Gebruikershandleiding
1
Controle voor gebruik
2
Inloggen en uitloggen
3
Apparaatinformatie weergeven
4
Pakketten downloaden en installeren
5
Bijlage
Lees deze handleiding aandachtig door alvorens dit product te gebruiken. Houd de handleiding onder handbereik voor gebruik op een later tijdstip.
Hoe werkt deze handleiding? Symbolen De volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt.
Geeft een situatie aan die kan leiden tot materiële schade of storingen als de instructies niet worden gevolgd. Zorg ervoor dat u de instructies leest.
Geeft informatie of voorbereidingen aan die vóór het gebruik vereist zijn.
Geeft beperkingen van een functie aan.
Geeft aanvullende relevante informatie aan.
Geeft aan waar u andere relevante informatie kunt vinden.
[]
Geeft de namen aan van de toetsen die op het computerscherm verschijnen.
Terminologie Hieronder vindt u meer uitleg over de gebruikte terminologie in deze handleiding: Term
Verklaring
Apparaat
Een "apparaat" is een printer of multifunctioneel apparaat dat is aangesloten op het netwerk of een printer die via USB op een computer is aangesloten. Hoewel routers, hubs en andere netwerkapparaten meestal in de term zijn opgenomen, wordt "apparaat" in deze handleiding beperkt tot printers en multifunctionele apparaten.
Domeinnaam
Naam van het domein waaraan de computers zijn verbonden, waarop Remote Communication Gate S geïnstalleerd is. Toegang is vereist wanneer het invoerveld Domeinnaam in het aanmeldingsscherm verschijnt. Vraag de beheerder om gedetailleerde informatie.
1
Term
Verklaring
Downloaden
In het algemeen is downloaden het proces waarbij een kopie van programma's of bestanden in een computer worden ontvangen en opgeslagen via een netwerk. In Remote Communication Gate S verwijst het naar het proces van een gebruikerscomputer die pakketten ontvangt en opslaat die op de Remote Communication Gate S-server zijn opgeslagen.
Filter
In de apparaatlijstschermen kunt u filters gebruiken om alleen de printers of logboeken weer te geven die voldoen aan opgegeven voorwaarden. Zodoende kunt u de weer te geven apparaten sorteren met behulp van de filterfuncties. De filters worden gemaakt door de beheerder en gebruikers.De filters die door een gebruiker zijn gemaakt, kunnen door die gebruiker worden bewerkt.
Groep
De beheerder creëert groepen om apparaten te rangschikken. Groepen worden weergegeven in het tabblad [Directory] en door erop te klikken, wordt het apparaat weergegeven dat in de groep wordt gebruikt.
Login
Verbinding met Remote Communication Gate S in het netwerk, waarbij de status waarin handelingen ingeschakeld zijn wordt weergegeven.
Logout
Verbreken van de verbinding met Remote Communication Gate S.
Menubalk
Groeperen van handelingen die kunnen worden uitgevoerd op de weergegeven schermen. Items worden geselecteerd in het keuzemenu.
Pakket (installatiepakket)
Een pakket is een ".exe"-bestand met alle benodigde bestanden en instellingen die nodig zijn om een apparaatstuurprogramma te installeren. Pakketten worden gebruikt om apparaatstuurprogramma's door de beheerder via Remote Communication Gate S te distribueren. U kunt het downloaden van Remote Communication Gate S.De gehele inhoud die in een pakket is geregistreerd, wordt geïnstalleerd door het ".exe"-bestand uit te voeren.
Schermen De toelichtingen in deze handleiding maken gebruik van schermafbeeldingen van Windows Vista en Internet Explorer 7.0. Als u een andere Windows-versie gebruikt, kunnen de schermafbeeldingen er anders uitzien. U kunt echter dezelfde stappen uitvoeren.
2
Handleidingen voor deze toepassing De volgende handleidingen zijn beschikbaar voor Remote Communication Gate S: Remote Communication Gate S Gebruikershandleiding (deze handleiding, HTML/PDF) Deze handleiding is bedoeld voor de eindgebruiker. U vindt hier uitleg over het weergeven van apparaten, zoeken naar apparaten en het installeren van pakketten in Remote Communication Gate S. Remote Communication Gate S Installatiehandleiding (HTML/PDF) Deze handleiding is bedoeld voor de beheerder en hierin worden de installatie, de verwijdering en de eerste instellingsprocedures voor Remote Communication Gate S uitgelegd. Remote Communication Gate S Bedieningshandleiding voor beheerders(HTML/PDF) Deze handleiding is bedoeld voor de beheerder. U vindt hier uitleg over het gebruik van Remote Communication Gate S voor het configureren en beheren van instellingen en handelingen, zoals bijvoorbeeld het registreren en bewaken van apparaten, het maken van installatiepakketten of het ophalen van apparaatlogboeken. • Acrobat Reader of Adobe Reader is nodig om de PDF-documentatie te bekijken. • U kunt de HTML-documentatie met een webbrowser bekijken. We raden Microsoft Internet Explorer 4.01 SP2 of een latere versie aan. • Een vereenvoudigde versie van de HTML-documentatie is beschikbaar voor oudere of nietaanbevolen browsers. • Als JavaScript uitgeschakeld is of niet beschikbaar is in uw browser, kunt u niet zoeken in de HTMLdocumentatie of bepaalde knoppen niet gebruiken. • Als u een oudere of niet-aanbevolen browser gebruikt en de vereenvoudigde versie van de documentatie niet automatisch verschijnt, vervangt u \int\index_book.htm door \unv \index_book.htm in de adresbalk van uw browser.
3
Belangrijk • TOT DE MAXIMALE MATE DIE DOOR DE VAN TOEPASSING ZIJNDE WET WORDT TOEGESTAAN: • DE LEVERANCIER KAN NIET AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR HET RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE OF DIT DOCUMENT. • DE LEVERANCIER KAN DOOR U NIET AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR BESCHADIGING OF VERLIES VAN DOCUMENTEN OF GEGEVENS DIE MET DEZE SOFTWARE ZIJN GEPRODUCEERD. • DE LEVERANCIER IS NIET AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE GEVOLG-, INCIDENTELE OF INDIRECTE SCHADE (WAARONDER MAAR NIET BEPERKT TOT SCHADE DOOR WINSTVERLIES, BEDRIJFSONDERBREKING OF VERLIES VAN BEDRIJFSINFORMATIE, EN SOORTGELIJKE) VEROORZAAKT DOOR UITVAL VAN DEZE SOFTWARE OF VERLIES VAN DOCUMENTEN OF GEGEVENS, NOCH VOOR ENIG ANDERE SCHADE VOORTKOMENDE UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, INDIEN DE LEVERANCIER WERD GEADVISEERD OVER DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE. • Sommige illustraties of toelichtingen in deze handleiding verschillen mogelijk van uw product wegens verbetering of verandering van het product. • De inhoud van dit document is onderworpen aan wijzigingen zonder kennisgeving. • Geen enkel deel van dit document mag worden vermenigvuldigd, gekopieerd of gereproduceerd in wat voor vorm dan ook, of aangepast of geciteerd worden zonder de uitdrukkelijke toestemming van de leverancier. • Het is mogelijk dat enig document of enige gegevens die op de computer zijn opgeslagen, beschadigd of verloren zullen raken als gevolg van een fout door de gebruiker tijdens het gebruik van de software of als gevolg van een softwarefout. Zorg ervoor dat u van tevoren een back-up van alle belangrijke gegevens maakt. Belangrijke documenten en gegevens moeten altijd worden gekopieerd of er moet een back-up van worden gemaakt. Documenten en gegevens kunnen verloren raken vanwege een defect of een menselijke fout. Daarnaast is de klant verantwoordelijk voor het nemen van beschermende voorzorgsmaatregelen tegen computervirussen, wormen en andere schadelijke software. • Verwijder of plaats nooit een cd tijdens de werking van deze software.
4
Handelsmerken Adobe®, Adobe Acrobat®, Acrobat Reader® en Flash® zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. Microsoft®, Windows®, Windows Server®, Windows Vista® en Internet Explorer® zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Pentium® is een gedeponeerd handelsmerk van Intel Corporation. Andere productnamen in deze handleiding dienen alleen ter aanduiding en kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren. Wij maken geen enkele aanspraak op enig recht op deze merken. Dit product bestaat uit software die is ontwikkeld door het OpenSSL Project voor gebruik in OpenSSL Toolkit. (http://www.openssl.org/) De eigennamen van de Windows-besturingssystemen zijn: • De productnamen van Windows 2000 zijn als volgt: Microsoft® Windows® 2000 Professional Microsoft® Windows® 2000 Server Microsoft® Windows® 2000 Advanced Server • De productnamen van Windows XP zijn als volgt: Microsoft® Windows® XP Home Edition Microsoft® Windows® XP Professional • De productnamen van Windows Vista zijn als volgt: Microsoft® Windows Vista® Ultimate Microsoft® Windows Vista® Enterprise Microsoft® Windows Vista® Business Microsoft® Windows Vista® Home Premium Microsoft® Windows Vista® Home Basic • De productnamen van Windows 7 zijn als volgt: Microsoft® Windows® 7 Home Premium Microsoft® Windows® 7 Professional Microsoft® Windows® 7 Ultimate • De productnamen van Windows Server 2003 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2003 Standard Edition Microsoft® Windows Server® 2003 Enterprise Edition • De productnamen van Windows Server 2003 R2 zijn als volgt:
5
Microsoft® Windows Server® 2003 R2 Standard Edition Microsoft® Windows Server® 2003 R2 Enterprise Edition • De productnamen van Windows Server 2008 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2008 Standard Microsoft® Windows Server® 2009 Enterprise • De productnamen van Windows Server 2008 R2 zijn als volgt: Microsoft® Windows Server® 2008 R2 Standard Microsoft® Windows Server® 2008 R2 Enterprise
6
INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?...........................................................................................................................1 Symbolen........................................................................................................................................................1 Terminologie...................................................................................................................................................1 Schermen........................................................................................................................................................2 Handleidingen voor deze toepassing...............................................................................................................3 Belangrijk.............................................................................................................................................................4 Handelsmerken...................................................................................................................................................5
1. Controle voor gebruik Wat kunt u met Remote Communication Gate S doen?..................................................................................9 Systeemvereisten..............................................................................................................................................10 JavaScript voor de browser activeren........................................................................................................11
2. Inloggen en uitloggen Inloggen............................................................................................................................................................13 Uitloggen..........................................................................................................................................................15
3. Apparaatinformatie weergeven Lay-out van de Apparaatlijstscherm...............................................................................................................17 Menufuncties apparaatlijst..........................................................................................................................18 Kenmerken van Statuspictogram op de apparaatlijst...............................................................................21 Lay-out van Sitemap....................................................................................................................................23 Het log-in wachtwoord wijzigen................................................................................................................24 De apparaatlijst weergeven............................................................................................................................25 De apparaatlijst weergeven door zoekvoorwaarden op te geven.........................................................25 De apparaatlijst weergeven met behulp van filters...................................................................................28 De weergavevolgorde van de apparaatlijst sorteren...............................................................................34 Plattegronden weergeven...............................................................................................................................35 De plattegrond weergeven vanuit de apparaatlijst..................................................................................35 De vereenvoudigde plattegrond weergeven vanuit de printereigenschappen......................................38 Weergeven vanApparaatinformatie..............................................................................................................41 Apparaatinformatie weergeven vanuit de menubalk...............................................................................41 Apparaatinformatie weergeven vanuit het eigenschappenpictogram....................................................42 Inhoud van het apparaatinformatiescherm................................................................................................42
4. Pakketten downloaden en installeren Wat zijn pakketten?.........................................................................................................................................49 7
Pakketten downloaden....................................................................................................................................50 Pakketten downloaden vanuit de pakkettenlijst.........................................................................................50 Pakketten downloaden vanuit de plattegrond..........................................................................................51 Pakketten downloaden via een URL verzonden per e-mail.....................................................................52 Pakketten openen en stuurprogramma's installeren......................................................................................54
5. Bijlage Over Help.........................................................................................................................................................55 Wanneer uw computer werkt met Windows XP Service Pack 2 of later/Vista/7.................................56 Problemen oplossen.........................................................................................................................................57
INDEX.............................................................................................................................................................59
8
1. Controle voor gebruik In dit hoofdstuk worden Remote Communication Gate S en de systeemvereisten voor gebruikercomputers voor de bediening van Remote Communication Gate S uitgelegd.
Wat kunt u met Remote Communication Gate S doen?
1
Remote Communication Gate S is een webgebaseerde toepassing die u voorziet van apparaatbeheeroplossingen. Door u vanaf een computer met behulp van een internetbrowser aan te melden bij de Remote Communication Gate S-server kunt u het volgende uitvoeren: • De apparaatlijst weergeven met behulp van zoekvoorwaarden • De apparaatplattegrond met apparaatstatus en diens locatie weergeven • Gdetailleerde informatie voor apparaten weergeven • Stuurprogramma's downloaden en installeren met behulp van een pakket dat gemaakt is door de beheerder • Voor meer informatie over het weergeven van de apparaatlijst en het zoeken naar apparaten, zie Pag.25 "De apparaatlijst weergeven". • Voor meer informatie over het weergeven van de plattegrond, zie Pag.35 "Plattegronden weergeven". • Voor meer informatie over het weergeven van gedetailleerde apparaatinformatie, zie Pag.41 "Weergeven vanApparaatinformatie". • Voor meer informatie over het downloaden en installeren van stuurprogramma's met behulp van pakketten, zie Pag.50 "Pakketten downloaden" en Pag.54 "Pakketten openen en stuurprogramma's installeren".
9
1. Controle voor gebruik
Systeemvereisten 1
Om Remote Communication Gate S te kunnen gebruiken, moet het systeem aan de volgende eisen voldoen. Item Hardware
Vereisten • CPU: Pentium compatibel 500 MHz of hoger • Geheugen: 128 MB of meer • Minimum beschikbare vrije ruimte op de harde schijf: gelijk aan het aanbevolen minimum voor het besturingssysteem
Besturingssysteem
• Windows 2000 Professional/Server/Advanced Server (i386): Service Pack 4 of hoger • Windows XP Home Edition/Professional: Service Pack 2 of hoger • Windows Vista Ultimate/Enterprise/Business/Home Premium/ Home Basic • Windows 7 Home Premium/Professional/Ultimate • Windows Server 2003 Standard Edition/Enterprise Edition: Service Pack 2 of hoger • Windows Server 2003 R2 Standard Edition/Enterprise Edition: Service Pack 2 of hoger • Windows Server 2008 Standard/Enterprise • Windows Server 2008 R2 Standard/Enterprise
Ondersteunde talen
Engels, Duits, Frans, Italiaans, Spaans, Nederlands • Remote Communication Gate S ondersteunt alleen deze zes talen. Wanneer de schermtaal niet een van deze talen is, wordt Remote Communication Gate S weergegeven in het Engels. De prioriteit van de schermtaal kan worden gewijzigd in de Taalvoorkeursinstellingen in Internet Explorer.
10
Systeemvereisten
Item Internetbrowser
Vereisten • Internet Explorer 6.0 Service Pack 1 of hoger • Internet Explorer 7.0 • Internet Explorer 8,0
1
• JavaScript moet geactiveerd zijn. • Adobe Flash Player 9.0 of hoger moet geïnstalleerd zijn. • Voor meer informatie over de wijze waarop JavaScript moet worden geactiveerd, zie Pag.11 "JavaScript voor de browser activeren". Netwerk
TCP/IP moet geïnstalleerd en op de juiste wijze geconfigureerd zijn.
Schermresolutie
1024 x 768 of hoger
JavaScript voor de browser activeren Om Remote Communication Gate S te openen en weer te geven, moet JavaScript in de internetbrowser worden geactiveerd. 1. Selecteer [Internetopties...] in het menu [Extra] van Internet Explorer. 2. Klik op het tabblad [Beveiliging]. 3. Klik op [Aangepast niveau...]. 4. Onder [Uitvoeren van scripts] selecteert u [Inschakelen] in [Actief uitvoeren van scripts]. 5. Klik op [OK] om het dialoogvenster [Beveiligingsinstellingen] te sluiten. 6. Klik op [OK] om het dialoogvenster [Internetopties] af te sluiten.
11
1. Controle voor gebruik
1
12
2. Inloggen en uitloggen In dit hoofdstuk worden de procedures voor het aan- en afmelden bij de Remote Communication Gate S-server uitgelegd.
Inloggen Om aan te melden bij de Remote Communication Gate S-server heeft u onderstaande gegevens nodig, die u vooraf moet opvragen bij de beheerder:
2
• URL van de Remote Communication Gate S-server • Gebruikersnaam • Wachtwoord • Domeinnaam (indien noodzakelijk) • Wanneer u Windows Server 2003 of 2008 gebruikt, moeten de instellingen vooraf worden opgegeven. Neem contact op met de beheerder. • Wanneer u Remote Communication Gate S gebruikt, moet u de [Terug]-toets van uw browser en de andere browserfuncties niet gebruiken. Gebruik alleen de navigatietoetsen op de inhoudspagina's. • Als u van gebruiker wilt veranderen, klikt u op de toets [Uitloggen] en logt u in als een andere gebruiker. Gebruik de [Terug]-toets van uw browser niet om het inlogscherm opnieuw weer te geven. 1. Start Internet Explorer. 2. Voer de volgende URL in de adresbalk in en druk op de [Enter]-toets op het toetsenbord. Situatie Zonder SSL-codering
URL http://{hostnaam}:{poortnummer}/mgmt of http://{IP-adres}:{poortnummer}/mgmt
Met SSL-codering
https://{hostnaam}:{poortnummer}/mgmt of https://{IP-adres}:{poortnummer}/mgmt
• {hostnaam}: naam van de Remote Communication Gate S-server • {IP-adres}: IP-adres van de Remote Communication Gate S-server
13
2. Inloggen en uitloggen
• {poortnummer}: poortnummer dat is opgegeven tijdens de installatie van Remote Communication Gate S 3. Wanneer het [Proefversie]-scherm wordt weergegeven, klikt u op [OK].
2
• Het scherm [Proefversie] wordt alleen weergegeven wanneer Remote Communication Gate S niet geactiveerd is. Neem voor meer informatie contact op met de beheerder. 4. Voer uw gebruikersnaam in het veld [Gebruikersnaam:] in het aanmeldingsscherm in.
5. Typ uw wachtwoord in het vak [Wachtwoord:] in. • Voor meer informatie over het wijzigen van uw wachtwoord, zie Pag.24 "Het log-in wachtwoord wijzigen". 6. Voer de domeinnaam in als het vak [Domeinnaam:] wordt weergegeven. 7. Klik op [Login]. • Het aanmeldingsscherm verschijnt opnieuw wanneer langer dan 30 minuten geen handeling wordt uitgevoerd na aanmelding bij de Remote Communication Gate S-server. Meldt u zo nodig opnieuw aan.
14
Uitloggen
Uitloggen Gebruik de volgende procedure om u af te melden bij Remote Communication Gate S. 1. Klik op [Uitloggen] op het scherm.
2
• Gebruik niet de knop [Sluiten] om het systeem af te sluiten.
15
2. Inloggen en uitloggen
2
16
3. Apparaatinformatie weergeven In dit hoofdstuk wordt het apparaatlijstscherm beschreven dat wordt weergegeven op de bovenste pagina wanneer u zich aanmeldt bij Remote Communication Gate S.
Lay-out van de Apparaatlijstscherm De schermlay-out van de apparaatlijst is als volgt: 8 9 10 11
1 2 3 4
3
12
5
6 13
7 NL BXM001S
1. Zoeken-knop Zoeken naar een specifiek apparaat met behulp van zoekvoorwaarden. Wanneer u naar een apparaat zoekt, klikt u op deze knop en voert u vervolgens de voorwaarden voor uw zoekactie in. • Voor meer informatie over het zoeken van apparaten met behulp van de knop Zoeken, zie Pag.25 "De apparaatlijst weergeven door zoekvoorwaarden op te geven". 2. Groepsweergave Toont de groepsnaam van de weergegeven apparaatlijst. 3. [Directory]-tabblad Toont geregistreerde filters en groepen. 4. Filter Verfijnt de apparaatlijst met behulp van zoekvoorwaarden. Wanneer een filter geselecteerd is, worden de overeenkomstige apparaten weergegeven in het weergavegebied van de apparaatlijst. Filters kunnen door de beheerder worden toegevoegd en u kunt ook uw eigen filters maken. Filters die u maakt, zijn alleen voor u beschikbaar. 17
3. Apparaatinformatie weergeven
• Voor meer informatie over het zoeken van apparaten met behulp van filters, zie Pag.28 "De apparaatlijst weergeven met behulp van filters". 5. Groepslijst Toont de groepslijst wanneer het apparaat als een groep wordt beheerd. 6. Menubalk Toont het menu dat beschikbaar is in het apparaatlijstscherm.
3
7. Het [Snelle links]-gedeelte Toont schermkoppelingen die regelmatig worden gebruikt of gerelateerd zijn aan het huidige scherm. Neem, voor meer informatie over de geselecteerde koppelingen, contact op met uw beheerder. 8. Sitemap-knop Toont alle bedieningskoppelingen die beschikbaar zijn in Remote Communication Gate S. • Voor meer informatie over de sitemap, zie Pag.23 "Lay-out van Sitemap". 9. Help-knop Geeft het Help-scherm weer. • Voor meer informatie over de helpfunctie, zie Pag.55 "Over Help". 10. [Uitloggen]-knop Hiermee meldt u zich af bij de Remote Communication Gate S-server. • Voor meer informatie over uitloggen, zie Pag.15 "Uitloggen". 11. Log-in gebruikersnaam Toont de log-in gebruikersnaam. 12. Verversen-knop Ververst het apparaatlijstscherm en toont de meest recente apparaatinformatie. 13. Weergavegebied apparaatlijst Toont de lijst met apparaten.
Menufuncties apparaatlijst Verschillende functies die ook beschikbaar zijn op het tabblad [Directory] zijn ook bereikbaar vanaf de menubalk. Het menu van de apparaatlijst biedt de volgende functies:
18
Lay-out van de Apparaatlijstscherm
[Bewerken]-menu Item
Hiermee kunt u:
Alles selecteren
Hiermee selecteert u alle gevonden apparaten in de lijst.
Alles wissen
Hiermee maakt u de selectie van alle apparaten in de lijst ongedaan.
[Printer]-menu Item Vernieuwen geselecteerd apparaat
Hiermee kunt u: Maak een verbinding met de geselecteerde apparaten en verzamel de details over hun huidige apparaatstatus. Het apparaatlijstscherm is niet bijgewerkt wanneer u dit item selecteert.
3
Om het apparaatlijstscherm met de meest recente apparaatstatusinformatie weer te geven, selecteert u [Vernieuwen geselecteerd apparaat] in het menu en klikt u vervolgens op de knop Verversen rechts bovenin het scherm. Printereigenschappen...
Toon de details van een geselecteerd apparaat. • Voor meer informatie over het menu [Printereigenschappen...], zie Pag.41 "Weergeven vanApparaatinformatie".
[Filter]-menu Item Printers met fouten
Hiermee kunt u: Geeft een lijst weer met apparaten met fouten in het scherm [Printers met fouten]. • Voor meer informatie over het zoeken van apparaten met fouten, zie Pag.29 "Een lijst weergeven van apparaten met fouten".
Geen antwoord van apparaten
Geef een lijst met apparaten weer die binnen een bepaald aantal dagen niet gereageerd hebben op polling.
Geen filters
Toont een lijst met alle gevonden apparaten.
Filterinstellingen...
Registreer en bewerk filters die u hebt aangemaakt.
19
3. Apparaatinformatie weergeven
[Beeld]-menu Item
3
Hiermee kunt u:
Directory weergeven
Geef het tabblad [Directory] weer.
Directory verbergen
Verberg het tabblad [Directory].
Lijst
Toont een lijst met apparaten.
Plattegrond
Geeft een plattegrond met de verdiepingen van een gebouw weer, met hierin gegroepeerde apparaten met apparaatsymbolen. • Voor meer informatie over de plattegrondfunctie, zie Pag.35 "Plattegronden weergeven".
Apparaten zoeken...
Toont het scherm [Zoeken]. • Voor meer informatie over het zoeken naar apparaten, zie Pag.25 "De apparaatlijst weergeven door zoekvoorwaarden op te geven".
[Sorteren op]-menu Item
20
Hiermee kunt u:
Geselecteerde printers
Sorteer de lijst met gevonden apparaten alfabetisch op geselecteerde printers.
Displaynaam apparaat
Sorteer de lijst met gevonden apparaten alfabetisch op modelnaam.
IP Adres
Sorteer de lijst met gevonden apparaten op hun IP-adres.
Systeem
Sorteer de lijst met gevonden apparaten op gebruikelijke systeempictogrammen.
Printer
Sorteer de lijst met gevonden apparaten op printerstatuspictogrammen.
MAC-adres
Sorteer de lijst met gevonden apparaten op hun MAC-adres.
Geregistreerde groep
Sorteer de lijst met gevonden apparaten op de groepen waarin de apparaten zijn geregistreerd.
Lay-out van de Apparaatlijstscherm
Kenmerken van Statuspictogram op de apparaatlijst Er verschijnen statuspictogrammen op het apparaatlijstscherm. Deze informeren de zichtbare mededeling met pictogrammen.
3
2
1
NL BXM002S
1. Pictogram Systeemstatus • Er zijn verschillende typen systeemstatus-pictogrammen. Voor meer informatie over elk pictogram, zie Pag.21 "Systeemstatus-pictogrammen". 2. Pictogram Printerstatus • Er zijn verschillende soorten printerstatus-pictogrammen. Voor meer informatie over elk pictogram, zie Pag.22 "Printerstatus-pictogrammen". De volgende tabel verklaart de verschillende pictogrammen die in de apparaatlijst worden weergegeven:
Systeemstatus-pictogrammen Statuspictogram
Verklaring Er kwam geen reactie van de printer. Er is een service-oproep nodig. Het papier, de toner of andere verbruiksartikelen in de printer is/zijn op.
21
3. Apparaatinformatie weergeven
Statuspictogram
Verklaring Er is een toegangsschending opgetreden. Er zijn bovenmatig veel pogingen gedaan om toegang tot dit apparaat te verkrijgen.
Printerstatus-pictogrammen
3
Statuspictogram
Verklaring Er kwam geen reactie van de printer. De toner/inkt in de printer is op. Er is een papierstoring opgetreden. Het papier in de printer is op. Er is een klep open. De nietjes in de printer zijn op. De perforatieopvangbak is vol. De tonerafvalcontainer is vol. Er is een papierstoring in de automatische documentinvoer (ADF) opgetreden. Er is een communicatiefout opgetreden. De papieruitvoerlade is vol. Een uitvoerlade is vol. Er is geprobeerd een functie te openen die niet beschikbaar is. Er is een onbekende fout opgetreden. De printer is op dit moment offline.
22
Lay-out van de Apparaatlijstscherm
Statuspictogram
Verklaring De printer is bezig met opwarmen. De toner/inkt in de printer is bijna op. Het papier in de printer is bijna op. Waarschuwing met betrekking tot een mislukte bewerking of nietondersteunde functie. De printer staat in de energiespaarstand.
3
De printer is bezig met de verwerking van een andere taak en kan nu geen nieuwe bewerking uitvoeren. De printer is bezig met het afdrukken van een taak. De printer kan nu een nieuwe afdrukopdracht uitvoeren.
Lay-out van Sitemap De schermlay-out van de Sitemap is als volgt:
1 2
4
3
5
NL BXM005S
1. Alle printers Toont een lijst met apparaten die aangesloten zijn op Remote Communication Gate S. • Voor meer informatie over de apparaatlijst, zie Pag.17 "Lay-out van de Apparaatlijstscherm". 2. Printers met fouten Toont een lijst van apparaten met systeemfouten.
23
3. Apparaatinformatie weergeven
• Voor meer informatie over printers met fouten, zie Pag.29 "Een lijst weergeven van apparaten met fouten". 3. [Terug]-knop Hiermee keert u terug naar de vorige pagina. 4. Instellingen gebruikersinstellingen Toont het scherm [Gebruikersinformatie]. U kunt hier het wachtwoord voor inloggen veranderen.
3
• Voor meer informatie over instellingen gebruikersinstellingen, zie Pag.24 "Het log-in wachtwoord wijzigen". 5. Filterinstellingen Toont het scherm [Instellingen filter]. U kunt hier geregistreerde filters bewerken of verwijderen. • Voor meer informatie over filterinstellingen, zie Pag.32 "Filters bewerken"en Pag.33 "Filters verwijderen".
Het log-in wachtwoord wijzigen Met de volgende procedure kunt u uw log-in wachtwoord wijzigen. Wijzig uw wachtwoord om veiligheidsredenen. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op de knop Sitemap in het gedeelte rechtsboven. 2. Klik op [Instellingen gebruikersinstellingen].
3. Geef het nieuwe wachtwoord op. 4. Klik op [OK].
24
De apparaatlijst weergeven
De apparaatlijst weergeven Door de apparaatlijst weer te geven, kunt u de status en de details controleren van de apparaten die aangesloten zijn op de Remote Communication Gate S-server. Apparaten die op het netwerk zijn aangesloten, worden in lijsten weergegeven, die worden gesorteerd volgens een van de twee onderstaande methoden: • Opgegeven zoekvoorwaarden • Gebruik van filters
3
De apparaatlijst weergeven door zoekvoorwaarden op te geven Gebruik de volgende procedure om een lijst met apparaten weer te geven op basis van geavanceerde zoekvoorwaarden. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op de knop Zoeken.
25
3. Apparaatinformatie weergeven
2. Selecteer items als zoekvoorwaarden in de lijst [Zoekitem:].
3 Zoekvoorwaarde
26
Verklaring
Displaynaam apparaat
Toont apparaten op basis van hun namen in het MFPscherm.
Printermodel
Toont apparaten op basis van hun printermodel.
IP adres
Toont apparaten op basis van hun IP-adres.
Systeemfout
Toont apparaten op basis van hun normale systeemfouten, zoals geen response en storing als gevolg van teveel toegangspogingen.
Printerstatus
Toont apparaten op basis van hun afdrukstatus.
MAC-adres
Toont apparaten op basis van hun fysieke (MAC) adres waarover alle netwerkgeschikte apparaten beschikken.
Apparaatnaam
Toont apparaten op basis van hun apparaatnaam.
Hostnaam
Toont apparaten op basis van hun hostnaam.
Opmerking
Toont apparaten op basis van een opmerkingsfilter.
PPM
Toont apparaten op basis van hun afdrukcapaciteit (gemeten in pagina's per minuut).
Z-W/Kleur
Toont apparaten op basis van hun afdrukcapaciteit in Zwart-Wit/Kleur.
Scannerstatus
Toont apparaten op basis van hun scannerstatus.
Faxstatus
Toont apparaten op basis van hun faxstatus.
De apparaatlijst weergeven
Zoekvoorwaarde
Verklaring
Status kopieermachine
Toont apparaten op basis van de status van hun kopieermachine.
NIB model
Toont apparaten op basis van hun NIB-modellen.
NIB versie
Toont fail-over-systemen op basis van hun NIB-versies.
NetWare print server
Toont apparaten op basis van hun NetWareafdrukserver.
Serienummer
Toont apparaten op basis van hun serienummers.
Referentienummer
Toont apparaten in numerieke volgorde op basis van hun aantal bedrijfsutiliteiten.
Gebruikerseigenschappen 1
Toont apparaten op basis van hun gebruikerseigenschappen (opgegeven door de beheerder).
Gebruikerseigenschappen 2 Gebruikerseigenschappen 3
3
Gebruikerseigenschappen 4 Gebruikerseigenschappen 5 3. Selecteer een optieconfiguratie-item uit de lijst [Optie:].
Situatie Als u een tekenreeks voor de parameter opgeeft:
Optie • bevatten • Exacte overeenkomst
Als u een numerieke waarde voor de parameter opgeeft:
• hetzelfde • boven • onder
27
3. Apparaatinformatie weergeven
Situatie Als u een numerieke waarde (of reeks van numerieke waarden) voor de parameter opgeeft:
Optie • bereik • hetzelfde • boven • onder
Als u een optie voor de parameter selecteert:
3
• hetzelfde
4. Voer de ingestelde waarde in het vak [Parameter:] in. Bijvoorbeeld wanneer [IP adres] is opgegeven in [Zoekitem:], voert u het IP-adres in. • Wanneer u op [Zoekvoorwaarden wissen] klikt, worden de zoekvoorwaarden teruggezet naar de standaardinstelling. 5. Klik op [Zoeken...].
Het scherm [Zoekresultaten] verschijnt als een lijst.
De apparaatlijst weergeven met behulp van filters Gebruik de volgende procedure om de apparaatlijst weer te geven op basis van de filtervoorwaarden die zijn opgegeven door de beheerder en gebruikers. De filters die gemaakt zijn door de beheerder worden weergegeven in het bovenste gedeelte van het menu [Filter]. U kunt filters die aangemaakt zijn door de beheerder niet bewerken. Filters die u aanmaakt voor persoonlijk gebruik op basis van zoekvoorwaarden, verschijnen onder de filters die gemaakt zijn door de beheerder. U kunt de filters die u aangemaakt hebt, bewerken en verwijderen.
28
De apparaatlijst weergeven
Een lijst weergeven van apparaten met fouten Gebruik de volgende procedure om een lijst van apparaten met fouten weer te geven. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op [Bekijken met filter] op het tabblad [Directory].
3
2. Klik op [Printers met fouten].
• De filter kan ook worden geselecteerd vanuit [Filter] in het menu.
29
3. Apparaatinformatie weergeven
Een lijst met apparaten die niet antwoorden weergeven Gebruik de volgende procedure om een lijst met apparaten die gedurende een bepaald aantal dagen geen reactie op polling gaven. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op [Bekijken met filter] op het tabblad [Directory]. 2. Klik op [Geen antwoord van apparaten]. Het resultaat verschijnt in een lijst die u op item kunt sorteren.
3
Een apparaatlijst weergeven met behulp van andere filters Gebruik de volgende procedure om een lijst met apparaten weer te geven op basis van de zoekvoorwaarden die zijn opgegeven door de beheerder en gebruikers. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op [Bekijken met filter] op het tabblad [Directory]. 2. Klik op het filter dat u wilt gaan gebruiken. Het zoekresultaat verschijnt als een lijst. • De filter kan ook worden geselecteerd vanuit [Filter] in het menu.
Zoekvoorwaarden als een filter registreren Gebruik de volgende procedure om zoekvoorwaarden als een filter te registreren voor uw persoonlijk gebruik. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op de zoekknop. 2. Selecteer items als zoekvoorwaarden uit de lijst [Zoekitem:]. 3. Selecteer een optieconfiguratie-item uit de lijst [Optie:]. 4. Voer een waarde in het vak [Parameter:] in. U heeft bijvoorbeeld [IP adres] in [Zoekitem:] geselecteerd.Voer dan daarna het IP-adres in waarnaar u wilt zoeken.
30
De apparaatlijst weergeven
5. Klik op [Zoeken...] en klik vervolgens op [Opslaan als Filter].
3
6. In het scherm [Instellingen Filter: Opslaan als Filter] voert u [Filternaam:] en [Opmerking:] in.
7. In [Locatie weergeven:] selecteert u waar het filter moet worden weergegeven. 8. Klik op [OK]. 9. In het scherm [Opgeslagen als Filter] klikt u op [OK].
• U kunt maximaal 20 filters registreren.
31
3. Apparaatinformatie weergeven
• De geregistreerde filters worden weergegeven in het menu [Filter], onder de filters die aangemaakt zijn door de beheerder.
Filterinstellingen menufuncties Het menu in het scherm [Instellingen filter] biedt de volgende functies:
3
Menu [Bewerken] Item
Hiermee kunt u:
Bewerken
Bewerk de filtervoorwaarden.
Verwijderen
Verwijder de geregistreerde filters.
Filters bewerken Gebruik de volgende procedure om een filter dat u zelf aangemaakt hebt, te bewerken. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op de knop Sitemap in het gedeelte rechtsboven. 2. Klik op [Instellingen Filter]. 3. Selecteer het filter dat u wilt bewerken. 4. Klik op [Bewerken] in het menu [Filter].
32
De apparaatlijst weergeven
5. Wijzig zo nodig de [Filternaam:] en [Opmerking:].
3 6. In [Locatie weergeven:] selecteert u waar het filter moet worden weergegeven. 7. Klik op [OK]. 8. In het scherm [Instellingen Filter] klikt u op [Terug]. 9. Op de Sitemap klikt u op [Terug]. De apparaatlijstscherm verschijnt. • U kunt ook de filterbewerkingsfunctie openen door op [Instellingen Filter] te klikken op de Sitemap.
Filters verwijderen Gebruik de volgende procedure om filters die door u zelf zijn aangemaakt, te verwijderen. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op de knop Sitemap in het gedeelte rechtsboven. 2. Klik op [Instellingen Filter]. 3. Klik op [Verwijderen] in het menu [Filter].
33
3. Apparaatinformatie weergeven
4. Wanneer een bericht waarin de verwijdering wordt bevestigd, verschijnt, klikt u op [OK].
3 De weergavevolgorde van de apparaatlijst sorteren Gebruik de volgende procedure om de weergavevolgorde van de apparaatlijst te wijzigen. 1. Klik op [Sorteren op] in het menu van het apparaatlijstscherm.
2. Klik op het item dat moet worden benoemd als de sorteervoorwaarde. Apparaten worden gesorteerd op basis van het geselecteerde item. • Om de lijst in oplopende volgorde te sorteren, klikt u op de rijnaam van het item in de weergegeven lijst. Door opnieuw te klikken, wordt de lijst in aflopende volgorde gesorteerd.
34
Plattegronden weergeven
Plattegronden weergeven De functie plattegrond toont een plattegrond met verdiepingen van een gebouw waarin gegroepeerde apparaten staan.Dit wordt gedaan met behulp van apparaatpictogrammen die zichtbare details bieden over een apparaat en diens locatie. Elke groep heeft een plattegrond die door de beheerder geregistreerd is. Als er geen plattegrond geregistreerd is voor een groep, wordt de plattegrond voor die groep leeg weergegeven. Met de functie plattegrond kunt u het volgende doen: • De zichtbare locatie van de apparaten en hun status weergeven • De apparaatinformatie weergeven
3
• Pakketten downloaden De plattegrond hieronder kan op twee manieren worden weergegeven. • De plattegrond weergeven vanuit de apparaatlijst • De vereenvoudigde plattegrond weergeven vanuit de printereigenschappen
De plattegrond weergeven vanuit de apparaatlijst Gebruik de volgende procedure om de gegroepeerde apparaten in de plattegrond weer te geven. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op [Bekijken per Groep] op het tabblad [Directory].
2. Klik op een groep in de groepsstructuur. Er verschijnt een lijst met gegroepeerde apparaten.
35
3. Apparaatinformatie weergeven
3. Klik op de [Plattegrond] in het menu [Beeld].
3
4. Klik op een apparaatpictogram in de plattegrond om het eigenschappenscherm weer te geven.
Lay-out van de plattegrond De schermlay-out van de plattegrond is als volgt:
36
Plattegronden weergeven
3 1. Lijst bekijken-knop Toont in lijstvorm de apparaten die op de plattegrond verschijnen. 2. [Directory]-tabblad Toont geregistreerde filters en groepen. 3. Menubalk: [Beeld] Toont het menu dat beschikbaar is in de plattegrond. 4. Weergavegebied plattegrond Toont de plattegrond met apparaatpictogrammen. 5. Verversen-knop Ververst het scherm Plattegrond en toont de nieuwste apparaatstatus. 6. [Plattegrondtransparantie:] schuifknop Hiermee stelt u de doorzichtigheid van de achtergrond van de plattegrond in. 7. [Plattegrondgrootte:]-knoppen Vergroot of verkleint het formaat van de plattegrond. 8. Apparaatpictogram (rood) Geeft printers met normale systeemfouten aan. 9. Apparaatpictogram (grijs) Geeft lokale printers (zonder netwerkverbinding) aan. 10. Apparaatpictogram (blauw) Geeft printers in het netwerk aan die geregistreerd zijn bij Remote Communication Gate S. Wanneer u de muisaanwijzer over een apparaatpictogram beweegt, worden het model-ID en IP-adres/ hostnaam van het desbetreffende apparaat weergegeven.
37
3. Apparaatinformatie weergeven
Menufuncties plattegrond Het menu op het scherm[Printers: Plattegrond] biedt u de volgende functie: [Beeld]-menu Item
3
Hiermee kunt u:
Directory weergeven
Geef het tabblad [Directory] weer.
Directory verbergen
Verberg het tabblad [Directory].
Lijst
Toont een lijst met apparaten die in de plattegrond worden weergegeven.
Plattegrond
Geeft een plattegrond met de verdiepingen van een gebouw weer, met hierin gegroepeerde apparaten met apparaatsymbolen.
Plattegrondgrootte aanpassen Gebruik de volgende procedure om de grootte van de plattegrond aan te passen. 1. Op de plattegrond klikt u op de knoppen [Plattegrondgrootte:]. • Vergrotingsbereik: ±200%
De doorzichtigheid van de achtergrond instellen Gebruik de volgende procedure om de doorzichtigheid van de achtergrond van de plattegrond in te stellen. 1. In de plattegrond verschuift u de schuifknop [Plattegrondtransparantie:].
De vereenvoudigde plattegrond weergeven vanuit de printereigenschappen Gebruik de volgende procedure om de plattegrond weer te geven vanaf het scherm [Printereigenschappen: Gebruikerseigenschappen]. De weergegeven plattegrond is een vereenvoudigde afbeelding en getoonde items wijken af van de items die worden weergegeven vanuit de apparaatlijst. Het pictogram van het apparaat dat u selecteert, gaat knipperen. 1. In het apparaatlijstscherm vinkt u het selectievakje van de apparaatlijst aan. 2. Klik op [Printereigenschappen...] in het menu [Printer]. 38
Plattegronden weergeven
3. Klik op het tabblad [Gebruikerseigenschappen]. 4. Klik op de knop [Plattegrond bekijken] in het scherm [Printereigenschappen: Gebruikerseigenschappen].
3
Lay-out van de vereenvoudigde plattegrond De schermlay-out van de vereenvoudigde plattegrond is als volgt:
1. [Web Image Monitor]-knop Toont de apparaatstatus met behulp van Web Image Monitor. 2. Apparaatnaam/Groepsnaam Toont de apparaatnaam en de groep waartoe het apparaat behoort.
39
3. Apparaatinformatie weergeven
3. Weergavegebied plattegrond Toont de vereenvoudigde plattegrond met apparaatpictogrammen. 4. Help-knop Toont het Help-scherm van de plattegrond. 5. Verversen-knop Ververst het scherm Plattegrond en toont de nieuwste apparaatstatus. 6. [Plattegrondtransparantie:]-schuifknop
3
Hiermee stelt u de doorzichtigheid van de achtergrond van de plattegrond in. 7. [Plattegrondgrootte:]knoppen Vergroot of verkleint het formaat van de plattegrond. 8. Apparaatpictogram (knipperend) Geeft het geselecteerde apparaat aan. 9. Apparaatpictogram (rood) Geeft printers met normale systeemfouten aan. 10. Apparaatpictogram (grijs) Geeft lokale printers (zonder netwerkverbinding) aan. 11. Apparaatpictogram (blauw) Geeft printers in het netwerk aan die geregistreerd zijn bij de Remote Communication Gate S-server. Wanneer u de muisaanwijzer over een apparaatpictogram beweegt, worden het model-ID en IPadres/hostnaam van het desbetreffende apparaat weergegeven.
40
Weergeven vanApparaatinformatie
Weergeven vanApparaatinformatie Apparaatinformatie weergeven vanuit de menubalk Gebruik de volgende procedure om het eigenschappenscherm weer te geven, waarin de apparaatinformatie staat vermeld. 1. In het apparaatlijstscherm vinkt u het selectievakje van de apparaatlijst aan.
3
2. Klik op [Printereigenschappen...] in het menu [Printer].
41
3. Apparaatinformatie weergeven
Apparaatinformatie weergeven vanuit het eigenschappenpictogram Gebruik de volgende procedure als een alternatieve manier om apparaatinformatie weer te geven. 1. In het apparaatlijstscherm klikt u op het eigenschappenpictogram.
3
Inhoud van het apparaatinformatiescherm Het eigenschappenscherm dat gedetailleerde informatie over een geselecteerd apparaat toont, beschikt over de volgende tabbladen: • Printerstatus • Teller • Gebruikerseigenschappen • Downloaden
De volgende items verschijnen bovenaan het eigenschappenscherm.
42
Weergeven vanApparaatinformatie
Item
Verklaring
Displaynaam apparaat
Toont de naam van een apparaat zoals weergegeven in Remote Communication Gate S. Apparaatdetails worden weergegeven door op de koppeling [Web Image Monitor] te klikken.
Printermodel:
Toont de modelnaam van het apparaat.
Adres apparaat
Toont het IP-adres of de hostnaam van het apparaat.
Laatste tijdstip van update van apparaatinformatie:
Hier worden de datum en tijd weergegeven waarop voor het laatst gedetailleerde apparaatgegevens zijn bijgewerkt.
3
Tabblad Printerstatus Dit scherm geeft de status van het geselecteerde apparaat weer. 1. Klik op het tabblad [Printerstatus].
• Weergave kan afwijken, afhankelijk van de apparaatmodellen. Item Systeem Printer
Verklaring Toont de status van het geselecteerde apparaat met statuspictogrammen.
Kopieerapparaat Scanner
• Voor meer informatie over statuspictogrammen, zie Pag.21 "Kenmerken van Statuspictogram op de apparaatlijst". 43
3. Apparaatinformatie weergeven
Item
Verklaring
<Papierlade>
Toont de status van de invoerlade.
Toont de resterende toner.
Toont de uitvoerlade die aan het apparaat is bevestigd.
Toont de capaciteit en vrije ruimte op de Document Server.
3 Tabblad Teller
Dit scherm toont de tellergegevens van het apparaat die verzameld zijn van apparaten die aangesloten zijn op Remote Communication Gate S. De tellergegevens kunnen u helpen om na te gaan hoe het apparaat wordt gebruikt. 1. Klik op het tabblad [Teller].
• Weergave kan afwijken, afhankelijk van de apparaatmodellen. De tellergegevens worden opgehaald van apparaten die gebruikstellers onderhouden. Item
Verklaring Toont kopieer-, printer- en faxtellertotalen. • Totale teller
44
Weergeven vanApparaatinformatie
Item
Verklaring Toont de teller van de kopieermachine-functie. • Zwart-wit teller Kopieermachine • Teller Kleur Kopieermachine • Teller Enkele kleur Kopieermachine • Teller Twee kleuren Kopieermachine
Toont de teller van de printerfunctie. • Printer Z-W Teller
3
• Teller Kleur Printer • Teller Enkele kleur Printer • Teller Twee kleuren Printer • Totaal Level Color teller
Toont de teller van de faxfunctie. • Fax Z-W Teller • Teller Enkele kleur Fax
Toont de teller van de afdrukfunctie voor grootformaat. • A3/DLT
Toont de teller van de A2-formaat afdrukfunctie. • A2
Toont de teller van de dubbelzijdige functie. • 2-zijdig
Toont de teller van de tonerdekkingsfunctie. • Bereik: Kleur (%) • Bereik: Z&W (%) • Bereik: Kleurenpagina afdrukken • Bereik: Z&W-pagina afdrukken
Toont de teller Verzenden/TX totaal en de tellertotalen van faxverzending. • Verzenden/TX totaal Z-w teller • Verzenden/TX totaal Kleur teller
45
3. Apparaatinformatie weergeven
Item
Verklaring Toont het totaal van de faxverzendingsfunctie. • Faxverzending teller
<Scanner verzenden>
Toont de teller van scanner-verzendingsfunctie. • Scanner verzenden Z&W teller • Scanner verzenden Kleur teller
3
Toont de totalen van de interne teller. • Kleurenkopieën • Z&W-kopieën • Kleurenafdrukken • Z&W-afdrukken • Teller Economy Color • Totaal Z&W • Totaal kleur
Tabblad Gebruikerseigenschappen Hier worden groepen waarmee apparaten verbonden zijn, weergegeven. 1. Klik op het tabblad [Gebruikerseigenschappen].
Item
46
Verklaring Toont de groepen waarmee de apparaten geassocieerd worden.
Weergeven vanApparaatinformatie
Item
Verklaring
Toont opmerkingen met betrekking tot gebruikerseigenschappen.
Plattegrond bekijken button
Wanneer er een plattegrond is gemaakt voor de groepen, toont deze knop de plattegrond in vereenvoudigde weergave.
• Voor meer informatie over het gebruik van de knop Plattegrond bekijken, zie Pag.38 "De vereenvoudigde plattegrond weergeven vanuit de printereigenschappen".
3
Tabblad Downloaden Deze geeft een lijst met pakketten weer die aangemaakt zijn door de beheerder voor de apparaten. 1. Klik op het tabblad [Downloaden].
• Voor meer informatie over de pakketten, zie Pag.50 "Pakketten downloaden".
47
3. Apparaatinformatie weergeven
3
48
4. Pakketten downloaden en installeren In dit hoofdstuk wordt het downloaden en installeren van pakketten die door de beheerder zijn verspreid uitgelegd.
Wat zijn pakketten? Remote Communication Gate S ontdekt apparaten in netwerken en distribueert aan alle gebruikers een programmawizard voor de configuratie-instelling dat "Pakketten" wordt genoemd. De pakkettenwizard start automatisch en gebruikers kunnen zonder extra setup de noodzakelijke stuurprogramma's voor apparaten installeren vanaf de Remote Communication Gate S-server. Hierna wordt uitgelegd hoe een pakket kan worden verkregen en hoe vervolgens de stuurprogramma's met behulp van het pakket moeten worden geïnstalleerd.
4
49
4. Pakketten downloaden en installeren
Pakketten downloaden De pakketten zijn opgeslagen op de Remote Communication Gate S-server. De pakketten worden opgehaald met behulp van een van de volgende drie procedures: • Meld u aan bij de Remote Communication Gate S-server en download ze vanuit de pakkettenlijst. • Meld u aan bij de Remote Communication Gate S-server en download ze vanuit de plattegrond. • Open de URL die u werd toegestuurd in een e-mail door de beheerder en download ze vanuit de pakkettenlijst.
4
Pakketten downloaden vanuit de pakkettenlijst Gebruik de volgende procedure om pakketten van de pakkettenlijst te downloaden. 1. Op het apparaatlijstscherm vinkt u het selectievakje van de apparaten aan. 2. Klik op [Printereigenschappen...] in het menu [Printer].
• Voor meer informatie over het weergeven van het apparaatlijstscherm, zie Pag.41 "Weergeven vanApparaatinformatie".
50
Pakketten downloaden
3. Klik op het tabblad [Downloaden] op het eigenschappenscherm.
4 4. Voor meer informatie over het pakket klikt u op het eigenschappenpictogram. 5. Klik op [Downloaden] naast het pakket dat u wilt downloaden. 6. Klik op [Opslaan].
7. Geef op waar u het pakket wilt opslaan en klik vervolgens op [Opslaan]. Het downloaden begint. 8. Klik op [Sluiten] om het dialoogvenster [Download voltooid] te sluiten. • Voor meer informatie over het openen van het pakket, zie Pag.54 "Pakketten openen en stuurprogramma's installeren".
Pakketten downloaden vanuit de plattegrond Gebruik de volgende procedure om pakketten te downloaden vanuit de plattegrond.
51
4. Pakketten downloaden en installeren
1. Geeft de plattegrond weer. • Voor meer informatie over het weergeven van de plattegrond, zie Pag.35 "Plattegronden weergeven". 2. Klik op een apparaatpictogram van een apparaat waarvan u het pakket wilt downloaden. 3. In het eigenschappenscherm klikt u op het tabblad [Downloaden]. 4. Voor meer informatie over het pakket klikt u op het eigenschappenpictogram. 5. Klik op [Downloaden] naast het pakket dat u wilt downloaden. 6. Klik op [Opslaan].
4
7. Geef op waar u het pakket wilt opslaan en klik vervolgens op [Opslaan]. Het downloaden begint. 8. Klik op [Sluiten] om het dialoogvenster [Download voltooid] te sluiten.
Pakketten downloaden via een URL verzonden per e-mail Gebruik de volgende procedure om pakketten te downloaden via een URL die per e-mail verzonden is. 1. Klik op de URL in de e-mailtekst die verzonden is door de beheerder. Er verschijnt een downloadbevestigingscherm. • Voor meer informatie over het handmatig invoeren van een URL, zie Pag.53 "Wanneer Internet Explorer niet automatisch opstart". 2. Klik op [Login].
3. Klik op [Opslaan]. 4. Geef op waar u het pakket wilt opslaan en klik vervolgens op [Opslaan]. Het downloaden begint.
52
Pakketten downloaden
5. Klik op [Sluiten] om het dialoogvenster [Download voltooid] te sluiten.
Wanneer Internet Explorer niet automatisch opstart Gebruik de volgende procedure om Internet Explorer op te starten wanneer de URL die vermeld staat in de e-mail niet automatisch wordt opgestart. 1. Start Internet Explorer met de hand. 2. Kopieer en plak de URL uit de e-mail in de adresbalk van Internet Explorer. 3. Druk op de [Enter]-toets. Internet Explorer wordt gestart en het inlogscherm wordt weergegeven.
4
53
4. Pakketten downloaden en installeren
Pakketten openen en stuurprogramma's installeren Gebruik de volgende procedure om pakketten te openen en ze op uw computers te installeren. • Log als lid van de beheerdersgroep in bij Windows en sluit eventuele applicaties die worden uitgevoerd. 1. Open de map waarin het pakket is opgeslagen.
4
2. Dubbelklik op het gedownloade pakket (.exe bestand). 3. Wanneer het scherm [Beveiligingswaarschuwing] verschijnt, klikt u op [Ja]. 4. In het scherm [Beheer van het gebruikersaccount] klikt u op [Toestaan]. 5. Lees de voorwaarden van de licentieovereenkomst. Indien u hiermee akkoord gaat, klikt u op [Ik accepteer de overeenkomst] en klikt u vervolgens op [Volgende].
De installatie van de drivers wordt gestart. 6. Wanneer [Opstarten bevestigen] verschijnt, klikt u op [Ja. Nu opnieuw opstarten.] en klikt u vervolgens op [Voltooien]. Windows wordt opnieuw gestart. • Tijdens de installatie kan het dialoogvenster [Software-installatie] opnieuw verschijnen. In dat geval klikt u op [Toch doorgaan] om de installatie te vervolgen.
54
5. Bijlage Over Help Om de bedieningsprocedures te kunnen begrijpen, raadpleegt u Help. Er bevindt zich een Help-knop op het aanmeldingsscherm, het apparaatlijstscherm en andere schermen. Door op de Help-knop te klikken, wordt Help weergegeven. Inlogscherm
5
NL BXM006S
Apparaatlijstscherm
NL BXM007S
55
5. Bijlage
Ander scherm
5
Wanneer uw computer werkt met Windows XP Service Pack 2 of later/Vista/7
• Onder Windows XP Service Pack 2 of later/Vista/7 wordt Help wellicht niet correct weergegeven, omdat de actieve inhoud mogelijk geblokkeerd wordt, afhankelijk van de instellingen in Internet Explorer. Gebruik de volgende procedure om de controles voor actieve inhoud uit te schakelen. 1. Klik op [De weergave van inhoud van deze website wordt om beveiligingsredenen door Internet Explorer beperkt. Klik hier voor opties.]. Er wordt een menu weergegeven. 2. In de menubalk selecteert u [Geblokkeerde inhoud toestaan...]. 3. Klik op [Ja] in het dialoogvenster [Beveiligingswaarschuwing].
56
Problemen oplossen
Problemen oplossen Hierin worden de oplossingen beschreven voor problemen die kunnen ontstaan tijdens het gebruik van Remote Communication Gate S. Zie de onderstaande tabel en voer de aanbevolen oplossing uit om het probleem te verhelpen. Probleem
Oorzaak en oplossingen
In het aanmeldingsscherm kunt Het wachtwoord is wellicht niet correct. Vraag de beheerder om het u zich niet aanmelden bij de wachtwoord te bevestigen. Remote Communication Gate S. Het aanmeldingsscherm van Remote Communication Gate S wordt niet weergegeven.
De URL van de Remote Communication Gate S-server die is opgegeven in de browser is niet juist. Vraag de beheerder hoe de Remote Communication Gate S-server moet worden geopend.
Het aanmeldingsscherm verschijnt opnieuw nadat een bepaalde tijd verstreken is.
Het aanmeldingsscherm verschijnt opnieuw wanneer er gedurende meer dan 30 minuten geen handeling is uitgevoerd na aanmelding bij de Remote Communication Gate S-server. Meldt u zo nodig opnieuw aan.
5
De apparaatlijst of andere Wellicht hebt u de opslag van gecodeerde pagina's ingeschakeld. Om lijsten worden niet deze functie uit te schakelen: weergegeven wanneer via SSL 1. In de menubalk van Internet Explorer klikt u op Extra > [Interneteen verbinding wordt opties...] en vervolgens selecteert u het tabblad [Geavanceerd]. gemaakt. 2. Schakel het selectievakje [Gecodeerde pagina's niet op schijf opslaan] uit. 3. Klik op [OK].
57
5. Bijlage
5
58
INDEX A
Groepsweergave..................................................17
Alle printers............................................................23 Apparaatinformatie...............................................41
H
Inhoud.................................................................................42 Weergeven vanuit het eigenschappenpictogram...........42 Weergeven vanuit menubalk............................................ 41
Apparaatlijst....................................................17, 25
Alle printers........................................................................23 Andere filters gebruiken....................................................30 De lijst sorteren...................................................................34 Geen antwoord van apparaten.......................................30 Groepslijst..........................................................................18 Groepsweergave...............................................................17 Het Snelle links-gedeelte...................................................18 Log-in gebruikersnaam......................................................18 Menu Beeld........................................................................20 Menu Bewerken.................................................................19 Menu Filter.........................................................................19 Menu Printer.......................................................................19 Menu Sorteren op..............................................................20 Pakketten downloaden......................................................50 Printers met fouten..............................................................29 Statuspictogram.................................................................21 Weergavegebied apparaatlijst........................................18 Zoekvoorwaarden.............................................................25
Help........................................................................55 Help-knop........................................................18, 40 Het Snelle links-gedeelte......................................18 Hoe werkt deze handleiding?................................1 I Inloggen.................................................................13 Instellingen gebruikersinstellingen........................24 J JavaScript...............................................................11 Javascript voor de browser activeren..................11 K Knop
Help............................................................................18, 40 Lijst bekijken........................................................................37 Opslaan als Filter...............................................................31 Plattegrond bekijken..........................................................47 Plattegrondgrootte.....................................................37, 40 Plattegrondtransparantie...........................................37, 40 Sitemap...............................................................................18 Uitloggen....................................................................15, 18 Verversen............................................................18, 37, 40 Zoeken................................................................................17
Apparaatpictogram
Blauw..........................................................................37, 40 Grijs............................................................................37, 40 Knipperend.........................................................................40 Rood...........................................................................37, 40
D Domeinnaam.........................................................13
Knop Lijst bekijken.................................................37 Knop Opslaan als Filter........................................31 Knop Plattegrond bekijken...................................47 Knop Uitloggen...............................................15, 18 Knop Verversen Apparaatlijst.......................................................................18 Plattegrond.........................................................................37 Vereenvoudigde plattegrond...........................................40
F Filter........................................................................17
Filterinstellingen..................................................................32 Filters bewerken.................................................................32 Filters verwijderen..............................................................33 Opslaan als Filter...............................................................30 Printers met fouten..............................................................23
Filterinstellingen.....................................................24 Folder (plattegrond) Pakketten downloaden......................................................51
G Groepslijst..............................................................18
Knoppen plattegrondgrootte................................40 L Lay-out
Apparaatlijst.......................................................................17 Plattegrond.........................................................................36 Sitemap...............................................................................23 Vereenvoudigde plattegrond...........................................39
Log-in gebruikersnaam.........................................18 Log-in URL
Met SSL-codering..............................................................13
59
Zonder SSL-codering........................................................13
M Menu
Apparaatlijst.......................................................................18 Filterinstellingen..................................................................32 Plattegrond.........................................................................38
Tabblad Printerstatus.........................................................43 Tablad Teller......................................................................44
Printers met fouten.................................................23 Printerstatus-pictogram.......................................... 22 Problemen oplossen..............................................57 Proefversie..............................................................14
Menu Beeld
S
Menu Bewerken
Schermen..................................................................2 Schuifknop plattegrondtransparantie..................40 Schuifknop Plattegrondtransparantie...................37 Sitemap..................................................................23
Apparaatlijst.......................................................................20 Plattegrond.........................................................................38 Apparaatlijst.......................................................................19 Filterinstellingen..................................................................32
Alle printers........................................................................23 Filterinstellingen..................................................................24 Instellingen gebruikersinstellingen....................................24 Knop Sitemap.....................................................................18 Printers met fouten..............................................................23
Menu Filter.............................................................19 Menu Printer...........................................................19 Menu Sorteren op.................................................20 P Pakketten................................................................49
Downloaden van de pakketlijst........................................47 Downloaden vanaf de Folder (plattegrond)...................51 Downloaden vanuit de pakkettenlijst...............................50 Downloaden vanuit een in een e-mailmelding................52 Pakketten openen..............................................................54 Stuurprogramma's installeren...........................................54
Pakketten downloaden.........................................50 Pictogram Apparaatpictogram (blauw).....................................37, 40 Apparaatpictogram (grijs)........................................37, 40 Apparaatpictogram (knipperend)....................................40 Apparaatpictogram (rood).......................................37, 40 Printerstatus......................................................................... 22 Systeemstatus.....................................................................21
Plattegrond.............................................................35 De doorzichtigheid van de plattegrond instellen............38 Knop Lijst bekijken.............................................................37 Knop Verversen..................................................................37 Knoppen Plattegrondgrootte............................................38 Menu Lijst............................................................................38 Plattegrondgrootte aanpassen.........................................38 Schuifknop Plattegrondtransparantie...............................38 Weergavegebied plattegrond.........................................37 Weergeven vanuit de apparaatlijst..................................35
Plattegrondgrootte- knoppen...............................37 Printereigenschappen...........................................41 Tabblad Downloaden.......................................................47 Tabblad Gebruikerseigenschappen................................46
60
Statuspictogram.....................................................21 Symbolen.................................................................1 Systeemstatus-pictogram......................................21 Systeemvereisten...................................................10 T Taal.........................................................................10 Tabblad Directory...........................................17, 37 Tabblad Downloaden...........................................47 Tabblad Gebruikerseigenschappen....................46 Tabblad Printerstatus.............................................43 Tabblad Teller........................................................44 Terminologie............................................................1 U Uitloggen...............................................................15 V Vereenvoudigde plattegrond...............................38
Knop Verversen..................................................................40 Knoppen plattegrondgrootte............................................40 Schuifknop plattegrondtransparantie...............................40 Weergave van de printereigenschappen........................38
W Wachtwoord..........................................................24 Weergavegebied apparaatlijst............................18 Weergavegebied plattegrond.............................37
Z Zoeken
Apparaat............................................................................25 Itemlijst doorzoeken...........................................................26 Knop Zoeken..............................................................17, 25 Opslaan als Filter...............................................................30 Optielijst..............................................................................27
61
MEMO
62
MEMO
63
MEMO
64
NL NL
M371-8625A
© 2009, 2010
Gebruikershandleiding
M371-8625A
NL
NL