Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Inhoud Inhoud ............................................................................................................................. 1 Het boek.......................................................................................................................... 3 Inleiding ..................................................................................................................... 3 Militaire dienst................................................................................................................ 4 Voorwoord bij ‘de soldaten’ ...................................................................................... 4 Militaire dienst Amersfoort ....................................................................................... 5 Legerplaats Nunspeet ............................................................................................... 10 De auto’s in Nunspeet .............................................................................................. 13 Leven als soldaat ...................................................................................................... 17 Schietoefeningen soldaten ....................................................................................... 24 MLV......................................................................................................................... 26 Wilhelmina bijgezet ................................................................................................. 27 De vierdaagse ........................................................................................................... 27 Naar de rijkspolitie ....................................................................................................... 28 Politie............................................................................................................................ 29 De opleidingsschool ................................................................................................. 29 Gemeente Baarle-Nassau ......................................................................................... 41 De Baarles ................................................................................................................ 43 Kosthuizen ............................................................................................................... 49 Rijkspolitie organisatie ............................................................................................ 52 Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid ........................................................................... 55 De inrichting van de groep Baarle-Nassau .............................................................. 64 Het begin in de praktijk ........................................................................................... 71 Schietoefeningen politie praktijk ............................................................................. 72 Dagelijkse dienst ...................................................................................................... 72 Diverse gebeurtenissen ............................................................................................ 83 Westendorf 1962 ...................................................................................................... 94 De periode Amsterdam ............................................................................................ 95 Bijstand politie Valkenburg ................................................................................... 104
Inhoud Inleiding Pagina 1 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Bijstand politie Assen ............................................................................................ 106 Bijstand bloemencorso’s ........................................................................................ 106 Dienst met verkeersgroep Tilburg ......................................................................... 107 Dienst met landgroep ............................................................................................. 107 Verhuizing groepsbureau ....................................................................................... 108 Tijdperk adjudant Van H. ...................................................................................... 108 Huwelijk met Sonik .................................................................................................... 109 Bijlagen Soldaten........................................................................................................ 111 Militaire signalen ................................................................................................... 111 PSU uitgebreid ....................................................................................................... 113 Vaandrig en Adjudant ............................................................................................ 115 Bijlagen Politie ........................................................................................................... 116 De Baarles .............................................................................................................. 120 Proces-verbaal juridisch verklaard......................................................................... 122 Coloradokever ........................................................................................................ 124 Nato spelalfabet ..................................................................................................... 125 Email-berichten ...................................................................................................... 126 Diverse bijlagen .......................................................................................................... 128 De tuinman en de dood .......................................................................................... 128 Bijlage motoren...................................................................................................... 129 Eindnoten .................................................................................................................... 130
Inhoud Inleiding Pagina 2 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Het boek Inleiding Op 20 augustus 2013 kreeg ik van Hovannouhi en Anouschik een leeg boek; “Om zelf te kleuren”. Het heet: ‘Opa vertel ‘s !’, met de ondertitel: ‘Omdat je bijzonder bent.’ Er staan lijntjes in, waarop Opa mooi recht kan schrijven en het boek suggereert wat hij over verschillende onderwerpen zou kunnen vermelden. Op de achterkaft staat dan nog: ‘Opa, wat voor kind was jij toen je klein was?’ Nu heeft Opa Eef geen mooi handschrift, door de neuropathiei al helemaal niet en inmiddels kan hij MS Word gebruiken, dus hij doet het daar maar mee. Daarbij, er zou een probleem zijn, als de lijntjes in het boek op zijn, maar Opa nog iets te binnen schiet. Welgemoed begon ik aan de memoires, verzon er steeds meer bij, zocht verhelderende plaatjes bij elkaar en nu, maart 2016, is het ongeveer af. Gaandeweg is het een verslag geworden van een tijdvak wat voorbij is. Af en toe springen de hoofdstukken in de tijd vooruit of achteruit, omdat dit zo uitkomt. Ik gebruik de spelling die ik op school heb geleerd. Het zijn tenslotte jeugdherinneringen. ‘Opa, wat voor kind was jij toen je klein was?’ vraagt de achterkant van het boek. Boeiender is de vraag: “Is er nog iets van je terecht gekomen?’ Ik denk zelf van wel, met veel geluk en zonder veel wijsheid. De wereld om mij heen moet wel buitengewoon tolerant zijn geweest. Er zijn nu twee versies.
Eén uitgebreid voor de familie Eén beperkte voor andere belangstellenden.
Dit is de beperkte versie. Er is nogal veel uitleg in verwerkt, zodat ‘leken’ er ook wat van kunnen snappen. Namen zijn in verband me de bescherming van de persoonlijke levenssfeer niet voluit vermeld, behalve namen die ‘feit van algemene bekendheid’ zijn.
Het boek Inleiding Pagina 3 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Militaire dienst Voorwoord bij ‘de soldaten’ In deze rubriek wordt van alles aan de vergetelheid ontrukt en vastgelegd voor het nageslacht. Lachwekkend en bedroevend tegelijk, is de onnozelheid waarmee de landsverdediging was geregeld. Ik weet niet zeker of het nu veel beter is. Ik was zelf ook nog niet veel gewend. De dienst leek voor mij wel een soort voortzetting van de padvinderij. “De kracht om ontberingen te dragen is ene der schoonste deugden van den soldaat.” Dit staat in Fort Asperen boven de toegang tot één van de verblijven. Van die gedachte was nog veel bewaard gebleven, in mijn tijd.
Keuring en Oproeping
Militaire dienst Voorwoord bij ‘de soldaten’ Pagina 4 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De Oproeping voor de keuring is nog gestuurd naar de Frederik Hendrikstraat De Oproeping ter inlijving ging naar de Tweemolentjeskade. In die tussentijd moeten we dus verhuisd zijn.
Militaire dienst Amersfoort De oproeping ter inlijving kwam op tijd, want ik geloof nooit dat ze me lang hadden willen houden bij het ziekenhuis in Delft. De jongen die gelijk met mij was begonnen had al opslag gekregen en ik niet.
De kazerne in Amersfoort uit 1891 had wel stijlvolle gebouwen. Daar hoort geen legergroen bij, maar een uniform uit de Franse tijd. Militaire dienst Militaire dienst Amersfoort Pagina 5 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Lichting 62-3 Ik werd ingedeeld bij het Regiment Geneeskundige troepen. Dpl Sld reg.nr. 43.08.20.141. Basisopleiding in Amersfoort, Juliana van Stolberg kazerne, Leusderweg. Gebouwd in 1891 en maar weinig veranderd sinds toen. De toiletten waren hokjes naast elkaar met drie-kwart klapdeurtjes, als van een saloon uit een cowboy-film. Dat er één bezet was, zag je aan de koppelriem die er over hing. Gewoon lopen op het kazerneterrein mocht niet. Alles moest in de looppas. In de basis-opleiding werden we van burger soldaat. Soldaat is de laagste rang en hoger ben ik nooit gekomen. Voor schieten gingen we naar de schietbaan op de Leusderhei. We moesten ook wacht houden, met een karabijn zonder kogels. We stonden dan in zo’n huisje als op de foto. In het huisje hing een hele lijst met instructies, wat wel en niet mocht. We leerden exerceren, wat ik niet vervelend vond. Het commando: “Ga maar slap staan”, was niet het officiële commando voor de 2 e rust. De vermakelijkste exercitie-beweging was: Verander – De pas. Daarmee zette je als het ware twee maal achter elkaar het linkerbeen vooruit, door – in de maat – een elegant huppeltje te maken. Dit ging recruten zonder balletopleiding meestal slecht af.. We hebben nog eens voor één of andere gebeurtenis een uur in de houding moeten staan. Ik zag er eentje schuin voor mij plotseling wat vreemd dribbelen en tegen de vlakte gaan. Die werd afgevoerd en mocht niet meer meedoen. “Presenteert – Geweer” was ook zo iets wat je door moest hebben. Wat vreemd commando, want de koningin of president die de inspectie hield kreeg de wapens niet mee naar huis. Het is maar voor de show. Nu weegt zelfs de kleine karabijn al 2,77 kg en dat gewicht een tijd recht voor je uit houden valt vies tegen. De onderste hand, de rechter, houdt het wapen vast ter hoogte van het vizier en moet zelfs gestrekt worden en die hand tilt daardoor nauwelijks mee. Het was nu zaak om de karabijn strak tegen de buik te houden en de rechterduim in de koppel te haken en – als het onopvallend kon – ook het vizier op de koppel te laten leunen. Dan viel het ding tenminste niet na vijf minuten uit je handen. Op de foto de Zwitserse Garde van de Paus. Met zo’n lang geweer lukt het niet, om de duim in de koppel in te haken.
Militaire dienst Militaire dienst Amersfoort Pagina 6 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Reglement betreffende de krijgstucht Ongeveer het eerste wat over de recruten werd uitgestort, was het ‘onder de krijgstucht stellen’. Het reglement werd uitgedeeld. Artikel 2 lid 1 luidde: De ondergeschiktheid is de ziel van den militairen dienst. Dan wist je dat ook meteen.1 In militair spraakgebruik: “Geen gelul van: Ik wist het niet”. Een bevel moest opgevolgd worden, maar dat bevel moest eerst gegeven zijn. Bij exercitie: eerst het waarschuwingscommando, in de hoop dat iedereen oplet: “Voorwaarts”, en dan het uitvoeringscommando: “Mars” en dan allemaal tegelijk gaan lopen, met een aanmarcheer-pas. Zo ook met sportoefeningen. De sgt-sportinstructeur legde eerst de bedoeling uit en riep dan de dwaas klinkende commando’s: “Oefenen – Mars”. Door deze constructie was je onderworpen aan de krijgstucht tijdens het ijverig heen en weer springen.
Adjudant of Vaandrig Een adjudant is een onderofficier aan het eind van zijn carrière. Een vaandrig is een officier aan het begin van zijn carrière. Een adjudant en een vaandrig zien er qua uniform hetzelfde uit, maar de adjudant is oud en de vaandrig jong. Voor ik dit als kersvers soldaatje goed begrepen had ben ik eens ongenadig uitgekafferd door een vaandrig die ik adjudant had genoemd. Ik geloof dat hij dacht dat ik het expres deed en hem voor de gek hield. “Zie ik er zo oud uit?” (zie pagina 115 voor meer hierover)
Militaire trein In die tijd gingen militairen in uniform naar huis en liepen ze daarnaast ook veel in uniform. Op de kermis kon je dan voor half geld terecht, bijvoorbeeld. Soldaten zo maar met de trein mee, tussen gewone mensen, dat was niet de bedoeling. Er reden speciale militaire treinen. Oud materieel, waar nu een museum blij mee zou zijn. Houten banken, emaillen bordjes met opschriften, waarvan ik er een paar achterover heb gedrukt. Al jaren zitten die in het kabouterhuis. In die trein zaten natuurlijk ook soldaten (en huzaren en kanonniers) van andere onderdelen. Daar werd nauwelijks mee gepraat. Er bestond een onlogisch soort na-ijver tussen militairen van een ‘onbekend merk’.
1
De wet op de krijgstucht is vervangen door de Wet militair tuchtrecht.
Militaire dienst Militaire dienst Amersfoort Pagina 7 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Voor het weekend marcheerden kolonnes militairen van de verschillende kazernes in Amersfoort naar het station. Op de perrons waakten dienstplichtige marechaussees er voor, dat niemand in een burger-trein stapte.
De rijopleiding Bij de Geneeskundige Troepen heb ik nog geen pleister leren plakken. Na de basisopleiding kwam ik terecht in de E-compagnie, waar chauffeurs werden opgeleid. Dat viel mij niet mee. Andere jongens hadden al lang met auto’s gereden en die waren mij ver voor. Ik had maar één enkele keer op een bromfiets gereden, van Ome Thijs, van Rotterdam naar Delft. Voor de terugweg moest ik grotere jongens vragen hoe ik de brommer moest starten, want ik kreeg het niet voor elkaar. Gelukkig voor mij moest er een bepaald aantal chauffeurs afgeleverd worden. Zakken was dus geen optie.Dikke DAF YA 328 Ik kreeg les in de DAF YA 328, bijgenaamd Dikke Daf. 2,50 m breed, 6 m lang en volgeladen woog hij 9 ton. Echt iets voor de beginner. Hij reed niet zuinig: 1 op 1,5 km maar daarvoor had hij dan ook 2 tanks van ieder 105 liter. In de auto moest de binnenhelm gedragen worden. Op comfort was niet gerekend. De stoelen bijvoorbeeld hadden een ijzeren rugleuning, die niets meegaf. De ‘Dikke’ had een groot, tamelijk horizontaal liggend stuur. Het stuur was niet bekrachtigd. Flink sleuren dus. De motor zat in de ‘cabine’ tussen de linker en rechter stoel in. De versnellingsbak zat daar weer achter en werd bediend door een hele lange pook. De 1e versnelling zat links vooraan, voor de 5e versnelling moest je een lange arm maken en helemaal rechts achteruit leunen. De 328 had een zogeheten ‘tussenbak’ waardoor je kon schakelen in de ‘hoge -’ of ‘lage gearing’. In de lage gearing en ook nog de voorwiel-aandrijving ingeschakeld, trok de motor de auto overal doorheen, maar de snelheid was gering. De versnellingen waren niet gesynchroniseerd. Schakelen moest op exact het juiste tijdstip met veel gevoel gebeuren. Luisteren naar de motor was essentieel. Het moest ook met ‘dubbel klutsen’ (van to clutch). Dat ging zo vanuit stilstand: Koppeling in, 1e versnelling, koppeling op en gas, snelheid voertuig opvoeren, gas los, koppeling in, versnelling vrij, koppeling op, toerental motor loopt terug – snelheid voertuig blijft gelijk (op de harde weg) –, koppeling in, 2e versnelling, koppeling op, gas en verder rijden en zo verder. Terugschakelen was nog lastiger. Om de tandwielen in de lagere versnelling in elkaar te laten schuiven, moesten die (via de motor) het toerental krijgen dat paste bij dat van het voertuig in de maximale snelheid in de lagere versnelling. Dit werd bereikt door tijdens het dubbel Militaire dienst Militaire dienst Amersfoort Pagina 8 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 klutsen een dot tussengas te geven, waardoor de tandwielen die in de hogere versnelling langzaam hadden gedraaid, de hogere tandwiel-snelheid kregen van de lagere versnelling en zo probleemloos in elkaar konden schuiven. Als je het fout deed was de nieuwe versnelling met geen mogelijkheid in te schakelen. Als hierbij ook nog geschakeld moest worden van de hoge in de lage gearing was het nog ingewikkelder. En dat kwam nogal eens voor, want in het terrein moest je wegrijden in 3 laag en dan opschakelen naar 2 hoog. Als je dat niet zo deed, stond de auto in het mulle zand al weer stil, voordat het toerental van de motor voldoende was teruggelopen om te schakelen. De opleiding begon met rondjes rijden op het kazerneterrein. Daarna moest ik de openbare weg op. Dat ging 100 m vanaf de kazernepoort al fout. Ik moest voorbij geparkeerde auto’s, terwijl er een tegenligger aan kwam. Breedte verkeerd ingeschat, terwijl de korporaal 1 rijinstructeur niet oplette en zo ramde ik de linker achterkant van een geparkeerde auto. marechaussee erbij voor de afwikkeling en een schaderapport in 7-voud schrijven. Tot mijn eigen verbazing werd ik niet weggestuurd. De lessen gingen door. Peentjes heb ik gezweten, toen ik met dat bakbeest door de nauwe straten van Amersfoort moest rijden. Er was daar een stadspoort (Kamper Binnenpoort) waar ik net in paste en iedere rijles moest ik daar onderdoor. Niet alles ging goed. Ik heb nog eens in een bloemperk gestaan, omdat ik in een bocht naar rechts, vanaf een helling, te snel reed. Ik vloog dus gewoon uit de bocht. “Achteruit en doorrijden” zei de Kpl.1. Kraaide geen haan naar. In het bloemperk bleef een soort greppel achter. Bij de opleiding hoorden ook oefeningen in de heuvels van zuid Limburg. Daar reed een jongen ergens tegenaan en bij een zaklampje hebben we toen in zo’n klein pup-tentje (zie pag. 10) waar we in sliepen, met elkaar het schaderapport zitten schrijven, want dat moest in 7-voud de volgende morgen klaar zijn. We moesten daar ook in het donker rijden. Ik heb daarbij constant zitten schakelen tussen dim- en groot licht, want vanaf een oplopende weg schenen de koplampen op een kruising veel te hoog en zag ik niet waar ik reed. De dim-schakelaar zat op de grond, links van de koppeling. Ik vermoed dat de korporaals mij maar onhandig vonden. Veel complimenten kreeg ik niet. Een keer moest ik terreinrijden oefenen nabij vliegbasis Soesterberg. De luchtmacht liet daar straalmotoren loeien en daardoor hoorde ik niet wat de motor deed, en had ik moeite met het ingewikkelde schakelen op tijd. De wagen viel daardoor af en toe stil in het mulle zand. Tot mijn verbazing hoorde ik de kpl. zeggen: “Prima”. Leuk om te horen, maar hij bleef dat zeggen, tot ik begreep dat hij zei: “3 laag”, om in die schakeling weer weg te rijden. Ach ja. Militaire dienst Militaire dienst Amersfoort Pagina 9 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Het heeft me altijd dwars gezeten dat het militaire VRACHT-auto rijbewijs alleen een burger personen-auto rijbewijs opleverde, terwijl de lichtingen voor en na mij, wel een vrachtautorijbewijs kregen. Nou ja, rijbewijs B-E had ik in ieder geval.
Puptent Een puptent was een tent die bestond uit twee identieke aan elkaar te verbinden helften. Elke parate Nederlandse militair van de landmacht had een helft van de tent als deel van zijn Persoonlijke Standaard Uitrusting (PSU) als gevechtsuitrusting. Als grondzeil kon de regencape dienen. Bij elke helft waren vier houten groene tentharingen, drie groene houten tentstokken en een scheerlijn inbegrepen. In het gebruik zocht de soldaat een maat (of kreeg die aangewezen) waarmee hij de tent deelde. Het was slim een maat te kiezen met een verschillende wacht. Samen werden de twee helften aan elkaar geknoopt, de 2x drie stokdelen in elkaar geschoven tot twee tentstokken en kon de tent worden geplaatst met behulp van de acht tentharingen en de twee scheerlijnen. Na het plaatsen van de tent diende deze alsnog te worden gecamoufleerd. De ene tenthelft per persoon, diende ook als bescherming tegen de regen voor de op de man gedragen deken. Die deken werd opgerold in die helft van de puptent en over de ransel met aangehangen pukkel vastgemaakt met kruisriemen. De rol had in het jargon de bijnaam ‘berenlul’.
Legerplaats Nunspeet Van Amersfoort ging het naar de Legerplaats Nunspeet. Generaal Winkelman Kazerne. Parate troepen. Regiment Geneeskundige Troepen, 103 Geneeskundig Bataljon, Staf- Staf en Verzorgingsdetachement. In dat Staf- Staf en Verzorgingsdetachement waren chauffeurs, monteurs, schrijvers, koks, fouriers, mess-bedienden en zo ingedeeld. Na het ochtend-appel vertrokken die naar hun dagelijkse werkplek. Ik had ooit eens aangegeven, dat ik wel schrijver-chauffeur wilde worden. Dat werd ik waarachtig ook nog. Hoogst bereikbare rang in die functie was soldaat. Een ander had de formele functie van hoornblazer. Die werd daarmee soldaat 1e klas, terwijl hij geen hoorn kon blazen en ik wel. Er was ook nog de 176 Ziekenautocompagnie, met jeeps waar brancards in
Militaire dienst Legerplaats Nunspeet Pagina 10 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 pasten en YA 126 auto’s als ambulance ingericht, maar die waren gelegerd in een ander gebouw en hadden een andere garage en daar hadden we nauwelijks contact mee. Op de legerplaats waren verder nog te vinden: Technische troepen, Genie, Marechaussee, Limburgse jagers, Intendance, maar die gingen allemaal hun eigen gang.
Oefening ‘De Russen’ waren de vijand. Om zich daartegen te weer te stellen, gingen andere onderdelen soms op oefening, maar mijn afdeling niet. Vanwege hun speciale taken kon het ‘personeel’ van de staf niet gemist worden. Stel je voor dat er in het ‘officiershotel’ geen messbedienden zouden zijn. Ik herinner me dan ook maar één oefening. De kazerne werd zogenaamd aangevallen en we moesten die snel verlaten. De bedoeling was dat in geval van nood de administratie uit de kantoorgebouwen in de vrachtauto’s geladen werd. Er waren toen een paar auto’s in de reparatie, waardoor er voor het personeel geen plaats meer was in de wagens die wel konden rijden. De chauffeurs zaten uiteraard in hun voertuig en de rest van de manschappen moest maar gaan lopen. Ik heb me bij die oefening goed in de problemen gemanoeuvreerd. Er stond een auto voor de ingang van het kantoor waar ik moest laden, met een korporaal 1 aan het stuur. Ik wenkte dat die een stukje achteruit zou gaan. Hij deed dat en ik zette de Staf 7 voor de trap. Nou was hij de chauffeur van een generaal, die ik op de trap tegenkwam, net toen die naar buiten kwam. Het eerste wat me opviel was de rode band om de pet. De generaal was niet van plan 10 m extra te lopen, wat hij mij ongezouten meedeelde. Ik moest maar achteruit. Nou moest ik bij oefeningen ook een aanhangertje mee slepen, met een tank voor 1000 l water. Dat aanhangertje was vanuit de cabine onzichtbaar, want veel te klein. Ik kon dus niet zien waar dat aanhangertje bleef bij het achteruit rijden. Ik heb het opgelost door vlug vooruit weg te rijden, langs de auto van de generaal. Slimmere chauffeurs dan ik hadden aan hun onzichtbare aanhangertje een omhoog stekende legergroene bezemsteel vastgemaakt, die verried waar dat lastige karretje uithing. Om de drie maanden of zo, overdag of ’s nachts, schreeuwden de luidsprekers: “Het is nu alarm”. Wij kregen dan opeens haast. De privé spullen moesten in de plunjezak buiten het gebouw gelegd worden. De manschappen hingen de hele PSU model om en traden zo aan, ook buiten. Veel verder ging de oefening niet. Er volgde inspectie of alles wel meegenomen was en dat was het dan. Bleef over dat de handel weer terug de kast in moest.
MIO-inspectie Materieel Inspectie Orgaan, daar zou het een acroniem van zijn, MIO. Daar werden de beroeps echt zenuwachtig van, en geprikkeld, want het ging erom of zij goed voor het materiaal hadden gezorgd of laten zorgen. De inspectie werd van tevoren aangekondigd en daarna was er geen ander doel meer in de krijgsmacht. De voorraden van de fourier werden geteld, zijn voorraden naar buiten gesleept en gepoetst. De garages, de legeringsgebouwen,
Militaire dienst Legerplaats Nunspeet Pagina 11 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 de auto’s, alles wat er voor in aanmerking kwam werd afgestoft, gepoetst, doorgesmeerd, geblancoed en opgepompt. Voorschriften-tot-gebruik moesten aanwezig zijn en bijgewerkt. Direct hadden de dienstplichtigen er niet zo veel van te vrezen, maar indirect des te meer, want zij moesten het onderhoud uitveren onder toezicht van het opgewonden beroepskader.
Gas GAS – GAS – GAS. Als je dat hoorde deed je het volgende: Adem inhouden, karabijn klem zetten tussen de knieën, helm van je kop rukken, die daartoe in de kinband een ‘panieksluiting’ had, gasmasker als de dju uit de tas halen en over de kop trekken, onderkant vulling-bus met de hand afdichten en adem zuigen. Als de bus niet lekte, kon je weer doorgaan met ademhalen. Als die bus wel lekte, denk ik dat je gewoon de klos was. Een typisch geval van ‘jammer’. Wij oefenden dit met traangas. Bij oefeningen, in een speciaal gebouwtje, kon je vooral goed voelen waar je je gesneden had bij het scheren. Verder viel dat best mee. Met het gasmasker op merkte je er niets van, maar dat moest halverwege de oefening natuurlijk afgezet worden. De sergeant liet zien hoe flink hij was, door de hele oefening geen masker op te zetten. Lopen met het gasmasker was geen pretje. De adem kwam maar met moeite door de vulling-bus en de oogglazen besloegen binnen de kortste keren. Die konden aan de binnenkant met een soort zeep ingesmeerd worden, wat het zicht al belemmerde, en verder ook niets hielp. De wereld werd daardoor goed mistig. Op chemische oorlogvoering waren we ook voorbereid. Ontsmettend poeder zat in een bus van zo’n 30 x 5 cm. Om te oefenen zat er talkpoeder in. Dat diende je op de geraakte plaatsen te smeren. Echt gifgas of zo is natuurlijk nooit gebruikt.
Militaire dienst Legerplaats Nunspeet Pagina 12 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De auto’s in Nunspeet DAF YA 314
In Nunspeet kreeg ik een lichtere vrachtauto, met maar vier wielen toegewezen. Ik heb dat een degradatie gevonden. Nou ja, ik mocht wel in de jeep rijden, Nekaf, M38A1, die we hadden voor ordonnansdiensten en zo. Jeep-chauffeurs mochten niet in mijn vrachtauto rijden, dat was dan nog iets. De jeep had geen deuren aan de zijkant. Een ‘jeep-coat’ moest de kou een beetje buiten houden. Bij slecht weer was rijden met de jeep geen pretje. Je zag ook wel jeeps rijden met zelfgemaakte triplex deurtjes. We hadden ook nog een kleinere vrachtauto, YA 126. Nog één keer heb ik in een Dikke Daf gereden. Er moesten een stuk of 15 daarvan naar een complex in Drenthe gereden worden, waar ze in de ‘mottenballen’ gingen.
Colonne-rit De vaandrig die onze pelotonscommandant was, had een keer toestemming gekregen om ons een lange colonne-rit te laten maken. Een blauwe vlag in de houder op de bumper en een blauw ‘glas’ voor de rechter koplamp, want anders ben je geen militaire colonne. Wij zijn toen rond het IJsselmeer gereden. Een paar jeeps, een paar YA 314 en een YA 126 en achteraan, met een gele vlag, de reparatiewagen. Er waren meer chauffeurs dan auto’s, want de monteurs hadden ook een rijbewijs, maar geen ‘eigen’ auto. In de meeste wagens zaten dus twee chauffeurs voorin. We stopten niet vaak. Om een ander ook eens te laten rijden wisselden we dan maar onder het rijden van bestuurder. Met de chauffeur van de YA 126 heb ik ook geruild. Ik was gewend aan front-besturing. De 126 had een neus en brede spatborden, waardoor ik niet goed kon inschatten hoe breed de auto was. Juist toen kwamen we op een smalle weg uit waar bij vee-roosters hekjes tot aan de weg stonden die maar een smalle doorgang open lieten. Met enig geluk heb ik er toch goed tussendoor gestuurd, maar ik was niet op mijn gemak.
Militaire dienst De auto’s in Nunspeet Pagina 13 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Vanaf de afsluitdijk kwamen we nog langs Den Helder. We stopten ergens bij een krib die de zee in stak. Daar dook een jongen uit Zeeland ineens naar beneden om mosselen te plukken, die hij zo uit de schelp slurpte. Wonderlijk was om te merken dat, terwijl de voorste auto van de colonne nooit sneller reed dan 60 km/u – want dat was de toegelaten maximum snelheid – de auto’s achteraan alle zeilen moesten bijzetten om bij te blijven. Achteraan moest je echt goed kunnen sturen om door het verkeer te laveren. De militaire colonne met zijn blauwe vlaggen en lampen had dan wel vrije doorgang op kruisingen, maar of je die ook kreeg moest je eerst maar zien.
Maximum snelheid De generaal had bevolen dat het glas van de snelheidsmeter vanaf 60 km rood geverfd moest worden. Als de wijzer van de meter dus achter het rood verdween, reed je te snel. Nou was dat op de smalle wegen van de Veluwe ook snel genoeg. De dienstplichtige marechaussees hielden veel snelheidscontroles op de Veluwse wegen, dus ook daarom was het raadzaam niet te hard te rijden.
B.O.S. Als schrijver-chauffeur had ik het beheer gekregen over een kippengaas-hok, waar de brandstoffen, oliën en smeermiddelen in stonden. Ik moest er voor zorgen dat de compagnieën voorzien werden. Soms kreeg ik van een compagniescommandant een aanvraag voor benzine voor een bepaalde datum. Alles in jerrycans van 20 l. Ik moest dan aanvraagformulieren naar het depot in Schaarsbergen sturen, maar vanwege het benzinetekort in Nederland mocht ik die vracht niet zelf ophalen. Dat werd overgelaten aan een burgerchauffeur, die de bestelling afleverde. Ik ontdekte dat, als ik de formulieren te laat opstuurde, er niets anders opzat dan die benzine zelf te gaan halen. Ik gaf Schaarsbergen de schuld, maar ik kwam dan tenminste zelf eens de poort uit. Het inladen van de vracht jerrycans hoefde ik niet zelf te doen. In Schaarsbergen hadden ze daar jongens van de intendance voor. Tijdens zo’n rit, in de zomer op een gloeiend hete dag, werd ik zo flauw van de warmte, dat ik bij een huis heb aangebeld en om een glas water met zout heb gevraagd. Daar knapte ik waarachtig weer van op.
Baldadigheid De Russen vielen het land niet binnen, de Belgen ook niet trouwens, en terwijl wij daar bij de ‘Parate Hap’ op zaten te wachten verveelden we ons. Dat leidde tot baldadigheid. In die tijd zag je op de TV wel auto’s die op twee wielen reden. Zo’n auto werd aan één kant opgewipt door over een hellinkje te rijden. Zo’n soort hellinkje was er bij de garages ook, in de vorm de schuine oprit naar een betonnen smeerbrug. Er waren dapperen, die twee wielen van een jeep over de ‘oprit’ van de smeerbrug stuurden, waardoor de jeep opwipte. Meestal wipte de auto te weinig omhoog, viel weer terug en was de truc mislukt. Bij een
Militaire dienst De auto’s in Nunspeet Pagina 14 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 hernieuwde poging sloeg eens een jeep om, omdat die te goed omhoog wipte. Toen waren de rapen gaar. Ik durfde dit zelf niet aan, maar ik kwam wel slecht terecht bij een ander kunstje. De werkplaats voor onderhoud, had brede openingen met even brede schuifdeuren. De chauffeurs hadden er aardigheid in, om zo snel mogelijk hun vrachtauto met een bocht de garage in de sturen en binnen net op tijd stil te staan. Dat kon ik ook. Ging goed, vóór de lunchpauze. Daarná deed ik het nog eens, maar iemand had in de tussentijd de deur een beetje toegeschoven, wat mij niet opviel. De opening was te nauw geworden en het insturen mislukte. De linkerflank van de auto raakte de met staal versterkte hoek van een pilaar en de laadbak deukte in. De deuk met plamuur vullen, verf er op en je mond houden. Ik ben er mee weggekomen.
Poetsen en verven Af en toe werden de auto’s gepoetst, onderkant en bovenkant. We kregen ze mooi glimmend, door ze in te wrijven met afgewerkte olie. Als de kleur te vaal werd, kwam de verfkwast er aan te pas. Ik had de ‘Staf 7’ in beheer. Kijk me daar maar eens trots voor staan. De witte letters werden aangebracht met sjablonen en een tamponneer-kwast. Links: 102 Geneeskundige Groep, 103 Geneeskundig Bataljon en aan de andere kant: Staf 7. Naast de 7 het embleem van het 1e Legerkorps. Dat hadden we ook op de mouw, maar dan met een ster er in. In een garage een eindje verderop zaten de dienstplichten van 102 MarBat, van de Koninklijke Marechaussee. Soms konden wij die jongens matsen, als ze een lichte schade hadden gereden, en bij ons langs kwamen voor plamuur en een lik verf. De Marechaussee, Gods eigen Wapen, maakte geen aanrijdingen. Meer dan eens zagen wij een takelwagen met een jeep van de Kmar
Militaire dienst De auto’s in Nunspeet Pagina 15 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 binnenkomen, maar het witte vlak op de voorbumper was dan groen geschilderd, het blauwe bordje met de witte letters Kon. Marechaussee daarboven was verwijderd, en de tekst onder de voorruit was ook verdwenen. Dat was dus gedaan, voor de jeep in de takel was gehangen.
De winter van 1962-’63 De winter van 1962-’63 was de koudste winter in Nederland en België sinds de revolutiewinter van 1789. (Klik hier). Ik heb van die kou weinig last gehad. Door de Cubacrisis was er te weinig benzine en mochten we niet veel rijden. We zaten dan ook veel in de garage bij een kerosine-kacheltje en in de cantine, als die open was. Als er gereden kon worden, moest de motor aangeslingerd worden, anders was de accu te gauw leeg. Als je de eigenaardigheden van je ‘eigen’ auto kende lukte dat wel. Verwarming had de 314 niet. De motor zat in de cabine tussen de twee ijzeren stoelen in, onder een ijzeren deksel. Dat deksel werd weggehaald. Maakte veel herrie, maar de motor-warmte kwam zo wel de cabine in. Achterin waren een soort zitbanken langs de kant, en stevige planken om daar tussen te leggen, zodat er een vlakke laadvloer ontstond. Zo’n plank werd tegen de grill, voor de radiator gebonden, om koude wind buiten te houden. Als speciale gunst mochten chauffeurs leren handschoenen van thuis gebruiken, want de wollen legerhandschoenen waren te glad om mee te sturen. Gladde wegen waren met de 4-wiel-aandrijving geen probleem. In de jeep zit ik zelf
Militaire dienst De auto’s in Nunspeet Pagina 16 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Leven als soldaat De soldatenkamer Soldaten lagen op een kamer met links en rechts ijzeren stapelledikanten langs de kant. De bedden dicht bij het raam waren enkel. Verder naar achteren was er een tweede bed bovenop gezet. Als iemand afzwaaide schoof iedereen een plaats door naar de raamkant. Als matras diende een strozak, blauw geruit, die we onmiddellijk na aankomst persoonlijk hadden mogen vullen. Als je er te weinig in had gepropt, had je pech. In de achttien maanden dat ik in dienst was is de strozak één maal bijgevuld. Twee grijze dekens (met een rood streepje) kregen we. Die zijn in al die tijd één maal gestoomd. Lakens waren er niet. In het midden stond een houten tafel met daarlangs houten banken.Ik had mijn gitaar meegenomen, zoals je ziet. Iedere morgen moest de ‘kamerwacht’ de vloer geveegd hebben en daartoe eerder opstaan. De dekens pluisden enorm. Bij slecht vegen volgde nog een week kamerwacht.
Appèl en zo Om 22:00 uur was er avondappèl. ‘Naakt er in of gekleed ervoor’, het bed dus. Om 06:00 uur was het reveille. (Wil je niet opstaan, blijf je maar liggen, moet je maar weten wat er van komt.) Het was een trompetsignaal via de luidsprekers vanaf een grijsgedraaide grammofoonplaat. Je hoorde eerst een onwelluidend gekras. Een jongen van de padvinderij, Theo van Z., was beroepsmilitair geworden bij de luchtmacht. Die had verteld dat ze daar in de winter pas om 07:00 u. opstonden en ik dacht dat dit bij ons ook wel zo zou zijn. Mooi niet. Om 08:00 uur werd de vlag gehesen. Daarbij klonk eerst het signaal ‘Geeft acht’ (Ta-daaa) en daarna het Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 17 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 ‘Generaal saluut’. Stond je buiten, dan diende je tijdens de gehele ceremonie met de hand aan de pet te staan. Gewaarschuwd door het inleidend gekras van de plaat zag je dan overal militairen, ongeacht rang, de dichtstbijzijnde deur binnen vluchten om daar ‘de bui’ af te wachten. Zie voor meer signalen pagina 111 e.v.. Ik heb ze opgevraagd bij de Koninklijke Militaire Kapel om ze voor het nageslacht te behouden, ook het signaal ‘Rooken toegestaan’.
De groet De groet was toen nog op zijn Engels met de vlakke hand naar voren. Later is dat veranderd naar het Amerikaanse model. De bijgaande argumentatie weet ik nog goed: “Door een onnatuurlijke getordeerde stand van de onderarm geeft deze vorm aanleiding tot een onjuiste uitvoering.”
Salueren kon je niet, als je geen baret of pet op had en in burger al helemaal niet. Dan kon je alleen maar ‘strak staan’. Op het kazerne terrein groette je officieren, 2e luitenant en hoger dus. Op straat bracht je de groet voor officieren en onder-officieren, sergeant en verder. Maar ook moest je salueren voor korporaals van je eigen onderdeel. Met die korporaals en dienstplichtig kader viel dat wel mee, maar voor beroeps moest je toch wel uitkijken. Al liep je met je meisje aan de overkant van de straat, kon je nog horen: “Hé, soldaat, kom jij eens terug. Kun je niet groeten?” Toch maar doen, als je geen weekend binnen wilde zitten.
Uniform Het uniform was overgenomen van de Engelsen. Het was groen, maar heette ‘Eerste Grijs’ (EG). Een Tweede Grijs was er niet. Het was het uitgaanstenue, al heette het officieel ‘Veldtenue’. Door de week droegen we het groene binnengevechtspak, met de gevechtslaars M-52 (Alles heette M-52) De pijpen van de broek ‘bloesden’ over de schacht van de laars. Daartoe hadden we oranje ringen van weckflessen gekregen, die aan de binnenkant die broekspijp vasthielden. Ik heb alleen maar het bijgaande plaatje van een 1e grijs gevonden. Staat een soldaat eerste klas op van de Garde Jagers. Wat ik nu vertel over de plooien in het jack, is er niet op te zien. Hij heeft sowieso zijn pak slecht geperst.
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 18 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De broek had op het linkerbeen een grote zak en op het rechterbeen een kleine. Daarvan werd gezegd dat de kleine zak diende voor de orders en de grote voor de tegenorders. Dit lijkt heden nog steeds nodig, gezien art. 17 van de Wet militair tuchtrecht: Indien twee of meer onderling strijdige dienstbevelen zijn gegeven, is het niet opvolgen van een bevel dat voorafgaat aan het laatst gehandhaafde geen met de militaire tucht strijdige gedraging.
Pak persen Het EG was van wol. De mouwen van het jack hadden over de lengte twee plooien, waarvan de achterste doorliep in een horizontale plooi op de rug, waar 10 cm lager een tweede rugplooi onder zat. De broek moest ook scherpe vouwen hebben. Op de kamer was een strijkbout aanwezig. De houten tafel diende met een groene handdoek als strijkplank om het EG te persen. Een groene zakdoek werd nat gemaakt in een mok met water en daarmee werden de plooien in het pak geperst. Als de wol te heet werd, schroeiden de haren er bruin af. Met krabben kreeg je het pak toch weer aardig groen. Bij regenweer had je pech, want dan raakte zeker de broek zijn vouw kwijt, wat bij de inspectie niet als verzachtende omstandigheid gold.
Koper poetsen Eerst hadden we op de schouders een bandje met de ‘straatnaam’, ‘Geneeskundige Troepen’ wit op groen. En een klein embleem in koper op de schouder. Dat naambandje verdween later en de emblemen gingen naar de kraag en de kraag-patjes. Alles van koper moest gepoetst worden. De emblemen waren met vernis gespoten toen we ze kregen, zodat ze niet gepoetst hoefden te worden. De vernis moest er natuurlijk door ons afgeschuurd worden. In alle kleding, groen ondergoed, groen overhemd, groene zakdoek enz. moest een wasmerkje komen. We kregen daartoe een lint van katoen of zo en een potje zwarte inkt. Met een lucifer tekende ik mijn registratienummer 43.08.20.141 –tig keer op dat lint. Naald en garen zullen we er wel bij gekregen hebben, want we naaiden de geknipte stukjes lint-met-nummer zelf aan de binnenkant in de kleren.
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 19 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
PSU Onze spullen hoorden tot de Persoonlijke Standaard Uitrusting. Het meeste was ‘Op de man’ en moest te velde worden meegedragen. Zie Pagina 113 voor de complete inventaris. Militairen spreken wonderlijk Nederlands. Zo had ik een schoenborstel, die genoteerd stond als: Borstel, schoen, tot insmeer. Ransel De ransel was een tamelijk grote rechthoekige tas, die op de rug hing. De draagbanden gingen naar voren over de schouder en zaten via ‘koppelpassanten’ vast aan de koppel. Deze koppelpassanten werden zwart geverfd verstrekt. De verf moesten we er af krabben, zodat het koper vrij kwam, wat dan weer gepoetst kon worden. Als we te velde trokken, zou de vijand het koper kunnen zien schitteren. Dit moest verhinderd worden, door tijdens oefeningen een groene zakdoek om de koppelpassanten te wikkelen. Pukkel Onderaan de ransel hing een kleinere tas, de pukkel. Dekenrol Een deken was in een halve pup-tent gerold en die ‘dekenrol’ was als een hoefijzer over de ransel gevouwen. Puptent De Pup-tent was een halve tent. Met een andere helft van een andere soldaat kon daarvan een hele tent geknoopt worden. (Zie pag. 10) Aan de koppel Aan de koppel hingen: een veldfles met mok, een gasmasker, een bus met ontsmettingsmiddel, een pionier schop, een pistool.
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 20 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De PSU-kast Al die spullen moesten netjes in de PSU-kast worden geborgen. Wij hadden smalle ijzeren kasten, waar het allemaal net in paste. De indeling was volgens voorschrift. Alles bij iedereen op dezelfde plek. Alles wat opgevouwen kon worden, ondergoed, handdoek enz., moest ‘mes breed’ op de plankjes liggen, met de ‘bolle’ voorkant naar voren. Hoe het er van achteren bij lag gaf niet. Als maatlatje gold het mes van het bestek. Wolletje ’s Morgens moesten de dekens model worden gevouwen, waarvoor een stokje voor de juiste maat was uitgedeeld. Soms nam ik de moeite meteen de strozak wat op te schudden.
Weekend verlof De plooien moesten strak in jack en broek zitten, anders kwam je in het weekend de poort niet uit. De inspectie was serieus: glad geschoren, haren kort, schoenen gepoetst, koper gepoetst, koppel ‘geblancoed’. Je kreeg vlot een na-inspectie, uren later, zodat het weekend al een eind voorbij was, als je eenmaal thuis geraakte, zeker een ‘kort-weekend’, van zaterdag-middag tot zondag-avond. Een lang weekend was van vrijdag-avond tot maandag-morgen, om en om met een kort weekend. De koppel was origineel van ruw materiaal. Daar moest een soort groene schoensmeer opgesmeerd worden, en uitgewreven. Dat heette ‘blancoen’ op zijn Nederlands-Engels, al was het groen. De marechaussees hadden wel witte ‘blanco’. Na de dienst mochten zelf aangeschafte lage bruine schoenen gedragen worden.
Film Na het avondeten waren we vrij tot het avondappel. Een belangrijk vermaak was biljarten in het PMT (Protestants Militair Tehuis) of het HMT (Humanistisch) of het KMT (Katholiek). Ook gingen we vaak naar een film in de grote filmzaal van de kazerne. Aan de manier waarop de soldaten na afloop naar hun gebouw terug liepen, kon je zien of het een wild-west of oorlogsfilm was geweest. De voorstelling werd als het ware nog even voortgezet.
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 21 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Militaire tehuizen KMT Zondags kon de mis bijgewoond worden in het Katholiek Militair Tehuis. Hierdoor had je tijdens het parate weekend de kans een tijdje van de kazerne weg te komen. Niemand controleerde of je echt katholiek was. In de gelagkamer waren stoelen op rijen gezet met een altaartje er voor. Het was daar zaak om dicht bij de bar te gaan zitten, en als de ‘tehuis-vader’ daar verscheen, snel een biljart te bespreken. Indirect droeg het KMT er toe bij, dat ik mij afwendde van de RK-kerk. Fons Jansen trad op met zijn programma: ‘De Lachende Kerk’. Hij zei op een gegeven moment, dat het geen zin had om naar de kerk te gaan, als je er toch niet in geloofde. Ik twijfelde al langer aan nut en noodzaak en door zijn opmerking werd ik over de drempel geduwd. Een gelovige was ik sindsdien niet meer, maar in doen en laten nog steeds een katholiek. PMT en HMT Het Protestants Militair Tehuis verschilde niet wezenlijk van het KMT en het Humanistisch Militair Tehuis evenmin. Ze lagen dicht bij elkaar en werden zonder voorkeur door mij beurtelings bezocht, als daar ’s avonds ruimte voor was. Alles was goed, om even van de kazerne weg te komen.
Straffen Licht arrest Een veel uitgedeelde straf was ‘licht arrest’. De gestraften mochten dan de poort niet uit en moesten zich dan na een oproep via de luidsprekers “Alle lichtgestraften melden bij de wacht” melden bij de wachtcommandant. Die luidspreker kon je in de filmzaal niet horen. Als die oproep voor melden had geklonken, riep het door welwillenden gewaarschuwde personeel van de filmzaal om dat er telefoon was voor Jansen, of zo. Overal in het donker zag je dan jongens opstaan en vertrekken. Ze konden er alleen daarna niet meer in. Op de legerplaats was een grote eetzaal. Tegen etenstijd liepen de soldaten in groepjes al kletsend naar die eetzaal, mes, vork en lepel in een borstzak en de mok daar aan gehangen. Kazerne-commandant was een brigade-generaal, die de gewoonte had om – juist tegen etenstijd – zich in zijn auto door een korporaal te laten rondrijden. Voorop die auto stond een rood bordje met de ene ster van een brigade-generaal, en daarvoor moest je de groet brengen. Uiteraard waren er altijd jongens die al kletsend die hele generaals-auto niet hadden opgemerkt. Dan kwam de korporaal hun naam en nummer noteren en daarop volgde gegarandeerd een weekend licht arrest. (Het rode bordje heeft teveel sterren, maar het gaat om het idee)
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 22 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Verzwaard- en Streng arrest Verzwaard arrest moest ondergaan worden in een soort hok in het wachtlokaal. Bij streng arrest kwam er een echte cel aan te pas. De sergeant-majoor vond het op een morgen nodig ons hard te laten lopen rond het legeringsgebouw. Een korporaal, een stevige Limburgse mijnwerker, zag – net zo min als de anderen – het nut daarvan in, en hij verrekte het. “Dit is een dienstopdracht”. De kpl. bleef staan. De sergeant-wachtcommandant werd opgetrommeld. Met twee man extra, met geweer, kwam die de onwillige ophalen. Veters uit de laarzen, een bewaker links en één rechts en zo werd de kpl. afgemarcheerd, om ‘achter de wacht’ te worden gezet. Streng arrest was het gevolg.
Cuba-crisis Oktober 1962. Dreigende atoom-oorlog tussen VS en Sovjet Unie. Cuba, Varkensbaaiincident. Wij mochten toen maar twee keer in de maand naar huis. Het andere weekend waren wij ‘paraat’. Onze vaandrig deed niet moeilijk. De jongens die wel naar huis mochten en een slechte verbinding hadden met de militaire trein, konden wat hem betreft naar een station gereden worden om met de burger-trein te reizen. Er was altijd wel een chauffeur beschikbaar die niet naar huis ging. De vaandrig schreef dan een rijopdracht uit, want daarzonder kwam je de poort niet uit met de vrachtwagen. De jongens lagen bij de wacht plat in de laadbak. De dienstplichtigen die wacht hadden keken niet zo nauw, dus dat ging wel goed. Meer dan eens heb ik zo jongens naar station Hulshorst gereden. Van een afstandje kon je het perronnetje overzien. Soms zagen we daar dan op tijd een beroepsmilitair. Die schreven te makkelijk een rapportje en dan reden we naar het volgende station. Dat zal wel Harderwijk geweest zijn. Met Kerstmis 1962 zat ik met de parate hap ook binnen. De maten wensten op de kamer een kerstboom. Daar zorgde ik voor, door tijdens een rit met de 314 een zaag mee te nemen en uit een bos een fraai exemplaar te betrekken. Monteurs hingen achterlichten en richtingaanwijzers in serie geschakeld in de boom, zodat die op 220 V konden branden. Rood papier ging rond de TL-buizen en een jongen die tekenaar was van beroep, schilderde plaatjes op de ruiten met van de marechaussee geleende blanco. Aan het plafond werd een camouflagenet geprutst en al met al was het heel sfeervol. Maar dat kon nog beter, door drank in te slaan. Nu was dit verboden en de sukkelaars die met een tas met genever, wodka, whisky en wat al niet langs de wacht meenden te geraken hadden pech, want alles
Militaire dienst Leven als soldaat Pagina 23 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 werd geconfisqueerd. Veel slimmer was het om de lange wandeling langs het hek naar de achterkant te maken en daar de flessen aan een maat door te geven. Ik had mijn fles bessengenever gewoon in de auto, waar niemand in keek. Er werden er een paar verregaand dronken, en zo was het een geslaagd Kerstfeest.
Atoom alarm Op alles was gerekend. Ons werd wijs gemaakt dat wij een atoombom op de legerplaats konden overleven, door bij atoom-alarm een kilometer of drie verderop in een bos plat op de grond te gaan liggen. Je mocht naar dat veilige bos alleen te voet of per fiets. Ik haalde daarom mijn fiets naar Nunspeet, want de oefeningen vonden te vaak plaats om steeds dat hele eind te rennen.
Schietoefeningen soldaten Pistool en karabijn Bij de geneeskundige troepen hadden we geen mitrailleur of zoiets, want die zou maar in de weg zitten. Wij kregen een karabijn, Winchester,30-M1, kaliber 7,62 mm, 2,77 kg. Dit model karabijn zie je op films uit WO II bij de Amerikanen. Als je niet teveel bibbert kun je er op 100 m mee raken waar je op mikt. Lukte mij goed. We hadden ook een pistool, F-N2, kaliber 9 mm, type Wilhelmina. Er was een letter W in gegraveerd. Bij de politie later zou ik een type Juliana krijgen, iets lichter van bouw, met een letter J. Met het pistool kon ik ook goed overweg. Met dat pistool moest je wel uitkijken. Het werd geladen door de slede naar achteren te trekken, zodat die bij loslaten, vanuit de houder in de kolf, een patroon in de kamer kon duwen. Tegelijk werd daarmee de slagveer gespannen. Om het pistool te ontladen moest je eerst de houder uitnemen, maar er zat dan nog steeds een patroon in de kamer. Die moest eruit door de slede naar achteren te trekken, waardoor de patroon werd uitgeworpen. Dan was de slagveer nog steeds gespannen, die moest worden ontspannen, door “afvuren in een veilige richting”. Dit is meermalen fout gegaan, bij wapen onderhoud. Gehoorbescherming werd niet gebruikt. Ik ben dan ook schietdoof geworden, waardoor ik niet alle tonen meer kan horen. Uiteraard moest de militair de wapens met zijn ogen dicht uit elkaar kunnen halen en terug in elkaar kunnen zetten. Daar hadden de meeste jongens 2
Fabrique National d’Armes de Guerre, Herstal.
Militaire dienst Schietoefeningen soldaten Pagina 24 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 een hekel aan en ik niet, waardoor ik een paar centen bij kon verdienen. Aanvulling op de ƒ 1,-- per dag, die ik kreeg als geoefend soldaat. Bij inspectie van de staat van onderhoud van de karabijn, moest de sergeant-majoor door de loop kunnen kijken. Daar moest dan licht doorheen vallen. Dit werd bereikt door de grendel naar achteren te trekken en de nagel van de duim schuin voor de kamer te zetten. Die weerkaatste dan licht in de loop en ieder vlekje viel dan op. Er is een film van Dad’s army3, die precies laat zien hoe het bij ons nog steeds toe ging, 25 jaar later. Met het pistool schoten we op een papieren schijf, die voor de kogelvanger stond, 20 of 25 m afstand. Rustig mikken, kon niet fout gaan4. De gaten in het papier werden dichtgeplakt met een papiertje. Het busje lijm stond meestal op een plankje onder de schijf. Dat busje er af schieten was wel leuk, maar je kon dat niet te vaak doen. Met de karabijn schoten we op 100 m. Op die afstand, net voor de kogelvanger, was een loopgraaf, waar de mannen die de schijf bedienden in zaten. Via een veldtelefoon kregen die instructies. Eén schijf bestond uit twee stukken die via een katrol in evenwicht aan elkaar zaten. Ging er één schijf omhoog, dan ging de andere omlaag. De schietschijf had ringen met cijfers Met een lange stok werd aangewezen waar het schot was gevallen..
Een stok met een rood-wit-blauw bordje op de punt voor een 10 (roos). Een andere stok met een oranje bordje voor andere treffers. Hoeveel punten verdiend waren, kon je aanwijzen door een hoek van de schijf aan te wijzen, die een nummer voorstelde. Flink zwaaien met de stok stond voor ‘afzwaaier’
Afhankelijk van wie schoot, wezen we het goed aan of juist niet. Voor de schutter was het de kunst om de aanwijsstok te raken. Ook te zien in de film van Dad’s Army, net als op een karretje vervoeren van het materiaal naar net zo’n loopgraaf, verkeerd aanwijzen, de telefoon waar je aan moest zwengelen, kortom, de hele sfeer.
3 4
Dads Army Season 1 - Episode 6 - Shooting Pains Later, met een ander pistool, ging de politie schieten zoals je op een Amerikaanse actiefilm ziet.
Militaire dienst Schietoefeningen soldaten Pagina 25 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Het koper van de hulzen was kostbaar en er mochten zeker geen patronen verdonkeremaand worden. Vast onderdeel was dan ook het hulzen rapen na afloop. Daar kon je nog wel eens flink naar moeten zoeken in het losse zand, want het aantal moest kloppen.
MLV We kregen een goede conditie, onder meer doordat we dikwijls de NATOstormbaan over gejaagd werden. Een bijzondere test gold het insigne Militair Lichamelijke Vaardigheid. Ik heb die gehaald en was wel ingenomen met die speld op mijn jack, want het viel niet mee. Alles in het binnen-gevechtspak met de zware laarzen M52, de helm, binnen- en buiten- natuurlijk, en een onklaar gemaakt ouderwets Lee Enfield geweer van bijna 4 kg. De test hield in: De complete hindernisbaan binnen een bepaalde tijd afleggen. Vooral over een schutting van 2 m klimmen met dat geweer als ballast was lastig. Verder een eind touwklimmen, 2 km lopen in 10 minuten, 10 km lopen, hoe vlug weet ik niet meer, maar er moest wel gerend worden, een handgranaat 32 m ver gooien, een eind zwemmen en 100 m man dragen in een bepaalde tijd. Voor deze proeven was wel geoefend, behalve voor het zwemmen en de 10 km. Voor de zwemproef moesten de candidaten naar Zwolle, in de DAF 314 met mij aan het stuur. Voor de 10 km hoefden we niet zo ver weg. Het bleek dat het van de legerplaats naar Nunspeet 5 km was, dus dat moesten we heen en terug hollen. Wat een pokke-eind was dat, met die helm, geweer en laarzen. Ik heb dat gehaald, maar mij meteen voorgenomen nooit meer zo’n afstand hard te lopen. Voor het man-dragen moest je een man in de brandweergreep op je schouders laden en er op een holletje voor zorgen dat hij compleet, met helm en geweer, aan het andere eind van het voetbalveld werd neergekwakt. Daarbij moest je je eigen helm en geweer ook meenemen. Als ‘de man’ zijn helm verloor, was je zelf ook bijna verloren. Idem als je één van Militaire dienst MLV Pagina 26 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 de twee geweren liet vallen. Je eigen helm hotste-botste allicht voor je ogen, zodat je nog maar moeilijk zag waar het heen moest. Kort nadat ik voor de proeven was geslaagd, zijn twee marechaussees overleden bij het man-dragen. Dit onderdeel is vervolgens geschrapt.
Wilhelmina bijgezet Op 8 december 1962 is koningin Wilhelmina in Delft begraven. In mijn soldatenpak ben ik op de Markt gaan kijken. Veel militairen om dat in goede banen te leiden. Ik deed net of ik daar bij hoorde en klom in die ‘functie’ in een staketsel waar lampen en luidsprekers in hingen. Niemand vroeg iets, en ik kon het prima zien, ongeveer zoals op de foto.
De vierdaagse De sergeant-majoor vroeg op een dag, wie er naar de vierdaagse in Nijmegen wilde, om voor medische ondersteuning te worden toegevoegd aan het Israëlisch detachement. Blaren prikken en zo. Vroeg hij aan mij, een chauffeur, alsof er geen echte gewondenverzorgers waren. Ik beweerde dat ik dat kon en met auto en al werd ik, met een andere soldaat, naar Nijmegen gestuurd. Het enige wat ik van die Israëliërs heb gemerkt, was dat we in hetzelfde schoolgebouw gelegerd waren. Verder hadden die mij helemaal niet nodig. Ik moest onder meer grote gamellen eten van de keuken naar andere onderkomens rondrijden. Zelf at ik liever mee met het detachement uit Luxemburg, wat ook in die school zat. Die hadden een echte kok meegenomen. Ik heb daar nog vreselijk geblunderd. In de school was een lokaal ingericht voor uitvallers. Een Engelse majoor vroeg of ik een Engelse krant voor hem wilde kopen. Kwam ik terug met de New York Times. ’s Avonds kon ik met mijn kameraad de stad in. Daar ontmoette ik Maria uit Tilburg, waar ik een tijd verkering mee heb gehad. Beethovenlaan. Kerk op de hoek, nu afgebroken. Rij huizen tegenover hun huis, nu afgebroken en de straat omgedoopt tot Hart van Brabantlaan. Aardige mensen. Vader en dochter werkten bij ‘De Volt’, een lampenfabriek in Tilburg. Maria op de naaikamer. Vader heeft, zo oud als hij was, een rijbewijs gehaald en een Trabant aangeschaft. Die kregen wij soms mee.
Militaire dienst Wilhelmina bijgezet Pagina 27 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Naar de rijkspolitie Omdat het werk in het ziekenhuis niets voor mij was gebleken, zocht ik naar iets anders. In de Katholieke Illustratie vond ik een bonnetje voor aanmelding bij de Rijkspolitie. Daar wist ik verder niets over. Ook niet dat er ook nog Gemeentepolitie bestond. Wat de politie precies deed, daar had ik ook geen idee van, maar het leek me wel avontuurlijk. Alles was beter dan een kantoor en zeker beter dan het ziekenhuis. Er volgden een psychologische, een medische keuring en een sport keuring, in Utrecht. In de wachtkamer zaten enkele bomen van kerels, mariniers en zo. Die leken me zeer geschikt en ik begon het al somber in te zien. Voor de sportkeuring moest ik in een gymzaal heen en weer rennen en nog zo wat dingen doen, die vergeleken met de stormbaan in Nunspeet een makkie waren. Wat ik voor de psychologische test moest doen weet ik niet meer. Later hoorde ik, dat gezocht werd naar geestelijke stabiliteit en gezagsgetrouwheid. Ook gelukt. Van de candidaten uit de wachtkamer heb ik er geen een teruggezien. In die tijd werd maar 7% van de sollicitanten aangenomen. Daar hoorde ik dus ook bij, maar dat dit niet vanzelfsprekend was, wist ik toen niet. Waar ik aan begon bleek later pas, maar voorlopig was ik nog soldaat. De opleiding voor de RP zou beginnen voordat de diensttijd er op zat en daarom schreef ik een rekest aan de minister van Oorlog met de vraag of ik vervroegd de dienst mocht verlaten. Verzoek toegestaan. Het uniform mocht ik houden, als ik de insignes er maar afhaalde. Ik was een helmnetje kwijt en dat moest ik vergoeden. Als geoefend soldaat kreeg ik ƒ 1,-- per dag, dus winst zat er niet in. Ik kreeg nog wel instructies mee voor het geval dat ik het land alsnog moest komen verdedigen.
Naar de rijkspolitie De vierdaagse Pagina 28 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Politie Dit is het deel over de politie. Hier beschrijf ik een achterhaald tijdvak. Veel details.
De opleidingsschool Klas E 1963-19645
Een uit de Katholieke Illustratie geknipt bonnetje was voldoende. Daarna ging alles vanzelf: selectie, psychologische-, medische- en sportkeuring, request om een maandje eerder uit het leger te mogen en uiteindelijk de aanstelling als adspirant der rijkspolitie: In oktober 1963 melden op de Opleidingsschool in Arnhem voor één jaar interne opleiding. De school was gehuisvest in een villa, die ook nog als klooster had gediend, aan de Velperweg 158. Nou, dat was even wennen. Bij de krijgsmacht bestond toen nog echte discipline, zoals Lubbers in z'n werkkampen zo graag zou zien6. Maar overste Proot, de directeur van de school, maakte het nog veel spannender. Dat merkte ik de allereerste morgen al. Ik had een 5
Deze tekst is ook te vinden op http://www.senioren-pgz.nl/de-opleidingsschool.aspx Enkele foto’s zijn van: Constant Theunissen klas C opleidingsjaar 1964-1965, jonge categorie (17 jaar). 6
Ruud Lubbers Van 1982 tot 1994 minister-president van Nederland
Politie De opleidingsschool Pagina 29 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 zwarte coltrui aan en R., met z'n verweerde kop –matroos geweest bij de marine – had een open kraag. Proot kwam de klas inspecteren, wachtmeester 1e kl. B. beleefd een halve pas achter hem. Ze keken de klas rond, smiespelden wat met elkaar waarna de overste vertrok. Daarna riep de wachtmeester R. en mij apart. Als we 's middags geen stropdas om zouden hebben, konden we gaan. Dus maar geleend van iemand. In de loop van het jaar moesten we wel meer flauwe kul of gewoon pesterij verdragen. “Zie dat je dit jaar door komt”, zeiden we ter bemoediging tegen elkaar. Om niks werd je van de opleiding verwijderd. Rangen Voor de leken moet ik hier dan maar even uitleggen dat de RP als laagste rang adspirant had (één streep, die chevron heet) dan wachtmeester (2 str.), wachtmeester 1e klasse (3 str.), opperwachtmeester 4 strepen (later 2 gekruiste zwaarden in een krans van lauwertakken) en dan adjudant met een mooie zilveren stip en een lauwertak op de pet om de springende granaat7. Later werd dat een grote granaat in een ster. In het nieuwe politielogo in 1994 verdween die fraaie ster weer. Er is vruchteloos geprotesteerd. “Embleem van een gasfitter”, werd het genoemd. Dan waren er nog de officiersrangen: luitenant, kapitein, majoor, overste, kolonel en generaal. Die hadden nog mooiere petten. Een majoor héétte overigens wel majoor, maar hij was dat niet. Hij was dirigerend officier der rijkspolitie 3e klasse. In 1963 was het uniform nog veel ingewikkelder dan nu. Naarmate de rang steeg, veranderden bijvoorbeeld ook de strepen op de pantalon. Een wachtmeester had een smalle zwarte bies, een adjudant een brede en daarna werd die nog breder met smalle biezen aan weerszijden. De hoge petten hadden zilveren biezen op de stiknaden. Hiernaast pet van een adjudant. Met de reorganisatie van de politie van1994 werden de Rijkspolitie en de gemeentepolitie samengevoegd tot regionale politie en het land werd opgedeeld in 25 regio's en het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) Hierbij verdwenen de hier genoemde rangen. Het is dus passend dat we er even bij stilstonden.
7
De springende granaat is in heel Europa in gebruik. Oorspronkelijk van grenadiers van Napoleon.
Politie De opleidingsschool Pagina 30 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Niet alleen werd het hele korps rijkspolitie opgeheven, maar in iedere regio hadden ze weer iets anders verzonnen. Wat U aanziet voor een agent heet in de ene regio Medewerker Basispolitiezorg, in een andere Netwerkagent, en ergens anders weer Taakaccenthouder politiedienst en met de nieuwe reorganisatie is dat nog ingewikkelder geworden, maar we dwalen af. Het Corps Rijkspolitie is na de oorlog opgericht met overname van de rangen, nagenoeg het uniform en de manier van denken van het Wapen der Koninklijke Marechaussee en daarmee ook de discipline. Marechaussees zelf spreken van: "Gods eigen Wapen". Het zat daar dan ook vol halfgoden en zo dachten ze bij de RP destijds ook. Dat werd ons met grote nadruk bijgebracht. De docenten waren wachtmeester 1e klasse of opperwachtmeester en er waren zelfs één of twee adjudanten. Hoe hoog die waren bleek als je bijvoorbeeld iets aan je docent wilde vragen wanneer die in de onderofficiers-cantine zat. Je moest eerst snel inschatten wié daar de oudst aanwezige was, je bij hem "model" melden, toestemming vragen je docent te spreken, daar opnieuw model melden, zeggen wat je te zeggen had, vragen of er nog iets van zijn orders was, model afmelden, weer terug naar de oudste, hem ook vragen of er nog iets van zijn orders was, weer model afmelden en dan kon je weer gaan. Een extra handicap daarbij was dat een opper in die tijd vier strepen had en een wachtmeester 1 drie, maar dat die vierde-opperstreep niet goed zichtbaar was als in de mouw plooien zaten. Als je dus de pech had een oudere 1e-klasser voor de hoogste aan te zien terwijl er een jongere opper zat, waren de rapen gaar. Die docenten zaten ook maar, compleet in uniform met alle knopen dicht, op hun vrije avond in een ongezellige cantine bij elkaar, vanwege de discipline. Als je in de gang een officier tegenkwam maakte je "Halt en Front". Als er één de kamer opkwam moest de eerste die hem zag, brullen: "In Orde" en dan ging iedereen stijf staan. Voor een onderofficier riep je "Stilte". Je moest dan je kop houden, maar je hoefde niet op te staan. Een vooruitgang voor mij persoonlijk was overigens dat ik bij de RP een echt bed kreeg, een matras met lakens. Zoals ik al gezegd heb: Bij de soldaten heb ik achttien maanden lang één strozak gehad met drie dekens, die één maal zijn verschoond. Oudere en Jongere Categorie Er dreigde een personeelstekort en daarom werden jongens (in mijn tijd was er geen één meisje) van 17 jaar aangenomen. ‘Jongere Categorie’ heetten die. Die sliepen op een slaapzaal. Wij van de ‘Oudere Categorie’ hadden kamertjes voor vier man. Die jongeren werden behoorlijk kort gehouden. Ik geloof dat die het terrein helemaal niet mochten verlaten.
Politie De opleidingsschool Pagina 31 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Uniform Gezien de fictie dat wij a.s. notabelen waren, was het ook niet vreemd dat ons met klem werd aangeraden ons daar in burger ook naar te kleden. Zo werd ons de tweede week al voorgehouden dat een Heer een Hoed droeg. Dan bleven onze haren ook beter in model, zei luitenant Leers, zodat we onder alle omstandigheden netjes voor de dag konden komen. Of we dus de rest van het jaar maar op school wilden verschijnen met een hoed. Niemand droeg in die tijd zo'n ding, maar ja, noblesse oblige. Als het helemaal niet anders kon, dan maar een pet, maar liever niet. Zelf heb ik het maar bij die pet gehouden. Diverse lotgenoten kwamen toch met een hoed naar school en liepen daar dus flink voor joker, maar we moesten aan dat politiepak toch ook wennen. Een heer droeg handschoenen. Wij kregen daarom bij het uniform bruine gevoerde handschoenen voor ’s winters en ongevoerde voor ’s zomers. Wij droegen een soort politie-uniform, geen echt, maar iets wat erop leek. Ook geen pet, maar een kwartiermuts. Dat heette officieel een veldmuts. Dat was goedkoper, want er werden diverse leerlingen vóór het einde van het jaar ontslagen en daar zou dan een compleet uniform aan verknoeid zijn8. Het was trouwens steeds een heel gevecht om op tijd weer het goede pak aan te hebben, want we deden niks dan verkleden daar: Huisjasje voor binnen; uniform voor buiten, burger voor zwemles, trainingspak voor sport, overall voor exercitie en schietinstructie. Bij die overall hoorden ook enkelstukken. Wij gebruikten van alles nog - in het zwart- waar ze in het leger allang geen nut meer in zagen. Groeten Groeten, leken zeggen salueren9, was natuurlijk heel belangrijk. Dat ging nog met de handpalm naar voren gekeerd. Later is dat vervangen door de palm naar beneden te draaien, zoals de Marine dat altijd al deed (Bij ‘De Soldaten’ al vermeld). De reden was, dat de oude wijze van groeten "door een onnatuurlijk getordeerde stand van de onderarm aanleiding gaf tot een onnauwkeurige uitvoering". Daar weet ik nog een oorzaak voor. Dat kwam zo. We hadden uiteindelijk officiële jasjes gekregen. Tuniek heetten die. Ik had er één waarvan die man zei dat het paste; ja, als ik stilstond. Nou zaten er aan die jasjes links en rechts taillehaken, waar de koppel in moest. Ik kwam er toen achter dat de taille niet het middel is. De taille zit veel hoger, zo bij de zwevende ribben, althans, daar bleef mijn strak aangetrokken gloednieuwe koppelriem hangen, op die haken. Overste Proot kwam 8 9
De jonge jongens op de foto zijn van een opleiding die 17 jarigen toeliet. Latijn salūs ‘groet; goede gezondheid, heil’; men groette elkaar door het uitspreken van de wens salūtem!
Politie De opleidingsschool Pagina 32 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 controleren of het allemaal goed zat. Daarbij moesten we ook salueren. Maar ik kreeg door die strakke koppel over dat veel te strakke jasje mijn arm met geen mogelijkheid hoger dan mijn oor. Dus hield ik mijn kop maar een beetje scheef, maar zo haalde ik het nog niet. Mijn hand bleef dus maar wat zweven onder m'n oor. Helemaal fout. Proot kreeg zowat een beroerte en ik ben krachtig uitgekafferd. Inspectie De inspectie van de kamer, de kasten, het uniform, voor we een weekend naar huis mochten, was erger dan in het leger. Steevast werd gecontroleerd of het geleng wel gepoetst was. Dat was het stuk schoenzool tussen hak en de zool die de grond raakte. Nou ja, dat verwachtten we, dus daar hadden ze ons niet mee, maar met een witte handschoen over de kasten leverde altijd wel stof op, en een trein later. Deze handelwijze was voorbereiding op de praktijk, legde de docent uit. Daar zat hij niet eens ver naast. Nog jaren lang werd er thuis kledinginspectie gehouden. Een politieman kreeg namelijk iedere maand een bedrag bij het salaris als kledinggeld. Aangeschafte uniformstukken werden weer op het salaris ingehouden. De bedoeling zal wel geweest zijn dat we daardoor niet méér zouden aanschaffen dan nodig was. Die lui in Den Haag hadden er natuurlijk nooit aan gedacht dat iemand geld kon verdienen door minder aan te schaffen. Dus kwam een districtsadjudant (2 stippen) eens per jaar thuis controleren of je de voorgeschreven uniformstukken wel had en in welke staat die verkeerden. Hij zocht bijvoorbeeld naar stof in de ballon van de ballonbroek. Als je daarop verdacht was klopte je die uit, anders was het steevast raak. Wij hadden toen ook een helm, model Binnenlandse Strijdkrachten. Daar zaten koperen klemmetjes in die groen uitsloegen als je even niet keek. Dat wist die adjudant ook en die keek juist wel. Je mocht ook niet teveel in de was hebben, want dan vertrouwde hij het niet. Maar we dwalen af. Eetles Op de school werd ons voorgehouden dat wij op de standplaats bij de notabelen zouden horen, zoals de dokter, de notaris en de pastoor en daar werden wij op voorbereid. Daar hoorde ook de les in netjes eten bij. Wij noemden dat “mes en vork exercitie”. Als we bij de burgemeester zouden dineren, moesten we weten hoe het hoorde. Vandaar de les. Met wijnglazen, gevuld met water, appeltje schillen met mes en vork en niet praten met volle mond. Met soep eten moest je het bord van je af kantelen voor het laatste beetje. Veel geleerd in die les. Ik heb daar nog profijt van. Die eetles werd in een aparte ruimte gegeven. Er lagen bij die gelegenheid witte lakens op de tafels. Politie De opleidingsschool Pagina 33 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De rest van het jaar aten we in een grote zaal van plastic tafelkleden. Bij toerbeurt moest een klas poetsen. Daar is een jaar lang alleen maar koud water aan te pas gekomen. De tafels werden in ieder geval steeds kleveriger. De politiefiets De fiets was een belangrijk vervoermiddel in die tijd. Auto's waren niet algemeen. In ‘de praktijk’ werd een rijwielvergoeding voor gebruik eigen fiets betaald. De fiets moest er ambtelijk uit zien. Daar kwam maar één kleur voor in aanmerking. Ik had een sportmodel met witte spatborden en witte remkabels. Die spatborden moesten zwart gelakt worden natuurlijk. Er waren er nog meer met fietsen die niet door de beugel konden. Dus moesten de afwijkelingen op een avond met potjes fietsenlak in de stoffige gangen alles wat daarvoor in aanmerking kwam zwart verven. We scholden hevig als iemand z'n voeten niet optilde, want het stoof als de hel. Toen ik de spatborden zwart had, kwam luitenant Leers met z'n Limburgse accent vragen wat die witte kabels betekenden. "Kunnen die er niet af?" "Nee luitenant, die zijn van de remmen". Ze mochten nog net blijven zitten. Ambtelijke vorming Deze man gaf ook les in "ambtelijke vorming". Hij vertoonde dan een dia van een wachtmeester die op een schrijfbureau zat en vroeg of dat gepast was. Of hij liet een wachtmeester zien met een doos onder de snelbinders van zijn fiets. Of dat kon? "Nee", riepen wij, want we leerden snel de goede dingen te roepen. Inderdaad. Er was uniformkleding uitgereikt op het bureau en gepast in de kledingwagen, legde de luitenant uit, maar het ging natuurlijk niet aan in uniform met een doos te fietsen. De man op de foto had eerst naar huis moeten gaan, zich in burger kleden, terugfietsen naar het bureau en alsnog de doos ophalen. Eén van m'n eerste opdrachten in Baarle-Nassau, waar ik na de school gestationeerd werd, was een doos met twaalf inbeslaggenomen flessen jenever in Tilburg deponeren bij de Provinciale Voedselcommissaris. Met de bus, in uniform. Niet te hanteren, die loodzware doos. Mijn gezeul was beslist in strijd met het decorum. Die groepscommandant, adjudant Buys, was nooit in Arnhem op school geweest (die ouwe knarren hadden in Nistelrode gezeten). Ook het 'model afmelden' viel niet in goede aarde. Melden moest wel, voor en na de surveillance, maar rechtsomkeert mocht niet, want daar was de rijks vloerbedekking niet op berekend. Liften Om goedkoop thuis te komen, liep ik meestal met een paar man, die richting Utrecht moesten, naar de doorgaande weg langs de Nederrijn. Die weg heette ‘Onderlangs’. Hogerop lag ‘Bovenover’. Een lift kreeg je nogal gauw in die tijd. Ik ben eens op een plek waar ik niet hoorde te lopen, afgezet nabij knooppunt Vianen. Daar stopte een AVD-Porsche. Er stapte iemand uit met drie strepen op de leren jas, die ik netjes aansprak met wachtmeester. Dat deed geen ene burger, en de vraag was dan ook, hoe ik dat wist. Toen bleek dat ik op de RP-school zat, bleef de man die uitgestapt was langs de kant staan en ik Politie De opleidingsschool Pagina 34 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 mocht instappen. Ik werd naar een betere plek gereden. “Dat was de districtscommandant zelf”, zei de chauffeur. Een ander lift-avontuur beleefde ik, toen ik eens met de laatste trein vanuit Delft naar Arnhem
zou reizen, maar in ’s-Bosch de verkeerde trein had genomen. Bij de eerst volgende halte stapte ik uit, en daar stond GELDERMALSEN op de borden. Nooit van gehoord. Met de laatste trein die daar voorbij kwam kon ik nog terug naar ’s-Bosch, maar daar waren de treinen op. Liften was het enige wat overbleef. Het was 23:30 u ongeveer en er was nauwelijks verkeer. Ik wandelde in het donker ongeveer midden op straat richting autoweg, toen er een Duitse vrachtauto aankwam. Die stopte waarachtig. De chauffeur moest naar “Zoetphen”, maar hij verrekte van de slaap en ik moest hem wakker houden. Dat was ook hard nodig ook, want hij slingerde behoorlijk. Hij is nog doorgegaan tot Arnhem, voor mijn plezier denk ik, en daar toch maar aan de kant gaan staan. Fiets-exercitie Terug naar de rijwielen: Wij moesten natuurlijk weten hoe een wachtmeester fietst. Links van de meerdere. Bij obstakels liet de mindere zich terugzakken en fietste later weer wat harder om bij te komen. Om vooral een correcte indruk te maken kregen we ook fietsexercitie. Op "Voorwaarts mars" twee keer steppen, links van de fiets, en dan allemaal tegelijk het rechterbeen over het zadel zwaaien. Ik trof het een keer dat ik "klasse-oudste" was op zo'n dag met fietsexercitie. Ik moest aan de docent melden dat de klas gereed stond voor de les. Dat kon die zelf natuurlijk ook wel zien, maar zo waren de spelregels niet. Hoe de regels wél waren herinner ik me nog levendig. Stel U voor, of nog beter, probeer maar: De klas in twee rijen opgesteld. Ik ervoor. Iedereen links van de fiets, de rechterhand aan het linkerhandvat, in de tweede rust10. De opper nadert. Ik neem de houding aan. "Meldt de klas", commandeert de opper. In ritmische, strakke bewegingen voer ik de volgende choreografie op: Stap 1 linkerhand pakt linker handvat rechterarm laat fiets los en strekt zich langs rechterdij, rechterhand brengt groet. rechterhand strekt zich terug langs dij, rechterhand pakt linkerhandvat. linkerhand laat fiets los en strekt zich langs linkerdij. (Ik sta dus weer in de houding, zoals ik begonnen was) "Ik meld de klas" spreek ik met luider stem. (Bevel dient te worden herhaald)
10
In de 2e rust mag je bewegen. In de 1e rust niet.
Politie De opleidingsschool Pagina 35 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Stap 2 linkerhand naar linker handvat rechterhand pakt fiets aan stang onder zadel rechterhand licht fiets 10 cm op met fiets maak ik model rechtsomkeert (moeilijk op rechterhak en linker teen draaien tot je achterstevoren staat en linkerbeen tot kniehoogte oplichten en met een stamp naast de rechter voet plaatsen) rechterhand zet fiets neer rechterhand neemt linkerhandvat over linkerhand strekt zich wederom langs linkerdij. (Ik sta dus weer in de houding met die fiets naast me, maar nu met gezicht naar de mannen. Alleen staande in de houding mag je een bevel geven.) Stap 3 Ik roep: "Kheeeelas, Geheeeeft Acht" De klas neemt de houding aan. Stap 4 en verder Ja, en dan begint het hele gesodemieter opnieuw, want ik moet weer model omdraaien om de opper te groeten en te zeggen dat de klas staat aangetreden. Dan zegt de opper: "Zet ze maar op de plaats rust" (dat stonden ze dus al voor het gedoe begon) en de geschiedenis herhaalt zich. Dan legt de opper uit wat we gaan doen en moet ik, met herhaling van de rituelen, de klas weer afmelden. Verplichte studie De school zat in een grote witte villa, die vóór ons als nonnenklooster was gebruikt. Onder het dak zaten allemaal celachtige kleine kamertjes. Die werden aan groepjes adspiranten toegewezen ten behoeve van de verplichte studie. Het was daar namelijk geen pretpark. In je kop stampen die wetten. Dat is aardig gelukt. Inmiddels is de hele voorraad wetten veranderd, maar ik kan die verouderde teksten niet meer vergeten. (Wet van de remmende voorsprong?). Of je daadwerkelijk op het kamertje zat te leren, werd enkele malen per avond gecontroleerd. Na een paar maanden mochten diegenen die de proefwerken goed maakten 's avonds van school weg, Arnhem in. We kregen daarbij wel een lijst mee van verboden gelegenheden. "Spijkerkwartier" stond daar ook op. Daar gingen we dus als eerste kijken. Dat kon je trouwens later, toen we in Amsterdam dienst moesten doen ook merken; al die kortgeschoren koppen die op de Wallen liepen te gapen waren wachtmeesters. Dat weet U toch hè, dat iedere rijkspolitieman van mijn lichting een jaar of twee in Amsterdam dienst heeft gedaan om het tekort aan personeel - wat ze toen al hadden - op te vangen. Zo kwam het dat ik nog heb zitten vissen in de gracht uit het raam van het bureau Kattenburg, maar dat is een ander verhaal. Weer terug naar de opleiding.
Politie De opleidingsschool Pagina 36 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Verkeer regelen Bij de gelegenheid dat we echte uniformtunieken kregen, werden er ook beenstukken uitgereikt. We droegen het hele jaar hoge schoenen. Door daar losse beenstukken bij te voegen leken dat net laarzen. Daar hoorde ook de zogenaamde ballonbroek bij. Die werd gedragen van oktober tot april, het wintertenue. De rest van het jaar droegen we de lange broek. Toen we al zover gevorderd waren dat we in uniform naar buiten mochten, kregen we ook les in verkeer regelen. Eerst in de tuin, met leerlingen op de fiets als verkeer. Later in het echt op een paar kruispuntjes in Arnhem waar we geen kwaad konden. We gingen daar in colonne op de fiets naar toe. De klas wachtte daarna in formatie aan de kant, terwijl we één voor één het kruispunt opgingen. In de bijlage bij het Wegenverkeersreglement stonden mannetjes getekend die de voorgeschreven aanwijzingen lieten zien. Men had ons geleerd dat iedere Nederlander geacht wordt de wet te kennen. Weggebruikers wisten dus precies wat onze gebaren betekenden. Met de aanwijzing "Algemeen stopteken" kon je de kruising vrij maken. Dat teken geef je door je rechterarm recht omhoog te houden met je handpalm evenwijdig aan je oren. Zo moest je beginnen maar ook eindigen, want de volgende moest dan achter je gaan staan, ook z'n hand omhoog steken en dan, als teken dat hij klaar was om het over te nemen, met de knie de voorganger aanstoten. Gewoon zeggen dat hij zover was mocht niet. De lol was dan natuurlijk om stiekem achter je maat te gaan staan en onverwacht hard in z'n knieholte te duwen, zodat hij bijna omviel. Op de foto sta ik zelf. U ziet wel hoe druk ik het daar had.
Politie De opleidingsschool Pagina 37 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Dat iedere Nederlander de wet kent bleek daar trouwens niet. Onze model-signalen werden maar gebrekkig begrepen. Later, weer in Amsterdam, heb ik er een heleboel bij verzonnen en die werkten veel beter, zeker als ik voor oogcontact zorgde met de bestuurder die vooraan stond. Parketpolitie Adspiranten zonder rijbewijs kregen rijles van instructeurs die geen politieman waren, maar wel bij de rijkspolitie in dienst.11 Die instructeurs werden ingedeeld bij de parketpolitie, zodat ze toch keurig een uniform aan konden. Aanvankelijk hadden die hetzelfde uniform als een wachtmeester met op de schouder een ‘straatnaam’ Parketpolitie. Later kregen ze een eigen uniform, waar blauw vervangen was door paars. Er is een incident geweest met een adspirant die – met zijn ene streep – meende dat hij hoger in rang was dan de parketwachter-rijinstructeur, zonder streep. De leerling weigerde te doen wat de instructeur zei. Hij is van de school verwijderd. Schietoefeningen opleidingsschool Wij moeten schietoefeningen gehad hebben, voor pistool en karabijn. Ik heb daar geen eigen foto’s van, daarom maar een andere klas hiernaast, in de blauwe overall en met de kwartiermuts. Ik herinner me ook niets van de schietoefeningen. Was ook niets bijzonders, na de militaire dienst met dezelfde wapens. (Zie pagina 24, Schietoefeningen soldaten)
Sluiting Vergadering 2e Kamer Toen we eenmaal mooi konden exerceren, mochten we de sluiting van de 2e Kamer der Staten Generaal begeleiden. Op Prinsjesdag wordt die geopend, dat wist U wel, maar hebt U er ooit bij stilgestaan dat die dus eerst gesloten moet worden? Dat deden wij! Met de luitenant Leers voorop, die dapper een sabel meedroeg, marcheerden wij in colonne door Den Haag, Wij droegen de karabijn op de
11
Adspiranten Jongste Categorie kregen pas rijles als ze van school af waren. Moesten natuurlijk 18 jaar oud zijn.
Politie De opleidingsschool Pagina 38 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 schouderii. Vanaf het Binnenhof ergens heen, wat ik vergeten ben. Een functionaris in een koets (een zwarte) achter ons aan. De voorzitter van de kamer, met de sleutel? Om te voorkomen, dat de houder van de karabijn (zonder kogels) de schouder van onze fraaie tuniek zou beschadigen, hadden wij een rubber hoesje over die houder moeten schuiven. Sport Sport stond dagelijks op het programma. Touwklimmen, ver en hoog springen. Achter de villa lag een park, met een grote vijver. Met de fiets moesten we zo snel het ging om die vijver heen rijden. Het ergste vond ik dat we iedere dag opnieuw 1500 m hard moesten lopen, ook in dat park. Het moest binnen 7 minuten. Ik haalde het wel, maar had er een gruwelijke hekel aan. Beëdiging Uiteindelijk, na examens in sport, EHBO, zwemmend-redden, schieten en natuurlijk wetskennis, konden de gelukkig geslaagden beëdigd worden. Twee eden moesten we zweren: dat we het vak netjes zouden uitoefenen en dat we niet omgekocht waren om bij de politie te gaan. De generaal, Gerritsen, zei voor waar het om ging en wij moesten dan zeggen: "Zo waarlijk helpe mij God almachtig." Adspirant H. zei tot drie maal toe "Godallemachtig" en dat telt natuurlijk niet. En je mocht niet lachen ook! Naar de praktijk En toen mochten we "de praktijk" in. Die praktijk, waarvan ons voortdurend was voorgehouden dat zich daar het echte politieleven afspeelde, leek in niets op de school. Als je iets deed en zei dat het je het zo geleerd had, was dat op zich al een reden om het af te keuren. Maar iemand die een jaar Arnhem had overleefd, kregen ze niet zo gauw meer klein en de maten en de burgers leerden ons wel wat het echte politiewerk inhield. De burgemeester heeft me overigens nooit te eten gevraagd. De collega's wel, zodat ik toch nog met belangrijke mensen aanzat. Tot zover het stuk wat ook op de Senioren-site staat. Verder met andere avonturen op de opleidingsschool
Water voor de opper Onnozel voorvalletje. Owmr. R., vriendelijke man, gaf ons les in PV. maken. Hij had een wat grof gelaat en grote tanden en werd soms vergeleken met een paard. Werkend aan het bord vroeg hij een adspirant om water te halen. Om te drinken, bleek later, maar de leerling meende dat dit was om het bord schoon te maken en hij kwam terug met een emmer water. “Ik ben toch geen paard” zei de opper.
Politie De opleidingsschool Pagina 39 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Zandvoort Onze klas is ook een keer naar het race-circuit in Zandvoort gestuurd. Wij moesten er voor zorgen dat publiek niet in de weg ging lopen op het circuit, wat natuurlijk heel onverstandig zou zijn. Van de race snapte ik niets, want ik zag alleen maar bolides gierend vlak voor mijn neus voorbijrijden. Geen idee wie voorop reed. De uitlaatgassen waren gemeen scherp en sloegen op mijn keel.
TV-optreden De TV kwam opnamen maken. Mijn rol was het maken van een gipsafdruk. Gips mengen in een bakje en dat in een vorm gieten. Adspirant R., dezelfde van hoofdstuk Klas E 1963-1964, moest een tekstje opzeggen. Dat haperde nog al. “Merk je niets van” zeiden wij. Nou, of je dat merkte, bij de uitzending, een tijdje later. Ik kwam ook op het scherm, mijn handen dan. Dat ik het moest zijn zag ik aan mijn horloge.
Freek de Jonge In het kader van culturele vorming organiseerde de school een bezoek aan een cabaretvoorstelling van Freek de Jonge en Bram Vermeulen. Een wonderlijke kennismaking werd dat. De indruk bij het publiek was, dat het om een cabaretvoorstelling ging waarbij gelachen kon worden, maar De Jonge zei ook af en toe iets wat ernstig bedoeld was. Een groepje jongelui in de zaal lachte op het verkeerde moment. De Jonge werd kwaad, kankerde op het publiek, liep weg en kwam niet terug. Na een tijd stilte met een leeg toneel, kwam de theater-directeur zeggen, dat de voorstelling uit was. Het verblufte publiek druppelde uit de rijen stoelen om de jassen op te zoeken.
Excursie TBS-Kliniek Een simpel zaaltje, witte wanden, TL-lampen. Rijen stoelen aan één kant en een enkele stoel daar tegenover. De adspiranten nemen plaats. Een man komt binnen en gaat op de ene stoel zitten. Het eerste wat hij zegt is: “Ik zit hier, omdat ik mijn vrouw en twee kinderen heb vermoord.” Verbijsterde stilte in de zaal. Ik wist niet wat ik hoorde. De man zag er heel gewoon uit. Hij had gesproken zonder emotie, alsof het over het weer ging. In het vervolg zijn nog enkele vragen gesteld, waar ik niets meer van weet. Alleen die ene zin: “Ik zit hier, omdat ik mijn vrouw en twee kinderen heb vermoord.” is me bijgebleven.
Politie De opleidingsschool Pagina 40 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Gemeente Baarle-Nassau Op eigen verzoek, vanwege de verkering in Tilburg, werd ik geplaatst in het District Tilburg op de groep Baarle-Nassau, Inspectie in het Ressort ’s-Hertogenbosch. Nooit van gehoord. De verkering hield geen stand, maar toen zat ik er al. Hiermee begon mijn Brabantse tijd, die in mijn manier van doen nog steeds voortduurt.
Landkaarten De geschiedenis van de beide Baarles is boeiend. Nog steeds heeft het gebied een statusaparte en iets moet de lezer er wel van weten, om mijn verhaal te snappen. Op de volgende bladzijden staan landkaarten, waarop de ligging van een paar stukken BHertog te midden van B-Nassau te zien is. Ook kaarten om de dorpen en gehuchten Zondereigen (hoort bij B-Hertog, ligt in België) Castelré en Ulicoten (horen bij B-Nassau) te kunnen plaatsen12. Kaart Zondereigen Het kerkdorp Zondereigen is het eilandje iets rechts van het midden onder de rijksgrens. De weg erheen heet ook Zondereigen. Op de grote kaart zie je Zondereigen als een klein zwart plekje, ongeveer in het midden, onder de rode gemeente-grens. Volgende blad. Kijk ook naar de grillige grens links boven, bij Het Marksken en zie de eilandjes België in het Nederlands grondgebied.
12
https://www.google.nl/maps/@51.4338608,4.8677665,14z
Politie Gemeente Baarle-Nassau Pagina 41 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Kaart Baarle-Nassau Bekijk dit kaartje. De Nederlandse N260 (gele nummers), lopend van de rijksgrens naar Tilburg, wordt een eind noordelijk van de bebouwde kom van B-Nassau voor een stukje de Belgische N135 (blauwe nummers). Kijk ook naar de Turnhoutseweg (N260) net op de rode lijn van de zuidelijke gemeentegrens. (Er staat Baarle-Nassau-grens). Daar ligt een stukje B-Hertog net over de weg heen. Over beide stukjes weg volgt nog een verhaal (Zie pagina 44, De Veldwachter en pagina 45, De Rijkswacht,). Andere plaatsen op de kaartjes komen ook nog terug.
Zoek ook even Weelde Statie op, net over de grens op de weg naar Turnhout. Daar ging de spoorlijn van Tilburg naar Turnhout de grens over. In mijn tijd reed er nog één keer per dag een trein. Er waren daar nog steeds overslag-loodsen en een douane gebouw aanwezig. Zie meer met een grotere schermweergave. Politie Gemeente Baarle-Nassau Pagina 42 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Kaart Castelré
Hier de korte info-versie. Zie voor véél meer info pagina 117.
De Baarles Baarle-Hertog Het Belgische Baarle-Hertog bestaat uit 22 enclaves. Deze 22 stukken grond zijn geheel omgeven door Nederlands grondgebied. Net over de officiële rijksgrens, in België, is het kerkdorp Zondereigen gelegen, dat eveneens tot de gemeente Baarle-Hertog behoort.
Baarle-Nassau Het Nederlandse Baarle-Nassau heeft op haar beurt 8 enclaves, waarvan er 7 als subenclaves in de twee grootste Belgische enclaves liggen en één nabij het kerkdorp Zondereigen. Naast de kern Baarle-Nassau behoren het kerkdorp Ulicoten en het gehucht Castelré tot de gemeente Baarle-Nassau. Castelré ligt als een schiereiland in België op 11 km van het centrum van Baarle-Nassau.
Grens niet vastgesteld Na de afscheiding van België in 1830, werden in 1843 grenspalen geplaatst. In de nabijheid van Baarle Hertog/Baarle Nassau werden géén palen geplaatst (maar ook geen nummers gereserveerd). De grenssituatie was er te complex.
Alles dubbel Brandweer, Kerk, Politie. Zowel Nederlands als Belgisch in het ene dorp. En natuurlijk gemeentebestuur, school enz. Van samenwerking was geen sprake. De mannen van de vrijwillige brandweren werden gewaarschuwd via de Belgische of de Nederlandse sirene. Als de NL-sirene loeide, rukte de brandweer van B-Hertog altijd uit. Nooit heb ik gezien dat ze mee mochten blussen. Als de B-sirene ging, bleef de NL-brandweer thuis.
Politie De Baarles Pagina 43 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Die sirenes hadden het nadeel, dat iedereen ze hoorde. Er reed altijd een hele stoet brommers en fietsers achter de brandweerauto aan. Bij het blussen stonden die dan vervelend in de weg. Er is nog eens een fotograaf van National Geographic Magazine uit Amerika geweest. Samen met de Belgische veldwachter ben ik op de foto gezet. Het artikel in NGM heb ik nooit gezien.
De telefoniste De telefooncentrale zat in een soort keldertje onder het Belgische gemeentehuis. Zie het ronde poortje onder de trap op de foto. De telefoniste bediende een tamelijk klein paneel met klinken, en stoppen aan koorden13. Als iemand een gekend persoon wou spreken, vroeg die simpel ‘de dokter’ of ‘ de slager’. Telefoonnummers hadden maar 3 cijfers. Na een tijdje vroeg de juffrouw: “Spreekt U?” om te weten of het gesprek uit was. Uiteraard kon ze alles meeluisteren, maar dat gebeurde niet als wij er waren.
De Veldwachter Veldwachter Kersemans hoorde tot de Landelijke Brigade. Zijn chef was een veldbrigadier, die af en toe op inspectie kwam. Een veldwachter had een beperkte politiebevoegdheid. Bij een aanrijding mocht hij wel d’n optekeningen doen en de situatie vastleggen, maar voor het verdere onderzoek werd de Rijkswacht ingeschakeld. Ik heb meer dan eens het meetlint voor hem vastgehouden.
13
Officiële namen voor de gaten, de pluggen en de snoeren, Met dank aan Herman.
Politie De Baarles Pagina 44 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De veldwachter maakte de situatieschets altijd vanaf een vast punt. Hij nam daarvoor een lantaarnpaal of de hoek van een huis en begon van daar af te meten. Wij werkten niet zo nauwkeurig. De rijkswachters moesten uit Turnhout of nog verder weg komen dus Kersemans stond nogal eens lang te wachten. Als de telefoniste na 23:00 uur naar huis was, konden wij via een Nederlandse telefoon onze ‘meldkamer’ in Tilburg vragen om Turnhout te waarschuwen, want de veldwachter had zelf geen telefoonverbinding meer. Ik heb zelf ook wel eens Turnhout gebeld, om te horen: “Allez, wij zijn niet van dienst zunne. Ge zult die van Poppel moeten verwittigen.” Dat deed de man dan niet even zelf. De veldwachter kwam van een ander stuk Vlaanderen en hij sprak een ander dialect en mijn hoog-Hollands stak daar nogal bij af. Een keer was er een meisje aangereden. Ik fietste naar het huis van de veldwachter. Krachtig ruikend naar Trappist deed hij open. “Veldwachter, er is op de Alphenseweg, op Bels gebied, een meisje op de fiets aangereden door een bestelauto. Ze is gewond, maar wij hebben de ziekenauto uit Tilburg al gewaarschuwd.” Het bleef even stil en toen kwam de vertaling: “Allez, ge meent te zeggen da t’er een accident is, mee een meske op n’en velo en een camionette, en dat da meske gekwetst is. Moar gij ebt d’n ambulance verwittigd.” Toen moest ik weer even nadenken. De arme man stond overal alleen voor. Op een zaterdagavond laat, terwijl wij – zoals gebruikelijk – met twee man met de motor op dienst waren, werden we gewaarschuwd dat we in de Molenstraat, het centrum moesten gaan kijken, omdat er gevochten werd met de veldwachter. Klopte. Een flinke groep jongelui had de veldwachter in het nauw gedreven op een open plek tussen twee huizen. Ergens achter uit het donker kwam de veldwachter tevoorschijn, de matrak in de hand. We brachten hem naar huis en hielden de jeugd nog een tijdje in de gaten, als stonden ze in België.
De Rijkswacht Mijn eerste ontmoeting met een duo Rijkswachters herinner ik me goed. Leken wel figuren uit een stripboek. Zo’n pet had ik nog nooit gezien. De voornaamste kazerne uit de buurt lag in Turnhout. Ik ben daar wel op bezoek geweest. De Rijkswachters wisten vanzelfsprekend niet precies hoe het zat met die rare grenzen. Zo kon het gebeuren dat bij een aanrijding op de Turnhoutseweg, een Eerste-Rijkswachter vroeg: “Allez, zunne, ekik zij d’r niet an gekend, sè, woar is hier d’n meet?”. Nou lag die net een meter of 10 verderop, maar zo nauw stak dat niet, vond ik, en ik verlegde de grens een beetje, waardoor de aanrijding sjuust in België was gebeurd. (zie pagina 42, Kaart Baarle-Nassau)
Politie De Baarles Pagina 45 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Echt België In het verleden keek men niet zo nauw. Nieuwbouw wordt nu ‘binnen de lijntjes’ gezet, maar er zijn nog veel plaatsen waar de grens van oudsher dwars door huizen loopt en grillig over de wegen en straten heen en weer springt. Het beroemdste voorbeeld is een huis op het Loveren, destijds tegenover het hertenkamp. De grens loopt daar in de lengterichting midden door de gang. Vandaar twee nummerbordjes: links het Belgische en rechts het Nederlandse. Denk de grens vanuit de deur als een rechtuit doorlopende streep over de straat, en je snapt dat je op het Loveren tot aan die streep in België was en één stap verder in Nederland. Op de foto is zo’n lijn getekend. Al te serieus kon je die grensaanduidingen niet altijd nemen. Er was een kastelein met een café op de hoek Molenstraat en Singel, tegenover de Belgische kerk De grens stak daar dan wel grillig de straat over, van de hoek van het huis aan de overkant naar de regenpijp links van het café, maar de uitbater verzon dat in het café de grens doorliep over het biljart. “Hier kun je Nederland-België spelen”, heette het. Een eind verder op het Loveren was een boerderij in Belgisch gebied, met een stal achterop het erf in Nederland. In B-Hertog ging de telefoniste om 23:00 uur naar huis. De PTT in BNassau was geautomatiseerd. De boer had daarom telefoon laten aanleggen door de PTT tot aan de grens, in die stal, en daar van strobalen een soort telefooncel gebouwd. Als die telefoon ging, klonk er een luide bel en was het zaak om op een holletje de telefoon te gaan opnemen. Veel belangrijker was, dat de boer in de avond nog zelf kon bellen, de dokter bijvoorbeeld. Dat wij, en de Rijkswachters, gewapend de grens over gingen, werd oogluikend toegestaan. Nooit heb ik gehoord dat dit formeel geregeld was.
Politie De Baarles Pagina 46 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Invoerrechten en Accijnzen Sigaretten waren in België goedkoper dan in Nederland. In B-Hertog waren de winkels, en zeker de sigarenwinkels, op zondag open. Bosjes Tilburgers en Bredanaars kwamen daar op af. Bedenk dat kort voorbij het midden van het dorp , waar de dorpspomp nog steeds staat, – volkomen onzichtbaar – Nederland ophield en België begon. Die sigarettenkopers wisten dat niet, maar de douane wel. Met de verrekijker konden ze autokentekens lezen. Die auto’s werden opgevangen door een ploeg die een heel eind verder, al buiten het dorp richting Tilburg, op de Alphenseweg stond. Ook werden ‘smokkelaars’ opgevangen, die op de Singel te voet uit België de Nederlandse grens overstaken met hun sloffen sigaretten. De sigaretten werden in beslag genomen en een boete moest betaald worden. De Belgische douane had hier geen belang bij. Die was er dus nooit. Wij van de NL-politie kwamen er soms aan te pas, als de douaniers werden aangevallen door het boze publiek. (Op de foto de Singel met het NL gemeentehuis. Destijds stond de pomp midden op straat en ging de weg er links en rechts omheen.)
Bels of Hollands Tijdens onze weekenddiensten met de zijspan, achtervolgden we vaak een bromfietser zonder licht of zo. “Hij zit nog in Bels”, zeiden we dan tegen elkaar, en wachtten totdat de ongelukkige Nederland was binnen gereden. Vooral in de Molenstraat, in het centrum, moesten we er goed op letten waar we waren, want de grens sprong daar grillig heen en weer. Bij aanrijdingen kon het gebeuren dat de weg links van het midden als Bels gold en rechts als Nederlands. In verbalen schreven we: De grens wordt geacht zich te bevinden op de witte streep ter aanduiding van de as van de weg. Een kadaster waar Nederland en België het over eens waren, was er niet. Het betekenen van gerechtelijke stukken kwam ook vaak voor. De Nederlandse Justitie stuurde stukken voor Belgen rechtstreeks naar ons. Meer dan eens heb ik een Belg gevraagd om even mee te lopen naar de overkant van de straat, naar Nederland dus, om daar de brief in ontvangst te nemen. Terug bij hem thuis vulde ik aan de keukentafel in wat ingevuld
Politie De Baarles Pagina 47 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 moest worden en dronken we een tas koffie. Andersom legden stukken uit België een langere weg af. Die gingen van de Brigade commandant van de Rijkswacht naar de Procureur des Konings, om dan via de Officier van Justitie, via de districtscommandant bij de groepscommandant te belanden. De Belgen gebruikten geen paperclips, maar verraderlijke spelden. Moest je wel erg in hebben. Prachtig was de ondertekening van een aanbiedingsbrief: “Aanvaard Mijnheer de Procureur des Konings, de betuiging mijner gevoelens van ware hoogachting.” Of in het Frans, met Franse aanhalingstekens: »Je vous prie de croire, Monsieur le Procureur du Roi, en l'assurance de ma haute considération.« In Bels kenden ze de Burgerlijk Verantwoordelijke: Echtgenoot, Ouder of Patroon. Dat speelde zelfs al een rol als de veldwachter een Hollandse jongen had opgeschreven, omdat die op de fiets een meisje achterop had. Twee op ene fiets was daar verboden. We kregen dan vanuit België (via de formele kanalen) het verzoek de Burgerlijk Verantwoordelijke te horen en een Inlichtingsbulletin om in te vullen, met vragen als: “Is hij/zij oudstrijder?”, Is hij/zij gewapend weerstander?”, Is hij/zij weerstander door de sluikpers?” Daar wisten wij geen raad mee en we retourneerden een Nederlandse Staat van Inlichtingen, met zijn groene randje, waar dan weer niet op stond wat de Belgen wilden weten.
Vreemde talen Vlaams Gaandeweg pikte ik wat Vlaamse woorden op. Nuttig in het werk op straat: Pinker – Richtingaanwijzer, Tournevis – Schroevendraaier, Camionette – Bestelwagen, Velo – Fiets, Immatriculatie – Kenteken, Eenzelvigheidskaart – Identiteitsbewijs, Matrak – Gummiknuppel, en nog zowat woorden. Brabants zat er ook tussen. Brabants Het Brabants begreep ik steeds beter en ik kreeg door, dat iedere Brabantse plaats een eigen dialect had, wat ik als Hollander wel kon verstaan, maar nooit zou leren spreken zonder uitgelachen te worden. “Gij zijt er ginne van hier”. Qwerty en Azerty Ik meende eens even snel de verklaring van een getuige op de typemachine van een bedrijf op te nemen. Ik typte blind, maar er kwam niets van terecht, want de machine had het Franse ‘azerty’ toetsenbord. Was ik niet eerder tegengekomen14. Ik zag wel dat de tekst niet klopte, maar het duurde even voor ik doorhad waar de fout zat.
14
In Nederland gebruiken we het Amerikaanse ‘qwerty’ systeem De eerste letters van de bovenste rij.
Politie De Baarles Pagina 48 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Kosthuizen Ongehuwde wachtmeesters woonden in een kosthuis. De groepscommandant had dat van te voren al geregeld. In een kosthuis werd je min of meer in het gezin opgenomen. Hoe beter je je daaraan aanpaste, hoe beter je het daar had. Vrijblijvend was die integratie niet. Het was een kosthuis en geen pension. Meerdere families ‘hielden’ één of meerdere kostgangers, zolang die bleven. Weinig mensen hadden een auto en iedere avond naar huis was voor de kostgangers geen optie, als ze voor het werk een eind van huis waren. Gebruikelijk was, dat één van de kosthuizen eten kookte voor arrestanten.
Kosthuis 1 Ik kwam terecht bij de familie Ver….., Pastoor van Herdegomstraat, Baarle-Hertog. België dus. Er bestond twijfel, of het acceptabel was voor de Dienst Geneeskundige Verzorging Politie, dat ik in het buitenland woonde. Als woonplaats werd daarom B-Hertog/B-Nassau opgegeven. Het huis stond aan het eind van de straat, vlak bij een spoorwegovergang van het Bels Lijntje, van Tilburg naar Turnhout. Of die spoorwegovergang nu in België lag of in Nederland, wist niemand. Het Nederlandse en het Belgische kadaster waren het daar niet over eens. Ik woonde dus in België bij echte Belgen. Ik kreeg een keurig kamertje, at wat de pot schafte, en leerde een paar woorden Vlaams. “Gift ouwen telloor es”, “Hedde gij een verket?”, D’r is nog waoter in den moor, sè” en zo15. Een keer zei de zoon des huizes: “Ekik hè ou gezien in ’t siedekerke.” Naderhand gebeurlijk onderhoor, begreep ik dat hij het Engelse sidecar op zijn Belgisch uitsprak en de zijspan van onze enige motor bedoelde. De politiemannen werden ‘Marsees’ genoemd. Ja, zij hadden als kind nog meegemaakt dat de marechaussees te paard, over de velden, uit Alphen kwamen. Bij Ver….., waren ze kostgangers gewoon, politiemensen, douaniers en zo. Zo is er ook een dag of veertien een landmeter van de Topografische Dienst van Defensie geweest. Die fietste met in de winter gemaakte luchtfoto’s (geen blad aan de bomen) door het terrein, om aan te tekenen of de werkelijkheid nog steeds overeen kwam met de foto. We hebben nog samen naar de radio zitten luisteren naar de maanlanding van Apollo 11 in 1969. Later, zag ik in Amsterdam op een tentoonstelling een Apollo-capsule. Daarbinnen had zich een muis verlopen. Ik wist die eruit te vissen en nog een tijd heb ik muis ‘Apollo’ in een oud aquarium gehouden. De familie Ver….., baatte een frites-kraam uit. Op zaterdagen en zondagen werd de wagen opgesteld op het St. Annaplein. In het weekend werd er niet gekookt, maar aten we frieten en in de frituur opgewarmde knakworst of croquet. Ik diende dat zelf aan de kraam te halen,
15
Bord, vork, ketel.
Politie Kosthuizen Pagina 49 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 ook op de avonden dat ik dienst had. Ik hoefde dan niet vóór de kraam op mijn beurt te wachten, maar kreeg mijn portie via de achterdeur. De croquetten waren echte, zelf gemaakte, vlees-croquetten. Een paar dagen tevoren werd een groot stuk vlees gekookt. Alle huisgenoten, de kostganger dus ook, werkten mee om dat vlees in draadjes uit elkaar te trekken. Moeke Ver….., maakte er dan croquetten van. De frieten maakten ze ook zelf. Grote aardappels uit een grote zinken teil werden geschild, door iedereen die niets beters te doen had. Af en toe kwam er konijn op tafel. Smaakte prima, maar wel uitkijken voor de hagelkorrels. Afkluiven van de ruggegraat was ook lastig, want akelig scherp. De zoon des huizes bracht het wild binnen. Geen vragen over stellen. Moeke handelde ook nog in postzegels. Pa was een kleine, magere man, die op een schoenfabriek in Alphen werkte. De zoon werkte daar ook. Er was ook een dochter, ons Fien. Die is later getrouwd en toen was mijn kamer voor het echtpaar nodig. Ik verhuisde toen naar het volgende kosthuis. Van kosthuis 1 en 2 heb ik geen enkele foto.
Kosthuis 2 Ik woonde toen in de Titus Brandsmastraat, in Baarle-Nassau. Het is stom, maar ik weet niet meer hoe die mensen heetten. Het gezin bestond uit man (Nederlander) vrouw (Belgische, uit Poppel) en een dochter. De man werkte als bediende bij restaurant ‘De Engel’, aan de Singel. Hij had een heel scheel oog, maar na een tijdje zag je dat niet eens meer. Ik had het daar goed. Ik was de eerste kostganger en speciaal daarvoor was een kamertje op zolder ingericht. Daar was ook centrale verwarming. Als ik die aanzette, werd de aanvoerleiding vanaf beneden warm. Zo was dus goed na te gaan of mijn radiator ‘aan’ was en dat was niet de bedoeling. Ik heb daarom maar een butagas-kacheltje aangeschaft. Deze mensen begonnen een hotel annex cafetaria in Hilvarenbeek en ik verhuisde weer.
Kosthuis 3 Familie Voet… in de Pastoor de Katerstraat. Het huis lag naast het ‘Kasteeltje’ (foto), een louche Politie Kosthuizen Pagina 50 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 café, en had dezelfde architectuur. Er tegenover lag het klooster van een fraters orde. De familie bestond uit een ouder echtpaar, hij een voormalige slager, zij een gezette korte vrouw, type Moeke, maar vergis je niet. Er was ook een geadopteerde dochter, origineel Oostenrijkse, van het Italiaanse type, zwart haar, zwarte ogen. Niet verkeerd, maar ik had daar weinig contact mee. Ze kon heel mooi citer spelen. Ik kreeg een keurig kamertje op zolder, wat ik zelf een beetje aankleedde. Ik had het daar niet bijzonder naar mijn zin. Ten eerste waren daar de twee vermaledijde Pekingezen. Met die onmogelijke snuit speelden die het toch klaar gemeen in mijn enkels te bijten, als ik niet oplette. Altijd was vrouw Voet… dan in de buurt en ik heb maar één keer kans gezien er één een schop te geven. Ten tweede waren ze daar overmatig zuinig. Er was bijvoorbeeld een ‘mooie kamer’, met deftig meubilair. De stoelen waren overtrokken met plastic en ik heb niet gezien dat die kamer ooit gebruikt is. Ik mocht er al helemaal niet in. De ruime keuken was het vaste verblijf. Ik kreeg soms een gebakken ei bij mijn brood, maar daar werd bij gezegd, dat dit voor meerdere boterhammen gebruikt moest worden. Bij Voet… werd ook bijverdiend, niet met frites, maar door chocolaatjes in te pakken. Er werden dan bouwplaten afgeleverd, die tot dozen in elkaar gevouwen moesten worden. Tegelijk kwamen er metalen bakken van 40 bij 50 cm met chocolaadjes, die in de gang opgestapeld werden. Kerstkransen, flikken en dergelijke. Ook wel holfiguren, waar dan het gekleurde zilverpapier nog omgevouwen moest worden. Uiteraard werd ik geacht mee te helpen. Met Kerstmis verwerkten we Paashazen en met Pasen Kerst-poppetjes en Sinterklazen. Flikken en kransjes en zo moesten op een mooi rijtje in de inmiddels gemaakte dozen op en tussen bruine knisper-papiertjes worden gelegd. De opdrachtgever accepteerde een gepaste hoeveelheid breuk, en de familie zorgde er wel voor dat die limiet exact gehaald werd. Zolang de voorraad in de gang nog niet verwerkt was, stonden daar die platen met chocolade. Als ik in de nacht van boven naar beneden afdaalde voor de W.C., waagde ik het wel eens om een chocolaatje te snoepen. Dat kreeg ik dan de volgende dag te horen. De voorraad werd nauwkeurig bijgehouden. Maar denk niet dat ik mee profiteerde uit de bus met onverwerkbare chocolade die ze zelf ijverig vulden.
Politie Kosthuizen Pagina 51 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De Marechausseebrigade werd opgeheven. Op het afscheidsfeestje zat ik goed aan het bier, zodanig, dat de verstandige marechaussees het beter vonden mij in de jeep en de fiets in het aanhangertje te laden. Ik kreeg ook een plant mee, voor mijn kamertje. Toen ik voor de deur van mijn kosthuis met de sleutel stond te hannesen, deed vrouw Voet… de deur open en zag me staan met die plant. “Is die voor mij?” Ik liet dat maar zo. Ik verliet het kosthuis bij Voet… toen Sonik en ik trouwden en ik werd overplaatst naar de groep Udenhout, post Berkel-Enschot. De gemeente verhuurde ons een huis in Enschot.
Rijkspolitie organisatie Even snel hoe de RP destijds was georganiseerd, anders snap je er niets van:
Groep Rijkspolitie werkte in gemeenten waar geen gemeentepolitie was. Of een gemeente eigen politie had, hing af van het inwoner aantal. Dat aantal is in de loop der jaren steeds bijgesteld. Gemeenten met RP hielden daardoor hun groep langer. De groepen kregen daardoor steeds meer personeel en waren soms groter dan een klein gemeentelijk korps. De landgroepen vormden de basis van het Korps Rijkspolitie. Aan het hoofd stond de groepscommandant die de rang van adjudant had. Een groep kon meerdere gemeenten omvatten. De gemeente waar de groepscommandant was gevestigd heette groepsstandplaatsrayon en had een commandant voor dat gemeentelijk gebied met de rang van opperwachtmeester (Owmr.) Andere zelfstandige gemeenten binnen de groep heetten post met een postcommandant, die ook de rang had van opperwachtmeester. Kerkdorpen binnen een gemeente (geen zelfstandige gemeente), heetten rayon met als rayoncommandant een wachtmeester 1e klas. (Wmr. 1). Formeel was de Owmr., commandant van het groepsstandplaatsrayon, ‘eigen baas’, maar de groepscommandant zelf zat toch wel erg dichtbij. Bij de bureaux hing de blauwe lamp. Zie: Inrichting Rijkspolitie algemeen op pagina 116 voor meer info
Politie Rijkspolitie organisatie Pagina 52 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
District Het district had ondersteunende diensten. Verkeersgroep De verkeersgroep telde enkele wachtmeesters, met een stuurwiel op de mouw en witte petten. Ze hielden verkeerscontroles en werden te hulp geroepen bij ingewikkelde aanrijdingen. Dit was dus niet de AVD met de Porsches. Die zagen wij in BaarleNassau nooit. Districtsrecherche De districtsrecherche bestond uit twee adjudanten. Aan hen werd na een misdrijf een oranje ‘Melding Onbekende Dader’ of een gele ‘Melding Bekende Dader’ gestuurd. Omdat zij die van meerdere groepen kregen, werden de adjudanten geacht daar systeem of lijn in te ontdekken, zodat zij aanwijzingen konden geven om de daders te vatten. Niet gemerkt dat dit ooit is gebeurd. Een echte recherche-dienst bestond niet. Jeugdzaken Per district was er een dame, officier jeugdzaken, rang majoor, die ingeschakeld werd als kinderen verhoord moesten worden. Ik heb haar in B-Nassau nooit in actie gezien.
Politie Rijkspolitie organisatie Pagina 53 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Mobiele Eenheid De ME16 bestond als zodanig niet. De jongere wachtmeesters van verschillende groepen werden daarbij ingedeeld. Ik ook dus. Bij noodzaak werden die van hun normale werk weggeroepen. Een uniform had de ME niet. We droegen een blauwe overall, laarzen en de gietijzeren helm van de Binnenlandse Strijdkrachten, net als de BS-er op de foto. Een volstrekt onmogelijk ding, heel anders dan de militaire helm. Als je met je kop schudde, viel de helm er af. Aan de koppel hingen het pistool, patroontassen voor karabijn en pistool en een klewang. Alleen slaan met de platte kant. De karabijn hing met de riem over de schouder. In tegenstelling tot mijn wachtdiensten bij de soldaten, hadden wij wel patronen bij ons. De opperwachtmeester-sportinstructeur, was ook commandant van het MEpeloton. De ME-ers werden af en toe bijeengeroepen voor oefeningen. Een enkeling bleek dan zijn overall bij schilderwerk thuis te hebben benut. Fout natuurlijk. Ik herinner me van de oefeningen alleen het met de karabijn afschieten van traangasgranaten in de Drunense Duinen. Van georganiseerd optreden, zoals je nu op de TV kunt zien, was geen sprake. Ik heb mijn helm nog jaren in bezit gehad. Anouschik en Hovannouhi vonden dat hij op een schildpad leek en trokken hem soms aan een touwtje voort. Reserve Rijkspolitie Er bestond ook nog Reserve Rijkspolitie. Goedwillende burgers, die in hun vrije tijd politieman waren. Niet één beroeps begreep wat die mensen bezielde. Ze werden vooral ingezet om verkeer te regelen bij wielerkoersen of de carnavalsoptocht of de intocht van Sinterklaas. Men meende toen namelijk, dat zonder politiebegeleiding niets kon doorgaan. De reservisten ontvingen een ‘oefenvergoeding’ van ƒ 3,-- per dag. Ze kregen enig onderricht in wetskennis en ook schietonderricht. Het type bewapening van de reservisten liep steeds een ronde achter bij dat van de beroeps. Toen hadden ze overtollige revolvers gekregen, Webley Scott. Heb ik ook mee geschoten, als een echte cowboy. De beroeps hadden een hekel aan de inzet van reservisten, want het – toen al – bestaande personeelstekort werd er door gemaskeerd.
16
ME heette eerst: Harde Bijstand. Voornamelijk om opstanden in Molukken-kampen neer te slaan.
Politie Rijkspolitie organisatie Pagina 54 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Wielerkoersen had je in Brabant nog al eens, letterlijk een rondje om de kerk. Vanuit de jurywagen klonk voortdurend luid commentaar, waardoor de toeschouwers wisten wie voorop lag, want de renners waren maar kort in het zicht, voor ze de bocht weer om gingen. Kenmerkende geluiden bij een passage waren het gezoef van de banden en het leegblazen van verstopte neuzen.
Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Wat de politie nou eigenlijk mocht of moest doen, kan ik niet overslaan.
Politietaak De politie had tot taak: “Rechtsorde handhaven en hulp verlenen aan hen die deze behoeven”. En ook: Handhaven van de openbare orde. Voor die rechtsorde hadden we te maken met de Officier van Justitie. Voor de openbare orde was de burgemeester verantwoordelijk. Een burgemeester kon dus géén opdracht geven ergens een verbaal van op te maken. Hij kon het wel netjes vragen en als je waarde hechtte aan je carrière, moest je het dan wel doen. Hetzelfde gold voor een opdracht van de groepscommandant. Een opsporingsambtenaar was autonoom in zijn beslissing tot het maken van een PV, discretionaire bevoegdheid, heette dat, maar hij moest daarbij niet al te eigenwijs zijn.
Politie bevoegdheid Rijkspolitiemensen waren in het gehele land bevoegd, dus ook daar waar gemeentepolitie was. Wel werden we geacht ons daar van optreden te onthouden, maar in de voorschriften stond ook weer: “De ambtenaar kan zich niet beroepen op de omstandigheid niet in dienst te zijn, in die gevallen, waarin zijn optreden redelijkerwijze is vereist.17” De politie moest strafbare feiten opsporen. Strafbaar is alleen een gedraging waarvan in een wet staat dat die strafbaar is18. Die wet noemt ook op welke ambtenaren daarvoor opsporingsbevoegdheid hebben. De rijkspolitie werd nagenoeg overal genoemd, mits minimaal de rang van wachtmeester. Met die opdracht, strafbare feiten opsporen, gingen wij op patrouille, zoals we dat noemden. Hoe beter je de diverse wetten in je hoofd had, hoe meer feiten je durfde aan te pakken. Intuïtief aanvoelen dat iets niet deugde, was onvoldoende. Je moest wel weten waar het stond, dat er iets aan te doen viel.
17 18
Besluit Algemene Rechtspositie Politie Strafvordering vindt plaats op de wijze bij de wet voorzien.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 55 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Verschil met gemeentepolitie Om te beginnen hadden gemeenten, waar geen rijkspolitie was, hun eigen gemeentepolitie, gemeente ambtenaren dus. Blauw-grijze tuniek, donkerblauwe broek. Rangen: agent, hoofdagent, brigadier, adjudant, inspecteur, hoofdinspecteur, commissaris. Een brigadier was te herkennen aan een embleem op de mouw, lauwertak met het zwaard van de gerechtigheid en de stedenkroon. De rijkspolitie verving op zeker moment de vier strepen van de opperwachtmeester door een embleem wat leek op dat van een brigadier. Geen stedenkroon natuurlijk, dus dan maar een zwaard extra. Zie pagina 119 voor meer info.
Bij gemeentelijke korpsen bestonden speciale diensten, zoals verkeer, bijzondere wetten, recherche, jeugdzaken. Nuttig waarschijnlijk, maar het had als resultaat dat de ‘gewone’ agent van die wetten weinig wist, en er ook niets aan deed. Hij moest zaken overdragen. Er was daar in de avond en de nacht altijd wel een inspecteur aanwezig, die besliste wat er in moeilijke gevallen gedaan moest worden. Agenten gingen zelden alleen op dienst. Een wachtmeester van de rijkspolitie moest alles kunnen. Alleen bij ernstige aanrijdingen kwam de verkeersgroep in actie. Een adjudant of opper om mee te overleggen was niet bij de hand. De wachtmeester was ook meestal alleen op dienst. Deze verschillen waren mij de eerste jaren niet bekend. Die begonnen vooral op te vallen in de jaren dat de rijkspolitie in Amsterdam werd ingezet. Later meer daarover.
Dienstvoorschrift Er was een dienstvoorschrift met gedragsregels. Bijgebleven is: “Geschenken dienen in beleefde bewoordingen te worden geweigerd.” Dat werd niet door iedereen in praktijk gebracht. De opper Van H. in B-Nassau stond bij burgers en personeel bekend als een sjacheraar. “Er valt zeker nog wat af voor d’n opper?” en dan gingen er weer twee boerenkolen in de tas. De burgers hadden er een hekel aan, maar durfden de politieman niet tegen zich in het harnas te jagen. Hij kon namelijk knap gemeen zijn. De tassen op zijn fiets noemden wij ‘bietstassen’. Dood gereden wild, reeën en zo, moest naar de Provinciale Voedselcommissaris worden gebracht, die het weer doorschoof naar een poelier. De opbrengst was voor de automobilist met schade. Klein wild werd door ons meestal links en rechts verdeeld ‘onder de armen’.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 56 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Procesverbaal Een procesverbaal (PV) is een geschrift wat feiten weergeeft. Dat moet wel aan eisen voldoen. Op ambtseed opgemaakt “Op ambtseed” was een term die nogal eens viel. Bij ‘de aanvaarding onzer bediening’ hadden we toegezegd, dat we eerlijk zouden zijn. Een PV werd daarom op die ambtseed opgemaakt. Wat er in stond was dus de waarheid. In die tijd vertrouwden rechters daar ook op. Als de politieman het zei, dan was dat zo. Ook in gewone praatjes kon je een wachtmeester, die iets niet zeker wist, al was het maar hoe laat het was, horen zeggen, dat hij het niet “op ambtseed” kon verklaren. Uitdrukkelijke reden van wetenschap Maar hoe wisten we zo zeker, wat we in het PV vertelden? Dat werd de rechter uitgelegd door de ‘uitdrukkelijke reden van wetenschap’ te beschrijven: Ik zag, ik rook, ik hoorde, ik voelde. Dus als een aangehouden verdachte niet netjes meeliep, maar verzet pleegde, wederspannigheid, dan schreef je niet: “Hij wou niet mee”, maar: “Ik voelde dat de aangehouden verdachte rukte en trok ik een richting, tegengesteld aan die, waarin ik hem trachtte19 te voeren.” Kijk, dat is het betere werk, maar het duurde een tijd eer je van gewone mensentaal, juristentaal ging schrijven.
19
‘Trachtte’ en niet ‘wilde’, want de ambtenaar moet in een fysieke handeling gehinderd worden.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 57 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Voorbeeld procesverbaal Zo’n PV typten wij helemaal zelf op een blanco stuk papier, met minstens drie doorslagen. Voorbeeld van PV over brommer met lekke uitlaat. In mono-gespatieerde letters. zoals de typmachine die maakte, voor de juiste sfeer (Zie pagina 122, Proces-verbaal juridisch verklaard, voor juridische toelichting)
Ressort ’s Hertogenbosch District Tilburg Groep Baarle-Nassau Procesverbaal terzake vermoedelijke overtreding van artikel 123 van het Wegenverkeersreglement. Bijlage: Een bewijs van inbeslagneming Op 10 januari 1965, omstreeks 15:30 uur, zag ik, Everhardus Maria Joseph HOUNIET, wachtmeester der rijkspolitie, behorende tot groep Baarle-Nassau, dat op de Chaamseweg, gelegen binnen de gemeente Baarle-Nassau, zijnde een voor het openbaar rij- en ander verkeer openstaande weg, een man optrad als bestuurder van een bromfiets, merk Yamaha, zijnde een motorrijtuig zoals bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerwet. Deze bestuurder handelde in strijd met het bepaalde in artikel 123 van het Wegenverkeersreglement, namelijk het besturen van dat motorrijtuig terwijl de uitlaatgeluiddemper niet over de gehele lengte gasdicht was en geen goede geluiddempende werking had. Dit bleek mij toen ik zag, dat zich in de zijkant van de op het voertuig aanwezige uitlaatgeluiddemper een gat bevond en ik voelde dat, bij in werking zijnde motor, uit dit gat uitlaatgassen ontsnapten. Ik hoorde dat het motorrijtuig tegelijkertijd aanzienlijk meer geluid voortbracht, dan het geval zou zijn geweest bij een goede demping van het motorgeluid. De verdachte gaf desgevraagd op te zijn: Jan Jansen, geboren te Tilburg op 1 april 1944, wonende te: Riel, Alphenseweg 10, van beroep: metselaar20. De verdachte verklaarde terzake dienend als volgt: “Ik ben eigenaar en houder van deze bromfiets. Ik weet dat de uitlaat kapot is en ik ben toch gaan rijden met de bromfiets, terwijl ik wist dat dit verboden is.” De betreffende uitlaatgeluiddemper is door mij gedemonteerd en inbeslaggenomen, tegen afgifte van een bewijs van ontvangst. Een Kennisgeving van Inbeslagneming is als bijlage bij dit procesverbaal gevoegd. In afwachting van de beslissing van de officier van justitie blijft het inbeslaggenomene bewaard op het groepsbureau der rijkspolitie te BaarleNassau. Hiervan is door mij op ambtseed opgemaakt dit procesverbaal, ondertekend en gesloten te Baarle-Nassau op 11 januari 1965. Handtekening netjes rechtsonder.
In de linker marge kwam nog te staan: Gezien en doorgezonden, datum, de groepscommandant.
20
Vrouwen gaven als beroep meestal op: “Niks”. Ik schreef dan ‘Huisvrouw’, toen al. Jaren later werd het beroep niet meer verlangd in een PV.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 58 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Dat het PV werd doorgezonden, was geheel niet vanzelfsprekend. De owmr. of adjudant die het nakeek vond meestal wel iets wat hem niet beviel. Vaker wel dan niet kreeg je het werkstuk terug, met aantekeningen in rood. Meestal begreep je niet precies wat er nu zo fout aan was, maar hoe dan ook: opnieuw beginnen op een nieuw maagdelijk wit A-4-tje. Er moest natuurlijk wel een schrijfmachine vrij zijn, want je collega zat met hetzelfde probleem. Vandaar dat ik in arren moede mijn eigen Mercedes in gebruik had genomen. 21 Het renvooi Een PV werd dus geheel getypt door mannen met te grote vingers, die nooit typen hadden geleerd. Kostte veel tijd. Als je op tijd een kleine fout ontdekte, bijvoorbeeld het merk van de brommer verkeerd, en gummen niet meer hielp, dan kon je het foute merk in de tekst doorstrepen en op die hoogte in de linker marge de goede naam typen, met daarbij: “Doorhaling en toevoeging één woord goedgekeurd”, met je paraaf daarbij. Dat heette ‘renvooi’. Als je het werk terug kreeg, en de afkeurende – maar wel meedenkende – owmr. had met een potloodje een omissie aangetekend, kon je soms de fout weg gummen (of met een mesje voorzichtig wegkrassen) of de zaak redden met een renvooi. Bij gebruik van een rode balpen lukte dat natuurlijk niet. Versieren van het PV Er waren verbalisanten die het PV graag iets versierden, met name het stuk tussen de formele kop en het feitelijke relaas. Bijvoorbeeld over de volle breedte: 0 – 0 – 0 – 0, of eenvoudiger: - - - - - - - . Als er een collega aan een PV werkte, kon je dan ook dikwijls het tik – tak – tik – tak horen van de serie aanslagen van het ‘versieren’. Dit was de enige artistieke vrijheid die ons werd gegund. De verklaring De meest flagrante schending van de ambtseed, bestond in de zogenaamd uit de mond van de verdachte opgetekende verklaring. Alsof zo’n boerenzoon uit zichzelf zou meedelen, dat hij “eigenaar en houder is van dit motorrijtuig”. Het ging natuurlijk zo: “Is de brommer van jou?” “Ja.” Hoe ingewikkelder de zaak, hoe meer de verbalisant de verdachte of getuige ‘vooruit’ hielp door simpele taal een beetje juridisch te laten klinken. De term ‘terzake dienend’ kon niet ontbreken, want de verdachte zei meestal veel meer, maar dat hoefde dan niet in het PV. De zogenaamde cautie, ‘U bent niet tot antwoorden verplicht’ was destijds niet ingevoerd.
21
Tot mijn eigen verbazing typte ik dit PV in ene ruk, na al die jaren.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 59 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 PV aanrijding Ook een PV van een aanrijding werd geheel getypt. Later kwam daar een model-PV voor in gebruik, wat nog net zo blanco was, zij het, dat er een lijntje stond naast de marge en er een laatste blad bij zat, met ruimte voor een situatieschets. Op het bureau waren van rijkswege verstrekte kleurpotloden aanwezig. Er was – uiteraard – een modellenboek met voorbeelden hoe een fiets, motor, auto, vrachtauto, boom schematisch moest worden ingetekend. Fraaie kunstwerkjes werden die schetsjes. Blauw voor water, groen voor de berm en de bomen daarin, rood voor de auto van de verdachte enz. De breedte van de weg (van bermsloot tot bermsloot) en de breedte van de rijbaan (van rijbaankant tot rijbaankant) werden aangetekend. De plaats van verkeersborden, de voertuigen, de route van waaruit ze kwamen en waar ze na de aanrijding stonden met een vaste lijn, en waar ze heen hadden gewild gestippeld. Plaats getuigen en wat er nog meer te melden viel. En dat moest dan wel kloppen, want bij twijfel werd je opgeroepen om bij de kantonrechter ter terechtzitting te komen uitleggen hoe het zat, dikwijls maanden later, als je nauwelijks meer wist waar het over ging. Het verstandigste was dan te zeggen: “Ik volhard bij het gestelde in het procesverbaal”, wat je dan voor de zekerheid eerst uit het archief had gevist en nog eens doorgelezen. Inbeslagneming Omheen In beslag genomen goederen werd een touwtje geknoopt met een label. Die knoop werd op het label verzegeld. Jarenlang gebeurde dit met echte rode zegellak. Met een kaars werd de lak verhit. De lak moest smelten en touwtje en label aan elkaar plakken. Dat ging niet zo maar. Soms bleef de lak te koud en vloeide niet, en vaker, werd de lak te heet en dan vielen zwarte brandende druppels op het label. Als het wel gelukt was om een gesmolten rode klodder te produceren, moest daar een stempel in gedrukt worden. De groepscommandant had een officiële lak-stempel, maar wij niet. Dat gaf niet, want je kon ook een gulden, of een schrijfmachinegum in de lak drukken. Eerst met spuug nat maken en onmiddellijk er weer vanaf halen, anders bleef de lak onherroepelijk aan de ‘stempel’ kleven en kon je weer beginnen. Later werd toegestaan dat we papieren plak-zegels gebruikten. Op het plaatje de ware grootte. Die kwamen in ieder geval van pas bij lijken. Voorschrift was dat een in beslag genomen lijk aan een grote teen een label kreeg. Grote stukken, auto’s bijvoorbeeld, gingen naar de Dienst der Domeinen. Kleiner spul in een kast op het bureau. Of de verdachte inbeslaggenomen spullen terugkreeg, besliste de
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 60 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Officier van Justitie (OvJ). Het moest dan wel worden teruggevonden in de kast. Dat lukte meestal wel. Procesverbaal van verhoor Bij een overtreding ‘op kenteken’ was uiteraard nog geen verdachte bekend. Het PV werd daarom “ter fine van nader verhoor” naar de politie waar de eigenaar woonde gestuurd. Zo kregen we ‘verhoortjes’ genoeg binnen, maar we hielden zo ook de collega’s aan het werk. Dit kostte veel tijd, want je moest dikwijls terug om iemand thuis te treffen. Telefonisch horen mocht niet. Bij gebreken aan auto’s was ook de eigenaar strafbaar. Die moest dus ook gehoord worden als die niet zelf had gereden. Controle persoonsgegevens De personalia van de verdachte moesten natuurlijk kloppen. Belgen hadden een eenzelvigheidskaart. Had een Nederlander een rijbewijs, dan nam je die gegevens over. In andere gevallen werd een naamscontrole-formulier naar het gemeentehuis van de woonplaats gestuurd. Voor inwoners van Baarle-Nassau zelf, wat het gemakkelijk. Het groepsbureau zat naast het gemeentehuis. Wij hadden een sleutel van het gemeentehuis en mochten in de kaartenbakken met persoonskaarten nazoeken wat we nodig hadden. Heel makkelijk als het gemeentehuis dicht was22. Foto vanaf de Singel. Links de pomp, rechts gemeentehuis B-N, links de ramen van het groepsbureau. Als de fotograaf nog wat achteruit loopt, staat hij in België. (In de beschreven tijd was de Singel een doorgaande weg.)
22
Moet je nu eens om komen.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 61 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Valse naam Die kwajongens gaven af en toe een valse naam op. Meer dan eens heb ik dat toch weten op te lossen. Of de voornamen klopten, of het adres. Het is kennelijk moeilijk om onverwacht slimme compleet valse gegevens op te geven. Na wat speuren in de kaartenbakken van de gemeente, trok ik dan naar het waarschijnlijk juiste adres en als zo’n jongen dan zelf opendeed, was het wel duidelijk dat ik goed zat. Oproeping Om werk bij het Openbaar Ministerie (OM) te besparen, werd ingevoerd, dat de ‘Oproeping om ter terechtzitting te verschijnen’, door de verbalisant werd getypt. Het origineel naar de verdachte en een doorslag naar het OM. Op straat werd een geel briefje, ‘Kennisgeving van Oproeping’ uitgereikt. Transactie Om er nog minder werk voor OM en rechter aan over te houden, kregen we de ‘Transactie in handen der politie ter voorkoming van strafvervolging.” Aan de verdachte (VD) werd door de politieman, namens de OvJ een ‘schikkingsvoorstel’ gedaan. Voor een fiets ƒ 2,50, een bromfiets ƒ 5,-- enzovoort. Betaalde de VD, dan viel de hele procedure van behandeling door OM en rechter weg. Omdat het ons ook werk scheelde als er meteen betaald werd, zeiden wij tegen de VD: “Als je gelijk betaalt, ben je er vanaf, want anders moeten we een verbaal opmaken en dat is veel duurder.” Of dat zo was wisten we zelf niet, maar het smoesje werkte wel. Als de VD betaalde, kreeg die een kwitantie mee. Eventueel wisselgeld zat soms in het bonnenboekje, maar net zo vaak in de portemonnee van de wmr. Als het een automobilist gold, werd het boekje dan vaak even op het dak van de auto gelegd, om de handen vrij te hebben. Meer dan eens lag het daar nog, als de auto weer verder reed. Dat was heel vervelend, want eens per week moest bij de administrateur afgerekend worden. Of geld, of kwitanties, maar bij elkaar moest dat kloppen. Bekendmaking De groepscommandant te Baarle-Nassau maakt het volgende bekend: Op datum x is te B-N ontvreemd een damesfiets, kleur zwart, framenummer onbekend, voorzien van een plakplaatje van Donald Duck. Tientallen van dergelijke bekendmakingen heb ik getypt. Een stuk of vijf doorslagen, want het bericht ging naar omliggende groepen. Wij kregen ze ook van anderen binnen, natuurlijk. Het zal een enkele keer iets uitgehaald hebben, maar daar staat me niets van bij.
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 62 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Coloradokeverbesluit Het meest bijzondere PV wat ik heb gemaakt, ging over een aardappelveld wat echt compleet was kaalgevreten door coloradokevers. Overtreding van het Coloradokeverbesluit23, behorende bij de Plantenziektenwet. Ik heb er een deskundige van het Ministerie van Landbouw bijgehaald, om te verklaren dat het echt om coloradokevers ging. Die man wees mij op de rose larven, die volop aanwezig waren in de grond rond de aardappelplanten. Ik kende wel de kever, maar de larven nog niet. Nu, in 2015, bestaat het besluit niet eens meer. Ik denk dan ook dat mijn PV het enige is, dat ooit gemaakt is voor dit besluit. Zie pagina 124 voor meer info Vuilstorten Ik had ook wel succes met verbalen over vuilstorten, wat niet mocht van de APV24. Peuteren tussen de rommel leverde meestal wel een wikkeltje op van de radiogids, of een enveloppe met een adres. Dan daar aanbellen en de huisvrouw die opendoet overdonderen met het bewijsmateriaal. Op ijsbanen rechts houden Het meest wonderlijke artikel in de APV van B-Nassau, was dat schaatsers op ijsbanen rechts moesten houden. In heel Baarle-Nassau was geen ijsbaan.
23 24
verschenen in Staatscourant nr 79, van 24 april 1941 Algemene Politie Verordering
Politie Rijkspolitie Taak en Bevoegdheid Pagina 63 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De inrichting van de groep Baarle-Nassau Ik beschrijf hierna hoe het op de groep B-Nassau toeging met avonturen van mij zelf toegevoegd. Opschuivend in de tijd veranderde de situatie. De bezetting van de groep bestond uit de groepscommandant, de adjudant, een opperwachtmeester, een wachtmeester 1e klas en een wachtmeester. En dan was er nog de rayoncommandant Ulicoten, ook een wachtmeester 1e klas. Daar kwam ik dus bij met mijn ene streep als adspirant. Zes personen dus voor de hele groep, voor alle dienstuitoefening, dag en nacht, waarbij de groepscommandant niet daadwerkelijk meetelde. In latere jaren kwamen er twee adspiranten bij vanaf de opleiding. Dat ergens een politieman woonde, was te zien aan het emaillen bordje naast zijn voordeur.
Ter beschikking in de woning Om te zorgen dat er altijd een wmr. ingezet kon worden, stond op de dienstlijst, wie er na de dienst tot de volgende dag, TW had, ‘Ter beschikking in de woning’. Dat leverde 10% van het uurloon op. Na 10 uur TW had je dus 1 uur salaris extra te pakken. Een borreltje drinken was er niet bij, natuurlijk. Op het bureau stond een antwoord-apparaat, wat meedeelde welk nummer gebeld moest worden, om de TW te bereiken. De TW moest dat bandje zelf inspreken. De wmr’s. probeerden wel het aantal telefoontjes te minderen door heel vlug of mummelend te praten. Omdat ik in een kosthuis woonde, had ik formeel geen TW. Omdat je tijdens TW op de gekste tijden opgeroepen kon worden, deed de TW het uniform niet uit, alleen de laarzen. Het pistool lag vaak in de meterkast in de gang voor het grijpen op de electriciteitsmeter. Gebruik was, dat een andere man doorgaf waar hij bereikt kon worden, zodat de TW bij een zwaarder geval er niet alleen voor zou staan. Deze collegialiteit leverde natuurlijk geen vergoeding op. Alleen de overuren werden genoteerd. Als vrijgezel heb ik veel gastvrijheid genoten in de huiskamers van collega’s, al dan niet met TW, waar we dan met onze zwarte sokken onder de nauwe beentjes van de Nassau-blauwe ballonbroek, op de bank TV keken en wachtten op de dingen die komen gingen.25
25
Kentekens waren Berlijns-blauw. Lang zo mooi niet.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 64 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De Watersnood van 1953 De oorkonde hiernaast was uitgedeeld aan iedereen die bij de watersnood had geholpen. Je kwam die dan ook dikwijls tegen, bij mensen thuis en op de burelen.
Communicatie Het groepsbureau had telefoon. Geen andere verbindingsmiddelen. Op het districtsbureau stond een telex. Telexberichten met namen van gesignaleerde personen en andere opsporingsinfo, werden gekopieerd en per post naar groepen gestuurd. Kilo’s papier moet dat gekost hebben, en haast niemand las die berichten. De brieven Vanaf het district ontving de groepscommandant allerlei instructies, schriftelijk. Daarvan moest het personeel kennis nemen. De meest gebruikte methode was tijdens een zogenaamde groepsbijeenkomst, die brieven voor te lezen. Oersaai en vruchteloos. Een andere methode was een lijst, waarop je moest tekenen voor ‘gezien’. Daar kon je nog eens gauw mee klaar zijn. “Daar is een brief van”, riepen de collega’s vaak, als iemand iets, wat dan ook, niet wist. Soms was er een brief over een officiële gebeurtenis, waarbij burgerkleding, ‘wandelcostuum’ werd verlangd, wat dat dan ook was.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 65 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Vervoer in het begin Rijwiel Wij gebruikten het privé-rijwiel. Daar kregen we een maandelijkse vergoeding voor. Als de fiets tijdens de dienst iets mankeerde, lekke band bijvoorbeeld, trokken we naar de fietsenmaker en plakten daar zelf de band. Motor met zijspan Er was in het begin alleen een motor met zijspan, BMW, 750 cc, 2 cylinder boxermotor. Daar mocht je alleen op rijden als je een korpsrijbewijs had. Het gewone rijbewijs was niet genoeg. Op de foto ben ik zelf te zien. De motor werd af en toe door de week ingezet en standaard op de zaterdag- en zondagavond. Het geluid van de politiemotor was in het dorp goed bekend en ongemerkt naderen was er niet bij. Een helm was niet verplicht en in de zomer reden we dan ook met de pet strak op het hoofd getrokken. Ik heb wat kou geleden op dat ding in de winter, want goede warme kleding hadden we niet. Evengoed kon je het soms toch wel warm krijgen. De machine moest gestart worden met een kick-starter. Eerst met beleid een knopje op de carburateurs indrukken om wat extra benzine toe te laten, bij wijze van choke. Zo af en toe sloeg de motor dan toch niet aan en moest je trappen en blijven trappen. Dan ging eerst de helm af, dan de handschoenen uit, jas uit, sjaaltje af, tot het ding eindelijk wou lopen. Wanneer gereden werd met een rustige ‘surveillance-snelheid’ zat je als bijrijder nooit in het bakje. Je zat in het zijspan nogal onnozel laag bij de grond, zeker als je iemand wilde aanspreken. Die keek dan op je neer. De bijrijder zat daarom meestal op het spatbord. Ik ben er ook wel eens uitgevallen, omdat de bestuurder al optrok voor ik goed en wel zat. Hij merkte dat pas een halve straatlengte verder.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 66 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Rijles Ik kreeg motorrijles van Owmr. B. op een motor van 125 cc. Hij in het bakje en ik sturen. Dat dat lichte motortje de gezette opper en mij vooruit kreeg, was al bijzonder. Voor het theorie-examen slaagde ik natuurlijk. Het praktijk-examen werd afgelegd in Tilburg op een koude winterdag met veel regen. De examinator gaf opdracht naar een bepaalde straat te rijden, maar ik wist de weg niet. Dan gaf hij een alternatief op, wat ik ook niet wist. “Rij maar tot de hoek”, zei hij uiteindelijk. Nu besloeg door de regen de bril aan de binnenkant, waardoor ik niets meer zag. Maar met de bril bovenop de helm zag ik ook niets, door de regen die in de ogen sloeg. Ik legde dat uit aan de examinator en ik mocht verder rijden met hooguit 35 km per uur. Ik kreeg het rijbewijs. Toen moest het korpsrijbewijs nog gehaald worden. Daarvoor moest ik, met de motor van de groep natuurlijk, naar Bilthoven. Er lag sneeuw. Het vroor. Omvallen kon je niet met een zijspan, maar slippen wel. Behoedzaam rijden dus. Ze waren daar strenger dan de examinator in Tilburg. Ik moest in ieder geval zo lang rijden, dat ik totaal geen gevoel meer had in mijn handen. Zo heel goed waren de handschoenen niet. Ik ben toen gestopt en heb op iedere uitlaatpijp een handschoen geschoven om die op te warmen. Met moeite werd dit geaccepteerd. Voor ik mocht stoppen heb ik de handschoenen nog eens moeten warmen. Ik slaagde nog net met de waarschuwing dat ik niet te woest moet rijden.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 67 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Vervoer in latere tijd De eerste jaren was er dus geen auto en geen mobilofoon. Die kwamen later en staan hieronder. Hoe we ons in de beginjaren redden, volgt later. Groepssurveillance Auto (GSA) Na een paar jaar vond de overheid het noodzakelijk, dat de ME over vervoermiddelen beschikte. Daartoe kregen de groepen een busje, Ford Transit, wat voor de dienst gebruikt mocht worden, zolang de ME het niet nodig had. Er zat een houten geweerrek in. In het dak was een luik, waar je doorheen kon kijken als je op de bank ging staan. Allemaal bedoeld om woelingen te beteugelen. Een begrip werd in die tijd de Politie Technische Dienst, aan de Hooikade 1 in Delft, vlak bij het station. Op de foto zie je de achterkant, die ik als Delftenaar goed kende. Voor reparaties moest zuidelijk Nederland naar de PTD-werkplaats in Den Bosch. Voor ons, uit BaarleNassau, viel dat nog mee, maar ik ben er ook jongens tegengekomen diep uit Limburg. Met twee auto’s heen, eentje achterlaten voor reparatie, en met de andere auto weer terug. Pas jaren later is dit systeem afgeschaft en mocht een lokale garage repareren. Een burgerrijbewijs had ik van de soldaten overgehouden, maar het korpsrijbewijs moest ik nog halen. Examen ook in Bilthoven. Gezakt. “Je rijdt te woest.” Ik reed nog in de stijl van de militaire vrachtauto, die verfijnd schakelen en zo niet toeliet. Veertien dagen rijopleiding. Daar heb ik veel nut van gehad. Er werd werkelijk de hele dag gereden, die twee weken. De leerling moest voortdurend zeggen wat hij zag aan borden, riskante situaties op en naast de weg, zoals spelende kinderen. De instructeur kon zomaar vragen op wat voor soort weg je reed. Of waarom je niet wat inhield bij het naderen van de ‘ijzeren hond’ van een melkboer, waar je de melkboer van achter vandaan moest verwachten.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 68 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Twee dingen kreeg ik niet onder de knie. 1. Het verkeersplein. Daarvoor lieten ze me in en bij Utrecht rijden. Moeilijk van de buitenste rijstrook naar de binnenste manoeuvreren en weer terug om af te slaan. Zoiets hadden we niet op het platteland. 2. File-parkeren. Kan ik nu nog niet. Ik slaagde op het nippertje. “Niet te wild rijden”, kreeg ik als goede raad mee. Mobilofoon In de GSA zat een mobilofoon. Model telefoonhoorn. De verkeersgroep op het districtsbureau in Tilburg had al eerder mobilofoons gekregen in hun auto’s. Er zat daar één man van de verkeersgroep, die de telefoon, de telex en de mobilofoon bediende. Dat noemden we ‘de meldkamer’. Het groepsbureau had geen mobilofoon. Voor contact met de GSA werd Tilburg gebeld, het bericht werd doorgegeven aan de ene man op de ‘meldkamer’. Die bediende de mobilofoon en liet ons daarna weten of het bericht was ontvangen. Vanuit de GSA was de volgorde natuurlijk omgekeerd. Een enkele keer moesten we op straat te weten komen wie eigenaar was van een auto. Vanuit de GSA gaven we dan het kenteken door aan de meldkamer-man. Die belde dan een nummer in Den Haag, waar de kentekenregistratie zat26. Daar bladerde men in de kaartenbak, gaf de naam door aan onze meldkamer en die gaf het weer door aan ons in de GSA. Ze doen het nu anders, maar wij konden ons er best mee redden. ULM Weer later nam de RP het Ultra Lichte Motorrijwiel in gebruik, 50 cc. Grote tassen achterop, waarin een acculamp met gekleurde schijven, om stop- en doorrijtekens te geven, een verbanddoos, bonnenboekje, schrijfplaat, formulieren en de pet. Fakkels zaten er ook in, bedoeld om bij mist de plaats van een ongeval met een mooi rood Bengaals-vuur te markeren. Die deden het goed, als ze maar niet nat waren geworden. De ULM haalde op zijn best 70 km per uur, maar hij had zo’n slechte wegligging, dat ik dat zelden reed. Over het tankje zat een zwart
26
Later naar Veendam verplaatst
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 69 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 kunstlederen zeil tegen de regen, maar als het even kon liet je hem bij regen staaniii. In die tijd kregen steeds meer jongens een bromfiets, die door opvoeren soms wel 80 km/u reed. De bijna even jonge wachtmeesters – met hun ULM’s – wilden die graag van de weg halen, maar de ULM hield ze niet bij. Daar werd hevig over gemopperd bij de controleur motormaterieel. “Hij is bedoeld voor de surveillance, niet om brommers in te halen”, was steevast het onbevredigende antwoord. De achterkant van het groepsbureau lag aan het Sint Annaplein, bestraat met kasseien. Er waren daar drie bushaltes, naar Turnhout, Breda en Tilburg, waar altijd wel mensen op de bus stonden te wachten. Ik kwam daar eens bij regenweer met de ULM stoer de bocht om rijden, naar het bureau, maar ik ging te snel en de ULM slipte onderuit, voor het oog van het kerkvolk. Ik viel op de rechterheup, precies waar in de zak van de kunstlederen jekker een meetlint zat. Sindsdien zat er aan de buitenkant van die jekker de afdruk van dat meetlint.
Politie De inrichting van de groep Baarle-Nassau Pagina 70 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Het begin in de praktijk Ik was met goede cijfers geslaagd op de school, maar voor de praktijk deugde ik van geen kanten. Behalve dat ik nog niks van politiewerk kende, had ik als adspirant alleen opsporingsbevoegdheid voor de rijtijdenwet, want daar stond: ambtenaar van politie. Voor alle andere wetten moest je wachtmeester zijn. Veel hadden ze dus niet aan mij. De bevordering tot wachtmeester was op 1-11-1964. De bevordering tot wachtmeester der rijkspolitie 1e klasse volgde op 1-11-1968. Het kwam een keer zo uit, dat ik als adspirant, als enige in dienst was. Ik handelde een aanrijding af en nam verklaringen op. Een dag later is een echte wachtmeester de getuigen gaan vragen, of ze tegenover hem de tegenover mij afgelegde verklaringen bevestigden.
Het dialect Ik had al moeite om de ouders van Maria in Tilburg te verstaan. In Boal was het helemaal lastig. Afhankelijk van wie je trof, spraken ze Vlaams of Brabants. En dan maakte het bij de Belgen verschil, of ze uit de streek kwamen of verderop uit Vlaanderen. Een Frans accent heb ik er nooit gehoord. Mijn taaltje noemden ze daar: Hoog Hollands.
De pet De pet werd afgeleverd met een veer in de rand, zodat die mooi strak stond, maar je zag er dan ook uit als een beginneling. De oude garde haalde die veer er uit, waardoor de pet er uitzag zoals bij een ervaren wachtmeester paste. Toen later een andere pet met een ander embleem werd ingevoerd, verdween dat gebruik. Het gebeurde wel dat een boer ons na een praatje een sigaar aanbood. “Nee, dank u, ik rook niet.” zei ik met mijn dom gezicht de eerste keer. Na ongezouten kritiek van de collega, pakte ik daarna sigaren wel aan. De sigaren konden uitnemend opgeslagen worden binnen de rand van de pet.
Titulatuur In brieven werd de formele titulatuur gebruikt. Een Officier van Justitie werd aangeschreven als ‘Weledelgestrenge heer’.27 Op de politieschool was ons gezegd, dat dit alleen maar hoefde “als de betrokkene er prijs op stelt”. Eerst even bellen om dat te vragen? Overigens was een OvJ iemand van aanzien. Meer dan eens heb ik gezien dat een Owmr. of Adjudant achter zijn bureau in de houding ging staan als een OvJ opbelde.
27
Geldt ook voor een inspecteur van politie, maar toen ik dat eenmaal was, is het gebruik afgeschaft.
Politie Het begin in de praktijk Pagina 71 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Schietoefeningen politie praktijk De schietoefeningen verschilden niet van die bij de soldaten. “Doel en richting bekend. Indien gericht: Vuren” Gaten in de schijven met een papiertje en lijm dichtplakken, hulzen rapen enzovoort. De procedure voor het ontladen nog een keer: Om het pistool te ontladen moest je eerst de houder uitnemen, maar er zat dan nog steeds een patroon in de kamer. Die moest eruit door de slede naar achteren te trekken, waardoor de patroon werd uitgeworpen. De slagveer was dan nog steeds gespannen. Die moest worden ontspannen, door “afvuren in een veilige richting”. Dat ging af en toe fout als er toch nog een patroon in de kamer zat bij het afvuren en de gekozen richting niet al te veilig was. Er is eens een kogel op een centimeter of twintig van mijn voeten ingeslagen toen iemand niet had opgelet. Schieten ging toen nog rustig, zonder hedendaagse FBI-methoden. Richten en afvuren op je gemak. Ik heb daar prijzen mee gewonnen: Een wekker en een schoenlepel. Goed schieten bij een wedstrijd was nog lastig. Als ik nauwkeurig korrel en keep en doel op één lijn had, en de man naast mij zijn pistool liet knallen, juist als ik wilde vuren, schrok ik allicht en schokte mijn hand. Opnieuw richten en zelf knallen voor de buurman dat deed.
Dagelijkse dienst Dienstrooster Wat je op een dag moest doen, stond op een in uren ingedeelde lijst. Stond bijvoorbeeld in de vakjes van: 9 – 10 – 11 uur, de letter R, dan was dat dienst met het rijwiel. Daar stond een cijfer bij, 1 bijvoorbeeld, wat betekende: Van 5 voor 10 tot 5 na 10 uur aanwezig zijn op postpunt 1. Voor een postpunt was een boerderij gekozen waar ze telefoon hadden. Met de boer was afgesproken dat naar hem opgebeld kon worden als de wachtmeester ergens moest optreden. Stond er een M, dan werd met de motor gereden. Uren Houniet Jansen
9 R2 M1
10 R1 M3
11 R4 M2
Per dag moesten we 9 uur dienst doen. Vaak vervelende gebroken diensten, 06:00 – 09:00, 14:00 – 17:00 en nog 19:00 – 22:00, bijvoorbeeld. Had je zelf niks aan je dag. Wij beschikten niet over enig verbindingsmiddel en we hadden geen auto, in het begin dan toch.
Politie Schietoefeningen politie praktijk Pagina 72 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Postpunt Formeel moest je bij de boer van het postpunt buiten blijven staan. Meestal doken we de keuken in, achterom uiteraard, want in Brabant ging de voordeur alleen open bij een bruiloft of begrafenis. Dat was riskant, vanwege controle door de districtsadjudant, met zijn twee stippen, in zijn witte Volkswagen Kever. Roken was verboden. Meegemaakt, dat een wmr. meende net op tijd zijn sigaret te hebben weggewerkt in het stuur van zijn fiets, toen het witte VW-tje er aan kwam. Het celluloid van het handvat van het fietsstuur was kapot, en hij had de sigaret gauw in de open buis gefrut. De rook uit het stuur verried hem. Afmelden Alvorens de straat op te gaan, traden de wachtmeesters aan voor het bureau van de groepscommandant, groetten en de oudste in rang zei dan: “Klaar voor de patrouille, adjudant.” Dat was dan goed en daar gingen we. Na afloop van de patrouille wederom melden, met de mededeling: “Twee bekeuringen ingesteld.” Dat was ook goed. Plan of systeem zat er nauwelijks in die diensten. Vervoermiddel, postpunt en eventuele collega stonden op de dienstlijst. Wat je in die tijd deed, moest je zelf maar zien. Er werd gelet op de ‘eenheid van tenue’, als je met twee man was. Niet de ene met een korte jekker en de andere in een lange regenjas. Fietspatrouille De meeste diensten werden uitgevoerd per fiets. Soms met twee man, meestal alleen. Zelden was er een opdracht tot speciaal toezicht. Je ging op pad en daarbij koos je een route zodanig, dat je op tijd bij het postpunt was. Onderweg keek uit je ogen en pakte een overtreding aan, als je die tegenkwam. Het overkwam me wel, dat de postpunten zover uit elkaar lagen, dat ik goed door moest trappen om er op tijd te zijn en dan nergens anders oog voor had. Af en toe kwam het voor, dat ik op een postpunt hoorde, dat ergens een aanrijding was, waar ik heen moest. Soms een knap eind weg. Ik zette dan de fiets op slot en wachtte tot er een auto voorbij kwam. Dan stak ik mijn hand op en vroeg de bestuurder mij naar de aanrijding te brengen. Lukte altijd. Een andere automobilist bracht mij weer terug, als ik de optekeningen gedaan had. Bij hevige regen ging de dienst gewoon door, maar wij doken dan graag ergens onder. Het was dan wel zaak om de regenjas buiten te laten hangen, want die moest wel nat zijn als je terug kwam.
Politie Dagelijkse dienst Pagina 73 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Motorpatrouille Op zaterdag en zondagavond reden we standaard met twee man met de motor. We loerden vooral op fietsers en bromfietsers zonder licht. Met de motor konden we die wel inhalen. Als er eentje ons tegemoet reed, zwierde de stuurman de motor makkelijk rond op straat, om er achteraan te gaan. Dit snelle draaien was mogelijk, omdat simpel remmen al volstond om de motor te laten zwenken. Het zijspan was niet beremd en de massa daarvan drukte door, als de motorfiets afremde. Een heel ander verhaal was een snelle bocht naar rechts. Daarbij moest je a.h.w. de motor met een bocht om het zijspan – wat rechtdoor wilde – heen sturen. Deed je dit te snel, dan duwde het zijspan de motor opzij of zelfs op twee wielen en – veel erger – uit de bocht.
Op twee wielen rijden kon ik ook. Naar rechts sturen tot de bak omhoog kwam en dan weer rechtuit en een beetje manoeuvreren. Een mooiere foto dan die hierbij zit heb ik niet. De fotograaf knipte pas, toen het zijspan al weer terug viel. Zonsondergang Een belangrijk boekwerk was de Politiealmanak. Daar stond ook in, wanneer de zon precies onderging. In Maastricht iets eerder dan in Amsterdam. Hooguit een kwartier daarna mocht nog zonder licht gereden worden. Niet dat wij op de minuut nauwkeurig controleerden, maar in een PV kon je niet zomaar schrijven: “Het was donker en toch reed hij zonder licht”. Neen, het is pas donker als het regelement dat zegt en daarom moest er staan hoe laat het licht precies aan had gemoeten, en dat de verdachte vijftien minuten daarna nog steeds de lamp niet had aangestoken. Alleen als het duidelijk ‘een tijdstip bij nacht’ was hoefde dat niet, want dat het dan donker was, was een ‘feit van algemene bekendheid’ en die behoefden geen nader bewijs. Dronken bestuurder We pikten er in het weekend nogal eens een dronken automobilist uit. Als een auto van links naar rechts over de weg laveerde, keken we dat een tijdje aan en lieten hem dan stoppen. Onze alcoholtest bestond daar uit, dat we de bestuurder lieten lopen over de witte streep op de weg. Dat hij dat deed was eigenlijk al bewijs genoeg. Als hij te vaak misstapte, vonden wij Politie Dagelijkse dienst Pagina 74 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 dat hij dronken was en moest hij mee naar het bureau. Maar hoe kwam je daar? Een dronken man in het zijspan was niet verantwoord. Geloof het of niet, maar als wij dan aan een automobilist die daar stond vroegen ons met de dronken man naar het bureau te rijden, dan deed die dat. Op het bureau werd de mate van dronkenschap verder getest met een lijst vragen zoals: “Wat is het kenteken van uw auto? Welke datum is het vandaag?” Vragen waar een nuchter mens de antwoorden meestal ook niet op wist. Als deze test negatief uitviel, moest er een bloedproef volgen door een dokter. Een beschonken fietser moest het heel bont maken om door ons te worden lastig gevallen. Een dronken voetganger viel onder artikel 453 van Strafrecht “Kennelijke staat van dronkenschap.” “Kennelijk” legden we zo uit, dat het volstond dat wij vonden dat iemand dronken was. Als de dronkenman op straat te lastig was, werd hij een tijdje in de cel gezet, maar daar zat hij dan ook weer goed in de weg, want je moest er toch een beetje op letten. We brachten zo iemand liever naar huis. Dat was in overeenstemming met de formele richtlijn die omstreeks die tijd werd ingevoerd: “Geïntioxiceerde personen moeten worden overgedragen aan het eigen zorgkader.” Twee keer lezen en dan snap je het wel. Rapportenboek Het Rapportenboek was een soort groot schrift, waarin na terugkeer op het bureau het beleefde werd beschreven, met de pen. Er waren geen rubrieken. Alles stond op datum onder elkaar. Met het voortschrijden van de jaren werden de handschriften slordiger.
Plaatselijke bekendheid Contact met de bevolking en plaatselijke bekendheid waren natuurlijk belangrijk. Daar wisten wij wel raad mee. Er werd veel koffie gedronken. Eenmaal binnen, was weigeren geen optie, al dreven er vliegen in. We hielden altijd onze jas aan. Er waren twee benzinestations van Shell in B-Nassau, het enige merk wat wij mochten tanken. De klandizie moest nauwkeurig verdeeld worden over die twee leveranciers.
Politie Dagelijkse dienst Pagina 75 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Voor het laatste nieuws, liepen we af en toe binnen bij de drukkerij van de plaatselijke courant. De drukker gebruikte voor de krant een Linotype loodzetsel regelzetmachine. Met een toetsenbord werden matrijzen van letters op een regel geplaatst. Als de regel vol was, goot de machine er vloeibaar lood op. Regel voor regel werd zo aangemaakt. De bladen van de krant werden één voor één gedrukt. Voor mooier drukwerk werden de regels met losse letters gezet. De zetter kon de letters ondersteboven en achterstevoren lezen. Boeiend om dat zetten en drukken van dichtbij te zien.
Kunt U het maken? Gebruikelijk was in die tijd om aan iemand met kapotte verlichting, fiets of auto, te vragen: “Kunt U het maken?” Daarmee manoeuvreerde de wachtmeester zich meteen in de problemen, vooral bij auto’s. Als er een reservelamp was, voor koplicht of pinker, volgde vaak van Belgen de vraag: “Edde gij n’n tournevis?” Dames wisten zich al helemaal geen raad. De politieman stond vervolgens al gauw bij slecht licht op een buitenweg monteur te spelen. Als de reparatie mislukte (meestal), was het niet meer doenlijk om daarna nog een verbaal te geven. En dit, terwijl het strafbare feit was: rijden zonder licht, en niet het falen om dat te repareren. Toen ik dit doorhad, begon ik niet meer aan herstelwerk. Iets soortgelijks had je bij dichtgeslagen autoportieren, met de sleutels nog in het contactslot. “Hulp verlenen aan hen die deze behoeven”, dacht de wmr. dan, en ging geruime tijd aan de slag met ijzerdraad. In latere tijd bestond de hulp alleen uit het bellen van een garagist.
Café’s sluiten De cafés in Nederland moesten om 01:00 uur sluiten. De Belgische bleven gewoon open. Tegen die tijd zetten wij de motor op stal en gingen op de fiets de cafés af. Deur open en grote lampen aan, zodat het koud en ongezellig werd. “Hoogste tijd heren”, en langzaam sukkelden de mannen wel naar buiten. “Nog een glaasje, heren?” vroeg de kastelein dan, en wij zeiden geen nee. Een keer, na het derde of vierde café, snauwde mijn collega mij toe: “Fiets recht, godverdomme, fiets recht.” Af en toe, en zeker als er kermis was, gingen we overdag met de motor helemaal naar het café van Mient Snoeis, in Castelré. Een knap eind weg. Niet om het café te sluiten, maar omdat ze daar dan altijd een grote pan stoofvlees klaar hadden staan. (Zie de kaart op pagina 43)
Politie Dagelijkse dienst Pagina 76 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Nachtdiensten Nachtdienst deden we met 2 man op de fiets, niet met de motor, want met zijn bekende geluid, konden onverlaten die horen aankomen. Op de fiets konden we stiekem naderen, want de politie had een ontheffing om zonder voorlicht te rijden. Dat deden we niet, want dan brandde het achterlicht door. Voor- en achterlicht uit durfden we trouwens ook wel. De dienst liep van 02:00 tot 06:00, meestal. Het enige hulpmiddel was een van rijkswege verstrekte zaklantaarn. Die lantaarn had een rood glaasje om een stopteken te geven – verticaal op en neer bewegen – en een groen glaasje als je nog meer verkeer wilde regelen. Het licht kon ook afgeschermd worden. De lamp hing aan een leren riempje aan een knoop van de jas. De allereerste keer dat ik die lamp model wilde gebruiken, om zittend in het zijspan, een fietser te laten stoppen, kreeg ik de lantaarn niet los. Het leer was nog te stug. Bleek dat gewoon roepen ook wel werkte. Zeker in de winter, was het zaak om warm te blijven. Dat kon vanaf 05:00 uur bij de bakker. Ook trokken we wel naar de steenfabriek in Alphen. Je kon daar op de ovens lopen om de zolen van de laarzen warm te krijgen. We doken ook vaak onder bij de Belgische telefoniste, die om 06:00 uur begon. Ik zie ons nog fietsen, wmr. 1 Van C. en ik op een winternacht. Het blauwe sjaaltje over de oren met paperclips vastgehaakt aan de knoopjes van de stormband van de pet, links en rechts. Wij waren de enigen op straat in dat weer.
Aanrijdingen en slachtoffers Transport en afleggen en PV Langs de niet bijzonder brede wegen naar Turnhout, Breda en Tilburg van af Baarle-Nassau, stonden dikke eikebomen. Vooral in de weekends reed daar nogal eens een auto tegen, met vaak een ‘kruisje’ als gevolg Bromfietsers wilden ook nogal eens verongelukken. Er was nog geen helmplicht. Omstanders wisten meestal wel te vertellen wie de verongelukte was. Zo niet, dan was het lastig om achter de identiteit te komen, want verzekeringsplaatjes of kentekens bestonden niet. Op de Turnhoutseweg was een keer de bestuurder van een Heinkel-scooter verongelukt. Zijn Heinkel had dezelfde kleur als de mijne, hij droeg net zo’n parka als ik. Ik had het zelf kunnen zijn. Hij overleed terwijl ik naast hem knielde. Dat maakte wel even indruk. Eerste hulp werd verleend door de lokale huisarts. Een ambulance uit één van de drie steden (afhankelijk van de weg waar het gebeurde) liet veel te lang op zich wachten. Het is meer dan eens gebeurd, dat we een slachtoffer afvoerden met de VW-pick-up van de molenaar of een andere mogelijkheid. B-Nassau had geen begrafenisondernemer. Als we
Politie Dagelijkse dienst Pagina 77 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 moesten wachten voor er eentje uit de stad kwam, moesten de doden veel te lang op straat blijven liggen. Doden werden dan gebracht naar het tuinschuurtje in de tuin van het nonnenklooster. De zusters namen, zeker voor overledenen uit B-Nassau, op zich om het lijk af te leggen. Nu was er in dat schuurtje geen electrisch licht en er ging altijd een wmr. mee om met een lamp bij te lichten. Als een lijkschouwing door de patholoog in Tilburg vereist was, werd de dode daarheen gebracht natuurlijk. Zo’n naakte dode, met een lijkkleur en lijkvlekken, ziet er veel doder uit, dan vlak na een ongeval op straat, met de kleren aan en nog wat kleur in het gezicht. “Kijk”, zei de lijkschouwer dan, “schedel-trauma”, en hij duwde eens op de schedel om te laten zien dat dat puzzelstukjes waren geworden. Of hij liet zien dat er nekwervels waren gebroken, door het hoofd eens half om te draaien. De identiteit van de dode moest door iemand die hem bij leven had gekend worden bevestigd. Altijd een akelige gebeurtenis. “Ik herken hem aan kleding en uiterlijk”, kwam er in het PV te staan. Label met naam aan een grote teen. Het PV moest snel gemaakt worden, al werd het nachtwerk, want de pastoor kon niet begraven zonder ‘verlof tot begraven’ van de burgerlijke stand, en dat werd niet verstrekt bij een niet-natuurlijke dood. Er moest in plaats daarvan door de Officier van Justitie een ‘verklaring van geen bezwaar’ worden afgegeven. En dat deed de OvJ pas, als hij een PV van de politie had, waarin stond: “Van misdrijf is niet gebleken.” Het overlijden moest bij de burgerlijke stand zijn aangegeven, want een uittreksel uit het register van overlijden moest bij het PV. Die aangifte kan een ieder doen, die kennis heeft van het overlijden, dus ik heb dat meer dan eens gedaan. Aanzeggen Voor zover de familie nog niet wist dat iemand was overleden, moest dat natuurlijk worden aangezegd. De pastoor werd daar wel mee opgezadeld, maar ik deed het zelf, met een collega, dat wel. Het kwam ook voor dat de politie van een andere plaats voor zo’n doodsbericht onze hulp inriep. Steeds voor een man, in de gevallen waar ik mee te maken kreeg en steeds na een aanrijding. Meestal hoefden we niets meer te zeggen, als we ’s avonds laat in uniform aanbelden en de vrouw opendeed. “Er is toch niets met m’n man?” heb ik dikwijls gehoord. Dan hoefden we eigenlijk alleen nog veelbetekenend te zwijgen. Om het bericht in te leiden, vroegen we dan nog, of de man thuis was en zo nee, of hij in een rode auto reed, of zoiets. Als de eerste ontzetting voorbij was, regelden we zo snel mogelijk dat familie werd gewaarschuwd of een buurvrouw. Als het met goed fatsoen mogelijk was, vertrokken we weer. Als we ons zouden laten verleiden tot een soort nazorg, kwamen we er namelijk niet meer weg.
Politie Dagelijkse dienst Pagina 78 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Snelheidscontroles Er was eigenlijk maar één plaats op één weg, de Chaamseweg, binnen de bebouwde kom geschikt voor snelheidscontroles. Op gezette tijden kwam de snelheids-controle apparatuur binnen op de groep. Apparatuur van Philips. Twee draden werden op zo’n 2 meter van elkaar dwars over de rijbaan gespannen. Twee ijzeren ‘latten’ zorgden aan beide kanten voor de correcte afstand. Die ijzers werden met stalen nagels in de grond verankerd, wat nog niet eens meeviel, om die tussen tegels of stenen in de grond te krijgen, juist waar daartoe in het ijzer een gat zat. Bij de draden hoorde een apparaat, waarop de snelheid van een auto kon worden afgelezen. Apparaat en gecertificeerde waarnemer werden in de GSA gezet. Een eind verder stond de opvangploeg, die via een veldtelefoon met de waarnemer in verbinding stond. Niet al te ver weg, want de telefoondraad moest de afstand wel halen. Als je in de telefoon iets wilde zeggen: “Die rode Fiat, 65 km”, bijvoorbeeld, moest je eerst stroom opwekken, door aan een handel te draaien. Wij bekeurden pas bij snelheden boven de 60 km/u. Voldoende boven de toegelaten 50 km/u om niet teveel tegenspraak te krijgen. We stonden dus altijd op dezelfde plek en kregen van de aanwonenden een tas koffie of “n’n snee brood mee hesp28”.
Branden Als ergens brand was, moest de politie vooral door de brandsirene aangelokt publiek weghouden, zodat de brandweer kon werken. Wij stonden daarbij altijd wel in de rook en die lucht kroop in de kleren. Zeker de tuniek kon volgende dag naar de stomerij. Het mooiste was brand bij de buren. Als we over de mobilofoon (toen we die eenmaal hadden) hoorden we dat in een buurgemeente brand was, gingen wij gauw kijken, zogenaamd ter assistentie. Wel zicht op een mooie brand, zonder er werk aan over te houden.
Kettinghonden Een hond mocht wel vast gelegd zijn, maar dan aan een looplijn, met een bepaald gewicht per schakel van de ketting en hij moest bij water kunnen. Ik lette daar op en kwam bij boerderijen wel waakhonden tegen die aan een veel te korte ketting lagen. Na een praatje veranderde de boer de ligging van de hond wel.
28
Ham
Politie Dagelijkse dienst Pagina 79 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Vee uit de weide Vooral in het voorjaar zagen pinken en vaarzen wel kans om onder de pinnekensdraad door te glippen, of er overheen te stappen. De eigenaar was meestal niet de dichtstbijzijnde boer. Die eigenaar oproepen om zijn eigen beesten te vangen schoot dus niet op. Het hek van de wei openzetten en met hulp van mensen uit de buurt de dieren terug jagen was de snelste manier om ze van de weg af te krijgen. Jawel: Als je probeerde voorbij zo’n pink te komen, om hem van achteren af de goede kant op de sturen, draaide die zich om en liep van je vandaan. Als je dan meende het op een holletje te kunnen redden, bleek dat het beest veel harder kon lopen. Als je dat eenmaal wist, begon je daar niet meer aan, want een wachtmeester boette veel aan decorum in, hollend, met één hand op het pistool en de andere hand op de pet.
Speurhond In Haps woonde de speurhond-geleider. Ik heb maar éénmaal meegemaakt dat de hond een spoor volgde. Het was vanaf een ren waar een fazant uit was gestolen. De hond pikte het spoor op en liep recht naar de boerderij er naast. Die boeren hadden al lang ruzie. De honden-geleider vroeg als je die belde, altijd uitvoerig naar de omstandigheden: “Hoe lang geleden?, regen? dieren bij betrokken?” Nogal dikwijls was de conclusie: “Geen uitgangspunt.” Identificatie van een verdachte, kwam wel vaak voor. (Zie de toelichting iv )
Ruilverkaveling De Ruilverkavelingswet schreef boeren de wet voor. Een commissie verdeelde de grond. Het spreekwoord: Ruilen is huilen, bleek maar al te waar. Meer dan eens moesten we tussenbeide komen, om de leden van de ruilverkavelings-commissie te ontzetten, als een kwaaie boer die te lijf wilde gaan.
Jagers Stel je daarbij niet van die heren-jagers voor. Veel boeren hadden een jachtakte en het begrip ‘weidelijk jagen’ kende niet iedereen. Zolang ze op hun eigen grond bleven was er niets aan de hand. Meer dan eens echter werden we gebeld door bange vrouwen, als twee jagers in het veld tegen over elkaar stonden. De ene verweet de andere dan over de grens te hebben “gejoagen”.
Varkenspest Vanwege varkenspest gold in een bepaalde tijd een vervoerverbod. Daar zat voor de boeren geen winst in, dus vervoer was er toch. Wij hebben diverse transporten onderschept.
Politie Dagelijkse dienst Pagina 80 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De varkens werden in beslag genomen, onder politietoezicht naar een slachthuis gebracht en ook onder toezicht afgemaakt. Niet precies een vrolijk gezicht en toch waren we er wel mee ingenomen, als we in het rapportenboek konden schrijven: “42 varkens in beslag genomen.” Weer eens wat anders.
IJkwet Af en toe maakten we ons druk om niets. In het voormalig station van Baarle-Nassau aan de Stationsstraat, was een puddingfabriek gevestigd29. Af en toe stond op de dienstlijst, dat we daar controle IJkwet moesten uitvoeren, er werd daar immers gehandeld op grondslag van maat en gewicht. We vonden daar eens een ongeijkt gewichtje van 5 gram, wat voor recepten of zo werd gebruikt. Dat namen we in beslag en er werd PV opgemaakt. (zie IJkwet Email, pagina 126)
Schrikdraad Een draad waar je niet van schrok was geen schrikdraad. De eigenaar hoefde dan niks. Stond er wel stroom op, en dat moesten we dus even nagaan, dan moest de installatie gekeurd zijn30. Ons kon niets gebeuren en daarom hielden wij een lange grasspriet tegen de draad als spanningzoeker. Eerst voelde je niets, maar schoof je de spriet wat korter op de draad dan voelde je de schrikdraadschokjes. Wat je zou voelen als er 220 volt op stond weet ik niet. Na deze controle gingen we eens om het keuringsbewijs vragen om zeker te weten dat de installatie veilig was. Ik geloof het nu zelf niet, maar toch ging het zo. (zie Schrikdraden Email127)
29 30
Nu een wok-restaurant Schrikdradenbesluit
Politie Dagelijkse dienst Pagina 81 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bels Lijntje Eens per dag reed er een goederentrein. Het Bels Lijntje stak de Pastoor de Katerstraat over (onderaan op het kaartje) en de Nieuwstraat (bovenaan). Tegen dat de trein er aan kwam, reed een vrouw met de fiets van de ene naar de andere overgang, om die met hekken af te sluiten. Op het kaartje is te zien, dat het stuk stationsstraat bij de P. de Katerstraat in Nederland ligt en de overgang in de Nieuwstraat voor de helft in België en Nederland, maar dat je om daar te komen in de Stationsstraat even door België moet. Bij Weelde Statie ging de spoorlijn de ‘echte’ grens over. Daar eindigde natuurlijk ook ons bewakingsgebied.
Kippenslachterijen In kippenslachterijen werd veel zwart gewerkt. Daar liepen we dus ook af en toe binnen. De eerste keer was wel even wennen. De kippen werden de een na de ander aan de poten in beugels gehangen. Die beugels vormden een lopende band, die langzaam verder schoof. De juiste werkwijze was om met een onder stroom staand scherp mes de aders in de hals open te snijden en de kip te laten verbloeden. Een stroomstoot zou dan de kip meteen hebben verdoofd, als de stroom aan stond tenminste, wat niet altijd het geval was. Of die messen scherp waren, weet ik ook niet zeker. De wonderlijkste aanblik leverde het ‘plukken’ van de inmiddels dode kippen op. De lopende band schoof onder een douche door en daarna ranselden rubberen slangen de natte veren van de kippen af. De kippen slingerden en schokten daarbij heen en weer, terwijl ze er, zeker aan het begin van de behandeling, nog zo ‘kippig’ uit zagen.
Politie Dagelijkse dienst Pagina 82 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Diverse gebeurtenissen De windhoos
25 juni 1967. In mijn eentje reed ik om een uur of twee met de GSA over de Chaamseweg richting Chaam31. De lucht had een vreemde donkere kleur, het waaide en er lagen takken over de weg, waar ik tussendoor laveerde, maar verder had ik niets bijzonders in de gaten. Tot mijn verbazing lag er in ene een dikke eik dwars over de weg. Ik meldde dit aan de meldkamer en keerde maar weer om, terug naar het bureau. Daar bleek pas dat er veel meer aan de hand was. Een afgelegen boerderij in het veld was compleet ingestort. De muren waren naar binnen gevallen32, maar er waren geen gewonden. Politie en brandweer gingen ter plaatse, zonder dat die veel konden doen. De nieuwsgierigen hadden het smalle weggetje naar de boerderij nagenoeg versperd, door auto’s lukraak neer te zetten.
31 32
U zegt toch wel Kaam, met een K? Geïmplodeerd. Druk buiten groter dan binnen.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 83 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Ik bestuurde de GSA en adjudant Van H. stond op de bank achterin, met zijn bovenlijf uit het geopende luik in het dak. Vanuit dat luik riep hij steeds maar door de megafoon: “Maak de weg vrij voor de hulpdiensten”. Haalde niets uit. Dat er een windhoos via Frankrijk en België ook over Nederland was getrokken en in Tricht heel veel schade had aangericht, hoorden we pas later33. Tussen Chaam en Baarle-Nassau was de windhoos vooral over open gebied getrokken. Heel wonderlijk was dat in een sparrenbos naast de weg een strakke rechte lijn te zien was, van getordeerde en geknakte sparren, naast bomen waar niets mee aan de hand was.
De brandweerauto is weg De Nederlandse brand-sirene gaat. Brandweermannen snellen toe. Ze gooien de deuren van de brandweergarage open. Verbijstering: Geen brandweerauto. Paniek. Hierheen bellen en daarheen vragen. De groep toeschouwers, op het geluid van de sirene afgekomen, groeit aan. Iemand weet te vertellen dat hij de gemeentesecretaris, met de brandweerauto, op de weg naar Castelré heeft gezien. Bellen naar het café van Snoeis aldaar. Blijkt dat de secretaris de opstelling van stemhokjes was gaan controleren. “Stuur hem als de dju terug.” “Kan niet, hij is zat”. In zijn bleek-blauwe VW-kever racet de gemeente-opzichter naar Castelré. Veel te laat komt hij weerom met de brandweerauto. Het schuurtje brandt af.
De pastoor van Zondereigen Op dienst met de ULM in de buurt van Zondereigen ontmoette ik de pastoor van die plaats, op zijn Solex. In zijn pastorie heb ik één van de smakelijkste glazen Trappist van Westmalle ooit gedronken.
De Generaal Ik had de nacht doorgebracht bij de ouders van Maria in Tilburg. Ik had de scooter nog niet en de bus reed op de verkeerde tijd, dus ik reed de 20 km met de fiets. Om ’s morgens geen tijd te verliezen met omkleden in het kosthuis, fietste ik in uniform. Beetje laat vertrokken, maar met flink door trappen kwam ik, bezweet en wel, toch op tijd. Ik was de enige op het bureau. Ik trok de tuniek uit en ging op de grond zitten, tegen de radiator van de verwarming, om mijn natte rug te drogen. De bel ging, tuniek gauw aan, deur open en tot mijn verbijstering stond daar de generaal. Die had ik maar één keer eerder gezien, bij de beëdiging. Overdonderd door zulk hoog bezoek, terwijl ik seconden daarvoor nog op de grond tegen de verwarming leunde, maakte ik geen al te heldere indruk, vrees ik. Hij kwam 33
Toen had ik nooit van Tricht gehoord. Dat is later wel veranderd.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 84 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 helemaal niet voor mij, maar voor de groepscommandant, waar hij mee bevriend was. Die woonde boven het bureau.
De Heinkel-scooter Toen het motorrijbewijs behaald was, schafte ik een Heinkel-scooter aan. Scooterrijders hadden bij voorkeur een groene parka-jas aan, een dikke sjaal om en een ijsmuts op. Heinkelbestuurders knipperden met het grote licht, als ze elkaar tegenkwamen. De scooter liet me soms in de steek. Een keer midden in de Maastunnel in Rotterdam, op de linker rijstrook ook nog, zodat ik dat zware ding helemaal naar boven moest duwen terwijl de auto’s vlak langs me zoefden. De scooter werd bij een garage achtergelaten en liftend ging het verder. De tweede keer was vlak voor de Moerdijkbrug. Dat kwam helemaal slecht uit, want ik moest de veerboot in Hoek van Holland halen om Sonik op te zoeken in Welwyn Garden City. Snelwegen hadden toen nog parallel lopende fietspaden, achter een ligusterhaag. Zo gauw ik een gat in de heg tegenkwam heb ik de scooter daar doorheen geduwd. Aan de andere kant van het fietspad was ook een heg, waar achter ik de scooter zo’n beetje uit het zicht kon zetten. Liftend ging het verder en ik heb de boot nog gehaald. Een week later is de scooter, die er nog net zo stond als ik hem had achter gelaten, opgehaald en in Lage Zwaluwe naar een garage geduwd. Ik ben ook nog eens vanaf Zeebrugge naar Engeland gevaren. Daar heeft de Heinkel een week op een parkeerterrein gestaan. Dat kon in die tijd.
Zwemmen Ik ben wel eens met de scooter met een pater Capucijn van het klooster aan de Bredaseweg achterop, naar het Kursaal in Turnhout gereden, om daar de zwemmen. Vaker zwom ik op een stille plek in het riviertje de Bremer.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 85 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Smokkelaars Smokkel was een zaak van de douane, maar zijdelings kregen we er wel mee te maken. In het veld ging het er soms ruig aan toe. Er werd soms wederzijds geschoten. Met boter en sigaretten was winst te behalen. Smokkelaars reden graag in een oude Mercedes, met achter de achterbank een stalen plaat of in de koffer een grote teil met zand, om de kogels tegen te houden. Over de Belgische douane ging het verhaal, dat die een deel van de opbrengst van de smokkelwaar kregen en er daarom geen belang bij hadden de smokkelaars zelf te vangen. Dit moet wel kwaadsprekerij zijn geweest. Enkele Nederlandse douaniers zijn eens goed weggekomen. Onverlicht reden ze ’s nachts over een weggetje in een bos. Arbeiders waren daar doende om jonge sparren te zagen. De stammetjes met de takken er af, hadden ze op een wagen geladen, die midden op het bospad stond, onverlicht uiteraard. De douane-auto reed er vol op. Een mirakel dat er niemand gespietst werd. Van een of andere actie heb ik een paar ‘kraaiepoten’ overgehouden, die ik later als pressepapier op mijn bureau gebruikte. Jaren later, toen ik al in Enschot woonde, kreeg ik nog eens met kraaiepoten te maken. Op de weg van Tilburg naar Moergestel waren kraaiepoten uitgestrooid vanuit een auto die achtervolgd werd door de douane. Met enkele politiemensen, de kantonnier en vrijwilligers, hebben we toen in het donker met lantaarns zo’n drie kilometer weg af lopen zoeken om de kraaiepoten op te ruimen.
Hulp van het leger Door een ongeluk was de Hoogstratensebaan naar België versperd. Via een parallel lopend zandpad in het landgoed Schaluinen, zou verkeer toch door kunnen rijden. Dat ging met personenwagens goed, maar een grote vrachtwagen liep vast. Toen kon niemand nog ergens heen. Juist toen kwam er een militaire pantserwagen op rupsbanden, YPR765, voorbij. De korporaal was onmiddellijk bereid om de vrachtauto achteruit weer naar de harde weg te sleuren. Kabels en zo hingen standaard aan de pantserwagen. Geen centje pijn. Daarna liet ik toch maar alleen personenauto’s door.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 86 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Sloep naar de wal Met de ME heb ik eens gebivakkeerd in de Van Ghendtkazerne van de mariniers in Rotterdam. Ze deden net of dat een schip was. De binnenplaats was “het dek”, bijvoorbeeld. Een VW-busje wat mensen naar het station reed, heette “sloep naar de wal”. Weer wat geleerd. Ze hebben nog tientallen andere termen overigens, maar ik was er te kort om die te leren.
De motor stuk Ik kwam eens met een nieuwe wmr. De V. met de motor terug van de dienstsport in Tilburg. Even langs bij Maria. Achter de woningen daar lag een braakliggend terrein. De V. wilde ook wel eens met de motor rijden. Ik dacht dat het niet veel kwaad kon op die plek. Fout gedacht, want in een bocht naar rechts reed hij te snel, en dan wil een zijspan de bocht niet meer om. Hij raakte met de bout links van de as van het voorwiel een paal van een betonschutting. Daarna stond de voorvork een beetje scheef, maar je zag er niets van. Het staal van de bout was veel harder dan het broze beton van de schutting. Met een wringend stuur, wat steeds de verkeerde kant op wilde, reed ik naar huis. De motor werd weggezet en de dagen daarna, werd door anderen geklaagd over het rare sturen van de motor, maar wij wisten van niets. De controleur motormaterieel kwam er aan te pas, maar de oorzaak werd niet ontdekt. Je moet op tijd weten te zwijgen, zeker bij de politie.
Rel om zomertenue Er is nog eens hevig geprotesteerd tegen de korpsleiding, vanwege de onzin om bij 30° Celsius en hoger, handschoenen en een tuniek verplicht te stellen. De TV kwam er zelfs met een reporter op af. Hoe die heette weet ik niet meer. Hij zag er net uit als op de TV, maar was wel een beetje oranje/bruin, wat je in zwart/wit niet zag. Het viel me ook op, dat hij zulk keurig Nederlands sprak. We hadden met de actie niet meteen succes, maar op de langere duur wel. Eerst werden overhemden van dikke stof ingevoerd. Die waren zo dik om tatouages te verbergen, die sommige wachtmeesters, ex-matrozen waarschijnlijk, op hun arm hadden. Die tatouages zouden door een hemd van dunnere stof kunnen doorschijnen. Tegelijkertijd kwam er toestemming om vanaf 25° C de tuniek thuis te laten, als maar zo’n dik stug hemd werd gedragen. Daarna mochten de mouwen opgerold worden en als het warmer was dan 30° C mocht zelfs de stropdas af. Weer een fase verder leverde de intendance overhemden met korte mouwen. Gekleed in tuniek, werd het pistoolkoord om de hals gedragen. In het overhemd ging dat onder de blauwe epaulet op de rechterschouder. Dat helder blauwe koord stak dan mooi af tegen het witte hemd. Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 87 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Elegante pantalon Een keer waren mijn twee blauwe lange broeken in de stomerij. Ik deed daarom maar een zwarte ‘burger’ broek aan. Geen mens zag het, behalve de man van de stomerij, die me complimenteerde met de elegante pantalon. Hij had dan ook een oogje op mannen. Om geen ‘knieën’ in de pantalon te krijgen, moest je die altijd een beetje optrekken, voor je ging zitten.
“Doet U mee?” Administrateur Meneer Smit, een Indischman, die in Tilburg woonde, vroeg als hij tussen de middag zijn boterhamtrommeltje voor de dag haalde altijd: “Doet U mee?” Eén keer zeiden wmr. 1 S. en ik eens geen “Nee”, maar aten we zijn hele trommeltje leeg en vertrokken daarna naar huis. Smit hield zijn gezicht strak, maar met moeite. Hij kreeg toen wij na de pauze terugkwamen natuurlijk een nieuw lunchpakket. Eens per maand betaalde de administrateur het salaris contant uit, in zakjes van half doorzichtig knisper-papier. Ik heb hem een paar keer met de scooter naar huis gebracht, als hij de bus had gemist.
Vangsnoer en sabel Een oude traditie werd in ere hersteld: De rijkspolitie ging weer een vangsnoer dragen, bij plechtige gelegenheden. Net als bij de nestels van de marechaussee, zilver en blauw voor onderofficieren en zilver voor adjudanten en hoger. Veel mannen trouwden toen in uniform, met dat fraaie vangsnoer, maar dat vonden ze nog niet voldoende. Ergens vandaan leenden ze een sabel en kwamen zo extra deftig op de foto.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 88 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De slipschool In Enspijk had de Rijkspolitie een slipschool. Een rondlopende weg was volgestort met een soort groene zeep en goed nat gespoten. Dat wil wel glijden. Voor de lessen werden VW-kevers ingezet, die een handrem op ieder achterwiel hadden. De wachtmeesters-instructeur – keurig in uniform, zoals de tijdgeest dat verlangde – konden het slippen in gang zetten door aan één van de handremmen te trekken. Binnen de kortste keren zat de voorruit vol zeep-smurrie, wat de ruitenwissers er niet af kregen. Het portierraam open en een beetje naar buiten kijken hielp dan om nog iets te zien. De zeep spatte dan ook naar binnen, in je ogen en op je pak, en zowel instructeur als leerling zaten al gauw onder. Maar een overall was geen optie, toen. Het opvangen van een slip, door op tijd de koppeling in te trappen en de voorwielen de andere kant op te draaien, is eigenlijk niet te doen. Langs de kant lagen autobanden, die ik dikwijls raakte. Het voornaamste wat ik daar leerde was, wanneer een slip ging ontstaan en die dan voor te blijven, vooral door rustig rijden. Veel later, toen ik in Geldermalsen werkte, kwam ik die slipschool weer tegen, toen ik het kantoortje op het binnenterrein (zie foto) tot hoofdkwartier had gemaakt, om leiding te geven aan de aanpak van ongeregeldheden bij discotheek De Roodenburg in Beesd.
De inbraak Mijn eerste aanhouding op heterdaad. Een collega en ik betrapten bij de Boerenbond twee inbrekers. Daarbij hebben we in hoge mate geblunderd. De aangehoudenen werden gevankelijk naar het bureau gebracht, om daar ‘ten spoedigste geleid te worden voor een hulpofficier van justitie’34. Ze werden ook gefouilleerd door ons, maar niet zo grondig, bleek. Ik zag even later door het ruitje in de deur van het kamertje waar we één van de twee hadden opgeborgen, dat hij iets deed in een hoek van de kamer, die ik net niet kon zien. Wij naar binnen en kijken, maar we vonden niets. We keken ook met onze neus, want toen de verdachte al op transport was naar het huis van bewaring, vonden we in de prullemand een lamp, die van de boerenbond was geweest. We hebben dat maar zo gelaten. De inbrekers zijn toch wel veroordeeld, maar wij begrepen dat we nog veel moesten leren.
34
Het is ‘geleiden voor’ en NIET ‘voorgeleiden aan’ wat altijd fout wordt gezegd.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 89 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Zelfmoorden Bij een niet natuurlijke dood onderzocht de politie of sprake was van misdrijf. Uit een gesprek met familie en het nagaan van omstandigheden bleek wel hoe het zat. De familie was maar zelden verbaasd. De betrokkene was meestal al lang overspannen of gedeprimeerd. Dit kwam toch wel een keer of drie per jaar voor. Wat me bij verhanging steeds verbaasde, was dat mensen daar zo’n dun touw voor namen. Een gewoon sisal-touwtje was verschillende keren al genoeg. Enkele opmerkelijke voorvallen: Waarschijnlijk dood Een boer had in de slaapkamer een jachtgeweer schuins tegen het hoofd gezet en zo afgedrukt. De bovenkant van de schedel was weggeblazen en de inhoud was verspreid over plafond en muren. Waar hij was neergevallen zat het tapijt vol bloed. De gemeentelijke lijkschouwer sprak toen de onvergetelijke woorden: “Ja, wat zal ik er van zeggen? Ik kan alleen maar met een zekere mate van waarschijnlijkheid zeggen, dat de man dood is.” Ik heb in dat geval nog bemiddeld om in Breda een bedrijf te vinden wat die kamer wilde fatsoeneren. De plaatselijke woninginrichter wilde er niet aan beginnen. De vijver Twee andere gevallen betroffen bejaarde nonnen in een klooster-bejaardenoord. Er was daar een vijver, een ovalen cementen bak met water vol algen, leek wel erwtensoep. Daarin dreef in het zwarte habijt de bolle rug van de dode.v Nota bene een week later gebeurde het in diezelfde vijver op dezelfde manier nog eens. De vijver werd gedempt. Carnaval Tijdens carnaval troffen we een lid van het gevolg van de Prins aan, die zich in het carnavalsjacquet in de schuur had verhangen. Nachtegalen Een oudere vrouw was op een donkere avond in een donkere jas op de weg gaan liggen. Ze viel totaal niet op en werd door meerdere auto’s overreden. De weg werd afgezet en er was geen verkeerslawaai meer. In de stilte hoorde ik in het bos naast de weg nachtegalen zingen.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 90 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Transport naar het gekkenhuis Door een bromfiets-ongeluk waren de hersens van een boerenzoon van een jaar of 17 beschadigd, waardoor hij bij tijden, sterk als hij was, gevaarlijk agressief kon zijn. Hij had een eeneiige tweelingbroer. Schrijnend om te zien hoe die jongen geweest was. Hoe dan ook, hij was er af en toe volkomen van af en werd verzorgd in ‘De Grote Beek’ aan de Boschdijk in Eindhoven, psychiatrisch ziekenhuis. De jongen was op ‘verlof’ thuis, maar daar door gewelddadig gedrag niet te houden. Aan ons werd gevraagd hem naar Eindhoven te brengen. We gingen voor de zekerheid met drie man in de GSA op weg, waarvan twee man bij de patiënt achterin. In het begin ging het goed, maar halverwege wilde de jongen persé met zijn behandelende arts spreken. Dat kon natuurlijk niet, maar hij had daar geen boodschap aan en het dreigde achterin de auto uit de hand te lopen. We maakten de jongen wijs, dat de mobilofoon de telefoon was. Gelukkig zat er in Tilburg bij de centraalpost een wakkere collega. Zonder uitleg zei ik zacht in de microfoon van de mobilofoon: “Geen vragen stellen. Herhalen wat ik zeg.” Ik verzon een antwoord op vragen die de jongen vanaf de achterbank aan zijn arts stelde, en gaf dat fluisterend door aan de meldkamer, die het hardop herhaalde. Dit antwoord van de ‘dokter’ kon de jongen door de luidspreker goed horen. Zo hebben we hem rustig weten te houden. Personeel van De Grote Beek was gewaarschuwd dat we er aan kwamen en dat nam hem bij aankomst van ons over.
Oudejaarsnacht in Heusden In Heusden misdroeg de jeugd zich in de Oudejaarsnacht. De ME werd ingezet om dat tegen te gaan. De ME had nog geen ME-pak. We liepen in koppels, in de dagelijkse tenue, laarzen, lange jas en pet. Heusden was toen nog niet ontdekt voor en door het tourisme. Het maakte een vervallen indruk. Met zijn tweeën wandelden we rond. Wij wensten elkaar het beste om middernacht. Er gebeurde helemaal niets (zoals wel vaker in deze memoires.)35
35
Heusden is tegenwoordig ongeveer gereconstrueerd. Toen ik er was, waren er op zijn best fundamenten, waar nu complete molens en poorten zijn opgetrokken.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 91 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Zwemmers in Oirschot Ter hoogte van waar nu park De Beekse Bergen ligt, grenst het Wilhelminakanaal aan Hilvarenbeek aan de ene kant en Oirschot aan de andere kant. Jeugd zou daar onbevoegd zwemmen. Vanuit B-Nassau werd ik er meer dan eens per ULM op uit gestuurd om daar wat aan te doen. Nooit één zwemmer gezien. Toen ik in Oirschot werkte, zag ik die plek weer terug. Vanaf de Oirschotse kant kon je goed zien dat er aan de overkant flink werd aangepakt. Dat werd dus het safari-park.
Zwemmers in Sprang-Capelle In de zeer gelovige gemeente Sprang-Capelle was het zwembad op zondag gesloten, al was het nog zulk mooi weer. Jeugd was daar toch het water in gedoken. Ook hier moest de RP optreden. Wij hoefden er maar te gaan staan en er gebeurde niets meer. Een wonderlijke gemeente was dat trouwens. Sprang, Vrijhoeve en Capelle lagen aan één lange weg in de polder, met nauwelijks een zijstraat.
Hondenmarkt in Enschot In Enschot werd op zaterdagen gehandeld in honden, nabij het café van Van Beurden aan Het Zwaantje, op de hoek van de Kerkstraat, midden in het dorp.36 Al om 07:00 uur stonden daar auto’s met Belgische en Duitse kentekens en Nederlandse natuurlijk ook. In de bagageruimten van de auto’s zaten in manden en dozen jonge honden. Die hondenhandel, voor vivisectie of wat dan ook, was verboden, maar gewoon een hond aan iemand laten zien was geen handel. Bewijs was daarom niet te leveren. Om de zaak voor de handelaren moeilijker te maken, was er een parkeerverbod ingesteld bij het café. Vanuit B-Nassau werd ik een paar maal naar Enschot gedirigeerd, met de zijspan, om de hondenhandel tegen te gaan. Veel succes kan dat niet gehad hebben, want toen ik later zelf in Enschot diende, waren de honden-handelaren er nog steeds.
36
Berkel-Enschot was één gemeente, maar de dorpen waren nog niet aan elkaar gebouwd.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 92 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Paarden Twee voorvallen met paarden zijn het vermelden waard: Verhongerde pony’s Twee pony-merries met ieder een veulen stonden op een weiland zonder gras en zonder bijvoeding. Ze hadden al flink geknaagd aan het hout van een stalletje. Broodmager waren ze. Ik nam de dieren in beslag. Ondanks hun verzwakte toestand viel het nog niet mee om ze te vangen. Ik kreeg hulp van boeren uit de buurt. Ik kon ze stallen in het slachthuis van Tilburg. De twee merries stierven alsnog. De directeur van het slachthuis, een dierenarts, onderzocht de kadavers. In de magen vond hij alleen zaagsel. Ik ben bij de rechtszitting tegen de eigenaar als verbalisant opgeroepen. De dierenarts was er als getuige-deskundige. Er volgde vrijspraak, want de halfzachte dierenarts durfde het niet aan om te verklaren dat de dieren door gebrek aan voeding waren gestorven. Hij kwam niet verder dan “hoogst waarschijnlijk”. Met zo’n verklaring kon de rechter niet veroordelen. Aangereden paard Een paard was op een landweg, nabij de boerderij waar het thuishoorde, door een auto aangereden. De middenhandsbeentjes van beide voorpoten waren op ongeveer gelijke hoogte finaal in tweeën gebroken (als leek zou je denken: de onderarm). Het dier stond op de wit gekleurde botten van de poten, terwijl de gebroken onderste delen met de hoeven, hangend aan de huid, omgeklapt op straat lagen. Er zat natuurlijk niets anders op dan een noodslachting, want dan kon het vlees nog verkocht worden. Een slager – met vergunning – was er redelijk snel. De Veewet schreef voor dat een te slachten dier verdoofd moest worden door “belediging van de kleine hersenen” en vervolgens worden gedood “door verbloeding”. Het schietmaskervi werd op de kop gezet, een snelle slag en het dier viel neer. De slager sneed daarna in één beweging de hals van het paard open en daarmee ook de aders. Het dier bloedde leeg, maar dat duurde toch nog even. Het bloed stroomde langzaam van het asfalt de berm in. Eenmaal dood werd het paard afgevoerd om de slacht af te maken. Extra schrijnend bij dit alles was, dat het meisje, jaar of 14, waar het paard van was, hier bij stond en het hele verloop mee kreeg.
Politie Diverse gebeurtenissen Pagina 93 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Westendorf 1962 Even tussendoor. Ik won in Oostenrijk een ski-wedstrijd, de eerste van de twee keer dat ik aan wintersport deed. Ski-schoenen waren een soort zware lederen bergschoenen, waar je ook gewoon mee kon lopen. Ik huurde die van een schoenmaker, die in een kamertje een grote kist met schoenen had staan en op de vloer nog meer. Passen tot de goede waren gevonden. Als ze onderweg een beetje los zaten had je een probleem om ze strakker te maken, want de veters waren stijf vast gevroren. Ski’s huurde ik op een ander adres. Naar het skigebied liep één kabelbaan, met niet meer dan twee stoeltjes naast elkaar. Een voormalige Almhütte, op zo’n 2000 m hoog, was omgebouwd tot berghut voor toeristen. Bier en limonade werden aangevoerd met muilezels. De afvoer van leeg fust terug naar het dal verliep ‘automatisch’. Twee muilezels kregen kratten met lege flessen omgehangen. In eigen beheer wandelden de dieren daarna op hun gemak over een besneeuwd bospad naar beneden. Iemand ving ze daar dan wel op. Rodeln was wel leuk. Boven huurde je een sleetje en beneden liet je het staan. Simpel. Ik ben daarbij nog eens goed weggekomen. Met een knappe snelheid vloog ik uit de bocht aan de dalkant en werd, met de kop vooruit, over de rand van het pad, gelanceerd tussen de dicht opeen staande dennebomen. Ik raakte er geen één door puur geluk. De gele Postbus had altijd voorrang, zowel op dalend als op stijgend verkeer. Op smalle wegen bleef de bus bij voorbijrijden aan de berg-zijde. Dat hij er aan kwam was goed te horen, want de bus had een vervaarlijke toeter, die veel gebruikt werd. “Aan de kant” was daarmee de boodschap.
Politie Westendorf 1962 Pagina 94 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De periode Amsterdam Amsterdam in de provotijd Bijstand door de rijkspolitie in Amsterdam is een hoofdstuk op zich. Iedere rijkspolitieman van mijn generatie is vele malen in Amsterdam ingezet. De Provorellen, het huwelijk van Beatrix, bijstand wegens personeelstekort, bewaking van ambassades, bewaking op Schiphol. Wat mijn belevenissen betreft, zie je nut en noodzaak er niet meteen van af. Naar Amsterdam Het zal in 1965 zijn geweest, dat het in de hoofdstad uit de hand liep. Op een middag kwam de oproep dat de voltallige ME moest aantreden op het districtsbureau. Bewapening meenemen. Met de karabijn over de schouder reed ik op mijn Heinkel naar Tilburg. Daar was het een drukte van belang. Van verschillende groepen waren de GSA’s gevorderd. Instappen en door naar Amsterdam. Op de snelweg, een eind voor de stad, werden we op de vluchtstrook opgevangen door personeel van een verkeersgroep. Steeds meer GSA’s, uit het hele land, kwamen er te staan. Toen de stoet tot zeker 10 GSA’s was aangegroeid, gingen het achter een auto van het verkeer aan de stad in. Allemaal de blauwe lamp aan, een indrukwekkend gezicht. Bij kruisingen sirene aan, om de voorgangers niet kwijt te raken. Ook daarna, als het niet nodig was, lieten we de sirene aan omdat het zo spectaculair klonk. Kregen we door de mobilofoon opdracht om de sirene uit te zetten, wat helaas niet goed begrepen werd. Sarphatistraat, voormalig Rijksmagazijn van Geneesmiddelen. Parketwachters sleepten door een deur links stapelbedden aan, terwijl wij door een deur rechts het logies opzochten, wat die parketwachters aan het inrichten waren. Volkomen kaal vertrek met in der haast in elkaar gezette stapelbedden, drie-hoog. Arbeiders braken op de binnenplaats stenen uit de grond, groeven kuilen, plaatsten palen waaraan jute-schermen werden vastgemaakt, en de latrines waren klaar. In de gang kwamen kruislings aan elkaar getimmerde, rechtop staande latten. Een grote grijze pvc-buis werd overlangs open gesneden en op de latten gelegd: de wasbak. Er boven
Politie De periode Amsterdam Pagina 95 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 kwam een waterslang te hangen, waarin om de 30 cm gaten waren gesmolten. De slang werd gekoppeld aan de brandkraan en zo hadden we ook water bij de wasbak. Waarom we daar waren, hoe lang dat ging duren, niemand die het wist. In de dagen erna werd van af de huisadressen kleding, toiletartikelen en dergelijke opgehaald. Ik ben daar die eerste keer zeker veertien dagen geweest. En spannender wordt het verhaal niet wat mij betreft. Uren heb ik met lotgenoten doorgebracht in ME-wagens van de gemeentepolitie, op de binnenplaats van het hoofdbureau aan de Marnixstraat. Via de mobilofoon hoorden we dat er van alles gebeurde in de stad. Nooit kwam het tot een feitelijke inzet. Altijd zat ik maar achterin dat ME-busje. Eigenlijk verveelden we ons behoorlijk en we werden dan ook steeds baldadiger. Op het hoofdbureau hadden ze een paternoster-lift. Die draait steeds maar door, wat kan omdat hij bovenin omkeert. Als iemand dat wel eens mee wilde maken en helemaal ‘door’ wilde draaien, kon je die op het keerpunt klem zetten, door de lift te laten stoppen. Er moest dan iemand uit de portiersloge komen, om de lift weer op gang te brengen, onder veel gekanker. Het gebouw aan de Sarphatistraat werd in de jaren erna omgebouwd tot een compleet politiehotel. Nodig, omdat er steeds opnieuw rijkspolitiemensen voor bijstand in Amsterdam moesten zijn. Ook tijdens de verbouwing ben ik er vaak geweest. Slapen na een nachtdienst was er niet bij, vanwege de drilboren en wat al niet. Het Amerikaanse Circus Als goedmakertje mochten we gratis naar het Amerikaanse Circus, wat juist in de stad was. Daar moet ik nog een foto van hebben, maar die is nog niet teruggevonden. Op die foto had je kunnen zien dat we het pistoolkoord, wat eigenlijk om de hals gedragen moest worden, voor de veiligheid om de koppel hadden gewonden. Kon je daaraan niet zo makkelijk over de straat worden getrokken.
Politie De periode Amsterdam Pagina 96 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Huwelijk van Beatrix met Claus Ik was erbij, bij de rookbom in de Raadhuisstraat, bij het huwelijk van Beatrix met Claus, op 10 maart 1966, Ik stond alleen aan de verkeerde kant. Op de foto zie je de rook links van de straat. Ik stond aan de rechterkant. Daar gebeurde niets. Ineens was daar de rook. Meteen actie, aan de overkant dus. Geheven gummiknuppels van agenten in burger, publiek wat weg wilde, maar door de drukte niet weg kon. Behoorlijke paniek. Ik kon het wel goed zien.
Bijstand politie Amsterdam Na de paniekerige inzet vanwege de provo-rellen, bleef de rijkspolitie in Amsterdam nog jaren terugkomen. De politie van Amsterdam meende het niet alleen af te kunnen, en wij moesten komen helpen. Dienst heb ik zo gedaan op ongeveer alle afdelingsbureaux en daarbij een grondige hekel aan Amsterdam gekregen. Van enige uitleg of inleiding was geen sprake. We moesten ons maar zien te redden en dat deden we dan ook. Wij van de RP deden dienst zoals we gewend waren, zeker als we met twee man RP in een wit VW-kevertje de straat op gingen. Als wij een overtreding zagen, vooral verkeer, dan schreven we een bonnetje uit. Ik heb een Amsterdammer horen zeggen, dat je voor die van de Boerenpolitie, met die blauwe broeken, moest uitkijken. Als je op dienst ging met een agent ging het anders. Het viel me op dat de agenten vooral lang discussieerden met een overtredende andere Amsterdammer en die zonder bekeuring lieten gaan, als de agent uiteindelijk maar gelijk kreeg.
Politie De periode Amsterdam Pagina 97 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Het rijden in Amsterdam viel me in het begin niet mee. Op de grachten kon het VW’tje er soms maar net door en ik was zo’n kever niet gewend. Ik was gewend aan de GSA met front-besturing, zodat ik precies kon zien waar ik reed. De VW had spatborden, die ik van achter het stuur niet kon zien, waardoor ik niet precies wist waar die uithingen en hoe breed ik was. Als chauffeur van een politieauto moest ik me groot houden, dus ik reed op hoop van zegen maar door. Het was overigens precies hetzelfde probleem wat ik al had in de colonnerit in de YA 126 op pagina 13. Tussen diensten op straat door, zaten agenten ‘in de wacht’ op hun bureau. Er waren er die in die tijd de boekhouding deden van een autorijschool, of een shovel-verhuurbedrijf wat ze in hun ‘vrije tijd’ runden. Een brigadier beheerde de sleutels van de auto’s. Als inzet nodig was, zocht hij een agent voor het klusje, onder overhandiging van de sleutels. Betrof dit een agent die net lekker met zijn administratie bezig was, dan kreeg die vrijstelling. De sleutels gingen dan vaak naar wachtmeesters van de RP, want die wilden er wel op uit. De meeste afdelingsbureaux waren armoedig ingericht. Ophoudkamers waren er niet. In de ‘agentenwacht’ stond een bank, waarop arrestanten werden neergezet. De agent die de arrestant binnenbracht riep dan “Arrestant”. De koffiedrinkende agenten moesten daar dan verder maar op passen. Bij bureau Pieter Aertzstraat werden in beslag genomen auto’s met een ketting aan een lantaarnpaal geketend. Parkeerruimte voor de politie-auto’s was niet gereserveerd. Als je met de sleuteltjes in de hand buiten kwam, moest je eerst eens links en rechts zoeken, waar de voorganger het autootje had kwijt gekund. De junk Ik moest eens mee om een gearresteerde junk van bureau Admiraal de Ruijterweg naar het Mosplein, aan de overkant van het IJ te brengen. Met de pont overvaren. Ik zat naast die vent achterin. Hij stonk zo erg, dat ik dacht dat ik de moord stak en die pont schoot maar niet op. Raam open hielp niet, want er was geen rijwind. Ik ruik hem nog. Surinameplein Vanaf één of ander bureau stuurden ze me ook eens naar het Surinameplein om verkeer te regelen. Toen een ‘gewone’ ingewikkelde en drukke kruising en ook nog vlakbij een brug over de Kostverlorenvaart. Ik moest maar zien dat ik het stelde. Als de brug open ging, stond het verkeer wat daar over wilde vast, maar de rest wilde door en los dat dan maar op. De regel was, dat trams eerst weg mochten, wat aangegeven moest worden door naar de beugel, de stroomafnemer, te wijzen. Ik gaf een gewoon oprij-teken, en daar reageerde de trambestuurder niet op, maar de rest wel. Van kankerende trambestuurders leerde ik wat de bedoeling was. Fietsers waren makkelijk te hanteren: Gewoon een tijdje niet naar kijken. Als ik dan weer keek waren ze allemaal weg. Politie De periode Amsterdam Pagina 98 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De Koningin in Amsterdam Een keer zou de koningin, Juliana, voorbij komen. De straat weet ik niet meer. Er was daar een kruising met verkeerslichten. Ik moest die zodanig regelen, dat de koningin groen licht kreeg en vlot door zou kunnen rijden. Ik had de sleutels van het regelkastje meegekregen. Ik oefende eens, om te zien hoe dat ging. Nu laat zo’n verkeerslicht zich niet in ene van groen op rood zetten. Daar zit een tijdje oranje tussen. Het kastje stond zo ver van de kruising af, dat ik de straat waar de koningin over moest naderen, niet in kon kijken. Nadat ik zo’n uurtje op de stoet van de Majesteit had staan wachten, stoven er ineens een paar motorrijders, die ik nooit had zien aankomen, door het rode licht, wat ik dus op groen had moeten zetten. De rest van de stoet er achteraan en dat was het dan. Ik had ‘mijn’ licht wel snel op groen geschakeld, met als resultaat dat het verkeer nog een hele tijd stond te wachten voor een kruising waar niets meer te doen was. (Zie ook pagina 105, De Koningin in Born) De goede zeden In Amsterdam hadden ze al vrouwen bij de politie. Ik moest eens samen met een agente op de achterbank in zo’n klein VW-tje, van het ene bureau naar het andere. Een brigadier vond dat niet gepast en hij reed mee, om de goede zeden te bewaken. De krans De president van Indonesië had een krans gelegd bij het Monument op de Dam. Een etmaal moest die daar toch wel blijven liggen. Met een collega heb ik die krans de hele nacht bewaakt, want je weet maar nooit. Helemaal niets gebeurd. Al rondwandelend rond die Dam kwam ik op de hoek van de Warmoesstraatvii een soort fabriekshal tegen. Door de ramen zag ik dat die vol stond met grote grijze kasten, 2 m hoog en 1 m breed. Computercentrum van V&D zei de collega. Ik wist niet wat een computer was. Ambassade en Ambassadeur Omdat er in het land onenigheid was over het plaatsen van kruisraketten, moesten de Amerikaanse ambassade aan het Museumplein en de woning van de ambassadeur aan de Apollolaan worden bewaakt. Een VW-kevertje werd voor de deur gezet met een wachtmeester er in. Gaandeweg vervuilde het autootje nogal. Kranten, restanten lunch enz. Dat mochten we dus niet meer doen. De hele dag stond de mobilofoon aan, maar de accu kon dat niet aan als er niet af en toe gereden werd. We moesten formeel ter plaatse blijven, maar we moesten ook de accu opgeladen houden. Zo ging ik ook eens, ’s nachts, een eindje rijden, en ik kwam in het Vondelpark terecht. Wel van gehoord, nooit geweest. Tot mijn verbazing lagen in het park gewoon wegen, geasfalteerde wegen. Ik reed wat rond, maar kon daarna niet meer vinden waar ik binnengekomen was, want dat park was nog ongedacht groot. Ik kwam uiteindelijk bij een uitgang aan een hele verkeerde kant.
Politie De periode Amsterdam Pagina 99 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Een eind verder zag ik in het donker vonken schieten. Waren mannen die de tramrails aan het bijslijpen waren. Die hebben me de weg terug gewezen. Er was sneeuw gevallen. Het Museumplein grenst aan de brede Van Baerlestraat. ’s Nachts was daar geen verkeer. In een VW-kever ligt de motor achterin, en het zwaartepunt dus ook. Als je een beetje scheef stuurt en de handrem aantrekt, zwiert de auto om zijn as, zeker als er sneeuw ligt. We hebben heel wat ‘slipoefeningen’ gehouden in die Van Baerlestraat. Je kunt actieve mensen maar een bepaalde tijd stom werk laten doen. Kattenburg Voordat het ‘hotel’ op de Sarphatistraat klaar was, zijn we ondergebracht op allerlei plaatsen, zoals jeugdhotels en ook een keer in het voormalig posthuis Kattenburg. Dat posthuis lag naast de Kattenburgergracht. Bij een hengelwinkel een eindje verderop hadden een paar van ons een hengeltje gekocht. ’s Avonds viel er uit de ramen een baan licht op het grachtwater en vanuit de ramen van de onderste verdieping en een etage hoger konden twee man tegelijk vissen. Aangetrokken door het licht, beten de voorntjes goed. Die werden een tijdje in een ondiep afwasteiltje bewaard, waar ze soms ook uit sprongen. “Flap, flap, flap” hoorde je dan ineens achter je op het zeil. Ze werden natuurlijk teruggezet. Vissen bij nacht met kunstlicht was verboden, maar de Amsterdamse politie lette daar niet op. Eten bij de marine Daar vlakbij lag het Marine-etablissement Kattenburg, waar we konden eten. Daarbij kwamen we in conflict met de gebruiken bij de marine. Een kwartiermeester heeft 2 gouden strepen en een bootsman 3. Een bootsman is een onderofficier en een kwartiermeester niet. Onderofficieren aten in de OO-mess. Wachtmeesters der rijkspolitie 1e klasse, die ook 3 strepen hadden werden toegelaten in de OO-mess, maar ‘gewone’ wachtmeesters, met slechts 2 strepen, niet. Er moest veel gepraat worden, voor die ook mee mochten naar de OO-mess. Uitnemende nasi serveerden ze daar trouwens.
De stad in Geldgebrek behoedde mij voor een ernstige ontsporing. Laat op een zwoele zomeravond liep ik met een collega terug naar de Sarphatistraat. Nog even langs De Wallen. In de buurt van de Oude Kerk vonden we een veelbelovend heel smal steegje, de Bloedsteeg, vrolijk verlicht door rode lampen achter ramen. Dames, die ons uitnodigend toespraken, stonden voor de open deuren. In het hooguit twee meter brede steegje kon je die nauwelijks zo maar voorbijlopen, zonder onbeleefd te zijn. Er was er één die de zonde ten volle waard zou zijn, maar het kwam er niet van. Met ons beiden hadden we niet genoeg geld meer, om er één naar binnen te laten gaan. Politie De periode Amsterdam Pagina 100 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijstand Schiphol Na de bijstand vanwege Provo en na de bijstand vanwege personeelstekort, kwam de bijstand op Schiphol. Van Amsterdam waren we zo maar niet af. Vluchten van El Al moesten worden beveiligd en ook die van Surinam Airways, in de aanloop naar de onafhankelijkheid. Passagiers visiteren Passagiers werden gevisiteerd, voor ze mee mochten. Voor het visiteren, met piep-apparaten, was beveiligingsbedrijf Hoogenboom ingehuurd. Met een ploeg van 4 of 5 beveiligers werd 1 politieman meegestuurd. In het begin waren daar mensen van de RP te water voor ingezet. De Hoogenboomers noemden mij dan ook ‘schipper’, tot ze beter wisten. Ook mensen van de AVD waren al uit hun Porsches gehaald, om daar te werken en nu waren de gewone landgroepen aan de beurt. Eén keer heb ik een echte beslissing genomen. Er kwam een wat oudere Turkse man, type eenvoudige gastarbeider, aan de balie voor Turkeys Airlines Hij had een met touw dichtgebonden kartonnen doos als bagage. Daarin werd een gloednieuw groot hakmes gevonden. Kon niet, vond Hoogeboom terecht, maar ik keek de Turk eens aan met zijn kennelijke cadeau voor de familie en ik liet hem doorgaan. Vliegtuig is behouden aangekomen. Je moest trouwens op tijd vertrekken, als je vanaf de ene pier ruim voor de estimated time of arrival bij een andere pier wilde aankomen. Met name naar de D-pier was het een hele wandeling. Onderweg kwam je collega’s tegen, met hun ploegje Hoogenboom om zich heen, op weg naar ‘hun’ pier. De ploegen hadden de namen van het Nato spel-alfabet: Alfa, Bravo, Charlie enzovoort. Die diensten begonnen al om 06:00 uur. De stad sliep nog, als je om 05:00 uur op weg ging vanaf het logies. Eenmaal op de snelweg richting Schiphol nam het verkeer toe, en op de toerit naar de luchthaven reed je in een optocht van rode achterlichten. Van verre al zag je de kunstmatige dag van de verlichte terreinen en gebouwen. Eenmaal binnen, was de nacht definitief verjaagd. Vrouwelijk personeel compleet opgemaakt op hoge hakken of ze naar een feest gingen, ook die van Hoogenboom. In afwachting van de eerste inzet verzamelden de Hoogenboom ploegen zich in een wachtkamer, vertelden sterke Amsterdamse verhalen en keken de verse Telegraaf door. Ik zat er wel, maar hoorde er niet bij. El Al De vluchten van El Al vormen een verhaal op zich. De toestellen werden apart gehouden, ver van de andere vliegtuigen. Passagiers gingen er met een bus naar toe, niet via de ‘slurf’. Israëlische veiligheidsagenten waren volop actief. Vertrekkende passagiers die door een ploeg gecontroleerd waren, werden geleid naar de Dpier, die voor andere reizigers was afgegrendeld. Politie De periode Amsterdam Pagina 101 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Jaren later, moest ik als owmr. diensten, zoals hiervoor beschreven regelen en verder goed opletten. Ik moest daarbij een keer het beveiligde stuk D-pier, voor de passagiers er in mochten, op bommen en zo doorzoeken. Stond daar een balie, met een deurtje en een opening daarboven. Deur op slot. Kon van alles door die opening in gegooid zijn. Heeft minstens 20 minuten geduurd, voordat er een technicus gevonden was met een sleutel, om dat deurtje open te doen. Zat niks in, maar voor ik dat wist, gaf ik die hal niet vrij. Soorten politie op Schiphol Schiphol lag binnen de gemeente Haarlemmermeer, waarvan de politie de bewaking zonder hulp niet aankon. De marechaussee hield zich bezig met grensbewaking. Er bestond ook Luchthavenpolitie. En daar kwam de rijkspolitie nog bij. Vliegveldbewaking De RP werd, behalve voor de visitatie-diensten, ook ingezet voor algemene vliegveldbewaking. Zo liepen we met een ernstig gezicht over de luchthaven heen en weer. Als bewapening tegenover echte terroristen hadden we het pistool aan de koppel en de karabijn om de schouder. De schietinstructeurs hadden uitgevonden, dat alhoewel een karabijn geen mitrailleur was, je er toch snel mee kon schieten. Op listige wijze diende de karabijn aan de riem, vanaf de schouder, razendsnel om de linker arm te worden gehangen. Met rechts kon dan gevuurd worden. Net echt, al geloofden wij er niet in. Een kogelwerend vest hadden we ook niet. Landing El Al vliegtuig
De RP had de beschikking gekregen over een gepantserde Landrover en een Sankeypantserwagen. Het verhaal ging, dat ze die in Noord Ierland over hadden.viii
Politie De periode Amsterdam Pagina 102 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Met deze pantserwagens stonden wij naast de landingsbaan klaar, als een El Al toestel ging landen. Eerst zie je niets in de lucht. Dan een licht, wat steeds sterker wordt. Geweldige schijnwerper hebben die vliegtuigen. Veel later, zie je vaag de contouren van een vliegmachine. Dat toestel, wat recht op je af komt, wordt groter en groter en dan reusachtig. Als het toestel eenmaal de grond raakte, reden wij al wat het halen kon mee tot aan de plek waar het vliegtuig stil kwam te staan. Ik heb dit meerdere malen meegemaakt en het bleef indrukwekkend. Mooi ook om door een raampje de piloot te zien zitten, heel klein. Hasjiesj en wapentuig Dozen vol in beslag genomen hasjiesj hadden ze op Schiphol. Ik had het nooit eerder gezien. Messen, stiletto’s, boksbeugels, ploertendoders, gasrevolvers, alarmpistolen, gummiknuppels, het lag er allemaal. Ik heb er een stevige knuppel aan overgehouden, die beter was dan de van rijkswege verstrekte wapenstok. Meevliegen met de Cessna Met de Dienst Luchtvaart had ik geregeld, dat ik eens mee mocht vliegen. Al om 06:00 u zat ik klaar in het vliegtuig. Om 10:00 u ‘reden’ we terug naar de hangar omdat het te mistig was om te vliegen. Op de grond nota bene zijn we bijna verongelukt. De piloot moest een startbaan passeren. In het Engels waarschuwde de verkeersleider dat er gewacht moest worden vóór de kruising met die baan. Ik hoorde dat goed, maar mijn piloot reed gewoon door. Nog een waarschuwing in het Engels en toen een paar Nederlandse vloeken en een heel duidelijk bevel aan het politievliegtuig om te stoppen. We stonden nog niet stil, of vlak voor onze neus denderde een groot passagiers-toestel voorbij. Rijksrecherche Personeel van de bijstand kon tegen statiegeld van ƒ 25,-- een pas krijgen voor het parkeerterrein. Het geld lag in een la op een kantoortje. Iedereen kon er bij en prompt was het op een dag verdwenen. Ik was al een tijdje terug thuis, toen er twee heren in donkere pakken aan het bureau kwamen. Rijksrecherche. Het eerste wat gezegd werd was: “Waar is dat geld gebleven?” Ik zal wel voldoende dom gekeken hebben, want er werd niet lang doorgevraagd.
Politie De periode Amsterdam Pagina 103 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijstand politie Valkenburg Drie jaar op rij ben ik, met een stuk of 15 collega’s, in de zomer naar Valkenburg37 gestuurd. Jeugd, meest uit Rotterdam, kwam daar ieder jaar de zaak op stelten zetten, vooral op het Grendelplein. Het was geen echt plein, maar een ruime driesprong. De weg rechts gaat naar de Cauberg. Het Grendel-monument in het midden stond er niet meer. Een autobus die van de Cauberg kwam met falende remmen had het weggevaagd. Drie bronzen valken waren in de plaats gekomen. Op die plek verzamelden zich haast iedere avond tientallen relschoppers, die wij in bedwang moesten houden.
Bij het station was een voetgangerstunnel onder de sporen. Trucje was de raddraaiers die tunnel in te jagen, terwijl collega’s ze aan de andere kant opwachtten. Er werd daar vrijmoedig met de gummiknuppel gewerkt. In die tijd hadden minder oppassende jongens graag lange haren. Ik hoor het sportinstructeur Van der S., die een beetje stotterde, nog zeggen, aan de ingang van het tunneltje: “Die met de lang-lang-langste haren, krijgen de lang-lang- langste klappen.” De bijstand werd verricht vanuit het oude gemeentehuis, in het centrum. Dat gebouw stond zo te zien de rest van het jaar leeg en was niet veranderd, nadat de laatste ambtenaar de deur achter zich had dichtgetrokken. Een grote kamer had tralies voor het raam. Iedere avond werden er wel arrestanten gemaakt, die werden opgeborgen in die ene kamer, of het er nu veel waren of weinig. Later op de avond werden ze weer losgelaten. Ik herinner me niet, dat er ooit een PV bij gemaakt werd.
37
Gemeente Valkenburg-Houthem
Politie Bijstand politie Valkenburg Pagina 104 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Overdag deden we dienst zoals gebruikelijk bij de RP, met de KSA (Kleine Surveillance Auto, VW kever). Soms alleen, soms met twee man. Een aanrijding afhandelen, bonnetjes uitdelen voor verkeerd parkeren, gevonden honden naar het asiel in Heerlen brengen, ruzies beslechten enz. De diensten duurden 9 uur. Nachtdiensten begonnen om 00:00 uur. Dat had het idiote gevolg, dat, als je net voor 09:00 uur bij een aanrijding werd geroepen, je om 10:00 uur nog met de afhandeling bezig was, in de nachtdienst dus, terwijl de kinderen al lang op school zaten. Een keer kwam een bekende artiest van de TV hevig verontwaardigd aan het bureau. Zijn auto was gestolen. Bleek dat hij gewoon was vergeten op welk parkeerterrein hij hem de vorige dag, toen hij nog nuchter was, had neergezet. Ik heb me tijdens een dienst in mijn eentje in een KSA eens mooi in de problemen gewerkt. Ik hield er van de omgeving te verkennen, nu ik er toch was. Op een landkaart had ik een interessant weggetje door een bos gezien. Ik vond dat weggetje, een leuk smal weggetje in een beukenbos. Heuvel op en heuvel af. Jammer, maar aan de andere kant stond een hek. Met moeite keerde ik de auto en ik moest wandelaars vragen om mee te duwen, want ik kwam op de vette löss de heuvel niet meer op. Ik leerde ook een beetje Limburgs verstaan. Plaatsnamen op borden, Berg en Terblijt, bijvoorbeeld, zijn misleidend. Er is bedoeld: ‘Berreg en Terblieët’. De Daalhemerweg blijkt eigenlijk ‘Dalemer weeg’ te heten. Limburgs spreken, daar moet je als Hollander niet aan beginnen. Tour de France In 1969 had de Tour een aankomst in Maastricht en de karavaan passeerde eerst nog Beek. Ik heb die daar voorbij zien komen. Eerst reclame, dan lang niets, dan zoefden de renners in een minuut voorbij en dat was het dan. De Koningin in Born De Koningin kwam op bezoek bij de DAF-fabriek in Born, NedCar. De Koninklijke auto kwam daarbij, vlak bij de fabriek, over een viaduct. Ik moest er voor zorgen dat er juist dan geen ander verkeer zou zijn. Vooral de oprit naar het viaduct moest ik afdekken, was mij opgedragen. Verkeer was er nauwelijks en toen de Koninklijke stoet van drie auto’s voorbij kwam, stond ik daar in mijn eentje. De Koningin had haar eigen motorrijders en over de lege weg was de stoet in een paar seconden voorbij. Ik heb haar niet eens gezien. (Zie ook De Koningin in Amsterdam, pagina 99)
Politie Bijstand politie Valkenburg Pagina 105 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijstand politie Assen Vanuit Valkenburg werd ik, met een buslading collega’s, die onderweg links en rechts werden opgepikt, naar Assen gestuurd, vanwege de TT. Zo kwam ik nog eens ergens. De ‘Nacht van Assen’ was berucht vanwege wanordelijkheden. In koppels patrouilleerden we de hele nacht door het centrum. Gebeurde niets. De voornaamste baldadigheid veroorzaakten wachtmeesters die met lege blikjes aan het voetballen waren. De werkwijze van de Rijkspolitie in het land was overal zo gelijksoortig, dat samenwerken met wildvreemde collega’s geen enkel probleem opleverde.
Bijstand bloemencorso’s Aalsmeer Bloemencorso Aalsmeer. Met 50 man slapen op een soort brancard in een gymzaal van instituut St. Bavo, Noordwijkerhout, waar niets van terecht kwam natuurlijk. Om 05:00 uur op, om vooral toch maar op tijd langs de route te staan. Als we er niet geweest waren, was het ook wel doorgegaan. Gelukkig maar één keer. Ik heb daar in ieder geval wel versierde wagens gezien, in tegenstelling tot Zundert.
Zundert Bloemencorso Zundert kwam ieder jaar terug. Nooit één praalwagen gezien. Iedere keer dienst buiten het dorp bij een als parkeerterrein verhuurd weiland. Daar moest ik in de morgen het parkeren regelen. Eten en drinken leverde de boer. Een toilet had hij ook. Dat was een uitzondering, want meestal moest je maar zien hoe je het stelde bij een inzet. De boer had ook gezorgd voor een bankje. Toen ik daar na een paar uur dienst op een stil moment even op zat, werd ik daar van af gejaagd door een adjudant, die dit ongepast gedrag vond. Het weggetje, één auto breed, waar dat weiland aan lag, kwam na een paar honderd meter uit in België. Er was één-richting verkeer van gemaakt, richting de grens. Een keer kwam er toch een automobilist de verkeerde kant op rijden waardoor alle verkeer stagneerde. Hij kon niet verder rijden, want voor hem stond een rij auto’s tot aan Zundert, maar
Politie Bijstand politie Assen Pagina 106 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 hij keerde ook niet om. Hij had zijn portier op slot gedaan, dus ik kon hem niet uit de auto halen en verder kon ik in mijn eentje ook niet veel beginnen. Via de portofoon vroeg ik assistentie. Die kwam niet, maar ik zag wel even later het politievliegtuig over komen en ik hoorde ze over de portofoon over ‘mijn’ weggetje praten. Daar had ik wel iets aan. Na een veel te lange tijd draaide de dwarsligger toch maar om. In de middag, na het corso, moest het vertrekkende verkeer weg gewerkt worden. Ik kreeg ieder jaar de driesprong bij café Het Paaltje toegewezen. (zie de foto)
Dienst met verkeersgroep Tilburg (We zijn weer in Baarle-Nassau) Op zeker moment werden nachtdiensten ingevoerd van een man van de verkeersgroep met een man van een landgroep. Dit was interessant, want ik kwam zo in delen van het district waar ik nooit geweest was. We reden in een Ford Zephyr. Er was ’s nachts weinig verkeer. Wij durfden het aan om op de autoweg de enkele auto die voorbij kwam, met de lamp een stopteken te geven, om de bestuurder op papieren en drank te controleren. Wij, van de landgroep, staken er nog wat van op ook, met name het verschijnsel van de gladde band. Een autoband moest voldoende profiel hebben, iets waar wij nog nooit naar hadden gekeken. Een overtreding was simpel vast te stellen en gladde banden waren er genoeg. De APK bestond nog niet. Als we te slaperig werden, parkeerden we de auto op een stil weggetje achter een bosje en deden een dutje. Ik hing dan de pet over de lichtjes van de mobilofoon, die in het donker hinderlijk fel in mijn ogen schenen. Ik heb me vaak afgevraagd hoe collega’s in delen van Friesland, waar geen boom te zien is, aan voldoende rust kwamen.
Dienst met landgroep Het gecombineerd dienst doen, om het bereik te vergroten, beviel de leiding welix. Dienst met de verkeersgroep werd vervangen door gezamenlijke nachtdienst met iemand van een andere landgroep, met de GSA. Soms werd je opgehaald, soms moest je zelf iemand ergens oppikken. In je eentje terugrijden, na een nachtdienst, terwijl je verrekte van de slaap, was riskant. Raam open en kachel uit, en dan nog weet ik dat ik eens tussen Alphen en BaarleNassau een stuk heb gereden, waar ik met niets van herinnerde.
Politie Dienst met verkeersgroep Tilburg Pagina 107 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Verhuizing groepsbureau De brigade Baarle-Nassau werd opgeheven en het gebouw aan de Heimolen werd groepsbureau van de Rijkspolitie. Als ik daar heen fietste, was ik al drie maal door België gereden. Wmr. 1 Van C. had een auto aangeschaft. Zo rijk waren tot dan alleen de adjudant en de opper. Als het kon reed ik graag met hem mee, om niet te hoeven fietsen. De Koninklijke Marechaussee had natuurlijk meerdere brigades in het land. Veel gebouwen waren volgens dezelfde bouwtekening gebouwd. Brigade in het midden met ruimte voor ongehuwden. Wat groter gebouw rechts voor de adjudant. Links, aaneen gesloten drie wat kleinere woningen, voor gehuwden. De vrijgezellen sliepen in het brigadegebouw. Omdat een andere brigade net eender was, konden bij een overplaatsing de gordijnen zo weer opgehangen worden, dat beweerden de Marechaussees in ieder geval. Binnen in de brigade heerste ook orde en regelmaat. Kasten met formulieren bijvoorbeeld, waren op alle brigades identiek ingedeeld, makkelijk bij een overplaatsing.
Tijdperk adjudant Van H. De groepscommandant ging met pensioen en owmr. Van H. werd adjudant en volgde hem op. Van H. werd op zijn beurt opgevolgd door de vriendelijke owmr. B, waar ik nog motorijles van had gehad. Wij mochten niets, maar toen de woning van de brigadecommandant vrijkwam en Van H. daar in trok, is wel zijn hele tuin-beplanting met de GSA verhuisd. Om goed uit de bus te komen bij zijn meerderen, besliste Van H., dat er meer verbalen gemaakt moesten worden. Hij verordonneerde controles op gladde banden, wat we immers net geleerd hadden van de verkeersgroep, en op niet-werkende kentekenverlichting.
Gladde banden Op zondagen, als er veel sigarettenkopers naar Baarle toekwamen, vooral uit Tilburg, moesten wij gaan staan op de Alphenseweg. Eén wachtmeester links en eentje rechts. De adjudant, midden op de weg, gaf een stopteken en liet daarna de aangroeiende file auto’s langzaam doorrijden. De wachtmeesters moesten kijken of de banden glad waren. Met tegenzin werkten we mee en we letten niet al te goed op, maar af en toe moesten we er toch wel eentje vangen. Auto naar de kant en de band werd formeel in beslag genomen. Garagehouder Verheijen was ingeseind De automobilist had vervolgens weinig keus. De band laten demonteren en een nieuwe band kopen, of de auto laten staan. Wij kregen de gladde band en de garagist verkocht een nieuwe. Van H. sprong een keer op het laatste moment voor een naderende auto, die bruusk moest remmen. Dat was een boer die achterin een kan vol verse melk had, die omviel zodat de hele auto onder de melk zat. Van H. had daar geen boodschap aan.
Politie Verhuizing groepsbureau Pagina 108 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Die inbeslaggenomen banden sloegen we op in één van de twee cellen, die we nooit gebruikten. Toen de districtsadjudant eens op inspectie kwam, moesten die er natuurlijk weer uit.
Kentekenverlichting Auto’s zonder kentekenverlichting waren er genoeg. De nieuwe adjudant had daar ook iets op gevonden. Wij moesten midden in het dorp bij de pomp op de Singel gaan staan. Dat was toen de doorgaande weg. Als er dan een auto voorbij kwam, waarvan het kenteken niet verlicht was, werd datzelfde kenteken genoteerd. In het PV kwam te staan: “Het kenteken werd opgenomen bij het licht van een straatlantaarn”. Dit was helemaal makkelijk en snel werk. Geen staandehouding en geen verhoor. In omliggende groepen stond Baarle-Nassau hierdoor slecht bekend, want, als de eigenaar van de auto was opgevraagd, werd het PV voor verhoor doorgestuurd en zaten ze daar met het werk. Daar moesten ze ten eerste de bestuurder achterhalen en als dat de eigenaar niet was, moest ook die eigenaar nog verhoord worden (“doen of laten rijden”). x
Sollicitatie GemPo Breda Van H. was een akelige man en de sfeer op de groep was ronduit slecht. Het zat mij uiteindelijk zo dwars, dat ik solliciteerde bij de gemeentepolitie Breda. Ik was pas ziek geweest toen ik voor de medische keuring aantrad en ik werd afgekeurd. Dat ging dus niet door. Achteraf gezien maar goed ook.
Huwelijk met Sonik In 1966 was ik nog eens naar Westendorf gegaan. Ik ontmoette daar Sonik Giragousian, die daar op vacantie was met haar vriendin Mina Rafii Tabatabaï. Ik vroeg Sonik ten huwelijk, “Will you marry me?” en ze zei “Yes”. Op 22-12-1967 trouwden we, in Delft. Sonik was van Armeense familie uit Esfahan, Iran. Ze volgde in Welwyn Garden City, England, de opleiding tot State Certified Midwife. Zie De tuinman en de dood, pagina 128. Die stad is bedoeld.
De districtscommandant werkte er aan mee, dat ik naar Berkel-Enschot, groep Udenhout, werd overgeplaatst, waar een gemeente-woning klaar stond. De periode na het huwelijk kan ik slecht tot mijn jeugd rekenen en daarom stop ik met dit verslag. Opa heeft genoeg verteld.
Huwelijk met Sonik Tijdperk adjudant Van H. Pagina 109 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Trouw document van Iraanse Ambassade. De eerste 2 lijnen zijn voor Sonik, naam , achternaam, geboorte datum en stad. Lijnen 3 en4 zijn gegevens van Eef. Lijn 5 is de datum en de plaats van het huwelijk.
Huwelijk met Sonik Tijdperk adjudant Van H. Pagina 110 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijlagen Soldaten In deze bijlagen probeer ik een oude geschiedenis vast te houden.
Militaire signalen Ik moest enige moeite doen om de militaire signalen in notenschrift terug te vinden. Ik vermeld ze hier, voordat niemand meer weet hoe die klonken Email From:
[email protected] [mailto:
[email protected]] Sent: vrijdag 23 oktober 2015 9:01 To:
[email protected] Subject: militaire signalen Beste heer, Bijgaand een overzicht van enkele signalen waarvan ik hoop dat de door u gezochte erbij staan. Met vriendelijke groet, SMJRBDMZKT G.R.M.A. (Ghislain) Bellefroid Centraal Muziekarchief IMMK ……………………………………………………………….. Impresariaat Militaire Muziek Krijgsmacht / Ondersteuningsgroep & Kabinet Commando Diensten Centra Ministerie van Defensie Kromhoutkazerne|Gebouw K2|Kamer 2.B128|Herculeslaan 1|3584 AB Utrecht Postbus 90004 | 3509 AA | Utrecht | MPC 55A ………………………………………………………………... M 06 22 57 41 78
[email protected]
Bijlagen Soldaten Militaire signalen Pagina 111 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Reveille
Geeft acht
Doorgaan
Taptoe
En voor de aardigheid deze twee ook nog. Voorschrift Trompetsignalen 1932 Bereden Wapens
Bijlagen Soldaten Militaire signalen Pagina 112 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
PSU uitgebreid De Persoonlijke Standaard Uitrusting (PSU) was de uitrusting van de Nederlandse militair. Hij bestond uit kledingstukken en andere onderdelen. De materialen voor het gevechtstenue (gvt) waren zo veel mogelijk in de camouflagekleur legergroen uitgevoerd. Op de kazerne werd de uitrusting opgeborgen op en in de PSU-kast.[1] Voor een landmachtmilitair zag de PSU-lijst er bijvoorbeeld als volgt uit: Op de kast: N.B. De helm mag onder geen geval op de kast worden geplaatst
ransel + 5 riemen gevechtstas M52 (pukkel) 2 patroontassen draagriemen pionierschop tenthelft tweemanstent (puptent)
In de kast, vak 1
1 binnengevechtsjas 1 binnengevechtsbroek 3 stel ondergoed broek lang of kort, hemd met of zonder mouwen 1 sjaal wol (mutsdas) 2 of 3 overhemden 2 paar sokken 1 stropdas voorschriften en privé eigendommen
In de kast, vak 2
In de kast, vak 3
1 stel ondergoed 1 zakdoek 1 handdoek 1 rantsoenzak 1 naaizakje met naalden, stopwol, garen 1 paar sokken etensblikken mes-lepel-vork vechtpet verbandpakje drinkbeker gelaatsnet
1 binnengevechtsjas 1 binnengevechtsbroek 1 pullover 1 stel ondergoed 1 zwembroek 2 zakdoeken 1 regenkap voor gevechtsjas (capuchon) 1 handdoek 2 paar sokken 1 paar handschoenen
In de kast, vak 4
gasmasker veldfles onderhoudsmiddelen, zoals blanco bajonet
In de kast, vak 5
1 goederenzak (plunjebaal) 1 gevechtsbroek 1 gevechtsjas 1 voering gevechtsjas 1 overall 2 sportbroeken 1 sportshirt
In de kast, vak 6
Bijlagen Soldaten PSU uitgebreid Pagina 113 van 130
1 paar gevechtslaarzen 1 paar gymn.schoenen
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 In de kast, vak 7
2 paar bretels broek uitgaanstenue Jack uitgaanstenue 1 gevechtsbroek 2 gevechtsjassen 2 baretten helm en helmnet silhouetdoek (weekendtas)
Op de man Naast de kleding, afhankelijk van de weersomstandigheden, hoort hier bij:
Aan de kastdeur:
toiletzakje
Koppel Dubbel herkenningsplaatje met ketting (1 × af te breken voor de administratie indien de militair overleden wordt aangetroffen) Dienstbril (alleen voor brildragenden) Militair paspoort en voor chauffeurs tevens rijbewijs in linker borstvak Zakmes in Li-broekzak (eventueel met koord verbonden aan koordlus van de broek) Wapen
Op het bed:
slaapzak M52 dekens
De militair werd geacht te velde naast standaard zijn wapen met munitie, gasmasker, binnenen buitenhelm ook de nagenoeg complete uitrusting zelf mee te kunnen voeren, de uitdrukking is "met bepakking" of "met volle bepakking". Over de ransel en de pukkel wordt daaraan met 5 mantelriemen de "berenlul" vastgegespt, die bestaat uit de slaapzak opgerold in de halve puptent. Wat niet op de man werd meegevoerd, kon in de plunjebaal en separaat worden vervoerd, zoals het uitgaanstenue, sportkleding en een deken. In de PSU-kast bleven (of moesten worden ingeleverd):
2 onderhemden ZM 2 onderhemden M 2 onderbroeken K 2 onderbroeken L 3 overhemden 1 stropdas
Bijlagen Soldaten PSU uitgebreid Pagina 114 van 130
3 sokken gvt 1 paar schoenen gym 1 helmnet (haarnet) 2 overalls (ch 3x) 1 sjaal wol
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Vaandrig en Adjudant Uniformen en de historie daarbij heb ik altijd interessant gevonden. Een Vaandrig en een Adjudant-onderofficier hebben precies hetzelfde uniform. Het rangonderscheidingsteken is de zogenaamde ‘stip’. Een adjudant werd ook zo genoemd, als hij het niet kon horen. Typisch is het stokje wat ze altijd bij zich hadden. Werd vooral gebruikt om bij een soldaat aan te wijzen wat er niet deugde aan zijn uniform. Zie de adjudant van de Garde Grenadiers en de ernstig kijkende kornet van de luchtdoelartillerie. (Bij de artillerie heet een vaandrig kornet). Tot welk onderdeel een militair behoort zie je aan het baret-embleem.
Op de kraag, de mouw of de schouder Van oudsher droegen officieren de rangonderscheiding – en een adjudant dus ook – op de staande kraag. Op de foto hebben de mannen van de marechaussee zo’n kraag. De jas is later open geslagen en de kraag is omgeslagen en het rangteken kwam op de kraag-patjes terecht, wat dus eerst de binnenkant van de kraag wasxi. Dit uniform – behalve de kepie – droegen de marechaussees van de brigade Baarle-Nassau nog steeds, toen ik daar werkte in 1965: Staande kraag en dubbel gesloten jas. De jas werd om de maand links dan wel rechts dichtgeknoopt, om die gelijkmatig te laten slijten. De mannen hadden er een hekel aan. Strepen (chevrons) van lager personeel zaten oorspronkelijk onder op de mouw. De strepen zijn naar boven opgeschoven. Weer later verhuisden de rangtekens van iedereen naar de schouders. Niet alleen bij de militairen, maar ook bij de politie. Om: “Niet functionele verschillen in het uniform op te heffen”. Detail: De chevrons zijn later naar de bovenarm opgeschoven. De politie ging nog verder: die draaide ze ondersteboven, punt naar onderen dus.
Bijlagen Soldaten Vaandrig en Adjudant Pagina 115 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijlagen Politie Inrichting Rijkspolitie algemeen De basis van de Rijkspolitie vormden groepen, met een groepscommandant, adjudant. Een groep kon meerdere gemeenten omvatten. De gemeente waar de groepscommandant was gevestigd had een commandant voor die gemeente, groepsstandplaatsrayon, opperwachtmeester (Owmr.). Andere gemeenten binnen de groep: post, postcommandant, Owmr. Kerkdorpen binnen een gemeente, rayon, rayoncommandant, Wachtmeester 1e klas. (Wmr. 1)
De grootte van een groep hing af van het aantal inwoners per gemeente. Kon sterk wisselen.
Basis-eenheid: o Groep.
Een of meer gemeenten o Groepsommandant, Adjudant Binnen groep: o Post Zelfstandige gemeente o Postcommandant Opperwachtmeester o Rayon NIET zelfstandige gemeente o Rayoncommandant Wachtmeester 1e klas
Enkele Groepen bij elkaar: o District o Districtscommandant Majoor Enkele Districten bij elkaar: o Ressort (Territoriale Inspectie) o Territoriaal Inspecteur Kolonel Alle Ressorts van Nederland o Algemene Inspectie Generaal
Officieren van de districtsstaf en hoger kwamen zelden op een groep en dikwijls deugde er dan iets niet. Te vaak kwam de Districtsadjudant op de groep. Die zocht net zo lang tot hij iets vond wat niet deugde. Aan het groepsbureau was een administrateur verbonden. Vaak iemand van voorheen het Indische leger of uit Suriname.
Daarnaast had je: Landelijke verkeersdienst met de porsches Rijkspolitie te water Bereden groepen Jachtdetachementen Dienst luchtvaart Controle van: Controleur motormaterieel Meester geweermaker
Bijlagen Politie Vaandrig en Adjudant Pagina 116 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 Constant T. schrijft op 14-03-2016: Om je tabel compleet te maken: Halverwege de jaren zestig hadden we nog T.I.’s ofwel Territoriale Inspecties. Er waren er 5 in Nederland en onder de T.I.’s hingen toen nog 25 districten. Eind jaren 60 verdwenen de T.I.’s en werd het aantal districten van 25 teruggebracht naar 17. In ons gebied had je toen nog district Doetinchem, dat toen werd opgedeeld onder het district Apeldoorn en het district Nijmegen. Nijmegen had toen de halve achterhoek met de landgroepen Doesburg, Didam, Bergh, Wisch en Gendringen.
Het toezicht te velde werd in latere jaren verzorgd onder steeds veranderende namen:
de Vliegende Brigade het Jachtdetachement de Jachtbrigade de Groep Veldpolitie de Veld- en Milieupolitie
Bijlagen Politie Vaandrig en Adjudant Pagina 117 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Rangonderscheidingen rijkspolitie In gebruik toen ik in dienst trad. Die van de officieren zijn niet zo goed te zien. Het zijn – net als bij de landmacht – van laag naar hoog: 1 ster, 2, 3, en dan een balk met 1 ster, 2, 3 en 4, gedragen op de kraagpatjes. Ook niet zo goed te zien is op de petten van de officieren de opvulling van de naden met zilverdraad en de lauwertak om de springende granaat.
Bijlagen Politie Vaandrig en Adjudant Pagina 118 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Rangonderscheidingen gemeentepolitie Zoals in gebruik tijdens de diensten in Amsterdam. Officieren droegen de rangonderscheiding op de schouder. Aanspreektitel van ieder hoger dan adjudant, was meneer.
Bijlagen Politie Vaandrig en Adjudant Pagina 119 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
De Baarles Baarle-Hertog Het Belgische Baarle-Hertog bestaat uit 22 enclaves. Deze 22 stukken grond zijn geheel omgeven door Nederlands grondgebied. Net over de officiële rijksgrens, in België, is het kerkdorp Zondereigen gelegen, dat eveneens tot de gemeente Baarle-Hertog behoort.
Baarle-Nassau Het Nederlandse Baarle-Nassau heeft op haar beurt 8 enclaves, waarvan er 7 als subenclaves in de twee grootste Belgische enclaves liggen en één nabij het kerkdorp Zondereigen. Naast de kern Baarle-Nassau behoren het kerkdorp Ulicoten en het gehucht Castelré tot de gemeente Baarle-Nassau. Castelré ligt als een schiereiland in België op 11 km van het centrum van Baarle-Nassau
Ontstaan van Baarle-Hertog en Baarle-Nassau Voor het ontstaan van de Baarlese enclaves moeten we ver terug in de geschiedenis, namelijk naar het jaar 1198. Dat jaar mag gezien worden als het ontstaansjaar van de Baarlese enclaves. (zie voor algemene informatie over wat enclaves zijn de pagina enclavesituatie) De Hertog van Brabant, Hendrik I, had omvangrijke bezittingen in dit deel van Brabant. Er waren ook nog andere landheren die hier grondgebied hadden liggen. Zo had de Abdij van Tongerlo verspreid over Brabant verschillende bezittingen liggen, o.a. in Alphen en Zondereigen. De Abdij van Thorn had in Baarle belangrijke eigendommen, o.a. op Loveren in Baarle. Het was dus een redelijke puzzel hier rondom Baarle. Die puzzel werd ingewikkelder toen in 1198 Hertog Hendrik I van Brabant een overeenkomst sloot met Godfried van Schoten, Heer van Breda. De laatste had de hulp van de Hertog van Brabant ingeroepen toen Graaf Dirk VII van Holland zijn oog op Breda had laten vallen. Door de overeenkomst tussen beide Landheren werd de dreiging uit Holland weggenomen, maar wel tegen een prijs. Hertog Hendrik I werd door de overeenkomst weer eigenaar van Breda, maar gaf het tegelijkertijd weer in leen aan Godfried van Schoten. Deze werd dus van eigenaar nu leenman van de Hertog. Om het gezichtsverlies enigszins te beperken voor Godfried van Schoten kreeg hij er een aanzienlijk gebied bij. Hij kreeg de woeste gronden rondom Breda toegewezen. De gronden waarover de Hertog van Brabant echter cijns (belasting) ontving, hield hij wijselijk aan zichzelf. Zo ontstonden er in het Land van Breda gebieden die aan de Hertog behoorden. Dat was o.a. het geval in Baarle, Sprundel en Zundert. De stukjes van de hertog gingen in de volksmond Baarle onder de hertog, sprundel onder de hertog en Zundert onder de hertog heten.
Bijlagen Politie De Baarles Pagina 120 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 In Baarle spreekt men dan van Baarle onder de Hertog, Baarle onder Breda en Baarle onder Thorn. Later als in 1404 Engelbrecht van Nassau Heer van Breda wordt, gaat men zich in Baarle onder Breda ook naar de Heer vernoemen en spreekt men van Baarle onder Nassau. Later werden de namen verkort tot Baarle-Hertog en Baarle-Nassau. De scheiding tussen deze twee delen van Baarle, bestaande uit allemaal losse stukjes gebied, heeft de tand des tijds doorstaan. Daar waar in Sprundel en Zundert de Hertogelijke stukken grond verdwenen, bleven de Hertogelijke stukken in Baarle bestaan. Baarle-Hertog overleefde de Vrede van Munster, de Franse tijd en de afscheiding van België in 1830. Na 1830 hebben de beide regeringen een zevental pogingen gedaan om de situatie rondom Baarle te normaliseren, maar om uiteenlopende redenen zijn al deze pogingen op niets uitgelopen. De enclavetoestand werd in 1995 bestendigd door het Grensverdrag tussen beide landen waarbij de enclavegrenzen officieel werden vastgesteld. Het Grensverdrag in 1995 was een vervolg (cq. aanvulling) op het Verdrag van Maastricht van 1843 waarbij de grenzen tussen Nederland en België werden vastgesteld. De grenzen in Baarle zijn toen buiten dit verdrag gehouden omdat het te ingewikkeld was. Wel werd een lijst van alle 5723 percelen op het Baarles grondgebied toegevoegd aan het Verdrag van Maastricht, waarin van elk perceel stond beschreven tot welk land het hoorde. Het eigendomsrecht was in ieder geval geregeld, maar pas 152 jaar later zouden de grenzen van de enclaves officieel worden vastgesteld. http://www.baarledigitaal.org/historie/ontstaan_baarlehertog_en_baarlenassau.php http://www.vvvbaarle.nl/unieke-enclavesituatie_24.html
Bijlagen Politie De Baarles Pagina 121 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Proces-verbaal juridisch verklaard Ressort ’s Hertogenbosch District Tilburg Groep Baarle-Nassau
38 39
Procesverbaal terzake vermoedelijke overtreding van artikel 123 van het Wegenverkeersreglement. Bijlage: Een bewijs van inbeslagneming Op 10 januari 1965 omstreeks 15:30
40
uur, zag ik, Everhardus Maria Joseph
HOUNIET, wachtmeester der rijkspolitie
41
, behorende tot groep Baarle-
Nassau, dat op de Chaamseweg, gelegen binnen de gemeente Baarle-Nassau
42
,
43
zijnde een voor het openbaar rij- en ander verkeer openstaande weg , een man optrad als bestuurder van een bromfiets, merk Yamaha, zijnde een motorrijtuig zoals bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerwet
44
. Deze
45
bestuurder handelde in strijd met het bepaalde in artikel 123 van het Wegenverkeersreglement, namelijk het besturen van dat motorrijtuig terwijl de uitlaatgeluiddemper niet over de gehele lengte gasdicht was en geen goede geluiddempende werking had. 46
Dit bleek mij toen ik zag , dat zich in de zijkant van de op het voertuig aanwezige uitlaatgeluiddemper een gat bevond en ik voelde dat, bij in werking zijnde motor, uit dit gat uitlaatgassen ontsnapten. Ik hoorde dat het motorrijtuig tegelijkertijd aanzienlijk meer geluid voortbracht, dan het geval zou zijn geweest bij een goede demping van het motorgeluid. De verdachte gaf desgevraagd op te zijn: Jan Jansen, geboren te Tilburg op 1 april 1944, wonende te: Riel, Alphenseweg 10, van beroep: metselaar.
38 39 40 41 42 43 44 45 46 47
Vaststellen dienstverband Vermoedelijk, want alleen OvJ stelt tenlastelegging vast Vaststellen datum en tijd Vaststellen rang i.v.m. opsporingsbevoegdheid in wet Vaststellen gemeente voor jurisdictie parket Vaststellen dat Wegenverkeerswet van toepassing is Vaststellen dat voertuig onder de wettelijke bepalingen valt Aanhalen elementen artikel strafbare feit Uitdrukkelijke reden van wetenschap Vaststellen identiteit verdachte
Bijlagen Politie Proces-verbaal juridisch verklaard Pagina 122 van 130
47
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21 De verdachte verklaarde terzake dienend als volgt
48
: “Ik ben eigenaar en
49
houder van deze bromfiets. Ik weet dat de uitlaat kapot is en ik ben toch gaan rijden met de bromfiets, terwijl ik wist dat dit verboden is.” De betreffende uitlaatgeluiddemper is door mij gedemonteerd en 50
inbeslaggenomen, tegen afgifte van een bewijs van ontvangst . Een Kennisgeving van Inbeslagneming is als bijlage bij dit procesverbaal gevoegd. In afwachting van de beslissing van de officier van justitie blijft het inbeslaggenomene bewaard op het groepsbureau der rijkspolitie te BaarleNassau. 51
Hiervan is door mij op ambtseed opgemaakt dit procesverbaal, ondertekend en gesloten te Baarle Nassau op 11 januari 1965. Handtekening netjes rechtsonder.
48 49 50 51
Verklaring verdachte Als een ander eigenaar is, dan is die ook nog verdachte Eigenaar kan aantonen dat de politie zijn eigendom heeft ingenomen en niet kan verdonkeremanen. Ambtseed, afgelegd bij installatie als politieman
Bijlagen Politie Proces-verbaal juridisch verklaard Pagina 123 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Coloradokever Coloradokever Email 1 10-12-2015 Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Geachte heer Houniet, Hartelijk dank voor uw e-mail van 4 december. Hierin vraagt u of er nog regelgeving bestaat voor de bestrijding van coloradokevers. Graag beantwoord ik uw vraag. Er is geen beleid meer voor de bestrijding van de coloradokever, omdat ze in Nederland geen plaag meer vormen. Ik ga ervan uit dat ik u hiermee voldoende informatie heb gegeven. Heeft u nog vragen, kijk dan op mijn.rvo.nl. U kunt ook telefonisch contact met ons opnemen: 088 042 42 42 (lokaal tarief) of een e-mail sturen. Met vriendelijke groet, Mevrouw H. Dijk Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Coloradokever Email 2 7-12-2015 Wageningen universiteit
Goedemorgen, Ik heb alvast een klein stukje informatie voor u: het Coloradokeverbesluit is van 1941 en destijds verschenen in Staatscourant nr 79, van 24 april 1941. Hoe het tegenwoordig heet of waar het staat, zoek ik nog voor u uit. Vriendelijke groet, Dicky Bullinga Servicedesk Facilities FB Location Facilities Wageningen UR Actio / Gebouw 116 Akkermaalsbos 12 / 6708 WB Wageningen Postbus 59 / 6700 AB Wageningen T 0317-486666 F 0317-424060 E
[email protected]
Bijlagen Politie Coloradokever Pagina 124 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Coloradokever Email 3 7-12-2015 Wageningen Universiteit Meneer Houniet, Nooit geweten dat deze kevers ook in Nederland voorkomen/voorkwamen, maar ik vermoed dat ze door dit besluit aardig op de bon geslingerd zijn. Ik heb uw vraag doorgegeven aan één van onze informatiespecialisten. Zij heeft op het moment contact met de NVWA. We houden u op de hoogte. Vriendelijke groet, Dicky -----Original Message----From: Eef Houniet [mailto:
[email protected]] Sent: maandag 7 december 2015 16:05 To: Servicedesk, Facilities Subject: RE: Contact via WageningenUR.nl
Nato spelalfabet A Alfa B Bravo C Charlie D Delta E Echo F Foxtrot G Golf
H Hotel I India J Juliett K Kilo L Lima M Mike N November
O Oscar P Papa Q Quebec R Romeo S Sierra T Tango U Uniform
V Victor W Whisky X X-ray Y Yankee Z Zulu
Bijlagen Politie Nato spelalfabet Pagina 125 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Email-berichten Ik kon de IJkwet niet vinden en de Dienst voor het IJkwezen is ook al afgeschaft. Evenzo het Schrikdradenbesluit
IJkwet Email 4-3-2016 Geachte heer Houniet, De vervanger van de IJkwet is de Metrologiewet, zie: http://wetten.overheid.nl/BWBR0019517/geldigheidsdatum_13-01-2016 -> via Wetstechnische informatie (rechtsboven) komt u bij de algemene informatie, de grondslagen voor deze regeling en gedelegeerde regelgeving. https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2015-341.html http://www.agentschaptelecom.nl/onderwerpen/metrologie Per 1 januari 2016 zijn de taken van de toezichthoudende organisatie Verispect overgegaan naar Agentschap Telecom. Vanuit de afdeling Metrologie en Waarborg, houdt Agentschap Telecom nu toezicht op naleving van onder andere de Metrologiewet. Het toezicht op de naleving van die wet dient op de eerste plaats ter bescherming van de consument. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Agentschap Telecom. Postadres ostbus 450 9700 AL Groningen T 050-587 74 44 E
[email protected] F 050-587 74 00 Met vriendelijke groet, Henk Geene Publieksvoorlichting EZ - Centrale Unit Burgercorrespondentie De publieksvoorlichting van het ministerie van EZ is ondergebracht bij Informatie Rijksoverheid- www.rijksoverheid.nl
Bijlagen Politie Email-berichten Pagina 126 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Schrikdraden Email di 19-4-2016 9:01 Geachte heer Houniet, Een schrikdraad installatie bestaat uit een spanningsgever en een samenstel van elektrisch materieel, leidingen en toebehoren. Een combinatie van elektrisch materieel, palen en bevestigingsmiddelen die samen de installatie vormen. Er is een norm NEN 5237:1995 voor dergelijke installaties. Deze norm bevat bepalingen voor de installatie, het gebruik en de inspectie van schrikdraadinstallaties. Dergelijke inspecties kunnen over het algemeen worden uitgevoerd door elektrotechnische inspectie bedrijven. De spanningsgever (of totaal installatie pakket) moet bovendien voldoen aan het Warenwetbesluit elektrotechnische producten en de daarin genoemde Europese laagspanningsrichtlijn. Ook zijn er verschillende productnorm, bijvoorbeeld de EN 61011 en de EN 60335-2-76 afhankelijk van toepassing en aansluiting. De toezichthouder voor dergelijke producten is de nVWA. De aanleg van installaties valt onder verantwoording/toezicht van de vergunningverlener (gebouw en terrein gebonden). Met vriendelijke groet, Dhr. C. Versteeg Directie Communicatie Publiek en Informatie Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen Politie Email-berichten Pagina 127 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Diverse bijlagen De tuinman en de dood De tuinman en de dood Een Perzisch Edelman: Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik, Mijn woning in: "Heer, Heer, één ogenblik! Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot, Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood. Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant, Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand. Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan, Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!" Van middag (lang reeds was hij heengespoed) Heb ik in 't cederpark de Dood ontmoet. "Waarom," zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt, "Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?" Glimlachend antwoordt hij: "Geen dreiging was 't, Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast, Toen 'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan, Die 'k 's avonds halen moest in Ispahaan." P.N. van Eyck
Diverse bijlagen De tuinman en de dood Pagina 128 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Bijlage motoren De motoren horen niet bij de jeugd-herinneringen, maar ik heb ze er bij gezet omdat ik daar zoveel plezier mee heb beleefd en ik de herinnering wil vasthouden. Het zijn plaatjes van internet, maar mijn motoren zagen er nagenoeg zo uit. Alles Yamaha. Diversion XJ 900 F en Fazer FZS 600 op de foto met Hovannouhi in Duitsland en hieronder, de paarse motor, mijn eerste. Diversion XJ 900 S, de rode motor, die de eerste opvolgde. Toen de ziekte geconstateerd was, hebben Hovannouhi en Martijn de motor afgevoerd terwijl ik nog in het UMC in Utrecht lag. Ik kon het niet aan, om de motor te zien weggaan.
Diverse bijlagen Bijlage motoren Pagina 129 van 130
Opa vertel eens Soldaten en Politie Versie dd. 29-4-2016 19:21
Eindnoten De eindnoten zijn bedoeld voor langere verklarende teksten, die niet in een voetnoot passen.
i
In 2013 bleek dat ik de Ziekte van Kahler heb. Niet te genezen. Alleen af te remmen door herhaalde chemo-therapie. Veel vervelende bijwerkingen. ii
Bij de Geneeskundige Troepen werd de tamelijk kleine karabijn NIET op de schouder gedragen, maar alleen aan de draagriem. Commando’s zoals: ‘Zet af geweer’, ‘Over geweer’, Verwissel geweer’ bestonden daar dus niet. Bij de Rijkspolitie deden ze of de karabijn een echt groot geweer was, en bestonden die commando’s wel. iii
Het Wegenverkeersreglement bepaalde dat een rijwiel met hulpmotor de voor fietsen normale eigenschappen moest hebben, waaronder ‘door trappen voortbewegen’. Maximum cylinder-inhoud 50 cc. Maximum snelheid 40 km/u. De ULM was ook 50 cc, maar had geen trappers. Om niet aan de bromfietseisen te hoeven voldoen kreeg de ULM een kenteken, en was dus motor. Een rijbewijs was weer niet nodig, vanwege een ontheffing. iv
Speurhond. Een voorwerp wat op de plaats van een delict is gevonden, wordt veilig gesteld.
De verdachte houdt een kwartier een ijzeren buisje bij zich. Tien andere mensen doen hetzelfde. Na dat kwartier worden de buisjes in een rij op de grond gelegd en moet de speurhond aan het gevonden voorwerp ruiken. Daarna loopt hij langs de buisjes en als het goed is wordt het buisje van de verdachte er dan door de speurhond uitgehaald. De reuk aan het buisje komt dan overeen met de reuk van het gevonden voorwerp. v
Lucht in de longen zorgt er voor, dat de rug boven drijft, terwijl armen en benen naar beneden afhangen. vi
Schietmasker. Door een klap op het slaghoedje van een patroon, wordt aan de andere kant een pen met kracht uitgedreven. Door de pen in de hersenen is het dier hersendood. vii
Warmoes (Beta vulgaris subsp. cicula Chenopodiaceae), Warmoes behoort tot een van de vergeten groenten en heeft al een zeer lange historie. Is verwant met de biet en behoort tot de oeroude groente die wordt geteeld om het attractieve, smakelijke blad en de stengels viii
Pantserwagens Schiphol: 1973 GKN Sankey AT104 Armoured Patrol Truck
1975 Landrover Shorland Mk III Armoured Patrol Car ix
Het dienst doen ‘over de grenzen’ was in feite een voorbode van de schaalvergroting die de politie voortdurend heeft ondergaan. x
Ophouden is een praatje maken zonder gevolgen, Staande houden is een verdachte naar persoonsgegevens vragen en een bekeuring uitdelen. Aanhouden is arresteren en naar het bureau brengen. xi
Het knoopsgat in een herencolbert hoort bij de verdwenen bovenste knoop, waarmee de jas gesloten zou kunnen worden, als je de revers dicht vouwt. Daarom zit er nog steeds zo’n onlogische split in de revers. Onder de split hoort bij de jas. Boven de split zou kraag moeten zijn.
Eindnoten Bijlage motoren Pagina 130 van 130