De WNT Het antwoord op veel gestelde vragen
De WNT (Wet Normering Topinkomens) is volop in beweging sinds haar invoering op 1 januari 2013. Er heeft reparatiewetgeving plaatsgevonden, de WNT 2 is ingevoerd en de WNT wordt door verschillende Ministeriële regelingen aangevuld, bijvoorbeeld door de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector. Een goede toepassing van de WNT is daardoor complex en levert veel vragen op. Hieronder vindt u het antwoord op veel gestelde vragen uit onze dagelijkse praktijk.
Overgangsrecht 1. Een bestuurder is in 2014 aangesteld bij een zorginstelling die voor 2014 in klasse I is ingedeeld. In 2015 wordt de zorginstelling in een lagere klasse ingedeeld. Moet bezoldiging (het loon en de vergoedingen)e van de bestuurder in 2015 naar beneden worden bijgesteld? Nee dit hoeft niet. Deze bestuurder valt onder het overgangsrecht van de WNT. De bestuurder kan vanaf het moment dat de nieuwe klasse-indeling gaat gelden zijn overeengekomen bezoldiging vier jaar houden. Vervolgens moet de bezoldiging in drie jaar worden afgebouwd naar het dan geldende maximum. 2. Een bestuurder tekent in december 2015 een arbeidsovereenkomst met een bezoldiging conform klasse H. Hij treedt per 1 maart 2016 in dienst bij de zorginstelling. Per 1 januari 2016 treedt de nieuwe Regeling Zorg 2016 in werking waarbij een lager bedrag is vastgelegd voor klasse H. Valt deze bestuurder onder het overgangsrecht? Ja, de bestuurder valt onder het overgangsrecht. Voor de toepasselijkheid van het overgangsrecht is bepalend op welk tijdstip de bezoldigingsafspraken zijn gemaakt. De overeengekomen bezoldiging valt vier jaar onder het overgangsrecht en zal daarna in drie jaar moeten worden afgebouwd naar het dan geldende maximum. 3. Een zorginstelling is per 1 januari 2014 in klasse H ingedeeld (€ 203.728,- bruto). De bestuurder is in 2010 aangesteld tegen een bezoldiging van € 250.000,- bruto. In de arbeidsovereenkomst is overeengekomen dat voor de indexering wordt aangesloten bij de cao. Volgens de cao wordt het salaris elk jaar met 2,5% verhoogd. Vallen de verhogingen onder het overgangsrecht en zo ja, tot wanneer?
Indien verhogingen en de wijze waarop deze berekend worden voorafgaand aan de inwerkingtreding van de WNT zijn overeengekomen, vallen deze onder het overgangsrecht. Deze verhogingen zijn in 2010 overeengekomen en vallen daarmee in de periode van 1 januari 2013 tot 1 januari 2017 onder het overgangsrecht. Na deze periode vallen overeengekomen verhogingen buiten de toepassing van het overgangsrecht.
Werkingssfeer WNT 1. Een bestuurder heeft recht op een transitievergoeding van € 120.000,- bruto. Valt deze transitievergoeding onder de normering die geldt voor contractuele ontslagvergoedingen? Een transitievergoeding valt niet onder de normering van € 75.000,- bruto die geldt voor contractueel overeengekomen ontslagvergoedingen. Doordat de transitievergoeding rechtstreeks voortvloeit uit de wet (7:673 BW) valt deze vergoeding buiten de werkingssfeer van de WNT. Een bestuurder kan daardoor aanspraak maken op zowel een contractuele vergoeding van € 75.000,- bruto als op de transitievergoeding. 2. Is de WNT ook van toepassing op de bezoldiging van niettopfunctionarissen met een dienstbetrekking bij een WNTinstelling? Ja, maar de bezoldiging wordt niet genormeerd. Voor niettopfunctionarissen met een dienstbetrekking schrijft de wet voor dat bezoldigingsgegevens worden gepubliceerd in het jaarrekening als deze het bezoldigingsmaximum overschrijden. Verder moeten gegevens over uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband worden gepubliceerd als de som hiervan het bezoldigingsmaximum (en niet het maximumbedrag voor uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband) overschrijdt, of als de inkomensgegevens van de functionaris eerder op grond van de WNT of WOPT openbaar zijn gemaakt. 3. Legt de WNT verplichtingen op t.a.v. niet- topfunctionarissen zonder dienstbetrekking? Nee, niet-topfunctionarissen zonder dienstbetrekking, vallen buiten de reikwijdte van de wet. De norm, de openbaarmakings- en meldplicht zijn dus niet van toepassing. Dit was tot november 2014 anders: ten aanzien van niet-
topfunctionarissen zonder dienstbetrekking gold de openbaarmakings- en meldplicht, indien de functie in een periode van 18 maanden voor meer dan 6 maanden werd vervuld. Met inwerkingtreding van de Reparatiewet WNT in november 2014, is dit afgeschaft. Voor de maanden voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Reparatiewet WNT, geldt het beleid dat geen toezicht op de naleving van de verplichting wordt uitgeoefend en evenmin handhavend wordt opgetreden bij niet-naleving van de toen geldende regelgeving.
Publicatieverplichting 1. Een bestuurder ontvangt in februari 2015 een nabetaling van zijn salaris van december 2014. Door deze betaling ontvangt de bestuurder over 2015 meer dan op grond van de WNT is toegestaan. Dient de bestuurder dit teveel betaalde salaris terug te betalen en wanneer moet deze betaling worden gepubliceerd? Het gaat hier om een betaling van salaris waarop het recht in december 2014 is ontstaan. Deze betalingen mogen worden meegenomen in de toetsing van het jaar waarin deze rechten ontstonden. De zorginstelling is vrij om te bepalen of zij van deze mogelijkheid gebruik willen maken. Mocht in dit voorbeeld de bezoldiging in 2014, inclusief de betaling van februari 2015, onder de WNT norm blijven, hoeft de bestuurder niets terug te betalen. In dat geval zal de zorginstelling dus wel van de mogelijkheid gebruik willen maken. Let op: de zorginstelling dient deze nabetaling wel te publiceren in het jaar van uitbetalen, in dit geval 2015. 2. Wanneer moeten ontslagvergoedingen van niet-topfunctionarissen met een dienstbetrekking worden gepubliceerd? De ontslagvergoedingen van niet-topfunctionarissen met een dienstbetrekking moeten worden gepubliceerd indien deze het wettelijk bezoldigingsmaximum van dat jaar overschrijden. Dit betekent voor 2015 dat een ontslagvergoeding van meer dan € 178.000,- bruto moet worden gepubliceerd. Voor 2016 is het bedrag vastgesteld op € 179.000,- bruto.
Honorering Raad van Toezicht 1. Wordt de hoogte van de bezoldiging van de commissaris getoetst aan het wettelijk maximum of aan de daadwerkelijk genoten bezoldiging van de hoogst beloonde topfunctionaris binnen de groep? Dit wordt getoetst aan het wettelijke maximum. In 2015 mag er geen bezoldiging overeen worden gekomen die meer bedraagt dan 10%, onderscheidend 15% (voorzitter) van de voor de rechtspersoon of instelling geldende maximale bezoldiging. Het bezoldigingsmaximum kan lager liggen als dit in een ministeriele regeling is besloten. Vanzelfsprekend is het toegestaan om met de bestuurder een bezoldiging onder het maximum overeen te komen. Dat heeft echter geen invloed op het bezoldigingsmaximum van de commissaris. 2. Wat is de invloed van de nieuwe Regeling Zorg 2016 voor de honorering van de Raad van Toezicht? De geldende bezoldigingsmaxima voor leden van de Raad van Toezicht wordt per 1 januari 2016 naar beneden bijgesteld. Mochten leden van de Raad van Toezicht hierdoor boven de norm uitkomen, zullen zij voor de periode van hun benoeming onder het overgangsrecht vallen. Hier geldt ook dat het moment van overeenstemming over de honorering bepalend is voor de vaststelling of de honorering nog onder het overgangsrecht valt. Een herbenoeming in december 2015 conform de huidige Regeling Zorg, die ingaat op 1 maart 2016, valt dus nog onder het overgangsrecht.
Meer wijzigingen in 2016 Ook voor 2016 staan de nodige wijzigingen op het programma. De nieuwe Regeling Zorg treedt per 1 januari 2016 in werking en daarnaast wordt ook de Regeling Bezoldiging Topfunctionarissen zonder dienstbetrekking van kracht. De WNT blijft dus in beweging en dat zal waarschijnlijk ook in 2016 weer de nodige vragen opleveren. Wij houden u op de hoogte.
Heeft u vragen? Neem dan gerust contact op met een van onze WNT-experts.
Simon van IJsendoorn 020 5506 859
[email protected]
Ard Wallast 020 550 6690
[email protected]
Meer informatie Wilt u op de hoogte worden gehouden van ontwikkelingen in de gezondheidszorg? Meld u dan aan voor Recht in de zorg Nieuws. Klik hier.