1
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
Luis in de pels “Wat mij betreft mogen ze de Eerste Kamer afschaffen!” Jos (zeg alsjeblieft “je”) van der Lans zit recht tegenover me en schuift de bril rechter op zijn neus. Langs die brilglazen wordt je aangestaard door pretoogjes, die twinkelen zodra hij een brutale opmerking plaatst. Mag hij dat zeggen? Ja, dat mag hij allemaal zeggen. Hij klinkt gedecideerd en vastberaden, maar nooit geeft hij je de indruk dat je overtuigd moet worden van zijn gelijk. Als mastodont of kopstuk van de partij wilt hij absoluut niet worden gezien. Tegenover hem zitten twee jongelui van de nieuwe generatie politici, klaar om geprikkeld en gekieteld te worden. Jos van der Lans is de luis in de pels van GroenLinks.
Nijmegen, Centraal Station. Tien voor zes maandagavond. Ik sta op het punt Jos van der Lans te verwelkomen in de stad waar hij ooit heeft gestudeerd. Voor mij een thuiswedstrijd. Voor Jos een handige plek om af te spreken; morgen vertrekt hij vanaf hier met enkele oude studievrienden naar Zwitserland voor de inmiddels traditionele wintersportvakantie. We hadden al contact gehad via e‐mail en Twitter. Ja, Jos gaat met zijn tijd mee. Ik had mijn best gedaan op de uitnodiging (vol met “u” en “meneer”). De reactie typeerde het gemak waarmee hij te benaderen is: “wat denk je van samen een hapje eten? Groet. Jos”.
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
2
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
Arend Wesdijk is de eerste die ik de hand mag schudden, zonder Jos maar niet alleen. Arend heeft zijn dochtertje Liané meegenomen. Morgen viert ze haar eerste verjaardag. Vandaag is ze getuige van een interview met voormalig senator. We bellen hem op. Hij staat al op de Grote Markt op ons te wachten, bij het standbeeld van Mariken van Nimwegen. We wandelen er naar toe dwars door de oudste stad van Nederland (dat mag ik niet onvermeld laten). Zo hebben Arend en ik de gelegenheid om alvast voor te bespreken. Toen we de opdracht kregen politici van GroenLinks te interviewen om de partij beter te leren kennen, was Jos de eerste persoon die in me opkwam. Arend sloot direct aan. Jos van der Lans is voor ons een logische keuze. Arend is sociaal‐maatschappelijk ondernemer en student Cultureel Maatschappelijke Vorming. Tevens voorzitter van de MR aan de Hogeschool Utrecht. Druk bezig met plannen om in Zuid‐Afrika een hele onderneming op te zetten en een krottenwijk vooruit te helpen. Jos van der Lans is een begrip onder sociale professionals, waar ik er ook één van ben. Ik ben net afgestudeerd als maatschappelijk werker. Sec als hulpverlener aan de slag, geeft me onvoldoende bevrediging. Ik wil me ook op collectief niveau inzetten voor mensen die in de knel zitten. Dus ben ik krap een jaar politiek actief op lokaal niveau; als voorzitter van werkgroepen en adviserend naar de gemeenteraadsfractie. Op dit moment ben ik ook bezig enkele initiatieven op te zetten voor ZZP‐ers. Daarnaast ben ik zelf journalist én zelfstandig ondernemer – al met al voldoende raakvlakken voor een interessant gesprek. Nu Arend en ik ideeën en idealen in de praktijk proberen te brengen, zoeken we steun en inspiratie. We hebben het perfecte momentum. Juiste persoon. Uitstekend moment. Prima locatie. En typisch Hollands winterweer. “Wat een gemiste kans”. Jos wijst naar de overkant van de Grote Markt. “Verschrikkelijk lelijke gebouwen, die HEMA en V&D. Hadden ze nooit moeten bouwen, dan had je een gigantisch plein gehad en enigszins de allure van oude stad kunnen behouden”. Nog voordat ik hem de hand heb kunnen schudden, krijg ik de eerste les al mee. Ik draai me om. Een gebouw van glas en beton staart terug. In 1944 hebben de geallieerden ‘per ongeluk’ de bommen laten vallen op Nijmegen. De piloten dachten dat ze al in Duitsland waren. Daar ging de stadshistorie. In de wederopbouw hebben ze inderdaad steken laten vallen, bedenk ik me. Wat een lelijk visitekaartje. Snel doe ik het voorstel om aan de Waalkade een vorkje te prikken. Levert een betere ansichtkaart op. Onderweg vertel ik Jos over de plannen van de gemeente om een stadseiland te vormen en de rivier te laten omsluiten door de stad. Hij knikt instemmend, de plannen van GroenLinks wethouder Jan van der Meer zijn hem niet onbekend. Liané begint te krijsen, haar handen zijn rood van de vrieskou. Snel zoeken we de warmte van het restaurant aan de Waalkade op en Arend tilt zijn dochter met wandelwagen en al manmoedig de trappen op. “Nu ben ik nog de sterkste papa van de wereld”. Jos van der Lans studeerde cultuurpsychologie te Nijmegen in een tijd dat de universiteiten gedemocratiseerd werden. De jaren zeventig. Een periode dat er nog veel rechten bevochten moesten worden. Jos zat in het faculteitsbestuur en bemiddelde tussen (de ego’s) van hoogleraren. Hij zette zich in voor de studentenvakbond en was lid van de CPN. Na twaalf jaren Nijmegen verhuisde Jos naar Amsterdam om verder te gaan als journalist. Zo schreef hij als freelancer voor de Groene Amsterdammer en Vrij Nederland. Van der Lans verkeerde in invloedrijke kringen als de Balie, waar veel GroenLinks kopstukken toentertijd actief waren (o.a. Kees Vendrik, Femke Halsema). Maar alleen langs de zijlijn filosoferen was niks voor Jos. Hij liet zich opsluiten
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
3
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
in een verslavingskliniek, liep mee met maatschappelijk werkers. “Niet alleen zeggen wat je doet, ook doen wat je zegt. Politieke idealen hebben voeding nodig. En ook als journalist wilde ik altijd weten waar ik over schreef.” Zijn gezin werd uitgebreid met twee Surinaamse pleegkinderen. “Ik hoop dat de jongste zijn HAVO diploma haalt, dat zou echt een mijlpaal zijn”. In 1999 werd Jos Eerste Kamerlid. “Ik werd gevraagd. Door diverse publicaties was ik niet onopgemerkt gebleven. GroenLinks behaalde een glorieuze overwinning bij de Statenverkiezingen; we gingen van vier naar acht zetels. Ik stond op plaats zeven. Op de dag van de verkiezingen was ik gewoon aan het werk, een lezing in het land. Het ging aan me voorbij. Op de terugweg belde Paul Rosenmöller: “waar blijf je nou? Elke senator viert het feestje in Den Haag, maar waar hang jij uit?” Ik keerde maar om en zette koers naar Den Haag.” Die nonchalance tegenover het establishment tekent Jos van der Lans. Instituties, overheden en overlegstructuren maken weinig indruk op hem. Sterker nog: zijn aversie tegen het institutiedenken en haar groeiende bureaucratie lijkt de afgelopen jaren alleen maar te zijn toegenomen. “Waar zijn de burger en zijn directe omgeving nou écht mee geholpen? Dat zijn vaak oplossingen die niet door beleidsmakers, maar het beste door de burgers zélf bedacht én uitgevoerd kunnen worden”. Geen populair standpunt in een partij waar veel politici de functie beleidsmaker op hun CV hebben staan. Liané maakt het ook geen reet uit met wie ze aan één tafel zit, minister‐president of bouwvakker. Ze kruipt meerdere malen de spoelkeuken in. Op de arm van de bediening wordt ze telkens netjes teruggebracht. Dat ritueel herhaalt zich meerdere keren. Ondernemen is een kwaliteit die van generatie tot generatie overdraagbaar is, zo blijkt. Drie mannen kijken soms bezorgd om naar de peuter, om zich vervolgens weer te laten onderdompelen in het gesprek. Jos was jarenlang redacteur voor de Helling, het tijdschrift van het wetenschappelijk bureau. De macht van de kleine linkse partijen raakte eind jaren tachtig opgedroogd. De oplage van de bladen raakte in vrije val. Ze liepen voor de troepen uit en kwamen tot één magazine. Ondertussen waren de partijen nog in overleg om te komen tot een fusie. Kent u deze magazines nog? De PSP met zijn ‘Socialistisch Perspectief’. Of ‘Komma’ van de CPN. Of wat dacht u van ‘Radicale notities’ van de PPR. Alles ging op in ‘De Helling’ – het nieuwe magazine van verzameld progressief sociaal en duurzaam links. Nog voordat de bloedsgroepen zelf kwamen tot één partij: GroenLinks. Jos is voor mij een orakel, dat bewijst hij niet alleen op papier maar ook tijdens deze ontmoeting. Hij was één van de auteurs van het ‘canon van het sociaal werk’. (www.canonsociaalwerk.eu/nl) Dit overzicht schetst de wisselwerking tussen de gemeenschap, het individu en de overheid in de zorg voor de medemens. Hij geeft met enige regelmaat lezingen, die (gedeeltelijk) terug te zien zijn via www.josvdlans.nl. Jos van der Lans neemt geen blad voor de mond. Maar hij is ook niet de populist die ‘zegt waar het op staat’, of ‘de man die durft te zeggen wat Henk en Ingrid denken’. Nee, niks van dat al. Jos is wars van populisme. Daarom voelt hij zich ook op zijn plek bij GroenLinks. “Het is de partij waar goed wordt nagedacht. Waar overwegingen en dilemma’s een plaats mogen hebben. Bij elke oplossing staan we stil bij de gevolgen voor generaties na ons. Dat onderscheidt GroenLinks wel van elke andere politieke beweging, denk ik. Inherent hiertoe kan men ons omschrijven als een samenkomst van intellectuelen, die de arbeidersklasse niet of nauwelijks weet te bereiken. Ik snap dat we soms jaloers omkijken naar de SP.” Jos profileert zich als een onafhankelijk denker, die weinig opheeft met partijdiscipline. De journalistiek en wetenschap zitten in zijn DNA: hij blijft nieuwsgierig, stelt vanzelfsprekendheden ter discussie en schuwt de controverse niet. Acht jaar lang zat hij als senator in de Eerste Kamer voor GroenLinks. “Als je nu vraagt of ik een verschil heb kunnen maken, moet ik helaas bekennen dat dit niet het geval was. Alleen bij de stemming voor een gekozen burgemeester misschien. Verder stelt het qua correctie en controle van het beleid weinig voor. Het is wel een knooppunt van machtbetrekkingen, dat heb ik reuze interessant gevonden. Voor mijn persoonlijke ontwikkeling was mijn senatorschap heel goed, maar dat lijkt me onvoldoende om zo’n instituut te
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
4
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
legitimeren. Sterker, het is een hypocriet systeem. De Eerste Kamer is niet rechtstreeks democratisch gekozen, dat is de eerste makke. Ik ben een groot voorstander van het Noors – Bataafs model, waarin de Eerste Kamer wel een mandaat van kiezers krijgt. Ons systeem klopt niet en voldoet niet aan haar doelstellingen. Op papier toetst de Eerste Kamer nieuwe wetgeving op criteria als doelmatigheid, uitvoerbaarheid, grondwettelijke basis, enzovoorts. In de praktijk komt daar niks van terecht. De Eerste Kamer blaft wel, maar bijt bijna nooit. In 99% van de beslissingen volgt de Senaat uiteindelijk de Tweede Kamer. Dan is de functie van de Eerste Kamer dus totaal nutteloos geworden”. Bij zoveel ‘insider politics’ en realisme worden Arend en ik even stil. Hier spreekt een ex‐senator en politicus die zegt dat hij het verschil niet heeft kunnen maken. Jos neemt een teug van zijn glas droge witte wijn. Arend sprint zijn kruipende dochtertje achterna. En ik staar verward naar buiten, richting de Waalbrug. “Levert het dan écht niks op? Zo moeilijk is het toch niet om iets te betekenen, al is het maar miniem? Een verschilletje, al is het nog zo bescheiden?” Toch laat ik me niet ontmoedigen en we zetten het gesprek voort. ‘De Eerste Kamer der Staten‐Generaal’
“Nogmaals: als democratisch instituut en kritisch toetsend orgaan voldoet de Eerste Kamer niet. Voor mij persoonlijk geldt dat ik er veel profijt van heb. Je bent eigenlijk senator voor het leven, aan het fenomeen senator kleeft een soort waas van ervaring en wijsheid. Je staat op de lijstjes deskundigen. Die achtergrond was een van de redenen waarom ik door minister Van der Laan in 2008 werd gevraagd om een van de voorzitters te worden van de commissie die de voortgang van de Vogelaarwijken, de krachtwijken, moest visiteren. Samen met bijvoorbeeld Wim Deetman (CDA) bezocht ik wijken als Ondiep in Utrecht en Hatert in Nijmegen. Dat was een geweldige ervaring, dan kijk je in de keuken van hoe beleidsmatig en bureaucratisch Nederland zo’n megaproject oppakt. Namelijk: vooral op papier. Heel veel talanten en mogelijkheden vallen dan buiten het blikveld. Jij bent zelfstandig ondernemer (ZZP, red.) bijvoorbeeld. Dat is de snelst groeiende groep economische ondernemers van het land. Maar als wij in die wijken kwamen, kregen we alle mogelijke statistieken voorgeschoteld, maar als je dan vroeg hoeveel ZZP’ers zitten er in deze wijk, dan keek de dienstdoende ambtenaar je vreemd aan. Daar had hij geen idee van. Is dat van belang dan? Natuurlijk is dat van belang! Als je alle geldstromen optelt gaat er enorm veel om in zo’n wijk, tot soms wel honderd miljoen. Als je daarvan iets zou kunnen combineren met het economisch potentieel dat in de wijk zelf zit dan ontstaan er nieuwe mogelijkheden. Maar ja dat zie je niet als je in de traditionele beleidscategorieën blijft denken.’ Deze wending biedt mij de ideale opening om te beginnen over initiatieven die we in Nijmegen ontwikkelen voor ZZP‐ers. Deze groep kan zich moeilijk verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid of een pensioen opbouwen. Jos vertelt dat hij in Amsterdam betrokken is bij een broodfonds, een klein clubje zelfstandige ondernemers die op basis van vertrouwen een onderlinge arbeidsongeschiktheidsverzekering regelen, en daarmee ontsnappen aan de dure kleine‐lettertjes‐verzekeringen van de grote maatschappijen, waar je totaal geen invloed op hebt en die je een rib uit je lijf kosten. (zie: www.broodfonds.nl). Het is een voorbeeld van wat hij ‘burgerkracht’ noemt (de term komt uit een rapport voor de RMO dat hij samen met Nico de Boer schreef). “Er komt geen instantie aan te pas. En het heeft mooie bijeffecten, men let op elkaars gezondheid en sturen een kaartje naar elkaar als iemand ziek is.”
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
5
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
Het maatschappelijk middenveld speelt een prominente rol in zijn visie op de maatschappij, die raakvlakken vertoont met de “Civil Society” en de “Big Society”. In Nederland is hij op dat thema één van de koplopers en wordt daarin gesteund door mensen als Pieter Hilhorst (bekend van het VARA programma ‘de Ombudsman’) en Hans van Ewijk (hoogleraar Maatschappelijk Werk): “Hij is één van de trendsetters die een breed sociaal werk en een stevige basisprofessional zien als de strategie om actief burgerschap handen en voeten te geven en specialisatie en institutionalisering te verminderen.” Jos heeft een leestip voor ons: “Red Tory” van Philip Blond. Drie uitgangspunten staan centraal:
Recapatalize the poor. Versterk de positie van de kwetsbaren. Geef arme mensen geen subsidie, maar de kansen en vermogens om hun situatie te verbeteren. Verwant aan empowerment. Relocalize the economy. Regionaliseer en lokaliseer de markt. Benut het kapitaal dichtbij. Zo stimuleer je de lokale economie. Remoralize the market. Te vergelijken met wat we nu Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) noemen. Denk aan hoe Philips vroeger voor haar arbeiders zorgde.
Jos van der Lans: trendsetter voor burgerkracht Premier David Cameron (Conservative Party) introduceerde het begrip “Big Society” in Engeland.
Hoopvol gestemd nodig ik Jos uit om eens terug te komen naar Nijmegen, als we de acties voor het versterken van de positie van de ZZP‐ers tot uiting brengen. Verandering van onderop; ik begin te begrijpen dat je niet alle heil van de overheid moet verwachten, maar het verschil juist kan maken in een beweging die bottum‐up vloeit. Arend ziet ook zijn kans schoon en begint over zijn plannen in Zuid Afrika. De sociaal betrokken ondernemer komt in hem naar boven; het begrip ‘remoralize’ behoeft voor deze jonge vader geen uitleg. Ik neem me voor Arend op de voet te volgen in het waarmaken van zijn ambities. Het zijn vaak dit soort verhalen die inzichtelijk maken wat wel of niet werkt in de praktijk. En ook hij kan rekenen op de steun en medewerking van Jos, die de draad van zijn betoog weer oppakt. “De regie over veel belangrijke zaken in het leven zijn ons burgers ontnomen. Je staat machteloos tegenover grootmachten als woningbouwcorporaties, pensioenfondsen en verzekeraars. Weinig transparant, ver van je bed – ze zijn allang niet meer ‘van ons’. Zoals Pieter Hilhorst al zei: “kraak die instellingen!” Het is tijd dat burgers de regie terugpakken. Deze instellingen zijn bovendien krankzinnig duur en inefficiënt geworden. Begrijpelijk dat jij je druk maakt over de betaalbaarheid van de verzorgingsstaat. Er is een demografische noodzaak om het anders te organiseren: denk aan de toenemende vergrijzing en dalende beroepsbevolking. Willen we straks een goed sociaal vangnet voor onze kinderen, dan zal het zorgstelsel hervormd moeten
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
6
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
worden. We zullen het meer met elkaar moeten doen, dan afhankelijk te zijn van instituties die zichzelf in stand willen houden. ‘Nabuurschap’, noemen ze dat in de Achterhoek. Het kan trouwens veel goedkoper en met betere kwaliteit, goede voorbeelden zijn projecten als Buurtzorg en de Opvoedpoli. Misschien moeten we elementen hernemen van hoe het vroeger was, maar dan in een moderne vorm. Dichtbij, bekend en door burgers zelf gemanaged. Verschil met toen is dat we nu andere technologische mogelijkheden hebben en welvarender zijn. Social media maken wellicht een heleboel overhead overbodig.” Beantwoorden aan de mores van de partij, doen deze disgenoten geenszins. Zalmfilet en eendenborst vullen de magen en mijn colbert hangt nonchalant over de stoel. De rode vleugel van de partij is duidelijk aanwezig, begrippen als ‘groen’ en ‘klimaat’ worden nauwelijks in de mond genomen. Jos neemt een telg van de toekomstige generatie op schoot. Knipperend met een HEMA fietslampje weet hij het dochtertje van Arend te vermaken. Ik neem het woord. “Opa GroenLinks. Ex‐senator oppas voor GroenLinks‐talenten #burgerkracht.” “GroenLinks presenteert een alternatief, dat vooral hogeropgeleiden en klimaatadepten aanspreekt. Duurzaamheid is het credo. Ik voel me thuis in deze partij, maar niet altijd op mijn gemak bij de achterban. Op inhoudsniveau sta ik vierkant achter de agenda van GroenLinks. Het is de enige partij die in mijn ogen een geloofwaardig sociaal‐progressief verhaal heeft. Toch staan we op flink verlies in de peilingen. Hoe komt het dat wij met ons verhaal niet kunnen overtuigen en aanspreken? Waarom lijken de SP, de PvdA en soms de PVV het alleenrecht te hebben op de sociale agenda? Is GroenLinks alleen nog geloofwaardig als milieupartij – en niet veel meer dan dat?” Mijn gesprekspartner richt zich op en lijkt verrast door deze wending. Na twee seconden zegt hij met enig aplomb: “GroenLinks is niet zo sterk op milieugebied als je denkt. Toen de portefeuille van milieu verdeeld moest worden onder de senatoren, keek iedereen naar elkaar. Het was een gezelschap van sociale wetenschappers, advocaten en beleidsmakers, zoveel had men ook weer niet op met het milieu. Uiteindelijk heb ik het maar gedaan. In de Tweede Kamerfractie is nummer zes de eerste klimaatspecialist. Dat zegt wat.” “Toch is de Groen versus Links discussie een schijnbare tegenstelling. Het ligt in het verlengde van elkaar. Speerpunten zijn in beide gevallen autonomie, zelfregie, gemeenschap, kleinschalige initiatieven van onderop. Wat te denken van een wijk die er zelf voor kiest volledig over te schakelen op duurzame energie en collectief zonnepanelen inkoopt om op de daken van hun woning te plaatsen? Duurzaamheid is een uitgangspunt, die je zowel kan toepassen op vraagstukken die te maken hebben met milieu en klimaat, als op onze welzijns‐ en gezondheidssector. Telkens staat de vraag centraal hoe je Nederland toekomstbestendig maakt , en dus duurzaam, rijp voor het nageslacht. Dat we de hulpverlening anders móeten vormgeven, is een urgentie die je voelt omdat het huidige stelsel op termijn niet houdbaar is. Dan moeten we nu al wel beginnen met de oplossingen en die niet vooruit blijven schuiven. Anders kan er straks niemand voor Liané zorgen wanneer dat nodig is.” “Klinkt leuk en aardig. Goede waren maken je echter nog geen geschikte koopman. GroenLinks komt op voor de belangen van kwetsbare burgers. En juist die burgers stemmen niet op ons. Hoe kan dat? Waarom kan de partij maar de helft van haar naam verkopen: Groen? Ik wil deel uitmaken van een partij die een integrale visie heeft op de samenleving. Hoe kan het toch zo zijn dat we met onze solidaire en vooruitstrevende uitgangspunten geen groter deel van de bevolking aan ons weten te binden?”
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
7
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
“Je hebt een punt. Dat onvermogen heeft alles te maken met factoren van buitenaf en met de prioriteiten waarmee de fractieleider zich wilt profileren. Dat is de persoon die het verhaal moet verkopen en de beeldvorming bepaalt. Rosenmöller kwam uit de vakbeweging, de Rotterdamse Haven. Hij kon op grote sympathie rekenen onder arbeiders. GroenLinks haalde onder zijn aanvoering wel 16 à 17 zetels in de peilingen en werd gezien als serieuze coalitiepartner. Pim Fortuyn werd vermoord en dat veranderde alles. Het electoraat begon te schuiven. Rosenmöller werd opeens gezien als onderdeel van de elite. Terecht of onterecht. Niemand had toen een antwoord op de sentimenten onder het electoraat. Femke onderscheidde zich meer als een progressief liberaal. Ze kwam op voor individuele rechten, zoals de vrijheid van meningsuiting. Daar win je ook stemmen mee, maar niet onder de groep die jij bedoelt. We zijn uiteindelijk de enige partij gebleven die de duurzame milieu‐agenda kan claimen.” “Wat is de grootste teleurstelling die je in de politiek te verwerken hebt gehad?” “De formatie Balkenende 4. Het was een belangrijke kans op regeringsdeelname. De ChristenUnie schoof aan tafel, want Femke dacht dat ze er toch niet uit zouden komen en wachtte liever haar beurt af. Die arrogantie werd afgeschaft en er trad een kabinet aan met CDA, PvdA en ChristenUnie. In Buitenhof heb ik me kritisch uitgelaten over deze keuze. Dat zette de verhoudingen wel op scherp natuurlijk, het werd me niet in dank afgenomen en ze heeft me een tijdje genegeerd. Dat begrijp ik wel. Wat mij betreft kunnen we prima regeren met de christendemocraten. Het CDA heeft zojuist haar nieuwe koers gepresenteerd: ‘het radicale midden’. Op veel punten een kopie van ons gedachtegoed. Ten tijde van Rosenmöller heb ik samen met een medewerker van het wetenschappelijk bureau van het CD plus 12 wethouders van zowel GroenLinks als CDA‐huize, een gezamenlijk manifest geschreven als een alternatief op Paars. Het staat nog op mijn site. Zie: http://www.josvdlans.nl/politicus/nieuwelente.asp Zowel verlichte delen van het CDA als GroenLinks zetten zich ideologisch in voor gemeenschapszin en tegen ongebreidelde marktwerking en technocratie. Bij de presentatie in 2000 keken Jaap de Hoop Scheffer en Rosenmöller nogal zuur. Ze zagen het niet zitten en door 9/11 en de opkomst van Pim Fortuyn hoefden ze er ook niet over na te denken omdat het politieke landschap in een klap in een totaal andere richting veranderde. ” “Je staat bekend als een partijideoloog en beweegt je vooral achter de schermen van de partij. Nooit de kar willen trekken?” “Die rol past me niet. Een lijsttrekker beweegt zich al snel op glad ijs en moet bij alles wat ze zegt, rekening houden met de achterban. Als senator kon ik het me veroorloven om een meer onafhankelijke positie in te nemen en te zeggen wat ik denk.” “Ik heb zin een toekomst bij GroenLinks. Het is mijn ambitie om volksvertegenwoordiger voor deze partij te worden. Wat denk je daarvan? En heb je tips voor me?” “Ja, dat zie ik jou wel doen! Tegen anderen zou ik zeggen: begin er niet aan. Maar bij jou niet. Je wilt je inzetten voor een progressief‐sociaal alternatief. Dan heb ik nog wel enkele tips. Ben ook kritisch over de eigen linkse geschiedenis, de verzorgingsstaat en blijf kritisch naar jezelf.” “En heb je nog suggesties voor andere talenten in de partij die volksvertegenwoordiger willen worden?” “Durf tegendraads te zijn. Je wordt niet betaald om de burger naar de mond te praten. Zoek je netwerk op en maak er gebruik van. Het is lastig om door te breken vanuit Nijmegen, ik kan me niet herinneren dat mensen vanuit deze afdeling zijn doorgestroomd naar het landelijk niveau. Maar het is goed je gezicht te laten zien op landelijk bureau in Utrecht, sluit je aan bij landelijke kringen, zoals de redactie van de Helling, het milieunetwerk. Als je in Utrecht of Amsterdam woont, zit je sowieso dichterbij het vuur en de sleutelfiguren in de partij. Misschien is mijn tip om te verhuizen, hahaha.
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
8
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
Wees ook geduldig. Als je talent hebt, komt het succes heus wel. Blijf kalm en rustig, begin niet overhaast aan allerlei landelijke projecten. Bedenk: dat de politiek in erg Den Haag abstract is en dat er geen mooiere politieke arena bestaat dan de lokale. Een goede leider kan anderen inspireren, is een heuse gangmaker. Met die eigenschappen kan je zaken in beweging krijgen. En hij kan goed luisteren. Deze vermogens die bij het leiderschap horen, gelden ook voor volksvertegenwoordigers. Het zijn vaardigheden die je door ervaring verder moet ontwikkelen.” De rekening wordt gepresenteerd. Reden om te discussiëren over de verdeling van de welvaart. Betaalt iedereen een derde deel, of gaan we uit van de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten? Jos kiest voor de laatste optie en de twee minder kapitaalkrachtige studenten klagen niet. Het gesprek met Jos van der Lans heeft me weinig nieuwe inzichten opgeleverd, maar wel fundering om mijn visie verder te onderbouwen. Het heeft me vooral de bevestiging gegeven dat ik op de goede weg ben – en dat is voor mij heel waardevol. De belangrijkste lessen: * verandering komt van onderop. * de ‘civil society’ (burgermaatschappij) is het antwoord op de uitdagingen van nu. * wees geduldig en durf tegendraads te zijn. Viereneenhalf uur hebben we gepraat en dan nemen we afscheid. Jos heeft genoten van het gesprek: ‘zo krijg je weer zin in de toekomst.’ Hij zoekt zijn oude studievrienden op en ik loop met mijn vriend Arend richting het station. Later zie ik Jos van der Lans weer voorbij komen op Twitter: “Opa GroenLinks. Ex‐senator oppas voor GroenLinks‐talenten #burgerkracht.” De partij en haar talenten mogen zich gelukkig prijzen met zo’n (eigen)wijze opa in de gelederen. Louis de Mast februari 2012 Bovenstaand verslag is een weergave van een gesprek tussen Jos van der Lans, Arend Wesdijk en Louis de Mast, dat plaatsvond op maandagavond 30 januari 2012 in een restaurant in Nijmegen. Initiatief tot dit gesprek kwam mede tot stand dankzij de negende leergang ‘Zin in GroenLinks’ van de GroenLinks Academie; voor talentvolle en ambitieuze politici in spé.
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.
9
“Luis in de pels”. In gesprek met: Jos van der Lans. Ex senator voor GroenLinks.
Meer weten? Kijk op: www.josvdlans.nl www.canonsociaalwerk.eu Tips van de auteur: 1.
2.
3.
Kijktip. Op zondag 5 februari in het TV programma “Gesprek op 2” was Sir Maurice Glasman te gast, partijideoloog van de Labour partij en bekend van de maatschappijvisie omschreven als ‘Blue Labour’. Over het failliet van het kapitalisme, de positie van de gelovige klasse en het kraken van de instituties. Terug te vinden via uitzendinggemist.nl Leestip. “Eigentijds idealisme. Een afrekening met het cynisme in Nederland”, door Gabriël van den Brink, hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg. “Dit boek toont aan dat Nederlanders – vergeleken met inwoners van andere landen – in het vormgeven van hun geestelijk engagement vooroplopen. Dat geeft niet alleen een ander beeld dan gebruikelijk, het biedt ook hoop aan allen die het gangbare cynisme afwijzen. Gabriël van den Brink verwerpt de theorie dat modernisering van de samenleving onvermijdelijk leidt tot een vorm van secularisatie en pleit voor het opnieuw uitvinden van de civil society. Daarmee sluit hij aan bij een pleidooi dat ook in het buitenland te horen is.” Leestip van Jos van der Lans: Albert jan Kruiter, Eelke Blokker, “In ons belang. Pleidooi voor publieke waarden.” Amsterdam: Van Gennep 2010. Het is een bekend gegeven: we zijn individueel gelukkig, maar ontevreden over de publieke zaak. Samenleving, middenveld, bedrijfsleven en Binnenhof beleven een identiteitscrisis: Waar doen we het eigenlijk voor? Wat delen we? Volgens Albert Jan Kruiter en Eelke Blokker is dit een moeilijk te beantwoorden vraag, zolang wij de publieke zaak alleen nog maar eenzijdig waarderen vanuit ons eigen belang. Albert Jan Kruiter en Eelke Blokker doen in dit pamflet dan ook een hartstochtelijk pleidooi voor een herwaardering van de publieke zaak, vanuit een andere visie op het eigenbelang. Eelke Blokker (1980) zette een particuliere daklozenopvang op en startte een bv voor de absolute onderkant van de arbeidsmarkt. Tegenwoordig werkt hij aan een publieke privégevangenis, het verbannen van dakloosheid en het verbijzonderen van de bijzondere bijstand. Hij werkte als adviseur voor gemeentes, zorginstellingen en woningbouwcorporaties. Albert Jan Kruiter (1976) promoveerde aan de School voor Politiek en Bestuur van de Universiteit van Tilburg. Hij werkt als onderzoeker voor verschillende ministeries, gemeenten en provincies. Bij Van Gennep publiceerde hij eerder 'Mild despotisme. Hedendaagse democratie en verzorgingsstaat door de ogen van Alexis de Tocqueville'. Prijs 4,95 Bestellen via: http://www.nrclux.nl/In‐ons‐belang‐Albert‐Jan‐Kruiter/nl/product/913899/
Louis de Mast. GroenLinks Academie. Leergang ‘Zin in GroenLinks’. Februari 2012.