Instructies
AquaMax Warmwater Hogedrukreiniger
3A0738C NL
-Voor reiniging met heet water onder hoge druk-Uitsluitend voor gebruik buitenBELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Lees alle waarschuwingen en instructies in deze handleiding. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. Model
Pk en Motormerk
Maximum werkdruk PSI
3540GHW
390 cc Honda
MPa
bar
3500 24,13 241,3
PROVEN QUALITY. LEADING TECHNOLOGY.
37-1121 012213
INHOUDSOPGAVE Belangrijk........................................................................ 3 Voorzorgsmaatregelen Bij Het Spuiten........................ 3 Voorzorgsmaatregelen Betreffende Brand & Ventilatie........................................................... 4 Gevaar Van Koolmonoxide............................................ 4 Voorzorgsmaatregelen Betreffende Het Reinigen Met Een Reinigingsmiddel............................................. 4 Gevaar Van Brandwonden............................................. 4 Diverse Veiligheidsmaatregelen.................................... 5 Aanpassingsvoorzorgsmaatregelen............................. 5 Uitrusting Voor Persoonlijke Bescherming.................. 5 De Onderdelen................................................................ 6 Installatie- & Voorbereidingsinstructies....................... 7 Kleding............................................................................. 7 Instellingen....................................................................... 7 Brandstoftank Verbrander/Motor..................................... 8 Overzicht van de spuitmond............................................ 8 Dubbele lansconstructie met afstelbare druk.................. 9 Aansluiting van de dubbele lans...................................... 9 Aansluiting van de spuitmond.......................................... 9 Watertoevoer.................................................................. 10 Ontlastventiel.................................................................. 11 Thermisch ontlastventiel................................................ 11 Inspectieprocedures voor de start................................. 11 Bedieningsinstructies.................................................. 12 De pomp voorpompen................................................... 12 Directe toevoer:.............................................................. 12 Werking - Start/Koudwater............................................. 13 Werking - Start/Warmwater............................................ 14 Reiniging met reinigingsmiddelen.................................. 15 Uitzetten......................................................................... 15 Opslag- & Onderhoudsinstructies.............................. 16 Motor.............................................................................. 16
THIS SPARK IGNITION SYSTEM COMPLIES WITH CANADIAN ICES-002. CE SYSTÈME D’ALLUMAGE PAR ÈTINCELLE EST CONFORME À LA NORME NMB-002 DU CANADA.
2
Pomp.............................................................................. 16 Spuitmonden.................................................................. 16 Koppelingen................................................................... 16 Brandstof-waterafscheider............................................. 16 Brander - Luchtafstelling................................................ 16 Lekken............................................................................ 16 Klaarmaken voor de winter............................................ 17 Storingen Opsporen En Verhelpen............................. 18 Onderhoud Van De Pomp: 3540 GHW Model Hogedrukreinigers........................................................ 20 Ventielen......................................................................... 20 Pompgedeelte................................................................ 20 Onderhoud van de zuigers............................................. 20 Onderhoud van V-pakkingen.......................................... 20 Aantekeningen.............................................................. 21 Hogedrukreiniger - Onderdelen.................................. 22 262314- Model 3540 GHW............................................ 22 Motor/Pompconstructie - Onderdelen....................... 24 Item 17 (te gebruiken bij model 3540 GHW).................. 24 Pompconstructie - Onderdelen................................... 26 16E609 (voor gebruik bij model 3540 GHW).................. 26 Ontlader/Spruitstukconstructie - Onderdelen........... 28 Item 8 (voor gebruik bij model 3540 GHW).................... 28 Warmtewisselaar/EMF-opbouw - Onderdelen.......... 30 Item 31 (voor gebruik bij model 3540 GHW).................. 30 Beugel/Constructie Elektrische Kast - Onderdelen........................................................ 32 Item 28 (voor gebruik bij model 3540 GHW).................. 32 Etiket - Plaatsing - Onderdelen................................... 34 262314 - Model 3540 GHW........................................... 34 Aantekeningen.............................................................. 36 Technische Gegevens.................................................. 37 Standaardgarantie Van Graco..................................... 38
De onderstaande waarschuwingen betreffen installatie, gebruik, aarding, onderhoud en reparatie van deze apparatuur. Het symbool met het uitroepteken verwijst naar een algemene waarschuwing en het gevarensymbool verwijst naar procedurespecifieke risico’s. Als u deze symbolen in de handleiding ziet, raadpleeg dan deze Waarschuwingen. Productspecifieke gevaarsymbolen en waarschuwingen die niet in dit hoofdstuk staan beschreven, staan vermeld in de gehele handleiding waar deze van toepassing zijn.
WARNING BELANGRIJK De motoruitlaat van dit product bevat chemische stoffen waarvan in de staat California bekend is dat ze kanker, geboorteafwijkingen of andere reproductieve schade veroorzaken. Dit product bevat een of meer chemische stoffen waarvan in de staat California bekend is dat ze kanker en geboorteafwijkingen of andere reproductieve schade veroorzaken. Het volgende is vereist door de wetgeving van de staat California, Hoofdstuk 4442 van de California Public Resources Code. Andere staten kunnen een gelijkaardige wetgeving hebben. De federale wetgeving is van toepassing op federale landen. • Een vonkenvanger moet toegevoegd worden aan de geluidsdemper van deze motor als het gebruikt dient te worden op enig onbebouwd land met wouden, bossen of gras. De vonkenvanger moet onderhouden worden zodat deze op enig ogenblik gebruikt kan worden door de bediener. • Raadpleeg uw motor- of werktuigverkoper voor de opties van de vonkenvanger.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ HET SPUITEN Risico van injectie of ernstige snijwonden. Als er zich een ongeval voordoet en de spuit door de huid blijkt gedrongen te zijn, is dringende medische hulp aangewezen. Behandel de wond niet als een gewone snijwond. Als u reinigingsmiddelen gebruikt, zorg dan dat u precies kunt zeggen aan de arts welk middel u gebruikt heeft. • Houd de spuitmond schoon. • Richt de afvoerstroom niet op mensen of dieren. • Uitsluitend opgeleide bedieners mogen dit product gebruiken. Bij gebruik van deze eenheid dienen de basisvoorzorgsmaatregelen steeds gerespecteerd te worden. • Blijf uit de buurt van de spuit. Omwille van de hoge druk en snelheid van de spuit kunnen vloeistof door de huid dringen en ernstige letsels veroorzaken. • Richt het pistool nooit op uzelf of iemand anders. Plaats uw hand, vingers of lichaam nooit rechtstreeks over de spuitmond. Houd de werkzone steeds vrij van alle personen. Wees uiterst voorzichtig wanneer u de eenheid gebruikt in de buurt van kinderen. • Draag steeds een veiligheidsbril wanneer u de eenheid bedient om uw ogen te beschermen tegen wegspringende afvaldeeltjes en reinigingsmiddelen. Andere beschermuitrusting zoals rubberen pakken, handschoenen en ademhalingsmaskers worden aangeraden, met name bij het gebruik van reinigingsmiddelen. Wees uiterst voorzichtig wanneer u de eenheid gebruikt in de buurt van kinderen. • Blijf alert en kijk wat u aan het doen bent. Het systeem niet bedienen als u moe bent of onder invloed bent van alcohol of geneesmiddelen. • Haal de trekker nooit aan tenzij deze veilig vastgebonden is. De druk van het water dat door de spuitmond gaat, kan zodanig krachtig zijn dat de bediener het evenwicht kan verliezen als hij hier niet op voorbereid is. Leun niet over of sta niet op een onstabiele steun. Natte oppervlakken kunnen glad zijn, draag beschermende schoenen en behoudt op enig ogenblik het evenwicht. Haal het pistool nooit aan wanneer u op een ladder of dak staat. • Wees voorzichtig wanneer u de spuit richt op breekbare materialen zoals glas. De scherven kunnen ernstige letsels veroorzaken. • Houdt u steeds stevig vast aan de pistool/lansconstructie wanneer u de eenheid start en bedient. Als u dit niet doet, kan de lans vallen en gevaarlijk terechtkomen. Gebruik het pistool nooit met de trekker in de open positie. Om te vermijden dat het pistool onopzettelijk afgaat, moet het veilig vergrendeld zijn wanneer het niet in gebruik is.
3
WARNING • Richt het pistool niet op of in enige elektrische installaties. Dit omvat elektrische uitlaten, lampen, zekeringkasten, transformatoren, enz. Dit kan leiden tot ernstige elektrische schokken. • Zelf nadat u de eenheid uitgeschakeld hebt, blijft er water onder hoge druk achter in de pomp, de slang en het pistool tot u de druk aflaat door het pistool te activeren. Voordat u de spuitmond verwijdert of de eenheid onderhoudt, de eenheid steeds uitschakelen en het pistool activeren om de resterende druk af te laten.
VOORZORGSMAATREGELEN BETREFFENDE BRAND & VENTILATIE • Deze eenheid werd enkel ontworpen voor gebruik buiten. Gebruik deze eenheid nooit in een gesloten ruimte. Zorg dat er steeds voldoende lucht (zuurstof) is voor de verbranding evenals voor de ventilatie om de aanwezigheid van giftige koolstofmonoxidegassen te vermijden. Let op voor slecht verluchte ruimtes of afzuigventilatoren die kunnen leiden tot onaangepaste verbranding of oververhitting van de motor. • Gebruik deze eenheid nooit in de aanwezigheid van ontvlambare dampen of ontvlambaar stof, gassen of andere brandbare materialen. (Een vonk kan leiden tot een explosie of brand.) Bij het onderhoud van deze machine, in het bijzonder erop letten dat enige ontvlambare materialen op geschikte wijze weggegooid worden. Geen brandbare vloeistoffen spuiten. • Niet roken terwijl u de brandstoftank vult. • De brandstoftank nooit vullen met draaiende of hete motor. De motor twee minuten laten afkoelen alvorens bij te tanken. • De brandstoftank niet binnen of in een slecht geventileerde ruimte vullen. • Altijd langzaam vullen zodat er geen brandstof verloren gaat dat een brandgevaar kan inhouden. • De eenheid niet gebruiken als er brandstof gemorst is. De eenheid schoon maken en de eenheid uit de buurt van de vlek verwijderen. Vermijd enige ontsteking tot de brandstof verdampt is. • De eenheid niet bewaren in de buurt van een open vlam of enige apparatuur zoals een kachel, fornuis, boiler, enz. met een waakvlam of toestellen die een vonk creëren. • Deze hogedrukreiniger heeft een veiligheidsontgrendelingsmechanisme dat nooit afgesteld, aangepast, verwijderd of uitgeschakeld mag worden. Als de apparatuur defect is, dienen de defecte onderdelen direct vervangen te worden, waarbij uitsluitend originele onderdelen van de fabrikant gebruikt mogen worden.
GEVAAR VAN KOOLMONOXIDE Uitlaatgassen bevatten giftig kooldioxide, een kleurloos en reukloos gas. Inademing van koolmonoxide kan tot de dood leiden. • Het toestel niet in een afgesloten ruimte gebruiken.
VOORZORGSMAATREGELEN BETREFFENDE HET REINIGEN MET EEN REINIGINGSMIDDEL • Gebruik geen oplosmiddelen of uiterst corrosieve reinigingsmiddelen of zure schoonmaakmiddelen bij deze hogedrukreiniger. • Ken het reinigingsmiddel waarmee u werkt. Zorg dat u in geval van nood, de arts precies kunt zeggen welk reinigingsmiddel u heeft gebruikt. Lees het Veiligheidsinformatieblad dat meegeleverd is met uw reinigingsmiddel en alle etiketten op het reinigingsmiddel. Volg alle instructies met betrekking tot de bereiding, het gebruik, de veiligheid en het transport. Houd alle reinigingsmiddelen buiten het bereik van kinderen. • Gebruik deze hogedrukreiniger niet om gevaarlijke reinigingsmiddelen te spuiten. • Wijzig de injectiefunctie van het reinigingsmiddel op geen enkele andere manier dan beschreven in deze handleiding. Gebruik enkel originele vervangingsonderdelen voor noodzakelijke herstellingen.
GEVAAR VAN BRANDWONDEN Het oppervlak van de apparatuur en de vloeistof die wordt verhit kan zeer heet worden tijdens het gebruik. Om ernstige brandwonden te vermijden: • Raak de warme vloeistof en de apparatuur niet aan.
4
WARNING DIVERSE VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Laat kinderen of adolescenten deze eenheid nooit bedienen. • Lees de volgende instructies met betrekking tot het gebruik, de bediening, het onderhoud en de veiligheid in deze handleiding en de bedieningshandleiding van de motor bij deze eenheid, en geef deze informatie aan eenieder die deze eenheid zal gebruiken. • Bij vriestemperaturen moet de eenheid altijd voldoende warm gehouden worden zodat er zich geen ijs vormt in de pomp. Start deze eenheid niet als het getransporteerd is in een open of verwarmd voertuig zonder de pomp eerst te laten ontdooien. • Bij het aansluiten van de waterinlaat op de watertoevoer dient de plaatselijke regelgeving van uw watermaatschappij gerespecteerd te worden. In sommige gebieden mag de eenheid niet rechtstreeks aangesloten worden op de publieke watervoorziening. Dit is om te garanderen dat er geen reinigingmiddelen terugstromen in de watertoevoer. (Een rechtstreekse aansluiting is toegelaten als er een anti-terugstroomklep geïnstalleerd is.) • Zorg ervoor dat er geen enkel lichaamsdeel of de hogedrukslang niet in contact komt met de geluidsdemper. Versleep de slang niet over een schurend oppervlak zoals cement. Zo zal de slang verslijten en uiteindelijk breken. • Hogedrukslangen dienen dagelijks geïnspecteerd te worden op tekenen van slijtage. In geval van tekenen van slijtage dienen alle desbetreffende slangen onmiddellijk vervangen te worden om het risico op letsels door de hogedrukspuit te vermijden. Als een slang of fitting lekt, plaats uw hand dan nooit rechtstreeks op het lek. • Bedien de eenheid niet als niet alle beschermende deksels geplaatst zijn. • Laat de eenheid nooit draaien wanneer de regelaar losgekoppeld is of bij overmatige snelheden. • Om het risico op letsels te verminderen, blijf op veilige afstand van mensen terwijl u deze eenheid bedient. Wees uiterst voorzichtig in de buurt van kinderen. • Laat de eenheid nooit alleen wanneer deze onder druk staat. Schakel de eenheid uit en ontlast enige resterende druk voordat u de werkplaats verlaat. • Verplaats de eenheid niet door aan de slang te trekken.
AANPASSINGSVOORZORGSMAATREGELEN • Verander of wijzig de uitrusting nooit, zorg ervoor dat alle accessoires en systeemcomponenten die gebruikt worden, bestand zijn tegen de druk die ontwikkeld zal worden. Gebruik uitsluitend originele vervangingsonderdelen om uw hogedrukreiniger te repareren. Indien u dit niet doet, kan dit leiden tot gevaarlijke situatie en vervalt de garantie. • Breng nooit wijzigingen aan de machines aan terwijl ze op de motor zijn aangesloten, zonder eerst de ontstekingskabel los te koppelen van de ontstekingsbougie. Door de machines manueel te kantelen tijdens een aanpassing of reiniging kan de motor en ook de machine starten, hetgeen kan leiden tot ernstige letsels bij de bediener. • Zorg dat u weet hoe u de hogedrukreiniger kunt stopzetten en de druk snel kunt ontlasten. Wees vertrouwd met de bediening. • Alvorens de eenheid te onderhoud; schakel de eenheid uit, ontlast de waterdruk en laat de eenheid afkoelen. Voer geen reparaties uit terwijl de eenheid draait. Voer onderhoud uit op een propere, droge, vlakke plaats. Blokkeer de wielen om te verhinderen dat de eenheid beweegt. • Volg de onderhoudsinstructies die beschreven zijn in deze handleiding.
UITRUSTING VOOR PERSOONLIJKE BESCHERMING U moet geschikte beschermingsmiddelen dragen als u de apparatuur bedient, onderhoudt en als u in het werkgebied aanwezig bent, om u te beschermen tegen ernstig letsel, zoals oogletsel, inademing van giftige dampen en brandwonden. Dergelijke uitrusting is o.a.: • Gezichts- en gehoorbescherming. • Ademhalingstoestellen, beschermende kleding en handschoenen worden aanbevolen door de fabrikant van de reinigingsmiddelen.
5
De onderdelen
Onderdeel Omschrijving 1 Pneumatische wielen 2 Beschermende rolkooi 3 Beschermende kap 4 Centraal gebalanceerd hijsoog 5 Praktische duw-trekhandgreep 6 Drukmeter 7 Waterinlaat 8 Waterinlaat - snelkoppeling 9 Waterzeef 10 Hogedrukpomp 11 Spanriem 12 Brander Aan/Uit-schakelaar
6
Onderdeel Omschrijving 13 Brandstoftank - Motor 14 Spuitmondhouder 15 Lanshouder 16 Hogedrukslang 17 Veiligheidspal voor trekker 18 Trekker van het pistool 19 Geïsoleerde lans 20 Dubbele lans - afstelbare druk 21 Spuitmond 22 Uitlaat warmtewisselaar 23 Constructie aftapplug van de spiraal 24 Hogedrukuitlaat 25 Brandstof tank - Verbrander
INSTALLATIE- & VOORBEREIDINGSINSTRUCTIES Kleding
De juiste kleding is essentieel voor uw veiligheid. Het wordt aangeraden enige middelen te gebruiken die noodzakelijk zijn om de ogen, het gehoor en de huid te beschermen. Extra veiligheidskleding (zoals een ademhalingsmasker) kan vereist zijn bij het gebruik van reinigingsmiddelen met deze hogedrukreiniger.
Stel de eenheid niet bloot aan regen, sneeuw of vriestemperaturen. Als enig onderdeel van de eenheid bevroren is, kan er zich overmatig veel druk opbouwen in de eenheid hetgeen kan leiden tot barsten en mogelijke letsels bij de bediener en omstanders. Het oliepeil van de pomp dient vóór elk gebruik gecontroleerd te worden. Controleer het oliepeil via het oliepeilglas in de onderdrukkast van de pomp. Zorg dat het oliepeil in het midden van het oliepeilglas staat. Als het oliepeil laag lijkt, dient met de aanbevolen pompolie bijgevuld te worden.
Instellingen Voor een juiste smering van de motor en waterpomp tijdens de bediening, mag deze eenheid uitsluitend op een vlak oppervlak worden geplaatst.
Gebruik deze eenheid niet in een ruimte: • zonder voldoende ventilatie. • waar er bewijs is van olie- of gaslekken. • waar ontvlambare gasdampen aanwezig kunnen zijn. Deze eenheid is voorzien van een aantal ontstekingsbronnen, die een explosie of brand kunnen veroorzaken. Zorg ervoor dat de wielen geblokkeerd zijn om te verhinderen dat de eenheid beweegt tijdens de bediening.
7
INSTALLATIE- & VOORBEREIDINGSINSTRUCTIES Brandstoftank Verbrander/Motor
Raadpleeg “Voorzorgsmaatregelen betreffende brand & ventilatie” op blz. 4, alvorens bij te vullen. Lokaliseer de veiligheidslabels op uw eenheid en respecteer de waarschuwingen. Benzinemotoren: De benzine die in de tank wordt gevuld dient minimaal een octaangehalte van 85 te hebben. Olie niet met brandstof mengen. De hoeveelheid benzine die wordt gekocht, dient afgestemd te zijn op het verbruik binnen 30 dagen. Het gebruik van schone, loodvrije benzine wordt aanbevolen. Benzine met lood mag gebruikt worden als er geen loodvrije benzine verkrijgbaar is. Geen benzine gebruiken die methanol of alcohol bevat. Brandstof voor de brander: Gebruik nr. 1 of nr. 2 brandstofolie of kerosine voor het vullen van de tank. Het oliepeil van de motor controleren alvorens de motor te starten. (Zie de handleiding van de motor.) Voor de juiste aanpassingsprocedures, zie de motorhandleiding die bij deze eenheid werd meegeleverd. Voor de juiste opstart- en onderhoudsprocedures van de motor, zie de motorhandleiding die meegeleverd is met deze hogedrukreiniger.
Overzicht van de spuitmond
Verschillende spuitmonden kunnen snel gekoppeld worden op het uiteinde van de lans om het spuitpatroon te veranderen of om een reinigingsmiddel te gebruiken. Zorg er, bij gebruik van Snelkoppelingen, voor dat de verbinding veilig is. Zo niet, kan het water onder hoge druk de spuitmond uit de lans duwen en ernstige letsels of schade veroorzaken.
De 0°-spuitmond (ROOD): Dit is een aanblazende spuitmond. Het levert een heel geconcentreerde waterstroom. Wees voorzichtig wanneer u de rechte smalle stroom gebruikt. Het is niet aanbevolen voor gebruik op geverfde of houten oppervlakken, of items met een klevende achterkant. Gebruik: Het verwijderen van onkruid op voetpaden, hardnekkige vlaken van beton, metselwerk, aluminium en staal, aangekoekte modder van apparatuur, en het schoonmaken van de onderkant van grasmaaiers. De 15°-spuitmond (GEEL): Dit is een beitelende spuitmond. De spuit moet gericht worden in een hoek van 45° op het oppervlak en het moet gebruikt worden als een schraper om verf, vet en vuil te verwijderen. Gebruik: Voorbereiding van het oppervlak (schimmelvlekken en verfschilfers verwijderen). De 25°-spuitmond (GROEN): Dit is een spoelende spuitmond. Dit patroon is het best geschikt voor het spoelen van vuil, modder en roet. Gebruik: Nat wrijven van voetpaden, stoepranden en oprijlanen, reinigen van stabiele vloeren, schoonmaken van de bodem van zwembaden, ontvetten van motoren. De 40°-spuitmond (WIT): Dit is een wasspuitmond. Dit spuitpatroon verspreidt de waterdruk over een groot oppervlak en is aanbevolen voor gematigd wassen. Gebruik: Schoonmaken van aluminium gevels, schoonmaken van ramen, wassen van voertuigen, sproeien van paden, oprijlanen en patio’s. De 65° spuitmond (KOPER 1/4” NPT): Dit is een spuitmond voor reinigingsmiddelen onder lage druk. Dit brede spuitpatroon verdeelt de oplossing over een grote zone onder lage druk. Gebruik: Aanbrengen van reinigingsmiddel, benevelen of spoelen. In de fabriek geplaatst. De Rotoblast-spuitmond: Roterende spuitmonden verhogen de reinigingskracht en verminderen de reinigingstijd. Ze bieden 0° spuitimpact met 25° dekking. Spuitmonden omvatten filter met snelkoppeling en vaak zware componenten voor een lange levensduur en betrouwbaarheid. Gebruik: Voetpaden, oprijlanen, wegvoertuigen, modderige zones, oude afschilferende verf en betonnen oppervlakken.
Om de spuitwaaier te bepalen, raadpleeg het huidige nummer op de spuitmond. De eerste twee cijfers geven de spuitwaaier aan in graden, d.w.z. 0=0°; 15=15°, 25=25°, 40=40°, 65=reinigingsmiddel/lage druk.
8
INSTALLATIE- & VOORBEREIDINGSINSTRUCTIES
Aansluiting van de spuitmond Zorg ervoor dat het pistool in de stand “UIT” staat.
Dubbele lansconstructie met afstelbare druk Deze eenheid bevat een Dubbele lansconstructie met afstelbare druk, waardoor de gebruiker de mogelijkheid heeft om een hoge of lage spuitdruk in te stellen. U hoeft slechts de afstelbare greep op de dubbele lans te verdraaien om de gewenste druk in te stellen. 1. Het selecteren van een hoge druk kan worden bereikt door de afstelbare greep op de dubbele lans linksom te draaien, zie onderstaande afbeelding. 2. Het selecteren van een toepassing van een reinigingsmiddel onder lage druk kan worden bereikt door de afstelbare greep op de dubbele lans rechtsom te draaien, zie onderstaande afbeelding. Als de druk laag genoeg is, kan de injector op de hogedrukreiniger het reinigingsmiddel in het systeem invoeren. Een mengsel van water en reinigingsmiddel wordt zowel uit het spuitmondstuk als uit de spuitmond voor het reinigingsmiddel uitgevoerd.
Op dit moment dient de snelkoppeling van de spuitmond losgekoppeld te worden van de pistool/ lansconstructie. Dit wordt gerealiseerd door de vergrendelingsring op de snelkoppeling in te trekken om de spuitmond te verwijderen.
De spuitmond voor het reinigingsmiddel werd in de fabriek geplaatst.
Aansluiting van de dubbele lans • Zorg ervoor dat het trekker van het pistool in de stand “UIT” staat. • Koppel nu de dubbele lansconstructie aan de constructie met de trekker van het pistool. Controleer of de koppeling goed is aangesloten.
9
INSTALLATIE- & VOORBEREIDINGSINSTRUCTIES Watertoevoer Selecteer een watertoevoerslang die de kwaliteit heeft van een tuinslang en die een binnendiameter heeft van ten minste 3/4” en niet langer is dan 15 meter lang is. Controleer of de waterinlaatzeef schoon is en vrij van obstructies. Het regelmatig reinigen van de zeef zal problemen met de pomp helpen vermijden.
LET OP Naarmate een zeef verstopt geraakt, kan het water niet meer goed stromen naar de pomp. Dit kan leiden tot cavitaties en uiteindelijk het vroegtijdig verslijten van pomppakkingen. 1. Schroef de kap van de zeef los van de eenheid. 2. Het filter/de zeef verwijderen en reinigen. Indien noodzakelijk het filter vervangen.
Opmerking: Als de waarde van mineralen in het water in uw gebied extreem hoog is, wordt het gebruik van een waterverzachter aanbevolen om te voorkomen dat overmatige aanslag in de spiraal van de warmtewisselaar kan optreden. Volg de onderstaande vereisten met betrekking tot binnenkomend water: 1. De waterdruk mag minimaal 20 psi en maximaal 125 psi zijn. (Een typische tapkraantje voor buiten levert deze psi gewoonlijk als het volledig “AAN” staat.) 2. De binnenkomende gpm moet ongeveer een gallon (3,785 l) meer zijn dan de uitgaande gpm die op het typeplaatje van de hogedrukreiniger staat. (U kunt gpm controleren door te timen hoe lang het duurt om een vat van 5 gallon (19 l) te vullen.)
LET OP De temperatuur van het inkomende water mag niet hoger zijn dan 125 °F (ca. 50 °C). Als de watertemperatuur dit niveau overschrijdt kan dit resulteren in aanzienlijke schade aan de pomp.
Sluit de slangen aan. 1. Sluit een uiteinde van de watertoevoerslang aan op de waterinlaat van de eenheid. 2. Sluit het andere uiteinde van de slang aan op de watertoevoer onder druk. Opmerking: Bij het aansluiten van de waterinlaat op de watertoevoer dient de plaatselijke regelgeving van uw watermaatschappij gerespecteerd te worden. In sommige gebieden mag de eenheid niet rechtstreeks worden aangesloten op de publieke drinkwatervoorziening. Dit om te garanderen dat er geen reinigingsmiddelen in de watertoevoer terugstromen. (Een rechtstreekse aansluiting is toegelaten als er een anti-terugstroomklep is geïnstalleerd. Neem voor toestemming of een vergunning contact op met de plaatselijke autoriteiten.)
10
LET OP Dit kan ook leiden tot schade aan de apparatuur. Laat de eenheid nooit alleen draaien zonder dat de binnenkomende waterleiding aangesloten is en de watertoevoer volledig open staat.
INSTALLATIE- & VOORBEREIDINGSINSTRUCTIES Ontlastventiel Instelbaar Het ontlastventiel op uw machine is uitgerust met een aanpassingsknop om de druk aan te passen. Indien minder druk vereist is, draai de knop dan gewoon tegen de wijzers van de klok in. Om opnieuw om maximum te zetten, draait u de knop helemaal open in de richting van de klok. Niet te strak aandraaien.
LET OP Het ontlastventiel niet te strak aandraaien. Breuk kan leiden tot onmiddellijk verlies van waterdruk en dure herstellingen.
Thermisch ontlastventiel Om ervoor te zorgen dat de temperatuur van het water de aanvaardbare temperatuur niet overschrijdt, de hogedrukreiniger nooit langer dan drie minuten laten werken in de bypassmodus (terwijl de eenheid draait en het pistool gesloten is).
Een “thermisch ontlastventiel” kan toegevoegd worden aan deze eenheid om de pomp te beschermen. Het ventiel kan openen en water toevoeren, als de watertemperatuur in de pomp de 140 °F (ca. 60 °C) heeft overschreden. Hierdoor kan vers, koel water in het systeem worden toegevoerd.
Inspectieprocedures voor de start Voer de volgende procedures uit alvorens de eenheid te starten: 1. Controleer het oliepeil in de pomp en de motor. 2. Inspecteer de waterinlaatfilter. Reinig of vervang het wanneer nodig. Zie “Watertoevoer” op blz. 9. 3. Controleer alle slangaansluitingen om zich ervan te vergewissen dat ze stevig gekoppeld zijn. Zie “Watertoevoer” op blz. 9.
Inspecteer het systeem op brandstoflekken. Als er een brandstoflek vastgesteld is, start de eenheid dan niet. Zie “Brand- & Ventilatievoorschriften” blz. 4. Zorg ervoor dat alle beschadigde onderdelen vervangen zijn en dat mechanische problemen verholpen worden alvorens de eenheid in werking te stellen. Indien u onderhoud nodig heeft, neem dan contact op met de klantendienst van Graco.
Controleer de hogedrukslangen op knikken, sneden en lekken. Als er een insnijding of lek vastgesteld is, gebruik de slang dan niet. Vervang de slang alvorens de eenheid te gebruiken. Zie “Diverse veiligheidsmaatregelen” blz. 5. Zorg ervoor dat alle beschadigde onderdelen vervangen zijn en dat mechanische problemen verholpen worden alvorens de eenheid in werking te stellen. Indien u onderhoud nodig heeft, neem dan contact op met de klantendienst van Graco.
11
BEDIENINGSINSTRUCTIES De pomp voorpompen Het is belangrijk om elke keer nadat de watertoevoer van de eenheid werd ontkoppeld OF als de eenheid gedurende een periode heeft stilgestaan, de pomp voor te pompen en de eenheid te spoelen. Deze eenheid heeft een stalen spiraal, die na het instellen, realiseert dat het water dat van een vorig gebruik in de spiraal achterblijft, bruin of zwart kleurt. Dit verontreinigde water dient vóór het gebruik, uit het systeem gespoeld te worden. Deze procedure dient uitgevoerd te worden zonder dat de hogedrukslang, het pistool en de dubbele lansconstructie zijn geïnstalleerd.
Directe toevoer: 1. Draai de watertoevoer open. 2. Er zal water onder lage druk uit de wateruitlaat beginnen te stromen. Op deze manier kan de eenheid voorgepompt worden en kan enige lucht uit het systeem verwijderd worden. De eenheid wordt voorgepompt wanneer de waterstroom ononderbroken is door lucht. 3. Zodra de eenheid voorgepompt is, dient de watertoevoer uitgedraaid te worden en dient de hogedruk afvoerslang aan de wateruitlaat van de eenheid aangesloten te worden. (Opmerking: Het pistool en de dubbele lansconstructie moeten op dat moment al aan de hogedruk afvoerslang zijn aangesloten.) 4. Draai de watertoevoer open.
12
LET OP Zorg ervoor dat u er zeker van bent dat de spuitmond niet aangesloten is op de eenheid terwijl u de pomp voorpompt. Door voor te pompen worden minerale afzettingen uit het systeem gehaald die de spuitmond anders zouden verstoppen of beschadigen hetgeen zou leiden tot dure herstellingen.
BEDIENINGSINSTRUCTIES Werking - Start/Koudwater
4. Op dit moment werkt de eenheid als een koudwater hogedrukreiniger. Haal de trekker van het pistool een aantal keer aan en pas hiermee de waterdruk aan. Opmerking: Zorg ervoor dat telkens als u de u de snelkoppelende spuitmonden vervangt, het pistool vergrendeld is in de stand “UIT”.
Raadpleeg de “Veiligheidsmaatregelen” blz. 3-5 alvorens de eenheid te starten. Lokaliseer de veiligheidslabels op uw eenheid en respecteer de waarschuwingen. Plaats de handen of vingers nooit direct vóór de spuitmond en kijk nooit direct in de spuitmond. Water onder hoge druk kan leiden tot ernstige letsels. 1. Controleer of de brander in de stand “UIT” staat ingesteld. 2. Richt het pistool op een veilig punt, ontgrendel het pistool en haal de trekker aan. Houd het pistool open terwijl de motor volgens de instructies van de fabrikant, zoals beschreven in de handleiding van de motor die bij deze eenheid werd meegeleverd, wordt gestart. 3. Zodra de motor is gestart, dient gecontroleerd te worden of de regelklep van de motor aan het volledige toerental is aangepast. Daarna dienen de volgende procedures met een geopend pistool uitgevoerd te worden:
5. Uw hogedrukreiniger kan met gebruik van koud water een hoge spuitdruk leveren, evenals een aantal spuitpatronen. Zie blz. 13-14 voor de juiste procedures als u de Warmwatertoepassing, of Reinigen met reinigingsmiddelen wilt gebruiken.
LET OP Laat de eenheid niet langer dan drie minuten in bypassmodus werken (met gesloten trekker) zonder de trekker van het pistool aan te halen. Als u deze eenvoudige regel niet volgt, kan kunnen de dichtingen van de pomppakking vroegtijdig verslijten, hetgeen leidt tot dure herstellingen van de pomp.
LET OP Laat het spraypatroon niet gedurende lange tijd op een vaste zone. Het gebied kan mogelijk beschadigd raken.
Controleer het systeem op water-, olie-, en brandstoflekken. Indien u een brandstoflek vaststelt, DIENT DE EENHEID DIRECT UITGESCHAKELD TE WORDEN! Zie “Voorzorgsmaatregelen betreffende brand & ventilatie” blz. 4. Zorg ervoor dat alle beschadigde onderdelen vervangen zijn en dat mechanische problemen verholpen worden alvorens de eenheid in werking te stellen. Indien u onderhoud nodig heeft, neem dan contact op met de klantendienst.
Controleer de hogedrukslangen op knikken, sneden en lekken. Indien u een insnijding of lek vaststelt, RAAK DE SLANG DAN NIET OP DE LOCATIE VAN HET LEK AAN!!! ZET DE EENHEID ONMIDDELLIJK UIT!. Vervang de slang voordat de eenheid wordt gestart. Zie “Voorzorgsmaatregelen bij het spuiten”, blz. 3-4. Zorg ervoor dat alle beschadigde onderdelen vervangen zijn en dat mechanische problemen verholpen worden alvorens de eenheid in werking te stellen. Indien u onderhoud nodig heeft, neem dan contact op met de klantendienst.
13
BEDIENINGSINSTRUCTIES Werking - Start/Warmwater
Raadpleeg de “Veiligheidsmaatregelen” blz. 3-5 alvorens de eenheid te starten. Lokaliseer de veiligheidslabels op uw eenheid en respecteer de waarschuwingen. Kijk nooit rechtstreeks in de spuitmond. Water onder hoge druk kan leiden tot ernstige letsels. 1. Volg de stappen zoals beschreven bij de “Werking Start/Koudwater”. 2. Zet de schakelaar van de Brander in de stand AAN. Bij de initiële start en als de trekker voortdurend ingedrukt wordt gehouden, zal het water binnen ongeveer 20 seconden warm worden en zal de maximale temperatuur binnen ca. 2-1/2 minuut worden bereikt. Zodra de trekker wordt losgelaten, stopt de brander met aanjagen. Opmerking: Het is normaal dat de brander tijdens het spuiten af en toe aanjaagt. De hoogtebegrenzer veroorzaakt dat de ontbranding stopt op het moment dat de temperatuur van het afgevoerde water de maximale temperatuurinstelling van de instelling van deze begrenzer overschrijdt. Zodra de temperatuur onder de minimale instelling komt, start de ontbranding weer op.
14
Tijdens de werking met warm water kan de watertemperatuur zeer heet worden. Wees tijdens het afstellen van de druk of het bedienen van het pistool/de dubbele lans uiterst voorzichtig, om het risico op verbranden te voorkomen.
LET OP Laat het spraypatroon niet gedurende lange tijd op een vaste zone. Het gebied kan mogelijk beschadigd raken.
BEDIENINGSINSTRUCTIES Reiniging met reinigingsmiddelen
Lees “Voorzorgsmaatregelen betreffende het reinigen met een reinigingsmiddel” blz. 4 alvorens met reinigingsmiddelen te werken. Draag beschermende veiligheidskleding. Bereid de oplossing van het reinigingsmiddel volgens de instructies op het etiket. Pomp nooit zuren, alkaline, schurende vloeistoffen of solventen door de eenheid.
LET OP Deze functie is uitsluitend voor het gebruik in combinatie met milde reinigingsmiddelen ontworpen. Omdat de oplossing van het reinigingsmiddel door de spiraal van de warmtewisselaar loopt, dienen geen agressieve middelen gebruikt te worden omdat deze ernstige schade kunnen veroorzaken evenals een aanzienlijk veiligheidsrisico kunnen bevatten. • Sommige eenheden zijn uitgerust met verstelbare knoppen voor de reinigingsmiddelen. Zoek de doorzichtige vinyl slang die leidt naar de pompkop. • Als uw injector uitgerust is met een verstelbare knop op de pompknop, kunt u de gewenste hoeveelheid reinigingsmiddel aanpassen door de knop volledig tegen de wijzers van de klok te draaien om deze in te stellen op de maximum doorlating. • Als uw injector niet uitgerust is met een verstelbare knop, wordt de verhouding van het reinigingsmiddel vooraf ingesteld en kan deze niet aangepast worden. 1. Dompel het uiteinde van de vinyl slang met de zeef van reinigingsmiddel volledig onder in de oplossing van het reinigingsmiddel, om de transporteren van het reinigingsmiddel tot stand te brengen. 2. Pas de greep op de dubbele lansconstructie aan. Draai de knop geheel rechtsom om een werking van het reinigingmiddel met lage druk te realiseren.
Opmerking: Dit injectiesysteem is uitsluitend bedoeld voor reinigingsmiddelen onder lage druk. Het zal ervoor zorgen dat er geen oplossingen van reinigingsmiddelen in het systeem terechtkomen, tenzij de dubbele lansconstructie in de stand Reinigingsmiddel - lage druk staat ingesteld. 3. Om de oplossing aan te brengen; ontgrendelt u het pistool en haalt u de trekker aan. Kort daarna zal een reinigingsmiddel/water-oplossing uit de spuitmond komen. Begin het onderste deel van het oppervlak te spuiten dat gereinigd wordt en ga dan naar boven, in overlappende stroken. Door van beneden naar boven te werken vermijdt u strepen. Laat kort bezinken. Laat geen oplossing van het reinigingsmiddel op het oppervlak opdrogen. (Vermijd werken op hete oppervlakken of het rechtstreeks werken in het zonlicht, om het risico op het drogen van het reinigingsmiddel te vermijden, hetgeen kan resulteren in beschadigde geschilderde oppervlakken.) Zorg ervoor dat u een kleine deel tegelijkertijd spoelt. 4. Om te spoelen; vergrendel het pistool in de stand “UIT”, draai de verstelbare greep op de dubbele lans naar links om een hoge druk te krijgen. Ontgrendel het pistool en spuit. Het zal ongeveer 30 seconden duren om al het detergent uit de leiding te spoelen. Werk van boven naar beneden voor de beste spoelresultaten. 5. Laat ongeveer 4 liter water door het injectiesysteem van het reinigingsmiddel onder lage druk lopen na elk gebruik. Om deze manier wordt mogelijke corrosie of resten van het reinigingsmiddel vermeden die kunnen leiden tot mechanische problemen tijdens het volgende gebruik.
Uitzetten 1. Zet de schakelaar van de brander in de stand “UIT”.
2. Haal de trekker aan en laat het water gedurende ca. drie minuten uitvoeren om de warmtewisselaar en hogedrukslang af te koelen. (Onvoldoende afkoeltijd voor de hogedrukslang zal ernstige slijtage en en het uiteindelijke scheuren van de slang tot gevolg hebben.) 3. Nooit de choke sluiten om de motor te stoppen. Hierdoor kan een terugslag of schade aan de motor ontstaan.
4. Zet de Aan-/Uitschakelaar van de motor in de stand “UIT”. 5. Sluit de afsluitklep van de motorbrandstof. 6. Richt het pistool op een veilig punt, draai de watertoevoer uit, haal de trekker een aantal keren kort over om de ‘gevangen’ druk te laten ontsnappen. 7. Ontkoppel de slangen en laat deze leeglopen. Sla de slangen vervolgens op. Sla de eenheid in een vorstvrije omgeving op.
15
OPSLAG- & ONDERHOUDSINSTRUCTIES Motor De motorinstructies die meegeleverd zijn met uw eenheid, beschrijven specifieke procedures voor het onderhoud van de motor. Als u de aanbevelingen van de motorfabrikant volgt, zal de motor langer meegaan.
Pomp De pompolie moet na de eerste 50 bedrijfsuren worden vervangen. Zodra de eerste olie vervangen is, wordt het aanbevolen de olie elke 3 maanden of 250 uur te vervangen. Als de olie vuil of troebel is, moet de olie frequenter vervangen worden. Voeg pompolie toe en vul enkel het midden van het peilglas (Raadpleeg de onderdelenlijst voor de juiste pompolie). Niet te vol doen.
Spuitmonden Water dat door de spuitmond loopt, erodeert de opening, waardoor deze groter wordt, hetgeen leidt tot een verlies van druk. De spuitmonden moeten vervangen worden telkens de druk lager is dan 85% van het maximum. De frequentie waarmee de olie vervangen moet worden, is afhankelijk van een aantal variabelen zoals het mineraalgehalte in het water en het aantal uren dat de spuitmond gebruikt is.
Koppelingen De koppelingen zijn voorzien van O-ringafdichtingen die na verloop van tijd verslechteren. Om deze te vervangen, plaatst u gewoon een nieuwe O-ring om het lek te repareren. (U kunt extra O-ringen bij uw leverancier kopen.)
Brandstof-waterafscheider Het brandstoffilter heeft een ingebouwde waterafscheider. Het water dient af en toe van de afscheider afgevoerd te worden. Volg de onderstaande procedures: • Controleer het opvangreservoir dagelijks • Controleer of de eenheid uitgeschakeld is en plaats een olieopvangbakje onder de brandstoftank. • Draai de aftapplug los om de brandstof-/ waterverontreinigingen in het opvangreservoir te laten stromen. • Draai de aftapplug weer vast als de procedure voltooid is. • Verwijder het afgevoerde materiaal in overeenstemming met de plaatselijke milieuverordeningen in uw regio.
16
Brander - Luchtafstelling De luchtafsluiter werd vooraf door de fabriek ingesteld om een correcte werking tussen zeeniveau en een verhoging van 2000 feet (ca. 600 meter) bij standaard condities (60 °F = ca. 15 °C omgevingstemperaturen van water en lucht) te realiseren. Om een maximale effectiviteit van de ontbranding bij koude temperaturen en hogere hoogteliggingen te garanderen, zal het noodzakelijk zijn om de luchttoevoer naar de ontbrandingskamer aan te passen. Bij elke aanpassing van de luchtafsluiter, wordt een rookpunttest aanbevolen. Dit zal de effectiviteit van de verbrander maximaliseren en een inefficiënte werking evenals overmatige roetvorming van de verbrandingskamer voorkomen. 1. De machine dient te draaien en de brander dient ingesteld te zijn op de stand AAN. 2. Voer een rookpunttest uit om te bepalen of voor een goede ontbranding, meer of minder lucht is vereist. • Als de test meer dan #3 rook aangeeft, dient de hendel van de afsluiter naar links gedraaid te worden om de luchtstroom naar de ontbrandingskamer te verhogen. • Als de test een geelachtige kleur weergeeft, dient de hendel van de afsluiter naar rechts gedraaid te worden om de luchtstroom naar de ontbrandingskamer te verlagen. 3. Houd de hendel van de luchtafsluiter vast een draai de borgmoer los. Verplaats de afsluiter in stappen van 1/8” naar een hoger niveau en draai de borgmoer na elke 1/8” -stap weer vast. 4. Om een juiste ontsteking te garanderen, dient het pistool geleidelijk in de stand Uit ingesteld te worden. Het iets of niet aanjagen van de ontsteking, en een rookpunttest van minder dan #3 is goed. 5. Herhaal stap 2 en 3, totdat stap 4 is bereikt.
Lekken Elk lek dat in het pompsysteem wordt gevonden, dient direct gerepareerd te worden door de verdachte (onder) delen te verwijderen en schroefdraadafdichting op de schroeven aan te brengen en de schroeven weer terug te plaatsen. LET OP Als PTFE-tape wordt gebruikt, dient gecontroleerd te worden dat er geen tape in het ‘loodgieterswerk’ terecht komt. Dit om de mogelijkheid van een verstopte spuitmond te voorkomen.
OPSLAG- & ONDERHOUDSINSTRUCTIES Klaarmaken voor de winter Voor opslag en transport bij vriestemperaturen, dient de eenheid klaargemaakt te worden voor winteromstandigheden. Deze eenheid dient om de volgende redenen beschermd te worden tegen de laagste temperatuur:
• Als enig onderdeel van het pompsysteem bevriest; kan er een overmatige druk opgebouwd worden in de eenheid waardoor de eenheid barst hetgeen kan leiden tot ernstige letsels van de bediener of omstanders. • Het pompsysteem in deze eenheid kan permanent beschadigd zijn als het bevroren is. Schade door vrieskou valt niet onder de garantie. Als u uw eenheid moet bewaren in een ruimte waar de temperatuur lager kan zijn dan 32 °F, kunt u uw eenheid beschermen door de onderstaande procedure te volgen.
32˚F
0˚C
LET OP Bewaar/gebruik de eenheid niet bij/in vriestemperaturen. De hogedrukreiniger kan beschadigd raken. Verzamel de volgende onderdelen: • Twee vaten van 11,35 liter. • 11,35 liter antivriesmiddel. (Graco® adviseert een milieuvriendelijk antivriesmiddel.) • Watervoorziening. • Een slang van 1 meter, I.D. 1/2-3/4, met een 19 mm koppelstuk voor de tuinslang. Procedure: 1. Om de eenheid op winteromstandigheden voor te bereiden, dient de eenheid in werking gesteld en voorgepompt te worden volgens de “Opstartprocedures” op blz. 13. 2. Na het in werking stellen en voorpompen sluit u de eenheid en watertoevoer af. 3. Ontlast de systeemdruk door het pistool naar een veilig punt te richten en de trekker aan te halen tot er geen water meer uit de dubbele lansconstructie komt. 4. Vergrendel het pistool in de UIT-stand en verwijder de spuitmond. 5. In een vat van 19 l mixt u het antivriesmiddel en het water volgens de aanbevelingen van de fabrikant voor de temperatuur waarop u de eenheid voorbereid.
Opmerking: De juiste voorbereiding op winteromstandigheden is gebaseerd op de aanbevolen instructies van de fabrikant die op de “Beschermingskaart” staan op het label achteraan op de meeste antivriesvaten. 6. Haal de slang voor watertoevoer uit de eenheid en steek een slang van 1 meter stevig in de inlaat. Dompel het andere uiteinde in de antivriesoplossing. 7. Schakel de reinigingsmiddelinjector uit indien van toepassing. 8. Houd de ca. 1 meter lange slang in een horizontale positie, vul daarna de slang geheel met water. Sluit vervolgens het slanguiteinde met uw duim of vinger af. Plaats het hiervoor genoemde slanguiteinde in een container met ca. 20 liter water. 9. Start de eenheid. Haal de trekker van het pistool een aantal keren aan, totdat het systeem ontlucht is (de eenheid is geactiveerd). Het kan noodzakelijk zijn om het toerental van de motor op onbelast in te stellen, om het activeren van de pomp te vereenvoudigen. 10. Met het pistool geopend, dient voldoende water uit de 20 liter container gevoerd te worden, totdat er nog net genoeg water is om met het antivriesmiddel te mengen. 11. Richt het pistool op een lege container. 12. Haal de trekker van het pistool aan tot er antivriesmiddel uit het pistool begint te lopen. Laat de trekker 3 seconden los, haal de trekker dan gedurende 3 seconden aan. Herhaal de cyclus van het aanhalen van de trekker van het pistool enkele keren tot het antivriesmengsel door het vat gelopen is. 13. Haal de 1 meter lange slang uit de eenheid en laat enig overtollig antivriesmiddel in het vat van ca. 20 liter lopen. 14. Ontkoppel de slang/het pistool van de eenheid en laat al het overtollige antivriesmiddel terug in het vat van ca. 20 liter lopen. 15. De slang, het pistool en de dubbele lans dienen op een veilige plaats opgeslagen te worden. 16. Bewaar de antivriesoplossing voor het volgende gebruik of verwijder het overeenkomstig de desbetreffende milieuwetgeving. Optionele procedure: 1. Zet de eenheid uit en sluit de watertoevoer af. 2. Ontlast het systeem door het pistool in een veilige richting te richten en de trekker aan te halen tot er geen water meer uit de spuitmond komt. 3. Ontkoppel de slang, het pistool en de dubbele lans en laat het water weglopen. 4. Verwijder de slang uit de inlaatzijde van de spiraal van de warmtewisselaar. 5. Start de eenheid en laat deze draaien tot al het water uit de eenheid is. Zet de eenheid uit zodra er geen water meer uit komt. LET OP Bij deze procedure dient u voorzichtig te zijn omdat de druppels water in ijsschilfers kunnen vervormen, waardoor de eenheid kan barsten als u de eenheid start voordat deze volledig ontdooit is. 17
Storingen opsporen en verhelpen Probleem Motor start niet.
Oorzaak
Oplossing
Verschillende problemen met de motor.
Raadpleeg de motorhandleiding die meegeleverd is met uw eenheid.
Onderdelen van de eenheid zijn bevroren.
Laten ontdooien. Als enig onderdeel van de eenheid bevroren is; kan er overmatige druk opgebouwd worden in de eenheid waardoor de eenheid kan barsten hetgeen kan leiden tot ernstige letsels bij de bediener of omstanders.
Geen ontlading aan de spuitmond wanneer de trekker aangehaald is.
Onvoldoende watertoevoer.
Zorg ervoor dat de diameter van de slang 19,05 mm (3/4”) is en dat de watertoevoer geopend is.
Lage of schommelende druk.
Knik in slang voor watertoevoer.
Verwijder de knik.
Knik in uitlaatdruk onder hoge druk.
Vervang de slang.
Waterfilter verstopt.
Verwijder, reinig of vervang het filter.
Pomp zuigt lucht aan. (Voorpompen geëlimineerd)
Draai alle waterinlaten vast. Lekken verwijderen in inlaatleiding.
De instelbare greep van de dubbele lans staat niet in de stand Hogedruk.
Plaats een hoge druk spuitmond.
Verstopte of versleten spuitmond.
Verwijderen, reinigen of vervangen.
Beschadigde of verstopte klepassemblage op pomp.
Verwijderen, controleren, reinigen of vervangen.
De pomppakking is versleten.
Pakkingen vervangen.
Bypassklep werkt niet correct.
Herstellen of vervangen.
De watertemperatuur is te hoog.
Laat de eenheid niet langer dan 3 minuten werken in de bypassmodus (met de trekker van het pistool gesloten).
Defecte klep.
Vervangen.
Olie lijkt troebel of schuimig.
Water in olie.
Vervang de olie van de pomp. Vul olie bij tot het juiste peil.
Er lekt olie uit de eenheid.
Niet gebruiken.
Neem contact op met de klantendienst.
Reinigingsmiddel zal niet doorlopen in de stand Lage druk reinigingsmiddels.
Het filter voor het reinigingsmiddel is niet volledig ondergedompeld in de oplossing van het reinigingsmiddel.
Controleren, zo nodig onderdompelen.
Het filter voor het reinigingsmiddel is verstopt.
Nakijken, reinigen of vervangen.
De slang voor het reinigingsmiddel is doorgesneden, verstopt.
Nakijken, reinigen of vervangen.
Aanpassingsknop voor het reinigingsmiddel op de pomp op gesloten stand gezet. (Indien van toepassing.)
Open de aanpassingsknop. Raadpleeg “Reinigen met reinigingsmiddelen” blz. 15.
De instelbare greep van de dubbele lans staat niet in de stand Lage druk.
Plaats 6540° (ZWARTE) spuitmond.
Spuitmondconstructie is verstopt.
Reinigen of vervangen.
Te veel uitbreidingen van hogedrukslangen aangesloten op de wateruitlaat.
Gebruik maximum een verlengstuk.
Er lekt water uit de “Warmteafblaasklep”.
Kogel en Veer in Venturibuis zitten klem.
Verwijderen, reinigen of vervangen.
Er stroomt water terug in het vat met het reinigingsmiddel.
Kogel en Veer in Venturibuis zitten omgekeerd, ontbreken of zijn aangetast.
Verwijderen, reinigen of vervangen.
Als het pistool vergrendeld is en in de stand “UIT” staat ingesteld, stroomt er water uit de spuitmond.
Pistool werkt niet goed.
Herstellen of vervangen.
Storingen opsporen en verhelpen Probleem Er lekt water onder de spiraal van de warmtewisselaar.
De brander ontsteekt niet.
De brander loopt onregelmatig.
Brander is geactiveerd, maar geeft geen verwarming.
De brander voert witte rook uit.
De brander voert zwarte rook uit.
Oorzaak
Oplossing
De aftapplug van de spiraal werd niet geplaatst.
Installeren.
De veiligheidsontlasting ontlast. Dit wordt veroorzaakt door een probleem met de ontlader of met de drukschakelaar.
Detecteer en corrigeer het probleem met de ontlader of drukschakelaar.
Burner switch is not turned on.
Controleer de stand van de schakelaar.
Geen brandstof.
Brandstof bijvullen.
Pistool is gesloten.
Open het pistool om druk te krijgen.
EMF-drijfriem is los of gebroken.
Indien nodig, reinigen of vervangen.
Flexibele koppeling is gebroken.
Vervangen.
Vervuilde of verstopte brandstoffilter/ waterafscheider
Indien nodig, afvloeien of vervangen.
Brandstofpomp zuigt lucht aan.
Draai alle brandstoftoevoerverbindingen vast. Lekken verwijderen in inlaatleiding.
Brandstofpomp werkt niet.
Controleer de druk, vervang indien nodig.
Brandstoffilter is verstopt.
Neem contact met de klantenservice.
Vervuilde of verstopte brandstofverstuiver.
Vervang de brandstofverstuiver.
Ontstekingsmodule.
Neem contact met de klantenservice.
Ontstekingselektrodes zijn beschadigd of versleten.
Kijk door het zichtglas van de brander terwijl de eenheid geactiveerd is en het pistool gesloten. Dit om zeker te zijn dat er vonken bij de elektrodes ontstaan.
Geen spanning.
Neem contact met de klantenservice.
Tijdelijke opheffing van de drukschakelaar.
Om de brander te kunnen activeren, dient de druk hoger te zijn dan 250 psi/18 bar.
Tijdelijke opheffing van de schakelaar voor de hoogtebegrenzing.
Laat de eenheid afkoelen, voordat een nieuwe ontsteking wordt gegenereerd.
Onjuiste luchtafstelling voor de brander.
Aanpassen zoals weergegeven op blz. 16.
Defect van de elektromagnetische klep voor de brandstof.
Vervangen.
Water in de brandstofolie.
Laat het brandstoffilter/ de waterafscheider en de brandstoftank leeglopen en vervang met schone brandstof.
Vervuilde brandstoffilter/waterafscheider.
Vervang het element.
Vervuilde brandstofverstuiver.
Vervangen.
Onjuiste instelling van de luchtafstelling.
Aanpassen zoals weergegeven op blz. 16.
Brandstoffilter is verstopt.
Neem contact met de klantenservice.
Defect van de brandstofpomp.
Vervangen.
Slechte of onjuiste brandstoftoevoer.
Controleer de brandstof om te bezien of deze goed is. Laat de tank indien nodig leeglopen en vul de tank vervolgens met de juiste brandstof.
Lage druk in de brandstofpomp.
Controleer de druk van de brandstofpomp, vervang indien nodig.
Vervuilde brandstofverstuiver.
Vervangen.
Onjuiste instelling van de luchtafstelling.
Aanpassen zoals weergegeven op blz. 16.
Brandstoffilter is verstopt.
Neem contact met de klantenservice.
Opbouw van aanslag in de spiraal van de warmtewisselaar.
Neem contact met de klantenservice.
Laag brandstofpeil
Brandstof bijvullen. Als de witte rook blijft ontwikkelen, dient contact met de klantenservice opgenomen te worden.
Overdadige luchttoevoer.
Aanpassen zoals weergegeven op blz. 16.
Onvoldoende luchttoevoer.
Aanpassen zoals weergegeven op blz. 16.
Vervang de veiligheidsontlasting. Neem de eenheid nooit zonder veiligheidsontlasting in gebruik. Als de eenheid zonder veiligheidsontlasting wordt gebruikt, kan dit een ontploffing veroorzaken.
ONDERHOUD VAN DE POMP: 3540 GHW MODEL HOGEDRUKREINIGERS Reparatiesets zijn los verkrijgbaar. Zie Onderdelenlijst, blz. 32. Gebruik alle onderdelen in de kits om de beste resultaten te krijgen.
5. Smeer de olieslingerschijf (en de oliedichting als deze vervangen wordt) lichtjes op de zuigeras. Installeer vervolgens de koperen tussenring, steunring, zuiger en tussenring. 6. Breng een geringe hoeveelheid smering op de borgschroef en aan het einde van de zuiger aan en plaats de moer in de zuiger. Aandraaien tot 7.4 ft-lb (10.2 Nm). Opmerking: Bij vervanging van de pakkingen, zie Onderhoud van V-Pakkingen.
Volg de Uitschakelprocedure, blz. 15, om de systeemdruk te ontlasten. • Laat het water wegstromen en vul de pomp opnieuw na 25 uur werking.
Ventielen Bestel Ventielassemblagekit 24E976 voor een set van zes ventielen.
7. Smeer de buitenkant van elke zuiger. Schuif het spruitstuk op de carter, wees voorzichtig dat u de dichtingen niet beschadigd. 8. Installeer de dopschroeven en sluitringvingers vast. Draai de schroeven vast met een koppel van 18 ft-lb (24.2 Nm) volgens het aandraaischema op de volgende figuur.
1. Verwijder de zeskantplug van het spruitstuk met behulp van een sleutel (24 mm). 2. Onderzoek de O-ring onder de zeskantplug. Vervang de ring als deze doorgesneden of vervormd is. 3. Haal de klep uit het gat. De assemblage is apart verkrijgbaar. 4. Installeer een nieuwe klep, O-ring en zeskantplug. Aandraaien tot 40 ft-lb (54.2 Nm) Opmerking: De plug opnieuw aandraaien na 5 uur werking.
Pompgedeelte 1. Verwijder de dopschroeven en neem de sluitringen van het spruitstuk. 2. Neem het spruitstuk zorgvuldig uit de carter. Het is mogelijk dat u lichtjes moet tikken met een zachte houten hamer op het spruitstuk om het los te maken.
LET OP Om schade aan zuigers of dichtingen te vermijden, moet het spruitstuk op één lijn staan met de keramische zuigers wanneer u het verwijdert. 3. Onderzoek elke zuiger zorgvuldig op krassen of barsten. Vervang ze, indien nodig.
Onderhoud van de zuigers 1. Draai met behulp van een sleutel (16 mm), de borgmoer van de zuiger met vijf of zes slagen los. Duw de zuiger in de carter om de zuiger en de borgschroef van elkaar te scheiden. 2. Verwijder de moer van de zuiger en inspecteer en reinig de O-ring. 3. Verwijder de zuigerring, steunring en koperen tussenring van de zuigeras. Reinig de onderdelen wanneer nodig. 4. Inspecteer de zuigeras op olielekken van de carter. Als het lek blijft, vervang de oliedichtingen dan. Zo niet, verwijder deze dichtingen dan NIET omdat ze niet hergebruikt kunnen worden. Oliedichtingskits zijn verkrijgbaar voor het vervangen van de dichtingen. 20
5
1
4
7
8
3
2
6
LET OP Door ongelijkmatig aandraaien kan het spruitstuk vastzitten of klemmen.
Onderhoud van V-pakkingen 1. Verwijder het spruitstuk zoals beschreven in het Pompgedeelte. 2. Neem de borgveer van de pakking zorgvuldig uit het spruitstuk. Onderzoek de O-ring. Vervang de O-ring als hij doorgesneden of beschadigd is. 3. Verwijder de V-pakking en de steunring. Verwijder de lagedrukafdichting van de borgring. 4. Kijk alle onderdelen na en vervang ze indien nodig. 5. Reinig de gaten voor de pakkingen zorgvuldig en kijk na op eventuele schade. 6. Smeer de gaten voor de pakkingen lichtjes. Vervang de pakkingen in de volgende volgorde: • • • • •
steunring V-pakking borgveer van pakking lagedrukafdichting in de borgring O-ring in borgveergroef
LET OP De pakkingen moeten in de juiste volgorde geplaatst zijn en ze moeten in de juiste richting staan. Als de onderdelen niet goed geïnstalleerd zijn, zal de pomp niet goed werken. 7. Zet het spruitstuk opnieuw ineen volgens de procedure die beschreven is in Onderhoud van de Zuigers.
Aantekeningen
21
Hogedrukreiniger - Onderdelen 262314- Model 3540 GHW
22
Hogedrukreiniger - Onderdelen 262314 - Model 3540 GHW
OMSCHRIJVING
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 - - - 23 24 25
Frameopbouw 16E636 Wiel 16E474 Tegenmoer 119554 Bout 16E599 Platte tussenring 107194 Opbouw hogedrukslang 16E558 Bout 16E601 Ontlader/Opbouw spruitstuk (Zie explosietekening) n.v.t. Afscheider Brandstofklem 16E502 Slang 16J762 Zeskantmoer 16E611 Zeskantmoer n.v.t Opbouw hogedrukslang 16E557 Opbouw brandstoftank (inclusief 14, 15) 16E645 Verzonken zeskantkopplug 16E587 Brandstofkap 16E551 Brandstofslang 16E554 Schroef 100521 Afdichtingsring 100214 Klem, spuitmondhouder 16E824 Pakkingsring 16E489 Spuitmond, 0 graden 805539 Spuitmond, 15 graden 805540 Spuitmond, 25 graden 805541 Spuitmond, 40 graden 805542 O-ring 154771 Adapter accumular 16F032 Kniestuk 16F026
ONDERDEEL # AANTAL
1 4 4 12 8 1 6 1 2 2 8 1 1 1 1 2 5 2 1 4 1 1 1 1
OMSCHRIJVING
ONDERDEEL # AANTAL
26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53
Meter 16F027 Motor/Pompopbouw (Zie explosietekening) n.v.t. Afscheider Pasring 16E622 Beugel 16E574 Pakkingsring 16E625 Tussenring 16E604 Handgreep 16E640 Remhendelconstructie 16E573 Tussenring 16E602 Borgmoer 111040 Beugel/Opbouw elektrische kast (Zie explosietekening) n.v.t. Afscheider Bedradingsklem 16E620 Brandstofslang 16E555 Warmtewisselaar/EMF-opbouw (Zie explosietekening) n.v.t. Afscheider Kapopbouw 16E642 Handknop 16E638 Trimvergrendeling (0,30 m vereist) 16E621 Schroefaansluiting 16E561 Slangconstructie 16E556 Pistoolconstructie 16E559 Dubbele lans constructie 16E560 Spuitmond, reinigingsmiddel 805404 Snelkoppelingbus n.v.t Draaiende spuitmondopbouw 3.5 198012 Snelkoppelingplug, gemetaliseerd n.v.t Zeef n.v.t Spuitmond - Draaiend 3.5 n.v.t Pistool en lans assemblage 24J774 Inclusief 45, 46, 47
1 4 1 1 1 1 1 4 1 1 4 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
23
Motor/Pompconstructie - Onderdelen Item 17 (te gebruiken bij model 3540 GHW)
24
Motor/Pompconstructie - Onderdelen Item 17 (te gebruiken bij model 3540 GHW)
OMSCHRIJVING
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Slangafdichting Slang, zwenkend Zeef, compleet (inclusief 4-7) Zeef, bak Filter Zeef, O-ring Zeef, kap Kniestuk Slangklem Slang Hogedrukpomp Bout Afdichtingsring Platte tussenring Flens/ Pompadapter Riem Kabelschijf Stelschroef
ONDERDEEL # AANTAL
16E592 16E662 16E566 n.v.t n.v.t n.v.t n.v.t 16E579 16E502 16J762 16E609 16E593 16E606 16E603 16E632 16E550 16E549 16E598
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 4 4 4 1 1 1 2
OMSCHRIJVING
19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 30 31 32 33 34
Bout Pasplaat Plug Drukschakelaar Warmteafblaasklep Kniestuk Hogedrukslang Stelschroef Bout Keg Olieaftapplug Tussenring Olieaftappunt Motor Riembescherming Bout
ONDERDEEL #
16E594 16E631 16E583 16E575 116461 16E577 16E557 16E597 16E595 16E634 n.v.t 16E605 16E589 16E660 16E571 16E600
AANTAL
4 1 1 1 1 1 1 1 4 1 1 2 1 1 1 4
25
Pompconstructie - Onderdelen 16E609 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
26
Pompconstructie - Onderdelen 16E609 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
OMSCHRIJVING
ONDERDEEL # AANTAL
KIT, REPARATIE, KLEPPEN BEVAT 12-16 (11) KIT, REPARATIE, OLIEAFDICHTINGEN BEVAT 7 KIT, REPARATIE, ZUIGER BEVAT 1-6 KIT, REPARATIE, PAKKINGEN BEVAT 8-10
24E976
6
24E978
3
24E977
3
24E979
3
27
Ontlader/Spruitstukconstructie - Onderdelen Item 8 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
28
Ontlader/Spruitstukconstructie - Onderdelen Item 8 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
OMSCHRIJVING
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Slang Slangklem Kniestuk Ontlader-constructie Plug Reinigingsmiddelinjector Spruitstukblok Hogedrukslang - constructie Zeef voor reinigingsmiddel Slang voor reinigingsmiddel* (ca. 1,80 m vereist) Hogedrukslang - constructie
ONDERDEEL # AANTAL
16J762 16E502 16E579 16E646 16E582 24E793 16E637 16E558 16E562 16E553
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
16E557
1
29
Warmtewisselaar/EMF-opbouw - Onderdelen Item 31 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
30
Warmtewisselaar/EMF-opbouw - Onderdelen Item 31 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
OMSCHRIJVING
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Boileropbouw, compleet EMF-opbouw Zeskantmoer Koppeling brandstofpomp Moer Platte tussenring Spanner standvlak Brandstofpompklem Bout Zeskantmoer Brandstofslang - constructie Kniestuk Elektrische magneetklep voor de brandstof- 12 volt Brandstofpomp Kniestuk Brandstofslang - constructie Zeskantnippel Brandstoffilter - waterafscheider Brandstof waterafscheider Vervangende bak Brandstof waterafscheider Vervangend filter
ONDERDEEL # AANTAL
16E644 16E647 16E610 16E624 n.v.t 107194 16E548 16E570 16E599 16E611 16E555 16E586 16E635
1 1 2 1 2 1 1 1 7 8 1 1 1
16E608 16E581 16E554 16E590 16E564
1 2 2 1 1
16E565
1
16E563
1
OMSCHRIJVING
ONDERDEEL #
21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41
Plaat Beugel Pen Spanner kabelschijfas Constructie (bevat 5, 25, 26) Kabelschijfconstructie As Toegangspaneel Bout Pakkingsring Pakkingsring Kniestuk Schakelaar hoge begrenzing Uitlaat van het verbindingsblok Drukontlastingsklep Nippel Zeskant-verkleiner Hogedrukslang- constructie Street Tee Kniestuk Adapter Constructie - aftapplug
AANTAL
16E568 16E567 16E623
1 2 1
16E641 n.v.t n.v.t 16E572 16E600 16E616 16E617 16E585 16E615 16E588 16E576 16E591 16E580 16E558 16E578 16E557 16E584 16E643
1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1
31
Beugel/Constructie elektrische kast - Onderdelen Item 28 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
32
Beugel/Constructie elektrische kast - Onderdelen Item 28 (voor gebruik bij model 3540 GHW)
OMSCHRIJVING
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Schakelaar/ Tuimelaar Bout Bout en pakkingkit Klep elektrische kast - Zwart Aansluitstrip Zeskantmoer Bout Elektrische kast - Zwart Elektrische aansluiter Klem elektrische kast - Zwart
ONDERDEEL #
16E614 16E596 16E639 16E619 16E613 16E607 16E826 16E618 16E612 16E569
AANTAL
1 2 1 1 1 4 2 1 1 1
33
Etiket - Plaatsing - Onderdelen 262314 - Model 3540 GHW
34
Etiket - Plaatsing - Onderdelen 262314 - Model 3540 GHW
OMSCHRIJVING
ONDERDEEL #
AANTAL
1 p Etiket - Waarschuwing Niet aanpassen Lood (E/S/F) n.v.t 2 p Etiket - Waarschuwing Hete spiraal Uitlaat (E/S/F) n.v.t 3 p Etiket - Heet oppervlak (E/S/F) n.v.t 4 p Etiket - Eerst afkoelen (E/S/F) n.v.t 5 p Etiket - Brandgevaar (E/S/F) n.v.t 6 Etiket - Tiphouder 16E776 7 p Etiket - Brander Aan/Uit (E/S/F) n.v.t 8 Etiket - Aquamax-kant 16E774 9 Etiket - Zilveren sticker 10 Etiket - Graco merk 16E773 11 p Etiket - Bediening n.v.t 12 p Etiket - Waarschuwing/ Let op (E/S/F) n.v.t 13 Etiket - Aquamax 3540GHW 16E420 14 Safety Decal Set 16E947 Omvat 1, 2, 3, 4, 5, 7, 11, 12
1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1
p Extra waarschuwingsetiketten zijn gratis verkrijgbaar.
35
Aantekeningen
36
Technische gegevens Model 3540 GHW Bereik werkdruk Bedrijfsdruk
3500 psi
Maximum werkdruk
3500 psi
Motorverplaatsing Maximum afgifte
390 cc 3,3 gpm (12,51 l/mn)
Hogedrukslang
50’ x 3/8” 4500 psi
Chemische injectorslang
1/4” x 6’
Gewicht Afmetingen Lengte Breedte Hoogte Pompinlaatfitting
195 kg (428 lb) 109 cm (43”) 76 cm (30”) 104 cm (41” ) 3/4” ghf
Bereik opslagtemperatuur
-30° – 125°F (-34° – 52°C)
Temperatuurbereik
40 ° - 104 °F (4,4 ° - 40 °C)
Geluidsdruk
93,6 dB(A)
Geluidsvermogen
108,7 dB(A)
Inhoud brandstoftank
1,72 gal
Maximale inkomende druk
125 psi
Maximale werktemperatuur Eenheid
250 °F (121 °C)
Brandstoftype - brander Brandstofvolume van de brander (gal/liters) Brandstoffilter/waterscheider Brandstofdruk (psi/bar)
Nr. 1 of nr. 2 brandstofolie, diesel of kerosine 5,5/2,1 Spin on (10 micron) filter/ E-Z Waterafvoer 145/10
Brandstofverstuiver
1,75 60° B Delavin
Brandstofverbruik
2,1 GPH (vervolg)
EMF-ontsteking
Door riem aangedreven (Patent #5,954,494)
EMF-stuurspanning
12V DC
Warmtewisselaar BTU
294,000
HE-Efficiency HE-rookdichtheid Elektromagnetische klep voor de brandstof
3325-3500 psi
86% w/#2 Brandstofolie 0-3 ASTM D2156 12V
37
Standaardgarantie van Graco Graco garandeert dat alle in dit document genoemde en door Graco vervaardigde apparatuur waarop de naam Graco vermeld staat, op de datum van verkoop voor gebruik door de oorspronkelijke koper vrij is van materiaalen fabricagefouten. Met uitzondering van speciale, uitgebreide, of beperkte garantie zoals gepubliceerd door Graco, zal Graco, gedurende een periode van twaalf maanden na verkoopdatum, elk onderdeel van de apparatuur dat naar het oordeel van Graco gebreken vertoont herstellen of vervangen. Deze garantie is alleen van toepassing op voorwaarde dat de apparatuur conform de schriftelijke aanbevelingen van Graco geïnstalleerd, bediend en onderhouden werd. Normale slijtage en veroudering, of slecht functioneren, beschadiging of slijtage veroorzaakt door onjuiste installatie, verkeerde toepassing, slijpend materiaal, corrosie, onvoldoende of onjuist uitgevoerd onderhoud, nalatigheid, ongeval, eigenmachtige wijzigingen aan de apparatuur, of het vervangen van Graco-onderdelen door onderdelen van andere herkomst, vallen niet onder de garantie en Graco is daarvoor niet aansprakelijk. Graco is ook niet aansprakelijk voor slecht functioneren, beschadiging of slijtage veroorzaakt door de onverenigbaarheid van Graco-apparatuur met constructies, toebehoren, apparatuur of materialen die niet door Graco geleverd zijn, en ook niet voor fouten in het ontwerp, bij de fabricage of het onderhoud van constructies, toebehoren, apparatuur of materialen die niet door Graco geleverd zijn. Deze garantie wordt verleend onder de voorwaarde dat de apparatuur waarvan de koper stelt dat die een defect vertoont gefrankeerd wordt verzonden naar een erkende Graco dealer opdat de aanwezigheid van het beweerde defect kan worden geverifieerd. Indien het beweerde defect inderdaad wordt vastgesteld zal Graco de defecte onderdelen kosteloos herstellen of vervangen. De apparatuur zal gefrankeerd worden teruggezonden naar de oorspronkelijke koper. Indien bij de inspectie geen materiaal- of fabricagefouten worden geconstateerd, dan zullen de herstellingen worden uitgevoerd tegen een redelijke vergoeding, in welke vergoeding de kosten van onderdelen, arbeid en vervoer begrepen kunnen zijn. DEZE GARANTIE IS EXCLUSIEF EN VERVANGT ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLICIET OF IMPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT DE GARANTIE VAN DE VERKOOPBAARHEID OF DE GARANTIE VOOR DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALDE TOEPASSING. De enige verplichting van Graco en het enige verhaal van de klant bij schending van de garantie is zoals hierboven bepaald is. De koper gaat ermee akkoord dat geen andere verhaalsmogelijkheid (daarin medebegrepen, maar niet beperkt tot vergoeding van incidentele schade of van vervolgschade door winstderving, gemiste verkoopopbrengsten, letsel aan personen of materiële schade, of welke andere incidentele verliezen of vervolgverliezen dan ook) aanwezig is. Elke klacht wegens inbreuk op de garantie moet binnen twee (2) jaar na aankoopdatum kenbaar worden gemaakt. GRACO GEEFT GEEN GARANTIE EN WIJST ELKE IMPLICIETE GARANTIE AF BETREFFENDE VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALDE TOEPASSING, MET BETREKKING TOT TOEBEHOREN, APPARATUUR, MATERIALEN OF COMPONENTEN DIE GRACO GELEVERD, MAAR NIET VERVAARDIGD HEEFT. Deze items, die verkocht, maar niet vervaardigd worden door Graco (zoals elektrische motoren, schakelaren, slangen, etc.) zijn, indien van toepassing, onderhevig aan de garantie van de fabrikant. Graco zal aan de koper redelijke ondersteuning verlenen bij het aanspraak maken op die garantie. Graco is in geen geval aansprakelijk voor indirecte, incidentele of speciale schade of gevolgschade die het gevolg is van het feit dat Graco zulke apparatuur heeft geleverd, of van de uitrusting, de werking, of het gebruik van producten of andere goederen op deze wijze verkocht, ongeacht of die ontstaat door inbreuk op een contract, inbreuk op garantie, nalatigheid van Graco, of anderszins.
For Graco Canada Customers The Parties acknowledge that they have required that the present document, as well as all documents, notices and legal proceedings entered into, given or instituted pursuant hereto or relating directly or indirectly hereto, be drawn up in English. Les parties reconnaissent avoir convenu que la rédaction du présente document sera en Anglais, ainsi que tous documents, avis et procédures judiciaires exécutés, donnés ou intentés, à la suite de ou en rapport, directement ou indirectement, avec les procédures concernées.
Graco-informatie OM EEN BESTELLING TE PLAATSEN, neem contact op met uw Graco-verdeler of telefoneer naar de dichtstbijzijnde verdeler. Alle geschreven en afgebeelde gegevens in dit document geven de meest recente productinformatie weer zoals bekend op het tijdstip van publicatie. Graco behoudt zich het recht voor te allen tijde wijzigingen aan te brengen zonder bericht vooraf. Zie www.graco.com/patents voor informatie over patenten. Vertaling van de originele instructies.This manual contains Dutch. MM 3A0784 Hoofdkantoor Graco: Minneapolis Kantoren in buitenland: België, China, Japan, Korea GRACO NV POSTBUS 1441 MINNEAPOLIS, MN 55440-1441 • USA Copyright 2010, Graco Inc. All Graco manufacturing locations are registered to ISO 9001. 38 www.graco.com Revised January 2013