Apeldoorn, Asselsestraat 245-247 (Gemeente Apeldoorn, Gld.)
Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport 2013-05/09cZ
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247 (Gemeente Apeldoorn, Gld.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Een onderzoek in opdracht van Kok & Heijkamp projectontwikkeling Steekproefrapport 2013-05/09Z ISSN 1871-269X auteurs: drs. R.P. Exaltus (senior-archeoloog) autorisatie: mevr. C. Tulp (senior-archeoloog)
De Steekproef werkt volgens de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie 3.2 Foto’s en tekeningen zijn gemaakt door de Steekproef bv, tenzij anders vermeld. © De Steekproef bv, Zuidhorn, oktober 2013 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder bronvermelding. De Steekproef bv aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek. De Steekproef bv Archeologisch Onderzoeks- en Adviesbureau Hogeweg 3, 9801 TG Zuidhorn telefoon fax internet e-mail kvk
050 - 5779784 050 - 5779786 www.desteekproef.nl
[email protected] 02067214
Inhoud Samenvatting 1. Inleiding.................................................................................................................. 1 1.1 Aanleiding en doel (KNA 3.2 LS01).....................................................................1 1.2 Locatiebeschrijving (KNA 3.2 LS02)......................................................................1 2. Bureauonderzoek..................................................................................................... 3 2.1 Bronnen............................................................................................................ 3 2.2 Fysische geografie (KNA 3.2 LS04)......................................................................4 2.3 Archeologie (KNA 3.2 LS04)...............................................................................4 2.4 Historische geografie (KNA 3.2 LS03)..................................................................5 2.5 Archeologisch verwachtingsmodel (KNA 3.2 LS05)................................................7 3. Veldonderzoek......................................................................................................... 9 3.1 Aanpak veldonderzoek (KNA 3.2 VS01)...............................................................9 3.2 Resultaten veldonderzoek (KNA 3.2 VS02, VS03)................................................11 4. Conclusies en advies...............................................................................................13 Appendix: - Archeologische periodes - Bekende archeologische waarden - Boorbeschrijving
Samenvatting In opdracht van Kok & Heijkamp projectontwikkeling is door De Steekproef een bureauonderzoek en inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de Asselsestraat 245-247 te Apeldoorn. De aanleiding voor het onderzoek is de geplande bouw van een woon-zorggebouw op het noordelijke deel van het plangebied en een bedrijfshal op het zuidelijke deel. Hierbij kunnen eventueel aanwezige archeologische grondsporen verloren gaan. Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een karterend veldonderzoek. Het plangebied ligt op een stuwwalglooiing waarop haarpodzolgronden zijn gevormd. Het terrein ligt ten zuiden van een historische weg, op ongeveer een kilometer afstand van de historische kern van Apeldoorn. In verband hiermee en in verband met de aanwezigheid van archeologische resten in de nabijheid van het plangebied uit deze perioden, geldt een hoge verwachting voor resten uit de periode neolithicum tot de Romeinse tijd en de periode late middeleeuwen tot nieuwe tijd. Het plangebied is in de negentiende en de twintigste eeuw bebouwd geweest en heeft meerdere bouw- en sloopfasen gekend. De huidige bebouwing in het plangebied dateert uit de tweede helft van de twintigste eeuw. Om de kans op het vinden van archeologische resten zo groot mogelijk te maken, zijn binnen het slechts 0,2 hectare grote plangebied negen boringen gezet met een zandguts en een megaboor. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de bodem op het overgrote deel van het plangebied tot twintig à dertig centimeter in de C-horizont verstoord is (boringen 2, 7 en 8). Ter plaatse van de boorpunten 1 en 6 bedraagt deze diepte een halve meter en ter plaatse van de boorpunten 3 en 9 zelfs meer dan tachtig centimeter. Ter plaatse van deze boorpunten hoeven derhalve geen behoudenswaardige archeologische resten meer verwacht te worden. Van de oorspronkelijke haarpodzolbodem rest hier niets meer. In de noordoosthoek van het plangebied is in twee boringen onder een ongeveer halve meter dikke tuinlaag een deel van een akkerpakket aangetroffen met daaronder een nog deels intacte BChorizont. Het op deze twee punten naboren met een megaboor waarbij het opgeboorde zand is gezeefd, heeft echter geen archeologische indicatoren opgeleverd. Niettemin kunnen op dit noordoostelijke deel van het plangebied archeologische sporen aanwezig zijn onder het akkerpakket. De bestaande bouwplannen voorzien niet in bodemingrepen op dit deel van het plangebied. Om deze reden en gezien het ontbreken van archeologische indicatoren en de intensieve bodemverstoring in het plangebied geven de resultaten van het uitgevoerde onderzoek geen aanleiding tot het adviseren van beschermende en/of beperkende maatregelen of archeologisch vervolgonderzoek.
Figuur 1:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. Het onderzoeksgebied ligt binnen de rode cirkel. [Naar: Kadata]
Figuur 2:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. De toekomstige inrichting van het plangebied. [Bron: Inrichtingsschets VBK architecten bna]
1. Inleiding 1.1 Aanleiding en doel (KNA 3.2 LS01) In opdracht van Kok & Heijkamp projectontwikkeling, vertegenwoordigd door de heer S.P. Kraayenveld van VBK architecten bna bv, is door De Steekproef bv een bureauonderzoek en inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de Asselsestraat 245-247 te Apeldoorn, provincie Gelderland. De aanleiding voor het onderzoek is de geplande bouw van een woon-zorggebouw op het noordelijke deel van het plangebied en een bedrijfshal op het zuidelijke deel (zie Figuur 2) binnen het plangebied. Hierbij kunnen eventueel aanwezige archeologische grondsporen verloren gaan. Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een karterend veldonderzoek. Bij het bureauonderzoek is een archeologisch verwachtingsmodel van het gebied gemaakt aan de hand van beschikbare fysisch-geografische, archeologische en historisch-geografische informatie. Tijdens het veldonderzoek is dit verwachtingsmodel getoetst. Daartoe is gezocht naar archeologische indicatoren en is bepaald wat de gaafheid van de bodem is. 1.2 Locatiebeschrijving (KNA 3.2 LS02) Het plangebied Asselsestraat 245-247 ligt pal ten zuiden van de T-splitsing Henri Dunantlaan-Asselsestraat in het westelijke deel van de bebouwde kom van Apeldoorn, ten zuidoosten van het Sprengenpark (zie Figuur 1). Ten tijde van het onderzoek lag het perceel grotendeels braak met in de noordoosthoek nog de woning met huisnummer 245-247 met omliggende tuin en daarnaast (in de noordwesthoek) een parkeerplaats (zie Figuur 3).
Figuur 3:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. Het plangebied gezien vanuit het noorden.
1
Tabel 1:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247: administratieve gegevens.
provincie:
Gelderland
gemeente:
Apeldoorn
plaats:
Apeldoorn
toponiem:
Asselsestraat 245-247
bevoegde overheid:
Gemeente Apeldoorn
opdrachtgever:
VBK architecten bna bv
oppervlakte:
0,2 hectare
hoogte:
23,75 m +NAP
grenscoördinaten:
noordwest: 192,970 / 469,122 noordoost: 193,009 / 469,138 zuidwest: 192,980 / 469,068 zuidoost: 193,012 / 469,070
onderzoeksmeldingsnr:
56969
uitvoeringsperiode:
24 mei 2013
onderzoeksdiepte:
200 centimeter
beheer documentatie:
De Steekproef bv, Provincie Gelderland, E-depot en RCE
2
2. Bureauonderzoek 2.1 Bronnen Voor het bureauonderzoek zijn onderstaande bronnen gebruikt: Tabel 2:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247: geraadpleegde literatuur en andere bronnen.
Actueel Hoogtebestand Nederland ANWB, 2010. Topografische Atlas Nederland 1:50.000. ANWB bv, Den Haag. Archeologische Beleidskaart Gemeente Apeldoorn. Raap-rapport 1131. Archeologische Werkgroep Apeldoorn. Centraal Archeologisch Archief (CAA) en Centraal Monumenten Archief (CMA) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) [ARCHIS]. Gemeente Apeldoorn. Archeologische beleidsadvieskaart (RAAP-rapport 1131, Willemse N.W., 2006). Indicatieve Kaart Archeologisch Waarden (IKAW). Kadata. Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie (KNA) versie 3.2. College voor de Archeologische Kwaliteit (www.sikb.nl). SIKB, 2006. Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek. Mulder, E.F.J. de & J.H.A. Bosch, 1982. Holocene Stratigraphy, Radiocarbon Datings and Paleogeography of Central and Northern North-Holland (The Netherlands). Mededelingen Rijks Geologische Dienst 36:3, 111160. Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I.L. Ritsema, W.E. Westerhoff & T.E. Wong, 2003. De Ondergrond van Nederland. Wolters-Noordhoff, Groningen/Houten. 12 Provinciën, 2006/2007. Atlas van Topografische Kaarten. Nederland 1955-1965. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer. 12 Provinciën, 2006. Luchtfoto-Atlas Gelderland (O) 1:14 000. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer. Sectie Archeologie Gemeente Apeldoorn (SAGA). Stichting voor Bodemkartering. Bodemkaart van Nederland 1:50000. StiBoKa, Wageningen. Stichting voor Bodemkartering. Geomorfologische Kaart van Nederland 1:50000. StiBoKa, Wageningen. Uitgeverij Nieuwland, 2006. Grote Historische Topografische Atlas ±1894-1933. Gelderland 1 : 25 000. Uitgeverij Nieuwland, Tilburg. Wolters-Noordhoff Atlasprodukties, 1992. Grote Historische Provincie Atlas 1:25 000. Gelderland 1849-1859. Wolters-Noordhoff Atlasprodukties, Groningen. www.rivviewer.apeldoorn.nl www.watwaswaar.nl
3
2.2 Fysische geografie (KNA 3.2 LS04) Het plangebied ligt op de flank van één van de stuwwallen van de Veluwe. Deze is ongeveer 150.000 jaar geleden ontstaan tijdens de voorlaatste ijstijd, het Saaleglaciaal. Tijdens dit glaciaal zijn pleistocene fluviatiele afzettingen door Scandinavisch landijs opgestuwd tot stuwwallen. De geomorfologische kaart laat zien dat het plangebied op een stuwwalglooiing ligt. Deze stuwwal wordt gekenmerkt door korte flauwe hellingen met een hoogteverschil van 5 tot 12,5 meter. Deze hellingen zijn ontstaan onder invloed van landijs en smeltwater. Tijdens een groot deel van de laatste ijstijd (het Weichseliën) heerste in Nederland een poolklimaat. Door het ontbreken van begroeiing had de wind vrij spel en konden bestaande afzettingen eroderen om elders als dekzanden te worden afgezet. Dit dekzand behoort tot het Laagpakket van Wierden (Formatie van Boxtel). De dekzanden die op de flanken van de stuwwallen zijn afgezet, worden gordeldekzandgronden genoemd. In het grove, grindhoudende zand waaruit deze gronden veelal bestaan, zijn doorgaans haarpodzolgronden ontstaan. Haarpodzolgronden vormen een eenheid binnen de zogenaamde humuspodzolgronden. Deze ontstaan alleen in kwartsrijke zanden met zeer weinig verweerbare mineralen, zoals de (grofzandige) dekzanden. De B-horizont bevat organische stof in amorfe vorm. Als de humuspodzol onder droge omstandigheden is gevormd, ligt onder de bovengrond een gebleekte, uitspoelingshorizont (de E-horizont). Daaronder ligt de bruine inspoelingslaag (de B-horizont). Deze gaat over in het schone gele zand waarin doorgaans humusinspoelingsbandjes of fibers gevormd zijn. 2.3 Archeologie (KNA 3.2 LS04) Volgens de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Apeldoorn ligt het plangebied in een zone met een hoge archeologische verwachting. Uit het plangebied zijn geen archeologische waarden gemeld (zie Appendix Archeologische Kaart). Binnen een straal van ongeveer een halve kilometer rond het plangebied liggen vijf archeologische waarnemingen en één vondstmelding. De waarnemingen 42533, 42534 en 42535 liggen ruim een halve kilometer ten zuidwesten van het plangebied en betreffen de resten van grafheuvels uit de periode laat-neolithicum tot bronstijd. Ongeveer driehonderd meter ten zuidoosten van het plangebied ligt de waarneming 401509 die de resten van een oude, uit de late middeleeuwen daterende, bewoningskern nabij de Daalakker vormt. Ongeveer driehonderd meter ten noordoosten van het plangebied bleken bij opgravingen onder de voormalige Apeldoornse Enk uitgestrekte nederzettingsresten uit de Romeinse tijd aanwezig (vondstmelding 418922). Het betreft hoofdgebouwen en bijgebouwen waaronder hutkommen. Tevens zijn ijzerproductieresten gevonden. Mogelijk hangt de ruim honderd meter oostelijker gelegen vindplaats met waarnemingsnummer 45080 hiermee samen. Hier zijn bij het uitgraven van een fundering voor een garage namelijk ovenresten aangetroffen. Het terrein pal ten noorden van het plangebied (aan de noordzijde van de Asselsestraat) is in 2013 door ADC-archeoprojecten onderzocht. Hierbij is gebeleken dat de bodem in dit plangebeid tot (diep) in de C-horizont verstoord is. Archeologische indicatoren zijn hier niet aangetroffen.
4
2.4 Historische geografie (KNA 3.2 LS03) De oudste schriftelijke vermelding van Apeldoorn dateert uit 793. In de vroege middeleeuwen vormde de Veluwe een centrum van ijzerwinning en productie. In de omgeving van Apeldoorn, Hoog Soeren en de Imbosch zijn ruim dertig slakkenhopen gevonden die getuigen van middeleeuwse ijzerwinning. Mogelijk leidde houtkap ten behoeve van houtskool voor de ijzerovens tot een dermate grote houtschaarste dat in de loop van de middeleeuwen de klad kwam in de ijzerindustrie. Apeldoorn was van een buurtschap inmiddels uitgegroeid tot een kerkdorp. Woeste gronden werden gebruikt voor het hoeden van schapen. Plaatselijk leidde het verloren gaan van vegetatie tot verstuiving en ontstonden stuifduinen. Plaggenbemesting maakte het mogelijk om bepaalde akkers (enken) intensief te gebruiken voor de teelt van rogge. Aan het einde van de achttiende eeuw telde Apeldoorn ruim vierduizend inwoners. Figuur 4 toont uitsneden uit de militair topografische kaart uit omstreeks 1810 (boven) en de topografische kaart uit 1907. Op deze kaarten is te zien dat de Asselsestraat van oudsher een verbindingsroute vormt die vanuit de oorspronkelijke kern van Apeldoorn in westelijke richting liep. Het plangebied lag ongeveer een kilometer ten westen van deze kern. De kaart uit omstreeks 1810 toont geen bebouwing in het plangebied. Wel is hierop een soort perceelsbegrenzing in het plangebied te zien die de indruk wekt dat hier een restant van een huisplaats lag. Ook de kadasterkaart uit 1811-1832 toont geen bebouwing in het plangebied (zie Figuur 5). Op de kaart uit 1907 is onmiskenbaar bewoning aanwezig binnen de noordrand van het plangebied. Deze bebouwing heeft in de twintigste eeuw plaatsgemaakt voor het huidige woonhuis op het noordoostelijke deel en de bebouwing ten zuiden hiervan die inmiddels is gesloopt. Deze bebouwing besloeg vrijwel de gehele zuidelijke helft van het plangebied.
5
Figuur 4:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. Uitsnede uit de militair topografische kaart uit omstreeks 1810 (boven) en uit de topografische kaart uit 1907 (onder). Het plangebied ligt binnen de rode cirkel.
6
Figuur 5:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. Uitsnede uit de kadasterkaart uit de periode 18111832. Het plangebied ligt binnen de rode cirkel.
2.5 Archeologisch verwachtingsmodel (KNA 3.2 LS05) Voor dekzandgebieden in hun algemeenheid geldt dat hierbinnen bewoningssporen kunnen worden aangetroffen die dateren vanaf het laat-paleolithicum. Vuursteenvindplaatsen van jager-verzamelaars uit het laat-paleolithicum en het mesolithicum liggen vaak op relatief hooggelegen delen van het dekzandlandschap in de nabijheid van water. Later, in het neolithicum, wanneer een sedentair bestaan in de plaats komt van een nomadische levenswijze, verkiest men vooral de hoogste delen van het dekzandlandschap. Deze nederzettingskeuze blijft tot in de vroege middeleeuwen bestaan. In de late middeleeuwen en de nieuwe tijd zijn de nederzettingen met name gesticht langs doorgangswegen, op kruispunten van wegen en aan de overgangen van rivieren. Gezien de in de nabijheid van het plangebied aanwezige archeologische vindplaatsen geldt in het plangebied met name kans op resten van grafheuvels en nederzettingen uit het laat-neolithicum tot de Romeine tijd. Tevens geldt in verband
7
met de ligging langs een historische weg en de mogelijke aanwezigheid van een huisplaats op de topografische kaart uit omstreeks 1810, een hoge verwachting voor resten van huisplaatsen uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Voor alle overige resten geld een middelhoge verwachting. Tabel 4:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247: specificatie archeologische verwachting.
datering:
Laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd maar met name laatneolithicum tot en met Romeinse tijd en late middeleeuwen tot en met nieuwe tijd
complextype:
Nederzetting, begraving, huisplaats
omvang:
Vanaf enkele meters in diameter
diepteligging:
Nabij maaiveld, losse vondsten eventueel aan het maaiveld
locatie:
Gehele plangebied; voor huisplaatsen met name de noordrand
prospectiekenmerken:
Oppervlaktevondsten, bodemverkleuringen en archeologische indicatoren in de bodem zoals houtskool, verbrand bot, aardewerk, bewerkt vuursteen en eventueel funderingsresten
mogelijke verstoringen:
Bouw en sloop van woningen
8
3. Veldonderzoek 3.1 Aanpak veldonderzoek (KNA 3.2 VS01) De ligging van de boorpunten is afgebeeld in Figuur 6. De boringen zijn weergeven in de boorprofielen in Figuur 8. In het plangebied zijn in eerste instantie zes boringen gezet in een zo gelijkmatig mogelijk netwerk. Hierbij is gebruik gemaakt van een zandguts met een diameter van twee centimeter. Dit is gedaan om de bodemopbouw zo nauwkeurig mogelijk te kunnen bestuderen. Waar het initiële booronderzoek aanleiding gaf, zijn enkele extra boringen gezet. Vervolgens is overal waar de bodem niet volledig verstoord bleek te zijn, nageboord met een edelmanboor met een diameter van vijftien centimeter waarbij het opgeboorde zand is gezeefd op een zeef met een maaswijdte van twee millimeter. Uiteindelijk is binnen het ongeveer 0,2 hectare grote plangebied een boordichtheid ontstaan van ongeveer veertig boringen per hectare. Een dergelijke boordichtheid volstaat volgens de Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (SIKB, 2006) ruimschoots als brede zoekoptie om vindplaatsen in zand op te sporen (zoekoptie E1). Alle boringen zijn doorgezet tot een diepte van tenminste enkele decimeters in de schone, niet door bodemvorming beïnvloede pleistocene ondergrond. Van alle boorpunten is de NAP-hoogte bepaald.
9
Figuur 6:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. De ligging van de boorpunten in het plangebied [Bron: Topografie; Kadaster].
10
3.2 Resultaten veldonderzoek (KNA 3.2 VS02, VS03) Van de in eerste instantie gezette zes boringen (1 tot en met 6) is de bodemopbouw in de boringen 1, 2, 3 en 6 volledig verstoord (zie Figuur 7).
Figuur 7:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247. De sterk vergraven zandlagen zoals deze in de boringen 1, 2, 3 en 6 zijn aangetroffen.
De bodem bestaat op deze boorpunten uit humusrijk zand met daarin brokken schoon geel zand en/of uit geel zand met daarin brokken humeus zand. De vergraven zandlagen bevatten sloopresten zoals brokken baksteen en beton en gaan naar beneden toe over in grof, schoon geel zand met daarin enig grind. De dikte van dit vergraven pakket loopt uiteen van negentig centimeter in boring 2 tot 1,7 meter in boring 3. De boringen 4 en 5 die zijn geplaatst in de nabijheid van de nog in het plangebied aanwezige woning (huisnummer 245-247), hebben een vrijwel volledig intacte bodemopbouw. Het betreft boringen waarin zich onder een ruim een halve meter dikke tuinlaag een pakket matig humushoudend zand bevond van ongeveer twintig centimeter dikte met daaronder een BC-horizont. Deze BC-horizont gaat naar beneden toe over in het schone gele zand van de C-horizont. Deze bestaat uit schoon, lichtgeel zwak grindig zand. Hier lijkt derhalve de onderkant (BC-horizont) van een haarpodzolbodem aanwezig te zijn met daarboven de onderkant van een akkerlaag die deels is opgenomen in een tuinlaag. In verband met de nog gedeeltelijk intacte bodemopbouw op deze punten zijn deze boringen nageboord met een edelmanboor met een diameter van 15 centimeter. Tijdens het zeven van het hiermee opgeboorde zand zijn geen archeologische indicatoren gevonden. Om deze reden is geen vindplaatsbeoordeling uitgevoerd aan de hand van de waarderingstabel uit de KNA 3.2 (VS06). Vervolgens zijn drie extra boringen gezet om te bepalen over welk deel van het plangebied de zone met een nog intacte bodemopbouw zich uitstrekt. Hiertoe zijn ten westen van de nog in het plangebied aanwezige woning de boringen 7, 8 en 9 gezet. In elk van deze boringen is een sterk verstoorde bodemopbouw aangetroffen die qua diepte en intensiteit overeenkomt met die in de boringen 1, 2, 3 en 6.
11
Figuur 8:
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247, Boorprofielen.
12
4. Conclusies en advies Het plangebied ligt op een stuwwalglooiing waarop haarpodzolgronden zijn gevormd. Het terrein ligt ten zuiden van een historische weg, op ongeveer een kilometer afstand van de historische kern van Apeldoorn. In verband hiermee en in verband met de aanwezigheid van archeologische resten in de nabijheid van het plangebied uit deze perioden, geldt een hoge verwachting voor resten uit de periode neolithicum tot de Romeinse tijd en de periode late middeleeuwen tot nieuwe tijd. Het plangebied is in de negentiende en de twintigste eeuw bebouwd geweest en heeft meerdere bouw- en sloopfasen gekend. De huidige bebouwing in het plangebied dateert uit de tweede helft van de twintigste eeuw. Om de kans op archeologische resten zo groot mogelijk te maken, zijn binnen het slechts 0,2 hectare grote plangebied negen boringen gezet met een zandguts en een megaboor. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de bodem op het overgrote deel van het plangebied tot twintig à dertig centimeter in de C-horizont verstoord is (boringen 2, 7 en 8). Ter plaatse van de boorpunten 1 en 6 bedraagt deze diepte een halve meter en ter plaatse van de boorpunten 3 en 9 zelfs meer dan tachtig centimeter. Ter plaatse van deze boorpunten hoeven derhalve geen behoudenswaardige archeologische resten meer verwacht te worden. Van de oorspronkelijke haarpodzolbodem rest hier niets meer. In de noordoosthoek van het plangebied is in twee boringen onder een ongeveer halve meter dikke tuinlaag een deel van een akkerpakket aangetroffen met daaronder een nog deels intacte BChorizont. Het op deze twee punten naboren met een megaboor waarbij het opgeboorde zand is gezeefd, heeft echter geen archeologische indicatoren opgeleverd. Niettemin kunnen op dit noordoostelijke deel van het plangebied archeologische sporen aanwezig zijn onder het akkerpakket. De bestaande bouwplannen voorzien niet in bodemingrepen op dit deel van het plangebied (zie Figuur 2). Om deze reden en gezien het ontbreken van archeologische indicatoren en de intensieve bodemverstoring in het plangebied geven de resultaten van het uitgevoerde onderzoek geen aanleiding tot het adviseren van beschermende en/of beperkende maatregelen of archeologisch vervolgonderzoek. Het is aan het bevoegd gezag, in dit geval de gemeente Apeldoorn, om te bepalen of zij dit advies overneemt. Wij wijzen er verder op dat in alle gevallen geldt dat indien archeologische materialen en/of sporen aangetroffen worden, deze gemeld dienen te worden bij de gemeente Apeldoorn conform Monumentenwet 1988, laatste wijziging van 1 september 2007, paragraaf 7, artikel 53 en verder.
13
Appendix
Apeldoorn, Asselsestraat 245-247 – Archeologische periodes – Bekende archeologische waarden – Boorbeschrijving
Archeologische periodes
paleolithicum: paleolithicum vroeg: tot 300.000 BP paleolithicum midden: 300.000 - 35.000 BP paleolithicum laat: 35.000 BP - 8.800 vC paleolithicum laat A: 35.000 - 18.000 BP paleolithicum laat B: 18.000 BP - 8.800 vC mesolithicum: mesolithicum vroeg: 8.800 - 7.100 vC mesolithicum midden: 7.100 - 6.450 vC mesolithicum laat: 6.450 - 4.900 vC neolithicum: neolithicum vroeg: 5.300 - 4.200 vC neolithicum vroeg A: 5.300 - 4.900 vC neolithicum vroeg B: 4.900 - 4.200 vC neolithicum midden: 4.200 - 2.850 vC neolithicum midden A: 4.200 - 3.400 vC neolithicum midden B: 3.400 - 2.850 vC neolithicum laat: 2.850 - 2.000 vC neolithicum laat A: 2.850 - 2.450 vC neolithicum laat B: 2.450 - 2.000 vC bronstijd: bronstijd vroeg: bronstijd midden: bronstijd midden A: bronstijd midden B: bronstijd laat:
2.000 - 1.800 vC 1.800 - 1.100 vC 1.800 - 1.500 vC 1.500 - 1.100 vC 1.100 - 800 vC
ijzertijd: ijzertijd vroeg: ijzertijd midden: ijzertijd laat: romeinse tijd: romeinse romeinse romeinse romeinse romeinse romeinse romeinse romeinse romeinse
tijd vroeg: tijd vroeg A: tijd vroeg B: tijd midden: tijd midden A: tijd midden B: tijd laat: tijd laat A: tijd laat B:
middeleeuwen: middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen middeleeuwen nieuwe tijd: nieuwe tijd A: nieuwe tijd B: nieuwe tijd C:
vroeg: vroeg A: vroeg B: vroeg C: vroeg D: laat: laat A: laat B:
800 - 500 vC 500 - 250 vC 250 - 12 vC 12 vC - 70 nC 12 vC - 25 nC 25 - 70 nC 70 - 270 nC 70 - 150 nC 150 - 270 nC 270 - 450 nC 270 - 350 nC 350 - 450 nC 450 - 1.050 nC 450 - 525 nC 525 - 725 nC 725 - 900 nC 900 - 1.050 nC 1.050 - 1.500 nC 1.050 - 1.250 nC 1.250 - 1.500 nC 1.500 - 1.650 nC 1.650 - 1.850 nC 1.850 – heden
Appendix - Apeldoorn, Asselsestraat 245 Bekende archeologische waarden
193699 /52816 469660
Legenda
55297
VONDSTMELDINGEN WAARNEMINGEN
24038
ONDERZOEKSMELDINGEN HUIZEN
49317
45104 42965 45844
45080
TOP10 ((c)TDN) PLAATSNAMEN
PLANGEBIED
418922 48689
MONUMENTEN archeologische waarde hoge archeologische waarde
17155
55957
zeer hoge archeologische waarde zeer hoge arch waarde, beschermd
IKAW zeer lage trefkans lage trefkans middelhoge trefkans
56969
hoge trefkans lage trefkans (water) middelhoge trefkans (water) hoge trefkans (water)
42533
water
401509
niet gekarteerd
42534 42535 6401 45907 0
100 m
N
192296 / 468514
Archis2
Boorbeschrijving volgens ASB 5.1 Boor LDO Lithologie Nr GD B BS BZ K 1 127 Z 200 Z 2 30 Z 90 Z 200 Z 3 30 Z 168 Z 200 Z 4 60 Z 75 Z 108 Z 150 Z 5 55 Z 75 Z 98 Z 150 Z 6 35 Z 115 Z 200 Z 7 25 Z 110 Z 150 Z 8 40 Z 105 Z 150 Z 9 15 Z 160 Z 200 Z
B G
BH 1
1 2 1 1 2 1 1 3 2 1 1 3 2 1 1 2 1 1 2 1 1 2 1 1 2 1 1
Kleur HK GE GE BR GE GE BR GE GE BR BR OR GE BR BR OR GE BR GE GE BR GE GE BR GE GE BR GE GE
BR
Overige kenmerken VL CO PLH VS SS K T BR
GE BR
GE BR
ROG ROG
GE BR
GE BR
ROG ROG
TK
IK
AIS BHN
BI
GI
ROG DEZ
DEZ
DEZ DO
BOV BOV BHBC
GE DO
DEZ DEZ
BOV BOV BHBC
GE
DEZ DEZ
GE BR
GE BR
ROG ROG
GE BR
GE BR
ROG ROG
GE BR
GE BR
ROG ROG
GE BR
GE BR
ROG ROG
DEZ
DEZ
DEZ
DEZ
Betekenis van de afkortingen: LDO – Onderzijde boortraject Lithologie: GD – Onverharde sedimenten: G = grind, K = klei, L = leem, V = veen en Z = zand Bijmengsels: BK = bijmengsel klei, BS = bijmengsel silt, BZ =bijmengsel zand, BG= bijmengsel grind, BH = bijmengsel humus. Betekenis toegevoegde cijfers: 1 = zwak, 2 = matig, 3 = sterk en 4 = uiterst. Kleur: HK = hoofdkleur, BL = blauw, BR = bruin, GE = geel, GN = groen, GR = grijs, OL = olijf, OR =oranje, PA = paars, RO = rood, RZ = roze, WI = wit, ZW = zwart. TK = Tweede kleur (kleurafkortingen als boven). IK = Intensiteit kleur: LI = licht en DO = donker VLK = Vlekken (V): 2e en 3e letter is kleurafkorting als boven, 1 = weinig, 2 = matig , 3= veel Overige kenmerken: CO = Consistentie (C ): ZSL-zeer slap, SLA-slap, MSL-matig slap, MST-matig stevig, STV-stevig PLH = plantenresten (PL0 = geen, PL1 = spoor, PL2 = weinig, PL3 = veel) VS = veensoorten SST = Sedimentaire structuren BHN = Bodemhorizont; BHC = C-horizont, BHBC = BC-horizont BI = Bodemkundige interpretaties; BOV = bouwvoor , ROG = rommelig, VRG = vergraven GI = Geologische interpretaties; DEZ = dekzand AIS = Archeologische indicatoren