GEBRUIKERSHANDLEIDING
FS-C5400DN FS-1100 FS-1300D
Inhoud Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften 1
Onderdelen van het apparaat Onderdelen aan de voorkant van de printer ............................ 1-2 Onderdelen aan de linkerkant van de printer .......................... 1-2 Interne onderdelen ..................................................................... 1-3 Onderdelen aan de achterkant van de printer ......................... 1-3 Bedieningspaneel ....................................................................... 1-4
2
Afdrukken Netwerkinterfaceparameters wijzigen ...................................... 2-2 Een statuspagina afdrukken ...................................................... 2-3 Printerdriver installeren ............................................................. 2-4 Afdrukken vanuit applicaties ................................................... 2-10 Status Monitor .......................................................................... 2-11 Software verwijderen (Windows pc) ....................................... 2-15
3
Onderhoud Algemene informatie .................................................................. 3-2 Vervanging van de tonercontainer ........................................... 3-2 Vervangen van de tonerafvalbak .............................................. 3-6 Reinigen van de printer .............................................................. 3-8
4
Problemen oplossen Algemene richtlijnen .................................................................. 4-2 Problemen met de afdrukkwaliteit ............................................ 4-3 Foutmeldingen ............................................................................ 4-6 Papierstoringen oplossen ....................................................... 4-16
Appendix Specificaties ................................................................................A-2
Index
iii
iv
Wettelijke kennisgevingen en veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG ER WORDT GEEN AANSPRAKELIJKHEID AANVAARD VOOR SCHADE DIE IS VEROORZAAKT DOOR ONJUISTE INSTALLATIE.
Kennisgeving met betrekking tot software DE SOFTWARE DIE MET DEZE PRINTER WORDT GEBRUIKT, MOET DE EMULATIEMODUS VAN DE PRINTER ONDERSTEUNEN. De printer is fabrieksmatig ingesteld op het emuleren van de PCL.
Kennisgeving met betrekking tot auteursrecht De informatie in deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. In toekomstige edities kunnen extra pagina's worden ingevoegd. De huidige editie kan technische onvolkomenheden of drukfouten bevatten. Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor ongevallen die het gevolg zijn van het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding. Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor fouten in de firmware van de printer (de inhoud van het ROM). Deze handleiding en al het materiaal dat onder het auteursrecht valt en wordt verkocht of meegeleverd bij of in verband met de verkoop van de laserprinter, zijn auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten voorbehouden. Het kopiëren of op een andere manier reproduceren van de gehele handleiding of gedeelten van de handleiding, of een willekeurig onderwerp waarop auteursrecht van toepassing is, is verboden zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Kyocera Mita Corporation. Elke kopie die van deze handleiding of een deel daarvan wordt gemaakt, en alles wat onder het auteursrecht valt, moet dezelfde copyrightvermelding bevatten als het materiaal dat wordt gekopieerd.
Wat betreft handelsnamen PRESCRIBE en KPDL zijn handelsmerken van Kyocera Corporation. Hewlett-Packard, PCL en PJL zijn gedeponeerde handelsmerken van Hewlett-Packard Company. Centronics is een handelsmerk van Centronics Data Computer Inc. PostScript is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. Macintosh is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. Microsoft, Windows en Windows NT zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. PowerPC en Microdrive zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation. CompactFlash is een handelsmerk van SanDisk Corporation. ENERGY STAR is een in de Verenigde Staten gedeponeerd handelsmerk. Alle overige merk- en productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van de respectieve bedrijven. Dit product is ontwikkeld met behulp van het Tornado™ Real Time besturingssysteem en de hulpprogramma's van Wind River Systems. Dit product bevat UFST™ en MicroType® van Monotype Imaging Inc.
v
Licentieovereenkomsten Erkenning van typeface-handelsmerken Alle in deze printer voorkomende lettertypen zijn gelicentieerd van Agfa Corporation. Helvetica, Palatino en Times zijn gedeponeerde handelsmerken van Linotype-Hell AG. ITC Avant Garde Gothic, ITC Bookman, ITC ZapfChancery en ITC Zapf Dingbats zijn gedeponeerde handelsmerken van International Typeface Corporation.
Monotype Imaging License Agreement
vi
1
"Software" shall mean the digitally encoded, machine readable, scalable outline data as encoded in a special format as well as the UFST Software.
2
You agree to accept a non-exclusive license to use the Software to reproduce and display weights, styles and versions of letters, numerals, characters and symbols (“Typefaces”) solely for your own customary business or personal purposes at the address stated on the registration card you return to Monotype Imaging. Under the terms of this License Agreement, you have the right to use the Fonts on up to three printers. If you need to have access to the fonts on more than three printers, you need to acquire a multi-user license agreement which can be obtained from Monotype Imaging. Monotype Imaging retains all rights, title and interest to the Software and Typefaces and no rights are granted to you other than a License to use the Software on the terms expressly set forth in this Agreement.
3
To protect proprietary rights of Monotype Imaging, you agree to maintain the Software and other proprietary information concerning the Typefaces in strict confidence and to establish reasonable procedures regulating access to and use of the Software and Typefaces.
4
You agree not to duplicate or copy the Software or Typefaces, except that you may make one backup copy. You agree that any such copy shall contain the same proprietary notices as those appearing on the original.
5
This License shall continue until the last use of the Software and Typefaces, unless sooner terminated. This License may be terminated by Monotype Imaging if you fail to comply with the terms of this License and such failure is not remedied within thirty (30) days after notice from Monotype Imaging. When this License expires or is terminated, you shall either return to Monotype Imaging or destroy all copies of the Software and Typefaces and documentation as requested.
6
You agree that you will not modify, alter, disassemble, decrypt, reverse engineer or decompile the Software.
7
Monotype Imaging warrants that for ninety (90) days after delivery, the Software will perform in accordance with Monotype Imagingpublished specifications, and the diskette will be free from defects in material and workmanship. Monotype Imaging does not warrant that the Software is free from all bugs, errors and omissions.
8
THE PARTIES AGREE THAT ALL OTHER WARRANTIES, EXPRESSED OR IMPLIED, INCLUDING WARRANTIES OF FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE AND MERCHANTABILITY, ARE EXCLUDED.
9
Your exclusive remedy and the sole liability of Monotype Imaging in connection with the Software and Typefaces is repair or replacement of defective parts, upon their return to Monotype Imaging.
10 IN NO EVENT WILL MONOTYPE IMAGING BE LIABLE FOR LOST PROFITS, LOST DATA, OR ANY OTHER INCIDENTAL OR CONSEQUENTIAL DAMAGES, OR ANY DAMAGES CAUSED BY ABUSE OR MISAPPLICATION OF THE SOFTWARE AND TYPEFACES. 11 Massachusetts U.S.A. law governs this Agreement. 12 You shall not sublicense, sell, lease, or otherwise transfer the Software and/or Typefaces without the prior written consent of Monotype Imaging. 13 Use, duplication or disclosure by the Government is subject to restrictions as set forth in the Rights in Technical Data and Computer Software clause at FAR 252-227-7013, subdivision (b)(3)(ii) or subparagraph (c)(1)(ii), as appropriate. Further use, duplication or disclosure is subject to restrictions applicable to restricted rights software as set forth in FAR 52.227-19 (c)(2). 14 YOU ACKNOWLEDGE THAT YOU HAVE READ THIS AGREEMENT, UNDERSTAND IT, AND AGREE TO BE BOUND BY ITS TERMS AND CONDITIONS. NEITHER PARTY SHALL BE BOUND BY ANY STATEMENT OR REPRESENTATION NOT CONTAINED IN THIS AGREEMENT. NO CHANGE IN THIS AGREEMENT IS EFFECTIVE UNLESS WRITTEN AND SIGNED BY PROPERLY AUTHORIZED REPRESENTATIVES OF EACH PARTY. BY OPENING THIS DISKETTE PACKAGE, YOU AGREE TO ACCEPT THE TERMS AND CONDITIONS OF THIS AGREEMENT.
GPL De firmware van dit apparaat maakt deels gebruik van de onder GPL toegepaste codes (www.fsf.org/copyleft/gpl.html). Ga naar "http:// www.kyoceramita.com/gpl" voor meer informatie over hoe u onder GPL toegepaste codes beschikbaar kunt maken.
Open SSLeay License Copyright © 1998-2006 The OpenSSL Project. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: 1
Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
2
Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3
All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgment: "This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit. (http://www.openssl.org/)"
4
The names "OpenSSL Toolkit" and "OpenSSL Project" must not be used to endorse or promote products derived from this software without prior written permission. For written permission, please contact
[email protected].
5
Products derived from this software may not be called "OpenSSL" nor may "OpenSSL" appear in their names without prior written permission of the OpenSSL Project.
vii
6
Redistributions of any form whatsoever must retain the following acknowledgment: "This product includes software developed by the OpenSSL Project for use in the OpenSSL Toolkit (http:// www.openssl.org/)"
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE OpenSSL PROJECT "AS IS" AND ANY EXPRESSED OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE OpenSSL PROJECT OR ITS CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
Original SSLeay License Copyright © 1995-1998 Eric Young (
[email protected]) All rights reserved. This package is an SSL implementation written by Eric Young (
[email protected]). The implementation was written so as to conform with Netscapes SSL. This library is free for commercial and non-commercial use as long as the following conditions are aheared to. The following conditions apply to all code found in this distribution, be it the RC4, RSA, lhash, DES, etc., code; not just the SSL code. The SSL documentation included with this distribution is covered by the same copyright terms except that the holder is Tim Hudson (
[email protected]). Copyright remains Eric Young's, and as such any Copyright notices in the code are not to be removed. If this package is used in a product, Eric Young should be given attribution as the author of the parts of the library used. This can be in the form of a textual message at program startup or in documentation (online or textual) provided with the package. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met:
viii
1
Redistributions of source code must retain the copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
2
Redistributions in binary form must reproduce the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer in the documentation and/or other materials provided with the distribution.
3
All advertising materials mentioning features or use of this software must display the following acknowledgement: "This product includes cryptographic software written by Eric Young (
[email protected])" The word 'cryptographic' can be left out if the rouines from the library being used are not cryptographic related :-).
4
If you include any Windows specific code (or a derivative thereof) from the apps directory (application code) you must include an acknowledgement: "This product includes software written by Tim Hudson (
[email protected])"
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY ERIC YOUNG "AS IS" AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE AUTHOR OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH DAMAGE. The licence and distribution terms for any publically available version or derivative of this code cannot be changed, i.e, the code cannot simply be copied and put under another distribution licence [including the GNU Publica License.]
ix
Compliance and Conformity This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful interference in a residential installation. This equipment generates, uses and can radiate radio frequency energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by one or more of the following measures: • Reorient or relocate the receiving antenna. • Increase the separation between the equipment and receiver. • Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected. • Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help. • The use of a non-shielded interface cable with the referenced device is prohibited. CAUTION — The changes or modifications not expressly approved by the party responsible for compliance could void the user’s authority to operate the equipment. This device complies with Part 15 of FCC Rules and RSS-Gen of IC Rules. Operation is subject to the following two conditions; (1) this device may not cause interference, and (2) this device must accept any interference, including interference that may cause undesired operation of the device. * The above warning is valid only in the United States of America.
Interfacekabels BELANGRIJK Zorg ervoor dat u de printer uitschakelt voordat u een interfacekabel aansluit of ontkoppelt. Bescherm interfacekabels die niet worden gebruikt met behulp van de meegeleverde dop tegen statische elektrische ontlading via de interfacekabel(s) naar de interne elektronica van de printer. Opmerking Gebruik beschermde interfacekabels.
x
Veiligheidsinformatie Laserveiligheid Deze printer wordt geclassificeerd als een Klass 1 laserproduct volgens de Radiation Performance Standard van het Amerikaanse Department of Health and Human Services (DHHS), in overeenstemming met de Radiation Control for Health and Safety Act uit 1968. Dit betekent dat de printer geen gevaarlijke laserstraling produceert. Omdat de uitgestoten straling in de printer binnen beschermende behuizing en externe bedekkingen blijft, kan de laserstraal op geen enkel moment van gebruik uit de printer ontsnappen.
Laserkennisgeving Deze printer wordt in de V.S. geclassificeerd in overeenstemming met de eisen van DHHS 21 CFR Subchapter voor Klasse 1 laserproduct, en is elders geclassificeerd als Klasse I laserproduct in overeenstemming met de eisen van IEC 825.
GEVAAR KLASSE 3B ONZICHTBARE LASERSTRALING BIJ OPENEN. VERMIJD RECHTSTREEKSE BLOOTSTELLING AAN STRAAL. VOORZICHTIG Het gebruik van andere instellingen of aanpassingen of de uitvoering van andere procedures dan hierin vermeld, kan leiden tot gevaarlijke blootstelling aan straling.
Radiofrequentiezender Dit apparaat bevat een zendermodule. De fabrikant (Kyocera Mita Corporation) verklaart hierbij dat dit apparaat (paginaprinter; modelnummer op de voorpagina) voldoet aan de essentiële eisen en overige relevante vereisten van Richtlijn 1999/5/EG.
Radio Tag Technologie In sommige landen kan de radiotagtechnologie die in deze apparatuur gebruikt wordt om de tonercontainer te identificeren, onderworpen zijn aan autorisatie, en kan het gebruik van deze apparatuur dientengevolge beperkt zijn.
xi
Waarschuwingsetiketten Op de printer bevindt zich een van de volgende etiketten.
Hoge temperatuur binnenin Raak geen onderdelen in dit gebied aan, want dit kan leiden tot brandwonden.
Etiket in de printer (Laserstralingwaarschuwing)
Voor Europa, Azië en andere landen
Voor de V.S. en Canada
xii
CDRH-voorschriften Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de U.S. Food and Drug Administration heeft voorschriften opgesteld voor laserproducten op 2 augustus 1976. Deze voorschriften zijn van toepassing op laserproducten die zijn geproduceerd na 1 augustus 1976. Producten die in de Verenigde Staten op de markt worden gebracht moeten voldoen aan deze voorschriften. Laserproducten die in de Verenigde Staten op de markt worden gebracht moeten een label dragen ten teken van overeenstemming met de CDRH-voorschriften.
Ozonconcentratie De printers genereren ozongas (O3), dat zich op de plaats van installatie kan concentreren en een onplezierige geur kan veroorzaken. Wij raden u aan de printer niet op een afgesloten plek te zetten waar de ventilatie wordt geblokkeerd, om zo de concentratie van ozongas te minimaliseren tot minder dan 0,1 ppm.
Veiligheidsinstructies met betrekking tot het ontkoppelen van de stroom Waarschuwing: De stekker is het belangrijkste isolatieapparaat! Andere schakelaars op het apparaat zijn slechts bedieningsschakelaars en zijn niet geschikt om het apparaat te isoleren van de voedingsbron. VORSICHT: Der Netzstecker ist die Hauptisoliervorrichtung! Die anderen Schalter auf dem Gerat sind nur Funktionsschalter und konnen nicht verwendet werden, um den Stromflus im Gerät zu unterbrechen. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING NAAR 2004/108/EC, 2006/95/EEC, 93/68/EEC en 1999/5/EC We verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat het product waarop deze verklaring betrekking heeft, in overeenstemming is met de volgende specificaties. EN55024 EN55022 Klasse B EN61000-3-2 EN61000-3-3 EN60950-1 EN60825-1 EN300 330-1 EN300 330-2
xiii
Canadian Department of Communications Compliance Statement This Class B digital apparatus complies with Canadian ICES-003.
Avis de conformité aux normes du ministère des Communications du Canada Cet appareil numérique de la classe B est conforme à la norme NMB-003 du Canada.
EN ISO 7779 Maschinenlärminformations-Verordnung 3. GPSGV, 06.01.2004: Der höchste Schalldruckpegel beträgt 70 dB (A) oder weniger gemäß EN ISO 7779.
Afwijzing van verantwoordelijkheid Kyocera Mita is niet aansprakelijk tegenover klanten of een andere persoon of entiteit met betrekking tot verlies of schade direct of indirect veroorzaakt door of naar zeggen veroorzaakt door apparatuur die door ons is verkocht of geleverd, inclusief maar niet beperkt tot onderbroken service, omzetverlies of winstderving, of gevolgschade die het resultaat is van het gebruik of de bediening van de apparatuur of software.
xiv
Energiebesparingfunctie Om het energieverbruik in de wachtstand te beperken, is het apparaat voorzien van een energiebesparende functie, die het apparaat in de Slaapstand schakelt, waarin het stroomverbruik automatisch tot een minimum wordt beperkt, als een bepaalde tijdsduur verstreken is nadat het apparaat voor het laatst gebruikt werd.
Slaapstand Het apparaat schakelt automatisch na ongeveer 45 minuten in de slaapstand nadat het apparaat voor het laatst gebruikt is. De tijdsduur die zonder activiteit voorbij moet gaan voordat de slaapstand geactiveerd wordt, kan verlengd worden.
Functie Automatisch dubbelzijdig afdrukken Dit apparaat heeft dubbelzijdig afdrukken als standaardfunctie. Bijvoorbeeld bij het afdrukken van twee originelen op een vel papier als dubbelzijdige afdruk, is het mogelijk om papierverbruik te verminderen.
Hergebruikt papier Dit apparaat ondersteunt het gebruik van hergebruikt papier, wat de belasting op het milieu vermindert. Uw verkoop- of servicevertegenwoordiger kan u informatie verschaffen over aanbevolen papiersoorten.
Energy Star (ENERGY STAR®) -programma Als deelnemend bedrijf aan het International Energy Star-programma hebben wij vastgesteld dat dit product voldoet aan de richtlijnen van het International Energy Star-programma.
xv
Voorzorgsmaatregelen bij de installatie Omgeving VOORZICHTIG Plaats de printer niet op of in plaatsen die niet stabiel of vlak zijn. De printer zou kunnen vallen op dergelijke plaatsen. Dergelijke situaties leveren gevaar van lichamelijk letsel of beschadiging van de printer op. Plaats het apparaat niet op vochtige of stoffige/vuile locaties. Reinig de stekker om gevaar van brand en elektrische schokken te voorkomen, wanneer er stof en vuil op de stekker zijn terechtgekomen. Plaats het apparaat niet op locaties in de buurt van radiatoren, kachels of andere warmtebronnen, of in de buurt van ontvlambare voorwerpen; dit om het gevaar van brand te voorkomen. Laat ruimte vrij, zoals hieronder wordt aangegeven, om de printer koel te houden en het vervangen van onderdelen en onderhoud te vergemakkelijken. Laat met name rond de zijklep voldoende ruimte vrij, zodat de lucht de printer makkelijk kan verlaten.
400 mm
400 mm
250 mm
200 mm
600 mm
Overige voorzorgsmaatregelen Ongunstige omgevingsomstandigheden kunnen van invloed zijn op de veilige werking en de prestaties van de printer. Installeer de printer in een ruimte met airconditioning (aanbevolen kamertemperatuur: circa 23 °C, luchtvochtigheid: circa 60% RV), en vermijd de volgende locaties wanneer u een plaats voor de printer kiest. -
Vermijd plaatsen bij een venster of direct in het zonlicht.
-
Vermijd plaatsen met trillingen.
-
Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
-
Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
-
Vermijd slecht geventileerde locaties.
Indien de vloer uit zacht materiaal is gemaakt, kan deze beschadigd zijn door de wieltjes wanneer dit product wordt verplaatst na installatie. Tijdens het afdrukken komt er een kleine hoeveelheid ozon vrij, maar dit heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid. Als de printer echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de geur onaangenaam worden. Een juiste omgeving voor afdrukwerk moet goed geventileerd zijn.
xvi
Stroomtoevoer/aarding van de printer WAARSCHUWING Gebruik geen stroomtoevoer met een ander voltage dan aangegeven. Sluit niet meerdere apparaten op één stopcontact aan. Dergelijke situaties leveren gevaar van brand of elektrische schokken op. Steek de stekker stevig in het stopcontact. Als metalen voorwerpen in contact komen met de pinnen van de stekker, kan dit brand of elektrische schokken veroorzaken. Sluit de printer altijd aan op een geaard stopcontact, om het gevaar van brand of elektrische schokken bij kortsluiting te voorkomen. Neem contact op met uw onderhoudstechnicus als een geaarde aansluiting niet mogelijk is. WAARSCHUWING
Overige voorzorgsmaatregelen Sluit de stekker aan op het dichtstbijzijnde stopcontact.
Gebruik van plastic zakken WAARSCHUWING Houd de plastic zakken die bij de printer worden gebruikt uit de buurt van kinderen. Het plastic kan aan neus en mond vast blijven zitten en verstikking veroorzaken.
xvii
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik Waarschuwingen bij het gebruik van de printer • Plaats geen metalen voorwerpen of voorwerpen die water bevatten (vazen, bloempotten, kopjes, enz.) op of in de buurt van de printer. Dit vormt een risico voor brand of elektrische schokken, mocht het water in het apparaat terechtkomen. • Verwijder geen van de panelen van de printer, omdat er dan kans bestaat op elektrische schokken als gevolg van de hoge spanning binnen in de printer. • Zorg dat het netsnoer niet beschadigd raakt of breekt en probeer het niet te repareren. Plaats geen zware voorwerpen op het snoer, trek er niet aan, buig het niet onnodig en veroorzaak geen andere schade. Dergelijke situaties leveren gevaar van brand of elektrische schokken op. • Probeer nooit de printer of onderdelen ervan te repareren of te demonteren, omdat er dan gevaar van brand, elektrische schokken of schade aan de laser bestaat. Als de laserstraal buiten het apparaat komt, kan deze blindheid veroorzaken. • Als de printer uitzonderlijk heet wordt, als er rook uit de printer komt, als er een vreemde geur ontsnapt, of als er zich een andere ongewone situatie voordoet, bestaat er gevaar van brand of een elektrische schok. Zet de stroomschakelaar onmiddellijk op OFF ({), zorg dat u de stekker uit het stopcontact haalt en neem contact op met uw onderhoudstechnicus. • Als er schadelijke zaken (paperclips, water, andere vloeistoffen, enz.) in het apparaat terechtkomen, moet u onmiddellijk de hoofdstroomschakelaar OFF ({) zetten. Vervolgens moet u direct de stekker uit het stopcontact halen, om gevaar van brand of elektrische schokken te voorkomen. Neem hierna contact op met uw servicevertegenwoordiger. • Zorg dat u een stekker niet met natte handen in het stopcontact steekt of eruit haalt, omdat er dan gevaar van elektrische schokken bestaat. • Neem altijd contact op met uw onderhoudstechnicus voor onderhoud of reparatie van interne onderdelen. • Trek niet aan het netsnoer wanneer u dit uit het stopcontact haalt. Als u aan het netsnoer trekt, kunnen de draden breken en bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken. (Pak altijd de stekker vast wanneer u het netsnoer wilt loskoppelen van het stopcontact.) • Haal altijd de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat verplaatst. Als het netsnoer beschadigd raakt, bestaat er gevaar van brand of elektrische schokken. • Als het apparaat korte tijd (bijvoorbeeld 's nachts) niet wordt gebruikt, moet u de stroomschakelaar op OFF ({) zetten. Als de printer langere tijd niet wordt gebruikt (tijdens vakanties, enz.), haalt u voor de veiligheid de stekker uit het stopcontact. • Verwijder om veiligheidsredenen de stekker altijd uit het stopcontact bij het reinigen van het apparaat. • Als zich in de printer stof ophoopt, bestaat er gevaar van brand of andere problemen. Het wordt daarom aanbevolen uw onderhoudstechnicus te raadplegen met betrekking tot het reinigen van interne onderdelen. Dit is met name effectief als u dit laat doen voorafgaande aan een periode van hoge luchtvochtigheid. Raadpleeg uw servicevertegenwoordiger over de kosten voor het reinigen van de interne onderdelen in de printer.
xviii
Overige voorzorgsmaatregelen • Plaats geen zware voorwerpen op het apparaat en zorg dat het apparaat niet beschadigd raakt. • Open tijdens het afdrukken de bovenste voorklep niet, schakel de hoofdschakelaar niet uit en trek de stekker niet uit het stopcontact. • Tijdens het afdrukken komt er een kleine hoeveelheid ozon vrij, maar dit heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid. Als de printer echter langere tijd in een slecht geventileerde ruimte wordt gebruikt of wanneer er een zeer groot aantal kopieën wordt gemaakt, kan de geur onaangenaam worden. Een juiste omgeving voor afdrukwerk moet goed geventileerd zijn. • Raak geen elektrische onderdelen, zoals connectoren of printplaten aan. Deze kunnen beschadigd raken door statische elektriciteit. • Probeer geen handelingen te verrichten die niet in deze handleiding zijn beschreven. • Als de printer langere tijd niet wordt gebruikt, verwijdert u het papier uit de cassette, legt u dit terug in de oorspronkelijke verpakking en verzegelt u deze weer.
VOORZICHTIG Het gebruik van andere instellingen of aanpassingen of de uitvoering van andere procedures dan hierin vermeld, kan leiden tot gevaarlijke blootstelling aan straling.
Waarschuwingen voor tonergebruik • Toner en tonercontainers mogen niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken. • Open de tonercontainer nooit. • Adem de toner niet in. • Wrijf niet in uw ogen of over uw mond als er toner op uw handen terechtkomt. Was de toner van uw handen. • Raadpleeg voor het weggooien van de oude tonercontainer uw servicevertegenwoordiger of gooi de toner of tonercontainers na gebruik altijd overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving weg.
xix
Over de gebruikershandleiding Deze gebruikershandleiding bestaat uit de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 1 - Onderdelen van het apparaat In dit hoofdstuk worden de namen van de onderdelen toegelicht. Hoofdstuk 2 - Afdrukken In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u vanaf uw werkstation kunt afdrukken. Hoofdstuk 3 - Onderhoud In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de tonercontainer wordt vervangen en hoe u de printer onderhoudt. Hoofdstuk 4 - Problemen oplossen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u eventueel optredende printerproblemen, zoals papierstoringen, oplost. Appendix Dit hoofdstuk bevat de specificaties van de printer.
Conventies In deze handleiding worden de volgende conventies gebruikt.
xx
Conventie
Beschrijving
Voorbeeld
Cursief lettertype
Wordt gebruikt om een sleutelwoord, een woordgroep of verwijzing naar aanvullende informatie te benadrukken.
Zie Vervanging tonercontainer op pagina 3-2 voor het vervangen van de toner container.
Vet
Wordt gebruikt om softwareknoppen aan te duiden
Klik op OK om te beginnen met afdrukken.
Vet tussen haakjes
Wordt gebruikt om toetsen op het bedieningspaneel aan te duiden.
Druk op [GO] om verder te gaan met afdrukken.
Opmerking
Wordt gebruikt om aanvullende, nuttige informatie over een functie of toepassing te geven.
Belangrijk
Wordt gebruikt om belangrijke informatie te verstrekken.
BELANGRIJK Zorg dat het papier niet gevouwen, gekruld of beschadigd is.
Voorzichtig
Met deze waarschuwingen wordt aangegeven dat er als gevolg van een actie mechanische beschadiging kan optreden.
VOORZICHTIG Trek de cassette niet naar buiten terwijl u de voorkant van het apparaat vasthoudt.
Waarschuwing
Wordt gebruikt om gebruikers te wijzen op het gevaar van lichamelijk letsel.
WAARSCHUWING Het ladergedeelte staat onder hoogspanning.
Opmerking Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor de netwerkadresinstellingen.
1
Onderdelen van het apparaat
In dit hoofdstuk vindt u uitleg en afbeeldingen, zodat u de onderdelen en de functies van die onderdelen kunt vaststellen. Probeer voor het juiste gebruik en optimale prestaties thuis te raken in de namen en functies van deze onderdelen. Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen: Onderdelen aan de voorkant van de printer Onderdelen aan de linkerkant van de printer Interne onderdelen Onderdelen aan de achterkant van de printer Bedieningspaneel
Onderdelen van het apparaat
1-2 1-2 1-3 1-3 1-4
1-1
Onderdelen aan de voorkant van de printer 1
2
3
4
5 7
6
1
Bedieningspaneel
2
Voorklep
3
Papierstopper
4
Bovenklep (bovenlade)
5
MF (Multifunctionele)-lade
6
Papiercassette
7
Aan/uit-schakelaar
Onderdelen aan de linkerkant van de printer 10 11 12 13
8
9
8
Linkerklep
9
Tonerafvalbak
10 Tonercontainer Magenta (M) 11 Tonercontainer Cyan (C) 12 Tonercontainer Yellow (Y) 13 Tonercontainer Black (K)
1-2
Onderdelen van het apparaat
Interne onderdelen
14
15 16
14 Papiertransfereenheid 15 Papierhelling 16 Duplexeenheid
Onderdelen aan de achterkant van de printer 17 23
18
19
20 21
22
17 USB-geheugenslot 18 Netsnoeraansluiting 19 Optionele interfaceslot 20 Netwerklampjes 21 Netwerkaansluiting 22 USB-aansluiting 23 Achterklep
Onderdelen van het apparaat
1-3
Bedieningspaneel
24
30
31
25 26
27
28
32
29
33
34
24 Berichtenscherm 25 Ready-lampje 26 Data-lampje 27 Attention-lampje 28 Pijltjestoetsen 29 [MENU]-toets 30 [Linkerkeuze]-toets 31 [Rechterkeuze]-toets 32 [Back]-toets 33 [OK]-toets 34 [Cancel]-toets
1-4
Onderdelen van het apparaat
2
Afdrukken
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen: Netwerkinterfaceparameters wijzigen Een statuspagina afdrukken Printerdriver installeren Afdrukken vanuit applicaties Status Monitor Software verwijderen (Windows pc)
Afdrukken
2-2 2-3 2-4 2-10 2-11 2-15
2-1
Netwerkinterfaceparameters wijzigen Deze printer ondersteunt TCP/IP, TCP/IP (IPv6), NetWare, AppleTalk, IPP, SSL-server, IPSec-protocollen en Beveiligingsniveau. In de onderstaande tabel staan de benodigde items voor elk van de instellingen. Configureer de netwerkparameters van de printer zoals nodig voor uw pc en uw netwerkomgeving. Zie voor meer informatie pagina 4-1 van de English Operation Guide. Menu
Submenu
Netwerk
TCP/IP-instel.
Instelling TCP/IP IPv4instelling
Aan/Uit DHCP
Aan/Uit
IP-adres
IP-adres
Subnetmasker IP-adres
IPv6instelling
Default Gateway
IP-adres
Bonjour
Aan/Uit
TCP/IP (IPv6) Aan/Uit RA (Stateless) Aan/Uit DHCPv6
Beveiliging
Netw. beveilig.
NetWare
Aan/Uit Uit/Aan Frametype
AppleTalk
Aan/Uit
IPP
Aan/Uit
SSLinstelling
IPSec
SSL
Aan/Uit
IPP via SSL
Aan/Uit
HTTPS
Aan/Uit Aan/Uit
Opmerking Zet na het uitvoeren van alle netwerkinstellingen het apparaat uit en weer aan. Dit is noodzakelijk voor het activeren van de instellingen!
2-2
Afdrukken
Een statuspagina afdrukken Druk, als u klaar bent met de netwerkinstellingen, een statuspagina af. Met de statuspagina kunt u verschillende informatiegegevens bevestigen, waaronder netwerkadressen en netwerkprotocollen. Selecteer, om een statuspagina af te drukken, Statuspagina in het menu Druk rapport af. Zie voor meer informatie pagina 4 - 11 van de English Operation Guide.
Afdrukken
2-3
Printerdriver installeren Zorg ervoor dat de printer aan staat en is aangesloten op de pc voordat u de printerdriver vanaf de cd-rom installeert.
De software in Windows installeren Volg de onderstaande stappen om de printerdriver te installeren als u deze printer aansluit op een Windows pc. Het voorbeeld toont hoe uw printer aan te sluiten op een Windows Vista pc.
Opmerking In Windows Vista, Windows XP en Windows 2000 moet u ingelogd zijn met beheerderrechten. U kunt de Snelle modus of de Aangepaste modus gebruiken om de software te installeren. Snelle modus detecteert automatisch aangesloten printers en installeert de vereiste software. Gebruik Aangepaste modus als u de printerpoort wilt specificeren en de te installeren software selecteren.
1
Schakel de computer in en start Windows. Als het dialoogvenster Nieuwe hardware gevonden verschijnt, selecteert u Annuleren.
2
Plaats de cd-rom die met de printer is meegeleverd in het optische station van de pc. In Windows Vista verschijnt het scherm voor gebruikersaccountbeheer. Kies Toestaan. Het installatieprogramma wordt gestart.
Opmerking Indien de software-installatiewizard niet automatisch start, open dan het cd-rom venster in Windows Verkenner en dubbelklik op Setup.exe.
3
Kies Gebruiksrechtovereenkomst weergeven en lees de Gebruiksrechtovereenkomst. Kies Accepteren.
4
Kies Software installeren. De software-installatiewizard wordt opgestart. Kies Volgende. Vanaf hier verschilt de procedure naargelang uw versie van Windows en uw verbindingsmethode. Kies de correcte procedure voor uw verbindingstype. • Snelle modus • Aangepaste modus
2-4
Afdrukken
Snelle modus In Snelle modus detecteert het installatieprogramma automatisch de printer wanneer deze aan staat. Gebruik Snelle modus voor standaard verbindingsmethodes.
1
Selecteer in het selectievenster voor de installatiemethode Snelle modus. Het venster voor afdruksysteemdetectie verschijnt en het installatieprogramma detecteert de aangesloten printers. Indien het installatieprogramma geen afdruksysteem detecteert, controleer dan of het afdruksysteem is aangesloten via USB of een netwerk en of het is ingeschakeld. Keer vervolgens terug naar het venster voor afdruksysteemdetectie.
Opmerking Hoewel de informatie die wordt weergegeven in de installatiedialoogvensters in Windows Vista en Windows XP lichtjes verschilt, is de installatieprocedure dezelfde.
2
Selecteer het afdruksysteem dat u wilt installeren, en kies Volgende.
Opmerking Als het dialoogvenster Nieuwe hardware gevonden verschijnt, selecteert u Annuleren. Als er een waarschuwingsmelding bij hardware-installatie verschijnt, kiest u Ga door.
3
U kunt de afdruksysteemnaam aanpassen in het installatieinstellingenvenster. Deze naam zal worden weergegeven in het printervenster en in de printerlijsten weergegeven in applicaties. Specificeer of u de afdruksysteemnaam wilt delen of het afdruksysteem als bestaande printer wilt instellen en klik op Volgende.
BELANGRIJK Stap 3 verschijnt enkel indien het afdruksysteem is verbonden via een netwerk. Hij verschijnt niet indien het afdruksysteem is verbonden via USB.
4
Er verschijnt een venster waarin u de instellingen kunt controleren. Controleer de instellingen nauwkeurig en kies Installeren.
Opmerking Als het Windows Beveiliging venster verschijnt, kies Deze driversoftware installeren.
5
Er verschijnt een melding die zegt dat de printer goed is geïnstalleerd. Kies Afsluiten om de printerinstallatiewizard te verlaten en terug te keren naar het hoofdmenu van de cd-rom. Indien het dialoogvenster voor apparaatinstelling verschijnt nadat u Afsluiten heeft gekozen, kunt u de instellingen specificeren voor onderdelen zoals optionele functies die in het afdruksysteem zijn geïnstalleerd. U kunt ook de apparaatinstellingen specificeren nadat u de installatie heeft verlaten. Zie voor meer informatie Apparaatinstellingen in de printerdriver gebruikershandleiding op de cd-rom.
Afdrukken
2-5
Hiermee is de installatieprocedure van de printerdriver voltooid. Volg de instructies op het scherm om het systeem opnieuw op te starten, indien nodig.
Aangepaste modus Gebruik Aangepaste modus als u de printerpoort wilt specificeren en de te installeren software selecteren. Als u bijvoorbeeld niet wilt dat op uw computer geïnstalleerde lettertypes worden vervangen, selecteer dan Aangespaste modus en vink het Lettertypes selectievakje in het installatievenster uit.
1
Selecteer dan Aangepaste modus.
2
Volg de instructies in het venster van de installatiewizard, selecteer de softwarepakketten die moeten worden geïnstalleerd en specificeer de poort, enz. Zie voor meer informatie Aangepaste installatie in de printerdriver gebruikershandleiding op de cd-rom.
Installatie op een Macintosh
1 2
Schakel de printer en de Macintosh in.
3 4
Dubbelklik op het cd-rom pictogram.
5
2-6
Plaats de bijgeleverde cd-rom (Product Library) in het cdromstation.
Dubbelklik op OS X 10.2 and 10.3 only of OS X 10.4 or higher afhankelijk van uw MAC OS-versie.
Dubbelklik op Kyocera OS X x.x.
Afdrukken
6
Het installatieprogramma van de printerdriver start.
7
Kies Bestemming selecteren, Installatietype en installeer vervolgens de printerdriver zoals aangegeven door de instructies in de installatiesoftware.
Opmerking Behalve Eenvoudige installatie, omvatten de Installatietype opties Aangepaste installatie, waarmee u de te installeren onderdelen kunt specificeren. BELANGRIJK Voer in het scherm Verificatie de naam en het wachtwoord in die worden gebruikt voor het besturingssysteem. Hiermee is de installatie van de printerdriver voltooid. Specificeer vervolgens de afdrukinstellingen. Indien er een IP- of AppleTalk-verbinding wordt gebruik, zijn de onderstaande instellingen vereist. Indien een USB-verbinding wordt gebruikt, wordt de printer automatisch herkend en verbonden.
Afdrukken
8
Open Systeemvoorkeuren en kies Afdrukken en faxen.
9
Klik op het plus-symbool (+) om de geïnstalleerde printerdriver toe te voegen.
2-7
10 Kies het IP-icoon voor een IP-verbinding of het AppleTalk-icoon voor een AppleTalk-verbinding en voer dan het IP-adres en de printernaam in.
11 Selecteer de geïnstalleerde printerdriver en kies Voeg toe.
12 Selecteer de beschikbare opties voor de printer en kies Ga door.
2-8
Afdrukken
13 De geselecteerde printer wordt toegevoegd. Hiermee is de procedure voor de printerinstelling voltooid.
Afdrukken
2-9
Afdrukken vanuit applicaties Hieronder worden de stappen beschreven die nodig zijn voor het afdrukken van een document dat met een applicatie gemaakt is. U kunt het papierformaat en de afleveringsbestemming voor de afdrukken selecteren.
1 2
Plaats het gewenste papier in de papiercassette.
3
Klik op de vervolgkeuzelijst met printernamen. Alle printers die in Windows zijn geïnstalleerd, staan vermeld. Klik op de naam van het apparaat.
4
Voer bij Aantal exemplaren het aantal afdrukken in dat u wilt maken. Er kunnen maximaal 999 kopieën worden gemaakt.
Selecteer vanuit de applicatie in het menu Bestand de optie Afdrukken. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven.
Voor Microsoft Word wordt aanbevolen dat u op Opties klikt en Printerinstellingen gebruiken als Standaardpapierlade specificeert.
3 4
5
Klik op OK om te beginnen met afdrukken.
Opmerking Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van de printerdriver de KX Printer Driver User Guide.
2-10
Afdrukken
Status Monitor De Status Monitor bewaakt de printerstatus en voorziet in een doorlopend functioneringsrapport. Het stelt u ook in de gelegenheid om instellingen voor printers te specificeren en te wijzigen die niet in de KX driver voorkomen. De Status Monitor wordt automatisch geïnstalleerd tijdens de KX driver installatie.
Toegang tot de Status Monitor Gebruik een van onderstaande methodes voor het starten van de Status Monitor. • Start wanneer het afdrukken begint: Wanneer u een printer specificeert en een afdruktaak start, wordt een Status Monitor gestart voor iedere printernaam. Als een Status Monitor start wordt vereist voor meerdere printers, wordt een Status Monitor gestart voor iedere printer die dat verzoek uitvaardigt. • Start van de KX drivereigenschappen: Klik op de knop Status Monitor in het tabblad Geavanceerd. Klik vervolgend op de knop Status Monitor openen in het Status Monitordialoogvenster om de Status Monitor te starten.
Verlaten van de Status Monitor Gebruik een van onderstaande methodes voor het verlaten van de Status Monitor. • Handmatig verlaten: Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Status Monitor in de taakbalk en kies Verlaten in het menu, voor het verlaten van de Status Monitor. • Automatisch verlaten: De Status Monitor sluit automatisch na 5 minuten als deze niet wordt gebruikt.
Schermoverzicht Het schermoverzicht van de Status Monitor is als volgt.
Pop-upvenster
3D-Beeld
Pictogram Status Monitor
Pop-upvenster Als een gebeurtenismelding zich voordoet, verschijnt een pop-upvenster. Dit venster verschijnt alleen als het 3D-Beeld geopend is op het bureaublad.
Afdrukken
2-11
3D-Beeld Dit laat de status van de bewaakte printer zien als een 3D-afbeelding. U kunt kiezen om het 3D-beeld te laten zien of te verbergen in het weergegeven menu wanneer u met de rechtermuisknop op het pictogram van de Status Monitor klikt. Als een gebeurtenismelding zich voordoet, worden het 3D-beeld en een geluidsmelding gebruikt om u in kennis te stellen. Raadpleeg voor meer informatie over de geluidsmelding Instellingen Status Monitor op pagina 2-13.
Pictogram Status Monitor Wanneer de Status Monitor loopt wordt het pictogram daarvan weergegeven in het meldingsgebied van de taakbalk Wanneer u de cursor over het pictogram beweegt, verschijnt de printernaam. Door met uw rechtermuisknop op het pictogram van de Status Monitor te klikken, kunt u de onderstaande opties instellen.
De Status Monitor weergeven Hiermee wordt het pictogram van de Status Monitor weergegeven of verborgen.
Configureren... Als de printer is verbonden met een TCP/IP-netwerk en zijn eigen IPadres heeft, gebruikt u een webbrowser om naar het COMMAND CENTER te gaan om de netwerkinstellingen te wijzigen of bevestigen. Raadpleeg voor meer informatie de COMMAND CENTER Operation Guide.
Voorkeur Specificeer de Geluidsmelding en Uiterlijk -instellingen voor de Status Monitor. Raadpleeg voor meer informatie Instellingen Status Monitor op pagina 2-13.
Kyocera Online Hierdoor gaat u naar de Kyocera Mita website.
Verlaten Hiermee verlaat u de Status Monitor.
2-12
Afdrukken
Instellingen Status Monitor Gebruik de Voorkeur functie voor het instellen van de Status Monitor. De Status Monitor heeft twee tabbladen waar u instellingen kunt configureren.
Tabblad geluidsmelding Het tabblad Geluidsmelding bevat de volgende onderdelen.
BELANGRIJK Uw computer vereist geluidsmogelijkheden zoals een geluidskaart en luidsprekers om de instellingen op het tabblad Geluidsmelding te kunnen bevestigen. Gebeurtenismelding inschakelen Kies in- of uitschakelen van gebeurtenissenbewaking in Gebeurtenissen beschikbaar.
Geluidsbestand Een geluidsbestand kan geselecteerd worden als u een kennisgeving met geluid wilt ontvangen. Kies Bladeren om het geluidsbestand te zoeken.
Gebruik tekst naar spraak Kies dit selectievakje om uw tekst in te voeren die u wilt horen tijdens gebeurtenissen. Hoewel een geluidsbestand niet nodig is, is deze functie alleen toepasbaar voor Windows XP of hoger.
Neem de volgende stappen om deze functie te gebruiken.
1 2
Kies Gebeurtenismelding inschakelen.
3
Kies Bladeren om de gebeurtenis te melden door een geluidbestand.
Selecteer een gebeurtenis die gebruikt moet worden met de optie tekst naar spraak in Beschikbare gebeurtenissen.
Opmerking De beschikbare bestandsopmaak is WAV.
4
Afdrukken
Kies Gebruik tekst naar spraak om tekst die ingegeven is in het vakje Tekst naar spraak uit te spreken wanneer een gebeurtenis plaatsvond. Kies Afspelen bevestigen.
om het juist afspelen van het geluid of de tekst te
2-13
Tabblad uiterlijk Het tabblad Uiterlijk bevat de volgende onderdelen.
Venster vergroten Verdubbelt het formaat van het Status Monitor venster.
Altijd op voorgrond Geeft de Status Monitor bovenop andere geopende vensters.
Transparant Geeft de Status Monitor als een transparant venster weer.
2-14
Afdrukken
Software verwijderen (Windows pc) De software kan worden verwijderd m.b.v. de cd-rom (Product Library) die bij de printer is geleverd.
BELANGRIJK Op Macintosh computers kan de software niet worden verwijderd m.b.v. de cd-rom (Product Library), omdat de printerinstellingen worden gespecificeerd m.b.v. een PPD (PostScript Printer Description) -bestand.
1 2 3 4 5
Sluit alle actieve softwareapplicaties af. Plaats de bijgeleverde cd-rom (Product Library) in het cd-romstation. Volg de procedure die u heeft gebruikt om de printerdriver te installeren en kies Software verwijderen. De Kyocera Uninstaller wizard verschijnt. Selecteer de te verwijderen softwareprogramma's. Kies Verwijderen.
Opmerking In Windows Vista, verschijnt het Verwijder stuurprogramma en Pakket venster. Kies Verwijder stuurprogramma en stuurprogrammapakket, en klik op OK. Als KM-NET VIEWER of KM-NET for Direct Printing geïnstalleerd is, dan wordt voor elke toepassing een afzonderlijke uninstaller gestart. Voer voor elke toepassing de stappen voor het verwijderen uit, volgens de instructies op het scherm. De uninstaller start.
Afdrukken
6
Als het venster Verwijderen voltooid verschijnt, selecteert u Volgende.
7
Kies of u uw computer wilt herstarten of niet, en klik op Voltooien.
2-15
2-16
Afdrukken
3
Onderhoud
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen: Algemene informatie Vervanging van de tonercontainer Vervangen van de tonerafvalbak Reinigen van de printer
Onderhoud
3-2 3-2 3-6 3-8
3-1
Algemene informatie In dit hoofdstuk worden basisonderhoudstaken beschreven die u op de printer kunt uitvoeren. U kunt de volgende onderdelen vervangen naar aanleiding van een bericht op het printerscherm: • Tonerpakketten • Tonerafvalbak De volgende onderdelen dienen ook regelmatig te worden gereinigd: • Papiertransfereenheid
Opmerking Verzamelen van informatie op geheugenchips - De geheugenchip die aan de tonercontainer vast zit, is ontwikkeld om het gemak voor de eindgebruiker te vergroten, om hergebruik van lege tonercontainers te ondersteunen en om informatie te verzamelen ter ondersteuning van nieuwe productplanning en ontwikkeling. De verzamelde informatie is anoniem - het kan met niemand in verband gebracht worden en de gegevens worden vertrouwelijk behandeld.
Vervanging van de tonercontainer De tonercontainer in de printer moet worden vervangen zodra het berichtenscherm de melding De toner is bijna op. toont of zo snel mogelijk daarna. (De letters [C][M][Y][K], die afwisselend met het bericht weergegeven worden, geven aan welke kleur toner vervangen moet worden.) Als u de printer blijft gebruiken dan zal de tonervoorraad uiteindelijk opraken, waarna de printer stopt met afdrukken en het bericht Bovenklep openen en de toner vervangen. wordt getoond om aan te geven dat er een nieuw tonerpakket geïnstalleerd moet worden. Tonerkleur
Modelnummer tonercontainer
Zwart
TK-571K
Cyaan
TK-571C
Magenta
TK-571M
Geel
TK-571Y
Hoe vaak moet de tonercontainer worden vervangen? De levensduur van de tonercontainers hangt af van de hoeveelheid toner die nodig is om uw afdruktaken uit te voeren. Conform ISO/IEC 19798 en met de EcoPrint-functie uitgeschakeld, kan de tonercontainer de volgende aantallen afdrukken (uitgaande van A4/Letter-papier):
3-2
Tonerkleur
Levensduur van de tonercontainer (afdrukbare pagina's)
Zwart
16.000 afbeeldingen
Cyaan
12.000 afbeeldingen
Magenta
12.000 afbeeldingen
Geel
12.000 afbeeldingen
Onderhoud
Opmerking De tonercontainers die bij de nieuwe printer zijn verpakt, zijn starttonercontainers. De starttonercontainer kan tot 50% van de afdrukcapaciteit afdrukken voor het opraakt (Bijvoorbeeld: de bij de printer bijgeleverde (zwarte) tonercontainer kan circa 8.000 pagina's (afbeeldingen) afdrukken. Tonerpakketten Wij raden u aan om voor de beste resultaten alleen originele Kyocera Mita-onderdelen en -voorraad te gebruiken. Mocht er schade veroorzaakt worden door het gebruik van een andere toner dan de originele Kyocera Mita-toner, dan valt deze beschadiging buiten de garantie. De tonerpakketten worden geleverd in 4 verschillende kleuren: cyaan, magenta, geel en zwart. Een nieuw tonerpakket voor elke kleur bevat de volgende onderdelen: • Tonercontainer • Plastic afvalzakken voor de oude tonercontainer en de oude tonerafvalbak • Tonerafvalbak • Installatiehandleiding
Opmerking Haal de tonercontainer pas uit de doos als u klaar bent om de container in de printer te plaatsen.
Uitleg over berichten waarin u wordt verzocht de tonercontainer te vervangen Voor elk van de kleuren afzonderlijk geeft de printer op twee verschillende momenten tijdens het tonergebruik berichten weer. Dit bericht wordt automatisch afgewisseld met het andere printerbericht (zoals Gereed om te printen): • Wanneer de toner in de printer bijna op is, bijvoorbeeld in de cyaan container, toont de printer het bericht Vervang de toner. [C] als eerste waarschuwing. Merk op dat vervanging op dit moment niet altijd nodig is. • Als u het bovenstaande bericht negeert en doorgaat met afdrukken, dan toont de printer het bericht Vervang de toner. kort voor de toner helemaal op is. De tonercontainer dient onmiddellijk vervangen te worden. Reinig de afzonderlijke laderdraden enzovoort. Na het reinigen, verandert het bericht echter niet automatisch in Gereed om te printen. Als u weer met afdrukken wilt beginnen, moet u op [OK] drukken, zodat de printer klaar is. Raadpleeg in beide gevallen Vervanging van de tonercontainer op pagina 3-2 voor het vervangen van de tonercontainer.
Onderhoud
3-3
Vervangen van de tonercontainer In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de tonercontainers vervangt. Wanneer u de tonercontainer van een bepaalde kleur vervangt, dient u altijd tegelijkertijd de tonerafvalbak te vervangen. Als deze bak vol is, kan de printer beschadigd raken of worden vervuild door tonerafval dat uit de bak kan lekken.
VOORZICHTIG De tonercontainer mag niet worden verbrand. De vonken kunnen brandwonden veroorzaken. BELANGRIJK Verwijder tijdens het vervangen van de tonercontainer opslagmedia en computerbenodigdheden (zoals diskettes en USBgeheugens) uit de buurt van de tonercontainer. Zo wordt schade aan de media vermeden als gevolg van de magnetische lading van de toner. BELANGRIJK Maak altijd de binnenkant van de printer schoon na het vervangen van de tonercontainer. Raadpleeg voor meer informatie Reinigen van de printer op pagina 3-8. BELANGRIJK Kyocera Mita Corporation aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade of problemen die voortkomen uit het gebruik van andere tonercontainers dan de originele Kyocera Mitatonercontainers. Het is ook aanbevolen om voor een optimaal resutlaat alleen Kyocera Mita-tonercontainers te gebruiken die specifiek bedoeld zijn voor gebruik in uw land of regio. Als een tonercontainer voor een ander land/regio wordt geïnstalleerd, zal de printer stoppen met afdrukken. Opmerking U hoeft de printer niet uit te zetten voordat u met het vervangen begint. Gegevens die nog actief zijn in de printer, worden verwijderd als u de printer uitzet. Controleer vóór het vervangen van de tonercontainer eerst de kleur van de tonercontainer die moet worden vervangen. In dit voorbeeld wordt ervanuitgegaan dat u de gele tonercontainer vervangt. Bovenklep (bovenlade)
3-4
1
Open de bovenklep (bovenlade).
2
Verwijder de oude tonercontainer voorzichtig uit de printer.
Onderhoud
Plastic zak
3
Plaats de oude tonercontainer in de plastic zak (bijgeleverd bij het tonerpakket) en gooi de zak later weg volgens de plaatselijke voorschriften of regels voor het weggooien van afval.
4 5
Haal de nieuwe tonercontainer uit het tonerpakket.
6
Plaats de nieuwe tonercontainer in de printer zoals aangegeven in de afbeelding.
7
Duw op de bovenkant van de tonercontainer om deze stevig op zijn plaats vast te zetten.
Schud de nieuwe tonercontainer 5 à 6 keer heen en weer zoals in de afbeelding aangegeven om de toner gelijkmatig in de container te verspreiden. Druk niet te hard op het midden van de tonercontainer en raak de tonerinvoersleuf niet aan.
Tonerinvoersleuf
Gebruik dezelfde procedure om de tonercontainers van de andere kleuren te vervangen.
8
Sluit de bovenklep (bovenlade).
Opmerking Als de bovenklep (bovenlade) niet sluit, controleer dan of de nieuwe tonercontainer correct is geplaatst (in stap 7). Gooi de tonercontainer en de tonerafvalbak na gebruik altijd overeenkomstig de plaatselijke milieuwetgeving weg. Ga verder naar het volgende gedeelte.
Onderhoud
3-5
Vervangen van de tonerafvalbak Vervang de tonerafvalbak wanneer het bericht Controleer de resttoner container wordt weergegeven. Er zit een nieuwe tonerafvalbak in het tonerpakket. De tonerafvalbak dient te worden vervangen om de printer weer gebruiksklaar te maken.
1
Open de linkerklep.
2
Houd de tonerafvalbak vast en druk op de vergrendelinghendel. Verwijder de tonerafvalbak nu voorzichtig.
Linkerklep
Opmerking Verwijder de tonerafvalbak zo voorzichtig mogelijk, zodat de toner niet wordt verspreid. Zorg ervoor dat opening van de tonerafvalbak omhoog wijst.
Vergrendelingshendel
3
Sluit, nadat u de bak uit de printer heeft gehaald, de dop van de oude tonerafvalbak.
4
Plaats, om te voorkomen dat er toner wordt gemorst, de oude tonerafvalbak in de plastic zak (bijgeleverd bij het tonerpakket) en gooi de zak later weg volgens de plaatselijke regels of voorschriften voor het weggooien van afval.
Dop
Oude tonerafvalbak
Plastic zak
3-6
Onderhoud
5
Open de dop van de nieuwe tonerafvalbak.
6
Plaats de nieuwe tonerafvalbak zoals in de afbeelding aangegeven. Als de bak goed geplaatst wordt, klikt hij vast.
7
Controleer of de tonerafvalbak goed geplaatst is en sluit de linkerklep.
Dop
Nieuwe tonerafvalbak
Nieuwe tonerafvalbak
Nadat de tonercontainers en de tonerafvalbak zijn vervangen, dient u de papiertransfereenheid te reinigen. Raadpleeg voor instructies Reinigen van de printer op pagina 3-8.
Onderhoud
3-7
Reinigen van de printer De papiertransfereenheid dient te worden gereinigd telkens de tonercontainer en tonerafvalbak vervangen zijn. Om een optimale afdrukkwaliteit te behouden, adviseren wij u de binnenkant van de printer eenmaal per maand te reinigen en ook na het vervangen van de tonercontainer. De printer dient ook te worden gereinigd indien er strepen of lijnen verschijnen op de afdrukken of indien de afdrukken vaag of onduidelijk zijn.
Reinigen van de papiertransfereenheid Als de papiertransfereenheid vuil is, dan kunnen zich afdrukproblemen voordoen zoals vlekken op de achterkant van de afgedrukte pagina's. Gebruik voor het reinigen van de papiertransfereenheid een droge doek.
3-8
1
Druk op de hendel om de vergrendeling te ontgrendelen.
2
Trek de voorklep naar buiten.
Onderhoud
3
Veeg de papierdeeltjes op de registratierol en de papierhelling weg met de reinigingsdoek. Papiertransfereenheid
Duplexeenheid
Droge doek
Papierhelling Transferband (zwart) Registratierol (metaal)
Transferrol (zwart)
Opmerking Zorg dat u de zwarte transferrol en de zwarte transferband niet aanraakt tijdens het reinigen; de afdrukkwaliteit kan er negatief worden door beïnvloed.
4
Duw de voorklep weer goed terug naar binnen.
Opmerking Zorg dat uw handen niet bekneld raken onder de voorklep wanneer u deze sluit.
Onderhoud
3-9
3-10
Onderhoud
4
Problemen oplossen
Dit hoofdstuk bevat uitleg over de volgende onderwerpen: Algemene richtlijnen Problemen met de afdrukkwaliteit Foutmeldingen Papierstoringen oplossen
4-2 4-3 4-6 4-16
Als een probleem niet kan worden opgelost, neemt u dan contact op met uw servicetechnicus.
Problemen oplossen
4-1
Algemene richtlijnen In de onderstaande tabel staan basisoplossingen voor problemen die bij de printer kunnen optreden. Voordat u de service belt, raden wij u aan eerst deze tabel te raadplegen om problemen op te lossen. Probleem
Te controleren items
De afdrukkwaliteit is niet goed.
Raadpleeg Problemen met de afdrukkwaliteit op pagina 4-3.
Het papier is vastgelopen.
Raadpleeg Papierstoringen oplossen op pagina 4-16.
Er branden geen lampjes op het bedieningspaneel, zelfs niet wanneer de printer aanstaat, en de ventilator maakt geen geluid.
Controleer of het netsnoer goed op het Zet de printer uit, sluit het netsnoer stopcontact is aangesloten. goed aan en zet de printer weer aan. Controleer of de aan/uit-schakelaar in de stand Aan (I) staat.
Zet de aan/uit-schakelaar in de stand Aan (I).
De printer drukt een statuspagina af, maar drukt geen taken vanaf de computer af.
Controleer de printerkabel of de aansluitingskabel.
Sluit beide uiteinden van de printerkabel stevig aan. Probeer de printerkabel of de aansluitingskabel te vervangen.
Controleer de programmabestanden en de applicatiesoftware.
Probeer een ander bestand af te drukken of een andere afdrukopdracht te gebruiken. Als het probleem zich alleen bij een bepaald bestand of applicatie voordoet, controleert u dan de instellingen van de printerdriver voor die applicatie.
Er komt stoom uit de printer in het gebied rond de bovenlade.
Mogelijke oplossing
Controleer of de kamertemperatuur erg Afhankelijk van de afdrukomgeving en laag is of dat er vochtig papier werd de toestand van het papier, zal de hitte gebruikt. die ontstaat tijdens het afdrukken het vocht in het papier doen verdampen en de stoom die daarbij vrijkomt kan eruit zien als rook. Dit is geen probleem en u kunt gewoon doorgaan met afdrukken. Als u bezorgd bent om de stoom, verhoog dan de kamertemperatuur of vervang het papier door nieuwer, droger papier.
Tips Printerproblemen kunnen gemakkelijk worden opgelost met behulp van onderstaande tips. Wanneer u een probleem tegenkomt dat met de bovenstaande suggesties niet kan worden opgelost, probeer dan het volgende: • Zet de printer uit en wacht enkele seconden. Zet de printer vervolgens weer aan. • Start de computer, die de afdruktaken naar de printer verzendt, opnieuw op. • Zorg ervoor dat u over de nieuwste versie van de printerdriver beschikt en deze gebruikt. De nieuwste versies van printerdrivers en hulpprogramma's zijn beschikbaar op: http://www.kyoceramita.com/download/. • Zorg ervoor dat de afdrukprocedures in de applicatiesoftware correct worden opgevolgd. Raadpleeg de documentatie die met de applicatiesoftware is meegeleverd.
4-2
Problemen oplossen
Problemen met de afdrukkwaliteit In de volgende tabellen en diagrammen worden problemen met de afdrukkwaliteit beschreven en vindt u de mogelijke oplossingen die u kunt proberen om de problemen op te lossen. Bij sommige oplossingen dient u onderdelen van de printer te reinigen of te vervangen. Als het probleem niet wordt opgelost door de voorgestelde oplossing, neem dan contact op met de service. Afgedrukte resultaten
Mogelijke oplossing
Kleuren verschoven afgedrukt
Voer een kleurenregistratie uit via het bedieningspaneel van de printer. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
Volledig blanco afdruk
Controleer de tonercontainers. Open de bovenklep (bovenlade) van de printer en controleer of de tonercontainers goed in de printer zijn geplaatst. Voor meer informatie over het installeren van de tonercontainers, zie Vervanging van de tonercontainer op pagina 3-2. Controleer of de applicatiesoftware goed werkt.
Volledig zwarte afdruk
Controleer de hoofdoplader. Open de linkerklep en controleer of de hoofdoplader goed is geplaatst.
Dropouts of afgedwaalde punten
Reinig de LSU. Zie voor meer informatie pagina 4 - 109 van de English Operation Guide.
Problemen oplossen
4-3
Afgedrukte resultaten
Mogelijke oplossing
Zwarte of witte verticale strepen
Controleer de tonerstatus op het bedieningspaneel. Als het bericht De toner is bijna op. wordt weergegeven, dient u een nieuw tonerpakket te installeren. Zie Vervanging van de tonercontainer op pagina 3-2 voor het vervangen van de tonercontainer. Reinig de LSU. Zie voor meer informatie pagina 4 - 109 van de English Operation Guide.
Invoerrichting van het papier
Vage of onduidelijke afdrukken
Reinig de drum. Voer de volgende stappen uit op het bedieningspaneel en probeer het drumoppervlak te reinigen met behulp van het ingebouwde reinigingssysteem van de printer. 1
Druk in het mode-keuzemenu op [U] of [V] om Inst./Onderhoud te selecteren.
2
Druk op [OK]. Het menu Inst./Onderhoud verschijnt.
3
Druk op [U] of [V] om Service-inst. te selecteren.
4
Druk op [OK]. Het menu Service-inst. verschijnt.
5
Druk op [U] of [V] om Drum te selecteren.
6
Druk op [OK]. Er verschijnt een bericht dat het reinigen van de drum bevestigt.
7
Druk op [Ja] ([Linkerkeuze]). Het reinigen van de drum wordt gestart. Als het reinigen van de drum klaar is, dan verschijnt opnieuw het menu Service-inst..
Reinig de drum. Zie voor meer informatie pagina 4 - 109 van de English Operation Guide. Zorg ervoor dat de instelling voor de papiersoort overeenkomt met het gebruikte papier. Zie voor meer informatie pagina 4 - 33 van de English Operation Guide. Voer een kleurkalibratie uit ofwel door de printer uit en in te schakelen, ofwel via het bedieningspaneel van de printer. Zie voor meer informatie pagina 4 - 97 van de English Operation Guide. Probeer de kleurinstellingen aan te passen met behulp van de printerdriver. Controleer het bedieningspaneel. Als het bericht De toner is bijna op. wordt weergegeven, dient u een nieuw tonerpakket te installeren. Raadpleeg Vervanging van de tonercontainer op pagina 3-2 voor het vervangen van de toner.
4-4
Problemen oplossen
Afgedrukte resultaten
Mogelijke oplossing Reinig de drum. Voer de volgende stappen uit op het bedieningspaneel en probeer het drumoppervlak te reinigen met behulp van het ingebouwde reinigingssysteem van de printer. 1
Druk in het menu Afdrukinstelling op [U] of [V] om Inst./ Onderhoud te selecteren.
2
Druk op [OK]. Het menu Inst./Onderhoud verschijnt.
3
Druk op [U] of [V] om Service-inst. te selecteren.
4
Druk op [OK]. Het menu Service-inst. verschijnt.
5
Druk op [U] of [V] om Drum te selecteren.
6
Druk op [OK]. Er verschijnt een bericht om het reinigen van de drum te bevestigen.
7
Druk op [Ja] ([Linkerkeuze]). Het reinigen van de drum wordt gestart. Als het reinigen van de drum klaar is, dan verschijnt opnieuw het menu Service-inst..
Grijze achtergrond
Voer een kleurkalibratie uit ofwel door de printer uit en in te schakelen, ofwel via het bedieningspaneel van de printer. Zie voor meer informatie pagina 4 - 97 van de English Operation Guide.
Vuil op de bovenrand of achterkant van het papier
Controleer de papierinvoer en de helling. Trek de papiertransfereenheid naar buiten en controleer of er zich toner bevindt op de papierhelling. Reinig de papierhelling met een zachte, droge, pluisvrije doek. Raadpleeg voor meer informatie Reinigen van de papiertransfereenheid op pagina 3-8. Reinig de LSU. Zie voor meer informatie pagina 4 - 109 van de English Operation Guide.
Problemen oplossen
4-5
Foutmeldingen In de volgende tabel staan foutmeldingen en onderhoudsberichten die u zelf kunt afhandelen. Als Storing machine. Neem contact op met uw service-provider. verschijnt, zet dan de printer uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en neem contact op met uw servicetechnicus. Als Storing machine. Neem contact op met uw serviceprovider. of Een fout is opgetreden. Schakel de stroom uit en weer aan. verschijnt, zet de printer dan uit en weer aan om te kijken of de printer zich herstelt. Als de printer zich niet hersteld heeft, zet dan de printer uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en neem contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkend servicebedrijf. Bij sommige fouten hoort u het alarm. Druk op [Cancel] om het alarm uit te zetten. Bericht
Mogelijke oplossing Dit bericht wordt weergegeven wanneer de taakaccountingfunctie is ingeschakeld en een poging om taakaccountinstellingen te specificeren of om een account te registreren of te verwijderen, mislukt. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten.
Fout met account. Druk op [OK]. ##
MF-lade bijvullen.
Storing machine. Neem contact op met uw service-provider.
Het papier in de weergegeven papierbron is op. Plaats papier in de weergegeven bron (papiercassettes, multifunctionele lade of optionele papierinvoer). Dit bericht wordt om en om weergegeven met berichten die de printerstatus aangeven, zoals Gereed om te printen., Wachten a.u.b. en Wordt verwerkt..
F### staat voor een controller-fout (#=0, 1, 2, ...). Bel de service. De printer werkt niet wanneer dit bericht wordt weergegeven.
F###
Storing machine. Neem contact op met uw service-provider.
De printercontroller en het bedieningspaneel kunnen geen data uitwisselen. Schakel de printer uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem hierna contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkend servicebedrijf. Zie de achterpagina van deze handleiding voor de betreffende telefoonnummers.
F000
Storing machine. Neem contact op met uw service-provider.
#### staat voor een mechanische fout (#=0, 1, 2, ...). Bel de service. De printer werkt niet wanneer dit bericht wordt weergegeven. Tegelijk wordt het totale aantal afgedrukte pagina's weergegeven, bijvoorbeeld 0123456.
####
4-6
Problemen oplossen
Bericht
Mogelijke oplossing Wordt weergegeven wanneer gegevens worden geannuleerd.
Annuleren...
Geen cassette #.
Controleer #.
cassette
De overeenkomende papiercassette is niet geplaatst. Plaats de cassette. Het cassettenummer kan 1 (bovenste) tot 5 (onderste) zijn.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer er zich een papieroptilfout heeft voorgedaan in de cassette van de papierbron. Trek de cassette van de weergegeven papierbron naar buiten (de papiercassettes of optionele papierinvoeren) en controleer of het papier correct wordt geladen. Het bericht Neem contact op met uw service-provider. wordt weergegeven wanneer deze fout zich herhaaldelijk voordoet.
Controleer de resttoner container.
Reinig de printer.
Dit bericht waarschuwt in de volgende twee gevallen. Installeer de nieuwe tonerafvalbak. De tonerafvalbak is niet geplaatst. De tonerafvalbak is vol. Raadpleeg voor meer informatie Vervangen van de tonercontainer op pagina 34.
Reinig de binnenkant van de printer. Raadpleeg Reinigen van de printer op pagina 3-8. Dit bericht wordt weergegeven wanneer u de tonercontainer heeft vervangen nadat het bericht Toner toevoegen... Reinig de printer. werd weergegeven. Druk nadat u de binnenkant van de printer heeft gereinigd op [OK]. De printer is nu klaar om af te drukken.
De voorklep van de printer staat open. Sluit de voorklep.
Sluit klep voorkant.
Problemen oplossen
4-7
Bericht
Mogelijke oplossing De linkerklep van de printer staat open. Sluit de linkerklep.
Sluit linkerkant.
klep
De bovenklep van de printer staat open. Sluit de bovenklep van de printer.
Sluit klep bovenkant.
Geheugen in gebruik, niet verwijderbaar.
Kan niet dubbelzijd printen op dit papier.
Een fout is opgetr. Schakel de stroom uit en weer aan. F###
Een fout is opgetr. Schakel de stroom uit en weer aan. F000
4-8
Dit bericht wordt weergegeven wanneer Verw. geheugen werd geselecteerd terwijl een USB-geheugen in gebruik was. Het vorige scherm wordt opnieuw 1 of 2 seconden weergegeven.
U heeft geprobeerd af te drukken met een papierformaat en papiersoort dat niet kan worden gebruikt voor dubbelzijdig afdrukken. Druk op [OK] om op één kant van het papier af te drukken.
Schakel het apparaat uit en weer in. Als het bericht nog steeds wordt weergegeven, schakel het apparaat dan uit en neem contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkend servicebedrijf.
De printercontroller en het bedieningspaneel kunnen geen data uitwisselen. Schakel de printer uit en haal de stekker uit het stopcontact. Neem hierna contact op met uw servicevertegenwoordiger of erkend servicebedrijf. Zie de achterpagina van deze handleiding voor de betreffende telefoonnummers.
Problemen oplossen
Bericht
Mogelijke oplossing
Taakaccounting Beperking overschr. Druk op [OK].
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de taakaccounting-functie is ingeschakeld en er een poging is ondernomen om de afdruklimiet die voor elke account is ingesteld, te overschrijden. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
Formatteer harddisk.
De in de printer geïnstalleerde harde schijf is niet geformatteerd en kan daarom niet worden gebruikt om te lezen of schrijven.
Formatteer kaart.
De in de printer geplaatste geheugenkaart is niet geformatteerd en kan daarom niet worden gebruikt om te lezen of schrijven. Zie voor meer informatie pagina 4 - 69 van de English Operation Guide.
geh.-
Er is een fout op de harde schijf opgetreden. Bekijk de foutcode die op de plaats van ## staat en raadpleeg Foutcodes met betrekking tot opslag op pagina 4-15. Wilt u de fout op de harde schijf negeren, druk dan op [OK].
Fout met harddisk. Druk op [OK]. ##
Vervang MK.
Vervang het onderhoudspakket dat op het berichtenscherm wordt weergegeven. Het onderhoudspakket dient om de 300.000 afgedrukte afbeeldingen te worden vervangen. U heeft hier een professionele servicetechnicus voor nodig. Neem contact op met uw servicetechnicus.
Taak niet opgeslagen. Druk op [OK].
Afdrukken via de Taakbox-functie is mislukt omdat er onvoldoende ruimte was op de harde schijf of de RAM-schijf of omdat de RAM-schijf uitgeschakeld was bij het demonteren van de harde schijf. Druk op [OK] om een foutenoverzicht af te drukken en de printer opnieuw gebruiksklaar te zetten.
Begrensd door taakaccounting. Druk op [OK].
Dit bericht wordt weergegeven wanneer een poging tot afdrukken werd ondernomen, ondanks het feit dat de Taakaccount-functie geactiveerd was met Beperking ingesteld als de taaklimiet voor elke taakaccount. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
Problemen oplossen
4-9
Bericht
Mogelijke oplossing Het huidige afdrukproces kan niet worden voortgezet, als gevolg van een KPDL-fout die in de categorie ## valt. Geef voor het afdrukken van een foutenoverzicht KPDL-foutrapp. weer in het systeemmenu en selecteer Aan. Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken. U kunt ophouden met afdrukken door op [Cancel] te drukken. Als 'Fouten aut. verw.' op Aan staat, wordt het afdrukken na een vooraf ingestelde periode automatisch hervat.
Fout met KPDL. Druk op [OK].
Cassette # bijvullen
De papiercassette met het papierformaat en de papiersoort van de afdruktaak is leeg. Laad papier in de papiercassette die op de plaats van # wordt weergegeven. Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken. Als u vanuit een andere papierbron wilt afdrukken, druk dan op U of V om Alternatief: weer te geven. U kunt dan de bron voor de papierinvoer wijzigen. Als u een papierbron heeft geselecteerd en op [MENU] heeft gedrukt, verschijnt Papierinstel.. Als u op U drukt, verschijnt het menu met de instellingen voor de papiersoort. Druk na het instellen van de juiste papiersoort op [OK]. Het afdrukken begint nu. Er is geen papiercassette in de printer geïnstalleerd die overeenkomt met het papierformaat en de papiersoort van de afdruktaak. Plaats papier in de multifunctionele lade. Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken. (Let op: als u papier invoert met een papierformaat dat niet overeenkomt met het huidige papierformaat van de multifunctionele lade, kan het papier vastlopen.) Als u vanuit een andere papierbron wilt afdrukken, druk dan op U of V om Alternatief: weer te geven. U kunt dan de bron voor de papierinvoer wijzigen. Als u een papierbron heeft geselecteerd en op [MENU] heeft gedrukt, verschijnt Papierinstel.. Als u op U drukt, verschijnt het menu met de instellingen voor de papiersoort. Druk na het instellen van de juiste papiersoort op [OK]. Het afdrukken begint nu.
MF-lade bijvullen.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer Laag is geselecteerd bij Beveiligingsniveau.
Lage beveiliging
Geheugen is vol. Printopdracht kan niet voltooid worden.
De totale hoeveelheid door de printer ontvangen gegevens overschrijdt het interne geheugen van de printer. Probeer geheugen toe te voegen. Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken. U kunt ophouden met afdrukken door op [Cancel] te drukken. Als 'Fouten aut. verw.' op Aan staat, wordt het afdrukken na een vooraf ingestelde periode automatisch hervat.
Fout met geh.-kaart. Druk op [OK].
Er is een fout op de geheugenkaart opgetreden. Bekijk de foutcode die op de plaats van ## staat en raadpleeg Fouten met betrekking tot de geheugenkaart en het USB-geheugen op pagina 4-15. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten.
##
4-10
Problemen oplossen
Bericht
Mogelijke oplossing
Niet meerdere exempl. Druk op [OK].
Ontkoppel het snoer van de machine en verbind deze aan de multifunct. invoer.
Originele toner geïnstall.
Papierstoring in cassette ############
Er kan maar één exemplaar worden afgedrukt, omdat de RAM-schijf is uitgeschakeld of omdat de harde schijf niet is geïnstalleerd. Probeer geheugen toe te voegen of een harde schijf te installeren, en de instellingen van de RAMschijf te configureren.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de optionele papierinvoer PF-510 niet aangesloten is op een voedingsbron en Gecoat (gecoat papier) is geselecteerd als instelling van de papiersoort. Sluit deze aan op een voedingsbron via de printer.
Wordt weergegeven wanneer de geïnstalleerde toner een origineel Kyocera Mita-product is.
Er heeft zich een papierstoring voorgedaan. De locatie van de papierstoring wordt aangegeven op de plaats van #. Raadpleeg Papierstoringen oplossen op pagina 4-16 voor meer informatie.
De geselecteerde cassette wordt voorbereid.
Papier wordt geladen.
Fout papierpad. Plaats de cassette.
Data te complex.
Problemen oplossen
Er bevindt zich geen papiercassette in de invoereenheid of de cassette is niet goed geplaatst. U kunt na het opnieuw plaatsen van de papiercassette weer afdrukken. Wanneer twee of meer optionele invoereenheden zijn geïnstalleerd en de onderste wordt geselecteerd, dan verschijnt hetzelfde bericht als een van de bovenste papierinvoereenheden en de printercassette niet goed zijn geïnstalleerd.
De data die naar de printer zijn overgebracht, zijn te ingewikkeld om op een pagina te kunnen afdrukken. Druk op [OK] om verder te gaan met afdrukken.
4-11
Bericht
Mogelijke oplossing Er is een fout op de RAM-schijf opgetreden. Bekijk de foutcode die op de plaats van ## staat en raadpleeg Foutcodes met betrekking tot opslag op pagina 4-15. Wilt u de fout op de RAM-schijf negeren, druk dan op [OK].
Fout met RAM-disk. Druk op [OK]. ##
Vervang de toner [C][M][Y][K]
Twee berichtonderdelen worden om en om weergegeven. Toner is op in de tonercontainer(s). Vervang de tonercontainer met behulp van een nieuw tonerpakket voor de kleur in kwestie. De printer werkt niet wanneer dit bericht wordt weergegeven. Als er bijvoorbeeld Vervang de toner.[C][K] wordt weergegeven, dan vervangt u de cyaan en de zwarte tonercontainers. Raadpleeg voor meer informatie Vervanging van de tonercontainer op pagina 32.
Vervang de toner [C][M][Y][K] Reinig de printer.
De toner is bijna op.
Twee berichten worden om en om weergegeven. De toner van de weergegeven kleur (C: Cyaan, M: Magenta, Y: Geel of K: Zwart) is bijna op. Zorg ervoor dat er meteen een nieuwe tonercontainer beschikbaar is. Raadpleeg voor meer informatie Vervanging van de tonercontainer op pagina 3-2.
[C][M][Y][K]
Bovenste uitvoer is vol, verwijder de afdrukken.
4-12
De bovenste lade zit vol (ongeveer 500 pagina's). U moet alle afgedrukte pagina's uit de bovenste bak verwijderen. Wanneer de printer merkt dat de bovenste bak weer leeg is, gaat de printer verder met het afleveren van afdrukken in de bovenste opvangbak.
Problemen oplossen
Bericht
Mogelijke oplossing Dit bericht wordt weergegeven indien de regionale specificatie van de geïnstalleerde tonercontainer niet overeenkomt met die van de printer. Installeer de gespecificeerde tonercontainer.
Onbekende toner geïnstall.
Wordt weergegeven wanneer de geïnstalleerde toner geen origineel Kyocera Mita-product is. Installeer een originele Kyocera Mita-toner.
Dit bericht wordt weergegeven indien de regionale specificatie van de geïnstalleerde tonercontainer niet overeenkomt met die van de printer. Installeer de gespecificeerde tonercontainer.
Onbekende toner geïnstall. PC [C][M][Y][K]
Fout met geheugen. Druk op [OK].
Wordt weergegeven wanneer de geïnstalleerde toner geen origineel Kyocera Mita-product is. Installeer een originele Kyocera Mita-toner.
USB-
Er is een fout opgetreden in het USB-geheugenapparaat. Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten. Bekijk de foutcode die op de plaats van ## staat en raadpleeg Foutcodes met betrekking tot opslag op pagina 4-15. Wilt u de USB-geheugenfout negeren, druk dan op [OK].
##
Alternatief: B A5 Normaal C A4 Etiketten D B4 Normaal
Onjuiste account-ID. Druk op [OK].
Dit account-ID is al geregistreerd.
Problemen oplossen
Wanneer de cassette geen papier bevat dat overeenkomt met de afdrukgegevens (papierformaat en -soort), kunt u aan de hand van dit bericht een andere cassette opgeven om te gebruiken. Een papierbronnummer wordt enkel weergegeven wanneer een optionele papierinvoereenheid is geïnstalleerd. Zie voor meer informatie pagina 4 - 46 van de English Operation Guide.
Dit bericht wordt weergegeven wanneer de taakaccounting-functie is ingeschakeld en er geen account is ingesteld voor een verzonden afdruktaak of de gespecificeerde account niet is geregistreerd (de verkeerde account is ingesteld). Druk op [OK] om de printer terug gebruiksklaar te zetten. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
Wordt weergegeven wanneer wordt geprobeerd een account te registreren in het Taakaccounting-menu door een accountcode in te voeren die al bestaat. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
4-13
Bericht
Onjuiste ID.
Mogelijke oplossing • De ID of het wachtwoord ingevoerd voor de Taakaccounting-functie is niet correct. Controleer de ID of het wachtwoord. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide. • De gebruikers-ID die voor een privé-taak of een opgeslagen taak is ingevoerd, is niet correct. Controleer de gebruikers-ID die u op de printerdriver heeft ingevoerd. Zie voor meer informatie pagina 4 - 20 van de English Operation Guide.
Onjuiste account-ID.
Onjuist wachtwoord.
4-14
Het wachtwoord komt niet overeen met het ingestelde wachtwoord. Voer het correcte wachtwoord in. Zie voor meer informatie pagina 4 - 86 van de English Operation Guide.
Problemen oplossen
Foutcodes met betrekking tot opslag Fouten met betrekking tot de harde schijf Code
Betekenis
01
Formatteringfout harde schijf. Als deze fout zich blijft voordoen, ook als de stroom uitgezet en weer aangezet is, dient u de harde schijf opnieuw te formatteren.
02
Het schijfsysteem is niet geïnstalleerd. Controleer nogmaals de vereisten voor het gebruik van het systeem en de apparaten.
04
Er is geen harde schijfruimte beschikbaar. Verwijder onnodige bestanden e.d. om ruimte vrij te maken.
05
Het opgegeven bestand bestaat niet op de harde schijf.
06
Er is geen geheugen op het harde schijfsysteem beschikbaar. Vergroot het beschikbare geheugen.
10
Formatteren is niet mogelijk, omdat er hostgegevens op de harde schijf worden gespoold. Wacht met formatteren tot de harde schijf klaar is.
97
Het aantal permanente codetaken dat kan worden opgeslagen, heeft de limietwaarde bereikt. Er kan niet meer worden opgeslagen. Verwijder onnodige taken e.d. of verhoog de limiet.
98
Er is een onleesbare pagina in een taak gevonden (de taak is beschadigd).
99
Er bestaat geen afdruktaak voor de opgegeven ID op de harde schijf.
Fouten met betrekking tot de geheugenkaart en het USBgeheugen Code
Betekenis
01
De printer ondersteunt de geplaatste geheugenkaart niet, of de geheugenkaart is defect. Plaats de correcte geheugenkaart. Raadpleeg voor meer informatie English Operation Guide, USB Memory (USB memory selection) .
02
De geheugenkaart is niet geïnstalleerd. Controleer nogmaals de vereisten voor het gebruik van het systeem en de geheugenkaart.
03
De geheugenkaart is beveiligd tegen schrijven. Controleer de status van de geheugenkaart.
04
Er is onvoldoende ruimte op de geheugenkaart. Verwijder onnodige bestanden of gebruik een nieuwe geheugenkaart.
05
Het opgegeven bestand staat niet op de geheugenkaart of het USB-geheugen.
06
Er is onvoldoende printergeheugen om het geheugenkaartsysteem te ondersteunen. Breid het printergeheugen uit.
50
De geheugenkaart is beveiligd tegen schrijven, of ongeldig. Controleer de status van de geheugenkaart.
Fouten met betrekking tot de RAM-schijf
Problemen oplossen
Code
Betekenis
01
Formatteringsfout. Zet de stroom uit en weer aan.
02
RAM-diskmode staat op Uit. Zet de RAM-diskmode op Aan via het bedieningspaneel.
04
Geen schijfruimte. Verwijder onnodige bestanden.
05
Opgegeven bestand staat niet op schijf.
06
Onvoldoende printergeheugen om het RAM-disksysteem te ondersteunen. Breid het printergeheugen uit.
4-15
Papierstoringen oplossen Als het papier in het papiertransportsysteem is vastgelopen, of als er helemaal geen papier is doorgevoerd, verschijnt het bericht Papierstoring met de locatie van de papierstoring (het onderdeel waar de papierstoring zich heeft voorgedaan). De printer schakelt automatisch offline wanneer dit bericht wordt weergegeven. Verwijder het vastgelopen papier. Wanneer u het vastgelopen papier heeft verwijderd, begint de printer weer met afdrukken.
Mogelijke locaties van papierstoringen In het onderstaande diagram worden de papierpaden van de printer, inclusief de opties, uitgelegd. De locaties waar de papierstoringen zich kunnen voordoen, worden hier tevens weergegeven, waarbij elke locatie in de onderstaande tabel wordt uitgelegd. Papierstoringen kunnen zich in meer dan één onderdeel langs de papierpaden voordoen.
Multifunctionele lade
Papiercassette
Papierinvoer PF-500, PF-510
Papierstoringsbericht
Papierstoring in de printer. [ Help
4-16
Beschrijving
Zie pagina
Het papier is vastgelopen in de printer, de papiercassette of de multifunctionele lade.
pagina 4-17 pagina 4-18 pagina 4-20
]
Problemen oplossen
Papierstoringsbericht
Papierstoring in cassette #. [ Help
Beschrijving
Zie pagina
Het papier is vastgelopen in de optionele papierinvoercassette #.
pagina 4-20
]
Algemene aandachtspunten bij het oplossen van storingen Houd rekening met de volgende aandachtspunten wanneer u papier probeert te verwijderen:
VOORZICHTIG Trek niet te hard aan het papier, anders scheurt het. Gescheurde stukjes papier zijn lastig te verwijderen en kunnen gemakkelijk over het hoofd worden gezien, waardoor de papierstoring niet kan worden opgelost. • Als er regelmatig een papierstoring optreedt, kunt u een andere papiersoort proberen, het papier vervangen door nieuw papier, de papierstapel omdraaien of de papierstapel 180 graden draaien. Het kan zijn dat de printer problemen ondervindt als de papierstoringen blijven optreden nadat het papier is vervangen. • Of de vastgelopen pagina's gewoon worden gereproduceerd wanneer het afdrukken wordt hervat, hangt af van de locatie van de papierstoring.
Papierstoring bij de cassette Het papier is vastgelopen in de papiercassette.
1
Open eerst de voorklep van de printer en controleer op papierstoringen in de papiertransfereenheid. Raadpleeg voor meer informatie Papierstoring in de printer op pagina 4-18.
2
Problemen oplossen
Trek de papiercassette naar buiten en verwijder het vastgelopen papier.
4-17
Papierstoring in de multifunctionele lade Het papier is vastgelopen in de multifunctionele lade. Verwijder het vastgelopen papier met behulp van de onderstaande procedure.
1
Open eerst de voorklep van de printer en controleer op papierstoringen in de papiertransfereenheid. Raadpleeg voor meer informatie Papierstoring in de printer op pagina 4-18.
2
Verwijder het vastgelopen papier.
Papierstoring in de printer Het papier is vastgelopen in de papiercassette of in de printer. Verwijder het vastgelopen papier met behulp van de onderstaande procedure.
VOORZICHTIG De fusereenheid binnenin de printer is heet. Raak de eenheid niet met uw handen aan, aangezien dit brandwonden kan veroorzaken. Verwijder voorzichtig het vastgelopen papier.
4-18
1
Druk op de hendel om de vergrendeling te ontgrendelen.
2
Trek de voorklep naar u toe.
Problemen oplossen
3
A
Indien het papier is vastgelopen nabij de registratierol, zoals afgebeeld in A, verwijdert u het papier door het uit het midden te trekken.
Registratierol
Als het papier vastgelopen is binnenin de fusereenheid, zoals afgebeeld in B, open dan de fuserklep en verwijder het papier door het aan de rand eruit te trekken.
B Fuserklep
Als het papier vastgelopen is binnenin de duplexeenheid, zoals afgebeeld in C, til dan de duplexeenheid omhoog en verwijder het papier door aan de rand te trekken.
C Duplexeenheid
4
Problemen oplossen
Sluit de voorklep.
4-19
Papierstoring bij cassette 2 (tot 5) Het papier is vastgelopen in de optionele cassette. Verwijder het vastgelopen papier met behulp van de onderstaande procedure. Trek de optionele cassette naar buiten en verwijder het vastgelopen papier.
4-20
Problemen oplossen
Appendix Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de beschikbare interfaces, beschrijft de optionele hardware, die bij de printer geïnstalleerd kan worden en geeft de specificaties van de printer.
Specificaties
A-2
Neem voor de beschikbaarheid van de opties contact op met uw servicetechnicus.
A-1
Specificaties OpmerkingWijzigingen van de specificaties voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Item
Beschrijving
Afdrukmethode
Elektrofotografisch afdrukken in vier kleuren (CMYK) met gebruik van tandem (4) drumsysteem
Afdruksnelheden
A4,B5,A5: 35 ppm Letter: 37 ppm Legal: 30 ppm
Duplex afdruksnelheid
A4,B5,A5,Letter: 35 ppm Legal: 30 ppm
Resolutie
600 dpi
Eerste afdruk
Z/W: 8 seconden of minder / Kleur: 9 seconden of minder (Slaapstand: 54 seconden of minder)
Opwarmtijd Ingeschakeld (23°C, 60%RV) Slaapstand (binnen 3 uur)
60 seconden of minder
Controller Geheugen
45 seconden of minder PowerPC750FL(733MHz)
Standaard
256 MB
Maximaal
1280 MB
Besturingssystemen
Microsoft Windows 2000/XP/Vista, Windows Server 2003 Apple Macintosh OS X
Interface
Standaard
USB: Hi-Speed USB Netwerk: 10 BASE-T/100 BASE-TX KUIO-LV-sleuf
Optie
Harde schijf
Geheugenkaartsleuf
1 (Compact Flash, 4 GB of minder)
Maandelijkse opbrengst
Gemiddeld
20.000 pagina's
Maximaal
150.000 pagina's
Papierformaten
Cassette
A4, B5, A5, Folio, 8 1/2 × 14"(Legal), 8 1/2 × 11"(Letter), Oficio II, Statement, Executive, ISO B5, A6, Envelop C5, 16K en Custom
Cassette (Optionele papierinvoereenheid PF-500/PF-510)
Envelop Monarch, Envelop #10, Envelop #9, Envelop #6, Envelop DL, Envelop C5, A5, B5, ISO B5, A4, Executive, Letter, Legal, OufukuHagaki, Oficio II, Statement, Folio, Youkei 2, Youkei 4, 16K en Custom
Multifunctionele lade
A4, B5, A5, Folio, 8 1/2 × 14"(Legal), 8 1/2 × 11"(Letter), Oficio II, Statement, Executive, A6, B6, ISO B5, Envelop Monarch, Envelop #10, Envelop #9, Envelop #6, Envelop DL, Envelop C5, 16K, Hagaki, OufukuHagaki, Youkei 2, Youkei 4 en Custom
A-2
Item
Beschrijving
Papiersoorten† Cassette (Optionele Papierinvoereenheid PF-500)
Normaal, voorgedrukt, bankpost, gerecycled, ruw, letterhead, kleur, geperforeerd, hoge kwaliteit en CUSTOM 1 (tot 8)
Capaciteit papierinvoer
Cassette (Optionele papierinvoereenheid PF-510)
Normaal, voorgedrukt, etiketten, bond, gerecycled, ruw, letterhead, kleur, geperforeerd, envelop, kaarten, gecoat, dik, hoge kwaliteit en CUSTOM 1 (tot 8)
Multifunctionele lade
Normaal, transparant, voorgedrukt, etiketten, bond, gerecycled, vellum, ruw, letterhead, kleur, geperforeerd, envelop, kaarten, dik, hoge kwaliteit en CUSTOM 1 (tot 8)
Cassette
500 vellen (80 g/m2)
Multifunctionele lade
150 vellen (80 g/m2)
Marge
4 mm (links, rechts, boven en onder)
Capaciteit uitvoerlade
Bovenlade
500 vellen (80 g/m2)
Bedrijfsomgeving
Temperatuur
10 tot 32,5°C
Relatieve vochtigheid 15 tot 80% Hoogte
2.000 m maximaal
Verlichting
Maximaal 1.500 lux
Voedingsbron
220-240 V, 50 Hz/60 Hz, max. 4,7 A (Europese landen) Max. toelaatbare spanningsfluctuatie: ±10 % Max. toelaatbare frequentiefluctuatie: ±2 %
Stroomverbruik Maximaal
1.231 W of minder
Geluid tijdens bediening††
Tijdens afdrukken
477 W
Tijdens stand-by
79 W
Tijdens slaapstand
7W
Stroom uit
0W
Tijdens afdrukken
LpA = 55 dB (A)
Tijdens stand-by
LpA = 36 dB (A)
Tijdens slaapstand
onmeetbaar laag
Afmetingen (b x d x h)
345 × 518 × 510 mm
Gewicht
Circa 37 kg
†. Wanneer u CUSTOM 1 (tot 8) gebruikt, gebruik dan de MF-lade voor papierformaten kleiner dan 105 × 148 mm. De MF-lade kan worden gebruik bij papierformaten groter dan 70 × 138 mm. ††. Geluidsdrukniveau op positie omstander [voorkant] in overeenstemming met EN ISO 7779.
A-3
A-4
Index A
P
Aan/uit-schakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2 Aarding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xvii Achterklep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1 Applicatiesoftware . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10 Afdrukken vanuit applicaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10 Afdrukkwaliteit Problemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-3 Appendix. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . A-1
Papiercassette . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2 Papierstoring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-17 Papierinvoer Papierstoring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20 Papierstoring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16 Bericht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16 Cassette . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-17 Locaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-16 Multifunctionele lade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-18 Optionele cassette . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-20 Printer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-18 Papiertransfereenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Papierstoring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-18 Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8 Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1
B Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2, 1-4 Berichtenscherm. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-4 Bovenklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2
R
E Energy Star Program . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xv
Reinigen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8 Papiertransfereenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-8
F
S
Foutmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-6 Geheugenkaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15 Harde schijf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15 RAM-disk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15 USB-geheugen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-15
Specificaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . A-2 Stroomtoevoer/aarding van de printer . . . . . . . . . . . . . . . . xvii
I
Toets
T [Back]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [Cancel]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [Linkerkeuze]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [MENU]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [OK]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Pijltjestoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [Rechterkeuze]-toets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Interface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . A-2
L Lampje Attention . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-4 Data . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-4 Ready . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-4
1-4 1-4 1-4 1-4 1-4 1-4 1-4 1-2 3-6 1-2 3-3
Linkerklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2
Tonerafvalbak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tonercontainer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Tonerpakketten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
M
U
MF (Multifunctionele)-lade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2 Papierstoring. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-18
USB-geheugen Slot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 USB-interface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3
N Netsnoeraansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Netwerkinstellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2
O Onderdelen van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1
V Veiligheidsinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xi Voorzorgsmaatregelen voor gebruik . . . . . . . . . . . . . . . xviii Waarschuwingsetiketten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . xii Vervanging van de tonercontainer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2 Hoe vaak? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2 Vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3
Index-1
Voorzorgsmaatregelen bij de installatie . . . . . . . . . . . . . . . xvi
Index-2
We bevelen het gebruik van onze eigen merkonderdelen aan. We zijn niet aansprakelijk voor eventuele schade veroorzaakt door het gebruik van onderdelen van andere merken in dit apparaat.
E6
Eerste editie 2009.5