Emissie-inventarisrapport Referentie: 3.A.1
Status: Definitief
Documentcode: 3.A.1_2
Datum: 30 maart 2015
Periode: 2014Q4
Versie: 4.0
Emissie-inventarisrapport CO2-prestatieladder
MVO medewerker
Algemeen directeur
Naam: S. Gorter
Naam: M. van Vuuren-Sanders
Datum:
Datum:
Handtekening:
Handtekening:
Cofely Energy & Infra BV Kamer van Koophandel nr. 35011527, Dordrecht, BTW nr. 0045.17.453.B.01
Emissie-inventarisrapport Pagina 2/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ........................................................................................................................................... 3 1.1 Kwantificeringsmethoden .....................................................................................................................4 1.2 Onzekerheden.....................................................................................................................................4 2. Beschrijving van de organisatie ....................................................................................................... 5 2.1 Kernactiviteiten ...................................................................................................................................5 2.2 Verantwoordelijke ...............................................................................................................................5 2.3 Boundary ............................................................................................................................................5 3. CO2-footprint 2014Q4 ....................................................................................................................... 6 3.1 Toelichting ..........................................................................................................................................7 4. Voortgang reductiedoelstellingen .................................................................................................... 8 4.1 Uitstoot per scope ...............................................................................................................................9 Scope 1 .....................................................................................................................................................9 Scope 2 ................................................................................................................................................... 10 Scope 3 ................................................................................................................................................... 11 4.2 Conclusie voortgang doelstellingen ..................................................................................................... 11 5. Maatregelen .................................................................................................................................... 12 5.1 Maatregelen sinds 2013 ..................................................................................................................... 12 5.2 Nieuwe maatregelen ......................................................................................................................... 12
Emissie-inventarisrapport Pagina 3/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
1. Inleiding Cofely Energy & Infra heeft als MVO-ambitie: het elimineren van negatieve impact in de breedste zin van het woord: 0-ongevallen, 0-afval, 0-fossiele brandstoffen, 0-emissies, en 0-overlast voor de omgeving: We Go Zero. Dit is onze stip aan de horizon en geeft ook invulling aan de Cofely brede pay-off: ver vooruit in duurzame technologie. Om een stap naar deze stip aan de horizon te zetten is er een MVO jaarplan ontwikkeld voor 2015. Een onderdeel van het MVO-beleid van Cofely Energy & Infra is het reduceren van de CO2-emissie (0-emissies). In 2013 is hiervoor al de CO2-prestatieladder geïmplementeerd in de organisatie met als basisjaar 2012. De CO2-reductiedoelstellingen die destijds als eerste stap in de richting van 0 emissies zijn opgesteld, zijn: • Cofely Energy & Infra wil in 2015 ten opzichte van 2012 10% minder CO2 uitstoten. • Cofely Energy & Infra wil in 2020 ten opzichte van 2012 20% minder CO2 uitstoten. Om de voortgang op deze doelstellingen te monitoren, wordt er ieder half jaar een CO2-footprintberekening gemaakt. Met behulp van deze berekening kan voor ieder half jaar en voor ieder jaar, worden bekeken of er voldoende CO2-uitstoot wordt gereduceerd, om de doelstellingen te behalen. Met behulp van de rapportages over de footprint kan worden bekeken of er voldoende maatregelen worden ingezet en of de maatregelen het beoogde effect hebben. In dit rapport wordt de CO2-footprint over 2014 gegeven en vergeleken met het basisjaar 2012 en het voorgaande jaar 2013. Dit rapport is opgesteld conform de richtlijnen van NEN-EN-ISO 14064:2012 en het Greenhouse Gas (GHG) Protocol. Het Greenhouse Gas Protocol deelt emissies in drie verschillende scopes in, zie figuur 1. In dit rapport worden de emissies uit scope 1, 2 en 3 weergegeven. SKAO, de ontwikkelaar van de CO2-prestatieladder, rekent zakenreizen en gereden kilometers met privé auto tot scope 2 in plaats van tot scope 3, zoals het GHG protocol doet, zie figuur 2. Daarom zijn deze onderdelen in dit rapport onder scope 2 opgenomen.
Figuur 1 Verdeling emissies in scope 1, 2 en 3
Emissie-inventarisrapport Pagina 4/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
Figuur 2 Verdeling scope 1, 2 en 3 volgens SKAO
1.1 Kwantificeringsmethoden Voor het kwantificeren van de CO2-uitstoot is gebruik gemaakt van de Milieubarometer van Stichting Stimular. In het model kunnen alle verbruiken worden ingevuld. Vervolgens wordt de daarbij behorende CO2-uitstoot automatisch berekend en vergeleken met het basisjaar. Stichting Stimular zorgt ervoor dat de conversiefactoren altijd up-to-date zijn.
1.2 Onzekerheden De gepresenteerde resultaten moeten worden gezien als de beste inschatting van de werkelijke waardes. Bijna alle gebruikte gegevens voor de berekening van de CO2-voetafdruk zijn gebaseerd op facturen en/of werkelijk gemeten aantallen. Hierdoor is de onzekerheidsmarge zeer gering. De emissie-inventaris van Cofely Energy & Infra is niet geverifieerd.
Emissie-inventarisrapport Pagina 5/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
2. Beschrijving van de organisatie Cofely Energy & Infra is statutair gevestigd te Dordrecht. Cofely Energy & Infra is onderdeel van Cofely Nederland N.V. Cofely Energy & Infra maakt zich sterk voor doorstroming van weg- en waterverkeer en efficiënt energietransport. Met hoogwaardige elektrotechnische installaties en systemen waarborgt Cofely Energy & Infra de veiligheid en doorstroming.
2.1 Kernactiviteiten Cofely Energy & Infra is actief binnen de hele keten van vervoer en verkeer: • engineering en automatisering; • consultancy en projectmanagement; • telecommunicatie en beveiliging; • onderhoud(smanagement) en beheer; • montage en inbedrijfstellen. Cofely Energy & Infra richt zich op de markten met betrekking tot: • vervoer over de weg en op het water; • projecten in zee- en luchthavens; • ontwerp, onderhoud en beheer van infrastructurele installaties; • distributie van energie; • ontwerp en nieuwbouw van informatiesystemen en telecommunicatie. Cofely Energy & Infra heeft ca. 350 medewerkers, verdeeld over 4 locaties: het hoofdkantoor in Dordrecht en de locaties Wormerveer, Heinkenszand en Arnhem. Cofely Energy & Infra maakt gebruik van een ISO9001 en ISO14001 gecertificeerd kwaliteitssysteem.
2.2 Verantwoordelijke De verantwoordelijkheid voor de stuurcyclus CO2-reductie alsmede alle activiteiten die hier aan gekoppeld zijn, zoals het behalen van de doelstellingen, is de algemeen directeur: Mascha van Vuuren-Sanders.
2.3 Boundary De boundary wordt gelegd op: Cofely Energy & Infra B.V. Vanuit de A/C analyse zijn geen concernaanbieders toegevoegd aan de boundary.
Emissie-inventarisrapport Pagina 6/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
3. CO2-footprint 2014Q4 De CO2-emissie van Cofely Energy & Infra over 2014 bedroeg 1852 ton CO2. Hiervan werd 1205 ton CO2 veroorzaakt door directe emissie (scope 1) en 309 ton CO2 door indirecte emissie (scope 2). De overige 338 ton CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door scope 3. Tabel 1 geeft dat weer. In figuur 3 wordt de verdeling van de uitstoot door bedrijfsactiviteiten getoond. 2014 CO2 scope 1 Aardgas voor verwarming Benzine Diesel Personenwagen (in liters) benzine Personenwagen (in liters) diesel
Brandstoffen Mobiele werktuigen Mobiele werktuigen
27.047 m3
49 ton CO2
620 liter
2 ton CO2
9.202 liter
29 ton CO2
Zakelijk verkeer
124.270 liter
345 ton CO2
Zakelijk verkeer
248.755 liter
780 ton CO2
Totaal scope 1
1205 ton CO2
CO2 scope 2 Ingekochte elektriciteit Elektriciteit
433.864 kWh
Personenwagen in km
299.317 km
Vliegtuig regionaal (<700 km) Vliegtuig Europa (7002500 km) Vliegtuig mondiaal (>2500 km)
Zakelijk verkeer Zakelijk verkeer Zakelijk verkeer Zakelijk verkeer
personen 988 km personen 4.712 km personen 57.820 km
Totaal scope 2
228 ton CO2 63 ton CO2 1,2 ton CO2 5 ton CO2 13 ton CO2
309 ton CO2
Totaal scope 1 en 2
1514 ton CO2
CO2 scope 3 Drinkwater
Water & afvalwater
591 m3
0 ton CO2
Afvalwater
Water & afvalwater
m3 591 huishoudelij k
1 ton CO2
Personenwagen
Woonwerkverkeer
Papier met milieukeurmerk
Kantoorpapier
1.538.180 km
323 ton CO2
11.481 kg
14 ton CO2
Totaal scope 3 Totaal scope 1, 2 en 3 Tabel 1 CO2-uitstoot per scope en totaal 2014 (in ton CO2)
338 ton CO2 1852 ton CO2
Emissie-inventarisrapport Pagina 7/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
Figuur 3 Verdeling CO2-uitstoot scope 1,2 en 3 2014
3.1 Toelichting Het grootste aandeel CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door mobiliteit: 65,1% van de CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door zakelijk verkeer en 17,4% door woon-werkverkeer. Dit is samen 82,5% van de totale CO2-uitstoot. Electraverbruik en aardgas (in de legenda brandstoffen genoemd) nemen samen bijna 15% voor hun rekening. De laatste 2,5% wordt ingevuld door het brandstofverbruik door mobiele werktuigen, het waterverbruik en door het kantoorpapier. Hieruit blijkt dat mobiliteit en elektraverbruik de belangrijkste aandachtspunten zijn voor het verbeteren van onze footprint.
Emissie-inventarisrapport Pagina 8/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
4. Voortgang reductiedoelstellingen De doelstellingen tot en met 2015 en 2020 zijn: Scope 1 & 2 doelstellingen Cofely Energy & Infra Cofely Energy & Infra wil in 2015 ten opzichte van 2012 10% minder CO2 uitstoten. Cofely Energy & Infra wil in 2020 ten opzichte van 2012 20% minder CO2 uitstoten. In onderstaande tabel is een overzicht van de CO2-uitstoot in basisjaar 2012, 2013 en 2014. CO2 scope 1
2012
2013
2014
68
61
49
5
12
2
127
47
29
Zakelijk verkeer
475
392
345
Zakelijk verkeer
979
797
780
1655
1309
1205
Ingekochte elektriciteit Elektriciteit
266
225
228
Personenwagen in km
Zakelijk verkeer
121
72
63
Zakelijk verkeer
1
0
1,2
Zakelijk verkeer
0
0,4
5
Zakelijk verkeer
0
0
13
Aardgas voor verwarming Benzine Diesel Personenwagen (in liters) benzine Personenwagen (in liters) diesel
Brandstoffen Mobiele werktuigen Mobiele werktuigen
Totaal scope 1 CO2 scope 2
Vliegtuig regionaal (<700 km) Vliegtuig Europa (7002500 km) Vliegtuig mondiaal (>2500 km)
Totaal scope 2 Totaal scope 1 en 2
388
297
309
2042
1607
1514
0
0
0
4
1
1
361
344
323
21
12
14
387
357
338
2429
1964
1852
CO2 scope 3 Drinkwater Afvalwater Personenwagen Papier met milieukeurmerk
Water & afvalwater Water & afvalwater Woonwerkverkeer Kantoorpapier
Totaal scope 3 Totaal scope 1, 2 en 3 Tabel 2 CO2-uitstoot per jaar (in ton CO2)
Als we naar de totale CO2-uitstoot per jaar kijken, zien we een daling van de totale uitstoot in 2014 met 577 ton CO2 ten opzichte van 2012. Dit is een daling in CO2-uitstoot van 24%. Deze sterke daling in de totale uitstoot wordt voornamelijk veroorzaakt door een daling van het aantal FTE. In 2012 waren er 427 FTE in dienst, in 2013 375 FTE en in 2014 344 FTE. Dit is een daling van 19% in 2014 ten opzichte van 2012 en wordt mede veroorzaakt
Emissie-inventarisrapport Pagina 9/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
door de afstoting van het bedrijfsonderdeel Watersolutions medio april 2013 en door het economische klimaat. Als we naar de CO2-uitstoot per FTE kijken, was dat 5,69 ton CO2 per FTE in 2012, 5,24 ton CO2 per FTE in 2013 en 5,45 ton CO2 per FTE in 2014. Dit is een daling van 4,2% in 2014 ten opzichte van 2012 en een stijging van 4% ten opzichte van 2013. Het jaar 2013 was een economisch minder goed jaar, wat verklaart dat de uitstoot in dat jaar lager was. In 2014 gaat het economisch gezien weer de goede kant op, maar dat brengt ook een stijging van de CO2 uitstoot met zich mee. Naast de vergelijking ten opzichte van het aantal FTE hanteren we de KPI: CO2-uitstoot per gewerkte uren. Hierin zijn ook de inleners meegenomen en dit geeft dus een nog duidelijker beeld van de invloed van ons werk op de CO2-uitstoot. We kunnen hiermee zien hoeveel CO2 wij per gewerkt uur uitstoten. In 2012 werd er 3,08 kilo CO2 per gewerkt uur uitgestoten, in 2013 was dat 2,70 kilo en in 2014 2,59 kilo. Ook per gewerkt uur is er sprake van een daling. In 2014 is er 16% minder CO2 per gewerkt uur uitgestoten ten opzichte van 2012 en 4% minder ten opzichte van 2013. In de volgende paragraaf wordt de uitstoot per bedrijfsactiviteit per scope door de jaren heen bekeken.
4.1 Uitstoot per scope Scope 1 CO2 scope 1 Aardgas voor verwarming Benzine Diesel Personenwagen (in liters) benzine Personenwagen (in liters) diesel
Totaal scope 1
2012
2013
2014
68
61
49
5
12
2
127
47
29
Zakelijk verkeer
475
392
345
Zakelijk verkeer
979
797
780
1655
1309
1205
Brandstoffen Mobiele werktuigen Mobiele werktuigen
Tabel 3 CO2-uitstoot per onderdeel scope 1 (in ton CO2)
In bovenstaande tabel is het verschil tussen de onderdelen van scope 1 te zien door de jaren heen. Als we dan per onderdeel analyseren, zien we het volgende: • In 2014 is er een sterke daling van het aardgasverbruik waar te nemen. Oorzaak: aardgas wordt in de panden gebruikt voor verwarming. Begin 2014 was er een zachte winter, waardoor de verwarming minder intensief is gebruikt. • Het brandstofverbruik voor mobiele werktuigen is sterk afgenomen in 2014. Het gebruik van mobiele werktuigen is projectafhankelijk. Het aandeel van het brandstofverbruik van mobiele werktuigen in onze totale CO2-footprint is klein. We besteden dan ook voorlopig geen verdere aandacht aan dit onderdeel. • De CO2-uitstoot door brandstofverbruik van het wagenpark is iets minder dan in 2012 en 2013. We zijn iets gedaald in medewerkers. Verder zijn er al diverse maatregelen op mobiliteit ingezet. Voorbeelden zijn het bevorderen en faciliteren van het houden van videoconferenties, zodat medewerkers voor een overleg niet van het ene kantoor naar het andere moeten rijden, en de aanschaf van enkele elektrische (hybride) auto’s. Onze projecten zijn echter door het hele land, waardoor het aantal kilometers en daarmee het brandstofverbruik door de jaren heen zullen blijven variëren. In hoofdstuk 5 zijn de maatregelen te lezen die we volgend jaar gaan inzetten, ook op mobiliteit.
Emissie-inventarisrapport Pagina 10/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
Totaal is de uitstoot over scope 1 in 2014 minder dan de uitstoot in 2012 en 2013. Gerekend per FTE is er in 2014 ten opzichte van basisjaar 2012 een daling van 10% in CO2-uitstoot waarneembaar. Per gewerkt uur is er sprake van een daling van 21%.
Scope 2 CO2 scope 2 Ingekochte elektriciteit Elektriciteit
266
225
228
Personenwagen in km
Zakelijk verkeer
121
72
63
Zakelijk verkeer
1
0
1,2
Zakelijk verkeer
0
0,4
5
Zakelijk verkeer
0
0
13
388
297
309
Vliegtuig regionaal (<700 km) Vliegtuig Europa (7002500 km) Vliegtuig mondiaal (>2500 km)
Totaal scope 2
Tabel 4 CO2-uitstoot per onderdeel scope 2 (in ton CO2)
In tabel 4 is te zien dat elektraverbruik het grootste aandeel in de uitstoot van scope 2 heeft. Ook de uitstoot door zakelijke kilometers met privé auto’s is een groot deel in deze scope. Vliegreizen dragen een klein deel bij aan de uitstoot, maar de CO2-uitstoot door vliegreizen is in 2014 wel sterk gestegen. In bovenstaande tabel zien we de volgende ontwikkelingen per onderdeel: • De CO2-uitstoot door het elektraverbruik in 2014 is minder dan in 2012, maar iets meer dan in 2013. Oorzaak: er zijn tot nu toe nog niet veel maatregelen ingezet op besparing van energie, anders dan medewerkers er op te wijzen zuinig met energie om te gaan en bijvoorbeeld hun monitor ’s avonds uit te zetten. Het komende jaar willen we volop op dit onderdeel inzetten, zoals wordt beschreven in hoofdstuk 5. • De uitstoot door zakelijke kilometers is in 2014 minder dan de uitstoot in 2012 en 2013. Oorzaak: de zakelijke kilometers zijn afhankelijk van het werk. Door het bevorderen van het houden van videoconferenties proberen we ervoor te zorgen dat medewerkers niet met hun privé auto tussen kantoren rijden. De daling in FTE zal ook een rol spelen. Ook het zakelijk verkeer wordt meegenomen in de maatregelen omtrent mobiliteit die we in 2015 gaan inzetten. • De vliegreizen hebben een klein aandeel in de CO2-uitstoot van Cofely Energy & Infra. In 2014 is de CO2uitstoot door dit onderdeel wel sterk gestegen. De vliegreizen hangen af van het werk dat binnenkomt en waar medewerkers opleidingen of seminars volgen. In 2014 zijn er een aantal mondiale reizen gemaakt, maar deze zijn gemaakt door een medewerker die op dat moment al voor een ander Cofely bedrijf werkte, maar bij Energy & Infra nog op de payroll stond. De reizen werden ook gemaakt voor het andere Cofely bedrijf. De registratie staat in onze systemen en daarom nemen wij deze nu mee, maar deze verhoging in CO2-uitstoot van vliegreizen is dus een incident, en we verwachten daardoor in 2015 minder CO2-uitstoot door vliegreizen te hebben dan in 2014. Omdat vliegreizen een beperkt onderdeel van de CO2-uitstoot uitmaken, wordt er dit jaar geen focus op gelegd. Wel zal halfjaarlijks worden gemonitord wat de bijdrage van vliegreizen in onze totale CO2-uitstoot is en of dit onderdeel toch meer aandacht moet krijgen. Totaal is de CO2-uitstoot van scope 2 over 2014 minder dan de uitstoot van 2012 en iets meer dan in 2013. Per FTE is de CO2-uitstoot in 2014 16,2% hoger dan in 2012. Deze percentagestijging komt vooral door de daling in FTE. Per gewerkt uur is er sprake van een stijging van 2,9%. Ook hier ligt de voornaamste oorzaak in het grotere aantal minder gewerkte uren in 2014 ten opzichte van 2012.
Emissie-inventarisrapport Pagina 11/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
Scope 3 CO2 scope 3 Drinkwater Afvalwater Personenwagen Papier met milieukeurmerk
Totaal scope 3
Water & afvalwater Water & afvalwater Woonwerkverkeer Kantoorpapier
0
0
0
4
1
1
361
344
323
21
12
14
387
357
338
Tabel 5 CO2-uitstoot per onderdeel scope 3 (in ton CO2)
In bovenstaande tabel is te zien dat de CO2-uitstoot van scope 3 in 2014 is gedaald ten opzichte van 2012 en 2013. Per onderdeel: • •
•
Water: de watergegevens lijken niet te kloppen over alle drie de jaren. Met behulp van de N.V. zal dit worden uitgezocht, om vanaf 2015 de juiste gegevens boven tafel te hebben. Wanneer we deze gegevens hebben, kunnen we bekijken of maatregelen op waterverbruik noodzakelijk zijn. De CO2-uitstoot door het woon-werkverkeer is door de jaren heen gedaald. Dit hangt samen met de daling van het aantal FTE. Op woon-werkverkeer kunnen we niet veel invloed uitoefenen, op de al ingezette maatregelen na (fietsplan, douche in vestiging Dordrecht, Trias Mobilica voor bewustwording). De CO2-uitstoot door papierverbruik is in 2014 ten opzichte van 2012 gedaald, maar weer licht gestegen ten opzichte van 2013. In Wormerveer zijn tablets aangeschaft voor verschillende werkzaamheden. Dit heeft veel papier bespaard in die vestiging. Wanneer we de gegevens over papierverbruik nader bekijken, blijkt dat in 2014 het papierverbruik van Wormerveer met 1000 kilogram is gedaald, maar het papierverbruik in Dordrecht met 2000 kilogram is toegenomen. In Dordrecht wordt een andere werkwijze gehanteerd dan in Wormerveer, waardoor daar niet zomaar kan worden overgegaan op tablets. Door het aantrekken van het werk na 2013, kan het stijgen van het papierverbruik in Dordrecht worden verklaard. Omdat papierverbruik maar een klein onderdeel in de totale CO2uitstoot is, wordt niet direct ingezet op papierbesparing. Wel wordt dit onderwerp meegenomen in het afvalplan dat dit jaar wordt ingezet.
Totaal is er in 2014 een daling van CO2-uitstoot van scope 3 ten opzichte van voorgaande jaren. Per FTE is de CO2uitstoot met 8,8% gestegen. Per gewerkt uur is er sprake van een daling van 4,1%.
4.2 Conclusie voortgang doelstellingen Onze reductiedoelstellingen zijn eerder niet gerelateerd aan FTE, gewerkte uren of een andere maatstaf. In 2014 zijn we totaal echter al 24% gedaald ten opzichte van ons basisjaar 2012, voornamelijk door een reductie in het aantal FTE. Om daadwerkelijk te kunnen zeggen dat de daling in CO2-uitstoot door onze inspanningen op dat gebied komt, gaan we de doelstellingen wel relateren aan een maatstaf. In dit rapport is de CO2-uitstoot en de stijging of daling iedere keer al gerelateerd aan FTE en aan gewerkte uren. We kiezen ervoor om de doelstellingen te relateren aan de gewerkte uren, omdat dit het meest heldere inzicht geeft: de uren van de inleners zijn hierin meegenomen en deze zijn niet in de FTE gegevens meegenomen, omdat het aantal inleners te veel fluctueert. Met deze maatstaf kunnen we zien welk impact een gewerkt uur heeft op de omgeving, gerekend in CO2-uitstoot. We zijn in 2014 met 16% gedaald per gewerkt uur ten opzichte van het basisjaar 2012. Onze doelstelling is om in 2015 10% gereduceerd te hebben ten opzichte van 2012 en om in 2020 20% gedaald te zijn ten opzichte van 2012. De doelstelling voor 2015 hebben we al ruim behaald en die voor 2020 hebben we al bijna behaald. Hier zijn we natuurlijk heel trots op! Onze uiteindelijke MVO missie is echter: we go zero. Omdat we ambitieus zijn en grote stappen willen behalen, gaan we onderzoeken op welke manier en in welke mate we onze reductiedoelstellingen in 2015 aan kunnen passen, om met gemotiveerde medewerkers aan een mooie ambitie te werken, die realistisch is.
Emissie-inventarisrapport Pagina 12/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
5. Maatregelen Zoals verwacht hebben ook in 2014 mobiliteit en elektraverbruik het grootste aandeel in de CO2-footprint. Hier zetten we een groot deel van onze maatregelen dan ook op in, en daarnaast kijken we breder en formuleren maatregelen op andere gebieden, zoals hieronder aangegeven. 5.1 Maatregelen sinds 2013 Maatregelen die sinds 2013 zijn ingezet: Algemeen: • Bewustzijn medewerkers vergroten (o.a. door interne presentaties) en milieu sterker profileren binnen E&I • Reductie van het aantal prullenbakken: van gemiddeld 1 per 1,4 werkplekken naar 1 per 3 werkplekken • Meedoen aan de Energy Battle (jaarlijks event) • Aannemen MVO medewerker die verantwoordelijk is voor het energiemanagementsysteem Reduceren gebruik lease- en privé auto’s: • Pilot Mobility Mixx card om OV te stimuleren • Navigatiesystemen voor diverse servicemonteurs • Plaatsen laadpalen voor elektrische auto’s op locatie Dordrecht • Mogelijkheid videoconference faciliteren • Aanschaf 10 fietsen op de sluis Kreekrak om niet het terrein rond te hoeven rijden met bedrijfsauto’s • Voorzieningen faciliteren om gebruik fiets te stimuleren (douche op locatie Dordrecht) • Mobiliteitsmogelijkheden inventariseren en communiceren, o.a. Trias Mobilica faciliteren en medewerkers over informeren (carshare parkeerplaatsen in Heinekenzand, Wormerveer en Dordrecht). • Onderhoudswerkzaamheden anders organiseren zodat er minder vaak naar objecten gereden hoeft te worden. Reduceren energieverbruik: • Interne communicatie om geen (laptop)transformatoren en opladers in stekkerdozen te laten zitten • Uitschakelbare stekkerdozen gebruiken • Functionaliteit Klimaatbeheersingssysteem optimaliseren locatie Dordrecht • I-pads aangeschaft voor diverse servicemonteurs (directe afwikkeling) • Bewegingssensoren in bedrijfsrestaurant in verband met automatisch uitschakelen verlichting • Vervangen van kapotte verlichting in LED (uitfaseren) • Vervangen van oud elektrisch gereedschap door nieuw en energiezuiniger gereedschap (Productinformatiekaarten) • Gebruik tablets voor digitale revisie voor een besparing van 1,5 pallet papier op het project Michiel de Ruijtertunnel 5.2 Nieuwe maatregelen Maatregelen die we gaan inzetten in 2015 (voor deze periode is gekozen voor een andere indeling van de maatregelen): Intern/structuur: • Verdergaan met creëren van bewustwording onder medewerkers door het geven van afdelingspresentaties en het organiseren van informatie/bewustwordings-sessies • KPI’s voor MVO bepalen • Draagvlak creëren voor stip aan de horizon (o.a. 0-emissies) en handelingsperspectieven/doelen hieraan koppelen. • Processen inzake CO2-reductie, integreren in het Kwaliteitsmanagementsysteem. Leren & groeien, cultuur • Kennis moet stromen/innovatiemanagement, missie, visie, strategie en MVO criteria aan innovaties koppelen
Emissie-inventarisrapport Pagina 13/13 Referentie: 3.A.1 Documentcode: 3.A.1_2 Periode: 2014Q4 •
Status: Definitief Datum: 30 maart 2015 Versie: 4.0
MVO gedachtegoed inbedden in (bestaande) opleidingen van Cofely
Klant/markt • Plan van aanpak opstellen voor maatschappelijk verantwoord inkopen • Verduurzaming projecten Financieel • Actieplan opstellen met facilitaire zaken voor het implementeren van direct beïnvloedbare activiteiten voor energie- en afvalbesparing (o.a. plaatsen slimme meters, duurzame energiemogelijkheden, verdere afvalscheiding). • Per januari 2015: overstappen op Nederlandse windenergie. • Per maart 2015: we committeren ons aan het ‘Lean and Green’ programma van Connekt en gaan daarmee aan de slag om ten opzichte van 2012 20% in 2017 te besparen op de uitstoot van ons wagenpark.