Gebruikershandleiding voor Nero Express
Nero AG
Informatie over auteursrecht en handelsmerken
De handleiding bij Nero Expres en de inhoud daarvan zijn auteursrechtelijk beschermd en eigendom van Nero AG. Alle rechten voorbehouden. Deze handleiding bevat materiaal dat wordt beschermd door internationaal auteursrecht. Deze handleiding mag niet geheel of gedeeltelijk worden gereproduceerd, overgedragen of gekopieerd zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Nero AG.
Alle merknamen en handelsmerken zijn eigendom van de respectieve eigenaars.
Nero wijst elke aansprakelijkheid af die niet onder de garantiebepalingen valt. Nero AG staat niet garant voor de juistheid van de inhoud van de Nero Express-handleiding. De inhoud van de geleverde software en van de gebruikershandleiding kan zonder waarschuwing vooraf worden gewijzigd.
De hier genoemde handelsmerken worden slechts ter informatie vermeld.
Copyright © 2007 Nero AG en haar licentieverleners. Alle rechten voorbehouden. REV 1.0, SW: 7.5.4.0
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 1
Algemene informatie
5
1.1
Over de handleiding
5
1.2
Informatie over Nero Express
5
1.3
Versies van Nero Express
5
2
Technische informatie
7
2.1
Systeemvereisten
7
3
Het programma starten
8
3.1
Nero Express vanuit Nero StartSmart starten
8
3.2
Nero Express rechtstreeks starten
8
4
Startvenster
9
4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3 4.1.4 4.1.5
Vensterdeel met extra opties (startvenster) Opties Audio-cd-tracks kopiëren Een schijf wissen SecurDisc™-instellingen Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren
11 12 14 16 17 18
5
Compilatievenster
20
6
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
22
6.1
Bestanden zoeken en toevoegen
24
6.2
Bestanden verbergen
26
6.3
SecurDisc™-instellingen inschakelen
26
7
Muziek
30
7.1 7.1.1
Een audio-cd samenstellen Eigenschappen aanpassen
30 31
7.2
Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen
35
7.3
Audioboek-cd's samenstellen
36
8
Video's en diapresentaties
38
8.1 8.1.1 8.1.2
Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen Eigenschappen aanpassen Het menu aanpassen
38 40 41
8.2
Dvd-video's samenstellen
42
Pagina 3
Inhoudsopgave
9
Een kopie maken
44
9.1
Cd's/dvd's kopiëren
46
10
Een schijfimage of een opgeslagen project laden
48
11
LightScribe®
49
®
11.1 11.1.1
LightScribe -labels afdrukken (zonder compilatie) Afdrukeigenschappen aanpassen
49 51
11.2
LightScribe-labels afdrukken (als onderdeel van een project)
52
12
LabelFlash™
54
12.1
Het venster Label branden
55
12.2
Labelflash™-labels en DiskT@2 afdrukken
56
13
Het venster Definitieve brandinstellingen
58
13.1
Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen)
59
13.2
Branden met Nero Image Recorder – een imagebestand maken
60
13.3
Een schijf branden
61
14
Laatste venster
63
15
Woordenlijst
64
16
Index
73
17
Contact opnemen
75
17.1
Contactgegevens
75
Pagina 4
Algemene informatie
1
Algemene informatie
1.1
Over de handleiding In deze handleiding gelden de volgende conventies: Symbool
Betekenis Attendeert u op waarschuwingen of instructies aan die strikt moeten worden opgevolgd. Geeft aanvullende informatie of advies aan.
1. Start…
Æ Î OK
Hoofdstuk
1.2
Een cijfer aan het begin van een regel geeft aan dat er een handeling moet worden uitgevoerd. Voer deze handelingen in de aangegeven volgorde uit. Geeft een tussentijds resultaat aan. Geeft een resultaat aan. Geeft tekst, menuopdrachten of knoppen aan die in de gebruikersinterface van Nero Express voorkomen. Deze worden vetgedrukt weergegeven. Dit zijn verwijzingen naar andere hoofdstukken. Dit zijn koppelingen en die worden onderstreept en met rode tekst weergegeven.
Informatie over Nero Express Nero Express beschikt over alle functionaliteiten van Nero Burning ROM, maar dan met een vereenvoudigde gebruikersinterface. Of u nu een beginner bent of een ervaren gebruiker, met Nero Express doorloopt u snel en op een eenvoudige manier de gewenste stappen voor het branden van schijven. De standaardinstellingen worden automatisch geselecteerd voor de beste resultaten. Het gebruik van dit programma is dan ook bijzonder eenvoudig: selecteer het object dat u wilt branden, selecteer de gewenste bestanden en branden maar.
1.3
Versies van Nero Express Nero Express is in drie versies leverbaar: Nero Express, Nero Express Essentials en Nero Express Essentials SE. Nero Express en Nero Express Essentials zijn voorzien van alle functies, Nero Express Essentials SE beschikt niet over de volgende functies:
Onbeperkte codering in het formaat Nero Digital Audio Supervideo-cd's maken en branden (zie Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen) Een rechtstreekse koppeling naar Nero CoverDesigner (zie Vensterdeel met extra opties (startvenster)) Audiobestanden opslaan (zie Audio-cd-tracks kopiëren) Herbeschrijfbare cd's/dvd's wissen (zie Een schijf wissen) Schijfinformatie ophalen (zie Vensterdeel met extra opties (startvenster)) Labels maken met LightScribe® (niet opgenomen in de standaardfuncties, zie LightScribe®) Pagina 5
Algemene informatie
Labels maken met LabelFlash™ (niet opgenomen in de standaardfuncties, zie LabelFlash™) SecurDisc™-gegevens-cd's/dvd's met SecurDisc™ branden (niet beschikbaar in de standaardfuncties, zie SecurDisc™-instellingen)
Pagina 6
Technische informatie
2
Technische informatie
2.1
Systeemvereisten Naast de algemene systeemvereisten voor het programmapakket van Nero, zijn de volgende afzonderlijke systeemvereisten op Nero Express van toepassing:
Microsoft® DirectX® 9.0b of hoger
Optioneel:
Een LightScribe®-recorder en een LightScribe®-schijf
Werken met LightScribe® Direct Disc Labeling Als u een cd- of dvd-recorder met LightScribe® gebruikt, hebt u de nieuwste LightScribe® systeemsoftware nodig. Als u de nieuwste versie van Nero 7 van de website van Nero hebt gedownload en geïnstalleerd, moet u de LightScribe®-systeemsoftware afzonderlijk installeren. U vindt de nieuwste versie op www.nero.com/link.php?topic_id=93.
LabelFlash™-recorder en -schijf Blu-ray-recorder en -schijf HD-dvd-recorder en HD-dvd SecurDisc™-recorder
Installatie van de nieuwste WHQL-gecertificeerde apparaatstuurprogramma's wordt aanbevolen. WHQL staat voor Windows Hardware Quality Labs en geeft aan dat het door Microsoft® gecertificeerde apparaatstuurprogramma compatibel is met Microsoft® Windows® en de desbetreffende hardware.
Pagina 7
Het programma starten
3
Het programma starten
3.1
Nero Express vanuit Nero StartSmart starten Ga als volgt te werk als u Nero Express vanuit Nero StartSmart wilt starten:
1. Dubbelklik op het pictogram Nero StartSmart. Æ Het venster van Nero StartSmart wordt geopend.
2. Klik op de knop
in de linkerrand van het venster.
Æ Daarop wordt het vensterdeel met extra opties geopend.
Fig. 1. Nero StartSmart
3. Klik in de vervolgkeuzelijst Toepassingen op Nero Express. Æ Het venster van Nero Express wordt geopend.
Î U hebt Nero Express vanuit Nero StartSmart gestart.
3.2
Nero Express rechtstreeks starten Ga als volgt te werk als u Nero Express rechtstreeks wilt starten:
1. Klik op Start > (Alle) Programma's > Nero 7 (Premium) > Audio / Gegevens > Nero Express.
Æ Het venster van Nero Express wordt geopend.
Î U hebt Nero Express rechtstreeks gestart.
Pagina 8
Startvenster
4
Startvenster Klik in het startvenster van Nero Express op een van de pictogrammen om het venster te openen voor het project dat u wilt uitvoeren. Het selectiegebied bestaat uit twee afzonderlijke delen. Voor de methoden Gegevens, Muziek, Video's/afbeeldingen, Image, Project, Kopie en LightScribe-label afdrukken zijn diverse opties beschikbaar.
Fig. 2. Het startvenster met het vensterdeel met extra opties
Maak een keuze uit de volgende methoden om een schijf samen te stellen: Met deze optie kunt u diverse soorten bestanden en mappen verzamelen en branden.
Gegevens
Gegevens-cd (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Gegevens-dvd (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Gegevens-HD-dvd (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een HD-dvd-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren). Blu-ray-gegevensschijf (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een Blu-ray-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren). SecurDisc™-gegevens-cd (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een SecurDisc™-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren). SecurDisc™-gegevens-dvd (zie Gegevens-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een SecurDisc™-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Pagina 9
Startvenster
Hiermee kunt u audiobestanden en audioboeken verzamelen en deze in de gewenste indeling voor audiobestanden opslaan.
Muziek
Audio-cd (zie Een audio-cd samenstellen) Audioboek-cd (zie Audioboek-cd's samenstellen) Jukebox audio-cd (zie Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen) Jukebox audio-dvd (zie Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen) Jukebox HD-dvd (zie Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een HD dvd-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren). Jukebox Blu-ray-schijf (zie Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen) Alleen beschikbaar als u een Blu-ray-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Met deze optie kunt u video- en afbeeldingsbestanden verzamelen en naar vcd/svcd of dvd-video branden.
Video's/afbeeldingen
Video-cd (zie Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen) Supervideo-cd (zie Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen) Dvd-videobestanden (zie Dvd-video's samenstellen)
Met deze optie kunt u een bronschijf kopiëren en een imagebestand of opgeslagen project laden.
Image, project, kopie
Gehele cd kopiëren (zie Een kopie maken) Gehele dvd kopiëren (zie Een kopie maken) Schijfimage of opgeslagen project (zie Een schijfimage of een opgeslagen project laden) Gehele HD-dvd kopiëren (zie Een kopie maken) Alleen beschikbaar als u een HD-dvd-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren). Gehele Blu-ray-schijf kopiëren (zie Een kopie maken) Alleen beschikbaar als u een Blu-ray-recorder gebruikt (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Pagina 10
Startvenster
Hiermee opent u het venster Schijflabel.
LightScribe-label afdrukken
4.1
Met deze optie kunt u een label maken of laden en dit label vervolgens op de labelzijde van een speciale cd of dvd in de recorder afdrukken (zie LightScribe®). Alleen beschikbaar als u een LightScribe®-recorder gebruikt (zie Systeemvereisten). De recorder moet zijn geselecteerd voordat u deze optie kunt gebruiken (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Vensterdeel met extra opties (startvenster) Als u op de knop in de linkerrand van het venster klikt, krijgt u toegang tot de extra opties en functies in het vensterdeel met extra opties.
In alle vensters van Nero Express is een vensterdeel met extra opties en functies beschikbaar (zie ook Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen)).
De volgende menupictogrammen zijn beschikbaar: Hiermee sluit u Nero Express en opent u het startvenster van Nero Burning ROM. Schakelen naar Nero Burning ROM
Deze optie is alleen beschikbaar in het vensterdeel met extra opties van het startvenster. Als u nu zou besluiten een project met Nero Express te maken, wordt in alle overige vensters de optie Slaat het actieve project op weergegeven.
Slaat het actieve project op
Hiermee opent u het dialoogvenster Opslaan als. Met dit venster kunt u uw compilatie opslaan. Hiermee opent u het dialoogvenster Opties.
Opties
Audio-CD en tracks kopiëren
Schijf wissen
In dit venster kunt u Nero Express geheel naar eigen wens instellen (zie Opties). Hiermee opent u het venster Tracks opslaan. Via dit venster kunt u audiobestanden van een cd naar de harde schijf kopiëren (zie Audio-cd-tracks kopiëren). Hiermee opent u het dialoogvenster Herbeschrijfbare schijf wissen. In dit dialoogvenster kunt u gegevens op een herbeschrijfbare cd of dvd wissen (zie Een schijf wissen). Hiermee opent u het dialoogvenster Schijfinfo.
Schijfinfo
In dit dialoogvenster kunt u informatie over de geplaatste cd/dvd bekijken. Naast de sessies en tracks worden de totale capaciteit en de beschikbare capaciteit weergegeven. Hiermee opent u Nero Cover Designer.
Hoesjes en labels maken
Met Nero Cover Designer kunt u labels en boekjes maken en afdrukken voor de cd's en dvd's die u hebt gebrand. Raadpleeg de handleiding van Nero Cover Designer voor uitgebreide instructies over het maken van professionele labels en hoesjes. Pagina 11
Startvenster
SecurDisc™instellingen
Hier kunt u de instellingen voor het branden van een SecurDisc™-schijf opgeven. Hiermee opent u het venster Label branden.
Label branden
Met deze optie kunt u een label maken of laden en dit label vervolgens op de label- en/of gegevenszijde van een speciale schijf in de recorder afdrukken (zie LabelFlash™). Deze optie is alleen beschikbaar als u een LabelFlash™recorder gebruikt (zie Systeemvereisten). Voordat u deze optie kunt gebruiken, moet de recorder zijn geselecteerd (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Recorder
Hier geeft u de recorder op die u voor het branden wilt gebruiken en/of de Nero Image Recorder (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
De opties Audio-CD en tracks kopiëren, Schijf wissen, Schijfinfo en Covers en Labels aanmaken zijn niet beschikbaar in Nero Express Essentials SE.
4.1.1 Opties U kunt de verschillende tabbladen van dit venster gebruiken om Nero Express geheel naar wens in te stellen.
Fig. 3. Het dialoogvenster Opties
De volgende tabbladen zijn beschikbaar: Op dit tabblad kunt u diverse basisinstellingen in- of uitschakelen. Compilatie
Laatst gebruikte volumelabel onthouden: Met deze optie wordt de laatstgebruikte schijftitel getoond als u een nieuwe schijf gaat branden. Pagina 12
Startvenster
Archiefbits van geschreven bestanden wissen tijdens vernieuwen ISO: Met deze optie worden de archiefbits van opgeslagen bestanden gewist. Archiefbits worden gebruikt om gewijzigde bestanden te identificeren. Een bestand wordt namelijk alleen bij het volgende back-upproces opnieuw opgeslagen als het is gewijzigd (en dan worden de archiefbits gewist). Puntkomma's in Joliet-namen toestaan: Als u deze optie aanvinkt, kunt u in bestandsnamen in het bestandssysteem Joliet puntkomma's gebruiken naast kleine letters, hoofdletters en Unicode-tekens. Oorspronkelijk pad met ISO-compilatie weergeven: Als u deze optie aanvinkt, wordt het volledige pad van de toegevoegde bestanden in de kolom Bron van het compilatievenster weergegeven.
Het is aan te bevelen deze selectievakjes in te schakelen om werken met Nero Express eenvoudiger te maken.
Cache
Hier geeft u de geheugeninstellingen op voor de gegevensbuffering vóór en tijdens het branden. Als u meerdere harde schijven gebruikt, kunt u hier de snelste harde schijf selecteren voor het cachegeheugen.
Taal
Op dit tabblad worden alle geïnstalleerde talen en lettertypen weergegeven en wordt de taal weergegeven die u in de gebruikersinterface van Nero Express gebruikt.
Geluiden
Op dit tabblad kunt u aangeven of er al dan niet geluiden moeten worden afgespeeld bij gebruik van Nero Express en, als dat het geval is, voor welke functies.
audio
Op dit tabblad wordt de map weergegeven waarin de audioplugins zijn geïnstalleerd.
Expertfuncties
Op dit tabblad kunt u aanvullende opties inschakelen en instellingen definiëren voor het gehele brandproces.
Database
Hier kunt u de koppeling in- of uitschakelen tussen audiocd's en een locale gebruikersdatabase, programmadatabase of audio-cd-database op internet. Hier geeft u de geheugencapaciteit op die door Nero Express wordt gebruikt als RAM-buffer.
Ultrabuffer
Diversen
De ultrabuffer is een tweede geheugen dat de prestaties van de fysieke buffer in de recorder verhoogt. U kunt de geheugencapaciteit handmatig opgeven. Op dit tabblad kunt u diverse opties voor de gebruikersinterface, compilaties, het branden, de database en overige instellingen in Nero Express in- of uitschakelen.
Pagina 13
Startvenster
4.1.2 Audio-cd-tracks kopiëren De optie Audio-CD en tracks kopiëren is niet beschikbaar in Nero Express Essentials SE.
Met Nero Express kunt u afzonderlijke audiobestanden of een gehele audio-cd naar de gewenste indeling omzetten en de bestanden vervolgens op de harde schijf opslaan. Ga daarvoor als volgt te werk:
1. Plaats de audio-cd in het schijfstation van de computer. 2. Klik op de knop Audio-CD en tracks kopiëren in het vensterdeel met extra opties. 3. Als er meerdere stations worden weergegeven, selecteert u het station waarin u de audio-cd hebt geplaatst.
Æ Er wordt een dialoogvenster weergegeven.
4. Als u informatie over de artiest en de titel wilt ophalen uit de Nero/Internet cd-database: 1. Klik op de knop Ja. Æ
De cd-parameters worden verzonden. Het bijbehorende venster wordt vervolgens geopend en de resultaten worden in het gebied Lijst met bijbehorende cd-items weergegeven.
2. Selecteer het gewenste item. 3. Klik op de knop Geselecteerde cd. Æ
De geselecteerde gegevens worden in de tracklijst opgenomen.
5. Als u geen informatie over de artiest en de titel wilt ophalen uit de Nero/Internet cd-database: 1. Klik op de knop Nee.
Æ Het venster Tracks opslaan wordt geopend.
Pagina 14
Startvenster
Fig. 4. Het venster Tracks opslaan
6. Selecteer in de tracklijst de audiobestanden die u op de harde schijf wilt opslaan.
Als u alle bestanden wilt converteren, klikt u op de knop Alles selecteren.
7. Selecteer de gewenste bestandsindeling in de lijst Format uitvoerbestand. 8. Selecteer in de lijst Pad de map waarin u de geconverteerde bestanden wilt opslaan. 9. Selecteer een methode voor het maken van de bestandsnaam in de lijst Methode aanmaken bestandsnaam.
Standaard is de optie Handmatig geselecteerd. Als u Aangepast selecteert, kunt u zelf een naam opgeven voor het audiobestand.
10. Als u aanvullende instellingen in het vensterdeel met extra opties wilt opgeven, klikt u op de knop Opties (zie Het vensterdeel met extra opties (opties)).
Æ Daarop wordt het vensterdeel met extra opties geopend.
11. Klik op de knop Start. Æ Het converteren van de bestanden wordt gestart en u kunt de voortgang van het proces in het dialoogvenster zien.
12. Klik op de knop Sluiten. Î U hebt afzonderlijke audiobestanden of een gehele audio-cd naar de harde schijf gekopieerd. Pagina 15
Startvenster
4.1.2.1 Het vensterdeel met extra opties (opties) In het venster Tracks opslaan kunt u aanvullende instellingen opgeven. Klik op de knop Opties om het vensterdeel met aanvullende instellingen te openen. De volgende selectievakjes zijn beschikbaar: Jitter-correctie
Deze optie synchroniseert gegevens door de sectoren te laten overlappen. Hiermee voorkomt u dat er ruimten tussen de sectoren ontstaan.
Pauzes verwijderen
Hiermee worden stille passages aan het eind van een audiobestand verwijderd.
Automatisch M3Uafspeellijst met opgeslagen audiotracks genereren
Hiermee wordt een afspeellijst gemaakt met de audiobestanden die op de harde schijf zijn opgeslagen. De bestandsindeling M3U wordt gebruikt voor de lijst met bestanden.
Leessnelheid
Hiermee bepaalt u de snelheid waarmee de bestanden door het station worden gelezen.
4.1.3 Een schijf wissen De optie Schijf wissen is niet beschikbaar in Nero Express Essentials SE.
Met Nero Express kunt u gegevens op een herbeschrijfbare cd/dvd wissen.
Fig. 5. Het dialoogvenster Herbeschrijfbare schijf wissen
De volgende opties zijn beschikbaar: Hier selecteert u de gewenste recorder als u meerdere Recorder selecteren recorders gebruikt. Meerdere recorders gebruiken
Met deze optie kunt u meerdere cd's/dvd's in verschillende recorders tegelijkertijd wissen.
Pagina 16
Startvenster
Hier selecteert u de gewenste wismethode: Selecteer de te gebruiken wismethode
De methode Snel wissen herbeschrijfbare schijf verwijdert de gegevens niet echt van de schijf. De schijf lijkt alleen maar leeg. De methode Herbeschrijfbare schijf volledig wissen verwijdert alle gegevens van de schijf.
Wissnelheid
Hier geeft u de wissnelheid op.
4.1.4 SecurDisc™-instellingen Deze functie is alleen beschikbaar voor een recorder die SecurDisc™ ondersteunt (zie Systeemvereisten). Met Nero Express en een recorder die SecurDisc™ ondersteunt, kunt u gegevens op een SecurDisc™-gegevens-cd of -dvd branden. SecurDisc™ is een innovatieve beveiligingstechnologie met een stabiele hardware- en softwarecodering. De gegevensintegriteit is verbeterd dankzij checksums die op de schijf worden opgeslagen, redundante opslag van gegevens en een geavanceerd beheersysteem voor beschadigde gegevens, waardoor compilaties die met SecurDisc™ zijn gemaakt beter zijn beveiligd tegen fysieke schade (zoals krassen). U kunt met SecurDisc™ ook uw gegevens tegen ongeoorloofde toegang beveiligen via wachtwoordbeveiliging en gegevenscodering. Bovendien kunt u een digitale handtekening op de schijf toepassen, zodat de herkomst en wettige geldigheid van de gegevens kan worden geverifieerd. Deze functie is als afzonderlijke optie beschikbaar via Gegevens > SecurDisc™-gegevenscd/dvd in het startvenster.
Fig. 6. Het vensterdeel SecurDisc™-instellingen
Pagina 17
Startvenster
In het vensterdeel SecurDisc™-instellingen zijn de volgende instellingen beschikbaar: Wachtwoordbeveiliging
Als u dit selectievakje inschakelt, kunt u de beveiliging tegen het ongeoorloofd openen van enkele of alle bestanden in- of uitschakelen. Als u dit selectievakje inschakelt, wordt het dialoogvenster SecurDisc™ – Digitale handtekening geopend.
Digitale handtekening
In dit venster kunt u de sleutel voor de digitale handtekening voor uw SecurDisc™-gegevens-cd of -dvd configureren. Als dit selectievakje is ingeschakeld, zijn uw PDFdocumenten tegen kopiëren beveiligd.
Gegevens kopiëren voorkomen
Voor het openen van bestanden die tegen kopiëren zijn beveiligd, hebt u een speciale toepassing nodig, de SecurDisc™ Viewer, die u gratis kunt downloaden op www.securdisc.net. Alleen beschikbaar voor SecurDisc™-gegevens-dvd's. Als u dit selectievakje inschakelt, wordt het dialoogvenster SecurDisc™ – Gegevens beveiligen geopend.
Kopiëren met een wachtwoord toestaan
Hier kunt u het wachtwoord opgeven voor de PDFdocumenten die tegen kopiëren zijn beveiligd. Deze optie is alleen beschikbaar als u het selectievakje Gegevens kopiëren voorkomen hebt ingeschakeld.
Controle op gegevensintegriteit
Betrouwbaarheid van gegevens
Hiermee wordt gecontroleerd of de gegevens op de SecurDisc™ met kwade bedoelingen zijn gewijzigd of zijn gewijzigd door technische problemen. Deze function is standaard ingeschakeld en kan niet worden uitgeschakeld. Met deze optie worden gegevens beter beveiligd in het geval van een technische storing door redundant opgeslagen gegevens. Deze optie is standaard ingeschakeld en kan niet worden uitgeschakeld.
4.1.5 Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren Als er meerdere recorders zijn geïnstalleerd, kunt u uit de vervolgkeuzelijst Recorder de recorder selecteren die u voor het branden wilt gebruiken. Vlak voordat het branden begint, kunt u desgewenst in het venster Definitieve brandinstellingen een andere recorder selecteren.(zie Een schijf branden). Als er een LabelFlash™-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze recorder selecteren om met Nero Express LabelFlash™-dvd-labels te maken en af te drukken. In het vensterdeel met extra opties van het startvenster wordt voor deze functie een afzonderlijk menupictogram (Label Branden) weergegeven (zie LabelFlash™). Als er een LightScribe™-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze recorder selecteren om met Nero Express LightScribe™-dvd-labels te maken en af te drukken. Deze functie is in het startvenster beschikbaar via de optie LightScribe-label afdrukken en kan tevens als stap in het brandproces worden geïntegreerd (zie LightScribe®).
Pagina 18
Startvenster
Als er een Blu-ray™-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze recorder selecteren om met Nero Express Blu-ray™-dvd-labels te maken en af te drukken. De bijbehorende opties, zoals Blu-ray-gegevensschijf, zijn dan beschikbaar in het startvenster. Als er een HD-dvd-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze recorder selecteren om met Nero Express HD-dvd-schijven te maken en te branden. De bijbehorende opties, zoals Gegevens-HD-dvd, zijn dan beschikbaar in het startvenster. Als er een SecurDisc™-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze selecteren om met Nero Express SecurDisc™-gegevens-cd's en/of -dvd's te maken en te branden. Bijbehorende opties, zoals SecurDisc™-gegevens-cd, zijn dan beschikbaar in het startvenster. Naast de geïnstalleerde recorders is Nero Image Recorder ook beschikbaar in Nero Express. Met Nero Image Recorder kunt u een imagebestand maken en opslaan en het bestand op een later tijdstip branden (zie Branden met Nero Image Recorder – een imagebestand maken). Voordat u Nero Image Recorder kunt gebruiken, moet u het selectievakje Nero-imagerecorder in het vensterdeel met extra opties van het startvenster inschakelen. Houd er rekening mee dat Nero Image Recorder uitsluitend vanuit het vensterdeel met extra opties van het startvenster kan worden ingeschakeld.
Als u Nero Image Recorder hebt ingeschakeld, kunt u ook compilaties in Nero Express selecteren die u anders niet zou kunnen selecteren voor de recorders die op uw computer zijn geïnstalleerd. Als u bijvoorbeeld een cd-recorder hebt geïnstalleerd, kunt u met Nero Image Recorder ook een dvd samenstellen en de compilatie vervolgens als een imagebestand opslaan.
Pagina 19
Compilatievenster
5
Compilatievenster Als u de gewenste compilatiemethode in het startvenster selecteert, krijgt u toegang tot de compilatievensters van Nero Express. In de compilatievensters kunt u gegevens aan uw projecten toevoegen en de mappenstructuur van de cd/dvd geheel naar wens aanpassen. De capaciteitsbalk onderaan het venster geeft de hoeveelheid ruimte op de cd/dvd aan die momenteel wordt gebruikt. Alle compilatievensters zijn op dezelfde manier opgebouwd.
Fig. 7. Het compilatievenster Mijn video-cd
De volgende knoppen zijn beschikbaar: Toevoegen
Hiermee opent u het venster Bestanden en mappen toevoegen.
Verwijderen
Hiermee wordt het geselecteerde bestand gewist.
Afspelen
Hiermee speelt u het geselecteerde audio- of videobestand af.
Totale omvang op schijf
Hier wordt de gebruikte schijfruimte weergegeven.
Terug
Hiermee keert u terug naar het startvenster.
Volgende
Hiermee gaat u naar het venster Definitieve brandinstellingen.
Eigenschappen
Hiermee opent u het dialoogvenster Eigenschappen audiotrack voor audio-cd's (zie Eigenschappen track) en het dialoogvenster MPEG-informatie voor video-cd's en supervideo-cd's (zie Eigenschappen track). Alleen beschikbaar voor audio-, video- en supervideo-cd's.
Alle audiobestanden normaliseren
Hiermee schakelt u het filter in dat het volume van de audiobestanden die u wilt branden op elkaar afstemt. Dit filter is vooral aan te raden als u bestanden van verschillende bronnen gebruikt. Alleen beschikbaar voor audio-cd's.
Geen pauzes tussen tracks
Met deze optie zorgt u ervoor dat er geen pauzes tussen de tracks worden ingelast. Als u dit selectievakje niet inschakelt, wordt er een pauze van twee seconden tussen de tracks ingelast. Alleen beschikbaar voor audio-cd's.
Pagina 20
Compilatievenster
(S)VCD-menu activeren
DVD9(8152MB) / DVD5(4483MB)
Hiermee activeert u een menu voor de cd. U kunt het menu naar wens instellen (zie Menu). Alleen beschikbaar voor video- en supervideo-cd's. Als de dvd-brander dvd's met twee lagen kan branden (DVD DL) en als u bestanden wilt branden die groter zijn dan 4483 MB, kunt u de optie DVD9 (8152 MB) in de vervolgkeuzelijst selecteren. Alleen beschikbaar voor dvd-video.
BD DL (47742MB) / BD (23866MB)
Als de brander Blu-ray-schijven met 2 lagen (BD DL) kan branden en u bestanden wilt branden die groter zijn dan 23866 MB, kunt u de optie BD DL(47742MB) selecteren in de vervolgkeuzelijst. Alleen beschikbaar voor Blu-ray-schijven.
Pagina 21
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
6
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen Met Nero Express kunt u diverse soorten bestanden en mappen verzamelen en branden. Als er een dvd-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u zowel gegevens-cd's als gegevens-dvd's branden. Als u een cd-recorder gebruikt, kunt u alleen gegevens-cd's branden en is in het startvenster de optie voor het branden van dvd's niet beschikbaar. De procedures voor het maken van een gegevens-cd en een gegevens-dvd zijn identiek. Als u een HD-dvd-recorder in uw computer hebt geïnstalleerd, kunt u deze selecteren om de optie Gegevens-HD-dvd in het gebied Gegevens weer te geven. De procedures voor het samenstellen en branden van een HD-dvd zijn identiek aan de procedures voor het samenstellen en branden van een gegevens-cd/dvd. In vergelijking met een normale dvd heeft een HD-dvd aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 15 GB op een single-layer-schijf opslaan. De capaciteitsbalk in het venster Schijfinhoud wordt automatisch aangepast. Als u een Blu-ray-recorder in uw computer hebt geïnstalleerd, kunt u deze selecteren om de optie Blu-ray-gegevensschijf in het gebied Gegevens weer te geven. De procedures voor het samenstellen en branden van een Blu-ray-gegevensschijf zijn identiek aan de procedures voor het samenstellen en branden van een gegevens-cd/dvd. In vergelijking met een normale dvd heeft een Blu-ray-schijf aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 25 GB op een single-layer-schijf opslaan (en maximaal 50 GB op een dual-layerschijf). De capaciteitsbalk in het venster Schijfinhoud wordt automatisch aangepast. Als er een SecureDisc™-recorder op uw computer is geïnstalleerd, kunt u deze selecteren zodat de opties SecureDisc™-gegevens-cd en SecureDisc™-gegevens-dvd in het gebied Gegevens van het startvenster worden weergegeven. Voor het toevoegen van gegevens en het branden van een SecureDisc™-gegevens-cd of -dvd gebruikt u dezelfde procedures als voor het compileren van een gewone gegevens-cd of -dvd. In het vensterdeel met extra opties van het compilatievenster Schijfinhoud worden onder SecureDisc™-instellingen extra opties weergegeven (zie SecurDisc™-instellingen). Als u Nero Image Recorder hebt ingeschakeld, kunt u ook compilaties in Nero Express selecteren die u anders niet zou kunnen selecteren voor de recorders die op uw computer zijn geïnstalleerd. Als u bijvoorbeeld een cd-recorder hebt geïnstalleerd, kunt u met Nero Image Recorder ook een dvd samenstellen en de compilatie vervolgens als een imagebestand opslaan.
Pagina 22
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
Fig. 8. Het startvenster Gegevens
Ga als volgt te werk als u een gegevens-cd/dvd wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Data. Æ De opties Data-cd en Gegevens-dvd worden weergegeven.
2. Klik op de gewenste optie. Æ Het compilatievenster Schijfinhoud voor gegevens-cd's/dvd's wordt weergegeven. Æ Als u de optie SecurDisc™-gegevens-cd of SecurDisc™-gegevens-dvd in het startvenster hebt geselecteerd, wordt een aanvullend dialoogvenster weergegeven. In het vensterdeel met extra opties van het compilatievenster worden onder SecureDisc™-instellingen extra opties weergegeven (zie SecurDisc™-instellingen).
Fig. 9. Het compilatievenster Schijfinhoud
3. Klik op de knop Toevoegen. Æ Daarop wordt het venster Bestanden en mappen toevoegen geopend. Pagina 23
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
Fig. 10. Het venster Bestanden en mappen toevoegen
4. Selecteer de bestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen en klik vervolgens op de knop Toevoegen.
5. Herhaal bovenstaande stappen voor alle bestanden die u wilt toevoegen. Als u wilt zoeken naar bepaalde bestanden en die vervolgens aan uw compilatie wilt toevoegen, raadpleeg dan Bestanden zoeken en toevoegen.
6. Klik op de knop Sluiten. Æ De bestanden worden aan de compilatie toegevoegd en in het compilatievenster weergegeven.
7. Sorteer de gegevens op de cd/dvd in de gewenste volgorde. 8. U kunt bepaalde bestanden ook verbergen (zie Bestanden verbergen). 9. Als u een SecurDisc™-gegevens-cd of -dvd wilt maken, schakelt u de gewenste selectievakjes in het gebied SecurDisc™-instellingen in (zie SecurDisc™-instellingen inschakelen).
10. Klik op de knop Volgende. Æ Nadat u de selectievakjes in het gebied SecurDisc™-instellingen hebt ingeschakeld, worden de relevante dialoogvensters geopend en kunt u extra instellingen opgeven (zie SecurDisc™-instellingen inschakelen).
Î U hebt een gegevens-cd/dvd samengesteld en kunt die nu gaan branden.
6.1
Bestanden zoeken en toevoegen Als u wilt zoeken naar bepaalde bestanden en die vervolgens aan uw compilatie wilt toevoegen, gaat u als volgt te werk.
Pagina 24
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
1. Klik in het compilatievenster Schijfinhoud voor gegevens-cd's/dvd's op de knop Toevoegen.
Æ Daarop wordt het venster Bestanden en mappen toevoegen geopend.
2. Klik op de tab Desktop Search. 3. Geef uw zoekopdracht op in het tekstvak Zoekopdracht. U kunt meerdere zoekcriteria combineren en de zoekopdracht verder verfijnen. Als u de tekstvakken voor een geavanceerde zoekopdracht wilt weergeven, klikt u op de knop
.
4. Klik op de knop Zoeken. Æ De zoekresultaten worden in het gebied Resultaten weergegeven. Voor een beter overzicht, kunt u de zoekresultaten voor de categorieën Audio, Foto's, Video, Documenten en Overige afzonderlijk weergeven.
Fig. 11. Het venster Bestanden en mappen toevoegen – tabblad Desktop Search
5. Selecteer het gewenste bestand en klik op de knop Toevoegen. 6. Herhaal de stappen 3 t/m 6 voor alle bestanden die u wilt zoeken en aan de compilatie wilt toevoegen.
Æ De bestanden worden aan de compilatie toegevoegd. Klik op de knop Zoekopdracht opslaan als u de zoekresultaten voor toekomstige projecten wilt opslaan. Vervolgens is de opgeslagen zoekopdracht beschikbaar op het tabblad Opgeslagen zoekacties.
Pagina 25
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
7. Nadat u alle gewenste bestanden aan de compilatie hebt toegevoegd, klikt u op de knop .
Æ De bestanden worden vervolgens in het compilatievenster weergegeven.
Î U hebt naar bepaalde bestanden gezocht en deze aan een compilatie toegevoegd.
6.2
Bestanden verbergen Het is zeer eenvoudig om bestanden op een gegevens-cd/dvd om beveiligingsredenen te verbergen om te voorkomen dat ze worden weergegeven als de inhoud van de schijf wordt bekeken. Deze bestanden kunt u op dezelfde manier gebruiken als verborgen systeembestanden en u kunt ze eenvoudig weer laten weergeven. Ga als volgt te werk als u bestanden wilt verbergen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het gewenste bestand om het te selecteren. 2. Selecteer de optie Eigenschappen in het snelmenu. Æ Het dialoogvenster Eigenschappen van wordt geopend.
Fig. 12. Het dialoogvenster Eigenschappen van
3. Schakel het selectievakje Verbergen in en klik op de knop OK. Î Het bestand is nu verborgen.
6.3
SecurDisc™-instellingen inschakelen Voer onderstaande stappen uit als u de gegevens op een SecurDisc™-cd of -dvd tegen ongeoorloofd openen wilt beveiligen, als u de PDF-bestanden met kopieerbeveiliging wilt beveiligen, als u de kopieerbeveiliging met een wachtwoord wilt opheffen of als u een digitale handtekening aan de schijf wilt toevoegen: Pagina 26
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
1. Schakel in het vensterdeel met extra opties van het compilatiegebied het selectievakje Wachtwoordbeveiliging in.
Æ Het symbool van een slot geeft aan dat alle gegevens zijn beveiligd. U kunt de beveiligingsfunctie voor afzonderlijke bestanden in- of uitschakelen. Selecteer het vereiste bestand om de knop Niet beveiligen/Beveiligen weer te geven. Klik op de knop om de beveiliging in- of uit te schakelen.
2. Schakel in het vensterdeel met extra opties van het compilatievenster het selectievakje Digitale handtekening in.
Æ Het dialoogvenster SecurDisc™ – Digitale handtekening wordt geopend.
Fig. 13. Het dialoogvenster SecurDisc™ – Digitale handtekening
3. Ga als volgt te werk als u zojuist een digitale sleutel hebt gemaakt: 1. Klik op de knop Bladeren. Æ
Het dialoogvenster SecurDisc™ – Persoonlijke sleutels selecteren wordt geopend.
2. Selecteer de sleutel en klik op de knop OK.
4. Ga als volgt te werk om een digitale sleutel te maken: 1. Klik op de knop Start. Æ
Het dialoogvenster SecurDisc™ - Digitale sleutel maken wordt geopend.
2. Lees de instructies en klik op de knop Volgende. Æ
Het dialoogvenster voor het maken van de SecurDisc ™-sleutel wordt geopend. Pagina 27
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
3. Verplaats de muis naar een willekeurige positie totdat de sleutel is gemaakt.
Op de voortgangsbalk kunt u de status van het proces van het maken van deze sleutel bekijken. 4. Klik op de knop Volgende.
De knop Volgende is beschikbaar zodra het proces is voltooid. Æ
Het dialoogvenster SecurDisc ™– Sleutelinstelling is beëindigd wordt geopend.
5. Voer een bestandsnaam in voor de sleutel die u hebt gemaakt en klik op de knop Voltooien.
Æ Het dialoogvenster SecurDisc™ - Digitale handtekening wordt geopend en de geselecteerde sleutel wordt in de vervolgkeuzelijst weergegeven.
5. Schakel in het compilatievenster het selectievakje Gegevens kopiëren voorkomen in het gebied met extra opties in.
Æ Alle PDF-bestanden zijn tegen kopiëren beveiligd. Het selectievakje Kopiëren met wachtwoord toestaan wordt weergegeven.
6. Als u het kopiëren van tegen kopiëren beveiligde gegevens wilt toestaan nadat het wachtwoord is ingevoerd: 1. Schakel het selectievakje Kopiëren met wachtwoord toestaan in. Æ
Het dialoogvenster SecurDisc™-gegevens beveiligen wordt geopend.
2. Voer in het invoervak Wachtwoord het vereiste wachtwoord in en klik op OK. Wanneer u het wachtwoord invoert, wordt via een wizard een extra dialoogvenster met suggesties weergegeven. Via deze wizard wordt tijdens het invoeren het beveiligingsniveau ingeschat, dat wil zeggen de kwaliteit van het wachtwoord.
7. Klik op de knop OK. Æ Er wordt een dialoogvenster geopend met de melding dat de schijf digitaal is ondertekend met de geselecteerde sleutel. U kunt de relevante openbare sleutel doorgeven aan geadresseerden zodat deze de handtekening kunnen verifiëren.
8. Klik op de knop OK. 9. Klik op de knop Volgende. Æ Het dialoogvenster SecurDisc™ - Gegevens beveiligen wordt geopend.
Pagina 28
Gegevens-cd's/dvd's samenstellen
Fig. 14. Het dialoogvenster SecurDisc™ - Gegevens beveiligen
10. Voer in het invoervak Wachtwoord het vereiste wachtwoord in en klik vervolgens op OK. Wanneer u het wachtwoord invoert, wordt via een wizard een extra dialoogvenster met suggesties weergegeven. Via deze wizard wordt het beveiligingsniveau ingeschat, oftewel de kwaliteit van het wachtwoord.
Î U hebt de gegevens op uw SecurDisc™-cd of -dvd met een wachtwoord beveiligd tegen ongeoorloofd openen, uw PDF-documenten tegen kopiëren beveiligd en/of de schijf digitaal ondertekend. U kunt de cd/dvd nu branden.
Pagina 29
Muziek
7
Muziek
7.1
Een audio-cd samenstellen Met Nero Express kunt u een audio-cd maken met muziekbestanden. Vervolgens kunt u de cd in alle normale cd-spelers afspelen. Bij het samenstellen van een audio-cd worden bronbestanden met verschillende audio-indelingen (bijvoorbeeld MP4, MP3 of WMA) automatisch naar de audio-cd-indeling geconverteerd voordat het branden plaatsvindt. Sommige cd-spelers kunnen geen cd-rw-schijven afspelen. Gebruik daarom cd-r-schijven voor het branden van audio-cd's.
Fig. 15. Het startvenster Audio
Ga als volgt te werk als u een audio-cd wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Audio. Æ De opties audio CD, audioboek-CD, Jukebox audio-cd en Jukebox audio-dvd worden weergegeven.
2. Klik op Audio-cd. Æ Het compilatievenster voor audio-cd's Mijn audio-cd wordt weergegeven.
Pagina 30
Muziek
Fig. 16. Het compilatievenster Mijn audio-cd
3. Klik op de knop Toevoegen. Æ Het venster Bestanden en mappen toevoegen wordt geopend.
4. Selecteer de audiobestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen en klik vervolgens op de knop Toevoegen.
5. Herhaal de stappen 4 en 5 voor alle audiobestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen. Als u wilt zoeken naar bepaalde bestanden en die vervolgens aan uw compilatie wilt toevoegen, raadpleeg dan Bestanden zoeken en toevoegen.
6. Klik op de knop Sluiten. Æ De audiobestanden worden aan de compilatie toegevoegd en in het compilatievenster weergegeven.
7. Pas de eigenschappen van de audiobestanden naar wens aan (zie Eigenschappen aanpassen).
8. Selecteer, indien gewenst, de selectievakjes Alle audiobestanden normaliseren en Geen pauzes tussen tracks (zie Compilatievenster).
9. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een audio-cd samengesteld en kunt de compilatie nu gaan branden.
7.1.1 Eigenschappen aanpassen U kunt de tabbladen Eigenschappen track, Indices, Begrenzingen, Splitsen en Filters gebruiken om de eigenschappen van een audiobestand weer te geven en/of aan te passen. Klik op de knop Eigenschappen in het compilatievenster Mijn audio-cd om het eigenschappenvenster te openen.
Pagina 31
Muziek
7.1.1.1 Eigenschappen track Op het tabblad Eigenschappen track vindt u in het gebied Broninformatie gegevens over het geselecteerde bestand.
Fig. 17. Het dialoogvenster Eigenschappen audiotrack – tabblad Eigenschappen track
In het gebied Eigenschappen kunt u de volgende gegevens invoeren: Titel (CD TEKST)
De titel die u hier invoert, wordt weergegeven door cdspelers die de functie cd-tekst ondersteunen.
Artiest (CD TEKST)
De naam van de artiest die u hier invoert, wordt weergegeven door cd-spelers die de functie cd-tekst ondersteunen.
Pauze
Hier kunt u de lengte van de pauze tussen het geselecteerde audiobestand en het volgende bestand in seconden of in frames opgeven.
International Standard Recording Code (ISRC)
Dit is een digitale code van 12 tekens ter identificatie van digitale audiobestanden. De ISRC wordt in de subcode van een audiobestand opgenomen. Als u de ISRC-code van een titel niet weet, laat u dit vak leeg.
Bescherming
Hiermee schakelt u de kopieerbeveiliging in.
Cross-faden met vorige track
Met deze optie kunt u de vorige track in de huidige track laten overlopen. U kunt de overgangsperiode in seconden opgeven.
Pagina 32
Muziek
7.1.1.2 Indexen, begrenzingen, splitsen Op het tabblad Indices, Begrenzingen, Splitsen kunt u indexen instellen en verwijderen en audiobestanden in twee of meer kortere audiobestanden splitsen.
Fig. 18. Het dialoogvenster Eigenschappen audiotrack – tabblad Indexen, begrenzingen, splitsen
De volgende gebieden en knoppen zijn beschikbaar: Oscilloscoop
Dit is een grafische weergave van het audiobestand.
Posities (Start/Einde)
Geeft de start- en eindpositie van het audiobestand op de cd aan. Hiermee maakt u een nieuw indexpunt aan.
Nieuwe index
Door indexen te gebruiken kunt u snel naar een bepaalde sectie van een audiobestand gaan.
Bewerken
Hiermee opent u het dialoogvenster Indexpositie bewerken. Hier kunt u de exacte positie van een indexpunt bepalen.
Wissen
Hiermee verwijdert u het geselecteerde indexpunt.
Splitsen
Hiermee splitst u het audiobestand op de aangegeven positie.
Spelen
Hiermee start u het afspelen vanaf de aangegeven positie.
Splitsen bij indexposities
Hiermee splitst u het audiobestand op basis van alle opgegeven indexpunten.
Inzoomen
Hiermee vergroot u de grafische weergave van het audiobestand.
Uitzoomen
Hiermee verkleint u de grafische weergave van het audiobestand.
Volledige weergave
Hiermee kunt u de grafische weergave van het gehele audiobestand bekijken.
Pagina 33
Muziek
7.1.1.3 Filters Het tabblad Filters bevat filters waarmee u de kwaliteit van audiobestanden kunt verbeteren en aanpassen. Het zogenoemde niet-destructieve proces wordt daarbij gebruikt, hetgeen inhoudt dat het eigenlijke audiobestand niet wordt gewijzigd, maar dat er markeringen worden ingesteld die op iedere moment ook weer kunnen worden verwijderd. Tijdens het proces worden geen extra audiobestanden gemaakt en de audiobestanden worden pas gewijzigd als u ze gaat branden. Klik op de knop Geselecteerde filters testen om de aangebrachte filters te beluisteren.
Fig. 19. Het dialoogvenster Eigenschappen audiotrack – tabblad Filters
De volgende filters zijn beschikbaar:
Normaliseren
Met dit filter stelt u het volume van een audiobestand in op een vooraf gedefinieerde waarde. Dit filter is vooral handig om het volume van audiobestanden die van verschillende bronnen afkomstig zijn op elkaar af te stemmen.
Tikken verwijderen
Met dit filter verwijdert u tikken en bijgeluiden van oude LP's.
Ruisvermindering
Met dit filter wordt ruis uit audiobestanden verwijderd. Alle frequenties onder een bepaalde drempel (ruisniveau) worden verwijderd.
Fade-in
Met dit filter wordt het volume van een audiobestand geleidelijk van nul naar het volledige volume verhoogd. U kunt dit filter gebruiken bij het inkorten van audiobestanden.
Fade-out
Met dit filter wordt het volume van een audiobestand geleidelijk van het volledige volume naar nul verlaagd. U kunt dit filter gebruiken bij het inkorten van audiobestanden.
Stereo wordt wijder
Met dit filter kunt u het stereo-effect van een audiobestand versterken of verminderen. Dit filter werkt alleen als het audiobestand in stereo is opgenomen.
Karaoke
Met dit filter worden de vocalen uit een audiobestand verwijderd. Dit filter verwijdert de geluiden die in beide stereokanalen identiek zijn.
Echo
Met dit filter voegt u een echo-effect aan het audiobestand toe.
Equalizer
Met dit filter kunt u de frequentie, het volume, de lage tonen en de toonhoogte van een audiobestand wijzigen. Pagina 34
Muziek
7.2
Jukebox audio-cd's/dvd's samenstellen Met Nero Express kunt u cd's en dvd's in iedere gewenste audio-indeling samenstellen (bijvoorbeeld in de indeling Nero Digital, MP3 of WMA). In tegenstelling tot audio-cd's die u alleen naar een cd kunt branden, kunt u deze compilaties met verschillende audio-indelingen zowel naar cd als naar dvd branden, maar dan moet u natuurlijk wel een dvd-recorder op uw computer hebben geïnstalleerd. De procedure is voor beide methoden gelijk. U kunt zelf bepalen of u alleen audiobestanden met dezelfde indeling wilt gebruiken, of audiobestanden met verschillende indelingen. Bij het maken van een Jukebox audio-cd/dvd worden de audiobestanden niet geconverteerd. Dat betekent dat u bijvoorbeeld MP3-bestanden gewoon als MP3bestanden kunt branden. Als u een HD-dvd-recorder in uw computer hebt geïnstalleerd en u deze selecteert, wordt de optie JukeBox-HD-dvd in het gebied Muziek van het startvenster weergegeven. De procedure voor het branden van een Jukebox HD-dvd is identiek aan de procedure voor het branden van een Jukebox Audio-cd/dvd. In vergelijking met een normale dvd heeft een HD-dvd aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 15 GB op een single-layer-schijf opslaan. De capaciteitsbalk in het venster Mijn audiodvd wordt automatisch aangepast. Als u een Blu-ray-recorder in uw computer hebt geïnstalleerd en u deze selecteert, wordt de optie Jukebox Blu-ray-schijf in het gebied Muziek van het startvenster weergegeven. De procedures voor het samenstellen en branden van een Jukebox Blu-ray-schijf zijn identiek aan de procedures voor het samenstellen en branden van een Jukebox Audiocd/dvd. In vergelijking met een normale dvd heeft een Blu-ray-schijf aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 25 GB op een single-layer-schijf opslaan (en maximaal 50 GB op een dual-layerschijf). De capaciteitsbalk in het venster Mijn audio-dvd wordt automatisch aangepast. Als u Nero Image Recorder hebt ingeschakeld, kunt u ook compilaties in Nero Express selecteren die u anders niet zou kunnen selecteren voor de recorders die op uw computer zijn geïnstalleerd. Als u bijvoorbeeld een cd-recorder hebt geïnstalleerd, kunt u met Nero Image Recorder ook een dvd samenstellen en de compilatie vervolgens als een imagebestand opslaan. Ga als volgt te werk als u een Jukebox audio-cd/dvd wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Audio. Æ De opties audio CD, audioboek-CD, Jukebox audio-cd en Jukebox audio-dvd worden weergegeven.
2. Selecteer de gewenste optie, Jukebox audio-cd of Jukebox audio-dvd. Æ Het compilatievenster Mijn audioschijf wordt weergegeven.
Pagina 35
Muziek
Fig. 20. Het compilatievenster Mijn audioschijf
Technisch gezien is een compilatie die uit bestanden met diverse audio-indelingen bestaat een gegevens-cd/dvd. Daarom kunt u ook Gegevens > Gegevens-cd/dvd in het startvenster van Nero Express selecteren om zo'n project te maken en te branden.
3. Herhaal de stappen 3 tot en met 7 onder Een audio-cd samenstellen. Æ De audiobestanden worden aan de compilatie toegevoegd en in het compilatievenster weergegeven.
4. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een Jukebox audio-cd/dvd gemaakt en kunt de compilatie nu gaan branden.
7.3
Audioboek-cd's samenstellen Met Nero Express kunt u audioboekbestanden verzamelen en die vervolgens als een Audioboek-cd branden, bijvoorbeeld in de vorm van en audio-cd. Vervolgens kunt u deze cd op iedere cd-speler afspelen. Omdat audioboeken een speeltijd van meerdere uren kunnen hebben, verdeelt Nero Express de compilaties als dat nodig is over meerdere cd's. Als dat het geval is, wordt u er tijdens het branden op gewezen een lege schijf te plaatsen. Ga als volgt te werk als u een Audioboek-cd wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Audio. Æ De opties audio CD, audioboek-CD, Jukebox audio-cd en Jukebox audio-dvd worden weergegeven.
2. Klik op de optie Audioboek-CD. Æ Het compilatievenster Mijn Audioboek-CD wordt weergegeven.
Pagina 36
Muziek
Fig. 21. Het compilatievenster Mijn audioboek-cd
3. Herhaal de stappen 3 tot en met 7 onder Een audio-cd samenstellen. Æ De audioboekbestanden worden aan de compilatie toegevoegd en in het compilatievenster weergegeven.
4. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een Audioboek-cd samengesteld en kunt de compilatie nu gaan branden.
Pagina 37
Video's en diapresentaties
8
Video's en diapresentaties
8.1
Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen Met Nero Express kunt u video- en afbeeldingsbestanden naar video-cd's (MPEG-1-indeling) of supervideo-cd's (MPEG-2-indeling) branden en die vervolgens op bijna alle vcd/svcd- en dvd-spelers als video of diapresentatie afspelen. Tijdens het branden worden de bronbestanden automatisch naar de juiste indeling omgezet. De procedure is voor beide methoden identiek.
De optie Super Video CD is niet beschikbaar in Nero Express Essentials SE.
Als u in Nero Express een diapresentatie maakt, zijn opties zoals Benadrukken met achtergrondmuziek niet beschikbaar. Deze en andere functies zijn wel beschikbaar in Nero Vision. Raadpleeg de handleiding van Nero Vision voor uitgebreide instructies voor het maken van professionele diapresentaties. Als u een diapresentatie als vcd/svcd opslaat, worden de bijbehorende afbeeldingen in een DAT-bestand opgeslagen. Dit bestandstype kan niet worden bekeken of bewerkt met een beeldbewerkingsprogramma. Als u de oorspronkelijke afbeeldingen ook op de cd wilt opslaan, opent u het vensterdeel met extra opties van het compilatievenster en schakelt u het selectievakje Bronafbeeldingen opslaan in in.
Fig. 22. Het startvenster Video's/afbeeldingen
Ga als volgt te werk als u een video-cd/supervideo-cd wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Video's/afbeeldingen. Æ De opties Video-CD, Super Video CD en DVD-Video bestanden worden weergegeven.
2. Selecteer de gewenste optie, Video-CD of Super Video CD. Æ Het compilatievenster Mijn video-cd/Mijn super video-cd wordt weergegeven. Pagina 38
Video's en diapresentaties
Fig. 23. Het compilatievenster Mijn video-cd
3. Klik op de knop Toevoegen. Æ Het venster Bestanden en mappen toevoegen wordt geopend.
4. Selecteer de video- en/of afbeeldingsbestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen. 5. Klik op de knop Toevoegen. 6. Herhaal de stappen 4 en 5 voor alle video- en/of afbeeldingsbestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen.
Als u wilt zoeken naar bepaalde bestanden en die aan de compilatie wilt toevoegen, raadpleeg dan Bestanden zoeken en toevoegen.
7. Klik op de knop Sluiten. Æ De video- en/of afbeeldingsbestanden worden aan de compilatie toegevoegd en worden in het compilatievenster weergegeven.
8. Pas de eigenschappen van de video- en/of afbeeldingsbestanden naar wens aan (zie Eigenschappen aanpassen).
9. Schakel het selectievaklje (S)VCD-menu activeren in (zie Compilatievenster). 10. Klik op de knop Volgende. Æ Als u het selectievakje (S)VCD-menu activeren hebt ingeschakeld, wordt het venster Mijn Video-CD Menu weergegeven.
Pagina 39
Video's en diapresentaties
Fig. 24. Het compilatievenster Mijn video-cd-menu
1. U kunt het menu naar wens aanpassen (zie Het menu aanpassen). 2. Klik op de knop Volgende.
Î U hebt een video-cd/supervideo-cd samengesteld en kunt de compilatie nu gaan branden.
8.1.1 Eigenschappen aanpassen U kunt de eigenschappen van een video- of afbeeldingsbestand weergeven en/of wijzigen op de tabbladen Eigenschappen en Menu. Klik op de knop Eigenschappen in het compilatievenster om het venster MPEG-info te openen. 8.1.1.1 Eigenschappen track Het tabblad Eigenschappen bevat belangrijke informatie over het geselecteerde bestand.
Fig. 25. Het dialoogvenster MPEG-info – tabblad Eigenschappen
Pagina 40
Video's en diapresentaties
De volgende gebieden en knoppen zijn beschikbaar:
Effecten
Hiermee opent u het dialoogvenster Effecten. U kunt hier verschillende filters uitproberen en deze al dan niet toepassen. Alleen beschikbaar voor afbeeldingsbestanden.
Pauze na track
Hier bepaalt u de lengte van de pauze in seconden tussen het geselecteerde video- of afbeeldingsbestand en het volgende bestand.
8.1.1.2 Menu Op het tabblad Menu kunt u de informatie voor het video- of afbeeldingsbestand aanpassen.
Fig. 26. Het dialoogvenster MPEG-info – tabblad Menu
De volgende opties en velden zijn beschikbaar: Titel
Hier geeft u de naam op voor het video- of afbeeldingsbestand.
Afbeelding gebruikt als thumbnail
Hier geeft u aan welk frame als miniatuur in het menu moet worden gebruikt. Gebruik de schuifbalk om de gewenste afbeelding te selecteren. Alleen beschikbaar voor videobestanden.
8.1.2 Het menu aanpassen In het venster Mijn (super)video-cd-menu kunt u het menu naar wens aanpassen. Net als met de dvd-videomenu's kunt u titels of hoofdstukken uit de film selecteren en die in het vcd/svcd-menu weergeven.
Pagina 41
Video's en diapresentaties
De volgende opties en knoppen zijn beschikbaar: Layout
Hiermee opent u het dialoogvenster Layout-instellingen. Hier kunt u de layout van het menu aanpassen.
Achtergrond
Hiermee opent u het dialoogvenster Achtergrondinstellingen. Hier kunt u een achtergrondafbeelding opgeven en aanpassen. Hiermee opent u het dialoogvenster Tekstinstellingen.
Tekst
8.2
Hier kunt u de tekst voor kopteksten en voetteksten opgeven en het lettertype selecteren.
Menu op volledig scherm weergeven
Geeft een voorbeeld van het menu weer in de modus volledig scherm.
Als standaard instellen
Hiermee slaat u de huidige menu-instellingen als standaardinstelling op.
Dvd-video's samenstellen Met Nero Express kunt u dvd's branden die zijn samengesteld uit dvd-videobestanden die op uw computer zijn opgeslagen. U kunt de dvd's vervolgens op nagenoeg alle dvd-spelers afspelen. Het is in Nero Express niet mogelijk om een dvd-video te maken met videobestanden. In Nero Vision kunt u uw videobestanden omzetten naar dvd-videobestanden. Ga als volgt te werk als u een dvd-video wilt maken:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Video's/afbeeldingen. Æ De opties Video-CD, Super Video CD en DVD-Video bestanden worden weergegeven.
2. Klik op DVD-Video. Æ Het compilatievenster DVD-Video bestanden wordt weergegeven.
Fig. 27. Het compilatievenster Dvd-videobestanden Pagina 42
Video's en diapresentaties
3. Klik op de knop Toevoegen. Æ Het venster Bestanden en mappen toevoegen wordt geopend.
4. Selecteer de dvd-videobestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen en klik op de knop Toevoegen.
5. Herhaal de stappen 4 en 5 voor alle dvd-videobestanden die u aan de compilatie wilt toevoegen.
Als u wilt zoeken naar bepaalde bestanden en die aan uw compilatie wilt toevoegen, raadpleeg dan Bestanden zoeken en toevoegen.
6. Klik op de knop Sluiten. Æ De dvd-videobestanden worden aan de compilatie toegevoegd en in het compilatievenster weergegeven. Als de geselecteerde dvd-videobestanden groter zijn dan 4483 MB en als u een dual-layer dvd-brander hebt geïnstalleerd (DVD DL), kunt u de optie DVD9 (8152MB) in de vervolgkeuzelijst selecteren.
7. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een dvd-video samengesteld en kunt de compilatie nu gaan branden.
Pagina 43
Een kopie maken
9
Een kopie maken Met Nero Express en een dvd-recorder kunt u cd's en dvd's kopiëren. Als u een cd-recorder gebruikt, kunt u alleen cd's kopiëren. De procedures zijn identiek. U kunt ook één station gebruiken om cd's/dvd's te kopiëren. Kies in dat geval hetzelfde station als bron- en als doelstation. Als u één station gebruikt om te kopiëren, wordt u erop gewezen de bron-cd/dvd te verwijderen en een lege schijf te plaatsen nadat het image-bestand is geschreven. Het branden start vervolgens automatisch. Als u niet in het bezit bent van het auteursrecht van de cd/dvd en geen toestemming hebt van de houder van het auteursrecht, heeft het onbevoegd kopiëren van cd's of dvd's tot gevolg dat u inbreuk maakt op het nationale en internationale auteursrecht. Als er een HD-dvd-recorder in uw computer is geïnstalleerd en u deze selecteert, wordt de optie Gehele HD-dvd kopiëren in het gebied Image, project, kopie van het startvenster weergegeven. In vergelijking met een normale dvd heeft een HD-dvd aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 15 GB op een single-layer-schijf opslaan. Als er een Blu-ray-recorder in uw computer is geïnstalleerd en u deze selecteert, wordt de optie Gehele Blu-ray-schijf kopiëren in het gebied Image, project, kopie van het startvenster weergegeven. De procedure voor het kopiëren van een Blu-ray-schijf is identiek aan de procedure voor het kopiëren van een cd/dvd. In vergelijking met een normale dvd heeft een Blu-ray-schijf aanzienlijk meer ruimte; u kunt tot wel 25 GB op een single-layer-schijf opslaan (en maximaal 50 GB op een dual-layerschijf). Als u Nero Image Recorder hebt ingeschakeld, kunt u ook compilaties in Nero Express selecteren die u anders niet zou kunnen selecteren voor de recorders die op uw computer zijn geïnstalleerd. Als u bijvoorbeeld een cd-recorder hebt geïnstalleerd, kunt u met Nero Image Recorder ook een dvd samenstellen en de compilatie vervolgens als een imagebestand opslaan.
Fig. 28. Het venster Cd-dvd kopiëren Pagina 44
Een kopie maken
In het gebied Selecteer bron en doel kunt u de volgende informatie opgeven: Bronstation
Hier geeft u het bronstation op. Plaats de cd of dvd die u wilt kopiëren in dit station.
Doelstation
Hier geeft u het doelstation op: Plaats een lege schijf in dit station.
Info
Hiermee opent u het dialoogvenster Recordergegevens. Dit bevat belangrijke informatie over het geselecteerde doelstation.
Snel kopiëren
Met deze optie kunt u een rechtstreekse kopie maken van het bron- naar het doelstation. Tijdens dit proces worden er geen gegevens naar de harde schijf verzonden. Voor deze optie hebt u minimaal twee stations nodig (niet voor Nero Image Recorder). Als u dit selectievakje niet inschakelt, wordt er eerst een image-bestand gemaakt en vervolgens wordt het imagebestand gebrand. Hiermee bepaalt u de snelheid waarmee de schijf wordt gebrand.
Schrijfsnelheid
Alleen de schrijfsnelheden die door de geselecteerde recorder worden ondersteund worden weergegeven. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder.
Aantal kopieën
Hier geeft u het gewenste aantal kopieën op.
Gegevens op schijf verifiëren na branden
Als u deze optie inschakelt, wordt gecontroleerd of de geschreven gegevens overeenkomen met de oorspronkelijke gegevens. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder.
Imagebestand
Hier geeft u de map op waarin het imagebestand moet worden opgeslagen. U kunt de naam van het imagebestand en de doelmap wijzigen. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder.
De volgende selectievakjes zijn beschikbaar in het vensterdeel met extra opties: Alle subchannel-data lezen Maximumsnelheid vaststellen
Als u deze optie inschakelt, worden alle subchannelgegevens tijdens het kopiëren gelezen. Subchannel-gegevens worden gebruikt om aanvullende informatie op te slaan, bijvoorbeeld voor een CD text. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder. Alle stappen van het brandproces worden uitgevoerd, met uitzondering van het branden zelf.
Simulatie
Als de simulatie naar behoren verloopt, kunt u ervan uitgaan dat het branden ook lukt. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder.
Branden
Hiermee start u het eigenlijke brandproces (bijvoorbeeld na een simulatie). Dit selectievakje is standaard ingeschakeld.
Pagina 45
Een kopie maken
9.1
Cd's/dvd's kopiëren Ga als volgt te werk als u een cd of een dvd wilt kopiëren:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Image, project, kopie. Æ De opties Gehele cd kopiëren, Gehele dvd kopiëren en Schijfimage of opgeslagen project worden weergegeven.
Fig. 29. Het startvenster Image, project, kopie
2. Selecteer de gewenste optie, Gehele cd kopiëren of Gehele dvd kopiëren. Æ Het scherm Bron en doel selecteren wordt weergegeven.
3. Geef de gewenste instellingen op (zie Een kopie maken). U kunt ook één station gebruiken om cd's/dvd's te kopiëren. Kies in dat geval hetzelfde station als bron- en als doelstation. Als u één station gebruikt om te kopiëren, wordt u gevraagd de bron-cd/dvd te verwijderen en een lege schijf te plaatsen nadat het imagebestand is geschreven. Het branden start vervolgens automatisch.
4. Geef desgewenst extra instellingen op in het vensterdeel met extra opties (zie Een kopie maken). Sommige cd's/dvd's zijn tegen kopiëren beveiligd en die kunt u dan ook niet kopiëren. Als u niet zeker weet of een cd/dvd gekopieerd kan worden, voer dan eerst een simulatie uit voordat u daadwerkelijk gaat branden.
5. Klik op de knop Kopiëren. 6. Als u via een station kopieert, wordt het kopieerproces gestart. Als u Nero Image Recorder gebruikt, wordt het dialoogvenster Imagebestand opslaan geopend: 1. Geef in het tekstvak Bestandsnaam een naam op voor het imagebestand. Pagina 46
Een kopie maken
2. Selecteer de gewenste opslaglocatie in de navigatiestructuur en klik op de knop Opslaan.
Æ Het kopiëren en/of opslaan wordt gestart. U kunt de voortgang in de statusbalk zien. Als u één station gebruikt om te kopiëren, wordt u erop gewezen de bron-cd/dvd te verwijderen en een lege schijf te plaatsen nadat het image-bestand is geschreven. Het branden start vervolgens automatisch.
Fig. 30. Het venster Kopieerproces
7. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een kopie van een cd/dvd gemaakt. U kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
Pagina 47
Een schijfimage of een opgeslagen project laden
10
Een schijfimage of een opgeslagen project laden Met Nero Express kunt u een cd/dvd branden van een imagebestand of van een compilatie die u eerder op de harde schijf hebt opgeslagen (zie Branden met Nero Image Recorder – een imagebestand maken). Imagebestand of opgeslagen compilatie Een imagebestand is een exacte kopie van de gegevens die u gaat branden. U kunt een imagebestand net zo vaak branden als u wilt, terwijl de vereiste ruimte op de harde schijf beperkt blijft tot de compilatie die u hebt gemaakt. Een opgeslagen compilatie bevat de koppelingen naar de bestanden die moeten worden gebrand en de instellingen voor die bestanden. U kunt de inhoud alleen met Nero Express openen zolang de paden ongewijzigd blijven. De bestandsgrootte van een opgeslagen compilatie is aanzienlijk kleiner dan de bestandsgrootte van een imagebestand. Ga als volgt te werk als u een imagebestand of een opgeslagen project wilt openen om te branden:
1. Klik in het startvenster van Nero Express op het menupictogram Image, project, kopie. Æ De opties Gehele cd kopiëren, Gehele dvd kopiëren en Schijfimage of opgeslagen project worden weergegeven.
Fig. 31. Het startvenster Image, project, kopie
2. Selecteer de optie Schijfimage of opgeslagen project. Æ Het dialoogvenster Openen wordt geopend.
3. Selecteer het gewenste imagebestand (*.nrg) of opgeslagen project en klik op de knop Openen.
Æ Het geselecteerde bestand wordt geopend en het venster Definitieve brandinstellingen wordt weergegeven.
Î U hebt het imagebestand of de compilatie geladen en kunt het bestand of de compilatie nu branden (zie Een schijf branden).
Pagina 48
LightScribe®
11
LightScribe® Met Nero Express en een LightScribe®-recorder kunt u labels maken en laden en die vervolgens op de labelzijde van een cd/dvd in de LightScribe®-recorder branden. De labelzijde van deze schijven is voorzien van een speciale thermische laag, waardoor de laser in de recorder afbeeldingen en tekst op de cd/dvd kan branden. Deze functie is in het startvenster beschikbaar via de optie LightScribe-label afdrukken of kan deel uitmaken van het brandproces. Deze functie is alleen beschikbaar voor recorders die de LightScribe®-technologie ondersteunen (zie Systeemvereisten). Werken met LightScribe® Direct Disc Labeling Als u een cd- of dvd-recorder met LightScribe® gebruikt, hebt u de nieuwste LightScribe® systeemsoftware nodig. Als u de nieuwste versie van Nero 7 van de website van Nero hebt gedownload en geïnstalleerd, moet u de LightScribe®-systeemsoftware afzonderlijk installeren. U vindt de nieuwste versie op www.nero.com/link.php?topic_id=93.
11.1 LightScribe®-labels afdrukken (zonder compilatie) Ga als volgt te werk als u een LightScribe®-label voor een cd/dvd wilt maken en afdrukken:
1. Selecteer in de sectie Recorder van het vensterdeel met extra opties van het startvenster de LightScribe®-recorder die u wilt gebruiken (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
2. Plaats een lege LightScribe®-schijf in de LightScribe®-recorder, met de labelzijde omlaag. Æ Het menupictogram LightScribe-label afdrukken wordt in het startvenster van Nero Express weergegeven.
3. Klik op het menupictogram LightScribe-label afdrukken. Æ De optie LightScribe-label afdrukken wordt weergegeven.
Fig. 32. Het startvenster LightScribe-label afdrukken
Pagina 49
LightScribe®
4. Selecteer de optie LightScribe-label afdrukken. Æ Het scherm Schijflabel wordt weergegeven.
Fig. 33. Het venster Schijflabel
5. Maak het label naar wens op. Het venster Schijflabel kunt u op dezelfde manier gebruiken als Nero CoverDesigner. In feite bestaat er geen verschil tussen het maken van een label dat u op papier afdrukt en een label dat u op een schijf afdrukt. Raadpleeg de handleiding van Nero Cover Designer voor uitgebreide instructies voor het maken van professionele labels en hoesjes.
6. Klik op de knop Volgende. Æ Het venster Afdrukeigenschappen LightScribe wordt weergegeven.
7. Geef de gewenste tekst op in de tekstvakken en selecteer het keuzerondje voor het instellen van de gewenste afdrukkwaliteit (zie Afdrukeigenschappen aanpassen).
8. Klik op de knop Afdrukken. Æ Het afdrukken wordt gestart. U kunt de voortgang van het proces in de statusbalk zien. Zodra het afdrukken is voltooid, verschijnt het dialoogvenster Nero – LightScribe waarin de resultaten van het afdrukken worden weergegeven.
Pagina 50
LightScribe®
Fig. 34. Het venster Afdrukproces
9. Klik op de knop OK. 10. Klik in het venster Afdrukeigenschappen LightScribe op de knop Volgende. Î U hebt uw eigen LightScribe®-label gemaakt en afgedrukt en kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
11.1.1 Afdrukeigenschappen aanpassen In het venster Afdrukeigenschappen LightScribe- kunt u de eigenschappen voor LightScribe®-labels aanpassen.
Fig. 35. Het venster Afdrukeigenschappen LightScribe
Pagina 51
LightScribe®
De volgende tekstvakken en knoppen zijn beschikbaar: Contrast afdrukken
Hier kunt u de gewenste afdrukkwaliteit instellen. Standaard is de optie Normaal geselecteerd.
Aantal kopieën
Hier geeft u het gewenste aantal kopieën op. Hier geeft u het gewenste station op.
Station
Deze optie is alleen beschikbaar als u meerdere LightScribe®recorders hebt geïnstalleerd. Hiermee opent u het venster Afdrukvoorbeeld LightScribe.
Voorproef...
In dit venster wordt een afdrukvoorbeeld van het label weergegeven.
11.2 LightScribe-labels afdrukken (als onderdeel van een project) Ga als volgt te werk als u, terwijl u aan een project werkt, een LightScribe®-label wilt maken en afdrukken:
1. Selecteer in de sectie Recorder van het vensterdeel met extra opties van het startvenster de LightScribe®-recorder die u wilt gebruiken (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
2. Stel een project samen (zie bijvoorbeeld Gegevens-cd's/dvd's samenstellen, Een audio-cd samenstellen, Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen of Dvd-video's samenstellen).
Æ Het scherm Schijflabel wordt weergegeven.
3. Maak het label naar wens op. Het venster Schijflabel kunt u op dezelfde manier gebruiken als Nero Cover Designer. In feite bestaat er geen verschil tussen het maken van een label dat u op papier afdrukt en een label dat u op een schijf afdrukt. Raadpleeg de handleiding van Nero Cover Designer voor uitgebreide instructies voor het maken van professionele labels en hoesjes.
4. Klik op de knop Volgende. Æ Het scherm Definitieve brandinstellingen wordt weergegeven.
5. Herhaal de stappen 2 tot en met 6 onder Een schijf branden. Æ Het venster Brandproces wordt weergegeven en het branden wordt gestart. U kunt de voortgang van het proces in de statusbalk zien. Zodra het branden is voltooid, wordt de cd/dvd uitgeworpen en wordt er een dialoogvenster weergegeven.
Pagina 52
LightScribe®
Fig. 36. Het venster Brandproces – dialoogvenster Schijf omdraaien
6. Plaats een lege LightScribe®-schijf met de labelzijde omlaag in de LightScribe®-recorder, of draai de schijf om.
Æ Het venster Afdrukeigenschappen LightScribe- wordt weergegeven en het afdrukken wordt gestart. U kunt de voortgang van het proces in de statusbalk zien. Als het afdrukken is voltooid, verschijnt het dialoogvenster Nero – LightScribe waarin de resultaten van het afdrukproces worden weergegeven.
Fig. 37. Het venster Afdrukproces
7. Klik op de knop OK. 8. Als u een logbestand van het brandproces wilt afdrukken of opslaan, klikt u op de knop Afdrukken of Opslaan.
9. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een LightScribe®-label gemaakt en afgedrukt als onderdeel van een cd/dvdproject. U kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
Pagina 53
LabelFlash™
12
LabelFlash™ Met Nero Express en een LabelFlash™-recorder kunt u labels maken of laden en die vervolgens op de label- of gegevenszijde van een dvd afdrukken met een LabelFlash™recorder. Beide zijden van deze schijven zijn voorzien van een speciale thermische laag, waardoor de laser in de recorder afbeeldingen en tekst op de dvd kan branden. In het vensterdeel met extra opties van het startvenster is deze functie beschikbaar via de optie Label branden. Het venster Schijflabel kunt u op dezelfde manier gebruiken als Nero CoverDesigner. In feite bestaat er geen verschil tussen het maken van een label dat u op papier wilt afdrukken en een label dat u op een schijf wilt afdrukken. Raadpleeg de handleiding van Nero Cover Designer voor uitgebreide instructies voor het maken van professionele labels en hoesjes. Deze functie is alleen beschikbaar als u een LabelFlash™-recorder gebruikt (zie Systeemvereisten).
Fig. 38. Het startvenster Label branden
Pagina 54
LabelFlash™
12.1 Het venster Label branden In het venster Label maken kunt u uw labels geheel naar wens opmaken.
Fig. 39. Het venster Label branden
De volgende vervolgkeuzelijsten en knoppen zijn beschikbaar:
Afdrukgebied
Hier kunt u het gebied van de dvd opgeven waarop moet worden afgedrukt. U kunt de ruimte tussen het label en de rand in het midden en de breedte van het afdrukgebied opgeven. Als u een DiscT@2-schijf maakt, wordt standaard alleen het beschikbare afdrukgebied weergegeven, bijvoorbeeld het gebied aan de gegevenszijde van de dvd waarop geen gegevens staan. U kunt het afdrukgebied in dat geval niet groter maken.
Afdrukkwaliteit
Hiermee opent u het venster Afdrukeigenschappen LabelFlash. U kunt de afdrukkwaliteit en het contrast aanpassen en uw wijzigingen in het afdrukvoorbeeld bekijken.
Schijftype
Hier wordt aangegeven of er een schijf voor het afdrukken van de labelzijde of voor het afdrukken de gegevenszijde is geplaatst. Afhankelijk daarvan verschijnt het logo LabelFlash™ of het logo DiscT@2 in het venster Label branden.
Voorbeeld
Hiermee opent u het venster Afdrukvoorbeeld. In dit venster wordt een afdrukvoorbeeld van het label of de DiskT@2 weergegeven.
Labelsjablonen
Hier vindt u een aantal sjablonen die u voor de lay-out van uw labels kunt gebruiken. U kunt de sjablonen geheel naar wens aanpassen.
Pagina 55
LabelFlash™
12.2 Labelflash™-labels en DiskT@2 afdrukken Voor het afdrukken op de label- en gegevenszijde wordt dezelfde procedure gebruikt. Als u een DiscT@2-schijf maakt, wordt standaard alleen het beschikbare afdrukgebied voor afbeeldingen en tekst weergegeven, dat wil zeggen het gebied aan de gegevenszijde van de dvd waarop nog geen gegevens staan. U kunt het afdrukgebied niet groter maken. Ga als volgt te werk als u een LabelFlash™-label aan de labelzijde of een DiskT@2 op de gegevenszijde van een dvd wilt afdrukken:
1. Selecteer in de sectie Recorder van het vensterdeel met extra opties van het startvenster de LabelFlash™-recorder die u wilt gebruiken (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
Æ Het menupictogram Label branden wordt in het vensterdeel met extra opties van het startvenster van Nero Express weergegeven.
2. Klik op het menupictogram Label branden. Æ Het venster Label branden wordt geopend.
3. Als u een LabelFlash™-label op de labelzijde van de dvd wilt afdrukken, plaatst u een lege LabelFlash™-schijf in de recorder met de labelzijde omlaag.
Æ Het logo LabelFlash™ verschijnt in het venster Label branden.
4. Als u een DiskT@2 op de gegevenszijde van de dvd wilt afdrukken, plaatst u een geschikte LabelFlash™-schijf in de recorder met de gegevenszijde omlaag.
Æ Het logo DiskT@2 verschijnt in het venster Label branden. Als u een DiscT@2 wilt branden, doe dat dan altijd als laatste voor een multi-sessie-dvd. Gegevens op een dvd met DiscT@2 kunnen tijdens het branden beschadigd raken.
5. Maak het label naar wens op. 6. Als u de afdrukeigenschappen wilt wijzigen: 1. Klik op de knop Wijzigen. Æ
Het venster Afdrukeigenschappen LabelFlash wordt geopend.
Pagina 56
LabelFlash™
Fig. 40. Het venster Afdrukeigenschappen LabelFlash
2. Pas desgewenst de afdrukinstellingen aan en klik op de knop OK.
7. Klik op de knop Branden. Æ Het venster Afdrukken LabelFlash™ wordt weergegeven en het afdrukken wordt gestart. U kunt de voortgang van het afdrukken in de statusbalk zien. Als het afdrukken is voltooid, verschijnt er een dialoogvenster waarin de resultaten van het afdrukken worden weergegeven.
Fig. 41. Het venster Afdrukken LabelFlash™
8. Klik op de knop OK. Î U hebt uw eigen LabelFlash™-label of DiskT@2 gemaakt en afgedrukt en kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
Pagina 57
Het venster Definitieve brandinstellingen
13
Het venster Definitieve brandinstellingen In het venster Definitieve brandinstellingen kunt u de gewenste brandinstellingen opgeven, uw project als imagebestand met Nero Image Recorder op de harde schijf opslaan of het branden starten.
Fig. 42. Het venster Definitieve brandinstellingen
De volgende tekstvakken en selectievakjes zijn beschikbaar in het venster Definitieve brandinstellingen: Hiermee opent u het dialoogvenster Recordergegevens.
Opties
Hier wordt aanvullende informatie gegeven over de geselecteerde recorder en de mediatypen die u voor deze recorder kunt gebruiken. U kunt aanvullende opties in- of uitschakelen. Voor sommige branders kunt u de Book Type-instellingen aanpassen. Alleen beschikbaar voor gegevens-dvd's en dvd-video. Niet beschikbaar voor Nero Image Recorder.
Schijfnaam
Titel (cd-tekst)
Hier kunt u de naam van de cd of dvd opgeven. Niet beschikbaar voor audio- of audioboek-cd's. Hier kunt u de titel voor een audio-cd opgeven als Cd-tekst wordt ondersteund. Alleen beschikbaar voor audio- en audioboek-cd's.
Artiest (CD TEKST) Aantal kopieën Gegevens op schijf verifiëren na branden
Hier kunt u de naam van de artiest voor een audio-cd opgeven. Alleen beschikbaar voor audio- en audioboek-cd's. Hier geeft u het gewenste aantal kopieën op. Niet beschikbaar voor audioboek-cd's of tijdens opslaan met Nero Image Recorder. Als u deze optie inschakelt, wordt gecontroleerd of de geschreven gegevens overeenkomen met de oorspronkelijke gegevens. Als u compilaties maakt met multi-sessie-cd's/dvd's, worden alleen de gegevens gecontroleerd die u het laatst hebt toegevoegd. Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Pagina 58
Het venster Definitieve brandinstellingen
Als u deze optie inschakelt, kunt u op een later tijdstip bestanden aan de cd/dvd toevoegen. De schijf wordt niet gefinaliseerd. Maak later toevoegen bestanden mogelijk (multisessieschijf)
Multi-sessie-cd's/dvd's hoeft u niet in één keer helemaal te branden. U kunt op een later tijdstip bestanden aan de schijf toevoegen totdat de schijf helemaal vol is. Niet beschikbaar voor audio- en audioboek-cd's of tijdens opslaan met Nero Image Recorder.
13.1 Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen) U opent het vensterdeel met extra opties van het venster Definitieve brandinstellingen door op de knop in de linkerrand van het venster klikken.
In alle vensters van Nero Express is zo'n vensterdeel met extra opties en functies beschikbaar (zie ook Vensterdeel met extra opties (startvenster)).
De volgende vervolgkeuzelijsten en selectievakjes zijn beschikbaar: Slaat het actieve project op
Hiermee opent u het dialoogvenster Opslaan als. Met dit venster kunt u uw compilatie opslaan. Hiermee bepaalt u de snelheid waarmee de schijf wordt gebrand.
Schrijfsnelheid
Alleen de schrijfsnelheden die door de geselecteerde recorder worden ondersteund worden weergegeven. Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder. Hier selecteert u de schrijfmethode Disc-at-once of Track-at-once.
Schrijfmethode
Als u de schrijfmethode disc-at-once gebruikt, wordt de gehele cd/dvd gebrand zonder dat de laser wordt onderbroken. Met de methode track-at-once wordt de laser na het branden van iedere track uitgeschakeld. Alleen beschikbaar voor cd-compilaties. Standaard worden dvd's geschreven met de schrijfmethode discat-once.
Maximale snelheid vaststellen
Met deze optie wordt gecontroleerd hoe snel er toegang tot de gegevens kan worden verkregen en de schrijfsnelheid wordt daarop afgestemd als dat nodig is. Hiermee worden buffer-underrruns voorkomen. Voor recorders met een beveiliging tegen bufferunderruns hoeft u deze test niet uit te voeren. Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Pagina 59
Het venster Definitieve brandinstellingen
Alle stappen van het brandproces worden uitgevoerd, met uitzondering van het branden zelf.
Simulatie
Het is aan te bevelen om een simulatie uit te voeren als u voor het branden gegevens decomprimeert, bijvoorbeeld als u een audio-cd maakt van MP3bestanden. Als de simulatie is geslaagd, kunt u ervan uitgaan dat het branden ook lukt. Niet beschikbaar als u opslaat met Nero Image Recorder.
Schrijven
Hiermee start u het eigenlijke brandproces (bijvoorbeeld na een simulatie). Dit selectievakje is standaard ingeschakeld. Hiermee worden stille passages aan het eind van een audiobestand verwijderd. Dit selectievakje is standaard ingeschakeld.
Verwijder pauzes aan einde van de *.cda tracks
Audiogegevens worden in blokken opgeslagen, ook als de bloklimiet niet altijd wordt bereikt. Het laatste blok wordt dan opgevuld met stilte. Alleen beschikbaar voor audio-cd's.
Aanmaken voor Amerikaanse tvstandaard
Met deze optie maakt u een cd die compatibel is met de meeste Amerikaanse dvd-spelers. Alleen beschikbaar voor video-cd's en supervideo-cd's.
13.2 Branden met Nero Image Recorder – een imagebestand maken Ga als volgt te werk als u de brandinstellingen wilt opgeven of als u een project met Nero Image Recorder als imagebestand op de harde schijf wilt opslaan. Imagebestand of opgeslagen project Een imagebestand is een exacte kopie van de gegevens die u gaat branden. U kunt een imagebestand net zo vaak branden als u wilt, terwijl de vereiste ruimte op de harde schijf beperkt blijft tot de compilatie die u hebt gemaakt. In een opgeslagen project worden de koppelingen naar de bestanden en de instellingen van de bestanden die moeten worden gebrand opgeslagen. U kunt de inhoud alleen met Nero Express openen zolang de paden ongewijzigd blijven. De bestandsgrootte van een opgeslagen project is aanzienlijk kleiner dan de bestandsgrootte van een imagebestand.
U moet Nero Image Recorder inschakelen, anders wordt deze niet in de vervolgkeuzelijst weergegeven (zie Recorders selecteren en Nero Image Recorder activeren).
1. Stel een project samen (zie bijvoorbeeld Gegevens-cd's/dvd's samenstellen, Een audio-cd samenstellen, Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen of Dvd-video's samenstellen).
Æ Het venster Definitieve brandinstellingen wordt weergegeven.
2. Selecteer de optie Image Recorder in de vervolgkeuzelijst Huidige recorder. 3. Geef de gewenste waarden op in de tekstvakken. Pagina 60
Het venster Definitieve brandinstellingen
4. Geef desgewenst extra instellingen op in het vensterdeel met extra opties (zie Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen)).
5. Klik op de knop Branden. Æ Het venster Brandproces wordt weergegeven en het dialoogvenster Imagebestand opslaan wordt weergegeven.
6. Geef in het tekstvak Bestandsnaam een naam op voor het imagebestand. 7. Selecteer de gewenste opslaglocatie in de navigatiestructuur en klik op de knop Opslaan. Æ Het branden of opslaan wordt gestart. U kunt de voortgang van het proces in de statusbalk zien. Als het branden of opslaan is voltooid, wordt het venster Nero Express geopend waarin de resultaten van het proces worden weergegeven.
Fig. 43. Het venster Brandproces
8. Klik op de knop OK. 9. Als u een logbestand van het brandproces wilt afdrukken of opslaan, klikt u op de knop Afdrukken of Opslaan.
10. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een project met Nero Image Recorder opgeslagen en kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
13.3 Een schijf branden Ga als volgt te werk om een van de beschikbare recorders te selecteren, om de brandinstellingen voor uw project op te geven en om het branden te starten:
1. Stel een project samen (zie bijvoorbeeld Gegevens-cd's/dvd's samenstellen, Een audio-cd samenstellen, Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen of Dvd-video's samenstellen).
Æ Het venster Definitieve brandinstellingen wordt weergegeven.
2. Plaats een geschikte lege schijf in het station. Pagina 61
Het venster Definitieve brandinstellingen
3. Selecteer de gewenste recorder in de vervolgkeuzelijst Huidige recorder. 4. Geef de gewenste waarden op in de tekstvakken en schakel de gewenste selectievakjes in. 5. Geef desgewenst extra instellingen op in het vensterdeel met extra opties (zie Het vensterdeel met extra opties (brandinstellingen)).
6. Klik op de knop Branden. Æ Het venster Brandproces wordt weergegeven en het branden wordt gestart. U kunt de voortgang van het proces in de statusbalk bekijken. Als het branden is voltooid, verschijnt het dialoogvenster Nero Express waarin de resultaten van het afdrukken worden weergegeven.
Fig. 44. Het venster Brandproces
7. Klik op de knop OK. 8. Als u een logbestand van het brandproces wilt afdrukken of opslaan, klikt u op de knop Afdrukken of Opslaan.
9. Klik op de knop Volgende. Î U hebt een project gebrand en u kunt nu in het laatste venster een optie selecteren of Nero Express sluiten (zie Laatste venster).
Pagina 62
Laatste venster
14
Laatste venster Nadat u een project met Nero Express hebt gebrand of opgeslagen, wordt het laatste venster met de opties Brand hetzelfde proces opnieuw, Nieuw project, Cover Designer en Project opslaan weergegeven. Selecteer een van deze opties als u verder wilt gaan met Nero Express of klik op de knop
om het programma te sluiten.
Fig. 45. Het laatste venster
De volgende opties zijn beschikbaar: Brand hetzelfde proces opnieuw
Hiermee keert u terug naar het venster Definitieve brandinstellingen. U kunt hetzelfde project nogmaals branden met dezelfde of met andere instellingen (zie Een schijf branden). Hiermee opent u het startvenster van Nero Express.
Nieuw project
Hier kunt u een nieuw project starten (zie bijvoorbeeld Gegevens-cd's/dvd's samenstellen, Een audio-cd samenstellen of Video-cd's/supervideo-cd's samenstellen). Hiermee opent u Nero CoverDesigner
Cover Designer
Raadpleeg de handleiding van Nero Cover Designer voor uitgebreide instructies voor het maken van professionele labels en hoesjes. Hiermee opent u het dialoogvenster Opslaan als.
Project opslaan
U kunt het huidige project opslaan als u het later opnieuw wilt gebruiken.
Pagina 63
Woordenlijst
15
Woordenlijst A/D Analoog/Digitaal. Conversie van analoge signalen naar digitale signalen.
AIFF Apple Interchange File Format. Dit is de indeling voor muziekbestanden die van een cd worden gehaald en worden opgeslagen op de harde schijf van een Macintosh-computer.
ASPI Advanced SCSI Programming Interface. Interface tussen software, SCSI-kaart en het besturingssysteem op een PC. Met deze interface kan een apparaat communiceren met een SCSI-kaart.
ATAPI Onderdeel van de EIDE-interface (Enhanced Integrated Drive Electronics) voor extra opdrachten voor het aansturen van een cd-rom-station, cd-rom-recorder, harde schijf, etc.
Audio-cd Een audio-cd bestaat doorgaans uit meerdere audiobestanden (titels). Audio-cd's bevatten audiogegevens die kunnen worden afgespeeld met losse cd-spelers en met cd-rom-stations in computers met bijbehorende software.
Blok De kleinste adresseerbare gegevenseenheid op een cd-rom. Een blok is vergelijkbaar met een sector.
Blue Book Standaard voor cd's die in de indelingen cd-extra en enhanced-cd zijn gemaakt.
Blu-ray Dvd's hebben een rode laser voor het lezen en schrijven van gegevens, terwijl voor Blu-rayschijven een blauwe laser wordt gebruikt. Dankzij de kortere golflengte (405 nm) van deze laser kan de laserstraal preciezer worden gericht. De gegevens kunnen beter worden ingepakt en nemen daardoor minder ruimte in op de schijf. Op een Blu-ray-schijf kan maximaal 25 GB op een single-layer-schijf en maximaal 50 GB op een dual-layer-schijf worden opgeslagen.
Opstart-cd Opstarten is het opnieuw starten van het besturingssysteem op een computer. Normaal gesproken gebeurt dat vanaf de harde schijf. Als u niet vanaf de harde schijf wilt opstarten, kunt u een opstart-cd gebruiken om vanaf het schijfstation op te starten.
Bridge-schijf Een cd-rom die door een cd-rom-station kan worden gelezen, maar ook door cd-i-apparaten zoals een foto-cd.
Pagina 64
Woordenlijst
Buffer Geheugen (buffer) dat in het station of de recorder is geïntegreerd waarin gegevens tijdelijk worden opgeslagen.
Buffer-underrun Tijdens een opname worden gegevens continu in het geheugen van een recorder opgeslagen. Als deze gegevensstroom wordt onderbroken, is er sprake van een bufferunderrun.
Cache Snelle tijdelijke opslag (buffer) die door verschillende onderdelen van een computer wordt gebruikt. Nero Express gebruikt het cachegeheugen naast de buffer om bestanden op te slaan die niet snel genoeg opvraagbaar zijn. Zo zorgt het programma ervoor dat het schrijfproces niet wordt onderbroken en dat geen buffer-underrun optreedt.
Caddy Plastic container voor het bewaren van cd-roms voordat ze in een station worden geplaatst. De cd wordt in de caddy in het station geplaatst.
Cd-da Compact Disc - Digital Audio. De eerste standaard voor audio-cd's. Een audio-cd bestaat uit meerdere audiobestanden waarbij ieder bestand overeenkomt met een titel/track; daarnaast is ieder bestand onderverdeeld in sectoren.
Cd-extra/Enhanced Music-cd Cd-extra is de meest recente standaard voor audio-cd's met multimedia-voorzieningen. Een cd-extra is opgebouwd uit twee sessies. De eerste sessie bevat de audiogegevens die op een cd-speler kunnen worden afgespeeld. De tweede sessie bevat computergegevens in een andere indeling.
Cd-i Compact Disc-Interactive. Indeling voor multimedia-cd's met video, audio en gegevens die alleen met cd-i-spelers of met cd-rom-spelers die de cd-i-technologie ondersteunen kunnen worden afgespeeld.
Cd-r Compact Disc-Recordable. Technologie voor cd-r-media (schrijfbare media).
Cd-rom Compact Disc-Read Only Memory. Verschillende soorten computergegevens, zoals programma's, foto's of audio, kunnen in dit formaat worden opgeslagen.
Cd-rom - Modus 1 en 2 Een aanvulling op het formaat cd-rom met extra functies voor het opsporen en corrigeren van fouten. Modus 1 wordt voornamelijk gebruikt voor computergegevens. Hiervoor wordt een code voor het corrigeren van fouten gebruikt. Modus 2 wordt gebruikt voor cd-rom's, cdxa's en cd-i's met audiogegevens en bevat alleen code voor het opsporen van fouten.
Pagina 65
Woordenlijst
Cd-wo Compact Disc–Write Once. Een cd die slechts eenmaal kan worden beschreven. Zie ook Cd-r.
Cd-xa Compact Disc-Extended Architecture. Gebaseerd op de Yellow Book-standaard, maar ook geschikt om audio- en videogegevens op te slaan. De verschillende soorten gegevens worden aan elkaar gekoppeld (interleaving) waardoor de kans op synchronisatieproblemen wordt verminderd.
CIRC Cross-Interleaved Reed-Solomon Code. Een foutopsporings- en -correctieproces dat permanent in de hardware van een cd-speler of cd-recorder is geïntegreerd.
CLV Constant Linear Velocity. De gegevens op een cd worden met een constante scansnelheid gelezen.
Digitalisering Conversie van analoge naar digitale signalen.
Disc-At-Once (DAO) De gehele cd of dvd wordt geschreven zonder dat de laser wordt onderbroken. Deze indeling is vooral geschikt voor audio-cd's die u thuis op een stereo-installatie of in de auto afspeelt.
Quick Copy (Snel kopiëren) Procedure voor het branden van gegevens op een cd-r. De vorige methode voor snel kopiëren (on-the-fly) slaat eerst alle gegevens op in een buffer en brandt ze vervolgens naar een cd. Met de nieuwe methode Quick Copy (Snel kopiëren) worden de gegevens direct van de oorspronkelijke locatie naar de cd-r overgezet. Nero gebruikt daarvoor een compilatie, een klein bestand dat verwijst naar de gegevens die moeten worden overgezet.
Schijfimage Het bestand dat u wilt kopiëren of schrijven wordt tijdelijk op de harde schijf opgeslagen. Van dit imagebestand wordt een schijfimage gemaakt.
Dvd Digital Versatile or Video Disc.
Dvd-r De dvd is oorspronkelijk ontworpen voor films en spellen. Tegenwoordig is het echter ook mogelijk om gegevens en films naar een dvd-videoschijf te branden en deze dvd's vervolgens in een dvd-rom-station af te spelen. Een dvd-r kan slechts eenmaal worden beschreven en is compatibel met de meeste dvd-rom-stations en dvd-spelers.
Dvd-ram Een dvd-ram is een herbeschrijfbare schijf die compatibel is met de meeste dvd-rom-stations en dvd-spelers. U kunt bestanden kopiëren en verwijderen. Pagina 66
Woordenlijst
Dvd-rw Dvd-rewritable. Een dvd-rw is een herbeschrijfbare schijf met dezelfde functies als een dvd-r, maar een dvd-rw is niet compatibel met alle dvd-rom-stations en dvd-spelers.
Dvd+r/rw Een schijfindeling die door Hewlett-Packard, Mitsubishi Chemical, Philips, Ricoh, Sony en Yamaha is ontwikkeld. Dvd+rw is een herschrijfabare indeling die volledig compatibel is met dvd-spelers en dvd-rom-stations.
EDC/ ECC Error Detection Code/Error Correction Code. Wordt gebruikt om scanfouten op te sporen en te corrigeren die het gevolg kunnen zijn van krassen of vuil op een cd.
Enhanced muziek-cd/cd-extra Cd-extra is de meest recente standaard voor audio-cd's met multimedia-voorzieningen. Een cd-extra is opgebouwd uit twee sessies. De eerste sessie bevat de audiogegevens die op een cd-speler kunnen worden afgespeeld. De tweede sessie bevat computergegevens in een andere indeling.
Finaliseren Het definitief voltooien van het schrijven van een cd of dvd. Nadat u een schijf hebt gefinaliseerd, kunt u geen bestanden meer aan de schijf toevoegen.
Frame Op een audio-cd leveren 75 sectoren één seconde muziek op. Eén sector kan uit maximaal 98 frames bestaan en één frame bestaat uit 24 databytes en 9 controlbytes.
Green Book De standaard voor cd's die in de indeling cd-i zijn gemaakt.
HD-dvd Dvd's hebben een rode laser voor het lezen en schrijven van gegevens, terwijl voor Blu-rayschijven een blauwe laser wordt gebruikt. Dankzij de kortere golflengte (405 nm) van deze laser kan de laserstraal preciezer worden gericht. De gegevens kunnen beter worden ingepakt en nemen daardoor minder ruimte in op de schijf. Op een HD-dvd kan maximaal 15 GB op een single-layer-schijf worden opgeslagen.
HFS-cd HFS is een bestandssysteem dat wordt gebruikt door Apple© Macintosh-systemen. Deze indeling is alleen geschikt voor Macintosh-schijven.
High Sierra De voorloper van de huidige ISO-standaard 9660. Deze standaard uit 1986 wordt tegenwoordig niet meer veel gebruikt.
Host-adapter Een adapter die een cd-recorder met de SCSI-bus van de computer verbindt.
Pagina 67
Woordenlijst
Hybride-cd Bevat gegevens in de HFS-sectie (Mac) en in de ISO 9660-sectie (PC). Als u een hybride-cd in een Macintosh-computer plaatst, worden alleen de Macintosh-specifieke gegevens weergegeven; als u de schijf in een PC plaatst, worden alleen de ISO-gegevens weergegeven.
Image In een imagebestand zijn alle gegevens vastgelegd die later naar een cd kunnen worden geschreven.
Inhoudsopgave (T.O.C.) Geeft de inhoud van iedere sessie weer. De inhoudsopgave (TOC) wordt opgeslagen in de lead-in.
Geïnterlinieerde video In de modus deïnterliniëring (Interlaced) wordt het beeld als het ware in tweeën gesplitst. In het eerste deel wordt iedere tweede beeldlijn weergegeven (1, 3, 5, …, 575). In het andere deel worden de overige beeldlijnen weergegeven (2, 4, 6,… 576), zodat het beeld als één geheel overkomt. De meeste video's worden op deze manier weergegeven. Voor weergave via een apparaat met volledige schermgrootte (beeldscherm, projector) is deïnterliniëring vereist.
Interleaving Wordt ook wel Nesting genoemd en heeft betrekking op de opslag van diverse soorten computergegevens op een cd-rom/xa. Hierdoor kunnen audio- en computergegevens tijdens het afspelen worden gesynchroniseerd.
ISO 9660 Universele standaard (indeling) voor cd's waarmee de cd-kenmerken worden gedefinieerd. Deze indeling is uiterst geschikt voor toepassing in diverse computeromgevingen. Als u de schijf in verschillende soorten computers wilt gebruiken, is het aan te bevelen korte bestandsnamen te gebruiken. (In een DOS-omgeving mogen bestandsnamen niet langer zijn dan acht tekens.)
Jitter Control (audiocorrectie) Veel cd-rom-stations kunnen de afzonderlijke sectoren op een audio-cd niet lezen, waardoor er kleine gaten in de gegevensstroom ontstaan. Audiocorrectie synchroniseert de gegevens door de sectoren te laten overlappen zodat er geen ruimten tussen de gegevens ontstaan.
Joliet Dit is een standaard voor bestandsnamen die voor Microsoft® Windows® 95 en Microsoft® Windows® NT is ontworpen. Er kunnen maximaal 64 tekens in bestandsnamen worden gebruikt (acht tekens in DOS).
Hoofdstukmarkeringen Deze markeringen worden in een videotitel geplaatst om een scènewisselingen of posities aan te geven.
Pagina 68
Woordenlijst
Label De meeste cd's hebben een imprint of label. U kunt verschillende methoden gebruiken om een label voor een cd te maken.
Lead-in-gebied Het eerste gebied (binnenste gebied) met gebruikersgegevens op een schijf. Hier wordt de inhoudsopgave van een schijf en andere informatie over de cd/dvd opgeslagen.
Lead-out-gebied Het laatste gebied met gebruikersgegevens op een schijf. Als de cd/dvd nog niet is gefinaliseerd, wordt de verwijzing naar de volgende sessie hier opgeslagen.
Mixed-mode Bij deze indeling worden gegevens en audio op één cd gecombineerd. Eerst worden de gegevens en vervolgens worden de audiobestanden in één sessie vastgelegd
Modus 1/Modus 2 Nero schrijft ISO-gegevens doorgaans in de cd-sectorindeling Modus 1, maar Nero biedt ook ondersteuning voor de zogenaamde xa-indeling. De xa-indeling is een geavanceerde versie van ISO-structuren en kan alleen in Modus 2 worden gebrand.
Multisessie Nadat u een sessie naar de cd hebt geschreven, kunt u op een later tijdstip andere gegevens uit een andere gegevensset toevoegen.
MP3 MPEG-1 Audio Layer 3. Audio-indeling die vaak wordt gebruikt voor het comprimeren van audiobestanden (ratio 1:10) zonder merkbaar kwaliteitsverlies.
MPEG Motion Picture Experts Group. Standaard voor het comprimeren van video (bijvoorbeeld svcd en vcd).
MPEG-1 MPEG-1 is de MPEG-compressiestandaard met het hoogste compressieniveau.
MPEG-2 Er is eigenlijk maar weinig verschil tussen MPEG-1 en MPEG-2. MPEG-2 is beter geschikt voor televisietoestellen met interlacing en is daarom de standaard voor televisieuitzendingen.
MPEG-3 De standaard voor HD-TV(High Definition TV).
MPEG-4 Deze standaard is de opvolger van de standaard MPEG-2.
Pagina 69
Woordenlijst
Master De cd die gebruikt wordt om kopieën te maken.
Mixed-mode-cd Computer- en audiogegevens worden op dit type cd gecombineerd. De computergegevens worden doorgaans in de eerste track vastgelegd, terwijl de audiogegevens in de daaropvolgende tracks worden vastgelegd.
Multisessie-cd Een cd die in meerdere sessies is gebrand.
NTSC De standaard voor video en televisie in de Verenigde Staten en Japan. NTSC heeft meer frames per seconde dan PAL, maar minder horizontale lijnen.
OEM Original Equipment Manufacturer. Een OEM-product wordt door een fabrikant speciaal voor een andere fabrikant geproduceerd, die het product vervolgens als een eigen product aanbiedt.
Orange Book Standaard waarin de technologieën voor cd-mo (Magneto-Optical) en cd-wo (Write Once) worden gedefinieerd. Deze standaard vormt de basis voor cd-r.
PAL Video- en televisiestandaard in Europa. PAL heeft meer horizontale lijnen dan NTSC, maar een lagere framesnelheid.
Foto-cd Een cd waarop afbeeldingen, foto's, dia's en andere visuele gegevens worden opgeslagen. Een foto-cd is doorgaans een multisessie-cd. Deze standaard is ontwikkeld door Kodak en Philips.
Plug-in Software die wordt gebruikt om extra functionaliteiten aan andere software toe te voegen of om problemen met software op te lossen.
Red Book Standaard waarin de cd-da is gedefinieerd.
Romeo Verouderde gegevensstructuurstandaard ontwikkeld door Adaptec voor ondersteuning van bestandsnamen met maximaal 128 tekens en spaties. Unicode-tekens worden niet ondersteund. Bestanden met de bestandsindeling Romeo kunnen alleen met Windows® 95 en Windows® NT worden geopend. Bestanden met een bestandsnaam die niet langer is dan 31 tekens kunnen echter ook op Macintosh-computers worden geopend.
Scansnelheid De frequentie waarmee analoge signalen naar digitale signalen worden geconverteerd. Pagina 70
Woordenlijst
Snel kopiëren Nero leest de gegevens in het cd-rom/dvd-station en schrijft de gegevens direct naar de lege schijf in de cd-recorder. Deze methode is sneller dan het kopiëren van een imagebestand en vereist geen ruimte op de harde schijf. Het nadeel is dat er een buffer-underrun kan optreden.
SCSI Small Computer System Interface. Dit is een bussysteem waarop verschillende apparaten kunnen worden aangesloten, zoals een SCSI-schijf, streamers of een cd-brander. Op dit moment is SCSI de enige manier om een cd-brander te gebruiken op standaard computersystemen.
Sector De kleinste adresseerbare gegevenseenheid op een cd. Een sector bestaat uit 2352 bytes, waarvan een deel beschikbaar is voor gebruikersgegevens (afhankelijk van het type cd dat wordt gebruikt). Een sector bestaat doorgaans uit een header, synchronisatiebits en gebruikersgegevens. Daarnaast kan een sector gegevens bevatten voor het opsporen en corrigeren van fouten. Een station met een leessnelheid van 1/75 seconde is vereist om sectoren te lezen.
Sessie Een afgesloten blok met gegevens op een cd/dvd. Een sessie wordt aan het begin en aan het einde gemarkeerd. Als er meerdere sessies op een cd/dvd zijn gebrand, is er sprake van een multisessie-cd/dvd.
Session-At-Once Een manier van branden die voornamelijk voor cd-extra wordt gebruikt. Eerst wordt er een sessie met alle audiobestanden vastgelegd. Vervolgens wordt de laser uitgeschakeld, maar de cd wordt niet gefinaliseerd, hetgeen inhoudt dat er meer gegevens naar de schijf kunnen worden gebrand. Daarop wordt er een tweede (gegevens)sessie naar de schijf geschreven en wordt de schijf gefinaliseerd.
Simulatie Alle stappen van het brandproces worden uitgevoerd, met uitzondering van het branden zelf. Het is aan te bevelen om een simulatie uit te voeren als u vóór het branden gegevens decomprimeert, bijvoorbeeld als u een audio-cd maakt van MP3-bestanden. Als de simulatie is geslaagd, kunt u ervan uitgaan dat het branden ook lukt.
Supervideo-cd (svcd) De brongegevens moeten met MPEG-2 zijn gecodeerd en de parameters moeten svcdcompatibel zijn. Het coderingsprogramma dat wordt gebruikt moet over de benodigde svcdopties beschikken. Svcd-schijven kunnen worden afgespeeld met dvd-spelers en via een computer met een dvd-rom/cd-rom-station met speciale software voor het verwerking van deze video-indeling.
Track Een afzonderlijk muziekstuk op een audio-cd.
Pagina 71
Woordenlijst
Track-at-once (TAO) Schrijfmethode waarbij iedere track afzonderlijk naar de cd wordt geschreven. Na iedere track wordt het schrijfproces korte tijd onderbroken (de laser wordt dan even uitgeschakeld).
Stuurprogramma Een softwarebestand waarmee de hardware door het besturingssysteem of de software wordt herkend en/of waarmee de hardwareprestaties kunnen worden verbeterd.
UDF/ISO-cd Bestandssysteem dan speciaal is geoptimaliseerd voor het verwerken van grote hoeveelheden gegevens.
Video-cd (vcd) Video Compact Disc. Films, audio- en videogegevens worden met de compressiestandaard MPEG opgeslagen. Vcd's kunnen met de meeste cd-rom-stations, dvd-spelers en dvd-romstations worden afgespeeld als de software voor het verwerken van deze video-indeling is geïnstalleerd.
Volume Descriptor Gebied aan het begin van een cd met de structuur van het bestandssysteem. Dit gedeelte kan aanvullende informatie bevatten over de cd (zoals de naam van de cd, de uitgever, copyright-informatie, etc.).
WAV/Wave De wave-indeling maakt deel uit van de algemene RIFF-standaard (Resource Interchange File Format). Deze indeling ondersteunt diverse scansnelheden en -niveaus.
White Book Indeling die in 1993 door Sony, Philips en JVC is ontwikkeld, en die een verbetering betekende van de cd-indeling Red Book om ook digitale video in de indeling MPEG-1 te kunnen vastleggen (bekend als vcd).
WO Write Once. Een schijf die in één keer geschreven kan worden. Hieronder vallen cd-r's.
WMA-bestand Windows Media Audio.
Yellow Book De standaard waarin de cd-rom is gedefinieerd.
Pagina 72
Index
16
Index gegevens-cd/dvd maken..................................................... 22
A audio
H
audio-cd...............................................................................64
hd-dvd.............................................................22, 35, 44
audio-cd maken...................................................................30
HD-dvd..................................................................19, 67
cd-tracks kopieren ...............................................................14 track.....................................................................................71
K kopieerbeveiliging .......................................................46
B
kopiëren ......................................................................44
bestanden
bronstation .......................................................................... 46
bestanden zoeken .............................................24, 31, 39, 43
cd/dvd kopiëren .................................................................. 46
compileren...............................................................20, 31, 39
doelstation .......................................................................... 46
toevoegen..........................................................23, 31, 39, 43
snel kopiëren ...................................................................... 71
verbergen ......................................................................24, 26
Blu-ray ................................................ 19, 22, 35, 44, 64
L
branden ...................................................................... 58
LabelFlash ..................................................6, 12, 18, 54
brandinstellingen .................................................................58
label .................................................................................... 69
brandproces ........................................................................62
labels branden .................................................................... 54
imagebestand......................................................................58
LightScribe..................................................5, 11, 18, 49
Nero Image Recorder........................................19, 48, 58, 60 opties.................................................................11, 59, 61, 62
label .................................................................................... 69 labels afdrukken.................................................................. 49
recorder ...............................................................................62 schrijfmethode ...................................................59, 66, 71, 72 schrijfsnelheid......................................................................59 simulatie ..............................................................................60
M muziek ........................................................................30 audioboek-cd maken .................................................... 10, 36
C
audio-cd maken ........................ 10, 30, 36, 37, 52, 60, 61, 63 audio-indelingen ................................................................. 35
contakt opnemen ........................................................ 75 copyright ..................................................................... 44
eigenschappen track..................................................... 20, 32 filters ................................................................................... 34 indexen ............................................................................... 33
D diapresentaties ........................................................... 38
Jukebox Audio-cd/dvd samenstellen ............................ 10, 35 track .................................................................................... 71
diavoorstellingen menu .............................................................................39, 41
N
trackeigenschappen ............................................................40
Nero Burning ROM .....................................................11
DirectX.......................................................................... 7
Nero Cover Designer ................................11, 50, 52, 54
DiskT@2..................................................................... 56
Nero Express aanpassen .......................................................................... 12
G
afsluiten .............................................................................. 63
gegevens ........................................ 9, 22, 52, 60, 61, 63
over Nero Express ................................................................ 5 Pagina 73
Index
starten ...................................................................................8
startvenster ...................................................................9
versies ...................................................................................5
image .................................................................................. 48
Nero Express Essentials .............................................. 5
LabelFlash .......................................................................... 54
Nero Express Essentials SE......................................... 5
LightScribe.......................................................................... 49
Nero Image Recorder ........................................... 19, 46
muziek ................................................................................ 30
branden .............................................................19, 48, 58, 60
vensterdeel met extra opties .................................... 5, 11, 59
image...................................................................................68
video ................................................................................... 38
imagebestand................................................................48, 60
systeemvereisten DirectX .................................................................................. 7
imagebestand laden ............................................................48
geluidskaart .......................................................................... 7
O opslaan ..................................................... 10, 11, 48, 63
V video ...........................................................................38
R
dvd-video maken ........................................ 10, 42, 52, 60, 61
recorder
dvd-video-bestanden .......................................................... 42
branden ...............................................................................62 Nero Image Recorder..........................................................46
recorders ...................... 9, 10, 11, 12, 18, 49, 52, 56, 60 Nero Image Recorder activeren ..........................................19 recorders selecteren............................................................18
menu................................................................................... 39 MPEG-1 ........................................................................ 38, 69 MPEG-2 ........................................................................ 38, 69 supervideo-cd ..................................................................... 71 vcd/svcd maken ................................ 5, 10, 38, 52, 60, 61, 63 video-cd .............................................................................. 72
video's
S schijf wissen ............................................................... 16
menu....................................................................... 21, 40, 41 trackeigenschappen...................................................... 20, 40
SecurDisc™.................................................... 12, 19, 22 instellingen ..........................................................................17
W
instellingen inschakelen ................................................24, 26
startscherm data .....................................................................................23
WHQL-gecertificeerd stuurprogramma .........................7 woordenlijst.................................................................64
Pagina 74
Contact opnemen
17
Contact opnemen
17.1 Contactgegevens Nero Express is een product van Nero AG.
Nero AG Im Stoeckmaedle 13-15 76307 Karlsbad Duitsland Internet:
www.nero.com
Help:
http://support.nero.com
E-mail:
[email protected]
Fax:
+49 724 892 8499
Copyright © 2007 Nero AG en haar licentieverleners. Alle rechten voorbehouden.
Pagina 75