deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 1
Storage
6/9 File-systems 6/9.1
Werken met bestandssystemen in Open Enterprise Server 2
Open Enterprise Server biedt een vergaande keuze als het gaat om bestandssystemen. Waar u op NetWare automatisch terechtkomt bij een NSS-bestandssysteem, biedt Open Enterprise Server meer mogelijkheden. In het eerste deel van deze paragraaf leert u welk bestandssysteem het meest in aanmerking komt voor uw behoeften. In het tweede deel gaan we wat dieper in op de configuratie van NSS-bestandssystemen op OES. 6/9.1.1 Het beste bestandssysteem Het bijzondere aan het werken met bestandssystemen op Linux is dat er verschillende bestandssystemen zijn. Dit is een eigenschap die u op Linux veel vaker mee zult maken: verschillende ontwikkelaars werken aan verschillende projecten en dat levert meerdere goede oplossingen op. Voordat we beginnen een vergelijking te maken tussen de diverse bestandssystemen, bekijken we eerst de belangrijkste eigenschappen waarvan bestandssystemen gebruik kunnen maken. Het gaat hier met name om metadata, journaling en indexering. Metadata Toegang tot bestanden wordt geregeld via de metadata van het bestandssysteem. In de metadata worden eigenschappen van bestanden opgeslagen. Feitelijk betreft het hier de administratie van het bestandssysteem die ervoor zorgt dat u de juiste gegevensblokken in kunt lezen om een Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-1
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 2
File-systems
bestand te benaderen. Alle Linux-bestandssystemen maken hiervoor gebruik van inodes. In de inode worden alle eigenschappen van bestanden bijgehouden, zoals u ze met een opdracht als ls -l kunt zien. Het betreft hier de zogenaamde POSIX-eigenschappen van bestanden. Alleen namen van bestanden bevinden zich niet in de inode; deze staan in de directory. In de directory worden namen van bestanden opgeslagen en daarnaast een verwijzing naar de inode die door het betreffende bestand gebruikt wordt. Deze verwijzing gaat één kant op; dit betekent dat de inode zelf geen weet heeft van de naam die door het bestand in kwestie gebruikt wordt. Voor traditionele Linux-bestandssystemen is de hoeveelheid metadata die geschreven moet worden gelijkwaardig. Dit komt omdat ze allemaal moeten voldoen aan de POSIXstandaard die compatibiliteit garandeert tussen verschillende Linux-versies. NSS daarentegen maakt gebruik van veel zwaardere metadata. Dit komt omdat in NSS afwijkende rechten gebruikt worden en daarnaast ook nog eens gewerkt wordt met attributen en andere eigenschappen die allemaal in de inode opgeslagen moeten worden.
Transactielog
6/9.1-2
Journaling Veel moderne bestandssystemen maken gebruik van een journal. Dit journal fungeert als een transactielog. Op het moment dat een bestand voor een schrijfactie geopend wordt, wordt deze actie gelogd in het journal. Dat kan op verschillende manieren gebeuren. Bij de eenvoudigste manier worden alleen metadata in het journal gelegd. Dit betekent dat het journal weet welke bestanden openstonden, maar geeft geen mogelijkheden om van een bestaand bestand de originele versie terug te zetten als er iets mee mis is. In een iets uitgebreidere versie gebeurt dat wel en worden zowel metadata als bestandsblokken in het journal
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 3
Storage
opgeslagen. Dit maakt schrijfacties trager, maar maakt tegelijk ook de kans dat problemen hersteld kunnen worden een heel stuk groter. Indexering Een derde belangrijke feature voor bestandssystemen is indexering. Oorspronkelijk was het niet nodig om indexen aan te maken. Op het moment echter dat er meer dan tweeduizend bestanden in een directory geschreven worden, is het zeer aan te raden wel gebruik te maken van een index. Door deze index hoeft u namelijk niet meer het hele bestandssysteem lineair te doorzoeken om een specifiek bestand te vinden, maar kunt u een bestand heel snel vinden op basis van de index. Twee technieken
Qua indexering zijn er twee technieken die echt van belang zijn. De eerste mogelijkheid is die van de balanced tree die onder andere door ReiserFS gebruikt wordt. Bij een dergelijke indexering wordt een database aangemaakt waarin niet alleen metadata maar ook kleine bestanden zelf opgeslagen worden. Gebruik van een dergelijke index vraagt echter een totaal andere opbouw van het bestandssysteem. Daarnaast is er een optimalisatieproces nodig op de balanced tree-database en dat zorgt voor extra werk. Ook is voldoende vrije ruimte nodig om de herindexering uit te kunnen voeren. Is die ruimte er niet, dan riskeert het bestandssysteem onnodig langzaam te worden. Niet elk bestandssysteem maakt gebruik van de complexe b-tree-database. Ext3 bijvoorbeeld gebruikt een h-treeindex. Dit is een index die niet in de kern van het bestandssysteem zit, maar later op het bestandssysteem is toegepast. Dat is minder ingrijpend voor het bestandssysteem, maar zorgt er ook voor dat de prestaties van het systeem minder zijn.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-3
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 4
File-systems
Ext2 Het oerbestandssysteem voor Linux is Ext2. Dit bestandssysteem werd in de vroege jaren 90 tot standaard verheven op vrijwel elke Linux-distributie. Het voorzag dan ook uitstekend in de behoeften die er destijds waren. Omdat het inmiddels een systeem betreft dat zo’n vijftien jaar oud is, voldoet Ext2 niet echt meer aan de hedendaagse behoeften. De twee belangrijkste bezwaren zijn dat Ext2 geen journal bevat en ook geen index gebruikt. Juist het feit dat Ext2 geen journal gebruikt, wordt soms als een voordeel gezien. Het journal hoeft immers niet continu bijgewerkt te worden en daardoor bespaart u op schrijfacties: dat komt de snelheid ten goede op een bestandssysteem waarop journaling niet echt van belang is. Het nadeel echter is dat er ook geen index bestaat in Ext2 en dat betekent weer dat deze oplossing niet handig is als u verwacht met veel bestanden te gaan werken. Juist het feit dat Ext2 geen journal gebruikt, maakt het overigens wel heel geschikt voor kleinere partities en volumes zoals /boot. Deze directory bevat maar een klein aantal bestanden en dat maakt een index overbodig. Daarnaast is het een verspilling van beschikbare ruimte om op een volume ter grootte van rond de 100 MB een journal neer te zetten dat alleen al 30 MB in gebruik neemt.
Stabiliteit
6/9.1-4
Ext3 Ext3 is gebaseerd op dezelfde kern als Ext2 en dat betekent dat het net als Ext2 niet ontworpen is voor de zeer grote volumes die tegenwoordig gebruikt worden. Ext3 bevat echter een journal en een h-tree-index en dat zorgt ervoor dat het ook met de huidige behoefte aan opslag prima voldoet. Een van de beste features van Ext3 is de stabiliteit. Juist omdat het zo’n oud bestandssysteem is, is het een
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 5
Storage
heel stabiel bestandssysteem waar alle fouten inmiddels uit verwijderd zijn. Ook helpt het dat Andrew Morton, een van de belangrijkste ontwikkelaars van de Linux-kernel direct betrokken is bij de ontwikkeling van Ext3. Dit garandeert een optimale samenwerking tussen kernel en bestandssysteem. Naast de stabiliteit biedt Ext3 het voordeel dat er heel veel tools voor zijn. Deze tools kunnen overigens ook op een Ext2-bestandssysteem gebruikt worden. Zo is er de opdracht tune2fs, die u kunt gebruiken om eigenschappen van Ext3 in te stellen; dumpe2fs waarmee u de metadata van het Ext3-bestandssysteem kunt bekijken; en debugfs waarmee u onder de motorkap van het bestandssysteem aan troubleshooting kunt doen. Daarnaast is het mogelijk de grootte van een Ext3-bestandssysteem aan te passen met e2online. Gezien alle goede eigenschappen, en vooral vanwege de stabiliteit, is Ext3 momenteel het standaardbestandssysteem op de meeste Linux-distributies. Dit geldt echter niet voor SLES 10 SP 1, de distributie die ten grondslag ligt aan Open Enterprise Server. Hierin wordt nog steeds gebruikgemaakt van ReiserFS als standaardbestandssysteem.
Beperkingen
Omdat Ext3 gebaseerd is op Ext2 en dus in essentie een heel oud bestandssysteem is, zijn er beperkingen. Een voorbeeld hiervan is de onmogelijkheid om dynamisch nieuwe inodes aan te maken. Dit kan een probleem zijn als u op een volume wilt werken met heel veel kleine bestanden. Bij het formatteren van Ext3 worden datablokken aangemaakt. Voor elke twee datablokken wordt één inode aangemaakt. Dit betekent dat u, als u allemaal bestanden maakt die kleiner zijn dan één datablok, geen vrije inodes
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-5
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 6
File-systems
meer overhebt als de helft van het bestandssysteem beschreven is. U kunt dan dus geen nieuwe bestanden meer maken, al is de helft van het volume gewoon nog vrij! Bepaald een onhandige feature. Op het moment dat dit geschreven werd was Ext4, de toekomstige opvolger van Ext3, nog in ontwikkeling. De uiteindelijke richting en features van dit bestandssysteem zijn nog niet duidelijk en er is nog geen enkele distributie die het gebruikt. Algemeen wordt echter aangenomen dat als het eenmaal klaar is, het een waardige opvolger voor Ext3 zal zijn. ReiserFS Aan het einde van de twintigste eeuw ontwikkelde de Duitser Hans Reiser een geheel nieuw bestandssysteem, dat bekend werd als ReiserFS. Bij de ontwikkeling hiervan maakte Reiser gebruik van de laatst beschikbare technieken en dat leidde tot een erg snel en dynamisch bestandssysteem. Waarschijnlijk omdat Reiser een Duitser is, participeerde het ook uit Duitsland afkomstige SuSE Linux al snel in ReiserFS en werd het het standaardbestandssysteem. Voordelen
6/9.1-6
ReiserFS biedt een paar belangrijke voordelen. Daarnaast is er ook een nadeel dat misschien nog wel zwaarder weegt. Het belangrijkste voordeel van ReiserFS is de balanced tree-database op basis waarvan het bestandssysteem is opgebouwd. In deze database, waarin ook indexing geïntegreerd is, worden locaties van alle bestanden bijgehouden en dat zorgt ervoor dat ReiserFS heel erg snel in staat is bestanden terug te vinden. Ook juist door de manier waarop deze database is opgebouwd, is het bestandssysteem in staat te werken met feitelijk onbeperkte aantallen bestanden per directory. Er zijn gevallen bekend
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 7
Storage
waarin miljoenen bestanden in één directory voorkwamen zonder dat daarbij een waarneembaar performanceverlies optrad; dit in tegenstelling tot Ext3, dat het waarneembaar moeilijk krijgt als er meer dan een paar duizend bestanden voorkomen in een directory.
Nadelen
Het grootste voordeel van ReiserFS is helaas meteen ook het grootste nadeel van dit bestandssysteem. De database waarop het bestandssysteem gebaseerd is, is namelijk dusdanig complex dat het met deze database ook wel eens mis wil gaan. Als beheerder ziet u dan een melding dat u de utility fsck.ReiserFS mag gebruiken met de optie -rebuild-db om de database opnieuw op te bouwen. Vaak is dit ook het einde van uw ReiserFS-database en dat leidt er weer toe dat u geen bestanden meer terug kunt vinden, maar blokken in de directory /lost+found, waaraan min of meer willekeurige namen als 0128ab91 zijn toegekend. Nu zouden problemen aan de ReiserFS-database op zich op te lossen zijn, als het bestandssysteem een gezonde open source-community zou hebben. Dit is echter niet het geval. Hoofdontwikkelaar Hans Reiser was sowieso al nooit in staat goed samen te werken met het kernel-ontwikkelaarsteam. Daarbij komt dat Reiser op het moment dat dit geschreven werd al langer dan een jaar in de gevangenis zit, onder verdenking van moord op zijn vrouw. Ook de belangrijkste gebruiker van ReiserFS – Novell – heeft besloten om het bestandssysteem in de toekomst te laten vallen. In de huidige versies van OpenSuSE wordt Ext3 als standaardbestandssysteem geïnstalleerd. Ook SuSE Linux Enterprise Server zal met ingang van versie 11 gebruik gaan maken van Ext3 als standaardbestandssysteem.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-7
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 8
File-systems
XFS Een minder bekend maar niet minder goed bestandssysteem is XFS. Dit systeem vertoont veel overeenkomsten met ReiserFS. Zo is ook dit bestandssysteem gebaseerd op een balanced tree-database waarbij indexering is ingebouwd. In tegenstelling tot ReiserFS echter kent XFS wel een heel gezonde basis. Het bestandssysteem is namelijk ontwikkeld door SGI, ontwikkelaar van supercomputers. Dit bedrijf heeft XFS met name ontwikkeld voor multimediastreaming-toepassingen. XFS is dan ook heel goed in de omgang met zeer grote bestanden en grote hoeveelheden bestanden. Dit maakt het een uitstekende keuze voor zaken als multimedia-streaming, mailservers en databasevolumes. Behalve dat het een vrij zwaar bestandssysteem is, zijn er verder geen echte beperkingen aan XFS. Novell Storage Services Novell Storage Services (NSS) is geen open source Linuxbestandssysteem. Het betreft een bestandssysteem waarvan de code in eigendom is van Novell en dat alleen te gebruiken is in een Open Enterprise Server-omgeving. NSS heeft een paar belangrijke voordelen en één belangrijk nadeel. Vooral handig aan NSS is dat het heel veel features heeft. Zo is er om te beginnen de mogelijkheid te werken met Novell-rechten. Deze rechten gaan veel verder dan de standaardrechten die beschikbaar zijn voor Linux. Daarnaast heeft NSS een optie om bestanden die verwijderd zijn te herstellen. Dit staat bekend als de salvage-optie. Als derde en laatste belangrijke voordeel dat we hier noemen, kent NSS het ‘visibility issue’. Dit betekent dat u bestanden niet ziet als u er geen rechten op hebt en dat is een belangrijk voordeel op het gebied van beveiliging.
6/9.1-8
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 9
Storage
Ook als u migreert van een NetWare- naar een Linux-omgeving is het werken met NSS sterk aan te bevelen. Zeker als uw NSS-volumes in de NetWare-omgeving voorkwamen op het SAN, is een migratie uitermate eenvoudig. U kunt de NSS-volumes namelijk gewoon mounten in de Linux-omgeving. Let alleen even op als u binnen dezelfde eDirectorytree blijft: u moet dan op de oude server de volumes decomitten (uit eDirectory verwijderen) om ze vervolgens met succes op de nieuwe server in eDirectory te kunnen invoeren. Dit is overigens een proces dat automatisch gebeurt. Voordat u overal alleen maar NSS-volumes gaat configureren, is het belangrijk dat u zich er bewust van bent dat er ook nadelen zijn. Het belangrijkste nadeel is dat NSS zware metadata heeft. De geavanceerde features van NSS moeten wel geschreven worden en dat betekent dat zeker op volumes waar snel en veel geschreven moet worden, NSS niet optimaal is. Er moeten namelijk per bestand vier keer zoveel metadata weggeschreven worden! (128 bytes voor NSS tegen 32 bytes voor traditionele Linux-bestandssystemen). Dit maakt NSS minder geschikt voor toepassingen als een GroupWise-mailserver. Zeker omdat het zo mooi integreert in een bestaande Novell-omgeving, is NSS een uitstekende keuze als u de features van NSS ook gaat gebruiken. Verderop in deze paragraaf leest u hoe u NSS configureert in Open Enterprise Server. Clusterbestandssystemen De laatste categorie bestandssystemen vormt een speciale categorie: de clusterbestandssystemen. Deze bestandssystemen zijn bijzonder omdat de cachetabellen die bijhouden welk bestand waar in gebruik is, gedeeld worden tussen verschillende nodes in een cluster. Dit zorgt ervoor
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-9
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 10
File-systems
dat u een clusterbestandssysteem op meerdere nodes tegelijkertijd kunt mounten en dat het voor die nodes mogelijk is gelijktijdig naar het clusterbestandssysteem te schrijven. Omdat clusterbestandssystemen ontwikkeld zijn voor gebruik in een cluster, zijn ze niet geschikt voor standalone-gebruik, hoewel dit technisch wel mogelijk is. De features die geïmplementeerd zijn om het bestandssysteem in een cluster te gebruiken, werken in een standalone-situatie namelijk alleen maar vertragend. In een Novell-omgeving is Oracle Cluster File System 2 (OCFS2) momenteel het standaard geclusterde bestandssysteem. In de Red Hat-wereld wordt vooral gebruikgemaakt van Global File System (GFS). 6/9.1.2 Configuratie van NSS Op basis van de informatie uit het voorgaande mag duidelijk zijn geworden dat NSS een veelgebruikt bestandssysteem is in een Open Enterprise Server-omgeving. We bespreken daarom nu hoe u dit bestandssysteem configureert. De configuratie van NSS op OES is niet bijzonder complex, zolang aan een belangrijke voorwaarde voldaan wordt: het bestandssysteem moet opgeslagen worden op een apart opslagmedium. Dit betekent dat de configuratie van NSS op een tweede harddisk of op een LUN of het SAN eenvoudig is. Het is echter een heel ander verhaal als u NSS wilt gebruiken op een server waar maar één schijf in geïnstalleerd is. Opmerking
6/9.1-10
We spreken in deze paragraaf over schijven, maar eigenlijk bedoelen we opslagmedia. Een opslagmedium kan een
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 11
Storage
harde schijf zijn, maar ook een LUN op het SAN, een RAIDarray, een USB-stick enzovoorts. NSS installeren op een server met één schijf Het probleem bij gebruik van NSS op een OES-server met één schijf, zit hem in de EVMS-volumemanager. EVMS is de Linux-component die ervoor zorgt dat u op uw harde schijf een structuur aan kunt maken waarbij NSS-volumes worden samengesteld vanuit de pools waarin alle opslagruimte beschikbaar gesteld wordt. Om NSS te kunnen gebruiken moet u tijdens de installatie van SuSE Linux Enterprise Server 10 SP 1 uw hele harddisk toewijzen aan EVMS. Dit is een procedure die u alleen tijdens de installatie kunt uitvoeren: als de server eenmaal geïnstalleerd is, kan het niet achteraf nog aangepast worden. In de volgende procedure leert u hoe u een server met één harddisk voorbereidt op het gebruik van NSS in een later stadium. We nemen aan dat u bekend bent met de stappen die uitgevoerd moeten worden om een installatie van SLES op te starten en stappen in op het moment dat het Installation Settings-venster getoond wordt. 1. Selecteer in het venster Installation Settings de link Partitioning.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-11
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 12
File-systems
Klik op Partitioning om het partitie-indelingsprogramma te starten.
2.
6/9.1-12
De standaard partitie-indeling die wordt voorgesteld is niet bruikbaar voor een indeling met NSS. Kies daarom de optie Create Custom Partition Setup en klik op Next om verder te gaan.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 13
Storage
U moet een Custom Partition Setup aanmaken.
3.
Nu wordt een overzicht gegeven van beschikbare harddisks. U gaat niet op basis van een bestaande schijf verder, maar moet hier nogmaals aangeven dat u de Custom-partitionering wilt gebruiken.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-13
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 14
File-systems
Om uw schijf voor te bereiden op NSS kiest u de optie Expert.
4.
6/9.1-14
In het Expert Partitioner-venster ziet u een overzicht met daarin uw harddisk en de eigenschappen ervan. Klik linksonder in beeld op de optie Expert. Uit het dropdownmenu dat u vervolgens ziet, kiest u de optie Delete Partition Table and Disk Label. Deze optie verwijdert alle gegevens die op dat moment op uw schijf staan, dus verzeker u ervan dat er inderdaad niets op de schijf voorkomt dat u wilt bewaren.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 15
Storage
Kies uit het dropdownmenu onder de knop Expert de optie Delete Partition Table and Disk Label.
5.
6. 7.
Nu moet u twee partities aanmaken. Om te beginnen is dat een kleine partitie die u gaat gebruiken om uw computer van op te starten. Dit wordt een traditionele Linux-partitie, waarop u het Ext2-bestandssysteem gaat gebruiken. Daarnaast wijst u alle andere ruimte op deze schijf toe aan een partitie van het type Linux LVM. Zorg er nu voor dat uw harddisk geselecteerd is en klik dan op Create. In de interface Partition Type kiest u Primary Partition. Klik vervolgens op OK. Nu ziet u het venster Create a Primary Partition als in de volgende afbeelding. Kies hier eerst in de uitschuiflijst onder Format het bestandssysteem Ext2. Geef dan in het kader Size aan dat het einde van de aan te maken partitie op 100 MB moet komen door
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-15
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 16
File-systems
de tekst +100M te typen. Selecteer tot slot onder Mount Point de directory /boot. Klik nu op OK om verder te gaan.
Gebruik deze instellingen om een boot-partitie aan te maken.
8.
6/9.1-16
Vervolgens maakt u de partitie aan die u voor EVMS gaat gebruiken. Klik hiervoor in het Expert Partitioner-venster wederom op Create. Kies dan het partitietype Primary Partition en klik op OK. Selecteer nu de optie Do not format en kies uit de uitschuiflijst het partitietype 0x8E Linux LVM. Standaard wordt de rest van uw harde schijf aan deze partitie toegewezen. Dit is prima zo, dus hoeft u dit niet te veranderen. Klik dan op OK om de wijzigingen naar uw harddisk weg te schrijven.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 17
Storage
De rest van de harde schijfruimte wijst u toe aan een partitie van het type 0x8E.
9.
In de voorgaande stap hebt u een lege partitie aangemaakt die gebruikt kan worden voor de EVMS-volumemanager. In deze partitie moet u vervolgens minimaal twee EVMS-volumes aanmaken: een die gebruikt wordt als swap space en een voor het root-bestandssysteem. Om EVMS-volumes aan te maken zijn verschillende methodes beschikbaar, waaronder de geavanceerde evmsgui-interface. In deze procedure maken we gebruik van de module die in YaST geïntegreerd is. Klik daarom wederom vanuit de YasT Exprt Partitioner op de knop EVMS om de EVMS-beheersinterface te starten. U ziet nu het volgende venster.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-17
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 18
File-systems
De EVMS-configuratie-interface stelt u in staat om binnen de voor dat doel aangemaakte partitie EVMS-volumes aan te maken.
10. In EVMS maakt u eerst een container aan. Deze container is vergelijkbaar met een Pool in de NSS-structuur. Vervolgens maakt u in de EVMS-container de EVMS-volumes aan. Na opstarten ziet u links boven in beeld wat de huidige eigenschappen zijn van uw EVMS-container(s). Omdat dit de eerste keer is dat u deze module opstart, ziet u nog niets: onder EVMS Container staat alleen de aanduiding -none-. Om een container te kunnen maken moet u eerst het beschikbare device (/dev/evms/sda2 in dit geval) toewijzen aan een container. Dit gebeurt automatisch bij het aanmaken van de container. Klik nu op de knop Create Container. Dit opent de interface die u ziet in de volgende afbeelding.
6/9.1-18
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 19
Storage
Vanuit deze interface maakt u een EVMS-container aan.
11. De Create EVMS Container-interface stelt standaard voor een EVMS-container van het type system aan te maken. U ziet echter ook dat de huidige containergrootte 0 MB is. Dit komt omdat u er nog een device aan toe moet voegen waaruit de container beschikbare schijfruimte mag gebruiken. Klik hiervoor op het device sda2 en klik dan op Add Volume. Dit verandert de grootte van de EVMS-container in de beschikbare ruimte op het device sda2. Klik dan op OK om de wijzigingen op te slaan en terug te keren naar het EVMSconfiguratiescherm. Klik in dit scherm op de knop Add om uw eerste EVMS-volume toe te voegen. Dit opent het volgende venster.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-19
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 20
File-systems
Maak nu een root- en een swap-volume aan in EVMS.
12. Maak nu een root-volume aan met de volgende minimale specificaties: • file-system: Ext3 • volume Name: root • size: 8 GB • mount point: / 13. Voeg nu een swap-volume toe met de volgende specificaties: • file-system: Swap • volume name: swap • size: 1 GB • mount point: swap 14. Nadat de volumes aangemaakt zijn, ziet u dat een gedeelte van de EVMS-container in gebruik is, terwijl een ander deel nog vrij is. Dit klopt: u gebruikt het andere deel later om NSS-volumes aan te maken.
6/9.1-20
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 21
Storage
Het deel van de EVMS-container dat nog vrij is, gebruikt u later om NSS-volumes aan te maken.
15. Klik nu op Next en rond de installatie van SuSE Linux Enterprise Server 10 SP 1 verder af. 16. Helemaal aan het einde van de installatie van SLES 10 SP 1 moet u nog een paar stappen uitvoeren om uw server helemaal geschikt te maken voor gebruik van EVMS. De installatie van SLES 10 SP 1 afronden Nadat uw SLES 10 SP 1-server helemaal geïnstalleerd is, zijn er nog enkele zaken die u moet regelen om ervoor te zorgen dat u later NSS-volumes kunt aanmaken. Het punt is dat u alles wat te maken heeft met eventuele andere volumemanagers uit moet zetten. Op het moment namelijk dat de EVMS-service componenten ziet waarvan hij denkt dat ze te maken hebben met andere programma’s die iets op de harde schijf van uw server doen, weigert EVMS alle
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-21
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 22
File-systems
diensten. Om die reden moet u eerst voorkomen dat een aantal services automatisch gestart wordt. Daarnaast moet u er in /etc/fstab voor zorgen dat het juiste device geactiveerd wordt voor de boot-partitie. Onderstaande procedure beschrijft hoe u hiervoor te werk gaat: 1. Start YaST op uw server en kies System > System Services (Runlevel). 2. Selecteer in de runlevel-manager de optie Expert Mode. U ziet nu de volgende interface.
In de Expert Mode van de runlevel-manager bepaalt u welke services u wel en niet wilt starten.
3.
6/9.1-22
Zorg er nu voor dat de service boot.evms aangezet wordt. Dit doet u door de naam van de service in de runlevel-manager te selecteren en ervoor te zorgen dat er onder de optie Service will be started in following runlevels: een kruisje staat bij de B.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 23
Storage
4.
5.
Tevens moet u ervoor zorgen dat de services boot.lvm en boot.md uitgezet worden. Dit doet u door de services een voor een te selecteren en dan ervoor te zorgen dat er juist geen kruisje meer staat bij de optie B. Klik dan op Finish om de wijzigingen weg te schrijven. Start vervolgens eerst uw server opnieuw op voordat u verdergaat. Nu moet u nog het configuratiebestand /etc/fstab onder handen nemen. In dit configuratiebestand wordt geregeld welk device waar geactiveerd wordt. De standaardinstelling is dat het device /dev/sda1 gemount wordt op de directory /boot. Aangezien echter EVMS niet overweg kan met dit device, zult u er niet in slagen NSS-volumes aan te maken op een schijf waar /dev/sda1 gemount wordt. Om die reden moet u ervoor zorgen dat het EVMS device /dev/evms/sda1 gemount wordt, in plaats van /dev/sda1. Open hiervoor het configuratiebestand /etc/fstab met uw favoriete editor en zoek de volgende regel:
/dev/sda1
/boot
ext2
acl.user_xattr
1 2
Zorg er nu voor dat deze regel als volgt wordt aangepast: /dev/evms/sda1
/boot ext2
acl,user_xattr
1 2
Start wederom uw server opnieuw op. U kunt nu ook op een server die maar één harddisk heeft NSS-volumes aanmaken. De aanwijzingen hiervoor vindt u in de volgende paragraaf.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-23
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 24
File-systems
Aanmaken van NSS-volumes Er zijn twee goede utilities die u kunt gebruiken om NSSvolumes aan te maken. Om te beginnen is er de menugestuurde utility nssmu. Kent u deze utility al van NetWare? Dan hebben wij goed nieuws: hij is namelijk onder OES Linux niet gewijzigd. Met nssmu maakt u vanaf de opdrachtregel snel en eenvoudig NSS-volumes aan. Als alternatief voor het werken met nssmu kunt u gebruikmaken van de algemene OESv2-management-utility iManager. In deze paragraaf bespreken we hoe u met nssmu een NSSvolume aanmaakt. Om met nssmu een NSS-volume aan te maken, gaat u als volgt te werk: 1. Open op de console van uw OES 2-server een terminalvenster. Dit doet u door met de rechtermuisknop op de console te klikken en dan vanuit het snelmenu de optie Open Terminal te selecteren. Typ dan de opdracht nssmu. Dit opent de nssmu-interface.
De nssmu-interface biedt de eenvoudigste manier om NSS-volumes aan te maken.
6/9.1-24
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 25
Storage
2.
Kies in de nssmu-interface de optie Pools. U krijgt dan een overzicht van reeds bestaande NSS-pools, of niets als u bezig bent uw eerste NSS-pool aan te maken. Klik hier op de Insert-toets op uw toetsenbord om te beginnen met aanmaken van een NSSpool. Voer nu een nieuwe NSS-pool-naam in. U ziet vervolgens een overzicht van beschikbare devices. Kies het device dat u wilt gebruiken voor uw NSSpool en druk op Enter. Nu verschijnt de vraag Enter partition size in MB. De software heeft het hier niet bij het rechte eind: u moet nu een pool-grootte invoeren. Voer de gewenste grootte, bijvoorbeeld 2000 MB in om de pool aan te maken. Wacht nu even totdat de pool in eDirectory wordt aangemaakt.
Nadat u in nssmu een pool aangemaakt hebt, kunt u vervolgens een NSS-volume maken.
3.
Activeer in het hoofdmenu van nssmu de Volumesinterface om een NSS-volume aan te maken op de pool die u zojuist hebt gecreëerd. Dit doet u door de Insert-toets op uw toetsenbord in te drukken. Voer nu de naam in voor het volume dat u wilt aanmaken.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-25
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 26
File-systems
Geef daarna aan of u al dan niet encryptie op het volume wilt toepassen. Maak van deze optie gebruik als u optimaal beveiligde bestanden wilt, maar houd er rekening mee dat het gebruik van encryptie ten koste gaat van de prestaties. Kies dan de NSS-pool die u voor het volume wilt gebruiken. U ziet nu het venster uit de volgende afbeelding met daarin de eigenschappen van het volume dat u zojuist aangemaakt hebt.
Het NSS-volume gezien vanuit nssmu.
4.
6/9.1-26
Druk in de nssmu-interface op Enter om de eigenschappen van het volume in te stellen. U krijgt nu toegang tot een interface waarin u de keuze hebt uit de volgende volume-eigenschappen: • Back-up: zet deze optie aan als u een differential of incremental back-up wilt kunnen maken. • Compression: gebruik deze optie om volume levelcompressie te gebruiken. Hiermee bespaart u schijfruimte, maar dit gaat ten koste van de prestaties van uw server.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 27
Storage
• Data Shredding: deze optie zorgt ervoor dat gegevens na verwijderen overschreven worden met willekeurige patronen. Hierdoor wordt het voor onbevoegden moeilijker de gegevens weer terug te halen. U kunt ook aangeven hoe vaak de oorspronkelijke gegevens overschreven moeten worden. Standaard gebeurt dit 1 keer. Voor een maximale bescherming kunt u dit ophogen tot maximaal 7 keer. • Directory Quotas: zet deze optie aan als u op directory’s in wilt stellen hoeveel schijfruimte ze maximaal in beslag mogen nemen. • Modified File List (MFL): MFL is een nieuwe techniek om eenvoudig een back-up te kunnen maken van gewijzigde bestanden. Als uw back-upsoftware deze mogelijkheid ondersteunt, zet hem dan hier aan. Deze methode werkt namelijk veel sneller dan de oude methode waarbij het Archive-bit gebruikt wordt. • Salvage Files: deze optie maakt het mogelijk verwijderde bestanden terug te halen met de salvage-utility. Zet deze optie standaard aan, tenzij u van tevoren zeker weet dat u op een bepaald volume nooit bestanden terug zult willen halen. • SnapShot - File Level: hiermee maakt u het mogelijk de status van een bestand te bevriezen, zodat u eenvoudig het originele bestand kunt herstellen. • Flush Files Immediately: als u geen gebruik wilt maken van snapshot, is dit een handige optie. Deze optie zorgt er namelijk voor dat verwijderde bestanden direct volledig verwijderd worden en niet opgeslagen worden om ze later met de salvage-utility te herstellen.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 28
File-systems
• Migration: met migration zorgt u ervoor dat weinig gebruikte bestanden gemigreerd worden naar een langzamer medium. Zet deze optie aan als u van deze weinig gebruikte feature gebruik wilt maken. • Allow Renaming Mount Point: onder Linux is het handig als het mount-punt van een volume hernoemd kan worden. Deze optie, die standaard aanstaat, zorgt ervoor dat dit mogelijk is. • Read Ahead Count in Blocks: dit zorgt ervoor dat de controller van uw harde schijf altijd een paar blokken meer inleest dan de blokken die op dat moment gevraagd worden. Standaard is dit aantal ingesteld op 16 blokken. Het is zelden nodig deze optie uit te zetten; soms echter zult u voor betere prestaties de waarde van 16 blokken willen ophogen. • Volume Quota in MB: het volumequota staat standaard ingesteld op 0. Dit betekent dat het volume mag groeien tot de totale grootte van de pool. Wilt u dat een volume deze mogelijkheid niet krijgt en nooit groter kan worden dan een vooraf gedefinieerde waarde, voer dan hier die waarde in MB in.
6/9.1-28
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 29
Storage
Voor een nieuw volume kunnen ook de nodige eigenschappen ingesteld worden.
Klaar met instellen van de eigenschappen van het volume? Sluit dan nu de nssmu-utility af om het nieuwe volume op te slaan. eDirectory wordt nu bijgewerkt met de nieuwe informatie en u kunt het volume beheren vanuit iManager zoals u dat gewend bent met NSS-volumes. 6/9.1.3 Tot slot In deze paragraaf hebt u geleerd welke bestandssystemen beschikbaar zijn voor Open Enterprise Server. U hebt geleerd dat er verschillende bestandssystemen zijn en dat het niet mogelijk is één bestandssysteem altijd als beste aan te wijzen. Ook hebt u geleerd hoe u op OES 2 NSSvolumes aanmaakt met de nssmu-utility.
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27
6/9.1-29
deel 6_10-AV 27.qxp:deel 3_X-AV 15
17-04-2008
09:43
Pagina 30
File-systems
6/9.1-30
Novell Netwerkoplossingen, aanvulling 27