Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________
Veilig slapen in kindercentra consensus met betrekking tot adviezen over slaapruimten en (stapel)bedden Werkgroep PIKO veilig slapen Mirjam v.d. Brand Joke Donkervoort Tineke Steen Barbara Troost
GGD Eindhoven GGD Rotterdam GGD Eemland GGD Nieuwe Waterweg Noord
Het voorstel is met beide stukken aan de slag te gaan. Graag blijven beide werkgroepen op de hoogte van reactie s uit de praktijk. Voor veilig slapen reacties naar: Mirjam v.d. Brand GGD Eindhoven Stadhuisplein 2 5611 EM Eindhoven telefoon: 040 2384068 fax: 040 2384209 email:
[email protected]
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
1
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 1. INLEIDING.................................................................................................................................................................................................................................................... 3 2. RICHTLIJNEN SLAAPRUIMTEN.................................................................................................................................................................................................................4 2.1 VEILIGHEID SLAAPKAMER ..........................................................................................................................................................................................................................................4 2.2. BINNENMILIEU ......................................................................................................................................................................................................................................................... 5 2.3 HYGIËNE .................................................................................................................................................................................................................................................................. 5 3. ADVIES VEILIG SLAPEN. ........................................................................................................................................................................................................................... 6 3.1 ALGEMEEN ................................................................................................................................................................................................................................................................ 6 3.2 TOEZICHT ................................................................................................................................................................................................................................................................. 6 3.3 BEDDEN.................................................................................................................................................................................................................................................................... 6 3.4 WIEGENDOOD........................................................................................................................................................................................................................................................... 7 3.5 NIEUWE ONTWIKKELINGEN ........................................................................................................................................................................................................................................ 8 4 ERGONOMIE ................................................................................................................................................................................................................................................ 8 5. BRONVERMELDING.................................................................................................................................................................................................................................... 8 BIJLAGE: VEILIGHEIDCRITERIA VOOR KINDERBEDDEN CQ STAPELBEDDEN, INCLUSIEF HOOGSLAPERS .............................................................................................. 9
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
2
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 1. Inleiding Een slaapruimte moet voldoen aan de richtlijnen van het Bouwbesluit en de eisen die de brandweer stelt. In deze handleiding wordt op die eisen niet ingegaan. Er zijn nog een aantal onduidelijkheden die navraag behoeven. Wellicht zullen deze richtlijnen in een volgende versie toegevoegd worden. Elke gemeente maakt gebruik van de landelijke Verordening “Tijdelijk besluit kwaliteitsregels kinderopvang”. Als aanvulling daarop kan een individuele gemeente deze eisen aanvullen. De veiligheid van het gebruik van bedden is geregeld in " Warenwetbesluit Kinderbedden en boxen" (staatsblad 1990, 106). Deze regeling is gericht op fabrikanten, importeurs en handelaren van kinderbedden en –boxen. Het is hen bij wet verboden om kinderbedden en –boxen te verhandeleen, die niet voldoen aan de in het besluit gestelde eisen. Wij kunnen er van uitgaan, dat de genoemde producten vanaf het ingaan van dit besluit voldoen. Stapelbedden vallen sinds begin 1998 onder dit besluit. Daarnaast moeten kinderbedden voldoen aan de veiligheidseisen die gesteld zijn volgens de "Europese Norm voor stapelbedden". De controle van kinderbedden wordt gedaan door de Keuringsdienst van Waren. Zij kan zonodig het gebruik van een bedje dat niet aan de eisen van het Warenwetbesluit voldoet verbieden. Als er twijfel bestaat aan de veiligheid van een kinderbed of als er klachten over zijn kan men de Warenlijn bellen:
0800 0488
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
3
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 2. Richtlijnen slaapruimten Voor kinderen tot 1½ jaar is een aparte slaapkamer, die geen andere functie heeft, noodzakelijk. Voor kinderen vanaf 1½ jaar, die langer dan 4 uur in een kinderopvangvoorziening blijven, is een plek om te rusten noodzakelijk. Deze rustplek kan tevens een andere functie hebben tijdens de uren dat er niet geslapen wordt. De slaapruimten dienen via een deur in verbinding te staan met de leefruimte of er zo dichtbij te liggen dat een leidster snel bij de kinderen kan zijn. In dat geval is het gebruik van een intercom of een camera vereist. In het algemeen adviseren we geen inpandige slaapruimtes. Inpandige slaapruimtes geven ventilatieproblemen. Bovendien wordt observeren bemoeilijkt vanwege te weinig daglichttoetreding. Het vloeroppervlak van een slaapkamer moet zodanig zijn dat er voor ieder bed minimaal 2 m² beschikbaar is. Het advies voor een slaapplek bedraagt bij het gebruik van een laag bedje 1,7 m² en bij een stapelbed 2 m². Deze oppervlakte norm wil niet zeggen dat elke ruimte van 6,8 m² geschikt is voor 4 bedjes. Afhankelijk van de vorm en indeling van de ruimte kunnen er meer m² slaapruimte nodig zijn. Het is belangrijk dat een volwassene snel bij een kind kan komen zonder bijvoorbeeld een ander bed opzij te moeten schuiven. In geval van calamiteiten moet men snel kunnen evacueren, daarom moet het gangpad minstens 60 cm breed zijn.
2.1 Veiligheid slaapkamer De slaapkamer voor kinderen tot 1 ½ jaar mag niet als speelruimte gebruikt worden. De veiligheid rondom de volgende zaken moet goed geregeld zijn: § Verwarmingselement c.q. buizen. Wanneer radiatorplaten en buizen een temperatuur kunnen bereiken hoger dan 40° C dienen ze beveiligd te zijn tegen verbranding. Ledenradiatoren, scherpe hoeken en randen dienen eveneens afgeschermd te zijn tegen verwonding. § Stopcontacten. Deze moeten buiten bereik van kinderen zijn of beveiligd. § Ramen. Ramen tot 85 cm boven de vloer moeten voorzien zijn van uitvalbeveiliging. Glas in ramen en deuren moet tot een hoogte van 120 cm boven de vloer voorzien zijn van veiligheidsglas of op een veilige wijze afgeschermd zijn. Bij stapelbedden moet het niet mogelijk zijn dat kinderen uit het raam kunnen klimmen of door een ruit kunnen vallen. § Deuren. Liefst naar buiten toe opengaand en voorzien van een deurspleetbeveiliger (als stapelbedden dicht bij de deur staan de hele deurpost beveiligen). · Ruimte indeling. Bedden dienen minimaal aan één lange zijde afzonderlijk bereikbaar te zijn. De onderlinge afstand tussen twee bedden moet zodanig zijn dat een leidster een kind makkelijk in en uit bed kan halen (minimaal 60 cm). De ruimte moet bij stapelbedden minimaal 100 cm zijn. De reden is dat het kind er zelf goed in en uit moet kunnen klimmen, daarnaast wordt het verschonen van beddengoed vergemakkelijkt.
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
4
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 2.2. Binnenmilieu De temperatuur mag nooit lager zijn dan 15° en nooit hoger dan 25°C, gemiddeld ligt de temperatuur op 18°C. Het is aan te bevelen om een thermometer te gebruiken. Een slaapkamer aan de zonzijde van het gebouw dient voorzien te zijn van zonwering. Tevens moet een slaapruimte verduisterd kunnen worden. Een slaapkamer dient fris en tochtvrij te zijn en er moet afdoende gelucht en geventileerd kunnen worden. In een slaapruimte dient een raam aanwezig te zijn waardoor daglicht naar binnen valt. Advies ten aanzien van luchten: Twee keer per dag een kwartier luchten wanneer er geen kinderen in de ruimte zijn. Dit betekent, indien mogelijk, de ramen en deuren tegenover elkaar open zetten. Wanneer het niet lukt tegenover elkaar iets open te zetten dan aan één zijde alles open zetten. Advies ten aanzien van ventileren: Gedurende de hele dag een raam op kierstand zetten of de hele dag het ventilatierooster open zetten. Bij inspectie letten op: § staan de ramen open; § zijn ventilatievoorzieningen open en schoon; § is er tocht (ventilatievoorziening liefst niet boven ledikant); § zijn ramen beslagen; § is de geur van de slaapkamer fris of bedompt.
2.3 Hygiëne
Zie de algemene richtlijnen in “Het hygiëneplan voor personen die werken in voorzieningen voor kinderopvang”. Extra aandachtspunten zijn: § stofvrij opbergen van linnengoed; § schoonmaken onder de bedden moet mogelijk zijn.
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
5
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 3. Advies veilig slapen
3.1 Algemeen Wanneer er voldoende slaapruimte is, wordt geadviseerd alleen gebruik te maken van kinderbedden en/of peuterbedden (dit zijn lage bedden waar peuters zelfstandig in en uit kunnen). De hoogte van de bedjes (bij verstelbare bedbodems) en het soort bed moet afgestemd zijn op de ontwikkelingsfase van het kind. 3.2 Toezicht Slaapkamers dienen bij voorkeur aangrenzend aan de groepsruimte te liggen, met name bij de baby- en dreumesgroepen. De lichtinval moet in de slaapkamer zodanig zijn zodat bij regelmatig controleren de kinderen goed te observeren zijn. Ter ondersteuning kan een intercom of videobewaking gebruikt worden. Wanneer de slaapkamer niet direct bij de groepsruimte ligt, moet een slaapwacht aanwezig zijn in de slaapkamer zolang de kinderen slapen. 3.3 Bedden Het gebruik van kinderbedden is alleen toegestaan mits deze voldoen aan de eisen van het Warenwetbesluit c.q. Europese richtlijnen (zie bijlage). Bij het gebruik van andere slaapmogelijkheden gelden onderstaande aanvullende veiligheidseisen. §
Kinderwagen en –wieg
Het laten slapen van baby’s in een kinderwagen of wieg wordt afgeraden omdat er geen optimale ventilatie is. Gebruikt men de kinderwagen in de gewenningsperiode dan kan dit alleen : met de kap naar beneden met permanent toezicht. Dit geldt ook voor het gebruik van maxi-cosi’s. §
Stapelbedden en hoogslapers
Een hoogslaper is een verhoogd bed en moet ook voldoen aan de eisen van een kinderbed. Bij twijfel over de deugdelijkheid en veiligheid (volgens de eisen van de Warenwet) is het raadzaam de Keuringsdienst van Waren in te schakelen. Indien relevant moet er tot het moment van vervanging een slaapwacht aanwezig zijn. Kinderen tot ongeveer 1½ jaar, afhankelijk van de motorische ontwikkeling en de lengte van het kind, mogen in het bovenste bed van een stapelbed liggen, mits er direct toezicht is. Oudere kinderen mogen alleen in het bovenste bed van een stapelbed of in een hoogslaper liggen als er een slaapwacht in de kamer aanwezig is. Bovendien moeten zij op een veilige manier zelfstandig in en uit het bed kunnen komen.
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
6
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ §
Schommelbed, schommelwieg en hangmatten
Deze slaapvoorzieningen kunnen alleen gebruikt worden in de gewenningsperiode bij jonge baby’s. Permanent toezicht is vereist omdat de bewegelijkheid van het kind en het verschuiven van beddengoed het bed instabiel kunnen maken en er verstikkingsgevaar aanwezig is. Bij plaatsing in de groepsruimte moet rekening gehouden worden met de andere kinderen in de groep. Zij kunnen zich optrekken aan de buizen van het schommelbed en het bed daardoor instabiel maken. §
Campingbed
Opvouwbare campingbedjes vallen niet onder het “Warenwetbesluit”. Zij moeten echter wel voldoen aan de veiligheidseisen volgens NEN-EN 716-1 (meubelen, kinderledikanten en opvouwbare kampeerbedjes voor huishoudelijk gebruik: december 1995). Een campingbedje is niet bedoeld als permanente slaapplaats. Het is hiervoor niet stevig en stabiel genoeg. De campingbedjes dienen op een droge plaats bewaard te worden in verband met roest en schimmelvorming. De scharnieren moeten altijd goed gecontroleerd worden voor gebruik. Het gebruik van campingbedden in kindercentra wordt vanuit hygiënisch en veiligheidsoogpunt afgekeurd. §
Peuterbedden en stretchers
Een peuterbed of stretcher valt niet onder de definitie volgens het "Warenwetbesluit". Het gebruik van peuterbedden en stretchers is toegestaan voor kinderen die zelfstandig in en uit bed kunnen. Voorwaarden voor gebruik zijn: goed reinigbaar; niet inklapbaar; stevig; geen doorgezakte bodem. 3.4 Wiegendood Om het risico van wiegendood zo klein mogelijk te houden is het van belang om een aantal voorzorgsmaat- regelen te nemen. In de “Consensus preventie wiegendood van november 1996”, opgesteld door de landelijke werkgroep Wiegendood worden o.a. de volgende adviezen genoemd: § leg de baby op de rug te slapen: nooit op de buik § zorg dat de baby niet te warm ligt (geen dekbedjes tot 2 jaar en niet te warm aankleden) § de temperatuur van de slaapkamer niet hoger dan 18° C § de slaapkamer moet goed te luchten en te ventileren zijn § veiligheid wieg of bed: een stevig, goedpassend matras bedden kort opmaken zodat de voeten tegen het voeteneind liggen bij voorkeur een goedpassende slaapzak gebruiken geen kussen en hoofdbescherming geen hoofdluier § toezicht moet geregeld zijn § geen geneesmiddelen, zoals hoestdrank, geven die een slaapverwekkende bijwerking hebben § een rookvrij kinderdagverblijf verdient de voorkeur
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
7
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ 3.5 Nieuwe ontwikkelingen
Inbakeren en vastleggen met bijvoorbeeld een Safe-T-sleep, zijn nieuwe ontwikkelingen om kinderen rustig te laten slapen. Over het gebruik van deze items is nog te weinig bekend. Er is nog te weinig onderzoek gedaan om een goed onderbouwd advies te kunnen geven. 4 Ergonomie Vooruitlopend op de nieuwe ARBO wetgeving heeft de stuurgroep van het project Ergonomie in de kinderopvang van juli 1999 een aantal richtlijnen ten aanzien van de ergonomie opgesteld. Kort samengevat zijn het de volgende adviezen: § kinderen die in en uit bed getild moeten worden, slapen op een werkhoogte tussen 85 en 100 cm. § voor kinderen die zelfstandig in en uit bed kunnen klimmen is het bed zodanig geconstrueerd dat ze dat ook zelfstandig kunnen § de opstap vanaf de vloer mag maximaal 30 cm zijn § bij gebruik van een stapelbed moeten kinderen zelfstandig via een ladder of een trapje in het bovenste bed kunnen klimmen. De bovenkant van het matras in het bovenste bed bevindt zich op een hoogte van maximaal 110 cm boven de vloer § één van de zijkanten aan de lange zijde van het bed moet makkelijk weggeschoven of weggeklapt kunnen worden. Bovendien moet aan deze zijde een ruimte van minimaal 60 cm zijn en bij stapelbedden van 100 cm. § het verschonen van bedden moet op volwassen hoogte kunnen gebeuren § er mag geen constructiedwarsbalk op 180 cm hoogte zijn geplaatst, zodat medewerkers niet gehinderd worden door constructie onderdelen Het zal duidelijk zijn dat gezien de ergonomische adviezen het gebruik van stapelbedden van drie hoog niet meer mogelijk is.
5. Bronvermelding · · · · · · ·
Consensus Preventie Wiegendood, november 1996 Ergonomie in de kinderopvang, AWO, Houten, juli 1999. Handleiding kwaliteitsstelsel Kinderopvang 1998, VUGA/VOG, ISBN 90 5749 097 8 NEN-EN 716-1, Meubelen, kinderledikanten en opvouwbare kampeerbedjes voor huishoudelijk gebruik, december 1995. NEN- EN 747-1, Europese norm voor stapelbedden, november 1993 Productinformatie-Slapen, Stichting Consument en Veiligheid Staatsblad 1990, nr. 106, "Warenwetbesluit kinderbedden en - boxen
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
8
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ Bijlage: Veiligheidcriteria voor kinderbedden c.q. stapelbedden, inclusief hoogslapers
Veiligheids criteria
Europese norm
Warenwetbesluit
Gebruiks Instructie
Een gebruiksinstructie is verplicht. Op het bed dient een waarschuwing te staan die ouders/verzorgers bewust maakt van het risico dat jonge kinderen ( onder de 6 jaar ) uit het bovenste bed kunnen vallen.
Handleiding verplicht met aanwijzingen van (de)montage, cq instelling in relatie tot klimmen en lengte kind, waarschuwing beknellinggevaar. Tekst moet in het Nederlands zijn.
Materiaal
Randen en uitstekende delen moeten egaal en afgerond zijn. Buizen mogen geen opening hebben.
Mag geen gevaar opleveren inzake veiligheid en gezondheid van kinderen. Bevestigingsmiddelen dienen verzonken te zijn en niet door kinderen te openen. Moet goed passend zijn i.v.m. beklemminggevaar. Maximaal 2 cm ruimte; dikte 8 cm
Matras
Constructie
Stabiele positie. Constructie en dragende verbindingen moeten aan krachtproef voldoen. De bedden zijn alleen te (de)monteren met gereedschap. Het bovenste en onderste bed moeten een stabiele bevestiging hebben.
Mag geen gevaar opleveren inzake veiligheid en gezondheid van kinderen
Bovenste bed
De tussenruimte t.o.v. onderste bed moet tenminste 75 cm zijn. De bedden moeten aan beide zijden afgeschermd zijn.
De opening moet tenminste 68 cm zijn. Let op voldoende ventilatie.
Opstaande rand van het bovenste bed
De afstand van de bedbodem naar bovenrand moet minimaal 26 cm zijn. De afstand bovenkant matras en bovenrand moet minimaal 16 cm zijn, aangegeven door een streep.
Opstaande zijde moet 60 cm zijn. Bij instelbare bodem moet de afstand tussen bodem en bovenrand ten minste 30 cm zijn.
Spijlen
De afstand tussen de spijlen mag niet kleiner zijn dan 6 cm en niet groter dan 7,5 cm.
Idem
Ladder
Eén lange zijde mag onderbroken worden door een ladder. De onderbreking moet minimaal 30 cm en mag maximaal 40 cm zijn.
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
9
Veilig slapen in kindercentra ______________________________________________________________________________________________________________ Veiligheids criteria
Europese norm
Trap
Het hoogteverschil tussen twee treden is minstens 22cm. De breedte van een tree is minimaal 3cm. De dikte van een tree is minimaal 5 cm. De trap moet stevig bevestigd zijn en mag niet bewegen. Aan de trap moeten voetsteunen en handgrepen bevestigd zijn in verband met in en uitstappen.
Openingen
Extra openingen: . tussen 12 en 25 mm . tussen 60 en 75 mm . groter dan 200 mm
Warenwetbesluit
Mag geen beknellinggevaar opleveren voor hoofd en andere ledematen.
Juli 2000
__________________________________________________________________________________________________________ juli 2000
10