DC/08-DVC/08 DC/08ME-DVC/08ME 2 4 8 04902
Programmeringshandleiding ®
www.Bpt.it
NL
Nederlands 24804902/17-11-14
Algemene waarschuwingen • Lees aandachtig de instructies voordat u met de installatie begint en voer de handelingen uit zoals omschreven door de fabrikant. • De installatie, het programmeren, de ingebruikname en het onderhoud van het apparaat mag uitsluitend uitgevoerd worden door technisch bevoegd personeel dat specifiek opgeleid is met betrekking tot de geldende wetgeving, met inbegrip van het naleven van de voorschriften inzake ongevallenpreventie en het afdanken van de verpakkingen. • Neem de voeding weg van het toestel voordat u reinigings- of onderhoudswerkzaamheden uitvoert. • Het toestel is uitsluitend bestemd voor het gebruik waarvoor het uitdrukkelijk ontworpen is. • De fabrikant is niet aansprakelijk voor eventuele schade die voortkomt door oneigenlijk, foutief of onredelijk gebruik. AFDANKING Zorg ervoor dat het materiaal van de verpakking niet in het milieu terechtkomt, maar afgedankt wordt volgens de wetgeving die van kracht is in het land waar het product gebruikt wordt. Vermijd dat het toestel aan het einde van haar levensduur in het milieu terechtkomt. Het toestel moet afgedankt worden in overstemming met de geldende wetgeving. Geef voorkeur aan het recyclen van de onderdelen. Op de onderdelen die gerecycled kunnen worden is het symbool en de afkorting van het materiaal aangebracht. Verklaring CE - BPT S.p.A a Socio Unico verklaart dat dit toestel in overeenstemming is met de richtlijn 2004/108/EG. Origineel beschikbaar op aanvraag. A
MINI USB
DATI PROG
SW2
CN4
A A D
V
M1
Functies Klemmenborden + Voeding 14-18 VDC – A Ingangspaneel A + D Lijn gegevens – + V Videosignaal – Attenzione. Per la programmazione Manuale dei Posti Esterni l’ordine di autoinserimento è V1-V2-V3-V4. Klemmenborden
M2
–
Elektrisch slot 12 V - 1 A max. Deuropenerknop (NO)
CN2
Ingang contact deur (NC) –
Massa Uitgang installatie (actief naar massa)
–
Massa
PROG-toets en PROG-lampje Programmeringstoets en -lampje (zie de paragraaf ‘Programmering’). Het PROG-lampje kan de volgende statussen aannemen: Uit Aan Langzaam knipperen Snel knipperen Afstellingen Geluid luidspreker Geluid microfoon elektrisch slot 1÷10 s (default 1 s) 2
B VA/08
VA/08
L1
DVC/08 DVC/08 ME
L2
DC/08 DC/08 ME
Connectoren CN2: CN2: Connector voor de toegangscontrolemodule met toetsenbord of RFID.
CN4: Connector om een bijkomend toetsenbord aan te sluiten MINI USB: Aansluiting voor programmeren via pc Switch SW2 1 2 3
Default OFF OFF OFF
L1<200 m OFF OFF OFF
200 m
L1>500 m ON ON ON
1 2 3
Default OFF OFF OFF
L2<200 m OFF OFF OFF
200 m
L2>500 m ON ON OFF
Meldingen Rood - Lopende oproep Groen - Geopende deur Geel - Lopend gesprek Blauw - Bezetmelding Technische kenmerken Type Voeding (VDC) Stroomverbruik (mA) Stroomverbruik in stand-by (mA) Bewaringstemperatuur (°C) Werkingstemperatuur (°C) Beschermingsgraad IP (IP) Camera Videostandaard Resolutie (pixels) Minimumverlichting (LUX)
DC/08-DVC/08 DC/08 ME-DVC/08 ME 14-18 200 90 -25 ÷ + 70 0 ÷ +35 54 PAL/NTSC 680x512 1
3
Aansluitingsvoorbeelden
VA/08 M2
M3 A A +D – +V1– +V2–
A A +D – +V3– +V4–
MINI USB (*)
DATI PROG
ON
CN4
VLS/101
SW2
12 3
OUT
1 2
1 2
A A D V
M2
M1
CN2
DVC/08 DVC/08ME
M2
VA/08
M3 A A +D – +V1– +V2–
A A +D – +V3– +V4–
MINI USB (*)
DATI PROG CN4
ON
OUT
A A D
M2
M1
CN2
DC/08 DC/08ME 4
VLS/101
SW2
12 3
1 2
1 2
Aansluitingsvoorbeelden M5
M2
M3
VA/08
A A +D – +V1– +V2–
A A +D – +V3– +V4–
MINI USB ON
SW2
12 3
DATI PROG CN4
OUT
A A
AC/200
D
14 6
C NO
M2
M1
CN2
VTX/100 3 4
6 5 4 3 2 1
DC/08 DC/08ME
M5
VIDEO OUT
M2
VA/08
M3 A A +D – +V1– +V2–
A A +D – +V3– +V4–
MINI USB ON 12 3
DATI PROG CN4
SW2
OUT
A A
AC/200
D
14 6 M2
M1
C NO CN2
VTX/100 3 4
DC/08 DC/08ME
6 5 4 3 2 1
75 ohm
5
De buitenposten handmatig programmeren Het is mogelijk om slechts één of meerdere parlofoon-/deurvideo-buitenposten te programmeren die over dezelfde oproepen beschikken (behalve het gebruik van de “lege modules” die er één of meerdere blokkeren).
5
5
5
6
6
6
7
7
7
8
8
9
9
8 9
10
10
10
1
11
1
11
1
11
2
12
2
12
2
12
3
13
3
13
3
13
4
14
4
14
4
14
5
5
5
5
6
6
6
6
7
7
7
7
8
8
8
9
9
10
10
8 9 10
1
1
11
1
7
1
11
11
2
2
12
2
8
2
12
12 2
3
3
13
3
9
3
13
13
4
4
14
4
10
4
14
14
Het is mogelijk om buitenposten (die op dezelfde voeding aangesloten zijn) te programmeren met toetsen die tot een andere soort behoren. De hiernaast geïllustreerde sequentie dient hoe dan ook gevolgd te worden.
3 4 5 1 2 3 4
1 2
6 7
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
Het is niet mogelijk om buitenposten te programmeren met toetsen die tot een andere soort behoren. Met het programmeren met software voor pc kunnen alle eerder beschreven banden overschreden worden.
6
De eerste programmering met EEN buitenpost Toegang tot de programmeerfunctie. Druk op de PROG-toets van de voeding totdat het PROG-lampje gaat branden. Wanneer het PROG-lampje onmiddellijk dooft, dan geeft dit aan dat de aansluitingen tussen de voeding en de buitenpost defect zijn. Controleer de aansluitingen en open opnieuw de programmeerfunctie. De lampjes van de buitenposten gaan branden zoals weergegeven op fig. . Wacht 5 seconden totdat de autotest voltooid is en ga verder zoals hieronder aangegeven.
352*
>3’’
Programmeren van het soort toetsen. Druk op de eerste toets van de buitenpost /A/B totdat het lampje en de achtergrondverlichting ophouden met knipperen.
A
Wanneer de oproeptoetsen zich ALLEEN OP DE BIJKOMENDE KNOPPENBORDEN bevinden, dient de handeling die weergegeven wordt op fig. uitgevoerd te worden zoals weergegeven op fig. C. 1
B
2 3 4 5 6 7 8 9 10
C
Programmeren van de oproeptoetsen. Hef de hoorn op (indien aanwezig) van de post die u wenst te en AUX2 . Druk op de buitenpost op de oproprogrammeren en druk op de deuropenerknop eptoets die u aan de binnenpost wilt koppelen . Een geluidssignaal geeft weer dat de configuratie opgeslagen is. Plaats eventueel de hoorn terug en herhaal dezelfde handelingen voor alle andere posten. De programmeerfunctie verlaten. Druk kort op de PROG-toets van de voeding : de PROG-lampjes en de lampjes van de buitenposten gaan uit. OPMERKING. Als er geen handelingen worden uitgevoerd, dan eindigt de procedure automatisch na 30 minuten.
De camera van de buitenposten programmeren. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is
<1’’
352*
beep
0
100 °
82 ° 1÷9
72 °
54 °
6
2
7
4
1
5
8
3
9
het mogelijk om het “gezichtsveld” van de camera af te stellen via om het even welke binnenpost (hef de hoorn op, indien aanwezig) door op de toets “Automatisch inschakelen ” te drukken . Vanaf de defaultconfiguratie is het mogelijk om de volgende configuraties te overlopen door op de toets AUX1 te drukken of naar de vorige configuraties terug te keren door op de toets AUX2 te drukken: de instelling wordt automatisch opgeslagen. 7
De lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost instellen. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is het mogelijk om de lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost af te stellen van om het even welke binnenpost (hef de hoorn op, indien aanwezig). Wanneer u op de binnenpost op de toets ‘Automatisch inschakelen ’ drukt, wordt de camera van de buitenpost ingeschakeld waarvan u de lichtintensiteit wilt regelen. Met behulp van de oproeptoets doe u eerder toegekend heeft (van oproeptoets of DNA) kunt u de lichtintensiteit van de led-ring verhogen/verlagen.
&1
Als de installatie beschikt over een ETI/XIP-systeem, dan dient u, voor u de bovenvermelde programmering uitvoert, de connector CN2 (connector voor de aansluiting aan VA/08) los te koppelen en de drie afgebeelde jumpers te plaatsen. Voer de eerder beschreven programmering uit en, wanneer deze voltooid is, sluit de connector CN2 opnieuw aan en verwijder de drie jumpers.
De eerste programmering met MEERDERE buitenposten Toegang tot de programmeerfunctie. Druk op de PROG-toets van de voeding totdat het PROG-lampje gaat branden. Wanneer het PROG-lampje onmiddellijk dooft, dan geeft dit aan dat de aansluitingen tussen de voeding en de buitenpost defect zijn. Controleer de aansluitingen en open opnieuw de programmeerfunctie. De lampjes van de buitenposten gaan branden zoals weergegeven op fig. . Wacht 5 seconden totdat de autotest voltooid is en ga verder zoals hieronder aangegeven.
352*
>3’’
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
Programmeren van het soort toetsen. Druk op de eerste toets van de buitenpost totdat het lampje ophoudt met knipperen, net als de achtergrondverlichting . Herhaal de handeling op alle buitenposten die u wilt programmeren . Daarna nemen de meldingen de configuratie aan.
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
Wanneer de oproeptoetsen zich ALLEEN OP DE BIJKOMENDE KNOPPENBORDEN bevinden, handel zoals vermeld in de OPMERKING op pagina 7. Programmeren van de oproeptoetsen. Hef de hoorn op (indien aanwezig) van de post die u wenst te programmeren en druk op de deuropenerknop en AUX2 . Druk op de oproeptoets van de buitenpost die u aan de binnenpost wilt koppelen . Een geluidssignaal geeft weer dat de configuratie opgeslagen is. Plaats eventueel de hoorn terug en herhaal dezelfde handelingen voor alle andere posten. De handeling kan alleen uitgevoerd worden van de buitenpost met wanneer het lampje uit is (PE1 op fig. ). Om de buitenpost waarvan de oproepen geprogrammeerd worden te wijzigen, moet u op een van de eerste 4 oproepknoppen drukken gedurende ten minste 3 seconden (ofwel op de toets 1 drukken, gevolgd door de toets voor buitenposten met DNA).
beep
De programmeerfunctie verlaten. Druk kort op de PROG-toets van de voeding: de PROG-lampjes en de lampjes van de buitenposten gaan uit. OPMERKING. Als er geen handelingen worden uitgevoerd, dan eindigt de procedure automatisch na 30 minuten. De camera van de buitenposten programmeren. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is het mogelijk om het “gezichtsveld” van de camera af te stellen op de eerder beschreven manieren.
8
De lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost instellen. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is het mogelijk om de lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost af te stellen op de eerder beschreven wijze. Herprogrammeringsprocedure Toegang tot de programmeerfunctie. Druk op de PROG-toets van de voeding totdat het PROG-lampje gaat branden. De lampjes van de buitenposten gaan branden zoals weergegeven op fig. . Wacht 5 seconden totdat de autotest voltooid is en ga verder zoals hieronder aangegeven.
352*
>3’’
Programmeren van de oproeptoetsen. Hef de hoorn op (indien aanwezig) van de post die u wenst en AUX2 . Druk op de buitenpost op de te programmeren en druk op de deuropenerknop oproeptoets die u aan de binnenpost wilt koppelen . Een geluidssignaal geeft weer dat de confi-
1 P.E
2 P.E
guratie opgeslagen is. Plaats eventueel de hoorn terug en herhaal dezelfde handelingen voor alle andere posten. De handeling kan alleen uitgevoerd worden van de buitenpost met wanneer het lampje uit is (PE1 op ). Om de buitenpost waarvan de oproepen geprogrammeerd worden te wijzigen, moet u op een van de eerste 4 oproepknoppen drukken gedurende ten minste 3 seconden (ofwel op de toets 1 drukken, gevolgd door de toets voor buitenposten met DNA).
3 P.E
<1’’
352*
beep
De programmeerfunctie verlaten. Druk kort op de PROG-toets van de voeding: de PROG-lampjes en de lampjes van de buitenposten gaan uit. Als er geen handelingen worden uitgevoerd, dan eindigt de procedure automatisch na 30 minuten.
352*
>3’’
Programmeren van het soort toetsen. Tijdens de fase van het “Programmeren van de oproeptoetsen” , druk op de PROG-toets van de voeding en houdt hem ingedrukt . De lampjes van de buitenposten gaan branden zoals weergegeven op fig. .
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
1 P.E
2 P.E
3 P.E
Druk op de eerste toets van de buitenpost die u opnieuw wilt programmeren . Het lampje houdt op met knipperen, net zoals de achtergrondverlichting van de eerste 4 oproeptoetsen . Herhaal de handeling voor alle buitenposten die u opnieuw wilt programmeren en . Wanneer u alle buitenposten opnieuw programmeert, is de configuratie zoals weergegeven op fig. . Om de programmeerfunctie te verlaten, druk kort op de PROG-toets van de voeding : de PROG-lampjes en de lampjes van de buitenposten gaan uit. Als er geen handelingen worden uitgevoerd, dan eindigt de procedure automatisch na 30 minuten. De camera van de buitenposten programmeren. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is het mogelijk om het “gezichtsveld” van de camera af te stellen op de eerder beschreven manieren. 9
De lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost instellen. Tijdens het programmeren van de oproeptoetsen is het mogelijk om de lichtintensiteit van de led-ring van de buitenpost af te stellen op de eerder beschreven wijze.
352*
<1’’
Wanneer de oproeptoetsen zich ALLEEN OP DE BIJKOMENDE KNOPPENBORDEN bevinden, handel zoals vermeld in de OPMERKING op pagina 7.
Wanneer er een buitenpost wordt toegevoegd, vervangen of verwijderd, kunnen de veranderingen aangebracht worden door de procedure “Programmeren van het soort toetsen” (zie fig. - ). Programmeren met DNA 1 2 3 4 5 6 7 8
Voor deze configuraties van de buitenposten, verwijs naar de eerder beschreven procedures.
Voor deze configuraties van de buitenposten, verwijs naar de hierna beschreven procedures.
9 10
Toegang tot de programmeerfunctie. Druk gedurende meer dan 3 seconden op de PROG-toets van de voeding . De lampjes van de buitenposten gaan branden zoals weergegeven op fig. . Wanneer het PROG-lampje onmiddellijk dooft, dan geeft dit aan dat de aansluitingen tussen de voeding en de buitenpost defect zijn. Controleer de aansluitingen en open opnieuw de programmeerfunctie. Herhaal de handeling een tweede keer. Controleer of de configuratie op de buitenposten overeenkomt met de configuratie op fig. . Wacht gedurende 5 seconden totdat de autotest voltooid is en ga verder zoals hieronder beschreven.
352*
>3’’
>3’’
1 P.E
2 P.E
3 P.E
352*
1 P.E
XX
<1’’
10
Programmeren van de oproepcodes. Hef de hoorn op (indien aanwezig) van de post die u wenst te programmeren en druk op de deuropenerknop en AUX2 . Voer de oproepcode van de groep in (van 1 tot 99), gevolgd door de toets , om de oproepcode aan de binnenpost te koppelen. Plaats eventueel de hoorn terug en herhaal dezelfde handelingen voor alle andere posten. De handeling kan alleen uitgevoerd worden van de buitenpost met wanneer het lampje uit is (PE1 op ). Om de buitenpost waarvan de oproepen geprogrammeerd worden te wijzigen, moet u op toets ! drukken, gevolgd door de toets .
2 P.E
3 P.E
beep
+
352*
De programmeerfunctie verlaten. Druk kort op de PROG-toets van de voeding : de PROG-lampjes en de lampjes van de buitenposten gaan uit. OPMERKING. Als er geen handelingen worden uitgevoerd, dan eindigt de procedure automatisch na 30 minuten.
5),' 352*
Codes en tags invoeren Zet de jumper RFID PROG van de voeding op “+” : het PROG-lampje van de voeding knippert traag, net als de lampjes met de configuratie van fig. . Wanneer de lampjes onmiddellijk doven, dan geeft dit aan dat de aansluitingen tussen de voeding en de buitenpost defect zijn. Controleer de aansluitingen en open opnieuw de programmeerfunctie.
352*
²
beep
Kaarten. Houd een kaart/tag tegen de lezer van om het even welke geconfigureerde plaat , en druk na het bevestigingssignaal op de toets (groep), waaraan de code gekoppeld moet worden . Als u het maximumaantal (5) dat voorzien is voor elke groep overschrijdt, weerklinkt er een geluidssignaal.
12345
+
+ beep
12345
5),' 352*
+
²
beep
5),' 352*
Zet vervolgens de jumper RFID PROG in rustpositie : de procedure wordt NIET automatisch beëindigd!
Codes en tags wissen Zet de jumper RFID PROG van de voeding op “–” : het PROG-lampje van de voeding knippert traag, net als de lampjes met de configuratie van fig. . Wanneer de lampjes onmiddellijk doven, dan geeft dit aan dat de aansluitingen tussen de voeding en de buitenpost defect zijn. Controleer de aansluitingen en open opnieuw de programmeerfunctie.
352*
²
Codes. Druk op , voer de toegangscode in (4-8 cijfers) gevolgd door de toets op het toetsenbord van om het even welke plaat die reeds geconfigureerd is . Voer na de biep de oproepcode van de groep in, gevolgd door de toets (of druk op de toets van de groep). Als u het maximumaantal 352* (5) dat voorzien is voor elke groep overschrijdt, weerklinkt er een geluidssignaal.
beep
Kaarten. Houd een kaart/tag tegen de lezer van om het even welke geconfigureerde plaat . Herhaal de handeling na de biep een tweede keer om te bevestigen : ALLE kaarten met betrekking tot de GROEP zullen gewist worden.
12345
+
beep
+ beep
Codes. Druk op , voer de toegangscode in (4-8 cijfers) gevolgd door de toets op het toetsenbord van om het even welke plaat die reeds geconfigureerd is . Herhaal de handeling na de biep een tweede keer om te bevestigen f: ALLE codes met betrekking tot de GROEP zullen gewist worden. 11
beep >10’’
Buitenposten met knoppen: houd gedurende ten minste 10 seconden de oproeptoets die betrekking heeft op de GROEP waarvan u de codes wilt wissen. Druk na de biep een tweede keer (kort) op de toets . Zo worden ALLE codes en kaarten van om het even welk type van de GROEP gewist. Buitenposten met DNA: druk de oproepcode in, gevolgd door de toets die betrekking heeft op de GROEP waarvan u de codes wilt wissen. Druk na de biep een tweede keer de oproepcode in met de toets . Zo worden ALLE codes van om het even welk type van de GROEP gewist.
beep
Zet vervolgens de jumper RFID PROG in rustpositie : de procedure wordt NIET automatisch beëindigd!
>1’’
beep
12345
+
5),' 352*
beep
12345
²
+
352*