EUROPEES PARLEMENT
2004
2009
Commissie vervoer en toerisme
20.12.2004
PE 350.189v01-01
AMENDEMENTEN 69-217 Ontwerpverslag Mathieu Grosch Het rijbewijs
(PE 349.893v01-01)
Voorstel voor een richtlijn (COM(2003)0621 – C6-0610/2003 – 2003/0252(COD))
Door de Commissie voorgestelde tekst
Amendementen van het Parlement
Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 69 Overweging 3 (3) De bevoegdheid tot het opleggen van nationale bepalingen inzake de geldigheidsduur waarin Richtlijn 91/439/EEG voorziet, heeft tot gevolg dat verschillende voorschriften van verschillende lidstaten naast elkaar bestaan en dat in de lidstaten meer dan 80 verschillende rechtsgeldige rijbewijsmodellen in omloop zijn. Dit doet doorzichtigheidsproblemen ontstaan voor de burger, de politie en de overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de rijbewijzen en leidt tot vervalsingen van documenten die soms verscheidene decennia oud zijn. Om deze redenen dienen de voorschriften betreffende de geldigheidsduur van rijbewijzen die vanaf de toepassing van deze richtlijn worden AM\549582NL.doc
NL
(3) De bevoegdheid tot het opleggen van nationale bepalingen inzake de geldigheidsduur waarin Richtlijn 91/439/EEG voorziet, heeft tot gevolg dat verschillende voorschriften van verschillende lidstaten naast elkaar bestaan en dat in de lidstaten meer dan 80 verschillende rechtsgeldige rijbewijsmodellen in omloop zijn. Dit doet doorzichtigheidsproblemen ontstaan voor de burger, de politie en de overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de rijbewijzen en leidt tot vervalsingen van documenten die soms verscheidene decennia oud zijn.
PE 350.189v01-01
NL
afgegeven of verlengd, te worden geharmoniseerd. Or. de Motivering In haar voorstel gaat de Europese Commissie er zelf vanuit dat uit de statistieken blijkt dat het gevaar voor zeer jonge bestuurders zeer hoog is (blz. 15). De ongevallenstatistiek voor beginnende bestuurders toont aan dat deze groep duidelijk meer gevaar loopt. De groep oudere houders van een rijbewijs is in de ongevallenstatistieken daarentegen van geringe omvang. Als de geldigheid wordt gekoppeld aan een begrenzing van de geldigheid in de tijd, zal dat dan ook niet resulteren in de nagestreefde halvering van het aantal verkeersdoden. Een rijbewijs is niet bedoeld als legitimatiedocument, hoewel dit in sommige lidstaten feitelijk zo is, maar om aan te tonen dat de houder het recht heeft voertuigen op de openbare weg te besturen. Regelmatige verlenging biedt geen garantie tegen fraude. Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 70 Overweging 3 (3) De bevoegdheid tot het opleggen van nationale bepalingen inzake de geldigheidsduur waarin Richtlijn 91/439/EEG voorziet, heeft tot gevolg dat verschillende voorschriften van verschillende lidstaten naast elkaar bestaan en dat in de lidstaten meer dan 80 verschillende rechtsgeldige rijbewijsmodellen in omloop zijn. Dit doet doorzichtigheidsproblemen ontstaan voor de burger, de politie en de overheidsinstanties die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de rijbewijzen en leidt tot vervalsingen van documenten die soms verscheidene decennia oud zijn. Om deze redenen dienen de voorschriften betreffende de geldigheidsduur van rijbewijzen die vanaf de toepassing van deze richtlijn worden afgegeven of verlengd, te worden geharmoniseerd.
schrappen
Or. de
PE 350.189v01-01
NL
2/94
AM\549582NL.doc
Amendement ingediend door Margrete Auken Amendement 71 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) In alle lidstaten moeten de oude rijbewijzen binnen 10 jaar worden ingewisseld, om te vermijden dat er alleen maar een Europees rijbewijsmodel bijkomt in plaats van dat er één enkel Europees model wordt ingevoerd. Or. en Motivering Vereenvoudiging. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 72 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) In alle landen moeten de oude rijbewijzen worden ingewisseld, om te vermijden dat er alleen maar een Europees rijbewijsmodel bijkomt in plaats van dat er één enkel Europees model wordt ingevoerd. Voor alle rijbewijzen die al in omloop zijn, dient voor het inwisselen een termijn van 20 jaar te gelden. Or. de Motivering De richtlijn beoogt het grote aantal verschillende rijbewijsmodellen te vervangen door één uniform 'format'. Vandaar dat bestaande rijbewijsmodellen die niet aan deze richtlijn voldoen, moeten worden vervangen, aangezien anders slechts een bijkomend Europees model wordt ingevoerd. Deze inwisseling maakt daarnaast een inventarisatie van de bestaande rijbewijzen in de lidstaten mogelijk. Vervalste of dubbel afgegeven rijbewijzen worden uit de omloop genomen. Dit is van groot belang voor het Europees rijbewijsnetwerk, dat zo met opgeschoonde en geactualiseerde bestanden zijn werkzaamheden kan beginnen en het rijbewijstoerisme beter kan bestrijden. AM\549582NL.doc
3/94
PE 350.189v01-01
NL
Gezien de administratieve belasting moet voor de inwisseling een termijn worden vastgesteld: een periode van 20 jaar lijkt zinvol. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 73 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) In alle landen moeten de oude rijbewijzen worden ingewisseld, om te vermijden dat er alleen maar een Europees rijbewijsmodel bijkomt in plaats van dat er één enkel Europees model wordt ingevoerd. Voor de oude rijbewijsmodellen dient voor het inwisselen een termijn van 20 jaar te gelden. Or. de Motivering Om de bevolking niet onnodig te verwarren en de administratieve belasting zo klein mogelijk te houden, is het zinnig om één termijn vast te stellen voor de inwisseling van alle oude modellen. Amendement ingediend door Christine De Veyrac en Dominique Vlasto Amendement 74 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) In alle lidstaten moeten de oude rijbewijzen worden ingewisseld, om te vermijden dat er alleen maar een Europees rijbewijsmodel bijkomt in plaats van dat er één enkel Europees model wordt ingevoerd. Voor alle rijbewijsmodellen geldt voor het inwisselen een termijn van 20 jaar, of zij nu van het papieren type zijn of van het plastic "creditcard"-type. Or. fr Motivering De richtlijn heeft ten doel de vele verschillende modellen rijbewijzen te vervangen door één PE 350.189v01-01
NL
4/94
AM\549582NL.doc
enkel model. Bestaande modellen rijbewijzen die niet aan de eisen van dit nieuwe model voldoen moeten worden vervangen, anders zou er alleen maar een Europees rijbewijs bijkomen naast de bestaande modellen. Bovendien zou bij inwisseling de balans opgemaakt kunnen worden van de rijbewijzen die er in elke lidstaat bestaan. Vervalste of dubbele rijbewijzen zouden dan uit het verkeer worden genomen. Dit zou grote gevolgen hebben voor het Europese stelsel van rijbewijzen, dat niet alleen van het begin af aan met actuele gegevens zou werken, maar ook een middel zou zijn om "rijbewijstoerisme" te bestrijden. Bij de vaststelling van de termijnen voor inwisseling moet rekening worden gehouden met de administratieve inspanningen die een en ander vergt. Ook moet dezelfde termijn worden vastgesteld voor rijbewijzen van het papieren en het plastic type om niet te discrimineren ten koste van landen die het rijbewijs alleen in een van beide vormen afgeven. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 75 Overweging 4 (4) De invoering van een administratieve geldigheidsduur zal het mogelijk maken de rijbewijzen regelmatig te verlengen teneinde de nieuwste maatregelen om vervalsing tegen te gaan, toe te passen en op het moment van de periodieke verlenging medische onderzoeken of andere door de lidstaten vastgestelde maatregelen uit te voeren, zoals het geven van cursussen om de theoretische kennis of praktische vaardigheden weer op peil te brengen.
schrappen
Or. de Motivering Periodieke vernieuwing van het rijbewijs is geen waarborg tegen fraude. Regelmatige vernieuwing en koppeling aan periodieke gezondheids- en rijvaardigheidstests hebben aanzienlijke financiële kosten tot gevolg die niet in verhouding staan tot het nagestreefde doel en geen garantie bieden voor meer verkeersveiligheid.
AM\549582NL.doc
5/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 76 Overweging 4 (4) De invoering van een administratieve geldigheidsduur zal het mogelijk maken de rijbewijzen regelmatig te verlengen teneinde de nieuwste maatregelen om vervalsing tegen te gaan, toe te passen en op het moment van de periodieke verlenging medische onderzoeken of andere door de lidstaten vastgestelde maatregelen uit te voeren, zoals het geven van cursussen om de theoretische kennis of praktische vaardigheden weer op peil te brengen.
schrappen
Or. de Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 77 Overweging 5 (5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig. Ingeval een onderzoek wordt opgelegd, dient, ter wille van de doorzichtigheid, deze periodiciteit samen te vallen met de verlenging van het rijbewijs en wordt deze dus bepaald door de geldigheidsduur van het rijbewijs.
(5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig.
Or. de Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 78 Overweging 5 (5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen PE 350.189v01-01
NL
(5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen 6/94
AM\549582NL.doc
inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig. Ingeval een onderzoek wordt opgelegd, dient, ter wille van de doorzichtigheid, deze periodiciteit samen te vallen met de verlenging van het rijbewijs en wordt deze dus bepaald door de geldigheidsduur van het rijbewijs.
inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig. Zo zouden o.a. ogentests vanaf de leeftijd van 45 jaar tot een grotere verkeersveiligheid kunnen leiden. Ingeval een onderzoek wordt opgelegd, dient, ter wille van de doorzichtigheid, deze periodiciteit samen te vallen met de verlenging van het rijbewijs en wordt deze dus bepaald door de geldigheidsduur van het rijbewijs. Or. de
Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 79 Overweging 5 (5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig. Ingeval een onderzoek wordt opgelegd, dient, ter wille van de doorzichtigheid, deze periodiciteit samen te vallen met de verlenging van het rijbewijs en wordt deze dus bepaald door de geldigheidsduur van het rijbewijs.
(5) De lidstaten kunnen medische onderzoeken opleggen teneinde de naleving te waarborgen van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig. Ingeval een onderzoek wordt opgelegd, dient, ter wille van de doorzichtigheid, deze periodiciteit in de lidstaten die van deze mogelijkheid gebruik maken, samen te vallen met de verlenging van het rijbewijs en wordt deze dus bepaald door de geldigheidsduur van het rijbewijs. Or. de
Motivering Deze beperking is om redenen van subsidiariteit noodzakelijk. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 80 Overweging 6 (6) De naleving van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een AM\549582NL.doc
(6) De naleving van de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een 7/94
PE 350.189v01-01
NL
motorvoertuig, ten aanzien van bestuurders van een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van personen of goederen en dat tot bepaalde categorieën behoort, moet worden gecontroleerd in het kader van een medisch onderzoek op het ogenblik van de afgifte van het rijbewijs en vervolgens periodiek, overeenkomstig de nationale wettelijke bepalingen. Het is nodig de periodiciteit van deze medische onderzoeken te harmoniseren, teneinde bij te dragen tot de verwezenlijking van het vrije verkeer van werknemers, mededingingvervalsing te voorkomen en rekening te houden met de verantwoordelijkheid van de bestuurders van deze voertuigen.
motorvoertuig, die ten aanzien van bestuurders van een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van personen of goederen en dat tot bepaalde categorieën behoort, wordt gecontroleerd in het kader van een medisch onderzoek op het ogenblik van de afgifte van het rijbewijs, kan vervolgens periodiek worden getoetst, overeenkomstig de nationale wettelijke bepalingen.
Or. de Motivering Of en met welke periodiciteit medische keuringen worden uitgevoerd, moet om redenen van subsidiariteit aan de lidstaten worden overgelaten. Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 81 Overweging 6 bis (nieuw) (6 bis) De noodzaak om het rijbewijs te verlengen of een periodiek medisch onderzoek te ondergaan mag voor de houder van het rijbewijs geen extra kosten met zich meebrengen. Het recht op mobiliteit is een grondrecht dat niet mag worden beperkt door belemmeringen van financiële aard, die vooral de armste groepen zouden treffen. Or. fr Motivering Hoe legitiem het opleggen van een periodiek medisch onderzoek voor het verkrijgen of verlengen van een rijbewijs, de geleidelijke invoering van één enkel rijbewijsmodel in de Europese Unie en de geleidelijke harmonisering van de voorwaarden voor het verkrijgen van PE 350.189v01-01
NL
8/94
AM\549582NL.doc
een rijbewijs ook mag zijn, deze nieuwe bepalingen mogen geen nieuwe financiële lasten voor de gebruikers met zich meebrengen. Juist nu een groeiend deel van de bevolking geen werk heeft of in een onzekere financiële situatie verkeert, zou het indruisen tegen de doelstellingen van sociale en territoriale cohesie en volledige werkgelegenheid als nieuwe belemmeringen voor het grondrecht op mobiliteit worden ingevoerd. Het lijkt terecht dat de kosten van een verhoging van de verkeersveiligheid en de rechtszekerheid worden gedragen door de overheid. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 82 Overweging 8 bis (nieuw) (8 bis) Er dient ernstig te worden nagegaan of het principe van gefaseerde toegang in de toekomst niet ook moet gaan gelden voor personenauto's. Or. de Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 83 Overweging 8 bis (nieuw) (8 bis) De lidstaten moeten uitsluitend ten aanzien van hun eigen grondgebied de mogelijkheid hebben, de minimumleeftijd voor de categorieën auto's en motorrijwielen te wijzigen, om de veiligheid respectievelijk de mobiliteit te vergroten. Hierbij moet bij de categorieën motorrijwielen de praktijk van gefaseerde toegang gewaarborgd blijven. Or. de Motivering Verlaging van de minimumleeftijd voor het verkrijgen van een rijbewijs voor bepaalde categorieën auto's en motorrijwielen in een lidstaat mag niet automatisch leiden tot erkenning van dit rijbewijs in een andere lidstaat.
AM\549582NL.doc
9/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 84 Overweging 11 bis (nieuw) (11 bis) Het behalen van een rijbewijs mag in beginsel niet ten laste komen van de overheidsfinanciën of het overheidsapparaat, vooral wanneer het instanties betreft die essentiële taken of diensten van algemeen belang vervullen. Or. it Motivering Hoe nuttig een rijbewijs ook is in de sfeer van werk en mobiliteit, het is en blijft in de eerste plaats een technisch kwalificatieattest dat een grondige theoretische en praktische kennis vereist. Het behalen van een rijbewijs mag dan ook niet ten laste komen van de overheid, d.w.z. van de samenleving als geheel.
Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 85 Overweging 15 (15) De inbouw van een facultatieve microchip in het model van het rijbewijs in de vorm van een kredietkaart dient de lidstaten in staat stellen de bescherming tegen fraude verder te verbeteren. De technische specificaties van de microchip zullen worden vastgesteld door de Commissie, bijgestaan door het Comité voor het rijbewijs.
schrappen
Or. de Motivering Als de microchip, zoals uit het Commissievoorstel blijkt (zie art.1, lid 2, derde zin), uitsluitend de gegevens mag bevatten die reeds op het rijbewijs vermeld zijn, heeft de microchip geen PE 350.189v01-01
NL
10/94
AM\549582NL.doc
enkele meerwaarde. Er zouden slechts extra kosten ontstaan die door de Europese belastingbetaler zouden moeten worden betaald. Als daarentegen op langere termijn eventueel nog extra gegevens en functies kunnen worden opgenomen, bestaat ook als de meest zorgvuldige tegenmaatregelen worden genomen een groot frauderisico. Aldus zou de invoering van een microchip op het rijbewijs haaks staan op het doel van de Commissie. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 86 Overweging 15 bis (nieuw) (15 bis) Om misbruik van gegevens door derden te voorkomen en de gegevensbescherming te waarborgen, mag het de lidstaten niet worden toegestaan aanvullende informatie op de microchip op te slaan. Or. de Motivering De vrees voor eventueel misbruik van gegevens ondergraaft het vertrouwen van de bevolking in het nieuwe rijbewijsmodel. De extra gegevens en functies zouden bovendien hun waarde verliezen en niet meer bruikbaar zijn, als het rijbewijs zou worden ingetrokken of ingenomen. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 87 Overweging 15 bis (nieuw) (15 bis) De lidstaten dienen aanvullende informatie op de microchip te kunnen opslaan, voorzover het eigenlijke doel van de chip daardoor niet in het gedrang komt. De nationale voorschriften inzake gegevensbescherming moeten daarbij worden nageleefd. Or. de
AM\549582NL.doc
11/94
PE 350.189v01-01
NL
Motivering Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel moet elke lidstaat zelf bepalen welke gegevens hij voor zijn burgers op de microchip wil voorschrijven dan wel toestaan. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 88 Overweging 16 (16) Teneinde de kennis en kunde van de examinatoren te verbeteren, een objectievere beoordeling van kandidaten voor een rijbewijs mogelijk te maken, tot een grotere harmonisering van de rijexamens te komen en het algemene beginsel van wederzijdse erkenning van rijbewijzen te versterken, dienen minimumnormen betreffende de toegang tot het beroep van examinator te worden vastgesteld.
(16) Teneinde de kennis en kunde van de examinatoren te verbeteren, een objectievere beoordeling van kandidaten voor een rijbewijs mogelijk te maken, tot een grotere harmonisering van de rijexamens te komen en het algemene beginsel van wederzijdse erkenning van rijbewijzen te versterken, dienen minimumnormen betreffende de toegang tot het beroep van examinator en permanente bijscholing te worden vastgesteld. Bovendien moet ten minste op nationaal niveau de mogelijkheid bestaan om bestuurders een verplichte praktijkopleiding en nascholing te geven. Or. it
Motivering Ook rijexaminatoren die het beroep reeds uitoefenen moeten zich voortdurend bijscholen. Bovendien moeten de lidstaten, vooral die waar al kwaliteitsnormen voor autorijscholen bestaan, conform het subsidiariteitsbeginsel voorschriften voor de voorbereiding op het behalen van het rijbewijs en voor de nascholing van bestuurders kunnen vaststellen. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 89 Artikel 1, lid 2 2. Zodra de technische specificaties overeenkomstig de in artikel 10 bedoelde procedure door de Commissie zijn vastgesteld, hebben de lidstaten het recht de rijbewijzen die zij afgeven te voorzien van een microchip. De Commissie ziet erop toe dat de technische specificaties betreffende PE 350.189v01-01
NL
schrappen
12/94
AM\549582NL.doc
de in het rijbewijs in te bouwen microchip een EG-goedkeuring vereisen die slechts kan worden toegekend wanneer is aangetoond dat deze microchip bestand is tegen pogingen tot manipulatie of verandering van de gegevens. De microchip bevat enkel de gegevens van het rijbewijs en mag geen andere functies hebben dan die welke daarmee rechtstreeks verband houden. Or. de Motivering Als de microchip, zoals uit het Commissievoorstel blijkt (zie art.1, lid 2, derde zin), uitsluitend de gegevens mag bevatten die reeds op het rijbewijs vermeld zijn, heeft de microchip geen enkele meerwaarde. Er zouden slechts extra kosten ontstaan die door de Europese belastingbetaler zouden moeten worden betaald. Als daarentegen op langere termijn eventueel nog extra gegevens en functies kunnen worden opgenomen, bestaat ook als de meest zorgvuldige tegenmaatregelen worden genomen een groot frauderisico. Aldus zou de invoering van een microchip op het rijbewijs haaks staan op het doel van de Commissie. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 90 Artikel 3, lid 2 bis (nieuw) 2 bis. Binnen 20 jaar na het begin van toepassing van deze richtlijn worden alle rijbewijzen die niet in overeenstemming zijn met bijlage I van deze richtlijn, vervangen door het model in bijlage I. Een voor het begin van toepassing van deze richtlijn afgegeven rijbewijs voor een bepaalde categorie wordt niet op grond van de bepalingen van deze richtlijn ingetrokken of op enigerlei wijze beperkt. Or. de
AM\549582NL.doc
13/94
PE 350.189v01-01
NL
Motivering De richtlijn beoogt het grote aantal verschillende rijbewijsmodellen te vervangen door één uniform 'format'. Vandaar dat bestaande rijbewijsmodellen die niet aan deze richtlijn voldoen, moeten worden vervangen. Gezien de administratieve belasting moeten voor de inwisseling termijnen worden vastgesteld. Amendement ingediend door Christine De Veyrac en Dominique Vlasto Amendement 91 Artikel 3, lid 2 bis (nieuw) 2 bis. Uiterlijk 20 jaar na het begin van toepassing van deze richtlijn worden alle rijbewijzen vervangen door het model in bijlage I. Een vóór het begin van toepassing van deze richtlijn afgegeven rijbewijs voor een bepaalde categorie kan niet worden ingetrokken of op enigerlei wijze beperkt op grond van de bepalingen van deze richtlijn. Or. fr Motivering De richtlijn heeft ten doel de vele verschillende modellen rijbewijzen te vervangen door één enkel model. Bestaande modellen rijbewijzen die niet aan de eisen van dit nieuwe model voldoen moeten worden vervangen, anders zou er alleen maar een Europees rijbewijs bijkomen naast de bestaande modellen. Bovendien zou door de inwisseling de balans opgemaakt kunnen worden van de rijbewijzen die er in elke lidstaat bestaan. Vervalste of dubbele rijbewijzen zouden dan uit het verkeer worden genomen. Dit zou grote gevolgen hebben voor het Europese stelsel van rijbewijzen, dat niet alleen van het begin af aan met actuele gegevens zou werken, maar ook een middel zou zijn om "rijbewijstoerisme" te bestrijden. Bij de vaststelling van de termijnen voor inwisseling moet rekening worden gehouden met de administratieve inspanningen die een en ander vergt. Bovendien moet dezelfde termijn worden vastgesteld voor rijbewijzen van het papieren en het plastic type om niet te discrimineren ten koste van landen die het rijbewijs alleen in een van beide vormen afgeven. De inwisseling van oude rijbewijzen mag echter nooit tot gevolg hebben dat verworven rechten om verschillende categorieën voertuigen te mogen besturen worden verloren of beperkt. PE 350.189v01-01
NL
14/94
AM\549582NL.doc
Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 92 Artikel 4, lid 1, categorie AM - bromfietsen, d.w.z. twee- of driewielige voertuigen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 6 kilometer per uur en ten hoogste 45 kilometer per uur en gekenmerkt door een motor met een cilinderinhoud van ten hoogste 50 kubieke centimeter indien het een motor met inwendige verbranding betreft, of een nominaal continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW indien het een elektrische motor betreft, of, met betrekking tot driewielige bromfietsen, door een motor waarvan het nettomaximumvermogen ten hoogste 4 kW bedraagt indien het een andere motor met inwendige verbranding betreft;
- bromfietsen, d.w.z. tweewielige voertuigen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 6 kilometer per uur en ten hoogste 45 kilometer per uur en gekenmerkt door een motor met een cilinderinhoud van ten hoogste 50 kubieke centimeter indien het een motor met inwendige verbranding betreft, of een nominaal continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW indien het een elektrische motor betreft.
Or. en Motivering Driewielige voertuigen horen in een andere categorie voertuigen thuis dan tweewielige. Amendement ingediend door Willi Piecyk Amendement 93 Artikel 4, lid 1, categorie A2 - motorrijwielen, met of zonder zijspan, met een maximumvermogen van 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,2 kW per kg. Deze motorrijwielen mogen niet afgeleid zijn van een versie die meer dan het dubbele van het maximumvermogen ontwikkelt. Aan deze motorrijwielen kan een zijspan worden bevestigd;
- motorrijwielen, met of zonder zijspan, met een maximumvermogen van 25 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,2 kW per kg. Deze motorrijwielen mogen niet afgeleid zijn van een versie die meer dan het dubbele van het maximumvermogen ontwikkelt. Aan deze motorrijwielen kan een zijspan worden bevestigd; Or. de
AM\549582NL.doc
15/94
PE 350.189v01-01
NL
Motivering Een verhoging met 10 kW van de vermogensgrens voor motorrijwielen van "beginners" moet als een gevaarlijke maatregel worden beschouwd die contraproductief is voor de verkeersveiligheid. Daarom moet de bestaande grens van 25 kW worden gehandhaafd. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 94 Artikel 4, lid 1, categorie A2 - motorrijwielen, met of zonder zijspan, met een maximumvermogen van 35 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,2 kW per kg. Deze motorrijwielen mogen niet afgeleid zijn van een versie die meer dan het dubbele van het maximumvermogen ontwikkelt. Aan deze motorrijwielen kan een zijspan worden bevestigd;
- motorrijwielen, met of zonder zijspan, met een maximumvermogen van 25 kW en een vermogen/gewichtsverhouding van minder dan 0,2 kW per kg. Deze motorrijwielen mogen niet afgeleid zijn van een versie die meer dan het dubbele van het maximumvermogen ontwikkelt. Aan deze motorrijwielen kan een zijspan worden bevestigd; Or. en
Motivering Dit amendement behelst een verlaging van het criterium maximumvermogen voor categorie A2-voertuigen. Dit maakt een duidelijker onderscheid tussen 'normale' en 'sterkere' machines dan 35 kW. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 95 Artikel 4, lid 1, categorie B1 - gemotoriseerde drie- en vierwielers;
PE 350.189v01-01
NL
- gemotoriseerde driewielers met een vermogen van ten hoogste 15 kW en gemotoriseerde vierwielers die niet onder de lichte gemotoriseerde vierwielers van categorie AM, tweede streepje vallen, met een lege massa van ten hoogste 400 kg (550 kg bij voertuigen voor het vervoer van goederen), hieronder niet begrepen de massa van de accu's in elektrische voertuigen, met een nuttig vermogen van ten hoogste 15 kW en een door de constructie bepaalde maximumsnelheid 16/94
AM\549582NL.doc
van 80 kilometer per uur; Or. de Motivering Een gemotoriseerde driewieler met een vermogen van minder van 15 kW moet kunnen worden bestuurd door zowel de houder van een A1-rijbewijs (zie amendement 14) als de houder van een B1-rijbewijs. Dan zouden ook in lidstaten die de facultatieve categorie B1 niet invoeren, zulke voertuigen vanaf de leeftijd van 16 jaar kunnen worden bestuurd. (Zie ook amendement 13 over categorie AM, tweede streepje) Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 96 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
1. motorvoertuigen
- met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3.500 kg; - ontworpen en gebouwd voor het vervoer van ten hoogste acht personen, de bestuurder niet meegerekend; - onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 3.500 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht AM\549582NL.doc
17/94
PE 350.189v01-01
NL
van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg niet overschrijdt, het nuttig laadvermogen van de aanhangwagen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het samenstel niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI ter heeft gevolgd, bedraagt het maximaal toegestane gewicht van het motorvoertuig 4.250 kg, voorzover het een kampeerwagen betreft zoals bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1 van richtlijn 2001/116/EG, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; 2. gemotoriseerde driewielers met een vermogen van ten hoogste 35 kW; 3. gemotoriseerde driewielers met een vermogen van meer dan 35 kW, voorzover de houder van dit rijbewijs ten minste 21 jaar oud is; Or. de Motivering Ad 1: zie motivering bij amendement 18. Ad 2 en 3: gemotoriseerde driewielers moeten bovendien kunnen worden bestuurd door houders van een rijbewijs van categorie B, rekening houdende met het beginsel van gefaseerde toegang. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 97 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten PE 350.189v01-01
NL
- - motorvoertuigen
18/94
AM\549582NL.doc
hoogste 750 kg; - met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3.500 kg; - ontworpen en gebouwd voor het vervoer van ten hoogste acht personen, de bestuurder niet meegerekend; - onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 3.500 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg niet overschrijdt, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het samenstel niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - trikes Or. de Motivering Trikes (drie symmetrisch geplaatste wielen) dienen onder categorie B te vallen, omdat het rijgedrag meer lijkt op dat van een vierwielig dan van een tweewielig voertuig. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 98 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet AM\549582NL.doc
- onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, 19/94
PE 350.189v01-01
NL
meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg niet overschrijdt;
Or. en Motivering Er dient slechts één parameter te worden gehanteerd, plus een maximumgewicht. Amendement ingediend door Corien Wortmann-Kool Amendement 99 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- motorvoertuigen:
- met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg; - ontworpen en gebouwd voor het vervoer van niet meer dan acht personen, de bestuurder niet meegerekend; - onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 3.500 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg PE 350.189v01-01
NL
20/94
AM\549582NL.doc
niet overschrijdt en het samenstel niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI ter heeft gevolgd, bedraagt het maximaal toegestane gewicht van het motorvoertuig 4.250 kg, voorzover het een kampeerwagen betreft zoals bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1, van richtlijn 2001/116/EG, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; Or. en Motivering Het vaststellen van een maximum nuttig laadvermogen van 1.000 kg maakt het voor specifieke aanhangwagens, bijv. voor het vervoer van boten en/of paarden, buitengewoon moeilijk om dicht in de buurt te komen van het maximum vermogen voor aanhangwagens voor samenstellen met een maximumgewicht van 4.250 kg. Het schrappen van de woorden 'het nuttig laadvermogen bedraagt ten hoogste 1.000 kg' uit amendement 18 op het ontwerpverslag van de rapporteur lost dit probleem op. Amendement ingediend door Ari Vatanen Amendement 100 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg:
- ontworpen en gebouwd voor het vervoer van niet meer dan acht personen, de bestuurder niet meegerekend; - onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, AM\549582NL.doc
21/94
PE 350.189v01-01
NL
voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 3.500 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg niet overschrijdt, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het samenstel niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI ter heeft gevolgd, bedraagt het maximaal toegestane gewicht van het motorvoertuig 4.250 kg, voorzover het een kampeerwagen betreft zoals bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1, van richtlijn 2001/116/EG, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1.000 kg bedraagt en het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; De bijkomende opleiding inzake rijvaardigheden en rijgedrag is niet verplicht indien het gewicht van de aanhangwagen 750 kg niet overschrijdt. Or. en Motivering Wat aanhangwagens betreft, is het voorstel van de Commissie te restrictief en zou het de bestaande situatie in bijvoorbeeld de sport- en campingsector te radicaal wijzigen. Op basis van een opleiding zonder een aanvullende toetsing kunnen houders van een rijbewijs van categorie B een samenstel van voertuigen of een kampeerwagen met een gewicht van ten hoogste 4.250 kg besturen. Er wordt duidelijk aangegeven dat het voertuig niet voor commerciële doeleinden mag worden gebruikt, omdat er anders sprake zou kunnen zijn van concurrentie met beroepsbestuurders van voertuigen van de categorieën C1 en C. De term 'vervoer' is aangescherpt. Daarnaast wordt aangegeven dat de bijkomende opleiding niet verplicht is indien het gewicht PE 350.189v01-01
NL
22/94
AM\549582NL.doc
van de aanhangwagen 750 kg niet overschrijdt. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 101 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- motorvoertuigen:
- met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3.500 kg; - ontworpen en gebouwd voor het vervoer van ten hoogste acht personen, de bestuurder niet meegerekend; - onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4.250 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betrokken voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van deze aanhangwagen 1.750 kg niet overschrijdt en het samenstel van voertuigen niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI ter heeft gevolgd, bedraagt het maximaal toegestane gewicht van het motorvoertuig 4.500 kg, voorzover het een kampeerwagen betreft zoals bedoeld in AM\549582NL.doc
23/94
PE 350.189v01-01
NL
bijlage II, deel A, punt 5, lid 1 van richtlijn 2001/116/EG, en het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; Or. de Motivering Door de maximaal toegestane massa voor een samenstel van categorie B met aanhangwagen te beperken tot 3.500 kg, zouden de bestaande rechten fors worden beknot. Alle bestuurders die al jaren legaal met een lichte aanhangwagen of een zwaardere caravan rijden, zouden nu gedwongen zijn een aanvullend rijbewijs van categorie E te halen. In plaats daarvan wordt voorgesteld het toegestane gewicht van aanhangwagens zonder verdere eisen bij 750 kg te laten. Door middel van een aanvullende bestuurdersopleiding moet het gewicht van de aanhangwagen tot 1.750 kg kunnen worden verhoogd. Op die manier kunnen houders van een rijbewijs van categorie B, die tot nu toe legaal met een caravan achter hun auto hebben gereden, erop vertrouwen dat zij hun in het verleden verkregen rijbewijs onder dezelfde voorwaarden in de hele EU kunnen blijven gebruiken. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 102 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld, indien: - de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen 750 kg niet overschrijdt, of - de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen 2.000 kg niet overschrijdt, indien de bestuurder aantoont dat hij een bestuurdersopleiding overeenkomstig Bijlage II bis heeft gevolgd; - voor particuliere doeleinden gebruikte motorvoertuigen, als bedoeld in bijlage II van richtlijn 79/156/EEG; - met een maximaal toegestane massa van
PE 350.189v01-01
NL
24/94
AM\549582NL.doc
3.500 kg tot ten hoogste 4.500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend; - indien de lading niet meer dan 1.000 kg bedraagt, het gaat om een voertuig, als bedoeld in bijlage II van richtlijn 79/156/EEG, en de bestuurder ouder is dan 21 jaar. Or. de Motivering Een aantoonbare rijopleiding staat in verhouding tot het nagestreefde doel en voldoet aan de eisen die met het oog op het gewenste veiligheidsniveau worden gesteld. In vergelijking met het rijbewijs van categorie E of C1 is een veiligheidsopleiding redelijk. Kampeerwagens zijn particulier gebruikte voertuigen voor het vervoer van gemiddeld 3 personen. Zonder deze wijziging zou de regelgeving uitsluitend gelden voor commercieel gebruikte voertuigen voor het vervoer van personen of goederen, met een gewicht van meer dan 3,5 ton. Het is niet verdedigbaar kampeerwagens tot 4,5 ton op dezelfde wijze te behandelen als voertuigen voor het vervoer van goederen. Effectieve scheiding tussen voor particuliere doelen en commercieel gebruikte caravans vindt plaats door middel van beperking van de toegevoegde lading en via verwijzing naar richtlijn 70/156/EEG. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 103 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- motorvoertuigen:
- met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg; - die zijn ontworpen en gebouwd voor het vervoer van ten hoogste acht personen, de bestuurder niet meegerekend; AM\549582NL.doc
25/94
PE 350.189v01-01
NL
- onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, kan aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 3 500 kg niet overschrijdt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI bis heeft gevolgd, kan, onverminderd de bepalingen betreffende de goedkeuring van de betroffen voertuigen, aan deze motorvoertuigen een aanhangwagen worden gekoppeld, voorzover het maximaal toegestane gewicht van dit samenstel van voertuigen 4 250 kg niet overschrijdt, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1 000 kg bedraagt en het samenstel niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; - indien de bestuurder een bestuurdersopleiding zoals bedoeld in bijlage VI ter heeft gevolgd, bedraagt het maximaal toegestane gewicht van het motorvoertuig 4 250 kg, voorzover het een kampeerwagen betreft zoals bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1, van richtlijn 2001/116/EG, het nuttig laadvermogen ten hoogste 1 000 kg bedraagt en het voertuig niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt; Or. it Motivering Het voorstel van de Commissie is wat aanhangers betreft te restrictief en zou de bestaande situatie, bijv. met betrekking tot de sport- en campingsector, te sterk veranderen. Houders van een rijbewijs voor categorie B wordt het mogelijk gemaakt om na een opleiding zonder extra examen een samenstel van voertuigen, bijv. een kampeerwagen, met een gewicht van ten hoogste 4.250 kg te besturen. Er wordt streng op toegezien dat deze mogelijkheid niet voor commerciële doeleinden wordt gebruikt, omdat anders sprake zou kunnen zijn van oneerlijke concurrentie met beroepschauffeurs van categorie C1 en C. Ter regulering van de opleiding worden de nieuwe bijlagen VI bis en VI ter toegevoegd.
PE 350.189v01-01
NL
26/94
AM\549582NL.doc
De formulering 'voor het vervoer van' wordt verduidelijkt. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 104 Artikel 4, lid 1, categorie B - motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3 500 kg en ontworpen en gebouwd voor het vervoer van ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegerekend. Aan de motorvoertuigen van deze categorie kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg; - samenstellen van voertuigen bestaand uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhanger, met een maximaal toegestane massa van het samenstel van ten hoogste 3.500 kg en de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen de ledige massa van het trekkende voertuig niet overschrijdt. Or. en
Motivering Dit behelst een terugkeer naar de bestaande situatie - de definitie in de huidige richtlijn -en verduidelijkt tegelijkertijd de definitie van het aantal passagiers. Het vermijdt een in de praktijk moeilijk te handhaven anomalie (het feit dat het maximumgewicht hier gelijk is aan het minimumgewicht voor C1) voor commercieel en niet-commercieel gebruik van voertuigen. De bepaling dat een voertuig met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 3.500 kg een aanhangwagen mag trekken met een gewicht dat 750 kg niet overschrijdt (hetgeen in feite de drempel voor samenstellen van categorie B op 4.250 kg brengt, maar uitsluitend voor grote trekkende voertuigen of zeer kleine aanhangersamenstellen), is belangrijk voor personen die lichte busjes voor commerciële doeleinden gebruiken, die vaak een kleine pomp of compressor moeten trekken. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 105 Artikel 4, lid 1, categorie B, streepje 1 bis (nieuw) AM\549582NL.doc
27/94
PE 350.189v01-01
NL
- samenstellen van voertuigen bestaand uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhanger, met een maximaal toegestane massa van het samenstel van ten hoogste 3.500 kg en de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen de ledige massa van het trekkende voertuig niet overschrijdt. Or. en Motivering In de huidige situatie mogen houders van een rijbewijs voor voertuigen van categorie B een aanhanger trekken met een gewicht hoger dan 750 kg op voorwaarde dat de maximaal toegestane massa van het samenstel 3.500 kg niet overschrijdt en de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen de ledige massa van het trekkend voertuig niet overschrijdt. De Commissie vindt dit een verwarrende regel en stelt de introductie voor van een maximaal toegestane massa voor aanhangers van 750 kg voor rijbewijzen voor voertuigen van categroie B. Commerciële gebruikers en openbare organisaties zijn evenwel bekend met het concept van maximaal toegestane massa en ledige massa. Het schrappen van de huidige, aan voorwaarden gekoppelde flexibiliteit voor aanhangers voor rijbewijzen voor voertuigen van categorie B zal tot bijkomende financiële lasten leiden, met name voor leveranciers van nutsdiensten. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 106 Artikel 4, lid 1, categorie B+E - samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhangwagen, met een maximaal toegestane massa van meer dan 750 kg;
- samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhangwagen of oplegger, met een maximaal toegestane massa van de aanhangwagen of oplegger van meer dan 3.500 kg, en de maximaal toegestane massa van de aanhangwagen of oplegger de ledige massa van het trekkende voertuig niet overschrijdt; Or. en
PE 350.189v01-01
NL
28/94
AM\549582NL.doc
Motivering Dit neemt een anomalie in de huidige richtlijn weg, namelijk het feit dat er momenteel geen maximaal toegestane massa is voor de aanhangwagen voor houders van rijbewijzen van categorie B + E. Deze leemte spoort het gebruik van buitenissige voertuigen aan. Dit AM beperkt zowel de absolute omvang van de aanhangwagen, als de omvang in verhouding tot het trekkend voertuig. De voorgestelde criteria zijn eenvoudig en vermijden verwijzingen naar goedkeuringsbepalingen. Dit maakt het bijv. mogelijk dat een grote SUV met een paardentrailer voor twee paarden wordt bestuurd door een houder van een B + Erijbewijs. Grotere samenstellen zouden op een C1 + E-rijbewijs moeten worden opgenomen. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 107 Artikel 4, lid 1, categorie B+E - samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhangwagen, met een maximaal toegestane massa van meer dan 750 kg;
- samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie B en een aanhangwagen, met een maximaal toegestane massa van meer dan 2.000 kg; Or. de
Motivering Een aantoonbare rijopleiding staat in verhouding tot het nagestreefde doel en voldoet aan de eisen die met het oog op het gewenste veiligheidsniveau worden gesteld. In vergelijking met het rijbewijs van categorie E of C1 is een veiligheidsopleiding redelijk. Kampeerwagens zijn particulier gebruikte voertuigen voor het vervoer van gemiddeld 3 personen. Zonder deze wijziging zou de regelgeving uitsluitend gelden voor commercieel gebruikte voertuigen voor het vervoer van personen of goederen, met een gewicht van meer dan 3,5 ton. Het is niet verdedigbaar kampeerwagens tot 4,5 ton op dezelfde wijze te behandelen als voertuigen voor het vervoer van goederen. Effectieve scheiding tussen voor particuliere doelen en commercieel gebruikte caravans vindt plaats door middel van beperking van de toegevoegde lading en via verwijzing naar richtlijn 70/156/EEG. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 108 Artikel 4, lid 1, categorie C1 AM\549582NL.doc
29/94
PE 350.189v01-01
NL
- voor goederenvervoer bestemde motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van meer dan 3.500 kg en ten hoogste 6.000 kg en waarin, de bestuurder niet meegerekend, niet meer dan acht personen worden vervoerd. Aan de motorvoertuigen die met een rijbewijs van categorie C1 mogen worden bestuurd kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
- voor goederenvervoer bestemde motorvoertuigen met een maximaal toegestane massa van meer dan 3.500 kg en ten hoogste 7.500 kg en waarin, de bestuurder niet meegerekend, niet meer dan acht personen worden vervoerd. Aan de motorvoertuigen die met een rijbewijs van categorie C1 mogen worden bestuurd kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg; Or. en
Motivering Dit voorstel om de drempel voor de categorie C1 te verlagen van 7,5 naar 6 ton is gebaseerd op de veronderstelling dat voertuigen tot 6 ton gebouwd zijn op versterkte auto/vrachtwagenonderstellen, en dat voertuigen boven de 6 ton gebouwd zijn op onderstellen van grote voertuigen. Vooraanstaande voertuigproducenten bevestigen echter dat zij voertuigen tot 6,7 en 7,5 ton bouwen op auto/bestelauto-onderstellen, hetgeen betekent dat 7,5 ton vermoedelijk de juiste drempel is. 7,5 ton is een belangrijke wettelijke en operationele drempel. In de EU -regelgeving inzake rijtijden en tachografen worden bijvoorbeeld veelal uitzonderingen gemaakt voor voertuigen niet zwaarder dan 7,5 ton. Uit milieuoverwegingen is in tal van stedelijke en plattelandsgebieden de doortocht van voertuigen boven de 7,5 ton verboden en in sommige lidstaten (bij voorbeeld Oostenrijk en Duitsland) is het verkeer van voertuigen die dit gewicht overtreffen aan banden gelegd. Het is dan ook niet verbazend dat bij voorbeeld in het VK 30% van de bestelauto's (zwaarder dan 3,5, ton) tussen de 7 en 7,5 ton wegen. Volgens het voorstel moeten exploitanten bestuurders opleiden voor categorie C om voertuigen van 7,5 ton te besturen, op zichzelf al extra kosten. Maar deze exploitanten zouden, daar er een steeds groter tekort aan chauffeurs ontstaat, eveneens de beloningen moeten opvoeren om te concurreren met exploitanten van grotere voertuigen (met een grotere nuttige lading). Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat bedrijven grotere voertuigen gaan inzetten, waardoor de milieugevolgen van distributie toenemen.
Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 109 Artikel 4, lid 1, categorie D1 - motorvoertuigen bestemd voor personenvervoer, waarin, de bestuurder niet PE 350.189v01-01
NL
- motorvoertuigen die ontworpen en gebouwd zijn voor het vervoer van niet 30/94
AM\549582NL.doc
meegerekend, niet meer dan zestien personen worden vervoerd en met een maximumlengte van zeven meter. Aan motorvoertuigen die met een rijbewijs van categorie D1 mogen worden bestuurd, kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg;
meer dan zestien personen, de bestuurder niet meegerekend, en met een maximumlengte van acht meter overeenkomstig bijlage II. Aan motorvoertuigen die met een rijbewijs van categorie D1 mogen worden bestuurd, kan een aanhangwagen worden gekoppeld met een maximaal toegestane massa van ten hoogste 750 kg; Or. de Motivering
Precisering van de definitie van voertuigen die tot categorie D1 behoren. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 110 Artikel 4, lid 1, categorie D+E - samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie D en een aanhangwagen met een maximaal toegestane massa van meer dan 750 kg.
- samenstellen van voertuigen bestaande uit een trekkend voertuig van categorie D en een aanhangwagen met een maximaal toegestane massa van meer dan 750 kg. De aanhangwagens mogen - met uitzondering van stadslijndiensten - niet worden gebruikt voor het vervoer van personen. Or. de
Motivering Met name in het kader van lijndiensten worden uiterst geslaagde proefprojecten uitgevoerd met aanhangers die bestemd zijn voor het vervoer van personen. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 111 Artikel 4, lid 2, letter b) b) «bromfiets», geen lichte vierwielers noch rijwielen met trapondersteuning;
b) «bromfiets», geen rijwielen met trapondersteuning; Or. en
AM\549582NL.doc
31/94
PE 350.189v01-01
NL
Motivering Lichte vierwielers worden in de tekst niet gedefinieerd. Ongeacht hun definitie dienen ze evenwel in categorie B1 (of, indien de lidstaten geen gebruik maken van optie B1, in categorie B) te worden opgenomen, aangezien hun rij-eigenschappen meer op die van een auto of een busje lijken dan op die van enige tweewieler. Rijwielen met trapondersteuning is een duidelijker beschrijving van de voertuigen die de richtlijn beoogt te omvatten (te weten rijwielen met een motor(tje) voor ondersteuning bij het heuvelop rijden). Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 112 Artikel 4, lid 2, letter c) c) «driewieler», een voertuig op drie symmetrisch geplaatste wielen met een motor waarvan de cilinderinhoud meer dan 50 kubieke centimeter bedraagt indien het een motor met inwendige verbranding betreft, en/of met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 45 km/h ;
c) «gemotoriseerde driewieler», een voertuig met een lege massa van minder dan 550 kg met drie symmetrisch geplaatste wielen, zoals bedoeld in de artikelen 1, lid 2, letter a), onder ii), en 1, lid 2, letter c), van richtlijn 2002/24/EG;
Or. en Motivering Dit neemt het onderscheid weg tussen driewielers, die de Commissie in categorie AM wil opnemen, en overige voertuigen met drie wielen. Dit amendement past de definitie aan aan de desbetreffende typegoedkeuringsrichtlijn. Om te voorkomen dat wijzigingen in de typegoedkeuringsregels automatische leiden tot wijzigingen in de rijbewijsregels, zou het nog beter zijn hier expliciet de definitie in de typegoedkeuringsrichtlijn te vermelden. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 113 Artikel 4, lid 2, letter d) d) «vierwieler», een ander voertuig dan een lichte vierwieler met een lege massa van ten hoogste 400 kg (550 kg voor voertuigen die bestemd zijn voor goederenvervoer), hieronder niet begrepen de massa van de accu's in elektrische voertuigen, en met een PE 350.189v01-01
NL
d) «vierwieler», een voertuig met een lege massa van ten hoogste 550 kg, hieronder niet begrepen de massa van de accu's in elektrische voertuigen, en met een nettomaximumvermogen van ten hoogste 15 kW ; 32/94
AM\549582NL.doc
nettomaximumvermogen van ten hoogste 15 kW ; Or. en Motivering Dit behelst schrapping van de verwijzing naar de 'lichte vierwieler' en vereenvoudigt het criterium van de massa tot één enkele waarde, aangezien voor rijbewijsdoeleinden het onderscheid tussen voertuigen voor goederenvervoer en andere voertuigen binnen deze bandbreedte nietszeggend is. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 114 Artikel 4 bis (nieuw) Artikel 4 bis - voor privédoeleinden gebruikte kampeerwagens zoals gedefinieerd in bijlage II van Richtlijn 70/156/EEG, waarvan de maximale massa 4.250 kg niet overschrijdt, waarin ten hoogste acht personen worden vervoerd, de bestuurder niet meegrekend, en waarvan het nuttig laadvermogen maximaal 1.000 kg bedraagt; - de minimumleeftijd voor bestuurders van kampeerwagens van meer dan 3.500 kg is in overeenstemming met artikel 7, lid 1, letter c). Or. en Motivering Er dient slechts één parameter te worden vastgesteld, namelijk het maximumgewicht. Typegoedkeuringsrichtlijnen 92/21/EEG en 2001/116/EG waarborgen dat er geen onveilige samenstellen op de markt worden toegelaten. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 115 Artikel 6, lid 2, letter c) AM\549582NL.doc
33/94
PE 350.189v01-01
NL
c) het rijbewijs voor de categorie C1 of C1+E is ook geldig voor het besturen van voertuigen van respectievelijk categorie D1 of D1+E indien de houder ervan de minimumleeftijd van 21 jaar heeft bereikt;
c) het rijbewijs voor de categorie A, B, C of D is ook geldig voor het besturen van voertuigen van respectievelijk de categorie A1 en A2, B1, C1 en D1; het rijbewijs voor de categorie A2 is ook geldig voor het besturen van voertuigen van de categorie A1; het rijbewijs voor de categorie C+E en D+E is ook geldig voor het besturen van een samenstel van voertuigen van categorie C1+E respectievelijk D1+E; het rijbewijs voor de categorie C1 of C1+E is ook geldig voor het besturen van voertuigen van respectievelijk categorie D1 of D1+E indien de houder ervan de minimumleeftijd van 21 jaar heeft bereikt; Or. de
Motivering Aangezien de toegestane massa voor voertuigen van categorie C1 7.500 kg blijft, moet de gelijkwaardigheid tussen D1 en C1 worden gehandhaafd. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 116 Artikel 6, lid 3, inleidende formule 3. Voor het verkeer op hun grondgebied kunnen de lidstaten de volgende rijbewijzen gelijkwaardig verklaren:
3. De lidstaten verklaren de volgende rijbewijzen gelijkwaardig :
Or. en Motivering Gelijkwaardigheid moet onlosmakelijk en verplicht deel vormen van het voorstel inzake de verlening van rijbevoegdheid. Voertuigen van de categorie A1 zijn mobiliteitsproducten die een betaalbaar alternatief bieden voor de auto en daardoor maatschappelijke en werkgelegenheidsmogelijkheden openen. Deze voertuigen (meestal wendbare scooters) nemen in het verkeer slechts één derde van de ruimte van een auto in en als zij geparkeerd staan slechts één vijfde; zij verbeteren de mobiliteit in verstopte stedelijke gebieden. PE 350.189v01-01
NL
34/94
AM\549582NL.doc
De rijervaring van personen die hun autorijbewijs hebben verworven, moet worden erkend door hen het rijbewijs A1 te verlenen. Uit statistieken blijkt dat door deze gelijkwaardigheid de veiligheid op de weg niet in ongunstige zin wordt beïnvloed en dat zij door de burger in het algemeen wordt gewaardeerd. In de landen waar dit alternatief is toegepast, is het ongevallencijfer per categorie voertuigen gedaald, ondanks de buitengewone ontwikkeling van de markt. Motorfietsen met een gering vermogen zijn dus, naast auto's, een veilige manier om de individuele mobiliteit aan te vullen. Tegelijkertijd wordt aldus de basis gelegd voor een beter begrip door automobilisten van het gedrag van kwetsbare weggebruikers zoals motorrijders.
Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 117 Artikel 6, lid 3, inleidende formule 3. Voor het verkeer op hun grondgebied kunnen de lidstaten de volgende rijbewijzen gelijkwaardig verklaren:
3. Voor het verkeer op hun grondgebied verklaren de lidstaten de volgende rijbewijzen gelijkwaardig: Or. fr
Motivering Om een hoop nutteloos geëxamineer te voorkomen, lijkt het verantwoord de houders van een autorijbewijs (B) het recht te verlenen ook met bromfietsen of lichte motorrijwielen te rijden. Dit zou het gebruik van bromfietsen en lichte motorrijwielen - met name scooters - in de plaats van auto's bevorderen, hetgeen een positieve uitwerking kan hebben op de mobiliteit en het milieu, vooral in stadsgebieden. Uit de statistieken is gebleken dat het als gelijkwaardig erkennen van rijbewijzen de verkeersveiligheid in het algemeen niet ongunstig beïnvloedt en door veel burgers met open armen wordt ontvangen. Algemene erkenning van de gelijkwaardigheid van dergelijke rijbewijzen zou het gebruik van scooters en motorrijwielen met een cilinderinhoud van 125 cc, dat qua verkeersveiligheid veel gunstiger uitvalt dan dat van zware motoren, kunnen bevorderen. Bovendien zijn wij anders dan de rapporteur van mening dat gemotoriseerde drie- en vierwielers technisch gezien vergelijkbaar zijn en grote voordelen hebben in termen van mobiliteit, met name in de stad. Daarom moet het oorspronkelijke voorstel van de Commissie (facultatief aanvullend rijbewijs: categorie B1) gehandhaafd blijven. Als bepaalde lidstaten zouden besluiten een rijbewijs voor drie- en vierwielers in te voeren, dan moet het gelijkwaardigheidsmechanisme dat oorspronkelijk in het Commissievoorstel was voorzien gehandhaafd blijven.
AM\549582NL.doc
35/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 118 Artikel 6, lid 3, letter a) a) een rijbewijs van categorie A of A1, voor gemotoriseerde drie- en vierwielers;
schrappen
Or. de Motivering Komt te vervallen wegens amendementen 13 tot 17 en de amendementen op artikel 4, lid 1, categorie B1 en B. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 119 Artikel 6, lid 3, letter a) a) een rijbewijs van categorie A of A1, voor gemotoriseerde drie- en vierwielers;
a) een rijbewijs van categorie A of A2, voor gemotoriseerde driewielers met een vermogen van ten hoogste 35 kW; een rijbewijs van categorie B, voor gemotoriseerde driewielers met een vermogen van meer dan 35 kW, indien de houder ervan de minimumleeftijd van 18 jaar heeft bereikt; Or. de
Motivering 18 jaar is voldoende. Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 120 Artikel 6, lid 3, inleidende formule 3. Voor het verkeer op hun grondgebied kunnen de lidstaten de volgende rijbewijzen gelijkwaardig verklaren:
3. Voor het verkeer op hun grondgebied verklaren de lidstaten de volgende rijbewijzen gelijkwaardig: Or. fr
PE 350.189v01-01
NL
36/94
AM\549582NL.doc
Motivering Om een hoop nutteloos geëxamineer te voorkomen, lijkt het verantwoord de houders van een autorijbewijs (B) het recht te verlenen ook met bromfietsen of lichte motorrijwielen te rijden. Dit zou het gebruik van bromfietsen en lichte motorrijwielen - met name scooters - in de plaats van auto's bevorderen, hetgeen een positieve uitwerking kan hebben op de mobiliteit en het milieu, vooral in stadsgebieden. Uit de statistieken is gebleken dat het als gelijkwaardig erkennen van rijbewijzen de verkeersveiligheid in het algemeen niet ongunstig beïnvloedt en door veel burgers met open armen wordt ontvangen. Algemene erkenning van de gelijkwaardigheid van dergelijke rijbewijzen zou het gebruik van scooters en motorrijwielen met een cilinderinhoud van 125 cc, dat qua verkeersveiligheid veel gunstiger uitvalt dan dat van zware motoren, kunnen bevorderen. Bovendien zijn wij anders dan de rapporteur van mening dat gemotoriseerde drie- en vierwielers technisch gezien vergelijkbaar zijn en grote voordelen hebben in termen van mobiliteit, met name in de stad. Daarom moet het oorspronkelijke voorstel van de Commissie (facultatief aanvullend rijbewijs: categorie B1) gehandhaafd blijven. Als bepaalde lidstaten zouden besluiten een rijbewijs voor drie- en vierwielers in te voeren, dan moet het gelijkwaardigheidsmechanisme dat oorspronkelijk in het Commissievoorstel was voorzien gehandhaafd blijven. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 121 Artikel 6, lid 3, letter b) b) een rijbewijs van categorie B, voor lichte motorrijwielen.
b) een rijbewijs van categorie B, voor bromfietsen en lichte motorrijwielen. Or. en
Motivering Aangezien de Europese richtlijn inzake rijbewijzen eveneens de gelijkwaardigheid regelt tussen diverse rijbewijzen zoals B-A1, A1-B1 enz. ligt het voor de hand de gelijkwaardigheid B-AM toe te voegen daar het bromfietsrijbewijs is opgenomen in het Europese kader. Hierdoor zouden houders van een autorijbewijs het recht hebben zonder bezwaarlijke bureaucratische rompslomp en examens kleine bromfietsen te besturen, zoals in een aantal Europese lidstaten reeds het geval is.
AM\549582NL.doc
37/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 122 Artikel 6, lid 3, letter b) b) een rijbewijs van categorie B, voor lichte motorrijwielen.
b) een rijbewijs van categorie B, voor bromfietsen en lichte motorrijwielen. Or. en
Motivering Het huidige EU-/VK-rijbewijs voor auto's (categorie B) omvat een nationaal recht waarvoor alleen een 'verplichte basisopleiding' hoeft te worden gevolgd. Het bromfiets-concept behelst een gemotoriseerde tweewieler, vandaar de maximumsnelheid van 25 mph/45 km, hoewel veel bromfietsen vandaag de dag de styling hebben van een scooter of een motorfiets. De opname van het recht biedt bestuurders de optie van een gemotoriseerde tweewieler, die eenvoudig te besturen en te controleren is, en extreem veilig is in het gebruik. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 123 Artikel 6, lid 3, letter b) b) een rijbewijs van categorie B, voor lichte motorrijwielen.
b) een rijbewijs van categorie B, voor lichte motorrijwielen. Met behulp van de in bijlage I vermelde geharmoniseerde communautaire codes geven de lidstaten op het rijbewijs aan dat de houder gerechtigd is tot het besturen van deze voertuigen. Or. de
Motivering Als een lidstaat gebruik maakt van de bijzondere mogelijkheden die artikel 6, lid 3 biedt, moeten de met de handhaving en controle belaste organen bij een aanhouding kunnen vaststellen of de bestuurder het recht heeft de betrokken voertuigcategorie te besturen. Om dit uit het rijbewijs duidelijk te laten blijken, blijft het nodig daarin de juiste codes te vermelden. Omdat diverse landen kunnen besluiten om categorieën uit hoofde van lid 3 als gelijkwaardig aan te merken, moeten voor deze op zich eendere rechten geharmoniseerde codes worden gebruikt. Dit dient de transparantie en moet het vrije verkeer vergemakkelijken.
PE 350.189v01-01
NL
38/94
AM\549582NL.doc
Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 124 Artikel 6, lid 3, letter b bis) (nieuw) b bis) voertuigen van de categorieën D en D1, door houders van een rijbewijs van categorie C, C1 en C+E , indien het korte verplaatsingen van lege voertuigen betreft. Or. de Motivering Dit geldt vooral voor verplaatsingen door werkplaatspersoneel. Amendement ingediend door Robert Atkins Amendement 125 Artikel 6, lid 3, letter b bis) (nieuw) b bis) voertuigen met een maximaal toegestane massa van meer dan 3.500 kg, door bestuurders van ten minste 21 jaar die sedert ten minste twee jaar houder zijn van een rijbewijs van categorie B, op voorwaarde dat de voertuigen meer dan 25 jaar oud zijn, op correcte, milieuvriendelijke en historisch verantwoorde wijze worden onderhouden, en voor niet-commerciële doeleinden worden gebruikt. Or. en Motivering Historische bussen en vrachtwagens worden voor niet-commerciële doeleinden en slechts zelden gebruikt. Zij worden voorzichtig en veilig bestuurd - een gevolg van de tijd en toeweiding die de eigenaren in hun instandhouding hebben geïnvesteerd. De richtlijn dient duidelijk te maken dat de lidstaten houders van rijbewijzen van categorie B mogen toestaan dergelijke historische bussen en vrachtwagens te besturen.
AM\549582NL.doc
39/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Gabriele Albertini, Luigi Cocilovo, Paolo Costa, Armando Dionisi, Francesco Musotto en Luca Romagnoli Amendement 126 Artikel 7, lid 1, letter a, streepje 1 - voor categorie AM;
schrappen Or. it Motivering
De minimumleeftijd van 14 jaar voor het besturen van bromfietsen sluit aan bij de gefaseerde aanpak voor bromfietsen die is ingevoerd met richtlijn 91/439/EG. Het stelt jongeren in staat hun rijvaardigheid geleidelijk op te voeren. Het zou daarom logisch zijn voor het rijbewijs AM een lagere leeftijd vast te stellen dan voor het rijbewijs A1 (16 jaar). Voorts biedt een minimumleeftijd van 14 jaar meer mobiliteitsmogelijkheden voor jongeren die willen en moeten deelnemen aan het maatschappelijk leven, en voor wie het openbaar vervoer, de fiets of de auto geen bruikbaar alternatief is. Amendement ingediend door Gabriele Albertini, Luigi Cocilovo, Paolo Costa, Armando Dionisi, Francesco Musotto en Luca Romagnoli Amendement 127 Artikel 7, lid 1, letter –a) (nieuw) -a) 14 jaar: - voor categorie AM; Or. it Motivering De minimumleeftijd van 14 jaar voor het besturen van bromfietsen sluit aan bij de gefaseerde aanpak voor bromfietsen die is ingevoerd met richtlijn 91/439/EG. Het stelt jongeren in staat hun rijvaardigheid geleidelijk op te voeren. Het zou daarom logisch zijn voor het rijbewijs AM een lagere leeftijd vast te stellen dan voor het rijbewijs A1 (16 jaar). Voorts biedt een minimumleeftijd van 14 jaar meer mobiliteitsmogelijkheden voor jongeren die willen en moeten deelnemen aan het maatschappelijk leven, en voor wie het openbaar vervoer, de fiets of de auto geen bruikbaar alternatief is. Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 128 Artikel 7, lid 1, letter –a) (nieuw) PE 350.189v01-01
NL
40/94
AM\549582NL.doc
-a) 14 jaar: - voor categorie AM; Or. fr Motivering Jongeren moeten vanaf de leeftijd van 14 jaar een bromfietsrijbewijs kunnen behalen. Dat zou veel meer in de lijn liggen van de progressieve benadering die de Europese Gemeenschap sinds de richtlijn van 1991 heeft gevolgd. Het onderhavige voorstel van de Commissie neigt veeleer naar vaststelling van dezelfde leeftijd voor het besturen van bromfietsen én lichte motorrijwielen (categorie A1). Het lijkt echter verstandiger om jongeren in de gelegenheid te stellen eerst twee jaar ervaring met een bromfiets op te doen alvorens hen met een licht motorrijwiel (categorie A1) te laten rijden. Bovendien zou het voorstel van de Commissie door veel jongeren in een groot aantal lidstaten als een straf worden ervaren omdat het gebruik van bromfietsen vanaf 14 jaar vooral op het platteland een belangrijk mobiliteitsinstrument is om naar school te gaan, om een opleiding te volgen of voor recreatieve doeleinden. Ter wille van het subsidiariteitsbeginsel moet de door artikel 7, lid 2 geboden afwijkingsmogelijkheid echter worden gehandhaafd, zodat lidstaten die voor het besturen van een bromfiets een minimumleeftijd van 16 jaar willen hanteren, dat kunnen blijven doen.
Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 129 Artikel 7, lid 1, letter c), streepje 1 - categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 en met goed gevolg een specifiek praktisch examen heeft afgelegd voor categorie A, zoals bepaald in artikel 8, lid 1, onder d);
- categorie A;
Or. en Motivering De minimumleeftijd voor motorfietsen moet worden gezien in samenhang met de minimumleeftijd voor andere categorieën motorvoertuigen die is gesteld op 18 jaar voor AM\549582NL.doc
41/94
PE 350.189v01-01
NL
personenvoertuigen van alle vermogenscategorieën. Uit ongevallenstatistieken blijkt dat de leeftijdsgroep 18-21 voor alle categorieën motorvoertuigen de meest kwetsbare is. Dit komt voort uit het gebrek aan ervaring en verlegging van de minimumleeftijd naar 21 zou het probleem eenvoudig doorschuiven naar de volgende leeftijdsgroep. Met het door de Commissie voorgestelde "examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag" zou qua tijd en kosten een onaanvaardbare extra belemmering worden opgeworpen voor het besturen van motorfietsen. Dit examen is niet verenigbaar met de geleidelijke aanpak. Er wordt een extra belemmering ingevoerd, en een oneerlijke situatie geschapen voor personen die recentelijk hun rijbewijs hebben verworven en die bereid zijn hun rijvaardigheid te ontwikkelen naarmate zij vorderen in het gefaseerde systeem. Indien de voorgestelde tekst wordt aangenomen moeten personen die de gefaseerde benadering kiezen twee of drie praktische examens afleggen, en personen die de rechtstreekse benadering kiezen slechts één. In Duitsland is deze benadering opgegeven nadat werd vastgesteld dat de aanvullende praktische examens niet op positieve wijze bijdroegen tot de verkeersveiligheid. De verkeersveiligheid is hierdoor niet aangetast.
Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 130 Artikel 7, lid 1, letter c), streepje 1 - categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 en met goed gevolg een specifiek praktisch examen heeft afgelegd voor categorie A, zoals bepaald in artikel 8, lid 1, onder d);
- categorie A;
Or. en Motivering Het is wenselijk de huidige leeftijd van 21 jaar voor rechtstreekse toegang te handhaven, aangezien we zien dat zelfs wanneer de minimumtoegangsleeftijd wordt verhoogd, ervaring moet worden opgedaan om het ongevallenrisico te reduceren. In het VK houden jonge bestuurders vanaf 17 jaar 'rechtstreekse toegang' tot auto's van alle prestatieniveau's. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 131 Artikel 7, lid 1, letter c), streepje 1
PE 350.189v01-01
NL
42/94
AM\549582NL.doc
- categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 en met goed gevolg een specifiek praktisch examen heeft afgelegd voor categorie A, zoals bepaald in artikel 8, lid 1, onder d);
- categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2;
Or. de Motivering Zie amendement op artikel 8, lid 1, letter d). Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 132 Artikel 7, lid 1, letter c) - categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 en met goed gevolg een specifiek praktisch examen heeft afgelegd voor categorie A, zoals bepaald in artikel 8, lid 1, onder d);
- categorie A, mits de kandidaat ten minste drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2;
- voor de categorieën C, C+E, D1 en D1+E, onverminderd de bepalingen die voor het besturen van deze voertuigen zijn vastgesteld bij Richtlijn 2003/59/EG;
- voor de categorieën C, C+E, D1 en D1+E, onverminderd de bepalingen die voor het besturen van deze voertuigen zijn vastgesteld bij Richtlijn 2003/59/EG; - voor de categorieën D en D+E, onverminderd de bepalingen die voor het besturen van deze voertuigen zijn vastgesteld bij Richtlijn 2003/59/EG; Or. de
Motivering Het besturen van voertuigen van categorie D en D+E is ook op jongere leeftijd zonder risico mogelijk. Drie jaar rijervaring met een motorrijwiel van categorie A2 is voldoende bewijs, zodat een extern praktisch examen overbodig is. De ervaring in Duitsland (studie van de "Bundesanstalt für Straßenwesen) leert dat een examen om toegang te krijgen tot de open categorie A, geen voordelen op het gebied van AM\549582NL.doc
43/94
PE 350.189v01-01
NL
veiligheid oplevert. De kosten van een extra examen vallen dus niet te rechtvaardigen. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 133 Artikel 7, lid 1, letter d), streepje 1 - voor categorie A;
schrappen Or. en Motivering
In overeenstemming met AM 129. Zie motivering aldaar. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 134 Artikel 7, lid 1, letter d), streepje 2 - voor de categorieën D en D+E, onverminderd de bepalingen die voor het besturen van deze voertuigen zijn vastgesteld bij Richtlijn 2003/59/EG;
- voor het trekken van voor particuliere doeleinden gebruikte aanhangwagens van meer dan 750 kg en minder dan 1.750 kg en voor het als particulier besturen van kampeerwagens tussen de 3.500 en 4.500 kg met een rijbewijs van de categorie B; Or. de Motivering
Voor de uitbreiding van de geldigheid van het rijbewijs B is naast een dienovereenkomstige opleiding eveneens een zekere ervaring nodig in het omgaan met voertuigen van de categorie B. Het besturen van voertuigen van de categorieën D en D+E is ook op jongere leeftijd zonder risico mogelijk. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 135 Artikel 7, lid 2, alinea 1 2. De lidstaten die een praktisch examen voor de toegang tot categorie AM verplicht stellen, kunnen van de voor de categorieën PE 350.189v01-01
NL
44/94
AM\549582NL.doc
A1 en A2 vastgestelde minimumleeftijd afwijken, en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 17 jaar. 2. De lidstaten kunnen van de voor de categorieën A, B en B + E vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 17 jaar. Zij kunnen van de voor categorie B1 vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs enkel vanaf 18 jaar afgeven. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorieën B en B1 waarvan de houder nog geen 18 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen.
De lidstaten kunnen van de voor de categorieën A, B en B + E vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 17 jaar. Zij kunnen van de voor categorie B1 vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs vanaf tot 18 jaar afgeven. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorieën B, B1 en B + E waarvan de houder nog geen 18 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen. De lidstaten kunnen de minimumleeftijd voor de afgifte van een rijbewijs voor voertuigen van categorie A tot 21 jaar verlagen of tot 27 jaar verhogen. Or. en
Motivering Het amendement betreffende categorie A biedt de lidstaten de mogelijkheid een minimumleeftijd vast te stellen van 17 jaar voor A1 (één jaar hoger dan de voorgestelde EUleeftijd) en A2 (één jaar lager dan de EU-leeftijd), en aldus in feite een tweefasenbenadering te creëren voor motorfietsen groter dan een brommer. Gezegd wordt dat deze benadering alleen geëigend is voor lidstaten die voor bestuurders van brommers een praktisch examen verplicht stellen. Het tweede deel van het amendement is identiek aan de tekst van de Commissie voor categorie B, B1 en B + E, met dien verstande dat het de tekst betreffende B1 verduidelijkt en een anomalie met betrekking tot B + E elimineert. De leeftijdsbepaling voor categorie A biedt flexibiliteit omtrent de minimumleeftijd waarop de lidstaten directe toegang tot de zwaarste motorfietsen kunnen toestaan. Amendement ingediend door Marta Vincenzi Amendement 136 Artikel 7, lid 2, alinea 1 De lidstaten kunnen van de voor de categorieën A, B en B + E vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het AM\549582NL.doc
De lidstaten kunnen van de voor de categorie B vastgestelde minimumleeftijd afwijken om toestemming te geven om te 45/94
PE 350.189v01-01
NL
desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 17 jaar. Zij kunnen van de voor categorie B1 vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs enkel vanaf 18 jaar afgeven. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorieën B en B1 waarvan de houder nog geen 18 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen.
oefenen in het besturen van deze categorie motorvoertuigen vanaf de leeftijd van 17 jaar en alleen op het eigen grondgebied, mits onder begeleiding en toezicht van een persoon die ten minste 10 jaar in het bezit is van een rijbewijs van categorie B of een hogere categorie. Een rijbewijs voor categorie B kan in geen geval worden afgegeven aan personen onder 18 jaar. Or. it
Motivering Het voorstel voor een richtlijn zou het mogelijk maken om al op 17-jarige leeftijd een motorvoertuig van categorie A - d.w.z. zwaardere tweewielers - te besturen, wat in zou gaan tegen het streven naar een grotere veiligheid op de Europese wegen. Bovendien zou de mogelijkheid om al met 17 jaar motorvoertuigen van de categorieën B en B + E (auto + aanhanger) te besturen, discriminatie betekenen van de gebruikers van tweewielers van de verschillende categorieën en ingaan tegen de algemene opzet van het voorstel voor een richtlijn dat voorziet in gedifferentieerde toegang voor de verschillende categorieën motorvoertuigen. Wij stellen voor om de Franse regeling voor de zogenaamde "conduite accompagnée" over te nemen. Hierbij wordt minderjarigen toegestaan om al een jaar voordat zij meerderjarig worden te oefenen met het besturen van een motorvoertuig, zodat zij zich beter kunnen voorbereiden op het rijexamen. Bovendien blijkt uit Franse cijfers dat zij zo meer verantwoordelijkheid achter het stuur ontwikkelen. Amendement ingediend door Gabriele Albertini, Luigi Cocilovo, Paolo Costa, Armando Dionisi, Francesco Musotto en Luca Romagnoli Amendement 137 Artikel 7, lid 2, alinea 2 De lidstaten kunnen van de voor de categorie AM vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 14 jaar. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorie AM waarvan de houder nog geen 16 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen.
De lidstaten kunnen van de voor de categorie AM vastgestelde minimumleeftijd afwijken tot een maximumleeftijd van 16 jaar. Deze lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorie AM waarvan de houder nog geen 16 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen. Or. it
PE 350.189v01-01
NL
46/94
AM\549582NL.doc
Motivering Dit amendement hangt samen met de amendementen 3 en 4. De leeftijd voor toegang moet de situatie weerspiegelen in landen waar bromfietsen een maatschappelijke rol spelen voor de mobiliteit van jongeren. De leeftijd moet daarom geharmoniseerd worden op 14 jaar met de mogelijkheid voor landen die de leeftijd nu vaststellen op 16 jaar om deze leeftijd te behouden. Dit amendement sluit aan bij het streven naar geleidelijke toegang. Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 138 Artikel 7, lid 2, alinea 2 De lidstaten kunnen van de voor de categorie AM vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 14 jaar. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorie AM waarvan de houder nog geen 16 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen.
De lidstaten kunnen van de voor de categorie AM vastgestelde minimumleeftijd afwijken en het desbetreffende rijbewijs afgeven vanaf 16 jaar. De lidstaten kunnen weigeren een rijbewijs van de categorie AM waarvan de houder nog geen 16 jaar oud is, als een op hun grondgebied geldig rijbewijs te erkennen. Or. fr
Motivering Jongeren moeten vanaf de leeftijd van 14 jaar een bromfietsrijbewijs kunnen behalen. Dat zou veel meer in de lijn liggen van de progressieve benadering die de Europese Gemeenschap sinds de richtlijn van 1991 heeft gevolgd. Het onderhavige voorstel van de Commissie neigt veeleer naar vaststelling van dezelfde leeftijd voor het besturen van bromfietsen én lichte motorrijwielen (categorie A1). Het lijkt echter verstandiger om jongeren in de gelegenheid te stellen eerst twee jaar ervaring met een bromfiets op te doen alvorens hen met een licht motorrijwiel (categorie A1) te laten rijden. Bovendien zou het voorstel van de Commissie door veel jongeren in een groot aantal lidstaten als een straf worden ervaren omdat het gebruik van bromfietsen vanaf 14 jaar vooral op het platteland een belangrijk mobiliteitsinstrument is om naar school te gaan, om een opleiding te volgen of voor recreatieve doeleinden. Ter wille van het subsidiariteitsbeginsel moet de door artikel 7, lid 2 geboden afwijkingsmogelijkheid echter worden gehandhaafd, zodat lidstaten die voor het besturen van een bromfiets een minimumleeftijd van 16 jaar willen hanteren, dat kunnen blijven doen.
AM\549582NL.doc
47/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 139 Artikel 7, lid 2, alinea 2 bis (nieuw) De lidstaten kunnen de minimumleeftijd voor de afgifte van rijbewijzen voor voertuigen van categorie D1 tot 18 jaar verlagen voor voertuigen die bij ongevallen of voor evacuaties worden gebruikt. Or. en Motivering Dit beoogt de bepalingen van de rijbewijzenrichtlijn nauwkeurig te laten aansluiten bij die van de onlangs goedgekeurde richtlijn 2003/59/EG (opleiding en nascholing van bestuurders van voor goederen- en personenvervoer bestemde voertuigen), zodat tot een consistente benadering wordt gekomen voor bestuurders van ziekenauto's en voertuigen van andere hulpdiensten. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 140 Artikel 7, lid 2, alinea 2 bis, 2 ter en 2 quater (nieuw) De lidstaten mogen de minimumleeftijd voor de categorieën A1, A2 en A verhogen, op voorwaarde dat - tussen de minimumleeftijd voor categorie A1 en de minimumleeftijd voor categorie A2 twee jaar zit; - vóór de afgifte van het rijbewijs voor categorie A hetzij twee jaar rijervaring met een motorrijwiel van categorie A2 is opgedaan, hetzij de minimumleeftijd voor categorie A zonder rijervaring op een motorrijwiel van categorie A2 ten minste vier jaar hoger ligt dan die voor categorie A2. De minimumleeftijd voor categorie A zonder rijervaring op een motorrijwiel van categorie A2 bedraagt ten hoogste 24 jaar. De lidstaten die de minimumleeftijd voor de categorieën A1, A2 of A verhoogd hebben, PE 350.189v01-01
NL
48/94
AM\549582NL.doc
erkennen de rijbewijzen van andere lidstaten. Or. de Motivering De gefaseerde toegang tot de diverse categorieën motorrijwielen is van cruciaal belang voor het verbeteren van de verkeersveiligheid van deze verkeersdeelnemers. De lidstaten hebben beperkt de mogelijkheid om de minimumleeftijd voor één van deze categorieën te verhogen, maar ze moeten het beginsel van gefaseerde toegang wel handhaven. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 141 Artikel 8, lid 1, letter b) b) de aanvrager van een rijbewijs van categorie AM moet enkel slagen voor een theoretisch examen. De lidstaten kunnen voor de afgifte van een rijbewijs van categorie AM eisen dat de aanvrager slaagt voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag en een medisch onderzoek ondergaat;
schrappen
Or. en Motivering Artikel 8, lid 1, letter c), is overbodig, aangezien heel artikel 8, lid 1, letter a), op bestuurders van brommers (categorie AM) van toepassing moet zijn, met andere woorden zij moeten aan de medische normen van bijlage III voldoen en ze moeten een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag en een theoretisch examen ondergaan. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 142 Artikel 8, lid 1, letter c) c) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A2 die ten minste twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel AM\549582NL.doc
c) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A2 die ten minste twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel 49/94
PE 350.189v01-01
NL
met rijbewijs A1 moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag;
met rijbewijs A1 moet enkel deelnemen aan een bestuurdersopleiding als bedoeld in bijlage VI quater; Or. de Motivering
Gelet op het beginsel van gefaseerde toegang mag van een bestuurder niet worden geëist dat hij zich met het oog op de overgang van categorie A1 naar A2 opnieuw onderwerpt aan een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag. Een opleiding die is toegesneden op deze overgang lijkt zinvoller. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 143 Artikel 8, lid 1, letter c) c) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A2 die ten minste twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A1 moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag;
c) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A2 die ten minste twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A1 ;
Or. en Motivering Deze aanpak spoort met de redenering achter de gefaseerde minimumleeftijd voor motorfietsen. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 144 Artikel 8, lid 1, letter d) d) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag; dit examen kan worden beperkt tot het onderdeel rijden in het verkeer waarbij PE 350.189v01-01
NL
d) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 moet enkel deelnemen aan een bestuurdersopleiding als bedoeld in bijlage VI quater; een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens drie jaar 50/94
AM\549582NL.doc
specifiek de klemtoon wordt gelegd op rijden op wegen buiten de bebouwde kom.
ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 en twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A1, hoeft geen verder examen af te leggen. Or. de Motivering
Gelet op het beginsel van gefaseerde toegang is in dit geval een aanvullend examen niet meer nodig. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 145 Artikel 8, lid 1, letter d) d) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag; dit examen kan worden beperkt tot het onderdeel rijden in het verkeer waarbij specifiek de klemtoon wordt gelegd op rijden op wegen buiten de bebouwde kom.
d) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2 .
Or. en Motivering Ik ben van mening dat het opnemen van een bijkomend motorexamen vóór de bestuurder een onbeperkt recht verwerft een onnodige belemmering is en zal leiden tot een kleiner aantal bestuurders dat via het 'opklimmen' tot een onbeperkt motorrijbewijs zal willen komen. Bovendien leidt het tot sterk uiteenlopende criteria dat zal resulteren in meer veiligheid. Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 146 Artikel 8, lid 1, letter d) d) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A die minstens twee jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met AM\549582NL.doc
d) een aanvrager die minstens drie jaar ervaring heeft opgedaan op een motorrijwiel met rijbewijs A2. Deze eis in verband met 51/94
PE 350.189v01-01
NL
rijbewijs A2 moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag; dit examen kan worden beperkt tot het onderdeel rijden in het verkeer waarbij specifiek de klemtoon wordt gelegd op rijden op wegen buiten de bebouwde kom.
de rij-ervaring hoeft echter niet te worden gesteld aan kandidaten van 24 jaar en ouder die slagen voor een specifiek examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag. Dit examen kan worden beperkt tot het onderdeel rijden in het verkeer waarbij specifiek de klemtoon wordt gelegd op rijden op wegen buiten de bebouwde kom. Or. en
Motivering Dit amendement zorgt ervoor dat toegang tot de grootste machines door de lidstaten optioneel kan worden gemaakt, in plaats van verplicht. Trapsgewijze toegang zou op zijn vroegst beschikbaar zijn vanaf 20 jaar. De EU-norm voor directe toegang tot de grootste machines zou op 24 jaar komen te liggen. Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 147 Artikel 8, lid 1, letter d bis) (nieuw) d bis) een aanvrager van een rijbewijs van categorie A1, A2 of A die al in het bezit is van een rijbewijs van categorie AM, A1 of A2, moet enkel slagen voor een examen inzake rijvaardigheid en rijgedrag; Or. de Motivering Omdat er in deze gevallen van kan worden uitgegaan dat de kandidaat slaagt voor het theoretische examen, is een aanvullend examen onnodig. Amendement ingediend door Christine De Veyrac en Dominique Vlasto Amendement 148 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven PE 350.189v01-01
NL
2. 2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven 52/94
AM\549582NL.doc
rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
Or. fr Motivering Er mag geen onderscheid worden gemaakt tussen personen onder de vijfenzestig jaar en personen van vijfenzestig jaar en ouder. Mensen van vijfenzestig jaar en ouder zijn maar zelden verantwoordelijk voor ongevallen en er is geen reden de regels voor hen te verzwaren. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 149 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur vanaf de leeftijd waarop het examen wordt afgelegd tot de datum waarop de bestuurder de leeftijd van 70 jaar bereikt. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van zeventig jaar zijn drie jaar geldig. Voor deze categorieën mogen de lidstaten hernieuwde vergunningverlening verplicht stellen op een eerdere leeftijd.
Or. en
AM\549582NL.doc
53/94
PE 350.189v01-01
NL
Motivering Er is geen enkele noodzaak rijbewijzen elke tien jaar te vernieuwen; dit is te bureaucratisch. Rijbewijzen hoeven alleen vanaf zeventig jaar te worden vernieuwd. Zeventig is een passender leeftijd om de geldigheidsduur van een rijbewijs te beperken. Rijbewijzen afgegeven aan personen ouder dan zeventig jaar moeten een kortere geldigheidsduur hebben om rekening te houden met het feit dat zij een grotere kans lopen gezondheidsproblemen te krijgen. De lidstaten moet meer flexibiliteit worden geboden met betrekking tot hernieuwde vergunningsverleningen. Amendement ingediend door Jörg Leichtfried Amendement 150 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] kunnen de lidstaten de administratieve geldigheidsduur van de voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen tot tien jaar beperken. De lidstaten kunnen ten aanzien van beginnende bestuurders van voertuigen van de categorieën A en B gedurende de eerste drie jaar na het behalen van het rijbewijs specifieke maatregelen treffen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
Or. de Motivering Aangezien de administratieve geldigheidsduur van rijbewijzen niet in alle landen beperkt is, moet naar een facultatieve oplossing worden gestreefd. Een verplichte beperking van de administratieve geldigheidsduur zou een te sterke ingreep betekenen in het nationale recht van de lidstaten en zou bovendien op onbegrip bij de betrokken burgers stuiten. Een algemene beperking van de geldigheidsduur voor 65+-ers lijkt niet gerechtvaardigd. Om specifieke maatregelen ten aanzien van beginnende bestuurders te kunnen nemen, hoeft de administratieve geldigheidsduur van het rijbewijs niet te worden beperkt. Het extra inwisselen van rijbewijzen zou alleen maar tot meer kosten leiden, zonder dat de veiligheid PE 350.189v01-01
NL
54/94
AM\549582NL.doc
erop vooruitgaat. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 151 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
2. Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van twintig jaar. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
Or. de Motivering Aangezien het rijbewijs over het algemeen alleen geldig is in combinatie met een ander document, bijv. een identiteitskaart, is een geldigheidsduur van 10 jaar overbodig. Uit wetenschappelijke studies en statistieken blijkt dat autorijders van boven de 65 jaar niet meer ongelukken veroorzaken dan jongere. Leeftijdsgebonden problemen als een afnemend gezichtsvermogen worden gecompenseerd door een voorzichtiger rijstijl en een grotere routine. Daarom moet bij de geplande geldigheidsduur niet worden gedifferentieerd naar leeftijd. Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 152 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [ in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven AM\549582NL.doc
2. Vanaf [ in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] kunnen de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven 55/94
PE 350.189v01-01
NL
rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar hebben. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
Or. de Motivering Uitgaande van het subsidiariteitsbeginsel moeten de lidstaten de geldigheidsduur van rijbewijzen zelfstandig kunnen regelen. Verder is een algemene beperking van de geldigheidsduur voor 65+-ers niet gerechtvaardigd. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 153 Artikel 8, lid 2, alinea 1 2. Vanaf [ in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] hebben de door de lidstaten voor de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E afgegeven rijbewijzen een administratieve geldigheidsduur van tien jaar. Rijbewijzen van deze categorieën die worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar zijn vijf jaar geldig. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
2. De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën A en B beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te verbeteren.
Or. de
PE 350.189v01-01
NL
56/94
AM\549582NL.doc
Motivering Een algemene beperking van de geldigheidsduur van rijbewijzen moet worden afgewezen daar dit niet resulteert in verbetering van de veiligheid, maar slechts in extra kosten ten gevolge van periodieke verlenging. Evenmin worden de talrijke fraudemogelijkheden daardoor ondervangen. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 154 Artikel 8, lid 2, alinea 2 Vanaf [in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum ] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
schrappen
Or. de Motivering Een algemene beperking van de geldigheidsduur van rijbewijzen moet worden afgewezen daar dit niet resulteert in verbetering van de veiligheid, maar slechts in extra kosten ten gevolge van periodieke verlenging. Evenmin worden de talrijke fraudemogelijkheden daardoor ondervangen. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 155 Artikel 8, lid 2, alinea 2 Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
AM\549582NL.doc
Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig.
57/94
PE 350.189v01-01
NL
Or. de Motivering Uit wetenschappelijke studies en statistieken blijkt dat autorijders van boven de 65 jaar niet meer ongelukken veroorzaken dan jongere. Leeftijdsgebonden problemen als een afnemend gezichtsvermogen worden gecompenseerd door een voorzichtiger rijstijl en een grotere routine. Daarom moet bij de geplande geldigheidsduur niet worden gedifferentieerd naar leeftijd. Amendement ingediend door Christine De Veyrac en Dominique Vlasto Amendement 156 Artikel 8, lid 2, alinea 2 Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig.
Or. fr Motivering Er mag geen onderscheid worden gemaakt tussen personen onder de vijfenzestig jaar en personen van vijfenzestig jaar en ouder. Mensen van vijfenzestig jaar en ouder zijn maar zelden verantwoordelijk voor ongevallen en er is geen reden de regels voor hen te verzwaren. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 157 Artikel 8, lid 2, alinea 2 Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan PE 350.189v01-01
NL
Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijftien jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan 58/94
AM\549582NL.doc
bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
Or. en Motivering Verlenging noodzakelijk omdat er geen enkele reden is de geldigheidsduur zo kort vast te stellen. Amendement ingediend door Ari Vatanen Amendement 158 Artikel 8, lid 2, alinea 2 Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen vijf jaar geldig. Rijbewijzen van deze zelfde categorieën zijn één jaar geldig wanneer zij worden afgegeven aan bestuurders die de leeftijd bereikt hebben van vijfenzestig jaar.
Vanaf [in te voegen datum: de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] zijn de door de lidstaten voor de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E afgegeven rijbewijzen tien jaar geldig.
De lidstaten kunnen de geldigheidsduur van het eerste rijbewijs dat wordt afgegeven aan beginnende bestuurders voor de categorieën C en D beperken tot drie jaar teneinde op deze bestuurders specifieke maatregelen te kunnen toepassen die beogen hun verkeersveiligheid te vergroten. Or. en Motivering Een algehele beperking van de geldigheidsduur van rijbewijzen voor bestuurders van 65 jaar en ouder lijkt niet gerechtvaardigd. Daarnaast zijn er, anders dan bij lichtere voertuigen, onvoldoende redenen de geldigheidsduur tot vijf jaar te beperken. Onnodige kosten en bureaucratie moeten worden vermeden. Wat de categorieën C en D betreft, moeten de lidstaten net als voor de categorieën A en B de mogelijkheid hebben voor nieuwe bestuurders een kortere geldigheidsduur vast te stellen om specifieke verkeersveiligheidsmaatregelen door te voeren. AM\549582NL.doc
59/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 159 Artikel 8, lid 2, alinea 3 Wanneer echter een vóór de inwerkingtreding van de richtlijn afgegeven rijbewijs moet worden verlengd omdat de geldigheidsduur ervan afloopt, zijn de verschillende in de eerste en tweede alinea vastgestelde geldigheidsduren van toepassing op deze verlenging.
schrappen
Or. de Motivering Een algemene beperking van de geldigheidsduur van rijbewijzen moet worden afgewezen daar dit niet resulteert in verbetering van de veiligheid, maar slechts in extra kosten ten gevolge van periodieke verlenging. Evenmin worden de talrijke fraudemogelijkheden daardoor ondervangen. Amendement ingediend door Christine De Veyrac en Dominique Vlasto Amendement 160 Artikel 8, lid 2, alinea 2 bis (nieuw) 2 bis. Lidstaten die het rijbewijs vernieuwen om het in overeenstemming te brengen met de vereisten van deze richtlijn, kunnen voor rijbewijzen die vóór de datum van inwerkingtreding van deze richtlijn zijn afgegeven van deze regel afwijken en de geldigheidsduur van het oorspronkelijke rijbewijs handhaven. Wanneer de houder van een geldig rijbewijs zijn gewone verblijfplaats verwerft in een andere lidstaat dan die welke het rijbewijs heeft afgegeven, kan het gastland in dat geval de in lid 2 voorziene geldigheidsduur toepassen op de houder van het rijbewijs. Or. fr
PE 350.189v01-01
NL
60/94
AM\549582NL.doc
Motivering De inwisseling van oude rijbewijzen mag nooit tot gevolg hebben dat verworven rechten om verschillende categorieën voertuigen te mogen besturen worden verloren of beperkt. Als zij dat willen mogen de lidstaten de oorspronkelijke geldigheidsduur handhaven. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 161 Artikel 8, lid 3, inleidende formule 3. De verlenging van het rijbewijs op het moment dat dit komt te vervallen is afhankelijk van:
schrappen
Or. de Motivering Een algemene beperking van de geldigheidsduur van rijbewijzen moet worden afgewezen daar dit niet resulteert in verbetering van de veiligheid, maar slechts in extra kosten ten gevolge van periodieke verlenging. Evenmin worden de talrijke fraudemogelijkheden daardoor ondervangen. Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 162 Artikel 8, lid 3, inleidende formule 3. De verlenging van het rijbewijs op het moment dat dit komt te vervallen is afhankelijk van:
3. De verlenging van het rijbewijs op het moment dat dit komt te vervallen is wanneer de lidstaat gebruik maakt van de in lid 2 genoemde mogelijkheden afhankelijk van: Or. de Motivering
Juridische aanpassing van de tekst als gevolg van amendement 152 op artikel 8, lid 2 (zie motivering bij dat amendement).
AM\549582NL.doc
61/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 163 Artikel 8, lid 3, letter a) a) een controle of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III voor de rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E;
a) het blijven voldoen aan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III voor de rijbewijzen van de categorieën D, D+E, D1, D1+E;
Or. de Motivering De voorwaarden waarop rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1 en C1+E worden verlengd, dienen ook aan de lidstaten te worden overgelaten. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 164 Artikel 8, lid 3, letter a) a) een controle of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III voor de rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1, D1+E;
a) een controle of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III voor de rijbewijzen van de categorieën D, D+E, D1, D1+E; een controle of voldaan is aan de minimumnormen inzake gezichtsscherpte voor het besturen van motorvoertuigen zoals beschreven in bijlage III, punt 6 voor de rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1, C1+E door houders tot 45 jaar; een controle of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III voor de rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1, C1+E door houders van 45 jaar en ouder;
PE 350.189v01-01
NL
62/94
AM\549582NL.doc
Or. en Motivering Het voorstel tot harmonisatie van de verplichte medische examens voor vrachtwagenbestuurders en het te laten samenvallen met de administratieve vernieuwing, zal in de praktijk neerkomen op een volledig medisch examen voor deze bestuurders om de vijf jaar na verwerving van het rijbewijs tot de leeftijd van 65 jaar. Hoewel de harmonisatie van medische examens op zich goed is, lijkt er geen medische grond te zijn voor het invoeren van een volledig medisch examen voor jonge beroepschauffeurs (2345 jaar), dat gemiddeld 70 pond (120 euro) kost. De medische ervaring in het VK geeft aan dat de leeftijd van 45 jaar geëigend is voor het invoeren van volledige medische examens. Er wordt dan ook voorgesteld voor bestuurders tot 45 jaar alleen een gezichtsscherptecontrole in te voeren. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 165 Artikel 8, lid 3, alinea 2 De lidstaten kunnen bij de verlenging van een rijbewijs van de categorieën A, A1, A2, B, B1 en B+E een controle verplicht stellen of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III.
schrappen
Or. en Motivering Dit is onnodig en bureaucratisch. Door bestuurders te verplichten de bevoegde nationale autoriteiten op de hoogte te stellen van wijzigingen in hun medische status, wordt dure en prescriptieve wetgeving overbodig. Amendement ingediend door Dieter-Lebrecht Koch Amendement 166 Artikel 8, lid 3, alinea 2 De lidstaten kunnen bij de verlenging van een rijbewijs van de categorieën A, A1, A2, B, B1 en B+E een controle verplicht stellen AM\549582NL.doc
De lidstaten kunnen bij de verlenging van een rijbewijs van de categorieën A, A1, A2, B, B1, B+E, C, C+E, C1 en C1+E een 63/94
PE 350.189v01-01
NL
of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III.
controle verplicht stellen of voldaan is aan de minimumnormen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorrijtuig zoals beschreven in bijlage III. Or. de
Motivering De voorwaarden waarop rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1 en C1+E worden verlengd, dienen ook aan de lidstaten worden overgelaten. Amendement ingediend door Corien Wortmann-Kool Amendement 167 Artikel 8, lid 3, alinea 2 bis (nieuw) De lidstaten mogen de in artikel 8, lid 2, vastgestelde geldigheidsduur van rijbewijzen van de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E waarvan de houder op hun grondgebied woont en ouder dan 45 jaar is beperken, teneinde frequentere medische onderzoeken of andere bijzondere maatregelen, zoals opfriscursussen, te kunnen voorschrijven. Een dergelijke beperking van de geldigheidsduur kan alleen op het moment van verlenging van een rijbewijs. Or. en Motivering Overeenkomstig artikel 8, lid 2 van het voorstel van de Commissie zullen houders van rijbewijzen van de categorieën C, C+E, C1, C1+E, D, D+E, D1 en D1+E reeds verplicht worden hun rijbewijs elke vijf jaar te verlengen. Op het moment van verlenging zullen deze houders volgens artikel 8, lid 3, letter a) van het voorstel van de Commissie aan een onderzoek worden onderworpen gebaseerd waarbij gekeken wordt of wordt voldaan aan de minimumnormen van lichamelijke en geestelijke geschiktheid om een voertuig te besturen. De houders van deze rijbewijzen worden overeenkomstig richtlijn 2003/59/EG ook onderworpen aan een beroepschauffeursopleiding. Vandaar dat dit amendement een beperking tot de categorieën AM, A1, A2, A, B, B1 en B+E voorstelt.
PE 350.189v01-01
NL
64/94
AM\549582NL.doc
Amendement ingediend door Luis de Grandes Pascual Amendement 168 Artikel 8, lid 3, alinea 2 bis (nieuw) De lidstaten kunnen systemen voor de berekening van verkeersovertredingen ('puntenstelsels') vaststellen die tot gevolg hebben dat de in lid 2 vastgestelde geldigheidsduur van rijbewijzen van elke categorie wordt beperkt. Deze systemen moeten doelmatig, afschrikwekkend en evenredig zijn en variëren naar gelang het beroep of de categorie van de bestuurder. Or. es Motivering Beroepschauffeurs moeten passende bescherming genieten. Het kan door omstandigheden gebeuren dat een beroepschauffeur zijn rijbewijs verliest door overtredingen die hij als particuliere bestuurder heeft begaan. Dit zou directe gevolgen voor zijn arbeidssituatie hebben en zou kunnen leiden tot het verlies van zijn baan. Amendement ingediend door Ewa Hedkvist Petersen Amendement 169 Artikel 8, lid 3, alinea 2 bis (nieuw) De lidstaten mogen de in artikel 8, lid 2, vastgestelde geldigheidsduur van rijbewijzen waarvan de houder op hun grondgebied woont, beperken. Zij kunnen ook bijzondere maatregelen, zoals opfriscursussen, voorschrijven. Een dergelijke beperking van de geldigheidsduur kan alleen op het moment van verlenging van een rijbewijs. Or. en Motivering Uit onderzoek is gebleken dat het opleiden van bestuurders een levenslang proces is en niet beperkt kan blijven tot één examen dat na een bepaalde leeftijd wordt herzien. Regelmatige actualiseringen door middel van specifieke opfriscursussen leiden tot veiliger rijgedrag. AM\549582NL.doc
65/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Gilles Savary Amendement 170 Artikel 8, lid 4 bis (nieuw) 4 bis De administratieve verlenging van rijbewijzen op de voorwaarden van de artikelen 8.2 en 8.3 mag voor de houder van het rijbewijs geen extra kosten met zich meebrengen. Bovendien moeten de in bijlage III genoemde tests voor het bepalen van de lichamelijke en geestelijke geschiktheid gratis zijn. Or. fr Motivering Hoe legitiem het opleggen van een periodiek medisch onderzoek voor het verkrijgen of verlengen van een rijbewijs, de geleidelijke invoering van één enkel rijbewijsmodel in de Europese Unie en de geleidelijke harmonisering van de voorwaarden voor het verkrijgen van een rijbewijs ook mag zijn, deze nieuwe bepalingen mogen geen nieuwe financiële lasten voor de gebruikers met zich meebrengen. Juist nu een groeiend deel van de bevolking geen werk heeft of in een onzekere financiële situatie verkeert, zou het indruisen tegen de doelstellingen van sociale en territoriale cohesie en volledige werkgelegenheid als nieuwe belemmeringen voor het grondrecht op mobiliteit worden ingevoerd. Het lijkt terecht dat de kosten van een verhoging van de verkeersveiligheid en de rechtszekerheid worden gedragen door de overheid.Amendement ingediend door Gary Titley Amendement 171 Artikel 8, lid 5 5. Eenieder kan slechts houder zijn van één enkel rijbewijs. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om zich ervan te vergewissen dat een aanvrager van een eerste rijbewijs of van een verlenging van een rijbewijs niet reeds houder is van een geldig rijbewijs of een door de autoriteiten van een andere lidstaat opgeschort rijbewijs. Zij gaan eveneens na of door de autoriteiten van een lidstaat met betrekking tot de aanvrager geen beslissing houdende een verbod van afgifte van het rijbewijs is uitgesproken.
5. a)Eenieder kan slechts houder zijn van één enkel rijbewijs.
b) De lidstaten weigeren een rijbewijs af te PE 350.189v01-01
NL
66/94
AM\549582NL.doc
geven aan een aanvrager die houder is van een geldig rijbewijs afgegeven door de autoriteiten van een andere lidstaat. Een lidstaat kan ook weigeren een rijbewijs af te geven aan een aanvrager tegen wie in een andere lidstaat een van de in artiekl 12, lid 2, bedoelde maatregelen is getroffen; c) De lidstaten nemen stappen overeenkomstig artikel 8, lid 5, letter b) - De noodzakelijke stappen met betrekking tot de afgifte, vervanging of verlenging van een rijbewijs zijn het bij andere lidstaten natrekken of er redelijke gronden zijn te vermoeden dat de aanvrager reeds houder van een rijbewijs is. - De noodzakelijke stappen met betrekking tot de inwisseling van een rijbewijs afgegeven door een andere lidstaat zijn het bij de andere lidstaat die het rijbewijs heeft afgegeven natrekken of tegen de aanvrager een van de in artikel 12, lid 2, bedoelde maatregelen is getroffen. d) Om gemakkelijker de internationale controles te kunnen uitvoeren ter ondersteuning van artikel 8, lid 5, letter b), ontwerpt, organiseert en beheert de Commissie samen met de lidstaten een netwerk voor de internationale uitwisseling van rijbewijsgegevens tussen elke lidstaat. Or. en Motivering Net als in het tekstvoorstel van de Commissie bepaalt dit amendement dat niemand meer dan één rijbewijs mag hebben, ook niet wanneer deze door dezelfde lidstaat zijn afgegeven. De Artikelen 8, lid 5, letter b) en letter c), voorzien in een harde verplichting (die wel evenredig is aan het probleem) voor de lidstaten om navraag te doen bij andere lidstaten. Artiekl 8, lid 5, letter d) voorziet in een passende verplichting voor de Commissie om de noodzakelijke stappen te nemen om de internationale controles met betrekking tot rijbewijzen te vergemakkelijken.
AM\549582NL.doc
67/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 172 Artikel 9 De noodzakelijke wijzigingen om de bijlagen I tot en met IV aan te passen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang, worden aangenomen volgens de in artikel 10 bedoelde procedure.
De noodzakelijke wijzigingen om de bijlagen I tot en met IV, VI bis, VI ter en VI quater aan te passen aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang, worden aangenomen volgens de in artikel 10 bedoelde procedure. Or. de
Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 173 Artikel 11 Vanaf de inwerkingtreding van deze richtlijn moeten de examinatoren voor het rijbewijs voldoen aan de minimumnormen van bijlage IV. Examinatoren voor het rijbewijs die hun functie uitoefenen vóór [ in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] dienen niet te beschikken over de in punt 2 van de genoemde bijlage bedoelde basisbekwaamheid.
Vanaf de inwerkingtreding van deze richtlijn moeten de examinatoren voor het rijbewijs voldoen aan de minimumnormen van bijlage IV. Examinatoren voor het rijbewijs die hun functie uitoefenen vóór [ in te voegen datum : de bij artikel 17, lid 2, vastgestelde datum] moeten uitsluitend voldoen aan de voorschriften betreffende kwaliteitszorg en periodieke bijscholing. Bovendien wordt lidstaten toegestaan voorschriften vast te stellen voor de opleiding en nascholing van bestuurders. Or. it
Motivering Ook rijexaminatoren die het beroep reeds uitoefenen moeten zich periodiek bijscholen. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel moeten de lidstaten, vooral die waar al kwaliteitsnormen voor autorijscholen bestaan, voorschriften kunnen vaststellen voor de voorbereiding op het behalen van het rijbewijs en de nascholing van bestuurders. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 174 Artikel 12, lid 4, alinea 2
PE 350.189v01-01
NL
68/94
AM\549582NL.doc
Een lidstaat kan eveneens weigeren een rijbewijs af te geven aan een aanvrager tegen wie in een andere lidstaat een dergelijke maatregel is getroffen.
Een lidstaat kan geen nieuw rijbewijs afgeven aan een aanvrager tegen wie in een andere lidstaat een dergelijke maatregel is getroffen. Or. de
Motivering De Commissie gaat met haar voorstel voorbij aan het beginsel dat slechts één rijbewijs mag worden verstrekt, daar de in lid 2 opgesomde maatregelen, waarnaar wordt verwezen, van voorbijgaande aard kunnen zijn. Er zou dus een onduidelijke juridische situatie ontstaan, indien aan één persoon twee rijbewijzen werden verstrekt. Amendement ingediend door Willi Piecyk Amendement 175 Artikel 12, lid 4, alinea 2 bis (nieuw) Een lidstaat kan eveneens weigeren de geldigheid te erkennen van een rijbewijs dat door een andere lidstaat is afgegeven aan een persoon die op het tijdstip van afgifte zijn woonplaats niet had in de lidstaat van afgifte. Or. de Motivering Er zijn op internet al veel aanbieders die voorstellen dat personen wie in een lidstaat de rijbevoegdheid is ontzegd (bijv. wegens rijden onder invloed van alcohol of drugs), een schijnwoonplaats in het buitenland kiezen en daar een rijbewijs halen, om zo de voorwaarden voor het terugkrijgen van het rijbewijs te omzeilen. Daardoor wordt niet alleen de verkeersveiligheid ernstig geschaad, maar worden ook de concurrentieverhoudingen tussen rijscholen aanzienlijk verstoord. Amendement ingediend door Margrete Auken Amendement 176 Artikel 15, alinea –1 (nieuw) De Commissie publiceert om de twee jaar een rapport over de goede praktijken van de lidstaten op het gebied van opleiding inzake AM\549582NL.doc
69/94
PE 350.189v01-01
NL
veilig, zuinig en milieuvriendelijke rijgedrag. Or. en Motivering Met één Europees rijbewijsmodel zou er ook behoefte kunnen bestaan aan één Europees model voor rijlessen op een hoog niveau. Verandering van rijgedrag, aangeleerd in het kader van de lessen voor het verwerven van het rijbewijs, kunnen veel winst opleveren op de gebieden veiligheid, energiebesparing en de productie van emiisies en lawaai in het wegvervoer. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 177 Bijlage I, lid 2, blz. 2, letter a), codes 01 t/m 99, geharmoniseerde codes van de Gemeenschap, code 95 bis (nieuw) 95 bis. De bestuurder heeft deelgenomen aan een bestuurdersopleiding als bedoeld in artikel 4, lid 1, categorie B, en is op grond daarvan gerechtigd een kampeerwagen als bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1 van richtlijn 2001/116/EG, voor niet-commerciële doeleinden te besturen. Or. de Motivering Dit amendement vloeit voort uit amendement 102. Amendement ingediend door Reinhard Rack Amendement 178 Bijlage I, lid 2, blz. 2, letter a), punt 14 bis (nieuw) 14 bis. Medische gegevens voor noodgevallen moeten in deze ruimte (nr. 14) worden vermeld. Or. de PE 350.189v01-01
NL
70/94
AM\549582NL.doc
Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 179 Bijlage I, lid 2, blz. 2, letter c) c) Op het rijbewijs van Europees model moet ruimte worden vrijgehouden voor een eventuele microprocessor of gelijkwaardige geïnformatiseerde voorziening.
schrappen
Or. de Motivering Dit amendement vloeit voort uit amendement 89. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 180 Bijlage II, hoofdstuk I, inleidende formule De lidstaten nemen de nodige maatregelen om zich ervan te vergewissen dat de toekomstige bestuurders voldoen aan de eisen inzake kennis, rijvaardigheid en rijgedrag voor het besturen van een motorvoertuig. Het daartoe ingestelde examen behelst:
De lidstaten nemen de nodige maatregelen om zich ervan te vergewissen dat de toekomstige bestuurders voldoen aan de eisen inzake kennis, rijvaardigheid en rijgedrag voor het besturen van een voertuig. Het daartoe ingestelde examen behelst:
Or. it Motivering Ter verduidelijking, want de eisen voor rijexamens in bijlage II gelden ook voor motorrijwielen en niet alleen voor motorvoertuigen. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 181 Bijlage II, hoofdstuk I, letter A), punt 1, alinea 2 Indien de kandidaat houder is van een rijbewijs voor een andere categorie waarvoor met goed gevolg een theoretisch examen is afgelegd, kan vrijstelling worden verleend AM\549582NL.doc
Indien de kandidaat houder is van een rijbewijs voor een andere categorie waarvoor met goed gevolg een theoretisch examen is afgelegd, kan vrijstelling worden verleend 71/94
PE 350.189v01-01
NL
van de bepalingen in punt 2 tot en met 4 van deze bijlage die deze rijbewijzen gemeen hebben.
van de bepalingen in punt 2 tot en met 4 van deze bijlage die deze rijbewijzen gemeen hebben met dien verstande dat nog steeds examen moet worden afgelegd. Or. it
Motivering Het moet duidelijk zijn dat alleen voor een deel van het programma vrijstelling kan worden gegeven, maar niet voor het hele examen. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis, Luís Queiró en Philip Bradbourn Amendement 182 Bijlage II, hoofdstuk I, letter A), punt 2.1.4, streepje 1 – specifieke risico's in verband met de onervarenheid van medeweggebruikers en de deelneming aan het verkeer van de meest kwetsbare categorieën, zoals kinderen, voetgangers, fietsers en passagiers die in hun mobiliteit beperkt zijn;
– specifieke risico's in verband met de onervarenheid van medeweggebruikers en de deelneming aan het verkeer van de meest kwetsbare categorieën, zoals kinderen, voetgangers, fietsers, motorrijders en passagiers die in hun mobiliteit beperkt zijn; Or. en
Motivering Uit statistieken blijkt dat automobilisten twee derden van de ongevallen veroorzaken waarbij motorrijders betrokken zijn. Uit de cijfers blijkt eveneens dat automobilisten die ervaring hebben als motorrijder minder vaak verantwoordelijk zijn voor ongelukken tussen auto's en motorfietsen. Daarom zou een eis ten aanzien van bewustwording van motorvoertuigen op twee wielen in het kader van de verstrekking van rijbewijzen voor andere categorieën voertuigen bijdragen tot een aanzienlijke verlaging van het aantal ongelukken dat geen verband houdt met rijbewijzen voor motorfietsen. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis, Luís Queiró en Philip Bradbourn Amendement 183 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.1, alinea 2 bis (nieuw)
PE 350.189v01-01
NL
72/94
AM\549582NL.doc
Indien de kandidaat vervolgens slaagt voor een rijvaardigheidsexamen waarin de nadruk uitsluitend ligt op de bediening van de schakeling van een handgeschakeld voertuig, wordt deze vermelding verwijderd. Or. en Motivering Hoewel er verschillen zijn in de bediening van automatische en handgeschakelde voertuigen mag de latere rijbevoegdheid voor handgeschakelde voertuigen niet de tijd en kosten vergen van een volledig rijexamen; het volstaat dat wordt vastgesteld dat de kandidaat in staat is veilig een handschakeling te bedienen. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 184 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, alinea 1 De voertuigen die gebruikt worden voor het examen inzake de rijvaardigheid en het rijgedrag moeten voldoen aan de volgende minimumnormen. De lidstaten kunnen daaraan strengere eisen stellen of andere normen toevoegen.
De voertuigen die gebruikt worden voor het examen inzake de rijvaardigheid en het rijgedrag moeten voldoen aan de volgende minimumnormen.
Or. en Motivering De specificering van de examenvoertuigen op basis van vermogen in plaats van cilinderinhoud minimaliseert de kosten voor ombouw voor opleidingsdoeleinden en zal bijdragen tot het betaalbaar houden van de rij-opleiding. Daarnaast ben ik van mening dat er een speciaal argument is voor motorfietsen met automatische schakeling, in het bijzonder scooters. Wanneer van scootergebruikers wordt verlangd dat zijn examen afleggen op een motorfiets met een cilinderinhoud van meer dan 375cc, zal dat velen van deze gebruikers van dit typische woon-werkvervoermiddel afschrikken.
AM\549582NL.doc
73/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 185 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, alinea 1 De voertuigen die gebruikt worden voor het examen inzake de rijvaardigheid en het rijgedrag moeten voldoen aan de volgende minimumnormen. De lidstaten kunnen daaraan strengere eisen stellen of andere normen toevoegen.
De voertuigen die gebruikt worden voor het examen inzake de rijvaardigheid en het rijgedrag moeten voldoen aan de volgende minimumnormen.
Or. en Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 186 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie A1 Categorie A1:
Categorie A1:
Motorrijwiel van categorie A1 zonder zijspan met een cilinderinhoud van ten minste 120 cm³ dat een snelheid van ten minste 90 kilometer per uur kan bereiken
Motorrijwiel van categorie A1 zonder zijspan met een cilinderinhoud van ten minste 120 cm³ dat een snelheid van ten minste 90 kilometer per uur kan bereiken De lidstaten kunnen van deze specificaties afwijken indien zij op dit moment een systeem van voorlopige rijbewijzen hanteren in het kader waarvan een voertuig met een geringer vermogen een wezenlijk element vormt in het proces van opleiding en examinering. Het voertuig dat tijdens het examen wordt gebruikt dient ten minste een cilinderinhoud van 120 cc te hebben en ten minste een snelheid van 90 km/u te kunnen halen. Or. en Motivering
Wanneer dergelijke voertuigen een essentieel onderdeel van de opleiding en het examen in een lidstaat uitmaken, moeten deze gebruikt kunnen blijven worden. Amendement ingediend door Helmuth Markov, Luca Romagnoli, Armando Dionisi, PE 350.189v01-01
NL
74/94
AM\549582NL.doc
Francesco Musotto, Marta Vincenzi, Paolo Costa, Patrick Louis en Luís Queiró Amendement 187 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie A2 Categorie A2:
Categorie A2:
Motorrijwiel van categorie A2 zonder zijspan met een cilinderinhoud van ten minste 375 cm³ en een vermogen van ten minste 25 kW
Motorrijwiel van categorie A2 zonder zijspan met een vermogen van ten minste 25 kW voor een voertuig met handschakeling en meer dan 11 kW voor een voertuig met automatische schakeling. De lidstaten kunnen van deze specificaties afwijken indien zij op dit moment een systeem van voorlopige rijbewijzen hanteren in het kader waarvan een voertuig met een geringer vermogen een wezenlijk element vormt in het proces van opleiding en examinering. Het voertuig dat tijdens het examen wordt gebruikt dient ten minste een cilinderinhoud van 120 cc te hebben en ten minste een snelheid van 90 km/u te kunnen halen. Or. en Motivering
Het Commissievoorstel is, met name wegens de kosten en uit overwegingen van eerlijkheid, niet praktisch voor rijscholen en voor de gebruikers. Momenteel beschikken rijscholen over slechts twee verschillende soorten motorfietsen voor het examen, een van het type A1 en een motorfiets met een motor met een cilinderinhoud van 400 tot 600 cc met een gemiddeld vermogen. In sommige lidstaten gaat het voorlopige systeem voor de toekenning van rijbewijzen uit van machines met een geringer vermogen. In andere lidstaten zijn de meeste tweewielige motorvoertuigen scooters met een cilinderinhoud van 200 tot 250 cc die vanaf 18 jaar kunnen worden gebruikt met een rijbewijs A2. Het zou een werkelijke belemmering vormen als kandidaten werden gedwongen dit examen af te leggen op een volstrekt ander type voertuig (d.w.z. een motorfiets met een cilinderinhoud van meer dan 375 cc) in plaats van op een stadspendelaar, meestal hun eigen scooter. Voorts worden doordat kandidaten hun eigen voertuig kunnen gebruiken voor opleiding en examen hun kosten beperkt en eveneens wordt de verkeersveiligheid opgevoerd, daar de kandidaat zijn kennis verdiept van het voertuig dat hij, als hij het rijbewijs eenmaal heeft gehaald, in het verkeer mag gebruiken.
AM\549582NL.doc
75/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 188 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie A2 Categorie A2:
Categorie A2:
Motorrijwiel van categorie A2 zonder zijspan met een cilinderinhoud van ten minste 375 cm³ en een vermogen van ten minste 25 kW
Motorrijwiel van categorie A2 zonder zijspan met een vermogen van ten minste 25 kW voor een voertuig met handschakeling en meer dan 11 kW voor een voertuig met automatische schakeling. Or. en Motivering
Noodzaak van een duidelijker definitie van voertuigen met handschakeling en voertuigen met automatische schakeling in categorie A2. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 189 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie A Categorie A:
Categorie A:
Motorrijwiel van categorie A zonder zijspan met een cilinderinhoud van ten minste 600 cm³ en een vermogen van ten minste 35 kW
Motorrijwiel van categorie A zonder zijspan en een vermogen van ten minste 35 kW
Or. en Motivering Voor voertuigen van categorie A moet de cilinderinhoud worden geschrapt, aangezien allen het vermogen relevant is. Amendement ingediend door Anne Elisabet Jensen Amendement 190 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie C Categorie C:
Categorie C:
Voertuig van categorie C met een maximaal toegestane massa van ten minste 12 000 kg,
Voertuig van categorie C met een maximaal toegestane massa van ten minste 15 000 kg,
PE 350.189v01-01
NL
76/94
AM\549582NL.doc
een lengte van ten minste 8 m en een breedte van ten minste 2,40 m, waarmee een snelheid van ten minste 80 km per uur kan worden bereikt; uitgerust met ABS, met een versnellingsbak met ten minste acht voorwaartse versnellingen en met controleapparatuur als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 3821/85; de laadruimte moet bestaan uit een gesloten opbouw die ten minste even breed en hoog is als de cabine; de feitelijke totale massa van het voertuig moet minimaal 10 000 kg bedragen;
een lengte van ten minste 9 m en een breedte van ten minste 2,50 m, waarmee een snelheid van ten minste 80 km per uur kan worden bereikt; uitgerust met ABS, met een versnellingsbak met ten minste acht voorwaartse versnellingen en met controleapparatuur als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 3821/85; de laadruimte moet bestaan uit een gesloten opbouw die ten minste even breed en hoog is als de cabine; de feitelijke totale massa van het voertuig moet minimaal 10 000 kg bedragen; Or. da
Motivering In bijlage II van de richtlijn (minimumeisen voor rijexamens) worden eisen gesteld aan de voertuigen voor rijexamens voor categorie C en C+E. Voor categorie C wordt voorgesteld dat het voertuig een totale massa van minimaal 12.000 kg heeft, ten minste 8 m lang is en minimaal 2,4 m breed. Voor categorie C+E moet het samenstel minimaal een totale massa van 20.000 kg hebben, waarbij het trekkende voertuig ten minste 7,5 m lang is en de hele combinatie ten minste 14 m. De breedte hoeft hier ook slechts 2,4 m te zijn. Hoewel het hierbij om minimumeisen gaat en de lidstaten het gebruik van grotere voertuigen kunnen voorschrijven, is het voor de verkeersveiligheid van belang dat kandidaten les krijgen en afrijden in voertuigen die de maximale afmetingen zo dicht mogelijk benaderen. Daarom wordt voor voertuigen van categorie C voorgesteld als minimumeisen een lengte van 9 m, een breedte van 2,5 m en een maximaal toestane massa van 15.000 kg voor te schrijven. Voor combinaties moet als minimumeis worden gesteld een totale lengte van 16,5 m, een breedte van 2,5 m en een maximaal toestane massa van 30.000 kg. Amendement ingediend door Anne Elisabet Jensen Amendement 191 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 5.2, categorie C+E Categorie C+E:
Categorie C+E:
Geleed voertuig of een samenstel bestaande uit een examenvoertuig van categorie C en een aanhangwagen van ten minste 7,5 m lang; dit voertuig of samenstel moet een maximaal toegestane massa van ten minste 20 000 kg hebben, een lengte van ten minste 14 m en een breedte van ten minste 2,40 m;
Geleed voertuig of een samenstel bestaande uit een examenvoertuig van categorie C en een aanhangwagen van ten minste 7,5 m lang; dit voertuig of samenstel moet een maximaal toegestane massa van ten minste 30 000 kg hebben, een lengte van ten minste 16,5 m en een breedte van ten minste
AM\549582NL.doc
77/94
PE 350.189v01-01
NL
met dit gelede voertuig of samenstel moet een snelheid van ten minste 80 km per uur kunnen worden bereikt en het moet zijn uitgerust met ABS, met een versnellingsbak met ten minste acht voorwaartse versnellingen en met controleapparatuur als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 3821/85; de laadruimte moet bestaan uit een gesloten opbouw die ten minste even breed en hoog is als de cabine; de feitelijke totale massa van het gelede voertuig of het samenstel moet minimaal 15 000 kg bedragen;
2,50 m; met dit gelede voertuig of samenstel moet een snelheid van ten minste 80 km per uur kunnen worden bereikt en het moet zijn uitgerust met ABS, met een versnellingsbak met ten minste acht voorwaartse versnellingen en met controleapparatuur als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 3821/85; de laadruimte moet bestaan uit een gesloten opbouw die ten minste even breed en hoog is als de cabine; de feitelijke totale massa van het gelede voertuig of het samenstel moet minimaal 15 000 kg bedragen; Or. da
Motivering In bijlage II van de richtlijn (minimumeisen voor rijexamens) worden eisen gesteld aan de voertuigen voor rijexamens voor categorie C en C+E. Voor categorie C wordt voorgesteld dat het voertuig een totale massa van minimaal 12.000 kg heeft, ten minste 8 m lang is en minimaal 2,4 m breed. Voor categorie C+E moet het samenstel minimaal een totale massa van 20.000 kg hebben, waarbij het trekkende voertuig ten minste 7,5 m lang is en de hele combinatie ten minste 14 m. De breedte hoeft hier ook slechts 2,4 m te zijn. Hoewel het hierbij om minimumeisen gaat en de lidstaten het gebruik van grotere voertuigen kunnen voorschrijven, is het voor de verkeersveiligheid van belang dat kandidaten les krijgen en afrijden in voertuigen die de maximale afmetingen zo dicht mogelijk benaderen. Daarom wordt voor voertuigen van categorie C voorgesteld als minimumeisen een lengte van 9 m, een breedte van 2,5 m en een maximaal toestane massa van 15.000 kg voor te schrijven. Voor combinaties moet als minimumeis worden gesteld een totale lengte van 16,5 m, een breedte van 2,5 m en een maximaal toestane massa van 30.000 kg. Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 192 Bijlage II, hoofdstuk I, letter B), punt 7.4.9 bis (nieuw) 7.4.9 bis Categorie B: overeenkomstig artikel 4, lid 1, categorie B vereiste speciale bestuurdersopleiding, als bedoeld in bijlage II bis. Or. de
PE 350.189v01-01
NL
78/94
AM\549582NL.doc
Motivering Dit amendement vloeit voort uit amendement 102. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 193 Bijlage III, Definities, punt 1.1 1.1. Groep 1:
schrappen
bestuurders van voertuigen van de categorieën A, A1, B, B1 en B + E. Or. en Motivering Ik geloof niet dat deze bestuurders een verplicht medisch examen moeten ondergaan. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 194 Bijlage III, Medische onderzoeken, punt 3 3. Groep 1:
schrappen
De aanvragers moeten een medisch onderzoek ondergaan, indien bij het vervullen van de vereiste formaliteiten of tijdens het examen dat zij moeten afleggen voor het verkrijgen van een rijbewijs, blijkt dat zij één of meer van de in deze bijlage vermelde lichamelijke of geestelijke gebreken hebben. Or. en Motivering Bestuurders van Groep 1 moeten niet verplicht worden een duur, bureaucratisch en onnodig medisch onderzoek te ondergaan.
AM\549582NL.doc
79/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 195 Bijlage III, Medische onderzoeken, punt 4 4. Groep 2:
4. Groep 2:
De aanvragers moeten een medisch onderzoek ondergaan vóór de eerste afgifte van een rijbewijs; vervolgens dienen de bestuurders de periodieke onderzoeken te ondergaan bij elke verlenging van het rijbewijs.
De aanvragers moeten een gezichtsscherpte-onderzoek ondergaan vóór de eerste afgifte van een rijbewijs; vervolgens dienen de bestuurders hun nationale autoriteiten in kennis te stellen van elke significante wijzigingen in hun gezondheidstoestand. Or. en
Motivering Een volledig medisch onderzoek is niet nodig, alleen een test van de gezichtsscherpte volstaat. Het kennisgevingssysteem is geëigender dan onnodige medische onderzoeken bij elke verlenging van het rijbewijs. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 196 Bijlage III, Gezichtsvermogen, punt 6, alinea 1 Groep 1:
Groep 1:
6. Iedere aanvrager van een rijbewijs dient de nodige onderzoeken te ondergaan om vast te stellen of hij beschikt over voldoende gezichtsscherpte voor het besturen van motorvoertuigen. Indien daarover twijfel bestaat, moet hij door een bevoegde medische instantie worden onderzocht. Bij dat onderzoek moet vooral gelet worden op de gezichtsscherpte, het gezichtsveld, het gezichtsvermogen in het schemerdonker en progressieve oogziekten.
6. Iedere aanvrager van een rijbewijs kan de nodige onderzoeken ondergaan om vast te stellen of hij beschikt over voldoende gezichtsscherpte voor het besturen van motorvoertuigen. Indien daarover twijfel bestaat, moet hij door een bevoegde medische instantie worden onderzocht. Bij dat onderzoek moet vooral gelet worden op de gezichtsscherpte, het gezichtsveld, het gezichtsvermogen in het schemerdonker en progressieve oogziekten. Or. en
Motivering Dit is iets waarover de regeringen van de lidstaten moeten beslissen en moet derhalve niet PE 350.189v01-01
NL
80/94
AM\549582NL.doc
verplicht worden gesteld. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 197 Bijlage III, Gezichtsvermogen, punt 6.3 Groep 2:
Groep 2:
6.3. Iedere aanvrager van een rijbewijs of verlenging van een rijbewijs dient, zo nodig met optische correctie, te beschikken over een gezichtsscherpte van minstens 0,8 voor het beste oog en 0,5 voor het minder goede oog. Indien de waarden 0,8 en 0,5 met een optische correctie worden bereikt, dient de ongecorrigeerde gezichtsscherpte voor elk van beide ogen niet minder dan 0,05 te bedragen of dient de correctie van de minimale gezichtsscherpte (0,8 en 0,5) te zijn verkregen door brilleglazen die niet sterker mogen zijn dan ± 8 dioptrieën, of door contactlenzen (niet gecorrigeerd gezichtsvermogen = 0,05). De correctie moet goed worden verdragen. Het rijbewijs mag niet worden afgegeven of verlengd, indien de aanvrager of bestuurder geen normaal binoculair gezichtsveld heeft of aan diplopie lijdt.
6.3. Iedere aanvrager van een rijbewijs voor categorieën van een rijbewijs dient, zo nodig met optische correctie, te beschikken over een gezichtsscherpte van minstens 0,8 voor het beste oog en 0,5 voor het minder goede oog. Indien de waarden 0,8 en 0,5 met een optische correctie worden bereikt, dient de ongecorrigeerde gezichtsscherpte voor elk van beide ogen niet minder dan 0,05 te bedragen of dient de correctie van de minimale gezichtsscherpte (0,8 en 0,5) te zijn verkregen door brilleglazen die niet sterker mogen zijn dan ± 8 dioptrieën, of door contactlenzen (niet gecorrigeerd gezichtsvermogen = 0,05). De correctie moet goed worden verdragen. Het rijbewijs mag niet worden afgegeven of verlengd, indien de aanvrager of bestuurder geen normaal binoculair gezichtsveld heeft of aan diplopie lijdt. Or. en
Motivering Gezichtsscherptetests moeten niet voor alle categorieën verplicht worden gesteld. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 198 Bijlage III, Gehoor, punt 7 7. Onder voorbehoud van het advies van de bevoegde medische instanties kan het rijbewijs voor iedere aanvrager of bestuurder van groep 2 worden afgegeven of verlengd; bij het medische onderzoek wordt met name rekening gehouden met de mogelijkheden AM\549582NL.doc
7. Onder voorbehoud van het advies van de bevoegde medische instanties kan het rijbewijs voor iedere aanvrager of bestuurder van categorieën worden afgegeven of verlengd; bij het medische onderzoek wordt met name rekening gehouden met de 81/94
PE 350.189v01-01
NL
van compensatie.
mogelijkheden van compensatie. Or. en Motivering
Groep 2 moet worden geschrapt om rekening te houden met eerdere amendementen. Voor bestuurders in bepaalde categorieën moet gelden dat de afgifte of verlenging van een rijbewijs alleen geschiedt onder voorbehoud van het advies van de bevoegde medisceh instanties. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 199 Bijlage III, Motorisch gehandicapten, punt 8.2, alinea 1 Groep 1:
Groep 1:
8.2. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager aan een progressieve aandoening lijdt, mits aan de hand van periodieke controles wordt geverifieerd of de betrokkene nog in staat is zijn voertuig volkomen veilig te besturen.
8.2. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager aan een progressieve aandoening lijdt, mits aan de hand van periodieke controles wordt geverifieerd of de betrokkene, in het geval van een significante wijziging van zijn medische toestand, nog in staat is zijn voertuig volkomen veilig te besturen. Or. en
Motivering Indien de medische toestand van een persoon met een handicap een significante wijziging ondergaat, moet deze medisch worden onderzocht. In elk ander geval hoeft dit niet, want deze medische onderzoeken zijn duur en te bureaucratisch. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 200 Bijlage III, Hart- en vaatziekten, punt 9.2 Groep 1:
Groep 1:
9.2. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder een pacemaker heeft, onder voorbehoud van een officieel medisch advies en geregelde
9.2. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder een pacemaker heeft, onder voorbehoud van een officieel medisch advies.
PE 350.189v01-01
NL
82/94
AM\549582NL.doc
medische controle. Or. en Motivering Bestuurders met een pacemaker hoeven niet regelmatig medisch te worden gecontroleerd indien hun gezondheidstoestand ongewijzigd is; deze controles zijn duur en bureaucratisch. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 201 Bijlage III, Hart- en vaatziekten, punt 9.3 9.3 Of een rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder een te hoge of te lage bloeddruk heeft, wordt beoordeeld aan de hand van de andere gegevens van het onderzoek, de eventueel daarmee verband houdende complicaties en het gevaar dat deze voor de verkeersveiligheid kan opleveren.
schrappen
Or. en Motivering Overbodig. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 202 Bijlage III, Hart- en vaatziekten, punt 9.4 Groep 1:
Groep 1:
9.4. In het algemeen mag het rijbewijs niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder lijdt aan benauwdheid tijdens rust of bij opwinding. Voor de afgifte of verlenging van een rijbewijs indien de aanvrager of bestuurder aan een hartinfarct heeft geleden, is een officieel medisch advies en zo nodig een geregelde medische controle vereist.
In het algemeen kan het rijbewijs niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder lijdt aan benauwdheid tijdens rust of bij opwinding. De lidstaten kunnen evenwel anders beslissen. Voor de afgifte of verlenging van een rijbewijs indien de aanvrager of bestuurder aan een hartinfarct heeft geleden, is een officieel medisch advies en zo nodig
AM\549582NL.doc
83/94
PE 350.189v01-01
NL
een geregelde medische controle vereist. Or. en Motivering 'Mag' vervangen door 'kan' omdat het geen absoluut verbod is. Sommige bestuurders die aan benauwdheid lijden kan wel worden toegestaan een voertuig te besturen. Dit besluit moet aan de lidstaten worden overgalten. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 203 Bijlage III, Diabetes mellitus, punt 10 10. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan diabetes mellitus lijdt, onder voorbehoud van een officieel medisch advies en een geregelde specifieke medische controle.
10. Het rijbewijs mag worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan diabetes mellitus lijdt, op voorwaarde dat de bestuurder niet met insuline moet worden behandeld of, indien dit wel het geval is (type 1), onder voorbehoud van een medische toestemming. Or. en
Motivering Wanneer een bestuurder niet met insuline moet worden behandeld, is er geen reden voor geregelde specifieke medische controles, behalve wanneer zijn status zich wijzigt. Indien de bestuurder wel met insuline moet worden behandeld, is een medische toestemming vereist. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 204 Bijlage III, Diabetes mellitus, punt 10.1 Groep 2:
Groep 2:
Rijbewijzen mogen niet worden afgegeven of verlengd indien de tot deze groep behorende aanvrager of bestuurder aan diabetes mellitus lijdt die met insuline moet worden behandeld, tenzij in zeer uitzonderlijke gevallen, op grond van een officieel medisch advies en onder voorbehoud van een geregelde medische
Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd indien de tot deze groep behorende aanvrager of bestuurder aan diabetes mellitus lijdt die met insuline moet worden behandeld, op grond van een officieel medisch advies. De bestuurder stelt de betreffende nationale autoriteiten in kennis van elke wijziging in zijn
PE 350.189v01-01
NL
84/94
AM\549582NL.doc
controle.
gezondheidstoestand. Or. en Motivering
Bestuurders van groep 2 moeten ook in andere dan zeer uitzonderlijke omstandigheden een voertuigen kunnen besturen. 'Niet' schrappen opdat ze een voertuig kunnen besturen op grond van een officieel medisch advies. Regelmatige medisceh onderzoeken zijn bureaucratisch, duur en onnodig. De bestuurders van deze groep moeten hun nationale medische autoriteiten wel in kennis stellen van elke belangrijke wijziging in hun gezondheidstoestand. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 205 Bijlage III, Neurologische ziekten, punt 12.1 Groep 1:
Groep 1:
12.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd onder voorbehoud van een onderzoek door een bevoegde medische instantie en een geregelde medische controle. De bevoegde medische instantie beoordeelt de epilepsie of andere bewustzijnsstoornissen, de klinische vorm en het verloop van de ziekte (bij voorbeeld geen aanvallen in de laatste twee jaren), de gevolgde behandeling en de resultaten daarvan.
12.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd onder voorbehoud van een onderzoek door een bevoegde medische instantie en een geregelde medische controle. De bevoegde medische instantie beoordeelt de epilepsie of andere bewustzijnsstoornissen, de klinische vorm en het verloop van de ziekte (bij voorbeeld geen aanvallen in de laatste 12 maanden), de gevolgde behandeling en de resultaten daarvan. Or. en
Motivering 12 maanden is beter dan twee jaar. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 206 Bijlage III, Alcohol, punt 14.1, alinea 1 Groep 1:
Groep 1:
14.1. Rijbewijzen mogen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager
14.1. Onder voorbehoud van de betreffende nationale wetgeving mogen rijbewijzen niet
AM\549582NL.doc
85/94
PE 350.189v01-01
NL
of bestuurder aan alcohol verslaafd is of niet kan afzien van alcoholgebruik wanneer hij aan het verkeer deelneemt.
worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan alcohol verslaafd is of niet kan afzien van alcoholgebruik wanneer hij aan het verkeer deelneemt. Or. en
Motivering Voor aspecten m.b.t. alcoholgebruik in het wegverkeer dient de betreffende nationale wetgeving te worden toegepast. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 207 Bijlage III, Verdovende middelen en geneesmiddelen, punt 15.1 Groep 1:
Groep 1:
15.1. Rijbewijzen mogen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder regelmatig, in welke vorm dan ook, psychotrope stoffen gebruikt die van nadelige invloed op de rijvaardigheid kunnen zijn, indien dusdanige hoeveelheden worden gebruikt dat het rijgedrag daardoor ongunstig wordt beïnvloed. Hetzelfde geldt voor alle andere geneesmiddelen of geneesmiddelencombinaties die de rijvaardigheid beïnvloeden.
15.1. Rijbewijzen mogen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder regelmatig, in welke vorm dan ook, psychotrope stoffen gebruikt die van nadelige invloed op de rijvaardigheid kunnen zijn, indien dusdanige hoeveelheden worden gebruikt dat het rijgedrag daardoor ongunstig wordt beïnvloed. Onder voorbehoud van de betreffende nationale wetgeving geldt hetzelfde voor alle andere geneesmiddelen of geneesmiddelencombinaties die de rijvaardigheid beïnvloeden. Or. en
Motivering Indien er nationale wetgeving op dit vlak bestaat, moet deze worden toegepast. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 208 Bijlage III, Nieraandoeningen, punt 16.1
PE 350.189v01-01
NL
86/94
AM\549582NL.doc
Groep 1:
Groep 1:
16.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan ernstige nierinsufficiëntie lijdt, op voorwaarde dat een officieel medisch advies wordt verstrekt en de betrokkene geregeld medisch wordt onderzocht.
16.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan ernstige nierinsufficiëntie lijdt, op voorwaarde dat een officieel medisch advies wordt verstrekt.
Or. en Motivering Onnodig. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 209 Bijlage III, Nieraandoeningen, punt 16.2 Groep 2:
Groep 2:
16.2. Rijbewijzen mogen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan ernstige irreversibele nierinsufficiëntie lijdt, tenzij in uitzonderingsgevallen op grond van een officieel medisch advies en geregelde medische controle.
16.2. Onder voorbehoud van de betreffende nationale wetgeving mogen rijbewijzen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan ernstige irreversibele nierinsufficiëntie lijdt, op grond van een officieel medisch advies en/of geregelde medische controle. Or. en Motivering
Indien er betreffende nationale wetgeving bestaat, dient deze te worden nageleefd. Geregelde medische controles hoeven niet altijd verplicht te zijn. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 210 Bijlage III, Diverse bepalingen, punt 17.1 Groep 1:
Groep 1:
17.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd indien het een aanvrager of
17.1. Rijbewijzen mogen worden afgegeven of verlengd indien het een aanvrager of
AM\549582NL.doc
87/94
PE 350.189v01-01
NL
bestuurder betreft met getransplanteerde organen of artificiële implantaten die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, onder voorbehoud van een officieel medisch advies en zo nodig een geregeld medisch onderzoek.
bestuurder betreft met getransplanteerde organen of artificiële implantaten die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, onder voorbehoud van een officieel medisch advies, inclusief de betreffende nationale wetgeving, en zo nodig een geregeld medisch onderzoek. Or. en Motivering
Wat dit aspect betreft, dient de betreffende nationale wetgeving te worden toegepast. Amendement ingediend door Philip Bradbourn Amendement 211 Bijlage III, Diverse bepalingen, punt 18 Groep 2:
Groep 2:
18. In het algemeen mogen rijbewijzen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan een niet in de voorgaande alinea's vermelde aandoening lijdt die aanleiding kan vormen tot lichamelijke klachten, waardoor bij het besturen van een motorvoertuig de verkeersveiligheid in gevaar komt, tenzij de aanvraag door een officieel medisch advies wordt ondersteund en de betrokkene, zo nodig, geregeld medisch wordt onderzocht.
18. In het algemeen mogen rijbewijzen niet worden afgegeven of verlengd indien de aanvrager of bestuurder aan een niet in de voorgaande alinea's vermelde aandoening lijdt die aanleiding kan vormen tot lichamelijke klachten, waardoor bij het besturen van een motorvoertuig de verkeersveiligheid in gevaar komt, tenzij de aanvraag door een officieel medisch advies wordt ondersteund en onder voorbehoud van de betreffende nationale wetgeving. Or. en
Motivering Geregelde medische controles moeten niet verplicht worden gesteld. Amendement ingediend door Gabriele Albertini en Francesco Musotto Amendement 212 Bijlage IV, Titel BASISBEKWAAMHEID EN BIJSCHOLING VAN DE PE 350.189v01-01
NL
BASISBEKWAAMHEID EN BIJSCHOLING VAN DE 88/94
AM\549582NL.doc
EXAMINATOREN VOOR HET RIJBEWIJS
EXAMINATOREN VOOR HET RIJBEWIJS EN RIJONDERRICHT EN NASCHOLING Or. it Motivering
Hangt samen met de toevoeging van punt 3 in bijlage IV. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel moeten de lidstaten, vooral die waar al kwaliteitsnormen voor autorijscholen bestaan, voorschriften kunnen vaststellen voor de voorbereiding op het behalen van het rijbewijs en de nascholing van bestuurders. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 213 Bijlage IV, punt 3 bis (nieuw) 3 bis. Rijonderricht en nascholing In afwachting van een richtlijn inzake de kwaliteit en erkenning van rijopleidingscentra en –instellingen en rijinstructeurs, kunnen lidstaten waar voor dergelijke instellingen reeds een wettelijke omschrijving bestaat (bijvoorbeeld "autorijscholen") en waar deze zijn toegestaan en gereglementeerd, voorschrijven dat kandidaten voor het behalen van een rijbewijs bij dergelijke instellingen een opleiding moeten volgen en dat bestuurders daar periodiek een opfriscursus moeten volgen, onverminderd eventueel al bestaande nationale regelingen. Or. it Motivering Conform het subsidiariteitsbeginsel moeten lidstaten, met name die waar van autorijscholen wettelijke kwaliteitsgaranties worden verlangd, de mogelijkheid krijgen om de voorwaarden voor de voorbereiding op en het behalen van een rijbewijs en de nascholing van bestuurders nader vast te stellen. De titel van bijlage IV wordt daarom gewijzigd in "BASISBEKWAAMHEID EN BIJSCHOLING VAN DE EXAMINATOREN VOOR HET RIJBEWIJS EN RIJONDERRICHT EN NASCHOLING". AM\549582NL.doc
89/94
PE 350.189v01-01
NL
Amendement ingediend door Mathieu Grosch Amendement 214 Bijlage VI bis (nieuw) Bijlage VI bis Opleiding voor bestuurders 1. Opleiding met het oog op de overgang tussen categorieën motorrijwielen. 2. De opleiding moet worden verzorgd door een opleidingsinstantie die officieel erkend is en gecontroleerd wordt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar zijn gewone verblijfplaats is. De lidstaat regelt de nadere bijzonderheden. 3. Inhoud van de opleiding - Duur: minimaal vijf uur - Bijzondere aandacht voor de bijzonderheden van de diverse categorieën. - Praktisch deel op een afgesloten terrein met oefeningen op de volgende onderdelen: remmen, remweg, remmen/uitwijken, manoeuvreren, accelereren. - Praktisch deel over verkeersgedrag. Or. de Amendement ingediend door Markus Ferber Amendement 215 Bijlage VI bis (nieuw) Bijlage VI bis Opleiding voor bestuurders 1. Overeenkomstig artikel 4 van deze richtlijn moeten bestuurders van kampeerwagens als bedoeld in bijlage II, deel A, punt 5, lid 1 van richtlijn 2001/116/EG voor de eerste rit deelnemen aan een opleidingscursus. Elke deelnemer ontvangt een deelnamebevestiging. 2. De opleiding dient door een PE 350.189v01-01
NL
90/94
AM\549582NL.doc
onafhankelijke organisatie te worden verzorgd. De lidstaten regelen de nadere bijzonderheden. 3. In een cursus van vier tot vijf uur wordt de bestuurder theoretische en praktische kennis aangeboden, waarop in een slotgesprek nader wordt ingegaan. De bestuurder dient in eerste instantie kennis op te doen over veiligheidscriteria voor trekkende voertuigen en aanhangwagens, het correct laden en veiligheidsaccessoires. Op een terrein dat voor het algemene verkeer niet toegankelijk is, moet de theoretische kennis in de praktijk worden toegepast. Met name de volgende onderdelen moeten worden geoefend: remweg, gedrag in gevaarlijke situaties, remmen en uitwijken, veranderen van rijbaan en slingeren van een aanhangwagen. Verder moet het inparkeren en manoeuvreren worden geoefend. Or. de Motivering Dit amendement vloeit voort uit amendement 102. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 216 Bijlage IV bis (nieuw) Bijlage VI bis Opleiding van bestuurders 1. Wie gebruik maakt van een voertuig van categorie B met een aanhangwagen, waarvan de totale massa tussen 3.500 kg en 4.250 kg ligt en het nuttig laadvermogen maximaal 1.000 kg bedraagt, moet deelnemen aan een opleiding voor bestuurders. 2. Deze opleiding moet worden verzorgd AM\549582NL.doc
91/94
PE 350.189v01-01
NL
door een opleidingsinstantie die officieel erkend is en gecontroleerd wordt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar zijn gewone verblijfplaats is. De lidstaat regelt de nadere bijzonderheden. In lidstaten waar deze al zijn erkend en worden gecontroleerd, wordt de opleiding verzorgd door autorijscholen. 3. Inhoud van de opleiding: - eendaags (minimaal 7 uur) - theoriegedeelte en voornamelijk praktijkgedeelte en slotgesprek - rijdynamiek en veiligheidscriteria, trekkend voertuig en aanhanger, correct laden en veiligheidsaccessoires - praktijkgedeelte op afgesloten terrein, waarbij de volgende onderdelen worden geoefend: remmen, remtraject, veranderen van rijbaan, remmen/uitwijken, slingeren van de aanhanger, manoeuvreren, inparkeren. Or. it Motivering Het voorstel van de Commissie is wat aanhangers betreft te restrictief en zou de bestaande situatie, bijv. met betrekking tot de sport- en campingsector, te sterk veranderen. Houders van een rijbewijs voor categorie B wordt het mogelijk gemaakt een samenstel van voertuigen, bijv. een kampeerwagen, met een gewicht van ten hoogste 4.250 kg te besturen. Daar de Commissie voornemens is een richtlijn inzake de kwaliteit van rij-instructeurs en autorijscholen op te stellen, heeft een dergelijk initiatief geen zin als geen rekening wordt gehouden met de rol van de rijscholen zelf. Deze zijn de "natuurlijke" plaatsen voor het rijonderricht en zij bezitten al langere tijd een grote beroepskennis. Natuurlijk wordt ook voorgesteld artikel 4, lid 1, categorie B in deze zin te wijzigen. Amendement ingediend door Francesco Musotto Amendement 217 Bijlage IV ter (nieuw) Bijlage VI ter PE 350.189v01-01
NL
92/94
AM\549582NL.doc
Opleiding van bestuurders 1. Wie gebruik maakt van een kampeerwagen, zoals gedefinieerd in bijlage II, deel A, deel 5, lid 1 van Richtlijn 2001/116/EG, , waarvan de totale massa tussen 3.500 kg en 4.250 kg ligt en het nuttig laadvermogen maximaal 1.000 kg bedraagt, moet deelnemen aan een opleiding voor bestuurders. 2. Deze opleiding moet worden verzorgd door een opleidingsinstantie die officieel erkend is en gecontroleerd wordt door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar zijn gewone verblijfplaats is. De lidstaat regelt de nadere bijzonderheden. In lidstaten waar deze al zijn erkend en worden gecontroleerd, wordt de opleiding verzorgd door autorijscholen. 3. Inhoud van de opleiding - eendaags (minimaal 7 uur) - theoriegedeelte en voornamelijk praktijkgedeelte en slotgesprek - rijdynamiek en veiligheidscriteria, correct laden en veiligheidsaccessoires - praktijkgedeelte op afgesloten terrein, waarbij de volgende onderdelen worden geoefend: remmen, remtraject, veranderen van rijbaan, remmen/uitwijken, manoeuvreren, inparkeren. Or. it Motivering Het voorstel van de Commissie is wat aanhangers betreft te restrictief en zou de bestaande situatie, bijv. met betrekking tot de sport- en campingsector, te sterk veranderen. Houders van een rijbewijs voor categorie B wordt het mogelijk gemaakt een samenstel van voertuigen, bijv. een kampeerwagen, met een gewicht van ten hoogste 4.250 kg te besturen. Daar de Commissie voornemens is een richtlijn inzake de kwaliteit van rij-instructeurs en autorijscholen op te stellen, heeft een dergelijk initiatief geen zin als geen rekening wordt gehouden met de rol van de rijscholen zelf. Deze zijn de "natuurlijke" plaatsen voor het rijonderricht en zij bezitten al langere tijd een grote beroepskennis.
AM\549582NL.doc
93/94
PE 350.189v01-01
NL
Natuurlijk wordt ook voorgesteld artikel 4, lid 1, categorie B in deze zin te wijzigen.
PE 350.189v01-01
NL
94/94
AM\549582NL.doc