Protocol Cameratoezicht & burenbelsysteem Johan Huizingalaan
Slotervaart juli 2008
Stadsdeel Slotervaart Gemeente Amsterdam
Inhoudsopgave 1. ALGEMEEN:........................................................................................................................................................ 3 DOELSTELLING PROJECT: ....................................................................................................................................... 3 OPZET VAN HET PROJECT: ...................................................................................................................................... 3 2 ORGANISATIE EN VERANTWOORDELIJKHEDEN................................................................................ 4 3. ORGANISATIE REGIEKAMER ...................................................................................................................... 4 VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN ................................................................................................................................ 4 BEZETTING VAN EN TOEGANG TOT DE REGIEKAMER ............................................................................................. 5 4. PROCEDURES ROND GEBRUIK CAMERASYSTEEM............................................................................. 5 GEBRUIK CAMERA’S DOOR TOEZICHTHOUDERS/ POLITIE....................................................................................... 5 GEBRUIK VAN GEREGISTREERDE BEELDEN DOOR POLITIE ..................................................................................... 5 ADMINISTRATIEVE ASPECTEN BIJ DE POLITIE/ TOEZICHTHOUDERS ....................................................................... 6 5 PROCEDURES ROND GEBRUIK BURENBELSYSTEEM......................................................................... 6 GEBRUIK BURENBELSYSTEEM DOOR WINKELIERS ................................................................................................. 6 6 INCIDENTOPVOLGING ................................................................................................................................... 6 PROCEDURE BIJ EEN INCIDENT ............................................................................................................................... 6 ADMINISTRATIEVE ASPECTEN ................................................................................................................................ 7 7 PROCEDURES BEHEER STADSDEEL ........................................................................................................ 7 PROCEDURE BEHANDELING GEREGISTREERDE BEELDEN ....................................................................................... 7 PROCEDURE OVERDRACHT BEELDEN AAN POLITIE EN JUSTITIE ............................................................................. 7 PROCEDURE OVERDRACHT AAN ANDEREN DAN POLITIE/ JUSTITIE ........................................................................ 7 ADMINISTRATIEVE ASPECTEN STADSDEEL/ PARTICULIERE BEVEILIGINGSBEDRIJF ............................................... 7 8 PERSONELE AANGELEGENHEDEN............................................................................................................ 8 9 PERIODIEKE CONTROLES ............................................................................................................................ 8 10 AFSTEMMING EN VERANTWOORDING .................................................................................................. 9
2
1. Algemeen: 1.1 Dit protocol behandelt regels, procedures en handelingen die uitgevoerd moeten worden door degenen die verantwoordelijk zijn voor het camerasysteem in combinatie met het burenbelsysteem. 1.2 Begripsomschrijvingen: Camerasysteem: alle elementen die nodig zijn voor het cameratoezicht, zoals bekabeling, kasten, de smartcamera en bevestigingen, monitoren en opnameapparatuur. Burenbelsysteem: systeem waarbij ondernemers op een ‘overvalknop’ kunnen drukken waarna er een bericht gaat naar de Particuliere Alarmcentrale maar ook de aangesloten buurondernemers. Particuliere Alarmcentrale (PAC): hier komen de meldingen van de ondernemers binnen. Na verificatie van de melding besluit de particuliere alarmcentrale welke partij ingeschakeld dient te worden (politie of niemand in het geval van een ‘valse’ melding). Incident: een strafbaar feit dat valt onder de cameradoelstelling. Rechtstreeks bekijken: rechtstreekse observatie van de gebeurtenissen op de locaties waar de camera’s hangen via de monitoren. Regiekamer: de ruimte waar de monitoren zijn geplaatst, veiligheidssteunpunt Delflandplein: Overschiestraat 1. De beheerder: stadsdeel Slotervaart. 1.3 De gemeente Amsterdam, stadsdeel Slotervaart is eigenaar van alle informatie die betrekking heeft op het camerasysteem 1.4 Indien een situatie zich voordoet waarin dit protocol niet voorziet, dan moet contact worden opgenomen met de veiligheidscoördinator voor beheerszaken en met de Officier van Justitie voor opsporingszaken.
Doelstelling project: Het tegengaan van de toenemende overlast, criminaliteit en in het bijzonder het tegengaan van de veelvuldige overvallen bij de ondernemers aan de Johan Huizingalaan.
Opzet van het project: De plaatsing van een camera op de kruising van de Johan Huizingalaan en Pieter Calandlaan is een aanvulling op het huidige cameratoezicht. Hierdoor kan gebruik worden gemaakt van de bestaande infrastructuur om beelden live uit te lezen en opvallende situaties door te geven aan beveiligingsinstanties zoals de politie, Parcon en SAOA (Stichting Aanpak Overlast Amsterdam). De camera wordt aangesloten op een burenbelsysteem. Dit betekent dat door een ondernemer met behulp van een draadloze overvaldrukker een signaal kan worden gestuurd naar de meldkamer voor het cameratoezicht. In deze melding staat de locatie van de vestiging van de alarmerende ondernemer genoemd en met deze gegevens kan de camera automatisch inzoomen op het vestigingsadres van de ondernemer. De zoomoptie van de camera in combinatie met het burenbelsysteem biedt de politie de mogelijkheid om te beschikken over bruikbare beelden van de daders van het incident. De camera zoomt automatisch in op het vestigingsadres van de ondernemer. Deelnemende partijen: • Stadsdeel • Politie • Particulier beveiligingsbedrijf • PAC particuliere alarmcentrale • Ondernemers:
3
Ondernemer
Locatie: Johan Huizingalaan
Etos Zenzero Meck en Holt Bart Smit Blokker Yurttas & Yurttas Gouden Schaar Komfortours Airbrokers
179 181 185 187 189 191 193-195
2 Organisatie en verantwoordelijkheden 2.1 Het camerasysteem in combinatie met het burenbelsysteem functioneert onder verantwoordelijkheid van de burgemeester van Amsterdam en onder de gedelegeerde verantwoordelijkheid van de stadsdeelvoorzitter van Slotervaart. 2.2 Het stadsdeel is de eigenaar van het camerasysteem. De politie heeft de operationele regie. 2.3 De veiligheidscoördinator van de sector Welzijn, Onderwijs en Veiligheid van het stadsdeel is verantwoordelijk voor het beheer van het camerasysteem en het burenbelsysteem. Tot diens taken behoren onder andere: toezicht houden op de bescherming van de persoonsgegevens en zorg dragen voor een driemaandelijkse rapportage aan het stadsdeelbestuur en een jaarlijkse rapportage aan de stadsdeelraad. 2.4 Parcon, onderdeel van het beveiligingsbedrijf Group 4 Securicor, is verantwoordelijk voor het dagelijks ‘praktisch beheer’ van de camera´s. Tot de taken van Parcon behoren: het adequaat en veilig handelen met betrekking tot de geregistreerde beelden; het bijhouden van het logboek (register); zorg dragen voor een adequate bezetting van de regiekamer op de in de projectovereenkomst afgesproken tijden; zorg dragen van een adequate werking van de smartcamera in combinatie met het burenbelsysteem. 2.5 De wijkteamchef van het politiebureau August Allebéplein is verantwoordelijk voor de tactische opsporingsaspecten van het cameratoezicht. Daarnaast dient de wijkteamchef zorg te dragen voor: een adequate ruimte voor de monitoren waarop de beelden te zien zijn; een adequate afhandeling van meldingen waarbij inzet van de politie gewenst is. 2.6 Alle beelden en schriftelijke gegevens worden (digitaal) beveiligd bewaard. 2.7 De opzet, vormgeving en context van elk register moet voor gebruik goedgekeurd zijn door de veiligheidcoördinator van het stadsdeel. Elk register moet door de cameratoezichthouders gebruikt worden zoals bepaald door de gemeente Amsterdam, stadsdeel Slotervaart.
3. Organisatie regiekamer Veiligheidsvoorzieningen 3.1 Het stadsdeel zorgt ervoor dat de camera-infrastructuur vandalismebestendig is. De geregistreerde beelden worden gedurende een periode van maximaal 28 dagen bewaard op de harde schijf van de computerapparatuur die is aangesloten op het camerasysteem. Onbevoegden hebben geen toegang tot de apparatuur.
4
3.2 Alleen door de beheerder toegewezen functionarissen hebben toegang tot de geregistreerde beelden. 3.3 De coördinator van het veiligheidssteunpunt Delflandplein zorgt ervoor dat de monitoren zodanig in de regiekamer zijn opgesteld dat ze goed afgeschermd zijn voor anderen dan toezichthouders en politiefunctionarissen. De monitoren kunnen niet worden ingeschakeld door onbevoegden.
Bezetting van en toegang tot de regiekamer 3.4 In de regiekamer is altijd een toezichthouder aanwezig op het moment dat de beelden worden bekeken. 3.5 Alleen met toestemming van de coördinator van de politie kunnen niet-geautoriseerde personen toegang krijgen tot de regiekamer. De veiligheidscoördinator heeft, als het gaat om zaken in relatie tot het cameraproject, altijd toegang tot de regiekamer. 3.6 Op de momenten dat rechtstreeks cameratoezicht plaatsvindt, worden alle bezoeken van niet-toezichthouders of niet-politiefunctionarissen vastgelegd in het register. 3.6 De regiekamer is in beginsel geopend op de momenten waarop rechtstreeks toezicht plaatsvindt. Daarbuiten worden er alleen noodzakelijke handelingen verricht.
4. Procedures rond gebruik camerasysteem Gebruik camera’s door toezichthouders/ politie 4.1 De camera’s en monitoren worden bediend door toezichthouders die ingehuurd zijn door het stadsdeel. Het camerasysteem is 24 uur per dag zeven dagen per week ingeschakeld. De beelden worden dagelijks tussen 08:00 uur en 24:00 uur (behalve op zondag) live bekeken door de toezichthouders. Wanneer de toezichthouders tijdens het rechtstreeks toezicht een incident waarnemen of zien ontstaan, melden zij dat aan de wachtcommandant. Deze bepaalt of de melding navolging verdient. 4.2 Wanneer bij het veiligheidsteunpunt aan het Delflandplein een melding binnenkomt van een mogelijk incident op tijdstippen dat het camerasysteem niet is ingeschakeld, dan mogen –na toestemming van de veiligheidscoördinator– de monitoren alsnog worden ingeschakeld.
Gebruik van geregistreerde beelden door politie 4.4 De politie beperkt zich tot het kijken van die beelden die betrekking hebben op het aan de orde zijnde incident. 4.5 De politie kan afdrukken maken van de beelden ten behoeve van opsporingsonderzoek. De politie kan werkkopieën maken voor eigen gebruik. 4.6 De politie gebruikt de geregistreerde beelden en afdrukken als bewijsmateriaal volgens de regels van het Wetboek van Strafvordering en de jurisprudentie over ‘video’ bewijs. 4.7 De politie is verantwoordelijk voor misbruik of inbreuk op de veiligheid en privacy na ontvangst van de opgeslagen beelden door de beheerder. 4.8 De politie behandelt de opgeslagen beelden die door de beheerder zijn vrijgegeven zodanig dat de “continuïteit van het bewijs” gewaarborgd is. 4.9 Na afloop van een gerechtelijke procedure, waarbij opgeslagen beelden als bewijsmateriaal hebben gediend, vernietigt de politie de beelden.
5
Administratieve aspecten bij de politie/ toezichthouders 4.10 Als een incident plaatsvindt waarbij het camerasysteem is ingeschakeld, dan moet met betrekking tot het betreffende incident in het register worden genoteerd: De naam van de cameratoezichthouder. De naam van de beheerder die de beelden vrijgeeft (of hulpofficier van justitie die bepaalt of de beelden mogen worden vrijgegeven). Begin- en eindtijd van het incident. De reden om de beelden op te slaan, de monitoren in te schakelen.
5 Procedures rond gebruik burenbelsysteem Gebruik burenbelsysteem door winkeliers 5.1 De noodknop dient door de ondernemers alleen gebruikt te worden in het geval van een overval of een ernstig bedreigende situatie. Onder een ernstig bedreigende situatie wordt het volgende verstaan: een situatie waarbij sprake is van levensgevaar van de ondernemer, zijn personeel of andere personen. 5.2 Het stadsdeel zal een informatieavond organiseren voor de betrokken ondernemers. Tijdens deze informatieavond zal het stadsdeel, de politie en de leverancier van het systeem de ondernemers inlichten worden over de werking van het systeem. Daarnaast zullen de ondernemers geïnstrueerd worden over de wijze waarop zij dienen om te gaan met dit systeem.
6 Incidentopvolging Procedure bij een incident 6.1 Wanneer de ondernemer zich genoodzaakt ziet de noodknop in te drukken gaan bij alle zeven winkeliers de semafoons af en kunnen de winkeliers zien om welke winkel het gaat. 6.2 Als de PAC een melding ontvangt reageert zij direct door in eerste instantie de ondernemer te bellen om de melding te verifiëren. 6.3 Indien de melding ‘onecht’ is zal de ondernemer zich met een persoonlijke afmeldcode afmelden. Hierbij zal er verder geen actie worden ondernomen. 6.4 Indien de ondernemer niet reageert op het telefoontje van de PAC, gaat de PAC er altijd vanuit dat het om een werkelijke melding gaat en zullen zij actie ondernemen door de politie in te schakelen. 6.5 Als bij verificatie blijkt dat het daadwerkelijk gaat om een overval, dan zal het PAC direct de meldkamer van de politie Amsterdam op de hoogte stellen. 6.6 Indien er sprake is van een ernstig bedreigende situatie, niet zijnde een overval, dan zal het PAC direct de meldkamer van de politie Amsterdam op de hoogte stellen. De meldkamer regelt inzet en informeert het wijkteam op het August Allebéplein. 6.7 Als bij verificatie blijkt dat het gaat om samenscholing/ overlast van jongeren dan zal PAC het wijkteam van de politie inschakelen die de melding door zal zetten naar SAOA.
6
Administratieve aspecten 6.8 De PAC dient alle ingekomen meldingen te registreren. Deze registraties dienen te zijn voorzien van datum en tijdstip, soort melding en ondernomen actie. 6.9 De veiligheidscoördinator van het stadsdeel ontvangt maandelijks een uitdraai van dit rapport.
7 Procedures beheer stadsdeel Procedure behandeling geregistreerde beelden 7.1 Eventueel opgeslagen beelden dienen na maximaal 28 dagen weer gewist te worden wanneer gebleken is dat de beelden niet noodzakelijk zijn als bewijsmateriaal 7.2 Opgeslagen beelden worden nauwkeurig in het register genoteerd door de cameratoezichthouders van het veiligheidssteunpunt Delflandplein. Datum en tijdstip worden genoteerd alsmede het referentienummer dat gebruikt wordt bij het opslaan van de beelden. De cameratoezichthouder zet een paraaf achter de gegevens.
Procedure overdracht beelden aan politie/ justitie 7.3 Wanneer de wijkteamchef August Allebéplein of de Officier van Justitie verzoekt om het vrijgeven van vastgelegde beelden, dan geeft de beheerder van de beelden opdracht tot het maken van een kopie van de beelden. 7.4 De veiligheidscoördinator van het stadsdeel geeft de beelden vrij. De functionaris die de beelden meeneemt als bewijsmateriaal tekent hiervoor in het register.
Procedure overdracht aan anderen dan politie/ justitie 7.5 Advocaten die iemand verdedigen die op geregistreerde beelden te zien is hebben recht op een kopie van de betreffende beelden. Het verzoek om die beelden dient gedaan te worden via de Officier van Justitie. De beheerder van de beelden stelt de beelden beschikbaar na een schriftelijk verzoek van justitie. De procedure voor het omgaan met beelden is hetzelfde als in 7.4 en 7.5 is beschreven.
Administratieve aspecten stadsdeel/ particuliere beveiligingsbedrijf 7.6 Iedere keer bij het inschakelen van de apparatuur wordt de apparatuur op werking en correcte tijdweergave gecontroleerd. Ook wordt nagegaan of er meldingen zijn van mankementen. 7.7 Van alle handelingen genoemd in 7.1 tot en met 7.6 wordt in de regiekamer een register bijgehouden. Daarin wordt vermeld: het unieke referentienummer van de vastgestelde beelden; de naam van de behandelend functionaris(sen) en paraaf; de aard van de handeling; datum en tijdstip van de uitvoering van de handeling; het register wordt elke twee weken besproken door de begeleidingscommissie en iedere maand vernieuwd. De afgesloten registers worden bewaard in een beveiligde ruimte. 7.8 Alle systeemfouten en mankementen aan de apparatuur (voor zowel het camerasysteem als het burenbelsysteem) worden zo snel mogelijk gemeld aan de leverancier/ installateur van de apparatuur. Van elke fout wordt in het register (onderdeel mankementen en systeemfouten) bijgehouden: omschrijving van fout en soort apparatuur; datum en tijdstip van de constatering van de fout en van de melding aan de leverancier/ installateur;
7
datum en tijd van het herstel van de fout; de melding wordt ook zo spoedig mogelijk doorgegeven aan het stadsdeel. Kopieën van de melding dienen te worden bewaard.
8 Personele aangelegenheden 8.1 De politie, de door het stadsdeel ingehuurde beveiligingsbedrijf en het stadsdeel zorgen ervoor dat de toezichthouders en het meldkamerpersoneel van de politie goed geïnstrueerd zijn voordat ze plaatsnemen in de regiekamer. De instructie houdt in: gebruik van de apparatuur; observatietechnieken; procedures rondom het registreren en de geregistreerde beelden; omgaan met bewijsmateriaal; oefeningen van praktijksituaties. De politie, het stadsdeel en het door het stadsdeel ingehuurde beveiligingsbedrijf zorgen ervoor dat, wanneer het proefproject wordt verlengd dan wel uitgebreid, de toezichthouders en het personeel van de meldkamer na een jaar een ‘opfrissinginstructie’ krijgen om zodoende te zorgen voor een optimale uitvoering van de werkzaamheden. Aan een ieder die met het camerasysteem en burenbelsysteem werkt wordt een genummerde versie van dit protocol verstrekt. In de regiekamer is altijd een kopie van het protocol aanwezig. 8.2 Aan een politiefunctionaris of de coördinerende medewerker van het door het stadsdeel ingehuurde beveiligingsbedrijf kan worden gevraagd ter rechtszitting te verschijnen en een getuigenis af te leggen. Wanneer opgeslagen beelden als bewijsmateriaal ter rechtszitting worden gebruikt kan het noodzakelijk zijn dat een politiefunctionaris die aanwezig is in de regiekamer een ondersteunende verklaring afgeeft over datgene dat via de monitoren waargenomen is. Normaal gesproken kan een verklaring worden afgegeven door personen die: het incident gezien hebben; de beelden opgeslagen hebben; kopieën van de beelden hebben gemaakt. 8.3 De functieomschrijving van de toezichthouders, de politiefunctionarissen en de veiligheidscoördinator van het stadsdeel bevat een clausule over vertrouwelijkheid van informatie. Het personeel mag niet praten of informatie geven over welk aspect dan ook van het camerasysteem en het burenbelsysteem. Tegen een personeelslid dat de regels overtreedt kunnen disciplinaire maatregelen worden getroffen. 8.4 Gelet op het doel van het camerasysteem is de camera zodanig geplaats dat de camera alleen de publieke ruimte bestrijkt en niet in het privaat gebied of in andere gebieden waarin privacy verwacht mag worden.
9 Periodieke controles 9.1 De leverancier van het camerasysteem en het burenbelsysteem moet op zijn minst elke maand de volgende controles uit laten voeren: de fysieke controle van de smartcamera en de semafoons van het burenbelsysteem om te onderzoeken of draden, kasten, bevestigingen e.d. in goede staat zijn. Ook moet de leverancier van het camerasysteem en het burenbelsysteem kijken of de groei van bomen /bosschages het zicht van de smartcamera niet ten nadele beïnvloeden; een controle van het omgaan met de verschillende register onderdelen; een controle van de monitoren. De controledata en –tijden worden in het register genoteerd. 9.2 De leverancier van het camerasysteem en het burenbelsysteem zorgt ervoor dat verbeteringen binnen de systeemprocedures zo snel mogelijk worden doorgevoerd. Veranderingen binnen de werking van het systeem worden voorgelegd aan de stadsdeelvoorzitter.
8
9.3 De betrokken partijen –stadsdeel, politie, particuliere beveiligingsorganisatie, PAC, leverancier van het systeem en de ondernemers- zullen nadat het camerasysteem in combinatie met het burenbelsysteem geheel in werking is getreden dit systeem gezamenlijk testen. Hiervoor zullen zij in onderling overleg een datum bepalen.
10 Afstemming en verantwoording 10.1 Het stadsdeel, de politie en de door het stadsdeel ingehuurde beveiligingsbedrijf overleggen gedurende de aanvangsperiode iedere maand en vervolgens om de maand over de werking van het systeem. Het stadsdeel bekijkt of andere diensten en partijen (leveranciers e.d.) aan deze bijeenkomst deel moeten nemen. 10.2 De veiligheidscoördinator van het stadsdeel rapporteert incidenten aan de stadsdeelvoorzitter en rapporteert maandelijks over de gang van zaken omtrent de smartcamera en het burenbelsysteem. 10.3 De veiligheidscoördinator van het stadsdeel rapporteert na een jaar aan de stadsdeelraad over de werking van het proefproject smartcamera en het burenbelsysteem aan de Johan Huizingalaan. De rapportage gaat in op:
de invloed van de smartcamera in combinatie met het burenbelsysteem op overtredingen/ incidenten; de invloed van de smartcamera in combinatie met het burenbelsysteem op omliggende gebieden zonder camera’s; de invloed van de smartcamera in combinatie met het burenbelsysteem op de veiligheidsbeleving van de ondernemers en bezoekers; de zichtbaarheid van de smartcamera voor bezoekers; juist gebruik van de smartcamera en het burenbelsysteem (zorgvuldigheid, privacy-aspecten en aspecten die vallen onder de klachtenregeling; de adequate werking van de procedures in het handboek; de invloed van de smartcamera op de afwikkeling van overtredingen en misdrijven; de invloed van de smartcamera in combinatie met het burenbelsysteem op de inzet van toezichthouders en politiepersoneel.
Dit project is aangemeld bij het College bescherming persoonsgegevens (CBP). Hiermee is aan meldingsverplichting conform de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) voldaan.
9