Even uw aandacht… Deze ‘smaakmaker’ laat u toe kennis te maken met dit werk. Dit tekstfragment mag niet gebruikt worden voor opvoering. Het mag niet worden gedownload, afgedrukt of verder verspreid. Indien deze smaakmaker u bevalt, raden we u aan het volledige toneelstuk te ontlenen en te lezen voor u tot de aankoop van boekjes voor opvoering beslist. Veel leesplezier!
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
DE HEREN PIETER-PAUL & WOLFGANG
Een komedie in dertien taferelen
door
Peter de Kemel
Toneelfonds J. Janssens – Antwerpen 1996 Nr. 2348
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
OPVOERINGSRECHT Het opvoeringsrecht wordt verkregen na aankoop van tenminste VIJFTIEN tekstboekjes bij de uitgever en na betaling van de verschuldigde auteursrechten aan de auteur: Peter de Kemel Oudenaardestraat 11a 9870 Zulte Tel. 0496 52 77 60 Na aankoop van het verplicht aantal boekjes krijgt men van de uitgever een aankoopbewijs. Dit bewijs moet samen met een aanvraag waarop plaats en datum(s) van opvoering werden ingevuld, minstens tien dagen voor de opvoering(en) naar de auteur worden gestuurd. Men is volgens de Auteurswet strafbaar als men gebruik maakt van gekregen, gehuurde, geleende of gekopieerde boekjes. Wanneer men niet voldoet aan de hier opgesomde voorwaarden, worden de geldende auteursrechten met 100% verhoogd. Voor Nederland wende men zich tot: I.B.V.A "Holland" Postbus 363 1800 AJ Alkmaar.
Wettelijk depot D/1996/0220/049 ISBN 978-90-385-04605 © 1996 Toneelfonds J. Janssens/Peter de Kemel www.toneelfonds.be Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, internet of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
1
PERSONAGES Pieter-Paul Rubens Wolfgang Amadeus Mozart Vader Rubens Moeder Rubens Vader Mozart Moeder Mozart Anna-Maria Mozart, Wolfgang zijn zus Tobias Verhaecht, leermeester van Rubens Adam Van Noort, leermeester van Rubens Otto Van Veen, leermeester van Rubens Maximiliaan III, keurvorst van Beieren Adellijk figuur 1 Adellijk figuur 2 Adellijk figuur 3 Adellijk figuur 4 Adellijk figuur 5 Adellijk figuur 6 Adellijk figuur 7 Adellijk figuur 8 Adellijk figuur 9
Antoon Van Dyck, leerling van Rubens Jacob Jordaens, leerling van Rubens Frans Snijders, leerling van Rubens Teniers...., leerling van Rubens Vrouw uit Wenen 1 Vrouw uit Wenen 2 Maria-Josepha, dochter van de keizerin van Wenen Maria de Medici Keizer Jozef II..... Cluck, hofcomponist aan het Weense hof. Coltellini, hofcomponist aan het Weense hof. Leider van de zangers van de Weense opera. Leider van het orkest van de Weense opera. Man uit Wenen Paus Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
2 Constanze Weber, vrouw van Mozart Aloisia Weber, haar zus Isabella Brant, Rubens' eerste vrouw Hélène Fourment, Rubens' tweede vrouw Keizer van Wenen Casti, componist Salieri,componist Punchberg, vriend van Mozart Persoon 1 Persoon 2 Persoon 3
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
3 1e TAFEREEL ERGENS OP EEN KERKHOF. (Allemaal kisten met houten kruizen. Twee figuren komen uit een kist gekropen) MOZART : (Steekt zijn hand op naar Rubens) Hoi. Ook een winterslaapje gehouden? RUBENS : Eventjes maar. Kleine 36O jaar. MOZART : Nog niet volledig uitgerust dus. RUBENS : Wo, nog wat stijf in de beentjes. MOZART : En lag je goed? RUBENS : Nogal hard. Maar schijnt goed te zijn voor de rug. MOZART : Je ziet er wel goed uit na meer dan 35O jaar te zijn overgeleverd aan de aardwormen. RUBENS : 'k Ben altijd al een taaie geweest. Jij bent anders ook goed bewaard gebleven voor je... MOZART : Ik lig ook pas 2OO jaar plat. De aardwormen waren waarschijnlijk vies van de motteballen in mijn hemd. RUBENS : Ik denk eerder dat wij nog van die echte dooien zijn. Bij diegene die ze nu begraven zit de mot er na 15 jaar al zo erg in dat ze niet meer te herkennen zijn. Als je het mij vraagt zijn er geen dooien meer als vroeger. MOZART : Volgens mij zat de mot tot enkele ogenblikken geleden ook in ons. RUBENS : (Komt bij hem en snuift lucht op) Echt rot kan je dan volgens mij toch niet geweest zijn. Ik ruik alleen de geur van motteballen. MOZART : Geloof me, een uur geleden waren wij net zo rot als die moderne doden na 15 jaar. RUBENS : Hebben we onszelf wel mooi weten op te maken. MOZART : Nooit gehoord van het Laatste Oordeel? RUBENS : Het moment waarop God...? MOZART : Als je het mij vraagt, is God hier net gepasseerd. RUBENS : Ja, in die 2OO jaar heeft de juffrouw natuurlijk veel tijd gehad om waanzinnige verhalen te bedenken. MOZART : Ik zie geen andere verklaring waarom we anders zo plots uit de doden zouden zijn ontwaakt. En mag ik vragen me niet langer te tutoyeren? Je spreekt tegen een dame inplaats van tegen een ordinaire juffrouw.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
4 RUBENS : (Lacht) Dame! Daarnet was ze nog zo rot als een peer. Haar lijfelijke motteballengeur houdt zelfs de opdringerigste aardwormen op afstand. Maar toch zou ze willen aangesproken worden met dame. MOZART : Jij denkt omdat je 2OO jaar langer op je luie kont in je sigarendoos gelegen hebt, dat je mij met 2OO jaar minder diensttijd zomaar kunt tutoyeren. RUBENS : Had ik op voorhand geweten dat ze me wekten om iemand als jij te ontmoeten, had ik een aanvraag ingediend om nog 1OO jaar langer te blijven platliggen. Wel snel op de teentjes getrapt hé. Chi chi madam. MOZART : Ho, ik hoor het al. Ik heb te doen met een boerin die denkt dat ze... RUBENS : Ik ben nooit boerin geweest. MOZART : Je nagels zijn nochtans in de rouw. RUBENS : "Madam" bedoelt? MOZART : Op de aarde die onder je nagels zit kan je minstens een hectare aardappelen planten. RUBENS : Waarschijnlijk nog niet de tijd gehad om jezelf eens te verwennen met een blik? Je zou het je grootste vijand 4 eeuwen moeten vragen om te willen met je voeten spelen. Trouwens, wat was jij in je vorig leven? MOZART : Ik zou het niet weten.... En jij? RUBENS : Na 35O jaar heeft een mens het recht eens iets te vergeten. MOZART : Of wilt men vergeten wie men geweest is. RUBENS : Al ben je vergeten wie je was. Eén ding ben je in ieder geval niet vergeten. Je slecht karakter uit je kist te nemen. MOZART : Jij denkt... RUBENS : Durf je te kijken wie je in je vorig leven was? MOZART : (Aarzelend) Uih... Ja, waarom eigenlijk niet. (Hij gaat kijken naar het houten kruis voor de kist waar hij uitgekomen is. Hij kan duidelijk zijn ogen niet geloven en kijkt nogmaals.) RUBENS : Ja, het is raar hoe een mens soms kan schrikken als hij zijn ware afkomst te zien krijgt. Eén of andere schooister uit de achterbuurten van Parijs? Meid laagste klasse? MOZART : (Gelooft het zelf niet) Volgens het kruis op mijn graf ben ik... Mozart. RUBENS : Zal dan waarschijnlijk wel maar alleen volgens het kruis op je graf zijn. MOZART : (Kijkt nogmaals) Wolfgang Amadeus Mozart. 1756 - 1791. Ik ben Mozart. RUBENS : En ik je broer die je niet had. Aangenaam. MOZART : Ongelooflijk!
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
5 RUBENS : Op zijn minst. Onmogelijk lijkt me correcter. MOZART : Maar je zag toch zelf hoe ik uit de kist kwam met daarboven het kruis waarop Mozart staat. RUBENS : Ik heb er zo meteen ook geen verklaring voor. Of men heeft het kruis niet op de juiste plaats neergezet. Of... MOZART : Maar ik voel me ook Mozart. RUBENS : In je linker of je rechter voet? MOZART : Werkelijk, ik voel dat ik Mozart ben. RUBENS : Dan lijkt mij de enige verklaring dat ze bij je wedergeboorte hierboven een foutje hebben gemaakt. MOZART : Je bedoelt? RUBENS : (Wijst op zijn borsten) Ik heb je in je vorig leven niet gekend. Maar ik neem aan dat je je koplampen pas nu gekregen hebt? MOZART : (Betast zichzelf) Ik... RUBENS : Ja, je hebt er een paar onderdelen bijgekregen. Je zal nu je eigen geschreven liederen uit volle borst kunnen meezingen. MOZART : Maar... RUBENS : Als je het mij vraagt is er inderdaad een "maar" aan. Volgens mij hebben ze je samen met je zus begraven en zijn er zoveel botten van jullie verloren gegaan dat ze beslist hebben van 2 Mozart exemplaren, 1 te maken. Dames en heren, mag ik u voorstellen, de familie Mozart! MOZART : Nog opmerkingen? RUBENS : Ofwel heeft men hierboven opgemerkt dat je tijdens je vorig leven al aardig verwijfd kon doen, waardoor ze beslisten... MOZART : Als je maar weet dat ik er mij niet goed bij voel. RUBENS : Ja, je zou ook voor minder. En hebben ze op nog andere plaatsen aan je gesleuteld of...? MOZART : Pardon? RUBENS : Ben je helemaal travestie of...? MOZART : Shit! Ik mag er niet aan denken dat ik... (Draait zich om, tilt zijn nachthemd op en kijkt) Niet te geloven. RUBENS : (Lacht) Dus... MOZART : Ja, vervangstukken alom. RUBENS : (Wijst op zijn borsten) En puur natuur of Mister Silicone? MOZART : Maar enfin zeg! (Draait zich terug om, om te kijken)
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
6 RUBENS : Vorige week werd naast mij een vrouw begraven met magical silicone borsten. Na 3 dagen, weg borstjes. Ja, aardwormen zijn dol op silicone. MOZART : (Draait zich terug om) Ik ben duidelijk in de gratie gevallen van de Heer hierboven. Puur. (Lacht) Ik vraag me af of jij ook in de gratie van de grote Heer hierboven gevallen bent. Misschien kan je even kijken of je geworden bent wie je in je vorig leven was? (Kijkt naar het kruis boven de kist waar hij uitgekomen is en begint enorm te lachen) Pech. Oh, wat heb je pech, "MENEER". RUBENS : Je meent het niet. MOZART : (Knikt speels van "ja") Je was een befaamde jongen met een kwast en nu ben je... RUBENS : (Kijkt nu zelf) Rubens! MOZART : (Spottend) Ja, als ik eerlijk mag zijn ben je goed bewaard gebleven. De gelijkenis is treffend. Iedereen zou je zo herkennen. RUBENS : Maar enfin. Rubens. En... (Wijst op zijn lichaam) MOZART : Je hebt zoveel naar de naakte vrouwen gegluurd die je geschilderd hebt, dat men hierboven beslist heeft ... (Lacht) Je zelfportret zal nu verdacht veel gelijkenis vertonen met je vroeger geschilderde naakte vrouwen. RUBENS : Voor jou misschien grappig, maar voor mij toch wel even slikken. MOZART : Oh, je went er wel aan hoor. Eigenlijk zou je ze hierboven dankbaar moeten zijn. RUBENS : Omdat ze hun sterfregisters niet deftig bijgehouden hebben en van mij een vrouw gemaakt hebben? MOZART : Dat ze je geschoren hebben vooraleer ze je uit je winterslaap hebben gewekt. Stel je voor zeg. Mademoiselle Rubens met een immense baard. RUBENS : Ik durf me gewoon niet te vertonen onder de mensen. Stel dat ik mijn moeder tegen het lijf loop. Dat mens schrikt zich zeker en vast dood. MOZART : Je moet toch voorzichtig zijn hoor. Dat mens is waarschijnlijk net ontwaakt uit haar bijna 5OO-jarig winterslaapje en jij zou er al voor zorgen dat ze opnieuw kan gaan platliggen. Stoute jongen. RUBENS : Gelukkig dat je weinig nodig hebt om te lachen. MOZART : Ik had gewoon plezier in mijn eigen opmerking. RUBENS : Ik dacht al dat je vrij simpel van geest was. MOZART : Ik sprak je zonet aan met jongen. Ja, want hoe noem je iemand die in wezen een hij is, maar door een vergissing van hierboven een zij geworden is? Op de dag van het Laatste Oordeel, werden er 2 "HET'S" geboren.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
7 RUBENS : Jij hebt je er duidelijk al mee verzoend dat... MOZART : Ja, wat kunnen we eraan doen? Of we het willen of niet... (Lacht) Ik hoop maar dat ze er hierboven aan gedacht hebben om vanbinnen één en ander op punt te stellen. Stel je voor zeg, een vrouw met mannehormonen. RUBENS : (Speels) Hoor ik daar niet iets broebelen in je buik? (Beiden lachen) MOZART : We moeten er gewoon het beste van maken. RUBENS : Wordt wel een totale omwenteling voor me. Ik ben altijd zo'n rokkenjager geweest en nu moet ik van de kerktoren schreeuwen : "Ik wil een ma..aaan!" MOZART : (Speelt nu alsof hij ergens aankomt) Goeiemorgen, mademoiselle. Wolfgang Amadeus Mozart. Uw vader nodigde me uit om een concert te spelen ter gelegenheid van zijn verjaardag. (Speelt nu de mademoiselle) Oh, meneer Mozart. Ik ben de dochter van Keizer Frans. Ik ben zo verheugd met uw komst. (Heel ondeugend) Komt u mee naar mijn kamer? Ik zou eerlijk gezegd eerst liever kennis maken met uw broer. (Lacht) RUBENS : Kun je je voorstellen dat de lievelingsmodellen van Rubens niet langer naakte mollige vrouwen, maar Chippendales zijn? MOZART : Je hoeft er niks achter te zoeken, maar ik nodig mezelf uit op de koffie wanneer je een Chippendale vereeuwigt op doek. RUBENS : Ja, jij mag bepalen welk standje hij moet aannemen. (Beiden hebben enorm veel plezier. Uit het niets komt een stem). GOD : Dames! Kan het iets deftiger! RUBENS & MOZART : (Beiden kijken omhoog) Pardon? GOD : Of het net iets deftiger kan? MOZART & RUBENS : (Beiden kijken nu de andere kant in de hoogte) RUBENS : (Wijst in de lucht) Ah, daar. (Steekt zijn hand op) Hallo. MOZART : (Steekt eveneens zijn hand op) Ook hallo. GOD : Jullie dienen je te gedragen. MOZART : Bent u God? GOD : Wie anders dacht je? MOZART : U bent het dus die zich zo zwaar vergist heeft wat onze hormonale aangelegenheden betreft. GOD : Je moet me excuseren. Maar ik word een dagje ouder.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
8 RUBENS : U bedoelt dat we niet hoeven te schrikken als we nog een paar "net niet wat het zouden moeten zijn" creaties tegen het lijf lopen. GOD : Mijn secretaressen, de H. Rita en Clara durven hun taak wel eens wat te licht op te nemen. MOZART : Maatregelen treffen. Degraderen in rang. Gedaan met heilig zijn. Ofwel 2 volle eeuwen op winterslaap sturen. GOD : (Duidelijk gepikeerd) Misschien moet ik er ook wel aan denken om jullie te degraderen. Jullie taalgebruik is verre van deftig. RUBENS : Wij zijn zo eerlijk van ook in ons tweede leven weer onszelf te zijn. GOD : Jullie dienen je te gedragen. Ik heb jullie laten wekken om jullie de kans te geven eens te kijken wat men na jullie dood met jullie meesterwerken gedaan heeft. MOZART : Ah, men praat dus nog over ons. GOD : Overal worden je melodieën nog steeds als wonderbaarlijk omschreven en de doeken van Rubens voor enorme fortuinen verkocht. RUBENS : En ondertussen lagen wij hier gewoon dood te zijn. GOD : Juist daarom dat ik vond dat jullie nog eens één dag mochten genieten van jullie vroeger gepresteerde werk. MOZART : Eén dag! Is wel niet veel na 3O jaar zwoegen en 2 eeuwen op je rug liggen. GOD : Moet kunnen volstaan. Daarna gaan jullie weer de koffer in. RUBENS : (Ondeugend) En mogen we niet iemand meenemen in onze koffer? MOZART : Ja, want daar zo 2OO jaar op je rug liggen mag je niet onderschatten hoor. GOD : Ga nu, vooraleer ik me bedenk en jullie onmiddellijk terug naar jullie koffer verwijs. RUBENS : Moeten we voorkomen. (Gaat samen met Mozart op weg) MOZART : (Keert terug) Ah ja, bedankt hè! (Steekt zijn hand op) RUBENS : (Komt eveneens terug) Tot ziens. (Steekt hand op) MOZART : Ja, wellicht tot bij een volgend Laatste Oordeel. (Er volgt een enorme donderslag en het wordt duister) RUBENS : Zeg, mankeer jij ook iets? MOZART : Pardon? RUBENS : (Voelt aan zijn borst) Het is maar dat mijn koplampen hun beste tijd gehad hebben. MOZART : Ah, vandaar dat het hier zo donker geworden is.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
9 RUBENS : Zijn die van jou...? MOZART : (Voelt aan zijn borst) Ik denk dat ons Rita en ons Clara van hierboven jaloers geworden zijn en... RUBENS : (Heeft zich ondertussen omgedraaid en onder zijn nachthemd gekeken) En blijkbaar niet alleen op onze koplampen. MOZART : (Voelt aan zijn kruis) Nu je het zegt, ja. Er is hier precies iets bijgekomen (Er volgt een nieuwe donderslag). RUBENS : We kunnen beter maken dat we wegkomen. De Heer van hierboven laat een windje van ongenoegen. (Beiden af)
2e TAFEREEL DE WOONKAMERS VAN DE FAMILIES MOZART EN RUBENS (De scène is verdeeld in 2 speelplateau's. Links is de woonkamer van de familie Rubens. Rechts de woonkamer van de familie Mozart. In het midden staat een tafel, die links door de familie Rubens en rechts door de familie Mozart gebruikt wordt. Naast de tafel, zowel links als rechts, een stoel. Even van de tafel verwijderd, terug zowel links als rechts een stoel. Op die stoelen zitten vader Mozart en Rubens. Zowel moeder Mozart als Rubens staan recht, zijn zwanger en aan het breien. Ze dragen beiden een lange rok tot op de grond. Moeder Rubens kijkt pijnlijk voor zich uit terwijl ze aan een sjaaltje breit van amper 1O centimeter lang. Vader Rubens speelt viool, uiteraard zonder geluid. Moeder Mozart kijkt gelukzalig voor zich uit terwijl ze breit. Haar sjaaltje is amper een paar centimeter breed, maar minster 3 meter lang. Ook vader Mozart speelt viool) VADER RUBENS : (Stopt met spelen en kijkt naar zijn vrouw) Ik begrijp niet hoe je nu reeds barensweeën krijgt. De geboorte is pas voorzien voor binnen 3 weken. MOEDER RUBENS : (Zegt niks, hijgt enorm) VADER RUBENS : Ik hoop echt dat het kind vroeger geboren wordt, want... MOEDER RUBENS : (Nijdig) Ik hoop het ook. (Ze hijgt en breit af en toe een steek verder) VADER RUBENS : (Speelt verder viool)
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
10 VADER MOZART : (Stopt met viool spelen en kijkt zijn vrouw aan) Wat ik niet begrijp is dat jij geen barensweeën krijgt. Je bent nu al 3 weken overtijd en... MOEDER MOZART : Maak je daarover nu maar geen zorgen. Waarschijnlijk voelt de baby er niks voor om nu reeds geboren te worden. (Breit gewoon verder zo snel als ze kan) VADER MOZART : Ik begrijp niet hoe jij zo kalm kan blijven als... MOEDER MOZART : Breek jij nu je hoofd maar niet over vrouwenzaken. (Geërgerd) Je kan beter verder viool spelen. VADER MOZART : (Gepikeerd) En jij kan misschien beter stoppen met breien en bevallen, want anders word je sjaaltje echt wel te lang. MOEDER MOZART : (Kijkt hem nijdig aan en breit snel verder) VADER MOZART : (Neemt zijn viool en speelt verder.) MOEDER RUBENS : (Hijgt pijnlijk terwijl ze geërgerd naar haar man kijkt, die duidelijk plezier beleefd aan het vioolspelen) Ja, om mij hoef je je echt niet te bekommeren. Speel gerust verder. VADER RUBENS : (Stopt met spelen) Ja, ik zei je toch al dat ik niet begrijp... MOEDER RUBENS : Je begrijpt toch hoe het komt dat ik een kind baar? VADER RUBENS : Het kan niet dat je nu reeds een kind baart. Het is nog 3 weken te vroeg... en bovendien is je sjaaltje nog niet klaar. MOEDER RUBENS : Als ik je zeg...! VADER RUBENS : (Kruiperig) Je zal wel gelijk hebben. Hoelang denk je zal het nog duren vooraleer...? MOEDER RUBENS : (Haar pijnlijk hijgen gaat over in genoegzaam kreunen) VADER RUBENS : (Kijkt haar verbaasd aan) MOEDER RUBENS : Ik voel het. De 5e Rubens komt eraan. Speel viool. (Blijft verder genoegzaam kreunen) VADER RUBENS : Maar daarnet zei je... MOEDER RUBENS : (Nijdig) Speel viool zeg ik je! (Kreunt nu terug genoegzaam) VADER RUBENS : (Haalt niet begrijpend zijn schouders op en speelt verder viool) MOEDER RUBENS : (Kreunt genoegzaam terwijl ze bevalt) Oh ja. Ja ja. Ja. Oh. Ja ja, oh. Oh, ja ja. Ja ja, nu. Oh, ja ja, nu. Ja ja, nu. Ja ja, nu. Oh. Nu!! VADER RUBENS : Je hoeft je echt voor mij niet in te houden. MOEDER RUBENS : Dat heb ik ook niet gedaan, Jan Rubens. De kleine is geboren.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
11 RUBENS : (Tilt zijn moeders rok op en steekt zijn hoofd naar buiten) Ah, dada. (Wuift speels) Dada, papa. (Kijkt nu naar zijn moeder) Dada, mama. (Wuift nu naar het publiek) Dada. (Komt op zijn knieën van onder haar rok gekropen) VADER RUBENS : Oh, kijk eens hoe lief. Het heeft helemaal mijn jovialiteit geërfd. MOEDER RUBENS : (Gepikeerd) En als het straks gaat huilen heeft het dat waarschijnlijk van mij geërfd? VADER RUBENS : En wat is onze kleine ukkepuk geworden? Wordt het straks een flinke hij of een ferme zij? Ik denk dat het een ferme zij wordt. MOEDER RUBENS : Als je het mij vraagt wordt het een ferme hij. VADER RUBENS : Volgens mij heeft de baby bepaalde dingen die mij doen denken aan een zij. MOEDER RUBENS : Best mogelijk. Maar ik zou echt niet weten wat. VADER RUBENS : (Kijkt zijn vrouw geërgerd aan) MOZART : (Tilt de rok van zijn moeder op en steekt zijn hoofd naar buiten) Maar enfin! Probeer overeen te komen, hé zeg. (Verdwijnt terug onder de rok) MOEDER MOZART : (Voelt aan haar buik) Oh, Leopold, ik geloof dat ik barensweeën krijg. Het is net of de baby eruit wil. VADER MOZART : (Stopt met vioolspelen) Bedoel je echt dat je...? MOEDER MOZART : Nee. Ik beeldde het me waarschijnlijk in. Dat enge gevoel is voorbij. (Ze breit terug verder) VADER MOZART : Doe het rustig aan, schat. Je bent nu al 3 weken over tijd, op een weekje min of meer kan het nu ook niet meer op aankomen. (Speelt verder viool) RUBENS : Dada. VADER RUBENS : En wat een taalvaardigheid! Van wie zou hij die geërfd hebben? MOEDER RUBENS : (Spottend) Taalvaardigheid! Je ziet toch duidelijk dat hij het zal waarmaken met zijn vingers. Zie je dan niet dat zijn vingers er nu al naar staan om een penseel vast te houden? Het wordt een schilder. VADER RUBENS : (Spottend) Schilder! MOEDER RUBENS : En dan die twinkeling in zijn oogjes. Hij ziet het nu reeds zitten om naakte vrouwen te schilderen. Ik heb een schilder gebaard. VADER RUBENS : Ik denk dat jij nog steeds koorts hebt. MOEDER RUBENS : Ik heb helemaal geen koorts meer. Ik ben er gewoon van overtuigd dat... Laten we het hem gewoon vragen. En wat wil jij later worden, mijn klein ventje? RUBENS : Dada.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
12 VADER RUBENS : Zie je wel, hij zegt het zelf. Net als ik, advocaat wil hij worden. (Verlaat de woonkamer) MOEDER RUBENS : (Misnoegd tot Rubens) Als je maar weet dat je schilder zal worden! (Verlaat de woonkamer) RUBENS : (Wuift) Dada. (Praat richting moeder Mozart) Psstt! (Er komt geen reactie) Hei! Psstt! Ben jij nog niet geboren? MOZART : (Van onder zijn moeders rok) Nog een beetje geduld hé. Ik ben ook 2OO jaar jonger dan jij. RUBENS : Denk eraan dat we maar 1 dag gekregen hebben om ons te amuseren hé. MOZART : Oké. Ik probeer één en ander te forceren. (Maakt enorme bewegingen met de rok) MOEDER MOZART : Oh, Leopold! Oh! Zo hevig ging hij nog nooit tekeer. (Schudt enorm met haar buik. Probeert toch verder te breien) VADER MOZART : Ik kan je niet zeggen hoe gelukkig ik me voel. MOEDER MOZART : Dat ik na 3 weken overtijd te zijn, eindelijk kan bevallen? VADER MOZART : Nee, dat hij even temperamentvol wordt als ik. MOEDER MOZART : Oh! Van die opmerkingen van jou zou een vrouw onmiddellijk een kind baren. VADER MOZART : Doe het dan, schat. Ik wacht er nu al 3 weken op. MOEDER MOZART : De baby zal nog even geduld moeten hebben. Mijn sjaaltje is nog niet klaar. (Ze hijgt en breit verder) Zeg dat de kleine zich nog even koest houdt. Nog 6 steken. VADER MOZART : (Tot rok) Hou je koest. Hoor je me? Hou je nog 6 steken koest. (De rok blijft bewegen en hij tikt met zijn strijkstok van zijn viool, tegen de rok) MOEDER MOZART : Nog 5. VADER MOZART : Nog 5 MOEDER MOZART : 4. VADER MOZART : 4. MOEDER MOZART : 3. VADER MOZART : 3. MOEDER MOZART : 2. VADER MOZART : 2. MOEDER MOZART : 1. VADER MOZART : 1. (Hij is blijven tikken met zijn strijkstok tegen de rok terwijl hij aftelt)
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
13 MOEDER MOZART : Oef, mijn sjaaltje is af. VADER MOZART : Maar je hebt toch ook een kind gebaard. MOEDER MOZART : Tussen mijn breiwerk in, ja. Ho, ik ben zo benieuwd of de kleine mijn sjaaltje leuk zal vinden. VADER MOZART : Maar ben je dan niet meer benieuwd of het een hij of een zij zal worden? MOEDER MOZART : Wat maakt het uit? Het zal mijn sjaaltje dragen. VADER MOZART : (Tilt de rok op. Twee voeten worden zichtbaar) Nu begrijp ik hoe het komt dat je 3 weken overtijd bent. MOEDER MOZART : Ah ja? VADER MOZART : Hij lag verkeerd. Niet het hoofdje, maar de voetjes zijn eerst gekomen. MOEDER MOZART : En heeft het ook een nekje voor mij sjaaltje? VADER MOZART : Maar enfin! Is dat nu echt het enige waar jij mee bezig bent? MOEDER MOZART : Binnenkort kom je me waarschijnlijk vertellen dat jij meer bezig geweest bent met de kleine dan ik? VADER MOZART : Ik ben in ieder geval... MOZART : (Steekt zijn hoofd vanonder de rok en kijkt naar zijn vader) Fa fa. (Naar zijn moeder) Do do. (Naar publiek) Mi mi. VADER MOZART : Oh! Het wordt een muzikant. MOEDER MOZART : Ik hoop echt van niet. Dan krijgen we naast jou en zijn zus een derde lawaaimaker in huis. MOZART : Mi mi la la. Mi mi la la. VADER MOZART : Zie je wel. Hij kent nu reeds de toonladders uit het hoofd. Ik ben echt benieuwd of hij ook al viool zou kunnen spelen. MOEDER MOZART : Je laat de kleine met rust. Hij speelt geen viool nu. VADER MOZART : En waarom niet? Hij kan er beter vroeg genoeg aan beginnen. MOEDER MOZART : Nee. VADER MOZART : Je hoort toch zelf dat het een geboren muzikant is. Zie je dan niet dat zijn kinnetje net scheef genoeg staat om er een viool tegen te houden? MOEDER MOZART : Ik zeg nee. VADER MOZART : En heb je er ook een reden voor? MOEDER MOZART : Omdat hij eerst mijn sjaaltje zal passen. (Past Mozart het sjaaltje) VADER MOZART : Als je maar weet dat het ook mijn wonderkind is. MOEDER MOZART : Mij best. Dan kan jij hem misschien nu de borst geven.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
14 MOZART : La la? Mi mi? VADER MOZART : Nee, sol nondidjuu! (Verlaat de woonkamer) MOEDER MOZART : Maak je maar geen zorgen, kleintje. Voor je het weet is hij terug en leert hij je viool spelen. (Neemt hem op haar schoot) Je moeder zal je nu eens aan haar muzikale borst houden. (Ze opent haar bloes en een enorme karnavalsborst wordt zichtbaar) Kijk eens hier. Allemaal voor jou, mijn kleine Mozart. RUBENS : (Komt op zijn knieën naast moeder Mozart gekropen) Denk je dat je het alleen aankunt? MOZART : Zou het mogelijk zijn om me nu niet te storen. RUBENS : Egoïst! MOZART : En wat denk je dat jij...? MOEDER MOZART : Eerst eten, dan broebelen, Wolfje. (Drukt hem opnieuw tegen haar borst) RUBENS : Mama's kindje! MOZART : Jaloerse kwakel! RUBENS : Musicus van mijn voeten! MOZART : Klakpotter van hier tot overmorgen! MOEDER MOZART : Wat ben jij een zenuwachtig ventje. (Duwt hem opnieuw tegen haar borst) MOEDER RUBENS : (Komt de woonkamer binnen) Ah, mijn klein ventje, hier ben je. Je moeder zal er eens voor zorgen dat jij snel een flinke schilder wordt. (Neemt hem op haar schoot, opent haar bloes waardoor eveneens een karnavalsborst zichtbaar wordt en houdt Rubens tegen haar borst) RUBENS : (Kijkt na korte tijd even op naar Mozart) Te doen hè. MOZART : Die van mij heeft waarschijnlijk vanmorgen nog look gegeten. MOEDER RUBENS : Eventjes wisselen, kleintje. (Draait hem op haar schoot naar haar andere borst) MOEDER MOZART : Eventjes van links naar rechts, Wolfje. (Ze draait hem eveneens naar haar andere borst) MOEDER RUBENS : (Tot moeder Mozart) Wat is het geworden? MOEDER MOZART : Een hij. MOEDER RUBENS : Die van mij ook. MOEDER RUBENS : Mijn man denkt dat het een opvolger wordt voor zijn advocatenkantoor. Maar je ziet toch zo. Het wordt een schilder.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]
15 MOEDER MOZART : Ah ja? MOEDER RUBENS : Ja, hij is geboren met een opening tussen zijn vingers waar net een penseel zal in passen. MOZART : (Tot Rubens) Als je het mij vraagt ben jij licht gehandicapt, jongen. MOEDER RUBENS : En dan de manier waarop hij naar mijn borst kijkt. Hij heeft nu reeds oog voor het vrouwelijk schoon dat hij later zal schilderen. MOZART : Het kan natuurlijk ook zijn dat hij een ordinaire gluurder wordt. RUBENS : Ik denk dat jij je beter zou bezighouden met je moeders borst. MOEDER RUBENS : En wat wordt die van jou? MOEDER MOZART : Je ziet toch zo dat hij musicus wordt. MOEDER RUBENS : Ah ja? MOEDER MOZART : Ja, hij is geboren met een opening tussen zijn vingers waar net een dirigeerstokje zal in passen. RUBENS : (Tot Mozart) Buiten dat mankementje, nog ergens afwijkingen? MOZART : Je kan misschien eens in eigen boezem kijken. MOEDER MOZART : En de manier waarop hij aan mijn borst zuigt is zo ritmisch, dat je duidelijk voelt dat hij het componeren in het bloed heeft. RUBENS : (Tot Mozart) Ik denk eerder dat het komt omdat je een tuitmondje hebt. MOEDER RUBENS : Jij voelt hoe de jouwe aan je borst zuigt, maar ik voel nu reeds dat de mijne het ver zal schoppen. MOEDER MOZART : Die van mij zal het beslist nog verder schoppen. MOEDER RUBENS : Best mogelijk. Maar ik ben ervan overtuigd dat mijn zoon het toch verder zal schoppen dan dat die van jou het ver zal schoppen. MOEDER MOZART : Ik kan best begrijpen dat je je zoon ophemelt. Maar wees er zeker van dat mijn zoon het toch nét iets verder zal schoppen dan dat net iets verder dat jouw zoon het zal schoppen! MOZART : (Tot Rubens) Zeg! Wil jij het ver schoppen? RUBENS : Nee. MOZART : Ik eigenlijk ook niet. MOEDER RUBENS : Pardon? Ik heb je niet goed begrepen. Maar je hoeft de moeite niet te doen om het te herhalen. Als ik mag kiezen, baar ik liever een schilder dan een musicus. MOEDER MOZART : Ja, een schilder zonder klasse baart natuurlijk gemakkelijker dan een musicus met faam.
Toneelfonds J. Janssens – Te Boelaerlei 107 – 2140 Bght Antwerpen Tel 03 366 44 00 . Fax 03 366 45 01 .
[email protected]