w Ma w ga w. zi de ne ut ko sc ste hl lo an os d- ab ne on de ne rla re nd n: .e u
Deutschland-Nederland Het magazine van het INTERREG programma
w w w. d e u t s c h l a n d - n e d e r l a n d . e u
april 2013 | 14
In deze uitgave Pagina 2
Het INTERREG-programma na 2014 Pagina 3
Op uitbraak voorbereid rampenoefening SafeGuard Pagina 4
Grensoverschrijdend RFID-project afgerond
Geachte lezer,
Dat de EU de grensoverschrijdende samenwerking ook na 2013 wil blijven stimuleren, hebben wij hier al vaker gezegd. Nu nemen echter ook de voorbereidingen in het programmagebied steeds concretere vormen aan. Sinds enkele maanden komt de zogenoemde voorbereidingsgroep voor het nieuwe INTERREG programma Deutschland-Nederland regelmatig bijeen. Om het programma aan te laten sluiten bij de wensen en behoeften van de betrokken regio´s, vinden in april twee stakeholderconferenties plaats. De toekomstige inhoudelijke richting van het programma wordt in samenspraak met u bepaald. Welke ideeën en visies heeft u? Schrijf ons:
[email protected]
I
(Foto: © istockphoto.com / MsLightBox)
Vloeibaar gas als scheepsbrandstof Bij automobilisten wordt aardgas als brandstof steeds populairder. Met name voor hen, die dagelijks lange afstanden afleggen. Ook in de scheepsvaart wordt vloeibaar gemaakt gas als brandstof van de toekomst gezien. “Liquefied Natural Gas” – of korter: LNG – is in vergelijking met traditionele brandstoffen voordelig en milieuvriendelijk. Zo neemt de uitstoot van CO2 door schepen bij het gebruik van LNG met 20% af. Geen wonder dus, dat de voorbereidende conferentie voor het LNGinitiatief Nordwest begin maart in het maritieme competentiecentrum MARIKO in Leer veel belangstelling trok. Meer dan 180 personen namen
aan de conferentie deel, die in het kader van het majeure INTERREGproject „MariTIM“ georganiseerd werd. Tijdens de conferentie werd het thema LNG vanuit diverse gezichtspunten bekeken. Het aardgas, dat na afkoeling tot -162 graden vloeibaar wordt, geldt als vernieuwende energiebron, lichtte Jan Tellkamp van het Det Norske Veritas toe. Afhankelijk van hoe de trends binnen de wereldeconomie en het milieubewustzijn zich ontwikkelen, voorspelde hij, dat in 2020 wereldwijd vijf tot vijfentwintig procent van de schepen op deze brandstof zal varen. In principe is LNG-scheepvaart niets nieuws, maar er zijn nog veel hindernissen.
tot één regio beperken, maar invloed hebben op het gehele programmagebied. Majeure projecten strekken zich dan ook in tegenstelling tot regionale projecten over een groot deel van het programmagebied uit. De ruimtelijke uitgestrektheid en de hoge kwaliteit van majeure projecten worden doorgaans weerspiegeld in het volume van de totale kosten. Voor dit soort projecten is 35% van de EU-middelen gereserveerd - ca. 45,6 miljoen euro. Inmiddels zijn al
deze middelen toegewezen. Binnen het programma zijn momenteel 11 majeure projecten actief, onder andere op de gebieden mechatronica, sensor- en nanotechnologie, maritieme economie, functionele oppervlaktes, biogas, levensmiddelenveiligheid en MRSA-bestrijding.
Majeure projecten De INTERREG-wereld staat vol met vaktermen. In elke uitgave van het magazine wordt een van deze vaktermen nader verklaard. De zogenoemde majeure projecten zijn bij de start van het INTERREG IV A-programma Deutschland-Nederland in 2007 als nieuw instrument ingevoerd. Deze titel krijgen grensoverschrijdende projecten, die zich met hun activiteiten en resultaten niet
In de volgende uitgave:
Comité van Toezicht
INTERREG in Vogelvlucht
INTERREG in Vogelvlucht
De redactie
Een LNG-tanker ligt voor anker. Binnenkort transporteren deze schepen niet alleen gas, maar gebruiken ze het ook als brandstof.
Zo zijn er nog maar weinig havens waar LNG getankt, respectievelijk zoals het in vaktaal heet, “gebunkerd” kan worden. In de regel leveren vrachtwagens het vloeibare aardgas aan bij de havens. Ombouw veerboot Momenteel is het ook nog moeilijk om nieuwe ontwikkelingen binnen de LNG-scheepsbouw te laten testen en goedkeuren, lichtte Leo van der Burg van het TechnologieCentrum Noord-Nederland (TCNN) uit Groningen toe. In het kader van “LNG Passenger Vessel”, een deelproject van “MariTIM”, moeten twee schepen worden omgebouwd: een binnenschip en een veerboot naar Borkum. Er wordt nog onderzocht hoe men uiteindelijk een vergunning voor [...]
Voortzetting op pagina II Het project Naam: MariTIM Leadpartner: MARIKO Totale kosten: € 8.767.417 EU-bijdrage: € 2.959.989
De inhoud van het nieuwe INTERREG-programma De Europese Commissie heeft met de publicatie van de nieuwe conceptverordeningen anderhalf jaar geleden het startschot gegeven voor de voorbereiding van een INTERREG V A-programma Deutschland-Nederland. Ten behoeve van de praktische voorbereiding van het nieuwe programma Deutschland-Nederland is een voorbereidingsgroep opgericht met vertegenwoordigers van de ministeries, provincies en grensregio’s. In de voorbereidingsgroep heeft een eerste inventarisatie van de thematische prioriteiten in het nieuwe programma plaatsgevonden, die zal dienen als basis voor de discussie tijdens de stakeholderconferenties op 17 april 2013 in Lingen en op 24 april 2013 in Cuijk. De regionale stakeholders worden tijdens de conferenties verzocht om in thematische workshops mee te denken over de prioriteiten en de concretisering daarvan. Omdat de lidstaten, de EU-Commissie en het EU-Parlement tot nu toe nog geen overeenstemming over de begroting hebben bereikt, zijn ook de onderhandelingen over de nieuwe verordeningen nog niet afgerond. De hoogte van het program-
mabudget staat nog niet vast. Er zijn dus nog veel openstaande punten. Prioriteiten nieuw programma De nieuwe structuurfondsprogramma‘s in de periode 20142020 moeten gebaseerd zijn op de „EU2020“-strategie. Voor het bepalen van de gewenste prioritaire thema’s in het INTERREG V-programma heeft de voorbereidingsgroep het opstellen van een strategische analyse in opdracht gegeven. Uit deze strategische analyse komen als belangrijkste behoeften en uitdagingen van het programmagebied naar voren: • Verhoging van het innovatiepotentieel en de concurrentiekracht van het bedrijfsleven, met name van het MKB, mede door uitbouw en verdichting van bestaande grensoverschrijdende netwerken tussen bedrijven en kennisinstellingen. • Efficiënter gebruik van natuurlijke hulpbronnen, vanuit het perspectief van zowel geringer milieubeslag, voorzieningszekerheid en als motor voor innovatie. • Voortzetting van grensoverschrijdende contacten en sa-
De Nederlands-Duitse samenwerking wordt ook na 2013 door INTERREG ondersteund.
menwerking, gericht op verdere integratie van regionale arbeidsmarkten, ondernemersnetwerken, onderwijsmogelijkheden en verzorgingsstructuren. Het is gebleken dat de focus op onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie zich in INTERREG IV heeft bewezen. Dit thema wordt ook voor het nieuwe INTERREG-programma als belangrijkste thema voorgesteld. Op basis van de strategische analyse heeft de voorbereidingsgroep bovendien nog de thema’s “klimaatbescherming, natuur en milieu” en “arbeidsmarkt, onderwijs
en ontmoetingen” geïnventariseerd. Hoe elk thema bij de keuze van de thematische doelstellingen en investeringsprioriteiten uiteindelijk wordt ingedeeld, moet in het kader van de opstelling van het programma nog gedetailleerd worden onderzocht. Er bestaat bovendien consensus over het feit dat de administratieve uitvoering van het programma vereenvoudigd moet worden. Zo wordt er bijvoorbeeld naar gestreefd om bepaalde flat rates in te voeren.
Nieuw subsidiegebied Na overleg tussen de programmapartners zijn volgende regio‘s als subsidiegebied voor het toekomstige INTERREG-programma Deutschland-Nederland aan de EU-Commissie voorgesteld: Bestaande kerngebieden: • COROP Noord-Friesland • COROP Overig Groningen • COROP Delfzijl en omgeving • Landkreis Aurich • Stadt Emden • COROP Oost-Groningen • Landkreis Leer • Landkreis Emsland • COROP Zuidoost-Drenthe • COROP Noord-Overijssel • Landkreis Grafschaft Bentheim • COROP Twente • Kreis Steinfurt • COROP Achterhoek • Kreis Borken • COROP Arnhem/Nijmegen • Kreis Kleve • Kreis Wesel • COROP Noordoost-NoordBrabant • COROP Noord-Limburg • Stadt Krefeld • COROP Midden-Limburg • Kreis Viersen
•
Stadt Mönchengladbach
Bestaande aangrenzende gebieden: • Landkreis Wittmund • Landkreis Friesland • COROP Zuidoost-Friesland • COROP Zuidwest-Friesland • COROP Noord-Drenthe • Landkreis Ammerland • COROP Zuidwest-Drenthe • Landkreis Cloppenburg • COROP Flevoland • Landkreis Osnabrück • COROP Veluwe • COROP Zuidwest Overijssel • Kreisfreie Stadt Osnabrück • Kreis Coesfeld • Kreisfreie Stadt Münster • Kreis Warendorf • COROP Zuidwest Gelderland • Stadt Duisburg • Rhein-Kreis Neuss Nieuwe gebieden • Landkreis Oldenburg • Landkreis Vechta • Landkreis Wesermarsch • Stadt Delmenhorst • Stadt Oldenburg • Stadt Wilhelmshaven • COROP Zuidoost Noord-Brabant • Stadt Düsseldorf
Vloeibaar gas als scheepsbrandstof (Voortzetting van pagina I) [...] deze schepen kan krijgen, omdat de huidige richtlijnen daarvoor nog geen afdoende basis vormen. De veerboot naar Borkum moet met 14,3 meter worden verlengd om genoeg ruimte te creëren voor de LNGtechniek, lichtte Claus Hirsch van de AG Ems toe. Deze rederij onderhoudt al sinds 1889 de veerdienst tussen Emden en Borkum en sinds 1975 ook tussen de Eemshaven en Borkum. Beide sprekers benadrukten dat de
IIII
infrastructuur ontbreekt, zodat het steeds weer de vraag is: Hoe komen wij aan LNG? Tijdens het verdere verloop van de conferentie werd het concept LNG Ecoliner gepresenteerd. Ook de Meyer Werft uit Papenburg gaf inzage in hun LNG-activiteiten: Ze heeft inmiddels al schepen gebouwd met LNG-aandrijfmechanismen. Eén daarvan werd in december jl. gedoopt door prinses Máxima. Tot
besluit werd het potentieel van een regionaal LNG-initiatief besproken. In Nederland bestaan er al initiatieven op regionaal en nationaal niveau. Link naar het project: www.maritim-de-nl.eu Daarentegen staat het geplande “LNG-Initiative Nordwest” aan Duitse kant nog helemaal in de kinderschoenen. Katja Baumann, project-
leider van “MariTIM”, lichtte het initiatief toe. Het doel is om de maritieme bedrijvigheid te ondersteunen bij het op de markt brengen en houden van LNG. Dit moet gebeuren door competentieteams in te zetten op het gebied van “LNG-technologie”, “LNG-infrastructuur”, “LNG-rechtszekerheid” en “LNG-financiering”. Na afloop van de conferentie hebben talrijke organisaties aangegeven daaraan mee te willen werken.
Comité van Toezicht vergadert in de kerk
Na een uitbraak van een epidemie onder dieren moet zo snel mogelijk gereageerd worden. (Foto: Darkone / CC BYSA 2.5, wikipedia.org)
Oefenen helpt om op crisis voorbereid te zijn Veiligheid van levensmiddelen, zoönozen en dierziektes – rond deze thema’s draait het majeure INTERREG-project SafeGuard. Toen het project vijf jaar geleden van start ging, kon nog niemand voorzien, dat de hier behandelde thema’s actueler waren dan ooit: paardenvlees werd rundvlees, eieren uit de intensieve kippenteelt waren ineens bio-eieren en multiresistente bacteriën vormen een nog steeds ernstige bedreiging. Op 7 maart jl. vond een strategische table-top-oefening in Kleve plaats. Thematisch werd de uitbraak van mond- en klauwzeer (MKZ) in het Duits-Nederlandse grensgebied nagebootst. In geval van een besmetting moet er veel informatie worden verzameld, geëvalueerd, doorgestuurd en moeten er snel beslissingen worden genomen. Verantwoordelijkheden en communicatiewegen liggen in ieder land en op ieder bevoegdheidsterrein anders. Aan deze MKZ-crisisoefening hebben hooggeplaatste vertegenwoordigers van de voor het desbetreffende nationale crisismanagement verantwoordelijke bevoegde veterinaire autoriteiten en andere overheden deelgenomen, die uitleg gaven over hun handelwijze en grensoverschrijdende opties bespraken.
van dieren zo snel mogelijk effectief stil te leggen en de communicatie over de genomen en nog te nemen maatregelen op gang te brengen. Het scenario in de tweede ronde confronteerde de deelnemers met een situatie die tot op heden nooit Link naar het project: http://safeguard.giqs.org/home/ eerder grensoverschrijdend was geoefend, waarbij in de omgeving van de epidemische uitbraak vaccinatiemaatregelen werden getroffen. In vroegere jaren was het gebruikelijk alle dieren binnen een gedefinieerde radius preventief te ruimen, waarbij het niet uitmaakte of ze besmet of gezond waren! Omdat de nadruk steeds vaker op de bescherming van dieren wordt gelegd, wordt er inmiddels weer overgegaan tot vaccineren. Onopgelost blijft echter nog steeds het - zuiver markteconomische probleem van het verhandelen van gezonde en gevaccineerde dieren. In
de afsluitende derde ronde ging het nog om de regionalisering van de uitbraakvoorvallen en de vraag, hoe en of er grensoverschrijdende regio‘s zouden kunnen worden gecreëerd. Gepland is, de resultaten van de oefening en gevolgen in een workshop met vertegenwoordigers van de Duitse Raiffeisenverbands en de Nederlandse Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) te discussiëren. Bovendien zullen de resultaten tijdens een publieke bijeenkomst in het najaar worden gepresenteerd.
Het project Naam: SafeGuard Leadpartner: GIQS e.V. Totale kosten: € 9.348.020 EU-bijdrage: € 4.674.010
Begin maart kwamen de leden van het Comité van Toezicht INTERREG Deutschland-Nederland op een ongewone plek bijeen: in de voormalige katholieke kerk in Leeuwarden, die inmiddels is omgebouwd tot een onderzoekscentrum. Voor de eerste keer zat Josan Meijers, Gedeputeerde van de provincie Gelderland, de vergadering voor. Zij is in november tot nieuwe voorzitster van het Comité gekozen. Tijdens de vergadering werd onder meer gesproken over de financiële stand van zaken van het programma. Inmiddels is bijna 96 % van de beschikbare middelen in projecten vastgelegd. Tot eind 2012 heeft de certificeringsautoriteit meer dan 60 miljoen euro aan de projectpartners uitbetaald. Bovendien nomineerden de leden het project “Mechatronica voor het MKB” als kandidaat voor de EU-award “RegioStars 2014”. Met afvalwater energie besparen Aansluitend bezocht het Comité de laboratoria van Wetsus BV, lead partner van het INTERREG-project “Watertechnologie”. Binnen dit project werken Nederlandse en Duitse wetenschappers samen om onder andere de omgang met afvalwater van ziekenhuizen te optimaliseren. Dit water bevat vaak bacteriën en schadelijke stoffen, die er in de zuiveringsinstallaties vaak slecht uitgefilterd kunnen worden. Heleen Sombekke van Wetsus legde de aanwezigen uit, dat een ander accent van het project ligt op de winning van energie uit (industrieel) afvalwater. Zo kan bijvoorbeeld de warmte van het afvalwater gebruikt worden voor verwarming en zo in de toekomst een belangrijke bijdrage leveren aan de besparing van energie in bebouwde gebieden.
Ontruimen of vaccineren? De oefening was verdeeld over drie rondes, waarin de deelnemers steeds weer met nieuwe feiten werden geconfronteerd. In de eerste ronde ging het er hoofdzakelijk om bij een besmetting de handel en het transport
III
Deelnemers van de Table-Top-oefening in Kleve. (Foto: GIQS)
Josan Meijers, nieuwe voorzitter van het Comité van Toezicht. (Foto: N. Voskens)
Ordners, vis en planten: RFID-project afgerond onderzoeksinstituut voor telecommunicatie en samenwerking (FTK) uit Dortmund en diverse andere wetenschappelijke projectpartners deelgenomen. Sinds de start van het project in januari 2010 zijn in totaal 133 introductiegesprekken gevoerd, waaruit 34 business cases en 9 pilotprojecten zijn ontstaan. “De belangstelling voor het project heeft onze verwachtingen overtroffen” aldus prof. Dr. Wilhelm Mülder van het GEMIT-instituut. Techniek wordt nog preciezer
Minuscuul en bijna onzichtbaar. Voor RFID-techniek bestaan ongekende toepassingsmogelijkheden. Hier bijvoorbeeld ingenaaid in een etiket. (Foto: deister electronic)
In Roermond zijn de resultaten gepresenteerd van het INTERREG-project “RAAS-RFID”. Met behulp van dit project zijn kleine en middelgrote bedrijven in de grensregio ondersteund bij het implementeren van RFIDtechnologie. Er is een groot aantal toepassingen geïdentificeerd. Link naar het project: www.raas-rfid-nu.nl Zo is bijvoorbeeld in een verpleeghuis in Krefeld met behulp van de technologie een waarschuwingssysteem geïnstalleerd. Daarmee kan worden verhinderd dat demente bewoners ongezien uit het gebouw verdwijnen. In een advocatenkantoor zijn de documentenordners met een RFID-chip uitgerust. Daardoor kan
precies worden bijgehouden waar de documenten zich binnen het kantoor bevinden. Ook in de buitenlucht is de RFID-technologie op een zinvolle manier toe te passen: in het kader van de herintroductie van zalmen in regionale beken en rivieren is het verplaatsingsgedrag van de vissen ten behoeve van een natuurlijke nabootsing onderzocht en gedocumenteerd. Binnen het project is hiervoor een systeem ontwikkeld dat vooraf gemarkeerde vissen onder water kan herkennen. Verder zijn jonge planten in een grote kwekerij met RFID-tags uitgerust om ze later met uitleesapparatuur exact te identificeren. Aan het driejarige project hebben naast de Hochschule Niederrhein ook de Fontys hogeschool Venlo, het
Ook na de afronding van het project worden de onderzoeksactiviteiten op het gebied van RFID doorgezet. “Wij willen doorgaan met het thema RFID in de regio. Binnenkort wordt de techniek nog preciezer en kan een grotere reikwijdte worden bediend. Verder wordt de prijs lager en daardoor wordt de techniek ook voor kleine bedrijven aantrekkelijk.” Tot nu toe loont zich een investering meestal na drie tot vijf jaar. “Dat is echter moeilijk te beoordelen en kan in elk individueel Het project Naam: RFID Aplication And Support (RAAS) Leadpartner: NV Industriebank LIOF Totale kosten: € 2.621.369 EU-bijdrage: € 1.194.558
Kort nieuws
II IV
Filmopnames bij EurSafety Health-net
FOOD Future - Nederlandse bonen als vleesalternatief met veel eiwit
Het majeure INTERREG-project „EurSafety Health-net“ kreeg bezoek van een internationaal filmteam. Voor een bericht over de successen van dit Nederlands-Duitse project, dat zich o.a. bezighoudt met de strijd tegen ziektekiemen in ziekenhuizen, vonden in Groningen en Münster opnames plaats. Het Europese netwerk “INTERACT” heeft dit al meermaals bekroonde initiatief vanwege de grote voorbeeldwerking gekozen voor een promotiefilm voor de “Dag van de Europese samenwerking” . De dag van de Europese samenwerking vindt dit jaar overigens plaats op 21 september. Meer informatie: www.ecday.eu
De toekomstige voeding maakt gebruik van steeds meer plantaardige eiwitten. Wetenschappelijke onderzoeken laten zien, dat de consumptie in verglijking met dierlijke eiwitten niet alleen duurzamer maar vooral ook veel gezonder is. De Groningse start-up W-Foods Ventures onderzoekt samen met het DIL (Deutsches Institut für Lebensmitteltechnik) in het kader van Food Futures de mogelijkheid om van Nederlandse bonen een exclusief en vooral smakelijk product te maken dat zo lekker is dat het vlees niet meer hoeft. Hiervoor worden regionaal geteelde bonen zoals lupine, veldbonen en andere vlinderbloemige gewassen gebruikt in combinatie
met andere natuurlijke ingrediënten zoals tarwe, gerst en haver. Deze combinaties leveren samen alle aminozuren die nodig zijn voor een gezonde evenwichtige voeding. Bonen dragen door hun samenstelling bovendien bij aan een gezonde darm door prebiotische werking van de vele oplosbare voedingsvezels. Bonen passen ook binnen duurzame landbouw omdat vlinderbloemige planten hun eigen stikstof met behulp van bacteriën in de grond kunnen maken. Hierdoor is er minder kunstmest nodig waardoor de CO2voetafdruk klein is. Kortom, lekkere vleesvervangende producten op basis van regionaal geteelde plantaardige eiwitten.
geval weer net even anders zijn” aldus Mülder. RFID (Radio Frequency Identification) staat voor het automatisch identificeren van objecten met behulp van radiotechniek. Omdat RFID een snelle positiebepaling en identificatie van voorwerpen mogelijk maakt zonder dat deze daadwerkelijk te zien zijn, kunnen met RFID-techniek bedrijfsprocessen worden geautomatiseerd en geoptimaliseerd.
Colofon Uitgever Gemeenschappelijk INTERREG Secretariaat c/o Euregio Rijn-Waal Emmericher Str. 24 | 47533 Kleve
[email protected] +49 (0)2821 7930 37 Redactie Christoph Bönig, Karin Eden, Armin Möller, Mario Rauch, Martijn Spaargaren, Tim Terhorst, Sjoerd Zoete Concept Gemeenschappelijk INTERREG Secretariaat, Kleve
Mede mogelijk gemaakt door:
INTERREG-News uit de Euregio Rijn-Waal
Uw INTERREG programmamanagement Euregio Rijn-Waal Postbus 220 7040 AE ´s-Heerenberg
+49 (0)2821 7930-0
[email protected]
www.euregio.org
Veel levensmiddelen werden tijdens de EHEC-uitbraak in 2011 onnodig vernietigd. (Foto: flickr.com | CC BY-NC-ND 2.0, Sint-Katelijne-Waver)
EHEC-veilige groenten in grensgebied Het schandaal in 2013 rondom het paardenvlees in de rundvleeslasagne en de EHEC voedselcrisis in de zomer van 2011 laten zien, dat de consument voor een bewuste voedselkeuze erg afhankelijk is van de informatie van de voedselproducenten. Uit angst om zijn gezondheid besluit de consument bepaalde producten, zoals diepvriesmaaltijden of komkommers niet meer te kopen. Dit betekent natuurlijk een flinke strop voor de producenten van deze voedingsmiddelen. De tuinbouwsector in de Euregio Rijn-Waal heeft een jaarlijkse omzet van ca. € 1,6 miljard. Tijdens de EHEC-uitbraak werd lange
VIII
tijd gedacht dat komkommers of paprika´s de boosdoeners waren. Hierdoor heeft de glastuinbouw in de Euregio Rijn-Waal veel schade geleden. Om een dergelijke situatie in de toekomst te voorkomen hebben kennisinstellingen, bedrijven, organisaties en overheden de handen ineengeslagen in het nieuwe INTERREG-project „EH@C-HUPAction“. Betere consumentenvoorlichting Het doel van dit project is om op de grensregio toegesneden plannen en strategieën te ontwikkelen voor een gemeenschappelijke, grensoverschrijdende crisisbeheersing
en –communicatie. Na afloop van deze regionale pilot kunnen de resultaten via nationale organisaties ook structureel worden ingezet op bovenregionaal niveau. Een goed grensoverschrijdend communicatiesysteem, dat is afgestemd met de overheden en andere betrokken instellingen zal in de Euregio Rijn-Waal uiteindelijk leiden tot een vermindering van het aantal zieken en doden door besmetting met EHEC in de groenteproductieketen. Door een betere consumentenvoorlichting zullen de telers in de Euregio Rijn-Waal minder economische verliezen leiden en een beter imago aan beide zijden van de grens krijgen. Dit
betekent een betere concurrentiepositie van de hier gevestigde land- en tuinbouwbedrijven. De bedrijven kunnen zich positioneren als betrouwbare producenten van veilige verse groenten. De Euregio Rijn-Waal kan zich hiermee op het gebied van voedselveiligheid onderscheiden van andere Europese tuinbouwgebieden. Het project Naam: e-H@c HUP Action Leadpartner: Stichting Landbouwkundig Onderzoek Totale kosten: € 711.060 EU-bijdrage: € 319.977
Samen op zoek naar vrijwilligers
Beter inzicht zorg over de grens
Hoewel Duitsland van oudsher een sterk verenigingsleven kent en Nederland samen met Oostenrijk in Europa de meeste vrijwilligers heeft, krijgen steeds meer verenigingen moeite om alle functies te bezetten. De Kreissportbund Kleve heeft daarom samen met de Gelderse Sportfederatie Arnhem en de Europäische Akademie des Sports Velen het initiatief genomen voor een grensoverschrijdende aanpak. Zij starten daartoe het People-2-People project Dynamo. Een eerste voorbereidende bijeenkomst vond in februari in het Euregio-Forum in Kleve plaats. Hier bespraken de projectpartners met
Doel van het gezondheidsproject „Proteus“ is, behandelingsmethoden voor heup- en knie- prothesiologie in Duitsland en Nederland volledig transparant te maken. Hierdoor kunnen verbeteringen voor patiënten, zorgverzekeraars en ziekenhuizen bereikt worden. Bovendien kan de orthopedische zorg doelgerichter en efficiënter georganiseerd worden.
elkaar hoe met name jongeren voor het verenigingswerk gemotiveerd kunnen worden. De aanwezige verenigingen gaven aan, dat oproepen via de traditionele benadering via het clubblad of e-mails de jongeren niet bereiken. Enkele verenigingen blijken al met social-media als Facebook of Twitter te werken, maar ook deze aanpak is niet altijd succesvol omdat bij de vaak oudere bestuursleden de ervaring met deze media ontbreekt. Ook hier wil Dynamo in samenwerking met vier Nederlandse en vier Duitse verenigingen een plan van aanpak ontwikkelen om vrijwilligers te werven en te behouden.
Behandelmethoden verbeteren Het Rijnstate Ziekenhuis Arnhem heeft daartoe samen met het Wilhelm-Anton-Hospital Kleve en het St. Elisabeth Hospital Meerbusch het initiatief tot een grensoverschrijden-
de vergelijkstudie genomen. Hiertoe starten zij nu samen het project Proteus. Naar verwachting geeft de transparatie een meerwaarde voor diverse doelgroepen. Patienten uit beide landen zullen hun behandeling in het buurland meer vertrouwen; daarnaast kunnen zij profiteren van behandelingsverbeteringen die overgenomen worden uit het buurland. Zorgverzekeraars krijgen inzicht in de kosten van de verschillende behandelingswijzen. De betrokken beroepsgroepen binnen de prothesiologie kunnen hun werkwijze kritisch spiegelen aan die in het buurland en mogelijk hun behandelmethoden aanpassen.