NVVB Examen Organisatie Organisatie
Beoordelingsleidraad BABA-BZ / MLOMLO-BZ
BESTUURSAMBTENAAR AFSTUDEERVARIANT BURGERZAKEN / MEDEWERKER LOKALE OVERHEID AFSTUDEERVARIANT BURGERZAKEN
Productmodule 3 cyclus 1 EXAMEN CURSUSJAAR 201 2015/201 /2016
DATUM: DATUM: 19 april 2016 EXAMENDUUR:: 09.30 – 12.00 EXAMENDUUR 12.00 uur
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 1/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Opmerking vooraf De opgavencommissie heeft bij de richtlijn voor de beoordeling een waarderingsscore (puntentoekenning) meegegeven. Uitdrukkelijk is hierbij opgemerkt, dat het NIET IS TOEGESTAAN eigenhandig en naar eigen inzicht van de beoordelingsnorm en de daaraan gekoppelde puntenwaardering af te wijken. In gevallen waarin het wenselijk is de beoordelingsnormen en analoog daaraan de puntennormering aan te passen, is dit niet voorbehouden aan de individuele docent, maar zal een besluit daaromtrent worden voorgelegd aan het voor de opleiding Burgerzaken ingestelde NVVB Examen Orgaan (NEO). Het NEO neemt zo spoedig mogelijk een besluit en zal daarvan schriftelijke mededeling doen aan alle opleidingsinstituten.
Dus:
beoordelingsnormen eoordelingsnormen en de daaraan gekoppelde puntenwaardering kan aanpassen van de b eerst plaatsvinden, nadat een nadere richtlijn van het NEO is verstrekt.
Opmerking: Naast de aangegeven onderstreepte antwoorden (de informatie-elementen) en de antwoorden die ook goed gerekend mogen worden, worden vergelijkbare formuleringen, andere woordvolgorde of synoniemen ook goed gerekend.
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 2/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Cijfermatige beoordeling Voor de cijfermatige beoordeling geldt de volgende richtlijn: Casus 1 Vragen/opdrachten: maximaal 1.1 1.2
1 1,5 2,5
Casus 2 Vragen/opdrachten: maximaal 2.1 2.2
1,5 1 2,5
Casus 3 Vragen/opdrachten: maximaal 3.1 3.2
2 1 3
Casus 4 Vragen/opdrachten: maximaal 4.1 4.2
2 1,5 3,5
Casus 5 Vragen/opdrachten: maximaal 5.1 5.2
1,5 2 3,5
Casus 6 Vragen/opdrachten: maximaal 6.1 6.2
1 1 2
Casus 7 Vragen/opdrachten: maximaal 7.1 7.2
2 1 3
Maximale score
20 punten
Bepaling van het eindcijfer vindt plaats door het totaal aantal behaalde punten te delen door 2,0. Afronding: 0,5 punt of hoger naar boven, minder dan 0,5 punt naar beneden. De beoordeling 5,49 wordt 5; de beoordeling 5,50 wordt een 6.
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 3/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie Casus 1 U bent medewerker burgerzaken van de gemeente Utrecht. Advocaat B. Dijksma verzoekt om een uittreksel BRP met gegevens van de heer D. Omzoom, ingezetene van Utrecht. Van de heer Omzoom wil hij onder andere het actuele adres weten waar betrokkene staat ingeschreven. De advocaat is belast met het opstellen van een dagvaarding tegen de heer Omzoom.
1.1.
Vraag: Mag u het gevraagde uittreksel BRP aan de advocaat verstrekken? Onderbouw uw antwoord met een argument.
Toetsterm 17.01.01
Antwoord: Ja, het verzoek heeft betrekking op de uitvoering van gerechtelijke werkzaamheden. (1 punt)
Punten
1
Instructie voor de corrector: Ook goed is als argument: de uitvoering van een algemeen verbindend voorschrift.
- vervolg casuscasusDe heer Omzoom heeft op zijn persoonslijst een verstrekkingsbeperking. 1.2.
17.01.14
Vraag: Mag u de gegevens verstrekken? Onderbouw uw antwoord met een argument. Antwoord: Ja, de gevraagde gegevens mogen worden verstrekt indien de persoonlijke levenssfeer daardoor niet onevenredig wordt geschaad. (1,5 punt)
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
1,5
Pagina 4/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 2 U bent nog steeds medewerker burgerzaken van de gemeente Utrecht. De gemeente werkt voor wat betreft de uitvoering van de gemeentelijke belastingen samen met vijf omliggende gemeenten. Hierbij is sprake van een centrumgemeente op grond van artikel 8, derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen. De gemeente Utrecht is de centrumgemeente van deze regeling. Het samenwerkingsorgaan maakt voor wat betreft de BRP gegevens gebruik van het binnengemeentelijke gegevensmagazijn Inforce, wat is ondergebracht bij de vijf aangesloten gemeenten afzonderlijk.
2.1.
Vraag: Welke wet is van toepassing op het verstrekken van gegevens uit het gegevensmagazijn aan het samenwerkingsorgaan?
Toetsterm 17.01.08
Antwoord: De verstrekking valt onder de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp) (1,5 punt).
2.2.
Vraag: Moet de verstrekking vanuit de BRP aan het samenwerkingsorgaan worden geprotocolleerd? Onderbouw uw antwoord met een wetsartikel. Antwoord: Ja, artikel 3.11 wet BRP (1 punt).
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Punten
1,5
17.01.15
1
Pagina 5/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 3 U bent nog steeds medewerker burgerzaken van de gemeente Utrecht. Het bestuur van de plaatselijke particuliere bibliotheek wil graag de persoonsgegevens van haar leden, die woonachtig zijn in Utrecht, laten controleren met die van de BRP. Men wil graag de gegevens over de naam, het adres, de geboortedatum en –plaats en eventueel de overlijdensdatum laten controleren. In de plaatselijke BRP verordening is de bibliotheek opgenomen als een aangewezen derde.
3.1.
Vraag: Mogen alle gevraagde gegevens worden verstrekt? Onderbouw uw antwoord met een argument en een wetsartikel met bijbehorend lid.
Toetsterm 17.01.04
Antwoord: Nee, de geboorteplaats (1 punt) mag niet worden verstrekt. Artikel 3.9, lid 4 wet BRP (1 punt).
- vervolg casuscasusU neemt een beslissing op het verzoek tot verstrekking van de gevraagde gegevens. 3.2.
Punten
2
17.02.01
Vraag: Tot welk orgaan moet het bestuur van de plaatselijke particuliere bibliotheek zich wenden als aan het verzoek niet wordt voldaan? Antwoord: Het bezwaar moet worden gericht aan het college van B&W van de gemeente Utrecht (1 punt).
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
1
Pagina 6/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 4 U bent medewerker burgerzaken van de gemeente Tiel. De Israëlische man Levi Cohen komt bij u aan de balie en wil graag de Nederlandse nationaliteit aanvragen. Hij is in het bezit van een verblijfsdocument regulier bepaalde tijd. Hij woont ruim twee jaar onafgebroken in Nederland en heeft in het verleden 12 jaar legaal in Nederland gewoond.
4.1.
Vraag: Aan welke voorwaarden moet Levi voldoen om in aanmerking te komen voor naturalisatie?
Toetsterm 17.03.01
Antwoord: • hij moet meerderjarig zijn; • hij moet in totaal 10 jaar toelating en hoofdverblijf in Nederland hebben waarvan de laatste twee jaar onafgebroken; • hij moet voldoen aan de inburgeringseisen; • hij mag geen gevaar zijn voor de openbare orde; • hij moet bereid zijn om een verklaring van verbondenheid af te leggen; • hij moet bereid zijn afstand te doen van zijn huidige nationaliteit (2 punten).
Punten
2
Instructie voor de corrector: - Indien de kandidaat 4 of 5 van de 6 bovenstaande voorwaarden noemt, kent u 1 punt toe. - De voorwaarden staan beschreven in artikel 8 lid 1, artikel 8 lid 3 en artikel 9 RWN.
- vervolg casuscasusLevi heeft een verblijfsvergunning regulier bepaalde tijd met als verblijfsdoel arbeid in loondienst. 4.2.
17.03.03
Vraag: Bestaan er bedenkingen tegen het verblijf voor onbepaalde tijd van Levi ten aanzien van zijn naturalisatieaanvraag? Onderbouw uw antwoord met een argument. Antwoord: Nee, het verblijfsdoel arbeid in loondienst heeft een onbepaald karakter (1,5 punt).
1,5
Instructie voor de corrector: Ook goed is in plaats van onbepaald: niet tijdelijk.
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 7/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 5 U bent nog steeds medewerker burgerzaken van de gemeente Tiel. De Eritreeër Beyene Eyob Mekseb heeft in 2009 asiel aangevraagd en gekregen. Hij is in het bezit van een vergunning asiel onbepaalde tijd en heeft een naturalisatieverzoek ingediend. Uit de landenlijst blijkt dat de verkrijging van de Nederlandse nationaliteit niet tot automatisch verlies van de Eritrese nationaliteit leidt, maar dat het doen van afstand van die nationaliteit wel mogelijk is.
5.1.
Vraag: Moet Beyene afstand doen van zijn huidige nationaliteit? Onderbouw uw antwoord met een wetsartikel met bijbehorend lid en sublid.
Toetsterm 17.03.08
Antwoord: Nee, Beyene hoeft op basis van artikel 9, lid 3 onder d RWN geen afstand te doen (1,5 punt).
- vervolg casuscasusBij Koninklijk Besluit (KB) nr. 2015.000127 van 22 januari 2015 is het Nederlanderschap verleend aan verzoeker. Daarbij is zijn geslachtsnaam vastgesteld als “Mekseb” en de voornaam als “Beyene”. Betrokkene heeft op de naturalisatieceremonie van 11 maart 2015 het KB in ontvangst genomen. De verkrijging van het Nederlanderschap met vaststelling namen verwerkt u de volgende dag in de BRP. 5.2.
Punten
1,5
17.07.06
Vraag: Verwerk de vaststelling van de geslachtsnaam en voornaam op de PL van Beyene. Gebruik hiervoor onderstaand gedeelte van categorie 01 van de PL van Beyene. Categorie 01 01 Persoon 01.01.10
A-nummer
4713972263
01.01.20
Burgerservicenummer
382799314
01.02.10
Voornamen
01.02.20
Adellijke titel/predikaat
01.02.30
Voorvoegsel geslachtsnaam
01.02.40
Geslachtsnaam
01.03.10
Geboortedatum
20-01-1990
01.03.20
Geboorteplaats
Asmara
01.03.30
Geboorteland
Ethiopië
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 8/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie 01.04.10
Geslacht
01.61.10
Naamgebruik
01.81.10
Registergemeente
01.81.20
Aktenummer
01.82.10
Gemeente ontlening
01.82.20
Datum ontlening
01.82.30
Beschrijving document
01.85.10
Datum ingang geldigheid
01.86.10
Datum opneming
M
Antwoord: Antwoord: 2
Categorie 01 01 Persoon 01.01.10
A-nummer
4713972263
01.01.20
Burgerservicenummer
382799314
01.02.10
Voornamen
Beyene
01.02.20
Adellijke titel/predikaat
01.02.30
Voorvoegsel geslachtsnaam
01.02.40
Geslachtsnaam
Mekseb*
01.03.10
Geboortedatum
20-01-1990
01.03.20
Geboorteplaats
Asmara
01.03.30
Geboorteland
Etiopië
01.04.10
Geslacht
M
01.61.10
Naamgebruik
01.81.10
Registergemeente
01.81.20
Aktenummer
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 9/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie 01.82.10
Gemeente ontlening
Tiel
01.82.20
Datum ontlening
12-03-2015
01.82.30
Beschrijving document
Koninklijk Besluit nr. 2015.000127**
01.85.10
Datum ingang geldigheid
22-01-2015 (0,5 punt)
01.86.10
Datum opneming
12-03-2015 (0,5 punt)
Instructie voor de corrector: * 0,5 punt voor groep 01.02 ** 0,5 punt voor groep 01.82
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 10/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 6 U bent medewerker burgerzaken van de gemeente Bunnik. Bij u aan de balie komt Sjoukje Jorrits, geboren op 11 februari 1998, ingezetene van uw gemeente. Ze komt een Nederlandse identiteitskaart aanvragen.
6.1.
Vraag: Welke documenten moet Sjoukje overleggen voor de aanvraag van haar Nederlandse identiteitskaart?
Toetsterm 17.10.01
Antwoord: Een pasfoto. Alle op naam gestelde reisdocumenten (1 punt).
Punten
1
Instructie voor de corrector: Indien in plaats van alle op naam gestelde reisdocumenten uitsluitend haar paspoort wordt genoemd, dan is dit niet goed. Ze kan nog meer reisdocumenten in bezit hebben.
- vervolg casuscasusSjoukje toont u haar drie maanden oude paspoort. Het beleid van de gemeente Bunnik is dat paspoorten die aan de balie worden aangeboden steekproefsgewijs worden gecontroleerd op echtheidskenmerken, zowel op eerste als tweedelijns kenmerken. U constateert bij de controle van het paspoort van Sjoukje met de UV-lamp dat de Nederlandse leeuw oranje fluorescerend oplicht. 6.2.
17.10.10
Vraag: Is dit op basis van deze informatie een echt of vals/vervalst paspoort? Onderbouw uw antwoord met een argument. Antwoord: Het is vals/vervalst want de Nederlandse leeuw moet groen fluorescerend oplichten (1 punt).
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
1
Pagina 11/12
NVVB Examen Organisatie Organisatie
Casus 7 U bent nog steeds medewerker burgerzaken van de gemeente Bunnik. Yvonne van Dalen heeft haar Nederlandse identiteitskaart verloren op de markt in Zeist. De marktmeester van de gemeente Zeist heeft het paspoort gevonden en aan zijn collega van burgerzaken Zeist gegeven. Yvonne heeft nog geen proces verbaal laten opmaken of een verklaring van vermissing afgelegd.
7.1.
Vraag: Mag de Nederlandse identiteitskaart van Yvonne nog aan haar teruggegeven worden? Onderbouw uw antwoord met een wetsartikel met bijbehorend lid en sublid.
Toetsterm 17.10.03
Antwoord: Nee, de identiteitskaart moet definitief aan het verkeer worden onttrokken op grond van artikel 67 lid 1 onder e van de PUN 2001 (2 punten).
- vervolg casuscasusYvonne is in drie jaar tijd nu al vier keer haar Nederlandse identiteitskaart kwijtgeraakt. Zij vraagt bij u aan de balie een paspoort aan omdat ze naar Cuba op vakantie wil. Nadat u de aanvraag in behandeling hebt genomen, weigert u haar de afgifte van een paspoort omdat ze op de signaleringslijst staat. Yvonne wil hiertegen bezwaar indienen. 7.2.
Punten
2
17.13.01
Vragen: Vragen: a. Bij welk orgaan moet Yvonne haar bezwaar indienen? b. Welke elementen moeten op grond van de Algemene wet bestuursrecht ten minste in haar bezwaarschrift zijn opgenomen? Antwoorden Antwoorden: en: a. Bij de burgemeester van de gemeente Bunnik (0,5 punt). b. Ondertekening indiener, naam indiener, adres indiener, dagtekening, omschrijving van het besluit, gronden van het bezwaar (0,5 punt).
1
Einde examen
Examen BA-BZ/MLO-BZ, Productmodule 3, cyclus 1, 19 april 2016
Pagina 12/12