Beroeps- en pleziervaartverzekeringen Marine insurance Schiffsversicherung
Voorwaarden Bootverzekering P010112
Inhoudsopgave
ALG E M E E N
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 2 Aanvraag, duur en einde van de verzekering
Artikel 3 Wijziging van premie en/of voorwaarden
Artikel 4 Premie
Artikel 5 Algemene bepalingen
DE KKIN G SO M SCHR IJV IN G
Artikel 6 Verzekeringsgebied
Artikel 7 Verzekerde gevaren
Artikel 8 Extra dekkingen
Artikel 9 Aansprakelijkheid
Artikel 10 Uitsluitingen
SCHADE
Artikel 11 Verplichtingen verzekerde
Artikel 12 Schaderegeling
Artikel 13 Schadevergoeding
VAAR TU IG E N HU L P
Artikel 14 Begripsomschrijvingen
Artikel 15 Dekking
Artikel 16 Uitsluitingen
Artikel 17 Schaderegeling
A LGE M E E N Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze voorwaarden wordt verstaan onder: 1.1 verzekeringsovereenkomst Deze overeenkomst beantwoordt aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in artikel 7:925 (7.17.1.1) van het Burgerlijk Wetboek (B.W.), indien en voor zover de door verzekerde of een derde geleden schade op vergoeding waarvan jegens verzekeraar respectievelijk een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit schade voor de verzekerde respectievelijk de derde was ontstaan dan wel naar de normale loop van omstandigheden zou ontstaan. 1.2 maatschappij SON scheepsverzekeringen, gevestigd te Groningen (Schweitzerlaan 4, 9728 NP), onderdeel van TVM particulier N.V. 1.3 verzekeringnemer De natuurlijke of rechtspersoon die de verzekering is aangegaan. 1.4 verzekerde De verzekeringnemer en/of degene die met toestemming van de verzekeringnemer gebruik maakt van het vaartuig. 1.5 vaartuig Het in de polis vermelde vaartuig inclusief voortstuwingsinstallatie, standaard scheepsuitrusting alsmede, voor zover meeverzekerd, inboedel, nautische apparatuur, volgboot (al dan niet met buitenboordmotor) en boottrailer. 1.6 inboedel Alle zich aan boord van het vaartuig bevindende, voor huishoudelijk gebruik bestemde roerende zaken van verzekerde met uitsluiting van geld, geldswaardige papieren, sieraden en andere kostbaarheden, brillen, horloges, foto- en videocamera’s en dergelijke, draagbare telecommunicatieapparatuur, computerapparatuur, motorrijtuigen, (brom)fietsen en vaartuigen en/of onderdelen daarvan. 1.7 scheepsuitrusting Alle zich aan boord van het vaartuig bevindende zaken die naar hun aard of bestemming blijvend ten dienste van het vaartuig worden gebruikt, exclusief inboedel, nautische apparatuur en volgboot. 1.8 nautische apparatuur Alle aan boord van het vaartuig vast ingebouwde elektronische- en mechanische apparatuur, ontworpen, gefabriceerd en dienende als navigatiehulpmiddel, vast ingebouwde telecommunicatieapparatuur, alsmede voldoende geborgde laptops en notebooks bestemd voor navigatiedoeleinden. 1.9 voortstuwingsinstallatie De tot voortstuwing van het vaartuig dienende installatie(s) en toebehoren, waaronder zijn begrepen: - de scheepsmotor met omkeermechanisme en de koeling voor zover op of aan de motor bevestigd; - de aandrijving, waaronder schroefas, schroefaskoppeling en schroef; - de boeg- en hekschroefinstallatie, waaronder motor (inclusief op- of aangebouwde elektrische componenten), schroef en bediening (inclusief bekabeling); - de buitenboordmotor; - het instrumentenpaneel met bekabeling, voor zover het de motor direct dient. 1.10 originele scheepsmotor Een buitenboordmotor of een nieuw als scheepsmotor geleverde en door de fabriek of vaartuig/motorleverancier ingebouwde motor. Hieronder valt zowel de scheepsmotor die uitsluitend als scheepsmotor is ontworpen, als de motor met een zogenaamd ‘universeel’ blok die door de fabrikant is opgebouwd als scheepsmotor. Een motor die eerder dienst heeft gedaan als voertuig- of industriemotor en daarna is omgebouwd tot scheepsmotor, wordt niet als zodanig beschouwd. 1.11 volgboot De in de polis vermelde volgboot, met een eventuele buitenboordmotor, die ten dienste van het vaartuig wordt meegevoerd en waarvan de maximaal haalbare snelheid niet meer dan 30 km/uur bedraagt.
1.12 verzekerd bedrag De in de polis vermelde totale verzekerde waarden alsmede de in het aanvraagformulier, of nadien, opgegeven waarden. Het verzekerd bedrag wordt in onderling overleg tussen de verzekeringnemer en de maatschappij vastgesteld. De verzekeringnemer is verantwoordelijk voor de juistheid van het verzekerd bedrag, zowel bij het ingaan als tijdens de looptijd van de verzekering. Het verzekerd bedrag bewijst niet de dagwaarde van het vaartuig. 1.13 nieuwwaarde Het bedrag dat nodig is voor het verkrijgen van nieuwe zaken van dezelfde soort en kwaliteit. 1.14 dagwaarde De nieuwwaarde onder aftrek van een bedrag voor waardevermindering door veroudering en slijtage. 1.15 eigen gebrek Een ongunstige of minderwaardige eigenschap in of van de verzekerde zaak of enig onderdeel daarvan, die zaken van dezelfde soort en kwaliteit niet behoren te hebben.
Artikel 2 A anvraag, duur en einde
van de verzekering
Ieder die een vaartuig bij de maatschappij wenst te verzekeren, levert een ondertekende aanvraag tot verzekering in bij de maatschappij. Het aanvraagformulier wordt door de maatschappij vastgesteld. De maatschappij is gerechtigd, zonder opgaaf van redenen een aanvraag te weigeren. De verzekering kan op ieder gewenst tijdstip ingaan en loopt vanaf het tijdstip van ingang tot 12 maanden daarna en wordt, indien geen opzegging of tussentijdse beëindiging plaatsvindt, automatisch steeds met 12 maanden verlengd. Als de verzekering eindigt op een bepaalde dag, vindt de beëindiging plaats om 24.00 uur van die dag. 2.1 Opzegging door de verzekeringnemer De verzekering eindigt met het einde van het verzekeringsjaar door schriftelijke opzegging door de verzekeringnemer met een opzegtermijn van tenminste 30 dagen. Verder eindigt de verzekering door schriftelijke opzegging door de verzekeringnemer binnen twee maanden nadat de maatschappij tegenover de verzekeringnemer een beroep heeft gedaan op: - niet nakoming van de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering; - niet nakoming van de verplichtingen voortvloeiende uit de verzekeringsovereenkomst; - het door de verzekerde in strijd handelen met de verzekeringsvoorwaarden waardoor voortzetting van de verzekering redelijkerwijs niet gevergd kan worden, zulks ter beoordeling aan de maatschappij; - het niet wenselijk achten van voortzetting van de verzekering op grond van een wijziging van het risico. In genoemde gevallen eindigt de verzekering op de datum die in de opzegbrief is genoemd of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzegbrief. 2.2 Opzegging door de maatschappij De verzekering eindigt met het einde van het verzekeringsjaar door schriftelijke opzegging door de maatschappij met een opzegtermijn van tenminste twee maanden. Verder eindigt de verzekering door schriftelijke opzegging door de maatschappij: - binnen twee maanden na de ontdekking dat de verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en de verzekeringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de maatschappij te misleiden dan wel de maatschappij de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten, alsmede na ontdekking dat de verzekerde tijdens de looptijd van de verzekering heeft gehandeld met het opzet de maatschappij te misleiden. De verzekering eindigt op de in de opzegbrief genoemde datum; - met een opzegtermijn van twee maanden indien de verzekeringnemer handelt in strijd met de verzekeringsvoorwaarden waardoor voortzetting van de verzekering redelijkerwijs niet gevergd kan worden, zulks ter beoordeling aan de maatschappij; - met een opzegtermijn van twee maanden nadat de maatschappij een zodanige risicowijziging ter kennis is gekomen dat zij de verzekering niet wenst voort te zetten; - indien de verzekeringnemer de verplichting tot premiebetaling niet nakomt nadat de maatschappij de verzekeringnemer vruchteloos tot betaling van de premie heeft aangemaand. De verzekering eindigt op de in de opzegbrief genoemde datum.
2.3 Automatische beëindiging De verzekering eindigt automatisch in geval van: - verkoop van, of andere overgang van belang bij het verzekerde vaartuig; - een (technisch) totaal verlies van het verzekerde vaartuig; - inbeslagname en/of verbeurdverklaring door een overheid. In deze gevallen is/zijn de verzekeringnemer dan wel diens erfgenamen verplicht de maatschappij hiervan zo spoedig mogelijk in kennis te stellen.
Artikel 3 W ijziging van premie
en/of voorwaarden
De maatschappij heeft het recht de premie en/of de verzekeringsvoorwaarden te wijzigen met ingang van een door haar vast te stellen datum. De maatschappij zal de verzekeringnemer in kennis stellen van de wijziging en de wijzigingsdatum. De wijziging gaat in op de genoemde wijzigingsdatum tenzij de verzekeringnemer binnen één maand na verzending van de kennisgeving schriftelijk aan de maatschappij laat weten niet akkoord te gaan met de wijziging. In dat geval zal de verzekering met ingang van de wijzigingsdatum worden beëindigd. De verzekeringnemer komt geen recht op weigering van de wijziging toe indien de wijziging voortvloeit uit wettelijke bepalingen of bestaat uit een verlaging van de premie en/of verbetering van de verzekeringsvoorwaarden.
Artikel 4 Premie 4.1 Premiebetaling De verzekeringnemer is verplicht de premie, de kosten en voor zover verschuldigd, de assurantiebelasting (hierna gezamenlijk te noemen ‘premie’) uiterlijk te voldoen binnen 30 dagen na datering van de premienota. Wordt de premie niet tijdig voldaan, dan volgt een schriftelijke aanmaning. Indien de premie niet uiterlijk binnen 14 dagen na datering van de aanmaning is voldaan, wordt geen dekking verleend voor schadegebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden. De verzekeringnemer blijft verplicht de volledige premie te voldoen. De dekking wordt weer van kracht voor schadegebeurtenissen die plaatsvinden na de dag waarop de premie door de maatschappij is ontvangen. Ingeval van premiebetaling in termijnen wordt de dekking weer van kracht nadat alle onbetaalde premies over reeds verstreken termijnen door de maatschappij zijn ontvangen. Bij totaal verlies van het vaartuig is de premie verschuldigd tot het einde van het verzekeringsjaar. 4.2 Premierestitutie Bij tussentijdse beëindiging van de verzekering anders dan door opzegging wegens opzet de maatschappij te misleiden, heeft de verzekeringnemer recht op terugbetaling van de premie over de periode waarover de verzekering niet meer van kracht is. Bij tussentijdse beëindiging wegens verkoop of andere overgang van belang, vindt pro rata premierestitutie plaats onder inhouding van € 12,50 administratiekosten nadat schriftelijk bewijs van verkoop of andere overgang van belang aan de maatschappij is overlegd. 4.3 No-claimkorting Tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen, verleent de maatschappij voor elk schadevrij verzekeringsjaar een premiekorting in het daaropvolgende jaar. Afhankelijk van het aantal schadeclaims dat in een verzekeringsjaar ten laste van de maatschappij komt, stijgt of daalt de no-claimkorting volgens navolgende tabel. Indien een ingediende claim door de maatschappij verhaald wordt op een derde, heeft deze geen invloed op de no-claimkorting. De bij een andere verzekeraar opgebouwde no-claimkorting kan worden overgenomen tot een maximum van 30% (7 jr.). De kortingsregeling is niet van toepassing op stillig- en aanbouwverzekeringen. s chadevrije korting op korting na korting na korting na jaren de premie 1 schade 2 schaden 3 schaden 0 0% 0% 0% 0% 1 5% 0% 0% 0% 2 10% 0% 0% 0% 3 15% 5% 0% 0% 4 20% 10% 0% 0% 5 25% 15% 0% 0% 6 30% 20% 0% 0% 7 of meer 30% 30% (6 jr.) 20% 0% 4.4 No-claimbescherming Bij 7 of meer schadevrije jaren, wordt na één, door de maatschappij uitbetaalde, schadeclaim in enig verzekeringsjaar, de korting niet verminderd.
Artikel 5 Algemene bepalingen 5.1 Adres De maatschappij doet rechtsgeldig kennisgevingen aan de verzekeringnemer wanneer deze worden verstuurd aan het laatst bij de maatschappij bekende adres. 5.2 Klachten/geschillen, jurisdictie en toepasselijk recht In gevallen waarin deze verzekeringsvoorwaarden niet voorzien, beslist de maatschappij. Klachten over de uitvoering van de verzekeringsovereenkomst kunnen worden voorgelegd aan het interne klachtenbureau van de maatschappij of aan de Stichting Klachteninstituut Financiële Dienstverlening, Postbus 93257, 2509 AG Den Haag. Alle geschillen die voortvloeien uit de verzekeringsovereenkomst zullen – zelfs als het schadebrengende feit zich buiten Nederland zou hebben voorgedaan – uitsluitend worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Groningen of Rotterdam, behoudens hoger beroep, tenzij na het ontstaan van het geschil tussen de maatschappij en de verzekerde(n) een andere geschillenregeling is/wordt overeengekomen. Op deze verzekeringsovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. 5.3 Incassokosten Alle gerechtelijke of buitengerechtelijke kosten die vallen op de invordering van achterstallige premiebedragen of kosten, komen voor rekening van de betrokken verzekeringnemer. 5.4 Register De verzekeringnemer is verplicht de maatschappij te informeren indien het verzekerde vaartuig in een ambtelijk register is of wordt ingeschreven en indien er een wijziging in een dergelijke registratie plaatsvindt. 5.5 Persoonsgegevens Bij de aanvraag van een verzekering of financiële dienst worden persoonsgegevens gevraagd. Deze gegevens worden door de maatschappij gebruikt voor het accepteren van de aanvraag, het uitvoeren van de verzekeringsovereenkomst of financiële dienst, statistische doeleinden, relatiebeheer, eigen marketingactiviteiten en fraudebestrijding. 5.6 Bewijs van verzekering/grondslag Als bewijs van de verzekeringsovereenkomst wordt door de maatschappij een certificaat afgegeven dat als polis in de zin van de wet zal worden beschouwd. Tenzij anders op de polis of een aanhangsel vermeld, behoren bij het afgegeven bewijs van verzekering de verzekeringsvoorwaarden, zoals die zijn vastgesteld door de maatschappij. Als grondslag voor de verzekering geldt de door de verzekeringnemer verstrekte informatie zowel bij het aangaan van de verzekeringsovereenkomst alsook gedurende de looptijd ervan, alsmede de door de maatschappij afgegeven polis. 5.7 Inspectie De maatschappij behoudt zich het recht voor het vaartuig gedurende de looptijd van de verzekering te (laten) inspecteren. De verzekeringnemer is verplicht de maatschappij of een daartoe door haar aangewezen derde in de gelegenheid te stellen een zodanige inspectie uit te voeren. 5.8 Inwerkingtreding Deze verzekeringsvoorwaarden zijn laatstelijk gewijzigd vastgesteld in november 2011 en treden in werking op1 januari 2012.
D E KKI N GS OM S C H R I J V I N G Artikel 6 Verzekeringsgebied De verzekering kan worden afgesloten voor onderstaande vaargebieden en is uitsluitend van kracht binnen het in de polis vermelde vaargebied.
Vaargebied ‘Standaard’ betreft de binnenwateren van Europa tot 20º Oost, 43º Noord en 10º West met uitzondering van Noorwegen, Zweden, Servië, Montenegro, Bosnië-Herzegovina en Spanje. Tevens zijn meeverzekerd de Belgische, Nederlandse en Duitse kustwateren van de Noordzee tot 10 zeemijlen uit de kust van zowel het vasteland als de eilanden met uitzondering van Helgoland, mits de weersomstandigheden het toelaten (verwachte windkracht niet boven 5 Beaufort) en het vaartuig is uitgerust overeenkomstig de algemeen gebruikelijke eisen.
Vaargebied ‘Uitgebreid’ wordt begrensd door 60º Noord, 20º Oost, 43º Noord en 10º West. Uitgesloten van dekking zijn Servië, Montenegro en BosniëHerzegovina.
Vaargebied ‘Totaal’ wordt begrensd door 60º Noord, 30º Oost, 35º Noord en 10º West. Uitgesloten van dekking zijn Servië, Montenegro, Bosnië-Herzegovina, Albanië, Marokko, Algerije en Tunesië.
Vaargebied ‘Standaard Extra’ is als vaargebied ‘Standaard’ plus 15 zeemijlen uit de kust van zowel het vasteland als de eilanden, tot 60º Noord, 20º Oost, 35º Noord en 10º West, inclusief de vaart naar en van Helgoland. Uitgesloten van dekking zijn Servië, Montenegro, Bosnië-Herzegovina en Albanië. Meeverzekerd is de oversteek naar Engeland in het gebied tussen Le Havre/Southampton en Rotterdam/Felixstowe.
De verzekering is verder van kracht, zowel te water als op de wal, binnen het in de polis vermelde vaargebied: a. tijdens transport/vervoer van het verzekerde vaartuig; b. gedurende verblijf in de winterberging; c. tijdens het slepen (alleen in geval van nood) of gesleept worden; d. bij deelname aan wedstrijden, openingstochten of andere soortgelijke tochten; e. tijdens droogzetting en tewaterlating; f. tijdens reparaties, al dan niet droogstaand. Bij frequente deelname aan wedstrijden is een premietoeslag en/of een extra eigen risico verschuldigd.
Artikel 7 Verzekerde gevaren
Artikel 10 Uitsluitingen
Gedurende de looptijd van de verzekering is gedekt schade aan of verlies van (hierna gezamenlijk te noemen ‘schade’) het verzekerde vaartuig door brand, ontploffing, blikseminslag, storm, inbraak, diefstal, vandalisme, joyvaren, verduistering, aanvaring, gronding, stranding en alle andere plotseling van buiten komende onheilen. Verduistering van (onder)delen van het vaartuig is uitgesloten van dekking. Met terzijdestelling van artikel 7:951 (7.17.2.8) B.W. is tevens gedekt schade als gevolg van eigen gebrek. Schade aan de voortstuwingsinstallatie als gevolg van een eigen gebrek daarvan is gedekt, mits de voortstuwingsinstallatie is voorzien van een originele scheepsmotor die ten tijde van de schadegebeurtenis niet ouder is dan 10 jaar. In geval van een niet-originele scheepsmotor of een originele scheepsmotor ouder dan 10 jaar, is schade als gevolg van eigen gebrek uitsluitend gedekt voor zover het eigen gebrek heeft geleid tot aanvaring, gronding, stranding, brand of ontploffing. Schade aan buitenboordmotoren door losraken of overboord vallen is alleen gedekt indien dit een gevolg is van gronding, stranding, aanvaring, brand of ontploffing. Schade aan scheepsuitrusting, inboedel en nautische apparatuur door diefstal of poging daartoe is slechts gedekt na braak aan deugdelijk afgesloten ruimten. De verzekering wordt geacht eerst de inboedel van verzekerde zelf te dekken en daarna, voor zover niet elders verzekerd, de inboedel van andere opvarenden.
Deze verzekering geeft geen dekking indien/in geval van:
Artikel 8 Extra dekkingen In verband met een gedekte schadegebeurtenis wordt tevens vergoeding verleend voor de hierna genoemde kosten: 8.1 Hulp- en bergingslonen Zo nodig boven, maar maximaal tot het verzekerd bedrag van het vaartuig, worden vergoed noodzakelijk gemaakte hulp- en bergingslonen alsmede andere kosten van maatregelen ter voorkoming of vermindering van dreigende schade, mits in redelijkheid en met goedkeuring van de maatschappij gemaakt. 8.2 Kosten van bewaking en vervoer Vergoed worden de kosten van bewaking en vervoer van het vaartuig naar de dichtstbijzijnde herstelplaats indien het vaartuig de herstelplaats niet op eigen kracht kan bereiken. Inclusief de schade wordt voor deze rubriek nooit meer vergoed dan het verzekerd bedrag van het vaartuig. 8.3 Lichtings- en opruimingskosten Zo nodig boven het verzekerd bedrag van het vaartuig, maar maximaal tot € 500.000,- worden vergoed lichtings- en opruimingskosten indien de lichting en/of opruiming door de desbetreffende autoriteiten wordt verlangd.
Artikel 9 Aansprakelijkheid 9.1 Wettelijke aansprakelijkheid Gedurende de looptijd van de verzekering is gedekt de wettelijke aansprakelijkheid van verzekerde voor schade toegebracht aan personen en/of zaken met of door het verzekerde vaartuig alsmede, voor zover meeverzekerd, met of door de volgboot en/of boottrailer. Per schadegebeurtenis wordt, voor alle verzekerden gezamenlijk, tot ten hoogste het op het polisblad vermelde verzekerd bedrag voor aansprakelijkheid vergoed. Niet verzekerd is de aansprakelijkheid voor schade: - toegebracht aan verzekerde, de perso(o)n(en) met wie verzekerde duurzaam in gezinsverband samenwoont en zijn/haar/hun minderjarige kinderen; - toegebracht aan zaken die zich aan boord van het vaartuig bevinden, daarin geladen of daaruit gelost worden; - toegebracht met of door een meeverzekerde boottrailer zolang deze is gekoppeld aan een motorrijtuig of na ontkoppeling daarvan nog niet veilig buiten het verkeer tot stilstand is gekomen. 9.2 Proceskosten Proceskosten en kosten van rechtsbijstand, voortvloeiende uit een gedekte schadegebeurtenis, worden vergoed indien de procedure met toestemming van de maatschappij wordt gevoerd en verzekerde zich laat bijstaan door een door de maatschappij aangewezen raadsman. Boetes worden niet vergoed. 9.3 Borgsom Indien naar aanleiding van een gedekte schadegebeurtenis door een plaatselijk bevoegde overheid een borgsom wordt verlangd ter waarborging van (een) benadeelde derde(n), zal de maatschappij deze verstrekken tot maximaal € 25.000,- per gebeurtenis. Verzekerde is verplicht de maatschappij te machtigen over de waarborgsom te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven, en alle medewerking te verlenen.
10.1 het vaartuig voor zakelijke en/of verhuurdoeleinden wordt gebruikt, tenzij anders op de polis is vermeld; 10.2 het vaartuig wordt gebruikt voor waterskiën, tenzij anders op de polis is vermeld; 10.3 met het vaartuig, anders dan in geval van nood, wordt gesleept; 10.4 de schade en/of de gemaakte kosten (hierna in artikel 10 gezamenlijk te noemen ‘schade’) het gevolg is/zijn van atoomkern- of soortgelijke reacties, aardbeving, vulkanische uitbarsting, alsmede molest waaronder wordt verstaan: gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij van leden van enige gewapende macht; 10.5 de schade het gevolg is van vordering, inbeslagname of verbeurdverklaring door enige overheid; 10.6 de schade is ontstaan door opzet of roekeloosheid van verzekerde; 10.7 de schipper van het verzekerde vaartuig geen houder is van een daarvoor wettelijk vereist vaarbewijs, tenzij de schipper aantoont dat er geen causaal verband bestaat tussen de schadegebeurtenis en het ontbreken van genoemd vaarbewijs. Dit geldt zowel voor schade aan het verzekerde vaartuig als voor schade aan derden; 10.8 schade bestaande uit normale slijtage of schade als gevolg van normale slijtage indien het niet tijdig vervangen van het aan slijtage onderhevige deel aan verzekerde te verwijten is; 10.9 schade bestaande uit of als gevolg van achteruitgang in kwaliteit, zoals bijvoorbeeld veroudering, verrotting, verharding, verwering, corrosie, osmose, delaminatie of materiaalmoeheid; 10.10 indirecte of immateriële schade zoals waardevermindering, kleur- en glansverschil, gebruiksderving, telefoon- en reiskosten, huisvestingskosten, kosten voor ligdagen of overwintering; 10.11 de schade het gevolg is van geleidelijke inwerking van: - licht en/of vocht, - bodem-, water- of luchtverontreiniging, tenzij de geleidelijke inwerking wordt ingezet door een plotselinge hevige uiting van verontreiniging en verzekerde de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet kon voorkomen; 10.12 schade aan gelcoat, huidverf of andere conserveringssystemen van het verzekerde vaartuig, tenzij gelijktijdig ook andere door de verzekering gedekte schade is geleden, waaraan dezelfde schadegebeurtenis ten grondslag ligt; 10.13 de schade het gevolg is van aan verzekerde te verwijten onvoldoende zorg voor en/of onderhoud van de verzekerde zaken. Toelichting op artikel 10.13 Van onvoldoende zorg en/of onderhoud is onder meer (niet limitatief ) sprake bij: - het ontstaan van schade na gebruik van alcohol en/of bedwelmende middelen; - het niet, niet tijdig of niet effectief uitvoeren van onderhoud aan de verzekerde zaken; - het niet of onvoldoende beschermen van de verzekerde zaken tegen vorst, storm of andere (weers)omstandigheden; - het varen in ijs, terwijl verzekerde bekend was of bekend had kunnen zijn met de aanwezigheid van ijs in het desbetreffende vaarwater; - het niet verwijderen en opbergen in een deugdelijk afgesloten ruimte van zeilen, buiskappen, huiken en dergelijke buiten het vaarseizoen; - het niet in een deugdelijk afgesloten ruimte opbergen van losse zaken; - het niet van boord verwijderen van nautische apparatuur, waardevolle inboedel, volgboten en buitenboordmotor buiten het vaarseizoen, tenzij dit praktisch en redelijkerwijs niet uitvoerbaar is; - het achterlaten van een boottrailer, al dan niet met een vaartuig, terwijl deze niet is beveiligd door zowel een SCM goedgekeurde wielklem als een SCM goedgekeurd koppelingslot; - het niet afdoende beveiligen van een al dan niet met bouten door de spiegel gemonteerde buitenboordmotor met een deugdelijk slot; - het niet beveiligen van het staartstuk van een hekaandrijving door middel van een daartoe bestemd moerslot;
SC HADE - het niet of onvoldoende beperken van het diefstalrisico door bijvoorbeeld het ontbreken van direct toezicht of een deugdelijke beveiliging. In geval van diefstal van volgboten, open toerboten, rubberboten, sloepen en snelvarende open motorboten, is sprake van onvoldoende zorg als verzekerde niet kan aantonen dat wanneer: - het vaartuig buiten direct toezicht (van verzekerde of andere belanghebbenden) was geplaatst of; - het vaartuig niet in een deugdelijk afgesloten ruimte was geplaatst; deze was verankerd door middel van een ketting van gehard staal of een staalkabel met een dikte van tenminste 10 millimeter en een slot van gehard staal verbonden met een vast punt aan de wal. N.B. Een ruimte, afgesloten met een dekzeil of kuiptent, wordt niet als een deugdelijk afgesloten ruimte beschouwd. Onder een deugdelijk slot wordt verstaan een slot van gehard staal. Onder vaarseizoen wordt verstaan de periode van 1 maart tot 1 november.
Artikel 11 Verplichtingen verzekerde Verzekerde is verplicht: a. zodra een schadegebeurtenis zich dreigt voor te doen dan wel zich reeds voordoet, alle mogelijke maatregelen te nemen om schade te voorkomen of te verminderen; b. zodra hij hiervan op de hoogte is of behoort te zijn, de maatschappij zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is, in te lichten over iedere gebeurtenis waaruit voor de maatschappij een verplichting tot schadevergoeding kan ontstaan; c. de maatschappij zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is alle van belang zijnde gegevens en bescheiden te verstrekken; d. de aanwijzingen van de maatschappij en/of de door de maatschappij aangestelde expert op te volgen; e. volledige medewerking te verlenen aan de schaderegeling en zich te onthouden van alles wat de belangen van de maatschappij zou kunnen schaden; f. zich, zonder voorafgaande toestemming van de maatschappij, te onthouden van het in beginsel of in omvang erkennen van een tegen hem ingestelde vordering tot schadevergoeding, deze af te wijzen of door betaling af te doen; g. bij ongevallen met lichamelijk letsel of met dodelijke afloop onmiddellijk de maatschappij per telefoon op de hoogte te stellen; h. in geval van diefstal, inbraak of poging daartoe, vandalisme, verduistering of vermissing, onmiddellijk na ontdekking hiervan aangifte te doen bij de bevoegde politie-instantie en het hiervan opgemaakte proces-verbaal aan de maatschappij te zenden; i. in geval van diefstal, verduistering en/of vermissing van de verzekerde za(a)k(en) mee te werken aan eigendomsoverdracht hiervan aan de maatschappij. De maatschappij is niet eerder tot uitkering verplicht dan nadat de eigendomsoverdracht is voltooid. Indien de verzekerde za(a)k(en) nadien worden teruggevonden, heeft verzekerde het recht het eigendom hiervan terug te krijgen tegen terugbetaling van de terzake aan hem/haar gedane uitkering. Indien de maatschappij in een voorkomend geval aan de schade-uitkering niet de voorwaarde van eigendomsoverdracht heeft gesteld, is verzekerde in geval van terugverkrijging verplicht naar keuze zijn/haar eigendomsrecht aan de maatschappij over te dragen dan wel de uitkering aan haar te restitueren. j. alle eerste meldingen binnen 14 dagen te laten volgen door een zo volledig mogelijke en ondertekende schriftelijke verklaring omtrent de oorzaak, toedracht en omvang van de schade. De maatschappij kan schadevergoeding geheel of gedeeltelijk weigeren indien verzekerde één of meer van bovengenoemde verplichtingen niet is nagekomen waardoor de belangen van de maatschappij zijn geschaad.
Artikel 12 Schaderegeling 12.1 De maatschappij is belast met de schaderegeling en schadevaststelling. Voor zover zij dit wenselijk en nodig acht, benoemt de maatschappij, voor haar rekening, een expert om de schade op te nemen, de reparatie te controleren en al die maatregelen te nemen, die voor een goede afwikkeling van de schade nodig zijn. De expert heeft de bevoegdheid om, desgewenst in overleg met verzekerde, met de reparateur het schadebedrag te begroten en af te maken. Bij verschil van mening over het schadebedrag heeft verzekerde het recht op eigen kosten zelf ook een expert te benoemen. Indien beide experts niet tot overeenstemming komen, benoemen zij gezamenlijk een derde expert (arbiter) die binnen de grenzen van beide taxaties een bindende uitspraak zal doen. De kosten van de arbiter worden door partijen elk voor de helft gedragen. 12.2 De reparaties worden uitgevoerd in opdracht en voor rekening van verzekerde. Tenzij anders is overeengekomen, is de maatschappij niet eerder tot schadevergoeding verplicht dan nadat de schade deugdelijk is hersteld en de originele reparatienota(‘s) aan de maatschappij is/zijn overlegd. 12.3 Vergoeding van de schade vindt plaats uit de aanwezige kasmiddelen binnen vier weken nadat alle, op de schadegebeurtenis betrekking hebbende, bescheiden door de maatschappij zijn ontvangen tenzij de maatschappij een nader onderzoek nodig acht. 12.4 D e maatschappij heeft het recht om in geval van diefstal, verduistering en/of vermissing gedurende een periode van zes weken na de melding hiervan het resultaat van de opsporingswerkzaamheden af te wachten alvorens tot enige vergoeding over te gaan. 12.5 D e maatschappij heeft het recht benadeelde derden rechtstreeks schadeloos te stellen of met hen alsmede met hulpverleners naar eigen inzicht schikkingen te treffen.
VAARTUIGENHULP Artikel 13 Schadevergoeding 13.1 Partiële schade Indien een schade gerepareerd kan worden en er geen sprake is van een totaal verlies, vergoedt de maatschappij, in afwijking van hetgeen hieromtrent in de wet is geregeld, de reparatiekosten. Is het vaartuig niet ouder dan 10 jaar, dan wordt bij vervanging van onderdelen geen aftrek wegens veronderstelde verbetering toegepast, tenzij sprake is van vervanging van zeilen, tuigage, dekzeilen, buiskappen, cabrioletkappen en daarmee vergelijkbare zaken alsmede buitenboordmotoren. Bij vaartuigen ouder dan 10 jaar wordt bij vervanging van onderdelen rekening gehouden met een redelijke aftrek wegens veronderstelde verbetering. Het arbeidsloon wordt volledig vergoed, tenzij naar het oordeel van de expert het desbetreffende onderdeel zich in een zodanige staat bevindt, dat reparatie, ook zonder het plaatsvinden van de schadegebeurtenis, niet meer achterwege had kunnen blijven. In geval van schade aan gelcoat, huidverf of andere conserveringssystemen wordt ongeacht de leeftijd een aftrek wegens veronderstelde verbetering toegepast op zowel materiaalkosten als arbeidsloon. In geval van schade aan voortstuwingsinstallaties en aggregaten/generatoren wordt maximaal de dagwaarde onmiddellijk vóór de schadegebeurtenis vergoed onder aftrek van een eventuele restwaarde. Vergoeding van schade aan inboedel vindt plaats op basis van nieuwwaarde, tenzij de dagwaarde van de desbetreffende zaken onmiddellijk voor de schadegebeurtenis minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde. In dat geval wordt de dagwaarde vergoed. Een eventuele restwaarde wordt op de vergoeding in mindering gebracht. Indien reparatie voor een lager bedrag dan de dagwaarde mogelijk is, wordt dit lagere bedrag vergoed. Vergoeding van schade aan nautische apparatuur, volgboot of boottrailer vindt plaats op basis van dagwaarde tenzij reparatie mogelijk is voor een lager bedrag. In dat geval wordt dit lagere bedrag vergoed. Een eventuele restwaarde wordt op de dagwaardevergoeding in mindering gebracht. Voor inboedel, nautische apparatuur, volgboot of boottrailer bedraagt het op het aanvraagformulier, of nadien separaat, opgegeven verzekerd bedrag de maximale vergoeding onder aftrek van een eventuele restwaarde. Noodreparaties komen alleen voor vergoeding in aanmerking indien de noodreparatie met vooraf verkregen toestemming van de maatschappij is uitgevoerd. 13.2 Totaal verlies Er is sprake van een totaal verlies van het vaartuig wanneer: - reparatie niet mogelijk is, - het vaartuig gestolen of verduisterd is en terugverkrijging binnen redelijke termijn niet te verwachten is (zie artikel 12.4); - in afwijking van hetgeen hieromtrent in de wet geregeld is, de reparatiekosten meer bedragen dan 75% van het verzekerd bedrag én de reparatiekosten vermeerderd met de restwaarde van het vaartuig met toebehoren meer bedragen dan het verzekerd bedrag. In geval van totaal verlies van het vaartuig met toebehoren, vergoedt de maatschappij het verzekerd bedrag verminderd met de waarde van de restanten, mits de vastgestelde dagwaarde van het vaartuig met toebehoren, onmiddellijk vóór de schadegebeurtenis niet minder bedraagt dan 75% van het verzekerd bedrag. Bedraagt de dagwaarde minder dan 75% van het verzekerd bedrag, dan vergoedt de maatschappij de vastgestelde dagwaarde verminderd met de waarde van de restanten. 13.3 Eigen risico Een eventueel overeengekomen eigen risico geldt bij iedere schadegebeurtenis waarbij schade aan het verzekerde vaartuig ontstaat. Ook bij een dagwaardeuitkering is het eigen risico van toepassing. Tenzij anders overeengekomen, geldt het eigen risico niet in geval van schade aan derden (wettelijke aansprakelijkheid).
Artikel 14 Begripsomschrijvingen In deze rubriek wordt, in aanvulling op of in afwijking van hetgeen elders in deze verzekeringsvoorwaarden is bepaald, verstaan onder: 14.1 verzekerden - de eigenaar van het vaartuig; - de schipper van het vaartuig en zijn eventuele reisgenoten; - de bestuurder van het vervoermiddel waarachter de boottrailer en het vaartuig worden vervoerd en zijn eventuele reisgenoten. 14.2 alarmcentrale De door de maatschappij aangewezen instantie die belast is met de uitvoering van de dekking volgens de rubriek ‘vaartuigenhulp’ en als zodanig aan verzekerde bekend is gemaakt. Zie ook artikel 15.4. 14.3 uitvallen van het vaartuig Het niet kunnen vervolgen van de vaart over geschikte vaarwegen door: - schade aan of verlies van het vaartuig door onverschillig welke onzekere gebeurtenis, ook als gevolg van eigen gebrek (een en ander met terzijdestelling van artikel 7:951 (7.17.2.8) B.W.) of bestaande in het eigen gebrek van het vaartuig; - blokkering van de vaarwegen naar de reguliere ligplaats. 14.4 uitvallen van het vervoermiddel of de boottrailer Onder het uitvallen van het vervoermiddel of de boottrailer, waarachter respectievelijk waarop het vaartuig tijdens de reis is meegenomen, wordt verstaan het niet kunnen vervolgen van de reis door: - schade aan of verlies van het vervoermiddel of de boottrailer door brand, diefstal, joyriding, ontploffing, zelfontbranding of een andere onzekere gebeurtenis ook als gevolg van eigen gebrek; - een plotseling optredend defect aan het vervoermiddel (mits dit niet ouder is dan 60 maanden) of aan de boottrailer, ook als gevolg van eigen gebrek; - bergstorting, lawine, overstroming of een andere natuurramp in het buitenland. 14.5 uitvallen van de schipper/bestuurder Van het uitvallen van de schipper/bestuurder is sprake als deze tijdens de reis ten gevolge van ziekte of ongeval, op grond van medisch advies, geacht moet worden niet in staat te zijn de besturing van het vaartuig/het vervoermiddel voort te zetten, terwijl herstel binnen redelijke tijd niet te verwachten is en de overige aanwezige verzekerden niet in staat of bevoegd zijn de besturing over te nemen.
Artikel 15 Dekking 15.1 Vervoer vaartuig Gedekt zijn de kosten van door de alarmcentrale georganiseerd vervoer van het vaartuig en de bagage, vanaf een ligplaats aan de wal, naar de reguliere ligplaats of dichtstbijzijnde reparatieplaats, als gevolg van het uitvallen van het vaartuig of het uitvallen van het vervoermiddel of de boottrailer. Dit zal niet plaatsvinden als de kosten van het vervoer hoger zijn dan de dagwaarde van het vaartuig op dat moment. Als om deze reden besloten wordt het vaartuig in het buitenland achter te laten, bestaat recht op vergoeding van de kosten van organisatie door de alarmcentrale van invoer of vernietiging van het vaartuig in het betrokken land. De douaneheffingen en kosten van vernietiging van het vaartuig zijn in dat geval ook gedekt. 15.2 Vervangende schipper/bestuurder Gedekt zijn de kosten van het inzetten door de alarmcentrale van een vervangende schipper/bestuurder wanneer de schipper/bestuurder is uitgevallen. De vervangende schipper/bestuurder zal het vaartuig/het vervoermiddel en de bagage tezamen met de verzekerden, voor zover voor hen plaats is, terugvaren dan wel terugrijden naar de reguliere ligplaats. De hieruit voortvloeiende kosten (het honorarium en de reis- en verblijfskosten van de vervangende schipper/bestuurder) zijn gedekt, met uitzondering van motorbrandstofkosten, sluis-, haven-, tolgelden en andere soortgelijke kosten. 15.3 Toezending onderdelen Gedekt zijn de kosten van toezending door de alarmcentrale van onderdelen die ter plekke niet of niet op korte termijn verkrijgbaar zijn. De kosten van aankoop van de bestelde onderdelen, douaneheffingen en eventuele retourvracht zijn voor rekening van verzekerde, voor zover zij niet vallen onder de dekking van deze verzekering.
15.4 Taakvervulling alarmcentrale De alarmcentrale zal haar diensten verlenen in goed overleg met de verzekerden, hun familieleden of zaakwaarnemers, binnen redelijke termijn en voor zover overheidsvoorschriften of andere externe omstandigheden dat niet onmogelijk maken. Zij is vrij in de keuze van degenen die voor de hulpverlening worden ingeschakeld. De alarmcentrale zal namens de verzekerde of hun zaakwaarnemers in hun naam verbintenissen aangaan. De alarmcentrale heeft het recht vooraf de nodige financiële garanties te verlangen, voor zover de kosten die voortvloeien uit de verlening van haar diensten niet door deze verzekering worden gedekt. Wanneer hieraan niet wordt voldaan, vervalt zowel de verplichting van de alarmcentrale om de vervangende diensten te verlenen, alsook de in verband daarmee anders bestaande dekking volgens de rubriek ‘Vaartuigenhulp’. De alarmcentrale is, behalve voor eigen tekortkomingen en fouten, niet aansprakelijk voor schade die een gevolg is van fouten of tekort komingen van derden, onverlet de eigen aansprakelijkheid van deze derden.
Artikel 16 Uitsluitingen Geen uitkering of hulp wordt verleend bij het uitvallen van het vaartuig, het vervoermiddel of de boottrailer als gevolg van: - een defect dat op eenvoudige wijze is te verhelpen of te voorkomen, bijvoorbeeld een lege brandstoftank of een lekke band; - onvoldoende onderhoud en/of overbelasting van het vaartuig, het vervoermiddel of de boottrailer. Geen uitkering of hulp wordt verleend voor schade ontstaan: - terwijl de bestuurder een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid heeft; - terwijl de bestuurder niet in het bezit is van een geldig voor het vervoermiddel wettelijk voorgeschreven rijbewijs.
Artikel 17 Schaderegeling In aanvulling op artikel 11 is verzekerde verplicht: - in geval van uitval van het vaartuig, het vervoermiddel, de boottrailer of de schipper/bestuurder, of in andere noodsituaties zich zo spoedig mogelijk in verbinding te stellen met de alarmcentrale en haar te voorzien van alle relevante inlichtingen;
Het telefoonnummer van de alarmcentrale staat vermeld op een door de maatschappij uit te reiken verzekeringspas. Deze verzekeringspas dient zorgvuldig bewaard te worden.
- in geval van uitval van het vaartuig, het vervoermiddel, de boottrailer of de schipper/bestuurder mee te werken aan het verkrijgen van een door de alarmcentrale verlangde machtiging van de eigenaar van het vaartuig, het vervoermiddel of de boottrailer; - er voor te zorgen dat er tijdig en vrijelijk over het vaartuig, het vervoermiddel of de boottrailer kan worden beschikt. Indien en voor zover dit niet het geval is, komen de daardoor gemaakte kosten voor rekening van de verzekerde. Als vrije beschikking over het vaartuig, vervoermiddel of de boottrailer wordt verhinderd door het niet betaald zijn van rekeningen en dergelijke, is de verzekerde verplicht de alarmcentrale hierover nauwkeurig in te lichten en haar in het bezit te stellen van de nodige geldmiddelen tot betaling hiervan. De alarmcentrale is pas nadat hieraan is voldaan verplicht tot het verlenen van hulp. De maatschappij is pas verplicht tot vergoeding van schade, onder aftrek van eventuele besparingen, nadat de originele nota’s zijn overlegd. Zowel ten aanzien van het plaatsvinden van de verzekerde gebeurtenissen, als ten aanzien van de daaruit voortvloeiende schade, kosten en dergelijke, rust de bewijslast op de verzekerde. Hij/zij is verplicht de originele schriftelijke verklaringen van de politie, artsen, reparateurs en dergelijke te overleggen.
SON scheepsverzekeringen is onderdeel van TVM particulier N.V. | KvK nr. 04078531 | AFM nr. 12008146 Correspondentieadres Postbus 8095 9702 KB Groningen E-mail:
[email protected] Internet: www.son.nl
Bezoekadres Schweitzerlaan 4 9728 NP Groningen Tel. (050) 525 55 00 Fax (050) 525 55 15
Vestiging Ridderkerk Boelewerf 46 2987 VE Ridderkerk Tel. (0180) 48 72 27 Fax (0180) 48 72 28