Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor alle belastingplichtigen Interessante tips voor iedereen die belastingplichtig is. Ze gaan over lijfrente, zorgtoeslag en vermogen, beleggingen, schenken, AOW en de levensloopregeling.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor alle belastingplichtigen 1. Aftrek lijfrentepremie mogelijk, maar let op!
Premies voor een lijfrenteverzekering of stortingen op een lijfrentespaarrekening of beleggingsrecht zijn alleen aftrekbaar als u in een bepaald jaar niet voldoende pensioen heeft opgebouwd. Dit wordt bepaald aan de hand van de jaarruimte of reserveringsruimte. Als u voldoende ruimte heeft, dan is het zaak dat u de premies daadwerkelijk in 2014 betaalt! Doet u dit niet, dan kunt u de lijfrentepremie niet in uw aangifte 2014 in aftrek brengen. Uitzondering bij staken onderneming Er is een uitzondering op de regel dat lijfrentepremies alleen aftrekbaar zijn als zij ook daadwerkelijk in dat jaar betaald zijn. Staakt u als ondernemer uw onderneming in 2014 en zet u de stakingswinst vóór 1 juli 2015 om in een lijfrente, dan is de premie aftrekbaar. Wel moet u de premie ook voor 1 juli 2015 betaald hebben. Datzelfde geldt voor de omzetting van de oudedagsreserve in een lijfrente.
TIP Als u uw onderneming omzet in een bv kunt u de
lijfrente bedingen bij de bv in plaats van bij een bank of verzekeraar. Bovendien verzacht u op die manier de afrekening over de stakingswinst. Bespreek met ons de mogelijkheden en voorwaarden.
2. Minder box 3 vermogen, minder AWBZ
Per 1 januari 2013 is de eigen bijdrage voor AWBZ-zorg flink verhoogd. De verhoging treft met name mensen met vermogen in box 3: vanaf 1 januari 2013 moet een fictief rendement van 8% extra over het box 3 vermogen meegenomen worden voor de berekening van de eigen bijdrage. De eigen bijdrage in 2015 wordt berekend op basis van het inkomen over 2013. Minder box 3-vermogen betekent een lagere eigen bijdrage. U kunt uw vermogen in box 3 wegschenken aan de (klein-)kinderen, u kunt het in een BV (in box 2) onderbrengen, en (speciaal voor de langstlevende ouders) u kunt de overbedelingschuld aan uw kinderen aflossen die ontstaan is bij het overlijden van de eerste ouder. Veel testamenten sluiten aan bij de wettelijke verdeling. Als de eerste ouder overlijdt, krijgen de kinderen hun erfdeel in de vorm van een niet-opeisbare vordering op de langstlevende ouder. Zij kunnen hun vordering veelal pas opeisen bij het overlijden van die langstlevende ouder. Ouders kunnen in hun testament meerdere opeisbaarheidsgronden opnemen waardoor de kinderen hun erfdeel al eerder dan bij overlijden kunnen opvragen. Het opnemen van de ouders in een AWBZ-instelling kan zo’n opeisbaarheidsgrond zijn.
3. Verlaag het vermogen in box 3
Nu de spaarrentes historisch laag staan, vraagt u zich misschien af hoe u de belastingheffing over uw vermogen kunt beperken. Maak gebruik van de vrijstellingen en doe dat nog voor 1 januari 2015, de waardepeildatum voor de vermogensrendementsheffing voor het belastingjaar 2015. Spaartegoeden en beleggingen moet u opgeven in box 3. Belegt u in groene projecten, dan heeft u een vrijstelling in box 3 van maximaal € 56.420 (€ 112.840 voor partners gezamenlijk). Bovendien heeft u nog recht op een heffingskorting van 0,7% (2014) van het vrijgestelde bedrag in box 3. Uw rendement ligt door deze belastingvoordelen maximaal 1,9% hoger. Als uw spaargeld in box 3 niet uitkomt boven het heffingvrij vermogen (van € 21.139 per persoon) heeft u geen last van deze absurde belastingdruk. Maar die grens wordt in veel Nederlandse huishoudens overschreden. Uit een recente opgave van de Nederlandse Bank blijkt dat de Nederlandse huishoudens medio 2014 in totaal zo’n € 335 miljard op spaarrekeningen hebben staan, zo’n € 45.000 per huishouden.
4. Betaal uw belastingen op tijd
Privébelastingschulden kunt u het beste zoveel mogelijk dit jaar nog betalen. In de Wet is expliciet bepaald dat deze schulden – behoudens de erfbelasting – niet in mindering kunnen worden gebracht op de heffingsgrondslag in box 3. Door de belasting nog dit jaar te betalen, is uw vermogen per 1 januari 2015 lager. Betaalt u te veel belasting, dan hebt u een vordering op de Belastingdienst. Deze is in box 3 vrijgesteld van belastingheffing. Dat maakt het vooruitbetalen van een te hoge (voorlopige) privébelastingaanslag zowat aantrekkelijk!
5. Voorkom inkomensgat door verhoging AOWleeftijd
De komende jaren zult u langer moeten doorwerken voordat u de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Deze leeftijd gaat namelijk stapsgewijs omhoog. In 2015 betreft dit drie maanden. Na 2015 gaat dit volgens de plannen van het huidige kabinet nog sneller omhoog. Hierdoor bereikt u de AOW-leeftijd in 2018 met 66 jaar en in 2021 met 67 jaar. Doordat u later AOW krijgt, wordt u mogelijk geconfronteerd met een inkomensgat. Afhankelijk van uw leeftijd kan het verstandig zijn om hier nu al rekening mee te houden, bijvoorbeeld door extra geld opzij te zetten.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor alle belastingplichtigen Partnertoeslag gaat verdwijnen De partnertoeslag vervalt op 1 april 2015. Dat is al besloten in 1995. U heeft na 1 april 2015 alleen nog recht op toeslag als u bent geboren voor 1 januari 1950, u voor 1 januari 2015 gehuwd of samenwonend was én voor 1 april 2015 een gedeeltelijke of hele partnertoeslag kreeg.
6. Stel uitgaven specifieke zorgkosten niet uit
Maakt u kosten voor ziekte of invaliditeit, dan heeft u mogelijk recht op aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten. De aftrek van specifieke zorgkosten wordt steeds verder aan banden gelegd. Alleen de uitgaven voor specifieke zorgkosten die u niet vergoed krijgt van uw ziektekostenverzekering mag u aftrekken (voor zover deze meer bedragen dan het wettelijk eigen risico).
7. Schenk uw kind € 52.281 belastingvrij!
Ouders kunnen een kind in 2014 eenmalig € 52.281 belastingvrij schenken. Om deze vrijstelling te kunnen benutten, moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: - het kind moet ten tijde van de schenking tussen de 18 en de 40 jaar oud zijn; - de schenking moet in één jaar plaatsvinden, tot maximaal € 52.281; - het kind moet het bedrag van de schenking gebruiken voor de aankoop van een eigen woning, het bekostigen van onderhoud of verbetering aan de eigen woning, het aflossen van de eigenwoningschuld ofwel voor het betalen van de kosten van een studie of een opleiding voor een beroep waarvan de kosten hoger zijn dan € 20.000. Eenmalig verhoogde vrijstelling voor schenken voor eigen woning eindigt Van 1 oktober 2013 tot 1 januari 2015 geldt er zelfs een hogere vrijstelling als het gaat om een schenking voor de eigen woning. In plaats van het plafond van € 52.281, geldt tijdelijk een vrijstelling van maximaal € 100.000, mits het bedrag wordt gebruikt voor de eigen woning of voor de aflossing van een hypotheekschuld. Ook de leeftijdsgrens vervalt tijdelijk en tevens is de relatie tussen schenker en ontvanger niet van belang. Iemand mag dus ook een schenking (maximaal € 100.000) voor de eigen woning ontvangen van een ander familielid of van een willekeurige derde. Voor deze regeling geldt nog een aantal specifieke bepalingen. Neem bij vragen contact met ons op.
8. Extra korting bij opname levenslooptegoed weer vanaf 2015
In 2015 mogen belastingplichtigen fiscaal voordelig hun resterende levenslooptegoed in één keer opnemen. Van dat tegoed is dan slechts 80% belast. De levensloopregeling is inmiddels afgeschaft. Had u echter op 31 december 2011 op uw levenslooprekening € 3.000 of meer staan, dan kunt u tot en met het jaar 2021 blijven deelnemen aan de levensloopregeling. Vanaf 2012 bouwt u echter geen levensloopverlofkorting meer op. U kunt het tegoed bestedingsvrij en volledig belast opnemen. In 2013 bestond de mogelijkheid om het tegoed ineens op te nemen. Dan was 80% van de waarde van de levensloopaanspraken op 31 december 2011 belast. Dezelfde regeling wordt nu nog eens ingevoerd in 2015. Dan geldt de 80%-regeling voor het bedrag van de aanspraken op 31 december 2013. Het overige tegoed (opgebouwd in 2014) is wel volledig belast. Ontvangt u nu uitkeringen uit een levenslooptegoed? Overweeg dit jaar de uitkeringen te stoppen. De laatste uitkering(en) in 2014 kunt u daardoor met het gehele tegoed opnemen in 2015, waarbij u dan kunt profiteren van de 80%-regeling.
TIP
Let op: Neemt u het tegoed volgend jaar in één keer op, dan eindigt voor u definitief de levensloopregeling.
9. Tip voor de automobilist
Wellicht is het verstandig voor 2016 nog te investeren in een milieuvriendelijke auto. Gebruikt u de auto van de zaak ook privé, dan krijgt u namelijk te maken met een bijtelling, tenzij u kunt aantonen dat u met de auto op jaarbasis minder dan 500 km privé rijdt. Hoe milieuvriendelijker, hoe lager de bijtelling. Hoeveel de bijtelling precies is, hangt af van de CO2-uitstoot van de auto, de brandstof en het moment waarop voor het eerst een kenteken is afgegeven voor de auto. Elk jaar worden de normen strenger. Hoeveel bijtelling u moet betalen, hangt af van de periode wanneer voor het eerst een kenteken is afgegeven. Vraag uw adviseur naar de juiste bijtelling. Overweegt u de aanschaf van een nieuwe zakelijke auto en wilt u in 2015 fiscaal voordelig rijden, dan loont het de moeite om nog dit jaar uit te kijken naar een model dat voldoet aan de CO2-normen voor de bijtelling van 4%, 7%, 14% en 20%. Vanaf 2016 gaan zeer waarschijnlijk nieuwe regels gelden voor bijtellingen en vervallen waarschijnlijk enkele lagere bijtellingen.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor ondernemers en rechtspersonen De zogenoemde IB-ondernemer doet er verstandig aan zijn financiële en fiscale positie eens tegen het licht te houden. Benut u de ondernemersfaciliteiten voldoende, is uw pensioen goed geregeld en maakt de Flex-BV het inmiddels niet voordeliger om over te stappen naar een BV?
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor ondernemers en rechtspersonen 10. Haal nog snel investeringsaftrek binnen
Investeert u dit jaar voor meer dan € 2.300 in bedrijfsmiddelen, dan heeft u recht op investeringsaftrek. Naast de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek komt u mogelijk ook in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek (EIA) of de milieu-investeringsaftrek (MIA) en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Door uw investeringen dit jaar goed te plannen, kunt u optimaal profiteren van de aftrek. Niet alle bedrijfsmiddelen komen in aanmerking voor investeringsaftrek. Zo zijn bedrijfsmiddelen met een investeringsbedrag van minder dan € 450 uitgesloten, maar ook bijvoorbeeld goodwill, woonhuizen, grond en personenauto’s. Voor (semi-)elektrische auto’s kan de MIA nog benut worden in 2014. Mogelijk verandert dit in 2016. Het minimuminvesteringsbedrag voor de EIA en de MIA/ Vamil bedraagt in 2014 € 2.500. Dat wil zeggen dat als het investeringsbedrag inclusief verbeterkosten van het bedrijfsmiddel minder bedraagt dan € 2.500, dit bedrijfsmiddel is uitgesloten voor deze regelingen. Wel of niet investeren, maar ook op welke wijze en welk tijdstip vraagt een zorgvuldige afweging. Door een scala aan regelingen is er soms meer mogelijk dan u op het eerste gezicht denkt. Neem gerust contact met ons op, dan bespreken we de mogelijkheden.
11. Btw teruggave aanvragen
Wanneer u debiteuren hebt die niet betalen, dan is het mogelijk om de btw in deze facturen terug te vragen bij de Belastingdienst. Dit dient via een brief teruggevraagd te worden en kan niet via de reguliere aangifte. Het verzoek om teruggaaf dient te geschieden binnen een maand na afloop van het aangiftetijdvak waarin u tot de conclusie komt dat de debiteur niet kan betalen.
12. Meer financieringsmogelijkheden
Qredits Bedrijven die niet bij een bank terechtkunnen voor hun financiering, kunnen bij Qredits aankloppen voor MKBkrediet: leningen tussen de € 50.000 en € 150.000. Het microkrediet tot € 50.000 voor kleine ondernemers blijft bestaan. Deze kredietlimiet wordt met ingang van 1 januari 2015 verhoogd naar € 250.000. Financieringsaanvragen boven de € 150.000 kunnen vanaf 1 december 2014 al worden ingediend.
Innovatiekrediet Voor innoverende bedrijven worden ook de mogelijkheden verruimd. Het kredietpercentage dat de overheid verstrekt voor de gehele projectfinanciering van kleine bedrijven, gaat tijdelijk omhoog van 35% naar 45%. Voor het MKB dat samenwerkt met een kennisinstelling of andere bedrijven gaat het percentage omhoog naar 50%.
13. Overweeg de overstap naar een bv
Sinds de invoeringvan het nieuwe bv-recht per 1 oktober 2012 is het aantal bv’s fors toegenomen. Overweegt u de bvvorm, dan zijn de oprichting en de overstap nu eenvoudiger dan voorheen en is er meer maatwerk mogelijk. Wel kunt u als bestuurder of aandeelhouder eerder aansprakelijk gesteld worden voor schulden van uw bv. Bij de oprichting van een bv hoeft u niet langer een minimumkapitaal te storten van € 18.000. Dat maakt voor veel ondernemers de bv-vorm aantrekkelijker. Het antwoord op de vraag of u wel niet moet overstappen op de bv-vorm is niet eenvoudig te geven. Bij zeer hoge winsten kan het om fiscale redenen voordeliger zijn om voor de bv-vorm te kiezen. Dit is echter lang niet altijd het geval. Wilt u meer weten? Naam dan contact met ons op.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor de BV en de DGA
Voor dga’s liggen er verschillende wijzigingen in het verschiet. De gebruikelijkloonregeling wordt aangescherpt en het box 2-tarief is tot eind 2014 nog tijdelijk verlaagd. Bovendien is het mogelijk dat uw pensioenbrief moet worden aangepast aan de nieuwe regels. Daarnaast kunt u tot eind 2014 uw stamrecht nog fiscaal voordelig uit laten keren.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor de BV en de DGA 14. Ken uw gebruikelijk loon
Ontvangt u voldoende salaris vanuit uw bv? Volgens de huidige regels hoort u dit jaar vanuit uw bv namelijk een gebruikelijk loon te ontvangen van minimaal € 44.000. Nu kan dit, afhankelijk van uw situatie, lager uitvallen. De bewijslast voor een lager gebruikelijk loon ligt bij u. U en de bv moeten kunnen aantonen dat in het economisch verkeer een lager loon gebruikelijk is. Nu nog een marge van 30%, dit gaat veranderen Het gebruikelijk loon kan ook hoger zijn dan € 44.000, iets waar de praktijk zich niet altijd bewust van is. Dit is het geval als bij soortgelijke dienstbetrekkingen – waarbij een aanmerkelijk belang geen rol speelt – een hoger loon gebruikelijk is. U moet het salaris dan stellen op minimaal 70% van dit hogere gebruikelijk loon. U hebt dus een marge van 30%. Besloten is om de marge van 30% op het gebruikelijk loonvanaf 2015 te verlagen naar 25%. Dat kan voor u in 2015 dus een verplichte salarisverhoging betekenen. Wij raden elke DGA aan de hoogte van zijn salaris te bespreken met zijn adviseur om onnodige correcties van de Belastingdienst te voorkomen. De verwachting is dat de Belastingdienst hier veel meer op gaat controleren.
15. Vraag een voorlopige verliesverrekening aan
Heeft uw BV in 2013 een winst behaald, maar wordt het jaar 2014 vermoedelijk afgesloten met een verlies, dan kunt u de Belastinginspecteur na het indienen van de aangifte vennootschapsbelasting 2014 verzoeken om een voorlopige verliesverrekening. De Belastingdienst zal dan alvast 80% van het vermoedelijke verlies verrekenen met de winst van 2013. Dat levert een liquiditeitsvoordeel op, want uw BV kan sneller beschikken over een deel van het nog terug te verwachten belastinggeld. De voorlopige verliesverrekening wordt naderhand verrekend met de definitieve verliesverrekening of met de aanslag over het jaar 2014.
Belastingdienst: Opgaaf lening eigen woning (online formulier). Met dat formulier kan een nieuwe eigenwoninglening worden doorgegeven of een eerder doorgegeven lening worden gewijzigd of ingetrokken. Heeft u de aangifte 2013 nog niet gedaan, zorg er dan in ieder geval voor dat u de Belastingdienst informeert voor 31 december 2014 middels het daartoe bestemde formulier. Voor een lening aangegaan in 2014 geldt dat het formulier ‘opgaaf lening eigen woning’ moet worden verstuurd vòòr het doen van de aangifte inkomstenbelasting 2014, maar uiterlijk vóór 31 december 2015. Is er een wijziging in de lening, dan moet u dit doorgeven binnen één maand na het einde van het jaar waarin de wijziging plaatsvond. Geen registratie nodig Hoeft u niet verplicht af te lossen om hypotheekrente in aftrek te brengen? Bijvoorbeeld omdat u de lening al vóór 1 januari 2013 heeft afgesloten bij uw bv? In dat geval hoeft u geen gegevens aan de Belastingdienst door te geven.
17. Stel een dividenduitkering niet uit tot volgend jaar. In het kalenderjaar 2014 is het belastingtarief in box 2 met 3% verlaagd tot 22% i.p.v. 25%. Deze verlaging is bedoeld om de groei van de economie te stimuleren. U kunt dus nog voor het einde van het jaar een dividenduitkering doen onder het verlaagde box 2 tarief van 22%, mits het inkomen in box 2 niet meer dan € 250.000 bedraagt (bij een fiscaal partner € 500.000).
Let op! In 2015 geldt weer het normale box 2 tarief van 25%. Voor dividend uitkeringen is het noodzakelijk dat er een uitkeringstoets wordt gedaan in combinatie met een balanstest. Deze uitkeringstoets is er om te voorkomen dat aandeelhouders uitkeringen doen (aan zichzelf) terwijl schuldeisers daardoor benadeeld zouden kunnen worden.
16. Informatieplicht bij lening voor eigen woning
In het geval de vennootschap na de uitkering in ernstige betalingsproblemen komt, zijn de bestuursleden hoofdelijk aansprakelijk voor het tekort dat door de uitkering ontstaat (plus rente vanaf datum uitkering) indien zij op het moment van het doen van de uitkering, wisten dat de vennootschap daardoor in (ernstige) betalingsproblemen zou raken.
Hypotheekrente in aftrek U kunt de vereiste informatie verstrekken met het digitale ‘Formulier Opgaaf lening eigen woning’ van de
Wilt u dividend uitkeren om bijvoorbeeld uw rekening courant schuld met uw bv af te lossen? Doe dit dan nog in 2014, zodat u profiteert van de verlaging van 3%, maar vergeet geen uitkeringstoets te doen!
Heeft u in 2013 uw eigen woning gefinancierd met een lening van een familielid, van uw BV of van een buitenlandse bank? Vergeet dan niet om die lening door te geven aan de Belastingdienst. Doet u dat niet, dan heeft u geen recht op renteaftrek van die lening.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor de BV en de DGA 18. Stamrecht met voordeel op te nemen
Heeft u in het verleden ooit een ontslagvergoeding (gouden handdruk) ontvangen in de vorm van een stamrecht en deze ondergebracht bij uw bv, een bank, beleggingsinstelling of een verzekeraar, dan kunt u deze alleen in 2014 in één keer opnemen. Normaliter mogen uitkeringen onder de ‘stamrechtvrijstelling’ alleen in de vorm van periodieke uitkeringen worden ontvangen. Vanaf 2015 geldt deze hoofdregel weer onverkort.
TIP Laat u goed informeren of het voor u aantrekkelijk is om
de stamrechtaanspraak in 2014 in één keer op te nemen. U krijgt dan wel een korting, maar u moet nog steeds over een fors bedrag en – afhankelijk van de hoogte van de uitkering – afrekenen tegen een toptarief van 52% inkomstenbelasting.
Stamrechtaanspraak in één keer opnemen U heeft tot 31 december 2014 de mogelijkheid om de stamrechtaanspraak in één keer op te nemen zonder revisierente van 20% over de waarde van dit stamrecht. Doet u dat in 2014, dan krijgt u een extra korting waardoor u belasting betaalt over 80% van de uitkering. Neemt u het stamrecht in 2015 of later in één keer op, dan betaalt u inkomstenbelasting over 100% van de uitkering. Op dit moment is het overigens nog onduidelijk of banken en verzekeraars mee willen werken aan het in één keer opnemen van het stamrecht. Is het stamrecht ondergebracht bij uw bv, dan zal dit minder problemen opleveren. Het is echter maar de vraag of ook in dat geval opname van de stamrechtaanspraak in één keer mogelijk is. Vaak zit het stamrechtkapitaal namelijk vast in de bv.
19. Let op uw vordering/schuld in rekening-courant
De DGA die een vordering in rekening-courant op zijn BV heeft, moet die vordering in box 1 onder de terbeschikkingstellingregeling (TBS-regeling) verantwoorden. De rente op die vordering behoort tot zijn inkomen in box 1. Heeft hij een schuld in rekening-courant, dan moet die schuld vrijwel altijd in box 3 worden verantwoord. Dat verschil in fiscale behandeling tussen een vordering en een schuld in rekening-courant leidt tot ongerijmde resultaten.
Doordat de DGA een creditstand in rekening-courant onder de TBS-regeling moet aangeven, moet hij voor de perioden van het jaar waarin hij een vordering op de BV heeft, een TBS-jaarrekening opmaken. Ontstaat vervolgens een schuld in rekening-courant, dan moet de ‘TBS-onderneming’ met een slotbalans worden afgesloten: de rekening-courant positie gaat dan van box 1 over naar box 3. De DGA die in één kalenderjaar meerdere keren door de debet-creditgrens in rekening-courant gaat, moet evenzo veel jaarrekeningen laten opmaken! Dat maakt het wenselijk om te voorkomen dat er een vordering in rekening-courant ontstaat. Financiën heeft op praktische gronden - ter vermindering van administratieve lasten - goedgekeurd dat de DGA geen rente als resultaat uit overige werkzaamheden in aanmerking hoeft te nemen als zijn rekening-courantvordering gedurende het gehele kalenderjaar niet uitkomt boven de € 17.500. Uiteraard mag de BV dan geen rentekosten in aftrek brengen.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor werkgevers
In de loonsfeer staat een aantal belangrijke thema’s op de agenda voor 2015, de werkkostenregeling wordt verplicht. U kunt de resterende tijd van 2014 gebruiken om u daarop voor te bereiden. Verder is het van belang dat de spelregels voor pensioenopbouw van uw personeel moeten worden aangepast. Ook de Wet Werk en Zekerheid brengt aandachtspunten mee, bijvoorbeeld op het gebied van aanzegging, proeftijd en transitiekosten.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor werkgevers 20. Werkkostenregeling (WKR)
Er is geen ontkomen meer aan. Per 1 januari 2015 is de werkkostenregeling voor iedere werkgever verplicht. Bent u nog niet overgestapt, dan is het nu de hoogste tijd om in actie te komen. Verdiep u in de werkkostenregeling, want de overstap vergt nogal wat voorbereiding.
22. Wet Werk en Zekerheid
De Wet Werk en Zekerheid treedt in werking in etappes, te beginnen met 1 januari 2015 en bevat belangrijke wijzigingen in de aanname-, contract-, en ontslagsfeer met behoorlijke financiële consequenties. Wijzigingen per 1 januari 2015:
De volgende vijf stappen kunnen u op weg helpen: 1. Inventariseer alle vergoedingen en verstrekkingen. De gegevens vindt u terug in uw boekhouding, het personeelshandboek, individuele arbeidscontracten en aanvullende arbeidsvoorwaarden. 2. Deel de kosten in: wat valt onder de vrije ruimte? Zijn er bepaalde vergoedingen en verstrekkingen die niet ten koste gaan van de vrije ruimte omdat zij onder de gerichte vrijstelling vallen of is er wellicht een nihilwaardering van toepassing? 3. Bepaal de fiscale loonsom. In 2015 kunt u maximaal 1,2% van het totale fiscale loon besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen aan uw werknemers (vrije ruimte). Daarbij geldt het totale fiscale loon van 2015. 4. Richt uw administratie zodanig in dat u uw werkkosten makkelijk kunt onderscheiden. Houd er rekening mee dat het totale bedrag aan vergoedingen en verstrekkingen in de werkkostenregeling inclusief btw hoort te zijn, terwijl u in de financiële administratie vergoedingen en verstrekkingen hoogstwaarschijnlijk exclusief btw boekt. 5. Overleg met werknemers en ondernemingsraad. Het kan zijn dat u door de werkkostenregeling bestaande arbeidsvoorwaarden moet aanpassen.
TIP Wilt u 2015 goed starten met een optimale
Werkkostenregeling? Wacht dan niet langer, maar informeer bij Brenda Boersma, onze adviseur Salaris en Personeelszaken. Voor meer informatie verwijzen we u ook graag door naar onze Werkkostenregeling flyer, hier te bekijken.
21. Doe de minimumloon-check
Per 1 januari 2015 stijgen de brutobedragen van het wettelijk minimumloon. Als werkgever bent u verplicht minimaal dit minimumloon uit te betalen aan uw werknemers. Bovendien moet u het wettelijk minimumloon vermelden op de loonstrook. Houd daarom tijdig rekening met de gewijzigde bedragen. Het wettelijk brutominimumloon voor werknemers van 23 jaar en ouder bij een volledig dienstverband wordt per 1 januari 2015: € 1.501,80 per maand; € 346,55 per week; € 69,31 per dag.
Proeftijd Werkgevers mogen geen proeftijd meer overeenkomen in contracten korter dan zes maanden. Het kabinet verwacht dat deze maatregel bij zal dragen tot een vermindering van kortdurende contracten. Concurrentiebeding Een werknemer met een tijdelijk contract mag niet gebonden zijn aan een concurrentiebeding. Er geldt een uitzondering op deze hoofdregel indien de werkgever gemotiveerd kan aangeven welke zwaarwichtige bedrijfs- of dienstbelangen een concurrentiebeding rechtvaardigen. Zonder deze motivering, welke dient te worden opgenomen in het beding, is het concurrentiebeding nietig. “Informeer uw personeel tijdig en voorkom een boete.”
Wijzigingen per 1 juli 2015: Ketenbepaling Werknemers met een tijdelijk contract krijgen vanaf 1 juli 2015 niet na drie jaar, zoals nu, maar al na twee jaar aanspraak op een vast contract. Na drie tijdelijke contracten kan de werknemer ook aanspraak doen op een vast contract. Daarbij wordt de tussenperiode, waarbinnen contracten als opeenvolgend worden gezien, verlengd. Deze tussenperiode is nu drie maanden en zal naar zes maanden gaan. Wilt u deze opeenvolging doorbreken zal de medewerker straks minimaal 6 maanden en 1 dag uit dienst moeten. Ontslagroute Een werkgever kan straks niet meer zelf kiezen welke ontslagroute er wordt gekozen (UWV of kantonrechter). Dit wordt straks bepaald door de aan te voeren ontslaggrond. Transitievergoeding U moet aan uw werknemers die uit dienst treden en een dienstverband van twee jaar of langer (tijdelijk of vast) hebben gehad een transitievergoeding (ontslagvergoeding) betalen. De hoogte van de transitievergoeding hangt af van verschillende factoren.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor werkgevers Aanzegtermijn bij tijdelijke contracten U bent straks verplicht om ten minste één maand voor afloop van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd de werknemer schriftelijk te laten weten dat u het contract wel of niet verlengt. Deze verplichte aanzegtermijn geldt alleen voor tijdelijke contracten van zes maanden of langer. Bent u te laat met het aanzeggen van de beëindiging of verlenging of vergeet u de aanzegtermijn helemaal, dan moet u de werknemer een vergoeding betalen van maximaal één maandsalaris. De werknemer moet hier dan wel zelf binnen twee maanden na het einde van het contract een beroep op doen. Vanuit het systeem van Ahead Personeel en Salaris kan er een bericht naar u worden verzonden met de mededeling dat de arbeidsovereenkomst van uw medewerker afloopt. U kunt bij ons aangeven binnen wat voor periode u dit bericht wilt ontvangen. Zo bent u nooit te laat.
23. Controleer het privégebruik auto van uw werknemers
Als een werkgever zijn medewerkers een auto van de zaak ter beschikking stelt, moet er in beginsel een bijtelling plaatsvinden voor het privégebruik van die auto. De werkgever moet die bijtelling verlonen. Een bijtelling is niet aan de orde, als de werkgever de werknemer verbiedt om privé gebruik te maken van de auto van de zaak. Zo’n verbod moet schriftelijk worden vastgelegd, en de werkgever moet voldoende toezicht houden op de naleving van dat verbod. Doet de werkgever dat niet, dan kan hem dat duur komen te staan: hij kan als bestuurder van de BV in privé aansprakelijk worden gesteld voor de verschuldigde loon- en omzetbelasting over het privégebruik auto. Rechtbank Arnhem heeft die persoonlijke aansprakelijkheid van de BV-bestuurder onlangs bevestigd. Rittenadministratie De automobilist met een auto van de zaak die de bijtelling privégebruik auto wil vermijden, moet kunnen aantonen dat hij die auto voor niet meer dan 500 kilometer per jaar voor privédoeleinden gebruikt. Hij kan dat bewijs leveren met een kilometeradministratie of op een andere manier. De vrije bewijsleer is hier van toepassing. De inrichting van de rittenregistratie is nauwkeurig voorgeschreven in de wet. De wet eist dat in zo’n administratie ten minste de volgende gegevens zijn vermeld: merk, type en kenteken van de auto; periode van de terbeschikkingstelling van de auto; per afzonderlijke rit: (1) de datum, (2) de begin- en eindstand van de kilometerteller, (3) begin- en eindadres, (4) de gereden route als die afwijkt van de gebruikelijke route en (5) het karakter van de rit.
Een correcte rittenadministratie moet sluitend zijn en inzicht bieden in alle verreden kilometers. Een blackboxsysteem levert niet het vereiste bewijs. Een dergelijk systeem kan wel een bijdrage leveren aan het voeren van een adequate rittenadministratie. Een rittenadministratie moet in beginsel gedurende het gehele kalenderjaar worden bijgehouden. De belastingrechter gaat hier soms soepel mee om en aanvaardt soms een rittenadministratie over enkele maanden als voldoende bewijs. Maar de rechter is bijzonder streng bij de beoordeling of de rittenadministratie voldoet aan de wettelijke vereisten. Houd daar rekening mee als u wilt aantonen dat u vrijwel geen privé rijdt met uw auto van de zaak. Digitale controle De fiscus heeft volop mogelijkheden om de registratie van het autogebruik digitaal te checken en dan is een misser snel gevonden. De fiscus gebruikt hierbij de informatie van de brigade van flitsauto’s die kentekens fotograferen op privé plaatsen (Ikea, meubelboulevards, pretparken, grensovergangen in vakantietijd), de NAP (de Nationale Auto Pas), het CJIB (het Centraal Justitieel Incasso Bureau), van leasemaatschappijen en garages, digitaal betaalde tankbeurten, parkline, en sinds kort ook de ANPRkentekengegevens van de politie. De boetes bij ‘rommelen met een kilometeradministratie’ kunnen zeer hoog oplopen, voor de automobilist of diens werkgever!
24. Mogelijk aanpassing pensioencontract
Met ingang van 1 januari 2014 is de jaarlijkse pensioenopbouw verlaagd. Zo is het maximale opbouwpercentage voor middelloonregelingen verlaagd van 2,25% naar 2,15% en voor eindloonregelingen van 2% naar 1,9%. Ook de pensioenrichtleeftijd voor het aanvullend pensioen is met ingang van 2014 omhoog gegaan van 65 naar 67 jaar. Beide wijzigingen hebben gevolgen voor de pensioenregeling van uw werknemers.
25. Social media protocol voor uw bedrijf
Social media zijn niet meer weg te denken uit ons leven. Ook niet op het werk. Werknemers kunnen informatie en gegevens van de werkvloer op social media delen, en zo hun werkgever schade berokkenen. Uit enkele arbeidsrechtelijke procedures over deze kwestie blijkt dat de rechter de bescherming van de onderneming boven de vrijheid van meningsuiting op social media plaatst. Voorkom problemen: stel een social media protocol op voor binnen uw onderneming. Dan weten uw werknemers waar zij aan toe zijn, wat er wél en niet kan. U voorkomt ongewenste informatieoverdracht en een verkeerde beeldvorming van uw bedrijf in de social media.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor de woningeigenaar
Nog steeds is de tijdelijke verruiming van de schenkingsvrijstelling een interessante maatregel. Die kunt u tot eind dit jaar nog benutten en daarmee kunt u per 2015 een voordeel in box 3 behalen. Ook kunt u overwegen om op uw (kleine) hypotheek af te lossen. Vanwege de daling van het voordeel van de hypotheekrenteaftrek, wordt dit steeds interessanter. Tot medio 2015 kunt u nog profiteren van het tijdelijk lagere btw-tarief op arbeidskosten bij verbouwing van uw woning.
Einderjaarstips 2014 AHEAD Accountants en Belastingadviseurs
Tips voor de woningeigenaar 26. Restschuld na verkoop? Rente aftrekbaar
Verkoopt u uw woning en blijft u met een restschuld zitten, dan is er goed nieuws. De rente die u betaalt op een restschuld die is ontstaan tussen 29 oktober 2012 en 31 december 2017, kunt u tijdelijk (maximaal vijftien jaar) in mindering brengen op uw belastbaar inkomen in box 1. U hoeft de schuld niet af te lossen. Na vijftien jaar zijn de rente en de kosten niet meer aftrekbaar.
TIP
Ontvangt u een schenking voor de eigen woning, dan mag u dit bedrag ook gebruiken om de restschuld mee af te lossen.
27. Rond uw verbouwing in eerste half jaar 2015 af
Bent u in 2014 een verbouwing begonnen aan een bestaande woning, dan kan het uit btw-oogpunt aantrekkelijk zijn om de verbouwing af te ronden voor 30 juni 2015. Tijdens Prinsjesdag is besloten om het tijdelijk lage btw-tarief van 6% op arbeidskosten bij renovatie en herstel van bestaande woningen te verlengen tot medio volgend jaar. U heeft tot die datum namelijk recht op het 6% btwtarief. Zorg er wel voor dat u in dat geval een schriftelijke overeenkomst van de aannemer kunt overleggen. Bovendien moet de verbouwing zijn afgerond voor 30 juni 2015.
28. Betaal hypotheekrente vooruit
Betaalt u belasting in box 3, dan kan het verstandig zijn om alvast hypotheekrente van volgend jaar vooruit te betalen. Hiermee vermindert u de belasting die u moet betalen over uw vermogen (box 3). Ook als u volgend jaar in een lager belastingtarief valt, kan het verstandig zijn om dit jaar alvast hypotheekrente vooruit te betalen. U heeft dan nu extra renteaftrek tegen een hoger tarief. Voorwaarden Vooruitbetalen kan alleen als u de spelregels in acht neemt. Zo moet de rente die u in 2014 vooruitbetaalt betrekking hebben op de eerste zes maanden van 2015. Betaalt u voor meer maanden vooruit, dan is de vooruitbetaalde rente niet aftrekbaar in 2014. Deze rente wordt dan evenredig verdeeld over de kalendermaanden waarop de rentebetaling betrekking heeft. Overleg ook met de hypotheekverstrekker of vooruitbetaling van rente wel mogelijk is. Geen kleine eigenwoningschuld Wanneer u hypotheekrente vooruitbetaalt, kan het zijn dat u in een bepaald jaar voldoet aan de voorwaarden voor aftrek vanwege geen of een kleine eigenwoningschuld (u betaalt minder rente dan het eigenwoningforfait). Die vlieger gaat helaas niet op. De Belastingdienst verbiedt in een dergelijke situatie het gebruik van deze faciliteit.
29. Los een kleine hypotheek af
Heeft u nog maar een lage hypotheekschuld, dan kan het verstandig zijn om de hypotheek af te lossen. Dit is vaak het geval als de aftrekbare hypotheekrente minder is dan het eigenwoningforfait dat u moet betalen en u veel vermogen in box 3 heeft. Een en ander is echter ook afhankelijk van het rendement dat u behaalt op box 3-vermogen en de mogelijkheid om een bestaande hypotheek boetevrij af te lossen. Wilt u weten of aflossen voor u de beste optie is, neem dan contact op met uw adviseur.
Het eigenwoningforfait voor woningen met een eigenwoningwaarde tussen de € 75.000 en € 1.040.000 gaat volgend jaar omhoog van 0,70% naar 0,75%.
30. Hypotheekrente aan banden
De komende jaren gaat de hypotheekrenteaftrek steeds een stukje verder omlaag. De aftrek wordt zowel voor nieuwe als bestaande hypotheken verder aan banden gelegd. Vanaf 2014 wordt het maximumpercentage waartegen hypotheekrente kan worden afgetrokken in 28 jaar (met 0,5 procentpunt per jaar) afgebouwd naar het tarief van de derde schijf (38%) in de inkomstenbelasting. In 2014 is het maximale aftrekpercentage dus 51,5%! Nu het tarief verder omlaag gaat in 2015 is het om deze reden ook aantrekkelijk hypotheekrente vooruit te betalen.
31. Dubbele woonlasten? De overheid verzacht de pijn
Zéér recentelijk is bekend geworden dat twee crisismaatregelen voor mensen met dubbele woonlasten nog een jaar worden verlengd. De regeling herleving van hypotheekrenteaftrek na tijdelijke verhuur blijft ook in 2015 bestaan. Dat betekent dat als u uw woning tijdelijk verhuurt in afwachting van verkoop, deze tijdelijke verhuur moet zijn beëindigd vóór 1 januari 2016 om nog gebruik te kunnen maken van de regeling. Dubbele aftrek blijft 3 jaar Daarnaast blijft de termijn voor de dubbele hypotheekrenteaftrek voor de huidige leegstaande woning die te koop staat en de nieuwe woning ook in 2015 op drie jaar staan. In 2016 gaat deze pas weer naar twee jaar. Hierdoor kan een sinds 2012 leegstaande woning die bestemd is voor de verkoop nog steeds worden aangemerkt als eigen woning.