Weten wat sport met je lijf doet werkboek
FOREEST jr.
Foreest Medical School
Colofon ‘Weten wat sport met je lijf doet’ is ontwikkeld door het Nederlands Instituut voor Biologie (NIBI) in opdracht van het Medisch Centrum Alkmaar. Het materiaal (voor docenten en leerlingen) mag door leerkrachten voor onderwijsdoeleinden in de eigen klas gebruikt worden met behoud van de bronverwijzing. Commercieel gebruik is uitdrukkelijk niet toegestaan. Auteurs & eindredactie: Karianne Hol, Tycho Malmberg Vormgeving: Annemarie Roos Illustraties: Wouter Heijselaar Copyright Nederlands Instituut voor Biologie, Utrecht, november 2010 Alle rechten voorbehouden. Geen enkele openbaarmaking of verveelvoudiging is toegestaan, zoals verspreiden, verzenden, opnemen in een ander werk, netwerk of website, tijdelijke of permanente reproductie, vertalen of bewerken of anderszins al of niet commercieel hergebruik. Als uitzondering hierop is beperkte openbaarmaking toegestaan mits uitsluitend bedoeld voor eigen gebruik of voor gebruik in het eigen onderwijs aan leerlingen onder vermelding van de bron.
2
Deel 1 Hoe zit mijn lijf in elkaar? Koningin Beatrix doet het, de paus doet het en je kleine broertje of zusje ook. Eten, drinken, snoepen, plassen en poepen doen we allemaal. Iedere dag weer. Niets bijzonders, toch? Je stopt er een boterham in, neemt een slok melk en een tijdje later ga je naar de wc. Maar wat gebeurt er in de tussentijd? Wat doet ons lijf met het eten en drinken dat we naar binnen werken? Dat ga jij deze les uitzoeken.
1
2
Van hap naar poep Wat gebeurt er in je lichaam van het moment dat je een boterham met pindakaas eet tot het moment dat je naar de wc gaat om te poepen? Wat denk je dat er gebeurt? Schrijf dat hieronder op. Na afloop van de les kijk je of het allemaal waar is wat jij hebt opgeschreven.
Ons spijsverteringsstelsel Hieronder staan de belangrijkste organen die ons voedsel helpen verteren. Schrijf de namen van de organen bij de pijlen.
3
Organen: wat doen ze? Wist je dat…
Longen Je longen gebruik je bij het ademhalen. Ze zitten opgeborgen achter je ribben. De longen halen de zuurstof uit de lucht die je inademt. De zuurstof komt in het bloed dat door de longen stroomt. Het bloed vervoert de zuurstof door je hele lichaam heen. De zuurstof heeft je lichaam nodig bij alles wat het doet. Bijvoorbeeld bij het verteren van eten of bij het bewegen van je spieren tijdens het sporten. Zelfs wanneer je met je ogen knippert gebruik je zuurstof.
…voor alle bewegingen van ons lichaam spieren nodig zijn? Zelfs als we stilstaan gebruiken we spieren. Zonder erbij na te hoeven denken werken de spieren van bijvoorbeeld onze ademhaling én spijsvertering.
Maag Het eten dat je doorslikt komt via de slokdarm in de maag terecht. De maag maakt maagsap dat het eten verteert. Het maagsap doodt ook bacteriën die in het eten zitten. Nadat het eten een tijdje in je maag heeft gezeten gaat het verder naar je darmen.
Lever Niet alleen de maag zorgt voor de vertering van je eten. Ook je lever helpt een handje. Je lever maakt gal. Dit sap gaat naar de darmen en helpt daar bij de vertering van het eten.
Alvleesklier Dan is er nog een orgaan dat verteringssappen maakt: de alvleesklier. De sappen van de alvleesklier gaan ook naar de darmen. Daar helpen ze bij de spijsvertering. Ook maakt de alvleesklier de stof insuline. Als je alvleesklier niet goed werkt en je geen insuline kunt maken dan heb je suikerziekte. Je moet dan goed opletten met wat je eet.
Darmen Je darmen verteren het voedsel en sturen de voedingsstoffen door naar het bloed. Voedingsstoffen zijn de stoffen uit het eten die je lichaam nodig heeft, bijvoorbeeld om te groeien en te bewegen. Je bloed stroomt in bloedvaten die tegen de darmen aan liggen. Het bloed vervoert de voedingsstoffen door je hele lichaam. Ook het water dat in het eten zit en dat je drinkt komt in het bloed terecht. Een deel van het eten kan niet verder worden verteerd. Dat wordt uiteindelijk poep.
4
Nieren Een deel van wat je eet en drinkt gaat via je plas weer uit je lichaam. Dat wordt door je nieren gedaan. De nieren maken het bloed schoon door de afvalstoffen eruit te halen. Die afvalstoffen maakt het lichaam zelf. Maar je kunt ze ook via het eten en drinken binnenkrijgen. Die afvalstoffen heeft je lichaam toch niet nodig. Dus is het maar goed dat je ze uitplast. Opgeruimd staat netjes!
Hart Je hart pompt het bloed door je lichaam. Het bloed bevat dus zuurstof en voedingsstoffen. Het bloed gaat door bloedvaten van je hart naar bijvoorbeeld je grote teen en weer terug. Want 24 uur per dag heeft je lichaam zuurstof en voedingsstoffen nodig. Gelukkig pompt het hart automatisch zonder dat je daarbij na hoeft te denken.
3
Organen organiseren Je weet nu best aardig welke organen je gebruikt om een boterham de weg van mond tot kont te laten afleggen. Kun jij de organen op de juiste plek plakken? Voor deze opdracht heb je nodig:
torso
werkblad Functies van organen
werkblad Organen
schaar
werkblad Torso
Let goed op de volgorde! Gebruik hierbij de torso. Door de torso uit elkaar te halen kun je zien op welke plaats de organen in het lichaam thuishoren. Bekijk welke organen aan de rugkant zitten en plak die eerst op. Plak daaroverheen de organen die aan de buikkant zitten. Zo zie je dat sommige organen over elkaar heen liggen.
5
Stappenplan:
1. Knip de organen uit. 2. Knip ook de namen van
6. Plak daarover de organen die je wel kunt zien aan de buitenkant.
7. Plak de namen van de organen in de
de organen uit.
3. Bekijk de torso goed. Welke
buurt van het orgaan met die naam.
het orgaan.
8. Trek een streepje van de naam naar
organen kun je aan de buitenkant zien liggen?
4. Welke organen zie je niet? 5. Plak eerst de organen op die je
4
9. Geef je werkblad aan een buurman of buurvrouw en kijk elkaars plattegrond van het menselijk lichaam na.
niet aan de buitenkant ziet.
Toets je kennis over de spijsvertering Vul het goede woord in op de lijntjes. Je mag elk woord maar één keer gebruiken. Let op: sommige woorden hoef je helemaal niet in te vullen!
“Soms als ik _________ ben, dan ben ik heel erg moe en kan ik helemaal niet zo hard rennen als wanneer ik _________ ben”, zegt Lucas. “Maar als ik dan weer beter ben, dan kan ik dat wel weer!” ”Ja”, zegt Mira, “dat is toch logisch! Als je gezond bent, dan eet je allemaal verschillende dingen. Aardappelen, rijst, spaghetti, vlees, groenten en fruit en daar zitten ___________________ in die je lichaam nodig heeft. Door te __________ wordt het eten fijngemalen. Het _________ zorgt ervoor dat het eten een soort papje wordt zodat je het goed kunt doorslikken.” “Maar hoe komen die foe.., voedings.., voedingsstoffen..”, zucht Lucas, “dan op de goede plek?” ”De _________ sturen de voedingsstoffen door naar het ________. Ze zeggen dan ook wel dat het voedsel verteerd wordt. Sappen uit de ___________ en de __________________ helpen daarbij!” “Maar waarom poep en plas ik al die stoffen dan uit als ik ze zo hard nodig heb?” Lucas vindt het maar een moeilijk verhaal! “ Omdat het lijf niet alles kan gebruiken! En dan moeten die stoffen het lichaam uit via de ___________die de plas maken, of via de ___________ waar de poep naar buiten gaat.” ”Nou”, zegt Lucas, “ik vind het nog wel een beetje moeilijk. Maar tjonge, wat is dat lichaam een knap ding!” “Haha!!”, lacht Mira, “dat is ook zo, en het kan nog véél meer!”
6
voedingsstoffen blinde darm gal nieren darmen verteren kauwen anus lever bloed gezond slokdarm speeksel alvleesklier ziek
5
Sport en spijsvertering (extra) Wat kan er gebeuren als je net een flinke maaltijd hebt gegeten en daarna een potje gaat voetballen, tenissen of iets anders actiefs gaat doen?
Genoeg water drinken is erg belangrijk als je sport. Hoe komt dat?
7
Deel 2 Mijn hartslag en ademhaling
Wie goed wil kunnen sporten moet gezond zijn. Je organen zoals je hart en longen moeten het goed doen, anders kom je niet ver. Wat gebeurt er met je lichaam tijdens het sporten? Welke organen zorgen ervoor dat jij je uit de naad kunt lopen tijdens de training? Dat ga je in deze les allemaal onderzoeken.
1
Wist je dat… …topsporters in rust een lagere hartslag hebben dan andere mensen?
Topsport en spieren Bekijk het plaatje hiernaast. Dit is een echte topsporter. Wat valt je op aan lichamen van topsporters? Je ziet dat het topsporters zijn aan:
Een topsporter heeft na het sporten wel eens last van spierpijn, net als iedereen die hard gesport heeft. Op welke plaatsen in je lichaam heb jij spierpijn als je sport?
Als je veel sport, train je niet alleen je spieren. Welke organen in je lichaam train je nog meer?
8
Boemboem-boemboem-boemboem! Je hebt net een sprintje getrokken achter een voetbal aan. Je voelt je hart in je keel kloppen, zo hard heb je gerend. Ook heb je het warm en moet je hijgen. Je ademt veel sneller dan anders. Wat gebeurt er precies met je ademhaling en hartslag terwijl je sport?
2
Wist je dat… …je jouw hartslag kunt meten op twee plekken? Dat kan bij je hals en aan de binnenkant van je pols.
Onderzoek je hartslag Wat gebeurt er met je lichaam als je sport? Deze opdracht gaat over jouw hartslag. Hiervoor heb je nodig: Stopwatch of klokje met secondewijzer
Vel papier
Pen
Hoe onderzoek ik mijn hartslag - stappenplan: Je gaat jouw hartslag en ademhaling onder-zoeken. Je gaat kijken wat er gebeurt met je hartslag en ademhaling als je rustig zit en als je druk hebt bewogen. Werk in tweetallen.
1.Luister naar de hartslag van je klasgenoot.
2. Laat je klasgenoot een halve
1. Hartslag meten bij je hals Leg je wijs- en middelvinger van je linkerhand naast je slokdarm, net onder je kaakbeen in je hals. Als je zachtjes drukt voel je het kloppen. Dat is je hartslag. 2. Hartslag meten aan je pols Leg je linkerarm, met de pols omhoog, op tafel. Leg je middel- en wijsvinger van je rechterhand op de pols van je linkerhand. De vingertoppen moeten aan de kant van je duim liggen. Beweeg je vingers net zo lang totdat je iets voelt kloppen. Dat is je hartslag!
minuut tellen met de stopwatch/ klok. Begin tegelijk met tellen. Jij telt zijn/haar hartslag.
3. Herhaal dit 2 keer en schrijf dan het aantal hartslagen op.
4. Laat nu je klasgenoot jouw hartslag meten.
5. Vermenigvuldig het aantal hartslagen keer 2 en je hebt het aantal hartslagen per minuut. Vul de tabel in.
9
Hoe meet ik mijn hartslag?
Hartslag na kniebuigingen
1. Je klasgenoot maakt nu 20 diepe
3. Laat nu je klasgenoot jouw hartslag meten als je
kniebuigingen.
net 20 diepe kniebuigingen hebt gemaakt.
2. Meet weer de 30 seconden lang de
4. Schrijf ook het aantal hartslagen van jezelf op
hartslag van je klasgenoot.
en vermenigvuldig dat met 2. Je hebt nu het aantal hartslagen per minuut.
Wat gebeurt er met je lichaam door die inspanning? Bespreek die vraag je met je klasgenoot en schrijf hieronder jouw idee op.
Wat voel je als je de kniebuigingen maakt? Wat voel je erna? Schrijf vier veranderingen op! Ik voel dat:
1. 2. 3. 4.
10
Wat gebeurt er met je hartslag als je 20 diepe kniebuigingen hebt gemaakt? Kun je ook bedenken waarom dat gebeurt? Overleg met elkaar wat jullie conclusie is en schrijf die hieronder op.
Doe nogmaals de 20 kniebuigingen. Meet hoelang het duurt voordat jouw hartslag weer hetzelfde is als in rust. Hoe sneller je hartslag weer tot rust is gekomen, des te beter is jouw conditie!
Mijn hartslag is weer tot rust gekomen na seconden / minuten.
Jouw hart is een grote spier. Door samen te trekken pompt je hart bloed door je lichaam. Telkens trekt je hart twee keer achter elkaar samen. Hoe zit dat eigenlijk?
3
Mijn hart is een spier Boemboem-boemboem-boemboem. Dag en nacht pompt jouw hart bloed naar je longen om zuurstof op te nemen. Het zuurstofrijke bloed wordt naar alle organen en delen van je lichaam gepompt. Zuurstof is nodig om bijvoorbeeld je spieren te laten bewegen.
Kleur in deze tekening zuurstofrijk bloed rood en zuurstofarm bloed blauw.
van en naar organen
11
4
Onderzoek je ademhaling Wat gebeurt er met je lichaam als je sport? Deze opdracht gaat over jouw ademhaling. Hiervoor heb je nodig: Stopwatch of klokje met secondewijzer
Vel papier
Pen
Hoe onderzoek ik mijn ademhaling – stappenplan:
1. Tel hoeveel je keer uitademt, 30 seconden lang
4. Vermenigvuldig dit aantal keer twee, je hebt
2. Laat je klasgenoot de 30 seconden
5. Maak nu 20 diepe kniebuigingen en tel weer
aftellen terwijl jij je ademhaling telt.
30 seconden je ademhaling.
3. Schrijf het aantal uitademingen op.
6. Meet ook de ademhaling in rust en na 20
5
nu het aantal ademhalingen per minuut.
kniebuigingen van je klasgenoten.
Meet je longwerking Als je je inspant, merk je dat je sneller gaat ademhalen. Wat is eigenlijk de taak van je longen? Hoe beter je longen het doen, hoe beter je kunt sporten. Als je longen het niet zo goed doen, ben je minder fit om te sporten.
12
Je gaat nu onderzoeken hoe goed je longen werken. Dat doe je met een apparaat dat piekstroommeter heet. Veel kinderen die astma hebben, gebruiken het om te kijken hoe goed hun longen werken. Als hun longen niet zo goed werken, moeten ze medicijnen gebruiken.
Mijn hoogste piekstroom is: Meten met de piekstroommeter 1. Zet de piekstroommeter in elkaar volgens de gebruiksaanwijzing. 2. Zorg dat het metertje op 0 staat. 3. Doe je lippen om het mondstuk en adem diep door je neus in. 4. Blaas in één keer zo hard als je kunt alle lucht uit je longen. 5. Herhaal bovenstaande stappen nog twee keer en schrijf de hoogste waarde op.
Ga met de klas na wie welke piekstroom heeft en vul de tabel hierboven in. Zijn er verschillen tussen jongens en meisjes? En tussen de kleinsten uit de klas en de langste klasgenoten? Schrijf hieronder je bevindingen op:
13
Iedere dag eet en drink je. Hagelslag op brood, een tussendoortje op school, een lunch bij een vriend of vriendin en ’s avonds thuis staat weer wat lekkers op tafel. En dat is maar goed ook, omdat je wel genoeg energie nodig hebt om te lopen, fietsen of gewoon om rekensommen te maken. Maar wat moet je eigenlijk eten om flink te kunnen sporten?
6
Wist je dat… …gevarieerd eten erg gezond is?
Zelf goed eten om te sporten (extra) Eet je gezond? En je klasgenoot met wie je deze opdracht maakt? Welk eten is eigenlijk gezond volgens jullie? Schrijf dat op.
“Eet gevarieerd!” Dat is volgens het Voedingcentrum (www.voedingscentrum.nl) de belangrijkste regel bij gezond eten. Waarom is dat, denk je?
Wat heb je dagelijks nodig? Je lichaam haalt voedingsstoffen uit het voedsel dat je opeet. Je lichaam heeft die iedere dag nodig. Hieronder staan vier voedingsstoffen. Schrijf achter elke voedingsstof twee etenswaren waarin deze stof veel zit. Als voorbeeld is er al één antwoord voor je ingevuld.
1. Koolhydraten zitten veel in
aardappels
2. Vetten zitten veel in
en en
3. Eiwitten zitten veel in
en
4. Vitamine C zit veel in
en
14
Voedingsstoffen die je elke dag nodig hebt Op verpakkingen van eten en drinken zie je vaak ‘ADH’ staan, weet je waar dat voor staat? Zoek het op en schrijf het hier:
ADH = Pak nu vier verschillende soorten verpakkingen erbij en noteer de ADH van de verschillende voedingsstoffen:
ADH
ADH
Verpakking 1 Verpakking 2 Verpakking 3 Verpakking 4
Minimale ADH In deze tabel zie je hoeveel jongens en meisjes tussen 9 en 13 jaar aan voedingstoffen minimaal nodig hebben. Jongen 9-13 jaar
Meisje 9-13 jaar
Koolhydraten
248 gram
236 gram
Vetten
49 gram
47 gram
Eiwitten
36 gram
37 gram
Vitamine C
55 milligram
55 milligram
Als je veel wilt sporten heb je meer voedingstoffen nodig dan iemand die niet sport. Welke voedingstoffen heb jij dan extra nodig?
Bron: www.voedingscentrum.nl
Interessante websites www.voedingscentrum.nl www.kidsinbalance.nl
15
Deel 3 Zonder spieren geen sport
Sportdag op school is vaak een hele actieve dag. Paaltjesvoetbal, handbal, tikkertje, je doet allerlei soorten sport. Als je wedstrijden speelt, doe je extra je best. En wanneer je je flink hebt uitgesloofd, voel je één of twee dagen later pijn in je spieren: je hebt spierpijn. Wat is een spier eigenlijk? Waarom krijg je spierpijn?
1
Wist je dat… …aan het skelet spieren vastzitten waardoor dieren en mensen kunnen bewegen? …het skelet samen met de spieren voor de stevigheid van het lichaam zorgt?
Wat is een spier? Zoek op het internet zoveel mogelijk informatie over spieren. Schrijf dan hieronder kort op wat je hebt ontdekt over spieren. Wat is een spier eigenlijk? Plak ook een aantal plaatjes van spieren bij je tekst.
16
Welke spieren ken jij allemaal? Schrijf zoveel mogelijk bekende spieren op.
Wist je dat… …één spier in je lijf nooit moe wordt? Dat is je hartspier. Iedere keer dat de hartspier samentrekt, pompt het bloed door je lichaam. De hartspier werkt dag en nacht.
2
Iedereen heeft spierballen Als een spier zich samentrekt, levert hij kracht. Ontdek wie de meeste kracht heeft in zijn armen door…een wedstrijd handje drukken!
1:
2:
3:
4:
Ga met een klasgenootje tegenover elkaar zitten.
Vouw beiden je rechterhanden in elkaar en zet de elllebogen schrap op tafel.
Laat een scheidsrechter (derde persoon) aftellen voor de start.
Degene die als eerste de hand van de ander op de tafel drukt, heeft gewonnen!
Tip Probeer het ook eens met je linkerhand. Merk je verschil? Hoe zou dat kunnen komen?
17
Zo ziet het er van binnen uit als je iets zwaars oppakt of handje drukt.
A. Zet de volgende namen in het juiste vakje:
B. Welke spier gebruik je bij het oppakken van een glas melk? Kleur deze rood in de tekening.
biceps - triceps
Welke spier noem je spierbal? Streep het verkeerde woord door:
De
biceps / triceps
3
noem je vaak spierballen.
Wist je dat…
Sterke spieren Voetballers hebben enorm sterke beenspieren en gewichtheffers hebben gigantische armspieren. Als jij veel sport, worden je spieren ook steeds groter en sterker. Wat heb je daarvoor nodig?
…lachen echt gezond is? Je traint dan namelijk een heleboel spieren tegelijk.
Omcirkel de voedingstof die het belangrijkste is voor de OPBOUW van jouw spieren.
Koolhydraten
Eiwitten
Vitamines
Vetten
Omcirkel de voedingsstof die je nodig hebt om je spieren te gebruiken.
Koolhydraten
Eiwitten
Vitamines
18
Vetten
Au! Je wordt wakker met enorme spierpijn. Gisteren na het sporten had je nog nergens last van. En nu wel! Hoe komt dat? Kruis het juiste antwoord aan. Spieren hebben voedingsstoffen (koolhydraten) nodig om te kunnen werken. Bij de verbranding van koolhydraten ontstaat energie zodat de spier zich kan aanspannen. Maar er ontstaan ook afvalstoffen. Eén van deze afvalstoffen is melkzuur. Als meer melkzuur ontstaat dan dat je bloed kan afvoeren, krijg je spierpijn. Als je erg hard traint, kunnen er kleine scheurtjes ontstaan in je spieren. Deze scheurtjes zorgen voor spierpijn. Je lichaam maakt de scheurtjes weer. Meteen maakt je lichaam ook nieuw spierweefsel aan om de volgende training beter aan te kunnen. Hierdoor wordt je spier sterker.
Eet jij vlees? Plakjes ham op brood of ’s avonds een gebraden kipfiletje? Het is best gezond om af en toe een stukje vlees te eten, want er zitten heel veel eiwitten in. Weet jij hoe dat komt?
4
Wist je dat… …vlees het spierweefsel is van dieren dat je kunt eten?
Gebakken spier Hoe vaak per week eet jij vlees? Kruis jouw antwoord aan.
1 keer per week
3 keer per week
2 keer per week
Meer dan 3x per week
Vlees wordt gemaakt van onderdelen van een rund, varken, lam of kip. Wat eet je dan precies?
Ga op onderzoek uit en schrijf op welke onderdelen van een rund, varken, lam of kip jij wel eens op je bord of brood hebt gehad.
19
5
Zonder skelet geen beweging (extra) Je hebt een heleboel botten in je lijf zitten. Al die botten samen vormen jouw skelet. Schrijf de onderstaande namen van botten op de juiste plek bij het skelet.
borstkas dijbeen bekken borstbeen
schedel scheenbeen teenkootjes ribben
20
wervelkolom vingerkootjes knieschijf sleutelbeen
6
Bottenfeest (extra) Benodigheden: Kippenpoot, scherp mes, snijplank of bord, handzeep, microscoop/loep (optioneel). Leg de kippenpoot op een snijplank of bord. Maak hieronder een tekening van jouw kippenpoot.
Schrijf de volgende woorden op de juiste plek in jouw tekening.
Spier
Bot
Gewricht
Pees
Vel
Probeer door voorzichtig te snijden een spier van de vleugel van de kip bloot te leggen. Hoe heet het deel van de spier dat vastzit aan het bot?
21
Snijd zorgvuldig alle spieren van het bot zodat je alleen het bot overhoudt. Bestaat jouw poot uit twee delen? Bekijk dan het gewricht eens goed en omcirkel de naam van het gewricht.
Kogelgewricht
Scharniergewricht
Zadelgewricht
Snij daarna het bot doormidden. Bekijk het bot eventueel met een loep of onder een microscoop. Beschrijf en teken wat je aan de binnenkant van het bot ziet.
Interessante websites
www.ikvanbinnen.nl (skelet enzo, zoek hier de namen van onze botten!) www.natuurinformatie.nl (botten en gewrichten)
Let op!
Was je handen goed met handzeep na de opdracht met de kippenpoot.
22
Deel 4 Van symposium naar de klas
1
Presentatie Juniorsymposium Een paar klasgenootjes zijn naar het Juniorsymposium geweest. Weet je al wat ze hebben beleefd? Deze klasgenootjes gaan laten zien wat ze hebben meegemaakt en geleerd. Bedenk van te voren drie vragen die je aan hen wilt stellen. Schrijf hier jouw drie vragen op:
1. 2. 3. Wat ben je te weten gekomen over het Juniorsymposium? Schrijf hier minstens vijf weetjes op:
1. 2. 3. 4. 5.
Als je verkouden bent, lukt het niet zo goed meer om adem te halen. Even een sprintje trekken gaat dan moeilijker, want je bent snel buiten adem door je verstopte luchtwegen. Sommige mensen hebben vaker last van moeizaam ademhalen als ze sporten, bijvoorbeeld mensen met astma.
23
2
Grafiek aflezen van astmapatiënt De grafiek hieronder laat zien hoe de longwerking verandert bij een 11-jarige jongen met astma. Hij inhaleert een langzaam werkend medicijn. De punten in de grafiek stellen de waarden voor die de jongen heeft gemeten met de piekstroommeter. Hij controleerde zijn longwerking twee keer per dag: ’s ochtends en ’s avonds. Lees in de grafiek de waarde af waarbij de jongen met astma het meest benauwd was en schrijf ook op welke dag en of het ’s ochtends of ’s avonds was. Vul jouw antwoorden in onder de grafiek.
Waarde meest benauwd: Welke dag: Welk tijdstip: Op welke dag neemt de jongen voor het eerst het beschermende medicijn? LET OP! Het medicijn doet er vier dagen over voordat het goed werkt. Als je ’s ochtends 250 of meer hebt is het goed.
De jongen neemt op dag
voor het eerst de medicijnen in.
24
Dat kun je zien omdat:
3
Voeding en sport Jouw klasgenootjes hebben op het Juniorsymposium beleefd wat je extra moet eten als je een topsporter bent. Topsporters hebben meer voedingstoffen nodig dan iemand die niet sport. Welke voedingstoffen hebben zij extra nodig?
Stel dat een topsporter stopt met sporten, maar wel hetzelfde blijft eten. Wat gebeurt er dan?
Stel dat jij een gezonde eter bent, maar je zit de hele dag stil achter de computer. Wat kan er dan gebeuren met je lichaam?
25
4
Puzzelen maar! Vul alle antwoorden in. Welk woord komt er dan in het rode vlak?
1 Dit orgaan is een spier, het klopt altijd en pompt bloed door je lichaam. 2 In dit orgaan komt er zuurstof in je bloed. 3 Dit zijn de stoffen die je uit je eten haalt en nodig hebt om te leven. 4 De nieren maken dit. 5 Dit doet je huid als je heel hard aan het bewegen bent en warm wordt. 6 Hiermee meet je of je longen goed werken. 7 Daarmee verteert je maag je eten. Het doodt ook bacteriën. 8 Vloeistof in je mondholte. 9 Een groot orgaan net onder je longen. 10 Dit voel je in je spieren als je hard hebt gesport. 11 Voedingsstoffen die veel in groente en fruit zitten. 12 Dit gebeurt er met het eten in de darmen.
5
Kleuren maar! Kleur het rondje voor het goede antwoord. Bij elke vraag kan maar één rondje worden ingekleurd.
Het bloed wordt rondgepompt naar…
l De hersenen. l De spieren. l De longen. l Alle bovenstaande antwoorden zijn goed. 26
Als topsporter train je ook je hartspier. Dan heb je in rust een…
l Hogere hartslag dan niet topsporters l Lagere hartslag dan niet topsporters l Hartslag die hetzelfde is als niet topsporters Orgaan dat het bloed zuivert en er een waterig afvalproduct van maakt:
l Dunne darm. l Nieren. l Hersenen. l Longen. Als er iets mis is met je organen, dan…
l Kun je harder rennen. l Word je ziek. l Word je beter. l Gebeurt er helemaal niets. Orgaan dat verteringssap maakt voor de darmen:
l Anus. l Maag. l Lever. l Slokdarm. Je spieren gebruiken tijdens het sporten:
l Zuurstof. l Koolhydraten. l Alle bovenstaande antwoorden zijn goed. 27
Je hart pompt bloed rond. In het bloed zitten/zit…
l Vetten. l Koolhydraten. l Zuurstof. l Alle bovenstaande antwoorden zijn goed. Je skelet is onmisbaar omdat:
l Je skelet ervoor zorgt dat je rechtop kunt staan. l Je skelet vorm geeft aan je lichaam. l Zonder geraamte zou je in elkaar zakken als een pudding. l Alle bovenstaande antwoorden zijn goed.
6
Wat is wat? (extra) Weet jij wat deze moeilijke woorden in de linker rij betekenen? In de rechter rij staat de betekenis. Maar: die staat niet precies achter het woord waar hij bij hoort. Verbind de moeilijke woorden uit het linker rijtje met de uitleg uit het rechter rijtje. Geef woorden en antwoorden die bij elkaar horen dezelfde kleur of hetzelfde cijfer.
l Spijsvertering l Urine l Vegetariër l Geraamte l Peristaltische beweging l Ontlasting l Voedingssupplement l Blessure
l Ander woord voor ‘skelet’. l Mensen die geen vlees of vis eten. enkel, een scheurtje in je spier l ofEenietsverstuikte anders dat je met sporten oploopt. l Ander woord voor ‘plas’. l Net woord voor ‘poep’. l De voedingstoffen worden uit het eten gehaald. l Pil of drankje waarin extra voedingstoffen zitten. van de slokdarm die het eten naar l deBeweging maag duwt. 28
Werkblad Organen
Maag
Darm
Longen
Hart
Nieren
Alvleesklier
Lever
Werkblad Torso
Werkblad Orgaanfuncties
Zuurstof uit de lucht halen Bloed door je lichaam pompen Bloed schoonmaken en plas aanmaken
Het maken van gal dat in de darmen zorgt voor vertering Het verteren van voedsel en voedingsstoffen naar je bloed sturen Het verteren van voedsel en het doden van bacteriën
© NIBI 2010