Gebruikershandleiding Gefeliciteerd met uw keuze voor de Roland Fantom-Xa.
201a
Lees, voordat u dit apparaat in gebruik, neemt de hoofdstukken ‘BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES’ en ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ (pag. 2 en 4) en ‘BELANGRIJKE OPMERKINGEN’ (pag. 6, 7 en 8) zorgvuldig door. Deze hoofdstukken bevatten belangrijke informatie betreffende het juiste gebruik van het apparaat. In aanvulling daarop verdient het aanbeveling om deze gebruikershandleiding in zijn geheel door te lezen, zodat u een goed beeld krijgt van alle mogelijkheden, die dit apparaat biedt. Bewaar de gebruikershandleiding om deze later te kunnen raadplegen.
Naar de Demo Songs luisteren fig.Cover.e
2. Kies
1 Stop
3. Speel
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MENU]. 2. Gebruik [CURSOR] om een song te selecteren. 3. Druk op [ENTER] om de demo song af te spelen. Om de song te stoppen, dient u op [EXIT] te drukken.
985 * De uitleg in deze gebruikershandleiding bevat illustraties, die afbeelden wat normaliter in de display wordt weergegeven. Houd er echter rekening mee, dat uw apparaat een nieuwere, verbeterde versie van het systeem (d.w.z., nieuwere geluiden) kan bevatten, dus wat u daadwerkelijk in de display ziet, is niet altijd hetzelfde als wat in de handleiding staat afgebeeld. 202
Copyright © 2005 ROLAND CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag, op welke wijze dan ook, vermenigvuldigd worden zonder de schriftelijke toestemming van ROLAND CORPORATION.
USING THE UNIT SAFELY
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN Over
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG opmerkingen
Over de symbolen Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt. Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
* Materiële schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING 001
•
WAARSCHUWING 006
Voordat u het apparaat in gebruik neemt, leest u onderstaande instructies en de gebruikershandleiding.
•
.......................................................................................................... 002d
•
Maak het apparaat niet open, en voer geen interne modificaties uit. Dit geldt tevens voor de adapter. (De enige uitzondering zou zijn, wanneer deze handleiding specifieke instructies geeft, die in volgorde uitgevoerd dienen te worden om opties te plaatsen die door de gebruiker geïnstalleerd kunnen worden; zie p.214, p.216)
..........................................................................................................
.......................................................................................................... 008c
•
003
•
Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve, wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.
.......................................................................................................... 004
•
Gebruik of berg het apparaat nooit op, op plaatsen die: • aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die • vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte vloeren of plaatsen die • aan regen worden blootgesteld of die • stoffig zijn of die • aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
.......................................................................................................... 005
•
Dit apparaat mag alleen gebruikt worden met een speciaal door Roland aanbevolen rek of standaard.
..........................................................................................................
Wanneer u dit apparaat gebruikt met een rek of standaard die door Roland is aanbevolen, moet het rek of de standaard zodanig geplaatst worden, dat het waterpas staat en stabiel zal blijven. Als u geen rek of standaard gebruikt, moet u er nog steeds voor zorgen dat de locatie, die u kiest om het apparaat op te zetten, waterpas staat, zodat het apparaat goed ondersteund wordt en niet kan wiebelen. Gebruik alleen de adapter, die bij het apparaat wordt geleverd. Wees er ook zeker van, dat het voltage bij de installatie dezelfde is als het voltage, zoals gespecificeerd op de adapter. Andere adapters gebruiken misschien een andere polariteit of zijn gemaakt voor een andere voltage. Het gebruik hiervan kan dus resulteren in schade, een slechte functie of elektrische schok.
.......................................................................................................... 008e
•
Gebruik alleen het bijgesloten netsnoer. Dit snoer mag met geen enkel ander apparaat gebruikt worden.
.......................................................................................................... 009
•
Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken elementen en kortsluiting geproduceerd kan worden. Beschadigde snoeren betekenen een risico op brand en schokken!
.......................................................................................................... 010
•
Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
..........................................................................................................
2
WAARSCHUWING 011
•
VOORZICHTIG 101b
Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
•
Het apparaat dient op een zodanige wijze geplaatst te worden, dat er voldoende ventilatieruimte beschikbaar is.
.......................................................................................................... 101c
•
.......................................................................................................... 012b
•
Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur, te vinden op de “Informatie” pagina, indien: • Het netsnoer of de stekker is beschadigd, of • Er rook of een ongewone geur optreedt • Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn gekomen, of • Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere wijze nat is geworden), of • Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren of een duidelijke verandering in werking laat zien.
.......................................................................................................... 013
•
In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat op te volgen.
.......................................................................................................... 014
•
Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
.......................................................................................................... 015
•
Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact, waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de stroom classificatie (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
Dit apparaat mag alleen gebruikt worden in combinatie met de Roland KS-12. Gebruik maken van andere standaards (of karretjes) kan resulteren in instabiliteit en eventuele beschadigingen.
.......................................................................................................... 102c
•
Houd het adapter snoer altijd bij de stekker zelf vast, wanneer de stekker in het stopcontact of in het apparaat wordt gestoken of er uit wordt gehaald.
.......................................................................................................... 103b
•
Haal de AC adapter regelmatig uit het stopcontact, en maak deze met een droge doek schoon om stof en andere opeenhopingen te verwijderen. Verwijder de adapter ook uit het stopcontact, wanneer u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken. Ophoping van stof tussen de stekker en het stopcontact kan tot verminderde isolatie leiden en brand veroorzaken.
.......................................................................................................... 104
•
Probeer het in elkaar verwikkeld raken van snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst moeten worden.
.......................................................................................................... 106
•
Ga nooit boven op dit apparaat staan, en plaats er geen zware objecten op.
.......................................................................................................... 107c
•
Raak de adapter of zijn stekkers nooit met natte handen aan, wanneer u deze in het stopcontact of dit apparaat stopt of uit het stopcontact of dit apparaat haalt.
.......................................................................................................... 108b
•
Voordat u het apparaat gaat verplaatsen, haalt u de adapter uit het stopcontact, en koppelt u de snoeren van alle externe apparaten los.
..........................................................................................................
..........................................................................................................
109b
016
•
•
Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op de ‘Informatie’ pagina.
Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, zet u de stroom uit, en haalt u de adapter uit het stopcontact (p.16).
.......................................................................................................... 110b
•
..........................................................................................................
Indien er onweer in uw omgeving wordt verwacht, haalt u de adapter uit het stopcontact.
022b
•
Schakel het apparaat altijd uit en haal de stekker uit het stopcontact, voordat u het circuit bord wilt gaan installeren. (SRX serie; p.214, DIMM; p.216).
.......................................................................................................... 115a
•
.......................................................................................................... 023
•
SPEEL GEEN CD-ROM disk op een conventionele CD speler af. Het geluidsniveau dat geproduceerd wordt, kan permanent gehoorverlies veroorzaken. Dit kan resulteren in schade aan luidsprekers of andere systeemcomponenten.
..........................................................................................................
Installeer alleen de gespecificeerde circuit bord(en) (SRX serie, DIMM). Verwijder alleen de gespecificeerde schroeven (p.214, p.216).
.......................................................................................................... 118a
•
Indien u de schroef van de aardingsklem of de schroeven van het deksel aan de onderzijde of de PC kaart beschermer moet verwijderen, bewaart u deze op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, zodat zij deze niet per ongeluk kunnen inslikken.
..........................................................................................................
3
BELANGRIJKE OPMERKINGEN Naast de onderdelen die onder “Het apparaat op een veilige manier gebruiken” op pagina’s 2-3 worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:
Stroomvoorziening • Sluit dit apparaat niet aan op hetzelfde stopcontact als deze gebruikt wordt door een andere elektrische toepassing met een converter (zoals een koelkast, wasmachine, magnetronoven of airconditioner) of die een motor heeft. Afhankelijk van de manier, waarop de elektrische toepassing gebruikt wordt, kan het geluid dat geproduceerd wordt bij het aanvoeren van stroom ervoor zorgen dat dit apparaat slecht functioneert of bijgeluiden produceert. Als het niet praktisch is om een aPart stopcontact te gebruiken, plaats dan een voedingsgeluidsfilter tussen dit apparaat en het stopcontact. • De adapter zal hitte gaan genereren na een lange tijd aaneengesloten gebruik. Dit is normaal en is geen reden om u zorgen te maken.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparatie en data • Wees er op bedacht dat de inhoud van het geheugen verloren kan gaan als u het apparaat laat repareren. Van belangrijke gegevens moet u altijd een reservekopie maken, in een ander MIDI apparaat (bijvoorbeeld een sequencer), computer of op papier opgeschreven (indien mogelijk). Tijdens reparaties wordt getracht het verlies van data te vermijden. Echter, in bepaalde gevallen (wanneer het schakelsysteem van het geheugen zelf niet meer werkt) kan data helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
Plaatsing
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen door storingen of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij u aan om van tijd tot tijd een back-up van belangrijke gegevens te maken, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen.
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers (of andere apparatuur, die grote stroom transformatoren bevat) kan tot een brom leiden. Om dit probleem op te heffen, verandert u de richting van dit apparaat of zet u het verder van de storingsbron weg. • Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers. • Ruis kan geproduceerd worden, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden of tijdens het converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat plaatsen of deze uitzetten. • Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten, die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren. • Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade of storingen ontstaan., voordat u het apparaat op de nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
• De inhoud van data die in een ander MIDI apparaat (bijvoorbeeld een sequencer) of computer is opgeslagen, kan helaas niet meer hersteld worden, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies. • Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden. • Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen grote druk op uit. • Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel. • Om te vermijden, dat u uw buren stoort, probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het bijzonder.) • Wanneer u het apparaat moet vervoeren, verpakt u het in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken.
• Laat geen spullen op het keyboard liggen. Dit kan de oorzaak zijn van een slecht functioneren, zoals toetsen die geen geluid meer produceren.
• Gebruik alleen het gespecificeerde expressiepedaal (EV-5, aPart verkrijgbaar). Als u andere expressiepedalen aansluit, riskeert u storingen en/of schade aan het apparaat.
Onderhoud
• Gebruik een Roland kabel om de aansluiting te maken. Als u een kabel van een ander merk gebruikt, neem dan notitie van onderstaande voorzorgsmaatregelen.
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels, kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, waarbij het auteursrecht van een derde Partij overtreden kan worden. Wij zijn op geen enkele wijze verantwoordelijk voor overtredingen van het auteursrecht van een derde Partij, die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
• Het bruikbare gebied van de D Beam controller zal extreem klein worden, wanneer u het gebruikt in direct, sterk zonlicht. Houd hier rekening mee, wanneer u de D Beam controller buiten gebruikt. • De gevoeligheid van de D Beam controller zal veranderen, afhankelijk van de hoeveelheid licht in de nabijheid van het apparaat. Als dit niet functioneert, zoals u verwacht, dient u de gevoeligheid aan te passen die past bij de lichtomstandigheden van uw omgeving.
Voordat kaarten gebruikt worden Geheugenkaarten gebruiken • Steek de geheugenkaart er voorzichtig helemaal in, totdat deze stevig op zijn plaats zit. • Raak nooit de uiteinden van de geheugenkaart aan. Zorg er ook voor dat de uiteinden niet vuil worden. • De geheugenkaartsleuf van dit apparaat accepteert CompactFlash, Smartmedia (3.3 V). Microdrive opslag media is niet compatibel. • CompactFlash, SmartMedia (3.3 V) zijn geconstrueerd uit precisie onderdelen; behandel de kaarten voorzichtig, waarbij u extra moet letten op de volgende zaken. • Wees er zeker van dat uw lichaam zelf ontladen is van enige statische elektriciteit, voordat u de kaarten aanraakt om schade aan de kaarten door statische elektriciteit te voorkomen. • Raak de contactgedeelten van de kaarten niet aan en zorg ook dat deze niet met metaal in contact komen. • Laat de kaarten niet vallen , buig ze niet en stel ze niet bloot aan schokken of trillingen. • Laat kaarten niet in direct zonlicht liggen in gesloten voertuigen of op andere soortgelijke locaties (opbergtemperatuur: -25-80 graden Celsius). • Kaarten mogen niet nat worden. • De kaarten niet demonteren of aanpassen.
Behandeling van CD-ROMS • Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Beschadigde of vuile CDROM’s kunnen niet goed gelezen worden. Zorg dat uw disks schoon blijven, met een in de winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct.
Auteursrecht • Het onbevoegd opnemen, verspreiden, verkopen, uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke handelingen van een volledig werk of gedeelte daarvan (muzikale compositie, video, uitzending, publiekelijke uitvoering enz.), waarvan het auteursrecht bij een derde Partij ligt, is bij de wet verboden.
• Alle in dit document genoemde productnamen zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars. • SmartMedia is een handelsmerk van Toshiba Corp. • CompactFlash en zijn handelsmerken van SanDisk Corporation en erkend door CompactFlash association. • Roland Corporation is een geautoriseerde licensiehouder van de CompactFlash en CF logo *
V-LINK ( Corporation.
handelsmerken. ) is een handelsmerk van Roland
5
Inhoud HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN ..................2 BELANGRIJKE OPMERKINGEN ............................................................4 Hoofdkenmerken...................................................................................11 Paneelbeschrijvingen ...........................................................................12 Voorkant paneel........................................................................................................................................ 12 Achterkant paneel .................................................................................................................................... 14
Om te beginnen.....................................................................................15 Aansluitingen............................................................................................................................................ 15 De stroomtoevoer aan/uitzetten............................................................................................................ 16 Het Display Contrast (LCD Contrast) aanpassen................................................................................ 16
Naar de demo songs luisteren.............................................................17 Verschillende Performance kenmerken..............................................18 Overzicht van de Fantom-Xa................................................................19 Hoe de Fantom-Xa in elkaar zit.............................................................................................................. 19 Over geheugen.......................................................................................................................................... 21 Over de ingebouwde effecten................................................................................................................. 22 Over de sequencer .................................................................................................................................... 23 Over de Sampling sectie .......................................................................................................................... 25
Basiswerking van de Fantom-Xa.........................................................26 De geluidsgenerator modus wisselen ................................................................................................... 26 Over de Functieknoppen......................................................................................................................... 26 De cursor verplaatsen .............................................................................................................................. 27 Een waarde veranderen........................................................................................................................... 27 Een naam toekennen ................................................................................................................................ 28
In Patch modus spelen.........................................................................29 Over het PATCH PLAY venster............................................................................................................. 29 Een Patch selecteren ................................................................................................................................. 30 Patches uit de lijst selecteren................................................................................................................... 30 Favoriete Patches/Ritme sets selecteren (Favorite Patch).................................................................. 31 Patches per categorie selecteren ............................................................................................................. 32 Het keyboard in eenheden van één octaaf transponeren (Octave Shift).......................................... 33 Het keyboard transponeren in semitonale stappen (Transpose) ...................................................... 33 De tonen selecteren die zullen klinken (Tone on/off) ........................................................................ 33 Enkele noten spelen (Monofonisch)....................................................................................................... 34 Soepele toonhoogte veranderingen creëren (Portamento)................................................................. 34 Percussie-instrumenten spelen............................................................................................................... 34 De parameter selecteren, die bestuurd wordt door de Realtime Controllers of de D Beam controller (Control setting)....................................................................................................... 34
Een Patch creëren.................................................................................35 Hoe maakt u Patch instellingen.............................................................................................................. 35 Patches opslaan die u gecreëerd heeft (Write) ..................................................................................... 36 Functies van Patch parameters............................................................................................................... 38
6
Inhoud
Een ritme set creëren ...........................................................................55 Hoe maakt u Ritme set instellingen....................................................................................................... 55 Ritme sets opslaan die u gecreëerd heeft (Write) ................................................................................ 56 Functies van ritme set parameters ......................................................................................................... 58
In performance modus spelen.............................................................66 PERFORMANCE LAYER venster weergeven ..................................................................................... 66 PERFORMANCE MIXER venster weergeven...................................................................................... 66 Functies in het PERFORMANCE LAYER/MIXER venster ............................................................... 66 Een performance selecteren .................................................................................................................... 67 Het Layer venster gebruiken .................................................................................................................. 68 Geluiden combineren en samen spelen (Layer)................................................................................... 69 Verschillende geluiden in verschillende gebieden van het keyboard spelen (Split)...................... 69 Het MIXER venster gebruiken................................................................................................................ 70 Het spelen van een specifieke Part dempen (Mute)............................................................................ 71
Een performance creëren.....................................................................72 De parameters van elke part aanpassen................................................................................................ 72 De instellingen veranderen van die Patch die is toegewezen aan een Part..................................... 72 Een performance opslaan die u gecreëerd heeft (Write) .................................................................... 72 Functies van parameters van elke part (Performance parameters) .................................................. 73 Instellingen voor de Realtime Controllers en D Beam controller...................................................... 78 MIDI instellingen...................................................................................................................................... 79
Het geluid in real time veranderen ......................................................80 D Beam Controller.................................................................................................................................... 80 Realtime Controller .................................................................................................................................. 83 Control Pedal ............................................................................................................................................ 85
Arpeggio’s spelen.................................................................................86 Over arpeggio ........................................................................................................................................... 86 Arpeggio’s spelen ..................................................................................................................................... 86 Arpeggio instellingen .............................................................................................................................. 87 Een arpeggio stijl creëren (Arpeggio Style Edit).................................................................................. 90 De stijlen die u heeft gecreëerd opslaan (Write) .................................................................................. 91
De Chord Memory functie gebruiken ..................................................92 Over de Chord Memory functie............................................................................................................. 92 Uitvoeren met de Chord Memory functie ............................................................................................ 92 Uw eigen akkoord vormen creëren ....................................................................................................... 93 De akkoord vormen die u gecreëerd heeft opslaan............................................................................. 93
Ritmes spelen........................................................................................94 Over ritme patronen................................................................................................................................. 94 Ritme groepen gebruiken........................................................................................................................ 94 Ritme spelen .............................................................................................................................................. 94 Ritme patroon instellingen...................................................................................................................... 96 Een ritme patroon creëren (Rhythm Pattern Edit)............................................................................... 97 De Ritme patronen die u heeft gecreëerd opslaan (Write) ................................................................. 98 Uw eigen stijlen creëren (Rythm Group Edit)...................................................................................... 99 De Ritme Groep die u gecreëerd heeft opslaan (Write)...................................................................... 99
Sampling..............................................................................................100 Sampling procedure............................................................................................................................... 100 Externe input instellingen ..................................................................................................................... 101 Skip back sampling ................................................................................................................................ 103
7
Inhoud
Een sample bewerken ........................................................................104 Sample lijst............................................................................................................................................... 104 Sample bewerken ................................................................................................................................... 106 Samples toewijzen aan een Pad (Assign To Pad) .............................................................................. 112 Een sample toewijzen als Patch aan een Part (Assign to Keyboard) .............................................. 113 Een Ritme set creëren (Create Rhythm) .............................................................................................. 114 Een multisample creëren (Create Multisample) ................................................................................ 114 Een sample opslaan (Write) .................................................................................................................. 116
De Pads gebruiken..............................................................................117 De Hold functie gebruiken om een geluid vast te houden .............................................................. 117 Instellingen maken voor de Pads (Pad Setting) ................................................................................. 117 Een patroon aan een Pad toewijzen (RPS Function) ......................................................................... 118 De Pads gebruiken om ritmes te spelen.............................................................................................. 118
Een song afspelen ..............................................................................119 Een song onmiddellijk spelen (Quick Play)........................................................................................ 119 Songs achtereenvolgens afspelen (Chain Play).................................................................................. 119 Verschillende afspeelmethodes ............................................................................................................ 120
Songs opnemen ..................................................................................122 Voordat u een nieuwe song creëert ..................................................................................................... 122 Uw performance opnemen, terwijl u aan het spelen bent (Realtime Recording)......................... 124 Data stap voor stap invoeren (Step Recording) ................................................................................. 127
Songs bewerken .................................................................................131 De song laden die u wilt bewerken ..................................................................................................... 131 Sequencer data van het gespecificeerde gebied bewerken (Track Edit) ........................................ 133 Afzonderlijke items sequencer data bewerken (Micro Edit)............................................................ 144 Een naam aan een song toewijzen (Song Name) ............................................................................... 149
Een song laden/opslaan (Save/Load) ...............................................150 Een song opslaan (Save) ........................................................................................................................ 150 Een song als een SMF bestand opslaan (Save as SMF) ..................................................................... 152 Een song laden (Load) ........................................................................................................................... 153
Met één vingeraanraking een frase spelen (RPS functie) ...............154 Voordat u de RPS functie gebruikt ...................................................................................................... 154 De RPS functie gebruiken, terwijl u aan het uitvoeren bent ............................................................ 156
Effecten toevoegen.............................................................................157 Effecten aan- en uitzetten ...................................................................................................................... 157 Effect instellingen maken ...................................................................................................................... 157 Effecten in Patch modus toepassen...................................................................................................... 158 Effecten in Performance modus toepassen......................................................................................... 160 Multi-effect instellingen maken (MFX1-3).......................................................................................... 162 Multi-effect instellingen maken (MFX Control)................................................................................. 162 De Multi-effecten structuur specificeren (MFX Structure)............................................................... 163 Multi-Effecten parameters..................................................................................................................... 164 Chorus instellingen maken ................................................................................................................... 189 Reverb instellingen maken.................................................................................................................... 189 Mastering Effect...................................................................................................................................... 191
8
Inhoud
Algemene instellingen voor alle standen (System Function).........192 Hoe maakt u Systeemfunctie instellingen .......................................................................................... 192 De Systeem instellingen opslaan (System Write) .............................................................................. 192 Systeem informatie................................................................................................................................. 192 Functies van Systeem parameters ........................................................................................................ 193
Data management functies/de fabrieks-instellingen herstellen (Factory Reset)....................................................................................203 Een reservekopie van de gebruikersdata maken (User Backup)..................................................... 203 Gebruikersdata waarvan u een reservekopie heeft gemaakt herstellen (User Restore) .............. 203 Factory Reset ........................................................................................................................................... 203 Een kaart formatteren ............................................................................................................................ 203
Bestandsgerelateerde functies..........................................................204 Basisprocedure........................................................................................................................................ 204 Een bestand kopiëren (Copy) ............................................................................................................... 205 Een bestand wissen (Delete) ................................................................................................................. 205 Een bestand verplaatsen (Move) .......................................................................................................... 205 Een geheugenkaart initialiseren (Card Format)................................................................................. 205 Over USB functies .................................................................................................................................. 206 Schakelen tussen USB en MIDI ............................................................................................................ 206 Bestanden van of naar uw computer overdragen (Storage Mode) ................................................. 207 MIDI berichten uitwisselen met uw computer (MIDI Mode).......................................................... 209
De Fantom-X Editor gebruiken ..........................................................210 Fantom-X Editor op uw computer installeren ................................................................................... 210 Aansluitingen maken............................................................................................................................. 210 De Fantom-X Librarian gebruiken ....................................................................................................... 210 Fantom-X Editor systeemeisen ............................................................................................................. 211
Over V-Link..........................................................................................212 Wat is V-LINK?....................................................................................................................................... 212 Voorbeeld van aansluiting .................................................................................................................... 212 De V-LINK aan/uitzetten ..................................................................................................................... 212 V-LINK instellingen ............................................................................................................................... 212
De Wave uitbreidingskaart installeren..............................................214 Waarschuwingen wanneer u een Wave uitbreidingskaart installeert ........................................... 214 Hoe installeert u een Wave uitbreidingskaart?.................................................................................. 214 De geïnstalleerde Wave uitbreidingskaarten controleren................................................................ 215
Het geheugen uitbreiden....................................................................216 Waarschuwingen voor het uitbreiden................................................................................................. 216 Hoe breidt u het geheugen uit? ............................................................................................................ 216 Controleren of geheugen op correcte wijze is geïnstalleerd ............................................................ 217
Een geheugenkaart gebruiken...........................................................218 Voordat u de geheugenkaart gebruikt ................................................................................................ 218 Data wegschrijven naar de kaart.......................................................................................................... 218 De PC kaart beschermer installeren..................................................................................................... 218
9
Inhoud
Problemen oplossen...........................................................................219 Fout berichten .....................................................................................225 Performance Lijst................................................................................226 Patch Lijst............................................................................................227 Ritme set lijst.......................................................................................232 Waveform Lijst ....................................................................................241 Arpeggio stijl lijst/Akkoord vorm lijst ...............................................244 Arpeggio stijl lijst.................................................................................................................................... 244 Akkoord vorm lijst ................................................................................................................................. 244
Ritme groep lijst USER (User Groep)................................................245 Ritme patroon lijst ..............................................................................246 Over MIDI .............................................................................................248 MIDI Implementatiekaart.....................................................................249 Specificaties ........................................................................................251 Index.....................................................................................................253
10
Hoofdkenmerken De Fantom-Xa is een synthesizer werkstation met professionele mogelijkheden, die een goede kwaliteit geluid, bespeelbaarheid en grote compositionele mogelijkheden toegankelijk maken voor iedereen. De modernste geluidsgenerator, veelzijdige effecten, een krachtige sequencer en een sampler waarmee u kunt opnemen, bewerken en vocalen of audio frases spelen- allemaal samengebracht in een gebruikersvriendelijk systeem. De lijst met kenmerken hieronder maken de Fantom-Xa tot een geweldige keuze voor elke muziekstijl, in toepassingen variërend van optredens tot componeren en arrangeren.
Moderne geluidsmotor met 128-stemmige polyfonie De Fantom-Xa levert 128 stemmen polyfonie- de standaard voor het nieuwe tijdperk. U zult genoeg mogelijkheden hebben voor multitrack sequencer opnamen en voor het aanmaken van lagen van complexe geluiden. De geluidsgenerator vermengt de laatste synthesizer technologie met een sampler. Gesamplede waveforms, die geïmporteerd worden uit uw computer of een ander extern apparaat, kunnen net als de interne waveforms gedigitaliseerd worden.
Sterk toegenomen waveform geheugen
adaptor. U kunt een kaart gebruiken om maar liefst 1 GB data op te slaan (wanneer u CompactFlash gebruikt).
Ingebouwde hoge resolutie 16-track sequencer De interne 16-track sequencer geeft u de mogelijkheid op te nemen, zodra u geinspireerd raakt – het is niet nodig om eerst naar allerlei complexe sequencer standen te gaan. Loop Recording stelt u in staat om elke Part zonder te stoppen op te nemen en u kunt de Part Track knoppen gebruiken om snel elke Part te selecteren en deze aan/uit te zetten. De Fantom-Xa is ontworpen om uw creatieve verbeelding vrijelijk de loop te laten gaan bij het componeren. Bovendien kunnen songs die u gecreëerd heeft op de sequencer van een computer (SMF formaat) overgebracht worden via een PC kaart of USB naar de Fantom-Xa en gebruikt worden om achtergrond tracks te spelen, terwijl u optreedt.
Trigger/Category Pads De Trigger/Category Pads kunnen ook gebruikt worden als een numerieke toetsen pad. U kunt ze gebruiken om percussie-geluiden of slagen te produceren gedurende een live optreden, om Realtime Phrase Sequences (RPS) aan te zetten of u kunt de Pads toewijzen om skipback-sampled audio frases te spelen.
Om de talrijke nieuwe Patches van de Fantom-Xa gecreëerd uit zorgvuldig geselecteerde ingebouwde waveforms van hoge kwaliteit aan te vullen, kunt u een Wave Expansion Board installeren. Afhankelijk van uw wensen en uw favoriete muziekstijlen, kunt u een board kiezen uit de grote variatie aan professionele boards uit de Roland SRX serie die verkrijgbaar zijn. De sampler sectie levert 4 MB (ongeveer 47 seconden in mono) aan geheugen als standaard, waardoor u onmiddellijk kunt samplen zonder eerst een aantal opties te installeren. U kunt naar keuze DIMM geheugen (maximaal 512 MB) installeren om de sample tijd tot maximaal anderhalf uur (mono) uit te breiden.
Krachtige effecten inclusief mastering functionaliteit
Een ten volle ontwikkelde sampler sectie met Skip Back Sampling
De veelzijdige reeks controllers omvat zowel een D Beam controller als realtime control knoppen en toekenbare schakelaars, waaraan u naar eigen inzicht functies toe kunt wijzen. Er is ook een hold pedal jack die in staat is halve demper handeling uit te voeren. De FantomXa geeft u complete controle over uw podiumgeluid.
De Fantom-Xa levert serieuze sampler functionaliteit, die kan rivaliseren met toegewijde units, met sampling, resampling en waveform bewerking in een grafische display. De gepatenteerde Skip Back Sampling functie van Roland laat u met terugwerkende kracht een mooie frase vasthouden die u net gespeeld heeft en graag zou willen behouden. Uw geïnspireerde momenten zullen nooit meer verloren gaan! Er is ook een Auto Sync functie, die een frase sample evenaart naar de maat lengte in het huidige tempo en een Solo Sampling functie, die u alleen een externe stem of gitaar Performance kan laten samplen, terwijl u luistert naar een begeleiding die gespeeld wordt door de interne sequencer. Zowel WAV als AIFF worden ondersteund door de externe wave formaten, wat het gemakkelijk maakt om waveform data naar en van een PC of Mac over te brengen.
Meer dan voldoende externe contacten De USB aansluiting aan de achterkant ondersteunt zowel de transfer van bestanden als USB MIDI en kan, zoals gewenst worden gewisseld. Er bevindt zich ook een PC kaart sleuf, die SmartMedia of CompactFlash kan accommoderen via een commercieel verkrijgbare
De Fantom-Xa levert drie multi-effect processoren (78 types) plus onafhankelijke chorus en reverb. Er is een mastering effect dat onmisbaar is voor het toevoegen van de final touch aan uw productie en een master-CD audio kwaliteit geeft.
Veelzijdige geluidscontrole functionaliteit
Fantom-X Editor/Librarian is bijgesloten Er is speciaal toegewijde editor/librarian software bijgesloten, waardoor u de mogelijkheid heeft om geluiden van de Fantom-Xa te bewerken en beheren vanuit het grote venster van uw computer.
V-LINK functionaliteit V-LINK geeft u de mogelijkheid muziek en beelden synchroniseren teneinde totaal nieuwe vormen van expressie te creëren. Realtime controllers, zoals de D Beam controller en de dynamic Pads, kunnen gebruikt worden om beelden te regelen, terwijl u muziek maakt.
GM/ GM2 compatibiliteit De Fantom-Xa is compatibel met GM/ GM2 en is in staat om muzikale data af te spelen die voldoet aan de GM/ GM2 standaard (GM scores).
11
Paneelbeschrijvingen Voorkant paneel fig.Front
1
3
4
7
10
6
11
13 14
8 5
2
12
9
15
1
ASSIGNABLE switch ([
D BEAM
Schakelt D Beam functie aan/uit. U kunt, simpelweg door uw hand te bewegen, een variatie aan effecten op geluiden toepassen (p.80)
*
[PAD TRIGGER] U kunt de D Beam controller gebruiken om te regelen hoe de Pads klinken. (p.82)
[SOLO SYNTH] Bespeel de Fantom-Xa als een monofonische synthesizer.(p.81)
*
Regelt het algehele volume dat aan achterkant van het paneel wordt uitgestuurd. OUTPUT A (MIX) jacks en PHONES jack. (p.16)
[V-LINK] Schakelt de V-LINK functie aan/uit.(p.212) Druk op deze knop om in het V-LINK instellingen venster te komen.
Dit knippert synchroon met het tempo en de beat.
[ARPEGGIO]
Geeft u de mogelijkheid patronen bewerken en op te nemen (p.123, p.124, p.128).
[LOOP PLAY] Zet Loop Play aan/uit (p.121).
[ERASE/UNDO] Annuleert de meest recente song bewerking of opname handeling.
[HOLD] Schakelt de Arpeggio Hold functie aan/uit (p.87).
[RHYTHM]
[
][
[
]
]
Regelt het stoppen van de sequencer.
[
Schakelt de RHYTHM aan/uit (p.94).
]
Regelt sequencer play.
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ARPEGGIO] of [RHYTHM] om in het ARPEGGIO of RHYTHM instellingen venster te komen.
REALTIME CONTROL
REALTIME CONTROL knop (
]
Verplaatst de positie van de song naar boven. Als u hierop tijdens het afspelen drukt, zult u terugkeren naar het begin van de song en stoppen. (p.120). Verplaatst de positie van de song naar de eerste beat van de voorgaande of volgende maat (p.120).
Schakelt de ARPEGGIO aan/uit (p.86).
*
[ )
Afhankelijk van de toegekende parameter of functie, kunt u deze knoppen gebruiken om het geluid in realtime te wijzigen.(p.83)
12
SEQUENCER
[TEMPO]
[ ARP/RHY
BEAT (Beat indicator)
4
5
Voer sequencer handelingen, zoals afspelen en opnemen uit.
[PATTERN]
VOLUME knop
*
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [OCTAVE] om de pitch (toonhoogte) in halve tonen te transponeren (p.33).
Stelt het tempo in (BPM) (p.120, p.123)
2
3
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op (of roteer) één van bovenstaande schakelaars (of knoppen) om in het corresponderende instellingen venster te komen.
Transponeert de toonhoogte van het keyboard in eenheden van 1 octaaf (-3- +3 octaven) (p.33).
U kunt een variatie aan parameters en functies toekennen aan de D Beam om het geluid in realtime te veranderen. (p.82) Houd de [SHIFT] knop ingedrukt en druk op één van de corresponderende knoppen om in het D Beam instellingen venster te komen.
])
[OCTAVE] (+/-)
[ASSIGNABLE]
*
], [
Gebruik deze knoppen om parameters en functies te wisselen en het geluid in realtime te wijzigen (p.84).
Wanneer gestopt, kunt u [SHIFT] ingedrukt houden en op drukken om MIDI update uit te voeren (p.120).
]
De display verandert in het Recording Standby venster. (p.124, p.128) Als u hierop tijdens het opnemen drukt, zal de Rehearsal functie worden geactiveerd (p.127).
Paneelbeschrijvingen
Deze knop wordt samen met andere knoppen gebruikt om verschillende functies uit te voeren.
6 [CHORD MEMORY] Schakelt de CHORD MEMORY aan/uit (p.92)
11
[RPS]
[MIXER]
Schakelt de RPS aan/uit.(p.154)
Bekijk het Mixer venster in de Performance modus.(p.70)
*
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY] of [RPS] om in het CHORD MEMORY of RPS instellingen venster te komen.
[LAYER/SPLIT] Bekijk het Layer venster in de Performance modus. (PIJLTJE)(p.68)
[PATCH/RHYTHYM]
7
Ga naar Patch/Rhythym modus (p.29)
Display Dit geeft informatie weer betreffende de handeling, die u aan het uitvoeren bent.
8 [MENU] Opent het MENU. De inhoud van het menu zal afhangen van de actuele modus.
12 VALUE draaischijf Dit wordt gebruikt om waarden te wijzigen. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt, terwijl u de VALUE draaischijf roteert, zal de waarde met grotere stappen worden verhoogd.
[DEC],[INC]
Tijdens het bewerken verrichten deze knoppen een variatie aan functies. Deze functies zullen verschillen afhankelijk van welk scherm u aan heeft staan.
Hiermee wijzigt u de waarden. Als u één knop ingedrukt blijft houden, terwijl u op de andere drukt, zal de waardeverhoging versneld worden. Als u op één van deze knoppen drukt, terwijl u [SHIFT] ingedrukt houdt, zal de waarde met grotere stappen hoger worden (p.27).
[PAGE]
[CURSOR] (
Wanneer deze knop aanstaat, kunt u dit gebruiken om van venster te wisselen.
Verplaatst de cursor positie naar boven/naar beneden/naar links/ naar rechts (p. 27).
Functieknoppen ([F1]-[F6])
*
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [PAGE] om in het LCD Contrast instellingen venster te komen (p.16).
9
PART/TRACK
[SELECT] Als u hierop in Performance modus drukt, zullen knoppen [1]-[8] functioneren als Part Select knoppen (p.68, p.70).
[MUTE] Als u hierop in Performance modus drukt, zullen knoppen [1]-[8] functioneren als Mute knoppen (p.71, p.120).
[1]–[4] (TONE SW [1]–[4]) In Performance modus corresponderen deze met Parts 1-4 (9-12). In Patch modus zetten ze tonen of waves aan/uit (p.33).
[5]–[8] (TONE SELECT [1]–[4]) In Performance modus corresponderen deze knoppen met Part 5-8 (13-16). In Patch modus selecteren ze de te bewerken toon of wave (p.35, p.55).
,
,
,
)
[EXIT] Ga terug naar het voorgaande venster of sluit het venster dat op dat moment open staat. In sommige vensters kan het zijn dat de functie die op dat moment uitgevoerd moet worden, daarmee onderbroken wordt.
[ENTER] Gebruik deze knop om een handeling uit te voeren.
13
TRIGGER/CATEGORY
PAD [1]-[9] Gebruik deze om tonen of samples te spelen of om patronen te starten.
[HOLD] (PAD [0]) Zet “hold” (het geluid duurt voort, nadat u de Pad heeft losgelaten) aan/uit (p.117).
[TRIGGER]
[9-16]
Als u hierop drukt en dit oplicht, zullen Pads [1]-[9] tonen of samples spelen.
Als u hierop drukt in Performance modus, zodat dit ogelicht is, zullen knoppen [1]-[8] corresponderen met Part 9-16.
[CATEGORY]
10 [WRITE] Bewaar bewerkte instellingen in het tijdelijk geheugen of op een geheugenkaart (p.37, p.57, p.72, p.91, p.93, p.116, p.150).
[PATCH SELECT]
Als u hierop drukt en dit oplicht, zullen Pads [0]-[9] Patch categorieën selecteren (p.32). * Als u op zowel [TRIGGER] als [CATEGORY] drukt, zodat beide opgelicht zijn, kunt u Pads [0]-[9] gebruiken als numeriek toetsenbord om numerieke waarden (p.27) in te voeren.
14
SAMPLING
Bekijk het PATCH SELECT venster (p.31).
[MIX IN]
[PATCH EDIT]
Schakelt de externe input aan/uit (p.101). * Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op deze knop om in het INPUT instellingen venster te komen.
Maak Patch gerelateerde instellingen (p.35).
[SONG] Maak instellingen voor song data en song edit (p.119).
[EFFECTS] Maak effect gerelateerde instellingen. (p.157)
[SHIFT] (JUMP)
[SAMPLE] Bekijk het SAMPLE EDIT of SAMPLE LIST venster (p.104, p.106).
[SAMPLING] Bekijk het Sampling Menu venster (p.100).
13
Paneelbeschrijvingen
[SKIP BACK SAMPLING]
Pitch Bend/Modulation Lever
Sample de Performance voor een gespecificeerde tijdsduur, vóórdat u op de knop drukt. (p.103)
Dit geeft u de mogelijkheid om Pitch bend te regelen of vibrato toe te passen (p.18)
15
Achterkant paneel fig.Rear
1
3
4
2
1 Ground terminal Afhankelijk van de omstandigheden bij een bepaalde setup, kunt u een oncomfortabel gevoel krijgen of ervaren dat het oppervlak schokkerig aanvoelt, wanneer u dit apparaat, aangesloten microfoons of de metalen delen van andere objecten, zoals gitaren, aanraakt. Dit wordt veroorzaakt door een zeer minimale elektrische lading, die volkomen ongevaarlijk is. Als u zich hier echter zorgen over maakt, dient u de aarde aansluiting (zie figuur) met een externe aarding te verbinden. Wanneer het apparaat gegrond is, kan een lichte brom te horen zijn, afhankelijk van de bijzonderheden van uw installatie. Als u niet zeker bent van de aansluitingsmethode dient u het dichtstbijzijnde Roland service centrum of een geauthoriseerde Roland distribiteur te consulteren, zoals weergegeven op de “Informatie” pagina. Ongeschikte plaatsen voor aansluiting: • Waterleiding (kan resulteren in schok of elektrocutie) • Gasleiding (kan resulteren in brand of explosie) • Telefoonkabel of bliksemafleider (kan gevaarlijk zijn in het geval van bliksem)
POWER ON schakelaar Druk hier op om het keyboard aan/uit te zetten. (p.16)
DC IN jack Sluit de adapter hier op aan (p.15). Wees er zeker van dat u alleen de bijgeleverde adapter gebruikt.
Snoerhaak Bevestig het snoer van de adapter (p.15).
2 PC kaart sleuf Hier kan een geheugenkaart in gestoken worden (p.218). *
Steek nooit een geheugenkaart in de sleuf en haal deze nooit uit de sleuf, wanneer dit apparaat aanstaat. Door dit te doen kan de data in het apparaat of data op de geheugenkaart verloren gaan.
*
Steek de geheugenkaart voorzichtig helemaal in - totdat deze stevig in de sleuf zit.
USB aansluiting Deze aansluiting geeft u de mogelijkheid een USB kabel aan te sluiten om uw computer met de Fantom-Xa te verbinden (p.206).
3 CONTROL PEDAL Jack U kunt naar keuze expressiepedalen (EV-5,etc.) op deze jacks aansluiten. Door de gewenste functie toe te kennen aan een pedaal, kunt u het gebruiken om geluid te selecteren en te veranderen of verschil-
14
lende andere controles uit te voeren. U kunt ook pedaalschakelaars (DP serie etc.) naar keuze aansluiten om geluid te manipuleren. (p.18) 925
*
Gebruik alleen het gespecificeerde expressiepunt (EV-5; wordt apart verkocht). Elk ander expressiepunt gebruiken, kan slecht functioneren en/of schade aan het aparaat tot gevolg hebben.
HOLD PEDAL uitgang Een pedaalschakelaar (DP serie etc.) naar keuze kan aangesloten worden op deze jack voor gebruik als hold pedaal.(p.18) Dit kan ook ingesteld worden, zodat het gebruik van Half-pedaling technieken ondersteund wordt. Dus, na het aansluiten van een expressie pedaal naar keuze (DP-8, etc), kunt u pedalen gebruiken om een betere beheersing te hebben in Performances waarin pianotonen gebruikt worden.
MIDI aansluitingen (IN, OUT, THRU) Deze aansluitingen kunnen verbonden worden met andere MIDI instrumenten om MIDI berichten te ontvangen en zenden.
4 LEVEL knop Regelt het volume van de externe input.
AUDIO INPUT uitgangen (L(MONO)/MIC, R) Accepteert input van audiosignalen in stereo (L/R) van externe apparaten. Als u mono input wilt gebruiken, dient u aan te sluiten op de L uitgang. Wanneer u van een microfoon opneemt, dient u op de L uitgang aan te sluiten en Input Select (p.100) op “MICROPHONE” te zetten. 926a
*
Wanneer aansluitkabels met weerstand worden gebruikt, zal het volumeniveau van de apparatuur die aangesloten is op de AUDIO INPUT uitgangen laag zijn. Als dit gebeurt, dient u aansluitkabels te gebruiken, die geen weerstand bevatten, bijvoorbeeld de Roland PCS serie.
OUTPUT A (MIX) uitgangen (L(MONO), R) Deze uitgangen voeren het audio signaal uit naar het aangesloten mixer/versterker systeem in stereo. Gebruik de L uitgang voor mono output. (p.15)
OUTPUT B uitgangen (L, R) Deze uitgangen voeren het audio signaal uit naar het aangesloten mixer/versterker systeem in stereo.
INDIVIDUAL 1-4 uitgangen Deze uitgangen voeren audio signalen uit in mono naar een versterker of mixer. De instelling die bepaalt of deze uitgangen gebruikt worden als stereo OUTPUT uitgang of monaural INDIVIDUAL uitgang is de Output Assign Setting (p.158, p.160).
PHONES uitgang Dit is de uitgang om een koptelefoon (wordt aPart verkocht) op aan te sluiten (p.15).
Om te beginnen Aansluitingen Omdat de Fantom-Xa geen versterker of luidsprekers bevat, moet u de deze aansluiten op audio apparatuur, zoals een keyboard versterker, een monitor luidspreker systeem of home stereo of een koptelefoon gebruiken om het geluid te kunnen horen. Om het geluid van de Fantom-Xa volledig te ervaren, raden wij aan om een stereo versterker/luidspreker systeem te gebruiken. Als u toch een mono systeem gebruikt, maak dan de aansluitingen op de OUTPUT A (MIX) uitvoer L (MONO) van de Fantom-Xa. *
Om slecht functioneren en/of schade aan luidsprekers te voorkomen, draait u altijd eerst het volume laag en schakelt u de stroomtoevoer naar alle apparaten uit,, voordat u aansluitingen maakt.
Audiokabels worden niet meegeleverd met de Fantom-Xa.
fig.Connect.e
naar stopcontactt
Stereo koptelefoon
Adapter
Mixer etc.
Monitor luidsprekers (versterkt)
Versterker 924
Om de onopzettelijke onderbreking van stroomtoevoer naar uw apparaat te voorkomen (mocht de stekker per ongeluk uitgetrokken zijn), dient u de stroomkabel te bevestigen met behulp van het snoerhaakje, zoals weergegeven in de illustratie.
15
Om te beginnen
De stroomtoevoer aan/ uitzetten 941
*
Als de aansluitingen gemaakt zijn (p.15), zet u de power aan van de verschillende apparaten in de gespecificeerde volgorde. Apparaten in de verkeerde volgorde aanzetten, kan slecht functioneren en/of schade aan de luidsprekers en andere apparaten veroorzaken.
1. Stel uzelf de volgende twee vragen,, voordat u de stroomtoevoer van de Fantom-Xa aanzet: • Is alle randapparatuur correct aangesloten? • Zijn de volumeknoppen van de Fantom-Xa en alle audioapparatuur die daar op aangesloten zijn, op het laagste niveau gedraaid ?
2. Zet de POWER ON knop aan, die zich bevindt aan de
De stroomtoevoer uitzetten 1. Stel uzelf de volgende twee vragen, voordat u de stroomtoevoer van de Fantom-Xa uitzet: • Zijn de volumeknoppen van de Fantom-Xa en alle audioapparatuur die daar op aangesloten zijn, op het laagste niveau gedraaid ? • Heeft u uw Fantom-Xa geluiden of andere data die u gecreëerd hebt opgeslagen?
2. Zet de stroomtoevoer uit van alle aangesloten apparaten. 3. Schakel de POWER ON knop van de Fantom-Xa uit.
Het Display Contrast (LCD Contrast) aanpassen
achterkant van het paneel van de Fantom-Xa. Het kan moeilijk zijn om de letters in de display te lezen, direct nadat u de power van de Fantom-Xa heeft aangezet of na extensief gebruik. De hoek van waar u kijkt of de actuele lichtomstandigheden kunnen het uiterlijk van de display ook beïnvloeden. In zulke gevallen kunt u het contrast van de display aanpassen.
fig.PowerOn
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [PAGE] om het LCD Contrast venster te openen. 942
*
*
Dit apparaat is voorzien van een beveiligingscircuit. Een kleine pauze (van een paar seconden) nadat de power is aangezet is vereist, voordat het apparaat normaal kan functioneren. Om correct functioneren van de pitch bend hendel te verzekeren, zorgt u er voor dat de hendel niet aanraakt, wanneer u de power van de Fantom-Xa aanzet.
Niet aanraken!
3. Zet de stroomtoevoer aan van de andere aangesloten versterkers of luidsprekers.
4. Terwijl u het keyboard van de Fantom-Xa speelt, dient u geleidelijk het volume van de Fantom-Xa en aangesloten apparaten omhoog te draaien. fig.Volume
16
2. Draai aan de VALUE draaischijf om het contrast aan te passen. *
Als u het contrast van de display wilt behouden, dient u de instelling in het interne systeemgeheugen op te slaan (p.192).
Naar de demo songs luisteren De interne demo songs kenmerken de uitzonderlijke geluiden en effecten van de Fantom-Xa.
1. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. fig.TopMenu
2. Druk op
om “6.Demo Play” te selecteren.
fig.DemoPlay
3. Druk op [ENTER]. Het DEMO MENU venster verschijnt. fig.DemoMenu
U kunt ook toegang tot het DEMO MENU venster krijgen door [SHIFT] ingedrukt te houden en op [MENU] te drukken.
4. Draai aan de VALUE draaischijf of druk op [CURSOR] om een song te selecteren.
5. Druk op [ENTER] of [
] om afspelen te starten.
Afspelen zal automatisch stoppen, wanneer de song eindigt. Als u op [F6 (PLAY ALL)] drukt, zullen de songs achtereenvolgens afspelen, beginnend met de eerste. *
Druk op [EXIT] of [
] om de demo song te stoppen.
6. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Voor de namen en copyright informatie van deze demo songs, dient u de display van de Fantom-Xa te bekijken. 981a
*
Alle rechten zijn voorbehouden. Ongeautoriseerd gebruik van dit materiaal voor andere doeleinden dan privégebruik is een overtreding van de wet.
*
Geen data voor de muziek die gespeeld wordt zal via MIDI OUT uitgevoerd worden.
Wanneer u demo playback uitvoert, zal elke Patch of Performance, die u aan het bewerken was, verloren gaan.
17
Verschillende Performance kenmerken Velocity
Hold pedaal
De kracht, waarmee u het keyboard bespeelt of de “snelheid” waarmee u speelt kan invloed hebben op het volume of timbre van een geluid.
Als een pedaal schakelaar naar keuze (DP serie) aangesloten is op de PEDAL HOLD uitgang aan de achterkant van het paneel, kunt u op de pedaalschakelaar drukken om te zorgen dat noten aan blijven houden (“hold”), zelfs nadat de toetsen losgelaten zijn.
Pitch Bend/Modulatie hendel
fig.HoldPdl
Verplaats de hendel naar links om de toonhoogte van de op dit moment geselecteerde Patch omlaag te laten gaan of naar rechts om de toonhoogte omhoog te laten gaan, terwijl u het keyboard bespeelt (pitch bend). U kunt ook vibrato toepassen door de hendel voorzichtig van u af te duwen (modulatie). Als u de hendel van u af duwt, en deze tegelijkertijd naar rechts of links beweegt, kunt u beide effecten gelijktijdig toepassen. fig.Bender.e
Control pedaal Pitch Bend
Modulatie
Octave Shift
Als een expressie pedaal of pedaalschakelaar (EV-5, DP-2.) naar keuze aangesloten is op de PEDAL CONTROL uitgang aan de achterzijde van het paneel, kunt u het pedaal gebruiken om het volume of andere functies te regelen. fig.CtrlPdl
U kunt de toonhoogte van het keyboard in eenheden van één octaaf veranderen over een bereik van +/-3 octaven.toonhoogte • Druk op OCTAVE [+] of [-] links van het venster. • Om terug te keren naar de originele toonhoogte, dient u gelijktijdig op beide knoppen te drukken.
Transponeren (Trans) U kunt de toonhoogte van het keyboard transponeren in stappen van een halve toon over een bereik van G-F (TEKENTJE)(-5- +6 halve tonen). • Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op OCTAVE [+] of [-]. • Om terug te keren naar de originele toonhoogte, dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en gelijktijdig op beide knoppen te drukken.
Voor details over pedaal instellingen, bekijk Control Pedaal instellingen (p.85).
Gebruik alleen het gespecificeerde expressie pedaal of pedaalschakelaar (EV-5, DP-2; worden aPart verkocht). Andere expressie pedalen aansluiten kan een slecht functioneren en/of schade aan uw apparaat veroorzaken.
18
Overzicht van de Fantom-Xa Hoe de Fantom-Xa in elkaar zit Basisstructuur In ruime zin bestaat de Fantom-Xa uit een controller sectie, een geluidsgenerator sectie en een sequencer sectie. Deze secties zijn via MIDI intern verbonden.
opneemt, kunnen op dezelfde manier gebruikt worden als de waveforms van de interne geluidsgenerator. (p.100) De Fantom-Xa kan WAV of AIFF formaat wave bestanden via een USB aansluiting laden. Geladen samples kunnen in Patches of ritme sets gebruikt worden.
Classificatie van soorten FantomXa geluiden
fig.BasicStruct.e
Audio Input Sampling
Wanneer u de Fantom-Xa gebruikt, zult u merken dat er een variatie aan verschillende categorieën zijn, wanneer u met geluiden werkt. Wat nu volgt, is een simpele uitleg van elke geluidscategorie.
Sampler sectie Sequencer sectie
Afspelen
Opnemen
Geluidsgenerator sectie
Tonen Opnieuw samplen
Spelen
Op de Fantom-Xa zijn tonen de kleinste eenheden geluid. Toch is het niet mogelijk om een toon op zichzelf te spelen. De Patch is geluid dat gespeeld kan worden en de tonen zijn de basisbouwstenen, die een Patch vormen. fig.Tone.e
Controller sectie (controllers zoals keyboard, pad, pitch bend hendel etc.)
Toon
LFO 1
LFO 2
Controller sectie Dit gedeelte bestaat uit een keyboard, Pad, Pitch bend/modulation hendel, paneelknoppen en D Beam controller. Het bevat mogelijk ook enkele pedalen, die aan de achterzijde van het paneel bevestigd zijn. De Performance informatie, die gegenereerd wordt, wanneer u op een toets of Pad drukt of deze loslaat of de hold pedaal indrukt, wordt geconverteerd naar MIDI berichten en gestuurd naar de geluidsgenerator sectie, sequencer sectie en/of een extern MIDI apparaat.
WG
TVF
TVA
Pitch Envelope
TVF Envelope
TVA Envelope
audiosignaal
Geluidsgenerator sectie Het geluidsgenerator gedeelte produceert het geluid. Het ontvangt MIDI boodschappen van de keyboard controller en sequencer en/of van een extern MIDI apparaat, genereert muzikaal geluid overeenkomstig de MIDI berichten, die ontvangen zijn. Het geluid wordt via de output uitgangen of de koptelefoon uitgang naar buiten gevoerd.
Sequencer sectie Dit gedeelte neemt bewerkingen van de keyboard controller op als MIDI berichten en zendt de opgenomen MIDI boodschappen naar het geluidsgenerator. MIDI berichten, die op de sequencer opgenomen zijn, kunnen ook vanuit de MIDI OUT connector overgebracht worden om de Fantom-Xa de mogelijkheid te geven externe MIDI apparaten te besturen.
Sampler sectie Een sampler is een apparaat, die geluiden vastlegt van een CD speler of microfoon aangesloten op de audio input of de digitale input (of geluiden van een wave bestand) als “samples.” Samples, die u
controlesignaal
Tonen bestaan uit de volgende vijf componenten:
WG (Wave Generator) Specificeert de PCM waveform (wave), die de basis vormt van het geluid, en bepaalt hoe de toonhoogte van het geluid zal veranderen. De Fantom-Xa heeft 1,228 verschillende waveforms. Alle Patches, die ingebouwd zijn in de Fantom-Xa, bestaan uit combinaties van tonen die gecreëerd zijn op basis van deze waveforms. *
Er zijn vier wave generatoren voor elke ritme toon (percussieinstrument geluiden).
TVF ( Time Variant Filter) Specificeert, hoe de frequentie componenten van het geluid zullen veranderen.
TVA (Time Variant Amplifier) Specificeert de veranderingen in volume en de positie van het geluid in een stereo geluidsveld.
Envelope U gebruikt Envelope om veranderingen in klank te bewerkstelligen. Er zijn aParte envelopes voor Pitch, TVF (filter) en TVA (volume).
19
Overzicht van de Fantom-Xa
Als u bijvoorbeeld de manier, waarop het geluid aanhoudt of uitdooft, Overtime wilt veranderen, kunt u de TVA envelope aanpassen.
fig.RhythmSet.e
Ritme set
Nootnummer 98 (D7)
LFO (Low Frequency Oscillator)
Nootnummer 97 (C#7)
Gebruik de LSO om cyclische veranderingen (modulatie) in een geluid te creëren. De Fantom-Xa heeft twee LFO’s. U kunt de LFO gebruiken om een effect toe te passen op de WG (toonhoogte), de TVF (filter) of de TVA (volume). Wanneer een LFO is toegepast op de WG toonhoogte, wordt een vibrato effect geproduceerd. Wanneer een LFO toegepast wordt op de TVO cutoff frequentie, wordt een “wah” effect geproduceerd. Wanneer een LFO toegepast wordt op het TVA volume, wordt een tremolo effect geproduceerd. *
Er is geen LFO bij de ritme tonen (percussie instrument geluiden).
Patches Patches zijn de basale geluidsconfiguraties die u speelt gedurende een Performance . Elke Patch kan vorm gegeven worden door de combinatie van maximaal vier tonen. Hoe de vier tonen gecombineerd zijn wordt bepaald door de Structure Type parameter (p.38). fig.Patch.e
Patch
Toon 4 Toon 3 Toon 2 Toon 1
WG
Nootnummer 36 (C2) Nootnummer 35 (B1) Ritme toon (percussie-instrument geluid) WG
TVF
TVA
Pitch Envelope
TVF Envelope
TVA Envelope
Elk percussie-instrument bestaat uit de volgende vier elementen. (Bekijk de uitleg in “Tonen” voor details.)
WG (Wave Generator): 1–4 TVF (Time Variant Filter) TVA (Time Variant Amplifier) Envelope
Performances Een Performance heeft een Patch of ritme set toegewezen aan elk van de 16 Parts en kan gelijktijdig 16 geluiden aan. De Fantom-Xa heeft twee vensters: een LAYER en een MIXER venster (p.68, p.70).
LFO 1
TVF
LFO 2
TVA
Gebruik het LAYER venster als u twee of meer Patches samen (Layer) wilt spelen of verschillende Patches op afzonderlijke gebieden van het keyboard (Split) wilt spelen. Gebruik het MIXER venster als u wilt “mixen” door de pan en niveau instellingen individueel aan te passen voor elk van de zestien Parts. Omdat de Fantom-Xa geluidsgenerator een veelvoud aan geluiden kan besturen (instrumenten) wordt het een Multi-timbrale geluidsgenerator genoemd. fig.Performance.e
Pitch Envelope
TVF Envelope
TVA Envelope
Performance LAYER/SPLIT MIXER Part 16
Ritme sets Ritme sets zijn groepen van een aantal verschillende percussieinstrument geluiden. Omdat percussie-instrumenten over het algemeen geen melodieën spelen is het niet nodig dat het geluid van een percussie-instrument een toonladder kan spelen op het keyboard.
Part 1
Patch/ Ritme set
Het is echter belangrijker dat zoveel mogelijk percussieinstrumenten tegelijkertijd tot uw beschikking staan. Bijgevolg zal elke sleutel (noot nummer) van een ritme set een ander percussie instrument produceren.
Part Bij de Fantom-Xa is een “Part” iets waar een Patch of ritme set aan toegewezen kan worden. Patch modus heeft twee Parts, de Pad Part
20
Overzicht van de Fantom-Xa
en het keyboard Part. U kunt een Patch of ritme set aan elk van deze Parts toekennen. In de Performance modus bevat elke Performance zestien Parts en kunt u een Patch of ritme set aan elke Part toewijzen.
Voice Reserve
De Fantom-Xa kan gelijktijdig een maximum aan 128 geluiden spelen. In de volgende paragrafen wordt besproken wat dit betekent en wat er zal gebeuren, wanneer meer dan 128 geluiden van de Fantom-Xa gevraagd worden.
De Fantom-Xa beschikt over een Voice Reserve functie, die u de mogelijkheid geeft om een minimum aantal noten te reserveren, die altijd beschikbaar zijn voor elke Part. Als Voice reserve bijvoorbeeld ingesteld is op “10” voor Part 16, zullen er voor Part 16 altijd 10 noten van geluidproducerende capaciteit beschikbaar zijn, zelfs als een totaal van meer dan 128 noten (voor alle Parts totaal) gevraagd worden. Wanneer u Voice Reserve instellingen maakt, moet u het aantal noten op elke Part in aanmerking nemen, evenals het aantal tonen gebruikt door de geselecteerde Patch (p.75).
Het aantal stemmen dat gebruikt is berekenen
Het is niet mogelijk om Voice Reserve instellingen te maken, die het totaal van alle Parts groter dan 64 stemmen maakt.
Over gelijktijdige polyfonie
De Fantom-Xa kan tot 128 geluiden gelijktijdig spelen. De polyfonie of het aantal stemmen (geluiden) refereert niet alleen aan het aantal gespeelde Patches, maar verandert overeenkomstig het aantal tonen gebruikt in de Patches en het aantal waves gebruikt in de tonen. De volgende methode wordt gebruikt om het aantal geluiden te berekenen om één Patch te spelen.
Over geheugen Patch en Performance instellingen worden in het geheugen opgeslagen. Er zijn drie soorten: tijdelijk, herschrijfbaar en nietherschrijfbaar geheugen. fig.04-006.e
(Aantal Patches dat gespeeld wordt) x (Aantal tonen gebruikt door Patches ) x (Aantal waves gebruikt in de tonen)
Fantom-Xa Preset (PRST)
Bijvoorbeeld een Patch, die vier tonen combineert, waarvan elke toon twee waves gebruikt, zal acht noten polyfonie tegelijk gebruiken. Wanneer u in Performance modus speelt, zal bovendien het aantal geluiden van elke Part geteld worden om het totale aantal geluiden van alle Parts te verkrijgen.
Systeem
Rhythm Set 36 Performance 64
User (USER)
Preset F (PR-F) Preset E (PR-E)
Hoe een Patch klinkt Wanneer van de Fantom-Xa wordt gevraagd om meer dan 128 stemmen gelijktijdig te spelen, zullen op dat moment klinkende tonen uitgezet worden om plaats te maken voor nieuw aangevraagde noten. De noot met de laagste prioriteit zal als eerste uitgezet worden. De volgorde van prioriteit wordt bepaald door het Patch Priority venster (p.40). Patch Priority kan of op “LAST” of op “LOUDEST” ingesteld worden. Wanneer “LAST” is geselecteerd, zal een nieuw aangevraagde noot, die de 128 stemmen limiet overschrijdt, veroorzaken dat de eerstgespeelde noot uitgezet zal worden. Wanneer “LOUDEST” geselecteerd is, zal de stilste noot uitgezet worden. Meestal wordt “LAST” geselecteerd.
Noot prioriteit in de Performance modus Omdat Performance modus meestal gebruikt wordt om een ensemble te spelen, dat bestaat uit verschillende Patches, is het belangrijk om te beslissen welke Parts prioriteit hebben. Prioriteit wordt gespecificeerd door de Voice Reserve instellingen (p.75). Als een noot binnen een Patch uitgezet moet worden om plaats te maken voor een nieuwe noot, zal de Patch Priority instelling van de Patch van toepassing zijn (p.40).
Patch 256
Preset D (PR-D) Preset C (PR-C) Preset B (PR-B) Preset A (PR-A)
Patch 256
Patch 128
Rhythm Set 9
Selecteren
Rhythm Set 32
GM (GM2)
Performance 64
Selecteren * 1 Selecteren
Schrijven
Tijdelijk gebied
Selecteren
Selecteren
Schrijven
EXP Slot
Patch 256
Patch
Rhythm Set 32
Rhythm Set
Performance 64
Wave iitbreidingskaart
Geheugenkaart
* De geselecteerde Patches/ritme sets kunnen niet worden veranderd.
21
Overzicht van de Fantom-Xa
Tijdelijk geheugen Tijdelijk gebied Dit is het gebied, waarin de gegevens bewaard worden voor de Patch en Performance die u heeft geselecteerd door de paneelknoppen te gebruiken. Wanneer u het keyboard bespeelt of een sequence terug speelt, wordt geluid geproduceerd dat gebaseerd is op de gegevens in het tijdelijk geheugen. Als u een Patch of Performance bewerkt, verandert u niet direct de gegevens in het geheugen. Liever roept u de gegevens in het tijdelijk geheugen op om het daar te bewerken. Instellingen in het tijdelijk geheugen zijn tijdelijk en zullen verloren gaan, wanneer de stroomtoevoer uitgeschakeld wordt of, wanneer u een andere Patch/Performance selecteert. Om de instellingen die u heeft veranderd te bewaren, moet u ze in het herschrijfbaar geheugen wegschrijven.
Herschrijfbaar geheugen Systeem geheugen Systeem geheugen bevat systeem parameter instellingen, die bepalen hoe de Fantom-Xa functioneert.
Gebruikersgeheugen Gebruikersgeheugen is het interne geheugengebied waar Patches, Performances, samples en Performance gegevens bewaard worden.
Geheugenkaart U kunt een geheugenkaart gebruiken om Patches, Performances, samples en Performance gegevens op te slaan, net zoals in het gebruikersgeheugen.
Niet-herschrijfbaar geheugen Preset geheugen Gegevens in Preset geheugen kunnen niet herschreven worden. U kunt echter wel instellingen oproepen van Preset geheugen naar het tijdelijk geheugen, het veranderen en dan de bewerkte gegevens opslaan in het herschrijfbaar geheugen (behalve GM2).
Wave uitbreidingskaarten (SRX serie; worden apart verkocht) De Fantom-Xa kan met wel vier Wave uitbreidingskaarten (SRX serie; worden aPart verkocht) uitgerust worden. Wave uitbreidingskaarten bevatten Wave data, evenals Patches en ritme sets, die direct in het tijdelijk geheugen opgeroepen en gespeeld kunnen worden.
22
Over de ingebouwde effecten Effectsoorten De Fantom-Xa heeft ingebouwde effecten. U kunt instellingen voor elke eenheid onafhankelijk bewerken.
Multi-effecten De multi-effecten zijn veelzijdige effecten, die het geluidstype volledig veranderen door het geluid te manipuleren. Er zijn 78 verschillende effecten. Selecteer en gebruik het type, dat geschikt is voor uw doel. Behalve effectsoorten ,die opgebouwd zijn uit enkelvoudige effecten, zoals Distortion, Flanger en soortgelijke geluiden, kunt u ook een grote variatie aan andere effecten instellen en zelfs effecten in serie of parallel met elkaar verbinden. Terwijl chorus en reverb op zichzelf gevonden kunnen worden, worden de volgende chorus en reverb aangevuld. In Performance modus kunnen drie soorten multi-effecten gelijktijdig gebruikt worden; hier wordt aan gerefereerd als MFX1, MFX2 en MFX3. In Patch modus kan het keyboard Part MFX1 gebruiken, de Pad Part kan MFX2 gebruiken.
Chorus Chorus voegt diepte en ruimte aan het geluid toe. U kunt selecteren of u dit wilt gebruiken als een chorus effect of een delay effect.
Reverb Reverb voegt de nagalm die zo karakteristiek is voor zalen of schouwburgen toe. Er worden vijf verschillende soorten geboden, dus u kunt het gewenste type selecteren en gebruiken.
Mastering effect Dit is een stereo compressor (begrenzer) die gebruikt wordt bij de uiteindelijke output van de Fantom-Xa. Het bevat onafhankelijke high, mid en low range. Onafhankelijk voor de high-frequency, midfrequency en low-frequency gebieden comprimeert dit alle geluiden, die het gespecificeerde niveau overstijgen, waardoor het volume consistenter wordt.
Overzicht van de Fantom-Xa
fig.FXinPfm.e
Hoe effecten functioneren in verschillende standen In Patch modus Multi-effecten kunnen bij elke Patch of Performance afzonderlijk gebruikt worden. Chorus en reverb worden beiden gedeeld door Patches en ritme sets. Hetzelfde effect is van toepassing op elke toon. Het aanpassen van het signaalniveau, dat naar elke effecten eenheid gestuurd moet worden (Send Level), geeft beheersing over de intensiteit van het effect dat op elke toon toegepast wordt. fig.FXinPatch
Over de sequencer
Keyboard part Patch TONE
Multi-Effecten
Pad part Rhythm Set
A0 C8
RHYTHM TONE
Multi-Effecten +
Chorus +
*
Reverb
Een sequencer neemt keyboard Performance en controller toepassingen op als MIDI boodschappen (sequencer data)., terwijl de data terug speelt, worden de opgenomen MIDI boodschappen verzonden naar een geluidsgenerator, die de vereiste geluiden zal produceren. De sequencer speelt eigenlijk instrumenten i.p.v. de muzikant, en aangezien het een muzikale uitvoering op kan nemen functioneert het ook als een taperecorder. Maar in de realiteit neemt een sequencer geen geluid op, maar eigenlijk de stappen die er voor zorgen dat de geluidsgenerator geluid produceert, waardoor het verschillende voordelen biedt. Geluidskwaliteit is altijd voortreffelijk, het equivalent van eerstegeneratie tape, waarbij het niet uitmaakt hoe vaak de data terug gespeeld wordt. Tempo veranderingen hebben geen effect op de toonhoogte en gedetailleerde bewerking is mogelijk.
U kunt aan elke part hetzij een Patch of ritme set toekennen
In de Performance modus De multi-effecten, chorus en reverb effecten kunnen elk afzonderlijk ingesteld worden voor elke Performance. De intensiteit van ieder effect zal voor elke Part ingesteld moeten worden. Wanneer u effecten toepast in Performance modus, zullen de effect instellingen van de Patch of ritme set die toegekend zijn aan elke Part genegeerd worden. Wat gebruikt zal worden zijn de effect instellingen van de Performance. Aldus kunnen de effecten voor dezelfde Patch of ritme set verschillen, wanneer ze in Patch modus of in Performance modus gespeeld worden. Echter, afhankelijk van de instellingen kunnen effect instellingen voor een Patch of ritme set, die toegekend zijn aan een Part ook toegepast worden op de hele Performance. Wanneer u bovendien de multi-effect instellingen van een Performance gebruikt, kunt u drie verschillende multi-effecten gelijktijdig inzetten, afhankelijk van het soort effect.
Wat is een song? Bij de Fantom-Xa wordt een muzikale Performance data voor een song of compositie benoemd als song. Een song combineert sequencer data opgenomen op Phrase tracks 1-16, een Tempo track, een Beat track en een patroon, zoals hier beneden wordt weergegeven. fig.Song.e
Song
Patroon
Phrase track 16
Patroon 1 Patroon 2
Phrase track 2 Phrase track 1
Tempo track
Patroon 100
Beat track
23
Overzicht van de Fantom-Xa
Wat is een track? Elk gedeelte van een song waar muzikale Performance data wordt opgeslagen, wordt een track genoemd.
Phrase Tracks 1-16 Phrase tracks nemen de muzikale Performance op. Elke Phrase track neemt muzikale Performance data op voor 16 MIDI kanalen. In totaal kunnen tot 16 tracks x 16 MIDI data kanalen opgenomen worden. Het is nuttig dat u opnamekeuzes maaktvoordat u op gaat nemen: zoals de melodie opnemen op Phrase track 1, bas op Phrase track 2, drums op Phrase track 10 en begeleiding op de overgebleven Phrase tracks.
Tempo track De Tempo track neemt tempoveranderingen in een song op. Het kan gebruikt worden voor tempoveranderingen tijdens een song. Als een song van begin tot eind hetzelfde tempo heeft, kan de Tempo track genegeerd worden. Wanneer een song voor het eerst op de FantomXa is opgenomen, zal een tempo instelling tijdens de opname opgeslagen worden aan het begin van de Tempo track. Daardoor zal de song altijd op dit aanvangstempo afgespeeld worden. Aldus wordt het afspeeltempo bepaald door de Tempo track instelling. Als u het tempo gedurende het afspelen verandert, zal het over het geheel genomen tempo van de song geregeld worden door de instelling die u heeft gemaakt.
Beat track De Beat track neemt de maatsoort van elke maat uit een song op. Stel de Beat track in, wanneer u een nieuwe song aan het opnemen bent of, wanneer u de maatsoort tijdens een song wilt veranderen.
Patroon Een patroon is een plek, waar Performance data afzonderlijk van phrase tracks opgeslagen kan worden. U kunt maximaal honderd patronen creëren. Net als met een phrase track kan elk patroon maximaal zestien MIDI kanalen bevatten. Patronen kunnen aan phrase tracks toegekend worden. Dit betekent, dat als uw song herhalende frases gebruikt als drums of bas loopjes, u elke frase als een patroon kunt opnemen en dan het Step Recording venster kunt gebruiken om de patronen aan de geschikte locaties toe te kennen (p.130). In dit geval bevat de phrase track alleen Pattern Call Numbers die specificeren welk patroon gespeeld gaat worden. Dit is gemakkelijk en geeft u ook de mogelijkheid om geheugen te behouden. De RPS functie (p.154) voor onmiddellijk terugspelen is tevens van toepassing op de Patronen. Patronen zijn daardoor geschikt voor live Performances als u benodigde sequencer data als Patronen heeft opgenomen en deze naar het concert meeneemt. Patronen kunnen als goed kladblok fungeren voor muzikale ideeën.
24
Songs en de geluidsgenerator modus De sequencer van de Fantom-Xa kan altijd gebruikt worden, ongeacht de modus van de geluidsgenerator (Patch/Performance). In Performance modus kunt u maximaal zestien geluiden gebruiken, waarbij elke Part een ander geluid produceert. Dit betekent dat Performance modus ideaal is voor het opnemen of afspelen van een ensemble, waarbij meerdere instrumenten gebruikt worden, zoals drums, bas en piano. In Patch modus kunt u al spelend de geluiden gebruiken, die aan het keyboard Part en de Pad Part toegekend zijn.
Standen voor het opslaan van een song Tijdelijk gebied De sequencer kent een gebied, dat Temporary Area genoemd wordt en waar tijdelijk een song in bewaard kan worden. Dus noemen we dit temporary song. De song in Temporary Area is vluchtig en zal verloren gaan, wanneer de stroomtoevoer uitgeschakeld wordt. Om een song te bewaren moet u het in het gebruikersgeheugen of op een geheugenkaart opslaan.
Geheugenkaart/ gebruikersgeheugen Wanneer u een opgenomen of bewerkte song in Temporary Area houdt, slaat u het op in het gebruikersgeheugen of op een geheugenkaart als song bestand. Er kunnen maximaal 256 songs opgeslagen worden op zowel de kaart als in het gebruikersgeheugen. Een kaart en het gebruikersgeheugen kunnen twee soorten bestanden bevatten. Het drie-letter symbool weergegeven tussen haakjes ( ) is een bestandsnaam extensie, die de verschillende soorten bestanden onderscheidt.
Song bestand (.SVQ) Dit bestand is een song gecreëerd op de Fantom-Xa. Het wordt een MRC Pro song genoemd.
Standaard MIDI bestand (.MID) Standaard MIDI bestand is een standaard bestandsformaat, dat de uitwisseling van sequencer data tussen de meeste muzikale applicaties toestaat. Fantom-Xa bestanden kunnen als standaard MIDI bestanden opgeslagen worden. Dit geeft u de mogelijkheid om commercieel verkrijgbare muziek data (GM scores) af te spelen, die compatibel zijn met het GM/GM2 systeem.
Overzicht van de Fantom-Xa
fig.SongFile.e
fig.Multisample1.e
Multisample
Tijdelijk geheugen
Songbestand Multisample
Songbestand
Multisample
Tijdelijk gebied Standaard MIDI bestand
sample No.001
sample No.002
No.128 Een multisample wordt in 128 verdeeld
No.001
sample No.127
sample No.003
sample No.128
Nummer in de sample lijst
Fantom-Xa
Waar samples opgeslagen worden Samples, die u opneemt of importeert, worden opgeslagen in het sample geheugen. Dit sample geheugen is tijdelijk en de data zal verloren gaan, wanneer u de stroomtoevoer uitzet. Als u deze samples wilt bewaren, dient u ze op te slaan in het gebruikersgeheugen of op een geheugenkaart.
Geheugenkaart Songbestand Standaard MIDI bestand
*
U kunt geen data in het preset geheugen opslaan.
fig.SampleMemory.e
Over de Sampling sectie Het sampling gedeelte neemt externe geluiden van een audio instrument of microfoon op als muzikale data. Gesamplede geluiden kunnen als een Patch of ritme set gespeeld worden. U kunt ook WAV/AIFF formaat bestanden importeren en ze op dezelfde manier gebruiken.
Sample geheugen Sampler sectie Schrijven
Preset Bank
Schrijven
User Bank Card Bank
Samples Een sample bevat de waveform data gesampled door de Fantom-Xa. Behalve de actuele waveform data zelf, bevat een sample ook parameters, zoals startpunt, loop start en loop einde. De Fantom-Xa kan maximaal 9.000 samples bevatten (Gebruiker: 2000, Kaart: 7000).
n
de
La
Laden/Schrijven
Preset geheugen
Sc
hri
jve n Laden Schrijven n jve hri Sc
Gebruikersgeheugen
Fantom-Xa
fig.Sample.e
Sample
Geheugenkaart Sample List 0001 User Sample 0002
Sampling
Automatisch toegevoegd
Drum Wave (Sample)
Sampling
2000
Multisamples Twee of meer samples toegekend aan het keyboard worden gezamenlijk een multisample genoemd. Een multisample is verdeeld in 128 “splits.” Elke split bevat het nummer van een sample in de sample lijst – het bevat de eigenlijke sample data niet.
25
Basiswerking van de Fantom-Xa Om het LAYER venster te selecteren
De geluidsgenerator modus wisselen De Fantom-Xa heeft twee geluidsgenerende standen: Patch modus en Performance modus. U kunt de geluidsgenerende modus (status) gebruiken, die het meest geschikt is voor de wijze, waarop u de Fantom-Xa wilt bespelen. Gebruik de volgende procedure om tussen deze twee standen te wisselen.
1. Druk op [LAYER/SPLIT]. fig.PfmLayer
Om het MIXER venster te selecteren 1. Druk op [MIXER]. fig.PfmMixer
Patch modus In deze modus kunt u het keyboard en Pads gebruiken om afzonderlijke geluiden te spelen (Patches/ritme sets). het keyboard en Pads hebben elk hun eigen geluidsgenerator en Part en zijn aangesloten op één MIDI kanaal.
Over de Functieknoppen
Om Patch modus te selecteren 1. Druk op [PATCH/RHYTHYM]. fig.PatchPlay
De zes [F1]-[F6] knoppen (functieknoppen) die zich bevinden onder de display, voeren verschillende functies uit, en de werking ervan zal verschillen afhankelijk van het venster. Functies zullen aan de onderkant van het scherm vermeld worden. fig.FButtons
Performance modus Deze modus geeft u de mogelijkheid om meerdere geluiden (Patches of ritme sets) te combineren.
LAYER/SPLIT venster Gebruik dit venster, wanneer u twee of meer geluiden (Patches/ ritme sets) samen wilt spelen. U kunt Patches ook samen spelen (Layer) of het keyboard verdelen in twee gebieden en verschillende Patches in elk gebied spelen (Split).
MIXER venster Gebruik dit venster, wanneer u de geluiden wilt mixen door het niveau en de pan van alle 16 Parts aan te passen.
Het LAYER venster en MIXER venster voorzien in verschillende afbeeldingen van dezelfde Performance. U kunt bijvoorbeeld het LAYER/SPLIT venster gebruiken, wanneer u een keyboard split in wilt stellen of het MIXER venster gebruiken, wanneer u de effect instellingen of de volumebalans van de Patches voor elke Part wilt aanpassen.
26
venstertje De iets kleinere vensters die tijdelijk bovenop de normale venster verschijnen worden venstertje genoemd. Verschillende soorten venstertje s verschijnen afhankelijk van de situatie. Sommige geven lijsten weer, anderen geven u de mogelijkheid instellingen te maken en weer anderen vragen u een handeling te bevestigen. fig.Tempo
Druk op [EXIT] om het venstertje te sluiten. Sommige venstertje s zullen automatisch sluiten, wanneer een handeling is uitgevoerd.
Basiswerking van de Fantom-Xa
De cursor verplaatsen
Value draaischijf
Eén enkel venster of venstertje toont meerdere parameters of items, die geselecteerd kunnen worden. Om de instelling van een parameter te bewerken, moet u de cursor verplaatsen naar de waarde van die parameter. Om een item te selecteren, moet u de cursor verplaatsen naar dat item. Wanneer geselecteerd met de cursor wordt een parameter waarde of andere selectie belicht. fig.CursorScreen
De Value draaischijf met de klok mee draaien vergroot de waarde, tegen de klok in draaien vermindert de waarde. • [SHIFT] ingedrukt houden als u aan de Value draaischijf draait, vergroot de stappen in waarde, zodat u sneller grote waardeveranderingen kunt maken.
[INC] en [DEC] Cursor
Drukken op [INC] vergroot de waarde en [DEC] verkleint het. • Houd de knop ingedrukt voor voortdurende aanpassing.
Verplaats de cursor met de
,
,
en
(cursorknoppen).
fig.CURSOR
• Voor snellere waardevergrotingen, moet u [INC] ingedrukt houden en op [DEC] drukken. Om de waarde sneller te verlagen, moet u [DEC] ingedrukt houden en op [INC] drukken. • Als u op [INC] of [DEC] drukt, terwijl u [SHIFT] ingedrukt houdt, zullen de stappen in waarde groter worden.
: verplaatst de cursor naar boven. : verplaatst de cursor naar beneden. :
verplaatst de cursor naar links.
:
verplaatst de cursor naar rechts.
• Als u een cursorknop ingedrukt houdt, terwijl u ook op de cursorknop drukt voor de tegenovergestelde richting, zal de cursor sneller verplaatsen in de richting van de als eerste ingedrukte cursorknop. • Wanneer de cursor weergegeven wordt, zal [ENTER] indrukken soms een lijst weergeven van de beschikbare keuzes voor die parameter. Dit is gemakkelijk als u wilt zien wat uw keuzes zijn.
Een waarde veranderen Gebruik de Value draaischijf of de [INC]/[DEC] knoppen om de waarde te veranderen. fig.Waarde
Wanneer de cursor zich bij een parameter waarde bevindt, moet u op [ENTER] drukken om de weergave van het venstertje te zien, waar u de waarde in kunt stellen. Gebruik om een waarde te selecteren, en druk dan op [ENTER] om de instelling te bevestigen.
De Pads gebruiken In sommige gevallen, wanneer de cursor zich bevindt op een invoer locatie, kunt u op [ENTER] drukken om een lijst van parameter waarden te zien. Voor sommige van deze lijsten zal het venster het volgende icoontje laten zien, wat betekent dat u de Pads kunt gebruiken om de waarde in te voeren of te specificeren.
1. Druk gelijktijdig op [TRIGGER] en [CATEGORY], zodat beide knoppen opgelicht zijn. U kunt de Pads gebruiken om de waarde in te voeren of te specificeren.
Wanneer een numerieke waarde ingevoerd wordt PAD [0]-[9]:
Invoer getallen 0-9
[SHIFT]:
Annuleert het getal dat u ingevoerd heeft
fig.PadNumber
In ieder venster van de Fantom-Xa kunt u de cursor gebruiken om het gedeelte dat weergegeven en belicht wordt te verplaatsen en de waarde ervan aan te passen. *
Elke parameter heeft zijn eigen reeks van mogelijke waarden, dus u kunt geen waarde instellen, die kleiner is dan de minimum waarde of groter dan de maximum waarde.
Wanneer direct ingevoerd wordt Door op een Pad te drukken, zal de corresponderende waarde direct ingevoerd worden. Van bovenaf gerekend corresponderen de items op de lijst met Pads [0]-[9].
27
Basiswerking van de Fantom-Xa
fig.PadDirect
De Pads gebruiken om tekens te specificeren U kunt de Pads gebruiken om tekens te specificeren.
Een naam toekennen Bij de Fantom-Xa kunt u namen aan elke Patch, ritme set, Performance, Song, Sample en Patroon toekennen. De werkwijze is hetzelfde voor alle data. fig.PatchName
Door een Pad één of meerdere keren in te drukken , kunt u achtereenvolgens de letters, getallen en symbolen selecteren. Als u bijvoorbeeld herhaaldelijk op Pad 1 drukt, kunt u als volgt door de beschikbare keuzes heen lopen: 1 → A → B → C → 1 → A... • U kunt tussen hoofdletters en kleine letters als in te voeren teken switchen, door op [F1(CAPS LOCK)] te drukken en een vinkje toe te voegen. • Druk op PAD [0] (SPACE) om het teken op de plek, waar de cursor zich bevindt, te vervangen door een spatie. fig.PAD
1. Druk op
of om de cursor te verplaatsen naar de plaats waar u een tekentje in wilt voeren.
2. Draai aan de Value draaischijf of druk op [INC]/[DEC] om het tekentje te specificeren. • [F2(TYPE)]: Selecteert het soort teken. Iedere keer, wanneer u hier op drukt, kunt u afwisselend het eerste teken van een tekenset selecteren: hoofdletter (A), kleine letter(a) of getallen en symbolen (0). • [F3(DELETE)]:
Verwijdert het teken op de plek, waar de cursor zich bevindt. [F4(INSERT)]: Voegt een ruimte in op de plek, waar de cursor zich bevindt.
•
of
:
Verplaats de cursor.
•
,
:
Wissel af tussen hoofdletters en kleine letters.
*
Als u besluit om uw invoer te annuleren, dient u op [F5 (Cancel)] te drukken.
Beschikbare tekens/symbolen spatie, A–Z, a–z, 0–9, ! “ # $ % & ` ( ) + , - . / : ; < = > ? @ [ \ ] ^ _ `{|}
Vanuit een benamingsvenster kunt u op [MENU] drukken en “1.Undo” selecteren om de naam die gebruikt werd, voordat u het veranderde, terug te laten keren. Vanuit [MENU] kunt u “2. To Upper” selecteren of op drukken om het teken waar de cursor zich bevindt in een hoofdletter te veranderen. Vanuit [MENU] kunt u “3. To Lower” selecteren of op drukken om het teken waar de cursor zich bevindt te veranderen in een kleine letter.Vanuit [MENU] kunt u “4. Delete all” selecteren om alle tekens, die u aan het invoeren bent, te wissen.
Song bestandsnamen mogen geen kleine letters of bepaalde symbolen bevatten: ( “ + , ./: ; < = > ? [ \ ] |).
28
In Patch modus spelen In Patch modus worden het keyboard en de Pads elk gebruikt om één klank te produceren (Patch/ritme set). De keyboard controller en de Pad controller hebben beiden hun eigen geluidsgenerator, en beide zijn aangesloten op hun eigen MIDI kanaal. Dit betekent, dat u afzonderlijke geluiden op het keyboard en de Pads kunt spelen.
Over het PATCH PLAY venster
Pas het volume van het keyboard part en Pad part aan 1. In het PATCH PLAY venster dient u op [F4 (LEVEL)] te drukken. Het PART LEVEL venstertje verschijnt. fig.PartLevel
Druk op [PATCH/RHYTHM].U zult in Patch modus terecht komen en het Patch Play venster verschijnt.
2. Druk op [F4(KBD)] of [F5(PAD)] om de part te selecteren.
fig.PatchPlay
3. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om het volume aan te passen.
4. Druk op [F6 (CLOSE)] om het venstertje te sluiten.
Keyboard part en Pad part De Fantom-Xa heeft twee gedeelten; een Keyboard Part en een Pad Part. • Druk op [F1(KBD)] om het keyboard Part te selecteren.
Functies in het PATCH PLAY venster fig.PatchFunc.e
1
3
2
4
fig.KbdPart
Patch groep
5
Patch nummer Patch naam
6 7 9 1
10
8 11
12
13
3
2
4 5
Patch categorie
6
8
• Druk op [F2(PAD)] om de Pad Part te selecteren.
9
10
11
12
13
fig.PadPart
• Druk op [PAGE] om het PATCH PLAY venster te verwisselen. Dit venster geeft gelijktijdig de instellingen van het keyboard Part en de Pad Part weer. fig.DualPart
fig.DualPart2
1
Geeft de actuele geluidsgenerende stand aan.
2
Geeft multi-effecten aan (MFX1,2), chorus (CHO), reverb (REV) en mastering (MASTER) aan en uit.
3
Geeft de naam van de op dat moment spelende song aan, geeft de locatie van de maat aan.
4
Geeft de maatsoort en het tempo aan.
5
Selecteert de groep, het nummer en de naam van de geselecteerde groep.
6
Geeft de patch categorie aan/selecteert de patch categorie.
7
Dit geeft de functie aan, die toegekend is aan de D Beam en de respons status van de D Beam.
8
Geeft het volume van de keyboard part en de pad part aan.
9
Schakelt tussen de keyboard part en pad part.
10
Geeft het Control Setting venster weer.
11
Past het volume van de keyboard part en pad part aan.
12
Bepaalt of u patches of ritme sets kunt selecteren.
13
Selecteert of de patch categorie gesloten zal worden.
29
In Patch modus spelen
Patch/Ritme set groep
Een Patch selecteren
De Fantom-Xa heeft verschillende Patch groepen , inclusief de User (gebruikers) groep en Preset groepen A-F en GM, waarbij iedere groep 128 Patches op kan slaan (256 in GM, USER). Bovendien kunt u uw mogelijkheden verder uitbreiden en maximaal vier Wave uitbreidingskaarten naar keuze installeren (SRX serie; worden aPart verkocht). Dit biedt u de mogelijkheid om uit een gigantisch assortiment Patches te kiezen.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster
USER
3. Als u een Patch groep selecteert (of een ritme set groep),
Dit is de groep binnen de Fantom-Xa, die overschreven kan worden. Patches die u zelf creëert kunnen opgeslagen worden in deze groep. De Fantom-Xa bevat 256 preset Patches en 32 ritme sets.
te komen.
2. Druk op [F1(KBD)] of [F2(PAD)] om het keyboard part of Pad part te selecteren. *
Om een ritme set te selecteren, dient u op [F5(RHYTHM)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen.
dient u op te drukken en de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] te gebruiken om te selecteren. fig.PatchGroup
PR-A-F (Preset A-F), PRST (Preset) Dit is de groep binnen de Fantom-Xa die niet overschreven kan worden. U kunt echter de instellingen van de op dat moment geselecteerde Patch veranderen en de gewijzigde Patch opslaan in het gebruikersgeheugen (User). Groepen A-F bevatten elk al 128 geprepareerde Patches, in totaal zijn dat 768 Patches.
4. Druk op
om de cursor naar het Patch nummer te
verplaatsen.
5. Gebruik de Waarde draaischijf of druk op [INC] [DEC] om
GM (General MIDI 2) Dit is een interne groep Patches, die compatibel is met General MIDI 2, een systeem van MIDI functie specificaties, ontworpen om de verschillen tussen fabrikanten en soorten instrumenten te overstijgen. Deze Patches kunnen niet overschreven worden. Bovendien kunnen instellingen voor op dat moment geselecteerde Patches in deze groep niet veranderd worden. De Fantom-Xa bevat 256 preset Patches.
CARD (Geheugenkaart) Deze groep geeft u de mogelijkheid om Patches te gebruiken, die op een geheugenkaart opgeslagen zijn aan de achterkant van het paneel. Omdat de data in deze groep herschreven kan worden, kunt u deze groep gebruiken om gecreëerde Patches op te slaan.
EXP (Wave uitbreidingskaart geïnstalleerd in EXP sleuf)
een Patch (of ritme set) te selecteren. Als u een Patch (of ritme set) heeft geselecteerd voor het keyboard Part, dient u het keyboard te bespelen om het geluid te horen. Als u een Patch (of ritme set) heeft geselecteerd voor de Pad Part, dient u op de Pads te spelen om het geluid te horen.
Patches uit de lijst selecteren U kunt een lijst van patches weergeven en een patch uit die lijst selecteren.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
2. Druk op [ENTER]. Het PATCH LIST venster verschijnt. fig.PatchList
Deze groepen worden gebruikt, wanneer Patches opgevraagd worden uit de Wave uitbreidingskaarten, die geïnstalleerd zijn in de EXP sleuf en kunnen niet overschreven worden. U kunt echter wel de instellingen voor de op dat moment geselecteerde Patch veranderen en de gewijzigde Patch dan opslaan in het gebruikersgeheugen en op de geheugenkaart. Het aantal Patches hangt af van de specifieke Wave uitbreidingskaart die geïnstalleerd is. *
EXP Patches kunnen alleen geselecteerd worden als er een Wave uitbreidingskaart (SRX serie; apart verkrijgbaar) in de corresponderende sleuf geïnstalleerd is.
3. Om een Patch te selecteren, dient u op [F3 (PATCH)] te drukken. Om een ritme set te selecteren, dient u op [F4 (RHYTHM)] te drukken. Als u op [F4 (RHYTHM)] drukt, verschijnt het RHYTHM LIST venster.
4. Druk op
om een groep te selecteren.
5. Gebruik de Waarde draaischijf, [INC] [DEC] of een Patch/ritme set te selecteren.
6. Druk op [ENTER] om uw selectie te bevestigen.
30
om
In Patch modus spelen
geluiden (8 geluiden x 8 banken) als favoriete Patches registreren.
Het PATCH SELECT venster gebruiken 1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
2. Druk op [PATCH SELECT]. Het PATCH SELECT venster verschijnt. fig.PatchSelect
Een favoriete Patch/ritme set selecteren 1. In het PATCH PLAY venster, dient u de Patch (of ritme set) te selecteren, die u wilt registreren.
2. Druk op [ENTER]. Het PATCH LIST venster verschijnt.
3. Druk op [F1 (FAVORIT)]. Het FAVORITE PATCH venster verschijnt. fig.Favorite
3. Om een ritme set te selecteren, dient u op [F5 (RHYTHM)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen. Als u een vinkje toevoegt, zal het RHYTHM SELECT venster verschijnen.
4. Druk op [F1] of [F2] om een groep te selecteren. 5. Gebruik [F3], [F4], PART/TRACK [1]-[8], [INC] [DEC], of de Waarde draaischijf om een Patch/ritme set te selecteren.
6. Druk op [ENTER] om naar het PATCH PLAY venster terug te keren.
4. Gebruik de Waarde draaischijf of druk op
om de
Bank te selecteren.
5. Druk op PART/TRACK [1]-[8], [INC] [DEC] of
om
een favoriet nummer te selecteren.
6. Druk op [F3 (REGIST)] om de registratie uit te voeren. 7. Druk op [F1 (LIST)] om naar het PATCH LIST venster terug te keren.
Patches/Ritme sets op proef spelen (Phrase preview) De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om Patches op proef te spelen door naar een frase te luisteren, die geschikt is voor elk type Patch.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
Een Patch registratie annuleren Door op [F2 (REMOVE)] te drukken, kunt u de Patch (of ritme set) registratie annuleren, die geselecteerd is in het FAVORITE PATCH venster.
De favoriete Patch/ritme set kiezen
2. Druk op [ENTER] om in het PATCH LIST venster te komen. 3. Druk op [F5 (PREVIEW)] en houd dit vast. De Patch die geselecteerd is in het PATCH LIST venster zal klinken.
4. Laat uw vinger los van [F5 (PREVIEW)] en de frase zal ophouden met spelen. *
Als u de manier waarop de frase gespeeld wordt door de Phrase Preview wilt veranderen, kunt u de Preview Mode parameter bewerken (p.194).
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
2. Druk op [ENTER] om in het PATCH LIST venster te komen. 3. Druk op [F1 (FAVORITE)]. Het FAVORITE PATCH venster verschijnt.
4. Om de bank te veranderen, dient u de Waarde draaischijf of te gebruiken.
5. Druk op PART/TRACK [1]-[8], [INC] [DEC] of
Favoriete Patches/Ritme sets selecteren (Favorite Patch)
om de
Patch te selecteren.
6. Druk op [F6 (SELECT)] of [ENTER] om uw selectie te bevestigen.
In de Patch modus kunt u uw favoriete en meest frequent gebruikte Patches (of ritme sets) samenbrengen op één plek door ze te registreren in de favoriete Patch. Door deze functie te gebruiken, kunt u heel snel favoriete Patches selecteren uit het Preset/User/ Card gebied of van een Wave uitbreidingskaart. U kunt in totaal 64
31
In Patch modus spelen
De volgende categorieën kunnen geselecteerd worden.
Patches per categorie selecteren De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om een type (categorie) Patch te specificeren, zodat u snel de gewenste Patch kunt vinden. Er zijn in totaal 38 categorieën.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
Categorie
Inhoud
--PNO EP KEY
No Assign AC.Piano EL.Piano Keyboards
BEL MLT ORG
Bell Mallet Organ
ACD HRM AGT EGT DGT BS
Accordion Harmonica AC.Guitar EL.Guitar Dist.Guitar Bass
SBS STR ORC HIT WND FLT BRS SBR SAX PLK
Synth Bass Strings Orchestra Hit&Stab Wind Flute AC.Brass Synth Brass Sax Plucked
ETH
Ethnic
FRT BPD SPD VOX HLD SLD TEK PLS FX SYN PRC SFX BTS DRM CMB
Fretted Bright Pad Soft Pad Vox Hard Lead Soft Lead Techno Synth Pulsating Synth FX Other Synth Percussion Sound FX Beat&Groove Drums Combination
Niet toewijzen Akoestische piano Elektrische piano Andere keyboards (bijvoorbeeld clavecimbel) Bel, bel Pad Hamer Elektrisch orgel en kerkorgel Accordeon Harmonica, blues harp Akoestische gitaar Elektrische gitaar Vervormde gitaar Akoestische bas & elektrische bas Synth bas Snaren Orkest ensemble Orkest hit, hit Blazers (hobo, clarinet etc.) Fluit, piccolo Akoestische koper blazers Synth koper blazers Sax Tokkelinstrumenten (Harp etc.) Andere etnische instrumenten Band inst (Mandoline etc.) Heldere Pad synth Zachte Pad synth Stem, koor Eerste harde synth Eerste zachte synth Techno synth Kloppende synth Synth FX (Geluid etc.) Poly synth Percussie Geluid FX Beat en groove Drum set Andere Patches die Split en Layer gebruiken
2. Druk op [F1 (KBD)] of [F2 (PAD)] om het keyboard part of Pad part te selecteren. *
Als er een vinkje (✔) is weergegeven boven [F5 (RHYTHM)], dient u op [F5 (RHYTHM)] te drukken om het tekentje te verwijderen.
3. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar de “Patch Category,” en gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de gewenste categorie te selecteren.
4. Druk op [F6 (CATEG LOCK)] om een vinkje (✔) toe te voegen. fig.PatchCategory
5. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de Patch groep of het Patch nummer en gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de Patch te selecteren.
Uit de lijst selecteren 1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
2. Druk op [ENTER]. Het PATCH LIST venster verschijnt.
3. Druk op [F2 (CATEG)]. Het CATEGORY venster verschijnt. fig.CategoryList
4. Gebruik PAD [0]-[9] om de categorie groep te selecteren. 5. Druk op
om de gewenste categorie te selecteren.
6. Gebruik de Waarde draaischijf, [INC] [DEC] of een Patch te selecteren.
7. Druk op [F6 (SELECT)] of [ENTER] om uw selectie te bevestigen.
U kunt in het CATEGORY venster komen komen door op [CATEGORY] in het PATCH PLAY venster te drukken .
32
om
Groep [PAD] — PIANO [0] ORG/ KBD [1]
GUITAR [2] BASS [3] STR/ ORCH [4] WIND/ BRASS [5]
WORLD [6]
PAD/ VOX [7] SYNTH [8]
DRUM [9]
In Patch modus spelen
Het keyboard in eenheden van één octaaf transponeren (Octave Shift)
Het keyboard transponeren in semitonale stappen (Transpose)
De Octave Shift functie transponeert (verplaatst) de toonhoogte van het keyboard in eenheden van 1 octaaf (-3- +3 octaven). Om een bas Part gemakkelijker met uw rechterhand te kunnen spelen, dient u het keyboard met 1 of 2 octaven naar beneden te transponeren.
Transpose wijzigt het keyboard toonhoogte in eenheden van halve tonen.
*
Octave Shift is alleen van toepassing op het keyboard part.
1. In het PATCH PLAY venster dient u op OCTAVE [-] of [+] te drukken om de hoeveelheid verplaatsing in te stellen (-3+3). De knop zal oplichten als dit is ingesteld. • Iedere keer, wanneer u op OCTAVE [+] drukt, zal de hoeveelheid verplaatsing veranderen in de volgorde +1, +2 en +3. Iedere keer, wanneer u op OCTAVE [-] drukt, zal de hoeveelheid verplaatsing veranderen in de volgorde -1, -2 en -3.
Deze functie is handig, wanneer u getransponeerde instrumenten, zoals een trompet of klarinet, bespeelt aan de hand van bladmuziek. *
Transpose is alleen van toepassing op het keyboard part.
1. In het PATCH PLAY venster dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op OCTAVE [-] of [+] te drukken om de Transpose instelling (G-F#: -5- +6 halve tonen) aan te passen. • Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op beide knoppen tegelijk drukt, zal de hoeveelheid verplaatsing nul zijn. fig.Transpose
• Als u beide knoppen gelijktijdig indrukt, zal de hoeveelheid verplaatsing nul zijn. fig.OctaveShift
Er is één enkele Transpose instelling (Setup parameter) voor de hele Fantom-Xa. De veranderde instelling zal onthouden worden, zelfs als u van Performances of Patches wisselt. Er is één Octave Shift instelling (Setup parameter) voor de hele Fantom-Xa. De veranderde instelling wordt onthouden, zelfs als u van Performances of Patches wisselt.
De tonen selecteren die zullen klinken (Tone on/off) Omdat een Patch een combinatie is van maximaal vier tonen, kunt u (enkele van de vier) ongewenste tonen uitzetten en alleen het geluid van één specifieke toon overhouden. • Druk op TONE SW [1]-[4] (PART/TRACK [1]-[4]) in het PATCH PLAY venster om elke toon aan/uit te zetten. *
Als u slechts één of twee geluiden in een Patch wilt laten klinken, moet u de andere geluiden uitzetten en die instelling in een Patch opslaan. Dit voorkomt onnodig gebruik van de gelijktijdige stemmen van de Fantom-Xa.
33
In Patch modus spelen
ritme set, kunt een een grote variatie aan percussie-instrumenten spelen.
Enkele noten spelen (Monofonisch) Wanneer u een Patch gebruikt voor een van nature monofonisch instrument, zoals een sax of een fluit, is het doeltreffend om in mono te spelen.
1. Druk op [PATCH EDIT] in het PATCH PLAY venster. 2. Druk op [F1 (COMMON)] en dan op [F4 (CTRL)]. 3. Druk op
om de cursor naar “Mono/Poly” te
verplaatsen.
4. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om “MONO” te selecteren. Nu kunt u in mono modus spelen.
Als u “Mono/Poly” toekent als een functie, die geregeld dient te worden door de toewijsbare schakelaars ([ ]/[ ]), kunt u gemakkelijk switchen tussen mono/poly door op een knop te drukken (p.84).
Soepele toonhoogte veranderingen creëren (Portamento)
De parameter selecteren, die bestuurd wordt door de Realtime Controllers of de D Beam controller (Control setting) De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om de parameters toe te wijzen, die beïnvloed zullen worden, wanneer u de realtime control knoppen, toewijsbare schakelaars , D Beam, Pitch bend of modulation schuif gebruikt. Dit geeft u de mogelijkheid om het geluid op verschillende manieren aan te passen door gebruik te maken van de controllers.
De Part specificeren die beïnvloed zal worden door de Controller U kunt aangeven of gebruik van de controller invloed zal hebben op het geluid, dat toegekend is aan het keyboard Part of het geluid, dat toegekend is aan de Pad Part.
1. Druk op [F3 (CONTROL)] en [F3 (PART)] in het PATCH PLAY venster. Het CONTROL SETTING venster verschijnt. fig.ControlPart
Portamento is een effect, waarbij de toonhoogte van de eerstgespeelde noot soepel overvloeit in de noot die daarop volgt. Door portamento toe te passen, als de Mono modus geselecteerd is (zie het voorgaande onderwerp), kunt u Performance effecten, zoals het “slepen” op een viool, nabootsen.
1. Druk op [PATCH EDIT] in het PATCH PLAY venster.
2. Druk op
3. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de part te selecteren.
2. Druk op [F1 (COMMON)] en dan op [F3 (PRTMNT)]. 3. Druk op
om de parameter te selecteren.
om de cursor naar “Portamento Switch”
4. Als u deze instellingen wilt bewaren, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken.
te verplaatsen.
4. Gebruik de Waarde draaischijf of druk op [INC] [DEC] om “ON” te selecteren. Nu kunt u portamento spelen.
*
Wanneer Patch modus geselecteerd is, kunnen controller instellingen niet voor elke afzonderlijke Patch opgeslagen worden. Controller instellingen worden opgeslagen als systeeminstellingen.
5. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het PATCH PLAY Als u “Portamento Switch” toekent als een functie die geregeld dient te worden door de toewijsbare schakelaars ([
]/
[ ]), kunt u een knop gebruiken om portamento gemakkelijk aan/uit te zetten (p.84).
Percussie-instrumenten spelen In Patch modus kunt u percussie-instrumenten van het keyboard en Pad spelen door een ritme set te selecteren. Als de ritme set, die is toegekend aan iedere toets en Pad, afwijkt van de geselecteerde
34
venster. Parameter Bender en Modulation Part Select D Beam Part Select Knob Part Select
Waar de KBD, PAD
Explanation Part geregeld m.b.v.Pitch bend berichten of modulatie berichten Part geregeld m.b.v. de D Beam Part geregeld m.b.v. de realtime control knoppen
Voor details over het toekennen van een parameter aan een controller, dient u Het geluid in real time aanpassen (p. 80) te bekijken.
Een Patch creëren Met de Fantom-Xa heeft u totale controle over een grote verscheidenheid aan instellingen. Ieder item, dat ingesteld kan worden, noemen we een parameter. Wanneer u de waarden van de parameters verandert, bent u aan het bewerken. In dit hoofdstuk komt de werkwijze aan bod, die gebruikt wordt bij het creëren van Patches en worden de functies van de Patch parameters uitgelegd.
4. Druk op [F1(COMMON)]-[F6(LO&OUT)] om de parameter groep te selecteren.
5. Druk op [F1]-[F6] en dan op
om de parameter te selecteren. Sommige parameters kunnen afzonderlijk voor iedere toon ingesteld worden. Om de toon te selecteren, die u wilt bewerken, dient u op TONE
Vier tips voor het bewerken van Patches
SELECT [1]-[4] (PART/TRACK [5]-[8]) of
te drukken.
fig.WavePitch
Selecteer een Patch die ongeveer hetzelfde klinkt als het geluid dat u wilt creëren (p.30). Het is moeilijk om een nieuw geluid te creëren dat precies is, zoals u in gedachten heeft, wanneer u alleen een Patch selecteert en de parameters van de Patch willekeurig verandert. Het is logischer om te beginnen met een Patch, waarvan het geluid lijkt op het geluid dat u in gedachten heeft. Beslis welke tonen te horen zullen zijn (p.33). Aangezien een Patch een combinatie is van elke willekeurige vier tonen, zult u moeten luisteren naar hoe de afzonderlijke tonen klinken, voordat u gaat bewerken. Het is ook belangrijk om ongebruikte tonen uit te zetten en te voorkomen dat stemmen verspild worden, wat het aantal gelijktijdige noten die gespeeld kunnen worden onnodig reduceert. Controleer de Structure instelling (p.38). De belangrijke Structure parameter bepaalt hoe de vier tonen gecombineerd worden., voordat u nieuwe tonen selecteert, dient u er zeker van te zijn, dat u begrijpt hoe de op dat moment geselecteerde tonen elkaar beïnvloeden. Effecten uitzetten (p.157). Aangezien u het originele geluid van de Patch zelf kunt horen, wanneer de effecten uitgezet zijn, zult u de resultaten van uw wijzigingen gemakkelijker kunnen horen. In feite kan alleen het veranderen van de effecten instellingen soms al het geluid geven dat u wilt.
Hoe maakt u Patch instellingen 1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster
6. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen.
7. Herhaal stappen 4-6 om elke parameter in te stellen. 8. Druk op [WRITE] om de gemaakte veranderingen op te slaan (p.37). Als u de wijzigingen niet op wilt slaan, dient u op [EXIT] te drukken om naar het PATCH PLAY venster terug te keren. Als u terugkeert naar het PATCH PLAY venster zonder op te slaan, zal een “*” links van de Patch groep worden weergegeven.
Als u de stroomtoevoer uitzet of een ander geluid selecteert, terwijl de display “*” aangeeft, zal een bewerkte Patch verloren gaan.
Bewerken in een grafische display (Zoom Edit) U kunt bewerken, terwijl u een grafische display met de meest frequent gebruikte, parameters bekijkt. Parameter Pitch Envelope TVF TVF Envelope
pag. p. 44 p. 45 p. 46
Parameter TVA Envelope LFO 1/2 Step LFO
pag. p. 48 p. 51 p. 53
1. In het venster voor het bewerken van de weergegeven parameters, dient u op [F6 (ZOOM)] te drukken. Het Zoom Edit venster zal verschijnen. fig.ZoomEdit
te komen.
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en Patch, waarvan u de instellingen wilt bewerken (p.30). *
U kunt de Patches in de GM2 groep niet bewerken.
2. Druk op [F1]-[F5] om de parameter groep te selecteren. 3. Druk op [PATCH EDIT] om in het PATCH EDIT venster te komen.
3. Druk op [CURSOR] om de parameter te selecteren.
fig.PatchEdit
4. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen. U kunt de REALTIME CONTROL knoppen gebruiken om de waarde in te stellen. *
Stel de Structure Type (p.38) en Booster Gain (p.39) parameters in dit venster in.
5. Wanneer u klaar bent met bewerken, dient u op [F6 (EXIT)] te drukken.
35
Een Patch creëren
De REALTIME CONTROL knoppen gebruiken om de waarde te veranderen Als een getal wordt weergegeven voor de naam van de parameter (
1
,
2
,
3
,
4
Patch (Toon) instellingen kopiëren Met deze handeling kopieert u de instellingen van elke gewenste Patch naar de op dat moment geselecteerde Patch.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
), kunt u de REALTIME CONTROL knoppen
(C1-C4) gebruiken om de waarde in te stellen. Als u op de knop rechts van de REALTIME CONTROL knoppen drukt om de indicator te laten branden, zullen de knoppen hun oorspronkelijke functies uitvoeren.
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en de kopieerbestemming van de Patch (p.30).
3. Druk op [PATCH EDIT] om in het PATCH EDIT venster te komen.
fig.06-010
4. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F6 (TONE CPY)]. Het Patch Tone Copy venstertje zal verschijnen. fig.ToneCopy
1
2
3
4
U kunt dezelfde knoppen gebruiken om de waarden in het Zoom Edit venster (p.35) te bewerken.
5. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen en gebruik de Waarde draaischijf of [INC][DEC] om de “Source (copysource)” groep, nummer en toon te selecteren.
Patch instellingen initialiseren “Initialiseren” staat voor het terugbrengen van de instellingen van het op dat moment geselecteerde geluid naar een standaard instelling van waarden. *
De Initialiseer handeling zal alleen invloed hebben op het op dat moment geselecteerde geluid; de geluiden die opgeslagen zijn in het gebruikersgeheugen zullen niet beïnvloed worden. Als u alle instellingen van de Fantom-Xa terug wilt brengen naar de fabrieksinstellingen, dient u een Factory Reset uit te voeren (p.203).
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
*
Door op [F4 (COMPR)] te drukken om een vinkje ( ✔) toe te voegen, kunt u de kopieerbestemming van de Patch controleren (Compare functie).
6. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen en selecteer de “Destination (copy-destination)” toon.
7. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
8. Druk op [F6 (EXEC)] om het kopiëren uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en Patch die u wilt initialiseren (p.30).
3. Druk op [PATCH EDIT] om in het PATCH EDIT venster te komen.
4. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F5 (INIT)]. Een bericht zal om uw bevestiging vragen.
5. Druk op [F6 (EXEC)]. De intialisatie zal uitgevoerd worden. *
Druk op [F5 (Cancel)] om te annuleren.
De Compare functie Voor de Patch Tone Copy en Patch Save handelingen, kunt u de Compare functie gebruiken. Als u de copy-source of writedestination Patch wilt afspelen, dient u op [F4 (COMPR)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen. Nu kunt u de kopieerbron of wegschrijfbestemming van de Patch vanaf het keyboard of Pads spelen. *
De Patch, die proef gespeeld is, waarbij gebruik is gemaakt van de Compare functie, zal een beetje anders klinken dan wanneer het normaal gespeeld wordt.
Patches opslaan die u gecreëerd heeft (Write) Veranderingen die u aanbrengt in geluidsinstellingen zijn tijdelijk en zullen verloren gaan, wanneer u het apparaat uitzet of een ander geluid selecteert. Als u het gewijzigde geluid wilt behouden, moet u
36
Een Patch creëren
het opslaan in de interne USER groep (gebruikersgeheugen) of CARD groep (geheugenkaart).Wanneer u de Patch instellingen bewerkt, zal een “*” verschijnen in het PATCH PLAY venster.
Wanneer u de procedure voor opslaan uitvoert, zal de opgeslagen data verloren gaan.
1. Zorg ervoor dat de Patch die u wilt opslaan geselecteerd is. 2. Druk op [WRITE]. Het WRITE MENU venster zal verschijnen. fig.PatchWrite
3. Druk op [F2(PAT/RHY)]. *
Als alternatief kunt u of gebruiken om “Patch/Rhythm” te selecteren en dan op [ENTER] drukken. Het PATCH NAME venster verschijnt.
fig.PatchName
waveform neemt de eerste stijging en daling van het geluid op. De Fantom-Xa bevat ook vele andere one-shot waveforms, die componenten zijn van andere geluiden. Deze omvatten attack, zoals piano-hammer en gitaar fret geluiden. *
Het is niet mogelijk om de envelope te gebruiken om een one-shot waveform te wijzigen, teneinde een decay te creëren, die langer is dan de originele waveform of om het in een aanhoudend geluid te veranderen.
Loop: Deze waveforms bevatten geluiden met zowel lange decays als aangehouden geluiden. Loop waveforms spelen herhaaldelijk (loopen) het gedeelte van de waveform terug, nadat het geluid een relatief stationaire toestand heeft bereikt. De geloopte waveforms van de Fantom-Xa bevatten ook componenten van andere geluiden, zoals de resonerende trillingen van een piano-snaar en de holle geluiden van blazersinstrumenten. De volgende tekening geeft een voorbeeld van geluid (elektrisch orgel) weer, waarbij one-shot en geloopte waveforms gecombineerd worden. fig.06-005.e
TVA ENV voor geloopte orgel TVA ENV voor one-shot toets waveform (aanhoudend gedeelte) -click waveform (attack gedeelte)
Resultaat TVA ENV verandering
Niveau
+ 4. Wijs een naam toe aan de Patch. Bekijk p. 28 voor details over het toekennen van namen.
5. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster, waarbij u de mogelijkheid heeft om de wegschrijfbestemming van de Patch te selecteren, zal verschijnen.
6. Gebruik de Waarde draaischijf, [INC] [DEC] of
en [F1(USER)] [F2(CARD)] om de wegschrijfbestemming van de Patch en het Patch nummer te selecteren.
*
Door op [F4 (COMPR)] te drukken om een vinkje ( ✔) toe te voegen, kunt u de wegschrijfbestemming van de Patch controleren (Compare functie).
Note off
Tijd
= Note off
Tips voor het gebruik van een waveform van een akoestisch instrument Bij veel akoestische instrumenten, zoals piano en sax, doen zich extreme timbrale veranderingen voor gedurende de eerste momenten van elke noot. Deze eerste attack is wat het karakter van het instrument definieert. Voor dergelijke waveforms is het het beste om de complexe tonale veranderingen van het attack gedeelte van de waveform te gebruiken en de envelope slechts te gebruiken om het decay gedeelte aan te passen. fig.06-006.e
Niveau
7. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
Geloopt gedeelte Met de wave opgeslagen toonverandering
8. Druk op [F6 (EXEC)] om het opslaan uit te voeren. *
Tijd
Druk op [F5(CANCEL)] om de handeling te annuleren. Envelope voor het TVF filter
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl data wordt opgeslagen.
One-shot waveform en loop waveform
Resultaat toonverandering
De interne waveforms van de Fantom-Xa vallen uiteen in de volgende twee groepen: One-shot: Deze waveforms bevatten geluiden met korte decays. Een one-shot
37
Een Patch creëren
Functies van Patch parameters Veranderen hoe een toon klinkt (Structuur) Parameter Struct 1 & 2, 3 & 4 (Structure Type)
Waarde TYPE 01–TYPE 10
TYPE 1
Uitleg Bepaalt hoe toon 1 en 2 of toon 3 en 4 verbonden zijn. De volgende 10 verschillende Types combinaties zijn beschikbaar. TYPE 2
TONE 1 (3)
WG
TVF
TVA
TONE 1 (3)
WG
TONE 2 (4)
WG
TVF
TVA
TONE 2 (4)
WG
Met dit type zijn tonen 1 en 2 (of 3 en 4) onafhankelijk. Gebruik dit type, wanneer u PCM geluiden wilt behouden of geluiden wilt creëren en combineren voor iedere toon. TYPE 3 TONE 1 (3)
TVF
TYPE 4 WG
TVA
TONE 1 (3)
TVF
WG
TVA
WG
TVF
TVA
TYPE 5
TONE 2 (4)
WG
TVF
TYPE 6 WG
TVA
TONE 1 (3)
TVF
WG
TVA
TVF R
WG
TVF
TVA
Dit type gebruikt een ring modulator om nieuwe boventonen te creëren en combineert de twee filters. De toon 1 (3) TVA zal de volumebalans van de twee tonen regelen, waarbij de diepte van de ring mudulator aangepast wordt.
TYPE 7 TONE 1 (3)
TONE 2 (4)
WG
TVF
TYPE 8 WG
TVF
TONE 1 (3)
TVA
WG
TVF
TVA R
WG
TVF
TVA
Dit type past een filter toe op toon 1 (3) en moduleert het met toon 2 (4) om nieuwe boventonen te creëren.
TYPE 9 TONE 1 (3)
TONE 2 (4)
WG
TVF
TYPE 10 WG
TVF
TVA
WG
TONE 1 (3)
WG
TONE 2 (4)
WG
TVF
TVF
TVA R
TVA
Dit type trekt het gefilterde geluid van elke toon door een ring modulator om nieuwe boventonen te creëren. De toon 1 (3) TVA zal de volumebalans van de twee tonen regelen, waarbij de diepte van de ring modulator aangepast wordt.
38
TVA
Dit type zendt de gefilterde toon 1 (3) en toon 2 (4) door een ring modulator en mixt dan het geluid van toon 2 (4) in en past een filter toe op het resultaat.
R TONE 2 (4)
TVA
Dit type gebruikt een ring modulator om nieuwe boventonen te creëren en mixt bovendien het geluid in van toon 2 (4) en stapelt de twee filters op. Aangezien het gemoduleerde geluid met toon 2 (4) gemixt kan worden, kan toon 1 (3) TVA de hoeveelheid van het gemoduleerde geluid aanpassen.
R TONE 2 (4)
TVA
Dit type past een booster toe om de waveform te vervormen en combineert dan de twee filters. De TVA voor toon 1 (of 3) regelt de volumebalans tussen de twee tonen en past het booster niveau aan.
R TONE 2 (4)
TVF B
Dit type mixt het geluid van toon 1 (3) en toon 2 (4), past een filter toe en past dan een booster toe om de waveform te vervormen.
TONE 1 (3)
TVA
Dit type stapelt de twee filters op elkaar om het karakter van de filters te intensiveren. De TVA voor toon 1 (of 3) regelt de volumebalans tussen de twee tonen.
B TONE 2 (4)
TVF
TVA
TVF
TVA
Dit type trekt het gefilterde geluid van elke toon door een ring modulator om nieuwe boventonen te creëren en mixt ook het geluid van toon 2 (4) in. Aangezien het gemoduleerde geluid met toon 2 (4) gemixt kan worden, kan toon 1 (3) TVA de hoeveelheid van het gemoduleerde geluid aanpassen.
Een Patch creëren
*
Wanneer TYPE 2-10 geselecteerd is en één toon van een paar staat uitgeschakeld, zal de andere toon als TYPE 1 klinken, ongeacht de weergegeven instelling.
*
Als u het keyboard (Keyboard Range, p.42) of het aanslagbereik begrenst (Velocity Range, p.42), hoort u niets. Dit betekent, dat wanneer TYPE 2-10 geselecteerd is en u een keyboard bereik specificeert, waarin één toon van een paar niet klinkt, noten in dat gedeelte door een andere toon, TYPE 1 bijvoorbeeld, zal klinken, ongeacht de weergegeven instelling.
Parameter Booster 1&2, 3&4 (Booster Gain)
Waarde 0, +6, +12, +18
Uitleg Wanneer een Structure Type van TYPE 3 of TYPE 4 geselecteerd is, kunt u de kracht van de booster aanpassen. De booster vergroot het input signaal teneinde het geluid te vervormen. Dit creëert het vervormingseffect, dat vaak gebruikt wordt bij elektrische gitaren. Hogere instellingen zullen meer vervorming produceren.
Booster fig.Boost1.e
De Booster wordt gebruikt om het inkomende signaal te vervormen.
Booster niveau
fig.Boost2.e
Behalve dat u dit kunt gebruiken om vervorming te creëren, kunt u de waveform (WG1) van één van de tonen gebruiken als een LFO die de andere waveform (WG2) naar boven of naar beneden verplaatst om modulatie te creëren die gelijkvormig is aan PWM (pulse width modulation). Deze parameter werkt het beste, wanneer hij samen met de Wave Gain parameter gebruikt wordt (p.43).
Gebruikt WG1 als LFO
WG1
Past de WG1 output aan
TVA
Booster WG2 WG2 Voegt aan WG1 toe Vervormd gebied van de Waveform verandert
Verschuiving in waveform door WG1
Ring Modulator fig.RingMod
Een ring modulator vermenigvuldigt de waveform van twee tonen met elkaar, waardoor vele nieuwe boventonen gecreëerd worden (in harmonische delen) die niet aanwezig waren in beide waveforms. (Behalve, wanneer één van de waveforms een sinus golf is, zullen gelijkmatig verspreide frequentie componenten meestal niet gegenereerd worden.) Aangezien het toonhoogte verschil tussen de twee waveforms de harmonische structuur verandert, zal het resultaat een ongetoonhoogtet metaalachtig geluid zijn. Deze functie is geschikt voor het creëren van metaalachtige geluiden, zoals een bel.
39
Een Patch creëren
Parameter groep [F1(COMMON)] Algemene instellingen voor de hele Patch [F1 (GENERAL)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan d.m.v. gespecificeerde MIDI berichten bestuurd worden (Matrix Control, p.49)) Parameter Patch Category Patch Level Patch Pan Patch Priority
Waarde Refer to p. 32. 0–127 L64–0–63R LAST, LOUDEST
Octave Shift Patch Coarse Tune ★ Patch Fine Tune Stretch Tune Depth
-3– +3 -48– +48 -50– +50 OFF, 1–3
Analog Feel
0–127
Omschrijving Type (categorie) van de Patch Volume van de Patch Linker/rechterpositie van de Patch Hoe noten bestuurd zullen worden, wanneer de maximum polyfonie bereikt is (128 stemmen) LAST: De laatstgespeelde stemmen krijgen prioriteit (Noten worden in volgorde uitgezet, beginnend met de eerstgespeelde noot). LOUDEST: De hardste stemmen krijgen prioriteit (Noten worden uitgezet, beginnend met de stem met het laagste volume). Toonhoogte van het geluid van de Patch (in eenheden van één octaaf) Toonhoogte van het geluid van de Patch (in halve tonen, +/- 4 octaven) Toonhoogte van het geluid van de Patch (in 1-cent stappen; one-cent is 1/100 van een halve toon) ‘Stretched tuning’ (een systeem waarmee akoestische piano’s normaliter gestemd worden, waardoor het lagere bereik lager en het hogere bereik hoger wordt dan de mathematische stemverhouding anders voor zou schrijven) OFF: Gelijke temperatuur 1-3: Hogere instellingen zullen het grotere verschil in de toonhoogte van het lage en hoge bereik produceren. Diepte van 1/f modulatie (een plezierig en natuurlijk overkomende modulatie verhouding, die klinkt als een kabbelend beekje of ruisende wind). * U kunt het karakter van natuurlijke instabiliteit van een analoge synthesizer nabootsen door deze “1/f modulatie” toe te voegen.
Stretched Tuning fig.06-011.e
Toonhoogte verschil van gelijke temperatuur
Parameter waarde 3 2 1
OFF
OFF
1 2 3 Hoge noten bereik
Lage noten bereik
[F2 (MODIFY)] Deze waarden worden aan de parameter waarden van elke toon toegevoegd. Parameter Cutoff Offset Resonance Offset Attack Time Offset Release Time Offset Velocity Sens Offset
40
Waarde -63– +63 -63– +63 -63– +63 -63– +63 -63– +63
Omschrijving Cutoff Frequency (p. 45) Resonance (p. 45) F-Env Time 1, A-Env Time 1 (p. 46, p. 48) F-Env Time 4, A-Env Time 4 (p. 46, p. 48) Cutoff V-Sens, Level V-Sens (p. 46, p. 47)
Een Patch creëren
[F3 (PORTMNT)] Portamento is een effect, waarbij de toonhoogte soepel verandert van de eerstgespeelde en de daarop volgende gespeelde toets. Parameter Portamento Switch Portamento Mode
Waarde OFF, ON NORMAL, LEGATO
Portamento Type
RATE, TIME
Portamento Start
PITCH, NOTE
Portamento Time
0–127
Uitleg Specificeert of het portamento effect toegepast zal worden (ON) of niet (OFF). NORMAL: Portamento zal altijd toegepast worden. LEGATO: Portamento zal alleen toegepast worden, wanneer u legato speelt. RATE: De tijdsduur zal afhangen van de afstand tussen de twee toonhoogtes. TIME: De tijdsduur zal constant zijn, onafhankelijk van hoe ver de toonhoogte van de noten uit elkaar liggen. PITCH: Begint een nieuwe portamento, wanneer een andere toets ingedrukt wordt, terwijl de toonhoogte verandert. NOTE: Portamento zal opnieuw beginnen bij de toonhoogte waar de huidige verandering zou stoppen. Specificeert de tijd waarin de toonhoogte zal veranderen.
fig.PortaStart.e
Portamento Start: PITCH
Portamento Start: NOTE
Toonhoogte
Toonhoogte
C5
C5
D4 C4
D4 C4 Tijd
Tijd
druk op toets D4 druk op toets C5 druk op toets C4
druk op toets D4 druk op toets C5 druk op toets C4
[F4 (CTRL)] Parameter Mono/Poly
Waarde MONO, POLY
Legato Switch
OFF, ON
Legato Retrigger
OFF, ON
Pitch Bend Range Up
0– +48
Pitch Bend Range Down
-48–0
Uitleg MONO: Alleen de laatstgespeelde noot zal te horen zijn. Deze instelling is effectief, wanneer u een solo instrument Patch, zoals een sax of fluit speelt. POLY: Twee of meer geluiden kunnen gelijktijdig gespeeld worden. ON: Op een toets drukken, terwijl u ook op de voorgaande toets blijft drukken, heeft tot gevolg dat de noot van toonhoogte verandert in de toonhoogte van de meest recent ingedrukte toets, en blijft klinken. Dit is effectief, wanneer u de hammering-on en pulling-off technieken die gebruikt worden door gitaristen, wilt nabootsen. * Legato schakeling is alleen van toepassing, wanneer de Mono/Poly parameter is ingesteld op “MONO” en de Legato Switch op “ON.” OFF: Wanneer één toets wordt vastgehouden en een andere toets wordt daarna ingedrukt, verandert alleen de toonhoogte zonder dat de attack van de laatste toets gespeeld wordt. Stel dit in op “OFF”, wanneer blaas en snaar frases uitgevoerd worden of, wanneer modulatie met het mono synth keyboard geluid gebruikt wordt. ON: Normaliter laat u deze parameter op “ON” staan. * Legato Retrigger is van toepassing wanneer de Mono/Poly is ingesteld op “MONO” en de Legato Switch staat ingesteld op “ON.” Mate van toonhoogte verandering in halve tonen, wanneer de Pitch Bend hendel helemaal naar rechts staat. Mate van toonhoogte verandering in halve tonen, wanneer de Pitch Bend hendel helemaal naar links staat.
41
Een Patch creëren
[F5 (KEY RNG)] (TMT KEY RANGE) U kunt het noot nummer gebruiken om de manier, waarop de Toon gespeeld wordt, te regelen. fig.TMT-K.e
Niveau
De toon die klinkt in het lagere gebied
De toon die klinkt in het hogere gebied
Toonhoogte
Key Fade lager Toonbereik lager
Parameter Key Fade Lower
Waarde 0–127
Key Range Lower Key Range Upper Key Fade Upper
C - –(Upper) (Lower)–G9 0–127
Key Fade hoger Toonbereik hoger
Uitleg Bepaalt wat er zal gebeuren met het toonniveau, wanneer een noot gespeeld wordt die lager is dan de Key Range Lower. Als u de toon helemaal niet wilt laten klinken, dient u deze parameter op “0” in te stellen. Specificeert de laagste noot waarvoor de toon zal klinken voor elke toon. Specificeert de hoogste noot waarvoor de toon zal klinken voor elke toon. Bepaalt wat er zal gebeuren met het toonniveau, wanneer een noot gespeeld wordt die hoger is dan de Key Range Upper. Als u de toon helemaal niet wilt laten klinken, dient u u deze parameter op “0” in te stellen.
[F6 (VEL RNG)] (TMT VELO RANGE) U kunt de kracht instellen waarmee toetsen gespeeld worden om de manier waarop de Toon gespeeld wordt, te regelen. fig.TMT-V.e
Niveau
De toon die klinkt wanneer u zachtjes speelt
De toon die klinkt wanneer u krachtig speelt
Aanslag
Velo Fade lager Velo Range lager
Parameter Tone Mix Velo Control
Waarde OFF, ON, RANDOM, CYCLE
Control Switch Velo Fade Lower
OFF, ON 0–127
Velo Range Lower Velo Range Upper Velo Fade Upper
1–(Upper) (Lower)–127 0–127
Velo Fade hoger Velo Range hoger
Uitleg Bepaalt of een andere toon gespeeld wordt (ON) of niet (OFF), afhankelijk van de kracht, waarmee de toets gespeeld wordt (velocity). RANDOM: De samengestelde tonen van de Patch zullen willekeurig klinken, ongeacht of er Velocity berichten zijn. CYCLE: De samengestelde tonen van de Patch zullen samenhangend klinken, ongeacht of er Velocity berichten zijn. Gebruik de Matrix Control (p.49) om verschillende tonen te laten klinken (ON) of niet (OFF). Bepaalt wat er zal gebeuren met het toonniveau, wanneer een noot krachtiger gespeeld wordt dan de Velo Range Lower. Als u de toon helemaal niet wilt laten klinken, dient u deze parameter in te stellen op “0”. Specificeert de laagste aanslaggevoeligheid, waarin de toon zal klinken. Specificeert de hoogste aanslaggevoeligheid, waarin de toon zal klinken. Bepaalt wat er zal gebeuren met het toonniveau, wanneer de toon krachtiger gespeeld wordt dan de Velo Range Upper. Als u de toon helemaal niet wilt laten klinken, dient u deze parameter in te stellen op “0”.
Wanneer u de Matrix Control gebruikt om verschillende tonen te laten spelen, moet u de laagste waarde (Lower) en de hoogste waarde (Upper) van de waarde van het gebruikte MIDI bericht instellen.
In plaats van Velocity te gebruiken, kunt u ook tonen vervangen met behulp van de Matrix Control (p.49). Det aanslaggevoeligheid en de Matrix Control kunnen echter niet gelijktijdig gebruikt worden om verschillende tonen te laten klinken. Wanneer u de Matrix Control gebruikt om geluiden te verwisselen, dient u de Tone Mix Velo Control parameter op “OFF” te zetten.
42
Een Patch creëren
Parameter groep [F2(WG)] Waveforms/Pitch/Pitch envelope veranderen [F1 (WG PRM)] Parameter Wave Group
Waarde
Uitleg
INT, EXP, SAMP, MSAM
Wave Bank Wave No. L (Mono) Wave No. R
PRST, USER, CARD ----, 1–1228
Groep voor de waveform die de basis van de toon gaat vormen INT: Waveforms opgeslagen in het interne geheugen EXP: Waveform opgeslagen in een Wave uitbreidingskaart (SRX serie) geïnstalleerd in EXP gleuven. SMAP: Sample waveforms MSAM: Multisample waveforms Wanneer de wave groep SAMP is: PRST, USER, CARD Wanneer de wave groep MSAM is: USER, CARD
Wave Gain
-6, 0, +6, +12
Wave Tempo Sync
OFF, ON
Basis waveform voor een toon (de bovengrens zal afhangen van de wave groep). Wanneer in mono modus, zal alleen de linkerkant (L) gespecificeerd worden. Wanneer in stereo zal ook de rechterkant (R) gespecificeerd worden. Als u een linker/rechter paar Waves wilt selecteren, dient u het linker (L) Wave nummer te selecteren en dan [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F4 (STEREO)] te drukken om een vinkje toe te voegen. De rechter (R) Wave zal opgeroepen worden. * Wanneer u een multisample in stereo gebruikt, dient u hetzelfde nummer voor L en R te specificeren. Toename (versterking) van de waveform De waarde verandert in stappen van 6 dB (decibel)- een toename van 6 dB verdubbelt de toename van de waveform. * Als u van plan bent om de Booster te gebruiken om het geluid van de waveform te vervormen, dient u deze parameter op zijn maximale waarde te zetten (p.39). Wanneer u een Phrase Loop met de klok (het tempo) wilt synchroniseren, dient u dit op “ON” te zetten. * Dit geldt alleen wanneer een apart verkrijgbare Wave Expansion board is geinstalleerd en een waveform die een tempo (BPM) aangeeft geselecteerd is als de samplevoor de toon. Als een waveform van een Wave Expansion board geselecteerd is voor de toon, zal de Wave Tempo Sync parameter op “ON” zetten tot gevolg hebben dat pitch-gerelateerde instellingen (p.44) en FXM-gerelateerde instellingen (p.43) genegeerd worden. • Als een sample voor een toon geselecteerd is , dient u eerst de BPM (tempo) parameter van de sample in te stellen. • Als een sample voor een toon geselecteerd is, zal Wave Tempo Sync twee keer het normale aantal stemmen nodig hebben. • Wanneer deze parameter op “ON” staat, dient u de Tone Delay parameter (p.51) op “0” te zetten.
Phrase Loop
Realtime Time Stretch
Phrase Loop refereert aan het herhaaldelijk terugspelen van een frase, die uit een song gehaald is (bijvoorbeeld met behulp van een sampler). Eén techniek die het gebruik van Phrase Loops met zich meebrengt is de ontlening van een Phrase aan een al bestaande song in een bepaald genre, bijvoorbeeld dance muziek, en daarmee dan een nieuwe song creëren met die Phrase als basismotief. Dit is ook bekend als “Break Beats.”
Als de wave groep “SAMP” of “MSAM” is en de Wave Tempo Sync parameter staat op “ON ”, kunt u in de afspeelsnelheid van de waveform variëren zonder de pitch te beïnvloeden. Een parameter gemarkeerd met een “(STAR)” kan bestuurd worden door gebruik te maken van gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49)
Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden door gebruik te maken van gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter FXM Switch FXM Color
Waarde OFF, ON 1–4
FXM Depth ★
0–16
Uitleg Hiermee stelt u in of de FXM gebruikt zal worden (ON) of niet (OFF). Hoe FXM frequentie modulatie uit zal voeren. Hogere instellingen resulteren in een korreliger geluid, terwijl lagere instellingen resulteren in een metaalachtig geluid. De diepte van de modulatie geproduceerd door FXM.
FXM FXM (Frequency Cross Modulation) gebruikt een gespecifieerde waveform om frequentie modulatie toe te passen op de op dat moment geselecteerde waveform, waarbij complexe boventonen gecreëerd worden. Dit is handig voor het creëren van dramatische geluiden of geluidseffecten.
43
Een Patch creëren
[F2 (PITCH)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden door gebruik te maken van gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter Tone Coarse Tune ★ Tone Fine Tune ★ Rand Pitch Depth
Waarde -48– +48 -50– +50 0–1200
Pitch Keyfollow
-200– +200
P-Env V-Sens
-63– +63
P-Env T1 V-Sens
-63– +63
P-Env T4 V-Sens
-63– +63
P-Env Time KF (Time Keyfollow)
-100– +100
Uitleg Toonhoogte van het geluid van de toon (in halve tonen, +/-4 octaven) Toonhoogte van het geluid van de toon (in stappen van 1-cent; one cent is 1/100ste van een halve toon) Breedte van de willekeurige toonhoogte afwijking die zich iedere keer als een toets wordt ingedrukt (in stappen van 1-cent), voor zal doen. Als u niet wilt dat de toonhoogte willekeurig verandert, dient u dit op “0” in te stellen. Hoeveelheid verandering in toonhoogte die voor zal komen, wanneer u een toets één octaaf hoger speelt. Als u wilt dat de toonhoogte met één octaaf omhoog gaat, net, zoals bij een conventioneel keyboard, dient u dit in te stellen op “+100.” Als u wilt dat de toonhoogte met twee octaven omhoog gaat, dient u dit op “+200” in te stellen. Keyboard speeldynamiek kan gebruikt worden om de diepte van de toonhoogte envelope te regelen. Als u wilt dat de toonhoogte envelope meer effect heeft voor krachtig gespeelde noten, dient u deze parameter op een positieve (+) waarde in te stellen. Dit stelt het keyboard dynamiek in staat om de T1 van de Pitch envelope te beïnvloeden. Als u wilt dat de T1 versneld wordt voor krachtig gespeelde noten, dient u deze parameter op een positieve (+) waarde in te stellen. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de snelheid, waarmee de toets wordt losgelaten de T4 waarde van de Pitch envelope beïnvloedt. Als u wilt dat de T4 versneld wordt voor krachtig gespeelde noten, dient u deze parameter op een positieve (+) waarde in te stellen. Gebruik deze instelling als u wilt dat de toonhoogte envelope tijden (T2-T4) beïnvloed worden door de locatie van het keyboard. Gebaseerd op de toonhoogte envelope tijden voor de C4 toets, zullen positieve (+) instellingen ervoor zorgen dat noten hoger dan C4 steeds kortere tijden zullen hebben.
Pitch Keyfollow
Toonhoogte
Pitch Keyfollow
Tijd +200
-100
+100
+50
C1
C2
C3
C4
-200 C6
C5
-50
0
0
-50
+50
-100 C7
Tijd
C1
C2
C3
C4
C5
C6
+100 C7
Toets
[F3 (PCH ENV)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter P-Env Depth
Waarde -12– +12
P-Env Time 1–4 ★
0–127
P-Env Level 0–4
-63– +63
Uitleg Diepte van de Pitch envelope Hogere instellingen zullen ervoor zorgen, dat de toonhoogte envelope een grotere verandering produceert. Negatieve (-) instellingen zullen de vorm van de envelope omkeren. Pitch envelope tijden (T1-T4) Hogere instellingen zullen resulteren in een langere tijd totdat de volgende toonhoogte wordt bereikt. Pitch envelope niveaus (L0-L4) Specificeer hoe de toonhoogte op ieder punt zal veranderen, met betrekking tot de toonhoogte die ingesteld is met behulp van Coarse Tune of Fine Tune.
Pitch Envelope T1
T2
T3
T4
Toonhoogte L0 L1
Note off L2
44
Tijd
L3
Note on
L4
Een Patch creëren
Parameter groep [F3(TVF)] De helderheid van een geluid met een filter veranderen (TVF/TVF envelope) Een filter stimuleert een specifiek frequentie gebied of kapt deze af om de helderheid, dichtheid of andere kwaliteiten van een geluid te veranderen.
[F1 (TVF PRM)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter Filter Type
Waarde OFF, LPF, BPF, HPF, PKG, LPF2, LPF3
Cutoff Frequency ★ Resonance ★
0–127 0–127
Cutoff Keyfollow
-200– +200
Uitleg Type filter OFF: Er wordt geen filter gebruikt. LPF: Low Pass Filter. Dit reduceert het volume van alle frequenties boven de cutoff frequentie, teneinde af te ronden of het geluid minder helder te maken. BPF: Band Pass Filter. Dit laat alleen de frequenties in de regio van de cutoff frequentie over, en laat de rest weg. Dit kan bruikbaar zijn, wanneer u kenmerkende geluiden wilt creëren. HPF: High Pass Filter. Dit snijdt de frequenties in de regio onder de cutoff frequentie eruit. Dit is geschikt voor het creëren van percussie geluiden, waarbij de nadruk op de hogere tonen gelegd wordt. PKG: Peaking Filter. Dit legt de nadruk op de frequenties in de regio van de cutoff frequentie. U kunt dit gebruiken om wah-wah effecten te creëren door een LFO te gebruiken om de cutoff frequntie cyclisch te veranderen. LPF2: Low Pass Filter 2. Hoewel frequentie bestanddelen boven de cutoff frequentie weggesneden zijn, is de gevoeligheid van dit filter de helft van de LPF. Dit filter is goed te gebruiken met nagebootste instrumentgeluiden, zoals de akoestische piano. LPF3: Low Pass Filter 3. Hoewel frequentie bestanddelen boven de cutoff frequentie weggesneden zijn, verandert de gevoeligheid van dit filter afhankelijk van de cutoff frequentie., terwijl dit filter ook geschikt is voor gebruik met nagebootste akoestische instrumentgeluiden, verschilt de nuance, die het vertoont van dat van de LPF2, zelfs met dezelfde TVF Envelope instellingen. * Als u “LPF2” of “LPF3” instelt, zal de instelling voor de Resonance parameter genegeerd worden. Frequentie waarop het filter een effect op de frequentie bestanddelen van de waveform begint te krijgen. Legt de nadruk op het gedeelte van het geluid in de regio van de cutoff frequentie, waarmee karakter aan het geluid wordt toegevoegd. * Extreem hoge instellingen kunnen trillingen produceren, waardoor het geluid vervormd wordt. Gebruik deze parameter als u wilt dat de cutoff frequentie verandert afhankelijk van de ingedrukte toets. Met betrekking tot de cutoff frequentie bij de C4 toets (centrum C), zullen positieve (+) instellingen tot gevolg hebben dat de cutoff frequentie voor noten hoger dan C4 zullen stijgen en negatieve (-) instellingen zullen tot gevolg hebben dat de cutoff frequentie van noten lager dan C4 dalen. Hogere instellingen zullen een grotere verandering veroorzaken. Resonance
LPF
BPF
HPF
PKG
Cutoff frequentie (Octaaf)
Cutoff Keyfollow
Niveau Hoog
+200 Frequentie
parameter waarde
Cutoff frequentie
+100
+2 +50 +1 o
0
-1 -50 -2
C1
C2
C3
C4
C5
-200 C6
-100 C7 Toets
Laag
45
Een Patch creëren
Parameter Cutoff V-Curve
Waarde FIX, 1–7
Uitleg Curve, die bepaalt hoe keyboard speeldynamiek (velocity) de cutoff frequentie zal beïnvloeden. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat de Cutoff frequentie wordt beïnvloed door de aanslaggevoeligheid.
1 Cutoff V-Sens
-63– +63
Resonance V-Sens
-63– +63
F-Env V-Curve
FIX, 1–7
-63– +63
F-Env T1 V-Sens
-63– +63
F-Env T4 V-Sens
-63– +63
3
4
5
6
7
Gebruik deze parameter, wanneer u de cutoff frequentie toepast als resultaat van wijzigingen in aanslag. Als u wilt dat bij krachtig gespeelde noten de cutoff frequentie omhoog gaat, dient u voor deze parameter positieve (+) instellingen te maken. Zo kunt u met de aanslag de hoeveelheid Resonance te veranderen. Als u wilt dat krachtig gespeelde noten een groter Resonance effect hebben, moet u voor deze parameter positieve (+) instellingen maken. Curve, die bepaalt hoe de aanslag de TVF evelope zal beïnvloeden. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat de TVF envelope beïnvloed wordt door de aanslaggevoeligheid.
1 F-Env V-Sens
2
2
3
4
5
6
7
Specificeert op welke manier keyboard speeldynamiek invloed zal hebben op de diepte van de TVF envelope. Positieve(+) instellingen zullen tot gevolg hebben dat de TVF envelope een groter effect heeft op krachtig gespeelde noten en negatieve(-) instellingen zullen tot gevolg hebben dat het effect minder is. Dit staat het keyboard dynamiek toe om invloed uit te oefenen op de T1 van de TVF envelope. Als u wilt dat T1 versneld wordt voor krachtig gespeeld noten, dient u deze parameter een positieve(+) waarde te geven. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de snelheid, waarmee de toets losgelaten wordt, de T4 waarde van de TVF envelope beïnvloedt. Als u wilt dat T4 voor snel losgelaten noten versneld wordt, dient u deze parameter een positieve(+) waarde te geven.
[F2 (TVF ENV)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan geregeld worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter F-Env Depth
Waarde -63– +63
F-Env Time KF (Time Keyfollow)
-100– +100
F-Env Time 1–4 ★
0–127
F-Env Level 0–4
0–127
Uitleg De diepte van de TVF envelope. Grotere instellingen zullen ervoor zorgen, dat de TVF envelope een grotere verandering zal produceren. Negatieve(-) instellingen zullen de vorm van de envelope omkeren. Gebruik deze instelling als u wilt dat de TVF envelope tijden (T2-T4) door de locatie van het keyboard beïnvloed zullen worden. Gebaseerd op de TVF envelope tijden voor de C4 toets (centrum C), zullen positieve (+) instellingen ervoor zorgen, dat noten hoger dan C4 steeds kortere tijden zullen hebben. TVF envelope tijden (T1-T4) Hogere instellingen zullen de tijd die het duurt, voordat het volgende cutoff frequentie niveau is bereikt, verlengen. TVF envelope niveaus (L0-L4) Specificeer hoe de cutoff frequentie op elk punt zal veranderen met betrekking tot de Cutoff Frequeny waarde.
T1
Pitch Keyfollow
Tijd
TVF Envelope T2
T3
-100
T4
-50
Cutoff Frequentie
0
L0 L1 Note on
L2
L3
L4
Tijd +50
Note off
C1
46
C2
C3
C4
C5
C6
+100 C7
Toets
Een Patch creëren
Parameter groep (F4(TVA)] Het volume aanpassen (TVA/TVA Envelope) [F1 (TVA PRM)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter Tone Level ★
Waarde 0–127
Level V-Curve
FIX, 1–7
Uitleg Volume van de toon. Deze instelling is met name handig voor het aanpassen van de volumebalans tussen tonen. Curve die bepaalt hoe het keyboard speeldynamiek (velocity) het volume zal beïnvloeden. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat het volume van de toon beïnvloed wordt door de aanslaggevoeligheid.
1 Level V-Sens
Bias Bias Level
Bias Position Bias Direction
2
3
5
6
7
-63– +63
Stel dit in, wanneer u wilt dat het volume van de toon verandert afhankelijk van keyboard speeldynamiek. Stel dit in op een (+) positieve waarde om veranderingen in toonvolume te vergroten, wanneer u de toetsen krachtiger bespeelt; om de toon zachter te laten spelen, terwijl u harder speelt, dient u dit op een negatieve (-) in te stellen. Bias veroorzaakt dat het volume door het keyboard positie beïnvloed wordt. U kunt dit gebruiken om het volume te veranderen met behulp van het keyboard positie (toonhoogte), wanneer u akoestische instrumenten bespeelt. -100– Hoek van de volume verandering die zich voor zal doen in de geselecteerde Bias Direction. +100 Grotere instellingen zullen een grotere verandering produceren. Negatieve (-) waarden zullen de richting van de verandering omkeren. C - –G9 Toets waarvan het volume gewijzigd zal worden. LWR, Richting waarin verandering zal voorkomen, beginnend bij de Bias Position. UPR, LWR: Het volume zal voor het keyboard gebied onder het Bias punt gewijzigd worden. L&U, UPR: Het volume zal voor het keyboard gebied boven de Bias punt gewijzigd worden. ALL L&U: Het volume zal symmetrisch in de richting van de linker- en rechterkant van de Bias punt gewijzigd worden. ALL: Het volume verandert lineair met het Bias punt bij het centrum.
LWR + Niveau
UPR Niveau
0 –
Bias positie
Waarde L64–0–63R -100– +100
G9
+
L&U + Niveau
+
0
0
0
–
Toets
C-1
Parameter Tone Pan ★ Pan Keyfollow
4
C-1
Bias positie
Toets G9
– C-1
–
Bias positie
ALL Niveau
– 0 +
Toets G9
C-1
+ 0 –
Bias positie
Toets G9
Uitleg Linker-/rechterpositie van de toon Gebruik deze parameter als u wilt dat de positie van de toets de panning zal beïnvloeden. Positieve (+)waarden zullen tot gevolg hebben dat noten hoger dan de C4 toets (centrum C) steeds verder naar rechts gepand worden en negatieve (-) waarden zullen ervoor zorgen dat noten hoger dan de C4 toets (centrum C) naar links gepand worden. Grotere instellingen zullen een grotere verandering produceren.
Pan Keyfollow
Pan
+100
R
+50
0
o
-50
-100
L C1
C2
C3
C4
C5
C6
C7
Toets
47
Een Patch creëren
Parameter Random Pan Depth
Waarde 0–63
Alter Pan Depth
L63–0–63R
Uitleg Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de stereo locatie elke keer als u op een toets drukt, willekeurig verandert. Grotere instellingen zullen grotere veranderingen tot gevolg hebben. Deze instelling veroorzaakt dat de panning elke keer, wanneer op een toets gedrukt wordt, afgewisseld wordt tussen links en rechts. Grotere instellingen zullen grotere veranderingen tot gevolg hebben. “L” of “R” instellingen zullen de volgorde waarin de pan zal afwisselen tussen links en rechts omkeren. Wanneer twee tonen bijvoorbeeld respectievelijk ingesteld zijn op “L” en “R”, dan zal de panning van de tonen iedere keer afwisselen als ze gespeeld worden. * Wanneer een waarde van Type “2”-“10” geselecteerd is voor de Structure parameter in de Pan KF, Rnd Pan Depth, Alter Pan Depth parameter instellingen, zal de output van tonen 1 en 2 samengevoegd worden in toon 2 en de output van tonen 3 en 4 worden samengevoegd in toon 4. Om deze reden zal toon 1 de instellingen van toon 2, en toon 3 de instellingen van toon 4 volgen (p.38).
[F2 (TVA ENV)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan bestuurd worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter A-Env T1 V-Sens
Waarde -63– +63
A-Env T4 V-Sens
-63– +63
A-Env Time KF (Time Keyfollow)
-100– +100
A-Env Time 1–4 ★
0–127
A-Env Level 1–3
0–127
Uitleg Dit geeft keyboard dynamiek de mogelijkheid om de T1 van de TVA envelope te beïnvloeden. Als u wilt dat Time 1 voor krachtig gespeelde noten versneld wordt, dient u een positieve(+) waarde voor de parameter in te stellen. Als u wilt dat dit langzamer wordt, stelt u een negatieve (-) waarde in. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de snelheid waarmee een toets losgelaten wordt de T4 waarde van de TVA envelope regelt. Als u wilt dat T4 versneld wordt voor snel losgelaten noten, dient u een positieve(+) waarde voor de parameter in te stellen. Als u wilt dat dit vertraagd wordt, stelt u een negatieve(-) waarde in. Gebruik deze instelling als u wilt dat de TVA envelope times (T2-T4) beïnvloed worden door het keyboard locatie. Gebaseerd op de TVA envelope times voor de C4 toets (centrum C) zullen positieve (+) waarden tot gevolg hebben dat noten hoger dan C4 steeds kortere tijden hebben en negatieve (-) instellingen zullen resulteren in steeds langere tijden voor deze noten. Grotere instellingen zullen een grotere verandering produceren. TVA envelope times (T1-T4). Hogere instellingen zullen de tijd die het duurt totdat het volgende volume niveau bereikt is, verlengen. TVA envelope levels (T1-T4) Specificeer hoe het volume zal veranderen op ieder punt, overeenkomstig de Tone Level waarde.
TVA Envelope T1 T2
Pitch Keyfollow
Tijd T3
-100
T4
-50
0
Niveau L1 L2 Note on
Tijd
L3
+50
Note off
C1
48
C2
C3
C4
C5
C6
+100 C7
Toets
Een Patch creëren
Parameter groep [F5 (CTRL)] Matrix Control instellingen/Veelzijdige instellingen [F1 (CTRL)]-[F4 (CTRL)] De functie, die u de mogelijkheid geeft MIDI berichten te gebruiken om veranderingen in realtime in de Tone parameters aan te brengen, heet de Matrix Control. Er kunnen maximaal vier Matrix Controls gebruikt worden in één enkele Patch. Om de Matrix Control te gebruiken, dient u te specificeren welk MIDI bericht (CTRL Source parameter) gebruikt zal worden om te regelen welke parameter (CTRL Destination parameter) gebruikt zal worden en de hoogte (CTRL Sens parameter) en de toon, waarop het effect wordt toegepast (CTRL Switch parameter). Parameter CTRL 1–4 Source
Waarde OFF, CC01–31, 33– 95, PITCH BEND, AFTERTOUCH, SYS CTRL1–4, VELOCITY, KEY FOLLOW, TEMPO, LFO1, LFO2, PITCH ENV, TVF ENV, TVA ENV
Uitleg MIDI boodschappen in die gebruikt zijn om de Tone parameter m.b.v. de Matrix Control te veranderen. OFF: Matrix Control zal niet gebruikt worden. CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 PITCH BEND: Pitch Bend AFTERTOUCH: Aftertouch SYS CTRL 1-4: MIDI berichten gebruikt als gewone matrix controls. VELOCITY: Kracht waarmee u een toets indrukt KEY FOLLOW: Keyboard positie met C4 als 0 TEMPO: Het gespecificeerde tempo (sequencer tempo) van het tempo van een externe MIDI sequencer. LFO1: LFO1 LFO2: LFO2 PITCH ENV: Pitch envelope TVF ENV: TVF envelope TVA ENV: TVA envelope
Velocity en Key follow corresponderen met Note berichten.
Hoewel er geen MIDI berichten voor LFO 1 via TVA envelope zijn, kunnen ze gebruikt worden als Matrix Control. In dit geval kunt u de tooninstellingen in realtime veranderen door het spelen van Patches. • Als u gewone controllers wilt gebruiken voor de gehele Fantom-Xa, dient u “SYS CTRL1”-“SYS CTRL4” te selecteren. MIDI berichten gebruikt als System Control 1-4 zijn ingesteld met behulp van de System Ctrl 1-4 Source parameters (p.196).
Er zijn parameters die bepalen of Pitch Bend, Controller nummer 11 (Expression) en Controller nummer 64 (Hold 1) ontvangen worden of niet (p.51). Wanneer deze instellingen op “ON” staan en de MIDI berichten ontvangen worden, dan zullen, wanneer enige verandering aangebracht wordt in de instellingen van de gewenste parameter, de Pitch Bend, Expression en Hold 1 instellingen ook gelijktijdig veranderen. Als u alleen de gewenste parameters wilt veranderen, dient u deze op “OFF” in te stellen. • Er zijn parameters, die u de mogelijkheid geven om te specificeren of specifieke MIDI berichten voor elk kanaal ontvangen worden in een Performance (p.79). Wanneer een Patch met Matrix Control instellingen is toegewezen aan een Part, dient u te bevestigen dat de MIDI berichten gebruikt voor de Matrix Control ontvangen zullen worden. Als de Fantom-Xa zodanig is ingesteld dat ontvangst van MIDI berichten niet mogelijk is, zal de Matrix Control niet functioneren. Parameter CTRL 1–4 Destination 1–4
Waarde OFF, PITCH, CUTOFF, RESONANCE, LEVEL, PAN, OUTPUT LEVEL, CHORUS SEND, REVERB SEND, LFO1/2 PITCH DEPTH, LFO1/2 TVF DEPTH, LFO1/2 TVA DEPTH, LFO1/2 PAN DEPTH, LFO1/2 RATE, PCH ENV A-TIME, PCH ENV D-TIME, PCH ENV R-TIME, TVF ENV A-TIME, TVF ENV D-TIME, TVF ENV R-TIME, TVA ENV A-TIME, TVA ENV D-TIME, TVA ENV R-TIME, TMT, FXM DEPTH, MFX CTRL1–4, TIME
Uitleg Toon parameter, die bestuurd moet worden, wanneer de Matrix Control gebruikt wordt. Er kunnen maximaal vier parameters voor iedere Matrix Control gespecificeerd worden en gelijktijdig bestuurd worden. * In deze handleiding worden parameters, die door de Matrix Control bestuurd kunnen worden aangemerkt met een “★”.
49
Een Patch creëren
Parameter CTRL 1–4 Sens 1–4
Waarde -63– +63
CTRL 1–4 Switch 1–4
OFF, ON, REVS
Uitleg Hoeveelheid van het Matrix control effect dat is toegepast Als u de geselecteerde parameter in een positieve (+) richting wilt laten afwijken- d.w.z. een hogere waarde, naar rechts of sneller etc.- van zijn huidige instelling, dient u een positieve (+) waarde in te stellen. Als u de geselecteerde parameter in een negatieve (-) richting wilt laten afwijken- d.w.z. een lagere waarde, naar links of langzamer etc.- van zijn huidige instelling, dient u een negatieve (-) waarde te selecteren. Voor zowel positieve (+) als negatieve (-) instellingen zullen grotere absolute waarden grotere hoeveelheden verandering tot gevolg hebben. Stel dit in op “0” als u het effect niet toe wilt passen. Toon waarop het effect wordt toegepast, wanneer u de Matrix Control gebruikt OFF: Het effect zal niet worden toegepast. ON: Het effect zal toegepast worden. REVS: Het effect zal omgekeerd toegepast worden.
[F5 (MISC)] Tone Delay Dit produceert een tijdsvertraging tussen het moment dat een toets is ingedrukt (of losgelaten) en het moment dat de toon echt begint te klinken. U kunt ook instellingen maken waarbij de timing waarop elke toon klinkt verplaatst. Dit verschilt van de Delay in de interne effecten, in die zin dat u met het veranderen van de geluidskwaliteiten van de vertraagde tonen en het veranderen van de toonhoogte voor iedere toon, ook arpeggio-achtige frases kunt uitvoeren door slechts op één toets te drukken. U kunt de de delay tijd van de klank ook synchroniseren met het tempo van de sequencer. *
Als u de Tone Delay niet gaat gebruiken, dient u de Delay Mode parameter in te stellen op “NORM” en de Delay Time parameter op “0.”
*
Als de Structure parameters ingesteld staan in het gebied van “2”-“10”, zal de output van tonen 1 en 2 gecombineerd worden in toon 2 en de output van tonen 3 en 4 gecombineerd worden in toon 4. Om deze reden zal toon 1 de instellingen van toon 2 volgen en toon 3 de instellingen van toon 4 (p.38).
Parameter Tone Delay Mode
Waarde NORM, HOLD, OFFN, OFFD
Tone Delay Time
0-127, Note
Uitleg Type toonvertraging (Delay) NORM: De toon begint te spelen nadat de tijd die gespecificeerd is in de Delay Time parameter verstreken is. HOLD: Hoewel de toon begint te spelen nadat de tijd gespecificeerd in de Delay Time parameter verstreken is, is het zo dat als de toets losgelaten wordt, voordat de tijd gespecificeerd in de Delay Time parameter verstreken is, de toon niet gespeeld wordt. OFF-N: Eerder dan te worden gespeeld, wanneer de toets is ingedrukt, zal de toon beginnen te spelen op het moment dat de tijd die gespecificeerd is in de Delay Time parameter verstreken is na het loslaten van de toets. Dit is effectief in situaties waarin geluiden van gitaren en andere instrumenten nagebootst worden. OFF-D: Eerder dan gespeeld te worden, wanneer de toets is ingedrukt, zal de toon beginnen te spelen op het moment dat de tijd die gespecificeerd is in de Delay Time parameter verstreken is na het loslaten van de toets. Hier beginnen veranderingen echter in de TVA Envelope, wanneer de toets is ingedrukt, wat in veel gevallen betekent dat alleen het geluid van het release gedeelte van de envelope gehoord wordt. * Als u een waveform met een decay heeft geselecteerd (d.w.z. een geluid dat op een natuurlijke wijze uitsterft, zelfs wanneer u de toets vast blijft houden), kan het selecteren van “OFF-N” of “OFF-D” tot gevolg hebben dat het geluid helemaal niet te horen is. De tijd van het moment dat de toets is ingedrukt (of als de Delay Mode parameter is ingesteld op “OFF-N” of “OFF-D”, de tijd vanaf het moment dat de toets is losgelaten) tot, wanneer de toon zal klinken. Tone Delay Time specificeert de lengte van de beat voor het gesynchroniseerde tempo, wanneer het tempo dat de verstreken tijd specificeert tot de toon te horen is (Patch Tempo), gesynchroniseerd wordt met het tempo ingesteld in een sequencer.
fig.ToneDly1.e
Tone Delay Mode: NORM
Tone Delay Mode: HOLD
Tone Delay Mode: OFFN
Tone Delay Mode: OFFD Delay tijd
Geen Tone Delay
Delay tijd Delay tijd
Note on
50
Note off
Delay tijd
Note on
Note off
Geen geluid gespeeld
Note on
Note off
Note on
Note off
Een Patch creëren
Parameter Tone Env Mode
Waarde NSUS, SUST
Rx Bender Rx Expression Rx Hold-1
OFF, ON OFF, ON OFF, ON
Rx Pan Mode
CONT, K-ON
Redamper Sw
OFF, ON
Uitleg Wanneer een loop waveform (p.37) is geselecteerd, zal het geluid normaliter voortduren zolang de toets ingedrukt is. Als u wilt dat het geluid natuurlijk uitsterft zelfs, wanneer u de toets ingedrukt blijft houden, dient u dit in te stellen op “NSUS.” * Zelfs als een one-shot type Wave (p.37) geselecteerd is, zal het niet aanhouden, zelfs wanneer de parameter staat ingesteld op “SUST.” Specificeer voor iedere toon of MIDI Pitch Bend berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). Specificeer voor iedere toon of MIDI Expression berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). Specificeer voor iedere toon of MIDI Hold-1 berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). * Als “NSUS” geselecteerd is voor Env Mode Parameter, zal deze instelling geen effect hebben. Specificeer hoe pan berichten ontvangen zullen worden voor iedere toon. CONT: Wanneer pan berichten ontvangen worden, zal de stereo positie van de toon veranderd worden. K-ON: De pan van de toon zal alleen veranderd worden, wanneer de volgende toon gespeeld wordt. Als een pan berichten ontvangen is, terwijl een noot klinkt, zal de panning niet veranderen totdat de volgende toets is ingedrukt. * De kanalen kunnen niet zodanig ingesteld worden, zodat ze geen Pan berichten kunnen ontvangen. U kunt op individuele toonbasis specificeren of het geluid wel of niet zal worden aangehouden, wanneer een Hold 1 bericht ontvangen is nadat een toets is losgelaten, maar, voordat het geluid uitgedoofd is. Als u wilt dat de toon aanhoudt, dient u dit op “ON” in te stellen. Wanneer u deze functie gebruikt, dient u de Rx-Hold-1 parameter op “ON” in te stellen. Deze functie is bruikbaar voor pianogeluiden.
Parameter groep [F6 (LFO&OUT)] Geluiden/output moduleren Een LFO (Low Frequency Oscillator) veroorzaakt verandering over een cyclus in een geluid. Elke toon heeft twee LFO’s (LFO1/LFO2) en deze kunnen worden gebruikt om de toonhoogte, cutoff frequency en het volume cyclisch te wijzigen om modulatie-achtige effecten te creëren, zoals vibrato, wah en tremolo. Beide LFO’s hebben dezelfde parameters, dus alleen één uitleg volstaat.
[F1 (LFO 1)], [F2 (LFO 2)] Een parameter gemarkeerd met een “★” kan geregeld worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p.49) Parameter Wave Form TRI: driehoek golfvorm SQR: vierkante golfvorm SIN: sinus lijn SAW1/2: zaag golfvorm
Waarde SIN, TRI, SAWU, SAWD, SQR, RND, BD-U, BD-D, TRP, S&H, CHS, VSIN, STEP
Rate ★
0–127, Note
Rate Detune
0–127
Uitleg Waveform van de LFO. SIN: Sinus lijn TRI: Driehoek golfvorm SAW-U: Zaag golfvorm SAW-D: Zaag golfvorm (negatieve polariteit) SQR: Vierkante golfvorm RND: Willekeurige golfvorm BD-U: Zodra de attack van de golfvorm output door de LFO toegestaan wordt om zich op een standaard manier te ontwikkelen, zal de golfvorm voortduren zonder verdere wijzigingen. BD-D: Zodra de decay van de golfvorm output door de LFO toegestaan wordt om zich op een standaard manier te ontwikkelen, zal de golfvorm voortduren zonder verdere wijzigingen. TRP: Trapezoide golf S&H: Sample & Hold golf (één tijd per cyclus, LFO waarde is veranderd) CHS: Chaos golf VSIN: Vernieuwde Sinus lijn. De amplitude van een sine wave wordt per cyclus één keer willekeurig gevarieerd. STEP: Een golfvorm gegenereerd door de data gespecificeerd door LFO Step 1-16. Dit produceert een stapsgewijze verandering met een vaststaande patroon die lijkt op een step modulator. * Als u dit instelt op “BD-U” of “BD-U” dient u de Key Trigger parameter op “ON” zetten. Als dit “OFF” staat, zal het geen effect hebben. Modulatie snelheid van de LFO. LFO Rate stelt de lengte van de beat in, omdat het gesynchroniseerde tempo gesynchroniseerd is met het ingestelde tempo in een sequencer. * Deze instelling zal genegeerd worden als de Waveform parameter op “CHAOS” ingesteld staat. Maakt, iedere keer dat een toets ingedrukt wordt, subtiele veranderingen in de LFO cyclus snelheid (Rate parameter). Hogere instellingen zullen een grotere verandering produceren. Deze parameter werkt niet, wanneer Rate ingesteld staat op “note.”
51
Een Patch creëren
Parameter Offset
Waarde -100– +100
Delay Time
0–127
Delay Time KF (Time Keyfollow)
-100– +100
Uitleg Doet de LFO waveform omhoog of omlaag gaan in verhouding tot de centrale waarde (toonhoogte of cutoff frequency). Positieve(+) instellingen zullen de waveform verplaatsen, zodat modulatie zich voordoet vanuit de centrale waarde naar boven. Negatieve (-) instellingen zullen de waveform verplaatsen, zodat modulatie zich voordoet vanuit de centrale waarde naar beneden. De verlopen tijd, voordat het effect toegepast wordt (het effect duurt voort), nadat de toets is ingedrukt (of losgelaten). Wanneer u een viool, blaas of bepaalde andere instrumentgeluiden in een Performance gebruikt, kan het effectief zijn om de vibrato toe te voegen nadat de noot iets uitgetrokken is i.p.v. de vibrato toe te voegen direct nadat de geluiden gespeeld zijn. Past de waarde voor de Delay Time parameter aan, afhankelijk van de positie van de toets met betrekking tot de C4 toets (centrum C4). Om de tijd die verstrijkt, voordat het LFO effect wordt toegepast (het effect duurt voort), korter te maken met iedere hogere toets die in de hogere registers wordt ingedrukt, dient u een positieve waarde te selecteren; om de verstreken tijd te verlengen dient u een negatieve waarde te selecteren. Grotere instellingen zullen een grotere verandering produceren. Als u niet wilt dat de tijd die verstrijkt, voordat het LFO effect is toegepast (het effect duurt voort) verandert afhankelijk van de toets die wordt ingedrukt, dient u dit op “0” in te stellen.
fig.T-KF.e
Pitch Keyfollow
Tijd
-100
-50
0
+50
C1
C2
C3
C4
C5
C6
+100 C7
Toets
Een parameter gemarkeerd met een “★” kan geregeld worden m.b.v. gespecificeerde MIDI berichten (Matrix Control, p. 49) Parameter Fade Mode Fade Time Key Trigger Pitch Depth ★ TVF Depth ★ TVA Depth ★ Pan Depth ★
52
Waarde Uitleg ON <, ON >, Hoe de LFO toegepast zal worden. OFF <, OFF > 0–127 Specificeert de tijd waarin de LFO breedte het maximum (minimum) zal bereiken. OFF, ON Specificeert of de LFO cyclus gesynchroniseerd zal worden, wanneer de toets is ingedrukt (ON) of niet (OFF). -63– +63 Specificeert hoe diep de LFO effect zal hebben op de toonhoogte. -63– +63 Specificeert hoe diep de LFO effect zal hebben op de cutoff frequentie. -63– +63 Specificeert hoe diep de LFO effect zal hebben op het volume. -63– +63 Specificeert hoe diep de LFO effect zal hebben op de pan. Positieve(+) en negatieve(-) instellingen voor de Depth parameter resulteren in verschillende soorten verandering in toonhoogte en volume. Als u bijvoorbeeld de Depth parameter instelt op een positieve(+) waarde voor één toon en een andere toon instelt op dezelfde nummerieke waarde maar het negatief (-) maakt, zal de modulatie fase voor de twee tonen tegengesteld aan elkaar zijn. Dit geeft u de mogelijkheid om heen en weer te bewegen tussen twee tonen of het te combineren met de Pan instelling om de locatie van het geluidsbeeld cyclisch te veranderen. * Wanneer een waarde van Type “2”-“10” geselecteerd is voor de Structure parameter, zal de output van tonen 1 en 2 gecombineerd worden in toon 2 en de output van tonen 3 en 4 gecombineerd worden in toon 4. Om deze reden zal toon 1 de instellingen van toon 2 volgen en toon 3 de instellingen van toon 4 (p.63).
Een Patch creëren
Hoe past u de LFO toe ● Pas de LFO geleidelijk toe nadat u de toets hebt ingedrukt Delay tijd
Hoog (meer)
Fade tijd
Toonhoogte Cutoff Frequentie Niveau Pan Note on
Diepte
Fade Mode: ON< Delay Time: De tijd die ligt tussen het spelen op het keyboard en het moment waarop de LFO amplitude toegepast wordt. Fade Time: De tijd waarin de LFO amplitude het maximum zal bereiken nadat de Delay Time verstreken is.
laag (minder)
● Pas de LFO onmiddellijk toe wanneer de toets wordt ingedrukt en begin dan geleidelijk het effect te verkleinen Hoog (meer)
Delay tijd
Fade tijd
Toonhoogte Cutoff Frequentie Niveau Pan Note on
Diepte
Fade Mode: ON< Delay Time: Hoe lang de LFO door zal gaan nadat op het keyboard is gespeeld. Fade Time: De tijd waarin de LFO breedte het minimum zal bereiken nadat de Delay Time is verstreken.
laag (minder)
● Pas de LFO geleidelijk toe nadat u de toets hebt losgelaten Delay tijd
Hoog (meer)
Toonhoogte Cutoff Frequentie Niveau Pan Note on
Fade tijd Diepte
Note off
Fade Mode: OFF< Delay Time: De tijd die ligt tussen het moment dat het keyboard is losgelaten en het moment waarop de LFO toegepast gaat worden. Fade Time: De tijd waarin de LFO breedte het maximum zal bereiken nadat de Delay Time verstreken is.
laag (minder)
● Pas de LFO toe tussen het moment dat de toets ingedrukt en weer losgelaten wordt en begin dan geleidelijk het effect te verkleinen wanneer de toets losgelaten wordt. Delay tijd
Hoog (meer)
Toonhoogte Cutoff Frequentie Niveau Pan laag (minder)
Fade tijd Diepte
Note on
Fade Mode: OFF< Delay Time: Hoe lang de LFO voort zal duren nadat het keyboard is losgelaten. Fade Time: De tijd waarin de LFO breedte het minimum zal bereiken nadat de Delay Time verstreken is.
Note off
[F3 (STEP)] Parameter Step Type
Waarde TYP1, TYP2
Step 1–16
-36– +36
Uitleg Wanneer een LFO waveform gegenereerd wordt uit de data gespecificeerd in LFO Step 1-16, dient u te specificeren of het niveau abrupt moet veranderen bij iedere stap of dat het lineair verbonden dient te worden. TYP1: Trapsgewijze verandering TYP2: Lineaire verandering Specificeert de data voor de Step LFO. Als de LFO Pitch Depth +63 is, correspondeert iedere +1 eenheid van de step datamet een toonhoogte van +50 cents.
53
Een Patch creëren
[F4 (OUTPUT)] Parameter Patch Out Assign
Waarde MFX, A, B, 1–4, TONE
Tone Out Assign
MFX, A, B, 1–4
Tone Out Level
0–127
Send Level (Output = MFX) Tone Chorus Send 0–127 Tone Reverb Send 0–127 Send Level (Output = non MFX) Tone Chorus Send 0–127 Tone Reverb Send 0–127
Uitleg Specificeert hoe het directe geluid van iedere Patch uitgevoerd wordt. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jacks of OUTPUT B jacks in stereo zonder door multi-effecten te lopen. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten te lopen. TONE: Output volgens de instellingen voor elke toon. * Als u instellingen gemaakt heeft, zodat de geluiden apart worden verzonden naar de INDIVIDUAL 1 jack en INDIVIDUAL 2 jack, maar er bevindt zich geen stekker in de INDIVIDUAL 2 jack , dan zullen de geluiden die verzonden worden naar INDIVIDUAL 1 en INDIVIDUAL 2 gemixt en uitgevoerd worden via de INDIVIDUAL 1 jack. * Als de Mix/Parallel parameter ([MENU]/System/General) ingesteld is op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). Specificeert hoe het directe geluid van iedere toon uitgevoerd zal worden. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jacks of OUTPUT B jacks in stereo zonder door multi-effecten te lopen. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten te lopen. * Als de Patch Output Assign op iets anders ingesteld staat dan “TONE,” dan zullen deze instellingen genegeerd worden. * Wanneer de Structure parameter een instelling van Type “2”-“10” heeft, zal de output van tonen 1 en 2 gecombineerd worden met toon 2 en de output van tonen 3 en 4 gecombineerd worden in toon 4. Om deze reden zal toon 1 de instellingen van toon 2 volgen en toon 3 de instellingen van toon 4 (p.38). * Als u instellingen gemaakt heeft en de geluiden worden apart verzonden naar de INDIVIDUAL 1 jack en INDIVIDUAL 2 jack, maar er bevindt zich geen stekker in de INDIVIDUAL 2 jack , dan zullen de geluiden die verzonden worden naar INDIVIDUAL 1 en INDIVIDUAL 2 gemixt en uitgevoerd worden via de INDIVIDUAL 1 jack. * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld is op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). * Als u Tone Out Assign ingesteld heeft op “MFX,” dient u de MFX Output Assign parameter (p.159) in te stellen om de uitvoerbestemming van het geluid dat door de multi-effecten is gepasseerd, te specificeren. * Geluiden worden altijd in mono uitgevoerd naar chorus en reverb. * De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de chorus is gepasseerd, wordt ingesteld met behulp van de Chorus Output Select en de Chorus Output Assign parameters (p.159). * De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de reverb is gepasseerd wordt ingesteld met behulp van de Reverb Output Assign parameter (p.159). Niveau van het signaal dat naar de uitvoerbestemming verzonden is, gespecificeerd door Tone Output Assign. Niveau van het signaal dat verzonden is naar de chorus, als de toon door MFX is gestuurd. Niveau van het signaal dat verzonden is naar de reverb, als de toon door MFX is gestuurd. Niveau van het signaal dat verzonden is naar chorus, als de toon niet door MFX is gestuurd. Niveau van het signaal dat verzonden is naar de reverb, als de toon niet door MFX is gestuurd.
Effecten instellen voor een Patch (Effecten/MFX/MFX Control/Chorus/Reverb) Voor details omtrent effecten instellingen, dient u de pagina’s hieronder te bekijken. • Effect instellingen maken (p. 157) • Multi- effect instellingen maken (MFX1-3) (p. 162) • Chorus instellingen maken (p. 189) • Reverb instellingen maken (p. 190)
54
Een ritme set creëren Met de Fantom-Xa heeft u totale controle over een grote variatie aan instellingen. Ieder item dat ingesteld kan worden noemen we een parameter. Wanneer u de waarden van de parameters verandert, bent u aan het bewerken. Dit hoofdstuk verklaart de werkwijze, die gebruikt wordt bij het creëren van ritme sets en de functies van de ritme set parameters.
Hoe maakt u Ritme set instellingen 1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het Patch play venster te komen.
Bewerken in een grafische display (Zoom Edit) U kunt bewerken, terwijl u een grafische weergave van de meest gebruikte belangrijke parameters bekijkt. Zoom Edit geeft u de mogelijkheid de volgende parameters te bewerken. Parameter Pitch Envelope TVF
*
Parameter TVF Envelope TVA Envelope
pag. p. 63 p. 64
1. In het venster voor bewerking van bovenstaande parameters, dient u op [F6 (ZOOM)] te drukken. Het Zoom Edit venster zal verschijnen.
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en ritme set, waarvan u de instellingen wilt veranderen (p.30).
pag. p. 60 p. 62
fig.ZoomEdit2
U kunt de ritme sets in de GM2 groep niet bewerken.
3. Druk op [PATCH EDIT] om in het RHYTHM EDIT venster te komen. fig.RhythmEdit
2. Druk op [F1]-[F4] om de parameter groep te selecteren. 3. Gebruik [CURSOR] om de parameter te selecteren. 4. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen. U kunt de REALTIME CONTROL knoppen gebruiken om de waarde in te stellen.
4. Druk op [F1(COMMON)]-[F6(OUTPUT)] om de parameter groep te selecteren.
5. Druk op [F1]-[F6] en dan op
om de parameter te selecteren. Sommige parameters kunnen onafhankelijk voor iedere wave ingesteld worden. Om de wave te selecteren die u wilt bewerken, dient u op TONE SELECT [1]-[4] (PART/TRACK [5][8] of
te drukken.
fig.RhythmTVA
5. Wanneer u klaar bent met bewerken, dient u op [F6(EXIT)] te drukken.
De REALTIME CONTROL knoppen gebruiken om het volume te veranderen Als er een nummer voor de parameter wordt weergegeven (
2 6. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen.
7. Herhaal stappen 4-6 om elke parameter in te stellen. 8. Druk op [WRITE] om de veranderingen die u gemaakt hebt op te slaan (p.57). Als u de wijzigingen niet op wenst te slaan, dient u op [EXIT] te drukken om terug te keren naar het PATCH PLAY venster. Als u terugkeert naar het PATCH PLAY venster zonder op te slaan, zal een “” links van de ritme set groep weergegegeven worden.
,
3
,
4
1
,
), kunt u de realtime control knoppen (C1-C4)
gebruiken om de waarde in te stellen. Als u op de knop drukt die zich rechts van de REALTIME CONTROL knoppen bevindt, zodat de indicator gaat branden, zullen de knoppen hun oorspronkelijke functie uitvoeren. fig.Knob
Waarde
1
2
3
4
U kunt dezelfde knoppen gebruiken om de waarden in het Zoom Edit venster te bewerken.
Als u de stroomtoevoer uitzet of een ander geluid selecteert, terwijl de display “” aangeeft, zal uw bewerkte ritme set verloren gaan.
55
Een ritme set creëren
Ritme set instellingen initialiseren
Rhythm Tone instellingen kopiëren
“Initialize” betekent het terugzetten van de instellingen van het op dat moment geselecteerde geluid naar een standaardinstelling van waarden.
Deze handeling kopieert de instellingen van elke gewenste ritme set naar de op dat moment geselecteerde ritme set.
*
Deze handeling zal alleen invloed hebben op het op dat moment geselecteerde geluid; de geluiden die opgeslagen zijn in het gebruikersgeheugen zullen niet beïnvloed worden. Als u alle instellingen van de Fantom-Xa terug wilt zetten naar de fabrieksinstellingen, dient u een Factory Reset (p.203) uit te voeren.
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en de kopieerbestemming van de ritme set (p.30).
3. Druk op [PATCH EDIT] om in het RHYTHM EDIT venster te
1. Druk op [PATCH/RHYTHM] om in het PATCH PLAY venster te komen.
komen.
4. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F6(TONE CPY)].
2. Selecteer de part (keyboard of Pad) en ritme set, die u wilt in initialiseren (p.30).
Het Rhythm Tone Copy venstertje verschijnt. fig.RhyToneCopy
3. Druk op [PATCH EDIT] om in het RHYTHM EDIT venster te komen. Druk op toetsen om de toets te specificeren die geïnitialiseerd dient te worden.
5. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen en gebruik 4. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F5(INIT)].
de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de “Source (Copysource”) groep en nummer en het ritme toon nummer te selecteren.
Het Rhythm Initialize venstertje verschijnt. fig.RhythmInit
*
Door op [F4(COMPR)] te drukken om een vinkje toe te voegen ( ✔), kunt u de kopieerbron van de ritme set controleren (Compare functie).
6. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen en 5. Druk op All: Key:
selecteer de “Destination (copy-destination)” ritme toon nummer.
om het initialisatie type te selecteren.
Alle toetsen van de ritme set zullen geïnitialiseerd worden.
7. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
Eén toets zal geïnitialiseerd worden.
6. Druk op [F6 (SELECT)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
8. Druk op [F6 (EXEC)] om het kopiëren uit te voeren. *
Druk op [F5(Cancel)] om te annuleren.
7. Druk op [F6 (EXEC)]. *
De initialisatie zal uitgevoerd worden.
De Compare functie
Druk op [F5(CANCEL)] om te annuleren.
Voor de Rhythm Tone Copy handelingen kunt u de Compare functie gebruiken. Als u de kopieerbron van de ritme set wilt spelen, dient u op [F4(COMPR)] te drukken om een vinkje toe te voegen (✔). Nu kunt u de kopieerbron van de ritme set vanaf het keyboard of Pads spelen. *
De ritme set die op proef wordt gespeeld m.b.v. de Compare functie kan iets anders klinken dan wanneer het gewoonlijk wordt gespeeld.
Ritme sets opslaan die u gecreëerd heeft (Write) Veranderingen die u maakt in geluidsinstellingen zijn tijdelijk en zullen verloren gaan als u het apparaat uitzet of een ander geluid
56
Een ritme set creëren
selecteert. Als u het gewijzigde geluid wilt behouden, moet u het in het interne gebruikersgeheugen (USER) of op een geheugenkaart (CARD) opslaan. Wanneer u de Patch instellingen bewerkt, zal een “*” verschijnen in het Patch Play venster.
Wanneer u opslaan uitvoert, zal de data die zich daarvoor in de opslag bestemming bevond, verloren gaan.
waveform neemt de eerste stijging en daling van het geluid op. De Fantom-Xa bevat ook vele andere one-shot waveforms die elementen zijn van andere geluiden. Deze omvatten attack componenten, zoals piano-hammer geluiden en gitaar fret geluiden. *
Het is niet mogelijk om de envelope te gebruiken om een one-shot waveform te veranderen teneinde een decay te creëren die langer is dan de originele waveform of om het om te zetten in een aanhoudend geluid.
Loop:
1. Zorg ervoor dat de ritme set, die u wenst op te slaan, geselecteerd is.
2. Druk op [WRITE]. Het WRITE menu venster verschijnt. fig.PatchWrite
3. Druk op [F2 (PAT/RHY)].
Deze waveforms bevatten geluiden met zowel lange decays als aangehouden geluiden. Loop waveforms spelen herhaaldelijk het gedeelte van de waveform terug (loop) nadat het geluid een betrekkelijk stationaire toestand heeft bereikt. De geloopte waveforms van de Fantom-Xa bevatten ook componenten van andere geluiden, zoals de resonerende trillingen van een pianosnaar en de holle geluiden van blaasinstrumenten. De volgende diagram geeft een voorbeeld van geluid (elektrisch orgel) weer waarin one-shot en geloopte waveforms gecombineerd worden. fig.Waveform1.e
*
U kunt ook of gebruiken om “Patch/Rhythm” te selecteren en dan op [ENTER] drukken. Het RHYTHM SET NAME venster zal verschijnen.
TVA ENV voor geloopte orgel TVA ENV voor one-shot toets waveform (aanhoudend gedeelte) -click waveform (attack gedeelte)
Resultaat TVA ENV verandering
Niveau
fig.RhySetName
+ Note off
4. Wijs een naam toe aan de ritme set. Bekijk p.28 voor details over het toewijzen van namen.
5. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster zal verschijnen waarin u de wegschrijfbestemming van de ritme set kunt selecteren.
6. Gebruik de Waarde draaischijf, [INC][DEC] of
en [F1 (USER)] [F2 (CARD)] om de wegschrijf bestemming en het ritme set nummer te selecteren.
7. Druk op [F8 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
Tijd
= Note off
Tips voor het gebruik van een waveform van een akoestisch instrument Bij veel akoestische instrumenten, zoals een piano of een sax, kunnen extreme timbrale veranderingen voorkomen gedurende de eerste momenten van elke noot. Deze eerste attack is wat een groot gedeelte van het karakter van het intrument definieert. Voor dergelijke waveforms is het het beste om de complexe tonale veranderingen van het attack gedeelte te gebruiken, zoals ze zijn, en de envelope slechts te gebruiken om het decay gedeelte te veranderen. fig.waveform2.e
Niveau Geloopt gedeelte
8. Druk op [F6 (EXEC)] om het opslaan uit te voeren. *
Met de wave opgeslagen toonverandering
Druk op [F5(CANCEL)] om te annuleren. Tijd
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl data opgeslagen wordt.
Envelope voor het TVF filter
One-shot waveform en loop waveform De interne waveforms van de Fantom-Xa kunnen onderverdeeld worden in de volgende twee groepen.
Resultaat toonverandering
One-shot: Deze waveforms bevatten geluiden met korte decays. Een one-shot
57
Een ritme set creëren
Functies van ritme set parameters Parameter groep [F1(COMMON)] Algemene instellingen voor de hele ritme set [F1 (GENERAL)] Parameter Rhythm Level Rhythm Tone Name
Waarde 0–127
Omschrijving Volume van de ritme set U kunt een naam van maximaal 12 tekens toewijzen aan de ritme toon. Druk op om de cursor te verplaatsen en gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de tekens te selecteren.
[F2 (CTRL)] Parameter Assign Type
Waarde MULTI, SINGLE
Mute Group
OFF, 1– 31
Tone Env Mode
NO-SUS, SUSTAIN
Tone Pitch Bend Range
0–48
One Shot Mode
OFF, ON
Aftertouch Time Ctrl Sens
-63– +63
Uitleg Stelt de manier in waarop geluiden gespeeld worden, wanneer dezelfde toets meerdere keren wordt ingedrukt. MULTI: Het geluid van dezelfde toetsen in lagen aanmaken. Zelfs bij aanhoudende geluiden waarbij de geluiden voor een uitgebreide tijd spelen, zoals met crash cymbals, zijn de geluiden gelaagd, zonder dat daarvoor gespeelde geluiden verwijderd worden. SINGLE: Er kan slechts één geluid kan gespeeld worden, wanneer dezelfde toets ingedrukt wordt. Met aanhoudende geluiden waarbij de geluiden voor langere tijd spelen, zal het voorafgaande geluid gestopt worden, wanneer het volgende geluid gespeeld wordt. Op een akoestische drum set, kunnen een open en een gesloten hi-hat nooit gelijktijdig klinken. Om de realiteit van deze situatie te reproduceren, kunt u een Mute Group inzetten. De Mute group functie geeft u de mogelijkheid om twee of meer ritme tonen aan te wijzen die niet gelijktijdig mogen klinken. Er kunnen maximaal 31 Mute groepen gebruikt worden. Ritme tonen die niet bij één van deze groepen behoren moeten ingesteld worden op “OFF.” Wanneer een loop waveform (p.57) is geselecteerd, zal het geluid normaliter aanhouden zo lang de toets is ingedrukt. Als u wilt dat het geluid op natuurlijke wijze uitdooft, zelfs als u de toets blijft vasthouden, dient u dit op “NO-SUS” in te stellen. * Als een one-shot type Wave geselecteerd is (p.57), zal het, zelfs als deze parameter op “SUSTAIN” staat, niet aanhouden. Hoeveelheid toonhoogte verandering in halve tonen (4 octaven) die voor zal komen, wanneer de Pitch Bend Lever verplaatst is. De hoeveelheid verandering, wanneer de hendel schuin staat, is ingesteld op dezelfde waarde voor zowel de linker- als de rechterkant. ON: Het geluid zal terugspelen tot het einde van de waveform (of het einde van de envelope; welke het eerste komt). Als u Wave Group (p.59) ingesteld hebt op SAMP, zal de loop instelling gedwongen ONE SHOT worden. Als Wave group ingesteld is op SAMP en Wave Tempo Sync staat ON, zal de aftertouch de hoeveelheid tijdsuitrekking/krimping, veroorzaakt door Time Stretch, regelen. Als Time Stretch niet toegepast wordt, zal er niets gebeuren. Indien ingesteld op “+” zal de tijdsuitrekking/ krimping korter worden en als dit op “-“is ingesteld, zal de tijd langer worden.
[F3 (RX)] Parameter Tone Receive Expression Tone Receive Hold-1
58
Waarde OFF, ON
Uitleg Specificeer of MIDI Expression berichten ontvangen (ON) zullen worden of niet (OFF).
OFF, ON
Specificeer of MIDI Hold-1 berichten ontvangen (ON) zullen worden of niet (OFF). * Als “NO-SUS” is geselecteerd voor de Env Mode parameter, zal deze instelling geen effect hebben.
Een ritme set creëren
Parameter Tone Receive Pan Mode
Waarde CONTINUOUS, KEY-ON
Uitleg Specificeer hoe pan berichten voor iedere ritme toon ontvangen zullen worden. CONTINUOUS: Wanneer Pan berichten ontvangen worden, zal de stereo positie van de toon veranderd worden. KEY-ON: De pan van de toon zal alleen veranderd worden, wanneer de volgende noot gespeeld wordt. Als een pan bericht ontvangen wordt, terwijl een noot klinkt, zal de panning niet veranderen totdat de volgende toets wordt ingedrukt. * De kanalen kunnen niet zodanig ingesteld worden, dat er geen Pan berichten ontvangen kunnen worden.
Parameter groep [F2 (WG)] Waveforms/Pitch/Pitch envelope veranderen [F1 (WG PRM)] Parameter Wave Group
Waarde INT, EXP, SAMP, MSAM
Wave Bank
PRST, USER, CARD ----, 1–1228
Wave No. L (Mono) Wave No. R
Wave Gain
-6, 0, +6, +12
Wave Tempo Sync
OFF, ON
Uitleg Groep die de waves bevatten waar de ritme toon uit bestaat INT: Waveforms opgeslagen in het interne geheugen EXP: Waveform opgeslagen in een Wave uitbreidingskaart (SRX serie) geïnstalleerd in EXP gleuven. SAMP: Sample waveforms MSAM: Multisample waveforms Wanneer de wave groep SAMP is: PRST, USER, CARD Wanneer de wave groep MSAM is: USER, CARD Waves die de ritme toon bevatten (de bovengrens hangt af van de wave groep). Wanneer in mono modus, zal alleen de linkerkant (L) gespecificeerd worden. Wanneer in stereo zal ook de rechterkant (R) gespecificeerd worden. Als u een linker/rechter paar Waves wilt selecteren, dient u het linker (L) Wave nummer te selecteren en dan [SHIFT ingedrukt te houden; de rechter (R) (Wave) zal opgeroepen worden. * Wanneer u een multisample in stereo gebruikt, dient u hetzelfde nummer voor L en R te specificeren. Toename (versterking) van de waveform. De waarde verandert in stappen van 6 dB (decibel) - een vermeerdering van 6 dB verdubbelt de toename van de waveform. Wanneer u een Phrase Loop met het tempo samen wilt laten vallen, dient u dit in te stellen op “ON”. * Dit is alleen mogelijk wanneer een apart verkrijgbare Wave Expansion board geïnstalleerd is, en een waveform die aangeeft dat een tempo (BPM) geselecteerd is als de sample voor een toon. Als een waveform van een Wave Expansion board geselecteerd is voor de toon, zal het aanzetten van de Wave Tempo Sync parameter (“ON”) ervoor zorgen dat toonhoogte- gerelateerde instellingen (p.60) en FXM gerelateerde instellingen (p.59) genegeerd worden. • Als een sample voor een toon geselecteerd is, moet u eerst de BPM (tempo) parameter van de sample instellen. • Als een sample voor een toon is geselecteerd, zal de Wave Tempo Sync twee keer het normale aantal stemmen nodig hebben.
Phrase Loop
Realtime Time Stretch
Phrase Loop refereert aan het herhaaldelijk terugspelen van een frase, die uit een song gehaald is (bijvoorbeeld m.b.v. een sampler). Eén techniek die het gebruik van Phrase Loops met zich meebrengt is de ontlening van een frase aan een al bestaande song in een bepaald genre, bijvoorbeeld dance muziek, en daarmee dan een nieuwe song creëren met die frase als basismotief. Dit is ook bekend als “Break Beats.”
Als de wave groep “SAMP” of “MSAM” is en de Wave Tempo Sync parameter op “ON ” staat, kunt u de afspeelsnelheid van de waveform variëren zonder de toonhoogte te beïnvloeden.
Parameter FXM Switch FXM Color
Waarde OFF, ON 1–4
Uitleg Hiermee kan de FXM aan (ON) of uit (OFF) gezet worden. Hoe FXM frequentie modulatie uit zal voeren. Hogere instellingen resulteren in een korreliger geluid, terwijl lagere instellingen resulteren in een metaalachtig geluid.
59
Een ritme set creëren
Parameter FXM Depth
Waarde 0–16
Uitleg Diepte van de modulatie geproduceerd door FXM.
FXM FXM (Frequency Cross Modulation) gebruikt een gespecifieerde waveform om frequentie modulatie toe te passen op de op dat moment geselecteerde waveform, waarbij complexe boventonen gecreëerd worden. Dit is handig voor het creëren van dramatische geluiden of geluidseffecten.
[F2 (PITCH)] Parameter Tone Coarse Tune Tone Fine Tune Tone Random Pitch Depth
Waarde 0 (C -)– 127 (G9) -50– +50
Uitleg Toonhoogte waarop een ritme toon klinkt Stel de grove tuning in voor Waves die de ritme tonen bevatten m.b.v. de Wave Coarse Tune parameter (p.61). Toonhoogte van het geluid van de ritme toon (in 1-cent stappen; one cent is 1/100ste van een halve toon) Stel de fine tuning in voor Waves die de ritme tonen bevatten m.b.v. de Wave Fine Tune parameter (p.61). Breedte van willekeurige toonhoogte afwijking die zich elke keer als op een toets wordt gedrukt, voor zal
0–1200
doen (in 1/100ste stappen). Als u niet wilt dat de toonhoogte willekeurig zal veranderen, dient u dit op “0” in te stellen.
[F3 (PCH ENV)] Parameter P-Env Depth
Waarde -12– +12
P-Env V-Sens
-63– +63
P-Env T1 V-Sens
-63– +63
P-Env T4 V-Sens
-63– +63
P-Env Time 1–4
0–127
P-Env Level 0–4
-63– +63
Uitleg Diepte van de Pitch Envelope. Hogere instellingen zullen ervoor zorgen dat de toonhoogte envelope een grotere verandering gaat produceren. Negatieve(-) instellingen zullen de vorm van de envelope omkeren. De speeldynamiek van het keyboard kan gebruikt worden om de diepte van de toonhoogte envelope te regelen. Als u wilt dat de toonhoogte envelope meer effect heeft voor krachtig gespeelde noten, dient u deze parameter in te stellen op een positieve (+) waarde. Dit staat het keyboard dynamiek toe om de T1 van de Pitch envelope te beïnvloeden. Als u wilt dat T1 versneld wordt voor krachtig gespeelde noten, dient u deze parameter op een positieve (+) waarde in te stellen. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de key release snelheid invloed heeft op de T4 waarde van de toonhoogte envelope. Als u wilt dat T 4 versneld wordt voor snel losgelaten noten, dient u deze parameter in te stellen op een positieve (+) waarde. Pitch envelope times (T1-T4). Hogere instellingen zullen resulteren in een langere tijd totdat de volgende toonhoogte is bereikt. Pitch envelope levels (L 0-L4). Bepaalt hoeveel de toonhoogte afwijkt van de referentie toonhoogte (de waarde ingesteld met Coarse Tune of Fine Tune in het Pitch venster) op elk punt.
Pitch Envelope T1
T2
T3
T4
Toonhoogte L0 L1
Note off
Note on L2
60
Tijd
L3 L4
Een ritme set creëren
Parameter Group [F3 (WAVE MIX)] [F1 (LV/PAN)] Parameter Wave Level Wave Pan Wave Rnd Pan Sw
Waarde 0–127 L64–0–63R OFF, ON
Wave Alter Pan Sw
OFF, ON, REVS
Omschrijving Volume van de waveform Linker-/rechterpositie van de waveform Gebruik deze instelling om ervoor te zorgen dat de panning van de waveform iedere keer willekeurig verandert (ON) als u op een toets drukt of niet (OFF). * Het gebied van de panning verandering wordt ingesteld m.b.v. de Random Depth parameter (p.64). Deze instelling heeft tot gevolg dat panning van de waveform afwisselt tussen links en rechts, elke keer, wanneer een toets wordt ingedrukt (p.64). Stel dit in op “ON” om de wave overeenkomstig de Alternate Pan Depth parameter (p.64) te pannen of op “REVS”, wanneer u wilt dat de panning wordt omgekeerd.
[F2 (TUNE)] Parameter Wave Coarse Tune Wave Fine Tune
Waarde -48– +48 -50– +50
Uitleg Toonhoogte van het geluid van de waveform (in stappen van halve tonen, +/-4 octaven) Toonhoogte van het geluid van de waveform (in stappen van 1-cent, one cent is 1/100ste van een halve toon)
[F3 (VEL RNG)] U kunt de kracht waarmee de toetsen worden gespeeld gebruiken, om de manier waarop elke waveform gespeeld wordt te regelen. fig.TMT-V.e
Niveau
De waveform die klinkt wanneer u zachtjes speelt
De waveform die klinkt wanneer u krachtig speelt
Velocity
Velo Fade Upper Velo Range Upper
Velo Fade Lower Velo Range Lower
Parameter Velocity Control
Waarde OFF, ON, RAN
Velo Fade Lower
0–127
Velo Range Lower Velo Range Upper Velo Fade Upper
1–UPPER LOWER–127 0–127
Uitleg Bepaalt of een waveform gespeeld wordt (ON) of niet (OFF) afhankelijk van de kracht, waarmee de toets gespeeld wordt (velocity). RAN: De waveforms waaruit de ritme toon bestaat zullen onwillekeurig klinken, onafhankelijk van elk Velocity bericht. Bepaalt wat er zal gebeuren met het niveau van de waveform, wanneer de ritme toon gespeeld wordt met een aanslaggevoeligheid lager dan de Velo Range Lower. Als u de waveform helemaal niet wilt laten klinken, dient u deze parameter in te stellen op “0”. Specificeert de laagste aanslaggevoeligheid waarin de waveform zal klinken. Specificeert de hoogste aanslaggevoeligheid waarin de waveform zal klinken. Bepaalt wat er zal gebeuren met het niveau van de waveform, wanneer de ritme toon gespeeld wordt met een aanslaggevoeligheid die hoger ligt dan Velo Range Upper. Als u de waveform helemaal niet wilt laten klinken, dient u deze parameter in te stellen op “0”.
61
Een ritme set creëren
Parameter groep [F4 (TVF)] De helderheid van een geluid met een filter veranderen (TVF/TVA envelope) Een filter stimuleert of kapt een specifiek frequentie gebied af om de helderheid, dichtheid of andere kwaliteiten van een geluid te veranderen.
[F1 (TVF PRM)] Parameter Filter Type
Waarde OFF, LPF, BPF, HPF, PKG, LPF2, LPF3
Cutoff Frequency Resonance
0–127 0–127
Uitleg Type filter OFF: Er wordt geen filter gebruikt. LPF: Low Pass Filter. Dit reduceert het volume van alle frequenties boven de cutoff frequentie teneinde af te ronden of het geluid minder helder te maken. Dit is het meest gangbare filter dat wordt gebruikt in synthesizers. BPF: Band Pass Filter. Dit laat alleen de frequenties in de regio van de cutoff frequentie over, en laat de rest weg. Dit kan bruikbaar zijn, wanneer u kenmerkende geluiden wilt creëren. HPF: High Pass Filter. Dit snijdt de frequenties in de regio onder de cutoff frequentie eruit. Dit is geschikt voor het creëren van percussie geluiden waarbij de nadruk op de hogere tonen gelegd wordt. PKG: Peaking Filter. Dit legt de nadruk op de frequenties in de regio van de cutoff frequentie. U kunt dit gebruiken om wah-wah effecten te creëren door een LFO te gebruiken om de cutoff frequentie cyclisch te veranderen. LPF2: Low Pass Filter 2. Hoewel frequentie bestanddelen boven de cutoff frequentie weggesneden zijn, is de gevoeligheid van dit filter de helft van de LPF. Dit filter is goed te gebruiken met nagebootste instrumentgeluiden, zoals de akoestische piano. LPF3: Low Pass Filter 3. Hoewel frequentie bestanddelen boven de cutoff frequentie weggesneden zijn, verandert de gevoeligheid van dit filter afhankelijk van de cutoff frequentie., terwijl dit filter ook geschikt is voor gebruik met nagebootste akoestische instrumentgeluiden, verschilt de nuance die het vertoont van dat van de LPF2, zelfs met dezelfde TVF Envelope instellingen. * Als u “LPF2” of “LPF3” instelt, zal de instelling voor de Resonance parameter genegeerd worden. Frequentie waarbij het filter een effect op de frequentie bestanddelen van de waveform begint te krijgen. Legt de nadruk op het gedeelte van het geluid in de regio van de cutoff frequentie, waarmee karakter aan het geluid wordt toegevoegd. * Extreem hoge instellingen kunnen trillingen produceren, waardoor het geluid vervormd wordt. Resonance
LPF
BPF
HPF
PKG
Niveau Hoog Frequentie
parameter waarde
Cutoff frequentie
Laag
Parameter Cutoff V-Curve
Waarde FIX, 1–7
Uitleg Curve die bepaalt hoe het keyboard speeldynamiek (velocity) invloed heeft op de cutoff frequentie. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat de Cutoff frequentie beïnvloed wordt door de aanslaggevoeligheid.
Cutoff V-Sens
-63– +63
Gebruik deze parameter, wanneer u de cutoff frequentie toegepast als resultaat van wijzigingen in aanslag. Als u wilt dat bij krachtig gespeelde noten de cutoff frequentie omhoog gaat, dient u voor deze parameter positieve (+) instellingen te maken.
1
62
2
3
4
5
6
7
Een ritme set creëren
Parameter Resonance V-Sens
Waarde -63– +63
Uitleg Dit geeft de aanslaggevoeligheid de mogelijkheid om de hoeveelheid Resonance te veranderen. Als u wilt dat krachtig gespeelde noten een groter Resonance effect hebben, moet u voor deze parameter positieve (+) instellingen maken.
[F2 (TVF ENV)] Parameter F-Env Depth
Waarde -63– +63
F-Env V-Curve
FIX, 1–7
F-Env V-Sens
-63– +63
F-Env T1 V-Sens
-63– +63
F-Env T4 V-Sens
-63– +63
F-Env Time 1–4
0–127
F-Env Level 0–4
0–127
Uitleg Diepte van de TVF envelope Hogere instellingen zullen ervoor zorgen dat de TVF envelope een grotere verandering zal produceren. Negatieve(-) instellingen zullen de vorm van de envelope omkeren. Curve die bepaalt hoe het keyboard speeldynamiek (velocity) invloed heeft op de TVF evelope. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat de TVF envelope beïnvloed wordt door de aanslaggevoeligheid.
1
2
3
4
5
6
7
Specificeert op welke manier keyboard speeldynamiek invloed zal hebben op de diepte van de TVF envelope. Positieve(+) instellingen zullen tot gevolg hebben dat de TVF envelope een groter effect heeft op krachtig gespeelde noten en negatieve(-) instellingen zullen tot gevolg hebben dat het effect minder is. Dit staat het keyboard dynamiek toe om invloed uit te oefenen op de T1 van de TVF envelope. Als u wilt dat T1 versneld wordt voor krachtig gespeeld noten, dient u deze parameter een positieve(+) waarde te geven. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de snelheid waarmee de toets losgelaten wordt de T4 waarde van de TVF envelope beïnvloedt. Als u wilt dat Time 4 versneld wordt voor snel losgelaten noten, dient u deze parameter een positieve(+) waarde te geven. TVF Envelope Times (T1- T4) Hogere instellingen zullen de tijd die het duurt totdat het volgende cutoff frequentie niveau bereikt is, verlengen. TVF envelope levels (L0-L4). Specificeer hoe de cutoff frequentie zal veranderen op elk punt, overeenkomstig de Cutoff Frequentie waarde.
TVF Envelope T1
Cutoff Frequentie
T2
T3
T4
L0 L1 Note on
L2
L3
L4
Tijd
Note off
63
Een ritme set creëren
Parameter groep [F5 (TVA)] Het volume aanpassen (TVA/TVA envelope) [F1 (TVA PRM)] Parameter Tone Level
Waarde 0–127
Level V-Curve
FIX, 1–7
Uitleg Volume van de toon Deze instelling wordt vooral gebruikt voor het aanpassen van de volumebalans tussen tonen. Curve die bepaalt in hoeverre de kracht waarmee het keyboard bespeeld wordt invloed zal hebben op het volume. Stel dit in op “FIX” als u niet wilt dat het volume van de toon beïnvloed wordt door de kracht waarmee u speelt.
1 Level V-Sens
-63– +63
Tone Pan Random Pan Depth
L64–0–63R 0–63
Alternate Pan Depth
L63–0–63R
2
3
4
5
6
7
Stel dit in, wanneer u het volume van de toon wilt veranderen afhankelijk van de kracht waarmee u de toetsen bespeelt. Stel dit in op een positieve(+) waarde om grotere veranderingen in het toon volume te krijgen, wanneer toetsen krachtiger bespeeld worden; om de toon zachter te laten klinken als u krachtiger speelt, dient u een negatieve(-) waarde in te voeren. Linker-/rechterpositie van de toon Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de stereo locatie elke keer als u op een toets drukt, willekeurig verandert. Hogere instellingen zullen grotere veranderingen tot gevolg hebben. Deze instelling veroorzaakt dat de panning elke keer, wanneer op een toets gedrukt wordt, afgewisseld wordt tussen links en rechts. Hogere instellingen zullen grotere veranderingen tot gevolg hebben. “L” of “R” instellingen zullen de volgorde waarin de pan zal afwisselen tussen links en rechts omkeren. Wanneer twee tonen bijvoorbeeld respectievelijk ingesteld zijn op “L” en “R”, dan zal de panning van de tonen iedere keer afwisselen als ze gespeeld worden.
[F2 (TVA ENV)] Parameter A-Env T1 V-Sens
Waarde -63– +63
A-Env T4 V-Sens
-63– +63
A-Env Time 1–4
0–127
A-Env Level 1–3
0–127
Uitleg Dit geeft keyboard dynamiek de mogelijkheid om de T1 van de TVA envelope te beïnvloeden. Als u wilt dat Time 1 versneld wordt voor krachtig gespeelde noten, dient u een positieve(+) waarde voor de parameter in te stellen. Als u wilt dat dit langzamer wordt, stelt u een negatieve() waarde in. Gebruik deze parameter, wanneer u wilt dat de snelheid waarmee een toets losgelaten wordt de T4 waarde van de TVA envelope regelt. Als u wilt dat T4 versneld wordt voor snel losgelaten noten, dient u een positieve(+) waarde voor de parameter in te stellen. Als u wilt dat dit vertraagd wordt, stelt u een negatieve(-) waarde in. TVA envelope times (T1-T4). Hogere instellingen zullen de tijd die het duurt totdat het volgende volume niveau bereikt is, verlengen. TVA envelope levels (L1-L3) Specificeert hoe het volume zal veranderen op elk punt, overeenkomstig de Tone Level waarde.
TVA Envelope T1 T2
T3
T4
Niveau L1 L2 Note on
64
Tijd
L3 Note off
Een ritme set creëren
Parameter Group [F6 (OUTPUT)] Output Settings Parameter Rhythm Out Assign
Tone Out Assign
Waar de MFX, A, B, 1–4, TONE
MFX, A, B, 1–4
Uitleg Specificeert voor iedere ritme set hoe het directe geluid uitgevoerd wordt. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jacks of OUTPUT B jacks in stereo zonder de multi-effecten te passeren. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder de multi-effecten te passeren. TONE: Outputs overeenkomstig de instellingen voor iedere ritme toon. * Als u instellingen gemaakt heeft en de geluiden worden apart verzonden naar de INDIVIDUAL 1 jack en INDIVIDUAL 2 jack, maar er bevindt zich geen stekker in de INDIVIDUAL 2 jack , dan zullen de geluiden die verzonden worden naar INDIVIDUAL 1 en INDIVIDUAL 2 gemixt en uitgevoerd worden via de INDIVIDUAL 1 jack. * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld staat op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). Specificeert hoe het directe geluid voor iedere toon uitgevoerd wordt. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jack of OUTPUT B jack in zonder de multi-effecten te passeren. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder de multi-effecten te passeren. * Als de Rhythm Output Assign op iets anders is ingesteld dan “TONE,” dan zullen deze instellingen genegeerd worden. * Als u instellingen gemaakt heeft en de geluiden worden apart verzonden naar de INDIVIDUAL 1 jack en INDIVIDUAL 2 jack, maar er bevindt zich geen stekker in de INDIVIDUAL 2 jack , dan zullen de geluiden die verzonden worden naar INDIVIDUAL 1 en INDIVIDUAL 2 gemixt en uitgevoerd worden via de INDIVIDUAL 1 jack. * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld is op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). * Als u Tone Out Assign ingesteld heeft op “MFX,” dient u de MFX Output Assign parameter (p.159) in te stellen om de uitvoerbestemming van het geluid dat door de multi-effecten is gepasseerd, te specificeren. * Geluiden worden altijd in mono uitgevoerd naar chorus en reverb. * De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de chorus is gepasseerd wordt ingesteld m.b.v.de Chorus Output Select en de Chorus Output Assign parameters (p.159). * De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de reverb is gepasseerd wordt ingesteld m.b.v. de Reverb Output Assign parameter (p.159). Niveau van het signaal, dat verzonden is naar de uitvoerbestemming gespecificeerd door Tone Output Assign.
Tone Out Level 0–127 Send Level (Output = MFX) Tone Chorus Send 0–127 Niveau van het signaal dat verzonden is naar de chorus, indien de toon verzonden is door MFX. Tone Reverb Send 0–127 Niveau van het signaal dat verzonden is naar de reverb, indien de toon verzonden is door MFX. Send Level (Output = non MFX) Tone Chorus Send 0–127 Niveau van het signaal dat verzonden is naar chorus voor elke ritme toon, indien de toon niet verzonden is door MFX. Tone Reverb Send 0–127 Niveau van het signaal dat verzonden is naar reverb voor elke ritme toon, indien de toon niet verzonden is door MFX.
Effecten instellen voor een Patch (Effecten/MFX/MFX Control/Chorus/ Reverb) Voor details betreffende effecten instellingen kunt u de pagina’s hieronder bekijken. • Effect instellingen maken (p.157) • Multi-effect instellingen maken (MFX1-3) (p.162) • Chorus instellingen maken (p.189) • Reverb instellingen maken (p.190)
65
In performance modus spelen Een Performance bevat instellingen, die van toepassing zijn op ieder afzonderlijk gedeelte, zoals de Patch (ritme set) die toegewezen is aan iedere Part en zijn volume en pan. Simpel gezegd bestaat Performance modus uit twee vensters: het LAYER venster en het MIXER venster. Gebruik het LAYER venster, wanneer u meerdere geluiden wilt combineren (Patches of ritme sets) om complexe geluiden te creëren. Dit geeft u de mogelijkheid om Patches samen te spelen (“layer”) of verschillende Patches in afzonderlijke gebieden van het keyboard te spelen (“split”). Gebruik het MIXER venster, wanneer u de geluiden wilt mixen door het niveau en de pan voor elk van de 16 Parts aan te passen. Wanneer u het keyboard wilt bespelen, zult u de huidige Part en de Parts waarvan de keyboard switch een vinkje heeft, horen. Behalve de instellingen voor elke Part, kunnen de volgende instellingen ook opgeslagen worden voor iedere Performance: • Controller instellingen, zoals de D Beam, realtime control knoppen, toewijsbare schakelaars (assignable switches) en Pads • Arpeggio en akkoord geheugen instellingen • Ritme groep nummer
PERFORMANCE LAYER venster weergeven
Functies in het PERFORMANCE LAYER/ MIXER venster fig.PfmFunc.e
LAYER venster 1
fig.PfmLayer
4 5 6
7 8 1
Geeft de actuele geluidsgenerende stand aan.
2
Geeft aan of multi-effecten (MFX1, 2 ,3), chorus (CHO), reverb (REV) en mastering (MASTER) aan of uit staan.
3
Geeft de naam van de op dat moment geselecteerde song aan, de maat locatie.
4
Geeft het akkoordbereik en het tempo aan.
5
Geeft de groep, nummer en naam aan van de geselecteerde performance.
6
Geeft de het akkoordbereik aan, waarin u het keyboard of ritme sets kunt spelen.
7
Geeft de actuele part aan.
8
Springt naar het instellingen venster van de weergegeven parameter.
1. Druk op PERFORMANCE [LAYER/SPLIT]. U zult in Performance modus terecht komen en het PERFORM LAYER venster verschijnt.
3
2
MIXER venster 1
3
2
4
5
PERFORMANCE MIXER venster weergeven 1. Druk op PERFORMANCE [MIXER]. U zult in Perfomance modus terecht komen en het PERFORMANCE MIXER venster verschijnt.
7
8 1
Geeft de actuele geluidsgenerende stand aan.
2
Geeft aan of multi-effecten (MFX1, 2 ,3), chorus (CHO), reverb (REV) en mastering (MASTER) aan of uit staan.
3
Geeft de naam van de op dat moment geselecteerde song aan, de maat locatie.
4
Geeft de time signature en het tempo aan.
5
Geeft de actuele part aan/selecteert de actuele part.
6
Geeft de patch aan/selecteert de patch die toegewezen is aan de actuele part.
7
Stel het volume in (LEVEL), pan (PAN), chorus (CHORUS), reverb (REVERB), Part Course Tune (KEY SFT), Keyboard Sw (KBD), Pad Part (PAD), Arpeggio Part (ARP), Output Assign (OUT) van de part.
8
Springt naar het instellingen venster van de weergegeven parameter.
fig.PfmMixer
66
6
In performance modus spelen
fig.PfmList
Een performance selecteren De Fantom-Xa heeft twee Performance groepen , inclusief de User groep en Preset groepen, waarbij iedere groep 64 Performances op kan slaan, in totaal dus 128 Performances.
3. Om van performance groep te wisselen, dient u op
of
te drukken.
USER Dit is de groep binnen de Fantom-Xa, die herschreven kan worden. Performances die u zelf creëert kunnen opgeslagen worden in deze groep. De Fantom-Xa bevat 64 preset Performances.
4. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
de performance te selecteren.
5. Druk op [ENTER] om het PERFORMANCE LIST venster te sluiten.
PRST (Preset) Dit is de groep binnen de Fantom-Xa die niet herschreven kan worden. U kunt echter de instellingen van de op dat moment geselecteerde Performance veranderen en de gewijzigde Performance opslaan in het gebruikersgeheugen (User memory). De Fantom-Xa bevat 64 preset Performances.
CARD (Geheugenkaart) Deze groep geeft u de mogelijkheid om Patches te gebruiken die opgeslagen zijn op een geheugenkaart die aan de achterkant van het paneel in een sleuf is gestoken. Omdat de data in deze groep herschreven kan worden, kunt u deze groep gebruiken om Patches op te slaan die u gecreëerd hebt.
Favoriete Performances selecteren U kunt uw favoriete en meest frequent gebruikte Performances samenbrengen op één plek door ze te registreren in de Favoriete Performance. Door deze functie te gebruiken, kunt u snel favoriete Performances selecteren.
1. Druk op [LAYER/SPLIT]. 2. Druk op [ENTER] en dan op [F1 (FAVORIT)]. Het FAVORITE PERFORMANCE verschijnt. fig.FavoritePfm
1. Druk op [LAYER/SPLIT]. 2. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de performance groep. fig.PfmSelect.e
Performance groep
3. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
een performance nummer te selecteren. Druk op om banks te wisselen.
Performance nummer
4. Druk op [ENTER] om de performance te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC]/[DEC] om een performance groep te selecteren.
4. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar het performance nummer.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC]/[DEC] om het performance nummer te selecteren.
Performances uit een lijst selecteren
Een favoriete Performance registreren U kunt in totaal 64 geluiden (48 geluiden x 8 banken) registreren als favoriete Performance.
1. Selecteer de Performance die u wilt registreren. 2. Druk op [ENTER] en dan op [F1 (FAVORIT)]. Het FAVORITE PERFORMANCE venster verschijnt.
3. Druk op
om de bank te selecteren waarin u de Performance wilt registreren.
4. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of U kunt een lijst met Performances weergeven en een Performance selecteren uit die lijst.
om
het nummer te selecteren waarop u wilt registreren.
5. Druk op [F3 (REGIST)] om de registratie uit te voeren. 1. Druk op [LAYER/SPLIT].
*
Druk op [EXIT] om te annuleren.
2. Druk op [ENTER]. Het PERFORMANCE LIST venster verschijnt.
Door op [F2 (REMOVE)] te drukken, kunt u de Performance registratie annuleren die geselecteerd is in het FAVORITE PERFORM venster.
67
In performance modus spelen
Het Layer venster gebruiken
Het geluid voor een Part selecteren Het is gemakkelijk om de Patch die aan een Part toegewezen is te wisselen.
I
Een Part selecteren
1. Selecteer de part waarvan u het geluid wilt wisselen. 1. Gebruik
of part te selecteren.
in het PERFORM LAYER venster om de
2. Duk op [F5 (PAT LIST)]. Het PATCH LIST venster zal verschijnen.
fig.PartSelect
fig.PatchListPfm
U kunt de Part ook selecteren door op [SELECT] te drukken, waardoor het gaat branden en dan op PART/TRACK [1]-[8] drukken. *
Om Parts 9-16 te selecteren, dient u op [9-16] te drukken om het op te laten lichten en dan op PART/TRACK [1]-[8] te drukken.
De Part selecteren, die u wilt laten klinken (Keyboard Switch)
• Als u op [F1 (FAVORIT)] drukt, zal het FAVORITE PATCH venster (p.31) verschijnen. • Als u op [F2 (CATEG)] drukt, kunt u Patches per categorie selecteren (p.32).
3. Druk op
om de performance groep te selecteren.
4. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
de Patch te selecteren.
5. Druk op [ENTER] om de Patch te selecteren.
Hier laten we u zien, hoe u de Parts kunt selecteren waarvan Patch of ritme set te horen zullen zijn.
Gebruik het PATCH SELECT venster
1. Druk op [F1 (KBD SW)] in het PERFORM LAYER venster.
1. Selecteer de part waarvan u het geluid wilt wisselen.
Het Keyboard Switch venstertje verschijnt.
2. Druk op [PATCH SELECT].
fig.KbdSw
Het PATCH SELECT venster verschijnt. fig.PatchSelectPfm
2. Druk op
of
om de part te selecteren die u wilt laten
horen.
3. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
3. Om een ritme set te selecteren, dient u op [F5 (RHYTHM)] te om
“ON” of “OFF” te selecteren. Wanneer u het keyboard bespeelt, zult u de actuele Part en de Parts waarvan de keyboard switch op “ON” staat, horen.
4. Druk op [F6 (CLOSE)] om terug te keren naar het voorgaande venster.
drukken om een vinkje (✔) toe te voegen. Als u een vinkje toevoegt, verschijnt het RHYTHM SELECT venster.
4. Druk op [F1] of [F2] om een groep te selecteren. 5. Gebruik [F3], [F4], PART/TRACK [1]-[8], [INC] [DEC], of de VALUE draaischijf om een Patch/ritme set te selecteren.
Over de keyboard switch (schakelaar) Gebruik de keyboard switch, wanneer u meerdere geluiden die samen gelaagd zijn (Layer) wilt spelen of, wanneer u verschillende geluiden aan verschillende gebieden van het keyboard toe wilt kennen (Split). Omgekeerd kunt u alle keyboard switches uitzetten, wanneer u data aan het creëren bent.
68
6. Druk op [ENTER] om naar het PERFORMANCE LAYER venster terug te keren.
In performance modus spelen
Geluiden combineren en samen spelen (Layer) In Performance modus kunt u de geluiden van alle Parts, waarvan de Internal Switch aanstaat, en alle aangesloten Parts spelen. De Parts combineren zal een dikker, vetter geluid opleveren. fig.Layer.e
Part 1 (Rx ch.1)
Part 2 (Rx ch.2)
Part 15 (Rx ch.15)
Part 16 (Rx ch.16)
Verschillende geluiden in verschillende gebieden van het keyboard spelen (Split) In Performance modus kunt u het keyboard verdelen en in elk gebied een andere Patch spelen (dit heet “split”). Aangezien het noten gebied dat iedere Part speelt, afzonderlijk gespecificeerd kan worden, kunt u het keyboard splitsen in een maximum van 16 gedeelten. U kunt bijvoorbeeld snaren in het lagere gebied, piano in het hogere gebied en beide geluiden in de middelste gebied spelen. fig.Split.e
Keyboard Switch: On Part 1: Snaren Part 1 + Part 2: (Snaren + Piano)
1 (Tx ch.1)
Part 2: Piano
2 (Tx ch.2)
Een split Performance is één toepassing van een laag (layer). Het veranderen van het toetsengebied van iedere Part in de laag resulteert in een split.
15 (Tx ch.15) 16(Tx ch.16) Rx ch.: Receive Channel (ontvangen) Tx ch.: Transmit Channel (zenden)
1. Druk op [LAYER/SPLIT] om in het PERFORMANCE LAYER venster te komen.
1. Druk op [LAYER/SPLIT] om in het PERFORM LAYER venster te komen.
2. Druk op [F4 (KEYRANG)]. Het Key Range venstertje verschijnt.
2. Druk op [F1 (KBD SW)].
fig.KeyRange
Het Keyboard Switch venstertje verschijnt. fig.KbdSw
3. Druk op 3. Druk op
of
om de part te selecteren die u wilt horen.
4. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
“ON” te selecteren. Wanneer u het keyboard bespeelt, zult u de huidige Part en de Part waarvan de keyboard switch ingesteld staat op “ON”, horen.
5. Herhaal stappen 3-4 om de keyboard switch aan te zetten voor alle parts die aangesloten zijn op de parts die u wilt spelen.
6. Druk op [F6 (CLOSE)] om terug te keren naar het PERFORMANCE LAYER venster.
of
om de part te selecteren die u wilt
spelen.
4. Druk op [F3 (KBDSW)]-[F5 (UPPER) of
om de
parameter te selecteren.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC]/[DEC] om de instelling te veranderen. Parameter KbdSW
Waarde OFF, ON
Lower Upper
C - –Upper Lower–G9
Uitleg Specificeert of de Part wel/niet zal klinken. Ondergrens van het gebied Bovengrens van het gebied
De balk boven het keyboard geeft het toetsengebied aan die zal klinken.
6. Wanneer u klaar bent, dient u op [F6 (CLOSE)] te drukken om terug te keren naar het PERFORMANCE LAYER venster en beginnen met spelen.
Door secties te specificeren voor verschillende Parts, zodat deze elkaar overlappen, kunt u twee of meer Parts alleen in een specifiek gedeelte combineren.
69
In performance modus spelen
Het MIXER venster gebruiken
Het PATCH SELECT venster gebruiken 1. Selecteer de part waarvan u het geluid wilt wisselen.
Een Part selecteren
2. Druk op [PATCH SELECT]. Het PATCH SELECT venster verschijnt.
1. Druk op [CURSOR] in het PERFORMANCE MIXER venster
fig.PatchSelectPfm
om de cursor te verplaatsen naar het Part nummer. fig.PartSelect2
3. Om een ritme set te selecteren, dient u op [F5(RHYTHM)] te 2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de part te selecteren.
U kunt de Part ook selecteren door op [SELECT] te drukken, om het te laten branden en op PART/TRACK [1]-[8] te drukken. *
Om Parts 9-16 te selecteren, dient u op [9-16] te drukken om het te laten branden en dan op PART/TRACK [1]-[8] te drukken.
drukken om een vinkje (✔) toe te voegen. Als u een vinkje toevoegt, zal het RHYTHM SELECT venster verschijnen.
4. Druk op [F1] of [F2] om een groep te selecteren. 5. Gebruik [F3],[F4], PART/TRACK [1]-[8], [INC] [DEC], of de VALUE draaischijf om een Patch/ritme set te selecteren.
6. Druk op [ENTER] om terug te keren naar het
Het geluid voor een Part selecteren U kunt de Patch die is toegewezen aan een Part wisselen.
1. Selecteer de part waarvan u het geluid wilt wisselen. 2. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar het Patch nummer of de Patch groep. fig.PatchNumSelect
PERFORMANCE LAYER venster.
De Part instellingen bewerken In het PERFORMANCE MIXER venster kunt u de volgende parameters voor iedere Part instellen.
1. Druk op [MIXER]. Het PERFORMANCE MIXER venster verschijnt.
2. Druk op [F1 (LEVEL)]-[F6 (PART OUT)] om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om een Patch
3. Druk op [CURSOR] om de part te selecteren. fig.PartEdit
te selecteren.
De ritme set selecteren 1. Selecteer een part. 2. Druk op [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de volgende locatie.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te veranderen.
fig.PatchType
Parameter (Function Button) [F1 (LEVEL)]
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om “RHY” te selecteren. De ritme set zal geselecteerd worden.
[F2 (PAN)] [F3 (CHORUS)]
fig.PatchType2
[F4 (REVERB)]
70
Uitleg Volume van iedere Part (Level, p. 73). Linker-/rechterpositie van iedere Part (Pan, p.73). Niveau van het signaal verzonden naar chorus voor elke Part (Chorus, p. 74). Niveau van het signaal verzonden naar reverb voor elke Part (Reverb, p. 74).
In performance modus spelen
Parameter (Function Button) [F5 (KEY SFT)]
[F6 (PART-OUT)]
Uitleg
KBD PAD ARP OUT
Toonhoogte van het geluid van de Part (in halve tonen, +/- 4 octaven) (Coarse, p.74). Keyboard Switch (p.68) Pad Part (p. 117) Arpeggio Part (p.88) Output Assign (Asgn, p.74)
Het spelen van een specifieke Part dempen (Mute) Wanneer u meespeelt met een song kunt u Parts die u niet wilt horen, wegdraaien (d.w.z. dempen). Dit geeft u de mogelijkheid om de melodie uit te zetten voor karaoke toepassingen of om het gedempte gedeelte te oefenen.
1. Druk op [MUTE] in Performance modus. [MUTE] brandt.
2. Druk op PART/TRACK [1]-[8] om de corresponderende part uit te zetten, zodat de indicator brandt.
3. Als u part 9-16 uit wilt zetten, dient u op [9-16] te drukken waardoor de indicator brandt en dan op PART/TRACK [1][8] te drukken.
4. Om de part aan te zetten, dient u op PART/TRACK [1]-[8] te drukken die u in stap 2 ook heeft ingedrukt, zodat de indicator uit gaat.
Deze instelling is gelinkt aan de Mute parameter (PART VIEW venster) en kan opgeslagen worden als een Performance instelling. *
Part Mute zet de MIDI ontvangst schakelaar niet uit. In plaats daarvan wordt het volume op het laagste niveau ingesteld om het geluid te dempen. Om die reden kunnen MIDI berichten nog steeds ontvangen worden.
71
Een performance creëren Met de -Xa heeft u totale controle over een grote variatie aan instellingen. Elk item dat ingesteld kan worden noemen we een parameter. Wanneer u de waarden van de parameters verandert, bent u aan het bewerken. In it hoofdstuk wordt de werkwijze die gebruikt wordt bij het creëren van Performances en de functies van de Performance parameters, aan u uitgelegd.
De parameters van elke part aanpassen In Performance modus kunt u de Part instellingen in een lijst bekijken. Dit wordt het “PART VIEW” venster genoemd. In dit venster kunt u een lijst bekijken waarin u direct de instellingen voor vijf Parts kunt zien, zoals de Patch toegewezen aan iedere Part, en de volume en pan instellingen. U kunt deze instellingen hier bewerken en gedetailleerde instellingen maken die niet in het PERFORM LAYER venster of PERFORM MIXER venster gemaakt kunnen worden.
*
1. Druk op [LAYER/SPLIT] om in het PERFORMANCE LAYER venster te komen.
2. Selecteer de Performance die u wilt initialiseren (p.67). 3. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F6 (INIT)]. Het Performance Initialize venstertje verschijnt.
4. Druk op
2. Druk op [F2 (PART VIEW)]. Het Part View venster zal verschijnen.
om het initialisatie type te selecteren.
Herstelt de op dat moment geselecteerde Performance in het tijdelijk geheugen naar de standaard waarden. Gebruik deze instelling als u een geluid vanuit het niets wilt creëren. Sound Control: Initialiseert de waarden van de volgende parameters. Cutoff, Resonance Offset, Attack Time Offset, Release Time Offset, Decay Time Offset, Vibrato Rate, Vibrato, Depth, Vibrato Delay. Default:
1. Ga naar het PERFORMANCE LAYER venster.
fig.PartView
De Initialize handeling zal alleen invloed hebben op het op dat moment geslecteerde geluid; de geluiden die opgeslagen zijn in het gebruikersgeheugen zullen niet beïnvloed worden. Als u alle instellingen van de Fantom-Xa terug wilt zetten naar de fabriekswaarden, dient u een Factory Reset (p.203) uit te voeren.
5. Druk op [F6 (SELECT)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Druk op [F6 (EXEC)]. De initialisatie zal uitgevoerd worden.
3. Druk op
*
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
om de part te selecteren.
4. Druk op [PAGE], [F1]-[F6] en/of
om de parameter te selecteren. De naam van de parameter bij de cursor locatie wordt weergegeven in de bovenste regel van het PART VIEW venster.
fig.PartView2
De instellingen veranderen van die Patch die is toegewezen aan een Part Wanneer u Patches in Performance modus gebruikt, zullen sommige instellingen, zoals effect instellingen beïnvloed worden door Performance instellingen. Als u een Patch wilt bewerken, terwijl u kunt beluisteren deze klinkt, dient u de volgende procedure te volgen.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen.
6. Wanneer u klaar bent met bewerken, dient u op [EXIT] te drukken om terug te keren naar het PERFORMANCE LAYER venster. Als u terugkeert naar het PERFORMANCE LAYER venster zonder op te slaan, zal een “*” links van de Performance groep weergegeven worden.
Als u de stroomtoevoer uitzet of een ander geluid selecteert, terwijl de display een “*” weergeeft, zal uw bewerkte ritme set verloren gaan.
*
Hier leggen we uit hoe u de instelling van een Patch toegewezen aan een part, kunt veranderen. De procedure voor het veranderen van de instellingen van ritme sets is hetzelfde. Vervang “ritme set” waar “Patch” staat in de zin.
1. Wees er zeker van dat de Performance modus is geslecteerd.
2. Druk op [PATCH EDIT]. De Patch toegewezen aan de Part wordt weergegeven in het PATCH EDIT venster.
3. De rest van de procedure is hetzelfde als wanneer u veranderingen in Patch modus maakt (p.35).
niet (juist) RP
Performance instellingen initialiseren “Initialize” betekent de instellingen van het op dat moment geselecteerde geluid terugzetten naar een standaard instelling van waarden.
72
Een performance opslaan die u gecreëerd heeft (Write)
Een performance creëren
Veranderingen die u aanbrengt in geluidsinstellingen zijn tijdelijk en zullen verloren gaan als u de stroomtoevoer uitzet of een ander geluid selecteert. Als u het gewijzigde geluid wilt behouden, dient u het op te slaan in de interne USER groep (gebruikersgeheugen) of CARD groep (geheugenkaart).
Als u een Patch of ritme set toegekend aan een Part in een Performance heeft bewerkt en dan probeert de Performance op te slaan zonder de bewerkte Patch of ritme set eerst op te slaan, verschijnt het volgende bericht. fig.PfmWrite2
Wanneer u de instellingen van een Performance bewerkt, zal een “*” in het PERFORMANCE LAYER venster verschijnen.
Wanneer u het opslaan uitvoert, zal de data die zich eerder in de opslag bestemming bevond, verloren gaan.
In zulke gevallen, dient u eerst de Patches en ritme sets, en dan de peformance op te slaan.
1. Zorg ervoor dat de performance die u op wilt slaan geselecteerd is.
2. Druk op [WRITE]. Het WRITE MENU venster verschijnt. fig.PfmWrite
Functies van parameters van elke part (Performance parameters) [F1 (PATCH)]
3. Druk op [F1 (PERF)]. *
U kunt ook of gebruiken om “performance” te selecteren en dan op [ENTER] drukken. Het PERFORMANCE NAME venster verschijnt.
fig.PfmName
4. Wijs een naam toe aan de performance. Bekijk Een naam toekennen (p.28) voor details over het toekennen van namen.
5. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster zal verschijnen, waarin u de mogelijkheid heeft om de wegschrijfbestemming van de Performance te selecteren.
Parameter Type
Waarde Patch, Rhythm
Uitleg Stelt de toekenning van een Patch (Patch) of ritme set (Rhythm) in voor iedere Part. Group USER, PR-A–F, Selecteert de groep waartoe de GM, CARD, gewenste Patch of ritme set EXP hoort. USER: User(Gebruiker) PRA-H: Preset A-F GM: GM (GM2) CARD: Card (geheugenkaart) XP-A-D: Wave uitbreidingskaarten Number 001–**** Selecteert de gewenste Patch of ritme set op nummer. * Wanneer de cursor bij een Type, Group of Number staat, kunt u op [ENTER] drukken om het PATCH LIST venster te openen en een Patch uit de lijst kiezen (p.30).
[F2 (LVL PAN)]
6. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
en [F1(USER)] [F2(CARD)] om de wegschrijfbestemming en het ritme set nummer te selecteren.
Parameter Level
Waarde 0–127
Pan Kbd
L64–0–63R OFF, ON (✔)
Solo
OFF, ON (✔)
7. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
8. Druk op [F6 (EXEC)] om het opslaan uit te voeren. Druk op [F5(Cancel)] om te annuleren.
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl data wordt opgeslagen.
Wanneer u de instellingen voor de Patch of ritme set toegekend aan een part in een performance verandert
Uitleg Volume van iedere Part. Het hoofddoel van deze instelling is het aanpassen van de volumebalans tussen twee Parts. Linker-/rechterpositie van elke Part Specificeert voor iedere Part of het keyboard controller sectie aangesloten wordt op de interne geluidsgenerator of niet. Vink deze instelling aan “(✔)” als u de Part zelf wilt horen spelen; dit nemt men soleren.
73
Een performance creëren
Parameter Mute
Waarde OFF, ON (✔)
Uitleg Dempt (✔) Parts of juist niet (OFF). Gebruik deze instelling, wanneer u het instrument bijvoorbeeld voor karaoke wilt gebruiken en de Part die de melodie speelt wilt dempen of, wanneer u iets wilt spelen en daarbij gebruik maakt van een afzonderlijke geluidsmodule. * De Mute Switch parameter zet de part niet uit, maar stelt het volume in op een minimum, zodat u geen geluid hoort. Om die reden kunnen MIDI berichten nog steeds ontvangen worden.
[F3 (PITCH)] Parameter Octave
Waarde -3– +3
Coarse Fine
-48– +48 -50– +50
Bend
0–24, PAT
Uitleg Toonhoogte van het geluid van de Part (in eenheden van 1 octaaf) Bedenk dat, wanneer een ritme set is toegewezen aan een Part, u deze parameter niet kunt veranderen. Toonhoogte van het geluid van de Part (in halve tonen, +4/-4 octaven) Toonhoogte van het geluid van de Part (in stappen van 1 cent, one cent is 1/100ste van een halve toon) Hoeveelheid toonhoogte verandering in halve tonen (2 octaven), die voor zal komen, wanneer de Pitch Bend Lever verplaatst wordt. De hoeveelheid verandering, wanneer de hendel schuin staat is ingesteld op dezelfde waarde voor zowel de linker- als de rechterkant. Als u de Pitch Bend Range instelling van de Patch die toegekend is aan de Part (p.41) wilt gebruiken, dient u dit op “PAT” in te stellen.
Coarse Tune en Octave Shift De Coarse Tune en Fine Tune Parameters doen, samen met de Octave Shift parameter, allemaal hetzelfde voor het geluid; namelijk de toonhoogte van het geluid veranderen. Als bijvoorbeeld C4 (Midden C) gespeeld wordt m.b.v. de Coarse Tune parameter ingesteld op “+12”, zal de noot die geproduceerd wordt een C5 zijn (één octaaf boven C4). Als bijvoorbeeld C4 (Midden C) gespeeld wordt met de Octave Shift parameter ingesteld op “+1” , zal de geproduceerde noot ook een C5 zijn (één octaaf boven C4).
Ze functioneren intern echter zeer verschillend. Wanneer de Coarse Tune parameter ingesteld is op “+12”, zal de toonhoogte zelf met één octaaf omhoog gaan. Aan de andere kant, wanneer de Octave Shift parameter ingesteld is op “+1”, is dat hetzelfde als de toetsen één octaaf hoger indrukken. Met andere woorden, gebruik de Coarse Tune parameter, wanneer u de toonhoogte aan het veranderen bent en de Octave Shift parameter, wanneer u de hele keyboard wilt verschuiven, bijvoorbeeld, wanneer het aantal toet-
[F4 (OUTPUT)] Para-meter Asgn
Waarde MFX 1– 3, A, B, 1–4, PAT 1– 3
Output
0–127
74
Uitleg Specificeert voor elke Part hoe het directe geluid uitgevoerd zal worden. MFX 1-3: Output in stereo door d.m.v. multi-effecten U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten heen loopt. Specificeer welke multi-effecten (1-3) gebruikt zullen worden. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jack of OUTPUT B jack in stereo zonder door multi-effecten heen te lopen. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten heen te lopen. PAT 1-3: De output bestemming van de Part wordt bepaald door de instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Part. Specificeer welke multi-effecten (1-3) gebruikt zullen worden. * Als u instellingen gemaakt heeft en de geluiden worden apart verzonden naar de INDIVIDUAL 1 jack en INDIVIDUAL 2 jack, maar er bevindt zich geen stekker in de INDIVIDUAL 2 jack , dan zullen de geluiden die verzonden worden naar INDIVIDUAL 1 en INDIVIDUAL 2 gemixt en uitgevoerd worden via de INDIVIDUAL 1 jack. * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld is op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). * Als u Tone Out Assign ingesteld heeft op “MFX,” dient u de MFX Output Assign parameter in te stellen om de uitvoerbestemming van het geluid dat door de multi-effecten is gepasseerd, te specificeren. • Chorus en reverb worden altijd in mono uitgevoerd. • De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de chorus is gepasseerd wordt ingesteld met de Chorus Output Select en de Chorus Output Assign parameters (p.161). • De uitvoerbestemming van het signaal nadat het door de reverb is gepasseerd, wordt ingesteld met de Reverb Output Assign parameter (p.161). Niveau van het signaal dat naar de uitvoerbestemming gestuurd wordt, gespecificeerd door Part Output Assign.
Een performance creëren
Para-meter Chorus Reverb
Waarde 0–127 0–127
Uitleg Niveau van het signaal dat voor iedere Part naar chorus gestuurd wordt. Niveau van het signaal dat voor iedere Part naar reverb gestuurd wordt.
[F5 (FX SRC)] Parameter MFX1–3 Chorus Reverb
Waarde OFF, ON (✔)
Uitleg De instellingen van een specifieke Patch kunnen gebruikt worden als de instellingen voor MFX1-MFX3, chorus en reverb. Deze instelling specificeert de Part waar aan deze Patch is toegwezen. Als er geen Part geselecteerd is, zullen de instellingen van de Performance gebruikt worden.
[F6 (OFFSET)] Parameter Cutoff Reso Attack Releas Decay
Waarde -64– +63 -64– +63 -64– +63 -64– +63 -64– +63
Uitleg Past de cutoff frequentie voor de Patch of ritme set toegewezen aan een Part, aan. Past de Resonance voor de Patch of ritme set toegewezen aan een Part, aan. Past de TVA/TVF Envelope Attack Time voor de Patch of ritme set toegewezen aan een Part, aan. Past de TVA/TVF Envelope Release Time voor de Patch of ritme set toegewezen aan een Part, aan. Past de TVA/TVF Envelope Decay Time voor de Patch of ritme set toegewezen aan een Part, aan.
[F1 (VIBRATO)] Parameter Vib Rate Depth Delay Phase
Waarde -64– +63 -64– +63 -64– +63 OFF, ON
Uitleg Past de vibrato snelheid aan voor iedere Part. Past de diepte van het vibrato effect aan voor iedere Part. Past de tijdsvertraging aan totdat vibrato begint voor iedere Part. Stel dit in op “ON”, wanneer u de discrepanties in de timing van Parts gespeeld op hetzelfde MIDI kanaal, wilt onderdrukken. * Wanneer deze parameter staat ingesteld op “ON”, worden Parts op hetzelfde MIDI kanaal in een toestand gezet waarin hun timing overeenkomt, wat het mogelijk maakt om ze gelijktijdig te spelen. Bijgevolg kan een zekere hoeveelheid tijd verstrijken tussen ontvangst van de Note berichten en het afspelen van de geluiden. Zet deze instelling alleen op “ON” wanneer dit nodig is.
[F2 (KEYBORD)] Parameter Kbd
Waarde OFF, ON (✔)
K.L K.U
C - –(Upper) (Lower)–G9
Uitleg Specifieert, voor iedere Part of het keyboard controller sectie aangesloten zal worden op de interne geluidsgenerator. De laagste noot waarin de toon voor iedere Part zal klinken. De hoogste noot waarin de toon zal klinken voor iedere Part. Wanneer de Key Range (p.42) is ingesteld voor iedere afzonderlijke toon in een Patch, worden geluiden geproduceerd in het gebied waar de Key Range van elke toon en de Key Range voor de Part elkaar overlappen. Key range gespecificeerd voor Performance
Key range gespecificeerd voor patch Het gebied waarin noten zullen spelen
Velo
-63– +63
Dit verandert het volume en cutoff frequentie voor elke Part afhankelijk van de snelheid waarmee de toetsen worden ingedrukt. Als u wilt dat krachtig gespeelde noten tot gevolg hebben dat de volume/cutoff frequentie stijgt, dient u positieve(+) instellingen te maken voor deze parameter. Als u wilt dat krachtig gespeelde noten tot gevolg hebben dat de volume/cutoff frequentie daalt, dient u negatieve(-) instellingen te maken. Stel “Velocity Sensitivity” in op “0”, wanneer u wilt dat geluiden spelen op een vaststaand volume en cutoff frequentie, ongeacht de kracht waarmee de toetsen worden bespeeld.
75
Een performance creëren
Parameter Curve
Waarde OFF, 1–4
Uitleg Selecteert voor ieder MIDI kanaal één van de volgende vier Velocity Curve types die het beste passen bij de aanraking van de aangesloten MIDI keyboard. Stel dit in op “OFF” als u de eigen aanslaggevoeligheid curve van de MIDI keyboard gebruikt.
Voice
0–63, FUL
Deze instelling specificeert het aantal stemmen dat gereserveerd zal worden voor elke Part, wanneer meer dan 128 stemmen gelijktijdig gespeeld worden. * Het totaal van de instellingen van alle Parts mag niet hoger zijn dan 128. Het resterende aantal beschikbare stemmen zal worden weergegeven bij (rest=). Houd hier rekeneing mee wanneer u Voice Reserve instellingen maakt.
1
2
3
4
Het aantal stemmen dat gebruikt wordt berekenen De Fantom-Xa kan maximaal 128 stemmen gelijktijdig spelen. De polyfonie of het aantal stemmen (geluiden) refereert niet alleen aan het aantal geluiden dat gespeeld wordt, maar verandert afhankelijk van het aantal tonen dat gebruikt wordt in de Patches en het aantal waves die gebruikt wordt in de tonen. De volgende
methode wordt gebruikt om het aantal geluiden te berekenen dat gebruikt wordt om één Patch te spelen. (Aantal geluiden dat gespeeld wordt) x (Aantal tonen dat gebruikt wordt door Patches die gespeeld worden) x (Aantal waves gebruikt in de tonen). Realtime Stretch vereist twee keer de normale polyfonie.
[F3 (KEY MOD)] Parameter Mono/Poly
Waarde MONO, POLY, PAT
Legato
OFF, ON, PAT
Portament
OFF, ON, PAT
Time
0–127, PAT
Uitleg Stel deze parameter in op “MONO”, wanneer de Patch toegekend aan de Part monofonisch gespeeld moet worden of op “POLY”, wanneer de Patch polyfonisch gespeeld dient te worden. Als u de Mono/Poly instelling van de Patch die toegekend is aan de Part (p.41) wilt gebruiken, dient u dit in te stellen op “PAT.” * Deze instelling wordt genegeerd voor Parts waar een ritme set aan is toegekend. U kunt legato toevoegen, wanneer u monofonisch aan het uitvoeren bent. De term “legato” refereert aan een speelstijl waarin noten soepel verbonden zijn teneinde een vloeiend gevoel te creëren. Dit creëert een soepele overgang tussen noten, wat effectief is, wanneer u de hammering-on en pulling-off technieken die gebruikt worden door gitaristen na wilt bootsen. Zet deze parameter op “ON”, wanneer u de Legato functie wilt gebruiken en op “OFF”, wanneer u dat niet wilt. Als u de Legato Switch instelling van de Patch die toegekend is aan de Part wilt gebruiken (p.41), dient u dit op “PAT” in te stellen. * Deze instelling wordt genegeerd voor Parts waar een ritme set aan is toegekend. Specificeer of portamento toegepast zal worden. Zet deze parameter op “ON”, wanneer u Portamento toe wilt passen en op “OFF”, wanneer u dat niet wilt. Als u de Portamento Switch instelling van de Patch die toegekend is aan de Part (p.41) wilt gebruiken, dient u dit op “PAT” in te stellen. Wanneer Portamento gebruikt wordt, specificeert dit de tijd waarin de toonhoogte zal veranderen. Hogere instellingen zullen ervoor zorgen dat de toonhoogte verandering naar de volgende noot langer duurt. Als u de Portamento Time instelling van de Patch die toegekend is aan de Part (p.41) wilt gebruiken, dient u dit op “PAT” in te stellen. * Deze instelling wordt genegeerd voor Parts waar een ritme set aan is toegekend.
[F4 (S.TUNE1)] [F5 (S.TUNE2)] Parameter Part Scale Tune for C–B
76
Waarde -64– +63
Uitleg Maak scale tune instellingen voor elke Part. Scale Tune wordt aan-/uitgezet d.m.v. de Scale Tune Switch parameter (p.194).
Een performance creëren
Gelijke temperatuur
Arabische schaal
Dit afstellen verdeelt de octaaf in 12 gelijkwaardige Parts en is de meest gebruikte temperatuur methode gebruikt in Westerse muziek. De Fantom-Xa gebruikt gelijke temperatuur, wanneer de Scale Tune Switch op “OFF” is ingesteld.
In deze schaal zijn E en B een kwart noot lager en C#, F# enG# een kwart noot hoger vergeleken met gelijke temperatuur . De tussenpauze tussen G en B, C en E, F en G#, Bb en C# en Eb en F# hebben een natuurlijke derde- de interval tussen een derde majeur en een derde mineur. Bij de Fantom-Xa kunt een Arabische schaalgebruiken bij de drie toetsen van G, C en F.
Vaste temperatuur (Tonic of C) Vergeleken met de instelling van gelijke temperatuur klinkt een vaste temperatuur indeze stemming zuiver. Dit effect wordt echter alleen in één toets bereikt, en de drieklanken zullen dubbel klinken als u transponeert.
Nootnaam
Gelijke temperatuur
Vaste temperatuur (tonic C)
C C# D Eb E F F# G G# A Bb
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 -8 +4 +16 -14 -2 -10 +2 +14 -16 +14
Arabische schaal -6 +45 -2 -12 -51 -8 +43 -4 +47 0 -10
[F6 (EXT)] Parameter Bank Sel (MSB)
Waarde 0–127, OFF
Bank Sel (LSB)
0–127
Prog
1–128, OFF
Level
0–127, OFF
Pan
L64–0–63R, OFF
Uitleg Als u een Bank Select nummer MSB (controller nummer 0) ook wilt overbrengen, wanneer u tussen Performances wisselt, dient u de waarde te specificeren die u wilt overbrengen (0-127) voor iedere Part. Als u niet wilt dat deze boodschap overgebracht wordt, moet u dit op “OFF” zetten. * De data van de part, waarvoor het keyboard switch uitgeschakeld staat, zal niet overgebracht worden. Als u een Bank select nummer LSB (controller nummer 32) ook wilt overbrengen, wanneer u tussen Performances wisselt, dient u de waarde te specificeren die u wilt overbrengen (0-127) voor iedere Part. De data van de Part waarvoor het keyboard switch uitgeschakeld staat zal niet overgebracht worden. Als u een Program Change nummer ook wilt overbrengen, wanneer u tussen Performances wisselt, dient u de waarde te specificeren die u wilt overbrengen (0-128) voor iedere Part. Als u niet wilt dat deze boodschap overgebracht wordt, dient u dit op “OFF” in te stellen. * De data van de part, waarvoor het keyboard switch uitgeschakeld staat, zal niet overgebracht worden. Als u Volume berichten ook wilt overbrengen, wanneer u een Performance selecteert, dient u de gewenste waarde (0-127) te specificeren voor de Part. Als u niet wilt dat dit bericht overgebracht wordt, dient u dit op “OFF” in te stellen. * De data van de part, waarvoor het keyboard switch uitgeschakeld staat, zal niet overgebracht worden. Als u Pan berichten ook wilt overbrengen, wanneer u een Performance selecteert, dient u de gewenste waarde (L64-0-63R) te specificeren voor de Part. Als u niet wilt dat dit bericht overgebracht wordt, moet u dit op “OFF” zetten. * Deze berichten zullen niet overgebracht worden door de Parts, waarvan het keyboard Switch uitstaat.
77
Een performance creëren
Instellingen voor de Realtime Controllers en D Beam controller De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om de parameters toe te kennen, die beïnvloed worden, wanneer u de realtime control knoppen, toekenbare schakelaars (assignable switches), D Beam, Pitch bend of modulation lever gebruikt. Dit geeft u de mogelijkheid om het geluid, door gebruik te maken van de controllers, op verschillende manieren te veranderen.
1. Ga naar het PERFORMANCE LAYER venster en selecteer de Performance waarvan u de instellingen wilt veranderen (p.67).
2. Druk op [F3 (CONTROL)]. Het CTRL SETTING venster verschijnt.
ring moet volgen. Deze instelling is bruikbaar, wanneer de Seq Tempo Override parameter op “ON” staat. Om deze instelling aan te zetten, dient u de tempo Override parameter (p.200) aan te zetten. WAARDE: 20-250 *
Deze waarde wordt onafhankelijk voor iedere performance gespecificeerd. Dit betekent dat wanneer u tussen performances wisselt, de tempo instelling van de Fantom-Xa zal veranderen.
*
Het sequencer tempo zal overschreven worden door het nieuwe tempo wanneer u tussen performances wisselt.
[F4 (DBEAM)] Bekijk Pad Trigger (p.82) en Assignable (p.82) voor details.
[F5 (DB SYN)] Bekijk Solo Synth voor details (p.81).
Control Switch instellingen [F6 (CTRL SW)]
fig.CtrlSettingPfm
U kunt controller switch aan/uit instellingen veranderen voor elke Patch of Performance.
1. Druk op [F6(CTRL SW)] in het CONTROL SETTING venster. 3. Druk op [F1]-[F5] en/of
Het CONTROL SWITCH venster verschijnt. om de parameter te selec-
fig.CtrlSwPfm
teren.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te veranderen.
5. Herhaal stappen 3-5 om iedere parameter die u wilt bewerken, in te stellen.
6. Druk op [WRITE] om de veranderingen die u hebt gemaakt, op te slaan. Als u de veranderingen niet wenst op te slaan, dient u op [EXIT] te drukken om terug te keren naar het PERFORMANCE LAYER venster. *
Instellingen voor de Sol Synth worden opgeslagen voor Systeem instellingen. Druk op [F6(WRITE)] om het wegschrijven uit te voeren. Als u naar het PERFORMANCE LAYER venster terugkeert zonder op te slaan, wordt een “*” links van de Performance groep weergegeven.
Als u het apparaat uitzet of een ander geluid selecteert, terwijl de display “*” aangeeft, zal uw bewerkte Performance verloren gaan.
[F1 (KNOB)]
2. Gebruik [CURSOR] om de parameter te selecteren. 3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC]/[DEC] om de instelling te veranderen.
4. Herhaal stappen 2-3 om iedere parameter in te stellen, die u wilt bewerken.
5. Druk op [F6(EXIT)] om terug te keren naar het voorgaande venster. Parameter PB
Mod
Hold
Bekijk REALTIME CONTROL knoppen instellingen (p.83) voor details.
[F2 (SWITCH)]
Ctrl
Bekijk ASSIGNABLE switch instellingen (p.84) voor details.
[F3 (TEMPO)]
D Beam
Aanbevolen tempo
Knob 1–4
Als u het sequencer tempo wilt veranderen, wanneer u Performances wisselt, dient u het tempo te specificeren dat op deze verande-
78
Waarde OFF, ON (✔)
Uitleg Specificeer voor iedere Part of MIDI Pitch Bend boodschappen overgebracht zullen worden (ON) of niet (OFF). Specificeer voor iedere Part of MIDI modulatie boodschappen overgebracht zullen worden. U kunt specificeren of control berichten van een pedaal aangesloten op de HOLD PEDAL jacks, overgebracht zullen worden. U kunt specificeren of control berichten van een pedaal aangesloten is de CONTROL PEDAL jacks, overgebracht zullen worden. Specificeert of elke Part bestuurd zal worden door de D Beam. Specificeert of elke Part bestuurd zal worden door de REALTIME CONTROL knop.
Een performance creëren
MIDI instellingen 1. Ga naar het PERFORMANCE LAYER venster en selecteer de Performance waarvan u de instellingen wilt veranderen (p.67). 2. Druk op [F6 (MIDI)]. Het MIDI FILTER venster verschijnt. fig.MidiFilter
Parameter Rx
Waarde OFF, ON (✔)
Ch PC (Program Change) BS (Bank Select) PB (Pitch Bend) PA (Polyphonic Key Pressure) CA (Channel Pressure) Md (Modulation) Vo (Volume) Pn (Pan) Ex (Expression) Hd (Hold-1)
1–16 OFF, ON (✔)
Uitleg Specificeer voor iedere Part of MIDI berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). Als dit op “OFF” staat, zal de Part niet reageren. Normaliter zult u dit op “ON” laten staan, maar u kunt het op “OFF” zetten, wanneer u niet wilt dat een specifieke Part speelt gedurende het afspelen van een song. MIDI ontvangst kanaal voor elke Part Specificeer of MIDI berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF) voor ieder MIDI kanaal.
79
Het geluid in real time veranderen U kunt de D Beam controller, realtime controllers, toekenbare schakelaars (assignable switches) of een pedaal gebruiken om het geluid te veranderen, terwijl u aan het uitvoeren bent. Hier zullen we de procedures en instellingen voor het gebruik van deze functies in Patch modus uitleggen. De handelingen zijn hetzelfde als in Performance modus.
4. Om de D Beam controller uit te zetten, dient u nogmaals op de knop te drukken die u in stap 2 heeft ingedrukt, zodat de indicator uitgaat.
Als Performance modus geselecteerd is, wordt de D Beam controller aan/uit instelling opgeslagen voor iedere Performance als onderdeel van de Performance instellingen.
D Beam Controller De D Beam controller kan gebruikt worden door uw hand er simpelweg over heen te bewegen. Het kan gebruikt worden om verschillende effecten toe te passen, afhankelijk van de functie die eraan toegekend is. U kunt ook effecten creëren waarin het geluid onmiddellijk verandert, op een manier die niet mogelijk zou zijn als u een knop of de verbuig hendel zou gebruiken. Bij de Fantom-Xa kan de D Beam controller niet alleen gebruikt worden om de geluiden die toegekend zijn aan het keyboard Part of Pad Part te veranderen, maar ook om de toonhoogte van een monofonisch (solo) synthesizer geluid te regelen.
Het bruikbare gebied van de D Beam controller De volgende tekening geeft het bruikbare gebied van de D Beam controller aan. Uw hand bewegen buiten dit gebied zal geen effect hebben. fig.DBeamRange
1. Ga naar het Patch Play venster (p.29). Het volgende gebied van het venster is het D Beam controller display gebied. fig.DBeamArea
De respons van de D Beam controller kan ook in het “D Beam” gebied van de display bekeken worden. Dit wordt grafisch weergegeven als een balk die langer wordt als uw hand dichter bij komt en korter, wanneer u uw hand verder weg haalt. fig.DBeamSens
2. Druk op de D BEAM [PAD TRIGGER], [SOLO SYNTH] of [ASSIGNABLE] knop om de D Beam controller aan te zetten. [PAD TRIGGER]: Gebruik de D Beam controller om geluiden te spelen i.p.v. op de Pads te slaan. [SOLO SYNTH]:
Geeft u de mogelijkheid om de D Beam als een monofonische synthesizer te gebruiken.
[ASSIGNABLE]: Regelt de functie toegekend aan de D Beam controller.
Het bruikbare gebied van de D Beam controller zal extreem klein worden, wanneer het gebruikt wordt in direct, sterk zonlicht. Wees hier a.u.b. attent op, wanneer u de D Beam controller buiten gebruikt.
3. Terwijl u het keyboard of Pads bespeelt om geluid te produceren, plaatst u uw hand over de D Beam controller en beweegt u deze langzaam heen en weer. Een effect zal op het geluid toegepast worden, afhankelijk van de functie die toegekend is aan de D Beam controller.
De gevoeligheid van de D Beam controller zal veranderen afhankelijk van de hoeveelheid licht in de nabijheid van het apparaat. Als het niet functioneert, zoals u verwacht, dient u de gevoeligheid aan te passen die past bij de lichtomstandigheden van uw locatie. Deze waarde vergroten zal de gevoeligheid verhogen (p.201).
Solo Synth Op de Fantom-Xa kunt u een monofonische synthesizer bespelen waarvan de toonhoogte geregeld wordt door de D Beam.
fig.DBeamSyn
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op D Beam [SOLO SYNTH]. Het Solo Synth venster verschijnt.
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken.
80
Het geluid in real time veranderen
4. Als u de instellingen op wilt slaan, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken.
5. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande
Instellingen voor de Solo Synth worden opgeslagen als systeeminstellingen.
venster. Parameter Level & Range Level Chorus Send Level Reverb Send Level Range
Osc1 Osc 1 Waveform
Waarde
Uitleg
0–127 0–127 0–127 2OCT, 4OCT, 8OCT
Stelt het volume in. Niveau van het signaal verstuurd naar chorus Niveau van het signaal verstuurd naar reverb Gebied waarin de toonhoogte van de solo synth zal variëren
SAW, SQR
Waveform SAW: Sawtooth wave SQR: Square wave Pulse width van de waveform. Door de pulse width cyclisch te veranderen, kunt u subtiele veranderingen in de toon creëren. * De Pulse Width is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met OSC 1/2 waveform. Pitch van het toongeluid (in halve tonen, +/- 4 octaven) Pitch van het toongeluid (in 1-cent stappen)
Osc 1 Pulse Width
0–127
Osc 1 Coarse Tune Osc 1 Fine Tune Osc2 & Sync Osc 2 Waveform Osc 2 Pulse Width Osc 2 Coarse Tune Osc 2 Fine Tune Osc 2 Level Osc Sync Switch
-48– +48 -50– +50
Filter Filter Type
(hetzelfde als OSC1)
0–127 OFF, ON
Pas het niveau aan. Door deze knop aan te zetten kan een complex geluid met veel harmonie geproduceerd worden. Dit is effectief, wanneer de OSC1 toonhoogte hoger is dan de OSC2 toonhoogte.
OFF, LPF, BPF, HPF, PKG
Type filter. OFF: Er wordt geen filter gebruikt. LPF: Low Pass filter. Dit reduceert het volume van alle frequenties boven de cutoff frequentie (Cutoff Freq) om af te ronden of het geluid minder helder te maken. BPF: Band Pass Filter. Dit laat alleen de frequenties in de regio van de cutoff frequentie (Cutoff Frequency) staan en snijdt de rest eruit. HPF: High Pass Filter. Dit snijdt de frequenties in de regio onder de cutoff frequentie (Cutoff Frequency) eruit. PKG: Peaking Filter. Dit legt de nadruk op de frequenties in de regio van de cutoff frequentie (Cutoff Frequency). Frequentie waarop het filter een effect begint te krijgen op de frequentie componenten van de waveform. Legt de nadruk op het gedeelte van het geluid in de regio van de cutoff frequentie, waarmee karakter aan het geluid toegevoegd wordt. Extreem hoge instellingen kunnen trillingen veroorzaken waardoor het geluid wordt vervormd.
Cutoff Resonance
0–127 0–127
LFO LFO Rate LFO Osc 1 Pitch Depth LFO Osc 2 Pitch Depth LFO Osc 1 Pulse Width Depth
0–127 -63– +63 -63– +63 -63– +63
LFO Osc 2 Pulse Width Depth
-63– +63
Modulatiesnelheid van de LFO. Diepte waarin de LFO de Osc 1 toonhoogte zal moduleren. Diepte waarin de LFO de Osc 2 toonhoogte zal moduleren. Diepte waarin de LFO de pulse width van de Osc 1 wavevorm zal moduleren. * De pulse width is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met Osc 1 waveform. Diepte waarin de LFO de pulse width van de Osc 2 wavevorm zal moduleren. * De pulse width is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met Osc 2 waveform.
81
Het geluid in real time veranderen
Pad Trigger U kunt de D Beam controller gebruiken om de Pads te regelen als een alternatief voor het slaan op de Pads zelf.
4. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op D BEAM [PAD TRIGGER]. Een venster, zoals de volgende verschijnt.
2. Druk op
PAD trigger instellingen worden afzonderlijk opgeslagen voor elke Performance als Part van de Performance instellingen. Dit geeft u de mogelijkheid Performances te creëren die effectief gebruik maken van controller instellingen.
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken.
Parameter Pad Number Pad Velocity Pad Control Mode
Als Patch modus geselecteerd is, wordt dit opgeslagen als Part van de systeeminstellingen. Als u de instellingen op wilt slaan, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Waarde 1–9 1–127 MOMENTARY, LATCH
Uitleg Pad nummer beïnvloed door de D Beam Kracht van het Pad geluid gespeeld door de D Beam controller Specificeert hoe de D Beam zich zal gedragen, wanneer het geblokkeerd wordt. MOMENTARY: De parameter zal alleen aan staan, wanneer de D Beam geblokkeerd wordt, en zal uitgaan, wanneer u stopt deze te blokkeren. LATCH: De parameter zal elke keer, wanneer u de D Beam blokkeert afwisselend aan/ uitgaan.
Toewijsbaar U kunt verschillende functies toewijzen aan de D Beam controller en een grote hoeveelheid effecten op het geluid in real time toepassen.
4. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op D BEAM [ASSIGNABLE]. Een venster, zoals hieronder verschijnt. fig.DBeamAsgn
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
De instellingen voor ASSIGNABLE (toewijsbaar) worden afzonderlijk opgeslagen voor elke Performance als Part van de Performance instellingen. Dit geeft u de mogelijkheid Performances te creëren die effectief gebruik maken van controller instellingen.
Als Patch modus geselecteerd is, wordt dit opgeslagen als Part van de systeeminstellingen. Als u de instellingen op wilt slaan, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken. Parameter Type
Waarde CC01–31, 33– 95, BEND UP, BEND DOWN, START/STOP, TAP TEMPO, ARP GRID, ARP DURATION, ARP MOTIF, ARP OCTAVE UP, ARP OCTAVE DOWN
Uitleg Functie geregeld door de D Beam controller. CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 BEND UP: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range Up” instelling (p.41). BEND DOWN: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range ” instelling (p.41). START/STOP: Start/stopt de sequencer. TAP TEMPO: Tap tempo (een tempo gespecificeerd door de tussentijd waarin u uw hand over de D Beam controller beweegt). ARP GRID: Arpeggio spoor ARP DURATION: Past de duur van iedere gearpeggieerde noot aan. ARP MOTIF: Arpeggio Motif ARP OCTAVE UP: Het gebied waarin de arpeggio te horen zal zijn, zal in stappen van één octaaf omhoog gaan (maximaal 3 octaven). ARP OCTAVE DOWN: Het gebied waarin de arpeggio te horen zal zijn, zal in stappen van één octaaf omlaag gaan (maximaal 3 octaven).
82
Het geluid in real time veranderen
Parameter Range Min Range Max
Waarde 0–127 0–127
Uitleg Specificeert de ondergrens van het bereik van de D Beam controller. Specificeert de bovengrens van het bereik van de D Beam controller. Door Range Max onder Range Min in te stellen, kunt u de volgorde van verandering omdraaien.
Realtime Controller U kunt de REALTIME CONTROL knoppen en ASSIGNABLE SW knoppen gebruiken om het geluid in real time te veranderen.
1. Ga naar het Patch Play venster.
Als de indicatoren niet branden, kunt u geen parameters besturen door aan de knoppen te draaien.
3. Terwijl u het keyboard bespeelt of op de Pads slaat om
2. U kunt de functie van de knoppen selecteren door op de
•
*
knop te drukken die zich rechts van de REALTIME CONTROL knoppen bevindt. Wanneer de FILTER/ENV indicator brandt
geluid te produceren, bedient u de REALTIME CONTROL knoppen en ASSIGNABLE SW knoppen. Het geluid zal overeenkomstig de functie die is toegewezen aan elke knop, veranderen.
Door aan de knoppen te draaien kunt u Cutoff, Resonance, Attack en Release besturen. •
Wanneer de ARP/RHY indicator aanstaat Aan de knoppen draaien zal de arpeggio parameters Range en Accent, en de ritme parameters Accent Rate en Tempo regelen.
•
Wanneer de ASSIGNABLE indicator brandt Aan de knoppen draaien zal de toegewezen parameters regelen. U kunt vrij parameters toewijzen.
REALTIME CONTROL knop instellingen 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en draai aan de REALTIME CONTROL knoppen. Een venster, zoals hieronder verschijnt.
4. Als u de instellingen op wilt slaan, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken.
5. Druk op [Exit] om terug te keren naar het voorgaande
fig.RealtimeKnob
venster.
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de
Realtime controller instellingen worden afzonderlijk opgeslagen voor elke Performance als Part van de Performance instellingen. Dit geeft u de mogelijkheid Performances te creëren waarbij effectief gebruik gemaakt wordt van controller instellingen.
instelling te maken. Parameter Knob C1–4 Assign
Waarde CC01–31, 33–95, PITCH BEND, AFTERTOUCH, ARP STYLE, ARP GRID, ARP DURATION, ARP MOTIF, CHORD FORM, MASTER LEVEL
Uitleg Functies die bestuurd zullen worden door de REALTIME CONTROL knoppen CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 PITCH BEND: Pitch Bend AFTERTOUCH: Aftertouch ARP STYLE: Arpeggio Stijl ARP GRID: Arpeggio spoor ARP DURATION: Tijdsduur van elke gearpeggieerde noot aan ARP MOTIF: Arpeggio Motif CHORD FORM: Accoord vorm van de Chord Memory functie MASTER LEVEL: Het volume van de hele Fantom-Xa.
83
Het geluid in real time veranderen
ASSIGNABLE Switch instellingen 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op één van de ASSIGNABLE SW knoppen. Een venster, zoals hieronder verschijnt.
5. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
fig.RealtimeSw
Realtime controller instellingen worden onafhankelijk voor iedere Performance opgeslagen als Part van de Performance instellingen. Dit geeft u de mogelijkheid om Performances te creëren waarbij effectief gebruik gemaakt wordt van controller instellingen.
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken.
4. Als u de instellingen op wilt slaan, dient u op [F6(WRITE)] te
Als Patch modus geselecteerd is, zijn assignable switches (toekenbare schakelaars) beschikbaar, wanneer het keyboard Part geselecteerd is.
drukken. Parameter Switch 1/2 Assign
84
Waarde TRANSPOSE DOWN, TRANSPOSE UP, TAP TEMPO, MONO/POLY, PORTAMENTO, HOLD, MFX1–3, CHORUS SW, REVERB SW, MASTERING SW, LOOP, RHY START/STOP
Uitleg Functies die bestuurd zullen worden door de [ ]/[ ] knoppen. TRANSPOSE DOWN: Verlaagt het toon bereik in semitonale stappen (tot 5 halve tonen lager). TRANSPOSE UP: Verhoogt het toon bereik in semitonale stappen (tot 6 halve tonen hoger). TAP TEMPO: Tap Tempo (een tempo gespecificeerd door de tussentijd waarin u de knop indrukt). MONO/POLY: ingedrukt om de verbinding te maken tussen het polyfonisch (POLY) en monofonisch (MONO) spelen van een Patch. PORTAMENTO: Portamento aan/uit HOLD: Hold play aan/uit MFX1-3 SW: Multi-effect 1-3 schakelaar CHORUS SW: Chorus schakelaar REVERB SW: Reverb schakelaar MASTERING SW: Mastering schakelaar LOOP: Loop play aan/uit RHY START/STOP: Ritme patroon afspelen aan/uit
Het geluid in real time veranderen
Control Pedal U kunt het geluid veranderen door op een pedaal te drukken die aangesloten is op de PEDAL HOLD jack of PDAL CONTROL jack aan de achterkant van het paneel. Pedalen, zoals expressiepedalen (EV-5; aPart verkrijgbaar), pedaalschakelaars (DP serie; aPart verkrijgbaar) of voetschakelaars (BOSS FSU; aPart verkrijgbaar) kunnen aangsloten worden op de Fantom-Xa.
1. Ga naar het Patch Play venster (p.29). 2. Terwijl u het keyboard bespeelt om geluid te produceren, dient u een pedaal te bedienen. Het geluid zal veranderen afhankelijk van de functie die toegewezen is aan de control pedal.
Control Pedal instellingen 1. Druk op [MENU].
fig.SystemPedal
2. Gebruik
of om “1.System” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het System Menu venstertje verschijnt.
fig.SystemMenu
4. Druk op
om de parameter te selecteren.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC]/[DEC] om de instelling te maken.
3. Druk op [F2(KBD/CTRL)] en dan op [F2 (PDL BND)]. Een venster, zoals hieronder verschijnt.
6. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op [F6(WRITE)] te drukken.
7. Druk op [Exit] om terug te keren naar het Patch Play venster. Parameter Control Pedal Assign
Waarde CC01–31, 33–95, BEND UP, BEND DOWN, AFTERTOUCH, OCT UP, OCT DOWN, START/STOP, PUNCH IN/OUT, TAP TEMPO, PROG UP, PROG DOWN, FAVORITE UP, FAVORITE DOWN, ARP SW, RHY START/ STOP, CHORD SW, LOOP
Control Pedal Polarity Hold Pedal Polarity
STANDARD, REVERSE
Continuous Hold Pedal
OFF, ON
Uitleg Functie van iedere pedaal die aangesloten is op de PEDAL CONTROL jacks. CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 BEND UP: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range Up” instelling (p.41). BEND DOWN: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range Down” instelling (p.41). AFTERTOUCH: Aftertouch OCT UP: Elke druk op de pedaal verhoogt het toon bereik in stappen van één octaaf (maximaal 3 octaven hoger). OCT DOWN: Elke druk op de pedaal verlaagt het toon bereik in stappen van één octaaf (maximaal 3 octaven lager). START/STOP: De sequencer start/stopt. PUNCH IN/OUT: Manuele punch-in/out opnamen zullen starten/stoppen. TAP TEMPO: Tap tempo (een tempo gespecificeerd door de interval waarin u op de pedaal drukt). PROG UP: Het volgende geluid nummer zal geselecteerd worden. PROG DOWN: Het vorige geluid nummer zal geselecteerd worden. FAVORITE UP: De favoriete Patch/Performance van het volgende nummer of de volgende bank zal geselecteerd worden. FAVORITE DOWN: De favoriete Patch/Performance van het vorige nummer of de vorige bank zal geselecteerd worden. ARP SW: Schakelt de Arpeggio/Ritme functie aan/uit. RHY START/STOP: Schakelt ritme patroon afspelen aan/uit. CHORD SW: Schakelt de accoord functie aan/uit. LOOP: Loop play aan/uit Polariteitvan de pedaal. Bij sommige pedalen is de elektrische signaal output van de pedaal, wanneer deze wordt ingedrukt of losgelaten, het tegenovergestelde van andere pedalen. Als uw pedaal een effect heeft die tegengesteld is aan uw verwachting, kunt u deze parameter op “REVERSE” zetten. Als u een Roland pedaal gebruikt (die geen polariteitsschakelaar heeft), dient u deze parameter op “STANDARD” in te stellen. Bepaalt of de HOLD PEDAL jack ondersteuning voor half-pedaling (ON) zal bieden of niet (OFF). Wanneer dit ingesteld is om het gebruik van half-pedaling technieken te ondersteunen, kunt u een expressiepedaal naar keuze (DP-8 etc.) aansluiten en pedaal werk gebruiken om nog fijnere besturing te bereiken in Performances waarin pianotonen gebruikt worden.
85
Arpeggio’s spelen Over arpeggio De Arpeggio functie van de Fantom-Xa zorgt ervoor, dat u automatisch arpeggio’s kunt produceren. Houd simpelweg een paar toetsen ingedrukt en de corresponderende arpeggio wordt automatisch gespeeld. Behalve het spelen van de door de fabriek ingestelde Arpeggio Stijlen, die bepalen hoe de arpeggio gespeeld wordt, kunt u ook onbelemmerd Stijlen herschrijven en uw eigen originele arpeggio’s uitvoeren. Een Arpeggio Stijl is geen deel van een Performance, maar eerder onafhankelijke data; u kunt tot 128 Arpeggio Stijlen opslaan. Om die reden kunt u één enkele Arpeggio Stijl in verschillende Patches en Performances gebruiken. Arpeggio instellingen kunnen afzonderlijk bewaard worden voor iedere Performance. Ze kunnen echter niet opgeslagen worden als onderdeel van een Patch. U kunt ook in ensemble uitvoeren en gebruik maken van deze arpeggio’s en ritme patronen (p.94). *
Het tempo bepalen voor Arpeggio Performances Dit stelt het arpeggio tempo in. U kunt de arpeggio tempo instellingen afzonderlijk opslaan in elke Patch, Ritme set of Performance.
1. Druk op [TEMPO]. De tempo waarde van dat moment verschijnt in de display. fig.Tempo
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de tempo waarde (5-300) in te stellen of stel de waarde in door een paar keer in hetzelfde ritme te tappen [(F4(TAP)] (Tap Tempo).
U kunt de arpeggio niet vanaf de Pads spelen. *
Arpeggio’s spelen
Als u op [F5 (CLICK)] drukt om het rood te laten worden, zal de klik te horen zijn.
3. Wanneer u de instelling heeft gemaakt, dient u op [F6(CLOSE)] te drukken.
Arpeggio aan/uitzetten 1. Druk op [ARPEGGIO] om het aan te zetten. Het knopje zal oplichten.
2. Speel een akkoord op het keyboard. De Fantom-Xa zal een arpeggio spelen, afhankelijk van de noten die het akkoord vormen dat u zojuist heeft gespeeld.
Een controller gebruiken om het afspeeltempo aan te passen Omdat tempo control toegekend is aan één van de realtime control knoppen van de Fantom-Xa, is het gemakkelijk om het tempo aan te passen, terwijl u arpeggio’s speelt. fig.ArpKnob1
3. Om te stoppen met het spelen van arpeggio’s, dient u weer op [ARPEGGIO] te drukken om het uit te zetten.
Bij arpeggio instellingen is de Stijl (Arpeggio Stijl) (p.87) erg belangrijk. Het afspeelpatroon van de arpeggio wordt voornamelijk d.m.v. deze selectie bepaald.
Gebruiken in combinatie met de Chord Memory functie Wanneer u met de Arpeggio speelt, kunt u deze ook samen met de Chord Memory functie (p.92) gebruiken. Nadat u eerst complexe Chord Forms in het geheugen heeft opgeslagen, kunt u ze weer oproepen, wanneer de Arpeggio functie aanstaat en kunt u met gemak complexe arpeggio geluiden spelen door slechts één enkele toets in te drukken.
86
Tempo
1. Druk op de REALTIME CONTROL knop, zodat de ARP/ RHY indicator brandt.
2. Speel een arpeggio en draai aan de realtime control knop.
Arpeggio’s spelen
Een Arpeggio vasthouden Door de volgende methode te gebruiken, kunt u arpeggio’s produceren, zelfs zonder te blijven drukken op het keyboard.
1. Druk op [ARPEGGIO] om de arpeggio aan te zetten.
Arpeggio instellingen 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ARPEGGIO]. Het ARPEGGIO venster verschijnt. fig.Arpeggio
2. Druk op [HOLD]. De indicator zal gaan branden.
3. Speel een akkoord op het keyboard. 4. Als u een andere akkoord of noten speelt, terwijl de arpeggio wordt vastgehouden, zal de arpeggio mee veranderen.
5. Om Arpeggio Hold op te heffen, dient u weer op [HOLD] te drukken.
Wanneer u een hold pedaal gebruikt Als u een arpeggio speelt, terwijl u de hold pedaal indrukt zal de arpeggio, zelfs, wanneer u het akkoord los heeft gelaten, door blijven spelen.
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] of [DEC] om de instelling te maken.
4. Wanneer u de instelling heeft gemaakt, kunt u op [EXIT] drukken.
Over Arpeggio Stijlen Een Arpeggio Stijl is een serie data voor basale arpeggio patronen en akkoord stijlen, opgenomen in de vorm van een spoor bestaande uit een maximum van 32 stappen x 16 toonhoogtes. fig.ArpStyle
1. Sluit een pedaalschakelaar naar keuze aan (DP serie etc.)
Note 16
op de HOLD PEDAL jack. HOOG
2. Druk op [ARPEGGIO] om arpeggio aan te zetten. 3. Speel een akkoord, terwijl u op de hold pedaal drukt. 4. Als u een ander akkoord of noten speelt, terwijl de arpeggio wordt vastgehouden, zal de arpeggio mee veranderen.
Note 06 Note 05 Note 04 Note 03 Note 02 Note 01
STAP 1
Arpeggio’s naast de sequencer spelen Wanneer u arpeggio’s gebruikt, terwijl de sequencer speelt of, wanneer u arpeggio’s op wilt nemen in de sequencer in real time, kunt u de arpeggio synchroniseren met de start/stop timing van de sequencer. Bekijk Arp/Rhthm Sync Switch (p.200) voor details.
2
3 4 5
6
7 8
9 10 11 .... 32
Elk spoor bevat één van de volgende soorten data. • ON: Note On (met Velocity data) • TIE: Tie (vasthouden van de voorgaande noot) • REST: Rest (er wordt geen geluid gespeeld) De ingedrukte toetsen, samen met dit muziekdeel, worden als de ‘laagste klank toetsen’ gezien. Zodoende kunt u één enkele Arpeggio Stijl op hetzelfde moment gebruiken in verschillende Patches en Performances. Een Arpeggio Stijl is geen deel van een Patch of Performance, het is eerder onafhankelijke data. U kunt maximaal 64 Arpeggio Stijlen opslaan.
87
Arpeggio’s spelen
Parameter (Arpeggio Style)
Value U001–128 (User), P001–128 (Preset)
Grid
1/4, 1/8, 1/8L, 1/8H, 1/12, 1/16, 1/16L, 1/16H, 1/24
Duration
30–120%, Full
Motif Velocity
(See p. 89.) REAL, 1–127
OctRange
-3– +3
Accent
0–100
Part (Displayed in Performance mode)
Part1–16
88
Explanation Dit selecteert de basale Performance stijl van de arpeggio. De arpeggio stijlen worden opgeslagen in Preset geheugen en gebruikersgeheugen. Dit stelt de eigenlijke noten verdeling en resolutie in één “enkel spoor”, gebruikt bij het creëren van de arpeggio in een Arpeggio Stijl en stelt in hoeveel “shuffle” syncopatie erop (grid type) toegepast moet worden (geen/zwak/sterk). 1/4: Kwart noot (één spoor sectie = één beat) 1/8: Achtste noot (twee spoor secties = één beat) 1/8L: Achtste noot shuffle Light (twee spoor secties = één beat, met een light shuffle) 1/8H: Achtste noot shuffle Heavy (twee spoor secties = één beat, met een heavy shuffle) 1/12: Achtste noot trio (drie spoor secties = één beat) 1/16: Zestiende noot (vier spoor secties = één beat) 1/16L: Zestiende noot shuffle Light (vier spoor secties = één beat, met een light shuffle) 1/16H: Zestiende noot shuffle Heavy (vier spoor secties = één beat, met een heavy shuffle) 1/24: Zestiende noot trio (zes spoor secties = één beat) * Spoor instellingen worden gedeeld met het ritme patroon. Dit bepaalt of de geluiden staccato gespeeld worden (kort of afgesneden) of tenuto (helemaal uitgetrokken). 30-120: Wanneer bijvoorbeeld ingesteld op “30”, dan is de lengte van de noot in een spoor (of, wanneer een serie sporen aaneen verbonden is ) 30% van de volledige lengte van de notenset in het spoor type. Full: Zelfs als het gekoppelde spoor niet aaneen verbonden is, blijft dezelfde noot aanhouden tot het punt waarop het volgende nieuwe geluid gespecifieerd wordt. * Duur instellingen worden gedeeld met het ritme patroon. Bekijk Stijgende/dalende variaties selecteren (Arp Motif) (p.89) Specificeert de kracht van de noten die u speelt. REAL: Als u wilt dat de aanslaggevoeligheid waarde van iedere noot afhangt van de kracht waarmee u het keyboard bepeelt, dient u deze parameter op REAL in te stellen. 1-27: Als u wilt dat iedere noot een vaste aanslaggevoeligheid heeft ongeacht de hoeveelheid kracht waarmee u het keyboard bespeelt, dient u deze parameter in te stellen op de gewenste waarde. Dit voegt een effect toe, waarbij arpeggio’s één stap per keer in octaaf eenheden (octaaf bereik) worden verplaatst. U kunt het omschakel bereik naar boven of naar beneden instellen (maximaal drie octaven omhoog of omlaag). * U kunt ook een REALTIME CONTROL knop gebruiken om dit te regelen. Wanneer u arpeggio’s speelt, zal de aanslaggevoeligheid van iedere gearpeggieerde noot bepaald worden door de aanslaggevoeligheid van de noten die geprogrammeerd zijn in de arpeggio stijl. U kunt de hoeveelheid (“spreiden”) van deze dynamische variatie aanpassen. Met een instelling van “100”, hebben de gearpeggieerde noten de velocities die geprogrammeerd zijn door de arpeggio stijl. Met een instelling van “0” zullen alle gearpeggieerde noten op een vaste aanslag klinken. * U kunt ook een REALTIME CONTROL knop gebruiken om dit te regelen. Hier laten we u zien hoe u de Part kunt specificeren die de arpeggio in Performance modus zal gaan gebruiken. U kunt slechts één Part specificeren voor het spelen van arpeggio’s. Als een ritme set toegewezen is aan een Part in Performance modus, kunt u samen met de arpeggio’s een ritme patroon spelen. * De part die u hier selecteert, functioneert voor zowel de arpeggio als de chord menory functies.
Arpeggio’s spelen
Stijgende/dalende variaties selecteren (Arp Motif) Dit selecteert de methode die gebruikt wordt om geluiden te spelen (motif), wanneer u een groter aantal noten heeft dan geprogrammeerd is voor de Arpeggio Stijl. *
Wanneer het aantal toetsen dat gespeeld wordt minder is dan het aantal noten in de Style, wordt bij gebrek de hoogste toon van de ingedrukte toetsen gespeeld.
Waarde: Up (L):
Alleen de laagste van de ingedrukte toetsen klinkt telkens, en de noten spelen in volgorde van de laagste van de ingedrukte toetsen.
Actie van een Stijl beginnend bij de laagste noot, “1-2-3-2”, wanneer de toetsen “C-D-E-F-G” gespeeld worden • Wanneer “UP (L)” geselecteerd is als het motief: C-D-E-D → C-E-F-E → C-F-G-F ( → herhaald) • Wanneer “UP ( _ )” geselecteerd is als het motief: C-D-E-D → D-E-F-E → E-F-G-F ( → herhaald) • Wanneer “UP&DOWN ( L&H)” geselecteerd zijn als het motief: C-D-G-D → C-E-G-E → C-F-G-F → C-E-G-E ( → herhaald)
De Realtime Control knoppen gebruiken om de Arpeggio instellingen te bewerken
Up (L&H):
Noten van zowel de laagste als de hoogst ingedrukte toetsen klinken iedere keer en de noten spelen in volgorde van de laagste van de ingedrukte toetsen.
U kunt de realtime control knoppen gebruiken om de arpeggio instellingen te veranderen door de parameters in realtime te bewerken.
Up ( _ ):
De noten spelen in volgorde van de laagste van de ingedrukte toetsen. Geen enkele noot zal iedere keer gespeeld worden.
1. Speel arpeggio’s
Down (L):
Alleen de laagste van de ingedrukte toetsen klinkt iedere keer en de noten spelen in volgorde van de hoogste van de ingedrukte toetsen.
Down (L&H):
Noten van zowel de laagste als de hoogst ingedrukte toetsen klinken iedere keer en de noten spelen in volgorde van de hoogste van de ingedrukte toetsen.
Down ( _ ):
De noten spelen in volgorde van de hoogste van de ingedrukte toetsen. Geen enkele noot zal iedere keer gespeeld worden.
U/D (L):
Noten zullen klinken van de laagste naar de hoogste toets en dan weer terug naar de laagste toets die u indrukt, waarbij alleen de laagste toets iedere keer klinkt.
U/D (L& H):
Noten van zowel de laagste als de hoogst ingedrukte toetsen klinken iedere keer en de noten spelen in volgorde van de laagste van de ingedrukte toetsen en dan weer terug in de tegenovergestelde richting.
U/D ( _ ):
De noten spelen in volgorde van de laagste van de ingedrukte toetsen en dan weer terug in de tegenovergestelde richting. Geen enkele noot zal iedere keer gespeeld worden.
Rand (L):
Noten zullen willekeurig klinken voor de toetsen die u indrukt, waarbij alleen de laagste toets iedere keer klinkt.
Rand ( _ ):
Alleen de laagste van de ingedrukte toetsen klinkt iedere keer en de noten die u indrukt zullen willekeurig klinken. Geen enkele noot zal iedere keer gespeeld worden.
Phrase:
Door slechts één toets in te drukken, zal een frase gebaseerd op de toonhoogte van die toets, gespeeld worden. Als u meer dan één toets indrukt, zal de toets die u als laatste heeft ingedrukt, gebruikt worden.
2. Druk op de REALTIME CONTROL knop, zodat de ARP/RHY” knop gaat branden. fig.ArpKnob2
Octave Range Accent Rate
Tempo
3. Draai aan de REALTIME CONTROL knoppen. Terwijl arpeggio’s spelen, kunt u de knoppen gebruiken om de volgende parameters te besturen. • OctRange (p.88) • Accent (p.88) • Tempo (p. 86)
89
Arpeggio’s spelen
9. Druk op [F6 (STP REC)] om een vinkje toe te voegen (✔).
Een arpeggio stijl creëren (Arpeggio Style Edit) Buiten gebruik maken van de ingebouwde arpeggio stijlen, bent u vrij om uw eigen stijlen te creëren. Nadat u een originele arpeggio stijl heeft gemaakt, kunt u deze in het interne gebruikersgeheugen opslaan. In ruime zin zijn er twee manieren om een arpeggio stijl te creëren.
Step-recording In deze methode kunt u het keyboard en Pads gebruiken om uw arpeggio stapsgewijs op te nemen. Telkens, wanneer u een noot invoert, zult u voortgaan naar de volgende stap. Deze methode is handig, wanneer u een arpeggio vanuit het niets wilt creëren gebruikmakend van een Stijl die geen data bevat.
Nu bent u er klaar voor om stapsgewijs op te nemen. Bespeel het keyboard of Pads om noten in te voeren. • Om naar de gewenste locatie te gaan, dient u op [CURSOR] te drukken. • Speel op het keyboard op Pads om noten in te voeren. • Om een tie in te voeren, dient u op [F2 (TIE)] te drukken. • Om een rest in te voeren, dient u op [F3 (REST)] te drukken. • Om de noot te wissen, dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F6 (CLR NOTE)] te drukken. • Om alle noten bij de actuele stap te wissen, dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F5( CLR STEP)] te drukken. • U kunt op [F4 (PREVU)] drukken om de stijl die u ingevoerd heeft, proef te spelen.
Er kan een maximum van 16 noot nummers (toonhoogtes) gebruikt worden in één enkele stijl.
10. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken. Als u “vanuit het niets” wilt creëren, dient u de stijl te initialiseren. In het ARPEGGIO STYLE EDIT venster dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F4(INIT)] te drukken. Een bericht zal u vragen of u wilt initialiseren ; druk op [F6(EXEC)] om de initialisatie uit te voeren.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ARPEGGIO]. 2. Druk op [F5 (EDIT)]. Het ARPEGGIO STYLE DIT venster verschijnt. fig.ArpStyleEdit
3. Druk op [F1(SETUP)]. Het Arpeggio Setup venstertje verschijnt. fig.ArpSetup
4. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar “End Step.”
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het aantal stappen voor de arpeggio stijl te specificeren.
6. Druk op
om de cursor naar “Input Velocity” te
verplaatsen.
7. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de verlocity instelling voor de data die u in gaat voeren, te speificeren. De data zal altijd met de gespecificeerde aanslaggevoeligheid ingevoerd worden.
8. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Arpeggio Setup venstertje te sluiten.
90
Arpeggio’s spelen
De VALUE draaischijf of [INC] [DEC] gebruiken om waarden in te voeren In deze methode zult u de cursor gebruiken om de step of toonhoogte die u in wilt voeren, te specificeren en de draaischijf of [INC][DEC] gebruiken om waarden in te voeren. Deze methode is handig, wanneer u eerder ingevoerde data wilt bewerken of veranderen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ARPEGGIO]. 2. Druk op [F5 (EDIT)].
Een maximum van zestien noot nummers (toonhoogtes) kan in één enkele stijl gebruikt worden.
9. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken.
De stijlen die u heeft gecreëerd opslaan (Write) De Stijlen die u creëert zijn tijdelijk; ze worden gewist zodra u het apparaat uitzet of een andere Stijl selecteert. U kunt maximaal 128 arpeggio stijlen opslaan in het gebruikersgeheugen.
Het ARPEGGIO STYLE EDIT venster zal verschijnen. fig.ArpStyleEdit
3. Druk op [F1 (SETUP)]. Het Arpeggio Setup venstertje verschijnt. fig.ArpSetup
Arpeggio stijl instellingen worden opgeslagen als onafhankelijke data, niet als gedeelte van de data voor iedere Patch. Bij de instellingen in Patch modus, is het niet mogelijk om arpeggio parameters op te slaan (zoals Arpeggio Style, Grid, Motif, Duration). Het kan naar individueel opgeslagen worden in Performance modus. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op [WRITE] te drukken en de Performance op te slaan.
1. Bevestig dat de Stijl van dat moment de stijl is die u wilt bewaren.
4. Druk op
om de cursor naar “End Step” te verplaatsen.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het aantal
2. Druk op [F6 (WRITE)]. Het ARPEGGIO STYLE NAME venster verschijnt. fig.ArpStyleName
stappen voor de arpeggio stijl te specificeren.
6. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Arpeggio Setup venstertje te sluiten.
7. Druk op [CURSOR] om de stap of pitch die u in wilt voeren, te specificeren. *
Wanneer u deze manier van invoeren gebruikt, kunt u het keyboard gebruiken om de pitch van de noot te specificeren. (Anders dan bij step-recording, wordt hier geen noot ingevoerd als u een toets op het keyboard indrukt).
3. Wijs een naam toe aan de Stijl (Style). Voor details over het toewijzen van namen, zie p.28.
4. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster waarin u de bestemming voor het wegschrijven van de Stijl kunt selecteren, zal verschijnen.
8. Voer de velocity waarde in, door gebruik te maken van de VALUE draaischijf of [INC][DEC]. U kunt een tie invoeren door de VALUE draaischijf helemaal naar rechts te draaien of [INC] te gebruiken om de waarde te laten stijgen). • U kunt ook een tie invoeren, door op [F2(TIE)] te drukken.
fig.ArpWrite
• Om een rest in te voeren, dient u op [F3(REST)] te drukken. • U kunt op [F4 (PREVU)] drukken om de stijl die u ingevoerd heeft, proef te spelen. *
Wanneer u deze methode van invoeren gebruikt, kunt u de Pads gebruiken om de aanslaggevoeligheid te specificeren en uw input af te maken; nadat u de stap en pitch die ingevoerd moeten worden heeft gespecificeerd, dient u op een Pad te slaan om het in te voeren. (Pads met een hoger nummer produceren hogere aanslaggevoeligheid waarden; door op Pad 1 te slaan wordt bijvoorbeeld een aanslaggevoeligheid waarde van 15 gespecificeerd, terwijl op Pad 9 slaan een aanslaggevoeligheid waarde van 127 geeft.)
5. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
de wegschrijfbestemming te selecteren.
6. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Om de Stijl op te slaan, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl u data aan het opslaan bent.
91
De Chord Memory functie gebruiken Over de Chord Memory functie Chord Memory is een functie, waarbij u akkoorden kunt spelen, die op voorgeprogrammeerde Chord Forms gebaseerd zijn, door op één enkele toets op het keyboard te drukken. De Fantom-Xa kan 64 preset akkoordvormen en 64 user akkoord vormen opslaan. Als u wilt kunt u elk van de 64 user (door de fabriek ingestelde) akkoord vormen overschrijven. De chord memory functie opereert in de arpeggio Part in Performance modus. Als een ritme set voor die Part geselecteerd is, kunt u dit ook gebruiken om ritmes te spelen. *
U kunt de chord memory functie niet samen met de Pads gebruiken.
Wanneer u de Chord Memory functie gebruikt met een toon waarvoor de Mono/Poly parameters (p.41) op Mono staan, zal slechts één geluid in het akkoord gespeeld worden.
Akkoord vormen selecteren Het veranderen van de akkoord vorm zal de noten in het akkoord veranderen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY]. Het CHORD MEMORY venster verschijnt. fig.ChordMemory
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC]/[DEC] om een Akkoord vorm nummer te selecteren. U01-64: User (gebruiker) P01-64:
Preset
De noten van het akkoord zullen weergegeven worden.
3. Wanneer u klaar bent met het selecteren van een Akkoord vorm, kunt u op [EXIT] drukken.
Gebruiken in combinatie met de Arpeggio functie Wanneer u met de Akkoord vorm functie speelt, kunt u deze ook samen met de Arpeggio functie (p.128) gebruiken. Nadat u eerst complexe Akkoord vormen in het geheugen heeft opgeslagen, kunt u ze weer oproepen, wanneer de Arpeggio functie aanstaat en kunt u met gemak complexe arpeggio geluiden spelen door slechts één enkele toets in te drukken.
Uitvoeren met de Chord Memory functie
Een akkoord in de volgorde van zijn noten laten klinken (Rolled Chord) Dit heeft tot gevolg dat de noten van een akkoord achtereenvolgens klinken, i.p.v. gelijktijdig. Omdat de snelheid van afspelen zal veranderen, afhankelijk van de kracht waarmee u het keyboard bespeelt, kunt u variatie aanbrengen in uw speeldynamiek teneinde gitaarspel op een realistische manier na te bootsen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY]. Het CHORD MEMORY venster zal verschijnen.
2. Druk op [F1(ROLL)] om een vinkje toe te voegen.
De Chord Memory functie aan/ uitzetten 1. Druk op [CHORD MEMORY] om het aan te zetten. De knop zal oplichten.
2. Bespeel het keyboard. Een akkoord, afhankelijk van de op dat moment geselecteerde akkoord vorm, zal klinken. Wanneer u op de C4 toets drukt (Midden C), zal het akkoord gespeeld worden, dat de exacte akkoord structuur opgenomen in de Akkoord vorm, gebruikt. Dit wordt naar de C4 toets verwezen. Parallelle akkoorden worden gespeeld door op andere toetsen te drukken.
3. Om te stoppen met het spelen van akkoorden, dient u weer op [CHORD MEMORY] te drukken om het uit te zetten.
Met deze instelling zullen de noten van het akkoord achter elkaar te horen zijn, wanneer u het keyboard bespeelt.
De volgorde waarin de noten klinken veranderen U kunt de volgorde, waarin de noten van een akkoord klinken, veranderen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY]. Het CHORD MEMORY venster verschijnt.
2. Druk op
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC]/[DEC] om een waarde te veranderen. UP: Noten zullen in de volgorde van onder naar boven klinken. DOWN:
92
om de cursor naar “Rolled Chord Type” te
verplaatsen.
Noten zullen in de volgorde van boven naar onder klinken.
De Chord Memory functie gebruiken
ALTERNATE:
De volgorde, waarin de noten klinken, zal iedere keer veranderen als u het keyboard gebruikt.
Uw eigen akkoord vormen creëren U kunt niet alleen de geprepareerde interne Akkoord vormengebruiken, die de constituerende noten van akkoorden, gespeeld met gebruikmaking van de Chord Memory functie bepalen, u kunt ze ook vrijelijk creëren en overschrijven.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY]. Het CHORD MEMORY venster verschijnt.
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om een akkoord vorm te selecteren.
3. Druk op [F5 (EDIT)].
De akkoord vormen die u gecreëerd heeft opslaan De Akkoord vormen, die u creëert, zijn tijdelijk. Ze wordt gewist zodra u het apparaat uitzet of een andere Akkoord vorm selecteert. Als u een Akkoord vorm, die u gecreëerd heeft, wilt bewaren, dient u het op te slaan in het gebruikersgeheugen van de Fantom-Xa.
Een akkoord is geen deel van een Patch of performance, maar onafhankelijke data. Om die reden kunt u één enkel akkoord vorm in verschillende Patches en Performances gebruiken. In Performance modus kunt u deze instellingen afzonderlijk opslaan voor iedere performance. Deze instellingen kunnen niet opgeslagen worden in een Patch. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op [WRITE] te drukken en de Performance op te slaan.
Een venster, zoals de volgende verschijnt. fig.ChordEdit
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [CHORD MEMORY]. Bevestig dat de huidige akkoord Akkoord vorm degene is, die u wilt opslaan in het CHORD MEMORY venster.
2. Druk op [F6 (WRITE)]. 4. Gebruik het keyboard om het akkoord, dat u wilt spelen, in te voeren. Wanneer u op een toets drukt, zal de noot in het venster toegevoegd worden . • Als u per ongeluk een noot invoert, dient u op [F3 (DELETE)] te drukken. U kunt ook een noot, die u heeft ingevoerd, verwijderen door op dezelfde toets te drukken.
Het CHORD NAME venster verschijnt. fig.ChordName
3. Wijs een naam aan de Akkoord vorm toe.
• U kunt op [F2 ALL DEL)] drukken, als u alle noten wilt wissen. • U kunt op [F4 (PREVIEW)] drukken om het akkoord, dat u aan het invoeren bent, te horen.
5. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken.
Voor details over het toewijzen van namen, dient u p.28 te bekijken.
4. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster dat u de mogelijkheid geeft om de write bestemming Akkoord vorm te selecteren, zal verschijnen. fig.ChordWrite
5. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
de wegschrijfbestemming te selecteren.
6. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Om de Akkoord vorm op te slaan, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Zet nooit de Fantom-Xa uit, terwijl data opgeslagen wordt.
93
Ritmes spelen Over ritme patronen De Fantom-Xa bevat 256 preset ritme patronen. U kunt een variatie aan ritme patronen spelen door simpelweg op de Pads te drukken. Buiten het gebruik van deze ingebouwde ritme patronen, kunt u ook uw eigen ritme patronen creëren. De 256 ritme patronen worden als onafhankelijke data gehandhaafd. Ze maken geen deel uit van de data van een Performance. Dit betekent, dat elke ritme patroon door verscheidene ritme sets of Performances gedeeld kan worden. In Performance modus kan een nummer waarmee een ritme patroon opgeroepen kan worden, opgeslagen worden als één van de parameters van de Performance. Dit getal of nummer kan niet opgeslagen worden in Patch modus.
Ritme spelen Ritme aan/uitzetten 1. Druk op [RHYTHM] om het aan te zetten. De knop zal oplichten.
2. Speel een Pad (1–9). Afhankelijk van de Pad, die u ingedrukt heeft, zal het toegewezen ritme patroon beginnen te spelen. • Een patroon zal beginnen met spelen, wanneer u op één van de Pads 1-9 drukt, die niet verlicht zijn. • Een ritme toon zal klinken, wanneer u op een Pad drukt, die knippert.
Ritme patronen en Ritme groepen In de Fantom-Xa wordt een set ritme patroon nummers, percussie-instrument geluiden en een ritme set aan de negen Pads, opgeslagen als een Ritme Groep, toegewezen.
Het patroon of ritme toon, dat te horen is via elke Pad kan in Rhythm Group Edit (p.99) gespecificeerd worden. *
U kunt het afspelen stoppen door op een knipperende Pad te drukken.
3. Om ritme patroon afspelen te stoppen, dient u nog een keer op [RHYTHM] te drukken, zodat de indicator uitgaat.
Ritme groepen gebruiken Een “groep” bestaat uit instellingen voor elk van de negen Pads, waarmee het patroon gespecificeerd wordt, dat elke Pad zal spelen. De ritme set, die gebruikt wordt door die groep, wordt ook opgeslagen als onderdeel van de instellingen. *
U bent vrij om te veranderen op welke manier ritme patroon nummers en ritme geluiden zijn toegewezen.
Ritme groep gegevens maken geen deel uit van een ritme set of Performance. De 32 ritme groepen worden als onafhankelijke data gehandhaafd. Dit betekent dat iedere ritme groep door verschillende Patches of Performances gedeeld kan worden. Behalve gebruik maken van de ingebouwde ritme groepen, kunt u ook uw eigen ritme groepen creëren. Ritme groep instellingen kunnen onafhankelijk voor iedere Performance opgeslagen worden. Ze kunnen echter niet als deel van een Patch opgeslagen worden.
94
Ritmes spelen
Het tempo voor Ritme patroon performances bepalen Dit stelt het Rhythm Pattern tempo in.
Selecteer de Ritme Groep 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RHYTHM]. 2. Druk op [F1(RHY GRP)]. Het RHYTHM GROUP venster verschijnt.
1. Druk op [TEMPO].
fig.RhyGrp
De actuele tempo waarde verschijnt in de display. fig.Tempo
*
2. Gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de tempo waarde in te stellen (5-300) of stel de waarde in door [F4(TAP)] een aantal keren in hetzelfde ritme te tikken (Tap Tempo). *
Als u op [F5(CLICK)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de klik te horen zijn.
3. Wanneer u de instelling heeft gemaakt, dient u op [F6
Wanneer u de Ritme groep selecteert, is de meest geschikte ritme set toegewezen aan de Pad part. (In dit venster wordt dit aangegeven door “RECOMMENDED RHY (Recommended Rhythm set).”)
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om een Ritme groep te selecteren. Dit selecteert de basic Performance Stijl van de Ritme groep. U01-32: User P01-32: Preset
4. Wanneer u de instelling heeft gemaakt, kunt u op [EXIT]
(CLOSE)] te drukken.
drukken.
Een controller gebruiken om het afspeeltempo aan te passen Aangezien tempo control aan één van de realtime control knoppen van de Fantom-Xa toegewezen is, is het gemakkelijk om het tempo, waarin het ritme patroon af zal spelen, aan te passen. fig.ArpKnob1
Tempo
1. Druk op de REALTIME CONTROL knop, zodat de ARP/ RHY indicator gaat branden.
2. Speel een Ritme Patroon en draai aan de realtime control knop.
95
Ritmes spelen
Ritme patroon instellingen 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RHYTHM]. 2. Druk op [F2 (RHYTHM)]. Het RHYTHM PATTERN venster verschijnt. fig.RhyPtn
3. Druk op
om de parameter te selecteren.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] of [DEC] om de instelling te maken. *
U kunt het ritme patroon proef laten spelen door op [F4 (PREVU)] te drukken om een vinkje toe te voegen ( ✔).
5. Wanneer u de instelling heeft gemaakt, dient u op [EXIT] te drukken.
Parameter (Rhythm Pattern) Grid
Waarde U001–256 (User), P001–256 (Preset) 1/4, 1/8, 1/8L, 1/8H, 1/12, 1/16, 1/16L, 1/16H, 1/24
Duration
30–120%, Full
Velocity
REAL, 1–127
Accent
0–100
96
Uitleg Dit selecteert de basis Performance Stijl van het ritme. Dit stelt de Particular note division en resolutie op één “enkel spoor”, gebruikt bij het creëren van het patroon in een Rhythm Pattern in, alsook hoeveel “shuffle” syncopation erop (spoor type) toegepast moet worden (geen/zwak/sterk). 1/4: Kwart noot (één spoor sectie = één beat) 1/8: Achtste noot (twee spoor secties = één beat) 1/8L: Achtste noot shuffle Light (twee spoor secties = één beat, met een light shuffle) 1/8H: Achtste noot shuffle Heavy (twee spoor secties = één beat, met een heavy shuffle) 1/12: Achtste noot trio (drie spoor secties = één beat) 1/16: Zestiende noot (vier spoor secties = één beat) 1/16L: Zestiende noot shuffle Light (vier spoor secties = één beat, met een light shuffle) 1/16H: Zestiende noot shuffle Heavy (vier spoor secties = één beat, met een heavy shuffle) 1/24: Zestiende noot trio (zes spoor secties = één beat) * Grid instellingen worden gedeeld met de arpeggio. Dit bepaalt of de geluiden staccato (kort en geknipt) of tenuto (helemaal uitgerekt) worden gespeeld. 30-120: Wanneer ingesteld op bijvoorbeeld “30”, dan is de lengte van de noot in een spoor (of, wanneer een serie sporen aaneen verbonden is) 30% van de volledige lengte van de notenset. Full: Zelfs als het gekoppelde spoor niet aaneen verbonden is, blijft dezelfde noot aanhouden tot het punt, waarop het volgende nieuwe geluid gespecifieerd wordt. * Duration instellingen worden gedeeld met de arpeggio. * Dit heeft geen effect als de Tone Env Mode parameter (p.58) op “NO SUS” ingesteld staat. Specificeert hoe luid het het ritme patroon wordt gespeeld. REAL: Als u wilt dat de velocity verandert overeenkomstig de kracht waarmee u de Pads indrukt, dient u dit op REAL in te stellen. 1-127: Als u wilt dat elke noot een vaststaande velocity heeft, onafhankelijk van hoe krachtig u het keyboard bespeelt, dient u deze parameter op de gewenste waarde in te stellen. Wanneer u ritme patronen speelt, zal de velocity van iedere noot bepaald worden door de velocity van de noten, die in het ritme patroon geprogrammeerd zijn. U kunt de hoeveelheid (“spreiden”) van deze dynamische variëteit aanpassen. Met een instelling van “100”, zullen de noten de velocities hebben, die door het ritme patroon geprogrammeerd zijn. Met een instelling van “0” zullen alle noten op een vaste velocity klinken. * U kunt ook een REALTIME CONTROL knop gebruiken om dit te regelen.
Ritmes spelen
fig.RhyPtnEdit
De Realtime Control knoppen gebruiken om het Ritme te regelen U kunt de realtime control knoppen gebruiken om het ritme in real time te regelen door de ritme parameters aan te passen.
4. Druk op [F1 (SETUP)]. Het Rhythm Setup venstertje verschijnt. fig.RhySetup
1. Speel een ritme. 2. Druk op de REALTIME CONTROL knop, zodat de ARP/RHY indicator gaat branden. fig.RhyKnob
5. Druk op
om de cursor naar “End Step” te verplaatsen.
6. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het aantal stappenvoor het Ritme patroon te specificeren . Tempo Rhythm Accent
3. Draai aan de REALTIME CONTROL knoppen. Terwijl Rhythm Patterns spelen, kunt u de knoppen gebruiken om de volgende parameters te besturen. • Accent (p.96) • Tempo (p.95)
7. Druk op
om de cursor naar “Input Velocity” te
verplaatsen.
8. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de velocity instelling voor de data, die u in wilt voeren, te specificeren. De data zal met de gespecificeerde velocity ingevoerd worden.
9. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Rhythm Setup venstertje te sluiten.
10. Druk op [F6 (STP REC)] om een vinkje toe te voegen (✔).
Een ritme patroon creëren (Rhythm Pattern Edit) Buiten gebruik maken van de ingebouwde Ritme patronen, bent u ook vrij om uw eigen ritme patronen te creëren. Nadat u een originele Rhythm Pattern heeft gemaakt, kunt u deze in het interne gebruikersgeheugen opslaan. In ruime zin zijn er twee manieren om een Rhythm Pattern te creëren.
Step-recording In deze methode kunt u het keyboard en Pads gebruiken om uw Rhythm Pattern stapsgewijs op te nemen. Telkens, wanneer u een noot invoert, zult u voortgaan naar de volgende stap. Deze methode is handig, wanneer u een Rhythm Pattern vanuit het niets wilt creëren, gebruikmakend van een Patroon die geen data bevat.
Nu bent u er klaar voor om stapsgewijs op te nemen. • Om naar de gewenste invoer lokatie te gaan, dient u op [CURSOR] te drukken. • Om noten in te voeren, dient u het keyboard of Pads te bespelen. • Om een tie in te voeren, dient u op [F2(TIE)] te drukken. • Om een rest in te voeren, dient u op [F3(REST)] te drukken. • Om de noot te wissen, dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F6 (CLR NOTE)] te drukken. • Om alle noten bij de huidige stap te wissen, dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F5 (CLR STEP)] te drukken. • U kunt op [F4 (PREVU)] drukken om het patroon, dat u ingevoerd heeft, proef te spelen.
Een maximum van zestien noot nummers (toonhoogtes) kan in één enkel patroon gebruikt worden.
11. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken.
Als u “vanuit het niets” wilt creëren, dient u het Patroon te initialiseren. In het RHYTHM PATTERN EDIT venster dient u [SHIFT] ingedrukt te houden en op [F4 (INIT)] te drukken. Een bericht zal u vragen of u wilt initialiseren ; druk op [F6 (EXIT)] om de initialization uit te voeren.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RHYTHM]. 2. Druk op [F2 (RHYTHM)]. 3. Druk op [F5 (EDIT)]. Het RHYTHM PATTERN EDIT venster verschijnt.
97
Ritmes spelen
De Ritme patronen die u heeft gecreëerd opslaan (Write)
De VALUE draaischijf of [INC] [DEC] gebruiken om waarden in te voeren In deze methode zult u de cursor gebruiken om de step of toonhoogte, die u in wilt voeren, te specificeren en de draaischijf of [INC][DEC] gebruiken om waarden in te voeren. Deze methode is handig, wanneer u eerder ingevoerde data wilt bewerken of veranderen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RHYTHM]. 2. Druk op [F2 (RHYTHM)]. 3. Druk op [F5 (EDIT)]. Het RHYTHM PATTERN EDIT venster verschijnt.
De Ritme patronen, die u creëert, zijn tijdelijk. Ze worden gewist zodra u het apparaat uitzet of andere Patronen selecteert. U kunt maximaal 32 Ritme groepen in het gebruikersgeheugen opslaan. . Ritme patroon instellingen worden opgeslagen als onafhankelijke data, niet als gedeelte van de data voor iedere Patch. De instellingen in Patch modus, het is niet mogelijk om de rhythm pattern parameters op te slaan (d.w.z. Rhythm Pattern, Grid, Duration). Het kan naar individueel opgeslagen worden in Performance modus. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op [WRITE] te drukken en de Performance op te slaan.
fig.RhyPtnEdit
4. Druk op [F1 (SETUP)].
1. Bevestig dat het Ritme patroon op dat moment het patroon is, dat u in het RHYTHM PATTERN venster wilt bewaren.
Het Rhythm Setup venstertje verschijnt. fig.RhySetup
2. Druk op [F6 (WRITE)]. Het RHYTHM PATTERN NAME venster verschijnt. fig.RhyPtnName
5. Druk op
om de cursor naar “End Step” te verplaatsen.
6. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het aantal stappen voor het Ritme patroon, te specificeren.
3. Wijs een naam aan het Ritme patroon toe.
7. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Rhythm Setup venstertje te sluiten.
Voor details over het toewijzen van namen, dient u p.28 te bekijken.
8. Druk op [CURSOR] om de stap of pitch, die u in wilt voeren, te specificeren. *
Wanneer u deze manier van invoeren gebruikt, kunt u het keyboard gebruiken om de pitch van de noot te specificeren. (Anders dan bij bij stapsgewijs opnemen, wordt geen noot ingevoerd als u op een toets op het keyboard drukt).
9. Voer de velocity waarde in, door gebruik te maken van de VALUE draaischijf of [INC][DEC]. U kunt een tie invoeren door de VALUE draaischijf helemaal naar rechts te draaien (of [INC] te gebruiken om de waarde te laten stijgen). • Om een tie in te voeren, kunt u ook op [F2 (TIE)] drukken. • Om een rest in te voeren, dient u op [F3 (REST)] te drukken. • U kunt [F4 (PREVU)] gebruiken om het patroon, dat u ingevoerd heeft, proef te spelen. *
Wanneer u deze methode van invoeren gebruikt, kunt u de Pads gebruiken om de velocity te specificeren en uw invoer af te maken. Nadat u de stap en pitch, die ingevoerd moeten worden, heeft gespecificeerd dient u op een Pad te slaan om het in te voeren. (Pads met een hoger nummer produceren hogere velocity waarden. Door op Pad 1 te slaan wordt bijvoorbeeld een velocity waarde van 15 gespecificeerd, terwijl op Pad 9 slaan een velocity waarde van 127 geeft.)
Een maximum van zestien noot nummers (toonhoogtes) kan in één enkele stijl gebruikt worden.
10. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken.
98
4. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster, waarin u de bestemming voor het wegschrijven van het patroon kunt selecteren, zal verschijnen. fig.RhyPtnWrite
5. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC]
of
om
de wegschrijf bestemming te selecteren.
6. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Om het Ritme patroon weg te schrijven, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl u data aan het opslaan bent.
Ritmes spelen
Uw eigen stijlen creëren (Rythm Group Edit) U kunt niet alleen de geprepareerde interne Rhythm Groups (Ritme groepen), die bepalen hoe ritme gespeeld wordt, gebruiken, maar u kunt ze ook zelf creëren. Op deze manier kunt u genieten van het uitvoeren van uw eigen originele ritme groep.
De Ritme Groep die u gecreëerd heeft opslaan (Write) De Ritme groepen, die u creëert, zijn tijdelijk. Ze worden gewist zodra u het apparaat uitzet of een andere Groep selecteert. U kunt maximaal 32 Ritme groepen in het gebruikersgeheugen opslaan.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RHYTHM]. 2. Druk op [F1(RHY GRP)]. 3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC][DEC] om een ritme groep te selecteren, die u wilt bewerken.
4. Druk op [F5 (EDIT)]. Het RHY GRP EDIT venster verschijnt. fig.RhyGrpEdit
Ritme groep instellingen worden opgeslagen als onafhankelijke data, niet als gedeelte van de data voor iedere Patch. De instellingen in Patch modus, het is niet mogelijk om Ritme groep instellingen op te slaan. Het kan naar individueel opgeslagen worden in Performance modus. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op
1. Bevestig dat de Ritme groep op dat moment de groep is, die u in het RHYTHM GROUP venster wilt bewaren .
5. Druk op
om de parameter te selecteren.
6. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde
2. Druk op [F6 (WRITE)]. Het RHYTHM GROUP NAME venster verschijnt. fig.RhyGrpName
in te stellen. Parameter (PAD)
Waarde 1–9
Uitleg Selecteer de Pad, waarvoor u instellingen wilt maken. U kunt ook de Pad kiezen die u in wilt stellen, door op die Pad te drukken. Mode Off, Note, Specificeert of een ritme toon of ritPattern me patroon nummer aan een Pad toegewezen zal worden. Wanneer Mode op “Note” staat ingesteld Note C - –G9 Specificeert het noot nummer, dat zal klinken, wanneer u op de Pad drukt. Velocity FIX (127), Specificeert de kracht van het ge1–127 luid, dat u hoort, wanneer u op een Pad drukt. Wanneer Mode op “Pattern” staat ingesteld Ptn U001–256, Specificeert het patroon nummer, P001–256 dat zal klinken, wanneer u op de Pad drukt. Velocity FIX (127), Specificeert de velocity van het rit1–127 me patroon. Rhy USER: Specificeert welke ritme set ge001–032 bruikt zal worden. PRST: 001–036 GM: 001–009 CARD: 001–032 EXP: 001–
3. Wijs een naam aan de Rhythm Group toe. Voor details over het toewijzen van namen, dient u p.28 te bekijken.
4. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster, waarin u de bestemming voor het wegschrijven van de groep kunt selecteren, zal verschijnen. fig.RhyGrpWrite
5. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om
de wegschrijf bestemming te selecteren.
6. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Om de Ritme groep op te slaan, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl u data aan het opslaan bent.
7. Wanneer u klaar bent, dient u op [F5 (EXIT)] te drukken.
99
Sampling De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid audio bronnen, zoals een audio apparaat, microfoon of CD te samplen. In deze sectie leggen we de sampling procedure en wat de parameters doen, aan u uit.
Parameter Input Select
Sampling procedure 1. Druk op [SAMPLING] om in het SAMPLING MENU venster. fig.SmplMenu
Het bovenste gedeelte van het venster zal de hoeveelheid vrij geheugen weergeven. Als het vrije geheugen 0% bereikt, is verder samplen niet mogelijk.
Stereo Switch
Pre Sample Time
2. Druk op [F1 (SAMPLING)]-[F5 (SOLO)] om het samplingstandby venster te laten verschijnen. Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren. *
U kunt het geluid, dat wordt uitgevoerd via de OUTPUT B jacks,niet samplen. U zult dingen zo in moeten stellen, dat het geluid, dat u wilt samplen, uitgevoerd wordt via de OUTPUT A (MIX) jacks.
Sampling modus [F1 (SAMPLING)] Sampling
[F2 (RE-SAMPL)] Re-Sampling
[F3 (MIX)] Mix Sampling [F4 (AUTO DIVIDE)] Auto divide Sampling
[F5 (SOLO)] Solo Sampling
Uitleg Sample een geluid via een externe invoer bron. * Door het keyboards, Pads, D Beam controller of sequencer te bedienen, zal de interne geluidsgenerator niet afspelen. Het geluid van de interne geluidsgenerator opnieuw samplen. Het geluid van de externe invoer zal niet gehoord worden. Sample de gecombineerde geluiden van de interne geluidsgenerator en een externe invoer bron. Sample een uitgerekte bron en verdeel het automatisch in verschillende samples bij stille regio’s. Als de sample stilte bevat, zal het op dat punt verdeeld worden en het daaropvolgende gedeelte zal aan het volgende sample nummer toegewezen worden. * Door het keyboards, Pads, D Beam controller of sequencer te bedienen, zal de interne geluidsgenerator niet afspelen. Terwijl de interne geluidsgenerator, zoals gewoonlijk speelt, samplet u alleen het geluid van de externe input. * Effecten kunnen op het extern ingevoerde geluid worden toegepast.
3. Maak de instellingen voor bijvoorbeeld de invoerbron, die
Stop Trigger
Sampling Length
Auto Trigger Level
Gap Time
[F1 (INPUT)] [F2 (AUTO TRIG)] [F3 (TRIM SW)]
4. Gebruik de LEVEL knop aan de achterkant van het paneel om het input niveau van de externe bron aan te passen.
gesampled gaat worden. Activeer het vervolgens. fig.SmplStandby
100
Uitleg Input bron van het geluid dat gesampled dient te worden. LINE IN L/R: L/R (stereo) LINE IN L: L (mono) MICROPHONE: L (mono, microfoon niveau) * Dit kan niet ingesteld worden wanneer u resamplet. MONO: Het geluid zal als één wave worden gesampled. Als het geluid stereo is, zullen de linker- en rechtersignalen gemixt worden. STEREO: Het geluid zal als twee waves gesampled worden, L en R. * Mono sampling gebruikt half zoveel geheugenruimte. De lengte van het geluid, dat voorafgaat aan het moment waarop sampling handmatig of automatisch begon, zal in de sample vastgehouden worden. Dit geeft u de mogelijkheid te verhinderen dat het attack gedeelte van het geluid uit de sample wordt weggelaten. 0-1000 ms Specificeert hoe sampling zal eindigen. MANUAL: Ga door met samplen, totdat u op [STOP] drukt. BEAT: Stop sampling na het gespecificeerde aantal beats in het tempo op dat moment (BPM). TIME: Sample de gespecificeerde tijdsduur. Wanneer Stop Trigger “BEAT” is Aantal beats, waarmee sampling doorgaat 1-20000 Wanneer Stop Trigger “TIME” is Tijdsduur, waarin sampling doorgaat 00’00”010-90’00”000 Het volume waarop sampling zal beginnen, als u op [F2 (AUTO TRIG)] gedrukt heeft om Auto Trig aan (ON) te zetten. 0-7 (Een instelling van 0 is het minimum.) De lengte van de stiltes, waarop de sample verdeeld zal worden, als de Sampling Mode op Auto Divide staat ingesteld. 500, 1000, 1500, 2000 ms Maakt instellingen voor de externe input (p.101). Als een vinkje (✔) wordt toegevoegd, zal sampling automatisch beginnen, wanneer het ingevoerde geluid ontdekt wordt. Als een vinkje (✔) wordt toegevoegd, zullen de Start Point en End Point instellingen (p.106) automatisch aangepast worden, nadat sampling is uitgevoerd, dus stille gedeelten aan het begin of einde van een gesampled geluid, worden uitgesloten.
*
Een verbindingskabel, die een weerstand bevat, kan tot gevolg hebben dat het geluidsniveau laag is. Gebruik een verbindingskabel die geen weerstand bevat.
Sampling
5. Druk op [F6 (START)] om met sampling te beginnen. Als Auto Trigger op ON ingesteld staat, zal sampling automatisch beginnen op het moment, dat het ingevoerde geluid wordt ontdekt.
6. Stop met samplen. Als Stop Trigger op MANUAL staat ingesteld, dient u op [F5 (STOP)] te drukken. Het SAMPLE EDIT venster verschijnt.
Externe input instellingen Externe input aan/uitschakelen 1. Druk op [MIX IN] om het aan/uit te zetten. De knop zal oplichten.
fig.SmplEdit1
Input Source instellingen maken (Input Setting) 1. Sluit uw CD speler, microfoon of andere audio bron aan op Als u de sample wilt bewerken, dient u op p.104 te drukken. Wanneer u klaar bent met samplen, zal de sample automatisch aan de sample lijst worden toegevoegd. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om de sample lijst te bekijken. fig.SmplList1
de AUDIO INPUT jacks of op de DIGITAL IN aansluiting, die zich aan de achterkant van de Fantom-Xa bevinden.
2. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MIX IN]. Het INPUT SETTING venster verschijnt. fig.InSetting
3. Druk op Samples, die u opneemt, zullen verloren gaan wanneer u de stroomtoevoer uitzet. Als u uw sample wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken om deze op te slaan (p.116). Samples, die als “N” in de sample lijst weergegeven worden, zijn nog niet opgeslagen.
de waarde in te stellen. Parameter Input Select
venster.
1. Tijdens sampling dient u op [F6(DIVIDE)] te drukken. De sample zal verdeeld worden op het moment, waarop u op de knop drukte, en het daarop volgende materiaal zal gesampled worden als een sample van het volgende nummer. *
Wanneer u in mono samplet, kunt u het materiaal verdelen in een maximum van 256 samples. Wanneer u in stereo samplet, kunt u het materiaal in een maximum van 128 samples verdelen (L/R totaal 256 samples).
Sample tijd De Fantom-Xa bevat 4 MB geheugen, dat de mogelijkheid geeft tot ongeveer 47 seconden mono of ongeveer 23,5 seconden stereo sampling. Als u langer wilt samplen, dient u aPart verkrijgbaar geheugen (DIMM) te installeren (p.216).
om de parameter te selecteren.
4. Draai aan de VALUE draaischijf of druk op [INC]/[DEC] om
7. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande
Een Sample verdelen tijdens sampling
of
In FX Type
Mix In Output Asgn
Mix In Output Level Mix In Cho Send Level Mix In Rev Send Level
Uitleg Input bron van het geluid, dat gesampled moet worden. LINE IN L/R: L/R (stereo) LINE IN L: L (mono) MICROPHONE: L (mono, microfoon niveau) Type effect, dat op de externe input bron toegepast zal worden (p. 102). EQ, ENHANCER, COMPRESSOR, LIMITER, NOISE SUP, C CANCELLER Output bestemming van het externe input geluid, dat erin gemixt is. DRY: Output naar OUTPUT (A) jacks zonder door effecten te lopen MFX: Output door multi-effecten * Wanneer u “MFX” selecteert, selecteert dit welke van de drie multi-effecten (1-3) gebruikt zal worden. Volumeniveau van het externe input geluid. 0-127 Diepte van de chorus, die op de externe input bron toegepast zal worden . 0–127 Diepte van reverb toegepast op het externe input geluid. 0–127
5. Speel de externe input bron af en draai aan de LEVEL knop om het volume aan te passen.
6. Druk op [EXIT] om naar het voorgaande venster terug te keren.
101
Sampling
Input Effect parameters Waarschuwingen wanneer u een microfoon gebruikt Howling zou geproduceerd kunnen worden afhankelijk van de locatie van de microfoons ten opzichte van de speakers. Dit kan opgelost worden door:
1. De locatie van de microfoon(s) veranderen. 2. De microfoon of microfoons op een grotere afstand van de speakers zetten.
3. Volumeniveaus te verlagen.
Input Effect Setup instellingen 1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MIX IN]. Het INPUT SETTING venster verschijnt.
2. Wanneer u het Input Effect gebruikt, dient u een vinkje (✔) toe te voegen door op [F5 (In FX SW)] te drukken om het aan te zetten.
3. Druk op [F6 (In FX SETUP)]. Het INPUT EFFECT SETUP venster verschijnt. fig.InFxSetup
4. Druk op
of
om de cursor te verplaatsen.
5. Draai aan de VALUE draaischijf of druk op [INC]/[DEC] om de waarde in te stellen.
6. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Parameter Waarde Uitleg (Type) 1–6 Input effect type 1: Equalizer Past de toon van de lage frequentie en hoge frequentie gebieden aan. Low Freq 200, 400 Hz Centrum frequentie van het lage frequentie gebied Low Gain -15– +15 dB Hoeveelheid lage frequentie boost/cut High Freq 2000, 4000, Centrum frequentie van het hoge 8000 Hz frequentie gebied High Gain -15– +15 dB Hoeveelheid hoge frequentie boost/cut 2: Enhancer Verandert de harmonische inhoud van het hoge frequentie bereik om een sprankel aan het geluid toe te voegen . Sens 0–127 Diepte van het enhancer effect Mix 0–127 Volume van de harmonics, die gegenereerd worden 3: Compressor Houdt hoge niveaus in bedwang en krikt lage niveaus op om het volume over het geheel consistenter te maken. Attack 0–127 Tijd vanaf het moment dat de input de Threshold overschrijdt, totdat het volume gecomprimeerd gaat worden. Threshold 0–127 Volume, waarop compressie zal beginnen. Post Gain 0– +18 dB Niveau van het uitgevoerde geluid 4: Limiter Comprimeert het geluid, wanneer het een gespecificeerd volume overschrijdt, om vervorming te voorkomen. Release 0–127 Tijd vanaf het moment dat de input daalt tot onder de Threshold totdat compressie stopt. Threshold 0–127 Volume, waarop compressie zal beginnen. Post Gain 0– +18 dB Niveau van het uitgevoerde geluid 5: Noise Suppressor Onderdrukt geluid gedurende periodes van stilte. Threshold 0–127 Volume, waarop geluidsonderdrukking zal beginnen. Release 0–127 Tijd vanaf, wanneer de geluidsonderdrukking begint, totdat het volume het nulpunt bereikt. 6: Center Canceler Verwijdert de geluiden, die gelokaliseerd zijn in het centrum van de stereo input. Dit is een handige manier om een stem te elimineren. Ch Balance -50– +50 Volumebalans van de linker- en rechterkanalen voor het verwijderen van het geluid Range Low 16–15000 Hz Onderste frequentie grens van de band, die verwijderd dient te worden. Range High 16–15000 Hz Bovenste frequentie grens van de band, die verwijderd dient te worden. *
102
In het FX SETUP venster kunnen de Realtime Control knoppen (C1C4) gebruikt worden om de MFX parameters te bewerken.
Sampling
fabrieksinstellingen wordt dit op 5 seconden ingesteld.
Skip back sampling Soms wilt u misschien een aardige frase bewaren, die u wat eerder gespeeld heeft. In zulke gevallen kunt u de Skip Back Sampling functie gebruiken om geluiden te samplen, die op een eerder tijdstip gespeeld werden. Wanneer u skip-back sampling uitvoert, worden verschillende beats van uw eerdere Performance als sample opgeslagen. U kunt deze sample toewijzen aan een Pad en opnieuw spelen vanaf die Pad. Knop aan:
Skip-back sampling kan uitgevoerd worden.
Knop uit:
Skip-back sampling kan niet uitgevoerd worden.U kunt skip-back sampling niet gebruiken als er onvoldoende vrij geheugen is.
Knop knippert:
Skip Back sampling zal uitgevoerd worden.
Samples vastgelegd door middel van Skip Back Sampling zal verloren gaan, wanneer u de stroomtoevoer uitzet. Als u de sample wilt behouden, dient u de Save procedure uit te voeren (p.116).
1. Speel het keyboard of Pads van de Fantom-Xa of sluit een instrument of ander apparaat aan op de AUDIO IN jacks en voer geluiden of frases in.
2. Druk op [SKIP BACK]. Het volgende venster verschijnt. fig.SkipBack
Wanneer Skip Back sampling eindigt, zal het ASSIGN TO PAD venster verschijnen. Nu kunt u de Pad specificeren, die het geluid zal spelen. fig.AsgnToPad1
3. Selecteer de gewenste Pad door er direct op te drukken. *
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje toe te voegen ( ✔), zal de Wave Tempo Sync parameter (p.59) aangezet (ON) worden voor de ritme toon, die is toegewezen.
4. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
5. Druk op [F6 (EXEC)] om Assign to Pad uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren. De sample zal toegewezen worden (als een ritme toon) aan de gespecificeerde Pad, en het SAMPLE EDIT venster verschijnt.
• Druk op [F3 (MODIFY)] om de sample te bewerken (p.106 en volgende). • Druk op [F4 (ASSIGN)] om de sample vanaf het keyboard te spelen (p. 113). • Druk op [F6 (PREVIEW)] om de sample proef te spelen.
U kunt specificeren hoe ver terug sampling voor zal komen, wanneer u skip-back sampling uitvoert (5-40 seconden). Met de
103
Een sample bewerken In deze sectie wordt uitgelegd hoe u een sample kunt bewerken, die u gesampled/geïmporteerd heeft. Bewerkingen worden uitgevoerd in sample geheugen – een geheugen speciaal voor samples (p.25).
Een sample laden Hier laten we u zien, hoe u een sample uit het gebruikersgeheugen, een geheugenkaart of Preset geheugen naar sample geheugen kunt laden.
Sample lijst Selecteer een sample uit de lijst.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
Een Sample selecteren
2. Druk op
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE LIST venster te komen.
of om de groep te selecteren, die de gewenste sample bevat.
3. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC][DEC] of
om een sample te selecteren. Als u twee of meer samples wilt laden, dient u op [F2 (MARK)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, moet u weer op [F2 (MARK)] drukken. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje aan alle samples uit de geselecteerde groep toegevoegd worden. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F3 (CLR ALL)] drukt, zullen vinkjes van alle geselecteerde samples verwijderd worden.
fig.SampleList
2. Druk op
of om de groep te selecteren, die de gewenste sample bevat. • PRST: preset samples
• USER: gebruikerssamples • CARD: samples die opgeslagen zijn op een geheugenkaart *
4. Druk op [F5 (UTILITY)] en dan op [F5 (LOAD)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
U kunt de preset samples niet bewerken.
3. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC][DEC] of
om
5. Druk op [F6 (EXEC)] om de sample te laden. Druk op [F7 (Cancel)] om te annuleren.
een sample te selecteren. *
U kunt op [F6 (PREVIEW)] drukken om de geselecteerde sample proef te spelen.
*
4. Druk op [ENTER] of [SAMPLE EDIT<-> LIST]. Het SAMPLE EDIT venster verschijnt.
De sample lijst geeft de actuele toestand van de samples aan.
U kunt deze handeling ook uitvoeren vanuit het SAMPLE LIST of SAMPLE EDIT venster door op [MENU] te drukken en “Load Sample” te selecteren.
Alle samples laden Hier laten we u zien, hoe alle samples in het gebruikersgeheugen en de geheugenkaart geladen kunnen worden.
fig.SampleState
Wanneer u Load All Samples uitvoert, zullen alle niet-opgeslagen samples gewist worden. * Dit is een sample, die u gesampled heeft. Het is niet opgeslagen en zal verloren gaan, wanneer u het apparaat uitzet. Hetzelfde geldt voor samples, die als WAV/AIFF geïmporteerd zijn. U: De sample is opgeslagen, maar niet geladen in het sample geheugen. E: Dit is een sample, die u geladen of gesampled heeft, en aan het bewerken bent. Uw bewerkingen zullen verloren gaan, wanneer u het apparaat uitzet. Als u ze wilt behouden, dient u de sample weg te schrijven (Write). Sla deze data op, mocht dat nodig zijn. Indien Load User Samples at Startup (p. 193) uitstaat, zullen samples niet in het sample geheugen geladen worden, als u het apparaat aanzet. In dit geval, zult u de samples zelf in het geheugen moeten laden. Als u een sample uit sample geheugen hebt geladen, dient u het ook opnieuw te laden, voordat u de sample weer kunt selecteren. N:
104
Als de totale grootte van de data in de user bank en card bank de hoeveelheid geheugen overschrijdt, zullen de samples uit de user bank als eerste geladen worden. Daarna worden zoveel mogelijk card bank samples geladen, te beginnen met de sample met het laagste nummer.
1. Druk op [F5 (UTILITY)] uit het SAMPLE LIST venster. 2. Druk op [F2 (LOAD ALL)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
3. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren. *
U kunt deze handeling ook uitvoeren door vanuit het SAMPLE LIST venster op [MENU] te drukken en “3. Load All Samples” te selecteren.
Een sample bewerken
Een sample uitladen
Een audiobestand importeren (Import Audio)
Hier laten we u zien hoe u een sample uit sample geheugen kunt laden. Het opgeslagen sample bestand zal niet gewist worden.
1. In het SAMPLE LIST venster, dat wordt weergegeven, dient u op of te drukken om de groep te selecteren, die de sample bevat, die u wilt wissen.
Hier laten we u zien hoe een audiobestand (WAV/AIFF) in het geheugen als sample geladen kan worden. *
2. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC][DEC] of
om een sample te selecteren. Als u twee of meer samples wilt wissen, dient u op [F5 (Mark Set) te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples, die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, moet u weer op [F2 (MARK)] drukken. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje aan alle samples uit de geselecteerde groep toegevoegd worden. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F3 (CLR ALL)] drukt, zullen vinkjes van alle geselecteerde samples verwijderd worden.
1. Druk op [F5 (UTILITY)] en dan op [F1 (IMPORT SAMPLE)] in het SAMPLE LIST venster. Het IMPORT AUDIO venster verschijnt. *
gebied u wilt importeren. [F1 (USER)]: Selecteer uit het gebruikersgeheugen. [F2 (CARD)]: Selecteer van de geheugenkaart.
Een bericht zal u om bevestiging vragen.
3. Druk op
of om het bestand dat u wilt importeren, te selecteren. Als u twee of meer samples wilt wissen, dient u op [F5 (Mark Set)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples, die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, moet u weer op [F2 (MARK)] drukken. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje aan alle samples uit de geselecteerde groep toegevoegd worden. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F3 (CLR ALL)] drukt, zullen vinkjes van alle geselecteerde samples verwijderd worden.
4. Druk op [F6 (EXEC)] om de sample uit te laden. Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren. U kunt deze handeling ook uitvoeren vanuit het SAMPLE LIST of SAMPLE EDIT venster door op [MENU] te drukken en “Unload Sample” te selecteren.
Een sample wissen In deze sectie laten we u zien, hoe u een sample bestand helemaal kunt wissen. *
4. Druk op [F6 (IMPORT)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
U kunt de preset samples niet wissen.
5. Druk op [F6 (EXEC)].
1. In het SAMPLE LIST venster weergegeven, dient u op
of
te drukken om de groep te selecteren, die de sample bevat, die u wilt wissen.
2. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC][DEC] of
Hetzelfde resultaat kunt u krijgen als u op [MENU] drukt en “5.Import Audio” selecteert, in plaats van stap 1 uit te voeren.
2. Druk op [F1(USER)] of [F2(CARD)] om te selecteren uit welk
3. Druk op [F5 (UTILITY)] en dan op [F4 (UNLOAD)].
*
Plaats de audiobestanden in de “TMP/AUDIO_IMPORT” map in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart. Bekijk p.206 voor details over hoe u uw computer kan gebruiken om een bestand naar het gebruikersgeheugen of de geheugenkaart te kopiëren .
Het bestand zal geïmporteerd worden en het SAMPLE LIST venster zal verschijnen. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
om
een sample te selecteren. Als u twee of meer samples wilt wissen, dient u op [F5 (Mark Set)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, moet u weer op [F2 (MARK)] drukken. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje aan alle samples uit de geselecteerde groep toegevoegd worden. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F3 (CLR ALL)] drukt, zullen vinkjes van alle geselecteerde samples verwijderd worden.
Het geïmporteerde bestand zal aan de sample lijst als een sample toegevoegd worden. Deze sample is tijdelijk en zal verloren gaan, wanneer u het aparaat uitzet. Als u het wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken om de data op te slaan.
3. Druk op [F5 (UTILITY)] en dan op [F3 (DELETE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
4. Druk op [F6 (EXEC)] om de sample te wissen. Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren. *
U kunt deze handeling ook uitvoeren vanuit het SAMPLE LIST of SAMPLE EDIT venster door op [MENU] te drukken en “Delete Sample File” te selecteren.
105
Een sample bewerken
Punt End
Sample bewerken
Uitleg Het punt, waarop het afspelen zal eindigen. Stel dit zo in, dat alle ongewenste delen aan het einde van de sample niet hoorbaar zullen zijn.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] in het SAMPLE LIST ven*
ster. Het SAMPLE EDIT venster verschijnt. fig.SampleEdit
Door op [F6 (PREVIEW)] te drukken, kunt u de regio tussen het startpunt (Start) en het eindpunt (End) proef spelen.
4. Draai aan de VALUE draaischijf of gebruik [INC], [DEC] om het punt te verplaatsen. U zult het waarschijnlijk handig vinden om in te zoomen, wanneer u kleine aanpassingen maakt, en uit te zoomen, wanneer u grote aanpassingen maakt (p.148). U kunt het punt verplaatsen
Samples, die u bewerkt, zullen verloren gaan als u het apparaat uitzet. Als u ze wilt behouden, zult u ze op moeten slaan (p.116).
in eenheden van één beat door op [F1 ken. *
] of [F2
] te druk-
De preset samples kunnen niet door de beat verplaatst worden.
Als u [F6 (PREVIEW)] ingedrukt houdt en Start/Loop Start/ End verplaatst, zal de sample herhaaldelijk dit deel spelen. Dit een handige manier om uw instelling te controleren.
De Waveform display vergroten/ verkleinen (Zoom In/Out)
(In- of uitzoomen op de waveform zal de regio, die gelooped wordt, veranderen.)
Hier laten we u zien hoe u de grootte van de sample display kunt veranderen. • Horizontale axis (tijd axis): 1/1-1/16384 Druk op
om de display grootte te vergroten.
Druk op
om de display grootte te verkleinen.
• Verticale axis (waveform amplitude axis): x1-x128 Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op te vergroten.
om de display grootte
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op te verkleinen.
om de display grootte
De start/eindpunten van de sample instellen U kunt het gedeelte van de sample specificeren, dat uiteindelijk te horen zal zijn. U kunt ook de regio specificeren, die gelooped moet worden.
1. Selecteer de sample, die u wilt bewerken (p.104), in het weergegeven SAMPLE LIST venster.
Nadat u het Start en End gespecificeerd heeft, kunt u Truncate (p.108) uitvoeren om ongewenste delen aan het begin en het einde van een sample te wissen. *
Handelingen, waarbij een sample veranderd wordt (Chop, Normalize etc.), worden op de hele sample toegepast. Zelfs als u Startof End specificeert, zullen deze genegeerd worden. Als u de handeling alleen op de regio tussen Start en End toe wilt passen, dient u Truncate te gebruiken om ongewenste delen van de sample te wissen en dan de Sample Modifying Operation (sample aanpassingen) uit te voeren.
De knoppen gebruiken om de punten te bewerken U kunt de REALTIME CONTROL knoppen gebruiken om ieder punt te bewerken. De knoppen gebruiken is handig, wanneer u grote veranderingen in de waarde aan wilt brengen. Gezien vanaf links hebben de knoppen de volgende functies. fig.15-003a
2. Druk op [SAMPLE EDIT]. Het SAMPLE EDIT venster verschijnt.
3. Gebruik
of
om het punt te selecteren, dat u in wilt
stellen.
1 Punt Start
Loop Start
106
Uitleg Het punt, waarop het afspelen zal beginnen. Stel dit zo in, dat alle ongewenste delen aan het begin van de sample overgeslagen worden, en het geluid zal op het gewenste moment beginnen. Het punt, waarop loop afspelen (tweede en daarop volgende keren) zal beginnen. Stel dit in, als u het geluid vanaf een ander punt dan het startpunt wilt loopen.
2
3 2
4
1
: Startpunt
4
: In-/uitzoomen op de horizontale axis van de display
: Loop Start
3
: Eindpunt
Instellingen maken voor een sample (Sample parameters) Hier laten we u zien, hoe u verschillende instellingen voor de sample kunt maken.
Een sample bewerken
1. Selecteer de sample, die u wilt bewerken in het weergegeven SAMPLE LIST venster.
Parameter Tempo
2. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster tekomen.
3. Druk op
of
om een parameter te selecteren.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te bewerken.
5. Druk op [EXIT] wanneer u klaar bent. Parameter Start Loop Start End Loop Mode
Org Key
Uitleg Bekijk De start/eindpunten van de sample instellen (p.106).
Time Stretch
Specificeert hoe de sample gespeeld zal worden. FWD: Nadat de Sample van Start tot End is afgespeeld, zal het herhaaldelijk voorwaarts afgespeeld worden, van Loop Start tot End.
Start Fine
Start P.
Loop Start P.
End P.
Loop Start Fine Loop End Fine Loop Tune
ONE-SHOT: De sample zal slechts één keer afgespeeld worden, van Start tot End. Start P.
Loop Start P.
Zoom Horz
End P.
Zoom Vert
REV: Wanneer de sample van End naar Start is afgespeeld, zal het herhaaldelijk in tegenovergestelde richting afgespeeld worden, van Loop Start tot Start. Start P.
Loop Start P.
End P.
REV-ONE: De sample zal slechts één keer afgespeeld worden, van End naar Start in tegenovergestelde richting. Start P.
Loop Start P.
End P.
Uitleg Het originele tempo van de sample U kunt [SHIFT] ingedrukt houden en de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] gebruiken om de waarde naar rechts van het decimale punt aan te passen. 5.00-300.00 * Om dit te synchroniseren, moet de Wave Temp Sync (p.43) op ON staan. Noot nummer dat de sample op de toonhoogte, waarop het was gesampled, zal spelen. 0 (C -)-127 (G9) Specificeert hoe het tempo gesynchroniseerd zal worden. Deze waarde verlagen zal het geluid voor sneller gespeelde frases optimaliseren, en deze waarde verhogen zal het geluid voor langzamer gespeelde frases optimaliseren. TYPE01-TYPE10 Kleine aanpassingen van het Startpunt. 0–255 Kleine aanpassingen van het Loop Startpunt. 0-255 Kleine aanpassingen van het End punt. 0-255 Pitch van de loop regio Maak kleine aanpassingen in stappen van onecent (1/100ste halve toon). -50- +50 Display vergroting (horizontale axis) 1/1–1/16384 Display vergroting (verticale axis) x1–x128
Over de beat Samples bevatten data. Maximaal 100 beat locaties zijn voor één sample gespecificeerd. Als de sample meer dan 100 beats bevat, zullen vijftig beat locaties gespecifieerd worden van het begin en einde van de sample, respectievelijk. *
De preset samples bevatten geen beat data.
Wanneer u de beat indicatie opnieuw in wilt stellen (Reset Grid functie) U kunt het sample spoor opnieuw toewijzen, afhankelijk van het gespecificeerde Startpunt en Tempo. In het SAMPLE EDIT venster dient u het Startpunt en Tempo van de sample te specificeren.
1. Druk op [F5 (UTILITY)] en dan op [F1 (RESET GRID)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
2. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
107
Een sample bewerken
Ongewenste delen van een sample verwijderen (TRUNCATE) Deze handeling snijdt de delen uit de sample, die zich voor het Startpunt en na het Loop eindpunt bevinden. *
U kunt dit niet uitvoeren,, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
1. Druk op [SAMPLE EDIT<-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
2. Specificeer de Start/Eindpunten van de sample (p.106).
Het hoge frequentie bereik van de sample opkrikken of begrenzen (EMPHASIS) In sommige gevallen zal de audio kwaliteit verbeteren als u het hoge frequentie bereik van een geïmporteerde sample opkrikt. Er kan ook extra nadruk gelegd worden op het hoge frequentie bereik van de sample, wanneer u een sampler gebruikt, die gemaakt is door een andere fabrikant. In dit geval kunt u de tonale verandering minimaliseren door het hoge frequentie bereik te verminderen. *
3. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu ven-
U kunt dit niet uitvoeren,, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
stertje te openen.
4. Druk op [F1 (TRUNC&EMPHAS)] en dan op [F1 (TRUNC)].
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
fig.TRUNCATE
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu venstertje te komen.
3. Druk op [F1 (TRUNC&EMPHAS)] en dan op [F1 (TRUNC)]. fig.EMPHASIS
5. Als u de huidige sample wilt vervangen door de aangepaste sample, dient u op [F4 (OVER WRITE)] te drukken om het “(✔)” symbool weer te geven.
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC],[DEC] om het emphasis type te selecteren. PreEmphasis: Legt de nadruk op het hoge frequentie bereik.
7. Om de handeling uit te voeren, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
DeEmphasis: Vermindert het hoge frequentie bereik.
5. Als u de huidige sample wilt vervangen door de benadrukte sample, dient u op [F4 (OVER WRITER)] te drukken om het “(✔)” symbool weer te geven.
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
108
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Een sample bewerken
Het volume van een sample maximaliseren (NORMALIZE) Deze handeling verbetert het niveau van de gehele sample zoveel mogelijk zonder het maximumniveau te overstijgen. In sommige gevallen zal het volume van de frase die u geresampled heeft (p.100) lager zijn dan het volume van de originele frase. In dat geval is het een goed idee om het volume op te krikken door de Normalize handeling uit te voeren. *
U kunt dit niet uitvoeren,, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
Versterker (AMP) Met deze handeling past u het volume van de hele sample aan. U kunt ook een envelope (tijd variatie) toepassen op het volume van de sample. *
U kunt dit niet uitvoeren,, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu venstertje te komen.
3. Druk op [F2 (NORM & AMP)] en dan op [F2 (AMP)]. fig.AMP
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu venstertje te komen.
3. Druk op [F2 (NORM & AMP)] en dan op [F1 (NORM)]. fig.NORMALIZE
4. Als u het volume van de hele sample aan wilt passen, dient u de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] te gebruiken om de mate van volumestijging in te stellen.
4. Als u de huidige sample wilt vervangen door de genormaliseerde sample, dient u op [F6F4 (OVER WRITER)] te drukken om het “(✔)” symbool weer te geven.
Parameter Rate
5. Druk op [F6(EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Uitleg Mate van volumestijging. Dit specificeert hoeveel stijging met betrekking tot tot het huidige volume toegepast zal worden. 0–400%
5. Druk op [(F3 (POINT)] om het “(✔)” weer tegeven. Druk dan op (UP of om een parameter te selecteren en gebruik dan de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde in te stellen.
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Parameter Current Point
Point 1–4 Rate 1–4
Uitleg Het op dat moment geselecteerde punt. Te beginnen bij het startpunt, zullen de punten 1, 2, 3 of 4 genummerd worden. Locatie van het huidige punt. Amplificatie verhouding van het huidige punt. Specificeert hoe het volume van ieder punt opgekrikt gaat worden in relatie tot de huidige waarde. 0–400%
6. Als u de huidige sample wilt vervangen door de bewerkte sample, dient u op [F4 (OVER WRITER)] te drukken om het “(✔)” teken weer te geven.
7. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
8. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
109
Een sample bewerken
Een sample uitrekken of krimpen (TIME STRETCH) Deze handeling rekt de sample uit of krimpt de sample juist om de lengte of het tempo te veranderen. U kunt de sample uitrekken of doen krimpen met een factor van 1/2 tot twee keer de originele lengte. *
U kunt dit niet uitvoeren, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
Een sample in noten verdelen (CHOP) De chop functie verdeelt een sample waveform in afzonderlijke noten. *
De Create Rhythm functie (p.114) maakt het gemakkelijk om een ritme set te creëren van een in stukjes gehakte sample.
*
U kunt dit niet uitvoeren, wanneer meer dan één sample geselecteerd is.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
venster te komen.
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu ven-
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu venstertje te komen.
stertje te komen.
3. Druk op [F4 (CHOP)].
3. Druk op [F3 (TIME STRETCH)].
fig.CHOP
fig.TIMESTRETCH
4. Specificeer de punt(en), waarop de sample verdeeld moet 4. Druk op
of
worden. Bekijk “Procedure voor het verdelen van een sample” of “Een sample automatisch verdelen (Auto Chop)” (p.111).
om de parameter te selecteren.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de tempo/ lengte te specificeren. Wanneer u de BPM (tempo) waarde instelt, kunt u [SHIFT] ingedrukt houden en aan de VALUE draaischijf draaien of [INC] [DEC] gebruiken om de waarde rechts van het decimale punt aan te passen. Parameter BPM Time Rate
Type
Quality Adjust
Uitleg Verander de BPM van de sample naar de BPM die u specificeert. Specificeer de lengte van de sample als een tijdswaarde. Specificeer de lengte in relatie tot de huidige lengte van de sample. 50.0-200.0% Lagere instellingen van deze waarde zullen het geluid geschikter maken voor snellere frases en hogere instellingen zullen het geluid geschikter maken voor langzamere frases. TYPE 01-TYPE 10 Maak kleine aanpassingen aan de tonale kwaliteit van de Time Stretch. 1-10
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. De lengte van de sample zal, zoals gespecificeerd, veranderd worden. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
5. Speel de sample proef, zoals beschreven in het gedeelte “ De verdeelde samples proef spelen.” Als u instellingen opnieuw wilt maken, dient u het punt te verplaatsen of te wissen (p.111).
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Om de verdeling uit te voeren, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. De verdeelde sample zal aan de sample lijst worden toegevoegd. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Wanneer u de Chop handeling uitvoert, zal een bericht u vragen of u Create Rhythm uit wilt voeren. •
Als u Create Rhythm uit wilt voeren, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken.
•
Als u Create Rhythm niet uit wilt voeren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken.
Voor de rest van de procedure, kunt u p.114 bestuderen.
Procedure voor het verdelen van een sample U kunt vrijelijk het punt/de punten specificeren waarop de sample verdeeld moet worden.
1. Druk op
of rent Adress.”
om de cursor te verplaatsen naar “Cur-
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het punt te verplaatsen.
110
Een sample bewerken
3. Op de plaats waar u de sample wilt verdelen, dient u op [F2 (ADD)] te drukken. De huidige locatie zal het verdelingspunt worden.
4. Herhaal de stappen 2 en 3 om andere verdelingspunten te specificeren. U kunt maximaal 15 locaties specificeren waarop u de sample kunt verdelen, d.w.z. dat de sample in maximaal 16 stukjes verdeeld zal worden.
Automatisch een sample verdelen (Auto Chop) Hier laten we u zien, hoe u automatisch de punten kunt selecteren waarop de sample verdeeld moet worden en dan de sample kunt verdelen.
1. Vanaf stap 3 op p.110, drukt u op [F4 (AUTO)]. Het Auto Chop sub-venstertje zal verschijnen.
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de methode te selecteren waarmee de sample verdeeld dient te worden.
3. Druk op
en gebruik dan de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde in te stellen.
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC]om het punt te selecteren, dat u wilt wissen of verplaatsen. In volgorde vanaf het startpunt zullen de punten 1, 2,....15 genummerd worden.
3. Druk op
en gebruik dan de VALUE draaischijf om het verdelingspunt te verplaatsen.
4. Om het verdelingspunt te wissen, dient u op [F3 (CLEAR)] te drukken.
De verdeelde samples proef spelen Nadat de sample verdeeld is, kunt u op de Pads drukken om elk van de verdeelde samples proef te spelen. Vanaf de sample die zich het dichtstbij het start punt bevindt, zullen de samples gespeeld worden door Pads [1], [2], ...[9].
Twee of meer samples samenvoegen (COMBINE) Deze handeling combineert meerdere samples in één enkele sample. U kunt maximaal zestien samples combineren. U kunt ook stiltes tussen de samples plaatsen.
1. Druk op [SAMPLE EDIT<-> LIST] om in het SAMPLE EDIT Parameter Chop Type
Uitleg Hoe de sample verdeeld gaat worden. Level: Verdeel overeenkomstig het volume. Beat: Verdeel op beats gebaseerd op het tempo (p.107) van de sample. Divide x: Verdeel in een “x” aantal gelijke lengten. Als het Chop Type “Level” is Level Niveau waarop de sample verdeeld moet worden. Lagere instellingen van deze waarde zullen ervoor zorgen dat de sample fijner verdeeld wordt. 1–10 Als het Chop Type “Beat” is Beat Beat interval waarop de sample verdeeld moet worden. 1/32, 1/16T, 1/16, 1/8T, 1/8, 1/4T, 1/4, 1/2, 1/1, 2/1 Als het Chop Type Divide x is Times Aantal samples waarin de sample verdeeld moet worden. 2–16
venster te komen.
2. Druk op [F3 (MODIFY)] om in het Sample Modify Menu venstertje te komen.
3. Druk op [F5 (COMBINE)]. fig.COMBINE
4. Druk op
*
of om een parameter te selecteren.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde in te stellen. Parameter TYPE
4. Druk op [F6 (EXEC)]. De sample zal automatisch verdeeld worden naar gelang uw instellingen en de punten zullen gespecificeerd worden. Er zal een maximum van 15 verdelingspunten worden ingesteld (16 regio’s).
,
BANK
Uitleg De sample of stilte die gecombineerd moet worden None: geen Sample: sample Time: stille regio(gespecificeerd als tijd) Beat: stille regio(gespeificeerd als een noot waarde) Bank die de sample bevat U: user C: card * Dit zal alleen weergegeven worden als TYPE ingesteld is op Sample.
Om te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken.
Een verdelingspunt verplaatsen/ wissen 1. Druk op
of
om de cursor te verplaatsen naar “Point
No.”
111
Een sample bewerken
Parameter PRM
*
Uitleg Sample nummer of de duur/noot waarde van de stille regio De noot waarde is gebaseerd op de BPM van de sample direct voor de stille regio. * Als er zich geen sample direct voor de stille regio bevindt, zal de huidige BPM gebruikt worden. Als TYPE ingesteld is op Sample 1-2000 Als TYPE ingesteld is op Time 1-10000 ms Als TYPE ingesteld is Beat 1/32, 1/16T, 1/16, 1/8T, 1/8, 1/4T, 1/4, 1/2, 1/ 1, 2/1
fig.AsgnToPad
5. Selecteer de gewenste Pad door er direct op te drukken. *
Wave Tempo Sync parameter (p.59) op ON gaan voor de ritme toon die toegekend is.
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om Assign to Pad uit te voeren. De sample zal toegewezen worden (als een ritme toon) aan de gespecificeerde Pad.
U kunt op [F4 (PREVIEW)] drukken om de geselecteerde sample proef te spelen.
6. U kunt op [F6 (EXEC)] drukken. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
*
keren .
Druk op [F5(CANCEL) om te annuleren.
Als u een andere ritme set selecteert, zal de ritme set die u toegewezen heeft vervangen worden door die ritme set. Als u de ritme set die u gecreëerd heeft wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken en het op te slaan (p. 57).
Samples toewijzen aan een Pad (Assign To Pad) Hier laten we u zien, hoe u samples toekent als de ritme tonen van een ritme set. U kunt bijvoorbeeld een originele ritme set creëren door bepaalde tonen van een preset ritme set te vervangen door andere samples.
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
8. Druk op [EXIT] om naar het voorgaande venster terug te
7. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de
Vanuit Performance modus Voordat u verder gaat met de procedure hieronder, dient u er zeker van te zijn dat u zich in Performance modus bevindt en de Patch of ritme set te selecteren waar u een sample aan toe wilt wijzen.
*
Vanuit het SAMPLE LIST venster kunt u ook op [F4 (ASSIGN)] → [F5 (To PAD)] drukken om Assign to Pad uit te voeren.
1. Selecteer een sample uit het SAMPLE LIST venster.
*
U kunt dit niet met meer dan één geselecteerde sample uitvoeren.
2. Druk op [SAMPLE EDIT< → LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
Vanuit Patch modus
3. Druk op [F4 (ASSIGN)]. Het Assign to Kbd/Pad venstertje zal verschijnen.
1. Selecteer een sample uit het SAMPLE LIST venster.
fig.AsgnToKbdPad
2. Druk op [SAMPLE EDIT<-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
3. Druk op [F4 (ASSIGN)]. Het Assign to Kbd/Pad venstertje zal verschijnen. fig.AsgnToKbdPad
4. Druk op [F5 (To PAD)]. Het ASSIGN TO PAD venster zal verschijnen.
4. Druk op [F5 (To PAD)].
Als een ritme set niet is toegewezen aan de Pad (Part 10), zal het bericht “Change into Rhythm and Initialize?” verschijnen, waarin u gevraagd wordt of u een geïnitialiseerde ritme set aan de geselecteerde Part toe wilt wijzen. Druk op [F6 (EXEC)]. fig.AsgnToPadPfm
Het ASSIGN TO PAD venster zal verschijnen. Als een ritme set niet aan de Pad is toegewezen , zal het bericht “ Change into Rhythm and Initialize?” verschijnen, waarin u gevraagd wordt of u een geïnitialiseerde ritme set aan de Pad toe wilt wijzen. Druk op [F6 (EXEC)].
5. Selecteer de gewenste Pad door er direct op te drukken. *
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de Wave Tempo Sync parameter (p.59) op ON gaan voor de ritme toon die toegekend is.
112
Een sample bewerken
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
*
7. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande ven-
7. Druk op [F6 (EXEC)] om Assign to Pad uit te voeren.
ster.
De sample zal toegewezen worden (als een ritme toon) aan de gespecificeerde Pad. *
Als u een andere Patch selecteert, zal de Patch die u toegewezen heeft vervangen worden door die ritme set. Als u de ritme set die u gecreëerd heeft wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken en het op te slaan.
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
8. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Als u een andere ritme set selecteert, zal de ritme set die u toegewezen heeft vervangen worden door die ritme set. Als u de ritme set die u gecreëerd heeft wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken en het op te slaan (p. 57).
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Vanuit Performance modus 1. Selecteer een sample uit het SAMPLE LIST venster. 2. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
Een sample toewijzen als Patch aan een Part (Assign to Keyboard) Hier laten we u zien hoe u de op dat moment geselecteerde sample kunt gebruiken om een Patch te creëren en deze aan een keyboard Part toe te wijzen. *
Vanuit het SAMPLE LIST venster kunt u ook op [F4 (ASSIGN)] )] → [F4 (To KBD)] drukken om Assign to Keyboard uit te voeren.
*
U kunt dit niet met meer dan één geselecteerde sample uitvoeren.
3. Druk op [F4 (ASSIGN)]. Het Assign to Kbd/Pad venstertje zal verschijnen. fig.AsgnToKbdPad
4. Druk op [F4 (To KBD)]. Het Assign to Keyboard venstertje zal verschijnen, en u kunt de toekenning voor de Part verifiëren. fig.AsgnToKbdPfm
Vanuit Patch modus 1. Selecteer een sample uit het SAMPLE LIST venster.
5. Druk op
of om de part te specificeren waar de nieuwe Patch aan toegekend is, en druk dan op [F6 (SELECT)].
2. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE EDIT venster te komen.
3. Druk op [F4 (ASSIGN)].
*
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de Wave Tempo Sync parameter (p.43) op ON gaan voor de Patch die toegekend is.
Het Assign to Kbd/Pad venstertje zal verschijnen. fig.AsgnToKbdPad
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om Assign to Keyboard uit te voeren. De sample zal toegewezen worden (als een Patch) aan de gespecificeerde Part.
4. Druk op [F4 (To KBD)]. Het Assign to Keyboard venstertje zal verschijnen.
*
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
fig.AsgnToKbd
8. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
*
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de Wave Tempo Sync parameter (p.43) op ON gaan voor de Patch die toegekend is.
Als u een andere Patch selecteert, zal de Patch die u toegewezen heeft vervangen worden door die ritme set. Als u de ritme set die u gecreëerd heeft wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken en het op te slaan.
5. Druk op [F6 (EXEC)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Druk op [F6 (EXEC)] om Assign to Keyboard uit te voeren. De sample zal toegewezen worden (als een Patch) aan het keyboard.
113
Een sample bewerken
Een Ritme set creëren (Create Rhythm) Hier laten we u zien, hoe u de sample(s) kunt gebruiken om een ritme set te creëren. Deze handeling wordt Create Rhythm genoemd. Wanneer u Create Rhythm uitvoert, zal/zullen de sample(s) een ritme set worden en aan een Part toegewezen worden. U zou bijvoorbeeld een sample op kunnen nemen, de Chop functie kunnen gebruiken om het te verdelen en dan deze Create Rhythm handeling kunnen gebruiken om de verdeelde samples toe te kennen aan een Part als ritme set. Of u kunt een tekentje aan twee of meer samples in de sample lijst toewijzen, en Create Rhythm uitvoeren om de samples toe te wijzen aan een Part als ritme set. De samples zullen opeenvolgend toegewezen worden vanaf de C2 toets.
1. Selecteer de samples in het weergegeven SAMPLE LIST venster. Als u twee of meer samples wilt selecteren, dient u op [F2 (MARK)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, dient u weer op [F2 (MARK)] te drukken. *
U kunt op [F6 (PREVIEW)]drukken om de geselecteerde sample proef te spelen.
Als u een andere ritme set selecteert, zal de ritme set, die u toegewezen heeft, door die ritme set vervangen worden. Als u de ritme set wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken en deze op te slaan (p. 57).
Een multisample creëren (Create Multisample) Twee of meer samples toegewezen aan verschillende toetsen worden samen een “multisample” genoemd. Eén multisample kan maximaal 128 samples toekennen, verdeeld (“split”) over de noten van het keyboard. Een geheugenkaart kan 128 multisamples opslaan.
Om een multisample te horen, dient u het toe te wijzen aan een Part als Patch. Kies de gewenste samples om de multisample te creëren, en wijs het dan toe als Patch aan een keyboard Part voor gebruik. fig.MultiSample1.e
Multisample Multisample Multisample
No.128 Een multisample wordt in 128 verdeeld
No.001
2. Druk op [F4 (ASSIGN)] en dan op [F3 (RHYTHM)]. Het Create Rhythm venstertje zal verschijnen.
sample No.001
sample No.002
sample No.127
sample No.003
sample No.128
Patch modus Nummer in de sample lijst
Performance modus
3. Druk op
of om de part te selecteren, die u toe wilt kennen en dan op [F6 (SELECT)]. Het Create Rhythm venstertje zal verschijnen.
Als bijvoorbeeld slechts één noot (bijv. het geluid van de C4 toets) gesampled is uit een instrument met groot bereik als een piano en toegekend is aan het hele toetsengebied, zal het onnatuurlijk klinken, wanneer het beduidend onder of boven in de originele toonhoogte wordt gespeeld. Als het instrument op verschillende toonhoogtes gesampled wordt en toegewezen is aan verschillende gebieden van het keyboard, kan dit onnatuurlijke effect geminimaliseerd worden. fig.15-015.e
Multisample 128 split (128 toets)
fig.CreateRhythm2
sample nr.001 original key C3
*
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de Wave Tempo Sync parameter (p.59) op ON gaan voor de ritme toon die toegekend is.
4. Druk op [F6 (EXEC)]. De sample zal toegewezen worden (als een ritme set) aan de gespecificeerde Part. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
5. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
114
sample nr.002
sample nr.003 ogriginal key C5
originele toets C4 split punt split punt
: originele toets
Wanneer u een multisample creëert, worden de split punten automatisch bepaald, afhankelijk van de originele toets van iedere sample., voordat u dit proces begint, zult u de originele toets van iedere sample in moeten stellen naar het gebied, waaraan u wilt dat het toegewezen wordt. (Een multisample aan de gewenste toetsen toewijzen (p.115) Een sample zal niet te horen zijn bij een toonhoogte hoger dan één octaaf boven de originele toets.
Een sample bewerken
1. Druk op [SAMPLE EDIT<-> LIST] om in het SAMPLE LIST venster te komen en selecteer de sample(s) die u wilt gebruiken in uw nieuwe multisample. Als u twee of meer samples wilt selecteren, dient u op [F2 (MARK)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, dient u weer op [F2 (MARK)] te drukken. Als het totale aantal tekens boven de 128 uitkomt, zal de multisample gecreëerd worden uit de 128 laagst genummerde samples.
9. Als u de multisample als een Patch wilt gebruiken, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
10. Druk op [F6 (EXEC)]. *
Zet het apparaat nooit uit, terwijl data weggeschreven wordt. *
U kunt geen multisample creëren, wanneer u samples uit meer dan één groep gebruikt. *
Druk op [F6 (PREVIEW)] om de geselecteerde sample proef te spelen.
2. Druk op [F4 (ASSIGN)] en dan op [F2 (MLT SMP)]. Het CREATE MULTISAMPLE venster zal verschijnen. fig.CreateMltSmp
3. Ken een naam toe. Bekijk voor details over het toewijzen van namen p. 128.
fig.MltSmpWrite
U kunt niet naar een multisample luisteren, tenzij deze toegewezen is aan een part als Patch. Als u dan op [F5 (CANCEL)] drukt, zal de multisample opgeslagen worden, maar zult u de toegevoegde stap voor het toewijzen van de opgeslagen multisample naar het keyboard uit moeten voeren om het daadwerkelijk te kunnen spelen (p.113).
Een multisample aan de gewenste toetsen toewijzen Om een multisample aan de gewenste toetsen toe te wijzen, dient u de originele toets (Original Key) van iedere sample in te stellen voor de juiste toetsen. Wanneer u dan de Create Multisample handeling uitvoert, zal de Fantom-Xa de samples toewijzen aan het keyboard en de split punten automatisch instellen.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE LIST venster te komen en selecteer één van de samples binnen de multisample.
4. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster zal verschijnen, waarin u de mogelijkheid krijgt om een bestemming te selecteren voor het wegschrijven.
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
2. Druk op de [SAMPLE EDIT <-> LIST] knop om in het SAMPLE LIST venster te komen.
3. Druk op
of
om de cursor naar “Org Key” te ver-
plaatsen.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de Org Key in te stellen op het noot nummer van de toets waar u de sample aan toe wilt wijzen.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] of
om de wegschrijf bestemming te selecteren. Multisamples die bestaan uit gebruikerssamples zullen weggeschreven worden naar User, en multisamples die uit kaartsamples bestaan zulen weggeschreven worden naar Card.
5. Druk op de [SAMPLE EDIT <-> LIST] knop om terug te keren naar het SAMPLE LIST venster en stel de Org Key voor de andere samples op dezelfde manier in.
Wanneer u een multisample creëert, zult u de Original Key voor meer dan één sample moeten veranderen. Nadat u de instelling voor de eerste sample heeft gemaakt, kunt u simpelweg op [SAMPLE LIST] drukken om in het Sample List venster te komen, een andere sample selecteren en op [ENTER] drukken om direct naar het Sample Param venster te gaan.
6. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
7. Als u er zeker van bent dat u de multisample weg wilt schrijven, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] als u besluit te annuleren. * Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl data opgeslagen wordt.
8. Wanneer de data weggeschreven is, zal het Assign to Keyboard venstertje verschijnen.
De Original Key die u hier specificeert dient voor iedere sample opgeslagen te worden.
6. Wanneer u klaar bent met het instellen van de Original Key voor alle samples, kunt u de multisample creëren.
fig.AsgnToKbd1
*
Als u op [F1 (SYNC)] drukt om een vinkje ( ✔) toe te voegen, zal de Wave Tempo Sync parameter (p.43) op ON gaan voor de Patch die toegekend is.
115
Een sample bewerken
6. Wanneer u klaar bent met het invoeren van de naam, dient u
Een sample opslaan (Write) Een nieuw geladen sample en alle veranderingen, die u gemaakt heeft in de instellingen voor een sample, zullen verloren gaan zodra u het apparaat uitzet. Als u dergelijke data wilt bewaren, dient u het als volgt op te slaan:
op [F6 (WRITE)] te drukken. Een venster verschijnt waarin u de mogelijkheid heeft om de wegschrijfbestemming van de sample te selecteren. fig.SampleWrite2
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE LIST venster te komen. Samples weergegeven als “N” of “E” zijn nog niet opgeslagen.
7. Gebruik de VALUE draaischijf, [INC] [DEC] of
om de wegschrijfbestemming van het sample nummer te selecteren. De wegschrijfbestemming kan zich in het interne gebruikersgeheugen (User) van de Fantom-Xa of op een geheugenkaart (Card) bevinden.
2. Selecteer de sample die u op wilt slaan. Als u twee of meer samples wilt selecteren, dient u op [F2 (MARK)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de samples die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, dient u weer op [F2 (MARK)] te drukken. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje toegevoegd worden aan alle samples van de geselecteerde groep.
8. Druk op [F6 (WRITE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
9. Druk op [F6 (EXEC)] om het opslaan uit te voeren. *
Druk op [F5(CANCEL)] om de handeling te annuleren.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F3 (CLR ALL)] drukt, zullen vinkjes verwijderd worden van alle geselecteerde samples.
3. Druk op [WRITE]. Het WRITE MENU zal verschijnen. Zorg ervoor dat “Sample” gemarkeerd is. fig.SampleWrite
4. Druk op [F3 (SAMPLE)] of [ENTER]. fig.SampleName
Als u meer dan één sample geselecteerd hebt, zal een bericht u vragen om het wegschrijven te bevestigen. Samples zullen weggeschreven worden naar het identieke nummer dat correspondeert met iedere bank van de sample lijst. Sample namen zullen automatisch toegekend worden. Als u de samples wilt schrijven, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. Druk op [F5 (CANCEL)] als u besluit te annuleren. fig.SampleConfirm
5. Wijs een naam toe aan de sample. Voor details over het toewijzen van namen, dient u p. 28 te bekijken.
116
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl data opgeslagen wordt. • U kunt niet opslaan door een andere sample te overschrijven. • Stereo samples dient naar twee opeenvolgende sample nummers opgeslagen te worden.
De Pads gebruiken De Pads van de Fantom-Xa functioneren op dezelfde manier als het keyboard en kunnen ook gebruikt worden om RPS en ritme patronen te spelen.
De Hold functie gebruiken om een geluid vast te houden U kunt de Hold functie gebruiken om het geluid voort te laten duren, zelfs nadat u uw vinger van de pad heeft gehaald. Dit is handig wanneer u een geluid, zoals een geloopte (herhalende) frase, continu wilt laten spelen.
Andere geluiden spelen, terwijl een geluid vastgehouden wordt 1. Houd een Pad [1]-[9] ingedrukt en druk op [HOLD]. [HOLD] en de Pad zullen gaan knipperen. Hold zal aangaan en de toon zal continu te horen zijn, zelfs als u uw vinger van de Pad haalt. Wanneer u in deze toestand op een andere Pad drukt, zal de sample die daaraan toegewezen is, slechts zolang als u op de Pad drukt, te horen zijn.
2. Wanneer u nogmaals op de knipperende Pad of [HOLD], zal het geluid stoppen.
Twee of meer samples vasthouden 1. Druk op [HOLD], zodat de Pad gaat branden. 2. Druk op een Pad. De toon, waarvan de Pad knippert, zal continu klinken. Als u op een andere Pad drukt in deze toestand, zal de sample die daaraan toegewezen is, ook continu te horen zijn.
Instellingen maken voor de Pads (Pad Setting) Hier kunt u verschillende instellingen maken om de Pads te bespelen, zoals het noot nummer dat iedere Pad naar de geluidsgenerator sectie zal sturen.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op een Pad [1]-[9]. Het PAD SETTING venster verschijnt. fig.PadSetting
2. Druk op de Pad, waarvoor u instellingen wilt maken. 3. Druk op [CURSOR] om de parameter te selecteren. 4. Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om Pad instellingen te maken. Parameter Pad Part (Displayed in Performance mode)
Waarde 1–16
(Patch/Rhythm Set Group)
USER, PR-A–F (PRST), GM, CARD, EXP —
(Patch/Rhythm Set Number) Pad Number
PAD 1–PAD 9
Note
C - –G9
Velocity
COMMON, 1–127
Pad Common Velo
1–127
3. Het geluid zal stoppen, wanneer u op een knipperende Pad drukt. Wanneer u op [HOLD] drukt, zullen van alle samples de geluiden stoppen.
De Hold functie zal in de volgende gevallen niet werken: • Wanneer RPS aanstaat (p.154) • Wanneer de Tone Env parameter (p.58) ingesteld staat op “NO-SUS” • Wanneer de One Shot parameter (p.58) aanstaat
*
Uitleg De Part die gespeeld zal worden m.b.v. een Pad. Deze parameter is alleen beschikbaar in Performance modus. Specificeert de Patch of ritme set groep. Selecteert de Patch of het ritme set nummer. Selecteert de Pad waarvoor u instellingen wilt maken. Noot nummer overgebracht door de geselecteerde Pad. Kracht van het geluid, wanneer u op de Pad slaat. COMMON: De Pad Common Velo (de over het geheel genomen aanslag gevoeligheid instelling voor alle Pads) zal gebruikt worden. 1-127: De geluidsgenerator zal met die Velocity waarde gespeeld worden. Voor alle negen Pads, specificeert dit de Velocity (kracht) die geproduceerd wordt, wanneer u op een Pad drukt. Als de Pad Velocity instelling (van elke Pad) wordt ingesteld op iets anders dan COMMON, zullen deze instellingen gebruikt worden.
Als u de Ritme set instellingen voor de Pad part wilt gebruiken, dient u op [F4 (RHYTHM)] te drukken om een vinkje ( ✔) toe te voegen.
117
De Pads gebruiken
Quick Setup
fig.PadExchg
Dit geeft u de mogelijkheid basisinstellingen te maken. Voor het grootste rendement dient u Quick Setup te gebruiken om de instellingen te kiezen, die het dichtst bij uw wensen liggen. Maak dan de benodigde veranderingen voor iedere Pad.
1. In het PAD SETTING venster, dient u op [F2 (QUICK SETUP)] te drukken. Het Quick Setup venstertje zal verschijnen.
2. Druk op
om de cursor te verplaatsen en selecteer het nummer van een Pad die u uit wilt wisselen. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] of druk direct op een Pad om uw selectie te maken.
fig.QuickSetup
3. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. 4. Druk op [F5 (EXIT)] om terug te keren naar het voorgaande venster. *
Dit zal niet werken als de Rhythm Pattern functie aanstaat. Om deze instellingen te maken, zult u op [RHYTHM] moeten drukken om de Rhythm Pattern functie uit te zetten.
2. Druk op
om de parameter te selecteren.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om instellingen te maken. Parameter Template Set
Base Note
Uitleg Note: De negen opeenvolgende noot nummers, beginnend bij de Base Note, zullen automatisch aan de Pads worden toegewezen. Rhythm: De noot nummers zullen op een passende manier gerangschikt worden voor het spelen van een ritme set. Multi Velo: Kent hetzelfde noot nummer toe aan een elk van de negen Pads- maar met andere velocities. Dit is handig als u nauwkeurige controle wilt hebben over de aanslagsterkte waarmee u speelt. Wanneer Template Set is ingesteld op “Note.” C- -G9: Laagste noot Wanneer Template Set wordt ingesteld op “Rhythm” genegeerd Wanneer Template Set wordt ingesteld op “Multi Velo” C- -G9: Noot nummer die alle Pads zullen spelen
Het geluid van twee Pads uitwisselen (Pad Exchange) In deze sectie leggen we uit hoe u het geluid van twee geselecteerde Pads uit kunt wisselen. *
Deze instelling wisselt de noot nummers uit, die door de Pads overgebracht zijn.
1. In het PAD SETTING venster, dient u op [F5 (EXCHG)] te drukken. Het PAD EXCHANGE venster verschijnt.
118
De Pad instellingen wegschrijven U kunt één set instellingen opslaan als Systeem instellingen voor Patch modus. Druk op [F6 (WRITE)] om de instellingen op te slaan. Als u instellingen in Performance modus maakt, zullen de Pad instellingen ook opgeslagen worden, wanneer u de Performance opslaat. Dit betekent dat u in Performance modus afzonderlijke Pad instellingen voor iedere Performance kunt hebben. Bekijk Een Performance die u gecreëerd hebt opslaan (Write) (p.72) voor details over het opslaan van een Performance. Mode Performance mode
Parameter Pad Common Velo Pad settings other than the above
Patch mode
All Pad settings
Schrjfprocedure Druk op [F6 (WRITE)]. * Opgeslagen als System parameter. Druk op [WRITE]. * Opgeslagen als performance parameters. Druk op [F6 (WRITE)]. * Opgeslagen als System parameter.
Een patroon aan een Pad toewijzen (RPS Function) De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om een eerder opgenomen frase toe te wijzen aan een Pad als een patroon, en dit te spelen door op die Pad te drukken. Bekijk Met één vingeraanraking een frase spelen (RPS) (p.154).
De Pads gebruiken om ritmes te spelen De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om ritme patronen en/of ritme geluiden toe te wijzen aan de Pads en ze te spelen vanaf de Pads. Bekijk Ritmes spelen (p.94) voor details.
Een song afspelen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd, hoe u de sequencer van de Fantom-Xa kunt gebruiken om een song af te spelen. Wanneer u een song afspeelt, raden we u aan om de geluidsgenerator in Performance mode te gebruiken. In Performance modus kunnen tot zestien verschillende geluiden afzonderlijk gespeeld worden door de zestien Parts, wat de modus uitermate geschikt maakt voor het spelen van songs die multi-instrument ensembles bevatten, zoals drums, bas, piano, etc.
Een song onmiddellijk spelen (Quick Play) De Fantom-Xa is in staat om een song uit het gebruikersgeheugen en de geheugenkaart direct te spelen, zonder eerst de song in de Temporary Area te hoeven laden. Dit wordt de Quick Play functie genoemd. Quick Play kan gebruikt worden met MRC Pro songs (extensie: .SVQ) en standaard MIDI bestanden (extensie: .MID).
1. Druk twee keer op [SONG EDIT <-> LIST].
Songs achtereenvolgens afspelen (Chain Play) De Chain Play functie geeft u de mogelijkheid songs in het gebruikersgeheugen en de geheugenkaart achtereenvolgens af te spelen.
1. Druk op [MENU] in het PATCH PLAY venster, PERFORMANCE LAYER venster ofPERFORMANCE MIXER venster.
2. Gebruik
om “5. Chain Play” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het CHAIN PLAY venster verschijnt.
fig.0000
3. Druk op [F1(USER)] als u wilt kiezen uit het gebruikersgeheugen ofdruk op [F2 (CARD)] als u van de geheugenkaart wilt kiezen.
Het SONG LIST venster verschijnt. fig.SongList
*
Als u herhaaldelijk Chain Play uit wilt voeren, dient u op [F5 (REPEAT)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen. Als u op [F4 (AT STEP)] drukt om een vinkje toe te voegen (✔), zal het afspelen stoppen en zal de volgende song automatisch beginnen met spelen.
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de song te selecteren. • [F1(USER)]: Songs in gebruikersgeheugen
U kunt USER songs en CARD songs niet combineren.
4. Druk op [
] om Chain Play te starten.
• [F2(CARD)]: Songs op een geheugenkaart
Begin met de song van stap 1. Als u het afspelen wilt stoppen,
*
voordat de song geëindigd is, dient u op [
Door op of in bovenstaand venster te drukken, kunt u het type songs specificeren dat weergegeven zal worden. Als verschillende typen songs samen zijn opgeslagen, zal het gemakkelijker zijn om de gewenste song te vinden wanneer u de weergegeven bestandstypen op deze manier beperkt. ALL: SVQ:
Alle songs zullen weergegeven worden Alleen SVQ bestanden zullen weergegeven worden
SMF: Alleen standaard MIDI bestanden zullen weergegeven worden MRC:
Als u het afspelen halverwege de gekoppelde songs wilt laten beginnen, dient u of te gebruiken om de gewenste stap te verplaatsen en dan op [
] te drukken.
5. Wanneer u klaar bent met Chain Play, dient u op [
]te
drukken.
6. Druk op [F6 (EXIT)] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Alleen MRC bestanden zullen weergegeven worden
3. Druk op [PLAY] om afspelen te starten. Wanneer de song klaar is met spelen, zal het automatisch stoppen. Als u het afspelen halverwege de song wilt stoppen, dient u op [
*
]te drukken.
]te drukken.
Chain Play kan niet gestart ofgestopt worden door een Start ofStop bericht van een extern MIDI apparaat. Noch zullen MIDI Continue, Song Position Pointer, Song Select ofClock berichten ontvangen worden.
Als u het afspelen van een song hebt onderbroken, kan er een “+” rechts van het maat nummer worden weergegeven. Dit geeft aan dat de song gestopt is het midden van de maat.
Er zal geen geluid zijn als samples niet geladen zijn voor de in de song gebruikte Patches. U moet de benodigde sample van te voren laden (p.153).
119
Een song afspelen
Deze display zal “MIDI Update...” aangeven, terwijl de bewerking plaatsvindt en, wanneer dit klaar is, wordt “Completed!” aangegeven.
Verschillende afspeelmethodes Fast-Forward en Rewind tijdens afspelen Fast-forward, rewind en jump kunnen uitgevoerd worden tijdens het afspelen, evenals, wanneer er niet afgespeeld wordt. Gebruik de volgende procedures voor iedere handeling. Vooruit spoelen:
Druk op [
].
Continu vooruitspoelen:
Druk op [
] en houd deze vast.
Snel vooruit spoelen:
Houd [ op [
Achteruit spoelen:
2. Druk op PART/TRACK [1]-[8] om de corresponderende
] en houd deze vast.
3. Om de part aan te zetten, dient u weer op de PART/TRACK [1]-[8] te drukken die u ook in stap 2 heeft ingedrukt, zodat de indicator uitgaat.
] ingedrukt en druk dan ].
Naar de vorige locatie positie springen: Houd [SHIFT] ingedrukt en druk dan ].
Naar de volgende locatie positie springen: Houd [SHIFT] ingedrukt en druk dan op [
track te dempen opdat de indicator gaat branden. Als u part 9-16 wilt dempen, dient u op [9]-[16] te drukken opdat de indicator gaat branden en druk op PART/TRACK [1]-[8].
].
Houd [
op [
1. Druk op [MUTE], zodat de knop gaat knipperen.
] ingedrukt en druk dan
Druk op [
op [
Als u een specifiek instrument wilt dempen bij het afspelen, kunt u de phrase track die de sequencer data voor dat instrument bevat, dempen.
].
Continu achteruit spoelen: Druk op [ Snel achteruit spoelen:
Een specifiek instrument bij het afspelen dempen
].
Naar het begin van de song springen: Druk op [
].
• Vooruit spoelen, achteruit spoelen of vooruit springen tijdens Quick Play kan even duren. • Het afspelen van een song zal onderbroken worden als u naar het begin ofeinde van een song springt, terwijl de song aan het spelen is.
Het afspeeltempo van een song veranderen Het tempo, waarin een song zal afspelen, is opgenomen op zijn tempo track, maar het tempo van de gehele song kan aangepast worden tijdens het afspelen. Het tempo waarin de song daadwerkelijk afspeelt wordt playback tempo genoemd. *
Playback tempo (afspeeltempo) is een tijdelijke instelling. Het zal verloren gaan als u naar een andere song switcht ofhet apparaat uitzet. Als u wilt dat de song altijd op dit tempo afspeelt, dient u de song opnieuw op te slaan (p.150).
1. Druk op [TEMPO]. Het Tempo venstertje verschijnt.
Correct afspelen vanuit het midden van de song (MIDI Update) Wanneer u vanuit het midden van een song afspeelt, bijvoorbeeld na fast-forward ofrewind, is de correcte Patch misschien niet geselecteerd ofkan de toonhoogte incorrect zijn. Dit gebeurt omdat de MIDI berichten in het gebied dat u overgeslagen hebt, niet overgebracht zijn naar de geluidsgenerator. In zulke gevallen kunt u de Midi Update functie gebruiken. Wanneer u MIDI Update uitvoert zullen de MIDI berichten (anders dan Note berichten) van het begin van de song tot de locatie waar u naar toe verplaatst, overgebracht worden naar de geluidsgenerator, waardoor u er zeker van kunt zijn dat de geluidsgenerator in de juiste modus staat om afspelen te hervatten.
1. Zorg ervoor, dat het afspelen van de song gestopt is. *
Het is niet mogelijk om MIDI Update uit te voeren, terwijl de song speelt.
2. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [
120
].
fig.0000
2. Gebruik de VALUE draaischijf ofdruk op [INC]/[DEC] om het afspeeltempo in te stellen. • Als u op [F5 (CLICK)] drukt om een vinkje (✔) toe te voegen, zal er een klik te horen zijn op het gespecificeerde tempo. • Door op [F4 (TAP)] te drukken kunt u het tempo instellen op de timing waarop u op de knop drukt (Tap Tempo). Druk drie ofmeer keer op de knop in kwart noot intervallen van het gewenste tempo.
3. Wanneer u klaar bent met het maken van instellingen, dient u op [F6 (CLOSE)] te drukken.
Een song afspelen
Een controller gebruiken om het afspeeltempo te veranderen Aangezien tempo control toegewezen is aan de realtime control knop van de Fantom-Xa, is het gemakkelijk om het afspeeltempo van de song te veranderen.
Een song herhaaldelijk afspelen (Loop Play) Gebruik de Loop functie, wanneer u herhaaldelijk een hele song ofalleen een gespecificeerd stukje van een song af wilt spelen.
fig.ArpKnob1
1. In het PATCH PLAY venster, PERFORMANCE LAYER venster ofPERFORMANCE MIXER venster, dient u op [LOOP PLAY] te drukken om het te laten branden. Nu zal het afspelen “loopen” afhankelijk van de regio, en het aantal keren dat gespecificeerd is in het Loop Play venstertje . Tempo
1. Druk op de REALTIME CONTROL knop, zodat de
2. Om de Loop schakelaar uit te zetten, dient u weer op [LOOP PLAY] te drukken.
ARP/RHY indicator brandt.
2. Speel de song af en draai aan de realtime control knop.
Een song op een vast tempo afspelen (Tempo Track dempen) Als het tempo verandert, terwijl een song afgespeeld wordt, gebeurt dat omdat deze tempoveranderingen opgenomen zijn in de Tempo Track. Als u deze tempo veranderingen te niet wilt doen en op een vast tempo af wilt spelen, kunt u de Tempo track dempen.
Bekijk Het afspelen van een track dempen (Mute) (p.132) voor details over deze handeling.
Bekijk Het gedeelte van een song specificeren dat herhaald zal worden (Loop Points) (p.133) voor details over het maken van instellingen in het Loop venstertje .
De D Beam controller gebruiken om song playback te starten/ stopppen U kunt song playback starten/stoppen door uw hand over de D Beam controller te bewegen.
1. Selecteer de song die u wenst af te spelen. 2. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op D BEAM [ASSIGNABLE]. Een venster, zoals hieronder verschijnt.
Een S-MRC formaat song afspelen
fig.0000
De Fantom-Xa kan S-MRC formaat songs, die gecreëerd zijn op de MC-50 op dezelfde manier als MRC Pro songs ofstandaard MIDI bestanden, afspelen. S-MRC formaat songs kunnen echter niet snel gespeeld worden. U moet ze eerst laden in het tijdelijk geheugen (Temporary Area) en converteren naar MRC formaat, voordat u ze gaat spelen.
Bekijk Een song laden (Load) (p.153) voor details over de procedure.
3. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar “Type.”
4. Gebruik de VALUE draaischijf ofdruk op [INC] [DEC] om dit op “START/STOP” in te stellen.
5. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
6. Druk op de D Beam [ASSIGNABLE] om de D Beam controller aan te zetten.
7. Wanneer u uw hand over de D Beam controller beweegt, zal het afspelen van de song beginnen. Wanneer u uw hand er opnieuw overheen beweegt, zal het afspelen stoppen. *
U kunt song playback ook starten/stoppen door een pedaal te gebruiken die aangesloten is op de PEDAL CONTROL jack (p.195).
121
Songs opnemen In dit hoofdstuk wordt de procedure voor het gebruik van de sequencer van de Fantom-Xa om een song op te nemen, uitgelegd.
6. Gebruik track edit (p.133) of micro edit (p.144) om de song te bewerken
7. Bewaar de song in het gebruikersgeheugen of op de geheuVoordat u met deze procedure begint, moet u de geluidsgenerator in Performance modus zetten. Normaliter, wanneer u een song opneemt of afspeelt, zult u de geluidsgenerator in Performance modus zetten. De reden hiervoor is dat in deze modus alleen het geluid van het gespecificeerde MIDI kanaal gehoord zal worden, wanneer u opneemt, terwijl u het keyboard van de Fantom-Xa bespeelt, en dat, wanneer de song afgespeeld wordt de Parts afzonderlijk tot zestien verschillende geluiden kunnen spelen. Aldus is Performance modus geschikt voor het opnemen en afspelen van een song die een ensemble van meerdere instrumenten gebruikt, zoals drums, bas en piano. In Perfomance modus raden we u aan om het keyboard switches (p.68) uit te zetten (gecheckt) Als enige andere keyboard switches aan staan (niet gecheckt) zullen buiten de Part van dat moment ook andere Parts te horen zijn, terwijl u het keyboard bespeelt; u zult dit waarschijnlijk niet willen, wanneer u een song aan het creëren bent.
genkaart (p.150) Met de fabrieksinstellingen zullen demo song gegevens automatisch geladen worden in Temporary Area, wanneer de Fantom-Xa aanstaat. Hier laten we u zien hoe u deze instelling kunt veranderen, zodat er niet automatisch geladen wordt (d.w.z. het song geheugen blijft leeg).
1. Druk op [MENU]. 2. Druk op
of om “1.System” te selecteren en druk dan op [ENTER].
3. Druk op [F1 (GENERAL)] en dan op [F2 (AUTO LD)] om “Startup” te selecteren.
4. Druk op
of
om “Load Demo Song at Startup” te
selecteren.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het op
Twee opnamemethoden U kunt één van de twee methoden opnamemethoden gebruiken: realtime recording of step recording. Selecteer de methode die geschikt is voor uw situatie.
Realtime Recording (p.124) Realtime recording is de opnamemethode waarin uw spelen op het keyboard en controller handelingen precies zo opgenomen worden als u ze uitvoert.
Step recording (p.128) Step recording is de opnamemethode waarbij u noten en pauzes één voor één in kunt voeren. Deze methode is geschikt voor het invoeren van drums of bas zonder precieze timing. Behalve het gebruik van noten, kunt u ook een song creëren door patronen samen te voegen.
Voordat u een nieuwe song creëert
“OFF” te zetten.
Het geluid selecteren dat voor de opname gebruikt gaat worden Voordat u een song opneemt, moet u het geluid selecteren dat u voor de opname wilt gebruiken. Selecteer de opnamemethode die geschikt is voor uw situatie.
Performance Selecteer een Performance, wanneer u een ensemble perfomance op wilt nemen, waarbij gebruik gemaakt wordt van meerdere instrumenten. Wanneer u een song opneemt, raden we u normaalgesproken aan om een Performance te selecteren.
Patch/Ritme set Selecteer een Patch of ritme set als u één enkele Patch of ritme set wilt gebruiken om uw spel op te nemen.
De Song/Patroon uit Temporary Song wissen (Song Clear)
Overzicht van het opnameproces De procedure voor het opnemen van een nieuwe song is als volgt:
1. Selecteer het geluid dat gebruikt moet worden voor de opname.
Wanneer u een song opneemt, worden de sequencer gegevens tijdelijk opgenomen in de Temporary Area. Als u een nieuwe song op wilt nemen, dient u alle bestaande sequencer gegevens te wissen uit Temporary Song.
2. Wis de Temporary song 3. Specificeer de maatsoort van de song (p.123) 4. Stel het tempo in (p.123) 5. Gebruik realtime recording (p.124) of step recording (p.128) om op te nemen.
122
Als Temporary Song een belangrijke song bevat die u wilt bewaren, moet u deze song eerst op een geheugenkaart opslaan (p.150).
1. Selecteer de song die u wilt wissen in het SONG LIST venster (p.119).
Songs opnemen
2. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SNG EDIT venster te komen.
3. Druk op [F3 (UTILITY)] en dan op [F2 (SONG CLEAR]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
4. Druk op [F6 (EXEC)] om de handeling uit te voeren. *
Druk op [F5(CANCEL)] om te annuleren. Wanneer de handeling uitgevoerd is, zal de display “Completed” aangeven.
De maatsoort specificeren Voordat u een nieuwe song opneemt, dient u de maatsoort te specificeren. Een maat van 4/4 is echter automatisch gespecificeerd, wanneer u de Song Initialize handeling uitvoert of, wanneer de stroomtoevoer aanstaat, dus u zult deze instelling alleen moeten maken als u een nieuwe song in een andere maatsoort op wilt nemen.
1. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SNG EDIT venster
bent (Realtime Recording)” (p.124) als u naar een phrase track aan het opnemen bent..
De maatsoort van een patroon specificeren (Pattern Beat) Ieder patroon heeft een Pattern Beat instelling die de maatsoort van dat patroon beheert. De Pattern Beat fungeert als hulp, wanneer het patroon gespeeld of opgenomen wordt, en wordt onafhankelijk van de maatsoort van de song (d.w.z. de maatsoort in de beat track) bediend. De pattern beat is normaliter ingesteld op 4/4, maar u kunt deze instelling wijzigen, wanneer een song een andere maatsoort als 4/4 heeft of, wanneer u een patroon op wilt nemen met een maatsoort die verschilt van die van de song. Slechts één pattern beat instelling kan aan het begin van ieder patroon gespecificeerd worden. Dit betekent dat het niet mogelijk is om maatsoorten halverwege een patroon te veranderen.
1. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SNG EDIT (TRK) venster te komen.
te komen.
2. Druk op [F4 (MICRO)]. Het MICROSCOPE venster verschijnt.
2. Druk op SEQUENCER [PATTERN], zodat dit oplicht. Het SNG EDIT (PTN) venster verschijnt. fig.SongEditPtn
3. Druk op [F5 (TRK/CH)]. Het Track/Ch Select venstertje verschijnt.
4. Druk op
of
om de cursor naar “Track” te verplaat-
sen.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om een “BEAT” te selecteren (beat track).
6. Druk op [F6 (CLOSE)]. Het Microscope venster voor de BEAT track verschijnt.
3. Gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC] [DEC] om het patroon te selecteren.
4. Druk op [F6 (PTN BEAT)]. Het Pattern Beat venstertje verschijnt. fig.PtnBeat
fig.TimeSign1
5. Druk op 7. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar “Beat Change Numerator” of “Beat Change Denominator.”
fig.TimeSign2
om de cursor te verplaatsen.
6. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de maatsoort in te stellen.
7. Druk op [F6 (CLOSE)] om terug te keren naar het voorgaande venster.
8. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de maatsoort te specificeren.
Het tempo instellen Stel het tempo in waarin de song opgenomen dient te worden.
1. Druk op [TEMPO]. Bekijk “De maatsoort halverwege de song veranderen” (p.149) als u maatsoorten halverwege de song wilt veranderen.
Het Tempo venstertje verschijnt. fig.SongTempo
9. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Bekijk “Uw performance opnemen, terwijl u aan het spelen
123
Songs opnemen
2. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het afspeeltempo in te stellen. • Als u op [F5 (CLICK)] drukt om een vinkje (✔) toe te voegen, zal een klik in het gespecificeerde tempo te horen zijn. Dit zal elke keer als u op de knop drukt aan/uitgaan. • Door op [F4 (TAP)] te drukken, kunt u het tempo instellen naar de timing waarop u op de knop drukt (Tap Tempo). Druk drie of meer keer op deze knop op kwart-noot intervallen van het gewenste tempo.
Parameter Rec Track
Rec Mode
3. Wanneer u klaar bent met het maken van instellingen, dient u op [F6 (CLOSE)] te drukken.
Uw performance opnemen, terwijl u aan het spelen bent (Realtime Recording) Realtime Recording is de opnamemethode waarbij uw keyboard spel en controller handelingen precies zo opgenomen worden als u ze uitvoert. Gebruik deze opnamemethode, wanneer u de nuances in uw eigen Performance wilt behouden. Count In
Basishandelingen voor Realtime Recording 1. Zorg ervoor dat de voorbereidingen voor u gaat opnemen, zoals beschreven in “Voordat u een nieuwe song opneemt” (p.122), uitgevoerd zijn.
Als u in een bestaande song op wilt nemen, dient u de gewenste song in Temporary Song te laden (p.131). Dan moet u op [ ] of [ ] drukken om de maat te specificeren waarin u wilt beginnen met opnemen. De maat waarin de opname zal beginnen wordt aangegeven met “M=” in het bovenste gedeelte van ieder PLAY venster.
2. Druk op [
].
De [ ] indicator zal gaan knipperen en het Realtime Rec Standby venstertje verschijnt. fig.RealRecStdby
Waarde TRK 1–TRK 16, PTN001–PTN100 (*wanneer op een patroon wordt opgenomen) MIX, REPLACE
Uitleg Specificeer de phrase track of het patroon waarop u op wilt nemen.
Selecteer hoe het opnemen plaats dient te vinden. MIX: Mix-recording zal uitgevoerd worden. Normaliter zult u gebruik maken van deze methode om op te nemen. Als een Performance al opgenomen is, zal uw nieuw opgenomen Performance toegevoegd worden aan de bestaande Performance zonder deze te wissen. Door dit samen met loop-recording te gebruiken, kunt u herhaaldelijk over een gespecificeerd gebied opnemen zonder de eerder opgenomen Performance te wissen. Dit is bijvoorbeeld een handige manier om een drum uitvoering één voor één op te nemen; bas drum->snaar drum->hi-hat etc. REPLACE: Replace-recording zal uitgevoerd worden. Als een Performance al is opgenomen, zal het gewist worden, wanneer u uw nieuwe Performance opneemt. Gebruik dit, wanneer u opnieuw op wilt nemen. OFF, 1 MEAS, Selecteer hoe de opname 2 MEAS, moet beginnen. WAIT NOTE OFF: Opnemen zal direct beginnen, wanneer u op [ ] drukt. 1 MEAS: Wanneer u op [ ] drukt, zal aftelling (afspelen) één maat voor de recording start location beginnen en zal het opnemen beginnen, wanneer u de recording start location bereikt. 2 MEAS: Wanneer u op [ ] drukt, zal aftelling (afspelen) twee maten voor de opname start locatie beginnen en zal het opnemen beginnen, wanneer u de deze locatie bereikt. WAIT NOTE: Als een alternatief voor het drukken op [ ] kunt u het keyboard bespelen, op een Pad slaan of op de Hold pedal drukken om opnemen te starten.
4. Wanneer u klaar bent met het maken van instellingen in het Realtime Rec Standby venstertje , dient u op [ (START)] te drukken.
] of [F6
Het Realtime Standby venstertje zal sluiten, de [ ] indicator zal stoppen met knipperen en aanhoudend gaan branden en de opname zal beginnen. fig.RealRecCtrl
Dit venstertje geeft u de mogelijkheid verschillende parameters voor realtime recording in te stellen. In dit venstertje kunt u de volgende handelingen uitvoeren. Als u een patroon op wilt nemen, dient u op [PATTERN] te drukken, zodat dit oplicht.
3. Specificeer de volgende drie parameters als basisinstellingen. Gebruik [CURSOR] om de cursor naar elke parameter te verplaatsen en gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de instelling te maken.
124
• Specificeer de punch-in/out punten (p. 125) • Specificeer de loop punten (p.125) • Quantize (p.126) • De sequencer data die opgeneomen zal worden (p.127) Voor details over deze handelingen, dient u de juiste pagina te bestuderen.
Songs opnemen
5. Wanneer u klaar bent met opnemen, dient u op [
]te
drukken. De [
Parameter Start Point
] indicator zal uitgaan. End Point
Als u niet tevreden bent met de realtime reording die u zojuist gemaakt heeft, kunt u op [ERASE/UNDO] drukken om terug te keren naar de toestand voor het opnemen (Undo/Redo). Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorafgaande toestand. Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo uitvoeren door bovenstaande procedure nogmaals uit te voeren.
Het opnemen van tempoveranderingen in een song (Tempo Recording) Als u het tempo wilt veranderen tijdens een song, kunt u deze tempoveranderingen opnemen in de Tempo track. Als tempoveranderingen al opgenomen zijn in de tempo track, zullen ze herschreven worden. Stel de volgende opname parameters in bovenop de basisinstellingen die beschreven zijn in stap 3 op p. 124. Parameter Tempo Rec Sw
Waarde OFF, ON
Uitleg Specificeer of tempoveranderingen opgenomen zullen worden (ON) of niet (OFF).
U kunt de REALTIME CONTROL knop bewegingen gebruiken ([KNOP]) om het tempo gemakkelijk te regelen (p.121).
Loop Recording en Punch-In recording U kunt herhaaldelijk over een gespecificeerd gebied opnemen (Loop Recording) of alleen dat gebied opnieuw opnemen (Punch-in recording). Stel de volgende opname parameters in bovenop de basisinstellingen die beschreven zijn in stap 3 van op p. 124. Parameter Loop/ Punch
Uitleg Specificeer hoe loop recording of punch-in recording plaats moet vinden. OFF: Loop recording of punch-in recording zal niet voorkomen. LOOP (POINT): Opnemen vindt herhaaldelijk plaats, afhankelijk van de loop point instellingen. LOOP (1 -16 MEAS): Van1 tot 16 maten, dat begint bij de opanem start maat zal herhaaldelijk opgenomen worden. LOOP SONG ALL: De hele song, van begin tot einde, zal herhaaldelijk opgenomen worden. AUTO PUNCH: Auto punch-in recording zal uitgevoerd worden. MANUAL PUNCH: Manual punch-in recording zal uitgevoerd worden.
Uitleg De maat en beat waarop loop recording of auto punch-in recording moet beginnen. * Het is niet mogelijk om de klik te specificeren. De maat en beat waarop loop recording of auto punch-in recording moet stoppen. * Het is niet mogelijk om de klik te specificeren. * De minimum loop lengte is 4 kwart noten.
Auto punch-in recording gebruiken U dient het gebied (punch punten), waarin de opname plaats moet vinden, voor te specificeren. Dit is handig, wanneer u over iets dat mislukt is, op wilt nemen. De song zal afspelen, wanneer u begint met opnemen. Wanneer u het punch-in punt wilt bereiken, zal afspelen overgaan op opnamestand.
1. In het Realtime Rec Standby venstertje , dient u de Loop/ Punch parameter op “AUTO PUNCH” in te stellen.
2. Stel de Start Point/End Point parameters in op de gewenste punch punten.
3. Ga naar een maat voor het gespecificeerde Startpunt en druk op [ ] of [F6 (START)]. De song zal beginnen te spelen. Opnemen zal beginnen op de locatie, die door de Start Point parameter gespecificeerd is. Afspelen zal hervatten op de locatie die gespecificeerd is door de End Point parameter.
4. Druk op [
]om het afspelen te stoppen.
Manual punch-in recording gebruiken U kunt opnemen (het wissen van bestaande data) in het gebied dat u specificeert door op een pedaal of knop te drukken. Dit is handig, wanneer u over meer dan één lokatie waarop u een fout heeft gemaakt, op wilt nemen. De song zal afspelen, wanneer u begint met opnemen. Wanneer u op een pedaal of knop drukt, zal afspelen overgaan in opnamestand en teruggaan naar afspeelstand, wanneer u weer op het pedaal of de knop drukt. Door op het pedaal of de knop te drukken, kunt u afwisselen tussen opname- en afspeelstanden.
Als u een pedaal die aangesloten is op de PEDAL CONTROL jack wilt gebruiken om het gebied voor opname te specificeren, dient u eerst de Control Pedal Assign parameter op “PUNCH IN/OUT” (p.195) in te stellen.
1. In het Realtime Rec Standby venstertje , dient u de Loop/ Punch parameter op “MANUAL PUNCH” in te stellen.
2. Druk op [
] of [F6 (START)].
Song playback zal beginnen en het Realtime Rec Control venstertje zal verschijnen. fig.PunchIn1
125
Songs opnemen
3. Op het punt waarop u wilt beginnen met opnemen, dient u op [F3 (PUNCH IN)] te drukken of op de pedaal te stappen. Playback zal switchen naar opnamestand. fig.PunchIn2
4. Op het punt waarop u wilt stoppen met opnemen, dient u weer op [F3 (PUNCH OUT)] te drukken of op de pedaal te stappen. U zult terugkeren naar playback modus.
5. Druk op [
]om het afspelen te stoppen.
Parameter Shuffle Quantize
Waarde 0–100%
Uitleg De mate, waarin de backbeat afgescheiden zal worden van de downbeat, gespecificeerd door de Shuffle Resolution. Met een instelling van “50%” zal de backbeat exact tussen de aangrenzende downbeats liggen. Met een instelling van “0%” zal de backbeat verplaatst worden naar dezelfde timing als de voorgaande downbeat. Met een instelling van “100%” zal de backbeat verplaatst worden naar dezelfde timing als de volgende downbeat. Wanneer Quantize Type “GRID” is fig.Qtz1.e
De timing van uw spel corrigeren, terwijl u aan het opnemen bent (Recording Quantize) De Quantize functie corrigeert automatisch onnauwkeurigheden in de timing van uw keyboard of Pad Performance, waarbij de noten op nauwkeurige timing intervallen gesynchroniseerd worden. Gedurende realtime recording kunt u quantizen, terwijl u aan het opnemen bent. Stel de volgende opname parameters in bovenop de basisinstellingen die beschreven zijn in stap 3 van p. 124. Parameter Input Quantize
Waarde OFF, GRID, SHUFFLE
Uitleg OFF: Quantize zal niet toegepast worden, terwijl opgenomen wordt. GRID: Grid Quantize zal toegepast worden, terwijl opgenomen wordt. Gebruik dit, wanneer een nauwkeurige timing belangrijk is, zoals, wanneer u drums of bas opneemt. SHUFFLE: Shuffle Quantize wordt toegepast, terwijl u opneemt. Gebruik dit, wanneer u het ritme een “shuffle” of “swing” karakter wilt geven. Wanneer “Input Quantize” “GRID” is Grid ResoQuantization time interval , , lution Selecteer de kortste noot waarde die , , voor zal komen in het gebied waar, , op Grid Quantize toegepast zal worden. Grid 0–100% De mate waarin noten aangepast zulQuantize len worden richting de tijds intervalStrength len gespecificeerd door de Grid Resolution parameter. Met een instelling van “100%”, zullen de noten precies op de timing van de Grid Resolution parameter gecorrigeerd worden. Met een instelling van “0%” zal de timing helemaal niet aangepast worden. Wanneer “Input Quantize” “SHUFFLE” is Shuffle ReQuantization tijdsnterval , solution
Grid quantize met Resolution =
Wanneer Quantize Type “SHUFFLE” is fig.Qtz2.e
Shuffle quantize met snelheid = 75%
Rate: fig.ShuffleRate.e
Originele performance data
Snelheid = 25%
Snelheid = 50%
Snelheid = 75%
Snelheid = 100% Up beat
Up beat
Up beat
Up beat
Het selecteren van de sequencer gegevens, die opgenomen worden (Recording Select) Wanneer u realtime recording gebruikt, zullen al uw sequencer gegevens normaliter worden opgenomen. Als u wilt voorkomen dat u een specifiek type data opneemt, dient u deze Recording Select instelling op “OFF” te zetten.
1. Druk op [
].
2. Druk op [F5 (REC SELECT)]. Het Recording Select venstertje verschijnt.
126
Songs opnemen
u de knop ingedrukt houdt.
fig.RecSelect
• Om noten van een specifieke toets te wissen, dient u die toets (Pad) ingedrukt te houden. Gegegevens voor die noot zullen gewist worden zolang u de knop ingedrukt houdt.
3. Druk op [CURSOR] om de sequencer gegevens (MIDI berichten) te selecteren die opgenomen zullen worden. MIDI bericht Note Control Change Program Change System Ex
Channel After Poly After Pitch Bend
Uitleg Vertegenwoordigen noten. Passen verschillende effecten toe, zoals modulatie of expressie. Geluiden selecteren. Gebruikt om instellingen te maken die uniek zijn voor de Fantom-Xa, zoals sound parameters. Passen aftertouch toe op een compleet MIDI kanaal. Passen aftertouch toe op afzonderlijke toetsen. Verander de toonhoogte.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om een vinkje (✔) toe te voegen. Het bericht zal opgenomen worden als u een vinkje (✔) toekent, en zal niet opgenomen worden als u het vinkje verwijdert. • [F4 (ALL ON)]: Alle sequencer gegevens zullen worden opgenomen. • [F5 (ALL OFF)]: Geen sequencer gegevens zullen worden opgenomen.
5. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Recording Select venstertje te sluiten.
• Om noten uit een specifiek nootbereik te wissen, dient u de bovenste en onderste toetsen van dat gebied ingedrukt te houden. Gegegevens voor dat gebied zullen gewist worden zolang u deze toetsen ingedrukt houdt.
4. Druk op [F6 (CLOSE)] om het Realtime Erase venstertje te sluiten. U zult naar de normale opname toestand terugkeren. *
U kunt ook de data van een specifiek kanaal wissen.
Het opnemen van arpeggio’s die gesynchroniseerd zijn met de maten van de sequencer Wanneer u arpeggio’s in real time opneemt, kunt u de arpeggio synchroniseren m.b.v. de start/stop timing van de sequencer. Bekijk Arp/Rhythm Sync schakelaar (p.200) voor details.
Geluiden of frases proef spelen, terwijl u opneemt (Rehearsal functie) De Rehearsal functie geeft u de mogelijkheid om tijdelijk het opnemen uit te stellen tijdens realtime recording. Dit is handig, wanneer u het geluid dat u daarna zult gebruiken, proef wilt spelen of om de frase te oefenen, die u daarna op gaat nemen.
1. Begin realtime recording (p.124).
Ongewenste data wissen, terwijl u opneemt (Realtime Erase) Realtime Erase is een functie, waarbij ongewenste data gewist wordt tijdens realtime recording. Dit is vooral handig gedurende loop recording, aangezien het de mogelijkheid biedt om data te wissen zonder dat opnemen wordt gestopt. *
Realtime Erase kan alleen uitgevoerd worden als de Recording Mode ingesteld staat op “MIX.”
*
U kunt ook de data van een specifiek kanaal wissen.
Het Realtime Rec Control venstertje verschijnt.
2. Druk op [F6 (REHEARSAL)] of [
].
De [ ] indicator zal knipperen, waarmee aangegegeven wordt dat u zich in rehearsal modus bevindt. In deze toestand zal niets opgenomen worden, wanneer u op het keyboard speelt. fig.Rehearsal
1. Begin realtime recording (p.124). Het Realtime Rec Control venster verschijnt.
2. Druk op [ERASE/UNDO]. Het Realtime Erase venstertje verschijnt. fig.RealErase
3. Wis ongewenste data. • Om alle data te wissen (behalve Pattern Call berichten), dient u op [F4 (KBD ALL)] te drukken. Data zal gewist worden zo lang
3. Om terug te keren naar de opnamestand, dient u nogmaals op [F6 (REHEARSAL)] of [
] te drukken.
Data stap voor stap invoeren (Step Recording) Step recording is de methode van het afzonderlijk invoeren van noten en pauzes, alsof u ze op een muzikale notenbalk schrijft. Behalve voor het invoeren van noten, kan deze methode ook gebruikt worden om een song te creëren door patronen samen te voegen.
127
Songs opnemen
fig.StepRec1
Noten en pauzes invoeren 1. Zorg ervoor, dat de voorbereidingen voor het opnemen uitgevoerd zijn, zoals is beschreven in “Voordat u een nieuwe song creëert” (p.122).
5. Specificeer de noot, die u in wilt voeren. Gebruik
of
om de gewenste parameter te selecteren. Als u in een bestaande song op gaat nemen, dient u de gewenste song in Temporary Song (p.131) te laden. Druk dan op [
]
of [ ] om de maat te specificeren waarop u wilt beginnen met opnemen. De maat waarop opnemen zal beginnen, wordt aangegeven met “M=” boven in elk PLAY venster.
2. Druk twee keer op [ op [
Parameter Note Type
Waarde Note
Gate Time
1–100%
Input Velo
REAL, 1–127
] of houd [SHIFT] ingedrukt en druk
].
De [ ] indicator knippert en de Step Rec Standby venstertje verschijnt. fig.StepRecStdby
Als u een patroon op wilt nemen, dient u op [PATTERN] te drukken om het te laten branden.
3. Maak instellingen voor step recording. Gebruik [CURSOR] om de cursor naar de gewenste parameter te verplaatsen en gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het in te stellen. Parameter Rec Track
Rec Mode
Start Point
Waarde TRK 1–TRK 16, PTN001–PTN100 (when recording on a pattern) MIX, REPLACE
Uitleg Specificeer de phrase track of het patroon, waarop u op wilt nemen.
Selecteer hoe het opnemen plaats moet vinden. MIX: Mix-recording zal worden uitgevoerd. Normaliter zult u deze methode gebruiken, wanneer u opneemt. Als een Performance al opgenomen is op de recording-destination track, zal uw nieuw opgenomen Performance toegevoegd worden aan de bestaande Performance zonder het te wissen. REPLACE: Replace-recording (vervangende opname)zal worden uitgevoerd. Als een Performance al opgenomen is, zal deze gewist worden als u uw nieuwe Performance opneemt. Gebruik dit, wanneer u opnieuw op wilt nemen. — Specificeer de locatie (maatbeat-klik) waarop het opnemen zal beginnen.
4. Druk op [F6 (NOTE)] of [
Uitleg Specificeer de lengte van de noten, die u in wilt voeren in termen van een noot waarde. De lengte van de noot waarde geeft de lengte aan van de ene note-on naar de andere note-on. Specificeer de verhouding van de gate time met betrekking tot het Note Type. De gate time is de tijdsduur tussen note-on en note-off. Specificeer een lagere waarde als u de noten staccato wilt spelen of een hogere waarde als u de noten tenuto of ‘slepend’ wilt spelen. Normaliter zult u dit op ongeveer “80%” instellen. Specificeer de kracht waarmee de noot gespeeld zal worden. Als u dit op de sterkte wilt waarmee u de toets heeft ingedrukt, dient u “REAL” te selecteren. Gebruik anders de instellingen van p (piano)=60, mf (mezzo forte)=90 of f (forte)=120 als algemene richtlijnen.
6. Gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de instelling te maken.
7. Druk op [F5] of [F6] om de gewenste invoerlocatie te verplaatsen en druk op een toets op het keyboard of een Pad. Wanneer u op een toets of Pad drukt, zal de invoerlocatie vooruitgaan met de waarde van het Noot type dat u gespecificeerd hebt. De snelheden worden weergegeven als een staaf diagram. fig.StepRec2
U kunt de functieknoppen [F1][F2][F3][F4][F5] gebruiken om de volgende handelingen uit te voeren: [F1 (BAK DEL)]: Annuleer de eerder ingevoerde noot. [F2 (TIE)]:
Verleng de duur van de eerder ingevoerde noot met de instelling van dat moment.
[F3 (UNTIE)]:
Annuleer de eerder ingevoerde TIE.
[F4 (REST)]:
Voert een pauze in. Stel de Note Type parameter eerst in op een tijdsduur die dezelfde is als de rest die u in wilt voeren, en druk dan op [F3 (REST)].
].
De [ ] indicator gaat branden en het STEP REC venster verschijnt.
8. Herhaal bovenstaande stappen om verder te gaan met invoeren.
128
Songs opnemen
De voorgaande waarde van iedere parameter wordt onthouden. Dit betekent dat als u dezelfde instellingen als de eerder ingevoerde noot wilt gebruiken, het niet nodig is om de instellingen te veranderen. Wanneer u de Gate Time parameter en Input Velocity parameter eenmaal ingesteld heeft, is het normaliter niet nodig om ze te wijzigen, dus is alles wat u te doen staat het instellen van de Step Time parameter en het specificeren van de toonhoogte (noot) van iedere noot.
De relatie tussen Note Value Length en Gate Time De relatie tussen de lengte van de noot waarde en de gate time wordt hieronder aangegeven. Aangezien de sequencer van de Fantom-Xa een TPQN gebruikt (Ticks Per Quarter Note; d.w.z. resolutie) van 480, is de gate time van een kwart noot 480 kliks. Note
De noot zal niet afgerond worden, zolang u de toets ingedrukt houdt. Dit betekent dat u de verschillende parameters van de noot kunt veranderen (Note Type, Gate Time, Input Velo).
Gate time 30 40 45 60
9. Wanneer u klaar bent met step recording, dient u op [
]te
drukken.
80 90
De [
120
] indicator zal uitgaan.
160 Als u niet tevreden bent met de resultaten van voorgaande step recording, kunt u op [ERASE/UNDO] drukken om terug te keren naar de toestand voor de opname (Undo/Redo). Nadat u Undo hebt uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te gaan naar de voorgaande toestand. Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo uitvoeren door bovenstaande procedure nogmaals uit te voeren.
180 240 320 360 480 640 720 960
Een akkoord invoeren Druk op het akkoord. De cursor zal zich naar de volgende stap verplaatsen, wanneer u alle toetsen en Pads loslaat.
De invoerlocatie verplaatsen Op [F6 (>)] drukken zal de invoerlocatie naar voren verplaatsen met de Note Type waarde van dat moment. Op [F5 (<)] drukken zal de invoerlocatie naar achteren verplaatsen met de Note Type waarde van dat moment.
1920 3840
De gate time, die opgenomen is in step recording, zal de originele gate time waarde vermenigvuldigd met de waarde van de Gate Ratio parameter zijn. Als de Gate Time parameter bijvoorbeeld op “80%” ingesteld staat, zal het invoeren van een kwart noot betekenen dat de gate time 480 x 0.8 = 384 is.
De display regio verplaatsen Op of drukken zal het weergegeven gebied noten naar boven of naar beneden verplaatsen.
129
Songs opnemen
4. Druk op [F5 (PTNCALL)].
Een patroon aan een phrase track toekennen U kunt een song creëren door eerder opgenomen patronen te combineren. Zorg er echter voor dat de patronen zelf niet in de phrase track geplaatst zijn. Liever worden Pattern Call messages geplaatst in de phrase track om te specificeren welk patroon afgespeeld zou moeten worden. Dit betekent dat als u later de inhoud van een patroon wilt veranderen, het afspelen van de song ook beïnvloed zal worden.
Wanneer u een patroon toewijst aan een phrase track, zal zijn patroon beat genegeerd worden en zal het patroon de maatsoort van de beat track gebruiken. Als de patroon beat en de beat track verschillende instellingen hebben, zal de lengte van de maten niet overeenkomen en de playback zal mogelijk niet synchroon lopen. Als dit voorkomt, dient u de maatsoort van de beat track opnieuw te specificeren (p.123).
1. Zorg ervoor, dat de voorbereidingen, voordat u gaat opnemen uitgevoerd zijn, zoals beschreven in “Voordat u een nieuwe song opneemt” (p.122).
2. Druk twee keer op [ dan op [
] of houd [SHIFT] ingedrukt en druk
].
De [ ] indicator knippert en het Step Rec Standby venstertje verschijnt.
Het STEP REC (PTN) venster verschijnt. fig.StepRecPtn
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het patroon nummer (1-100) te selecteren dat u aan de phrase track wilt toewijzen. De patroon naam van het geselecteerde patroon wordt weergegeven in “Pattern.” “Length” geeft het aantal maten in het patroon aan.
6. Druk op [F6 (PUT PTN)]. Een Pattern Call bericht voor het patroon, dat is geselecteerd door de Pattern parameter, zal opgenomen worden. De volgende stap wordt door de lengte van de maten in dit patroon bepaald, zodat u de volgende maat kunt ingeven. *
Als u het verkeerde patroon invoert, kunt u op [ ] of [F1(STEP BK)] drukken om het eerder ingevoerde Pattern Call bericht te wissen.
7. Herhaal bovenstaande stappen om extra patronen toe te wijzen.
8. Wanneer u klaar bent met step recording, dient u op [EXIT] of [
]te drukken.
De [
] indicator zal uitgaan.
fig.StepRecStdby
3. Maak instellingen voor step recording. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de gewenste parameter en gebruik de VALUE draaischijf of druk op [INC] [DEC] om het in te stellen. Parameter Rec Track
Rec Mode
Start Point
130
Waarde TRK 1–TRK 16
Uitleg Specificeer de phrase track of patroon waarop u op wilt nemen. MIX, REPLACE Selecteer hoe het opnemen plaats moet gaan vinden. MIX: Mix-recording zal worden uitgevoerd. Normaliter zult u deze methode gebruiken, wanneer u opneemt. Als een Performance al opgenomen is op de recording-destination track, zal uw nieuw opgenomen Performance toegevoegd worden aan de bestaande Performance zonder het te wissen. REPLACE: Replace-recording (vervangende opname)zal worden uitgevoerd. Als een Performance al opgenomen is, zal deze gewist worden als u uw nieuwe Performance opneemt. Gebruik dit, wanneer u opnieuw op wilt nemen. — Specificeer de locatie (maatbeat-klik) waarop opnemen zal beginnen.
Als u niet tevreden bent met de step recording, die u zojuist heeft uitgevoerd, dient u op [ERASE/UNDO] te drukken om terug te keren naar de toestand voor de opname (Undo/Redo). Nadat u Undo hebt uitgevoerd kunt u Redo gebruiken om terug te gaan naar de voorgaande toestand. Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo uitvoeren door bovenstaande procedure nogmaals uit te voeren.
Songs bewerken In dit hoofdstuk wordt de werkwijze voor het bewerken van songs uitgelegd.
De song laden die u wilt bewerken Wanneer u een song bewerkt, wijzigt u een song die al opgenomen is in Temporary Song. Wanneer u een song gaat bewerken die opgeslagen is in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart, dient u deze eerst te laden in de Temporary Area. De Temporary Song zal verloren gaan als u het apparaat uitzet of een andere song in Temporary Area laadt. Als Temporary Area een song bevat die u graag wilt behouden, dient u die song op te slaan in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart (p.150).
1. Druk twee keer op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SONG
Als u de song afspeelt, terwijl het SNG EDIT (TRK) venster wordt weergegeven, zal het venster scrollen waardoor u de song playback locatie kunt blijven volgen.
De data in een track bekijken De Fantom-Xa kan data voor meerdere MIDI kanalen in één enkele track opnemen. Vanuit het SNG EDIT (TRK) venster dient u op [PAGE] te drukken om te bekijken welke kanalen data gevonden worden in iedere track (het TRACK VIEW venster). Dit venster geeft op een grafische wijze de noot gegevens van ieder kanaal weer. De hoogte van de balk geeft de toonhoogte van de noot aan en de lengte van de balk geeft de duur aan. Druk weer op [PAGE] om naar het voorgaande venster terug te keren. fig.TrackView.e
LIST venster te komen. fig.SongList
*
Door op of in het bovenstaande venster te drukken, kunt u het type song specificeren dat weergegeven zal worden. Wanneer verschillende typen songs samen opgeslagen zijn, zal het gemakkelijker zijn om de gewenste song te vinden als u de weergegeven bestandstypen op deze manier beperkt.
• ALL:
alle songs worden weergegeven
• SVQ:
alleen SVQ bestanden worden weergegeven
• SMF:
alleen standaard MIDI bestanden worden weergeven
• MRC:
alleen MRC bestanden worden weergegeven
2. Druk op [F1 (USER)] of [F2 (CARD)] om de laad bestemming te selecteren.
3. Gebruik
of
om de song te selecteren die u wilt
bewerken.
Geeft de data van elke part weer
Verschillende geluidsgeneratoren gebruiken voor iedere track Door de output bestemming voor iedere track te specificeren, kunt u een variatie aan geluidsgeneratoren gebruiken, wanneer u een song afspeelt.
LIST venster te komen.
Een bericht zal u om bevestiging vragen.
2. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen voor de
5. Druk op [F6 (EXEC)].
track waarvan u de output bestemming wilt specificeren.
Wanneer de song klaar is met laden, zal de Performance data van de geladen song weergegeven worden in het SNG EDIT (TRK) venster. *
Geeft de track aan, waarvan de inhoud wordt weergegeven
1. Druk twee keer op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SONG
4. Druk op [F6 (LOAD)]. *
Geeft de patch aan, die toegekend is aan elke part
fig.TrackOutput
U kunt een song ook laden door [SHIFT] ingedrukt te houden en op [WRITE] te drukken (p.153).
fig.SongEditTrk.e
3. Stel de waarde in door de Value draaischijf te gebruiken of
Track nummer Output bestemming van elke track Maat nummer
Geeft de naam aan van de op dat moment geselecteerde song.
INT:
De track zal te horen zijn via de interne geluidsgenerator van de Fantom-Xa.
Maten, die sequencer data bevatten
MIDI:
De track zal te horen zijn via een externe geluidsgenerator die aangesloten is op de MIDI OUT connector.
Maten, die geen sequencer data bevatten
BOTH: De track zal te horen zijn via zowel de interne als de externe geluidsgeneratoren.
Status van elke track Geeft het afspeeltempo van de song aan
131
op [INC] [DEC] te drukken. OFF: De track zal niet te horen zijn.
Songs bewerken
song formaat bevat, zal de gedempte (“mute”) status van die track ook opgeslagen worden.
Afzonderlijke Tracks/Patronen met song data laden
Als u de tempo track (Tempo) “Status” op “Mute” instelt, zal de tempo track gedempt worden. Als tempo veranderingen opgeslagen zijn in een song, maar u de song op een vastgesteld tempo wilt spelen, kunt u de tempo track dempen.
Als u een songbestand heeft geselecteerd (extensie “.SVQ”) of standaard MIDI bestand (extensie”.MID”), kunt u afzonderlijke phrase tracks of patronen laden.
1. Na stap 3 van De song laden die u wilt bewerken, dient u op [F5 (LD TRK)] te drukken. Het Load Track venstertje verschijnt.
Markers (Locate Positions) toewijzen aan een song
fig.LoadTrack
2. Verplaats de cursor links van “Source” (load source) en selecteer de track (TRK 1-16) of het patroon (PTN001-100) dat u wilt laden. *
Als u van een standaard MIDI bestand laadt, is het niet mogelijk om patronen te selecteren (PTN001-100). Ook als u laadt uit een Format 0 Standard Midi File, zal dit vastgesteld staan op “TRK ALL,” en kunnen afzonderlijke tracks niet geselecteerd worden.
3. Verplaats de cursor rechts van “Destination” (load destination) en selecteer de load destination track (TRK 1-16) of patroon (PTN001-100).
4. Druk op [F6 (EXEC)] om de handeling uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Markers kunnen toegewezen worden aan iedere locatie in een song. Zij worden Locate Positions genoemd. Normaliter worden locaties in een song aangegeven als “measure-beat-tick”, maar de locatie positie wordt ook weergegeven als een absolute tijd van “uren: minuten: seconden: frames.” *
Het is niet mogelijk om een locatie positie aan een patroon toe te voegen.
Een locatie positie toewijzen Er kunnen maximaal vier locatie posities toegewezen worden in iedere song.
1. Druk twee keer op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SONG LIST venster te komen.
2. Druk op [F2 (LOCATE)]. Het Locate venster verschijnt. fig.Locate
Het afspelen van een track dempen (Mute) Als u de specifieke track tijdens het afspelen wilt dempen, kunt u de betreffende Phrase track dempen die deze sequencer data bevat.
3. Druk op [F5 (SET)] om een vinkje (VIN KJE) toe te voegen; druk dan op [F1 (SET1)] – [F4 (SET4)] om de huidige locatie van de song toe te wijzen als locatie positie. U kunt op deze manier een locatie positie toewijzen, zelfs, terwijl u naar de song luistert.
1. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SNG EDIT (TRK) venster te komen.
2. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de track die u wilt dempen. fig.TrackMute
*
U kunt de locatie positie ook aanpassen door de cursor te verplaatsen naar de “measure” of “beat” waarde van het locatie nummer en de Value draaischijf te gebruiken of u kunt op [INC] [DEC] drukken om elke waarde in te stellen.
Naar een locatie positie gaan *
Tracks waarin geen sequencer data zijnopgenomen, worden weergegeven als “- - - -.“
3. Draai aan de Value draaischijf of druk op [DEC] om “MUTE”
Gebruik de volgende procedure om de song locatie te veranderen in een Locate Position:
1. Ga naar het Locate venster.
te selecteren.
2. Als een vinkje (VIN KJE) is weergegeven boven [F5 (SET)], dient u er op te drukken om het te verwijderen. Houd er rekening mee dat, wanneer u een song opslaat met een gedempte Phrase track in het standaard MIDI bestandsformaat, de data van die Phrase track niet opgeslagen zal worden. Als u een song opslaat die een gedempte Phrase track in het MRC Pro
132
3. Druk op [F1 (JUMP1)] – [F4 (JUMP4)]. U gaat nu naar de gespecificeerde locatie positie.
Songs bewerken
Track Edit geeft u de mogelijkheid gebieden sequencer data te bewerken die u specificeert. • Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ voorgaande locatie positie te gaan.
] om naar de
• Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [ volgende locatie positie te gaan.
] om naar de
Basishandelingen voor Track Editing 1. Ga naar het SONG LIST venster en laad dan de song, die u
Het gedeelte van een song specificeren, dat herhaald zal worden (Loop Points)
wilt bewerken (p.131).
2. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SNG EDIT (TRK) venster te komen.
3. Druk op [F5 (EDIT)]. Wanneer u Loop Play of Loop recording gebruikt, kunt u de Loop punten die u hier specificeert gebruiken om het herhalende gebied te specificeren, als alternatief voor het herhalen van het gespecificeerde aantal maten. *
Het Track Edit venstertje verschijnt. fig.TrackEdit
Het is niet mogelijk om een loop punt aan een patroon toe te wijzen.
1. Druk op [SONG EDIT <-> LIST] om in het SONG EDIT venster te komen.
4. Druk op [F3
] [F4 ] of om de gewenste functie te selecteren en druk dan op [F6 (SELECT)].
2. Druk op [F1 (LOOP)]. Het Loop Play venstertje verschijnt. fig.LoopPlay
Quantize (p. 134) Copy (p. 137) Change Velocity (p. 139) Merge (p. 140) Data Thin (p. 143) Truncate (p. 144)
Erase (p. 136) Insert (p. 138) Change Channel (p. 139) Extract (p. 141) Exchange (p. 143)
Delete (p. 136) Transpose (p. 138) Change Duration (p. 140) Shift Clock (p. 142) Time Fit (p. 143)
3. Verplaats de cursor naar de gewenste parameter en gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken. Parameter Repeat Times
Start Point (S)
End Point (E)
Uitleg Het aantal herhalingen. Waarde: INF, 1-99 Als u wilt dat de herhalingen doorgaan, totdat u op [STOP]drukt, dient u dit in te stellen op “INF.” De locatie waar herhaling moet beginnen. Als u op [F3 (START)] drukt, zal de huidige locatie van de song ingesteld worden als de startlocatie. De locatie waar herhaling zal moeten eindigen. Als u op [F4 (END)] drukt, zal de huidige locatie van de song ingesteld worden als de eindlocatie. * De locatie, die u hier specificeert, zal niet ingesloten worden bij het herhaalde gebied.
4. Als u op [LOOP PLAY] drukt om het op te laten lichten of op [F5 (LOOP)] drukt om een vinkje (✔) toe te voegen, zal de looping aangezet worden.
Sequencer data van het gespecificeerde gebied bewerken (Track Edit)
Voor details over de instellingen venstertje s van iedere track editing functie, kunt u de volgende uitleg voor iedere functie bekijken.
5. Stel de parameters voor iedere functie in. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de gewenste parameter, en gebruik de Value draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de waarde in te stellen. Controleer eerst de regio door die door de bewerking zal worden gewijzigd, en maak vervolgens correcties als u het wilt veranderen.
6. Druk op [F6 (EXEC)] om de handeling uit te voeren. Wanneer de handeling is voltooid, zal de display kort “Completed!” aangeven.
7. Als u besluit om de handeling niet uit te voeren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken.
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van de functie, kunt u op [ERASE/UNDO] drukken om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo/Redo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand. Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo gebruiken door bovenstaande procedure opnieuw uit te voeren.
133
Songs bewerken
De timing van een song synchroniseren (Quantize) In het hoofdstuk Songs opnemen (p.122) hebben we Recording Quantize uitgelegd, waarbij u de mogelijkheid heeft om in realtime recording te synchroniseren. Het is ook mogelijk om een song te synchroniseren die al is opgenomen. De Fantom-Xa heeft een Preview functie die het mogelijk maakt de resultaten van een Quantize handeling af te spelen, terwijl u nog parameters aan het instellen bent (dus voor de eigenlijke uitvoering). Dit helpt om optimale Quantize instellingen te maken.
Preview functie De Preview functie geeft u de mogelijkheid om te horen, hoe synchronisatie zal werken, terwijl u de Quantize parameters nog aan het instellen bent (voordat u de handeling uitvoert). Als u parameter waarden tijdens preview playback verandert, zal de volgende preview playback die laatste waardeveranderingen bevatten. Probeer verschillende parameter instellingen om uit te vinden welke het beste werkt. *
Pattern Call gebeurtenissen, die toegekend zijn aan een phrase track of gedempte (“muted” ) phrase tracks, kunnen niet vooraf beluisterd worden. Door op [PLAY] te drukken, wanneer het Quantize venstertje is weergegeven, selecteert u de Preview modus. De twee maten van de huidige locatie van de song zullen herhaaldelijk afgespeeld worden. De preview start locatie kan ook gespecificeerd worden door op [FWD] of [BWD] te drukken. Om uit de Preview modus te gaan, dient u op [STOP]te drukken.
De Quantize handeling zal alleen de timing, waarop toetsen ingedrukt (note-on) en losgelaten (note-off) werden corrigeren, maar zal geen andere sequencer gegevens corrigeren. Dit betekent, dat als u MIDI berichten, zoals bend range of modulatie samen met noten opneemt, quantization tot gevolg kan hebben dat de noten niet meer synchroon lopen met de MIDI boodschappen en timing verdraaid wordt. Om dergelijke problemen te vermijden is het beter om non-keyboard data erna op te nemen, gebruikmakend van mix recording.
Bekijk Basishandeling voor Track Editing (p.133) voor details omtrent deze instellingen.. fig.Quantize
Parameter Track/ Pattern
134
Waarde TRK ALL, TRK 1–16, PTN001– 100
Uitleg De phrase track(s) of het patroon die gesynchroniseerd moeten worden. TRK ALL: Phrase tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon
Parameter Ch/Part
Waarde ALL, Ch 1–16
Measure For
0001– 1–ALL
Quantize Type
Uitleg MIDI kanalen van de noten die gesynchroniseerd moeten worden. ALL: Synchroniseert alle noten. Ch 1-16: Synchroniseert alleen de noten van een specifiek MIDI kanaal. Gebied van maten die gequantized moeten worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. (Zie hieronder)
GRID, SHUFFLE, TEMPLATE Wanneer “Quantize Type” “GRID” is Aangezien de noten aan de timing van de gespecificeerde noot waarde aangepast zullen worden, kunt u dit gebruiken, wanneer u wilt dat drums of bas (bijvoorbeeld) in een nauwgezet ritme spelen. ResoluSynchroniseren tijd interval , , tion Kies een Resolutie die past bij de , , kleinste noot in het gebied dat u aan , , het synchroniseren bent. Strength
0–100%
Percentage van hoe tijdsindeling gecorrigeerd zal worden richting de tijd interval die gespecificeerd is door Resolution. Met een instelling van “100%” zal de noot helemaal naar de dichtstbijzijnde timing interval van de Resolutie instelling verplaatsen. Een instelling van “0%” zal de timing van de noot helemaal niet veranderen. Wanneer “Quantize Type” “SHUFFLE” is Gebruik dit, wanneer u een “shuffle” of “swing” gevoel wilt produceren. ResoluSynchroniseren tijd interval , tion Rate 0–100% Hoe ver van elkaar wilt u een downbeat, gespecificeerd door de Shuffle Resolution parameter, plaatsen van de up-beat die er direct op volgt. Door de timing van een up-beat te verplaatsen, kunt u een “swing” gevoel creëren. Een instelling van “50%” zal de timing van de up-beat noot exact in het midden tussen de down-beat en de volgende downbeat plaatsen. Een timing van “0%” zal de up-beat noot naar dezelfde timing als de voorgaande downbeat verplaatsen. Een instelling van “100%” zal deze naar dezelfde timing als de volgende down-beat verplaatsen. Wanneer “Quantize Type” “TEMPLATE” is De Fantom-Xa beschikt over 71 quantize templates. Deze templates bevatten verschillende quantize instellingen om het ritmische ‘gevoel’ van vele verschillende muzikale categorieën toe te passen. Selecteer de template voor synchronisatie. * Als uw sequencer data noten zich te ver van de juiste tijd vandaan bevinden, zal Template Quantize misschien niet zo efficiënt werken, zodat u niet de gewenste resultaten bereikt. Als dit het geval is, dient u eerst Grid Quantize toe te passen op uw sequencer data teneinde foutjes in timing te voorkomen. Tem001–071 Template die u wilt gebruiken plate
Songs bewerken
Parameter Timing
Waarde 0–100%
Range Min Range Max
0 (C -)– 127 (G9)
Uitleg In hoeverre een noot in de richting van de tijd interval van de gekozen template zal verplaatsen. Met een instelling van 100% zal de noot perfect getimed worden met de template. Met een instelling van 0% zal de noot helemaal niet verplaatsen. Het bereik van noten dat gesynchroniseerd dient te worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door de toetsen op het toetsenbord in te drukken.
Wanneer Quantize Type “GRID” is fig.Qtz1.e
Grid quantize met Resolution =
Wanneer Quantize Type is “SHUFFLE” is fig.Qtz2.e
Shuffle quantize met snelheid = 75%
Rate: fig.ShuffleRate.e
Originele performance data
Snelheid = 25%
Snelheid = 50%
Snelheid = 75%
Snelheid = 100% Up beat
Up beat
Up beat
Up beat
Wanneer “Quantize Type” “TEMPLATE” is Hier volgt een lijst van quantize templates: No. 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013
Uitleg Dance (weinig dynamiek) Dance (veel dynamiek) Dance (lichte swing) Dance (veel swing) Dance (slepende beats, weinig dynamiek) Dance (slepende beats, veel dynamiek) Dance (slepende beats, lichte swing) Dance (slepende beats, veel swing) Dance (drukkende beats, weinig dynamiek) Dance (drukkende beats, veel dynamiek) Dance (drukkende beats, lichte swing) Dance (drukkende beats, veel swing) Fusion (weinig dynamiek)
No. 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064 065 066 067 068 069 070 071
Uitleg Fusion (veel dynamiek) Fusion (lichte swing) Fusion (veel swing) Fusion (slepende beats, weinig dynamiek) Fusion (slepende beats, veel dynamiek) Fusion (slepende beats, lichte swing) Fusion (slepende beats, veel swing) Fusion (drukkende beats, weinig dynamiek) Fusion (drukkende beats, veel dynamiek) Fusion (drukkende beats, lichte swing) Fusion (drukkende beats, veel swing) Reggae (weinig dynamiek) Reggae (veel dynamiek) Reggae (lichte swing) Reggae (veel swing) Reggae (slepende beats, weinig dynamiek) Reggae (slepende beats, veel dynamiek) Reggae (slepende beats, lichte swing) Reggae (slepende beats, veel swing) Reggae (drukkende beats, weinig dynamiek) Reggae (drukkende beats, veel dynamiek) Reggae (drukkende beats, lichte swing) Reggae (drukkende beats, veel swing) Pops (weinig dynamiek) Pops (veel dynamiek) Pops (lichte swing) Pops (veel swing) Pops (slepende beats, weinig dynamiek) Pops (slepende beats, veel dynamiek) Pops (slepende beats, lichte swing) Pops (slepende beats, veel swing) Pops (drukkende beats, weinig dynamiek) Pops (drukkende beats, veel dynamiek) Pops (drukkende beats, lichte swing) Pops (drukkende beats, veel swing) Rhumba (weinig dynamiek) Rhumba (veel dynamiek) Rhumba (lichte swing) Rhumba (veel swing) Rhumba (slepende beats, weinig dynamiek) Rhumba (slepende beats, veel dynamiek) Rhumba (slepende beats, lichte swing) Rhumba (slepende beats, veel swing) Rhumba (drukkende beats, weinig dynamiek) Rhumba (drukkende beats, veel dynamiek) Rhumba (drukkende beats, lichte swing) Rhumba (drukkende beats, veel swing) Samba (voor pandeiro etc.) Samba (voor surdo, timbalen) Axe (voor caixa) Axe (voor surdo) Salsa (voor cascala) Salsa (voor conga) Triolen 4-maats 6-maats 7 maten over 2 Vertraagde triolen
135
Songs bewerken
*
De templates zijn ontworpen voor een 4/4 maatsoort. Templates toepassen op een performance met een andere maatsoort dan deze, zal misschien niet het gewenste resultaat opleveren.
*
De stijl namen die hier weergegeven zijn, zijn er alleen voor uw gemak; ze zijn er niet om te impliceren dat de templates alleen voor de genoemde stijl gebruikt dient te worden. U kunt ze wel degelijk uitproberen met andere muziekstijlen.
Ongewenste performance data wissen (Erase) Deze functie wist alle sequencer data binnen het gespecificeerde gebied., terwijl de gewiste data door rustpunten worden vervangen, zullen de originele maten blijven.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen.
Parameter Range Min Range Max
Waarde 0 (C -)–127 (G9)
Uitleg Het bereik van noot nummers dat gewist dient te worden U kunt het toon bereik ook specificeren door op toetsen op het keyboard te drukken. Wanneer “Status” “Program Change” is Range Min 0–127 Het bereik van controller nummers dat gewist Range Max dient te worden Wanneer “Status” “Program Change” is Range Min 1–128 Het bereik van programmanummers dat gewist Range Max dient te worden
Ongewenste berichten wissen (Delete)
fig.Erase
Deze functie wist een gespecifieerd gebied sequencer data en verplaatst de daarop volgende data om het gat te vullen. Het resultaat is dat de duur van de maat verkort zal worden door het aantal gewiste maten.
Parameter Track/Pattern
Waarde Uitleg TRK ALL, De track(s) of het patroon TRK 1–16, dat gewist dient te worTEMPO, den. PTN001–100 TRK ALL: Phrase tracks 1-16, de Beat track en de Tempo track TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon Ch/Part ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal van de data die gewist dient te worden. ALL: Wist alle sequencer data Ch 1-16: Wist alleen sequencer data van slechts één specifiek MIDI kanaal. * Als u “Track” instelt op “TEMPO” of als “Status” is ingesteld op “System Exclusive,” “Tune Request” of “Pattern call”, zal deze parameter niet beschikbaar zijn. Measure 0001– Het bereik van de maten dat gewist moet worden. For 1–ALL Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. Status ALL, Note, Type data dat gewist Poly Aftertouch, dient te worden. Control Change, * Als “Track” op “TEMProgram Change, PO” staat ingesteld, zal Channel Aftertoudeze parameter niet besch, Pitch Bend, chikbaar zijn. System Exclusive, Tune Request, Pattern Call Wanneer “Status” “Note” of “Poly Aftertouch” is
136
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Delete
Parameter Track/Pattern
Measure For
Waarde Uitleg TRK ALL, Track(s) of het patroon dat TRK 1–16, gewist dient te worden. TEMPO, PTN001–100 TRK ALL: Phrase tracks 1-16, de Beat track en de Tempo track TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon 0001– Het bereik van de maten dat gewist moet worden. 1–ALL Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden.
Songs bewerken
Frases kopiëren (Copy) Deze functie kopieert een gespecificeerd gebied sequencer data. Deze functie is handig, wanneer dezelfde frase een aantal keer herhaald moet worden. U kunt ook patronen naar een phrase track kopiëren of data van een phrase track naar een patroon kopiëren.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Copy
Parameter Src Track/ Pattern
Ch/Part
Src Measure For
Dst Track/ Pattern
Waarde Uitleg TRK ALL, Kopie sporen of patroon. TRK 1–16, TEMPO, PTN001–100 TRK ALL: Phrase tracks 1-16, de beat track en de tempo track TRK 1-TRK 16: Gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Gespecificeerde patroon ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal van de data die gekopieerd dient te worden. ALL: Kopieert alle sequencer data. Ch 1-16: Kopieert alleen de sequencer data van een specifiek MIDI kanaal. * Als u “Track” instelt op “TEMPO” of als “Status” is ingesteld op “System Exclusive,” “Tune Request” of “Pattern call”, zal deze parameter niet beschikbaar zijn. 0001– Het bereik van kopie maten. 1–ALL Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. TRK ALL, Check/verander de de TRK 1–16, kopieer-bestemming van TEMPO, het spoor of de kopieerPTN001–100 bestemming van het patroon. TRK ALL: Phrase tracks 1-16, de beat track en de tempo track TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon * Als u de “Src Track” op “ALL” instelt, kan deze parameter zowel op “ALL” als op “PTN0001PTN100” ingesteld staan. Als u “PTN001PTN100” selecteert, zal de data van de 16 phrase tracks samensmelten, terwijl het gekopieerd wordt. * Als “TEMPO” geselecteerd wordt als de “Src Track”, kan alleen “TEMPO” geselecteerd worden voor deze parameter.
Parameter Dst Measure
Waarde 0001–END
Uitleg Kopieer-bestemming maat. * Als u de kopieerbestemming direct na de laatste maat van een song wilt hebben, dient u deze parameter op “END” in te stellen. Copy Mode MIX, REPLACE Specificeert of u de bestaande data wilt behouden in de kopieerbestemming, wanneer u aan het kopiëren bent. MIX: Combineert de data van de kopieerbron met de bestaande data in de kopieerbestemming REPLACE: Muzikale data in de kopieerbestemming zal gewist (d.w.z. overschreven) worden, wanneer het kopiëren plaatsvindt. Alleen de sequencer data van de MIDI kanalen gespecificeerd door de Channel parameter zal overschreven worden, data van andere MIDI kanalen blijft behouden. Copy Times 1–999 Het aantal keren dat de data gekopieerd zal worden naar de kopieerbestemming. Status ALL, Note, Het type data dat gekoPoly Aftertouch, pieerd moet worden. Control Change, * Als “Stc Track” ingesteld Program Change, staat op “TEMPO,” is Channel Aftertouch, deze parameter niet besPitch Bend, chikbaar. System Exclusive, Tune Request, Pattern Call Wanneer “Status” “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0 (C -)–127 (G9) Gebied van noot nummers die gekopieerd dieRange Max nen te worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door op toetsen op het keyboard te drukken. Wanneer “Status” “Control Change” is Range Min 0–127 Gebied van controller nummers, die gekopieerd Range Max dienen te worden. Wanneer “Status” “Program Change” is Range Min 1–128 Gebied van programmanummers, die gekopieerd Range Max dienen te worden.
137
Songs bewerken
fig.Transpose2
Een lege maat invoeren (Insert) Deze functie voegt lege maten in een gespecificeerde song positie in. Net, zoals u de maatsoort van de lege maten kunt instellen, is dit handig, wanneer u een frase invoegt die in het midden van de song een andere maatsoort heeft.
Parameter Track/Pattern
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Insert
Ch/Part
Parameter Track/Pattern
Measure
For Beat
Waarde Uitleg TRK ALL, Track(s) of het patroon, waar TRK 1–16, lege maten bij ingevoegd TEMPO, zullen worden PTN001–100 TRK ALL: Phrase tracks 1-16, de beat track en de tempo track TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon 0001–END Maat locatie waarop de lege maten ingevoegd zullen worden 1– Aantal lege maten die ingevoegd zullen worden Numerator: 1– Over het algemeen zal de 32 maatsoort van de maat onDenominator: middellijk voor invoeging 2, 4, 8, 16 gebruikt worden voor de lege maten. Om de maatsoort van de lege maten die ingevoegd moeten worden te veranderen, dient u deze parameter te gebruiken. * Beat kan alleen gespecificeerd worden wanneer u de Track parameter op “TRK ALL” heeft ingesteld.
De toets transponeren (Transpose) Dit transponeert de toonhoogte van noten in een gespecificeerd gebied, binnen het bereik van halve tonen +/- 127. Gebruik deze functie om van de ene toets naar de andere te moduleren in een song of om de hele song te transponeren.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen.
138
Measure For
Range Min Range Max
Bias
Waarde Uitleg TRK ALL, Phrase track(s)of patroon TRK 1–16, die getransponeerd dienen PTN001–100 te worden. TRK ALL: Phrase tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal/kanalen van de noten die getransponeerd dienen te worden. ALL: Transponeert alle noten Ch 1-16: Transponeert alleen de noten van een specifiek MIDI kanaal. 0001– Gebied van maten in die getransponeerd dienen te 1–ALL worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. 0 (C -)–127 (G9) Gebied van noot nummers in die getransponeerd zullen worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door op de toetsen van het keyboard te drukken. -127– +127 Hoeveelheid toonverandering in semitonale stappen. Stel een “+” (positieve) waarde in om de toonhoogte omhoog te laten gaan of een “-“ (negatieve) waarde om de toonhoogte omlaag te laten gaan.
Als u het basgeluid met één octaaf omlaag wilt laten gaan... Als uw bas één octaaf hoger wordt gespeeld dan in de notenbalk aanduiding, kunt u de Transpose functie gebruiken om het basgeluid met één octaaf omlaag te laten gaan. Om het basgeluid met één octaaf omlaag te laten gaan, dient u de Range parameter op “Lowest-Highest” in te stellen voor de bas Part en de Bias parameter op “-12” te zetten.
Wanneer u percussiegeluiden wilt veranderen... U kunt de Transpose functie ook gebruiken om percussiegeluiden te veranderen. Stel dat u een conga wilt veranderen in een trommel. Als het congageluid toegewezen is aan de D4 toets en het tromgeluid is toegekend aan de C3 toets, dient u de Range parameter op “D4D4” in te stellen en de Bias parameter op “-14.”
Songs bewerken
De aanslaggevoeligheid veranderen (Volume) (Change Velocity) Deze functie wijzigt het keyboard speeldynamiek (aanslaggevoeligheid) van een gespecificeerd noten gebied.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.ChangeVelo
Parameter Track/ Pattern
Ch/Part
Measure For
Bias
Magnify
Range Min Range Max
Het MIDI kanaal veranderen (Change Channel) Deze functie brengt het MIDI kanaal van een gespecificeerd gebied sequencer data over naar een een ander MIDI kanaal.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.ChangeCh
Waarde Uitleg TRK ALL, Phrase track(s)of het patroon TRK 1–16, waarvan de aanslaggevoeligheid PTN001–100 aangepast zal worden. TRK ALL: Phrase tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal/kanalen van de noten waarvan de aanslaggevoeligheid aangepast zal worden. ALL: Verandert aanslaggevoeligheid voor alle noten. Ch 1-16: Verandert de aanslaggevoeligheid alleen voor de noten van een specifiek MIDI kanaal. 0001– Gebied van maten waarvan de aanslaggevoeligheid veranderd 1–ALL zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. -99– +99 Voegt een vaststaande hoeveelheid bias toe aan alle aanslaggevoeligheid 0–200% Stel deze parameter in als vergrotingen of verkleiningen in aanslaggevoeligheid variaties gewenst zijn. Voor minder variatie in de aanslaggevoeligheid, dient u instellingen van “99%” of minder te maken. Voor meer variatie in de aanslaggevoeligheid, dient u dit op “101%” of hoger in te stellen. Met een instelling van “100%,” zullen aanslaggevoeligheid waarden niet veranderen. 0 (C -)–127 Gebied van noot nummers waar(G9) van de aanslaggevoeligheid veranderd zal worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door de toetsen van het keyboard in te drukken.
Parameter Track/Pattern
Waarde Uitleg TRK ALL, Phrase track(s)of het patroon TRK 1–16, waarin het MIDI kanaal zal PTN001–100 veranderen. TRK ALL: Phrase Tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon Measure 0001– Gebied van maten, waarin het MIDI kanaal veranderd For 1–ALL zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. Status ALL, Note, Type data waarvoor u het Poly Aftertouch, MIDI kanaal wilt veranderen. Control Change, Program Change, Channel Aftertouch, Pitch Bend Wanneer “Status” niet “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0 (C -)–127 (G9) Gebied van noot nummers waarvoor het MIDI kanaal Range gewijzigd zal worden. Max U kunt het toon bereik specificeren door op de toetsen van het keyboard te drukken. Wanneer “Status” niet “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0–127 Gebied van controller nummers, waarvoor het MIDI kaRange naal gewijzigd zal worden. Max Wanneer “Status” niet “Program Change” is Range Min 1–128 Gebied van programmanummers, waarvoor het MIDI kaRange naal gewijzigd zal worden. Max Src Channel Dst Channel
ALL, Ch 1–16 Ch 1–16
Stel Src Channel in op het MIDI kanaal dat u wilt veranderen en stel Dst Channel in op het MIDI kanaal waarin het zal veranderen. Als u “Src Channel” op “ALL” instelt, zullen de sequencer data van alle MIDI kanalen gecombineerd worden in “Dst Channel.”
139
Songs bewerken
De tijdsduur van de noten veranderen (Change Duration)
Parameter Range Min Range Max
Waarde 0 (C -)–127 (G9)
Deze functie verandert de tijdsduur (tijd tussen note-on en note-off) van noten in een gespecificeerd gebied. Afhankelijk van de instelling, kunt u ook staccato of tenuto creëren.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen.
Uitleg Gebied van noot nummers waarvoor de tijdsduur gewijzigd zal worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door de toetsen van het keyboard in te drukken.
Twee phrase tracks of patronen in één (Merge) samenvoegen
fig.ChangeDur
De sequencer data van twee phrase tracks of patronen zal samengevoegd worden in één.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. Parameter Track/Pattern
Ch/Part
Measure For
Bias
Magnify
140
Waarde Uitleg TRK ALL, Phrase track(s)of het paTRK 1–16, troon, waarvan de duur PTN001–100 aangepast zal worden. TRK ALL: Phrase tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal/kanalen van de noten waarvan de duur aangepast zal worden. ALL: Verandert de duur voor noten van alle MIDI kanalen. Ch 1-16: Verandert de duur voor noten alleen voor de noten van een specifiek MIDI kanaal. 0001– Gebied van maten waarvan de tijdsduur veran1–ALL derd zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. -4800–4800 Voegt een vaststaande hoeveelheid bias toe aan de tijdsduur. 0–200% Stel deze parameter in als u de tijdsduur met een gespecificeerde ratio wilt verlengen of verkorten. Met een instelling van “100%,” zullen er geen veranderingen plaatsvinden. Een waarde van “101%” of hoger verlengt de duur; waarden van “99%” of lager doen de duur verkorten. Om bijvoorbeeld de duur te halveren, dient u deze parameter op “50%” in te stellen. Om de duur te verdubbelen, dient u de parameter op “200%” in te stellen.
fig.Merge
Parameter Src Track/Pattern
Dst Track/Pattern
Waarde TRK 1–16, PTN001–100
Uitleg De phrase track of het patroon, dat samengevoegd moet worden. TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon * Nadat de Merge handeling is uitgevoerd, zal de sequencer data samengevoegd worden in deze track. TRK 1–16, Merge-destination phrase PTN001–100 track of patroon TRK 1-TRK 16: Gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon * Nadat de Merge handeling uitgevoerd is, zal de sequencer data gecombineerd worden in deze track.
Songs bewerken
Een gedeelte uit de sequencer data nemen en verplaatsen (Extract)
Parameter Extract Mode
Deze functie haalt een gespecificeerd gebied sequencer data uit een phrase track of patroon en verplaatst dit naar dezelfde Song positie van een andere phrase track of patroon. Bovendien kunt u, net als bij Standard Midi File Format 0, ook één MIDI kanaal aan één phrase track toewijzen, wanneer sequencer data vanuit meerdere MIDI kanalen opgenomen is op één track.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Extract
Status
Parameter Src Track/ Pattern
Waarde TRK 1–16, PTN001–100
Ch/Part
ALL, Ch 1–16
Measure For
0001– 1–ALL
Dst Track/ Pattern
TRK ALL, TRK 1–16, PTN001–100
Uitleg Phrase track of patroon, waar de sequencer data uit gehaald zal worden. TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon * Nadat de Extract handeling is uitgevoerd, zal de geselecteerde sequencer data zich niet meer bevinden in deze phrase track of patroon. MIDI kanaal/kanalen van de data die geëxtraheerd dient/dienen te worden. ALL: Neemt alle sequencer data uit. Ch 1-16: Neemt alleen de sequencer data van een specifiek MIDI kanaal uit. * Als u “Status” instelt op “System Exclusive,” “Tune Request” of “Pattern Call”, zal deze parameter niet beschikbaar zijn. Gebied van maten, waar de sequencer data uitgehaald zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. Bestemmingsspoor of patroon. TRK ALL: Afhankelijk van zijn MIDI kanaal, zal de sequencer data verdeeld worden over phrase tracks 1-16. TRK 1-TRK 16: Gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon
Waarde MIX, REPLACE
Uitleg Specificeert of u de sequencer data op de bestemming wilt behouden. MIX: De data op de bestemming zal samengevoegd worden met de uitgenomen data. REPLACE: De data op de bestemming zal gewist en vervangen worden door de uitgenomen data. Alleen de sequencer data van het MIDI kanaal gespecificeerd door de Channel parameter, zal object van handeling zijn. Sequencer data van alle andere MIDI kanalen zullen niet aangedaan worden. Type data dat uitgenomen dient te worden.
ALL, Note, Poly Aftertouch, Control Change, Program Change, Channel Aftertouch, Pitch Bend, System Exclusive, Tune Request, Pattern Call Wanneer “Status” “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0 (C -)–127 Gebied van noot nummers, die (G9) gekopieerd dienen teworden. Range Max U kunt het toon bereik ook specificeren door op toetsen op het keyboard te drukken. Wanneer “Status” “Control Change” is Range Min 0–127 Gebied van controller nummers die gekopieerd dienen te worden. Range Max Wanneer “Status” “Program Change” is Range Min 1–128 Gebied van programmanummers die gekopieerd dienen te worden. Range Max
141
Songs bewerken
Performance data naar voren en naar achteren verschuiven (Shift Clock) Deze functie verschuift de timing van sequencer data in de tijd naar achteren of naar voren binnen een gespecificeerd gebied in stappen van één klik. Kleine verschuivingen in timing kunnen een Performance sneller doen gaan of juist vertragen. *
Wanneer deze functie wordt uitgevoerd, zal data die naar een punt vóór het begin van de song verplaatst zou worden, automatisch verplaatst worden naar het begin van de song. Als data naar een punt voorbij het einde van de song verplaatst zou worden, zullen nieuwe maten automatisch gecreëerd worden mocht dat nodig zijn. De maatsoort van de nieuw gecreëerde maten zullen hetzelfde zijn als de maatsoort van de maat die er direct aan vooraf gaat.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.ShiftClock
Parameter Track/Pattern
Ch/Part
Measure For
142
Waarde TRK ALL, TRK 1–16, TEMPO, PTN001–100
Uitleg Track(s)of het patroon waarvan de sequencer data verplaatst zal worden in eenheden van één klik. ALL: Phrase tracks 1-16, de beat track en de tempo track TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal van de data die in tijd verplaatst dient te worden. ALL: Verplaatst kliks van alle sequencer data. Ch 1-16: Verplaatst de sequencer data klik van slechts één specifiek MIDI kanaal. * Als u “Track” instelt op “TEMPO” of als “Status” staat ingesteld op “System Exclusive,” “Tune Request” of “Pattern Call”, is deze parameter niet beschikbaar. 0001– Gebied van maten, waarin de sequencer data in 1–ALL eenheden van één klik verplaatst zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden.
Parameter Bias
Status
Waarde -4800–4800
Uitleg De hoeveelheid (het aantal kliks) waarmee de sequencer data verplaatst zal worden. Type data dat in tijd verplaatst moet worden. * Als “Track” staat ingesteld op “TEMPO,” is deze parameter niet beschikbaar.
ALL, Note, Poly Aftertouch, Control Change, Program Change, Channel Aftertouch, Pitch Bend, System Exclusive, Tune Request, Pattern Call Wanneer “Status” “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0 (C -)–127 (G9) Gebied van noot nummers, die verplaatst dieRange Max nen te worden. U kunt het toon bereik ook specificeren door op toetsen op het keyboard te drukken. Wanneer “Status” “Control Change” is Range Min 0–127 Gebied van controller nummers, die verplaatst Range Max dienen te worden. Wanneer “Status” “Program Change” is Range Min 1–128 Gebied van programmanummers, die verplaatst Range Max dienen te worden.
Songs bewerken
De sequencer data uitdunnen (Data Thin) Controllers, die continu variabel zijn, zoals aftertouch, Pitch bend en expression hebben de neiging om onverwacht grote hoeveelheden data te creëren, wanneer ze bediend worden. Data Thin zal overtollige data verwijderen teneinde de hoeveelheid geheugen, die beschikbaar is voor de sequencer, te vergroten.
Twee phrase tracks of patronen verwisselen (Exchange) De phrase tracks of patronen zullen in hun geheel veranderd worden.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Exchange
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.DataThin
TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon
Parameter Track/ Pattern
Waarde Uitleg TRK ALL, Phrase track(s)of het patroon TRK 1–16, waarvan de sequencer data PTN001–100 uitgedund zal worden. TRK ALL: Phrase tracks 1-16 TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track, de beat track en de tempo track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon Ch/Part ALL, Ch 1–16 MIDI kanaal, waarvan de data uitgedund moet worden. ALL: Dunt alle sequencer data uit. Ch 1-16: Dunt sequencer data van slechts één specifiek MIDI kanaal uit. Measure 0001– Gebied van maten, waarvan de sequencer data uitgedund For 1–ALL zal worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. Data Thin 0–99 Voor het uitdunnen van gegeWaarde vens die snelle veranderingen bevatten, dient u hogere instellingen te gebruiken. Data Thin 1–999 Als u data uitdunt die geleideTime lijk verandert in tijd, dient u hogere instellingen te gebruiken. Status ALL, Type data dat uitgedund moet Poly Aftertouch, worden. Control Change, Channel Aftertouch, Pitch Bend Wanneer “Status” “Note” of “Poly Aftertouch” is Range Min 0 (C -)–127 (G9) Gebied van noot nummers, die uitgedund dienen te worRange Max den. U kunt het toon bereik ook specificeren door op toetsen op het keyboard te drukken. Wanneer “Status” “Control Change” is Range Min 0–127 Gebied van controller nummers, die uitgedund dienen te Range Max worden.
De afspeeltijd van de song aanpassen (Time Fit) Deze functie berekent de afspeeltijd van een song of geeft u de mogelijkheid om de tempo track data te veranderen, zodat de song in een gespecificeerde tijd af kan spelen.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.TimeFit
Parameter Measure For
Waarde 0001– 1–ALL
Time H/M/S
—
*
Uitleg Meet de afspeeltijd of controleer/wijzig het gebied van maten, die aangepast moeten worden. Als u “For” instelt op “ALL”, zullen alle maten gespecificeerd worden. De afspeeltijd zal weergegeven worden. Van links naar rechts zal de time display “hours: mi-nutes: seconds” weergeven.
Time Original: huidige afspeeltijd
143
Songs bewerken
Lege maten wissen (Truncate) Kopiëren of samenvoegen kan soms lege maten aan het begin van een phrase track of patroon creëren. Truncate wist stille gedeelten uit het begin van de gespecificeerde phrase track tot de eerste note-on. *
Als andere sequencer data (zoals program changes of control changes) is opgenomen tussen het begin en de eerste note-on van de gespecificeerde phrase track, zal alleen de laatste data gebeurtenis van elk type voor de note-on geplaatst worden.
Bekijk Basishandelingen voor Track Editing (p.133) voor details over de instellingen. fig.Truncate2
Afzonderlijke items sequencer data bewerken (Micro Edit) Micro Edit geeft u de mogelijkheid afzonderlijke items binnen de sequencer data opgenomen in een song te bewerken, zoals MIDI berichten en tempo gegevens.
Sequencer data bewerken (Basic Procedure in the Microscope) Ga naar het Microscope venster, wanneer u de sequencer data opgenomen in een song wilt bekijken. Elke regel geeft de locatie aan (maat-beat-klik), waarop de sequencer data is opgenomen en de data die opgenomen is op die locatie.
1. Laad de song, die de sequencer data beva,t die u wilt bekijParameter Track/Pattern
Waarde TRK 1–16, PTN001–100
Uitleg Phrase track of het patroon waaruit lege maten gewist zullen worden. TRK 1-TRK 16: Gespecificeerde phrase track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon
ken/bewerken (p.131).
2. Druk op [F4 (MICRO)]. Het MICROSCOPE venster verschijnt. Druk op
of
om de sequencer data te bekijken.
fig.Microscope.e
Selecteer de track of patroon Geeft de parameter data aan bij de cursor locatie MIDI kanaal
Onder de Track/Pattern parameter wordt de locatie van het begin van de gespecificeerde track weergegeven en de positie van de eerste noot.
Sequencer data Locatie van de sequencer data (maat-beat-tick)
*
Elke keer dat u op [PAGE] drukt, zult u tussen twee vensters schakelen.
fig.Microscope2
3. Druk op [F5 (TRK/CH)]. Het Track/Ch Select venstertje verschijnt. fig.TrackSelect
Als u een patroon wilt bewerken, dient u op [PATTERN] te drukken om het te laten branden.
4. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar “Track” en de track of patroon selecteren waarvan u de sequencer data wilt bekijken/bewerken. TRK 1-TRK 16: De gespecificeerde phrase track TEMPO: Tempo track
144
Songs bewerken
BEAT: Beat track PTN001-PTN100: Het gespecificeerde patroon (alleen patroon modus)
Voor een uitleg over elk type sequencer data, dient u Sequencer data die wordt bediend door een phrase track/ patroon hieronder te bekijken.
5. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar “Ch/Part” en selecteer het MIDI kanaal van de sequencer data dat u wilt bekijken.
6. Druk op [F6 (CLOSE)] om het venstertje te sluiten. 7. Druk op
of de Value draaischijf om de performance data die u wilt bewerken.
8. Druk op
of
om de parameter die u wilt bewerken.
9. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde in te stellen.
Wanneer u het Noot Nummer van een noot of polyfonische aftertouch data bewerkt of de On Velocity of Off aanslaggevoeligheid van een noot bewerkt, kunt u de waarde ook specificeren door op een toets op het keyboard te spelen. • Wanneer u op [ENTER] drukt, zal de sequencer data die op dat moment bij het “(FIGUURTJE)” weergegeven wordt, overgebracht worden via de MIDI OUT connector. In het geval van een noot bericht, zal de noot klinken, wanneer u op [ENTER] drukt.
Als u een system exclusive bericht wilt bewerken, dient u Een System Exclusive bericht bewerken hieronder te bekijken.
10. Om het MICROSCOPE venster te sluiten, dient u op [EXIT] te drukken.
Een System Exclusive bericht bewerken 1. Gebruik
of de Value draaischijf om het system exclusive bericht dat u wilt bewerken.
2. Druk op
drukken. Een waarde van “00” zal ingevoegd worden. Verander dit in de gewenste waarde. • Om data te wissen, dient u de cursor te verplaatsen naar de relevante locatie en op [F2 (DEL)] te drukken.
5. Wanneer u klaar bent met bewerken, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken om de waarden van de system exclusive berichten af te werken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Als u besluit om de veranderingen die u heeft gemaakt toch niet uit te voeren en terug wilt keren naar het MICROSCOPE venster, dient u op [EXIT] te drukken. • In het geval van een Roland type IV system exclusive bericht, kan de checksom automatisch uitgerekend worden, wanneer u de waarden afrond. Als u de checksom niet automatisch uit wilt rekenen, dient u op [F1 (AT SUM)] te drukken om het vinkje (✔) te verwijderen. • Wanneer u op [F4 (TEST)] drukt, zal het system exclusive bericht dat u aan het bewerken bent via de MIDI OUT connector overgebracht worden.
Sequencer data die wordt bediend door een phrase track/patroon Phrase tracks of patronen kunnen de volgende negen typen sequencer data opnemen. De opgenomen locatie (maat-beat-klik) wordt helemaal links van ieder data item weergegeven en het MIDI kanaal nummer staat ernaast.
Note (
)
Deze MIDI berichten vertegenwoordigen noten. Vanaf links zijn de parameters Note Number, welke de naam van de noot aangeeft; On Velocity, welke de kracht waarmee een toets wordt bespeeld specificeert; Duration, welke de duur van de noot specificeert; en Off Velocity, welke de snelheid waarmee de toets wordt losgelaten, bepaalt.
Program Change Dit MIDI bericht verwisselt geluiden. Het programmanummer (PC#) selecteert het geluid.
Control Change .
Het System Exclusive Edit venster verschijnt. fig.SysExEdit
Dit MIDI bericht past verschillende effecten toe, zoals modulatie of expressie. Het controller nummer (CC#) selecteert de functie en Waarde specificeert de diepte van het effect.
Pitch Bend Dit MIDI bericht wijzigt de toonhoogte. De waarde specificeert de hoeveelheid toonhoogte verandering.
3. Druk op (CURSOR) om de cursor te verplaatsen naar de data die u wilt bewerken.
4. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde te bewerken. • Als u data toe wilt voegen tussen “F0: ” en “: F7”, dient u de cursor te verplaatsen naar die locatie en op [F3 (INS)] te
Poly Aftertouch Deze MIDI berichten passen aftertouch toe op een afzonderlijke noot. Vanaf links zijn de parameters Note Number, welke de toets specificeert en Waarde, welke de diepte van de aftertouch specificeert.
145
Songs bewerken
Channel Aftertouch Dit MIDI bericht past aftertouch toe op een compleet MIDI kanaal. Waarde specificeert de diepte van de aftertouch.
Tune Request Dit MIDI bericht zorgt er voor dat een analoge synthesizer zichzelf stemt.
System Exclusive berichten Dit zijn MIDI berichten die gebruikt worden om instellingen te maken die uniek zijn voor de Fantom-Xa, zoals geluidsinstellingen. Voer de data tussen “F0” en “F7” in.
Pattern Call message Dit is data die ervoor zorgt dat een patroon afgespeeld wordt. Gebruik de Number parameter om het patroonnnummer te selecteren. De patroonnaam wordt tussen haakjes ( ) weergegeven.
Data bediend door de Beat Track De Beat track neemt maatsoort data op.
Beat Change Dit specificeert de maatsoort (Beat).
Sequencer data bekijken (View) Aangezien een phrase track of patroon een grote hoeveelheid sequencer data bevat, is de display misschien erg rommelig en daardoor moeilijk leesbaar. Om deze reden geeft de Fantom-Xa u de mogelijkheid het type/de typen sequencer data, die in het venster zal worden weergegeven, te specificeren. Dit is handig, wanneer u alleen een specifiek type sequencer data wilt checken of bewerken.
1. Ga naar het MICROSCOPE venster. Als het patroon, opgeroepen door het Pattern Call bericht, zich voorbij de laatste maat van de song uitstrekt, zal afspelen van het patroon op dat moment onderbroken worden. *
*
Er kan slechts één patroon tegelijk gespeeld worden d.m.v. Pattern Call berichten in een gegeven phrase track. Dit betekent dat als een Pattern Call bericht wordt opgenomen op een locatie, voordat het voorgaande patroon klaar is met spelen, het patroon dat aan het spelen was onderbroken zal worden en het volgende patroon zal beginnen te spelen. Al meer dan één Pattern Call bericht opgenomen wordt op dezelfde locatie, zal het bericht dat in het Microscope venster als laatste weergegeven wordt, gespeeld worden. Ook al is het mogelijk om Pattern Call berichten in een patroon op te nemen, zullen ze niet gespeeld worden. Als u de data van een patroon in een ander patroon wilt plaatsen, kunt u Track Edit gebruiken om de data te kopiëren.
Data bediend door de Tempo Track De Tempo track neemt tempo data op voor de song.
Tempo Change Deze data specificeert het tempo. De song zal afspelen, afhankelijk van de “Waarde” van de tempoverandering. De waarde weergegeven in “ = **” is het tempo waarin de song eigenlijk zal spelen (het afspeeltempo) en kan alleen veranderd worden in het PLAY venster van iedere modus. *
Als de tempo verandering waarde verschilt van het afspeeltempo, betekent dit dat het afspeeltempo tijdelijk gewijzigd is. Met andere woorden, aangezien de tempo verandering waarde niet overschreven is, zal deze instelling verloren gaan als u een andere song selecteert of het apparaat uitzet. Als u de volgende keer ook op dit tempo af wilt spelen, moet u de song opnieuw op disk opslaan. Dit zal de tempo verandering herschrijven, zodat het overeenkomt met het afspeeltempo.
146
2. Druk op [F6 (VIEW)]. Het View Select venstertje verschijnt. fig.ViewSelect
3. Gebruik [CURSOR] om de sequencer data die weergegeven zal worden te selecteren. Note messages System Exclusive Poly Aftertouch Program Change Pitch Bend Channel Aftertouch Control Change Pattern Call Tune Request CC Select Specificeert het controller nummer dat weergegeven zal worden.
4. Druk op [INC] of [DEC] om te switchen. Het bericht zal weergegeven worden als het vinkje (✔) toegewezen is, en zal niet weergegeven worden als het vinkje verwijderd is. • [F4 (ALL ON)]: Alle sequencer data zal worden weergegeven. • [F5 (ALL OFF)]: Geen van de sequencer data zal worden weergegeven.
5. Druk op [F8 (CLOSE)] om het View Select venstertje te sluiten.
Songs bewerken
Sequencer data invoegen (Create)
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling, dient u op [EXIT] drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en op [ERASE/UNDO] te drukken om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand door bovenstaande Performance nogmaals uit te voeren.
U kunt nieuwe sequencer data invoegen op een gewenste locatie van een phrase track of patroon.
Bekijk Sequencer data die wordt bediend door een phrase track/patroon (p.145) voor details over de sequencer data die ingevoegd kan worden.
1. Ga naar het MICROSCOPE venster voor de track of het patroon waarvan u de sequencer data in wilt voegen (p.144).
2. Druk op [F1 (CREATE)]. Het Create Event venstertje verschijnt. fig.CreateEvent
Sequencer data verplaatsen (Move) U kunt een afzonderlijk item sequencer data naar een andere locatie verplaatsen. Data opgenomen in de tempo track of beat track kunnen ook op dezelfde manier verplaatst worden. *
Het is niet mogelijk om de tempo verandering, die zich bevindt aan het begin van de tempo track, de beat verandering en key signature die zich bevindt aan het begin van de beat track of de patroon beat, te wissen.
1. Ga naar het MICROSCOPE venster voor de track of het patroon waarvan u de data wilt verplaatsen (p.144).
3. Druk op
of om de sequencer data te selecteren die ingevoegd dient te worden.
2. Druk op (UP) (DOWN) om de gegevens te selecteren, die u wilt verplaatsen.
4. Druk op [F6 (EXEC)] om de performance data in te voegen. De sequencer data die ingevoegd werd, zal de standaard parameter waarden hebben, dus bewerk deze, zoals u wenst.
3. Druk op [F2 (MOVE)]. Het Move Event venstertje verschijnt. fig.MoveEvent
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling, dient u op [EXIT] te drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en op [ERASE/UNDO] te drukken om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand. Nadat u Undo uitgevoerd heeft, kunt u Redo gebruiken door bovenstaande procedure opnieuw uit te voeren.
Sequencer data wissen (Erase) Als u dat wilt, kunt u ook slechts een afzonderlijk geval sequencer data wissen. U kunt dezelfde handeling ook gebruiken om afzonderlijke items data uit de tempo track of beat track te wissen. *
Het is niet mogelijk om de tempo verandering, die zich bevindt aan het begin van de tempo track, de beat verandering die zich bevindt aan het begin van de beat track of de patroon beat, te wissen.
4. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar de “measure,” “beat,” en “klik” velden.
5. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de locatie te specificeren waarnaar de data verplaatst moet worden.
6. Druk op [F6 (EXEC)] om de data te verplaatsen. Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling, dient u op [EXIT] drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en op [ERASE/UNDO] te drukken om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand door bovenstaande Performance nogmaals uit te voeren.
1. Ga naar het MICROSCOPE venster voor de track of het patroon waarvan u sequencer data wilt wissen (p.144).
2. Druk op
of
om de data te selecteren, die u wilt wis-
sen.
3. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [F6 (ERASE)] om de sequencer data te wissen. *
U kunt de sequencer data ook wissen door op [ERASE/UNDO] in het MICROSCOPE venster te drukken.
147
Songs bewerken
Sequencer data kopiëren (Copy) Sequencer data kan naar de gewenste locatie gekopieerd worden. Dit is handig, wanneer u dezelfde sequencer data op meerdere locaties wilt gebruiken. Data opgenomen op de tempo track of beat track kan ook op deze manier gekopieerd worden.
1. Ga naar het MICROSCOPE venster voor de track of het patroon waarvan u de data wilt kopiëren (p.144).
2. Druk op
Het tempo halverwege de song veranderen Als u het tempo halverwege de song wilt veranderen, dient u een nieuwe Tempo Change in te voegen in de tempo track. De song zal afspelen op het tempo, dat volgt op de locatie waarop de tempo verandering is ingevoegd. *
Als u echter geleidelijke tempo veranderingen wilt creëren, zoals ritardando of accelerando, is het handiger om Tempo Recording (p.125) te gebruiken.
*
Als u de hele song sneller of langzamer wilt maken, dient u het afspeeltempo in één van de PLAY vensters te wijzigen.
om de data te selecteren die u wilt kopië-
ren.
3. Druk op [F3 (COPY)]. 4. Druk op [F4 (PLACE)]. Het Place Event venstertje verschijnt. fig.PlaceEvent
1. Druk op [F5 (TRK/CH)] in het MICROSCOPE venster. 2. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar “Track.”
3. Selecteer “TEMPO” op “Track” en druk dan op [F6 (CLOSE)].
4. Druk op [F1 (CREATE)]. 5. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar de “Meas (measure),” “Bt (beat),” en “Tick,” velden.
Het Create Event venstertje verschijnt. fig.TempoChange
6. Gebruik de Value draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de locatie te specificeren waarnaar de data gekopieerd moet worden.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om de data in te plakken.
5. Druk op [F6 (EXEC)]. Het Create Position venster verschijnt. fig.CreatePosi
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling kunt u op [EXIT] drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en druk op [ERASE/UNDO] om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand door bovenstaande procedure opnieuw uit te voeren.
6. Druk op
om de cursor te verplaatsen naar de “Meas (measure),” “Bt (beat),” en “Tick” velden.
7. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de locatie te specificeren waarop de data ingevoegd moet worden.
8. Druk op [F6 (EXEC)] om de tempo change data in te voegen. 9. De ingevoegde tempo verandering zal de standaard waarde hebben, dus verander dit mocht u dat nodig vinden.
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling kunt u op [EXIT] drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en druk op [ERASE/UNDO] om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand door bovenstaande procedure opnieuw uit te voeren.
148
Songs bewerken
De maatsoort halverwege de song veranderen Als u de maatsoort halverwege de song wilt veranderen, dient u een nieuwe Beat Change in te voegen. De song zal afspelen en gebruik maken van die maatsoort voor maten die volgen op de ingevoegde beat verandering.
Als u de maatsoort van een maat, die later komt dan het einde van de song of als het o.k. is om de lengte van de song te veranderen, zult u het handiger vinden om de track edit Insert Measure functie (p.138) te gebruiken.
Een naam aan een song toewijzen (Song Name)
1. Druk op [F5 (TRK/CH)] in het MICROSCOPE venster. 2. Druk op
om de cursor naar “Track” te verplaatsen.
3. Selecteer “BEAT” op “Track” en druk dan op [F6 (CLOSE)]. 4. Druk op [F1 (CREATE)]. Het Create Event venstertje verschijnt. fig.BeatChange
U kunt een songnaam aan een song toekennen of de songnaam bewerken. Deze songnaam is onafhankelijk van de toegekende bestandsnaam, wanneer u een song in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart opslaat. Ook al bent u niet verplicht om een songnaam toe te wijzen, kunt u er één toekennen door maximaal 15 tekens te gebruiken, en u zult het wellicht handig vinden om een titel of memo op te slaan, waardoor u in staat bent uw songs te ordenen. *
5. Druk op [F6 (EXEC)].
Sommige commercieel verkrijgbare Standard Midi Files (standaard MIDI bestanden) bevatten copyright data. Het is niet mogelijk om de songnaam voor dergelijke songs te bewerken of toe te wijzen.
1. Ga naar het SONG EDIT venster en laad dan de song, waar u een songnaam aan toe wilt wijzen (p.131).
Het Create Position venstertje zal verschijnen. fig.CreatePosi
2. Druk op [F3 (UTILITY)]. Het Song Utility Menu venster verschijnt.
3. Druk op [F1 (SONG NAME)]. Het SONG NAME venstertje verschijnt. fig.SongName
6. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de locatie te specificeren waarop de data ingevoegd zal moeten worden.
7. Druk op [F6 (EXEC)] om de beat change data in te voegen. 8. De ingevoegde beat verandering zal de standaard waarden hebben, dus u kunt dit bewerken mocht u dat nodig vinden.
Als u niet tevreden bent met de resultaten van de uitvoering van deze handeling, kunt u op [EXIT] drukken om het MICROSCOPE venster te sluiten en op [ERASE/UNDO] drukken om terug te keren naar de toestand vóór het uitvoeren van de functie (Undo). Nadat u Undo heeft uitgevoerd, kunt u Redo gebruiken om terug te keren naar de voorgaande toestand door bovenstaande procedure opnieuw uit te voeren.
4. Wijs een songnaam toe aan de song (maximaal 15 tekens). Bekijk p. 28 voor details over het toewijzen van namen.
5. Nadat u een naam heeft toegekend, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)], als u besluit om te annuleren.
Het is niet mogelijk om de maatsoort halverwege een maat te veranderen. U moet de maatsoort aan het begin van een maat veranderen. • Als de maatsoort van de beat track verschilt van de pattern beat (p.123) instelling, zal de instelling van de beat track gebruikt worden. Als bijvoorbeeld een patroon met een 3/4 maatsoort toegekend is halverwege een 4/4 song, zal het patroon niet synchroon lopen met de andere phrase tracks. Om dit correct af te spelen, dient u een 3/4 beat verandering in te voegen in de beat track. Om de maatsoort terug te laten keren naar 4/4, dient u een 4/4 beat verandering in te voegen in de maat, die volgt op de laatste maat van het patroon.
149
Een song laden/opslaan (Save/Load) Songs die u opneemt worden in eerste instantie in Temporary Area (tijdelijk gebied) bewaard. Een song in Temporary Area zal verloren gaan, wanneer u het apparaat uitzet of, wanneer u een andere song laadt. Als u de song wilt bewaren, dient u het op te slaan in het gebruikersgeheugen of op een geheugenkaart. Omgekeerd, als u een song wilt bewerken (p.131), dient u deze eerst te laden in de Temporary Area.
Een song opslaan (Save)
het opgeslagen werd exact te reproduceren, dient u ook de mastering instellingen te controleren.
Parameters ingesloten in System Setup • Geluidsgenerator modus (Patch/Performance) en Patch/ Performance nummers • MFX1-3/Chorus/Reverb switch • Selecteren of Patch modus chorus/reverb de geluidsinstellingen van het keyboard of de Pads zal gebruiken • Transpose en Octave Shift waarden • De selectie van de functie bestuurd door D Beam • Alle instellingen in het Arpeggio venster en de Arpeggio aan/ uit instelling
Basisprocedure
• Alle instelingen in het Rhythm Group venster en de Rhythm Pattern on/off instelling
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [WRITE]. Het SAVE/LOAD MENU venster verschijnt.
• Alle instellingen in het Chord Memory venster en de Chord Memory aan/uit instelling
fig.SaveLoadMenu
• Selecteren of de bender, modulation, D Beam en knoppen gebruikt zullen worden met het keyboard of met de Pads.
2. Druk op [F1]-[F3] om het formaat waarin u de song wilt bewaren, te selecteren. • Save Song +Samples: De Temporary Song zal opgeslagen worden in MRC Pro song formaat. De bestandsnaam extensie “.SVQ” zal automatisch toegevoegd worden aan de song. De song zal de data van de temporary area bevatten. Alle samples in het sample geheugen worden opgeslagen. • Save Song: De Temporary Song zal opgeslagen worden in MRC Pro song formaat. De bestandsnaam extensie “.SVQ” zal automatisch toegevoegd worden aan de song. De song zal de data van de temporary area bevatten.
Een song met samples opslaan (Save Song +Smpls) Hier laten we u zien hoe u de Temporary Song, samen met alle samples in het sample geheugen en de op dat moment geselecteerde geluidsgenerator instellingen, op kunt slaan.
1. Vanuit het Save/Load Menu venster, dient u op [F1] te drukken. Het SONG FILE NAME venster verschijnt. fig.SongFileName
• Save All Samples: Alle samples in het sample geheugen zullen opgeslagen worden. Functie Save Song+Smpls Save Song Save all Samples
Knop [F1] [F2] [F3]
Song ✔ ✔ –
ALL Samples ✔ – ✔
(✔): Opslaan is mogelijk
Data die samen met een song is opgeslagen De Performances, Patches en systeem setup, die u op dat moment gebruikt, worden samen met de sequencer data opgeslagen. De Performances en Patches die samen met de song opgeslagen worden zijn speciale data die gebruikt worden om de song te reproduceren. Ze zijn afgescheiden van de gebruikers Performances en gebruikers Patches. *
*
Als u deze performances of Patches wilt gebruiken in een volgende song of zonder verwijzing naar een song, zult u ze op moeten slaan in het gebruikersgebied. Mastering Effect instellingen zijn niet ingesloten in de gegevens ingesloten bij de song. Om de manier, waarop de song afspeelde toen
150
2. Wijs een bestandsnaam toe aan de song (maximaal 8 tekens). Een bestandsnaam extensie van “.SVQ” zal automatisch toegevoegd worden aan de song.
Bekijk p. 28 voor details over het toewijzen van namen.
Songbestand namen mogen geen kleinkapitalen of bepaalde symbolen bevatten (“ + , ./: ; < = > ? [ \ ] | ).
3. Nadat u een naam hebt toegewezen, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Het SAVE SONG venster verschijnt. fig.SaveSong
4. Druk op [F1 (USER)] (gebruikersgeheugen) of [F2 (CARD)] (geheugenkaart) om de locatie te selecteren, waarin u de song op wilt slaan.
Een song laden/opslaan (Save/Load)
5. Druk op [F6 (SAVE)]. Een venster zal u om bevestiging vragen.
Songbestand namen mogen geen kleinkapitalen of bepaalde symbolen bevatten (“ + , ./: ; < = > ? [ \ ] | ).
6. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Wanneer samples opgeslagen worden, zullen ze automatisch overschreven worden over dezelfde nummers van dezelfde bank in de sample lijst. De samples zullen opgeslagen worden met een bestandsnaam van “Smpl****.wav (aif)” in de “ROLAND SMPL” map van het gebruikersgeheugen of de geheugenkaart. Het nummer van de bestandsnaam zal corresponderen met het nummer in de sample lijst.
3. Nadat u een naam hebt toegewezen, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Het SAVE SONG venster verschijnt. fig.SaveSong
4. Druk op [F1 (USER)] (gebruikersgeheugen) of [F2(CARD)] (geheugenkaart) om de locatie te selecteren, waarin u de song op wilt slaan.
Bestandsnaam en song naam MRC Pro Songs en Standaard MIDI bestanden hebben een song naam bovenop een bestandsnaam. De bestandsnaam wordt gebruikt om onderscheid te maken tussen bestanden, en moet toegewezen worden, wanneer u een bestand opslaat. Het zal u helpen songs te beheren als u de bestandsnaam gebruikt om onderscheid te maken tussen typen songs, en de song naam gebruikt om een titel toe te kennen. Gebruik het SONG NAME venster om een song naam toe te wijzen (p.149).
Als u een bestandsnaam toewijst die identiek is aan een bestandsnaam die al bestaat in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart en dit probeert op te slaan, zal er een bericht “File “****” Already Exists! Over Write OK?” verschijnen, waarin u om bevestiging gevraagd wordt. Als het goed is om het bestaande bestand te overschrijven, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. Als u besluit om het opslaan te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken. Als u probeert om data op te slaan op geheugen dat niet geformatteerd is door de Fantom-Xa, zal het bericht “Unformatted!” (geheugenkaart is niet geformatteerd) verschijnen. Formatteer de geheugenkaart op de Fantom-Xa (p.205).
Een song opslaan (Save Song) Hier leggen we u uit hoe u de Temporary Song samen met de geluidsinstellingen van dat moment, op kunt slaan.
1. Druk op [F2] vanuit het SAVE/LOAD MENU venster. Het SONG FILE NAME venster verschijnt.
5. Druk op [F6 (SAVE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Als u besluit te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken.
Zelfs als u uw song opslaat en gebruik maakt van “Save,” kan deze niet afgespeeld worden door een andere sequencer dan de eigen sequencer van de Fantom-Xa. Als u uw song af wilt spelen op een andere sequencer dan die van de Fantom-Xa, dient u de song als een SMF bestand op te slaan. Op dat moment moet u ook de bijbehorende bank selecties en programma nummers opnemen, zodat de juiste geluiden gespeeld worden. De Performance instellingen zullen in de toestand waarin ze verkeerden opgeslagen worden. Dit betekent, dat wanneer de perfomance veranderd is tijdens de song en u de song heeft opgeslagen in de staat waarin deze verkeerde toen u klaar was met opnemen, de staat waarin de song zich bevond toen u begon met opnemen, niet opgeslagen zal zijn. Met andere woorden, als u de song vanaf het begin afspeelt, zal deze starten met de Performance geluiden die gebruikt werden op het moment dat u opsloeg. Als u de Performance verandert tijdens de song, dient u het Microscope venster te gebruiken om de juiste bank selectie en programmanummers aan het begin van de song in te voegen om de Performance te specificeren waarmee u deze begon op te slaan (p.144).
Samples opslaan (Save All Samples)
fig.SongFileName
Hier leggen we u uit hoe u alle samples uit het sample geheugen in het gebruikersgeheugen of op een geheugenkaart op kunt slaan.
1. Druk op [F3] in het SAVE/LOAD MENU venster. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
2. Wijs een naam toe aan de song (maximaal 8 tekens). Een betsandsnaam extensie “.SVQ” zal automatisch toegevoegd worden aan de song.
Bekijk p. 28 voor details over het toewijzen van namen.
2. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Om te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken. Wanneer samples opgeslagen worden, zullen ze automatisch over hetzelfde nummer van dezelfde bank in de sample lijst geschreven worden.
151
Een song laden/opslaan (Save/Load)
Een song als een SMF bestand opslaan (Save as SMF)
Wanneer u data in SMF formaat opslaat, zal de geluid setup data niet opgeslagen worden. Om er zeker van te zijn dat de correcte geluiden gespeeld worden, dient u de juiste bank selectie en programmanummers op te nemen (p.144).
Hier leggen we u uit hoe u een Temporary Song naar een SMF bestand kunt converteren en op kunt slaan.
1. Druk op [F3 (UTILITY)] in het SONG EDIT venster. 2. Druk op [F5 (SAVE AS SMF)]. Het SAVE AS SMF venster zal verschijnen. fig.SaveAsSMF
3. Wijs een bestandsnaam toe aan de song Bekijk p. 28 voor details over het toewijzen van namen.
Songbestand namen mogen geen kleinkapitalen of bepaalde symbolen bevatten (“ + , ./: ; < = > ? [ \ ] | ).
4. Nadat u een naam hebt toegewezen, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. fig.SaveAsSMF2
5. Druk op [F1 (USER)] (gebruikersgeheugen) of [F2 (CARD)] (Geheugenkaart) om de opslag bestemming te selecteren.
6. Druk op [F3 (FMT 0)] of [F4 (FMT 1)] om het formaat voor •
opslaan te selecteren. FMT 0 (Format 0): Converteer de song naar een Format 0 Standaard MIDI bestand (alle Performance data wordt opgeslgen in één phrase track) en sla het op disk op. De extensie “.MID” zal automatisch toegevoegd worden.
•
FMT 1 (Format 1): Converteer de song naar een Format 1 Standard MIDI bestand (Performance data wordt op meer dan één phrase track opgeslagen) en sla het op disk op. De extensie “.MID” zal automatisch toegevoegd worden.
7. Druk op [F6 (SAVE)]. 8. Een bericht zal u om bevestiging vragen. Druk op [F6 (EXEC )] om uit te voeren. De bestandsnaam extensie zal “.MID” zijn, ongeacht of u “Save SMF (Format 0)” of “Save SMF (Format 1)” selecteert. Die twee kunnen niet op een andere manier onderscheiden worden. *
Om te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken.
152
Als u een bestandsnaam toewijst die identiek is aan een bestandsnaam die al bestaat in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart en dit probeert op te slaan, zal er een bericht “File “****” Already Exists! Over Write OK?” verschijnen, waarin u om bevestiging gevraagd wordt. Als u het goed vindt om het bestaande bestand te overschrijven, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. Als u besluit om het opslaan te annuleren, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken. Als u probeert om data op te slaan op een geheugenkaart die niet geformatteerd is door de Fantom-Xa, zal het bericht “Unformatted!” (geheugenkaart is niet geformatteerd) verschijnen. Formatteer a.u.b. de geheugenkaart op de Fantom-Xa (p.205).
Een song laden/opslaan (Save/Load)
2. Druk op [F1 (USER)] of [F2 (CARD)] om de laad bestemming
Een song laden (Load)
te selecteren en gebruik
om een song te slecteren.
3. Druk op [F6 (LOAD)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
Basisprocedure
4. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [WRITE].
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Het SAVE/LOAD MENU venster verschijnt.
Een song laden (Load Song)
fig.SaveLoadMenu
Hier leggen we u uit hoe u een song kunt laden in de Temporary Area.
2. Druk op [F4]-[F6] om het formaat waarin u de song wilt laden, te selecteren.
1. Druk op [F5] in het SAVE/LOAD MENU venster. Het SONG LIST venster verschijnt. fig.SongList
• Load Song +Samples: Laadt een song in de Temporary Area. Alle samples zullen geladen worden in het sample geheugen. • Load Song: Laadt een song in de Temporary Area.
*
• Load All Samples: Laadt alle samples in het sample geheugen. Functie Load Song+Smpls Load Song Load all Samples
Knop [F4] [F5] [F6]
Song ✔ ✔ –
ALL Samples ✔ – ✔
(✔): Laden is mogelijk *
Een song, die is opgeslagen op de Fantom-Xa (.SVQ), bevat ook de data voor de Temporary Area van de geluidsgenerator.
Een song met samples laden (Load Song+Smpls) Hier laten we u zien hoe u een song in de Temporary Area en alle samples in het sample geheugen kunt laden.
1. Vanuit het SAVE/LOAD MENU venster, dient u op [F4] te drukken. Het SONG LIST venster verschijnt.
Door op of in het bovenstaande venster te drukken, kunt u het soort song specificeren, dat weergegeven zal worden. Als verschillende soorten songs samen opgeslagen zijn, zal het gemakkelijker zijn om de weergegeven bestanden types op deze manier te beperken. ALL:
Alle songs zullen weergegeven worden
SVQ:
Alleen SVQ bestanden zullen weergegeven worden
SMF:
Alleen Standard MIDI bestanden zullen weergegeven worden
MRC:
Alleen MRC bestanden zullen weergegeven worden
2. Druk op [F1 (USER)] of [F2 (CARD)] om de laad bestemming te selecteren en gebruik ren.
of
om een song te slecte-
3. Druk op [F6 (LOAD)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
4. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Samples laden (Load All Samples) Hier laten we u zien hoe u alle samples uit het gebruikersgeheugen of de geheugenkaart kunt laden in het sample geheugen.
fig.SongList2
1. Druk op [F6] vanuit het SAVE/LOAD MENU venster. Een bericht zal u om bevestiging vragen. *
Door op of in het bovenstaande venster te drukken, kunt u het type songs specificeren dat weergegeven zal worden. Als verschillende typen songs samen opgeslagen zijn, zal het gemakkelijker zijn om de weergegeven bestanden types op deze manier te beperken. ALL:
Alle songs zullen weergegeven worden
SVQ:
Alleen SVQ bestanden zullen weergegeven worden
SMF:
Alleen Standard MIDI bestanden zullen weergegeven worden
MRC:
Alleen MRC bestanden zullen weergegeven worden
2. Druk op [F6 (EXEC)] om uit te voeren. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
153
Met één vingeraanraking een frase spelen (RPS functie) De RPS (Realtime Phrase Sequence) functie geeft u de mogelijkheid patronen toe te wijzen aan het keyboard of Pad en een patroon te spelen door op één enkele toets te drukken. Een complexe frase die normaalgesproken moeilijk zou zijn om live te spelen, kan bijvoorbeeld toegewezen worden aan een toets op het keyboard en op het juiste moment met één vinger gespeeld worden. Aangezien maximaal acht patronen tegelijk gespeeld kunnen worden, kunt u patronen creëren voor afzonderlijke instrumenten, zoals drums, bas en keyboard en ze combineren om een nieuwe song te creëren. Deze Performance kan ook opgenomen worden, wat u de mogelijkheid geeft om het op een manier te gebruiken die veel weg heeft van phrase sampling. fig.RPS.e
Voordat u de RPS functie gebruikt Een patroon opnemen Voordat u de RPS functie gebruikt, dient u de gewenste frase op een patroon op te nemen. Bekijk Uw performance opnemen, terwijl u aan het spelen bent (Realtime Recording) (p.124) of Data stap voor stap invoeren (Step Recording) (p.128) voor details over opnemen.
Phrase track 16 Phrase track 15
Song
Phrase track 2 Phrase track 1 Pattern track Pattern 1
Pattern 2
Pattern 99
Pattern 100
Alleen Note berichten zouden opgenomen moeten worden in een patroon. Als een grote hoeveelheid MIDI data opgenomen is in een patroon, kan het gebruiken van RPS om het patroon af te spelen veroorzaken dat noten vertraagd worden. MIDI berichten, andere dan note berichten, zouden opgenomen moeten worden in een phrase track.
Instellingen voor de RPS functie U kunt een patroon aan iedere noot van het keyboard toewijzen en specificeren hoe het patroon gespeeld moet worden. Deze instellingen worden onafhankelijk gemaakt voor iedere song en zullen opgeslagen worden als u de song in MRC Pro Song formaat opslaat. Om RPS instellingen te kunnen maken, dient u eerst een song in de Temporary Area te laden.
1. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [RPS]. Het RPS Setup venster verschijnt. fig.RPSCommon
In dit venster kunt u verschillende parameters die betrekking hebben op de RPS functie, instellen.
2. Druk op [F1 (COMMON)]-[F3 (PAD)] en/of
om de
parameter te selecteren.
3. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te maken.
4. Wanneer u met het maken van instellingen klaar bent, dient u op [EXIT] te drukken om terug te keren naar het voorgaande venster.
154
Met één vingeraanraking een frase spelen (RPS functie)
Parameter [F1 (COMMON)] Trigger Quantize
Waarde
uitleg
REAL, BEAT, MEASURE
Velocity Sens
OFF, LOW, MID, HIGH
Specificeert, hoe het afspelen van een patroon zal beginnen, wanneer een toets wordt ingedrukt tijdens het afspelen van een song of tijdens het opnemen. REAL: Het patroon zal beginnen op het moment dat u op een toets drukt. BEAT: Als de song gespeeld of opgenomen wordt, zal het patroon beginnen te spelen aan het begin van de volgende beat als u in het midden van de beat op de toets drukt. MEASURE: Als de song gespeeld of opgenomen wordt, zal het patroon beginnen te spelen aan het begin van de volgende maat als u in het midden van de maat op de toets drukt. Zet dit op “OFF” als u wilt dat het patroon afspeelt op het volume, waarin het werd opgenomen. Als u in het afspeelvolume van het patroon wilt variëren afhankelijk van de kracht, waarmee u op de toets heeft gedrukt, dient u “LOW,” “MID” of “HIGH” te selecteren.
[F2 (KEY)] [F3 (PAD)] KBD Note 16 (E0)–127 (G9) PAD Number
PAD 1–PAD 9
Pattern
STOP, OFF, PTN001–PTN100
Playback Mode
LOOP1, LOOP2, ONCE
Mute Group
OFF, 1–31
*
Toets waar het patroon aan toegekend zal worden. U kunt dit ook specificeren door direct op een toets op het keyboard te drukken. Pad nummer waar het patroon aan toegekend dient te worden. U kunt ook een Pad specificeren door er direct op te drukken. STOP: De Stop Trigger toets/Pad, die de patronen die op dat moment spelen, zal stoppen. OFF: Selecteer dit voor toetsen waar u geen patroon aan toe wilt wijzen. PTN0001-PTN100: Patroonnummer dat toegewezen zal worden aan de toets/Pad De naam van het geselecteerde patroon zal rechts van het patroonnummer weergegeven worden. Specificeer hoe het patroon gespeeld zal worden. LOOP1: Zo lang de toets ingedrukt blijft, zal het patroon herhaaldelijk afgespeeld worden. LOOP2: Het patroon zal herhaaldelijk afspelen.Om het afspelen te stoppen, dient u op een STOP Trigger toets te drukken of nogmaals op dezelfde toets te drukken. ONCE: Het patroon zal één keer afspelen. Met deze functie kunt u voorkomen dat patronen uit dezelfde groep gelijktijdig klinken. Een brug plaatsen, bijvoorbeeld, zou nooit gelijktijtijdig gespeeld kunnen worden. Om er zeker van te zijn dat dit niet gebeurt, kunt u de brug op hetzelfde Mute nummer instellen. Er kunnen 31 mute groepen gespecificeerd worden. Selecteer “OFF” als u geen mute groep voor een patroon wilt gebruiken.
Pattern parameter, Playback Mode parameter en Mute Group parameter worden ingesteld vor iedere toets. Ook al heeft de Fantom-Xa een keyboard met 61 toetsen, kunt ook instellingen voor alle toetsen maken in het gebied van A-1 tot G9. Instellingen voor de Trigger Quantize parameter en de Velocity Sens parameter zijn voor de hele song.
155
Met één vingeraanraking een frase spelen (RPS functie)
De RPS functie gebruiken, terwijl u aan het uitvoeren bent Normaalgesproken, wanneer patronen afzonderlijk afspelen, moet de song die de patronen bevat, geladen worden in de Temporary Area. Wanneer u echter de RPS functie gebruikt om patronen af te spelen, kunt u Quick Play gebruiken.
Een performance opnemen, terwijl u gebruik maakt van de RPS functie Een Performance waarbij de RPS functie gebruikt wordt, kan op dezelfde manier als een conventionele Performance in real time opgenomen worden. Dit voorziet in een gemakkelijke manier om patronen te remixen en een song te creëren.
1. Zorg ervoor, dat de voorbereidingen voor het gebruik van
Als u de RPS functie tijdens realtime recording gebruikt, zal de patroon Performance opgenomen worden als het zich voordoet.
de RPS functie, correct uitgevoerd zijn.
2. Ga naar het PLAY venster voor de modus, waarin u wilt
1. Zorg ervoor dat de voorbereidingen voor het gebruik van de
werken.
3. Druk op [RPS], zodat de knop aan gaat.
RPS functie, correct uitgevoerd zijn.
2. Ga naar het PLAY venster voor de modus waarin u wilt
De RPS functie zal aangezet worden, en u zult in staat zijn om met behulp van RPS uit te voeren.
uitvoeren.
3. Druk op [RPS] om de RPS functie aan te zetten. Als u de song in MRC Pro Song formaat opslaat, wanneer de RPS functie aanstaat, zal deze toestand ook opgeslagen worden. Dit betekent dat u altijd in staat zult zijn om uit te voeren met behulp van RPS, simpelweg door die song te selecteren.
4. Druk op SEQUENCER [REC] De [REC] indicator zal knipperen en het Realtime Rec Standby venstertje verschijnt. In dit venstertje kunt u verschillende instellingen voor realtime recording maken. fig.RealRec
4. Druk op SEQUENCER [PLAY] om de song af te spelen. 5. Druk op een toets of Pad waar een patroon aan toe is gewezen, waardoor het patroon gaat spelen. Als u het afspelen halverwege het patroon wilt stoppen, dient u op de Stop Trigger toets te drukken. Of, als de Playback Mode parameter ingesteld staat op “LOOP2,” kunt u het afspelen van het patroon laten stoppen door nogmaals op dezelfde knop te drukken. *
5. Specificeer hoe de opname plaats moet gaan vinden. Bekijk Uw performance opnemen, terwijl u aan het spelen bent (Realtime Recording) (p.124).
Maximaal acht patronen kunnen gelijktijdig afgespeeld worden.
6. Druk op SEQUENCER [REC] Het Recording Standby venstertje zal sluiten, de [REC] indicator zal ophouden met knipperen en aangaan, en de opname kan beginnen.
U moet de song afspelen als u wilt dat patronen synchroon met de song afspelen of als u meerdere patronen synchroon wilt spelen. • Als de song niet speelt, zal het patroon beginnen te spelen op het moment dat u op de knop drukt, ongeacht de Trigger Quantize parameter instelling. • Het patroon zal naar gelang de maatsoort van de song (beat track) afgespeeld worden. Dit betekent dat als de phrase track geen sequencer data bevat, de song niet zal spelen en het niet mogelijk zal zijn om patronen synchroon af te laten spelen. In zulke gevallen kunt u verschillende lege maten in een phrase track invoegen en ze als een loop afspelen.
7. Druk op een toets of Pad waar een patroon aan toe is gewezen. De toegewezen patronen zullen afhankelijk van de toetsen of Pads die u indrukt, afgespeeld worden en deze Performances zullen opgenomen worden. *
Als de Count In parameter ingesteld staat op “WAIT NOTE” in het Recording Standby venstertje , zal opnemen niet eens beginnen als u op een toets drukt, die toegewezen is aan een patroon of een toets, die toegekend is als Stop Trigger toets.
8. Wanneer u klaar bent met opnemen, dient u op SEQUENCER [STOP] te drukken. De [REC] indicator zal uitgaan.
156
Effecten toevoegen In dit deel worden de procedures en instellingen voor het toepassen van effecten in iedere modus uitgelegd. Bekijk Over de ingebouwde effecten (p.22) voor details over de ingebouwde effecten van de Fantom-Xa.
Effecten aan- en uitzetten
Effect instellingen maken 1. Selecteer het geluid, waarop u effecten toe wilt passen in de correcte modus.
2. Druk op [EFFECTS] om in het ROUTING venster te komen.
De ingebouwde effecten van de Fantom-Xa kunnen in hun geheel aan- of uitgezet worden.
3. Druk op [F1(ROUTING)]-[F7(MASTERING)] om het effect te
Zet deze instellingen op OFF, wanneer u wilt luisteren naar het onverwerkte geluid, terwijl u een geluid creëert of, wanneer u de externe processoren i.p.v. de ingebouwde effecten wilt gebruiken.
fig.FxSetting
*
Effect ON/OFF instellingen zijn algemene Fantom-Xa instellingen. Deze instellingen kunnen niet voor iedere Patch of Performance afzonderlijk gemaakt worden.
selecteren, dat u wilt bewerken.
4. Gebruik [CURSOR] om de cursor te verplaatsen naar de parameter, die u wilt veranderen.
1. Druk op [EFFECTS] om in het ROUTING venster te komen. fig.Routing*
5. Gebruik de Value draaischijf of druk op [INC] [DEC] om de waarde in te stellen.
6. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
2. Druk op [F6 (SWITCH)]. Het EFFECT SWITCH venstertje verschijnt.
*
U kunt de effect instellingen voor Patches uit de PM groep niet bewerken.
fig.FxSw
3. Druk op [F1(MFX1)]-[F6(MASTER)] om het effect van elke schakelaar aan/uit te zetten. De schakelaar zal iedere keer als u op de knop drukt, aan/uitgeschakeld worden.
4. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster. Wanneer u terugkeert naar het PLAY venster, zullen de instellingen in het volgende gebied weergegeven worden. fig.FxSw2
157
Effecten toevoegen
Effecten in Patch modus toepassen In Patch modus kunt u twee multi-effecten (MFX1, MFX2), één chorus en één reverb gebruiken. Multi-Effect 1 (MFX1) zal van kracht zijn, afhankelijk van de effecten instellingen van de Patch of ritme set toegekend aan het keyboard Part. Multi-effect 2 (MFX2) zal van kracht zijn, afhankelijk van de effect instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Pad Part. Chorus en Reverb zullen beiden van kracht zijn, afhankelijk van de instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan het keyboard Part of de Pad Part.
Specificeren hoe het geluid zal klinken (Routing) Hiermee kunt u algemene instellingen voor effecten, de uitvoerbestemming en het niveau van ieder signaal maken. fig.Routing
2
1
5
15
7
12
10
4
13
8
3 6
9
11
14
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen.
1
2 3 4 5 6
7 8 9 10
158
Parameter
Waarde
Uitleg
Part Select Tone Select (Rhythm Key Select) Tone Output niveau Tone Chorus Send Level Tone Reverb Send Level MFX Type
KBD, PAD 1–4 (A0–C8)
0–127
Part waarvoor u de instellingen wilt maken. Toon (of ritme toon) waarvoor u de instellingen wilt maken. Deze parameter wordt Rhythm Key Select wanneer een ritme set wordt geselecteerd. U kunt de ritme toon (A0C8) selecteren, waarvoor u instellingen wilt maken. Niveau van het signaal dat verstuurd is naar de output bestemming gespecificeerd door Output Assign Niveau van het signaal dat naar chorus is verstuurd voor iedere toon
0–127
Niveau van het signaal dat verstuurd is naar reverb voor elke toon
0–78
Patch Output Assign
MFX, A, B, 1– 4, TONE
Tone Output Assign
MFX, A, B, 1–4
MFX Output niveau MFX Chorus Send Level MFX Reverb Send Level Chorus Source
0–127
Selecteert uit ongeveer 78 beschikbare multi-effecten. Bekijk Multi-effecten parameters (p.164) voor details over multi-effecten parameters. Specificeert hoe het directe geluid van iedere Patch wordt uitgevoerd. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jack of OUTPUT B jack in stereo zonder door multi-effecten te lopen. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten te lopen. TONE: Output volgens de instellingen voor elke toon. Deze parameter wordt Rhythm Output Assign wanneer een ritme set wordt geselecteerd. U kunt voor iedere ritme set specificeren hoe het directe geluid uitgevoerd zal worden. * Als de Mix/Parallel parameter op “MIX” staat ingesteld, worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). Specificeert hoe het directe geluid van iedere toon uitgevoerd zal worden. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: Output naar de OUTPUT A (MIX) jack of OUTPUT B jack in stereo zonder door multi-effecten te lopen. 1-4: Output naar de INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten te lopen. * Als de Patch Output Assign op iets anders is ingesteld dan “TONE,” dan zullen deze instellingen genegeerd worden. Wanneer de Structure parameter een instelling van Type “2”-“10” heeft, zal de output van tonen 1 en 2 gecombineerd worden met toon 2 en de output van tonen 3 en 4 gecombineerd worden in toon 4. Om deze reden zal toon 1 de instellingen van toon 2 volgen en toon 3 de instellingen van toon 4 (p.38). * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld is op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). Volume van het geluid dat door de multi-effecten gepasseerd is.
0–127
Hoeveelheid chorus voor het geluid dat door de multi-effecten passeert.
0–127
Hoeveelheid reverb voor het geluid dat door de multi-effecten passeert.
KBD, PAD
Chorus Type
0–3
Chorus parameter instellingen KBD: Instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan het keyboard Part PAD: Instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Pad Part Selecteert chorus of delay. 0 (Off): Chorus als delay worden niet gebruikt. 1 (Chorus): Chorus wordt gebruikt. 2 (Delay): Delay wordt gebruikt. 3 (GM2 Chorus): General MIDI 2 chorus
0–127
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
Reverb Source
KBD, PAD
Reverb Type
0–5
12
MFX Output Assign
A, B
13
Chorus Output Select
MAIN, REV, M+R
Chorus Level Chorus Output Assign
0–127 A, B
Reverb Level Reverb Output Assign
0–127 A, B
Mastering Effect Type
0–5
Reverb parameter instellingen KBD: Instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan het keyboard Part PAD: Instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Pad Part Type reverb 0 (OFF): Reverb wordt niet gebruikt. 1 (Reverb): Normale reverb 2 (SRV ROOM): Deze reverb simuleert typische kamer akoestiek weerkaatsing. 3 (SRV HALL): Deze reverb simuleert de typische akoestische weerkaatsing in een concertzaal. 4 (SRV PLATE): Deze reverb simuleert een reverb plate, een populair type kunstmatige reverb die zijn geluid verkrijgt door middel van de vibratie van een metalen plaat. 5 (GM2 Reverb): Algemene MIDI 2 reverb Uitvoerbestemming van het geluid dat door de multi-effecten passeert. A: Output naar de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo. B: Output naar de OUTPUT B jacks in stereo. * Als de Mix/Parallel parameter op “MIX” ingesteld staat, worden alle geluiden in stereo uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks (p.194). Specificeert hoe het geluid dat door de chorus loopt uitgevoerd zal worden. MAIN: Uitvoer via de OUTPUT jacks in stereo. REV: Uitvoer via reverb in mono. M+R: Uitvoer via de OUTPUT jacks in stereo, en via reverb in mono. Volume van het geluid dat door de chorus gepasseerd is. Selecteert het paar OUTPUT jacks waar het chorus geluid doorheen loopt, wanneer Chorus Output Select ingesteld staat op “MAIN” of “M+R.” A: Uitvoer naar de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo. B: Uitvoer naar de OUTPUT B jacks in stereo. * Wanneer Chorus Output Select ingesteld staat op “REV,” zal deze instelling geen effect hebben. Volume van het geluid dat door de reverb gepasseerd is. Specificeert hoe het geluid dat door reverb loopt, uitgevoerd zal worden. A: Uitvoer naar de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo. B: Uitvoer naar de OUTPUT B jacks in stereo. * Als de Mix/Parallel parameter op “MIX” ingesteld staat, worden alle geluiden in stereo uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks (p.194). Mastering effect instellingen
11
14
15
159
Effecten toevoegen
Effecten in Performance modus toepassen In Performance modus kunt u drie multi-effecten (MFX1, MFX2, MFX3), één chorus en één reverb gebruiken. Voor elk van de drie multi-effecten, de chorus en de reverb kunt u specificeren of het zal werken volgens de effect instellingen van de Performance of overeenkomstig de effect instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Part die u specificeert. De drie multi-effecten kunnen afzonderlijk gebruikt worden of u kunt twee of drie van hen verbinden in serie.
Specificeren hoe het geluid uitgevoerd zal worden (Routing) Hiermee kunt u algemene instellingen voor effecten, de uitvoerbestemming en het niveau van ieder signaal maken. fig.RoutingPfm
4
1
17
9
7
14
12 2
5
3
15
10 8
6
11
16
13
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen *
Voor de volgende parameters worden.
Parameter
1 2
3 4 5 6 7
8 9 10 11 12
160
7 , 9 – 11 , en 14 , kunnen instellingen voor drie systemen multi-effecten (MFX1-MFX3) afzonderlijk gemaakt
Waarde
Uitleg
Part Select
1–16
Part waarvoor u de instellingen wilt maken.
Part Output Assign
MFX, A, B, 1–4, PAT
Part Output MFX Select Part Output niveau
1–3 (MFX1–MFX3) 0–127
Specificeert voor iedere Part hoe het directe geluid uitgevoerd wordt. MFX: Output in stereo d.m.v. multi-effecten. U kunt ook chorus of reverb toepassen op het geluid dat door de multi-effecten loopt. A, B: OUTPUT A (MIX) jack of OUTPUT B jack in stereo zonder door multi-effecten te lopen. 1-4: INDIVIDUAL 1-4 jacks in mono zonder door multi-effecten te lopen. PAT: Bepaald door de instellingen van de Patch of ritme set toegewezen aan de Part. * Als de Mix/Parallel parameter ingesteld staat op “MIX,” worden alle geluiden uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo (p.194). Specificeert welke multi-effecten gebruikt dienen te worden.
Part Chorus Send Level Part Reverb Send Level MFX Source
0–127
Niveau van het signaal dat verzonden is naar de chorus voor iedere Part.
0–127
Niveau van het signaal dat verzonden is naar de reverb voor iedere Part.
PRF, P1–P16
MFX Type
0–78
MFX Structure
1–16
Multi-effecten parameter instellingen gebruikt door de Performance PRF: Performance instellingen P1-P16: Instellingen van de Patch/ritme set toegewezen aan één van de Parts (Selecteer de Part nummer) Selecteert uit de 78 beschikbare multi-effecten. Bekijk Multi-effecten parameters (p.164) voor details over multi-effecten parameters. Specificeert hoe MFX1-3 aangesloten zal worden.
MFX Output niveau MFX Chorus Send Level MFX Reverb Send Level Chorus Source
0–127
Volume van het geluid dat door de multi-effecten gepasseerd is.
0–127
Hoeveelheid chorus voor het geluid dat door de multi-effecten loopt.
0–127
Hoeveelheid reverb voor het geluid dat door de multi-effecten loopt.
PRF, P1–P16
Chorus Type
0–3
Chorus parameter instellingen gebruikt door de Performance. PRF: Performance instellingen P1-P16: Instellingen van de Patch/ritme set toegewezen aan één van de Parts (Selecteer het Part nummer). Selecteert chorus of delay. 0 (OFF): Zowel chorus als delay worden niet gebruikt. 1 (CHORUS): Chorus wordt gebruikt. 2 (DELAY): Delay wordt gebruikt. 3 (GM2 CHO): General MIDI 2 chorus
Niveau van het signaal in dat verzonden is naar de uitvoerbestemming gespecificeerd door Part Output Assign (
2
).
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
Reverb Source
PRF, P1–P16
Reverb Type
0–5
14
MFX Output Assign
A, B
15
Chorus Output Select
MAIN, REV, M+R
Chorus Level Chorus Output Assign
0–127 A, B
Reverb Level Reverb Output Assign
0–127 A, B
Mastering Effect Type
0–5
Reverb parameter instellingen gebruikt door de Performance PRF: Performance instellingen P1-P16: Instellingen van de Patch/ritme set toegewezen aan één van de Parts (Selecteer het Part nummer). Type reverb 0 (OFF): Reverb wordt niet gebruikt. 1 (REVERB): Normale reverb 2 (SRV ROOM): Deze reverb simuleert typische kamer akoestiek weerkaatsing. 3 (SRV HALL): Deze reverb simuleert de typische akoestische weerkaatsing in een concertzaal. 4 (SRV PLATE): Deze reverb simuleert een reverb plate, een populair type kunstmatige reverb die zijn geluid verkrijgt d.m.v. de vibratie van een metalen plaat. 5 (GM2 REVERB): Algemene MIDI 2 reverb Output bestemming van het geluid dat door de multi-effecten gepasseerd is A: OUTPUT A (MIX) jacks in stereo B: OUTPUT B jacks in stereo * Als de Mix/Parallel parameter op “MIX” ingesteld staat, worden alle geluiden in stereo uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks (p.194). * Voor sommige instellingen van MFX Structure zal het geluid dat het multi-effect passeert, verstuurd worden naar een ander multi-effect en zal de MFX Output Assign instelling genegeerd worden. Specificeert hoe het geluid dat door de chorus loopt uitgevoerd zal worden. MAIN: Uitvoer via de OUTPUT jacks in stereo. REV: Uitvoer via reverb in mono. M+R: Uitvoer via de OUTPUT jacks in stereo, en via reverb in mono. Volume van het geluid dat door de chorus gepasseerd is. Selecteert het paar OUTPUT jacks waar het chorus geluid doorheen loopt, wanneer Chorus Output Select ingesteld staat op “MAIN” of “M+R.” A: Uitvoer naar de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo. B: Uitvoer naar de OUTPUT B jacks in stereo. * Wanneer Chorus Output Select ingesteld staat op “REV,” zal deze instelling geen effect hebben. * Als de Mix/Parallel parameter op “MIX” ingesteld staat, worden alle geluiden in stereo uitgevoerd via de OUTPUT A (MIX) jacks (p.194). Volume van het geluid dat door de reverb gepasseerd is. Specificeert hoe het geluid dat door reverb loopt, uitgevoerd zal worden. A: Uitvoer naar de OUTPUT A (MIX) jacks in stereo. B: Uitvoer naar de OUTPUT B jacks in stereo. Mastering effect instellingen
13
16
17
Wanneer Patch of Ritme set instellingen geselecteerd zijn Wanneer de effecten instellingen van de Patch of ritme set geselecteerd zijn, worden deze instellingen weergegeven in elk van multi-effecten instellingen vensters; de instellingen kunnen dan ook veranderd worden.Wijzigingen aan multi-effecten parameter instellingen van een Patch of ritme set gaan verloren, wanneer een andere Patch of ritme set geselecteerd wordt. Om de gewijzigde instellingen te behouden, dient u de Patch/ritme set instellingen op te slaan (p.37, p.57).
161
Effecten toevoegen
Multi-effect instellingen maken (MFX1-3) Hier zullen we u uitleggen, hoe u multi-effects instellingen in Performance modus kunt maken. fig.MFXSetting
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen. Parameter
Waarde
Uitleg
(Multi-Effects Type)
00–78
Selecteert uit één van de 78 beschikbare multi-effecten.
*
In dit instellingenvenster kunt u de parameters van de multi-effecten bewerken die geselecteerd zijn met behulp van de Multi-effecten Type instelling. Bekijk Multi-effecten parameters (p.164) voor details over multi-effecten parameters.
Parameters gemarkeerd met een
kunnen geselecteerd worden als multi-effect control destination parameter (zie hieronder).
In Patch modus kan het keyboard Part MFX1 en de Pad Part MFX2 gebruiken.
Multi-effect instellingen maken (MFX Control) fig.MFXCtrl
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen. *
Druk op [F5 (CTRL)] om de multi-effecten te verwisselen die gewijzigd zullen worden.
Parameter
Waarde
Uitleg
Source 1–4
OFF, CC01–31, 33– 95, PITCH BEND, AFTERTOUCH, SYS CTRL1–4
Destination 1–4
Refer to p. 164.
Sens 1–4
-63– +63
MIDI bericht dat wordt gebruikt om de multi-effecten parameter te veranderen met behulp van de multi-effecten control. OFF: Multi-effecten control zal niet gebruikt worden. CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 PITCH BEND: Pitch Bend AFTERTOUCH: Aftertouch SYS CTRL1-SYS CTRL4: MIDI berichten gebruikt als algemene multi-effecten controls. Als u gewone controllers wilt gebruiken voor de hele Fantom-Xa, dient u “SYS CTRL1”-“SYS CTRL4” te selecteren. MIDI berichten gebruikt als System Control 1-4 worden ingesteld met de Sys Ctrl 1-4 Source parameters (p.196). Multi-effecten parameters die bestuurd dienen te worden met behulp van de multi-effecten control. De multi-effecten parameters die beschikbaar zijn voor controle hangen af van het multi-effecten type. Bekijk Multieffecten parameters (p.164) voor details. De hoeveelheid van het multi-effecten control effect dat toegepast wordt. Om de op dat moment geselecteerde waarde te vergroten (om hogere waarden te krijgen dient u naar rechts te gaan, snelheid aan te passen enz.) dient u een positieve waarde te selecteren; om de op dat moment geselecteerde waarde te verlagen (Om lagere waarden te krijgen dient u naar links te gaan, snelheid aan te passen enz.), dient u een negatieve waarde te selecteren. Grotere absolute waarden zullen voor zowel positieve als negatieve instellingen een grotere verandering teweeg brengen. Stel dit in op “0” als u het effect niet toe wilt passen.
*
In Patch/ritme set modus zijn er parameters die voor iedere toon/ritme toon bepalen of Pitch bend, Controller Number 11 (Expression) en Controller Number 64 (Hold 1) ontvangen worden of niet (p.51). Wanneer deze instellingen op “ON” staan en de MIDI berichten ontvangen worden, zullen, wanneer een wijziging wordt aangebracht in de instellingen van de gewenste parameter, de Pitch Bend, Expression en Hold1 instellingen ook gelijktijdig veranderen. Als u alleen de beoogde parameters wilt veranderen, dient u deze op “OFF” te zetten.
• Er zijn parameters die bepalen of specifieke MIDI berichten wel/niet ontvangen worden voor ieder MIDI kanaal (p.51). Wanneer u de multieffecten control gebruikt, dient u te er zeker van te zijn dat de MIDI berichten die gebruikt zijn voor de MIDI Effecten control, ontvangen zullen worden. Als de Fantom-Xa zodanig ingesteld is dat het ontvangen van MIDI berichten niet mogelijk is, zal de multi-effecten control niet functioneren.
162
Effecten toevoegen
Multi-Effects Control Als u het volume van multi-effecten geluiden, de Delay time van Delay enz. zou willen veranderen, gebruik makend van een extern MIDI apparaat, zult u System Exclusive berichten – MIDI berichten die speciaal voor de Fantom-Xa ontworpen zijn- moeten versturen. System Exclusive berichten zijn veelal echter gecompliceerd en de hoeveelheid data die overgebracht moet worden kan vrij groot zijn. Om die reden zijn een aantal van de typische multi-effecten parameters van de Fantom-Xa zo ontworpen dat ze het gebruik van Control Change (of andere) MIDI berichten met als doel het maken van veranderingen in hun waarden, ondersteunen. U kunt bijvoorbeeld de Pitch Bend hendel gebruiken om de hoeveelheid vervorming aan te passen of de aanraking van het keyboard gebruiken om de delay time van Delay te veranderen. De parameters die veranderd kunnen worden zijn voorbestemd voor ieder type multi-effect; onder de parameters beschreven in “Multi Effecten parameters” (p.164)
worden zij aangegeven met een “#.” In het multi-effecten instellingsvenster, zal een “c” symbooltje links van de parameter weergegeven worden. De functie die u de mogelijkheid geeft MIDI berichten te gebruiken om deze veranderingen in realtime in de multi-effecten parameters aan te brengen, wordt de Multi-Effecten Control genoemd. Er kunnen maximaal vier multi-effecten controls gebruikt worden in één enkele Patch/ritme set/Performance. Wanneer de multi-effecten control wordt gebruikt, kunt u de intensiteit (Sens parameter) die wordt toegepast, de geselecteerde parameter (Destination parameter) en het gebruikte MIDI bericht (Source parameter) selecteren.
Door de Matrix Control i.p.v. de Multi-effecten Control te gebruiken, kunt u ook de parameters van een aantal populaire multi-effecten in realtime veranderen (p.49).
De Multi-effecten structuur specificeren (MFX Structure) In dit gedeelte leert u hoe u kunt specificeren hoe MFX1-3 aangesloten dient te worden. *
Deze parameter is niet beschikbaar in Patch modus.
fig.MFXStruct
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen. Parameter
Waarde
Uitleg
Struct (MFX1–3 Type)
TYPE01–TYPE16 00 (THRU)–78
Specificeert hoe MFX1-3 aangesloten zal worden. Selecteert het type multi-effect van MFX1-3.
163
Effecten toevoegen
Multi-Effecten parameters De multi-effecten leveren 78 verschillende soorten effecten. Sommige van deze effecten bestaan uit twee of meer verschillende effecten die verbonden zijn in serie. Parameters gemarkeerd met een scherpe “#” kunnen bestuurd worden door gebruik te maken van een gespecificeerde controller (Twee instellings items zullen gelijktijdig veranderen voor “#1” en “#2”).
51 52 53 54 55
SHUFFLE DELAY 3D DELAY TIME CTRL DELAY LONG TIME CTRL DELAY TAPE ECHO
P.180 P.180 P.180 P.181 P.181
LO-FI (5 types) 56 57 58 59 60
LOFI NOISE LOFI COMPRESS LOFI RADIO TELEPHONE PHONOGRAPH
P.181 P.182 P.182 P.182 P.182
PITCH (3 types) FILTER (10 types) 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10
EQUALIZER SPECTRUM ISOLATOR LOW BOOST SUPER FILTER STEP FILTER ENHANCER AUTO WAH HUMANIZER SPEAKER SIMULATOR
P.165 P.165 P.165 P.165 P.166 P.166 P.166 P.167 P.167 P.167
MODULATION (12 types) 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22
PHASER STEP PHASER MULTI STAGE PHASER INFINITE PHASER RING MODULATOR STEP RING MODULATOR TREMOLO AUTO PAN STEP PAN SLICER ROTARY VK ROTARY
P.168 P.168 P.168 P.168 P.169 P.169 P.169 P.169 P.170 P.170 P.170 P.171
CHORUS (12 types) 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34
CHORUS FLANGER STEP FLANGER HEXA-CHORUS TREMOLO CHORUS SPACE-D 3D CHORUS 3D FLANGER 3D STEP FLANGER 2BAND CHORUS 2BAND FLANGER 2BAND STEP FLANGER
P.171 P.171 P.172 P.172 P.172 P.172 P.173 P.173 P.173 P.174 P.174 P.175
DYNAMICS (8 types) 35 36 37 38 39 40 41 42
OVERDRIVE DISTORTION VS OVERDRIVE VS DISTORTION GUITAR AMP SIMULATOR COMPRESSOR LIMITER GATE
P.175 P.175 P.175 P.175 P.176 P.176 P.176 P.177
DELAY (13 types) 43 44 45 46 47 48 49 50
164
DELAY LONG DELAY SERIAL DELAY MODULATION DELAY 3TAP PAN DELAY 4TAP PAN DELAY MULTI TAP DELAY REVERSE DELAY
P.177 P.177 P.178 P.178 P.178 P.179 P.179 P.179
61 62 63
PITCH SHIFTER 2VOICE PITCH SHIFTER STEP PITCH SHIFTER
P.183 P.183 P.183
REVERB (2 types) 64 65
REVERB GATED REVERB
P.184 P.184
COMBINATION (12 types) 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77
OVERDRIVE → CHORUS OVERDRIVE → FLANGER OVERDRIVE → DELAY DISTORTION → CHORUS DISTORTION → FLANGER DISTORTION → DELAY ENHANCER → CHORUS ENHANCER → FLANGER ENHANCER → DELAY CHORUS → DELAY FLANGER → DELAY CHORUS → FLANGER
P.184 P.184 P.185 P.185 P.185 P.185 P.185 P.186 P.186 P.186 P.187 P.187
PIANO (1 type) 78
SYMPATHETIC RESONANCE
P.187
Over Note Sommige effect parameters (zoals Rate of Delay Time) kunnen in termen van een noot waarde ingesteld worden. Dergelijke parameters hebben een num/note schakelaar, die u de mogelijkheid geeft te specificeren of u de waarde als een noot waarde of als een numerieke waarde in wilt stellen. Als u Rate (Delay Time) als een numerieke waarde in wilt stellen, dient u de num/note schakelaar op “Hz” in te stellen. Indien u het als een noot waarde in wilt stellen, dient u de num/note schakelaar op “NOTE” in te stellen. fig.NumNoteSw
num/note schakelaar
Als een parameter waarvan de num/note schakelaar staat ingesteld op “NOTE” gespecificeerd is als een bestemming voor multi-effect control, zult u niet in staat zijn om multi-effect control te gebruiken om die parameter te besturen.
Effecten toevoegen
01: EQUALIZER
03: ISOLATOR
Dit is een vier-bands stereo equalizer (low, mid x 2, high).
Dit is een equalizer, die aanzienlijk in het volume snijdt, en u daarmee de mogelijkheid geeft om een speciaal effect toe te voegen aan het geluid door het volume in verschillende gebieden te laten vervallen.
fig.MFX-01
L in
4-Band EQ
L out
R in
4-Band EQ
R out
fig.MFX-03
Parameter
Waarde
Uitleg
Low Freq
200, 400 Hz
Low Gain # Mid1 Freq
-15– +15 dB 200–8000 Hz
Frequentie van het lage gebied Toename van het lage gebied Frequentie van het midden gebied 1 Toename van het midden gebied 1 Breedte van het middelste gebied 1 Stel een hogere waarde voor Q in om het gebied dat wordt aangedaan, te verkleinen. Frequentie van het midden gebied 2 Toename van het midden gebied 2 Breedte van het midden gebied 2 Stel een hogere waarde voor Q in om het gebied dat wordt aangedaan, te verkleinen. Frequentie van het hoge gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
Mid1 Gain
-15– +15 dB
Mid1 Q
0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Mid2 Freq
200–8000 Hz
Mid2 Gain
-15– +15 dB
Mid2 Q
0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
High Freq
2000, 4000, 8000 Hz
High Gain # Level #
-15– +15 dB 0–127
02: SPECTRUM Dit is een stereo spectrum. Spectrum is een soort filter, die het timbre verandert door het niveau bij specifieke frequenties te boosten (op te krikken) of juist te laten vervallen.
L in
Isolator
Low Boost
L out
R in
Isolator
Low Boost
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Boost/ Cut Low # Boost/ Cut Mid # Boost/ Cut High # Anti Phase Low Sw
-60– +4 dB
Deze boost en kapt de hoge, midden en lage frequentie gebieden af. Op -60 dB wordt het geluid hoorbaar. 0dB is equivalent aan het input niveau van het geluid.
OFF, ON
Anti Phase Low Level
0–127
Anti Phase Mid Sw Anti Phase Mid Level
OFF, ON
Low Boost Sw
OFF, ON
Low Boost Level
0–127
Level
0–127
Zet de Anti-Phase functie aan en uit voor lage frequentie gebieden. Wanneer dit aanstaat, zal het tegenkanaal van stereogeluid omgekeerd en toegevoegd worden aan het signaal. Past de niveau instellingen voor de lage frequentie gebieden aan. Dit niveau voor bepaalde frequenties aanpassen geeft u de mogelijkheid om nadruk op specifieke delen te leggen (dit is alleen effectief voor de stereo bron.) Instellingen van de Anti-Phase functie voor de middelste frequentie gebieden. De parameters zijn dezelfde als voor de lage frequentie gebieden. Zet Low Booster aan/uit. Dit legt de nadruk op het onderste gedeelte om een zwaar basgeluid te creëren. Deze waarde verhogen geeft u een diep lage klank. * Afhankelijk van de Isolator en filter instellingen kan dit effect misschien moeilijk te onderscheiden zijn. Uitgangsniveau
0–127
fig.MFX-02
L in
R in
Spectrum
L out
Spectrum
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Band1 (250Hz) Band2 (500Hz) Band3 (1000Hz) Band4 (1250Hz) Band5 (2000Hz) Band6 (3150Hz) Band7 (4000Hz) Band8 (8000Hz) Q
-15– +15 dB
Toename van elke frequentie band
Level #
0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
0–127
Past gelijktijdig de breedte van de aangepaste gebieden voor alle frequentie banden aan. Uitgangsniveau
04: LOW BOOST Boost het volume van het lagere gebied, en creëert daarmee krachtige lage geluiden. fig.MFX-04
L in
Low Boost
2-Band EQ
L out
R in
Low Boost
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Boost Frequency # Boost Gain #
50–125 Hz
Boost Width Low Gain
WIDE, MID, NARROW -15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Level
0–127
Centrum frequentie, waarin het lagere gebied opgekrikt zal worden. Hoeveelheid waarmee het lagere gebied opgekrikt zal worden. Breedte van het lagere gebied dat opgekrikt zal worden. Toename van het lage frequentie gebied. Toename van het hoge frequentie gebied Uitgangsniveau
0– +12 dB
165
Effecten toevoegen
05: SUPER FILTER
06: STEP FILTER
Dit is een filter met een extreem scherpe helling. De cutoff frequentie kan cyclisch gevarieerd worden.
Dit is een filter waarvan de cutoff frequentie in stappen gemoduleerd kunnen worden. U kunt het patroon specificeren waarvan de cutoff frequentie zal veranderen.
fig.MFX-05
L in
Super Filter
L out
R in
Super Filter
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
LPF, BPF, HPF, NOTCH
Filter type Frequentie gebied dat ieder filter zal passeren. LPF: frequenties onder de cutoff BPF: frequenties in de regio van de cutoff HPF: frequenties boven de cutoff NOTCH: andere frequenties dan de regio van de cutoff Hoeveelheid verdunning per octaaf -36 dB: zeer sterk -24 dB: sterk -12 dB: licht Cutoff frequentie van de filter. Deze waarde vergroten zal de cutoff frequentie doen laten stijgen. Filter resonantie niveau. Door deze waarde te vergroten zal de nadruk gelegd worden op de regio vlakbij de cutoff frequentie. Hoeveelheid boost voor de filter output. Aan/uit knop voor cyclische verandering.
Filter Slope
-12, -24, -36 dB
Filter Cutoff #
0–127
Filter Resonance #
0–127
Filter Gain
0– +12 dB
Modulation Sw
OFF,ON
Modulation Wave
TRI, SQR, SIN, SAW1, SAW2
SAW1
Hoe de cutoff frequentie gemoduleerd zal worden. TRI: driehoek golfvorm SQR: vierkante golfvorm SIN: sinus lijn SAW1: zaag golfvorm (naar boven) SAW2: zaag golfvorm (naar beneden)
SAW2
fig.MFX-06
L in
Step Filter
L out
R in
Step Filter
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Step 01–16 Rate #
0–127 0.05–10.00 Hz, note 0–127
Cutoff frequentie bij iedere stap. Mate van modulatie
Attack # Filter Type
LPF, BPF, HPF, NOTCH
Filter Slope
-12, -24, -36 dB
Filter Resonance #
0–127
Filter Gain
0– +12 dB
Level
0–127
Snelheid waarmee de cutoff frequentie verandert tussen stappen. Filter type Frequentie gebied dat ieder filter zal passeren. LPF: frequenties onder de cutoff BPF: frequenties in de regio van de cutoff HPF: frequenties boven de cutoff NOTCH: andere frequenties dan de regio van de cutoff Hoeveelheid verdunning per octaaf. -12 dB: licht -24 dB: sterk -36 dB: zeer sterk Filter resonantie niveau. Door deze waarde te verhogen zal de nadruk komen te liggen op de regio vlakbij de cutoff frequentie. Hoeveelheid boost voor de filter output. Uitgangsniveau
07: ENHANCER Regelt de boventonale structuur van de hoge frequenties, waarmee een schittering en een zekere “strakheid” aan het geluid wordt toegevoegd. fig.MFX-07
L in Rate # Depth Attack #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–127
Level
0–127
166
Mate van modulatie Diepte van modulatie Snelheid waarmee de cutoff frequentie zal veranderen. Dit is effectief als de Modulation Wave SQR, SAW1 of SAW2 is. Uitgangsniveau
R in
2-Band EQ
L out
Mix
2-Band EQ
R out
Mix
Enhancer
Enhancer
Parameter
Waarde
Uitleg
Sens # Mix #
0–127 0–127
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Gevoeligheid van de enhancer Niveau van de boventonen gegenereerd door de enhancer Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
Effecten toevoegen
08: AUTO WAH Bestuurt een filter cyclisch om cyclische verandering in timbre te creëren. fig.MFX-08
L in
Auto Wah
2-Band EQ
L out
Parameter
Waarde
Uitleg
Low Gain High Gain
-15– +15 dB -15– +15 dB
Pan # Level
L64–63R 0–127
Toename van het lage frequentiegebied Toename van het hoge frequentiegebied Stereo locatie van de output Uitgangsniveau
10: SPEAKER SIMULATOR R in
Auto Wah
2-Band EQ
Simuleert het speaker type en de microfoon instellingen, die gebruikt zijn om het speakergeluid op te nemen.
R out
fig.MFX-10
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
LPF, BPF
Type filter. LPF: Het wah effect zal toegepast worden op een breed frequentie gebied. BPF: Het wah effect zal toegepast worden op een smal frequentie gebied. Past de centrum frequentie waarover het effect wordt toegepast aan. Past de hoeveelheid van het wah-effect aan, dat zich voor zal doen in het gebied van de centrum frequentie. Stel een hogere waarde voor Q in om het gebied te verkleinen. Past de gevoeligheid aan waarmee het filter wordt bestuurd. Stelt de richting, waarin de frequentie zal veranderen in wanneer de autowah gemoduleerd wordt. UP: Het filter zal in de richting van een hogere frequentie veranderen. DOWN: Het filter zal in de richting van een lagere frequentie veranderen. Frequentie van modulatie
Manual #
0–127
Peak
0–127
Sens #
0–127
Polarity
UP, DOWN
Rate # Depth # Phase #
Low Gain High Gain Level
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Diepte van modulatie Past de mate van phase shift van de geluiden links en rechts aan wanneer het wah-effect wordt toegepast. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
09: HUMANIZER Voegt een vocaal karakter toe aan het geluid, waardoor het lijkt op een menselijke stem. fig.MFX-09
L in
L out Overdrive
Formant
2-Band EQ
Pan L Pan R
R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Drive Sw Drive #
OFF, ON 0–127
Vowel1 Vowel2 Rate #
a, e, i, o, u a, e, i, o, u 0.05–10.00 Hz, note 0–127 OFF, ON
Zet Drive aan/uit. Mate van vervorming. Verandert ook het volume. Selecteert de vocaal.
Depth # Input Sync Sw
Input Sync Threshold Manual #
0–127 0–100
L in
Speaker
L out
R in
Speaker
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Speaker Type Mic Setting
(Zie de tabel rechts.) 1, 2, 3
Mic Level # Direct Level # Level #
0–127 0–127 0–127
Type speaker Past de locatie van de microfoon aan, die het geluid van de speaker opneemt. Dit kan in drie stappen aangepast worden, waarbij de microfoon steeds verder weg komt te staan in de volgorde 1, 2 en 3. Volume van de microfoon Volume van het directe geluid Uitgangsniveau
Specificaties voor elk Speaker type De speaker kolom geeft de diameter van elke speaker eenheid (in inches) en het aantal eenheden aan. Type
Kast
Speaker
Microfoon
SMALL 1
kleine kast met open achterkant kleine kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant afgesloten kast grote afgesloten kast grote afgesloten kast grote afgesloten kast grote dubbele stack grote dubbele stack grote driedubbele stack
10
dynamische
10
dynamische
12 x 1 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 4 12 x 4 12 x 4 12 x 4 12 x 4
dynamische dynamische dynamische condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator
SMALL 2 MIDDLE JC-120 BUILT-IN 1 BUILT-IN 2 BUILT-IN 3 BUILT-IN 4 BUILT-IN 5 BG STACK 1 BG STACK 2 MS STACK 1 MS STACK 2 METAL STACK 2-STACK 3-STACK
Frequentie waarop twee stemmen wisselen. Effect diepte Bepaalt of de LFO voor het wisselen van de stemmen opnieuw wordt ingesteld door het input signaal (ON) of niet (OFF). Volumeniveau waarop opnieuw instellen (reset) wordt toegepast. Punt waarop stem 1/2 wisselen. 49 of minder: Stem 1 zal langer duren. 50: Stem 1 en 2 zullen even lang duren. 1 of meer: Stem 2 zal langer duren.
167
Effecten toevoegen
11: PHASER Een in fasen verschoven geluid wordt toegevoegd aan het originele geluid en wordt gemoduleerd.
Parameter
Waarde
Uitleg
Polarity
INVERSE, SYNCHRO
Resonance # Cross Feedback
0–127 -98– +98 %
Step Rate #
0.10–20.00 Hz, note
Mix #
0–127
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Selecteert of de fase links en rechts van de modulatie hetzelfde zullen zijn of tegenovergesteld. INVERSE: De linker- en rechter phase zullen tegengesteld zijn. Wanneer u een mono bron gebruikt, dient u het geluid te spreiden. SYNCHRO: De phase links en rechts zijn hetzelfde. Selecteer dit wanneer u een stereo bron aan het invoeren bent. Hoeveelheid feedback Past de proportie van het phaser geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Mate van de stapsgewijze verandering in het phaser effect Niveau van het in fasen verplaatste geluid geluid Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
fig.MFX-11
L in
Phaser Mix Mix
R in
Phaser
2-Band EQ
L out
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Mode
4-STAGE, 8-STAGE, 12-STAGE 0–127
Aantal stadia in de phaser.
Manual #
Rate # Depth Polarity
0.05–10.00 Hz, note 0–127 INVERSE, SYNCHRO
Resonance # Cross Feedback
0–127 -98– +98 %
Mix #
0–127
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Past de basisfrequentie aan, waarvan het geluid gemoduleerd zal worden. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Selecteert of de phase links en rechts van de modulatie hetzelfde zullen zijn of tegenovergesteld. INVERSE: De linker- en rechter phase zullen tegengesteld zijn. Wanneer u een mono bron gebruikt, dient u het geluid te spreiden. SYNCHRO: De phase links en rechts zijn hetzelfde. Selecteer dit wanneer u een stereo bron aan het invoeren bent. Hoeveelheid feedback Past de proportie van het phaser geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Niveau van het in fasen verplaatste geluid Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
13: MULTI STAGE PHASER Extreem hoge instellingen van het fase verschil produceren een diep phaser effect. fig.MFX-13
L in
L out Multi Stage Phaser
Mix
fig.MFX-12
L in
2-Band EQ
Step Phaser Mix Mix
R in
2-Band EQ
Step Phaser
L out
R out
Pan L Pan R
R in
R out
Resonance
Parameter
Waarde
Uitleg
Mode
Aantal stadia in de phaser
Manual #
4-STAGE, 8-STAGE, 12-STAGE, 16STAGE, 20-STAGE, 24-STAGE 0–127
Rate # Depth Resonance # Mix #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–127 0–127
Pan #
L64–63R
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
12: STEP PHASER Het phaser effect zal geleidelijk veranderd worden.
2-Band EQ
Past de basisfrequentie aan, waarvan het geluid gemoduleerd zal worden. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Hoeveelheid feedback Niveau van het in fase verschoven geluid Stereo locatie van het uitgevoerde geluid Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
14: INFINITE PHASER Parameter
Waarde
Uitleg
Mode
4-STAGE, 8-STAGE, 12-STAGE 0–127
Aantal stadia in de phaser.
Manual #
Rate # Depth
0.05–10.00 Hz, note 0–127
Past de basisfrequentie aan, waarvan het geluid gemoduleerd zal worden. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie
Een phaser die continu de frequentie, waarop het geluid gemoduleerd wordt, verhoogt/verlaagt. fig.MFX-14
L in
L out Pan L
Infinite Phaser
2-Band EQ Pan R
R in
168
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Mode
1, 2, 3, 4
Hogere waarden zullen een dieper phaser effect produceren.
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
Parameter
Waarde
Uitleg
Speed #
-100– +100
Snelheid, waarmee de frequentie waarop het geluid gemoduleerd wordt, verhoogd of verlaagd dient te worden. (+: omhoog/-: omlaag) Hoeveelheid feedback Volume van het in fasen verschoven geluid Panning van het uitgevoerde (output) geluid Hoeveelheid boost/cut voor het lage frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Uitgangsniveau
Level
0–127
Uitgangsniveau
Resonance # Mix #
0–127 0–127
Pan #
L64–63R
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Level
0–127
15: RING MODULATOR
17: TREMOLO Moduleert het volume cyclisch om een tremolo effect op het geluid toe te passen. fig.MFX-17a
L in
Tremolo
2-Band EQ
L out
R in
Tremolo
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Mod Wave
TRI, SQR, SIN, SAW1, SAW2
Modulatie Wave TRI: driehoek golfvorm SQR: vierkante golfvorm SIN: sinus lijn SAW1/2: zaag golfvorm
Dit is een effect dat amplitude modulatie (AM) toepast op het ingevoerde (input) signaal, waarmee bel-achtige geluiden geproduceerd worden. U kunt de modulatie frequentie ook veranderen in reactie op veranderingen in het volume van het geluid dat naar het effect wordt gestuurd.
SAW1
SAW2
fig.MFX-15
L in
Ring Mod
R in
Ring Mod
2-Band EQ
2-Band EQ
L out
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Frequency #
0–127
Sens #
0–127
Polarity
UP, DOWN
Past de frequentie aan waarop modulatie wordt toegepast. Past de hoeveelheid toegepaste frequentie modulatie aan. Bepaalt of de frequentie modulatie zich richting hogere frequenties (UP) verplaatst of richting lagere frequenties (DOWN). Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het effectgeluid (W) Uitgangsniveau
Low Gain High Gain Balance # Level
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
16: STEP RING MODULATOR
Rate # Depth #
0.05–10.00 Hz, note 0–127
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
18: AUTO PAN Moduleert de stereo locatie van het geluid cyclisch. fig.MFX-18a
L in
Auto Pan
2-Band EQ
L out
R in
Auto Pan
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Mod Wave
TRI, SQR, SIN, SAW1, SAW2
Modulatie Wave TRI: driehoek golfvorm SQR: vierkante golfvorm SIN: sinus lijn SAW1/2: zaag golfvorm
Dit is een ring modulator met een 16-staps sequence om te variëren in de frequentie, waarop modulatie wordt toegepast. fig.MFX-16
L in
Step Ring Mod
2-Band EQ
L out
R in
Step Ring Mod
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Step 01–16
0–127
Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Attack #
0–127
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W– D0:100W
Frequentie van ring modulatie bij iedere stap Mate waarin de 16-staps sequence zal ronddraaien Snelheid waarop de modulatie frequentie verandert tussen stappen Hoeveelheid boost/cut voor het lage frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het effectgeluid (W)
Frequentie van de verandering Diepte tot waar het effect wordt toegepast Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
SAW1 R
L Rate # Depth #
0.05–10.00 Hz, note 0–127
Low Gain High Gain Level
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
SAW2 R
L Frequentie van de verandering Diepte tot waar het effect wordt toegepast Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
169
Effecten toevoegen
19: STEP PAN
21: ROTARY
Dit gebruikt een 16-staps sequence om te variëren in de panning (plaatsing) van het geluid.
Het Rotary effect simuleert het geluid van de draaiende speakers die vaak gebruikt werden met de elektrische orgels uit het verleden. Aangezien de verplaatsing van de hoge bereik- en lage bereik rotoren afzonderlijk ingesteld kunnen worden, kan het unieke type modulatie dat zo karakteristiek is voor deze speakers vrij accuraat nagebootst worden. Dit effect is vooral geschikt voor elekrische orgel Patches.
fig.MFX-19
L in
Step Pan
L out
R in
Step Pan
R out
fig.MFX-21
L in
Parameter
Waarde
Uitleg
Step 01–16 Rate #
L64–63R 0.05–10.00 Hz, note
Attack #
0–127
Input Sync Sw
OFF, ON
Pan bij iedere stap Mate waarin de 16-staps sequence zal ronddraaien Snelheid waarmee de pan verandert tussen stappen Specificeert of een ingevoerde noot tot gevolg zal hebben dat de sequence vanaf de eerste stap van de sequence hervat wordt (ON) of niet (OFF). Volume, waarop een ingevoerde noot ontdekt zal worden Uitgangsniveau
Input Sync Threshold Level
0–127 0–127
20: SLICER Door achtereenvolgens in het geluid te snijden, verandert dit effect van een conventioneel geluid in een geluid dat lijkt alsof het als een achtergrondfrase gespeeld wordt. Dit is met name effectief, wanneer het toegepast wordt op aanhoudende geluiden.
L out Rotary
R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Speed #
SLOW, FAST
Woofer Slow Speed Woofer Fast Speed Woofer Acceleration
0.05–10.00 Hz
Woofer Level
0–127
Tweeter Slow Speed Tweeter Fast Speed Tweeter Acceleration Tweeter Level Separation
0.05–10.00 Hz
Wissel gelijktijdig de rotatie snelheid van de lage frequentie rotor en hoge frequentie rotor. SLOW: Verlaagt de rotatie naar de Slow Rate. FAST: Versnelt de rotatie naar de Fast Rate. Slow speed (SLOW) van de lage frequentie rotor. Fast speed (FAST) van de lage frequentie motor. Past de tijd die de lage frequentie rotor nodig heeft aan om de nieuw geselecteerde snelheid te bereiken, wanneer u van “fast” naar “slow” (of “slow” naar “fast”) gaat. Lagere waarden zullen een langere tijd nodig hebben. Volume van de lage frequentie rotor Instellingen van de hoge f requentie rotor. De parameters zijn dezelfde als voor de lage frequentie rotor.
Level #
0–127
0.05–10.00 Hz 0–15
fig.MFX-20
L in
Slicer
L out
R in
Slicer
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Step 01–16 Rate #
0–127 0.05–10.00 Hz, note 0–127
Niveau bij iedere stap Mate waarin de 16-staps sequence zal ronddraaien Snelheid waarop het niveau verandert tussen stappen Specificeert of een ingevoerde noot tot gevolg zal hebben dat de sequence vanaf de eerste stap van de sequence hervat wordt (ON) of niet (OFF). Volume waarop een ingevoerde noot ontdekt zal worden Stelt de manier in waarop het volume verandert als een stap overgaat in de volgende. LEGATO: De verandering in volume als de ene stap overgaat in de volgende, blijft hetzelfde. Als het niveau van een volgende stap hetzelfde is als het niveau van de stap die eraan vooraf ging, is er geen verandering in het volume. SLASH: Het niveau is momenteel ingesteld op 0, voordat het naar het niveau van de volgende stap gaat. De verandering in volume doet zich zelfs voor als het niveau van de volgende stap hetzelfde is als van de stap, die eraan vooraf ging. Timing van volume verandert in niveaus voor stappen met even getallen (stap 2, stap 4, stap 6...) Hoe hoger de waarde, hoe later de maat start. Uitgangsniveau
Attack # Input Sync Sw
OFF, ON
Input Sync Threshold Mode
0–127
Shuffle #
0–127
Level
0–127
170
LEGATO, SLASH
0.05–10.00 Hz 0–15 0–127 0–127
Ruimtelijke verstrooïïng van het geluid Uitgangsniveau
Effecten toevoegen
22: VK ROTARY Dit type geeft een gewijzigde reactie voor de draaiende speaker, waarbij het lage einde verder geboost wordt.
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Rate # Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W
Level
0–127
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Dit effect heeft dezelfde specificaties als de ingebouwde VK-7 draaiende speaker. fig.MFX-22
L in
2-Band EQ
L out
Rotary R in
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Speed #
SLOW, FAST
Brake #
OFF, ON
Rotatiesnelheid van de draaiende speaker Wisselt de rotatie van de draaiende speaker. Wanneer dit aangezet wordt, zal de rotatie geleidelijk stoppen. Wanneer dit uitgezet wordt, zal de rotatie geleidelijk hervat worden. Lage snelheid rotatiesnelheid van de woofer Hoge snelheid rotatiesnelheid van de woofer Past de mate aan waarmee de woofer rotatie versneld wordt wanneer de rotatie van Slow in Fast overgaat. Past de mate aan waarmee de woofer rotatie versneld wordt wanneer de rotatie van Fast in Slow overgaat. Volume van de woofer Instellingen van de tweeter. De parameters zijn dezelfde als voor de woofer.
Woofer Slow Speed Woofer Fast Speed Woofer Trans Up
0.05–10.00 Hz
Woofer Trans Down
0–127
Woofer Level Tweeter Slow Speed Tweeter Fast Speed Tweeter Trans Up Tweeter Trans Down Tweeter Level Spread
0–127 0.05–10.00 Hz
Low Gain High Gain Level #
0.05–10.00 Hz 0–127
0.05–10.00 Hz
24: FLANGER Dit is een stereo flanger. (De LFO heeft dezelfde fase voor links en rechts.) Het produceert een metaalachtige resonantie, die stijgt en daalt, ongeveer net, zoals een vliegtuig tijdens opstijgen en dalen. Een filter wordt geleverd, zodat u het timbre van het flanged geluid aan kunt passen. fig.MFX-24
Balance D
L in Flanger
2-Band EQ
L out
Balance W
Feedback Feedback
0–127 0–127
Flanger
0–127 0–10
-15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Stelt het draaiende speaker stereo beeld in. Hoe hoger de ingestelde waarde, des te verder het geluid verspreid wordt. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Uitgangsniveau
R in Balance D
Balance D
2-Band EQ
Chorus
Balance W
Chorus
Balance W
R in Balance D
2-Band EQ
L out
R out
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Rate # Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Feedback #
-98– +98 %
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W
Level
0–127
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Past de proportie aan van het flanger geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
fig.MFX-23
L in
2-Band EQ
Parameter
23: CHORUS Dit is een stereo chorus. Dit is voorzien van een filter, waarmee u het timbre van het chorus geluid aan kunt passen.
Balance W
R out
171
Effecten toevoegen
25: STEP FLANGER
Parameter
Waarde
Uitleg
-20– +20
Dit is een flanger, waarin de flanger toonhoogte in stappen verandert. De snelheid, waarmee de toonhoogte verandert, kan ook gespecificeerd worden in termen van een noot waarde van een gespecificeerd tempo.
Depth Deviation Pan Deviation
0–20
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Past de verschillen in modulatie diepte tussen elk chorus geluid aan. Past het verschil in stereo locatie aan tussen elk chorus geluid. 0: Alle chorus geluiden zullen zich in het centrum bevinden. 20: Elk chorus geluid zal zich op intervallen van 60 graden ruimte van elkaar bevinden, gerekend vanaf het centrum. Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
fig.MFX-25
Balance D
L in Step Flanger
2-Band EQ
L out
Balance W
Feedback Feedback
Step Flanger R in Balance D
27: TREMOLO CHORUS
Balance W
2-Band EQ
R out
Dit is een chorus effect met toegevoegde Tremolo (cyclische modulatie van volume). fig.MFX-27
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Past de proportie aan van het flanger geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de phase omkeren. Mate (periode) van pitch verandering Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Rate # Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Feedback #
-98– +98 %
Step Rate #
0.10–20.00 Hz, note
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W–D0:100W
Level
0–127
26: HEXA-CHORUS Gebruikt een 6 fase chorus (zes lagen chorus) om volheid en ruimtelijke verstrooiing aan het geluid te geven.
L in
L out Balance D Balance W
Tremolo Chorus Balance W
R in
R out Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Pre Delay
0.0–100.0 ms
Chorus Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Chorus Depth
0–127
Tremolo Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Tremolo Separation Tremolo Phase
0–127
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Modulatie frequentie van het chorus effect Modulatie diepte van het chorus effect Modulatie frequentie van het tremolo effect Spreiding van het tremolo effect Spreiding van het tremolo effect Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
0–180 deg
28: SPACE-D Dit is een meervoudige chorus, die 2-fase modulatie in stereo toepast. Het geeft niet de indruk van modulatie, maar produceert een transparant chorus effect. fig.MFX-28
Balance D
fig.MFX-26
L in
L out
L in
Balance D Balance W
Hexa Chorus Balance W
R in
R out
Space D
Balance W
Space D
Balance W
R in Balance D
Balance D
2-Band EQ
2-Band EQ
L out
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Parameter
Waarde
Uitleg
Pre Delay
0.0–100.0 ms
Pre Delay
0.0–100.0 ms
Rate # Depth Pre Delay Deviation
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–20
Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de verschillen in Pre Delay tussen elk chorus geluid aan.
Rate # Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Low Gain
-15– +15 dB
Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Toename van het lage gebied
172
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
Parameter
Waarde
Uitleg
High Gain Balance #
-15– +15 dB D100:0W–D0:100W
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Level
0–127
Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Rate #
Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het flanger geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie
29: 3D CHORUS
Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Dit past een 3D effect toe op het chorus geluid. Het chorus geluid zal op 90 graden links en 90 graden rechts gepositioneerd worden.
Feedback #
-98– +98 %
Output Mode
SPEAKER, PHONES
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W
Level
0–127
fig.MFX-29
L
2-Band EQ
L out
2-Band EQ
R out
3D Chorus R
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Modulatie diepte van het chorus effect Ruimtelijke spreiding van het geluid Past de methode aan die gebruikt zal worden om het geluid te horen dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT jacks. Het optimale 3D effect zal bereikt worden als u SPEAKER selecteert wanneer u speakers gebruikt of PHONES, wanneer u een koptelefoon gebruikt. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Rate # Depth
0.05–10.00 Hz, note 0–127
Phase
0–180 deg
Output Mode
SPEAKER, PHONES
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W–D0:100W
Level
0–127
31: 3D STEP FLANGER Dit past een 3D effect toe op het step flanger geluid. Het flanger geluid zal op 90 graden links en 90 graden rechts gepositioneerd worden. fig.MFX-31
L
R
2-Band EQ
L out
2-Band EQ
R out
3D Flanger R
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit.
L out
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Filter Type
OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Pre Delay
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms
Rate # Depth Phase
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180 deg
Feedback #
-98– +98 %
Step Rate #
0.10–20.00 Hz, note
Output Mode
SPEAKER, PHONES
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basis frequentie van het filter Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het flanger geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Past de proportie aan van het flanger geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve () instellingen zullen de phase omkeren. Mate (periode) van pitch verandering Past de methode aan die gebruikt zal worden om het geluid te horen dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT jacks. Het optimale 3D effect zal bereikt worden als u SPEAKER selecteert wanneer u speakers gebruikt of PHONES wanneer u een koptelefoon gebruikt.
fig.MFX-30
L
2-Band EQ 3D Step Flanger
30: 3D FLANGER Dit past een 3D effect toe op het flanger geluid. Het flanger geluid zal op 90 graden links en 90 graden rechts gepositioneerd worden.
Diepte van modulatie Ruimtelijke spreiding van het geluid Past de proportie aan van het flanger geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve () instellingen zullen de phase omkeren. Past de methode aan die gebruikt zal worden om het geluid te horen dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT jacks. Het optimale 3D effect zal bereikt worden als u SPEAKER selecteert wanneer u speakers gebruikt of PHONES wanneer u een koptelefoon gebruikt. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
173
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
33: 2BAND FLANGER
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W–D0:100W
Een flanger, die u in staat stelt een effect toe te voegen, onafhankelijk van de lage frequentie en hoge frequentie gebieden.
Level
0–127
Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
fig.MFX-33
L in
L out High Band Flanger Split
32: 2BAND CHORUS
Low Band Flanger
Een chorus effect, dat u in staat stelt een effect toe te voegen, onafhankelijk van de lage frequentie en hoge frequentie gebieden.
Low Band Feedback High Band Feedback
fig.MFX-32
L in
High Band Feedback
L out
High Band Flanger
High Band Chorus Split
Split Low Band Chorus
Low Band Feedback
Low Band Flanger R in
High Band Chorus
R out
Split Low Band Chorus R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Split Freq
200–8000 Hz
Low Pre Delay
0.0–100.0 ms
Frequentie waarop de lage en hoge gebieden verdeeld zullen worden. Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het lage gebied chorus geluid klinkt Mate waarin het low-range chorus geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het low-range chorus geluid Ruimtelijkheid van het lowrange chorus geluid Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het high-range chorus geluid klinkt Mate waarin het low-range chorus geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het high-range chorus geluid Ruimtelijkheid van het highrange chorus geluid Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Low Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Low Depth
0–127
Low Phase
0–180 deg
High Pre Delay
0.0–100.0 ms
High Rate #
0.05–10.00 Hz, note
High Depth
0–127
High Phase
0–180 deg
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
174
Parameter
Waarde
Uitleg
Split Freq
200–8000 Hz
Low Pre Delay
0.0–100.0 ms
Low Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Low Depth
0–127
Low Phase
0–180 deg
Low Feedback #
-98– +98%
High Pre Delay
0.0–100.0 ms
High Rate #
0.05–10.00 Hz, note
High Depth
0–127
High Phase
0–180 deg
High Feedback #
-98– +98%
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Frequentie waarop de lage en hoge gebieden verdeeld zullen worden. Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het lage gebied flanger geluid klinkt Mate waarin het low-range chorus geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het low-range flanger geluid Ruimtelijkheid van het lowrange flanger geluid Proportie van het low-range flanger geluid dat terug gaat naar de input (negatieve waarden keren de fase om) Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het high-range flanger geluid klinkt Mate waarin het high-range flanger geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het high-range flanger geluid Ruimtelijkheid van het highrange flanger geluid Proportie van het high-range flanger geluid dat terug gaat naar de input (negatieve waarden keren de phase om) Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Effecten toevoegen
34: 2BAND STEP FLANGER
fig.MFX-35
L in
Een step flanger, die u in staat stelt een effect toe te voegen, onafhankelijk van de lage frequentie en hoge frequentie gebieden. fig.MFX-34
L out Over drive
Amp Simulator
R in
L in
Pan R
R out
L out High Band Step Flanger Split
High Band Feedback
Low Band Step Flanger
Parameter
Waarde
Uitleg
Drive #
0–127
Amp Type
SMALL, BUILT-IN, 2-STACK, 3-STACK
Low Gain High Gain Pan #
-15– +15 dB -15– +15 dB L64–63R
Level
0–127
Mate van vervorming Verandert ook het volume. Type gitaarversterker SMALL: kleine versterker BUILT-IN: ingebouwde versterker 2-STACK: grote dubbele stack versterker 3-STACK: grote drie-dubbele stack versterker Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Stereo locatie van het uitgevoerde (output) geluid Uitgangsniveau
Low Band Feedback High Band Feedback
High Band Step Flanger Low Band Feedback
Split
Low Band Step Flanger R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Split Freq
200–8000 Hz
Low Pre Delay
0.0–100.0 ms
Frequentie waarop de lage en hoge gebieden verdeeld zullen worden. Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het lage gebied flanger geluid klinkt Mate waarin het low-range chorus geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het low-range flanger geluid Ruimtelijkheid van het lowrange flanger geluid Proportie van het low-range flanger geluid dat terug gaat naar de input (negatieve waarden keren de fase om) Mate waarin de stappen zullen rouleren voor het low-range flanger geluid. Delay time van het moment dat het originele geluid gehoord wordt tot het moment waarop het high-range flanger geluid klinkt Mate waarin het high-range flanger geluid gemoduleerd wordt Modulatie diepte voor het high-range flanger geluid Ruimtelijkheid van het highrange flanger geluid Proportie van het high-range flanger geluid dat terug gaat keren naar de input (negatieve waarden keren de fase om) Mate waarin de stappen zullen rouleren voor het highrange flanger geluid. Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Low Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Low Depth
0–127
Low Phase
0–180 deg
Low Feedback #
-98– +98%
Low Step Rate #
0.10–20.00 Hz, note
High Pre Delay
0.0–100.0 ms
High Rate #
0.05–10.00 Hz, note
High Depth
0–127
High Phase
0–180 deg
High Feedback #
-98– +98%
High Step Rate #
0.10–20.00 Hz, note
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
2-Band EQ
Pan L
0–127
36: DISTORTION Produceert een meer intense vervorming dan Overdrive. De parameters zijn dezelfde als voor “35: OVERDRIVE.” fig.MFX-36
L in
L out Distortion
Amp Simulator
2-Band EQ
R in
Pan L Pan R
R out
37: VS OVERDRIVE Dit is een overdrive, die voor zware vervorming zorgt. fig.MFX-37
L in
L out Overdrive
Amp Simulator
R in
2-Band EQ
Pan L Pan R
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Drive #
0–127
Tone #
0–127
Amp Sw Amp Type
OFF, ON SMALL, BUILT-IN, 2-STACK, 3-STACK
Low Gain High Gain Pan #
-15– +15 dB -15– +15 dB L64–63R
Level
0–127
Mate van vervorming. Verandert ook het volume. Geluidskwaliteit van het Overdrive effect Zet de Amp Simulator aan/uit. Type gitaarversterker SMALL: kleine versterker BUILT-IN: ingebouwde versterker 2-STACK: grote dubbele stack versterker 3-STACK: grote drie-dubbele stack versterker Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Stereo locatie van het uitgevoerde (output) geluid Uitgangsniveau
35: OVERDRIVE Creëert een zachte vervorming, die lijkt op het geluid van een buizen versterker.
175
Effecten toevoegen
38: VS DISTORTION
Specificaties voor elk speaker type
Dit is een vervormingseffect, die zorgt voor zware vervorming. De parameters zijn dezelfde als voor “37: VS OVERDRIVE.” fig.MFX-38
L in
L out Distortion
Amp Simulator
2-Band EQ
R in
Pan L Pan R
R out
39: GUITAR AMP SIMULATOR Dit is een effect, dat het geluid van een gitaarversterker nabootst. fig.MFX-39
L in
L out Pan L
Pre Amp
Speaker Pan R
R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Pre Amp Sw
OFF, ON
Pre Amp Type
JC-120, CLEAN TWIN, MATCH DRIVE, BG LEAD, MS1959I, MS1959II, MS1959I+II, SLDN LEAD, METAL5150, METAL LEAD, OD-1, OD-2 TURBO, DISTORTION, FUZZ 0–127
Zet de versterker schakelaar aan/uit. Type gitaarversterker
Pre Amp Volume # Pre Amp Master # Pre Amp Gain Pre Amp Bass Pre Amp Middle Pre Amp Treble Pre Amp Presence Pre Amp Bright
0–127 LOW, MIDDLE, HIGH 0–127
0–127 (MATCH DRIVE: -127 - 0) OFF, ON
Speaker Sw
OFF, ON
Speaker Type Mic Setting
(See the table below.)
Mic Level Direct Level Pan # Level #
176
1, 2, 3
0–127 0–127 L64–63R 0–127
De speaker kolom geeft de diameter van elke speaker eenheid (in inches) en het aantal eenheden aan. Type SMALL 1 SMALL 2 MIDDLE JC-120 BUILT-IN 1 BUILT-IN 2 BUILT-IN 3 BUILT-IN 4 BUILT-IN 5 BG STACK 1 BG STACK 2 MS STACK 1 MS STACK 2 METAL STACK 2-STACK 3-STACK
Kast kleine kast met open achterkant kleine kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant kast met open achterkant afgesloten kast grote afgesloten kast grote afgesloten kast grote afgesloten kast grote dubbele stapel
Speaker 10
Microfoon dynamische
10
dynamische
12 x 1 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 2 12 x 4 12 x 4 12 x 4
dynamische dynamische dynamische condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator condensator
grote dubbele stapel grote driedubbele stapel
12 x 4 12 x 4
condensator condensator
40: COMPRESSOR Vervlakt hoge niveaus en krikt lage niveaus op, en strijkt daarmee fluctuaties in volume glad. fig.MFX-40
Volume en hoeveelheid vervorming van de versterker Volume van de hele voorversterker Hoeveelheid voorversterker vervorming Toon van het bas/mid/treble frequentie gebied * ”Middle” kan niet ingesteld worden als “Match Drive” geselecteerd is als type voorversterker. Toon voor het extreem hoge frequentiegebied Dit op “On” zetten produceert een scherper en helderder geluid. * Deze parameter is van toepassing op het “JC-120,” “Clean Twin,” en “BG Lead” type voorversterker. Bepaalt of het signaal door de speaker passeert (ON) of niet (OFF). Type speaker Past de locatie vande microfoon aan die het geluid van de speaker vasthoudt. * Dit kan aangepast worden in drie stappen, van één tot drie, waarbij de microfoon steeds meer afstand inneemt naarmate de waarde groter wordt. Volume van de microfoon Volume van het directe geluid Stereo locatie van de output Uitgangsniveau
L in
Compressor
2-Band EQ
L out
R in
Compressor
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Attack #
0–127
Threshold #
0–127
Post Gain Low Gain High Gain Level #
0– +18 dB -15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Stelt de snelheid in, waarop compressie begint Past het volume aan, waarop compressie begint Past de toename in output aan. Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Uitgangsniveau
41: LIMITER Comprimeert signalen, die een gespecificeerd volumeniveau overstijgen, en voorkomt daar vervorming mee. fig.MFX-41
L in
Limiter
2-Band EQ
L out
R in
Limiter
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Release #
0–127
Threshold #
0–127
Ratio
1.5:1, 2:1, 4:1, 100:1 0– +18 dB -15– +15 dB -15– +15 dB 0–127
Past de tijd aan nadat het signaal volume onder het Threshold niveau valt, totdat compressie niet langer toegepast wordt. Past het volume aan waarop compressie begint. Compressie ratio
Post Gain Low Gain High Gain Level #
Past de toename in output aan. Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Uitgangsniveau
Effecten toevoegen
42: GATE Snijdt in de delay van de reverb overeenkomstig het volume van het geluid dat naar het effect is gestuurd. Gebruik dit, wanneer u een kunstmatig klinkende afname in de decay van de reverb wilt creëren. fig.MFX-42
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay Left Delay Right Phase Left Phase Right Feedback Mode
0–1300 ms, note NORMAL, INVERSE NORMAL, CROSS
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Fase van het vertraagde geluid
L in
Gate
L out
Feedback #
-98– +98 %
R in
Gate
R out
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Parameter
Waarde
Uitleg
Threshold #
0–127
Mode
GATE, DUCK
Volumeniveau waarop de gate begint te sluiten. Type gate GATE: De gate zal sluiten wanneer het volume van het originele geluid afneemt, het originele geluid afkappend. DUCK (Ducking): De gate zal niet sluiten wanneer het volume van het originele geluid toeneemt, en het originele geluid afkappen. Past de tijd aan die het duurt, voordat de gate volledig open is nadat deze in beweging is gebracht. Past de tijd aan die het duurt, voordat de gate begint te sluiten nadat het brongeluid onder het Threshold niveau is gedaald. Past de tijd aan die het duurt, voordat de gate na de hold time helemaal gesloten is. Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Uitgangsniveau
Attack
Hold
Release
Balance # Level
0–127
0–127
0–127
D100:0W– D0:100W 0–127
43: DELAY
Level
Selecteert de manier waarop delay geluid wordt teruggevoerd naar het effect (Zie de illustraties hierboven.) Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
44: LONG DELAY Een delay die voorziet in een lange vertragingstijd. fig.MFX-44
2-Band EQ
L in Long Delay
Pan R Feedback
Balance D
Delay
2-Band EQ
L out
Waarde
Uitleg
Delay Time
0–2600 ms, note
Phase
NORMAL, INVERSE
Feedback #
-98– +98%
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Pan #
L64–63R
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Delay time vanaf het moment dat het originele geluid te horen is tot het moment waarop het vertraagde geluid klinkt. Phase van de delay (NORMAL: niet omgekeerd, INVERT: omgekeerd) Proportie van het vertraagde geluid dat terug gaat keren naar de input (negatieve waarden keren de phase om) Frequentie waarop de hoge frequentie inhoud van het vertraagde geluid weggesneden zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Panning van het vertraagde geluid Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Volumebalans van het originele geluid (D) en vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
Balance W
Feedback Feedback
Delay R in Balance D
Balance W
2-Band EQ
R out
Wanneer Feedback modus op CROSS staat: fig.MFX-43b
Balance D
L in Delay
2-Band EQ
L out
Balance W
R out
Parameter
fig.MFX-43a
L in
2-Band EQ
R in
Dit is een stereo vertraging. Wanneer Feedback modus op NORMAL staat:
L out
Pan L
Feedback Feedback
Delay R in Balance D
Balance W
2-Band EQ
R out
177
Effecten toevoegen
45: SERIAL DELAY
fig.MFX-46b
Balance D
Deze vertraging verbindt twee delay eenheden in serie. Feedback kan onafhankelijk toegepast worden op elke delay eenheid, wat u in staat stelt om complexe vertraagde geluiden te creëren.
Delay
fig.MFX-45
L in
Pan L
Delay 2
Feedback 1
Feedback 2
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay1 Time
0–1300 ms, note
Delay1 Feedback #
-98– +98%
Vertragingstijd vanaf het moment dat geluid is ingevoerd op delay 1 tot het moment dat het vertraagde geluid klinkt Proportie van het vertraagde geluid dat terug gaat keren naar de input van delay 1 (negatieve waarden keren de phase om) Frequentie waarop de hoge frequentie inhoud van het vertraagde geluid van delay 1 weggesneden zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Delay time vanaf het moment dat geluid is ingevoerd op delay 2 tot het moment dat het vertraagde geluid klinkt Proportie van het delay geluid dat terug gaat keren naar de input van delay 2( negatieve waarden keren de phase om) Frequentie waarop de hoge frequentie inhoud van het vertraagde geluid van delay 2 weggesneden zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Panning van het vertraagde geluid Hoeveelheid boost/cut voor het lage frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Volumebalans van het originele geluid (D) en vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
Delay2 Time
0–1300 ms, note
Delay2 Feedback #
-98– +98%
Delay2 HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Pan #
L64–63R
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Delay
Modulation
Balance W
Balance D
Pan R
R out
200–8000 Hz, BYPASS
Balance W
R in
R in
Delay1 HF Damp
Modulation
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay Left Delay Right Feedback Mode
0–1300 ms, note NORMAL, CROSS
Feedback #
-98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Rate #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 0-180 deg -15– +15 dB -15– +15 dB
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Selecteert de manier waarop het vertraagde geluid wordt teruggevoerd naar het effect (Zie de illustraties hierboven.) Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Frequentie van modulatie
Depth Phase Low Gain High Gain Balance #
D100:0W– D0:100W 0–127
Level
Diepte van modulatie Ruimtelijke verspreiding van het geluid Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
47: 3TAP PAN DELAY Produceert drie vertraagde geluiden; centrum, links en rechts. fig.MFX-47
Balance D
L in
Triple Tap Delay
2-Band EQ
L out
Balance W
Left Tap
Feedback
46: MODULATION DELAY
L out
Feedback Feedback
L out
Delay 1
2-Band EQ
L in
Center Tap
Right Tap
R in Balance D
Balance W
2-Band EQ
R out
Voegt modulatie toe aan het vertraagde geluid Wanneer Feedback modus op NORMAL staat: fig.MFX-46a
Balance D
L in Delay
Modulation
2-Band EQ
L out
Modulation
R in Balance D
Waarde
Uitleg
Delay Left/ Right/Center Center Feedback #
0–2600 ms, note -98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Left/Right/ Center Level Low Gain High Gain Balance #
0–127
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Volume van elke delay
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
Balance W
Feedback Feedback
Delay
Parameter
Balance W
2-Band EQ
Wanneer Feedback modus op CROSS staat:
R out
Level
178
Effecten toevoegen
48: 4TAP PAN DELAY Dit effect heeft vier vertragingen (delays). fig.MFX-48a
Balance D
L in
L out Delay 1
Balance W
Feedback Delay 2
Quadruple Tap Delay Balance W
Delay 4
R in
R out Balance D fig.MFX-48b
Stereo locatie van elke vertraging
3 4
1
Uitleg
L64–63R
Stereo locatie van Delays 1-4
0–127
Uitgangsniveau van Delays 1-4
-15– +15 dB -15– +15 dB
Balance #
D100:0W– D0:100W 0–127
Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
50: REVERSE DELAY Dit is een omgekeerde (“reverse”) vertraging die een tegengesteld en vertraagd geluid aan het input geluid toevoegt. Een tap vertraging volgt direct na de omgekeerde vertraging. fig.MFX-50
L in
R
L
Waarde
Delay 1–4 Pan Delay 1–4 Level Low Gain High Gain
Level
Delay 3
2
Parameter
Feedback
Rev
2-Band EQ
L out
2-Band EQ
R out
D1
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay 1–4 Time Delay 1 Feedback #
0–2600 ms, note -98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Volume van elke vertraging
Rev. Delay
Delay D3
D2
R in
Parameter
Waarde
Uitleg
Threshold
0–127
Rev Delay Time
0–1300 ms, note
Rev Delay Feedback #
-98– +98%
49: MULTI TAP DELAY
Rev Delay HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Dit effect voorziet in vier vertragingen. Elk van deze Delay Time parameters kunnen worden ingesteld op een noot lengte die gebaseerd is op het geselecteerde tempo. U kunt de panning en het niveau van elk vertraagde geluid ook instellen.
Rev Delay Pan
L64–63R
Rev Delay Level Delay 1 – 3 Time
0–127
Delay 3 Feedback #
-98– +98%
Delay HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Delay 1 Pan’, ‘Delay 2 Pan Delay 1 Level’, ‘Delay 2 Level Low Gain
L64–63R
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Volume waarop de omgekeerde vertraging toegepast zal gaan worden Vertragingstijd vanaf het moment dat geluid is ingevoerd naar de omgekeerde vertraging tot het moment dat het vertraagde geluid klinkt Proportie van het vertraagde geluid dat terug gaat keren naar de input van de omgekeerde vertraging (negatieve waarden keren de phase om) Frequentie waarop de hoge frequentie inhoud van het omgekeerd vertraagde geluid weggesneden zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Panning van het omgekeerde vertraagde geluid Volume van het omgekeerde vertraagde geluid Vertragingstijd vanaf het moment dat geluid is ingevoerd naar de tap vertraging tot het moment dat het vertraagde geluid klinkt Proportie van het vertraagde geluid dat terug gaat keren naar de input van de tap vertraging (negatieve waarden keren de phase om) Frequentie waarop de lage frequentie inhoud van het tap vertraagde geluid weggesneden zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Panning van de tap vertraagde geluiden Volume van de tap vertraagde geluiden Hoeveelheid boost/cut voor het lage frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Volumebalans van het originele geluid (D) en vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
Delay 1–4 Level Low Gain High Gain
0–127
Balance #
D100:0W– D0:100W 0–127
Level
-15– +15 dB -15– +15 dB
Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het vertraagde geluid (W) Uitgangsniveau
fig.MFX-49
Balance D
L in Feed back
Delay 1
2-Band EQ
L out
Balance W
Delay 3
0–1300 ms, note
Multi Tap Delay Balance W
Delay 4 Delay 2
R in Balance D
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay 1–4 Time Delay 1 Feedback #
0–2600 ms, note -98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Past de tijd aan, totdat Delays 1-4 te horen zijn. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen.
0–127 -15– +15 dB
179
Effecten toevoegen
51: SHUFFLE DELAY Voegt een shuffle toe aan het vertraagde geluid, wat het geluid een verend vertragingseffect en daarmee dynamiek geeft. fig.MFX-51
L in Feedback
Delay A
A
Delay B
B
2-Band EQ
L out
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Left Level Right Level Center Level Output Mode
0–127
Uitgangsniveau van het vertraagde geluid
SPEAKER, PHONES
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Past de methode aan die gebruikt zal worden om het geluid te horen dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT jacks. Het optimale 3D effect zal bereikt worden als u SPEAKER selecteert, wanneer u speakers gebruikt of PHONES wanneer u een koptelefoon gebruikt. Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
Delay
R in
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay Time # Shuffle Rate #
0–2600 ms, note 0–100 %
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Past de ratio (als een percentage) aan van de tijd die verstrijkt, voordat het Delay B geluid klinkt, evenredig aan de tijd die verstrijkt, voordat de Delay A klinkt. Wanneer ingesteld op 100 %, blijven de vertragingstijden hetzelfde. Past de tijd aan waarin de Delay Time verandert van de huidige instelling naar zijn gespecificeerde nieuwe instelling. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Stereo locatie van Delay A/B Volume van Delay A/B Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
Acceleration
0–15
Feedback #
-98– +98 %
HF Damp
Pan A/B Level A/B Low Gain High Gain Balance # Level
200–8000 Hz, BYPASS
L64–63R 0–127 -15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
53: TIME CTRL DELAY Een stereo vertraging waarbij soepel gevarieerd kan worden in de vertragingstijd. fig.MFX-53
L in
2-Band EQ Time Ctrl Delay
L out
Pan L
Feedback Feedback
Time Ctrl Delay
Pan R
R in
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
52: 3D DELAY
Delay Time #
0–1300 ms, note
Dit past een 3D effect toe op het vertraagde geluid. Het vertraagde geluid zal op 90 graden links en 90 graden rechts gepositioneerd worden.
Acceleration
0–15
Feedback #
-98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W– D0:100W
Level
0–127
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Past de tijd aan waarin de Delay Time verandert van de huidige instelling naar zijn gespecificeerde nieuwe instelling. De mate van verandering voor de Delay Time heeft invloed op de mate van pitch verandering. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
fig.MFX-52
L
2-Band EQ
Level
L out
3D Delay L 3D Delay C Feedback
3D Delay R 2-Band EQ
R
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay Left Delay Right Delay Center
0–2600 ms, note
Center Feedback #
-98– +98 %
HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt. Past de proportie aan van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen.
180
Effecten toevoegen
54: LONG TIME CTRL DELAY Een vertraging waarin subtiel gevarieerd kan worden in de vertragingstijd, en een uitgerekte vertraging geproduceerd kan worden.
Parameter
Waarde
Uitleg
Tape Distortion
0–5
Wow/Flutter Rate
0–127
Wow/Flutter Depth Echo Level # Direct Level # Level
0–127
Hoeveelheid tape-afhankelijke vervorming die toegevoegd dient te worden. Dit simuleert de kleine tonale veranderingen die ontdekt kunnen worden met behulp van signaal analyse apparatuur. Deze waarde vergroten zal de vervorming vergroten. Snelheid van wow/flutter (complexe variatie in pitch veroorzaakt door tape slijtage en onregelmatigheden bij het roteren) Diepte van wow/flutter
0–127 0–127 0–127
Volume van het echo geluid Volume van het originele geluid Uitgangsniveau
fig.MFX-54
L in
Balance D
2-Band EQ
L out
Balance W
Time Control Delay Balance W Feedback
R in Balance D
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Delay Time # Acceleration
0–2600 ms, note 0–15
Past de tijd aan, totdat het vertraagde geluid te horen is. Past de tijd aan waarin de Delay Time verandert van de huidige instelling naar zijn gespecificeerde nieuwe instelling. De mate van verandering voor de Delay Time heeft invloed op de mate van pitch verandering. Past de hoeveelheid van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Past de frequentie aan waarboven geluid dat is teruggevoerd naar het effect uitgefilterd is Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Stereo locatie van de vertraging Toename van het lage frequentie gebied Toename van het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
Feedback #
HF Damp
Pan # Low Gain High Gain Balance # Level
-98– +98 %
200–8000 Hz, BYPASS
L64–63R -15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
55: TAPE ECHO Een virtuele tape echo, die een realistisch tape-vertraagd geluid produceert. Dit bootst de tape echo sectie van een Roland RE-201 Space Echo na. fig.MFX-55
L in
L out Direct Level Echo Level
Tape Echo
56: LOFI NOISE Behalve het lo-fi effect, voegt dit verschillende soorten ruis toe, zoals white noise en disc ruis. fig.MFX-56
L in
R out Direct Level
Parameter
Waarde
Uitleg
Mode
S, M, L, S+M, S+L, M+L, S+M+L
Repeat Rate #
0–127
Intensity # Bass
0–127 -15– +15 dB
Treble
-15– +15 dB
Head S Pan Head M Pan Head L Pan
L64–63R
Combinatie van afspeelkoppen die u kunt gebruiken. Selecteer uit drie verschillende afspeelkoppen met verschillende vertragingstijden. S: kort (short) M: middelste (middle) L: lang (long) Tape snelheid Deze waarde vergroten zal de ruimte tussen de vertraagde geluiden verkleinen. Hoeveelheid vertraagde herhalingen Boost/cut voor het onderste gebied van het echo geluid Boost/cut voor het bovenste gebied van het echo geluid Onafhankelijke panning voor de korte, middelste en lange afspeelkoppen.
L out
2-Band EQ
R out
Lo-Fi Noise Gen. Lo-Fi R in
Parameter
Waarde
Uitleg
LoFi Type
1–9
Post Filter Type
OFF, LPF, HPF
Post Filter Cutoff W/P Noise Type W/P Noise LPF
200–8000 Hz
Vermindert de geluidskwaliteit. De geluidskwaliteit wordt slechter als deze waarde vergroot wordt. Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Centrum frequentie van het filter
W/P Noise Level # Disc Noise Type
0–127
Disc Noise LPF
200–8000 Hz, BYPASS
Disc Noise Level # Hum Noise Type Hum Noise LPF
0–127
Type opnamegeluid De frequentie waarop het geluid te horen is hangt af van het geselecteerde type. Past de cutoff frequentie van het low pass filter toegepast op het opnamegeluid aan. Als u geen hoge frequenties uit wilt filteren, dient u deze parameter op BYPASS te zetten. Volume van het opnamegeluid
50 Hz, 60 Hz
Frequentie van het brom geluid
200–8000 Hz, BYPASS
Hum Noise Level # Low Gain High Gain Balance #
0–127
Centrum frequentie van het low pass filter toegepast op het brom geluid (BYPASS: niet wegsnijden) Volume van het brom geluid
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
WHITE, PINK 200–8000 Hz, BYPASS
Echo Level
R in
2-Band EQ
Level
LP, EP, SP, RND
Switch tussen white noise en pink noise Centrum frequentie van het low pass filter toegepast op de white/pink noise (BYPASS: niet wegsnijden). Volume van de white noise en pink noise
181
Effecten toevoegen
57: LOFI COMPRESS
59: TELEPHONE
Dit is een effect, waarbij de geluidskwaliteit opzettelijk wordt verminderd voor creatieve doeleinden.
fig.MFX-59
L in
Telephone
L out
R in
Telephone
R out
fig.MFX-57
L in
R in
Compressor
Compressor
Lo-Fi
2-Band EQ
L out
Lo-Fi
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Pre Filter Type
1–6
LoFi Type
1–9
Post Filter Type
OFF, LPF, HPF
Post Filter Cutoff Low Gain High Gain Balance #
200–8000 Hz
Selecteert het type filter dat toegepast wordt op het geluid, voordat het door het Lo-Fi effect passeert. Vermindert de geluidskwaliteit. De geluidskwaliteit wordt slechter als deze waarde wordt vergroot. Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basisfrequentie van het Post Filter
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
Parameter
Waarde
Uitleg
Voice Quality # Treble Balance #
0–15
Audiokwaliteit van de telefoonstem
-15– +15 dB D100:0– D0:100W 0–127
Bandbreedte van de telefoonstem Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het effect geluid (W) Uitgangsniveau
Level
60: PHONOGRAPH Simuleert een geluid dat is opgenomen op een analoge langspeelplaat en afgespeeld wordt op een platenspeler. Dit effect simuleert ook de verschillende typen geluid die typerend zijn voor een langspeelplaat en zelfs de onregelmatigheden in geluid, die bij het draaien van een oude platenspeler voor kunnen komen. fig.MFX-60
Level #
58: LOFI RADIO
Balance D
L in
L out Phonograph
Balance W
Phonograph
Balance W
R in
R out Balance D
Behalve het Lo-Fi effect, genereert dit effect ook radioruis. fig.MFX-58
2-Band EQ
L in
L out
Lo-Fi
Parameter
Waarde
Uitleg
Signal Distortion Frequency Range
0–127
Diepte van vervorming
0–127
Disc Type
LP, EP, SP
Scratch Noise Level Dust Noise Level Hiss Noise Level Total Noise Level # Wow Flutter Random Total Wow/ Flutter # Balance #
0–127
0–127
Frequentie reactie van het afspeelsysteem. Deze waarde verlagen zal de indruk van een oud systeem met een slechte frequentie reactie geven. Rotatiesnelheid van de platenspeler. Dit zal invloed hebben op de frequentie van het scratch geluid. Hoeveelheid geluid veroorzaakt door stof op de plaat Volume van het geluid veroorzaakt door stof op de plaat Volume van een aanhoudende “hiss”
0–127
Volume van het totale geluid
0–127 0–127 0–127 0–127
Wow instelling Flutter instelling Wisselende wow en flutter instelling Volledige wow en flutter instelling
D100:0W– D0:100W 0–127
Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het effect geluid (W) Uitgangsniveau
Radio Lo-Fi 2-Band EQ
R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
LoFi Type
1–9
Vermindert de geluidskwaliteit. De geluidskwaliteit wordt slechter als deze waarde vergroot wordt. Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt. LPF: snijdt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq eruit. HPF: snijdt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq eruit. Basisfrequentie van het Post Filter
Post Filter Type
OFF, LPF, HPF
Post Filter Cutoff Radio Detune #
200–8000 Hz
Radio Noise Level # Low Gain High Gain Balance #
0–127
Simuleert het afstemgeluid van een radio. Als deze waarde verhoogd wordt, verschuift de afstemming verder. Volume van de radioruis
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Toename van het lage gebied 2 Gain of the high range Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het decay geluid (W) Uitgangsniveau
Level
182
0–127
Level
0–127
Effecten toevoegen
61: PITCH SHIFTER (Feedback Pitch Shifter) Een stereo Pitch shifter (toonverschuiving). fig.MFX-61
L in
2-Band EQ
L out
Pitch Shifter Pitch Shifter R in
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Coarse #1
-24– +12 semi
Fine #1
-100– +100 cent
Past de pitch van het pitch-verschoven geluid aan in halve stappen. Past de pitch van het pitch-verschoven geluid aan in 2-cent stappen. Past de delay time van het directe geluid aan, totdat het pitch-verschoven geluid gehoord wordt. Past de proportie van het pitchverschoven geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het pitch-verschoven geluid (W) Uitgangsniveau
Delay Time
0–1300 ms, note
Feedback #
-98– +98 %
Low Gain High Gain Balance #
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W
Level
0–127
62: 2VOICE PITCH SHIFTER Verschuift de toonhoogte van het originele geluid. Deze 2-stemmige pitch shifter heeft er twee, en kan twee pitch-shifted geluiden aan het originele geluid toevoegen. fig.MFX-62
Parameter
Waarde
Uitleg
Pitch 2: Coarse #2 Pitch 2:Fine #2 Pitch 2:Delay Pitch 2:Feedback # Pitch 2:Pan # Pitch 2:Level Low Gain High Gain Level Balance
-24-+12 semi
Instellingen van het Pitch Shift 2 geluid. De parameters zijn dezelfde als voor het Pitch Shift 1 geluid.
Balance
D100:0W-D0:100W
Level
0-127
-100-+100 cent 0–1300 ms, note -98– +98 % L64-63R 0–127 -15– +15 dB -15– +15 dB A100:0B-A0:100B
63: STEP PITCH SHIFTER Een toonhoogte shifter, waarin gevarieerd wordt in de hoeveelheid toon verschuiving door een 16-step sequence. fig.MFX-63
L in
L out Level 1
2Voice Pitch Shifter
Level 1
Pan 1 L
R in
R in
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Pitch 1: Coarse #1 Pitch 1:Fine #1
-24-+12 semi
Pitch 1:Delay
0–1300 ms, note
Pitch 1:Feedback #
-98– +98 %
Pitch 1:Pan #
L64-63R
Pitch 1:Level
0–127
Past de pitch van Pitch Shift 1 aan in semitonale stappen. Past de pitch van Pitch Shift 1 Pitch 1 aan in 2-cent stappen. Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat Pitch Shift 1 gehoord wordt. Past de proportie van het pitchverschoven geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen keren de fase om. Stereo locatie van het Pitch Shift 1 geluid Volume van het Pitch Shift 1 geluid
-100-+100 cent
R out
Waarde
Uitleg
Step 01–16
-24–+12 semi
Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Attack #
0–127
Gate Time #
0–127
Fine
-100– +100 cent
Delay Time
0–1300 ms, note
Feedback #
-98– +98%
Low Gain
-15– +15 dB
High Gain
-15– +15 dB
Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Hoeveelheid toon verschuiving bij iedere stap (semitonale eenheden) Tempo waarin de 16-staps sequence zal draaien Snelheid waarin de hoeveelheid pitch verschuiving verandert tussen stappen Duur van het pitch-verschoven geluid bij iedere stap Pitch verschuivingsaanpassing voor alle stappen (2-cent eenheden) Vertragingstijd van het originele geluid, totdat het pitchverschoven geluid gehoord wordt Proportie van het pitch-verschoven geluid dat teruggevoerd wordt naar de input. (Negatieve waarden keren de fase om.) Hoeveelheid boost/cut voor het lage frequentie gebied Hoeveelheid boost/cut voor het hoge frequentie gebied Volumebalans tussen het originele geluid (D) en het pitchverschoven geluid (W) Uitgangsniveau
Balance W
Balance D
2-Band EQ
Parameter
Pan 1 R
Pan 2 R
L out
Step Pitch Shifter
Balance W
Pan 2 L
2-Band EQ Step Pitch Shifter
Balance D
L in
Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen de Pitch Shift 1 en Pitch Shift 2 geluiden Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het pitch-verschoven geluid (W) Uitgangsniveau
183
Effecten toevoegen
64: REVERB Voegt nagalm aan het geluid toe, waarmee de een akoestek van een ruimte wordt nagebootst. fig.MFX-64
L in
2-Band EQ
Balance D
2-Band EQ
R out
Uitleg
ROOM1, ROOM2, STAGE1, STAGE2, HALL1, HALL2
Type nagalm/weerkaatsing ROOM1: Dichte weerkaatsing met korte decay ROOM2: magere weerkaatsing met korte decay STAGE1: weerkaatsing met grotere late nagalm HALL1: weerkaatsing met zuivere nagalm HALL2: weerkaatsing met rijke nagalm Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het weerkaatsende geluid gehoord wordt Tijdsduur van weerkaatsing Past de frequentie aan waarboven het weerkaatsende geluid afgekapt zal worden. Als de frequentie lager is ingesteld zullen de hogere frequenties weggesneden worden, wat resulteeert in een zachter en meer gedempte nagalm. Als u de hoge frequenties niet weg wilt snijden, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het weerkaatsende geluid (W) Uitgangsniveau
0–127 200–8000 Hz, BYPASS
Low Gain High Gain Balance #
Level
fig.MFX-66
L out
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
Balance D Balance W
Waarde
Type
Time # HF Damp
-15– +15 dB -15– +15 dB D100:0W– D0:100W 0–127
L in
Parameter
0.0–100.0 ms
Low Gain High Gain Balance #
Past de tijd aan vanaf het moment dat de weerkaatsing is gehoord, totdat deze verdwijnt. Toename van het lage gebied Toename van het hoge gebied Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het weerkaatsende geluid (W) Uitgangsniveau
66: OVERDRIVE → CHORUS
Balance W
Pre Delay
Uitleg
5–500 ms
Level #
Reverb
Balance D
Waarde
Gate Time
L out
Balance W
R in
Parameter
Overdrive
Chorus Balance W
R out
R in Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Overdrive Drive # Overdrive Pan # Chorus Pre Delay
0–127
Chorus Rate # Chorus Depth Chorus Balance #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Mate van vervorming. Verandert ook het volume. Stereo locatie van het overdrive geluid Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de volumebalans tussen het geluid dat door de chorus is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de chorus is gestuurd (D). Uitgangsniveau
L64–63R 0.0–100.0 ms
67: OVERDRIVE → FLANGER fig.MFX-67
Balance D
L out
L in Feedback
Overdrive
65: GATED REVERB
Balance W
Flanger Balance W
Dit is een speciaal type reverb, waarin het weerkaatsende geluid voortijdig wordt afgekapt.
R out
R in Balance D
fig.MFX-65
L in
2-Band EQ
Balance D
L out
Balance W
Gated Reverb Balance W
R in Balance D
2-Band EQ
R out
Parameter
Waarde
Uitleg
Type
NORMAL, REVERSE, SWEEP1, SWEEP2
Type weerkaatsing NORMAL: conventionele afgekapte weerkaatsing REVERSE: tegengestelde weerkaatsing SWEEP1: het weerkaatsende geluid verplaatst zich van rechts naar links SWEEP2: het weerkaatsende geluid verplaatst zich van links naar rechts Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het weerkaatsende geluid gehoord wordt
Pre Delay
184
0.0–100.0 ms
Parameter
Waarde
Uitleg
Overdrive Drive # Overdrive Pan # Flanger Pre Delay
0–127
Flanger Rate # Flanger Depth Flanger Feedback #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 -98– +98 %
Flanger Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Mate van vervorming. Verandert ook het volume. Stereo locatie van het overdrive geluid Past de delay time van het moment dat het directe geluid begint, totdat het flanger geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de proportie van het flanger geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de flanger is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de flanger is gestuurd (D). Uitgangsniveau
L64–63R 0.0–100.0 ms
Effecten toevoegen
68: OVERDRIVE → DELAY
71: DISTORTION → DELAY
fig.MFX-68
L out
L in Balance D
Balance W
Overdrive
Delay Balance W Feedback
R out
R in
De parameters zijn in principe hetzelfde als in “68: OVERDRIVE → DELAY,” met uitzondering van de volgende twee. Overdrive Drive → Distortion Drive, Overdrive Pan → Distortion Pan fig.MFX-71
L out
L in Balance D
Balance D
Balance W
Distortion
Balance W
Parameter
Waarde
Uitleg
Overdrive Drive # Overdrive Pan # Delay Time
0–127
Mate van vervorming Verandert ook het volume. Stereo locatie van het overdrive geluid Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt. Past de proportie van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de frequentie aan waarboven geluid dat teruggevoerd is naar het effect afgekapt zal worden. Als u geen hoge frequenties af wilt kappen, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de vertraging is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de vertraging is gestuurd (D). Uitgangsniveau
Delay Feedback #
L64–63R 0–2600 ms, note
-98– +98 %
Delay HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Delay Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Delay
69: DISTORTION → CHORUS De parameters zijn in principe hetzelfde als in “66: OVERDRIVE → CHORUS,” met uitzondering van de volgende twee. Overdrive Drive → Distortion Drive, Overdrive Pan → Distortion Pan
Feedback
R out
R in Balance D
72: ENHANCER → CHORUS fig.MFX-72
L in
L out
Enhancer Mix
Balance D Balance W
Chorus Balance W
R in
R out
Enhancer Mix
Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Enhancer Sens # Enhancer Mix #
0–127 0–127
Chorus Pre Delay
0.0–100.0 ms
Chorus Rate # Chorus Depth Chorus Balance #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 D100:0W– D0:100W
Level
0–127
Gevoeligheid van de enhancer Niveau van de boventonen gegenereerd door de enhancer Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de chorus is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de chorus is gestuurd (D). Uitgangsniveau
fig.MFX-69
L out
L in
Balance D Balance W
Distortion
Chorus Balance W
R out
R in Balance D
70: DISTORTION → FLANGER De parameters zijn in principe hetzelfde als in “67: OVERDRIVE → FLANGER,” met uitzondering van de volgende twee. Overdrive Drive → Distortion Drive, Overdrive Pan → Distortion Pan fig.MFX-70
Balance D
L out
L in Feedback
Distortion
Balance W
Flanger Balance W
R out
R in Balance D
185
Effecten toevoegen
73: ENHANCER → FLANGER
75: CHORUS → DELAY
fig.MFX-73
fig.MFX-75
Balance D
L in
Balance D
L out
Enhancer Mix
L in Balance W
Balance W
Flanger
Chorus Balance W
R in
R out
Enhancer Mix
L out Balance D
Feedback
Balance W
Balance W
Delay Balance W Feedback
R in
Balance D
R out Balance D
Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Parameter
Waarde
Uitleg
Enhancer Sens # Enhancer Mix #
0–127 0–127
Chorus Pre Delay
0.0–100.0 ms
Flanger Pre Delay
0.0–100.0 ms
0.05–10.00 Hz, note 0–127 -98– +98 %
Chorus Rate # Chorus Depth Chorus Balance #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 D100:0W–D0:100W
Flanger Rate # Flanger Depth Flanger Feedback #
Delay Time
0–2600 ms, note
D100:0W– D0:100W
Delay Feedback #
-98– +98 %
Flanger Balance #
Level
0–127
Gevoeligheid van de enhancer Niveau van de boventonen gegenereerd door de enhancer Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het flanger geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de proportie aan van het flanger geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de flanger is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de flanger is gestuurd (D). Uitgangsniveau
Delay HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Delay Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt. Past de proportie aan van het vertraagde geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de frequentie aan waarboven geluid dat teruggevoerd is naar het effect wggesneden zal worden. Als u geen hoge frequenties af wilt kappen, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de vertraging is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de vertraging is gestuurd (D). Uitgangsniveau
74: ENHANCER → DELAY fig.MFX-74
L in
L out
Enhancer Mix
Balance D Balance W
Delay Balance W Feedback
R in
R out
Enhancer Mix
Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Enhancer Sens #
0–127
Enhancer Mix #
0–127
Delay Time
0–2600 ms, note
Delay Feedback #
-98– +98 %
Delay HF Damp
200–8000 Hz, BYPASS
Delay Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Gevoeligheid van de enhancer Niveau van de boventonen gegenereerd door de enhancer Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt. Past de proportie aan van het vertraagde geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de phase omkeren. Past de frequentie aan waarboven geluid dat teruggevoerd is naar het effect afgekapt zal worden. Als u geen hoge frequenties weg wilt snijden, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de vertraging is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de vertraging is gestuurd (D). Uitgangsniveau
186
Effecten toevoegen
76: FLANGER → DELAY fig.MFX-76
Balance D
L in
L out Balance D
Feedback
Flanger
Balance W Balance W
Balance W
Delay
Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Flanger Pre Delay
0.0–100.0 ms
Flanger Rate # Flanger Depth Flanger Feedback #
0.05–10.00 Hz, note 0–127 -98– +98 %
Flanger Balance #
D100:0W–D0:100W
Delay Time
0–2600 ms, note
Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het flanger geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie Diepte van modulatie Past de proportie aan van het flanger geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het flanger geluid (W) Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt. Past de proportie aan van het vertraagde geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de frequentie aan waarboven geluid dat teruggevoerd is naar het effect afgekapt zal worden. Als u geen hoge frequenties weg wilt snijden, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de vertraging is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de vertraging is gestuurd (D). Uitgangsniveau
Delay HF Damp
-98– +98 %
200–8000 Hz, BYPASS
Delay Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Uitleg
0.05–10.00 Hz, note
Flanger Depth
0–127
Flanger Feedback #
-98– +98 %
Flanger Balance #
D100:0W–D0:100W
Level
0–127
Modulatie frequentie van het flanger effect Modulatie diepte van het flanger effect Past de proportie aan van het flanger geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Past de volumebalans aan tussen het geluid dat door de flanger is gestuurd (W) en het geluid dat niet door de flanger is gestuurd (D). Uitgangsniveau
Balance W
R out
Delay Feedback #
Waarde
Flanger Rate #
Feedback
R in Balance D
Parameter
77: CHORUS → FLANGER
78: SYMPATHETIC RESONANCE Op een akoestische piano, geeft het ingedrukt houden van het demper pedaal u de mogelijkheid om andere snaren te laten resoneren met de noten die u speelt, waarmee een rijke en ruimtelijke resonantie wordt gecreëerd. Met dit effect kunt u deze afgezwakte resonanties nabootsen. fig.MFX-78
L in
Balance D
Balance D
R in
Chorus
Waarde
Uitleg
0–127 0–127
Pre LPF
16–15000 Hz, BYPASS
Pre HPF
BYPASS, 16–15000 Hz
Peaking Freq
200–8000 Hz
Peaking Gain
-15– +15 dB
Peaking Q
0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
HF Damp
16–15000 Hz, BYPASS
LF Damp
BYPASS, 16–15000 Hz
Lid
1–6
EQ Low Freq EQ Low Gain
200, 400 Hz -15– +15 dB
Diepte van het effect Hoe diep het demper pedaal is ingedrukt (controleert het resonerende geluid) Frequentie van het filter dat de hoge frequentie inhoud van het input geluid afkapt (BYPASS: niet wegsnijden) Frequentie van het filter dat de lage frequentie inhoud van het input geluid afkapt (BYPASS: niet wegsnijden) Frequentie van het filter dat een specifieke frequentie regio van het input geluid opkrikt/wegsnijdt Hoeveelheid boost/cut geproduceerd door het filter bij de gespecificeerde frequentie regio van het input geluid Breedte van de frequentie regio opgekrikt/afgekapt door de ‘Peaking Gain’ parameter (grotere waarden maken de regio smaller) Frequentie waarop de hoge frequentie inhoud van het resonerende geluid afgekapt zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Frequentie waarop de lage frequentie inhoud van het resonerende geluid afgekapt zal worden (BYPASS: niet wegsnijden) Dit simuleert de eigenlijke veranderingen in geluid die voorkomen wanneer de klep van een vleugel is ingesteld op verschillende hoogten. Frequentie van de low- range EQ Hoeveelheid low- range boost/ cut
Balance W Balance W
Balance W
R in
R out Balance D
Balance D
Parameter
Waarde
Uitleg
Chorus Pre Delay
0.0–100.0 ms
Chorus Rate #
0.05–10.00 Hz, note
Chorus Depth
0–127
Chorus Balance #
D100:0W–D0:100W
Flanger Pre Delay
0.0–100.0 ms
Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Modulatie frequentie van het chorus effect Modulatie diepte van het chorus effect Volumebalans tussen het directe geluid (D) en het chorus geluid (W) Past de vertragingstijd aan van het moment dat het directe geluid begint, totdat het flanger geluid wordt gehoord.
R out
Depth # Damper #
Feedback
Flanger
3-Band EQ
Parameter
L out Balance W
L out
Syn. Resonance
fig.MFX-77
L in
3-Band EQ
187
Effecten toevoegen
Parameter
Waarde
Uitleg
EQ Mid Freq
200–8000 Hz
EQ Mid Gain
-15– +15 dB
EQ Mid Q
0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
EQ High Freq
2000, 4000, 8000 Hz
EQ High Gain
-15–+15 dB
Level
0–127
Frequentie van de boost/cut in het middenbereik Hoeveelheid boost/cut in het middenbereik Breedte van het middenbereik (grotere waarden maken de regio smaller) Frequentie van het hoge bereik EQ Hoeveelheid boost/cut in het hoge bereik Uitgangsniveau
Wanneer u 3D effecten gebruikt De volgende 3D effecten gebruiken RSS (Roland Sound Space) technologie om een ruimtelijkheid te creëren die niet geproduceerd kan worden door delay, reverb, chorus etc. 52: 3D DELAY
Over de STEP RESET functie 06: STEP FILTER 16: STEP RING MODULATOR 19: STEP PAN 20: SLICER 63: STEP PITCH SHIFTER De bovenstaande vijf typen bevatten een zestien-staps sequencer. Voor deze typen kunt u een multi-effect control gebruiken om de sequence opnieuw in te stellen, zodat deze vanaf de eerste stap speelt. Om dit te doen, dient u de multi-effecten control instelling op “Step Reset” te zetten.
29: 3D CHORUS
Als u bijvoorbeeld de modulatie hendel gebruikt om het effect te besturen, zult u de volgende instellingen moeten maken.
30: 3D FLANGER
Source:
CC01: MODULATION
31: 3D STEP FLANGER
Destination:
Step Reset
Wanneer u deze effecten gebruikt, adviseren we u om uw speakers als volgt neer te zetten. Zorg er ook voor dat de speakers op voldoende afstand van de muren staan.
Sens: +63
fig.33-002
NIET VERTAALD Met deze instellingen zal de sequence spelen vanaf de eerste stap, wanneer u de modulatie hendel gebruikt.
noot: fig.MFX-note2.e_88
30˚
30˚
(64ste triool),
(64ste noot), (16e triool),
(Gepuncteerde 32ste noot),
(8ste triool),
(Gepuncteerde 16e noot),
(32ste noot), (16e noot), (8ste noot), (Kwartnoot),
(Kwartentriool), (Halve triool),
(Hele noot triool),
Als de linker- en rechter speaker te ver uit elkaar staan of als er teveel weerkaatsing is, kan het volledige 3D effect wellicht niet tot uiting komen. Elk van deze effecten heeft een “Output Mode” parameter. Als het geluid van de OUTPUT jacks gehoord dient te worden via de speakers, dient u deze parameter op “SPEAKER” te zetten. Als het geluid gehoord dient te worden door een koptelefoon, dient u dit op “PHONES” in te stellen. Dit zorgt ervoor dat het optimale 3D effect gehoord kan worden. Als de parameter niet correct is ingesteld, kan het volledige 3D effect misschien niet volledig tot uiting komen.
188
(32ste triool),
(Gepuncteerde 8ste noot),
(Gepuncteerde kwartnoot),
(Gepuncteerde halve noot),
(Dubbele noot triool),
(Gepuncteerde hele noot),
(Halve noot),
(Hele noot), (Dubbele noot)
Effecten toevoegen
Chorus instellingen maken *
De Chorus effect eenheid van de Fantom-Xa kan ook gebruikt worden als een stereo vertragingseenheid.
fig.Chorus
Bekijk Effect instellingen maken (p.157)voor details over deze instellingen (p.157). Parameter
Waarde
Uitleg
(Chorus Type) Chorus Level Type 01: Chorus Filter Type
00 (OFF)–03 0–127
Selecteert Chorus of Delay. Volume van het geluid dat door chorus passeert
OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Pre Delay Rate
200–8000 Hz 0.0–100.0 ms 0.05–10.00 Hz, note 0–127 0–180˚ 0–127
Type filter OFF: er wordt geen filter gebruikt LPF: kapt het frequentie gebied boven de Cutoff Freq af HPF: kapt het frequentie gebied onder de Cutoff Freq af Basis frequentie van het filter Delay tijd van het directe geluid, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie
Depth Phase Feedback Type 02: Delay Dly Left Dly Right Dly Center Center Feedback HF Damp
0–1000 ms, note
Past de vertragingstijd van het directe geluid aan, totdat het vertraagde geluid gehoord wordt.
-98–+98 %
Past de proportie van het vertraagde geluid aan dat teruggevoerd wordt naar het effect. Negatieve (-) instellingen zullen de fase omkeren. Frequentie, waarboven geluid dat teruggevoerd is naar het effect, afgekapt zal worden. Als u geen hoge frequenties af wilt kappen, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Volume van elk vertraagde geluid
200–8000 Hz, BYPASS 0–127
Left Level Right Level Center Level Type 03: GM2 Chorus Pre-LPF
Diepte van modulatie Ruimtelijke verstrooïïng van het geluid Hoeveelheid van het chorus geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect.
0–7
Level Feedback Delay Rate
0–127 0–127 0–127 0–127
Kapt het hoge frequentie gebied van het geluid dat in de chorus terechtkomt, af. Hogere waarden zullen meer van de hoge frequenties afkappen. Volume van het chorus geluid Hoeveelheid chorus geluid dat naar het effect is teruggevoerd. Vertragingstijd van het directe geluid, totdat het chorus geluid gehoord wordt. Frequentie van modulatie
Depth Send Level To Reverb
0–127 0–127
Diepte van modulatie Hoeveelheid chorus geluid dat door de reverb gestuurd zal worden.
noot: fig.MFX-note2.e
(64ste triool),
(64ste noot), (16e triool),
(Gepuncteerde 32ste noot),
(8ste triool),
(Gepuncteerde 16e noot),
(32ste noot), (16e noot), (8ste noot), (Kwartnoot),
(32ste triool),
(Kwartentriool), (Halve triool),
(Hele noot triool),
(Gepuncteerde 8ste noot),
(Gepuncteerde kwartnoot),
(Gepuncteerde halve noot),
(Dubbele noot triool),
(Gepuncteerde hele noot),
(Halve noot),
(Hele noot), (Dubbele noot)
Reverb instellingen maken
189
Effecten toevoegen
fig.Reverb
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen. Parameter
Waarde
(Reverb Type) 00 (OFF)–05 Reverb Level 0–127 Type 01: Reverb (Normal Reverb) Type ROOM1, ROOM2, STAGE1, STAGE2, HALL1, HALL2, DELAY, PAN-DELAY
Uitleg Type of Reverb
Type reverb/delay ROOM1: Dichte weerkaatsing met korte decay ROOM2: magere weerkaatsing met korte decay STAGE1: weerkaatsing met grotere late nagalm STAGE2: weerkaatsing met sterke vroege terugkaatsing HALL1: werkaatsing met zuivere nagalm HALL2: rijke weerkaatsing DELAY: conventioneel vertragingseffect PAN-DELAY: vertragingseffect met echo’s die links en rechts pannen Time 0–127 Tijdsduur van weerkaatsing (Type: ROOM1-HALL2) Vertragingstijd (Type: DELAY, PAN-DELAY) HF Damp 200–8000 Hz, Frequentie, waarboven de hoge frequentie component van het weerkaatsende geluid wordt afgekapt of “gedempt.” BYPASS Als u de hoge frequenties niet af wilt kappen, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Delay Feedback 0–127 Hoeveelheid vertraagde feedback, wanneer de Type instelling op DELAY of PAN-DELAY staat. Type 02: SRV Room (Simuleert typische kamer akoestiek.) Type 03: SRV Hall (Simuleert typische concertzaal akoestiek.) Type 04: SRV Plate (Simuleert een reverb plate, een populair type kunstmatige reverb, waarbij geluid geproduceerd wordt door de trilling van een metalen plaat.) Pre Delay 0.0–100.0 ms Vertragingstijd van het directe geluid, totdat het reverb geluid wordt gehoord. Time 0–127 Tijdsduur van weerkaatsing Size 1–8 Grootte van de gesimuleerde kamer of zaal High Cut 160 Hz–12.5 kHz, Frequentie waarboven de hoge frequentie inhoud van het weerkaatsende geluid gereduceerd zal worden. BYPASS Als u de hoge frequenties niet wilt reduceren, dient u deze parameter op BYPASS in te stellen. Density 0–127 Dichtheid van reverb Diffusion 0–127 Verandering in de dichtheid van de reverb in tijd Hoe hoger de waarde, hoe meer de dichtheid met de tijd vergroot wordt. (het effect van deze instelling is het meest uitgesproken bij lange weerkaatsingstijden.) LF Damp 50–4000 Hz Frequentie, waaronder de lage frequentie inhoud van het weerkaatsende geluid gereduceerd of “gedempt” zal worden. LF Damp Gain -36–0 dB Hoeveelheid demping toegepast op het frequentie gebied dat geselecteerd is met behulp van LF Damp. Met een instelling van “0”, zal er geen reductie van de lage frequentie inhoud van de reverb zijn. HF Damp 4000 Hz–12.5 kHz Frequentie, waarboven de hoge frequentie inhoud van het reverb geluid gereduceerd of “gedempt” zal worden. HF Damp Gain -36–0 dB Hoeveelheid demping toegepast op het geselecteerde frequentie gebied met HF Damp Met een instelling van “0” zal er geen reductie zijn van de hoge frequentie inhoud van de reverb. Type 05: GM2 Reverb Character 0–7 Type reverb 0-5: reverb (weerkaatsing) 6,7: delay (vertraging) Pre-LPF 0–7 Kapt het hoge frequentie gebied van het geluid, dat in de reverb komt, weg. Hogere waarden zullen meer van de hoge frequenties afkappen. Level 0–127 Uitgangsniveau van de weerkaatsing Time 0–127 Tijdsduur van de reverb Delay Feedback 0–127 Hoeveelheid vertraagd geluid dat teruggevoerd wordt naar het effect, wanneer de Reverb Character instelling 6 of 7 is.
190
Effecten toevoegen
Mastering Effect Dit is een stereo compressor (begrenzer) die wordt toegepast op de uiteindelijke output van de Fantom-Xa. Het bevat onafhankelijke high, mid en low ranges. Onafhankelijk voor de high-frequency, mid-frequency en low-frequency regio’s wordt elk geluid dat het gespecificeerde niveau overstijgt gecomprimeerd, waardoor het volume consistenter wordt. Of u nu mixt naar MD of DAT of u uw eigen originele audio CD produceert; dit stelt u in staat om op geoptimaliseerd niveau te masteren. *
Mastering effect instellingen gelden voor de hele Fantom-Xa. Deze instellingen zijn er niet voor afzonderlijke Patches of performances.
*
Het mastering effect wordt toegepast op het geluid dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT A (MIX) jacks. Het zal niet toegepast worden op het geluid dat uitgevoerd wordt via de OUTPUT B jacks.
fig.Mastering
Bekijk Effect instellingen maken (p.157) voor details over deze instellingen. Parameter
Waarde
Uitleg
(Type)
Roept effect instellingen op. 00-04: Preset instellingen 05: Gebruikersinstellingen Door op [F6 (SYSTEM WRITE)] te drukken, kunt u de huidige instellingen opslaan als gebruikersinstellingen. * Er kan slechts één set gebruikersinstellingen opgeslagen worden.
Split Lo Split Hi Lo/Mid/Hi Level Low/Mid/Hi Attack
00: Hard Comp, 01: Soft Comp, 02: Low Boost, 03: Mid Boost, 04: Hi Boost, 05: User 200–800 Hz 2000–8000 Hz 0–24 dB 0–100 ms
Low/Mid/Hi Release
50–5000 ms
Low/Mid/Hi Thresh Low/Mid/Hi Ratio
-36–0 dB 1.00:1–INF:1 (INF: infinity)
Frequentie waarop de low-frequency (LO) en mid-frequency (MID) banden gesplitst worden. Frequentie waarop de high-frequency (HI) en mid-frequency (MID) banden gesplitst worden. Uitgangsvolume Tijd tussen het moment dat het volume over het drempelniveau gaat tot het moment dat het compressor effect toe wordt gepast Tijd tussen het moment dat het volume onder het drempelniveau valt tot het moment dat het compressor effect niet meer toe wordt gepast Volumeniveau waarop compressie begint Compressie ratio
Over THRESHOLD (Thresh) en RATIO Zoals weergegeven in het diagram hieronder, bepalen deze parameters hoe het volume gecomprimeerd wordt. fig.MasterComp.e
1:1
Output Level
RATIO 2:1 4:1 INF:1
THRESHOLD Input Level
191
Algemene instellingen voor alle standen (System Function) Aan instellingen, die van toepassing zijn op de hele werkomgeving van de Fantom-Xa, zoals afstemmen en MIDI bericht ontvangst, wordt ook wel gerefereerd als system functions. In deze sectie wordt uitgelegd hoe u instellingen moet maken voor de Systeem functies en worden de functies van de verschillende Systeem parameters uitgelegd.
Hoe maakt u Systeemfunctie instellingen 1. Druk op [MENU] in het PATCH PLAY, PERFORM LAYER of PERFORM MIXER venster.
2. Druk op
of om “System” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het System Menu venstertje verschijnt.
fig.SystemMenu
De Systeem instellingen opslaan (System Write) Wijzigingen die u aanbrengt in de Systeem functie instellingen zijn slechts tijdelijk- ze zullen opzij gezet worden op het moment dat het apparaat uitgezet wordt. Als u de veranderingen wilt behouden die u in de systeeminstellingen heeft gemaakt, dient u ze in het interne systeem geheugen op te slaan.
Wanneer u het opslaan uitvoert, zal de data die daarvoor in de save bestemming zat, verloren gaan. De fabrieksinstellingsgegevens kunnen echter opgeroepen worden door de Factory Reset procedure uit te voeren.
1. Verander de systeemfunctie instellingen en druk op [F6 (WRITE)]. fig.SystemWrite
3. Druk op [F1]-[F5] om de parameter groep te selecteren. Een SYSTEM SETUP venster verschijnt. fig.SystemSetup
De display zal “System Write Completed!” aangeven. De data zal opgeslagen worden en u keert terug in het SYSTEM SETUP venster.
Systeem informatie 4. Druk op [F1]-[F4] of op
om de parameter te selecteren die u wenst te veranderen.
5. Gebruik de Value draaischijf of [INC] [DEC] om de instelling te veranderen.
6. Herhaal stappen 3-5 om elke systeem parameter die u wilt wijzigen, in te stellen.
7. Om de instellingen die u hebt veranderd op te slaan, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken.
8. Druk op [EXIT] om naar het voorgaande venster terug te keren.
1. Druk op [MENU]. 2. Druk op
om “1.System” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het System Menu venstertje verschijnt.
3. Druk op [F6 (INFORMATION)]. Het SYSTEM INFO venster verschijnt.
4. Druk op [F1]-[F3] om de informatie die u wilt bekijken, weer te laten geven. [F1 (MEMORY)]: Hoeveelheid geïnstalleerd geheugen. [F2 (SRX)]: Naam van de Wave Expansion board die geïnstalleerd is [F3 (VERSION)]: Versie van het systeem programma van de Fantom-Xa.
5. Druk op [EXIT] om naar het voorgaande venster terug te keren.
192
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
Functies van Systeem parameters In dit gedeelte wordt uitgelegd wat de verschillende Systeem parameters doen en hoe deze parameters georganiseerd zijn.
Systeem menu [F1 (GENERAL)] [F1 (COMMON)] Parameter System Common LCD Contrast Power Up Mode
Waarde
Uitleg
1–20 PATCH, PERFORMANCE
Patch Remain
OFF, ON
Past het contrast van de display aan. Instelling die u in staat stelt de modus te kiezen waarin u wilt dat de Fantom-Xa zich bevindt, wanneer u het apparaat aanzet. PATCH: Patch modus PERFORMANCE: Performance modus Specificeert of noten die op dat moment te horen zijn, nog steeds zullen klinken, wanneer een andere Patch of ritme set geselecteerd is (ON) of niet (OFF). Ook is het zo dat, wanneer dit op “ON” staat, veranderingen geproduceerd door inkomende MIDI berichten, zoals Volume of Pan (CC5, 7, 10, 65, 68, 71-74, RPN 0, 1, 2, MONO ON, POLY ON) alsmede toon kwaliteit en volumeveranderingen geproduceerd door de verschillende controllers, overgenomen zullen worden. * Effecten instellingen veranderen zodra u naar een nieuwe Patch of ritme set gaat, zonder beïnvloed te worden door de Patch Remain instelling. Hierdoor kunnen effecten instellingen ervoor zorgen dat noten die tot dat moment te horen waren ineens niet meer te horen zijn, zelfs als Patch Remain aanstaat.
Sampling Default File Type Pre Sample Time
WAV, AIFF 0–1000 ms
Trigger Level
0–7
Gap Time
500–2000 ms
Input Select
LINE IN L/R, LINE IN L, MICROPHONE
Trimming Switch
OFF, ON
Skip Back Time
OFF, 5–40 sec
Het gebruikte bestandsformaat, wanneer u een sample opslaat De lengte van het geluid voorafgaand aan het moment waarop sampling met de hand of automatisch gestart werd, zal vast worden gehouden in de sample. Hiermee kunt u voorkomen dat het attack gedeelte van het geluid weggelaten wordt uit de sample. Volumeniveau waarop sampling zal beginnen, wanneer Auto Trig op ON staat. Een instelling van “0” is het minimum. Lengte van de stilte waarop de sample verdeeld zal worden. Wanneer een stille regio voorkomt die langer duurt dan de gespecificeerde tijd, zal de sample op dat punt verdeeld worden en zal het volgende sample nummer toegewezen worden aan het geluid dat erop volgt. * Deze parameter werkt alleen als u Auto Divide sampling gebruikt. Input bron van het externe input geluid LINE-L-R: INPUT jacks L/R(stereo) LINE-L: INPUT jack L(mono) MIC: INPUT jack(mono, microfoon niveau) Als dit aanstaat, zullen de Start Point en End Point instellingen automatisch aangepast worden nadat sampling is uitgevoerd, dus stille gedeelten aan het begin of eind van een sample worden weggelaten. Specificeert hoeveel eerder in de tijd u sampling plaats wilt laten vinden, wanneer u Skip Back Sampling gebruikt. Als “OFF” is geselecteerd, kan skip back sampling niet worden uitgevoerd.
[F2 (AUTO LD)] Parameter Load Preset Samples at Startup Load User Samples at Startup Load Demo Song at Startup
Waarde OFF, ON OFF, ON OFF, ON
Uitleg Specificeert of de preset samples geladen zullen worden in het geheugen als de Fantom-Xa aangezet wordt (ON), of niet (OFF). Specificeert of de preset samples uit het gebruikersgebied en van de geheugenkaart geladen zullen worden in het geheugen als de Fantom-Xa aangezet wordt (ON), of niet (OFF). Specificeert of de demo geladen zal worden in het tijdelijk gebied wanneer u de Fantom-Xa aanzet (ON), of niet geladen zal worden (OFF).
193
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
[F3 (SOUND)] Parameter Sound Generator Master Tune
Waarde
Uitleg
415.3–466.2 Hz
Master Key Shift Master Level Output Gain
-24– +24 0–127 -12– 12 dB
Mix/Parallel
MIX, PARALLEL
Over het geheel genomen de afstemming van de Fantom-Xa De display geeft de frequentie van de A4 noot weer (centrum A). Verplaatst de over het geheel genomen toonhoogte van de Fantom-Xa in halve stappen. Volume van de hele Fantom-Xa Output gain van de output van de Fantom-Xa. Wanneer er bijvoorbeeld betrekkelijk weinig stemmen te horen zijn, kan het opkrikken van de output gain ervoor zorgen dat u het meest geschikte uitgangsniveau voor opnemen en andere doeleinden bereikt. Hoe het geluid van de hele Fantom-Xa uitgevoerd zal worden. MIX: Stel dit in om de collectieve output van alle geluiden via de OUTPUT A (MIX) jacks uit te voeren. Wanneer u het afgeronde, totale geluid dat uitgevoerd wordt wilt controleren, dient u dit op MIX in te stellen. PARALLEL: Output hangt af van de Output Assign instellingen. * Geluiden die in de Output Assign ingesteld zijn om uitgevoerd te worden via de INDIVIDUAL 3 jack worden uitgevoerd via de linker OUTPUT A (MIX) jack; geluiden die ingesteld zijn om uitgevoerd te worden via de INDIVIDUAL 4 jack worden uitgevoerd via de rechter OUTPUT A (MIX) jack. * Geluiden uitgevoerd via de PHONES jack zijn hetzelfde als de geluiden die uitgevoerd worden via de OUTPUT A (MIX) jacks. Om die reden worden geluiden ingesteld met behulp van Output Assign die uitgevoerd worden via de OUTPUT B jacks, niet uitgevoerd via de PHONES jack. Wees er zeker van dat ieder geluid dat u via de koptelefoon wilt horen, ingesteld staat op “MIX.”
Preview Preview Mode
SINGLE, CHORD, PHRASE
Preview 1–4 Note Number
C - –G9
Preview 1–4 Velocity
OFF, 1–127
SINGLE: De noten gespecificeerd door de Preview 1-4 Note Number zullen achtereenvolgens te horen zijn. CHORD: De noten gespecificeerd door de Preview 1-4 Note Number zullen gelijktijdig te horen zijn. PHRASE: De frase geassocieerd met het Patch type/categorie wordt gespeeld. Specificeer de toonhoogte van de vier noten die te horen zullen zijn, wanneer de Preview Mode parameter ingesteld staat op “SINGLE” of “CHORD.” * Als “PHRASE” ingesteld staat voor de Preview Mode parameter zullen deze instellingen geen effect hebben. Specificeer de aanslaggevoeligheid van de vier noten die zullen klinken, wanneer de Preview Mode parameter ingesteld staat op “SINGLE” of “CHORD.” * Als “PHRASE” geselecteerd is vor de Preview Mode parameter, zullen deze instellingen geen effect hebben.
Scale Tune voor Patch modus De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om het keyboard te bespelen en gebruik te maken van andere temperaturen dan de gelijke temperatuur. De toonhoogte wordt gespecificeerd in 1/100ste eenheden in verhouding tot de gelijke temperatuur. * One-cent is 1/100ste van een halve toon. Een set Scale Tune instellingen kan in Patch modus gecreëerd worden. In Performance modus kan dit voor elke Part van de Performance (p.76) ingesteld worden. * In Patch modus geldt dit alleen voor het keyboard part. • De geselecteerde schaal is van toepassing op MIDI berichten ontvangen via een extern MIDI apparaat. Scale Tune Switch OFF, ON Zet dit aan, wanneer u een andere tuning scale als de standaard temperatuur wilt gebruiken. Patch Scale Tune for -64– +63 Maak schaal instellingen voor Patch modus. C–B
[F4 (USB)] Parameter USB Mode
194
Waarde STORAGE, MIDI
Uitleg Selecteert de modus waarin de USB connector gebruikt zal worden. STORAGE: Opslag modus. Selecteer dit als u bestanden wilt verplaatsen. MIDI: MIDI modus. Selecteer dit als u MIDI berichten met een sequencer of een ander programma wilt uitwisselen. * Voor details over het switchen van USB modus, dient u De USB Storage Mode en de MIDI Mode switchen (p.206), te bekijken.
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
Parameter USB-MIDI Thru
Waarde OFF, ON
Uitleg Wanneer de USB modus op “MIDI” ingesteld staat, specificeert deze schakelaar of MIDI berichten ontvangen bij de MIDI connector opnieuw overgebracht zullen worden via de MIDI OUT connector (ON) of niet (OFF).
U moet de USB modus veranderen, voordat u de Fantom-Xa op uw computer aansluit via de USB kabel. Als u deze instelling verandert, terwijl de Fantom-Xa aangesloten wordt, herkent de computer de Fantom-Xa mischien niet.
Voor details over aansluitingen op uw computer in elke USB modus, dient u Aansluitingen (p.207) te bekijken.
System Menu [F2 (KBD/CTRL)] [F1 (KBD)] Parameter Keyboard Velocity
Waarde REAL, 1–127
Touch Sens
LIGHT, MEDIUM, HEAVY
Uitleg Aanslag waarde die overgebracht zal worden, wanneer u op het keyboard speelt. REAL: De werkelijke keyboard aanslaggevoeligheid zal worden overgebracht. 1-127: Een vastsgestelde aanslaggevoeligheid waarde zal worden overgebracht, ongeacht de manier waarop u speelt. De aanraking van het keyboard LIGHT: Als lichtgewicht synthesizer keyboard MEDIUM: Standaard HEAVY: Nabootsing van een akoestische piano
[F2 (PDL BND)] Parameter Pedal Control Pedal Assign
Waarde
Uitleg
CC01–31, 33–95, BEND UP, BEND DOWN, AFTERTOUCH, OCT UP, OCT DOWN, START/STOP, PUNCH IN/OUT, TAP TEMPO, PROG UP, PROG DOWN, FAVORITE UP, FAVORITE DOWN, ARP SW, RHY START/STOP, CHORD SW, LOOP
De functie van de pedaal die aangesloten is op de PEDAL CONTROL jacks. CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 BEND UP: De toonhoogte zal, iedere keer als u op het pedaal drukt, in stappen van een halve toon (maximaal 4 octaven) omhoog gaan.. BEND DOWN: De toonhoogte zal, iedere keer als u op het pedaal drukt, in stappen van een halve toon (maximaal 4 octaven) omlaag gaan. AFTERTOUCH: Aftertouch OCT UP: Verhoogt het toon bereik in stappen van een octaaf iedere keer als u op de pedaal drukt (maximaal 3 octaven hoger). OCT DOWN: Verlaagt het toon bereik in stappen van een octaaf iedere keer als u op de pedaal drukt (maximaal 3 octaven lager). START/STOP: Start/stopt de sequencer. PUNCH IN/OUT: Manuele punch-in/out opname zal starten/stoppen. TAP TEMPO: Tap tempo (een tempo gespecificeerd door de interval, waarin u op de pedaal drukt). PROG UP: Het volgende geluid nummer zal geselecteerd worden. PROG DOWN: Het voorgaande geluid nummer zal geselecteerd worden. FAVORITE UP: De favoriete Patch/Performance van het volgende nummer of de volgende bank zal geselecteerd worden. FAVORITE DOWN: De favoriete Patch/Performance van het voorgaande nummer of de voorgaande bank zal geselecteerd worden. ARP SW: Arpeggio/Ritme functie aan/uit. RHY START/STOP: Afspelen van het Ritme patroon aan/uit. CHORD SW: Akkoord geheugen functie aan/uit. LOOP: Loop play aan/uit.
195
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
Parameter Control Pedal Polarity Hold Pedal Polarity
Waarde STANDARD, REVERSE STANDARD, REVERSE
Continuous Hold Pedal
OFF, ON
Uitleg Selecteert de polariteit van het pedaal. Bij sommige pedalen is het elektrische signaal dat wordt afgegeven door het pedaal, wanneer deze ingedrukt of losgelaten wordt, het tegenovergestelde van andere pedalen. Als uw pedaal een ander effect heeft dan u verwacht, dient u deze parameter op “REVERSE” in te stellen. Als u een ROLAND pedaal gebruikt (die geen polariteitsschakelaar heeft), dient u dit op “STANDARD” in te stellen. Bepaalt of de HOLD PEDAL jack ondersteuning voor half-pedaling (ON) zal bieden of niet (OFF). Wanneer dit zo is ingesteld dat half-pedaling ondersteund wordt, kunt u een expressie pedaal (DP-8, etc) naar keuze aansluiten en pedalen gebruiken om een nog fijnere beheersing in Performances te verkrijgen, waarin pianotonen gebruikt worden.
Pitch Bend Bender and Modulation Part Select
KBD, PAD
Part bestuurd d.m.v. de Pitch Bend/Modulatie hendel
[F3 (KNOB SW)] Parameter Waarde Realtime CTRL Knob Knob Part Select KBD, PAD Knob C1 Assign CC01–31, 33–95, PITCH BEND, Knob C2 Assign AFTERTOUCH, Knob C3 Assign ARP STYLE, Knob C4 Assign ARP GRID, ARP DURATION, ARP MOTIF, CHORD FORM, MASTER LEVEL
Realtime CTRL Assign SW Switch 1 Assign TRANSPOSE DOWN, TRANSPOSE UP, Switch 2 Assign TAP TEMPO, MONO/POLY, PORTAMENTO, HOLD, MFX1–3, CHORUS SW, REVERB SW, MASTERING SW, LOOP, RHY START/STOP
Uitleg Part geregeld d.m.v. de realtime control knoppen Functies die geregeld zullen worden d.m.v. de REALTIME CONTROL knoppen CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 PITCH BEND: Pitch Bend AFTERTOUCH: Aftertouch ARP STYLE: Arpeggio Stijl ARP GRID: Arpeggio Spoor ARP DURATION: Tijdsduur van elke gearpeggieerde noot ARP MOTIF: Arpeggio Motif CHORD FORM: Akkoordenvan de Chord Memory functie MASTER LEVEL: Het volume van de hele Fantom-Xa. Functies die geregeld zullen worden door de [
]/[
[F4 (CTRL)] Parameter Sys Ctrl 1–4 Source
196
Waarde OFF, CC01–95, PITCH BEND, AFTERTOUCH
] knoppen.
TRANSPOSE DOWN: Verlaagt het toon bereik in halve stappen (tot 5 halve tonen lager). TRANSPOSE UP: Verhoogt het toon bereik in halve stappen (tot 6 halve tonen hoger). TAP TEMPO: Tap Tempo (een tempo gespecificeerd door de tussentijd, waarin u de knop indrukt). MONO/POLY: Ingedrukt om de verbinding te maken tussen het polyfonisch (POLY) en monofonisch (MONO) spelen van een Patch. PORTAMENTO: Portamento aan/uit HOLD: Hold play aan/uit MFX1-3 SW: Multi-effect 1-3 schakelaar CHORUS SW: Chorus schakelaar REVERB SW: Reverb schakelaar MASTERING SW: Mastering schakelaar LOOP: Loop play aan/uit RHY START/STOP: Ritme patroon afspelen aan/uit
Uitleg Selecteert het MIDI bericht gebruikt als de System Control OFF: De System control knop zal niet worden gebruikt CC01-95: Controller nummers 1-95 PITCH BEND: Pitch bend AFTERTOUCH: Aftertouch
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
System Menu [F3 (MIDI)] [F1 (GENERL)] Parameter Local Switch
Waarde OFF, ON
Device ID
17–32
Remote Keyboard Switch
OFF, ON
Performance Control Channel
1–16, OFF
Kbd Patch Rx/Tx Channel Pad Patch Rx/Tx Channel
1–16 1–16
Uitleg Bepaalt of de interne geluidsgenerator wordt afgesloten (OFF) van de controller sectie (keyboard, Pad, Pitch bend/modulation hendel, knoppen, D Beam controller, pedaal enz.); of wordt aangesloten (ON). Normaliter staat dit op “ON”, maar als u het keyboard en controllers van de Fantom-Xa wilt gebruiken om externe geluidsmodules te besturen, dient u dit op “OFF” te zetten. Wanneer u System Exclusive berichten wilt overbrengen of ontvangen, dient u deze parameter in te stellen om dit in overeenstemming te brengen met het Device ID nummer van het andere MIDI apparaat. Zet deze parameter op “ON”, wanneer u een extern MIDI apparaat wilt gebruiken i.p.v. het keyboard van de Fantom-Xa. In dit geval kan het MIDI zend kanaal van de externe MIDI keyboard op ieder kanaal ingesteld worden. Normaliter zult u deze parameter op “OFF” laten staan. * Stel dit in op “ON” wanneer u de Fantom-Xa via een extern MIDI apparaat wilt bedienen als de Arpeggio of RPS functie uitgevoerd wordt. Selecteert het MIDI ontvangstkanaal dat gebruikt wordt gedurende het wisselen van Performances, wanneer MIDI berichten (Program Change Bank Select) verstuurd worden via een extern MIDI apparaat. Stel dit in op “OFF” als Performances niet gewisseld mogen worden via een extern MIDI apparaat. * Als alleen een programmaverandering ontvangen wordt, en de Performance Ctrl Ch parameter instelling valt samen met het MIDI ontvangstkanaal van een part, zal prioriteit gegeven worden aan het wisselen van de performance. Het kanaal dat gebruikt wordt om MIDI berichten voor het keyboard Part in Patch modus over te brengen en te ontvangen. Het kanaal dat gebruikt wordt om MIDI berichten voor de Pad Part in Patch modus over te brengen en te ontvangen.
De Local Switch gebruiken Wanneer u de Fantom-Xa met externe sequencer software gebruikt, dient u de Local Switch uit te zetten. Lees het volgende voor details.
De Fantom-Xa op een externe sequencer aansluiten fig.LocalSw.e
Local Off Fantom-Xa Keyboard
Fantom-Xa Geluidsgenerator
(Externe) Sequencer Delen worden aan elkaar gekoppeld, zodat de data zich als volgt verplaatst: het keyboard van de Fantom-Xa → uw externe sequencer software → de geluidsgenerator van de Fantom-Xa. Normaliter is het keyboard sectie intern verbonden met de geluidsgenerator sectie. Deze interne verbinding wordt bediend door de Local Switch. Als u de Local Switch uitzet, zullen het keyboard en geluidsgenerator secties onafhankelijk zijn, wat u de mogelijkheid geeft om de connectie die hierboven beschreven is, te gebruiken in combinatie met uw externe sequencer software.
197
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
[F2 (TX)] Parameter Transmit Program Change Transmit Bank Select Transmit Active Sensing Transmit Edit Data
Waarde OFF, ON
Uitleg Specificeert of Program Change berichten overgebracht zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON
Specificeert of Bank Select berichten overgebracht zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON
Specificeert of Active Sensing berichten overgebracht zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON
Soft Through
OFF, ON
Specificeert of veranderingen, die u maakt in de instellingen van een Patch of Performance overgebracht zullen worden als system exclusive berichten (ON) of niet (OFF). De Thru functie brengt alle berichten die ontvangen zijn bij de MIDI IN connector naar de MIDI OUT connector opnieuw over, zonder ze op enige wijze te veranderen.
[F3 (RX)] Parameter Receive Program Change Receive Bank Select Receive Exclusive Receive GM System On Receive GM2 System On Receive GS Reset
Waarde OFF, ON
Uitleg Specificeert of Program Change berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON OFF, ON OFF, ON
Specificeert of Bank Select berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). Specificeert of System Exclusive berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF). Specificeert of General MIDI System On berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON
Specificeert of General MIDI 2 System On berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF).
OFF, ON
Specificeert of GS Reset berichten ontvangen zullen worden (ON) of niet (OFF).
[F4 (MMC MTC)] Parameter Waarde Uitleg MMC MMC (MIDI Machine Control) is een specificatie, die toestaat dat MIDI berichten door apparaten, zoals taperecorders, VTR’s en digitale opname systemen gebruikt worden. Er zijn 37 MMC commando’s beschikbaar, inclusief Stop en Play. MMC Mode MASTER, Wanneer u de Fantom-Xa met een hard disk recorder synchroniseert, zoals één uit de Roland VS serie, SLAVE dient u te specificeren welk synchronisatie signaal de sequencer van de Fantom-Xa zal gebruiken voor de uitvoering. MASTER: De Fantom-Xa zal de master zijn. Gebruik deze instelling, wanneer u wilt dat andere apparaten de handelingen van de Fantom-Xa volgen. SLAVE: De Fantom-Xa zal slaaf zijn. Gebruik deze instelling, wanneer u wilt dat de Fantom-Xa MMC (MIDI Machine Control) ontvangt via een extern apparaat en overeenkomstig functioneert. MMC Output OFF, ON Zet dit op “ON” als u met een hard disk recorder wilt synchroniseren, zoals één van de Roland VS serie. Wanneer ingesteld op “ON,” zullen aan MMC (MIDI Machine Control) gerelateerde commando’s (Play, Stop en Locate) overgebracht worden. MTC MTC Sync Output OFF, ON Stel deze parameter in op “ON”, wanneer u wilt dat de MTC (MIDI Time Code) overgebracht wordt naar een extern MIDI apparaat. Als u dit niet wilt, dient u dit op “OFF” in te stellen. MTC Frame Rate 24, 25, 29N, MTC Frame Rate (beeldsnelheid) 29D, 30 Zorg ervoor, dat zowel master als slave apparaten in dezelfde modus staan. 24: 24 frames per seconde. 25: 25 frames per seconde. 29N: 29 frames per seconde. 29D: 29 frames per seconde. 30: 30 frames per seconde. * Wanneer u synchroniseert met een hard disk recorder, zoals de Roland VS serie, is iedere beeldsnelheid geschikt – zo lang de instelling overeenkomt met die van de Fantom-Xa. Echter, wanneer u synchronisatie uitvoert met video apparatuur, zoals videorecorders en de beeldsnelheid van de video staat vast, dient de instelling van de Fantom-Xa te corresponderen met die beeldsnelheid. MTC Offset Time 0–23 Coördineert de afspeel timing van de Fantom-Xa en het externe apparaat in eenheden van een uur. Hour (hours)
198
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
Parameter MTC Offset Time Minute MTC Offset Time Second MTC Offset Time Frame MTC Error Level
Waarde 0–59 (minutes) 0–59 (seconds) 0–29 (frames) 0–10
Uitleg Coördineert de afspeel timing van de Fantom-Xa en het externe apparaat in eenheden van een minuut. Coördineert de afspeel timing van de Fantom-Xa en het externe apparaat in eenheden van een seconde. Coördineert de afspeel timing van de Fantom-Xa en het externe apparaat in eenheden van een frame. Bepaalt hoe vaak de ontvangststatus gecontroleerd wordt, wanneer MTC ontvangen wordt via een extern apparaat. Stop met synchroniseren, wanneer een probleem geconstateerd wordt tijdens de controle. De tussentijdse controle zal langer duren voor grotere waarden In stricte termen geldt: hoe lager de numerieke waardenset, des te accurater de controle is. Afspelen zal echter te vaak gestopt worden als een te rigoreuze controle uitgevoerd wordt, en dit wordt snel onhandig. Door de Error Level instelling hoger in te stellen zal synchronisatie door kunnen gaan, zelfs, wanneer problemen met het ontvangen van MTC aan de orde zijn, zo lang zulke problemen op een niveau blijven waarin geen ongepaste problemen veroorzaakt worden.
MIDI Clock en MTC MIDI Clock en MTC (MIDI Time Code) zijn beide berichten die gebruikt worden voor synchronisatie. Selecteer één van beide, afhankelijk van de toepassing. MIDI Clock geleidt en synchroniseert handelingen naar een Performance tempo van de sequencer, terwijl MTC handelingen tussen apparaten synchoniseert op basis van een absolute tijd. Aangezien de Roland VS serie werkstations eigenlijk hard disk recorders zijn, kunnen ze geen MIDI Clock sturen. Om die reden is het gebruik van een MTC handig voor synchronisatie van de hard disk recorder en de Fantom-Xa. VS serie apparaten hebben echter ook gespecialiseerde tracks voor MIDI Clock opname, dus als de MIDI Clock van de Fantom-Xa op deze manier is opgenomen beschikken we over een andere synchronisatie techniek waarin het lijkt alsof het VS apparaat MIDI Clock stuurt (terwijl het eigenlijk tracks afspeelt waarop MIDI Clock is opgenomen). Aangezien het tempo echter van tevoren op de VS Sync track opgenomen dient te worden, is MTC alleen handig voor het synchroniseren van songs die geen grote hoeveelheden tempo data bevatten.
Types MTC De types MTC die geselecteerd kunnen worden door de Fantom-Xa zijn hieronder weergeven. Selecteer dezelfde beeldsnelheid als die voor het externe apparaat is ingesteld. Wanneer u geen video apparaat gebruikt, kan elke beeldsnelheid geselecteerd worden, zo lang de rates hetzelfde zijn voor beide apparaten die gesynchroniseerd worden. 30:
Dit zijn 30 frames per seconde, non-drop formaat. Dit wordt gebruikt door apparaten, zoals analoge taperecorders en NTSC formaat zwart-wit video (gebruikt in Japan en de V.S.).
29N: Dit zijn 29.97 frames per seconde, non-drop formaat. Dit wordt gebruikt voor NTSC formaat kleurenvideo (gebruikt in Japan en de V.S.). 29D: Dit zijn 29.97 frames per seconde, drop formaat. Dit wordt gebruikt voor NTSC formaat kleurenvideo (gebruikt in Japan en de V.S.).
25:
25 frames per seconde beeldsnelheid. Dit wordt gebruikt voor SECAM of PAL formaat video, audio-apparatuuur en film (gebruikt in Europa e.a.).
24:
24 frames per seconde beeldsnelheid. Dit wordt gebruikt voor video, audio-apparaten en film in de V.S.
Non-drop formaat en Drop formaat Er zijn twee typen formaat die gebruikt worden door NTSC video cassette recorders, non-drop en drop. Non- drop formaat levert een doorlopende tijdscode, terwijl in drop formaat, dat gebruikt wordt voor NTSC kleurenvideo formaat, de eerste twee frames van elke minuut vervallen, behalve voor die op tussenpauzes op tien minuten. In de meeste video en audio producties wordt over het algemeen non-drop gebruikt, aangezien formaten met doorlopende frames gemakkelijker zijn om mee te werken. Dit in tegenstelling tot omstandigheden, zoals bij uitzendingen, waarin de tijdscode overeen moet komen met de eigenlijke klok; daar wordt drop time gebruikt.
199
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
System Menu [F4 (SEQ/TEMPO)] [F1 (METRO)] Parameter Metronome Mode
Waarde OFF, PLAYONLY, RECONLY, PLAY&REC, ALWAYS
Metronome Level Metronome Sound
0–10 TYPE1–TYPE4
Beat Indicator Mode
REC&PLAY, ALWAYS
Uitleg Specificeert, wanneer u de metronoom wilt laten klinken. * Als een vinkje (✔) wordt toegevoegd door op [F5 (CLICK)] te drukken in het Tempo venstertje, dat verschijnt wanneer u op [TEMPO] drukt, zal de metronoom altijd te horen zijn. OFF: zal niet klinken. PLAY ONLY: Zal alleen gedurende afspelen klinken. REC ONLY: Metronoom zal alleen met opnemen klinken. PLAY&REC: Metronoom zal met afspelen en opnemen klinken. ALWAYS: Metronoom zal altijd klinken. Volume van de metronoom TYPE 1: Een conventioneel metronoom geluid zal te horen zijn. (Een bel zal bij de eerste beat klinken.) TYPE 2: Kliks TYPE 2: Bliepjes TYPE 2: Koebel Hoe de beat indicator op het paneel zal knipperen. ALWAYS: knippert altijd op het gespecificeerde tempo REC&PLAY: knippert alleen tijdens afspelen en opnemen
[F2 (REC TRK)] Parameter Rec Track Select
Waarde MANUAL, AUTO
Uitleg Specificeert of het selecteren van de track automatisch of met de hand zal gaan, wanneer u op een sequencer opneemt. MANUAL: U zult in staat zijn om het track nummer met de hand te selecteren. Dit is handig, wanneer u een Performance op wilt nemen die uit meer dan één kanaal bestaat. AUTO: De phrase track die hetzelfde nummer heeft als de Part op dat moment, zal automatisch worden geselecteerd. Dit is handig, wanneer u alleen één kanaal op één spoor op wilt nemen.
Parameter Sync Mode
Waarde MASTER, SLAVE-MIDI, SLAVE-MTC, REMOTE
Sync Output
OFF, ON
Arp/Rhythm Sync Switch
OFF, ON
Tempo Override
OFF, ON
Uitleg Het synchronisatie bericht dat de sequencer van de Fantom-Xa voor het functioneren zal gebruiken. MASTER: De Fantom-Xa zal de master zijn. Kies deze instelling, wanneer u de Fantom-Xa zelf, zonder te synchroniseren met een ander apparaat, gebruikt of, wanneer u andere MIDI apparaten wilt synchroniseren met de Fantom-Xa. SLAVE-MIDI: De Fantom-Xa zal slaaf zijn. Kies deze instelling, wanneer u de Fantom-Xa wilt synchroniseren met MIDI clock berichten, die ontvangen zijn via een ander MIDI apparaat. SLAVE-MIDI: De Fantom-Xa zal slaaf zijn. Kies deze instelling, wanneer u de Fantom-Xa wilt synchroniseren met MTC(MIDI Time Code), ontvangen via een extern apparaat. REMOTE: Gebruik deze instelling, wanneer u wilt dat een extern MIDI apparaat van een afstand de start/stop functie kan bedienen. Het tempo zal in overeenstemming zijn met wat ingesteld is op de Fantom-Xa. Stel deze parameter in op “ON”, wanneer u aan synchronisatie gerelateerde MIDI berichten (MIDI Clock, Start, Stop, Song Position Pointer en Song Select) over wilt brengen naar een extern MIDI apparaat. Als dit niet het geval is, dient u het op OFF te zetten. Specificeert of de arpeggio of het ritme patroon in synchronisatie met de sequencer zal starten/stoppen. Deze parameter doet niets, wanneer de sequencer gestopt is. OFF: Start/stop zal niet synchroon lopen met de synthesizer. ON: , terwijl de sequencer loopt, zal de arpeggio aan het begin van de volgende maat starten. Wanneer u de sequencer stopt, zullen de arpeggio’s ook stoppen. Specificeer of het sequencer tempo moet veranderen (ON) of niet (OFF), wanneer u van Performance wisselt.
[F3 (SYNC)]
200
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
System Menu [F5 (D BEAM)] [F1 (GENERL)] Parameter SENSIBILITY D Beam Sens PART D Beam Part Select
Waarde
Uitleg
0–127
Hiermee stelt u de gevoeligheid van de D Beam controller in. Hoe hoger de ingestelde waarde, hoe sneller D Beam controller reageert.
KBD, PAD
Part bestuurd door de D Beam controller
[F2 (TRIGGER)] Parameter Pad Number Pad Velocity Pad Control Mode
Waarde 1–9 1–127 MOMENTARY, LATCH
Uitleg Pad nummer beïnvloed door de D Beam Kracht van het Pad geluid gespeeld door de D Beam controller Specificeert hoe de D Beam controller zich zal gedragen, wanneer het geblokkeerd is MOMENTARY: De parameter zal alleen aan staan, wanneer de D Beam versperd is, en zal uitgaan, wanneer u ophoudt het te versperren. LATCH: De parameter zal iedere keer, wanneer u de D Beam verspert, afwisselend aan/uitgaan.
[F3 (ASSIGN)] Parameter Type
Waarde CC01–31, 33–95, BEND UP, BEND DOWN, START/STOP, TAP TEMPO, ARP GRID, ARP DURATION, ARP MOTIF, ARP OCTAVE UP, ARP OCTAVE DOWN
Range Min Range Max
0–127 0–127
Uitleg Functie bestuurd door de D Beam controller CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95 BEND UP: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range Up” instelling (p.41). BEND DOWN: Regelt de toonhoogte, zoals gespecificeerd door de “Pitch Bend Range Down” instelling (p.41). START/STOP: Start/stopt de sequencer. TAP TEMPO: Tap tempo (een tempo gespecificeerd door de tussentijd, waarin u uw hand over de D Beam controller beweegt). ARP GRID: Arpeggio Spoor ARP DURATION: Tijdsduur van iedere gearpeggieerde noot ARP MOTIF: Arpeggio Motif ARP OCTAVE UP: Het gebied, waarin de arpeggio te horen zal zijn, zal in stappen van één octaaf omhoog gaan (maximaal 3 octaven). ARP OCTAVE DOWN: Het gebied waarin de arpeggio te horen zal zijn, zal in stappen van één octaaf omlaag gaan (maximaal 3 octaven). De ondergrens van het bereik van de D Beam controller De bovengrens van het bereik van de D Beam controller. Door Range Max onder Range Min in te stellen kunt u de volgorde van verandering omdraaien.
201
Algemene instellingen voor alle standen (System Function)
[F4 (DB SYN)] Parameter Level & Range Level Chorus Send Level Reverb Send Level Range
Osc1 Osc 1 Waveform
Waarde
Uitleg
0–127 0–127 0–127 2OCT, 4OCT, 8OCT
Stelt het volume in. Niveau van het signaal dat verstuurd is naar chorus Niveau van het signaal dat verstuurd is naar reverb Bereik waarin de toonhoogte van de solo synth zal variëren
SAW, SQR
Golfvorm SAW: Zaag golfvorm SQR: Vierkante golfvorm Pulse breedte van de golfvorm Door de pulse breedte cyclisch te veranderen, kunt u subtiele veranderingen in de toon creëren. * De Pulse breedte is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met de OSC 1/2 waveform. Toonhoogte van het geluid van de toon (in halve tonen, +/- 4 octaven) Toonhoogte van het geluid van de toon (in stappen van 1-cent)
Osc 1 Pulse Width
0–127
Osc 1 Coarse Tune Osc 1 Fine Tune Osc2 & Sync Osc 2 Waveform Osc 2 Pulse Width Osc 2 Coarse Tune Osc 2 Fine Tune Osc 2 Level Osc Sync Switch
-48– +48 -50– +50
Filter Filter Type
(hetzelfde als Osc 1)
0–127 OFF, ON
Past het niveau aan. Door deze schakelaar aan te zetten, kunt u een complex geluid met veel harmonie produceren. Dit is effectief, wanneer de OSC1 toonhoogte hoger is dan de OSC2 toonhoogte.
OFF, LPF, BPF, HPF, PKG
Type filter OFF: Er wordt geen filter gebruikt. LPF: Low Pass Filter. Dit reduceert het volume van alle frequenties boven de cutoff frequentie (Cutoff Freq) om af te ronden of het geluid minder helder te maken. BPF: Band Pass Filter. Dit laat alleen de frequenties in de regio van de cutoff frequentie staan en snijdt de rest eruit. HPF: High Pass Filter. Dit snijdt de frequenties in de regio onder de cutoff frequentie eruit. PKG: Peaking Filter. Dit legt de nadruk op de frequenties in de regio van de cutoff frequentie. Frequentie waarop het filter een effect begint te krijgen op de frequentie componenten van de waveform. Emphasizes the portion of the sound in the region of the cutoff frequency, adding character to the sound. Excessively high settings can produce oscillation, causing the sound to distort.
Cutoff Resonance
0–127 0–127
LFO LFO Rate LFO Osc 1 Pitch Depth LFO Osc 2 Pitch Depth LFO Osc 1 Pulse Width Depth
0–127 -63– +63 -63– +63 -63– +63
LFO Osc 2 Pulse Width Depth
202
-63– +63
Modulatie snelheid van de LFO De diepte waar naar de LFO de OSC 1 toonhoogte zal moduleren. De diepte waar naar de LFO de OSC 2 toonhoogte zal moduleren. De diepte waar naar de LFO de pulse width van de OSC1 wavevorm zal moduleren. * De Pulse breedte is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met OSC1/2 waveform. Specificeert de diepte waar naar de LFO de pulse width van de OSC2 wavevorm zal moduleren. * De Pulse breedte is geactiveerd wanneer “SQR” geselecteerd is met OSC1/2 waveform.
Data management functies/de fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) UTILITY MENU venster
3. Druk op
of om “2.Utility” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het UTILITY MENU venster verschijnt.
fig.UtilityMenu
4. Druk op [F2 (RESTORE)]. 5. Om verder te gaan met het herstellen, dient u op [F6
Een reservekopie van de gebruikersdata maken (User Backup)
(EXEC)] te drukken.
6. Wanneer de display “Completed. Turn the power off and on again” aangeeft, dient u het apparaat uit en weer aan te zetten.
Alsu een bestand aan het interne geheugen van de Fantom-Xa toevoegt (d.w.z. de TMP map), kan het bericht “User Area full!” verschijnen als u de User Restore handeling uitvoert, waardor het onmogelijk wordt om het herstellen uit te voeren. In dit geval dient u het bestand dat u toegevoegd heeft nadat u een reservekopie heeft gemaakt te wissen (p.205) en dan opnieuw de Restore handeling uit te voeren.
Hier laten we zien, hoe alle gebruikersdata in het gebruikersgeheugen op een geheugenkaart opgeslagen kan worden. De volgende gebruikersdata kan worden opgeslagen: • • • • *
Performances Ritme patronen Songs Akkoord vormen
• • • •
Performances Ritme patronen Songs Akkoord vormen
• • • •
Performances Ritme patronen Songs Akkoord vormen
Om User Backup uit te voeren, moet de geheugenkaart ongeveer 16 MB of meer vrije ruimte hebben.
Factory Reset Hiermee zet u alle data in de Fantom-Xa terug naar de fabrieksinstellling (Factory Reset).
1. Steek een geheugenkaart in de sleuf.
Als er belangrijke gegevens zijn die u gecreëerd en opgeslagen heeft in het gebruikersgeheugen van de Fantom-Xa, zullen deze weggegooid worden, wanneer u een Factory Reset uitvoert (de data uit het interne gebruikersgeheugen zal verloren gaan).
2. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 3. Druk op
of om “2.Utility” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het UTILITY MENU venster verschijnt.
4. Druk op [F1 (BACKUP)].
1.
2. Druk op
of om “2.Utility” te selecteren en druk daarna op [ENTER]. Het UTILITY MENU venster verschijnt.
Een bericht zal u om bevestiging vragen.
5. Om de reservekopie te maken, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
3. Druk op [F3 (FACTORY)]. 4. Druk op [F6 (EXEC)] om de Factory Reset uit te voeren. *
Data waarvan een reservekopie is gemaakt op een Fantom-Xa mag niet gebruikt worden om een restore uit te voeren op een ander apparaat in de Fantom-X serie.
Gebruikersdata waarvan u een reservekopie heeft gemaakt herstellen (User Restore) Hier leggen we uit, hoe u user data die opgeslagen is op een geheugenkaart met behulp van de User Backup handeling kunt herladen. *
Wanneer u User Restore uitvoert, zal de actuele inhoud van het gebruikersgebied compleet gewist worden.
*
Data die uit een reservekopie is voortgekomen, uitgevoerd op een ander apparaat in de Fantom-X serie, mag niet gebruikt worden om een restore uit te voeren op een Fantom-Xa.
1. Steek de geheugenkaart in de sleuf, waarop gebruikersdata is opgeslagen.
Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen.
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
5. Wanneer de display “Please Power Off” aangeeft, dient u het apparaat uit en dan weer aan te zetten.
Zet de Fantom-Xa nooit uit, terwijl u de Factory Reset uitvoert.
Een kaart formatteren In deze sectie laten we u zien hoe u een geheugenkaart kunt formatteren (initialiseren).
1. Steek een geheugenkaart in de geluf. 2. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 3. Druk op
of om “2.Utility” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het UTILITY MENU venster verschijnt.
4. Druk op [F4 (FORMAT)]. 5. Om de kaart te formatteren, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken.
2. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
203
Bestandsgerelateerde functies Hier kunt u een variatie aan handelingen, gerelateerd aan de bestanden die opgeslagen zijn in het gebruikersgeheugen van de Fantom-Xa en op geheugenkaarten, uitvoeren. U kunt kopiëren, wissen of bestanden verplaatsen en ook geheugenkaarten formatteren. De mappenstructuur van het gebruikersgebied en de geheugenkaart is als volgt:
Basisprocedure 1. Druk op [MENU]. 2. Druk op
of om “3.File Utility,” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het FILE UTILITY venster verschijnt.
fig.Folders.e
(Gebruiker, kaart) ROLAND
fig.FileUtility
PNL SEQ SNG SMPL SND TMP AUDIO_IMPORT BMP TEXT
3. Druk op [F1]-[F6] om de handeling te selecteren die u uit
: Niet gebruikt met de Fantom-XR
wilt voeren. [F1 (USER)]:
Selecteer een bestand in gebruikersgeheugen.
[F2(CARD)]:
Selecteer een bestand op de geheugenkaart.
[F3 (MARK)]:
Als u twee of meer bestanden wilt selecteren, dient u een vinkje (✔) toe te voegen aan de bestanden. Om het vinkje van een bestand te verwijderen, dient u deze knop nogmaals in te drukken.
U dient de volgende punten in aanmerking te nemen, wanneer de Fantom-Xa via USB op uw computer aangesloten is. • Gebruik uw computer niet om mappen binnen de Fantom-Xa te verplaatsen of wissen.
[F4 (DELETE)]: Wis een geselecteerd bestand of bestanden met vinkjes.
• Gebruik uw computer niet om het gebruikersgeheugen of de geheugenkaart van de Fantom-Xa te formatteren of optimaliseren of om handelingen als Scan Disk mee uit te voeren.
[F7 (MOVE)]:
Verplaats een bestand of bestanden met vinkjes naar een andere map.
[F8 (COPY)]:
Kopieer een bestand of bestanden met vinkjes naar een andere map.
• De Fantom-Xa kan alleen bestandsnamen bestaande uit singlebyte alfanumerieke tekens hanteren.
, ,
• Gebruik uw computer niet om de bestanden, die zich in de ROLAND/SND map bevinden, te wissen of overschrijven.
•
Fantom-Xa ROLAND/SEQ/SNG ROLAND/SEQ/SNG TMP/AUDIO_IMPORT
Plaats geen bestanden in de ROLAND/SMPL map.
• Plaats geen mappen van een ander formaat in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart.
204
:
Selecteer de map. Beweeg tussen mappenniveaus.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F5 (SET ALL)] drukt, zullen vinkjes aan alle bestanden worden toegevoegd. Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [F4 (CLR ALL)] drukt, zullen de vinkjes verwijderd worden van alle bestanden.
Wanneer u bestanden uit uw computer naar het gebruikersgebied of de geheugenkaart van de Fantom-Xa kopieert, dient u ze in de volgende mappen te plaatsen. Computer SONG file (.SVQ) (MRC PRO song) Standard MIDI file (SMF format 0, 1) Audio file (WAV/AIFF)
:
*
U kunt deze handelingen ook uitvoeren vanuit het FILE UTILITY venster door op [MENU] te drukken en “1.Mark Set ALL” of “2.Mark Clear ALL” te selecteren.
Bestandsgerelateerde functies
Een bestand kopiëren (Copy)
Een bestand verplaatsen (Move)
Hier laten we u zien hoe u een bestand naar een andere map kunt kopiëren.
Hier laten we u zien hoe u een bestand naar een andere map kunt verplaatsen.
1. Selecteer het bestand dat u wilt verplaatsen, zoals beschre-
1. Selecteer het bestand dat u wilt verplaatsen, zoals beschre-
ven in de basisprocedure. [F1 (USER)] [F2 (CARD)]: Selecteer het geheugen , ,
ven in de basisprocedure. [F1 (USER)] [F2 (CARD)]: Selecteer het geheugen
: Selecteer de map :
,
Beweeg tussen de mappen
2. Druk op [F6 (COPY)]. Een venster zal verschijnen, waarin u de mogelijkheid krijgt om de map te selecteren, waar het bestand naartoe gekopieerd dient te worden.
,
3. Bekijk de inhoud van de move-destination map. [F1 (USER)] [F2 (CARD)]: Selecteer het geheugen ,
: Selecteer de map :
Beweeg tussen de mappenniveaus
,
*
: Selecteer de map :
Beweeg tussen de mappenniveaus
4. Om het bestand te verplaatsen, dient u op [F6 (EXEC)] te
4. Om het bestand te kopiëren, dient u op [F6 (EXEC) te drukken.
Beweeg tussen de mappenniveaus
Een venster zal verschijnen, waarin u de mogelijkheid krijgt om de map te selecteren waar de map naar toe is verplaatst.
[F1 (USER)] [F2 (CARD)]: Selecteer het geheugen
,
:
2. Druk op [F5 (MOVE)].
3. Bekijk de inhoud van de copy-destination map. ,
: Selecteer de map
drukken. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Druk op [F5(CANCEL)] om te annuleren.
Een bestand wissen (Delete) Hier laten we u zien hoe u een ongewenst bestand uit een map kunt wissen.
1. Selecteer het bestand dat u wilt verplaatsen, zoals beschreven in de basisprocedure. [F1 (USER)] [F2 (CARD)]: Selecteer het geheugen , ,
: Selecteer de map :
Een geheugenkaart initialiseren (Card Format) Hier leggen we u uit hoe u een geheugenkaart kunt formatteren. Wanneer u de Format handeling uitvoert, zal de inhoud van de geheugenkaart volledig gewist worden.
1. Druk op [MENU] in het File Utility venster. 2. Druk op
om “3.Card Format” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
Beweeg tussen de mappenniveaus
2. Druk op [F4 (DELETE)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
3. Om de kaart te formatteren, dient u op [F6 (EXEC)] te drukken.
3. Om het bestand te wissen, dient u op [F6 (EXEC)] te druk-
*
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
ken. *
Druk op [F5 (CANCEL) om te annuleren.
205
Uw computer via USB aansluiten 7. Als u wilt dat de Fantom-Xa de volgende keer in de USB
Over USB functies De Fantom-Xa heeft twee standen USB functionaliteit: de storage mode voor het overdragen van bestanden en MIDI mode voor het sturen en ontvangen van MIDI berichten. U moet switchen tussen deze twee standen in de Fantom-Xa; ze kunnen niet gelijktijdig gebruikt worden.
De USB modus (bestand overdragen/MIDI communicatie) moet aan staan, voordat u de Fantom-Xa op uw computer aansluit. Elke modus kan met behulp van de volgende bedieningssystemen gebruikt worden. Besturingssysteem Windows XP/2000/Me of later Windows 98/98SE Mac OS 9 (9.04 of later) Mac OS X *
Storage Mode ✔ Niet ondersteund
✔ ✔
MIDI Mode ✔ ✔ ✔ ✔
Het is mogelijk dat dit niet correct werkt met sommige types computer.
Schakelen tussen USB en MIDI
Storage mode opstart, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken om de Systeeminstellingen op te slaan.
8. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Bekijk Bestanden van of naar uw computer overdragen (Storage Mode) (p.207) voor details over de werkwijze in USB Storage modus.
MIDI selecteren U moet de USB storage mode aanzetten, voordat u de FantomXa en uw computer met een USB kabel aansluit. *
Als u USB MIDI modus heeft geselecteerd, kan er via de MIDI IN connector niets ontvangen worden .
1. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 2. Druk op
of om “1. System” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het System Menu venstertje verschijnt.
3. Druk op [F1 (GENERAL)] en dan op [F4 (USB)]. Het SYSTEM SETUP USB venster verschijnt.
4. Druk op
USB storage mode selecteren U moet de USB storage mode aanzetten, voordat u de FantomXa en uw computer met een USB kabel aansluit.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om “MIDI” te selecteren. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Om van USB modus te wisselen, dient u op [F6 (OK)] te drukken. *
1. Druk op [MENU]om het Top menu venstertje te openen. 2. Druk op
of om “1. System” te selecteren en dan op [ENTER] drukken. Het System Menu venstertje verschijnt.
om de cursor naar “USB Mode” te verplaatsen.
Als u besluit om niet te wisselen, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken. MIDI zal geselecteerd worden.
fig.SYSTEM-USB-MIDI
3. Druk op [F1 (GENERAL)] en dan op [F4 (USB)]. Het SYSTEM SETUP USB venster verschijnt.
4. Druk op
om de cursor naar “USB Mode” te verplaatsen.
5. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om “STORAGE” te selecteren. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Om de USB modus te wisselen, dient u op [F6 (OK)] te drukken. *
Als u besluit om niet te wisselen, dient u op [F5 (CANCEL)] te drukken. USB Storage mode wordt geselecteerd.
fig.SYSTEM-USB
7. Druk op
om “USB MIDI-Thru” te selecteren.
8. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om instellingen voor USB-MIDI Thru te maken. Deze schakelaar specificeert of MIDI berichten ontvangen via de USB connector of de MIDI IN connector, opnieuw overgebracht zullen worden via de USB connector of de MIDI OUT connector (ON) of niet (OFF).
9. Als u wilt dat de Fantom-Xa de volgende keer in de USB Storage mode opstart, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken om de Systeeminstellingen op te slaan.
10. Druk op [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
206
* Voor details over het opslaan in MIDI modus, dient u MIDI berichten uitwisselen met uw computer (MIDI Mode) (p.209) te bekijken.
Bestanden van of naar uw computer overdragen (Storage Mode) Door de Fantom-Xa met uw computer te verbinden via een USB kabel, kunt u bestanden uit het interne gebruikersgebied of geheugenkaart van en naar de harddisk of andere media in uw computer overbrengen, teneinde een reservekopie van uw data te maken. U kunt software op uw computer gebruiken om wave data, die u op de Fantom-Xa gecreëerd heeft, te bewerken. Aan de andere kant kan wave data, die u op uw computer gecreëerd heeft, gebruikt worden op de Fantom-Xa. Op deze manier geeft USB Storage modus u de mogelijkheid om bestanden, zoals een Patch en waves naar uw computer en vanuit uw computer over te brengen.
Sluit de USB kabel alleen aan of haal de kabel er alleen uit, wanneer de Fantom-Xa uitstaat. Sluit de USB kabel nooit aan, haal de kabel er nooit uit of zet het apparaat nooit uit, terwijl deze in USB modus staat of, terwijl data overgebracht wordt.
Aansluitingen 1. Zet uw computer aan, zonder dat de Fantom-Xa er op aangesloten is.
2. Gebruik een USB kabel om de Fantom-Xa op uw computer aan te sluiten.
3. Zet de stroomtoevoer (POWER switch) van de Fantom-Xa aan.
De aansluiting specificeren Wanneer de Fantom-Xa is aangesloten op uw computer, kunt u het gebied van de Fantom-Xa selecteren, waarmee een verbinding gemaakt dient te worden; het interne gebruikersgebied of de geheugenkaart.
1. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 2. Druk op
of om “4.USB Storage” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het USB STRORAG venster verschijnt.
fig.USB-STORAGE
Als USB niet op Storage modus ingesteld staat, zal de waarschuwing “The USB is in MIDI Mode!!” verschijnen wanneer u op [ENTER] drukt in stap 2. Druk op [F6 (EXEC)] als u de USB Storage modus wilt schakelen (het SYSTEM SETUP USB venster zal verschijnen). Druk op [F5 (CANCEL)] als u besluit om te annuleren.
3. Druk op [F2 (INTERNAL)] of [F5 (PC CARD)] om op uw computer aan te sluiten. [F2 (INTERNAL)]: Aansluiten op het gebruikersgeheugen [F5 (PC CARD)]: Aansluiten op de geheugenkaart *
Druk op [F6 (EXIT)] om te annuleren.
4. De display zal, afhankelijk van de computer die u gebruikt, •
als volgt verschillen: Windows Me/2000 gebruikers Een drive genaamd “Removable disk” zal worden weergegeven binnen My Computer. Onder die drive zullen zich mappen genaamd “ROLAND” en “TMP” bevinden.
•
Macintosh, Windows XP gebruikers Een drive icoontje gemaamd “FANX USER” zal op het bureaublad verschijnen. Als een geheugenkaart aangesloten is, zal de volume naam van de geheugenkaart weergegeven worden. Eronder bevinden zich mappen met de namen “ROLAND” en “TMP.”
Waarschuwingen betreffende mappen en bestanden U dient de volgende punten in aanmerking te nemen, wanneer de Fantom-Xa aangesloten is op uw computer via USB. • Gebruik uw computer niet om mappen binnen de Fantom-Xa te verplaatsen of wissen. • Gebruik uw computer niet om het gebruikersgeheugen of de geheugenkaart van de Fantom-Xa te formatteren of optimaliseren of om handelingen als Scan Disk mee uit te voeren. • De Fantom-Xa kan alleen bestandsnamen bestaande uit singlebyte alfanumerieke tekens hanteren. • Alleen de volgende bestanden types kunnen tussen de FantomXa en uw computer uitgewisseld worden. Song bestanden (.SVQ) (MRC PRO songs) Standaard MIDI bestanden Audiobestanden (.WAV/AIFF) • Om deze bestanden te hanteren, dient u de correcte methode te gebruiken, zoals die hieronder wordt beschreven. Song files, Standard MIDI Files
Plaats de bestanden in de volgende map. ROLAND/SEQ/SNG map
207
Audio files
Wanneer u de bestanden van uw computer haalt, dient u ze in de volgende locatie te plaatsen. TMP/AUDIO_IMPORT map Importeer dan de audiobestanden. Indien u de computer wilt gebruiken om samples te lezen die door de Fantom-Xa zijn geschreven, dient u de bestanden uit de ROLAND/SMPL map in uw computer te laden. • Gebruik uw via USB aangesloten computer niet om bestanden die in de ROLAND/SND map geplaatst zijn, te wissen of herschrijven. •
Een audiobestand importeren (Import Audio) Hier leggen we u uit hoe u een audiobestand (WAV/AIFF) kunt importeren.
Om een bestand te importeren, dient het zich in het volgende bestand op uw computer te bevinden.
Plaats geen bestanden in de ROLAND/SMPL map.
•
Windows Me/2000/XP gebruikers
•
Macintosh, Windows XP gebruikers
Removable disk/TMP/AUDIO_IMPORT bestand
Storage mode verlaten
FANX USER/TMP/AUDIO_IMPORT bestand *
Windows Me/2000/XP gebruikers 1. Druk in My Computer met de rechtermuisknop op het “removable hard disk” icoontje en selecteer “Remove.”
”/” geeft een directory niveau aan.
1. Druk op [SAMPLE EDIT <-> LIST] om in het SAMPLE LIST venster te komen.
Macintosh gebruikers
2. Druk op [F5 (UTILITY)] en druk dan op [F1 (IMPORT SAMPLE)]. Het IMPORT AUDIO venster verschijnt.
1. Sleep het drive icoontje van de Fantom-X naar de prullenbak. *
USB communicatie annuleren
U kunt hetzelfde resultaat verkrijgen door op [MENU] te drukken en “5. Import Audio” te selecteren in plaats van stap 2 uit te voeren.
3. Druk op [F1 (USER)] of [F2 (CARD)] om de importeerbron te Als u de Fantom-Xa uit wilt zetten, wanneer het apparaat op uw computer is aangesloten in Storage mode, dient u eerst de USB communicatie op uw computer te annuleren, zoals hier wordt bescheven.
selecteren. [F1 (USER)]: Importeer vanuit het gebruikersgeheugen [F2 (CARD)]: Importeer van een geheugenkaart
4. Druk op
of om het bestand dat u wilt importeren te selecteren. Als u twee of meer bestanden wilt selecteren, dient u op [F3 (MARK)] te drukken om een vinkje (✔) toe te voegen aan de bestanden die u wilt selecteren. Om het vinkje te verwijderen, dient u weer op [F3 (MARK)] te drukken.
Windows Me/2000/XP gebruikers 1. Gebruik de eject knop van het apparaat weergegeven in de takenbalk rechtsonder uw computerscherm, om de verbinding met de Fantom-Xa te annuleren.
Macintosh gebruikers
Als u op [F5 (SET ALL)] drukt, zal een vinkje toegevoegd worden aan alle bestanden van de geselecteerde map. Als u op [F4 (CLR ALL)] drukt, zullen de vinkjes verwijderd worden van alle geselecteerde bestanden.
1. Sleep het drive icoontje van de Fantom-Xa naar de prullenbak.
5. Druk op [F6 (IMPORT)]. Een bericht zal u om bevestiging vragen.
6. Druk op [F6 (EXEC)]. Het bestand zal geïmporteerd worden en het SAMPLE LIST venster zal verschijnen. *
Druk op [F5 (CANCEL)] om te annuleren.
Het geïmporteerde bestand zal toegevoegd worden aan de sample lijst als sample. Deze sample is tijdelijk en zal verloren gaan, wanneer u het apparaat uitzet. Als u het wilt behouden, dient u op [WRITE] te drukken om de data op te slaan.
208
MIDI berichten uitwisselen met uw computer (MIDI Mode) Driver installatie en instellingen
Wat is de USB MIDI Driver? De USB MIDI Driver is software die data uitwisselt tussen de Fantom-Xa en de toepassing (sequencer software etc.), die op de op USB aangesloten computer loopt. De USB MIDI Driver stuurt data van de toepassing naar de Fantom-Xa en stuurt data van de Fantom-Xa naar de toepassing. fig.Driver.e
Om de Fantom-Xa als een USB MIDI toepassing van uw computer te gebruiken, dient u eerst de USB MIDI driver te installeren. De USB MIDI driver staat op de ingesloten “Fantom-X Driver CD-ROM.” Om de USB in MIDI modus te gebruiken, dient u de driver van de ingesloten CD-ROM op uw computer te installeren. De correcte driver en de installatie procedure zal afhangen van uw systeem en de andere programma’s die u gebruikt. Zorg ervoor, dat u het Readme bestand op de CD-ROM leest, voordat u gaat installeren.
Toepassing
USB Driver
USB connector
Windows XP/2000 \Win2kXP\Readme_e.htm
USB kabel
Computer
Windows Me/98/98SE \Win98Me\Readme_e.htm Mac OS 9 (9.04 of later)
USB aansluiting
\ Fantom-X Driver OS9 (J) \Readme_e.htm Mac OS X \ Fantom-X Driver OSX \Readme_e.htm
Waarschuwing wanneer u de USB kabel losmaakt
Fantom-Xa
U moet uw computer uitzetten, voordat u de USB kabel eruit haalt. De kabel eruit halen, terwijl uw computer aanstaat, kan de werking ervan destabiliseren.
209
De Fantom-X Editor gebruiken Om u nog meer voordeel de functionaliteit van de Fantom te halen , wordt de Fantom-Xa geleverd met Fantom-X Editor software. Fantom-X Editor wijst parameters toe aan schuifknoppen en knoppen in het computervenster, waardoor u de mogelijkheid heeft om efficiënt te werken in een grafische editing omgeving.
Fantom-X Editor op uw computer installeren Gedetailleerde instructies omtrent het installeren van de software kunt u vinden in de online handleiding, die zich op de Fantom-X Editor CD-ROM bevindt. • Windows gebruikers Op de Fantom-X Editor CD-ROM, dient u de Readme_E.txt te openen. • Macintosh gebruikers Open de Readme(English).txt op de Fantom-X Editor CD-ROM.
Aansluitingen maken
De Fantom-X Librarian gebruiken Fantom-X Librarian is software, die u de mogelijkheid geeft om bibliotheken met Fantom-Xa parameter data op uw computer te beheren. Het voorziet in een efficiënte manier om Patch, ritme set en Performance data te besturen. Om de bibliotheek ingesloten bij de “Fantom-X Editor” CD-ROM te gebruiken, dient u de Fantom-Xa in Librarian modus te zetten. *
Hetzelfde principe gaat op wanneer u een apart verkrijgbare bibliotheek wilt gebruiken.
1. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 2. Druk op
of om “2.Utility” te selecteren en druk dan op [ENTER]. Het UTILITY MENU venster verschijnt.
3. Druk op [F5 (LIBRARIAN)]. fig.LIBRARIAN
1. Zorg ervoor, dat de System USB instelling ingesteld staat op MIDI. Bekijk [F4 (USB)] (p.194). *
Als dit ingesteld staat op STORAGE, kunt u de editor niet via een USB aansluiting gebruiken.
2. Gebruik een USB kabel (apart verkrijgbaar) om de FantomXa en uw computer aan te sluiten. fig.USBconnect
Fantom-Xa
Librarian modus zal geselecteerd worden. In Librarian modus kunnen system exclusive berichten, die verstuurd zijn door een extern MIDI apparaat, de instellingen in het gebruikersgeheugen overschrijven. U zult dan niet in staat zijn om het paneel van de Fantom-Xa te bedienen.
4. Druk op [EXIT] of [F6 (EXIT)] om Librarian modus te verlaten en terug te keren naar de normale toestand.
USB
USB
Windows
210
Macintosh
De Fantom-X Editor gebruiken
Fantom-X Editor systeemeisen
Systeemeisen (Mac OS) • Besturingssysteem Mac OS (Classic) 8.6 en 9.x Mac OS (X) 10.2 of later
Systeemeisen (Windows)
• CPU/Klok Power PC G3 233 MHz of hoger (Classic)
• Besturingssysteem
Power PC G3 500 MHz of hoger (Mac OS X)
Microsoft®Windows®XP
• Geheugen (RAM)
Microsoft®Windows®Me
128 MB of meer
Microsoft®Windows®2000 Professional Microsoft®Windows®98
256 MB of meer (aanbevolen) • Display/Kleuren
• CPU/Klok
800 x 600 of hoger/32.000 kleuren of meer
Pentium®/Celeron™ processor 400 MHz of hoger Pentium® III 500 MHz of hoger (aanbevolen)
1024 x 768 of hoger (aanbevolen) • Hard Disk
• Geheugen (RAM) 128 M bytes of meer
120 Mb of meer • Andere
256 M bytes of meer (aanbevolen)
OMS 2.0 of later (Classic)
• Display/Kleuren 800 x 600 of hoger/65, 536 kleuren (16 bit High Color) of meer 1024 x 768 of hoger (aanbevolen)
*
Apple en Macintosh zijn geregistreerde handelsmerken van Apple Computer, Inc.
*
MacOS is een handelsmerk van Apple Computer, Inc.
*
OMS is een geregistreerd handelsmerk van Opcode Systems, Inc.
• Hard Disk 120 Mb of meer
*
Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
*
Windows® staat officeel bekend als: “Microsoft®Windows®operating system.”
*
Pentium is een geregistreerd handelsmerk van Intel Corporation.
986 Hoewel onder de meeste omstandigheden een computer gelijkend op de bovenstaande criteria een normale bediening van de Fantom-X Editor zal toestaan, kan Roland compatibiliteit die alleen gebaseerd is op deze factoren, niet garanderen. Dit wordt veroorzaakt door een aantal variabelen die van invloed kunnen zijn op de werking van de processor, zoals verschillen in ontwerp van het moederbord en de combinatie van andere betrokken aparaten. • Ongeautoriseerde duplicatie, reproductie, huren en uitlenen is verboden. • Voordat u de ingesloten CD-ROM opent, dient u de “License agreement” te lezen. Als u de CD-ROM opent wordt er van uitgegaan dat u de license agreement accepteert.
211
Over V-Link Wat is V-LINK? V-LINK (
De V-LINK aan/uitzetten
) is een functie, die u kunt gebruiken voor
het spelen van muziek en videomateriaal. Door V-LINK compatibele video apparatuur te gebruiken kunnen visuele effecten verbonden worden met, en deel uitmaken van de expressieve elementen van een Performance.
1. Druk op [V-LINK] links van het paneel, zodat de indicator brandt. Het V-LINK venster verschijnt en de V-LINK instelling wordt aangezet. fig.V-LINK
(Voorbeelden) Door de Fantom-Xa en de Endirol DV-7PR samen te gebruiken kunt u: • Edirol DV-7PR afspeel instellingen maken op afstand van de Fantom-X. • De sequencer van de Fantom-Xa gebruiken om gesynchroniseerde muziek en video te gebruiken. • De Pads van de Fantom-Xa gebruiken om beelden van de Edirol DV-7PR (clips/paletten) te wisselen. • De knoppen van de Fantom-Xa gebruiken om de helderheid van de kleur van het beeld aan te passen. *
Om V-LINK samen met de Fantom-Xa en Edirol DV-7PR te gebruiken, zult u nieuwe aansluitingen moeten maken, waarbij u gebruik dient te maken van een Edirol UM1/UM-1S (apart verkrijgbaar).
Voorbeeld van aansluiting
In deze toestand kunt u de Pads gebruiken om beelden synchroon te manipuleren met het afspelen van de Fantom-Xa .
Elke modus zal, zelfs als de V-LINK aanstaat, zoals gewoonlijk functioneren.
2. Druk nogmaals op [V-LINK] in het weergegeven V-LINK venster. De V-LINK knop zal uitgaan en de V-LINK instelling wordt uitgezet.
V-LINK instellingen 1. Druk op [V-LINK] om in het V-LINK venster te komen.
Gebruik een UM-1/UM-1SX om de MIDI OUT connector van de Fantom-Xa aan te sluiten op het V-LINK compatibele apparaat. *
Voordat u dit apparaat aansluit op andere apparaten, dient u de stroomtoevoer naar alle apparaten uit te schakelen. Dit zal een slecht functioneren en/of schade aan speakers of andere apparaten helpen voorkomen.
2. Druk op [F5 (SETUP)]. Het V-LINK SETUP venster verschijnt. fig.V-LINK-SETUP
fig.V-LINKconnect.e
Fantom-Xa
3. Druk op
om de cursor naar een parameter te ver-
plaatsen.
4. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om de waarde
MIDI OUT
in te stellen. Voor details over V-LINK parameters, dient u V-LINK parameters (p.213) te bekijken.
5. Als u uw instellingen wilt bewaren, dient u op [F6 (WRITE)] te drukken. Edirol UM-1X
6. Druk op [F5 (EXIT)] of [EXIT] om terug te keren naar het voorgaande venster.
Pad modus U kunt selecteren of de Pads clips of paletten zullen wisselen.
1. In het V-LINK venster, dient u op [F1 (CLIP)] of [F2 Edirol DV-7PR, PR-50, V-4, etc.
(PALETT)] te drukken. [F1 (CLIP)]: De Pads zullen clips wisselen. [F2 (PALLETT)]: De Pads zullen paletten wisselen.
Local Switch Projector
212
Display
U kunt specificeren of de interne geluidsgenerator van de Pads is losgekoppeld of niet.
Over V-Link
1. Druk op [F6 (LOCAL)] om een vinkje (✔) toe te voegen of te verwijderen. Als een vinkje (✔) wordt weergegeven boven [F6 (LOCAL)], is de interne geluidsgenerator aangesloten op de Pads. Als er geen vinkje wordt weergegeven, is de interne geluidsgenerator losgekoppeld van de Pads.
V-LINK Parameters Parameter Note Tx Ch
Waarde 1–16
Clip 1 Note No.
0 (C -)–127 (G9)
Dissolve Time
OFF, CC01, CC05, CC07, CC10, CC11, CC71–74, CC91–93, AFTERTOUCH (Channel Aftertouch) 1–16
Ctrl Tx Ch Play Speed Ctrl
Color Cb Ctrl Color Cr Ctrl Brightness Ctrl VFX1–4 Ctrl Fade Ctrl Clip Filter
0.0-1.0-2.0, 0.5-1.0-2.0, 0.0-1.0-4.0, 0.5-1.0-4.0, 0.0-1.0-8.0, 0.5-1.0-8.0, 0.0-1.0-16.0, 0.5-1.0-16.0, 0.0-1.0-32.0, 0.5-1.0-32.0, 0.0-2.0-4.0, 0.0-4.0-8.0, 0.0-8.0-16.0, 0.0-16.0-32.0, -2.0-1.0-4.0, -6.0-1.0-8.0 OFF, CC01, CC05, CC07, CC10, CC11, CC71–74, CC91–93, AFTERTOUCH (Channel Aftertouch)
OFF, ON (✔)
De Clip Filter gebruiken Stelt u voor, dat van de ritme set die u ingevoerd heeft in de Part gebruikt voor V-Link (d.w.z. de Part met hetzelfde nummer als de Note Tx Channel), u alleen de kick en snare clips wilt wisselen. In een dergelijk geval dient u alleen de clips te controleren die corresponderen met de noot nummers van de kick en snare. De clips zullen wisselen, wanneer de kick of snare speelt.
Uitleg MIDI kanaal dat de Edirol DV-7PR clips/paletten zal wisselen en het tijdsverloop regelt. PADS 1-16 corresponderen met Edirol DV-7PR clips (of paletten). We adviseren u om “Template Set” op “Note” in te stellen en Clip 1 Note No. op dezelfde instelling te zetten als de “Pad Base Note” instelling (Quick Setup; p.118). Control change nummer dat het tijdsverloop (hoe lang het duurt tot een beeld wisselt) regelt. MIDI kanaal dat de Edirol DV-7PR color Cb/Cr helderheid en video effect schakeling regelt. Gebied van video afspeelsnelheid. De drie waarden zijn de afspeelsnelheden (meervoud van normale snelheid) links, in het midden en rechts van de Pitch bend. Control change nummer dat de Cb kleur van het beeld regelt. Control change nummer dat de Cr kleur van het beeld regelt. Control change nummer dat de helderheid van het beeld regelt. Control change nummer dat het video effect regelt. * VFX2-4 worden niet ondersteund door de Edirol DV-7PR. Control change nummer dat de output fade regelt. Gecontroleerde clips kunnen gewisseld worden. Maak wisselen voor iedere clip mogelijk/onmogelijk.
fig.V-LINK-CF
2. Gebruik [CURSOR] om een clip te selecteren. 3. Gebruik de VALUE draaischijf of [INC] [DEC] om het
1. In het V-LINK SETUP venster, dient u op [F1 (FILTER)] te drukken. Het Clip Filter venstertje verschijnt.
vinkje (✔) toe te voegen of te verwijderen. Gecontroleerde clips kunnen gewisseld worden.
Het beeld opnieuw instellen 1. Druk op [F3 (CLIP)] of [F4 (ALL)] in het V-LINK venster. [F3 (CLIP)] (Clip Reset) [F4 (ALL)] (All Reset)
Zet het beeld uit (volledig zwart). Het effect dat toegepast wordt op het beeld zal opnieuw ingesteld worden en helderheid, kleurverschil etc. zullen allemaal teruggezet worden naar de fabrieksinstelling.
*
Bekijk de Edirol DV-7PR handleiding voor details over clips/paletten, tijdsverloop en kleurverschil signalen (Cb/Cr).
*
De Fantom-Xa ondersteunt de tweeledige stream modus van de Edirol DV-7PR niet.
213
De Wave uitbreidingskaart installeren Er kunnen maximaal vier Wave uitbreidingskaarten (SRX serie; aPart verkrijgbaar) naar keuze op de Fantom-Xa geïnstalleerd worden. Wave uitbreidingskaarten slaan Wave data, Patches en ritme sets op, en door de Fantom-Xa met deze boards uit te rusten, kunt u uw geluidspalet aanzienlijk vergroten.
Waarschuwingen wanneer u een Wave uitbreidingskaart installeert
Hoe installeert u een Wave uitbreidingskaart? Installeer de Wave uitbreidingskaarten, nadat u de paneelcover hebt verwijderd.
1. Voordat u de Wave uitbreidingskaart installeert, dient u stroomtoevoer naar de Fantom-Xa en alle aangesloten apparaten uit te zetten en alle kabels, inclusief de adapter uit de Fantom-Xa te halen.
2. Verwijder van de Fantom-Xa alleen de schroeven
901
weergegeven in de volgende tekening en haal de cover eraf.
• Houd rekening met de volgende zaken, wanneer u de board hanteert teneinde het risico van schade aan interne componenten, die veroorzaakt kan worden door statische elektriciteit, te vermijden.
fig.Exp1.e
Fantom-Xa: onderkant Schroeven die verwijderd dienen te worden
• Voordat u de board aanraakt, dient u altijd eerst een metalen object vast te pakken (zoals een waterleiding), zodat u er zeker van bent dat enige statische elektriciteit, die u misschien bij u droeg, wordt ontladen. • Wanneer u de board hanteert, dient u deze bij de hoeken vast te pakken. Vermijd het aanraken van één van de elektronische componenten of aansluitingen. • Bewaar de verpakking, waarmee de board werd geleverd en doe de board erin terug, wanneer u de board op moet slaan of gaat transporteren.
928
*
Wanneer u het apparaat op zijn kop zet, moet u een stapeltje tijdschriften of kranten pakken en deze onder de vier hoeken of op beide uiteinden plaatsen om schade aan de knoppen en regelaars te voorkomen. U dient het apparaat eigenlijk zo te plaatsen, dat er geen knoppen of regelaars beschadigd kunnen worden.
*
Wanneer u het apparaat op zijn kop zet, dient u voorzichtig te zijn opdat het niet omvalt.
• Gebruik een 4-blad schroevendraaier die geschikt is voor de grootte van de schroef (een nummer 2 schroevendraaier, alleen Fantom-X6/X7). Als een incorrecte schroevendraaier gebruikt wordt, bestaat het risico dat de kop van de schroef verwijderd wordt. • Om een schroef te verwijderen, dient u de schroevendraaier tegen de klok in te draaien. Om de schroeven vast te draaien, dient u de schroevendraaier met de klok mee te draaien. fig.Screw.e
los
vast
• Verwijder alleen de gespecificeerde schroeven, wanneer u de Wave uitbreidingskaarten installeert. • Wees voorzichtig dat de schroeven die u losdraait niet in het binnenste gedeelte van de Fantom-Xa terecht komen. • Zorg ervoor, dat het onderste gedeelte niet lang onbeschermd blijft. Als installatie van de Fantom-Xa afgerond is, dient u de cover er weer op te zetten. • Zorg ervoor, dat u uw hand niet openhaalt aan de opening voor het installeren van de board. • Raak geen van de printplaten of verbindingsuitgangen aan. • Gebruik nooit extreem veel kracht, wanneer u het circuit bord installeert. Als de board niet goed past bij de eerste poging, kunt u deze beter verwijderen en het nogmaals proberen. • Wanneer u klaar bent met het installeren van het circuit bord, dient u nogmaals te controleren of u alles goed gedaan hebt.
214
fig.Exp2
De Wave uitbreidingskaart installeren
3. Zoals weergegeven in de volgende illustratie, dient u de aansluiting van de Wave uitbreidingskaart in de aansluiting van de desbetreffende sleuf te steken en tegelijkertijd de board houder door het gat van de Wave uitbreidingskaart te steken. fig.Exp3.e
De geïnstalleerde Wave uitbreidingskaarten controleren
Kaart houder
Plaats zoals weergegeven voordat u de kaart installeert.
Nadat installatie van de Wave uitbreidingskaart afgerond is, dient u te controleren of de geïnstalleerde boards op correcte wijze herkend worden. Aansluiting
1. Zet de stroomtoevoer aan, zoals beschreven op p.16.
4. Gebruik het installatie gereedschap dat geleverd is met de Wave uitbreidingskaart om de houders in de LOCK richting te draaien, zodat de board goed vastzit.
2. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 3. Druk op
of dan op [ENTER].
fig.Exp4.e
om “1. System” te selecteren en druk
4. Druk op [F6 (INFORMATION)]. installatie gereedschap
Het SYSTEM INFO venster verschijnt.
VASTDRAAIEN
5. Druk op [F2 (SRX)]. Verifieer of de naam van de geïnstalleerde Wave uitbreidingskaart weergegeven wordt. fig.SRXInfo
*
5. Gebruik de schroeven die u in stap 2 verwijderd hebt om de cover terug te plaatsen.
Als de naam van de board niet verschijnt, is het mogelijk dat de board niet herkend wordt. Zet de stroomtoevoer uit, zoals beschreven in De stroomtoevoer uitzetten (p.16) en installeer de Wave uitbreidingskaart op correcte wijze.
6. Druk op [EXIT] om het System Menu venster te verlaten.
215
Het geheugen uitbreiden De Fantom-Xa komt met 4 MB geheugen, waarin audio samples geladen kunnen worden. In sommige gevallen zal 4 MB te weinig zijn voor het laden van grote hoeveelheden data. In zo’n geval zult u aPart verkrijgbaar geheugen (DIMM) toe moeten voegen. Geheugen kan met 64/128/256/512 MB uitgebreid worden. Voordat het geheugen uitgebreid wordt, dient u de verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een geautoriseerde Roland distributeur te consulteren.
Waarschuwingen voor het uitbreiden
Hoe breidt u het geheugen uit? Installeer de geheugen module nadat u de onderste paneel cover hebt verwijderd.
1. Voordat u het geheugen uit gaat breiden, dient u stroomtoevoer naar de Fantom-Xa en alle aangesloten apparaten uit te zetten en alle kabels, inclusief de adapter, uit de Fantom-Xa te halen.
2. Verwijder van de Fantom-Xa alleen de schroeven weergegeven in de volgende tekening en haal de cover eraf.
901
• Houd rekening met de volgende zaken, wanneer u de board hanteert teneinde het risico van schade aan interne componenten die veroorzaakt kan worden door statische elektriciteit, te vermijden.
fig.Exp1.e
Fantom-Xa: onderkant Schroeven die verwijderd dienen te worden
• Voordat u de board aanraakt, dient u altijd eerst een metalen object vast te pakken (zoals een waterleiding),zodat u er zeker van bent dat enige statische elektriciteit die u misschien bij u droeg, wordt ontladen. • Wanneer u de board hanteert, dient u deze bij de hoeken vast te pakken. Vermijd het aanraken van één van de elektronische componenten of aansluitingen. • Bewaar de verpakking waarmee de board werd geleverd en doe de board erin terug, wanneer u de board op moet slaan of gaat transporteren.
928
*
Wanneer u het apparaat op zijn kop zet, moet u een stapeltje tijdschriften of kranten pakken en deze onder de vier hoeken of op beide uiteinden plaatsen om schade aan de knoppen en regelaars te voorkomen. U dient het apparaat eigenlijk zo te plaatsen, dat er geen knoppen of regelaars beschadigd kunnen worden.
*
Wanneer u het apparaat op zijn kop zet, dient u voorzichtig te zijn opdat het niet omvalt.
• Gebruik een 4-blad schroevendraaier die geschikt is voor de grootte van de schroef (een nummer 2 schroevendraaier). Als een incorrecte schroevendraaier gebruikt wordt, bestaat het risico dat de kop van de schroef verwijderd wordt. • Om een schroef te verwijderen, dient u de schroevendraaier tegen de klok in te draaien. Om de schroeven vast te draaien, dient u de schroevendraaier met de klok mee te draaien.
fig.Exp2
fig.Screw.e
los
vast
• Installeer alleen het gespecificeerde geheugen DIMM board. Verwijder alleen de gespecificeerde schroeven. • Wees voorzichtig dat de schroeven die u losdraait niet in het binnenste gedeelte van de Fantom-Xa terecht komen. • Zorg ervoor dat het onderste gedeelte niet lang onbeschermd blijft. Als installatie van de Fantom-Xa afgerond is, dient u de cover er weer op te zetten. • Zorg ervoor dat u uw hand niet openhaalt aan de opening voor het installeren van de board. • Raak geen van de printplaten of verbindingsuitgangen aan. • Gebruik nooit extreem veel kracht, wanneer u het circuit bord installeert. Als de board niet goed past bij de eerste poging, kunt u deze beter verwijderen en het nogmaals proberen. • Wanneer u klaar bent met het installeren van het circuit bord, dient u nogmaals te controleren of u alles goed hebt uitgevoerd.
216
3. Druk de witte clips aan beide uiteinden van de houder naar buiten, zodat deze zich in benedenwaartse positie bevinden. fig.DIMM1
Het geheugen uitbreiden
4. Let op de locatie van de inkeping op de geheugenmodule, en plaats het verticaal in de geleiders aan beide kanten van de houder. fig.DIMM2
Controleren of geheugen op correcte wijze is geïnstalleerd 1. Zet de stroomtoevoer aan, zoals beschreven op p.16. 2. Druk op [MENU] om het Top Menu venstertje te openen. 3. Druk op
of dan op [ENTER].
om “1.System” te selecteren en druk
4. Druk op [F6 (INFORMATION)]. Het SYSTEM INFO venster verschijnt.
5. Druk op [F1 (MEMORY)]. *
Als u moeite hebt met het insteken van de geheugenmodule, kunt u proberen het iets schuin te houden en proberen om één uiteinde tegelijk in te voegen.
Verifieer of het venster de correcte hoeveelheid geheugen weergeeft dat u geïnstalleerd heeft. fig.MemoryInfo
5. Verschuif de witte clips naar boven en druk erop, totdat de geheugenmodule vast op zijn plek zit. fig.DIMM3
*
Als de juiste hoeveelheid geheugen niet weergegeven wordt, is het mogelijk dat het geheugen niet goed herkend wordt. Zet de stroomtoevoer uit, zoals beschreven in De stroomtoevoer uitzetten (p.16) en installeer het geheugen opnieuw, op correcte wijze.
6. Druk op [EXIT] om het System Menu venster te verlaten.
6. Gebruik de schroeven die u in stap 2 hebt verwijderd om de cover terug te plaatsen.
Het geheugen verwijderen Om de geheugen module te verwijderen, dient u de installatieprocedure omgekeerd uit te voeren.
1. Druk de witte clips aan de uiteinden van de houder gelijktijdig naar buiten. fig.DIMM4
Specificaties voor het uitbreidingsgeheugen (DIMM) dat gebruikt kan worden Aantal pins:
168-pin
Snelheid:
100 MHz (PC100 CL=2) 133 MHz (PC133 CL=3)
Voltage:
3.3 V
Capaciteit:
64/128/256/512 MB
Board hoogte:
38 mm of minder
De Fantom-Xa heeft bewezen te functioneren met standaardgeheugen dat aan bovenstaande specificaties voldoet. We kunnen echter niet garanderen dat alle geheugen met deze specificaties correct zullen functioneren. Wees er op bedacht dat, zelfs met dezelfde specificaties, verschillen in het ontwerp van de geheugen module of de condities voor gebruik kunnen betekenen dat een geheugenmodule misschien niet bruikbaar is.
2. Verwijder de geheugenmodule van de houder.
217
Een geheugenkaart gebruiken De Fantom-Xa bevat een PC kaartsleuf waarmee u niet alleen PCtype geheugenkaarten kunt gebruiken, maar ook andere typen media, zoals CompactFlash en Smart Media, via de juiste PC kaart adaptor.
Voordat u de geheugenkaart gebruikt Zorg ervoor, dat de correcte zijde van de kaart boven ligt en steek de kaart in de PC kaart geluf van de Fantom-Xa. Wanneer u de kaart moet verwijderen, dient u op de ejectknop die zich naast de kaart bevindt, te drukken.
De PC kaart beschermer installeren De Fantom-Xa levert een PC kaart beschermer om diefstal van de geheugenkaart te voorkomen. Om de PC kaart beschermer te installeren, dient u de volgende procedure te volgen:
1. Gebruik een schroevendraaier om beide schroeven aan de onderkant van de PC CARD sleuf te verwijderen.
2. Steek de geheugenkaart in de PC CARD kaartsleuf. 3. Gebruik de schroeven om de PC kaart beschermer, zoals
fig.MemCard1.e
hieronder weergegeven, vast te zetten. fig.MemCard2.e
Uitwerpen
Geheugenkaart
Ac
hte
rka
nt
pa
ne
el
Fa
nto
m-
Xa
Geheugenkaart PC kaart beschermer
Data wegschrijven naar de kaart De Fantom-Xa levert een PC kaart beschermer om diefstal van de geheugenkaart te voorkomen. Om de PC kaart beschermer te installeren, dient u de volgende procedure te volgen.
218
Problemen oplossen Als de Fantom-Xa niet functioneert op de manier die u verwacht, dient u eerst de volgende punten te controleren. Als hiermee het probleem niet wordt opgelost, dient u uw verkoper of het dichtstbijzijnde Roland Service Station te consulteren. *
Als een bericht wordt weergegeven in het venster tijdens een bepaalde handeling, dient u Fout berichten (p.225) te bekijken.
Problemen die de hele Fantom-Xa aangaan Het apparaat gaat niet aan. Zorg ervoor dat het snoer van de Fantom-Xa correct is
• Wordt de Part gedempt? Stel de Mute Switch parameter in op “OFF” (p.73). Een specifiek toonbereik is niet hoorbaar. Is een beperkend bereik voor noten ingesteld? Als een specifiek bereik van noten niet hoorbaar is, dient u de Key Range instellingen voor de Patch Tone en de Performance Part te controleren. • Tone Key Range Key Range Lower/Upper parameter (p.42) • Part Key Range K.L./K.U. parameter (p.75) Het geluid is vervormd.
aangesloten. Controleer de volgende punten:
Geluidsgerelateerde onderwerpen Er is geen geluid. Controleer de volgende punten: • Is de stroomtoevoer voor aangesloten versterkers en speakers aangesloten? Is het volume helemaal naar beneden gedraaid? • Is de VOLUME knop helemaal naar beneden gedraaid? • Zijn verbindingen/aanluitingen op de juiste manier gemaakt? • Kunt u iets door de koptelefoon horen?
• Wordt er een vervormend effect toegepast op het geluid? Als het geluid voor een specifieke Patch of Part vervormd is, dient u het volumeniveau van die Part aan te passen. • Als alle geluiden vervormd zijn, dient u de VOLUME knop te gebruiken om het volumeniveau naar beneden te draaien. • Zou het kunnen dat de Output Gain extreem hoog is? Controleer de “Sound” parameter in “System.” Pitch is incorrect. Controleer de volgende punten:
Als er geluid is in de koptelefoon, is het mogelijk dat de verbindingskabels verbroken zijn of dat uw versterker/mixer slecht heeft gefunctioneerd. Controleer uw kabels/mixer systeem nogmaals.
• Gebeurt het stemmen van de Fantom-Xa op incorrecte wijze?
• Als u geen geluid hoort, terwijl u het keyboard bespeelt, dient u te controleren of de Local Switch op OFF staat.
• Zijn de Coarse Tune of Fine Tune parameters ingesteld voor specifieke Parts?
Zorg ervoor dat de Local Switch aanstaat (p.197). • Staan alle tonen in de Patch uit? Zet “Tone Switch” aan.
Controleer de Master Tune parameter instelling (p.194). • Is de toonhoogte veranderd door pedaalhandelingen of door Pitch Bend berichten ontvangen via een extern MIDI apparaat?
Controleer de Coarse Tune parameter en Fine Tune parameter instellingen (p.74).
• De Part Level instellingen staan misschien te laag. Ga naar de Level parameter en controleer het niveau van elke Part (p.73).
Het geluid wordt onderbroken.
• Zijn de Effect instellingen correct gemaakt? Controleer de Effect instellingen ON of OFF, de Effect Balance of Level (p.157).
Geluiden zullen onderbroken worden als meer dan 128
• Zijn de instellingen voor de uitvoerbestemming juist? Controleer de verschillende output instellingen (p.74). • Is de Wave uitbreidingskaart correct geïnstalleerd? Wanneer u de instellingen selecteert die het gebruik van EXP waves, Patches of Ritme sets vaststellen, dient u te controleren of de gespecificeerde Wave uitbreidingskaart op correcte wijze geïnstalleerd is in de gespecificeerde sleuf (p.214). • Is het volume lager door pedaalhandelingen of door MIDI berichten (volumeberichten of expressieberichten) ontvangen via een extern MIDI apparaat? • Zijn de samples op de juiste manier geladen? (p.153)
stemmen gelijktijdig gebruikt worden. • Verminder het aantal Tonen dat u gebruikt. • Vergroot de Voice Reserve instelling voor Parts die niet weg mogen vallen. (p.75) Wanneer ik het keyboard bespeel, stoppen de noten niet. Is de pedaal polariteit van de Hold Pedal omgedraaid? • Controleer de Hold Pedal Polarity parameter instelling (p.195). Wanneer ik op een Pad druk, stopt het geluid niet meer. Brandt de [HOLD] Pad? Druk weer op de [HOLD] Pad, zodat deze niet meer opgelicht is.
Een specifieke Part is niet hoorbaar. Het geluid stopt, wanneer ik van Patch wissel in Patch modus. Controleer de volgende punten: • Is het volumeniveau van de Part naar beneden gedraaid? Pas de Level parameter aan om het volume van de Part die niet te horen is, te verhogen (p.73).
Hoewel u een grote variëteit aan multi-effecten toe kunt passen met behulp van de multi-effecten van de Fantom-Xa, zal het wisselen van de Patch ook het type multi-effecten dat gebruikt
219
Problemen oplossen
wordt veranderen. In dergelijke gevallen kunnen discrepanties tussen het geproduceerde geluid en het type multi-effecten ontstaan, wat kan resulteren in het anders klinken van geluiden dan de bedoeling was; geluiden geproduceerd, wanneer Patches gewisseld worden, worden wellicht gedempt, wanneer de fabrieksinstellingen aanstaan. In zulke situaties, zoals, wanneer geen multi-effecten gebruikt worden die een grote invloed hebben op het geluid, dient u te onthouden om de Patch Remain parameter (p.193) op “ON” te zetten, zodat u Patches kunt wisselen zonder dat geluiden gedempt worden.
Soms kan het zo zijn, dat wanneer u de toetsen bespeelt in het bovenste gedeelte van het keyboard van de Fantom-Xa, het geluid stopt, de toonhoogte niet meer verder stijgt of bij bepaalde toetsen een onderbrekend geluid optreedt. Dit gebeurt vooral, wanneer de bovenste toonhoogte grens van de FantomXa overstegen wordt, dus deze kwestie gaat niet op voor de gebieden die normaal gebruikt worden. In ieder geval duidt het niet op een slecht functioneren. Ook al is dezelfde Patch geselecteerd, toch klinkt het anders, wanneer ik het beluister in de Performance modus.
Wanneer u Patches in Patch modus wisselt, wordt het volume
De parameters van iedere Part van de Performance kunnen
en andere parameters, die ingesteld waren met behulp van Control Changes, weer opnieuw ingesteld.
verdere wijzigingen in parameters toepassen in Performance modus, zoals pan, octave en filter, afhankelijk van de instellingen die gespecificeerd zijn door de Patch. Daardoor klinken Patches in een Performance wellicht anders dan, wanneer u ze beluistert in Patch modus. Om deze instellingen terug te zetten naar hun originele toestand, dient u de Patch te
Stel de Patch Remain parameter (p.193) op “ON.” Zelfs als ze Patches gewisseld hebben, zullen ontvangen Control Change berichten uitgevoerd worden, dus zelfs, wanneer u een Patch wisselt waarvan het niveau helemaal naar beneden is gedraaid d.m.v. een Control Change volume bericht, zal het niveau onveranderd blijven. Als de Tone Delay time waarde op de noot is ingesteld, verandert de delay time dan niet als deze een vaststgestelde tijdsduur overschrijdt, wanneer het tempo langzamer wordt? Er is een maximum toestaanbare waarde voor de Delay Time parameter (p.51). Als de tijdsinstelling dus gespecificeerd is in termen van een noot waarde en het tempo wordt langzamer, zal deze maximum toestaanbare waarde bereikt worden en kan deze niet verder vergroot worden. De bovengrens voor ieder is de maximumwaarde, anders dan de numerieke waarde voor de beat, die ingesteld kan worden. Zelfs als ik de Pan voor een Patch helemaal aan één kant instel, komt er nog steeds geluid uit het andere kanaal. De interne effecten van de Fantom-Xa zijn in stereo, dus als u effecten heeft toegepast op een Patch, zult u nog steeds geluiden van de effect component kunnen horen via het ander kanaal. Soms, wanneer legato gespeeld wordt, zal de toonhoogte niet omhoog gaan. Hoe komt dit? Wanneer de Legato Switch parameter (p.41) op “ON” staat en de Legato Retrigger parameter (p.41) op “OFF” en u houdt toetsen in het hoge register ingedrukt om legato te spelen, kan de bovenste toonhoogte grens overschreden worden, zodat de toonhoogte niet zoveel stijgt als verwacht, maar op een bepaald punt ophoudt te stijgen. Als bovendien verschillende bovenste toonhoogte grenzen gebruikt worden voor de waves van een Patch die meerdere tonen gebruikt, is het mogelijk niet meer hoorbaar in MONO. Wanneer u grote toonhoogte veranderingen maakt, dient u de Legato Retrigger parameter op “ON” in te stellen. De noten klinken vreemd in de bovenste registers van het keyboard.
220
selecteren nadat u Factory Reset Temporary voor de Performance heeft uitgevoerd (p. 204). Bovendien, çofschoon een Patch tonen kan bevatten die gecreëerd zijn met behulp van het gebruik van multi-effecten, kunnen de gebruikte multi-effecten in de Performance verschillen van de multi-effecten geselecteerd door de Patch. Controleer de multi-effect instellingen van de Performance. Doe hetzelfde voor de Chorus en Reverb instellingen. Het volumeniveau van het instrument dat aangesloten is op de Fantom-Xa is te laag. Kan het zijn dat u een verbindingskabel gebruikt die weerstand bevat? Gebruik een verbindingskabel die geen weerstand bevat.
Problemen oplossen
Verlaag de verandering in snelheid (LFO Rate).
Effectgerelateerde onderwerpen Effecten worden niet toegepast. Controleer de volgende punten: • De “MFX,” “CHO,” “REV,” of “MASTER” effect knoppen die zich boven in het PLAY venster bevinden, kunnen uitgeschakeld zijn. Druk op [EFFECTS]/[F6 (SWITCH)] om ze aan te zetten. • Zijn de verschillende effecten instellingen juist? (p.157) • Als het send niveau van ieder effect op 0 is ingesteld, zal het effect niet worden toegepast. Controleer de instellingen. • Zelfs als de send niveaus bij ieder effect op 0 ingesteld zijn, worden effecten niet toegepast als de Multi-Effects Output Level, de Chorus Level of de Reverb Level op 0 ingesteld staan. Controleer iedere instelling. • Als Output Assign op iets anders dan “MFX” ingesteld staat, zal het Multi-Effecten geluid niet uitgevoerd worden. • Als Output Assign ingesteld staat op “PATCH” voor iedere Part van de Perfomance, zal het geluid uitgevoerd worden overeenkomstig de Output Assign instellingen van de Patch (voor elke Toon) welke toegewezen is aan die Parts. Dit betekent dat als Output Assign voor de Patch (elke Toon) op iets anders dan “MFX” ingesteld staat, het Multi-effecten geluid niet uitgevoerd zal worden. De Modulation of andere controller staat altijd aan. Controleer de Matrix Controller instellingen. (p.49) De Fantom-Xa geeft u de mogelijkheid om de Matrix Control te gebruiken om Patches in real time te besturen. De Matrix Control functioneert als de besturingsbron voor de Control Change en andere door de Fantom-Xa ontvangen MIDI berichten en maakt wijzigingen aan de verschillende Patch parameters gebaseerd op deze berichten. Afhankelijk van deze instellingen kan de Fantom-Xa reageren op MIDI berichten die verstuurd zijn via externe MIDI apparaten en kan het resultaat zijn dat de Patches anders klinken dan de bedoeling was.
Als gevolg van de gespecialiseerde werkwijze die gebruikt wordt voor de Pan, waarbij het volumeniveau aan de linker- en rechterzijde veranderd wordt, veroorzaken snelle veranderingen grote wijzigingen in volume, waardoor ruis nog eens extra versterkt worden. Multi-effect 43: TAP DELAY of een andere delay time waarde is ingesteld op de noot en het tempo wordt langzamer. Verandert de delay time niet als deze over een vastgestelde tijdsduur heengaat? Dergelijke Delay time instellingen hebben een bovengrens, dus als de bovengrens van een waardenset ingesteld voor de noot overstegen wordt, wanneer het tempo langzamer wordt, kan die bovenste waarde niet verder stijgen. De bovenste tijdsgrens voor elk is de maximumwaarde, anders dan de numerieke waarde voor de beat, die ingesteld kan worden.
Onderwerpen die gerelateerd zijn aan het opslaan van data De Performance klinkt anders dan toen het weggeschreven werd. Controleer de volgende punten: • Als u de instellingen van een Patch gebruikt door een Performance hebt veranderd of als de tijdelijke Patch of Performance gewijzigd is door een extern MIDI apparaat, moeten deze Patches ook opgeslagen worden. Als Patches gebruikt door een Performance bewerkt zijn, wanneer u de Performance wegschrijft, zal de Fantom-Xa een bericht weergeven waarin u gevraagd wordt of u deze Patches weg wilt gooien. In dergelijke gevallen dient u de Patch (p.37) of ritme set (p.57) eerst op te slaan en dan de Performance opnieuw op te slaan (p.72). • Het kan zijn dat de Mastering Effect instellingen veranderd zijn. (Deze instellingen worden niet opgeslagen als deel van een Performance).
Het chorus of reverb send niveau hoger zetten voor iedere deel van een Performance heeft nog steeds niet tot gevolg dat het effect voldoende toegepast wordt. Hoewel u Send Level instellingen voor de Chorus en Reverb voor iedere afzonderlijke Part in een Performance kunt maken, wordt met deze waarden alleen de bovengrens van de Chorus en Reverb Send Levels voor de gebruikte Patch ingesteld. Bijgevolg zal er geen effect zijn als het Send niveau verlaagd wordt in de gebruikte Patch, zelfs als de waarde op het maximum van 127 is ingesteld. Bovendien kunnen verschillende Patch Chorus en Reverb Send niveau instellingen gebruikt worden afhankelijk van of de multi-effecten wel of niet gebruikt worden. Door de Matrix Control of een soortgelijke functie te gebruiken, worden de LFO resultaten in geluid bepaald op het moment dat de Pan abrupt verandert.
Patches klinken anders dan toen ze weggeschreven werden. Controleer de volgende punten: • Wegschrijven kan niet gebruikt worden om Patches op te slaan, zoals ze veranderd zijn in Patch modus met gebruikmaking van Control Change berichten van een extern MIDI apparaat. • De Mastering Effect instellingen zijn misschien veranderd. (Deze instellingen worden niet opgeslagen als Part van de Patch). De Arpeggio en D Beam controller instellingen in de Performance zijn anders dan die voor de Patch. Aangezien de Fantom-Xa arpeggio en D Beam controller instellingen opslaat voor iedere Performance, zal het overeenkomstig de arpeggio en D Beam controller instellingen die voor iedere Performance gespecificeerd zijn, functioneren.
221
Problemen oplossen
Data die aanwezig zou moeten zijn, verschijnt niet in
Onderwerpen gerelateerd aan de sequencer Song data wordt niet correct afgespeeld Controleer de volgende punten: • Staat de Receive General MIDI/General MIDI 2 System ON Switch op ON? Stel de Rx GM System ON/Rx GM2 System ON parameter (SYSTEM/MIDI) op “ON” (p.198). • Probeert u afspelen halverwege de song te starten? Het begin van een GM score song bevat een General MIDI/ General MIDI 2 System On bericht. In sommige gevallen kan een GM Score niet correct afgespeeld worden, tenzij dit bericht wordt ontvangen. • Probeert u song data ontworpen voor het GS Formaat te spelen ? Wanneer de Fantom-Xa een GS Reset bericht ontvangt, wordt de Fantom-Xa gemachtigd voor het GS formaat. Dit staat het afspelen van muzikale data dat het GS logo (GS muzikale data) draagt, toe. Gegevens die exclusief voor de Sound Canvas serie gecreëerd zijn , kunnen echter misschien niet correct afgespeeld worden op de Fantom-Xa. Na opname is de song niet te horen, wanneer ik deze afspeel.
Microscope. Controleer de volgende punten: • Zijn de verkeerde tracks geselecteerd? • In View Select (p.146), is bij bepaalde data ingesteld dat deze niet mag worden weergegeven? Nadat ik gebruik heb gemaakt van een MIDI sequencer om een song te spelen, stopten geluiden met spelen en klinkt er geen geluid, zelfs niet, wanneer Program Changes gestuurd worden. Het zou kunnen dat een Bank Select in de song data, die niet gespecificeerd is door de Fantom-Xa, gevonden is in de song. Er wordt geen enkel geluid gespeeld als de Tone groep niet is aangewezen door de Fantom-Xa met behulp van Bank Select MSB/LSB. Merk op dat als u de Bank Select weglaat en alleen de Program Change stuurt, de toon in de op dat moment geselecteerde groep die het gespecificeerde Program Change nummer heeft, zal spelen. Probeer de toon opnieuw te selecteren met gebruikmaking van de paneel regelaars. Verder dient u er zeker van te zijn dat u de Bank Select MSB/LSB en de Program Change als één enkele set stuurt voor betrouwbare reproduductie, wanneer u tonen selecteert uit een extern MIDI apparaat. Eerst de MSB en LSB sturen (de volgorde waarin deze gestuurd worden maakt niet uit), gevolgd door de Program Change.
afspeelde.
In sommige gevallen bent u misschien niet in staat om enig geluid te horen, nadat u de laatste song gespeeld heeft waarvan het geluid langzaam uitdoofde. Dit kan het geval zijn omdat het volume is verlaagd door volumeberichten of expressieberichten. Controleer de waarden van deze berichten en stel deze in op de juiste waarden.
Als een song wordt afgespeeld nadat het tempo is veranderd,
Performances zijn langzaam of hebben onderbrekingen.
Zijn de tracks gedempt? Zet dempen (muting) (p.73) uit. Het tempo is anders dan de laatste keer toen ik de song
zal het nieuwe tempo niet opgeslagen worden tenzij de song is opgeslagen in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart. Omgekeerd zal het voorgaande tempo gewist worden, wanneer u de song opslaat. Wanneer u songs opslaat, dient u er goed op te letten wat het actuele tempo is. Ingestelde Locate Posities in de song zijn verdwenen. Controleer de volgende punten: • Is de disk opgeslagen in een ander formaat dan MRC-Pro formaat (SMF 0 of 1)? Locate posities worden alleen samen met de song data opgeslagen als er wordt opgeslagen op MRC-Pro formaat. • Gebruikt u Quick Play? Om de Locate posities te gebruiken, dient de song geladen te worden in de Fantom-Xa. Sound Devices Tones worden willekeurig gewisseld. Gebruik de Microscope (p.144) om de volgende punten te controleren. • In er een niet noodzakelijke programmaverandering ingevoerd? Of zijn er dubbele programmaveranderingen? • Zijn er fouten gemaakt bij het instellen van de data MIDI kanalen toen Program Change berichten ingevoerd werden?
222
Problemen met langzame en onderbroken Performances kunnen zich heel gemakkelijk voordoen, wanneer de sequencer of geluidsgenerator gebruikt voor de Performance, veel zware data te verwerken heeft. Hoofdoorzaken en mogelijke correcties worden hieronder behandeld. • Spelen er meer dan 128 stemmen tegelijkertijd? Verminder het aantal stemmen. De compositie van Fantom-Xa Patches is zo dat er maximaal acht Waves gebruikt mogen worden voor één Patch. Wanneer u zulke Patches gebruikt en zelfs als u maar één geluid hoort, worden er dus eigenlijk acht geluiden tegelijkertijd gespeeld. Bovendien is bij bepaalde geluiden, zoals aanhoudende geluiden met een lange release de verwerking voor het spelen van het geluid nog onderweg , zelfs als het geluid niet hoorbaar is voor u, en ook in deze gevallen kan de Performance data dus verschillen van het eigenlijke aantal stemmen dat gespeeld wordt. • Gebruikt u een Patch die veel LFO gebruikt? Probeer een andere Patch te gebruiken. Het verwerken van LFO is voor de machine vaak erg zwaar, dus veelvuldig gebruik van de LFO maakt het verwerkingsproces voor de Fantom-Xa in zijn geheel langzamer, wat tot gevolg kan hebben dat de expressie
Problemen oplossen
van geluiden zelf wordt aangetast. • Is de data geconcentreerd aan het begin van de beats in de sequencer data? Voorkom het overlappen van data met dezelfde timing door in plaats daarvan een offset van 1-2 klokken te maken. Data kan gemakkelijk erg geconcentreerd worden aan het begin van de beats in de song data, wanneer bijvoorbeeld de song data ingevoerd wordt met gebruikmaking van Step recording of als de data gesynchroniseerd wordt, nadat deze met een keyboard in real time is ingevoerd. Hierdoor worden grote hoeveelheden data naar de Fantom-Xa gestuurd en raakt de verwerking voor het uitvoeren van geluiden verstopt. • Is er een Program Change op het punt, waarop de song Performance langzaam is? Verander de positie van de Program Change. Wanneer Program Changes ingevoegd worden in songs wordt de verwerkingstijd voor het wisselen van Patches groter, waardoor de Performance welllicht langzamer gaat spelen. • Is er een System Exclusive bericht op het punt waarop de song Performance langzaam is? Verplaats de positie van de data. System Exclusive berichten bevatten grote hoeveelheden data en plaatsen derhalve een zware last op sequencers en geluidsmodules. Probeer data te herpositioneren en System exclusive berichten te veranderen in Control Changes voor de gegevens, die ook door Control Changes vervangen kunnen worden. • Is er een Aftertouch of een ander soort grote Control Change op het punt waar de song Performance langzaam is? Verplaats de locatie van de data. Als de data niet langer benodigd is, dient u deze te wissen. In sommige gevallen kunt u, wanneer u een keyboard gebruikt die aftertouch gebruikt om data in te voeren, grote hoeveelheden data invoeren, voordat u zich realiseert dat dit gebeurt. Dergelijke grote hoeveelheden data plaatsen een zware last op uw sequencer en geluidsmodule.
U kunt de Track Edit handeling Data Thin gebruiken (p.143) om ongewenste berichten uit te dunnen. • onderwerpen gerelateerd aan MIDI en externe apparaten
Controleer de volgende punten: • Is het instrument ingesteld om Exclusive berichten te ontvangen? Stel de Rx Exclusive parameter in op “ON” (p.198). • Komt het Device ID nummer van het overbrengende apparaat overeen met het Device ID nummer van de Fantom-Xa? Controleer de Device ID parameter (p.197). • Probeert u naar de User area (gebruikersgebied) weg te schrijven? Data kan alleen in Librarian modus naar het gebruikersgebied weggeschreven worden. Ik heb een externe sequencer of MIDI keyboard aangesloten op de MIDI IN connector en geprobeerd om een Fantom-Xa ritme set te spelen, maar er was geen geluid. Waarom niet? Zorg ervoor, dat het MIDI Transmit kanaal van het externe MIDI apparaat en het MIDI Receive kanaal van de Fantom-Xa overeenkomen. Het MIDI Receive kanaal gebruikt door de Fantom-Xa in Patch modus is ingesteld met behulp van de Kbd Patch RX/TX Channel parameter (keyboard Part) en de Pad Patch RX/TX Channel parameter (Pad Part). Ritme set Performance data wordt over het algemeen ontvangen op MIDI kanaal 10. Berichten van MIDI IN worden niet ontvangen. De MIDI IN connector kan niet gebruikt worden als de USB modus (p.194) ingesteld staat op MIDI. Stel de USB modus in op Storage. Wanneer ik sequencing software gebruik, heeft het bedienen van de knoppen of ander controls geen invloed op het geluid. Bij sommige sequencing programma’s worden System Exclusive berichten niet overgebracht via de Thru functie. Als u dergelijke sequencer software gebruikt en system exclusive berichten op wilt nemen, dient u de volgende parameters aan te zetten. • In Patch Mode Local Switch parameter (p.197) • In Performance Mode KBD schakelaar (p.68).
Onderwerpen gerelateerd aan MIDI en externe apparaten Er komt geen geluid uit het aangesloten MIDI apparaat. Controleer de volgende punten: • Is het instrument ingesteld om MIDI berichten over te brengen? • In Patch Mode Kbd Patch Rx/Tx Channel parameter (Keyboard Part) (p.197) Kbd Patch Rx/Tx Channel parameter (Pad Part) (p.197) • In Performance Mode
Wanneer de Bend Range voor een Patch vergroot wordt (48), stijgt de toonhoogte niet voldoende, zelfs, wanneer een MIDI Pitch Bend bericht is ontvangen. Ook al kunnen Pitch Bend Ranges tussen 0 en 48 ingesteld worden, als er bepaalde Waves waarvan de toonhoogte veranderd is (in de + richting) gebruikt worden, zal de toonhoogte misschien ophouden te stijgen op een vastgesteld punt, in plaats van omhoog te gaan. Ook al is een waarde van 12 verzekerd voor de bovengrens van gestegen toonhoogtes, dient u toch voorzichtig te zijn, wanneer u de Bend Range boven dit getal instelt.
KBD schakelaar (p. 68) Exclusive berichten worden niet ontvangen.
223
Problemen oplossen
Onderwerpen gerelateerd aan sampling Het externe input geluid is niet hoorbaar/het volume is te laag. Controleer de volgende punten: • Staat [MIX IN] misschien uit? Druk op [MIX IN], zodat dit oplicht. • Het niveau van de externe input is misschien lager gezet. Wanneer u samplet, dient u de LEVEL knop te gebruiken om het niveau, zoals gewenst aan te passen. • Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MIX IN] om in het Input Setting venster te komen en controleer de Level instellingen. • Het volume van het apparaat dat aangesloten is op de AUDIO INPUT is misschien lager gezet. Pas het aan naar het gewenste niveau. • Zijn de audiokabels correct aangesloten? Controleer de aansluitingen. • Een audiokabel is wellicht gebroken. • Gebruikt u misschien een audiokabel met ingebouwde weerstand? Gebruik een verbindingskabel die geen weerstand (d.w.z. Roland PCS serie) bevat. Extern input geluid is niet stereo/niet mono Controleer de volgende punten: • De Stereo Switch parameter (p.100) is misschien ingesteld op mono (stereo). • Is de Input Select parameter misschien ingesteld op “LINE IN L” of “MICROPHONE”? Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MIX IN] om in het Input Setting venster te komen en stel “Input Select” in op “LINE IN L/R.” Het microfoongeluid wordt niet uitgevoerd/is te zwak Controleer de volgende punten: • Is de microfoonkabel correct aangesloten? Controleer de aansluiting. • De microfoonkabel is misschien gebroken. • De input bron is misschien op iets anders dan mic ingesteld. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [MIX IN] om in het Input Setting venster te komen en stel “Input Select” in op “MICROPHONE.” • Het microfoon niveau is misschien verlaagd. Wanneer u aan het samplen bent, dient u de EXT SOURCE “LEVEL” knop te gebruiken om het niveau, zoals gewenst aan te passen. Ik kan geen sample opnemen Controleer de volgende punten: • Is er genoeg geheugencapaciteit? Als er onvoldoende geheugencapaciteit is, zal het bericht
224
“Sample Memory Full!” verschijnen, wanneer u probeert te samplen (p.105). Wis samples die u niet nodig heeft om de hoeveelheid vrije ruimte te vergroten. Als er nog steeds niet genoeg ruimte is, dient u extra geheugen (DIMM modules) te installeren. (p.216) Het gesamplede geluid bevat buitensporige ruis of vervorming Controleer de volgende punten: • Is het invoerniveau correct? Als het invoerniveau te hoog is, zal het gesamplede geluid vervormd worden. Als dit te laag is, zal de ruis hoorbaar zijn. Wanneer u aan het samplen bent, dient u aan de LEVEL knop te draaien in het Sampling Standby venster (p.100) om het niveau aan te passen, terwijl u de niveaumeter weergegeven in het bovenste gedeelte van de display kunt bekijken. • Zijn de effect instellingen correct gemaakt? Sommige effecten types kunnen ervoor zorgen dat het niveau luider is dan de originele sample of het geluid misschien met opzet vervormen. Sommige effecten zullen er ook voor zorgen dat er nadruk op geluid wordt gelegd. Zet effecten tijdelijk uit en controleer of de sample zelf ruis of vervorming bevat. Pas daarna de effecten instellingen aan. • Worden meerdere samples gelijktijdig gespeeld? Zelfs als het niveau van elke afzonderlijke sample correct is ingesteld, kan het gelijktijdig spelen van meerdere samples veroorzaken dat het globale niveau buitensporig hoog wordt en daarmee vervorming tot gevolg hebben. Verlaag het niveau van iedere sample opdat het geluid niet vervormd wordt.
Onderwerpen gerelateerd aan een geheugenkaart Ik kan geen data selecteren van een geheugenkaart Controleer de volgende punten: • Is de geheugenkaart correct ingevoerd? Zet de stroomtoevoer uit, verwijder de geheugenkaart en voer dan de geheugenkaart correct in. • Is de geheugenkaart een geschikt type? De Fantom-Xa kan type PC kaart geheugenkaarten of een ander type geheugenkaart via een PC kaart adaptor gebruiken. Ik kan geen geheugenkaart gebruiken. Is de geheugenkaart geformatteerd? Een niet-geformatteerde floppy disk kan niet worden gebruikt. Voer de Format procedure uit.
Fout berichten Indien een incorrecte handeling wordt uitgevoerd of als verwerking niet uitgevoerd kon worden, zoals u gespecificeerd had, zal er een fout bericht verschijnen. Bekijk de uitleg betreffende het fout bericht dat verschijnt, en ga over tot de juiste handeling. Bericht
Betekenis
Handeling
Cannot Edit Preset Sample!
—
File Name Duplicate
Dit is een vooraf ingestelde sample, en kan om die reden niet bewerkt worden. Er is geen geheugenkaart in de sleuf gestoken. De data voor plaatsing is niet gespecificeerd. Het Patroon bevat geen data, zodat het Pattern Call bericht niet opgenomen kan worden in Step Recording. De sample bevat geen data. De song is niet opgenomen, en kan daardoor niet worden afgespeeld. Een bestand met dezelfde naam bestaat reeds.
Illegal File! Memory Damaged!
De Fantom-Xa kan dit bestand niet gebruiken. De inhoud van het geheugen kan beschadigd zijn.
Memory Full!
Opslaan is niet mogelijk, omdat er onvoldoende ruimte is in het gebruikersgeheugen of op de geheugenkaart. Er is een probleem met de MIDI kabel aansluiting.
Card Not Ready! Data not found Empty Pattern Empty Sample! Empty Song!
MIDI Offline! No More Note Numbers! No More Sample Numbers!
No More Song Numbers!
Now Playing! Permission Denied! Playback Tempo Range Over
Recording Parameter Error Rec Over Flow Rhythm Note Range Over! Sample Length Too Short! Sample Memory Full! Song Full
Een maximum van 16 verschillende noot nummers kan in één stijl van de arpeggio/ritme functie gebruikt worden. De sample kan niet verder verdeeld worden. Aangezien minder dan 256 achtereenvolgende sample nummers leeg zijn, is verder samplen niet mogelijk. Er kunnen geen songs meer worden opgeslagen. Er kan een maximum van 256 songs tegelijkertijd gebruikt worden voor zowel de gebruikersbank als de kaartbank. Aangezien de Fantom-Xa speelt, kan deze handeling niet uitgevoerd worden. Het bestand is beschermd. Tempo waarden overschrijden de toegestane limiet en data wordt gecreëerd, waarbij de dichtstbijzijnde tijd beschikbaar binnen het toegestane gebied, wordt gespecificeerd. U tracht met opnemen te beginnen na een gelooped segment. Aangezien een grote hoeveelheid opgenomen data tegelijk ingevoerd werd, kon het niet correct verwerkt worden. De Pad die geselecteerd is voor Assign To Pad ligt buiten het bereik van de ritme set. De sample is te kort en kan niet correct bewerkt worden. Aangezien er niet voldoende sample geheugen is, is verder samplen of sample bewerking onmogelijk. Aangezien het maximum aantal noten dat opgenomen kan worden in een song of patroon overschreden is, is verder opnemen/bewerken niet mogelijk.
You Cannot Assign
Deze song is beschadigd. De geselecteerde song kan niet worden gevonden. De handeling kan niet uitgevoerd worden, aangezien tekens zijn toegewezen aan meer dan één sample. De geheugenkaart is in een formaat dat niet ondersteund wordt. De sample kan niet toegewezen worden aan een Pad.
You Cannot Copy This Message You Cannot Erase This Message You Cannot Move This Message You Cannot Quick Play S-MRC Song
Dit bericht kan niet gekopieerd worden. Dit bericht kan niet gewist worden. Dit bericht kan niet verplaatst worden. Dit is een SuperMRC song; het kan niet afgespeeld worden in Quick Play.
Song Format Error Song Not Found Too Many Sample Selected! Unformatted!
Voeg een geheugenkaart in de sleuf. — — Selecteer een sample die data bevat. Selecteer een song die data bevat. Wis het bestand met dezelfde naam van de disk en als u overschrijft en de data opslaat, dient u alleen het bestand op te slaan. Als u het bestand met dezelfde naam niet wilt wissen van de disk, dient u het bestand onder een andere naam op te slaan. Voer de Factory Reset handeling uit. Als hiermee het probleem niet is opgelost, dient u contact op te nemen met uw verkoper of het dichtstbijzijnde Roland Service centrum. Wis onnodige gegevens. Controleer of de MIDI kabel niet kapot of er uit getrokken is. Wis ongewenste noten. Wis onnodige samples om 256 of meer achtereenvolgende sample nummers toe te kunnen wijzen. Wis niet-benodigde songs.
Stop afspelen, voordat u de handeling uitvoert. — —
U probeert binnen of net voor een gelooped segment te starten met opnemen. Reduceer de hoeveelheid opgenomen data. Selecteer een Pad, die zich binnen het gebied van de ritme set bevindt. Als de sample extreem kort is, geeft bewerken wellicht niet het beoogde resultaat. Wis ongewenste samples. Gebruik de track edit Delete of Erase commando’s om niet-benodigde data van de song/het patroon dat u aan het opnemen/bewerken bent, te verplaatsen. Deze song kan niet gebruikt worden. — Verwijder de tekens of markeer slechts één sample. Formatteer de geheugenkaart. Assign to Pad eist dat alle Pads een ritme set spelen. Wijs een ritme set toe aan de Pad part. Zet de RPS functie uit. Zet de ritme schakelaar uit. Zet de ARPEGGIO/RHYTHM functie uit. — — — Sla de data op als een MRC Pro song.
225
Performance Lijst USER (User Groep)
PRST (Preset Groep)
No.
Name
No.
Name
No.
Name
No.
Name
001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032
Bump It Up! Save Some Auto Slicer High-Nrg 2-byte *Graceful Merry Festa AutoNoiseOSC Rocker Set Sound Alarm Grand Orch Ac.Gtr w/ARP Bend’nMod Me Mini Growl Oh So Smooth Blue Ocean Groovin’Beat Reflector Seaside SuperStepLFO Neo City Inorganic Phase D Air Pocket Dawn Humming Fat “Waves” Shuffle-Pop Vine Pull Back R&B EP Phr PopBrass&Bs Groove Note
033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064
R&B Spirit MidnihgtRace Krafty Denki Samba High-Speed Light Step Nice“Slicer” AutoSequence TranceReady? Noon Gig OctEG w/Back Curious Beat Rnd Rhythm South Wind Ritmo Basico Phase EP Rotary Multi Burning Lead Dist Gt Mult Delay Santur Str Stack FS Brass Sec FS EpicTrncySyn Highland Neutron Marshland AerialGarden FreeFall Pad MultiDly Syn Slice Rv Hit Robot Bass Gated Drum
001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032
Seq: Template Oh So Smooth Phase EP Rotary Multi Ac.Gtr w/ARP Burning Lead Dist Gt Mult Delay Santur Str Stack FS Brass Sec FS Grand Orch EpicTrncySyn Highland Neutron Marshland SuperStepLFO AerialGarden FreeFall Pad MultiDly Syn Slice Rv Hit AutoNoiseOSC Robot Bass Gated Drum Bump It Up! Save Some Neo City Inorganic Phase D Air Pocket Dawn Humming Blue Ocean Merry Festa
033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064
Fat “Waves” Shuffle-Pop Pull Back R&B EP Phr PopBrass&Bs Groove Note R&B Spirit Reflector Sound Alarm MidnihgtRace Bend’nMod Me Krafty Denki Samba High-Speed Light Step Nice“Slicer” Auto Slicer AutoSequence TranceReady? Noon Gig OctEG w/Back Rocker Set High-Nrg 2-byte Curious Beat Groovin’Beat Mini Growl Rnd Rhythm Seaside South Wind Ritmo Basico GM2 Template
*
De Performance met dit tekentje gebruikt de Preset samples. Om de Performance te kunnen spelen, moeten de Preset samples daarom geladen worden in de Fantom-Xa.
226
Patch Lijst USER (User Groep) Nr. Naam 001 002 003 004 005 006 007 008 009
Stemmen
A’live Piano Bend’nMod Me Magestic Str Nu Bace Killerbeez TrnsSweepPad Strobot Curly Wurly Rockin’ Dly
2 5 8 2 3 6 2 2 3
Categorie
AC.PIANO TECHNO SYNTH STRINGS SYNTH BASS TECHNO SYNTH SOFT PAD PULSATING EL.PIANO DIST.GUITAR
Nr. Naam 071 072 073 074 075 076 077 078 079
FS Funk Gtr FleXa Guitar Hurting Gtr Searing COSM Downright Bs Return2Base! RichFretless NewAge Frtls Basement
Stemmen
Categorie
Nr. Naam
2 4 3 2 3 1 2 3 1
EL.GUITAR EL.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR BASS BASS BASS BASS BASS
141 142 143 144 145 146 147 148 149
Stemmen
Alpha Hoover No Left Turn DelyResoSaws R-Trance Alpha Retro Nu Hoover Alien Bubble Electrostars Techno Snips
1 5 2 7 3 4 1 4 2
Categorie
Nr. Naam
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
211 212 213 214 215 216 217 218 219
Stemmen
Houze Clavi Bustranza X-Racer TB Booster Voyager Polar Morn Liquid Air Strangers XA: YTEM
Categorie
2 2 2 2 4 4 4 4 4
OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD
010 InfinitePhsr
6
BRIGHT PAD
080 Da Chronic
2
SYNTH BASS
150 Going Mad!
4
TECHNO SYNTH
220 Angel Breath
4
BRIGHT PAD
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
MagmaBubble LostParadise Angelique Comp Stl Gtr FS Perc Org Comp’d JBass Hot Coffee Space Ocean Krafty Imagination
4 5 4 2 4 2 2 4 3 4
BEAT&GROOVE OTHER SYNTH VOX AC.GUITAR ORGAN BASS HARD LEAD PULSATING BEAT&GROOVE AC.PIANO
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
Mini Like! Nu RnB Bass Nu Saw Bass Glitch Bass SuBASSembly Vintage Sub SH-101 Bs 1 FS Rubber Bs Kickin’ Bass OilDrum Bass
2 2 3 4 3 3 2 3 2 3
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
151 152 153 154 155 156 157 158 159 160
Tranceformer Trancepire Final Run Projector Shroomy Mad Dentist Autolicker In-dee-yah Xadecimal Regenerator
1 1 6 1 3 2 3 3 4 2
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH PULSATING PULSATING
221 222 223 224 225 226 227 228 229 230
Life-on Magic Wave OB Rezo Pad MistOver5ths Distant Sun ReverseSweep HugeSoundMod Nu Epic Pad Flange Dream Analog Times
4 2 3 4 4 2 4 2 4 4
BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
021 022 023 024 025 026 027 028 029
Stage EP Vibrations CoupleHarpsi Mystic Gtr Beambreaker DramaSect/sw HimalayaPipe Theramax MODified Ld
5 2 7 2 2 4 4 1 2
EL.PIANO MALLET KEYBOARDS EL.GUITAR SYNTH BASS STRINGS FLUTE SOFT LEAD HARD LEAD
091 092 093 094 095 096 097 098 099
FS Jungle Bs Unplug it! Saturator FS Strings Crossed Bows DelicatePizz Mellow Tron Farewell Soft Orch 1
2 1 2 8 5 4 3 6 4
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS ORCHESTRA ORCHESTRA
161 162 163 164 165 166 167 168 169
Mr. 4ier Elliptical Are U ready? ARP x Race Up For Air InverseSquar Tumblerz FX World Strobe X
3 3 4 1 1 4 2 2 5
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
231 232 233 234 235 236 237 238 239
Chariots As It Is FS Hollow Silk Pad Syn Strings Strings Pad FS PhaserPad Organic Pad FreezinNight
4 5 4 3 2 2 2 3 5
SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
030 In Canada
3
HARD LEAD
100 Wind & Str 2
5
ORCHESTRA
170 Denial River
6
PULSATING
240 Angels Choir
4
VOX
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
Newcomers Myxlptylk Atmospherics Day After... Firefly Monsoon xcultural Dusty Sndtrk Naughty Bits So true...
4 2 2 3 2 4 3 4 4 2
PULSATING TECHNO SYNTH SOFT PAD SOFT PAD SYNTH FX PLUCKED ETHNIC COMBINATION BEAT&GROOVE AC.PIANO
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
Sub Hit Mojo Man Orange Skin Disto Stab ! Cheezy Movie Mod Chord 2ble Action C. McFizzy Angel Pipes Andes Mood
3 2 4 5 4 2 2 4 2 1
HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB WIND FLUTE FLUTE
171 172 173 174 175 176 177 178 179 180
ThujonGroove SpacePulse FS Strobe Auto Trance Dancefloor H-Pathetique Vocastic Auto Mouths Synth Force PanningFrmnt
2 4 4 2 4 1 8 3 4 2
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
241 242 243 244 245 246 247 248 249 250
Jazz Doos Gospel Oohs Aerial Choir Sad ceremony Aerial Harp Sitar on C SaraswatiRvr Pat is away Quiet River AndreaIsBack
4 2 4 8 2 6 3 5 4 4
VOX VOX VOX VOX PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
Warm Pad Pno SoundCheck Tine EP LEO EP LonesomeRoad Mk2 Stg phsr FS Wurly AMP EP EP Belle FM EPad
4 2 1 4 2 3 2 5 3 3
AC.PIANO AC.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
StackTp Sect Tpts & Tmbs Brass Fall / VangJarris X-Saw Brass1 PolyFlagship Bend SynBrs Wide SynBrss Neo SuperBrs SoftSynBrass
4 2 2 1 2 2 4 2 4 2
AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS
181 182 183 184 185 186 187 188 189 190
Saw Dogs Hellrazor FS Lonizer VirtualHuman Ourobotos Shangri-La SolarPleXus Neverville CerealKiller FaceOfMars
1 3 4 4 2 5 2 6 1 3
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX
251 252 253 254 255 256
Santur Stack Ambi Shaku Timpani+Low Bass Drum Beat (C4) StepLFO Ens
4 3 4 4 4 4
PLUCKED ETHNIC PERCUSSION PERCUSSION BEAT&GROOVE BEAT&GROOVE
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
Remember Pulse Clavi Phase Clavi Over-D6 FS Harpsi Amadeus Tubular Bell HimalayaThaw Synergy MLT AirPluck
2 2 2 3 4 8 1 4 2 4
EL.PIANO KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS BELL BELL MALLET MALLET
121 122 123 124 125 126 127 128 129 130
Sax Sect. 2 Bon Voyage Digital Edge Classic Lead Square Times Squarely Unleaded Rezo Sync Epic Lead Crumble Syn
4 3 2 4 4 2 3 3 2 2
SAX HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD
191 192 193 194 195 196 197 198 199 200
Heatstroke Oblivion Bending Logo ResoSweep Up SoundOnSound Control Room Scatter WaitnOutside SoundStrange South Pole
2 3 8 1 1 4 7 2 3 2
SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
X Perc Organ Peep Durple FS Dist Bee Chapel Organ Grand Pipe Harmonderca Stl Gtr Duo Latin Gtr FS 12str Gtr Wet TC
3 5 1 2 3 2 2 1 3 1
ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN HARMONICA AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR EL.GUITAR
131 132 133 134 135 136 137 138 139 140
DirtyVoltage Squareheads Clean? Mini Growl Sqr Diamond Clone Zone Eye see DC Legato Tkno Morpher Raven Chord
2 2 2 2 2 2 2 1 8 4
HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
201 202 203 204 205 206 207 208 209 210
New Planetz S&H Voc FS Crystal Fantom Noise Potted Pixie DigimaX Trancy X Squeeze Toyz Atmorave Digitaless
4 2 2 4 1 2 4 1 4 2
SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
* Afhankelijk van het land waar u de Fantom-Xa heeft gekocht, kunnen de eerste zes gebruikersPatches in een andere volgorde staan. Nr. Naam 001 002 003 004 005 006
TrnsSweepPad Bend’nMod Me A’live Piano Magestic Str Nu Bace Killerbeez
Stemmen 6 5 2 8 2 3
Categorie
SOFT PAD TECHNO SYNTH AC.PIANO STRINGS SYNTH BASS TECHNO SYNTH
227
Patch Lijst
PR-A (Preset A Groep) Nr. Naam 001 002 003 004 005 006 007 008 009
Stemmen
So true... ConcertPiano Warm Piano Warm Pad Pno Warm Str Pno BealeSt Walk Rapsody JD-800 Piano SA Dance Pno
2 3 2 4 6 4 7 1 2
Categorie
Nr. Naam
AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO
071 072 073 074 075 076 077 078 079
Synergy MLT Steel Drums Xylosizer Toy Box FullDraw Org StakDraw Org FullStop Org FS Perc Org Euro Organ
PR-B (Preset B Groep) Stemmen
Categorie
Nr. Naam
2 2 2 3 3 4 3 4 2
MALLET MALLET MALLET MALLET ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN
001 002 003 004 005 006 007 008 009
Stemmen
GK Dubguitar & Scratchee Touch Drive FS Chunk Trem-o-Vibe Nice Dist Gt LP Dist Hurting Gtr Searing COSM
4 4 1 4 2 1 2 3 2
Categorie
Nr. Naam
EL.GUITAR EL.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR
071 072 073 074 075 076 077 078 079
FS Unison Bs TexturedBusy Detune Bass Lo Bass SQ Pan FS GarageBs1 FS GarageBs2 Sub Sonic FS Jungle Bs
Stemmen 2 3 2 3 2 3 2 4 2
Categorie SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
010 FS E-Grand
4
AC.PIANO
080 Perky Organ
1
ORGAN
010 FS Loud Gtr
3
DIST.GUITAR
080 R&B Bass 4
1
SYNTH BASS
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
FS Blend Pno LA Piano FS 70’EP StageEP Trem Back2the60s Tine EP LEO EP LonesomeRoad Age’n’Tines Brill TremEP
5 3 5 2 2 1 4 2 2 2
AC.PIANO AC.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
LoFi PercOrg Rochno Org R&B Organ 1 R&B Organ 2 Zepix Organ Peep Durple FS Dist Bee 60’s Org 1 60’s Org 2 FS SoapOpera
1 4 2 4 4 5 1 2 2 1
ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
FS Plugged!! Punker 1 FS PowerChd Punker 2 Ulti Ac Bass Downright Bs Ultimo Bass Roomy Bass Comp’d JBass FingerMaster
1 2 2 2 2 3 3 2 2 2
DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR DIST.GUITAR BASS BASS BASS BASS BASS BASS
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
Beepin Bass MC-TB Bass Acdg Bass Loco Voco TBasic Unplug it! V.Form Bass S&H Bass Destroyed Bs FS Acid Bs
2 2 2 2 1 1 1 3 2 2
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
021 022 023 024 025 026 027 028 029
Crystal EP Celestial EP Spirit Tines Psycho EP Mk2 Stg phsr SA Stacks Backing PhEP Balladeer Remember
2 4 3 4 3 5 2 3 2
EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Chapel Organ Grand Pipe Masked Opera Pipe Org/Mod Vodkakordion Squeeze Me! Guinguette Harmonderca BluesHrp V/S
2 3 6 6 3 2 3 2 1
ORGAN ORGAN ORGAN ORGAN ACCORDION ACCORDION ACCORDION HARMONICA HARMONICA
021 022 023 024 025 026 027 028 029
CompressBass All Round Bs R&B Bs/Slide Thumb Up! Tubby Mute Chicken Bass Snug Bass Return2Base! A Big Pick
2 2 2 1 2 3 2 1 3
BASS BASS BASS BASS BASS BASS BASS BASS BASS
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Lo-Fi TB Violin Viola Cello Contrabass Dolce Qrt Chamber Str Small Str Studio Sect.
1 1 3 1 4 2 3 7 4
SYNTH BASS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS
030 FS Wurly
2
EL.PIANO
100 Green Bullet
2
HARMONICA
030 Basement
1
BASS
100 Stringz 101
2
STRINGS
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
Wurly Trem Super Wurly Pulse EPno Fonky Fonky FM EP FM-777 FM EPad D6 Clavi Cutter Clavi FS Clavi
3 3 3 2 5 5 3 3 2 2
EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
SoftNyln Gtr FS Nylon Gt Wet Nyln Gtr Pre Mass Hum Thick Steel Uncle Martin Wide Ac Gtr Comp Stl Gtr Stl Gtr Duo FS 12str Gtr
2 2 3 4 2 2 4 2 2 3
AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR AC.GUITAR
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
FS Fretnot 1 FS Fretnot 2 RichFretless Got Pop? JBass v/Thmb FS Slap Bass LEO Bass Smooth Bass MC-404 Bass SH-101 Bs 1
2 3 2 1 2 2 1 2 2 2
BASS BASS BASS BASS BASS BASS BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
Crossed Bows FS Strings 2-way Sect. Warm Strings Stacc mp Str Magnolia Str Movie Scene Gang Strangs Clustered!?! DramaSect/sw
5 8 2 5 4 3 4 6 8 4
STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS STRINGS
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
Funky D Phase Clavi BPF Clavi Ph Pulse Clavi Analog Clavi Reso Clavi Harpsy Clavi FS Harpsi Amadeus FS Celesta
2 2 2 2 1 2 2 4 8 1
KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS KEYBOARDS
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
So good ! Muted Gtr Pk StratSeq’nce Fixx it Jazz Guitar DynoJazz Gtr Wet TC Clean Gtr Crimson Gtr Touchee Funk
2 2 3 1 1 1 1 1 2 2
AC.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
FS Syn Bass1 Electro Rubb R&B Bass 1 Enorjizor LowFat Bass Doze Bass FS Flat Bs Saw&MG Bass R&B Bass 2 Foundation
3 2 2 2 3 1 3 4 1 2
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
DelicatePizz Vls PizzHall Orch Pizz Wind & Str 1 Wind & Str 2 Farewell Orch & Horns Soft Orch 1 Soft Orch 2 Henry IX
4 4 4 7 5 6 5 4 7 4
STRINGS STRINGS STRINGS ORCHESTRA ORCHESTRA ORCHESTRA ORCHESTRA ORCHESTRA ORCHESTRA ORCHESTRA
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
FS Glocken Music Bells FS Musicbox MuBox Pad Kalimbells Himalaya Ice Dreaming Box Step Ice FS Bell 1 FS Bell 2
1 2 1 4 2 2 4 4 4 2
BELL BELL BELL BELL BELL BELL BELL BELL BELL BELL
121 122 123 124 125 126 127 128
Plug n’ Gig Kinda Kurt Nice Oct Gtr Strat Gtr JC Strat Bdy Twin StratsB BluNoteStrat FS Funk Gtr
1 2 2 1 2 2 1 2
EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
R&B Bass 3 HipHop Bs 1 HipHop Bs 2 Solid Goa ResoSyn Bs 1 SH-1 Bass SH-101 Bs 2 FS Syn Bass2 Poly Bass Punch MG 1
2 2 3 1 2 2 2 2 1 2
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
121 122 123 124 125 126 127 128
Ending Scene Good Old Day FS WindWood Clarence.net FS Oboe Hall Oboe English Horn Bassoon
4 3 3 2 1 1 1 1
ORCHESTRA WIND WIND WIND WIND WIND WIND WIND
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
Candy Bell FS Chime Bell Ring Tubular Bell 5th Key Vibrations FS Vibe FS Marimba FS Xylo Ethno Keys
2 1 4 1 2 2 1 1 1 2
BELL BELL BELL BELL BELL MALLET MALLET MALLET MALLET MALLET
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
Gashed Bass Q Bass FS Rubber Bs ResoSyn Bs 2 Super-G DX Punch MG 2 Kickin’ Bass OilDrum Bass Glide-iator MG+SubOsc Bs
2 3 3 2 3 2 2 3 2 2
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
228
Patch Lijst
PR-C (Preset C Groep) Nr. Naam 001 002 003 004 005 006 007 008 009
FS Flute Atk Flute Piccolo Andes Mood Pan Pipes Solo Tp Horn Chops Flugel Horn Spit Flugel
Stemmen 2 2 2 1 2 2 2 1 3
Categorie
Nr. Naam
FLUTE FLUTE FLUTE FLUTE FLUTE AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS
071 072 073 074 075 076 077 078 079
Mod Lead Digital Ld 1 Chubby Lead Sneaky Leady SoloNzPeaker Clone Zone Legato Tkno DC Triangle Sqr-Seqence
PR-D (Preset D Groep) Stemmen 4 3 2 2 1 2 1 2 1
Categorie
Nr. Naam
SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD HARD LEAD HARD LEAD
001 002 003 004 005 006 007 008 009
Stemmen
HPF Sweep Moon Synth DelyResoSaws R-Trance Alfa Retro Nu Hoover Hoovercraft Braatz... AllinOneRiff
2 2 2 7 3 4 4 6 7
Categorie
Nr. Naam
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
071 072 073 074 075 076 077 078 079
Stemmen
TB Booster 2 Syn-Orch/Mod 6 Pressyn 2 High Five 2 4DaCommonMan 4 Orgaenia 5 Sleeper 4 Sugar Synth 5 Ice Palace 4
Categorie
OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
010 Mute Tp /Mod
3
AC.BRASS
080 Griggley
2
HARD LEAD
010 YZ Again
7
TECHNO SYNTH
080 Story Harp
7
OTHER SYNTH
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
Harmon Mute Soft Tb Solo Tb Solo Bone Grande Tuba FS Tuba StackTp Sect Tb Section TpTb Sect. FS Brass
1 2 1 2 2 1 4 5 2 7
AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
Pure Square Legato Saw Lone Prophat Porta SoloLd FS Saw Ld 1 FS Saw Ld 2 Wind Syn Ld Dual Profs Gwyo Press Q DualSaws
2 2 1 2 2 2 2 2 2 2
HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
Flazzy Lead Coffee Bee Sweet House Alien Bubble LowFreqHit Loonacy Periscope Electrostars Going Mad! LoFiSequence
8 2 4 1 3 6 4 4 4 2
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
LostParadise Magnetic 5th Jazz Doos Beat Vox Scat Beats Choir Aahs 1 Choir Aahs 2 ChoirOoh/Aft Angels Choir Angelique
5 2 4 1 1 4 4 4 4 4
OTHER SYNTH OTHER SYNTH VOX VOX VOX VOX VOX VOX VOX VOX
021 022 023 024 025 026 027 028 029
DynamicBrass Tpts & Tmbs Brass & Sax BrassPartOut Simple Tutti Full sForza F.Horns Sect Stereo Brass Brass Fall
8 2 5 6 2 4 3 4 2
AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS AC.BRASS
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Mogulator Ld DirtyVoltage Clean? Distortion FS Syn Ld SynLead 0322 Digital Ld 2 X-Sink Delay Noized Lead
2 2 2 4 2 2 3 3 3
HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD
021 022 023 024 025 026 027 028 029
DreamInColor MelodicDrums Techno Snips TB Wah Waving TB303 Digi Seq Seq Saw Reso Seq Saw DetuneSeqSaw
3 2 2 1 3 3 1 1 2
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Gospel Oohs Uhmmm Aah Vox Morning Star Syn Opera BeautifulOne Ooze Aerial Choir 3D Vox
2 8 2 3 4 4 2 4 3
VOX VOX VOX VOX VOX VOX VOX VOX VOX
030 FS Saw Brass
4
SYNTH BRASS
100 Space Lead
3
HARD LEAD
030 Technotribe
2
TECHNO SYNTH
100 FS Sqr Pad
4
SOFT PAD
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
Wide SynBrss DetuneSawBrs J-Pop Brass Brash! Jump For KY Neo SuperBrs SoftSynBrass Silky JP Silk Brs Pad FatSynBrass
2 2 6 4 3 4 2 2 1 4
SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
Destroyed Ld SyncModulate Sync Tank Squareheads Distorted MG SonicVampire Blue Meanie Defcon Stimulation Sub Hit
2 3 2 2 1 2 2 2 4 3
HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HIT&STAB
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
MetalVoxBox Teethy Grit Repertition Jucy Saw Cue Tip TB-Sequence Europe Xpres Squeepy Atmorave DOC Stack
4 3 4 3 1 1 2 1 4 2
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
FS Hollow Silk Pad WarmReso Pad FS Soft Pad Soft Breeze JP Strings 1 JP Strings 2 FS Syn Str Syn Strings OB Slow Str
4 3 2 3 2 3 5 5 2 2
SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
Soprano Sax Solo Sop Sax Alto mp Alto Sax Solo AltoSax AltoLead Sax Tenor Sax Fat TenorSax Baritone Sax Sax Sect. 1
1 1 1 1 1 1 2 3 1 3
SAX SAX SAX SAX SAX SAX SAX SAX SAX SAX
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
Blue Ice .16 Orch In da Cave BlastfrmPast Smear Hit 1 Smear Hit 2 Good Old Hit Mix Hit 1 Philly Hit Mojo Man
2 2 2 2 2 2 4 4 1 2
HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
Sweep Lead Digitaless Flip Pad Short Detune forSequence Memory Pluck Metalic Bass Aqua Big Planet Wet Atax
2 2 3 2 2 2 2 2 2 2
OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
Super SynStr Strings Pad R&B SoftPad Reso Pad Phat Pad FS PhaserPad Mystic Str Glass Organ Wind Pad Combination
2 2 2 3 2 2 5 3 4 4
SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
Sax Sect. 2 Horny Sax R&B TriLead PeakArpSine Theramax FS Sqr Lead Dawn Of Pan Sqr Diamond FS SoftLead Mid Saw Ld
4 2 1 1 1 2 4 2 2 4
SAX SAX SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD
121 122 123 124 125 126 127 128
Cheezy Movie Mix Hit 2 Lo-Fi Hit 2ble Action Funk Chank Venus AluminmWires Raven Chord
4 4 4 2 2 2 3 4
HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB HIT&STAB TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
Houze Clavi SuperSawSlow TranceSaws Trancy Synth Saw Stack Frgile Saws Steamed Sawz RAVtune Bustranza AftTch Ji-n
2 2 4 2 2 2 2 2 2 2
OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
121 122 123 124 125 126 127 128
HumanKindnes Atmospherics Terra Nostra OB Aaahs Vulcano Pad Cloud #9 Lostscapes Organic Pad
4 2 8 4 8 3 2 3
SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
FS ResoLead Dig-n-Duke Modulated Ld Waspy Lead Mew Lead Violin Lead Oscillo Lead JP Saw Lead MG Sqr Lead Tristar
3 2 1 1 1 2 2 2 2 2
SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
JP OctAttack Oct Unison Xtatic Dirty Combo FM’s Attack Impression Digi-vox Syn Fairy Factor Tempest X-Racer
2 6 4 2 3 4 1 6 2 2
OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH
229
Patch Lijst
PR-E (Preset E Groep) Nr. Naam 001 002 003 004 005 006 007 008 009
Stemmen
Categorie
Nr. Naam
5 6 1 2 3 2 3 4 2
PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED
001 002 003 004 005 006 007 008 009
080 Harpiness
2
PLUCKED
010 HimalayaThaw
4
BELL
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
TroubadorEns Jamisen Koto Monsoon Bend Koto LongDistance Ambi Shaku FS PipeDream FS Lochscape FS Far East
4 2 8 4 2 1 3 4 2 4
PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED ETHNIC ETHNIC ETHNIC ETHNIC ETHNIC
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
AirPluck X Perc Organ Latin Gtr Mystic Gtr FleXa Guitar Rockin’ Dly NewAge Frtls Nu Bace Da Chronic Mini Like!
4 3 1 2 4 3 3 2 2 2
MALLET ORGAN AC.GUITAR EL.GUITAR EL.GUITAR DIST.GUITAR BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS
BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Banjo Breath Slice Lazer Points Chaos 2003 SoundOnSound Low Beat-S Control Room FS Try This! OutOf sortz
2 5 2 4 1 5 4 3 5
FRETTED SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX
021 022 023 024 025 026 027 028 029
Nu RnB Bass Nu Saw Bass Beambreaker Glitch Bass Saturator SuBASSembly Vintage Sub Magestic Str Mellow Tron
2 3 2 4 2 3 3 8 3
SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS SYNTH BASS STRINGS STRINGS
5
BRIGHT PAD
100 Seq
4
SYNTH FX
030 Orange Skin
4
HIT&STAB
5 4 2 1 2 6 2 1 1 3
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
Scatter WaitnOutside Ambience Fantom Noise Breath Echo SoundStrange Cosmic Pulse Faked Piano Tubulence South Pole
7 2 3 4 1 3 5 4 3 2
SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX
031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
Disto Stab ! Mod Chord C. McFizzy Angel Pipes HimalayaPipe Brass Fall / VangJarris X-Saw Brass1 Bend SynBrs PolyFlagship
5 2 4 2 4 2 1 2 4 2
HIT&STAB HIT&STAB WIND FLUTE FLUTE AC.BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS SYNTH BRASS
5 4 7 4 3 6 6 2 2 7
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
FS Crystal ResoSweep Dn Zap B3 & C4 PolySweep Nz New Planetz Strange Land Trancer S&H Voc 12th Planet Ambidextrous
2 1 1 4 4 6 4 2 2 2
SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SOUND FX
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
In Canada Digital Edge Classic Lead MODified Ld Square Times Squarely Unleaded Hot Coffee Rezo Sync Bon Voyage
3 2 4 2 4 2 3 2 3 3
Hellrazor Electrons Protons FS Alfa Rave Brisk Vortex FS Throbulax FS Lonizer FS Strobe VirtualHuman FS Line
3 1 2 5 3 2 4 4 4 1
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
121 122 123 124 125 126 127 128
En-co-re Mobile Phone Beat (C4) StepLFO Ens Timpani+Low Timpani Roll Bass Drum Techno Craft
4 1 4 4 4 2 4 3
SOUND FX SOUND FX BEAT&GROOVE BEAT&GROOVE PERCUSSION PERCUSSION PERCUSSION COMBINATION
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060
Epic Lead Crumble Syn Mini Growl Eye see DC Myxlptylk Killerbeez Alpha Hoover No Left Turn Bend’nMod Me Final Run
StepPitShift Sever Pad Pulses Dub Tales Seq-Pad 2 Nice Kalimba Quiet River Teky Drop Pat is away FS Sitar 1
2 7 3 2 8 1 4 4 5 4
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED PLUCKED
061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
Morpher Trancepire Tranceformer Projector Shroomy Mad Dentist In-dee-yah Autolicker Xadecimal Regenerator
Digital Aahs FreezinNight FS MovinPad Seq-Pad 1 Digi-Swell Stringship SaturnHolida India Garden OB Rezo Pad
Categorie
PR-F (Preset F Groep)
Nr. Naam
3 5 8 8 3 4 2 6 3
SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD
071 072 073 074 075 076 077 078 079
010 Sonic Surfer
2
BRIGHT PAD
011 012 013 014 015 016 017 018 019 020
2 Point 2 2.2 Pad New Year Day Mod Dare Neuro-Drone In The Pass Polar Night Electric Pad MistOver5ths Voyager
7 7 4 4 7 3 4 3 4 4
BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD
021 022 023 024 025 026 027 028 029
Cosmic Rays Gritty Pad Distant Sun Filmscape BillionStars Sand Pad Fat Stacks ReverseSweep HugeSoundMod
4 1 4 5 4 2 4 2 4
030 Metal Swell 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040
ShapeURMusic Synth Force Trance Split Step Trance Chop Synth Euro Teuro Auto Trance Eureggae Sorry4theDLY Beat Pad
041 042 043 044 045 046 047 048 049 050
FS ResoStep TMT Seq Pad ZipDoggyDoDa ForYourBreak HPF Slicer DarknessSide Sliced Choir Digi-Doo PanningFrmnt Dirty Beat
051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064 065 066 067 068 069 070
230
Stemmen
FS Sitar 2 Sitar on C Sitar Baby EasternDlite Elec Sitar Neo Sitar Bosporus Santur Stack Aerial Harp
A’live Piano SoundCheck Imagination Stage EP Curly Wurly EP Belle AMP EP Over-D6 CoupleHarpsi
Stemmen 2 2 4 5 2 3 5 3 7
Categorie AC.PIANO AC.PIANO AC.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO EL.PIANO KEYBOARDS KEYBOARDS
Nr. Naam 071 072 073 074 075 076 077 078 079
Stemmen
Are U ready? Mr. 4ier InverseSquar ARP x Race Tumblerz FX World Space Ocean Strobe X ThujonGroove
Categorie
4 3 4 1 2 2 4 5 2
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
080 Denial River
6
PULSATING
081 082 083 084 085 086 087 088 089 090
Newcomers Ourobotos Saw Dogs SpacePulse Dancefloor Up For Air Elliptical H-Pathetique Vocastic Auto Mouths
4 2 1 4 4 1 3 1 8 3
PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING PULSATING
091 092 093 094 095 096 097 098 099
Strobot Shangri-La SolarPleXus Firefly Neverville CerealKiller FaceOfMars Heatstroke Oblivion
2 5 2 2 6 1 3 2 3
PULSATING SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX SYNTH FX
100 Bending Logo
8
SYNTH FX
101 102 103 104 105 106 107 108 109 110
ResoSweep Up Potted Pixie DigimaX Trancy X Squeeze Toyz Polar Morn Liquid Air Strangers XA: YTEM Angel Breath
1 1 2 4 1 4 4 4 4 4
SYNTH FX OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH OTHER SYNTH BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD
HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD HARD LEAD
111 112 113 114 115 116 117 118 119 120
Magic Wave Life-on InfinitePhsr TrnsSweepPad Flange Dream Analog Times Day After... Chariots Nu Epic Pad As It Is
2 4 6 6 4 4 3 4 2 5
BRIGHT PAD BRIGHT PAD BRIGHT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD SOFT PAD
2 2 2 2 2 3 1 5 5 6
HARD LEAD HARD LEAD SOFT LEAD SOFT LEAD TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH
121 122 123 124 125 126 127 128
Sad ceremony xcultural SaraswatiRvr AndreaIsBack Naughty Bits MagmaBubble Krafty Dusty Sndtrk
8 3 3 4 4 4 3 4
VOX ETHNIC PLUCKED PLUCKED BEAT&GROOVE BEAT&GROOVE BEAT&GROOVE COMBINATION
8 1 1 1 3 2 3 3 4 2
TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH TECHNO SYNTH PULSATING PULSATING
Patch Lijst
GM (GM2 Groep) Nr. Naam
Stem
LSB
Stem
LSB
PC
Nr. Naam
Stem
LSB
PC
Nr. Naam
001 Piano 1
4
0
PC 1
Nr. Naam 065 Chorus Gt.
2
1
28
129 French Horns
2
0
61
193 Sitar
Stem
LSB
PC
1
0
105
002 Piano 1w
4
1
1
066 Mid Tone GTR
1
2
28
130 Fr.Horn 2
1
1
61
194 Sitar 2
2
1
105
003 European Pf
4
2
1
067 Muted Gt.
1
0
29
131 Brass 1
4
0
62
195 Banjo
1
0
106 107
004 Piano 2
4
0
2
068 Funk Pop
1
1
29
132 Brass 2
4
1
62
196 Shamisen
2
0
005 Piano 2w
4
1
2
069 Funk Gt.2
2
2
29
133 Synth Brass1
3
0
63
197 Koto
2
0
108
006 Piano 3
2
0
3
070 Jazz Man
1
3
29
134 Pro Brass
3
1
63
198 Taisho Koto
2
1
108
007 Piano 3w
2
1
3
071 Overdrive Gt
2
0
30
135 Oct SynBrass
3
2
63
199 Kalimba
1
0
109
008 Honky-tonk
2
0
4
072 Guitar Pinch
2
1
30
136 Jump Brass
3
3
63
200 Bagpipe
3
0
110
009 Honky-tonk 2
2
1
4
073 DistortionGt
2
0
31
137 Synth Brass2
3
0
64
201 Fiddle
2
0
111
010 E.Piano 1
3
0
5
074 Feedback Gt.
2
1
31
138 SynBrass sfz
2
1
64
202 Shanai
1
0
112
011 St.Soft EP
3
1
5
075 Dist Rtm GTR
2
2
31
139 Velo Brass 1
2
2
64
203 Tinkle Bell
3
0
113
012 FM+SA EP
2
2
5
076 Gt.Harmonics
1
0
32
140 Soprano Sax
1
0
65
204 Agogo
1
0
114
013 60’s EP
2
3
5
077 Gt. Feedback
1
1
32
141 Alto Sax
1
0
66
205 Steel Drums
1
0
115
014 E.Piano 2
2
0
6
078 Acoustic Bs.
2
0
33
142 Tenor Sax
2
0
67
206 Woodblock
1
0
116
015 Detuned EP 2
2
1
6
079 Fingered Bs.
1
0
34
143 Baritone Sax
2
0
68
207 Castanets
1
1
116
016 St.FM EP
3
2
6
080 Finger Slap
2
1
34
144 Oboe
2
0
69
208 Taiko
3
0
117
017 EP Legend
2
3
6
081 Picked Bass
2
0
35
145 English Horn
1
0
70
209 Concert BD
4
1
117 118
018 EP Phase
2
4
6
082 Fretless Bs.
2
0
36
146 Bassoon
1
0
71
210 Melo. Tom 1
1
0
019 Harpsichord
1
0
7
083 Slap Bass 1
2
0
37
147 Clarinet
1
0
72
211 Melo. Tom 2
1
1
118
020 Coupled Hps.
2
1
7
084 Slap Bass 2
3
0
38
148 Piccolo
1
0
73
212 Synth Drum
2
0
119
021 Harpsi.w
1
2
7
085 Synth Bass 1
2
0
39
149 Flute
1
0
74
213 808 Tom
2
1
119
022 Harpsi.o
2
3
7
086 SynthBass101
1
1
39
150 Recorder
1
0
75
214 Elec Perc
1
1
119
023 Clav.
1
0
8
087 Acid Bass
1
2
39
151 Pan Flute
1
0
76
215 Reverse Cym.
1
0
120
024 Pulse Clav
1
1
8
088 Clavi Bass
2
3
39
152 Bottle Blow
2
0
77
216 Gt.FretNoise
1
0
121
025 Celesta
1
0
9
089 Hammer
2
4
39
153 Shakuhachi
2
0
78
217 Gt.Cut Noise
1
1
121
026 Glockenspiel
1
0
10
090 Synth Bass 2
3
0
40
154 Whistle
1
0
79
218 String Slap
1
2
121
027 Music Box
1
0
11
091 Beef FM Bass
2
1
40
155 Ocarina
2
0
80
219 Breath Noise
1
0
122
028 Vibraphone
2
0
12
092 RubberBass 2
2
2
40
156 Square Wave
2
0
81
220 Fl.Key Click
1
1
122
029 Vibraphone w
2
1
12
093 Attack Pulse
1
3
40
157 MG Square
1
1
81
221 Seashore
2
0
123
030 Marimba
1
0
13
094 Violin
1
0
41
158 2600 Sine
1
2
81
222 Rain
2
1
123
031 Marimba w
1
1
13
095 Slow Violin
1
1
41
159 Saw Wave
2
0
82
223 Thunder
1
2
123
032 Xylophone
1
0
14
096 Viola
1
0
42
160 OB2 Saw
1
1
82
224 Wind
2
3
123
033 Tubular-bell
1
0
15
097 Cello
1
0
43
161 Doctor Solo
2
2
82
225 Stream
2
4
123
034 Church Bell
1
1
15
098 Contrabass
1
0
44
162 Natural Lead
2
3
82
226 Bubble
2
5
123
035 Carillon
1
2
15
099 Tremolo Str
3
0
45
163 SequencedSaw
2
4
82
227 Bird
2
0
124
036 Santur
1
0
16
100 PizzicatoStr
2
0
46
164 Syn.Calliope
2
0
83
228 Dog
1
1
124
037 Organ 1
2
0
17
101 Harp
1
0
47
165 Chiffer Lead
2
0
84
229 Horse-Gallop
1
2
124
038 Trem. Organ
2
1
17
102 Yang Qin
2
1
47
166 Charang
2
0
85
230 Bird 2
1
3
124
039 60’s Organ 1
1
2
17
103 Timpani
3
0
48
167 Wire Lead
2
1
85
231 Telephone 1
1
0
125
040 70’s E.Organ
2
3
17
104 Orche str
2
0
49
168 Solo Vox
2
0
86
232 Telephone 2
1
1
125
041 Organ 2
2
0
18
105 Orchestra
4
1
49
169 5th Saw Wave
2
0
87
233 DoorCreaking
1
2
125
042 Chorus Or.2
2
1
18
106 60s Strings
4
2
49
170 Bass & Lead
2
0
88
234 Door
1
3
125
043 Perc. Organ
2
2
18
107 Slow Strings
2
0
50
171 Delayed Lead
2
1
88
235 Scratch
2
4
125
044 Organ 3
3
0
19
108 Syn.Strings1
3
0
51
172 Fantasia
2
0
89
236 Wind Chimes
2
5
125
045 Church Org.1
1
0
20
109 Syn.Strings3
3
1
51
173 Warm Pad
1
0
90
237 Helicopter
2
0
126
046 Church Org.2
2
1
20
110 Syn.Strings2
3
0
52
174 Sine Pad
2
1
90
238 Car-Engine
1
1
126
047 Church Org.3
2
2
20
111 Choir Aahs
2
0
53
175 Polysynth
2
0
91
239 Car-Stop
1
2
126
048 Reed Organ
2
0
21
112 Chorus Aahs
2
1
53
176 Space Voice
4
0
92
240 Car-Pass
1
3
126
049 Puff Organ
1
1
21
113 Voice Oohs
3
0
54
177 Itopia
3
1
92
241 Car-Crash
2
4
126
050 Accordion Fr
1
0
22
114 Humming
2
1
54
178 Bowed Glass
3
0
93
242 Siren
1
5
126
051 Accordion It
2
1
22
115 SynVox
3
0
55
179 Metal Pad
3
0
94
243 Train
1
6
126
052 Harmonica
1
0
23
116 Analog Voice
1
1
55
180 Halo Pad
3
0
95
244 Jetplane
2
7
126
053 Bandoneon
2
0
24
117 OrchestraHit
2
0
56
181 Sweep Pad
2
0
96
245 Starship
2
8
126
054 Nylon-str.Gt
1
0
25
118 Bass Hit
2
1
56
182 Ice Rain
2
0
97
246 Burst Noise
2
9
126
055 Ukulele
2
1
25
119 6th Hit
2
2
56
183 Soundtrack
2
0
98
247 Applause
2
0
127
056 Nylon Gt.o
2
2
25
120 Euro Hit
2
3
56
184 Crystal
2
0
99
248 Laughing
1
1
127
057 Nylon Gt.2
2
3
25
121 Trumpet
1
0
57
185 Syn Mallet
1
1
99
249 Screaming
1
2
127
058 Steel-str.Gt
1
0
26
122 Dark Trumpet
1
1
57
186 Atmosphere
2
0
100
250 Punch
1
3
127
059 12-str.Gt
2
1
26
123 Trombone
1
0
58
187 Brightness
3
0
101
251 Heart Beat
1
4
127
060 Mandolin
2
2
26
124 Trombone 2
1
1
58
188 Goblin
2
0
102
252 Footsteps
1
5
127
061 Steel + Body
2
3
26
125 Bright Tb
1
2
58
189 Echo Drops
2
0
103
253 Gun Shot
1
0
128
062 Jazz Gt.
1
0
27
126 Tuba
1
0
59
190 Echo Bell
3
1
103
254 Machine Gun
1
1
128
063 Pedal Steel
1
1
27
127 MutedTrumpet
1
0
60
191 Echo Pan
2
2
103
255 Lasergun
1
2
128
064 Clean Gt.
1
0
28
128 MuteTrumpet2
1
1
60
192 Star Theme
2
0
104
256 Explosion
2
3
128
Voice: number of voice
LSB: Bank Select LSB, MSB is all 121
PC: Program Change Number
231
Ritme set lijst USER (User Groep) No. 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032
*
Name StandardKit3 Xantom Kit PassionDrums Arpeggiate!? De Facto Kit StandardKit1 Rock Kit 1 Rock Kit 2 Brush Jz Kit Orch Kit 909 808 Kit Limiter Kit HipHop Kit 1 HipHop Kit 2 HipHop&Latin Machine&Hip R&B Kit HiFi R&B Kit Machine Kit1 Kit-Euro: POP House Kit Nu Technica Machine Kit2 ArtificalKit Noise Kit Kick Menu Snare Menu 1 Snare Menu 2 HiHat Menu FX/SFX Menu Percussion *PrstSmplKit
PRSET (Preset Groep) No. 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036
Name StandardKit1 StandardKit2 StandardKit3 Rock Kit 1 Rock Kit 2 Brush Jz Kit Orch Kit 909 808 Kit Limiter Kit HipHop Kit 1 HipHop Kit 2 HipHop&Latin Machine&Hip R&B Kit HiFi R&B Kit Machine Kit1 4 Kit MIX Kit-Euro: POP House Kit Nu Technica Machine Kit2 ArtificalKit Noise Kit Kick Menu Snare Menu 1 Snare Menu 2 HiHat Menu Rim&Tom Menu Clp&Cym&Hit FX/SFX Menu Percussion Scrh&Voi&Wld Xantom Kit PassionDrums Arpeggiate!? De Facto Kit
De Performance met dit tekentje gebruikt de Preset samples. Om de Ritme set te kunnen spelen, moeten de Preset samples daarom geladen worden in de Fantom-Xa.
232
GM2 (GM2 Groep) No. 001 002 003 004 005 006 007 008 009
Name GM2 STANDARD GM2 ROOM GM2 POWER GM2 ELECTRIC GM2 ANALOG GM2 JAZZ GM2 BRUSH GM2 ORCHESTRA GM2 SFX
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
001 StandardKit1
002 StandardKit2
003 StandardKit3
004 Rock Kit 1
005 Rock Kit 2
006 Brush Jz Kit
MaxLow Kick3 Rk CmpKick Gospel Clap Boys Kick Snr Roll HipHop Kick2 Reg.PHH mf Reg.Kick Reg.Kick Reg.Stick Reg.Snr 2 Reg.SnrGst Reg.Snr 1 Reg.F.Tom Reg.CHH 1 Reg.L.Tom Reg.CHH 2 Reg.M.Tom Reg.OHH Reg.M.Tom Reg.H.Tom Crash Cym 1 Reg.H.Tom Rock Ride China Cymbal Ride Edge Tamborine Crash Cym Cowbell Low Crash Cym 2 Cowbell Hi Ride Bell Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Lo Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Up Maracas Whistle Shrt Whistle Long Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block H Wood Block L Cuica Mute Cuica Open Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut Castanet Bongo Hi Mt Bongo Hi Slp Bongo Lo Slp Bongo Hi Op Bongo Lo Op Cajon 1 Cajon 2 Cajon 3 Udo Udu Pot Hi Udu Pot Slp TablaBayam 1 TablaBayam 2 TablaBayam 3 TablaBayam 4 TablaBayam 5 TablaBayam 6 Wind Chime Tibet Cymbal Slight Bell
Dance Kick Dry Kick 1 Snr Roll Power Kick Amb.Snr 2 Power Kick Reg.PHH Reg.Kick Reg.Kick Wild Stick Amb.Snr 1 Reg.SnrGst Amb.Snr 2 Reg.F.Tom Reg.CHH 1 Reg.L.Tom Reg.CHH 2 Reg.M.Tom Reg.OHH Reg.M.TomFlm Reg.H.Tom Crash Cym 1 Reg.H.TomFlm Rock Ride China Cymbal Splash Cym Tamborine Rock Crash 1 Cowbell Hi Crash Cym 1 Cowbell Low Rock Ride Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Hi Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Mild Agogo H Mild Agogo L Cabasa Up Maracas Whistle Shrt Whistle Long Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block H Wood Block L Cuica Mute Cuica Open Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut DigiSpectrum Wind Chime Wood Block Cajon 2 ConcertBD R&B Kick Dry Kick 2 Old Kick Jazz Doos Agogo Noise Rock OHH JD Anklungs Rock OHH Udo Cajon 1 Udu Pot Hi Gospel Clap Bright Clap Rock Rd Cup Cowbell Crash Cym 2
HipHop Kick2 Frenzy Kick Low Down Snr TR707 Kick Frenzy Snr 1 TR606DstKick Reg.PHH Low Kick 1 Old Kick Lo-Bit Stk 4 Reg.Snr 1 Amb Clap Med Snare Jazz Lo Tom Reg.CHH 1 Jazz Lo Tom Reg.CHH 2 Jazz Mid Tom Reg.OHH Jazz Mid Tom Jazz Hi Tom Crash Cym1 Jazz Hi Tom Rock Rd Edge China Cymbal Rock Rd Cup Tamborine Splash Cym Cowbell Rock Crash 2 CR78 Guiro Jazz Ride Bongo Hi Bongo Lo Conga Hi Mt Conga Hi Conga Lo Timbale Hi Timbale Low Cowbell Hi Cowbell Low Cabasa Shaker Urban CHH Scratch 5 Syn Low Atk2 MG Zap 3 Syn Swt Atk1 Syn Swt Atk4 Bongo Hi Slp Vox Hihat 2 Vox Hihat 3 Triangle 1 Triangle 2 Cajon Cajon 3 Wind Chime SprgDrm Hit Crotale R8 Click Metro Bell DR202 Beep Reverse Cym Xylo Seq. Vinyl Noise Mobile Phone Group Snap Laser Siren AnalogKick 3 TR909 Kick 1 Reg.Kick TR909 Snr 4 TR808 Snr 2 Artful Snr Cross Snr
R&B Kick Rk CmpKick Snr Roll Bright Kick Snr Roll Lp SH32 Kick Reg.PHH Reg.Kick Reg.Kick Reg.Stick Reg.Snr 2 Reg.SnrGst Reg.Snr 1 Reg.F.Tom Reg.CHH 1 Reg.L.Tom Reg.CHH 2 Reg.M.Tom Reg.OHH Reg.M.TomFlm Reg.H.Tom Crash Cym 1 Reg.H.TomFlm Rock Ride China Cymbal Splash Cym Tamborine Rock Crash 1 Cowbell Hi Crash Cym 1 Cowbell Low Rock Ride Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Hi Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Up Maracas Whistle Shrt Whistle Long Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block H Wood Block L Cuica Mute Cuica Open Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut DigiSpectrum Wind Chime Gtr Cut 1 Gtr Cut 2 Gtr Cut 3 Gtr Cut 4 Rock PHH Rock CHH 2 TablaBayam 1 Rock CHH 1 TablaBayam 2 Rock OHH TablaBayam 5 Cajon 3 Cajon 2 Cajon 1 Gospel Clap Rock Crash 2 Rock Rd Cup Club FinSnap TR909 Snr 6
MaxLow Kick2 MaxLow Kick1 Pop Snr Rim Power Kick Med Snare Bright Kick Rock CHH 2 Rock Kick Rk CmpKick Rock Stick Maple Snr Sft Snr Gst Rock Snr Sharp L.Tom6 Rock CHH 1 Sharp L.Tom5 Rock PHH Sharp L.Tom4 Rock OHH Sharp H.Tom3 Sharp H.Tom2 Crash Cym 1 Sharp H.Tom1 Ride Cymbal China Cymbal Ride Bell Tamborine 3 Rock Crash 2 Cowbell Mute Splash Cym Cowbell Rock Rd Cup Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Slp Op Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Up Maracas Whistle Shrt Whistle Long Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block H Wood Block L Cuica Mute Cuica Open Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut Wind Chime Dst Gtr Riff Gtr Trill Gtr Cut 1 Gtr Cut 2 Gtr Cut 3 Gtr Cut 4 Dist Mute Dist Chord DistGtr Nz 1 DistGtr Nz 2 DistGtr Nz 3 JD Switch Cajon 3 Cajon 2 Cajon 1 Real Clap Gospel Clap Tibet Cymbal Tamborine 1 Tamborine 2
TR909 Kick 1 TR909 Kick Jz Brsh Slap Old Kick Soft Jz Roll R&B Kick Reg.PHH Jazz Kick Jazz Kick Reg.Stick Jazz Rim Jz Brsh Swsh Jazz Snr Reg.F.Tom Reg.CHH 1 Reg.L.Tom Reg.CHH 2 Reg.M.Tom Reg.OHH Reg.M.Tom Reg.H.Tom Jazz Crash Reg.H.Tom Jazz Ride China Cymbal Ride Edge Tamborine Crash Cym Cowbell Low Crash Cym Cowbell Hi Ride Bell Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Lo Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Up Maracas Jazz Kick Jazz Kick Reg.Stick Jazz Rim Sft Snr Gst Jazz Snr Reg.F.Tom Reg.CHH 1 Reg.L.Tom Reg.CHH 2 Reg.M.Tom Reg.OHH Reg.M.TomFlm Reg.H.Tom p Jazz Cymbal Reg.H.TomFlm Jazz Ride China Cymbal Cajon 1 Cajon 2 Cajon 3 Udo Udu Pot Hi Udu Pot Slp TablaBayam 1 TablaBayam 2 TablaBayam 3 TablaBayam 4 TablaBayam 5 TablaBayam 6 Wind Chime Tibet Cymbal Slight Bell
233
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
234
007 Orch Kit
008 909 808 Kit
009 Limiter Kit
010 HipHop Kit 1
011 HipHop Kit 2
012 HipHop&Latin
Timpani Roll ConcertBD Shaker 2 Jngl pkt Snr Reverse Cym Snr Roll Lp Jazz Ride Timpani Roll ConcertBD Hard Stick Amb.Snr 2 Gospel Clap Snr Roll Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Tamborine 3 Concert Cym Cowbell Mute Crash Cym 1 Ride Cymbal Crash Cym 1 Bongo Hi Op Bongo Lo Op Conga Hi Mt Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Up Maracas Whistle Shrt Whistle Long Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block H Wood Block L Cuica Mute Cuica Open Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut Finger Snap Wind Chime Slight Bell Vibraslap Crotale Applause Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Tubular Bell Church Bell Church Bell
TR909 Kick 2 TR909 Kick 4 Urbn Sn Roll TR909 Kick 5 TR909 Snr 3 TR909 Kick 3 TR909 PHH 2 TR909 Kick 6 TR909 Kick 1 TR909 Rim TR909 Snr 1 TR909 Clap 1 TR909 Snr 2 TR909 Tom L TR909 CHH 1 TR909 Tom L TR909 PHH 1 TR909 Tom M TR909 OHH 2 TR909 Tom M TR909 Tom H TR909 Crash TR909 Tom H TR909 Ride TR909 Crash TR909 Ride CR78 Tamb TR909 Crash JD Sm Metal TR909 Ride Syn Swt Atk3 TR808 Kick TR808 Kick TR808 Rim TR808 Snr 2 TR808 Clap 2 TR808 Snr 4 TR808 Tom L TR808 CHH 1 TR808 Tom L TR808 CHH 2 TR808 Tom M TR808 OHH 1 TR808 Tom M TR808 Tom H TR606 Cym TR808 Tom H TR606 Cym TR606 OHH TR606 OHH CR78 Tamb CR78 OHH Cowbell Mute CR78 OHH Syn Swt Atk5 TR808 OHH 2 808 Maracas TR808 Claves Triangle Mt Triangle Op Narrow Hit 2 Easy Gtr MG Zap Scratch 1 MG Zap 1 TR606 Snr 2 Synth Saw Digi Breath Polishing Nz TablaBayam 7 TablaBayam 6 Cajon 1 Filtered Hit Door Creak Vint.Phone AnalogKick
Skool Kick HipHop Kick1 Dry Stick 1 Low Kick 3 Dry Stick 4 Boys Kick Swallow PHH Rough Kick 3 R&B Kick Lo-Bit Stk 4 Grit Snr 2 Dist Clap Lo-Bit Snr 3 Reg.F.Tom Lo-Bit CHH 2 Reg.F.Tom Lo-Bit CHH 4 Reg.L.Tom Lo-Bit OHH 2 Reg.L.TomFlm Reg.H.Tom Crash Cym 1 Reg.H.TomFlm Lo-Bit OHH 1 TR606 Cym Jazz Ride Tamborine 1 TR606 OHH Vibraslap Neck Kick Hip PHH TR808 Kick Neck Kick Neck Rim Neck Snr R8 Clap Boys Snr 1 TR808 Tom Shaky CHH TR808 Tom Shaky CHH TR606 Tom L Lo-Bit OHH 2 TR606 Tom L TR606 Tom H Crash Cym 2 TR606 Tom H Jazz Ride Splash Cym Rock Rd Edge Tamborine 3 Guiro Long Gospel Clap Tibet Cymbal Wind Chime VoxKickSweep Vox Kick 2 Vox Kick 1 Vox Snare 1 Pa! Vox Snare 2 Chiki! Vox Hihat 2 Vox Hihat 1 Vox Hihat 2 Vox Cymbal Vox Hihat 3 Heartbeat Scratch 2 Scratch 5 Scratch 1 Scratch 4 Scratch 6 Mobile Phone Wah Gtr Riff Wah Gtr Riff
PlasticKick2 Low Kick 2 Snr Roll Lp AnalogKick 3 GoodOld Snr5 Dist Kick Bang CHH TR707 Kick Skool Kick Lo-Bit Stk 4 Ballad Snr Old Clap Lo-Bit Snr 2 TR909 Tom L Urban CHH Deep Tom L Swallow PHH TR909 Tom M Lo-Bit OHH 2 Deep Tom M TR909 Tom H Crash Cym 1 Deep Tom H Rock Crash 1 Rock Rd Edge China Cymbal Snap Udo Op Pandeiro Mt Pandeiro Guiro Long Guiro Short2 Guiro Short1 Shaker 2 Shaker 1 Bone Shake Vibraslap Vox Kick 1 Vox Snare 1 VoxKickSweep Vox Snare 2 Vox Hihat 2 Vox Hihat 3 Vox Hihat 1 Vox Cymbal Slight Bell Tibet Cymbal Wind Chime Scratch 2 Scratch 1 Scratch 10 Scratch 9 OrangeHit 2 LoFi Min Hit Thin Beef Dist Hit Narrow Hit 2 MG Attack MG Zap 9 Pa! R8 Shaker 1 Cabasa Down Cabasa Cut MaxLow Kick1 MaxLow Kick2 Lo-Bit Snr 1 LowDwn CHH Wild Stick MC500 Beep 1 MC500 Beep 2 Gospel Clap TR606 Cym China Cymbal Rock Crash 2 CR78 OHH Concert Cym
HipHop Kick1 HipHop Kick2 Grit Snr 4 FB Kick Boys Snr 2 Low Kick 2 Lo-Bit PHH Skool Kick Low Kick 1 Swag Rim Back Snr Planet Clap R&B Snare 1 TR808 Tom L Bang CHH TR808 Tom L TR808 CHH 1 TR808 Tom M Reg.OHH ff TR808 Tom M TR808 Tom H TR909 Crash TR808 Tom H Jazz Ride Crash Cym 1 Ride Cymbal Lo-Bit Snr Lo-Bit PHH HipHop OHH TR808 PHH Euro Hit Low Kick 3 HipHop Kick1 R&B Rim 2 Jngl pkt Snr Claptail Dirty Snr 6 Scratch 1 HipHop CHH 1 Scratch 1 Urban CHH Scratch 4 Neck OHH Scratch 5 Syn Mtl Atk1 Crash Cym 1 Syn Mtl Atk2 TR909 Ride DistGtr Nz 1 Rough Kick 3 Reg.Snr1 Funk Clap Real Clap Happy Clap Gospel Clap SBF Hrd Ld 1 MG Zap 4 Scratch 9 Crotale HipHop OHH OrangeHit 3 DistGtr Nz 3 Drive Hit JD ScrapeGut Office Phone Bird Song Polishing Nz Dentist Nz Vinyl Noise Lo-Bit CHH 2 Dirty Snr 7 Lo-Bit CHH 2 Dirty Snr 9 Lo-Bit Snr 1 Neck OHH Lo-Bit Snr 2
Syn Low Atk1 Rk CmpKick Grit Snr 1 HipHop Kick2 Jz Brsh Swsh Pin Kick Lo-Bit CHH 1 Back Kick Back Kick R&B Rim 4 Pocket Snr Old Clap Grit Snr 1 CR78 Guiro LowDwn CHH 7th Hit Swallow PHH DistGtr Nz 1 Reg.OHH Pick Kick Skool Kick Regular Rim Keen Snr 2 Hip Clap Boys Snr 1 Funk Clap Bang CHH Real Clap Street PHH Gospel Clap Bang OHH Boys Kick Low Kick 1 Lo-Bit Stk 1 GoodOld Snr1 LoBit SnrFlm Dirty Snr 6 Grit Snr 2 Lo-Bit CHH 1 Dirty Snr 8 Lo-Bit CHH 1 Dirty Snr 2 Lo-Bit OHH 3 Lo-Bit Snr 2 Cajon 3 TablaBayam 6 Cajon 1 Shaker 2 Cajon 2 Timbale Hi Conga Lo Mt Timbale Hi Conga Lo Op Timbale Low Conga Slp Op Timbale Low Cowbell Low Triangle Mt Cowbell Hi Triangle Op Claves Castanet Club Clap Guiro 2 Cabasa Down Crash Cym 1 TR707 Ride TR606 Cym CR78 OHH Agogo Bell H Agogo Bell L Wood Block H Wood Block L Tamborine 2 Whistle Conga Thumb
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
013 Machine&Hip
014 R&B Kit
015 HiFi R&B Kit
016 Machine Kit1
017 4 Kit MIX
018 Kit-Euro: POP
TR909 Kick 2 TR909 Kick 4 Chemical Snr AnalogKick 6 TR808 Snr 1 70’s Kick TR808 PHH SH32 Kick Low Kick 2 TR808 Rim Lite Snare Short Clap CR78 Snare CR78 Tamb Lite CHH CR78 Tamb Lite OHH CR78 Beat Lite OHH CR78 Beat CR78 Guiro TR606 Cym CR78 Guiro Lo-Bit OHH 1 TR606 Cym Lo-Bit OHH 1 CR78 Tamb TR606 Cym JD Sm Metal Lo-Bit OHH 1 Syn Swt Atk3 Low Kick 3 Low Kick 2 R&B Rim 2 Keen Snr 2 TR808 Clap 2 Back Snr TR606 Tom L HipHop CHH 2 TR606 Tom L TR808 PHH TR606 Tom M TR808 OHH 2 TR606 Tom M TR606 Tom H Lo-Bit OHH 3 TR606 Tom H Lo-Bit OHH 1 TR909 Crash Lite OHH CR78 Tamb TR909 Crash JD Sm Metal Lite OHH Syn Swt Atk1 TR808 OHH 2 808 Maracas TR808 Claves Triangle Mt Triangle Op OrangeHit 1 Punch MG Zap 1 Scratch 1 MG Zap 1 TR606 Snr 2 Synth Saw Digi Breath Polishing Nz Vibraslap Door Creak Filtered Hit TR909 Ride EP Release Syn Low Atk1 AnalogKick 6
70’s Kick Skool Kick Urbn Sn Roll HipHop Kick2 Slap Snr 2 Old Kick HipHop CHH 2 Filtered Hit Vinyl Kick Dry Stick 4 Dirty Snr 3 Frenzy Snr 1 Boys Snr 2 VoxKickSwepL Club CHH 1 Reg.F.Tom Neck CHH VoxKickSwepM Lo-Bit OHH 2 Reg.M.Tom VoxKickSwepH Rock Crash 1 Reg.H.Tom Splash Cym Rock Rd Edge Concert Cym Cheap Clap Snap Low Down Snr Wood Block Shaku Noise Syn Hrd Atk1 Digi Loop 2 Maracas Cabasa Up Cabasa Down Cabasa Cut Tamborine 1 Tamborine 2 Tamborine 1 Triangle Mt Triangle Op Xylo Seq. 7th Hit Mild Hit Vinyl Noise Cajon 1 Cajon 2 Cajon 3 Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Hi Slp Conga Lo Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Conga Slp Op Conga Efx Conga Thumb Vox Cymbal Chiki! Castanet CR78 Beat CR78 OHH CR78 CHH Lite OHH CR78 Tamb JD Vox Noise CR78 Guiro Metro Click Metro Bell Wind Chime Slight Bell Crash Cym 1 TR909 Crash CR78 OHH Lite OHH
MaxLow Kick2 FB Kick Rough Kick1 MaxLow Kick1 Rough Kick3 Rk CmpKick Swallow Kick Low Kick 1 Boys Kick Hard Stick GoodOld Snr3 GoodOld Snr4 GoodOld Snr2 Lo-Bit Snr 1 Shaky CHH Slap Snr 3 Club CHH 2 Keen Snr 1 Reg.OHH Keen Snr 1 BmbCmp Snr TR606 Cym GoodOld Snr6 TR606 Cym White Noise SBF Cym Lp CR78 Tamb SBF Bell Lp JD Sm Metal TR606 Cym Syn Swt Atk3 TR909 Kick 4 TR909 Kick 4 TR808 Rim TR808 Snr 2 TR808 Clap 2 TR808 Snr 4 TR808 Tom 4 TR808 CHH 1 TR808 Tom 3 TR808 CHH 2 TR808 Tom 2 TR808 OHH 1 TR808 Tom 1 Scratch 3 Scratch 4 Scratch 5 Scratch 6 Short Clap Hand Clap R8 Clap Cabasa Cut R8 Shaker 2 Tamborine 2 Shaker 1 Bone Shake Tibet Cymbal Crotale Slight Bell Wind Chime Triangle 1 Mild CanWave JDStrikePole JD Plunk Syn Swt Atk2 GtrStroke Nz River Bubble Train Pass Dentist Nz Org Leakage Agogo Noise SBF Vox Lp SynVox Noise R8 Click Syn Swt Atk1
TR909 Kick 2 TR909 Kick 4 Light Snr Back Kick DR660 Snr Pick Kick TR808 PHH AnalogKick 6 Pick Kick TR808 Rim Jngl pkt Snr Funk Clap Jngl pkt Snr MG Attack TR808 CHH 1 MG Attack TR808 PHH MG Blip TR808 OHH 1 MG Blip Beam HiQ TR606 Cym Beam HiQ Lo-Bit OHH 1 TR606 Cym Lo-Bit OHH 1 CR78 Tamb TR606 Cym JD Sm Metal Lo-Bit OHH 1 Syn Swt Atk3 AnalogKick 6 Back Kick R8 Comp Rim Pocket Snr TR909 Clap 2 Boys Snr 3 TR606 Tom L Neck CHH TR606 Tom Lo-Bit CHH 1 TR606 Tom L Reg.OHH TR606 Tom M TR606 Tom H TR909 Crash TR606 Tom H Lite OHH TR909 Crash Lite OHH CR78 Tamb TR909 Crash JD Sm Metal Lite OHH Syn Swt Atk1 TR808 OHH 2 808 Maracas TR808 Claves Triangle Mt Triangle Op Narrow Hit 2 OrangeHit 1 MG Zap 4 Scratch 1 MG Zap 1 TR606 Snr 2 Synth Saw Digi Breath Polishing Nz TablaBayam 7 TablaBayam 6 Cajon 1 Filtered Hit Door Creak Vint.Phone AnalogKick 6
FB Kick Pick Kick Tiny Snare TR606DstKick TR808 Snr 7 Hippie Kick TR606 PHH 2 SH32 Kick TR707 Kick R&B Rim 4 Dirty Snr 6 TR808 Clap 2 Keen Snr 1 TablaBayam 7 Lo-Bit CHH 3 TablaBayam 7 TR606 PHH 1 TR909 DstTom TR606 OHH Skool Kick Low Kick 1 R&B Rim 4 TR909 Snr 3 R8 Clap Boys Snr 1 Bongo Hi Mt Reg.OHH Bongo Hi Mt TR606 PHH 1 Bongo Lo Op Reg.OHH ff TR909 Kick 3 Click Kick Swag Rim Cross Snr Snap R&B Snare 1 Vox Snare 1 Reg.CHH 2 Vox Snare 2 Hip PHH Triangle 1 Reg.OHH AnalogKick 5 TR808 Kick Scratch 5 Grit Snr 3 Happy Clap Grit Snr 3 Snap CR78 CHH Snap CR78 OHH TablaBayam 3 CR78 OHH TablaBayam 3 Udu Pot Hi TR606 Cym Udu Pot Hi Lo-Bit OHH 1 Crash Cym 1 TR707 Ride Maracas TR707 Ride Scratch 6 TR606 Cym SBF Nz Lp SBF Cym Lp Agogo Noise TablaBayam 7 TablaBayam 6 Cajon 1 Filtered Hit Laugh JD Triangle AnalogKick 6
TR707 Kick AnalogKick 1 Dirty Snr 6 FB Kick Artful Snr PlasticKick2 Shaky CHH Swallow Kick TR909 Kick 6 R&B Rim 4 TR909 Snr 3 TR909 Clap 1 TR909 Snr 4 Sharp L.Tom2 TR909 CHH 1 Sharp L.Tom1 Urban CHH Sharp M.Tom TR909 OHH 2 Sharp M.Tom Sharp H.Tom TR909 Crash Sharp H.Tom TR909 Ride China Cymbal TR707 Ride Tamborine 3 Crash Cym 1 Cowbell Rock Crash 2 Vibraslap TR606 Cym Bongo Lo Bongo Hi Conga Hi Mt Conga Hi Conga Lo Conga Efx Vox Hihat 2 Vox Hihat 3 CR78 Beat Cabasa Cut Shaker 1 Street PHH Scratch 7 Syn Low Atk2 MG Zap 7 Syn Swt Atk1 Syn Swt Atk4 Conga Thumb Triangle 1 Triangle 2 Drive Hit Tao Hit Filtered Hit Euro Hit Wind Chime Timpani Roll Crotale R8 Click Metro Bell MC500 Beep 1 MC500 Beep 2 Atmosphere Polishing Nz Car Slip Group Snap Laser ConcertBD Lp AnalogKick 3 Old Kick Reg.Kick TR909 Snr 4 TR808 Snr 2 Artful Snr Cross Snr
235
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
236
019 House Kit
020 Nu Technica
021 Machine Kit2
022 ArtificalKit
023 Noise Kit
024 Kick Menu
TR909 Kick 3 SH32 Kick Urbn Sn Roll TR909 Kick 2 TR909 Snr 6 TR909 Kick 5 TR909 PHH 2 TR909 Kick 4 TR909 Kick 4 TR909 Rim TR909 Snr 4 TR909 Clap 2 TR909 Snr 5 TR909 Tom L TR909 CHH 2 TR909 Tom L TR909 PHH 2 TR909 Tom M TR909 OHH 2 TR909 Tom M TR909 Tom H TR909 Crash TR909 Tom H TR909 Ride TR909 Crash TR909 Ride CR78 Tamb MG Zap 4 JD Sm Metal MG Zap 5 Syn Swt Atk3 AnalogKick 2 TR909 Kick 2 TR909 Rim TR909 Snr 1 TR909 Clap 1 TR909 Snr 2 TR909 D.TomL TR909 CHH 1 TR909 D.TomL TR808 CHH 2 TR909 D.TomM TR909 OHH 1 TR909 D.TomM TR909 D.TomH TR909 Crash TR909 D.TomH TR909 Ride TR909 Crash TR909 Ride Tamborine 2 MG Zap 2 Cowbell Low MG Zap 6 Cowbell Hi MG Zap 7 Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Lo Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Timbale Hi Timbale Low Agogo Bell H Agogo Bell L Cabasa Down Maracas Guiro Short Guiro Long Claves Wood Block L Wood Block H Triangle Mt Triangle Op Castanet Whistle
SH32 Kick JD EML 5th AnalogKick 6 Low Kick 2 PlasticKick3 Low Kick 1 TR707 Kick PlasticKick3 SH32 Kick TR909 Snr 5 TR909 Snr 2 Flange Snr Disc Clap Dance CHH TR606 DstCHH TR909 PHH 2 TR606 PHH 2 TR909 OHH 1 Lite OHH Rock Rd Cup Syn Hrd Atk4 MG Zap 7 MG Zap 9 MG Zap 8 MG Zap 10 HipHop CHH 2 Syn Swt Atk3 Street PHH Syn Swt Atk6 HipHop OHH TR909 OHH 2 TR909 R.Crsh TR909 Crash Rock Crash 1 MG Zap 2 MG Zap 9 Smear Hit 2 Low Square JD Wood Crak Piano Atk Nz JD Wood Crak DR202 Beep JD Wood Crak Saw Sync B DR202 Beep OrangeHit 1 E.Gtr Harm Filtered Hit Euro Hit Jazz Tom L TR909 D.TomL Jazz Tom M TR909 D.TomM Jazz Tom H TR909 D.TomH AnalogKick 3 AnalogKick 5 Happy Clap TR808 Snr 7 TR808 Snr 3 TR909 Snr 6 TR909 CHH 2 TR606 DstCHH Dance CHH TR606 PHH 2 TR909 OHH 2 TR606 OHH CR78 OHH 106SubOsc HD TR909 Snr 6 MG Blip JD EML 5th TR707 Clap Dist Clap MG Zap 5 MG Zap 7
AnalogKick 5 AnalogKick 6 Analog Snr 1 AnalogKick 1 TR808 Snr 4 FB Kick TR808 PHH AnalogKick 6 AnalogKick 6 Swag Rim TR909 Snr 1 TR707 Clap Frenzy Snr 1 Deep Tom L TR606 CHH 1 Deep Tom L TR606 PHH 1 Deep Tom M TR909 OHH 2 Deep Tom M Deep Tom H Lite OHH Deep Tom H TR808 OHH 1 TR606 Cym TR909 Ride CR78 Tamb TR606 Cym JD Sm Metal TR909 Ride Syn Swt Atk3 AnalogKick 1 AnalogKick 4 Urbn Sn Roll Analog Snr 2 Dist Clap Analog Snr 3 R8 Shaker 1 TR909 CHH 2 R8 Shaker 1 TR909 PHH 2 SBF Bell Lp1 TR909 OHH 2 SBF Bell Lp2 SBF Bell Lp3 TR909 Crash SBF Bell Lp4 TR909 Ride TR909 Crash TR909 Ride CR78 Tamb MG Zap 2 JD Sm Metal MG Zap 6 Syn Swt Atk1 MG Zap 7 808 Maracas TR808 Claves Triangle Mt Triangle Op Euro Hit Scratch 4 Easy Gtr Crotale MG Zap 4 Urbn Sn Roll Calc.Saw White Noise Polishing Nz TablaBayam 7 TablaBayam 6 Cajon 1 Filtered Hit Laugh Office Phone AnalogKick 6
TR909 Kick 2 AnalogKick 2 TR808 Snr 5 TR909 Kick 3 Boys Snr 3 FB Kick TR606 Cym AnalogKick 3 TVF Trigger TR909 Rim TR909 Snr 1 Claptail TR909 Snr 3 TR909 Tom L2 TR909 CHH 1 TR909 Tom L1 TR909 PHH 1 TR909 Tom M2 TR909 OHH 2 TR909 Tom M1 TR909 Tom H2 TR909 Crash TR909 Tom H1 TR909 Ride White Noise CR78 Beat Tamborine 3 Atmosphere Cowbell Mute Digi Loop 2 Cowbell Reverse Cym AnalogKick 5 Metal Vox W1 Metal Vox W2 Metal Vox W3 White Noise1 White Noise2 TR606 Cym MG Blip MG Blip Rev. Polishing Nz Ice Crash Metal Vox L2 Thin Beef 7th Hit Alpha Rave DistTB Sqr Finger Snap Conga Slp Op Conga Lo Op Conga Hi Op Triangle Mt Triangle Op Cabasa Cut R8 Shaker 1 AnalogKick 1 PlasticKick2 PlasticKick3 TR909 Kick 1 AnalogKick 4 AnalogKick 6 TR909 Snr 2 TR909 Snr 4 TR909 Snr 5 TR909 Snr 6 TR808 Snr 1 TR808 Snr 2 TR808 CHH 1 TR808 OHH 1 TR909 CHH 2 TR909 OHH 2 Lite CHH Lite OHH TR606 Cym China Cymbal
TR909 Kick 2 TR909 Kick 4 Urbn Sn Roll TR909 Kick 5 SBF Nz Lp TR909 Kick 1 Syn Swt Atk7 SBF Vox Kick SBF Vox Kick Laser SBF Nz Lp Train Pass SBF Nz Lp Syn Swt AtkL Syn Swt Atk7 Syn Swt AtkL Syn Mtl Atk2 Syn Swt AtkM SBF Nz Lp Syn Swt AtkM Syn Swt AtkH Digi Loop 1 Syn Swt AtkH Calc.Saw Crotale Laser MG Zap 11 Laser MG Zap 4 Digi Loop 1 MG Zap 6 Syn Low AtkL Syn Low AtkH MG Attack Syn Hrd Atk4 Train Pass Syn Mtl Atk1 Syn Swt AtkL Syn Swt Atk7 Syn Swt AtkL Syn Mtl Atk2 Syn Swt AtkM SBF Nz Lp Syn Swt AtkM Syn Swt AtkH Digi Loop 1 Syn Swt AtkH Calc.Saw Crotale Laser MG Zap 11 Laser MG Zap 4 Crotale MG Zap 6 Syn Low Atk2 808 Maracas TR808 Claves Triangle Mt Triangle Op Udo Conga Thumb Easy Gtr A Digi Loop 1 MG Zap 4 Urbn Sn Roll Calc.Saw White Noise Polishing Nz TablaBayam 7 Scream Cajon 1 Filtered Hit Laugh ConcertBD Lp Timpani Lp
----------------------------Reg.Kick p Reg.Kick f Reg.Kick ff Reg.Kick Rock Kick p Rock Kick mf Rock Kick Jazz Kick p Jazz Kick mf Jazz Kick f Jazz Kick Dry Kick 1 Tight Kick 1 Tight Kick 2 Old Kick Jz Dry Kick Bright Kick Dry Kick 2 Dry Kick 3 Power Kick R&B Kick Rk CmpKick MaxLow Kick1 MaxLow Kick2 MaxLow Kick3 Dist Kick FB Kick Rough Kick1 Rough Kick2 Rough Kick3 Click Kick Pick Kick Back Kick Vinyl Kick Low Kick 1 Boys Kick Hippie Kick Frenzy Kick PlasticKick1 Swallow Kick Neck Kick 70’s Kick Skool Kick Dance Kick HipHop Kick1 HipHop Kick2 Pin Kick Low Kick 2 Low Kick 3 AnalogKick 1 PlasticKick2 PlasticKick3 TR909 Kick 1 TR909 Kick 2 AnalogKick 2 TR909 Kick 3 AnalogKick 3 AnalogKick 4 AnalogKick 5 AnalogKick 6 TR606DstKick TR808 Kick TR909 Kick 4 TR909 Kick 5 SH32 Kick TR707 Kick TR909 Kick 6 Roll Kick -----
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
025 Snare Menu 1
026 Snare Menu 2
027 HiHat Menu
028 Rim&Tom Menu
029 Clp&Cym&Hit
030 FX/SFX Menu
Reg.Snr1 p Reg.Snr1 mf Reg.Snr1 f Reg.Snr1 ff Reg.Snr1 Reg.Snr2 p Reg.Snr2 f Reg.Snr2 ff Reg.Snr2 Reg.Snr Flm Amb.Snr1 p Amb.Snr1 f Amb.Snr1 Amb.Snr2 p Amb.Snr2 f Piccolo Snr Maple Snr Natural Snr1 Natural Snr2 Dry Snr p Dry Snr f Ballad Snr Light Snr p Light Snr f Light Snr ff Light SnrRim Rock Snr p Rock Snr mf Rock Snr f Rock Snr Rock Rim p Rock Rim mf Rock Rim f Rock Rim Reg.SnrGst Rock Snr Gst Sft Snr Gst Jazz Snr p Jazz Snr mf Jazz Snr f Jazz Snr ff Jazz Snr Jazz Rim p Jazz Rim mf Jazz Rim f Jazz Rim ff Jazz Rim Jz Brsh Slap Jz Brsh Swsh Swish&Turn p Swish&Turn f Swish&Turn Snr Roll Snr Roll Lp Soft Jz Roll BrushRoll Lp GoodOld Snr1 GoodOld Snr2 GoodOld Snr3 GoodOld Snr4 GoodOld Snr5 GoodOld Snr6 Dirty Snr 1 Dirty Snr 2 Dirty Snr 3 Dirty Snr 4 Dirty Snr 5 Dirty Snr 6 Dirty Snr 7 Dirty Snr 8 Dirty Snr 9 Dirty Snr 10 -----------------
----------------------------Grit Snr 1 Grit Snr 2 Grit Snr 3 Grit Snr 4 LoBit SnrFlm Lo-Bit Snr 1 Lo-Bit Snr 2 Lo-Bit Snr 3 BmbCmp Snr MrchCmp Snr Frenzy Snr 1 Frenzy Snr 2 Slap Snr 1 Keen Snr 1 Reggae Snr DR660 Snr Pop Snr p Pop Snr f Pop Snr Rim Pop Snr Med Snare Jngl pkt Snr Pocket Snr Flange Snr Slap Snr 2 Analog Snr 1 Analog Snr 2 Analog Snr 3 Jam Snr Back Snr Keen Snr 2 Boys Snr 1 Slap Snr 3 Neck Snr Artful Snr Pin Snr Chemical Snr Sizzle Snr Tiny Snare R&B Snare 1 R&B Snare 2 Cross Snr Grave Snr Boys Snr 2 Boys Snr 3 Low Down Snr TR909 Snr 1 TR909 Snr 2 TR909 Snr 3 TR909 Snr 4 TR909 Snr 5 TR909 Snr 6 TR808 Snr 1 TR808 Snr 2 TR808 Snr 3 TR808 Snr 4 Lite Snare TR808 Snr 5 TR808 Snr 6 TR808 Snr 7 TR606 Snr 1 TR606 Snr 2 CR78 Snare Urbn Sn Roll Jngl SnrRoll -----------------
------------Reg.CHH 1 p Reg.CHH 1 mf Reg.CHH 1 f Reg.CHH 1 ff Reg.CHH 1 Reg.CHH 2 mf Reg.CHH 2 f Reg.CHH 2 ff Reg.CHH 2 Rock CHH1 mf Rock CHH1 f Rock CHH1 Rock CHH2 mf Rock CHH2 f Rock CHH2 Rock PHH Lo-Bit CHH 1 Lo-Bit CHH 2 Lo-Bit CHH 3 Lo-Bit CHH 4 Lo-Bit CHH 5 Modern CHH HipHop CHH 1 Urban CHH Bang CHH LowDwn CHH Disc CHH Club CHH 1 HipHop CHH 2 TR909 CHH 1 TR909 CHH 2 Shaky CHH Club CHH 2 TR808 CHH 1 TR808 CHH 2 TR606 CHH 1 TR606 CHH 2 TR606 DstCHH Lite CHH CR78 CHH DR55 CHH Neck CHH Dance CHH Reg.PHH mf Reg.PHH f Reg.PHH Street PHH Swallow PHH Hip PHH TR909 PHH 1 TR909 PHH 2 TR808 PHH TR606 PHH 1 TR606 PHH 2 Lo-Bit PHH Lo-Bit OHH 1 Rock OHH Reg.OHH mf Reg.OHH f Reg.OHH ff Reg.OHH Lo-Bit OHH 2 Lo-Bit OHH 3 Neck OHH Bang OHH HipHop OHH TR909 OHH 1 TR909 OHH 2 TR808 OHH 1 TR808 OHH 2 TR606 OHH Lite OHH CR78 OHH
----------------------------Reg.Stick Soft Stick Hard Stick Wild Stick Rock Stick Lo-Bit Stk 1 Lo-Bit Stk 2 Lo-Bit Stk 3 Lo-Bit Stk 4 Dry Stick 1 Dry Stick 2 Dry Stick 3 Click Snr p Click Snr f Click Snr ff Dry Stick 4 Dry Stick 5 R8 Comp Rim R&B Rim 1 R&B Rim 2 R&B Rim 3 Neck Rim Swag Rim Step Rim R&B Rim 4 Street Rim Regular Rim TR909 Rim TR808 Rim Reg.F.Tom p Reg.F.Tom f Reg.F.Tom Reg.L.Tom p Reg.L.Tom f Reg.L.Tom Reg.M.Tom p Reg.M.Tom f Reg.M.Tom Reg.H.Tom p Reg.H.Tom f Reg.H.Tom Reg.L.TomFlm Reg.M.TomFlm Reg.H.TomFlm Jazz Lo Tom Jazz Mid Tom Jazz Hi Tom Jazz Lo Flm Jazz Mid Flm Jazz Hi Flm Sharp Lo Tom Sharp Hi Tom Dry Lo Tom Dry Hi Tom TR909 Tom TR909 DstTom TR808 Tom TR606 Tom Deep Tom -----------------------------------------
----------------------------Hand Clap Club Clap Short Clap Real Clap Bright Clap R8 Clap Gospel Clap Amb Clap Hip Clap Funk Clap Group Clap Claptail Planet Clap Royal Clap Happy Clap TR808 Clap 1 Disc Clap Dist Clap Old Clap TR909 Clap 1 TR909 Clap 2 TR808 Clap 2 TR707 Clap Cheap Clap Crash Cym1 p Crash Cym1 f Crash Cym 1 Crash Cym 2 Rock Crash 1 Rock Crash 2 Splash Cym Jazz Crash TR909 Crash TR606 Cym Ride Cymbal Ride Bell Rock Rd Cup Rock Rd Edge Jazz Ride p Jazz Ride mf TR909 Ride TR707 Ride China Cymbal Concert Cym ClassicHseHt OrangeHit 1 OrangeHit 2 OrangeHit 3 7th Hit Brassy Hit Drive Hit Filtered Hit Mild Hit Narrow Hit 1 Narrow Hit 2 Euro Hit Dist Hit Thin Beef Tao Hit Smear Hit 1 Philly Hit Smear Hit 2 LoFi Min Hit Orch. Hit Punch Hit -----------------
----------------------------MG Zap 1 MG Zap 2 MG Zap 3 MG Zap 4 MG Zap 5 MG Zap 6 MG Zap 7 MG Zap 8 MG Zap 9 MG Zap 10 MG Zap 11 MG Blip Beam HiQ MG Attack Syn Low Atk1 Syn Low Atk2 Syn Hrd Atk1 Syn Hrd Atk2 Syn Hrd Atk3 Syn Hrd Atk4 Syn Mtl Atk1 Syn Mtl Atk2 Syn Swt Atk1 Syn Swt Atk2 Syn Swt Atk3 Syn Swt Atk4 Syn Swt Atk5 Syn Swt Atk6 Syn Swt Atk7 R8 Click MC500 Beep 1 MC500 Beep 2 DR202 Beep JD Switch Cutting Nz Vinyl Noise Applause River Thunder Monsoon Stream Bubble Bird Song Dog Bark Gallop Vint.Phone Office Phone Mobile Phone Door Creak Door Slam Car Engine Car Slip Car Pass Crash Seq. Gun Shot Siren Train Pass Airplane Laugh Scream Punch Heartbeat Footsteps Machine Gun Laser Thunder Lp Metro Bell Metro Click -----
237
Ritme set lijst
PRST (Preset Groep) Note No. 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89
90
91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103
238
031 Percussion
032 Scrh&Voi&Wld
033 Xantom Kit
034 PassionDrums
035 Arpeggiate!?
036 De Facto Kit
----------------------------Finger Snap Club FinSnap Single Snap Snap Group Snap Cowbell Cowbell Mute Wood Block Claves TR808 Claves CR78 Beat Castanet Whistle Bongo Hi Mt Bongo Hi Slp Bongo Lo Slp Bongo Hi Op Bongo Lo Op Conga Hi Mt Conga Lo Mt Conga Hi Slp Conga Lo Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Conga Slp Op Conga Efx Conga Thumb Timbale 1 Timbale 2 Cabasa Up Cabasa Down Cabasa Cut Maracas 808 Maracas R8 Shaker 1 R8 Shaker 2 Shaker 1 Shaker 2 Bone Shake CR78 Guiro Guiro 1 Guiro 2 Guiro Long TR727Quijada Vibraslap Tamborine 1 Tamborine 2 Tamborine 3 CR78 Tamb Timpani p Timpani f Timpani Roll Timpani Lp ConcertBD p ConcertBD f ConcertBD ff ConcertBD Lp ConcertBD Triangle1 Mt Triangle1 Op Triangle2 Mt Triangle2 Op Tibet Cymbal Slight Bell Wind Chime Crotale Agogo Bell H Agogo Bell L -----
----------------------------Scratch 1 Scratch 2 Scratch 3 Scratch 4 Scratch 5 Scratch 6 Scratch 7 Scratch 8 Scratch 9 Scratch 10 Vox Kick 1 Vox Kick 2 VoxKickSweep Vox Snare 1 Vox Snare 2 Vox Hihat 1 Vox Hihat 2 Vox Hihat 3 Vox Cymbal Pa! Chiki! Aah Formant Eeh Formant Iih Formant Ooh Formant Uuh Formant Metal Vox W1 Metal Vox W2 Metal Vox W3 JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan JD Gamelan TablaBayam 1 TablaBayam 2 TablaBayam 3 TablaBayam 4 TablaBayam 5 TablaBayam 6 TablaBayam 7 Cajon 1 Cajon 2 Cajon 3 Udo Udu Pot Hi Udu Pot Slp SprgDrm Hit Op Pandeiro Mt Pandeiro Cuica JD Anklungs -----------------------------------------
Xantom AKick Xantom BKick Xantom CKick Xantom DKick Xantom EKick Xantom FKick Xantom GKick Xantom HKick Xantom IKick Xantom BClap Xantom ASnar Xantom RStck Xantom BSnar Xantom DTomL Xantom RCHH Xantom DTomL Xantom RCHH Xantom DTomM Xantom RCHH Xantom DTomM Xantom DTomH Xantom RCrsh Xantom DTomH Xantom CRide Xantom JCrsh Xantom CCrsh Xantom Noise Xantom RCup Xantom LScra Xantom CCrsh Xantom LScra Xantom JKick Xantom KKick Xantom RClap Xantom CSnar Xantom RStck Xantom DSnar Xantom STomH Xantom SCHH Xantom STomH Xantom SPHH Xantom STomH Xantom SOHH Xantom STomH Xantom STomH Xantom RevON Xantom STomH Xantom RevOF Xantom ATabl Xantom BTabl Xantom CTabl Xantom DTabl Xantom SDrum Xantom AUdu Xantom AUdu Xantom AUdu Xantom ACong Xantom ACong Xantom ACong Xantom ACong Xantom ACong Xantom AHitL Xantom AHitL Xantom BHitL Xantom BHitL Xantom CHitL Xantom CHitU Xantom DHit Xantom ESnar Xantom FSnar Xantom GSnar Xantom ISnar Xantom ISnar Xantom JSnar Xantom KSnar Xantom HSnar
SH32 Kick JD EML 5th AnalogKick 6 Low Kick 2 Low Kick 3 Back Kick Car Pass PlasticKick3 TR909 Kick 4 R&B Rim 2 TR909 Snr 5 Back Snr Boys Snr 2 Reg.L.Tom TR606 CHH 2 Reg.M.Tom Lo-Bit PHH Reg.F.Tom Lite OHH Reg.M.Tom ConcertBD Crash Cym 2 Reg.H.Tom Jazz Ride TR909 Kick 3 Disc CHH CR78 Tamb Bang CHH ConcertBD Lp TR909 OHH 2 Cowbell TR606 Cym TR909 Crash Jazz Ride Filtered Hit P5 Sqr HD Custm Sqr HD TR808 Snr 3 Alpha Rave Jazz Crash Funk Clap TR909 CHH 2 TR909 OHH 2 Mute Tp Ride Cymbal MrchCmp Snr Pick Kick Lo-Bit Stk 1 TR909 Snr 3 Claptail Siren TR808 OHH 1 Rk CmpKick TR606 CHH 2 Syn Low Atk1 Low White Nz MG Zap 9 Happy Clap TR808 Snr 7 TR808 Snr 3 TR808 Snr 2 Club CHH 2 CR78 OHH LowDwn CHH Lo-Bit OHH 1 TR909 OHH 2 TR606 OHH CR78 OHH 106SubOsc HD TR909 Snr 6 AnalogKick 3 MG Bass 2 TR808 Clap 1 Dist Clap Super Saw MG Zap 7
MaxLow Kick3 Rk CmpKick Gospel Clap Boys Kick Snr Roll HipHop Kick2 Reg.PHH Reg.Kick Frenzy Kick Vinyl Kick Boys Kick Reg.Kick Reg.Kick Low Kick 2 TR909 Kick 3 Conga Hi Mt Jz Slap Bass Gtr Cut 3 Scratch 1 Scratch 7 Syn Swt Atk1 TablaBayam 1 Udo VoxKickSweep Vox Hihat 1 Cowbell Bongo Hi Mt ClassicHseHt Reg.CHH 1 Org Click 1 Digi Breath SynVox Noise JP8 Pls 3 HD Metal Vox W1 Harmonica Shamisen Flute Dyno Rhd mp SlwPick70s Cln Gtr Cut Hard Clav TVF Trigger Applause Euro Hit MG Zap 1 Syn Swt Atk2 Syn Hrd Atk2 GtrStroke Nz JDStrikePole Vint.Phone DistGtr Nz 1 Reg.M.Tom Jazz Lo Tom Reg.L.TomFlm TR909 Clap 2 Vox Snare 1 Cabasa Down SprgDrm Hit Digital Vox JD Nasty Vib Wave Kalimba JD Tabla JD Log Drum Bell Organ Gtr Cut 1 Eeh Formant Xylo Seq. Gun Shot TablaBayam 3 TablaBayam 4 TablaBayam 5 TablaBayam 6 Wind Chime Tibet Cymbal Slight Bell
SBF Nz Lp Metal Vox L2 Org Leakage Gallop Org Click 1 Thunder River MG Noise Fx Heartbeat Car Slip Crash Seq. Car Pass Gun Shot Train Pass Airplane Laugh Scream Car Engine Door Slam Footsteps Machine Gun Laser DistGtr Nz 2 Ac.Bass Nz 2 Punch DistGtr Nz 1 DistGtr Nz 3 GtrStroke Nz E.Bass Nz 2 ClassicHseHt 7th Hit OrangeHit 3 OrangeHit 1 Brassy Hit Filtered Hit Mild Hit Narrow Hit 1 Euro Hit Dist Hit Thin Beef Tao Hit Smear Hit 1 Smear Hit 2 LoFi Min Hit Orch. Hit Punch Hit O’Skool Hit Philly Hit Scratch 2 Scratch 3 Scratch 4 Scratch 5 Scratch 8 Scratch 9 Scratch 10 MG Zap 1 MG Zap 10 MG Zap 2 Syn Low Atk1 Syn Hrd Atk2 Syn Hrd Atk3 Syn Hrd Atk4 Syn Mtl Atk1 Syn Mtl Atk2 Syn Swt Atk1 Syn Swt Atk2 Syn Swt Atk4 Syn Swt Atk5 Vox Kick 2 VoxKickSweep Vox Snare 2 Vox Cymbal Pa! Chiki! MC500 Beep 2 MC500 Beep 1
Ritme set lijst
GM (GM2 Groep) Note No. 27 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88
001 (PC: 1) GM2 STANDARD
002 (PC: 9) GM2 ROOM
003 (PC: 17) GM2 POWER
004 (PC: 25) GM2 ELECTRIC
005 (PC: 26) GM2 ANALOG
006 (PC: 33) GM2 JAZZ
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Mix Kick Standard KK1 Side Stick Standard SN1 909 HandClap Elec Snare 3 Real Tom 6 Close HiHat2 Real Tom 6 Pedal HiHat2 Real Tom 4 Open HiHat2 Real Tom 4 Real Tom 1 Crash Cym.1 Real Tom 1 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Mix Kick Standard KK1 Side Stick Standard SN1 909 HandClap Elec Snare 3 Room Tom 5 Close HiHat2 Room Tom 5 Pedal HiHat2 Room Tom 2 Open HiHat2 Room Tom 2 Room Tom 2 Crash Cym.1 Room Tom 2 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Mix Kick Power Kick1 Side Stick Dance Snare1 909 HandClap Elec Snare 3 Rock Tom 4 Close HiHat2 Rock Tom 4 Pedal HiHat2 Rock Tom 4 Open HiHat2 Rock Tom 4 Rock Tom 1 Crash Cym.1 Rock Tom 1 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Mix Kick Elec Kick 1 Side Stick Elec. Snare 909 HandClap Elec Snare 2 Synth Drum 2 Close HiHat2 Synth Drum 2 Pedal HiHat2 Synth Drum 2 Open HiHat2 Synth Drum 2 Synth Drum 2 Crash Cym.1 Synth Drum 2 Ride Cymbal ReverseCymbl Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Mix Kick TR-808 Kick 808 Rimshot 808 Snare 1 909 HandClap Elec Snare 3 808 Tom 2 TR-808 CHH 808 Tom 2 808__chh 808 Tom 2 TR-808 OHH 808 Tom 2 808 Tom 2 808 Crash 808 Tom 2 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. 808cowbe Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo 808 Conga 808 Conga 808 Conga High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa 808marac ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro 808clave Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Jazz Kick 2 Jazz Kick 1 Side Stick Standard SN1 909 HandClap Elec Snare 3 Real Tom 6 Close HiHat2 Real Tom 6 Pedal HiHat2 Real Tom 4 Open HiHat2 Real Tom 4 Real Tom 1 Crash Cym.1 Real Tom 1 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
PC: Program Change Number
Bank Select MSB is all 120, LSB is all 0
239
Ritme set lijst
GM (GM2 Groep) Note No. 27 28 29
30
31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41
42
43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53
54
55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65
66
67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77
78
79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88
007 (PC: 41) GM2 BRUSH
008 (PC: 49) GM2 ORCHSTRA
009 (PC: 57) GM2 SFX
High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Jazz Kick 2 Jazz Kick 1 Side Stick Brush Swirl Brush Slap1 Brush Swirl Real Tom 6 Close HiHat2 Real Tom 6 Pedal HiHat2 Real Tom 4 Open HiHat2 Real Tom 4 Real Tom 1 Crash Cym.1 Real Tom 1 Ride Cymbal ChinaCymbal Ride Bell Tambourine Splash Cym. Cowbell Crash Cym.2 Vibraslap Ride Cymbal Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -----
Close HiHat2 Pedal HiHat2 Open HiHat2 Ride Cymbal Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Concert BD ConcertBD Mt Side Stick Concert Snr Castanets Concert Snr Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Timpani Tambourine Splash Cym. Cowbell Con.Cymbal2 Vibraslap Concert Cym. Bongo High Bongo Lo Mute H.Conga Conga Hi Opn Conga Lo Opn High Timbale Low Timbale Agogo Agogo Cabasa Maracas ShrtWhistle LongWhistle Short Guiro Long Guiro Claves Woodblock Woodblock Mute Cuica Open Cuica MuteTriangl OpenTriangl Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo Applause
------------------------------------------------High-Q Slap ScratchPush ScratchPull Sticks SquareClick Mtrnm.Click Mtrnm. Bell Gt.FretNoiz Gt.CutNoise Gt.CutNoise String Slap Fl.KeyClick Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps Footsteps Applause Creaking Door Scratch Wind Chimes Car-Engine Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train Jetplane Helicopter Starship Gun Shot Machine Gun Lasergun Explosion Dog HorseGallop Bird Rain Thunder Wind Seashore Stream Bubble ----------------PC: Program Change Number
240
Bank Select MSB is all 120, LSB is all 0
Waveform Lijst Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
0001 0002 0003 0004 0005 0006 0007 0008 0009 0010
Ac.Pno p A L Ac.Pno p A R Ac.Pno p B L Ac.Pno p B R Ac.Pno p C L Ac.Pno p C R Ac.Pno f A L Ac.Pno f A R Ac.Pno f B L Ac.Pno f B R
0091 0092 0093 0094 0095 0096 0097 0098 0099 0100
3rd Perc Org Lo-Fi Organ Perc Organ 1 Perc Organ 2 Rock Organ A Rock Organ B Rock Organ C RtryOrg1 A L RtryOrg1 A R RtryOrg1 B L
0181 0182 0183 0184 0185 0186 0187 0188 0189 0190
Clean TC C Overdrive A Overdrive C Distortion A Distortion B Distortion C Dist Mute A Dist Mute B Dist Mute C Dist Chord A
0271 0272 0273 0274 0275 0276 0277 0278 0279 0280
MG Bass 1 B MG Bass 1 C DistTB Sqr DistTBSqr Lp Solid Bass MG Big Bass Jungle Bass Garage Bass SH-101 Bs A SH-101 Bs B
0361 0362 0363 0364 0365 0366 0367 0368 0369 0370
Wide Tp C Mute Tp A Mute Tp B Mute Tp C Trombone A Trombone B Trombone C Tbn mf A Tbn mf B Tbn mf C
0011 0012 0013 0014 0015 0016 0017 0018 0019 0020
Ac.Pno f C L Ac.Pno f C R JD Piano A JD Piano B JD Piano C Piano Atk Nz MKS Piano A MKS Piano B MKS Piano C Stage EP p A
0101 0102 0103 0104 0105 0106 0107 0108 0109 0110
RtryOrg1 B R RtryOrg1 C L RtryOrg1 C R RtryOrg2 A L RtryOrg2 A R RtryOrg2 B L RtryOrg2 B R RtryOrg2 C L RtryOrg2 C R LoFi RtryOrg
0191 0192 0193 0194 0195 0196 0197 0198 0199 0200
Dist Chord B Dist Chord C Dst Gtr Riff Gtr Trill Cln Gtr Cut Gtr Cut 1 Gtr Cut 2 Gtr Cut 3 Gtr Cut 4 Wah Gtr Riff
0281 0282 0283 0284 0285 0286 0287 0288 0289 0290
SH-101 Bs C TB Natural Poly Bass Organ Bass Voco Bass MG Bass 2 A MG Bass 2 B MG Bass 2 C MG Bass 3 MG Bass 4
0371 0372 0373 0374 0375 0376 0377 0378 0379 0380
Tuba A Tuba B Tuba C Sft F.Horn A Sft F.Horn B Sft F.Horn C French Hrn A French Hrn C F.HornSect A F.HornSect B
0021 0022 0023 0024 0025 0026 0027 0028 0029 0030
Stage EP p B Stage EP p C Stage EP f A Stage EP f B Stage EP f C Tine EP p A Tine EP p B Tine EP p C Tine EP mf A Tine EP mf B
0111 0112 0113 0114 0115 0116 0117 0118 0119 0120
Vint.Org 1 Vint.Org 2 Vint.Org 3 Vint.Org 4 Lite Dst Org Positive '8 Pipe Organ Cathedrl Org Nylon Gtr1 A Nylon Gtr1 B
0201 0202 0203 0204 0205 0206 0207 0208 0209 0210
E.Gtr Harm JD ScrapeGut Harp A Harp B Harp C Banjo A Banjo B Banjo C Sitar A Sitar B
0291 0292 0293 0294 0295 0296 0297 0298 0299 0300
MC Bass A MC Bass B MC Bass C Atk Syn Bass Atk Flute A Atk Flute B Atk Flute C Flute A Flute B Flute C
0381 0382 0383 0384 0385 0386 0387 0388 0389 0390
F.HornSect C Tp Section A Tp Section B Tp Section C OctBrs p A L OctBrs p A R OctBrs p B L OctBrs p B R OctBrs p C L OctBrs p C R
0031 0032 0033 0034 0035 0036 0037 0038 0039 0040
Tine EP mf C Tine EP ff A Tine EP ff B Tine EP ff C Dyno EP mp A Dyno EP mp B Dyno EP mp C Dyno EP mf A Dyno EP mf B Dyno EP mf C
0121 0122 0123 0124 0125 0126 0127 0128 0129 0130
Nylon Gtr1 C Nylon Gtr2 A Nylon Gtr2 B Nylon Gtr2 C Bright Gtr A Bright Gtr B Bright Gtr C Ac.Gtr mp A Ac.Gtr mp B Ac.Gtr mp C
0211 0212 0213 0214 0215 0216 0217 0218 0219 0220
Sitar C Sitar Drn A Sitar Drn B Sitar Drn C E.Sitar A E.Sitar B E.Sitar C Santur A Santur B Santur C
0301 0302 0303 0304 0305 0306 0307 0308 0309 0310
Piccolo A Piccolo B Piccolo C Pan Flute JD Rad Hose Shakuhachi JD Fl Push Clarinet A Clarinet B Clarinet C
0391 0392 0393 0394 0395 0396 0397 0398 0399 0400
OctBrs f A L OctBrs f A R OctBrs f B L OctBrs f B R OctBrs f C L OctBrs f C R Brs Fall 1 L Brs Fall 1 R Brs Fall 2 L Brs Fall 2 R
0041 0042 0043 0044 0045 0046 0047 0048 0049 0050
Dyno EP ff A Dyno EP ff B Dyno EP ff C Wurly mp A Wurly mp B Wurly mp C Wurly mf A Wurly mf B Wurly mf C Wurly ff A
0131 0132 0133 0134 0135 0136 0137 0138 0139 0140
Ac.Gtr mf A Ac.Gtr mf B Ac.Gtr mf C Ac.Gtr ff A Ac.Gtr ff B Ac.Gtr ff C Ac.Gtr Sld A Ac.Gtr Sld B Ac.Gtr Sld C Ac.Gtr Hrm A
0221 0222 0223 0224 0225 0226 0227 0228 0229 0230
Dulcimer A Dulcimer B Dulcimer C Shamisen A Shamisen B Shamisen C Koto A Koto B Koto C Ac.Bass A
0311 0312 0313 0314 0315 0316 0317 0318 0319 0320
Oboe Mezzo A Oboe Mezzo B Oboe Mezzo C Oboe Forte A Oboe Forte B Oboe Forte C E.Horn A E.Horn B E.Horn C Bassoon A
0401 0402 0403 0404 0405 0406 0407 0408 0409 0410
OrchUnis A L OrchUnis A R OrchUnis B L OrchUnis B R OrchUnis C L OrchUnis C R Violin Vib A Violin Vib B Violin Vib C Violin A
0051 0052 0053 0054 0055 0056 0057 0058 0059 0060
Wurly ff B Wurly ff C Lo-Fi Wurly Soft SA EP A Soft SA EP B Soft SA EP C Hard SA EP A Hard SA EP B Hard SA EP C SA EP Ens A
0141 0142 0143 0144 0145 0146 0147 0148 0149 0150
Ac.Gtr Hrm B Ac.Gtr Hrm C Jazz Gtr A Jazz Gtr B Jazz Gtr C Clean Gtr A Clean Gtr B Clean Gtr C Clr Mt Gtr A Clr Mt Gtr B
0231 0232 0233 0234 0235 0236 0237 0238 0239 0240
Ac.Bass B Ac.Bass C FngrCmp Bs A FngrCmp Bs B FngrCmp Bs C Finger Bs A Finger Bs B Finger Bs C Precision Bs Jz Bs Soft A
0321 0322 0323 0324 0325 0326 0327 0328 0329 0330
Bassoon B Bassoon C Recorder A Recorder B Recorder C SopranoSax A SopranoSax B SopranoSax C Alto Sax Vib Soft Alto A
0411 0412 0413 0414 0415 0416 0417 0418 0419 0420
Violin B Violin C Cello Vib A Cello Vib B Cello Vib C Cello A Cello B Cello C Vl Sect. A L Vl Sect. A R
0061 0062 0063 0064 0065 0066 0067 0068 0069 0070
SA EP Ens B SA EP Ens C SA E.Piano A SA E.Piano B SA E.Piano C 80’s E.Pno 1 80’s E.Pno 2 Hard E.Pno Celesta Music Box
0151 0152 0153 0154 0155 0156 0157 0158 0159 0160
Clr Mt Gtr C E.Gtr Ld 1 E.Gtr Ld 2 Brt Strat A Brt Strat B Brt Strat C SlwPick70s A SlwPick70s B SlwPick70s C FstPick70s A
0241 0242 0243 0244 0245 0246 0247 0248 0249 0250
Jz Bs Soft B Jz Bs Soft C 6-FngBsSft A 6-FngBsSft B 6-FngBsSft C ThumbMtBs pA ThumbMtBs pB ThumbMtBs pC ThumbMtBs fA ThumbMtBs fB
0331 0332 0333 0334 0335 0336 0337 0338 0339 0340
Soft Alto B Soft Alto C Wide Sax A Wide Sax B Wide Sax C BreathySax A BreathySax B BreathySax C Tenor Sax A Tenor Sax B
0421 0422 0423 0424 0425 0426 0427 0428 0429 0430
Vl Sect. B L Vl Sect. B R Vl Sect. C L Vl Sect. C R Vc Sect. A L Vc Sect. A R Vc Sect. B L Vc Sect. B R Vc Sect. C L Vc Sect. C R
0071 0072 0073 0074 0075 0076 0077 0078 0079 0080
Reg.Clav A Reg.Clav B Reg.Clav C Retro Clav A Retro Clav B Retro Clav C Tight Clav A Tight Clav B Tight Clav C Hard Clav A
0161 0162 0163 0164 0165 0166 0167 0168 0169 0170
FstPick70s B FstPick70s C Plk Strat A Plk Strat B Plk Strat C Strat Mute A Strat Mute B Strat Mute C Funk Gtr A Funk Gtr B
0251 0252 0253 0254 0255 0256 0257 0258 0259 0260
ThumbMtBs fC Fretlss Bs A Fretlss Bs B Fretlss Bs C Fretlss SftA Fretlss SftB Fretlss SftC Pick Bass 1A Pick Bass 1B Pick Bass 1C
0341 0342 0343 0344 0345 0346 0347 0348 0349 0350
Tenor Sax C Bari.Sax 1 A Bari.Sax 1 B Bari.Sax 1 C Bari.Sax 2 A Bari.Sax 2 B Bari.Sax 2 C Musette Harmonica A Harmonica B
0431 0432 0433 0434 0435 0436 0437 0438 0439 0440
Full Str A L Full Str A R Full Str B L Full Str B R Full Str C L Full Str C R ChmbrStrAtkA ChmbrStrAtkB ChmbrStrAtkC ChmbrStrRevA
0081 0082 0083 0084 0085 0086 0087 0088 0089 0090
Hard Clav B Hard Clav C JD Clav Harpsi A Harpsi B Harpsi C JD Full Draw Org Basic 1 Org Basic 2 Ballad Org
0171 0172 0173 0174 0175 0176 0177 0178 0179 0180
Funk Gtr C Funk MtGtr A Funk MtGtr B Funk MtGtr C Easy Gtr A Easy Gtr B Easy Gtr C Nasty Gtr Clean TC A Clean TC B
0261 0262 0263 0264 0265 0266 0267 0268 0269 0270
Pick Bass 2 Slap Bass Slap +Pull 1 Slap +Pull 2 Slap +Pull 3 Jz Slap Bass Jz Slp+Pull1 Jz Slp+Pull2 Jz Slp+Pull3 MG Bass 1 A
0351 0352 0353 0354 0355 0356 0357 0358 0359 0360
Harmonica C Blues G-harp Flugel A Flugel B Flugel C Trumpet A Trumpet B Trumpet C Wide Tp A Wide Tp B
0441 0442 0443 0444 0445 0446 0447 0448 0449 0450
ChmbrStrRevB ChmbrStrRevC Vls Pizz A Vls Pizz B Vls Pizz C VlsPizzRev A VlsPizzRev B VlsPizzRev C Vcs Pizz A Vcs Pizz B
241
Waveform Lijst
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
0451 0452 0453 0454 0455 0456 0457 0458 0459 0460
Vcs Pizz C VcsPizzRev A VcsPizzRev B VcsPizzRev C Unison Saw A Unison Saw B Unison Saw C Super Saw A Super Saw B Super Saw C
0541 0542 0543 0544 0545 0546 0547 0548 0549 0550
JD Spark Vox JD Cutters SBF Hrd Ld 1 SBF Hrd Ld 2 JD EML 5th TB303 Saw HD Custm Saw HD MG Saw HD OB2 Saw HD DigitalSawHD
0631 0632 0633 0634 0635 0636 0637 0638 0639 0640
JD Tuba Slap JD Plink JD Plunk TVF Trigger Cutting Nz Ac.Bass Body Flute Pad Nz Applause River Thunder
0721 0722 0723 0724 0725 0726 0727 0728 0729 0730
MG Zap 8 MG Zap 9 MG Zap 10 MG Zap 11 MG Blip Beam HiQ MG Attack Syn Low Atk1 Syn Low Atk2 Syn Hrd Atk1
0811 0812 0813 0814 0815 0816 0817 0818 0819 0820
TR909 Kick 6 Roll Kick Reg.Snr1 p L Reg.Snr1 p R Reg.Snr1mf L Reg.Snr1mf R Reg.Snr1 f L Reg.Snr1 f R Reg.Snr1ff L Reg.Snr1ff R
0461 0462 0463 0464 0465 0466 0467 0468 0469 0470
Trance Saw A Trance Saw B Trance Saw C Alpha Rave Saw Sync A Saw Sync B Saw Sync C Warm Pad A Warm Pad B Warm Pad C
0551 0552 0553 0554 0555 0556 0557 0558 0559 0560
Calc.Saw Calc.Saw inv Synth Saw JD Syn Saw JD Fat Saw JP-8 Saw P5 Saw HD D-50 Saw Air Wave MG Sqr HD
0641 0642 0643 0644 0645 0646 0647 0648 0649 0650
Monsoon Stream Bubble Bird Song Dog Bark Gallop Vint.Phone Office Phone Mobile Phone Door Creak
0731 0732 0733 0734 0735 0736 0737 0738 0739 0740
Syn Hrd Atk2 Syn Hrd Atk3 Syn Hrd Atk4 Syn Mtl Atk1 Syn Mtl Atk2 Syn Swt Atk1 Syn Swt Atk2 Syn Swt Atk3 Syn Swt Atk4 Syn Swt Atk5
0821 0822 0823 0824 0825 0826 0827 0828 0829 0830
Reg.Snr2 p L Reg.Snr2 p R Reg.Snr2 f L Reg.Snr2 f R Reg.Snr2ff L Reg.Snr2ff R Reg.SnrFlm L Reg.SnrFlm R Amb.Snr1 p L Amb.Snr1 p R
0471 0472 0473 0474 0475 0476 0477 0478 0479 0480
OB2 Pad 1 A OB2 Pad 1 B OB2 Pad 1 C OB2 Pad 2 A OB2 Pad 2 B OB2 Pad 2 C SBF Vox A SBF Vox B SBF Vox C Female Ahs A
0561 0562 0563 0564 0565 0566 0567 0568 0569 0570
P5 Sqr HD OB2 Sqr HD Custm Sqr HD 106SubOsc HD TB303 Sqr HD Fat Square JP-8 Square JP8 Pls 1 HD JP8 Pls 2 HD JP8 Pls 3 HD
0651 0652 0653 0654 0655 0656 0657 0658 0659 0660
Door Slam Car Engine Car Slip Car Pass Crash Seq. Gun Shot Siren Train Pass Airplane Space Voyage
0741 0742 0743 0744 0745 0746 0747 0748 0749 0750
Syn Swt Atk6 Syn Swt Atk7 Reg.Kick p L Reg.Kick p R Reg.Kick f L Reg.Kick f R Reg.Kick ffL Reg.Kick ffR Rock Kick p Rock Kick f
0831 0832 0833 0834 0835 0836 0837 0838 0839 0840
Amb.Snr1 f L Amb.Snr1 f R Amb.Snr2 p L Amb.Snr2 p R Amb.Snr2 f L Amb.Snr2 f R Piccolo Snr Maple Snr Natural Snr1 Natural Snr2
0481 0482 0483 0484 0485 0486 0487 0488 0489 0490
Female Ahs B Female Ahs C Female Oos A Female Oos B Female Oos C Male Aahs A Male Aahs B Male Aahs C Jazz Doos A Jazz Doos B
0571 0572 0573 0574 0575 0576 0577 0578 0579 0580
JP8 Pls 4 HD Syn Pulse 1 Syn Pulse 2 MG Tri HD 700 Triangle Syn Triangle JD Triangle ARP Sine HD Sine Digi Attack
0661 0662 0663 0664 0665 0666 0667 0668 0669 0670
Blow Loop Laugh Scream Punch Heartbeat Footsteps Machine Gun Laser Thunder Lp Ac.Bass Nz 1
0751 0752 0753 0754 0755 0756 0757 0758 0759 0760
Jazz Kick p Jazz Kick mf Jazz Kick f Dry Kick 1 Tight Kick 1 Tight Kick 2 Old Kick Jz Dry Kick Bright Kick Dry Kick 2
0841 0842 0843 0844 0845 0846 0847 0848 0849 0850
Dry Snr p Dry Snr f Ballad Snr Light Snr p Light Snr f Light Snr ff Light SnrRim Click Snr p Click Snr f Click Snr ff
0491 0492 0493 0494 0495 0496 0497 0498 0499 0500
Jazz Doos C Jz Doos Lp A Jz Doos Lp B Jz Doos Lp C Gospel Hum A Gospel Hum B Gospel Hum C Soprano Vox Kalimba JD Klmba Atk
0581 0582 0583 0584 0585 0586 0587 0588 0589 0590
JD Fine Wine Digi Loop 1 Digi Loop 2 JD MetalWind Atmosphere DigiSpectrum JD Vox Noise SynVox Noise Shaku Noise Digi Breath
0671 0672 0673 0674 0675 0676 0677 0678 0679 0680
Ac.Bass Nz 2 E.Bass Nz 1 E.Bass Nz 2 E.Bass Slide DistGtr Nz 1 DistGtr Nz 2 DistGtr Nz 3 GtrStroke Nz Gtr Fret Nz1 Gtr Fret Nz2
0761 0762 0763 0764 0765 0766 0767 0768 0769 0770
Dry Kick 3 Power Kick R&B Kick L R&B Kick R Rk CmpKick L Rk CmpKick R MaxLow Kick1 MaxLow Kick2 MaxLow Kick3 Dist Kick
0851 0852 0853 0854 0855 0856 0857 0858 0859 0860
Rock Snr p Rock Snr mf Rock Snr f Rock Rim p Rock Rim mf Rock Rim f Reg.SnrGst L Reg.SnrGst R Rock Snr Gst Sft Snr Gst
0501 0502 0503 0504 0505 0506 0507 0508 0509 0510
JD Wood Crak JD Gamelan 1 JD Gamelan 2 JD Gamelan 3 JD Log Drum JD Hooky JD Tabla JD Xylo Marimba Vibraphone
0591 0592 0593 0594 0595 0596 0597 0598 0599 0600
Agogo Noise Polishing Nz Dentist Nz Vinyl Noise White Noise Pink Noise SBF Cym Lp SBF Bell Lp SBF Nz Lp SBF Vox Lp
0681 0682 0683 0684 0685 0686 0687 0688 0689 0690
Gtr Fret Nz3 ClassicHseHt OrangeHit 1 OrangeHit 2 OrangeHit 3 7th Hit Brassy Hit Drive Hit Filtered Hit Mild Hit
0771 0772 0773 0774 0775 0776 0777 0778 0779 0780
FB Kick Rough Kick1 Rough Kick2 Rough Kick3 Click Kick Pick Kick Back Kick Vinyl Kick Low Kick 1 Boys Kick
0861 0862 0863 0864 0865 0866 0867 0868 0869 0870
Jazz Snr p Jazz Snr mf Jazz Snr f Jazz Snr ff Jazz Rim p Jazz Rim mf Jazz Rim f Jazz Rim ff Jz Brsh Slap Jz Brsh Swsh
0511 0512 0513 0514 0515 0516 0517 0518 0519 0520
Glocken Steel Drums JD Pole Lp JD BottleHit D-50 Bell A D-50 Bell B D-50 Bell C D-50 Bell Lp Agogo Bell Finger Bell
0601 0602 0603 0604 0605 0606 0607 0608 0609 0610
Aah Formant Eeh Formant Iih Formant Ooh Formant Uuh Formant Metal Vox W1 Metal Vox L1 Metal Vox W2 Metal Vox L2 Metal Vox W3
0691 0692 0693 0694 0695 0696 0697 0698 0699 0700
Narrow Hit 1 Narrow Hit 2 Euro Hit Dist Hit Thin Beef Tao Hit Smear Hit 1 Smear Hit 2 LoFi Min Hit Orch. Hit
0781 0782 0783 0784 0785 0786 0787 0788 0789 0790
Hippie Kick Frenzy Kick PlasticKick1 Swallow Kick Neck Kick 70’s Kick Skool Kick Dance Kick HipHop Kick1 HipHop Kick2
0871 0872 0873 0874 0875 0876 0877 0878 0879 0880
Swish&Turn p Swish&Turn f Snr Roll Snr Roll Lp Soft Jz Roll BrushRoll Lp GoodOld Snr1 GoodOld Snr2 GoodOld Snr3 GoodOld Snr4
0521 0522 0523 0524 0525 0526 0527 0528 0529 0530
JD Cowbell Tubular Bell Church Bell Mild CanWave JD Crystal Bell Organ Old DigiBell JD Bell Wave TinyBellWave Vib Wave
0611 0612 0613 0614 0615 0616 0617 0618 0619 0620
Metal Vox L3 JD Rattles Xylo Seq. JD Tin Wave JD Anklungs JD Shami SynBassClick JD EP Atk EP Release Org Click 1
0701 0702 0703 0704 0705 0706 0707 0708 0709 0710
Punch Hit O’Skool Hit Philly Hit Scratch 1 Scratch 2 Scratch 3 Scratch 4 Scratch 5 Scratch 6 Scratch 7
0791 0792 0793 0794 0795 0796 0797 0798 0799 0800
Pin Kick Low Kick 2 Low Kick 3 AnalogKick 1 PlasticKick2 PlasticKick3 TR909 Kick 1 TR909 Kick 2 AnalogKick 2 TR909 Kick 3
0881 0882 0883 0884 0885 0886 0887 0888 0889 0890
GoodOld Snr5 GoodOld Snr6 Dirty Snr 1 Dirty Snr 2 Dirty Snr 3 Dirty Snr 4 Dirty Snr 5 Dirty Snr 6 Dirty Snr 7 Dirty Snr 8
0531 0532 0533 0534 0535 0536 0537 0538 0539 0540
JD Brt Digi Med Digi Bagpipe Digital Vox JD WallyWave JD Brusky Lp Bright Form Mild Form JD Nasty Fat SparkVox
0621 0622 0623 0624 0625 0626 0627 0628 0629 0630
Org Click 2 Org Click 3 Org Click 4 Org Click 5 Org Leakage MG Noise Fx JD Sm Metal JDStrikePole Ice Crash JD Switch
0711 0712 0713 0714 0715 0716 0717 0718 0719 0720
Scratch 8 Scratch 9 Scratch 10 MG Zap 1 MG Zap 2 MG Zap 3 MG Zap 4 MG Zap 5 MG Zap 6 MG Zap 7
0801 0802 0803 0804 0805 0806 0807 0808 0809 0810
AnalogKick 3 AnalogKick 4 AnalogKick 5 AnalogKick 6 TR606DstKick TR808 Kick TR909 Kick 4 TR909 Kick 5 SH32 Kick TR707 Kick
0891 0892 0893 0894 0895 0896 0897 0898 0899 0900
Dirty Snr 9 Dirty Snr 10 Grit Snr 1 Grit Snr 2 Grit Snr 3 Grit Snr 4 LoBit SnrFlm Lo-Bit Snr 1 Lo-Bit Snr 2 Lo-Bit Snr 3
242
Waveform Lijst
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
Nr.
Wave naam
0901 0902 0903 0904 0905 0906 0907 0908 0909 0910
BmbCmp Snr MrchCmp Snr Frenzy Snr 1 Frenzy Snr 2 Slap Snr 1 Keen Snr 1 Reggae Snr DR660 Snr Pop Snr p Pop Snr f
0991 0992 0993 0994 0995 0996 0997 0998 0999 1000
Reg.H.Tom f Reg.L.TomFlm Reg.M.TomFlm Reg.H.TomFlm Jazz Lo Tom Jazz Mid Tom Jazz Hi Tom Jazz Lo Flm Jazz Mid Flm Jazz Hi Flm
1081 1082 1083 1084 1085 1086 1087 1088 1089 1090
Rock Crash 2 Splash Cym Jazz Crash TR909 Crash TR606 Cym Ride Cymbal Ride Bell Rock Rd Cup Rock Rd Edge Jazz Ride p
1171 1172 1173 1174 1175 1176 1177 1178 1179 1180
Guiro 1 Guiro 2 Guiro Long TR727Quijada Vibraslap Tamborine 1 Tamborine 2 Tamborine 3 CR78 Tamb TablaBayam 1
0911 0912 0913 0914 0915 0916 0917 0918 0919 0920
Pop Snr Rim Med Snare Jngl pkt Snr Pocket Snr Flange Snr Slap Snr 2 Analog Snr 1 Analog Snr 2 Analog Snr 3 Jam Snr
1001 1002 1003 1004 1005 1006 1007 1008 1009 1010
Sharp Lo Tom Sharp Hi Tom Dry Lo Tom Dry Hi Tom TR909 Tom TR909 DstTom TR808 Tom TR606 Tom Deep Tom Reg.CHH 1 p
1091 1092 1093 1094 1095 1096 1097 1098 1099 1100
Jazz Ride mf TR909 Ride TR707 Ride China Cymbal Concert Cym Hand Clap Club Clap Short Clap Real Clap Bright Clap
1181 1182 1183 1184 1185 1186 1187 1188 1189 1190
TablaBayam 2 TablaBayam 3 TablaBayam 4 TablaBayam 5 TablaBayam 6 TablaBayam 7 Cajon 1 Cajon 2 Cajon 3 Udo
0921 0922 0923 0924 0925 0926 0927 0928 0929 0930
Back Snr Keen Snr 2 Boys Snr 1 Slap Snr 3 Neck Snr Artful Snr Pin Snr Chemical Snr Sizzle Snr Tiny Snare
1011 1012 1013 1014 1015 1016 1017 1018 1019 1020
Reg.CHH 1 mf Reg.CHH 1 f Reg.CHH 1 ff Reg.CHH 2 mf Reg.CHH 2 f Reg.CHH 2 ff Reg.PHH mf Reg.PHH f Reg.OHH mf Reg.OHH f
1101 1102 1103 1104 1105 1106 1107 1108 1109 1110
R8 Clap Gospel Clap Amb Clap Hip Clap Funk Clap Group Clap Claptail Planet Clap Royal Clap Happy Clap
1191 1192 1193 1194 1195 1196 1197 1198 1199 1200
Udu Pot Hi Udu Pot Slp SprgDrm Hit Op Pandeiro Mt Pandeiro Cuica Timpani p Timpani f Timpani Roll Timpani Lp
0931 0932 0933 0934 0935 0936 0937 0938 0939 0940
R&B Snare 1 R&B Snare 2 Cross Snr Grave Snr Boys Snr 2 Boys Snr 3 Low Down Snr TR909 Snr 1 TR909 Snr 2 TR909 Snr 3
1021 1022 1023 1024 1025 1026 1027 1028 1029 1030
Reg.OHH ff Rock CHH1 mf Rock CHH1 f Rock CHH2 mf Rock CHH2 f Rock PHH Rock OHH Lo-Bit CHH 1 Lo-Bit CHH 2 Lo-Bit CHH 3
1111 1112 1113 1114 1115 1116 1117 1118 1119 1120
TR808 Clap 1 Disc Clap Dist Clap Old Clap TR909 Clap 1 TR909 Clap 2 TR808 Clap 2 TR707 Clap Cheap Clap Finger Snap
1201 1202 1203 1204 1205 1206 1207 1208 1209 1210
ConcertBD p ConcertBD f ConcertBD ff ConcertBD Lp Triangle 1 Triangle 2 Tibet Cymbal Slight Bell Wind Chime Crotale
0941 0942 0943 0944 0945 0946 0947 0948 0949 0950
TR909 Snr 4 TR909 Snr 5 TR909 Snr 6 TR808 Snr 1 TR808 Snr 2 TR808 Snr 3 TR808 Snr 4 Lite Snare TR808 Snr 5 TR808 Snr 6
1031 1032 1033 1034 1035 1036 1037 1038 1039 1040
Lo-Bit CHH 4 Lo-Bit CHH 5 Modern CHH HipHop CHH 1 Urban CHH Bang CHH LowDwn CHH Disc CHH Club CHH 1 HipHop CHH 2
1121 1122 1123 1124 1125 1126 1127 1128 1129 1130
Club FinSnap Single Snap Snap Group Snap Vox Kick 1 Vox Kick 2 VoxKickSweep Vox Snare 1 Vox Snare 2 Vox Hihat 1
1211 1212 1213 1214 1215 1216 1217 1218 1219 1220
R8 Click Metro Bell Metro Click MC500 Beep 1 MC500 Beep 2 DR202 Beep Low Saw1 Low Saw1 inv Low Saw2 Low Pulse 1
0951 0952 0953 0954 0955 0956 0957 0958 0959 0960
TR808 Snr 7 TR606 Snr 1 TR606 Snr 2 CR78 Snare Urbn Sn Roll Jngl SnrRoll Reg.Stick L Reg.Stick R Soft Stick Hard Stick
1041 1042 1043 1044 1045 1046 1047 1048 1049 1050
TR909 CHH 1 TR909 CHH 2 Shaky CHH Club CHH 2 TR808 CHH 1 TR808 CHH 2 TR606 CHH 1 TR606 CHH 2 TR606 DstCHH Lite CHH
1131 1132 1133 1134 1135 1136 1137 1138 1139 1140
Vox Hihat 2 Vox Hihat 3 Vox Cymbal Pa! Chiki! Cowbell Cowbell Mute Wood Block Claves TR808 Claves
1221 1222 1223 1224 1225 1226 1227 1228
Low Pulse 2 Low Square Low Sine Low Triangle Low White Nz Low Pink Nz DC Reverse Cym
0961 0962 0963 0964 0965 0966 0967 0968 0969 0970
Wild Stick Rock Stick Lo-Bit Stk 1 Lo-Bit Stk 2 Lo-Bit Stk 3 Lo-Bit Stk 4 Dry Stick 1 Dry Stick 2 Dry Stick 3 Dry Stick 4
1051 1052 1053 1054 1055 1056 1057 1058 1059 1060
CR78 CHH DR55 CHH Neck CHH Dance CHH Street PHH Swallow PHH Hip PHH TR909 PHH 1 TR909 PHH 2 TR808 PHH
1141 1142 1143 1144 1145 1146 1147 1148 1149 1150
CR78 Beat Castanet Whistle Bongo Hi Mt Bongo Hi Slp Bongo Lo Slp Bongo Hi Op Bongo Lo Op Conga Hi Mt Conga Lo Mt
0971 0972 0973 0974 0975 0976 0977 0978 0979 0980
Dry Stick 5 R8 Comp Rim R&B Rim 1 R&B Rim 2 R&B Rim 3 Neck Rim Swag Rim Step Rim R&B Rim 4 Street Rim
1061 1062 1063 1064 1065 1066 1067 1068 1069 1070
TR606 PHH 1 TR606 PHH 2 Lo-Bit PHH Lo-Bit OHH 1 Lo-Bit OHH 2 Lo-Bit OHH 3 Neck OHH Bang OHH HipHop OHH TR909 OHH 1
1151 1152 1153 1154 1155 1156 1157 1158 1159 1160
Conga Hi Slp Conga Lo Slp Conga Hi Op Conga Lo Op Conga Slp Op Conga Efx Conga Thumb Timbale 1 Timbale 2 Cabasa Up
0981 0982 0983 0984 0985 0986 0987 0988 0989 0990
Regular Rim TR909 Rim TR808 Rim Reg.F.Tom p Reg.F.Tom f Reg.L.Tom p Reg.L.Tom f Reg.M.Tom p Reg.M.Tom f Reg.H.Tom p
1071 1072 1073 1074 1075 1076 1077 1078 1079 1080
TR909 OHH 2 TR808 OHH 1 TR808 OHH 2 TR606 OHH Lite OHH CR78 OHH Crash Cym1 p Crash Cym1 f Crash Cym 2 Rock Crash 1
1161 1162 1163 1164 1165 1166 1167 1168 1169 1170
Cabasa Down Cabasa Cut Maracas 808 Maracas R8 Shaker 1 R8 Shaker 2 Shaker 1 Shaker 2 Bone Shake CR78 Guiro
243
Arpeggio stijl lijst/Akkoord vorm lijst Arpeggio stijl lijst
Akkoord vorm lijst
USER (user groep) PRST (preset groep)
USER (user groep) PRST (preset groep)
Nr.
Arpeggio Name
Nr.
Arpeggio Name
001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064
Basic 1 Basic 2 Basic 3 Basic 4 2 Tone Up 3 Tone Up 4 Tone Up 2 Tone Down 3 Tone Down 4 Tone Down 4 Tone Up&Down Seq Pattern 1 Seq Pattern 2 Seq Pattern 3 Seq Pattern 4 Seq Pattern 5 Seq Pattern 6 Seq Pattern 7 Seq Pattern 8 Seq Pattern 9 Seq Pattern 10 Seq Pattern 11 Seq Pattern 12 Seq Pattern 13 Seq Pattern 14 Seq Pattern 15 Seq Pattern 16 Seq Pattern 17 Seq Pattern 18 Seq Pattern 19 Seq Pattern 20 Seq Pattern 21 Seq Pattern 22 Seq Pattern 23 Seq Pattern 24 Seq Pattern 25 Seq Pattern 26 Seq Pattern 27 Seq Pattern 28 Seq Pattern 29 Seq Pattern 30 Seq Pattern 31 Seq Pattern 32 Seq Pattern 33 Seq Pattern 34 Seq Pattern 35 Seq Pattern 36 Seq Pattern 37 Seq Pattern 38 Seq Pattern 39 Seq Pattern 40 Seq Pattern 41 Seq Pattern 42 Seq Pattern 43 Seq Pattern 44 Seq Pattern 45 Seq Pattern 46 Seq Pattern 47 Seq Pattern 48 Seq Pattern 49 Seq Pattern 50 Bassline 1 Bassline 2 Bassline 3
065 066 067 068 069 070 071 072 073 074 075 076 077 078 079 080 081 082 083 084 085 086 087 088 089 090 091 092 093 094 095 096 097 098 099 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128
Bassline 4 Bassline 5 Bassline 6 Bassline 7 Bassline 8 Bassline 9 Bassline 10 Bassline 11 Bassline 12 Bassline 13 Bassline 14 Bassline 15 Bassline 16 Bassline 17 Bassline 18 Bassline 19 Bassline 20 Bassline 21 Bassline 22 Bassline 23 Bassline 24 Guitar Arp 1 Guitar Arp 2 Guitar Arp 3 Gtr Backing 1 Gtr Backing 2 Gtr Backing 3 Gtr Backing 4 Gtr Backing 5 Key Backing 1 Key Backing 2 Key Backing 3 Key Backing 4 Key Backing 5 Key Backing 6 Key Backing 7 Key Backing 8 Key Backing 9 Key Backing 10 Key Backing 11 Key Backing 12 Key Backing 13 Key Backing 14 Key Backing 15 Key Backing 16 Phrase Backing 1 Phrase Backing 2 Phrase Backing 3 Phrase Backing 4 Phrase Backing 5 Phrase Backing 6 Phrase Backing 7 Phrase Backing 8 Phrase Backing 9 Phrase Backing10 Phrase Backing11 Phrase Backing12 Phrase Backing13 Phrase Backing14 Whole Note Trig Half Note Trig Graphic Pattern1 Graphic Pattern2 Graphic Pattern3
*
Arpeggio stijlen zijn gangbaar tussen Preset groep en User groep.
244
Nr.
Chord Name
Constituent Notes of Chord Forms (when C4 is pressed)
001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064
C C6 C Maj 7 C Maj 9 C 6/9 C aug C -5 C7 C 7+5 C 7-5 C 7-9 C9 C 7+9 C 9+5 C 9-5 C 11 C +11 C 13 C 13+11 Cm C m6 C m Maj7 C m Maj9 C m 6/9 C m7 C m7-5 C m9 C m9-5 C dim7 C dim9 C sus4 C 7sus4 General 1 General 2 General 3 General 4 General 5 General 6 General 7 General 8 General 9 General 10 General 11 General 12 General 13 General 14 Cluster For Arpeggio 1 For Arpeggio 2 For Arpeggio 3 For Arpeggio 4 Oct Stack 1 Oct Stack 2 5th Stack 1 5th Stack 2 4th Stack 1 4th Stack 2 Blue note Scale Bali Scale Chinese Scale Japanese Scale Ryukyu Scale Gypsy Scale Spanish Scale
C4, E4, G4 C4, E4, G4, A4 C4, E4, G4, B4 C4, E4, G4, B4, D5 C4, E4, G4, A4, D5 C4, E4, G#4 C4, E4, F#4 C4, E4, G4, A#4 C4, E4, G#4, A#4 C4, E4, F#4, A#4 C4, E4, G4, A#4, C#5 C4, E4, G4, A#4, D5 C4, E4, G4, A#4, D#5 C4, E4, G#4, A#4, D5 C4, E4, F#4, A#4, D5 C4, E4, G4, A#4, D5, F5 C4, E4, G4, A#4, D5, F#5 C4, E4, G4, A#4, D5, F5, A5 C4, E4, G4, A#4, D5, F#5, A5 C4, D#4, G4 C4, D#4, G4, A4 C4, D#4, G4, B4 C4, D#4, G4, B4, D5 C4, D#4, G4, A4, D5 C4, D#4, G4, A#4 C4, D#4, F#4, A#4 C4, D#4, G4, A#4, D5 C4, D#4, F#4, A#4, D5 C4, D#4, F#4, A4 C4, D#4, F#4, A4, D5 C4, F4, G4 C4, F4, G4, A#4 C3, G3, C4, E4 C3, G3, C4, D#4 C3, F3, A#4, D4 C3, G3, A#4, C4, D#4 C3, G3, A#4, D4, F4 C3, G#3, C4, D#4, G4 C3, B3, D4, E4, G4 C3, A#3, D4, E4, A4 C3, A#3, D4, F4, A4 C3, A#3, E4, A4, C5 C3, A#3, D4, D#4, G4 C3, A3, D4, D#4, G4 C3, A3, D4, G4 C2, G3, D#4, A#4, D5, F5 A#2, F3, G3, C4 C2, E2, G2, C3, E3, G3, C4, E4, G4 C2, D#2, G2, C3, D#3, G3, C4, D#4, G4 C2, G2, C3, G3, C4, G4, C5, G5, C6 C2, G#2, C3, G#3, C4, G#4, C5, G#5, C6 C4, C5 C3, C4 C4, G4 G3, C4 C4, F4 F3, C4 C4, D#4, F4, F#4, G4, A#4 C4, C#4, D#4, G4, G#4 C4, D4, E4, G4, A4 C4, C#4, F4, G4, A#4 C4, E4, F4, G4, B4 C4, C#4, E4, F4, G4, G#4, B4 C4, C#4, E4, F4, G4, G#4, A#4
*
Akkoord vormen zijn gangbaar tussen Preset groep en User groep.
*
1-32 zijn basisakkoorden.
*
33-64 zijn akkoorden, die voor de arpeggio stijl werken.
Ritme groep lijst USER (User Groep) Patroon naam
Aanbevolen Ritme set
01
Pop 1
USER: 001 StandardKit3
BPM112
02
Pop 2
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
03
Pop 3
PRST: 002 StandardKit2
BPM121
Nr.
*
Aanbevolen Tempo (BPM)
PRST (Preset Groep) Patroon naam
Aanbevolen Ritme set
Aanbevolen Tempo (BPM)
01
Pop 1
PRST: 002 StandardKit2
BPM112
Pop 2
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
Nr.
04
Pop 4
PRST: 020 Nu Technica
BPM098
02
05
Pop 5
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM080
03
Pop 3
PRST: 002 StandardKit2
BPM121
06
Pop 6
PRST: 001 StandardKit1
BPM118
04
Pop 4
PRST: 020 Nu Technica
BPM098
07
Pop 7
PRST: 001 StandardKit1
BPM096
05
Pop 5
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM080
08
Rock 1
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM120
06
Pop 6
PRST: 001 StandardKit1
BPM118
09
Rock 2
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM100
07
Pop 7
PRST: 001 StandardKit1
BPM096
10
Fusion
PRST: 001 StandardKit1
BPM112
08
Rock 1
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM120
11
Funk
PRST: 001 StandardKit1
BPM103
09
Rock 2
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM100
Fusion
PRST: 001 StandardKit1
BPM112
12
Jazz
PRST: 006 Brash Jz Kit
BPM224
10
13
HipHop 1
PRST: 010 HipHop Kit 1
BPM090
11
Funk
PRST: 001 StandardKit1
BPM103
14
HipHop 2
PRST: 009 Limiter Kit
BPM090
12
Jazz
PRST: 006 Brash Jz Kit
BPM224
15
R&B 1
PRST: 014 R&B Kit
BPM120
13
HipHop 1
PRST: 010 HipHop Kit 1
BPM090
16
R&B 2
PRST: 012 HipHop&Latin
BPM090
14
HipHop 2
PRST: 009 Limiter Kit
BPM090
17
Break Beats
PRST: 011 Hip Hop Kit2
BPM155
15
R&B 1
PRST: 014 R&B Kit
BPM120
18
Big Beat
PRST: 005 Rock Kit 2
BPM115
16
R&B 2
PRST: 012 HipHop&Latin
BPM090
19
Drum’n’Bass
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
BPM160
17
Break Beats
PRST: 011 Hip Hop Kit2
BPM155
Big Beat
PRST: 005 Rock Kit 2
BPM115
20
2 Step
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
BPM132
18
21
Trance
PRST: 021 Machine Kit2
BPM136
19
Drum’n’Bass
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
BPM160
22
Techno
PRST: 022 ArtificalKit
BPM135
20
2 Step
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
BPM132
23
Electro
PRST: 008 909 808 Kit
BPM120
21
Trance
PRST: 021 Machine Kit2
BPM136
24
Hardcore
PRST: 022 ArtificalKit
BPM200
22
Techno
PRST: 022 ArtificalKit
BPM135
25
House
PRST: 019 House Kit
BPM125
23
Electro
PRST: 008 909 808 Kit
BPM120
26
Disco
PRST: 003 StandardKit3
BPM120
24
Hardcore
PRST: 022 ArtificalKit
BPM200
27
Reggae
PRST: 001 StandardKit1
BPM078
25
House
PRST: 019 House Kit
BPM125
Disco
PRST: 003 StandardKit3
BPM120
28
Bossa
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
26
29
Latin
PRST: 001 StandardKit1
BPM090
27
Reggae
PRST: 001 StandardKit1
BPM078
30
EL Samba
PRST: 020 Nu Technica
BPM120
28
Bossa
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
31
Tabla Phrases
PRST: 032 Scrh&Voi&Wld
BPM120
29
Latin
PRST: 001 StandardKit1
BPM090
32
*Graceful
USER: 032 *PrstSmplKit
BPM140
30
EL Samba
PRST: 020 Nu Technica
BPM120
31
Tabla Phrases
PRST: 032 Scrh&Voi&Wld
BPM120
32
Perc Phrases
PRST: 031 Percussion
BPM120
De geluidsgegevens (Ritme groep en Ritme set) met dit tekentje gebruiken de Preset samples. Om deze geluidsgegevens te kunnen spelen, moeten de Preset samples daarom geladen worden in de Fantom-Xa.
245
Ritme patroon lijst Nr.
Patroon naam
Aanbevolen Ritme set
Aanbevolen Tempo (BPM)
001 002 003 004
Pop 1-1 Pop 1-2 Pop 1-3 Pop 1-4
PRST: 002 StandardKit2
BPM112
005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064 065 066 067 068 069 070 071 072
Pop 1-5 Pop 1-6 Pop 1-7 Pop 1-8 Pop 2-1 Pop 2-2 Pop 2-3 Pop 2-4 Pop 2-5 Pop 2-6 Pop 2-7 Pop 2-8 Pop 3-1 Pop 3-2 Pop 3-3 Pop 3-4 Pop 3-5 Pop 3-6 Pop 3-7 Pop 3-8 Pop 4-1 Pop 4-2 Pop 4-3 Pop 4-4 Pop 4-5 Pop 4-6 Pop 4-7 Pop 4-8 Pop 5-1 Pop 5-2 Pop 5-3 Pop 5-4 Pop 5-5 Pop 5-6 Pop 5-7 Pop 5-8 Pop 6-1 Pop 6-2 Pop 6-3 Pop 6-4 Pop 6-5 Pop 6-6 Pop 6-7 Pop 6-8 Pop 7-1 Pop 7-2 Pop 7-3 Pop 7-4 Pop 7-5 Pop 7-6 Pop 7-7 Pop 7-8 Rock 1-1 Rock 1-2 Rock 1-3 Rock 1-4 Rock 1-5 Rock 1-6 Rock 1-7 Rock 1-8 Rock 2-1 Rock 2-2 Rock 2-3 Rock 2-4 Rock 2-5 Rock 2-6 Rock 2-7 Rock 2-8
246
(USER: 001 StandardKit3)
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
PRST: 002 StandardKit2
BPM121
PRST: 020 Nu Technica
BPM098
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM080
PRST: 001 StandardKit1
BPM118
PRST: 001 StandardKit1
BPM096
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM120
PRST: 004 Rock Kit 1
BPM100
Nr.
Patroon naam
073 074 075 076 077 078
Fusion 1 Fusion 2 Fusion 3 Fusion 4 Fusion 5 Fusion 6
079 080 081 082 083 084 085 086 087 088 089
Fusion 7 Fusion 8 Funk 1 Funk 2 Funk 3 Funk 4 Funk 5 Funk 6 Funk 7 Funk 8 Jazz 1
090 091 092 093 094 095 096 097 098 099 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144
Jazz 2 Jazz 3 Jazz 4 Jazz 5 Jazz 6 Jazz 7 Jazz 8 Hip Hop 1-1 Hip Hop 1-2 Hip Hop 1-3 Hip Hop 1-4 Hip Hop 1-5 Hip Hop 1-6 Hip Hop 1-7 Hip Hop 1-8 Hip Hop 2-1 Hip Hop 2-2 Hip Hop 2-3 Hip Hop 2-4 Hip Hop 2-5 Hip Hop 2-6 Hip Hop 2-7 Hip Hop 2-8 R&B 1-1 R&B 1-2 R&B 1-3 R&B 1-4 R&B 1-5 R&B 1-6 R&B 1-7 R&B 1-8 R&B 2-1 R&B 2-2 R&B 2-3 R&B 2-4 R&B 2-5 R&B 2-6 R&B 2-7 R&B 2-8 Break Beats 1 Break Beats 2 Break Beats 3 Break Beats 4 Break Beats 5 Break Beats 6 Break Beats 7 Break Beats 8 Big Beat 1 Big Beat 2 Big Beat 3 Big Beat 4 Big Beat 5 Big Beat 6 Big Beat 7 Big Beat 8
Aanbevolen Ritme set
Aanbevolen Tempo (BPM)
PRST: 001 StandardKit1
BPM112
PRST: 001 StandardKit1
BPM103
PRST: 006 Brash Jz Kit
BPM224
PRST: 010 HipHop Kit 1
BPM090
PRST: 009 Limiter Kit
BPM090
PRST: 014 R&B Kit
BPM120
PRST: 012 HipHop&Latin
BPM090
PRST: 011 Hip Hop Kit2
BPM155
PRST: 005 Rock Kit 2
BPM115
Ritme patroon lijst
Nr.
Patroon naam
145 146 147 148 149 150
Drum’n’Bass 1 Drum’n’Bass 2 Drum’n’Bass 3 Drum’n’Bass 4 Drum’n’Bass 5 Drum’n’Bass 6
151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161
Drum’n’Bass 7 Drum’n’Bass 8 2 Step 1 2 Step 2 2 Step 3 2 Step 4 2 Step 5 2 Step 6 2 Step 7 2 Step 8 Trance 1
162 163 164 165 166 167 168 169 170 171 172 173 174 175 176 177 178 179 180 181 182 183 184 185 186 187 188 189 190 191 192 193 194 195 196 197 198 199 200 201 202 203 204 205 206 207 208 209 210 211 212 213 214 215 216
Trance 2 Trance 3 Trance 4 Trance 5 Trance 6 Trance 7 Trance 8 Techno 1 Techno 2 Techno 3 Techno 4 Techno 5 Techno 6 Techno 7 Techno 8 Electro 1 Electro 2 Electro 3 Electro 4 Electro 5 Electro 6 Electro 7 Electro 8 Hardcore 1 Hardcore 2 Hardcore 3 Hardcore 4 Hardcore 5 Hardcore 6 Hardcore 7 Hardcore 8 House 1 House 2 House 3 House 4 House 5 House 6 House 7 House 8 Disco 1 Disco 2 Disco 3 Disco 4 Disco 5 Disco 6 Disco 7 Disco 8 Reggae 1 Reggae 2 Reggae 3 Reggae 4 Reggae 5 Reggae 6 Reggae 7 Reggae 8
Aanbevolen Ritme set
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
PRST: 018 Kit-Euro: Pop
Aanbevolen Tempo (BPM)
BPM160
BPM132
PRST: 021 Machine Kit2
BPM136
PRST: 022 ArtificalKit
BPM135
PRST: 008 909 808 Kit
BPM120
PRST: 022 ArtificalKit
BPM200
Nr.
Patroon naam
217 218 219 220 221 222
Bossa 1 Bossa 2 Bossa 3 Bossa 4 Bossa 5 Bossa 6
223 224 225 226 227 228 229 230 231 232 233
Bossa 7 Bossa 8 Latin 1 Latin 2 Latin 3 Latin 4 Latin 5 Latin 6 Latin 7 Latin 8 El Samba 1
234 235 236 237 238 239 240 241 242 243 244 245 246 247 248
El Samba 2 El Samba 3 El Samba 4 El Samba 5 El Samba 6 El Samba 7 El Samba 8 Tabla Phrase 1 Tabla Phrase 2 Tabla Phrase 3 Tabla Phrase 4 Tabla Phrase 5 Tabla Phrase 6 Tabla Phrase 7 Tabla Phrase 8
Aanbevolen Tempo (BPM)
PRST: 001 StandardKit1
BPM120
PRST: 001 StandardKit1
BPM090
PRST: 020 Nu Technica
BPM120
PRST: 032 Scrh&Voi&Wld
BPM120
USER (User Group) Nr.
Patroon naam
249 250 251 252 253 254 255 256
*Graceful 1 *Graceful 2 *Graceful 3 *Graceful 4 *Graceful 5 *Graceful 6 *Graceful 7 *Graceful 8
* PRST: 019 House Kit
Aanbevolen Ritme set
BPM125
Aanbevolen Ritme set
Aanbevolen Tempo (BPM)
USER: 032 *PrstSmpl Kit
BPM140
De geluidsgegevens (Ritme patroon en Ritme set) met dit tekentje gebruiken de Preset samples. Om deze geluidsgegevens te kunnen spelen, moeten de Preset samples daarom in de Fantom-Xa geladen worden.
PRST (Preset Group) PRST: 003 StandardKit3
PRST: 001 StandardKit1
Nr.
Patroon naam
249 250 251 252 253 254 255 256
Perc Phrase 1 Perc Phrase 2 Perc Phrase 3 Perc Phrase 4 Perc Phrase 5 Perc Phrase 6 Perc Phrase 7 Perc Phrase 8
BPM120
BPM078
Aanbevolen Ritme set
Aanbevolen Tempo (BPM)
PRST: 031 Percussion
BPM120
247
Over MIDI MIDI (Musical Instruments Digital Interface) is een standaard specificatie, die u in staat stelt om muzikale data uit te wisselen tussen elektronische muziekinstrumenten en computers. Met een MIDI kabel die MIDI apparaten apparaten verbindt die met MIDI aansluitingen uitgerust zijn, kunt u meerdere instrumenten met één enkele keyboard bespelen, meerdere MIDI instrumenten als een ensemble uit laten voeren, de instellingen zo programmeren dat ze automatisch veranderen om de perfomance te evenaren, terwijl de song verder gaat, en meer. Als u de Fantom-Xa voornamelijk gebruikt als op zichzelf staanhet keyboard, hoeft u niet zoveel te weten over MIDI. De volgende MIDI- gerelateerde informatie wordt echter geleverd, zodat u de Fantom-Xa als een extern MIDI apparaat kunt bespelen of andere geavanceerde technieken kunt gebruiken.
Over MIDI aansluitingen De Fantom-Xa is voorzien van drie soorten MIDI connectoren, waarvan elke anders werkt.
fig.MidiCh1.e
De kabel van de antenne bevat de TV signalen van veel TV-zenders. Zender A
Zender B
Zender C De TV wordt ingesteld op het kanaal van het station dat u wilt bekijken.
MIDI gebruikt zestien kanalen; 1 tot16. Stel het ontvangstapparaat zo in dat het alleen het kanaal zal ontvangen dat het hoort te ontvangen. Voorbeeld: Stel de Fantom-Xa in om Channel 1 en Channel 2 te sturen, en stel dan geluidsmodule A in om alleen Channel 1 en geluidsmodule B in om alleen Kanaal B te ontvangen. Met deze setup kunt een ensembele performance verkrijgen met bijvoorbeeld een gitaargeluid van geluidsmodule A en bas van geluidsmodule B. fig.MidiCh2.e
MIDI OUT
MIDI IN
MIDI THRU
fig.MidiCon
Verzendkanaal: 1, 2
MIDI keyboard
MIDI IN aansluiting Deze aansluiting ontvangt MIDI berichten, die via externe MIDI apparaten overgebracht worden. De Fantom-Xa kan deze berichten ontvangen om noten te spelen of geluiden te selecteren.
MIDI OUT aansluiting Deze aansluiting brengt MIDI berichten over naar externe MIDI apparaten. De MIDI OUT aansluiting van de Fantom-Xa wordt gebruikt om zowel performance data van het keyboard controller sectie als data gebruikt voor het opslaan van verschillende instellingen en patronen te versturen.
MIDI THRU aansluiting MIDI berichten ontvangen bij MIDI IN worden onveranderd opnieuw overgebracht via deze verbinding naar een extern MIDI apparaat. Gebruik dit in situaties, wanneer u meerdere MIDI apparaten gelijktijdig gebruikt.
Geluidsmodule A
Ontvangstkanaal: 1
Geluids- Ontvangstkanaal: 2 module B
Wanneer gebruikt als geluidsmodule kan de Fantom-Xa maximaal zestien MIDI kanalen ontvangen. Geluidsmodules, zoals de Fantom-Xa die meerdere MIDI kanalen gelijktijdig kunnen ontvangen om verschillende geluiden op ieder kanaal te spelen, worden multitimbrale geluidsmodules genoemd.
General MIDI General MIDI is een set aanbevelingen die een weg zoekt om de beperkingen van gepatenteerde ontwerpen voorbij te streven en het MIDI vermogen van geluidsgenerende apparaten te standaardiseren. Geluidsgenererende apparaten en muziekbestanden, die aan de General MIDI standaard voldoen dragen het General MIDI logo (
). Muziekbestanden, die
het General MIDI logo dragen, kunnen afgespeeld worden met behulp van een ander General MIDI geluidsgenerend apparaat om in essentie dezelfde muzikale performance te produceren.
General MIDI 2 De opwaarts compatibele General MIDI 2 (
MIDI kanalen en multi-timbrale geluidsgeneratoren MIDI brengt vele soorten data over via één enkele MIDI kabel. Dit is mogelijk gemaakt door het concept van MIDI kanalen. MIDI kanalen stellen u in staat berichten bedoeld voor een bepaald instrument te onderscheiden van berichten die bedoeld zijn voor een ander instrument. In sommige gevallen lijken MIDI kanalen op televisiekanalen. Door het kanaal op een televisietoestel te veranderen, kunt u de pogramma’s bekijken die door verschillende stations worden uitgezonden. Op dezelfde manier stelt MIDI een ander apparaat ook in staat om de informatie bedoeld voor dat apparaat te selecteren uit de verscheidenheid van informatie, die er door heen gestuurd wordt.
248
MIDI IN
)
aanbevelingen beginnen waar de originele General MIDI is gebleven, en bieden verbeterde expressieve vermogens en nog grotere compatibiliteit. Onderwerpen die niet door de General MIDI aanbevelingen gedekt werden, zoals hoe geluiden bewerkt dienen te worden en hoe effecten gebruikt moeten worden zijn nu precies gedefinieerd. Bovendien zijn de beschikbare geluiden uitgebreid. General MIDI 2 compatibele geluidsgenerators zijn in staat om muziekbestanden, die het General MIDI of General MIDI 2 logo dragen, betrouwbaar af te spelen. In sommige gevallen wordt aan het conventionele logo van General MIDI, die de nieuwe verbeteringen niet bevat, gerefereerd als “General MIDI 1” als een manier om het te onderscheiden van General MIDI 2.
MIDI Implementation Chart (Sound Generator Section) Model Fantom-Xa MIDI Implementation Chart
MIDI Implementatiekaart Verzonden
Functie...
Versie : 1.00
Herkend
Opmerkingen
Basic Channel
Default Changed
1–16 1–16
1–16 1–16
Memorized
Mode
Default Messages Altered
Mode 3 Mono, Poly
Mode 3 Mode 3, 4 (M = 1)
*2
Note Number : True Voice
**************
0–127 **************
0–127 0–127
Velocity
Note On Note Off
O O
O O
After Touch
Key’s Channel’s
X O
O O
*1 *1
O
O
*1
Pitch Bend 0, 32 1 2 4 5 6, 38 7 8 10 11 16 17 18 19 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 80 81 82 83 84 91 92 93 94 95 1–31, 64–95 98, 99 100, 101
Control Change
O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O O X X
O O O O O O O X O O X X X X O O O O O O X O O O O O O O O O O O O O O X O X X O X O
*1
*1 *1
Bank select Modulation Breath type Foot type Portamento time Data entry Volume Balance Panpot Expression General purpose controller 1 General purpose controller 2 General purpose controller 3 General purpose controller 4 Hold 1 Portamento Sostenuto Soft Legato foot switch Hold 2 Sound variation Resonance Release time Attack time Cutoff Decay time Vibrato rate Vibrato depth Vibrato delay General purpose controller 5 General purpose controller 6 General purpose controller 7 General purpose controller 8 Portamento control General purpose effects 1 Tremolo General purpose effects 3 Celeste Phaser Pedal, Knob, D Beam NRPN LSB, MSB RPN LSB, MSB
*1 *1 *1
*1
(Tone 1 Level) (Tone 2 Level) (Tone 3 Level) (Tone 4 Level) (Reverb) (Chorus)
O 0–127
*1
**************
System Exclusive
O
O
*1
: Song Position System : Song Select Common : Tune Request
X X X
X X X
: Clock System Real Time : Commands
X X
X X
Program Change
O : True Number
X : All Sound Off : Reset All Controllers O Aux X : Local On/Off Messages : All Notes Off O O : Active Sensing X : System Reset Notes Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 3 : OMNI OFF, POLY
*1
*3 *3 *1
Program No. 1–128
O O X O (123–127) O X
* 1 O X is selectable. * 3 Transmitted only when V-LINK is ON. * 2 Recognized as M=1 even if M≠1. Mode 2 : OMNI ON, MONO Mode 4 : OMNI OFF, MONO
O : Ja X : Nee
249
MIDI Implementation Chart (Sequencer Section)
MIDI Implementatiekaart
Model Fantom-Xa
Verzonden
Functie...
Herkend
Basic Channel
Default Changed
All channel X
All channel 1–16
Mode
Default Messages Altered
X X
X X
Versie : 1.00 Opmerkingen There is no specific basic channel.
**************
0–127
Note Number : True Voice
**************
0–127 0–127
Velocity
Note On Note Off
O O
O O
After Touch
Key’s Channel’s
O O
O O
*1 *1
O
O
*1
O
O
*1
O
O 0–127
*1
**************
System Exclusive
O
O
*1
: Quarter Frames System : Song Position Common : Song Select : Tune Request
O O X O
*1 *1
O O X O
*2 *1
System : Clock Real Time : Commands
O O
*1 *1
O O
*1 *1
*2 *3
O O X O (123–127) O X
*3
Pitch Bend 0–119
Control Change
Program Change
: True Number
O : All Sound Off : Reset All Controllers O Aux X : Local On/Off Messages : All Notes Off O O : Active Sensing X : System Reset Notes
Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 3 : OMNI OFF, POLY
250
*1 O X is selectable. *2 Not stored/transmitted when received, but can be created and transmitted using Microscope. *3 Mode Messages (123–127) are recorded and transmitted, after all currently sounding notes are turned off. The All Note Message itself is not recorded or transmitted. However, it can be created in Microscope and transmitted. Mode 2 : OMNI ON, MONO O : Ja Mode 4 : OMNI OFF, MONO X : Nee
Specificaties Fantom-Xa: Synthesizer keyboard (Conformeert aan het General MIDI 2 System)
Sampling sectie Data formaat
Keyboard 61 toetsen (met aanslaggevoeligheid)
16-bit lineair (bestandstype: .WAV/.AIFF)
Sampling frequentie
Geluidsgenerator sectie Maximum polyfonie 128 stemmen (gedeeld met de sampling sectie)
44.1 kHz (vaststaand)
Maximum sampling tijd • Wanneer sampling geheugen niet is uitgebreid (4 MB) mono: ongeveer 47 sec., stereo: ongeveer 23,5 sec.
Parts
Wanneer sampling geheugen is uitgebreid met DIMM (516 MB) • mono: ongeveer 102 min., stereo: ongeveer 51 min.
16 Parts
Aantal samples
Wave geheugen 64 M bytes (16-bit lineair equivalent)
Gebruikersgeheugen: 2.000 (maximum totaal ongeveer 4 MB) Kaartgeheugen:
Waveforms 1228
7.000 (PC kaart)
Sequencer sectie
Preset geheugen
Tracks
Patches:
768 + 256 (GM2)
Ritme sets:
36 + 9 (GM2)
Performances:
64
Gebruikersgeheugen Patches:
256
Ritme sets:
32
Performances:
64
Kaartgeheugen (PC kaart) Patches:
256
Ritme sets:
32
Performances:
64
Effecten:
Phrase tracks (16 MIDI kanalen per track): 16 Tempo track:
1
Beat track:
1
Patronen:
100
Resolutie 480 TPQN
Tempo 5-300
Noot capaciteit Ongeveer 400.000 noten
Song lengte
Multi-effecten:
3 processors, 78 types
Chorus:
3 types
Reverb:
5 types
Input effecten:
6 types
9.998 maten
Opnamemethode Realtime en Step opnamen
Mastering effecten: 3-band compressor
251
Specificaties
Overige
Externe opslag toepassing PC kaart: 1 sleuf (ondersteunt SmartMedia en CompactFlash met gebruikmaking van een PC kaart adapter)
Arpeggiator Preset:
128
User:
128
Stroomtoevoer DC 9 V (Adapter)
Ritme patroon Preset:
256 (32 groepen)
User:
256 (32 groepen)
Akkoord geheugen Preset:
64
User:
64
Stroomverbruik 1200 mA
Afmetingen 1065 (W) x 358 (D) x 114 (H) mm
Gewicht
Display Grafische 240 x 64 ‘dots’ verlicht LCD (Kleur)
10.9 kg
Accessoires
Pad knoppen
Gebruikershandleiding CD-ROM (Editor, USB MIDI driver)
10 Pads (Trigger/Categorie selectie/Numerieke toetsen
PC kaart beschermer
Controllers Pitch Bend/Modulation Lever Controller knop x 4
adapter (PSB-1U)
Opties
Assignable switch (Toewijsbare schakelaar) x 2
Wave uitbreidingskaart: SRX serie
D Beam controller
Keyboard standaard: KS-12 Pedaalschakelaar: DP-2, DP-8
Aansluitingen
Voetschakelaar:
Koptelefoon jack
BOSS FS-5U
Expressie pedaal: EV-5
A (MIX) OUTPUT jacks (L/MONO, R): _ inch TRS B Output jacks (L, R): 1/4 Input jacks (L/MONO/MIC, R): 1/4 inch Hold Pedal jack (Half Pedal herkenning) Control Pedal jack (toekenbaar)
962a
*
In het belang van productverbetering zijn de specificaties en/of het uiterlijk van dit apparaat onderhevig aan verandering zonder voorafgaand bericht.
*
Er is ook een afzonderlijke publicatie getiteld “MIDI uitvoering.” Het geeft details over de manier waarop MIDI op dit apparaat is uitgevoerd. Als u deze publicatie nodig hebt (zoals wanneer u bytelevel programmering uit wilt voeren), dan kunt u contact opnemen met het dichtstbijzijnde Roland Service centrum of geautoriseerde Roland distributeur.
MIDI aansluitingen (IN, OUT, THRU) USB connector (ondersteunt bestandstransfer en MIDI) adapter jack
Uitbreidingsgleuven • Uitbreiding van waveforms en Patches voor de interne geluidsgenerator SRX expansion board: 1 sleuf • Uitbreiding van sample geheugen DIMM: 1 sleuf (ondersteunt 128 MB, 256 MB, 512 MB (3,3V))
252
Index Symbolen .MID ................................................................................ 24 .SVQ ................................................................ 24, 204, 207 .WAV ............................................................. 105, 204, 207
Numerieken 2BAND CHORUS ....................................................... 2BAND FLANGER ..................................................... 2BAND STEP FLANGER ........................................... 2VOICE PITCH SHIFTER .......................................... 3D CHORUS ................................................................ 3D DELAY .................................................................... 3D Effects ...................................................................... 3D FLANGER .............................................................. 3D STEP FLANGER .................................................... 3TAP PAN DELAY ..................................................... 4TAP PAN DELAY .....................................................
174 174 175 183 173 180 188 173 173 178 179
A Aansluiting Versterker en speaker systeem ................................15 Aantal stemmen...............................................................75 Aan/uit Externe Input............................................................101 A-Env Level 1–3 Patch ............................................................................48 Ritme Set .....................................................................64 A-Env T1 V-Sens Patch ............................................................................48 Ritme Set .................................................................... 64 A-Env T4 V-Sens Patch ............................................................................48 Ritme Set .....................................................................64 A-Env Time 1–4 Patch ............................................................................48 Ritme Set .....................................................................64 A-Env Time KF .............................................................. 48 Afspelen Demo Song .................................................................17 Aftertouch Time Ctrl Sens ........................................... 58 AIFF ............................................................... 105, 204, 207 Alter Pan Depth ............................................................. 48 Alternate Pan Depth ..................................................... 64 AMP .............................................................................. 109 Analog Feel .................................................................... 40 Arabian Scale ................................................................. 76 Arp/Rhythm Sync Switch ......................................... 200 Arpeggio ......................................................................... 86 Assign to Keyboard .................................................... 113 Assign to Pad ............................................................... 112 Assign Type ................................................................... 58 Assignable D Beam ........................................................................82 Attack ............................................................................ 102 Attack Time Offset ........................................................ 40 Auto Chop .................................................................... 111
Auto divide Sampling ................................................ 100 AUTO PAN .................................................................. 169 Auto Punch-In .............................................................. 125 AUTO TRIG ................................................................. 100 Auto Trigger Level ...................................................... 100 AUTO WAH ................................................................. 167
B Base Note ...................................................................... 118 Beat Auto Chop ................................................................111 Beat Indicator Mode .................................................... 200 Beat Track ....................................................................... 24 Bend ................................................................................. 74 Bender and Modulation Part Select .......................... 195 Bestand .......................................................................... 204 Bestandsnaam .............................................................. 151 Bewerken .............................................................. 131, 133 Sample .......................................................................104 Bias Patch ............................................................................47 Bias Direction ................................................................. 47 Bias Level ........................................................................ 47 Bias Position ................................................................... 47 Booster ............................................................................ 39 Booster 1&2, 3&4 ........................................................... 39 Booster Gain ................................................................... 39 BPM Arpeggio .....................................................................86 Rhythm Pattern..........................................................95 Sample .......................................................................107 Song ...................................................................120, 123 Brightness Ctrl ............................................................. 213
C Card Sample .......................................................................104 Card Format ......................................................... 203, 205 Categorie ......................................................................... 32 Center Canceler ........................................................... 102 Ch Balance .................................................................... 102 Chain Play .................................................................... 119 Change Channel .......................................................... 139 Change Duration ......................................................... 140 Change Velocity ........................................................... 139 CHOP ............................................................................ 110 Chop Type .................................................................... 111 Chord Form .................................................................... 92 Chord Memory .............................................................. 92 CHORUS ............................................... 171–174, 184–187 Chorus ..................................................................... 22, 189 Chorus Level ........................................................ 159, 161 Chorus Output Assign ........................................ 159, 161 Chorus Output Select .......................................... 159, 161 Chorus Send Level Solo Synth .......................................................... 81, 202
253
Index
Chorus Source ...................................................... 159, 161 Chorus Type ................................................. 159, 161, 189 Clip 1 Note No. ............................................................ 213 Clip Filter ...................................................................... 213 Color Cb Ctrl ................................................................ 213 Color Cr Ctrl ................................................................ 213 COMBINE .................................................................... 111 Compare Functie Patch ............................................................................36 Ritme Set .....................................................................56 COMPRESSOR ............................................................ 176 Compressor .................................................................. 102 Continuous Hold Pedal ........................................ 85, 195 Contrast .......................................................................... 16 Control Pedal ........................................................... 18, 85 Control Pedal Assign ............................................ 85, 195 Control Pedal Polarity .......................................... 85, 195 Control Setting ............................................................... 34 Control Switch ............................................................... 42 Controller Sectie ............................................................ 19 Copy .................................................. 36, 56, 137, 148, 205 Count In ........................................................................ 124 Create ............................................................................ 147 Create Multisample ..................................................... 114 Create Rhythm ............................................................. 114 CTRL 1–4 Destination 1–4 ............................................ 49 CTRL 1–4 Sens 1–4 ........................................................ 50 CTRL 1–4 Source ........................................................... 49 CTRL 1–4 Switch 1–4 .................................................... 50 Ctrl Tx Ch ..................................................................... 213 Cursor ............................................................................. 27 Curve ............................................................................... 75 Cutoff Frequency Patch ............................................................................45 Ritme Set .....................................................................62 Cutoff Keyfollow ........................................................... 45 Cutoff Offset ................................................................... 40 Cutoff V-Curve Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................62 Cutoff V-Sens Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................62
D D Beam Assignable ..................................................................82 Pad Trigger .................................................................82 Solo Synth ...................................................................81 D Beam Controller ........................................................ 34 D Beam Part Select ...................................................... 201 D Beam Sens ................................................................. 201 Data Thin ...................................................................... 143 DEC ................................................................................. 27 De Clip Filter gebruiken ............................................. 213 Default File Type ......................................................... 193 DELAY .................................................. 177–181, 185–187
254
Delay ............................................................................... 75 Delay Time ..................................................................... 52 Delay Time KF ............................................................... 52 Delete .................................................................... 136, 205 Demo Song ..................................................................... 17 Depth ............................................................................... 75 Destination ................................................................... 162 Device ID ...................................................................... 197 Display ............................................................................ 16 Dissolve Time ............................................................... 213 DISTORTION ....................................................... 175, 185 Drop Format ................................................................. 199
E Editor ............................................................................. 210 Effect ................................................................................ 22 Effecten ......................................................... 157–158, 160 EMPHASIS ................................................................... 108 End ................................................................................. 106 End Point .............................................................. 125, 133 ENHANCER ................................................ 166, 185–186 Enhancer ....................................................................... 102 Envelope ......................................................................... 19 Pitch .......................................................................44, 60 TVA........................................................................48, 64 TVF.........................................................................46, 63 Equalize ........................................................................ 102 EQUALIZER ................................................................ 165 Erase ...................................................................... 136, 147 Exchange ....................................................................... 143 Extract ........................................................................... 141
F Factory Reset ................................................................ 203 Fade Ctrl ....................................................................... 213 Fade Mode ...................................................................... 53 Fade Time ....................................................................... 53 Fantom-X Editor .......................................................... 210 Fantom-X Librarian ..................................................... 210 Favorite Patch ................................................................ 31 F-Env Depth Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 F-Env Level 0–4 Patch ............................................................................46 Ritme Set .................................................................... 63 F-Env T1 V-Sens Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 F-Env T4 V-Sens Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 F-Env Time 1–4 Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 F-Env Time KF ............................................................... 46
Index
F-Env V-Curve Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 F-Env V-Sens Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 File Utility ..................................................................... 204 Filter Type Patch ............................................................................45 Ritme Set .....................................................................62 Fine .................................................................................. 74 FLANGER .................................... 171, 173–175, 184–187 Functieknop .................................................................... 26 FXM ........................................................................... 43, 59 FXM Color ...................................................................... 43 Ritme Set .....................................................................59 FXM Depth ..................................................................... 43 Ritme Set .....................................................................59 FXM Switch .................................................................... 43 Ritme Set .....................................................................59
Initializing .................................................................... 205 Geheugenkaart .........................................................203 Patch instelling...........................................................36 Performance instelling ..............................................72 Ritme Set instelling....................................................56 INPUT ........................................................................... 100 Input Effect ................................................................... 102 Center Canceler .......................................................102 Compressor ..............................................................102 Enhancer ..................................................................102 Equalizer ..................................................................102 Limiter .......................................................................102 Noise Suppressor.....................................................102 Input Effect Setup ........................................................ 102 Input Instelling ............................................................ 101 Input Quantize ............................................................. 126 Input Select ................................................... 100–101, 193 Input Source ................................................................. 101 Insert .............................................................................. 138 ISOLATOR ................................................................... 165
G
K
Gap Time .............................................................. 100, 193 GATE ............................................................................. 177 GATED REVERB ......................................................... 184 Geheugen ................................................................ 21, 216 Geheugenkaart ................................................ 22, 24, 218 Gelijke temperatuur ...................................................... 76 Gelijktijdige Polyfonie ................................................... 21 Geluidsgenerator Sectie ................................................ 19 General MIDI ............................................................... 248 General MIDI 2 ............................................................ 248 Grid Quantize Strength .............................................. 126 Grid Resolution ........................................................... 126 GUITAR AMP SIMULATOR .................................... 176
K.L ................................................................................... 75 K.U ................................................................................... 75 Kbd ............................................................................ 73, 75 Kbd Patch Rx/Tx Channel ......................................... 197 Key Fade Lower ............................................................. 42 Key Fade Upper ............................................................. 42 Key Range Lower .......................................................... 42 Key Range Upper .......................................................... 42 Key Trigger ..................................................................... 53 Keyboard switch ............................................................ 68 Keyboard Velocity ....................................................... 195 Knob C1–4 Assign ......................................................... 83 Knob C1–C4 Assign .................................................... 196 Knob Part Select ........................................................... 196 Knop Selecteren ..................................................................106 Kopiëren ....................................................................... 205 Patch (Toon) instelling .............................................36 Ritme Toon instelling ............................................... 56
H HEXA-CHORUS .......................................................... 172 Hi Attack ...................................................................... 191 Hi Level ........................................................................ 191 Hi Ratio ......................................................................... 191 Hi Release ..................................................................... 191 Hi Thresh ...................................................................... 191 High Freq ...................................................................... 102 High Gain ..................................................................... 102 Hold Functie ................................................................ 117 Hold Pedal ...................................................................... 18 Hold Pedal Polarity ............................................... 85, 195 HUMANIZER .............................................................. 167
I Import Audio ....................................................... 105, 208 In FX Type .................................................................... 101 INC .................................................................................. 27 INFINITE PHASER ..................................................... 168
L Laden ..................................................................... 131, 153 Sample ......................................................................104 LAYER ............................................................................ 26 Layer ................................................................................ 69 LCD Contrast ......................................................... 16, 193 Legato .............................................................................. 76 Legato Retrigger ............................................................ 41 Legato Switch Patch ...........................................................................41 Performance ...............................................................76 Level Auto Chop ................................................................111 Solo Synth ..........................................................81, 202
255
Index
Level V-Curve Patch ............................................................................47 Ritme Set .....................................................................64 Level V-Sens Patch ............................................................................47 Ritme Set .....................................................................64 LFO ............................................................................ 20, 52 Librarian ....................................................................... 210 LIMITER ....................................................................... 176 Limiter ........................................................................... 102 Lijst Patch ......................................................................30–31 Ritme Set ...............................................................30–31 Lo Level ........................................................................ 191 Load ............................................................................... 153 Load all Samples ......................................................... 153 Load Demo Song at Startup ....................................... 193 Load Preset Samples at Startup ................................. 193 Load Song ..................................................................... 153 Load Song+Smpls ....................................................... 153 Load User Samples at Startup ................................... 193 Local Switch ................................................................. 197 Locate Position ............................................................. 132 LOFI COMPRESS ........................................................ 182 LOFI NOISE ................................................................. 181 LOFI RADIO ................................................................ 182 LONG DELAY ............................................................. 177 LONG TIME CTRL DELAY ...................................... 181 Loop End Fine .............................................................. 107 Loop Mode ................................................................... 107 Loop Play ...................................................................... 121 Loop Point .................................................................... 133 Loop Recording ........................................................... 125 Loop Start ..................................................................... 106 Loop Start Fine ............................................................ 107 Loop Tune .................................................................... 107 Loop Waveform ............................................................. 37 Loop/Punch ................................................................. 125 Low Attack ................................................................... 191 LOW BOOST ................................................................ 165 Low Freq ....................................................................... 102 Low Frequency Oscillator ............................................ 20 Low Gain ...................................................................... 102 Low Ratio ..................................................................... 191 Low Release ................................................................. 191 Low Thresh .................................................................. 191
M Mac OS .......................................................................... 211 Manual Punch-In ......................................................... 125 Master Key Shift .......................................................... 194 Master Level ................................................................. 194 Master Tune ................................................................. 194 Mastering Effect ..................................................... 22, 191 Matrix Control ............................................................... 49 Merge ............................................................................ 140 Metronome Level ........................................................ 200
256
Metronome Mode ........................................................ 200 Metronome Sound ....................................................... 200 MFX CvAY .........................................................................180 3D FLANGER...........................................................173 3D STEP FLANGER ................................................173 3TAP PAN DELAY..................................................178 4TAP PAN DELAY..................................................179 AUTO PAN ..............................................................169 AUTO WAH.............................................................167 CHORUS ...................................................171, 184–187 COMPRESSOR.........................................................176 DELAY ......................................................177, 185–187 DISTORTION ...................................................175, 185 ENHANCER.............................................166, 185–186 EQUALIZER.............................................................165 FLANGER.................................................171, 184–187 GATE .........................................................................177 GATED REVERB .....................................................184 GUITAR AMP SIMULATOR.................................176 HEXA-CHORUS ......................................................172 HUMANIZER ..........................................................167 INFINITE PHASER .................................................168 ISOLATOR................................................................165 LIMITER....................................................................176 LOFI COMPRESS ....................................................182 LOFI NOISE..............................................................181 LOFI RADIO.............................................................182 LONG DELAY .........................................................177 LONG TIME CTRL DELAY ...................................181 LOW BOOST ............................................................165 MODULATION DELAY ........................................178 MULTI STAGE PHASER........................................168 MULTI TAP DELAY ...............................................179 OVERDRIVE.............................................175, 184–185 PHASER ....................................................................168 PHONOGRAPH ......................................................182 PITCH SHIFTER ......................................................183 REVERB.....................................................................184 REVERSE DELAY....................................................179 RING MODULATOR..............................................169 ROTARY ...................................................................170 SERIAL DELAY .......................................................178 SHUFFLE DELAY ...................................................180 SLICER ......................................................................170 SPACE-D...................................................................172 SPEAKER SIMULATOR.........................................167 SPECTRUM ..............................................................165 STEP FILTER ............................................................166 STEP FLANGER ......................................................172 STEP PAN.................................................................170 STEP PHASER..........................................................168 STEP PITCH SHIFTER............................................183 STEP RING MODULATOR ...................................169 SUPER FILTER.........................................................166 SYMPATHETIC RESONANCE.............................187 TAPE ECHO .............................................................181 TELEPHONE............................................................182
Index
TIME CTRL DELAY................................................180 TREMOLO................................................................169 TREMOLO CHORUS..............................................172 VK ROTARY ............................................................171 VS DISTORTION.....................................................175 VS OVERDRIVE ......................................................175 MFX Chorus Send Level .................................... 158, 160 MFX Output Assign ............................................ 159, 161 MFX Output Level .............................................. 158, 160 MFX Reverb Send Level ..................................... 159–160 MFX Source .................................................................. 160 MFX Structure ...................................................... 160, 163 MFX Type ............................................................. 158, 160 MFX1–3 ......................................................................... 162 Micro Edit ..................................................................... 144 Mid Attack .................................................................... 191 Mid Level ...................................................................... 191 Mid Ratio ...................................................................... 191 Mid Release .................................................................. 191 Mid Thresh ................................................................... 191 MIDI Aansluiting ........................................................ 248 MIDI Clock ................................................................... 199 MIDI IN ........................................................................ 248 MIDI Kanaal ......................................................... 139, 248 MIDI Mode ........................................................... 206, 209 MIDI OUT .................................................................... 248 MIDI THRU ................................................................. 248 MIDI Update ................................................................ 120 Mix ................................................................................. 102 Mix In Cho Send Level ............................................... 101 Mix In Output Asgn .................................................... 101 Mix In Output Level ................................................... 101 Mix In Rev Send Level ................................................ 101 Mix Sampling ............................................................... 100 Mix/Parallel ................................................................. 194 MIXER ............................................................................. 26 MMC Mode .................................................................. 198 MMC Output ............................................................... 198 Modulation ..................................................................... 18 Modus ............................................................................. 26 MODULATION DELAY ............................................ 178 Mono/Poly Patch ............................................................................41 Performance ...............................................................76 Monophonic ................................................................... 34 Move ..................................................................... 147, 205 MTC ............................................................................... 199 MTC Error Level ......................................................... 199 MTC Frame Rate ......................................................... 198 MTC Offset Time Frame ............................................. 199 MTC Offset Time Hour .............................................. 198 MTC Offset Time Minute ........................................... 198 MTC Offset Time Second ........................................... 198 MTC Sync Output ....................................................... 198 MULTI STAGE PHASER ........................................... 168 MULTI TAP DELAY ................................................... 179 Multi-Effecten ........................................................ 22, 162 Multi-Effects Control .................................................. 163
Multisample ........................................................... 25, 114 Multi-timbrale geluidsgenerator ............................... 248 Mute ........................................................................ 71, 132 Mute Group .................................................................... 58
N Naam ....................................................................... 28, 149 Noise Suppressor ......................................................... 102 Non-Drop Format ........................................................ 199 NORMALIZE ............................................................... 109 Note Pad .............................................................................117 Note Tx Ch ................................................................... 213
O Octave ............................................................................. 74 Octave Shift ........................................................ 18, 33, 40 Offset ............................................................................... 52 One Shot Mode .............................................................. 58 One-shot Waveform ...................................................... 37 Opnemen Song ...........................................................................122 Opslaan ................................................................. 150–152 Patch ............................................................................37 Performance................................................................72 Ritme Groep ...............................................................99 Ritme Patroon.............................................................98 Ritme Set .....................................................................57 Sample .......................................................................116 Systeeminstelling .....................................................192 Org Key ......................................................................... 107 Output ............................................................................. 74 Output Gain ................................................................. 194 Output Setting Patch ............................................................................54 Ritme Set .....................................................................65 OVERDRIVE ................................................ 175, 184–185
P Pad Sample .......................................................................112 Pad Common Velo ...................................................... 117 Pad Control Mode ......................................................... 82 Pad Exchange ............................................................... 118 Pad Number ................................................................. 117 D Beam ........................................................................82 Pad Patch Rx/Tx Channel .......................................... 197 Pad Setting .................................................................... 117 Pad Trigger ..................................................................... 82 Pad Velocity D Beam ........................................................................82 PAN ....................................................................... 169–170 Pan Depth ....................................................................... 53 Pan Keyfollow ................................................................ 47 Part .................................................................................. 20
257
Index
Part Chorus Send Level .............................................. 160 Part Output Assign ..................................................... 160 Part Output Level ........................................................ 160 Part Output MFX Select .............................................. 160 Part Reverb Send Level .............................................. 160 Part Scale Tune for C–B ................................................ 76 Part Select ............................................................. 158, 160 Patch ................................................................................ 20 Patch Category ............................................................... 40 Patch Coarse Tune ........................................................ 40 Patch Fine Tune ............................................................. 40 Patch Level ..................................................................... 40 PATCH LIST venster .................................................... 30 Patch Out Assign ........................................................... 54 Patch Output Assign ................................................... 158 Patch Pan ........................................................................ 40 Patch Parameter ............................................................. 38 PATCH PLAY venster .................................................. 29 Patch Remain ............................................................... 193 Patch Scale Tune for C–B ........................................... 194 PATCH SELECT ............................................................ 31 Patch Modus ............................................................ 26, 29 Pattern Beat .................................................................. 123 Pattern Call ................................................................... 130 Patroon ............................................................................ 24 PC Kaart beschermer ................................................... 218 PC Kaart sleuf .............................................................. 218 P-Env Depth Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 P-Env Level 0–4 Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 P-Env T1 V-Sens Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 P-Env T4 V-Sens Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 P-Env Time 1–4 Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 P-Env Time KF ............................................................... 44 P-Env V-Sens Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 Performance ................................................................... 20 Performance Control Channel ................................... 197 Performance Parameter ................................................ 73 Performance Modus ...................................................... 26 Phase ............................................................................... 75 PHASER ........................................................................ 168 PHONOGRAPH .......................................................... 182 Phrase Loop ............................................................. 43, 59 Phrase Preview .............................................................. 31 Phrase Track ................................................................... 23 Pitch Bend ....................................................................... 18 Pitch Bend Range Down .............................................. 41
258
Pitch Bend Range Up .................................................... 41 Pitch Depth ..................................................................... 53 Pitch Envelope Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 Pitch Keyfollow ............................................................. 44 PITCH SHIFTER .......................................................... 183 Play Speed Ctrl ............................................................ 213 Portament ....................................................................... 76 Portamento ..................................................................... 34 Portamento Mode .......................................................... 41 Portamento Start ............................................................ 41 Portamento Switch Patch ............................................................................41 Performance................................................................76 Portamento Time Patch ............................................................................41 Performance................................................................76 Portamento Type ........................................................... 41 Post Gain ....................................................................... 102 Power .............................................................................. 16 Power Up Mode ........................................................... 193 Pre Sample Time .................................................. 100, 193 Preset Geheugen ............................................................ 22 Preview ........................................................................... 31 Preview 1–4 Note Number ........................................ 194 Preview 1–4 Velocity ................................................... 194 Preview Functie ........................................................... 134 Preview Mode .............................................................. 194 Proef spelen Patch ............................................................................31 Ritme Set .....................................................................31 Punch-In Recording .................................................... 125
Q Quantize ........................................................................ 134 Quick Play .................................................................... 119
R Rand Pitch Depth .......................................................... 44 Random Pan Depth ....................................................... 64 Patch ............................................................................48 Range Solo Synth ...........................................................81, 202 Range High ................................................................... 102 Range Low .................................................................... 102 Range Max D Beam ................................................................82, 201 Range Min D Beam ................................................................82, 201 Rate .................................................................................. 52 Rate Detune .................................................................... 52 Realtime Control Knob Selecteren ..................................................................106 Realtime Controller ....................................................... 34 Realtime Erase ............................................................. 127
Index
Realtime Recording ..................................................... 124 Realtime Time Stretch ............................................. 43, 59 Rec Mode ...................................................... 124, 128, 130 Rec Track ...................................................... 124, 128, 130 Rec Track Select ........................................................... 200 Receive Bank Select ..................................................... 198 Receive Exclusive ........................................................ 198 Receive GM System On .............................................. 198 Receive GM2 System On ............................................ 198 Receive GS Reset ......................................................... 198 Receive Program Change ........................................... 198 Recording Quantize .................................................... 126 Recording Select .......................................................... 127 Redamper Sw ................................................................. 51 Rehearsal Functie ........................................................ 127 Release .......................................................................... 102 Release Time Offset ....................................................... 40 Remote Keyboard Switch ........................................... 197 Repeat Times ................................................................ 133 Re-Sampling ................................................................. 100 Reset Grid functie ........................................................ 107 Resonance Patch ............................................................................45 Ritme Set .....................................................................62 Resonance Offset ........................................................... 40 Resonance V-Sens Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................62 REVERB ........................................................................ 184 Reverb ..................................................................... 22, 190 Reverb Level ........................................................ 159, 161 Reverb Output Assign ........................................ 159, 161 Reverb Send Level Solo Synth ...........................................................81, 202 Reverb Source ...................................................... 159, 161 Reverb Type ................................................. 159, 161, 190 Rhythm Key Select ...................................................... 158 Rhythm Level ................................................................. 58 Rhythm Out Assign ...................................................... 65 Rhythm Set Parameter .................................................. 58 Rhythm Tone Name ...................................................... 58 RING MODULATOR ................................................. 169 Ring Modulator ............................................................. 39 REVERSE DELAY ....................................................... 179 Ritme Groep ....................................................... 94–95, 99 Ritme Patroon .......................................................... 94–98 Ritme Set ................................................................... 20, 55 Rolled Chord .................................................................. 92 ROTARY ............................................................... 170–171 Routing ................................................................. 158, 160 RPS ................................................................................ 154 Rx Bender ....................................................................... 51 Rx Expression ................................................................ 51 Rx Hold-1 ....................................................................... 51 Rx Pan Mode .................................................................. 51
S Sample ............................................................................. 25 Wissen .......................................................................105 Laden .........................................................................104 Uitladen.....................................................................105 Sample Edit venster .................................................... 106 Sample Lijst .................................................................. 104 Sample Parameters ...................................................... 107 Sampler sectie ................................................................ 19 Sampling ................................................................. 25, 100 Sampling Length ......................................................... 100 Sampling Mode ............................................................ 100 Sampling Time ............................................................. 101 Save ................................................................................ 150 Save all Samples .......................................................... 151 Save as SMF .................................................................. 152 Save Song ...................................................................... 151 Save Song+Smpls ........................................................ 150 Scale Tune ....................................................................... 76 Arabische schaal ........................................................76 Gelijke temperatuur ..................................................76 Vaste temperatuur .....................................................76 Scale Tune Switch ........................................................ 194 Selecteren Sample .......................................................................104 Selecteren Bewerken ..................................................................104 Patch ......................................................................30–32 Performance................................................................67 Ritme Set ...............................................................30–31 Toon .............................................................................33 Sens ........................................................................ 102, 162 Sequencer ........................................................................ 23 Sequencer Sectie ............................................................ 19 SERIAL DELAY ........................................................... 178 Shift Clock .................................................................... 142 SHUFFLE DELAY ....................................................... 180 Shuffle Quantize .......................................................... 126 Shuffle Resolution ....................................................... 126 Skip Back Sampling ..................................................... 103 Skip Back Time ............................................................ 193 SLICER .......................................................................... 170 SMF .................................................................................. 24 S-MRC Formaat ........................................................... 121 Soft Through ................................................................ 198 Solo .................................................................................. 73 Solo Sampling .............................................................. 100 Solo Synth ....................................................................... 81 Song ................................................................................. 23 Spelen ........................................................................119 Songbestand .................................................................... 24 Song Clear .................................................................... 122 Song Name ........................................................... 149, 151 Source ............................................................................ 162 SPACE-D ...................................................................... 172 SPEAKER SIMULATOR ............................................. 167 SPECTRUM .................................................................. 165
259
Index
SPLIT ............................................................................... 26 Split ................................................................................. 69 Split Hi .......................................................................... 191 Split Lo .......................................................................... 191 Standaard MIDI Bestand .............................................. 24 Start ............................................................................... 106 Start Fine ....................................................................... 107 Start Point ............................................. 125, 128, 130, 133 Step 1–16 ......................................................................... 54 STEP FILTER ................................................................ 166 STEP FLANGER .......................................................... 172 STEP PAN .................................................................... 170 STEP PHASER ............................................................. 168 STEP PITCH SHIFTER ............................................... 183 Step Recording ............................................................. 128 STEP RING MODULATOR ....................................... 169 Step Type ........................................................................ 54 Stereo Switch ................................................................ 100 Stop Trigger .................................................................. 100 Storage Mode ............................................................... 207 Stretch Tune Depth ....................................................... 40 Struct ............................................................................. 163 Struct 1 & 2, 3 & 4 .......................................................... 38 Structure ......................................................................... 38 SUPER FILTER ............................................................ 166 SVQ ................................................................. 24, 204, 207 Switch 1/2 Assign ......................................................... 84 Switch 1–2 Assign ....................................................... 196 SYMPATHETIC RESONANCE ................................ 187 Sync Mode .................................................................... 200 Sync Output ................................................................. 200 Sys Ctrl 1–4 Source ...................................................... 196 Systeem Informatie ..................................................... 192 Systeemgeheugen .......................................................... 22 System Exclusive bericht ............................................ 145 System Function .......................................................... 192 System Parameter ........................................................ 193 System Write ................................................................ 192
T TAPE ECHO ................................................................ 181 TELEPHONE ............................................................... 182 Template Set ................................................................. 118 Tempo Arpeggio .....................................................................86 Ritme Patroon ............................................................95 Sample.......................................................................107 Song ...........................................................120, 123, 148 Tempo Override .......................................................... 200 Tempo Rec Sw ............................................................. 125 Tempo Recording ........................................................ 125 Tempo Track .......................................................... 24, 121 Threshold ...................................................................... 102 Tijdelijk Gebied .............................................................. 22 Time ................................................................................. 76 TIME CTRL DELAY ........................................... 180–181 Time Fit ......................................................................... 143
260
Time Signature ..................................................... 123, 149 TIME STRETCH .......................................................... 110 Time Stretch ................................................................. 107 Time Variant Amplifier ................................................ 19 Time Variant Filter ........................................................ 19 Times ............................................................................. 111 TMT Key Range ...................................................................42 Velocity Range ...........................................................42 Tone ................................................................................. 19 On/Off ........................................................................33 Tone Chorus Send Patch ............................................................................54 Ritme Set .....................................................................65 Tone Chorus Send Level ............................................ 158 Tone Coarse Tune Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 Tone Delay ...................................................................... 51 Tone Delay Mode .......................................................... 51 Tone Delay Time ........................................................... 51 Tone Env Mode Patch ............................................................................51 Ritme Set .....................................................................58 Tone Fine Tune Patch ............................................................................44 Ritme Set .....................................................................60 Tone Level Patch ............................................................................47 Ritme Set .....................................................................64 Tone Mix Velo Control ................................................. 42 Tone Out Assign Patch ............................................................................54 Ritme Set .....................................................................65 Tone Out Level Patch ............................................................................54 Ritme Set .....................................................................65 Tone Output Assign .................................................... 158 Tone Output Level ...................................................... 158 Tone Pan Patch ............................................................................47 Ritme Set .....................................................................64 Tone Pitch Bend Range ................................................. 58 Tone Random Pitch Depth ........................................... 60 Tone Receive Expression .............................................. 58 Tone Receive Hold-1 ..................................................... 58 Tone Receive Pan Mode ............................................... 58 Tone Reverb Send Patch ............................................................................54 Ritme............................................................................65 Tone Reverb Send Level ............................................. 158 Tone Select .................................................................... 158 Touch Sens .................................................................... 195 Track ................................................................................ 23 Track Edit ..................................................................... 133 Transmit Active Sensing ............................................ 198 Transmit Bank Select ................................................... 198 Transmit Edit Data ...................................................... 198
Index
Transmit Program Change ........................................ 198 Transponeren ................................................... 18, 33, 138 TREMOLO .................................................................... 169 TREMOLO CHORUS ................................................. 172 Trigger Level ................................................................ 193 TRIM SW ...................................................................... 100 Trimming Switch ......................................................... 193 TRUNCATE ................................................................. 108 Truncate ........................................................................ 144 TVA ................................................................................. 19 TVA Depth ..................................................................... 53 TVA Envelope Patch ............................................................................48 Ritme Set .....................................................................64 TVF .................................................................................. 19 TVF Depth ...................................................................... 53 TVF Envelope Patch ............................................................................46 Ritme Set .....................................................................63 Type D Beam ................................................................82, 201 Input Effect Type .....................................................102
U Uitbreiden .................................................................... 216 Uitladen Sample.......................................................................105 USB ................................................................................ 206 Fantom-X Editor ......................................................210 USB Mode ..................................................................... 194 USB Storage Mode ...................................................... 206 USB-MIDI Thru ........................................................... 194 User Backup ................................................................. 203 User Memory ........................................................... 22, 24 User Restore ................................................................. 203
V VALUE Draaischijf ........................................................ 27 Vaste temperatuur ......................................................... 76 Velo ................................................................................. 75 Velo Fade Lower ..................................................... 42, 61 Velo Fade Upper ..................................................... 42, 61 Velo Range Lower ................................................... 42, 61 Velo Range Upper ................................................... 42, 61 Velocity ........................................................................... 18 Pad .............................................................................117 Velocity Control ............................................................ 61 Velocity Sens Offset ...................................................... 40 venstertje ........................................................................ 26 Verplaatsen .................................................................. 205 Verdelingspunt ........................................................111 VFX1–4 Ctrl .................................................................. 213 Vib Rate .......................................................................... 75 View .............................................................................. 146 VK ROTARY ................................................................ 171 V-LINK ......................................................................... 212
Voice Reserve ................................................................. 21 Volume .......................................................................... 139 VS DISTORTION ......................................................... 175 VS OVERDRIVE .......................................................... 175
W WAV .............................................................. 105, 204, 207 Wave Alter Pan Sw ....................................................... 61 Wave Bank Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wave Coarse Tune ........................................................ 61 Wave uitbreidingskaart .............................................. 214 Wave Fine Tune ............................................................. 61 Wave Form ..................................................................... 52 Wave Gain Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wave Generator ............................................................. 19 Wave Group Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wave Level ..................................................................... 61 Wave No. L (Mono) Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wave No. R Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wave Pan ........................................................................ 61 Wave Rnd Pan Sw ......................................................... 61 Wave Tempo Sync Patch ............................................................................43 Ritme Set .....................................................................59 Wegschrijven Pad Setting ................................................................118 Patch ............................................................................37 Performance................................................................72 Ritme Groep ...............................................................99 Ritme Patroon.............................................................98 Ritme Set .....................................................................57 Sample .......................................................................116 Systeeminstelling .....................................................192 WG ................................................................................... 19 Windows ....................................................................... 211 Wissen ........................................................................... 205 Sample .......................................................................105 Verdelingspunt ........................................................111
Z Zoom Edit Patch ............................................................................35 Ritme Set .....................................................................55 Zoom In/Out ............................................................... 106
261
Index
262
Voor EU-Landen Dit product voldoet aan de voorwaarden van Europese Richtlijnen EMC 89/336/EEC en LVD 73/23/EEC.
For the USA
FEDERAL COMMUNICATIONS COMMISSION RADIO FREQUENCY INTERFERENCE STATEMENT This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures: — Reorient or relocate the receiving antenna. — Increase the separation between the equipment and receiver. — Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected. — Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help. This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) This device may not cause harmful interference, and (2) This device must accept any interference received, including interference that may cause undesired operation. Unauthorized changes or modification to this system can void the users authority to operate this equipment. This equipment requires shielded interface cables in order to meet FCC class B Limit.
For Canada
NOTICE This Class B digital apparatus meets all requirements of the Canadian Interference-Causing Equipment Regulations.
AVIS Cet appareil num rique de la classe B respecte toutes les exigences du R glement sur le mat riel brouilleur du Canada.
Informatie AFRICA EGYPT Al Fanny Trading Office 9, EBN Hagar A1 Askalany Street, ARD E1 Golf, Heliopolis, Cairo 11341, EGYPT TEL: 20-2-417-1828
REUNION Maison FO - YAM Marcel 25 Rue Jules Hermann, Chaudron - BP79 97 491 Ste Clotilde Cedex, REUNION ISLAND TEL: (0262) 218-429
SOUTH AFRICA That Other Music Shop(PTY)Ltd. 11 Melle St., Braamfontein, Johannesbourg, SOUTH AFRICA TEL: (011) 403 4105 FAX: (011) 403 1234 Paul Bothner(PTY)Ltd. 17 Werdmuller Centre, Main Road, Claremont 7708 SOUTH AFRICA TEL: (021) 674 4030
Als u een reparatiedienst nodig heeft, belt u het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of erkend Roland distributeur in uw land, zoals hieronder getoond. PHILIPPINES
COSTA RICA
TRINIDAD
ITALY
ISRAEL
G.A. Yupangco & Co. Inc. 339 Gil J. Puyat Avenue Makati, Metro Manila 1200, PHILIPPINES TEL: (02) 899 9801
JUAN Bansbach Instrumentos Musicales Ave.1. Calle 11, Apartado 10237, San Jose, COSTA RICA TEL: 258-0211
AMR Ltd Ground Floor Maritime Plaza Barataria Trinidad W.I. TEL: (868)638 6385
Roland Italy S. p. A. Viale delle Industrie 8, 20020 Arese, Milano, ITALY TEL: (02) 937-78300
Halilit P. Greenspoon & Sons Ltd. 8 Retzif Ha’aliya Hashnya St. Tel-Aviv-Yafo ISRAEL TEL: (03) 6823666
SINGAPORE
CURACAO
URUGUAY
Swee Lee Company 150 Sims Drive, SINGAPORE 387381 TEL: 6846-3676
Zeelandia Music Center Inc. Orionweg 30 Curacao, Netherland Antilles TEL:(305)5926866
CRISTOFORI MUSIC PTE LTD Blk 3014, Bedok Industrial Park E, #02-2148, SINGAPORE 489980 TEL: 6243-9555
DOMINICAN REPUBLIC
Todo Musica S.A. Francisco Acuna de Figueroa 1771 C.P.: 11.800 Montevideo, URUGUAY TEL: (02) 924-2335
TAIWAN ROLAND TAIWAN ENTERPRISE CO., LTD. Room 5, 9fl. No. 112 Chung Shan N.Road Sec.2, Taipei, TAIWAN, R.O.C. TEL: (02) 2561 3339
THAILAND Theera Music Co. , Ltd. 330 Verng NakornKasem, Soi 2, Bangkok 10100, THAILAND TEL: (02) 2248821
VIETNAM
ASIA CHINA Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. 5F. No.1500 Pingliang Road Shanghai 200090, CHINA TEL: (021) 5580-0800 Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. (BEIJING OFFICE) 10F. No.18 Anhuaxili Chaoyang District, Beijing 100011 CHINA TEL: (010) 6426-5050 Roland Shanghai Electronics Co.,Ltd. (GUANGZHOU OFFICE) 2/F., No.30 Si You Nan Er Jie Yi Xiang, Wu Yang Xin Cheng, Guangzhou 510600, CHINA TEL: (020) 8736-0428
HONG KONG Tom Lee Music Co., Ltd. Service Division 22-32 Pun Shan Street, Tsuen Wan, New Territories, HONG KONG TEL: 2415 0911 Parsons Music Ltd. 8th Floor, Railway Plaza, 39 Chatham Road South, T.S.T, Kowloon, HONG KONG TEL: 2333 1863
INDIA Rivera Digitec (India) Pvt. Ltd. 409, Nirman Kendra Mahalaxmi Flats Compound Off. Dr. Edwin Moses Road, Mumbai-400011, INDIA TEL: (022) 2493 9051
INDONESIA PT Citra IntiRama J1. Cideng Timur No. 15J-150 Jakarta Pusat INDONESIA TEL: (021) 6324170
KOREA Cosmos Corporation 1461-9, Seocho-Dong, Seocho Ku, Seoul, KOREA TEL: (02) 3486-8855
MALAYSIA BENTLEY MUSIC SDN BHD 140 & 142, Jalan Bukit Bintang 55100 Kuala Lumpur,MALAYSIA TEL: (03) 2144-3333
Saigon Music Suite DP-8 40 Ba Huyen Thanh Quan Street Hochiminh City, VIETNAM TEL: (08) 930-1969
AUSTRALIA/ NEW ZEALAND AUSTRALIA/ NEW ZEALAND Roland Corporation Australia Pty.,Ltd. 38 Campbell Avenue Dee Why West. NSW 2099 AUSTRALIA For Australia Tel: (02) 9982 8266 For New Zealand Tel: (09) 3098 715
CENTRAL/LATIN AMERICA ARGENTINA Instrumentos Musicales S.A. Av.Santa Fe 2055 (1123) Buenos Aires ARGENTINA TEL: (011) 4508-2700
BARBADOS A&B Music Supplies LTD 12 Webster Industrial Park Wildey, St.Michael, Barbados TEL: (246)430-1100
BRAZIL Roland Brasil Ltda Rua San Jose, 780 Sala B Parque Industrial San Jose Cotia - Sao Paulo - SP, BRAZIL TEL: (011) 4615 5666
CHILE Comercial Fancy II S.A. Rut.: 96.919.420-1 Nataniel Cox #739, 4th Floor Santiago - Centro, CHILE TEL: (02) 688-9540
COLOMBIA Centro Musical Ltda. Cra 43 B No 25 A 41 Bododega 9 Medellin, Colombia TEL: (574)3812529
Instrumentos Fernando Giraldez Calle Proyecto Central No.3 Ens.La Esperilla Santo Domingo, Dominican Republic TEL:(809) 683 0305
ECUADOR Mas Musika Rumichaca 822 y Zaruma Guayaquil - Ecuador TEL:(593-4)2302364
EL SALVADOR OMNI MUSIC 75 Avenida Norte y Final Alameda Juan Pablo II, Edificio No.4010 San Salvador, EL SALVADOR TEL: 262-0788
GUATEMALA Casa Instrumental Calzada Roosevelt 34-01,zona 11 Ciudad de Guatemala Guatemala TEL:(502) 599-2888
HONDURAS Almacen Pajaro Azul S.A. de C.V. BO.Paz Barahona 3 Ave.11 Calle S.O San Pedro Sula, Honduras TEL: (504) 553-2029
MARTINIQUE Musique & Son Z.I.Les Mangle 97232 Le Lamantin Martinique F.W.I. TEL: 596 596 426860 Gigamusic SARL 10 Rte De La Folie 97200 Fort De France Martinique F.W.I. TEL: 596 596 715222
MEXICO Casa Veerkamp, s.a. de c.v. Av. Toluca No. 323, Col. Olivar de los Padres 01780 Mexico D.F. MEXICO TEL: (55) 5668-6699
NICARAGUA Bansbach Instrumentos Musicales Nicaragua Altamira D’Este Calle Principal de la Farmacia 5ta.Avenida 1 Cuadra al Lago.#503 Managua, Nicaragua TEL: (505)277-2557
PANAMA SUPRO MUNDIAL, S.A. Boulevard Andrews, Albrook, Panama City, REP. DE PANAMA TEL: 315-0101
PARAGUAY Distribuidora De Instrumentos Musicales J.E. Olear y ESQ. Manduvira Asuncion PARAGUAY TEL: (595) 21 492147
PERU Audionet Distribuciones Musicales SAC Juan Fanning 530 Miraflores Lima - Peru TEL: (511) 4461388
VENEZUELA Instrumentos Musicales Allegro,C.A. Av.las industrias edf.Guitar import #7 zona Industrial de Turumo Caracas, Venezuela TEL: (212) 244-1122
EUROPE AUSTRIA
NORWAY Roland Scandinavia Avd. Kontor Norge Lilleakerveien 2 Postboks 95 Lilleaker N-0216 Oslo NORWAY TEL: 2273 0074
POLAND
JORDAN AMMAN Trading Agency 245 Prince Mohammad St., Amman 1118, JORDAN TEL: (06) 464-1200
KUWAIT
MX MUSIC SP.Z.O.O. UL. Gibraltarska 4. PL-03664 Warszawa POLAND TEL: (022) 679 44 19
EASA HUSAIN AL-YOUSIFI & SONS CO. Abdullah Salem Street, Safat, KUWAIT TEL: 243-6399
PORTUGAL
LEBANON
Roland Iberia, S.L. Portugal Office Cais das Pedras, 8/9-1 Dto 4050-465, Porto, PORTUGAL TEL: 22 608 00 60
Chahine S.A.L. Gerge Zeidan St., Chahine Bldg., Achrafieh, P.O.Box: 165857 Beirut, LEBANON TEL: (01) 20-1441
ROMANIA
Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH. Austrian Office Eduard-Bodem-Gasse 8, A-6020 Innsbruck, AUSTRIA TEL: (0512) 26 44 260
FBS LINES Piata Libertatii 1, 535500 Gheorgheni, ROMANIA TEL: (266) 364 609
QATAR
RUSSIA
SAUDI ARABIA
BELGIUM/FRANCE/ HOLLAND/ LUXEMBOURG
MuTek 3-Bogatyrskaya Str. 1.k.l 107 564 Moscow, RUSSIA TEL: (095) 169 5043
aDawliah Universal Electronics APL Corniche Road, Aldossary Bldg., 1st Floor, Alkhobar, SAUDI ARABIA
Roland Central Europe N.V. Houtstraat 3, B-2260, Oevel (Westerlo) BELGIUM TEL: (014) 575811
CZECH REP. K-AUDIO Kardasovska 626. CZ-198 00 Praha 9, CZECH REP. TEL: (2) 666 10529
DENMARK Roland Scandinavia A/S Nordhavnsvej 7, Postbox 880, DK-2100 Copenhagen DENMARK TEL: 3916 6200
FINLAND Roland Scandinavia As, Filial Finland Elannontie 5 FIN-01510 Vantaa, FINLAND TEL: (0)9 68 24 020
GERMANY Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH. Oststrasse 96, 22844 Norderstedt, GERMANY TEL: (040) 52 60090
GREECE STOLLAS S.A. Music Sound Light 155, New National Road Patras 26442, GREECE TEL: 2610 435400
HUNGARY Roland East Europe Ltd. Warehouse Area DEPO Pf.83 H-2046 Torokbalint, HUNGARY TEL: (23) 511011
IRELAND Roland Ireland G2 Calmount Park, Calmount Avenue, Dublin 12 Republic of IRELAND TEL: (01) 4294444
SPAIN Roland Iberia, S.L. Paseo Garca Faria, 33-35 08005 Barcelona SPAIN TEL: 93 308 10 00
SWEDEN Roland Scandinavia A/S SWEDISH SALES OFFICE Danvik Center 28, 2 tr. S-131 30 Nacka SWEDEN TEL: (0)8 702 00 20
SWITZERLAND Roland (Switzerland) AG Landstrasse 5, Postfach, CH-4452 Itingen, SWITZERLAND TEL: (061) 927-8383
UKRAINE TIC-TAC Mira Str. 19/108 P.O. Box 180 295400 Munkachevo, UKRAINE TEL: (03131) 414-40
UNITED KINGDOM Roland (U.K.) Ltd. Atlantic Close, Swansea Enterprise Park, SWANSEA SA7 9FJ, UNITED KINGDOM TEL: (01792) 702701
MIDDLE EAST BAHRAIN Moon Stores No.16, Bab Al Bahrain Avenue, P.O.Box 247, Manama 304, State of BAHRAIN TEL: 211 005
CYPRUS Radex Sound Equipment Ltd. 17, Diagorou Street, Nicosia, CYPRUS TEL: (022) 66-9426
IRAN MOCO, INC. No.41 Nike St., Dr.Shariyati Ave., Roberoye Cerahe Mirdamad Tehran, IRAN TEL: (021) 285-4169
Al Emadi Co. (Badie Studio & Stores) P.O. Box 62, Doha, QATAR TEL: 4423-554
P.O.Box 2154, Alkhobar 31952 SAUDI ARABIA TEL: (03) 898 2081
SYRIA Technical Light & Sound Center Rawda, Abdul Qader Jazairi St. Bldg. No. 21, P.O.BOX 13520, Damascus, SYRIA TEL: (011) 223-5384
TURKEY Ant Muzik Aletleri Ithalat Ve Ihracat Ltd Sti Siraselviler Caddesi Siraselviler Pasaji No:74/20 Taksim - Istanbul, TURKEY TEL: (0212) 2449624
U.A.E. Zak Electronics & Musical Instruments Co. L.L.C. Zabeel Road, Al Sherooq Bldg., No. 14, Grand Floor, Dubai, U.A.E. TEL: (04) 3360715
NORTH AMERICA CANADA Roland Canada Music Ltd. (Head Office) 5480 Parkwood Way Richmond B. C., V6V 2M4 CANADA TEL: (604) 270 6626 Roland Canada Music Ltd. (Toronto Office) 170 Admiral Boulevard Mississauga On L5T 2N6 CANADA TEL: (905) 362 9707
U. S. A. Roland Corporation U.S. 5100 S. Eastern Avenue Los Angeles, CA 90040-2938, U. S. A. TEL: (323) 890 3700