Bestuursmededelingen 15 NOVEMBER 2012
GEMEENTERECHT Aanpassing Winkeltijdenwet in relatie tot de koopzondagen De VNG heeft gelobbyd bij de Tweede Kamer om de Winkeltijdenwet te wijzigen voor wat betreft het onderdeel het openstellen van winkels op zon- en feestdagen. De lobby is met succes gevoerd, want de Tweede Kamer stemde op 30 oktober jl. in met het initiatiefwetsvoorstel Winkeltijdenwet van D66 en GroenLinks. Het wetsvoorstel schrapt de toerismebepaling uit de Winkeltijdenwet en geeft gemeente voortaan de vrijheid om in samenspraak met belanghebbenden, zoals de consument, winkeliers etc, een eigen besluit te nemen over de zondagopenstelling. De bestaande artikelen in het Vrijstellingenbesluit van de Winkeltijdenwet met betrekking tot de openstelling van zon- en feestdagen komen hiermee tevens te vervallen.
Drank- en Horecawet Gemeenten zijn per 1 januari 2013 worden belast met het algehele toezicht op de naleving van de voorschriften van de Drank- en Horecawet. Tevens zal het verhogen van de leeftijdsgrens worden opgenomen in de gewijzigde Drank- en Horecawet, welk per 1 januari 2013 in werking treedt. Gemeenten krijgen dan tevens de bevoegdheid om te handhaven op de verhoging van de leeftijdsgrens van 16 naar 18 jaar. Wat betreft voorlichting, zullen gemeenten aan moeten gaan geven op welke wijze zij preventief het overmatig gebruik van alcohol onder jongeren tot 18 jaar, tegen willen gaan. Dit kan onder andere via het lokaal gezondheidsbeleid. Het sluitstuk van de repressie en nazorg is het toezicht en de handhaving van de wet en ook hierop zullen gemeenten beleid moeten voeren aansluitend op de preventieve gezondheidsbeleid en het gehele pakker aan maatregelen duidelijk communiceren aan de burger.
BESTUUR, VEILIGHEID EN INFORMATIEBELEID RGT en waarstaatjegemeente.nl De Wet revitalisering generiek toezicht is sinds 1 oktober 2012 in werking. De wet vereenvoudigt het stelsel van interbestuurlijk toezicht waarbij ervan wordt uitgegaan dat de desbetreffende volksvertegenwoordiging de wettelijke medebewindstaken van haar eigen bestuur zoveel als mogelijk zelf controleert. Hiermee wordt het verticaal toezicht van het Rijk en provincies op gemeenten aanzienlijk verminderd. Uitgangspunt hierbij is dat de provincie in principe de enige verticale toezicht-
houder op de gemeente is. Waar de provincies geen taak hebben en daarom de inhoudelijke expertise missen houdt het Rijk toezicht op gemeenten. Twee belangrijke randvoorwaarden zijn hieraan verbonden: de controlerende positie van de raad dient versterkt te worden en de verantwoording dient zoveel mogelijk transparant en openbaar te zijn. Om aan deze voorwaarden tegemoet te komen voert KING in samenwerking met de VNG het project Revitalisering generiek toezicht via Waarstaatjegemeente.nl uit. De site waarstaatjegemeente.nl, bekend van onder andere de benchmarks, wordt uitgebreid met zogenaamde kernindicatoren. Deze geven aan hoe een gemeente het doet op een beperkte set van wettelijke medebewindstaken, bij voorkeur afgestemd aan de informatiebehoefte van de toezichthouder. Dit biedt gemeenten de mogelijkheid om hun prestaties met die van andere gemeenten – meervoudig – te vergelijken. De raad kan met deze kernindicatoren beoordelen of de gemeente aan haar wettelijke verplichtingen voldoet. Ook kan deze informatie in perspectief gezien worden met de overige informatie en instrumenten op waarstaatjegemeente.nl. Door het toevoegen van de kernindicatoren aan het openbare platform Waarstaatjegemeente.nl neemt de verticale toezichtlast voor gemeenten af. Uit de wet RGT volgt dat als informatie openbaar beschikbaar is, deze niet nogmaals uitgevraagd kan worden. Op deze manier wordt invulling gegeven aan het principe ‘enkelvoudige uitvraag, meervoudig gebruik’. Waarstaatjegemeente.nl gaat op 1 januari 2013 ‘live’ met de prestatie-indicatoren voor het Fysiek Domein, waarbij de provincie toezichthouder is. De andere wetsdomeinen volgen in de loop van 2013 en 2014. Met de wet wordt uitvoering gegeven aan de Code Interbestuurlijke Verhoudingen, het kabinetsstandpunt inzake interbestuurlijk toezicht en het rapport ‘Van specifiek naar generiek’ van de Commissie Doorlichting Interbestuurlijke Toezichtarrangementen (Commissie-Oosting). De wet vereenvoudigt het stelsel van interbestuurlijk toezicht op gemeenten en provincies. Zie ook http://www.vng.nl/onderwerpenindex/bestuur/interbestuurlijk-toezicht/brieven/wet-revitalisering-generiek-toezicht
Preventief fouilleren Het wetsvoorstel voor preventief fouilleren is bij de Tweede Kamer geagendeerd voor plenaire behandeling. Burgemeesters kunnen straks voor maximaal twaalf uur een gebied aanwijzen waar de politie preventief op wapens mag fouilleren voor de handhaving van de openbare orde. Deze bevoegdheid biedt uitkomst in de gebieden waar de veiligheid niet in het geding is geweest en de gemeenteraad geen mogelijkheid tot instelling van veiligheidsriscogebieden heeft gecreëerd. Het bevel van de Officier van Justitie om tot preventief fouilleren over te gaan mag ook mondeling worden gegeven. In een eerdere reactie richting de vaste kamercommissie Veiligheid en Justitie stelden wij dat het onwenselijk is dat een hulpofficier de bevoegdheid krijgt voor het geven van het bevel om tot preventief fouilleren over te gaan. Een hulpofficier is een politiefunctionaris, die wellicht erg dicht op de uitvoering staat. De Minister van Veiligheid en Justitie heeft, na behandeling van het wetsvoorstel in de vaste kamercommissie Veiligheid en Justitie, met een nota van wijziging de bevoegdheid van de hulpofficier geschrapt. We vinden het echter nog steeds jammer dat het wetsvoorstel niet voorziet in de behoefte om de bevoegdheid tot preventief fouilleren uit te breiden naar andere voorwerpen dan verboden wapens of naar strafbare feiten op basis van de Opiumwet. Per brief naar de Tweede Kamer is hier opnieuw aandacht voor gevraagd.
Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche De wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche is op dinsdag 30 oktober door de Eerste Kamer aangehouden. Het wetsvoorstel was geagendeerd voor plenaire behandeling. In de eerste termijn hebben diverse woordvoerders aangegeven ernstige bezwaren te hebben voor onder meer de met invoering van
dit wetsvoorstel registratieplicht voor prostituees en de vergewisplicht voor klanten. De Minister van Veiligheid en Justitie heeft hierop aangegeven zich te willen herbezinnen op het wetsvoorstel en heeft aan de Eerste Kamer gevraagd de behandeling aan te houden. De Eerste Kamer heeft unaniem gehoord gegeven aan dit verzoek. Dit betekent dat de behandeling van het wetsvoorstel tot nader order is aangehouden.
FYSIEKE OMGEVING Voortgang Stichting E-laad Stichting E-laad, een samenwerking van de netbeheerders die kosteloos laadinfrasctructuur voor elektrische voertuigen plaatst op aanvraag van gemeenten, is door haar budget heen. Aanvragen van gemeenten die voor 31 augustus zujn ingediend worden nog in behandeling genomen. Overige aanvragen kunnen niet tot uitvoering worden gebracht. Omdat een dergelijke impuls aan elektrisch vervoer wenselijk is om een landelijk dekkend netwerk te bereiken. De VNG praat binnenkort verder met de directie van E-laad over de facilitering van gemeenten in de toekomst.
MKBA lokale duurzame energieopwekking Het concept-rapport van de MKBA lokale duurzame energieopwekking is opgeleverd en zal tijdens het evenement HIER opgewekt gepresenteerd worden. De MKBA geeft een beeld van lokale en nationale baten en lasten wanneer de energiebalsting verlaagd zou worden. De uitkomsten van de MKBA zijn nog niet definitief, maar wanneer de berekeningen vastgesteld zijn, kan deze in de lobby van de VNG, het Klimaatverbond en het Bestuurdersnetwerk Duurzaamheid gebruikt worden. Het onderzoek sluit aan bij een eerder motie van kamerlod Van der Werf en de passage uit het regeerakkoord om de ambitie om het aandeel lokaal opewekte duurzame energie te verhogen.
Speerpunten klimaat en energie volgens de commissie Milieu & Mobiliteit Na de Commissievergadering van Milieu en Mobiliteit hebben we met een klein groepje bestuurders doorgepraat over de thema’s klimaat en duurzaamheid. We hebben gevraagd waar volgens de commissieleden de VNG zich op zou moeten richten. Naar voren kwam heel duidelijk het thema kleinschalige lokale energieopwekking/salderen. Daarnaast vonden de commissieleden het belangrijk dat de VNG meer invulling zou geven aan haar platformfunctie in de vorm van delen van voorbeelden op de website. We bekijken nu hoe we meer invulling hieraan kunnen geven.
Bestuursmededeling Omgevingswet Volgens het regeerakkoord gaat het nieuwe kabinet voortvarend verder met de Omgevingswet en komt er in 2013 een wetsvoorstel ter vervanging van onder meer de Wet op de ruimtelijke ordening en de Waterwet. Dit betekent voor de VNG dat er binnenkort een reactie op het wetsvoorstel moet worden voorbereid. Om input te verzamelen voor een VNG-reactie is de afgelopen maanden een onderzoek uitgevoerd naar gemeentelijke praktijksituaties en zijn bijeenkomsten voor gemeenten georganiseerd. Friso de Zeeuw van de TU Delft heeft voor de VNG een onderzoek uitgevoerd naar gemeentelijke praktijksituaties in het omgevingsrecht. Aan de hand van twaalf cases zijn negen belangrijke knelpunten geïnventariseerd die de gemeenten in het omgevingsrecht tegenkwamen. Ook is gekeken naar mogelijke oplossingsrichtingen. Friso de Zeeuw heeft de concept-resultaten van het onderzoek gepresenteerd in de gezamenlijke commissie Ruimte & Wonen, Milieu & Mobiliteit en Water. Het definitieve onderzoeksrapport zal nog aan het VNG-bestuur worden aangeboden door burgemeester Noordanus. Hij heeft het onderzoek bestuurlijk begeleid. In juni en september heeft de VNG samen met de provinciale afdelingen vier regionale (ambtelijke) bijeenkomsten voor gemeenten georganiseerd. Daarbij is de deelnemers gevraagd naar knelpunten bij strategische planvorming, complexe projecten en vergunningverlening en handhaving. Ook is gevraagd wat goed werkt in het huidige omgevingsrecht en wat de deelnemers vinden van de instrumenten uit het nieuwe wetsvoorstel. In oktober heeft het ministerie van IenM de koepels informeel geconsulteerd over het conceptwetsvoorstel.
Daarbij hebben de VNG samen met de G4 een gesprek gehad met IenM over het conceptwetsvoorstel. De gemeentelijke inbreng is afgestemd met de G32 en de P10. Verder heeft het ministerie, mede op dringend verzoek van de VNG, de nieuwe instrumenten aan de praktijk getoetst (botsproeven). In sessies is samen met medewerkers van gemeenten, provincies, projectontwikkelaars, etc. gekeken in hoeverre de Omgevingswet zou kúnnen werken in de praktijk Er is nog geen officieel resultaat van de botsproeven bekend, wel zegt het ministerie dat de eerste toetsingen succesvol zijn verlopen. Er zijn echter signalen dat bij de botsproeven diverse knelpunten naar voren zijn gekomen en dat lang niet alle doelstellingen van de Omgevingswet behaald kunnen worden met de nu voorliggende Omgevingswet.
Werkbezoek Stedelijke Vernieuwing De afdeling BaFLO heeft in samenwerking met de gemeente Dordrecht een werkbezoek georganiseerd op 12 november voor de Vaste Kamercommissie Binnenlandse Zaken. Op 13 november vergadert de commissie over de wijkenaanpak, leefbaarheid en het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing. Het werkbezoek wordt bijgewoond door zes Kamerleden waarvan drie van de PvdA en twee van de VVD en één SP Kamerlid. Het start met de aanbieding van het VNG/IPO boekje ‘Bouwen aan Vernieuwing’. In dat boekje wordt met voorbeelden de meerwaarde van het ISV (miltiplier-effect) geillustreerd. Waarna met een bus drie wijken worden bezocht die met gebruik van het ISV succesvol zijn aangepakt. Bewoners uit de wijken zijn aanwezig om te vertellen vanuit hun oogpunt wat er is verbeterd de afgelopen jaren. Uit het rapport ‘Opgave stedelijke vernieuwing en woningbouw’ van ABF Research, dat is opgesteld in opdracht van het ministerie van BZK in samenwerking met VNG en IPO en op 27 okt naar de TK is gestuurd, blijft er landelijk € 240 miljoen per jaar aan rijksgeld nodig voor stedelijke vernieuwing en krimp. Zonder deze bijdrage zijn gemeenten niet in staat de noodzakelijke investeringen te doen en zullen veel wijken en buurten onherroepelijk verpauperen.
Convenant bedrijventerreinen Eind juni heeft de VNG op basis van het besluit van uw Bestuur het convenant leegstand kantoren ondertekend onder voorbehoud van instemming van de leden. Afgelopen zomer heeft de ledenraadpleging plaatsgevonden onder de 50 gemeenten, waar het convenant betrekking op heeft. De commissie Ruimte & Wonen heeft op basis van de resultaten van de ledenraadpleging negatief geadviseerd over het convenant bedrijventerreinen. Het ministerie van IenM gaat eind november in gesprek met de steden. Deze lijn is met de minister onlangs bekrachtigd in het bestuurlijk koepeloverleg. Mocht dat gesprek resulteren in een positieve houding van gemeenten, dan zal de VNG het convenant bekrachtigen. Ondertussen wordt op dit moment ook gezocht naar alternatieven.
Groen in de stad Op 26 september heeft in Ermelo de nationale Groendag plaatsgevonden. Deze bijeenkomst is georganiseerd door Entente Florale, Platform 31, Ministerie van EL&I en VNG en heeft 275 deelnemers getrokken. Het ochtendprogramma had een informatieve insteek en de keynote speech werd verzorgd door de heer David Thompson, Director LDA Design uit Londen over het unieke project Olympic Park, dat een positieve bijdrage levert aan het meest achtergebleven gebied van Londen. Daarna werd vervolgd met een forum over Stedelijk Groen in Crisistijd met o.a. Sander Dekker, wethouder in gemeente Den Haag. De middag stond in het teken van de nationale groencompetitie Entente Florale 2012. Het Limburgse Weert won het goud in de categorie ‘steden’ en het Noord-Brabantse dorp Bergeijk is winnaar in de categorie ‘dorpen en kleine steden’. De andere prijswinnaars in de categorie steden waren: Nunspeet met zilver en Haarlem en Roosendaal beide brons. In de categorie dorpen en kleine steden ontving Schin op Geul (gemeente Valkenburg) zilver en Lierop (gemeente Someren), Wierden en Woudenberg het brons. De dag is succesvol verlopen en de intentie is om elk jaar een nationale groendag te organiseren.
Onderzoek naar financiële stand van zaken gemeentelijke grondbedrijven Gemeenten lijden in totaal € 3,9 tot € 4,4 miljard verlies op grondexploitatie. Dat blijkt uit de derde rapportage van Deloitte die in opdracht van de ministeries IenM en BZK en de VNG is opgesteld, en naar de Tweede Kamer is gestuurd. Vorig jaar raamde Deloitte het totale verlies nog op € 2,9 miljard. In 2011 hebben de gemeenten gezamenlijk € 2 miljard van dat verlies genomen (afboekingen en voorzieningen). Eerder werd al € 0,9 miljard aan verliezen genomen, waardoor gemeenten nu nog tussen de € 1,0 en 1,5 miljard te nemen verliezen resteert. Gemeenten werkten het afgelopen jaar met succes aan meer afboekingen en het schrappen of aanpassen van bouwplannen. Tegelijkertijd worden ze geconfronteerd met opnieuw oplopende verliezen aangezien de crisis op de woningmarkt aanhoudt. De opdracht aan gemeenten is om bouwplannen onder de loep nemen, herprioriteren en waar nodig schrappen in bestaande plannen, bij voorkeur in regionaal verband. Jarenlang was grondexploitatie de grootste eigen inkomstenbron van gemeenten waaruit ze allerlei lokale voorzieningen konden financieren. De laatste jaren is grond echter een grote kostenpost geworden. Dat zet de gemeentelijke begroting en dus de voorzieningen onder druk. Met alle andere bezuinigingen waar ook gemeenten mee worden geconfronteerd, is de financiële rek eruit. De VNG heeft het Rijk opgeroepen daarmee rekening te houden en bij het vaststellen van de diverse budgetten voor gemeenten naar het totaalplaatje te kijken, zodat lokaal beleid niet onevenredig zwaar wordt getroffen door de crisis.
GEMEENTEFINANCIËN “Publicatie gemeentelijk belastinggebied’ Het expertisecentrum gemeentefinanciën heeft recentelijk een nieuwe publicatie uitgebracht. In deze publicatie wordt het gemeentelijk belastinggebied in vraag en antwoord beschreven. De belangrijkste belastingen en heffingen komen aan bod en er is speciale aandacht voor de keuzes die de raad kan maken op het gebied van de gemeentelijke belastingen. De publicatie is te downloaden of beschikbaar via http://www.vng.nl/onderwerpenindex/belastingen.
WERK EN INKOMEN VNG start onderzoek naar landelijke backoffice betalingen WWB De VNG laat, in samenspraak met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onderzoek uitvoeren. Het doel van het onderzoek is te komen tot één of meer business cases over samenwerking op het gebied van (delen van) de backoffice taken ten behoeve van de uitvoering van de WWB voor gemeenten. De business case kan daarmee ook de basis vormen voor pilots in de tweede helft van 2013. De samenwerking van gemeenten (en/of faciliterende partijen) moet leiden tot meer doelmatigheid, in de zin dat inkomenszekerheid efficiënter en effectiever aan burgers kan worden verschaft door het uitvoeringsdeel van de WWB sneller en goedkoper (op de kleine geldstroom) uit te voeren. Ook dient de samenwerking toekomstbesteding te zijn door i) kwetsbaarheid van uitvoering bij gemeenten te verminderen ii) bestand te zijn tegen wetswijzigingen of institutionele wijzigingen. Voordat de business case wordt opgesteld, zal eerst een verkenning van mogelijke scenario’s plaatsvinden. In beginsel komen alle mogelijke scenario’s in aanmerking om te worden verkend. Deze scenario’s hebben betrekking op samenwerking met organisaties buiten het gemeentelijke domein (bijvoorbeeld: UWV, SVB en
mogelijk andere geïnteresseerde partijen) en op intergemeentelijke samenwerking op het niveau van de 35 SUWI-regio’s. De verkenning van mogelijke scenario’s brengt in beeld wat de essentiële kenmerken van de scenario’s zijn en wat deze scenario’s de gemeenten opleveren. Bijvoorbeeld: welke onderdelen van het uitvoeringsproces worden in samenwerking uitgevoerd? Of: op welke wijze gaat de dienstverlening aan de klant plaatsvinden (toegankelijkheid, samenloop met andere voorzieningen)? De scenario’s worden getoetst aan de doelstellingen (doelmatigheid en toekomstbestendigheid) en de randvoorwaarden van de samenwerking (klantvriendelijk, bestuurbaarheid en lastendruk). Er wordt vanuit de bestuurlijke commissie Werk en Inkomen een brede begeleidingssgroep ingesteld bestaande uit (VNG, Divosa, SZW, UWV en SVB).
Plan van aanpak versterken samenwerken gemeenten-uitzendbureaus ingediend bij SZW Vanuit 35 arbeidsmarktregio’s werken gemeenten en UWV sinds medio 2012 intensief samen om de dienstverlening naar werkgevers en werkzoekenden in te richten, zodat meer mensen met een uitkering aan de slag kunnen. Werk is noodzakelijk om actief in de maatschappij mee te doen. De programmaraad ondersteunt de 35 arbeidsmarktregio’s. In de programmaraad zitten VNG, Divosa, Cedris en UWV. De programmaraad heeft de brief van SZW ontvangen met de vraag een voorstel te doen voor een inhoudelijke impuls aan de samenwerking tussen gemeenten/UWV en de uitzendbranche (brief van 28 september 2012 (‘verzoek om voorstel ontsluiting werkzoekendenbestand’, kenmerk R&P/RA/2012/14649). Het voorstel werkt uit op welke wijze gemeenten, UWV en uitzendbranche (en in afstemming met VNO-NCW) komen tot het verbeteren van een regionaal inzicht in/betere ontsluiting van de werkzoekendenbestanden en om meer mensen aan het werk te krijgen. Er is een aanzienlijk budget (circa 10 mln) beschikbaar. Uitgaande van een gelijke verdeling over de 35 arbeidsmarktregio’s word gemeenten gevraagd een voorstel te doen. VNG zal in een ledenbrief alle gemeenten hierover informeren.
Problemen gemeenten bij verdeling educatiegelden 2013 (VAVO) Bij VNG komen veel vragen binnen over de verdeling educatiegelden 2013. De problemen zijn: • Onverwachte en onredelijke herverdeeleffecten: terwijl het landelijk beschikbare budget met 50% is gekrompen, hebben veel individuele gemeenten te maken met een daling van het budget van veel meer dan 50% (soms wel -70%). Gemeenten kunnen hun educatie-dienstverlening (volstrekt) onverwacht niet meer op het gewenste niveau voortzetten, en in wezen hun wettelijke taak niet meer naar behoren uitvoeren. • Problemen rond de gebruikte outputgegevens: bij de verdeling is voor het eerst gebruik gemaakt van output-gegevens. Maar de gegevens die gebruikt zijn, weerspiegelen helemaal niet wat gemeenten feitelijk doen op het terrein educatie. Gemeenten geven aan dat het volstrekt onduidelijk was wat men precies moest aanleveren via Sisa: • Geen duidelijke definities waarover men nu precies gegevens moest aanleveren/welk type gegevens (gemeenten hebben dit verschillend geïnterpreteerd + hierdoor werd ruimte geboden voor strategisch gedrag) • Er waren geen bruikbare gegevens beschikbaar over de output, waar men gegevens over moest aanleveren • Geen heldere richtlijnen/communicatie vanuit OCW over bovenstaande knelpunten en hoe je daar als gemeenten mee diende om te gaan. • Gemeenten die nu een onverwacht grote daling in hun budget zien, komen daar straks in 2015 opnieuw door in de problemen: omdat ze nu veel minder educatie-uren kunnen inkopen, zullen zij bij de verdeling in 2015 ook nog maar heel weinig budget krijgen (zelf-versterkend effect). • Daarnaast is er een groot uitvoeringsprobleem. In regio’s waar heel veel gemeenten te maken hebben met een decimering van hun budget, daalt de inkoop bij het roc in die regio dramatisch. Hierdoor komt men in de uitvoering in de problemen (personeel, etc.). OCW heeft aangegeven de verdeling 2013 niet te zullen herzien (terugvallen op de oude verdeelsystematiek is juridisch bijvoorbeeld geen optie). In plaats daarvan wil OCW de problemen in de uitvoering oplossen (er wordt nu bekeken of het mogelijk is een compensatieregeling in het leven te roepen voor de zwaarst getroffen roc’s).
De redenering van OCW daarbij is ook dat roc’s het meeste last hebben van de consequenties: zij komen in de financiële problemen met hun bedrijfsvoering. OCW had toegezegd dit vooraf af te stemmen, maar dit is abusievelijk niet gebeurd. Overigens zal in vervolgtraject, keuzes rondom het vervolg wél zullen worden besproken met VNG en MBO Raad. VNG overweegt bestuurlijk overleg met OCW en wellicht daarna de lobby richting Tweede Kamer.