Verslaglegging: Expertmeeting: Achterlatingen en dwanghuwelijken 1 Februari 2012, Stadhuis Rotterdam
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012
1. Aanwezigen Aanwezigen: raadsleden/kamerleden - Fatima Kalai (gemeente Waddinxveen) - Allal Ennahachi (gemeente Baarn) - Khadija Arib (2e kamer) - Faouzi Achbar (deelgemeente Feijenoord, avondvoorzitter) - Mustapha Akchich (deelraadslid Delfshaven) Aanwezigen: organisaties - Latifa Lazaar (stichting Kezban) - Marianne Vorthoren (SPIOR) - Elly Ammerlaan (GGD Rotterdam-Rijnmond) - Karima Ouchan (SMN) - Jasmina Nellestijn (Projectleider Marokko Media) PvdA Rotterdam - Fatima Talbi (organiserend raadslid) - Fadoua Oilad adj Amar (fractiemedewerker, ondersteuning) - Elise Luijcx (beleidsmedewerker) - Evert Verkade (fractiemedewerker, verslaglegging)
2. Welkomstwoord Fatima Talbi Vervolg op de acties van november 2011 en juni 2010 Fatima Talbi heet de aanwezigen van harte welkom in de raadszaal van het Rotterdamse stadhuis. Fatima Talbi legt uit dat deze bijeenkomst een vervolg is op de landelijke actie van november 2011. In november zijn in diverse gemeenteraden in Nederland soortgelijke schriftelijke vragen gesteld over de onderwerpen die vandaag op de agenda staan. Naar aanleiding van het stellen van deze schriftelijke vragen ontstond de wens om, na een eerdere bijeenkomst op 16 juni 2010, in een nieuwe expertmeeting dieper op de onderwerpen in te gaan en in contact met elkaar te blijven. Fatima Talbi is enthousiast over het feit dat raadsleden uit diverse steden en vertegenwoordigers van diverse organisaties nogmaals in het Rotterdamse Stadhuis bijeen zijn gekomen.
3. Kennismakingsronde Alle aanwezigen stellen zichzelf voor en geven een korte beschrijving van de organisatie waarvoor zij werken en/of de stad die zij vertegenwoordigen.
2
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012
4. Inhoudelijke Ronde 1: Presentatie Latifa Lazaar en vragen/opmerkingen vanuit de zaal Problemen met een verleden In de presentatie van Latifa Lazaar komt naar voren dat achterlatingen en dwanghuwelijken problemen zijn met een verleden in de jaren tachtig en negentig, een constatering waar ook andere aanwezigen op wijzen. Zo geeft Fatima Kalai aan dat de problemen, voor zover bekend, niet in Waddinxveen voorkomen. Om die reden zijn in deze gemeente de schriftelijke vragen niet gesteld. Fatima Kalai hoopt vanavond de hedendaagse problematiek met de problemen uit de jaren 80/90 te kunnen vergelijken. Spelen de problemen nog steeds? Is er sprake van een toename of afname? En zijn de problemen wezenlijk veranderd? In haar ogen speelt achterlating een grotere rol bij mannen t.o.v. vrouwen. Aspecten van de aanpak De landelijke werkgroep Mudawwanah probeert de problemen in kaart brengen en richt zich op:
Afstemming en kennisuitwisseling: Afstemming van de hulpverlening over de grenzen heen voor vrouwen, die tegen hun wil gehuisvest zijn/verblijven in Nederland of Marokko. Opbouwen van een netwerk. Oprichten van meldpunten. Uitwisselen van kennis en ervaring.
Voorlichtingscampagnes & juridische kennis als emancipatiemotor: Organiseren van voorlichtingscampagnes, ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal, training van voorlichters om de informatie over te brengen naar de doelgroep en het aanleveren van juridische informatie. Kennis over de rechtspositie is immers belangrijk in het kader van emancipatie. Het motto van de werkgroep is in dit verband: “Ken je rechten”. Subsidie bij deze inspanning is echter wel wenselijk, want nog niet alle brochures kunnen geproduceerd worden. De voorlichtingscampagnes dienen daarnaast regelmatig in een geactualiseerde vorm herhaald te worden om echt effectief te zijn. Sinds 2009 is bovendien de doelgroep van de campagnes verbreed (voorbeeld: Turkse of Koerdische vrouwen).
Besproken thema’s 1. Vergelijking van de verschillende rechtsstelsels is van belang: Fatima Talbi vraagt in hoeverre het Turkse en Marokkaanse familierecht met elkaar te vergelijken zijn. Latifa Lazaar maakt een korte vergelijking tussen het Turkse en het Marokkaanse familierecht op het gebied van het gelijkheidstreven of ten aanzien van thema’s als polygamie of ouderlijk gezag. Karima Ouchan stelt dat er binnen het Marokkaanse familierecht recentelijk een “verademing” heeft plaatsgevonden, terwijl het Turkse recht nog enkele strikte bepalingen kent (voorbeeld: ongelijke termijnen man en vrouw voor het aangaan van een nieuw huwelijk na de ontbinding van een bestaand huwelijk). In de ogen van Latifa Lazaar zijn er in Nederland te weinig advocaten deskundig t.a.v. het Marokkaanse en Turkse familierecht. Fatima Talbi geeft aan dat de Irakese situatie ook weer anders ligt. 2. Rendement pilot in Marokko: Karima Ouchan vraagt naar het rendement van de pilotprojecten in Marokko. Latifa Lazaar geeft aan dat er meerdere expertmeetings georganiseerd zijn, waarmee commitment voor de aanpak gegenereerd wordt. Daarnaast wordt er intensief samengewerkt met het ministerie van BuZa en de ambassade om een plan van aanpak in praktijk te brengen.
3
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012 3. Gebrekkige statistiek over de doelgroep: Fatima Kalai is zeer benieuwd naar exacte cijfers over de hoeveelheid achtergelaten mannen, vrouwen (indicatie: gemiddeld 80 per jaar) en kinderen. Latifa Lazaar geeft echter aan dat het zeer moeilijk is om statistieken over de doelgroep op te bouwen. Er zijn enkel onvolledige indicaties te geven. 4. Meer gemeentelijke handvaten wenselijk: Fatima Talbi is actief op zoek naar mogelijkheden om deze problemen ook op gemeentelijk niveau beter aan te pakken. Zij constateert dat Marokkaanse meiden in Rotterdam het steunpunt Meld Geweld niet herkennen als contactpunt voor achterlating of dwanghuwelijken, omdat het steunpunt geassocieerd wordt met mishandeling. Daarnaast heeft zij met de schriftelijke vragen haar aandacht gericht op de protocollen rondom uitschrijving uit de gemeentelijke basisadministratie. Ondanks deze protocollen zijn mannen in staat, zonder medeweten van vrouwen of kinderen, gezinsleden uit te schrijven en hier zou iets aan gedaan moeten worden. 5. Culturele tradities tegen het licht: Latifa gaat door met haar presentatie en richt zich op een aanzet om gemeentelijke handvaten te creëren. Zij ziet achterlating en huwelijkse dwang als vormen van geweld en door deze problemen als zodanig te typeren hoopt zij culturele tradities bespreekbaar te maken, tegen het licht te houden en te veranderen. Achterlating en huwelijkse dwang hebben grote materiële en psychologische effecten (in het bijzonder bij kinderen) en om die reden dient de problematiek niet gebagatelliseerd te worden. 6. Onvoldoende bekendheid LEC: Latifa Lazaar vestigt ook de aandacht op het Landelijk Expertisecentrum (LEC) in Den Haag, een organisatie die zich richt op het terughalen van achterlaten mensen. Deze organisatie kent echter nog onvoldoende bekendheid. 7. Kennis en ervaringen steunpunt niet verloren laten gaan: Latifa Lazaar meldt dat het steunpunt voor migranten in de huidige bezuinigingsronde verloren is gegaan. Er wordt nu getracht om een herstart mogelijk te maken, omdat de kennis en ervaring van deze organisatie hard nodig is. 8. Onderzoeken van achterliggende redenen bij achterlatingen: Fatima Kalai vraagt door naar de achterliggende redenen waarom kinderen achtergelaten worden. Latifa Lazaar geeft aan dat hier vele redenen voor kunnen zijn. Praktijkvoorbeeld: Soms worden kinderen in Marokkaanse dorpen achtergelaten bij grootouders. Ouders besluiten hiertoe, omdat zij een Marokkaanse opvoeding en onderwijsloopbaan wenselijk achten. Zij maken dit besluit echter zonder de gevolgen van het besluit (psychologische schade bij het kind, consequenties voor de toekomst van het kind) goed in te schatten. Het is lastig om aan te geven of hier sprake is van een moedwillig of emotioneel besluit. Het is ook lastig om te bepalen of dit soort praktijken als mishandeling of geweld dienen te worden getypeerd.
4
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012 9. Bereikbaarheid hulpverlenende instanties: Allal Ennahachi kent eveneens vrouwen die met achterlating geconfronteerd zijn, maar geeft aan dat de hulpverlenende instanties in Marokko en Nederland onvoldoende bereikbaar zijn. Bij zijn eigen hulpverlenende inspanningen wijkt hij uit naar België. Latifa Lazaar geeft aan dat er in sommige landen nog geen infrastructuur is opgebouwd om deze problemen effectief aan te pakken. Praktijkvoorbeeld: Fatima Talbi is zelf bezig met de hulp voor een Irakese vrouw en heeft contact met een expertisecentrum. Bij het helpen van deze vrouw blijkt dat er een obstakel ontstaat, op het moment dat Irakese vrouwen bepaalde preventieve stappen niet adequaat hebben doorlopen. Zodra er in later stadium alsnog problemen ontstaan en de situatie schrijnend wordt, wordt het uitblijven van deze stappen de vrouw min of meer “nagedragen”.
5. Inhoudelijke ronde 2: Landelijke beeld & ontwikkelingen in de hulpverlening Landelijk beeld 1. Geen goed zicht op de grootte van de problemen: Khadija Arib geeft aan dat er geen goed zicht is op de grootte van de problemen. Er worden geen registers bijgehouden of dossiers aangemaakt en dit maakt het lastig om het aantal achterlatingen in te schatten. Hierover heeft Khadija Arib in de Tweede Kamer een motie ingediend, die helaas verworpen is. In die motie werd gevraagd om een onderzoek naar het probleem met behulp van het bevolkingsregister. 2. Rotterdamse voorbeeldfunctie: Khadija Arib is zeer positief over de Rotterdamse aanpak (o.a. zelfregistratie bij de GGD voorafgaand aan schoolvakanties) en hoopt dat deze aanpak ook in andere steden kan worden ingevoerd. Khadija geeft aan dat Rotterdam met deze aanpak één van de voorlopers van Nederland is en dit is iets om trots op te zijn. Verder is zij lovend over de aanpak van voormalig minister Verdonk, waardoor achterlaten vrouwen in ambassades in het buitenland daadwerkelijk gehoord worden en niet als “aspirant-migrant” worden weggestuurd. Door die nieuwe werkwijze kan de ambassade meer voor de vrouwen regelen. Faouzi Achbar vraagt naar voorzieningen voor teruggehaalde vrouwen. Khadija Arib vertelt over de inspanningen om crisisopvang voor deze vrouwen te verzorgen. Praktijkvoorbeeld: Khadija Arib geeft een praktijkvoorbeeld over een hoogopgeleid meisje, dat met haar familie meeging naar Marokko en daar achtergelaten/uitgehuwelijkt werd. Het meisje sprak geen Marokkaans en kon in Marokko geen hulp vinden. Via een internetcafé heeft zij haar Nederlandse docent gemaild en is de Nederlandse politie naar Marokko afgereisd voor een grootschalige zoektocht. Het meisje werd gevonden, maar gaf aan uit vrije wil gebleven te zijn. Later meldde zij zich, met toestemming van haar vriend, alsnog bij de ambassade. Dit voorbeeld illustreert de grijze gebieden rondom “dwang”. Dit voorbeeld laat ook zien dat er in Marokko een mentaliteitsverandering gaande is. Een meisje tegen haar wil in Marokko laten verblijven, wordt uiteindelijk toch niet als een wenselijke oplossing gezien.
5
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012 3. Lessen uit Engeland: Activistische i.p.v. passieve aanpak Khadija Arib geeft een praktijkvoorbeeld uit Engeland, waar een gespecialiseerd team zich richt op Pakistan en Bangladesh. In overleg met de ambassade van deze landen worden achtergelaten personen opgespoord en teruggehaald. Bovendien wordt er veel geïnvesteerd in voorlichting (boodschap: laat een nummer en een adres achter!) Khadija Arib hoopt iets soortgelijks in de Tweede Kamer tot stand te brengen. De problematiek gaat immers gepaard met “voortijdige signalen” in de klas of in vriendengroepen, waar vroegtijdig op gereageerd kan worden. Naïviteit of passiviteit bij het ontvangen van deze signalen dient te worden bestreden. Elly Ammerlaan geeft aan dat de koloniale banden van Engeland met deze landen de Engelse aanpak wel vergemakkelijkt. 4. Oplossingsmogelijkheden via internationale verdragen: Khadija schetst een belangrijk verdrag tussen Marokko en Nederland op het gebied van ontvoerde kinderen. Aan de hand van dit verdrag kan de Marokkaanse overheid ertoe bewogen worden om mee te werken bij het terughalen van Nederlandse kinderen. Ontwikkelingen in de hulpverlening: 5. Aandacht voor grijze gebieden rondom dwang en loyaliteitsconflicten: Elly Ammerlaan geeft aan dat er in Rotterdam veel gedaan wordt om de problemen onder de aandacht te brengen. Er zijn informatieve cursussen aan professionals aangeboden en er zijn voorlichtingen op scholen gegeven. Probleempunt is dat er tussen vrijwilligheid en onvrijwilligheid grijze gebieden ontstaan en eergevoel en loyaliteitsconflicten een gang naar de meldpunten bemoeilijken. Geen enkel kind wil immers zijn ouders ten schande maken. Marianne Vorthoren geeft aan dat de norm “dwang mag niet” na 8 jaar nog steeds centraal staat in de aanpak. Voortschrijdend inzicht wijst echter ook uit dat je de grijze gebieden (wat is nu eigenlijk dwang?) bespreekbaar dient te maken. 6. Onbedoelde associaties met het meldpunt via voorlichtingskanalen wegnemen: Fatima Talbi geeft aan dat jongeren wel degelijk een melding willen plaatsen, maar het meldpunt met mishandeling associëren en om die reden wegblijven. Elly Ammerlaan hoopt dit via de voorlichtingskanalen te verhelderen. 7. Effectiviteit van voorlichting in kaart brengen, ook ondersteuning voor ouderen realiseren: Latifa Lazaar acht het van belang om de effectiviteit van voorlichtingscampagnes in kaart te brengen en naast voorlichting voor jongeren ook ondersteuning voor ouders te realiseren. Zij geeft aan dat ouders ook uit angst kunnen handelen. Op het moment dat de Raad voor de Kinderbescherming dreigt om kinderen weg te halen, zijn ouders soms geneigd om hun kind in Marokko achter te laten. Khadija Arib schetst de juridische complicaties van ouderlijk gezag in het buitenland. 8. Rechten als leidraad in de discussie, debat over de begaanbaarheid en wenselijkheid van de juridische route: Elly Ammerlaan accentueert de rechten waarmee de Nederlandse nationaliteit gepaard gaat. In haar ogen moeten die rechten een leidraad vormen in deze discussie. Nederland kan niet over de grenzen heen regeren. Nederland kan wel, op het moment dat rechten geschonden worden, de betrokkenen die nog in Nederland resideren ter verantwoording roepen. Juridische route: Khadija Arib houdt een pleidooi om met specifieke juridische bepalingen gedwongen achterlating strafbaar te maken. Nu is dat nog slechts indirect (via een verbod op dwang) het geval. Keuzevrijheid jongeren benadrukken: Marianne Vorthoren benoemt de problematische bewijslast bij zo’n juridische route en denkt bovendien dat een
6
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012 juridische route drempelverhogend kan werken. Kinderen willen zich immers niet verantwoordelijk voelen voor de veroordeling van hun eigen ouders. In haar ogen is het essentieel om de eigen keuzevrijheid van jongeren te benadrukken en via die manier de problematiek te voorkomen. Latifa Lazaar denkt ook dat via het hulpverleningscircuit ingezet kan worden op het bespreekbaar maken van problemen en het realiseren van preventie. Op die manier kan inzet van justitie en politie voorkomen worden.
6. Inhoudelijke ronde 3: Invloed eigen gemeenschappen en lokale overheden 1. Benodigdheden voor een mentaliteitsverandering: Faouzi Achbar vraagt zich af in hoeverre de voorlichtingscampagnes en het voorlichtingsmateriaal de gewenste mentaliteitsverandering in gemeenschappen teweegbrengen. Is er niet meer voor nodig? 2. Andersoortige problematiek: Fatima Kalai denkt dat t.o.v. de jaren tachtig/negentig er tegenwoordig sprake is van andersoortige problematiek. Een ander type jongeren en een ander type meiden zijn betrokken bij achterlating en huwelijksdwang. De drang naar Europa speelt nu een grote rol in de problematiek. 3. Vergroten bespreekbaarheid belangrijk: Fatima Talbi geeft aan dat de reactie op de problematiek nu te vaak bagatelliserend is (voorbeeld: Dwanghuwelijken? Die komen toch niet meer voor?). Toch blijkt dat bijna iedereen in zijn/haar netwerk nog enkele praktijkvoorbeelden tegenkomt. Het vergroten van de bespreekbaarheid is dus zeer belangrijk. 4. Inzet nieuwe media, online discussie over de betekenis van keuzevrijheid: Jasmina denkt dat de nieuwe media ingezet moeten worden om jongeren over deze problemen te bereiken. Jongeren kennen de meldpunten niet, maar zijn wel volop op internet te vinden. Jongeren kunnen via de nieuwe media ook met elkaar de discussie aangaan over de betekenis van keuzevrijheid. 5. Aanpak Baarn: Allal Ennahachi werkt in Baarn via de gemeente en organiseert koffieochtenden om discussie tussen vrouwen en meiden op gang te brengen. 6. Problemen bespreekbaar maken in de gemeenschap, accent op keuzevrijheid vergroten: Keuzevrijheid centraal in de opvoeding: Marianne Vorthoren geeft aan dat de internationale factor bij deze problematiek relevant is, maar acht het ook van belang om de problemen in de gemeenschap bespreekbaar te maken. Op dit moment worden culturele gebruiken via de opvoeding van generatie op generatie doorgegeven. Het is van belang om het accent op keuzevrijheid in de opvoeding te vergroten. Keuzevrijheid benadrukken in de dialoog: Latifa Lazaar acht het eveneens van belang om meer aandacht te vestigen op keuzevrijheid bij het aangaan van huwelijken. Zij hoopt dat die keuzevrijheid in de dialoog binnen de gemeenschap meer benadrukt zal gaan worden. Dit vergt een mentaliteitsverandering. Via gemeentelijke instrumenten de discussie in de gemeenschap ondersteunen: Elly Ammerlaan denkt dat het instrumentarium in Rotterdam nog verder ontwikkeld kan worden, zodat de discussie in de gemeenschap nog meer in beweging kan worden gekregen.
7
Verslag Expertmeeting Achterlatingen en Dwanghuwelijken 2 Februari 2012
Reflectie over de verwachtingen rondom een huwelijk: Fatima Kalai vindt naast een gemeentelijke aanpak reflectie in de gemeenschap belangrijk. In de gemeenschap wordt vaak toegeleefd naar het huwelijk, terwijl er te weinig nagedacht wordt over het samenleven na het sluiten van het huwelijk. Grootouders en ouders moeten vaker in gesprek gaan met hun kinderen/kleinkinderen over de verwachtingen t.a.v. het huwelijk.
9. Discussie en vragen Faouzi Achbar geeft een samenvatting van de belangrijkste punten uit de discussie: Inzetten op vroegtijdige signalering en preventie. Gebruik maken van goede voorbeelden: uit Rotterdam en uit Engeland. Vergroten van de bespreekbaarheid en de bewustwording en het realiseren van een mentaliteitsverandering in de gemeenschap. Benutten van de mogelijkheden van voorlichting: via het onderwijs en via nieuwe media.
10. Afsluiting Fatima Talbi Fatima Talbi is zeer blij met het contact dat ontstaan is tussen de aanwezige deelnemers. Zij blijft zich er sterk voor maken om deze problemen binnen de gemeenschap bespreekbaar te maken. Fatima Talbi dankt alle aanwezigen voor hun komst.
8