Vrijdag en zaterdag 6 en 7 augustus Vanmorgen stappen we om 6 uur in de auto en gaan met Zamira richting Kosovo. Het is een rit van ongeveer 6 uur. Ik kan mij nog herinneren dat tijdens de oorlog in Kosovo de rit per auto ongeveer 11 uur duurde. We hopen dus even na de middag in Pristina, de hoofdstad van Kosovo te arriveren. De bedoeling is dat wij een bezoek hopen te brengen aan de broer van Zamira met zijn vrouw Linda en hun 2 kinderen. Beiden zijn als echtpaar uitgezonden om een gemeente te stichten en onder de jeugd aldaar te werken. De rit naar Kosovo ging van M usqheta naar Tirana richting Kukes. Omdat er een tunnel van ongeveer 5 kilometer was aangelegd ging de rit stukken sneller. Dit houdt echter wel in dat je goed moet uitkijken vanwege het harde en roekeloze rijden van de Albanezen. Er wordt heel veel onverantwoord ingehaald. Het aantal verkeersdoden in Albanië is dan ook heel veel. Toen wij bij de grensplaats M orriën aan kwamen werden wij er op geattendeerd dat Kosovo niet als land op de groene kaart staat. We moesten een stukje terug rijden naar een verzekeringskantoortje om een groene kaart te kopen voor een bedrag van 40 Euro. Nadat wij de grens over waren moesten wij nog ongeveer 200 kilometer rijden naar Pristina. Omdat wij tijdens de oorlog in 1998 veel gezinnen hebben geholpen in Jakova wilden wij daar eerst nog even een kijkje gaan nemen. De toen zwaar gebombardeerde stad was in zijn geheel weer herbouwd. Wel zag je buiten de stad en de andere steden nog veel gebombardeerde huizen welke nooit waren herbouwd. Ook zie je veel begraafplaatsen langs de weg welke je zomaar tegen kon komen in een weiland. Hier liggen de mensen herbegraven welke na de oorlog uit de massa graven waren opgegraven. Je kunt opmaken dat het om mensen uit massagraven gaat omdat hun grafstenen zwart zijn. Het zien van dit alles deed ons wel wat. Anne-Lise en ik hadden tenslotte in 1998 gezien dat mensen hun vermoorde familieleden in hun eigen tuin begroeven.Dat heel veel Nederlandse militairen hier een trauma aan hebben overgehouden kunnen wij dan ook heel goed begrijpen.
Onderweg stopten wij bij een benzinepomp om te tanken en wat drinken te kopen .Een plek waar ook de koeien bij tanken. Achter het benzinestation ligt namelijk een stuk meer. Wij kwamen er al gauw achter dat alles in Kosovo veel goedkoper is dan in andere landen. Zo kocht ik bij de benzinepomp een grote fles water, 2 flessen limonade en 3 zakjes chips voor het gigantische bedrag van 1,80 Euro. Ook de benzine prijs was lager dan als wij gewend zijn, namelijk 90 Euro cent per liter. Tijdens onze reis naar Albanië betaalde ik in Kroatië 1,80 Euro, in Montenegro 1,20 Euro en nu in Kosovo slechts 0,90 Euro cent. Je vraagt je af, waarom die grote verschillen. Om ongeveer 3 uur kwamen wij bij de broer en schoonzus van Zamira aan. Na een kop koffie gedronken te hebben gingen wij met hun mee om hun kerk en de diverse projecten welke zij hebben te bekijken. Het echtpaar heeft o.a. een kinderdagverblijf opgestart. Het inkomens niveau in Kosovo is twee keer zo veel als in Albanië. De ouders welke hun kinderen dan ook naar hun kinderdagverblijf brengen betalen hiervoor 60 Euro per maand. De inkomsten van de 40 kinderen welke het kinderdagverblijf bezoeken is grotendeels om de andere projecten te kunnen bekostigen. Als wij voor onze dagopvang in Albanië geld zouden vragen aan de ouders dan zou er geen kind meer komen. Wel kwam bij ons de gedachte op om de ouders van onze kinderen zo nu en dan te laten betalen met iets van hun eigen teelt. Dit zou dan kunnen in de vorm van wat fruit, aardappelen of een paar eieren. Ook brachten wij tegen de avond een bezoek aan de kerk waar op dat moment juist een bijbelstudie begon. Een 15 tal jongeren waren aanwezig en er werd een gedeelte uit de bijbel behandeld. Ondertussen zat ik buiten op een bankje en was druk in gesprek met een aantal Kosovaren. De een had gewerkt in Duitsland en een andere in Engeland. De gesprekken gingen over de situatie in Kosovo. Gezien de huidige spanningen met de Serviërs waren beiden bang voor een nieuw conflict, nog erger een oorlog. Wat ik hieruit kan opmaken is dat het altijd zal blijven broeien op de Balkan. Dit alles vanwege de splitsing van het groot Joegoslavië van de voormalige leider Tito, De bloedwraak en de hete mentaliteit van de bevolking van de Balkan. Tegen negenen gaan we naar het huis van Zamira haar broer, we eten nog wat en praten nog wat bij, daarna gaan wij naar bed. Ik weet niet of wij nu een één of twee persoons bed kregen toebedeeld. Het bed was namelijk niet breder dan 1.20 centimeter.
De volgende morgen sta ik om half zes op en ga dan wat wandelen in de stad. Terwijl ik op een terrasje zit te genieten van een aantal bakken koffie geniet ik ook van de drukte welke er dan al heerst in de stad. Iedereen is bezig op zijn eigen manier. Toch zie ik wel het verschil van Albanië met Kosovo. Hier heerst meer structuur, ook houdt men zich meer aan de verkeersregels. Als ik de nodige koppen koffie op heb ga ik op zoek naar een bakker. M et heerlijk vers en warm brood kom ik dan ook bij Zamira haar broer binnen stappen. Na het ontbijt gaan wij nog wat kijken bij een wat grotere supermarkt. Wat een prijsverschil met bij ons of in Albanië. Uiteraard wordt het nodige eten gekocht om mee te nemen. Ook wordt er uiteraard nog getankt voor wij de grens van Kosovo met M acedonië oversteken. Eenmaal in M acedonië ben je in een totaal andere omgeving. Alles ziet er mooi en modern uit. Prachtige autobanen leiden je grotendeels naar de grens met Albanië. Bij de hoofdstad Skopje stopt de autobaan en moet je een drietal bergen over om bij de grensovergang met Albanië te komen. Het nadeel van de autobaan in M acedonië was dat je om de 10 minuten moest stoppen om 800 dinar te betalen. 800 Dinar is ongeveer 50 Eurocent. We betaalden dan met 1 Euro en je kreeg dan 800 Dinar terug. Bij elke tol overgang stond wel een arm omaatje of zat wel iemand in een rolstoel om het wisselgeld in ontvangst te nemen. Het wisselgeld van 50 Eurocent bestond uit 4 grote bankbiljetten. Ik moest even terugdenken aan de Italiaanse Lire van vroeger. Je had toen in Italië ook bankbiljetten zo groot als een krant welke ook niets waard waren. Zo tegen zessen kwamen wij Albanië binnen rijden. Toen wij voor het douane kantoortje stonden om netjes onze paspoorten af te geven stapten mensen achter ons uit om hun paspoort door het luikje van de douane af te geven. Al met al hield dit in dat wij maar stonden te wachten. Nadat ik uit mijn slof was geschoten en van het voordringen op een niet zo vriendelijke
manier wat had gezegd werden wij snel geholpen. Vanaf de grens moesten wij nog 150 kilometer naar M usqheta. Omdat wij nog wel even de tijd hadden besloten wij nog even naar Pogradez te gaan. Pogradez ligt aan een prachtig meer op de grens van M acedonië, Griekenland en Albanië. Een soort drie landen punt. Na wat gegeten te hebben gingen wij om ongeveer 9 uur in de avond richting M usqheta. Het was al donker dus we moesten rustig aan doen. Het blijft gevaarlijk om bij avond en nacht te rijden. Daarbij komt nog dat de Albanezen het verschil tussen groot licht en dimlicht niet kennen. Ook zijn er wel Albanezen op de weg met hun auto die je niet verblinden. Deze auto’s hebben gewoon geen verlichting en je ziet ze dus ook niet aankomen. Ook een auto met 1 koplamp zodat je in de veronderstelling bent dat er een bromfiets aankomt. Niet te vergeten de paarden met wagens en de spelende kinderen op straat. Je moet o zo voorzichtig zijn. Tegen elfen kwamen wij veilig en wel in Musqheta aan. Weer een ervaring rijker.
Zondag 8 augustus, Vandaag staan we om acht uur op. We ontbijten en drinken koffie en gaan om 8.45 uur richten Tirana naar de kerk. De preek gaat over Jozua 14. Het erfdeel van Kaleb. Jozua en Kaleb zijn oude bekenden. We horen dat Kaleb op 85 jarige leeftijd nog sterk en strijdbaar is. Hij komt Jozua herinneren aan Gods belofte voor hem. Hij is trouw gebleven, heeft geduld gehad en komt nu vragen om wat hem indertijd is toegezegd. Jozua beseft dat kaleb in zijn recht staat en zegent hem. M et Gods hulp zal Kaleb Hebron weten te veroveren. Zo kregen Kaleb en zijn nageslacht Hebron als grondgebied. En hiermee eindigde de oorlog.
Na de kerk gaan we naar Teuta, die al een heerlijke maaltijd klaar heeft staan. Ze heeft weer flink haar best gedaan. Het is weer gezellig, maar toch het is anders dan anders. Die lege plek is niet meer op te vullen. Toch slaan deze mensen zich er goed doorheen. En proberen ze verder
te gaan, zoals Pano het graag wilde. Als we rond 4 uur weer terug zijn gaan we naar M ihajas op bezoek bij Fadil. We laden wat eten in de auto, dit is één van de vele gezinnen die we het hele jaar door helpen met eten. Als je ziet hoe blij en gelukkig de vrouw van Fadil is als ze ons ziet aankomen . Ze weet dat als we komen dat we nooit met lege handen komen. Als je die dankbaarheid ziet, weet je waar je dit allemaal voor doet. Deze momenten zijn zo bijzonder. Wij hebben alles wat een mens kan wensen. Deze mensen zijn al blij met de kleinste dingen. Deze mensen zijn al dankbaar voor het kleine beetje aandacht dat wij hun geven. Als we weg rijden bij M ihajas rijdt Herman naar Zalli om het waterproject te laten zien aan Annemarie, Elske, Elise, en Leontien. We stappen uit en Herman keert de auto. Aangezien de voorstoel nog naar voren staat kan Herman niet in de rechter zijspiegel kijken. Zodoende neemt hij de bocht te vroeg. We horen een harde schreeuw en als wij omkijken, zien we de auto op drie wielen staan. Het linker wiel staat omhoog. We rennen op de auto af en Elise springt achterop de auto om tegendruk te geven. Ik word er bij opgetrokken en de auto komt weer op vier wielen te staan. Gelukkig was Annemarie zo slim om dit moment op de camera vast te leggen, zodat jullie ook mee kunnen genieten van dit moment. Wij kunnen er op dit moment om lachen maar toen het gebeurde was het wel even schrikken. Rond een uur of zes zijn we weer thuis drinken een bakkie koffie met elkaar en genieten van onze zondagavond. We treffen wat voorbereidingen voor de kinderbijbelweek want morgen begint de kinderbijbelweek. Het zal een hele drukke week worden. Om half elf liggen we allemaal in bed.
M aandag 9 augustus. Herman gaat voor dag en dauw op pad om de limonade en de chips op te halen in M ullet. Dit is een dorp ongeveer 15 kilometer van M ushqeta. Er is daar een groot magazijn waar je van alles kunt kopen als het om eten en drinken gaat. Op voorhand zijn er 1300 blikjes limonade en 650 zakjes chips besteld. Wij weten niet hoeveel kinderen de kinderbijbelweek zullen bezoeken, echter er kan altijd nog drinken en chips worden bijgekocht. Het enige wat er nog moet komen is ijs voor de kinderen welke ‘s morgens de kinderbijbelweek bezoeken.
Onderweg ziet Herman een klein vrachtwagentje die ijs verkoopt aan de winkeltjes en de restaurantjes welke langs de weg staan tussen M ushqeta en Tirana. Herman houdt het ijsvrachtwagentje aan, maakt een praatje met de chauffeur en de deal is gauw gesloten. De man rijdt achter Herman aan naar het kindertehuis waar de kinderbijbelweek zal worden gehouden. Er worden 500 ijsjes gekocht en de man weet niet hoe vaak hij Herman bedanken moet. Ook geeft hij zijn telefoonnummer, M ochten wij nog meer ijsjes nodig hebben dan wil hij die graag komen brengen. In de winkels kosten deze ijsjes 30 lekë. Nu we ze regelrecht van de grossier kochten betaalden wij 18 lekë per ijsje. Al met al 12 lekë ( = 10 eurocent ) per ijsje goedkoper dus. Dit was dus gauw verdient. Normaal gesproken zou Herman niet pingelen om de prijs van een ijsje. Maar nu het regelrecht van de grossier, een grote onderneming, werd gekocht was het voor Herman een sport om het onderste uit de kan te halen. Aan de ene kant het hemd van je lijf weggeven en aan de andere kant het onderste uit de kan halen. Dit heeft hij van geen vreemde, zijn vader was precies eender. Als Herman thuis is maakt hij nog het hangtoestel voor het spijkerbroek hangen. Daarna gaat hij naar de lagere school om verder te gaan met de renovatie. Aan het einde van deze week hoopt Herman hiermee klaar te zijn. Ondertussen ben ik samen met de 4 meiden, Zamira en de werkers begonnen met het klaar zetten van de spullen welke wij nodig hebben voor de kinderbijbelweek. Het is prachtig weer dus de kinderbijbelweek kan buiten worden gehouden. Terwijl wij bezig zijn met het klaar zetten van de spullen voor de kinderbijbelweek wordt er op nog geen 100 meter afstand ook druk gewerkt bij de moskee aan de overkant van de weg. Aanstaande woensdag begint namelijk de ramadan. We hopen niet dat dit deze week invloed zal hebben op een eventuele lagere opkomst van kinderen naar onze kinderbijbelweek. Het thema dit jaar voor de kinderbijbelweek is: 1: 2: 3: 4: 5:
Laat Laat Laat Laat Laat
Jezus je Leraar zijn Jezus je Koning zijn Jezus je Baas zijn Jezus je Dokter zijn Jezus je Kapitein zijn
(Lucas 2 vers 40 – 52) (M atteüs 2 vers 1 – 12) (Johannes 13 vers 1 – 17) (M arcus 2 vers 1 – 12) (M arcus 4 vers 35 – 41)
De kinderbijbelweek begint om 10 uur, echter de eerste kinderen staan al om negen uur voor het hek. Om 10 uur konden wij beginnen. Voorgaande jaren waren er op de eerste dag van de kinderbijbelweek meestal niet zoveel kinderen als de dagen daarop. Het vuurtje was nog niet helemaal verspreid onder de kinderen. Echter vandaag wisten wij niet wat ons overkwam, zoveel kinderen. Zelfs de kinderen uit omliggende bergdorpen kwamen aan per bus. Onze zorg dat de komende ramadan invloed zou hebben op de komst van het aantal kinderen was dus voor niets geweest. Hieruit kun je opmaken en merken dat de Albanezen alleen in naam moslim zijn en daar houd het ook mee op ook. Ik geef nu de pen over aan Annemarie die deze dag zal schrijven. We beginnen de kinderbijbelweek met het zingen van christelijke versjes. Daarna wordt het verhaal uit de Bijbel verteld aan de kinderen. De kinderen zijn verdeeld in 2 groepen. Een groep met de kleintjes en een groep met de wat oudere kinderen. Het Bijbelverhaal gaat over M atheüs twee de geboorte van Jezus. De wijzen uit het oosten hadden een bijzondere ster gezien, die betekende dat er een prins was geboren. Ze dachten hem te vinden bij het paleis van koning Herodes. Herodes wist echter van niks. Uiteindelijk vonden ze Hem in Bethlehem, Koning Jezus.
Na het bijbelverhaal krijgen de kinderen een kleurplaat. De kleintjes moeten wel geholpen worden, sommige weten niet eens hoe ze een viltstift moeten vasthouden. Als alle kleurplaten af zijn is het tijd voor muziek. De kinderen dansen de volksdansjes van Albanië wat erg leuk is om te zien. Elske Annemarie, Elise en Leontien leren de kinderen de gebaren die bij Tjoe Tjoe wa horen en Hokie Pokie. Tussen door krijgen alle kinderen een lekker ijsje. En voordat we het weten is het half één, dus tijd voor de kinderen om naar huis te gaan. Ze krijgen allemaal nog wat lekkers mee, en zeggen dat ze om zes uur weer mogen terugkomen. Wij gaan een boterham eten en rusten ook wat uit. Het is erg warm dus we houden siësta Om zes uur zijn alle kinderen weer terug, het zijn nu 120 kinderen. We gaan sjoelen met de kinderen, voetballen badmintonnen en een wedstrijd spijkerbroekhangen. Om acht uur gaan alle kinderen naar huis. Ze krijgen allemaal nog een zakje chips en een blikje drinken. Het was een geslaagde dag. Wij gaan naar huis en gaan ons voorbereiden op dag twee.
Dinsdag 10 augustus. Vandaag is de pen voor Leontien en mag zij deze dag beschrijven. Vandaag staan we rond acht uur op, we ontbijten en drinken koffie. Het verhaal gaat vandaag over wat Jezus je leert. N.a.v. Johannes 13 vers 1 tot 17. De kleine kinderen gaan na het verhaal weer een werkje maken. Kleuren, knippen en plakken. De grote kinderen moeten eerst het verhaal van gisteren navertellen. Het valt op dat de kinderen toch heel veel weten en onthouden. Na de vraag ronde krijgen ook zij het verhaal van vandaag te horen. Na het verhaal gaan de grotere kinderen bordspelletjes doen of volleyballen De ochtend loopt ten einde en gaan de kinderen weer naar huis. Wij gaan naar de rivier om af te koelen. Om zes uur weer naar het kinderhuis voor het tweede gedeelte van de kinderbijbelweek. Weer wordt er volop gesjoeld Elise Leontien, Annemarie en Elske gaan tegen de jongens voetballen. Nederland tegen Albanië. Helaas was Nederland niet goed genoeg om Albanië te verslaan. Halverwege de avond wordt een nog een wedstrijd spijkerbroekhangen gedaan. Dit is echt erg leuk om te zien. De avond loopt ten einde en alle kinderen gaan met een blij gezicht naar huis.
Woensdag 11 augustus, Vandaag moet ik er zelf weer aan geloven om te schrijven. Het is alweer de derde dag van de kinderbijbelweek. Het is een hele klus om elke dag gemiddeld 320 kinderen bezig te houden, waarvan de leeftijd varieert van 3 tot 17 jaar. Zamira heeft de oudste groep en wij hebben de andere kinderen. Het thema van vandaag is: “Jezus, is een bijzondere baas” Hier gaat het over dat Jezus de voeten van zijn leerlingen wast. Jezus, leert ons hiermee dat we bereid moeten zijn om zelfs de voeten van andere te wassen en te drogen. Dat was gewoonlijk de taak van de slaven. Het gaat hier dus om de bereidheid de minste te willen zijn, om de ander te willen dienen. Dat is voor de meeste mensen bepaald niet een natuurlijke houding. Daar moet je bewust voor kiezen. Jezus is hierin ons voorbeeld. Als we met elkaar gezongen hebben wordt het verhaal verteld. Hierna gaan we een hartsteker maken. De werkjes die we maken moeten niet al te moeilijk zijn, want echt handig zijn de kinderen niet. M et z’n allen helpen we de kleintjes en de oudere meisjes helpen mee. Als alle hartstekers klaar zijn gaan we spelletjes doen, en natuurlijk weer de volksdansjes. Om half één gaat iedereen weer naar huis om, om zes uur weer terug te komen.
Intussen gaan wij naar Tirana om de straatkinderen brood te brengen. Omdat we weinig tijd hebben kopen we kant en klare sandwiches, we moeten immers op tijd weer terug zijn. Samen met Alba gaan we naar het treinstation. We delen de broodjes uit aan alle kinderen . Tasha komt naar me toe met een receptje van de dokter voor Titina. Ze is met haar bij de dokter geweest en moet drie antibiotica injecties hebben. Ze geeft mij het receptje en samen gaan we naar de apotheek om de injecties te halen. Ik vraag Tasha wie de injecties gaat toedienen. Tasha zegt dat één of andere vrouw dat gaat doen. Elise die er niet veel vertrouwen in heeft zegt dat zij dat ook wel wil doen. Zij is immers verpleegkundige dus dat komt goed uit. In de auto maakt zij de injectie klaar om het toch zo steriel mogelijk te doen. Titina krijgt de injectie in haar bil en moet huilen. Als Elise klaar is troost ze haar. Wat Titina niet weet is dat Elise morgen weer terug komt voor de tweede injectie. Om kwart over vier gaan we weer richting Tirana om zes uur komen de kinderen weer. Vanavond wordt er weer volop gesjoeld, aan de spijkerbroeken gehangen en natuurlijk niet te vergeten de volksdansjes. M et de kleintjes doen we een wedstrijd met bekertjes water. Op een racket moeten ze een bekertje water naar de andere kant zien te brengen. Dit vinden ze erg leuk, en ze krijgen er geen genoeg van. Om acht uur gaat iedereen weer naar huis. Herman brengt de kinderen van Zalli met de minibus naar huis. Wij gaan koffie zetten en het werkje voor morgen klaar maken. Om half elf ligt iedereen in bed.
Donderdag 12 augustus, Om tien uur zijn de meeste kinderen aanwezig en beginnen we weer met zingen. Daarna worden we in twee groepen verdeeld en wordt het bijbelverhaal verteld. Het Thema van vandaag is: Jezus is een speciale dokter, n.a.v. M arcus 2:1-12. We horen hoe een verlamde man bij de Heere Jezus wordt gebracht, die door vier vrienden gedragen werd. Omdat ze niet door de menigte konden dringen halen ze een stuk van het dak weg, boven de plaats waar
Jezus zit. Toen ze een opening gemaakt hadden lieten ze de man op zijn draagbed door het dak naar beneden zakken. Bij het zien van hun geloof zei Jezus tegen de verlamde: Vriend uw zonden worden u vergeven. Er zaten ook een paar schriftgeleerden tussen de mensen, en die dachten bij zichzelf: Hoe durft Hij dat te zeggen? Hij slaat Godlasterlijke taal uit: Alleen God kan immers zonden vergeven! Jezus, had meteen door wat ze dachten dus zei Hij: Uw zonden worden u vergeven of “sta op, pak uw bed op en loop” Ik zal u laten zien dat de mensen Zoon volmacht heeft om op aarde zonden te vergeven. Toen zei Hij tegen de verlamde: Ik zeg u, sta op, pak uw bed en ga naar huis. M eteen stond hij op, pakte zijn bed en ging naar huis. Allen die dit zagen stonden versteld en loofden God. Zoiets hebben wij nog nooit gezien zeiden ze. Er worden weer vragen gesteld en ik sta verbaasd hoe goed de kleintjes geluisterd hebben. Na het bijbelverhaal gaan we een mooie kaart met bloemen maken. Het is de bedoeling dat de kinderen die maken voor iemand die ziek is. M aar de meeste kinderen willen de kaart voor hun moeder maken. Als de kinderen weer naar huis zijn, gaan wij weer richting Tirana. Titina krijgt haar tweede prik. Titina vindt het helemaal niet leuk dat we komen. Normaal gesproken komt ze op ons afgerend maar vandaag doet ze dat niet. Ze is gisteren nog niet vergeten. Ze moet er echter weer aan geloven en Elise geeft haar de prik. M orgen krijgt ze haar laatste. Voor alle kinderen hebben we een nectarine meegenomen waar ze heerlijk van smullen. Om vijf uur zijn we weer terug en maken we ons klaar voor de avond. De kinderen staan al bij het hek te wachten, hoewel het pas om zes uur begint. We doen de hekken maar eerder open, zodat ze niet aan de straat hoeven te wachten. De volksdansjes zijn erg in trek en natuurlijk moeten Elske, Elise, Leontien en Annemarie eraan geloven en moeten proberen mee te doen. Voordat we het weten is het acht uur, dus tij om naar huis te gaan . M orgen de laatste dag en dan zit het er weer op. Vrijdag 13 augustus, De laatste dag van de kinderbijbelweek is aangebroken. Ik zou haast willen zeggen”gelukkig” want de vermoeidheid begint toe te slaan. Het is me nogal niet wat, iedere dag komen er meer kinderen. M aar het is leuk en gezellig en er heerst een goede sfeer.
We beginnen weer met het zingen van de liedjes en als laatste zingen alle kinderen het volkslied van Albanië. Het thema van vandaag “Jezus is kapitein” n.a.v. M arcus 4: 35-41. Hier horen we hoe de Heere Jezus aan zijn discipelen vraagt om naar de overkant van het meer te varen. Het wordt echter geen rustig avondtochtje. Er ontstaat plotseling een grote storm. Geen vreemd verschijnsel op het meer van Galilea. Huizenhoge golven overspoelen het scheepje. En Jezus? Hij slaapt een diepe slaap. De discipelen snappen het niet, vol onbegrip en ergernis maken ze Jezus wakker. Er klinkt verwijt in hun angstige stemmen. Heeft Hij soms niet door hoe ernstig de situatie is.? Hij bekommert zich toch wel om hen? Dan staat Jezus op en grijpt met Goddelijk gezag in. Hij bestraft de storm met slechts een paar eenvoudige woorden. Het effect is echter groot. Daarin lijkt Hij sprekend op Zijn Vader. Als de golven zijn gaan liggen keert Jezus zich tot Zijn discipelen. Hij vraagt naar de reden van hun angst. Hadden zij nu echt gedacht dat Hij hun zou laten omkomen? Waar was hun geloof. Het wonderlijke gebeuren heeft natuurlijk grote indruk gemaakt op de discipelen Ze gaan met elkaar in gesprek en vragen zich met angst en beven af wie nu eigenlijk deze Jezus is. M aar dat wisten ze toch wel? Ze trokken toch al een poos met hen op? Ach, wat is weten. Als Christus zichzelf openbaart, zal iedere discipel steeds opnieuw verrast worden door Zij Grootheid. En soms is de verrassing terecht, met verbazing en angst gemengd. Het is in ieder geval een verrassing die tot in de eeuwigheid zal voortduren. Na de vragen is er een mooie kleurplaat voor de kleintjes van de storm op het meer. Voor de groten zij er weer de bordspelletjes. Om half één gaat iedereen weer huiswaarts. Vanavond de laatste avond met als afsluiting vuurwerk Om half twaalf gaan Elise, Elske Leontien en Annemarie en Jan de vriend van Elske, die intussen ook gekomen is, naar Tirana voor de laatste prik van Titina. Ikzelf heb om drie uur een vergadering met het personeel van het kinderhuis. Het gaat goed in het kinderhuis maar er zijn wat dingen die beter kunnen. Vandaar deze vergadering Om zes uur wordt er weer volop gesjoeld .Gevolleybald gevoetbald en natuurlijk gevolksdanst. Het is zo gezellig met elkaar dat
een heleboel kinderen vragen of ze volgende week weer mogen komen. Ik zeg: jullie bedoelen natuurlijk volgend jaar, maar nee hoor volgende week . Ik zeg hen dat het leuk is geweest, maar ik bedoel echt volgend jaar. We sluiten af met vuurwerk, onder luid gejuich en gegil gaat het vuurwerk de lucht in. Voor alle kinderen is er nog wat lekkers en bijbelse lectuur .En dan is het tijd om afscheid te nemen. Jongens wat was het leuk, en wat een goede opkomst. Gemiddeld zo’n 320 kinderen per dag , geweldig toch. M eer dan 2000 blikjes limonade, 1000 ijsjes en 1000 zakjes chips gingen er door heen. De kosten hiervan wegen niet op tegen de blijdschap van de kinderen en wat wij hier van hebben genoten. Dat het moslim geloof weinig voorstelt in Albanië blijkt wel uit dat zelfs tijdens de ramadan de kinderen van de imam van de moskee in M usqheta aanwezig waren tijdens de kinderbijbelweek. We zijn de Heere God dankbaar dat we zo’n fijne week met elkaar mochten hebben. Zoveel blijde gezichten en zoveel dankbare ouders, dat doet je goed.
Zaterdag 14 augustus, We proberen uit te slapen na de drukke week maar om half acht zit iedereen weer buiten. Inclusief de vrachtwagenchauffeur, die bij ons te gast is. Hij is gisteren aangekomen in Albanië en heeft gereden voor een andere organisatie. Zondagavond hoopt hij weer op de boot te gaan richting Italië, hopend op een terugvracht, zodat hij weer vol terug kan naar Nederland. Daar hoopt hij dan direct bij ons in Huizen weer te laden zodat hij weer terug kan richting Albanië. Om negen uur brengt Herman de vrachtwagen chauffeur naar de douane in Tirana. Als alle papieren klaar zijn hoopt hij vandaag de vrachtwagen te kunnen lossen. Ook heb ik Herman een briefje meegegeven met daarop wat boodschappen zodat hij die op de terugweg kan kopen. Het belangrijkste is toch wel water om te drinken en koffie te zetten wat hij mee moet nemen. Het water wat er uit onze leiding komt is helemaal geel van het zand wat er inzit. Op dit moment hebben de mensen in Zali het beter voor elkaar. Daar hebben de mensen, dankzij hun nieuwe waterdepot en filtersysteem, schoon en helder drinkwater. Gezien de drukke kinderbijbelweek van de afgelopen vijf dagen ben ik nauwelijks aan het huishouden toegekomen. Samen met de 4 meiden maken wij dan ook eerst het huis aan kant. Ook ruimen en sorteren wij alle benodigdheden op welke wij gebruikt hebben met de kinderbijbelweek. Het blijkt nog een hele klus om alle schaartjes, kleurpotloden en prikpennen weer netjes in te pakken en op te bergen voor een volgende kinderbijbelweek. Als we tegen de middag klaar zijn en Herman even daarna thuiskomt, drinken wij eerst met elkaar een bak koffie.
Na de koffie maken wij alles in orde om een bezoek te brengen aan het bergdorp Skuter. Als we beide auto’s hebben volgeladen gaan we hoog de berg op om in het bergdorp te komen. De armoede is hier groot want de meeste vaders hebben geen werk. De schamele huisjes waar de gezinnen in leven staan op instorten. De daken lekken aan alle kanten en de muren zitten vanwege de vele kleine aardbevingen vol met scheuren. We bezoeken een aantal gezinnen en geven hen tegelijkertijd voedsel. Het zijn voedselpakketten voor ongeveer anderhalve maand. De voedselpakketten bestaan uit: macaroni, spaghetti, rijst, olie, zout, suiker en wat stukjes zeep. De mensen zijn er echt dankbaar voor. We moeten niet vergeten dan 6 september de scholen weer beginnen. De ouders moeten dan maar zorgen dat hun kinderen een school uniform hebben met de nodige schriften en boeken. Ook moet er elke maand 100 lekë = 80 Eurocent betaald worden om de school schoon te houden. We hopen tijdens dit bezoek nog even polshoogte te nemen in de lagere school om te kijken wat er allemaal nodig is aan tafels, stoeltjes en schoolborden. De school in Shkuter bestaat uit 2 klassen en wordt bezocht door ongeveer 13 kinderen. Het moet mogelijk zijn om dit schooltje begin september in te richten met wat nieuw schoolmeubilair. Temeer daar wij vanmorgen vanuit Nederland bericht kregen dat er gisteren ongeveer 300 tafels en stoeltjes zijn opgehaald in Rotterdam en Zwijndrecht voor transport naar Albanië. Het zal weer een overvolle vrachtwagen worden welke er vanuit Huizen 25 augustus hoopt te vertrekken. Al deze transporten blijven geen overbodige luxe. Nadat wij de gezinnen hebben bezocht en de 4 meiden een rondje op een ezel hebben gereden nemen wij afscheid van de mensen. We worden letterlijk uitgezwaaid en de nodige meloenen, tomaten en komkommers worden ons uit dankbaarheid meegegeven. Op de terugweg gaan wij nog even op bezoek bij de 4 wezen in Zalli. Om 5 uur komen wij weer thuis. Nadat wij met elkaar hebben gegeten gaan de meiden met elkaar een spelletje doen. Herman en ik gaan dan richting Tirana om de vrachtwagenchauffeur op te halen. Ondertussen hebben wij een telefoontje gehad dat de vrachtwagen is uitgeladen. Dit moest op een tweetal adressen gebeuren en per kruiwagen over een afstand van 100 meter naar een loods worden gebracht. Een knappe klus dus en dat met een hitte van meer dan 40 graden. Vanaf vanmorgen 11 uur tot vanavond 7 uur zijn een 3 tal ingehuurde werkers hiermee bezig geweest. De vrachtwagenchauffeur zegt best trek te hebben in wat eten. De hele dag heeft hij nog niets gegeten daar er in de hele omtrek geen bakker of restaurantje te vinden was. Om negen uur zijn wij thuis en praten nog wat na. Ieder over zijn belevenissen van de afgelopen dag. Iedere dag brengt weer nieuwe dingen met zich mee die je van te voren niet kunt plannen. Alles loopt hier altijd anders. Wij zijn het gewend, het is niet anders. Nadat wij met elkaar de dag afsluiten gaat ieder zijn eigen weg richting zijn bed. M orgen is het zondag, rustdag, echter je weet het maar nooit.