Gemeenteblad Nijmegen
Jaartal / nummer
2007 / 47 Naam
Besluit Algemene bepalingen voor geldleningen 2006 Publicatiedatum
14 februari 2007 Opmerkingen
-
Vaststelling van de bepalingen bij besluit van Burgemeester en Wethouders van 24 oktober 2006 (agendapuntnr. 2.16 - registratienr. 06.0023657) met gelijktijdige intrekking van de voorgaande Algemene bepalingen voor geldleningen (1992) bij raadsbesluit van 29 november 2006 (raadsvoorstelnr. 205/2006). De inwerkingtreding van beide besluiten is (met toepassing van artikel 142 van de Gemeentewet) gesteld op 15 februari 2007, op welk tijdstip publicatie GB07-47 in de plaats is gesteld van voorgaand gemeenteblad GB93-42.
Aantal bladzijden / verkoopprijs
5 / € 0,25
gb07-047
BESLUIT ALGEMENE BEPALINGEN VOOR GELDLENINGEN 2006 Artikel 1 De uitbetaling van de lening geschiedt op de in de overeenkomst genoemde datum c.q. data mits de naar het ontwerp van geldgeefster opgemaakte akte van geldlening, door geldneemster rechtsgeldig ondertekend, alsmede alle overige door geldgeefster verlangde stukken tenminste 14 dagen vóór de stortingsdatum in het bezit van geldgeefster zijn. Indien zich op of voor de in de akte van geldleenovereenkomst genoemde datum c.q. data één van de opeisingsgronden voordoet als genoemd in artikel 5 van deze Algemene Bepalingen, zal geldgeefster niet gehouden zijn tot voldoening van de leensom. Latere uitbetaling voor zover niet aan geldgeefster te wijten, brengt geen wijziging in de in de overeenkomst van geldlening genoemde datum c.q. data van rente-ingang noch in andere daarin genoemde bepalingen of door geldneemster aangegane verplichtingen. Artikel 2 Indien vervroegde aflossing is toegestaan, kan deze uitsluitend op een aflossingsdatum geschieden. Indien geldneemster gebruik wenst te maken van een haar toegekend recht tot vervroegde aflossing, dient zij geldgeefster dit tenminste drie maanden voor de aflossingsdatum schriftelijk mee te delen. Een dergelijke mededeling is onherroepelijk en verplicht geldneemster tot vervroegde aflossing op de desbetreffende aflossingsdatum. Na gedeeltelijke vervroegde aflossing van een annuïtaire geldlening dient geldneemster rente en aflossing te voldoen in annuïteiten, berekend op basis van het niet afgeloste deel van de lening, het geldende rentepercentage en de restant looptijd. Bij overige geldleningen strekt gedeeltelijke vervroegde aflossing in de eerste plaats in mindering van de laatste aflossingstermijn, daarna van de voorlaatste en zo vervolgens. Geldgeefster kan vervroegd betalen weigeren, indien : a. naar het oordeel van geldgeefster de liquiditeit van de geldneemster door vervroegd betalen in gevaar zou kunnen komen; b. geldgeefster ter financiering van de lening zelf een geldlening heeft afge sloten of geacht kan worden daarvoor te hebben gesloten en het haar niet is toegestaan het door geldneemster voorgestelde bedrag zelf vervroegd terug te betalen. Artikel 3 Alle door geldneemster krachtens de overeenkomst van geldlening verschuldigde betalingen dienen, zonder dat een betalingsherinnering nodig zal zijn, te geschieden door storting of overschrijving op rekening van geldgeefster bij de ING Bank , gevestigd te Amsterdam, kantoor Nijmegen, rekeningnummer 68.15.91.145, of op zodanige andere wijze als door geldgeefster tijdig zal worden opgegeven, en wel op zodanige wijze, dat geldgeefster op de vervaldata de volledige en vrije beschikking heeft over de verschuldigde bedragen. Indien de vervaldatum, van enige krachtens de overeenkomst van geldlening verschuldigde betaling mocht vallen op een dag die voor de bankinstellingen in Nederland geen valutadag is, zal geldgeefster op de eerste daarop volgende valutadag de volledige en vrije beschikking dienen te hebben over het verschuldigde bedrag. De betalingen dienen te geschieden in wettig algemeen gangbaar Nederlands betaalmiddel, zonder korting of verrekening en zonder kosten voor geldgeefster. De betalingen strekken in de eerste plaats in mindering van de kosten, vervolgens van de vergoedingen, daarna van de boeten,vervolgens van de rente en tenslotte in mindering van het niet afgeloste deel van de lening.
2
Artikel 4 Indien geldneemster enig door haar krachtens de overeenkomst van geldlening aan geldgeefster verschuldigd bedrag niet tijdig en/of overeenkomstig het bepaalde in het vorige artikel voldoet, is zij in verzuim zonder dat een ingebrekestelling en/of kennisgeving is vereist en is zij aan geldgeefster gedurende de periode waarin zij in verzuim is, over het achterstallige bedrag een direct opeisbare boete verschuldigd. Deze boete wordt berekend overeenkomstig geldmarkt-usances naar een percentage, dat gelijk is aan het promessedisconto van De Nederlandsche Bank N.V. verhoogd met eventuele bancaire opslagen en vermeerderd met 3 procentpunt, doch hetwelk minimaal 3 procentpunt hoger is dan het nominaal rentepercentage van de lening. Artikel 5 Het niet afgeloste deel van de geldlening is tezamen met de lopende rente, boeten, vergoedingen en kosten terstond in zijn geheel opeisbaar, zonder dat een betalingsherinnering, ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst nodig zal zijn, met het recht aan geldgeefster alle maatregelen te nemen ten laste van geldneemster, welke zij nodig zal oordelen tot behoud harer rechten en/of verhaal harer vorderingen: a. ingeval van niet, niet-tijdige of niet behoorlijke nakoming door geldneemster van haar verplichting tot aflossing van de lening, van haar verplichting tot betaling van rente, boeten, vergoedingen of kosten, en in het algemeen ingeval van niet, niet-tijdige of niet behoorlijke nakoming door geldneemster van enigerlei verplichting, welke zij ter zake van overeenkomsten van geldlening jegens geldgeefster op zich heeft genomen; b. ingeval van faillissement, eigen aangifte, verzoek of vordering tot faillietverklaring, aanbieding van akkoord buiten faillissement of aanvraag tot het verkrijgen van surséance van betaling van geldneemster; c. ingeval de eigendom van de gebouwen of de daarbij behorende werken dan wel de grond, indien de geldlening hiervoor mede is verstrekt, geheel of gedeeltelijk overgaat; d. ingeval de eigendom van de gebouwen of de daarbij behorende werken dan wel de grond, indien de geldlening hiervoor mede is verstrekt, tenietgaan of dermate worden beschadigd dat deze niet meer voor het beoogde doel kunnen worden gebruikt; e. ingeval executoriaal beslag op een naar het oordeel van geldgeefster belangrijk gedeelte van activa van geldneemster wordt gelegd of een daarop gelegd conservatoir beslag overgaat in een executoriaal beslag; f. ingeval de gebouwen, indien de geldlening hiervoor mede is verstrekt, zijn gebouwd op grond waarop een recht van erfpacht rust en dit recht komt te vervallen; g. ingeval geldneemster overeenkomstig het bepaalde in artikel 2:314 van het Burgerlijk Wetboek een juridische fusie aankondigt; h. ingeval van verlies van rechtspersoonlijkheid, ontbinding, liquidatie of feitelijke liquidatie van geldneemster, alsmede indien geldneemster haar doel heeft opgegeven of blijk geeft van het voornemen haar doel op te geven; i. ingeval een wijziging, waarvan benadeling van geldgeefster het gevolg kan zijn en die niet de instemming van geldgeefster heeft, in de statuten van geldneemster is aangebracht en deze wijziging niet binnen 3 maanden na een schriftelijke waarschuwing van geldgeefster is ongedaan gemaakt. Geldneemster zal in verzuim zijn door het enkele feit van het voorvallen van één der vermelde gevallen van onmiddellijke opeisbaarheid. Zij zal, zodra één of meer der feiten plaatsvinden welke de geldlening opeisbaar doen zijn, geldgeefster daarvan onverwijld in kennis stellen. Evenzo zal zij geldgeefster onverwijld in kennis stellen van iedere voorgenomen wijziging in de statuten. Bij opeising op grond van dit artikel zal geldneemster, onverminderd het bepaal de in het vorige artikel en onverminderd alle andere rechten van geldgeefster, een boete, groot 5 procentpunt van het opgeëiste bedrag, aan geldgeefster verschuldigd zijn.
3
Artikel 6 De uitoefening door geldgeefster van de uit de overeenkomst van geldlening voortvloeiende rechten, de tijdstippen waarop en de volgorde waarin deze zullen worden uitgeoefend, is ter keuze van geldgeefster, zonder dat het niet uitoefenen van enig recht kan worden uitgelegd als zou geldgeefster van dat recht afstand willen doen. Artikel 7 De begroting van lasten en baten en van buitengewone uitgaven en ontvangsten voor het komende exploitatiejaar alsmede de jaarstukken moeten jaarlijks binnen 6 maanden na afloop van het boekjaar bij geldgeefster worden ingediend tenzij via een subsidie of andere regeling met geldgeefster een andere termijn is over eengekomen. De cijfers moeten zijn deugdelijk verklaard door een boekhoudkundige, die geen lid mag zijn van enig bestuur van geldneemster. De aanwijzing van de boekhoud kundige behoeft de goedkeuring van geldgeefster. Artikel 8 Geldgeefster heeft het recht te allen tijde inzage te nemen in de boekhouding van geldneemster alsmede in de daarop betrekking hebbende bescheiden. Aan geld geefster worden door geldneemster alle inlichtingen verstrekt welke geldgeefster in verband met de boekhouding van geldneemster en het door geldneemster gevoerde beheer verlangt. Artikel 9 Geldneemster zal : a. aan geldgeefster en aan de door deze aan te wijzen personen op door hen te bepalen tijdstippen : 1. toegang verlenen tot grond en gebouwen van geldneemster indien de geldlening hiervoor mede is verstrekt; 2. inzage geven in de bescheiden welke betrekking hebben op de met de geleende gelden verrichte investeringen; b. de gegevens verstrekken, die geldgeefster nodig acht voor controle op de juiste nakoming van de overeenkomst van geldlening. Artikel 10 Indien de geldlening mede is verstrekt voor een gebouw of gebouwen is geldneemster verplicht: 1. betreffende gebouw(en) en de daarbij behorende werken ten genoegen van geldgeefster op basis van herbouwwaarde tegen brand- en stormschade te verzekeren en verzekerd te houden; 2. aan betreffende gebouw(en) slechts een andere bestemming te geven als geldgeefster hiervoor toestemming heeft verstrekt; 3. betreffende gebouw(en) ten genoegen van geldgeefster voortdurend in goede staat te houden. Artikel 11 Geldneemster verplicht zich op die tijdstippen als geldgeefster zal verlangen, door geldgeefster toegezonden saldobiljetten binnen 14 dagen na ontvangst rechtsgeldig voor accoord ondertekend naar het door geldgeefster aangegeven adres terug te zenden. Indien het saldobiljet volgens geldneemster een onjuiste opgave bevat, is geldneemster verplicht geldgeefster daarvan door aantekening op het saldobiljet in kennis te stellen. Artikel 12 De boeken van de geldgeefster strekken met betrekking tot de uitbetaling van de leensom, de vorderingen, betalingsverplichtingen en saldi, terzake van de lening tot volledig bewijs, zolang geldneemster de onjuistheid daarvan niet heeft aangetoond.
4
Artikel 13 Alle kosten en rechten van de akte van geldlening en van de maatregelen, welke geldgeefster mocht nemen tot behoud of ter uitoefening harer uit de overeenkomst van geldlening voortvloeiende rechten, zijn voor rekening van geldneemster. Eveneens komen ten laste van geldneemster alle belastingen en/of heffingen, die op of met betrekking tot de aflossing van de lening en de betaling van rente, boeten, vergoedingen of kosten, worden of zullen worden geheven. Dit Besluit Algemene Bepalingen voor geldleningen is vastgesteld bij besluit van Burgemeester en Wethouders van 24 oktober 2006 (agendapuntnr. 2.16 - registratienr. 06.0023657).
5