C A M I N A D A
./. ./.
N O T A R I S S E N
-2minister belast met de zorg voor de volkshuisvesting tot de onderhavige ------statutenwijziging verkregen. --------------------------------------------------------------Van gemeld bestuursbesluit, gemelde goedkeuring en voorafgaande ------------toestemming blijkt uit aan deze akte te hechten geschriften. -----------------------Van de gemelde volmacht blijkt eveneens uit een aan deze akte te hechten ----geschrift. -------------------------------------------------------------------------------------Vervolgens verklaarde de verschenen persoon, handelend als gemeld, de ------statuten van de stichting te wijzigen als volgt:-----------------------------------------Artikel 17 komt te luiden als volgt:---------------------------------------------------Artikel 17 - Aftreden----------------------------------------------------------------------17.1 De leden van de raad van commissarissen treden uiterlijk vier jaar na hun benoeming af volgens een door de raad van commissarissen op te stellen rooster.----------------------------------------------------------------------------------17.2 Afgetreden leden zijn herbenoembaar, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 15 en 16 en met dien verstande dat de zittingsduur tot twee perioden van vier jaren is beperkt. Deze perioden behoeven geen ---------aansluitende perioden te zijn.-------------------------------------------------------17.3 Indien door het tussentijds openvallen van plaatsen in de raad van --------commissarissen het aantal leden beneden het in artikel 15 lid 1 genoemde minimum aantal daalt, voorziet de raad van commissarissen binnen drie -maanden, behoudens het bepaalde in de leden 3, 4, 5 en 6 van artikel 15, in de vacature(s) met inachtneming van hetgeen in de statuten is bepaald. Tussentijds benoemde leden van de raad van commissarissen nemen op -het rooster van aftreden de plaats in van hen, die zij opvolgen. -------------De verschenen persoon verklaarde vervolgens dat door voormelde wijzigingen de statuten thans in hun geheel luiden als volgt.--------------------------------------S T A T U T E N.-------------------------------------------------------------------------HOOFDSTUK I --------------------------------------------------------------------------A L G E M E N E B E P A L I N G E N ----------------------------------------Artikel 1 - Naam, plaats van vestiging en oprichting---------------------------1.1 De stichting is genaamd: Stichting Vidomes.----------------------------------De stichting handelt ook onder uitsluitend de naam: Vidomes.--------------1.2 De stichting heeft haar zetel in de gemeente Delft. -----------------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-31.3 Zij is de voortzetting van de navolgende instellingen:--------------------------Christelijke Woonstichting Vidomes, gevestigd te Delft, per een januari --tweeduizend de voortzetting van Stichting Patrimonium's Woningbouw te Delft, opgericht op dertien april negentienhonderd eenentwintig en -------gefuseerd met de Rijswijkse Christelijke Woningstichting, opgericht op ---acht november negentienhonderd eenenvijftig, en de Christelijke ----------Woningstichting Zoetermeer, opgericht op negenentwintig september ----negentienhonderd vierenzestig. Christelijke Woonstichting Vidomes is op een en dertig maart tweeduizend één gefuseerd met Woningstichting -----Leidschendam, gevestigd te Leidschendam, per een augustus tweeduizend de voortzetting van de R.K. Woningbouwvereniging "Leidschendam", die op haar beurt de voortzetting was van de R.K. Woningbouwvereniging --"St. Willibrordus", opgericht in negentienhonderd achttien, in welke ------vereniging in negentienhonderd achtenvijftig is opgenomen de R.K. ------Woningbouwvereniging "St. Jozef", die werd opgericht in -------------------negentienhonderd negenendertig. In laatstgenoemde vereniging was de in negentienhonderd dertien opgerichte woningbouwvereniging ---------------"Eensgezindheid" opgegaan. Met ingang van vierentwintig december -----negentienhonderd negentig zijn de onroerende zaken van de R.K. ---------Woningbouwvereniging "Don Bosco" te Stompwijk in het bezit van de --R.K. Woningbouwvereniging "Leidschendam" geïntegreerd.-----------------Per één januari tweeduizend twee is de stichting voorts, krachtens fusie, de voortzetting van Stichting Patrimoniums Woningen, gevestigd te ----------Voorburg, sinds een juli negentienhonderd negen en negentig de ----------voortzetting van Woningbouwvereniging Patrimoniums Woningen, -------opgericht in negentienhonderd vijftien.-------------------------------------------Artikel 2 - Werkgebied en doel--------------------------------------------------------2.1 De stichting is uitsluitend werkzaam in de gemeenten Delft, ----------------Midden-Delfland, Den Haag, Westland, Pijnacker-Nootdorp, Zoetermeer, Rijswijk, Leidschendam-Voorburg, Wassenaar, Voorschoten en Leiden. --2.2 De stichting stelt zich ten doel vanuit een sociaal-christelijke visie op mens en maatschappij uitsluitend op het gebied van de volkshuisvesting ---------werkzaam te zijn.-----------------------------------------------------------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-42.3 Zij tracht dit doel onder meer te bereiken door: --------------------------------a. het stichten, verkrijgen, in standhouden, exploiteren, verbeteren, ----beheren en vervreemden van woongelegenheden en overige ----------onroerende en roerende zaken, alsmede het slopen en herstructureren van woongelegenheden en onroerende aanhorigheden; -----------------b. het stichten en/of behulpzaam zijn bij het tot stand komen van ------woongelegenheden in het kader van het eigen woningbezit;------------c. het meewerken aan en bevorderen van een goede woonomgeving ---respectievelijk een goed woonklimaat; --------------------------------------d. het voeren van een sociaal en rechtvaardig verhuur- en verkoopbeleid; e. het bevorderen van de communicatie met huurders van woningen van de stichting en het verlenen aan huurders van inspraak; -----------------f. het met huurders casu quo een of meer door huurders opgerichte ---overkoepelende, vertegenwoordigende organisatie(s) maken en ------vastleggen van nadere afspraken omtrent de onderlinge samenwerking en de inspraak van huurders en hun vertegenwoordigingen; -----------g. het overleggen en samenwerken met andere organisaties op het ------gebied van de volkshuisvesting alsmede met zorginstellingen; ---------h. het ontwikkelen van andere initiatieven die dienstig zijn aan de -------doelstelling van de stichting. --------------------------------------------------2.4. De stichting kan deelnemen in andere rechtspersonen en daarover het ---bestuur voeren.------------------------------------------------------------------------Artikel 3 - Boekjaar ----------------------------------------------------------------------Het boekjaar is het kalenderjaar.---------------------------------------------------------Artikel 4 - Begripsbepalingen ---------------------------------------------------------In deze statuten wordt verstaan onder:-------------------------------------------------a. Het BBSH: Het Besluit beheer sociale-huursector;-----------------------------b. woongelegenheid: woongelegenheid als gedefinieerd in artikel 1 van het -BBSH; ----------------------------------------------------------------------------------c. de algemeen directeur: het bestuur van de stichting; ---------------------------d. Boek 2: Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; -----------------------------------e. registeraccountant: accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid van ---Boek 2 alsook een organisatie waarin zodanige accountants samenwerken.
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-5HOOFDSTUK II -------------------------------------------------------------------------B E S T U U R -----------------------------------------------------------------------------Artikel 5 - Samenstelling en benoeming--------------------------------------------5.1 Het bestuur van de stichting bestaat uit één natuurlijke persoon. Deze ----heeft de titel algemeen directeur. ---------------------------------------------------5.2 De raad van commissarissen benoemt de algemeen directeur. ---------------Artikel 6 - Onverenigbaarheden ------------------------------------------------------6.1. De algemeen directeur kan niet zijn een persoon die: --------------------------a. lid is van de raad van commissarissen;---------------------------------------b. belast is met, of mede uitvoering geeft aan, het overheidstoezicht op de stichting;-----------------------------------------------------------------------c. lid is van het college van gedeputeerde staten van een provincie waar de stichting feitelijk werkzaam is;---------------------------------------------d. lid is van het college van burgemeester en wethouders en/of de ------gemeenteraad van de gemeente, waar de stichting haar woonplaats --heeft, of van een gemeente waar zij feitelijk werkzaam is; ---------------e. deel uitmaakt van een orgaan van een organisatie die zich ten doel ---heeft gesteld de belangen van gemeenten of provincies te behartigen;f. rechtstreeks dan wel middellijk een zakelijke relatie met de stichting -heeft of anderszins een rechtstreeks of middellijk zakelijk belang heeft dat strijdig kan zijn met de belangen van de stichting;--------------------g. echtgeno(o)t(e) dan wel bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad is of partner in de zin van de Wet op het geregistreerd ----------partnerschap van, dan wel een duurzaam gemeenschappelijke ---------huishouding voert met een persoon als bedoeld in de voorgaande ---onderdelen van dit lid.----------------------------------------------------------6.2 Het oordeel of zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in onderdeel f van het vorige lid dan wel als bedoeld aan het slot van onderdeel g van -dat lid is voorbehouden aan de raad van commissarissen.---------------------Artikel 7 - Defungeren algemeen directeur----------------------------------------7.1 De algemeen directeur defungeert: ------------------------------------------------a. door zijn overlijden, door zijn faillissement of surséance van betaling, het op hem van toepassing worden van de schuldsaneringsregeling ---
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-6natuurlijke personen, door zijn onder curatelestelling of ---------------onderbewindstelling van zijn vermogen;------------------------------------b. door zijn ontslag door de rechtbank op grond van de wet; -------------c. door zijn ontslagname; ---------------------------------------------------------d. doordat zich een van de onverenigbaarheden genoemd in artikel 6 --voordoet; voor wat betreft die bedoeld in de onderdelen f en g van -artikel 6 lid 1 mits de raad van commissarissen heeft vastgesteld dat -zodanige onverenigbaarheid bestaat; ----------------------------------------e. door ontslag bij een besluit van de raad van commissarissen. ----------7.2 Indien zich een situatie voordoet als bedoeld in lid 1 van dit artikel, -------voorziet de raad van commissarissen zo spoedig mogelijk in de ontstane vacature. --------------------------------------------------------------------------------Artikel 8 - Schorsing en ontslag ------------------------------------------------------8.1 Tot schorsing of ontslag kan door de raad van commissarissen slechts ---worden besloten indien en nadat de algemeen directeur in de gelegenheid is gesteld zich tegenover de raad van commissarissen te verklaren. ---------8.2 Een schorsing van de algemeen directeur die niet binnen twee maanden -wordt gevolgd door een ontslagbesluit, vervalt door het enkele verloop --van die termijn.------------------------------------------------------------------------8.3 Indien de algemeen directeur is geschorst, is hij niet bevoegd de in deze -statuten en het reglement aan hem toegekende bevoegdheden uit te ------oefenen. --------------------------------------------------------------------------------Artikel 9 - Taken en bevoegdheden -------------------------------------------------9.1 Behoudens beperkingen bij of krachtens deze statuten is de algemeen ----directeur belast met het besturen van de stichting; hem komen alle --------bevoegdheden toe die niet door deze statuten aan andere organen zijn ---toegekend.------------------------------------------------------------------------------9.2 De algemeen directeur is daarbij gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak, waaronder begrepen is het in staat stellen --van de raad van commissarissen tot voortdurende uitoefening van zijn ---toezichthoudende taak. --------------------------------------------------------------9.3 De algemeen directeur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van --------overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van -----------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-7registergoederen, en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de -----stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van --een ander verbindt. Een besluit daartoe is onderworpen aan de ------------goedkeuring van de raad van commissarissen.-----------------------------------9.4 Aan de goedkeuring van de raad van commissarissen zijn, onverminderd het elders in deze statuten bepaalde, onderworpen de besluiten van de ---algemeen directeur tot: ---------------------------------------------------------------a. de vaststelling van het beleid van de stichting op hoofdlijnen zoals --neergelegd in het meerjarenbeleidsplan;-------------------------------------b. de vaststelling van de jaarstukken en de begroting; -----------------------c. het doen van financiële transacties anders dan die opgenomen in de -vastgestelde begroting, dan wel bedragen belopende, hoger dan ------voorzien in de vastgestelde begroting;---------------------------------------d. wijziging van de statuten; ------------------------------------------------------e. vaststelling of wijziging van reglementen;-----------------------------------f. ontbinding van de stichting of wijziging van de rechtsvorm;------------g. het aangaan van een fusie of splitsing door de stichting;-----------------h. een reorganisatie van de stichting;--------------------------------------------i. het aangaan of opzeggen van samenwerkingsverbanden en het in ----financieel en/of bestuurlijk opzicht deelnemen in andere --------------rechtspersonen; ------------------------------------------------------------------j. het aanvragen van surséance van betaling of faillissement; --------------k. het uitoefenen van stemrecht op aandelen in het kapitaal van ---------dochtermaatschappijen van de stichting.------------------------------------9.5 Het ontbreken van een ingevolge lid 3 van dit artikel vereiste goedkeuring tast de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de algemeen directeur niet -aan.---------------------------------------------------------------------------------------9.6 De raad van commissarissen kan besluiten dat handelingen als bedoeld in lid 3 en in onderdeel c van lid 4 van dit artikel niet aan zijn goedkeuring --zullen zijn onderworpen indien daarmee geen hoger bedrag is gemoeid ---dan door de raad van commissarissen vast te stellen. De raad van ----------commissarissen doet van zodanig besluit schriftelijk mededeling aan de ---
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-8algemeen directeur. -------------------------------------------------------------------Artikel 10 - Vertegenwoordiging -----------------------------------------------------10.1 De stichting wordt vertegenwoordigd door de algemeen directeur.---------10.2 De algemeen directeur kan besluiten tot de verlening van volmacht aan --personen in dienst van de stichting alsook aan anderen, zowel gezamenlijk als afzonderlijk, teneinde de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen. ---------------------------------------------------------------Artikel 11 - Leiding dagelijkse werkzaamheden ---------------------------------11.1 De algemeen directeur kan personen in dienst van de stichting belasten --met de leiding van de dagelijkse werkzaamheden van de stichting.----------11.2 De algemeen directeur kan aan in het vorige lid bedoelde medewerkers de titel van directeur toekennen, al dan niet met een toevoeging die de aard -van hun functie aanduidt. -----------------------------------------------------------11.3 De algemeen directeur kan de taken en bevoegdheden van de in dit artikel bedoelde medewerkers, alsmede hun werkwijze, vastleggen in een ---------directiereglement. ---------------------------------------------------------------------Artikel 12 - Overleg-----------------------------------------------------------------------Op verzoek van de raad van commissarissen komt de algemeen directeur voor overleg bijeen met de raad van commissarissen of met de door de raad van ---commissarissen uit zijn midden aangewezen representanten. ----------------------Artikel 13 - Jaarstukken -----------------------------------------------------------------13.1 Jaarlijks binnen vijf maanden na afloop van het boekjaar van de stichting maakt de algemeen directeur op:---------------------------------------------------a. een jaarrekening; ----------------------------------------------------------------b. een jaarverslag;-------------------------------------------------------------------c. een volkshuisvestingverslag als bedoeld in het BBSH; -------------------d. een overzicht met cijfermatige kerngegevens en prognoses als bedoeld in het BBSH. ---------------------------------------------------------------------13.2 Binnen de in het vorige lid vermelde termijn legt de algemeen directeur de daar vermelde stukken ter inzage voor aan de leden van de raad van ------commissarissen. Desverzocht verstrekt de algemeen directeur aan de leden van de raad van commissarissen een afschrift van deze stukken of van een of meer daarvan. -----------------------------------------------------------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
-913.3 De raad van commissarissen verleent opdracht tot onderzoek van de in lid 1 van dit artikel vermelde stukken aan een registeraccountant en verzoekt deze omtrent het onderzoek verslag uit te brengen aan de algemeen -------directeur en aan de raad van commissarissen. -----------------------------------Het onderzoek van de registeraccountant dient te omvatten al hetgeen in artikel 28 van het BBSH is vermeld. -----------------------------------------------Aan de registeraccountant wordt voorts verzocht omtrent de jaarrekening een verklaring af te leggen en omtrent de in lid 1 onderdelen c en d -------bedoelde stukken een mededeling te doen.---------------------------------------Indien de raad van commissarissen niet binnen een redelijke termijn ------overgaat tot het geven van de hiervoor bedoelde opdracht tot onderzoek, verleent de algemeen directeur deze opdracht. ----------------------------------De opdracht kan te allen tijde worden ingetrokken door het orgaan dat de opdracht heeft verleend. Indien de algemeen directeur de opdracht heeft verleend is de raad van commissarissen eveneens tot de intrekking --------bevoegd. --------------------------------------------------------------------------------13.4 De jaarrekening wordt ondertekend door de algemeen directeur en alle ---commissarissen. -----------------------------------------------------------------------Ontbreekt de handtekening van een of meer van hen dan wordt daarvan onder opgave van reden melding gemaakt.---------------------------------------13.5 De jaarrekening wordt uiterlijk een maand na afloop van de in lid 1 van dit artikel vermelde termijn vastgesteld door de algemeen directeur.------------De vereiste goedkeuring van de raad van commissarissen dient door de --algemeen directeur te worden gevraagd binnen de in de vorige zin ---------bedoelde termijn.----------------------------------------------------------------------De jaarrekening wordt niet vastgesteld of goedgekeurd indien de algemeen directeur respectievelijk de raad van commissarissen geen kennis heeft ---kunnen nemen van de in lid 3 bedoelde verklaring van de accountant, ----tenzij is meegedeeld waarom die verklaring ontbreekt. ------------------------13.6 Het bepaalde in de twee vorige leden is van overeenkomstige toepassing -op de in lid 1 van dit artikel, onderdelen b en c bedoelde stukken. ----------Artikel 14 - Begroting --------------------------------------------------------------------Uiterlijk één maand vóór afloop van het boekjaar stelt de algemeen directeur --
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 10 de begroting voor het komende boekjaar vast. ---------------------------------------HOOFDSTUK III -----------------------------------------------------------------------T O E Z I C H T--------------------------------------------------------------------------Artikel 15 - Raad van commissarissen ----------------------------------------------15.1 Het toezicht op de algemeen directeur wordt uitgeoefend door een raad -van commissarissen, bestaande uit een door de raad vast te stellen aantal van ten minste vijf en ten hoogste zeven leden, allen natuurlijke personen. 15.2 De commissarissen worden benoemd door de raad van commissarissen. De raad van commissarissen draagt er bij zijn benoemingsbeleid zorg voor dat de raad pluriform is samengesteld en dat in de raad in elk geval -------voldoende deskundigheid aanwezig is op bestuurlijk, financieel en --------maatschappelijk terrein. De raad stelt kwaliteitsprofielen op voor de leden van de raad en voor de voorzitter.-------------------------------------------------15.3 De huurders van de woongelegenheden van de stichting en de in het -----belang van die huurders werkzame organisaties hebben het recht om voor twee zetels een persoon voor te dragen voor benoeming in de raad van --commissarissen. Deze voordracht is bindend. ----------------------------------15.4 De ondernemingsraad van de stichting heeft het recht om voor een zetel in de raad een persoon voor te dragen voor benoeming in de raad van ---commissarissen. Deze voordracht is bindend. ----------------------------------15.5 De raad van commissarissen deelt aan de huurders van de woningen van de stichting en de in het belang van die huurders werkzame organisaties, alsmede aan de ondernemingsraad zo spoedig mogelijk mee wanneer een zetel, bestemd voor een persoon als bedoeld in lid 3 onderscheidenlijk lid 4 van dit artikel, vrij komt en nodigt hen uit een voordracht te doen. De -voordracht dient binnen drie maanden na dagtekening van de uitnodiging daartoe door de raad van commissarissen te zijn ontvangen. Indien binnen de gemelde termijn aan de raad van commissarissen geen voordracht is --gedaan, is de raad van commissarissen vrij in de benoeming. Een aldus --benoemd lid van de raad van commissarissen wordt voor de toepassing -van de procedure te volgen bij zijn defungeren, alsmede voor de ----------toepassing van lid 9 van dit artikel, geacht op voordracht te zijn benoemd. 15.6 Bij het doen van voordrachten en benoemingen worden het door de raad
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 11 van commissarissen voor de vacante zetel vastgestelde kwaliteitsprofiel en de verlangde specifieke hoedanigheden in acht genomen.---------------------Indien een vacature op voordracht moet worden vervuld en de raad van -commissarissen géén van de voorgedragen personen wenst te benoemen, doet de raad daarvan onverwijld, schriftelijk, met redenen omkleed, -------mededeling aan de instantie die de voordracht doet. Daarbij nodigt de raad de tot het doen van de betreffende voordracht bevoegde instantie uit een nieuwe voordracht te doen, op welke geen afgewezene kan worden -------geplaatst, bij handelen in strijd waarmee de nieuwe voordracht niet --------bindend zal zijn. -----------------------------------------------------------------------15.7 De algemeen directeur kan een of meer reglementen vaststellen waarin ---wordt geregeld op welke wijze de mededelingen als bedoeld in lid 5 van dit artikel zullen worden gedaan, de wijze waarop voordrachten worden ------gedaan en al hetgeen naar zijn inzicht in verband hiermee regeling behoeft. 15.8 De leden van de raad van commissarissen beraadslagen en besluiten ------zonder enige last of ruggespraak.---------------------------------------------------15.9 De raad van commissarissen wijst uit zijn midden een voorzitter aan, -----alsmede diens plaatsvervanger. -----------------------------------------------------15.10Indien het aantal leden van de raad van commissarissen beneden het ----vereiste aantal is gedaald, blijft de raad niettemin bevoegd. -------------------Artikel 16 - Onverenigbaarheden -----------------------------------------------------16.1 Lid van de raad van commissarissen kan niet zijn een persoon die: ---------a. belast is met, of mede uitvoering geeft aan, het overheidstoezicht op de stichting;-----------------------------------------------------------------------b. lid is van het college van burgemeester en wethouders en/of ----------gemeenteraad van de gemeente, waar de stichting haar zetel heeft, of van een gemeente waarin zij feitelijk werkzaam is; ------------------------c. lid is van het college van gedeputeerde staten van een provincie ------waarin de stichting feitelijk werkzaam is;------------------------------------d. in dienst is van de stichting dan wel van een aan de stichting gelieerde rechtspersoon; -------------------------------------------------------------------e. deel uitmaakt van een orgaan van een organisatie die zich ten doel ---heeft gesteld de belangen van gemeenten of provincies te behartigen;-
C A M I N A D A
- 12 f.
N O T A R I S S E N
rechtstreeks dan wel middellijk een zakelijke relatie met de stichting -heeft of anderszins een rechtstreeks of middellijk zakelijk belang ----heeft, dat strijdig kan zijn met de belangen van de stichting; -----------g. echtgeno(o)t(e) dan wel bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad is of partner in de zin van de Wet op het geregistreerd ----------partnerschap van, dan wel een duurzaam gemeenschappelijke --------huishouding voert met een persoon als bedoeld in de voorgaande ---onderdelen van dit lid. ---------------------------------------------------------16.2 Het oordeel of zich een omstandigheid voordoet als bedoeld in onderdeel f van het vorige lid dan wel als bedoeld aan het slot van onderdeel g van -dat lid is voorbehouden aan de raad van commissarissen. --------------------Artikel 17 - Aftreden----------------------------------------------------------------------17.1 De leden van de raad van commissarissen treden uiterlijk vier jaar na hun benoeming af volgens een door de raad van commissarissen op te stellen rooster.----------------------------------------------------------------------------------17.2 Afgetreden leden zijn herbenoembaar, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 15 en 16 en met dien verstande dat de zittingsduur tot twee perioden van vier jaren is beperkt. Deze perioden behoeven geen ---------aansluitende perioden te zijn.-------------------------------------------------------17.3 Indien door het tussentijds openvallen van plaatsen in de raad van --------commissarissen het aantal leden beneden het in artikel 15 lid 1 genoemde minimum aantal daalt, voorziet de raad van commissarissen binnen drie -maanden, behoudens het bepaalde in de leden 3, 4, 5 en 6 van artikel 15, in de vacature(s) met inachtneming van hetgeen in de statuten is bepaald. Tussentijds benoemde leden van de raad van commissarissen nemen op -het rooster van aftreden de plaats in van hen, die zij opvolgen. -------------Artikel 18 - Einde lidmaatschap raad van commissarissen -------------------18.1 Het lidmaatschap van de raad van commissarissen eindigt:-------------------a. door overlijden, door faillissement of surséance van betaling, het van toepassing worden van de schuldsaneringsregeling natuurlijke --------personen, door onder curatelestelling of onderbewindstelling van het vermogen; ------------------------------------------------------------------------b. door ontslag door de rechtbank op grond van de wet;--------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 13 door ontslagname;---------------------------------------------------------------doordat zich een van de onverenigbaarheden genoemd in artikel 16 -voordoet; voor wat betreft die bedoeld in de onderdelen f en g van lid 1 van artikel 16 mits de raad van commissarissen heeft vastgesteld dat zodanige onverenigbaarheid bestaat;-----------------------------------------e. door ontslag bij een besluit van de raad van commissarissen.-----------18.2 Een door de raad van commissarissen ontslagen commissaris kan ---------gedurende een periode van vijf jaren na zijn ontslag niet tot commissaris -van de stichting worden benoemd, noch tot benoeming worden -----------voorgedragen. Een voordracht waarop de betrokkene in strijd met de ----vorige zin toch werd geplaatst, is niet bindend. ---------------------------------Artikel 19 - Schorsing en ontslag -----------------------------------------------------19.1 Leden van de raad van commissarissen kunnen worden geschorst of ------ontslagen bij een besluit van de raad van commissarissen indien ter -------vergadering ten minste tweederde van de leden van de raad van ------------commissarissen aanwezig is, betrokkene(n) niet meegerekend.---------------19.2 Tot schorsing of ontslag kan slechts worden besloten, indien en nadat de betrokkene(n) in de gelegenheid is gesteld zich tegenover de raad van ----commissarissen te verklaren.--------------------------------------------------------19.3 Een schorsing van een lid van de raad van commissarissen die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een ontslagbesluit, vervalt door het ----enkele verloop van die termijn. -----------------------------------------------------19.4 Indien een lid van de raad van commissarissen is geschorst, is hij niet -----bevoegd de in deze statuten en het reglement aan hem toegekende --------bevoegdheden uit te oefenen.-------------------------------------------------------Artikel 20 - Taken en bevoegdheden ------------------------------------------------20.1 De raad van commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op de ------algemeen directeur en op de algemene gang van zaken binnen de stichting. 20.2 Ongeacht het elders in deze statuten bepaalde is de raad van ----------------commissarissen voorts bevoegd: ---------------------------------------------------a. de algemeen directeur, gevraagd en ongevraagd, van advies te dienen;b. zich op kosten van de stichting door een deskundige te doen bijstaan; c. tot het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden van de algemeen ------c. d.
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 14 directeur;--------------------------------------------------------------------------d. tot het vaststellen van de hoogte van de vergoeding voor de leden van de raad van commissarissen; --------------------------------------------------e. de uitvoering van besluiten van de algemeen directeur te schorsen. ---20.3 Een schorsing als bedoeld in onderdeel e. van het vorige lid dient met ---redenen te zijn omkleed. Indien de uitvoering van een besluit door de raad van commissarissen is geschorst, is de algemeen directeur verplicht binnen één maand een nieuw besluit te nemen. Een dergelijk besluit dient mede de intrekking van het oorspronkelijke besluit te omvatten. -------------------20.4 De algemeen directeur is verplicht aan de raad van commissarissen alle --door hem gewenste inlichtingen te verschaffen en inzage van de boeken -en bescheiden van de stichting te geven. -----------------------------------------20.5 De raad van commissarissen voert ten minste vier maal per jaar overleg -met de algemeen directeur.----------------------------------------------------------20.6 Indien de algemeen directeur - door welke oorzaak ook - komt te ---------ontbreken, neemt/nemen de raad van commissarissen, dan wel de daartoe door de raad al dan niet uit zijn midden aan te wijzen persoon/personen, zijn taak waar, totdat een nieuwe algemeen directeur is benoemd. ----------Artikel 21 - Vergaderingen -------------------------------------------------------------21.1 De raad van commissarissen vergadert ten minste vier maal per jaar. ------21.2 De raad kan bijeengeroepen worden op initiatief van de voorzitter van de raad of van de algemeen directeur. Een en ander kan bij reglement nader worden geregeld.----------------------------------------------------------------------21.3 Vergaderingen worden bijeengeroepen door middel van een schriftelijke mededeling aan alle leden van de raad. -------------------------------------------21.4 De bijeenroeping van vergaderingen geschiedt met inachtneming van een termijn van ten minste zeven dagen, waarbij de dag van oproeping en die van de vergadering niet worden meegerekend, tenzij - volgens het --------gemotiveerde oordeel van de voorzitter - het spoedeisend karakter van de te behandelen onderwerpen een bijeenroeping op kortere termijn ---------noodzakelijk maakt. ------------------------------------------------------------------21.5 In de oproeping worden in ieder geval vermeld:--------------------------------a. dag, datum, tijd en plaats van de bijeenkomst;------------------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 15 de op de agenda geplaatste onderwerpen; ----------------------------------in geval van benoeming van leden van de raad van commissarissen op voordracht, de op een voordracht geplaatste personen.------------------21.6 De vergaderingen van de raad van commissarissen worden bijgewoond --door de algemeen directeur, tenzij de raad te kennen geeft zonder de -----algemeen directeur te willen vergaderen.------------------------------------------HOOFDSTUK IV ------------------------------------------------------------------------B E S L U I T V O R M I N G --------------------------------------------------------Artikel 22 - Besluitvorming ------------------------------------------------------------22.1 De raad van commissarissen kan slechts rechtsgeldige besluiten nemen, --indien ten minste tweederde van de leden van het orgaan ter vergadering aanwezig is. Blijkt ter vergadering het vereiste aantal leden om -------------rechtsgeldige besluiten te nemen niet aanwezig te zijn, dan wordt uiterlijk binnen drie weken een nieuwe vergadering bijeengeroepen. ------------------De alsdan aanwezige leden kunnen ter vergadering rechtsgeldige besluiten nemen. ----------------------------------------------------------------------------------22.2 Besluiten kunnen slechts genomen worden over onderwerpen die bij de -oproeping zijn meegedeeld en die ten minste een week voor de ------------vergadering ter kennis van de leden van de raad van commissarissen zijn -gebracht. Zijn echter ter vergadering alle leden van de raad aanwezig, dan kunnen besluiten worden genomen over alle aan de orde komende --------onderwerpen, ook al zijn de voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht genomen. -----------------------------------------Artikel 23 - Stemmingen ----------------------------------------------------------------23.1 De raad van commissarissen besluit bij volstrekte meerderheid van de ----uitgebrachte stemmen. ---------------------------------------------------------------23.2 Over zaken wordt mondeling, over personen wordt schriftelijk bij --------ongetekende briefjes gestemd. Over zaken wordt schriftelijk gestemd -----indien één van de ter vergadering aanwezigen hierom verzoekt. -------------Ingeval de stemmen staken dan vindt in dezelfde vergadering éénmaal een nieuwe stemming plaats. Staken de stemmen opnieuw dan is het voorstel verworpen, tenzij het de verkiezing van een persoon betreft, in dat geval -beslist het lot. --------------------------------------------------------------------------b. c.
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 16 Artikel 24 - Oordeel van de voorzitter bij stemming over personen en ---zaken-----------------------------------------------------------------------------------------Het in de vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de -----uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel. --------------------------------------------------------------------------------------Wordt onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel door de voorzitter de --juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien een --stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming. -------------------------------HOOFDSTUK V -------------------------------------------------------------------------W I J Z I G I N G V A N D E S T A T U T E N----------------------------Artikel 25 - Voorwaarden ---------------------------------------------------------------25.1 Wijziging van de statuten geschiedt bij een daartoe strekkend besluit van de algemeen directeur. ---------------------------------------------------------------De bevoegdheid te besluiten tot fusie of splitsing berust eveneens bij de -algemeen directeur. -------------------------------------------------------------------25.2 Voor wijziging van de statuten behoeft de stichting de voorafgaande -----instemming van de minister belast met de zorg voor de volkshuisvesting. 25.3 De statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. --------------------------------------------------------------------HOOFDSTUK VI------------------------------------------------------------------------O N T B I N D I N G V A N D E S T I C H T I N G --------------------Artikel 26 - Wijzen van ontbinding --------------------------------------------------De stichting wordt ontbonden: ----------------------------------------------------------a. door een daartoe strekkend besluit van de algemeen directeur; --------------b. na faillietverklaring door hetzij opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel, hetzij insolventie; ---------------------------------------c. door de rechter in de gevallen die de wet bepaalt. ------------------------------Artikel 27 - Voorwaarden ---------------------------------------------------------------Bij ontbinding dient de algemeen directeur van de stichting de minister, belast met de zorg voor de volkshuisvesting, hiervan onverwijld in kennis te stellen.-Artikel 28 - Vereffening en bestemming baten------------------------------------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 17 28.1 Na ontbinding van de stichting zal vereffening geschieden door één of ---meer vereffenaars aan te wijzen door het college van burgemeester en ----wethouders van de gemeente Delft, welke vereffenaars door dat college --kunnen worden geschorst of ontslagen, in welk laatste geval het tevens ---nieuwe vereffenaars benoemt op welke vereffenaars het college eveneens toezicht houdt.-------------------------------------------------------------------------28.2 De vereffenaar dient te handelen overeenkomstig de volgende bepalingen: a. indien de onroerende zaken zijn gelegen binnen het werkgebied van één of meer toegelaten instellingen, biedt hij de goederen en schulden van de ontbonden stichting bij voorrang ter gehele of gedeeltelijke --overname aan aan die toegelaten instellingen en voor zover die -------toegelaten instellingen die goederen of schulden niet overnemen, ----biedt hij die goederen of schulden ter gehele of gedeeltelijke ----------overneming aan aan de gemeente waar de onroerende zaken zijn -----gelegen, en, voor zover de gemeente die goederen of schulden niet --overneemt, stelt hij de huurders van de tot die zaken behorende -----woongelegenheden in de gelegenheid deze in eigendom te verkrijgen;b. indien de stichting op het tijdstip van ontbinding geen onroerende --zaken bezat, biedt hij de goederen en schulden van de stichting ter --overneming aan aan de gemeente waar de stichting haar ----------------vestigingsplaats had; ------------------------------------------------------------c. voor zover wegens het niet aanvaarden van de aanbiedingen, bedoeld onder a en b de goederen en de schulden niet zijn overgenomen, ----maakt hij de goederen van de ontbonden stichting te gelde en voldoet haar schulden, en stort hij de middelen die zijn overgebleven na de --toepassing van a. en b. in het Centraal Fonds voor Volkshuisvesting, bedoeld in artikel 71 van de Woningwet. -----------------------------------HOOFDSTUK VII -----------------------------------------------------------------------R E G L E M E N T E N---------------------------------------------------------------Artikel 29 - Reglementen ---------------------------------------------------------------29.1 Reglementen worden vastgesteld en gewijzigd door de algemeen directeur. Het reglement voor de raad van commissarissen wordt vastgesteld en ----gewijzigd door de raad van commissarissen, gehoord de algemeen ----------
C A M I N A D A
N O T A R I S S E N
- 18 directeur. -------------------------------------------------------------------------------29.2 De reglementen mogen geen bepalingen bevatten die in strijd zijn met de wet of met deze statuten.------------------------------------------------------------Slot akte. ------------------------------------------------------------------------------------Deze akte is in minuut opgemaakt en verleden te Rijswijk op de datum in de -aanhef van deze akte vermeld. -----------------------------------------------------------Nadat de inhoud van deze akte zakelijk aan de verschenen persoon is ----------opgegeven en toegelicht, heeft deze verklaard van de inhoud van deze akte ---kennis te hebben genomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te --stellen. ----------------------------------------------------------------------------------------Vervolgens is deze akte, na beperkte voorlezing overeenkomstig de wet, door de verschenen persoon, die mij, notaris, bekend is, en mij, notaris, --------------ondertekend. ---------------------------------------------------------------------------------
(Volgt ondertekening) Uitgegeven voor afschrift