B ET R OK K EN EN V E R A N T W O O R DE L IJ K
VERKIEZINGSPROGRAMMA
2010 – 2014
R H EDEN .
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
1
INHOUDSOPGAVE • te rug blik 2006 t/m 2009 • CDA Rhe de n 2010-2014 alg e me e n 1. le e fbaarhe id e n ve ilig he id 2. g e zinne n, jo ng e re n, o ude re n, g e ne ratie be le id 3. o nde rwijs 4. partic ipatie , zo rg e n s o c iaal be le id 5. vrijwillig e rs , s po rt, c ultuur 6. ruimte lijke o rde ning e n wo ne n 7. lande lijk g e bie d 8. e c o no mis c he o ntwikke ling , arbe ids markt e n we rkg e le g e nhe id 9. milie u, wate r, ve rke e r e n ve rvo e r 10. financ ië n
§ de 7 do rpe n
Rhe d en
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
2
Een nieuwe gewaarwording in 2006, het CDA kwam niet in het college! Vanuit de oppositie speelde de fractie met verve haar rol en zag na een jaar het college vallen op het “Hart van Dieren”. Een groot project voor onze gemeente waarbij het gebrek aan besluitvaardigheid opvallend was. Het heeft de gemeente Rheden geen goed gedaan. Vanaf 2007 maakte het CDA weer deel uit van de coalitie en vanuit de raad speelde het CDA op veel gebieden een bepalende rol. Binnen een coalitie wordt op basis van het coalitieakkoord met de andere coalitie-partijen samengewerkt. Toch kan de CDA-fractie en de CDA-wethouder op een aantal successen wijzen waar de eigen inbreng bepalend is geweest. Met name bij onderwerpen die in het CDAverkiezingsprogramma voor deze periode een belangrijke plaats hadden Als voorbeelden kunnen worden genoemd: • realisatie en start uitvoering van het WMO (=Wet Maatschappelijke Ondersteuning) Meerjarenbeleidsplan • invoering van startersleningen • betere bereikbaarheid van de avond-, nacht- en weekendapotheek door verplaatsing naar Velp • behoud van de rijkssubsidie voor “Traverse Dieren”; hier was de CDA-inbreng doorslaggevend
CDA Rhe de n 2010-2014 alg e me e n Het CDA is een moderne christendemocratische volkspartij. Voor het CDA staat de gemeenschap centraal. De betrokkenheid van mensen bij hun gemeente, gezin en familie, de school, het dorp of de buurt, het bedrijf, de vereniging: dat is het ware draagvlak van de gemeente als politiek lokale gemeenschap. Vertrouwen over en weer is daarbij onmisbaar. Het CDA heeft een geheel eigen plaats in de Nederlandse politiek: sociaal op sociaal-economisch gebied, degelijk als het gaat om overheidsfinanciën, realistisch vooruitstrevend als het gaat om milieu en duurzaamheid, vasthoudend en appellerend op het terrein van normen en waarden. Het CDA is een brede volkspartij, geworteld in alle lagen van de samenleving. Daarom biedt het plaats aan veel mensen die zich aangesproken voelen door het christendemocratische gedachtengoed. Ons bindt, naast geloof in democratische waarden, de Bijbelse boodschap als grondslag en inspiratiebron bij het zoeken naar oplossingen voor hedendaagse problemen. Het gaat daarbij steeds om mensen. Menselijk geluk, waardigheid en wederzijds respect, veiligheid en geborgenheid, zorg voor elkaar, gemeenschapszin; dat zijn de constanten. Dit verkiezingsprogramma is geschreven vanuit de vier uitgangspunten van het CDA die in onderlinge samenhang het christendemocratisch gedachtegoed inhoud geven. Deze uitgangspunten zijn • Gerechtigheid, • Solidariteit, • Gespreide Verantwoordelijkheid en • Rentmeesterschap. Ook in de komende raadsperiode zal de gemeente worden geconfronteerd met onderwerpen en problemen die niet expliciet in dit verkiezingsprogramma aan de orde komen. De CDA-raadsleden zullen bij het zoeken naar oplossingen zich moeten laten leiden door genoemde uitgangspunten. De k re d ie tc ris is zal ook voor de inwoners van de gemeente Rheden ingrijpende gevolgen hebben. Ook de financiële ruimte van de gemeente zal zwaar onder druk komen te staan. Op het moment dat dit verkiezingsprogramma werd vastgesteld – september 2009 – was nog niet volledig duidelijk hoe ingrijpend de consequenties zullen zijn. Bij het nemen van maatregelen zullen de belangen van de burgers, zeker van de minst draagkrachtigen, moeten worden ontzien Het CDA staat bij het zoeken naar oplossingen voor de financiële problemen van de gemeente voor een solide financieel bele
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
3
1. Le e fbaarhe id e n ve ilighe id De leefomgeving is voor een groot deel bepalend voor het gevoel van veiligheid van mensen. Verloedering trekt vandalisme aan. Er moet dan ook snel gereageerd worden op signalen als zaken kapot zijn of om onderhoud vragen. Hulpmiddel daarbij is het regelmatig houden van een buurtschouw. Dorpteams zijn bij uitstek geschikt om hierin een belangrijke rol te spelen, mits zij de (financiële) mogelijkheden daarvoor hebben. Maar ook de gemeente, woningcorporaties, particuliere verhuurders en particuliere woningbezitters zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de leefomgeving. Waar sprake is van overlast van hangjeugd kunnen deze jongeren prima worden aangesproken door (bijna-)leeftijdgenoten. Deze moeten een goede opleiding en begeleiding krijgen. • de oprichting van buurtpreventieteams blijft gestimuleerd worden. • er komen periodieke buurtschouwen onder verantwoordelijkheid van dorp- of wijkteams, die de beschikking hebben over een budget. • verbetering van de leefomgeving is zeer belangrijk; gemeente, dorpteams, woningcorporaties, particuliere verhuurders en particuliere woningbezitters werken daarbij samen. • er komen (opgeleide) toezichthouders/generatiegenoten om hangjeugd aan te spreken. • Er is in de gemeente Rheden geen ruimte voor coffee-shops en gokhallen.. • De speelvoorzieningen voor de jeugd in de dorpen blijven op peil en waar een tekort is aan speelvoorzieningen wordt geïnvesteerd in deze voorzieningen. • Burgernet zo spoedig mogelijk invoeren.
2. Ge zinne n, jong e re n, oude re n e n ge ne ratie be le id Het CDA vindt familie- en gezinsleven van groot belang. Door opvoeding wordt kinderen en jongeren geleerd met regels en verantwoordelijkheden om te gaan. Het overgrote deel van de ouders slaagt er in om aan steeds hogere eisen en verwachtingen te voldoen als het gaat om de opvoeding. Soms maken ouders helaas de aan hen gestelde verwachtingen niet waar. Daarom is het belangrijk dat, waar nodig, er grenzen worden gesteld en zo nodig wordt opgetreden. Het aantal ouderen zal de komende jaren toenemen. Er dient aandacht te zijn voor de risico’s op vereenzaming van ouderen. Ontmoeting tussen generaties, oud en jong, verdient ondersteuning van de gemeente. De randvoorwaarden om zelfstandig te kunnen wonen moeten zo optimaal mogelijk zijn. • de verantwoordelijkheid voor opvoeding en ontwikkeling van kinderen ligt allereerst bij de ouders. Ouders moeten hulp krijgen bij opvoedingsvragen in de Centra voor Jeugd en Gezin(CJG). Vroegtijdige signalering, informatie en opvoedingsondersteuning, maar ook de verbindingen naar specialistische hulp, zijn daarbij belangrijk. • de gemeente biedt in samenwerking met het CJG ouderschapscursussen aan voor (aanstaande) ouders. • het CDA vindt dat het integraal jeugdbeleid - met name gericht op het opsporen en oplossen van achterstanden en problemen bij jongeren - dient te worden voortgezet op basis van samenwerking met de provincie en alle andere ketenpartners. • er moet in overleg met de bestaande organisaties voldoende kinderopvang en buitenschoolse opvang zijn; ouders hebben dan makkelijker de keus hoe zij werk en zorg binnen het gezin verdelen. • het huidige welzijnsaanbod zal gewaarborgd moeten blijven. • jongeren, ouderen en hun organisaties worden betrokken bij beleidsvorming en totstandkoming van voorzieningen voor de jeugd en ouderen. • ouderenadviseurs en een in te stellen gemeentelijk steunpunt mantelzorg hebben, in samenwerking met ouderen- en welzijnsorganisaties, een belangrijke taak bij de individuele hulpvraag van ouderen op het gebied van wonen, zorg en welzijn. • daar waar nodig organiseert de gemeente periodieke huisbezoeken om de risico’s op vereenzaming en verwaarlozing van ouderen te monitoren en om te wijzen op bestaande regelingen. • de gemeente ondersteunt programma’s en/of activiteiten gericht op binding en ontmoeting tussen generaties, waarin oud en jong participeren.
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
4
3. Onde rwijs Het CDA hecht veel waarde aan goed onderwijs. De jeugd heeft immers de toekomst. Vroeger werden kinderen thuis opgevangen na school. Maar voor- en naschoolse opvang wordt steeds normaler; er wordt zelfstandigheid van kinderen verwacht. Ouders zijn verantwoordelijk voor de opvoeding, maar in de praktijk ligt een belangrijk deel van die opvoeding in handen van derden. Het CDA ziet scholen niet los van hun maatschappelijke omgeving. De gemeente moet dan ook samenwerking tussen scholen en instanties stimuleren (achterstandenbeleid, ongeoorloofd schoolverzuim, praktijkonderwijs, peuterspeelzaalwerk, volwasseneneducatie). Scholen moeten goed gespreid zijn over de gemeente. Combinatie van functies dient gestimuleerd te worden. • in ieder dorp blijft een lokatie voor basisonderwijs. • meer zaken voor jeugd en gezin komen samen in een gebouw (school, kinderopvang, zorg, sport enz.) • het wegwerken van achterstanden en het stimuleren van kennis en vaardigheden vraagt speciale aandacht.
4. Partic ipatie , zo rg e n s oc iaal be le id Het CDA staat achter het uitgangspunt van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) dat mensen in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen leefsituatie. Pas als mensen dat niet (voldoende) kunnen en hun sociale omgeving geen ondersteuning kan bieden, is er een rol weggelegd voor de gemeente. Uitgangspunt is daarbij goede en betaalbare voorzieningen. Samen leven betekent ook: mensen ondersteuning bieden waar dat nodig is. In de visie van het CDA moet het beleid gericht zijn op herstel van eigen verantwoordelijkheid. Vroegsignalering, preventie en het wegnemen van oorzaken is dan ook van belang. Bij de bestrijding van armoede staat voorop dat mensen redelijkerwijs van een inkomen rond moeten kunnen komen. Maar het gaat ook om maatschappelijke participatie en bestrijding van sociaal isolement. Bij het armoedebeleid moet wel oog zijn voor de zogeheten armoedeval. • kwaliteit van diensten en voorzieningen is het leidend principe bij aanbestedingen in het kader van de WMO. • de uitvoering van de WMO blijft ten minste op het huidige niveau. Samenwerking met andere gemeenten is gewenst; de regie dient bij de eigen gemeente te liggen. • de gemeente biedt, samen met scholen, (sport)verenigingen en maatschappelijke instellingen, programma’s aan die zijn gericht op een gezondere leefstijl van kinderen en jongeren. • de gemeente neemt de regie bij de afstemming tussen jeugdgezondheidszorg, jeugdbescherming, jeugdbeleid en jeugdzorg. • alleenstaande ouders met kinderen in de leeftijd van 0 tot 12 jaar kunnen via maatwerk geheel of gedeeltelijk worden vrijgesteld van sollicitatieplicht. • het CDA pleit, binnen de wettelijke mogelijkheden, voor een ruimhartig gemeentelijk armoedebeleid. Daarbij zal er met name aandacht moeten zijn voor de maatschappelijke participatie van kinderen uit gezinnen met een minimuminkomen. • het CDA staat voor een duidelijk schuldhulpverleningsbeleid. De gemeente dient vooral een preventief beleid te voeren. Het CDA wil dat de gemeentelijke overheid zodanige contacten met woningverhuurders (o.a. Vivare) en nutsbedrijven heeft dat tijdig kan worden ingegrepen indien als gevolg van betalingsachterstanden huisuitzetting en/of afsluiting van water, gas en elektriciteit dreigt. In het kader van het armoedebeleid moet de gemeentelijke overheid ook in contact treden met binnen de gemeente werkzame organisaties (kerken, cliëntenraad) die op dit gebied activiteiten ontplooien. • opvang van dak- en thuislozen blijft in regionaal verband geregeld. • overmatig alcoholgebruik, drugsgebruik, roken en overgewicht worden bestreden.
5. Vrijwillig e rs , s port, c ultuur Het CDA gelooft in een samenleving waarin mensen naar elkaar omzien en verantwoordelijkheid voor elkaar nemen. Heel praktisch ziet men dit terug daar waar mensen participeren in verenigingen. Vrijwilligers zijn de ruggengraat van onze samenleving. Mantelzorgers nemen zorgtaken op zich. De gemeente moet de waardering van vrijwilligers en mantelzorgers tot uitdrukking laten komen door hen te ondersteunen bij hun waardevolle taak.
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
5
Sport, meer bewegen is essentieel voor een goede gezondheid. Ook heeft sport een belangrijke maatschappelijke en sociale functie voor individuen en de gemeenschap als geheel. Sportverenigingen krijgen in toenemende mate een maatschappelijke rol bij de aanpak van sociale problemen en het bevorderen van de gezondheid. Dat verdient ondersteuning. Het subsidiebeleid moet sport betaalbaar en bereikbaar houden. Op het gebied van cultuur kent de gemeente een aantal monumentale landgoederen. Deze bepalen mede het unieke karakter van ons buitengebied. Ook in de toekomst dienen deze landgoederen beschermd te worden. Amateurkunst is een gewaardeerd onderdeel van de kunst. Deze verdient dan ook ondersteuning. • de gemeente biedt ondersteuning aan (organisaties van) vrijwilligers en mantelzorgers. • de gemeente brengt vraag en aanbod van maatschappelijke stageplekken bij elkaar door afspraken te maken tussen scholen, maatschappelijke en zorgorganisaties en het bedrijfsleven. • sportverenigingen krijgen waar nodig organisatorische ondersteuning. • er wordt geïnventariseerd hoeveel basisschoolleerlingen geen zwemdiploma hebben. Zo nodig wordt voor deze groep zwemlessen georganiseerd. • er blijft een volwaardig overdekt zwembad in de gemeente. • via subsidie voor jeugdleden worden jongeren gestimuleerd om te (gaan) sporten. • het cultuurhistorisch erfgoed, zoals monumenten en landgoederen, blijft op het huidige niveau ondersteund. • kunst in de openbare ruimte blijft gestimuleerd worden, waar mogelijk in samenwerking met het bedrijfsleven. • Meer en betere samenwerking tussen de cultuur-dragende instellingen en organisaties in de gemeente wordt gestimuleerd.
6. Ruimte lijke o rde ning e n wone n Het ruimtelijke ordeningbeleid is een belangrijk instrument om de leefbaarheid in de gemeente in stand te houden en te bevorderen. De komende jaren wordt het beleid voortgezet volgens de nieuwe bestemmingsplannen, waar mogelijk in samenhang met de wensen die bewoners in een dorpsvisie hebben geformuleerd. Het gemeentelijk woonbeleid moet zijn gericht op het bieden van een woningaanbod dat zo goed mogelijk voldoet aan de woonbehoefte. Dit zowel in kwantitatieve (aantallen) als kwalitatieve (woningtypen) zin. • bij de ruimtelijke ordening en woningbouw dient rekening te worden gehouden met lange termijn ontwikkelingen als dalend inwonertal, vergrijzing en huishoudensontwikkeling. • de uitvoering van het woonbeleid dient in de komende periode onder de regie van de gemeente te worden voortgezet. De gemeente brengt daartoe partijen (woningcorporatie, marktpartijen, maatschappelijke en zorginstellingen, enz.) bij elkaar om concrete afspraken te maken over gewenste woningvoorraad, woningbouw en voorzieningen. • een duurzame woningvoorraad vraagt zowel nieuwbouw van woningen als aanpak van de bestaande woningvoorraad (herstructurering, sloop, renovatie, opplussen e.d.). In de loop van de komende jaren zal het accent meer verschuiven naar de aanpak van de bestaande voorraad. Daarbij gaat het om versterking van de leefbaarheid en kwaliteit van woning en woonomgeving (groen, speelgebieden, enz.). • specifieke aandacht is nodig voor het realiseren van voldoende betaalbare woningen en woningen geschikt voor ouderen (nultredenwoningen). Inzet van startersleningen is een goed instrument om financieel minder draagkrachtigen in staat te stellen een eigen woning te kopen. • nieuwbouw van woningen dient te passen binnen en zo mogelijk een versterking te bieden van de identiteit van wijken en dorpen. Het accent bij nieuwbouw ligt daarom op grondgebonden (eengezins)woningen. Het realiseren van hoogbouw is uitzondering. • grondbeleid wordt actief ingezet om gewenste woningbouw en woonkwaliteit mogelijk te maken. • bij nieuwbouw en aanpak van de bestaande woningvoorraad zet de gemeente zich in voor duurzaamheid, energiezuinigheid en vermindering van woonlasten voor burgers.
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
6
• • •
de gemeente ondersteunt collectief particulier opdrachtgeverschap door gerichte maatregelen, zoals het aanbieden van vrije kavels, het geven van advies en begeleiding en korting op leges. de gemeente onderzoekt de aanwijzing van welstandsvrije gebieden. uitvoering van de (komende) Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) dient bij te dragen aan een betere dienstverlening aan burgers en bedrijven en kortere procedures.
7. Lande lijk g e bie d Rheden heeft een bijzonder buitengebied. Natuur en landbouw hebben van oudsher het landschap bepaald. Nu maken recreatie en toerisme ook gebruik van het fraaie landschap. Er moet een evenwicht zijn waarbij een duurzame agrarische sector, natuur, recreatie en passende bedrijvigheid in onderlinge samenwerking tot hun recht komen. • bij de aanleg van passages voor het aaneenschakelen van natuurgebieden wordt het belang van agrarische, gezonde bedrijven niet geschaad. • het verplaatsen van agrarische bedrijven biedt kansen voor zowel natuurontwikkeling als de agrarische bedrijfsvoering. • natuur- en landschapsbeheer maakt onlosmakelijk onderdeel uit van duurzame (landbouw)bedrijven. • de gemeente faciliteert de ontwikkeling van alternatieve bedrijvigheid in het buitengebied zoals een zorgboerderij, kinderopvang, boerencamping. • De kwaliteit van nieuwe gebouwen in het buitengebied wordt door toekennen van een inpassingssubsidie verhoogd. • samen met alle betrokken partijen wordt, gezien alle regelgeving voor agrariërs, steeds weer gezocht naar een werkbare situatie.
8. Ec o no mis c he o ntwikke ling e n we rkge le ge nhe id Werkgelegenheid blijft van groot belang voor onze gemeente. We kiezen voor werkgelegenheid die past bij de aard en schaal van onze gemeente. Veel bedrijven hebben het moeilijk door de recessie. De gemeente moet slagvaardig optreden om binnen de mogelijkheden zo veel mogelijk de helpende hand te bieden. Regionale samenwerking is onontbeerlijk. Dit geldt zowel voor (behoud van) bedrijven als voor de werkgelegenheid. • economische ontwikkeling geschiedt in samenwerking met de Stadsregio. • speciale aandacht verdient het voortbestaan van gezonde agrarische bedrijven. • recreatie en toerisme moet worden bevorderd, maar wel passen binnen de mogelijkheden van de natuurlijke omgeving. De gemeente heeft een regiefunctie. • particuliere initiatieven om vanuit huis bezig te zijn, worden ondersteund (bed and breakfast, kapper, nagelstudio). Zo mogelijk kunnen deze ook vanuit bijgebouwen plaatsvinden. • Doorgaande toeristische fietsverbindingen (bijvoorbeeld door de Havikerwaard naar de N 317) dienen te worden aangelegd. • de voormalige steenfabriek De Groot (Riverstone) moet een voornamelijk recreatieve, dan wel een bedrijfsbestemming krijgen. • De gemeente ondersteunt, waar mogelijk, bedrijven die tijdelijk (bijvoorbeeld vanwege een recessie) in moeilijkheden verkeren.
9. Milie u, wate r, v erke e r e n vervoe r Milieu spreekt de mensen nog steeds aan. Vaak kan er daarnaast nog economisch gewin worden behaald. De gemeente moet zelf het goede voorbeeld geven, maar ook gedrag beïnvloeden en particuliere initiatieven stimuleren en, waar nodig, ondersteunen. Bij het klimaatbeleid ligt de nadruk op energiebesparing die voor burgers en bedrijven valt te halen. De Betuweroute wordt steeds meer benut. In onze gemeente betekent dat toename van het goederenvervoer en hinder in vrijwel alle dorpen. • het gemeentelijk inkoopbeleid wordt zo snel mogelijk volledig duurzaam. • woningen moeten energiezuiniger, zowel door het besparen van water, electriciteit en gas, als het zelf opwekken van energie (bijvoorbeeld zonnepanelen). • in samenwerking met de Stadsregio Arnhem-Nijmegen moet worden ingezet op andere mobiliteit, zoals elektrisch vervoer en stimuleren van openbaar vervoer (lightrail).
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
7
• • • • •
maandelijks wordt een milieuonderwerp belicht en breed in de belangstelling geplaatst (bijv. zwerfafval en tegelijk controleren bij scholen). voorlichting en informatie blijven belangrijk. Dit kan ook in groter verband (regio, provincie) worden uitgevoerd. Door het huidige en de te verwachten toename van het gebruik van de spoorlijn moet er bijzondere aandacht zijn voor veiligheid, leefmilieu en bereikbaarheid in en van de dorpen . bij de uitvoering van het plan Traverse Dieren moet er een afdoende oplossing komen voor de verkeersstromen in Dieren en Spankeren (verkeerscirculatieplan). Laag-Soeren moet verkeersveiliger worden. Er moet een oplossing komen voor het doorgaande (zware) verkeer door de dorpskern.
10. Financ ië n •
•
de uitkering uit het Gemeentefonds is samengesteld uit een aantal componenten. De rijksoverheid stelt soms budget beschikbaar met het oog op een specifiek doel. Het CDA vindt dat in dit laatste geval er in principe rekening gehouden moet worden met het doel waarvoor de financiën beschikbaar zijn gesteld. een deel van de inkomsten van de gemeente bestaat uit lokale belastingen en heffingen. Uitgangspunt bij wijzigingen dient bij belastingen het inflatiecorrectiecijfer van het CPB te zijn en bij heffingen de kostendekkendheid.
De zeve n do rpe n De tijd dat er naar de gemeente werd gekeken voor een oplossing bij problemen, is voorbij. Inwoners blijven ook zelf verantwoordelijk voor het samen-leven; de samenleving. Maar zelfs kleine problemen oplossen kost vaak geld. De dorpen krijgen daarom een eigen budget voor een slagvaardig oplossen van kleine zaken (verzakte tegels; snoeien groen). Maar ook andere zaken kunnen dorpsgewijs worden aangepakt:
VELP •
• • • •
de barrièrewerking van het spoor wordt groter door het toenemen van spoorgebruik. Er moet in overleg met de verantwoordelijke instanties een ongelijkvloerse verbinding komen over/onder het spoor, maar ook maatregelen tegen het geluid, fijnstof en trillingenbij onder andere de spoorbocht. de verkeersproblemen moeten in een plan worden aangepakt en uitgevoerd. Het parkeren wordt ook uitgebreid meegenomen. het accommodatieprobleem is nog lang niet opgelost en vraagt blijvende aandacht. Dat geldt voor zowel zalen als sportgelegenheid. Voormalig steenfabriek De Groot (Riverstone) krijgt in principe een bedrijfs- of recreatieve bestemming. de gemeente spant zich in voor een betere ontsluiting van De Beemd.
RHEDEN • • • •
fietsers moeten over het spoor om richting Velp of Dieren te gaan. Er moet in overleg met de verantwoordelijke instanties een onderdoorgang komen centraal in het dorp. het woonbestand moet meer variatie krijgen; bouwen voor ouderen betekent dat er jongeren in de vrijkomende eengezinshuizen komen de Groenestraat als winkelstraat moet worden aangepakt in overleg met de ondernemers en de gebruikers. Rhederhof moet zo snel mogelijk worden ontwikkeld
DE S TEEG • • •
de Dorpsvisie speelt een belangrijke rol in de toekomst van dit dorp. de Aldenburglaan wordt opgewaardeerd. het Havikerpoortplan moet in het landschap worden ingepast, rekening houdend met natuur-, agrarische en toeristische belangen.
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
8
ELLECOM • •
de plannen voor de sporthal aan de Eikenlaan moeten in het groene gebied passen. het Kulturhus wordt zo breed mogelijk opgezet.
DIEREN • • • • •
de Traverse wordt een megaproject dat zeer goed begeleid zal moeten worden; ook de tijdelijke maatregelen voor het verkeer verdienen bijzondere aandacht. toerisme is een belangrijke werkgelegenheidspijler; nieuwe toeristische plannen worden ondersteund door de gemeente. Calluna en de Wilhelminaweg zijn toe aan een revisie; alle belanghebbenden moeten hierbij betrokken worden en de centrumfunctie dient te worden versterkt. bij nieuwbouw ligt de nadruk op woningen voor senioren; daardoor komen elders in Dieren woningen vrij voor jongeren. De kanaalzone Dieren/Spankeren moet zo snel mogelijk worden ontwikkeld.
S PANKEREN • • •
de entree van het dorp wordt aangepakt. er moet voor senioren betaalbaar worden gebouwd. Het Dorpsplan is leidend voor de toekomst.
LAAG S OEREN • • •
de plannen voor de Soerense Poort worden in overleg met alle belanghebbenden ontwikkeld. het al 30 jaar durende verkeersprobleem van de Harderwijkerweg moet worden aangepakt. de gemeente ontwikkelt een passende bestemming voor het hotelterrein (bijvoorbeeld een zorghotel).
CDA-Verkiezingsprogramma 2010-2014
9