ADVIES-ADMINISTRATIE-PERSONEEL

•s• ADVIES-ADMINISTRATIE-PERSONEEL

Stichting Openbaar Primair Ondewijs Rivierenland te Tiel

RAPPORT INZAKE HET JAARVERSLAG 2010

Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland Gasthuislingelaan 33a 4002 AG Tiel Telefoon 0344 633262 Email bestuur©opo-rivierenland.nl Website www.opo-rivierenland.n1 Datum 14-06-2011

INHOUDSOPGAVE

Pagina

INLEIDING

Aanbleding Bestuursverslag Financidle positie Resultaat Kengetallen

3 4 18 19 20

JAARREKENING

Grondslagen Balans per 31 december 2010 Staat van Baten en Lasten over 2010 Kasstroomoverzicht 2010 Toelichting behorende tot de balans per 31 december 2010 Niet uit de balans blijkende verplichtingen Overzicht verbonden partijen Toelichting op de staat van baten en lasten over 2010 Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW WOPT Bezoldiging Bestuurders en Toezichthouders

21 24 26 27 28 33 34 35 38 39 40

OVERIGE GEGEVENS

Controleverklaring Bestemming van het nettoresultaat Gebeurtenissen na balansdatum BIJLAGE(N)

Gegevens over de Rechtspersoon

41 43 44

Stichting Openbaar Primal!. Onderwijs Rivierenland te Tiel

A. Inleiding

Aanbieding De Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland te Tiel biedt u hierbij het "Rapport inzake het Jaarverslag" over de periode 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010 aan. Het "Rapport inzake het Jaarverslag" bestaat uit een balans per 31 december 2010 en een Staat van Baten en Lasten over de periode 1 januari tot en met 31 december 2010, welke beide zijn voorzien van de benodigde specificaties en toelichtingen.

3

St k Mit n

,. Rivieren and

Bestuursbureau Stichting OPO-Rivierenland Gasthuislingelaan 33A 4002 AG TIEL Telefoon 0344 - 633 262 Fax 0344 - 633 484

4

Inhoudsopgave

1

2

6

Algemene informatie 1.1

Doelstellingen (missie en visie)

6

1.2

Juridische structuur

7

1.3

Gegevens Stichting OPO Rivierenland

7

1.4

Kernactiviteiten

9

1.5

Belangrijkste aspecten van het gevoerde beleid

10

Financieel

12

2.1

Beleid

12

2.2

Kengetallen

13

2.3

Resultaatontwikkeling 2010 t.o.v. 2009

14

2.4

Extra uitgaven in 2010

2.5

Begroting 2011

16

2.6

Treasuryversiag

16

2.7

Ontwikkelingen in de toekomst

17

5

S

16

1 Algemene informatie 1.1 Doelstellingen (missie en visie) De missie van Stichting OPO-Rivierenland wordt gekenmerkt door vier richtingen: 1. 2. 3. 4.

kindgericht toekomstgericht resultaatgericht maatschappijgericht

Deze vier richtingen omvatten elk een aantal kernwaarden die OPO als leidraad ziet voor haar acties en voor haar beleid in de toekomst. Alle medewerkers op alle niveaus in de organisatie zullen worden gestimuleerd om vanuit deze kernwaarden te handelen en elkaar daarop aan te spreken. Het eigen gedrag van medewerkers geldt steeds als voorbeeld voor kinderen (en hun ouders). De kernwaarden bepalen voor een groot deel het imago en de 'uitstraling' van de OPOorganisatie als geheel en van iedere school afzonderlijk. Binnen de kernwaarden staan de kenmerken van het Openbaar Onderwijs centraal, welke zijn:

kindgericht: - ieder kind is welkom; - zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van kinderen staat voorop; - ieder kind voelt zich veilig en gewaardeerd; - er is respect voor verschillen tussen kinderen; - er is aandacht voor tolerantie en onderlinge solidariteit; - we helpen ouders bij het opvoeden van hun kinderen tot positief kritische wereldburgers; - er vindt in ons onderwijs ontmoeting pleats tussen kinderen van verschillende komaf.

toekomstgericht: -

ons onderwijs is vernieuwend en hanteert diverse onderwijsconcepten; er worden moderne onderwijsmethoden en lesmaterialen gebruikt; ICT is een belangrijk hulpmiddel; de organisatie is voortdurend in beweging; we zijn ambitieus; we spelen in op maatschappelijke ontwikkelingen.

resuItaatgericht: -

ons onderwijs is van hoge kwaliteit; onze medewerkers zijn professionals, die onderwijs op maat bieden; kinderen kunnen hun talenten veelzijdig ontwikkelen, cognitief, creatief en sociaal; de kinderen worden optimaal toegerust voor het voortgezet onderwijs.

maatschappijgericht: we staan midden in de samenleving; er is actieve aandacht voor de verscheidenheid in de maatschappij; - wij respecteren verschillen tussen kinderen; - onze leerkrachten hebben ruime aandacht voor normen en waarden; - ons onderwijs maakt kinderen bewust van maatschappelijke theme's als natuur en milieu, derde wereld, mensenrechten, duurzaamheid e.d.; onze medewerkers zien ouders als klant/partner -

6

•

De Distelvlinder (10CS) Mevrouw A. Tabeling Distelvlinderlaan 2-6, 4105 TA Culemborg

•

Montessorischool Parijsch (27RL) Mevrouw P. Hogenbirk Prijsseweg 47, 4105 LE Culemborg

•

Daltonschool Culemborg (10UI) De heer W. Dokter Schoolhof West 1, 4105 AL Culemborg

Bestuursbureau (AN14) • • •

Beleidsmedewerker Personeel : mevrouw J.E.Vegter Beleidsmedewerker Financidn : mevrouw W.C. van Eck Medewerker secretariaat : mevrouw M. Both

Organogram

Bestuur Beleidsmedewerker Personeel Beleidsmedewerker Financial

Alg. directeur

Medewerker secretariaat

School 1

School 2

School ..

School 12

Leerlingenaantallen 1-10-2010 233 119 153 192 208 348 131 316 345 196 268 97

Speciaal Basisonderwijs de Wissel De Regenboog De Molenwerf De Moespot Montessorischool Tiel De Waaijer locatie Passewaaij De Waaijer locatie Wadenoijen Jenaplanschool 't Praathuis De Kaardebol De Distelvlinder Montessorischool Parijsch Daltonschool Culemborg

8

1-10-2009 235 117 153 187 211 387 128 315 346 157 276 118

1.4 Kernactiviteiten De Stichting OPO-Rivierenland biedt primair onderwijs in de regio Rivierenland. Wij doen dat op twaalf basisscholen voor openbaar basisonderwijs. Vijf van onze scholen staan in Culemborg en zeven scholen in Tiel. Naast scholen waar regulier onderwijs gegeven wordt, kennen we Dalton-, Jenaplan-, Basis-fasen- en Montessorischolen. In Tiel staat bovendien een school voor Speciaal basisonderwijs, de Wissel met een sterke regio functie. Al onze scholen bieden kwalitatief hoogwaardig en gevarieerd onderwijs, waarbij het belang van ieder kind centraal staat. Wij vinden het essentieel dat een kind zich zo volledig mogelijk kan ontwikkelen en zich competent en veilig voelt. We focussen niet alleen op dat wat kinderen nog moeten leren, maar bieden ook ruimte voor de reeds aanwezige talenten van kinderen en stimuleren zo de ontwikkeling van zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld. Kinderen van nu groeien op in een wereld met grote culturele diversiteit. Als organisatie voor openbaar onderwijs vinden wij het van groot belang dat kinderen zich prettig voelen in een multiculturele samenleving. Onze scholen zijn ontmoetingsplekken voor mensen met verschillende levensovertuigingen. Door die verschillen te erkennen en hier actief aandacht aan te besteden, bieden we een duidelijke meerwaarde. We bieden onderwijs dat midden in de wereld staat. Een ander sterk punt van het onderwijs op onze scholen is de nadrukkelijke aandacht voor normen en waarden. Dit doen we enerzijds door die waarden en normen elke dag uit te dragen, maar ook tijdens speciale lessen en projecten. We besteden daarbij veel aandacht aan samen leren, samen werken en samen leven. Respect hebben voor jezelf, anderen en de omgeving is een kernwaarde van openbaar primair onderwijs. Om al deze zaken te bereiken willen we alleen met professionele en gemotiveerde mensen werken. Mensen die professionaliteit kunnen koppelen aan persoonlijke betrokkenheid. Mensen die in staat zijn om kinderen en hun ouders te zien, te horen en te begrijpen. Mensen die kinderen en ouders weten te betrekken bij het leerproces. Als overkoepelende organisatie van de twaalf scholen streven we er naar zo efficient mogelijk te werken. Onze middelen steken we in de professionaliteit van onze mensen, in de beste methodes en in gebouwen waar het prettig toeven is.

9

1.5 Belangrijkste aspecten van het gevoerde beleid De analyse van de jaarrekening 2009 en de aangekondigde bezuinigingen binnen de onderwijssector hebben geleid tot een aantal beleidskeuzes van het bestuur van OPO-Rivierenland. De stichting stelt zich tot doel kwalitatief hoogwaardig onderwijs te realiseren binnen het budget dat door OCW ter beschikking wordt gesteld. Het is voor OPO-Rivierenland van groot belang om te beoordelen in welke mate structurele kosten kunnen worden gedekt als bepaalde (structurele)bijdragen wegvallen. Het is van belang bij ramingen rekening te houden met lagere inkomsten die dus implicaties hebben voor ondermeer de maximale formatie die jaarlijks gefinancierd kan worden. Daarbij is uiteraard ook geconstateerd dat met name de lasten voor personeel t.o.v. de baten in 2009 al te hoog zijn. Dit heeft er toe geleidt dat het bestuur allereerst streefwaarden voor kengetallen heeft vastgesteld. Deze streefwaarden zijn gebaseerd op de gemiddelde waarde die door de Commissie Don wordt geadviseerd. Vervolgens zijn deze waarden in een meerjarenperspectief vertaald. Op grond hiervan is een meerjarenbegroting opgesteld t/m 2015 met een inschatting van de vermogensontwikkeling van de stichting en daaraan gerelateerd de ontwikkeling van de kengetallen tot 2015. Risico's in de bedrijfsvoering van een organisatie als OPO-Rivierenland kunnen worden onderverdeeld in de volgende gebieden: 1. Fluctuatie in leerlingenaantallen, regionale krimp 2.

Instabiliteit in de bekostiging (aangekondigde bezuinigingen op "Passend onderwijs")

3.

Onvoldoende indexatie van de bekostiging (kosten voor exploitatie blijven stijgen terwijI de bekostiging terugloopt)

4.

Financidle gevolgen van arbeidsconflicten (grotere eigen verantwoordelijkheid van de werkgever in combinatie met een groter appel doen op de effectieve inzetbaarheid van personeel)

5.

Restrisico's

Op grond van onderzoek van de commissie Don is berekend dat een organisatie zoals OPORivierenland een buffer van circa 5% van de totale baten als minimaal eigen vermogen nodig heeft om deze risico's af te dekken. (Eigen vermogen/totale baten = €2.848.000/€14.330.000 = 20%). De ontwikkeling van de vermogenspositie op 31 december 2010 is voldoende om dit risico af te dekken. Daarbij kan worden geconstateerd dat de kengetallen zoals vastgesteld door het bestuur op langere termijn houvast geven om keuzes te maken die verantwoord zijn voor de stichting. Gewenste investeringen kunnen in het meerjaren perspectief worden beoordeeld. Consequenties voor het gevoerde beleid in 2010

De grote overschrijding van het budget personeel in 2009 heeft er toe geleid dat het bestuur de doelstelling heeft geformuleerd om meer "In controle" te komen. De algemeen directeur heeft met het Management Overleg gedurende 2010 een plan ontwikkeld om de personele lasten op middellange termijn binnen de meerjarenbegroting te brengen. Als gevolg hiervan is in maart 2010 een aantal acties uitgezet om op de korte termijn resultaten te boeken die voorwaardelijk zijn om de middellange termijn doelen te realiseren. Deze acties zijn in de nota "Formatie en Financiën" verwoord. Een vacaturestop die per direct (maart 2010) is ingesteld is de belangrijkste actie. Vacatures die daarna ontstonden zijn ingevuld door personeel over diverse scholen te verdelen. Om de continditeit van het primaire proces te waarborgen heeft het bestuur wel ingestemd met een verantwoorde overschrijding van het budget personeel in 2010. Ten tijde van de formatieplanning (april 2010) is besloten om een aantal "projectaanstellingen" te realiseren om de bezetting van de groepen mogelijk te maken en in onderwijskwaliteit te kunnen blijven investeren. Dit beleid heeft er mede toe geleid dat er een situatie is ontstaan waarbij gedwongen ontslagen konden worden voorkomen. Daar waar dit beleid tot reorganisatie van onderdelen van de stichting leidt zal dit worden voorgelegd aan de GMR en de bonden. De verwachting is dat er begin 2011 overeenstemming is over de kaders waarbinnen de formatieplanning voor het schooljaar 2011-2012 "sluitend" kan worden gerealiseerd.

10

Naast genoemde extra uitgaven voor personeel is door het bestuur aangegeven dat noodzakelijke extra uitgaven voor huisvesting en investeringen in methodes doorgang kunnen vinden. Het bestuur heeft daarom in 2010 ingestemd met een investedngsbegroting en een aantal kosten die ten laste van de reserve zullen worden gebracht om deze doelen te realiseren. Niet al deze voornemens zijn in 2010 uitgevoerd. Daar waar noodzakelijk zal dit in 2011 gebeuren. De maatregelen die zijn genomen in de loop van 2010 hebben er toe geleid dat de lasten en de baten nagenoeg geheel in balans zijn gekomen. Resultaatontwikkeling in 2010

Algemeen In 2010 heeft OPO-Rivierenland een resultaat gerealiseerd van € 117.000 negatief. Er was een resultaat begroot van € 15.000 positief. De voorgenomen inzet van extra "projectpersoneel" was voor het schooljaar 2010/2011 € 402.000, wat neerkomt op een extra budget voor personeel voor 2010 van 5/12 x € 410.000 = € 167.500. De voorgenomen uitgaven voor extra onderhoud op gebied van huisvesting was € 220.000 en de investeringen van de scholen, € 300.000 maakten samen een extra budget van € 687.500. Van de voorgenomen uitgaven is € 650.000 gerealiseerd. Het resultaat wijst uit dat een aanzienlijk deel van de extra voorgenomen bestedingen uit de lopende begroting mogelijk is gebleken. Feitelijk kan worden gesteld dat de organisatie € 650.000 - € 117.000 - € 15.000 = € 518.000 als normaal exploitatieresultaat laat zien. Baten en Lasten De baten zijn € 311.000 hoger dan begroot (€14.330.000 - €14.019.000) dit wordt vooral veroorzaakt doordat de overige vergoedingen die niet structureel zijn, bv van de gemeentes, niet in de begroting zijn opgenomen. De lasten zijn € 450.000 hoger dan begroot omdat de activiteiten die worden uitgevoerd en worden vergoed uit de overige bijdragen wel worden uitgevoerd op het moment dat gedurende het boekjaar blijkt dat de overige baten worden ontvangen. Daarbij komt dat er reeds in de formatiefase van schooljaar 2010/2011, zoals eerder vermeld, was besloten tot het in dienst houden van extra "projectpersoneel" De problematiek van de huisvestingskosten heeft een structureel karakter, kosten van energie, schoonmaak en onderhoud blijkt jaarlijks hoger te zijn dan begroot. Op schoolniveau blijken de kosten van leermiddelen steeds lager uit te vallen dan begroot. Dit verschil compenseert de overschrijding op huisvesting maar is een ongewenste ontwikkeling. Het bestuur wil er op aansturen dat noodzakelijke uitgaven op het gebied van leermiddelen worden gedaan zoals begroot en niet door de noodzaak om in het algemeen te bezuinigen, als sluitpost gaan gelden. Mogelijkerwijs zal in 2011 de begroting 2011 aan moeten worden gepast op grond van de constateringen uit deze jaarrekening 2010.

11

2 Financieel 2.1 Beleid Het financieel beleid is erop gericht een gezonde financide positie te bewerkstelligen. Dit is een belangrijke voorwaarde om de continuiteit van de organisatie te waarborgen en optimale randvoorwaarden te credren voor de missie en doelstellingen van de stichting. Stichting OPOR bezit een gezonde financi6le positie. In het financieel beleid wordt als uitgangspunt gehanteerd dat op centraal niveau voldoende afdekking plaatsvindt van mogelijke risico's. Jaarlijks wordt de begroting opgesteld in overleg met de directeuren. Daarnaast is in 2010 een meerjaren personele en materide begroting opgesteld. Er is in 2009 gewerkt aan een systeem om passende tussentijdse rapportages te leveren zodat het bestuur de exploitatie kan bewaken. Het streven is erop gericht om periodiek personele rapportages waarin de realisatie personele lasten en de inzet van personeel is te zien op te stellen. Per kwartaal wordt het dan mogelijk een inschatting van de personele lasten te maken. Dit systeem is in 2010 operationeel geworden.

12

2.2 Kengetallen De financidle kengetallen en streefwaarden zoals door het bestuur van Stichting OPO-Rivierenland vastgesteld staan hieronder weergegeven. 31-12-2010

Kengetal

Definitie

Solvabiliteit

Eigen vermogen (ex.voorz.) x 100 Balanstotaal

31-12-2009

Streef waarde OPOR

56,12 %

59,20 %

> 30%

2,65

2,23

0,5-1,5

x 100

- 0,81 %

- 3,04 %

0-5%

Weerstandsvermogen

Eigeri vermogen -/- MVA Totale rijksbijdrage x 100

12,14 %

12,79 %

> 10%

Kapitalisatiefactor

Totale activa -/- gebouwen Totale baten

35,42 %

35,17 %

25-35°A

%

Liquiditeit

Vlottende activa Kortlopende schulden

Rentabiliteit

Netto resultaat Totale baten %

%

%

x 100

Bij de solvabiliteit gaat het erom in hoeverre een bevoegd gezag op lange termijn, ook in tijden van tegenspoed, aan haar verplichtingen kan voldoen. Dit blijkt uit de verhouding tussen eigen vermogen en het totaal van de passiva. Absolute normen voor solvabiliteit zijn moeilijk te geven. Beoordeling van het eigen vermogen kan niet los worden gezien van de beoordeling van de hoogte van de voorzieningen. Immers, wanneer die niet toereikend zijn om de toekomstige verplichtingen te dekken, zal aanvulling vanuit het eigen vermogen moeten plaatsvinden. Om een gezonde financidle positie te bewerkstelligen wordt voor het primair onderwijs een ondergrens van 25% aanbevolen. Hier voldoet stichting OPOR nog steeds aan, ondanks het negatieve resultaat in 2009 ligt dit kengetal ruim boven de signaleringsgrens. Bij liquiditeit gaat het erom of het bevoegd gezag in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. Dit blijkt uit de verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden. Voor een goede liquiditeit moet dit getal minimaal boven de 1 liggen, omdat er geen andere activa zijn die op korte termijn in geld kunnen worden omgezet. De liquiditeit van de stichting is ruim voldoende. Als indicator is de rentabiliteit een waardevol trendgegeven. Te grote positieve verschillen roepen vragen op inzake het bestedingspatroon. Negatieve verschillen duiden op een te ruim financieel management, met mogelijke consequenties in de komende jaren. Het weerstandsvermogen geeft een indicatie van het risicomanagement voor de stichting. Bekeken wordt in hoeverre de stichting zich een tekort kan permitteren in relatie tot de opgebouwde reserves. Het is van belang waartoe reserves worden aangehouden of - bij negatieve stand waardoor een negatieve stand wordt veroorzaakt. Te hoge reserves duiden op "spaargedrag", te lage reserves kunnen duiden op zorgeloos financieel management. Negatieve reserves kunnen consequenties hebben voor de continuIteit. De meerjarige trend als indicator is belangrijk. Door de commissie Don is aanbevolen om dit kengetal te vervangen door de kapitalisatiefactor. De kapitalisatiefactor is de verhouding van het genvesteerd vermogen tot de gerealiseerde baten. Hierbij wordt het totaal van de debetzijde van de balans (minus de geactiveerde gebouwen) gedeeld door de totale baten. Nieuw is dat men in eerste instantie uitgaat van de kapitaalbehoefte en daarna wordt er gekeken naar de bepaling van de vermogensbehoefte, oftewel men kijkt in eerste instantie naar de debetzijde van de balans en niet naar de samenstelling van het vermogen (creditzijde van de balans).

13

Een hoge kapitalisatiefactor kan duiden op overkapitalisatie (spaargedrag) en een te lage kapitalisatiefactor kan duiden op een mogelijk te kort aan baten of een te lage waardering van de vaste activa. De signaleringsgrens / ondergrens voor de kapitalisatiefactor is voor stichting OPOR 25 procent. Het werkelijke percentage ligt ruim boven de signaleringsgrens. De solvabiliteit en de liquiditeit geven per 31 december 2010 een gezond beeld. De rentabiliteit ligt ruim onder de signaleringsgrens. De kapitalisatiefactor is lager dan de bovengrens die de commissie DON heeft vast gesteld.

2.3 Resultaatontwikkeling 2010 t.o.v. 2009

Baten

De totale baten zijn € 89.000 hoger dan in 2009. Onderstaand worden per categorie de afwijkingen toegelicht. Rijksbijdragen Ministerie van OCW

De rijksbijdragen zijn nagenoeg gelijk gebleven. Indexering heeft niet plaatsgevonden. Overige overheidsbijdrage en

-

subsidies

De subsidie WE is met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2010 beschikbaar gesteld. In 2010 zijn er meer baten van het Samenwerkingsverband ontvangen. Overige baten

De overige baten zijn t.o.v. 2009 met € 93.641 gedaald. In 2009 zijn er meer incidentele baten ontvangen.

Lasten

De totale lasten zijn met € 356.000 gedaald ten opzichte van 2009. Onderstaand worden per categorie de afwijkingen toegelicht. Personeelslasten

De personeelslasten zijn in totaal € 387.000 minder dan in 2009. De sociale- en pensioenlasten laten een sterke afwijking ten opzichte van 2009 zien. Voorheen werden verschillende berekeningswijzen van deze lasten gehanteerd binnen de drie rechtsvoorgangers. Er heeft in 2010 een rubricering plaatsgevonden waarbij eenzelfde systematiek is gehanteerd. In 2011 wordt dezelfde systematiek gehandhaafd waardoor er een betere vergelijking te maken is. De daling van de personele lasten van € 387.000 wordt veroorzaakt door het gevoerde personeelsbeleid. Ontstane vacatures zijn niet ingevuld. Door herverdeling van personeel en een groter gemiddeld aantal kinderen per klas is deze bezuiniging mogelijk gebleken. Hierdoor is een loonkostendaling gerealiseerd. De uitkering van het vervangingsfonds is lager dan in 2009. Dit wordt veroorzaakt doordat het ziekteverzuim is gedaald waardoor er ook geen malus is opgelegd.

14

Afschrijvingskosten In het boekjaar 2009 zijn de afschrijvingslasten hoger door eenmalig her rubricering van de afschrijvingstermijnen. Er zijn minder investeringen gedaan dan verwacht in 2010. Er is dit jaar minder in leermiddelen geInvesteerd.

Huisvestingslasten De huisvestingslasten zijn € 113.343 hoger. De voornaamste oorzaak van deze stijging is het actualiseren van het onderhoudsplan. Hierdoor is er een extra dotatie aan de voorziening onderhoud gedaan. Zonder deze dotatie zouden de huisvestingslasten zijn gedaald.

Financidle baten en lasten 2010 is een moeilijk jaar voor de financidle markt. (kredietcrisis) Rentepercentages dalen, waardevermindering van de beleggingen. Ook voor Stichting OPO-Rivierenland is dit merkbaar. Het resultaat van 2009 is voor 2010 niet te realiseren.

15

2.4 Extra uitgaven in 2010

C

C Personeel

402.000

Investering materieel

425.000 25.000 62.000

Projecten scholen Tiel Projecten scholen C'borg

100.000 100.000

Huisvesting Tiel Huisvesting C'borg

1.114.000

Totaal

2.5 Begroting 2011

Baten

Rijksbijdrage OCW Overige overheidsbijdrage Lasten

Personele lasten Afschrijvingslasten Huisvestingslasten Dotatie onderhoudsvoorziening Kosten OLP Overige kosten Kosten ABB

C

c

12.638.568 914.000

13.552.568

11.466.283 350.000 575.000 175.000 350.000 400.000 250.000 13.566.283 24.000 10.285

Financidle baten rP r,(46,, Resultaat

2.6 Treasuryverslag Treasurymanagement In 2010 heeft de stichting een treasurystatuut opgesteld dit zal in het voorjaar van 2011 door het bestuur worden vastgesteld. (19 april 2011) In 2010 is het beleid van de stichting, vooruitlopend op dit treasurystatuut erop gericht risicomijdend te beleggen. De afweging wordt meegenomen in de productkeuze naar aard, looptijd en beschikbaarheid voor middelen. Zo is er voor gekozen een deel van de reserve middelen op een deposito te plaatsen. Hierdoor ontvangt de stichting een hoger rendement dan op de R/C-rekening.

16

2.7 Ontwikkelingen in de toekomst Personeel: De aangekondigde bezuinigen in het PO en de te verwachten regionale daling van leerlingen in het PO hebben ertoe geleid dat het bestuur een reorganisatie heeft aangekondigd. Het reorganisatieplan zal ondermeer voorzien in een nieuwe verdeling van formatie over de scholen waarmee zoveel als mogelijk kwalitatief goed onderwijs en werkgelegenheid kan worden gegarandeerd. Huisvesting: In de toekomst zal het bestuur meer kosten moeten maken om achterstallig onderhoud weg te werken dan in het meerjarenonderhoudsplan is voorzien. Hiertoe zullen jaarlijks de extra groot onderhoudskosten die ten laste komen van de reserve worden begroot. De kosten voor energie, schoonmaak en alarm/ beveiliging vallen structureel hoger uit dan begroot. Het bestuur stelt zich voor om in 2011 tussentijds de begroting aan te passen zodat de huisvestingslasten binnen de begroting zijn te dragen. ICT: Investeringen in ICT hardware zijn in zoverre gedaan dat kan worden gesteld dat de onderwijsruimte aan de eisen voldoen. Er zijn voldoende PC's en digitale borden voorhanden. In de toekomst zal moeten worden genvesteerd in moderne methodes waarbij het gebruik van ICT en multimedia is ingepast. Hiervoor zal het bestuur gericht aandacht vragen. Leermiddelen: De scholen geven structureel minder uit aan leermiddelen dan op stichtingsniveau is begroot. Er zal in de toekomst door het bestuur in de begrotingsfase op worden aangestuurd niet op leermiddelen te bezuinigen. Mogelijkerwijs zal de discussie moeten worden gevoerd over de verdeling van middelen voor personeel en exploitatie (85%-15%). Dit om voldoende budget te kunnen vrijmaken om de leermiddelen in de scholen minimaal op een aanvaardbaar peil te houden.

17

Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland te Tiel

FINANCIELE POSITIE

Ter verkrijging van een inzicht in de financidle positie van het schoolbestuur dienen de navolgende overzichten. Deze zijn gebaseerd op de gegevens uit de jaarrekening. Ter analyse van de financidle positie dient de volgencie opstelling, welke is gebaseerd op de gegevens uit de balans:

31-12-2010

31-12-2009

x € 1.000

x € 1.000

ACTIVA

Materiele vaste activa Financiele vaste activa Vorderingen Effecten Liquide middelen

1.276

25,2

1.308 663 1.055

26,1. 13,2 21,1

940 1.373 1.487

18,5 27,1 29,2

1.983

39,6

5.076

100,0

5.009

100,0

2.848 791 1.437

56,1 15,6 28,3

2.965 682 1.362

59,2 13,6 27,2

5.076

100,0

5.009

100,0

PASSIVA

Eigen vermogen Voorzieningen Kortlopende schulden

- 18 -


RESULTAAT Het nettoresultaat over 2010 bedraagt negatief € 117.000 tegenover negatief € 437.000 in 2009. Het nettoresultaat over 2010 kan als volgt worden samengevat: Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

x € 1.000

x € 1.000

x € 1.000

Baten Rijksbijdragen Ministerie van OCW Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten

12.950 1.233 147

14.019

Totaal baten

14.330

14.019

14.241

Personeeislasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

12.113 291 1.112

11.892 274

12.500 340

935

804 1.033

999 968

Totaal lasten

14.451

14.003

14.807

-121

16

-566

4

-1

129

-117

15

-437

12.957 1.045 239

Lasten

Saldo baten en lasten Saida financidle baten en lasten Nettoresultaat

- 19 -


KENGETALLEN

2010 2009 ljquiditeit 2,65 2,23 (Vlottende activa/kortlopende schulden) De liquiditeit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. De liquiditeitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname. Solvabiliteit 1 56,12 59,20 (eigen vermogen (excl. voorzieningen) / totaal passiva * 100%) De solvabiliteit geeft de mate aan waarin het bestuur in staat is op langere termijn aan haar verplichtingen (rente en aflossing) te voldoen. De solvabiliteitspositie geeft de toestand op 31 december weer; er is dus sprake van een momentopname.

Solvabiliteit 2 (eigen vermogen (incl. voorzieningen)/ totaal passiva * 100%)

71,70 72,82

Rentabiliteit (netto-resultaat / totale baten * 100%)

-0,81 -3,04

De rentabiliteit geeft aan hoe effectief met de opbrengsten wordt omgegaan. Bij dit kengetal wordt gekeken naar de verhouding tussen het netto-resultaat en de totale opbrengsten.

Weerstandsvermogen (Eigen vermogen - Materi6le vaste activa) / Rijksbijdragen * 100%)

12,14 12,79

Het weerstandsvermogen geeft aan hoe de beschikbare reserves zich verhouden tot de exploitatie. Naarmate de reserves groter zijn zal het weerstandsvermogen groter zijn.

Personeelslasten / totale lasten

83,78 84,41

Materi6le fasten / totale lasten

16,22 15,59

Kapitalisatiefactor De kapitalisatiefactor wordt gehanteerd om te signaleren of een onderwijsinstelling zijn kapitaal al dan niet efficient benut. (Totaal vermogen - gebouwen en terreinen) / Totale baten * 100%)

- 20 -

35,39 34,85


GRONDSLAGEN ALGEMEEN

De in de jaarrekening opgenomen bedragen luiden in hele euro's. De algemene grondslag voor de waardering van active en passive, alsmede voor het bepalen van het resultaat, is de verkrijgingsprijs. Voor zover niet anders vermeld, worden active en passive opgenomen voor de nominale waarde. Voor zover van toepassing zijn ter vergelijking de realisatiecijfers opgenomen van het voorgaande jaar, alsmede de cijfers van de meest recente, vastgestelde versie van de begroting van het verantwoordingsjaar. STELSELWDZIGING

In de jaarrekening 2010 is op grond van de ministeriele regeling van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 september 2010, nr. WJZ-237131 een stelselwijziging doorgevoerd. Op grond van deze ministeriele regeling dient met ingang van 2010 de voorziening Bapo vrij te vallen ten gunste van het eigen vermogen en dienen de Bapo kosten als periodelasten verwerkt te worden. Omwille van de vergelijkbaarheid van de jaarcijfers 2009 en 2010 zijn de vergelijkende cijfers over 2009 aangepast in de jaarrekening. Als gevolg van de stelseiwijziging is het resultaat over 2009 € 69.995 lager dan de vastgestelde jaarrekening 2009. De verwerking van de stelselwijziging is berekend per 31 december 2009. In de vastgestelde jaarrekening 2009 bedroeg het eigen vermogen € 2.748.548,-. Als gevolg van de stelselwijziging is het eigen vermogen toegenomen met € 216.494,-doordat de voorziening Bapo vrij is gevallen ten gunste van het eigen vermogen.

GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA

Materidle vaste activa

De materiele vaste active worden gewaardeerd op aanschafwaarde, verminderd met lineair berekende afschrijvingen, gebaseerd op de verwachte economische levensduur. In het jaar van investeren wordt naar tijdsgelang afgeschreven. Investeringen boven de € 500 (exclusief omzetbelasting) worden geactiveerd. Verkregen investeringssubsidies worden niet verrekend met de materidle vaste active, maar worden als vooruitontvangen investeringssubsidie als kortlopende schuld gepresenteerd. Financidle vaste activa

De effecten (beleggingsportefeuille) worden gewaardeerd tegen reele waarde. Vorderingen

De vorderingen worden opgenomen tegen nominale waarde, voor zover noodzakelijk onder aftrek van een voorziening voor het risico van oninbaarheid.

- 21 -


Effecten

De effecten worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere beurswaarde. Liquide middelen

De liquide middelen staan, voor zover niet anders vermeld in de toelichting op de balans, ter vrije beschikking van het bestuur en worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene reserve

De algemene reserve betreft een buffer ter waarborging van de continuIteit van het bevoegd gezag en wordt opgebouwd uit resultaatbestemming van overschotten welke ontstaan uit het verschil tussen de toegerekende baten en werkelijk gemaakte lasten. In geval van een tekort wordt dit resultaat ten laste van de algemene reserve gebracht. Reserves worden geacht uit publieke middelen te zijn opgebouwd ten zij expliciet anders is vermeld in de toelichting op de balans. Voorzieningen

De voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare verplichtingen die op balansdatum bestaan en waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijke is, waarvan de hoogte redelijkerwijs geschat kan worden en voor zover deze verplichtingen en risico's niet op activa in mindering zijn gebracht. Eveneens worden voorzieningen gevormd voor verliezen die naar waarschijrilijkheid in de toekomst zullen worden geboekt maar die voortkomen uit risico's die op balansdatum aanwezig zijn. Voorzieningen kunnen worden gevormd ter egalisatie van kosten waarbij een deel van de in de toekomst te verwachten uitgaven zijn oorsprong heeft voor balansdatum Kortlopende schulden

De kortlopende schulden hebben een verwachte looptijd van maximaal één jaar. GRONDSLAGEN VOOR DE RESULTAATBEPALING

Algemeen

Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en alle hiermee verbonden, aan het verslagjaar toe te rekenen lasten. De baten en lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop deze betrekking hebben. Rijksbijdragen OCW

Onder de Rijksbijdragen OCW worden de vergoedingen voor de exploitatie opgenomen verstrekt door het Ministerie OCW. De Rijksbijdragen worden toegerekend aan het verslagjaar. Overige overheidsbijdragen

Onder de overige overheidsbijdragen worden de vergoedingen opgenomen verstrekt door gemeente of provincie. De overige overheidsbijdragen worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben.

- 22 -


Overige baten

Onder de overige baten worden de vergoedingen opgenomen die niet verstrekt zijn door het Ministerie van OCW, gemeenten, provicie of andere overheidsinstellingen. De overige baten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Personele lasten

Onder de personele lasten worden de lasten opgenomen van de personeeisleden die in dienst zijn van de rechtspersoon, alsmede de overige personele lasten die betrekking hebben op o.a. het inhuren van extra personeel, scholingskosten, bedrijfsgezondheidszorg. Afschrijvingen

De afschrijvingen zijn gerelateerd aan de aanschafwaarde van de desbetreffende materidle vaste activa. In het jaar van investering wordt nu naar tijdsgelang afgeschreven. Actief 5 - 20 12,5

Inventaris Leermiddelen (PO) Huisvestingslasten

Onder de huisvestingslasten worden de uitgaven voor huisvesting opgenomen. De lasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben. Overige lasten

De overige lasten hebben betrekking op uitgaven die voortvloeien uit aangegane afspraken dan wel noodzakelijk zijn voor het geven van onderwijs en worden toegerekend aan het verslagjaar waarop ze betrekking hebben.

Financieel resultaat

De rentebaten en -lasten betreffen de op de verslagperiode betrekking hebbende renteopbrengsten en lasten van uitgegeven en ontvangen leningen.

- 23 -

Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland te Tlel

BALANS PER 31 DECEMBER 2010

31 december 2010

31 december 2009

€

€ ACTIVA Vaste active Materkile vaste active

(1)

1.000.271 307.952

987.519 288.887

Inventaris en apparatuur Leermiddelen

1.308.223

1.276.406 (2)

Financhile vaste active

663.141

Obligaties

1.971.364

1.276.406 Vlottende active (3)

Vorderingen

2.399 658.159 134.136 260.498

940 668.867

Deblteuren Ministerie van OCW Overlge vorderingen Overlopende active

270.156 939.963

Effecten Liquide middelen

GIBO R Gewaann

1.055.192

(4)

1.372.957

(5)

1.486.278

1.982.082

3.799.198

3.037.274

5.075.604

5.008.638

seountants I3.V. bulage waarop onze faring cl,d.

4 JUN 2011 mede betrekking heeft.

-

24

-

31 december 2010

31 december 2009

€

PASSIVA Eigen vermogen (publiek)

(6)

2.848413

Elgen Vermogen Voorzieningen

2.965.042

(7)

296.744 385.737

409.188 381.707

Voorziening onderhoud Personele voorzieningen

682.481

790.895 Kortlopende schulden

(8)

Crediteuren Mlnisterie van OCW Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake van pensloenen Overige kortlopende schulden Overlopende passive

GIBO

Gewa

189.533 36.327

138.956 34.102

465.955 151.679 91.486 501.316

405.609 164.354 101.265 516.829

B V s mccoumants Milage waarop.oa

&hiring cl.d.

. ze

4 JUN 2011 mede betrekking heeft.

- 25 -

1.436.296

1.361.115

5.075.604

5.008.638


STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010

Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009 €

Ratan Rijksbijdragen Ministerie van OCW Overige overheidsbijdragen en -subsidies Overige baten

12.949.568 1.233.075 147.112

14.018.761 -

12.957.282 1.045.495 238.553

Totaal baten

14.329.755

14.018.761

14.241.330

Personeelsiasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige lasten

12.112.544 291.045 1.112.164 934.698

11.892.147 274.122 804.262 1.032.847

12.500.321 340.040 998.821 968.156

Totaal lasten

14.450.451

14.003.378

14.807.338

-120.696

15.383

-566.008

4.067

-670

128.669

Resultaat

-116.629

14.713

-437.339

Nettoresultaat

-116.629

14.713

-437.339

Lasten

Saldo baten en lasten Financitile baten en lasten

GIBO ccountants B.V. Gewa bijlage waarop onze artng d,d,

JUN 2011 ede betrekking heeft,

- 26 -


KASSTROOMOVERZICHT 2010

Het onderstaande kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Hierbij wordt het saldo baten en lasten als uitgangspunt genomen, waarop vervolgens correcties worden aangebracht voor verschillen tussen opbrengsten en ontvangsten en kosten en uitgaven. 2009

2010

€

€

€

€ Kasstroom uit bedrijfsoperaties

Saldo baten en lasten Aanpassingen voor: - Afschrijvingen - Mutaties voorzieningen Veranderingen in vlottende middelen - Vorderingen - Schulden

-121

-566

291 108

340 -264

115 76

-53 -157

469

-700 130 -1

11 -7

Ontvangen interest Betaalde interest

129

4 Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Investeringen in materidle vaste activa Overige investeringen financidle vaste activa

-305 -663

-259 -710

-968

-969 Kasstroom uit financieringsactiviteiten

286

Correctie ivm stelselwijzinging BAPO

Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen

-1.253

-496

Mutatie liquide middelen

3.235 -1.253

1.982 -496 1.486

Eindstand liquide middelen

- 27 -

1.982


TOELICHTING BEHORENDE TOT DE BALANS PER 31 DECEMBER 2010

ACTIVA

VASTE ACTIVA

31-12-2010 31-12-2009 € € 1. Materidle vaste activa

987.519 288.887

1.000.271 307.952

1.276.406

1.308.223

Inventaris en apparatuur Leermiddelen Totaal materidle vaste activa

Afschrijvingen 2010

Aanschafprijs 31-122010

Cum. afschrijvingen 31-122010

Boekwaarde 31-122010

C

C

C

C

4anschafprijs t/m 2009

Cum. afschrijvingen t/ m 2009

Boekwaarde 31-122009

Investeringen 2010

Desinvesteringen 2010

C

€

C

C

C

1.177.282

1.000.271

185.775

198.527

2.363.328

1.375.809

987.519

714.979

307.952

73.453

- 92.518

1.096.384

807.497

288.887

1.892.261

1.308.223

259.228

- 291.045

3.459.712

2.183.306

1.276.406

Inventaris 2.177.553 Leermiddelen 1.022.931 TotaaB.200.484

Afschnjvingspercentages

%

0 5 - 20 12,5

Terreinen Inventaris Leermiddelen (PO)

- 28 -


31-12-2010 31-12-2009 C

C

2. Financidle vaste activa 663.141

BNG OSG Liq.fonds

VLOTTENDE ACTIVA 31-12-2010

31-12-2009

C

C

3. Vorderingen 940 668.867

Debiteuren Ministerie van OCW

2.399

658.159

Overige vorderingen 134.136

Gemeentelijke huisvesting gemeente

Overige overlopende activa 31.334 30.000 41.577 42.361

Vooruitbetaalde kosten Gemeente Culemborg Rente Samenwerkingsverband Gem vergoeding zwemvervoer Gem vergoeding De Roode

26.900 71.001 4.671 59.258

Excellentiesubsidie Vervangingsfonds Diversen

53.725 3.260 51.341

63.817

Totaal overlopende activa

270.156

260.498

Totaal vorderingen

939.963

1.055.192

4. Effecten korte termijn 641.405 731.552

BNG OSG Liq. fonds BNG Kapitaalmarktselect

1.372.957 1.372.957

- 29 -

19.409 22.116 9.884 -


31-12-2010

31-12-2009

€

€

5. Liquide middelen Schoolbanken Rekening courant (betaalrekeningen) Deposito's

172.793

Kas Gelden onderweg

309.843 1.003.520 122 -

Totaal liquide middelen

1.486.278

- 30 -

140.182 105.883 1.735.023 494 500 1.982.082


PASSIVA 31-12-2010 31-12-2009 € € 6. Eigen vermogen (publiek) Algemene reserve Bestemmingsreserves

2.516.117 332.296

2.516.117

Totaal eigen vermogen

2.848.413

2.965.042

Stand per 01-01-2009

Algemene reserve (publiek) Bestemmingsreserves (publiek) Overige bestemmingsreserves

Overige Resultaat mutaties

2.516.117 448.925

448.925


2.516.117 -116.629 -

332.296

Totaal eigen vermogen

2.965.042

-116.629

2.848.413

Totaal Eigen vermogen

2.965.042

-116.629

2.848.413 31-12-2010 31-12-2009

€ € 7. Voorzieningen Voorziening onderhoud Personele voorzieningen

- 31 -

409.188 381.707

296.744 385.737

790.895

682.481



Dotaties 2010

Onttrekkingen 2010

Vrijval 2010


C

C

C

C

C

Voorziening onderhoud

296.744

370.000

257.556

Personele voorzieningen Voorziening Jubilea Voorziening Spaarverlof

165.027 220.710

207 24.496

11.414 10.668

6.651

153.820 227.887

385.737

24.703

22.082

6.651

381.707

682.481

394.703

279.638

6.651

790.895

Totaal voorzieningen

409.188

31-12-2010

31-12-2009

€

€

189.533

138.956

36.327

34.102

Loonbelasting en premies sociale verzekeringen

465.955

405.609

Schulden terzake van pensioenen

151.679

164.354

3.283 17.289 70.914

2.381 19.489 64.371 6.319 8.705

91.486

101.265

376.917 33.182 16.622 46.423 28.172

329.289 35.222 9.000 13.172 47.565 19.333 63.248

501.316

516.829

1.436.296

1.361.115

8. Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCW

Overige kortlopende schulden Nog te betalen netto lonen Vooruit ontvangen investeringssubsidie Nog te verrekenen ZW-gelden Nog te verrekenen WAO-gelden Nog te besteden doelsubsidies gemeenten

Overlopende passiva Vakantiegeld reservering Nog te besteden doelsubsidies OCW (geoormerkt) Nog te besteden doelsubsidies OCW (niet-geoormerkt) Vooruitontvangen bedragen Gemeente Culemborg (exploitatiekosten Distelvlinder) Nog te betalen WF premie Nog te betalen kosten (diversen)

Totaal kortlopende schulden

-

32

-


NIET UIT DE BALANS BLIMENDE VERPLICHTINGEN Meerjarige financidle verplichtingen

Huurovereenkomst Dit betreft een huurovereenkomst voor kantoorruimte aan de W.I. Bladergroenstraat 1, le verdieping te Tiel. De huurverplichting bedraagt € 1.4313,85 per maand (incl.servicekosten). De huurovereenkomst is aangegaan voor een duur van 4 jaar, ingaande op 1 augustus 2009 en lopende tot en met 31 augustus 2013.

Kopieerapparatuur Binnen de Stichting OPO Rivierenland zijn met verschillende leveranciers van kopieerapparatuur een huurovereenkomst afgesloten: De Wissel is een huurovereenkomst met Ricoh Nederland BV aangegaan voor de duur van 60 maanden, ingaande op 1 augustus 2007 en lopende tot en met 31-12-2011. Voor de locaties in Tiel is een huurovereenkomst met de ISO Groep aangegaan voor de duur van 72 maanden, ingaande in 2008 en lopende tot en met 2014. Voor de locaties in Culemborg is een huurovereenkomst met Kompro BV aangegaan voor de duur van 51 maanden, ingaande 1 januari 2011

- 33 -


OVERZICHT VERBONDEN PARTIMN

Er zijn geen verbonden partijen.

- 34 -


TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010 Baten Realisatie 2010

Begroting 2010

€

€

Realisatie 2009

Rijksbijdragen Ministerie van OCW Rijksbijdrage Ministerie van OCW Geoormerkte subsidies Ministerie van OCW Niet-geoormerkte subsidies Ministerie van OCW

12.337.264 39.578

Totaal Rijksbijdragen Ministerie van OCW

12.949.568

14.018.761

12.627.671 63.345 266.266

572.726 14.018.761

12.957.282

Overige overheidsbijdragen en - subsidies 270.100 962.975

208.312 837.183

1.233.075

1.045.495

Overige

6.000 31.453 109.659

10.292 32.498 195.763

Totaal overige baten

147.112

238.553

Gemeentelijke bijdragen en subsidies Overige overheidsbijdragen Totaal overige overheidsbijdragen

Overige baten Vergoeding salariskosten Verhuuropbrengsten

Lasten Personeeislasten

1.139.070

11.032.000 -

10.593.214 1.244.009 783.292

12.310.283

11.032.000

12.620.515

230.000 83.000 547.147

26.085 169.893

Overige

18.052 83.143 410.752

489.245

Totaal overige personele lasten

511.947

860.147

685.223

9.277.074 1.894.139

Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten

Dotatie personele voorzieningen Uitzendkrachten, declaranten, e.d.

-805.417

-709.686

Af: Uitkeringen (1-)

12.112.544

Totale personeelslasten

- 35 -

11.892.147

12.500.321


Uitsplitsing personeel naar fte 2010 2009

173 26

18 176 26

216

220

17

Directie Onderwijzend personeel 00P

Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

€

€

€

133.055 65.472

165.660 62.529

92.518

102.528 43.013 3.500 125.081

291.045

274.122

340.040

47.028 370.000 54.740 217.291 333.998 36.222

66.302 150.000 55.801

67.341 120.518 76.075

176.481 287.028 38.214

275.447 325.116 46.132

1.059.279

773.826

910.629

Tuinonderhoud Bewaking / beveiliging Overige huisvestingslasten

8.885 27.593 16.407

12.329 4.665 13.442

17.590 19.697 50.905

Totaal overige huisvestingslasten

52.885

30.436

88.192

1.112.164

804.262

998.821

Afschrijvingen Inventaris en apparatuur Meubilair Overige materidle vaste activa Leermiddelen Totaal afschrijvingen

111.851

Huisvestingslasten Huur Dotatie onderhoudsvoorziening Onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen

Totaal huisvestingslasten

-

36

-


Realisatie 2010

Begroting 2010

Realisatie 2009

€

€

€

Overige lasten 9.355

17.004 10.249 33.232

Overige administratie en beheer

11.156 33.823 223.071

6.750 31.890 195.720

227.195

Totaal administratie- en beheerslasten

277.405

234.360

287.680

Inventaris Apparatuur Bibliotheek / mediatheek Reproductiekosten Leermiddelen Overige inventaris, apparatuur en leermiddelen

8.852 56.432 7.138 86.204 223.700 92.047

11.850 112.500 8.750 85.632 201.250 19.500

21.326 5.579 76.988 242.925 112.306

Totaal inventaris, apparatuur en leermiddelen

474.373

439.482

470.777

5.267 4.827 1.111 1.710 15.772

4.820 4.550

19.501 1.097

2.200 1.890 13.650

1.875 6.426

Medezeggenschapsraad Verzekeringen Overige lasten

5.790 9.168 139.275

9.835 770 321.290

14.865 5.403 4.050 156.482

Totaal overige lasten

182.920

359.005

209.699

Totaal overige lasten

934.698

1.032.847

968.156

Administratie en beheer Accountantskosten Telefoon- en portokosten e.d.

Representatiekosten Kantinekosten Excursies / werkweek Buitenschoolse activiteiten Contributies

11.653

Onder de administratie- en beheerlasten zijn de kosten voor de accountantscontrole verantwoord. Het honorarium voor de controle van de jaarrekening en de bekostigingscontrole bedragen voor 2010 € 6.850, 00 (exclusief BTW). Voor de controle van 2009 is € 10.800,00 (exclusief BTW) in rekening gebracht. Dit is inclusief meerwerk. Financidle baten en lasten Financiele baten Rentebaten Rente spaarrekening Overige financidle baten

3.013 8.512

-

29.979

-

-

-

25.843 73.899

11.525

129.721

Financitile lasten Overige financiele lasten

7.458

670

1.052

Saldo financidle baten en lasten

4.067

-670

128.669

- 37 -

-

-


OVERZICHT GEOORMERKTE DOELSUBSIDIES OCW Specificatie overlopende passiva Besteed Besteed t.b.v. t.b.v. Te Ken- Totaal bedrag Ontvangen Saldo 31-12- Ontvangen exploitatie investering- verrekenen merk Datum toewijzing 2009 Besteed 2009 2009 2010 2010 en 2010 2010 Geoormerkt en aflopend op 31-122010 Scholing overblijfmedewerkers 08/09 Stimuleringsregeling VSE 08/09 Passend Onderwijs 2009 Cursus Overblijfmedew. 09/10 Subtotaal

- - -

- 5.000 761 4.239 - 55.292 30.503 24.789 - 20.000 - 20.000 - 9.000 - 9.000 89.292 31.264 58.028

19.670 2.031

4.239 24.789 330 6.969

21.701

36.327

Besteed Besteed t.b.v. t.b.v. Saldo 31-12- Ontvangen exploitatie investering- Saldo 31-12Ken- Totaal bedrag Ontvangen 2010 2010 2010 en 2010 merk Datum toewijzing 2009 Besteed 2009 2009 Geoormerkt en dóórlopend na 2010

€ € € € € € € €

Cultuureducatie 08/11 Cursus Overblijfmedew. 10/11

6.222 43.838 17.877 1.000

32.182 1.000

Subtotaal

6.222 44.838 17.877

33.182

Totaal

89.292 31.264 64.250 44.838

39.578

69.509


WOPT

In het boekjaar zijn geen beloningen uitgekeerd die in het kader van de WOPT zouden moeten worden toegelicht.

- 39 -


BEZOLDIGING BESTUURDERS EN TOEZICHTHOUDERS Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders

Functie

Bezoldiging (in EUR)

Naam

2010 2009 € 109.740

Directeur

1 Gerritsen

Voorzitter bestuur

J.M. Talman-van del € 600

Secretaris bestuur

1E. Postma

€ 600

Bestuurslid

W.J. Snel

€ 600

Bestuurslid

H.R. van der Voorn

€ 500

Bezoldiging begroot (in EUR)

2010

€ 40.220

De heer J. Gerritsen is vanaf 1 januari in dienst als directeur van Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland.

- 40 -

GIBO Onderwijs Registeraccountants

BULAGE 2 Aan: het bestuur van Stichting OPO-Rivierenland te Tiel

Meander 261 Postbus 9221 6800 KB ARNHEM telefoon (026) 354 28 00 e-mail [email protected]

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport op pagina 21 tot en met 40 opgenomen jaarrekening 2010 van Stichting OPO-Rivierenland te Tiel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de staat van baten en lasten over 2010 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financidle verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor, de fmanciee rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen. Het bestuur is tenslotte verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante weten regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 171, vierde lid van de Wet op het primair onderwijs. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2010. Dit vereist dat wij voldoen aan voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controleinformatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.

flynth is onderdeel van de 6780 Groep. Groep goat op tern*

Flynth hetet',

GIBO Reglsteraccountants bY maakt deel uit van 6180 Groep by. GIBO Groep is Ild van BKR International en heeft een strategische alliantie met Driehoek Advocaten. Hoofdkantoor: Meander 261, Postbus 9221, 6800 KB Arnhem, telefoon (026) 354 2600, fax (026) 354 26 90. Bankrelaties: Rabobank 38.16.66.611, ABN AMRO 41.48.17.400, ING 65.41.62.891 of 935770 t.n.v. GIBO Groep. Beconnummer 287234. Dienstverlening vindt pleats onder algemene voorwaarden, op aanvraag verkrijgbaar en gedeponeerd hij de KvK te Arnhem, nummer 09063024.

GIBO Onderwijs Registeraccountants

Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede voor de naleving van de betreffende weten regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risicoinschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschilctheid van de gebruilcte grondslagen voor fmancidle verslaggeving en de gebruikte financidle rechtmatigheidcriteria en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting OPO-Rivierenland per 31 december 2010 en van het resultaat over 2010 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2010 voldoen aan de eisen van fmancidle rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het onderwijscontroleprotocol OCW/EL&I 2010. Verklaring betreffende overige by of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:393 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Arnhem, 14 juni 2011 Was getekend: Drs. A.F.J. van der Velden RA GIBO Registeraccountants B.V.

906086/SV/741

6


BESTEMMING VAN HET NEn'ORESULTAAT

Het nettoresultaat volgens de Staat van Baten en Lasten over 2010 bedraagt negatief € 116.629. Het nettoresultaat wordt onttrokken aan de bestemmingsreserve.

- 43 -


GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM

Na afloop van het boekjaar hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan die belangrijk zijn voor de interpretatie van de cijfers in de jaarrekening.

- 44 -


GEGEVENS OVER DE RECHTSPERSOON

Bestuursnummer Naam instelling

41876 Stichting Openbaar Primair Onderwijs Rivierenland

Postadres Postcode / Plaats Telefoon Fax E-mail Internet-site

Gasthuislingelaan 33a 4002 AG Tiel 0344 633262 0344 633484 [email protected] www.opo-rivierenland.nl

Contactpersoon Telefoon Fax E-mail

W.C. van Eck 0344-633262 0344-633484 [email protected]

Brinnummer 01ZA 10CS 1OUI 11UD 12EA 13AQ 13QC 13UD 13UD 13XN 13XN 27RL

Naam

Sector

SSBO De Wissel OBS De Distelvlinder Daltonschool Culemborg OBS De Kaardebol 't Praathuis OBS De Regenboog Tiel OBS De Molenwerf OBS De Moespot Montessorischool Tiel BS De Waaijer Tiel BS De Waaijer Wadenoljen Montessorischool Parijsch

PO/SBO PO PO PO PO PO PO PO PO PO PO PO

- 45 -

Aantal leerlingen 2010 233 196 97 345 316 119 153 192 208 348 131 268

Aantal leerlingen 2009 235 157 118 346 315 117 153 187 211 387 128 276

ADVIES-ADMINISTRATIE-PERSONEEL

Recommend Documents