}<(l(tp$=adbcb <
Een échte Haagse krant
Vrijdag 13 maart 2015
jaargang 9 nummer 409
€ 2,50
20 miljoen voor 5 Scheveningen
150 jaar Bronovo Ziek zijn op stand 8/9
Maasbach wil naar Julianakazerne 3
7
ADO glijdt af
Een dolle avond in de Westwood 13 ADVERTENTIE
Dag in de Branding
Festival voor Nieuwe Muziek
za 28 maart
www.dagindebranding.nl
Werk van Boulez, Andriessen, Reich, Ligeti, Raaijmakers, Stockhausen, Crumb e.a. in Zuiderstrandtheater, Korzo, Grote Kerk, Dr Anton Philipszaal
2> archeologie
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
den haag laag voor laag
Cold cases in de Haagse archeologie
V
anaf 19 maart zijn in het Museon de resultaten te zien van nieuw onderzoek van oude skeletten uit Haagse bodem. De tentoonstelling die over dat onderwerp is gemaakt, laat de bezoeker op een toegankelijke en interactieve manier kennismaken met nieuwe en bestaande methoden van archeologisch onderzoek. De laatste jaren werpen nieuwe technieken, zoals gezichtsreconstructies en isotopen- en DNA-onderzoek, nieuw licht op het leven en het sterven van mensen die vroeger leefden. Als je dood bent en begraven wordt, blijft er meestal niet veel meer van je over dan je skelet. In de bodem van Den Haag vinden we regelmatig botmateriaal van mensen en dieren uit een ver verleden. Er kan heel weinig van over zijn doordat het bot in aanraking is geweest met de lucht. Het komt ook voor dat het goed bewaard is gebleven, bijvoorbeeld in afdekkende lagen van veen of klei of onder het grondwaterniveau. Soms is er bij zo’n vondst aanleiding om fysisch antropologisch onderzoek uit te voeren om meer te weten te komen over het opgegraven botmateriaal. Dit onderzoek vertelt ons van alles over de mensen die in onze stad leefden in het verleden: hoe oud iemand geworden is, was het een man of een vrouw, in welke tijd leefde zo’n persoon, wat voor kleur haar of ogen had zo iemand en wat voor botbreuken en ziekten heeft iemand gehad gedurende zijn of haar leven. Gevonden dierenbotten geven informatie over wat de mensen aten of wat voor huisdieren ze hielden.
>Foto: PR
voedingspatronen. De tentoonstelling brengt verschillende aspecten van dit onderzoek in beeld en presenteert de resultaten van het onderzoek van twee Haagse ‘cold cases’. Het gaat hier om de skeletten van middeleeuwse nonnen van het Agnietenklooster dat vroeger aan het Westeinde lag en de skeletten van mannen, vrouwen en kinderen uit de Steentijd die begraven lagen in het grafveld van Ypenburg. Er wordt bijvoorbeeld uitgelegd hoe een nieuwe techniek als DNA-onderzoek werkt aan de hand van een opgegraven non en hoe je sporen op oude botten en tanden herkent. Ook ontdek je hoe je te werk gaat bij het reconstrueren van een gezicht waarvan je de botten hebt opgegraven. Je komt zelfs oog in oog te staan met een gereconstrueerde non uit de 16de eeuw! Bij een groot aantal skeletten uit de Steentijd dat is opgegraven op Ypenburg, is isotopenonderzoek uitgevoerd waarmee achterhaald is waar de Ypenburgers oorspronkelijk vandaan komen. Bij de tentoonstelling is een les ontwikkeld voor de groepen 7 en 8 van het basisonderwijs. Tijdens de les bekijken de leerlingen de tentoonstelling ‘Cold Cases’ en voeren ze praktische opdrachten uit die hun van alles leren over archeologie, over het oplossen van misdrijven en over hun eigen lichaam. Ik kijk zelf graag naar tv-series als ‘CSI’ en ‘Bones’, ook in de Nederlandse archeologie gebruiken we zulk soort onderzoeksmethoden die je in die series tegenkomt. Alleen duurt het in de praktijk vaak veel langer voor we de resultaten van het onderzoek binnenkrijgen dan in die series.
Nonnen De laatste jaren zijn er nieuwe onderzoeksmethoden ontwikkeld die ons veel meer kunnen vertellen over familie- en groepsverbanden, migratie en
Corien Bakker stadsarcheoloog
advertentie
Pijnlijke voeten? Voortijdige vermoeidheid? Computerscan brengt uitkomst!
Een revolutionaire vinding op het gebied van voetverbetering dient zich aan. Het Astronautic Comfort Voetbed. De verende opvang van de voet en het ultra lichte gewicht van deze inlegzool zorgen vaak al heel spoedig voor een beter gevoel. Het Astronautic Comfort Voetbed wordt op uw eigen gipsmodel gemaakt en heeft dus een perfecte pasvorm. OPLOSSING VOOR DE VOORVOET Omdat het verende voetbed ook onder de voorvoet doorloopt, kunnen eelt en drukplekken elk in hun eigen relief worden opgevangen, wat bij gewone steunzolen zelden het geval is.
VOETONDERZOEK Een gedegen gratis voetonderzoek en het maken van voetafdrukken en gipsmodellen behoren tot de normale procedure. Astronautic voetbedden geven u voor 129,per paar jaren loopplezier. Wel even een afspraak maken op telefoon: 070-3637519.
Podoloog R.B. Samson is aangesloten bij de Stichting L.O.O.P. MtM-15-01 Spijkers met koppen Den Haag Centraal-01.indd 1
09/03/15 13:43
� 129,- per paar inclusief nazorg € Vergoed door de meeste verzekeraars Parkeergelegenheid voor de deur Korte wachttijden
3
actueel<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
commentaar
Scheveningen heeft subtiele eenvoud à la Morales nodig HET IS EEN pijnlijke constatering, maar nogal wat Hagenaars hebben niet zoveel met onze badplaats. Te veel luidruchtig vertier, patat en vooral veel afschuwelijke gebouwen. En toch kijken we nu anders tegen Scheveningen aan dan zo’n jaar of twintig geleden. De opkomst van het havengebied is in de smaak gevallen, je kunt aan de haven eten én wonen, de schepen zien uitvaren en vis kopen die diezelfde morgen uit de netten is gehaald. Meer toerisme dus, maar van een ander soort. DE BEWONERS VAN het vissersdorp hebben zich altijd tegen die ontwikkeling verzet, vis was hun leven en hun brood, de badgasten verderop waren in hun ogen van een andere planeet. Rijkelui die nooit vuile handen hadden gemaakt, laat ze in het Kurhaus blijven. Dat sentiment zit er diep in, maar de vissersbevolking verloor niet alleen het gevecht op het land, ook op zee. De vis raakte op, de vloot verschrompelde tot een handvol schepen. Er zal een nieuw evenwicht moeten worden gezocht. De Scheveningers moeten inzien dat het haventoerisme ook brood op de plank brengt en de gemeente moet zorgen dat de visserij blijft, want zonder verliest het gebied zijn grootste attractie. ANDERS IS HET aan de andere kant. Voor de vissersplaats wordt de kust sinds korte tijd verdedigd door de sublieme boulevard van Manuel de SolàMorales (1939-2012). Hij gaf dit deel van Scheveningen allure terug, maar in de badplaats zelf is dat nog steeds niet het geval. De strijd zal daar veel moeilijker verlopen. De gemeente heeft een langlopend en kostbaar herstelprogramma (zie pagina 5) aangekondigd om de resterende boulevard te transformeren in de stijl van De Solà-Morales. Het zouteloze Palaceplein ondergaat een facelift en op diverse plaatsen in de badplaats wordt natuur toegevoegd die bij de zee past. HET KLINKT ALS ambitieus lapwerk, want voor de Noordzee staat straks nog steeds een muur van lelijke gebouwen en ook de appartementen voor het Kurhaus blijven, waardoor de badgasten ook in de toekomst de branding pas zien als zij op de boulevard staan. Maar dennen en duinzand met helmgras kunnen wel het zilte gevoel terugbrengen, kijk naar het kunstmatige duin waarin museum Beelden aan Zee ligt te soezen. Een meesterlijk gebaar van architect Wim Quist. Díé aquarelachtige verfijning is bij het nieuwe Scheveningen ook noodzakelijk, maar in de door de commercie geteisterde badplaats is dat een immense opgave. Het gejubel over een reuzenrad op de Pier is dan ook moeilijk te begrijpen. Het is een stap terug naar de kermis die de badplaats zo lang was. Laat de wind waaien, de golven kabbelen en het zand stuiven, Scheveningen is het meest gebaat bij subtiele eenvoud; strand, zee en duinen zijn al mooi genoeg. Casper POSTMAA
‘Contract met gemeente lag al op tafel’
Maasbach blijft bij hoofdkantoor in Julianakazerne Door Danny Verbaan
De evangelisatiebeweging Johan Maasbach Wereldzending gaat alles op alles zetten om de Prinses Julianakazerne aan de Thérèse Schwartzestraat, aan de rand van landgoed Clingendael, te verwerven. Het gebouwencomplex dat wordt afgestoten door het ministerie van Defensie moet het nieuwe internationale hoofdkantoor worden en zal plaats bieden aan naar schatting tweehonderd medewerkers. Volgens T.G.G. Gieseler, de secretaris van de stichting Johan Maasbach Wereldzending, heeft de gemeente Den Haag al vergaande toezeggingen gedaan om een en ander mogelijk te maken. “Linksom of rechtsom, het recht zal zijn loop moeten hebben”, aldus Gieseler. Hij reageert hiermee op de groeiende onrust in het Benoordenhout over de toekomstige bestemming van de kazerne. Deze wordt pas over enkele maanden te koop gezet door het Rijksvastgoedbedrijf, maar de buurt slijpt nu al de messen: ze vreest voor een functie die voor overlast gaat zorgen, veel verkeer aantrekt en, door een uitbreiding met nieuwbouw of het kappen van bomen, het karakter van dit gebied aantast. Er ligt bijvoorbeeld een plan om hier een luxueus hotel met honderdveertig kamers te vestigen. Via een inzamelingsactie hoopt stichting Het Paardeweitje, een belangenorganisatie van omwonenden, aan 15 à 20.000 euro te komen voor het inschakelen van juridische hulp. “Het is in ieders belang dat het hier rustig blijft”, zegt se-
De Julianakazerne op de grens van Wassenaar en het Benoordenhout. > Foto: DHC
cretaris mevrouw W.H. RemijnseSchoonaard. “Dit is een prachtig stukje Den Haag”. Zij wil dat alles blijft ‘zoals het nu is’. Gieseler kan haar geruststellen: er komen geen kerkelijke activiteiten of massabijeenkomsten, want de voormalige Capitol-bioscoop aan de Loosduinseweg blijft gehandhaafd. Bovendien wordt aan het uiterlijk van de kazerne vrijwel niets veranderd. “De kazerne krijgt een kantoorfunctie. Onze mede-
Verhuizing F.A.S.T. weer uitgesteld F.A.S.T. verhuist voorlopig niet. Het terrein van het Seheveningse surfdorp zou eigenlijk in april moeten worden opgeleverd, maar de gedwongen verhuizing is voor onbepaalde tijd uitgesteld. De sluiting hangt F.A.S.T. al anderhalf jaar boven het hoofd. Sinds bekend werd dat F.A.S.T. nabij het Noordelijk Havenhoofd moet wijken voor de bouw van een hotel, een parkeergarage en belevingscentrum FISH is de verhuizing al drie keer opgeschort. Eerst zou het surfdorp in
september vorig jaar al weg moeten zijn, later werd dat december, vervolgens april dit jaar en nu is er opnieuw uitstel. De organisatie is al een tijd op zoek naar een alternatieve locatie, maar die is nog niet gekozen. Opties zijn verplaatsing naar Kijkduin of een ruimte bij Duindorp. Op F.A.S.T., dat staat voor Free Architecture Surf Terrain, verblijven surfers en kunstenaars. Daarnaast kunnen bezoekers er overnachten en zijn er een restaurant en een surfwinkel.
werkers komen ’s morgens en gaan aan het eind van de middag weer naar huis”, zegt Gieseler. “Het is vergelijkbaar met de situatie toen Defensie de kazerne in gebruik had”. Zorgappartementen De kazerne is in de Tweede Wereldoorlog gebouwd voor de Duitse Ordnungspolizei. Na de bevrijding streek de Koninklijke Landmacht hier neer, sinds 1948 draagt het complex de naam Prinses Julianakazerne. “Er zijn al partijen die belangstelling hebben getoond”, aldus woordvoerder Frank Wassenaar van het Rijksvastgoedbedrijf. “Maar je weet nooit hoe serieus dat is. Wij streven naar de hoogste opbrengst”. Naast de plannen voor onder meer het hotel en het kantoor van Maasbach ligt er sinds kort een voorstel van de VVD. In deze verkiezingstijd pleit de partij voor de komst van zorgappartementen voor ouderen.
De gemeente wil nu eerst bepalen wat mogelijk, wenselijk en toelaatbaar is. Ook moet het bestemmingsplan worden aangepast. “Er zijn nog geen onomkeerbare besluiten genomen”, verzekert woordvoerder JanJaap Eikelboom van het stadhuis. Gieseler ziet dit anders. Hij stelt dat zijn organisatie eerst het World Forum in het Statenkwartier wilde overnemen. Toenmalig wethouder Kool van Economische Zaken wist, volgens Gieseler, het Maasbach-bestuur ertoe te bewegen om hiervan af te zien. Kool bood zelf als alternatief de kazerne aan. Gieseler: “Het contract lag al op tafel. ‘Alles is in kannen en kruiken, we gaan het regelen’, zei de wethouder. Dat was de afspraak. Het werd ons voorgespiegeld als een hamerstuk, maar binnen het college van burgemeester en wethouders is daarna de boel geblokkeerd. De gemeente moet haar toezeggingen nakomen”.
Advertentie
Exclusieve brilmode
Schrijfster Mieke Lelyveld overleden Toneelschrijver en regisseur Mieke Lelyveld is op 1 maart overleden. Lelyveld maakte onder meer ‘Elckerlyc’ en ‘Lodewijk Napoleon’ voor de Sint Pieterskerk te Leiden en samen met Hella Haase werkte ze aan een toneelbewerking van ‘Een gevaarlijke Verhouding of de Daal- en Bergse Brieven’ voor literair theater Branoul. Hoewel Lelyveld vooral naam maakte als schrijfster en regisseur, acteerde zij ook in de voorstelling ‘The way you haunt my dreams’ naar het boek Sleuteloog
van Hella Haasse. In het kader van het Grondwetfestival schreef Lelyveld in 2014 zowel een compilatie van de debatten over het vrouwenkiesrecht als een dialoog tussen Koning Willem I en Gijsbert Karel van Hogendorp. In 2004 werd haar de Victorine Heftingprijs toegekend. De begrafenis heeft in besloten kring plaatsgevonden in Egmond-Binnen. In de Koninklijke Schouwburg wordt op zaterdag 14 maart om 14.00 uur een herdenkingsbijeenkomst gehouden.
Hoogstraat 37 2513 AP Den Haag www.hofstede-optiek.nl
4>
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
stadsmens
Congaspeler Rick Spangenberg is ook postbezorger en reparateur van computers Hij zou graag slagwerklessen willen geven aan kinderen, maar dan zonder het gebruik van instrumenten. Rick Spangenberg glundert alleen al bij de gedachte. De musicus weet dat het kan. De Britse Ritmische Theatergroep STOMP creëert al tijden ritmes met handen, voeten en allerlei voorwerpen uit het dagelijkse leven. “Mijn plan is om kinderen vanaf een jaar of acht te selecteren. Ze moeten wel echt willen; concentratie en timing zijn heel belangrijk. De groep STOMP heeft mij geïnspireerd, maar die is zo goed. Die muzikanten oefenen elke dag. Ik wil het met de kinderen op een vereenvoudigde manier gaan doen”. Spangenberg, die gespecialiseerd is in de conga (een ongeveer 75 centimeter hoge, eenvellige trommel) en daarnaast percussie en gitaar speelt, broedt op toekomstplannen. Van muziek alleen valt in deze tijd niet meer te leven. Vandaar dat hij de bakens verzet. Hij repareert al enige tijd onder meer computers en laptops voor een klantenkring die via mond-tot-mondreclame gestaag groeit. Sinds kort is hij ook postbode en hij gaat weer congalessen geven.
Rick Spangenberg: ‘Ik had nooit gedacht het als muzikant zo zwaar te krijgen’. >Foto: Thomas Vahé
“Ik had nooit kunnen bedenken dat ik het als muzikant zo zwaar zou krijgen. Je wordt tegenwoordig gewoon niet meer betaald. Wat ik nu als postbode in de maand verdien, waren vroeger voor mij twee optredens”. Natuurlijk blijft hij muziek maken. Zo is hij geregeld te gast in het Syndicaat in de Nieuwe Molstraat. Saxofonist Nicko Christiansen van
de bluesrockgroep Livin’ Blues speelt daar elke eerste dinsdagavond van de maand en ontvangt andere gerenommeerde muzikanten, zoals saxofonist Boris van der Lek en bassist Aad van Peilen. Rick Spangenberg kent Christiansen goed. In de jaren negentig was hij met de Livin’ Blues op tournee door Duitsland. De conga werd destijds door Congolese slaven meegevoerd naar Cuba
en in de jaren dertig ontdekt door New Yorkse jazzorkesten. Spangenberg praat met liefde over het instrument dat hem al in zijn jeugd bleek aan te spreken. “Alleen wist ik dat toen niet. Bepaalde liedjes raakten me en pas veel later heb ik ontdekt dat daar altijd de conga in zat”. Op zijn negentiende ging hij op les bij Hagenaar Huib Timmermans, die twee jaar in New York conga had gestudeerd. Spangenberg maakte zijn debuut op een Surinaams/Antilliaanse avond waar een band optrad. Op de vraag of hij conga mocht meespelen, werd wantrouwend gereageerd. ‘Wat moest die Indische jongen?’ Maar na het eerste nummer nodigde de bandleider hem al uit om in zijn band te komen. Hij ging, vertelt Spangenberg, daarna ‘van band tot band’ en speelde vooral salsa en Antilliaanse muziek. “Op een gegeven moment had ik er genoeg van. Ik was alleen nog bezig met geld verdienen, mijn liefde voor de muziek was weg. Ik heb mijn conga’s verkocht en ben bij mijn vader gaan wonen”. Na een jaar kwam hij op zijn besluit terug. “Maar ik was mijn techniek kwijt. Ik ben toen erg ge-
schrokken; je moet echt dagelijks oefenen”. Spangenberg speelde daarna weer in diverse bands, gaf onder meer les op de drumschool van Cesar Zuiderwerk en maakte een cd met zangeres Ino Kruysen. Toch ging opnieuw de conga aan de kant. “Ik paste in die tijd op mijn zoontje. Hij kon er niet tegen dat ik oefende, dus moest ik wat anders gaan doen”. Via een banenpool kwam Spangenberg terecht in kindertheater Pierrot, waar hij het, als autodidact, bracht tot hoofd techniek. Want techniek ligt hem. In 2001 kocht hij zijn eerste computer. “Het enige wat ik kon was die aan- en uitzetten. Mijn vrouw heeft mij de basisdingen geleerd, ik ben er toen helemaal ingedoken en sindsdien repareer ik computers”. Maar een leven zonder muziek is voor hem ondenkbaar. “Ik zal altijd blijven spelen en daarnaast wil ik lesgeven. Het brengt zoveel voldoening om anderen iets te leren. Soms is dat nog leuker dan spelen”. Joke Korving Rick Spangenberg: 06-24759770
opinie
Al jarenlang protest tegen helihaven in Ypenburg verlenen. Na drie maanden stilte, komt het college eindelijk met de door de raad gevraagde toelichting op deze ontwikkeling. Dan blijkt dat de gemeente de GAVI-kavel al sinds 2012 verhuurt als helihaven. Ook heeft het gemeentebestuur de noodzakelijke ontheffing van het bestemmingsplan al in werking gezet. De bewoners zijn hiervan niet op de hoogte gesteld, net zo min als de gemeenteraad.
Door Inge Vianen en Berend Potjer
Al jarenlang protesteren bewoners uit Ypenburg tegen de komst van een helihaven in hun wijk. Ze vrezen geluidsoverlast van dalende en opstijgende helikopters in de dichte nabijheid van hun woningen. Ook over de veiligheid leven vele vragen: wat zijn de risico’s voor automobilisten die op het Prins Clausplein een helikopter laag over zich zien vliegen? Of voor het dicht bij de helihaven gevestigde TNO waar met explosieve stoffen wordt gewerkt? Bovendien dragen helikopters niet bij aan een goede luchtkwaliteit: ze zijn vele malen vervuilender dan andere vormen van vervoer zoals de auto of de trein. Al even lang wordt er in de gemeenteraad van Den Haag en de Provinciale Staten van Zuid-Holland gedebatteerd over de vestiging van een helihaven. De VVD was in voorbije jaren een groot voorstander. GroenLinks, SP, HSP en de CU/SGP waren grote tegenstanders. Het gemeentebestuur beloofde dan ook eind 2009 dat er eerst een nadere studie zou komen, alvorens een definitief besluit te nemen over de helihaven. Begin 2011 liet het college weten dat de private partij Helinet failliet was en er daarom überhaupt geen sprake was van een besluit over een helihaven. Bovendien ‘zullen omwonenden op een passende manier worden geïnformeerd en betrokken bij eventuele toekomstige besluitvorming’. Daarna bleef het lang stil. Tot november 2014. In de gemeenteberichten staat dan vermeld dat het provinciebestuur toestemming wil geven voor de vestiging van een heli-
Opmerkelijk Dit is op z’n minst opmerkelijk omdat de eerder gedane belofte van nadere studie naar een helihaven niet is nagekomen. En omdat het gevolgde besluitvormingsproces haaks staat op de ambitie van het college tot ‘een open bestuurscultuur waarin mensen beter in staat worden gesteld invloed uit te oefenen. Zo vroeg mogelijk, zo laagdrempelig mogelijk en zo direct mogelijk’.
Over de veiligheid leven vele vragen: wat zijn de risico’s voor automobilisten die op het Prins Clausplein een helikopter laag over zich zien vliegen? > Foto: Tim Strater
Op 18 maart, de dag waarop mensen zich in het stemhokje ook provinciaal kunnen uitspreken vóór of tegen een helihaven in Ypenburg, vindt hierover een debat in de gemeenteraad plaats. Het gemeentebestuur zal ongetwijfeld scherp bevraagd worden over het gevolgde bestuurlijke proces en over de beloofde maar ontbrekende studie naar de helihaven. En als dat dan nog niet voldoende is om van koers te veranderen, dan zou het volgende argument dat toch zeker moeten zijn: er is al een helihaven in de nabijheid van Ypenburg gevestigd. Op 15 kilometer afstand ligt namelijk Rotterdam- The Hague Airport.
haven op de GAVI-kavel in Ypenburg. 375 bewoners tekenen hierop bezwaar aan bij de provincie, die daarop
Inge Vianen is fractievoorzitter van GroenLinks Den Haag, Berend Potjer is kandidaat Statenlid voor GroenLinks Zuid-Holland
besluit om het vraagstuk over de verkiezingen heen te tillen. In de publicatie staat ook dat de gemeente Den
Haag bereid is de vestiging van de helihaven te faciliteren door een ontheffing van het bestemmingsplan te
5
actueel<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
De plannen voor het nieuwbouwcomplex van Hommerson doen de boulevard mogelijk uitwijken richting de zee. > Artist’s impression: PR
20 miljoen voor Scheveningen Bad
Meer groen, betere infrastructuur en een vernieuwde boulevard
D
Door Jasper Gramsma
e grootste badplaats van Noordwest-Europa is sleets en versteend. Door 20 miljoen euro te investeren in Scheveningen Bad wil wethouder Boudewijn Revis (VVD, stadsontwikkeling kerngebieden) een impuls geven aan het tweede economische hart van de stad, dat na barre jaren voorzichtige tekenen van herstel laat zien. Onder de noemer ‘De Kust Gezond’ maakte hij een programma voor meer groen, betere infrastructuur en een vernieuwde Noordboulevard. Een aantrekkelijke buitenruimte moet de toeristische trekpleister iets van zijn negentiendeeeuwse chic teruggeven. Wie voor een dagje strand met de auto naar Scheveningen gaat, rijdt de badplaats vaak binnen via de Zwolsestraat of de Gevers Deynootweg. “Een tunnelbak”, noemt Revis de route die vol staat met onaangename hoogbouw. “Zonde, want bezoekers willen zich welkom voelen. Het achterland is daarvoor minstens zo belangrijk als de zeezijde. Nu ruik je de zee, maar heb je geen idee waar je naartoe moet”. Afbreken is geen optie, al zou dat misschien het mooiste zijn. “Die droom hebben we allemaal wel eens, maar realistisch is het niet. Het is particulier eigendom, dat koop je niet zomaar uit”. Dus maakt de wethouder werk van mooiere entrees door meer groen, onder meer in de middenbermen. Duingewas is het toverwoord, omdat dwars door Scheveningen de boomgrens loopt. “We volgen de natuur en trekken het Hollandse duin de stad in door helmgras en duinroos aan te planten. Daaraan kun je je oriëntatie ontlenen”. De belangrijkste toegangspoort tot Schevenin-
knapbeurt. “Bij de uitvoering houden we zo veel mogelijk rekening met het strandseizoen”, verzekert Revis. Dat is belangrijk, want Scheveningen is na jaren van tanende belangstelling weer in trek bij investeerders. Volgens de wethouder helpt ook dat om verdere verpaupering van de badplaats tegen te gaan. Hij neemt ‘De Kern Gezond’ als voorbeeld. Het meerjarenprogramma om de Haagse binnenstad te verbeteren, zorgde ervoor dat schimmige bedrijven vanzelf elders hun heil zochten. “We gaan niemand actief uitkopen, maar met sommige horeca maken we wel afspraken over het aanzien”.
gen Bad is het Palaceplein, waar vooral in de zomer trams en bussen vol toeristen arriveren. Het plein is Revis een doorn in het oog: “Het waait er, er is weinig te doen en ook hier weet je niet waar de zee is”. Om het verblijfsklimaat te verbeteren, krijgen voetgangers op termijn meer ruimte. In afwachting van een uitgebreide verkeersstudie krijgt het Palaceplein wel alvast een metamorfose met groenelementen en extra functies om het plein te verlevendigen. Bijvoorbeeld een speelplek voor kinderen. Ook achter de herinrichting van het dichtbijgelegen Circusplein zet Revis vaart nu ontwikkelaar BAM GO-Park daar het initiatief neemt voor een ondergrondse parkeergelegenheid met 495 plekken.
Kromming Tot zover de aankomst in Scheveningen Bad, want aan de zeezijde staat eveneens veel te gebeuren. De stegen die toegang verschaffen tot de boulevard, zijn nu nog problematisch: onherkenbaar en niet uitnodigend. De zijstraten die eigendom zijn van de gemeente, krijgen een nieuw gezicht met meer groen en een duidelijke routering. Voor de verbetering van de overige doorsteken is de gemeente in gesprek met de particuliere eigenaren. Net als voor de ontwikkeling van de Noordboulevard, waarin Hommerson een grote rol speelt. De vastgoedeigenaar wil een deel van de panden ten noorden van de Pier slopen om ruimte te maken voor een nieuwbouwcomplex met winkels, horeca en een parkeergarage voor 700 auto’s. Omwonenden spraken zich uit tegen een uitbreiding in de hoogte, dus wordt in de eerste helft van dit jaar een herzien plan ingediend. Dat vereist uitbreiding naar voren, waardoor de boulevard deels moet uitwijken richting de zee. Architect Wim de Bruijn over het
Het huidige Palaceplein is winderig, saai en onduidelijk. > Foto: DHC/Liza Letsch
ontwerp: “Deze variant blijft op maaiveldniveau. Op de impressie is het misschien niet goed te zien, maar de plint is licht gebogen”. De Bruijn ontwikkelt de nieuwbouw in nauwe samenwerking met stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten van de gemeente. Volgens Revis past het plan bij de ideeën over de vernieuwde boulevard: “Op die plek glooit het duin van nature, dus kunnen we de kromming in het landschap terugbrengen. Het idee is om de boulevard van Morales door te trekken”. De bouw van het zuidelijke deel van de boulevard kostte ruim 70 miljoen euro en werd medegefinancierd door Rijkswaterstaat en Hoogheemraadschap Delfland. De wethouder stelt dat verlenging van het bestaande ontwerp minder kostbaar is: “Er hoeft dit keer geen zeewering aangelegd te worden, hier gaat het alleen om bestrating en verlichting”.
Al met al is ‘De Kust Gezond’ een forse operatie die veel tijd en geld kost. “Een kwestie van een lange adem”, aldus Revis, die zeker twaalf tot vijftien jaar uittrekt voor het realiseren van zijn ambities. Boven op de investeringsimpuls van 20 miljoen euro in deze collegeperiode is na 2018 jaarlijks nog eens 3 miljoen structureel beschikbaar. De totale kosten kunnen daarmee oplopen tot zo’n 70 miljoen. De aanpak van het Palaceplein heeft de hoogste prioriteit. Naar verwachting gaat daar komende winter de schop in de grond. Daarna zijn de Gevers Deynootweg, het Circusplein en de Noordboulevard aan de beurt. Om kosten te besparen worden de werkzaamheden gecombineerd met de reeds geplande aanleg van bredere sporen voor het nieuwe trammaterieel van de lijnen 1 en 9. Vanaf 2018 krijgen de Zwolsestraat en het deel van de boulevard voor het Kurhaus een op-
Vibe Naast Hommerson en BAM GO-Park hebben ook Kondor Wessels en Danzep, de nieuwe eigenaren van de Pier, grootse plannen voor Scheveningen. Zij staan te popelen om nog dit voorjaar het wandelhoofd te heropenen, het stalen eiland af te breken en een reuzenrad op het Schateiland te bouwen. Daarnaast kregen de eerste strandtenthouders dit jaar een vergunning om hun horecagelegenheid het hele jaar door te exploiteren. Vorig jaar kreeg het failliete kuuroord Vitalizee na jarenlange leegstand een nieuwe bestemming als casino en ook het Kurhaus werd van de ondergang gered door verkoop aan de Amrâth Hotelgroep. Het eind negentiendeeeuwse badhotel wordt momenteel grondig gemoderniseerd. General manager Marcel Bosman is enthousiast over de plannen van Revis: “Hier hebben wij wat aan. De samenwerking met de gemeente en tussen ondernemers onderling is goed. Er wordt veel geïnvesteerd en er staan grote evenementen op stapel. De vibe is uitermate positief”. Zie voor een interview met Marcel Bosman van het Kurhaus pagina’s 10 en 11.
6>
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
terugblik
foto’s uit het haags gemeentearchief
Scheidsrechterspech Er zit iets in de Haagse lucht waar voetbalscheidsrechters goed bij gedijen. Kijk eens naar dit lijstje: Karel van der Meer, Leo van der Kroft, Charles Corver, Calvin Corion, Dick Jol, Mario van der Ende en John Blankenstein. Deze arbiters komen allemaal uit de Residentie en hebben op het hoogste niveau, vaak ook internationaal, wedstrijden gefloten. Neem Van der Kroft, een rasechte Hagenaar die in het seizoen 1966-1967 zijn entree maakte als arbiter in het betaalde voetbal. Hij was een vaardig scheidsrechter die met veel gezag in het veld stond en gerespecteerd werd door de voetballers. Ook internationaal merkte men zijn fluitwerk op en in 1970 floot hij zijn eerste internationale wedstrijden. In 1972 had Van der Kroft de primeur de eerste gele kaart ooit op een Nederlands voetbalveld uit te delen aan Willem van Hanegem. Van de internationale wedstrijden die Van der Kroft floot was waarschijnlijk de match van Real Madrid tegen Borussia Mönchengladbach tijdens de kwartfinale van de UEFA Cup 1976 de meest spraakmakende. Tijdens deze wedstrijd keurde Van der Kroft tot tweemaal toe een doelpunt van de Duitsers af (eenmaal wegens buitenspel en eenmaal wegens een handsbal van de Duitser
De Duitse pers vond de wedstrijd doorgestoken kaart: het was de wraak van de Nederlanders op de verloren WKfinale van 1974! Hans-Jürgen Wittkamp), waardoor de wedstrijd onbeslist eindigde in 1-1. Dankzij deze uitslag en een gelijkspel (2-2) van de eerdere wedstrijd gingen de Spanjaarden een ronde verder en waren de Duitsers uitgeschakeld. In Duitsland ontstond na de wedstrijd een ware hetze tegen Van der Kroft. De Duitse pers vond de wedstrijd doorgestoken kaart: het was de wraak van de Nederlanders op de verloren WK-finale van 1974! Rouwadvertenties werden geplaatst
Opening in 1976 van het poffertjeshuis aan het Deltaplein in Kijkduin. Van links naar rechts de scheidsrechters Frans Derks en Leo van der Kroft, voetballer Aad Mansveld, Truus van Hanegem (echtgenote van voetballer Willem van Hanegem) en geheel rechts voetballer Lex Schoenmaker. >Foto: Haagsche Courant.
waarin Leo dood werd verklaard en het gezin kreeg telefonisch doodsbedreigingen. Borussia, de regerend Duitse kampioen, liet het er ook niet bij zitten en diende een officiële klacht in bij de UEFA en wilde dat de Europese voetbalbond de wedstrijd ongeldig verklaarde. Maar tot tweemaal toe stelde de UEFA de Duitse club in het ongelijk en kreeg
Van der Kroft het vertrouwen van de bond. Hiermee was de kwestie nog niet afgedaan. In februari van hetzelfde jaar was Van der Kroft door de FIFA uitgenodigd om op de Olympische Spelen van 1976 in Montreal wedstrijden te komen fluiten. Maar na de affaire met Borussia Mönchengladbach werd plotseling niet hij maar colle-
advertentie
Cold Cases in de Haagse archeologie vanaf 19 mrt 2015
ga-scheidsrechter Charles Corver gevraagd. De teleurstelling bij Van der Kroft was groot, omdat hij op de Olympische Spelen afscheid zou nemen als scheidsrechter. De voorzitter van de KNVB, Wim Meuleman, vond de beslissing van de FIFA onbegrijpelijk: “Want”, zei hij in een interview met het Nieuwsblad van het Noorden op 7 mei 1976, “stel dat men vindt dat hij die cupwedstrijd toch niet sterk gefloten heeft. Dan moet men de zogenoemde scheidsrechterspech accepteren. Iedereen heeft wel eens een mindere dag”. Uiteindelijk draaide de FIFA bij en kreeg Van der Kroft eerherstel. Desondanks besloot hij toch niet naar Montreal af te reizen, want het risico bestond dat hij in Canada alleen als grensrechter zou mogen optreden. In Duitsland leidde het eerherstel wederom tot een enorme hetze tegen Van der Kroft. Een bierbrouwer liet bierviltjes drukken met het hoofd van de scheidsrechter en de tekst: ‘Opsporing verzocht’ en ook het aantal dreigtelefoontjes nam weer toe, aldus de echtgenote van Van der Kroft in een interview in De Waarheid op 9 juli 1976. Gelukkig heeft de kwestie geen verdere gevolgen gehad voor de verdere bestuurlijke carrière van Leo van der Kroft bij de KNVB, de UEFA en de FIFA. Tot op heden is hij adviseur van de scheidsrechterscommissie betaald voetbal van de KNVB. Hans Zwaanswijk www.denhaag.nl/haagsgemeentearchief
7
actueel<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
Coalitiepartijen ontlopen conflicten
De lege agenda van Haagse raad Door Jan van der Ven
Nog nooit heeft de gemeenteraad van Den Haag zo kort vergaderd als vorige week donderdagavond. De raadsleden keken die avond naar een nagenoeg lege agenda. De raadsleden roffelden even op hun bureaus toen burgemeester Van Aartsen de fractievoorzitter van de PVV, Leon de Jong, feliciteerde met de geboorte van zijn dochter. Na dertien minuten werd de vergadering afgehamerd. Burgemeester Jozias van Aartsen zat met die leegheid zichtbaar in zijn maag. Zeker ook omdat vorige maand een vergadering van de gemeenteraad op het laatste moment werd afgelast omdat er gewoonweg niets zinnigs op de agenda van de derde stad van Nederland stond. Daar kwam bij dat uitgerekend op donderdagavond bekend werd dat het bestuur van de gemeenteraad (het presidium) overweegt de spreektijden te gaan inkorten, omdat de raadsvergaderingen met liefst vijftien partijen tegenwoordig wel heel erg lang duren. Om een gênante vertoning te voorkomen, zei Van Aartsen besmuikt dat er zo weinig te vergaderen viel, omdat de raadsleden nog steeds moe zijn van het drukke najaar. “Een korte vergadering ter compensatie voor het snoeiharde werk in de tweede helft van het vorig jaar”, zei hij, zonder blikken of blozen. De burgemeester doelde onder meer op de vele debatten over de nieuwe taken op het gebied van gezondheidszorg, sociale zekerheid en jeugdzorg die gemeenten per 1 januari hebben gekregen. Draad Maar er is natuurlijk meer aan de hand. Het nieuwe college heeft na een moeizaam najaar, met politieke spanningen rond het Spuiforum en krakersbolwerk De Vloek, de draad weer opgepakt. Het collegeakkoord wordt nu netjes uitgevoerd en iedereen krijgt daarbij zijn deel. Omdat veel zwart op wit is vastgelegd, blijven grote politieke conflicten uit. Al lukt dat niet altijd, zoals vorige week bleek toen PvdA-wethouder Baldew-
De MIPIM, het grootste onroerend goed-spektakel van Europa: dealen, dineren en dansen. Op de MIPIM kan alles. Op de achtergrond het Carlton Hotel waar tijdens de beurs de jetset huist. > Foto: Images & Co/Valentin Desjardins
singh zijn plannen voor de bestrijding van de jeugdwerkloosheid ijlings moest inslikken. Desondanks koestert de PvdA de afspraken die begin dit jaar zijn bezegeld over de armoedebestrijding. Baldewsingh raakt er niet over uitgesproken en ziet de aanpak van de armoede als bewijs dat de PvdA onder zijn leiding linksaf is geslagen. De dreigende financiële en politieke problemen rond de Participatiewet kunnen zijn blijdschap niet verstoren. CDA-wethouder Karsten Klein had een erg druk najaar, vooral met de zorg als belangrijkste thema. Maar tussendoor zag hij kans om een handelsmissie naar China te leiden als wethouder van economische zaken. Luwte Als altijd opereert D66-wethouder Ingrid van Engelshoven vooral veel in de politieke luwte. De vrouw die de komst van dit college mogelijk maakte door
het oorspronkelijke plan voor het Spuiforum tijdens de collegeonderhandelingen in te ruilen voor een alternatief, zet gewoon haar werk als wethouder voor onderwijs voort. Haar partijgenoot Tom de Bruijn geniet intussen zichtbaar van zijn nieuwe rol als wethouder van financiën. Als diplomaat werkte hij vooral op de achtergrond, nu is hij de spil in het college als het gaat over de financiën. Soms dreigt hij even tussen de spaken van het fietsbeleid in het centrum te komen, waar geen einde komt aan de stroom gestalde fietsen. Maar duizenden nieuwe fietsrekken moeten de oplossing gaan bieden. VVD-wethouder Boudewijn Revis stelt intussen tevreden vast dat het tarief voor de parkeervergunning voor de tweede auto is gehalveerd tot 210 euro per jaar. En met evenveel enthousiasme is hij aan de slag gegaan om de en-
tree van station Hollands Spoor naar het centrum een nieuw aanzien te geven. Wat ook geldt voor Scheveningen. Cannes En dan is er wethouder Wijsmuller van de Haagse Stadspartij. Hij heeft het meest heikele thema (Spuiforum) veilig opgeborgen in een geheim aanbestedingsproces. Dat biedt hem tijd om met de culturele wereld in gesprek te gaan tijdens een stadsgesprek dat maandagavond werd gehouden. En om dinsdag voor drie dagen af te reizen naar de Zuid-Franse badplaats Cannes. Daar bezocht hij de Europese vastgoedbeurs Mipim. Het was zijn eerste grote dienstreis en die bracht de voormalige kraker naar de glitterende wereld van het grote geld. Tot slot burgemeester Jozias van Aartsen, onlangs herbenoemd tot 2020. Maar de politieke actualiteit kan daar zomaar verandering in brengen. De top van de VVD is sinds begin deze week
namelijk naarstig op zoek naar een geschikte opvolger voor de plotseling opgestapte minister Opstelten van Justitie. Met zijn enorme staat van dienst zou Van Aartsen probleemloos de nieuwe minister van Justitie kunnen worden. Hij was tenslotte achtereenvolgens minister van Landbouw en van Binnenlandse Zaken en fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Een andere politieke actualiteit zijn verkiezingen voor de Provinciale Staten. Of de politieke rust in de gemeente Den Haag na volgende week woensdag, als de stemmen voor de Statenverkiezingen zijn geteld, voortduurt, is al met al nog maar de vraag. Want het voorspelde verlies van de PvdA en de VVD en de voorziene winst van D66 zullen van invloed zijn op de onderlinge lokale politieke verhoudingen. Ook al zullen de lokale hoofdrolspelers verklaren dat de Statenverkiezingen niets van doen hebben met de gemeentelijke politieke verhoudingen.
Cultuurclash tussen ADO en Wang DHC Achtergrond Door Casper Postmaa
De vaststelling dat het niet goed gaat met ADO klinkt menig Hagenaar vertrouwd in de oren, maar het is altijd even afwachten waarover het gaat: de plaats op de ranglijst, de kaspositie of bestuurlijke problemen. Deze keer gaat het niet over de prestaties van ADO 1, maar eigenlijk om alles dat zich buiten het veld afspeelt. De club is overgenomen door het Chinese United Vansen van ene meneer Wang en sindsdien heeft niemand nog greep op de gebeurtenissen. Zo is in korte tijd de Raad van Commissarissen ontmanteld en stapte vorige week directeur Maarten Fontein op omdat zijn definitieve arbeidsovereenkomst plots het karakter van een soort wurgcontract had gekregen. ADO moet dit jaar achtste in de eredivisie worden en volgend jaar vijfde was één van de eisen die Wang aan Fontein stelde, terwijl hem tegelijker-
tijd te verstaan werd gegeven dat hij zich op geen enkele manier met het technische beleid mocht bemoeien. Daarnaast moest hij op wedstrijdendagen als eerste in het stadion zijn en als laatste vertrekken. Dat niveau dus. Daarna escaleerde de ruzie. Fontein noemde de overname door United Vansen een fiasco en Wang beweerde via een tussenpersoon dat Fontein al die tijd niets had uitgevoerd, er zou niet eens een beleidsplan op papier staan. Dat uit dat niet bestaande plan al rijkelijk in de pers werd geciteerd voordat de ruzie begon, mag de pret niet drukken, bij ADO leeft iedereen in zijn eigen wereld. En tussen de Chinese en de Haagse bestuurscultuur gaapt, zo weten we inmiddels, een enorme kloof. Niet verbazingwekkend, zou je zeggen, maar iedereen heeft het laten gebeuren ondanks het feit dat de voortekenen weinig bemoedigend waren. Toetsing Over United Vansen was zo weinig be-
kend, dat sommigen eraan twijfelden of het bedrijf wel echt bestond. Dat Wang keer op keer niet aan de betalingstermijn kon voldoen, die toenmalig eigenaar Mark van der Kallen had gesteld voor de overname van zijn aandelen (voor acht miljoen euro), was zeker een ruggensteun voor de aanhangers van dat scenario. Inmiddels is het al zo ver gekomen, meldt Omroep West, dat de KNVB een onderzoek is begonnen naar United Vansen in verband met witwaspraktijken en gokken. Tegenover deze krant ontkent de voetbalbond dat. Het bedrijf van Wang ondergaat, volgens een woordvoerder van de KNVB, de normale toetsing, die iedere nieuwe grootaandeelhouder in een club moet doorstaan. Die toetsing is nog niet afgerond, maar tot nu toe zijn er geen aanwijzingen of vermoedens dat United Vansen zich met witwassen of gokken bezighoudt. Dat betekent niet dat het Chinese bedrijf zich als een modelaandeelhouder gedraagt. Zo heeft Wang nog steeds
niet aan zijn belofte voldaan dat hij miljoenen in ADO zou steken. Sterker nog, volgens diverse bronnen scheelde het maar een haar of de notaris die de aandelentransactie regelde, had beslag gelegd op diezelfde aandelen omdat zijn rekening niet was betaald. Prioriteitsaandeel Tot nu heeft het Chinese avontuur van ADO slechts tot chaos geleid. Behalve de club, spelers en fans is er nog een partij die dat zorgen baart. De gemeente Den Haag, die in de loop der jaren tientallen miljoenen in de club heeft gestoken. Omdat de gemeente ADO in 2007 van het faillissement redde, kreeg zij een zogeheten prioriteitsaandeel, dat bijvoorbeeld het recht geeft om een begroting af te keuren, verkoop van de club te blokkeren of een commissaris te benoemen. Wethouder Tom de Bruijn (D66, financiën) volgt het ADO-drama met argusogen. Van de bevoegdheden die een prioriteitsaandeel met zich meebrengt, heeft
de gemeente er al één verbruikt, ADO is verkocht met toestemming van de gemeente. Van een tweede bevoegdheid, het benoemen van een commissaris, wil De Bruijn geen gebruikmaken en wat er straks met de begroting van ADO gebeurt, moeten we maar afwachten. In eerste instantie neemt de lokale overheid dus een afwachtende houding aan. ‘De gemeente betreurt de gang van zaken en dringt bij de eigenaar aan op snelle benoeming van de definitieve directeur en aanvulling van de RvC’, aldus de officiële reactie van wethouder De Bruijn. Met verwijzing naar de vele miljoenen aan belastinggeld die in het verleden in de Haagse profclub zijn gestopt, is het standpunt van De Bruijn wel te begrijpen. Nauwere banden met ADO – bijvoorbeeld een commissaris namens de gemeente – heeft Den Haag in het verleden veel geld gekost. Daar past de wethouder dus voor, het is de vraag hoe lang hij dat kan volhouden.
8>jubileum
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
Bronovo scoort met ‘hoffelijke zorg’ De geboorte van prinses Amalia in december 2003 maakte het Bronovo Ziekenhuis in één klap vermaard. De foto’s van de trotse vader die de kroonprinses aan de wereldpers toonde, zoefden de wereld rond. De relaties van de koninklijke familie met het ziekenhuis in Benoordenhout waren daarvoor al stevig. De komst van de toenmalige koningin Beatrix naar Den Haag leidde opnieuw tot een nauwe band met de Oranjes. Een band die voor weinigen echt zichtbaar is, want een koninklijk bezoek aan het ziekenhuis vindt doorgaans plaats in alle rust en stilte, via een achteringang. Het ziekenhuis is trots op de goede relatie die het heeft met de koninklijke familie. De kraamafdeling is niet voor niets vernoemd naar Amalia. Maar ook andere Oranjes hebben er een afdeling gekregen, zoals Juliana, Wilhelmina, Willem-Alexander en Emma. In een ver maar makkelijk te beveiligen hoekje van het ziekenhuis bevindt zich een suite die is gereserveerd voor de leden van het Koninklijk Huis. De Haagse schrijver en oud-politicus Theo Monkhorst lag er ooit een paar weken. Hij vertelt hoe dat in zijn werk ging. “Ik moest in Leiden aan mijn hart worden geopereerd, maar dat kon wel even gaan duren. Intussen was wel medisch toezicht noodzakelijk. Artsen van Bronovo wezen mij op het bestaan van de koninklijke suite en de mogelijkheid er gebruik van te maken”. Monkhorst aarzelde niet. “Het leek me een buitenkans en ik had wat geld gespaard, zodat ik de toeslag van enkele honderden euro’s kon betalen”. De enige restrictie die er aan verbonden was, was dat hij de suite moest afstaan in geval een lid van het Koninklijk Huis er gebruik van zou moeten maken. Monkhorst vertelt over de suite: “Het was zeker geen luxe. Ik lag in een gewoon ziekenhuisbed, maar dus wel in een koninklijk bed. Er stond een extra bank voor bezoek en wat verderop een lange werktafel. Ook was er een wachtkamer voor bezoekers”. Hij benadrukt de eenvoud van het geheel. Dus geen Perzische tapijten op de grond, gaan antieke kasten en ook geen kroonluchters. De schrijver kijkt terug op een comfortabel verblijf in de suite. De enkele honderden euro’s die hij moest bijbetalen waren het hem waard. “Het eten was erg lekker, ik kreeg de New York Times en op zijn tijd een glaasje wijn”. Hij gebruikte de rust voor overpeinzingen en het maken van persoonlijke aantekeningen over zijn leven, dat toen in het teken stond van een naderende zware hartoperatie. Het ziekenhuis tooit zich tegenwoordig met de titel ‘hoffelijke zorg’. Die bestaat onder meer uit arrangementen waaruit patiënten kunnen kiezen. Net zoals Monkhorst kan de patiënt dan een glaasje wijn krijgen of eten à la carte. Maar wat indertijd voor Monkhorst gold, geldt nu ook voor de andere patiënten: aan de extra service hangt wel een prijskaartje. Wie bijvoorbeeld hecht aan privacy en daarom een eenpersoonskamer wil, moet daar 120 euro per dag voor betalen. En eten à la carte kost 12 euro. Tenminste, als de arts geen speciaal dieet heeft voorgeschreven.
Diaconessen jubileren op markant moment
Fusie met MCH wordt wennen voor de patiënten
Op diverse plaatsen in het gebouw zijn kle
H
Door Jan van der Ven
et zal de meeste bezoekers niet zijn ontgaan dat het ziekenhuis Bronovo dit jaar 150 jaar bestaat. Op meerdere plaatsen in het gebouw zijn kleine tentoonstellingen ingericht die een treffende blik werpen op de rijke historie van dit ziekenhuis. Angstaanjagende glazen spuiten en gesteven zustersuniformen roepen herinneringen op aan weleer. Maar of vroeger alles beter was, is nog maar de vraag. Want de gezondheidszorg heeft pas de laatste decennia enorme sprongen gemaakt. En de oorzaak daarvan lag niet zozeer in de ziekenhuiszorg zelf als wel ver daarbuiten. De aanleg van rioleringen bijvoorbeeld vormde een doorbraak van jewelste. Hetgeen ook kan worden gezegd van de uitvinding van de penicilline. Wat dat betreft was het in de periode daarvoor pionierswerk. De diaconessen die het ziekenhuis 150 jaar geleden oprichtten, deden dat vooral uit geloofsovertuiging. Een overtuiging die hun min of meer dwong zorg te dragen voor de zieke medemens. Dat gebeurde dan wat Bronovo betreft in gebouwen die gezag uitstraalden. Zo was er het voorma-
Sara Katharina de Bronovo (Rotterdam 17-2-1817 – Den Haag 18-6-1887), oprichtster en eerste directrice van de Haagsche Diaconessen-Inrichting, het latere Bronovoziekenhuis.
lige ziekenhuis Bronovo aan de Bronovolaan. Er verrees daar een groots, statig pand, dat in 1932 werd geopend door prinses Juliana. Gangen Wie nu door de gangen van het Bronovo loopt, kan zich moeilijk voorstellen hoe de gezondheidszorg
er in die jaren dertig uitzag. Zusters hebben plaatsgemaakt voor verpleegkundigen die op alle momenten mobiel bereikbaar zijn en zich door de gangen spoeden. De artsen van toen lijken niet meer op hun collega’s van nu. Ze dragen nog wel de kenmerkende witte jas, maar hun wil is geen wet meer. Mondige patiënten willen, gevoed door internet, gehoord worden in de spreekkamer en de moderne arts is daardoor van zijn voetstuk getreden. Afgelopen vrijdag werd het 150-jarig bestaan van Bronovo officieel gevierd tijdens een groots feest in Madurodam. Zo’n duizend medewerkers werden onthaald op muziek van de Hermes House Band en Ruth Jacott. Het feest vond plaats op een markant moment, want het Bronovo is onlangs gefuseerd met het Medisch Centrum Haaglanden (MCH). Een fusie was uiteindelijk onafwendbaar geworden. De chirurgen van Bronovo waren de eersten die enkele jaren geleden de overstap waagden naar het topklinische MCH. De maatschappen van beide ziekenhuizen werden in elkaar geschoven. Dat gebeurde niet zozeer uit vrije wil, het waren vooral de kwaliteitsregels van de beroepsgroep die de chirurgen dwongen deze stap te zetten. Die regels stellen onder meer dat een chirurg jaarlijks een minimaal aan-
9
jubileum<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
De radioloog: ‘Het wordt geen rondreizend circus’ De patiënten die de radioloog dr. Sidney Rebergen dagelijks ziet, zijn doorgaans bereid naar zijn mening te luisteren. Ze zijn wel steeds beter geïnformeerd, maar laten het eindoordeel over een behandeling aan hem over, is zijn ervaring. Internet helpt de patiënten bij hun zoektocht. De mondige patiënt vraagt van de behandelend arts een doordachte aanpak. “Dat allemaal stelt hoge eisen aan de communicatie”, weet hij. “De tijd dat de patiënt blindelings de aanpak van de arts volgde, is gelukkig voorbij. Patiënten willen nu meebeslissen, ze willen weten wat er gaat gebeuren en waarom dat noodzakelijk is”. Sidney Rebergen heeft net zijn 12,5 jarig jubileum bij Bronovo gevierd. Hij roemt de sfeer in het ziekenhuis. “Het is kleinschaliger allemaal, het is hier geen fabriek. Mensen kennen elkaar en dat maakt het mogelijk via korte lijnen snel zaken voor elkaar te krijgen”, zegt hij. De grote verschillen in de populatie maken het werk extra aangenaam. “Er komen bewoners uit allerlei wijken”. Zijn vak ontwikkelt zich razendsnel. “Vroeger was een radioloog iemand die foto’s beoordeelde, nu werken we met de modernste technieken die razendsnel een aandoening kunnen opsporen. Denk aan de komst van de snelle CT-scan. In een paar seconden krijg je een helder beeld, van top tot teen. Daardoor werk ik nu veel vaker samen met andere artsen. Ik ben voor collega’s steeds meer een consultant”. De aanschaf van steeds complexere apparatuur vraagt een maximaal gebruik ervan. De fusie met het Medisch Centrum Haaglanden helpt bij de invoering van de nieuwe technieken. “Er wordt nu gedacht over de aanschaf van de nieuwste MRI. Het is een erg duur apparaat. Door deze nieuwe en snelle technieken kunnen we snel en gedetailleerd informatie verstrekken en waar mogelijk een passende radiologische behandeling bieden, zoals een drainage van een abces”, aldus dr. Rebergen. De fusie heeft veel in beweging gebracht, maar de radioloog vindt het moeilijk te zeggen hoe het proces van samengaan gaat uitpakken. Het eindplaatje is dus nog lang niet helder. “Dat zal pas over een jaar of tien zichtbaar worden”, verwacht hij. De fusie zal voor hemzelf tot niet veel veranderingen leiden, vermoedt hij. Nu al werkt hij soms in het gezondheidscentrum in Wassenaar en soms in MCH Antoniushove. Hij zal straks misschien wat vaker in het MCH Westeinde te vinden zijn. “Maar”, zo verzekert hij, “het wordt echt geen rondreizend circus. Mijn basis is en blijft het Bronovo”.
De verpleegkundige: ‘Dit is de leukste afdeling’
eine tentoonstellingen ingericht die een treffende blik werpen op de rijke historie van dit ziekenhuis.> Foto's: PR
tal zeer gespecialiseerde ingrepen moet verrichten. Denk aan ingewikkelde slokdarmoperaties. Nadat de chirurgen het pad hebben geëffend, volgen later de andere specialisten. Onzekerheden Een fusie geeft altijd onzekerheid. Vooral wanneer sprake is van een samengaan van twee verschillende ziekenhuizen, die ook nog eens in omvang enorm van elkaar verschillen. De anonieme betonnen toren van het Westeinde Ziekenhuis staat in schril contrast met het vriendelijke, witte gebouw Bronovo waarin de weg makkelijk te vinden is. Ook de toren van Antoniushove, eveneens onderdeel van het MCH, spreekt niet echt tot de verbeelding. De culturen die de komende jaren moeten samengaan, verschillen eveneens van elkaar. Het Westeinde is toch vooral een ziekenhuis dat zich in het centrum van de grote stad bevindt, te vergelijken met het Onze Lieve Vrouwengasthuis in hartje Amsterdam. Daar staat het bijna landelijke karakter van Bronovo tegenover. Hoe het evenwicht tussen de gefuseerde ziekenhuizen er gaat uitzien, valt moeilijk te voorspellen. Daarvoor zijn er te veel actoren in het spel waar menigeen geen vat op
heeft. Zo is daar de snel opkomende macht van de zorgverzekeraars. Wie tien jaar geleden voorspelde dat de zorgverzekeraars de dienst zouden gaan uitmaken in de regio, zou met pek en veren de stad zijn uit gejaagd. De werkelijkheid van dit moment is echter dat de zorgverzekeraars de macht voor een steeds groter deel in handen hebben gekregen. Miljoenen Een andere onzekere factor vormen de steeds duurder wordende nieuwe technieken die een ziekenhuis in huis moet hebben. De investeringen ervan lopen in de miljoenen en die bedragen zijn voor een ziekenhuis als Bronovo niet meer op te brengen. Alleen in groter verband zijn zulke investeringen nog doenlijk. Dan dringt zich echter vanzelf de prangende vraag op: welke locatie krijgt dat nieuwe, felbegeerde apparaat? Of, met andere woorden, welke kant gaat de patiëntenstroom op? De diaconessen hadden indertijd de op dat moment beschikbare zorg in huis. Maar anno 2015 kan één ziekenhuis niet meer alle zorg leveren. De kosten ervan zijn ondraaglijk geworden. Er moeten daarom keuzes gemaakt worden en de kaarten lijken wat dat betreft bijna geschud. Zo wordt de zorg voor borstkanker ondergebracht bij Antonishove. Het
Westeinde blijft het grote topklinische ziekenhuis met een Spoedeisende Hulp die is ingericht op de ernstigste trauma’s. Bronovo behoudt alle specialismen die een regulier ziekenhuis nodig heeft, tot met een eigen Spoedeisende Hulp. Het ziekenhuis gaat zich daarnaast richten op drie speerpunten: de zorg voor moeder en kind, de geneeskunde voor ouderen en de zorg voor expats. Deze keuze voor de ouderenzorg heeft tot gevolg dat het Bronovo het centrum wordt voor onder meer de heupoperaties, ingrepen aan de galblaas, vaten en de behandeling van liesbreuken. Wennen De verschuivingen van het zorgaanbod in Den Haag zullen tot gevolg hebben dat vooral patiënten met een complexe aandoening steeds vaker elders worden geholpen. Dat zal dan voor menigeen wennen zijn. Want in de praktijk betekent dit, dat een patiënt die zich in het Bronovo meldt met een ernstige en ingewikkelde aandoening, in het Westeinde Ziekenhuis door zijn specialist wordt geopereerd. Om vervolgens in Bronovo te herstellen. Dat de gezondheidszorg zo’n enorme vlucht zou nemen, konden de diaconessen 150 jaar geleden werkelijk niet bevroeden.
De 24-jarige Emily Heemskerk stapt iedere dag met een tevreden gezicht Bronovo binnen. Ze volgde de interne opleiding tot verpleegkundige, haar hartenwens. Tijdens die opleiding zag ze veel afdelingen en zodoende kon ze in korte tijd een goed beeld van het ziekenhuis krijgen. Inmiddels heeft ze haar plek gevonden, de kraamafdeling van Bronovo. “Dit is werkelijk de leukste afdeling”, is haar ervaring. Iedere afdeling heeft zo haar eigen sfeer, weet ze inmiddels. “Dat heeft natuurlijk te maken met het soort patiënten dat er ligt”, zegt ze. En met de ene arts maak je makkelijker contact dan met de andere, is haar ervaring. En een afdeling met ernstig zieke patiënten vraagt vanzelf om een andere aanpak dan de kraamafdeling. “Hier zie je toch vooral veel blije gezichten”, zegt ze. Ook voor haar zal de fusie met het MCH gevolgen kunnen hebben, realiseert ze zich. Veel is in beweging maar tijdens haar dagelijkse werk merkt ze weinig van het samengaan met het MCH. “Dat zou natuurlijk kunnen veranderen als er in MCH Westeinde ineens veel personeel op de kraamafdeling ziek is. Misschien moet iemand van onze afdeling daar dan invallen”, aldus Heemskerk. Ze voegt eraan toe: “Maar dat zie ik niet als probleem. De populatie in die locatie is anders dan hier. En waarom zou ik daar niet voor openstaan? Ik zie het dan toch meer als een uitdaging”.
Radioloog dr. Sidney Rebergen en verpleegkundige Emily Heemskerk. >Foto: Thomas Vahé
10>interview Vilan
Ziggo (slot)
De economie doet het weer uitstekend, zo met de verkiezingen op komst, maar ik ben aan het consuminderen. Alle abonnementen heb ik kritisch nagelopen en zeker de helft ervan heb ik opgezegd. In januari schrapte ik ook Ziggo. Keek ik nog tv? Nauwelijks. En nu, in maart, heb ik nog altijd dat tv-signaal. In de laatste brief die Ziggo stuurde, legden ze het raadsel van de ongewenste dienstverlening uit. Nog zo’n tien dagen zou het duren. Dan kon ik er eens goed van genieten zodat ik weer wist wat ik zou gaan missen, en ja, dan bleef ik natuurlijk klant. Ik dacht aan een slager die zijn hamlappen zou bezorgen bij een vegetarisch etend gezin. Zouden die na een week spontaan aan het vlees gaan? Precies. Net zomin als ik nog iets van Ziggo wil. De afgelopen weken heb ik in de wandelgangen gehoord dat ik niet de enige ben die in de klauwen hangt van een Ziggo-achtig bedrijf. Daar klant worden kost een seconde. Een muisklik. Een telefoontje. Alles is in orde. Maar er ontklanten is een procedure die weken en maanden in beslag kan nemen. Een loket waar je heen kunt, dat hebben ze niet. Je moet aangetekende brieven sturen met een motivatie voor de opzegging, en dan raken ze die toch kwijt. Het alternatief is een account op hun website aanmaken waarvoor te veel persoonlijke gegevens nodig zijn. Intussen blijven ze gewoon geld afschrijven. Naar de jaaromzet van Ziggo heb ik niet durven kijken. Wel heb ik ze op mijn bankrekening geblokkeerd. Dat was een moment van diepe tevredenheid. Door de correspondentie van de laatste weken tussen Ziggo en mij ben ik gaan nadenken. Misschien was ik bij meer bedrijven klant gebleven, zonder het te weten of te willen. Kijkt u elke ochtend de digitale afschrijvingen na? Ik deed het niet, tot voor kort. Nu wil ik alles zien en begrijpen, en het moet overeenkomen met mijn kasboek. Ik heb al een dubbele afschrijving van een instantie ontdekt. Bij supermarkten controleer ik de kassabon voordat ik de winkel uitloop, wat ik vroeger het toppunt van truttigheid vond. ‘Dit was toch in de aanbieding?’ Dus al met al gaat mijn leven zonder televisie er meer op vooruit dan ik had kunnen vermoeden. Meer tijd en een beter besef van geldzaken. Zo scherp als ik tegenwoordig op bonnen en afschrijvingen let, heb ik nog nooit gedaan. Ja, op de mestvaalt bloeien mooie bloemen. Met dank aan Ziggo. Vilan van de Loo
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
Marcel Bosman, directeur van het Kurhaus:
‘In Amsterdam is het me gelukt, in Den Haag gaat het ook lukken’
Zijn voorspelling is uitgekomen. Een half jaar nadat de Amrâth Hotelgroep het Kurhaus overnam, heeft directeur Marcel Bosman (49) de verbouwing weten af te ronden. Als eerste gaat de serre open, en het nieuwe restaurant dat vanaf nu ‘Waves at the Kurhaus’ heet. Daarna de nieuwe wellness. En als het project klaar is? Bosman: “Dan gaan we centen verdienen”. >Foto: Piet Gispen
H
Door Annerieke Simeone et was eind oktober toen Marcel Bosman zich voor het eerst liet zien in het Kurhaus. Zijn werkgever, de vermogende familie Van Eijl van de Amrâth Hotelgroep had net het verlieslijdende gebouw van de Duitse firma Steigenberger overgenomen. De Parel van de Noordzee maakte dat najaar een desolate indruk. Het meeste personeel was weggestuurd, de Kurzaal oogde zonder meubilair als een chique, maar verlaten balzaal. Tijdens het diner in de serre, waar slechts een handvol mensen zat, liep een grijze man met een zwarte Ray Banbril de tafeltjes af. “U heeft waarschijnlijk wel het één en ander vernomen van wat er hier gebeurt”, zei hij tegen de gasten. “En omdat u toch de moeite heeft genomen dit hotel te bezoeken, wil ik u graag een glas champagne aanbieden”. Het was Bosman die voor ons stond, de kersverse directeur van het Kurhaus. Hij vertelde dat hij het helemaal anders ging doen. Het hotel zou een metamorfose ondergaan, er kwam een nieuw restaurantgedeelte, een wellness met alles erop en eraan en
de bezettingsgraad van gemiddeld vijfentwintig procent moest omhoog. Er volgde nog een glas champagne en aan het eind van de avond bleek dat niemand zijn alcoholische versnaperingen hoefde af te rekenen. Bosman zei: “Komt u nog eens over een half jaartje terug. Dan is het Kurhaus in oude glorie hersteld”. Een maand te vroeg spreken we af in de erker van het toenmalige restaurant Kandinsky, uitkijkend over zee. De champagne met amuses staan klaar. Marcel Bosman heeft wat te vieren. “Proost”, zegt de in het zwart gestoken general manager. Terwijl onze glazen
‘Het is niet zo dat ik een verbouwingsklusje doe en dan weer ga’
klinken: “Het is me gelukt. Alles is dit voorjaar af, kamers, restaurant, wellness. Ik zei het toch? Op twee april gaat als eerste het nieuwe restaurantgedeelte open, en ik heb een primeurtje voor je. Deze ruimte krijgt een nieuwe naam: Waves at the Kurhaus”. Hij loopt weg van de statafel en kijkt de kale ruimte in. Met een hand wijzend naar de muur: “Die krijgen metallic-kleuren van de zee gecombineerd met goudtinten. Over een week komt het meubilair. En hier in de erker waar je nu staat, spelen muzikanten elke vrijdagavond live-muziek”. Honderdvijftig man kan Bosman kwijt in het restaurant. Altijd met uitzicht op zee. Dat vond hij een vereiste. “Als de zon schijnt, ontbijten de gasten op het terras”. De Kurzaal waar nu nog banqueting meubilair staat, is bestemd voor feestjes en exposities. Bosman: “Op zesentwintig april vieren we daar het Koninginnebal, dan treedt Ellen ten Damme op, met zestien man van het Concertgebouworkest”. Bosman die zijn hapjes en drankje in sneltreinvaart heeft weggewerkt, gebaart me naar de serre. “Nou en hier gaat de bar weg, het kleed eruit en de deur aan de achterkant open. Hij wijst naar het plafond. “Daar komt een mooi kunstwerk geschilderd door kunstenares Gerti Bierenbroodspot”. De ijzeren
tussendeur beneden aan de trap richting boulevard hield voorganger Steigenberger altijd gesloten. Bosman die in oktober liet weten daar chagrijnig van te worden, heeft het ijzeren ding inmiddels wagenwijd opengezet. “Kom”, zegt hij, “ik laat je de wellness zien”. Zwembad Voorbij de Cor Ruyszaal trekt Bosman een deur open. We staan alweer in een lege ruimte. Alsof de general manager mijn gedachten raadt, antwoordt hij: “Over een week of zeven is de wellness klaar hoor. “Er komen diverse behandelkamers, sauna’s, een Turks stoombad, een fitnessruimte en hierachter een zwembad van een meter of twaalf uitkijkend over de zee. Het terras gooi ik vol ligbedden”. De wellness van het Kurhaus wordt niet het nieuwe Vitalizee, het is alleen toegankelijk voor hotelgasten. Bosman: “Als ik iedereen zou toelaten, zou het een openbaar zwembad worden, dan gelden andere regels. Bovendien, ik kan het niet aan. Als het hotel vol zit, hebben we vijfhonderd gasten en kan er niemand meer bij. Een extra reden dus om een keer bij het Kurhaus te reserveren”. Hoewel Bosman de vrije hand krijgt in dit megaproject, volgt familie Van Eijl de verbouwing nauwgezet.
11
interview<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
‘Ik ben niet gestresst of gespannen. Ik houd dit nog maanden vol’
Vol lof praat hij over zijn opdrachtgevers. “Het is toch uniek dat meneer Van Eijl en Kaspar (zijn zoon, A.S.) dit hotel hebben gekocht en dat het niet in handen is gevallen van een groot concern. We zijn een echt familiebedrijf. Het is dus ook niet mijn project, het is ons project. We werken veel met vaste leveranciers. Dat kan ook niet anders. Als je alles in een recordtempo wilt neerzetten, dan moet je mensen om je heen scharen, die je kunt vertrouwen. Natuurlijk worden er fouten gemaakt, daar leer je alleen maar van. Zonder wrijving geen glans. Niet alles gaat meteen goed, gelukkig niet zeg”. Over de totale kosten van het project praat Bosman nog even niet. “Als het helemaal klaar is, dan wil ik wel zeggen wat de totale investering is. Over een half jaar? Ja, dat is goed”. Terug in de serre ploft Bosman neer in de rotan stoel. Hij weet nog niet of hij daar ook iets nieuws voor wil aanschaffen. “Maar ik heb al wel gezien dat die lamp weg moet. Heb ik daarnet besloten. Vind jij die kroonluchter mooi? Nee? Goed, dan gaat-ie weg. Daar heb ik geen zes maanden voor nodig. Misschien is-ie vanmiddag al weg. Zalig. Lampje eraf, lampje erop”. Zo makkelijk als Bosman praat over zijn nieuwe plannen, zo
lastig is het met hem een gesprek te voeren over de voorganger Steigenberger. Liet hij in het najaar nog weten dat de bezettingsgraad miserabel was en dat hij maar de helft van het personeel wilde
‘Natuurlijk worden er fouten gemaakt, daar leer je alleen maar van. Zonder wrijving geen glans. Niet alles gaat meteen goed, gelukkig niet zeg’
meenemen, nu is hij terughoudender en soms defensief. “We hebben een man of vijfendertig man behouden vanuit de vorige bedrijf.
Maar precies weet ik het niet. Ik heb ook geen idee of ons personeelsbeleid beter is. U wel? Ik was daar destijds niet bij. We zijn nu vijf maanden verder, dus daar hebben we het niet meer over. Nieuw elan, nieuw hotel, nieuwe mensen”. Hij neemt een slok van zijn Spa Rood en kijkt naar de zee. “Nee, daar hebben we het niet over”, herhaalt hij streng. “We hebben het over nu, over het restaurant, over leuke dingen. Het wordt lente, de barbecue moet naar buiten, daar hebben we ’t over”. Jong De carrière van Marcel Bosman is immer in stijgende lijn verlopen. Na de hotelschool in Apeldoorn werd hij meteen assistent general manager in hotel Lapershoek in Hilversum. Een jaar later kreeg hij de leiding over het Elysee Beach Hotel in Zandvoort. Op zesentwintigjarige leeftijd. Er verschijnt weer een glimlach op zijn gezicht: “Ja, ik was al vroeg directeur, beetje jong, maar het is goed gegaan. Ik had geluk dat ik er zo inrolde”. Kort daarop ging hij terug naar Lapershoek, dat door de Amrâth Hotelgroep werd gekocht. “Toen ben ik voor de familie blijven werken”. Voordat hij directeur werd van het Kurhaus, had hij acht jaar de leiding
over Grand Hotel Amrâth Amsterdam. Van het beroemde Scheepvaarthuis maakte hij een vijfsterrenhotel. “Ik heb alles vanaf nul opgebouwd”. Waarom hij zo goed is in het coördineren van omvangrijke horecaklussen, wil Bosman niet vertellen. “Dat moeten anderen maar over mij zeggen, daar ben ik te bescheiden voor. Wat ik wel weet is dat ik geen makkelijk persoon ben, vooral niet voor mezelf. Ik ben enorm gedreven, in Amsterdam is het me gelukt, in Den Haag gaat het ook lukken”. Voor zijn nieuwe baan is Bosman niet naar Den Haag verhuisd. “Nee hoor, ik lees overal dat ik Amsterdam woon, maar dat is niet zo, ik heb een huis in Hilversum”. Elke dag rijdt hij op en neer. Dat is zijn moment van ontspanning. Voor sporten heeft hij geen tijd. “De dagen zijn enorm lang, twaalf uur per dag werken haal ik wel. Maar als je je werk leuk vindt, voelt het niet als een inspanning”. Zijn ringvinger aan zijn linkerhand verraadt dat hij getrouwd is. “Klopt, en ik heb ook twee kinderen, die zijn nog jong, acht en zes jaar. Op de vraag of deze baan en een gezin goed te combineren zijn, zegt hij: “Nou, over twee jaar moet het natuurlijk wel afgelopen zijn met het vele werken. Maar dat gaat ook zeker lukken. Ik ben niet
gestresst of gespannen. Ik houd dit nog maanden vol. Ik val niet om”. Als straks de klus geklaard is, blijft Bosman voorlopig in Den Haag werken. “Nog een aantal jaren. Zeer zeker”. In Amsterdam ben ik acht jaar directeur geweest. Het is niet zo dat ik een verbouwingsklusje doe en dan weer ga”. In de toekomst een eigen hotel opzetten, gaat hij ook niet doen. “Ik ben deze grote zaken gewend met de dynamiek en reuring die daar bij hoort. Ik denk niet dat ik aan iets kleins kan wennen”. Straks als de verbouwing een feit is, gaat het feest volgens Bosman pas echt van start. Grijnzend: “Dan gaan we centen verdienen. Ja, voor mij begint het nu pas. Dat vind ik wel spannend”. Nadat we het gesprek afronden en Bosman naar mijn jas zoekt die verderop in de serre hangt, zegt hij: “Nou, wat zullen we over een half jaar afspreken, wat moet ik dan gerealiseerd hebben? Een hogere bezettingsgraad? Ok. Goed. Hoeveel? Gemiddeld zeventig procent per jaar?” Hij denkt een tel na en schuift zijn zwarte Ray Banbril wat dichter tegen zijn neus aan. “Februari en maart zijn moeilijke maanden, maar vanaf april ziet het er uitstekend uit. Ik ben zeer positief gestemd. Zeventig procent? Oké doen we”.
12>actueel
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
Waarom de kaplaarzen in de kast blijven
Van de driehonderd hoog-heemraadschappen zijn er nog 22 over. Staatsman Thorbecke gaf in 1848 de hoogheemraadschappen bewust een eigen plek in de grondwet. Om te voorkomen dat gemeenten, als ze het beheer zouden krijgen, hun problemen op de buren zouden afwentelen. Al sinds de Middeleeuwen heffen hoogheemraadschappen belasting. Dat geld wordt alleen gebruikt voor de vier kerntaken: waterveiligheid, -zuivering, -overlast en -kwaliteit. Zoals in ieder democratisch bestel heeft het hoogheemraadschap een bestuur. De dijkgraaf (‘burgemeester’) staat aan het hoofd van het Dagelijks Bestuur van hoogheemraden (‘wethouders’). Het Algemeen Bestuur (‘gemeenteraad’) controleert het Dagelijks Bestuur. Bij verkiezingen worden in het Algemeen Bestuur maximaal dertig zetels verdeeld. Een aantal daarvan is geborgd, zodat de Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO), de Kamer van Koophandel en de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren hun eigen vertegenwoordigers afvaardigen. Het boek laat zien hoe ingenieus de hoogheemraadschappen in elkaar zitten. Bijna net zo vernuftig als hoe ze erin slagen dat in Nederland de kaplaarzen in de kast kunnen blijven.
Op 18 maart zijn er naast de provinciale verkiezingen ook waterschapsverkiezingen. Ondanks de eeuwenlange strijd tegen het water, zijn er maar weinig Nederlanders op de hoogte van wat een hoogheemraadschap is en doet. Voorburger Hans Middendorp heeft het daarom in een boek uitgelegd. Door Klaas-Jan Droppert
‘Geef ons heden ons dagelijks brood, en af en toe een watersnood’. Dit gebed van een dijkgraaf slaat de spijker op zijn kop. Pas bij grote wateroverlast horen veel mensen in dit gebied de naam ‘Hoogheemraadschap Delfland’ voor het eerst. Pas dan wordt duidelijk wat er met het belastinggeld gebeurt. Dat zonder dijken, gemalen en boezemkanalen waarvoor het hoogheemraadschap verantwoordelijk is, leven in grote delen van Nederland helemaal niet mogelijk is. De geboren Hagenaar dr. ir. Hans Middendorp, lijsttrekker van de Algemene Waterschapspartij bij de komende verkiezingen, werd zoveel onwetendheid te veel. Hij schreef daarom het boek ‘Niet bang voor water? Wat de waterschappen precies voor je doen’. Daarin legt hij uit hoe Nederland al twaalf eeuwen (sinds 838 na Christus zijn er 23 stormvloeden geweest) met het wassende water worstelt en dat, gezien de overstromingen op diverse plekken in Nederland, nog steeds doet. Maar ook geeft hij aan dat het gevaar tegenwoordig vanuit de lucht komt. Enorme stortbuien zorgen in een mum van tijd voor wateroverlast, water dat door de dichte verstedelijkte bebouwing maar moeilijk kan worden afgevoerd. Maeslantkering Interessant is ook dat de in Voorburg woonachtige Middendorp een kijkje in de toekomst geeft, want ‘de strijd tegen het water stopt nooit’. Zo staan er veel maatregelen op stapel. Zoals de Zandmotor, die voor de Haagse kust bezig is. Voorzichtig concluderend ziet hij het middel als een goede en goedkope manier voor de kustverdediging in de toekomst. Veel andere maatregelen worden pas na 2050 uitgevoerd. Zoals het vervangen van de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg door een zeesluis in
Niet bang voor water? Wat de waterschappen voor je doen. Dr. ir. Hans Middendorp. ISBN: 9789048436484.
Een kaart van het Hoogheemraadschap Delfland uit 1712, vervaardigd door de broers Nicolaas en Jacobus Cruquius. > Illustratie uit het boek
Pas bij grote wateroverlast horen veel mensen in dit gebied de naam ‘Hoogheemraadschap Delfland’ voor het eerst 2070. Voor de veiligheid van Rotterdam en de Drechtsteden tegen een
stormvloed is dat absoluut noodzakelijk. Maar ook om te voorkomen dat het zoete water vanuit de rivieren, dat voor de landbouw noodzakelijk is vanwege de opwarming van de aarde, niet in zee stroomt. Mocht vanaf 2050 voor een zeesluis worden gekozen, dan vindt Middendorp dat Rijkswaterstaat haast moet maken. De voorbereiding ervan kost namelijk 20 tot 25 jaar. Oudste democratie Het belang van hoogheemraadschappen wordt in het boek wel duidelijk. Maar voor wie in het stemhokje echt een gemotiveerde keuze wil maken, heeft Middendorp de structuur en taken op een rijtje gezet. De geschiedenis gaat ver terug, zo blijkt, want polderwaterschappen zijn
de oudste democratische bestuursorganen in Nederland. Ontstaan in de periode van de Grote Ontginning (1000-1300) toen de inwoners van de nieuwe polders moesten gaan samenwerken. Niet veel later stelden de graven van Holland ‘ambtenaren’ aan om het onderhoud aan dijken te coördineren: de hoogheemraadschappen. In 1255 kreeg Rijnland van graaf Willem II het privilege en het is daarmee het oudste hoogheemraadschap. Delfland, bestaande uit acht dorpen ten westen van Delft, ontving van graaf Floris V pas in 1289 deze privilegebrief.
Plan aanpak jeugdwerkloosheid
Baldewsingh haalt bakzeil Door Jan van der Ven
Wethouder Rabin Baldewsingh heeft vorige week bakzeil gehaald in het college van B en W over een plan van hem om 5000 jongeren aan een baan te helpen. De PvdA’er wilde zijn voornemen vorige week woensdag presenteren, maar collega-wethouders gingen ineens dwars liggen. De plannen van de wethouder werden vorige week besproken in de wekelijkse vergadering van het college van B en W. De PvdA-wethouder ging er aanvankelijk van uit dat zijn collega’s ermee akkoord zouden gaan.
Daarom had hij alvast een persbijeenkomst belegd waarop hij een en ander wereldkundig zou gaan maken. Die bijeenkomst werd op het laatste nippertje afgelast. De kritiek op de voornemens van de wethouder komt vooral van de wethouders Karsten Klein (CDA, economische zaken) en Ingrid van Engelshoven (D66, onderwijs), zo bevestigen bronnen. De beide wethouders vinden dat de PvdA-wethouder onvoldoende rekening heeft gehouden met onderwijs en economie als factoren om jongeren aan het werk te krijgen. De beide wethouders vinden
daarom dat Baldewsingh de plannen te veel naar zich toe trok. Hij moet het aanvalsplan nu gaan aanpassen en daarbij vooral gehoor geven aan de wensen van de wethouders Klein en Van Engelshoven.
Het nieuwe college sprak vorig jaar af dat komende periode prioriteit wordt gegeven aan de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. In het collegeakkoord staat dat hierbij de nadruk ligt op jongeren die niet de goede papieren hebben voor het vinden van een baan. Schoolgaande jongeren die op zoek zijn naar een goede stage-
plek of leerwerkbaan worden eveneens extra geholpen. Hetgeen ook geldt voor jongeren met een nietwesterse achtergrond. Maatregelen moeten ertoe leiden dat uiteindelijk 5000 werkloze jongeren een baan vinden. Het nieuwe college heeft 12 miljoen euro uitgetrokken om dit doel te bereiken. Armoede De kritiek op de wijze waarop Baldewsingh zich plannen van het college eigen maakt, klonk eerder ook al. Begin dit jaar roerde de PvdA-wethouder in de publiciteit stevig de
trom over de bestrijding van armoede onder Hagenaars. Er leven 45.000 huishoudens in Den Haag in armoede. Voor de bestrijding van armoede is dit jaar via talloze regelingen 62 miljoen euro beschikbaar, 14 miljoen meer dan het vorig jaar. Binnen coalitiepartijen klonk toen al kritiek op Baldewsingh. Hem werd vooral verweten dat hij bij de aanpak van de armoede vooral uitging van de PvdAideologie als: het verstrekken van subsidies en inkomenstoeslagen. Daarbij hield hij toen ook al weinig rekening met factoren als economische groei en onderwijs.
Vrijdag 13 maart 2015 Den Haag Centraal
13
Het andere nieuws over de stad
eten | society | uitgaan | en meer....
De eeuwige jeugd in Club Westwood Iedere zichzelf respecterende schrijver had afgelopen vrijdagavond het liefst zijn entree gemaakt op het Boekenbal. Maar op collega Alexander Münninghoff na kon de redactie een uitnodiging op haar buik schrijven. Dus namen wij onze toevlucht tot Club Westwood om de nacht door te komen.
Das en klok zijn onlosmakelijk verbonden met de jongemannen in de Westwood. Foto: DHC
Door Jasper Gramsma
Haags OBJECT | Schoenenmerk HUB werd
opgericht door de Haagse tennisprofs Huub van Boeckel en Tim Rompa. De sport inspireerde hen tot het ontwikkelen van een gedistingeerde sneaker die geschikt is voor het stadsleven. Ruim tien succesvolle jaren later zijn de dames- en herencollecties enorm, maar nog altijd voorzien van het handelsmerk: de ‘Z-stitch’. Ook deze lente kun je weer met witte gympen voor de dag komen. Zeker op een paar ‘Hackneys’ met blinde veter en een zool van gevulkaniseerd rubber. Prijs: € 109,95 Voor meer informatie: www.hubfootwear.com en instagram.com/hubfootwear
D
e naar eigen zeggen oudste discotheek van Nederland – sinds 1967 – heeft de eeuwige jeugd. Ze ligt er wat verlaten bij langs de zoom van de Bosjes van Poot, tegenover de squashhallen en voetbalvelden van SVV Scheveningen. Meer dan een bunker op het parkeerterrein van de waterzuivering is Club Westwood niet. Enkele hoge straatlantaarns verlichten de zachtgele schoenendoos met blinde muren. Je zou haast denken dat het hier gaat om een geheime locatie voor undergroundfeestjes, maar schijn bedriegt. Elke vrijdagavond verzamelen zich op deze plek zelfs de ietwat kakkineuze jongeren uit de Vogelwijk en het Statenkwartier, type Leidse student en makelaar in spe. Voor ons vanavond geen Boekenbal, maar een corpsbal. Het is alweer een tijd geleden dat we voor het laatst in een etablissement als dit een nacht doorhaalden, dus voelt het wat onwennig. Rond middernacht draaien we de parkeerplaats op. Tot half één is de toegang tot ‘de Westwood’ gratis, daarna vijf euro per persoon. Dat betekent weer een extra drankje, snel verdiend zou je zeggen. Op drie auto’s na – een BMW, een Mini en een Jaguar – zijn de parkeervakken echter leeg en nergens staan fietsen. Zonder wachten leggen we de route langs de dranghekken bij de ingang af. Geen mens te zien. Kennelijk is een vrije entree not done, want eenmaal binnen zijn we met een man of vijftien. Ineens weten we het weer: als tiener ging je beslist pas na enen uit en niet zonder eerst bij vrienden thuis in te drinken met bier en bessen. Zo werkt het blijkbaar nog steeds. En daar staan we dan: broodnuchter, veel te vroeg en een beetje te oud. Dirndl De bardame is ons evenwel goed gezind. Ze draagt een dirndl vanavond, geheel in lijn met de dresscode ‘après-ski’. Op de bar liggen papieren maskers van Feigling, de skiborrel bij uitstek. Erboven hangt een bord met ‘Große Bier: € 4,00 – jawohl!’ Dat belooft een dolle avond te worden. Tegendraads als we zijn,
laten we onze keus vallen op drie glazen witte wijn. Aan de bestelling voegen we expliciet ‘droog’ toe, omdat begint te dagen dat ‘zoet’ in onze jeugd de norm was. Wat we vergeten, is dat de wijn meestal vergezeld ging van een royale hoeveelheid ijs. De drie volle plastic glazen bezorgen ons dan ook één van de trips down memory lane die de nacht in petto heeft. Het tweede glas is net leeg, als de tent volstroomt met homogene groepen jongens en meisjes, hooguit een jaar of achttien. Mengen doen ze als vanouds slechts mondjesmaat en beide seksen zijn in eigen uniform: de dames in ruiten overhemd, haar los en geschoeid op cowboylaarzen, de heren in ruim zittend pak, gelhaar en op sneakers. Tussen één paar lippen steekt een vanillesigaar, zo ruiken we. Met après-ski heeft dit alles weinig te maken. Daarvoor nemen de jongeren zichzelf en vooral elkaar veel te serieus. Niets veranderd. Gelukkig hebben wij een tas mee om onze opvallende skibrillen onopvallend in te laten glijden. Hoewel de muurbloem een hardnekkig fenomeen blijkt, vult de dansvloer zich razendsnel. Daarin heeft de aangenaam voortkabbelende clubmuziek ongetwijfeld een aandeel. Een zweem van nostalgie komt over ons als de eerste witte T-shirts stralen onder de blacklight. Gut, hoe lang is dat geleden? En tegelijk doemt een welbekend spook op uit een ver verleden: de oplichtende kattenhaar die aan onze zwarte outfits kleeft. Al hebben we aan zelfspot geen gebrek, er zijn grenzen. Onze gedachten dwalen af naar Amsterdam, de Stadsschouwburg, het Boekenbal. Zonder twijfel vermaken ze zich daar uitstekend zonder ons. En ook hier kunnen we best gemist worden. Als we ons vlak na tweeën voorbereiden op vertrek, attendeert de vriendelijke barman ons op een tosti om mee af te sluiten: “Ham, kaas, wat je maar wilt. Sommigen doen er ook citroen op”. Toch nog iets nieuws geleerd. Club Westwood, Laan van Poot 7. Elke vrijdag Clubnight van 23.00 tot 04.30 uur. Toegang: tot 00.30 uur gratis, daarna € 5,00. Voor meer informatie en evenementen: www.club-westwood.com
14
Den Haag Centraal Vrijdag 13 maart 2015
Column: medisch
Eten.
Skiën
De afgelopen week heb ik met veel plezier doorgebracht in de bergen van Oostenrijk. Dit jaar waren we maar met zijn vijven, maar we hebben ons prima vermaakt. Het weer viel wat tegen, veel sneeuw, waardoor het zicht op de pistes minder was. Op de enige echte mooie dag bezochten we de Hintertuxer Gletscher. Een gebied waar je het hele jaar door kunt skiën op 3200 meter hoogte. Prachtige vergezichten, wel koud, maar gelukkig geen wind. Toch speelde de hoogte ons parten. Drie van de vijf voelden tijdens het skiën toch een vorm van benauwdheid die abnormaal was. Niet dat we moesten stoppen, want doordat we iedere keer daalden, zakten de eerste verschijnselen van hoogteziekte toch weer af. Zo was ik afgelopen zomer met mijn man op de Mont Blanc. Een snelle stijging met de kabelbaan van 1700 naar 3700 meter maakte dat hij min of meer acuut benauwd werd en eigenlijk zijn broodje niet meer op kon eten. Ook hier bracht daling naar een lager gelegen gebied meteen verlichting van zijn klachten. Hoogteziekte kan levensbedreigend zijn. Het slechte zicht op de bergen tijdens sneeuwval en laaghangende bewolking zorgde ervoor dat ik een beetje bang werd. Tijdens een afdaling zie ik allerlei mensen klungelend naar beneden gaan en dan zakken ook mijn eigen skikwaliteiten. Tijdens één zo’n afdaling viel ik en ik voelde hoe ik met mijn duim op de stok terechtkwam. Gelukkig kon ik mijn duim wel gelijk bewegen. De pijn viel mee en ik kon rustig doorskiën.
Foto's: DHC/Liza Letsch
Society.
Waanzinnig geslaagde Literaire Lun
Het woord skiduim flitste door mijn hoofd, maar de pijn viel mee, dus ik dacht: het zal wel niet zo’n vaart lopen. ’s Nachts lag ik wakker (dat is niet abnormaal, dat gebeurt vaker). Ik pakte de iPad en las over een skiduim. Hier werd ik niet vrolijk van. Een skiduim is een beschadiging van het onderste gewrichtje van de duim. Meestal doordat er met grote kracht een trauma heeft plaatsgevonden. Soms is een band alleen verrekt, soms scheurt de band helemaal in, maar soms kan er ook een stukje bot mee afscheuren. Belangrijk is dan om de juiste behandeling toe te passen om te zorgen dat de duim uiteindelijk niet instabiel wordt.
Emilie Bolsius Huisarts
Vera.
Als de band alleen verrekt is, kun je met tapen volstaan. Een mooi filmpje op internet laat zien hoe je de duim zelf kunt tapen. Mijn dochter heeft dit voor mij gedaan. Soms is een operatie nodig bij een complete scheur en zeker als er ook een stukje bot mee wordt afgetrokken. Daar zat en zit ik natuurlijk niet op te wachten. Vrijdags wilde ik de dokter in Oostenrijk bezoeken, maar deze was al vanaf 12.00 uur op weekend. Ze regelen het daar goed, dacht ik. Terug in Nederland ben ik nog niet naar de dokter geweest. Vandaag (maandag) moest ik werken en had ik geen gelegenheid om een foto te laten maken. Morgen ga ik dit doen en dan maar hopen dat het geen ernstig letsel is.
Z
elfs het tot lui op de bank hangen geneigde deel van de Haagse bevolking had afgelopen zondag redenen te over om in de benen te komen. Allereerst voor 8 maart Internationale Vrouwendag. Ruim vierenveertigduizend renners (m/v) probeerden langs het zonovergoten parcours dat onze lentestad bood het vrouwenquotum en het glazen plafond tot ongekende hoogten te bewegen. Luide aanmoedigingen uit zowel mannen- als vrouwenkelen verschaften ons het vertrouwen dat het toch nog allemaal goed zou komen. Naast sportieve waren er vanzelfsprekend in de zojuist met het thema ‘Waanzin’ van start gegane Boekenweek ook vele literaire evenementen. Omdat naast literaire ook culinaire impulsen onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenen op het Den Haag Centraalteam, namen wij vastberaden de afslag naar de Centrale Bibliotheek aan het Spui. Hier vond de Waanzinnige
Lunch plaats: een niet eerder vertoond culinair-literair evenement voor een gretig lezers- en eterspubliek. Een mooie samenwerking tussen maître Paul van Waarden, Hof Catering en de bibliotheek. De vijf schrijvers, Bart Chabot, Ronald Giphart, Roel Janssen, Yvonne Keuls en Tomas Ross, schoven na iedere gang van de rijkelijk van wijn voorziene vijfgangenlunch aan een andere tafel aan. Iedere schrijver kreeg per gang tien verse lezers voor de kiezen. Dankzij royale scheuten wijn schotelden deze de argeloze auteurs steeds vrijmoediger vragen voor. Het vrouwenquotum bleek door de CPC’ers buiten overigens al aardig aan diggelen gelopen, want op de ruim vijftig vrouwen telden wij slechts een handjevol mannen. Dit emancipatoire succes weerspiegelde zich niet in de auteurs – wellicht een leeftijddingetje: Ronald Giphart als enige pas eind dit jaar vijftigplus ‒ maar Yvonne Keuls hield zich als een koningin staande te midden van de mannelijke schrijfdominantie. Goud Veroordeeld tot een en dezelfde tafel ‒ wij wilden natuurlijk iedere schrijver van nabij aan de dis
bewonderen – troffen wij Roel Janssen tijdens de Pommes Tsarine van Charlotte-aardappel-haringkuit en oester met Bloody Maryschuim. Zijn Fout Goud over de verbijsterende goudroof uit Nederland door de nazi’s in ’40-’45 combineerde wonderwel met de edele gerechten. De spijsvertering werd echter danig op de proef gesteld toen bleek dat de Belgen al hun geroofde goud uit Zwitserland hebben teruggekregen, terwijl Nederland ruim twee miljard aan goud die ons rechtens toekomt op de Matterhorn laat weg vriezen. De Charlotte van gerookte vis en gevulde boerenkoolbavarois met gebakken kwartelei en tuilen van zwarte peper lieten wij ons smaken terwijl Yvonne Keuls verhaalde van haar eenzame strijd tegen seksueel misbruik van jonge jongens door een Haagse kinderrechter in de jaren tachtig. Haar ‘Rapport Tommie’ beleeft – geheel geactualiseerd – zijn 30ste druk. Auteur Tomas Ross ging vergezeld van een bloemkoolcrèmesoep met beurre noisette en gedroogd spek voor zijn factionroman ‘De vrienden van Pinocchio’ ‒ eveneens over het misbruik van jongetjes, wederom in justitiële kringen ‒ baseerde hij zich op de affaire-Demmink.
Vrijdag 13 maart 2015 Den Haag Centraal
15
Stadsgroen.
Jongste telgen Florencia openen ijssalon Riva Door Annerieke Simeone Giulio en Fabio, de twee jongste telgen van familie Dal Zotto, alias ‘familie Florencia’, openden deze maand een eigen ijssalon, genaamd Riva. Behalve een traditioneel ijsje met bolletjes chocolade en vanillebolletjes kun je hier ook ijssushi en meringata (Noord-Italiaanse schuimtaart) eten.
H
et levenspad van Giulio Dal Zotto was hem al jaren duidelijk. “Ik weet niet beter dan dat ik met mijn vader ijs maak, een ‘vanacht-tot-vijf ’-baan achter de computer is niets voor mij”. IJs zit hem in het bloed. De 24-jarige Giulio behoort tot de Italiaanse familie die de bekende ijssalon Florencia aan de Torenstraat bestiert. Toen een pand aan de Veenkade vrijkwam, polste het gezin de oudste zoon. Nou, die had er wel oren naar. Toepasselijk gaf hij het pand als naam het Italiaanse woord voor kade: Riva. Sinds drie weken schept Giuglio samen met zijn jongere broer Fabio hoorntjes vol ijsbolletjes fragola en nocciola. Aan Nederlandse namen doet hij niet. Stellig: “Op z’n Italiaans klinken aardbei en hazelnoot toch veel aantrekkelijker”. Voorlopig maakt hij in Florencia (‘we hebben hier nog geen ijsmachine’) naast traditionele smaken ook creaties die alleen hier te verkrijgen zijn, zoals yuzu, groene thee-ijs, gepofte rijstijs en Alibaba. Alibaba? “Ja, dat is ijs van banketbakkersroom, die gele crème die in zoete broodjes zit”, vertelt Dal Zotto. “Maar om nou te zeggen: gele crème-ijs, dat verkoopt natuurlijk niet”. Giulio en Fabio vinden het leuk om te experimenteren. Zo liggen bij Riva ook ijssushi, me-
ringata (Noord-Italiaanse schuimtaart) en ministicks van chocolade en ‘lemon pie’ in de vitrine. De laatste lijken op mini-Magnums. Dat moet je overigens nooit hardop zeggen tegen de jongens. “Wij hadden deze stickies al dertig jaar voordat Magnum ze introduceerde!”, zegt Dal Zotto trots. De zaak gaat pas rond het middaguur open, toch komt er ook ’s ochtends al geregeld iemand binnen. “Zijn die broodjes met tonijn er al?”, vraagt een oud dametje met zuidelijk accent, dat haar hoofd om de hoek steekt. “Ik ga ze zo voor uw maken, mevrouw”, is de reactie. Want gelateria Riva, voorzien van op maat gemaakt Italiaans meubilair, maakt ook tramezzini met onder meer ham en asperges, tonijn en prosciutto. En wellicht, als de winter nadert, wil Dal Zotto take-away pasta’s maken. Maar zover kijkt hij nog niet vooruit. Eerst maar eens die terrasboot regelen, dan kan straks heel Den Haag aan de pas heropende gracht een ijsje eten. Riva, Veenkade 5, open van dinsdag tot en met zondag van 12.00 tot 20.00 uur.
Hebbu moestuintjes?
nch in de Centrale Bibliotheek
Buiten kwam de stad tot rust, in de Centrale Bibliotheek bleef het nog lang literairlustig. Foto: Mylène Siegers
Literairlustig Ronald Giphart trof tijdens de kwartel, gevuld met duxelle, op aardperenpuree, vadouvanjus en truffelaardappelchips een uitbundige tafel. De dames lustten hem wel rauw na zijn introductie van Harem: “Ik wilde per se een boek schrijven over een man met meer vrouwen”. In dezelfde adem betoogde hij dat de roman louter bevolkt was met áárdige mensen. Hij kwam er zonder kleerscheuren vanaf door het gesprek behendig in de richting van zijn feministische moeder, Kamerlid Wijnie Jabaaij (1939-1995), te manoeuvreren. “Zij was de eerste die ooit hardop ‘kut’ zei in het parlement”. Gesprek-
ken kunnen raar lopen: Giphart moest plaatsmaken voor vriend en collega Chabot midden in een verhitte discussie over lust in het bejaardenhuis. Bart Chabot vertelde bij de saté van gefrituurde griesmeelpudding met compote van steranijsabrikozen over het uniek literaire fenomeen dat hij aan het schrijfuniversum toevoegt. Een uitgebreide versie van zijn anderhalf jaar geleden verschenen debuutroman ‘Triggerhappy’ ligt begin mei in de winkel. “Háágser, met meer reliëf”. Vera de Jonckheere
Of ik moestuintjes overhad, vroeg het jongetje toen ik mijn onwillige karretje terug in de rij probeerde te parkeren. Zijn moeder zocht oogcontact en schudde heftig van nee. “Maar mahâmmm”, begon hij. Ik drukte twee doosjes in zijn knuistjes, het derde ging met mij mee naar huis. De piepkleine verpakking bleek een gebruiksaanwijzing, een potje, een velletje zaadjes en een op kokos gebaseerde tablet ‘aarde’ te bevatten. Nadat ik de ‘how to’ had gelezen, kreeg m’n enthousiasme een kleine knauw. 50 milliliter water aan de tablet toevoegen, lukte nog wel, twee derde van het opzwellende materiaal in het priegelige potje stoppen, werd al wat lastiger. Het zaadmatje, een afbreekbaar velletje met daarop de zaadjes, diende bedekt te worden met de rest van de aarde, tot het potje vol was. Met dien verstande dat het geheel zo’n 0,5 tot 1 centimeter onder de rand zou blijven. Na drie keer leeggooien en weer overnieuw beginnen lukte het me en ik drukte tot slot het piepkleine etiketje triomfantelijk de pot in. Kom maar op met die wortels! Restte slechts een wachten. Naar het schijnt is dat exact wat de marketingafdeling van de blauwe grootgrutter ook doet. Met zweet in de handen, welteverstaan. Dit project, dat bedoeld is om kinderen voor gezond voedsel te interesseren, is met de beste bedoelingen opgezet. Het sluit aan bij de eerdere flirt met het boerenleven, waarin kartonnen figuurtjes de hoofdrol speelden.
Het blijkt echter niet mee te vallen om van deze nieuwste actie een succes te maken. Oftewel: van dit piepkleine potje een moestuin te maken. Het geheim van moestuinieren op kleine oppervlakten zit ’m namelijk in de bodem. Gebruik in alle potten op je balkon, in alle bakken op de basisschool van je kinderen, in alle big bags die in de vervuilde buurttuin als bodem dienstdoen en in de handige vierkante meter houten moestuin altijd vermiculiet, een mineraal dat water en zuurstof vasthoudt. Een handige jongen stelde er de Makkelijke Moestuin Mix mee samen en eerlijk is eerlijk: het is dé ideale aardemix voor moestuinieren. Dit mengsel van gelijke delen goede compost, turfmolm en het eerder genoemde vermiculiet zorgt in een laag van 15 tot 20 centimeter voor fijne grond die schoffelen overbodig maakt en die bovendien heel goed water vasthoudt zonder ooit té nat te worden. Een ander groot voordeel: je kunt deze mix jarenlang in de bakken laten zitten. Je hoeft het, in tegenstelling tot potgrond dat verarmt, nooit te vervangen. Sterker nog: doordat je de laag af en toe aanvult met wat compost hoef je ook geen aanvullende meststoffen te gebruiken. De caissières deelden tezamen maar liefst 44 miljoen moestuintjes uit. En ik ben bang voor deceptie. Het valt namelijk echt niet mee om vanuit die piepkleine potjes een succesvolle plant op te kweken. Een mislukking ligt op de loer. En laten we daar deze keer nu eens niet over zeuren. Deze column is een oproep om vooral door te zetten met het moestuinieren, en de actie van de supergigant als een initiatief te zien voor iets groters. Iets duurzamers. Iets wat we echt samen kunnen doen. Wendy Hendriksen Makkelijke Moestuin Mix is te koop in Poeldijk, Voorburg, De Lier en Zoetermeer
}<(l(tp$=adbcb <
Combineer nu de papieren en de digitale krant Een échte Haagse krant
Vrijdag 6 maart 2015
jaargang 9 nummer 408
€ 2,50
Opwinding in boekenwereld:
vrijdag 6 maart 2015 Week 10
iPad
}<(l(tp$=adbcb <
Verwijs na halve eeuw terug als zelfstandige boekwinkel
Een échte Haagse krant
Vrijdag 6 maart 2015
jaargang 9 nummer 408
€ 2,50
Opwinding in boekenwereld:
3
Verwijs na halve eeuw terug als zelfstandige boekwinkel
3
Matchfixing bij Beeldtaal van SHS, of niet? een slagersdochter ‘Het drama Wim Landman’ 12 & 13
Matchfixing bij SHS, of niet? ‘Het drama Wim Landman’
vrijdag 6 maart 2015 Week 10
Wijsmuller en theaters kijken anders naar toekomst
Beeldtaal van een slagersdochter
12 & 13
10 & 11
advertentie
10 & 11
Onder homo’s: HIV en soa’s weer in opmars
Onder homo’s: HIV en soa’s weer in opmars
Tampat Senang, de dingen die voorbij gaan
Genesis regie Johan Doesburg
Dit is een uitgave van
Macbook Air
Tampat 5 Senang, de dingen die voorbij gaan
UIT de kunst 3
5
UIT de kunst 3 Dat er schoonheid is te vinden in het lijden zal weinig kunstliefhebbers bevreemden. Berlinde de Bruyckere heeft er een heel eigen beeldtaal voor bedacht. Daaruit valt de link met haar jeugd – ze groeide op als slagersdochter – duidelijk op te maken.>Foto: Mirjam Devriendt / zie pagina 5
Wijsmuller en theaters kijken anders naar toekomst
vanaf 15 april exclusief in het Zuiderstrandtheater boek nu kaarten
nationaletoneel.nl/genesis
illustration by kristen n. brown 2011
Genesis Bent u nog geen abonnee? Bent u abonnee? advertentie
regie Johan Doesburg
Dat er schoonheid is te vinden in het lijden zal weinig kunstliefhebbers bevreemden. Berlinde de Bruyckere heeft er een heel eigen beeldtaal voor bedacht. Daaruit valt de link met haar jeugd – ze groeide op als slagersdochter – duidelijk op te maken.>Foto: Mirjam Devriendt / zie pagina 5
vanaf 15 april exclusief in het Zuiderstrandtheater
boek nu kaarten
nationaletoneel.nl/genesis
Dit is een uitgave van
Neem dan een abonnement voor slechts € 89,- per jaar Ontvang dan Den Haag Centraal gratis op uw smartphone, (52 nummers), een halfjaarabonnement € 52,tablet of pc in combinatie met de (26 nummers) en een kwartaalabonnement € 28,75 papieren krant. (13 nummers). Dit abonnement is inclusief gratis toegang tot de digitale versie van de krant. Ook alleen een digitaal abonnement is mogelijk voor € 68 per jaar (52 nummers). Ga naar www.denhaagcentraal.net en vul uw gegevens in voor uw inlogcode. Ga naar www.denhaagcentraal.net voor uw abonnement.
Vrijdag 13 maart 2015 Den Haag Centraal
-
Koken met ...
Paul van Waarden Adres Denneweg 10B Telefoon 070-3609224 Info www.restaurantmaxime.nl Geopend Dinsdag tot en met zaterdag geopend, lunch van 12.00 tot 14.00 uur, diner van 18.00 tot 22.00 uur Driegangenmenu vanaf € 29,‒
Paul van Waarden is één van de bekendste Haagse chef-koks. Jarenlang zwaaide hij de scepter in zijn gelijknamige sterrenrestaurant in Rijswijk, restaurant At Sea in Scheveningen en De Keuken Van Waarden-Azië. Momenteel is hij culinair adviseur en geeft hij les op de Horeca Academie aan het Esperantoplein 5. Voor Den Haag Centraal schrijft hij wekelijks eenvoudig te bereiden recepten.
Een pasta ‒ rookworst ‒ spinazie ‒ ovenschotel Nodig voor 4 personen:
Ik vind een rookworst, wat moet ik daar nu mee? Ik zocht gisteren thuis iets in mijn koelkast. Toen kwam ik daar een aan de aandacht ontsnapte rookworst tegen. Buiten is het inmiddels stralend mooi zonnig voorjaarsweer. Ik was net even op het strand en zag daar heel veel bedrijvigheid met het opbouwen van alle strandpaviljoens. Al deze signalen bij elkaar klopten niet. Zon, strand, lekker voorjaarsweer, en die rookworst. Wat hoort er niet in dit rijtje thuis? Precies, die moet snel op, anders ligt hij daar in oktober nog de plek van een fles rosé bezet te houden, dat kan toch niet. Toen ik ook nog eens op tv de nieuwste actie van de overheid zag, namelijk de reclame van SIRE: Kliekipedia (wat doe je met kliekjes in je koelkast) was ik gelijk om. Trouwens, wat is die naam geniaal bedacht. Ik heb daarna het volgende met de rookworst voor u bedacht. Bereidingswijze: Snij de ui en de knoflook in kleine stukjes en bak ze zachtjes in de olijfolie. Ze hoeven niet te kleuren. Doe er de tomatensap en de kippenbouillon bij en daarna meteen de ongekookte vlinderpasta. Let op! Geen zout toevoegen! Breng de pan aan de kook en roer er regelmatig in anders gaat het aan de bodem vastzitten. Snij de rookworst in dikke plakken en voeg die bij de kokende pasta, blijven roeren. Snij de paprika in blokjes en doe die er ook bij. Snij de bosui in ringen en roer die ook door de massa in de pan heen. Snij de kleine tomaatjes in vieren en voeg die er bij als de pasta bijna gaar is. Let op dat de pasta niet te gaar gekookt wordt want de pan gaat straks nog even de oven in. Roer als laatste de rauwe schoongemaakte spinazie door de pasta en strooi er als laatste wat geraspte kaas overheen. Plaats de pan even onder de grill in de oven om de kaas te gratineren. Ik voeg nergens zout aan toe. De rookworst geeft erg veel zout af en ook de kaas om te gratineren op de top is zout genoeg. Haal de pan na 5 minuten onder de grill vandaan en strooi er wat rucola salade op. Ik zeg genieten en op naar het voorjaar. Varieer ook eens met andere worstsoorten zoals chorizo of een heerlijke boeren salami. Heerlijk en verrassend.
Een kwestie van smaak met ...
Marius van der Vliet Sinds Marius van der Vliet in oktober 2005 zijn zaak Marius, Jouw Wijnvriend! opende aan de Piet Heinstraat, weten buurtbewoners en horecazaken hem te vinden. Hij werkt het liefst met ambachtelijk werkende wijnboeren. En dat die meestal beperkt produceren, vindt Marius juist prima. Die kleine oplagen treft u aan in zijn wijnwinkel.
Kruidige, warmbloedige Corbières
Le Champ des Murailles Cuvée Classique 2012 – Corbières
W
at een genot om deze loepzuivere en kruidige corbières te drinken. Pierre Bories maakt in zijn wijngaard van acht hectaren in het dorpje Garrigues – what’s in a name! – een prachtwijn van de verguisde , maar potentieel geweldige carignan (40%), aangevuld met fruitige grenache (30%) en de bessige syrah. Door het van nature lage rendement in Pierres wijngaarden (35-40 hl/ha) hebben de druiven veel concentratie. Ze worden uiteraard met de hand geplukt en vervolgens in de kelder vergist, met een korte inweking. De vinificatie is gericht op finesse en het vermijden van harde en ruwe tannine. Mede daarom past Pierre geen eikenhoutrijping toe, om juist het maximum aan fruit en zachtheid te behouden. Dit is een prachtige corbières met de typerende kruidigheid, maar ook gepolijst en mild. Dit is te danken aan druiven van uitstekende kwaliteit en de vakkundiege manier van wijn maken. Proefnotitie: Volle rode fruitige wijn, met nuances van rijpe bessen, bramen en lichte kruiden. De volle smaak is evenwichtig en toegankelijk, met een lichte tanninetoets in de afdronk. Nu al prima op dronk, zeker goed houdbaar tot vijf à zes jaar na oogstdatum.
Prijs: Normaal € 10,25 in maart ’15 voor € 8,95 Bestellen bij: Marius, Jouw Wijnvriend! Piet Heinstraat 93, 2518 CD Den Haag.
[email protected] of 070 3633100
Pin en creditcards
+ bediening + gebraiseerde kalfssukade - kaasplankje
Maxime Frans
Eetrubriek
◯ 1 rookworst ◯ 400 gram vlinder pasta ◯ 1 liter kippenbouillon ◯ verse grove spinazie ◯ kleine tomaatjes ◯ tomaten sap ◯ 1 ui ◯ 2 teentjes knoflook ◯ 1 bosui ◯ 1 zoete punt paprika ◯ zakje geraspte kaas ◯ olijfolie ◯ rucola salade
17
Een vleugje Parijs in Den Haag, dat is Maxime aan de Denneweg. Expats vinden moeiteloos hun weg naar deze chique Franse bistro van eigenaar Marcel van der Kleijn. Die mengelmoes aan talen is overigens wel fijn, want de kleine tafels staan dicht op elkaar. Een ander puntje is dat je een beetje wegzakt in de wandbanken, waardoor de tafel net iets te hoog aanvoelt. Zodoende switch ik vanavond met mijn eetpartner, die wat langer is. Het zijn slechts kleine ongemakken in een zaak die verder goed presteert. Maxime mag al jaren rekenen op een notering in GaultMillau en Lekker 500. En sinds 2007 krijgt het van de Michelingids een Bib Gourmand, een aanduiding voor restaurants met een goede keuken, een correcte bediening en een driegangenmenu tot maximaal 37 euro. Van der Kleijn doet het dus goed: een ster voor restaurant Calla’s en een Bib voor Maxime. Zelf is hij hier zelden te bekennen, hij heeft zich op een nieuw project gestort: B.I.T, Best in Town, samen met vleesspecialist Marcel van der Kroes. Niet dat de patron cuisinier daar ordinaire biefstukjes bakt. Nee, hij legt zijn met gras gevoed Ierse rundvlees in de Josper, de Rolls-Royce onder de houtskoolgrills. Dat houtskool geeft een lekkere smaak aan het vlees. Afijn, terug naar Maxime. Het restaurant voert twee driegangenmenu’s (Links en Rechts) voor € 29,00. Wij kiezen elk zo’n menu. Als starter probeer ik de in een grote cappuccinokop geserveerde schaaldierensoep. Een heerlijke stevig getrokken en schuimige bisque met rivierkreeftjes. De elegante Oostenrijkse Grüner Veltliner (€ 5,50) past er prima bij. De rosé Bandol (€ 6,95) van Domaine la Suffrène bij de ‘tataki’ van biefstuk met gomasio is iets minder uitgesproken. Tataki is overigens een Japanse bereidingswijze waarbij vlees of vis bijna rauw wordt opgediend. Gomasio, ook Japans, is een mengsel van fijngemalen sesam met zeezout. Wat op het bord ligt, zijn dungesneden plakjes vlees waarvan de randjes aangebakken zijn. Daarbovenop knapperige groenten zoals radijs en julienne gesneden worteltjes. Dit is nouvelle cuisine 2.0. Frisse, lichte gerechten. Frans georiënteerd, maar ook openstaand voor andere keukens. En niet al te veel tierelantijntjes. Cressjes en bloemetjes, hoe leuk ook, ze zijn toch wel een beetje passé. De keuken kookt zonder poespas. Vervolgens zetten we onze vork in een stevig gebakken kabeljauw met plakjes topinamboer, wat paksoi en een flinke scheut rode botersaus. Bijzonder lekker is mijn gebraiseerde kalfssukade ‘Bonne Femme’. Het vlees braad je eerst op hoge temperatuur aan en laat je vervolgens net onder het kookpunt gaar worden. Als je het gerecht op dezelfde hoge temperaturen gaart, dan droogt het uit. Dat is hier dus niet het geval: een perfect krokante buitenkant en supermals vlees verrijkt met aardappelpartjes, worteltjes en zilveruitjes. Heerlijke wijnen bij deze gerechten: een dijk van een Zuid-Afrikaanse Chardonnay (€ 5,50) met geuren van noten en abrikoos bij de vis en een naar kersen smakende Grenache uit de Côtes du Rhône (€ 5,00) bij het vlees. Gedurende de avond worden we steeds meer fan van Tessa, onze gastdame met zuidelijke tongval. Professioneel en deskundig vertelt ze over de gangen en de wijnen die we op tafel krijgen. Alles met een vrolijke glimlach. We vallen bijna steil achterover als ze laat weten dat ze hier pas een week werkt. Niet meer laten gaan, is ons advies. Tot slot een hartig en een zoet dessert: een kaasplankje en witte chocolademousse met mangosorbet. Bij de laatste is alles zelf geprepareerd, zo proeven we. Mooie, volle smaken. Het fruit spat uit het sorbetijs. Plakjes mango completeren het nagerecht. Mijn tafelgenoot heeft het kaasplankje: om het rondje van grove mosterd en appelstroop liggen compact rozijnenbrood en plakjes kaas. De schapenkaas heeft een zachte stalsmaak, ook de Reypenaerkaas is zacht en zuiver. Maar de Reblochon, een gewassen-korstkaas, heeft een pittige, heftige werking op je gehemelte. En er is gekozen voor een wel heel sterke Roquefort. De naar passievrucht geurende Zuid-Franse dessertwijn gaat goed bij mijn zoete gerecht, maar past minder bij deze heftige kazen. Desondanks sluiten we tevreden af met een goede kop koffie (€ 3,00) en een verse madeleine. Samen met een fles Badoit komt de rekening op € 94,75. En dat is netjes voor zoveel kwaliteit. Annerieke Simeone
18>SPORT Hans
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
Moeskops en zijn biograaf Joris van den Bergh Door Theo Bollerman
Het Haagst haalbare
‘De arts is geweest en ze gaan deze week vier tenen verwijderen. Alleen de grote teen blijft over. Het is niet anders en ik accepteer het gewoon’. Een kort en veelzeggend berichtje op Facebook, waarmee Jeffrey Huf aangaf wat hem te wachten stond. Ik stuurde een persoonlijk berichtje: een uitnodiging om als hij was hersteld, samen naar een wedstrijd van ADO Den Haag te gaan. Bij voorkeur uit, zodat we onderweg lekker konden bijpraten. Uiteraard gaat daags daarna mijn geheugen met me aan de haal. Vooral naar de basis van onze vriendschap. We begonnen helemaal niet goed destijds, als collega’s bij de Stadsradio. Hij had een column en volgens mij was zijn mening een keer erg ongefundeerd. Is bakkeleien een Haags woord? Toen wel, want het stoof voor zeven stuivers. Toen kort daarna ADO in Oss een periodetitel kon winnen, had de radiozender bedacht, dat we daar wel samen heen konden. Stiekem werden er weddenschappen afgesloten bij welke hectometerpaal we elkaar de auto uit zouden knokken. Het liep anders op die eerste december in 1996. ADO won en pakte de eerste prijs in jaren. Na afloop liep ik over het veld terug richting uitgang. Vanaf de andere kant kwam Jeffrey mijn kant op. Toen ik dat zag, liet ik mijn tassen met apparatuur vallen en renden we elkaar in de armen. Wat volgde, had de jury van ‘So You Think You Can Dance’ achter hun tafel doen wegduiken, maar we dansten samen dolgelukkig over het veld. Die dag werden we vrienden voor het leven. We hebben samen mooie en minder mooie dingen meegemaakt, maar met Jeffrey in de buurt is het nooit saai. Zoals die keer in Hendrik-Ido-Ambacht, toen een toeschouwer van de thuisploeg een speler van Scheveningen in het gezicht spuugde. Na afloop liepen we richting de auto en Jeffrey zag de bewuste man wegfietsen… dacht hij. Met een prima spurt haalde hij de fietser in en hij stond op het punt om hem een Haagse directe te verkopen, toen hij zag dat het iemand anders was. De fietser was zich een ongeluk geschrokken, van deze ruwe bolster met zijn prachtig blanke pit. Ooit gaf hij mij een T-shirt met de tekst: ‘Weten wat een Hagenees is? Vraag het mij gerust!’ Zijn manier om mij te laten weten dat ik OK ben. Dat eerbetoon is voor mij het Haagst haalbare. Laat die uitwedstrijd maar komen! Hans Willink
Er zijn sporters die zo uitzonderlijk waren, dat ze eeuwig in de herinnering zouden moeten blijven bestaan. Zo’n sporter was Piet Moeskops (1893 – 1964), de wielrenner die vijf keer wereldkampioen op de sprint werd. Hij won in 1921 voor het eerst de titel bij de professionals, nadat hij dat in 1914 dat al bij de amateurs had gepresteerd. Daarna volgden nog vier titels, de laatste in 1926. Een beul van een kerel, één meter zevenentachtig lang, honderd kilo aan botten en spieren en het hoofd gestut door een stierennek. ‘Le géant hollandais’ noemden de Fransen hem. Wie de begraafplaats Oud Eik en Duinen bezoekt, kan bij hem stilstaan. Op de steen van het graf A 2894 zie je dan de plaquette waarop hij in actie te zien is. Het zal niet vaak voorkomen dat je blij gestemd raakt bij het zien van een graf. Maar wie iets van Moeskops’ prachtige geschiedenis afweet kan dat zomaar overkomen. Het lijkt dan even alsof je in de herfstige schemering een beeld ziet ontstaan van een extreem explosieve sprint, omgeven door het geluid van een uitzinnig juichende menigte. Joris van den Bergh Piet Moeskops was niet de enige grote vooroorlogse vaderlandse kampioen. Kenners kunnen ritsen helden opnoemen. Maar dieper verankerd in het collectieve geheugen dan Moeskops is er niet één. Dat heeft hij vooral te danken aan de Haagse journalist Joris van den Bergh (1882 – 1953). Deze sportjournalist publiceerde in 1929 een biografie over Moeskops met de poëtis c h e t i te l ‘ Te m i d d e n d e r Kampioenen’. In die titel ontbreekt merkwaardiger wijs Moeskops’ naam. Die omissie heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat de toenmalige maatschappij de sport nog niet als een volwaardig en nuttig element in het leven beschouwde. In de slotpagina’s van zijn boek meent Van den Bergh dan ook, dat hij daarover verantwoording moet afleggen: “Dit boek handelt máár over een wielrenner, máár over wielrennen. Doch Karel van Wijnendaele (Vlaams literator, red.) schreef mij: ‘Het is meer dan een verhandeling eener kunste met armen en beenen, want ge belandt in de ziel van uw menschen’. Dat heb ik ook gewild. Ik heb willen aangeven, ik heb getracht duidelijk te maken, dat wielrennen iets meer is dan hard trappen, dat er iets anders bij komt kijken en dat er veel en veel meer achter zit”. Een boek schrijven over een wielrenner was inderdaad een gewaagde onderneming in die tijd. Maar de gok betaalde zich uit. Drie jaar had Van den Bergh aan het boek gewerkt. Elk citaat had hij zodanig gestileerd dat het leek of Moeskops ook nog eens wereldkampioen redeneren was. Misschien is zijn stijl voor het hedendaagse publiek te gezwollen. Van den Bergh hield nu eenmaal van de literaire beweging van ‘Tachtig’ en met name van Jacques Perk. De schrijver zou net zo’n belangrijke status verwerven als zijn onderwerp. Beroemdheden als de literator Jan Campert en de schaakkampioen Max Euwe staken hun bewondering voor het boek niet onder stoelen of banken. Zelfs de beroemde pedagoog
Piet Moeskops op kop. >Foto: Privéarchief
professor Casimir, oprichter van het Nederlands Lyceum, stak de loftrompet. Van den Bergh was opeens geen ‘stukjesschrijver’ meer, maar een gelouterd auteur, wiens naam boven elk artikel vermeld werd. Zijn boek zou de Max Havelaar van de sportliteratuur worden. Bewondering Hoe was Van den Bergh erin geslaagd ‘in Moeskops’ ziel te belanden?’ Hoever strekte de identificatie? Van den Bergh was zelf een enthousiast schaatser en wielrenner, maar de top zou hij nooit halen. Hij merkte al snel dat hij een tijdlang achter de betere rijders kon blijven hangen, maar ze nooit zou inhalen. Altijd verliezen is niet leuk. Daarom ging hij verhalen over die sporten schrijven. Soms getuigden zijn verhalen van minachting voor deelnemers die weliswaar aan een competitie meededen, maar er niets van bakten. Die zouden moeten stoppen, net als hijzelf gedaan had. Uit zijn soms verbijsterende polemieken bleek dat hij wel degelijk competitief bleef. Zo ging hij stevig in debat met oud-kampioen en bondsvoorzitter Bosch van Drakenstein over de sur-place en het amateurisme. Zijn bewondering voor topatleten was buitenmate groot. Zeker als hij over Moeskops schreef, werd zijn stijl lyrisch en grensde zijn waardering voor de sportman aan heldenverering. Hij schrijft dat hij vele honderden uren met hem heeft doorgebracht en talloze gesprekken over het sprinten met hem heeft gevoerd. Blijkbaar stelde Moeskops deze gesprekken op prijs en dwongen Van den Bergh’s vragen hem tot nadenken. De schrijver moet voor Moeskops een soort coachfunctie hebben vervuld, op dezelfde wijze als toptennissers als Djokovic en Nadal hun coach benutten. De coach als praatpaal en aandachtige luisteraar. Van den Bergh vertolkte die rol met verve. Zo adviseerde hij in 1952 de schaatser Wim van der Voort om zijn boek te lezen. Van der Voort had zich in het voorseizoen van dat jaar suf getraind, maar slechte tijden geschaatst. Winnende analyses Dat Van den Bergh zo vaak met Moeskops optrok was mede te dan-
ken aan het feit dat zij beiden in de regio Den Haag woonden. Moeskops was een Loosduiner. Zijn vader was poelier en hij fietste de bestellingen rond. Op 28 september 1913 boekte hij zijn eerste succes op de wielerbaan van Scheveningen. De Eerste Wereldoorlog stond echter verdere ontwikkelingen in de weg. In 1919 werd hij professional. Het was een tijd dat het baanwielrennen beduidend belangrijker was dan het racen op de weg, met het sprinten als koningsnummer. Voor de toppers viel er veel geld te verdienen. Joris van den Bergh was in 1892 in
Zeker als hij over Moeskops schreef, werd zijn stijl lyrisch en grensde zijn waardering voor de sportman aan heldenverering Den Haag komen wonen. Nadat hij zich had overgegeven aan het schrijven over sport en had gemerkt dat zijn talent daarin school, deerde zijn ontslag als kantoorklerk hem niet. Vanaf dat moment was hij sportjournalist. Aangezien hij gek was op wielrennen, ging hij zo vaak als hij kon naar de baan. Daar onderkende hij meteen de brille van Moeskops. Hij raakte met hem bevriend en tekende al diens filosofieën op. Van den Bergh kwam er al snel achter hoe Moeskops zijn tegenstanders observeerde en analyseerde. Moeskops stelde zich vanaf het begin van zijn loopbaan de vraag waarom zijn tegenstander de race had gewonnen en hij hem had verloren. Zo ontdekte Moeskops de kunst van het gelanceerd rijden, het in de rug kruipen en dan erop en erover gaan. Ook kwam hij erachter dat de grootste kampioen ook op het grootste verzet moest sprinten. Niet
24/7 zoals hij eerst deed, maar zesentwintig tandjes voor en zeven achter. Dat had hij afgekeken van de Amerikaan Spears. Sportpsychologie ‘Temidden der kampioenen’ was niet alleen de eerste Nederlandse biografie van een sporter, het was tevens de eerste Nederlandse publicatie over sportpsychologie. Nog steeds twijfelen veel sportmensen eraan dat een sportpsycholoog een positieve rol kan spelen. Het woord ‘sportpsycholoog’ wordt in de voetballerij vaak schamper gebruikt. Wie Van den Bergh’s boek leest, begrijpt echter ogenblikkelijk welke rol de mentale arbeid van Moeskops speelde bij de totstandkoming van zijn successen. Het is een manier van voorbereiden die nog steeds voor iedere topsporter verplicht zou moeten zijn. Daarin had Van den Bergh volledig gelijk. Welvaart en armoede Moeskops is rijk geworden van zijn sport en hij ging verstandig met zijn geld om. Eerst kocht hij een café nabij het Vélodrome van Parijs. Nadat hij weer in Loosduinen was gaan wonen, schafte hij vele pandjes aan in de Schilderswijk, die hij zelf opknapte en ging verhuren. Intussen werd de financiële positie van Van den Bergh steeds benauwder. Hij wilde per se freelancer blijven. Dan behield je tenminste je geestelijke onafhankelijkheid. In de periode dat hij bewierookt werd, moet hij ook bovengemiddeld verdiend hebben. Maar zo’n periode duurt niet eeuwig. Hij verhuisde uiteindelijk naar Brabant. Daar was het goedkoop wonen. Hij had een zwak hart, maar werkte gestaag door. Op 1 juni 1953 overleed hij achter zijn schrijftafel. Zijn sigaar brandde nog. Hij is begraven op Nieuw Eykenduinen. In 1964 overleed Moeskops. Hij voelde zich onwel. De huisarts kwam en stelde hem gerust. Maar enkele uren later was het gedaan. De diagnose: een versleten hart. Hij werd te ruste gelegd op honderd meter afstand van zijn biograaf. Op www.dbnl.org is het boek ‘Temidden der kampioenen’ gratis te downloaden
19
SPORT<
Vrijdag 13 maart 2015 > Den Haag Centraal
Eerste amateurclub die revolutionaire methode gebruikt
‘We willen met Quick vooroplopen’ valt op, maar of er een verband is, weet ik niet”.
Ajax heeft het, Quick krijgt het. Vanaf september is de jeugdopleiding van de Haantjes gebaseerd op het Athletic Skills Model (ASM). Dat moet kinderen beweeglijker en belastbaarder maken. “ASM zorgt niet voor specialisten, maar voor atleten met specialisaties”. Door Klaas-Jan Droppert
Het moet een gek gezicht zijn voor ouders die hun kinderen lid van Quick laten worden. Verwachten ze een voetbal- en crickettraining, maar zien ze hun zoon of dochter badmintonnen, turnoefeningen of bewegen op muziek doen. “Dat is wel even wennen”, erkent Arjan de Wit, hoofd opleidingen van de voetbaltak van Quick. “Sommige ouders zijn enthousiast, andere ouders begrijpen het niet. We moeten dat nog beter gaan communiceren”. Wat de ouders zien, is dat hun kroost volgens de methode ASM traint. Kort samengevat streeft ASM ernaar om van kinderen eerst goede allroundbewegers te maken, waarna ze zich ontwikkelen tot atleten die in een later stadium tot specialist binnen een sport uitgroeien. “Het gaat erom kinderen eerst beweeglijker en belastbaarder te maken. Met badminton kun je het voetenwerk trainen. Door op een balk de bal terug te schieten, werk je aan je balans. Door deze methode voorkom je veel meer blessures en het zorgt ervoor dat kinderen vanwege die afwisseling meer plezier hebben. Dat ze geen mentale burn-out krijgen”. De methode is door René Worm-
Bij Quick worden jeugdspelers via andere methodes tot betere sporters opgeleid. >Foto: Bert Tielemans
houdt ontwikkeld en bij Ajax ingevoerd. Wormhoudt krijgt ondersteuning van Geert Savelsbergh van
de Vrije Universiteit. “Het is zo’n acht jaar geleden bij Ajax ingevoerd en de eerste resultaten zijn goed.
Wormhoudt werkt trouwens ook met Arjen Robben. Die is de laatste tijd minder vaak geblesseerd. Dat
Eerste Hoewel de methode relatief nieuw is en daardoor het hele effect ervan nog onduidelijk is, is het voor Quick genoeg om deze als eerste amateurclub in Nederland in te voeren. De pilot loopt al en vanaf september krijgt alle voetbal- en cricketjeugd ermee te maken. “Waarom? Omdat we met Quick voorop willen lopen. Maar ook omdat we jongeren beter willen laten bewegen om blessures te voorkomen. Daarom wordt het niet alleen in de selectieteam ingevoerd, maar in de hele jeugdafdeling”. En het zou een opstap kunnen zijn naar betere prestaties. Momenteel spelen alle selectieteams in de Tweede Divisie en staat Quick op de ranglijst van het blad De Voetbaltrainer op de tiende plek van beste amateurclubs van Nederland. “Beter laten bewegen zorgt ervoor dat spelers die talent hebben ook beter gaan voetballen. Het gaat er ook om dat spelers hun eigen plafond vinden. Misschien leidt het ertoe dat we straks op een nog hoger niveau uitkomen. Dat we dankzij het ASM met eigen spelers in de Topklasse spelen. Maar het is niet alleen maar ASM wat we doen. Natuurlijk doen we ook voetbaltactische trainingen. We vertalen ASM bijvoorbeeld ook naar voetbaloefeningen. Bewegen op muziek kun je ook met de bal aan de voet doen bijvoorbeeld. Wij zijn in ieder geval heel enthousiast over ASM en op de lange termijn zullen we zien wat het oplevert. We gaan het jaarlijks evalueren. Ik verwacht binnen twee of drie jaar al de eerste resultaten ervan te kunnen zien”.
Boksen als ultieme trainingsvorm
‘Geen spier blijft ongebruikt’ Wie goed wil boksen moet eerst bereid zijn alles te doen wat het meeste energie van je vergt. En dan weet je meteen waarom het de beste en compleetste training is. Naast kennis van de trainer en inzet van de beoefenaar heb je er verder niet zo gek veel voor nodig. Daarom duiken boksscholen van oudsher overal in de stad op. Zoals in de Ripperdastraat. Door Martin van Zaanen
Uithoudingsvermogen, explosiviteit, reactievermogen, voetenwerk, ‘corestabilisatie’, een completere work-out dan bokstraining is er niet. Geen sport zo basic, geen sport ook zo grootstedelijk. Van oudsher kun je de plekken waar het wordt beoefend dan ook overal in de stad zien opduiken. Tot het Geuzenkwartier, in de smalle Ripperdastraat die de Westduinweg met de Van Egmondstraat verbindt, aan toe. Een paar deuren na het begin van de straat wordt de aandacht getrokken door een rode garagedeur met daarin nog een deur plus naam en logo: DC
Boxing. Wanneer je één stap hebt binnengezet, sta je al op de sportvloer en klinkt vriendelijk doch dringend: “Zou je je schoenen willen uitdoen?” DC staat voor Delon Carrilho. Hij runt de boel samen met zijn goede vriend Julien Oosterbaan. Ze zijn respectievelijk 29 en 31 jaar. Ze kennen elkaar van de middelbare school, het VCL op de Van Stolkweg. Voetbalden samen, bij Quick en HVV, en vanaf hun vijftiende jaar gingen ze boksen. Bij legendarische scholen als Kristalijn in de Galileïstraat, Houwaart op de Brouwersgracht en Jan Nicolaas in Rijswijk. Carrilho ging onder andere verder in thaiboksen (bij Keumgang op de Laan van Meerdervoort) en werd Europees amateurkampioen in 2006 en vier jaar later Nederlands kampioen bij de profs. Oosterbaan ontwikkelde zich onder meer tot personal trainer en begeleidt mensen richting ideale combinatie van fitness en voeding. Bij DC houdt hij zich bezig met bootcamp en personal training. Bootcamp is een kreet die je vandaag de dag steeds meer hoort. Het staat voor ‘ouderwets diepgaan’ in de bui-
Boksen is zó dynamisch en compleet. >Foto: Bert Tielemans
tenlucht, in dit geval meestal op het nabijgelegen Zuiderstrand of bij de haven aan de kant van de Kranenburgweg. Stammend uit het leger. Delon: “Mensen vinden het leuk om naar buiten te gaan om te trainen. En dat er voor hen wordt nagedacht. Een uur volop knallen en dan zitten ze ook echt aan hun limiet”. Zelfvertrouwen Ze leiden bij DC Boxing niet op voor partijen in de ring. Nee, de hoeken, jabs en opstoten gaan puur om de training: fanatiek en gericht. Maandag en woensdag gemengd, dinsdag en donderdag alleen voor vrouwen. Boksen
wordt steeds populairder bij vrouwen. Zelfs Gleason’s Gym in de schaduw van de Brooklyn Bridge in New York – de oudste nog steeds actieve en beroemdste boksschool ter wereld – brengt nu meer vrouwelijke dan mannelijke wereldkampioenen voort. “Ik denk omdat het goed voor hun zelfvertrouwen is”, vertelt Oosterbaan. “Ook in het kader van zelfverdediging. Boksen is zó dynamisch en compleet, geen spier in je lichaam blijft ongebruikt”. Ze zitten hier nu tweeënhalf jaar. “Ik was op zoek naar ruimte,” zegt Carrilho. “Maar waar ik ook op afging, ik vond niets passends. Tot ik hier tegen
aanliep. Oorspronkelijk een bakkerij, vervolgens had het nog een aantal bestemmingen. De laatste: een elektricien. Toen ik het zag, schrok ik eerst even, ook omdat er ook een hele berg fietsen stond. Maar toen begon ik het voor me te zien: hm, dáár een spiegel, hier de heavy bag, daar de trofeeën, hier wat foto’s; dat kon best wat worden”. En dat werd het. Oosterbaan: “Eerst deden we alleen een-op-eentraining. Toen dat begon aan te slaan, dachten we: groepjes moet ook kunnen”. Dat bleek. Carrilho: “Er passen vijftien man in, dan zitten we aan onze max. Klein, maar wel erg fijn”.
20>de achterpagina
Den Haag Centraal > Vrijdag 13 maart 2015
>Foto: Eveline van Egdom
1
Franz Kaiser Buurt “Het Statenkwartier is een historische wijk in een coherente stijl. Esthetisch mooi en met stip de leukste winkelstraat van de stad. Tien minuten lopen en ik ben op kantoor, tien minuten de andere kant op en ik ben aan zee. Het comfort van het stadsleven in combinatie met de zee is uniek”.
2
>Foto: PR
Uitgaan “Hier gaan we niet zo vaak uit, in Parijs wel. Daar ben ik gemiddeld één week per twee maanden. In Den Haag komen we graag in het Filmhuis en bij Korzo. We zijn bevriend met choreograaf Jiří Kylián. Al zijn nieuwe producties zien we”. Kunstwerk “Sol LeWitt is mijn favoriete kunstenaar. Voor de Documenta in Kassel werkte ik in 1982 mee aan een muurschildering. Als een partituur liet hij die door anderen uitvoeren. Toen ik een paar jaar later in het Gemeentemuseum kwam werken, bleek dat precies dezelfde wall drawing was aangekocht. LeWitt had een bijzondere relatie met het museum; hij hield ontzettend van dit gebouw en van Mondriaan”.
PLAATS
Kledingwinkel “Bij Hoogeweegen Rouwers aan
het Noordeinde koop ik originele pakken, maar mijn vaste adres is in Parijs”. Lekkernij “Bij De Kaasspecialist op de Frederik Hendriklaan haal ik heerlijke overjarige kaas. En bij Robbie ‒ ook op de Fred ‒ hebben ze de beste haring achter de duinen. Haring is mijn Haagse ‘madeleine de Proust’. Dat is een Franse uitdrukking voor een specialiteit die je alleen op een bepaalde plek eet”. Kunstenaar m “Auke de Vries is uniek in zijn talent om beelden voor de buitenruimte te maken. Het is abstract, monumentaal werk dat nauw aansluit bij de omgeving. Zijn 40 meter lange kunstwerk op het voormalige PTT-gebouw tegenover Hollands Spoor is me het meest dierbaar”. Kunstenares v “Nimi Ponnudurai, de partner van Anton Corbijn, is goed bevriend met mijn vrouw. Voor haar bedrijf met handgebreide kleding Woollyboolly is ze veel onderweg en dan brengt ze haar hondje Plum bij ons". Restaurant “Mijn vrouw kookt uitstekend. Als we uit eten gaan, kiezen we voor een keuken die zij niet beheerst. Zo komen we graag bij Indisch restaurant Didong <2> in de 2e Sweelinckstraat en bij de Chinees Walong op de Fred”.
3
>Foto: PR
Ter plekke Door Caroline Ludwig
Gebouw “Het gebouw van het Gemeentemuseum was één van de redenen om hier te komen werken. Via de glazen pergola neem je afstand van het alledaagse. In de grote hal staat op het reliëf van Willem van Konijnenburg de tekst: ‘Eer het god’lijk licht in d’openbaringen van de kunst’. Dat is het concept van dit gebouw, het is een daglichtmuseum. Heel plezierig om hier tentoonstellingen te maken”.
4
Hagenaar m “Anton Corbijn <4> begeeft zich in andere werelden dan ik: fotografie, film, muziek. Onze vriendschap is een ‘unlikely encounter’. De tentoonstelling Hollands Deep begint waar zijn fotografie kunst wordt. Dat leek me een interessante benadering”. Hagenaar v ”Marijke Locher en haar echtgenoot Hans Locher, oud-directeur van het Gemeentemuseum, zien we regelmatig. Naast Kylián en Kupferberg zijn zij onze beste vrienden in Den Haag”. Café “The Old Jazz aan de Aert van der Goesstraat heeft een fantastische sfeer. Ook kun je er heerlijk ongezond spareribs eten”.
>Foto: Anton Corbijn News
Afbreken “Ik erger me aan New Babylon. Over het lelijke bestaande bruine gebouw is een lichtblauw pand heen gezet. Waarom is dat ding eronder niet eerst afgebroken?”
Geheimtip “Bij Gastrobar Ivory aan de Maliestraat hebben ze topwijnen op glas. Deze plek doet me denken aan de Parijse bars à vins”.
5
Sportplek “Vier keer per week gaat zwembad de Blinkerd <3> om zeven uur ’s ochtends open. Dan trek ik daar baantjes en zwem ik in drie kwartier anderhalve kilometer. Daarna thuis ontbijten en snel naar mijn werk”. Typisch “Het Haagse karakter is een combinatie van internationaal en provinciaal. Het kleingeestige uit zich soms in de smaak. En men wil voor een dubbeltje op de eerste rang zitten”.
>Foto: DHC
Ondergewaardeerd “Het verbaast me hoe weinig reacties er zijn geweest op de prachtige renovatie van de Scheveningse boulevard <5>. Alsof het vanzelfsprekend is”.
Hoofdconservator van het Gemeentemuseum Franz Kaiser <1> is een kosmopoliet. Hij werd in 1957 geboren in Boppard am Rhein, volgens hem ‘het meest romantische deel van Duitsland’. In de jaren tachtig woonde hij in verschillende Franse steden. In Parijs ontmoette hij zijn vrouw MarieNoël Rio, schrijfster van romans en kookboeken. Eind 1989 werd hij conservator in het Gemeentemuseum Den Haag. Het echtpaar woont in het Statenkwartier en heeft een pied-à-terre in Parijs. Kaiser richtte samen met fotograaf Anton Corbijn het retrospectief Hollands Deep in. De expositie is te zien vanaf 21 maart.
Water & Brood Marcel Verreck bespreekt heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.
A
fgelopen zaterdag ging de zon prachtig onder. Roodroze randen aan de zee. Met lichte weemoed staarde ik vanuit het onovertroffen veganistische restaurant ‘Water & Brood’ tussen de havenhoofden naar de einder. Het was de laatste keer dat ik hier kon smullen, zeer binnenkort is het drukbezochte, laaggeprijsde eethuis immers voor het laatst geopend. Want ook de einder voor Vrijplaats De Vloek, waar dit culinair juweel deel van uitmaakt, is bloedrood. Op 1 april moeten ze weg zijn op hun
plek bij de haven en dat is geen grap. Wel lachwekkend is het dat er ondanks allerlei toezeggingen nog steeds geen alternatieve plek in de stad gevonden is. Er is van alles voorbij gekomen, weer ingetrokken, afijn de tijd dringt. En de gemeente heeft tijd en geld, die wint altijd, uiteindelijk financieel gesteund door de burgers van onze stad. Ik ga mij hier niet begeven in uitzichtloze stellingnames, al ligt mijn sympathie bij de Vloekbewoners. Ik vind dat hun levensvisie en hun sociale betrokkenheid een sieraad voor elke stad is. Overal rukt de burgerlijkheid op, met een bedwelmend materialisme waartegen nooit genoeg geestelijke oppositie kan worden gevoerd. Ook met
het zeer bescheiden militante verzet van de studenten op de universiteiten tegen hun rendementgestuurde leerfabrieken moeten we blij zijn. Natuurlijk zwelgen de jonge protestanten af en toe in hun eigen morele gelijk, maar dat betekent niet dat ze geen punt hebben. Ik weet ook dat wethouder Wijsmuller (dat krijg je ervan, Joris, zo’n Suske en Wisketitel, desalniettemin goed dat je de uitdaging van het bestuur bent aangegaan) door zijn linke collega-regenten met een onmogelijk dossier als de Vloek is opgescheept. Maar inmiddels raakt de tijd op. De gemeente blijft eeuwig bestaan, maar als ‘Water & Brood’ een half jaar uit de lucht is, dan zijn klandizie,
goodwill en spaarcentjes snel verdwenen. Dat nooit! Je zou willen dat er een stadsscheidsrechter met gezag, geduld en slagkracht zou zijn, en niet een semi-partijdige als de burgemeester, die de partijen op het schoolplein bij elkaar roept en ze dwingt de zaak op te lossen. Paul van Vliet? Sylvia Toth? In ieder geval niet kortstondig ADO-directeur Maarten Fontein. Een onbetaalbare figuur die op zijn eigen gebied ongeschikt bewees te zijn. Maar ja, sinds Rome wisten we al dat ‘betaald voetbal’ en ‘fontein’ geen geslaagde combinatie is.
Marcel Verreck