*Z00CBDCBCBC*
documentnr.: INT/C/15/14714 – zaaknr.: Z/C/15/17656
Raadsinformatiebrief Onderwerp
: Jaarverslag Evaluatie toezicht en handhaving 2014
Aard
: Actieve informatie
Portefeuillehouder
: W.A.G. Hillenaar
Datum college
: 29 april 2015
Openbaar
: Ja
Afdeling
: Veiligheid, Toezicht & Handhaving
Contactpersoon
: L. Albers
Telefoon
: 0485-396 699
E-mail
:
[email protected]
In te vullen door de griffie
Nummer brief
: 2015-56
Datum verzending
: 30 april 2015
Nummer weekbericht
: 17
Aanleiding Elk jaar wordt op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) aan uw raad verslag gedaan van de wijze waarop binnen onze gemeente invulling is gegeven aan de gemeentelijke toezicht- en handhavingstaken betreffende de fysieke leefomgeving. Ons college heeft op 28 april 2015 het Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 vastgesteld. Dit verslag heeft enerzijds tot doel uw raad te informeren en anderzijds tot doel om te voldoen aan de wettelijke vereisten. Inhoud Wij zijn verplicht tot het uitvoeren van toezicht en handhaving. De intensiteit waarmee dit gebeurt, is een bestuurlijke keuze. Immers, het is onmogelijk om alles uit te voeren. In het jaarverslag is te lezen hoe de prioriteiten, keuzes en activiteiten op het gebied van toezicht en handhaving in de fysieke leefomgeving zijn uitgevoerd. Het gemeentelijk toezicht op de naleving van de regelgeving op het gebied van milieu, bouwen, ruimtelijke ordening, brandveiligheid, de algemene plaatselijke verordening en andere gemeentelijke verordeningen wordt jaarlijks gestructureerd uitgevoerd op basis van een integraal uitvoeringsprogramma. Er is in 2014 vooruitlopend op het nieuw vast te stellen Integraal toezicht en handhavingsplan 2015 uitvoering gegeven aan de toezicht- en handhavingstaken. Evaluatieverslag “oude stijl” Dit Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 is gebaseerd op vorengenoemde documenten. Om die reden is dit verslag nog opgesteld volgens de eerder gehanteerde stijl. Er is sprake van een overgangsjaar. Eerder is door uw raad aangegeven aan een SMART versie van het jaarverslag de voorkeur te geven. Dit onderschrijven wij. Voor het jaar 2015 zal getracht worden een SMART versie van het jaarverslag te genereren, gebaseerd op het in januari 2015 vastgestelde Integraal Toezichts- en Handhavingsplan (ITHP).
1
Echter zal wel altijd voldoende informatie in het verslag moeten zijn opgenomen om te kunnen voldoen aan de vereisten (vanuit de provincie en wet- en regelgeving). Hiertoe wordt een nieuw format opgesteld. Kwaliteitsdoelstelling In het Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 is opgenomen welke prioriteiten van de toezicht- en handhavingstaken zijn uitgevoerd. Onderstaand worden enkele punten uit het verslag gelicht. 1.
Vereisten en termijnen vanuit Provincie Noord-Brabant – Interbestuurlijk omgevingsrecht (IBT) Door de vaststelling van dit jaarverslag wordt voldaan aan de wettelijke vereisten in verband met de tijdigheid die de Wabo en de provincie Noord-Brabant aan de gemeente stellen. In 2014 is geen uitvoeringsprogramma opgesteld in verband met de opstartfase van de Werkorganisatie CGM, mede in overleg met de provincie. Er is in 2014 daarom vooruitlopend op het nieuw vast te stellen Integraal toezicht
en
handhavingsplan
2015
uitvoering
gegeven
aan de
toezicht-
en
handhavingstaken. In april 2014 heeft een inspectie vanuit het IBT plaatsgevonden (reguliere cyclus). Elk jaar wordt een andere gemeente bezocht (zie par. 8.2). De nadruk lag daarbij op brandveiligheid zorginstellingen. Daarnaast zijn de handhavingsdocumenten beoordeeld. De aandachtspunten hebben er mede toe geleid dat een aantal hercontroles is uitgevoerd, de asbesttaken naar de ODBN zijn overgeheveld en de handhavingsdocumenten verder zijn aangepast. Ook zijn de aandachtspunten meegenomen in de prioritering voor 2015 (hoge prioritering zorginstellingen) en zijn er duidelijkere werkafspraken gemaakt met de ketenpartners. 2.
Toezicht- en handhavingstaken met een hoge prioriteit zijn conform de bestuurlijke wens uitgevoerd. De taken met een lagere prioriteit zijn uitgevoerd voor zover de capaciteit toereikend was.
3.
Ontwikkeling van integrale handhaving. In 2014 zijn integrale horecacontroles uitgevoerd (zie par. 7.2). In 2013 is daarnaast gestart met het nieuwe integrale beleidsplan IFO (zie par. 8.2), waarbij naast toezicht en handhaving, ook de afdeling Publiek is betrokken en de brandweer. Dit traject is in 2014 afgerond (vaststelling ITHP januari 2015). Er is intensief samengewerkt met de Omgevingsdienst Brabant-Noord en de Veiligheidsregio, wat heeft geresulteerd in werkafspraken, een regierol voor de gemeente en een concreet uitvoeringsprogramma voor 2015.
4.
Het verbeteren van de kwaliteit van handhaving door betere monitoring en evaluatie (kwaliteitsdoelstelling). In 2014 zijn de digitale processen binnen de Werkorganisatie CGM verder uitgewerkt, maar deze zijn nog niet voldoende bruikbaar door o.a. technische moeilijkheden met de vereiste koppelingen. In de loop van 2015 wordt het aanwezige systeem geoptimaliseerd in CGMverband. Dit zal leiden tot een betere, eenvoudigere, monitoring en verslaglegging. De toezichthouders Wabo zijn vanaf 1 januari 2014 tevens gestart met een pilot mobiel handhaven (i-Pad). De toezichthouders kunnen hiermee de controle op naleving van bouw, milieu en bijzondere wetten efficiënt, uniform en transparant uitvoeren en de resultaten hiervan eenvoudig vastleggen (zie ook par. 3.5). Met de vaststelling van het ITHP 2015 (d.d. 27 januari 2015) is eveneens een kwaliteitsslag gemaakt en zijn de processen vastgelegd. De opgedane ervaringen in 2014 zijn in dit ITHP meegenomen.
5.
Toezicht op bodem- en asbesttaken zijn een basistaak en derhalve worden deze werkzaamheden sinds oktober 2014 ook door de Omgevingsdienst Brabant-Noord (ODBN) uitgevoerd. Eerder bestond onduidelijkheid of de asbesttaken moesten worden aangemerkt als een basistaak.
2
Door de ODBN zijn de basistaken alsmede de opgedragen verzoektaken op het gebied van milieu uitgevoerd. Het inrichting gebonden milieutoezicht en -handhaving zijn deels als basistaken en deels als verzoektaken neergelegd bij de ODBN. Dit door middel van een jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma door de gemeente. Ambtelijk worden de werkzaamheden van de ODBN gecoördineerd. Aan de ODBN-basistaken moeten nog te veel uren worden besteed door de Werkorganisatie CGM. De samenwerking met de ODBN blijft dan ook een belangrijk aandachtspunt voor 2015. 6.
Er is aandacht geweest in 2014 voor enkele bijzondere thema’s .Zoals bijvoorbeeld integraliteit (zie hoofdstuk 9) en de knelpuntenaanpak ten aanzien van een aantal overlastsituaties (zie paragraaf 8.1.).
In hoofdstuk 10 van het jaarverslag leest u meer over de conclusies over 2014 en aanbevelingen voor 2015. Kortheidshalve mogen wij u daarnaar verwijzen. Procedurele informatie U wordt verzocht kennis te nemen van het Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 dat u hierbij wordt aangeboden. De documenten worden tevens geplaatst op de gemeentelijke website. Inhoudelijk is het jaarverslag integraal afgestemd met de Omgevingsdienst Brabant-Noord en de Veiligheidsregio. In het kader van de eisen van de professionalisering van de integrale handhaving wordt het Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 naar de provincie Noord-Brabant gezonden. Hiermee wordt door onze gemeente voldaan aan de door de provincie gestelde termijnen met betrekking tot de tijdigheid van handhavingsdocumenten in het kader van het interbestuurlijk toezicht (IBT). Bijlagen Het door ons op 28 april 2015 vastgestelde Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014.
Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Cuijk, drs. R.H.M.A. Rongen secretaris
mr. W.A.G. Hillenaar burgemeester
3
GEMEENTE CUIJK
Jaarverslag team toezicht en handhaving 2014
Auteur Datum Vastgesteld door het college d.d. Kenbaar gemaakt aan de raad d.d.
Versie 28 april 2015
: VTH / L. Albers : 28 april 2015 : 28 april 2015 : 30 april 2015
Inhoudsopgave 1.
Inleiding............................................................................................................................................................ 3 1.1 Inleidend......................................................................................................................................................... 3 1.2 Wettelijke kaders ............................................................................................................................................3 1.3 Gemeentelijke kaders ...................................................................................................................................3 1.4 Wat staat er (niet) in ......................................................................................................................................3 1.5 Bronnen van informatie. ................................................................................................................................ 4
2.
Algemeen ........................................................................................................................................................ 5 2.1 Personele bezetting toezicht en handhaving Werkorganisatie CGM .............................................................. 5
3.
Bouw- en woningtoezicht ............................................................................................................................... 7 3.1 Nieuwe wet- en regelgeving ........................................................................................................................... 7 3.2 Reguliere taken ..............................................................................................................................................7 3.3 BAG-keten ...................................................................................................................................................... 7 3.4 Bestede uren medewerkers toezicht en handhaving ...................................................................................... 7 3.5 Voorop in het digitaal toezicht en handhaven .................................................................................................8
4.
Handhaven in de gemeente Cuijk ................................................................................................................ 10 4.1 Handhaving 2014 ......................................................................................................................................... 10 4.2 Tijdsbesteding handhavingsverzoeken ........................................................................................................ 10 4.3 Bezwaar-, beroep en hoger beroep .............................................................................................................. 11 4.4 Wob-verzoeken ............................................................................................................................................ 12 4.5 Ingebrekestellingen ...................................................................................................................................... 12
5.
APV en openbare ruimte ............................................................................................................................... 13 5.1 Veranderende wet- en regelgeving .............................................................................................................. 13 5.1.2 De Algemene Plaatselijke Verordening ........................................................................................... 13 5.2 Uitgevoerde taken en prioriteiten.................................................................................................................. 13 5.2.1 Toelichting op capaciteitsplanning ................................................................................................... 13 5.3 Werkzaamheden Toezichthouders openbare ruimte en Boa’s ..................................................................... 14 5.3.1 Meldingen openbare ruimte 2014 .................................................................................................... 14 5.3.2 Evenementen .................................................................................................................................. 14 5.3.2.1 Geluidsklachten .............................................................................................................. 15 5.4 Geconstateerde feiten en processen-verbaal 2014 ...................................................................................... 15 5.5 Thema’s Openbare Ruimte 2014 ................................................................................................................. 16 5.5.1 GBA-project “samen leren”” ............................................................................................................ 16 5.5.2 Overlast fietsen bij treinstation......................................................................................................... 16 5.5.3 Project Vuurwerk ............................................................................................................................. 16
1 Versie concept 22042015
5.5.4 Project Toezicht Kraaijenbergse Plassen en Heeswijkse Plassen .................................................. 16 6.
Milieutoezicht en -handhaving ..................................................................................................................... 18 6.1 Inleiding ........................................................................................................................................................ 18 6.2 Milieutaken ................................................................................................................................................... 18
7.
Veiligheidsregio ............................................................................................................................................. 22 7.1 Werkafspraken 2014 .................................................................................................................................... 22 7.2 Uitgevoerde werkzaamheden 2014 .............................................................................................................. 22 7.3 Project “Brandveilig leven” ........................................................................................................................... 23
8.
Aanvullende thema’s handhaving 2014....................................................................................................... 24 8.1 Knelpuntenaanpak geuroverlast 2014 .......................................................................................................... 24 8.2 Inspectie IBT april 2014: brandveiligheid zorginstellingen ............................................................................ 24
9.
Integraliteit ..................................................................................................................................................... 26 9.1 Binnen de organisatie................................................................................................................................... 26 9.2 Externe partners ........................................................................................................................................... 26
10. Conclusies 2014 en doorkijk naar 2015 ...................................................................................................... 28
2 Versie concept 22042015
1. INLEIDING 1.1 Inleidend Voor u ligt het Evaluatiejaarverslag toezicht & handhaving 2014 van de gemeente Cuijk. De afdeling Veiligheid, toezicht en handhaving (VTH) staat voor de integrale regisseur- en adviesrol voor de bestuurlijke opdrachtgevers en vertaalt deze naar de werkorganisatie CGM op het gebied van integrale veiligheid, integrale handhaving en rampen- en crisisbeheersing. Het team Toezicht en Handhaving maakt onderdeel uit van deze afdeling. Dit jaarverslag is vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en bekend gemaakt aan de Raad door middel van een raadsinformatiebrief. 1.2 Wettelijke kaders Wettelijk kader: Wabo Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ingevoerd. Het op deze wet gebaseerde Besluit omgevingsrecht (Bor) en Regeling omgevingsrecht (Mor) zijn tegelijkertijd in werking getreden. Het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer is verwerkt in de Bor (hoofdstuk 7 handhaving) en Mor (hoofdstuk 10 kwaliteitseisen). De jaarlijkse verplichte evaluatie en rapportage zijn vastgesteld op grond van de Bor, artikel 7.7. Dit besluit stelt inhoudelijke eisen aan het handhavingsjaarverslag. 1.3 Gemeentelijke kaders We streven naar een veilige en leefbare samenleving en het verbeteren van het naleefgedrag onder burgers, instellingen en ondernemers. Het jaarverslag geeft inzicht in de activiteiten en de stappen die genomen zijn om aan eerder genoemde doelstelling bij te dragen. Omdat het niet mogelijk is om alles te handhaven op voornoemde gebieden, moeten prioriteiten worden gesteld. Deze prioriteiten zijn neergelegd in een handhavinguitvoeringsprogramma (HUP) dat ter kennisneming aan de raad wordt toegestuurd. Dit programma wordt jaarlijks door het college vastgesteld. Voor 2014 geldt nog het beleidsplan van Cuijk 2013-2014 en de programmabegroting 2014-2017. In 2014 is geen uitvoeringsprogramma opgesteld vanwege de start van Werkorganisatie CGM. Wel is voortgeborduurd op de eerdere beleidsstukken en op het inmiddels in januari 2015 vastgestelde Integrale handhavingsbeleidsplan (ITHP 2015). 1.4 Wat staat er (niet) in In dit verslag wordt ingegaan op de handhavingstaken in de fysieke leefomgeving, zoals deze worden uitgevoerd door of namens het team Toezicht en Handhaving. De gemeente heeft nog meer handhavende taken (belasting, leerplicht, etc.), maar omdat bij deze taken een directe relatie met de fysieke leefomgeving ontbreekt, maken deze geen onderdeel uit van dit jaarverslag. Het opstellen van het jaarverslag past in het beleid van de gemeente om zo transparant mogelijk uitvoering te geven aan haar wettelijke taken. Echter is dit jaarverslag niet bedoeld om op locatieniveau informatie te verschaffen; het noemen van namen of adressen wordt aldus ook vermeden.
3 Versie concept 22042015
Verslag “oude stijl” De stijl van dit verslag is te zien als een overgangsjaar. Omdat in 2014 geen nieuwe handhavingsdocumenten zijn vastgesteld kan niet worden gemonitord op de daarin gestelde doelstellingen. Vanaf 2015 wordt gemonitord en gerapporteerd conform het op 27 januari jl. vastgestelde Integrale toezicht- en handhavingsbeleidsplan (ITHP 2015) en uitvoeringsprogramma 2015 en de daarin gemaakte prioritering en onderscheid in de toezicht- en handhavingstaken (vergunningsgericht/objectgericht/…). Tevens zal het format van deze evaluatie meer “SMART” worden gemaakt. 1.5 Bronnen van informatie Er is met name gebruik gemaakt van de navolgende bronnen. 1. Key2Vergunningen en administratie op adresniveau. Aan de hand van het digitale informatiesysteem (Key2vergunningen) van de gemeente is inzichtelijk gemaakt hoeveel vergunningen zijn uitgevoerd. Er wordt binnen het team een eigen administratie bijgehouden (mappenstructuur op adres). Daarnaast wordt geregistreerd via Decos (postregistratiesysteem op adres). In 2015 wordt verder geautomatiseerd, zowel op het gebied van mobiel handhaven als op het gebied van een koppeling van handhaving met vergunningverlening. Hierover leest u verderop (hoofdstuk 3) in dit verslag meer. 2. SIM Klachten systeem. Aan de hand van deze applicatie is in beeld gebracht hoeveel en welk soort klachten/ meldingen van vooral burgers zijn afgehandeld door team Toezicht en Handhaving. 3. Tijdregistratiesysteem (WBU) Via deze applicatie is inzichtelijk gemaakt hoeveel tijd er aan elk taakveld is besteed.
4 Versie concept 22042015
2. ALGEMEEN 2.1 Personele bezetting toezicht en handhaving Werkorganisatie CGM
Afdelingshoofd VTH Op de werkzaamheden van
Veiligheid
Medewerkers Toezicht en Handhaving
dit team ziet het
Team Toezicht en Handhaving
Team
onderhavige
jaarverslag.
Coördinator
Coördinator
Toezicht en Handhaving
Toezicht en Handhaving
Juridisch medewerkers /
Medewerkers milieu
Ondersteuning (divers)
adviseurs
Buitengewoon Opsporings Ambtenaar (BOA)
Buitengewoon Opsporings Ambtenaar (BOA)
domein 1
domein 2
Stagiaires ROC (divers)
Aanvullingen op bovenstaand schema De werkzaamheden toezicht en handhaving voor de gemeente Cuijk worden uitgevoerd door de Werkorganisatie CGM. In de periode 1 januari tot 1 oktober 2014 is sprake geweest van een bijzonder hoog ziekteverzuim. Het is van belang hierbij nadrukkelijk op te merken dat in hoofdzaak sprake is geweest van een niet werk gerelateerd ziekteverzuim. De geraamde productieve uren, konden door deze omstandigheden slechts ten dele worden ingezet. Een juridisch medewerkster handhaving was met zwangerschapsverlof vanaf 1 januari 2014 tot medio maart 2014. In februari en maart 2014 zijn twee nieuwe medewerkers toezicht en handhaving gestart bij de Werkorganisatie CGM (invulling vacatures). In januari is nog gebruikgemaakt van inhuur van de Omgevingsdienst Brabant-Noord. Tijdelijke extra inzet in 2014 - leertrajecten Startersbeurs Het was in beperkte mate mogelijk om het capaciteitstekort te compenseren door het tijdelijk (maximaal 6 maanden) te werk stellen van een tweetal juridische medewerkers via de zogenaamde Startersbeurs. In dit verband wordt echter opgemerkt dat een van 2 medewerkers slechts 2 maanden bij de afdeling VTH werkzaam is geweest, omdat zij voortijdig elders een benoeming heeft aanvaard. In november 2014 is een derde medewerkster via de Startersbeurs als juridisch medewerkster bij handhaving gestart.
5 Versie concept 22042015
ISD werkervaringstraject Binnen de afdeling VTH, is in 2014, twee keer gebruik gemaakt van de mogelijkheid van het ISD werkervaringstraject. Binnen dit traject wordt licht administratief werk gedaan t.a.v. (bouw)dossiers door externe(n) met behoud van uitkering. In 2015 zal nader bekeken worden of van deze mogelijkheid wederom gebruik zal worden gemaakt. ROC-stagiaires Zowel bij de Buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) als ook bij de juridisch medewerkers is tevens een leerplek aangeboden aan stagiaires van het ROC. Coördinatoren toezicht en handhaving Er zijn twee coördinatoren toezicht en handhaving. Zij houden zich enerzijds bezig met de regie ten aanzien van de buitengewoon opsporingsambtenaren en anderzijds met de regie op het gebied van juridische zaken en bouwen woningtoezicht. Bestuurlijk-ambtelijk samenspel en de interne relatie klant-leverancier.We doen dit door:
Frequent overleg met de portefeuillehouders over tal van zaken op VTH-gebied, door de afdelingsmanager, coördinatoren en beleidsadviseur. Gevraagd en ongevraagd adviseren vanuit de regie- en adviesrol aan het bevoegd gezag CGM gemeenten. Daar waar dit noodzakelijk wordt geacht, vindt tussentijds overleg plaats met medewerkers en de betrokken poho’s van de CGM-gemeenten.
Doel: Deze afstemming tussen het bestuur en de ambtelijke organisatie vindt plaats met de nadrukkelijke intentie de portefeuillehouder(s) tijdig, volledig, adequaat en zorgvuldig te informeren over de voortgang van lopende zaken /projecten en het oppakken van nieuwe zaken op het gebied van veiligheid, toezicht en handhaving. De regiefunctie binnen het ambtelijk samenspel is hierbij een belangrijke actor. Beleidsontwikkeling De afdeling VTH houdt zich naast de ontwikkeling van operationeel beleid ook bezig met de strategische beleidsontwikkeling op de middellange en lange termijn. In dit verband kan worden genoemd het Plan IFO (Innovatief plan Fysieke leef Omgeving). In dit plan is ook het handhavingsbeleid opgenomen voor 2015 vervat in het “Integraal toezicht- en handhavingsplan 2015” (ITHP 2015). De beleidsontwikkeling voor de implementatie VTH kwaliteitscriteria 2.1 zal belangrijk zijn voor 2015.
6 Versie concept 22042015
3. BOUW- en WONINGTOEZICHT 3.1
Nieuwe wet en regelgeving
Bewoners en bedrijven kunnen per 1 november 2014 eenvoudiger aan- of uitbouwen, bijgebouwen plaatsen of andere kleine bouwwerken aan de achterkant van een woning of ander hoofdgebouw oprichten. Het vergunningsvrij vergroten van het hoofdgebouw wordt bijvoorbeeld uitgebreid van 2,5 naar 4 meter. Het is nu ook eenvoudiger om mantelzorgwoningen in de achtertuin (achtererf) te plaatsen, zodat bewoners bijvoorbeeld hun ouders kunnen verzorgen. Meer vergunningsvrij kan wel betekenen dat meer handhavend moet worden opgetreden. Steeds vaker krijgen de CGM-medewerkers bijvoorbeeld berichten c.q. vragen van burgers of geen vergunning nodig is voor het bouwwerk van de buurman. 3.2 Reguliere taken Het takenpakket Toezicht en Handhaving (Wabo) bestaat uit programmatische en niet/programmatische werkzaamheden. De programmatische werkzaamheden zijn: Vergunningsgericht
Toezicht en handhaving op omgevingsvergunningen. Toezicht en handhaving betreffende tijdelijke vergunningen en sloopmelding voor slopen bouwwerk. Onderzoek gelijkwaardigheid en legalisatie n.a.v. toezicht.
Gebiedsgericht
Toezicht en handhaving ten aanzien van de Wabo, Wet ruimtelijke ordening, Bouwbesluit, gebruik openbare ruimte, openbare orde en veiligheid.
Themagericht
Toezicht en handhaving betreffende het Besluit inrichtingseisen DhW. Integrale controles.
De niet‒programmatische werkzaamheden zijn: Ongewone voorvallen (onvoorzien). Klachtmeldingen, verzoek tot handhaving. 3.3 Bag-Keten 2014 In 2014 is gebleken dat in voorgaande jaren een achterstand in de werkzaamheden ten behoeve van de BAGWOZ-CBS-keten was ontstaan. Hiermee zijn financiële belangen gemoeid. In 2014 is begonnen om een slag te maken met het wegwerken van deze achterstand. In 2015 wordt structureel hieraan verder gewerkt in nauwe samenspraak met het cluster Gegevensbeheer. Indien noodzakelijk wordt hiertoe een separaat collegevoorstel / plan van aanpak opgesteld. Dit is tevens zo opgenomen in de planning van de afdeling VTH voor 2015. 3.4 Bestede uren medewerkers toezicht en handhaving Vanaf maart 2014 zijn drie medewerkers toezicht en handhaving in vaste dienst van de Werkorganisatie CGM benoemd. In de maand januari 2014 is nog gebruik gemaakt van de inzet/inhuur via de Omgevingsdienst Brabant-Noord ten aanzien van de uitvoering van de toezicht- en handhavingstaken (Wabo). De volgende uren zijn besteed aan werkzaamheden voor de gemeente Cuijk. 1672 Vergunningsgericht Handhavingsgericht* Totaal
697,6 2369,6
Resultaat 2014 Meldingen/klachten In 2014 heeft het team de navolgende klachten/meldingen op dit gebied in behandeling genomen:
7 Versie concept 22042015
Meldingen 2014 bij de gemeente Cuijk van burgers (dit zijn géén handhavingsverzoeken) Bouwen
3
Asbest
2
Stank / geluid
33 / 22
Overig
4
Opvallend is dat veel meldingen binnenkomen bij onze gemeente die eigenlijk niet bij onze gemeente thuishoren. Vaak ziet dit dan op het burenrecht. Deze melders worden dan doorverwezen indien mogelijk en/of gewezen op de van toepassing zijnde wet- en regelgeving. Deze doorverwijzing wordt gedaan door de coördinator toezicht en handhaving of door de ter plaatse aanwezige toezichthouder. Cuijk
Controles 2014
Bouw
176
Sloop
5
Asbest
7
Aanleg
0
Reclame
0
Kappen
0
Overig
7
Besluit inrichtingseisen
12
Monumenten
2
Totaal 195 Ter illustratie: in 2014 zijn 176 nieuwe vergunningen verleend. Er is nog sprake van werkvoorraad van vergunningen die zijn verleend van vóór 1-1-2014 een die we in te stellen prioritering gaan wegwerken. Grote (bouw)projecten Een aparte categorie van werkzaamheden die niet onbenoemd mag blijven, zijn de grote bouwprojecten. Deze vergen veel inzet van de inspecteurs, met nadruk op de speerpunten constructie en brandveiligheid. Er waren met name vier projecten die veel tijd hebben gekost, te weten de Schouwburg (asbest/sloop/bouw/monument/DhW)/gebruiksmelding), de Cuijkse Cantheelen, de Cuijkse Tuinen en het integrale project PROF (Valuwe). 3.5 Voorop in het digitaal toezicht en handhaven Binnen toezicht en handhaving is in 2013 het startsein gegeven voor digitaal handhaven. Hiertoe is gestart met een Mobiele app handhaving. Door het digitaliseren van het toezicht buiten kan de gemeente het werk sneller en kwalitatief beter uitvoeren. Bij het houden van toezicht wordt gekeken naar alle regels en wetten waaraan moet worden voldaan. Digitaal toezicht is een manier om zonder de huidige papierwinkel van vergunningen en voorschriften, snel en eenvoudig vast te leggen of bij een toezichtstaak aan al de van belang zijnde regels en wetten wordt voldaan. Belang van digitaal toezicht Besparing administratieve lasten en minder bureaucratie Op dit moment werken veel toezichthouders op papier en moet de uitwerking/ afhandeling ervan op de computer plaatsvinden. Dit maakt het uitvoeren van toezicht traag en erg arbeidsintensief. In pilots is gebleken dat het gewenste effect sneller door persoonlijk contact kan worden verkregen. Op locatie kan de controle worden uitgevoerd en terstond worden afgehandeld. Er kan zelfs digitaal worden ondertekend. Het bevoegd gezag bespaart zo op de administratieve lasten en de ondernemer ervaart veel minder bureaucratie. Een duidelijke win-win situatie voor beide partijen.
8 Versie concept 22042015
Met de oplossing voor digitaal toezicht spelen wij in op de wens om het proces te vereenvoudigen door de oplossing te richten op veel voorkomende situaties en vooral het werk van de inspecteur centraal te stellen. Het uitgangspunt is het contact tussen de toezichthouder en de ondernemer te faciliteren. We richten ons daarbij tevens op integraal toezicht. Eenvoudig en op locatie toegang tot gegevens Het is belangrijk dat toezichthouders van gemeenten of omgevingsdienst eenvoudig toegang hebben tot de Toezicht app. Daarom werkt de Toezicht App vanuit de I-cloud. De Toezicht App. kan met of zonder internet verbinding worden gebruikt. De Toezicht App werkt vanaf een mobiel apparaat. De gebruikersinterface is gebaseerd op tablets .De Toezicht app. werkt ook offline. De inhoud van de inspectie kan gesynchroniseerd worden via een draadloos netwerk thuis of op kantoor. Overzichtelijke planning van het werk – inzichtelijk voor alle gebruikers Inspecties kunnen door een daartoe aangewezen persoon worden ingepland ook is het mogelijk om ad-hoc inspecties toe te voegen. De werkvoorraad en openstaande controles kunnen gemakkelijk worden ingezien door de gebruikers. Hierdoor kan werk ook eenvoudig van elkaar worden overgenomen. Gebruik van standaard digitale formulieren. De app bevat standaardchecklisten die voldoen aan de (gebruiks)wensen van de toezichthouders, maar ook zijn getoetst aan de wettelijke vereisten. Deze standaarden zijn door de medewerkers toezicht en handhaving aangedragen en werkbaar gemaakt voor de app door (en in samenwerking met) Centric.
1
Daarnaast is begin 2015 gestart met de implementatie van de module handhaving in Key2vergunningen. Hierdoor kan binnen de organisatie geheel digitaal worden gewerkt. Dit zal de integraliteit tussen de afdeling en de gegevensverstrekking over locaties, sterk bevorderen.
1
In april 2015 heeft over onze pilot een interview in Centric Magazine gestaan.
9 Versie concept 22042015
4. HANDHAVEN IN DE GEMEENTE CUIJK Handhaving is het door middel van diverse inspanningen zorgen dat regels nageleefd worden. De basis van succesvol handhaven wordt gevormd door voorlichting en communicatie. Wanneer burgers en bedrijven niet op de hoogte zijn van het beleid en de regels is het ook moeilijk om ze na te leven. De insteek is om goed te communiceren met de burgers en verzoekers om handhaving. Er wordt dan ook zoveel mogelijk getracht om persoonlijk contact te zoeken met betrokkenen en eerst in gesprek te gaan. 4.1 Handhaving 2014 Bij een handhavingsprocedure zijn zowel de toezichthouders betrokken als ook de jurist handhaving en/of coördinator toezicht en handhaving. Uren juridische handhaving en coördinatie juridisch In 2014 was sprake van onderbezetting (juridische capaciteit), welke zoveel mogelijk is weggewerkt door middel van inzet van tijdelijk medewerkers, inzet van maatwerk, toezichthouders Wabo en de ingestelde prioritering. Er zijn in 2014 desondanks 1373 uren aan werkzaamheden verricht op het gebied van controle/handhaving. Daarnaast is ten behoeve van het bestuur en advisering 427 uren besteed. Hierbij zijn mede geteld de uren die de coördinator specifiek aan onze gemeente heeft besteed. In totaal zijn er 1800 uren besteed (ter illustratie voor 2015 zijn 2089 uren begroot). Werkzaamheden Handhavingsverzoeken Er zijn 12 handhavingsverzoeken ontvangen / in behandeling genomen. Deze verzoeken kunnen als volgt worden onderverdeeld. Openbare Ruimte / overlast Bouwwerk / strijdig gebruik Overlast geluid Aanlegwerkzaamheden zonder vergunning Totaal
2 4 5 1 12
Overige bestuursrechtelijke middelen Stilleggingen werkzaamheden Er zijn drie stilleggingen opgelegd. Dit in verband met werkzaamheden zonder in het bezit te zijn van de benodigde aanlegvergunning in een archeologisch gebied en asbestverwijdering. Vooraankondigingen last onder dwangsom Er zijn in totaal 9 vooraankondigingen bestuursrechtelijk handhaven verzonden. Na de vooraankondiging werd ofwel binnen de termijn voldaan aan het gestelde zodat geen dwangsombeschikking genomen hoefde te worden ofwel is een zienswijze ingediend waarbij de termijn om te voldoen is verlengd. Daarnaast zijn waarschuwingen verzonden die in dat stadium al hebben geleid tot oplossingen. Last onder dwangsom De handhavingsprocedures hebben in 2014 nog niet geleid tot het nemen van een beschikking Last onder dwangsom, wel loopt een aantal procedures door in 2015. In 2014 is een last onder dwangsom beschikking ingetrokken om reden dat aan de last is voldaan. Er heeft één sluiting plaatsgevonden in verband met hennep. Deze is inmiddels weer opgeheven. 4.2 Tijdsbesteding handhavingsverzoeken Over het algemeen zijn handhavingzaken moeilijk vooraf in een tijdseenheid vast te leggen, ondanks dat zowel de te doorlopen stappen als de ter beschikking staande sanctiemiddelen helder zijn. Waar in twee gelijk lijkende
10 Versie concept 22042015
situaties, het ene wordt opgelost met een goed gesprek, loopt het andere uiteindelijk uit tot een hoorzitting bij de adviescommissie voor bezwaarschriften of zelfs beroep bij de rechtbank. Dit heeft te maken met de omstandigheden van de situatie, zoals het geval is bij veel omwonenden die overlast ondervinden, sprake is van een langdurig lopend geschil of de sociale omstandigheden van een betrokkene. Hieronder halen we een paar voorbeelden aan die ondanks een pragmatische instelling toch meer ambtelijke uren hebben gevergd. Bijzondere gevallen
Nutricia
In 2014 heeft de gemeente dit dossier extra uren gekost. Er zijn gesprekken gevoerd met de provincie / ODBN, klagers en het betrokken bedrijf. Deze inspanning heeft wel geresulteerd in afspraken omtrent de bouw van een muur en het nemen van organisatorische maatregelen. In 2014 is het bevoegd gezag vervolgens gewijzigd (in verband met de richtlijn industriële emissie). De ingezette procedures ten aanzien van vergunningverlening en handhaving zijn door de Omgevingsdienst, namens de provincie Noord –Brabant, overgenomen. Sedertdien wordt door de gemeente samengewerkt met de provincie / ODBN en wordt de gemeente door hen geïnformeerd. Ook hebben wij nog een adviesrol bij de procedures: de regie en afhandeling ligt echter bij de provincie.
Bodemverontreiniging bij OWTC
Reeds in 2008 is door de inrichtinghouder OWTC (inrichting voor op – en overslag van dieselolie) een nieuw geval van bodemverontreiniging bij de gemeente Cuijk gemeld. Het is onduidelijk of de verontreiniging tussen het laadperron en de haven een historisch of nieuw geval van bodemverontreiniging betreft. In overleg tussen de gemeente en OWTC is besloten om maatregelen te treffen. Ons college heeft, na consultatie van de Provincie Noord-Brabant, het Waterschap Aa en Maas en Rijkswaterstaat, aangegeven voor de drijflaag van de bodemverontreiniging op te zullen treden als bevoegd gezag en OWTC heeft te kennen gegeven de drijflaag te willen saneren. De gemeente Cuijk en OWTC zijn vervolgens de volgende saneringsdoelstelling overeengekomen: het verwijderen van de drijflaag tussen het laadperron en de haven. Na een juridisch slepend traject kon eerst eind 2013 het Plan van Aanpak (PvA), waarin ook een afweging van saneringstechnieken is gemaakt, door ons college worden goedgekeurd. De olieverontreiniging bestond uit een dieselachtig product. De drijflaag was niet altijd aanwezig, maar had een geschatte omvang van circa 50 m² met een gemiddelde dikte van 0,06 m. Aan de hand van de gegevens uit de onderzoeken is door een extern bureau in opdracht van OWTC een Saneringsplan “Saneringsafweging” en een Plan van Aanpak (PvA) opgesteld. Voor de saneringswerkzaamheden is door ons college goedkeuring verleend. Voorafgaande aan de daadwerkelijke uitvoering van de sanering is een aantal vergunningen verleend c.q. meldingen ingediend. De saneringswerkzaamheden zijn in fases uitgevoerd. Gedurende de sanering zijn geen afwijkingen ten opzichte van het saneringsplan/beschikking geconstateerd. De in situ-sanering is op 30 oktober 2014 beëindigd na verificatie door een extern bureau in het bijzijn van het adviesbureau van OWTC. Dit impliceert dat de drijflaag is verwijderd en dat na de drijflaagsanering de restverontreinigingen in grond en grondwater zijn vastgesteld. De sanering is conform het PvA uitgevoerd en de saneringsdoelstelling is behaald. Hiermee kan de sanering dan ook als afgerond worden beschouwd. Ten aanzien van het opgestelde evaluatieverslag heeft ons college een besluit tot goedkeuring verleend.
Traject Woonboten.
In 2014 is een inventarisatie gehouden met betrekking tot de in plas 1 van de Kraaijenbergse Plassen gelegen woonboten en de daarbij aanwezige bouwwerken/gebouwen. Geconstateerd is dat bij enkele woonboten sprake was van een illegale situatie doordat bijgebouwen zijn opgericht in strijd met het ter plaatse vigerende bestemmingsplan. De bij elke woonboot behorende oeverstrook is door onze gemeente aan de eigenaren van de betreffende woonboten bij overeenkomst in bruikleen gegeven.
11 Versie concept 22042015
Middels een aanschrijvingsbrief van ons college zijn de eigenaren van de woonboten, waar sprake is van een illegale situatie, aangeschreven en zijn zij gedurende een bepaalde termijn in de gelegenheid gesteld de oppervlakte aan bijgebouwen in overeenstemming te brengen met het bestemmingsplan. Indien na het verstrijken van de gestelde termijn wordt geconstateerd dat geen gevolg is gegeven aan de aanschrijving, zal het formele handhavingstraject in gang worden gezet.
Langlopend dossier: mediationtraject.
In de loop van 2014 is op basis van een langlopend juridisch dossier een mediationtraject gestart op last van een gerechtelijke uitspraak. Begin 2015 is helaas gebleken dat het mediationtraject niet tot het gewenste resultaat heeft geleid.
Project Padbroek (Hazeleger)-privaatrechtelijke handhaving
Er zijn brieven gestuurd naar de meeste bewoners van de Hazeleger. Het grootste gedeelte hiervan heeft inmiddels een voorkeur kenbaar gemaakt voor koop, huur of teruggave van de grond. Verder speelt in de Hazeleger de revitalisering (plannen bureau Donkergroen). In het kader hiervan zijn gemeentelijk gesprekken gevoerd met veel bewoners die momenteel grond in gebruik hebben die mogelijk betrokken zou worden bij de revitalisering. Van deze gesprekken hebben zij verslagen gemaakt met concrete afspraken (huur, koop, teruggave) en die worden uitgewerkt in overeenkomsten et cetera. Het vervolg naar andere straten wordt nu ingezet. Vooralsnog verloopt e.e.a. vrij soepel en volgen er nog geen handhavingsacties. Daarnaast kosten diverse supermarkten in onze gemeente extra tijd vanwege o.a. klachten omtrent de bouwsituatie en geluidsoverlast. 4.3 Bezwaar-, beroep- en hoger beroepzaken De juridische procedures in 2014 betreffen diverse onderwerpen waaronder handhaving bij bedrijven, ruimtelijke ordening en handhavingsverzoeken openbare ruimte. Er zijn vijf bezwaarschriften ingediend in 2014. Drie daarvan hadden betrekking op het wegslepen van een auto. Eén bezwaarschrift tegen een opgelegde last onder dwangsom is ingetrokken door de bezwaarmaker. 4.4 Wob-verzoeken Er zijn 4 Wob-verzoeken ingediend en afgehandeld in 2014. Eén procedure uit 2013 liep daarnaast door naar 2014 (januari zitting rechtbank). Het beroep van de indiener van het bezwaarschrift is bij de rechtbank gegrond verklaard en er is een vergoeding (proceskosten) betaald aan de indiener van het beroepschrift. 4.5 Ingebrekestellingen Er is één ingebrekestelling ontvangen in verband met het niet in acht nemen van de beslistermijn (tijdigheid), waarop vervolgens alsnog tijdig kon worden gereageerd. De ingebrekestellingen hadden aldus geen financiële consequenties. Daarnaast is één ingebrekestelling onterecht ingediend. Tijdigheid vinden wij belangrijk. Het streven voor 2015 is dan ook om géén ingebrekestellingen te ontvangen.
12 Versie concept 22042015
5. APV en Openbare ruimte 5.1 Veranderende wet- en regelgeving Op 1 januari 2013 is de Drank- en Horecawet gewijzigd. Een van de belangrijkste wijzigingen van deze wet is dat de burgemeester verantwoordelijk is voor de toezicht en handhavingstaak. Daarnaast worden gemeenten verplicht om een verordening vast te stellen omtrent paracommercie. In december 2013 heeft de gemeenteraad de verplichte para commerciële bepalingen vastgesteld door een wijziging van de Algemene plaatselijke verordening. 5.1.2 De Algemene Plaatselijke Verordening De Algemene Plaatselijke Verordening (hierna te noemen: “APV”) wordt periodiek geactualiseerd vanwege noodzakelijke wijzigingen in wet- en regelgeving (gewijzigde of nieuwe wetgeving en jurisprudentie). Ook het aspect van deregulering wordt hierin meegenomen. Door het stellen van algemene regels in de APV vindt echter ook een verschuiving plaats van bemoeienis van de overheid naar eigen verantwoordelijkheid van de burger. Hierdoor blijft het voor de gemeente van belang burgers vooraf te informeren, maar ook om achteraf toezicht te houden en te controleren of de voorschriften wel worden nageleefd. In de APV is het instrument deregulering toegepast waardoor de regeldruk voor burgers en bedrijven wordt verminderd. De vermindering van de regeldruk richt zich met name op de vergunning- en ontheffingverlening. In december 2013 is de APV bij raadsbesluit gewijzigd. 5.2 Uitgevoerde taken en prioriteiten Takenpakket Boa’s Het takenpakket van de Boa’s bestaat uit twee domeinen. Namelijk domein I Openbare Ruimte en Domein II Milieu en Welzijn. De werkzaamheden verschillen per domein. De werkzaamheden van de Boa's bestaan uit programmatische en niet/programmatische werkzaamheden. De programmatische werkzaamheden zijn onder andere: Vergunningsgericht Toezicht en handhaving op vergunningen A.P.V. en/of bijzondere wetten (evenementen, Drank en Horecawet etc.) Objectgericht Toezicht en handhaving aangaande objecten en/of woningen. Gebiedsgericht Toezicht en handhaving geografisch bepaald ( Natuurgebieden, wijken, etc.) Themagericht Toezicht en handhaving betreffende specifieke thema’s waaronder o.a. integrale horecacontroles. De niet‒programmatische werkzaamheden zijn: Ongewone voorvallen (onvoorzien). Klachtmeldingen, verzoek tot handhaving ( SIM). Aan de hand van de risicoanalyse zijn de uren in 2014 gepland voor de verschillende taken, vooruitlopend op het ITHP 2015. De taken zijn daarin ingedeeld naar hoge, gemiddelde of lage prioriteiten. In tabel 1 is de verhouding te zien tussen het ITHP en de werkelijk gemaakte uren in 2014. 5.2.1 Toelichting op capaciteitsplanning Met de beschikbare capaciteit hebben wij nagenoeg volledig uitvoering kunnen geven aan de activiteiten zoals genoemd in het ITHP 2014. Het aantal uitgevoerde uren aan toezicht in 2014 is op de meeste terreinen gerealiseerd conform de indeling naar prioriteiten.
13 Versie concept 22042015
Het verschil tussen de in het ITHP geraamde capaciteitsuren met de werkelijk in 2014 gemaakte uren is afgerond 1.102 uren. Dit verschil is ontstaan door langdurige ziekte van medewerkers en verplichte her- en bijscholingscursussen. 5.3 Werkzaamheden Toezichthouders openbare ruimte / Boa’s Onderstaand de nader gespecificeerde werkzaamheden over 2014. PROGRAMMATISCH TOEZICHT (reguliere taken) Objectgericht 1. Toezicht evenementen Gebiedsgericht 1. Toezicht gebruik openbare ruimte, openbare orde en veiligheid Themagericht 1. Toezicht drank- en horecawet 2. Toezicht parkeren 3. Toezicht vuurwerkbesluit NIET PROGRAMMATISCH TOEZICHT 1. klachtmeldingen, verzoek tot handhaving 2. Ongewone voorvallen (onvoorzien) NIET REGULIER WERK (bijzondere taken – EXTRA) 1. Integrale controles horeca 2.
Project Samen sterk in het buitengebied
Totaal Tabel 1
Gepland 2014
Uitgevoerd 2014
130
130
3.750
3.518
145 500 120
75 447 51
1003 1000
1.017 312
12
8
100 6.760
100 5.658
5.3.1 Meldingen openbare ruimte 2014 Onze gemeente maakt gebruik van het digitale programma SIM waarmee via onze website en het telefonisch informatie centrum (TIC) klachten en handhavingsverzoeken kunnen worden ingediend. In 2014 zijn CGM breed 537 meldingen via het SIM-loket binnengekomen voor openbare orde en veiligheid daarvan zijn er 379 door de Boa’s afgehandeld voor onze gemeente. Zo behandelden de Boa’s meldingen handhaving milieu (bijvoorbeeld het illegaal kappen van bomen) en handhavingszaken op het gebied van de ruimtelijke ordening. Bij deze laatste meldingen kan worden gedacht aan het verlagen en verhogen van grond, illegale opslag bouwmaterialen, illegale opslag van (mest)stoffen/snoeiafval. Deze meldingen komen op diverse wijzen binnen (telefonisch, per e-mail maar ook mondeling in persoon). 5.3.2 Evenementen Aan de evenementen zijn uren besteed. Het gaat voor de gemeente Cuijk om de volgende evenementen:
vierdaagsefeesten; de Kuukse Elf-Kroegentocht: jaarlijkse evenement tijdens de carnaval; festiviteiten rondom Koningsdag; Cuijk Kei Goed: trekt jaarlijks vele duizenden bezoekers. Braderie en op verschillende plaatsen in de winkelstraten van het centrum van Cuijk is muziek, dans en show; kermissen; dodenherdenking.
De uit te voeren taken van de Boa’s tijdens de evenementen zijn in 2014 nader gespecificeerd in een werkschema en in een rapportage ten behoeve van de dienstenoverdracht en het integrale veiligheidsoverleg. Gedurende de evenementen hebben de Boa’s onder andere vergunningen gecontroleerd, het verkeer gereguleerd, geluidsmetingen verricht en toezicht en controle uitgeoefend ten aanzien van de openbare veiligheid in de openbare ruimte.
14 Versie concept 22042015
Tijdens de grote evenementen wordt ook gebruik gemaakt van inhuur uit de Boapool, mede gezien de omvang en impact van bepaalde evenementen. De medewerkers van de Boapool zijn in 2014 optimaal ingezet in zowel onze gemeente als in andere deelnemende gemeenten. 5.3.2.1 Geluidsklachten Naar aanleiding van de grote evenementen zijn enkele geluidsklachten binnengekomen. Hoewel op sommige locaties overlast is ondervonden van het geluid was daarbij geen sprake van overtreding van de geluidsnormen. Ook de Boa’s voeren geluidsmetingen uit tijdens de evenementen. Het blijkt dat –ondanks gemelde overlastgeen sprake was van overtredingen van de geluidsnormen. 5.4 Geconstateerde feiten en processen-verbaal In het algemeen is de insteek om zoveel mogelijk waarschuwen. In een veelvoud van zaken is geïntervenieerd en in een aantal gevallen is toch een proces-verbaal uitgeschreven. Onderstaand een overzicht van de uitgeschreven processen-verbaal in 2014. Feit code
Omschrijving
F120A
Het beklimmen van een monument, beeld, constructie, of verkeersmeubilair langs of op de weg. Het zich zonder redelijk doel ophouden in een portiek, poort of het zitten, liggen tegen een raamkozijn van een gebouw op of aan de weg. Het zich zonder een redelijk doel bevinden in een gemeenschappelijke ruimte van een flat, appartementengebouw of publiek toegankelijk gebouw. Als eigenaar of houder van een hond, deze laten verblijven of lopen op een weg zonder een deugdelijk middel bij zich te dragen of te tonen, voor het verwijderen van de uitwerpselen van de hond Als bader of zwemmer in openbaar water zich zodanig gedragen dat het scheepvaartverkeer daarvan hinder of gevaar kan ondervinden. Huishoudelijke afvalstoffen anders aanbieden dan via het aangewezen inzamelmiddel. Huishoudelijke afvalstoffen niet op de voorgeschreven wijze aanbieden Als particulier een afvalstof, stof of voorwerp buiten een daarvoor bestemde plaatsen buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer op of in de boden houden achterlaten of anderszins plaatsen op een zodanige wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding tot het milieu Als eigenaar of houder van een hond er niet voor zorgen dat deze hond zich niet van uitwerpselen ontdoet op een voor het publiek toegankelijke en kennelijk als zodanig ingerichte kinderspeelplaats, zandbak of speelweide Als eigenaar of houder van een hond er niet voor zorgen dat dat deze hond zich niet van uitwerpselen ontdoet op een andere dan door het college aangewezen plaats Niet de rijbaan gebruiken als bestuurder van een motorvoertuig Parkeren voor een in- of uitrit Parkeren langs een gele onderbroken streep Niet voorzien van een duidelijke zichtbare achter de voorruit geplaatste parkeerschijf waarop tijdstip staat aangegeven waarop met parkeren is begonnen Parkeren terwijl de toegestane parkeerduur is verstreken Als bestuurder van een voertuig parkeren in parkeerschijfzone Als bestuurder op een gehandicaptenparkeerplaats parkeren anders dan – met een motorvoertuig op meer dan twee wielen waarin duidelijk zichtbaar is aangebracht een geldige gehandicapte parkeerkaart Parkeren bij een parkeerautomaat met kaarten zonder aanbrengen op voorgeschreven wijze Parkeren bij een parkeerautomaat met kaarten terwijl parkeertijd is verstreken Handelen in strijd met geslotenverklaring in beide richtingen. Handelen in strijd met geslotenverklaring door een vrachtauto Parkeren in Parkeerverbod / parkeerverbod zone Stilstaan in Verbod stil te staan (stopverbod) Als schipper van een snelle motorboot de toegestane snelheid van 20 km / h overschrijden tot 6 km/h. Als schipper van een klein schip de toegestane snelheid overschrijden met 15 tot 25 km/h Als schipper van een schip op binnenwateren varen zonder geldig klein vaarbewijs. Als schipper dan wel als eigenaar / houder van een snelle motorboot aan de scheepvaart deelnemen zonder het registratiebewijs aan boord te hebben. Als bestuurder van een snelle motorboot varen zonder gebruik te maken van de dodemansknop
F125A F125B F145D F240 H004 H006 H096
H325B H325C R315B R397B R397G R400AA R400AB R401 R402B R409A R409B R550A R554A R584 R585 W065A W075A W300B W500C W518 Totaal
Aantal 1 1 1 1 1 1 2
4
1 1 2 1 2 58 11 16 4 24 6 1 1 35 3 6 1 1 1 3 190
15 Versie concept 22042015
5.5 Thema’s Openbare Ruimte 2014 5.5.1 GBA-project “Samen leren” In opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) werken wij mee aan het project: Adresonderzoek ’Samen Leren’. De Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) is de bron van persoonsgegevens voor de gehele overheid. Elke overheidsorganisatie die bij haar taken persoonsgegevens gebruikt, is verplicht de GBA te raadplegen. De kwaliteit van de gegevens in de GBA is daarmee van groot belang. Bij de uitvoering van het project Adresonderzoek ‘Samen Leren’ wordt samen met gemeenten en uitvoeringsinstanties een gestandaardiseerde aanpak voor adresonderzoek ontwikkeld. Voor onze gemeente betreft het 77 adressen die maximaal drie keer worden bezocht. Uiteindelijk wordt door het Ministerie van BZK een verslag met betrekking tot het project van de deelnemende gemeenten naar de Tweede Kamer gezonden. 5.5.2 Overlast fietsen bij treinstation Samen met de politie en de buurgemeenten langs het spoor “de Maaslijn” is een werkgroep opgericht om de overlast van fietsen rondom de treinstations tegen te gaan. Het betreft de werkgroep Veiligheidsarrangement (Maaslijn) NS Station Cuijk. In deze werkgroep zijn medewerkers afgevaardigd van onze gemeente, Veolia, Arriva, Prorail en het bureau Delfini. Deze werkgroep is opgericht om zoveel mogelijk het stationsgebied te upgraden. Het gaat dan onder meer om verbeteringen van de perrons, de reclameborden en de veiligheid. Een van de onderdelen betreft de fietsenstallingen. Door de Boa’s wordt gecontroleerd op de fietsen die buiten de stallingen staan. Ook het Stationsplein behoort daartoe. Tevens zijn de omwonenden betrokken bij dit project. De boa's van Veolia houden toezicht op en rond om het station. Zij zetten fietsen in stallingen en kijken of er vernielingen hebben plaatsgevonden en melden dit. In 2014 is de fietsenstalling uitgebreid. Er zijn 352 fietsenplaatsen bijgekomen waarmee het totaal op 1.312 fietsenplaatsen is gekomen. Er staan hierdoor minder fietsen buiten de stalling. Dit moet uiteindelijk dan ook gaan leiden tot een vermindering van de overlast. In 2015 zal opnieuw aandacht voor de overlast zijn. 5.5.3 Project Vuurwerk Rond de jaarwisseling naar 2015 is opnieuw intensief gesurveilleerd om overlast van vuurwerk tegen te gaan. Dit jaar zijn de leerlingen van het ROC Boxmeer niet mee geweest met de Boa’s, wel zijn er leerlingen van het ROC Nijmegen met onze Boa’s meegegaan om ervaring op te doen en om jongelui die vuurwerk afsteken effectief aan te spreken op hun gedrag. In totaal waren dit 3 studenten. 5.5.4 Project toezicht Kraaijenbergse Plassen en Heeswijkse Plas Het project heeft betrekking op het verbeteren van toezicht en handhaving in het genoemde plassengebied en het indexeren van de meest gemaakte overtredingen binnen het gebied. In het gebied geldt de gemeentelijke verordening Kraaijenbergse Plassen en Heeswijkse Plas. In 2014 is toezicht en controle uitgevoerd betreffende de naleving van de Visserijwet, recreatie te water, afval, natuurgebieden, zwemstranden en openbare orde en veiligheid. Het betreft specifiek toezicht op en de controle van:
vaarsnelheden en overige gedragingen van de pleziervaart; de overlast met name door de jeugd op en aan de Lavendelkade; het zwemmen en het betreden van plaatsen waar dit verboden is zoals in de havens en in het verboden (werk)gebied van de ontgronder Smals; het springen van bruggen en andere kunstwerken; het aanleggen van boten en schepen op verboden plaatsen;
16 Versie concept 22042015
overlast op en aan de oevers van het plassengebied door recreanten, met name door hangjeugd; verkeersgedragingen van voertuigen in het recreatiegebied; uit een oogpunt van veiligheid is bovendien extra aandacht besteed aan de pleziervaart, mede in verband met de nog altijd binnen het plassengebied aanwezige beroepsvaart; onrechtmatige activiteiten door motorcrossers.
Uit een eerdere evaluatie zijn de volgende conclusies en aanbevelingen naar voren gekomen:
een intensief toezicht en controle op het gehele plassengebied met aangrenzende oevergebieden gedurende de periode van 1 april tot 1 oktober 2014 is van waarde gebleken en van groot belang; recreatie is één van de speerpunten van het gemeentebestuur. De steeds toenemende recreatiedruk vraagt om een adequaat en corrigerend c.q. verbaliserend optreden; het gebruik van een surveillanceboot is daarbij onontbeerlijk. In 2012 is een surveillanceboot aangeschaft. Het gebruik van deze boot heeft een positief effect op het naleefgedrag van wet- en
regelgeving gehad; er is nadrukkelijk sprake van het ontstaan van een groter besef en verantwoordelijkheid bij de recreant, waardoor het naleefgedrag op tal van terreinen en aspecten aanzienlijk is verbeterd.
In 2015 wordt een geactualiseerd plan van aanpak opgesteld ten aanzien van het plassengebied.
17 Versie concept 22042015
6. Milieutoezicht en -handhaving 6.1 Inleiding Onze gemeente staat jaarlijks voor de keuze hoe zij het milieutoezicht en de handhaving wil uitvoeren, omdat zij niet alles kan controleren en handhaven. In het Integraal handhavingsbeleidsplan 2011-2014 zijn de prioriteiten opgenomen. Op basis van deze prioriteiten is een werkprogramma milieuhandhaving 2014 opgesteld en door ons college vastgesteld op 5 maart 2014. De milieuwerkzaamheden op het gebied van vergunningverlening en handhaving zijn deels als basistaken en deels als verzoektaken neergelegd bij de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN). Op 1 januari 2014 is de ODBN operationeel geworden. De programmatisch door de ODBN te controleren bedrijven in 2014 zijn bij het werkprogramma voor de ODBN opgenomen. 6.2 Milieutaken Er zijn verschillende milieutoezicht en –handhavingstaken met verschillende prioriteiten. Deze taken zijn in grote lijnen onder te verdelen in:
Inrichting gebonden toezicht en handhaving: prioriteit afhankelijk van het type inrichting. Toezicht en controle BRZO-bedrijf: hoge prioriteit. Toezicht en controle vuurwerkbesluit: hoge prioriteit. Afhandelen van milieuklachten: hoge prioriteit. Actualisering inrichtingenbestand: lage prioriteit. Toezicht en handhaving Besluit bodemkwaliteit / grondstromen / mobiel breken: gemiddelde prioriteit. Toezicht asbesttaken: hoge prioriteit.
In de onderstaande tabel staan de geplande en daadwerkelijk uitgevoerde handhavingsactiviteiten in het kader van milieu.
door ODBN
Uitgevoerd aantal controles 2014
ODBN
Taken milieu
Gepland aantal controles 2014 door
Aantallen milieucontroles en aantallen uren 2014
Aantallen
Aantallen
Integrale controle type A
0
5
Integrale contrôle type B
31
24
Integrale controle type B+
25
53
Integrale controle type C
8
3
Integrale contrôle type C+
4
4
vuurwerkcontrole
2
2
deelcontrole BRZO controle (door ODMWB)
0 1
1
18 Versie concept 22042015
Ad hoc controle
0
hercontrole
16 114
Administratieve hercontrole
7
Vooraankondiging last onder dwangsom
6
Opleggen last onder dwangsom
3
Inning dwangsom
0
Bezwaar en beroepsprocedure
0
Verzoeken om handhaving
1
Klachtenbehandeling Wabo
47
Klachtenbehandeling geen Wabo
10
Ongewoon voorval Wabo
4
Grondstromen, Mobiel breken
34
Beoordeling asbestinventarisatie
70
Toezicht asbestsanering
16
In totaal waren voor de ODBN 1653 uren gepland. In 2014 zijn er 1623 uren uitgevoerd. Verder zijn door de ODBN nog 233 uur gemaakt voor werkzaamheden die niet in het werkprogramma voor vergunningverlening en handhaving waren opgenomen zoals het project horecacontroles, invoering gegevens in systemen, diverse vragen, coördinatie handhaving. Deze uren zijn gemaakt van de flexibel in te zetten uren. Integrale (periodieke) controles type A, B, B+, C, C+ Onze gemeente is verplicht om bedrijven die vallen onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer, te controleren op de naleving van milieuregels. De ODBN maakt voor periodieke controles gebruik van de indeling naar typen (A, B, B+, C, C+). De periodieke controles zijn geplande, onaangekondigde controlebezoeken bij geselecteerde inrichtingen. De ODBN heeft van ons college het werkprogramma milieuhandhaving ontvangen waarin een lijst van de te controleren bedrijven in 2014 is opgenomen. De gemiddelde controlefrequentie is 1x per 3 jaar bij type C en C+ inrichtingen, 1x per 4 jaar bij type B+ inrichtingen en 1x per 10 jaar bij type B inrichtingen. Type A inrichtingen (de niet meldingsplichtige inrichtingen) worden enkel na klachten bezocht. Opmerkingen aantallen controles milieu Het verschil tussen de geplande en uitgevoerde controles bij de verschillende typen inrichtingen is gelegen in het feit dat nog niet van alle inrichtingen duidelijk was onder welk type deze vallen. Eerder is een inschatting gemaakt van de gewijzigde systematiek naar type-indeling. Verder zijn er ook opleveringscontroles uitgevoerd na vergunningverlening. Regiehouder en budgetbeheerder ODBN – Gemeentelijke uren Hiernaast zijn nog gemeentelijke uren gemaakt voor coördinatie en administratie handhaving door milieuspecialist handhaving en juridisch medewerker. De gemeente heeft regelmatig overleg met de ODBN. Ook is de besluitvorming op het gebied van handhaving niet gemandateerd aan de ODBN en ligt aldus nog bij het college. Dit betekent dat de gemeenteambtenaren nog belast zijn met de voorbereiding van bedoelde besluitvorming. De totale gemeentelijke uren omvatten: 586 uren.
19 Versie concept 22042015
Dit betreffen uren voor de volgende activiteiten: beleidsopstelling, bestuurlijke afstemming, vaststellen en evalueren werkafspraken, opstellen van collegevoorstellen, coördinatie/contactpersoon ODBN, budgetcyclus, behandeling klachten en administratie. Door specialist Milieu wordt het totale budget t.a.v. de ODBN (vergunningverlening, handhaving, beleid en overig) bewaakt voor de CGM gemeenten in de vorm van regiehouder. Budgettair blijven de afzonderlijke afdelingen en/of teams wel verantwoordelijk voor hun gevoteerde ODBN-budget qua onder- of overschrijving. Handhaving vuurwerkbesluit Er zijn 2 vuurwerkverkooppunten in onze gemeente aanwezig. Deze zijn aan het einde van het jaar gecontroleerd en voldeden aan de geldende regelgeving. De Boa’s houden toezicht op het afsteken van vuurwerk. BRZO In de gemeente Cuijk is één bedrijf gevestigd dat onder het Besluit Risico Zware Ongevallen (BRZO) valt. Het bedrijf OWTC moet niet alleen aan de milieuregels voldoen, maar ook een veiligheidsbeheersysteem hebben. Voor BRZO bedrijven geldt een specifiek toezichtsregime. De ODBN heeft een samenwerkingsverband afgesloten met de Omgevingsdienst Midden- en West Brabant wegens haar specifieke expertise aangaande de BRZO-inspecties. Zie ook par. 4.2. Klachten De meeste klachten kwamen buiten kantoortijd binnen waardoor niet direct opdracht aan de ODBN kon worden gegeven om de klacht te onderzoeken. Klachten niet vallend onder de Wabo betreffen geuroverlast welke niet direct toe te schrijven was aan een bedrijf. Het merendeel van de klachten had betrekking op geluidsoverlast (muziekgeluid, winkelkarretjes/laden en lossen en motorcross, 24 klachten) en geuroverlast (32 klachten). Relatief veel klachten hadden betrekking op geuroverlast in Vianen. Via de knelpuntenaanpak veehouderijen is eind oktober 2014 een pilot “geurwatch” gestart om geurwaarnemingen bij een varkensbedrijf aldaar te objectiveren. Deze pilot houdt in dat een twintigtal omwonenden 2x per dag hun geurwaarnemingen registreren op papier. Verder is een vijftal elektronische neuzen geplaatst in de omgeving van dit bedrijf. Daarnaast is een elektronische monitoring op de luchtwasser van het bedrijf geplaatst. Zie ook par. 8.1. Toezicht asbest Toezicht op asbesttaken is sinds 2014 een basistaak en derhalve worden de werkzaamheden door de ODBN uitgevoerd. Binnengekomen asbestinventarisatierapporten worden door de omgevingsdienst beoordeeld. Niet elke asbestverwijdering wordt gecontroleerd. Indien sprake is van risicoklasse 3 wordt altijd een controle ingepland. Bij risicoklasse 2b (binnensanering) wordt in 50% van de gevallen een controle ingepland. Bij risicoklasse 2a (buitensanering) wordt in 25% van de gevallen een controle uitgevoerd. Indien sprake is van risicoklasse 1 (asbest voorwerpen) wordt steekproefgewijs (10%) een controle uitgevoerd. Pas medio 2014 zijn de asbesttaken daadwerkelijk bij de ODBN neergelegd, omdat aanvankelijk niet duidelijk was of de asbesttaken moesten worden aangemerkt als een basistaak. Door gemeentelijke medewerkers is in 2014 2x toezicht gehouden op een asbestsanering. Toezicht bodem, mobiel breken De taken op het gebied van het Besluit bodemkwaliteit, grondstromen en het Besluit mobiel breken betreffen basistaken en dienen derhalve uitgevoerd te worden door de ODBN. Ten aanzien van grondstromen en bodemsaneringen geldt dat er in de keten kan worden gesjoemeld met partijen verontreinigde grond. Dit kan de ontdoener een groot financieel voordeel opleveren. Wanneer verontreinigde grond opnieuw en ongecontroleerd in het milieu belandt, kan (water)bodemverontreiniging ontstaan. In 2014 zijn 34 controles uitgevoerd omtrent grondstromen en mobiel breken.
20 Versie concept 22042015
Milieuhandhaving Handhaving is gericht op het opheffen van de tijdens het toezicht geconstateerde overtreding, om ervoor zorg te dragen dat de inrichtingen aan de wettelijke verplichtingen voldoen. In 2014 hebben de volgende handhavingsacties plaatsgevonden. Vooraankondigingen last onder dwangsom Er zijn in totaal 6 vooraankondigingen bestuursrechtelijk handhaven verzonden. Na de vooraankondiging werd ofwel binnen de termijn voldaan aan het gestelde zodat geen dwangsombeschikking genomen hoefde te worden ofwel is een zienswijze ingediend waarbij de termijn om te voldoen is verlengd. Last onder dwangsom De milieuhandhavingsprocedures hebben in 2014 3x geleid tot het opleggen van een last onder dwangsom. Een tweetal is ingetrokken nadat alsnog werd voldaan. Bij een derde is de termijn verlengd om alsnog te voldoen. Er heeft derhalve nog geen inning plaatsgevonden van een opgelegde last onder dwangsom.
21 Versie concept 22042015
7. Veiligheidsregio 7.1 Werkafspraken 2014 Vanaf 2014 is de samenwerking tussen onze gemeente en de Veiligheidsregio verder geïntensiveerd. Er zijn met ingang van 1 januari 2015 duidelijke werkafspraken gemaakt tussen het team toezicht en handhaving en de brandweer en er vindt (minimaal) maandelijks overleg plaats. Dit zal resulteren in een meer intensieve samenwerking en meer integraliteit. De gemeente gaat duidelijker de regierol op zich nemen. In 2015 gaat de Veiligheidsregio verder met een nulmeting, welke in 2016 zal moeten zijn afgerond. 7.2 Uitgevoerde werkzaamheden 2014 Gebruikscontroles In onze gemeente werd het toezicht op de meldingen en vergunningen brandveilig gebruik
grotendeels
uitgevoerd door de Boa’s, die daar de cursus controleur brandpreventie voor hebben gevolgd. Bij overtredingen of grote afwijkingen in het gebruik, adviseert de brandweer over de te nemen stappen en maatregelen. Bij een aantal complexere bouwwerken is door de brandweer in 2014 een controle op de vergunning of melding uitgevoerd. Toezicht en handhaving bouw In samenwerking met de medewerkers van het team toezicht en handhaving wordt toezicht gehouden op de bouwlocaties tijdens de bouwfase en bij de eindcontrole. Ook vanuit de handhaving zijn de medewerkers van de brandweer gevraagd deel te nemen aan deze controles en te toetsen op de brandveiligheid
Deze
werkzaamheden zijn sterk vraag gestuurd. Afgelopen jaar zijn samen met de toezichthouder bouw voornamelijk de grotere bouwwerken bezocht. Evenementen controles De evenementen waar grotere tenten worden gezet en waar een groter veiligheidsrisico aanwezig is worden, op verzoek van de gemeente, door de brandweer gecontroleerd. Bij de grotere evenementen, zoals de Kuukse elfkroegetocht en de vierdaagseweek, heeft de brandweer deelgenomen aan de veiligheidsoverleggen en voert zij controles uit voorafgaand aan het evenement. Bij de Kuukse kroegentocht is er gedurende de dag een Officier van dienst/Risicobeheerser op het evenement aanwezig geweest, om bij calamiteiten en vraagstukken m.b.t. brandveiligheid direct actie te kunnen ondernemen Carnavalcontroles Horeca Voorafgaand aan de carnaval zijn alle horeca bedrijven die deelnemen aan deze festiviteiten gecontroleerd door brandweer. Brandveiligheid BRZO bedrijf In onze gemeente is één BRZO-bedrijf gevestigd. Dit bedrijf wordt jaarlijks gecontroleerd door de brandweer van het regionaal opererende domein Risicobeheersing, samen met de arbeidsinspectie en de milieutoezichthouder van de Omgevingsdienst Midden- en West Brabant. Hiervoor wordt een specifiek inspectieprogramma gevolgd. Toezicht Milieu Vanuit milieu wordt de brandweer regelmatig gevraagd om te controleren op brandveiligheid wat betreft de opslag van gevaarlijke stoffen en de opstelplaatsen van propaantanks.
22 Versie concept 22042015
In de gehele regio zijn de PGS 15 opslagen met beschermingsniveau 1 projectmatig gecontroleerd. In het district Land van Cuijk is één bedrijf dat onder dit regiem valt, namelijk AUV. Dit bedrijf is onderdeel geweest van het project en hier zijn samen met de ODBN controles uitgevoerd. Overzicht aantal controles 2014 gemeente Cuijk Controle bouw:
20
Controle gebruik:
28
Controle evenementen Contact externe:
11 10
Inspectie provincie: Zorginstellingen In 2014 heeft de provincie geïnspecteerd hoe het toezicht op brandveiligheid bij zorggebouwen in de gemeente Cuijk is georganiseerd. De brandweer is hierbij betrokken geweest en was onderdeel van de inspectie. Zorggebouwen hebben een hoge prioriteit voor brandveiligheidscontroles. Zie ook paragraaf 8.2 Inspectie Brandveiligheid zorginstellingen en de aandachtspunten die daaruit naar voren zijn gekomen. 7.3 Project “Brandveilig leven” De brandweer wil de komende jaren gaan veranderen van werkwijze door het toezicht en de controle wat te verminderen en de voorlichting naar de mensen op te voeren. Ons college acht het van belang de onveiligheid in de leefomgeving van de mensen onder de aandacht te brengen en zodoende ervoor te zorgen dat er minder slachtoffers vallen bij brand en de materiële schade ook minder wordt. In dit kader is het project Broodje brandweer uitgevoerd. Hierbij wordt voorlichting gegeven over brandveiligheid in de woning aan thuiswonende senioren. Deze doelgroep is over de gehele gemeente uitgenodigd voor een voorlichtingsdag in de brandweerkazerne van Cuijk. Dit project is door de brandweer als zeer geslaagd ervaren. Bij diverse woongebouwen, waaronder het verzorgingscentrum Maartenshof en het appartementencomplex aan de Lavendel zijn presentaties gegeven aan de bewoners over brandveiligheid. Hierbij zijn de specifieke gebouweigenschappen en de aanwezige brandveiligheidsvoorzieningen ook een onderdeel geweest van de dialoog. Op de industrieterreinen ‘de Haven’ , ‘de Beijerd en ‘t Riet’ en ‘Laarakker’ is door de brandweer deelgenomen aan het project KVO (keurmerk veilig ondernemen). Hier is voorlichting gegeven aan ondernemers over onder andere brandveiligheid en er zijn diverse bezoeken op locatie uitgevoerd en besproken. Zie ook paragraaf 8.2 Inspectie Brandveiligheid zorginstellingen en de aandachtspunten die daaruit naar voren zijn gekomen.
23 Versie concept 22042015
8. Aanvullende thema’s handhaving 2014 8.1 Knelpuntenaanpak geuroverlast Urgentieteam Naar aanleiding van de geactualiseerde geurgebiedsvisie (actualisatie in 2013) is een aantal knelsituaties in onze gemeente nader uitgezocht op verzoek van de raad (aanbeveling 2013). Als “knelsituaties” worden aangemerkt locaties of gebieden waarover klachten dan wel zorgen bestaan en die niet door handhavend optreden kunnen worden opgelost. De gemeente heeft in overleg met het Urgentieteam / Brabant Beraad kunnen bewerkstelligen dat onze locaties door hem, in samenspraak met de gemeente, worden onderzocht. Door het Urgentieteam van het Brabantberaad zijn vier locaties nader onderzocht. Deze locaties zijn nog in behandeling. Voor het grootste gedeelte gaat het hier om geuroverlast, maar er kan ook andere problematiek aan de orde komen en worden meegenomen in het proces. Bij één locatie (Vianen) is eind oktober 2014 een pilot “geurwatch” gestart om geurwaarnemingen te objectiveren. De pilot hield in dat er 5 E-noses geplaatst zijn op en rondom het bedrijf (2 op het bedrijf en 3 bij directe buurtbewoners), daarnaast was er de beschikking over de mobiele neus. Op het bedrijf stond een weerstation en op de luchtwassers werd elektronische monitoring geplaatst. Elke dag hielden 20 gezinnen een geurdagboek bij waarin de vragen stonden: ervaar je geur? Zo ja, in welke mate? En wat is de duur van de geuroverlast? Op deze 3 vragen scoorden de omwonenden 2 keer per dag op vaste tijden en indien tussentijds overlast werd ervaren, werd dit ook genoteerd. De pilot duurde tot 1 januari 2015. De uitkomsten van de E-noses, geurdagboeken, weerstation en luchtwasser worden momenteel (2015) geanalyseerd. Voor nu is geconstateerd dat de omwonenden het geurdagboek naar waarheid hebben ingevuld en dat er een verband is gevonden tussen de waarnemingen van de E-noses en geurdagboeken. Het bedrijf van de E-noses is momenteel bezig met het uitwerken van een grotere proefopzet. De resultaten zijn besproken met de bewoners en ondernemer. Daarop zijn vervolgonderzoeken/acties uitgezet. Momenteel wordt nog gewacht op de laatste resultaten en conclusies. Daarnaast heeft de Knelpuntenaanpak geresulteerd in een informatieavond georganiseerd door de agrarische ondernemers in Beers. Met vijf boeren uit het voormalige LOG is gesproken over de informatiebijeenkomst. Deze bijeenkomst heeft op 22 april 2015 plaatsgevonden. Insteek was om het contact te zoeken met de burger en te laten zien wat de agrariërs nu eigenlijk doen. Voor deze avond waren uitgenodigd: direct omwonenden (circa straal van 500 meter), dorpsraad, ons college, gemeenteraad en GGD. De gemeenteraad zal medio 2015 nader worden geïnformeerd over de stand van zaken c.q. behaalde resultaten. 8.2 Inspectie IBT april 2014: brandveiligheid zorginstellingen In 2014 heeft het team IBT (interbestuurlijk toezicht) omgevingsrecht, als tweedelijns toezichthouder, een themaonderzoek uitgevoerd bij gemeenten, waaronder de gemeente Cuijk, naar de uitvoeringspraktijk van toezicht- en handhaving rondom brandveiligheid bij zorginstellingen, een zogenaamde “Reality check”. Iedere gemeente wordt bezocht door de inspectie. Daarbij komen vaak gelijke aandachtspunten en verbeterpunten uit naar voren. Dit is ook de reden dat de provincie telkens een thema kiest welke extra aandacht verdient. Voor 2014 en 2015 was/is dat brandveiligheid bij zorginstellingen. Het doel van een reality check is om te onderzoeken of de uitvoeringspraktijk bij de gemeente overeen komt met de vastgestelde handhavingsdocumenten van de desbetreffende gemeente op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en bijbehorende uitvoeringsregelingen. De Brandweer Brabant-Noord is hierbij betrokken geweest. Vanuit de provincie hebben wij een inspectierapport met conclusies en aanbevelingen ontvangen. De verbeterpunten naar aanleiding van de conclusies en waarnemingen zijn hiernavolgend samenvattend weergegeven.
24 Versie concept 22042015
“Conclusie per onderdeel/paragraaf 3.2 Locatieonderzoek brandveiligheid zorginstellingen : voldoet gedeeltelijk. 3.3 Kwaliteitscriterium: Probleemanalyse en prioritering : voldoet grotendeels. 5.6 Kwaliteitscriterium: Borging capaciteit : voldoet gedeeltelijk. 5.7 Dossieronderzoek brandveiligheid, handhavingsstrategie : voldoet gedeeltelijk. 5.8 Beoordeling handhavingsdocumenten : voldoet grotendeels. Locatieonderzoek brandveiligheid zorginstellingen Neem passende maatregelen op de door onze toezichthouders geconstateerde tekortkomingen bij de betreffende zorginstellingen conform de handhavingsstrategie “Zó handhaven we in Brabant”. Betrek de geconstateerde tekortkomingen bij de toezichtstrategie voor alle zorginstellingen binnen de gemeente; Als tijdens toezicht blijkt, bezien vanuit de aansturingsartikelen uit het Bouwbesluit 2012 (afdeling 2.10, 2.11, 2.12 en 6.6), dat het huidige gebruik in het pand afwijkt van de bouwaanvraag dient de gemeente ervoor te zorgen dat: o het pand weer wordt gebruikt zoals is aangevraagd of; o een nieuwe aanvraag, onderdeel bouwen, worden ingediend overeenkomstig het huidige gebruik. Probleemanalyse en prioritering Vul de bestaande probleemanalyse en prioritering aan met toezicht op constructieve brandveiligheid bij bestaande bouw. Betrek specialisten bij het tot stand komen van de probleemanalyse voor brandveiligheid in de bouw zoals de brandweer en de bouwinspecteurs. Maak in de probleemanalyse nog meer onderscheid tussen de gebruiksfuncties en inhoudelijke afdelingen uit het Bouwbesluit 2012 als de risico’s duidelijk afwijkend zijn. Prioriteer het toezicht op asbestsloop hoog en koppel daar een passen de uitvoering van de toezichtstaak aan op een adequaat niveau. Besteed de asbesttaken die onderdeel van het basistakenpakket zijn uit aan de omgevingsdienst. Borging capaciteit Bereken de benodigde capaciteit vanuit de gestelde doelen. Zet dit af tegen de beschikbare capaciteit en borg dit in de begroting. Zorg ervoor dat bij de berekening van de benodigde capaciteit en de beschikbare capaciteit het niveau van handhaven inzichtelijk is. Per activiteit moet duidelijk zijn hoeveel uur hiervoor nodig is om voor de gemeente voldoende inhoud te geven aan de voor de gemeente gekozen maatschappelijke effecten. Maak hierbij onderscheid in de gebruiksfuncties van het bouwbesluit en het feitelijk gebruik. Zorg voor regie op de wijze van uitvoering van de controles door de veiligheidsregio. Dossieronderzoek brandveiligheid, handhavingsstrategie Hanteer en borg conform artikel 7.4, lid 2 Bor het gebruik van de handhavingsstrategie “Zo handhaven wij in Brabant”. Advies: Betrek hierbij de afspraken over mandatering, de overdracht van overtredingen tussen omgevingsdienst/veiligheidsregio en gemeente en de te hanteren termijnen voor het versturen van handhavingsbrieven. Borg dat de vastgestelde toezichtfrequentie is gebaseerd op het vooraf vastgestelde adequate niveau en in de praktijk wordt nageleefd. Heroverweeg in overleg met de veiligheidsregio waarop de gemeente haar beperkte capaciteit inzet bij haar toezicht op de brandveiligheid bij nieuwbouw, bestaande bouw en het gebruik. Controleer op de juiste punten bij de juiste gebouwen. “
In het Uitvoeringsprogramma en beleid 2015 is zoveel als mogelijk met bovenstaande punten rekening gehouden. Zo hebben wij op basis van de constateringen van het rapport onze delen in het beleid - 1 t/m 3 van het ITHP - op onderdelen aangepast. Er waren vanaf 1-1-2014 al slagen gemaakt ten aanzien van de documentatie en archivering. Dit is in het verleden niet altijd adequaat gebeurd zo is gebleken uit het dossieronderzoek. De gemeente heeft sinds 1-1-2015 de regie over het toezicht brandveiligheid en verstrekt via adviesformulieren opdrachten aan de brandweer. Daarnaast zijn conform de aanbeveling van de provincie de asbesttaken (basistaak) overgedragen aan de ODBN. Ten aanzien van het locatie-onderzoek zijn opmerkingen en verbeterpunten gemaakt ten aanzien van de fysieke controles bij twee locaties. Met deze aandachtspunten zijn we al, en moeten we verder mee, aan de slag samen met de brandweer. Er hebben vervolgens ook hercontroles door de brandweer plaatsgevonden. De zorginstellingen hebben in het Uitvoeringsprogramma 2015 een hoge prioriteit gekregen en worden altijd gecontroleerd door de brandweer, vaak samen met de gemeentelijke toezichthouder bouw. Door de provincie is recent (april 2015) ook weer een hercontrole uitgevoerd en is met elkaar over de locaties en verbeterpunten gesproken. De werkafspraken met de ODBN als ook met de Veiligheidsregio zijn sinds medio 2014 sterk geïntensiveerd. Er is door de brandweer tevens een planning opgesteld om voor 2016 risicogericht te gaan handhaven/toezicht te houden en een nulmeting te gaan uitvoeren. Hiermee is ingestemd door de provincie onder voorwaarde dat deze nulmeting leidt tot een uitvoeringsbeleid zoals voorgestaan in de aanbevelingen vanuit het IBT. Tot die tijd zijn nadere werkafspraken gemaakt en is op basis van indicatieve uren een uitvoeringsprogramma voor de Veiligheidsregio gemeente Cuijk vastgesteld. De koppeling van uren is nieuw voor de Brandweer Brabant-Noord. De zorginstellingen hebben in het Uitvoeringsprogramma 2015 een hoge prioriteit gekregen en worden altijd gecontroleerd door de brandweer, vaak samen met de gemeentelijke toezichthouder bouw. De terugkoppeling en resultaten 2015 zullen nog separaat volgen.
25 Versie concept 22042015
9 Integraliteit 9.1 Binnen de organisatie Integraal toezicht- en handhavingsplan Van belang is te vermelden dat in 2014 door het team Toezicht en Handhaving het uitvoeringsprogramma Innovatief Plan Fysieke Leefomgeving (IFO) is opgesteld, later het Integraal toezicht en handhavingsplan genoemd (ITHP 2015). Het plan bestaat uit een beleidskader en een uitvoeringsprogramma dat door ons college op 27 januari 2015 is vastgesteld. Het plan kan zowel bestuurlijk als ook ambtelijk bijzonder worden geacht, omdat het een niet alledaags totaal integraal plan is waarin alle relevante elementen op het gebied van Vergunningverlening en Handhaving in de fysieke leefomgeving een plaats hebben gekregen, op basis van uitgebreide risicoanalyses. Overlegstructuren 2014
Wekelijks Omgevingsberaad CGM breed. Frequent overleg waarin een integrale afstemming plaatsvindt met o.a. de BAG-beheerder, de WOZmedewerker, de beleidsambtenaar volkshuisvesting, de medewerker GBA en de medewerkers
handhaving (Boa/juridische medewerkers handhaving). Er vindt overleg plaats (om de 4 weken) tussen de coördinator toezicht en handhaving met (1) de regisseurs van team Ruimte (en/of teamleider Ruimte) en (2) de teamleider en coördinator van het team Ontwikkeling om een eenduidige opvatting en afstemming van zaken op het gebied van de bouwregelgeving en de ruimtelijke ordening te bevorderen en te bezien welke zaken in dat kader van handhaving in aanmerking zouden moeten komen en/of aan welke zaken in dat kader prioriteit zou
moeten worden gegeven. Doelstelling van dit overleg is integraal overleg over handhavingstaken en integrale afstemming van zaken. Portefeuilleoverleg Handhaving Het portefeuilleoverleg handhaving is zowel juridisch als operationeel geborgd met de portefeuillehouder. Bijzondere gebeurtenis De medewerkers van de afdeling VTH hebben in 2014 op een goede en intensieve wijze integraal samengewerkt (regierol) met andere disciplines binnen de Werkorganisatie CGM bij een onverwachte gebeurtenis, te weten de ramp met de MH17 waarbij twee collega’s waren betrokken. Toezicht en handhaving heeft het draaiboek opgesteld en had de regie over de openbare ruimte. 9.2 Externe partners Er is op diverse wijze samengewerkt met de externe ketenpartners. Dit wordt meer en meer een structureel onderdeel van de werkzaamheden en uit te voeren controles. Dit geldt in ieder geval voor de Omgevingsdienst Brabant-Noord (ODBN) en de Veiligheidsregio. Er vinden met deze partners diverse overleggen plaats, zowel op strategisch als uitvoerend niveau. Indien efficiënt en noodzakelijk geacht worden integrale controles uitgevoerd door de ODBN / Veiligheidsregio met de gemeentelijke toezichthouder bouw. In 2014 zijn de werkafspraken en de producten nader geconcretiseerd en ingevuld op basis van de opgedane ervaringen. Daarnaast zijn een aantal integrale grootschalige acties gehouden in 2014.
Op 7 oktober 2014 heeft in de wijk De Valuwe een integrale controle plaatsgevonden. Ruim 115 controleurs van onder andere de gemeente Cuijk, de Belastingdienst, de Douane, de Koninklijke Marechaussee, het UWV, de Sociale Verzekeringsbank (SVB), het Regionaal Bureau Leerplicht, woningcorporatie Mooiland en verschillende onderdelen van de Politie hebben die dag een grootschalige, gebundelde controle uitgevoerd in de wijk. Er werden bedrijven bezocht, huisbezoeken afgelegd en bestuurders van auto’s, motoren, scooters en andere voertuigen werden gecontroleerd.
26 Versie concept 22042015
De politie heeft in totaal circa 230 auto’s gecontroleerd. Daarbij is aan 24 personen een proces verbaal uitgereikt voor verkeersovertredingen zoals het rijden zonder geldig rijbewijs, het niet voeren van de juiste verlichting, mobiel bellen tijdens het autorijden en het rijden onder invloed. Verder zijn 11 scooters gecontroleerd, waarbij drie processen verbaal werden uitgereikt aan eigenaren van scooters met een hoger vermogen dan wettelijk toegestaan. Ook werd een persoon aangehouden die door de politie Utrecht werd gezocht vanwege helingpraktijken. De Belastingdienst heeft in totaal op 11 voertuigen beslag gelegd, waarvan er 5 direct zijn afgevoerd. Verder heeft de Belastingdienst € 3374 aan openstaande belastingschulden geïnd. Een aantal –integrale– teams (naast de gemeentemedewerkers onder andere bestaande uit medewerkers van de UWV, de Sociale Verzekeringsbank, de Belastingdienst, het Regionaal Bureau Leerplicht en woningcorporatie Mooiland) legde 100 huisbezoeken af en bezocht 17 bedrijven. Daarbij is niet alleen een aantal uitkeringen/toeslagen ingetrokken, maar - waar nodig en mogelijk - ook signalerend opgetreden. Bewoners kregen bijvoorbeeld een informatiepakket Zorg aangeboden en in een aantal gevallen is een vervolg- of begeleidingstraject afgesproken. Woningcorporatie Mooiland trof met één van de bezochte wijkbewoners een regeling voor het betalen van een huurachterstand. De gemeentelijke BOA’s (Buitengewoon Opsporingsambtenaren) constateerden op diverse locaties veel afval/vuilniszakken in de openbare ruimte. Opvallend daarbij was één locatie, waarbij na onderzoek bleek dat de betreffende vuilniszakken afkomstig waren van een inwoner van de wijk Padbroek. Doel van de integrale controle was het verder verbeteren van de leefbaarheid en de veiligheid in de wijk. Aan geïnteresseerde wijkbewoners is gedurende de dag een flyer overhandigd en toelichting gegeven op de controle. Wijkbewoners, maar ook gecontroleerde personen reageerden over het algemeen positief op de
controleactie. Op 23 november 2014 heeft een integrale horecacontrole plaatsgevonden in Cuijk Centrum. Naast medewerkers van de gemeente Cuijk waren bij de controle ook vertegenwoordigers van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), de Omgevingsdienst Brabant Noord, de Belastingdienst en de (Vreemdelingen)politie betrokken. In totaal bezochten de partners vijf hoofdinrichtingen en in ieder geval negen overige inrichtingen. Doel was het controleren op tal van administratieve voorschriften, zoals de veiligheid in het algemeen, rookvrije ruimte, de naleving van de Drank- en Horecawet, milieuvoorschriften, Bouwbesluit en de fiscale wetten en andere regels. Eén van de achterliggende doelen van deze controles is bovendien het voorkomen en bestrijden van (georganiseerde) criminele activiteiten, zoals witwassen en vastgoedfraude. Bij de controle - die in totaal zo’n vijf uur duurde - waren 21 medewerkers van de verschillende partners betrokken. Bij één van de hoofdinrichtingen werd het verboden wapen pepperspray aangetroffen en in een andere inrichting was sprake van een overtreding op grond van de Wet arbeid vreemdelingen. Daarnaast werd bij alle gecontroleerde horecagelegenheden een aantal verbeterpunten geconstateerd. Er werden overtredingen aangetroffen op het gebied van brandveiligheid en de Drank- en Horecawet. Om te kunnen blijven voldoen aan de voorwaarden in de horecavergunning, is bijvoorbeeld aandacht gevraagd voor de aanwezigheid van een leidinggevende in het pand en het duidelijk kenbaar maken van de minimum leeftijdsgrens en de vluchtroute in het pand.
27 Versie concept 22042015
10 CONCLUSIES 2014 EN DOORKIJK 2015 Conclusies toezicht en handhaving 2014
Met de vaststelling van dit verslag wordt voldaan aan de wettelijke termijnen (1 mei 2015) die de Provincie Noord-Brabant aan de gemeente oplegt in het kader van het interbestuurlijk toezicht. Er was in 2014 sprake van onderbezetting
(met name juridische capaciteit) wegens ziekte,
zwangerschapsverlof en nog nader in te vullen vacatures. Voor een deel is dit opgevangen door tijdelijke
medewerkers (startersbeurs), maatwerk, de coördinator en de toezichthouders. Als één van de successen binnen het toezicht en de handhaving kan het Mobiel Handhaven worden beschouwd, waarmee in 2014 is gestart met een pilot. De Werkorganisatie CGM dient hierbij als voorbeeld
voor andere gemeenten. Het inrichtinggebonden milieutoezicht en -handhaving zijn deels als basistaken en deels als verzoektaken neergelegd bij de ODBN. Dit door middel van een jaarlijks op te stellen uitvoeringsprogramma door onze gemeente. In 2014 is het uitvoeringsprogramma, op twee controles na, door de ODBN uitgevoerd. Deze
controles zijn begin 2015 alsnog uitgevoerd. Toezicht op bodem- en asbesttaken (bedrijfsmatig) zijn sinds 2014 een basistaak en derhalve worden deze werkzaamheden ook door de ODBN uitgevoerd. De samenwerking met de Veiligheidsregio en de Omgevingsdienst Brabant-Noord is geïntensiveerd en vastgelegd in meer concrete werkafspraken en een dienstverlenings- overeenkomst. Tevens hebben de werkzaamheden in relatie tot de ODBN ambtelijk gezien meer uren gekost dan voorafgaand was in te
schatten, met name op het gebied van bestuurlijke afstemming, administratie, beleid en budgetcyclus. De medewerkers van de afdeling VTH hebben in 2014 integraal samengewerkt met andere disciplines binnen de Werkorganisatie CGM bij de gebeurtenis (uitvaart) met de ramp met de MH17. Daarnaast hebben integrale controles plaatsgevonden en maken deze integrale controles steeds meer deel uit van de dagelijkse praktijk.
Doelstellingen over 2014 Vereisten Provincie Noord-Brabant – Interbestuurlijk omgevingsrecht (IBT), tevens deels opgenomen als beleidsdoelstelling in de Begroting 2014 Overdracht basistaken (asbest) aan ODBN.
Conform
eisen
provincie
N-B
zijn
alle
basistaken
overgeheveld. Tijdig vaststellen evaluatieverslag 2014 (vóór 1 mei 2015).
Conform eisen provincie N-B is dit tijdig vastgesteld.
(tevens beleidsdoelstelling) Tijdig vaststellen Beleidsplan 2014 (vóór 1 februari 2014).
Het beleidsplan 2010-2015 van de gemeente Cuijk bleef in
(tevens beleidsdoelstelling)
2014 nog gelden. Nieuw beleidsplan was in 2014 wel in concept gereed, maar is niet tijdig vastgesteld.
Tijdig vaststellen uitvoeringsprogramma 2014 (vóór 1 februari
Deze termijn is in 2014 niet gehaald. Hierover is overleg
2014).
geweest met de provincie. Er is wel een onderdeel daarvan, het werkprogramma Milieu, tijdig vastgesteld. In het eerste kwartaal van 2015 zijn alle documenten voor dat jaar vervolgens wel tijdig opgesteld.
Voortgang overige punten voor 2014 Minder overlast door pro actieve aanpak handhaving APV en krachtig
Hiervoor is in 2014 extra aandacht geweest. Dit wordt
optreden, o.a. tegen hondenpoep, zwerfvuil, fietsen en andere APV
verder doorgezet in 2015 en verder. Toezichthouders
overtredingen o.a. door gerichte handhavingsacties en publicaties en
nemen ten aanzien van buurtbemiddeling een pro-
stimuleren van buurtbemiddeling.
actieve houding aan. Er moet meer worden gedaan met
(uit: Collegeprogramma 2014-2018)
publicaties en communicatie in weekblad et cetera. Hiervoor wordt een plan van aanpak opgesteld in
28 Versie concept 22042015
overleg met het team Communicatie.
Er is extra aandacht voor handhaving noodzakelijk en wordt geadviseerd
Dit is conform de aanbeveling opgepakt. Zie par. 8.1. De
te onderzoeken of bestaande knelpunten kunnen worden opgelost.
aanpak knelpunten loopt door in 2015. Indien er
(aanbeveling gemeenteraad Cuijk, december 2013, geurgebiedsvisie)
concrete resultaten zijn wordt de gemeenteraad hierover geïnformeerd.
Aandachtspunten 2015 en verder o
De borging van de regiefunctie intern en extern t.a.v. integrale handhaving binnen de CGM Werkorganisatie, zal een belangrijke kritische succesfactor zijn voor 2015. Het “op afstand” adequaat en effectief 3 bevoegde gezagen adviseren blijft een kritische succesfactor.
o
Er dient in 2015 rekening te worden gehouden met de speerpunten, bevindingen en thema’s van de provincie Noord-Brabant (IBT). Zo wordt extra aandacht besteed aan de brandveiligheid van zorginstellingen, toezicht op bestaande bouw en asbest. Dit is al vastgelegd in het Uitvoeringsprogramma- en beleid voor 2015 en hierop wordt (tussentijds) gemonitord. De samenwerking met de ODBN (product en budgetbewaking) blijft een belangrijk aandachtspunt voor 2015. We streven ernaar dat mede door de nieuwe werkafspraken in 2015 ambtelijk minder uren zullen hoeven te worden besteed aan onder meer de administratieve en juridische werkzaamheden in relatie tot de ODBN.
o
Borging van voldoende structurele juridische capaciteit, conform Functieboek II CGM. Dit mede om de tijdigheid van de afdoening van zaken te waarborgen. Hiertoe is inmiddels binnen de Werkorganisatie besloten.
o
De gemeentelijke handhaving krijgt te maken met landelijke kwaliteitscriteria voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Het is de bedoeling dat de kwaliteitscriteria door alle gemeenten en provincies worden geïmplementeerd en als maatlat zullen gaan fungeren voor de prestaties van hun ambtelijke organisaties. De criteria hebben betrekking op het minimale kwaliteitsniveau dat nodig is voor een goede taakuitvoering van de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. De geformuleerde criteria hebben betrekking op de kritieke massa, de inhoudelijke kwaliteit en prioriteiten en de proceskwaliteit. Inmiddels is het zo dat de kwaliteitseisen voor de benodigde deskundigheid en minimum beschikbaarheid voor de basistaken niet langer in AMvB worden opgelegd maar per gemeentelijke verordening zullen worden opgelegd. De verordening dient voor 1 januari 2016 met de inwerkingtreding van de wet vastgesteld te zijn. Voor de niet-basistaken krijgen de gemeenten een zorgplicht (artikel 5.5 Wabo).
Deze ontwikkelingen
worden nauwlettend in de gaten gehouden door het team Toezicht en Handhaving van de Werkorganisatie CGM zodat tijdig actie kan worden ondernomen. o
Geprioriteerde werkzaamheden kunnen ten koste gaan van andere werkzaamheden. Het college wenst een soort veiligheid ingebouwd te hebben dat door de prioritering minder geprioriteerde zaken niet in het nauw komen. Dit kan door bijvoorbeeld in het plan op te nemen het minimaal aantal te besteden uren aan een onderdeel. Hierdoor voorkom je dat een onderwerp geen aandacht krijgt. Dit is opgenomen in het uitvoeringsprogramma 2015, maar kan nog verder worden uitgewerkt. De mogelijkheden zullen worden wordt als aandachtspunt voor de navolgende uitvoeringsprogramma’s meegenomen.
o
De werkzaamheden en achterstanden in het kader van de BAG-WOZ-CBS-keten dienen in beeld te worden gebracht, mede in het licht van de koppeling met de BAG die in de loop van 2015 in werking zal treden.
o
Er wordt een plan van aanpak opgesteld voor de uitvoering op het gebied van handhaving ten aanzien van ‘t Kuuks Akkoord, Kraaijenbergse Plassen en de aanpak MOE-landers.
o
Bewustwording op het voorkomen van mensenhandel (signaleren). In het eerste kwartaal 2015 is bij de medewerkers aandacht gevraagd voor het vergroten van de bewustheid ten aanzien van signalen van mensenhandel.
29 Versie concept 22042015
o
Verdere uitwerking van de mogelijkheden binnen integraal toezicht en handhaving. Mede in dat licht tevens verder implementeren van het digitaal handhavingssysteem (module handhaven in het programma Key2Vergunningen). Daarnaast gaan ook de boa’s mobiel handhaven (conform de gedraaide pilot toezichthouders bouw). Uiteindelijk zal het mobiel handhaven en het digitaal handhavingssysteem moeten leiden tot meer efficiëntie, betere (smart) monitoring, tijdsbesparing en een eenduidige werkwijze.
o
Aandacht voor gerichte communicatie als handhavingsinstrument, zoals publicaties.
Voor het overige en voor meer informatie over de activiteiten in 2015 wordt verwezen naar het op 27 januari jl. vastgestelde ITHP 2015 met uitvoeringsprogramma 2015.
30 Versie concept 22042015