+++ VASTENAKTIE 2008 - 6 FEB. - 23 MRT. +++ GHANA +++ SURINAME +++ BANGLADESH +++ BRAZILIË +++ KENIA +++ +++ KIJK OP WWW.VASTENAKTIE.NL +++
Projectbeschrijving 2008
SURINAME Projectnummer 223/1001G
SURINAME Solidair met Suriname Suriname maakte zich in 1975 officieel los van Nederland, maar voelt zich nog altijd zeer verbonden met ons land. En vice versa. Wanneer Jong Oranje wint gaan Surinamers in Paramaribo feestend de straat op en in de huidige versie van het Groene Boekje zijn door de Nederlandse Taalunie meer dan vijfhonderd woorden uit het Surinaams-Nederlands opgenomen. Dat is ook niet gek, er wonen bijna evenveel Surinamers in Nederland als in Suriname zelf.. De onlosmakelijke historische en maatschappelijke band maakt dat we als vanzelf solidair zijn met Suriname. U toch ook? Vastenaktie zet zich al jaren in voor Suriname, met solidariteit als voornaamste kernwaarde. Een kernwaarde die bij de Surinaamse overheid op de achtergrond is geraakt.. zij heeft haar grip verloren op grote delen van het land. Er is daardoor nog een lange weg te gaan: meer dan de helft van de bevolking leeft onder de armoedegrens van twee dollar per dag. Met name in de omvangrijke en dunbevolkte binnenlanden is de situatie verontrustend: met een hoge werkloosheid, analfabetisme, lage landbouwopbrengsten en een gezondheidszorg die zeer te wensen overlaat, is er nog een lange weg te gaan. Scholen zijn hier vaak moeilijk bereikbaar en elektriciteit en veilig drinkwater zelfs meestal afwezig. Zo lang de regering er niet in slaagt de armoedige leefomstandigheden en groeiende ongelijkheid ten opzichte van andere gebieden weg te nemen, wil Vastenaktie zich samen met u inzetten voor een betere samenleving in het binnenland. Samen met u zijn we solidair met mensen die worden overgeslagen, die worden vergeten. Alleen maar omdat ze niet hard genoeg roepen. De NVB, Sukh Daam en... de PAS Vastenaktie geeft de binnenlanders van Suriname een stem. Dat doen we door organisaties ter plekke te steunen. Zoals de Nationale Vrouwen Beweging (NVB) en Sukh Daam. De NVB kan zich mede dankzij uw steun sterk maken om de sociale en economische positie van vrouwen in Suriname te verbeteren.
De armoede in Suriname treft hen het zwaarst: vrouwen staan er vaak alleen voor doordat hun man hen verlaten heeft, of omdat hij zijn geluk beproeft in het buitenland.Vrouwen zijn daardoor de enige kostwinnaar en verantwoordelijk voor de zorg van de familie. Tegelijkertijd hebben ze echter maar beperkte toegang tot bijvoorbeeld onderwijs en besluitvormingsprocessen. De NVB ondersteunt daarom vrouwen bij de opzet van kleine ondernemingen door ze bij te scholen op het gebied van landbouwtechnieken. Door bijvoorbeeld bananenplanten en andere fruitbomen te stekken, kan er ineens veel meer verkocht worden. Anderen worden ondersteund bij de opzet van een restaurantje, naaiatelier of winkel. Neem Anita Jackson. Zij maakt haar leven lang al poppen in klederdracht.
De NVB helpt haar de poppen te verkopen, tot zelfs in Frans-Guyana toe! Met aanvullende trainingen in verkooptechnieken en boekhouden of het aanvragen van een gunstige lening bouwen deze vrouwen met hun gezinnen een duurzaam bestaan op. Helaas zijn er ook veel kinderen die geen moeder of vader hebben die goed voor hen kan zorgen.Voor deze jongens en meisjes is er onder andere het kindertehuis Sukh Daam (‘huis van geluk’). In dit kindertehuis, gelegen in Alkmaar aan de oever van de Commewijne, worden kinderen opgevangen die om verschillende redenen niet door hun ouder(s) opgevoed kunnen worden. Omdat zij er alleen voor staan, drugs- of alcoholverslaafd zijn of omdat blijkt dat de kinderen seksueel worden misbruikt. In Sukh Daam vinden kinderen van deze ouders een warm en veilig thuis en staan alle verzorgers klaar ze een goede toekomst te geven. In deze Vastenaktiecampagne vragen wij in het bijzonder uw aandacht voor een derde hulporganisatie in Suriname, de Pater Ahlbrinck Stichting (PAS). De PAS is een professionele ontwikkelingsorganisatie die is vernoemd naar de Nederlandse missionaris, schrijver en Surinamist Willem Ahlbrinck, een pater die zich inzette voor de bewoners van het binnenland. De PAS richt zich namelijk, net als de Nationale Vrouwen Beweging en Sukh Daam, op de achtergestelde binnenlanden van Suriname door Marrons en inheemse volken te helpen bij het verbeteren van hun leefomstandigheden. In de Surinaamse tropische regenwouden die de binnenlanden kenmerken, wonen bijna 50.000 Marrons. Het zijn de afstammelingen van gevluchte West-Afrikaanse slaven die in stamverband in de oerwouden van Suriname zijn gaan leven. Samen met ongeveer 13.000 inheemsen leven de Marrons in een omgeving waarin natuur en cultuur onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Met uw steun kan dat ook zo blijven.
Stap voor stap weer op de kaart gezet worden De dorpsgemeenschappen worden genegeerd door lokale en nationale overheden, terwijl ze nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden. In de zomer van 2005 helaas letterlijk: tijdens de waternoodsramp werden de autoriteiten pas goed wakker. Onder druk van met name ontwikkelingsorganisaties is er eindelijk een begin gemaakt met de communicatie tussen de inheemse en Marron-organisaties en de verschillende overheidsministeries. Het is zaak deze contacten warm te houden en daarvoor moeten de verschillende gemeenschappen in de binnenlanden mondiger en beter georganiseerd worden. De PAS richt zich daarom voornamelijk op gemeenschapsvorming en bestuurlijke vaardigheden: zaken die onder deze etnische volkeren vaak weinig structuur hebben, waardoor de zo broodnodige ontwikkelingen achterblijven. De dorpelingen proberen nu per dag de eindjes aan elkaar te knopen om zichzelf staande te kunnen houden.
De armoedespiraal wordt echter pas doorbroken wanneer de vrouwen en mannen zich veel meer zouden kunnen concentreren op de gemeenschappelijke behoeften van het volk. Wanneer de dorpelingen zichzelf duidelijker profileren als eenheid, als volwaardig deel van Suriname, kunnen ze doelgerichter hun rechten op collectieve voorzieningen als drinkwater, sanitair, scholen, en gezondheidszorg verwezenlijken.Voor deze basisvoorzieningen en de projecten en petities die ermee samenhangen, moeten de volkeren leren de juiste wegen te bewandelen. Deze wegen leiden naar overheidsinstellingen en ontwikkelingsorganisaties. Met uw steun aan Vastenaktie, kan in ieder geval de PAS voor alle dorpelingen steeds zichtbaarder worden. Zij zal op haar beurt helpen andere hulporganen ook onder handbereik te brengen.
Hierbij wordt door de PAS speciale aandacht aan vrouwencorporaties besteed die zich met kleine ondernemingen graag willen profileren op markten. Vooruitgang door veilig drinkwater en communicatiemogelijkheden
De lat wordt hoog gelegd. Met uw steun willen we de komende periode mogelijk maken dat zeshonderd mensen in drie dorpen in regio oost geen rivierwater meer hoeven drinken, maar dat zij toegang hebben tot schoon en veilig drinkwater. Met name de gezondheid van kinderen en ouderen zal hierdoor met stappen vooruitgaan en vrouwen hoeven geen ellenlange tochten meer te maken op zoek naar water. Deze vrouwen willen zich daarentegen inzetten voor het behoud van het nieuw op te zetten watersysteem door zitting te nemen in Landbouwkwaliteiten kunnen economie redden officiële watercomités. Ook in regio midden willen de dorpelingen de komende tijd hard werken aan Vastenaktie wil samen met de PAS een groot deel verbetering van de watervoorzieningen, tegelijkertijd van de binnenlanden versterken die zich uitstrekken met een revisie van het aanwezige sanitair. Ook over de hele breedte van Suriname. De voornaamste met de opzet andere basisvoorzieningen kunnen inkomsten komen nu voort uit landbouw, jacht, visde gemeenschappen met uw steun een goede start vangst en kleinschalige houtkap. De dorpsgebonden maken. Over het hele gebied moeten bijvoorbeeld houtkapvergunningen worden echter bedreigd de radiozenders gerepareerd of vervangen worden door uitgifte aan of toe-eigening door met name zodat communicatie weer mogelijk is. Het contact grootschalige (buitenlandse) monocultuurplantages. met de stedelijke gebieden is uiteraard van belang, Daarnaast is er een enorme groei in de goudpromaar meer nog willen de gemeenschappen in de ductie die zorgt voor ernstige vervuiling van water, uitgestrekte oerwouden onderlíng met elkaar in bodem en lucht. De overheid laat helaas, net als zo contact komen en blijven. Samen staan ze namelijk veel dingen in dit gebied, de milieuwetovertreding sterker! ongemoeid. De PAS probeert de dorpelingen te helpen door de bestaande land- en bosbouwactiviteiten uit te breiden. De kleine boeren richten zich nu alleen maar op zelfvoorzienende landbouw en veeteelt. Met alternatieve gewassen, groenteteelt en efficiëntere landbouwtechnieken kan echter een heel aardige bron van inkomsten worden opgebouwd. Kleine boeren kunnen hiermee de allerarmste gezinnen uit het slop halen en het zal de economie een stuk sterker en dynamischer maken. Met name in regio oost hopen de dorpelingen de komende tijd de visvangst op een hoger plan te brengen door de vis te conserveren voor verkoop op markten.
De jeugd heeft de toekomst.. in eigen hand? Kinderen en jongeren in de geïsoleerde dorpen van de binnenlanden worden bijna volkomen afgesloten van mogelijkheden tot ontwikkeling. Scholen zijn moeilijk of niet bereikbaar en er is weinig ruimte voor afleiding. De verleiding tot drugsgebruik komt hierdoor al op jonge leeftijd om de hoek kijken. Grootschalige gezondheidsvoorlichting is derhalve van cruciaal belang. De PAS wil in zo veel mogelijk dorpen trainers opleiden deze voorlichting over drugs alsook hiv/aids te geven en dit kan onder andere gecombineerd worden met programma’s voor zogenaamde drop-outs: jongeren die overal buitenvallen en extra gevoelig zijn voor criminaliteit en drugs. In regio west wil de PAS samen met de etnische gemeenschappen een goede boot- en busverbinding naar Paramaribo van de grond krijgen, zodat met name kinderen en jongeren een vervolgopleiding kunnen doen. Zo worden hun kansen op het vinden van werk vergroot en kunnen zij hun toekomst in eigen handen nemen.
Ook aan de allerjongsten wordt gedacht. Het is belangrijk de dorpen te voorzien van kleine recreatiegelegenheden die kinderen (en ouders) bij elkaar brengen en gezonde afleiding en ontspanning bieden. Duurzaam voor mens en milieu Wanneer de duizenden Marrons en inheemsen leren hun stem te verheffen door verschillende overheden aan te spreken op hun verantwoordelijkheid, zullen zij steeds zichtbaarder worden op de kaart van Suriname. Dit betekent deelname aan voorzieningen die onmisbaar zijn: drinkwater, voldoende voedsel, scholen, sanitair, elektriciteit en een minimale bron van inkomsten zijn nodig om een humaan bestaan voor deze Surinamers mogelijk te maken. Maar dit betekent ook regulering van de milieuwetgeving. De houtkap en vervuiling door grote bedrijven moeten veel strikter aan banden worden gelegd. Met (toekomstige) steun van de autoriteiten en nu voornamelijk van de PAS, weten de verschillende gemeenschappen hoe ze aan de weg kunnen timmeren. Een weg die de zo onontbeerlijke basis legt voor een duurzame toekomst voor man, vrouw en kind.
Geef ze een stem De PAS kan met uw steun gehoor geven aan de noodroep van de gemeenschappen van Marrons en inheemsen. Deze mensen willen gehoord worden in hun verlangen te leven als volwaardige inwoners van Suriname. De PAS helpt hen deze wens te realiseren door hun gemeenschappen helder in kaart te brengen, de toegang tot basisvoorzieningen te bespoedigen en door met name landbouwprojecten te starten die de toegang tot economische markten weer vergroten. Met uw tijd, inzet en bijdrage voor Vastenaktie kunnen deze vrouwen, mannen en kinderen zichzelf en hun omgeving opnieuw inrichten zodat ze een duurzame toekomst tegemoet kunnen gaan; een duurzaam bestaan voor mens én milieu.
Geef hen iets van blijvende waarde In deze beschrijving las u hoe mensen zelf kiezen voor en willen werken aan een duurzame toekomst. Daarmee zijn zij voor ons een bron van inspiratie. De toekomst delen we immers samen. En door uw keuze om dit project te ondersteunen tijdens de vastentijd, kiest u ervoor ook te delen in inzet. Samen maken we er meer van.
SURINAME
Suriname De Republiek Suriname – Switi Sranan, het Liefelijke Suriname - is ongeveer vier maal zo groot als Nederland. Het is onderverdeeld in tien districten, waarvan de meeste aan de kust liggen. Ook de meeste grote steden liggen in de kuststrook. Daarvan geven enkele namen, zoals Nieuw-Amsterdam, Wageningen en Onverwacht, al aan dat de geschiedenis van Suriname nauw met die van Nederland verweven is. Deze gezamenlijke geschiedenis is ook de reden dat er in Suriname Nederlands wordt gesproken (handig, lekker ver weg op vakantie naar een exotisch land en toch in je moers taal kunnen spreken) en dat er in Nederland ongeveer 300.000 Surinamers wonen. Suriname wordt wel ingedeeld in de kuststrook en het binnenland. Daartussen ligt een savanneachtig gebied. In de kuststreek wonen zo’n 200.000 mensen. In het binnenland – het grootste gedeelte van Suriname- wonen ongeveer 300.000 mensen, verspreid in dorpen in het bos. Het is een ontoegankelijk gebied, 80 procent is tropisch bos, en er zijn weinig wegen. In het regenseizoen worden die vaak moeilijk begaanbaar. De rivieren zijn de transportaders. Met motorkorjalen worden mensen en goederen vervoerd. Vrijwel alle infrastructuur ligt in de kuststreek en de overheid heeft in het verleden weinig initiatieven genomen om het binnenland te ontsluiten. Daardoor is het ook economisch in ontwikkeling achtergebleven. Tijdens verkiezingstijd worden er wel allerlei beloftes gedaan, maar in de praktijk worden de beloftes niet waargemaakt.
De korjaal is het transportmiddel bij uitstek. Het transport is een mannenaangelegenheid. Ze vervoeren bosproducten voor de markten in Paramaribo, nemen spullen als suiker en zout weer mee terug. Ook vervoeren ze de honderden goudzoekers die overal in het bos op zoek zijn naar goud. Onderweg krijgen ze te maken met sula’s , stroomversnellingen.
Ondanks de economische achterstand heeft het binnenland veel mogelijkheden. In het bos groeien tropische hardhoutsoorten, er zijn grondstoffen zoals bauxiet en goud. Het natuurlijke milieu is een tropische schatkamer vol met exotische planten en dieren. Een walhalla voor de ecotoerist! Maar de inkomsten van het hout, goud en bauxiet gaan grotendeels aan de inheemse bevolking voorbij en de ontwikkeling van ecotoerisme staat nog in de kinderschoenen.
Eco-toerisme is een vorm van duurzaam toerisme: de bestemming van de toeristen, het natuurlijke en culturele milieu, mag niet te lijden hebben onder d toeristische activiteiten. Eco-toerisme is in de meeste gevallen kleinschalig. Idealiter is het management in handen van de dorpsgemeenschap en komen de inkomsten de hele gemeenschap ten goede. Goed opgezet, kan ecotoerisme een duurzame bron van inkomsten zijn, waarbij het geld kan worden besteed aan de bouw van schooltjes, gezondheidscentra, de aanschaf van generatoren en dergelijke. Het stimuleert de lokale bevolking om de flora en fauna in hun omgeving zorgvuldig te beheren. De bewoners van het binnenland
Een beetje geschiedenis
In Suriname wonen Creolen, Javanen, Hindoestanen, Chinezen en inheemsen. De Creolen worden verdeeld in Boslandcreolen en Stadscreolen. De Boslandcreolen- of de Marrons, zoals ze ook wel worden genoemd, en de inheemsen wonen veelal in het binnenland. De andere bevolkingsgroepen wonen voornamelijk in de kust- en savannestreek. De etnische verscheidenheid en de locatie waar de bevolkingsgroepen wonen, vinden hun oorsprong in het koloniale verleden.
In 1651 vestigen de Engelsen zich in Suriname en stichten daar suikerplantages. De inheemse bevolking blijkt niet tegen ontberingen van het plantagewerk te kunnen. De mensen sterven bij bosjes. Daarom worden slaven uit Afrika ingevoerd. In 1667 vallen de Nederlanders Suriname binnen. Na wat schermutselingen en politiek geharrewar besluiten de partijen tot een ruil. Nederland krijgt Suriname, Engeland Nieuw Amsterdam (het huidige New York). Aldus besloten, gaan de Nederlanders aan de slag met het stichten van suiker-, koffie- en katoenplantages. Om het werk te klaren, voeren ze steeds meer slaven in. Op het hoogtepunt van de slavernij werken er zo’n 50.000 slaven op de plantages.
In het wapen van Suriname flankeren de oorspronkelijke bewoners het schild. De gele ster symboliseert de vijf continenten waar de verschillende bevolkingsgroepen vandaan zijn gekomen: Afrika, Zuid-Amerika, China, Azië en Europa.
Als in 1863 de slavernij wordt afgeschaft, ontstaat er een tekort aan werkkrachten. Eerst proberen de plantage-eigenaren de ex-slaven te verplichten nog tien jaar voor hen te werken. Maar daar hebben de meeste ex-slaven geen oren naar. Dan worden er arbeiders uit India (de Hindoestanen) en wat later uit Java en China aangevoerd. Er kwamen ook ‘gewone’ kolonisten naar Suriname. Nederlandse boeren, die het armelijke bestaan in Nederland hoopten te ontvluchten, Joden die door de inquisitie uit Portugal werden verdreven en immigranten uit de buurlanden Brazilië en Guyana op zoek naar werk. Ook hun afstammelingen maken nu deel uit van de Surinaamse samenleving.
De Marrons: afstammelingen van gevluchte slaven Slaaf zijn is erg, maar slaaf in Suriname…… De plantage-eigenaren daar behandelen hun slaven nog slechter als elders en op ontsnappen staan de vreselijkste straffen. Toch zijn er slaven die in verzet komen en de sprong naar de vrijheid wagen. Ze vluchten diep het binnenland in. Daar leven ze van de jacht, visserij en kleinschalige landbouw.Voor de afstammelingen van deze Bosnegers, zoals ze werden genoemd, worden verschillende benamingen gebruikt: Marrons en Boslandcreolen. ‘Marron’ is afgeleid van het Spaanse cimarrón (weggelopen vee). De term ‘Boscreool’ werd geïntroduceerd omdat men ‘neger’ denigrerend vond klinken. De Marrons of Boscreolen vormen tegenwoordig een kleine tien procent van de bevolking en wonen voor het grootste gedeelte in dorpen in de binnenlanden van Suriname. In het dorp is het huis van de dorpsoudste of granman het centrale punt. De andere huizen staan er vlak om heen. Een paar stammennamen zijn Djoeka, Saramaka, Matawia, Paramaka, Kwinti en Boni. Het woord Creool is afgeleid van het Portugese crioulo, wat ‘in huis geboren’ of ‘eigen kweek’ betekent. De creool is geboren in Suriname uit slavenouders. Dat gebeurde verhoudingsgewijs niet zoveel. De slavenbevolking kende geen natuurlijke groei. Ze werden slecht behandeld, woonden onder erbarmelijke omstandig-heden en de voeding was niet toereikend voor het zware werk.
Stadscreolen: afstammelingen van vrij gemaakte slaven Stadscreolen zijn afstammelingen van slaven die na de afschaffing van de slavernij een vrij bestaan opbouwden. Dit deden ze in de meeste gevallen in de kuststreek, met name in en rondom Paramaribo.
De ‘indianen’ die Columbus zag, hebben op hun beurt de Surinen verjaagd, de oudst bekende inwoners en naamgevers van Suriname. Er zijn tegenwoordig nog zes indianenstammen. De Arowakken en de Karaiben wonen voornamelijk in het kustgebied en de savannestrook tussen de kuststreek en het tropisch bos. De Akurio, Warao, Wajana en Trio wonen in kleine dorpsgemeenschappen langs de rivieren in het binnenland. Typerend is dat de huizen in deze dorpen ver van elkaar vandaan liggen. De inheemse heeft behoefte aan persoonlijke leefruimte!
De taal Er worden in Suriname drie talen –Nederlands, Sranan Tongo en Engels vrij algemeen gesproken. Daarnaast spreken de verschillende groepen hun Inheemsen eigen taal of dialect. Aan de rand van het binnenland kun je met Nederlands terecht. Als je daar op De inheemsen zijn afstammelingen van de bezoek bent of op vakantie gaat, is het best mogelijk oorspronkelijke bevolking, de Indianen. Ze kregen die naam abusievelijk van Christopher dat je door de kinderen met het vertrouwde ‘goeieColumbus die op zijn ontdekkingsreis in 1492 morgen’ wordt begroet. op de kust van de Nieuwe Wereld stuitte, maar dacht in India te zijn aangekomen.
Dieper de binnenlanden spreken de mensen hun eigen dialect en Sranan Tongo, een overkoepelende mengtaal taal, die ontstond in de slaventijd. De basis van de taal is Engels, de invloed van die taal is duidelijk terug te vinden in het rijtje 1 tot 10: 1.Wan 2.Toe 3.Dri 4.Fo 5.Fe 6.Siksi 7.Se. 8.Aiti 9.No 10.Tin. Het is een kleine stap naar het Engels, een taal waarmee je in de binnenlanden ook terecht kunt. In Sranan Tongo zijn ook Afrikaanse invloeden duidelijk. Vroeger was het de gewoonte om de kinderen te noemen naar de dag waarop ze werden geboren. Ook in Ghana was –en is- dat het geval. Niet alleen taal, ook gewoontes reisden met de slaven mee: Namen van meisjes geboren in Suriname: Zondag Kwasiba Maandag Adyuba Dinsdag Abeniba Woensdag Akuba Donderdag Yaba Vrijdag Afiba Zaterdag Amba Namen van meisjes geboren in Ghana: Zondag Esi Maandag Asjo, Adjua Dinsdag Abena Woensdag Akua Donderdag Abba Vrijdag Afi Zaterdag Ami, Ama
Amulet van een piai.
Het traditionele geloof van de inheemsen is dat de wereld om hen heen -zoals de zon, de bomen, het water en andere elementen- is bezield door goede en slechte geesten. De sjamaan, de piai, speelt een belangrijke rol. Bij ziektes bijvoorbeeld probeert hij de boze geest uit de patiënt te verdrijven. Daarbij gebruikt hij wel een maraka, een vrucht gevuld met pitjes en versierd met veren, waarmee hij rond een hut danst om genezing van een zieke te bewerkstelligen. Over het algemeen gebruiken de indianen plantaardige geneesmiddelen die zij zelf bereiden uit planten die ze in het bos vinden.
In het traditionele geloof van de Marrons staat een opperwezen, Gaan Gadu, oftewel Grote God, centraal. Deze god delegeert zijn macht naar lagere De invloed van de Nederlandse taal op het Sranan is goden, de zogenaamde winti. (winti is de creoolse beperkt. Als taal van de kolonisator was het immers naam voor wind). Deze winti wonen overal: in het weinig geliefd. Tegenwoordig is het Sranan een uiting water, in bomen, dieren of in bepaalde voorwerpen van de eigen identiteit en is het naast Nederlands de en zouden met de Afrikaanse voorouders mee naar Suriname zijn gereisd. Winti’s herbergen goedaardige officiële Surinaamse taal. en kwaadaardige aspecten in zich: daartussen moet een balans worden gevonden. De kracht van de winti Religie in de binnenlanden wordt ook gebruikt om mensen te genezen. Hierbij Ongeveer 23% van de bevolking is rooms-katholiek, spelen de bonoeman of obiaman (de medicijnman) en de loekoeman (de ziener) een essentiële rol. Zij 25% protestants, 27% hindoe, 19% moslim en 5% zijn als het ware uitverkorenen die hun kennis in de overig. Onder ‘overig’ vallen de traditionele religies waarbij geesten en goden een grote rol spelen. wereld van de hogere machten van de winti hebben gekregen. Alleen zij zijn in staat met de winti te comEr zijn goede en kwade, maar allemaal moeten ze gunstig worden gestemd. Medicijnmannen en zieners municeren. Genezing kan worden verkregen door bemiddelen tussen de mens en de hogere machten. het nemen van -bijvoorbeeld- rituele kruidenbaden, de wasi’s onder leiding van de medicijnman.
Al vanaf de koloniale periode hebben missionarissen en zendelingen de marrons en de inheemse bevolking het christendom proberen bij te brengen. Met resultaat: het grootste deel heeft zich inderdaad tot het rooms katholieke en protestantse geloof bekeerd. Dat wil overigens niet zeggen dat de rol van de traditionele religies is uitgespeeld. Integendeel, vooral winti geniet weer een toenemende belangstelling. Leven in het binnenland Taken De weggevluchte slaven proberen in de uitgestrekte bossen een bestaan op te bouwen. Ze leven van de jacht en visserij en verbouwen wat gewassen. In de loop der jaren ontwikkelen zich stabiele dorpsgemeenschappen met een vaste sociale structuur. De mannen houden zich bezig met de jacht, het bouwen van de huizen en het transport over de rivieren. De vrouwen met de kinderen, het huishouden en de verbouw van de gewassen. De rolpatronen zijn wel aan het veranderen. Met de jacht, visserij en landbouw voorzien de mensen zich wel van voedsel, maar het brengt geen cash geld op voor de aanschaf van producten zoals suiker, zout, conserven en spullen als een tv, buitenboordmotoren, generatoren en dergelijke. Er is ook geld nodig om de kinderen naar school te laten gaan en eventueel verder te laten leren in de kuststreek. Het benodigde geld wordt verdiend met transport, de goudwinning en zo mogelijk werk in de kuststreek. Bij het laatste moet worden aangetekend dat de mannen moeilijk werk vinden. Ze zijn vaak ongeletterd en laag opgeleid. Hoe dan ook betekent het dat de mannen minder vaak beschikbaar zijn voor de traditionele taken en de vrouwen meer op zichzelf zijn aangewezen. Ze zoeken ook naar middelen om de lasten van hun traditionele taken te verminderen en daar door tijd vrij te maken voor –bijvoorbeeld- kleinschalige economische activiteiten.
Elke bevolkingsgroep heeft z’n eigen handvaardigheden.
Voedsel Het voedsel is een mix van Afrikaanse en inheemse gerechten. Naast vis en vlees worden er op zogenaamde kostgrondjes (kleine van bomen ontdane akkertjes,) allerlei gewassen verbouwd. Kostgrondjes Het voorbereiden van de kostgrondjes is een klus voor de mannen. Eerste moeten de bomen worden gekapt . Dit gebeurt in de grote droge tijd. Als het hout droog is, wordt het stukje afgebrand. Grote stammen blijven liggen, takken worden opgeruimd en als brandstof gebruikt. In de kleine regentijd wordt het stukje door de vrouwen beplant. Ze planten de gewassen door elkaar. Het hoofdgewas is bittere cassave, het belangrijkste tweede gewas drooglandrijst.Verder bananen en bacoven (een banaan die wordt gekookt of gebakken), knolgewassen, maïs, pinda’s, suikerriet, tabak, peper en kalebassen. Na een jaar of drie, als de grond uitgeput is, wordt een nieuwe stukje land ontbost.
Een populair gerecht voor Marrons en inheemsen is kwak, een koek gebakken van meel van de cassavewortel. Die wordt eerst geschild en daarna geraspt in een cilindervormige mand (matapi) waar de pulp indroogt in de zon. Het drogen kan ook in een grote pan op het vuur. De geperste cassave valt als grof meel uiteen en heeft na deze behandeling het giftige blauwzuur verloren. Het meel wordt gezeefd en op een vuur geroosterd op een grote platte plaat. Het menu wordt aangevuld met voedselproducten die in de winkeltjes te koop zijn. De bevoorrading daarvan wordt verzorgd door motorkorjalen.
Rituelen
Bereikbaarheid en communicatie
Het belangrijkste rituelen bij de inheemsen en de marrons zijn initiatierituelen naar de volwassenheid. Bij de Karaiben bijvoorbeeld worden steekmieren in een soort mat –de ajoek- gevlochten, die vervolgens over het lichaam van het meisje wordt gestreken. De symboliek is dat het meisje als volwassen vrouw net zo vlijtig als de mieren moet zijn. De mierensteek is overigens niet gevaarlijk. Dat is wel het geval bij de wespenproef die de jongens van sommige stammen moeten ondergaan. De wespen worden in een mat gevlochten die de vorm heeft van een dier waar moed aan wordt toegekend. De mat wordt tegen de jongens aangedrukt, de gefrustreerde wespen steken er lustig op los. De jongens mogen geen kik geven en het komt regelmatig voor dat ze flauwvallen.
Als in het binnenland de Algemene Ouderdom Voorziening (AOV) moet worden uitbetaald, betekent dat voor de betaalploegen uit Paramaribo een ommelandse reis per vliegtuigje en korjaal. Maar eerst moet er per radio worden gecommuniceerd waar en wanneer de ploegen zullen aankomen. Deze gang van zaken is typerend voor de logistiek van het reizen in het binnenland. De ontsluiting per weg ligt nog ver in de toekomst, maar er wordt wel gewerkt aan de verbetering van de telecommunicatie. Zo heeft het Telecombedrijf Digicel-Suriname recentelijk een 150 meter hoge mast geplaatst in het dorp Asindonhopo, in het Sipaliwini District.
Kunst en muziek
De problemen in het binnenland hebben te maken met een stagnerende economie, milieuvervuiling (met name van het water) en verarming van de directe leefomgeving van de mensen. Bovendien vond er in 2005 een grote overstroming plaats.
Elke bevolkingsgroep heeft z’n eigen muziekexpressie. Daarbij moet worden aangetekend dat de jongeren de moderne muziektrends volgen. In de traditionele Creoolse muziek spelen drums een belangrijke rol. Die zijn er in allerlei soorten en maten, onder andere de apinti en de agida. In de modernere dansmuziek, de kaseko, worden drums begeleid door allerlei westerse blaasinstrumenten. En de razend populaire Kawina-bands gebruiken tuingereedschap, houten kratten, wasborden en fluiten als instrumenten!
De sambula.
Problemen in het binnenland
Economie Anno 2007 is het is niet best gesteld met de economische groei van Suriname en het binnenland heeft daar behoorlijk onder te leiden. De bevolking groeit snel, en het deel beneden de 15 jaar neemt snel toe. Er zijn scholen nodig en vooral goed opgeleide leerkrachten. Hetzelfde geldt voor gezondheidsklinieken. De inkomsten van houtkap en de delfstoffen zouden voldoende moeten zijn. Maar dat is niet het geval. Zo wordt er geschat dat er ongeveer 80% van het gewonnen goud illegaal de grens over gaat. Ook de inkomsten van hout gaan lang niet allemaal naar de staatskas. Er is onder de inheemse en Marronse bevolking dan ook groeiende kritiek op het feit dat de inkomsten van de delfstoffen en boskap niet voldoende naar hen terugvloeien.
Het milieu Ongecontroleerde houtkap De bossen van Suriname lijken onmetelijk en een onuitputtelijke bron van hout. De Surinaamse overheid heeft dan ook kapconcessies uitgeven aan onder ander China. In ruil daarvoor gaat China wegen aanleggen. Dergelijke transacties krijgen veel kritiek omdat er niet voldoende garanties zijn dat de kap op een duurzame manier gebeurt en er geen Goudwinning schade aan het leefmilieu van de mensen zal worden Goud loopt als een rode draad door de geschiedenis toegebracht. Op dit moment is er van zorgvuldig van Suriname. Aanvankelijk waren het kleinen groep- bosbeheer nauwelijks sprake en vindt er veel illegale jes mensen die op zoek gingen naar goudafzettingen kap plaats. Daarbij treedt erosie op, bij regen spoelt in de rivierbeddingen. Het werk werd handmatig het zand in de rivieren. gedaan. Na de uitvinding van de stoommachine kwam de grootschalige goudwinning op gang. En afhankelijk van de goudprijs was de winning een meer of minder lucratieve bezigheid. Tegenwoordig vindt er vooral kleinschalige goudwinning in de binnenlanden plaats.Voor de Marrons en de inheemsen is het de voornaamste bron van inkomsten. Er wordt geschat dat er 260 concessies zijn, maar er zijn steeds meer illegale goudzoekers –onder andere uit buurland Brazilië- actief. Bij goudwinning worden grote hoeveelheden kwik gebruikt, waarvan restanten in het milieu en vervolgens in de voedselketen terechtkomen. De grond verliest haar bescherming en erodeert. Het zand spoelt bij regenval de rivieren en kreken in. Dit is Watervervuiling weer slecht voor onder andere de visstand. Door het toenemende aantal goudzoekers nemen malaria De rivieren zijn onlosmakelijk verbonden met het leven de binnenlanders. De meeste dorpjes liggen in en aidsbesmettingen toe. de buurt van een rivier. De oevers zijn ontmoetingsen werkplaats. De vrouwen doen er de was en de vaat en relaxen er na het werk op de kostgrondjes. De kinderen spelen en zwemmen in het water. De mensen wassen zich er in, er wordt in gevist en het water wordt gedronken. De achteruitgang van de waterkwaliteit heeft dus directe, en heel nadelige gevolgen voor de mensen. De milieuproblemen worden grotendeels door de mensen veroorzaakt, op zoek naar delfstoffen en tropisch hout. Door vervuiling van kwik en zand loopt de kwaliteit van het water in de rivieren en kreken achteruit. De volgende activiteiten zijn debet aan deze situatie:
Verdwijnen van dieren Met het verdwijnen van het bos, verdwijnen ook de dieren en daarmee een belangrijke bron van proteïne. In het overgebleven bos in de buurt van de dorpen worden de dieren overbejaagd, met gevolg dat de mannen steeds verder het bos in moeten trekken om wild te vinden. Ook de visstand in de rivieren heeft te lijden van de jacht. Er wordt namelijk ook nog met gif gejaagd. Daarbij wordt niet alleen volwassen vis gedood, maar ook de kuitschietende en jonge vis. De grote overstroming, de ‘falawatra’ Suriname kent geen verleden met grote natuurrampen. Het land is er dan ook niet op voorbereid Verarming van de directe leefomgeving als in mei 2006 –tijdens de grote regentijd- door Onvruchtbaarheid van de grond. De grond van de kostgrondjes is na een jaar of drie uitzonderlijk hevige regenval de Tapanahoni-, Suriuitgeput. Bij gebrek aan bemesting moet er een vers name- en de Lawarivier buiten hun oevers treden. Een gebied zo groot als Nederland staat onder wastukje worden gezocht. Dat lijkt geen probleem, er is immers bos in overvloed? Toch is het beschikbare ter. De bevolking vlucht naar hogere gebieden met areaal beperkt. In de eerste plaats krijgt elk dorp of achterlating van al hun huisraad, voedsel, kleding en familie een bepaald gebied toegewezen. In de tweede dergelijke.Voedselgewassen op de kostgrondjes zijn beschadigd, scholen en medische posten vernield en plaats moeten de kostgrondjes in de buurt van een rivier of een kreek liggen om transport van en naar vistuig van de vissers is door de stroom weggevoerd. Ongeveer 5500 gezinnen worden afhankelijk van het dorp te vergemakkelijken. Om dezelfde reden moeten de kostgrondjes binnen redelijke loopafstand voedselhulp. van het dorp liggen. Tegenwoordig komt het steeds Ook op lange termijn zijn de gevolgen ernstig. Omvaker voor dat vrouwen hele einden moeten lopen dat de kinderen een tijd niet naar school kunnen, naar het kostgrondje. Die tijd zou beter besteed lopen ze een achterstand op. De toeristencentra zijn kunnen worden aan andere activiteiten. onder water gelopen of zwaar beschadigd. Ze kunnen geen toeristen ontvangen en lopen inkomsten mis. Het klimaat. Er is een droog seizoen en een regenseizoen. Die worden als volgt ingedeeld: Kleine droge tijd: Grote regentijd: Grote droge tijd: Kleine regentijd:
februari-april mei-augustus augustus-november november-februari
De dagtemperatuur schommelt tussen de 23 en 32 graden celsius. Omdat Suriname iets ten noorden van de evenaar ligt , is er nauwelijks sprake van een schemering. De zon komt snel op en gaat snel onder.