Correctievoorschrift VMBO-KB
2005
tijdvak 1
VERZORGING CSE KB
Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel
1
REGELS VOOR DE BEOORDELING
Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. Voorts heeft de CEVO op grond van artikel 39 van dit Besluit de Regeling beoordeling centraal examen vastgesteld (CEVO-02-806 van 17 juni 2002 en bekendgemaakt in Uitleg Gele katern nr 18 van 31 juli 2002). Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: 1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door de CEVO. 2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de gecommitteerde toekomen. 3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door de CEVO. 4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het aantal scorepunten voor het centraal examen vast. 5 Komen zij daarbij niet tot overeenstemming, dan wordt het aantal scorepunten bepaald op het rekenkundig gemiddelde van het door ieder van hen voorgestelde aantal scorepunten, zo nodig naar boven afgerond.
2
ALGEMENE REGELS
Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de CEVO-regeling van toepassing: 1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat.
500014-1-693c
2
3
4
5 6 7
8 9
Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2, .., n, waarbij n het maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd. Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels: 3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend; 3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel; 3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel; 3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld; 3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal; 3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven; 3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord; 3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen. Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal punten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend. Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar een keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld. Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld. Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een toets of in het beoordelingsmodel bij die toets een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof toets en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan de CEVO. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden. Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven. Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen. Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur. De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer. Voor de beroepsgerichte programma’s in de basisberoepsgerichte leerweg geldt: De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de door het bevoegd gezag gegeven regels.
N.B. Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht.
500014-1-693c
2
3
VAKSPECIFIEKE REGELS
Voor dit centraal schriftelijk examen verzorging KB kunnen maximaal 90 scorepunten worden behaald.
4 Vraag
BEOORDELINGSMODEL
Antwoord
Scores
Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
VAKANTIE IN SPANJE {
1
maximumscore 2 twee maatregelen, bijvoorbeeld: Æ zorgen voor voldoende rust / slaap Æ niet te lang zonnen / een beschermende zonnebrandcrème gebruiken in de zon Æ veilig vrijen per juiste maatregel
{
2
1
maximumscore 2 twee punten, bijvoorbeeld: Æ Ze moet zorgen dat ze voldoende vocht binnen krijgt. Æ Ze moet zorgdragen voor een goede toilethygiëne. Æ Ze moet zorgen dat het zoutgehalte in haar lichaam op peil blijft. Æ Ze kan voedingsmiddelen gebruiken die stoppend werken. per juist punt
{
3
1
maximumscore 2 drie adviezen, bijvoorbeeld: Æ niet veel / geen voedingsmiddelen op voorraad kopen / voedingsmiddelen kort voor gebruik kopen Æ gebruik maken van producten met een lange houdbaarheid Æ gebruik maken van producten met conserveringsmiddelen (suiker, zout, zuur) Æ houdbare producten zoals suiker afgesloten bewaren Æ geen restjes bewaren Æ voedingsmiddelen, zoals koekjes, direct opbergen in afgesloten trommels drie juiste adviezen twee juiste adviezen minder dan twee juiste adviezen
{
4
2 1 0
maximumscore 1 leidersrol / voortrekkersrol
TWEE GEZINNEN {
5
maximumscore 1 de anti-autoritaire opvoedingsstijl / laisser-faire
500014-1-693c
3
Vraag
Antwoord
{
6
maximumscore 1 de democratische opvoedingsstijl
z
7
D
z
8
A
{
9
maximumscore 2
Score
Speelgoed
Spelvorm
1
imitatiespel
2
constructiespel
3
bewegingsspel
4
fantasiespel
1
2
3 4
Een rij stoelen is een trein.
vier juiste spelvormen drie of twee juiste spelvormen minder dan twee juiste spelvormen {
10
2 1 0
maximumscore 2 vier eisen, bijvoorbeeld: Æ veilig / geen kleine, losse onderdelen / geen scherpe onderdelen Æ gifvrij Æ stevig Æ goed schoon te maken Æ geschikt voor de leeftijdsgroep Æ aantrekkelijk van vorm en kleur / uitnodigend om mee te spelen vier juiste eisen drie of twee juiste eisen minder dan twee juiste eisen
z 11
2 1 0
C
500014-1-693c
4
Vraag
Antwoord
z 12
A
z 13
C
{
14
Score
maximumscore 2 vier voorbeelden, bijvoorbeeld: Æ voldoende rust Æ goede balans tussen inspanning en ontspanning Æ verstandig zonnen Æ geen / matig alcoholgebruik Æ niet roken Æ geen drugsgebruik Æ goede hygiëne (van lichaam / bij het schoonhouden van het huis / bij het bereiden en bewaren van voedsel) Æ veilig vrijen vier juiste voorbeelden drie of twee juiste voorbeelden minder dan twee juiste voorbeelden
z 15
C
z 16
A
2 1 0
HET GELUIDENSPEL {
17
maximumscore 2 twee redenen, bijvoorbeeld: Æ Er is een wedstrijdelement. Æ Het spel is spannend. Æ De kinderen spelen samen. per juiste reden
{
18
1
maximumscore 2 drie punten, bijvoorbeeld: Æ benodigde materialen verzamelen Æ geluidmakers instrueren Æ bos afbakenen Æ tijdstip aanvang bepalen Æ tijdsduur van het spel bepalen Æ prijsje voor de winnaars regelen Æ groepsindeling maken drie juiste punten twee juiste punten minder dan twee juiste punten
500014-1-693c
2 1 0
5
Vraag
{
19
Antwoord
Score
maximumscore 2 twee adviezen, bijvoorbeeld: Æ een volwassen begeleider mee laten spelen met deze twee kinderen Æ zorgen dat begeleiders in het gebied rondlopen en dat vertellen aan de twee kinderen Æ vooraf duidelijk aangeven om welk gebied het gaat en dat vertellen aan de twee kinderen Æ een teken afspreken tussen de begeleiders en deze kinderen, zodat de begeleiders hen snel kunnen vinden als de kinderen aangeven dat ze bang zijn per juist advies
1
KINDERDAGVERBLIJF {
20
maximumscore 2 2, 4, 6 en 10 vier nummers juist drie nummers juist minder dan drie nummers juist
{
21
2 1 0
maximumscore 2 twee redenen, bijvoorbeeld: Æ om tijdig veranderingen waar te nemen (zodat activiteiten aangepast kunnen worden als dat nodig is) Æ om tijdig ontwikkelingsachterstanden op te merken Æ om een beter beeld te krijgen van Luca (en haar daardoor beter te begeleiden) Æ om inzicht te krijgen in de groepsrol van Luca (en haar daardoor beter te begeleiden) Æ om de verzorgers op de hoogte te kunnen stellen van de ontwikkeling van Luca per juiste reden
{
22
1
maximumscore 1 één reden, bijvoorbeeld: Æ Een kind dat jonger is dan twee jaar begrijpt niet wat van hem verwacht wordt. Æ Bij een kind dat jonger is dan twee jaar zijn de sluitspieren onvoldoende ontwikkeld.
{
23
maximumscore 1 Een peuter kan de wereld om hem heen alleen beschouwen vanuit zijn eigen voelen en denken. / Een peuter kan nog geen rekening houden met anderen.
500014-1-693c
6
Vraag
Antwoord
Score
MENSEN MET EEN HANDICAP
z 24 {
25
A
maximumscore 2 afbeelding a = goed, omdat de spreker zelf in het licht zit zodat de lipbewegingen goed te zien zijn afbeelding b = fout, omdat er te veel geluid uit de omgeving is
{
26
per juiste beoordeling en motivatie
1
Indien de kandidaat een afbeelding juist beoordeeld heeft, maar de beoordeling niet of niet juist heeft gemotiveerd.
0
maximumscore 2 drie manieren, bijvoorbeeld: Æ door middel van liplezen Æ met behulp van gebarentaal Æ door te schrijven Æ door te sms-en Æ door te mailen / faxen drie juiste manieren twee juiste manieren minder dan twee juiste manieren
z 27
2 1 0
A
FAMILIE PARKER {
28
maximumscore 1 Flip kan tussen 2 en 4 jaar oud zijn.
{
29
maximumscore 2 drie antwoorden: • Jurgen mag niet naar de naschoolse opvang, want hij is ouder dan 12 jaar / zit niet op de basisschool. • Flip mag niet naar de naschoolse opvang, want hij is jonger dan 4 jaar / zit niet op de basisschool. • Hannah mag naar de naschoolse opvang, want zij is tussen 4 en 13 jaar / zit op de basisschool.
{
30
drie antwoorden en drie motivaties juist twee antwoorden en twee motivaties juist minder dan twee antwoorden en twee motivaties juist
2 1 0
Indien de kandidaat juist aangeeft wie naar de naschoolse opvang mag en wie niet, maar daarbij geen juiste motivatie geeft.
0
maximumscore 1 bij de thuiszorgwinkel
500014-1-693c
7
Vraag
{
31
Antwoord
Score
maximumscore 2 drie punten, bijvoorbeeld: Æ Jurgen uitleggen wat er gaat gebeuren Æ Jurgen uitdagen Æ Jurgen complimenten geven Æ (eerst) samen met Jurgen iets doen Æ Jurgen een veilig gevoel geven Æ een vriendelijke / uitnodigende houding tonen Æ (even) aandacht schenken aan het been / de krukken van Jurgen Æ de activiteit, indien nodig, aanpassen zodat Jurgen daaraan kan deelnemen drie juiste punten twee juiste punten minder dan twee juiste punten
{
32
2 1 0
maximumscore 2 vijf Æ Æ Æ Æ Æ Æ
aandachtspunten, bijvoorbeeld: tijdstip van het partijtje bepalen boodschappen doen voor het partijtje uitnodigingen uitdelen / versturen / maken spelletjes / bezigheden voorbereiden (die aansluiten bij de leeftijdsgroep van Flip) het huis feestelijk maken vervoer van de kinderen naar het partijtje en weer naar huis regelen
vijf juiste aandachtspunten vier of drie juiste aandachtspunten minder dan drie juiste aandachtspunten {
33
2 1 0
maximumscore 2 drie stukken speelgoed, bijvoorbeeld: Æ bal Æ fietsje / driewieler / skelter Æ schommel Æ hobbelpaard Æ klimhuisje / klimrek drie juiste stukken speelgoed twee juiste stukken speelgoed minder dan twee juiste stukken speelgoed
{
34
2 1 0
maximumscore 2 lichamelijke ontwikkeling geestelijke ontwikkeling
sociale ontwikkeling
mogelijk gevolg eetlust verliezen / ziek worden / hoofdpijn krijgen / buikpijn krijgen / slecht slapen onzeker worden / niet goed kunnen concentreren / op school niet meekunnen / bang worden / wantrouwig worden geen vrienden hebben / niet mee willen spelen / zich afsluiten van leeftijdgenoten
voor drie ontwikkelingssoorten elk één juist gevolg voor twee ontwikkelingssoorten elk één juist gevolg voor minder dan twee ontwikkelingssoorten elk één juist gevolg
500014-1-693c
8
2 1 0
Vraag
Antwoord
Score
WOON-ZORGCENTRUM DE HEGGERANK {
35
maximumscore 2 − hamlap − slavink − spek − wijn alleen vier juiste producten alleen drie juiste producten vier juiste producten en één onjuist product alle andere gevallen
{
36
maximumscore 2 drie oorzaken, bijvoorbeeld: Æ groenten en aardappelen Æ groenten en aardappelen Æ groenten en aardappelen Æ groenten en aardappelen Æ groenten en aardappelen
2 1 1 0
te lang koken met veel water koken lang van tevoren schoonmaken / schillen in water laten staan voor het koken fijn snijden
drie juiste oorzaken twee juiste oorzaken minder dan twee juiste oorzaken
z 37 {
38
2 1 0
B
maximumscore 2 drie symptomen, bijvoorbeeld: Æ pijn op de borst Æ pijn in de linkerarm Æ veel transpireren Æ misselijkheid Æ kortademigheid drie juiste symptomen twee juiste symptomen minder dan twee juiste symptomen
{
39
2 1 0
maximumscore 2 vier maatregelen, bijvoorbeeld: Æ voldoende bewegen Æ niet vet eten / weinig verzadigd vet gebruiken Æ niet roken Æ overgewicht voorkomen Æ te veel stress voorkomen Æ hoge bloeddruk voorkomen vier juiste maatregelen drie of twee juiste maatregelen minder dan twee juiste maatregelen
z 40
2 1 0
A
500014-1-693c
9
Vraag
Antwoord
Score
VERSTANDELIJKE HANDICAP
z 41
C
z 42
C
{
43
maximumscore 2 twee redenen, bijvoorbeeld: Æ Begeleiding door professionele hulpverleners kan Paul meer mogelijkheden bieden om te leven met zijn handicap. Æ Paul wordt zelfstandiger als hij niet meer bij zijn ouders woont. Æ Paul kan gemakkelijker omgaan met andere mensen. per juiste reden
{
44
1
maximumscore 1 een verworven handicap
{
45
maximumscore 2 twee kenmerken, bijvoorbeeld: Æ Er is aangepast werk voor mensen met een handicap. Æ Er wordt gewerkt in een eigen / persoonlijk tempo. Æ Er wordt gewerkt onder begeleiding. Æ De mensen met een handicap ontvangen het minimumloon. per juist kenmerk
{
46
1
maximumscore 2 twee redenen, bijvoorbeeld: Æ Het geeft voldoening / een gevoel van eigenwaarde. Æ Het levert loon / salaris / geld op. Æ Het dient als dagbesteding. Æ Het levert sociale contacten op. per juiste reden
z 47 {
48
1
B
maximumscore 2 twee redenen, bijvoorbeeld: Æ Het gezin kan tot rust komen. / Het gezin wordt ontlast. Æ Simone kan meer aandacht krijgen. Æ Paul leert in een andere omgeving verblijven / wonen. Æ Paul doet andere ervaringen op (die voor hem belangrijk zijn / waarvan hij kan genieten). per juiste reden
500014-1-693c
1
10
Vraag
Antwoord
Score
VOEDING {
49
maximumscore 1 kip/kerrie ragout bloemkool met geraspte kaas rijst yoghurt met verse stukjes ananas als niet alle gerechten in de juiste volgorde staan
z 50 {
51
0
A
maximumscore 2 voedingsmiddel ananas kip margarine rijst bloemkool yoghurt
groep van de voedingswijzer (naam of nummer) groep 2 / groenten en fruit groep 3 / eiwitproducten groep 4 / vetten groep 1 / graanproducten groep 2 / groenten en fruit groep 3 / eiwitproducten
zes levensmiddelen in de juiste groep vijf of vier levensmiddelen in de juiste groep minder dan vier levensmiddelen in de juiste groep {
{
52
53
maximumscore 2 voedingswaarde
goed of fout goed
kleurencombinatie
fout
2 1 0
motivatie er zijn voedingsmiddelen uit meer / alle groepen van de voedingswijzer de kleuren zijn allemaal wit en geel dat is geen aantrekkelijk / goede combinatie / de kleuren zijn te eenzijdig
per juiste keuze en motivatie
1
Indien een keuze juist is en de motivatie fout is of ontbreekt.
0
maximumscore 2 vier punten, bijvoorbeeld: Æ voedsel op de juiste manier bewaren Æ hygiënisch omgaan met materialen die met voedsel in aanraking komen Æ regelmatig en op de juiste momenten zorgvuldig handen wassen Æ kruisbesmetting voorkomen Æ producten afgedekt bewaren Æ voeding op de juiste manier bereiden vier juiste punten drie of twee juiste punten minder dan twee juiste punten
z 54
2 1 0
D
500014-1-693c
11
Vraag
Antwoord
Score
THEMA KINDERBOERDIJ IN DE BASISSCHOOL {
55
maximumscore 2 twee punten onder voorbereiding, twee punten onder uitvoering en één punt onder afsluiting, bijvoorbeeld: voorbereiding - benodigdheden klaar zetten / controleren of de benodigdheden er zijn - schapen voortekenen / kopiëren - opdracht uitproberen - namen op de papieren zetten
uitvoering - kinderen begeleiden / helpen
afsluiting - opruimen
- kinderen uitleg geven / aan kinderen voordoen - groep in de gaten houden - kinderen stimuleren
- namen op de papieren zetten - werkjes ophangen
vijf juiste punten op de juiste plaats vier of drie juiste punten op de juiste plaats minder dan drie juiste punten op de juiste plaats
2 1 0
Opmerking 'Namen op de papieren zetten' levert maximaal één van de vijf juiste punten op, één punt bij voorbereiding of één punt bij afsluiting. {
56
maximumscore 2 drie activiteiten, bijvoorbeeld: Æ liedjes zingen over boerderijdieren / boerderij Æ voorlezen / vertellen over boerderijdieren / boerderij Æ tekenen over het thema boerderij(dieren) Æ leren over producten van de boerderij / over zuivelproducten Æ leren over verzorging van dieren Æ leren over materialen op de boerderij / over hooi en stro / over gereedschappen drie juiste activiteiten twee juiste activiteiten minder dan twee juiste activiteiten
z 57 {
58
2 1 0
C
maximumscore 2 •
20 bij 20 cm
1
•
één reden, bijvoorbeeld: Æ omdat dit formaat door een kind opgevuld kan worden binnen een redelijke tijd Æ omdat dit formaat past bij de spanningsboog van een (jong) kind Æ omdat dit formaat ruimte geeft om met grotere of kleinere propjes te werken
1
inzenden scores Verwerk de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school in het programma Wolf of vul de scores in op de optisch leesbare formulieren. Zend de gegevens uiterlijk op 27 mei naar de Citogroep.
500014-1-693c*
12