Praktijkinstructie Materials handling 4 (CLO08.4/CREBO:50149)
pi.clo08.4.v2 © ECABO, 1 september 2003 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze, hetzij elektronisch, kopieertechnisch, druktechnisch of fotografisch, zonder voorafgaande toestemming van ECABO. Correspondentie met betrekking tot overneming of reproductie: ECABO Postbus 1230 3800 BE AMERSFOORT
Praktijk
Inhoud Inleiding
3
Taak 1
Procedures opstellen (eindterm 17, 14 en 18)
5
Taak 2
Werkschema's maken (eindterm 20 en 21)
8
Taak 3
Goederenbehandeling (eindterm 15 en 16)
10
Taak 4
Ontvangst en controle (eindterm 10, 11 en 9)
12
Taak 5
Identificatie en administratie van de goederenontvangst (eindterm 12 en 13)
14
Taak 6
Plannen van intern goederentransport (eindterm 1, 2, 5, en 6)
16
Taak 7
Inrichten van intern goederentransport (eindterm 4)
18
Taak 8
Organiseren van intern goederentransport (eindterm 8, 3 en 7)
20
Taak 9
Maken van een verzendplanning (eindterm 24, 28 en 29)
22
Taak 10
Orderpicken (eindterm 22)
24
Taak 11
Verpakken en verzendgereed maken (eindterm 23 en 27)
25
Taak 12
Laden (en verzenden) (eindterm 25 en 26)
27
Praktijk
Inleiding Wat bedoelen we eigenlijk precies met "materials handling"? Het meest bruikbaar is de omschrijving "interne goederenbehandeling". We bedoelen daarmee alle activiteiten die te maken hebben met het ontvangen, oppakken, verplaatsen en opslaan van goederen en het weer gereedmaken voor verzending. De ontvangst van goederen die meestal afkomstig zijn van andere bedrijfsonderdelen/afdelingen of leveranciers, vraagt om een groot aantal handelingen. In taak 1 wordt het opstellen van procedures hiervoor aan de orde gesteld. In taak 2 wordt het opstellen van werkschema's voor magazijnmedewerkers behandeld. Daarna komt bij taak 3 de goederenbehandeling aan de orde. Aandachtspunten voor ontvangst en controle van de goederen komen in taak 4 aan de orde. Een van de belangrijkste punten daarbij is de opslag van goederen in magazijnen. Magazijnen bestaan er in vele soorten en afmetingen. De goederen waar we mee te maken hebben zijn vaak zeer verschillend en vragen daarom om een verschillende behandeling. In taak 5 worden de identificatie en de administratie van de goederenontvangst aan de orde gesteld. Andere activiteiten zijn meer gericht op intern transport en de manier van opslaan. In taak 6 wordt het plannen van intern transport behandeld. Het inrichten van intern transport komt in taak 7 aan de orde en in taak 8 besteden wij aandacht aan het organiseren van het intern transport. Het is ook belangrijk om te weten hoe we de producten het best uit een magazijn kunnen weghalen. In taak 9 gaan we in op het maken van een verzendplanning. De manier waarop we per order de benodigde producten het best kunnen verzamelen (het orderpicken) wordt in taak 10 behandeld. Verder moet alles nog verpakt worden en van de nodige merken worden voorzien. In taak 11 komt daarom het verpakken en verzendgereedmaken van goederen aan de orde. Tenslotte wordt in taak 12 aandacht besteed aan het klaarzetten voor verzending en het laden van de goederen.
Materials handling 4
3
Praktijk
Materials handling 4
4
Praktijk
Taak 1
Procedures opstellen In een distributiecentrum van een grote winkelketen komen verschillende soorten goederen binnen zoals tubes tandpasta, handschoenen, dames- en herenkleding. Rekening houdend met de klanteneisen, willen de regionale winkels op een juiste manier en op tijd bevoorraad zijn. Om ervoor te zorgen dat de materials handling zo efficiënt mogelijk gebeurt, is het erg belangrijk om de werkzaamheden goed te organiseren. Daarom wordt er door het management een beleid opgesteld met doelstellingen en de manier waarop het bedrijf deze doelstellingen wil bereiken. Op de werkvloer wordt de kwaliteit van de werkzaamheden, uitgevoerd door verschillende mensen, bevorderd door onder andere procedures of richtlijnen op te stellen. Binnen deze taak leer je hoe de procedures voor inslag, opslag en uitslag opgesteld moeten worden.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ procedures opstellen met betrekking tot inslag, opslag en uitslag (eindterm 17) ¾ procedures ontwikkelen voor dringende of speciale orders (eindterm 14) ¾ procedures opstellen betreffende retourgoederen (eindterm 18)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Onderzoek welke en hoeveel (soorten) goederen het magazijn binnenkomen. Onderzoek ook de afkomst en de uiteindelijke bestemming van de goederen. Noteer deze gegevens. Stap 2 Onderzoek hoe en met behulp van welke transport- of andere hulpmiddelen de goederen verplaatst worden en welke opslagmiddelen eventueel gebruikt worden. Noteer deze gegevens. Stap 3 Inventariseer de voorkomende begeleidende documenten en de manier waarop informatieverwerking plaatsvindt. Noteer deze gegevens. Stap 4 Vergelijk de geïnventariseerde gegevens van de voorgaande stappen en verwerk de verzamelde gegevens op een systematische manier in een rapport. Stap 5 Presenteer het rapport aan de betrokkenen en leg de afspraken over de beheersing van de goederenstroom vast. Stap 6 Stel naar aanleiding van de vastgestelde afspraken voorlopige procedures/ normen op en vergelijk deze met de procedures/normen of afspraken die al in het bedrijf aanwezig zijn t.a.v.: in-, op- en uitslag van goederen dringende of speciale orders retourgoederen. Stap 7 Verwerk het voorstel m.b.t. procedures en de manier van afroep van binnenkomende goederen in een rapport. Stap 8 Presenteer het rapport met de voorstellen aan de betrokkenen en overleg met de betrokkenen over de invoering van eventuele nieuwe procedures. Leg de afspraken vast.
Taak 1
Materials handling 4
5
Praktijk Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Opdrachten
Taak 1
Welke soorten goederen ontvangt het bedrijf? Hoeveel goederen ontvangt het bedrijf? Wat is de herkomst van de goederen? Welke documenten begeleiden de goederen? Waar worden de goederen naar toe verplaatst? Hoe worden de goederen verplaatst, met welke transport(hulp)middelen en wie zijn hierbij betrokken? Binnen welke tijd vinden de verplaatsingen plaats en welke opslagmiddelen worden voor de goederen gebruikt? Welke (speciale) maatregelen, zoals bijvoorbeeld bij gevaarlijke stoffen, worden getroffen? Welke procedures voor materials handling zijn er in het bedrijf? Bevatten de procedures voor materials handling de volgende elementen: de doelstelling en toepassingsgebieden van de activiteiten wat gedaan moet worden en door wie wanneer, waar en hoe het moet worden gedaan welke materialen, uitrusting en documenten moeten worden gebruikt hoe deze moeten worden beheerst? Controleer de procedures op deze elementen en meld je uitkomsten aan je praktijkopleider.
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Onderzoek voor het opstellen van procedures Onderzoek en noteer voor een goederensoort: de eigenschappen (giftig, vloeibaar, breekbaar), het gewicht, de vorm, de grootte het goederenontvangstpatroon (wanneer worden de goederen ontvangen en in welke hoeveelheden?) de aanwezige transportmiddelen, de beschikbare opslagruimte en het beschikbare personeel de toepassing van procedures in de praktijk en/of het naleven van afspraken over: . het in-, op- en uitslaan van goederen . dringende of speciale orders . goederenidentificatie . retourgoederen. Rapporteer je uitkomsten aan je praktijkopleider.
2.
Beoordelen van de huidige procedures Beoordeel aan de hand van de verzamelde gegevens eventuele knelpunten in de procedures. Noteer de knelpunten. Overleg met de betrokkenen hoe je de problemen kunt oplossen.
Materials handling 4
6
Praktijk
Taak 1
3.
Opstellen en/of bijstellen van procedures Bespreek met je praktijkopleider de gewenste aanpassingen. Stel procedures op over: het in-, op- en uitslaan van goederen de dringende of speciale orders de goederenidentificatie de retourgoederen. Leg de opgestelde en/of bijgestelde procedures schriftelijk vast volgens de methode die in het bedrijf gebruikt wordt.
4.
Invoeren van de procedures Informeer de betrokkenen over de nieuw in te voeren procedures en overleg wanneer deze procedures ingevoerd zullen worden. Voer in overleg met je praktijkopleider de procedures in.
Materials handling 4
7
Praktijk
Taak 2
Werkschema's maken In magazijnen moet het magazijnpersoneel er steeds opnieuw voor zorgen dat de interne en/of externe klanten op een juiste manier en op tijd worden bediend. Om klantgericht en flexibel te kunnen werken onderhoudt de magazijnchef contacten met diverse mensen van buiten het magazijn om goed op de hoogte zijn van de behoefte. Binnen het magazijn zorgt hij voor een goede organisatie van de werkzaamheden door te streven naar een juiste inzet van de benodigde interne transportmiddelen en naar een juiste taakverdeling voor de magazijnmedewerkers. Het opstellen van werkschema’s voor magazijnmedewerkers is een belangrijk hulpmiddel om de werkzaamheden op een systematische manier te verdelen en om goed gebruik te maken van de menselijke capaciteit. Als medewerkers worden betrokken bij het opstellen van de werkschema’s zullen zij over het algemeen meer bereid zijn om verantwoordelijkheid te dragen voor de uitvoering van hun taak. Op deze manier wordt er ook een basis gelegd om opdrachten/taken te delegeren aan de magazijnmedewerkers.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ werkschema's opstellen voor magazijnmedewerkers (eindterm 20) ¾ opdrachten/taken met betrekking tot materials handling te delegeren (eindterm 21)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Onderzoek de vraag of behoefte van de verschillende interne of externe bedrijfsonderdelen in een bepaalde periode met betrekking tot handling van goederen. Noteer deze gegevens. Stap 2 Onderzoek de mancapaciteit. Stap 3 Onderzoek of de benodigde interne transport(hulp)middelen voor de magazijnwerkzaamheden ingezet kunnen worden. Stap 4 Beoordeel aan de hand van de verzamelde gegevens of de mancapaciteit voldoende is om alle magazijnwerkzaamheden goed uit te voeren. Zo ja, stel een werkschema op. Zo nee, noteer de knelpunten of de behoefte aan mancapaciteit. Onderneem, in overleg met de bedrijfsleider of andere verantwoordelijke personen, actie om mancapaciteit in te huren en stel dan een werkschema op. Stap 5 Reserveer of huur de benodigde interne transport(hulp)middelen. Doe dit in overleg met betrokkenen. Stap 6 Bespreek met de magazijnmedewerkers het opgestelde werkschema. Stap 7 Wijs taken aan magazijnmedewerkers toe op basis van het overeengekomen werkschema. Stap 8 Delegeer, waar nodig, het toezicht houden op de uitvoering van werkzaamheden, aan een voorman of magazijnmedewerker.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1.
Taak 2
Met hoeveel en welk soort aanvragen krijgen de magazijnmedewerkers per dag te maken?
Materials handling 4
8
Praktijk 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Opdrachten
Taak 2
Bij welke afdeling kunnen er interne transport(hulp)midfelen gereserveerd worden? Van en naar welke locaties moeten de goederen meestal verplaatst worden? Hoeveel vaste magazijnmedewerkers zijn werkzaam in het magazijn? Wat is de procedure om de mancapaciteit uit te breiden? Waar of via welke organisaties kan de manager extra mancapaciteit inhuren? Op welke manier worden de taken in het magazijn verdeeld? Welke taken worden gedelegeerd in het magazijn en waarom? Welke hulpmiddelen worden in het bedrijf gebruikt om werkschema's op te stellen of opdrachten aan magazijnmedewerkers te verstrekken? Aan welke eisen moeten werkschema’s voldoen en met welke aandachtspunten moet er rekening worden houden?
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Verzamel alle informatie om een werkschema voor magazijnmedewerkers voor één dag op te stellen. Vermeld ook welke mensen van het magazijn welke acties moeten ondernemen. Bespreek dit schema met je praktijkopleider en maak een lijst van aandachtspunten.
2.
Pas, als dat nodig is, de mancapaciteit aan, stel een werkschema op en informeer alle betrokkenen over de verdeling van taken. Doe dit in overleg met je praktijkopleider.
3.
Voer de opdrachten 1 en 2 nogmaals maar nu geheel zelfstandig uit en bespreek het geheel met je praktijkopleider na.
Materials handling 4
9
Praktijk
Taak 3
Goederenbehandeling Een bedrijf dat goederen ontvangt zal ook eisen stellen aan de behandeling van deze goederen. Deze eisen kunnen al naar gelang de aard van de goederen zeer uiteenlopen. Hierbij kun je denken aan de verpakkingen: voor een cd-speler gelden andere eisen aan de verpakking dan voor bijvoorbeeld blikken kattenvoer. Maar ook de vraag of er koelruimte nodig is en of er keuringen moeten plaatsvinden, speelt bij de bepaling van de goederenbehandeling een rol. Hoe je de manier van goederenbehandeling in een bedrijf kunt bepalen, leer je in deze taak.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ plannen opstellen voor de speciale behandeling van producten (eindterm 15) ¾ procedures toepassen voor de zorgvuldige behandeling van goederen (eindterm 16)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Onderzoek per goederensoort welke procedures er zijn voor goederenbehandeling en welke eisen aan de goederenbehandeling gesteld moeten worden. Stap 2 Pas voor een goederensoort, in overleg met je praktijkopleider, richtlijnen toe voor de behandeling van goederen. Stap 3 Beoordeel aan de hand van de procedures en de gestelde eisen of de huidige goederenbehandeling voldoet. Voldoet deze niet, noteer dan de knelpunten of de behoefte aan aanpassing. Stap 4 Geef aan de hand van de knelpunten en de behoefte aan aanpassing oplossingen voor de goederenbehandeling. Doe dit in overleg met de betrokkenen. Stap 5 Leg de nieuwe manier van goederenbehandeling vast. Stap 6 Overleg met de betrokkenen over de invoering van de nieuwe manier van goederenbehandeling. Stap 7 Voer de nieuwe manier van goederenbehandeling in. Stap 8 Controleer of de nieuwe manier van goederenbehandeling ook wordt nageleefd.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Taak 3
Welke producten/goederen ondergaan een speciale behandeling en wat is de reden hiervan? Zijn er in het bedrijf afspraken gemaakt over en/of zijn er procedures voor zorgvuldige behandeling van goederen zoals bulk-, stuk-, breekbare en gevaarlijke goederen? Welke personen zijn verantwoordelijk voor het toezicht houden op de toepassing van procedures ten aanzien van speciale goederen? Welke hulpmiddelen worden er gebruikt voor het verplaatsen en het opslaan van speciale goederen? Welke methoden heeft het bedrijf om de kwaliteit van de geleverde goederen te bepalen? Welke eisen gelden bij de ingangskeuring? Wie moet worden ingelicht bij eventuele afwijkingen?
Materials handling 4
10
Praktijk Opdrachten
Taak 3
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Onderzoek ten behoeve van de speciale behandeling van goederen Onderzoek en noteer voor een goederensoort: de productkenmerken, de verpakkingseenheid, het volume en/of de hoeveelheden de richtlijnen of procedures de mate waarin de (speciale) goederen behandeld worden volgens de procedures. Bespreek je uitkomsten met je praktijkopleider.
2.
Pas de procedures/richtlijnen toe voor de speciale behandeling van goederen en denk bij de toepassing aan de volgende aandachtspunten: de doelstellingen wat gedaan moet worden en door wie wanneer, waar en hoe het moet worden gedaan welke materialen, uitrusting en documenten gebruikt moeten worden hoe deze moeten worden beheerst en vastgesteld.
3.
Beoordelen huidige behandeling van speciale goederen Vergelijk de verzamelde gegevens met de bestaande procedures of afspraken. Stel vast in welke mate de huidige behandeling van de goederen aan de procedures voldoet. Stel ook de knelpunten of de behoefte aan aanpassingen vast. Overleg met de betrokkenen hoe de knelpunten in procedures opgelost kunnen worden. Schrijf een voorstel voor de kwaliteitsverbetering van de behandeling van speciale goederen. Bespreek dit voorstel met je praktijkopleider.
Materials handling 4
11
Praktijk
Taak 4
Ontvangst en controle Een klant die een koelkast bestelt kan, als hij weet wanneer de koelkast gebracht wordt, de plek waar de koelkast moet komen te staan tijdig vrijmaken. Bij de aflevering van de koelkast zal hij moeten tekenen voor ontvangst. De klant zal waarschijnlijk controleren of het artikel dat hij ontvangt overeenkomt met het artikel dat hij heeft besteld. Dezelfde handelingen die een klant verricht wanneer er een koelkast wordt afgeleverd, worden ook verricht door een bedrijf. Bij bedrijven worden regelmatig verschillende goederen geleverd. Hoe de ontvangst van goederen binnen een bedrijf verloopt, leer je in deze taak.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ de ontvangst van binnenkomende goederen plannen (eindterm 10) ¾ de afroep van binnenkomende goederen regelen (eindterm 11) ¾ vrachtbrieven controleren (eindterm 9)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Maak een overzicht van de te verwachten goederenontvangsten voor een afgebakende periode en verzamel de bijbehorende orders. Let op: Vergeet niet de spoedbestellingen mee te nemen in de planning. Neem zo nodig contact op met de leverancier. Stap 2 Neem contact op met de afdeling Inkoop en/of de leverancier en informeer (volgens de procedure in het bedrijf) of de openstaande orders volgens planning geleverd kunnen worden. Stap 3 Verstrek, afhankelijk van de bedrijfssituatie, informatie aan de leverancier dat goederen geleverd kunnen worden en/of aan bedrijfsonderdelen over binnenkomende goederen. Stap 4 Zorg dat bijzondere transportmiddelen beschikbaar zijn, als die nodig zijn. Stap 5 Zorg, in overleg met de medewerkers van het magazijn, voor bijzondere opslagruimte, als deze nodig is. Stap 6 Neem de goederen in ontvangst en vergelijk de vrachtbrief met de ontvangen goederen: als het akkoord is: teken voor ontvangst als er geen tijd voor controle is: parafeer onder voorbehoud als de goederen niet overeenkomen met de vrachtbrief: teken dit aan op de vrachtbrief en parafeer. Stap 7 Licht, wanneer de zending afwijkt van de vrachtbrief of wanneer er beschadigingen zijn geconstateerd aan de goederen, de betrokken personen en/of de leverancier in.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3.
Taak 4
Kan er een overzicht van de te ontvangen goederen uit het geautomatiseerd systeem worden gehaald? Zo ja, hoe wordt zo'n overzicht gemaakt? Op welke manier wordt een overzicht van niet geleverde orders gemaakt? Kan de controle op openstaande orders worden gedaan met behulp van een geautomatiseerd systeem? Zo ja, hoe vindt dit plaats?
Materials handling 4
12
Praktijk 4. 5. 6. 7. 8.
Opdrachten
Taak 4
Welke procedures worden gebruikt met betrekking tot de goederenontvangst? Op welke manier worden orders gearchiveerd? Waar worden de verschillende goederen opgeslagen? Welke transport- en hulpmiddelen zijn er beschikbaar? Kunnen ze eventueel met chauffeur gehuurd worden? Welke personen moeten er ingelicht worden over afwijkingen en openstaande orders?
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Overzicht maken van te ontvangen goederen Vraag aan je praktijkopleider over welke periode een overzicht van te ontvangen goederen gemaakt moet worden. Maak een overzicht van de geplande ontvangsten. Neem volgens de procedure contact op met de interne betrokkenen en/of de leverancier over de vraag of de orders volgens planning geleverd kunnen worden. Verzamel de bijbehorende orders. Maak naar aanleiding van de verzamelde informatie ook een overzicht van orders die niet volgens planning geleverd kunnen worden. Neem hierin de overige openstaande orders mee. Doe dit volgens de procedure van het bedrijf.
2.
Ontvangst regelen Neem aan de hand van het overzicht de geplande ontvangsten door met de betrokkenen of zorg zelf voor de volgende punten: de benodigde ruimte bij de ingangscontrole eventuele bijzondere transportmiddelen benodigde of speciale opslagruimte in het magazijn. Bespreek met de verantwoordelijke persoon of je niets over het hoofd hebt gezien.
3.
Ontvangst uitvoeren Ontvang de verwachte goederen. Controleer of de zending overeenkomt met de gegevens op de vrachtbrief. Als er afwijkingen of beschadigingen zijn, noteer deze dan op de vrachtbrief en neem contact op met de interne betrokkenen en/of de leverancier.
Materials handling 4
13
Praktijk
Taak 5
Identificatie en administratie van de goederenontvangst Een importeur van, bijvoorbeeld, elektronische apparatuur zal moeten vastleggen welke goederen in welke hoeveelheden op welk tijdstip binnenkomen. Deze gegevens worden in de administratie van het bedrijf vastgelegd. Het kan echter voorkomen dat zich problemen voordoen. Het bedrijf zal dan nagaan of de gebruikte administratieve procedure wel voldoet. Hoe je dit kunt doen leer je in deze taak.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ criteria opstellen voor de keuze van een goederenidentificatiesysteem (eindterm 12) ¾ goederenidentificatiesystemen toepassen (eindterm 13)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Verzamel alle relevante informatie over de huidige goederenidentificatiesystemen. Stap 2 Pas met behulp van verschillende aanwezige hulpmiddelen/systemen goederenidentificatie toe. Stap 3 Zet alle verzamelde gegevens op systematische manier op een rij en breng vanuit een administratieve invalshoek de gegevens in kaart. Stap 4 Vergelijk de gegevens over de functies en prestaties van de huidige goederenidentificatiesystemen met eerder vastgestelde uitgangspunten en eventuele nieuwe behoeften. Stap 5 Noteer eventuele knelpunten en geef de achtergronden daarvan aan. Stap 6 Rapporteer deze bevindingen aan de verantwoordelijke personen. Stap 7 Stel normen voor een (nieuw) goederenidentificatiesysteem op.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5.
Taak 5
Welke functies zijn in het bedrijf te onderscheiden m.b.t. de administratieve procedure van de goederenontvangst? Welke (geautomatiseerde) systemen worden ingezet om de artikelen te identificeren en wat is de relatie met administratieve functies? Is er een artikelclassificatiestructuur in het bedrijf? Zo ja, wat voor soort "artikelcode" wordt er gebruikt? Wie is er in het bedrijf eindverantwoordelijk voor het gehanteerde goederenidentificatiesysteem? Wat zijn de normen die deze persoon moet gebruiken?
Materials handling 4
14
Praktijk Opdrachten
Taak 5
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Onderzoek van een artikel: wat er nog moet gebeuren na het scannen van de barcode of een andere code welke handelingen moeten plaatsvinden, bijvoorbeeld de manier van registratie bij inslag, opslag en uitslag de personen die betrokken zijn bij het toepassen van goederenidentificatiesystemen de toegevoegde/extra waarde van goederenidentificatie- en andere automatiseringssystemen eventuele knelpunten. Verwerk de verzamelde gegevens in een rapport en bespreek je uitkomsten met je praktijkopleider.
2.
Verzamel op de zelfde manier als bij opdracht 1 de gegevens van 10 artikelen. Vergelijk de gegevens van de verschillende artikelen. Bespreek je uitkomsten met je praktijkopleider.
3.
Stel aan de hand van je eigen ervaringen en in overleg met je praktijkopleider voorlopige normen op voor de keuze van een goederenidentificatiesysteem.
Materials handling 4
15
Praktijk
Taak 6
Plannen van intern goederentransport Een productieproces kan pas goed verlopen als de benodigde materialen in de juiste hoeveelheden en op de afgesproken tijd naar de juiste afdeling van het bedrijf zijn getransporteerd. Dat vraagt een goede planning. In deze taak leer je hoe je het intern transport plant en de voortgang bewaakt.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ de verschillende trajecten m.b.t. intern goederentransport omschrijven (eindterm 1) ¾ de verschillende mogelijkheden en middelen voor intern goederentransport omschrijven (eindterm 2) ¾ het intern goederentransport plannen (eindterm 5) ¾ de voortgang van het intern goederentransport bewaken (eindterm 6)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Bepaal voor welke periode een planning voor het intern transport moet worden opgesteld. Stap 2 Stel vast welke goederen intern getransporteerd moeten worden in de betreffende periode. Stap 3 Stel het volume van de te transporteren goederen vast. Stap 4 Bereken de benodigde interne transportcapaciteit en de beschikbare interne transportcapaciteit. Bepaal of de interne transportcapaciteit voldoende is voor de betreffende periode. Stap 5 Verwerk de gegevens in een transportschema. Stap 6 Stel aan de hand van de verkregen gegevens een planning op voor het interne transport. Stap 7 Bewaak het intern transport in de betreffende periode en neem contact op met de verantwoordelijke personen bij afwijkingen en knelpunten. Stap 8 Maak in voorkomende gevallen een voorstel om de knelpunten weg te nemen.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Taak 6
Welk systeem voor de goederenstroomplanning wordt er in het bedrijf gebruikt? Hoe verloopt de goederenstroom (gehele trajecten en deeltrajecten) in het bedrijf en om welke goederen gaat het? Hoe worden de goederen in het bedrijf verplaatst en met welke transportmiddelen? Welke afspraken zijn er in het bedrijf gemaakt over de inzet van intern transport? Welke randvoorwaarden zijn er in het bedrijf om het intern goederentransport optimaal te laten functioneren? Welk planningssysteem (computer of handmatig) wordt in het bedrijf gebruikt om intern transport te plannen? Welke informatie moet je hebben om voortgangscontrole uit te kunnen oefenen en tijdig de interne transportplanning bij te kunnen stellen? Aan welke afdeling in het bedrijf moet je knelpunten over het intern transport melden?
Materials handling 4
16
Praktijk Opdrachten
Taak 6
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Bepaal met je praktijkopleider voor welke periode een planning voor het intern transport moet worden opgesteld. Bespreek met hem welke goederen intern getransporteerd moeten worden en stel vast hoe groot de hoeveelheden goederen zijn. Bereken op basis van de gegevens over de soort en het aantal goederen de benodigde interne transportcapaciteit. Bereken daarna de beschikbare interne transportcapaciteit. Bespreek je gegevens met je praktijkopleider en bespreek met hem of de interne transportcapaciteit voldoende is voor de betreffende periode.
2.
Verwerk de verzamelde gegevens in een schema en stel op basis daarvan een planning op voor het intern transport. Bespreek het schema en de planning met je praktijkopleider.
3.
Bewaak de planning van het intern transport in de betreffende periode en neem contact op met je praktijkopleider of de verantwoordelijke personen, wanneer je afwijkingen of knelpunten constateert. Als er knelpunten zijn, zoek je, in overleg met je praktijkopleider, de oorzaak van het knelpunt op en maak je een voorstel om het probleem op te lossen.
Materials handling 4
17
Praktijk
Taak 7
Inrichten van intern goederentransport In een bedrijf komt het regelmatig voor dat transportsystemen aangepast moeten worden. Soms moet een productiehal uitgebreid worden of is er een nieuwe expeditieruimte nodig, die beter voldoet aan de eisen van de tijd. In deze taak leer je hoe je het intern goederentransport kunt aanpassen en/of inrichten.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ de inrichting van het intern goederentransport realiseren (eindterm 4)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Stel vast voor welke afdelingen het intern transportsysteem moet worden ingericht. Stap 2 Verzamel gegevens over de betreffende afdelingen met betrekking tot: de behoefte en het aanbod van het intern transport welke goederen getransporteerd moeten worden welke transportmiddelen nodig zijn op welke tijdstippen transportcapaciteit nodig is welke afstemming met betrekking tot intern transport tussen de verschillende afdelingen nodig en wenselijk is hoe snel bepaalde goederen op bepaalde afdelingen moeten zijn voor verdere verwerking. Stap 3 Bepaal aan de hand van de verzamelde gegevens aan welke eisen het intern transportsysteem moet voldoen. Stap 4 Ga na in welke mate het huidige transportsysteem voldoet aan de gestelde eisen. Stap 5 Maak een voorstel voor de aanpassing/inrichting van het intern transportsysteem en leg het aan de verantwoordelijk personen voor. Stap 6 Bereken de kosten die gemaakt moeten worden om het voorstel voor het vernieuwd intern transportsysteem uit te voeren. Schets ook de baten. Stap 7 Pas het intern transportsysteem aan of richt het in na goedkeuring.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Taak 7
Welk informatiesysteem gebruikt men in het bedrijf voor de besturing van het intern transport? Is het intern transportsysteem onderdeel van een groter informatiesysteem of staat het op zichzelf? Waaruit bestaat het intern transportsysteem in het bedrijf? Welke informatie in het bedrijf is van belang voor het intern transport? Welke interne transporten worden door de productie- of andere afdelingen zelf uitgevoerd en welke transporten worden door de afdeling Intern Transport verzorgd? Welke afdeling of wie is verantwoordelijk voor de verschillende taken met betrekking tot intern transport van binnenkomst van de goederen tot de verzending ervan? Welke afdelingen of personen in het bedrijf moeten welke informatie over het intern transport krijgen?
Materials handling 4
18
Praktijk Opdrachten
Taak 7
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Overleg met je praktijkopleider voor welke afdeling(en) een intern transportsysteem moet worden ingericht. Verzamel gegevens over de betreffende afdeling(en) met betrekking tot: de behoefte en het aanbod van het intern transport welke goederen getransporteerd moeten worden welke transportmiddelen nodig zijn op welke tijdstippen transportcapaciteit nodig is welke afstemming met betrekking tot intern transport tussen de verschillende afdelingen nodig en wenselijk is hoe snel bepaalde goederen op bepaalde afdelingen moeten zijn voor verdere verwerking. Bespreek met je praktijkopleider aan welke eisen het intern transportsysteem moet voldoen, houd rekening met de verzamelde gegevens en zet de eisen op papier.
2.
Ga na in hoeverre het huidige intern transportsysteem aan de eisen voldoet die op papier staan. Maak een voorstel voor het aanpassen van het huidige intern transportsysteem aan de eisen of voor het inrichten van een intern transportsysteem dat voldoet aan de eisen. Bereken daarna de kosten die gemaakt moeten worden om het voorstel voor het intern transportsysteem uit te voeren of het huidig intern transportsysteem aan te passen. Rapporteer je uitkomsten aan je praktijkopleider.
Materials handling 4
19
Praktijk
Taak 8
Organiseren van intern goederentransport Er komt veel kijken bij de organisatie van het intern transport. Materiaal en transportmiddelen moeten beschikbaar zijn. Medewerkers in de productiehal moeten geïnformeerd worden over welk materiaal op welk moment verwerkt moet worden. Medewerkers in het magazijn moeten weten wanneer welk materiaal met welk transportmiddel naar de productiehal moet worden gebracht. In deze taak leer je hoe je het intern transport organiseert en hoe je een advies uitbrengt over verbetering van het intern transport.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ aangeven wat de doelstellingen van een bedrijf m.b.t. materials handling zijn (eindterm 8) ¾ het intern goederentransport organiseren (eindterm 3) ¾ adviezen uitbrengen m.b.t. kwaliteitsverbetering van het intern goederentransport (eindterm 7)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Ga na welke goederen getransporteerd worden en hoe het transport van deze goederen verloopt. Stap 2 Ga na of zich tijdens het transport problemen voordoen en zo ja, waar. Stap 3 Bepaal waar de oorzaak van de problemen ligt. Stap 4 Stel een intern transportplan op met daarin een voorstel voor het oplossen van de problemen en leg dat voor aan de verantwoordelijke personen.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4. 5.
Opdrachten
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Taak 8
Welke administratieve procedures worden in het bedrijf gebruikt met betrekking tot de organisatie van het intern transport? Welke procedures voor intern transport bestaan er in het bedrijf? Zijn er afwijkende procedures voor transport van gevaarlijke stoffen? Zo ja, welke? Welke normen worden in het bedrijf gebruikt bij de bewaking van de voortgang en de kwaliteitszorg van het intern transport? Welke afdeling is verantwoordelijk voor het intern transport? Welke procedures gelden er in het bedrijf als goederen tijdens het intern transport beschadigd worden?
Ga, in overleg met je praktijkopleider, na welke goederen getransporteerd worden en hoe het transport van deze goederen verloopt. Stel vast of zich tijdens het transport problemen voordoen en ga na waardoor de problemen veroorzaakt worden.
Materials handling 4
20
Praktijk Let bij het analyseren van de goederenstroom op de volgende zaken: procedures in het informatiesysteem en administratieve procedures aard, samenstelling, aantal en volume van de goederen/producten de route van de goederenstroom de transportmiddelen de prestatie-indicatoren m.b.t. intern transport de (kwaliteits) normen of afspraken m.b.t. intern transport klanten-order-ontkoppelpunt(en) voorraad- en/of bufferpunten bewerkingen gereedschappen verpakkingen producten die een speciale behandeling behoeven goederen die door de afdelingen zelf verplaatst worden en goederen die met behulp van interne transportmiddelen verplaatst moeten worden. Maak een verslag van je uitkomsten en bespreek dit met je praktijkopleider. 2.
Taak 8
Stel een intern transportplan op, waarin je het volgende verwerkt: het verslag van opdracht 1 een opsomming van de problemen concrete voorstellen ter verbetering van punten van het intern transport. Bespreek het transportplan met je praktijkopleider en pas je transportplan aan als dat nodig is. Bespreek je transportplan tenslotte met de verantwoordelijke personen.
Materials handling 4
21
Praktijk
Taak 9
Maken van een verzendplanning Als de productie- en montageafdeling het door jou bestelde, bijvoorbeeld een bed, hebben gemaakt, zorgt de verkoopafdeling ervoor dat je aankoop bij je afgeleverd kan worden. In samenwerking met de expeditie-afdeling wordt een verzendplanning gemaakt door alle verzendopdrachten in te plannen en opdrachten te verstrekken aan de orderpickers, de verpakkers en aan mensen die de goederen verzendklaar maken. In deze taak leer je hoe je een verzendplanning kunt maken (activiteitenlijst 1) en hoe je werkwijzen voor de verwerking van verzendopdrachten kunt vaststellen en toelichten (activiteitenlijst 2).
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ met behulp van verschillende methoden een verzendplanning maken (eindterm 24) ¾ werkwijzen vaststellen voor de verwerking van verzendopdrachten (eindterm 28) ¾ werkwijzen voor de verwerking van verzendopdrachten, schriftelijk en mondeling toelichten (eindterm 29)
Activiteitenlijst 1 Lees de activiteitenlijst door om een beeld van de taak te krijgen. Maken van een verzendplanning Verzamel verzendopdrachten. Stel een verzendplanning op aan de hand van de verzendopdrachten. Controleer, bereken en pas eventueel de verzendplanning aan. Verstrek informatie over de verzendplanning aan betrokkenen.
Activiteitenlijst 2 Lees de activiteitenlijst door om een beeld van de taak te krijgen. Vaststellen van de werkwijze voor de verwerking van verzendopdrachten Ga na waar zich knelpunten/problemen voordoen in de procedures voor de verwerking van verzendopdrachten. Maak voorstellen voor het oplossen van problemen. Pas bestaande procedures voor het verwerken van verzendopdrachten aan of stel nieuwe procedures daarvoor op. Verstrek informatie over werkwijzen voor de verwerking van verzendopdrachten (houd daarbij rekening met de doelgroep).
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4.
Taak 9
Produceert het bedrijf order- of voorraadgestuurd? Met welke factoren houdt men in het bedrijf rekening bij het maken van verzendopdrachten? Van welke afdeling(en) zijn de verzendopdrachten afkomstig en welke route doorlopen de verzendopdrachten voordat jij deze ontvangt? Volgens welke productiewijze wordt er in het bedrijf geproduceerd en wat voor soorten producten moeten verzonden worden?
Materials handling 4
22
Praktijk 5. 6. 7. 8. 9.
Opdrachten
Taak 9
Op welke manier worden verzendopdrachten in het bedrijf gepland? Welke eisen worden er in het bedrijf aan de verpakking gesteld? Welke informatie moet je aan de afdeling transportplanning verstrekken? Op welke manier kan je binnen het bedrijf controleren of de verzendopdrachten juist zijn uitgevoerd? Welke procedures m.b.t. de uitvoering van verzendopdrachten bestaan er in het bedrijf of welke afspraken zijn er gemaakt over de uitvoering van verzendopdrachten?
De opdrachten zijn een uitwerking van de activiteitenlijsten. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat de activiteitenlijsten moet worden aangepast. Pas de activiteitenlijsten, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Overleg met je praktijkopleider voor welke producten en voor welke periode een verzendplanning moet worden opgesteld. Verzamel de benodigde formulieren en gegevens over de te verzenden producten en stel op basis daarvan een verzendplanning op.
2.
Geef in overleg met je praktijkopleider opdrachten aan orderpickers, de inpakkerij, de verzendafdeling, de transportplanning of de externe vervoerder en denk hierbij aan de capaciteit en de tijdsplanning. Let bij de orderpickers op: de loop- of pickroute, het locatiesysteem, de prioriteit en de volgorde van orders, het orderpicksysteem en de specifieke klanteneisen. Denk bij de inpakkerij aan de specifieke klanteneisen en de verpakkingsproblemen (de soort verpakking, de manier van verpakken, de distributieeisen en de wettelijke bepalingen). Bij de verzendafdeling zijn de volgende punten van belang: het volume, het gewicht en de specifieke stuwagevoorschriften. Let bij de vervoerders op: de rij- en vertrektijden, het aantal en de soort vervoermiddel(len), het draagvermogen, het volume, de transportdocumenten en de transporttijd.
3.
Controleer of de opdrachten op een juiste manier zijn uitgevoerd en rapporteer je uitkomsten aan je praktijkopleider.
4.
Ga na of zich problemen voordoen in de procedure voor het vaststellen van verzendopdrachten. Maak een voorstel voor het oplossen van de problemen en bespreek dit voorstel met je praktijkopleider. Pas na goedkeuring de bestaande procedure aan. Informeer de betrokkenen over de aanpassingen in de procedure en geef zo nodig instructies.
Materials handling 4
23
Praktijk
Taak 10
Orderpicken De manier waarop een orderpicker de door klanten bestelde artikelen uit de expeditiestellingen haalt en deze laat verpakken heet de methode voor orderpicken. Hoe je op basis van de planning, de beschikbare orderpickers, de klantenorders, de producten en de inrichting van het expeditiemagazijn de beste methode voor orderpicken kunt vaststellen, leer je in deze taak.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ de optimale methoden voor orderpicken vaststellen (eindterm 22)
Werkplan
Lees het werkplan door om een beeld van de taak te krijgen. Stap 1 Ga na waar zich problemen voordoen tijdens de procedure voor orderpicking. Stap 2 Maak een voorstel voor het oplossen van de problemen. Stap 3 Pas de procedure aan na goedkeuring van het voorstel.
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 3.
Opdrachten
Taak 10
Welk locatiesysteem wordt er in het bedrijf gebruikt? Welke methode wordt er gebruikt in het bedrijf voor het houden van voorraad? Welke methode(n) voor orderpicking wordt er gebruikt in het bedrijf en hoe gaat het orderpicken in zijn werk? Met welke factoren wordt er in het bedrijf rekening gehouden bij het orderpicken?
De opdrachten zijn een uitwerking van het werkplan. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat het werkplan moet worden aangepast. Pas het werkplan, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit. 1.
Bespreek met je praktijkopleider wanneer je een aantal dagen op de orderpickafdeling kunt meewerken om inzicht te krijgen in de orderpickmethode en het orderpicken. Maak notities over knelpunten en problemen en bespreek deze met je praktijkopleider.
2.
Ga samen met je praktijkopleider na waardoor de problemen veroorzaakt worden. Maak een voorstel voor oplossing van de knelpunten of problemen en bespreek dit met je praktijkopleider.
3.
Pas de methode voor orderpicken aan na goedkeuring van de verantwoordelijke personen en geef de betrokkenen zo nodig instructie.
Materials handling 4
24
Praktijk
Taak 11
Verpakken en verzendgereed maken Bij het verpakken zullen de verpakkers erop toezien dat de producten zo verpakt worden dat deze tijdens het transport niet beschadigd worden. Ook zal op de verpakking staan wat de inhoud is en voor welke klant het artikel bestemd is. Het is duidelijk dat het verpakken niet kan plaatsvinden op basis van willekeur. Bij gevaarlijke stoffen krijgt de verpakking nog een belangrijke functie: bescherming van het milieu. Daarom is het van belang dat de verpakking voldoet aan de eisen van klanten en aan de wettelijke eisen. In verband met het zo efficiënt mogelijk beladen van een transportmiddel is het ook belangrijk dat de te verzenden goederen op een passende manier opgesteld staan aan het eind van de expeditieruimte. In deze taak leer je hoe je goederen verpakt en hoe je richtlijnen voor deze activiteiten opstelt.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ procedures opstellen om het proces van verzendgereedmaken van goederen te beheersen (eindterm 23) ¾ richtlijnen opstellen voor het verpakken van goederen (eindterm 27)
Activiteitenlijst Lees de activiteitenlijst door om een beeld van de taak te krijgen. -
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4.
Opdrachten
Welke richtlijnen worden er gebruikt in het bedrijf voor het verzendgereed maken en verpakken van goederen? Waar worden te verzenden goederen opgeslagen tot ze verzendgereed zijn en hoe gaat het verpakken en verzendgereed maken in zijn werk? Welke factoren zijn belangrijk bij het kiezen van verpakkingsmateriaal? Welke voorschriften bestaan er in het bedrijf voor versluiten van verpakkingseenheden?
De opdrachten zijn een uitwerking van de activiteitenlijst. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat de activiteitenlijst moeten worden aangepast. Pas de activiteitenlijst, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Taak 11
Ga na of er problemen zijn in de procedure voor het verzendgereed maken en/of verpakken van goederen. Maak voorstellen voor het oplossen van problemen. Pas bestaande procedures aan of ontwikkel nieuwe procedures. Controleer het verzendgereed maken en/of verpakken van goederen.
Bespreek met je praktijkopleider wanneer je een aantal dagen op de verpak- en verzendafdeling kunt meewerken om inzicht te krijgen in de procedure voor het verzendgereed maken en verpakken van goederen. Maak notities over knelpunten en problemen.
Materials handling 4
25
Praktijk Denk hierbij aan: de algemene voorschriften (bepaalde kwaliteit dozen, binnen-/buitenland, soort vervoer, soort goederen, de specifieke eisen van de klanten) de keuze van de verpakking in relatie tot de beschikbare ruimte de afstemming van de gebruikte verpakkingsmiddelen op de eventuele standaardpallets, dozen en kisten.
Taak 11
2.
Ga samen met je praktijkopleider na waardoor de problemen veroorzaakt worden. Maak een voorstel voor oplossing van de knelpunten of problemen en bespreek dit voorstel met je praktijkopleider.
3.
Pas de procedure voor het verzendgereed maken en verpakken van goederen aan na goedkeuring van de verantwoordelijke personen en geef de betrokkenen zo nodig instructie.
Materials handling 4
26
Praktijk
Taak 12
Laden (en verzenden) Aan de ene kant wil de leverancier zijn afspraken met de klanten nakomen en erop toezien dat de goederen op het juiste moment op een juiste manier vervoerd worden. Aan de andere kant zal hij om de transportkosten beheersbaar te houden erop toezien dat de transportmiddelen zo optimaal mogelijk beladen worden. Hierdoor zal het beladingsproces bewaakt moeten worden. Hoe je het beladingproces kunt bewaken, leer je in deze taak.
Doel
Aan het eind van deze taak kun je: ¾ laadlijsten opstellen (eindterm 25) ¾ het beladingsproces controleren (eindterm 26)
Activiteitenlijst Lees de activiteitenlijst door om een beeld van de taak te krijgen. -
Vragen
Beantwoord de vragen en bespreek de antwoorden met je praktijkopleider. 1. 2. 3. 4.
Opdrachten
Taak 12
Bewaak het beladingproces. Ga na of zich problemen voordoen tijdens het beladingproces. Maak voorstellen voor het oplossen van problemen. Pas de bestaande beladingsprocedures aan of stel nieuwe procedures op.
Welke richtlijnen wordt er gebruikt in het bedrijf bij de belading en hoe gaat het beladen in zijn werk? Over welke hulpmiddelen beschikt het bedrijf bij het laden? Welke normen gelden er in het bedrijf bij de goederencontrole? Vervoert het bedrijf goederen die speciale eisen stellen aan belading en vervoer? Zo ja, welke goederen zijn dat en wat zijn de speciale eisen?
De opdrachten zijn een uitwerking van de activiteitenlijst. Voordat je de opdrachten gaat uitvoeren, moet je nagaan of het werk in het bedrijf/de organisatie op de hiervoor beschreven manier gebeurt of dat de activiteitenlijst moeten worden aangepast. Pas de activiteitenlijst, in overleg met je praktijkopleider, als dat nodig is, aan. Voer de opdrachten daarna uit 1.
Bespreek met je praktijkopleider wanneer je een aantal dagen op de beladingsafdeling kunt meewerken om inzicht te krijgen in de procedure voor het beladen. Maak notities over knelpunten en problemen en bespreek deze met je praktijkopleider. Denk hierbij aan: de verzendplanning, de beschikbare capaciteit, mensen en eventuele vervoermiddelen, de eventuele stuwagevoorschriften (specifieke en algemene) en de eventuele routeplanningen en de volgorde hierbinnen.
2.
Ga samen met je praktijkopleider na waardoor de problemen veroorzaakt worden. Maak een voorstel voor oplossing van de knelpunten of problemen en bespreek dit voorstel met je praktijkopleider.
Materials handling 4
27
Praktijk 3.
Taak 12
Pas de procedure voor de belading aan na goedkeuring van de verantwoordelijke personen en geef de betrokkenen zo nodig instructie.
Materials handling 4
28