Gebruikershandleiding
■ Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (p. 4-5, p. 6-8). In dit deels vindt u belangrijke informatie over het op juiste wijze gebruiken van het apparaat. Bovendien kunt u de gebruikershandleiding in zijn geheel doorlezen om een goed beeld te krijgen van alles dat dit te bieden heeft. Bewaar deze handleiding, zodat u er later aan kunt refereren. Copyright © 2005 ROLAND CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag, in welke vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION gereproduceerd worden.
Roland Internationale website: http://www.Roland.com
Inhoud Inleiding Controle en voorbereiding
4 ■ HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKENInhoud ........... 4 ■ BELANGRIJKE OPMERKINGEN ................................................................. 6 ■ Controleer de bijgeleverde onderdelen ..................................................... 9 ■ Hoofdkenmerken........................................................................................ 10 ■ Paneelbeschrijvingen ................................................................................ 12 ■ Media die met de CD-2 gebruikt kunnen worden.................................... 17 Opmerkingen met betrekking tot CompactFlash (CF) kaarten .................................. 18 Opmerkingen over CD-R/RW disks ........................................................................... 18
■ Andere apparatuur aansluiten .................................................................. 20 Condensator microfoons aansluiten .......................................................................... 22
Basisbediening
26 ■ Basisbediening .......................................................................................... 24 De stroom aan/uitzetten............................................................................................. 24 Het volume aanpassen .............................................................................................. 25 Het geluid tijdelijk stil maken (Speaker Mute) ............................................................ 25 Het contrast van het scherm bijstellen ....................................................................... 25
Beginnen
■ Een CD plaatsen/verwijderen.................................................................... 26 ■ Een CF kaart plaatsen/verwijderen .......................................................... 27
Opnemen op CF/CD
■ ■ ■ ■ ■ ■
Opnemen op de CD-2 ................................................................................ 28 Opnemen met de interne microfoons ...................................................... 30 Opnemen via een aangesloten microfoon of instrument....................... 31 Uw uitvoering samenvoegen met een song van een muziek CD ......... 32 Uw uitvoering met een song van een CF kaart samenvoegen ............. 34 Instellingen voor opname ......................................................................... 36 Een CF kaart voor gebruik voorbereiden (formatteren) ............................................. 36 De CF kaart opname mode kiezen ............................................................................ 36 De opname bron selecteren (MIC SELECT) ............................................................. 37 Het ingangsniveau aanpassen .................................................................................. 37 Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen .................... 38 Als u via aangesloten microfoons opneemt (Pan instelling) ...................................... 39 De links/rechts volumebalans van de interne microfoons aanpassen ....................... 39
■ Een CD afspelen......................................................................................... 40
Afspelen
Op een lagere snelheid afspelen (Slow Playback) .................................................... 40 De afspeeltoonhoogte fijner afstemmen (Pitch)......................................................... 41 De stem of solo gitaar uit het afspeelgeluid verwijderen (Center Cancel) ................. 42 De toonsoort van het afspeelgeluid veranderen (Key) .............................................. 42 Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) ........................................................ 43 Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) ................................................... 43
■ Een CF kaart afspelen ............................................................................... 44 Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) ................................................... 44 Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) ........................................................ 45
■ Een muziek CD creëren van een CF kaart ............................................... 46
Een Muziek CD creëren
2
Een professioneel klinkende CD creëren (Master effecten) ...................................... 49
■ Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler ............ 50
Inhoud (continued)
Gevorderd gebruik ■ De metronoom gebruiken ......................................................................... 52
Andere opname methodes
Een aftelling laten klinken om van een nauwkeurige timing verzekerd te zijn (Count-in) ...53
■ De opname automatisch starten als het geluid begint........................... 54 ■ Tracknummers toewijzen terwijl u opneemt ........................................... 55 [MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen .............................................. 55 Tracknummers op gespecificeerde intervallen toewijzen .......................................... 56 Tracknummers toewijzen wanneer stilte wordt gedetecteerd .................................... 57
■ Een CF kaart bewerken ............................................................................. 58 Een track wissen........................................................................................................ 58 Alle tracks wissen ...................................................................................................... 58 Een naam aan een track toewijzen............................................................................ 59 Stille regio’s aan het begin en eind van de track bijschaven (Trim In/Out) ................ 60 Een track onderverdelen (Divide) .............................................................................. 62 Een CF kaart formatteren .......................................................................................... 63 Een track naar een Wave bestand omzetten (Wave Convert) .................................. 63
Meer functies
■ Tracks van een CD-RW disk wissen ........................................................ 64 De laatste track wissen .............................................................................................. 64 Alle tracks wissen ...................................................................................................... 64 Finalization verwijderen ............................................................................................. 65
■ Uw instrument stemmen (Tuner).............................................................. 66 De referentie toonhoogte van het stemapparaat veranderen .................................... 67 Een leidtoon beluisteren tijdens het stemmen ........................................................... 67
■ ■ ■ ■ ■ ■ ■
Een originele muziek CD kopiëren ........................................................... 68 Effecten op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen ............. 70 Een reservekopie maken van tracks van een CF kaart .......................... 71 Opgeslagen data herstellen (Recover) .................................................... 72 SMF data (Standaard MIDI bestand) afspelen ......................................... 73 De fabrieksinstellingen herstellen (Initialize) .......................................... 74 Andere functies en instellingen................................................................ 75 De resterende tijd weergeven .................................................................................... 75 Het ingangsniveau van de interne microfoons automatisch aanpassen ................... 76 De functie van de voetschakelaar specificeren ......................................................... 76 Het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks aanpassen ........................................... 77 De tracknamen op een CF kaart bekijken ................................................................. 78 De lijn ingang aan/uitzetten ....................................................................................... 78 Het afspeelniveau van een muziek CD/CF kaart aanpassen .................................... 79
Appendix
84 ■ Probleemoplossing.................................................................................... 82
Referentie
■ Berichten .................................................................................................... 87 ■ Effect Patch Lijst........................................................................................ 88 ■ Menu lijst .................................................................................................... 90 ■ Specificaties ............................................................................................... 91 ■ Index............................................................................................................ 92
3
Inleiding
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN Over
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG opmerkingen
Over de symbolen Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt. Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
001
008c007
• Zorg dat u onderstaande instructies en de gebruikershandleiding leest, voordat u het apparaat in gebruik neemt.
• Zorg dat het apparaat altijd zo wordt geplaatst, dat het waterpas staat en stabiel zal blijven. Plaats het nooit op standaards die kunnen wiebelen of op hellende oppervlakken. ..........................................................................................................
.......................................................................................................... 002c
• Maak het apparaat of de adapter niet open en voer geen interne modificaties uit. .......................................................................................................... 003
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan). Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland distributeur die u op de “Informatie” pagina kunt vinden. .......................................................................................................... 004
• Het apparaat mag nooit worden gebruikt of opgeborgen worden op plaatsen die: • aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoorbeeld direct zonlicht in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur, of die • vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte vloeren hebben, of • aan regen blootstaan of vochtig zijn, of • stoffig zijn, of • aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn. .......................................................................................................... 008e
• Gebruik alleen het aan het apparaat bevestigde netsnoer. Ook mag het bijbehorende netsnoer niet met een ander apparaat worden gebruikt. ..........................................................................................................
4
• Gebruik alleen de adapter die bij het apparaat hoort. Controleer ook of het lijnvoltage met het ingangsvoltage overeenkomt, dat op de behuizing van de adapter wordt vermeld. Andere adapters kunnen een andere polariteit gebruiken of op een ander voltage zijn ontworpen. Het gebruik daarvan kan derhalve tot schade, storingen of elektrische schok leiden. .......................................................................................................... 008e
• Gebruik alleen het aan het apparaat bevestigde netsnoer. Ook mag het bijbehorende netsnoer niet met een ander apparaat worden gebruikt. .......................................................................................................... 009
• Buig of draai het netsnoer niet overmatig en plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer beschadigen, elementen kunnen afbreken en kortsluiting kan ontstaan. Beschadigde snoeren brengen risico’s van brand en schok met zich mee! .......................................................................................................... 010
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die permanent gehoorsverlies kunnen veroorzaken. Gebruik het apparaat niet gedurende langere tijd op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Indien u last heeft van enig gehoorsverlies of een piep in de oren, moet u het apparaat niet meer gebruiken en een oorarts raadplegen. ..........................................................................................................
VOORZICHTIG 101b
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
• Het apparaat en de adapter dienen zo geplaatst te worden dat hun locatie of positie de benodigde ventilatie niet belemmert. .......................................................................................................... 102c
.......................................................................................................... • Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur, te vinden op de "Informatie" pagina, indien: • De adapter, het netsnoer of de stekker is beschadigd, of • Er rook of een ongewone geur optreedt • Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn gekomen, of • Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere wijze nat is geworden), of • Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren, of een duidelijke verandering in werking laat zien. .......................................................................................................... 013
• In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels, die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat, op te volgen. .......................................................................................................... 014
• Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!) .......................................................................................................... 015
• Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de stroom classificatie (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten. .......................................................................................................... 016
• Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op de ‘Informatie’ pagina. ..........................................................................................................
• Als u de stekker van de adapter in het apparaat of een stopcontact steekt of eruit haalt, houdt u deze, of de behuizing van de adapter vast. .......................................................................................................... 103b
• U dient de adapter met enige regelmaat uit het stopcontact te halen en deze schoon te maken met een droge doek om stof en andere opeenhopingen tussen de vorken van de stekker uit te halen. Ook haalt u de stekker uit het stopcontact wanneer het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt zal worden. Ophoping van stof tussen de twee stekkers kan slechte isolatie veroorzaken, dat tot brand kan leiden. .......................................................................................................... 104
• Probeer het in de war raken van snoeren te voorkomen. Tevens dienen alle snoeren buiten het bereik van kinderen te blijven. .......................................................................................................... 106
• Ga nooit op het apparaat zitten of staan en plaats er geen zware objecten op. .......................................................................................................... 107c
• Raak de behuizing van de adapter of zijn stekkers nooit met natte handen aan als u deze in dit apparaat of een stopcontact steekt of eruit haalt. .......................................................................................................... 108b
• Voordat u het apparaat verplaatst, verwijdert u de adapter en alle snoeren van externe apparaten. .......................................................................................................... 110b
• Wanneer u onweer in uw omgeving verwacht, haalt u de stekker uit het stopcontact. .......................................................................................................... 118a
• Indien u schroeven verwijdert, bewaart u deze op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen. Op die manier voorkomt u dat de schroeven per ongeluk door kinderen worden ingeslikt. .......................................................................................................... 120
• Zet de fantoomvoeding altijd uit als u, afgezien van een condensator microfoon, een ander apparaat dat op fantoomvoeding werkt aansluit. Als u per ongeluk fantoomvoeding toepast op apparaten die niet van deze voeding gebruik maken, zoals dynamische microfoons, afspeelapparaten of andere apparaten, kan er schade ontstaan. Controleer de specificaties van elke microfoon die u wilt gebruiken. Deze vindt u in de betreffende handleiding. (De fantoomvoeding van dit apparaat: 48 V DC, 10mA Max). ..........................................................................................................
5
Controleren en voorbereidingen
WAARSCHUWING 012b011
Inleiding
BELANGRIJKE OPMERKINGEN Als toevoeging op “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” (pag–5), verzoeken wij u het volgende in acht te nemen:
Stroomvoorziening 301
• Sluit dit apparaat niet op hetzelfde stopcontact aan dat door een elektrisch apparaat wordt gebruikt, waar een omvormer bij te pas komt (zoals een koelkast, wasmachine, magnetronoven of airconditioner) of dat een motor bevat. Afhankelijk van de manier, waarop het apparaat wordt gebruikt, kan de ruis van de stroomvoorziening veroorzaken dat dit apparaat storingen gaat vertonen of hoorbare ruis produceert. Wanneer het niet mogelijk is om een apart stopcontact te gebruiken, plaatst u een stroomvoorziening ruisfilter tussen dit apparaat en het stopcontact. • De adapter zal na lange uren werking warmte afgeven. Dit is normaal en niets om u zorgen over te maken. • Voordat u dit apparaat op andere apparaten aansluit, zet u de stroom van alle apparaten uit. Hiermee worden storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten voorkomen.
Plaatsing 351
• Wanneer het apparaat in de buurt van krachtversterkers (of andere apparatuur welke grote stroom transformators bevat) wordt gebruikt, kan ruis worden opgewekt. Om dit probleem te verzachten, verandert u de richting van dit apparaat of plaatst u het verder weg van de storingsbron. • Dit apparaat kan storing in radio en televisieontvangst veroorzaken. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers. • Ruis kan veroorzaakt worden, wanneer draadloze communicatieapparaten, zoals mobiele telefoons in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan optreden bij het ontvangen of starten van een gesprek of tijdens de conversatie. • Als u dit soort problemen ondervindt, dient u deze draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat gebruiken of uit te zetten. • Neem het volgende in acht als u de CD-R/RW drive van dit apparaat gebruikt. Verdere details vindt u bij “Behandeling van de CD-R/RW drive” op pagina 7. - Installeer het apparaat op een stevig, waterpas oppervlak. - Verplaats het apparaat niet en stel het niet aan trillingen bloot, terwijl de drive in werking is. • Stel het apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet in de buurt van apparaten die warmte afgeven, laat het niet in een afgesloten voertuig achter en onderwerp het niet aan temperatuur extremen. • Door overmatige hitte kan het apparaat vervormen of verkleuren.
6
• Als het apparaat naar een locatie met een zeer afwijkende temperatuur en/of vochtigheid wordt verplaatst, kunnen er waterdruppels (condensatie) binnen in het apparaat worden gevormd. Wanneer u het apparaat in deze staat gaat gebruiken, kunnen schade en storingen ontstaan. Daarom moet u het apparaat, voordat u het in gebruik neemt, enige uren laten staan, totdat de condensatie volledig is verdampt. • Als u dit apparaat op een piano of meubelstuk plaatst, kan de lak van de piano door de rubberen voet van dit apparaat verkleuren of beschadigen. Om dit te voorkomen, kunt u een doek onder dit apparaat leggen.
Onderhoud 401a
• Voor het dagelijks schoonhouden veegt u het apparaat met een zachte, droge of een licht vochtige doek schoon. Om hardnekkig vuil te verwijderen gebruikt u een doek met een kleine hoeveelheid mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Neem het apparaat daarna met een zachte, droge doek af. • Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om verkleuring en/of vervorming van het apparaat te voorkomen.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen 552
• Indien de inhoud van data, die op een CompactFlash kaart of CD-R/RW disk is opgeslagen, verloren is gegaan, kan deze mogelijk niet meer hersteld worden. Roland Corporation is niet aansprakelijk voor dit soort dataverlies. • Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere bedieningsknoppen van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden. • Sla nooit op het beeldscherm en voer er geen hoge druk op uit. • Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel. • Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het bijzonder.) • Wanneer u het apparaat moet transporteren, verpakt u het zo mogelijk in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken. • Gebruik een Roland kabel om de aansluiting te maken. Als u een kabel van een ander merk gebruikt, neem dan notitie van onderstaande voorzorgsmaatregelen.
704
• Steek de CompactFlash kaart voorzichtig helemaal in het apparaat, totdat deze stevig op zijn plaats zit. fig.M512-Insert
• Als u het apparaat vervoert, verwijdert u de disk uit de houder. • Om storingen en/of schade te voorkomen, plaatst u alleen disks met in de CD-R/RW drive. Gebruik nooit een ander type disk. Zorg dat er geen paperclips, munten of andere vreemde objecten in de drive terechtkomen.
Handling CD-R/RW Discs ***
• SPEEL GEEN CD-R/RW disk (CD-R/RW disk waarop trackdata van een CompactFlash kaart is opgeslagen pagina 71) op een conventionele CD speler af. Het resulterende geluid kan van een zodanig niveau zijn, dat permanent gehoorsverlies kan veroorzaken. Dit kan tot schade aan luidsprekers of andere systeemcomponenten leiden. • Gebruik geen ongewoon gevormde disks, zoals hartvormige of achthoekige disks. Hierdoor kan de CD-2 beschadigen. • Buig de disk niet. • Laat disks niet vallen en stapel ze niet op. • Plaats geen zware objecten op een disk en onderwerp disks niet aan zware fysieke schokken.
705
• Raak de aansluitcontacten nooit aan en zorg ervoor dat deze niet vies worden. • De sleuf voor de geheugenkaart accepteert de CompactFlash kaart. Microdrive opslagmedia zijn niet compatibel. • CompactFlash kaarten zijn vervaardigd met gebruik van precisiecomponenten. Behandel de kaarten voorzichtig en let vooral op het volgende.
• Houdt de disk vast door één vinger in het middengat te steken en uw duim tegen de buitenrand te plaatsen. Wees voorzichtig dat u geen vingerafdrukken achterlaat of krassen op het opnameoppervlak (het groene oppervlak) van de disk maakt.
- Om schade aan kaarten door statische elektriciteit te voorkomen, moet u de mogelijk op uw lichaam aanwezige statische elektriciteit ontladen voordat u de kaarten ter hand neemt. - Zorg dat het contactgedeelte van de kaart niet met metaal in aanraking komt. - Buig de kaarten niet, laat ze niet vallen en onderwerp ze niet aan schokken of sterke trillingen. - Bewaar de kaarten niet in direct zonlicht, in afgesloten voertuigen of soortgelijke locaties (opslagtemperatuur: -25 tot 85 graden C). - Laat de kaarten niet nat worden. - Haal de kaarten niet uit elkaar en probeer deze niet zelf te wijzigen.
***
• Niet gebruiken op stoffige locaties. • Laat de disk niet in direct zonlicht of een afgesloten voertuig liggen. • Bewaar de disk niet gedurende langere tijd in de CD-R/ RW drive. • Om de disk te beschermen, bewaart u deze in zijn originele doos. • Plak geen etiket op de disk. • Als u een titel op de etiket kant van de disk schrijft, gebruikt u een zachte stift zoals een merkstift.
Behandeling van de CD-R/RW drive
• Maak de disk schoon met een zachte en droge doek, op radiale wijze van binnen naar buiten. Veeg niet met de omtrek mee.
***
• Installeer het apparaat op een stevig, waterpas oppervlak in een ruimte, waar geen trillingen kunnen voorkomen. • Gebruik het nood uitwerpgat om de diskhouder te openen nooit, terwijl dit apparaat in werking is.
7
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Behandeling van CompactFlash kaarten
• Verwijder de disk uit de drive, voordat u het apparaat aan of uit zet.
Controle en voorbereiding
- Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
Inleiding BELANGRIJKE OPMERKINGEN (vervolgd)
Over de licentie overeenkomst ***
(801change)
• Houd uw disks met een in de winkel verkrijgbare CD reiniger schoon. Gebruik geen wasbenzine, platenspray of oplosmiddelen. • Lees de documentatie behorende bij uw CD-R/RW disks.
Auteursrecht 851
• Het onbevoegd opnemen, verspreiden, verkopen, uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke handelingen van een volledig werk of gedeelte daarvan (muzikale compositie, video, uitzending, publiekelijke uitvoering, enz.) waarvan het auteursrecht bij een derde partij ligt, is bij de wet verboden. • Dit apparaat is ontworpen voor professioneel gebruik. Als de CD-R/RW drive wordt gebruikt voor het overbrengen van geluidssignalen, kan dit apparaat opnemen zonder dat het aan de restricties van het Serial Copy Management System (SCMS) is onderworpen. Dit komt doordat het apparaat alleen voor muziekproductie is bedoeld, en zo is ontworpen dat het niet aan restricties onderhevig is, zolang het wordt gebruikt voor het opnemen van werken, die de auteursrechten van anderen niet schenden (zoals uw eigen composities). (SCMS is een element dat tweede generatie en verder kopiëren via een digitale verbinding verhindert. Het is in MD (Mini-Disc) recorders en andere digitale geluidsapparatuur voor consumenten ingebouwd als een beveiligingselement ter bescherming van het auteursrecht). • Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, waarbij het auteursrecht van een derde partij overtreden kan worden. Wij zijn op geen enkele wijze verantwoordelijk voor overtredingen van het auteursrecht van een derde partij, die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
8
• De CD schrijf functie van de CD-2 en zijn kopieerfunctie zijn ontworpen, opdat u materiaal, waarvan het auteursrecht in uw bezit is, kunt reproduceren, of materiaal waarvoor de eigenaar van het auteursrecht u toestemming heeft gegeven om het te kopiëren. Dientengevolge is reproductie van muziek CD’s of ander auteursrechtelijk materiaal zonder toestemming van de eigenaar van het auteursrecht, waarbij de technische voorzieningen, die tweede generatie en verdere kopieën zoals SCMS of anders verhinderen, worden omzeild een overtreding van het auteursrecht. Hiervoor kunt u bestraft worden, zelfs als het om reproductie voor uitsluitend persoonlijke doeleinden gaat. Raadpleeg een auteursrecht specialist of de speciale publicaties voor meer gedetailleerde informatie over het verkrijgen van toestemming van auteursrechthouders.
Controle en voorbereiding
Inleiding
Controleer de bijgeleverde onderdelen Controleer de CD-2 verpakking om er zeker van te zijn, dat deze onderdelen aanwezig zijn.
❑ CD-2
❑ Lege CD-R disk: Controleer de bijgeleverde onderdelen
700MB
❑ CompactFlash (CF kaart): 128MB
❑ *De kaart is reeds ❑ Adaptor
geformatteerd. pagina 36.
(PSB-3U)
❑ Kaartbeveiliging (bevestigd aan de onderzijde van de CD-2)
❑ Netsnoer
❑ Gebruikershandleiding
❑ Losse pagina’s (“Uw uitvoering opnemen en een CD creëren”).
9
Inleiding
Hoofdkenmerken Gemakkelijk een originele muziek CD creëren met gebruik van alleen de CD-2 U kunt drie types media opnemen. CompactFlash (CF kaarten)
CD-R disks
CD-RW disks
● U kunt een muziek CD creëren van geselecteerde songs, die op een CompactFlash kaart zijn opgenomen. ● U kunt een muziek CD creëren door rechtstreeks op een CD-R/RW disk op te nemen.
Gemakkelijk opnemen met gebruik van de interne microfoons en via de ingebouwde luidsprekers afluisteren ● Aangezien stereo microfoons zijn ingebouwd, kunt u direct beginnen met opnemen. Pag. 30 Voor handenvrije bediening is er een “Auto Level Control” functie, die de ingangsniveaus van de interne microfoons automatisch bijstelt (pagina 76). ● Omdat stereo luidsprekers zijn ingebouwd, kunt u uw opnames meteen beluisteren.
Sluit microfoons of instrumenten aan om een stem of instrumentale uitvoering op te nemen ● Een uitvoering van microfoons of instrumenten (bijv. gitaar of digitale piano) die op de ingangsjacks zijn aangesloten, kan rechtstreeks worden opgenomen. Pag. 31 De CD-2 heeft externe microfoon jacks, een gitaar ingangsjack, waarop een gitaar of bas rechtsreeks kan worden aangesloten, en lijn ingangsjacks.
10
Controle en voorbereiding
Handige oefenfuncties voor muzieklessen
Hoofdkenmerken
● U kunt de afspeelsnelheid langzamer maken, zonder dat de toonhoogte van de song verandert. * Pag. 40
● U kunt de afspeeltoonhoogte (toonsoort) van een song veranderen. *
Pag. 42
● U kunt de stem uit het afspeelgeluid van een CD verwijderen. *
Pag. 42 De CD-2 biedt een Center Cancel functie, waarmee een groot gedeelte van de solo zangpartij van een CD wordt geëlimineerd, zodat deze minder opvalt. Hierdoor kunt u uw favoriete CD’s als karaoke CD’s gebruiken.
● U kunt een gewenste sectie herhaaldelijk afspelen.
Pag. 43, 48 Met de A-B Repeat functie kunt u een gespecificeerde sectie herhaaldelijk afspelen.
Gemakkelijke bewerking met CompactFlash ● Ongewenste stilteregio’s, die voor of na de song zijn opgenomen, kunt u verwijderen. Ook kunt u een song naar wens onderverdelen. Pag. 60, 65
Mix opname gebruiken voor nog meer mogelijkheden ● U kunt uw eigen vocale of instrumentale uitvoering op een song van een muziek CD Pag. 32 stapelen. Terwijl u naar de begeleiding luistert, middels een karaoke CD, kunt u uw eigen vocale of instrumentale uitvoering toevoegen en het resultaat op een CompactFlash kaart opnemen.
● Songs die u op een CompactFlash kaart heeft opgenomen, kunnen met aanvullende uitvoeringen worden Pag. 34 samengevoegd. U kunt zelf multi-part instrumentale of vocale uitvoeringen opbouwen. Als u bijvoorbeeld naar een eerder door u opgenomen pianobegeleiding luistert, kunt u daar een aanvullende vocale uitvoering bij mixen.
Veelzijdige ingebouwde effecten ● U kunt uw vocale of instrumentale uitvoeringen bewerken door een verscheidenheid aan effecten toe te Pag. 70 passen. De CD-2 biedt een grote reeks effecten voor verschillende toepassingen, zoals voor vocalen of voor gitaar/bas.
● U kunt een professioneel klinkende CD maken.
Pag. 49
De CD-2 heeft master effecten, die uw CD professioneel zullen laten klinken.
11
Inleiding
Paneelbeschrijvingen Bovenpaneel
Interne luidsprekers/Interne microfoons
bewerken. Pagina 58-63: “Een CF kaart bewerken”.
Stereo luidsprekers
Stop (
Dit is een paar stereo luidsprekers, die in de CD-2 zijn gebouwd.
Druk op deze knop om afspelen of opnemen te beëindigen. Pagina 44: “Een CF kaart afspelen”.
MIC L/MIC R
Play/Pause (
Dit is een paar stereo microfoons, ingebouwd in de CD-2. U kunt deze microfoons gebruiken om op te nemen. Pagina 30: “Opnemen met de interne microfoons”.
Druk op deze knop om het afspelen of de opname te starten. Tijdens afspelen of opnemen kunt u deze knop indrukken om naar de pauzestand te gaan. Druk de knop nogmaals in om verder te gaan met afspelen of opnemen vanaf de locatie, waarop u bent gestopt. Als u de opname op pauze zet, zal de volgende track beginnen op het punt, waarop u de opname verder laat gaan. Pagina 44: “Een CF kaart afspelen”.
CompactFlash bedieningsgebied Gebruik de knoppen in dit gebied voor handelingen op een CompactFlash (CF kaart).
) knop
) knop
OVERDUBBING knop
Opname (
Gebruik deze knop als u een track (song) van een muziek CD of CF kaart wilt afspelen tijdens het overdubben (opstapelen) van een aanvullende vocale of instrumentale uitvoering. Pagina 32: “Uw uitvoering met een song van een muziek CD samenvoegen”. Pagina 34: “Uw uitvoering met een song van een CF kaart samenvoegen”.
● Druk op deze knop om naar de pauzestand voor opname
EDIT knop Gebruik deze knop als u de tracks van een CF kaart wilt
12
)/MARKER knop
mode voor een CF kaart te gaan. ● Tijdens de opname kunt u op deze knop drukken om een tracknummer toe te wijzen. Pagina 55: “[MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen”.
CD WRITE gebied
MASTERING knop
COMPACT DISC bedieningsgebied Met de knoppen in dit gebied kunt u de CD-R/RW disk of muziek CD besturen. PITCH knop
● U kunt deze knop gebruiken om de toonhoogte (fijnere
TRACK SELECT knop Met deze knop kunt u de tracks van de CF kaart selecteren, die u op een CD-R/RW wilt schrijven. Pagina 46: “Een muziek CD creëren van een CF kaart”.
WRITE knop Met deze knop worden de geselecteerde CF kaart tracks naar een CD-R/RW disk geschreven. Pagina 46: “Een muziek CD creëren van een CF kaart”.
aanpassingen van minder dan een halve toon) van het afspeelgeluid van de CD bij te stellen. Pagina 41: “Fijn afstemmen van de afspeeltoonhoogte”.
● U kunt deze knop gebruiken om de toonsoort (aanpassingen van een halve toon) van het CD afspeelgeluid te transponeren. Pagina 42: “De toonsoort van het afspeelgeluid veranderen”.
SPEED knop
CF Card/CD Common gebied Met de knoppen in dit gebied kunt u de media (CF kaart of CD) besturen, die u als de bron heeft geselecteerd.
Deze knop speelt de CD langzaam af, zonder dat de toonhoogte daardoor wordt beïnvloed. Pagina 40: “Afspelen op een langzamer tempo”.
CENTER CANCEL knop
knoppen
Met deze knop kunt u de solostem of het solo gitaargeluid van een CD elimineren (of reduceren). Pagina 42: “De stem of solo gitaar uit het afspeelgeluid verwijderen”.
● U kunt deze knoppen gebruiken om naar het begin van
ERASE knop
de vorige of volgende track te springen. Tijdens afspelen gaat u met de [Previous track( )] knop terug naar het begin van de track, die op dat moment wordt gespeeld. ● Terwijl u gestopt bent, drukt u op deze knoppen en houdt u ze ingedrukt om snel naar het begin van de track te gaan. ● Tijdens het afspelen drukt u op één van deze knoppen en houdt u deze ingedrukt om terug of vooruit te spoelen. ● Terwijl er gepauzeerd is, drukt u op deze knoppen en houdt u ze ingedrukt om snel terug of vooruit te spoelen.
Met deze knop kunt u eerder opgenomen tracks van een CDRW disk wissen. Ook kunt u hiermee een disk “un-finalized” maken. Pagina 64: Tracks van een CD-RW disk wissen”.
Vorige track/volgende track ( Terugspoelen/vooruitspoelen (
) knoppen
/ /
]
Pagina 40: “Een CD afspelen”.
REPEAT: 1/ALL knop
● Met deze knop wordt één track of alle tracks herhaaldelijk afgespeeld. CF kaart: pagina 44, CD: pagina 43, “Tracks herhaaldelijk afspelen”.
● Bij het toewijzen van een naam aan een CF kaart track, voegt u met deze knop een spatie tussen de letters van de titel in. Pagina 59: “Een naam aan een track toewijzen”.
REPEAT: A-B knop
● Met deze knop wordt de door u aangegeven regio herhaaldelijk afgespeeld. CF kaart: pagina 43, CD: pagina 45, “Een sectie herhaaldelijk afspelen”.
● Bij het toewijzen van een naam aan een track van een CF kaart, wordt met deze knop een letter uit de naam verwijderd. Pagina 59: “Een naam aan een track toewijzen”.
FINALIZE knop Deze knop voltooit (finalize) een CD-R/RW disk, die u heeft opgenomen. Pagina 50: “Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler”.
EJECT (
) knop
Met deze knop wordt de diskhouder geopend of gesloten. Pagina 26: Een CD plaatsen/verwijderen”.
Stop (
) knop
Deze knop stopt het afspelen of opnemen. Pagina 40: “Een CD afspelen”.
Play/Pause (
) knop
Deze knop start het afspelen of opnemen. U kunt deze knop tijdens afspelen of opnemen indrukken om naar de pauzestand te gaan. Druk nogmaals in om verder te gaan met afspelen of opnemen, vanaf de plaats waarop u was gepauzeerd. Als u de opname op pauze zet, zal de volgende track beginnen op het punt, waarop u verder gaat met opnemen. Pagina 40: “Een CD afspelen”.
Record ( )/MARKER knop ● Druk op deze knop om de CD-R/RW disk in de standby mode voor opname te zetten.
13
Paneelbeschrijvingen
Met deze knop kunt u master effecten op tracks op de CF kaart toepassen. Pagina 49: “Een professioneel klinkende CD maken”.
Controle en voorbereiding
Met de regelaars in dit gebied kunt u een muziek CD van CF kaart tracks maken.
Inleiding Paneelbeschrijvingen (vervolgd)
● Tijdens opname kunt u op deze knop drukken om een tracknummer toe te wijzen.
Beeldscherm
Pagina 55: “[MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen”.
Zijpaneel (CompactFlash ingang)
In het beeldscherm wordt verscheidene informatie of berichten met betrekking tot de operatie, die u uitvoert, getoond, zoals het maken van verscheidene instellingen of het bewerken van tracks. MIC 1/MIC 2 Jacks
NIVEAU meter
Op deze jacks kunnen microfoons met XLR type pluggen worden aangesloten. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
Hier wordt het volumeniveau van de track, die wordt afgespeeld, of het instrument/de microfoon, die wordt ingevoerd, getoond.
Veiligheidsslot (
Bron naam indicatie
)
Hier kunt u een in de winkel verkrijgbaar veiligheidsslot bevestigen. http://www.kensington.com/
Hier wordt de naam van de op dat moment geselecteerde geluidsbron aangegeven.
PHANTOM Power Supply Switch
Dit geeft het track nummer aan.
Deze schakelaar voorziet de XLR type MIC 1/MIC 2 jack van fantoomvoeding. Pagina 22: “Condensator microfoons aansluiten”.
CompactFlash (CF kaart) opening Hier kunt u een CompactFlash (CF) kaart insteken. Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen/verwijderen”. Indien gewenst kunt u de bijgeleverde kaartbeveiliging bevestigen om diefstal van de CF kaart te voorkomen. Pagina 19: “De kaartbeveiliger bevestigen”.
Card Eject knop Gebruik deze knop om de CF kaart uit te werpen. Pagina 27: “Een CF kaart verwijderen”.
CD-R/RW Drive
TRACK indicatie
TIME Indication
● Dit toont de verstreken afspeel of opnametijd. U kunt de tijdsinformatie, die hier wordt getoond, instellen. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
● De track titels van een CF kaart worden hier getoond. Pagina 78: “De track titels op een CF kaart bekijken”.
Icoon indicaties
● Functies specifiek voor een CD Wordt getoond als de afspeeltoonhoogte wordt veranderd. Pagina 41 Wordt getoond als de toonsoort wordt veranderd. Pagina 42 Wordt getoond als de afspeelsnelheid wordt veranderd. Pagina 40 Wordt getoond als de Center Cancel functie aan is. Pagina 42
● Functies voor zowel CD als CF Wordt getoond tijdens het herhaald afspelen van 1 track. Disc houder Plaats de CD in deze houder. Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
Emergency Eject Hole Dit kunt u gebruiken om een disk in geval van nood te verwijderen. Normaalgesproken wordt dit niet gebruikt. Pagina 26: “Indien de diskhouder niet geopend wordt”.
14
CD
Pagina 43, CF kaart
Pagina 44
Wordt getoond tijdens herhaald afspelen van alle tracks CD
Pagina 43, CF kaart
Pagina 44
Wordt getoond tijdens herhaald afspelen van A-B. CD
Pagina 43, CF kaart
Pagina 45
Controle en voorbereiding
Voorpaneel
Paneelbeschrijvingen (vervolgd)
MIC SELECT knop
MIC 1/GUITAR knop
Dit selecteert de audio ingangsbron, die opgenomen zal worden. Pagina 37: “De opnamebron selecteren”.
Hiermee wordt het ingangsniveau van de MIC 2 jack bijgesteld. Pagina 38: “Het ingangsniveau aanpassen”.
EFFECT knop
MIC 2 knop
Met deze knop wordt een effect op de audio ingangsbron toegepast. Pagina 70: “Effecten op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen”.
Hiermee wordt het ingangsniveau van de MIC 2 jack bijgesteld. Pagina 38: “Het ingangsniveau aanpassen”.
GUITAR jack TUNER knop
● Druk op deze knop om naar de Tuner mode te gaan. Pagina 66: “Uw instrument stemmen”.
● Met deze knop kunt u ook een geluidsreferentie toon-
Op deze jack kunt u een elektrische gitaar of bas aansluiten. Omdat dit een hoge impedantie jack is, kunt u een gitaar of bas rechtstreeks aansluiten.
Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
hoogte laten klinken.
MIC 1/MIC 2 jacks
Pagina 67: “Een leidtoon beluisteren tijdens het stemmen”.
Op deze jacks kunnen microfoons met phone pluggen worden aangesloten. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
DATA Dial
● Gebruik de draaiknop om de waarde van de in het scherm getoonde instelling aan te passen.
● Bij het toewijzen van titels aan tracks van CF kaarten, gebruikt u deze knop om tekens te kiezen. Pagina 59: “Een naam aan een track toewijzen”.
ENTER knop Druk hierop om “Yes (Ja)” te antwoorden op berichten, die in het scherm worden getoond.
EXIT knop Druk hierop om “No (Nee)” te antwoorden op berichten, die in het scherm worden getoond.
Deze knop wordt ook ingedrukt om naar een vorig scherm terug te keren, nadat u een instelling hebt gewijzigd. SPEAKER MUTE knop Deze knop maakt de interne luidsprekers tijdelijk stil. Pagina 25: “Het geluid tijdelijk stil maken”.
METRONOME knop
● Deze knop laat de metronoom klinken. Pagina 52: “De metronoom gebruiken”.
● U kunt deze knop gebruiken om een aftelling in te stellen. Pagina 53: Een aftelling laten klinken om van een accurate timing verzekerd te zijn”.
MENU knop Gebruik deze knop om toegang tot verscheidene functies en instellingen te krijgen, zoals die voor het bijstellen van het beeldscherm contrast of het selecteren van de opname mode. Pagina 90: “Menu lijst”.
PHONES jack Op deze jack kunt u een koptelefoon aansluiten. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
OUTPUT LEVEL Knob Met deze knop wordt het volume van de interne luidsprekers en de koptelefoon bijgesteld. Pagina 25: “Het volume bijstellen”.
15
Inleiding Paneelbeschrijvingen (vervolgd)
Achterpaneel
POWER schakelaar
AUX OUT jacks
Hiermee wordt de stroom aan en uitgezet. Pagina 24: “De stroom aan/uit zetten”.
Gebruik deze jacks om analoge geluidssignalen naar een extern luidsprekersysteem of elektronische piano te sturen. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
AC Adaptor jack Sluit de bijgeleverde adapter op deze jack aan. Pagina 20: Andere apparatuur aansluiten”.
Snoerhaak Wikkel het snoer van de adapter om deze haak om te voorkomen, dat het snoer er per ongeluk wordt uitgetrokken. Pagina 21: “Opletten bij het maken van aansluitingen: Adapter jack”.
FOOT SW (Foot Switch) Jack Op deze jack kan een voetschakelaar (zoals de Roland DP-2 of BOSS FS-5U, apart verkrijgbaar) worden aangesloten. Gebruik dit om af te spelen, op te nemen of tracknummers toe te wijzen. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”. Pagina 76: “De functie van de voetschakelaar specificeren”.
MIDI OUT aansluiting Deze aansluiting verzendt MIDI berichten.
● Als u SMF (Standaard MIDI Bestand) data wilt afspelen, verbindt u deze jack op de MIDI IN aansluiting van uw externe geluidsgenererende apparaat. Pagina 73: “SMF (Standaard MIDI Bestand) data afspelen”.
16
U kunt kiezen welk type geluidssignaal via de AUX OUT jacks wordt uitgestuurd. Pagina 77: “Het geluidssignaal kiezen dat via de AUX OUT jacks wordt uitgestuurd”.
LINE IN jacks Op deze jacks kunt u uw elektronische piano of toetsenbord aansluiten en uw uitvoering opnemen. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
LEVEL Knob Met deze knop wordt het ingangsniveau van de LINE IN jacks bijgesteld. Pagina 38: “Het ingangsniveau bijstellen”.
Media die met de CD-2 gebruikt kunnen worden Net als zijn opname media gebruikt de CD-2 CompactFlash kaarten (CF kaarten) en CD-R/RW disks. De beschikbare functies voor bewerking of het verwijderen van songs (tracks) na de opname zullen, afhankelijk van de media die u gebruikt, verschillen.
Controle en voorbereiding
Inleiding
In de tabel hieronder worden de functies, die met ieder type media gebruikt kunnen worden, getoond.
CD-R disc
CD-RW disk
Muziek CD
Logo (gebruik een disk met één van onderstaande logo’s)
CD-2 functie Opname
Afspelen
Conventioneel opnemen
OK
Overdubben
OK
Record mode selectie
OK
Conventioneel afspelen Afspelen herhalen
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
Speciaal afspelen (Slow/Pitch/ Key/Center Cancel)
OK
OK
OK
SMF (Standaard MIDI bestand) afspelen
OK
OK
Tracks bewerken
OK
Tracks verwijderen
OK
OK
Voltooien (Finalize) annuleren
OK
Een originele muziek CD creëren
OK
OK
Reservekopie van CF kaart maken
OK
OK
Een originele muziek CD kopiëren
OK
OK
• Wij kunnen niet garanderen, dat een muziek CD die op de CD-2 is gemaakt, op alle CD spelers afgespeeld kan worden. Afhankelijk van de ondersteuning voor CD-R/RW disks van uw CD speler, kunnen door u gecreëerde muziek CD’s mogelijk niet goed worden afgespeeld. • Zelfs als een disk het juiste logo heeft, kan afspelen of opnemen toch niet mogelijk zijn. Dit is afhankelijk van de status van de disk. • Meer over de behandeling van CF kaarten en CD-R/RW disks vindt u in de instructies, die bij de door u gebruikte media behoren. • Wij kunnen niet garanderen dat speciale disks, die niet aan de muziek CD specificatie voldoen (bijv. “copy-control CD’s” of “copy-guard CD’s”) afgespeeld zullen worden. Als u een muziek CD op de CD-2 wilt afspelen, lees dan de mededelingen op de CD verpakking.
17
Paneelbeschrijvingen (vervolgd) / Media die met de CD-2 gebruikt kunnen worden
Media CF kaart
Opmerkingen met betrekking tot CompactFlash (CF) kaarten In deze handleiding wordt naar CompactFlash kaarten verwezen als “CF Kaarten”. CF kaarten zijn verkrijgbaar bij uw computerhandelaar of in een winkel, waar digitale camera’s worden verkocht.
■ Specificaties ● Ondersteunde capaciteiten:
■ Modes opnemen en maximale opnametijden Als een CF kaart voor opname wordt gebruikt, kunt u één van de drie opname modes selecteren voor de gewenste opnametijd en geluidskwaliteit ( Pagina 36). De onderstaande tabel toont de maximaal mogelijke opnametijden van elke opname mode met de verschillende media capaciteiten.
16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB, 512 MB, 1 GB, 2 GB
● CF Type II kaart is niet compatible. ■ Aanbevolen CF kaarten SanDisk, Kingston • Zelfs als aanbevolen CF kaarten worden gebruikt, kunnen er gevallen zijn, waarbij ook deze niet correct werken.
■ Een CF kaart formatteren Een nieuw aangeschafte CF kaart of een kaart, die eerder in een computer of digitale camera is gebruikt, moet mogelijk geformatteerd worden, voordat deze met de CD2 gebruikt kan worden. Pagina 36: “Een CF kaart voor gebruik prepareren”.
■ Over de CF kaartbeveiliging U kunt de bijgeleverde kaartbeveiliger voor de CF kaart opening bevestigen. Hierdoor wordt de CF kaart opening geblokkeerd, waardoor de CF kaart niet gestolen kan worden. Pagina 19: “De kaartbeveiliging bevestigen”.
Maximale opnametijd (ongeveer) Capaciteit
Opname mode Standaard
Lang
WAV
16 MB
3 minuten
6 minuten
1.5 minuten
32 MB
6 minuten
12 minuten
3 minuten
64 MB
12 minuten
24 minuten
6 minuten
128 MB
24 minuten
49 minuten
12 minuten
256 MB
49 minuten
98 minuten
24 minuten
512 MB
98 minuten
196 minuten
49 minuten
1 GB
196 minuten
392 minuten
98 minuten
2 GB
392 minuten
784 minuten
196 minuten
• De maximale tijden hierboven zijn bij benadering. Afhankelijk van de manier, waarop tracks zijn bewerkt, kan de werkelijke tijd iets korter zijn. • De resterende tijd wordt in het scherm weergegeven.. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven” • Tracks die met verschillende opname modes zijn gemaakt, kunnen op één enkele CF kaart worden opgenomen.
Opmerkingen over CD-R/RW disks ■ Aanbevolen fabrikanten: CD-R disks Taiyo Yuden Corp., Mitsubishi Chemical Corp., Ricoh Corp., Hitachi Maxell Corp.
■ Aanbevolen fabrikanten: CD-RW disks
■ Maximale opnametijden Capaciteit
Maximale opnametijd
650 MB
Ongeveer 74 minuten
700 MB
Ongeveer 80 minuten
Mitsubishi Chemical Corp., Ricoh Corp., Hitachi Maxell Corp.
• De maximale tijden hierboven zijn bij benadering. Afhankelijk van het aantal opgenomen tracks kan de werkelijke tijd iets korter zijn.
• Zelfs als aanbevolen CD-RW disks worden gebruikt, kunnen er gevallen zijn, waarbij deze niet correct werken.
• De resterende tijd wordt in het scherm weergegeven.
18
Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”
Controle en voorbereiding
De kaartbeveiliging bevestigen
Media die met de CD-2 gebruikt kunnen worden (vervolgd)
U kunt de bijgeleverde kaartbeveiliging voor de CF kaart opening bevestigen om de opening te blokkeren en diefstal van de CF kaart te voorkomen. Om de kaartbeveiliging te bevestigen, gaat u als volgt te werk.
1
Zet de CD-2 en alle aangesloten apparatuur uit.
2
Draai de CD-2 ondersteboven en verwijder de kaartbeveiliging.
• Haal alle kabels uit de CD-2.
Kaartbeveiliging
NOTE Als u de CD-2 ondersteboven plaatst, zet dan stapels kranten of tijdschriften als ondersteuning onder de vier hoeken (of twee zijkanten), zodat de knoppen niet belast worden en mogelijk beschadigen. Plaats de CD-2 dan voorzichtig, zodat de knoppen niet beschadigen. Behandel de CD-2 voorzichtig en laat het apparaat niet vallen.
MEMO 1 Gebruik een Philips (+) schroevendraaier om de
twee schroeven in de illustratie te verwijderen. 2 Trek de kaartbeveiliging er in de richting van de
pijl uit.
3
Plaats de kaartbeveiliging zoals in de illustratie en zet deze vast met gebruik van de twee schroeven, die u bij stap 2 – 1 heeft verwijderd.
4
Zet de CD-2 weer met de goede kant omhoog.
Als u de kaartbeveiliging niet gebruikt Om te voorkomen, dat u de kaartbeveiliging verliest, laat u deze op zijn oorspronkelijke locatie vastzitten (deze wordt in de illustratie bij stap 2 getoond).
MEMO Draai de schroeven niet te vast. Hierdoor kan het schroefdraad en zelfs de CD-2 beschadigen.
19
Inleiding
Andere apparatuur aansluiten NOTE • Om storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten te voorkomen, zet u het volume altijd laag en zet u de stroom van alle apparaten uit, voordat u aansluitingen maakt.
● Voorpaneel
Elektrische gitaar Elektrische bas Microfoon
Koptelefoon
● Zijpaneel
● Achterpaneel
Voetschakelaar
Adapter L R
(PSB-3U: bijgeleverd)
Naar analoge uitgangen L R
Naar analoge ingangsjacks Netsnoer (bijgeleverd)
Naar MIDI IN aansluiting
Naar stopcontact MIDI geluidsmodule, enz.
20
Versterker, geluidssysteem, enz. Elektronische piano, toetsenbord enz.
Controle en voorbereiding
Opletten bij het maken van aansluitingen MIC 1/MIC 2 jacks
• Om de onopzettelijke stroomonderbreking (als de stekker er per ongeluk wordt uitgetrokken) en overmatige belasting van de adapter jack te voorkomen, verankert u het netsnoer met gebruik van de snoerhaak, zoals in de illustratie wordt getoond.
• Dit instrument is uitgerust met gebalanceerde (XLR/TRS) type jacks. Bedradingschema’s voor deze jacks worden hieronder getoond. Maak aansluitingen, nadat u de bedradingdiagrammen van andere apparatuur, die u wilt gaan gebruiken, heeft gecontroleerd.
fig.CordHook.e
Snoerhaak
Achterpaneel Het snoer van de bijgeleverde adapter
• Afhankelijk van de locatie van microfoons ten opzichte van de luidsprekers, kan rondzingen worden geproduceerd. Dit kan opgelost worden door: 1. De richting van de microfoons te veranderen. 2. Microfoons op meer afstand van luidsprekers te plaatsen.
Aansluitkabels • Wanneer aansluitkabels met weerstanden worden gebruikt, kan het volumeniveau van apparatuur, die op de ingangen (MIC 1, MIC 2, GUITAR, LINE IN) is aangesloten, erg laag zijn. Als dit gebeurt, gebruikt u kabels zonder weerstand, zoals die uit de Roland PCS serie.
3. Volumeniveaus te verlagen. • U moet nooit een microfoon op beide MIC jacks (XLR type en phone type) van hetzelfde nummer aansluiten. Hierdoor kan schade aan de microfoon en/of de CD-2 worden toegebracht.
Voetschakelaar • Als u een BOSS FS-5U gebruikt, stelt u de polariteit schakelaar van de FS-5U in, zoals in de illustratie wordt getoond.
Polariteit schakelaar
MIC 1
MIC 2
MIC 1
MIC 2
• Als kabels in zowel de MIC 1 (XLR type of phone type) als de GUITAR jack worden gestoken, zal de invoer van de MIC 1 jack geannuleerd worden.
of Prioriteit
Prioriteit
21
Andere apparatuur aansluiten
Adapter jack
Inleiding Andere apparatuur aansluiten (vervolgd)
Condensator microfoons aansluiten Als u condensator microfoons gebruikt, moet u instellingen maken, zodat deze van fantoomvoeding worden voorzien.
NOTE • Als fantoomvoeding op een dynamische microfoon of een geluid afspeelapparaat wordt toegepast, ontstaan er storingen. Afgezien van condensator microfoons kunnen andere apparaten, die fantoomvoeding vereisen (zoals de BOSS Direct Box DI-1), niet met de CD-2 worden gebruikt. Lees de gebruikershandleiding van de microfoon die u gebruikt, zorgvuldig door en zorg dat u de fantoomvoeding schakelaar op “OFF” zet, tenzij u een condensator microfoon gebruikt die fantoomvoeding vereist.
1
Een microfoon op de XLR type MIC 1 (of MIC 2 ) jack aansluiten MEMO
• De MIC 1 jack en MIC 2 jack op het voorpaneel worden niet van fantoomvoeding voorzien. Als uw microfoon op fantoomvoeding werkt, moet u deze op de XLR type MIC 1 jack (of MIC 2 jack) op het zijpaneel aansluiten.
2
Zet de stroom van de CD-2 aan. Pagina 24: “De stroom aanzetten”.
3
Schuif de fantoomvoeding schakelaar op het zijpaneel naar rechts op de “ON” positie.
Fantoomvoeding schakelaar
22
Basisbediening In dit deel wordt uitgelegd, hoe basis CD-2 procedures worden uitgevoerd, van opnemen en afspelen, tot het creëren van een muziek CD.
■ Basisbediening ..................................................................................... 24 De stroom aan/uitzetten....................................................................................... 24 Het contrast van het scherm bijstellen ................................................................. 25 Het volume aanpassen ........................................................................................ 25 Het geluid tijdelijk stil maken (Speaker Mute) ...................................................... 25
Beginnen
■ Een CD plaatsen/verwijderen............................................................... 26 ■ Een CF kaart plaatsen/verwijderen ..................................................... 27
Op CF/CD opnemenD
■ ■ ■ ■
Opnemen op de CD- ............................................................................. 28 Opnemen met de interne microfoons ................................................. 30 Opnemen van een aangesloten microfoon of instrument ................ 31 Uw uitvoering met een song van een muziek CD samenvoegen (Overdubben) ........................................................................................ 32 ■ Uw uitvoering met een song van een CF kaart samenvoegen (Overdubben) ........................................................................................ 34 ■ Instellingen voor opname .................................................................... 36 Een CF kaart voor gebruik prepareren (Formatteren) ......................................... 36 De CF kaart opname mode kiezen ...................................................................... 36 De opname bron selecteren (MIC SELECT) ....................................................... 37 Het ingangsniveau bijstellen ................................................................................ 37 Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen .............. 38 Als u via aangesloten microfoons opneemt (Pan instelling) ................................ 39 De links/rechts volumebalans van de interne microfoons bijstellen..................... 39
■ Een CD afspelen.................................................................................... 40
Afspelen
Op een langzamere snelheid afspelen (Slow Playback) ..................................... 40 Fijn afstemmen van de afspeeltoonhoogte (Pitch) .............................................. 41 De toonsoort van het afspeelgeluid veranderen (Key) ........................................ 42 De stem of sologitaar uit het afspeelgeluid verwijderen (Center Cancel) ............ 42 Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) ............................................. 43 Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) .................................................. 43
■ Een CF kaart afspelen .......................................................................... 44 Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) ............................................. 44 Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) .................................................. 45
■ Een muziek CD creëren van een CF kaart .......................................... 46
Een muziek CD creëren
Een professioneel klinkende CD creëren (Master Effecten) ................................ 49
■ Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler (Finalize) ................................................................................................ 50
23
Beginnen
Basisbediening De stroom aan/uitzetten De stroom aanzetten NOTE • Nadat alle verbindingen zijn gemaakt ( Pagina 20), zet u de verschillende apparaten in de aangegeven volgorde aan. Door apparaten in de verkeerde volgorde aan te zetten, riskeert u storingen en/of schade aan luidsprekers en andere apparaten. • Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Daarom duurt het even (enkele seconden) voordat het apparaat na opstarten normaal functioneert.
Als er geen andere apparatuur op de CD-2 is aangesloten
1 2
Draai
Als er andere apparatuur op de CD-2 is aangesloten CONTROLE
Zorg dat het apparaat, dat op de AUX OUT is aangesloten, uit is.
1
Minimaliseer het volume van alle aangesloten apparaten.
2
Draai
3
Op het achterpaneel drukt u op
tegen de klok in naar “MIN” (minimum).
tegen de klok in naar “MIN” (minimum).
Op het achterpaneel drukt u op
.
De stroom wordt aangezet. Als de stroom aan is, licht het scherm op.
.
De stroom wordt aangezet. Wanneer de stroom aan is, licht het scherm op.
4
Zet het apparaat, dat op de AUX OUT is aangesloten, aan.
De stroom uitzetten
Als er geen andere apparatuur op de CD-2 is aangesloten
Als er andere apparatuur op de CD-2 is aangesloten
1
Draai
1
Zet de stroom van alle aangesloten apparaten uit.
2
Op het achterpaneel drukt u op
2
Draai
3
Op het achterpaneel drukt u op
tegen de klok in naar “MIN” (minimum).
.
tegen de klok in naar “MIN” (minimum).
De stroom wordt uitgezet.
De stroom wordt uitgezet.
24
.
Het contrast van het scherm bijstellen
Het geluid tijdelijk stil maken (Speaker Mute) U kunt het geluid van de interne luidsprekers tijdelijk stil maken (mute) door simpelweg een knop in te drukken.
1
1
totdat “LCD Contrast” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
Druk op
Basisbediening
Druk op
Dit is handig, wanneer u bijvoorbeeld de telefoon moet opnemen.
.
De knop licht op en de interne luidspreker is stil.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
• Het geluid van de koptelefoon is wel hoorbaar.
Het volgende scherm verschijnt.
2 2
Draai aan te stellen.
om het LCD contrast bij
.
De knop gaat uit en het volume keert naar de vorige instelling terug.
MEMO
• U kunt dit binnen een reeks van 1-10 bijstellen.
3
Als u het geluid weer wilt horen, drukt u nogmaals op
Druk twee keer op U keert naar de voorgaande aflezing terug.
• Als u via de interne microfoon opneemt (MIC SELECT is groen verlicht: Pagina 30), is er geen geluid via de interne luidspreker hoorbaar tijdens de stand-by voor opname mode of tijdens het opnemen, en [SPEAKER MUTE] zal automatisch oplichten. Hierdoor bent u er zeker van dat het geluid, dat door de interne luidsprekers is te horen, niet door de interne microfoons zal worden opgenomen.
HINT • U kunt het LCD contrast ook bijstellen door [MENU] ingedrukt te houden en aan [DATA] te draaien.
Het volume aanpassen Draai aan [OUTPUT LEVEL] om het volume van de CD-2 luidsprekers en de koptelefoon bij te stellen.
softer
Beginnen
De letters in het scherm kunnen moeilijk leesbaar worden, als u de CD-2 gedurende een langere periode heeft gebruikt of door externe temperaturen. Als dit gebeurt, kunt u het contrast bijstellen voor de beste zichtbaarheid.
louder
MEMO • Als het AUX OUT niveau op “Variable” ( Pagina 77) is ingesteld, kunt u met [OUTPUT LEVEL] het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks bijstellen.
25
Beginnen
Een CD plaatsen/verwijderen Een disk plaatsen
Een disk verwijderen
1
1
Druk op
.
De diskhouder wordt geopend.
2
Plaats de disk in de houder.
Plaats met de etiket zijde naar boven
Druk op
.
De diskhouder wordt geopend.
2
Verwijder de disk.
3
Druk nogmaals op
.
De diskhouder sluit. • U kunt de diskhouder ook sluiten door zachtjes op de voorkant van de houder te drukken. Diskhouder
3
Druk nogmaals op
.
De diskhouder sluit. • U kunt de diskhouder ook sluiten door zachtjes op de voorkant van de houder te drukken. • U kunt de diskhouder ook sluiten door op de CD zijde in te drukken. Als de disk gedetecteerd is, zal het afspelen automatisch beginnen. • Als de disk gedetecteerd is, wordt “CD” als de naam van de geluidsbron aangegeven.
Als de diskhouder niet open gaat Als door het drukken op [EJECT [( )] de diskhouder niet open gaat, kunt u de houder geforceerd openmaken door een rechtgemaakte paperclip in de nood uitwerp opening te steken.
NOTE • Gebruik de nood uitwerp opening nooit om de diskhouder te openen, terwijl de CD-2 in werking is.
1
Pagina 24: “De stroom uitzetten”.
Bron naam In het geval van een eerder opgenomen disk of muziek CD zal het totale aantal songs en de totale afspeeltijd getoond worden als deze informatie van de disk is gelezen.
Totaal aantal tracks
Zet de CD-2 uit.
2
Druk een rechtgemaakte paperclip (of soortgelijk object) in de nood uitwerp opening.
Totale afspeeltijd Nood uitwerp opening De diskhouder wordt geforceerd opengemaakt. Trek de diskhouder naar buiten en verwijder de disk.
3 26
Sluit de diskhouder.
Beginnen
Een CF kaart plaatsen/verwijderen Een CF kaart plaatsen
Een CF kaart verwijderen NOTE
Steek de CF kaart in de CF kaart opening. Druk de CF kaart voorzichtig helemaal naar binnen, totdat deze stevig op zijn plaats zit.
• De stroom van de CD-2 moet uit zijn, voordat een CF kaart wordt verwijderd. Laat de CF kaart in het apparaat, terwijl de stroom van de CD-2 wordt aangezet.
1
Zet de CD-2 uit. Pagina 24: “De stroom uitzetten”.
CF kaartopening
2
• Als de CF kaart in zijn huidige staat niet door de CD-2 gebruikt kan worden
Druk op de uitwerpknop aan de rechterkant van de CF kaart opening. De kaart uitwerpknop springt naar buiten.
Het bericht “Not CD-2 Format. Format?” verschijnt.
Om deze CF kaart met de CD-2 te kunnen gebruiken, moet deze geformatteerd worden. Pagina 36: “Een CF kaart prepareren voor gebruik”. Kaart uitwerpknop • Als de CF kaart reeds geformatteerd is Als de CD-2 de CF kaart herkent, wordt “CF” als de bronnaam weergegeven.
3
Druk nogmaals op de uitwerpknop. • Druk de knop in, totdat u een klik hoort. De CF kaart springt een klein stukje naar buiten.
Bron naam In het geval van een eerder opgenomen CF kaart zal het totale aantal songs en de totale afspeeltijd getoond worden, als deze informatie van de CF kaart is gelezen.
4
Pak de CF kaart en trek deze recht uit de opening. NOTE
• De kaart uitwerpknop kan beschadigen, als u deze in de uitgedrukte positie laat staan. U moet de knop altijd weer indrukken. Totale aantal tracks
Totale afspeeltijd
27
Een CD plaatsen/verwijderen / Een CF kaart plaatsen/verwijdren
Als een CF kaart wordt verwijderd, terwijl de CD-2 aan staat, kan de data op de CF kaart vernietigd worden of de kaart kan onbruikbaar worden.
Beginnen
1
Opnemen op CF/CD
Opnemen op de CD-2 Drie opnamemethodes Grofweg genomen zijn er op de CD-2 drie opnamemethodes beschikbaar.
■ Opnemen met de interne microfoons van de CD-2 (
Pagina 30)
Media waarop u kunt opnemen
Opnemen
■ Opnemen van een aangesloten microfoon of instrument (
CF kaarten
CD-R disks
CD-RW disks
Pagina 31)
Media waarop u kunt opnemen
Opnemen
CF kaarten
CD-R disks
CD-RW disks
■ Een uitvoering met het afspeelgeluid van een muziek CD of CF kaart samenvoegen (overdubben) Een uitvoering met een song van een muziek CD samenvoegen (
Pagina 32)
Als u bijvoorbeeld een karaoke CD afspeelt en meezingt, zullen de karaoke begeleiding en uw stem samen worden opgenomen.
Een uitvoering samenvoegen met een song die op een CF kaart is opgenomen (
Pagina 34)
Laten we er bijvoorbeeld van uit gaan, dat u een piano uitvoering op een CF kaart heeft opgenomen. Dan kunt u, terwijl de opgenomen piano uitvoering wordt afgespeeld, meezingen en de piano uitvoering en uw stem samen opnemen. Op de CF kaart wordt dan een nieuwe song gecreëerd, die zowel de piano als de stem bevat.
Afspelen 1 Muziek CD
Opnemen of 2 CF kaart
28
Media waarop u kunt opnemen CF kaarten
Waarschuwingen bij het opnemen op een CF kaart of CD-R/RW disk
opgenomen, kunnen op één enkele CF kaart worden opgenomen.
Als u op een CF kaart opneemt (vervolg)
■ Minimale opnametijd voor één track Elke track op een muziek CD moet minstens vier seconden lang zijn. Aangezien de CD-2 muziek CD’s creëert van de songs die u opneemt, kunt u geen track opnemen die korter is dan vier seconden.
■ In het geval uw uitvoering niet opgenomen kan worden
• Als er geen opnametijd meer is, zal het bericht “CF Card Full” of “CD Disc Full” verschijnen. • Wanneer 99 tracks reeds zijn opgenomen, verschijnt het bericht “CD Track Full”” of “CF Card Full” verschijnen. Het bericht verdwijnt, als u op [ENTER] drukt. Indien u een CF kaart of CD-RW disk gebruikt, kunt u ongewenste songs wissen ( Pagina 58, 64) en dan verder gaan met opnemen.
Als u op een CF kaart opneemt
Als een opname langer is dan drie uur, zal een nieuwe trackverdeling automatisch gecreëerd worden.
■ Het aantal opnametracks voor een CF kaart Op één CF kaart kunnen maximaal 99 tracks worden opgenomen.
Als u op een CD-R/RW disk opneemt ■ Maximale opnametijden Capaciteit 650 MB 700 MB
• De maximale tijden hierboven zijn bij benadering. De werkelijke tijd kan iets minder zijn, afhankelijk van het aantal tracks dat is opgenomen. • U kunt de resterende tijd in het scherm zien. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
■ Disk types waarop u kunt opnemen CD-R disks
• Lege CD-R disks
CD-RW disks
• Gedeeltelijk opgenomen (nog niet voltooide) CD-R disks • Lege CD-RW disks
■ Opname modes en maximale opnametijden Wanneer een CF kaart voor opname wordt gebruikt, kunt u één van de drie opnamemethodes, geschikt voor de gewenste opnametijd en geluidskwaliteit, selecteren ( Pagina 36). De onderstaande tabel toont de maximale mogelijke opnametijden voor elke opnamemode op verscheidene media capaciteiten. Maximale opnametijd (ongeveer) Capaciteit
Opname mode mode Standaard
Lang
WAV
16 MB
3 minuten
6 minuten
1.5 minuten
32 MB
6 minuten
12 minuten
3 minuten
64 MB
12 minuten
24 minuten
6 minuten
128 MB
24 minuten
49 minuten
12 minuten
256 MB
49 minuten
98 minuten
24 minuten
512 MB
98 minuten
196 minuten
49 minuten
1 GB
196 minuten
392 minuten
98 minuten
2 GB
392 minuten
784 minuten
196 minuten
• De maximale tijden hierboven zijn bij benadering. De werkelijke tijd kan iets minder zijn, afhankelijk van de manier waarop tracks zijn bewerkt. • U kunt de resterende tijd in het scherm zien. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
Maximale opnametijd Ongeveer 74 minuten Ongeveer 80 minuten
• Gedeeltelijk opgenomen (nog niet voltooide) CD-RW disks • “Blanc disc” verwijst naar een “lege”disk, waarop niets is opgenomen of opgeslagen.
■ Het aantal opnametracks op één CD-R/RW disk Op één CD-R/RW disk kunnen maximaal 99 tracks worden opgenomen.
■ Opgenomen songs
Als u op een CD-R/RW disk opneemt, wordt een lege ruimte van twee seconden automatisch aan het eind van elke track (song) toegevoegd.
■ Finalization (
Pagina 50)
“”Finalization” is een proces, dat op een CD-R/RW disk toegepast kan worden, zodat deze op een conventionele CD speller afgespeeld kan worden. Als een CD-R disk of CD-RW disk eenmaal voltooid (Finalize) is, kan deze als een muziek CD afgespeeld worden, in een CD speler die het afspelen van CD-R of CD-RW ondersteunt. Op een CD-R/RW disk, waarop Finalize is toegepast, kunnen geen songs meer worden opgenomen. • Als u een CD-RW disk gebruikt, kunt u de voltooiing (finalization) verwijderen en meer materiaal toevoegen. Pagina 65: “Finalization verwijderen”.
• Tracks die met verschillende opname modes zijn
29
Opnemen op de CD-2
Meer opnemen is niet mogelijk als de maximale opnametijd of het maximale aantal songs (99 tracks) is bereikt.
De maximale lengte van een track is drie uur.
Opnemen op CF/CD
Als [Stop ( )] of [Pause ( )] wordt ingedrukt, zal de opname niet stoppen, wanneer er minder dan vier seconden zijn verstreken, vanaf het moment dat u met de opname begon. Bovendien kunt u in dit soort gevallen geen tracknummer ( Pagina 55) toewijzen.
■ Opnametijd voor één track (één song)
Opnemen op CF/CD
Opnemen met de interne microfoons Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
Hier wordt uitgelegd hoe een vocale of instrumentale uitvoering via de interne microfoons van de CD-2 opgenomen kan worden (zie illustratie hieronder).
2 Druk net zo vaak op
U kunt op een CF kaart of een CD-R/RW disk opnemen.
groen oplicht.
HINT
Dit betekent, dat u het geluid van de interne microfoons zult opnemen.
• U kunt de hoeveelheid resterende tijd op de media controleren. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
Pagina 37: “De opnamebron selecteren”.
• U kunt de hoeveelheid vrije ruimte op een CF kaart of CD-RW vergroten door ongewenste tracks te verwijderen. CF kaart
totdat dit
Pagina 58, CD-RW disk
3 Pas het ingangsniveau van de interne
Pagina 64.
microfoons aan.
• Als u op een CF kaart opneemt, kunt u de opname mode kiezen die past bij wat u gaat opnemen. Pagina 36: “De CF kaart opname mode kiezen”.
● Als Auto Level Control ( Pagina 76) op “On” staat, zal het ingangsniveau van de interne microfoons automatisch worden aangepast. U hoeft het ingangsniveau van de interne microfoon niet aan te passen.
MEMO • Het geluid van de interne microfoons is niet via de interne luidsprekers hoorbaar. Om het geluid van de interne microfoons te kunnen horen, moet u een koptelefoon gebruiken.
Vanuit de fabriek staat Auto Level Control van de CD-2 op “On”. ● Als Auto Level Control of “Off” staat, dient u het ingangsniveau van de interne microfoons handmatig aan te passen.
• Aangezien de CD-2 is uitgerust met zeer gevoelige microfoons kunnen ongewenste geluiden, zoals het werkingsgeluid van de CD-R/RW drive* of het geluid van knoppen, die worden ingedrukt, onopzettelijk worden opgenomen. • In het geval van dit soort problemen kunt u het ingangsniveau van de interne microfoons verlagen. Pagina 37: “Het ingangsniveau aanpassen: Interne microfoon”.
Pagina 37: Het ingangsniveau aanpassen: Interne microfoon”.
3
1
Zet de CD-2 aan.
2
Maak voorbereidingen om op te nemen.
Pagina 24: “De stroom aanzetten”.
1 Plaats een CF kaart of CD-R/RW disk.
.
• Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u wilt opnemen.
* Als u op een CF kaart opneemt, zal er geen werkingsgeluid van de CD-R/RW drive worden opgenomen. • Afhankelijk van waar de CD-2 is geplaatst ten opzichte van de geluidsbron, kan het opgenomen geluid mogelijk niet gelijkmatig tussen de linker en rechter luidsprekers worden afgegeven. In die gevallen kunt u de links/ rechts volumebalans van de interne microfoons bijstellen en uw uitvoering nogmaals opnemen. Pagina 39: “De links/rechts volumebalans van de interne microfoons bijstellen”.
Druk op
De knop knippert rood en de CD-2 gaat naar de pauze voor opname mode.
4
Druk op
.
• Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u wilt opnemen. De opname begint.
5
Als u klaar bent met opnemen, drukt u op . • Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u heeft opgenomen. Aan het einde van de CF kaart of CD-R/RW disk wordt een nieuwe track gecreëerd.
Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”.
MEMO
30
• Als het bericht “Not CD-2 Format” verschijnt, formatteert u de kaart, volgens de beschrijving van “Een CF kaart voor gebruik voorbereiden” (pagina 36).
• Voordat een CD-R/RW disk op een conventionele CD speler afgespeeld kan worden, moet deze eerst voltooid (Finalize) worden. Pagina 50: “Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler”.
Opnemen op CF/CD
Opnemen via een aangesloten microfoon of instrument In dit deel wordt uitgelegd, hoe microfoons of instrumenten op de CD-2 worden aangesloten en hoe een vocale of instrumentale uitvoering wordt opgenomen.
• Het geluid van een microfoon of instrument, dat op de MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks is aangesloten, zal voor opname geselecteerd worden.
U kunt op een CF kaart of een CD-R/RW disk opnemen.
Pagina 37: “De opnamebron selecteren”.
HINT
• Als u alleen het geluid van een apparaat, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, wilt opnemen, drukt u op [MIC SELECT], zodat dit niet verlicht is.
• U kunt de hoeveelheid resterende tijd op de media controleren. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
Pagina 37: “Het geluid van een op de LINE IN jacks aangesloten instrument beluisteren”.
• U kunt de opname automatisch laten starten op het moment, dat u begint te spelen. Pagina 54: “Automatisch beginnen met opnemen als het geluid begint”.
3 Pas het ingangssignaal aan.
4 Specificeer de panning (stereo posi-
• Als u niet op een CF kaart opneemt, kunt u de opname mode kiezen, die geschikt is voor hetgeen u gaat opnemen. Pagina 36: “De CF kaart opname mode kiezen”. • U kunt een voetschakelaar gebruiken om de opname te starten of te pauzeren. + Bij stap 2 van “De functie van de voetschakelaar specificeren” op pagina 76 kiest u “Play” en bedien de voetschakelaar.
tie) van de microfoons. Pagina 39: “Als u via aangesloten microfoons opneemt”.
4
Druk op
.
• Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u wilt opnemen.
1
Sluit uw microfoon(s) of instrument(en) (bijv. gitaar of toetsenbord) aan. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
2
De knop knippert rood en de CD-2 gaat naar de pauze voor opname mode.
5
.
• Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u wilt opnemen.
Zet de CD-2 aan. Pagina 24: “De stroom aanzetten”.
3
Druk op
De opname begint.
Maak voorbereidingen voor opname.
6
Als u klaar bent met opnemen, drukt u op .
1 Plaats een CF kaart of CD-R/RW disk. Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”. • Indien het bericht “Not CD-2 Format” verschijnt, formatteert u de kaart volgens de beschrijving in “Een CF kaart voor gebruik voorbereiden” (Pagina 36). Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
2 Druk net zo vaak op
, totdat dit
• Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), waarop u wilt opnemen. Aan het einde van de CF kaart of CD-R/RW disk wordt een nieuwe track gecreëerd.
MEMO • Voordat een CD-R/RW disk op een conventionele CD speler afgespeeld kan worden, moet deze eerst voltooid (Finalize) worden. Pagina 50: “Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler”.
oranje oplicht.
31
Opnemen met de interne microfoons/Opnemen via een aangesloten microfoon of instrument
Pagina 38, “Het ingangssignaal aanpassen”: MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks”
• U kunt ongewenste tracks verwijderen om de vrije ruimte op een CF kaart of CD-RW te vergroten. CF kaart Pagina 58, CD-RW disk Pagina 64.
Opnemen op CF/CD
• U kunt de CD-2 laten aftellen, voordat de opname begint. Pagina 53: Een aftelling laten klinken om van een nauwkeurige timing verzekerd te zijn”.
Opnemen op CF/CD
Uw uitvoering samenvoegen met een song van een muziek CD (Overdubben) Terwijl u een muziek CD afspeelt, kunt u uw eigen vocale of instrumentale uitvoering toevoegen en het gecombineerde resultaat op een CF kaart opnemen. Dit proces wordt “overdubben” genoemd.
De CF kaart zal de volgende opname bevatten. Neem uw stem op, terwijl u de muziek CD afspeelt.
1
Sluit uw microfoon(s) aan. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
2
Zet de CD-2 aan. Pagina 24: “De stroom aanzetten”.
3
Maak voorbereidingen voor opname. 1 Plaats een CF kaart.
Muziek CD + stem
De track die door overdubben wordt gecre erd.
Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”. • Indien het bericht “Not CD-2 Format” verschijnt, formatteert u de kaart volgens de beschrijving in “Een CF kaart voor gebruik voorbereiden” (Pagina 36).
MEMO • De track die door overdubben wordt gecreëerd, zal zich aan het eind van de CF kaart bevinden. • Tijdens het overdubben van een uitvoering met een muziek CD kan de metronoom niet gebruikt worden. ( Pagina 52).
HINT • U kunt de resterende opnametijd op de CF kaart controleren. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”. • U kunt de hoeveelheid vrije ruimte op een CF kaart vergroten door ongewenste tracks te verwijderen. Pagina 58. • U kunt de Center Cancel functie gebruiken om een karaoke CD te creëren, door de stem te verwijderen van een CD die een stem bevat. •
Pagina 42: “De stem of sologitaar uit het afspeelgeluid verwijderen”. * Bij sommige CD tracks (songs) kan dit niet het gewenste resultaat produceren.
• U kunt de opname mode kiezen, die geschikt is voor hetgeen u wilt opnemen. Pagina 36: “De CF kaart opname mode kiezen”. • U kunt een voetschakelaar gebruiken om de opname te starten of te pauzeren. + Bij stap 2 van “De functie van de voetschakelaar specificeren” op pagina 76 kiest u “Play” en bedient u de voetschakelaar.
32
2 Druk net zo vaak op
totdat dit
oranje oplicht. • Het geluid van een microfoon die op de MIC 1/ MIC 2 jacks is aangesloten, zal voor opname geselecteerd worden. Pagina 37: “De opnamebron selecteren”.
3 Pas het ingangsniveau aan. Pagina 38: “Het ingangsniveau aanpassen: MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks”.
4 Specificeer de panning (stereo posi-
tie) van de microfoons. Pagina 39: “Als u via aangesloten microfoons opneemt”.
4
6
De muziek CD gereedmaken.
Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
aan de CD zijde.
of
• Als u overdubt met een song van een muziek CD, zal “CD→CF” rechts boven in het scherm worden weergegeven.
om de track, die u
wilt afspelen, te selecteren.
CD aan. Pagina 38: “Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen”. Indien nodig kunt u ook het ingangsniveau van de microfoon of gitaar aanpassen, zodat de algehele balans correct is (Stap 3- 3 ).
Aan het eind van de CF kaart wordt een nieuwe track gecreëerd.
MEMO • Indien u halverwege de track besluit te stoppen met opnemen, drukt u op aan de CF kaart zijde.
HINT
5
Druk herhaaldelijk op
totdat CD
→CF in het scherm verschijnt.
• In plaats van een microfoon kunt u een instrument aansluiten en uw eigen instrumentale uitvoering samen met het afspeelgeluid van een “minus-one” CD overdubben. • In plaats van een microfoon aan te sluiten, kunt u ook de interne microfoons gebruiken om op te nemen.
Nu bent u klaar voor overdubben.
In dit geval volgt u stappen 1-2 van “Opnemen met de interne microfoons” ( Pagina 30) in plaats van stappen 1-3. CD tracknummer dat u afspeelt
CF tracknummer dat u opneemt
Als u met gebruik van de interne microfoons opneemt, zult u geen geluid horen via de interne luidsprekers. Om uw uitvoering te kunnen beluisteren, dient u een koptelefoon te gebruiken.
MEMO • Overdubben annuleren Om overdubben te annuleren, drukt u herhaaldelijk op [OVERDUBBING], totdat zijn indicator uit gaat. U kunt overdubben ook annuleren door kaart zijde in te drukken.
aan de CF
33
Uw uitvoering samenvoegen met een song van een muziek CD (Overdubben)
4 Pas het afspeelniveau van de muziek
Op het moment dat de muziek CD track eindigt, stopt de opname automatisch (de muziek CD stopt met spelen).
Opnemen op CF/CD
De CD wordt als de bron geselecteerd.
3 Druk op
aan de CF kaart zijde.
De muziek track die u bij stap 4 selecteerde wordt afgespeeld en het opnemen op de CF kaart begint tegelijkertijd. Neem uw vocale of instrumentale uitvoering op.
1 Plaats de muziek CD.
2 Druk op
Druk op
Opnemen op CF/CD
Uw uitvoering met een song van een CF kaart samenvoegen (Overdubben) Terwijl u een eerder opgenomen uitvoering van een CF kaart afspeelt, kunt u een andere vocale of instrumentale uitvoering toevoegen – of “overdubben” – en het gecombineerde resultaat op een nieuwe track opnemen. Aangezien u doorlopend parts kunt overdubben, kunt u een song creëren door elementen één voor één toe te voegen. U kunt bijvoorbeeld met drums beginnen, dan bas toevoegen en vervolgens een stem, enzovoort.
1
Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
2
Drums Tijdens afspelen neemt u de bas op.
Track 1 nummer
3
De opname voorbereiden. 1 Plaats een CF kaart. Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”.
2
Drums
Zet de CD-2 aan. Pagina 24: “De stroom aanzetten”.
De CF kaart zal het volgende bevatten Track 1 nummer
Sluit uw microfoon of gitaar aan.
Drums + Bass De door overdubben gecre erde track.
2 Druk net zovaak op
totdat dit
oranje oplicht. MEMO • De nieuwe track die door overdubben wordt gecreëerd, zal aan het eind van de CF kaart worden geplaatst.
HINT • U kunt de tijdsweergave veranderen, zodat de resterende opnametijd op de CF kaart wordt weergegeven. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”. • U kunt de opname mode kiezen die geschikt is voor hetgeen u gaat opnemen. Pagina 36: “De CF kaart opname mode kiezen”. • U kunt de beschikbare ruimte op een CF kaart vergroten door ongewenste tracks te verwijderen. Pagina 58. • U kunt de CD-2 laten aftellen voordat de opname start. Pagina 53: “Een aftelling laten klinken om van een nauwkeurige timing verzekerd te zijn”. • U kunt een voetschakelaar gebruiken om de opname te starten of pauzeren. Bij stap 2 van “De functie van de voetschakelaar specificeren” op Pagina 76 kiest u “Play”. Dan bedient u de voetschakelaar.
34
• Het geluid van de microfoon of het instrument dat op de MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks is aangesloten, zal voor opname worden geselecteerd. Pagina 37: “De opnamebron selecteren”. • Als u alleen het geluid van een apparaat, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, gaat opnemen, drukt u op [MIC SELECT], zodat dit niet verlicht is. Pagina 37: “Het geluid van een op de LINE IN jacks aangesloten instrument beluisteren”.
3 Het ingangsniveau aanpassen. Pagina 38: “Het ingangsniveau aanpassen: MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks”. Alleen als u via aangesloten microfoons opneemt
4 Stel de panning (stereo positie) van de
microfoons in. Pagina 39: “Als u via aangesloten microfoons opneemt”.
4
6
De CF kaart voorbereiden 1 Druk op
aan de CF kaart zijde.
De CF kaart wordt als de bron geselecteerd.
Druk op
aan de CF kaart zijde.
• De opname begint. Terwijl u het afspeelgeluid van de bij stap 4 geselecteerde track beluistert, voert u uw aanvullende vocale of instrumentale gedeelte uit om dit op te nemen. • Als u overdubt met een song van een CF kaart, zal “CF→CF” rechts boven in het scherm worden weergegeven.
2 Druk op
Opnemen op CF/CD
or om de track, die u wilt afspelen, te selecteren.
3 Pas het afspeelniveau van de muziek
CD aan. Pagina 38: “Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen”.
5
Druk herhaaldelijk op
totdat
7
Als u klaar bent met opnemen, drukt u op aan de CF kaart zijde. De nieuw opgenomen track wordt aan het eind van de CF kaart toegevoegd. Speel de laatste track af ( Pagina 44) om het resultaat van uw overdubben te beluisteren.
“CF→CF” in het scherm verschijnt. Nu bent u gereed voor overdubben.
CF tracknummer dat u afspeelt
CF tracknummer dat u opneemt
MEMO • Overdubben annuleren Om overdubben te annuleren, drukt u herhaaldelijk op [OVERDUBBING], totdat zijn indicator uit gaat. U kunt overdubben ook annuleren door kaart zijde in te drukken.
aan de CF
35
Uw uitvoering met een song van een CF kaart samenvoegen (Overdubben)
Indien nodig kunt u het ingangsniveau van de microfoon of gitaar ook aanpassen, zodat de algehele balans correct is (Stap 3- 4 ).
Opnemen op CF/CD
Instellingen voor opname De CF kaart opname mode kiezen
Een CF kaart voor gebruik voorbereiden (formatteren) Als u een CF kaart plaatst, bepaalt de CD-2 of deze kaart in zijn huidige staat gebruikt kan worden. Als het bericht “Not CD-2 Format” verschijnt, dient de CF kaart geformatteerd te worden, alvorens deze met de CD-2 gebruikt kan worden.
NOTE • Zet nooit de stroom uit en verwijder de CF kaart niet terwijl formatteren wordt uitgevoerd. Hierdoor kan de data op de CF kaart vernietigd worden en de kaart onbruikbaar worden. • Als u een CF kaart formatteert, wordt alle data die zich op de kaart bevindt gewist.
Als u een CF kaart gebruikt om op te nemen, kunt u één van de drie opname modes kiezen, die het meest geschikt is voor de gewenste geluidskwaliteit en opnametijd.
MEMO • Tijdens de opname kan de opname mode niet veranderd worden. U moet de gewenste opname mode kiezen, voordat u gaat opnemen. • Het staat u vrij om elke keer, dat u opneemt een andere opname mode te kiezen. Tevens kan een CF kaart opnames, die met verschillende opname modes werden gemaakt, bevatten en afspelen. • De samplesnelheid staat vast op 44.1 kHz. • Er is geen opname mode instelling voor een CD-R/RW disk.
MEMO • Indien de CF kaart reeds op de CD-2 is geformatteerd, hoeft u deze niet opnieuw te formatteren. U kunt deze gewoonweg gebruiken.
1
1
Druk op totdat “CF Rec Mode” in het scherm verschijnt en druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door op [DATA] te drukken.
Steek de CF kaart in de CF kaart opening.
Het volgende scherm verschijnt.
Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”. Het bericht “Not CD-2 Format” verschijnt.
2 2
Druk op
Om de kaart te formatteren drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
Long:
Langere opname. Deze opname mode is geschikt voor het opnemen van lezingen of live uitvoeringen.
WAV:
Hoge kwaliteit opname. Het geluid wordt als een WAV bestand (WAV formaat) opgenomen. Kies deze mode als u de geluidsdata naar uw computer gaat overbrengen.
• Voor de opname tijden (bij benadering) die voor elke mode beschikbaar zijn: Pagina 29: “Opname modes en maximale opnametijden”.
).
• Indien gewenst kan een track, die in “Standard” of “Long” mode is opgenomen, na de opname naar een wave bestand (WAV formaat) worden omgezet. Pagina 63: “Een track naar een Wave bestand omzetten”.
Het formatteren begint. Als het formatteren succesvol is voltooid, verschijnt het volgende scherm.
3 36
om de gewenste opname mode te selecteren.
Standard: Standaard opname. Normaalgesproken kiest u deze mode.
.
Het bericht “You’ll Lose Data. Are You Sure?” verschijnt.
3
Draai aan
Druk twee keer op U keert naar de vorige pagina terug.
De opname bron selecteren (MIC SELECT) Selecteer de geluidsbron, die u wilt opnemen.
1
Druk net zo vaak op om de geluidsbron, die u wilt opnemen, te kiezen.
Het ingangsniveau aanpassen Interne microfoon Als Auto Level Control ( Pagina 76) op “Off” staat, moet u het ingangsniveau van de interne microfoon handmatig bijstellen.
CHECK
Zorg dat [MIC SELECT] groen verlicht is. Pagina 37.
MEMO Groen verlicht
Oranje verlicht
Niet verlicht (uit)
Groen verlicht
De interne microfoons
Oranje verlicht
• Op de MIC1/MIC2 jacks aangesloten microfoons. • Een instrument (gitaar of bas) dat op de GUITAR jack is aangesloten.
Niet verlicht (uit)
De interne microfoons of een microfoon of gitaar, die op de MIC1/MIC2/GUITAR jacks is aangesloten zullen niet opgenomen worden.
• Het geluid van de interne luidsprekers is niet via de interne luidsprekers te horen. Om het geluid van de interne microfoons te beluisteren moet u een koptelefoon gebruiken.
1
Druk op totdat “Int MIC Gain” in het scherm verschijnt. Druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Kies de “Off” (niet verlicht) instelling, als u geen microfoon of gitaar opneemt.
Het volgende scherm verschijnt.
MEMO • Als er kabels in zowel de MIC 1 (XLR type of phone type) als de GUITAR jack zijn gestoken, zal de invoer van de MIC 1 jack geannuleerd worden. • Als u via de interne microfoons opneemt ([MIC SELECT] is groen), is het geluid van de interne microfoons niet via de luidsprekers hoorbaar. U dient een koptelefoon te gebruiken, als u het geluid van de interne microfoons wilt beluisteren.
2
Terwijl u het geluid beluistert, draait u aan om het ingangsniveau bij te stellen. • Het ingangsniveau kan binnen een bereik van 1-50 worden bijgesteld.
NOTE • U mag een microfoon niet op beide MIC jacks (XLR type en phone type) met hetzelfde nummer aansluiten. Hierdoor kan de microfoon en/of de CD-2 beschadigen.
POINT Voor de beste resultaten past u het niveau zo aan, dat de niveaumeter even op “-3 dB” komt, als u sterk speelt of luid spreekt.
■ Het geluid van een instrument, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, beluisteren Het geluid van de LINE IN jacks is altijd actief, ongeacht de [MIC SELECT] instelling.
“-3dB”
• Als u alleen het geluid van een instrument, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, wilt opnemen, zet u [MIC SELECT] uit (niet verlicht). • Indien u het geluid van een instrument, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, niet wilt opnemen, zet u de line input op “Off”. Pagina 78: “De Line Input aan/uitzetten”.
3
Druk twee keer op
.
U keert naar de vorige pagina terug.
37
Instellingen voor opname
Geluidsbronnen die opgenomen zullen worden
• Als Auto Level Control ( Pagina 76) op “On” staat, wordt het ingangsniveau van de interne microfoons automatisch aangepast. U hoeft het ingangsniveau van de interne microfoons niet bij te stellen. Vanuit de fabriek staat Auto Level Control op “On”.
Opnemen op CF/CD
Elke keer dat u op [MIC SELECT] drukt, zal de knop van kleur veranderen. Druk op de knop, totdat deze de passende kleur heeft, namelijk die overeenkomt met de geluidsbron, die u wilt opnemen.
Geluid wordt niet langer via de LINE IN jack ingevoer.
Opnemen op CF/CD Instellingen voor opname (vervolgd)
Het ingangsniveau aanpassen (vervolg) MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks Hier ziet u hoe het ingangsniveau van de ingangsjacks (MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks), waar u microfoons of instrumenten op aangesloten heeft, kan worden aangepast. Zorg dat [MIC SELECT] oranje verlicht is. Pagina 37.
CHECK
1
* Als u alleen wilt opnemen van een apparaat, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, zorgt u dat [MIC SELECT] niet verlicht is.
Terwijl u het geluid beluistert, draait u aan de geschikte niveau knop om het ingangsniveau aan te passen.
Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen Als u een muziek CD of CF kaart afspeelt, terwijl u daar een aanvullende stem of instrument “gestapeld” op opneemt ( Pagina 32, 34), zult u mogelijk het volume van de muziek CD of CF kaart moeten aanpassen om de correcte balans te creëren. In dat soort gevallen kunt u het afspeelniveau van de muziek CD of CF kaart aanpassen om de gewenste balans te creëren.
1
van de media (CD of CF)
waarvan u het afspeelniveau wilt aanpassen.
2
Draai aan
om het afspeelniveau aan te passen.
Als u aan [DATA] draait, wordt het afspeelniveau van de muziek CD of CF kaart weergegeven.
De verschillende ingangsjacks worden door de volgende niveauknoppen geregeld. Jack naam
Druk op
CF Mix Niveau bij gebruik van een CF kaart
Niveauknop
• U kunt het niveau binnen de reeks van –50 - +25 aanpassen.
MIC 1 GUITAR * Voorpaneel
• De instelling “0” is het oorspronkelijke afspeelniveau.
* Voorpaneel
Voor de beste resultaten past u het niveau zo aan, dat de niveaumeter even op “-3 dB” komt, als het geluid van de muziek CD of CF kaart met het geluid van de microfoon of het instrument wordt gemixed.
MIC 2
POINT LINE IN MIN
MAX
* Achterpaneel
“-3dB”
POINT Voor de beste resultaten past u het niveau zo aan, dat de niveaumeter even op “-3 dB” komt, als u sterk speelt of luid spreekt. “-3dB”
3
Als u het afspeelniveau heeft aangepast, drukt u op . • Druk op de knop van de media (CF kaart of CD), die u wilt afspelen.
MEMO • Pas [OUTPUT LEVEL] aan, zodat u het aangesloten instrument of microfoon op comfortabele wijze kunt beluisteren. Het aanpassen van dit volume is niet van invloed op het geluid (ingangsniveau), dat wordt opgenomen. Pagina 25: “Het volume aanpassen”.
38
• Wanneer u de [DATA] draaiknop gedurende vijf seconden niet gebruikt, keert u automatisch naar de vorige pagina terug.
MEMO • Als het afspeelniveau tijdens afspelen wordt aangepast, kan er ruis optreden. Dit is normaal en wijst niet op een storing.
• De afspeelinstelling, die u hier aanpast, is tijdelijk, en zal gewist worden als u de stroom uitzet. De volgende keer dat u de stroom aanzet, keert dit naar het oorspronkelijke afspeelniveau terug. Als u de afspeelinstelling wilt behouden, maakt u instellingen, zoals bij “Het afspeelniveau van een muziek CD/CF kaart aanpassen” op Pagina 79 wordt beschreven.
Als u via aangesloten microfoons opneemt (Pan instelling)
1
Als de CD-2 bijvoorbeeld relatief op een hoek van de geluidsbron, die u opneemt, is geplaatst, zal het geluid van de microfoon, die dichter bij de geluidsbron staat, harder klinken. U kunt de links/rechts volumebalans van de interne microfoon aanpassen aan de locatie van de CD-2.
CHECK
1 Druk op totdat “Ext MIC1/2 Pan” in het scherm verschijnt en druk dan op .
Zorg dat [MIC SELECT] groen verlicht is. Pagina 37.
Druk op totdat “Int MIC Bal” in het scherm verschijnt en druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
2 2
Draai aan
MIC 2
L/R
Links
Rechts
C/C
Midden
Midden
R/L
Rechts
Links
L/C
Links
Midden
R/C
Rechts
Midden
C/L
Midden
Links
C/R
Midden
Rechts
• Normaalgesproken kiest u “C/C” als u een solo artiest opneemt. Ook wanneer u via één enkele microfoon opneemt, dient u “C/C” te kiezen. Kies “L/R” als u een uitvoering van een band of een lezing opneemt.
3
Pas de volumebalans zo aan, dat de L en R meters ongeveer hetzelfde niveau aangeven.
om te selecteren hoe MIC 1 en MIC 2 gepanned moeten worden. MIC 1
Druk twee keer op
Terwijl u geluid maakt, past u de volumebalans van de L en R kanalen aan.
• U kunt de balans instellen tussen L50-R50. De middenpositie ( C ) geeft aan, dat beide microfoons geluid op een gelijk niveau op zullen pikken. Ingesteld op L50 wordt er geen geluid door de R kanaal microfoon opgepikt. Op R50 wordt er geen geluid door de L kanaal microfoon opgepikt.
3
Druk twee keer op U keert naar de vorige pagina terug.
.
U keert naar de vorige pagina terug.
39
Instellingen voor opname (vervolgd)
Wanneer twee microfoons worden gebruikt om een lezing of een concert van een band op te nemen, kunt u de pan op links en rechts instellen, zodat de natuurlijke ruimtelijkheid van het geluid wordt vastgelegd (met andere woorden: stereo opname).
Als u via de interne microfoons opneemt, kunnen de linker en rechter kanalen van het opgenomen geluid als niet in balans worden waargenomen, afhankelijk van de locatie waar de CD-2 is geplaatst. Opnemen op CF/CD
“Pan” verwijst naar de links/rechts positie van het geluid. Op de CD-2 kan de pan van de microfoons, die op de MIC1 en MIC2 jacks zijn aangesloten, op links, rechts of midden worden ingesteld.
De links/rechts volumebalans van de interne microfoons aanpassen
Afspelen
Een CD afspelen
1 2
Op een lagere snelheid afspelen (Slow Playback)
Plaats de CD. Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
Aan de CD zijde drukt u op
U kunt de CD langzaam afspelen, zonder dat de toonhoogte van het geluid verandert. Dit is handig, als u op uw instrument met een “minus-one” CD wilt meespelen of frases uit het hoofd wilt leren.
.
De CD wordt als de geluidsbron geselecteerd en het afspelen begint.
MEMO • Slow Playback is een functie alleen voor CD. U kunt dit niet voor een CF kaart gebruiken.
Verlopen afspeeltijd
HINT
Huidig spelend tracknummer
MEMO • U kunt de tijdsweergave veranderen, zodat de resterende afspeeltijd wordt getoond. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
3
Draai aan
Voert u deze actie uit
Afspelen stoppen
Druk op de CD
Afspelen pauzeren
Druk op de CD
.
Als u op deze knop drukt, als er gestopt is, zult u naar de eerste track terugkeren.
Druk op
2
.
Draai aan
om de afspeelsnelheid van de CD aan te passen.
• U kunt de snelheid binnen een reeks van –50 (halve snelheid) tot 0 (normale snelheid) aanpassen.
.
.
Iedere keer dat u deze knop indrukt, gaat u één track terug. Als u deze knop tijdens afspelen indrukt, zult u naar het begin van de track, die speelde, terugkeren.
3
Druk op
.
U keert naar de vorige pagina terug. Vanaf dat moment zal de CD afspelen op de snelheid, die u bij stap 2 heeft gespecificeerd.
.
Elke keer dat u deze knop indrukt, gaat u verder naar de volgende track. Terwijl er gestopt is, drukt u op
of
MEMO • Bij sommige tracks (songs) kunnen de noten moeilijker te onderscheiden worden bij een langzamere snelheid. • Icoon indicatie
.en houdt u deze ingedrukt.
Terugspoelen/ vooruit spoelen (Search)
Tijdens afspelen drukt u op
Op hoge snelheid terugen vooruitspoelen
Terwijl er gestopt is, drukt u op
40
Druk op
Het CD speed regeling scherm verschijnt.
Druk hier nogmaals op om verder te gaan met afspelen vanaf het punt, waarop u pauzeerde.
Druk op
Op hoge snelheid tussen songs overschakelen
1
om het volume bij te stellen.
Om dit te doen
Naar het begin van een track gaan (Skip)
• Als u moeilijke frases oefent, zult u de A-B Repeat functie ( Pagina 43) zeer bruikbaar vinden, samen met de Slow Playback functie.
:Terugspoelen/
:vooruitspoelen
en houdt u deze ingedrukt.
of
en houdt u deze ingedrukt.
Het snelheid icoon wordt weergegeven, als u de afspeelsnelheid heeft veranderd. Het snelheid icoon verdwijnt, als u de Speed bij stap 2 op “0” instelt. Snelheid icoon
De afspeeltoonhoogte fijner afstemmen (Pitch) U kunt fijnere aanpassingen (van minder dan een halve toon) op de toonhoogte van het CD afspeelgeluid maken. Wanneer u soms op uw instrument met een CD meespeelt, kunt u problemen ondervinden, omdat de toonhoogte van het afspeelgeluid van de CD net iets afwijkt van de toonhoogte van uw instrument. In zulke gevallen kunt u het afspeelgeluid van de CD bijstellen, zodat het met uw instrument overeenkomt. Zelfs als u een instrument met een afwijkende stemming gebruikt, zoals een akoestische piano, kunt u de toonhoogte van de CD aanpassen met een ander instrument.
MEMO
2
Draai aan
Druk op
.
U keert naar de vorige pagina terug. Daarna zal de CD worden afgespeeld op de toonhoogte, die u bij stap 2 heeft aangegeven.
MEMO • Icoon indicatie Het Pitch icoon wordt weergegeven, als u de Pitch instelling heeft veranderd. Het Pitch icoon verdwijnt, als u de Pitch bij stap 2 op “0” instelt.
Een CD afspelen
1
Druk op totdat “Pitch” in het scherm verschijnt.
3
Pitch icoon
om de toonhoogte van het CD afspeelgeluid aan te passen.
• De beschikbare aanpassingsreeks voor de toonhoogte is –50 cent tot +50 cent. • Een “0” instelling produceert de oorspronkelijke toonsoort.
HINT • Als u een CD heeft, die op een referentie toonhoogte van A=440 Hz is opgenomen, en u deze op een referentie toonhoogte van A=442 Hz wilt afspelen, stelt u Pitch op “+8” in. Zie onderstaande tabel. Pitch Toonhoogte instelling
Referentie toonhoogte (Hz) na aanpassing
-8
438
-4
439
0
440
+4
441
+8
442
Afspelen
• Toonhoogte aanpassing is een functie alleen voor CD. U kunt dit niet voor een CF kaart gebruiken.
MEMO
• Eén cent is 1/100ste van een halve toon. Dat wil zeggen: een halve toon is 100 cent.
41
Afspelen Een CD afspelen (vervolgd)
De toonsoort van het afspeelgeluid veranderen (Key) U kunt de toonsoort van het afspeelgeluid van de CD verhogen of verlagen. Dit kan in de volgende situaties handig zijn. • U wilt fluit oefenen samen met een begeleidings CD, die voor alt saxofoon is gecreëerd.
De stem of solo gitaar uit het afspeelgeluid verwijderen (Center Cancel) U kunt de solo stem of solo gitaar uit het afspeelgeluid van een CD verwijderen of minder hoorbaar maken. Dit is bruikbaar als u uw favoriete CD voor karaoke wilt gebruiken of om solo’s te oefenen.
• U wilt met een karaoke CD meezingen in een toonsoort, die voor u gemakkelijker te zingen is.
MEMO • De Key Change (veranderen van toonsoort) is een functie alleen voor CD. U kunt deze niet met een CF kaart gebruiken.
1
MEMO • Center Cancel is een functie alleen voor CD. U kunt deze niet met een CF kaart gebruiken.
1
Druk op
.
De Center Cancel functie wordt aangezet en het “ icoon verschijnt.
Druk op totdat “Key” in het scherm verschijnt.
”
Center Cancel icoon Vanaf dit punt wordt het geluid van de solo stem of solo gitaar uit het afspeelgeluid verwijderd.
2
Draai aan
• U kunt de toonsoort in stappen van een halve toon aanpassen, binnen een reeks van –6 tot +5. “+” (positief):
verhoog de toonsoort.
“-“ (negatief):
verlaag de toonsoort.
• Met “0” gaat u naar de oorspronkelijke toonsoort terug.
3
Druk op
.
U keert naar de vorige pagina terug. Daarna zal de CD in de toonsoort worden afgespeeld, die u bij stap 2 heeft aangegeven.
MEMO • Icoon indicatie Het Key icoon wordt weergegeven als u de Key instelling heeft veranderd. Het Key icoon verdwijnt als u bij stap 2 de Key op “0” zet. Key icoon
42
• Afhankelijk van de track (song), die u afspeelt, kan mogelijk niet het gewenste resultaat worden verkregen.
om de toonsoort van het CD afspeelgeluid aan te passen.
2
Als u naar het normaal afspelen van de CD wilt terugkeren, drukt u nogmaals op . De Center Cancel functie wordt uitgezet en het “ icoon verdwijnt.
”
Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) U kunt een favoriete track (of alle tracks) herhaaldelijk laten afspelen.
1
Druk op om de Repeat Mode te selecteren. Elke keer, dat u de knop indrukt, verandert de Repeat mode indicatie als volgt.
Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) U kunt een gespecificeerde sectie herhaaldelijk afspelen. Het herhaaldelijk beluisteren van een sectie van een song is handig, als u met uw instrument meespeelt om te oefenen of om de song uit het hoofd te leren.
HINT • Als u een moeilijke frase uit het hoofd leert, is het wellicht gemakkelijk om de A-B Repeat functie samen met de Slow Play functie ( Pagina 40) te gebruiken.
(1 track repeat) (All repeat)
Geen indicatie (Repeat off)
Terwijl een CD wordt afgespeeld, drukt u op op het punt, waar u Repeat Play wilt laten beginnen.
Afspelen
1
Het beginpunt (A) van A-B Repeat wordt geregistreerd en het icoon van punt A knippert. Een CD afspelen (vervolgd)
Punt A icoon (knipperend) 1 track repeat:
De huidig spelende track, of elke daaropvolgende track die u afspeelt, zal herhaaldelijk worden afgespeeld.
All repeat:
Alle tracks worden herhaaldelijk afgespeeld. Als u dit tijdens afspelen selecteert, zullen alle tracks herhaaldelijk spelen, beginnend met de track, die op dat moment wordt afgespeeld.
Repeat off:
De Repeat Play functie is geannuleerd.
2
Druk op A-B, op het punt, waar u A-B Repeat wilt laten eindigen. Het eindpunt (B) van A-B Repeat afspelen wordt geregistreerd en de A-B regio wordt herhaaldelijk afgespeeld.
MEMO • Icoon indicatie
MEMO • Om Repeat Play te annuleren
Het A-B Repeat icoon wordt tijdens het afspelen met A-B Repeat weergegeven.
Om Repeat Play te annuleren drukt u een aantal malen op [1/ALL], totdat het / icoon verdwijnt. Als u de diskhouder van de CD opent of de stroom naar de CD-2 onderbreekt, verdwijnt het / icoon en wordt de Repeat Play functie geannuleerd.
A-B Repeat icoon • A-B Repeat annuleren Tijdens afspelen met A-B Repeat drukt u op [A-B]. De AB Repeat functie wordt opgeheven en u keert terug naar normaal afspelen. Als u op aan de CD zijde drukt, zal A-B Repeat worden geannuleerd en het afspelen van de CD zal stoppen.
43
Afspelen
Een CF kaart afspelen Op hoge snelheid terug- en vooruitspoelen
1
Plaats de CF kaart
2
Aan de CF kaart zijde drukt u op
Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”.
.
De CF kaart wordt als de bron geselecteerd en het afspelen begint.
Terwijl er gestopt is, drukt u op of drukt.
en houdt u deze inge-
Tracks herhaaldelijk afspelen (1 Track/All Repeat) U kunt een favoriete track (of alle tracks) herhaaldelijk laten afspelen.
Verstreken afspeeltijd
1
Huidig spelende tracknummer
MEMO • U kunt de tijdsweergave veranderen, zodat de resterende afspeeltijd wordt getoond. Pagina 75: “De resterende tijd weergeven”.
3
Draai aan
Druk op om de Repeat Mode te selecteren. Elke keer, dat u de knop indrukt, verandert de Repeat mode indicatie als volgt.
om het volume aan te passen. (1 track repeat) (All repeat)
Om dit te doen Afspelen stoppen
Voert u deze actie uit Druk op de CF
.
Als u op deze knop drukt, als er gestopt is, zult u naar de eerste track terugkeren. Afspelen pauzeren
Druk op de CF
.
Druk hier nogmaals op om verder te gaan met afspelen vanaf het punt waarop u pauzeerde. Naar het begin van een track gaan (Skip)
Druk op
.
Terwijl er gestopt is, drukt u of
en houdt u deze
ingedrukt. Terugspoelen/ vooruit spoelen (Search)
Tijdens afspelen drukt u op : Terugspoelen/
: Vooruit-
spoelen en houdt u deze ingedrukt.
44
De huidig spelende track, of elke daaropvolgende track, die u afspeelt, zal herhaaldelijk worden afgespeeld.
All repeat:
Alle tracks worden herhaaldelijk afgespeeld. Als u dit tijdens afspelen selecteert, zullen alle tracks herhaaldelijk spelen, beginnend met de track, die op dat moment wordt afgespeeld.
Repeat off:
De Repeat Play functie is geannuleerd.
MEMO • Om Repeat Play te annuleren
Elke keer, dat u deze knop indrukt, gaat u verder naar de volgende track.
op
1 track repeat:
.
Iedere keer, dat u deze knop indrukt, gaat u één track terug. Als u deze knop tijdens afspelen indrukt, zult u naar het begin van de track, die speelde terugkeren. Druk op
Op hoge snelheid tussen songs overschakelen
Geen indicatie (Repeat off)
Om Repeat Play te annuleren drukt u een aantal malen op [1/ALL], totdat het / icoon verdwijnt. Als u de stroom naar de CD-2 onderbreekt, verdwijnt het / icoon en wordt de Repeat Play functie geannuleerd.
Een sectie herhaaldelijk afspelen (A-B Repeat) U kunt een gespecificeerde sectie herhaaldelijk afspelen. Het herhaaldelijk beluisteren van een sectie van een song is handig, als u met uw instrument meespeelt om te oefenen of om de song uit het hoofd te leren.
U kunt ook wave bestanden (WAV formaat) afspelen, die met gebruik van een computer op de CF kaart zijn gezet. Wave bestanden (WAV formaat) die met gebruik van een computer op een CF kaart zijn gezet, kunnen ook worden afgespeeld. Computer
1
Afspelen
Terwijl een CF kaart wordt afgespeeld, drukt u op , op het punt, waar u Repeat Play wilt laten beginnen. Het beginpunt (A) van A-B Repeat wordt geregistreerd en het icoon van punt A knippert.
CD-2
Wave bestanden (WAV formaat) Afspelen
Punt A icoon (knipperend)
Druk op A-B, op het punt, waar u A-B Repeat wilt laten eindigen. Het eindpunt (B) van A-B Repeat afspelen wordt geregistreerd en de A-B regio wordt herhaaldelijk afgespeeld.
■ Wave bestanden (WAV formaat), die afgespeeld kunnen worden De CD-2 kan wave bestanden, die aan de volgende voorwaarden voldoen, afspelen. 6-bit lineair/44.1 kHz/stereo/bestandsnaam extensie “.WAV” (.wav).
■ Opslagbestemming directory
MEMO • Icoon indicatie Het A-B Repeat icoon wordt tijdens het afspelen met A-B Repeat weergegeven.
Sla het wave bestand in de “root directory” van de CF kaart op.
NOTE
A-B Repeat icoon • A-B Repeat annuleren Tijdens afspelen met A-B Repeat drukt u op [A-B]. De AB Repeat functie wordt opgeheven en u keert terug naar normaal afspelen. Als u op aan de CF zijde drukt, zal A-B Repeat worden geannuleerd en het afspelen van de CF kaart zal stoppen.
• Wij kunnen niet garanderen, dat de CD-2 correct zal functioneren, als u directories van bestanden, die niet aan wave bestanden zijn gerelateerd, manipuleert.
■ CF kaarten die opgenomen data bevatten Als u wave bestanden opslaat op een CF kaart, die door de CD-2 is gebruikt (d.w.z. een CF kaart die reeds opgenomen data bevat), worden de bestanden na de laatste track toegevoegd, op alfabetische volgorde naar titel. *Bestandsnamen worden track titels.
45
Een CF kaart afspelen
2
Een muziek CD creëren
Een muziek CD creëren van een CF kaart Hier ziet u hoe een muziek CD gecreëerd kan worden door tracks van een CF kaart naar een CD-R/RW disk te schrijven.
4
Draai aan
om de track die u wilt schrijven te selecteren.
• U kunt ook op
of
NOTE • Wij kunnen niet garanderen, dat door de CD-2 gecreëerde muziek CD’s op alle CD spelers afgespeeld kunnen worden. Afhankelijk van de ondersteuning van CD-R/RW disks, kan uw CD speler deze mogelijk niet correct afspelen.
drukken om de track te
selecteren. CF kaartnummer en titel
MEMO • Als u een muziek CD maakt, worden twee seconden stilte automatisch tussen tracks op de CD-R/RW disk ingevoegd.
CD tracknummer
HINT
• Als u de geselecteerde track wilt beluisteren,
• Door een master effect te gebruiken ( Pagina 49), kunt u inconsequenties in het volume door de verschillende frequentiereeksen elimineren, waardoor de CD professioneler zal klinken. Als u een master effect wilt gebruiken om een muziek CD te maken, kiest u het type master effect voordat u verder gaat. Pagina 49: “Een professioneel klinkende CD creëren”.
drukt u op
aan de CF kaart zijde. Om het
afspelen te stoppen, drukt u op
aan de CF kaart
zijde.
5
Druk op
.
De track, die u bijstap 4 selecteerde, wordt als de te schrijven track geselecteerd.
1
Als er andere CF kaart tracks zijn, die u op de CD wilt zetten, herhaalt u stappen 4-5.
Plaats de CF kaart. Pagina 27: “Een CF kaart plaatsen”.
2
6 Druk op
.
Het “Insert Disc” bericht verschijnt en de diskhouder wordt geopend.
3
Plaats een lege of opnieuw beschrijfbare CD-R/RW disk.
Als u alle tracks, die u op de CD wilt zetten heeft geselecteerd, drukt u op . Het bericht “CD WRITE. Are You Sure?” verschijnt.
7
Om de tracks op de disk te schrijven, drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
Pagina 26: “Een disk plaatsen”. Het FINALIZE scherm verschijnt. Wanneer de CD-2 de CD-R/RW disk herkent, verschijnt het volgende scherm.
46
).
8
Als bij stap 8 “No” is geselecteerd
Kies of u de disk wilt voltooien (Finalize)
1 Druk op
“Finalization” is een proces, dat de nieuw geschreven CD-R/RW disk speelbaar maakt voor een conventionele CD speler.
.
(Indien u besluit het schrijven te annuleren, drukt u op
• De CD-2 kan onvoltooide (Unfinalized) CD-R/RW disks afspelen.
). Het schrijven naar de CD-R/RW disk begint.
Yes
Nadat het schrijven van de disk klaar is, zal de disk worden voltooid (finalize) om de muziek CD helemaal af te maken.
Als het schrijven succesvol is gebeurd, wordt de CDR/RW disk uitgeworpen en het bericht “Write Completed. Another Disc?” verschijnt.
Op een voltooide CD-R/RW disk kan geen verdere data worden geschreven, ook al is er nog ruimte op de disk. Echter, als u een CD-RW disk gebruikt, kunt u de voltooiing verwijderen en aanvullend materiaal toevoegen. Pagina 65: “Finalization verwijderen”.
No
De disk is niet voltooid, als u klaar bent met schrijven.
10
Als u dezelfde tracks op een andere CDR/RW wilt zetten, drukt u op . Het “Insert Disc” bericht verschijnt.
U kunt de Finalization stap ook later uitvoeren om de muziek CD te voltooien. Pagina 50: “Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler.
Plaats een andere lege of opnieuw beschrijfbare CD-R/ RW disk, sluit de diskhouder en het “CD WRITE. Are You Sure?” bericht verschijnt.
9
Als bij stap 8 “Yes” is geselecteerd 1 Druk op
2 Als u klaar bent met schrijven, drukt u
op
.
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
).
.
U keert terug naar het scherm, waarin u bent begonnen.
Het bericht “FINALIZE. Are You Sure?” verschijnt. Speel de CD-R/RW disk, die u zojuist heeft gemaakt af ( Pagina 40), om te controleren dat deze correct is geschreven.
2 Om tracks op de disk te schrijven
drukt u op
.
(Als u naar stap 8 wilt terugkeren, drukt u op
).
Het schrijven naar de CD-R/RW disk begint. Nadat de tracks zijn geschreven, wordt finalize op de disk toegepast. Als het schrijven succesvol is gebeurd, wordt de CDR/RW disk uitgeworpen en het bericht “Write Completed. Another Disc?” verschijnt.
● Wat te doen als een track groter is dan de capaciteit van een CD-R/RW disk.
● Een muziek CD creëren met gebruik van tracks van meerdere CF kaarten. Zie de volgende pagina
47
Een muziek CD creëren van een CF kaart
Keer terug naar stap 7 en ga verder met de procedure.
Een muziek CD creëren
Nadat de tracks zijn geschreven, kunt u nog steeds meer tracks toevoegen, als er ruimte op de disk is.
Creating a Music CD Een muziek CD creëren van een CF kaart (vervolgd)
Wat te doen als een track groter is dan de capaciteit van een CD-R/RW disk. Zelfs als een track groter is dan op een enkele CD-R/RW disk geschreven kan worden, kan deze automatisch over meerdere CD-R/RW disks worden verdeeld.
Eerste CD-R/RW disk
Tweede CD-R/RW disk
Als u een grote track automatisch wilt verdelen en schrijven, gaat u als volgt verder.
● Bij stappen 4-5 op pagina 46 specificeert u de grote track als de eerste track, die geschreven wordt. Een track kan alleen over meerdere disks worden geschreven als de eerste track, die voor schrijven wordt gespecificeerd, groter is dan op een enkele CD-R/RW disk geschreven kan worden.
Automatisch verdeeld Track Deel dat niet op eerste CD-R/RW disk past
• Als u een grote track specificeert, kunt u niet meer dan één track specificeren om op de disk te zetten.
● Nadat de eerste CD-R/RW disk is uitgeworpen, verschijnt het bericht “Insert Disc”. Plaats een andere CD-R/RW disk. Als de disk gedetecteerd is, begint het schrijven automatisch. Blijf aanvullende disks plaatsen, wanneer dit door de berichten wordt aangegeven. Als alle data is geschreven, verschijnt het bericht “Write Completed. Another Disc?”. Ga verder met de procedure vanaf stap 10 op pagina 47. • CD-R/RW disks, waarop geen ruimte meer is, nadat de track is geschreven, worden automatisch voltooid (Finalize). Als een track bijvoorbeeld over twee disks is verdeeld, zoals in het voorbeeld van de illustratie rechts boven, zal de eerste CD-R/RW disk automatisch voltooid worden.
HINT • U kunt de track ook op een gewenste locatie verdelen.
Pagina 62: “Een track onderverdelen”.
Een muziek CD creëren met gebruik van tracks van meer dan één CF kaart Als de CD-R/RW disk nog niet voltooid is, kunt u tracks van een andere CF kaart toevoegen. Als u een muziek CD wilt creëren met gebruik van tracks van meerdere CF kaarten, blijft u simpelweg tracks toevoegen en voltooit u de disk, wanneer u klaar bent.
Schrijf naar CD TRACK 01
Schrijf naa CD TRACK 02
Voltooide muziek CD!
Finalize TRACK03
CF kaart
48
TRACK05
CF kaart
Een professioneel klinkende CD creëren (Master effecten) Als een muziek CD van tracks op een CF kaart wordt gecreëerd, kunt u een master effect toepassen om oneffenheden in het volume door de verscheidene frequentiereeksen te elimineren, waardoor de muziek CD professioneler zal klinken.
Functie
Mixdown
Basale mixdown voor CD.
Live Mixing
Eindmix van live opname.
Narration
Mix voor video of radio vertellingen.
Jam Session
Wordt gebruikt om een oefen of jamsessie in een luidruchtige oefenruimte op te nemen.
OutDoors
Regelt de achtergrond kabaal (ruis) van opnames, die buiten zijn gemaakt.
Rock Band
Wordt voor pop of rockbands gebruikt.
Low Boost
Verbetert de lage frequentiereeks van drums en bas.
Brighten
Maakt de algehele mix iets knisperends en sissends.
Piano
Te gebruiken om het dynamische bereik van akoestische piano’s te regelen.
Choir
Gebruik dit voor vocale ensembles.
Brass
Gebruik dit voor koper ensembles.
Woodwind
Gebruik dit voor blaas ensembles.
Orchestra
Niveauregeling en lucht voor live opnames van bands of orkesten.
Acoustic
Geeft helderheid en warmte aan getokkelde of geplukte akoestische instrumenten.
Mix CD
Gebruik dit bij het verzamelen van tracks van verschillende bronnen voor gelijkmatige niveaus.
CMP+FAT EQ
Gemaximaliseerd geluidsniveau en klankkarakter geschikt voor dance muziek.
LO&SLOW FLNG
Langzaam modulatie effect.
ST CHORUS
Diep en ruimtelijk geluid, geproduceerd door een chorus effect.
PS:DETUNE
Ga verder met stap 2 op pagina 46 om een CD te schrijven, waarop master effecten zijn toegepast.
In toonhoogte verschoven geluid, toegevoegd om diepte te creëren.
ST DOUBLER
Verdubbeling, toegepast om een ruimtelijk geluid te produceren.
MEMO
CHORUS+DELAY Gecombineerde chorus en delay om de ruimtelijk spreiding te verbeteren.
Kies de patch, die het meest geschikt is voor de muziek CD, die u wilt maken.
MEMO • U kunt een master effect niet tegelijk met andere effecten gebruiken. ( Pagina 70).
Druk op
.
Het Mastering Effect scherm verschijnt.
• Als een effect aan staat ( Pagina 70), zal het bericht “Use MASTERING? FX will be Off” verschijnen. Druk op de [ENTER] knop om het effect uit te zetten. Het mastering patch scherm verschijnt.
Draai aan
om een Mastering Effect patch te selecteren.
• Voor een lijst met patches kijkt u bij de tabel rechts. • Als u iets anders dan “Off” kiest, zullen de master effecten aan staan en [MASTERING] zal oplichten. • Na het selecteren van een Mastering Effect patch kunt u de CF kaart afspelen om het geluid van de gekozen patch te beluisteren.
• Als u master effecten gebruikt, duurt het langer om de tracks te schrijven.
1920’s RADIO
Simuleert het geluid van een antieke radio die niet goed is afgestemd.
De schrijf tijd is ongeveer 1.5 keer de lengte van de tracks.
1960’s RADIO
Simuleert het geluid van een drukke oude radio.
VINTAGE 45’s
Simuleert het geluid van een 45 RPM single, gespeeld op een antieke platenspeler.
CLASSIC LP
Simuleert het geluid van een LP, gespeeld op een draaitafel.
• Als de tracks zijn geschreven, worden de master effecten automatisch op “Off” ingesteld. • Indien u geen master effecten wilt gebruiken, kiest u “Off” bij stap 2. Als master effecten op “Off” zijn ingesteld, is [MASTERING] niet verlicht.
49
Een muziek CD creëren van een CF kaart (vervolgd)
2
Een muziek CD creëren
Patch naam
U kunt uit 25 verschillende Mastering Effect patches kiezen.
1
■ Master effect patch lijst
Een muziek CD creëren
Een disk speelbaar maken voor een conventionele CD speler (Finalize) Om een CD-R/RW disk, die u op de CD-2 heeft opgenomen, op een conventionele CD speler af te kunnen spelen, moet de disk voltooid (finalize) worden. Een voltooide CD-R disk of CD-RW disk kan als muziek CD worden afgespeeld op een CD speler, die respectievelijk CDR of CD/RW ondersteunt. CD speler die CD-R (CD-RW) ondersteunt
De CD-2
Voltooide disk
Speelbaar
Speelbaar
Niet voltooide disk
Niet speelbaar
Speelbaar
NOTE • Wij kunnen niet garanderen dat muziek CD’s, die op de CD-2 zijn gecreëerd, op alle CD spelers afgespeeld kunnen worden. Afhankelijk van de mate van ondersteuning voor CD-R/RW disks kan uw CD speler deze mogelijk niet correct afspelen.
MEMO
1
Plaats de CD-R/RW, disk die u wilt voltooien. Pagina 26: “Een disk plaatsen”.
2
Druk op
.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt.
3
Om de disk te voltooien drukt u op (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
. ).
De disk wordt voltooid. Tijdens dit proces wordt een timer weergegeven, die de tijd, totdat de voltooiing compleet is, aftelt.
• Nadat een CD-R/RW disk is voltooid, kan er geen data meer worden toegevoegd, ook al is er nog ruimte op de disk. Echter, in het geval van een CD-RW disk, kunt u de voltooiing verwijderen en aanvullend materiaal toevoegen/opnemen. Pagina 65: “Finalization verwijderen”.
50
Aftellen Als “Finalize” voltooid is, wordt de CD-R/RW disk uitgeworpen. Uw muziek CD is nu klaar.
Gevorderd gebruik In dit deel worden de meer gevorderde functies van de CD-2 uitgelegd.
■ De metronoom gebruiken .................................................................... 52
Andere opname methodes
Een aftelling laten klinken om van een nauwkeurige timing verzekerd te zijn ..... 53
■ De opname automatisch starten wanneer het geluid begint ............ 54 ■ Tracknummers toewijzen terwijl u opneemt ...................................... 55 [MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen ....................................... 55 Tracknummers toewijzen op gespecificeerde intervallen .................................... 56 Tracknummers toewijzen wanneer stilte is gedetecteerd .................................... 57
■ Een CF kaart bewerken ........................................................................ 58 Een track wissen.................................................................................................. 58 Alle tracks wissen ................................................................................................ 58 Een track een naam geven .................................................................................. 59 Stille regio’s aan het begin en eind van een track bijschaven (Trim In/Out) ........ 60 Een track onderverdelen (Divide) ........................................................................ 62 Een track naar een Wave bestand omzetten (Wave Convert) ............................ 63 Een CF kaart formatteren .................................................................................... 63
Meer functies
■ Tracks van een CD-RW disk wissen ................................................... 64 De laatste track wissen ........................................................................................ 64 Alle tracks wissen ................................................................................................ 64 Finalization verwijderen ....................................................................................... 65
■ Uw instrument stemmen (Tuner)......................................................... 66 De referentietoonhoogte van het stemapparaat veranderen ............................... 67 Tijdens het stemmen een leidtoon beluisteren .................................................... 67
■ Een originele muziek CD kopiëren ...................................................... 68 ■ ■ ■ ■
Effecten op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen ........ 70 Een reservekopie maken van tracks van een CF kaart .................... 71 Opgeslagen data herstellen (Recover) ............................................... 72 SMF data (Standaard MIDI bestand) afspelen .................................... 73
■ De fabrieksinstellingen herstellen (Initialize) ..................................... 74 ■ Andere functies en instellingen........................................................... 75 De resterende tijd weergegeven .......................................................................... 75 De functie van de voetschakelaar specificeren ................................................... 76 Het ingangsniveau van de interne microfoons automatisch aanpassen (Auto Level Control) ............................................................................................. 76 Het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks bijstellen ......................................... 77 De lijningang aan/uitzetten .................................................................................. 78 De track titels op een CF kaart bekijken .............................................................. 78 Het afspeelniveau van een muziek CD/CF kaart aanpassen .............................. 79
51
Andere opname methodes
De metronoom gebruiken U kunt een metronoom laten klinken – een gemakkelijke optie voor het oefenen op uw instrument.
3
MEMO
Het tempo instellen. 1 Druk op
• De metronoom kan niet gebruikt worden tijdens overdubben van een uitvoering met een muziek CD ( Pagina 32).
totdat “Tempo” in het
scherm verschijnt en druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
1
Druk op
.
Het volgende scherm verschijnt.
De metronoom wordt aangezet en de [METRONOME] knop knippert.
2
Het geluid instellen. 1 Druk op
2 Draai aan
om het tempo van de metronoom in te stellen.
.
“[METRONOME] Sound” verschijnt in het scherm.
• U kunt het metronoom tempo binnen de reeks van =20–250 (het aantal kwartnoten in één minuut) aanpassen.
• Als [MENU] wordt ingedrukt, terwijl de metronoom is aangezet, zal het scherm, waarin het metronoomgeluid (“Sound”) geselecteerd kan worden, verschijnen.
2 Druk op
3 Druk op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
.
Het volgende scherm verschijnt.
4
Aangeven welke tellen benadrukt worden. 1 Druk op
, totdat “Beat” in het
scherm verschijnt en druk dan op . 3 Draai aan
om het metronoomgeluid te selecteren.
Click: een elektronische toon zal te horen zijn. Bell:
een bel zal hoorbaar zijn.
Off:
het metronoomgeluid is uit (de [METRONOME] knop blijft knipperen).
4Druk op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
52
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
2 Draai aan
om te kiezen welke metronoom tellen benadrukt zullen worden.
• Een kwartnoot telt als één tel. 0:
Er worden geen tellen benadrukt.
1:
Elke tel wordt benadrukt.
2:
Elke tweede tel wordt benadrukt.
3:
Elke derde tel wordt benadrukt.
4:
Elke vierde tel wordt benadrukt.
5:
Elke vijfde tel wordt benadrukt.
6:
Elke zesde tel wordt benadrukt.
U kunt een aftelling laten klinken, voordat de opname begint. Dit geeft u een timing referentie voor uw opgenomen uitvoering.
MEMO • Als u via de interne microfoons opneemt (als [MIC SELECT] groen verlicht is: Pagina 30), zal de aftelling niet via de interne luidsprekers te horen zijn. Om de metronoom te kunnen horen, dient u een koptelefoon te gebruiken.
Elke zevende tel wordt benadrukt.
7:
: Elke tel wordt in een triool verdeeld en een benadrukte tel zal aan het begin van elke triool klinken. : Elke tel wordt in zestiende noten verdeeld en een benadrukte tel zal op de zestiende noot aan het begin van elke tel klinken.
6
Druk op
totdat “Count-in (Beat)” in
het scherm verschijnt. Druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Druk twee keer op
Het volgende scherm verschijnt.
U keert terug naar de vorige uitleespagina.
Om de metronoom te stoppen, drukt u weer op
.
De metronoom wordt uitgezet en de [METRONOME] knop is niet langer verlicht.
7
MEMO
Draai aan
om aan te geven hoeveel tellen te horen zullen zijn, voordat de opname begint.
Off:
er zal geen aftelling te horen zijn.
-16:
het aangegeven aantal tellen zal te horen zijn.
• Hoe de [METRONOME] knop het tempo en benadrukte tellen aangeeft Als de metronoom aan staat, knippert de [METRONOME] knop in de maat. Rood geeft de benadrukte tellen aan en groen geeft de niet benadrukte tellen aan.
■ Als u met de metronoom opneemt
8
Druk twee keer op U keert naar de vorige uitleespagina terug. • Als u de aftelling wilt uitschakelen, kiest u “Off” bij stap 7.
Als u via de interne microfoons opneemt (als [MIC SELECT] groen verlicht is: Pagina 30), zal de metronoom tijdens de pauze stand of tijdens opname niet via de interne luidsprekers te horen zijn. Om de metronoom te kunnen horen, dient u een koptelefoon te gebruiken.
53
Andere opname methodes
6
Na stap 5 van linker kolom…
De metronoom gebruiken
5
Een aftelling laten klinken om van een nauwkeurige timing verzekerd te zijn (Count-in)
Andere opname methodes
De opname automatisch starten als het geluid begint U kunt de CD-2 laten beginnen met opnemen, als deze geluid detecteert, dat luider is dan een gespecificeerd niveau. Als u op de normale manier een opname start, door een knop in te drukken, zal een stilte worden opgenomen, totdat u uw instrument daadwerkelijk bespeelt. Als u echter de Auto Rec Start functie van de CD-2 gebruikt, zal de opname automatisch beginnen, in reactie op uw stem of instrument, waardoor u kunt opnemen, zonder dat er stilte aan het begin van de track wordt gecreëerd.
HINT
4
U keert naar de vorige uitleespagina terug. Hiermee zijn de voorbereidingen voor het automatisch starten van de opname voltooid.
5
• Als u op een CF kaart opneemt, kunt u ongewenste stilte aan het begin van de track verwijderen, nadat u klaar bent met opnemen ( Pagina 60).
MEMO • De Auto Rec Start functie zal niet functioneren, als u een aftelling heeft ingesteld ( Pagina 53). U moet de Count-in functie uitzetten (Off).
Druk twee keer op
Druk op
.
• Druk op de knop voor regeling van de media (CF kaart of CD), waarop u gaat opnemen.
6
Druk op
.
• Druk op de knop voor regeling van de media (CF kaart of CD), waarop u gaat opnemen. Het bericht “Waiting Signal…” verschijnt en de CD-2 gaat naar de pauzestand.
1
Voorbereidingen voor opnemen. • Als u met de interne microfoons opneemt Pagina 30, stappen 1-2.
7
Als de CD-2 geluid op een hoger niveau detecteert dan het niveau, dat u bij stap 3 heeft aangegeven, zal de opname automatisch beginnen.
• Als u van een aangesloten microfoon of instrument opneemt Pagina 31, stappen 1-3.
2
Druk op totdat “Auto Rec Start” in het scherm verschijnt en druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
Bespeel uw instrument.
8
Als u klaar bent met opnemen, drukt u op . • Druk op de knop voor regeling van de media (CF kaart of CD), waarop u gaat opnemen. Een nieuwe track wordt aan het eind van de CF kaart of CD-R/RW disk gecreëerd.
MEMO
3
54
Draai aan
om het niveau, waarop de opname automatisch zal starten, te specificeren.
Off:
De opname start handmatig.
-6 dB – -48 dB:
Dit is het minimale niveau, waarop de opname zal beginnen. Als u bijvoorbeeld “-6 dB” kiest, zal de opname beginnen op het moment, dat de CD-2 geluid detecteert, dat luider is dan –6 dB.
• U kunt op
drukken om de opname te pauzeren.
De opname start automatisch, de volgende keer dat de CD-2 geluid detecteert op een hoger niveau dan het niveau, dat u bij stap 3 heeft aangegeven. Als u de opname pauzeert, zal op het punt, waar u met de opname verder gaat, een nieuwe track worden gecreëerd.
Andere opname methodes
Tracknummers toewijzen terwijl u opneemt Tijdens het opnemen kunt u een tracknummer toewijzen, zodat daaropvolgend opgenomen materiaal zich op een nieuwe track zal bevinden.
MEMO • Nadat een tracknummer is toegewezen, kan dit niet verwijderd worden. • Tracknummers kunnen alleen tijdens de opname worden toegewezen. • De tracknummers kunnen minimaal vier seconden van elkaar worden toegewezen. U kunt geen nieuw tracknummer toewijzen op minder dan vier seconden vanaf het vorige toegewezen tracknummer.
● Als u tracknummers aan een CD-R/RW disk toewijst • Wanneer u een tracknummer toewijst, worden twee seconden stilte automatisch voor het nieuwe tracknummer ingevoegd. Track number Track number Uitvoering
A
CD-R/RW disk
A
B
C
Tracknummer
Wanneer verscheidene songs achter elkaar worden opgenomen, zoals tijdens een live uitvoering, kunt u elke song van een tracknummer voorzien, terwijl u blijft opnemen.
1
Op het punt, tijdens de opname, waar u een tracknummer wilt toewijzen, drukt u op .
• Druk op de knop voor regeling van de media (CF kaart of CD), waarop u gaat opnemen. Het tracknummer wordt hoger en het materiaal, dat volgt, wordt opgenomen, zoals op die track.
HINT • U kunt ook een voetschakelaar gebruiken om tracknummers toe te wijzen. Bij stap 2 van “De functie van de voetschakelaar specificeren” op pagina 76, kiest u “Marker”. Dan drukt u op het juiste moment tijdens de opname op de voetschakelaar.
Tracknummer
B
De opname automatisch starten als het geluid begint
• U kunt maximaal 99 tracknummers (99 tracks) op een CF kaart of CD-R/RW disk toewijzen.
[MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen
C Andere opname methodes
Stilte (twee seconden)
• U kunt geen ander tracknummer toewijzen, als het volgende bericht wordt weergegeven. De opname zal echter doorgaan.
Tracknummers toewijzen terwijl op opneemt
Dit bericht geeft aan, dat het tracknummer op de CD-R/ RW disk wordt geschreven.
HINT • Tracks, die op een CF kaart zijn opgenomen, kunnen naderhand naar wens worden gesplitst Pagina 62: “Een track onderverdelen”.
55
Andere opname methodes Tracknummers toewijzen terwijl u opneemt (vervolgd)
Tracknummers op gespecificeerde intervallen toewijzen Als u een lange opname maakt, zoals een lezing, kunt u tracknummers automatisch op vaststaande intervallen toewijzen, om de opname in tracks te verdelen. Als u tracknummers heeft toegewezen, zal het vinden van een gewenste locatie in de opname gemakkelijker zijn.
1
Druk op
5
om het tijdsinterval, waarop tracknummers toegewezen worden, te specificeren.
• U kunt een tijdsinterval van 5 min – 15 min (minuten) aangeven.
totdat “Auto Marker” in het
scherm verschijnt en druk dan op
Draai aan
.
6
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
Druk twee keer op U keert terug naar de vorige uitleespagina. Vervolgens, wanneer u met opnemen begint, worden tracknummers automatisch toegewezen op elk tijdsinterval, dat u bij stap 3 heeft aangegeven. • Om deze instelling op te heffen, kiest u “Off” bij stap 2.
2
3
Draai aan
om “Time” te selecteren.
Off:
Tracknummers worden toegewezen op de punten, waar u op drukt, terwijl u opneemt.
Time:
Tijdens de opname worden tracknummers op elk gespecificeerd interval toegewezen.
Level:
Tijdens de opname worden tracknummers toegewezen, wanneer het geluid onder een aangegeven niveau komt.
Druk op
.
U keert terug naar de vorige uitleespagina.
4
Druk op
totdat “Auto Marker Time” in
het scherm verschijnt en druk dan op • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. • Het volgende scherm verschijnt.
56
.
Tracknummers toewijzen wanneer stilte wordt gedetecteerd Tracknummers kunnen automatisch worden toegewezen, wanneer de CD-2 tijdens de opname een stilte regio (langer dan één seconde) detecteert.
1
Druk op
totdat “Auto Marker” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Hierna, als u begint met opnemen, zal de CD-2 automatisch een tracknummer toewijzen als een stilte periode wordt gedetecteerd, met andere woorden: een periode met een niveau, dat lager is dan het niveau, dat u bij stap 3 heeft aangegeven, en die tenminste één seconde duurt.
en selecteer “Level”.
Tracknummers worden toegewezen op de punten, waar u op drukt, terwijl u opneemt.
Time:
Tijdens de opname worden tracknummers op elk gespecificeerd interval toegewezen.
Level:
Tijdens de opname worden tracknummers toegewezen, wanneer het geluid onder een aangegeven niveau komt.
Andere opname methodes
Off:
Druk op
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
Tracknummers toewijzen terwijl u opneemt (vervolgd)
3
Draai aan
Druk twee keer op
• Om deze instelling op te heffen kiest u “Off” bij stap 2.
Het volgende scherm verschijnt.
2
6
.
U keert terug naar de vorige uitleespagina.
4
Druk op
totdat “Auto Marker Lvl” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. • Het volgende scherm verschijnt.
5
Draai aan
om het niveau dat als stilte zal worden gezien te specificeren.
• U kunt het niveau specificeren binnen een reeks van –30 dB - -60 dB.
57
Meer functies
Een CF kaart bewerken Acht bewerkingsoperaties, zoals Delete of Rename, staan tot uw beschikking om songs, die op een CF kaart zijn opgenomen te kunnen bewerken. Voorbereidingen, die voor alle CF kaart bewerkingsoperaties hetzelfde zijn
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
).
De track wordt gewist en u keert naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
1 Plaats de CF kaart, die u wilt bewerken.
2 Druk op de CF kaart
knop om de CF kaart als de bron te selecteren.
Alle tracks wissen De inhoud van een CF kaart zal als volgt veranderen.
NOTE
Tracknummer 1
2
A
• Een gewiste track kan niet meer hersteld worden. Wees voorzichtig, voordat u een track wist.
3
B
4
C
D
Verwijderen
Een track wissen
Lege CF kaart
De inhoud van een CF kaart zal als volgt veranderen. Tracknummer 1
2
A
3
B
4
C
D
D
Blank
1
Druk op totdat “ERASE ALL TRACKS” in het scherm verschijnt.
2
Druk op
Delete Tracknummer 1
2
A
3
C
1
Gebruik
2
Druk op totdat “ERASE 1 TRACK” in het scherm verschijnt.
of
om de te wissen track
.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt.
te selecteren.
3
Druk op
.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt.
3
Druk op
.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt. Nummer van de track die u gaat wissen
4
Om alle tracks te wissen drukt u op (Indien u besluit te annuleren, drukt u op Alle tracks worden gewist en u keert naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
4 58
Om de track te wissen, drukt u op
.
. ).
Een naam aan een track toewijzen Aan elke track op een CF kaart kan een titel van maximaal 250 tekens worden toegewezen.
■ Tekens invoeren
MEMO • Tracknamen als “SNG01_00 ➔ SNG02_00 ➔ …SNG99_00” worden automatisch aan elke track toegewezen.
Toegewezen tracknummer tijdens opnemen.
Tekens worden op de plaats van de cursor ingevoerd. Verplaats de cursor en voer de gewenste tekens in.
Als er twee of meer tracks met dezelfde naam zijn, wordt een tweecijferig nummer toegevoegd om ze van elkaar te kunnen onderscheiden.
• Tracknaam weergave De tracknamen kunnen in het scherm worden weergegeven. Als u de naamweergave instelling op “On” heeft gezet, zal de naam in het scherm verschijnen, als u van track verandert. Enkele seconden later keert het scherm naar de tijdsweergave terug. Pagina 78: “De tracknamen op een CF kaart bekijken”.
1
Gebruik
2
Druk op totdat “RENAME” in het scherm verschijnt.
of
om de track, die u een
naam wilt geven, te selecteren.
Om de Druk op of . cursor te verplaatsen De cursor wordt naar achter of naar voren verplaatst. Om een teken te kiezen Om een spatie in te voegen
Draai aan
Druk op Een spatie (leegte) wordt op de plaats van de cursor ingevoegd. Kies het gewenste teken.
Om een Druk op teken te verwijderen Het teken op de plaats van de cursor wordt verwijderd. Daaropvolgende tekens worden naar voren geschoven. • U kunt de volgende tekens invoeren.
Als u [DATA] met de klok mee draait, verschijnen de tekens in de volgorde A ➔ B ➔... Z ➔ [ ➔...
Druk op
.
Door [DATA] tegen de klok in te draaien, zullen de tekens in omgekeerde volgorde verschijnen.
Nummer van de track die u bewerkt
Tracknaam
■ Als u het bestand op uw computer een andere naam geeft
Cursor (knippert)
4
volgende kolom.
5
Om de ingevoerde naam te bevestigen, drukt u op .
Voer de naam in.
Zie “Tekens invoeren” in de
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
).
De door u aangegeven naam wordt aan de track
De tracks worden in de root directory van de CF kaart opgeslagen. De bestanden met extensie “.WAV” en “.DAT” zijn de trackbestanden. De CD-2 gebruikt de bestandsnamen als de tracknaam. U kunt de naam veranderen door de bestandsnaam te veranderen. Hierdoor zal de volgorde van tracks op de CF kaart veranderen. Tracks, die u een andere naam geeft, worden naar een locatie na de laatste track verplaatst.
NOTE • U moet de bestandsnaam extensie “.WAV” of “.DAT”
59
Meer functies
* Een lege ruimte of een “.” (punt) kunnen niet als het eerste teken van een naam worden gebruikt. Als u dit probeert te doen, zal de CD-2 het eerste teken automatisch verwijderen, en de daarop volgende tekens voor de tracknaam gebruiken.
Het titel invoerscherm verschijnt.
Een CF kaart bewerken
3
toegewezen, waarna u naar de vorige uitleespagina terugkeert.
Meer functies Een CF kaart bewerken (vervolgd)
nooit veranderen.
Stilte van het begin van een track afkappen
• Wij kunnen niet garanderen dat de CD-2 correct zal functioneren, als u directories of bestanden met extensies als “.WAV” of “.DAT” verandert. • Gebruik geen dubbel-byte tekens (bijv. Japans) of “~” (tilde) in de bestandsnaam. De CD-2 kan deze niet herkennen.
1
Gebruik
2
Druk op totdat “TRIM IN” in het scherm verschijnt.
3
Druk op
of
om de track, die u
wilt bewerken, te selecteren.
• De bestandsnaam moet 250 tekens of minder zijn (exclusief de bestandsnaam extensie).
Stille regio’s aan het begin en eind van de track bijschaven (Trim In/Out) Als u een instrumentale of vocale uitvoering opneemt, begint u wellicht iets eerder dan het werkelijke begin van de uitvoering, en stopt u de opname iets later dan het werkelijke eind, opdat er niets van de uitvoering verloren zal gaan. In dit soort gevallen kan er een ongewenste stilt aan het begin of eind van de track ontstaan. Met de CD-2 kunt u dit soort stiltes bijschaven vanaf het begin of eind van de track, zodat het geluid begint op het moment dat u de track begint af te spelen.
.
Het Trim In bewerkingsscherm verschijnt.
Nummer van de track die u bewerkt
MEMO • Indien er niet genoeg vrije ruimte op de CF kaart over is, kan de Trim In/Out functie niet worden gebruikt.
4
Startpunt en eindpunt Als u stille regio’s vanaf het begin of eind van de track wilt bijschaven, moet u eerst het gewenste startpunt en eindpunt aangeven. De stille regio’s zullen bijgeschaafd worden, zoals hieronder wordt getoond, volgens de door u aangegeven start en eindpunten. • Startpunt: De locatie, waarop het geluid begint. • Eindpunt:
Aan de CF kaart zijde drukt u op
.
De track wordt afgespeeld.
5
Op het gewenste startpunt drukt u op aan de CF kaart zijde.
De locatie, waarop het geluid eindigt.
Begin van de track Delete
Vier seconden geluid voorafgaand aan het startpunt zal herhaaldelijk worden gespeeld.
Eind van de track Delete
Wordt herhaald Silence
Silence
Startpunt
Vier seconden
Eindpunt Startpunt
Begin van de track Eind van de track
6 Startpunt
Eindpunt
MEMO • U kunt geen begin- en eindpunten instellen, die maken dat de bewerkte song korter dan vier seconden zal duren.
60
Draai aan
om het startpunt nauwkeurig bij te stellen.
• Draai [DATA] met de klok mee of tegen de klok in om het startpunt met kleine stappen naar voren of naar achter te verplaatsen. • Draai langzaam aan [DATA] om het startpunt bij te stellen, zodat u het begin van het geluid niet hoort.
7
Druk op
5
.
Op het gewenste eindpunt drukt u op aan de CF kaart zijde.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt. Vier seconden geluid volgend op het eindpunt zal herhaaldelijk worden gespeeld.
8
Om de Trim operatie uit te voeren, drukt u op .
Wordt herhaald Vier seconden
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
De Trim In operatie wordt uitgevoerd. Nadat deze is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
Eindpunt
6
Gebruik
of
om de track, die u
wilt bewerken, te selecteren.
7
.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt.
Druk op totdat “TRIM OUT” in het scherm verschijnt.
8 Druk op
Druk op
Om de Trim Out operatie uit te voeren, drukt u op .
. (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
Het Trim Out bewerkingsscherm verschijnt. De Trim Out operatie wordt uitgevoerd. Nadat deze is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug. Nummer van de track die u bewerkt.
4
Aan de CF kaart zijde drukt u op
.
De track wordt afgespeeld.
61
Meer functies
3
• Draai langzaam aan [DATA] om het eindpunt bij te stellen, zodat u het eind van het geluid niet hoort.
Een Cf kaart bewerken (vervolgd)
2
om het eindpunt nauwkeurig bij te stellen.
• Draai [DATA] met de klok mee of tegen de klok in, om het startpunt met kleine stappen naar voren of naar achter te verplaatsen.
Stilte van het eind van een track afkappen
1
Draai aan
Meer functies Een CF kaart bewerken (vervolgd)
Voorbereidingen, die voor alle CF kaart bewerkingsoperaties hetzelfde zijn
1 Plaats de CF kaart, die u wilt bewerken.
2 Druk op de CF kaart
knop om de CF kaart als de bron te selecteren.
Een track onderverdelen (Divide)
4
.
De track begint te spelen.
5
Druk op
op de locatie, waar u de track ongeveer wilt onderverdelen.
Vier seconden geluid, voorafgaand aan deze locatie, zal herhaaldelijk worden afgespeeld.
De inhoud van de CF kaart zal als volgt veranderen. Tracknummer 1
Aan de CF kaart zijde drukt u op
2
A
B
Onderverdelen Tracknummer 1
2
A
3
B
6
Draai aan
7
Druk op
om de precieze locatie, waar u de track wilt onderverdelen, aan te passen.
A
MEMO • Track volgend op de locatie van de onderverdeling worden aan het eind van de CF kaart geplaatst.
.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt.
• Als er niet genoeg vrije ruimte op de CF kaart is, kan de Divide operatie niet worden uitgevoerd. • Een track, die korter is dan acht seconden, kan niet bewerkt worden.
8 1
Gebruik
of
om de track, die u
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
wilt onderverdelen, te selecteren. De track wordt onderverdeeld. Nadat deze operatie is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
2
Druk op totdat “DIVIDE” in het scherm verschijnt.
3
Druk op
.
Het Divide bewerkingsscherm verschijnt.
Nummer van de track die u bewerkt.
62
Om de track onder te verdelen, drukt u op .
De nieuwe track wordt aan het eind van de CF kaart gecreëerd. Speel de laatste track af ( Pagina 44) om het resultaat te beluisteren.
Een track naar een Wave bestand omzetten (Wave Convert) Tracks, die met opname mode “Standard” of “Long” ( Pagina 36) zijn opgenomen, kunnen naar een Wave bestand (WAV formaat) worden omgezet, dat door uw computer of een ander apparaat behandeld kan worden.
Een CF kaart formatteren Als u de stroom uitzet of de CF kaart aan sterke fysieke schok blootstelt, terwijl de CD-2 in werking is, kan de data op de CF kaart beschadigen en het systeem mogelijk niet correct meer functioneren. Als dit gebeurt, formatteert u de CF kaart opnieuw.
NOTE
MEMO • De nieuwe track, die door deze conversie wordt geproduceerd, wordt aan het eind van de CF kaart geplaatst. • Indien er niet genoeg vrije ruimte op de CF kaart is, kan de Wave Convert operatie niet worden uitgevoerd.
1
Gebruik
of
om de track, die u
naar een wave bestand wilt omzetten, te selecteren.
2
Druk op totdat “WAVE CONVERT” in het scherm verschijnt.
• Zet de stroom nooit uit en verwijder de CF kaart niet, terwijl formatteren wordt uitgevoerd. Hierdoor kan de data op de CF kaart vernietigd worden of de kaart onbruikbaar worden. • Als een CF kaart wordt geformatteerd, zal alle data, die zich op de kaart bevindt, gewist worden.
1
Druk op totdat “FORMAT CF CARD” in het scherm verschijnt.
2
Druk op
.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt.
Druk op
.
Het bericht “Wave Convert?” verschijnt.
Tracknummer van de bron
3
Druk op
.
Het bericht “You’ll Lose Data. Really Sure?” verschijnt.
Tracknummer van het conversie resultaat.
4
Meer functies
• Het bericht “Already WAV Trk” zal verschijnen, als de bij stap 1 geselecteerde track met de “WAV” opname methode werd opgenomen. U keert naar de oorspronkelijke uitleespagina terug. Selecteer een andere track.
Om de kaart te formatteren drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
4
Om de conversie uit te voeren, drukt u op .
Een CF kaat bewerken (vervolgd)
3
).
Het formatteren begint. Nadat dit succesvol is voltooid, verschijnt het volgende scherm.
De track wordt naar een wave bestand omgezet. Nadat de conversie is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
63
Meer functies
Tracks van een CD-RW disk wissen Als de track is gewist, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
Als u een CD-RW disk gebruikt, kunt u eerder opgenomen tracks wissen. • U kunt geen tracks van een CD-R disk wissen. Voorbereidingen, die voor alle CD-RW bewerkingsoperaties hetzelfde zijn.
Alle tracks wissen
Plaats de CD-RW disk, waarvan u tracks wilt wissen.
Hier wordt uitgelegd, hoe alle tracks van de CD-RW disk worden gewist.
NOTE
MEMO
• Een gewiste track kan niet meer hersteld worden. Wees voorzichtig voordat u deze operaties gaat uitvoeren.
• Als de CD-R/RW voltooid is ( Pagina 50), zal de voltooiing automatisch worden verwijderd, als u alle tracks wist.
De laatste track wissen Hier ziet u hoe de track, die het laatst op de CD-RW disk werd opgenomen, gewist kan worden.
1
Druk op totdat “ERASE ALL TRACKS” in het scherm verschijnt.
2
Druk op
MEMO • Als u een track wilt wissen van een CD-RW disk, die reeds voltooid (Finalize) is ( Pagina 50), moet u de voltooiing eerst verwijderen ( Pagina 65).
1 2
Druk op totdat “ERASE LAST TRACK” in het scherm verschijnt.
Druk op
.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt.
3
.
Druk op
.
Het “Really Sure?” bericht verschijnt.
Het “Are You Sure?” bericht verschijnt.
3
Om de laatste track te wissen, drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
De track wordt gewist. Tijdens dit proces wordt een timer weergegeven, die de tijd, totdat de operatie is voltooid, aftelt.
4
Om alle tracks te wissen, drukt u op (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
64
).
De tracks worden gewist. Tijdens dit proces wordt een timer weergegeven, die de tijd, totdat de operatie is voltooid, aftelt.
Aftellend Aftellend
.
Als alle tracks zijn gewist, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
Finalization verwijderen U kunt de Finalization (voltooiing) van een CD-RW disk verwijderen ( Pagina 50), zodat de disk opnieuw voor opname gebruikt kan worden.
MEMO • U kunt de Finalization van een CD-R disk niet verwijderen. • Als Finalization wordt verwijderd, zullen de opgenomen tracks niet gewist worden.
1
Druk op totdat “UNFINALIZE” in het scherm verschijnt.
2
Druk op
.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt.
Tracks van een CD-RW disk wissen
3
Om Finalization te verwijderen drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
Finalization wordt van de disk verwijderd. Tijdens dit proces wordt een timer weergegeven, die de tijd, totdat de operatie is voltooid, aftelt.
Meer functies
Aftellend Nadat Finalization is verwijderd, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
65
Meer functies
Uw instrument stemmen (Tuner) U kunt de chromatische stemfunctie van de CD-2 gebruiken om uw instrument te stemmen.
6e 5e 4e 3e 2e 1ste snaar snaar snaar snaar snaar snaar
De stemfunctie kan met alle ingangen van de CD-2 worden gebruikt, inclusief de interne microfoons.
Gitaar
E
A
D
G
B
E
E
A
D
G
Bas
MEMO • Terwijl de stemfunctie wordt gebruikt, kunt u niet afspelen of opnemen. • Het effect ( Pagina 70) wordt niet toegepast, terwijl u de stemfunctie gebruikt.
4
• Als u het geluid niet wilt horen, wanneer u het stemfunctie gebruikt, kunt u de [OUTPUT LEVEL] knop naar beneden draaien ( Pagina 25) of op [SPEAKER MUTE] drukken om het geluid tijdelijk stil te maken ( Pagina 25).
Voorbeeld
Voorbereidingen
1
2
Druk op
Stem de snaar zo, dat de linker en rechter stemrichtlijnen beide worden weergegeven. Als de snaar is gestemd binnen +/- 50 cent van de correcte stemming, worden stemrichtlijnen in het scherm getoond, die de afstand tussen de werkelijke toonhoogte en de weergegeven nootnaam aangeven.
Tuning your electric guitar. 1 Sluit uw gitaar op de GUITAR jack aan.
Tuning guides
2 Druk herhaaldelijk op [MIC SELECT] totdat dit oranje is verlicht. Pagina 36.
Als alleen de rechter richtlijn wordt getoond: De toonhoogte is hoger dan de weergegeven nootnaam (d.w.z: een kruis). Als alleen de linker richtlijn wordt getoond: De toonhoogte is lager dan de weergegeven nootnaam (d.w.z: een mol).
totdat “TUNER” in het
scherm verschijnt.
Als zowel de linker als rechter richtlijnen worden weergegeven: De toonhoogte komt met de weergegeven nootnaam overeen.
Speel een enkele noot op de open snaar, die u wilt stemmen. In het scherm wordt de naam de noot, die het dichtst bij de toonhoogte ligt, die u zojuist speelde. Noot naam • U moet een enkele noot zuiver spelen op de snaar die u wilt stemmen.
3
Stem de snaar, zodat de correcte nootnaam van die snaar in het scherm verschijnt. • Conventionele stemming
66
5
Herhaal stappen 2-4 om alle snaren van uw instrument te stemmen. MEMO
• Als u een gitaar stemt, die een vibrato staartstuk heeft, kunnen andere snaren ontstemmen, als u de ene snaar stemt. Als dat het geval is, stemt u elke snaar eerst ongeveer tot op de juiste toonhoogte. Vervolgens stemt u alle snaren om de beurt, totdat ze allemaal de juiste toonhoogte hebben.
6
Als u klaar bent met de stemfunctie, drukt u op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
De referentie toonhoogte van het stemapparaat veranderen
Een leidtoon beluisteren tijdens het stemmen Om u bij het stemmen te helpen, kan de CD-2 via de interne luidsprekers een leidtoon laten horen.
1
Druk op
totdat “Tone” in het
scherm verschijnt. De leidtoon die in het scherm wordt getoond zal te horen zijn.
U kunt het stemapparaat van de CD-2 met een ander instrument ijken of standaard stemmen door zijn “referentie toonhoogte” aan te passen.
Leidtoon
De referentie toonhoogte is de frequentie van de A4 noot. Dit is bijvoorbeeld de toonhoogte van de middelste A noot op een piano.
1
Druk op
totdat “TUNER” in het
scherm verschijnt.
2
om de referentie toonhoogte te veranderen.
• U kunt dit binnen een bereik van 435-445 Hz aanpassen.
3
Stem uw instrument op de leidtoon.
4
Om de leidtoon te laten stoppen, drukt u op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
MEMO
aangepast, drukt u op
• De referentie toonhoogte van de leidtoon kan in het Tuner scherm worden bijgesteld ( Pagina 67).
Meer functies
3
Nadat u de referentie toonhoogte heeft
Uw instrument stemmen (Tuner)
Draai aan
om de leidtoon die u wilt horen te selecteren.
• U kunt kiezen uit 25 chromatische noten binnen de reeks A3-A5.
Referentie toonhoogte
2
Draai aan
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
67
Meer functies
Een originele muziek CD kopiëren U kunt de CD-2 gebruiken om een CD met uw originele muziek te kopiëren.
Auteursrecht • Het onbevoegd opnemen, distribueren, verkopen, uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke handelingen, geheel of een gedeeltelijk, van een werk (muzikale compositie, video, uitzending, publieke uitvoering of soortgelijk), waarvan een derde partij het auteursrecht bezit, is bij de wet verboden. • Dit apparaat is gemaakt voor professioneel gebruik. Wanneer de CD-R/RW drive voor het overbrengen van geluidssignalen wordt gebruikt, kan dit apparaat opnemen zonder aan de restricties van het Serial Copy Management System (SCMS) te hoeven voldoen. Dit komt, doordat het apparaat uitsluitend voor muziekproductie bedoeld is en ontworpen is om niet aan restricties onderhevig te zijn, zolang het voor opgenomen werken (zoals uw eigen composities) wordt gebruikt, welke geen inbreuk maken op het auteursrecht van anderen. (SCMS is een optie, waarmee tweede generatie en verder kopiëren via een digitale verbinding wordt verhinderd. Dit is als een auteursrecht beveiliging in MD (MiniDisc) recorders en andere digitale geluidsapparatuur voor consumenten gebouwd). • Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, die inbreuk kunnen maken op het auteursrecht van een derde partij. Wij zijn op generlei wijze aansprakelijk voor inbreuk op het auteursrecht van derde partijen dat door gebruik van dit apparaat ontstaat.
Over de licentie overeenkomst • De CD-2 functies voor het schrijven en kopiëren van een CD zijn ontworpen, zodat u materiaal, waarvan u het auteursrecht bezit, kunt reproduceren of materiaal, waarvoor de eigenaar u toestemming heeft gegeven om dit te kopiëren. Dienovereenkomstig vormt het reproduceren van muziek CD’s of ander auteursrechtelijk materiaal, zonder toestemming van de auteursrechthouder, middels het negeren van technische opties, die tweede generatie en verder kopiëren verhinderen, zoals SCMS of andere voorzieningen, een overtreding van het auteursrecht en kan straf opleveren, zelfs in het geval dit soort reproductie slechts voor eigen gebruik is. Raadpleeg een auteursrecht specialist of speciale publicaties voor meer gedetailleerde informatie over het verkrijgen van dit soort toestemming van auteursrechthouders.
MEMO
Uw originele muziek CD
Lege CD-R/RW disk
• Een CD-R/RW disk, die nog niet is voltooid (Finalize) kan niet gekopieerd worden ( Pagina 50). • Muziek CD’s zonder stilte tussen tracks zullen twee seconden ingevoegde stilte tussen elke track gekopieerd worden (zie onderstaande illustratie). In sommige gevallen kan dit betekenen, dat de kopie niet identiek is aan de originele muziek CD.
Muziek CD tracks
CF kaart Originele muziek CD Track01
Track02
Track03
Track02 Track03 CD-R/RW Track01 disk Stilte (twee seconden)
■ Route van het kopiëren van CD’s Bij het kopiëren van een muziek CD, worden de CD tracks tijdelijk op de CF kaart opgeslagen. Vervolgens worden de tijdelijke tracks van de CF kaart naar een lege CD-R/RW disk geschreven.
68
• De muziek CD tracks, die op de CF kaart zijn opgeslagen, worden gewist, nadat deze op de lege CD-R/RW disk zijn geschreven.
NOTE • De tracks van een muziek CD worden volgens de hoeveelheid vrije ruimte op de CF kaart opgeslagen. Indien er onvoldoende vrije ruimte over is, zult u een volledige CD mogelijk niet kunnen kopiëren. Als u een CF kaart met 1 GB aan vrije ruimte gebruikt, kunt u een volledige muziek CD kopiëren.
Voorbereidingen
1
Druk op
Plaats een CF kaart om de muziek CD tracks tijdelijk op te slaan.
5
(Indien u besluit te annuleren, drukt u op
totdat “CD COPY” in het
Druk op
).
De CD-2 begint met het schrijven van data op de disk.
scherm verschijnt.
Als de data succesvol is geschreven, wordt de CD-R/ RW uitgeworpen en het “Another Disc?” bericht verschijnt.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
2
Om verder te gaan met kopiëren, drukt u op .
6
.
Het bericht “Insert Master CD” verschijnt.
Als u de data naar een andere CD-R/RW disk wilt schrijven, drukt u op
.
Het “Insert Blank CD” bericht verschijnt.
3
Plaats de muziek CD, die u wilt kopiëren. Plaats een andere lege CD-R/RW disk en het “CD COPY. Are You Sure?” bericht verschijnt.
De tracks van de muziek CD worden op de CF kaart opgeslagen. In het scherm wordt de voortgang getoond. Huidige track, die gekopieerd wordt/ Totaal aantal te kopiëren tracks
Keer terug naar stap 5 en ga verder met de procedure.
Als u klaar bent met schrijven, drukt u op .
Voortgang (per track) U keert naar de vorige uitleespagina terug. Als de muziek CD tracks op de CF kaart zijn opgeslagen, verschijnt het “Insert Blank CD” bericht en de muziek CD wordt uitgeworpen.
Speel de nieuw geschreven CD-R/RW disk af ( Pagina 40) om te controleren of deze correct is geschreven.
■ Wanneer “Copy ##/xx Tr. Are You Sure?” bij stap 3 in het scherm verschijnt
Verwijder de muziek CD en plaats een lege CD-R/RW disk. Als de disk is gedetecteerd, verschijnt het bericht “Are You Sure?”
• Wanneer “Short of Capa” in het scherm verschijnt Als de capaciteit van de CD-R/RW disk minder is dan de hoeveelheid data, die op de CF kaart is opgeslagen, verschijnt het bericht “Short of Capa” en de CD-R/RW disk zal worden uitgeworpen. Plaats een CD-R/RW disk met meer beschrijfbare ruimte.
In dit geval zal het bericht “Copy ##/xx Tr. Are You Sure?” verschijnen. Dit geeft aan, dat van het totale aantal tracks (xx) alleen track één tot track ## gekopieerd zullen worden. Aantal te kopiëren tracks/ Totale aantal tracks op CD
Controleer het aantal tracks voor opname en druk op [ENTER] om verder te gaan met de procedure. Indien u besluit te annuleren, druk dan op [EXIT].
69
Meer functies
4
De tracks van de muziek CD zullen geschreven worden, voor zover de vrije ruimte op de CF kaart dat toestaat. Dit betekent, dat als de CF kaart minder vrije ruimte bevat dan de hoeveelheid data van de muziek CD, u niet alle tracks zult kunnen opnemen.
Een originele muziek CD kopiëren
7
Meer functies
Effecten op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen U kunt een verscheidenheid aan effecten (akoestische bewerking) op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen. U kunt bijvoorbeeld echo op uw stem toepassen of vervorming op het geluid van uw elektrische gitaar toepassen.
1
• VOCAL groep:
voor vocalen.
gewenste patch groep te selecteren.
• Indien iets anders dan “Off” is geselecteerd, is het effect aan en de [EFFECT] knop verlicht.
Pagina 88: “Effect Patch lijst”. voor verscheidene instrumenten.
om de
Iedere keer, dat u op de knop drukt, verandert de selectie als volgt.
De CD-2 biedt verschillende preset patches, die geschikt zijn voor verschillende instrumenten. Deze zijn per categorie in drie groepen ondergebracht. Gebruik de effect patch die geschikt is voor uw instrument en de situatie.
• DYNAMICS groep:
Druk herhaaldelijk op
Off
Dynamics
• GUITAR/BASS groep: voor gitaar/bas.
DYN
MEMO • Op een instrument of geluidsbron, die op de LINE IN jacks is aangesloten, worden geen effecten toegepast.
Vocal
VCL
• U kunt een effect niet gelijktijdig met de Mastering effecten gebruiken ( Pagina 49). Guitar
• Controleren welke effectpatch op dat moment geselecteerd is
GTR • Als de Mastering Effecten ( Pagina 49) aan staan, verschijnt het bericht “Use EFFECT? MST will be Off”.
De patch, die het eerst verschijnt, als u op [EFFECT] drukt, is de op dat moment geselecteerde patch. Nadat u de naam van de patch heeft genoteerd, drukt u op [EXIT] om naar de oorspronkelijke uitleespagina terug te keren. • Met de volgende effect patches kunt u verschillende effecten gelijktijdig op een gitaar en microfoon toepassen. Als u deze patches gebruikt, zet u de “Ext MIC1/2 Pan” parameter op “L/R” ( Pagina 39). Sluit dan een gitaar op de GUITAR jack aan en een microfoon op de MIC 2 jack.
Als u op [ENTER] drukt, worden de Mastering Effecten uitgezet en verschijnt het effect scherm.
2
Draai aan
om de gewenste patch te selecteren.
Voer geluid op de CD-2 in, en u zult horen, hoe dit door het geselecteerde effect wordt bewerkt. Probeer verschillende patches uit, terwijl u het resultaat beluistert en kies de patch, die het meest geschikt is voor uw situatie.
- JC-120+COMP - CRUNCH+COMP - BLUES+COMP - HVY CM + VO - S-PZO+DL EFX - SIM+50msDL - SIM+HVY CM - H-ENH+LNG DL
3
Druk op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug. • Als u het effect wilt uitzetten, kiest u “Off” bij stap 1. De [EFFECT] knop zal niet meer verlicht zijn.
70
Meer functies
Een reservekopie maken van tracks van een CF kaart U kunt een reservekopie maken van alle tracks (opgenomen data) van een CF kaart op een CD-R/RW disk.
■ Indien bij stap 4 “CD-RW Erase?” in het scherm verschijnt
Het is een goed idee om een reservekopie van belangrijke tracks op een CD-R/RW disk te maken, als voorzorg tegen onopzettelijke beschadigingen of verlies van de CF kaart.
Als u een eerder opgenomen CD-RW disk gebruikt, verschijnt het “CD-RW Erase?” bericht. Wanneer u op [ENTER] drukt, zal de bestaande data van de CD-RW disk worden gewist, waarna de backup zal beginnen.
NOTE
Voorbereidingen
MEMO
2 Plaats de CF kaart, waarvan u een reservekopie wilt maken.
• De volgende CD-R/RW disks kunnen voor het maken van een reservekopie worden gebruikt.
Een ongebruikte disk Een eerder opgenomen disk
OK
CD-RW OK
1
OK *
Druk op totdat “BACKUP CF→CD” in het scherm verschijnt. • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
* Als u een CD-RW disk eenmaal voor backup heeft gebruikt, kunnen daar geen tracks meer aan toegevoegd worden, ook al is er nog ruimte over op de disk. Alle data, die op de CD-RW disk aanwezig is, zal gewist worden, voordat de backup wordt uitgevoerd. • Om data, die op een CD-R/RW disk is opgeslagen, te kunnen afspelen of bewerken, moet deze backup data (reservekopie) op een CF kaart worden teruggezet. Pagina 72: “Opgeslagen data herstellen”.
klaar, dat voor het maken van de backup benodigd is. Als u een CF kaart met een hoge capaciteit van 1 GB of 2 GB gebruikt, kan de data te groot zijn om op één enkele CD-R/RW disk te passen. In dat geval zal de backup twee of meer disks in beslag nemen. Zorg, dat u het benodigde aantal disks bij de hand heeft, voordat u verder gaat.
• De backup operatie is op alle tracks op de CF kaart van toepassing. U kunt geen reservekopie maken van een enkele specifieke track.
CD-R
1 Leg het aantal CD-R/RW disks
2
Druk op
.
Het “Insert Backup CD” bericht verschijnt.
■ Indien bij stap 4 “Insert CD” in het scherm verschijnt
3
• Als de backup van een enkele track meer dan één CD-R/ RW disk in beslag neemt, wordt u gevraagd de CD-R/ RW disks in de juiste volgorde te plaatsen, terwijl u de Recover operatie uitvoert ( Pagina 72). We adviseren u om elke CD-R/RW disk van het juiste nummer te voorzien, zodat u de juiste volgorde kunt onthouden.
Plaats de CD-R/RW disk. Als de disk is gedetecteerd, verschijnt het bericht “[ENTER] to start”.
Bij stap 4 zal de eerste CD-R/RW disk worden uitgeworpen. Vervolgens wordt het bericht “Insert CD” weergegeven. Plaats een andere CD-R/RW disk. Nadat de disk is gedetecteerd, zal het schrijven van de disk automatisch beginnen. Volgens de berichten, die verschijnen, verwisselt u CDR/RW disks om door te gaan met de backup.
Meer functies
Als de CF kaart meer data bevat dan op een enkele CDR/RW disk past, zal de backup over meerdere CD-R/ RW disks worden uitgevoerd.
4
Om met het maken van de reservekopie te beginnen, drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
Effecten op uw vocale of instrumentale uitvoering toepassen/Een reservekopie maken van tracks van een CF kaart
• Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor verlies van CF kaart tracks of opgenomen materiaal, dat kan voorkomen, wanneer het maken van de reservekopie mislukt, en is niet aansprakelijk voor eventuele schades als resultaat van dit soort verlies. Bovendien geeft Roland Corporation geen garantie wat betreft de opgeslagen data (reservekopie), ongeacht de werking of status van de CD-R.RW drive.
.)
De backup begint. Nadat de backup is voltooid, wordt de CD-R/RW disk uitgeworpen en keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
71
Meer functies
Opgeslagen data herstellen (Recover) Hier wordt uitgelegd, hoe data van een reservekopie (backup) op een CD-R/RW disk naar een CF kaart hersteld (teruggezet) kan worden, zodat deze afgespeeld of bewerkt kan worden.
4
Gebruik of om de track die u wilt herstellen, te selecteren.
MEMO • Data van een reservekopie kan in eenheden van individuele tracks naar een CF kaart worden hersteld. Tracknaam
• Als een track met een identieke naam wordt teruggezet, wordt automatisch een tweecijferig nummer aan de naam toegevoegd.
Op de onderste regel van het scherm wordt de tracknaam aangegeven ( Pagina 59). • Als de backup twee of meer disks in beslag neemt, kunt u niet weten op welke disk de track, die u wilt herstellen, te vinden is. U zult misschien verschillende disks moeten proberen om de te herstellen track te vinden.
• U kunt geen data van een CD-R/RW disk herstellen, als er niet voldoende ruimte op de CF kaart is.
Voorbereidingen
1
Plaats de CF kaart, waarop u de data van de reservekopie wilt terugzetten.
Druk op totdat “RECOVER CD→CF” in het scherm verschijnt. • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Druk op [EJECT ( )] om de CD-R/RW disk uit te werpen en ga terug naar stap 2. Plaats een andere disk voor de betreffende backup serie en ga verder.
5
Om de door u geselecteerde track te herstellen, drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
Het herstellen begint. Als het terugzetten is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
2
Druk op
.
Het bericht “Insert Backup CD” verschijnt.
■ Indien bij stap 5 “Insert CD#” in het scherm verschijnt Als de backup van één track twee of meer CD-R/RW disks in beslag neemt, verschijnt het “Insert CD#” bericht. (“#” geeft het disknummer van de backup serie aan). Voer disknummer # van de backup serie in en druk op [ENTER]. Het herstellen begint.
3
Plaats de CD-R/RW disk met de data, die u wilt herstellen. Als de CD-2 de CD-R/RW disk herkent, verschijnt het volgende scherm.
72
Volgens de aanwijzingen in de berichten wisselt u CDR/RW disks tijdens de voortgang van de procedure. Als het terugzetten is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
Meer functies
SMF data (Standaard MIDI bestand) afspelen De CD-2 kan SMF (Standaard MIDI bestand) data van een CD-R/RW disk afspelen en de MIDI data naar een extern MIDI apparaat (geluidsmodule of elektronisch toetsenbord) overbrengen om zijn geluiden af te spelen.
1
• SMF data, die op een CF kaart is opgeslagen, kan niet worden afgespeeld.
Plaats de CD-R/RW disk, die de SMF data bevat. Als de CD-2 de CD-R/RW disk herkent, verschijnt het SMF scherm. Naam van de huidig geselecteerde directory
Aansluitingsvoorbeeld
SMF bestandsnaam of directory naam • Maximaal acht tekens van het SMF bestand of directory naam worden weergegeven.
CD-2 achterpaneel
Bestandsnaam: Extensie
Directory naam: Acht tekens
Geeft een directory aan
MIDI geluidsmodule
2
Draai aan
om het SMF te selecteren, dat u wilt afspelen.
• U kunt ook op te selecteren.
of
Waarschuwingen bij het creëren van een SMF data disk Neem de volgende punten in acht, als u een SMF data disk maakt om op de CD-2 af te spelen. • We raden u aan de bestandsnamen en directory namen niet langer dan acht tekens te maken. Dubbel-byte tekens (b.v. Japans) worden niet ondersteund. Acht of minder enkel-byte tekens + bestandsnaam extensie.
Directory naam
Acht of minder enkel-byte tekens (geen bestandsnaam extensie toegestaan)
Om een andere directory te bekijken Druk op
de gewenste directory naam wordt weergegeven. Om de directory van een niveau hoger te bekijken
• Voeg een bestandsnaam extensie van “.MID” of “.mid” aan de SMF bestanden toe. • Schrijf de data in ISO9660 formaat naar de CD-R/RW disk. • De CD-2 kan alleen formaat 0 SMF bestanden afspelen. Formaat 0
Speelbaar
Formaat 1
Niet speelbaar
Formaat 2
Niet speelbaar
wanneer
3
Druk op
Aan de CD zijde drukt u op
Meer functies
Bestandsnaam
drukken om het SMF
Opgeslagen data herstellen (Recover)/SMF data (Standaard MIDI bestand) afspelen
Acht tekens
L R
Naar analoge Naar MIDI IN aansluiting uitgangsjack
.
.
De SMF zal worden afgespeeld.
73
Meer functies
De fabrieksinstellingen herstellen (Initialize) Als u de Initialize operatie uitvoert, zullen alle instellingen naar de fabrieksinstellingen worden teruggezet. Wanneer de CD-2 niet naar verwachting functioneert, zelfs als u de stappen in deze handleiding volgt, zult u mogelijk de Initialize operatie willen uitvoeren. In de tabel aan de rechterkant worden de fabrieksinstellingen weergegeven.
1
Parameter naam/ knop naam
Functie Pitch
Pitch
0
Key
Key
0
Speed
Speed
0
Center Cancel
[CENTER CANCEL]
Off
Menu
LCD Contrast
5
Time Display
Elapse
Show Track Title
Off
Foot Switch
Play
Int MIC Auto Lvl
On
SYSTEM
Druk op
totdat “INITIALIZE” in het
scherm verschijnt.
MIC Int MIC Gain
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
2
C
Ext MIC1/2 Pan
C/C
CF Rec Mode
Standard
Auto Rec Start
Off
Auto Marker
Off
Auto Marker Time
5min
Auto Marker Lvl
-60dB
Sound
Bell
Tempo
120
Beat
4
Count-in (Beat)
Off
LINE IN
On
CF Mix Level
0
AUIDO CD Mix Level
0
.
Het bericht “Are You Sure?” verschijnt. METRONOME
3
Om de Initialize operatie uit te voeren drukt u op . (Indien u besluit te annuleren, drukt u op
.)
De Initialize operatie wordt uitgevoerd. Nadat de initialisatie is voltooid, keert u naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
74
25
Int MIC Bal
RECORDING
Druk op
Beginwaarde
Tuner
AUX OUT Select
Mix
AUX OUT Level
Fixed
Pitch
440
Tone
A4
Effect
Effect Patch
Off
Mastering Effect
Mastering Effect
Off
Mic select
[MIC SELECT]
Off (Unlit)
Mute
[SPEAKER MUTE]
Off (Unlit)
Repeat
REPEAT [1/ALL]
Off
REPEAT [A-B]
Off
Meer functies
Andere functies en instellingen De resterende tijd weergeven U kunt het scherm veranderen om ofwel de verstreken tijd, ofwel de resterende tijd tijdens afspelen en opnemen weer te geven.
U kunt de tijdsweergave ook als volgt veranderen.
Als u vanuit het hoofdscherm op
1
drukt, zal de
tijdsweergave als volgt veranderen.
■ Tijdens opnemen of in de Standby mode
, totdat “Time Display” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Verstreken opnametijd
Resterende opnametijd op de volledige CF kaart of CD-R/RW disk.
Druk op
Het volgende scherm verschijnt.
Draai aan
■ Tijdens afspelen of als er is gestopt Elapse:
Verstreken afspeeltijd van de track
om de tijdsweergave, die in het scherm zal verschijnen te selecteren.
Tijdens afspelen wordt de verstreken afspeeltijd van de track getoond. Tijdens Standby mode/opname wordt de verstreken opnametijd van de track getoond.
Resterende afspeeltijd van de track
Remain: Tijdens afspelen wordt de resterende afspeeltijd van de track getoond. Tijdens Standby/opname wordt de resterende opnametijd op de CF kaart of CD-R/RW disk getoond.
Druk twee keer op
Meer functies
3
De fabrieksinstellingen herstellen (Initialize) / Andere functies en instellingen
2
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
75
Meer functies Andere functies en instellingen (vervolgd)
De functie van de voetschakelaar specificeren
Het ingangsniveau van de interne microfoons automatisch aanpassen (Auto Level Control)
U kunt een apart verkrijgbare voetschakelaar gebruiken (zoals de Roland DP-2 of BOSS FS-5U) om de volgende functies uit te voeren. • Afspelen van de track starten/pauzeren • Tracknummers toewijzen (alleen tijdens opnemen) U kunt de voetschakelaar één van bovenstaande functies laten uitvoeren.
• Sluit de voetschakelaar op de FOOT SW jack aan, die zich op het achterpaneel van de CD-2 bevindt. Pagina 20: “Andere apparatuur aansluiten”.
Druk op
Het is handig om Auto Level Control te gebruiken, als u materiaal opneemt, dat hoofdzakelijk uit spreekstemmen bestaat, zoals een lezing. • Vanuit de fabriek is Auto Level Control op de CD-2 op “On” ingesteld.
MEMO
1
Auto Level Control is een functie, die het ingangsniveau automatisch aanpast, volgens het volume van de geluidsbron, als u via de interne microfoons opneemt.
1
, totdat “Foot Switch” in het
scherm verschijnt en druk dan op
Druk op
, totdat “Int MIC Auto Lvl” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
.
Het volgende scherm verschijnt.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
2
Draai aan
Play:
om de functie van de voetschakelaar te kiezen.
Voert dezelfde functie als
uit.
Afwisselend afspelen starten of pauzeren, elke keer dat u de voetschakelaar indrukt. In de Standby mode afwisselend starten of pauzeren van de opname, elke keer dat u de voetschakelaar indrukt. Marker:
Voert tijdens het opnemen dezelfde functie als uit. Een tracknummer wordt aan de tijdslocatie toegewezen, waar u tijdens de opname de voetschakelaar indrukt. Pagina 55: “[MARKER] gebruiken om tracknummers toe te wijzen”.
3
Druk twee keer op U keert naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
76
2
Draai aan
3
Druk twee keer op
om “On” te selecteren.
U keert naar de oorspronkelijke uitleespagina terug.
MEMO • Als u wilt, dat de opname de originele ambiance van de ruimte zal behouden, zet u bij stap 2 Auto Level Control op “Off”. Vervolgens stelt u het ingangsniveau van de interne microfoon handmatig bij.
Het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks aanpassen De geluidsbron kiezen, die via de AUX OUT jacks wordt uitgevoerd
Het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks aanpassen
Hier ziet u, hoe u de geluidsbron kiest, die via de AUX OUT jacks op het achterpaneel van de CD-2 wordt uitgevoerd.
Hier ziet u, hoe het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks wordt aangepast.
1
1
2
, totdat “AUX OUT Select” in
het scherm verschijnt en druk dan op
.
Druk op
, totdat “AUX OUT Level” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
Het volgende scherm verschijnt.
Het volgende scherm verschijnt.
Draai aan
om de geluidsbron te selecteren, die via de AUX OUT jacks wordt uitgevoerd.
Mix:
het geluid van alle bronnen wordt gemengd en uitgevoerd.
MIC:
het geluid van de MIC 1/MIC 2/GUITAR jacks of de interne microfoons van de CD-2 wordt uitgevoerd.
LINE:
het geluid van de LINE IN jacks wordt uitgevoerd.
CD:
het geluid van de CD wordt uitgevoerd.
CF:
het geluid van de CF kaart wordt uitgevoerd.
Druk twee keer op
2
Draai aan
Fixed:
en selecteer “Variable”.
het uitgangsniveau staat vast. Het geluidssignaal, dat bij “AUX OUT Select” ( Pagina 77) is geselecteerd, wordt op een nominaal niveau uitgestuurd.
Variable: met de [OUTPUT LEVEL] knop wordt het uitgangsniveau aangepast.
3
Druk twee keer op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug. Gebruik de [OUTPUT LEVEL] knop om het uitgangsniveau van de AUX OUT jacks aan te passen.
Andere functies en instellingen
. Meer functies
3
Druk op
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
Elektronische piano
HINT • Als u uw uitvoering op een elektronische piano samen met uw stem wilt opnemen, maakt u aansluitingen, zoals hieronder wordt getoond, zodat het geluid van de microfoon ook via de luidsprekers van de elektrische piano wordt uitgevoerd.
INPUT
OUTPUT
Dan zet u AUX OUT op “MIC” om te voorkomen, dat een feedback loop tussen de CD-2 en de elektronische piano optreedt.
LINE IN
Mic
MIC 1 of MIC 2
AUX OUT
CD-2
77
Meer functies Andere functies en instellingen (vervolgd)
De lijn ingang aan/uitzetten Als u zowel microfoons als instrumenten gebruikt, die op de LINE IN jacks zijn aangesloten, kan het gebeuren dat u tijdelijk alleen de microfoons wilt gebruiken. In dat geval kunt u de lijn ingang uitzetten. Geluid wordt niet langer via de LINE IN jacks ingevoerd en alleen het geluid van de microfoons is hoorbaar.
De tracknamen op een CF kaart bekijken U kunt de tracks van een CF kaart van een naam voorzien ( Pagina 59). Als u de tracknamen wilt bekijken, gebruikt u de volgende procedure.
MEMO
1
Druk op
totdat “LINE IN” in het
scherm verschijnt. Druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
2
Draai aan
• Bij wave bestanden (WAV formaat), die van een computer naar een CF kaart zijn geschreven ( Pagina 45), is de bestandsnaam de tracknaam.
1
Druk op
totdat “Show Track Title” in het
scherm verschijnt en druk dan op
.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien.
en selecteer “Off”.
Het volgende scherm verschijnt. • Geluid wordt niet langer via de LINE IN jacks ingevoerd.
3
Druk twee keer op
.
2
Draai aan
3
Druk twee keer op
en selecteer “On”.
U keert naar de vorige uitleespagina terug.
MEMO • De “Off” instelling is tijdelijk en zal gewist worden, als u de stroom uitzet. De volgende keer, dat u de stroom aanzet, wordt dit automatisch op “On” ingesteld.
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug. Vervolgens, als u op de CF kaart van track verandert, zal de tracknaam kort worden getoond, waarna de tijdsweergave opnieuw verschijnt. Als de naam zo lang is, dat deze niet in één keer kan worden weergegeven, zal deze “scrollen”, zodat meer tekens weergegeven worden (tot aan de eerste 27).
78
Het afspeelniveau van een muziek CD/CF kaart aanpassen Hier wordt uitgelegd, hoe het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart aangepast kan worden.
1
• Om het afspeelniveau van een muziek CD aan te passen
Druk op , totdat “CD Mix Level” in het scherm verschijnt en druk dan op .
3
Druk twee keer op
.
U keert naar de vorige uitleespagina terug. Vervolgens zal de muziek CD of CF kaart worden afgespeeld op het niveau, dat u gespecificeerd heeft.
MEMO • U kunt het afspeelniveau ook tijdelijk veranderen. Pagina 38: “Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen”.
• U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
• Om het afspeelniveau van een CF kaart aan te passen
Andere functies en instellingen (continued)
Druk op , totdat “CF Mix Level” in het scherm verschijnt en druk dan op . • U kunt dit onderdeel ook selecteren door aan [DATA] te draaien. Het volgende scherm verschijnt.
Draai aan
om het afspeelniveau aan te passen.
Meer functies
2
• U kunt het niveau binnen een reeks van –50 - +25 aanpassen. • De instelling “0” is het oorspronkelijke afspeelniveau.
MEMO • Tips over het aanpassen van het afspeelniveau vindt u bij stap 2 van “Het afspeelniveau van een muziek CD of CF kaart tijdelijk aanpassen” op pagina 38.
79
80
Appendix Raadpleeg deze informatie wanneer nodig.
■ Probleemoplossing............................................................................... 82 ■ Berichten ............................................................................................... 87
Referentie
■ Effect Patch lijst .................................................................................... 88 ■ Menu lijst ............................................................................................... 90 ■ Specificaties .......................................................................................... 91 ■ Index....................................................................................................... 92 ■ Informatie............................................................................................... 94
81
Referentie
Probleemoplossing Als u een storing vermoedt, controleert u de volgende punten. Wanneer hiermee het probleem niet is opgelost, neemt u contact op met een Roland Service Centrum bij u in de buurt.
■ Power Supply Probleem
Oorzaak en actie
Zie pag.
● Kan de adapter plug uit de adapter jack van de CD-2 zijn gehaald? Kan het netsnoer uit het stopcontact of de adapter aansluiting zijn gehaald?
De stroom gaat niet aan, als u op de [POWER] schakelaar drukt.
➔ Sluit de adapter en het netsnoer opnieuw stevig aan.
20
■ Scherm Probleem
Oorzaak en actie
Zie pag.
● Afhankelijk van de locatie of omgeving, waar de CD-2 is geplaatst, kan het scherm moeilijk te lezen zijn.
Het scherm is moeilijk te lezen.
➔ Stel het contrast van het scherm opnieuw bij. Onleesbare tekens verschijnen in het scherm.
25
● Kan de taal van het scherm op “Japans” zijn ingesteld? ➔ Verander de Language (taal) instelling in “English”.
—
■ Problemen met het geluid Probleem Geen geluid
Oorzaak en actie
Zie pag.
● Kunnen de aansluitingen onjuist zijn? ➔ Maak de juiste aansluitingen.
20
● Kan het zijn, dat de stroom van de aangesloten apparatuur (microfoon, digitale piano, enz.) is uitgezet? ➔ Zet de stroom aan.
—
● Zijn er condensator microfoons gedetecteerd? ➔ Als u condensator microfoons gebruikt, zet u de fantoomvoeding schakelaar van de CD2 op “ON”.
22
● Kan het volume van het aangesloten apparaat laag zijn gezet? ➔ Verhoog het volume van het aangesloten apparaat.
—
● Kan er een koptelefoon zijn aangesloten? ➔ Verwijder de koptelefoon.
—
● Is het volume op het minimum (MIN) ingesteld? ➔ Met de [OUTPUT LEVEL] knop verhoogt u het volume.
25
● Kunnen de luidsprekers op “mute” zijn ingesteld? ([SPEAKER MUTE] knop verlicht). ➔ Druk op de [SPEAKER MUTE] knop (daarna niet verlicht) om de luidsprekers weer hoorbaar te maken. De ingangsbron (geluidsbron) wordt niet uitgestuurd
25
● Kan het ingangsniveau op het minimum zijn ingesteld? ➔ Gebruik de geschikte knop voor de MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks om het ingangsniveau te verhogen.
38
● Kan het zijn dat de [MIC SELECT] knop groen verlicht is? ➔ Als de interne microfoons de ingangsbron zijn ([MIC SELECT] knop groen verlicht), wordt het geluid van de interne microfoons niet via de luidsprekers uitgevoerd. Gebruik een koptelefoon om het geluid van de interne microfoons te horen.
82
37
■ Problemen met het geluid (vervolg) Probleem De ingangsbron (geluidsbron) wordt niet uitgestuurd
Oorzaak en actie
Zie pag.
● Zijn er apparaten op zowel de MIC 1 jack als de GUITAR jack aangesloten? ➔ Als u apparaten op zowel de MIC 1 jack als de GUITAR jack aansluit, wordt het geluid van MIC 1 niet ingevoerd. Als u geluid van de MIC 1 jack wilt invoeren, verwijdert u de plug uit de GUITAR jack.
21
● Is de instelling van de [MIC SELECT] knop onjuist? ➔ Gebruik de instelling, die geschikt is voor de ingangsbron.
37
● Is de lijn ingang uitgezet? ➔ Zet de LINE IN op “On”. Onvoldoende volume van een apparaat, dat op de MIC 1/MIC 2/GUITAR/LINE IN jacks is aangesloten
● Gebruikt u een aansluitingskabel met een interne weerstand?
Het geluid, dat via de interne microfoons wordt opgenomen, is niet hard genoeg
● Heeft u het ingangsniveau van de interne microfoons aangepast?
Het opgenomen geluid bevat ruis of is vervormd
● Is het ingangsniveau correct bijgesteld?
➔ Gebruik een kabel zonder interne weerstand (bijvoorbeeld een kabel uit de Roland PCS serie).
➔ Gebruik Int MIC Gain om het ingangsniveau van de interne microfoons aan te passen.
➔ Stel het ingangsniveau bij, zodat de niveaumeter net tot “-3 dB” komt, wanneer harde geluiden worden ingevoerd. ● Kan het zijn dat u het invoer niveau heeft verhoogd voor bronnen die niet zijn aangesloten?
78 —
37
37, 38 —
➔ Zelfs als er geen apparatuur is aangesloten, raden wij aan de invoer niveau’s van alle ingangen waarvan u niet opneemt op het minimum (MIN) te zetten. ● Is de [MIC SELECT] knop oranje verlicht? ➔ Zelfs als u via externe microfoons wilt opnemen, kan een opname met ruis erop wijzen, dat u in feite via de interne microfoons opneemt. Zet de [MIC SELECT] knop op de correcte positie voor de geluidsbron, die u wilt opnemen.
37
● Kan het zijn dat u tijdens het opnemen van een instrument, dat op de LINE IN jacks is aangesloten, ook het geluid van een andere CD-2 bron heeft opgenomen? ➔ Als u alleen geluid van de LINE IN jacks opneemt, zorg er dan voor, dat [MIC SELECT] uit staat (niet verlicht).
37
● Kan het zijn, dat u een mastering effect toepast, terwijl u een muziek CD creëert? 49
● Is het uitgangsniveau correct ingesteld? ➔ Als u het uitgangsniveau te hoog instelt, kan ruis of vervorming in het geluid van de interne luidsprekers optreden. Gebruik de [OUTPUT LEVEL] knop om het volume aan te passen. ● Heeft u een effect geselecteerd? ➔ Zet het effect op “Off”. ● Heeft u een mastering effect geselecteerd? ➔ Zet het mastering effect op “Off”. Geluid is zachtjes hoorbaar via de interne luidsprekers, ondanks dat deze op “mute” staan.
70 49
● Sloot u een koptelefoon aan of verwijderde u een koptelefoon? ➔ Als de luidsprekers op “mute” zijn ingesteld (de [SPEAKER MUTE] knop is verlicht), kan er ruis via de interne luidsprekers te horen zijn, als u een koptelefoon aansluit of verwijdert. Dit is geen storing.
—
83
Referentie
Een ongewenst effect wordt op het geluid toegepast
25
Pobleemoplossing
➔ Sommige mastering effect patches veroorzaken ruis of vervorming, als deze met bepaalde types materiaal worden gebruikt. Probeer een andere mastering effect patch.
Referentie Probleemoplossing (vervolgd)
■ Aan CD gerelateerde problemen Probleem Kan niet normaal afspelen
Zie pag.
Oorzaak en actie ● Kan de CD ondersteboven zijn geplaatst? ➔ Plaats de CD met het etiket naar boven.
26
● Heeft u een CD geplaatst, waarop niets is opgenomen? ➔ Plaats een andere disk.
—
● Speelt u met Repeat af? ➔ Druk zo vaak op [1/ALL], totdat het Repeat icoon(
/
) verdwijnt.
43
● Speelt u met A-B Repeat af? ➔ Druk op [A-B] om het A-B Repeat icoon (
) te laten verdwijnen.
➔ Anders kunt u ook op de CD [Stop ( )] knop drukken om het afspelen te stoppen. A-B Repeat wordt opgeheven.
43 43
● Kan de afspeelsnelheid zijn veranderd? ➔ Zet de Speed instelling op “0”, zodat het Speed icoon (
) verdwijnt.
40
● Kan de Pitch instelling zijn veranderd? ➔ Stel de Pitch instelling op “0” in, zodat het Pitch icoon (
) verdwijnt.
41
● Kan de Key instelling zijn veranderd? ➔ Zet de Key instelling op “0”, zodat het Key icoon (
) verdwijnt.
42
● Kan Center Cancel zijn aangezet? ➔ Druk op [CENTER CANCEL], zodat het Center Cancel icoon (
) verdwijnt.
42
● Kan het zijn dat de CD beschadigd is? ➔ Probeer een andere CD af te spelen. ● Knippert de CD [Play (
—
)] knop?
➔ Als de knop knippert, staat de CD op pauze. Druk op [Play ( op te heffen. Onvoldoende afspeelvolume
● Is het CD afspeelniveau laag gezet?
Kan niet opnemen
● Kan de CD ondersteboven zijn geplaatst?
)] om de pauze
➔ Gebruik CD Mix Level om het afspeelniveau te verhogen.
➔ Plaats de CD met het etiket naar boven.
40
38, 79
26
● Probeert u op een CD-R/RW disk op te nemen die reeds voltooid (Finalize) is? ➔ Gebruik een lege of opnieuw beschrijfbare CD-R/RW disk. ➔ Als u op een CD-R/RW disk wilt opnemen, die reeds voltooid is, moet u de voltooiing verwijderen, zodat er opnieuw op de disk opgenomen kan worden.
— 65
● Is het mogelijk, dat de maximale opnametijd of het aantal tracks (maximaal 99 tracks) reeds is overschreden? ➔ Als er ongewenste tracks op de disk staan, verwijdert u deze, voordat u verder gaat met opnemen. (Dit is alleen mogelijk op een CD-RW disk).
64
● Probeert u een CD-RW disk vaker op te nemen of te wissen dan mogelijk is? ➔ Een CD-RW disk kan ongeveer duizend keer worden opgenomen en gewist.
84
—
■ Aan CD gerelateerde problemen (vervolg) Probleem Kan niet opnemen (vervolg)
Zie pag.
Oorzaak en actie ● Probeert u een extreem korte uitvoering op te nemen? ➔ U kunt niet minder dan vier seconden opnemen.
29
● Gebruikt u een generieke CD-R/RW disk? ➔ Gebruik een CD-R/RW disk van een aanbevolen fabrikant. Na de opname kan de CD niet op een conventionele CD speler worden afgespeeld
18
● Heeft u de disk na de opname voltooid (Finalize)? ➔ Voer de Finalize operatie uit.
50
● Kan uw CD speler CD-R of CD-RW disks afspelen? ➔ Als uw CD speler CD-R of CD-RW niet ondersteunt, kunnen deze mogelijk niet juist worden afgespeeld.
SMF data, die op een CDR/RW disk is gezet, wordt niet herkend.
● Bevat de bestandsnaam dubbel-byte tekens (bijv. Japans)?
De diskhouder gaat niet open.
● Is de CD-2 aangezet?
➔ Bestandsnamen, die dubbel-byte tekens bevatten, worden niet herkend.
—
—
➔ Zet de CD-2 aan. Indien een stroomstoring heeft plaatsgevonden, kunt u de nood uitwerpopening gebruiken om de diskhouder handmatig te openen.
24 26
■ Aan CF kaart gerelateerde problemen Probleem De CF kaart wordt niet herkend
Zie pag.
Oorzaak en actie ● Kan het zijn, dat de CF kaart een capaciteit heeft, die niet wordt ondersteund? ➔ Controleer de capaciteit van de CF kaart en gebruik een kaart met een capaciteit, die door de CD-2 wordt ondersteund.
18
● Is de CF kaart helemaal in de opening geplaatst? ➔ Zorg, dat de kaart zich in de juiste richting bevindt en helemaal in de opening is geduwd.
27
➔ Het is mogelijk, dat de data is beschadigd. Formatteer de CF kaart opnieuw. De CF kaart kan niet afgespeeld worden
63
● Heeft u een CF kaart geplaatst, waarop niets is opgenomen? ➔ Plaats een andere CF kaart.
—
● Speelt u met Repeat af? ➔ Druk zo vaak op [1/ALL], totdat het Repeat icoon (
/
) verdwijnt.
44
● Speelt u met A-B Repeat af? ➔ Druk op [A-B] om het A-B Repeat icoon (
) te laten verdwijnen.
45
)] knop van de CF kaart?
➔ Als de knop knippert, staat de CF kaart in de pauzestand. Druk op [Play ( om de pauze op te heffen. Onvoldoende afspeelvolume
45
)]
44
● Is het afspeelniveau van de CF kaart op het minimum gezet? ➔ Pas het CF Mix Level aan om het afspeelniveau te verhogen.
38, 79
85
Referentie
➔ Anders kunt u ook op de CF [Stop ( )] knop drukken om het afspelen te stoppen. A-B Repeat wordt opgeheven. ● Knippert de [Play (
Probleemoplossing (vervolgd)
● Heeft u de stroom tijdens het opnemen uitgezet of is de CF kaart aan zware schokken onderhevig geweest?
Referentie Probleemoplossing (vervolgd)
■ Aan CF kaart gerelateerde problemen (vervolg) Probleem
Oorzaak en actie
Kan niet opnemen
● Is de CF kaart helemaal in de opening geduwd?
Zie pag.
➔ Zorg, dat de kaart zich in de goede richting bevindt en helemaal in de opening is geduwd.
27
● Probeert u een extreem korte uitvoering op te nemen? ➔ U kunt niet minder dan vier seconden opnemen.
29
● Is het mogelijk, dat de maximale opnametijd of het aantal tracks (maximaal 99 tracks) van de kaart reeds is overschreden? ➔ Als er ongewenste tracks op de kaart staan, verwijdert u deze, voordat u verder gaat met opnemen. De opnametijd is te kort
● Heeft u de juiste opname mode geselecteerd? ➔ De beschikbare opnametijd is afhankelijk van de opname mode. Kies de opname mode, die geschikt is voor het materiaal, dat u wilt opnemen.
Het duurt lang om een track te wissen
58
36
● Bent u een lange track aan het wissen? ➔ De tijd, die benodigd is om een track te wissen, is afhankelijk van de lengte van de track en de opname mode ( Pagina 36).
—
In de volgende tabel wordt de tijd getoond, die vereist is voor het wissen van een track, die drie uur duurt. Opname mode Tijd die nodig is om te wissen
Door uw computer geschreven wave bestanden worden niet herkend.
Standaard Ongeveer 1 minuut en 30 seconden
Lang Ongeveer 45 seconden
WAV Ongeveer 3 minuten
● Kunnen de wave bestanden te kort zijn? ➔ Wave bestanden korter dan vier seconden worden niet herkend. ● Kan de bestandsnaam dubbel-byte tekens (bijv. Japans) of een “~” (tilde) bevatten?
—
—
➔ Bestanden, die dubbel-byte tekens (bijv. Japans) of een “~” (tilde) bevatten, worden niet herkend.
■ Overige problemen Probleem U hoort ruis, als een bestand van een CF kaart op uw computer wordt afgespeeld.
86
Oorzaak en actie
Zie pag.
● Speelt u een bestand met een bestandsnaam extensie “.DAT” af? ➔ “.DAT” bestanden hebben een speciaal formaat, dat alleen door de CD-2 wordt gebruikt. Probeer deze niet op uw computer af te spelen.
—
Referentie
Berichten Als een bericht wordt weergegeven, raadpleegt u de volgende lijst en onderneemt u passende actie. Bericht
Inhoud
Actie
Blank Disc
De disk is leeg.
Gebruik een CD-R/RW disk, die niet leeg is.
CD Disc Busy
De disk kon niet gelezen worden.
Als dit tijdens afspelen gebeurt, gebruik dan een onbekraste disk. Als dit tijdens opname gebeurt, gebruik dan een disk van een aanbevolen merk.
CD Disc Full
De disk is vol. Er kunnen geen tracks meer worden opgenomen.
Neem op een andere disk op. Verwijder ongewenste tracks om meer vrije ruimte te creëren (CD-RW disk).
CD Track Full
U heeft het maximale aantal tracks (99) bereikt, dat op een disk kan worden opgenomen. Er kunnen geen tracks meer worden opgenomen.
Neem op een andere disk op. Verwijder ongewenste tracks om meer vrije ruimte te creëren (CD-RW disk).
CD Read Failed
Het lezen van de disk is mislukt.
Gebruik een onbekraste disk.
CD Write Failed
Het schrijven van de disk is mislukt.
Gebruik een disk van een aanbevolen merk.
CF Can’t Format
Het formatteren van de kaart is mislukt.
Gebruik een andere kaart.
CF Card Full
De kaart is vol. Er kunnen geen tracks meer worden opgenomen.
Verwijder ongewenste tracks om meer vrije ruimte te creëren
CF No Enough Mem
De kaart heeft niet voldoende vrije ruimte voor de operatie.
Verwijder ongewenste tracks om meer vrije ruimte te creëren
CF Track Full
U heeft het maximale aantal tracks (99) bereikt, dat op een CF kaart kan worden opgenomen. Er kunnen geen tracks meer worden opgenomen.
Laat de CF kaart in het apparaat zitten, terwijl de stroom wordt aangezet.
CF Was Removed
De CF kaart is verwijderd tijdens lezen of schrijven. —
Count-in REC
De opname begint na de aftelling.
—
Divide Multiple
De track wordt onderverdeeld om op meerdere disks geschreven te kunnen worden.
Gebruik een onvoltooide CD-R/RW disk.
Finalized Disc
De disk is voltooid (Finalize).
Gebruik een disk die geschikt is voor de operatie.
Improper Disc
De disk is van een type, dat ongeschikt is voor de operatie, die u wilt uitvoeren.
Gebruik een CD-RW disk.
Not A CD-RW
De disk is geen CD-RW disk.
Wijs een naam van één of meer tekens toe.
No Title
Er is geen naam ingevoerd.
Gebruik een disk, die SMF bestanden bevat.
Not SMF Disc
De disk kan niet door de SMF speler functie worden afgespeeld.
Elke opname moet langer zijn dan vier seconden.
REC Too Short
U kunt de opname niet stoppen, omdat de verstreken opnametijd nog geen vier seconden is.
Wijs tracknummers toe met intervallen van vier seconden of langer.
Berichten
Het tracknummer kan niet toegewezen worden, omdat de geselecteerde locatie zich op minder dan vier seconden van het vorige tracknummer bevindt. Het SMF bestand is groter dan dat (1MB), wat de CD-2 kan spelen. Afspelen is niet mogelijk.
Gebruik een SMF bestand, dat de CD-2 kan afspelen.
Short Of Capa
U kunt geen CF track toewijzen, die de beschikbare ruimte op de CD-R/RW disk overschrijdt
Gebruik een andere disk of wijs een kleinere CF track toe.
Tr is Too Short
U kunt niet korter maken of onderverdelen, omdat een track niet korter dan vier seconden kan zijn.
—
Unsupported CF
De CD-2 kan deze CF kaart niet gebruiken.
Gebruik een andere kaart.
Unsupported File
De CD-2 kan dit SMF bestand niet afspelen.
De CD-2 kan alleen Formaat 0 SMF bestanden afspelen.
Waiting Signal..
Wacht op geluidsinvoer of trigger opname.
Om met de opname te beginnen, moet u een geluidssignaal invoeren.
87
Referentie
SMF Too Big
Referentie
Effect Patch Lijst ■ DYN (Dynamics Group) Patch naam
Functie
Compressor Limiter De-Esser Noisy Room Loud Voice Soft Voice Piano Drum Kit Rock Band Jazz Band Orchestra Squish! CMP+FAT EQ LO&SLOW FLNG ST CHORUS PS:DETUNE ST DOUBLER CHORUS+DELAY 1920’s RADIO 1960’s RADIO VINTAGE 45’s CLASSIC LP
Basis regeling van geluidsdynamisch bereik. Basisregeling van extreme pieken in het geluidsdynamische bereik. Verwijdert sisklanken en scherpte uit de stem. Gebruik dit om het geluid van opnames, die in rumoerige omgeving zijn gemaakt, te verbeteren. Regelt extreme pieken in luide spraak of zang. Regelt het algehele dynamische bereik van zachte zang of spraak. Verbetert en regelt het dynamisch bereik van een akoestische piano voor meer helderheid. Strijkt de dynamische reeks van een drumkit opname glad. oor een opname van een rock of popband met zware versterking. Gebruik dit voor een opname van een jazz band. Gebruik dit voor een opname van een live concert van een band of orkest. Gebruik voor geluid met constante extremen tussen hard en zacht. Gemaximaliseerd geluidsniveau en klankkarakter geschikt voor dance muziek. Langzaam modulatie effect. Diep en ruimtelijk geluid, geproduceerd door een chorus effect. In toonhoogte verschoven geluid, toegevoegd om diepte te creëren. Verdubbeling, toegepast om een ruimtelijk geluid te verkrijgen. Gecombineerde chorus en delay om de ruimtelijke spreiding te verbeteren. Simuleert het geluid van een antieke radio, die niet correct is afgestemd. Simuleert het geluid van een radio uit de jaren zestig. Simuleert het geluid van een 45 RPM single, gespeeld op een antieke fonograaf. Simuleert het geluid van een LP, die op een draaitafel wordt gespeeld.
■ VCL (Vocal Group)
88
Patch naam
Functie
Reverb SHall Reverb LHall Reverb SRoom Reverb LRoom Reverb Plate LONG ECHO MID ECHO SHORT ECHO KARAOKE VOX Vocal FX Male Vocal Rock Male Jazz Male Female Vocal Rock Female Jazz Female Big Chorus Narration Low Cut Sparkle Vox Double
Simuleert de weerkaatsing in een kleine zaal. Simuleert de weerkaatsing in een grote zaal. Simuleert de weerkaatsing in een kleine kamer. Simuleert de weerkaatsing in een grote kamer. Simuleert de weerkaatsing van een metalen plaat. Lange echo. Middelmatige echo. Korte echo. Simuleer KARAOKE VOX. Basis instelling voor het opnemen of mixen van stemmen. Regelt het scherp midden en verbetert de klankkwaliteit van een manlijke stem. Geeft een manlijke stem ruimtelijkheid en energie. Geeft de stem een zachter geluid. Strijkt scherpe middentonen glad en geeft sprankeling aan hogere frequenties. Geeft een vrouwelijke stem ruimtelijkheid en energie. Geeft een vrouwelijke jazz uitvoering zachtheid en warmte. Een effect gelijkend op het toenemen van het aantal zangers. Zware compressie om de stem voor video en radio dialogen gelijkmatig te maken. Verwijdert low end gerommel en “ploffen” uit stemmen, die te dicht op de microfoon zijn opgenomen. Geeft vocalen meer knisperigheid en gesis voor meer presence. Voegt een dubbel tracking effect aan de stem toe.
Patch naam
Functie
Unison VOX M&F Duet VOX Detune CHIPS & MUNK Deep Voice
Voegt een stem op een octaaf lager aan de stem toe. Voegt een vrouwelijke en manlijke stem aan de bestaande stem toe. Voegt een ontstemde stem aan de bestaande stem toe. Toonhoogte verschuivend effect, dat het octaaf van de stem verhoogt. Toonhoogte verschuivend effect, dat het octaaf van de stem verlaagt.
■ GTR (Guitar/Bass Group) Patch naam
Functie
JC Clean Rock Lead TW Clean TEXAS Driven Lead Metal Lead SWEET LEAD Delayed Lead 80’s Hard 90’s Metal 7TH STRINGS? JAZZ GT PH CRUNCH JET FLANGER AC SimCuttin ACOUSTY AC Sim Lead Brite Acustc
Roland JC120. Gebruik chorus in de mixdown.
Tight Bass Loose Bass A.GTR Fat A.GTR LEAD MIC’D ACUSTC WIDE ACUSTC SLAP’n POP FRETLESS B. PHASE BASS FLANG BASS STD BASS DRIVIN’ BASS JC-120+COMP CRUNCH+COMP BLUES+COMP HVY CM + VO S-PZO+DL EFX SIM+50msDL SIM+HVY CM H-ENH+LNG DL
Transformeert een elektrische gitaar naar een levendige basgitaar.
Puur vervormd geluid met delay. In Amerika gemaakte vacuüm buizen combo versterker uit de “black-face” periode. Gedreven geluid van een Amerikaanse vacuüm buizenversterker uit de jaren vijftig. Replica van een Britse combo versterker, gewijzigd voor high gain. Grote vacuüm buizenversterker, populair bij Amerikaanse heavy metal. Buizenversterker, populair bij Britse hardrock in de jaren zeventig. Harde distortion met delay. Heftig high-gain metal geluid. Buizenversterker, populair in Amerikaanse heavy metal. Grote vacuüm buizenversterker stack, voor heavy metal met gebruik van een zeven-snarige gitaar. Het geluid van een vacuüm buizen combo versterker. Natuurlijk klinkende “crunch” vervorming. Vervorming met een metaalachtig klinkend flanging effect. Een geluid met een sterke attack, dat niet onder andere instrumenten uit de band zal worden bedolven. Gebruik dit met een humbucking element gitaar om het geluid van een akoestische gitaar te verkrijgen. Gebruik dit met een enkel-spoels element gitaar om het geluid van een akoestische gitaar te verkrijgen. Simuleert het geluid van de elementen in een elektrisch-akoestisch instrument. Op de attack wordt een lichte compressie toegepast.
Transformeert een elektrische gitaar naar het geluid van een basgitaar met zware snaren. Simuleert een vetklinkende akoestische gitaar. Simuleert een akoestische gitaar, geschikt voor solo spel. Produceert het geluid van een akoestische gitaar die via een microfoon is opgenomen. Simuleert een akoestische gitaar met een brede links/rechts ruimtelijke spreiding. Effect Patch Lijst
Zwaar gecomprimeerd geluid, geschikt voor “slap” basspel. Simuleert een fretloze bas. Produceert het geluid van een bas, waarop een phaser effect is toegepast. Produceert het geluid van een bas, waarop een flanger effect is toegepast. Produceert het vintage geluid van een vroege transistor versterker. Een grote double-stack vacuüm buizenversterker met een onderscheidend ultra laag geluid en edge.
Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van een crunch geluid met natuurlijke vervorming, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van een middenreeks sologeluid geschikt voor blues, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van het Liverpool geluid van de jaren zestig, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van een elektrisch-akoestisch element simulatie, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van het geluid van een grote akoestische gitaar, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van een akoestische gitaar met sterke attack, samen met een stem. Geschikt voor het gelijktijdig opnemen van een akoestisch gitaargeluid, samen met een stem waarop een lange delay is toegepast.
89
Referentie
Een algoritme voor gelijktijdige opname van een gitaar, die door de JC120 gaat, en een stem.
Reference
Menu lijst ,,
De volgende tabel toont de verscheidene menu’s, die worden weergegeven, wanneer [MENU] wordt ingedrukt. Bovenste regel [SYSTEM]
[MIC]
[RECORDING]
[METRONOME]
[AUDIO]
[UTILITY]
90
Onderste regel
Zie pag.
LCD Contrast
25
Time Display
75
Show Track Title
78
Foot Switch
76
Language
—
INITIALIZE
74
Int MIC Auto Lvl
76
Int MIC Gain
37
Int MIC Bal
39
Ext MIC1/2 Pan
39
CF Rec Mode
36
Auto Rec Start
54
Auto Marker
56, 57
Auto Marker Time
56
Auto Marker Lvl
57
Sound
52
Tempo
52
Beat
52
Count-in (Beat)
53
LINE IN
78
CF Mix Level
79
CD Mix Level
79
AUX OUT Select
77
AUX OUT Level
77
BACKUP CF→CD
71
RECOVER CD→CF
72
CD COPY
69
Referentie
Specificaties Recorder Tracks
2 (Stereo)
Samplesnelheid
44.1 kHz
Signaalverwerking
AD/DA conversie: 24 bits
Opname mode
Standaard, Lang, WAV
Opname media
CompactFlash (16 MB–2 GB), CD-R, CD-RW
Opname tijd (eenheid: min)
16MB 32MB 64MB 128MB 256MB 512MB 1GB 2GB
Standaard 3 6 12 24 49 98 196 392
Lang 6 2 24 49 98 196 392 784
WAV 1.5 3 6 12 24 49 98 196
* De hierboven genoemde opnametijden zijn bij benadering. Tijden kunnen lichtelijk afwijken, afhankelijk van het aantal gecreëerde songs. * Maximale opnametijd van 1 song is 3 uur.
Songs opnemen
Maximaal 99 songs op één enkel media type.
Invoer/Uitvoer Geluidsinvoer
Interne stereo microfoon MIC Input 1, 2 jack: XLR type met fantoomvoeding, 1/4 inch TRS phone type, Guitar (Hi-Z) jack: 1/4 inch phone type, LINE ingangsjacks (L, R): RCA phono type. Interne stereo luidspreker, PHONES jack: stereo 1/4 inch phone type, AUX OUT jacks (L, R): RCA phono type.
Frequentie response
20 Hz–20 kHz (+0 dB/-2 dB)
Nominaal ingangsniveau (variabel)
MIC ingang 1, 2 jack: -63– -31 dBu. (maximum –19 dBu: gebalanceerd, maximum –13 dBu: ongebalanceerd). Guitar jack (Hi-Z): -40– -9 dBu (maximum +3 dBu), LINE Input jacks (L, R): -2 - +12 dBu (maximum +24 dBu).
Nominaal uitgangsniveau
AUX Output jacks (L, R): -8 dBu (maximum +4 dBu).
Ingangsimpedantie
MIC Input 1, 2 jack : 4 k ohms (gebalanceerd), Guitar jack (Hi-Z) : 1 M ohms, Line Input jacks (L, R) : 9 k ohms.
Uitgangsimpedantie
AUX Output jacks (L, R): 1 k ohms, Phones jack: 10 ohms.
Aanbevolen laad impedantie
AUX Output jacks (L, R): 10 k ohms of meer, Phones jack: 32 ohms.
Overige invoer/uitvoer aansluitingen
MIDI Out aansluiting: 5-pins DIN type, Foot Switch jack: 1/4 inch phone type.
Menu Lijst/Specificaties
Geluidsuitvoer
Effecten Dynamische groep: 22 patches, Vocale groep: 26 patches, Gitaar/bas groep: 38 patches, Mastering Tool: 25 patches.
Overigen 6 tekens, 2 lijnen (backlit LCD).
Afmetingen
302 (W) x 242 (D) x 76 (H) mm
Gewicht
3.1 kg
Stroomvoorziening
Adaptor (PSB-3U)
Stroomverbruik
3.0 A
Accessoires
Gebruikershandleiding, Adapter (PSB-3U), netsnoer, CompactFlash (128 M bytes), CD-R (lege media), kaart beveiliging.
Opties
Voetschakelaar: FS-5U (BOSS), pedaalschakelaar: DP-2.
Referentie
Beeldscherm
* (0 dBu = 0.775 V rms) * In het belang van productverbetering kunnen specificaties en/of uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgaande mededeling veranderen.
91
Index Numeriek 1 track Repeat (CD) .........................................................43 1 track Repeat (CF)..........................................................44
Condensator microfoon..................................................22 Contrast.............................................................................25 COPY.................................................................................69 Count-in............................................................................53
A
Count-in (Beat).................................................................53
A-B repeat (CD) ...............................................................43 A-B repeat (CF) ................................................................45
D
Afspelen, een CD 1 Track Repeat ............................................................43 A-B Repeat...................................................................43
E
All Repeat ....................................................................43 Center Cancel..............................................................42 De toonsoort veranderen ..........................................42 De toonhoogte veranderen .......................................41 Conventioneel.............................................................40 Langzaam afspelen ....................................................40 Afspelen, een CF kaart 1 Track Repeat ............................................................44 A-B Repeat...................................................................45 All Repeat ....................................................................44 Conventioneel.............................................................44 Afspeelniveau ..................................................................38 All Repeat (CD) ...............................................................43 All Repeat (CF) ................................................................44 Auto Level Control .........................................................76 Auto Marker............................................................... 56-57 Auto Marker Lvl..............................................................57 Auto Marker Time ..........................................................56 Auto Rec Start ..................................................................54 AUX OUT Level ..............................................................77 AUX OUT Select..............................................................77
B BACKUP CF_CD.............................................................71 Beat ....................................................................................52
C CD COPY..........................................................................69 CD Mix Level .............................................................38, 79 CD WRITE........................................................................46 CD-R/RW disk ..........................................................18, 29 Center Cancel...................................................................42 CF kaart ......................................................................18, 29 CF Mix Level..............................................................38, 79 CF Rec Mode....................................................................36 CompactFlash kaart ...................................... Zie CF kaart
92
DIVIDE..............................................................................62
Bewerken, een CF kaart...................................................... Een naam toewijzen ...................................................59 Onderverdelen............................................................62 Een track wissen .........................................................58 Alle tracks wissen.......................................................58 Formatteren .................................................................63 Trim In .........................................................................60 Trim Out ......................................................................61 Wave Convert .............................................................63 EFFECT .............................................................................70 Effect Patch lijst................................................................88 EJECT ................................................................................26 ERASE ALL TRACKS .....................................................64 ERASE LAST TRACK/STATUS knoppen 64 Ext MIC1/2 Pan...............................................................39
F Fantoomvoeding..............................................................22 Finalize........................................................................47, 50 Verwijderen.................................................................65 Fixed (vaststaand) ...........................................................77 Formatteren ................................................................36, 63
G Geluid................................................................................52
H Herstellen .........................................................................72
I INITIALIZE ......................................................................74 Ingangsniveau Ingangsjacks ................................................................38 Interne mic...................................................................37 Int MIC Auto Lvl .............................................................76 Int MIC Bal .......................................................................39 Int MIC Gain ....................................................................37
CF kaart........................................................................27
Interne microfoons ..........................................................30
Disk...............................................................................26
K Key ....................................................................................42 Klank .................................................................................67
L
S Show Track Title..............................................................78 SMF....................................................................................73
LCD contrast ....................................................................25 LINE IN ............................................................................78
SPEAKER MUTE.............................................................25 Snelheid ............................................................................40 Standaard..........................................................................36
Lang...................................................................................36 Lege disk...........................................................................29 Leidtoon............................................................................67
Standaard MIDI bestand ................................................73 Stemapparaat ...................................................................66 Stroom aan/uit ................................................................24
M
T
MARKER ..........................................................................55 Mastering Effect Patch lijst ............................................49 Mastering effecten...........................................................49 Menu lijst ..........................................................................90 Metronoom.......................................................................52 MIC SELECT ....................................................................37 Mute ..................................................................................25 Muziek CD creëren, een .................................................46
Taal ....................................................................................90 Tempo ...............................................................................52 Tijd.....................................................................................56 Tijdsweergave ..................................................................75 TRACK SELECT ..............................................................46 TRIM IN............................................................................60 TRIM OUT........................................................................61
N
U UNFINALIZE ..................................................................65
Niveau...............................................................................57 Nood uitwerp opening...................................................26 Not CD-2 Format.............................................................36
O Opname mode .................................................................36 OUTPUT LEVEL .............................................................25 Overdubben ...............................................................32, 34
P
V Variabel.............................................................................77 Verstreken tijd..................................................................75 Voetschakelaar.................................................................76 Volume .............................................................................25 Volumebalans ..................................................................39
W
Pan instelling ...................................................................39
WAV..................................................................................36 WAVE CONVERT...........................................................63
Pitch (toonhoogte).....................................................41, 67 Plaatsen CF kaart .......................................................................27
Wissen Een track (CF) .............................................................58 Alle tracks (CD-RW) ..................................................64
Disk ..............................................................................26
Alle tracks (CF) ...........................................................58 De laatste track (CD-RW) ..........................................64
R
WRITE...............................................................................46
RECOVER CD_CF...........................................................72 Referentie toonhoogte ....................................................67
Index
Remain ..............................................................................75 Reservekopie maken.........................................................7 Resterende tijd .................................................................75 Verwijderen
93
Klanten die de Roland R-1 gebruiken De CD-2 is compatibel met de R-1 Songs, die met de R-1 zijn opgenomen, kunnen met gebruik van de CD-2 op een CD worden gezet. * Er moet echter aan bepaalde voorwaarden worden voldaan om een op de R-1 opgenomen song met de CD2 te kunnen gebruiken. Meer hierover vindt u in de onderstaande sectie getiteld “R-1 songs, die op de CD-2 gebruikt kunnen worden”. * Meer details over het creëren van een muziek CD vindt u op pagina 46-48 van de CD-2 gebruikershandleiding. ***FIG
CompactFlash kaarten, gebruikt op de R-1, kunt u direct op de CD-2 gebruiken. O
rig
C inal music
D
R-1 songs die op de CD-2 gebruikt kunnen worden Op de R-1 opgenomen songs, die aan de volgende voorwaarden voldoen, kunnen op de CD-2 worden gebruikt. • Record Mode moet “WAV 16 bit” (16 bit WAV bestand) zijn. • Track titel mag geen “~” (tilde) of dubbel-byte tekens (bijv. Japans) bevatten. • De track lengte moet langer dan vier seconden zijn. • Het trackbestand moet zich in de basis directory van de CompactFlash kaart bevinden.
* De CD-2 kan maximaal 99 tracks weergeven en afspelen.
40670423
1KS
Uw uitvoering opnemen en een CD maken Met de CD-2 kunt u uw uitvoeringen gemakkelijk vastleggen en op een CD zetten. Bij stap 1 laten we zien hoe u de ingebouwde microfoon van de CD-2 kunt gebruiken om een uitvoering op CompactFlash op te nemen. Vervolgens laten we u bij stap 2 zien hoe uw uitvoering op CD gezet kan worden. * Het opgenomen geluid wordt beïnvloed door de plaatsing van de CD-2 ten opzichte van de geluidsbron. Probeer de CD-2 uit op verschillende plaatsen, om de gewenste geluidskwaliteit te krijgen.
S TA P
We gaan op CompactFlash opnemen Te prepareren media
CompactFlash kaart
Druk op
aan de CompactFlash zijde.
De CD-2 begint met opnemen. Start uw uitvoering. Deze knoppen zijn tijdens de opname verlicht
Druk op aan de achterzijde om de stroom aan te zetten.
Druk op Steek de CompactFlash kaart in de daarvoor bestemde opening in het paneel aan de linkerkant.
aan de CompactFlash zijde.
De CD-2 stopt met opnemen. Het lampje van de knop gaat uit als de opname is beëindigd
(Een CompactFlash kaart is bij de CD-2 verpakking inbegrepen).
Duw de kaart geheel naar binnen.
Druk op
Als de CD-2 de kaart herkent, verschijnt het volgende scherm:
zodat dit groen oplicht.
Nu gaan we de opgenomen uitvoering beluisteren Druk op
Druk op
aan de CompactFlash zijde.
Het lampje van de knop knippert rood, wat aangeeft dat de CD-2 in de pauzestand voor opname staat. Knippert rood
om de gewenste song
te beluisteren. Druk op
aan de CompactFlash
zijde om het afspelen te starten en te stoppen. * Om meer uitvoeringen op te nemen herhaalt u stappen 3-6.
Wanneer u klaar bent met de opname, gaat u verder naar de andere zijde van dit blad om te zien hoe een CD geschreven wordt.
Voor aanvullende details over opnemen met gebruik van de ingebouwde microfoon kijkt u op pagina 30 van de CD-2 gebruikershandleiding.
Uw uitvoering opnemen en een CD creëren (vervolg)
S TA P
We gaan een CD creëren Te prepareren media
Lege CD-R disk
Druk op
Het FINALIZE scherm verschijnt.
Druk op
“Insert Disc” verschijnt in het scherm en de diskhouder aan de rechterkant wordt geopend.
Druk op
“FINALIZE Are You Sure?” verschijnt.
Plaats de CD-R disk in de diskhouder. Plaats de CD-R met de kant van het etiket omhoog.
Druk op De CD-2 begint met het schrijven van de CD. De disk zal automatisch uitgeworpen worden, als het schrijven van de CD is voltooid.
Druk op
De diskhouder wordt gesloten. Als de CD-2 de CD-R disk herkent, verschijnt het hierboven getoonde scherm.
Druk op
als de disk wordt uitgeworpen.
“Write Completed Another Disc?” wordt weergegeven. Druk op om het schrijfproces te voltooien.
Selecteer de song, die u op de CD-R disk wilt zetten. Draai aan
Nu heeft u een CD met uw uitvoering erop!
om de gewenste song
te selecteren.
Laten we nu uw CD beluisteren Druk op Druk op CD tracknummer gaat omhoog (CD01›CD02) * Herhaal stap 4 om andere songs te selecteren.
Druk op
De diskhouder sluit. Als de CD-2 de CD-R disk als een audio CD herkent, wordt het volgende scherm weergegeven:
“CD” verschijnt aan de linkerkant in het scherm.
Druk op In het scherm wordt “CD WRITE Are You Sure?” weergegeven.
aan de CD-R/RW
drive zijde om het afspelen van de CD te starten en te stoppen.
Meer gedetailleerde instructies over het schrijven van CD’s vindt u op pagina’s 46-48 van de CD-2 gebruikershandleiding.
Voor EU-Landen Dit product voldoet aan de voorwaarden van Europese Richtlijnen EMC 89/336/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures: — Reorient or relocate the receiving antenna. — Increase the separation between the equipment and receiver. — Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected. — Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help. This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation. Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment. This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
AVIS Cet appareil num rique de la classe B respecte toutes les exigences du R glement sur le mat riel brouilleur du Canada.
234
* CompactFlash en
zijn handelsmerken van SanDisk Corporation onder licentie van CompactFlash associatie.
* Roland Corporatie is een geautoriseerd licentiehouder van de CompactFlash™ en CF logo * Fuque © 2005 Kyoto Software Research, Inc. Alle rechten voorbehouden.
handelsmerken.