Vlaamse Overheid Beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie
AGENTSCHAP ONDERNEMEN
Onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking van diensten
Bestek nr. AO/AEO/2011/02
ORGANISATIE VAN PETERSCHAPSPROJECTEN
Uiterste indieningsdatum kandidaatstellingen: op 16 juni 2011 om 11 uur. Lokaal 14.51 – 14de verdieping Ellipsgebouw Koning Albert II-laan 35 / 1030 Brussel
1
INLEIDING __________ Op 29/04/2011 hechtte de Vlaamse Regering haar goedkeuring aan de omvorming van de ondersteuning van de peterschapsprojecten via subsidies aan de hand van een call for proposals naar een contractuele aansturingsmethodiek. De beslissingsfiche van de Vlaamse Regering is toegevoegd als bijlage. De Vlaamse Regering wenst onder bepaalde voorwaarden de uitvoering van de peterschapsprojecten toe te wijzen aan vooraf geselecteerde partners. Deze opdracht is een opdracht voor aanneming van diensten in de zin van artikel 5 van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige aannemingen van werken, leveringen en diensten (B.S. 22 januari 1994; hierna “de wet van 24 december 1993”). Onderhandelingsprocedure met bekendmaking: kandidaatstelling De overheidsopdracht wordt georganiseerd via de onderhandelingsprocedure met bekendmaking. De onderhandelingsprocedure met bekendmaking start met een bekendmaking waarbij geïnteresseerden de kans krijgen zich kandidaat te stellen om de opdracht uit te voeren. Het Agentschap Ondernemen zal op basis van de ingekomen kandidaatstellingen een selectie doorvoeren op basis van de in onderstaande teksten opgenomen toegangsvereisten en kwalitatieve selectiecriteria. De geselecteerde kandidaten zullen gevraagd worden een offerte in te dienen. Dat wil zeggen dat in deze fase nog geen volledig uitgewerkte offerte moet ingediend worden, maar slechts de kandidaatstelling op basis van de toegangsvereisten en kwalitatieve selectie zoals uiteengezet in onderstaand document. Omdat gegadigden zich met kennis van zaken zouden kunnen kandidaat stellen, wordt in deze fase al het volledige bestek ter beschikking gesteld. De delen waarop in deze fase een antwoord moet gegeven worden werden in een kader gezet met achtergrondkleur.
2
I. ALGEMENE BEPALINGEN _________________________
I. 1. AANBESTEDENDE OVERHEID 1. Deze opdracht wordt uitgeschreven door het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, bij delegatie, in de persoon van de administrateur-generaal van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid het Agentschap Ondernemen. Het subdelegatiebesluit dat specifiek voor deze opdracht de bevoegdheden van de minister bevoegd voor het economisch beleid delegeert naar de administrateur-generaal van het Agentschap Ondernemen wordt toegevoegd als bijlage.
2. Volgende administratieve entiteit is belast met de opvolging van deze opdracht: Vlaamse Overheid Beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie Agentschap Ondernemen Bernard De Potter Administrateur-generaal Koning Albert II-laan 35, bus 12 1030 Brussel Telefoon: 02/553 37 00 E-mail:
[email protected] Alle briefwisseling m.b.t. deze opdracht moet naar die entiteit worden gestuurd, behoudens toepassing van punt 3 hierna. 3. Ieder deurwaardersexploot bestemd voor de aanbestedende overheid moet worden betekend aan de Kanselarij van de Voorzitter van de Vlaamse Regering, Koolstraat 35 in 1000 Brussel. Het is daarbij onverschillig of het gaat om de betekening van een dagvaarding, gerechtelijke uitspraak, overdracht van schuldvordering of een ander exploot. Hetzelfde adres geldt ook voor de aangetekende brief waarbij een schuldvordering wordt overgedragen of in pand gegeven.
I. 2. VOORWERP EN CLASSIFICATIE OPDRACHT Met deze opdracht wil de Vlaamse Regering vanaf 2012 de uitvoering van de peterschapsprojecten laten uitvoeren via een bestelopdracht verdeeld over vier percelen. De Vlaamse overheid kan bestellingen plaatsen tot 30 juni 2015. Peterschapsprojecten zijn projecten waarbij enerzijds beslissingsnemers van deelnemende ondernemingen gedurende een bepaalde periode op regelmatige tijdstippen in groepen begeleid worden door één of meer peters om door middel van ervaringsuitwisseling de bedrijfsvoering van de deelnemende ondernemingen te professionaliseren en waarbij anderzijds bedrijfsgerichte activiteiten worden georganiseerd om de netwerkvorming en de ervaringsuitwisseling tussen alle deelnemende ondernemingen en peters te stimuleren. De Vlaamse Regering wenst via de peterschapsprojecten de professionalisering van de bedrijfsvoering en de samenwerking tussen ondernemingen te stimuleren.
3
Voor meer informatie wordt verwezen naar de opdrachtomschrijving op het einde van dit bestek. Deze opdracht is een opdracht voor diensten in de zin van art. 5 van de Wet van 24 december 1993. De opdracht valt onder categorie 11 (Advies inzake bedrijfsvoering en beheer en aanverwante diensten) van de bijlage 2A van de wet van 24 december 1993. CPV-code: 79400000-8 Adviezen inzake bedrijfsvoering en management, en aanverwante diensten
I. 3. GUNNINGSWIJZE De gunning van deze opdracht gebeurt via onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
I. 4. INDIENING KANDIDAATSTELLINGEN De kandidaatstellingen worden ofwel elektronisch overgelegd via de e-tendering applicatie, ofwel via postdienst verzonden of door een drager afgegeven. De met elektronische middelen opgestelde kandidaatstellingen moeten in overeenstemming met artikel 81 quater, § 1 van het KB van 8 januari 1996 worden opgesteld. De kandidaatstellingen moeten worden opgemaakt in bestandsformaten die kunnen gelezen worden door de software die regulier deel uitmaakt van microsoft office of adobe reader. Kandidaatstellingen die via elektronische middelen worden overgelegd De kandidaatstellingen die via elektronische middelen worden overgelegd, moeten worden overgelegd via de e-tendering internetsite https://eten.publicprocurement.be die de naleving waarborgt van de voorwaarden van artikel 81 quater, § 1 van het KB van 8 januari 1996. Meer informatie kan worden bekomen op de website www.publicprocurement.be of via de eprocurement helpdesk op het nummer +32 (0)2 790 52 58. De aanbestedende overheid geeft aan de inschrijvers de toestemming om zowel een offerte, overgelegd met elektronische middelen, in te dienen, als een veiligheidskopie, opgesteld met elektronische middelen of op papier. Deze veiligheidskopie wordt in een definitief gesloten omslag gestoken waarop duidelijk „veiligheidskopie‟ wordt vermeld en waarbij eveneens de naam van het bureau en de naam van dit bestek vermeld wordt en wordt binnen de opgelegde ontvangsttermijn ingediend. Deze kopie mag enkel worden geopend ingeval van een tekortkoming bij de overlegging, de ontvangst of de opening van de met elektronische middelen overgelegde offerte. Ze vervangt in dat geval definitief het met elektronische middelen overgelegde stuk. De veiligheidskopie is voor het overige onderworpen aan de op offertes toepasselijke regels van het KB van 8 januari 1996. Kandidaatstelling die niet via elektronische middelen worden overgelegd De kandidaatstelling die niet via elektronische middelen worden overgelegd, moeten in vijf exemplaren, waarvan 1 losbladig en 1 op cd-rom worden gestuurd naar of ingediend op volgend adres: Agentschap Ondernemen, t.a.v. Helga Willems, Koning Albert II-laan 35, bus 12, 1030 Brussel.
4
Het uiterste tijdstip om een kandidaatstelling in te dienen, is 16 juni 2011 om 11 uur bij het Agentschap Ondernemen, Afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid, Koning Albert II-laan 35, 14de verdieping, lokaal 14.51. Telefoon: 02/553 35 11. De inschrijver moet de kandidaatstelling in een definitief gesloten envelop steken en daarop in grote drukletters vermelden: KANDIDAATSTELLING – NIET OPENEN.
I. 5. TOEPASSELIJKE WETTELIJKE BEPALINGEN Op deze opdracht zijn onder meer toepasselijk:
-
-
Wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;
-
Wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006, voor zover reeds in werking getreden;
-
KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken; KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en zijn bijlage de algemene aannemingsvoorwaarden.
I. 6. OVERIGE ALGEMEEN TOEPASSELIJKE BEPALINGEN In het kader van deze bestelopdracht zal voor de toepassing van de uitvoeringsregels – en enkel daarvoor – elke deelopdracht die besteld wordt, beschouwd worden als een afzonderlijke opdracht. Aldus heeft elke afzonderlijk bestelde opdracht haar eigen uitvoeringstermijnen, opleveringen, sancties, enz., zonder afbreuk te doen aan het geheel van de bestelopdracht. De oplevering zal aldus gebeuren enerzijds voor elke bestelde opdracht afzonderlijk, maar uiteraard ook voor het geheel van de bestelopdracht. De informatie die de aanbestedende overheid in het raam van de gunning van deze opdracht ter beschikking stelt, mag niet voor andere doeleinden worden aangewend, noch aan derden worden meegedeeld. Eenieder die toegang heeft tot deze informatie dient alle maatregelen te treffen om het confidentiële karakter ervan te doen bewaren.
5
I. 7. LIJST AFWIJKINGEN ALGEMENE AANNEMINGSVOORWAARDEN De artikelen van de algemene aannemingsvoorwaarden waarvan dit bestek afwijkt, zijn: - 20; - 69
6
II. ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN ___________________________________ A.
KONINKLIJK BESLUIT VAN 8.1.1996 BETREFFENDE DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN
ART. 69 en 69bis. UITSLUITING EN SOCIALE ZEKERHEIDSBIJDRAGEN Door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van uitsluiting te bevinden, zoals bedoeld in art. 69. Voor de Belgische inschrijver vraagt de aanbestedende overheid het RSZ-attest via elektronische weg op conform art. 72, §5. De buitenlandse inschrijver voegt bij zijn offerte een attest of een verklaring volgens de bepalingen van art. 69bis, §2. ART. 70 en 71. KWALITATIEVE SELECTIECRITERIA De aanvragen tot deelneming zullen worden onderzocht aan de hand van de volgende selectiecriteria. De minimale vereisten inzake financiële en economische draagkracht zijn dat de dienstverleners voldoende financiële draagkracht moeten hebben om de projecten tot een goed einde te brengen en dus de opdracht aan te vatten zonder uitbetaling van voorschotten. De inschrijver toont dit aan door het voorleggen van een passende bankverklaring. De minimale vereisten inzake technische bekwaamheid zijn: - vooreerst is het noodzakelijk dat de promotoren een voldoende lang track record kunnen voorleggen: gezien een peterschapsproject gemiddeld anderhalf tot drie jaar duurt, is een periode van vijf jaar aangewezen: gezien het belang van ervaringsopbouw moet een continue ervaringsperiode van vijf jaar worden bewezen; de inschrijver toont dit aan door een overzicht te geven van het aantal peterschapsprojecten dat hij gedurende de voorbije vijf jaar heeft georganiseerd met vermelding van de duur (aantal maanden uitgesplitst in wervingsperiode en werkingsperiode), de vermelding van het aantal deelnemers per georganiseerd peterschapsproject, het aantal peters dat werd ingezet, het aantal groepssessies en het aantal groepsoverschrijdende sessies; - aantoonbare relevante ervaring op basis van een multidisciplinaire werking van minstens 5 jaar inzake dienst- en adviesverlening en bedrijfsbegeleiding voor ondernemingen en meer specifiek met betrekking tot de doelgroep van het perceel waarvoor de kandidatuur gesteld wordt. De inschrijver moet dit aantonen door een korte beschrijving te geven van zijn activiteiten; - potentiële klanten moeten in Vlaanderen binnen een redelijke afstand kunnen worden bediend: dit betekent dat de kandidaat-dienstverleners een afdoende territoriale dekkingsgraad moeten kunnen voorleggen en minstens in elke provincie hun diensten moeten aanbieden; de inschrijver moet aantonen op welke wijze hij zijn dienstverlening in elke Vlaamse provincie aanbiedt of zal aanbieden; - de verschafte dienstverlening in het kader van de al georganiseerde peterschapsprojecten moet kwaliteitsvol zijn geweest: de klantentevredenheid is een essentieel selectiecriterium voor het al dan niet weerhouden van kandidaatdienstverleners. De dienstverlener toont deze klantentevredenheid aan aan de hand
7
-
van het aantal deelnemers en het aanwezigheidspercentage tijdens de in de laatste vijf jaar georganiseerde peterschapsprojecten; de verschafte dienstverlening in het kader van de al georganiseerde peterschapsprojecten moet tenslotte divers zijn geweest op vlak van behandelde thema‟s. De kandidaat-dienstverleners tonen aan dat ze in het verleden een diverse dienstenportefeuille hebben aangeboden. De inschrijver toont dit aan aan de hand van de thema‟s die in de peterschapsprojecten werden behandeld.
ART. 78. TOEGANGSVERBOD Door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van onverenigbaarheid te bevinden, zoals bedoeld in dit artikel.
ART. 86. PRIJSVASTSTELLING Deze opdracht is een opdracht tegen prijslijst. De eenheidsprijzen worden toegepast op de hoeveelheden van de te verrichten prestaties om het te betalen bedrag vast te stellen. Het Vlaamse Gewest, Agentschap Ondernemen, reserveert in principe een bedrag van maximaal 2,3 miljoen euro per jaar voor de uitvoering van deze opdracht en dit voor de vier percelen samen. De prijs die zal betaald worden per peterschapsproject, ligt vast. De vergoeding voor de uitvoering van een peterschapsproject bedraagt forfaitair 18.200 euro inclusief BTW per jaar waarvan 16.380 euro vast en 1.820 euro variabel, telkens inclusief BTW. Het variabele stuk wordt slechts uitbetaald op voorwaarde dat de tevredenheidgraad 80% bedraagt. De verdere modaliteiten tot meting van de tevredenheid zullen worden vastgelegd in de specifieke deelopdrachten. Daarnaast kunnen de organisatoren de deelnemers laten gebruik maken van de kmoportefeuille om de kosten ten belope van maximaal 50% van de inschrijvingskosten te recupereren. Er wordt gewezen op het feit dat dienstverleners de prijs van eenzelfde dienst niet mogen laten variëren naargelang een betaling al dan niet verricht wordt via de kmoportefeuille. De organisatoren zullen erkend worden als dienstverlener binnen de kmoportefeuille onder de daar gestelde erkenningsvoorwaarden. De inschrijvers zijn ertoe gehouden zich te confirmeren aan de BTW-regelgeving. De opdrachtgever zal op generlei wijze tussenkomen in betwistingen dienaangaande. ART. 89 en 90. VORM EN INHOUD OFFERTE Art. 89. De aandacht van de inschrijver wordt erop gevestigd dat hij zijn offerte moet invullen op het bij dit bestek behorende formulier. Op elke offerte die op een ander document is opgemaakt, moet de inschrijver bovenaan ieder document de volgende verklaring vermelden: “Ik, ondergetekende ....., verklaar te hebben nagezien dat de hierna vermelde gegevens volstrekt overeenstemmen met de vermeldingen van het bij het bestek behorende formulier en de inventaris en neem daarvoor de volledige verantwoordelijkheid op.“
8
Art. 90. Alle documenten en nota‟s die bij de offerte worden gevoegd, moeten worden gedateerd en ondertekend onder de vermelding: “Opgemaakt door ondergetekende om gevoegd te worden bij zijn offerte van heden” of dienen minstens te worden geïnventariseerd. ART. 93. VERENIGING ZONDER RECHTSPERSOONLIJKHEID Het is de geselecteerde kandidaten toegestaan zich in een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid te verenigen met niet geselecteerde kandidaten ter uitvoering van deze opdracht.
ART. 101. PERCELEN Deze opdracht is als volgt verdeeld in percelen: Perceel 1: de organisatie van peterschapsprojecten met focus op kleinere ondernemingen en zelfstandigen; Perceel 2: de organisatie van peterschapsprojecten met focus op grotere en middelgrote ondernemingen; Perceel 3: de organisatie van peterschapsprojecten met aandacht voor sectorspecifieke behoeften voor de sector waarvoor men kandideert; Perceel 4: de organisatie van peterschapsprojecten met aandacht voor sectorspecifieke behoeften voor de sector waarvoor men kandideert. Perceel 3 en 4 zijn sectorale peterschapsprojecten georganiseerd voor ondernemingen die eenzelfde of een gelijkaardige activiteit uitoefenen. De detaillering van elk van de percelen is opgenomen in deel III. Opdrachtsomschrijving. Aangezien voorliggende opdracht bestaat uit vier percelen, moeten de inschrijvers aangeven voor welk van de percelen ze zich kandidaat stellen en voor hoeveel peterschapsprojecten. De aanbestedende overheid heeft het recht één of meerdere percelen niet te gunnen en eventueel opnieuw te gunnen op dezelfde of op een andere wijze. De opdeling in verschillende percelen heeft onder meer de bedoeling om verschillende dienstverleners te kunnen aantrekken met verschillende specialisatiegraad, die een verschillend doelpubliek kunnen bewerken. Aangezien het aldus specifiek de bedoeling is om monopolievorming te vermijden, mag elke inschrijver maximaal op twee percelen inschrijven. Het is daarbij niet toegestaan om verbetervoorstellen aan te bieden.
ART. 102. TAALGEBRUIK De inschrijver gebruikt uitsluitend het Nederlands in zijn mondelinge en schriftelijke relatie met de aanbestedende overheid. Van documenten die enkel in een andere taal beschikbaar zijn, kan de overheid een, desgevallend beëdigde, vertaling eisen.
ART. 116. GESTANDDOENINGSTERMIJN De inschrijvers blijven gebonden door hun offerte gedurende een termijn van honderd twintig kalenderdagen, ingaand de dag na de uiterste indieningsdatum van de definitieve offerte. De 9
uiterste datum voor indiening van de definitieve offerte zal in de loop van de onderhandelingen meegedeeld worden. ART. 121 en 122. ONDERHANDELINGSPROCEDURE – GUNNINGSCRITERIA, VARIANTEN EN GUNNINGSREGELS De gunningscriteria zijn, samen met het hen toegekende gewicht: De visie op de finaliteit en de doelstellingen van peterschapsprojecten als instrument binnen het economische beleid van de Vlaamse overheid en op de concrete organisatie van een peterschapsproject (40 punten); De visie en concreet voorgestelde werkwijzen op de werving van peters en deelnemers aan peterschapsprojecten evenals de selectie om te komen tot een adequaat werkende groep deelnemers voor een concreet peterschapsproject (30 punten); De kwaliteit en ervaring van het concreet voorgestelde team dat de peterschapsprojecten vorm zal geven (50 punten). Verloop van de onderhandelingen: Deze overheidsopdracht voorziet een trapsgewijze procedure, waarbij de aanbestedende overheid in verschillende fasen tot de uiteindelijke gunning wenst over te gaan. Voor de kandidaatstellingen zal het Agentschap Ondernemen een termijn van minimaal 37 dagen in acht nemen tussen het verzenden van de bekendmaking van de vraag naar kandidaten naar het Bulletin der Aanbestedingen en het Europees Publicatieblad en de indieningsdatum van de kandidaatstellingen; het Agentschap Ondernemen zal tussen de binnengekomen kandidaatstellingen een selectie maken conform de toegangsvereisten en de kwalitatieve selectie zoals opgenomen in dit document. De niet-geselecteerde kandidaten zullen hiervan een gemotiveerde beslissing ontvangen. De geselecteerde kandidaten zullen uitgenodigd worden een offerte in te dienen, eveneens conform de bepalingen opgenomen in dit document. Het Agentschap Ondernemen zal een termijn van minstens 15 dagen in acht nemen tussen de uitnodiging tot indienen van een offerte en de uiterste datum voor indiening van offertes. De kortere termijn wordt verantwoord doordat al in de fase van kandidaatstelling de volledige offerte ter beschikking gesteld wordt van gegadigden, zodat ze ruim tijd hebben om zich de inhoud van het bestek eigen te maken. Het Agentschap Ondernemen voorziet de mogelijkheid om met alle of een selectie van de dienstverleners die een offerte ingediend hebben al dan niet onderhandelingen op te starten. De onderhandelingen kunnen gaan over de financiële voorwaarden, de technische voorwaarden en de administratieve voorwaarden. Het Agentschap Ondernemen houdt zich het recht voor om naar aanleiding van de eerste ronde van bespreking van de verschillende offertes desgevallend aan de verschillende inschrijvers een document te bezorgen met aandachtspunten voor verfijning van de ingediende offertes. Op basis hiervan zullen de inschrijvers desgevallend gevraagd worden om hun offerte bij te werken. Desgevallend zal op gelijkaardige wijze een nieuwe bespreking van de offertes georganiseerd worden of zal de opdracht onmiddellijk toegewezen worden. Indien over meerdere rondes een aanpassing van de offertes gevraagd wordt, houdt het Agentschap Ondernemen zich het recht voor om al inschrijvers, gemotiveerd, te weren uit het verdere gunningsproces. 10
B. KONINKLIJK BESLUIT VAN 26.9.1996 TOT BEPALING VAN DE ALGEMENE UITVOERINGSREGELS VAN DE OVERHEIDSOPDRACHTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN EN DE ALGEMENE AANNEMINGSVOORWAARDEN B. 1. KONINKLIJK BESLUIT VAN 26.9.1996 TOT BEPALING VAN DE ALGEMENE UITVOERINGSREGELS VAN DE OVERHEIDSOPDRACHTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN
ART. 4 en 5. BETALINGSMODALITEITEN De eenheidsprijs per peterschapsproject wordt vastgelegd op 18.200 euro inclusief BTW per jaar en wordt als volgt uitbetaald: wat betreft het vaste deel dat 16.380 euro inclusief BTW bedraagt: o een eerste schijf van 60% na de eerste bijeenkomst van alle deelnemers aan het peterschapsproject op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan; o een tweede schijf van 30% halverwege de looptijd van het peterschapsproject op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan; o een saldo schijf van 10% na de looptijd van het project op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan. De inschrijvers kunnen een alternatief afbetalingsschema voorstellen dat het voorwerp uitmaakt van verdere onderhandelingen.
wat betreft het variabele deel dat maximaal 1.820 euro inclusief BTW bedraagt: het variabele deel wordt uitbetaald na de looptijd van het project op basis van de uitgevoerde tevredenheidsenquête; bedraagt de score tussen de 70 en 80% dan wordt de bonus voor de helft uitbetaald; bedraagt de score méér dan 80% dan wordt de bonus volledig uitbetaald. Indien de te behalen minimumscore twee maal na elkaar niet wordt behaald, moet de dienstverlener een verbetertraject voorstellen aan de opdrachtgever. Indien na uitvoering van het verbetertraject de minimumscore nog steeds niet behaald wordt, kan het Agentschap Ondernemen beslissen geen bestellingen meer te plaatsen.
B. 2. ALGEMENE AANNEMINGSVOORWAARDEN VOOR DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN
ART. 1. LEIDING EN TOEZICHT OP UITVOERING Het mandaat van de leidende ambtenaar bestaat enkel uit: a) b) c) d) e) f)
11
de technische en administratieve opvolging van de diensten tot en met de oplevering; de keuring van de prestaties, zowel de a priori als de a posteriori keuring; het nazicht van de schuldvorderingen en facturen; het opstellen van de processen-verbaal; de opleveringen; het instaan voor het toezicht op de prestaties; dit toezicht omvat onder meer het geven van onderrichtingen, telkens wanneer het bestek of de gunningsdocumenten onvolledig of onduidelijk zijn.
ART. 5. BORGTOCHT Er moet slechts borg gesteld worden naar aanleiding van effectief door de Vlaamse overheid geplaatste bestellingen. Bij elke bestelling wordt een borgtocht geëist van 5% van de waarde van de bestelling. Het bewijs hiervoor dient binnen de 30 kalenderdagen na de betekening van de bestelling geleverd te worden. Deze borgtocht wordt ineens vrijgegeven op vraag van de dienstverlener na de goedkeuring van de uitvoering van de bestelling. De waarde van de bestelling wordt bekomen door het bedrag exclusief BTW per peterschapsproject te vermenigvuldigen met het aantal jaren dat het peterschapsproject loopt en dit voor het aantal peterschapsprojecten dat wordt toegewezen binnen de opdracht waarvoor borg gesteld moet worden. De aandacht van de inschrijver wordt er op gevestigd dat de wetgeving verschillende formules voorziet om borg te stellen. Zo kan de borg hetzij in speciën, hetzij in publieke fondsen of onder de vorm van een gezamenlijke borgstelling gebeuren. Evenzeer laat de wetgeving toe dat de borgtocht gesteld wordt via een waarborg toegestaan door een kredietinstelling die voldoet aan de voorschriften van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen of door een verzekeringsonderneming die voldoet aan de voorschriften van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen en die toegelaten is tot tak 15 (borgtocht). De borgtocht moet door de aannemer of door een derde gesteld worden binnen dertig kalenderdagen volgend op de dag van de gunning van de opdracht en dit conform de bepalingen van artikel 5 § 3.
ART. 10. ONDERAANNEMING Het is niet toegelaten om zonder voorafgaande, schriftelijke toelating van het Agentschap Ondernemen een al gegunde (deel)opdracht of een deel ervan in feite of in rechte over te dragen of in onderaanneming te geven. De opdrachtgever zal in geen geval de uitgaven die voortvloeien uit een niet toegestane overdracht of onderaanneming, aanvaarden of terugbetalen.
ART. 13, § 2. PRIJSHERZIENING Er wordt geen prijsherzieningsformule voorzien. ART. 14 INTELLECTUELE RECHTEN De specifieke diensten (de concrete bestelde peterschapsprojecten) die geleverd worden in het kader van deze opdracht worden eigendom van de aanbestedende overheid. Het Vlaams Gewest verwerft bovendien een onbeperkt en onvoorwaardelijk, exclusief eigendomsrecht van onbeperkte duur voor de op te leveren producten die resulteren uit deze opdracht (evaluatiestudies, tevredenheidsenquêtes etc.). Buiten de uitvoering van deze opdracht kan de dienstverlener geen commercieel gebruik maken van de specifieke peterschapsprojecten die besteld worden of van de op te leveren producten zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van de leidend ambtenaar van het Agentschap Ondernemen. Dat wil zeggen dat deze niet zonder voorafgaandelijke toestemming van de opdrachtgever bijkomend ten gelde kunnen gemaakt worden.
12
ART. 15. BETALINGEN De gedateerde, ondertekende en regelmatig opgemaakte factuur worden in drievoud opgemaakt en gericht aan de heer Tim Ampe, afdelingshoofd, Agentschap Ondernemen, Koning Albert II-laan 35 bus 12, 1030 Brussel. Op de facturen vermeldt de dienstverlener de formule "deugdelijk en onvergolden verklaard voor de som van.......”, waarna het bedrag voluit in letters geschreven wordt. Dit bestek wijkt uitdrukkelijk af van de bepalingen van artikel 1254 van het Burgerlijk Wetboek inzake de toerekening van de betalingen. Elke betaling zal dan ook bij voorrang toegerekend worden op de hoofdsommen en pas daarna op de intresten.
ART. 18. RECHTSVORDERINGEN Elke rechtsvordering van de dienstverlener wordt ingesteld bij een Nederlandstalige Belgische rechtbank, behoudens ingeval van een vordering tot tussenkomst in een bestaand geding.
ART. 20, § 4. STRAFFEN De in dit artikel opgenomen minimumstraffen zijn van toepassing. De aanbestedende overheid is gerechtigd de straffen zoveel malen toe te passen als: de inbreuk is gepleegd; er werknemers zijn op wie de inbreuk is gepleegd. De aanbestedende overheid is gerechtigd dit aantal malen ambtshalve vast te stellen, wanneer het door de schuld van de dienstverlener niet juist kan worden bepaald. Bij herhaling van een bepaalde inbreuk, eventueel op een andere plaats, wordt een straf toegepast gelijk aan de betreffende straf, zoals hierboven bepaald, vermenigvuldigd met het aantal malen dat deze inbreuk werd vastgesteld. Deze afwijking van de AAV wordt gemotiveerd doordat anders geen adequate bestraffing van een recidiverende dienstverlener mogelijk is.
ART. 67. INBEGREPEN PRIJSELEMENTEN De eenheidsprijs voor de uitvoering van deze opdracht bevat alle kostprijselementen vermeld in dit artikel, inclusief BTW.
ART. 69, § 1. VASTE OF MINIMALE HOEVEELHEDEN De totale waarde van alle percelen samen wordt op jaarbasis geraamd op een bedrag van maximaal 2,3 miljoen euro. Tot 30 juni 2015 kan de Vlaamse overheid bestellingen plaatsen, maar enkel het eerste jaar wordt als minimale hoeveelheid gegarandeerd. De dienstverlener is verplicht om gevolg te geven aan alle toevoegingen, weglatingen en wijzigingen van de opdracht, die de aanbestedende overheid in de loop van de uitvoering 13
beveelt en die samenhangen met het voorwerp van de opdracht, binnen de perken ervan blijven en waarvan de weerslag in méér beperkt blijft tot 50 % van het oorspronkelijke opdrachtbedrag.
ART. 69, §§ 3 en 4. UITVOERINGSTERMIJNEN De Vlaamse overheid kan bestellingen plaatsen tot 30 juni 2015.
ART. 70. DIENSTVERLENINGSPLAATS De dienstverlener beschikt over voldoende lokale dienstverlening in elke Vlaamse provincie en heeft de nodige uitrusting om de taken efficiënt uit te voeren. Meer specifieke bepalingen inzake concrete dienstverleningsplaatsen kunnen bepaald worden bij het plaatsen van bestellingen.
ART. 71. KEURINGEN De diensten die het voorwerp van de opdracht uitmaken worden aan controles van het Agentschap Ondernemen onderworpen ten einde vast te stellen of zij beantwoorden aan de voorschriften van het bestek. De dienstverlener staat in voor het verschaffen van gegevens met betrekking tot de projecten evenals de te produceren rapporten.
ART. 74, § 2. OPLEVERING Voor de reguliere peterschapsprojecten. De oplevering kan beschouwd worden op niveau van het individuele peterschapsproject en op niveau van het perceel. Op het niveau van het individuele peterschapsproject: Per peterschapsproject geschiedt een oplevering. Elk peterschapsproject moet opgevolgd worden aan de hand van een set van indicatoren die door de opdrachtgever als representatief worden beschouwd. Deze rapportage is kwantitatief en gebeurt op volgende parameters: - het aantal gewone groepssessies - het aantal groepsoverschrijdende sessies - het aantal effectief aanwezige deelnemers per sessie (groepssessie of groepsoverschrijdende sessie) - het aantal peters - de tevredenheid van de deelnemers per sessie (op een score van 1 tot 10) De dienstverlener moet deze dataset van weerhouden indicatoren binnen de veertien dagen na elke sessie opleveren met oog op de opname in het ManagementInformatieSysteem van het Agentschap Ondernemen. De modaliteiten m.b.t. de elektronische toelevering van de data aan het VON-online worden besproken bij de onderhandelingen gevoerd naar en vastgelegd bij de gunning.
14
De finale tevredenheidsenquête over het globale peterschapsproject moet opgeleverd zijn binnen de drie maanden na afloop van elk peterschapsproject. Bij gebrek aan (tijdige) oplevering wordt de betaling van het variabele gedeelte opgeschort. Indien binnen de zes maanden na afloop van het peterschapsproject nog steeds geen finale tevredenheidsenquête is opgeleverd worden alle betalingen aan de perceelhouder voor alle peterschapsprojecten opgeschort. Op het niveau van het perceel: Op perceelsniveau verwacht de opdrachtgever ook een kwalitatief rapport. Dit kwalitatief rapport wordt na elk besteljaar van het contract opgeleverd en geeft een kwalitatieve beschrijving van de behaalde resultaten over de verschillende peterschapsprojecten heen in termen van input en output. Dit kwalitatief rapport wordt in 2 exemplaren opgeleverd, waarvan 1 losbladig exemplaar en een elektronische versie van het rapport (Pdf- en Microsoft Office Word 2010-formaat voor pc). Dit rapport moet worden opgeleverd binnen de drie maanden volgend op elk besteljaar. Bij gebrek aan (tijdige) oplevering worden nieuwe bestellingen opgeschort. Tot slot moet elke perceelhouder een kwantitatief en kwalitatief eindrapport over alle georganiseerde peterschapsprojecten maken op het einde van de perceelsperiode. Dit eindrapport moet opgeleverd zijn binnen de zes maanden na het einde van de contractperiode. Voor de peterschapsprojecten waarvan het thema opgelegd is door de Vlaamse overheid Op het niveau van het individuele peterschapsproject: Per peterschapsproject geschiedt een oplevering. Elk peterschapsproject moet opgevolgd worden aan de hand van een set van indicatoren die door de opdrachtgever als representatief worden beschouwd. Deze rapportage is kwantitatief en gebeurt op volgende parameters: - het aantal gewone groepssessies - het aantal groepsoverschrijdende sessies - het aantal effectief aanwezige deelnemers per sessie (groepssessie of groepsoverschrijdende sessie) - het aantal peters - de tevredenheid van de deelnemers per sessie (op een score van 1 tot 10) De dienstverlener moet deze dataset van weerhouden indicatoren binnen 14 dagen na elke sessie opleveren met oog op de opname in het ManagementInformatieSysteem van het Agentschap Ondernemen. De modaliteiten m.b.t. de elektronische toelevering van de data aan het VON-online worden besproken bij de onderhandelingen gevoerd naar en vastgelegd bij de gunning. De finale tevredenheidsenquête moet opgeleverd zijn binnen de drie maanden volgend op elk peterschapsproject. Bij gebrek aan (tijdige) oplevering wordt de betaling van het variabele gedeelte opgeschort. Indien binnen de zes maanden na afloop van het peterschapsproject nog steeds geen finale tevredenheidsenquête is opgeleverd, worden alle betalingen aan de perceelhouder voor alle peterschapsprojecten opgeschort. Per thema verwacht de opdrachtgever ook een kwalitatief rapport. Dit kwalitatief rapport wordt binnen de drie maanden na afloop van de thematische peterschapsprojecten opgeleverd en geeft een kwalitatieve beschrijving van de behaalde resultaten in termen van input en output. Dit kwalitatief rapport wordt in 2 exemplaren opgeleverd, waarvan 1 15
losbladig exemplaar en een elektronische versie van het rapport (Pdf- en Microsoft Office Word 2010-formaat voor pc). Bij afloop van de bestelopdracht op 30 juni 2015 of na oplevering van de laatste bestelde peterschapsprojecten vindt de oplevering van de gehele bestelopdracht plaats.
16
III. OPDRACHTSOMSCHRIJVING _______________________________ Algemene context van de opdracht. Het Agentschap Ondernemen is een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid. Het behoort tot het beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI). Het is ontstaan in 2009 bij de samensmelting van het Agentschap Economie en het Vlaams Agentschap Ondernemen (VLAO). Het Agentschap Ondernemen staat onder voogdij van de minister van Economie, op dit ogenblik de heer Kris Peeters, Minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid. Het is de taak van het Agentschap om het economisch beleid uit te voeren en in te staan voor de operationele beleidsvoorbereiding. Het Agentschap Ondernemen streeft ernaar de concurrentiepositie van ondernemingen in Vlaanderen duurzaam te ondersteunen, te versterken en te stimuleren. Voor een volledig overzicht van de taakomschrijving van het Agentschap Ondernemen kunt u terecht op de website www.agentschapondernemen.be Omschrijving van de opdracht. Op 29/04/2011 hechtte de Vlaamse Regering haar goedkeuring aan de omvorming van de ondersteuning van de peterschapsprojecten via subsidies aan de hand van een call for proposals naar een contractuele aansturingsmethodiek. De Vlaamse Regering wenst onder bepaalde voorwaarden de uitvoering van de peterschapsprojecten toe te wijzen aan vooraf geselecteerde partners. Het Agentschap Ondernemen wenst met deze weerhouden kandidaten een overeenkomst af te sluiten zodat binnen de overeenkomst een kwalitatieve uitvoering van de peterschapsprojecten kan worden uitgevoerd. De toewijzing van de uitvoering van de peterschapsprojecten zal gebeuren via maximaal vier percelen. Voor elk perceel geldt een set van generieke karakteristieken die hierna beschreven worden. Vervolgens zijn er per perceel perceelspecifieke eigenschappen. Die worden nadien toegelicht. Voor de beoordeling van de offertes in elk van de vier percelen worden volgende gunningscriteria toegepast: De visie op de finaliteit en de doelstellingen van peterschapsprojecten als instrument binnen het economische beleid van de Vlaamse overheid en op de concrete organisatie van een peterschapsproject (40 punten); De visie en concreet voorgestelde werkwijzen op de werving van peters en deelnemers aan peterschapsprojecten evenals de selectie om te komen tot een adequaat werkende groep deelnemers voor een concreet peterschapsproject (30 punten); De kwaliteit en ervaring van het concreet voorgestelde team dat de peterschapsprojecten vorm zal geven De uitvoerders voor de organisatie worden maximaal nominatief opgelijst. Er wordt aangegeven in welke mate deze personen beschikbaar en inzetbaar zijn voor deze opdracht tijdens de periode voorzien voor uitvoering van de opdracht. Er wordt aangegeven of deze personen vervangbaar zijn door andere personen met ten minste dezelfde capaciteiten (gelet op de noodzakelijke continuïteit van de opdracht). Voor de personen die deel uitmaken van het team moet de ervaring aangetoond worden door het toevoegen van cv‟s. Indien de uitvoerders nog niet gekend zijn, dient duidelijk opgegeven welk hun vereist profiel
17
is en indien ze geen ervaring hebben, moet er worden aangetoond hoe de uitvoerders worden opgeleid (50 punten). 1. Generieke karakteristieken
Peterschapsprojecten zijn projecten waarbij enerzijds beslissingsnemers van deelnemende ondernemingen gedurende een bepaalde periode op regelmatige tijdstippen in groepen begeleid worden door één of meer peters om door middel van ervaringsuitwisseling de bedrijfsvoering van de deelnemende ondernemingen te professionaliseren en waarbij anderzijds bedrijfsgerichte activiteiten worden georganiseerd om de netwerkvorming en de ervaringsuitwisseling tussen alle deelnemende ondernemingen en peters te stimuleren. Peters zijn kaderleden of bedrijfsleiders van ondernemingen die zich engageren om, in het kader van een peterschapsproject, hun ervaring kosteloos ter beschikking te stellen van deelnemers en mee te zorgen voor de begeleiding van een groep deelnemers. Peterschapsprojecten moeten voldoen aan volgende vereisten: 1° Een set van minimale kwaliteitsnormen moet worden nageleefd. Dit betekent onder meer het volgende: a) Het project richt zich tot de beslissingsnemers van de deelnemende ondernemingen; b) Het project heeft tot doel de bedrijfsvoering van de deelnemende ondernemingen te professionaliseren en de netwerkvorming tussen de ondernemingen te bevorderen; c) De deelnemers worden gedurende een bepaalde periode op regelmatige basis in groep begeleid door kaderleden of bedrijfsleiders van andere ondernemingen die zich engageren om hun kennis en ervaring ter beschikking te stellen van de deelnemers; d) Er worden meerdere bedrijfsgerichte acties ondernomen om de netwerkvorming en de ervaringsuitwisseling tussen deelnemers en peters over de groepen heen te bevorderen; e) De centrale methodiek bij alle acties is de ervaringsuitwisseling tussen ondernemingen. 2° De organisator en de uitvoerders moeten deskundig zijn. Dit blijkt onder meer uit: a) De kennis van en ervaring met de doelgroep van het project; b) De kennis van en ervaring met de in het project behandelde thematiek; c) De ervaring met het uitbouwen en onderhouden van een netwerk van ondernemers; d) De kwaliteit van de samenwerking van de uitvoerders in kwestie, indien van toepassing; e) De logistieke en inhoudelijke ondersteuning die de organisator de peters en deelnemers biedt. 3° De kwaliteit van het project. Dit blijkt onder meer uit: a) De kwaliteit van de werving en selectie en de groepssamenstelling van de deelnemers; b) De kwaliteit van de selectie en opleiding van de peters; 4° De omvang en de kwaliteit van het peterschapsnetwerk dat ontstaat, uitgebreid of gestimuleerd wordt in het kader van het project. Daarbij wordt vooral rekening gehouden met de volgende aspecten: a) De omvang en de kwaliteit van het peterschapsnetwerk; b) De acties die worden ondernomen om het netwerk te stimuleren, ook na afloop van het peterschapsproject; c) De mate waarin dat netwerk wordt benut om overheidsinitiatieven voor ondernemingen (gericht) bekend te maken; d) De mogelijkheden die dit netwerk biedt voor de betrokken ondernemingen. 5° De efficiënte inzet van middelen. Hierbij wordt vooral rekening gehouden met de volgende aspecten: 18
a) De output in verhouding tot de ingezette middelen in het algemeen en de overheidsmiddelen in het bijzonder; b) De verhouding tussen de ingezette overheidsmiddelen en private middelen. De hierna genoemde activiteiten zijn een absolute noodzaak om te kunnen spreken van een peterschapsproject. maandelijkse bijeenkomsten van een groep van deelnemende ondernemingen en hun peters waarbij ervaringsuitwisseling centraal staat; netwerkactiviteiten: gemeenschappelijke bedrijfsgerichte activiteiten voor alle deelnemers aan het project. De lijst hieronder geeft een overzicht van activiteiten die beschouwd kunnen worden als een onderdeel van het peterschapsproject op voorwaarde dat de activiteiten zich richten tot de (potentiële) deelnemers aan een peterschapsproject. bedrijfsbezoeken met het oog op het sensibiliseren van ondernemers voor ervaringsuitwisseling en de rol die peterschapsprojecten daarin kunnen spelen; informatieverspreiding (bijv. informatie over overheidsinitiatieven verschaffen aan deelnemers van peterschapsprojecten); ondersteunende activiteiten: een databank aanleggen van gegevens van deelnemende ondernemingen met het oog op de uitbouw en het in stand houden van het netwerk; de databank up-to-date houden; nieuwsbrieven naar deelnemers sturen; brochures en folders opstellen en verspreiden met het oog op sensibilisering en werving; individuele begeleiding door de peters mits deze duidelijk additioneel zijn aan de bijeenkomsten in groep: vragen van deelnemende ondernemingen beantwoorden; deelnemende ondernemingen naar gespecialiseerde organisaties doorverwijzen; netwerkactiviteiten: gemeenschappelijke bedrijfsgerichte activiteiten met deelnemers aan andere peterschapsprojecten; gemeenschappelijke bedrijfsgerichte activiteiten om deelnemers gericht in contact te brengen met andere ondernemers van het netwerk (bijv. vroegere deelnemers). Alle activiteiten die zich niet exclusief richten tot het netwerk van deelnemers aan peterschapsprojecten maken geen deel uit van het peterschapsproject. Zo behoren volgende taakstellingen expliciet niet tot de werking van het peterschapsproject: sensibilisering van ondernemers voor het belang van het professionaliseren van de bedrijfsvoering en de meerwaarde van peterschapsprojecten; opleiding en begeleiding van peters met betrekking tot hun taak in het project. Andere voorbeelden van activiteiten die niet in aanmerking komen, zijn: een participatie van de deelnemers in seminaries en ontmoetingsdagen voor ondernemers, die niet behoren tot het peterschapsnetwerk; alle activiteiten die openstaan voor een ruimer publiek dan de deelnemers aan het peterschapsnetwerk. De organisatoren van peterschapsprojecten worden voor de duur van de overeenkomst erkend als peterschapsorganisator. Leden van de erkende peterschapsprojecten afkomstig uit een onderneming met een aanvaardbare hoofdactiviteit kunnen hun deelname aan het peterschapsproject dan gedeeltelijk betalen met de kmo-portefeuille. Organisatoren die als dienstverlener voor de kmo-portefeuille al een peterschapserkenning hebben of hadden 19
kunnen deze erkenning verlengen of vernieuwen. Hoe u een erkenning moet aanvragen, verlengen of vernieuwen kan u terugvinden op www.kmoportefeuille.be. Bedrijven uit een aantal sectoren zijn echter uitgesloten van het gebruik van de kmo portefeuille. De lijst met aanvaardbare NACE-codes kunt u raadplegen op de website www.kmoportefeuille.be. Deelnemers moeten ondernemingen zijn. Ondernemingen zijn de natuurlijke personen die koopman zijn of een zelfstandig beroep uitoefenen, de vennootschappen die de rechtsvorm van een handelsvennootschap hebben aangenomen, de Europese economische samenwerkingsverbanden, als ze beschikken over een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest of als ze zich ertoe verbinden in het Vlaamse Gewest een exploitatiezetel te vestigen. Enkel KMO‟s komen in aanmerking voor deelname aan peterschapsprojecten. Kleine en middelgrote ondernemingen zijn ondernemingen als vermeld in artikel 3, 2° en 3°, van het decreet van 31 januari 2003 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid. Deelnemers moeten betalende ondernemingen zijn. Vanuit deze betalende ondernemingen kunnen “beslissingsnemers” deelnemen aan het project. Een beslissingsnemer bepaalt rechtstreeks de strategie van een onderneming, hetzij in globo hetzij op een bepaald strategisch terrein (zoals ICT, HRM, financiën, …). Een beslissingsnemer hoeft dus niet noodzakelijk de zaakvoerder van de onderneming te zijn. Er kunnen maximaal 2 “beslissingsnemers” per betalende onderneming deelnemen aan het peterschapsproject. Een peterschapsproject telt minstens 15 en maximum 20 deelnemers. Daarvan moet minstens 80% aanwezig zijn op elke peterschapsessie. De deelnemers moeten gedurende het ganse traject steeds dezelfde zijn. Ze moeten geselecteerd worden door middel van een adequaat matchingsproces zodat de netwerking maximaal kan worden gestimuleerd. Ze moeten een bijdrage betalen voor hun deelname (zoals boven gesteld kan men deze bijdrage betalen via de kmo-portefeuille). Een peterschapsproject heeft een minimale doorlooptijd van 12 maanden en een maximale doorlooptijd van 36 maanden. De tijd benodigd voor de selectie van de deelnemers en de peters maakt hiervan geen deel uit. Per maand moet er minstens één peterschapsessie georganiseerd worden. Uitzonderingen zijn mogelijk tijdens de zomermaanden en vanwege sector- of projectspecifieke kenmerken. Van de organisator wordt verwacht dat hij zoekt naar alternatieven om ook tijdens die uitzonderingsperiodes ervaringsuitwisseling tussen deelnemers en peters maximaal mogelijk te maken. We denken daarbij bijvoorbeeld aan een internettoepassing, een praktische onderzoeksopdracht of extra individuele ervaringsuitwisseling. Het peterschapsproject moet geleid worden door minstens 1 peter die inhoudelijk sterk is. Er moet tevens worden voorzien in een kwalitatieve back-up mocht de peter uitvallen. Uitbesteding van deze taakstelling is niet mogelijk tenzij na voorafgaande goedkeuring van de opdrachtgever. De opdrachtgever kan te allen tijde controles uitvoeren op de naleving van de gestelde voorwaarden. De hierboven beschreven regels gelden voor generieke peterschapsprojecten. Voor de themaspecifieke peterschapsprojecten kunnen afwijkende modaliteiten worden afgesproken in het bijzonder wat betreft het aantal deelnemers, hun aanwezigheidsgraad e.d.m.
20
2. Perceelspecifieke karakteristieken
De opdracht is verdeeld in vier percelen. Hierna volgt een korte beschrijving van deze percelen voor wat betreft de perceelspecifieke karakteristieken. Alle percelen moeten sowieso voldoen aan de generieke karakteristieken zoals hierboven beschreven. Perceel 1: de organisatie van peterschapsprojecten met focus op kleinere ondernemingen tot 10 werknemers, zelfstandigen en vrije beroepen. De organisator die wil intekenen op dit perceel engageert zich om voor de werving en werking van deelnemers voor peterschapsprojecten ten minste 80% van zijn deelnemers te rekruteren uit deze doelgroep. Perceel 2: de organisatie van peterschapsprojecten met focus op grotere en middelgrote ondernemingen met focus op de groep van 10 tot 250 werknemers. De organisator die wil intekenen op dit perceel engageert zich om voor de werving en werking van deelnemers voor peterschapsprojecten ten minste 80% van zijn deelnemers te rekruteren uit deze doelgroep. Perceel 3: de organisatie van peterschapsprojecten met aandacht voor sectorspecifieke behoeften voor de sector waarvoor men kandideert. Perceel 4: de organisatie van peterschapsprojecten met aandacht voor sectorspecifieke behoeften voor de sector waarvoor men kandideert. Perceel 3 en perceel 4 zijn sectorale peterschapsprojecten: dit zijn projecten georganiseerd voor ondernemingen die eenzelfde of een gelijkaardige activiteit uitoefenen. Organisaties die hierop willen intekenen engageren zich om voor de werving en werking voor peterschapsprojecten voor ten minste 80% van de deelnemers te rekruteren uit ondernemingen in de sectoren die zij verenigen met focus op kleine en middelgrote ondernemingen (d.w.z. tot 250 werknemers). Ieder van de vier percelen bestaat uit twee luiken. Het eerste luik is goed voor minstens 70% van de totale perceelsprijs. Dit luik continueert de peterschapsprojecten. Deze peterschapsprojecten kunnen zowel een monothematische (gericht op de werking rond één thema) als multithematische werking (gericht op de werking rond meerdere thema's) hebben. Het tweede luik beslaat maximaal 30% van de totale perceelsprijs. Dit luik bevat de peterschapsprojecten waarin specifieke beleidsaccenten moeten behandeld worden gedurende de ganse duur of looptijd van het project. Zoals boven aangegeven kunnen voor de themaspecifieke peterschapsprojecten afwijkende modaliteiten worden afgesproken in het bijzonder wat betreft het aantal deelnemers, hun aanwezigheidsgraad e.d.m.
Organisaties die zich kandidaat stellen moeten bij de inschrijving voor een perceel aangeven hoeveel peterschapsprojecten ze willen uitvoeren. Er wordt tevens van hen verwacht dat ze aangeven hoe ze dit contingent van peterschapsprojecten wensen uit te rollen doorheen de beschouwde contractperiode. 21
3. modaliteiten betreffende betaling en rapportage De contractprijs per peterschapsproject dat voldoet aan de gestelde voorwaarden bedraagt 18.200 euro (inclusief BTW) per jaar waarvan 16.380 euro vast en 1.820 euro variabel, telkens inclusief BTW. De contractueel bedongen forfaitaire prijs wordt als volgt uitbetaald: wat betreft het vaste deel: o een eerste schijf van 60% na de eerste bijeenkomst van alle deelnemers aan het peterschapsproject op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan; o een tweede schijf van 30% halverwege de looptijd van het peterschapsproject op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan; o een saldo schijf van 10% na de looptijd van het project op voorwaarde dat aan de rapportageverplichtingen werd voldaan. De inschrijvers kunnen een alternatief afbetalingsschema voorstellen dat het voorwerp uitmaakt van verdere onderhandelingen.
wat betreft het variabele deel: o het variabele deel wordt uitbetaald na de looptijd van het project op basis van de uitgevoerde tevredenheidsenquête; o bedraagt de score tussen de 70 en 80% dan wordt de bonus voor de helft uitbetaald; bedraagt de score méér dan 80% dan wordt de bonus volledig uitbetaald; Indien de te behalen minimumscore twee maal na elkaar niet wordt behaald, moet de dienstverlener een verbetertraject voorstellen aan de opdrachtgever. Indien na uitvoering van het verbetertraject de minimumscore nog steeds niet behaald wordt, kan het Agentschap Ondernemen beslissen geen bestellingen meer te plaatsen.
In alle geval wordt er slechts uitbetaald als de definitie van een peterschapsproject strikt wordt nageleefd.
22