Hindeloopen, oktober 1991 A.S.L.
Welkomstlied voor Sinterklaas
# 4 & 4 & & &
# # #
Sin - ter - klaas
&
Pie - ter - baas
Sin - ter-klaas
wees
Pie
-
land.
Sin - ter - klaas
wel - kom
˙.
- ter-klaas
wees
Pie
-
En
de
boot
œ. œ œ. œ œ is er
weer bij,
is aan - ge - ko - men vol ritar.
œ. œ
daar - om
met
œ. œ œ. œ œ zijn
wel - kom
œ œ
baas
œ. œ œ
we reu - ze blij.
wees Pie
-
Voorspel lied tussenspel herhaling lied naspel
ter-baas
œ
wel - kom
pak - jes pe - per - no - ten ook a tempo
œ. œ
de - ze
stad.
het
˙. œ. œ œ œ. œ
Sin - ter - klaas
œ œ œ. œ ˙. in
in de - ze
œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ
Pie - ter -
Sin
œ.
œ œ œ. œ
ter-baas
œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ
stad.
in Ne - der-
ter-baas
Pie - ter - baas
Sin
˙.
œ œ œ. œ
œ œ œ . . ˙ œ œ œ œ . . œ œ œ. œ ˙. œ. œ œ
˙.
paard
#
˙. œ. œ œ œ. œ œ œ œ . œ œ ˙ œ œ . . œ œ.
-
ter-klaas
2
1992 A.S.L.
De boot zit vol....
2 & b 4 œj œ . œ œ . œ De
j œ. œ œ. œ œ. œ œ œ. œ œ. œ œ. œ
boot van Sin - ter - klaas
zit
vol met zwar - te
Pie - ten, de
boot van Sin - ter -
j j œ. œ ˙ & b œ . œ œ . œ œ . œ œ . œj œ . œ œ . œ œ . œ œ . œ klaas
zit
vol met spe - cu - laas.
De
boot van Sin - ter - klaas
&b œ œ
œ œ
œ. œ œ. œ
˙
œ œ
Hai - ja He - la
Hai - ja Ho - la
blijf maar e - ven
staan
Hai - ja
& b œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ ˙ & b œ. œ œ. œ œ. Dansbeschrijving Opstelling: een flankkring 1 kind in het midden. Danspassen: looppas stamp galoppas maat 1 t/m 8: kring looppas in dansrichting 1 kind looppas tegen dansrichting maat 9 t/m 10 : 4 looppas naar 't midden met knieknik maat 11 t/m 12: 4 looppas terug met knieknik maat 13: 2x stamp maat 14: 2x klap maat 15 t/m 16: rondje rechtsom in 4 stappen maat 17 t/m 20: herhalen maar nu rondje linksom maat 21 t/m 28: 2 kinderen dansen galoppas (of vrij dansen) in dansrichting rest van de kinderen klappen in de maat herhalen vanaf begin nog 2x (totaal dans 3x)
de
boot van Pie - ter - baas.
œ œ. œ œ. œ œ. œ Hai - ja wij
dan -sen in de
˙ maat.
œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ
3
november 1994 A.S.L.
Olé!
## 2 j & 4 œ. œ œ œ. œ œ ‰ œ œ. œ œ. œ Aan
&
##
œ œ. œ ko - men de
&
##
de
kant
aan de
kant
wat
œ. œ œ œ
œ. œ
maan schijnt door de
˙
œ.
œ œ.
lee!
Zoek
het pak
-
bo - men
œ
œ
je
maar
is
er aan de
œ. œ œ. œ Zwar - te Piet kwam
‰ œj œ . het
ligt
œ
Œ
œ. œ œ. œ
hand.
Sint
is aan - ge-
œ ‰ œj œ . œ œ . œ mee
hij
œ œ.
al voor
zingt steeds van o-
œ
je
˙
klaar.
(oen) un dos très Spaanse les ien twa trije kinst my wol krije.
j 2 b ‰ œ œ œ œ œ . & 4 œ. œ œ. œ œ. œ œ Œ & b œ . œ œ . œ œ œ œ . œ œ . œ œ ‰ œJ œ . œ œ . œ ˙ Dansspelletje Opstelling: flankkring 1 kind met pakje erbuiten. maat 1 t/m 12: lopen op olé stilstaan, hand omhoog maat 13 t/m 16 verder lopen of zoekhouding rechterhand / linkerhand un dos très : 3 stampen Spaanse les: 3 klappen ien twa trije: aanwijzen vingers kinst my wol krije: rondje lopen
Tot slot tikspel
œ. œ œ. œ œ œ. œ
œ. œ œ. œ œ ‰ œ œ. J œ œ. œ ˙
4
1995 A.S.L.
De pepernoot is weg (herziene uitgave 2000)
2 &b 4 œ œ ˙ Sint en
Piet
œ. œ œ. œ œ œ
wacht ja wacht maar
& b œ œ œ . œj œ . œ œ . œ ˙ Sint en
Piet de
pe- per-noot is
weg.
e - ven.
œ œ œ . œj œ . œ œ . œ œ œ Sint en
œ. œ œ. œ
Piet dan
kun je wat be - le-ven.
j œ. œ œ. œ œ. œ
Zoek h'm nu maar gauw, want
2) Sinterklaas 3) Zwarte Piet. Het leukste is met de namen van de Piet bv. Piet Pedro, Piet Rocco, Piet Ango (Wegwijs Piet). Spel: Kinderen zitten in de kring, maken van hun handen een kuiltje. 1 kind heeft een pepernoot. Tijdens het liedje gaat dit kind rond, laat de pepernoot in een kuiltje vallen. Ra-ra wie heeft de pepernoot? De pepernoot mag opgegeten worden.
an -ders heb je
˙ pech.
5
november 1996 A.S.L.
Hela, hola! trekzak
2
3
3
3
2 4 3
2 &b 4 œ œ œ œ œ œ œ
in F
F . F .
j b & œ œ 4
F
in D
3
F
## 2 & 4
3
7
7
##
œ œ he - la,
6
7
5
C 3
2
œ œ œ
C 4
3
4
œ œ
C . C
F 4
3
3
2
4 3
œœœœ œœœ
F 4
3
F . F .
4
4
3
3
3
C . C
5
6
5
5
œ œ C
7
C 6
j œ œ œ œ. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ nœ
œ
œ
F
G
C
3
3
Bb
.
.
œ œ œ œ
Sin-ter-klaas is
&
5
F
.
C
œ œ œ
weer in't land
j œ œ œj œ œ œ œ . œ
ho - la. We
3
vin-den het fijn om
.
F
œ œ he - la,
.
.
G
œœ œ
ho-la
œ œ œ œ œ hier te zijn en een
.
.
G
.
œ œ œ œ œ œ œ
met zijn knech-tje
Pie-ter-man
œ œ .. # œ œ œ œ œ 3
lied- je voor u
te
zin - gen.
1a Sinterklaas is weer in 't land hela hola met zijn knechtje Pieterman hela hola We vinden het fijn om hier te zijn en een liedje voor u te zingen.
3a
Sinterklaas is weer in 't land hela hola met zijn knechtje Pieterman hela hola We vinden het fijn om hier te zijn en een dansje voor u te dansen.
1b La la la la la la la hela hola la la la la la la la hela hola We vinden het fijn om hier te zijn en een liedje voor u te zingen
3b
Lai lai lai lai lai lai lai hela hola lai lai lai lai lai lai lai hela hola We vidnen het fijn om heir te zijn en een dansje voor ute dansen.
2a Sinterklaas is weer in 't land hela hola met zijn knechtje Pieterman hela hola We vinden het fijn om hier te zijn en zomaar wat te lopen. 2b Loop loop loop loop loop loop loop hela hola loop loop loop loop loop loop loop hela hola We vinden het fijn om hier te zijn en zomaar wat te lopen.
..
Volgorde dans: 1a - 2a - 3a opstelling -> frontkring he -- la ho -- la spring spring klap klap 1b: zingen hadne naar voren 2b: door elkaar lopen 3b: met z'n tweeën dansen
6
1997 A.S.L.
Herrie op de stoomboot
3 &b 4 œ œ
Op de
stoom - boot daar
& b œ œ œ ˙. ook Sint z'n
&b œ œ œ
stom-mel ge
&b œ œ œ -
kom in
& b œ . œj œ
mer
œ œ œ
œ œ œ
rie moe-ten
˙.
bom
˙
-
œ
mel.
Ne - der - land.
œ œ œ
di - os, a - di - os,
gauw aan de
˙.
˙ ˙.
a - di
het een
her
œ œ œ
Sint
en
-
vin - den het
˙
os.
al die
wordt het te
˙.
Wij
rie
pak - jes
œ œœ ˙ œ œ
wal an-ders
œ œ œ œ œ
œ œ œ œ œ
˙
-
œ œ œ œ œ œ
˙ œ œ -
is
˙.
˙
mal, wat een
œ
œ œ œ rom-mel ge-
˙.
˙.
Pie - ter - man
wel
œ œ œ fijn dat
u
˙ hier
œ
wil
en
˙
zijn.
-
œ A -
7
november 1998 A.S.L.
Op de boot
2 &4 œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ Op de boot,
op de boot
zit Sin-ter-klaas te
& œ œ œœ œ œ œ œ wat stop ik in die
& ˙ zak
kin-der-schoen.
œ œ œ œ ˙
*Piet- je Piet- je
& œ œ œ dans maar mee
œ œœ
pak.
den-ken,
flip-flap-vla
œ œœœ ˙ 't
˙
œ
˙.
in
de
maat.
Zit in de
˙ Kijk
wat moet ik doen,
*Piet-je Piet- je
œ eens,
wat moet ik doen,
of een pe-per - noot- je.
œ œ œ œ ˙
zak
œ œ œ œ
œ œ œœ œ œ œ œ œœ
œ œ œ
Cho-co-la
œ œ œ œ
˙ kijk
œ eens
't
Zit in de
43 œ œ œ
pak.
Dans maar mee,
œ œ œ wat
er
˙.
..
staat.
*Sinterklaasje *naam kind Dans- / doe-liedje Opzet: te komen tot een staande puzzel of toren. Opstelling: in de kring of lange rij. Bij lange rij gezicht naar de zaal, dus met de rug naar Sinterklaas. maat 1-4: op de plaats lopen maat 5: rechterhand op rechterwang maat 6: linkerhand op linkerwang maat 7 en 8: beide handen op de wangen maat 9: klap - klap - klap maat 10: stap - stap - stap
maat 11 en 12: rondje om je zelf 3/4 nu het gezicht naar het midden, dus met het gezicht naar Sinterklaas. maat 13-20: naar de zak lopen (kleine pasjes) en wijzen naar de zak. *Welke naam genoemd wordt mag iets uit de zak pakken. maat 21-28: terug dansend naar je plaats. Herhaal deze dans nog 3x (totaal 4x) Opm over de opstelling: Kinderen kunnen ook met gezicht naar Sinterklaas toe. maat 11-12: rondje kan helemaal maat 13-20: kinderen blijven staan en wijzen naar de zak. 1 kind loopt naar de zak haalt een pakje eruit. maat 21-29: danst terug naar de plaats, andere kinderen bewegen ook.
8
1999 A.S.L.
Hiep hiep hoera
## 4 & 4 œ. œ œ œ. œ œ We
&
##
œ œ œ Sint bij
## œ &
œ œ
zin-gen dit lied
œ œ œ œ. œ œ œ œ œ œ ˙.
voor
Sint en Piet, 5 de - cem-ber is
œ œ œ œ œ œ. œ
ons
weer
Œ
Œ
œ œ œ œ
ra,
œ œ. œ œ œ
ko - men mag, hij viert
œ œ œ
œ
dan z'n ver- jaar
Œ
Œ
œ œ œ œ
Hiep hiep hoe - ra
& &
dat de
Œ œ œ œ
˙
dag.
Hiep hiep hoe-
de
Sint
en
voor
de
- ra
Œ Œ Œ Œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ. œ Œ
˙ Piet.
##
dag
œ. œ œ œ œ œ voor
hiep hiep hoe
##
-
de
œ. œ
Hiep hiep hoe - ra,
hiep hiep hoe - ra hiep hiep hoe - ra
œ
œ
œ
œ
Sint
en
voor
de
˙.
Piet.
Opstelling: Kring van paren maat 1-8: lopen tegen dansrichting maat 9: stilstaan op hiep hiep: handen draaien op hoera: handen hoog (bij herhalen hiep hiep niets doen) maat 10: herh. maat 9 maat 11-12: in de rondte dansen (of dosido) maat 13-14: herh. maat 9 maat 15-16: herh. maat 11-12 in vrije vorm
voor de hiep hiep hoe - ra
9
Dansje december 2000 A.S.L.
5 december
2 & b 4 œj œ . œ œ . œ Op
5 de-cem-ber
˙ komt
œ. œ œ Sin-ter-klaas.
œ. j œ œ œ œ. We
˙
vie-ren feest
met
œ. œ œ Pie-ter-baas.
j . b œ œ œ. œ œ. œ œ œ œ . &
œ. œ œ
œ. œ œ
œ. œ œ. œ
Mis - schien ook wel wat
wie zou dat
dan gaan doen?
Daar - om zin - gen
&b ˙ we
œ. nœ œ
in de schoen,
43 œ Œ Œ 42 .. œ
al - le- maal:
Opstelling: Flankkring van paren In dansrichting Op woorden Sinterklaas en Pieterbaas stilstaan misschien met z'n tweeën in de rondte lopen. Hop hop stilstaan tegenover elkaar.
œ
œ Œ
œ. œ œ. œ ˙
Hop, hop,
hop
paard - je in ga - lop.
Klop, klop,
klop
paard - je in ga - lop.
..
10
november 2001 A.S.L.
Sint en Piet yè yè yè housemuziek
4 &b 4 œ œ
Refrein
œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ
Sint en
Piet gaan op stap van je
klap klap klap, het
& b œ œ. œ œ œ œ œ œ œ œ œ œ ho - la - di- jee. Sint en
‰ œj œ œ œ œ œ
&b œ œ œ doot - tjes mee.
Dan
& b œ nœ ˙ toch van - daan?
&b œ œ voet, zo
blij - ven ze voor de
2 4 œ œ œ œ œ Van je
œ œ
gaat 'ie
œ
goed.
Opstelling: vrij in de ruimte of in een kring of halve kring bewegingen: loopbeweging op de plaats of in de ruimte op klap = klappen in de handen holadijee: paard => teugels met de handen + benen herh: loopbeweging + klappen een zak = handen op schouders Foeke = stilstaan housemuziek = handen achter de oren yè yè yè = door de knieën stamp = stamp met je voet zo gaat ie goed =
œ œ œ œ œ œ
klap klap klap, ze
ne - men een zak vol ka -
œ œ œ ‰ œj Foe - ke staan.
œ
œ œ
hi - ha - ho, van je
D.C. al Fine
paard gaat ook mee van je
œ œ œ œ
Piet gaan op stap van je
Fine Couplet
œ œ œ œ œ œ
Waar
œ œ
œ œ œ
komt die hous(e)-mu-ziek
œ œ
œ
yè yè
yè, stamp maar
œ
œ
œ œ met je
11
oktober 2002 A.S.L.
Stampen met je voet
2 & b 4 œ. œ œ œ Sint en Piet gaan
& b œ. œ œ œ stam - pen met je
˙ voet,
1 * = evt. lopen 2 * = springen 3 * = hinkelen 4 * = huppelen 5 * = liggen op de grond 6 * = rennen 7 * = fietsen beweging zoals het lied aangeeft
œ œ
*wan-d'len
œ. œ œ œ
˙
*wan-d'len in het
rond.
œ. œ œ œ œ œ klim - men op de
da - ken,
..
œ. œ œ œ œ œ Zwaai-en met je
œ œ œ
˙
zo gaat 'ie
goed.
ar - men
12
november 2002 A.S.L.
Welkom Sinterklaas (voor groep 3/4)
4 œ ˙ &b 4 œ œ œ œ œ œ œ
œ œ œ ˙
œ œœ ˙
œ Œ
Wel-kom Sin - ter-klaas in Hin - de - loo - pen, Hin-de - loo - pen, Hin-de - loo - pen.
&b œ œ œ œ œ œ œ œ
˙
œ œ œ
Wel-kom Sin - ter - klaas in Hin - de - loo - pen, wij zijn
Pie - ten, met de
Pie - ten, met de
œ œœ œ œ œ œ
&b ˙
kin - d'ren, al - le
&b ˙ Foe
œ œ œ œ œ œ œ
œ œ œ ˙
&b ˙
ke
œ œ œ œ
kin - d'ren staan pa - raat.
œ œ œ -
pie - ten en het
van je
œ œ œ œ blij dat
˙. paard.
u
er
˙.
œ œ
bent.
Met de
œœ ˙ Al - le
œ œœ
kin - d'ren, al - le
œ œ œ œ œ œ œ œ Wel- kom Sin - ter - klaas hier in de
œ œ œ œ œ œ œ œ
œ œ œ œ œ œ œ œ
Foe - ke Foe - ke Foe - ke van je
Foe - ke Foe - ke Foe - ke van je
&b œ œ œ œ œ œ œ œ Foe - ke Foe - ke Foe - ke Foe - ke
œ œ œ Œ dag ja
ja!
13
16 november 2003 A.S.L.
Sint is gevallen
4 &b 4 œ
Sint hiep
œ. œ œ œ. œ œ. œ œ. œ
is ge - val - len, ge - val - len in het hiep hoe - ra hiep hiep hoe - ra hiep hiep
& b œ. œ œ. œ ˙ en je
z'n pak is nat. in ga - lop. Piet
œ. œ œ. œ œ Maar heeft
want daar wordt je vro-lijk van de Pie- ten nog het meest. heeft ge - hol - pen,want de Sint die lacht.Dus hij kan gaan
van je hom pom pee, daarwordt je vro - lijk
œ. œ œ
œ
bad. hoe
-
Nu ra
heeft 'ie hoofd - pijn Stop, stop, stop paard -
-
dan - sen op het feest, le - tje ge - bracht. Dat
œ œ ˙
Uno dos très, dan - sen, dan
œ . œ œ . œ .. œ . œ n œ . # œ ˙ ˙
1.
2.
Sin-ter-klaas o-lé.
Oh, Sin - ter - klaas kom van de Pie - ten nog
œ
œ. œ œ. œ ˙
œ
hij wil graag dan - sen, een pille - tje, een pil
& b œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ ˙ & b œ. œ œ. œ ˙
˙
œ. œ œ. œ ˙
-
koe -le ka - le kes, sen op hetfeest, want
14
november 2004 A.S.L.
Oh, mooi is dat
## 2 & 4 ˙ Oh,
&
##
&
Sin - ter-klaas kom
ma - ken ons heel
œ . œj œ . œ œ . œ
hand
en
nu ook nog een
kij - ken, we
doen voor U een
j œ. œ œ. œ œ. œ
dans. We
lo - pen op de
j œ. œ œ. œ œ. œ œ œ. œ œ. œ œ. œ
œ œ. œ œ. œ œ. œ te - nen en
##
œ œ. œ œ. œ œ. œ
œ. œ œ. œ
lang.
We
stam - pen met
de
œ œ. œ œ. œ œ. œ ˙
rond - je een
bui - ging mooi is
voe - ten en
dat.
klap - pen in
de
15
november 2005 A.S.L.
Piet wil niet!
## 4 & 4 ˙
Kijk
&
##
&
œ œœ ˙
daar
loopt Sin-ter-klaas
œ œ œ ˙ er
##
˙
toch
œ
zijn?
Komt Zwar - te Piet
œ œ. œ œ ˙ spetter -
œ œ œ œ œ ˙
de spat,
Piet - je
zit
œ œ œ œ ˙
˙
˙
maar geen
œ œ met de
zwar-te Pie-ten-baas.
˙
˙
trein
EI!
œ œ. œ ˙
lek-ker
˙
in
bad.
Wat
˙ zou
œ œ œ œ Nee nee nee nee
œ œ œ œ Wil
niet naar
de
# & # œ œ. œ œ ˙ œ œ œ œ ˙ ˙ kin-de - ren toe,
hij is veel te
1. Kijk daar loopt Sinterklaas maar geen zwarte Pietenbaas Wat zou er toch - zijn? Komt Zwarte Piet met de trein EI! refrein: Nee nee nee nee spetter de spat Pietje zit lekker in bad Wil niet naar de kinderen toe Hij is veel te moe BOE! 2. Maar hij moet toch ook mee? 'kGeef hem vug een kopje thee. Want in Hulpen is 't oké Swingen met z'n twee OLE! refrein: Nee nee nee nee spetter de spat Pietje zit lekker in bad Wil niet naar de kinderen toe Hij is veel te moe BOE!
moe BOE!
3. Sint klopt 3x aan de deur boem boem boem Pietje schrikt en krijgt een kleur Jij mag zitten op het paard in galop door de straat HOERA! refrein: Ja ja ja ja spetter de spat Pietje springt snel uit het bad Wil wel naar de kinderen toe Hij is niet mee moe JOE! evt. refrein herhalen: alle kinderen swingen. Uitwerking dansje 'Piet wil niet'. Opstelling: kring 1e couplet: Sinterklaas: loopt om de kring Zwarte Piet zit midden in de kring refrein: Nee nee - wijzen rechterhand nee nee - wijzen linkerhand spetter de spat - klappen in handen Pietje zit : wijzen naar Piet. BOE! : luid roepen. 2e couplet: Sint gaat Piet een kopje thee brengen => Swingen kringen. refrein: zelfde.
16
november 2006 A.S.L.
Wat is die boot groot!
2 &4 œ œ
j œ. œ œ œ
Toet toet
& œ œ
Sint dit
& œ œ 'tis echt
& ˙
daar.
jaar wel
˙
ko - men
œ œ
waar,
Pe- per - no-ten,
Dank
boot.
Toet toet
j œ. œ œ œ
toet wat
Pie - ten zijn
˙ daar.
bo- men?
œ œ
œ œ œ
mar-se-pein,
ook ca -deau-tjes
dat is fijn.
Pie - ter - baas.
Zou de
œ œ
˙
Ja 'tis
heus,
œ œ œ œ œ œ
Dank
.. œ œ 3.
˙
groot.
Pie - ten zijn
œ . œj œ œ
œ œ œ
œ œ
œ œ
˙
Sin - ter - klaas en z'n
œ œ œ œ
lie - ve
is die
œ œ œ œ
maan door de
œ œ œ œ œ œ
j 1, 2. œ œ œ U
œ
of schijnt al - leen de
Sin - ter - klaas en z'n
œ œ œ œ œ.
komt de
œ œ œ œ œ œ œ
œ œ
& ˙ klaas.
toet daar
˙
œ œ
lie - ve
Dansbeschrijving Opstelling: In de kring of op een lange rij. Toet toet toet: trekken met de hand aan de scheepsbel Daar komt de: 4 passen naar voren Toet toet toet: trekken met de hand aan de scheepsbel Wat is die: evt. 4 passen terug groot: met de handen hoog naar laag v.v. Zou de Sint t/m bomen: lekker swingen of rondje maken rechtsom, rondje linksom Ja 't is heus t/m daar: wijzen naar de Sint. Pepernoten => klappen marsepein => stampen cadeautjes: handen alsof je een pakje draagt Dank u: buigen
U
lie - ve
œ œ
œ œ Sin - ter -
˙
Pie - ter - baas.
Yèh!
17
november 2007 A.S.L.
Toren bouwen
j 2 & b 2 œ. œ œ œ
Sin - ter - klaas loopt
kijkt eens daar,
snapt u wel?
&b œ œ ˙
œ ˙ œ
Geef maar door,
&b œ œ ˙
geef maar door wij
&b œ œ œ œ je
hoe
het
˙.
Kijkt eens hier en
j œ. œ œ œ
œ œ ˙
œ œ œ œ
œ œ ˙
œ . œJ œ œ
Maar ik ben nog
maar heel klein.
Hel - pen jul-lie???
Piet - je snel,
j œ. œ œ œ œ œ œ #œ ˙ zin - gen wij nu
al - le-maal
j œ. œ œ œ œ œ œ œ ˙ zin - gen wij nu
œ œ œ œ gaan een
Kal-ver-straat.
Oeps zegt zwar - te
geef maar door
geef maar door
&b œ œ œ œ
œ œ œ œ
pak - jes klaar?
œ ˙ œ
œ œ ˙
Geef maar door,
bij ons door de
œ œ ˙
œ œ ˙
'tzit in de zak
weet
met zijn paard
Piet - je zijn de
&b œ œ œ ˙
Oh da's fijn.
œ œ ˙
œ œ œ œ
&b œ œ ˙
œ . œj œ œ œ œ ˙
to - ren
˙
˙
bou - wen.
Œ
moet.
Opstelling: Kinderen staan in een halve cirkel. 1 kind heeft de zak. Beweging: Loopbeweging op de plaats. Kijken met de rechterhand, kijken met de linkerhand boven de ogen. Op oeps: hand voor de mond Ja roepen Op geef maar door, pakjes doorgeven Is het liedje uit dan de pakjes in de kring leggen. De zakpiet maakt op de spreektekst zo snel mogelijk de toren van groot naar klein.
al-le-maal in koor.
in koor.
œ ˙ œ
Geef maar door,
œ œ œ œ
˙.
œ
Zwar - te Piet kijk
goed
dan
Spreektekst: Rap, rap, rap 't is geen grap toren bouwen dat is knap. 2x, eerst langzaam dan snel.
18
november 2008
Boem Boem
A.S.L.
Couplet 1-2-3
& b 44 œ œ œ œ œ œ œj ˙ Sin-ter-klaas komt uit
&b œ œ œ
œ
œ œ
Sin - terklaas komt Refrein 1-2-3
&b œ œ œ
‰Œ
Span- je.
œ œ
Span - je
en wat
Zwar - te Piet, zwar - te Piet en het paard het meest.Uno dos très, koe - le ka - le En om-hoog en om-laag en op zij, Couplet 4
&b œ œ œ œ œ œ Sin - terklaas komt
uit
uit
& b 42 œ œ œ 44 œ wel Sin-ter
-
‰Œ
j œ ˙
‰
Span- je.
&b œ œ œ œ œ œ Sin-terklaas komt
j œ ˙
Span- je.
¿
¿
œ œ œ œ œ œ
nam
hij
met
mee?
ook ca - deau - tjes staan al kes, van je hom pom pee, kijk dit pak - je is voor
klaar. Sin mij.
œ œ œ
œ
œ œ œ
œ œ uit een
heel ver land.
˙.
wel Sin - ter-klaas dank je
Piet.
¿
Œ ..
œ œ œ Œ
œ œ
œ œ œ œ œ œ
Dank je
Dansbeschrijving Cadeautjes liggen in een cirkel. Elk kind gaat achter een cadeautje staan. Couplet 1: kinderen lopen in dansrichting om cadeautjes heen. Refrein 1: stilstaan met het gezicht naar binnen Zwarte Piet: 3x klappen Zwarte Piet: 3x stampen en het paard: teugels vasthouden ook cadeautjes: wijzen met 2 handen naar cadeautjes. Couplet 2: kinderen lopen tegen dansrichting om cadeautjes heen Refrein 2: stilstaan met het gezicht naar binnen En omhoog: 2 handen omhoog en omlaag: 2 handen omlaag en opzij: 1 hand links en dan 1 hand rechts op de grond: tikken op het cadeautje..
zich
Œ
˙. ˙.
Sin - ter-klaas komt
klaas BOEM BOEM dank je
heel ver land.
œ œ œ œ œ nœ
œ œ œ Œ
œ œ œ
œ œ œ Œ
Sin-ter-klaas komt uit een
œ œ ˙
uit
œœ œ œ œ œ
œ œ
Dank je
¿ Œ
Piet BOEM BOEM.
Couplet 3: kinderen lopen in dansrichting om cadeautjes Refrein 3: stilstaan met gezicht naar binnen herhalen refrein 2 t/m op de grond: kinderen pakken nu het cadeautje. Couplet 4: kinderen lopen met hun cadeautje kris kras door elkaar Dank je wel: buigen naar Sint en Piet 2e keer dank je wel Sinterklaas boem boem = zeggen dank je Piet boem boem.
19
november 2009 A.S.L.
Pas op, bal op de kop
## 4 & 4 œ œ œ œ
Kijk daar komt de
œ. œ ˙.
Sint weer aan
## . & . œ œ œ œ .. .. œ œ œ œ .. œ œ ˙ Hier te zwaai-en.
& &
## ##
Daar te draai-en.
Op en neer
œ œ ˙
œ œ œ œ œ #œ œ œ ˙
nu goed op
an - ders krijg je de
œ œ œ œ vang de bal - len
1.
#œ œ ˙ in
het net.
bal op je kop.
œ œ œ œ œ œ œ ˙
en
we zien ook de
œ œ ˙ nog een keer.
.. œ ˙ œ
Un dos très
.. œ œ ˙ 2.
in het net.
Un dos très! gooien maar Opstelling: kring 1e regel: lopen tegen dansrichting 2e regel: zwaaien met hand, draaien, op en neer Zwarte Piet t/m op je kop: wijzen naar je hoofd Un dos très t/m in het net: bij 2x versnellen na un dos très 2 à 3 ballen gooien in het net dat de 3 Pieten vasthouden.
Pie - ten staan.
œ œ œ œ Zwar - te
Piet let
œ œ ˙ vier vijf zes,
20
november 2010 A.S.L.
Yn Hylpen is 't feast
2 & b 4 œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ œ Sin - ter-klaas is
& b œ. œ œ. œ oh
wat zijn
we
ja - rig en dat
blij.
We
zin - gen en
we
met ca-deau - tjes
dan - sen van
je
pe - per-no - ten,
tra - la-la
Refrein
œ . œ œ . œ œ ‰ œj œ . œ œ . œ
decresc.
al - len of mis - schien ook maar al - leen.
& b œ. œ œ. œ œ œ œ œ œ 3
fear en mem dy
wij
œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ
œ ‰ œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ œ ‰ œ J J
& b œ. œ œ. œ œ. œ œ. œ doe je met z'n
vie - ren
œ Œ
hea-ren der by. Yn
Fôr Sint-ne-klaes en
o - lé,
dat
œ. œ œ. œ Swar-ten Piet, fôr
œ. œ œ. œ . œ œ œ œ. œ œ. œ œ. œ œ œ. Hyl-pen ys it
feast, o-lé. Yn
Dans: kring van kinderen handen vast maat 1 t/m 4: kring tegen dansrichting lopen 8 passen maat 5 t/m 8: kring in dansrichting lopen 8 passen maat 9 t/m 12: kring naar binnen lopen 8 passen maat 13 t/m 16: kring naar buiten (achteruit) lopen 4 passen rondje om jezelf maat 14 t/m 17: linkerarm omhoog, rechterarm omhoog, (omdraaien), herhalen. maat 18 t/m 21: klappen en springen
Hyl-pen ys it
feast, o - lé.
21
november 2011 kleuters 1/2 A.S.L.
De Pieten-gym-dans
4 &b 4 œ œ
œ œ œ
œ
Sin-ter - klaas
heeft een paard
&b œ œ œ œ ˙ met de boot weer aan.
œ œ
met een
&b ˙
laag
hij daar. Zwar - te
œ œ ar - men
˙.
‰ œj
Kijkt dan hier,
kijkt dan daar
oooh
wat
˙
draai-en in het rond
&b ˙ dat
œ. œ œ. œ gym - en jip - pie
œ. œ œ. œ œ. œ
hoog. Zwar - te
& b œ. œ œ. œ ˙
oeps
œ
œ
œ
doet
hij
zo
komt hier elk jaar
œ œ ˙
Piet kan heel goed
œ
he - le lan-gestaart,
œ œ ˙
& b œ n œ œ œ . œ 42 œ . œ œ . œ ziet
œ œ œ œ
œœ œœ˙
Piet kan heel goed
Œ ‰œ J
ja
œ œ
jee jip - pie
ar - men
œ. œ œ. œ *sprin - gen jip - pie
œ. œ œ. œ Œ œ. œ
daar
œ
œ œ. œ ˙
valt hij op z'n
œ zo.
•
jip - pie
* 1 springen * 2 stampen * 3 klappen
jo
œ œ. œ ˙ jee jip - pie
jo
œ œ. œ ˙ jee jip - pie
jo