Saneringsplan Wijziging aanpak bodemsanering Industrieweg 8 te Emmeloord (FL/017100174)
projectnr. 14207-258385 revisie 01 21 mei 2015
Locatie Industrieweg 8
Opdrachtgever Tamoil Nederland B.V. Afdeling Netwerk Wolweverstraat 23-25 2984 CE RIDDERKERK
Antea Nederland B.V.
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Inhoud 1
Inleiding ........................................................................................................................................4 1.1 Algemeen................................................................................................................................................... 4 1.2 Aanleiding.................................................................................................................................................. 4 1.3 Doelstelling ................................................................................................................................................ 5 1.4 Leeswijzer.................................................................................................................................................. 5
2
Achtergrondinformatie .................................................................................................................6 2.1 Terreininformatie....................................................................................................................................... 6 2.1.1 Locatiegegevens............................................................................................................................. 6 2.1.2 Historische gegevens...................................................................................................................... 6 2.1.3 Huidige en toekomstige situatie...................................................................................................... 6 2.2 Voorgaand bodemonderzoek...................................................................................................................... 7 2.3 Geohydrologie ........................................................................................................................................... 8 2.4 Verontreinigingssituatie ............................................................................................................................. 8 2.4.1 Grondverontreiniging ..................................................................................................................... 8 2.4.2 Grondwaterverontreiniging ............................................................................................................ 9 2.4.3 Verharding voormalig tankdepot .................................................................................................... 9 2.4.4 Samenvatting verontreinigingssituatie .......................................................................................... 10 2.5 Kabels en leidingen................................................................................................................................... 10
3
Bodemsaneringsbeleid ................................................................................................................11 3.1 Algemeen................................................................................................................................................. 11 3.2 Standaardaanpak immobiele verontreinigingen in de bovengrond............................................................. 11 3.3 Standaardaanpak mobiele verontreinigingen ............................................................................................ 12 3.4 Aanpak verontreiniging saneringslocatie................................................................................................... 12
4
Saneringsplan..............................................................................................................................13 4.1 Saneringsdoelstelling en terugsaneerwaarden .......................................................................................... 13 4.2 Uitgangspunten en randvoorwaarden....................................................................................................... 13 4.3 Procedurele, organisatorische en veiligheidsaspecten ............................................................................... 14 4.3.1 Procedurele aspecten................................................................................................................... 14 4.3.2 Organisatorische aspecten............................................................................................................ 15 4.3.3 Veiligheidsaspecten...................................................................................................................... 15 4.4 Voorbereidende werkzaamheden............................................................................................................. 15 4.4.1 Inrichten werkterrein ................................................................................................................... 15 4.5 Sloop- en opruimwerkzaamheden ............................................................................................................ 16 4.6 Grondverzet............................................................................................................................................. 17 4.7 Grondwateronttrekking............................................................................................................................ 18 4.8 Herinrichting terrein................................................................................................................................. 19 4.9 Saneringsduur en verloop......................................................................................................................... 19 4.10 Milieukundige begeleiding........................................................................................................................ 19 4.10.1 Algemeen..................................................................................................................................... 19 4.10.2 Milieukundige processturing......................................................................................................... 19 4.10.3 Milieukundige verificatie .............................................................................................................. 20 4.11 Evaluatieverslag en nazorgplan................................................................................................................. 21
blad 2 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Bijlagen 1.
Kadastrale gegevens
2.
Foto’s locatie
3.
T&F klasse bepaling
Tekeningen 258385-S1
Situatietekening
258385-IK1
Isohypsenkaart
258385-VG1
Verontreinigingssituatie grond
258385-VW1
Verontreinigingssituatie grondwater
258385-OG1
Ontgravingskaart
258385-DR1
Drainageplan
blad 3 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
1
Inleiding
1.1
Algemeen Door Tamoil Nederland B.V. is op 6 maart 2015 aan Antea Nederland B.V. en hierna aangeduid als Antea Group (voorheen Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.) opdracht verleend voor het opstellen van een deelsaneringsplan voor de olieverontreiniging ter plaatse van het voormalige tankdepot aan de Industrieweg 8 te Emmeloord. Op de locatie Industrieweg 8 bevindt zich een tankstation met daarachter een voormalig tankdepot. Het tankdepot is in gebruik geweest tussen 1961 en 1998, voor de op- en overslag van benzine, diesel/gasolie en petroleum. De vier bovengrondse opslagtanks zijn verwijderd en dit terrein ligt inmiddels meer dan 10 jaar braak. Het tankstation is wel in bedrijf.
1.2
Aanleiding In mei 1999 is door de Gedeputeerde Staten van Flevoland een besluit ‘ernst en urgentie’ genomen ten aanzien van de bodemverontreiniging op het perceel Industrieweg 8 in Emmeloord (beschikking 12 mei 1999, kenmerk MB/99.090812/C). De verontreiniging is beoordeeld als één geval van bodemverontreiniging (tankstation en tankdepot), ontstaan vóór 1 januari 1987. De uitvoering van de sanering is urgent beoordeeld vanwege het verspreidingsrisico. In de periode juni/juli 1999 is ten behoeve van het huidige tankstation van Tamoil een bodemsanering uitgevoerd. Als doelstelling van de sanering c.q. terugsaneerwaarden zijn gehanteerd de destijds geldende streefwaarden. De verontreinigde grond is ontgraven en de ontgravingsput is daarbij aangevuld met schoon zand en aan de zijde van het bovengrondse olie-opslagterrein/tankdepot afgeschermd met een foliescherm in de bodem. Met de resultaten van deze deelsanering is door de Gedeputeerde Staten van Flevoland ingestemd (besluit d.d. 3 november 1999, kenmerk MB/99.092082/C). In dit besluit is vastgelegd dat de sanering van het tankdepot (OK-depot) op een later tijdstip zal worden uitgevoerd. Na de beëindiging van de bedrijfsactiviteiten is in 2005 een nieuw bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse het voormalige tankdepot en naar aanleiding van de afspraak met de provincie Flevoland (brief d.d. 11 december 2012, kenmerk 1433882) is de verontreinigingssituatie in 2013 geactualiseerd. Geconcludeerd is dat sprake is van een onaanvaardbaar risico op verspreiding van de verontreiniging in verband met de aanwezigheid van een drijflaag olie op het grondwater (onbeheersbare situatie). De resultaten van het actualisatie-onderzoek zijn voorgelegd aan de Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek. Per 1 januari 2013 zijn de taken met betrekking tot vergunningverlening, toezicht en handhaving in het kader van de Wet bodembescherming overgegaan van de Provincie Flevoland naar de genoemde omgevingsdienst. Door de Omgevingsdienst is het rapport van het actualisatie-onderzoek beoordeeld (brief 17 oktober 2013, kenmerk 131017/SHA/kbe-001). Met betrekking tot de bodemverontreiniging is het volgende geconcludeerd: Op de locatie is nog steeds sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging, vanwege overschrijdingen van de interventiewaarden voor minerale olie en benzeen in het grondwater; Er is sprake van een onaanvaardbaar risico op verspreiding vanwege de aanwezigheid van een drijflaag (0,88 m in een ondiepe peilbuis, nr. 16).
blad 4 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Met betrekking tot de uitvoering van de bodemsanering van het voormalige tankdepot (saneringsfase 2) is aangegeven dat de inhoud van het saneringsplan zoals dat in 1999 voor het gehele geval is opgesteld, wellicht niet meer relevant is. Door de Omgevingsdienst zijn in de genoemde brief de volgende mogelijkheden voor aanpassing van het saneringsplan benoemd. 1. Het melden van een wijziging van het saneringsplan twee weken voor aanvang indien de doelstellingen van de sanering ongewijzigd zijn (saneren tot streefwaarden); 2. Het indienen van een nieuw saneringsplan indien wordt gekozen voor een gewijzigde saneringsopzet en gewijzigde doelstelling (proceduretijd 15 weken); 3. Een deelsanering op basis van een melding Besluit Uniforme Saneringen (BUS), vijf weken voor aanvang, volgens de richtlijnen en terugsaneerwaarden van de Regeling Uniforme Saneringen (RUS). Gezien de wijzigingen in het bodembeleid na 1999 is er voor gekozen een nieuw saneringsplan op te stellen, specifiek gericht op de sanering van de landbodem ter plaatse van het voormalige tankdepot (fase 2 sanering).
1.3
Doelstelling In het saneringsplan is de sanering zodanig uitgewerkt dat op basis hiervan door het bevoegd gezag c.q. de Omgevingsdienst kan worden ingestemd met de voorgenomen aanpak en een bestek kan worden gemaakt ofwel een prijsuitvraag kan worden gedaan voor de uitvoering van de sanering.
1.4
Leeswijzer In hoofdstuk 2 is de terreinsituatie, de bodemopbouw en de verontreinigingssituatie samengevat. In hoofdstuk 3 is ingegaan op het huidige bodemsaneringsbeleid. In hoofdstuk 4 is het saneringsplan uitgewerkt.
blad 5 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
2
Achtergrondinformatie
2.1
Terreininformatie
2.1.1
Locatiegegevens Tabel 2.1: Algemene locatiegegevens Locatiespecificatie bronperceel Adres Straat Postcode Plaats Gemeente Ligging Kaartblad Coördinaten
X-coördinaat Y-coördinaat Kadastrale gegevens (zie bijlage 1) Gemeente Sectie
2.1.2
Industrieweg 8 8304 AD Emmeloord Noordoostpolder 15 H 179.348 524.025 Noordoostpolder AZ Nrs. Opp. in m2 6378 3.675
Eigendom OK Opslag Emmeloord B.V. Industrieweg 8 8304 AD Emmeloord
Historische gegevens Het tankdepot is operationeel geweest tussen 1961 en 1998. Op het terrein hebben vier bovengrondse tanks gestaan, respectievelijk voor de opslag van: Benzine (350 m3) Diesel/gasolie (500 en 270 m3) Petroleum/LP (124 m3) De brandstof werd per schip aangevoerd via de haven aan de zuidzijde van de locatie (scheepslospunten). De brandstof werd via het pomphuis aan de noordzijde van de tanklocatie in tankwagens verpompt op de verlaadplaats (betonverharding).
2.1.3
Huidige en toekomstige situatie Het terrein van het voormalige tankdepot ligt inmiddels circa 10 jaar braak en is voor een belangrijk deel begroeid met braamstruiken. De vier bovengrondse brandstofopslagtanks zijn enkele jaren geleden verwijderd. De asfaltverharding waarop de tanks waren gesitueerd en ook de grondwal rondom de tanklocatie zijn niet verwijderd. Het pompgebouw, de verlaadplaats en ook het bovengrondse leidingwerk (brandstofleidingen, ontluchtingspijpen) zijn nog aanwezig. Verder staan op het terrein nog twee kleinere bovengrondse tanks in lekbakken, respectievelijk een brandstoftank (5 m 3) nabij de scheepslospunten en een brandstoftank (3 m3) aan de oostzijde van de locatie. Op het laatst genoemd terreingedeelte bevindt zich ook een unit/portacabin (techniekruimte van naastliggend tankstation) en een wasplaats met een OBAS (olie-benzine-afscheider). Het braakliggende terrein is door middel van een hekwerk gescheiden van het noordelijk terreingedeelte, waar het tankstation staat met pompeiland en ondergrondse brandstoftanks. Aan de oost- en westzijde grenst het terrein aan bedrijfslocaties en aan de zuidzijde aan de haven.
blad 6 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Tankstation Tamoil
Vml. oliedepot
Figuur 1: Situatie voormalig tankdepot (bron: Google Maps) In bijlage 2 zijn meer foto's van de huidige terreinsituatie opgenomen, waaronder ook van de nog aanwezige twee bovengrondse tanks, de verlaadplaats en de wasplaats. Op tekening 258385-S1 is de terreininrichting nader op tekening aangegeven.
2.2
Voorgaand bodemonderzoek Tabel 2.2: Overzicht onderzoeksrapportages Nr.
Rapport
Opsteller
Projectcode opsteller
Datum
1.
Actualisatie-onderzoek OK tankdepot Nader en aanvullend onderzoek ACM tankstation Nader onderzoek ACM tankstation Saneringsplan ACM-Esso tankstation en OK-tankdepot Afperkend bodemonderzoek Industrieweg 8 Actualisatie-onderzoek voormalige oliedepot
Vermeer Milieutechniek B.V.
980393/AB/07R
13 januari 1999
Vermeer Milieutechniek B.V.
980392/AB/16R
13 januari 1999
Vermeer Milieutechniek B.V.
980392/AB/06/R
22 februari 1999
Vermeer Milieutechniek B.V.
980392/AB/27R
April 1999
Vink Milieutechnisch Adviesbureau B.V. Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.
M05-139
10 juni 2005
14207-258385
23 september 2013
2. 3. 4. 5. 6.
In 1998 en 1999 zijn op de onderzoekslocatie en ter plaatse van het tankstation van Tamoil, direct ten noorden van de onderzoekslocatie, diverse bodemonderzoeken uitgevoerd (zie tabel 2.2). Tijdens deze onderzoeken is op de onderzoekslocatie en bij het Tamoil-tankstation bodemverontreiniging aangetroffen. Ter plaatse van de bovengrondse brandstofopslag/tankdepot (binnendijks) heeft toen geen onderzoek plaatsgehad. Ten behoeve van de bouw van het huidige Tamoil-tankstation heeft in junijuli 1999 een bodemsanering plaatsgevonden. De ontgraving is daarbij aangevuld met schoon zand en aan de zijde van het bovengrondse olie-opslagterrein/tankdepot afgeschermd met een foliescherm in de bodem. In 2005 heeft een afperkend bodemonderzoek plaatsgehad ter plaatse van het tankdepot [5]. Dit onderzoek is gericht op het nader afperken van de contouren van de eerder in kaart gebrachte verontreiniging. Vervolgens is in 2013 een actualisatie-onderzoek uitgevoerd [6].
blad 7 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
2.3
Geohydrologie Bodemopbouw De bodemopbouw is schematisch weergegeven in tabel 2.3, waarbij de diepere bodemopbouw (> 6 m mv) is gebaseerd op geïnventariseerde gegevens (DINO-loket, TNO-Grondwaterkaart, kaartblad 20 oost; 21 west). Tabel 2.3: Globale bodemopbouw Diepte in m -mv
Beschrijving grondsoort
0,0-1,0 1,0-2,0 2,0-3,8 3,8-13 13-23 > 23
Zand (opgebracht) Klei Veen Zand, fijn tot matig grof Klei, veen, sterk siltig zand Zand, matig fijn tot matig grof
1)
Geohydrologische schematisatie Slecht doorlatende deklaag Eerste watervoerend pakket Scheidende laag Tweede watervoerend pakket
Bij de boringen 607 en 612 is geen zand in de bovenlaag aangetroffen, terwijl bij de boringen 608 en 613 deze laag veel dikker is dan gemiddeld, respectievelijk 2,3 m en 3,1 m.
Grondwal Rondom het voormalige tankdepot (circa 120 m1) ligt een grondwal, waarvan de kruin zich aan de noordzijde bevindt op circa N.A.P. -2,50 m en aan de zuidzijde op N.A.P. -2,60 m. De hoogte van deze grondwal varieert ten opzichte van het omringende maaiveld van 0,7 m aan de noordzijde tot circa 1,1 à 1,4 m aan de zuidzijde (gemiddeld circa 0,9 m). De hoeveelheid grond wordt ingeschat op circa 300 m 3 en betreft kleiïg materiaal (lutumfractie 10 à 11%). Hydrologie Op basis van de grondwaterstandsopname op 3 juni 2013 is een isohypsenpatroon bepaald en dit is weergegeven op tekening 258385-IK1. Uit de resultaten blijkt het volgende. Het maaiveld ligt rondom de verlaadplaats op circa N.A.P. -3,2 m en ter plaatse van het voormalige tankdepot op N.A.P. -3,5 à -4,0 m. De grondwaterstand varieert van circa N.A.P. -4,3 m nabij de verlaadplaats tot N.A.P. -5,5 m nabij het oppervlaktewater en varieert van 0,3 tot 1,25 m -mv (gemiddeld 0,9 m -mv). De stijghoogte van het diepere grondwater is vergelijkbaar met het oppervlaktewaterpeil (circa N.A.P. -5,65 m). De stroming van het ondiepe grondwater is op hoofdlijnen zuidelijk/zuidoostelijk gericht, naar het aangrenzende oppervlaktewater. De stroomsnelheid is circa 4 m per jaar, uitgaande van de gemeten gradiënt (i) van 0,038 (1,25 m/33 m) en een doorlatendheid (k) van de siltige kleilaag van 0,1 m/etmaal.
2.4
Verontreinigingssituatie
2.4.1
Grondverontreiniging De grond is plaatselijk verontreinigd met oliecomponenten (minerale olie). De verontreiniging komt plaatselijk vanaf maaiveldniveau voor en plaatselijk pas vanaf grondwaterniveau. De onderkant van de verontreiniging is in het algemeen binnen 2 m -mv. aangetroffen. Op tekening 258385-VG1 is de omvang van de verontreiniging met minerale olie in grond schetsmatig weergegeven, gebaseerd op zowel de resultaten van het voorgaande onderzoek als het actualisatie-onderzoek. De omvang van de verontreiniging met minerale olie in de grond omvat circa 875 m 2 en de hoeveelheid verontreinigde grond is geraamd op circa 1.300 m3. Hiervan bevat circa 215 m3 een gehalte minerale olie boven de interventiewaarde. De grond in de grondwal is voor zover onderzocht niet verontreinigd gebleken. blad 8 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Tabel 2.4: Omvang grondverontreiniging Locatie
Pomphuis/verlaadplaats Kernzone
Randzone Olietank/wasplaats/OBAS Scheepslospunten/olietank Kernzone Randzone TOTAAL
Oppervlak in m2 180
470 70
Laag in m -mv
Omvang grondverontreiniging (in m3) > achtergrondwaarde > interventiewaarde
0-0,5 0,5-1,5 1,5-2,0 0-1,5 0,5-1,5 à 2,0
0,5 1,0 0,5 1,5 1,3
0-0,5 0,5-1,0 0-1,2
0,5 0,5 1,2
70 65 875
90 180 90 700 90 35 35 80 1.085
215 1.300
2.4.2
Grondwaterverontreiniging Het ondiepe grondwater is over een oppervlak van circa 800 m2 verontreinigd met oliecomponenten (overschrijding streefwaarden). Ter plaatse van de verlaadplaats en in de omgeving van het pomphuis komen over een oppervlak van circa 200 m2 concentraties boven de interventiewaarde voor. Het (bodemvolume) verontreinigd grondwater bedraagt circa 2.400 m 3 en daarvan bevat circa 350 m3 concentraties boven de interventiewaarde. Voor de onderkant van de verontreiniging in het diepere grondwater is daarbij uitgegaan van een maximale verontreinigingsdiepte van 7 m -mv Gezien de aard van de verontreiniging en de geohydrologische situatie is het niet aannemelijk dat de verontreiniging zich tot grote diepte heeft verspreid. Tabel 2.5: Verontreinigd (bodemvolume) grondwater Locatie
Pomphuis/verlaadplaats
Scheepslospunten/olietank TOTAAL
Oppervlak in m2 200 440 175 815
Laag in m -mv 0,3-2,0 1) 2,0-7,02) 0,3-2,0 0,3-2,0
Verontreinigd bodemvolume grondwater (in m3) > streefwaarde > interventiewaarde 1,7 5,0 1,7 1,7
350 1.000 750 300 2.050
350 2.400
1) Hoogste grondwaterstand is 0,3 m -mv 2) Onderkant verontreiniging in dieper grondwater aangehouden op 7 m -mv
2.4.3
Verharding voormalig tankdepot Asfaltverharding onder voormalig tankdepot Het asfalt bevat een PAK-gehalte van 430 mg/kg ds. en moet als teerhoudend worden beschouwd. Puinverharding onder asfaltverharding Onder de verharding van het voormalige tankdepot is een 0,3 à 0,4 m dikke puinlaag aanwezig en deze blijkt niet verontreinigd met asbest.
blad 9 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
2.4.4
Samenvatting verontreinigingssituatie Op basis van het actualisatie-onderzoek is het volgende geconcludeerd. Aard, mate en omvang grondverontreiniging De hoeveelheid verontreinigde grond is geraamd op circa 1.300 m 3, waarvan circa 215 m3 met een gehalte minerale olie boven de interventiewaarde; minerale olie is de maatgevende parameter. De omvang van de verontreiniging lijkt minder groot dan op basis van het eerdere onderzoek is vastgesteld (totale hoeveelheid verontreinigde grond destijds geraamd op bijna 2.000 m3). De grondwal rondom het voormalige tankdepot (circa 300 m3) is voor zover onderzocht niet verontreinigd. Aard, mate en omvang grondwaterverontreiniging De hoeveelheid verontreinigd (bodemvolume) grondwater is geraamd op circa 2.400 m3, waarvan circa 350 m3 met concentraties (w.o. benzeen) boven de interventiewaarde. Ter plaatse van de verlaadplaats komt een drijflaag olie op het grondwater voor (0,88 m). De verontreiniging zal zich in horizontale richting met het grondwater in zuidelijke richting verplaatsen (naar het aangrenzende oppervlaktewater); er lijkt geen sprake van verplaatsing naar de aangrenzende percelen aan de Industrieweg. In verticale richting blijkt de verontreiniging zich in de kernzone (verlaadplaats/pomphuis) door het klei-/veenpakket tot in het onderliggende zandpakket (Eerste watervoerende pakket) te hebben verspreid; in dit pakket zijn licht verhoogde concentraties minerale olie en vluchtige aromaten aangetoond. Gevalsdefinitie, saneringsnoodzaak en spoedeisendheid Er is sprake van één geval van bodemverontreiniging. De verontreinigingen dateren voor een belangrijk deel van vóór 1 januari 1987. De verontreiniging betreft een geval van ernstige bodemverontreiniging en daarvoor geldt een saneringsnoodzaak. Er is sprake van een onaanvaardbaar risico op verspreiding in verband met de aanwezigheid van een drijflaag (onbeheersbare situatie). De sanering van de locatie is spoedeisend.
2.5
Kabels en leidingen Er is een graafmelding verricht bij het Kadaster (KLIC). Ter plaatse van de te ontgraven verontreinigingen zijn voor zover bekend geen hoofdleidingen gelegen. Er zijn vermoedelijk op het terrein nog wel huisaansluitingen van diverse nutsbedrijven aanwezig (o.a. naar unit/gebouwtje bij wasplaats). Ook is de terreinriolering (met een olie-benzine-afscheider/OBAS) nog aanwezig en liggen er nog oude (bovengrondse) brandstofleidingen en tankontluchtingsleidingen in het terrein. Verder blijkt uit kadastrale informatie dat door Enexis en de gemeente Noordoostpolder zakelijk recht is gevestigd op het perceel.
blad 10 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
3
Bodemsaneringsbeleid
3.1
Algemeen Per 1 januari 2006 is de gewijzigde Wet Bodembescherming in werking getreden en per 1 mei 2006 de Circulaire bodemsanering 2006. De Circulaire is vervolgens meerdere keren gewijzigd (1 oktober 2008, 1 april 2009 , 3 april 2012 en 1 juli 2013). Volgens de per 1 januari 2006 gewijzigde Wet bodembescherming is de saneringsdoelstelling functiegericht. Functiegericht saneren houdt in dat het eindresultaat wordt afgestemd op het (toekomstig) gebruik van de bodem dan wel op het wegnemen/opheffen van risico's en daarbij wordt niet alle verontreiniging verwijderd tot het niveau van de streefwaarde/AW2000. Uitgangspunt is een integrale aanpak (grond en grondwater) van het gehele geval van bodemverontreiniging. Hierbij wordt voor de saneringsaanpak onderscheid gemaakt in twee typen verontreinigingssituaties, respectievelijk • De aanpak van immobiele verontreinigingen in de bovengrond; • De aanpak van mobiele verontreinigingen in zowel de boven- als ondergrond. Er geldt in principe een standaardaanpak. Eventueel is maatwerk per geval of gebied mogelijk. In paragraaf 3.2 is nader ingegaan op de standaardaanpak van immobiele verontreinigingen en in paragraaf 3.3 van mobiele verontreinigingen.
3.2
Standaardaanpak immobiele verontreinigingen in de bovengrond De standaardaanpak gaat uit van het herstellen van de bodemkwaliteit in de contactzone, zodat wordt voldaan aan de bij de bodemfunctieklasse behorende waarden. De kwaliteitseis voor de bovengrond hangt dus af van de beoogde bodemfunctie. De bodemfuncties zijn geclusterd tot drie bodemfunctieklassen. Voor elke bodemfunctieklasse is één generieke norm afgeleid voor blijvende geschiktheid, op basis van het meest gevoelige scenario binnen de bodemfunctieklasse. De indeling van de bodemfuncties in bodemfunctieklassen is in tabel 3.1 weergegeven. Tabel 3.1:
Indeling in bodemfunctieklassen en naam bodemnorm
Bodemfuncties per bodemfunctieklasse Landbouw Natuur Moestuinen-volkstuinen Wonen met tuin Plaatsen waar kinderen spelen Groen met natuurwaarden Ander groen, bebouwing, infrastructuur, industrie
Afgeleide bodemnorm Achtergrondwaarden (AW2000)
Maximale Waarde Wonen Maximale Waarde Industrie
Gemeenten dienen in het kader van het Besluit bodemkwaliteit te kiezen voor generiek of gebiedsspecifiek beleid. Het bevoegd gezag Wbb sluit aan bij de in het generieke beleid gehanteerde achtergrondwaarden en maximale waarden voor de klasse Wonen en Industrie als terugsaneerwaarden en als kwaliteitseis voor leeflagen en aanvulgrond. Als een gemeente heeft gekozen voor gebiedsspecifiek beleid, wordt aanbevolen, dat het bevoegd gezag Wbb, voor de te hanteren terugsaneerwaarden en kwaliteitseisen van aanvulgrond en leeflagen, aansluit bij de vastgestelde Lokale Maximale Waarden. Het bevoegd gezag Wbb heeft echter de mogelijkheid, om af te wijken van het generieke kader, dan wel Lokale Maximale Waarden en zogenoemde locatiespecifieke terugsaneerwaarden te hanteren. blad 11 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
3.3
Standaardaanpak mobiele verontreinigingen Een mobiele verontreinigingssituatie betreft een situatie waarbij de in de bodem aanwezige stoffen zich tot meer dan de 'tussenwaarde' hebben verspreid naar het grondwater. Voor de saneringsaanpak is het onderscheid in de bronzone en de pluim van belang. De sanering van een mobiele verontreiniging moet leiden tot een kwaliteit van de boven- en ondergrond die het gewenste gebruik van de boven- en ondergrond mogelijk maakt, de risico’s van de verspreiding van de (rest-)verontreiniging na sanering zoveel mogelijk beperkt en zo min mogelijk nazorg vereist. Dit kan worden beschouwd als een ‘stabiele milieuhygiënisch acceptabele eindsituatie’. Aan het begrip 'Stabiele eindsituatie' is in de hiervoor genoemde Circulaire bodemsanering (1 juli 2013) geen normatieve invulling gegeven. Het heeft vooral een relatieve betekenis vanwege de samenhang met kosteneffectiviteit van een sanering. Bij mobiele verontreiniging zal bijna altijd sprake zijn van maatwerk waarbij het te realiseren saneringsdoel moet worden geplaatst en beoordeeld in een bredere (ruimtelijke) context.
3.4
Aanpak verontreiniging saneringslocatie Op basis van het huidige beleid, zal uitgaande van de bestemming bedrijfsterrein de bovengrond (leeflaag 1 m) moeten voldoen aan de functieklasse industrie. Voor de mobiele verontreinigingen zal de saneringsdoelstelling gericht moeten zijn op het zoveel mogelijk verwijderen van de bron en pluim, voor zover kosteneffectief, met zo weinig mogelijk nazorg in de vorm van beheersmaatregelen en uiteindelijk als saneringsdoel het bereiken van een stabiele eindsituatie. Hoewel de verontreiniging (deels) biologisch afbreekbaar is, wordt in het saneringsplan uitgegaan van een sanering waarbij de verontreiniging in de grond door middel van ontgraven wordt verwijderd en de verontreinigde grond voor behandeling wordt afgevoerd. Een saneringsaanpak waarbij de grond eventueel (deels) door middel van een in situ of ex situ behandeling op locatie wordt gereinigd, behoort in principe tot de mogelijkheden. Uitgangspunt is dat ten behoeve van de sanering alle aanwezige opstallen en installaties worden gesloopt, met uitzondering van de portacabin. Met de grondsanering wordt ook een belangrijk deel van het sterk verontreinigde grondwater verwijderd (drijflaag nabij verlaadplaats). Uitgangspunt is dat na de grondsanering een aanvullende grondwatersanering niet meer noodzakelijk is. In de huidige situatie wordt de verontreiniging als stabiel beoordeeld. De bedrijfsactiviteiten zijn meer dan 10 jaar geleden beëindigd. Het bodemvolume grondwater met concentraties boven de interventiewaarde is bij het onderzoek in 2013 geraamd op circa 350 m3. Dit is minder dan 6.000 m3 en dit betekent ook dat een eventuele jaarlijkse toename minder is dan 1.000 m3; toename is bij 350 m3 in 10 jaar maximaal 35 m3/jaar. Er is geen sprake van onaanvaardbare verspreidingsrisico’s en binnen een straal van 100 m van de locatie zijn geen kwetsbare objecten gelegen (bijv. grondwaterbeschermingsgebieden). Na de grondsanering wordt door middel van het plaatsen van peilbuizen de eindsituatie vastgesteld.
blad 12 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
4
Saneringsplan
4.1
Saneringsdoelstelling en terugsaneerwaarden Bij de sanering worden de volgende saneringsdoelstellingen en terugsaneerwaarden gehanteerd. Bovengrond (0-1 m -mv) ter plaatse van het voormalige tankdepot wordt geschikt gemaakt voor de functie ‘Industrie’; Ondergrond ‘stabiele eindsituatie’. De mobiele verontreiniging in de ondergrond wordt zoveel mogelijk verwijderd voor zover dit uitvoeringstechnisch mogelijk is en kosteneffectief is. Daarbij wordt gestreefd naar restconcentraties in de grond (laag > 1 m -mv) beneden de interventiewaarde. Tabel 4.1: Bodemlaag Grond
1)
Terugsaneerwaarden Doelstelling
Bovengrond Functieklasse Industrie (0-1 m -mv) Ondergrond Interventiewaarde (> 1 m -mv) Terugsaneerwaarde in grond bij 2% organische stof
Minerale olie1) 100
mg/kg ds.
1.000
mg/kg ds.
Er worden geen specifieke terugsaneerwaarden voor het grondwater vastgelegd. Verwacht wordt dat de concentraties vluchtige aromaten en minerale olie na de grondsanering beneden de interventiewaarde zullen liggen.
4.2
Uitgangspunten en randvoorwaarden Voor de bodemsanering op deze locatie zijn de volgende uitgangspunten en randvoorwaarden geformuleerd. Verontreinigingssituatie Voor de verontreinigingssituatie wordt uitgegaan van de situatie zoals die op basis van de uitgevoerde bodemonderzoeken ter plaatse van het voormalige tankdepot in 2005 en 2013 is vastgesteld. Bebouwing/opstallen en verhardingen Er wordt vanuit gegaan dat de bestaande gebouwen en opstallen kunnen worden gesloopt en verhardingen kunnen worden verwijderd. Dit omvat onder andere: Het pomphuis met verlaadplaats en bijbehorende voorzieningen; De bovengrondse tank met lekbak bij de wasplaats en de tank nabij de scheepslospunten; De verhardingen (verlaadplaats, wasplaats en klinkerbestrating); De boven- en ondergrondse leidingen w.o. brandstofleidingen en terreinriolering. De sloop en het verwijderen van de ondergrondse delen worden in combinatie met de bodemsanering uitgevoerd. Beplanting Er wordt vanuit gegaan dat de beplanting (braamstruiken en vooralsnog ook enkele bomen) worden verwijderd. Grondwal De grond in de grondwal wordt als geschikt beoordeeld om als aanvulgrond aan te wenden.
blad 13 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Saneringsaanpak Er wordt vooralsnog vanuit gegaan dat de saneringsdoelstelling voor de grond wordt bereikt door het ontgraven van de verontreinigde grond en hiervan is in voorliggende plan uitgegaan. Kabels en leidingen Aangezien het gehele terrein opnieuw wordt ingericht, wordt er vanuit gegaan dat ter plaatse van de ontgravingen geen kabels en leidingen meer aanwezig zijn of in ieder geval zijn afgekoppeld en er geen kabels en leidingen hoeven te worden gehandhaafd. De oude brandstofleidingen kunnen worden opgeruimd en de eventueel nog aanwezige huisaansluitingen en de terreinriolering worden afgekoppeld. Foliescherm Daar waar op het grensvlak tussen fase 1 (tankstation) en fase 2 een foliescherm aanwezig is, wordt ervan uitgegaan dat dit niet hoeft te worden gehandhaafd. Maaiveldligging Het terrein rondom het tankstation ligt op circa N.A.P. -3,4 m. Er wordt vanuit gegaan dat het terrein ter plaatse van het voormalige tankdepot iets lager, op N.A.P. -3,6 m wordt afgewerkt. Dit betekent dat het terrein binnen de huidige grondwal plaatselijk dient te worden opgehoogd (ligt op N.A.P. -3,5 à -4 m). Herinrichting terrein Er wordt vanuit gegaan dat het terrein met 0,15 m teelaarde wordt afgewerkt en ingezaaid met gras. Kwaliteitsborging Ten aanzien van de kwaliteitsborging geldt dat bij de sanering (is inclusief sloop fundering gebouwen) milieukundig toezicht noodzakelijk is. Voor de milieukundige begeleiding (processturing en verificatie) geldt de BRL SIKB 6000. De uitvoering van de sanering en de sloop van funderingen in verontreinigd gebied dienen te worden uitgevoerd door een daartoe gecertificeerde aannemer (BRL SIKB 7000).
4.3
Procedurele, organisatorische en veiligheidsaspecten
4.3.1
Procedurele aspecten Tabel 4.2:
Procedurele aspecten
Beleidskader
Omschrijving
Door
Instantie
Wbb
Indienen wijziging op saneringsplan van 1999 Melden start en einde sanering Indienen evaluatieverslag Omgevingsvergunning slopen pompgebouw incl. asbestinventarisatie uitvoeren Omgevingsvergunning kappen (boom/bomen) Vergunning/melding lozing vrijkomend water Melden start en einde lozing Melding onttrekking grondwater (debiet vermoedelijk > 1 m3/uur) Verrichten KLIC-melding
Eigenaar/gemachtigde
Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek
Eigenaar/gemachtigde
Gemeente Noordoostpolder
Regelen afvalstroomnummers bij verwerkers grond/materialen
Omgevingswet
Besluit lozen buiten inrichtingen Waterwet WION ((Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netwerken
Eigenaar/gemachtigde Eigenaar/gemachtigde
Waterschap Zuiderzeeland
Aannemer
Kadaster
Aannemer
Landelijk Meldpunt Afvalstoffen
blad 14 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
4.3.2
Organisatorische aspecten Tabel 4.3:
Betrokken partijen
Betrokken partij
Bedrijf/instantie
Contactpersoon
Opdrachtgever
Tamoil Nederland B.V. Wolweverstraat 23-25 2984 CE Ridderkerk Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek Postbus 2341 8203 AH Lelystad Gemeente Noordoostpolder Postbus 155 8300 AD Emmeloord Gemeente Noordoostpolder Postbus 155 8300 AD Emmeloord Waterschap Zuiderzeeland Postbus 229 8200 AE Lelystad p.m. p.m. (erkend i.k.v. BRL SIKB 6000) p.m. (erkend i.k.v. BRL SIKB 7001)
Dhr. P. van Oostrum
Bevoegd gezag Wbb
Bevoegd gezag Omgevingswet
Bevoegd gezag Besluit Lozen buiten inrichtingen Bevoegd gezag Waterwet
Directievoering Milieukundige begeleiding Aannemer
4.3.3
Mevr. S. Haddocks
p.m.
p.m.
p.m.
Veiligheidsaspecten De uit te voeren werkzaamheden dienen te geschieden met in acht name van de risicoklassen, omschreven in de CROW 132 Werken in of met verontreinigde grond en verontreinigd (grond)water. De risicoklassen voor de gezondheid en de veiligheid voor dit werk zijn overeenkomstig de CROW 132 berekend. Op basis van de aangetoonde verontreinigingen en de concentraties waarin deze verontreinigingen voorkomen in de grond en het grondwater zijn de risicoklassen bepaald op '3T en 1F'. De berekening is als bijlage 3 in dit rapport opgenomen. De definitieve veiligheidsklassen dienen voorafgaand aan de saneringswerkzaamheden door de aannemer te worden bepaald. Door de aannemer zal voor aanvang van de werkzaamheden een Veiligheids- en Gezondheidsplan (V- & G-plan uitvoeringsfase) moeten worden opgesteld.
4.4
Voorbereidende werkzaamheden
4.4.1
Inrichten werkterrein Kabels en leidingen Inventarisatie kabels en leidingen bij de opdrachtgever/eigenaar terrein w.o. te verwijderen leidingen zoals terreinriolering; Uitzetten kabels en leidingen. Inrichten bouwplaats Treffen voorzieningen ten behoeve van was- en schaftgelegenheid (decontaminatie-unit); Aanbrengen waarschuwingsborden/pictogrammen met betrekking tot in uitvoering zijnde bodemsaneringswerken (Verboden toegang voor onbevoegden, Bodemsaneringswerken); Inrichten locatie voor tijdelijke gronddepots; Aanbrengen rijplaten ten behoeve van was-/borstelplaats transportmaterieel.
blad 15 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Mogelijk kan tijdens de sanering gebruik worden gemaakt van de bestaande wasplaats alvorens deze wordt gesloopt. Voor wat betreft de terreinafzetting wordt er van uitgegaan dat van de bestaande terreinafscheiding gebruik kan worden gemaakt en geen aanvullende voorzieningen noodzakelijk zijn. Het saneringsgebied dient te worden ingericht conform de eisen zoals gesteld in de CROW 132 ‘Werken in of met verontreinigde grond’.
4.5
Sloop- en opruimwerkzaamheden Sloop pompgebouw Het vrijkomende materiaal van de bovengrondse delen van het pompgebouw kan als schoon materiaal naar een daartoe erkende verwerker worden afgevoerd. De funderingsresten zijn mogelijk verontreinigd met olieresten. Tijdens de uitvoering zal moeten worden beoordeeld of het vrijkomende puin van de funderingen als schoon puin kan worden behandeld, dan wel als verontreinigd puin naar een gecontroleerde stortplaats moet worden afgevoerd. Tanks
Afvoeren twee bovengrondse tanks naar erkend verwerkingsbedrijf.
Wanneer nog restproducten in de twee bovengrondse tanks aanwezig zijn, zullen de tanks eerst moeten worden leeggepompt en moeten worden schoongemaakt. De vrijkomende materialen van de aanwezige lekbakken worden naar een gecontroleerde stortplaats afgevoerd of wanneer de materialen schoon zijn, naar een daartoe erkende verwerker. Leidingwerk Opruimen oude brandstofleidingen en ontluchtingspijpen. Wanneer nog brandstofresten aanwezig zijn in de oude brandstofleidingen, worden de leidingen na schoonmaken verwijderd en afgevoerd naar een erkend verwerkingsbedrijf. Verhardingen Opnemen klinkerverharding rondom verlaadplaats (ca. 500 m 2); Opnemen en afvoeren stelconplaten verlaadplaats (ca. 250 m 2); Opnemen betonverharding ter plaatse van wasplaats (ca. 45 m2); Opnemen en afvoeren teerhoudend asfalt ter plaatse van voormalig tankdepot (ca. 550 m2, ca. 0,1 m dik; circa 55 m3); Opnemen en afvoeren puinverharding/fundatielaag onder voormalige brandstoftanks (ca. 170 m2; ca. 0,4 m dik, circa 70 m3). De vrijkomende materialen worden naar daartoe erkende verwerkers afgevoerd. Er dient rekening mee te worden gehouden dat de verhardingsmaterialen als verontreinigd moeten worden behandeld. Het asfalt is teerhoudend (gemeten PAK-gehalte 430 mg/kg ds.). In de puinverharding is geen asbest aangetoond. Overige obstakels Opnemen en afvoeren container-unit nabij wasplaats; Verwijderen begroeiing (o.a. braamstruiken); Kappen enkele bomen (eventueel); Opnemen en afvoeren terreinriolering, straatkolken e.d.
blad 16 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
4.6
Grondverzet Ontgravingen Ontgraven ‘schone’ bovengrond in de laag 0-0,5 m -mv ter plaatse van de vakken 1, 3 en 4 en in depot zetten (circa 350 m3); Ontgraven met oliecomponenten verontreinigde grond in de laag tot 1,0 à 1,5 m -mv ter plaatse van de vakken 1 t/m 5 en afvoeren (circa 1.000 m3). Het ontgravingsplan met vakindeling is aangegeven op tekening 258385-OG1. De ontgraving wordt uitgevoerd met behulp van een hydraulische kraan met de benodigde aanvullende veiligheidsmaatregelen (zie paragraaf 4.3.2). De grond kan zonder (grond)kerende voorzieningen worden ontgraven tot nabij de terreingrenzen aan de noordzijde (tankstation), de westzijde (aangrenzend bedrijf) en de zuidzijde (haven). Grond waarvan niet duidelijk is of deze moet worden afgevoerd dan wel eventueel binnen de locatie kan worden hergebruikt/herschikt (‘twijfelgrond’), wordt tijdelijk op de locatie in depot gezet voor onderzoek naar de mate van verontreiniging. Tijdelijke depots worden in dat geval van de ondergrond gescheiden door middel van verharding of PE-folie en worden buiten werktijden met PE-folie afgedekt. Tabel 4.4: Grondbalans Ontgravingsvak
Oppervlak in m2
1 2 3 4 5 Subtotaal Marge TOTAAL
590 140 60 70 145
980
Laag (in m -mv) ‘Schoon’ Met olie verontreinigd 0-0,5 0-0,5 0-0,5
0,5-1,5 0-1,0 0,5-1,5 0,5-1,0 0-1,0
Hoeveelheid (in m3) ‘Schoon’ Met olie verontreinigd 295 30 35 350 0 360
590 140 60 35 145 970 30 1.000
Afvoer verontreinigde grond Afvoeren met olie verontreinigde grond naar een erkend verwerkingsbedrijf (totaal 1.000 m 3; 1.700 ton). Het maximum gemeten gehalte minerale olie in de grond bedraagt 3.600 mg/kg ds. De vrijkomende grond bestaat uit zand en klei en is in principe reinigbaar (bijv. biologisch of thermisch). Voor wat betreft nevenverontreinigingen kan worden vermeld dat de grond licht verhoogde gehalten zware metalen kan bevatten. Bij boring 606 (1,0-1,2 m -mv) zijn gehalten cadmium, kwik, lood en zink boven de achtergrondwaarden gemeten. De vrijkomende grond bevat naar verwachting geen of nauwelijks puin. Alleen bij boring 623 is destijds puin aangetroffen (zwak puinhoudend tot 2 m -mv). De grondtransporten worden bij het verlaten van het terrein van aanhangend materiaal ontdaan. De grondafvoer wordt geregistreerd op basis van de vrachtbrieven en de weegbonnen van de acceptant. Aanvullingen Herschikken ‘schone’/licht verontreinigde bovengrond (ca. 360 m 3); Aanvoeren en verwerken grond (circa 1.000 m3 zavel/klei waarvan circa 250 m3 teelaarde); Verwerken grond uit grondwal (circa 300 m3). ‘Schone’/licht verontreinigde bovengrond De ontgraven ‘schone’/licht verontreinigde bovengrond betreft veelal zandig materiaal en deze grond wordt na keuring gebruikt voor de aanvulling van de ontgraving. De grond wordt daarbij verwerkt in de bovengrond indien wordt voldaan aan de klasse Industrie of in de ondergrond wanneer de gehalten lager zijn dan de interventiewaarden. blad 17 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Dit geldt ook voor de partijen ‘twijfel’-grond die na keuring geschikt blijken om binnen de locatie te verwerken (herschikken verontreinigde grond). Aanvoer zavel/klei Voor de aanvulling wordt grond aangevoerd die voldoet aan de klasse Industrie en voorzien is van een kwaliteitsverklaring. Er wordt vanuit gegaan dat het terrein met gebiedseigen grond (zavel/klei) wordt aangevuld. Grondwal De grond in de grondwal is vermoedelijk ontgraven ter plaatse van het tankdepot (lagere maaiveldligging). De grond in de grondwal betreft zavel (lutum 10 à 11%). De grond in deze wal is destijds indicatief onderzocht en de gemeten gehalten zijn lager dan de achtergrondwaarden (ook gemiddeld gehalte PAK op basis van duplomonster voldoet hieraan). De betreffende grond wordt (na keuring) gebruikt om het terrein ter plaatse van het tankdepot weer tot ongeveer het oorspronkelijke maaiveldniveau te kunnen afwerken (tot ca. N.A.P. -3,6 m).
4.7
Grondwateronttrekking Bemaling tijdens grondsanering Toepassen open bemaling bij ontgraving grond beneden grondwaterstand (debiet maximaal enkele m3/uur); Behandelen vrijkomend water en lozen op oppervlaktewater of eventueel riolering. De grondwaterstand was ten tijde van het onderzoek in 2013 circa 0,9 m -mv. Bij het ontgraven van grond tot circa 1,5 m -mv zal water vrijkomen. Het bodemprofiel bestaat vanaf 1 m -mv uit klei en is relatief slecht doorlatend. Er wordt vanuit gegaan dat kan worden volstaan met open bemaling (debiet maximaal enkele m3/uur). Het vrijkomende water zal verontreinigd kunnen zijn met minerale olie en vluchtige aromaten. In tabel 4.5 zijn de maximum gemeten concentraties verontreinigende stoffen in het grondwater vermeld. Er dient rekening mee te worden gehouden dat lozing op oppervlaktewater moet plaatsvinden omdat de locatie is gelegen aan oppervlaktewater (haven). In dat geval zal het water eerst moeten worden gezuiverd. Indien lozing op riolering mogelijk is via de huidige rioolaansluiting in de Industrieweg, zal in dat geval rekening moet worden gehouden met een olie-waterafscheider (afvangen eventueel vrijkomende drijflaag) en bezinking van vaste delen. Tabel 4.5:
Kwaliteit bemalingswater en indicatieve lozingsnormen (concentraties in microgram per liter, tenzij anders is vermeld)
Parameter
Benzeen Tolueen Ethylbenzeen Xylenen Naftaleen Minerale olie (C6-C10) Minerale olie (C10-C40) Onopgeloste bestanddelen 1)
Max. gemeten concentraties
47 < 0,2 4,2 14 9,5 330 380
Lozingsnorm1) Niet-aangewezen Aangewezen oppervlaktewateroppervlaktewaterlichaam lichaam 2 7 4 4 0,2
50 (BTEX-totaal)
50 20 (mg/l)
500 50 (mg/l)
0,2
Bij lozing op oppervlaktewater zullen ook eisen met betrekking tot de concentraties chloride, ijzer, ammonium, sulfaat en fosfaat gelden
blad 18 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Grondwatersanering (terugvalscenario) Aanbrengen drains (PVC, diameter 80 mm) op circa N.A.P. -5,0 m (=1,6 à 1,8 m -mv) voorzien van omstorting met goed doorlatend zand. Aansluiten drains op een te plaatsen verzamelput. De drains worden gelegd binnen het gebied van de interventiewaardecontour. Op tekening 258385-DR1 is een principeschets van het drainagesysteem weergegeven. De verzamelput wordt voorzien van een mogelijkheid tot aansluiting op riolering.
4.8
Herinrichting terrein Afwerking terrein Inzaaien terrein met gras.
4.9
Saneringsduur en verloop Uitvoeringsduur De duur van de grondsanering wordt geschat op 2 à 3 weken. Terugvalscenario Er wordt vooralsnog vanuit gegaan dat na de grondsanering geen aanvullende grondwatersanering noodzakelijk is. In het geval de saneringsdoelstelling niet wordt bereikt (stabiele situatie) zal een terugvalscenario nodig zijn. Het terugvalscenario zal in dat geval bestaan uit het onttrekken van grondwater via het drainagesysteem. Op dat moment zal in overleg met de waterkwaliteitsbeheerder moeten worden beoordeeld of het vrijkomende drainagewater moet worden gezuiverd, dan wel ongezuiverd op de riolering kan worden geloosd.
4.10
Milieukundige begeleiding
4.10.1
Algemeen De milieukundige begeleiding van de sanering dient te worden uitgevoerd onder het certificaat van de BRL SIKB 6000, waarbij in dit geval SIKB-protocol 6001 van toepassing is (Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg). De milieukundige begeleiding bestaat uit: Milieukundige processturing van de sanering; Milieukundige verificatie van het eindresultaat; Opstellen evaluatieverslag.
4.10.2
Milieukundige processturing De milieukundige processturing bestaat uit de begeleiding van de kritische werkzaamheden van de sanering. Dit betreft naast het ontgraven en afvoeren van de verontreinigde grond en ook het slopen van de fundaties van gebouwen binnen het verontreinigde gebied (voormalig pompgebouw), het verwijderen van ondergrondse leidingwerk (voormalige brandstofleidingen) en de aanleg van drainage. De milieukundige processturing bestaat onder andere uit de volgende aspecten: Verzamelen van alle relevante documenten; Opstellen kwaliteitsplan (conform bijlage 3 SIKB-protocol 6001); Beoordelen plan van aanpak en V&G-plan aannemer; Startoverleg met betrokken partijen; blad 19 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
4.10.3
Melden feitelijke start en afronding sanering aan bevoegd gezag; Toezien op substantiële afwijkingen van het saneringsplan en deze communiceren met het bevoegd gezag; Uitzetten ontgravingscontouren op basis van de beschikbare bodemonderzoeken en het onderhavige saneringsplan; Begeleiding van de ontgraving (en sloop funderingen en verwijderen leidingen in verontreinigd gebied); Scheiden van afvalstromen; Rapportage resultaten controlebemonsteringen van de grond en implicaties hiervan; Melden start en einde lozing, controle debiet, bemonsteren bemalingswater en rapportage aan bevoegd gezag Toezien op naleving veiligheidsvoorschriften; Bijhouden van een logboek; Aanspreekpunt op de locatie voor vertegenwoordigers van de opdrachtgever en het bevoegd gezag.
Milieukundige verificatie De milieukundige verificatie bestaat uit het controleren of de sanering volgens de richtlijnen is uitgevoerd (administratieve controle) en het controleren van het eindresultaat van de sanering (controlebemonstering). In dit stadium wordt gedacht aan het volgende verificatieplan. Administratieve controles Hierbij wordt vooral aandacht besteed aan de volgende onderdelen: Certificering van ingezet personeel. Gekozen uitvoeringswijze in relatie tot saneringsplan (aan de hand van plan van aanpak/saneringslogboek). Bestemming afgevoerde grond en overige materialen aan de hand van transportbrieven en stortbonnen. Toetsing geregistreerde afvoer in relatie tot uitgevoerde ontgraving (eventuele discrepanties in volumina). Toetsing aan voorschriften uit hoofde van wet- en regelgeving. Eindbemonstering grond Bemonsteren begrenzingen van de ontgravingen (putbodem en putwanden). De controlebemonstering dient voor de toetsing van het saneringsresultaat en het vastleggen van de eindsituatie. In het SIKB-protocol 6001 wordt onderscheid gemaakt in 4 typen verontreinigingen met bijbehorende bemonsteringsstrategieën. In dit geval gaat het om een mobiele-niet vluchtige verontreiniging (type 2). Maatgevende parameter is minerale olie. In voorgaand onderzoek zijn geen verhoogde gehalten vluchtige aromaten in de grond aangetoond. Bemonstering partijen grond Uitvoeren partijkeuringen van te herschikken grond, respectievelijk depot ‘schone’/licht verontreinigde bovengrond en van grond in grondwal, conform BRL SIKB 1000. Verificatie grondwaterkwaliteit (her-)Plaatsen 6 peilbuizen na de grondsanering (filterstelling circa 0,5-2,5 m -mv). Bemonsteren peilbuizen en analyses watermonsters op minerale olie (C6-C10 en C10-C40) en vluchtige aromaten (BTEXN). Er vindt na de grondsanering geen sanering van het grondwater plaats (verontreiniging is stabiel). Na de grondsanering zal door middel van monitoring de stationairiteit van de verontreiniging c.q. een stabiele situatie worden aangetoond. Er wordt vooralsnog rekening gehouden met twee monitoringronden na de grondsanering (t = 0 en t = 1 jaar). blad 20 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
4.11
Evaluatieverslag en nazorgplan Evaluatieverslag Opstellen evaluatieverslag sanering fase 2 (tankdepot). In het evaluatieverslag wordt het verloop van de sanering van de locatie van het tankdepot beschreven, een en ander conform SIKB protocol 6001 (bijlage 2A). Er wordt vanuit dat fase 1 (sanering tankstation) in het verleden is gerapporteerd. Als basis voor het evaluatieverslag dienen de door de milieukundige processtuurder verzamelde gegevens (logboek, transportbrieven, stortbonnen, certificaten tussenbemonsteringen etc.). Het saneringsresultaat c.q. de eindsituatie wordt toegelicht en getoetst aan de saneringsdoelstelling aan de hand van de resultaten van de controlebemonsteringen door de verificator. Het evaluatieverslag wordt ingediend bij het bevoegde gezag, voor het nemen van een beschikking op het saneringsresultaat. Door het opstellen en verzenden van deze beschikking wordt de sanering formeel afgerond. Nazorgplan Opstellen nazorgplan (indien restverontreinigingen achterblijven). Er wordt vanuit gegaan dat de verontreiniging in de grond tot de terugsaneerwaarden (interventiewaarden) wordt verwijderd en geen restverontreinigingen met gehalten boven de interventiewaarden in de grond achterblijven. Indien tijdens de uitvoering blijkt dat wel restverontreinigingen achterblijven, zal de restverontreiniging door de milieukundige in beeld worden gebracht en worden vastgelegd in het evaluatieverslag. Het evaluatieverslag wordt in dat geval uitgebreid met een nazorgplan (conform bijlage 5 van SIKB protocol 6001). Antea Group Heerenveen, mei 2015
blad 21 van 21
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
BIJLAGEN
bijlagen
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Bijlage 1: Kadastrale gegevens
bijlagen
Uittreksel Kadastrale Kaart
Uw referentie: 258385
13
12
8
6379 6378
0m
Deze kaart is noordgericht Perceelnummer 25 Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 6 mei 2015 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers
12345
5m
25 m
Schaal 1:500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel
NOORDOOSTPOLDER AZ 6378
Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.
Kadastraal bericht object
pagina 1 van 3
Kadaster
Dienst voor het kadaster en de openbare registers in Nederland Gegevens over de rechtstoestand van kadastrale objecten, met uitzondering van de gegevens inzake hypotheken en beslagen Betreft: Uw referentie: Toestandsdatum:
NOORDOOSTPOLDER AZ 6378 Industrieweg 8 8304 AD EMMELOORD 258385 4-5-2015
6-5-2015 13:39:48
Kadastraal object Kadastrale aanduiding: Grootte: Coördinaten: Omschrijving kadastraal object: Locatie: Ontstaan op: Ontstaan uit:
NOORDOOSTPOLDER AZ 6378 36 a 75 ca 179348-524025 BEDRIJVIGHEID (KANTOOR) ERF - TUIN Industrieweg 8 8304 AD EMMELOORD 12-11-1992 NOORDOOSTPOLDER AZ 941 NOORDOOSTPOLDER AZ 3951 gedeeltelijk
Publiekrechtelijke beperkingen KENNISGEVING, VORDERING, BEVEL OF BESCHIKKING, WET BODEMBESCHERMING (ZIE TEKENING) Zie ingeschreven tekening voor ligging Betrokken bestuursorgaan: Provincie Flevoland Ontleend aan: HYP4 57175/98 d.d. 15-9-2009
Gerechtigde
EIGENDOM
A.I.M. Aardolie Investeringsmaatschappij B.V. Wolweverstraat 23 2984 CE RIDDERKERK Zetel: ROTTERDAM KvK-nummer: 01052323 (Bron: NHR) Voor de meest actuele naam, zetel en adres, raadpleeg het KvK-nummer. Recht ontleend aan: Eerst genoemde object in brondocument: Recht ontleend aan: Eerst genoemde object in brondocument: Recht ontleend aan: Eerst genoemde object in brondocument: Recht ontleend aan: Eerst genoemde object in brondocument: Brondocumenten mogelijk van belang:
HYP4 64669/27 d.d. 25-7-2014 NOORDOOSTPOLDER AZ 6378 HYP4 21/26 reeks LELYSTAD NOORDOOSTPOLDER AZ 6378
d.d. 17-4-1990
HYP4 719/1 reeks LELYSTAD NOORDOOSTPOLDER AZ 6378
d.d. 29-12-1995
HYP4 360/24 reeks LELYSTAD NOORDOOSTPOLDER AZ 6378
d.d. 25-8-1993
LBD 1122
d.d. 25-1-2006
Kadastraal bericht object
Betreft: Uw referentie: Toestandsdatum:
Gerechtigde
pagina 2 van 3
Kadaster
NOORDOOSTPOLDER AZ 6378 Industrieweg 8 8304 AD EMMELOORD 258385 4-5-2015
6-5-2015 13:39:48
ZAKELIJK RECHT ALS BEDOELD IN ART.5,LID 3,ONDER B,VAN DE BELEMMERINGENWET PRIVAATRECHT Enexis B.V. Magistratenlaan 116 5223 MB 'S-HERTOGENBOSCH Postadres:
Postbus: 856 5201 AW 'S-HERTOGENBOSCH Zetel: ROSMALEN KvK-nummer: 17131139 (Bron: NHR) Voor de meest actuele naam, zetel en adres, raadpleeg het KvK-nummer. Recht ontleend aan: HYP4 63720/22 d.d. 19-12-2013 OORSPRONKELIJK GEVESTIGD BIJ 4 03616 00015 ZLE
Gerechtigde
ZAKELIJK RECHT ALS BEDOELD IN ART.5,LID 3,ONDER B, VAN DE BELEMM. WET PRIVAATR OP GED. VAN PERCEEL Gemeente Noordoostpolder Harmen Visserplein 1 8302 BW EMMELOORD Postadres:
Postbus: 155 8300 AD EMMELOORD Zetel: EMMELOORD KvK-nummer: 32170205 (Bron: NHR) Voor de meest actuele naam, zetel en adres, raadpleeg het KvK-nummer. Recht ontleend aan:
Gerechtigde
HYP4 5711/1 reeks ZWOLLE
ZAKELIJK RECHT ALS BEDOELD IN ART.5,LID 3,ONDER B, VAN DE BELEMM. WET PRIVAATR OP GED. VAN PERCEEL Enexis B.V. Magistratenlaan 116 5223 MB 'S-HERTOGENBOSCH Postadres:
Postbus: 856 5201 AW 'S-HERTOGENBOSCH Zetel: ROSMALEN KvK-nummer: 17131139 (Bron: NHR) Voor de meest actuele naam, zetel en adres, raadpleeg het KvK-nummer. Recht ontleend aan: HYP4 63720/22 d.d. 19-12-2013 OORSPRONKELIJK GEVESTIGD BIJ 4 05711 00001 ZLE
Kadastraal bericht object
Betreft: Uw referentie: Toestandsdatum:
Gerechtigde
pagina 3 van 3
Kadaster
NOORDOOSTPOLDER AZ 6378 Industrieweg 8 8304 AD EMMELOORD 258385 4-5-2015
6-5-2015 13:39:48
ZAKELIJK RECHT ALS BEDOELD IN ART.5,LID 3,ONDER B, VAN DE BELEMM. WET PRIVAATR OP GED. VAN PERCEEL Enexis B.V. Magistratenlaan 116 5223 MB 'S-HERTOGENBOSCH Postadres:
Postbus: 856 5201 AW 'S-HERTOGENBOSCH Zetel: ROSMALEN KvK-nummer: 17131139 (Bron: NHR) Voor de meest actuele naam, zetel en adres, raadpleeg het KvK-nummer. Recht ontleend aan: HYP4 63720/22 d.d. 19-12-2013 OORSPRONKELIJK GEVESTIGD BIJ 4 05711 00001 ZLE Einde overzicht De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt ten aanzien van de kadastrale gegevens zich het recht voor als bedoeld in artikel 2 lid 1 juncto artikel 6 lid 3 van de Databankenwet.
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Bijlage 2: Foto’s locatie
bijlagen
Saneringsplan voormalig oliedepot Industrieweg 8 te Emmeloord Projectnr. 14207-258385
Bijlage 2: Foto's terreinsituatie
Foto 1: Tankstation Tamoil
Foto 2:Terreinafscheiding tankstation-voormalig oliedepot
Foto 3: Verlaadplaats en pomphuis
Foto 4: Ontluchtingspijpen
Foto 5: Bovengrondse leidingen
Foto 6: Bovengrondse leidingen
blad 1 van 2
Milieu-Bodem
Saneringsplan voormalig oliedepot Industrieweg 8 te Emmeloord Projectnr. 14207-258385
Foto 7: Bovengrondse tank oostelijk deel terrein
Foto 8: Wasplaats
Foto 9: Gebouwtje nabij wasplaats
Foto 10: Bovengrondse tank nabij scheepslospunten
Foto 11: Begroeiing met braamstruiken
Foto 12: Begroeiing met op achtergrond haven
blad 2 van 2
Milieu-Bodem
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Bijlage 3: T&F-klasse bepaling
bijlagen
Resultaten van de meting grond/grondwater: T-klasse: 3T F-klasse: 1F
Projectgegevens: Locatie Werkgever Monsternummer Veiligheidskundige
Industrieweg 8 Emmeloord Tamoil Nederland B.V. -
Omgevingsdata: Buitentemperatuur (°C) Maatregelen genomen om grondwaterstand te verlagen? Worden de werkzaamheden uitgevoerd met beperkte ventilatiemogelijkheid? Wordt er gewerkt met open vuur?
10 Nee Nee Nee
Eindresultaat Toxiteitklasse T Bepalende stof(fen) Brandbaarheidklasse F Bepalende stof(fen)
3T Benzeen 1F Benzeen
Onderhavig document is gegenereerd door de webapplicatie berekening T & F klasse conform de CROW-Publicatie 132. Op de laatste pagina van dit document vindt u de voorwaarden voor gebruik.
Aan de hand van de berekeningssystematiek vanuit de CROW publicatie 132, 4de geheel herziene druk (december 2008) en de ingevoerde gegevens is de veiligheidsklasse bepaald. In de hier opvolgende pagina's zijn de stappen per ingevoerde stof weergegeven. Voeg dit document in z'n geheel toe aan het V&G-plan en het veiligheidskundig logboek. 06-05-2015 14:41, 1/7
Stoffen en concentraties: Organische stof Lutum Stof Benzeen Ethylbenzeen Xylenen PAK (som 10) Minerale olie
2.00 2.00 Concentratie grond (mg/kg ds) Concentratie grondwater (ug/l) 0.0 47.0 0.0 4.2 0.0 14.0 0.0 9.5 3600.0 0.0
06-05-2015 14:41, 2/7
Bepaling of de interventiewaarden wordt overschreden Alleen bij een interventiewaarden overschrijding wordt de T&F-klasse verder berekend. Stof Concentratie grond Interventiewaarde grond Gecorrigeerde interventiewaarde grond Maximale waarde wonen (grond) Gecorrigeerde maximale waarde wonen (grond) Concentratie grondwater Interventiewaarde grondwater T&F klasse van toepassing
Benzeen 0.0 1.1 0.22 0.2 0.04 47.0 30.0 Ja
Stof Concentratie grond Interventiewaarde grond Gecorrigeerde interventiewaarde grond Maximale waarde wonen (grond) Gecorrigeerde maximale waarde wonen (grond) Concentratie grondwater Interventiewaarde grondwater T&F klasse van toepassing
Ethylbenzeen 0.0 110.0 22.0 0.2 0.04 4.2 150.0 Nee
Stof Concentratie grond Interventiewaarde grond Gecorrigeerde interventiewaarde grond Maximale waarde wonen (grond) Gecorrigeerde maximale waarde wonen (grond) Concentratie grondwater Interventiewaarde grondwater T&F klasse van toepassing
Xylenen 0.0 17.0 3.4 0.45 0.09 14.0 70.0 Nee
Stof Concentratie grond Interventiewaarde grond Gecorrigeerde interventiewaarde grond Maximale waarde wonen (grond) Gecorrigeerde maximale waarde wonen (grond) Concentratie grondwater Interventiewaarde grondwater T&F klasse van toepassing
PAK (som 10) 0.0 40.0 40.0 6.8 6.8 9.5 0.0 Nee
Stof Concentratie grond Interventiewaarde grond Gecorrigeerde interventiewaarde grond Maximale waarde wonen (grond) Gecorrigeerde maximale waarde wonen (grond)
Minerale olie 3600.0 5000.0 1000.0 190.0 38.0 06-05-2015 14:41, 3/7
Concentratie grondwater Interventiewaarde grondwater T&F klasse van toepassing
0.0 600.0 Ja
06-05-2015 14:41, 4/7
Berekening veiligheidsklasse T: Stof Voorlopige veiligheidsklasse T Veiligheidsklasse T
Benzeen 3 3T
Vluchtige stof 2.3.7.4 Verontreiniging alleen in grondwater --> nT: 3 Max nT tot nu toe: 3 Veroorzakende stoffen: Benzeen Stof Voorlopige veiligheidsklasse T Veiligheidsklasse T
Minerale olie 1 1T
Vluchtige stof 2.3.7.3 Verontreiniging alleen in grond --> nT: 1 Max nT tot nu toe: 3 Veroorzakende stoffen: Benzeen
06-05-2015 14:41, 5/7
Berekening veiligheidsklasse F: Stof Veiligheidsklasse F Geen beperkte ventilatiemogelijkheid Tb > vlampunt Geen open vuur --> nF: 1 Max nF tot nu toe: 1 Veroorzakende stoffen: Benzeen
Benzeen 1F
Stof Minerale olie Veiligheidsklasse F Geen brandbaarheidsklasse Geen beperkte ventilatiemogelijkheid Tb <= vlampunt Geen open vuur , geen veiligheidsklasse --> nF: Max nF tot nu toe: 1 Veroorzakende stoffen: Benzeen
06-05-2015 14:41, 6/7
Voorwaarden voor gebruik Onderhavig document is gegenereerd door de webapplicatie berekening T & F klasse conform de CROW-Publicatie 132. CROW en degenen die aan deze webapplicatie hebben meegewerkt, hebben de hierin opgenomen gegevens zorgvuldig verzameld naar de laatste stand van wetenschap en techniek. Desondanks kunnen er onjuistheden in deze webapplicatie voorkomen. Gebruikers aanvaarden het risico daarvan. CROW sluit, mede ten behoeve van degenen die aan deze webapplicatie hebben meegewerkt, iedere aansprakelijkheid uit voor schade die mocht voortvloeien uit het gebruik van de gegevens. De inhoud van deze webapplicatie valt onder bescherming van de auteurswet. De auteursrechten berusten bij CROW.
06-05-2015 14:41, 7/7
Tamoil Nederland B.V. Saneringsplan bodemsanering voormalig tankdepot Industrieweg 8 te Emmeloord projectnr. 14207-258385 Mei 2015, revisie 01
Tekeningen
bijlagen