Vrijdag 26 juni 2015
DHëtC eit
Fausto Coppi bij Le Bistroquet
3
jaargang 9 nummer 424 € 2,50
}<(l(tp$=adbcb <
Kastanjes Veenkade sneuvelen toch
Soci
7
Jan Paul Bresser 8/9
‘Moeder van alle moderne pleinen’
1941 – 2015 UITdekunst 3
De dames van 15 Smaakweb advertentie
SUMMER SALE : UNIEKE JAARLIJKSE VERKOOP VAN DESIGNMEUBELEN Toonzaal en stock modellen met 20 % tot 90 % korting Ook op zondag 28 juni en zondag 5 juli van 12.00 - 18.00 uur
ANTWERPEN
Britselei 16, 2000 Antwerpen
T +32.3.3361694 /
[email protected] / www.giorgettiantwerp.be
2|
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
door vreemde ogen
Den Haag, het nieuwe Brussel Den Haag is het nieuwe Brussel. In mijn gevoel bijzonderder dan Brussel, dat in veel van zijn activiteiten vooral is gericht op de toekomst, en niet zozeer op het verleden. Waarom ik zoiets zeg? Onlangs hoorde ik dat dit jaar de Internationale Commissie voor Vermiste Personen naar Den Haag verhuist. Dus naast het Internationaal Gerechtshof, het Joegoslavië-tribunaal, het Internationaal Strafhof, Eurojust en Europol, nu ook de Internationale Commissie voor Vermiste Personen. Mogelijk dat dit sommigen weinig zegt, maar mij zegt het veel! Toen Slobodan Milošević in de Scheveningse gevangenis zat, maakte ik soms een paar rondjes om het complex, alsof ik zo had kunnen zien dat hij niet kon vluchten, dat hij daar goed achter slot en grendel zat. Voor Nicolae Ceaușescu was het toen al te laat, maar voor Milošević niet. Recht. Gerechtigheid. De moeders uit Srebenica kwamen naar Den Haag om hun recht te halen. En ze konden hier terecht. Er was iemand in Den Haag die naar hen luisterde. En nu komt nota bene vanuit de Bosnische hoofdstad Sarajevo de organisatie voor opsporing van vermiste per-
sonen naar Den Haag. Voor de moeders in Argentinië is het te laat, zoals het veel te laat is voor zo vele moeders in de geschiedenis. Maar inwoners uit landen van het voormalig Joegoslavië hebben er hopelijk wel baat bij. Het is alsof Den Haag, als stad van vrede en recht, een orgaan heeft dat voor de pijn in de wereld resoneert. Een sonar. Een sociale MRI, die zag dat de kanker (onrecht) zich verspreidde in Srebenica, dat de tumor verwijderd moest worden. Anders had Oost-Europa geen toekomst. Voor mij, die de jaren niet tel in cijfers, maar in uitdrukkingen als ‘voor Ceaușescu’ en ‘na Ceaușescu’, biedt dat rust. Weten dat er organisaties zijn die alert zijn. Iemand die het systeem in de gaten houdt. Je mag klagen. De ogen van Vrouwe Justitia kunnen worden gelaserd. En nu krijgt Argos (lees: Den Haag) er nog een oog bij. Om vermiste personen te vinden. Wereldwijd. Maar wisten wij dat er alleen al in Nederland 1500 langdurig vermisten zijn? En dat er jaarlijks nog eens honderd bij komen? Ik niet. Wisten wij dat vermisten in categorieën onderverdeeld zijn? Bij tien procent van de gevallen van vermissing gaat om mensen
die zoek raken tijdens een reis, zes procent betreft weglopers, 3,3% van de vermisten zijn zogenaamde oorlogsvermisten. Wel eens over nagedacht? De helft van deze Nederlandse langdurig vermisten is overigens niet in Nederland geboren. Velen van hen zijn minderjarige asielzoekers die Nederland tussen 2000 en 2005 binnen zijn gekomen. Een ver-vanmijn-bedshow dus? Door mijn keukenraam kijk ik al bijna een maand naar een fiets die daar leunend tegen een boompje staat. Een week geleden heeft iemand een papier op een van zijn fietstassen geplakt: ‘Deze fiets staat al geruime tijd hier. Hij staat in de weg. Binnenkort zal hij worden verwijderd’. En vandaag stond de fiets bij de vuilniscontainer. De buren hebben kennelijk strenge maatregelen genomen. Het recht in eigen hand, als het ware. Morgen komt de vuilniswagen zijn wekelijkse ronde doen. Maar stel nu dat die fiets een verhaal heeft, dat hij van een vermiste persoon is? Moet je dat niet bij de politie melden? Mogen we een dergelijke fiets zomaar opruimen? Het verhaal van
Maar stel nu dat die fiets een verhaal heeft, dat hij van een vermiste persoon is? Moet je dat niet bij de politie melden? terugblik
(mogelijk) vermiste personen zomaar afsluiten? ‘De zoekactie is gestaakt’, lees je regelmatig. Wat overblijft, is een gesloten dossier. En ja, weer een ‘langdurig vermiste’. Soms heb ik het gevoel dat de wereld kan worden samengevat in het beroemde schilderij van Edvard Munch: ‘De Schreeuw’. Maar gelukkig krijg ik soms ook het gevoel dat er iemand is die de schreeuw hoort. Een stad met zoveel instanties die het recht willen laten zegevieren, bijvoorbeeld. Een stad als Den Haag. Mira Feticu
Mira Feticu (1973) is een Roemeense journaliste en schrijfster die sinds acht jaar in Nederland woont. In 2012 debuteerde ze in het Nederlands bij uitgeverij De Geus met het boek ‘Lief kind van mij’, dit jaar volgden ‘De ziekte van Kortjakje’ en ‘Tascha’. Opgegroeid in een dorp onder een communistisch regime, bekijkt deze expat nu door vreemde ogen de westerse samenleving. Verbazing over zaken die in Den Haag heel gewoon zijn.
foto’s uit het haags gemeentearchief
De eerste grote anti-Duitse demonstratie in bezet Europa Op 29 juni is het 75 jaar geleden dat in Nederland de eerste grote demonstratie tegen de Duitse bezetter plaatsvond. De aanleiding was de 29ste verjaardag van prins Bernhard op 29 juni 1940. Overal in Den Haag, en op kleinere schaal in een aantal andere steden, klonk die dag protest tegen de bezetting. In de dagen voorafgaand aan de verjaardag van de prins waren er al bloemen – vooral anjers en goudsbloemen – gelegd bij Paleis Noordeinde en voor het standbeeld van Willem van Oranje tegenover het gebouw. De anjers verwezen naar de lievelingsbloem van prins Bernhard. Sinds zijn studententijd had de prins de gewoonte zich met een witte anjer te tooien. De goudsbloemen waren er neergelegd vanwege hun oranje kleur. De bloemen bleven daar niet liggen. Op vrijdag 28 juni – de dag voor de verjaardag van de prins – had hoofdcommissaris van politie N.G. van der Mey opdracht gegeven de bloemen weg te halen en in het paleis te brengen. Een stralende Oranjezon lokte de mensen de volgende dag naar buiten. Vele Hagenaars gingen op 29 juni spontaan de straat op om hun afkeer van de bezetting te tonen. Rood-wit-blauwe strikjes, oranje haarbanden, goudsbloemen of anjers sierden hun kleding. Haagse kinderen togen ’s ochtends naar school in oranje jurken of met oranje sjerpen. Vanwege de anjers die deze dag demonstratief werden gedragen of als bloemenhulde werden neergelegd, zou 29 juni 1940 de naam Anjerdag gaan dragen. Drommen mensen kwamen die zonnige zaterdagmorgen naar het Noordeinde om het felicitatieregister te tekenen. Het was zelfs zo druk dat werd besloten ook buiten het paleis tafels te plaatsen, zodat men ook daar kon tekenen. De wachtende menigte juichte de opperbevelhebber van de Nederlandse
Land- en Zeestrijdkrachten generaal, H.G. Winkelman, luid toe toen ook hij kwam tekenen en begon vervolgens spontaan het Wilhelmus te zingen. In opdracht van burgemeester S.J.R. de Monchy waren de bloemen weer uit het paleis naar buiten gedragen en opnieuw voor het paleis geplaatst. De Haagse hoofdcommissaris zag de gebeurtenissen in de Haagse binnenstad met lede ogen aan. Uit angst voor reacties van de Duitse bezetter besloot hij daarom het Noordeinde af te sluiten. Dit zorgde evenwel niet voor beëindiging van de protesten. De acties gingen verder in andere delen van de stad. Nu kwamen er ook bloemen te liggen op Plein 1813. Bij het standbeeld van
Vele Hagenaars gingen op 29 juni spontaan de straat op om hun afkeer van de bezetting te tonen koningin-moeder Emma in het Rosarium op het Jozef Israëlsplein stonden eveneens vele mensen te wachten om een bloemenhulde met anjers of goudsbloemen te brengen. In de stad fietsten overal scholieren die luid hun fietsbellen lieten rinkelen en Oranjeleuzen riepen, en hiermee hun anti-Duitse gevoelens toonden. Andere wielrijders hadden hun karretjes met guirlandes van goudsbloemen getooid. Een Haagse vrouw schreef in haar dag-
De eerste, grote anti-Duitse demonstratie in bezet Europa vond plaats op 29 juni 1940 in Den Haag. Hagenaars brengen een bloemenhulde bij het monument van koningin-moeder Emma op het Jozef Israëlsplein. | Foto: Collectie Haags Gemeentearchief
boek: ‘De dag van tevoren zag je al allerlei mensen met bosjes anjers: de bloemenwinkels konden er haast niet tegen op leveren. En toen op de dag zelf ieder in de straat er mee verscheen, toen was dat als het ware een verbroedering. De menschen keken elkaar glimlachend aan, al kende je ze niet’. De Duitse bezetter wist op 29 juni niet goed op deze eerste grote anti-Duitse demonstratie in bezet Europa te reageren. Rijkscommissaris A. Seyss-Inquart had weliswaar eveneens de opdracht gegeven om het Noordeinde af te sluiten, maar wilde op deze dag geen harde maatregelen nemen. Het hoofd van de Wehrmacht, F.C. Christiansen, wilde wel stevig ingrijpen, maar werd tegengehouden. Hij uitte zijn afkeer van de protesten van de Haagse bevolking door aan het begin van de avond een
aantal vliegeniers de opdracht te geven dreigende duikvluchten boven Den Haag te maken, alsof zij de stad gingen bombarderen. De anti-Duitse demonstratie overdag verliep vreedzaam. ’s Avonds waren er echter verschillende vechtpartijen in Den Haag. Op een aantal plaatsen in de stad raakten NSB’ers en andere collaborateurs slaags met protesterende Hagenaars. De reacties van de Duitse bezetter in de dagen na 29 juni waren fel. Een groot aantal maatregelen werd genomen. De media mochten de namen van de leden van het Koninklijk Huis niet meer noemen. Tal van instellingen moesten het begrip ‘koninklijke’ uit hun naam schrappen, zo werd de Koninklijke Bibliotheek omgedoopt in Nationale Bibliotheek. Verder werd het de Nederlanders verboden naar andere
dan Nederlandse of Duitse zenders te luisteren. Eveneens naar aanleiding van Anjerdag namen de bezetters hun eerste anti-Joodse maatregel: de verwijdering van Joden uit de Luchtbeschermingsdienst. Volgens de bezetter hadden anti-Duitse leden van deze dienst mensen aangespoord met een bloem in het knoopsgat de straat op te gaan. De anti-Duitse leden hadden volgens de bezetter vooral een Joodse achtergrond. Rijkscommissaris Seyss-Inquart zorgde ten slotte dat de bloembeheerders bij Paleis Noordeinde en generaal Winkelman werden bestraft en ontsloeg De Monchy. De burgemeester zou pas in mei 1945 weer in zijn ambt terugkeren. Corien Glaudemans www.denhaag.nl/haagsgemeentearchief
actueel |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
3
Beetje hoop voor linden
Kastanjes Veenkade moeten toch weg Door Casper Postmaa
De zeventien kastanjes aan de Veenkade moeten toch om als gevolg van de noodzakelijke vervanging van de kademuren. De zeventien bomen zijn aangetast door de kastanjebloederziekte en onderzoek heeft volgens de gemeente uitgewezen dat ze in redelijke tot zeer matige staat verkeren. De conclusies van wethouder Boudewijn Revis (VVD, binnenstad en buitenruimte) komen naar aanleiding van een studie die het Ingenieursbureau Rotterdam (IbR) op verzoek van de gemeente heeft gedaan naar de vervanging van kademuren aan Toussaint- en Veenkade. Den Haag is bezig oude, gevaarlijke kademuren te vervangen omdat verzakkingen dreigen. De muren zijn ruim honderd jaar oud en
hadden eigenlijk al twintig jaar geleden vervangen moeten worden. Met name de houten funderingen zijn er slecht aan toe. Omdat bomen moeten wijken voor nieuwe kademuren heeft wethouder Revis op verzoek van de raad een laatste onderzoek door het IbR laten doen om vast te stellen of het ook in Den Haag mogelijk zou zijn om een tweede kademuur tegen de oude te plaatsen. Om een aantal redenen heeft Revis besloten af te zien van het model ‘kade voor kade’: een dikkere kademuur (1 meter 25) betekent een aanzienlijk verlies aan capaciteit van de gracht, ook de doorstroom verandert. Den Haag heeft al te weinig oppervlaktewater en naar verwachting zal in de toekomst, waarin extremer weer wordt verwacht, juist meer capaciteit nodig zijn. De gemeente zou in het
centrum compensatie moeten zoeken en daarvoor zijn op dit moment te weinig mogelijkheden, bovendien is het creëren van dergelijke voorzieningen (nieuwe vijvers en grachten) duur. Daarnaast zal, volgens de wethouder, de verdubbeling van de kademuren een verstoring van het stedenbouwkundig ensemble opleveren. “Overal in de grachtengordel tref je een eenduidig beeld aan: de grachten zijn van kade tot kade elf meter breed, ook van gevel tot gevel is de afstand steeds hetzelfde. De monumentencommissie is daarom tegen zo’n ingreep”. Daarbij komt dat de kastanjes op de Veenkade volgens deskundigen door de bloederziekte sowieso geen lange levensduur meer hebben. Wat betreft de negentien linden op de Toussaintkade is de situatie anders. De bomen heb-
ben een betere gezondheid, maar de bomenrij is minder mooi dan aan de Veenkade. Toch wil Revis nog een mogelijkheid openhouden om die bomen te sparen. Het IbR heeft twee theoretische modellen voor de aanpak van de kades voorgelegd, die mogelijk soelaas bieden. Het ingenieursbureau Den Haag en dat van Amsterdam (dat veel ervaring met herstel van oude kademuren heeft) gaan die methodes samen uitwerken en dat mag maximaal 350.000 euro kosten. Dat onderzoek is de laatste strohalm voor de linden aan de Toussaintkade. De actiegroep ‘Red de bomen Zeeheldenkwartier’ vindt juist dat het onderzoek van het IbR heeft aangetoond dat de bomen wel gespaard kunnen blijven en dubbele kademuren mogelijk zijn. De actiegroep blijft zich daarom tegen de kap verzetten.
Den Haag moet walhalla worden voor fietser Door Jan van der Ven
Den Haag greep vorig jaar mis naar de titel van Fietsstad 2014. De gemeente Zwolle ging er toen met de prijs vandoor. Maar misschien krijgt de gemeente Den Haag volgend jaar een herkansing. Want als het aan wethouder Tom de Bruijn (D66, verkeer en vervoer) ligt, wordt Den Haag het walhalla voor de fiets(er). De wethouder maakte vorige week een reeks maatregelen bekend, die ertoe moeten leiden dat het fietsen in de Hofstad nog meer aan populariteit wint. Maar er wordt tegelijkertijd ingrepen om de overlast van de fiets te beperken. Het centrum van de stad en het gebied rond de stations worden in toenemende mate geplaagd door schots en scheef gestalde fietsen. Daar moet een einde aan komen. Er worden in die delen van de stad duizenden extra stalplaatsen gebouwd, boven de grond, onder de grond en gratis te gebruiken.
Schots en scheef gestalde fietsen zijn een plaag in het centrum. | Foto: DHC
De populariteit van de fiets blijkt uit cijfers. Het gebruik ervan nam in de periode 20062013 toe met twintig procent. De stijgende lijn wordt komende jaren vastgehouden doordat allerlei obstakels uit de weg worden geruimd. Daarnaast komen er meer sternetten, waardoor het makkelijker, sneller en veiliger is de stad te doorkruisen. De stallingcapaciteit wordt met duizenden uitgebreid, vooral in het centrum en rond de NSstations. Maar ook in vooroorlogse wijken met een compacte bebouwing komen meer stallingen. In totaal komen er, zo rekende de wethouder uit, 18.000 plekken bij. De grootste klapper wordt gemaakt onder het Koningin Julianaplein bij het Centraal Station, daar komen 10.000 fietsplaatsen. Een fenomeen dat het fietsgebruik onverwacht extra populair maakt, is de opmars van de elektrische fiets. Was deze fiets aanvankelijk vooral bedoeld voor de wat oudere, stramme Hagenaar, tegenwoordig zoeven ook jongeren ermee door de stad. ‘De e-bike maakt het fietsen niet alleen aantrekkelijker, maar vergroot ook de gemiddelde fiets-afstand’, aldus wethouder De Bruijn tijdens de presenta-
tie van het Meerjarenprogramma Fiets 20152018. Een probleem waar de gemeente mee blijft worstelen, is de heropvoeding van de fietsers. Het wil maar niet lukken de fietser te verleiden zijn voertuig in een gratis stalling te plaatsen. Want dat geeft teveel rompslomp en kost tijd. Tijd die liever wordt gebruikt voor een snelle boodschap in de stad. Vurig In het kader van de vurig gewenste heropvoeding van de fietser wordt daarom overwogen de fietser voordelen in het vooruitzicht te stellen bij gebruik van een gratis stalling, zoals het verzamelen van punten voor een gratis kopje koffie. Een ander idee is het uitreiken van loten aan fietsers die hun voertuig in de stalling willen neerzetten. Nieuw is dat de gemeente eisen gaat stellen voor het parkeren van fietsen bij de nieuwbouw of verbouw van winkels, kantoren en horeca. Zoals nu ook geldt voor het parkeren van auto’s. Een doorn in het oog blijft de drukte op de populaire fietspaden door de duinen. De gemeente staat er met lege handen, de fietspaden zijn eigendom van het waterleidingbedrijf Dunea. Wethouder De Bruijn gaat met Dunea in gesprek om te bezien of op een of andere manier paal en perk gesteld kan worden aan overlast die met name de groepjes racefietsers veroorzaken. De wethouder zelf mijdt op mooie zondagen de duinen. “Ik ga dan liever de polder in”. Blij De komende jaren trekt de gemeente ruim 13 miljoen euro uit in het kader van het fietsbeleid. De Fietsersbond heeft gemengde gevoelens over de plannen. De bond is blij met de forse uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen voor fietsen, maar vindt dat de wethouder wel erg optimistisch is over het realiseren van andere plannen, zoals de aanleg van tien fietsroutes. De bond vreest daarnaast dat te weinig geld is vrijgemaakt. Voorzitter Baart zegt: ‘Als je ambitieuze plannen hebt heb je ook voldoende geld nodig om ze uit te voeren’.
Den Haag serieuze kandidaat pitsstop Volvo Ocean Race Den Haag heeft zich in drie dagen tijd op de kaart gezet als zeilstad. Tijdens de Volvo Ocean Race heeft de stad zoveel indruk op de organisatie gemaakt, dat het gek moet lopen wil Scheveningen in de toekomst geen rol in ‘s werelds zwaarste zeilrace spelen. Door Klaas-Jan Droppert
Den Haag heeft daarvoor drie ijzers in het vuur. Ze kan in de volgende race, die in 2017 en 2018
gevaren wordt, opnieuw pitsstop worden. Maar ook een volledige stopover (start- en finishplek van een etappe) behoort tot de mogelijkheden. Tot slot is de stad in de race om na 2018 het hoofdkwartier binnen haar gemeentegrenzen te halen. De goede indruk dankt Den Haag vooral aan de grote hoeveelheid bezoekers. Liefst 120.000 bezoekers passeerden in drie dagen de poorten van het festivalterrein. Verspreid over de hele dag kwamen op zaterdag zelfs tussen de 60.000 en
70.000 toeschouwers op het feest af. Dat is volgens de organisatie een nieuw record. En dat zijn nog niet alle toeschouwers want de duizenden belangstellenden op het noordelijk havenhoofd, op het strand en in de haven zijn niet eens meegeteld. Op het hoogtepunt, toen de Nederlandse boot Team Brunel op weg ging naar Gothenburg, waren er 21.000 bezoekers op het terrein. Om veiligheidsredenen werd het zuidelijk havenhoofd zelfs enige tijd afgesloten. Voor het binnenhalen van het hoofdkwartier
van de race zijn er wel andere kapers op de kust. Onder andere de huidige thuisbasis Alicante en Lissabon. Maar de goede bereikbaarheid (voor Alicante is vanuit veel plekken in de wereld een tussenstop in Madrid of Barcelona nodig), de bijna vlekkeloze organisatie (enige minpuntje was dat bij vertrek de vele volgschepen te dicht op de deelnemers zaten) en het grote enthousiasme onder de toeschouwers maken van Den Haag wel een kandidaat om rekening mee te houden.
4|
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
stadsmens
De Samen Schatkaart reikt jong en oud ideeën aan om samen te ondernemen Wat een rijkdom aan ideeën biedt De Samen Schatkaart die Buddy Netwerk heeft ontwikkeld. Hagenaars krijgen allerlei mogelijkheden aangereikt om die – voor weinig of geen geld – zowel thuis als in de eigen straat of wijk te ondernemen. Kernwoord daarbij is ‘Samen’. Dat is immers al 27 jaar de werkwijze van Buddy Netwerk. Dus samen naar bijvoorbeeld de minibieb in de wijk, samen een wandeling maken of samen een bezoekje brengen aan een Pluktuin. Het is slechts een heel kleine greep uit een enorm aanbod voor buddy’s en hun maatjes. De activiteiten zijn heel visueel in kaart gebracht. Ook is er een filmpje bij. Daarnaast geeft een website een uitgebreid overzicht en verwijst via diverse links naar adressen. “Deze drie onderdelen versterken elkaar”, zegt Buddy Netwerk-coördinator Carmen van Haren. Zij vatte het plan op voor De Samen Schatkaart, die onlangs door wethouder Karsten Klein is onthuld. Met filmmaker Frank Jan Kat en Studio Eyal & Myrthe kon zij dankzij een subsidie van de gemeente Den Haag drie maanden aan het project werken. Van de gemeente kwam ook geld voor drie workshops, die Carmen gaat geven
Carmen van Haren: ‘Mensen zijn elkaar een beetje kwijtgeraakt’. | Foto: Thomas Vahé
aan organisaties als Xtra, Humanitas en Visio voor mensen met een visuele beperking. “Want”, zegt ze, “De Samen Schatkaart is bedoeld voor alle inwoners van Den Haag – van kinderen tot honderdjarigen – die hun leefwereld willen vergroten en die fijne contacten
en verbindingen willen aangaan”. De kaart is in vier delen opgebouwd: Thuis, de Straat, de Wijk en de Wijde wereld. Wie op Thuis klikt, krijgt tal van suggesties, zoals ‘nodig iemand uit voor een spelletje, neem samen de wijkkrant door of meld je aan bij een
maatjesproject’. Bij dat laatste staan weer links vermeld. De Straat geeft tips als ‘elkaar helpen met het wegbrengen van vuilnis’, de Wijk draagt ideeën aan als ‘een terrasje pakken’ of ‘ergens gaan picknicken’ en de Wijde wereld stelt voor om ‘met de ov naar zee te gaan’ en er worden bezoeken aanbevolen aan onder meer musea en theaters. Links geven daarover informatie. Zo ook bij standbeelden en monumenten. “Je kunt dan zelf een route samenstellen en een stukje Den Haag ontdekken”, zegt Carmen van Haren, die hoopt dat de kaart over niet al te lange tijd in wijkcentra zal liggen. Zij is als coördinator 2tegen1zaamheid sinds zes jaar verbonden aan Buddy Netwerk, dat in 1987 begon als project voor aidspatiënten. Een door Carmen ontwikkelde pilottraining netwerkcoaching voor buddy’s met slechtziende maatjes gaf de aanzet tot De Samen Schatkaart. Carmen van Haren: “Buddy’s gingen ideeën uitwisselen. Zo vertelde iemand dat een blind maatje vanwege een slechte gezondheid afstand had moeten nemen van haar geleidehond en dat zij lang niet naar buiten was geweest. De buddy is toen met haar meegegaan en daarna
durfde zij ook met anderen naar buiten”. Een mooi voorbeeld is volgens Carmen ook de 93-jarige man die dol op voetbal is. “Eigenlijk groette hij alleen zijn buren. Maar het WK voetbal heeft hij vorig jaar wel bij hen thuis gezien. Zijn buddy heeft gestimuleerd om dat te vragen”. En: “Er zijn zoveel ideeën om uit te wisselen. In dat concept is het uiteindelijk De Samen Schatkaart geworden. Voor iedereen zijn er veel schatten te vinden. De kracht daarbij is dat het vanuit gelijkwaardigheid en oprechte interesse gebeurt. Op die manier is het ook een uitnodiging aan de formele zorg, zoals ouderenwerkers en huisartsen, om de kaart als cadeautje aan te bieden”. Ze geeft wel aan dat mensen niet ‘moeten worden overvallen met de kaart’. “Men moet aanvoelen wanneer het daar het juiste moment voor is”. Over haar drijfveer achter alle inspanningen zegt Carmen van Haren: “Mensen zijn elkaar wat kwijtgeraakt. Ik hoop dat zij door de kaart elkaar weer een beetje terugvinden”. Joke Korving Informatie: www.desamenschatkaart.nl
Fa m i l i e b e r i c h t e n
Jan Paul Bresser Journalist, kunstcriticus, schrijver en dichter
Wassenaar 23 april 1941 - Den Haag 21 juni 2015
Redactie en medewerkers van Den Haag Centraal rouwen om de dood van
Stilte heeft het laatste woord schreef Jan Paul
Jan Paul Bresser
Hij stierf op de eerste dag van de zomer 21 juni 2015
veelzijdig redacteur van onze krant
Casper Postmaa hoofdredacteur
René Wagemaker uitgever
Ineke Bresser-Hillen
JP en Anne-Marie Bresser Marijke Giesbers Greta Wielenga Marieke Bresser Femke en Jelle Lotte en Jesse En de grote families Bresser en Hillen Op zondag 28 juni 2015 nemen we afscheid van Jan Paul in de Koninklijke Schouwburg Korte Voorhout 3 in Den Haag De ontvangst is vanaf 12.00 uur, de voorstelling begint om 12.30 uur Na afloop is de condoleance in de Sol Lewitt foyer De crematie vindt plaats in familiekring Ons adres Molenstraat 45-B 2513 BJ Den Haag
actueel |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
5
Maasbach zet strijd voort
Prinses Julianakazerne krijgt woonbestemming Door Casper Postmaa
De Prinses Julianakazerne op de rand van het Benoordenhout en Wassenaar krijgt, als het aan het college van B & W ligt, in de toekomst een woonbestemming, eventueel gecombineerd met zorg. Het college maakte deze week de kaders bekend voor het nieuwe bestemmingsplan voor de kazerne. Onder bepaalde voorwaarden is ook uitbreiding mogelijk. Zo mag de nieuwbouw niet hoger dan drie lagen worden en moet zij passen bij het karakter van de bestaande bebouwing. Het college wil dat de architectuur van de kazerne
in de toekomst in de huidige staat blijft. Daarbij moet ook de landschappelijke uitstraling behouden blijven, net als het groen om het complex heen. Als het voornemen van het college wordt uitgevoerd, betekent dat de doodsteek voor de plannen van Johan Maasbach Wereldzending. De evangelisatie-organisatie wil in de kazerne, die te koop staat, een kantoor onderbrengen. Maasbach heeft de hoop nog niet opgegeven dat het zover komt. “De wijk is massief tegen een woonbestemming en nieuwbouw, terwijl de kazerne voor ons optimaal geschikt is”, stelt
T.G.G. Gieseler, secretaris van het bestuur van Johan Maasbach Wereldzending. “Wij hebben grote ervaring met het exploiteren en onderhouden van oude gebouwen. Gezien de tegenstand in de buurt gaan we ervan uit dat we de kazerne alsnog in bezit zullen nemen. Straks wordt het bestemmingsplan in raadscommissies en de raad behandeld, dan zal uit de zienswijzen van de buurt blijken dat dit niet haalbaar is. Dit is een goedbedoelde poging van de gemeente om wat uit te proberen, waarom begrijp ik ook niet, maar volgens ons heeft dit geen kans van slagen. Het merkwaardige is dat de ge-
meente met de kazerne bij òns is gekomen. Wij wilden naar het World Forum en toen bood men ons dit als alternatief aan”.
Wijkvereniging De wijkvereniging Benoordenhout heeft inmiddels een standpunt bepaald over de bestemming van de Prinses Julianakazerne: geen kantoor, maar wonen. ‘Bovendien staat de provincie een kantoor op de plaats van de Julianakazerne niet toe. De wijkvereniging heeft zich uitgesproken voor een woonfunctie, eventueel met zorg en een museale functie voor de aanpalen-
de bunker van Seyss-Inquart’, aldus bestuurslid Willem Hoekstra in het wijkblad van het Benoordenhout. De wijkvereniging heeft wel zorgen over de bereikbaarheid van het Uilennest, zoals dit naar een oude boerderij genoemde stukje van het Benoordenhout heet. ‘Er is slechts één toegangsweg tot de wijk, de Wassenaarseweg. In geval van calamiteiten is het Uilennest slecht bereikbaar. Een kantoorfunctie op de kazerne brengt de nodige verkeersbewegingen met zich mee en is derhalve ongewenst, vooral ook omdat er in het Benoordenhout al meer dan 100.000 vierkante meter kantoor leegstaat’.
Slechtvalken kunnen Spuikwartier dwarsbomen De kunstschilder is ruim een jaar in discussie met verschillende afdelingen van de gemeente, in de hoop op een beter onderkomen voor de vogels, zodat ze niet op de vlucht slaan als er straks wordt gebouwd aan het Spuikwartier. In een poging de slechtvalk te behouden voor het centrum, staat sinds enige tijd zo’n speciale broedkist, met grint op de bodem, op het dak van het nieuwe ministerie van Binnenlandse Zaken. “Maar”, weet Van de Langkruis, “de volgorde is niet goed gekozen en ik heb ze daar op gewezen. De kist moet je eerst op hun huidige broedplek plaatsen, zodat ze er aan gewend raken. Het wordt dan de huiskamer van het echtpaar. Vervolgens verplaats je die naar de nieuwe locatie. En als je een beetje geluk hebt, gaan ze daar zitten broeden en is het probleem opgelost”.
Door Jan van der Ven
Toen de Haagse kunstschilder Hans van de Langkruis in augustus 2009 een slechtvalk in het vizier kreeg, trilden zijn handen. Het was een moment om nooit te vergeten voor de hartstochtelijke vogelaar. Jaren later spreekt hij er nog steeds vol emotie over. “Ik kon mijn kijker niet eens stil houden”, herinnert hij zich. Hij zag de slechtvalk op een van de ornamenten van de St. Jacobskerk aan Parkstraat, waar hij vlakbij woont. De waarneming leidde tot opwinding, want de slechtvalk leek zo’n beetje uitgestorven in Nederland, vooral als gevolg van het bestrijdingsmiddel DDT. Toen DDT in de jaren zeventig verboden werd, herstelde de populatie zich langzaam maar zeker. Later ontdekten de vogels dat ze ook in de stad aan voldoende voedsel konden komen en namen hun intrek in torens en op torenflats. De 60-jarige Van de Langkruis geldt als een van de meest vooraanstaande kenners op het gebied van de slechtvalk. Hij kent zo’n beetje alle gewoontes van deze vogel, reisde er speciaal voor naar Schotland en Oostenrijk en wordt vaak geraadpleegd. Op zijn weblog staat het laatste nieuws over deze vogel te lezen, zoals over de vier jongen die geboren zijn bij het echtpaar dat woont op de Betlehemkerk aan de Laan van Meerdervoort. Den Haag telt momenteel twee echtparen van slechtvalken. Eén ervan heeft zich in de actualiteit genesteld. Dit paar woont op de rand van het voormalige ministerie van Justitie. Het echtpaar kijkt uit op het Spuiplein en speelde een rol tijdens de recente debatten in de gemeenteraad over het Spuikwartier.
| Foto: Hans van de Langkruis
Lacherig De Partij voor de Dieren vroeg aandacht voor de slechtvalken. Er werd aanvankelijk nogal lacherig over gedaan, want hoe konden twee vogels in hemelsnaam zo’n megaproject tegenhouden? Maar Hans van de Langkruis weet wel beter. “Tijdens het broedseizoen mogen de die-
ren er niet gestoord worden. De flora- en faunawet is daar helder over. Net zoals je geen bomen mag kappen in het broedseizoen. Dus zou het zomaar kunnen gebeuren dat straks werkzaamheden aan het nieuwe Spuikwartier moeten worden stilgelegd”. Van de Langkruis wijst naar boven, net onder
de hoogste rand van het voormalige gebouw van Justitie moeten de twee slechtvalken zitten. “Het echtpaar ontbeert nu echter een speciale broedkast, daarboven op het randje. Met als gevolg dat de eieren die ze leggen wegrollen en nooit uitkomen. Dat is dit seizoen al twee keer gebeurd”.
Kwijt Deze gepropageerde aanpak is er tot op heden echter niet van gekomen. Van de Langkruis kreeg er geen gehoor voor bij de gemeente. Hij krijgt soms de indruk dat de gemeente de slechtvalken in het centrum liever kwijt dan rijk is. Zo kreeg hij niet eens antwoord op een brief met de suggestie de broedkast op de rand van het voormalige Justitie te plaatsen. Een andere dienst opperde een broedkist op het stadhuis te plaatsen. “Maar het dak is er niet geschikt voor, het is van glas en de rand ervan wordt gebruikt door de bakken van de glazenwasser”. De slechtvalk (de naam refereert aan ‘alledaags’ in het Duits, de vogel kwam vroeger overal voor) is goed voor de stad, legt Hans van de Langkruis uit. “Ze eten zieke duiven, want die vliegen langzaam. Ook zijn ze goed in de bestrijding van de meeuwenplaag, waar Den Haag onder gebukt gaat. Want ze leven ook van jonge meeuwen”. Hij weet waar hij over praat, want de meeuwenkolonie in de buurt van zijn woning is sinds kort helemaal verdwenen. De weblog van Hans van de Langkruis heet ‘de Slechtvalken van de Parkstraat’.
Verlegging tramrails Koninginnegracht komt een grote stap dichterbij Door Adrie van der Wel
De kans is groot dat de gemeente eind augustus al kan beginnen met de verlegging van de tramrails langs de Koninginnegracht. De Raad van State weigerde maandag het bestemmingsplan voor dit project te schorsen. Het gaat om de tramrails tussen de Javastraat en het Hubertusviaduct.
Buurtbewoners en ondernemers langs de gracht liggen dwars, omdat de rails ruim twee meter in de richting van de gevelwand wordt opgeschoven. Dat doet de gemeente om een rij van 25 monumentale kastanjebomen te sparen. Maar volgens de tegenstanders wordt daardoor wel de ook monumentale gevelwand aangetast. Ze vinden het een ingrijpende verandering van
het zicht op de gevels. De verlegging is volgens hen ook onnodig, want de kastanjes zijn zwaar ziek en zullen volgens een door hen ingeschakelde deskundige binnen enkele jaren het loodje leggen. De gemeente erkent wel dat ze ziek zijn, maar de levensverwachting van de bomen is in de ogen van de gemeente en zijn deskundige wel wat posi-
tiever. Als er al bomen doodgaan, dan zullen dat de jongere bomen zijn. De oudere bomen vertonen volgens de gemeente een stabieler ziektebeeld. Ondanks het verschil van mening tussen de deskundigen, vindt de Raad dat de gemeente voldoende heeft aangetoond dat de bomen nog wel wat langer kunnen blijven leven. De Raad hecht veel waarde aan al
lang lopende gemeentelijke controles van de bomen, waarbij de ontwikkeling van de boomziekte is gevolgd. De andere bezwaren van de tegenstanders zijn door de Raad ook opzij gelegd. Later dit jaar zal de Raad die bezwaren uitvoeriger bekijken. Maar het werk aan de tramrails zal dan waarschijnlijk al flink gevorderd zijn.
TONEEL- EN DANSKIJKER PROJECT
N E M A
S
n e k kij
Als Toneel- of danskijker bekijkt u een serie voorstellingen tegen een lager tarief maar met vele extra’s. Ontmoet acteurs, regisseurs, choreografen en dansers. Door de inleidingen en nagesprekken weet u vaak meer dan de rest van het publiek. Bekijk het complete aanbod van series en arrangementen op de website.
www.theateraanhetspui.nl/extra
actueel |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
7
Marktkooplui willen eerst publiek horen
D66: Haagse Markt ook op zondag open Door Jan van der Ven
Muizenissen Straalbezopen schreef ik ooit bij het zien van Indonesië dat we in 1948 beter Nederland hadden kunnen weggeven. Daar hebben ze ’t nu nóg over, vrienden van me, die van mening zijn dat over 2000 jaar bij het uithakken van de mergelgrotten in Maastricht geen bot van een witte Nederlander meer te vinden zal zijn. Vroeg of laat nemen we hier allemaal de pleitvaart. Landverovertje was vroeger een kinderspel. Je tekende met krijt op straat een area en je hinkte met apenrotsgedrag het gebied van een vriendje binnen. Pik in. Niemand die er wat van zei. Ook de gerepatrieerde Sonny niet, want die hinkstapte lenig drie territoria tegelijk binnen. Die ouderwetse VOC-mentaliteit kwam Jan-Peter Balkenende in 2006 op een draai om z’n oren te staan van die humorloze Jan Marijnissen. Daarna werd het straatspel verboden. De verstikkende politieke correctheid gaat langzaam irriteren. De vorige week mooi oud gestorven Drs. P was in 1980 de toenemende intolerantie van onwelgevallige opvattingen al zo zat, dat hij tegen me zei: ‘Ik zou mezelf heel goed kunnen voorstellen als bezitter van een plantage in West-Indië teneinde op mijn wenken bediend te worden en te kunnen roepen: ‘James’. En dat James dan stijlvol naderde en zingend het eten aanbracht’. Alsof het een tweedegraadsleugen is om niet in de watten te willen worden gelegd. Alsof je achterbaks vertroeteling moet verafschuwen. Alsof verschillende huidskleuren niet gedienstig aan elkaar mogen zijn. Ik speelde tot ver over de 50 op de vleugel in een voetbalelftal en voorzag mijn Turkse vriend Ahmet van op maat gesneden voorzetten waarmee hij in de spits wereldsier maakte. Dat was gegunde dienstbaarheid. Wel noemde hij mij een oud wit lijkenhuisje. Meteen aangifte bij de politie gedaan. Toen we na de eerste titel gingen bbq’en, vroeg hij of het varkensvlees was? Wist ik veel. Maar hij at als een dijker. Ook dat brengt hij nog steeds lachend ter sprake. En Drs. P? Hij maakte elke dag onderdanig voor zijn vrouw het bed op. Dat was het toppunt van humor, allebei wit. Zijn interview werd gepubliceerd omdat hij hoopte aan fatsoenscommissies te mogen uitleggen wat humor is en wat niet. Nu heb je gelijk stront aan de knikker. In m’n gedachten zag ik Gerard Cox boos zweten bij het schrijven van zijn ingezonden brief aan De Volkskrant, omdat er een Fatima in zijn zaal op haar teentjes getrapt was toen hij na het neuriën van na-na-na-na had gezegd: ‘Makkelijk voor allochtonen’. Erg hè. Iemand had hem ook negerrrrrrrmuziek horen zeggen. Volgens mij zijn de leukste antisemitische moppen door Joden verteld. ‘Er spelen geen Marokkanen mee in TOEN WAS GELUK HEEL GEWOON?’, zei een tvverslaggever tegen Cox. ‘Klopt. Daarom heet die serie ook zo’. In zijn verweerschrift moest hij uitleggen dat de grap bedacht was door de redactie van Jörgen Raymann. Nu u, dan ik weer. Ebru Umar van Metro Nieuws begreep de humor wel. Mijn vriend Ahmet ook. Godzijdank. Jan D. Swart
De grondige verbouwing van de Haagse Markt is de laatste fase ingegaan. Het is soms nog wat rommelig op en rond de markt, maar dat moet na de zomervakantie voorbij zijn. Er is dan voor ruim dertig miljoen euro aan de markt verspijkerd en er is het begin van een nieuwe toekomst. De nieuwe start van de markt biedt volgens het D66-raadslid Rachid Guernaoui kansen voor de Haagse Markt. “Waarom zou je de markt niet op zondag openstellen?”, vroeg de Democraat zich op een zonnig terrasje op de Haagse Markt af. “Op zondag kan de markt nieuwe klanten aantrekken. Ik denk dan vooral aan bewoners van Den Haag uit wijken die doorgaans de weg naar deze markt niet weten te vinden, omdat ze door de week geen tijd hebben voor een bezoekje aan de markt”, voegde hij eraan toe. Momenteel is de markt aan de Herman Costerstraat geopend op maandag, woensdag, vrijdag en zaterdag. Om te kijken of de extra koopdag aanslaat, bepleit Guernaoui een proef. Daaruit zal moeten blijken of er bij het publiek behoefte is aan zo’n extra koopdag. En of de marktkooplui er ook brood in zien. Het raadslid Pieter Grinwis van de ChristenUnie/ SGP vindt dat D66 wel heel erg makkelijk denkt over een extra koopdag. D66 wil hiermee de 24-uurs economie opleggen aan de kleinste ondernemers, zegt hij. Het raadslid vindt dat D66 te veel vanuit een ‘riante leunstoel’ het idee van de extra koopdag heeft bedacht. De werkelijkheid is anders, stelt hij. “De marktkooplui werken kei- en keihard. Staan ze niet in Den Haag op de markt, dan wel ergens anders in de regio”. Grinwis voorziet dat vooral de eenpitters onder de marktkooplui extra kosten moeten gaan maken wanneer de markt ook op zondag open is. “Ze moe-
| Foto: DHC
ten dan personeel inhuren en dat zal op zondag zeker niet goedkoop zijn”, aldus het raadslid. Hij denkt niet dat op zondag ineens een stroom nieuwe vaste bezoekers zal worden aangeboord. Want de nieuwe zondagse klanten die D66 voorziet, staan volgens het raadslid van de ChristenUnie/SGP op die dag op het hockeyveld. Omzet Rachid Guernaoui deelt de kritiek op zijn plan niet. Hij vindt dat de marktkooplui via een extra koopdag de kans krijgen om de gemiste omzet van het afgelopen anderhalf jaar terug te verdienen. Dat deze inhaalslag op zondag gemaakt wordt, biedt volgens hem op termijn extra kansen voor de Haagse Markt en voor de gehele stad. “Want met een zondagse openstelling heeft Den Haag een extra zondagse attractie voor de bewoners en de
mensen die van buiten de stad naar Den Haag komen”. Leen van Poperingen, al jaren de spreekbuis van de marktkooplui, zegt in een reactie niet afwijzend te staan tegenover het plan van D66. Maar hij verbindt er wel voorwaarden aan. De markt moet iets extra’s te bieden hebben. Meer van hetzelfde is volgens hem niet het juiste antwoord, er zal dan geen stuiver extra verdiend worden. Hij noemt als voorbeeld de invoering eerder van de woensdag als extra koopdag. “Toen zag je dat het op maandag en vrijdag ineens minder druk was. De koek werd er niet groter door”, aldus Van Poperingen. Hij denkt dat het verstandig is eerst een goed doortimmerd plan te maken en vervolgens het publiek te vragen of er behoefte is aan een extra koopdag, op zondag. “Als daaruit blijkt dat er echt behoefte aan is, krijg je vanzelf de marktkooplui mee”, is zijn oordeel.
advertentie
Exclusief voor u:
DHëtC eit
Soci
Praktische informatie Datum: zondag 12 juli Adres: Lange Voorhout 98 Tijd: 12.30 – 14.30 uur Reserveren Via societeit@ denhaagcentraal.net, bellen kan ook: 070 364 40 40. Als abonnee van Den Haag Centraal betaalt u € 49,50. Bent u nog geen abonnee? Dan kunt u aanschuiven voor € 59,50. Bij deze prijs is een proefabonnement inbegrepen (tien weken voor € 10,00)
De Tour de France snelt weer door Nederland, net als in 1954. Dat was de eerste keer dat de Tour buiten Frankrijk startte en daarbij ook Den Haag aandeed. Casper Postmaa, hoofdredacteur van Den Haag Centraal, vertelt erover tijdens een speciale ‘Tourlunch’ in restaurant Le Bistroquet. De vier typisch Franse gerechten van chef Dimitri Heinrichs gaan vergezeld van bijpassende, Franse wijnen van Bosman Wijnkopers. Tussen de gangen door houdt Casper Postmaa een korte lezing over de zwarte randen van de gele trui: de verhalen over La Grande Boucle die nooit worden verteld. Bijvoorbeeld over de laatste avond van de Gele Dwerg en de twee doden die de legendarische kampioenen Fausto Coppi en Gino Bartali met elkaar verbonden. En ook: het geheim ontraadseld van de tijdrit waarmee Jan Janssen in 1968 als eerste Nederlander de Ronde van Frankrijk won.
Tourlunch en -lezing bij Le Bistroquet voor slechts € 49,50
Arrangement
Voorgerecht: Grove paté | venkel | beukenzwammetjes | cornichons | kruidensla Wijn: Well of Wine 2013, pinot noir, I.G.P. Pays d’Oc, Frankrijk Tussengerecht: Bisque | gegrilde sliptong | gamba | zuurdesemcrouton en rouille Wijn: Château de Petit Roubié, ‘l Arbre blanc 2010, Picpoul de Pinet, A.O.C. Coteaux du Languedoc. Frankrijk / Biologisch Hoofdgerecht: Lamsschenkel van de barbecue | linzen uit Puy | tomaat en lamsjus Wijn: Château Gravade 2014, 70% syrah en 30% mourvèdre, AOC Minervois, Frankrijk / Biologisch Nagerecht: Crème brûlée van vanille, sinaasappel sorbet Wijn: Domaine Singla, Héritage du Temps 2013, muscat, AOC Muscat de Rivesaltes, Frankrijk / Biologisch
8 | het plein
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
HET PLEIN Deel 5 Door Theo Bollerman
Het plein als hart van de stad Achter de schermen woedt een felle strijd om de bouwopdracht voor het nieuwe Spuikwartier. En wat de stad er ook van vindt, het winnende ontwerp wordt uitgevoerd. Over het nieuwe Spuiplein mag Den Haag vooralsnog wel meepraten. Daarom trekt DHC de wereld in op zoek naar voorbeelden – goede en slechte – waarvan we kunnen leren. Deze week het Federation Square in Melbourne.
M
elbourne en haar suburbs tellen vier miljoen inwoners. De stad met de indrukwekkende skyline ligt aan de drie na grootste baai ter wereld, waardoor de ferry naar Tasmanië twee uur moet varen voordat de open zee bereikt wordt. Aan die baai ligt het Scheveningen van Melbourne, de hippe wijk St. Kilda met vele leuke barretjes en gezellige restaurants. Om de aantrekkelijkheid van de omgeving te benadrukken steekt de St. Kilda-pier in de baai als het uitroepteken van Melbourne. Daar zoeken elke avond de lieve kleine pinguïns hun nesten tussen de rotsblokken op. Je zou denken, dat iedereen dus de kust opzoekt als het weer eens een extreem warme zomerdag is. Maar niets is minder waar. In het centrum van Melbourne blijft het afgeladen druk. En of je nu toerist bent of inwoner, jouw tocht langs de winkels en kantoren in het hart van de stad begint bij Federation Square. Want dit bijzondere plein is gelegen aan het centrale station van Melbourne, Flinders Street Station. Bijna elke tram of bus stopt dan ook bij de halte Federation Square; iedereen kan trouwens gratis van het openbaar vervoer in het centrum gebruik maken. Kom je buiten het centrum, dan kost je dat hooguit zo’n vier euro per dag, ook al reis je een uur met de trein en pak je elke bus die je tegenkomt. Theoretisch concept geslaagd? Federation Square is in vier jaar tijd uit de grond gestampt als product van een prijsvraag die gewonnen werd door de architectenbureaus van Peter Davidson en Don Bates. Het is vanuit het niets opgebouwd. Wie Lelystad wel eens bezocht heeft, beseft dat een ontwerp dat er op de tekentafel mooi uitziet, wel eens in de praktijk kan tegenvallen. Dus moet de vraag gesteld worden of dit ambitieuze plein nog steeds aan de verwachtingen voldoet. De regering van deelstaat Victoria is zorgvuldig te werk gegaan. De opdracht was dat het winnende ontwerp een brug moest vormen tussen de rivier de Yarra met de aangrenzende botanische tuinen en de stad met de wolkenkrabbers. Dus werd tevens de medewerking van landschapsarchitecten Karres en Brands gezocht. Op 26 oktober 2002 werd het plein feestelijk in gebruik genomen. Is het doel bereikt? Is Federation Square de begeerde ‘verzamelplaats’ geworden?
Federation Square. | Foto: Jorge Láscar
Of werd het een tochtgat dat de mensen zo snel mogelijk weer willen verlaten na hun boodschappen te hebben gedaan? Enthousiasme “Op de plaats van dit plein stonden tot het einde van de jaren negentig twee kolossale en kolossaal lelijke kantoorgebouwen gebouwd boven negen treinsporen”, vertelt Greg Cornish. Hij is zestig jaar oud en een gepensio-
neerd consultant. “Toen nam premier Jeff Kennett het dappere besluit de hele boel plat te gooien en een plein voor de mensen te creëren. Daar is hij wat mij betreft volledig in geslaagd. Ik zie het als de Australische versie van de Grand Place in Brussel”. Greg kan het weten, want de helft van het jaar vertoeft hij in zijn appartement in de Belgische hoofdstad, maar misschien kleurt een tikje chauvinisme zijn oordeel?
Het plein heeft overigens niet de klassieke structuur gekregen van een rechthoekige ruimte met gebouwen erom heen. De korte zijde naar het station toe is grotendeels open gelaten en ook aan de lange zijden zijn er ook tussen de gebouwen ruime vensters gecreëerd zodat het Yarra park en de St. Pauls Kathedraal zichtbaar zijn gebleven. “De rivier de Yarra is zo weer verbonden met de City”, legt Greg enthousiast uit. Hij staat aan de
rand van het plein en wijst naar de roeiers van de lichte vier, die hun boot uit het water tillen om die naar één van de zeven botenhuizen te brengen. Gewaagde architectuur De omringende gebouwen kenmerken zich door een bijzondere architectuur waarbij vooral de grillige decoratieve stalen geraamtes afgewisseld worden met driehoekige glazen
het plein |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
+ Plein werkt als een theater, 2000 evenementen per jaar + Schoon
- Moeizame acceptatie van de architectuur
verse terrasjes, die horen bij een mooie keur aan etnische eettentjes, maar absoluut uniek is het overdekte auditorium aan het einde, waar dagelijks vele amateuroptredens plaatsvinden. Deze kunnen gratis bijgewoond worden. Het keurige programmaboekje toont een duidelijke structuur. Stand-up comedy elke woensdag en vrijdag tussen de middag, dansvoorstellingen op donderdag half vijf en ga zo maar door. Een voortreffelijke geluidsinstallatie ondersteunt de performers. De toeschouwers zitten op stoelen, die in de Haagse schouwburg niet zouden misstaan. De ruimte straalt klasse en zorgvuldigheid uit.
Nog steeds mooi uitzicht op St. Pauls kathedraal. | Foto: J.W.C. Adam
Australian Open Tennis op het grote scherm. | Foto: DHC
panelen in pastel blauw, grijs en zalm. Hebben de architecten getracht met hun aanpak art nouveau te ‘australiseren’? Na de opening ontvingen de architecten vele duizenden haatmails. Een banvloek werd over hen uitgesproken. Het duurde een half jaar voordat zij nieuwe opdrachten kregen. Maar toen Melbourne eenmaal gewend was aan de volstrekt nieuwe en unieke stijl begon hun zegetocht en in de gehele wereld be-
zochten zij vele galabijeenkomsten om hun prijzen in ontvangst te nemen. Cultureel centrum Michael MacAleavy is een uit Ierland afkomstige architect, die al dertig jaar in Melbourne woont. Hij vertelt: “Vaak ga ik vroeg in de morgen naar Federation Square als het nog niet zo druk is. Dan zoek ik het hoogste punt op, van waaruit je zo mooi de hele stad
kan overzien. Er worden erg veel culturele evenementen georganiseerd zoals het jaarlijkse schrijvers festival, waar ik verslaafd aan ben”. Cultuur is dan ook het sleutelwoord als het gaat om het benutten van de ruimte. De omringende gebouwen huisvesten diverse musea en galeries. Zo zijn daar het Centre of the Moving Image en het Ian Potter Centre voor moderne kunst. In het aan het plein grenzende atrium bevinden zich di-
9
Zo’n 150 ligstoelen en zitzakken staan ’s ochtends keurig in het gelid kosteloos klaar voor de liefhebber, die de wedstrijden wil volgen op het kolossale scherm Natuurtheater Vanuit het atrium, dat schuin oploopt, is aan de bovenkant weer een opening gecreëerd om Federation Square te betreden. Vanaf dat punt openbaart zich een verbijsterend effect, dat niet eens zo opvalt als je aan de overzijde staat. Het plein zelf is eveneens aangelegd in de vorm van een auditorium! Het hoogteverschil tussen de voorkant en de achterkant van het plein bedraagt meer dan tien meter en dat geeft de ruimtelijke werking van een natuurtheater in de duinen. Aan de voet daarvan is naast de open entree dan ook een vast podium geplaatst, waar elke donderdagavond een band optreedt. Bij een grote happening kunnen zelfs meer dan zevenduizend mensen daarvan getuige zijn. Evenementen Natuurlijk wordt continu ingehaakt op de evenementen, die zich in de stad afspelen. Het plein staat bijvoorbeeld tijdens de Australian Open, één van de vier
grandslamtoernooien, geheel in het teken van de tennissport. Zo’n 150 ligstoelen en zitzakken staan ’s ochtends keurig in het gelid kosteloos klaar voor de liefhebber, die de wedstrijden wil volgen op het kolossale scherm, dat boven het podium is bevestigd. Het deskundig verslag is goed te volgen, want de akoestiek van het plein is verbluffend helder. Op echte warme dagen worden ook nog eens vernevelaars en parasols opgesteld. Aan de zijkant van het plein kan je een gratis tennislesje krijgen, verzorgd door een groot tennislabel. Als je geen ligstoel hebt kunnen bemachtigen is dat overigens niet onoverkomelijk. Menigeen neemt zijn eigen kussentje mee en gaat op de schone vloer zitten. Aan de zijkanten bevinden zich ook nog eens de in hoogte verschillende terrassen, die veel zitplekken creëren. In de eindfase van het toernooi zitten op die manier vaak zo’n vierhonderd mensen gezellig samen te kijken, net zoals je op Wimbledon een Murray Mountain hebt. Plein in het kwadraat Op Federation Square worden jaarlijks meer dan 2000 (!) evenementen georganiseerd. Het plein is het startpunt voor bijna elk festival, dat in de stad plaats vindt. Modeshows, lezingen, films en concerten, noem het maar op. Natuurlijk heeft het plein zijn eigen website ‘fedsquare.com’. In 2008 bezochten bijna 8,5 miljoen mensen het plein. Iedere toerist komt er in elk geval, want het informatiecentrum bevindt zich bij de opgang. Het lijkt een te klein gebouwtje te zijn, maar de opbouw is voornamelijk bedoeld als entree naar het kolossaal grote ondergrondse centrum, waar bij diverse balies in totaal continu zo’n vijftien mensen in de weer zijn. Eén andere voorwaarde voor het succes van Federation Square moet nog benoemd worden en valt eigenlijk nauwelijks op. Het is schoon en netjes. Rommel wordt ogenblikkelijk opgeruimd. De afvalbakken worden geleegd zodra ze vol zijn. Het is duidelijk dat het gemeentebestuur van Melbourne heeft ingezien, dat het niet alleen de kunst is een fantastische ruimte te scheppen. Je moet het ook onderhouden. Omdat de gemeente Federation Square perfect beheert, kan het plein betiteld worden als de moeder van alle moderne pleinen, ja zelfs als plein in het kwadraat geheel conform de dubbele betekenis van het woord ‘square’.
Plaats
10 | interview
Elke week bespreekt Marcel Verreck heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.
Norfolkterrein
Ja hoor, daar liggen ze. Een paar duizend mensen staan er naar te staren. Vanaf een speciaal gebouwd platform. Er gebeurt niet veel op de ranke, bescheiden ogende zeilmonsters. Zeker niet in vergelijking met de tijd dat ze buitengaats zijn en alle elementen van de planeet moeten zien te trotseren. Soms loopt er een bemanningslid over de steiger. Mensen stoten elkaar aan: kijk, een bemanningslid. Maar ook dat weet je niet zeker, want er lopen honderden lieden met dezelfde zeiljackjes rond. Die kan je ongetwijfeld ter plekke kopen, want het festivalterrein is vooral een podium voor alle deelnemende sponsoren met mogelijkheid tot bierdrinken en kibbelingschransen. Op mijn beurt kijk ik naar de gapende massa. Als je zo vlakbij woont, dan fiets je er even heen. Ik heb veel gezeild, meestal op de Friese binnenwateren, maar ook de golven van Waddenzee, Noordzee en Atlantische Oceaan heb ik gevoeld. Deze zeilrace om de wereld ‒ laat ik u, in tegenstelling tot wat je op het Norfolkterrein ervaart, eens niet confronteren met merknamen ‒ heb ik uiteraard gevolgd en daarom snap ik de fascinatie van de loerende meute. De boten zijn een soort beroemdheden, waarmee je op de foto kan. Ze liggen daar, in hun dagelijkse vermomming als zeilraceboot, maar wat ze hebben beleefd, waar ze zijn geweest en door hoevelen ze zijn toegejuicht, dat maakt hen bijzonder. De torenhoge golven, de ijsschotsen, er is er zelfs eentje op een rif geknald. Dat prikkelt de verbeelding. In het holst van de nacht zijn ze, door talloze verregenden verwelkomd, tussen de havenhoofden naar binnen gevaren. Mij is daar de nachtrust te lief voor, ik ben laatst al opgebleven om onze Oranje Leeuwinnen op het WK te zien voetballen tegen China. Het leken de jongens van Hiddink wel! De aanzwellende slaap bezorgde mij hetzelfde type ogen als hun Aziatische opponenten, maar ik hield de luikjes open om te zien hoe de bal in de laatste minuut toch heel suf het Nederlandse doel in zeilde. Zoveel tijd heb ik nu niet. Mijn laatste blik over boten en menigte vangt het protestspandoek van De Vloek: ‘No Rich Man’s Game On Poor Man’s Land!’ Hun schrale troost: de rituele en commerciële verering van deze zeilmachines is ongetwijfeld eenmalig, want de Norfolkjeuk heeft zich inmiddels van projectontwikkelaars en gemeente meester gemaakt. Dat blijkt uit hun groteske bouwplannen. Marcel Verreck
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
Oscar Wibaut, scheidend directeur KS:
‘Ik zal van deze plek blijven houden’
‘De Koninklijke Schouwburg is een parel in de kroon van Den Haag waar de stad tegelijkertijd trots en zuinig op moet zijn. Ik heb er met liefde een deel van mijn leven aan gewijd’. Woorden van Oscar Wibaut, directeur van die Koninklijke Schouwburg, die deze week officieel afscheid neemt van dat gebouw waarin hij in totaal 28 jaar werkte en waarvan hij in 2000 directeur werd.
T
Door Bert Jansma
‘Ik vond het heerlijk in Den Haag. Een andere toneelcultuur, genereuzer, bedachtzamer, niet zo trendgevoelig’
oen in 2004 de ‘Koninklijke’ 200 jaar bestond en er onder zijn leiding een schitterend gedenkboek (zelfs ‘een kleine Haagse cultuurgeschiedenis’) uitkwam, had Oscar Wibaut daarin nog zo’n fraaie karakteristiek van ‘zijn’ theater dat ‘met een snuifje arrogantie aan het Voorhout staat en ondertussen onverdroten met zijn tijd meegaat zonder ook maar iets van zijn elitaire karakter en het bijbehorende verlangen naar kwaliteit aan de vergankelijkheid prijs te geven’. Een volzin met drie sleutelbegrippen die van huis uit wel eens konden botsen, maar die centraal hebben gestaan in Wibaut’s carrière in die schouwburg: elitair, meegaan met de tijd, en kwaliteit. “Er is ontzettend veel veranderd”, vat hij samen als we terugblikken op zijn 28 jaar. “Ik leerde de Koninklijke Schouwburg en de toenmalige directeur, Frans van der Veen, in 1986 kennen toen ik het Franse toneel in het Holland Festival programmeerde. Voor de productie van Marguerite Duras’ ‘Savannah Bay’ was in Amsterdam geen plek, we weken uit naar Den Haag. Er stonden drie dagen voor de bouw van de decors, maar dat was in één morgen gebeurd en ik had niet veel meer te doen dan Madeleine Renaud (Frans topactrice, getrouwd met Jean-Louis Barrault, red.) in de festival-Volvo voor de repetitietjes heen en weer te rijden tussen Hotel Des Indes en de schouwburg. Dus was er tijd voor veel koffie met Frans van der Veen op de Denneweg”. Koffie-met-een staartje want Van der Veen belde hem een aantal maanden later, het Holland Festival was achter de rug, of Wibaut directie-assistent bij hem zou willen worden. Oscar ging. “Maar ik was nog geen drie weken in dienst of Frans ging weg. Die werd directeur communicatie in Drenthe, waar hij vandaan kwam”, vertelt Wi-
baut. “Er kwam opeens enorm veel op me af. Er was geld voor de gevelrestauratie, de programmering was nog niet af, en iedereen schoof van alles naar me toe. Hier, in de schouwburg, zat toen niemand behalve technici en caissières. Alles zat op het stadhuis want de schouwburg viel nog onder de gemeente. Dus iedereen was dolblij dat er nu iemand was die wist hoe hij de programmering moest aanpakken. Ik ben toen in het diepe gesprongen”. Het duurde een jaar voordat er een nieuwe directeur kwam, Hans van Westreenen. Oscar Wibaut, die toen een tijdelijk contract had, wilde hem de vrijheid laten zijn eigen assistent te kiezen omdat het in het verleden al eens
politicoloog – een grote interesse in Frankrijk en zijn geschiedenis had. “Toen ik hier voor het eerst binnenstapte dacht ik dat ik een andere wereld binnenging. Het was zomer, de Haagse Comedie was er toen nog en die gingen twee maanden dicht. Alles op slot. Een soort Frans dorpje. Er werden tussen de middag sateetjes gemaakt op de binnenplaats, heel gemoedelijk. Wat niemand zich eigenlijk realiseerde toen Hans en ik begonnen, was dat de positie van de Haagse Comedie ondergraven was. De vroegere directeur Frans van der Veen had al de opdracht de positie van de vaste bespeler van de schouwburg terug te dringen. Ten faveure van een bredere programmering die recht deed aan de
‘Ik weet nog dat het Benoordenhout schande sprak toen Mini & Maxi hier voor het eerst stonden’ niet zo geboterd had tussen de directeur en zijn rechterhand. Wibaut: “Hans vond dat wel mooi en we besloten het drie maanden te proberen, dan in Schlemmer te gaan eten, ieder met een briefje op zak met een ja of een nee. Na drie weken zaten we er al en de briefjes zeiden ‘ja’ ”. Gemoedelijk Het werd het begin van een intense samenwerking waarin Wibaut eerst hoofd programmering en marketing werd. “Toen een bijzondere combinatie, maar wel ons evangelie. Dat je niet alleen moet kijken naar het kunstgehalte van een voorstelling, maar ook voor wie doe je ’t en hoe vaak. Ik werd adjunct directeur, Hans en ik raakten zeer op elkaar ingespeeld”. Het boterde des te meer omdat Wibaut Frans had gestudeerd en Van Westreenen ‒ van huis uit
ontwikkelingen elders in het theater na de Actie Tomaat. Het bezoek was schrikbarend teruggelopen. In 1980 kwamen hier nog 180.000 bezoekers; in 1987 waren dat er nog 75.000, een structurele neergang. Het leek of de weg naar het theater hier in de stad rechtstreeks naar Toneelgroep De Appel leidde. Het had te maken me de positie van de Haagse Comedie. Die had een vrij homogeen publiek, middenklasse, hogere middenklasse. Dat was lang het unieke van die Haagse Comedie. Die sprak de taal van zijn publiek, ze spiegelden elkaar, versterkten elkaar. Maar na de jaren zeventig was dat over. De samenleving veranderde, het werd een meer consumptieve, gefragmenteerde en geïndividualiseerde samenleving. Ontwikkelingen waardoor de positie van de kunst substantieel veranderde. In die situatie begonnen we hier”.
interview |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
11
| Foto: Piet Gispen
Opdracht De Haagse Comedie verdween, het Nationale Toneel kwam. En ook in de schouwburg werd de positionering een punt. Wibaut: “Je ging als schouwburg veel meer een palet maken. Met ruimte voor vrije producties, kleine gezelschappen die ook hun plek in de schouwburg opeisten. Dat werd onze opdracht”. Daarbij speelt het gevoel voor de stad, de ‘legpuzzel van dat vlottende verschijnsel dat we aanduiden met de term Haagse identiteit’‒ Wibauts woorden uit het eerder genoemde Gedenkboek – een rol. “Nee, ik ben geen Hagenaar”, lacht Wibaut, “mijn vader wel. Mijn grootouders woonden aan de Gevers Deynootweg, waar nu het Casino staat. In een krakend appartement want ze waren berooid uit de oorlog gekomen. Opa nodigde me uit in zijn ‘bureel’, legde me uit dat ik aspirant-Oscar was, hijzelf was senior, mijn vader junior, want iedereen heette bij ons Oscar. En hij schreef liedjes en revues voor me. Helaas heb ik hem maar tot mijn tiende mogen meemaken. Den Haag was vakantie; ik ben opgegroeid en heb gestudeerd in Amsterdam. Maar toen ik na een paar jaar pendelen naar Den Haag verhuisde was dat met vreugde. Ik had het in Amsterdam wel gehad. Die stad was drukker geworden, narcistischer, de balans tussen volks-Amsterdammers en nieuwkomers was verstoord. Van een mooie stad die pas rond tien uur ’s ochtends beeldschoon wakker werd was het een stinkende grote stad geworden. Ik vond het heerlijk in Den Haag. Een andere toneelcultuur, genereuzer, bedachtzamer, niet zo trend-
gevoelig. Met een ingewijd publiek dat z’n klassieken kende. De welsprekendheid waarmee het je kon vertellen waarom het iets wel of niet mooi vond. In Amsterdam werd het meteen in mootjes gehakt. Ik ben erg van Den Haag gaan houden. Misschien ook door die familie‘roots’ ”. Blunders Grappig is dat Oscar Wibaut, na Frans van der Veen en mét Hans van Westreenen, aan de wieg zou staan van een wezenlijk andere programmering in die zeer Haagse schouwburg. “Mini & Maxi waren met ‘Sprakeloos’ al door Van der Veen hier geëngageerd; ik heb ze voor het eerst voor een lange periode met hun programma hier geboekt. Toen heb ik ook m’n eerste grote blunders gemaakt in de programmering. Ik had de musical ‘Zeldzaam’ hier drie weken neergezet, van Tom Oosterhuis van wie niemand ooit meer iets gehoord heeft. Het liep voor geen meter. En Rufus Collins met ‘De Koopman van Amsterdam’, ook veel te lang. We hadden al meteen een ton tekort. Dus dat begon goed, al bleef Hans van Westreenen achter me staan. Maar ik leerde ook dat de programmering zich intern financiert. Want omdat we Mini & Maxi zo lang hadden staan, maakten we dat tekort helemaal goed. Ik heb in die drie paradigma’s leren denken: is het artistiek van niveau, hebben we er een publiek voor en is het bedrijfseconomisch verantwoord? Kunnen we ’t betalen of moeten we erop toeleggen. Er zijn dingen die hier artistiek gesproken móe-
ten staan, en andere dingen waarmee je het terugverdient. Ik ben op een gegeven ogenblik cabaret als een volwaardige theaterdiscipline gaan zien. Dat was een belangrijke verbreding. Ik heb John Lanting en zijn Theater van de Lach gevraagd. Die was eerst uiterst wantrouwig, dacht dat hij voor de gek werd gehouden. Ik heb hem duidelijk gemaakt dat misschien niet iedereen hem zag zitten, dat ik hem een goed vakman vond, en dat hij een nieuw publiek kon binnenbrengen. En door Lanting kwam er inderdaad een stuk Schilderswijk binnen. Ik weet nog dat het Benoordenhout schande sprak toen Mini & Maxi hier voor het eerst stonden. Maar op een zeker moment ging dat Benoor-
den greep. Van Vliet is zo eigen, creatief en vitaal. Vaak tegen de tijd in met zijn mildheid, zijn gratie. Mini & Maxi hebben een ongelooflijke kwaliteit en ik houd er toevallig zelf ook van. Het is voor de sfeer in de schouwburg heel erg belangrijk, die variatie. Het klinkt een beetje mystiek, maar het voegt echt iets toe aan de energie van dat gebouw, alsof het in de genen gaat zitten. Wat er tussen artiest en publiek gebeurt, daar gaat het om. Theu Boermans en Mini & Maxi naast elkaar zetten, kom maar op, dan maak je wat mee”. Dat is verbreding. En verjonging? Wibaut: “Dat is een moeilijk punt. Jongeren tussen 14 en 25 gaan naar het Paard. Ze komen hier wel binnen, maar dan via school,
‘Ik ben op een gegeven ogenblik cabaret als een volwaardige theaterdiscipline gaan zien’ denhout er zelf naar toe. Met die programmering hebben we vaak op gespannen voet gestaan met de beoordelingscommissies. Die vonden ons jarenlang te breed programmeren, te commercieel. Dat was pijnlijk. Pas de laatste ronde zijn we positief beoordeeld. Ik ben van het goede theater, dat hoeft niet per se toneel te zijn. Gesubsidieerd of niet. Waar zit de kwaliteit, waar het talent? Die zondagmiddagseries, eerst met Paul van Vliet, kortgeleden met Mini & Maxi waren een gou-
nooit alleen. Maar de verjonging aan de onderkant van de wat oudere groep blijft doorgaan. Dáár zit de verjonging. Je moet verjonging niet forceren, wel de aanwas van je natuurlijke publieksgroep in de gaten houden”. Marivaux Gevraagd naar de kersen op de taart van die 28 jaar werk bij de Koninklijke Schouwburg noemt Wibaut allereerst de samenwerking met wijlen Hans van Westreenen, daarna de grote schouw-
burgrenovatie: “Daar was ik heel sterk bij betrokken, vooral inhoudelijk. Ik heb toen zoveel geleerd over wat een theaterruimte is, wat de kwaliteiten van deze zaal zijn. Een heel bijzondere zaal. Verder is de internationale programmering voor mij zeker zo’n ‘kers’. Dat je daarmee complementair kan zijn in een toneelcultuur. Mijn droom was ooit de allermooiste Marivaux te brengen, Nederlandse voorstellingen van die Franse 18de eeuwer mislukken meestal totaal. Hij heeft een indirect, omcirkelend taalgebruik, waarmee personages bijna strategisch bezig zijn om gevoelens van anderen te peilen. Waarbij Nederlanders zouden reageren met ‘waarom zeggen ze ’t niet gewoon’. Zo’n Marivaux vond ik in de sublieme voorstelling van Luc Bondy die we hier gebracht hebben”. Oscar Wibaut zet geestdriftig nog een heel stel van die internationale ‘highlights’ als voorbeeld neer. Waarbij het even lijkt of hij helemaal niet weggaat bij die schouwburg. Maar dat is wel zo. En de belangrijkste reden daarvoor, zegt hij, is ‘dat het mooi is geweest’: “Ik heb moeilijke jaren gehad, een directiesamenwerking die niet boterde, waar de juiste chemie er niet was, en mijn ‘burnout’. Daardoor ga je ook minder functioneren. Dat proces van de afgelopen jaren heeft me aan het denken gezet. Ik ben nu 59 jaar, moet ik dit werk blijven doen? Ik zal van deze schouwburg, deze plek blijven houden. Mijn liefde voor theater blijft groot. Wat ik ga doen, ik weet ’t nog niet. Maar met vervroegd pensioen? Geen haar op m’n hoofd die daaraan denkt”.
advertentie
Wat
Den Haag beweegt
Liever een geest van de wet dan een letter Governance. Best een stoffige term. In ieder geval niet iets waar je spontaan aan denkt bij de vraag hoe de economie te stimuleren en sterker maken. In tijden waarin jonge, hippe, schijnbaar chaotisch georganiseerde ondernemingen zoals Facebook of Google het mooie weer maken, is ‘governance’ wel het laatste wat dan in je opkomt. Sterker, als het dat toch doet, dan eerder in termen van ‘vooral niet te veel’. Niet te veel afspraken, niet te veel lijntjes waarbinnen gekleurd moet worden. Net door creativiteit en ondernemerschap de ruimte te geven, ontstaan ideeën die uiteindelijk een blockbuster blijken. Governance zou voor de groei eerder een rem dan gaspedaal zijn. Maar perceptie bedriegt. Het is juist het gebrek aan governance dat veel bedrijven, maar ook landen parten speelt. En daarmee de weg naar groei dwarsboomt. Het gaat immers niet over de regels op zich. Die zijn slechts een uiting van iets ‘hogers’. Van hoe we in een bedrijf of organisatie met elkaar en de brede maatschappij omgaan. Welke doelen we hebben. Hoe we die willen bereiken. Wie daarvan de eerlijke vruchten plukt. Welke normen en waarden we daarbij respecteren. Neem een land als China. De economie heeft het daar niet gemakkelijk. Gedurende 25 jaar was het Leitmotiv ‘export door lage arbeidskosten’. Een respectabel groeirecept voor een opkomend land. Vroeg of laat moet het geweer echter op die andere schouder. Richting een economisch model gestoeld op binnenlandse vraag. President Xi Jinping zet hier volop op in. Maar het schip keert traag. Omdat de wereldeconomie nog niet volledig hersteld is van de crisis, maar ook omdat governance issues de transformatie vertragen. De macht van lokale overheden, hun wettelijke wispelturigheid, de corruptie, de nadruk op kwantiteit in plaats van kwaliteit,… zijn maar enkele hobbels in de governance-weg. Geld is in China immers niet het hoofdprobleem. Door het jarenlange handelsoverschot zwol de berg financiële reserves fors. Het probleem zijn afspraken. Hoe je zaken doet, hoe stevig de garanties voor
Harry Schoots, directeur private banking Van Lanschot Den Haag & Wassenaar.
de andere partij zijn, wie de vruchten plukt of hoe je rekening houdt met alle stakeholders. Huidige én toekomstige, om met betrekking tot de laatste het milieu niet te vermelden. Zolang dat niet geregeld of duidelijk is, zolang de governance dus geen meters maakt, zullen vooral buitenlandse investeerders toch op hun hoede blijven. Een ander voorbeeld: Griekenland. De discussies, vooral vóór de bühne, gaan over geld. Over leningen. Over afspraak is afspraak. Maar hopelijk gaat het achter die bühne over andere dingen. Want geld is niet het fundamentele probleem. Het gebrek aan financiële middelen is slechts een uiting, een symptoom van de échte moeilijkheden. Griekenland zal immers nooit aan zijn verplichtingen kunnen voldoen. En als het dat tóch doet, dan is dat enkel uitstel van de economische executie. Het huidige Griekenland heeft namelijk geen structuren, geen fundament, geen governance om een degelijke verdiencapaciteit uit te bouwen. Markten voor pro-
ducten en diensten zijn tot in het absurde gereguleerd. Dat maakt concurrentie van nieuwkomers vrijwel onmogelijk. Iedere bevolkings- of belangengroep heeft in het verleden wel één of andere fiscale gunstmaatregel afgedwongen. De zwarte economie tiert welig. Net als de bureaucratie. Dat is waar gesprekken om Griekenland opnieuw vlot te trekken over zouden moeten gaan. Niet over een verschil in het begrotingssaldo van een half procentje voor 2015 of het jaar daarna. Om het met een boutade te zeggen: om op korte termijn te overleven hebben de Grieken geld nodig, maar om op langere termijn écht te leven hebben ze eerder nood aan computers. Aan structuur, aan afspraken, aan governance. Als Europa het écht belangrijk vindt om de eurozone intact te houden, dan is de Griekse begroting van volgend jaar niet zo relevant. Op voorwaarde dat de weg van het governance-pad met rasse schreden en beslist wordt opgegaan en bewandeld. Afspraken dus. Zonder ons echter in de voet te schieten door álles te willen dichttimmeren, ieder ondernemerschap versmachtend. Liever afspraken die een filosofie uitdrukken, dan een set verstikkende regeltjesLiever een geest van de wet dan een letter. Neem de wereld van de verzekeringen. In de nasleep van de financiële crisis kreeg ook deze sector een tsunami van regelgeving over zich heen. Ondermeer over hoe ze de geïnde premies zou mogen beleggen. Het foute dogma indachtig dat staatsleningen altijd veilig zijn, wordt de sector in deze richting geduwd voor zijn beleggingen. Tot blijkt dat ook staatsobligaties op enig moment onverantwoord duur kunnen zijn. Tot blijkt dat verzekeraars misschien niet meer aan hun toekomstige verplichtingen kunnen voldoen omdat ze te weinig rendement maken in hun portefeuilles. Mario Draghi, baas van de ECB, liet zich laatst ontvallen dat de regelgeving rond verzekeraars misschien toch wat doorschiet. Als we niet oppassen, wel degelijk tot in de voet. Een geest (van de wet) zou dat echter minder voelen.
Corporate governance: Trends in toezicht Adressen & Informatie Van Lanschot Bankiers Harry Schoots Directeur Private Banking Den Haag & Wassenaar
[email protected] tel.: 070 361 16 52 fax: 070 361 16 73 mobiel: +31 [0]6 53 73 85 03 Lange Voorhout 30 - 32 2514 EE Den Haag
EY Wassenaarseweg 80 2596 CZ 's-Gravenhage Tel: 070 - 88 40 71000
Alle hierop geplaatste artikelen vallen buiten de redactionele verantwoordelijkheid.
De afgelopen jaren staat het functioneren en disfunctioneren van (toezichthoudende) organen volop in de belangstelling. Thema’s als beloningsbeleid, deskundigheid en diversiteit liggen onder een vergrootglas en genieten flink wat media-aandacht. Wil Flikweert, partner EY Den Haag, legt uit wat deze ontwikkeling op het gebied van corporate governance betekent.
Rol Raad van Commissarissen Corporate governance is de manier waarop een onderneming goed, efficiënt en verantwoord geleid wordt. Hierbij speelt het afleggen van verantwoording richting met name aandeelhouders, maar ook werknemers, afnemers en de samenleving over het gevoerde beleid een belangrijke rol. Zodra de dagelijkse leiding van een onderneming door de eigenaar wordt overgedragen en de aandeelhouders op ‘afstand’ komen te staan, is het van belang toezicht en controle goed in te regelen. Voor beursfondsen en structuurvennootschappen is dit een verplichting, maar ook voor middelgrote organisaties kan een onafhankelijke en daadkrachtige Raad van Commissarissen uitkomst bieden. Professionaliseringsslag Niet alleen door de publieke opinie, maar ook door aandeelhouders zelf is er de laatste jaren meer behoefte ontstaan aan gedegen toezicht en controle. Aandeelhouders zetten daarom steeds vaker een onafhankelijke en professionele Raad van Commissarissen in. Wil Flikweert: “Er is een duidelijke professionaliseringsslag gaande
ganisatie ten goede, omdat er zo onder andere tijdig kan worden bijgestuurd en dat moedigen wij daarom van harte aan.” Strakkere rol “Als accountant zoeken wij ook graag de samenwerking met een Raad van Commissarissen. Uiteraard is het primaire contact altijd met de directie, maar we spreken ook de Raad. Aan de hand van een ‘audit commitee’, een geformaliseerd overleg tussen de accountant en de Raad, geven wij inzage in hoe de controle wordt ingestoken en kan de Raad ook input geven waarop zij meer controle willen zien. En zo wordt steeds meer werk gemaakt van toezichthouden.” Wil Flikweert, Partner EY
omtrent het functioneren van de Raad van Commissarissen. Zo zien we een verschuiving als het gaat om de samenstelling, manier van toezichthouden en de mate van betrokkenheid. Bovendien is de Raad niet meer alleen kritisch op het functioneren van de directie, maar ook op het eigen functioneren. Dit komt de gehele or-
Spanningsveld “Uiteraard is er altijd een soort spanningsveld tussen de directie en de Raad van Commissarissen, maar juist ook in deze tijd is het goed dat de directie zich gesteund voelt in de besluitvorming door een actief betrokken en competente Raad. Een goed corporate governance-beleid werkt dit alleen maar in de hand!”, aldus Wil Flikweert.
Citylight | Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
13
Het andere nieuws over de stad
mode | bouw | eten | en meer....
Parijse ‘look’ in Haagse Hoogstraat Door Jasper Gramsma
I
n stilte is de hofstad afgelopen weekeinde een luxe winkel rijker geworden. De Franse modeketen Zadig & Voltaire opende in het voormalige pand van tapijtenzaak Con & Verdonck de tweede Nederlandse vestiging. Het relatief jonge modemerk Zadig & Voltaire timmert flink aan de weg. Thierry Gillier – achterneef van André Gillier, medeoprichter van Lacoste – startte het label in 1997. Het aantal winkels groeide naar ruim driehonderd in meer dan vijftig landen. De naam van het label verwijst naar de roman ‘Zadig ou la Destinée’ van Voltaire, waarin de hoofdpersoon met zijn charisma, moderniteit en moed de geest van de maker weet te vatten. Een literaire mond vol. Zes jaar geleden werd het eerste Nederlandse filiaal geopend in de Amsterdamse P.C. Hooftstraat en nu valt ook Den Haag de eer ten deel. Afgelopen zaterdag was de ‘soft opening’. Een feest komt later, als het uitverkoopseizoen voorbij is. Op het prachtige jugendstil glas in lood na, is in de honderdzestig vierkante meter tellende winkel in de Hoogstraat geen spoor meer te bekennen van het verleden. Acht decennia lang was hier de oosterse tapijtengalerie Con & Verdonck gevestigd. Die in steen gebeitelde naam op de gevel is opgevuld, uitgewist. Binnen geven de spierwitte, strak gestucte muren en de felle, architectonische win-
| Foto: DHC
Haags OBJECT |
Nieuw platform voor stedenbouw Den Haag krijgt een nieuw platform voor stedelijke ontwikkeling en architectuur. Dat maakte wethouder Joris Wijsmuller (HSP, stadsontwikkeling) afgelopen weekend bekend. Doel is het stimuleren van een structureel debat over stedenbouw, ruimtelijke economie, duurzaamheid en architectuur. Het platform moet kennis, netwerken en innovatie in de stad bundelen. Daarvoor maakt de gemeente jaarlijks 150.000 euro vrij. Het Haags Architectuur Café, de BNA Kring Haaglanden en kunstcentrum Stroom, alle deelnemer in deze nieuwe netwerkorganisatie, hebben samen met de gemeente ruim twee jaar gewerkt aan het initiatief. “Met dit platform wil de gemeente Den Haag bewoners, bedrijven en bezoekers actief uitnodigen mee te denken over stedenbouwkundige vraagstukken in hun stad”, zegt Wijsmuller. Een belangrijk vraagstuk voor de komende tijd is hoe ruimte kan worden gevonden voor de
groeiende bevolking in de stad, nu Den Haag noch de omliggende gemeenten over bouwgrond beschikken. “Het is belangrijk dat we dit samen met de stad doen. De inbreng van bewoners, ondernemers, corporaties, beleggers en andere partijen, die zich betrokken voelen bij de stad, is daarbij onmisbaar”, aldus de wethouder. Na de zomer wordt er een voorzitter aangesteld die het platform verder zal vormgeven. Delft en Rotterdam hebben al soortgelijke platforms. ‘Nu samenwerking met zustersteden in de Metropoolregio (…) belangrijker wordt en er schaalvergroting van de activiteiten plaatsvindt, is het belangrijk dat veel praktische zaken in Den Haag beter worden geregeld (…). Met het platform komt er één aanspraakpunt. Eén persoon die ons en de visie die wij allemaal delen, representeert naar de gemeente, landelijke organisaties, woningcorporaties, projectontwikkelaars etc.’, schrijft het Haags Architectuur Café op zijn website.
Vilt aan Zee is opgericht door architecten Anne van de Weijer en Sandra Burggraaf, zij vertalen hun kennis naar ecodesign. De lamp ‘Felt en Paper II 30’ is gemaakt van Merinowol en hard dicht papierpulp. Een combinatie die een mooi contrast geeft. Prijs: € 285,00 Voor meer informatie: www.viltaanzee.nl
kelverlichting het pand nu een haast museale aanblik. Door de boxen klinkt, in tegenstelling tot veel van dit soort zaken, zachte en rustige muziek. Maar wat vooral opvalt bij binnenkomst in de splinternieuwe zaak van Zadig & Voltaire is het krachtige parfum, dat hier, net als in alle andere vestigingen wereldwijd, door de ventilatoren blaast. Een mengsel van bergamot, oranjebloesem, amandelmelk en sandelhout, ingrediënten die terug te vinden zijn in zowel de dames- als herengeur van het huis. Het is het aroma dat hoort bij de ‘look’ van Parijs, zou je kunnen zeggen, want de stoere doch androgyne signatuur van het modelabel domineert al jaren de straten van de Franse hoofdstad. Een stijl die overigens ook in Azië goed in de smaak valt. Dat wordt nog eens benadrukt door de innige samenwerking met de Japanse kunstenaar Tsukasa Ohtake. Hij voorziet de collecties van de nodige manga- en streetart-invloeden. Toch zijn de absolute handelsmerken van het label de sweaters Monastir (heren) en Tunisien (dames) met hun typisch gevormde knoopkraagjes. Met een prijs van ongeveer tachtig euro zijn het niet bepaald koopjes, net als de eenvoudige kashmirwollen truien à raison van tweehonderdtachtig euro. Het echte Parijs is niet voor iedereen weggelegd. Zadig & Voltaire, Hoogstraat 30. Voor meer informatie: www.zadig-et-voltaire.com.
14
Citylight | Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
Column: juridisch
Bouw.
De ergste vijand
“Twee jaar geleden zijn we gescheiden, net na onze zilveren bruiloft”, zei Koos Verkaik tijdens ons eerste gesprek. “Puur uit zakelijke overwegingen, hoor. Pia en ik zijn nog steeds dol op elkaar”. De graatmagere vrouw die naast hem zat, knikte. Ze had een vale groene jurk aan en zag er moe uit. Mijn cliënten hadden de afgelopen twintig jaar gehandeld in alles wat los en vast zat. De heer Verkaik plukte aan zijn lange grijze sik. “Textiel, pannen, laptops, tuinmeubelen. Altijd goed geld verdiend”. Maar de financiële crisis had ook Koos Verkaik en Pia Lemstra hard geraakt. Hun vennootschap Ratjetoe B.V. was kort geleden failliet gegaan. In hun goede jaren hadden Koos en Pia een fabriekje in Delft gekocht. Vanwege liquide problemen hadden zij begin 2015 besloten om tot verkoop over te gaan. Koos Verkaik vertelde: “Ik heb zelf de onderhandelingen met Harry Perquin gevoerd. Dat kan je aan mij wel overlaten. Harry is geen makkelijke jongen, maar dat ben ik ook niet. Wij hebben de zaak uiteindelijk afgemaakt op 1,5 miljoen euro”. Koos Verkaik had vervolgens zelf het koopcontract opgesteld. “Ik weet toevallig veel van juridische zaken. Harry wilde hier en daar een komma anders, en toen is er getekend”. De expertise van Verkaik ten spijt waren er toch problemen gerezen over de inhoud van het contract. De koper had een bodemonderzoek laten doen en de grond waarop de fabriek stond was volgens de rapportage ‘licht vervuild met lood’. Het was voor Harry Perquin aanleiding geweest om de koopovereenkomst te ontbinden. “Kijk, en dat klopt dus niet”, lichtte Verkaik toe. “Want de fabriek is prima te gebruiken als bedrijfsruimte, ondanks die lichte vervuiling. Dus als je het mij vraagt, vond Perquin achteraf die 1,5 miljoen euro te veel. Ik wil dat je een kort geding begint. Harry moet gewoon afnemen”. De zaak diende begin 2015. Nadat de voorzieningenrechter de pleidooien van partijen had aangehoord, gaf hij zijn voorlopige mening. ”Ik denk dat de lichte bodemverontreiniging onvoldoende reden was om de koopovereenkomst te ontbinden”. Harry Perquin rommelde in een plastic tasje en viste er een contract uit. “Dit is de conceptovereenkomst van Verkaik, edelachtbare. Er is opgenomen dat ik de overeenkomst alleen kan ontbinden als eventuele bodemverontreiniging normaal gebruik in de weg staat. Op mijn uitdrukkelijke verzoek is die passage eruit gehaald. Zodat ik bij elke vorm van bodemverontreiniging kon ontbinden”. De voorzieningenrechter was aanvankelijk niet onder de indruk. “Meneer Perquin, u kunt niet tijdens de zitting met nieuwe bewijsstukken aankomen. Ik zal vonnis wijzen”. Onder advocaten wordt wel eens gezegd dat je cliënt soms je ergste vijand is. Koos Verkaik zorgde er eigenhandig voor dat de zaak in zijn nadeel kantelde. Trekkend aan zijn sikje vroeg hij het woord. “Mijnheer de rechter. Ik zou graag reageren op het verhaal van Perquin. Inderdaad wilde hij die passage uit het contract schrappen”. Een korte pauze, een bedachtzame blik. “En ik heb dat toegestaan. Het was immers vanuit juridisch perspectief volstrekt irrelevant”.
De nieuwe Dr. Kuyperbrug. | Foto's: DHC
Bruggen mooier, verkeer r
N
a werkzaamheden van een jaar kan het verkeer eindelijk weer vanaf de Koninginnegracht en de Koningskade naar de Dr. Kuyperstraat en de Mauritskade rijden, en omgekeerd. Het ingrijpendst was de operatie aan de Koninginnegracht, de Dr. Kuyperdam is daar vervangen door een brug die het
mogelijk maakt dat rondvaartboten doorvaren tot aan Scheveningen. Ten behoeve van de komst van Randstadrail is ook het spoor vervangen. Dat was sowieso noodzakelijk, omdat de brug hoger is dan de dam. De nieuwe brug heeft een klassiek uiterlijk gekregen. Een officieel gemeentelijk besluit heeft van de dam de Dr. Kuyperbrug gemaakt. Een brug op stand, zoals ook de uitvoering duidelijk maakt.
Zorgvuldig metselwerk met fraai uitgehouwen graniet op de koppen. Het duurde even, maar Den Haag is weer iets mooier. Ook de brug honderd meter verderop die als onderdeel van de Mauritskade de Hooigracht oversteekt, draagt daar aan bij. Ook die tamelijk eenvoudige betonnen overspanning is vervangen door een klassieke, 19de-eeuwse brug met bakstenen hoofden en een groene, gietijzeren balustrade.
advertorial
De grootste, beste en goedkoopste apotheek
Vis uit Noordzee smacht naar w We staan er niet altijd bij stil, maar de Noordzee is een ongelofelijk dynamische zoutwaterplas. Relatief gezien ook nog eens een van de productiefste zeeën ter wereld. En als gevolg van die dynamiek aanzienlijk schoner dan de overige binnenzeeën in Europa. De vis die er gevangen wordt, smacht naar waardering.
Raymond de Mooij Partner GMW Advocaten Gespecialiseerd in vastgoedrecht en huurrecht. www.gmw.nl
Nederlandse vissers doen hun uiterste best om een uitstekende kwaliteit vis aan wal te zetten. | Foto W.M. den Heijer
Onze vissers doen hun best om een goede kwaliteit aan te landen. Verbazingwekkend genoeg gaat meer dan 95 procent van alle in Nederland vers aangevoerde vis naar het buitenland. Schol gaat vooral naar Italië, Zwitserland en Duitsland, tong gaat naar Italië, mosselen gaan naar België en Frankrijk, mesheften en kokkels gaan naar Spanje en Portugal en alle overige vis gaat eveneens op trans-
15
Citylight | Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
Eten.
Stadsgroen.
Kwaliteit staat voorop bij de dames van Smaakweb Door Annerieke Simeone
H
et is maar goed dat ze tegenover elkaar wonen aan de Pauwenlaan. Want sinds Walda Goldbach en Anneke Malherbe samen de beoordelingssite Smaakweb.nl oprichtten, raken ze niet uitgepraat over culinaire zaken in hun eigen stad. De dames doen het voor de lol, vier jaar terug volgden ze samen een cursus website bouwen, en ja daar moesten ze toch wat mee. Malherbe: “Bovendien vroegen vrienden vaak na een etentje bij ons thuis: maar waar haal ik die spullen toch?” Nu struinen ze heel Den Haag af op zoek naar de beste en leukste Haagse speciaalzaken, groentewinkels, kaasboertjes en kookstudio’s en wat al niet meer. Alles wat goed bevonden wordt, komt op de site met een uitgebreide omschrijving en zelfgemaakte foto’s.
rijdt weer
waardering
port naar Europese lidstaten. Wij doen ons vooral tegoed aan gekweekte en relatief goedkope vis uit Aziatische landen. Ja, wat is duurzaam? Vis die uit eigen vijver komt en niet ‘op reis’ hoeft, of kweekvis die diepgevroren een reis rond de wereld maakt? U mag het zeggen. De Noordzee is de grootste, beste en goedkoopste apotheek die er is. Een duik in een frisse Noordzee geeft ons immuunsysteem namelijk een flinke boost. Wim Hof (The Iceman) heeft het op tv al verschillende malen laten zien en uitgelegd. En er zijn meer voordelen. Gorgelen met zeewater of gewoon kraanwater met zeezout reinigt onze keel. Via de neus ‘inhaleren’ van zeewater doodt alle virussen (virale infecties) die verantwoordelijk zijn voor verkoudheid en biedt bovendien lucht bij een verstopte neus. Voorts is zeewater goed voor onze huid. Mensen met eczeem of vormen van psoriasis kunnen daarover meepraten. Het feit dat die Noordzee ons op verschillende vlakken veel voordelen biedt, is een reden te meer om te voorkomen dat we die zee vervuilen na een dagje genieten op het strand.
In de prachtige tuin van Malherbe spreken we af. Met een glas rosé (‘het is al na vieren, dan mag het hè’) en wat overheerlijke madeleines en brownies van meesterbakker Philippe Galerne binnen handbereik, vertellen de vrolijke blondine en de brunette over hun belevenissen. “We stappen meestal undercover een winkel binnen en als we tevreden zijn, maken we ons kenbaar”, vertelt Goldbach. “Daarbij kijken we ten eerste naar de kwaliteit van het eten, maar ook de ontvangst in de winkel moet goed zijn en ja, het moet er wel een beetje fris uitzien”. Enthousiast zijn ze onder meer over de Aziatische verswinkel Kruid & Druif aan de Reinkenstraat, waar je per gerecht makkelijk kunt zien welke biologische wijn erbij past. Een winkel met de ‘wow’-factor, vinden de Smaakweb-dames. Op hun site staat: ‘Een bezoek aan de winkel volstaat: je hoeft niet allerlei toko’s af om de ingrediënten te verzamelen. Alles ìs al voor je verzameld in een handig klein boxje’. Ook bijzonder is volgens hen het Exotenhof aan de Bankastraat, vanwege hun enorm uitgebreide assortiment. “Werkelijk alles op het gebied van groente en fruit is er te koop”, aldus Goldbach. Als we de dames vragen over nieuwe ontdekkingen, roepen ze allebei in koor: “Ibericus op de Fred”. Malherbe schiet van haar tuinloungeset de keuken in en komt terug met twee pakjes iberico ham. “Moet je ruiken, dit is bloedworst, heftig hè, wel lekker hoor”. Garnalenkroket Na lang twijfelen hebben de buurvrouwen ook supermarkten Marqt en Organic op de site gezet. “Ons hart meer ligt eigenlijk meer bij kleine speciaalzaken”. Maar het verzoek om iets te schrijven over de Jumbo die een nieuwe vestiging kreeg aan de Westduinweg, ging ze net een stap te ver. “Ja, niks tegen de Jumbo, maar ja …”. Ze kijken elkaar even aan en daarna weer terug. “Nou ja, je snapt het wel”. Een keer in de maand verschijnt hun nieuwsbrief, uiteraard met vermeldingen van nieuwe zaakjes, maar ook af en toe wel ’s een producttest, zoals een tijd terug: de garnalenkroket. De dames kochten bij diverse viszaken in en kwamen na een avond proeven tot de conclusie dat de duurste versie, die van Zee op Tafel, naar een recept van Imko Binnerts, de beste was (‘mooie romige vulling met voldoende Hollandse garnalen en peterselie en een mooie korst met Japanse paneer’), gevolgd door Simonis en Zoutenbier. De site van Malherbe en Goldbach wordt steeds beter gelezen, ook onder expats, want hun nieuwsbrief is in het Engels verkrijgbaar. ‘Wanneer gaan jullie er nou wat aan verdienen’, vroeg iemand laatste aan hen. Maar de dames van Smaakweb denken er niet aan. “Dan verliezen we onze onafhankelijkheid, en daar voelen we niks voor”. Wie zich wil inschrijven voor de nieuwsbrief, surft eerst even naar hun website: www.smaakweb.nl.
De dames van Smaakweb, Walda Goldbach (links) en Anneke Malherbe.| Foto: DHC
Takkekinderen
U kent ze, heeft ze, woont naast ze, hoort ze of ziet ze vast ook wel eens: takkekinderen. Waar ze hun ‘stuff ’ vandaan halen, is vaak een raadsel, maar het zijn soms net hondjes: zelfs wanneer je niet met ze in bos, park of perk bent geweest, blijken takkekinderen ineens met takken te slepen. Wat ze ermee doen? De meeste bouwen er hutten van, ‘what else’! Eigenlijk ben ik gewoon een tikje jaloers. De tijd dat ik met stammen liep te sjouwen is immers al even geleden. Maar stel je nu eens voor dat het weer mag. En stel je nou eens voor dat je, bijvoorbeeld, een grote tuin hebt. Een hele grote tuin zelfs. Zo eentje met meanderende paden en hele flukse heestergroepen. En veel bomen natuurlijk. Dan ga je het doen: je sprokkelt, zoekt en vindt allemaal takken bij elkaar. En daar bouw je dan je ‘follie’; dat is de naam van een klein pittoresk bouwwerkje dat verder nergens toe dient. Het is een Engels woord en betekent zoiets als: gekkigheid, tof, plezanterie, jolijt. Dit soort bouwwerkjes werd van de zestiende tot de negentiende eeuw heel dikwijls ergens op een Engels landgoed gebouwd, en wa-
ren puur als grapje bedoeld. Zo kon men, in de tijd dat de Romantiek hoogtij vierde, zijn gasten tijdens een tuinwandeling amuseren. De gebouwtjes, opzettelijk bizar en vooral uiterst nutteloos, hadden vaak het uiterlijk van een ruïne, een piramide, een tempel of een heuse grot, maar ook wel in de vorm van een kluizenaarshutje, van takken dus! Hoe ‘charming’! De meeste follies vind je nog steeds in Engeland, maar Bernhard Tschumi, u weet wel, van de Nieuwe Passage, ontwierp niet zo lang geleden 26 van die follies in de vorm van rode gebouwtjes in Parc de la Vilette in Parijs. Vindt u het nog steeds leuk? Maar heeft u geen tuin? Niet getreurd: op woensdagmiddag 1 juli houdt Staatsbosbeheer midden op het Malieveld in Den Haag het Nederlandse Kampioenschap hutjes bouwen, speciaal voor takkekinderen én takke-ouderen. Meedoen is supereenvoudig: roep een stuk of zes vrienden bij elkaar en geef je groepje een naam. Meld je vervolgens aan via de website www.logerenbijdeboswachter.nl en je bent klaar! Via Facebook zijn er tips en tricks van boswachters te lezen en te leren. Ennuh... er is dus geen leeftijdsgrens, sterker nog: in ieder team moet een takke-ouder aanwezig zijn. Ik zie hier kansen! Wie de mooiste hut heeft gebouwd van alle materialen die de natuur voorhanden heeft, wint een weekend logeren op een natuurcamping van Staatsbosbeheer of mag met de boswachter een Big Five Safari in eigen land meemaken. Tot op het Malieveld! Wendy Hendriksen
OP OP RUIMING Bezoek de Hulshoff website www.hulshoffwonen.nl Daarop ziet u alle modellen en de actuele aanbiedingen.
SINDS 1891
Den Haag, Spui • Gratis parkeren: parkeergarage Stadhuis • Amsterdam • Den Haag • Leiderdorp • Rotterdam • www.hulshoffwonen.nl
17
Citylight | Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
Koken met ...
Paul van Waarden Paul van Waarden is één van de bekendste Haagse chef-koks. Jarenlang zwaaide hij de scepter in zijn gelijknamige sterrenrestaurant in Rijswijk, restaurant At Sea in Scheveningen en De Keuken Van Waarden-Azië. Momenteel is hij culinair adviseur en geeft hij les op de Horeca Academie aan het Esperantoplein 5. Voor Den Haag Centraal schrijft hij wekelijks eenvoudig te bereiden recepten.
Adres Prins Hendrikplein 15, Den Haag Telefoon 070 3107892 Info www.depastakantine.nl Geopend dagelijks van 12.00 tot 22.00 uur Pasta's (kleine portie) vanaf € 4,50 Salades (kleine portie) vanaf € 3,50 Desserts vanaf € 5,50
Aspergekroketten Nodig voor 4 personen:
Bereidingswijze: Verwarm de boter en roer er de gezeefde bloem door, daarna langzaam en langdurig verwarmen op laag vuur om de bloem te garen. Het mag niet kleuren. Daarna laten afkoelen. Kook in een andere pan het aspergevocht en breng het nog extra op smaak met peper en zout. Doe er meteen de mosterd en de ras el hanout in. Week de gelatine in koud water. Als de blaadjes zacht zijn knijp je het water er uit en doe je ze in de warme bouillon, goed roeren. Giet de hete bouillon op de roux van bloem en boter en roer er goed met een garde door zodat de roux de massa bindt en er geen klontjes meer zijn. Het moet heel even koken. Haal de pan van het vuur. Meng de eierdooiers met de slagroom. Giet dit mengsel gelijk bij de massa en roer het er goed door. Meng er gelijk de bieslook door en proef of het lekker is en of er nog iets bij moet. Doe er als laatste de gesneden asperges bij en proef nog een keer! Zet daarna de hele massa koud voor minimaal 12 uur in de koelkast. Klop de eiwitten los en doe de panko in een bak. Maak balletjes van de massa. Haal deze door de panko, daarna door de eiwit, daarna weer door de panko, modeleer ze in kroketten. Frituren op 180 graden. of bewaren in de vriezer. En genieten.
advertentie
Een kwestie van smaak met ...
Tjitse Mollema
Henri Bloem is een keten van zelfstandige wijnkopers, die zich sinds de jaren zestig ten doel stelt Nederland kennis te laten maken met kwaliteitswijnen uit de Oude en de Nieuwe Wereld. Als wijnspeciaalzaak is Bloem vele malen onderscheiden. Tjitse Mollema is al 25 jaar dé man achter de Haagse Henri Bloem in het Benoordenhout.
‘De beste rosé in Nederland?’
D
omaine la Colombette is één van de grote sterren in de Languedoc. Vader François Pugibet en zoon Vincent bewijzen met hun wijnen dat in de Midi een enorm kwaliteitspotentieel aanwezig is. De wijnstokken staan aangeplant op een mooi kalkrijk terroir, in een wijngaard met maar liefst 6000 stokken per hectare. Dit verklaart het krachtige, aromatische karakter van deze wijn. Tegelijk weten de Pugibets ook nog eens een wijn te maken met niet meer dan 11,5% alcohol. Je zou pagina’s kunnen vullen met alle lof die de Grenache rosé uit 2014 van Domaine la Colombette inmiddels is toegezwaaid. Bijvoorbeeld door Proefschrift, dat vorige week nog deze wijn uitriep tot: ‘Beste rosé van Nederland onder de € 7,50’ en dat terwijl deze wijn bij ons slechts € 4,95 kost! Dit betekent dat er tussen pakweg € 1,95 en € 7,50 geen betere rosé in Nederland te koop is. De prachtige zalmroze wijn geurt naar frambozen en aardbeien en is subtiel zacht van smaak. Er zijn in Frankrijk nauwelijks rosé’s te vinden, van welke prijs dan ook, die zich hiermee kunnen meten. Terwijl deze wijn gewoon bij ons te koop is, voor € 4,95 per fles. Indien u de wijn zelf komt afhalen krijgt u tevens de 13de fles gratis en we hebben er extra veel van in voorraad. De zomer kan niet lang genoeg duren. Proefnotitie:Mooie zalmroze kleur, frambozen, aardbeien en wat kruiden in de geur. Zachte aanhoudende smaak met opnieuw heel mooi frambozen en aardbeien. Heerlijk bij: een lichte zomerse salade met kip of garnalen.
Prijs: € 4,95, bij zelf afhalen de 13de fles gratis. Verkrijgbaar bij: Wijnkoperij Henri Bloem, Weissenbruchstraat 294, 2596 GN Den Haag, www.henribloem.nl
Contant, pin & creditcards
Eetrubriek
◯875 gram aspergebouillon ◯20 gram gelatine ◯115 gram geklaarde boter ( puur vet, zonder eiwitten en water) ◯165 gram bloem ◯1 dl slagroom ◯3 eierdooiers ◯1 bos fijn gesneden bieslook ◯1 eetlepel fijne mosterd ◯1 theelepel Ras El Hanout ◯10 gekookte asperges, mooi fijn gesneden (goed uit laten lekken) ◯10 eiwitten ◯500 gram panko
Op 24 juni liep het aspergeseizoen alweer ten einde. We hebben net de Hollandse nieuwe binnengehaald en moeten de asperge alweer achter ons laten. Ik hou er wel van, seizoenen! Haring er in, asperge er uit. Het is mooi geweest, al hadden we niet zo’n warm voorjaar en waren daardoor de prijzen van de asperges niet heel erg laag. Toch heb ik er weer van genoten. Een asperge is een plant die 8 tot 10 jaar groeit. Hij overwintert en in het voorjaar groeit er weer een verse asperge die niet boven de grond uit mag komen. We weten inmiddels dat een boer op zijn akkers om de zoveel jaar iets anders moet gaan verbouwen anders krijgt hij ‘arme’ grond. Deze twee gegevens zorgen er voor dat een boer er voor kan kiezen om voor het laatste jaar op dat veld nog even asperges door te steken. Dan kunnen wij nog ietsje langer van dit witte goud genieten. Dat lukt ook met dit recept. Stop ze in de vriezer en geniet nog weken van dit heerlijks.
+ Aankleding en ambiance + Prijs-kwaliteitverhouding
De Pasta Kantine Italiaans
N
o-nonsense concepten schieten tegenwoordig als paddenstoelen uit de grond. Een menukaart met meer dan twintig verschillende gerechten kan bijna niet meer. Steeds vaker zien we restaurants die hun menu concentreren rondom één product of ingrediënt. Variërend van de beste hotdogs van biologische Iberico-varkens tot de smakelijkste Franse boerderijkip en van ‘kreeft toegankelijk maken voor iedereen’ tot kekke hamburgers voor bourgondiërs. Zo werd in Rotterdam de Pasta Kantine een hit, inderdaad een restaurant dat zich verdiept in pasta’s. Eigenaar Leon Hablé opende aan het begin van het jaar een tweede filiaal aan het Prins Hendrikplein in Den Haag. Deze vestiging bevindt zich in een mooie, grote open ruimte waarbij het daglicht, dat door de grote ramen naar binnen valt, het trendy interieur een diepe kleur en veel warmte geeft. Een gezellige zwart-wit geblokte vloer met ouderwetse, leslokaalachtige tafeltjes gedekt met molens zout, peper en flesjes olijfolie. Warme donkergroene muren en de stoere/industriële afwerking maken deze kantine tot een fijne plek midden in het Zeeheldenkwartier, waar je je pasta overigens ook kan afhalen. Vanavond starten we met een glas huiswijn, een wat lichte, niet echt opwindende, Chardonnay (€ 3,–) een glas Il Cigno Trebbiano, ook een Chardonnay, die gelukkig wat voller is (€ 3,25) en een mandje knapperig brood met grote groene Castelvetrano-olijven (€ 2,50). Op het menu vinden we een tiental verschillende pasta’s plus een pasta van de maand, een specialiteit, deze week is dat gnocchi in een bospaddenstoelensaus, en een kleine selectie aan salades. De verschillende pasta’s kunnen klein of groot besteld worden en de prijzen zijn zeer vriendelijk. Voor € 4,50 kan je al een klein bord pasta alla Puttanesca bestellen en een kleine gemengde salade krijg je er voor € 3,50 bij. Iedere maandag en dinsdag bestel je een grote pasta met een kleine insalata Mista voor een tientje. Naast de klassiekers als spaghetti alla carbonara en lasagne met gehakt vinden we een aantal interessante sauzen met verschillende soorten pasta. Ik noem een linguine (pasta iets breder dan spaghetti) alla cuori, met schelpdieren, pappardelle (pasta in de vorm van brede linten) met gamba, spinazie, pistache en knoflook, strozzapreti (een gedraaide pastasoort) met zalm of orecchiette (pasta in de vorm van een hoedje) met rozemarijnworst. Wij proberen een kleine portie linguine met inktvis (€ 6,25). In de saus proeven we witte wijn, nootmuskaat en een hint kaneel. Smaken die mooi samengaan met de milde smaak van de inktvis. Ook de specialiteit, de gnocchi (€ 10,25 voor een kleintje), wordt geserveerd in een rijke, romige saus van bospaddestoelen met flinters zomertruffel en parmezaan. Ik eet er een salade met knapperige bladen spinazie, tomaat en prosciutto-ham bij (€ 5,–). Mijn gast prikt in een gemengde salade met haricots verts, gepofte rode ui en ansjovis (€ 4,25). Beide salades blinken uit op gebied van versheid, de slasoorten zijn alle knapperig en fris, voorzien van mooie ingrediënten en goede dressings. We hebben alleen maar kleine porties gegeten dus we hebben nog ruimte voor een dessert. De huisgemaakte tiramisu (€ 5,50) is stevig en smaakvol en het warme appeltaartje (€ 5,50) heeft een heerlijke krokante bodem en is voorzien van grove snippers amandel. Bij onze espresso’s (€ 2,–) serveert de serveerster ons een glaasje water, zoals het hoort. Eigenaar Hablé omschreef zijn zaak eerder als ‘luxe fastfood’. Nou, wij zijn aangenaam verrast door de kwaliteit van de gerechten, de ambiance en de prettige bediening. Ook de rekening is allervriendelijkst; we rekenen heel no-nonsense € 52,75 af. Daphne Browne
18 | sport
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
Hans
Meest Haagse WK Het zal u niet zijn ontgaan: deze week gleden we bijna naadloos van de Volvo Ocean Race naar het WK Beachvolleybal. De stad hangt vol met posters en de Hofvijver biedt plaats aan een echt stadion. Betrouwbaar ook, want het drijfvermogen van de pontons is getest tijdens het Festival Classique. Nou weet ik heus wel dat de voorrondes ook worden gespeeld in Amsterdam, Rotterdam en Apeldoorn. Den Haag is echter het kloppend hart van dit evenement. Wij zijn anderhalve week lang de beachvolleybalhoofdstad van de wereld. Organisatorisch is een geoliede machine neergezet. De samenwerkende partijen hebben immers een paar jaar kunnen oefenen met de grandslams die hier jaarlijks werden gehouden; feestjes voor deelnemers en publiek. De 96 deelnemende topteams gaan de strijd aan om de podiumplekken en dat is iets waar de Nederlandse teams zich de laatste weken goed in hebben getoond. Zowel de mannen als de vrouwen van Beachvolleybal Team Nederland (BTN) eindigden veel in de top 3 en dat verhoogt de verwachtingen voor hun prestaties tijdens het WK. Het is ook een compliment aan de staf rondom BTN: de topvorm lijkt precies op het goede moment te zijn bereikt. Eén van de aardige dingen aan BTN is dat verreweg de meeste spelers in Den Haag wonen. Ze komen hier niet allemaal vandaan, maar het geeft ons wel dat extra beetje om trots op te zijn. Bij de Volvo Ocean Race kwam slechts één deelnemer, Carolijn Brouwer, in Scheveningen haar thuishaven binnengevaren. Het wordt dus een behoorlijk Haags feestje in ons centrum. En we zijn er nog niet. Afgelopen weekend werden de laatste twee wildcards vergeven aan het mannen- en vrouwenteam die het beste presteerden tijdens drie bepaalde rondes van de Eredivisie. Bij de mannen werden dat Tim Oude Elferink en Daan Spijkers en bij de vrouwen Daniëlle Remmers en Michelle Stiekema. Hoe leuk is dat? Heel leuk, want beide duo’s maken deel uit van Beach Team Den Haag (BTDH). Afhankelijk van een eventueel kortgeding, kan het mannenteam ook bestaan uit EricJan Rothfusz en Jeroen van Zwieten, eveneens uitkomend voor BTDH. De mannen spelen hun eerste ronde in Den Haag, de vrouwen in Rotterdam. Het zijn allemaal vechters – geen onbekende eigenschap in Den Haag – en ze hebben de potentie om voor een verrassing te zorgen. Het Nederlandse deelnemersveld maakt dit toernooi tot het meest Haagse WK ooit in onze stad. Dat verdient uw support! Hans Willink
Voorzitter Coks Bosman: ‘Er is geen enkele hole die op de vorige lijkt of geen verrassende uitdaging presenteert’. | Foto: Bert Tielemans
Koninklijke Haagsche Golf & Country Club is een kroonjuweel
‘In feite zijn we in de natuur te gast’ Volgens de bezoekers van leadingcourses.nl is de Koninklijke Haagsche Golf & Country Club de best gewaardeerde golfclub van Nederland. De 230.000 bezoekers gaven gemiddeld een 8,8. Wat ons betreft nog aan de lage kant. Helemaal na ons weer eens in dit koninkrijk van dauwbramen, duindoornen, reeën, vossen en adembenemende vergezichten te hebben ondergedompeld: ‘Wat ook mooi is: nevels vanuit zee’.
Z
Door Martin van Zaanen
oals we weten heeft de morgenstond goud in de mond, al zijn er zeker omstandigheden dat de avonden er niet voor onderdoen. Omdat ook een golfbeeld meer zegt dan duizend woorden en het bij dit verhaal niet om de spelers maar om de baan zelf gaat, was er eerst uitgebreid overleg over het beste moment om ons weer eens in de schoonheid van ‘De Haagsche’ onder te dompelen. “Kom anders na zeven uur ’s avonds, dan is het vrij rustig en is het licht nog steeds prachtig”, hakte Coks Bosman de knoop door. Leer hem de baan waarvan hij sinds 1973 lid en nu drie jaar voorzitter is, kennen. Niet alleen is hij bekend met iedere vierkante meter van deze ultieme linkscourse (=in de duinen gelegen baan), hij weet ook tot in detail alle manieren waarop de jaargetijden hun invloed op het naast Meijendel gelegen terrein aan de Groot Haesebroekseweg 22 in Wassenaar doen gelden. Wat valt er over dit kroonjuweel een hoop te vertellen. Neem alleen al de manieren waarop het zich van andere banen onderscheidt. Dat begint al met het ontwerp. Op de meeste courses kun je vanaf de meeste posities op het terrein het clubhuis wel ergens vanuit de verte zien liggen. Maar op De Haagsche neem je er, zodra je naar het startershuis bij hole 1 loopt, afscheid van en zie je het pas terug als je van de achttiende tee afslaat. “Zo is de baan door architect Harry Colt bewust ontworpen”, knikt de voorzitter. “Met als bedoeling om tijdens het spelen helemaal in de baan op te gaan.
Net zoals de golfer helemaal in de baan opgaat, doet de baan zelf dat in het natuurlijke landschap”, vervolgt hij. “Geen enkele hole die op de vorige lijkt of geen verrassende uitdaging presenteert. Daarnaast moet je op de meeste plekken sterk rekening houden met de meestal vanuit het zuidwesten komende wind”. Hij doet geen moeite zijn trots te verbergen, en waarom zou hij ook? “Zullen we dan maar”, wrijft hij zich in de handen zodra het welkomstdrankje op het zonovergoten terras op is. Eerst die steile klim naar het startershuis bij hole 1, vanwaar je een zeer groot gedeelte van de baan kunt overzien. Het is een adembenemend vergezicht, dat je dan ook echt even op je moet laten inwerken. Geroutineerd vertelt de voorzitter hoe deze par 5 (=in vijf slagen van afslag in de cup) het best is te spelen. “Zo lang je met je afslag aan de rechterkant van de fairway blijft, ben je goed op weg. Wat je te allen tijde moet vermijden: de rough links van de hole”. Een meer bevlogen gids zul je niet snel vinden, blijkt eens te meer wanneer Bosman de equipe van Den Haag Centraal verder voorgaat. Wat betreft het licht waarin de baan tegen half acht ’s avonds begint te baden, heeft hij niets te veel gezegd. Het diept iedere denkbare tint groen volledig uit. Voorts steken dauwbramen, duindoornen en allerlei bloesems elkaar qua kleurenpracht naar de kroon en hoor je overal waar je komt kwinkelerende vogels. “We hebben hier regelmatig natuurverenigingen en vogeltellers. Die halen hun hart op. In de lucht zie je veel naar hun prooi loerende valken hangen. Prachtig te zien hoe ze dat geduld kunnen opbrengen. Verder reeën, vossen en veel konijnen”. Metamorfose Bosmans enthousiasme onderstreept de mate waarin De Haagsche, zoals dat tegenwoordig heet, ‘committed to green’ is. Wat zoiets betekent als bewust met natuur en milieu omgaan. Dat De Haagsche het beheer van de golfbaan en natuur op een duurzame, milieubewuste en natuurvriendelijke wijze uitvoert. En door middel van inventarisatie, analyse, het formuleren van doelen en eva-
luatie ernaar streeft het beheer van groen en milieu te optimaliseren. Bosman: “Als golfbaan zijn we in feite te gast in de natuur. En heb je je zo ook te gedragen”. Wat is het favoriete seizoen van de voorzitter? “Tja, ieder jaargetijde heeft wel wat”, begint hij nog diplomatiek, maar al
De Oude Negen De Haagsche maakt deel uit van wat in de golfwereld door het leven gaat als De Oude Negen ofwel de banen uit de oertijd van de sport: de Utrechtse Golfclub De Pan in Bosch en Duin (1894), de Rosendaelsche Golfclub in Arnhem (1895), de Kennemer Golf & Country Club in Zandvoort (1910), de Hilversumsche Golfclub (1910), de Noordwijkse Golfclub (1915), de Noord-Brabantse Golf Club Toxandria (1928), de Eindhovensche Golf in Valkenswaard (1930), Golf Club Broekpolder in Vlaardingen (1981; voortzetting van de Rotterdamsche Golfclub in Kralingen van 1931) en dus de Koninklijke Haagsche Golf & Country Club. Stuk voor stuks clubs waarvan het lidmaatschap een exclusieve verworvenheid is. Hun voorzitters hebben regelmatig overleg en de leden mogen met korting op elkaars banen spelen.
snel klinkt stellig: “Dan zeg ik toch het voorjaar. Als je een paar weken geleden zag hoe alles in één keer uitliep, dat is steeds weer zo’n geweldige metamorfose… overweldigend”. Het loopt inmiddels tegen achten en Bosman komt steeds meer op stoom. “Straks krijg je van dat strijklicht over de baan”, klinkt het verzaligd. “Weet je wat ook mooi is: laaghangende nevels uit zee”. Ondertussen lopen we verder de baan in. En hoger. En komen nog hoger. En wacht… hier kent Bosman nog een klein paadje dat je op het eerste gezicht niet ziet en voilà, dan zijn we op het punt
waar vlak boven en naast elkaar diverse afslagplaatsen en greens op ingenieuze wijze zo goed als samenkomen. Kijkend richting de vlag van hole 4 kun je de tankers op de Noordzee zien. Verder draaiend naar rechts zie je de twee kerktorens van Wassenaar en verhip: helemaal daarachter zelfs de hoge gebouwen van de medische faculteit in Leiden, waar Bosman zelf ooit nog zijn opleiding tot chirurg volgde. Verder met de klok meedraaiend zie er de bekende puntdaken van het ministerie van VWS in het Haagse centrum, en het rondje afmakend richting zee zie je de achter de boulevard gelegen en aan de gouden bal op het dak herkenbare Leonardo da Vinci-flats. Begrip Hier, achter de backtee van hole 8, op het hoogste punt van de rond dit tijdstip inmiddels bijna verlaten baan krijgt de introductie van eerder op de avond een extra dimensie. Toen was de voorzitter ons naar de eerste etage van het clubhuis voorgegaan, waar aan de muren van de Snouck Hurgronjezaal de geschiedenis hangt van de baan die in de loop der jaren tot zo’n onverwoestbaar begrip uitgroeide. In tijdloos zwart en wit zie je dames met jurken tot over hun enkels, mannen in plusfours met hoeden en indrukwekkende joekels van snorren. En reken maar dat ze er allemaal op staan: de baronnen Van Brienen van de Groote Lindt, Van Wassenaer van Rosande, Groeninx van Zoelen en Van Pallandt, de graven Van Limburg Stirum en Dumonceau en Sir Horace Rumbold door wie de club werd opgericht. In een stadium dáárvoor had baron van Brienen al vijf holes laten aanleggen op zijn Schaepenweide op Landgoed Clingendael, waar hij regelmatig vrienden uitnodigde om te komen spelen. De baan werd snel verplaatst naar Duinzigt, waar hij ook eigenaar van was. Het was hier dat de club in 1893 het levenslicht zag. In 1947 verhuisde De Haagsche naar de huidige locatie. Ook mooi om te zien: de foto’s van de aanleg, die destijds opvallend snel – in een jaar – was voltooid. Bosman: “In al die jaren zijn er amper veranderingen geweest. Dat zegt genoeg, hè. Meer waren er niet nodig”.
sport |
Vrijdag 26 juni 2015 | Den Haag Centraal
19
Volvo Ocean Race verovert Den Haag Zeven bontgekleurde zeilboten veroverden in drie dagen Den Haag. De pitsstop van de Volvo Ocean Race in Scheveningen overtrof zelfs de verwachtingen van de organisatie. Een recordaantal bezoekers, een enthousiaste menigte hebben ook op de zeilers enorm veel indruk gemaakt. “Wie de ontvangst heeft gezien, beseft dat het een geweldig idee was”. Door Klaas-Jan Droppert
Daar liggen ze dan, zeven bontgekleurde boten, vredig dobberend op de plek waar ooit de schepen van de Norfolkline aanmeerden. Op de kades vergapen honderden toeschouwers zich aan de vaartuigen die per stuk ruim vier miljoen euro kosten. ‘Varen ze met zulke boten de wereld over?’ ‘Mij niet gezien’, is een veelal verbaasde reactie. En inderdaad, het idee dat deze op het oog lichte boten, die het gewicht van twee volwassen olifanten hebben, veertig meter hoge golven in de Zuidelijke Oceaan trotseren, is beangstigend. Ze lijken toch al snel een speelbal voor de elementen. “Het is alsof je in een wasmachine wordt rondgedraaid”, weet Carolijn Brouwer van de Zweedse SCA, waarvan de bemanning volledig uit vrouwen bestaat. “Ik was twaalf jaar eerder ook al voor twee etappes in een vrouwenboot opgestapt. Toen was de Zuidelijke Oceaan een feest, konden de golven me niet hoog genoeg zijn en wilden we direct bij aankomst terug om het nog een keer te beleven. Nu was dat heel anders. Ik stond aan het roer toen we het zeil dat je voor de Zuidelijke Oceaan nodig hebt, verloren. Daardoor voeren we langzamer, kwamen achter de goede luchtstromen die je meevoeren, terecht. Met het gevoel van de wasmachine als gevolg. Ik was blij toen we eruit waren”. Met goed gevolg, want de SCA won later in de race de etappe naar Lorient. Een kortstondig succes, want over het stuk van de Franse havenplaats naar Scheveningen deed de Zweedse boot het langst. Toch was het voor Brouwer
Team Brunel vertrekt onder grote belangstelling op weg naar Gothenburg. | Foto: Dick Teske
een bijzonder moment. “Ik mocht de boot binnenbrengen en zag ik mijn appartement, waar ik al 2,5 jaar niet meer ben geweest, recht voor me liggen. Nee, tijdens de pitsstop slaap ik niet in mijn eigen bed, maar gewoon in een hotel. Mijn huis zit vol familie en vrienden. Ach, wij zeilers passen ons altijd aan”. Bekking De pitsstop in Scheveningen werd geen winst voor SCA, maar ook niet voor Team Brunel. Het schip van de Nederlandse schipper Bouwe Bekking had in de thuishaven heel graag als eerste willen finishen. Dat riep hij ruim een jaar geleden bij de presentatie van Scheveningen als pitsstop al. Het lukte niet, want Brunel dat op een van de drukste zeestraten ter wereld
de kant van Engeland koos, lag op een gegeven moment zelfs laatste. Uiteindelijk kwam het geel-grijze racemonster als vierde door de havenhoofden en had het de pech dat de twee concurrenten voor de tweede plek in de eindstand eerder binnenkwamen. Team Brunel moest dus op weg naar Gothenburg tijd goedmaken. (Hetgeen uiteindelijk lukte want Bekking passeerde Mapfre en Dongfeng Racing Team en eindigde op de uiteindelijke tweede plek in ‘s werelds zwaarste zeilrace). Maar op vrijdag liep Bekking in de race village nog met gemengde gevoelens rond. Aan de ene kant voldeed hij aan de verplichtingen (zoals koning Willem-Alexander rondleiden) maar aan de andere kant zat hij met zijn hoofd bij de spannende ontknoping. “Toch is het fantastisch om
hier te zijn. De ontvangst die we hebben gekregen was geweldig. Zelfs midden in de nacht toen we aankwamen. Ik denk dat zo’n pitsstop zeker een meerwaarde heeft en dat gaat in de toekomst absoluut vaker gebeuren. Cardiff, Scheveningen, ergens in Duitsland of Denemarken, het is een kwestie van tijd”. Ook Brouwer vond het fijn om even thuis te zijn. “Ik weet niet of de rest van de crew liever meteen naar Gothenburg was gevaren, maar nu ze de ontvangst hebben gezien, zullen ze wel beseffen dat het een geweldig idee was”. Maar lang kan ze er niet bij stilstaan. De race is nog bezig, de boten moeten weer vertrekken. Als de SCA op zaterdag als laatste boot op weg naar Gothenburg aan de horizon verdwijnt,
denken veel betrokkenen al na over de toekomst. Of het Den Haag lukt om het hoofdkwartier van de Volvo Ocean Race binnen haar grenzen te krijgen. Of er de volgende keer weer een Nederlandse boot meedoet. En of Carolijn Brouwer er opnieuw bij is. Zelf zou ze het liefst met de vrouwenboot van SCA nog een keer deelnemen omdat de race-ervaring in een volgende editie goed van pas komt. Maar de vraag is of ze nog een keer zolang zonder haar zoon Kyle, die dan leerplichtig is, op zee wil zitten. Het zijn knopen die ze de komende maanden voor zichzelf moet doorhakken. In haar appartement met uitzicht op de Scheveningse haven moet het na 2,5 jaar (waarvan negen maanden op zee) ongetwijfeld wennen zijn dat de race is afgelopen.
Hockeyclubs HGC en HCKZ bundelen krachten
‘In 2020 hebben we weer een Haagse landskampioen’ Den Haag moet weer dé hockeystad van Nederland worden. Om het verloren terrein goed te maken hebben HC Klein Zwitserland (HCKZ) en HGC de handen ineengeslagen. Bij de gemeente is recent een plan ingediend om het tophockey in Den Haag terug te brengen.
lof, die zijn sporen als opleider in Nederland en België ruimschoots heeft verdiend, hebben we iemand aangetrokken die dat perfect kan begeleiden. In eerste instantie is het een project van HCKZ en HGC, maar andere clubs uit de regio zoals Cartouche, HDS of Wateringse Veld zijn welkom om mee te doen”.
Door Klaas-Jan Droppert
Schaalgrootte De talententeams zouden vanaf het seizoen 2016-2017 kunnen starten. “Misschien mogen we dan al een Haags talententeam in de competitie inschrijven. Anders gaan die speelsters en spelers veel gezamenlijk trainen en internationale wedstrijden en toernooien spelen. Dit plan heeft aantrekkingskracht. Heb je zo’n Haagse selectie hier rondlopen, dan worden de bondstrainingen hier ook gehouden en komt Jong Oranje hier weer trainen. Nu wijken die uit naar Kampong of Rotterdam”. Swinkels schat dat voor dit project jaarlijks vier tot vijf ton nodig is om het draaiende te houden. “Maar daarnaast moet ons complex worden opgeknapt. Meer faciliteiten voor fysiotherapie, een zesde veld, een upgrading van de kleedkamers en een goede samenwerking met de sport-
Plannen voor één groot hockeybolwerk in Den Haag bestaan er al lang. In 2009 zou Den Haag een hockeystadion krijgen op voorwaarde dat HCKZ, HGC en HDM gingen fuseren. En rond het WK hockey van vorig jaar in Den Haag waren er geluiden over een fusie tussen HCKZ en HGC te bespeuren. “Daarover is sinds 2013 serieus gesproken”, zegt Stephan Swinkels, secretaris en vice-voorzitter van HCKZ. “Onze clubculturen liggen dicht bij elkaar en er zou een zak van tien miljoen euro bij de gemeente klaarliggen. Zelfs over locaties als de huidige velden van HRC, dus tegenover HDM, aan de Theo Mann Bouwmeesterweg was al nagedacht. Maar uiteindelijk hebben we het niet gedaan. Wij zitten op zo’n mooi complex, we
Het terrein van HCKZ. | Foto: Bert Tielemans
willen hier gewoon niet weg”. Maar dat betekent niet dat daarmee het zoveelste plan om het hockey in Den Haag een impuls te geven, in de ijskast belandt. HGC en HCKZ gaan wel degelijk samenwerken. “Wij komen van heel ver”, zegt Swinkels. “Vier jaar geleden was HCKZ bijna failliet. Nu zijn we gezond en zijn we een grote familieclub, en daarmee zijn onze eerste doelstellingen ge-
haald. De volgende wens is om weer op het hoogste niveau mee te doen”. In het plan, dat bij de gemeente is ingeleverd en waarin HCKZ het initiatief heeft genomen, is er sprake van het oprichten van Haagse talententeams. “Alle goede spelers en speelsters van HGC en HCKZ gaan in de A-, B- en C-lichting bij elkaar spelen. Later willen we dat uitbreiden naar de jongere jeugd. In Norbert Neder-
school naast ons zijn wel absolute voorwaarden”. Volgens Swinkels is samenwerken of fuseren de enige manier om Den Haag weer toonaangevend in de hockeywereld te maken. “In het hockey draait alles om schaalgrootte. HGC heeft 1100 leden, wij 1700. Maar topclubs in Nederland hebben algauw 3500 leden. Neem Den Bosch, daar zijn clubs samengegaan en komen de talenten naar Den Bosch toe in plaats van dat ze verspreid over de regio spelen. Bij andere clubs is dat ook gebeurd”. En dus proberen HGC en HCKZ de schade te herstellen. “We hebben de boot gemist. Dankzij de successen van HCKZ in de jaren zeventig en tachtig en daarna die van HGC dachten we dat we goed waren. We hoefden niet zo nodig te veranderen. Onze arrogantie is vervolgens afgestraft. Maar nergens wordt er per vierkante meter meer gehockeyd dan in Den Haag. Hockey hoort bij Den Haag en daar hoort een topclub bij. Maar als we nog langer wachten, doen we helemaal niet meer mee. Ik geloof echt in een Haagse school voor hockey. En dat zal leiden tot een Haagse landskampioen bij de senioren in 2020. Daarvan ben ik overtuigd”.
20 | de achterpagina
Den Haag Centraal | Vrijdag 26 juni 2015
1
Ter plekke Door Caroline Ludwig
Buurt “Mijn leven speelt zich af rond de haven van Scheveningen, daar woon ik en volleybal ik. Het is een fijn deel van de stad. Met mooi weer heb je al snel een vakantiegevoel. Iedereen is vrolijk en gaat ’s avonds gezellig een drankje doen. Eerst woonde ik twee jaar in het Topsporthuis in het Statenkwartier, nu heb ik een eigen appartement. Als ik niet op Scheveningen ben, zit ik in Brabant of ben ik aan het reizen”. Koffie “Ik kom regelmatig bij ZO, Zout & Zoet aan de Duinstraat. In de winter houden we daar gesprekken met onze trainer en ik kom er ook met vriendinnen. Het is ontspannen en huiselijk, net of je bij iemand thuis bent. Ik bestel altijd een latte macchiato”.
2
| Foto: Facebook/Copacabana
Uitgaan “Van uitgaan komt het niet veel, maar in een vrij weekend ga ik graag naar het Plein. Cloos vind ik een gezellige kroeg om met vriendinnen te kletsen en wat te drinken. ’s Zomers kies ik meestal voor het strand. Met Beach Team Holland zitten we veel bij strandtent WIJ. Ook Copacabana <2> vind ik een hele leuke plek”.
3
| Foto: PR
Kledingwinkel “Costes <3>is een Nederlands modemerk met een boutique aan de Lange Poten. Ze gaan met de mode mee en hebben nu allemaal zachte zomerkleuren. Ik slaag er altijd”. Sporter (m) “Mag ik ook een team noemen? Dan kies ik voor Alexander Brouwer en Robert Meeuwsen. Twee jaar geleden wonnen ze het WK en het zou erg leuk zijn als ze op de Hofvijver met succes hun titel kunnen verdedigen. We hebben veel contact, spelen vaak dezelfde toernooien. Ik raad iedereen aan om te komen, dit is echt een leuk team om te zien spelen”. Sporter (v) “Als olympische beachvolleyballers trekken we veel op met de zeilers. Lisa Westerhof ontmoette ik in 2012 tijdens de Olympische Spelen in Londen. We hadden dezelfde manager. Zij kan terugkijken op een prachtige sportcarrière met een bronzen medaille op haar laatste Spelen”. Restaurant “Bij Isola Sardegna <4> in de Keizerstraat gaan we vaak met een groep volleyballers eten. Mijn oude trainster speelde in Italië en spreekt de taal.
Het eten is superlekker en de mensen kennen ons. Ik ben fan van de pizza di Parma en vind ook de pasta alla marinara met mosselen en garnalen heel goed”.
Winkelstraat “Als ik niet naar de stad wil, ga ik winkelen op de Frederik Hendriklaan. Daar hebben ze ook genoeg winkels”.
Gebouw “Het Vredespaleis vind ik een indrukwekkend gebouw. Het ligt mooi in het groen aan het einde van de Scheveningseweg met prachtige bomen. Ik ben er nog nooit binnen geweest, maar wil zeker een keer mee met een rondleiding”.
Geheimtip “Surfdorp F.A.S.T. <5> zit een beetje weggestopt in de haven, maar is echt een relaxte plek met een leuke sfeer”.
Festival “Tijdens het WK Beach zijn er allerlei leuke side-events. Er is een Beach Club op het Plein, dat wordt een soort Holland House waar je kunt sporten, naar muziek kunt luisteren en een drankje kunt drinken. En op Scheveningen is er een recordpoging met zo veel mogelijk wedstrijden tegelijk. Zelf ben ik op 26 juni bij de opening. De koning en de koningin komen ook”. Lunchroom “Delice op de Willem de Zwijgerlaan is een leuke broodjeszaak. Ze hebben er ook een geweldige high tea”.
4
5
| Foto: Facebook/FAST
Sportplek “Lindobeach is onze vaste zaal voor binnentrainingen. Op het strand oefenen we in het Beach Stadium en voor krachttrainingen komen we drie keer per week bij Absolutely Fit aan de Dr. Lelykade. In totaal trainen we 20 tot 25 uur per week”. Sportwinkel “Al onze kleding wordt gesponsord. Voor schoenen ga ik naar Excelsior in de Weimarstraat. We spelen op blote voeten, maar voor de krachttraining en het hardlopen heb ik wel schoenen nodig”.
| Foto: PR
| Foto: Eveline van Egdom
Sophie van Gestel
Rust “Ook voor mijn rust ga ik graag naar het strand. Wandelen over het Zuiderstrand of fietsen door de duinen”.
’s Zomers is beachvolleybalster Sophie van Gestel <1> nauwelijks thuis, dan reist ze van toernooi naar toernooi. Met teamgenoot Jantine van der Vlist hoopt ze te schitteren tijdens het WK Beachvolleybal. Dat begint op 26 juni en eindigt op 5 juli in het spectaculaire Hofvijverstadion. Sophie werd in 1991 geboren in Oostelbeers in Brabant, waar ze als meisje lid werd van een volleybalclub. Op 15-jarige leeftijd stapte ze over van de zaal naar het zand. Drie jaar later verhuisde ze naar Den Haag. Sophie is één van de 070 Helden die topsport in Den Haag promoten.
advertentie
lezersaanbieding bel air jazz club Op zondag 28 juni 2015 treedt jazzvocaliste Francesca Tandoi samen met Frits Landesbergen en Frans van Geest op in de Bel Air Jazz Club. Bel Air Jazz Club is gevestigd in de Embassy Bar van Worldhotel Bel Air, Johan de Wittlaan 30 in Den Haag. Het radioconcert vindt plaats op zondagmiddag 28 juni 2015, tussen 16.00 en 18.00 uur. De bar is vanaf 15.30 uur open. De entreeprijs bedraagt 12,50 euro (inclusief welkomstdrankje). De opnamen worden uitgezonden via de livestream www.belairjazzclub.com.
Voor lezers van Den Haag Centraal wordt tegen inlevering van deze bon een speciale entreeprijs gegeven van zes euro.