* *

ADVIESNOTA AAN COMMISSIE RUIMTE Onderwerp en inhoud

Postregistratienummer

Adviesnota

*15.0012085*

Beleidsvisie externe veiligheid 2015-2018 Vertrouwelijk

Sector

Nee

Grondgebiedzaken

15.0012085 Afdeling

Medewerk(st)er/tel M. Smit 333 MS

Gezien door

Datum

Paraaf

Opmerkingen

Afdelingshoofd Sectorhoofd B&W Besluitnummer

datum 6 oktober 2015 Paraaf: besluit

Paraaf: bespreking

conform advies

in vergadering

Opmerkingen

Secretaris

Burgemeester

Wethouder E. Deutekom Wethouder H. Stoker Wethouder R.A.H.P. Heijtink Besproken met: Commissies/adviesorganen/aanvrager Raadsvergadering

Communicatie

Ja, commissie Ruimte datum

datum

6 oktober 2015 Financieel advies ingewonnen

Juridisch advies ingewonnen NVT Mediation: Telefonisch advies bij weigering NVT

adviesnota | pagina 2

Onderwerp Beleidsvisie externe veiligheid 2015-2018

Inleiding Externe Veiligheid (verder aangeduid als EV) gaat over het beheersen van risico’s die voor de burgers ontstaan bij het gebruik en de opslag van gevaarlijke stoffen zoals vuurwerk, LPG en chemicaliën en het vervoer daarvan over de weg, het water, het spoor en door buisleidingen. Naast het feit dat vanuit de Rijksoverheid risiconormen zijn gesteld, laat de wet- en regelgeving ook ruimte aan gemeenten en provincies om eigen veiligheidsambities te formuleren. In specifieke zin hebben gemeenten en provincies de vrijheid om binnen kaders voor de bescherming van groepen burgers (groepsrisico) eigen beleid vast te stellen. In deze beleidsvisie is een beeld geschetst hoe de gemeente Opmeer wil omgaan met EV. In januari 2011 is door de gemeente Opmeer de beleidsvisie externe veiligheid 2011-2014 vastgesteld. Die beleidsvisie is door ontwikkelingen in wet- en regelgeving en nieuwe inzichten en jurisprudentie niet meer actueel. In de beleidsvisie externe veiligheid 2015 - 2018 zijn de wijzigingen en opgedane (landelijke) inzichten uit de afgelopen periode verwerkt. Met dit document wordt het beleid voor de komende jaren vastgelegd en is een instrument voorhanden welke bij de uitvoering kan worden gebruikt. De gemeentelijke taken die afdelingsoverschrijdend zijn, de verantwoordelijkheden en de wijze van uitvoeren zijn hiermee beschreven. Er zijn vier primaire doelen gesteld: 

voldoen aan wettelijke bepalingen;



de gevolgen van incidenten beperken tot een algemeen aanvaard niveau;



het ontstaan van nieuwe conflicterende situaties voorkomen;



het vastleggen van een lokaal vastgesteld ambitieniveau

De beleidsvisie is afgestemd met de Veiligheidsregio NHN en de RUD NHN. De opmerkingen van hen zijn in de visie verwerkt.

De commissie Ruimte besluit: 1

De uitgevoerde inventarisatie van risico’s te onderschrijven, in te stemmen met de beleidsvisie Externe Veiligheid 2015- 2019 en deze voor inspraak vrij te geven;

2

De gemeenteraad de beleidsvisie Externe Veiligheid 2015- 2019 ter vaststelling aan te bieden.

Argumenten 1.1.Het voorstel past binnen het voorgenomen milieubeleid 2012-2015 en het uitvoeringsprogramma 2015. 1.2.Het standstil beginsel van bestaande beperkt kwetsbare objecten is uitgewerkt. 1.3.Voor risicobronnen is een toename van het groepsrisico ingeperkt. 2. De beleidsvisie is kaderstellend en zorgt voor samenhang en uniformiteit in het gemeentelijk beleid.


ADVIES AAN COMMISSIE RUIMTE Onderwerp Beleidsvisie externe veiligheid 2015-2018

Beslispunten 1

De uitgevoerde inventarisatie van risico’s onderschrijven, instemmen met het beleidsvisie Externe Veiligheid 2015- 2019 en deze voor inspraak vrijgeven;

2

De gemeenteraad de beleidsvisie Externe Veiligheid 2015- 2019 ter vaststelling aanbieden.

Inleiding Externe Veiligheid (verder aangeduid als EV) gaat over het beheersen van risico’s die voor de burgers ontstaan bij het gebruik en de opslag van gevaarlijke stoffen zoals vuurwerk, LPG en chemicaliën en het vervoer daarvan over de weg, het water, het spoor en door buisleidingen. Naast het feit dat vanuit de Rijksoverheid risiconormen zijn gesteld, laat de wet- en regelgeving ook ruimte aan gemeenten en provincies om eigen veiligheidsambities te formuleren. In specifieke zin hebben gemeenten en provincies de vrijheid om binnen kaders voor de bescherming van groepen burgers (groepsrisico) eigen beleid vast te stellen. In deze beleidsvisie is een beeld geschetst hoe de gemeente Opmeer wil omgaan met EV. In januari 2011 is door de gemeente Opmeer de beleidsvisie externe veiligheid 2011-2014 vastgesteld. Die beleidsvisie is door ontwikkelingen in wet- en regelgeving en nieuwe inzichten en jurisprudentie niet meer actueel. In de beleidsvisie externe veiligheid 2015 - 2018 zijn de wijzigingen en opgedane (landelijke) inzichten uit de afgelopen periode verwerkt. Met dit document wordt het beleid voor de komende jaren vastgelegd en is een instrument voorhanden welke bij de uitvoering kan worden gebruikt. De gemeentelijke taken die afdelingsoverschrijdend zijn, de verantwoordelijkheden en de wijze van uitvoeren zijn hiermee beschreven. Er zijn vier primaire doelen gesteld: 

voldoen aan wettelijke bepalingen;



de gevolgen van incidenten beperken tot een algemeen aanvaard niveau;



het ontstaan van nieuwe conflicterende situaties voorkomen;



het vastleggen van een lokaal vastgesteld ambitieniveau

De beleidsvisie is afgestemd met de Veiligheidsregio NHN en de RUD NHN. De opmerkingen van hen zijn in de visie verwerkt.

Beoogd effect Het bieden van een veilige leefomgeving voor de burgers van Opmeer.


Argumenten 1.1.Het voorstel past binnen het voorgenomen milieubeleid 2012-2015 en het uitvoeringsprogramma 2015. In het kader van het milieubeleidsplan 2012-2015 heeft de gemeente de ambitie uitgesproken een veilige gemeente te zijn en blijven om te wonen en te werken. De doelstellingen die hierbij zijn gesteld zijn als volgt: 

Beheersen van risico’s op de omgeving die samenhangen met productie, verwerking, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen



De gemeente heeft een goed beeld van de externe veiligheidsrisico’s



De externe veiligheidsrisico’s worden beperkt en nieuwe knelpunten worden voorkomen

In het uitvoeringsprogramma OMD1 2016 hebben we ons tot taak gesteld de Beleidsvisie Externe Veiligheid 2011-2014 gezien de nieuwe ontwikkelingen in de gemeente en de voortschrijdende landelijke inzichten te actualiseren in overleg met de Veiligheidsregio NHN en de RUD NHN. 1.2.Het standstil beginsel van bestaande beperkt kwetsbare objecten is uitgewerkt. In deze nieuwe beleidsvisie is ter verduidelijking voor bestaande situaties, waar beperkt kwetsbare objecten gelegen zijn binnen de plaatsgebonden risico contour (PR 10 -6 contour), het standstil beginsel uitgewerkt. 1.3.Voor risicobronnen is een toename van het groepsrisico ingeperkt. Op grond van de voorgaande beleidsvisie was in beginsel een toename van het groepsrisico tot de oriëntatiewaarde mogelijk. In de deze beleidsvisie is de toename voor buisleidingen en wegen ingeperkt tot 0,1 maal de oriëntatiewaarde of een toename van het groepsrisico met 10% ten opzichte van het bestaande groepsrisico. Een dergelijke verhoging van het groepsrisico wordt beschouwd als een insignificante verhoging. De grens van 0,1 maal de oriëntatiewaarde wordt als omslagpunt in de afweging beschouwd. Onder de grens van 0,1 maal de oriëntatiewaarde geldt in beginsel “ja mits”, daarboven geldt in beginsel “nee, tenzij”. Voor de waarde van 0,1 maal de oriëntatiewaarde als omslagpunt is gekozen omdat beneden deze waarde het groepsrisico als “verwaarloosbaar” en als “laag” wordt beschouwd en daar boven als “relevant”. Verder speelt mee dat in de situatie van Opmeer bij de aanleg/wijzigingen van buisleidingen of bij de wijziging van provinciale wegen, waarover transporten van gevaarlijke stoffen plaatsvindt, het altijd mogelijk is om te voldoen aan de waarde van 0,1 maal de oriëntatiewaarde. Alleen bij Bevi2-inrichtingen kan deze waarde mogelijk worden overschreden. Nieuwe Bevi-inrichtingen worden alleen onder voorwaarden toegestaan op de bedrijventerreinen De Veken en de Wester Boekelweg te Hoogwoud. Hier kan een hoger groepsrisico dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde worden toegestaan, waarbij een groepsrisico van 1 maal oriëntatiewaarde als grenswaarde geldt en het invloedsgebied niet over woongebieden mag zijn gelegen. 2. De beleidsvisie is kaderstellend en zorgt voor samenhang en uniformiteit in het gemeentelijk beleid. Het toetsingskader voorkomt afwegingen en besluitenop ad hoc basis en brengt consistentie door heldere uitgangspunten en reële ambities. Binnen de diverse taakgebieden van de gemeente dienen

1

Omgevingsrecht, Milieu en Duurzaamheid


continue afwegingen te worden gemaakt tussen veiligheids-, haalbaarheids- en kostenaspecten. Hierbij gaat het onder meer om taken op het gebied van ruimtelijke ordening, verkeer, milieu en rampenbestrijding. De onderlinge samenhang van de gemaakte afwegingen van verschillende taakvelden is hierbij van cruciaal belang. Hiertoe is een overkoepelend en samenhangend kader noodzakelijk, waarin het externe veiligheidsbeleid voorziet en ervoor moet zorgen dat externe veiligheid goed wordt meegenomen in alle besluiten die het veiligheidsniveau binnen de gemeente beïnvloeden.

Zijn er kanttekeningen/risicofactoren Nieuwe Bevi2-inrichtingen worden alleen onder voorwaarden toegestaan op de bedrijventerreinen De Veken en de Wester Boekelweg te Hoogwoud.

Financiën De totstandkoming van de beleidsvisie is volledig gefinancierd uit door de Veiligheidsrisico NHN ontvangen subsidiegelden.

Communicatie Na behandeling in commissie Ruimte beleidsvisie voor inspraak vrijgeven.

Uitvoering Na vaststelling door raad meenemen in alle besluiten die het veiligheidsniveau binnen de gemeente beïnvloeden

Bijlagen Beleidsvisie externe veiligheid 2015-2018 Datum: 23 september 2014 Initialen: MS

2

Besluit externe veiligheid inrichtingen


* *

Recommend Documents