ECLI:NL:GHDHA:2015:642 Uitspraak Arrest
GERECHTSHOF DEN HAAG
Strafrecht
Datum uitspraak: 10 februari 2015
Parketnummer: 09-767176-13
Arrest gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Den Haag van 5 augustus 2014 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortejaar] 1986, thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Midden Holland - Gevangenis De Geniepoort - te Alphen aan den Rijn.
Onderzoek van de zaak Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 27 januari 2015. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1, eerste en tweede cumulatief/alternatief
ten
laste
gelegde
en
het
onder
2,
eerste
en
tweede
cumulatief/alternatief ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, met aftrek van voorarrest. Voorts is beslist omtrent de vordering van de benadeelde partij, als nader omschreven in het vonnis waarvan beroep. Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2013 tot en met 23 mei 2013 in Den Haag en/of Delft, althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een persoon genaamd [benadeelde partij 1] door dwang en/of geweld en/of één of meer andere feitelijkheden en/of door dreiging met geweld of één of meer feitelijkheden en/of door afpersing en/of misleiding en/of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij 1] (in de prostitutie) en/of die [benadeelde partij 1] (telkens) met één van de voornoemde middelen heeft/hebben gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (in de prostitutie) en/of seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan wel enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte, wist althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat die [benadeelde partij 1] zich daardoor beschikbaar zou(den) stellen tot het verrichten van arbeid of diensten en/of seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling en/of opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [benadeelde partij 1] en/of die [benadeelde partij 1], (telkens) met één van de voornoemde middelen heeft gedwongen en/of bewogen hem, verdachte, te bevoordelen uit de opbrengst van de seksuele handelingen van die [benadeelde partij 1] met of voor een derde immers heeft/is verdachte en/of hebben/zijn verdachtes mededader - een (seksuele) relatie met die [benadeelde partij 1] aangegaan en/of - die [benadeelde partij 1] voorgesteld en/of op het idee gebracht om (teneinde haar schulden te kunnen betalen) in de prostitutie te gaan werken en/of - tegen die [benadeelde partij 1] gezegd dat het geld dat zij zou verdienen met de prostitutie bedoeld was om samen een bedrijf op te richten en/of - die [benadeelde partij 1] als prostituee laten werken in Den Haag, althans in enige plaats in Nederland, en/of - die [benadeelde partij 1] gedwongen, althans bewogen, hem, verdachte, op de hoogte te houden van het aantal klanten dat zij had en haar daarmee (voortdurend) onder toezicht en/of controle gehouden en/of - die [benadeelde partij 1] bedreigd en/of - die [benadeelde partij 1] voorgesteld en/of op het idee gebracht om mee te doen aan (een) gangbang(s) en/of -voor woonruimte gezorgd dan wel woonruimte beschikbaar gesteld ten behoeve van de gangbang(s) en/of - die [benadeelde partij 1] bewogen tot het gebruik van GHB en/of - die [benadeelde partij 1] gedwongen, althans bewogen, om (een groot deel van) de opbrengst uit de prostitutiewerkzaamheden en/of gangbangs aan hem, verdachte, af te staan en/of af te dragen;
2. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 september 2008 tot 14 september 2011 te Zoetermeer en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een persoon genaamd [benadeelde partij 2] (geboren op [geboortejaar] 1993) heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij 2] (in de prostitutie), terwijl deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt en/of opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [benadeelde partij 2] immers heeft/hebben verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) - van die [benadeelde partij 2] foto's ten behoeve van (seks)advertenties gemaakt en/of - voor die [benadeelde partij 2] (een) advertentie(s) opgesteld ten behoeve van een sekssite en/of - die [benadeelde partij 2] als escort laten werken en/of - zijn en/of zijn mededaders woning beschikbaar gesteld voor de ontvangst van thuisescorts en/of - die [benadeelde partij 2] vanuit Zoetermeer, althans vanuit enige plaats in Nederland, naar een escortadres (over)gebracht en/of - die [benadeelde partij 2] gedwongen, althans bewogen, om (een groot deel van) de opbrengst uit de prostitutiewerkzaamheden aan hem, verdachte, af te staan en/of af te dragen. Het vonnis waarvan beroep Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Bewezenverklaring Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van van 1 februari 2013 tot en met 23 mei 2013 in Den Haag en/of Delft, althans in Nederland, (telkens) tezamen en in
vereniging
met
een
ander
of
anderen,
althans
alleen, een
persoon
genaamd
[benadeelde partij 1] door dwang en/of geweld en/of één of meer andere feitelijkheden en/of door dreiging met geweld of één of meer feitelijkheden en/of door afpersing en/of misleiding en /of door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en /of door misbruik van een kwetsbare positie heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde partij 1] ( in de prostitutie ) en /of die [benadeelde partij 1] ( telkens ) met één
van
de
voornoemde
middelen
heeft /hebben
gedwongen
en/of
bewogen zich
beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid of diensten (in de prostitutie) en/of seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan wel enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij, verdachte, wist althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat die [benadeelde partij 1] zich daardoor beschikbaar zou(den) stellen tot het verrichten van arbeid of diensten en/of seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling en /of
die
[benadeelde
partij
1], ( telkens ) met
één
van
de
voornoemde
middelen
heeft gedwongen en/of bewogen hem, verdachte, te bevoordelen uit de opbrengst van de seksuele handelingen van die [benadeelde partij 1] met of voor een derde immers heeft/is verdachte - een (seksuele) relatie met die [benadeelde partij 1] aangegaan en /of - die [benadeelde partij 1] voorgesteld en /of op het idee gebracht om (teneinde haar schulden te kunnen betalen) in de prostitutie te gaan werken en /of - tegen die [benadeelde partij 1] gezegd dat het geld dat zij zou verdienen met de prostitutie bedoeld was om samen een bedrijf op te richten en /of - die [benadeelde partij 1] als prostituee laten werken in Den Haag, althans in enige plaats in Nederland, en /of - die [benadeelde partij 1] gedwongen, althans bewogen, hem, verdachte, op de hoogte te houden van het aantal klanten dat zij had en haar daarmee (voortdurend) onder toezicht en /of controle gehouden en /of - die [benadeelde partij 1] bedreigd en/of - die [benadeelde partij 1] voorgesteld en /of op het idee gebracht om mee te doen aan (een) gangbang (s ) - die [benadeelde partij 1] gedwongen, althans bewogen, om (een groot deel van) de opbrengst uit de prostitutiewerkzaamheden en/of gangbangs aan hem, verdachte, af te staan en /of af te dragen; en /of heeft hij, verdachte, in de periode van 1 februari 2013 tot en met 23 mei 2013 in Delft, telkens tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk voordeel getrokken uit de uitbuiting van die [benadeelde partij 1] immers heeft /is verdachte en /of hebben/zijn verdachtes mededader - voor woonruimte gezorgd dan wel woonruimte beschikbaar gesteld ten behoeve van de gangbang ( s )en /of - die [benadeelde partij 1] bewogen tot het gebruik van GHB en/of - die [benadeelde partij 1] gedwongen, althans bewogen, om (een groot deel van) de opbrengst
uit
de
prostitutiewerkzaamheden
en/of gangbangs
aan
hem,
verdachte en /of zijn mededader , af te staan en /of af te dragen; 2. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 september 2008 tot 14 september 201131 januari 2010 te Zoetermeer en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een persoon genaamd [benadeelde partij 2] (geboren op [geboortejaar] 1993) heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest
of
opgenomen, met
het
oogmerk
van
uitbuiting
van
die
[benadeelde partij 2] ( in de prostitutie ) , terwijl deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt en /of opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [benadeelde partij 2] immers heeft /hebben verdachte en /of zijn, verdachtes, mededader (s) - van die [benadeelde partij 2] foto's ten behoeve van (seks)advertenties gemaakt en/of - voor die [benadeelde partij 2] (een) advertentie(s) opgesteld ten behoeve van een seks site en/of - die [benadeelde partij 2] als escort laten werken en /of
- zijn en/of zijn mededaders thuisescorts en /of
woning
beschikbaar
gesteld
- die [benadeelde partij 2] vanuit Zoetermeer , althans Nederland, naar een escortadres ( over ) gebracht en /of
voor
de
vanuit
ontvangst enige
plaats
van in
- die [benadeelde partij 2] gedwongen, althans bewogen, om (een groot deel van) de opbrengst uit de prostitutiewerkzaamheden aan hem, verdachte, af te staan en /of af te dragen. Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken. Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring. Tenzij anders vermeld wordt bij gebruik voor het bewijs van processen-verbaal gedoeld op processen-verbaal in de zin van artikel 344, eerste lid, onder 2, van het Wetboek van Strafvordering. Voor zover geschriften zijn gebruikt, zijn deze slechts gebruikt in samenhang met de inhoud van andere bewijsmiddelen die op hetzelfde feit betrekking hebben. Ten aanzien van feit 1 (slachtoffer [benadeelde partij 1]): De verklaring van de verdachte De verdachte heeft ter terechtzitting in eerste aanleg van 22 juli 2014 verklaard - zakelijk weergegeven -: Heel veel mensen noemen mij [verdachte]. Ik heb [benadeelde partij 1] opgehaald en weggebracht naar de [adres] in Den Haag. Terwijl zij in [adres] werkte, ben ik in Den Haag gebleven. (I)k had wel tegen haar gezegd dat ze me een beetje op de hoogte moest houden over hoe het met haar ging. Ik heb [benadeelde partij 1] wel eens geholpen bij het opstellen van een advertentie. U houdt mij voor dat er naaktfoto’s van [benadeelde partij 1] in mijn computer zijn aangetroffen. Er stonden inderdaad foto’s van [benadeelde partij 1] in mijn computer. 2. Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 9 oktober 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609/RP-1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 93-104): als de op 9 oktober 2013 afgelegde verklaring van verdachte: Op de sites “[website]” en “[website]” plaatste ik voor [benadeelde partij] wel eens advertenties. Er staan foto’s van haar op mijn computer in het mapje “Hoer”. Ik heb [benadeelde partij 1] rond januari 2013 via de site [website] leren kennen. Haar emailadres was [e-mailadres] . Ik heb haar twee keer naar de [adres] gebracht. Ik heb haar ook twee keer naar een feestje in Delft gebracht. Als zij klaar was, belde zij mij op en haalde ik haar vervolgens
op. [benadeelde partij] had een werkruimte gehuurd in de [adres]. Toen [benadeelde partij] in de [adres] ging werken, hebben wij afgesproken dat zij moest sms’en als er een klant bij haar was. Als er problemen waren, dan kon ik snel naar haar toe gaan. Ik deed dit voor haar veiligheid. Zij had gevraagd of ik bij haar in de buurt wilde blijven voor haar veiligheid. V: [benadeelde partij] zegt dat jij die advertentie hebt gemaakt voor gangbangs in Delft? A: Het zou goed kunnen. [medeverdachte] stelde hiervoor de ruimte beschikbaar. Naar mijn weten dat ik haar heb gebracht is twee of drie keer geweest. V: Wat voelde zij voor jou? A: Zij was volgens mij hevig verliefd op mij. V: Hadden jullie ook een seksuele relatie? A: Op de tweede avond en ook hebben wij gezoend. Ik heb wel geld teruggekregen wat ik aan haar had geleend. 3. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 juni 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609 2013069044-5. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 235-236): als relaas van de betreffende opsporingsambtenaren: Wij, verbalisanten, hebben op 23 mei 2013 een informatief gesprek gevoerd met [benadeelde partij 1]. Tijdens dit gesprek kwamen verschillende signalen naar voren dat sprake is geweest van seksuele uitbuiting. [benadeelde partij 1] had [verdachte] via internet leren kennen. Zij had schulden en [verdachte] heeft haar bewogen om als prostituee te gaan werken. [benadeelde partij 1] heeft daarna tweemaal een dag in [adres] (prostitutiestraat) in Den Haag gewerkt. Nadat zij een klant had gehad, kwam [verdachte] het door haar verdiende geld ophalen. [verdachte] gaf aan dat hij dit voor haar zou bewaren, zodat zij samen een bedrijfje konden oprichten. Zij heeft rond de € 800,00 tot € 900,00 per dag verdiend in [adres]. Zij heeft minder dan de helft van die verdiensten teruggekregen van [verdachte]. Zij had ongeveer 2 maanden geleden meegedaan aan een gangbang in Delft en heeft bij die gelegenheid met ongeveer acht mannen seks gehad. De mannen die meededen aan de gangbang, moesten € 150,00 per persoon betalen. Zij heeft van de opbrengst van de gangbang maar € 50,00 ontvangen. De rest van de opbrengst is gegaan naar [verdachte] en de man die zijn huis beschikbaar heeft gesteld voor de gangbang. Deze gangbang was geadverteerd op de [website], met vermelding van de naam [naam]. [verdachte] had de initiatieven genomen en de advertentie geregeld. Een proces-verbaal ‘tweede gesprek [benadeelde partij 1]’ d.d. 4 juli 2013 van de politie Hollands Midden. Dit proces-verbaal houdt onder meer in zakelijk weergegeven - (blz. 272-273):
als relaas van deze opsporingsambtenaren: Op 2 juli 2013 hebben wij nogmaals met [benadeelde partij 1] gesproken. Zij heeft ons het volgende verteld. Zij had vijfmaal of zesmaal meegedaan aan een gangbang in Delft.
Zij had ook onder de naam [naam] in advertenties gestaan op internet. Ook heeft zij zich [naam] moeten noemen van [medeverdachte] en [verdachte]. Zij moest [naam] wel eens vervangen. [medeverdachte] stelde zijn woning beschikbaar voor gangbangs. In [adres] heeft zij twee dagen gewerkt van 9:00 uur tot 0:30 uur en heeft toen ongeveer € 800,00 per dag verdiend. Via een sms-bericht moest zij aan [verdachte] doorgeven als zij een klant had en wanneer zij klaar was. Elke keer als zij in totaal € 250,00 had verdiend, dan kwam [verdachte] langs om het door haar verdiende geld op te halen. Uiteindelijk heeft zij ongeveer de helft van haar verdiensten teruggekregen van [verdachte]. Zij wil niets meer met [verdachte] te maken hebben, omdat zij bang voor hem is. 5. Het proces-verbaal van de rechter-commissaris , belast met de behandeling van strafzaken in de arrondissements-rechtbank te Den Haag van 15 mei 2014. Dit procesverbaal houdt onder meer in – zakelijk weergegeven -: als de op 15 mei 2014 tegenover deze rechter-commissaris afgelegde verklaring van [benadeelde partij 1]:
[verdachte] deed zich voor als [verdachte] (nr. 2). Er is een relatie ontstaan. Ik was super verliefd op [verdachte] (nr. 7). Ik ben door [verdachte] in de prostitutie gaan werken. Ik kreeg geld van [verdachte] en dat geld moest terugbetaald worden. Ik had op dat moment geen uitkering of geld om van te leven. (nr. 8). Ik heb tegen [verdachte] mijn hele levensverhaal verteld. Hij heeft misbruik gemaakt van de situatie. Ik was kwetsbaar en naïef. Met zijn mooie praatjes dat wij samen zouden gaan wonen en samen een toekomst op zouden gaan bouwen. Ik en [verdachte] spraken met elkaar over snel geld verdienen. Ik had schulden. Hij zei dat we samen in zijn huis zouden gaan wonen, maar dat er wel snel geld moest gaan komen. Ik moest het een keer met zijn vriend doen en zo ben ik erin gerold. Ik heb aanvankelijk tegen hem gezegd dat ik het niet met zijn vriend wilde doen. Ik had op dat moment echter geen geld. Ik heb het toen toch maar gedaan om er sneller vanaf te zijn en gelukkig te zijn (nr. 10). U vraagt mij hoe het verder is gegaan. Toen kwam er een gangbang met meerdere oudere mannen van rond de zestig jaar. Vervolgens heb ik in een straat gewerkt in Den Haag (nr. 11). In die straat, [adres], heb ik twee keer gewerkt. Ik ben daar afgezet door [verdachte]. Ik wilde weglopen, maar [verdachte] heeft mij toen opgebeld en tegen mij gezegd dat ik terug moest lopen. Dit vond plaats toen ik daar de eerste keer was. [verdachte] heeft mij in de kamer uitgelegd wat ik daar moest doen. Elke keer als ik in totaal € 250,00 had, dan kwam hij dat ophalen. Wij hadden afspraken gemaakt over hoeveel ik moest vragen. Ik moest € 20,00 vragen. Ik heb tweemaal negen uur achter elkaar gewerkt in [adres]. Twee of drie weken nadat ik voor de eerste keer in [adres] heb gewerkt, heb ik voor de tweede keer in [adres] gewerkt. Volgens mij heb ik in februari/maart van 2013 in de [adres] gewerkt (nr. 12) Ik denk dat ik daar rond de € 700,00 of € 800,00 per dag heb verdiend. Ik hield daar zelf € 400,00 van over. [verdachte] schoot de eerste keer de huur van de kamer voor. Van die € 400,00 moest er nog € 175,00 kamerhuur vanaf. De tweede keer heb ik de kamerhuur zelf moeten betalen (nr. 13). Er hebben vier of vijf gangbangs plaatsgevonden. De gangbangs vonden plaats in de woning van [medeverdachte] in Delft. De gangbangs hebben ook plaatsgevonden, nadat ik in [adres] had gewerkt (nr. 14).
[medeverdachte] had klanten geregeld via een website. [verdachte] deed dit ook. Op die site werd aangekondigd dat er een gangbang-party zou gaan plaatsvinden, waarvoor mannen zich vervolgens konden aanmelden. De mannen moesten € 150,00 per persoon betalen. De laatste keer dat ik had deelgenomen aan een gangbang, moesten ze € 100,00 per persoon betalen. Ik kreeg daar weinig van, omdat [medeverdachte] veel inhield (nr. 15). U vraagt mij of [verdachte] hier ook een rol in had. Ja. Hij beschermde mij (nr. 16). Ik kreeg geld van [verdachte], als ik naar een gangbang was geweest. Ik neem aan dat [medeverdachte] dat geld aan [verdachte] had gegeven en dat de mannen aan [medeverdachte] betaalden (nr. 17).
(nr. 19). U vraagt mij hoe het is gegaan met die gangbangs. [verdachte] had mij erover verteld en hij beschikte over een paar nummers die ik moest bellen. Ik heb die nummers gebeld en toen heb ik een datum doorgegeven. Het waren nummers van mannen die een gangbang organiseerden.
(nr. 21). Ik heb met [medeverdachte] besproken dat ik mee wilde doen met gangbangs. Ik had [verdachte] meegenomen(nr. 22). [verdachte] deed wel eens mee met een gangbang, als ik niet goed mijn best deed. De laatste keer dat ik meedeed aan een gangbang, had ik er geen zin meer in. [verdachte] zag dat en zei dat ik door moest gaan (nr. 23). 6. Een proces-verbaal van bevindingen [adres] d.d. 18 juli 2013 van de politie Hollands Midden met nr. Rp-1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 284-288): als relaas van de betreffende opsporingsambtenaren: Op 17 juli 2013 hebben wij, verbalisanten, het kantoor van [kantoor], gevestigd aan [adres] te Den Haag bezocht. Wij spraken met een van de beheerders. Zij haalde een stapel kopieën van identiteitsbewijzen uit de kast. Hierbij zat een kopie van het paspoort van [benadeelde partij 1]. 7. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 juli 2013 van de politie Eenheid Den Haag. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 290-294): als relaas van de betreffende opsporingsambtenaar: Ik,
verbalisant,
ben
op
het
internet
naar
de
site [website]
(http://www.hookers.nl) gegaan. Deze site betreft een openbare bron. Op voornoemde site zijn plattegronden te raadplegen van een groot aantal, zich in Nederland bevindende, gebieden voor raamprostitutie. Door met de muis op een object te gaan staan verschijnt een pop-up met namen van vrouwen aan wie de betreffende ruimte verhuurd is (geweest). Door op een naam te klikken verschijnt er een nieuw venster waarin recensies van de betreffende vrouw te lezen zijn. Op de hierboven beschreven wijze kwam ik, verbalisant, op de plattegrond bij pandnummer van de [adres] te ’s-Gravenhage.
In een recensie, geplaatst op 5 april 2013, die bij het aanklikken van de naam [naam] tevoorschijn komt, is het volgende te lezen: “Nieuwe leuke dame uit Holland, blonde lange haar en blauwe ogen nieuw in dit mooie vak tits beetje slap en buik van kinderen” Het is bekend dat [benadeelde partij] twee zoontjes heeft en dat zij lang blond haar heeft. Ook heeft [benadeelde partij] in een eerder gesprek met de politie verklaard dat ze onder de naam [naam] in advertenties op het internet heeft gestaan. Verder valt op te merken dat er slechts 2 recensies over Bella zijn geplaatst, te weten op 5 april en 6 april 2013. [benadeelde partij] heeft verklaard dat zij tweemaal een dag in de [adres] heeft gestaan. 8. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 juni 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609 2013069044-8. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 238-245): als relaas van deze opsporingsambtenaar: Naar aanleiding van een informatief gesprek dat heeft plaatsgevonden met [benadeelde partij 1] op 23 mei 2013 (griffier: zie onder bewijsmiddel 3), heb ik op 24 mei 2013 op internet gezocht op de trefwoorden: “[naam]”, “gangbang” en “Delft”. Dit leverde als resultaat
het
volgende
IP-adres
op:[website]
(http://www.sexjobs.n1/sexjobs/gangbang/gangbang-zaterdag11-mei-met-amber 2991181) . Een afdruk van deze pagina is als bijlage gevoegd bij dit proces-verbaal met de volgende inhoud. Gangbang zaterdag 11 mei met [naam] Naam: [naam] Provincie: Zuid-Holland (NL) Telefoon: [telefoonnummer] Ik ben [naam] 21 jaar (…) 160 lang. Heb blond haar (…) Wat kan je verwachten? De gangbang vindt plaats in delft. (…) De kosten voor de gangbang zijn euro 125.
9. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 19 september 2013 van de Politie Hollands Midden met nr. PL1609/RP-1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 382): als relaas van deze opsporingsambtenaar: Er heeft onderzoek plaatsgevonden naar het telefoonnummer dat bij de advertentie van [naam] stond vermeld. Dit betreft het nummer: [telefoonnummer]. Uit onderzoek is gebleken dat vanaf dit nummer op 19 april 2013 een sms-bericht is verstuurd naar het telefoonnummer van [benadeelde partij 1]. Vanaf dit nummer vermeld bij de advertentie van [naam] werd op 29 maart 2013 gebeld naar het telefoonnummer dat in gebruik is bij verdachte. Vanaf het telefoonnummer dat in gebruik is bij [medeverdachte], is in de periode van 3 mei 2013 tot en met 22 mei 2013 vijfmaal gebeld naar het onderzochte nummer.
10. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 oktober 2013 van de Politie Eenheid Den Haag met nr. 09-767176-13. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 441-442): als relaas van deze opsporingsambtenaren: Op de computer van verdachte is een bestandsmap aangetroffen getiteld “hoer” waarin 41 pornografische afbeeldingen waren opgeslagen. Wij zagen dat de foto’s pornografische afbeeldingen betroffen van een vrouw die seksuele handelingen verrichtte met één of meerdere mannen. Ik, verbalisant [verbalisant], herkende de vrouw op de foto’s als [benadeelde partij 1]. 11. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 5 februari 2014 van de Politie Eenheid Den Haag met nr. PL1609/RP-13 90223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 2295-2308): als de op 5 februari 2014 afgelegde verklaring van [getuige]: Ik ken [medeverdachte] ongeveer 2 jaar. [medeverdachte] organiseerde feestjes. Ik ben daar ook wel eens bij aanwezig geweest. Hij nodigde mensen uit via de website “[website]”. Hij plaatste erotische foto’s op die site, waarop mensen konden reageren. De feestjes betroffen feestjes voor mannen. Ik moest € 50,00 betalen om mee te doen, de andere mannen moesten € 100,00 per persoon betalen. Bij zo’n feestje betaalden de mensen aan [medeverdachte]. Het is wel eens voorgekomen dat er foto’s zijn gemaakt tijdens zo’n feestje, terwijl ik daarbij aanwezig was. Er waren toen vijf mensen aanwezig op dat feestje, waaronder het meisje dat had gereageerd op een advertentie van [medeverdachte]. De vriend van het meisje dat had gereageerd, was daar ook bij aanwezig. U toont mij foto 1 (blz. 2302). Dit is de vriend van dat meisje. U toont mij foto 2 (blz. 2303) en foto 3 (blz. 2304). Op deze foto’s staat het meisje afgebeeld, over wie ik zojuist heb verklaard. U toont mij foto 4 (blz. 2305). Volgens mij sta ik op deze foto afgebeeld. Links op de foto is volgens mij de vriend te zien van het meisje met wie ik op de foto sta. Ik heb met een stuk of 6 feestjes meegedaan. Ik ben misschien bij meer feestjes aanwezig geweest. 12. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 17 februari 2014 van de politie Eenheid Den Haag met nr. PL1609/RP 1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 2360-2372): als de op 17 februari 2014 afgelegde verklaring van [getuige]: Als er een gangbang plaatsvond, dan betaalden de mannen aan [medeverdachte]. U toont mij foto 5 (blz. 2370). Op deze foto is het meisje te zien van de gangbang. Ik heb over haar verklaard in mijn vorige verklaring. U vraagt mij wat ik vind van de foto. Ik herken mezelf op de foto. Grover dan dit kon niet. De vriend van dat meisje was bij de gangbang aanwezig. Zij was verliefd op hem. Op deze foto ziet ze er niet echt vrolijk uit. U toont mij foto 6 (blz. 2371). Dat ziet er niet vrolijk uit. Ze moest ook nog even kokhalzen. Haar vriend gaf aanwijzingen over de foto’s. Er zijn ook foto’s gemaakt waarop is te zien dat ik haar beet heb aan haar haar en haar hoofd omhoog houdt. Haar vriend vroeg hier om. Ik heb voor deze gangbang € 50,00 betaald aan [medeverdachte]. 13. Een geschrift, inhoudend een verhoor getuige van de politie Hollands Midden met nr. PL1609/RP-13900223. Dit geschrift houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 2374-2384):
als de op 4 maart 2014 afgelegde verklaring van [getuige 2]: Ik denk dat ik [medeverdachte] in maart 2013 heb leren kennen als klant van het escortbureau waar ik voor werkte. Hij geeft feestjes. Je kunt daar geld verdienen. Met een feestje bedoel ik een gangbang. Een gangbang is een soort seksparty waarbij meerdere mannen aanwezig zijn en één of twee vrouwen. Eenmaal in de twee weken organiseerde [medeverdachte] een dergelijk feest. [medeverdachte] regelde de advertentie, de klanten en de verdeling van het geld. U toont mij foto 6 (blz. 2384). Ik ken deze man als [verdachte]. Hij kwam bij [medeverdachte] over de vloer. Hij bracht ook wel eens meiden mee. 14. Een proces-verbaal van bevindingen gesprek BJZ Katwijk d.d. 11 juli 2013 van de politie Hollands Midden. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven (blz. 277-278): als relaas van deze opsporingsambtenaren: Op 11 juli 2013 hebben wij een gesprek gevoerd met mw. H. Hermans van Bureau Jeugdzorg in Katwijk (BJZ). Hermans heeft het volgende omtrent [benadeelde partij 1] verklaard. [benadeelde partij 1] is een vrouw met een verstandelijke beperking. Zij is zeer naïef en beïnvloedbaar, zeker als mensen aardig voor haar zijn. Zij is daarom kwetsbaar voor misbruik. De twee kinderen van [benadeelde partij 1] zijn uit huis geplaatst via BJZ, nadat [benadeelde partij 1] had aangegeven dat zij bang was voor [verdachte]. [benadeelde partij 1] had aangegeven dat zij zich niet veilig voelde, omdat [verdachte] haar bedreigde en dat zij voor [verdachte] in de prostitutie had gewerkt. [benadeelde partij 1] had toegegeven dat zij zich had geprostitueerd en aan verschillende gangbangs had meegedaan. Dit was via [verdachte] geregeld. [benadeelde partij 1] heeft schulden.
15. Een proces-verbaal d.d. 22 juli 2013 van de politie Hollands Midden. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 296-297): als relaas van deze opsporingsambtenaren: Op 22 juli 2013 hebben wij gesproken met mw. C. van den Burg. Zij is namens de stichting MEE de begeleidster van [benadeelde partij 1]. De Stichting MEE Zuid-Holland Noord ondersteunt mensen met een beperking. Van den Burg heeft het volgende verklaard. [benadeelde partij 1] heeft verstandelijke beperkingen. [benadeelde partij 1] zit dik in de schulden. [benadeelde partij 1] is een jonge vrouw die door haar naïviteit, goedgelovigheid en beïnvloedbaarheid zeer kwetsbaar is.
Ten aanzien van feit 2 (slachtoffer [benadeelde partij 2]): 1. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 oktober 2013 van de politie Haaglanden met nr. PL15J2-2013168424-4. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 351-354): als relaas van deze opsporingsambtenaren: Op 1 oktober 2013 hebben wij een intakegesprek gevoerd met [benadeelde partij 2]. Zij heeft toen het volgende verklaard:
Op haar veertiende had zij voor het eerst seks met [verdachte]. Ze is op haar vijftiende begonnen in de prostitutie. Zij is prostitutiewerk gaan doen omdat [verdachte] dat wilde. Zij deed dit werk omdat ze verliefd was op [verdachte]. Soms werkte ze vijf dagen per week in de prostitutie. [verdachte] had [benadeelde partij 2] naar [medeverdachte 2] (verder: [medeverdachte 2]) gebracht. [medeverdachte 2] had tegen haar gezegd dat het prostitutiewerk het idee van [verdachte] was. Soms werkte ze elke dag. Soms werkte ze om de dag. [benadeelde partij 2] stond op verschillende sekssites zoals “[website]” en “[website]”. [medeverdachte 2] had de advertentie opgesteld. In de advertentie stond een telefoonnummer van [medeverdachte 2] vermeld. Nadat [benadeelde partij 2] had gewerkt,
werden
haar
verdiensten
verdeeld
tussen
haar,
[medeverdachte
2]
en
[verdachte]. [medeverdachte 2] kreeg geld omdat het plaatsvond in haar woning. [verdachte] had gezegd dat het geld bedoeld was om een BV op te richten. [benadeelde partij 2] ontving haar klanten in de woning van [medeverdachte 2]. Later heeft [benadeelde partij 2] nog een paar keer escort-werkzaamheden verricht met [verdachte]. Als zij € 1000,00 had verdiend, hield zij daar zelf € 300,00 van over. Het overige deel van haar verdiensten ging naar [verdachte] en [medeverdachte 2]. Ze heeft tot haar zeventiende prostitutiewerk gedaan. [verdachte] heeft tegen haar gezegd dat er meerdere meisjes voor hem werken. 2. Een proces-verbaal van verhoor aangeefster d.d. 9 oktober 2013 van de politie Haaglanden met nr. PL15J2-2013168424-5. Dit proces-verbaal houdt onder meer in zakelijk weergegeven - (blz. 358-366): als de op 8 oktober 2013 afgelegde verklaring van [benadeelde partij 2]: Kort nadat ik [verdachte] voor het eerst had ontmoet, zijn we naar [adres] gegaan. Hij ging daar naar toe om geld op te halen. [verdachte] vertelde mij dat hij daar meisjes achter het raam had staan. Toen hij terugkwam, vertelde hij dat hij geld had opgehaald. Op mijn veertiende hebben ik en [verdachte] voor het eerst seks met elkaar gehad. [benadeelde partij 3], die op dat moment 13 jaar oud was, was daar ook bij aanwezig en heeft toen ook seks met [verdachte] gehad. Ik vond hem heel erg leuk. [verdachte] begon op mijn vijftiende voor het eerst over prostitutiewerk. Hij vroeg of ik geld wilde verdienen. Ik zei dat ik dat wel wilde. Toen vroeg hij of ik het dan met een vriend van hem wilde doen en gaf aan dat ik daar geld voor kon krijgen. Ik maakte hieruit op dat ik seks met die vriend van hem moest hebben. We kregen ruzie. [verdachte] zei dat we geld konden verdienen en dat hij meer meisjes kende die dat deden. Hij zei dat hij met mij geld kon verdienen en dat we samen later een BV konden oprichten. Ik wist eigenlijk niet wat hij daar mee bedoelde. Ik weet nog steeds niet wat een BV is. U vraagt mij wanneer het prostitutiewerk
daarna
weer
ter
sprake
is
gekomen.
Hij
heeft
me
gewoon
bij
[medeverdachte 2] afgezet. Ik moest aan haar mijn telefoonnummer geven. Zij liet mij op haar laptop zien hoe mensen konden bieden via de site “[website]”. Twee weken later heb ik seks gehad met mijn eerste klant. U vraagt mij hoe ik wist wat ik moest doen als prostituee. [medeverdachte 2] heeft mij uitgelegd wat ik moest zeggen, wat ik moest vragen en wat ik moest bespreken met een klant. Het geld dat ik zou gaan verdienen was bedoeld voor die BV. 3. Een proces-verbaal van verhoor aangeefster d.d. 21 oktober 2013 van de politie Haaglanden met nr. PL15J2-2013168424-6. Dit proces-verbaal houdt onder meer in zakelijk weergegeven - (blz. 426-436): als de op 21 oktober 2013 afgelegde verklaring van [benadeelde partij 2], geboren op [geboortejaar] 1993:
U vraagt mij hoe het prostitutiewerk is begonnen. Ik heb één klant of twee klanten ontvangen in de woning van [medeverdachte 2], toen zij met vakantie was. Toen zij terugkwam heeft zij het verder geregeld. [medeverdachte 2] heeft mijn advertentie opgesteld voor de site [website]. [verdachte] heeft foto’s gemaakt voor de advertentie. Ik heb met [medeverdachte 2] afgesproken dat ik € 150,00 per uur zou krijgen en dat de rest in een spaarpot zou gaan. U vraagt mij wat [verdachte] zei over het geld. [verdachte] zei dat we gingen sparen, dat ik € 150,00 per uur zou krijgen en dat ik de rest aan [medeverdachte 2] moest geven. Ik had seks in de slaapkamer van [medeverdachte 2]. [medeverdachte 2] vertelde mij op een gegeven moment dat ik was genaaid door haar en [verdachte] en dat het geld op was. Ik ontving 3 keer per week klanten. Zij verdiende altijd meer aan een klant dan ik. Ik denk dat dit ongeveer 3 maanden heeft geduurd. Nadat [medeverdachte 2] had verteld dat mijn verdiende geld was verdwenen, ben ik nog twee maanden doorgegaan. Ik sprak een keer per week met [verdachte] af. We hadden dan ook seks. [verdachte] vertelde dat hij weg zou gaan bij zijn vriendin en wij een relatie met elkaar zouden krijgen als hij haar aan de kant had gezet. Hij zei ook altijd dat hij mij voor zou gaan stellen aan zijn ouders als ik 18 jaar was. Aangezien ik echt verliefd op hem was, hoopte ik dat hij weg zou gaan bij zijn vriendin en dat wij wat met elkaar zouden krijgen. Hij beloofde het altijd, maar het is nooit gebeurd. [verdachte] had nooit tijd voor mij, behalve als ik zei dat ik een klant had. Als ik dat zei, dan was hij binnen twee seconden bij me om me weg te brengen vanuit mijn huis in Zoetermeer naar het huis van [medeverdachte 2]. In januari/februari 2010 ben ik gestopt bij [medeverdachte 2]. Ik ging zelf klanten werven. [verdachte] heeft me toen tweemaal naar een klant gebracht. Ik was op dat moment l6 jaar oud. 4. Een proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 19 november 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609/RP 13-90223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in zakelijk weergegeven - (blz. 148B-148G): als de op 19 november 2013 afgelegde verklaring van K[medeverdachte 2]: [verdachte] vertelde mij dat hij een meisje kende die seks had in de kelder van haar vader. Hij wilde dat ik haar zou helpen totdat hij woonruimte had geregeld. Hij wilde dat zij in mijn huis kon werken, als ik niet thuis was. Dit gesprek vond plaats rond augustus 2009. Ik heb toen mijn huissleutel aan [verdachte] gegeven. Hij kwam twee of drie keer week naar mijn huis om dat te doen. Zij had tegen mij verteld dat [verdachte] had gezegd dat hij een bedrijf ging openen en dat zij daar voor moest sparen. Hij had tegen haar gezegd dat ik het geld bewaarde dat zij verdiende. Ik zag dat zij heel erg verliefd was op die jongen. Zij had ook seks met hem. Ik denk dat [benadeelde partij 2] ongeveer 25 keer bij mij thuis is geweest. Zij kwam altijd samen met [verdachte] naar mijn woning. [verdachte]
plaatste
advertenties
op
sites,
voornamelijk
op
de
site[website]
(www.sexjobs.nl) . [benadeelde partij 2] had mij een keer huilend opgebeld en verteld dat zij had gewerkt en dat ze al haar geld kwijt was. Ze was best een naïef meisje en ze was verliefd. Hij had tegen haar verteld dat ik geld spaarde voor hun bedrijf. Zij heeft ongeveer 2 maanden bij mij thuis gewerkt van juli tot oktober. Ik weet niet hoeveel mannen er dan langskwamen. Misschien kwamen er dan vier of vijf mannen per dag langs. Volgens mij rekende zij € 100,00 per uur.
5. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 22 oktober 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609/RP 1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 850-854): als de op 22 oktober 2013 afgelegde verklaring [benadeelde partij 3]:
Ik ging met [benadeelde partij 2] om in het schooljaar 2007/2008. Ik was toen 13 jaar en [benadeelde partij 2] was 14 jaar. Wij hebben [verdachte] leren kennen bij het winkelcentrum De Vlieger in Zoetermeer. Ik en [benadeelde partij 2] hebben seks met [verdachte] gehad. [verdachte] wist dat ik toen 13 jaar oud was en [benadeelde partij 2] 14 jaar oud. In die tijd had [benadeelde partij 2] seks met [verdachte]. Ik heb gehoord dat [benadeelde partij 2] voor hem werkte. Ik vernam op een gegeven moment dat [benadeelde partij 2] voor [verdachte] in de prostitutie werkte. [verdachte] heeft zelf tegen mij verteld dat hij samen met [benadeelde partij 2] naar een stel toeging, dat zij met z’n vieren seks hadden en dat hij en [benadeelde partij 2] daarvoor betaald kregen. Hij vertelde dit eind 2010, begin 2011.
6. Een proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 8 oktober 2013 van de politie Hollands Midden met nr. PL1609/ 1390223. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 780-790): als de op 8 oktober 2013 afgelegde verklaring van [getuige 4]: Ik heb [verdachte] via [benadeelde partij 2] leren kennen. We waren samen in het weekend en zij had een soort van relatie met hem. [benadeelde partij 2] heeft gewerkt op haar veertiende. [verdachte] heeft haar naar mannen gebracht en zij moest daar toen seks hebben. Ik denk dat hij en anderen [benadeelde partij 2] onder druk hebben gezet om in de prostitutie te gaan werken. Dit heeft [benadeelde partij 2] mij verteld. Hij vertelde dat zij dat zelf wilde doen en dat hij daar wel wat aan kon verdienen. [benadeelde partij 2] vertelde dat ze via de site [website] aan klanten kwam voor de prostitutie.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op: mensenhandel en mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Het onder 2 bewezen verklaarde levert op: mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen onder de omstandigheid dat de persoon ten aanzien van wie het feit wordt gepleegd de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt en mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Strafbaarheid van de verdachte Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Vordering van de advocaat-generaal De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep - met aanvulling van niet op schrift gestelde bewijsmiddelen - zal worden bevestigd behoudens de daarin opgenomen beslissing omtrent de vordering van de benadeelde partij en de kennelijk per abuis niet opgenomen beslissingen omtrent de in beslag genomen en nog niet teruggegeven goederen.
Strafmotivering Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. De verdachte heeft zich met zijn mededader(s) op bewezenverklaarde wijze schuldig gemaakt aan mensenhandel van [benadeelde partij 1] (destijds 21 jaar) en [benadeelde partij 2] (destijds 15/16 jaar) door hen te bewegen zich beschikbaar te stellen tot het tegen betaling verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde, een en ander op de wijze zoals bewezen is verklaard. [benadeelde partij 1] had een verstandelijke beperking en [benadeelde partij 2] was minderjarig. Door aldus te handelen heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan ernstig strafbare feiten waarbij hij, met miskenning van de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers, zijn eigen financieel gewin op de voorgrond heeft gesteld. De ervaring leert dat slachtoffers van dergelijke feiten nog gedurende lange tijd psychische en emotionele schade daarvan kunnen ondervinden. Daarnaast heeft de verdachte zich met zijn mededader schuldig gemaakt aan het opzettelijk voordeel trekken uit seksuele handelingen van die [benadeelde partij 1] en minderjarige [benadeelde partij 2] met een derde tegen betaling. Beide slachtoffers moesten (een deel van) de door hen ontvangen geldbedragen afstaan dan wel afdragen aan de verdachte en/of zijn mededader. Het hof acht het handelen van de verdachte bijzonder kwalijk. Zijn handelen getuigt van een gebrek aan respect voor vrouwen, die hij louter voor eigen geldelijk gewin als handelswaar heeft ingezet. Daarnaast rekent het hof de verdachte aan dat hij de beide jonge vrouwen die reeds bijzonder kwetsbaar waren vanwege hun leeftijd en/of problematische achtergrond op doortrapte wijze heeft bespeeld door hun vertrouwen te winnen en hen een mooie toekomst voor te spiegelen. Door aldus te handelen heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan zeer ernstige misdrijven waarop niet anders kan worden gereageerd dan met een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur. Het hof heeft in het nadeel van de verdachte acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 13 januari 2015, waaruit blijkt dat de verdachte reeds eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten. Dat heeft hem er kennelijk niet van weerhouden de onderhavige feiten te plegen.
Voor wat betreft de persoon van de verdachte heeft het hof acht geslagen op de inhoud van de tot het persoonsdossier van de verdachte behorende rapportages, zoals hieronder weergegeven:
• • •
een reclasseringsadvies d.d. 4 november 2013; een reclasseringsadvies (re-integratieplan) d.d. 6 november 2014, en een Pro Justitia (psychologisch) rapport d.d. 30 december 2013.
Deze rapportages beschrijven geen persoonlijke omstandigheden van zodanige aard dat deze een matigende invloed zouden moeten hebben op de op te leggen straf.
Het hof is - alles overwegende en in overeenstemming met de vordering van de advocaatgeneraal - van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.
Vordering tot schadevergoeding van [benadeelde partij 2] In het onderhavige strafproces heeft mr. M.G. Cantarella zich als gemachtigde namens [benadeelde partij 2] als benadeelde partij gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van geleden materiële en immateriële schade als gevolg van het aan de verdachte onder 2, eerste en tweede cumulatief/alternatief, ten laste gelegde, tot een bedrag van € 33.800,--, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade. Dit bedrag betreft materiële schade ad € 18.800,-- en immateriële schade ad € 15.000,--. In hoger beroep is deze vordering aan de orde tot dit in eerste aanleg gevorderde en in hoger beroep gehandhaafde bedrag van € 33.800,--, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot hoofdelijke toewijzing van een gedeelte van de vordering van de benadeelde partij tot een bedrag van € 20.000,--, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel. De vordering van de benadeelde partij is door en namens de verdachte betwist.
Het hof overweegt als volgt:
Materiële schade: De benadeelde partij berekent de schade aldus: 3 klanten per week à € 400,-- per klant; 27 weken x € 1.200,-- per week levert op € 32.400,--. 4 keer € 800,-- gemiddeld verdiend, levert op € 3.200,--; hiervan 4 x € 150,-- behouden door benadeelde partij, derhalve € 600,--. Afdracht 50% aan verdachte is € 16.200,-- + € 2.600,--, Derhalve totale afdracht aan verdachte is € 18.800,--. Wat betreft de materiële schade stelt het hof voorop dat het bewezen acht dat verdachte voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van aangeefster/de benadeelde partij. Uit de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen leidt het hof af dat de uitbuiting een aanvang heeft genomen in augustus 2009 (verklaring getuige [getuige] d.d. 19 november 2013) en
ongeveer geëindigd is in januari/februari 2010, toen aangeefster 16 jaar oud was (verklaring aangeefster d.d. 21 oktober 2013). Dit brengt mee dat het hof zal uitgaan van een periode van ongeveer zes maanden, 27 weken, waarin aangeefster inkomsten aan verdachte heeft moeten afdragen. Wat betreft de hoogte van de inkomsten heeft aangeefster op 21 oktober 2013 verklaard dat zij zelf € 150,-- per uur zou krijgen en dat de rest afgedragen werd. Van [getuige] vermoedt dat aangeefster € 100,-- per uur rekende. Het hof acht een bedrag van € 100,-- per uur volstrekt niet aannemelijk, aangezien aangeefster indertijd 15 jaar oud was en het hof als gespecialiseerde mensenhandelkamer er ambtshalve mee bekend is dat de uurtarieven voor prostituees van deze leeftijd aanzienlijk hoger liggen. Een 15-jarige prostituee van Nederlandse afkomst die nog geen kinderen heeft gehad, bedient, economisch gezien, een niche-markt en is werkzaam in een ander
segment
dan
waarin
€
100,--
per
uur
wordt
gerekend
voor
prostitutie-
werkzaamheden. Mede bezien tegen de achtergrond van hetgeen het hof ambtshalve bekend is omtrent de tarieven voor prostitutiewerkzaamheden begroot het hof naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid de door aangeefster indertijd verrichte werkzaamheden op een tarief van € 300,-- per klant. Voorts heeft aangeefster verklaard dat de anderen altijd meer aan een klant verdienden dan zijzelf (verklaring 21 oktober 2011). [getuige] bevestigt dat aangeefster haar heeft verteld dat zij [getuige] het geld bewaarde dat aangeefster verdiende. Dit brengt mee dat een afdracht van 50%, overeenkomstig de stellingen van de benadeelde partij, redelijk is. Het voorafgaande leidt het hof tot het volgende: 27 weken x 3 klanten x € 300,-- levert op: € 24.300,-Afdracht 50% = 12.150,--. 4 keer € 800,-- gemiddeld verdiend, levert op € 3.200,--; hiervan 4 x € 150,-- behouden door benadeelde partij, derhalve € 600,--. € 3.200,-- minus € 600,-- levert op € 2.600,--. € 12.500,-- + € 2.600,-- levert op € 15.100,= aan te vergoeden materiële schade.
Immateriële schade De benadeelde partij heeft aangevoerd dat zij door [verdachte] in aanraking kwam met prostitutie en verschillende soorten drugs. Op haar middelbare school is doorverteld dat zij in de prostitutie werkte. Zij is van school afgegaan en het is niet gelukt de middelbare school af te maken. Zij heeft niet kunnen weten wat voor stempel werken in de prostitutie op de rest van haar leven zou drukken. Bij de bepaling van de hoogte van de immateriële schade gaat het hof uit van de navolgende feiten en omstandigheden: De benadeelde partij heeft door toedoen van verdachte 27 weken in de prostitutie gewerkt. Zij ontving gemiddeld drie klanten per week. Zij was 15 jaar oud toen zij met dit werk begon. Zij heeft geen middelbare school diploma en ondervindt psychische gevolgen. Het hof heeft bij de bepaling van de hoogte van deze schade gelet op de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend. Het hof komt daarbij tot een lager bedrag dan gevorderd. De door de raadsman aangedragen voorbeelden uit de Smartengeldgids van de ANWB betreffen situaties waarin het misbruik veel langer heeft geduurd, er sprake was van (ernstig) geweld en de uitbuiting veel schrijnender, zonder daarbij iets af te willen doen aan hetgeen de benadeelde partij is overkomen.
Alles afwegend begroot het hof de immateriële schade naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid op € 5.000,--. De jeugdige leeftijd van de benadeelde partij ten tijde van de bewezenverklaarde feiten, de duur van de uitbuiting en de op financieel gewin beluste houding van de verdachte is daarbij zeer zwaarwegend geweest voor het hof. Het hof heeft bewezen geacht dat verdachte dit feit tezamen en in vereniging heeft gepleegd met [getuige]. De vordering van de benadeelde partij zal derhalve hoofdelijk worden toegewezen tot een bedrag van € 20.100,--. De gevorderde wettelijke rente over deze bedragen zal worden toegewezen vanaf 1 september 2008 tot aan de dag der algehele voldoening Hoewel de vordering is ingediend en gehandhaafd door een advocaat en deze in hoger beroep de gehele (langdurige) zitting heeft bijgewoond, zijn geen kosten ter zake gevorderd. Dit brengt mee dat het hof ervan uit zal gaan dat tot op heden de kosten dienen te worden begroot op nihil. De verdachte dient derhalve te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, welke kosten het hof vooralsnog begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken. Voor het overige zal de vordering van de benadeelde partij niet ontvankelijk worden verklaard. Betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 2] Nu vaststaat dat de verdachte tot een bedrag van € 20.100,-- aansprakelijk is voor de schade die door het onder 2, eerste en tweede cumulatief/alternatief, bewezen verklaarde is toegebracht, zal het hof aan de verdachte de hoofdelijke verplichting opleggen dat bedrag aan de Staat te betalen ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 2], vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment van het ontstaan van de schade.
Beslag De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de op de beslaglijst onder 2 tot en met 9 genoemde voorwerpen verbeurd zullen worden verklaard. De advocaat-generaal heeft voorts gevorderd dat het op de beslaglijst onder 1 genoemde voorwerp zal worden teruggegeven aan de verdachte. Met betrekking tot de in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen overweegt het hof het volgende. Het hof zal de op de - in kopie aan dit arrest gehechte - beslaglijst onder de nummers 2 t/m 9 genoemde voorwerpen verbeurd verklaren, nu het voorwerpen zijn die aan de verdachte toebehoren en met betrekking tot welke het bewezen verklaarde is begaan. Het hof heeft hierbij rekening gehouden met de draagkracht van verdachte. Ten aanzien van het in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp als opgenomen onder 1 op de in kopie aan dit arrest gehechte lijst van in beslag genomen voorwerpen, zal het hof de teruggave gelasten aan de verdachte. Het hof geeft in overweging dat kopieën van foto’s en films van verdachtes overleden grootmoeder en van vakanties opgeslagen in het geheugen van de apparaten als vermeld onder de nummers 2, 4, 5 en 6 op de in kopie aan dit arrest gehechte lijst van in beslag genomen voorwerpen, aan de verdachte - na plaatsing daarvan op een cd-rom - worden gegeven.
Toepasselijke wettelijke voorschriften Het hof heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36f, 57, 63 en 273f van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.
BESLISSING
Het hof: Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht: Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan. Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij. Verklaart het onder 1 en 2 bewezen verklaarde strafbaar en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden .
(dertig)
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurd de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: - (2) 1.00 STK Telefoontoestel, Kl: zwart, Blackberry en twee opladers; - (3) 1.00 STK Telefoontoestel, kl: chroom, NOKIA, met sim; - (4) 1.00 STK Videocamera, Kl: chroom, Nikon coolpix; - (5) 1.00 STK Computer, kl: zwart; - (6) 1.00 STK Telefoontoestel, Kl: meerkleur, Blackberry; - (7) 1.00 STK Papier; - (8) 14.00 STK DVD-schijfjes, Kl: meerkleur; - (9) 1.00 STK zak ponypack. Gelast de teruggave aan verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: - (1) 1.00 STK Ipod, Kl: rose. Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]: Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] ter zake van het onder 2 bewezen verklaarde tot het bedrag van € 20.100,-(twintigduizend
honderd
euro)
bestaande
uit
€
15.100,--
(vijftienduizend
honderd euro) materiële schade en € 5.000,-- (vijfduizend euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte die, evenals zijn mededader, hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, met dien verstande dat indien en voor zover de een aan
zijn betalingsverplichting heeft voldaan, de ander daarvan in zoverre zal zijn bevrijd, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in haar vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij in zoverre haar vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen. Bepaalt dat voormeld toegewezen bedrag aan materiële en immateriële schadevergoeding vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 september 2008 tot aan de dag der algehele voldoening. Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde partij 2], ter zake van het onder 2 bewezen verklaarde een bedrag te betalen van € 20.100,-- (twintigduizend honderd euro) bestaande uit € 15.100,-- (vijftienduizend honderd euro) materiële schade en € 5.000,-(vijfduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 135 (honderdvijfendertig) dagen hechtenis , met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat de verplichting tot betaling van schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer voor de verdachte komt te vervallen indien en voor zover de mededader heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer.
Bepaalt dat voormelde betalingsverplichting ter zake van de materiële en immateriële schade vermeerderd wordt met de wettelijke rente vanaf 1 september 2008 tot aan de dag der algehele voldoening.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat daarmee zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee zijn verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Bepaalt dat indien en voor zover de mededader van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald, verdachte in zoverre is bevrijd van voornoemde verplichting tot betaling aan de benadeelde partij of aan de Staat.
Dit arrest is gewezen door mr. Th.W.H.E. Schmitz, mr. M.I. Veldt-Foglia en mr. H.J.M. Smid-Verhage, in bijzijn van de griffier mr. S.S. Mangal. Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 10 februari 2015.