chello academy cursusboek het web Het world wide web gebruiken en begrijpen

chello academy cursusboek het web Het world wide web gebruiken en begrijpen

Voordat je begint web De web techno chello cursus maakt deel uit van het programma Services van het universele techno chello curriculum van de chello academy. Om de cursus te kunnen voltooien, dien je naast deze cursus ook de volgende cursussen te volgen: -

Nieuws Chat E-mail

De cursus Services is bedoeld voor helpdeskmedewerkers van chello en installatietechnici (overeenkomstig de eisen van het bedrijf). Meer informatie over deze en over andere technologieprogramma's van de chello academy kun je vinden op de website van de chello academy:

http://www.chelloacademy.com Andere technologieprogramma's van de chello academy zijn: -

Netwerkbeginselen Internettechnologie Besturingssystemen Beveiliging

Deze handleiding gebruiken Dit cursusboek is ontwikkeld door de chello academy om parallel met online lessen en met lessen in de lesruimten gebruikt te worden. De online of in een lesruimte behandelde onderwerpen worden er samengevat, je vindt er gedetailleerde informatie en er worden relevante internetbronnen vermeld. Voor een optimale layout en om het werkboek zo gebruiksvriendelijk mogelijk te maken, bevat het de volgende markeringen om voor de lezer interessante informatie aan te geven:

Vak met extra informatie Deze vakken bevatten informatie die verder gaat dan nodig is om de inhoud van de cursus te begrijpen. Gebruik deze vakken als je bijzonder geïnteresseerd bent of als je denkt dat je de standaardinhoud nu wel begrijpt.

Test jezelf Met behulp van deze vakken kun je controleren of je het behandelde onderwerp begrijpt. De antwoorden vind je achter in het boek.

Als je dit werkboek hebt, maar nog geen les hebt gehad of de betreffende online les nog niet hebt gevolgd, dien je je leidinggevende te vragen of hij of zij dat voor je kan organiseren. web – Versie 1.0 chello academy – december 2001 intern en vertrouwelijk

2

Inhoud Voordat je begint ........................................................................... 2 Deze handleiding gebruiken..........................................................................2

Inhoud ........................................................................................... 3 Inleiding......................................................................................... 4 Wat is het World Wide Web?......................................................... 5 URL...............................................................................................................5 Websites en webpagina's .............................................................................6

De opmaak van websites .............................................................. 8 HTML ............................................................................................................8 Vernieuwingen .................................................................................................... 9

De webbrowser ...........................................................................................11 Plug-ins voor browsers ..................................................................................... 11

Hoe werkt het World Wide Web?................................................. 12 HTTP...........................................................................................................12

Slim gebruik van het World Wide Web ........................................ 13 Hyperlinks......................................................................................................... 13 Linkpagina's...................................................................................................... 13 Zoekmachines .................................................................................................. 13

Een website publiceren ...............................................................................15

Een korte geschiedenis van het World Wide Web ....................... 16 Test jezelf.................................................................................... 18 Samenvatting .............................................................................. 20 Links............................................................................................ 21 Antwoorden op de vragen bij Test jezelf!..................................... 22

web – Versie 1.0 chello academy – december 2001 intern en vertrouwelijk

3

Inleiding In het wereldwijde geheel van netwerken waaruit het internet bestaat, kan met één muisklik informatie worden gedeeld. Van de vele diensten die op het internet beschikbaar zijn, wordt het World Wide Web waarschijnlijk het meest gebruikt (al ben je het daar misschien niet mee eens als je een fervente e-mailgebruiker bent). Alle reden om er wat meer over te leren. Het World Wide Web is een verzameling sites met informatie, amusement of ander materiaal. Iedereen die toegang heeft tot het intenet, kan webpagina's samenstellen die de hele wereld kan zien. Maar wat zit er achter het World Wide Web, waar kwam het vandaan en waarom is het zo populair?

Doelstellingen !

Het verband tussen het World Wide Web en het internet kennen en begrijpen

!

Begrijpen hoe World Wide Web-adressen in elkaar zitten

!

Begrijpen hoe het World Wide Web in elkaar zit (client/server en website/webpagina)

!

Begrijpen wat HTML is en waar het voor gebruikt wordt

!

Het protocol voor de verzending van World Wide Web-informatie via het internet kennen

!

De procedure voor het publiceren van een website kennen.

!

Weten hoe je doeltreffend naar informatie zoekt op het World Wide Web

!

De evolutie van het World Wide Web begrijpen

Trefwoorden HTML

HTTP Hyperlink

JavaScript

applet

Plug-in

URL

browser

Java

Flash


4

Wat is het World Wide Web? Het World Wide Web, ook bekend als het www, het w3 of het web, is een wereldwijde, elektronische bron van informatie en amusement die met een webbrowser geraadpleegd kan worden. De informatie op het World Wide Web is op je computer beschikbaar dankzij de wereldwijde verzameling netwerken waaruit het internet bestaat. Datzelfde netwerk wordt gebruikt voor email en andere internetdiensten (van videoconferencing tot FTP en chatten). Informatie op het World Wide Web wordt gepresenteerd in de vorm van websites. Websites zijn verzamelingen webpagina's. Die webpagina's kun je opvragen door een URL (Uniform Resource Locator) in je webbrowser in te typen of door op een hyperlink (een actieve link die uw browser naar een bepaalde bron doorverwijst) te klikken.

URL De eenvoudigste manier om een website op te vragen, is het adres ervan intypen in je webbrowser. Maar daar heb je wel het adres van de website die je wilt bezoeken voor nodig. De meeste bedrijfswebsites zijn te herkennen aan hun domeinnaam. Dit is het gebruikersvriendelijke adres van de map waarin of de server waarop de site is gezet. Het adres van het bedrijf chello is bijvoorbeeld www.chello.com. Het domein is chello. De juiste naam voor een webadres is echter URL (Uniform Resource Locator). De term URL verwijst niet naar het adres dat nodig is om de server waarop een website zich bevindt op te zoeken, maar naar het adres van een bepaald bestand (bijvoorbeeld een webpagina) of bepaalde resource (bijvoorbeeld een applet, later meer hierover) die zich op een website bevinden.

bijv.

de URL: http://www.chello.com/upcmnfc/company_info/0/751.html leidt je naar een pagina op de chello-website met daarop informatie over het bedrijf.

Als er in de URL geen bestand of resource wordt vermeld, dan wordt er een standaard bestand geopend van de opgegeven server. Helaas laten niet alle URL's zich even eenvoudig ontleden en daarom zul je op het World Wide Web vaak andere methodes moeten toepassen om de gewenste informatie te vinden. Toch spelen URL's in alle gevallen een rol en ook als je zelf geen URL intypt, dan zul je er een in de adresbalk van je webbrowser aantreffen.


5

OPMERKING! De term URL wordt niet alleen gebruikt met betrekking tot webpagina's en resources. Een URL kan het adres van welk bestand dan ook zijn dat op het internet beschikbaar is.

Extra informatie

- URL's, domeinnamen en netwerkadressen

Aan de hand van domeinnamen kun je webadressen gemakkelijk herkennen en onthouden. De computers op het internet (clients en servers) worden echter aangeduid met een IP-adres. Dit is een binair 32-bits adres in het formaat xxx.xxx.xxx.xxx, waarbij xxx een getal tot 255 is. DNS (Domain Name Service) is de service die domeinnamen omzet in IP-adressen en vice versa, zodat je computer over de nodige informatie beschikt zonder dat jij als gebruiker zich daar zorgen over hoeft te maken.

bijv. www.chello.com

=

212.83.64.248

als je 212.83.64.248 in je webbrowser intypt, kom je op dezelfde website als wanneer je www.chello.com intypt.


6

Websites en webpagina's Het world wide web werkt op een client-/serverbasis. Als je het internet bezoekt om informatie op te vragen, word je een client. Websites worden ondergebracht op servers (in dit geval webservers). Deze servers ontvangen en verwerken verzoeken van clients en antwoorden door de inhoud van hun websites te verspreiden. Sommige bedrijven verhuren ruimte op hun webservers om daarop de websites van andere bedrijven of personen onder te brengen (te "hosten"). Op één webserver kan meer dan één website tegelijk worden bewaard. De ruimte die nodig is voor het opslaan van een website wordt webruimte genoemd.

Websites bestaan uit een verzameling gekoppelde webpagina's. Gebruikers kunnen van de ene naar de andere pagina springen door op actieve afbeeldingen of stukjes tekst op de pagina te klikken. Deze actieve gebieden heten hyperlinks en zijn doorgaans herkenbaar aan onderstreepte tekst of kleuren, of anders aan de van vorm veranderende muiscursor als je die over een hyperlink beweegt. Die andere vorm betekent dat de link actief is. Webpagina's zijn enkelvoudige documenten (bestanden) die op de webserver worden bewaard. Steeds als er een nieuwe pagina wordt opgevraagd, moet er een nieuw bestand worden geopend. Een webpagina kan ook een link naar een andere site bevatten. In zo'n geval moet er contact worden opgenomen met een andere webserver om het opgevraagde bestand te openen. Als je enige ervaring hebt met het internet, heb je ongetwijfeld gezien dat de meeste webpagina's HTML-bestanden zijn (bestanden met de extensie *.html)

bijv.

in de URL:

Wat is HTML en waar wordt het voor gebruikt?

Onthoud het volgende! •

Het World Wide Web is een wereldwijde verzameling resources (bronnen) die middels een webbrowser via het internet geraadpleegd kunnen worden.

•

Het adres van een resource op het World Wide Web wordt de URL ervan genoemd.

•

Het World Wide Web is georganiseerd als een client-/serverstelsel.

•

Websites zijn verzamelingen webpagina's die op een webserver staan.


7

De opmaak van websites HTML Om webpagina's geschikt te maken voor weergave op de vele verschillende platforms (besturingssystemen, browsers, hardware, enz.) moet er een veelzijdige opmaaktaal worden gebruikt. Je hebt misschien wel eens gemerkt dat een bestand dat met de nieuwste versie van Microsoft Word en de nieuwste versie van Windows is gemaakt niet altijd probleemloos kan worden geopend met Windows 95 en een oudere Microsoft Word-versie. Dat is slechts een voorbeeld, maar over het algemeen is er zeer flexibele software nodig om bestanden bij gebruik van verschillende platforms (besturingssystemen) te delen. Tegelijkertijd moeten webpagina's zo snel mogelijk over het internet kunnen worden getransporteerd. Gebruikers zijn er immers aan gewend dat ze sneller een webpagina uit Australië kunnen ophalen dan een kop koffie uit hun eigen keuken. HTML (HyperText Markup Language) lost beide problemen op. Deze opmaaktaal is probleemloos op verschillende platforms te gebruiken en werkt met zeer compacte bestanden. Omdat HTML een belangrijk onderdeel van het World Wide Web vormt, volgt hieronder een korte omschrijving. Om een consistente vormgeving op verschillende platforms en browsers mogelijk te maken, maakt HTML gebruik van tags.

Voorbeeld:

als je een stukje tekst op je webpagina wilt centreren, gebruik je daarvoor de -tag. Om het einde van het stukje gecentreerde tekst aan te geven, gebruikt u de -tag. Het ziet er in HTML dus als volgt uit:

hallo! Dit heeft tot gevolg dat het woord “hallo!” gecentreerd in het browservenster wordt weergegeven (niet links of rechts uitgelijnd).

Elke browser die de HTML-code leest, ziet de tags en interpreteert ze op dezelfde manier: de tekst (of elke andere content) tussen de tags wordt in het midden van het browservenster afgebeeld. HTML kent tags voor vrijwel alle denkbare opmaakstijlen. Dankzij deze universele taal kunnen webpagina's worden gelezen door de vele uiteenlopende soorten browsers terwijl de opmaak toch hetzelfde blijft.


8

bijv. hieronder ziet u hoe de website www.chello.nl eruit ziet in verschillende browsers op verschillende platforms.

Internet Explorer - macintosh

Netscape Communicator - macintosh

Ook kunnen dankzij HTML de bestanden compact worden gehouden. Dat is mogelijk doordat in HTML-bestanden alleen de basisinformatie voor de opmaak (de plaats van afbeeldingen bijvoorbeeld), de code of verwijzingen naar eventueel nodige scripts en de weer te geven tekst worden weergegeven. Naar de afbeeldingen, filmpjes, etc. zelf die op de uiteindelijke pagina verschijnen, wordt in de HTML-code verwezen met de bestandsnaam en het pad. De lettertypen voor de tekst worden ook opgegeven, maar hoeven niet te worden meegestuurd omdat ze waarschijnlijk al op de client-machine aanwezig zijn. Voor het geval de eerste keuze niet voorhanden is, worden er alternatieven opgegeven. Je hebt misschien gemerkt dat de tekst van een webpagina veel sneller worden geladen dan plaatjes en andere extra's zoals Flash-bestanden. Dat komt doordat de tekst in het HTMLbestand staat terwijl plaatjes en dergelijke in afzonderlijke bestanden op de server staan. Ze worden opgegeven in het HTML-bestand en moeten apart worden geladen.

Vernieuwingen Sinds de beginjaren van het World Wide Web is de inhoud van websites drastisch veranderd. Dat is het gevolg van verschillende ontwikkelingen op technologisch gebied: -

de ontwikkeling van HTML waarmee complexere opmaakmethoden en andere pagina-uitbreidingen mogelijk werden

-

de ontwikkeling van compressietechnieken waardoor multimedia-bestanden kleiner zijn geworden; technologieën als mp3 en flash zorgen voor een veel kortere overdrachtstijd van complexe content

-

de ontwikkeling van web browsers waardoor ze intelligenter en flexibeler zijn geworden

-

de ontwikkeling van netwerken en netwerkapparaten Breedband-netwerken (zoals kabel en DSL) zorgen voor een snellere overdracht van bestanden naar de machine van de gebruiker, waardoor er nieuwe mogelijkheden ontstaan voor het aanbieden van content. Ook hebben verbeteringen aan modems en andere communicatieapparatuur ertoe geleid dat afzonderlijke computers veel sneller informatie over netwerken kunnen verzenden en ontvangen.


9

Door al deze ontwikkelingen ziet alles er nu heel anders uit dan de kale HTML-pagina's die we aan het begin van de jaren negentig te zien kregen. Veel uitbreidingen op de oorsponkelijke HTML-taal zijn nu gemeengoed.

naam

functie

gebruik

HTML

opmaak

Standaard opmaak van webpagina's

JavaScript

op clientmachine uit te voeren script

In HTML-bestanden opgenomen script dat de functionaliteit van de pagina vergroot

Java

toepassingen voor verschillende platforms

Een toepassing direct van een webserver uitvoeren door middel van een webbrowser (applet)

CGI

door server uit te voeren script

Aan een server verstrekte informatie verwerken

voorbeeld Opmaak van tekst en afbeeldingen op een pagina en verwijzing naar eventueel benodigde bestanden Afrolmenu's of veranderende elementen op de pagina wanneer de muiscursor eroverheen gaat Verbinding met een IRCnetwerk via een website door middel van een on-line client (er hoeft lokaal geen software te worden geïnstalleerd) On-line ingevulde formulieren verwerken

Meer hoef je niet te weten over HTML tenzij je je eigen website wilt maken, maar zelfs dan kun je gebruik maken van HTML-editors die de webpagina’s in WYSIWYG-stijl (What You See Is What You Get) voorschotelen. Dat betekent dat je je geen zorgen hoeft te maken over al die tags. Er zijn nog meer zaken die hebben bijgedragen tot de ontwikkeling van het web (bestandscompressie en vergrote netwerkcapaciteit bijvoorbeeld), maar die zijn niet specifiek voor het web en vallen daarom buiten het kader van deze cursus. Wel vermelden we de Flash-bestanden (Macromedia Shockwave), die een belangrijke stap in de ontwikkeling van het web betekenden. Met Flash kunnen animaties veel gemakkelijker en veel compacter worden gemaakt dan voorheen mogelijk was. Flash-animaties komen tegenwoordig veel voor op het World Wide Web en kunnen vanuit een HTML-bestand gemakkelijk worden opgevraagd.


10

De webbrowser Zoals we hebben gezien worden webbrowsers gebruikt voor het weergeven van HTMLdocumenten en de verschillende afbeeldingen e.d. waarnaar in webpagina's wordt verwezen. Moderne webbrowsers kunnen vele uiteenlopende soorten content weergeven, variërend van animaties en filmpjes tot spelletjes en geavanceerde opmaakstijlen, maar dit is niet altijd zo geweest. De op het World Wide Web beschikbare content kon zich slechts net zo snel ontwikkelen als de software die gebruikt werd voor het weergeven ervan.

Plug-ins voor browsers Ook de allermodernste browsers hebben soms wat hulp nodig bij het weergeven van de verschillende soorten content op het World Wide Web. Voor eenvoudig materiaal (HTML en afbeeldingen) worden standaardbrowsers gebruikt. Voor wat meer geavanceerde contentvormen zul je je standaardbrowser moeten uitbreiden. Dat kun je doen met uitbreidingen die plug-ins worden genoemd. Het concept van plug-ins is niet alleen bekend in de wereld van webbrowsers. Ook andersoortige softwareproducten maken soms gebruik van plug-ins waarmee je de functionaliteit van de basissoftware kunt uitbreiden. Een plug-in is in principe een kleine toepassing waarvan de hoofdtoepassing gebruik kan maken voor het uitvoeren van bepaalde taken, zoals het weergeven van PDF-documenten in je webbrowser. Toepassingen als Adobe Photoshop kunnen plug-ins gebruiken om een nieuw grafisch effect mogelijk te maken. Webbrowsers gebruiken ze voor het weergeven van nieuwe contentvormen (zoals Flashanimaties of QuickTime-filmpjes) of het automatisch afhandelen van bepaalde bestandstypen (zoals *.zip-bestanden).


HTML wordt gebruikt als een basisopmaak voor webpagina's

•

Andere technologieën (zoals JavaScript, Java en CGI) maken intelligente verwerking en presentatie van informatie op het World Wide Web mogelijk

•

Bij de verdere ontwikkeling van het web hebben zaken als bestandscompressie en vergrote netwerkcapaciteit een rol gespeeld

•

Door plug-ins te installeren kunt de functionaliteit van de webbrowser uitbreiden zodat met nieuwe bestandstypen kan worden gewerkt


11

Hoe werkt het World Wide Web? We weten nu wat het World Wide Web is en welke mogelijkheden het biedt. Maar hoe werkt het World Wide Web eigenlijk? De werking van het World Wide Web is niet anders dan die van de rest van het internet. Het web maakt gebruik van TCP/IP en van een client-/serverstructuur waarin clients (webbrowsers) informatie opvragen van webservers. Webpagina's worden gevonden met behulp van URL's, waarbij domeinnamen met behulp van DNS omgezet worden in IPadressen waarna de content van de website kan worden overgedragen via het web-element van TCP/IP, HTTP genaamd.

HTTP HTTP is één van de protocollen die zijn opgenomen in de TCP/IP-protocolsuite en is verantwoordelijk voor de overdracht van het grootste deel van de content van webpagina's (HTML-pagina's, JPG-bestanden en GIF-bestanden).

HTTP staat voor HyperText Transfer Protocol en wordt gebruikt voor het overdragen van HTML-bestanden en andere webcontent Net als alle andere protocollen in de TCP/IP-suite heeft HTTP zijn eigen toegewezen poort, namelijk poort 80 Als je een webadres in een webbrowser intypt, wordt automatisch het HTTP-protocol gebruikt en wordt het verzoek naar poort 80 verzonden, tenzij je andere aanwijzingen geeft.


World Wide Web-informatie wordt overgedragen met behulp van het HTTPprotocol uit de TCP/IP-protocolsuite.

•

HTTP staat voor HyperText Transfer Protocol.

•

De standaardpoort voor HTTP-verzoeken is poort 80.


12

Slim gebruik van het World Wide Web Als je op het World Wide Web alleen URL's gebruikt die je al kent, dan ben je snel uitgekeken. Dat is gelukkig niet nodig, want er zijn verschillende opties die je naar de informatie leiden die u nodig heeft:

Hyperlinks Hyperlinks worden in webpagina's opgenomen en verwijzen naar andere pagina's met vergelijkbare of verwante informatie. Veel hyperlinks brengen je naar een andere website, zodat je door verschillende websites kunt browsen. Vaak kom je dan interessant materiaal tegen.

Linkpagina's De meeste websites hebben een 'linkpagina', een pagina met een lijst links naar andere sites/URL's die de maker van de website de moeite van een bezoek waard vindt, of die iets met de content van de site te maken hebben.

Zoekmachines Soms wil je snel iets kunnen vinden en heb je geen tijd om urenlang de ene na de andere webpagina door te lezen waarop misschien interessante informatie staat, maar waar je niet naar op zoek bent. In zo'n geval komen zoekmachines van pas. Zoekmachines zoeken voor jouw door hun uitgebreide databases te raadplegen op zoek naar relevante links. Sommige zoekmachines (zoals Yahoo) beschikken over een omvangrijke catalogus vol informatie die ze kunnen doorzoeken en externe sites waarop relevante informatie en/of links gevonden kunnen worden.


13

Welke zoekmachine je ook gebruikt, er zijn enkele basistechnieken die je kunt gebruiken om je zoekcriteria te verfijnen voor betere zoekresultaten:

zoekopdracht +zwart +blauw

zwart -blauw

“zwart blauw“

zwart OR blauw

opgezocht item Als je een + voor een woord in een zoekopdracht zet, wordt er gezocht naar pagina's waarin het betreffende woord zeker voorkomt. In dit geval levert de zoekopdracht documenten op waarin het woord zwart en het woord blauw voorkomen. Als je een - vóór een woord in een zoekopdracht zet, wordt er gezocht naar documenten waarin dat woord niet voorkomt. In dit geval levert de zoekopdracht documenten op waarin wel het woord zwart, maar niet het woord blauw staat. Als je woorden tussen aanhalingtekens zet, wordt er gezocht naar de exacte tekst tussen die aanhalingstekens. In dit geval levert de zoekopdracht documenten op waarin de exacte tekst zwart blauw (in die volgorde en direct na elkaar) voorkomt Als je de term OR (of) tussen de woorden in een zoekopdracht zet, wordt elk woord apart opgezocht. In dit geval levert de zoekopdracht documenten op waarin het woord zwart of het woord blauw voorkomt.

Hier volgen nog enkele voorbeelden van zoekopdrachten:

zoekopdracht geel +zwart -blauw “zwart blauw” -kleur +zwart blauw OR rood

opgezocht item Documenten waarin de woorden geel en zwart maar niet het woord blauw voorkomt. Documenten waarin de exacte tekst zwart blauw, maar niet het woord kleur voorkomt Documenten waarin het woord zwart en daarnaast het woord blauw of het woord rood voorkomt.

Als de zoekopdracht niet het gewenste resultaat oplevert met de ene zoekmachine, probeer dan een andere. Dat kan tot verschillende resultaten leiden. Vergeet ook niet een notitie te maken van de sites die je het nuttigst vindt, zodat je er direct heen kunt wanneer je ze nog een keer nodig hebt.


14

Een website publiceren Nu we weten wat het World Wide Web is en hoe de inhoud ervan over het internet wordt verspreid, is het niet moeilijk om te begrijpen welke stappen er moeten worden gezet bij het maken van een eigen website. 1. Op de eerste plaats heb je enige webruimte nodig zodat je je site kunt uploaden als die af is. Als je een chello-klant bent, is dit geen probleem omdat chello al zijn klanten een hoeveelheid webruimte geeft voor het publiceren van hun eigen websites. 2. Je moet een URL hebben. Als je je website laat hosten op de webserver van iemand anders, dan is ook dit geen probleem. Als je echter een eigen webserver opzet, dan moet je een domeinnaam verspreiden en daarvoor DNS-ingangen enz. regelen. Websites die op de webservers van chello worden gehost hebben al een URL. 3. Je moet bepalen wat je op je site wilt plaatsen. Dit kan van alles zijn: alles over je konijn of de staat van de internationale goud- en zilverhandel. Het mooie van het World Wide Web is dat je er op kunt zetten wat je wilt, en dat maakt het tegelijk ook het moeilijkste en tijdrovendste element. 4. Als je hebt besloten wat je op jouw website wilt zetten, kun je beginnen met het maken ervan: het in elkaar zetten van de HTML-pagina's waaruit de site bestaat. Je kunt dat op verschillende manieren doen: met een editor of met een eenvoudig tekstprogramma als Notepad. 5. Wanneer je klaar bent met je webpagina's, hoef je ze alleen nog naar je webruimte te uploaden. Dat kun jedoen met behulp van een FTP-programma. 6. Jouw eigen website staat nu op het internet!

Onthoud het volgende! !

Zoekopdrachten kunnen worden verfijnd met toevoegingen als + - “ “ en OR.

!

Websites kunnen worden gepubliceerd door iedereen die beschikt over webruimte waarop ze kunnen worden gehost.


15

Een korte geschiedenis van het World Wide Web Het internet mag in de jaren zestig met de komst van ARPANET zijn ontstaan, het World Wide Web kwam pas dertig jaar later. Hieronder volgt een overzicht van de geschiedenis van het web van 1991 tot 1997 (vertaling van http://www.pbs.org/internet/timeline/) 1990 Het ARPANET, slachtoffer van zijn eigen, alle verwachtingen overtreffende succes, wordt opgeheven, waardoor alleen het enorme netwerk aller netwerken overblijft: het internet. Het aantal hosts overschrijdt de 300.000.

1991 Het World Wide Web wordt geboren! 1991 – 1993 Bedrijven die gebruik willen maken van het internet staan voor een groot probleem: commercieel netwerkverkeer via het NSFNET van National Science Foundation, de backbone van het internet, is verboden. In 1991 heft de NSF dat verbod op, waarmee het tijdperk van elektronische handel (e-commerce) aanbreekt. Aan de universiteit van Minnesota wordt in 1991 door een team onder leiding van computerprogrammeur Mark MaCahill het eerste 'wijs-en-klik'-systeem ('gopher') gelanceerd voor het opzoeken en doorbladeren van bestanden op het internet. Dit navigatiesysteem, oorspronkelijk bedoeld om de communicatie op de campus te vergemakkelijken, is gratis beschikbaar op het internet. MaCahill noemt het 'de eerste internettoepassing waar mijn moeder nog mee kan werken'. 1991 is ook het jaar waarin Tim Berners-Lee, een medewerker van CERN in Zwitserland, de eerste computercode van het World Wide Web publiceert in de relatief onbeduidende nieuwsgroep 'alt.hypertext'. Dankzij de mogelijkheid die de code biedt om tekst, plaatjes en geluid op webpagina's samen te brengen, wordt deze enthousiast ontvangen door computerprogrammeurs. Informatie kan nu op het internet worden gepubliceerd op een manier die net zo eenvoudig kan zijn als het gebruik van een tekstverwerker. Marc Andreesen en een groep programmeerstudenten aan het NCSA (National Center for Supercomputing Applications van de universiteit van Illinois) ontwikkelen Mosaic, een grafische browser voor het World Wide Web. 1991 Het verkeer op de NSF-backbone bedraagt meer dan 1 miljard bytes per maand. 1992 Een miljoen hosts hebben multimedia-toegang tot het internet via de MBONE De eerste audio- en videouitzendingen vinden plaats over het deel van het internet dat bekend staat als MBONE. Meer dan 1.000.000 hosts maken deel uit van het internet. Mosaic, de eerste grafische webbrowser, komt op de markt. Het verkeer op het internet neemt jaarlijks toe met 341,634% procent. 1994 The Rolling Stones zenden beelden van de Voodoo Lounge-tour uit via de M-Bone. Marc Andreesen en Jim Clark richten Netscape Communications Corp. op. Pizza Hut neemt bestellingen aan via het internet en de premier van Japan gaat on-line op www.kantei.go.jp. Het backbone-verkeer zwelt aan tot meer dan 10 miljard bytes per maand. 1995 Van het NSFNET wordt weer een researchproject gemaakt waarna het internet in commerciële handen achterblijft. Het Web neemt nu het grootste deel van het internetverkeer voor zijn rekening. Het Vaticaan opent www.vatican.va. James Gosling en een team van programmeurs bij Sun Microsystems brengen de internetprogrammeertaal Java uit. Java betekent een grote verandering in de manier waarop toepassingen en informatie via het internet kunnen worden opgevraagd, weergegeven en gebruikt. 1996 Bijna 10 miljoen hosts on-line. Het internet beslaat de hele wereld Het internet viert zijn vijfentwintigste verjaardag. De militaire motieven die tot de geboorte ervan hebben geleid, hebben nu alleen nog maar een historische functie. Zo'n 40 miljoen mensen zijn aangesloten op het internet. Er wordt jaarlijks meer dan 1 miljard dollar uitgegeven in winkels op het internet, en internet-gerelateerde bedrijven als Netscape zijn ongekend populair bij beleggers in high-tech. Gebruikers in bijna 150 landen zijn op het internet aangesloten. Het aantal computerhosts nadert de 10 miljoen. web – Versie 1.0 chello academy – december 2001 intern en vertrouwelijk

16

Binnen 30 jaar is het internet uitgegroeid van een concept uit de koude oorlog dat bedoeld was om een postnucleaire maatschappij mee te kunnen besturen, tot de informatiesnelweg. Net zoals de spoorwegen in de 19e eeuw het machinetijdperk mogelijk maakten en een maatschappelijke ommekeer teweegbrachten, zo brengt het internet ons in het informatietijdperk waar het de wereld waarin we leven verregaand beïnvloedt. Het internettijdperk is een feit. 1997 Tegenwoordig wordt het internet gebruikt voor telewerken, zodat mensen kunnen kiezen waar ze willen wonen zonder dat ze daarbij rekening hoeven te houden met waar ze werken. Stedelijke gemeenten zien in het internet een oplossing voor dichtgeslibte snelwegen en luchtvervuiling. Scholen gebruiken het internet als een enorme elektronische bibliotheek met ongekende mogelijkheden. Artsen gebruiken het internet om met hun collega's aan de andere kant van de wereld overleg te plegen. Het internet groeit uit tot één wereldwijd dorp, maar tegelijk dreigt er een tweedeling: mensen die wel en mensen die geen toegang tot het internet hebben. Een nieuwe generatie groeit op met het internet en vindt communiceren via het toetsenbord net zo gewoon als persoonlijke communicatie. Het leven op het internet wordt een steeds belangrijker onderdeel van het leven op aarde.

Onthoud het volgende! !

Het World Wide Web werd pas in het leven geroepen in 1991, nadat het ARPANET werd opgeheven.

!

De eerste webbrowser die hypertext kon weergeven en die algemeen gebruikt werd, was Mosaic, ontwikkeld door NCSA.

!

Het World Wide Web blijft groeien in omvang en functionaliteit.


17

Test jezelf 1. het web staat ook bekend als: a. brian b. w3 c. Internet d. FTP 2. adressen van webpagina's en andere internetbronnen staan ook bekend als: a. IRL b. HTP c. URL d. WRL 3. wat voor soort netwerk is het internet? a. peer to peer b. server/client c. LAN d. MAN 4. websites zijn opgebouwd uit: a. hout b. internetruimte c. webpagina's d. bandbreedte 5. de basiscode die gewoonlijk wordt gebruikt voor webpagina's staat bekend als: a. Unicode rich text b. ATM c. HTML d. HPWL 6. andere technologieën voor het maken van websites zijn: a. C++, Binary en Visual Basic b. Javascript, Java en CGI c. HTTP, FTP and NNTP d. Mosaic, Netscape en Internet Explorer 7. een plug-in is: a. hardware die je kunt kopen en direct op je pc kunt aansluiten b. een geïmproviseerde oplossing voor gebruikers die niet over de minimale specificaties beschikken c. een klein stukje software dat de functionaliteit van een browser uitbreidt d. iets onbelangrijks 8. op het internet wordt informatie uitgewisseld middels een protocol uit: a. Spanje b. de TCP/IP-suite c. de DHCP-suite d. de HTML-suite


18

9. hoe heet het protocol dat gebruikt wordt om webinformatie via het internet te verspreiden? a. HTTP b. NNTP c. FTP d. UTTP

10. de standaardpoort voor weboverdracht op het internet is 110: waar niet waar 11. wat kan worden opgezocht met behulp van zoekmachines? a. plaatselijke routers b. het IP-adres van een bepaalde machine c. informatie aan de hand van een trefwoord d. auto's en treinen 12. wat is er nodig om een website te publiceren? a. een overheidsvergunning b. webruimte c. een domeinnaam d. Internet Explorer 13. de voorloper van het web was __________, dat in __________ werd opgeheven. Het web zoals we dat nu kennen begon zich vanaf dat moment te ontwikkelen. De eerste algemeen gebruikte browser heette __________ en was gemaakt door __________. NCSA Explorer 1991

Netscape MIME Microsof

ARPANET 1987 Internet

Internet Mosaic


19

Samenvatting

Wat is het World Wide Web? • • • •

Het World Wide Web is een wereldwijde verzameling resources (bronnen) die middels een webbrowser via het internet geraadpleegd kunnen worden. Het adres van een resource op het World Wide Web wordt de URL ervan genoemd. Het World Wide Web is georganiseerd als een client-/serverstelsel. Websites zijn verzamelingen webpagina's die op een webserver staan.

De opmaak van websites • • • •

HTML wordt gebruikt als een basisopmaak voor webpagina's Andere technologieën (zoals JavaScript, Java en CGI) maken intelligente omgang en presentatie van informatie op het World Wide Web mogelijk. Bestandscompressietechnologieën en een steeds grotere netwerkcapaciteit hebben bijgedragen tot de ontwikkeling van het web. Door plug-ins te installeren kun je de functionaliteit van uw webbrowser uitbreiden zodat met nieuwe bestandstypen kan worden gewerkt.

Hoe werkt het World Wide Web? • • •

World Wide Web-informatie wordt overgedragen met behulp van het HTTPprotocol uit de TCP/IP-suite. HTTP staat voor HyperText Transfer Protocol. De standaardpoort voor HTTP-verzoeken is poort 80.

Het World Wide Web op een slimme manier gebruiken ! !

Zoekopdrachten kunnen worden verfijnd met toevoegingen als + - “ “ en OR. Websites kunnen worden gepubliceerd door iedereen die beschikt over webruimte waarop ze kunnen worden gehost.

Een korte geschiedenis van het World Wide Web ! ! !

Het World Wide Web werd pas in het leven geroepen in 1991, nadat ARPANET werd opgeheven. De eerste webbrowser die hypertext kon weergeven en die algemeen gebruikt werd, was Mosaic, ontwikkeld door NCSA. Het World Wide Web blijft groeien in omvang en functionaliteit.


20

Links Het internet bevat enorm veel informatie en als je echt geïnteresseerd bent in het World Wide Web dan kun je er veel meer interessante informatie over vinden. Hieronder staan een aantal links waarmee je aan de slag kunt!

Voor meer informatie: !

http://browserwatch.internet.com/ informatie over veelgebruikte webbrowsers en plug-ins

!

http://www.pbs.org/internet/timeline/ leuke tijdlijn waarin de geschiedenis van het internet en het World Wide Web in het kort worden beschreven

!

http://www.w3history.org een uitgebreide tijdlijn die de ontwikkeling van het World Wide Web beschrijft met veel informatie die het web in verband brengt met andere ontwikkelingen in de wereld

!

www.hitmill.com/internet/web_history.html de geschiedenis van het World Wide Web

!

www.learnthenet.com/english/html/12browser.htm informatie over webbrowsers

!

http://www.dejavu.org/emulator.htm uitstekende site waarop je het web kunt zien door de ogen van oude webbrowsers zoals NCSA Mosaic

!

http://www.wdvl.com/Authoring/Tools/Tutorial/history.html veel uitleg over de verschillende aspecten van webontwikkeling

handige zoekmachines !

http://www.ask.com eenvoudige zoekmachine die vragen beantwoordt en naar links kan zoeken

!

http://www.yahoo.com populaire zoekmachine en informatiebibliotheek

!

http://www.google.com betrouwbare zoekmachine die goede resultaten oplevert http://www.altavista.com/ populaire zoekmachine die ook vertaalt (ingevoerde tekst of een URL)


21

Antwoorden op de vragen bij Test jezelf! Hier vind je de antwoorden op de vragen die gesteld zijn in het deel test jezelf van dit werkboek. Mocht je vragen hebben betreffende deze antwoorden, dan kun je contact opnemen met je docent. Fijn dat u gebruik hebt gemaakt van de chello academy :)

1. het web staat ook bekend als: b. w3 2. adressen van webpagina's en andere internetbronnen staan ook bekend als: c. URL 3. wat voor soort netwerk is het internet? b. server/client 4. websites zijn opgebouwd uit: c. webpagina's 5. de basiscode die gewoonlijk wordt gebruikt voor webpagina's staat bekend als: c. HTML 6. andere technologieën voor het maken van websites zijn: b. Javascript, Java en CGI 7. een plug-in is: c. een klein stukje software dat de functionaliteit van een browser uitbreidt. 9. op het internet wordt informatie uitgewisseld middels een protocol uit: b. de TCP/IP-suite 10. hoe heet het protocol dat gebruikt wordt om webinformatie via het internet te verspreiden? a. HTTP 11. de standaardpoort voor weboverdracht op het internet is 110: niet waar 12. wat kan worden opgezocht met behulp van zoekmachines? c. informatie aan de hand van een trefwoord 13. wat is er nodig om een website te publiceren? b. webruimte 14. de voorloper van het web was _ARPANET_, dat in _1991___ werd opgeheven. Het web, zoals we dat nu kennen, begon zich vanaf dat moment te ontwikkelen. De eerste populaire browser heette _Mosaic__ en werd gemaakt door _NCSA__.


22

chello academy cursusboek het web Het world wide web gebruiken en begrijpen

Recommend Documents