Examenopgaven VMBO-GL en TL
2004 tijdvak 2 woensdag 23 juni 9.00 – 11.00 uur
BEELDENDE VAKKEN CSE GL EN TL
Bij dit examen hoort een afbeeldingenboekje.
Dit examen bestaat uit 40 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 78 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat aangegeven hoeveel punten maximaal behaald kunnen worden.
400030-2-587o
FAMILIE EN VRIENDEN
Op afbeelding 1 zie je Maaltijd der Vrienden; een schilderij van Charley Toorop uit 1932. Op afbeelding 2 zie je een foto die Eva Besnyö in datzelfde jaar van het atelier van Charley maakte. Charley woonde in Bergen (Noord-Holland) waar zij in haar huis regelmatig bevriende kunstenaars ontving. 2p
{
1
Bekijk de foto op afbeelding 2. De sfeer op de foto is ongedwongen en gezellig. Æ Geef voor deze bewering twee argumenten.
1p
{
2
Bekijk de foto op afbeelding 2. Op de achtergrond van deze foto zie je het schilderij Maaltijd der Vrienden, het is nog niet af. Kennelijk borg Charley haar schilderijen niet op als kunstenaarsvrienden bij haar op bezoek kwamen. Æ Noem één doel dat Charley wilde bereiken door de schilderijen niet voor het bezoek op te ruimen.
2p
{
3
Bekijk afbeelding 1. Charley wilde in dit schilderij, waarvan de titel Maaltijd der Vrienden is, de mensen uit haar omgeving vastleggen. De maaltijd lijkt hierbij van ondergeschikt belang. Æ Noem twee kenmerken waardoor de maaltijd minder belangrijk lijkt dan de vrienden.
2p
{
4
Bekijk afbeelding 1. De personen hebben voor dit schilderij niet tegelijkertijd geposeerd. Æ Leg aan de hand van twee kenmerken uit hoe dat zichtbaar is.
2p
{
5
2p
{
6
Bekijk afbeelding 1. Ondanks deze aanpak ervaart de beschouwer de personen wel als een eenheid. Æ Geef voor deze bewering twee argumenten. Bekijk afbeelding 1. Midden in het schilderij staat Gerrit Rietveld, een bekend kunstenaar. Voor hem had Charley grote bewondering. Door zijn plaats, midden op het schilderij, valt hij meer op dan de anderen. Æ Noem nog twee twee redenen waardoor hij meer opvalt dan de anderen.
Aan het schilderij Drie Generaties, dat je ziet op afbeelding 3, werkte Charley van 1941 tot 1950 met tussenpozen. Het is een portret van haarzelf, haar zoon Edgar en haar vader Jan, hier aanwezig in de vorm van een bronzen buste. Vader en zoon waren, net als Charley, kunstenaar. Op afbeelding 4 zie je een foto waarop zij het schilderij aan het opzetten is. 2p
{
7
400030-2-587o
Vergelijk afbeelding 3 en 4. Aan haar opzet, die je ziet op afbeelding 4, kun je zien dat zij al heel duidelijk rekening houdt met de uiteindelijke voorstelling op afbeelding 3. Æ Noem twee aspecten van deze opzet die je ook aantreft in het uiteindelijke schilderij.
2
ga naar de volgende pagina
2p
{
8
Bekijk afbeelding 3. De hoofden zijn onder meer door een aantal lijnen met elkaar verbonden. Deels zijn het zichtbare lijnen, deels zijn ze onzichtbaar. Æ Noem twee van deze lijnen.
2p
{
9
Bekijk afbeelding 3. In dit schilderij brengt Charley Toorop op beeldende wijze een band aan tussen haar vader, haar zoon en zichzelf. Æ Leg uit waarom Charley haar vader, zichzelf en haar zoon beeldend met elkaar heeft verbonden. Betrek in je antwoord de titel van dit schilderij.
3p
{ 10
Bekijk afbeelding 1 en 3. De wijze waarop Charley mensen portretteert, eist heel nadrukkelijk de aandacht van de beschouwer op. Æ Geef aan de hand van de schilderijen op afbeelding 1 en 3 voor deze bewering drie argumenten.
Op afbeelding 5 zie je een foto, eveneens van Eva Besnyö, waarop Charley poseert met het schilderij Drie Generaties. 3p
{ 11
Bekijk afbeelding 5. Besnyö heeft Charley zó gefotografeerd dat het lijkt dat ze in het schilderij is opgenomen. Æ Noem drie kenmerken die bijdragen aan deze indruk.
3p
{ 12
Bekijk afbeelding 2 en 4. Op deze foto’s zie je onder meer een paar schilderijen van Charley die nog niet af zijn. Aan deze schilderijen kun je zien hoe haar manier van werken is. Æ Leg uit hoe haar manier van werken is.
TROUWEN
Op afbeelding 6 tot en met 11 zie je trouwfoto’s. Op verschillende manieren hebben de fotografen van deze opnamen geprobeerd de verbondenheid tussen bruid en bruidegom te registreren. Op afbeelding 6 zie je een trouwfoto die rond 1920 werd gemaakt. 1p
{ 13
Bekijk afbeelding 6. De fotograaf presenteert ons het bruidspaar sprookjesachtig. Æ Noem één aspect waardoor een sprookjesachtige sfeer ontstaat.
2p
{ 14
Bekijk afbeelding 6. De fotograaf lijkt weloverwogen te werk te zijn gegaan. Dat is onder meer te zien aan de compositie. Æ Noem van de compositie twee aspecten die bijdragen aan deze indruk.
400030-2-587o
3
ga naar de volgende pagina
De bruiloft was in die tijd een echte plechtigheid: trouwen deed men voor het leven. 2p
{ 15
Bekijk afbeelding 6. Aan bruid en bruidegom kun je zien dat ze met iets plechtigs bezig zijn. Æ Geef voor deze bewering twee argumenten.
Op afbeelding 7 zie je een bruidsfoto van minder lang geleden. De foto is in de natuur gemaakt. 3p
{ 16
Vergelijk afbeelding 6 en 7. De foto op afbeelding 7 lijkt spontaner genomen te zijn dan de foto op afbeelding 6. Toch gaf de fotograaf ook bij de foto op afbeelding 7 het bruidspaar een aantal aanwijzingen. Æ Noem drie van deze aanwijzingen.
2p
{ 17
Bekijk afbeelding 7. In de loop van de twintigste eeuw zijn de opvattingen over het huwelijk veranderd. Het huwelijk is een verbintenis waarbij wederzijdse liefde voorop staat. Æ Leg uit hoe dat op de foto op afbeelding 7 tot uitdrukking wordt gebracht.
In 1998 maakte de fotografe Ans Dekkers een trouwreportage van een bruidspaar dat aangaf geen standaardbruiloft te willen: “We houden niet van die opgeprikte stellen,” vertelden ze de fotografe. Op afbeelding 8 en 9 zie je twee foto’s uit de reportage die Ans van het paar maakte. 2p
{ 18
Bekijk afbeelding 8 en 9. De foto’s op afbeelding 8 en 9 zijn ongewoon; dat komt onder meer door het lage standpunt van de fotografe. Æ Noem twee aspecten waaraan je kunt zien dat zij laag stond.
3p
{ 19
Bekijk afbeelding 8 en 9. In de foto’s is sprake van enige dynamiek en dramatiek. Æ Noem drie aspecten die bijdragen aan deze dynamiek en dramatiek.
Op afbeelding 10 en 11 zie je foto’s die de Amerikaanse fotografe Nan Goldin in 1986 maakte. Je ziet hier Goldins vriendin Cookie die trouwt met Vittorio. 1p
{ 20
400030-2-587o
Bekijk afbeelding 10 en 11. Voortdurend maakt Nan Goldin foto’s van de mensen en het leven om haar heen. Daardoor lijken haar foto’s toevallige kiekjes. Æ Leg aan de hand van afbeelding 10 en 11 uit waarom haar foto’s toevallige kiekjes lijken.
4
ga naar de volgende pagina
Nan Goldin is vooral bekend om het intieme en emotionele karakter van haar foto’s. 2p
{ 21
Bekijk afbeelding 10 en 11. Ook op deze foto’s is sprake van emotie. Æ Leg dit voor beide foto’s uit aan de hand van het bruidspaar.
Cookie en Vittorio zijn kort na hun huwelijk aan aids gestorven. Nan Goldin schreef over haar foto’s van Cookie het volgende: ’Ik heb altijd gedacht nooit iemand te hoeven verliezen als ik iedereen maar vaak genoeg zou fotograferen. Om Cookie bij me te kunnen houden heb ik een fotoserie gemaakt van al de jaren dat ik haar kende. Maar helaas laten deze foto’s me juist zien hoeveel ik heb verloren.’ 1p
{ 22
Bekijk afbeelding 10 en 11. Als je als beschouwer weet dat Cookie en Vittorio inmiddels dood zijn, kunnen de tranen van Cookie een (geheel) andere betekenis krijgen. Æ Leg dit uit.
THE BRONX
John Ahearn en Rigoberto Torres, twee kunstenaars uit New York, maakten jarenlang beelden voor The Bronx, de wijk waarin ze woonden. In The Bronx wonen veel Latino’s, mensen oorspronkelijk afkomstig uit Midden- en ZuidAmerika. In het werk zijn vaak afgietsels van wijkbewoners opgenomen. Op afbeelding 12 zie je Back to School, een werk uit 1985 en op afbeelding 13 een foto van de plek waar het zich in The Bronx bevindt. 2p
{ 23
Bekijk op afbeelding 13. The Bronx is een arme wijk. Æ Noem van deze wijk twee aspecten waaraan je dat kunt zien.
1p
{ 24
Vergelijk afbeelding 12 en 13. De sfeer in het kunstwerk is aangenamer dan de sfeer op de foto. Æ Noem één kenmerk van het kunstwerk waardoor de sfeer aangenamer aandoet dan die van de foto.
2p
{ 25
Naast tegenstellingen zie je ook een aantal overeenkomsten. Æ Noem er twee.
400030-2-587o
5
ga naar de volgende pagina
2p
{ 26
Bekijk afbeelding 12. De titel van het werk is Back to School. De kinderen op straat lijken op weg naar hun eerste schooldag. Æ Noem twee kenmerken die bijdragen aan deze indruk.
2p
{ 27
Bekijk afbeelding 12. De vrouw en het meisje links lijken bij elkaar te horen: ze houden elkaar vast. Voor de man en de jongen op de voorgrond geldt hetzelfde. Æ Noem voor de vrouw en het meisje nog één kenmerk waardoor ze lijken bij elkaar te horen en voor de man en de jongen ook één kenmerk.
3p
{ 28
Bekijk afbeelding 12. Hoewel het werk net echt lijkt, is er in dit beeld toch ook sprake van enige vervreemding. Æ Noem drie kenmerken van het werk waardoor die vervreemding ontstaat.
Eén van de doelen van Ahearn en Torres was de mensen uit de wijk dichter bij elkaar te brengen. Om dat te bereiken vroegen zij wijkbewoners hun lichamen te mogen afgieten. De afgietsels die ontstonden werden door Ahaern en Torres in hun werk opgenomen. Op de foto op afbeelding 14 zie je hoe dat afgieten plaatsvond. 1p
{ 29
Bekijk afbeelding 14. Æ Noem één beeldend effect dat in het werk door deze ontstaanswijze is bereikt.
2p
{ 30
Bekijk afbeelding 14. Het maken van de afgietsels vond in aanwezigheid van bewoners plaats. Daardoor nam de betrokkenheid van bewoners met de kunstenaars en het werk toe. Æ Leg uit dat daardoor de betrokkenheid met de kunstenaars én met het werk toenam.
2p
{ 31
Bekijk afbeelding 12. Ahearn en Torres wilden met hun werkwijze een bijdrage leveren aan een betere woonomgeving. Dat zie je weerspiegeld in het kunstwerk op afbeelding 12. Æ Leg uit hoe deze ideale woonomgeving er volgens de kunstenaars uitziet.
WOONKAZERNE EN WOONGENOT
Aan het eind van de negentiende eeuw werd, met name voor fabrieksarbeiders en hun gezinnen, in Den Haag De Schilderswijk gebouwd. Op afbeelding 15 zie je een oude luchtopname van de hele wijk en op afbeelding 16 een, eveneens oude, opname van een van de straten van deze wijk. 2p
{ 32
400030-2-587o
Bekijk afbeelding 15 en 16. Voor de opdrachtgever van deze bouw was het belangrijk dat er zoveel mogelijk woningen op het stuk grond gebouwd zouden worden. Æ Noem twee manieren waarop dat bereikt is.
6
ga naar de volgende pagina
Vanaf 1960 verhuisden veel bewoners naar andere wijken. In hun plaats vestigden er zich veelal gezinnen van allochtone afkomst. Vanaf die tijd nam het contact tussen bewoners onderling af en voelden velen zich onveilig. Midden jaren ’80 groeide bij, oude en nieuwe, bewoners de wens veranderingen in de wijk aan te brengen, zowel in de woningen zelf als in de ruimte eromheen. Er werd een bewonersgroep opgericht die samen met Siza, de architect, zocht naar oplossingen voor de problemen. Zo bleken méér licht, méér lucht en méér ruimte dringend gewenst. Op afbeelding 17 zie je een tekening die Siza voor de renovatie van de wijk maakte en op afbeelding 18 een luchtopname van een binnenterrein dat tussen de nieuwe blokken is ontstaan. Ook op afbeelding 19 zie je een deel van het binnenterrein. 1p
{ 33
Vergelijk afbeelding 15 met 17 en 18. In vergelijking met de foto op afbeelding 15 is er op afbeelding 17 en 18 meer licht, lucht en ruimte geschapen. Æ Noem één manieren waarop Siza dat heeft bereikt.
Naast lucht, ruimte en licht gaf het allochtone gedeelte van de bewoners aan dat ze, net als in zuidelijke landen, graag bij de woning plekken wilden hebben waar bewoners elkaar makkelijk en veilig zouden kunnen ontmoeten. 2p
{ 34
Bekijk afbeelding 18 en 19. Een belangrijke wens van de bewoners ten aanzien van deze ontmoetingsplekken was dat die veilig zouden zijn. Æ Noem twee manieren waarop Siza hier veiligheid heeft gecreëerd.
Op afbeelding 20 zie je een van de gerenoveerde straten van de wijk. 1p
{ 35
Bekijk afbeelding 20. Ook buiten op straat wilden de bewoners graag ruimte om elkaar te ontmoeten. Æ Noem één manier waarop Siza aan die wens is tegemoetgekomen.
2p
{ 36
Bekijk afbeelding 20. Siza heeft in de gevels van de woonblokken grote eenvoud aangebracht. Æ Noem twee manieren waarop hij dat heeft gedaan.
Let op: de laatste vragen van dit examen staan op de volgende pagina.
400030-2-587o
7
ga naar de volgende pagina
Op afbeelding 21 en 22 zie je het woonblok Eigen Haard in Amsterdam dat in de jaren twintig van de vorige eeuw door de architecten Kramer en De Klerk werd ontworpen. In die jaren werden veel van deze woonblokken gebouwd om alle nieuwe bewoners van Amsterdam te kunnen huisvesten. De huizenblokken van Kramer en De Klerk vielen op door hun decoratieve karakter. De stijl waarin deze huizen zijn gebouwd is De Amsterdamse School. 4p
{ 37
Bekijk afbeelding 21 en 22. De gevels van de woonblokken van Kramer en De klerk zijn rijker versierd dan die van Siza. Æ Noem vier voorbeelden van versieringen in de gevel van dit woonblok.
1p
{ 38
Bekijk afbeelding 21 en 22. Door de versieringen werden de woonblokken van De Amsterdamse School ook wel Paleizen voor de Arbeiders genoemd. Æ Noem nog één kenmerk waardoor dit blok als een paleis kan worden gezien.
2p
{ 39
Bekijk afbeelding 21 en 22. De Klerk en Kramer zijn van mening dat een woonomgeving, zoals op afbeelding 21 en 22, bijdraagt aan de opvoeding van de bewoners, tot ‘goede burgers’. Æ Leg uit hoe een goede woonomgeving daaraan zou kunnen bijdragen.
1p
{ 40
Bekijk afbeelding 21 en 22. Tegenwoordig wordt een decoratieve bouw zoals die van de Amsterdamse School voor sociale woningbouw te duur gevonden. Æ Leg uit waarom een decoratieve bouw, zoals je die ziet op afbeelding 21 en 22, duur is.
400030-2-587o* 400030-2-587o
8
ga naar de volgende pagina
einde