*Z00A46152F9*
documentnr.: INT/C/14/12029 – zaaknr.: Z/C/13/04004
Raadsinformatiebrief Onderwerp
: Afkoopsom onderhoud sportcentrum De Kwel
Aard
: Actieve informatieplicht.
Portefeuillehouder
: M.F.R.A. Jilisen
Datum college
: 12 mei 2015
Openbaar
: Ja
Afdeling
: Ontwikkeling
Contactpersoon
: Roel Stofmeel
Telefoon
: 0485 - 396711
E-mail
:
[email protected]
In te vullen door de griffie
Nummer brief
: 2015-58
Datum verzending
: 13 mei 2015
Nummer weekbericht
: 19
Aanleiding Door ABC ingebrachte informatie met betrekking tot een in het verleden afgesloten contract met Laco Nederland. Inhoud De centrale vraag is in hoeverre kan de gemeente Cuijk eisen dat Laco alsnog de volledige kosten van vervanging van de vloer van de sporthal voor zijn rekening neemt gelet op de privatiseringsovereenkomst en door ABC ingebrachte stukken. Laco Nederland is gevraagd om een schriftelijke reactie en is er juridisch advies ingewonnen bij Hekkelman advocaten & notarissen. Reactie Laco Nederland Laco Nederland verklaart dat tijdens de totstandkoming van de exploitatieovereenkomst beide partijen bewust gekozen hebben om in de privatiseringsovereenkomst geen officiële onderliggers toe te voegen voor het achterstallige onderhoud. Gekozen is om te onderhandelen over de prijs en te kiezen voor een algemene term “uitgesteld risico onderhoud” in de exploitatieovereenkomst. Met andere woorden in plaats van het afzonderlijk oormerken van kostenposten is er dus overeengekomen om de term uitgesteld risico onderhoud. Voor de nadere toelichting van Laco Nederland verwijzen wij u naar de bijlage.
1
Reactie Hekkelman advocaten / Juridisch invalshoek Op 24 juni 1999 hebben de gemeente en Cuijk Recreatie B.V. (handelend namens de destijds op te richten besloten vennootschap Laco International B.V., hierna te noemen: Laco) afspraken gemaakt met betrekking tot de privatisering van het overdekte sportcentrum 'De Kwel' in Cuijk. In dat kader zijn de volgende overeenkomsten gesloten: -
privatiseringsovereenkomst (24 juni 1999);
-
overeenkomst van erfpacht (24 juni 1999, gevestigd op 17 januari 2000);
-
overeenkomst van geldlening (24 juni 1999).
Privatiseringsovereenkomst 1999 De gemeente heeft in 1999 f500.000,00 betaald voor 'uitgesteld risico-onderhoud'. Voor zover de gemeente meent dat een deel daarvan bestemd was voor onderhoud van de vloer, maar dat Laco het bedrag daarvoor niet heeft aangewend, geldt het volgende. Laco heeft betwist dat in 1999 afspraken zijn gemaakt omtrent de bestemming van het bedrag van f500.000,00. Sterker nog, Laco stelt dat uitdrukkelijk is besproken dat er geen specifieke bestemming in de overeenkomst zou worden opgenomen. De gemeente zal in eerste instantie dus moeten kunnen aantonen dat in 1999 is afgesproken dat een deel van die f500.000,00 door Laco moest worden gebruikt voor onderhoud van de vloer. Waarbij rekening gehouden dient te worden dat de pre-contractuele afspraken juridisch niet geldig zijn. Immers deze "afspraken" worden juist terzijde gezet door de definitieve!. Vervolgens is de vraag of Laco destijds al dan niet aan de verplichting tot herstel van de vloer heeft voldaan. Blijkt dat Laco het betreffende onderhoud destijds niet heeft verricht, dan is de vraag of de gemeente alsnog nakoming van die afspraken kan verlangen of terugbetaling van het desbetreffende bedrag. In dat kader is het volgende van belang. Indien er geen termijn voor nakoming is overeengekomen, geldt op grond van artikel 6:38 BW dat de verbintenis in beginsel terstond kan worden nagekomen en terstond nakoming daarvan kan worden gevorderd. Een rechtsvordering tot nakoming verjaard op grond van artikel 3:307 lid 1 BW door verloop van vijf jaar na de aanvang van de dag volgend op die waarop de vordering opeisbaar is geworden. In de privatiseringsovereenkomst is niet vastgelegd binnen welke termijn Laco (destijds Cuijk Recreatie B.V.) het bedrag diende aan te wenden voor 'uitgesteld risico-onderhoud'. Het artikel bepaalt wel dat Laco desgevraagd een accountantsverklaring zal overleggen waaruit blijkt dat Laco voormeld bedrag ook daadwerkelijk en uitsluitend heeft gebruik voor het verrichten van `uitgesteld risico-onderhoud'. Een redelijke uitleg van de privatiseringsovereenkomst brengt met zich mee dat voormeld `uitgesteld risicoonderhoud' binnen afzienbare termijn na het sluiten van de privatiseringsovereenkomst moest worden verricht. Het betrof immers achterstallig onderhoud.
2
Gelet daarop wordt de kans groot geacht dat een rechter zal oordelen dat de vordering tot nakoming is verjaard. Voor zover de gemeente geen nakoming, maar vervangende schadevergoeding zou vorderen, geldt op grond van artikel 3:310 BW eveneens een termijn van vijf jaar, die aanvangt op de dag volgend op die waarop de gemeente met zowel de schade, als de daarvoor aansprakelijke persoon bekend is geworden. Gelet op het voorgaande wordt ook hier de kans groot geacht dat een rechter oordeelt dat ook deze vordering verjaard is. Conclusie Het antwoord op de centrale vraag ‘In hoeverre de gemeente Cuijk kan eisen dat Laco alsnog de volledige kosten van vervanging van de vloer van de sporthal voor zijn rekening neemt, is gelet op het vorenstaande niet haalbaar. Procedurele informatie n.v.t. Bijlagen Brief reactie Laco Nederland Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Cuijk, drs. R.H.M.A. Rongen Secretaris
mr. W.A.G. Hillenaar burgemeester
3
01. Inkomende documenten - 22848
Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2
01. Inkomende documenten - 22848
Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 2 van 2