Veelgestelde vragen nieuwe pensioenregeling Hieronder vindt u een overzicht van de veelgestelde vragen rondom de nieuwe pensioenregeling. Heeft u na het lezen van deze veelgestelde vragen toch nog vragen? Neem dan contact met ons op. U vindt onze contactgegevens aan het einde van dit overzicht. Onderwerpen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22.
Arbeidsvoorwaardelijk Beleggingen Rekenrente Opbouw voor 2015 en vanaf 2015 Excedentregeling Inhoud nieuwe pensioenregeling Toekomstbestendigheid van het pensioenfonds Wetgeving Toeslagen Juridische stukken Premies pensioenregeling Duur lopende overeenkomsten Marktconforme regeling Keuze van garantie naar eigen beheer Financiële positie fonds Algemeen Bulletin ‘Op weg naar een nieuwe pensioenregeling’ Korten van rechten Aanvullende verzekeringen Medezeggenschap Deskundigheid bestuur Heeft u nog vragen?
Pensioenfonds voor de Accountancy & Administratieve en Fiscale Dienstverlening Kamer van Koophandel nr. 41150231 IBAN NL80 INGB 0651 1874 19
Arbeidsvoorwaardelijk 1.
Heeft de ondernemingsraad (OR) instemmingsrecht bij het wijzigen van de pensioenovereenkomst? Antwoord Als een pensioenovereenkomst is ondergebracht bij een vrijwillig bedrijfstakpensioenfonds, dan heeft formeel de OR een instemmingsrecht bij het vaststellen of intrekken van een pensioenovereenkomst, maar niet bij het wijzigen daarvan. De verwachting is dat de Wet op de Ondernemingsraden medio 2015 wordt aangepast en dat ook voor wijzigingen instemming van de OR is vereist. Het pensioenfonds adviseert om over deze wijziging wel overleg met de OR te voeren en instemming aan de OR te vragen.
2.
In hoeverre kan een werkgever zelf bepalen om de toekomstige pensioenpremies te maximeren (CDC-regeling)? Antwoord De pensioentoezegging is geregeld in de arbeidsvoorwaarden van de werknemer. Een wijziging van de pensioenregeling moet met de werknemer afgestemd te worden. In onderling overleg kan de toekomstige maximering van pensioenpremies in de regeling door middel van de CDC-regeling worden afgesproken.
3.
Er is sprake van versobering van pensioenen met ingang van 1 januari 2015. De werkgever heeft een toezegging gedaan van een pensioen met een opbouw van 2% en een ingangsdatum van 65 jaar. Is er nu sprake van een achteruitgang van de arbeidsvoorwaarden voor de werknemer en zo ja moet de werkgever de werknemer hiervoor compenseren? Antwoord Werkgever en werknemer(s) moeten hierover in overleg treden. Inderdaad worden de fiscale mogelijkheden beperkt met ingang van 1 januari 2015. Dat geldt voor alle pensioenregelingen in Nederland. Daarbij wordt de waarde van het pensioenpakket versoberd. Daar staat tegenover dat pensioen veel duurder geworden is en uitvoering van pensioenregelingen duurder zou worden. Nu is het mogelijk om een sobere pensioenregeling te kunnen blijven voeren tegen dezelfde pensioenpremie. Afhankelijk van het gehele arbeidsvoorwaardenpakket, kunnen werkgever en werknemers overleg voeren om hier compensaties over af te spreken. In de regel gebeurt dit niet, omdat pensioen duurder geworden is en dezelfde premie betaald wordt.
4.
Is het ‘beter’ om de werknemers zelf het pensioen te laten regelen (of niet)? Nu zijn het allemaal voldongen feiten waar je voor staat. Antwoord Pensioen is als uitgesteld loon een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Het zelf regelen van het pensioen zal een lagere uitkomst opleveren. Er zijn minder mogelijkheden beschikbaar en de risico’s kunnen niet worden gedeeld. De kosten voor individuele regelingen zijn veel hoger. De voorstellen namens het pensioenfonds zijn door deskundige bestuurders en adviseurs ontwikkeld op basis van de omstandigheden die nu bekend zijn.
5.
Door het maximale pensioengevend salaris van € 100.000,- bouwt de werknemer minder pensioen op, maar leidt dat dan ook tot lagere premies voor de werknemer? En profiteert de werkgever daar ook van doordat de werkgeversbijdrage ook minder wordt? Antwoord Voor deelnemers met een salaris boven de € 100.000,- zal dit zowel een lagere pensioenopbouw als risicodekking voor het nabestaandenpensioen betekenen. De premies worden hierdoor ook lager. Welke gevolgen dit heeft in de verdeling van de pensioenlasten over de werkgever en deelnemer is door het pensioenfonds niet vast te stellen. Dit is afhankelijk van de afspraken die er zijn over de verdeling van pensioenlasten tussen de werkgever en de werknemer(s). Op dit moment kan wel gesteld worden dat veel bedrijven de vrijval van de pensioenpremie boven dit maximum, als compensatie ter beschikking stellen aan werknemers.
6.
Staat het pensioenfonds afstandsverklaring toe? Antwoord Het pensioenfonds staat voor reeds deelnemende werknemers geen afstandsverklaring toe.
7.
Is elke werknemer verplicht deel te nemen? Antwoord Uit hoofde van de uitvoeringsovereenkomst is de werkgever verplicht om alle deelnemers bij het pensioenfonds aan te melden.
8.
Is het nu zo dat de werkgever in actie moet komen naar de werknemers toe? Moeten de werknemers met de keuze instemmen? En als niet ingestemd wordt? Antwoord De pensioenregeling is een arbeidsvoorwaarde die in principe alleen gewijzigd kan worden als werkgever en werknemer dat samen overeenkomen. Een werknemer zal dus in principe moeten instemmen met een wijziging van de pensioenregeling. De werkgever mag de pensioenregeling echter wel ‘eenzijdig’- dus zonder instemming van de werknemer – wijzigen als de werkgever daarvoor een ‘zwaarwichtig belang’ heeft. In dat geval mag de werkgever de pensioenregeling dus zonder instemming van de werknemer wijzigen.
9.
Is er een mogelijkheid dat een willekeurige werknemer niet meer mee doet met het pensioenfonds, ondanks dat de werkgever hiermee wel verder wil gaan? Antwoord Het pensioenfonds staat voor reeds deelnemende werknemers geen afstandsverklaring toe.
10.
Kan een werknemer individueel kiezen voor een regeling, of moeten alle werknemers bij een werkgever onder dezelfde regeling vallen? Kan bijvoorbeeld de helft van het personeel voor de CDC-regeling kiezen en de andere helft voor de zuivere middelloon? Antwoord Per werkgever moet er sprake zijn van één regeling die voor het gehele personeel van toepassing is.
11.
Er wordt genoemd dat de wijziging moet worden aangepast in de arbeidsvoorwaarden. Waarom? Antwoord De huidige pensioenregeling zal ook in de arbeidsovereenkomst zijn vastgelegd. Nu de regeling wordt aangepast, zal deze aanpassing ook in de arbeidsovereenkomst aangepast moeten worden. Omdat wij geen inzage hebben in de per werkgever afzonderlijke gehanteerde arbeidsovereenkomst, lijkt het ons goed om de werkgever en de werknemer hier op te wijzen.
12.
Mag de werkgever in het kader van versobering kiezen voor de zo voordelig mogelijke oplossing voor de werkgever? Kan deze er financieel beter van worden? Antwoord De toezegging op een pensioen is vastgelegd in de arbeidsovereenkomst tussen de werkgever en de werknemer. Een wijziging hiervan zal dus samen besproken moeten worden. Dat de werkgever er financieel beter van kan worden, lijkt niet aannemelijk. Het uitgangspunt van de nieuwe regeling is een op werkgeversniveau budget neutrale overgang. Hierdoor zullen de pensioenlasten over 2014 en 2015 gelijk zijn. Dit zal mede afhangen welke afspraken in de arbeidsovereenkomst over de verdeling van de pensioenlasten zijn gemaakt.
13.
Wat als de werkgever en de werknemers er de komende weken niet uitkomen en er 19 december 2014 nog geen overeenstemming is? Antwoord In dat geval kan de werkgever dit aan het pensioenfonds aangeven. Wij gaan dan voorlopig uit van de regeling die mogelijk is bij een budget neutrale overgang. In het eerste jaar zijn de te verzekeren pensioenen en premielasten in de CDC-regeling en de middelloonregeling gelijk aan elkaar.
14.
En als er geen OR of personeelsvertegenwoordiging is, moet dan iedere werknemer apart instemmen met de nieuwe regeling? Antwoord De pensioenregeling is een arbeidsvoorwaarde die in principe alleen gewijzigd kan worden als werkgever en werknemer dat samen overeenkomen. Een werknemer zal dus in principe moeten instemmen met een wijziging van de pensioenregeling. De werkgever mag de pensioenregeling echter wel ‘eenzijdig’- dus zonder instemming van de werknemer – wijzigen als de werkgever daarvoor een ‘zwaarwichtig belang’ heeft. In dat geval mag de werkgever de pensioenregeling dus zonder instemming van de werknemer wijzigen.
15.
Hoeveel premie legt de werkgever en hoeveel de werknemer? Antwoord Het pensioenfonds heeft geen inzage in de verdeling van de pensioenlasten tussen de werkgever en de deelnemers bij de afzonderlijke werkgevers. Het pensioenfonds brengt de volledige premie in rekening bij de werkgever. De hoogte van de werknemersbijdrage is een onderdeel van de arbeidsvoorwaarden die overeen worden gekomen tussen werkgever en werknemer. Terug
Beleggingen 1.
Door het loslaten van de garantie, worden de beleggingen van het fonds nog belangrijker. Wie gaat dat doen, welke afwegingen zijn er bij die keuze gemaakt, welke kosten zijn daarmee gemoeid? Antwoord: De uitvoering van de beleggingen wordt tot op heden door Aegon Asset Management gedaan. Het bestuur is tevreden over de presentaties over de afgelopen jaren van Aegon Asset Management. Ook in de eigen beheer situatie zal het assetmanagement aan Aegon Asset Management uitbesteed worden. Het beleggingsmandaat zal voor de tot 2015 opgebouwde pensioenen ongewijzigd voortgezet worden. De beheerkosten in de nieuwe situatie zijn vergelijkbaar met de huidige situatie. In het jaarverslag over 2013 wordt hier aandacht aan besteed. Het bestuur heeft onlangs besloten om voor het aandelenbeheer van actief beheer over te gaan naar passief beheer. Hierdoor zullen de beheerkosten dalen.
2.
Hoe garandeert Pensioenfonds Accountancy de kwaliteit van managen van beleggingsrisico's? Met name omdat dit volkomen nieuw is voor het pensioenfonds en het pensioenfonds relatief klein is. Antwoord Het voeren van een goed asset management is voor het pensioenfonds zeker niet nieuw. Hoewel door de garantie in de oude situatie het beleggingsrisico uiteindelijk voor rekening van Aegon kwam, heeft het bestuur hier altijd veel aandacht aan besteed. Dit, omdat de resultaten ook belangrijk zijn voor de hoogte van de premiestelling en de te verlenen toeslagen. Het pensioenfonds heeft al een groot aantal jaren een aparte Beleggingsadviescommissie. Hierbij worden zij geadviseerd en begeleid door de beleggingsspecialisten van Towers Watson. De kennis en ervaring van het bestuur is nu al op het niveau wat voor een eigen beheer situatie nodig is.
3.
Wie controleert de beleggingen van het pensioenfonds? Antwoord De beleggingen worden gecontroleerd door de accountant van het fonds te weten EY. Verder worden alle beleggingsrapportages in de Beleggingsadviescommissie besproken en door Towers Watson beoordeeld.
4.
Hoe is het beleggingsbeleid van het pensioenfonds en verandert hier iets aan per 2015? Antwoord De strategische beleggingsmix voor 2014 is: Mandaat 2014 Beleggingscategorie Aandelen Vastrentend waarden Vastgoed Grondstoffen Mix Liquiditeiten Renteafdekking
Minimum 22,0% 54,0% 4,0% 0,0% 0,0% -5,0% 69%
Strategisch 27,5% 58,8% 9,0% 3,5% 1,2% 0,0% 74%
Maximum 32,0% 64,0% 14,0% 5,0% 2,0% 5,0% 79%
De keuze van het mandaat vanaf 2015 wordt op dit moment nog onderzocht. Hiervoor wordt een Asset Liability Management studie voor uitgevoerd om te bezien welke beleggingsmix en mate van afdekking van het renterisico vanaf 2015 het meest optimaal is. 5.
Wat waren de rendementen de laatste jaren? Antwoord De afgelopen 5 jaar was het beleggingsrendement:
Inclusief renteafdeling Exclusief renteafdekking
2013 -/- 1,1%
2012 19,9%
2011 18,9%
2010 17,1%
2009 15,1%
6,4%
11,9%
0,0%
-
-
Meer uitgebreide informatie treft u aan in het jaarverslag over 2013 en de verkorte versie hiervan. U kunt deze vinden op onze website: www.pfaccountancy.nl/werkgevers/jaarverslagen www.pfaccountancy.nl/deelnemer/jaarverslagen Terug
Rekenrente in de premieberekening 1.
In de berekening van middelloonregeling in eigen beheer wordt uitgegaan van een rekenrente van 4%. Is dit wel realistisch? Wordt hier niet een te positief beeld geschetst? Antwoord Het uitgangspunt is een budget neutrale overgang van de oude naar de nieuwe regeling. De premie is dan in 2014 gelijk aan de premie in 2015. De premie in de oude regeling, tot 2015 dus, was gebaseerd op een rekenrente van 4%.Het fonds heeft besloten om in de nieuwe regeling de jaarlijkse premie te baseren op verwacht rendement. Langdurig lijkt 4% niet onrealistisch. Het fonds mag daarbij voor de jaarlijkse premiestelling uitgaan van verwacht rendement, gegeven de gehanteerde beleggingsmix. Voor aandelen mag dan bijvoorbeeld uitgegaan worden van een rendement van 6,75%. Dan lijkt het hanteren van een rekenrente van 4% niet onrealistisch. Uiteraard moet dan wel de hierbij benodigde buffer voor de beleggingsrisico’s gehanteerd worden, zoals voorgeschreven onder het nieuw Financieel Toetsingskader. Jaarlijks zal bekeken worden of voor de gelijkblijvende te betalen premie de fiscaal maximale pensioenregeling geboden kan worden (met een opbouw van 1,875%). Voor 2015 heeft het bestuur besloten een opbouw van 1,75% te hanteren, vanwege de lage rente op dit moment. Wat betreft het kortingsvraagstuk. Gegeven de huidige lage marktrente is het zeer aannemelijk dat het fonds in 2015 wat zal moeten korten. Aangezien echter een eventuele korting over tien jaar mag worden uitgesmeerd, zal dit naar verwachting resulteren in een beperkte korting. Terug
Opbouw voor 2015 en vanaf 2015 1.
Vanaf 2015 worden de pensioenen van Pensioenfonds Accountancy niet langer gegarandeerd, daar ze niet langer zijn herverzekerd bij Aegon. Dit zal schelen in de kosten (Aegon). Maar in hoeverre kan dan voorkomen worden dat de opbouw na 2015 verwatert? Antwoord Van mogelijke verwatering zal geen sprake zijn. De opbouw en het bijbehorend vermogen tot en met 2014 zal apart worden geadministreerd en belegd. Eventuele toekomstige indexaties (verhogingen) zullen uit dit vermogen moeten komen. Deze rechten kunnen in de toekomst niet gekort (verlaagd) worden. De toekomstige premies zullen belegd worden voor de toekomstige pensioenopbouw en kunnen leiden tot mogelijke overrente, dat dan voor de toekomstige pensioenopbouw tot indexatieruimte leidt. Deze pensioenen kunnen in de toekomst wel gekort worden.
2.
De opgebouwde rechten tot eind 2014 gaan toch gewoon in op 65 jaar? Antwoord Dit klopt, de pensioeningangsdatum van de tot 2015 opgebouwde pensioenen blijft 65 jaar. Voor de opbouw van de pensioenen vanaf 2015 is de pensioeningangsdatum 67 jaar. De deelnemer kan de opgebouwde pensioenrechten naar eigen wens vervroegen en uitstellen. Hierdoor kan in de praktijk het pensioen ingaan wanneer de deelnemer dit wens. Dit natuurlijk binnen de wettelijke grenzen.
3.
Uit het tweede bulletin “Op weg naar een nieuwe pensioenregeling” blijkt dat de opgebouwde rechten tot 2015 worden gegarandeerd. Maar indexatie zit er niet in, omdat het fonds een negatieve overrente zou hebben. Wat is dat deel wat "achter blijft" straks nog waard als er niet geïndexeerd kan worden/gaat worden? Antwoord De negatieve overrente in het gesepareerd beleggingsdepot was eind 2013 bijna 20 miljoen euro. Deze is met name ontstaan door de vanaf 2010 sterk gedaalde stand van de rente. Bij een aanhoudend lage rentestand zal deze naar verwachting niet snel ingehaald worden. Bij een rentestijging kan deze wel ingehaald worden. Of en op welke termijn er weer positieve overrente resultaten behaald worden hangt voornamelijk af van de wijziging van de stand van rente in de komende jaren. Op basis van bovenstaande zal de komende jaren waarschijnlijk geen toeslag kunnen verleend worden. Dit is (bijna) voor alle pensioenfondsen in Nederland het geval.
4.
Blijft in de oude regeling het nabestaandenpensioen bestaan? Antwoord De tot 2015 tegen opbouwpremie verzekerde nabestaandenpensioenen blijven bestaan. Het nabestaandenpensioen dat van toepassing is over de periode dat in de oude pensioenregeling door middel van de excedent module in de beschikbare premieregeling op risicobasis verzekerd was, blijft ook na 2015 tegen risicopremie verzekerd.
5.
Het pensioen tot 2015 wordt uitbetaald door de verzekeringsmaatschappij Aegon. Door wie worden de pensioenuitkering in de nieuwe regeling uitbetaald? Het pensioenfonds Accountancy of worden deze ook via Aegon uitgekeerd? Antwoord De pensioenen tot 2015 zijn herverzekerd bij Aegon, maar werden en worden door het pensioenfonds uitbetaald. De pensioenen opgebouwd in de nieuwe regeling worden ook door het pensioenfonds uitbetaald. De uitkering van de pensioenen over beide periodes worden dus beiden door het pensioenfonds gedaan. Terug
Excedentregeling 1.
Verandert er iets in de beschikbare premieregeling voor de mensen die ervoor gekozen hebben hun excedent deel niet om te zetten in een volledige middelloonregeling? Behoudt je dit recht van beschikbare premie of gaan we nu alsnog volledig naar middelloonregeling? Antwoord Alleen de deelnemers die per 1 januari 2010 aan de regeling deelnamen hebben de mogelijkheid gekregen om het onderscheid tussen de basis- en excedentmodule te handhaven. De basismodule betreft een middelloonregeling met een garantie van de uitkering, de excedentmodule betreft een beschikbare premieregeling met individuele beleggingsfondsen zonder garantie. In de nieuwe regeling vervalt dit onderscheid. De gehele regeling wordt een middelloonregeling zonder een garantie van de uitkeringen. Dit omdat nu zowel in de nieuwe regeling als de oude beschikbare premieregeling de uitkomsten van de beleggingsrendementen bepalend zijn voor de toekomstige uitkeringen. Het tot 2015 in de beschikbare premieregeling opgebouwde vermogen in de individuele beleggingsfondsen blijft in deze fondsen belegd.
2.
Voor 2010 hadden we een Beschikbare Premieregeling voor het excedent gedeelte. Vanaf 2010 zijn al onze medewerkers overgegaan naar de middelloonregeling. Het opgebouwde pensioen "excedent gedeelte" staat nog steeds. Hiervoor wordt nog steeds maandelijks een risico premie betaald. Komt er een mogelijkheid dit stukje opgebouwd pensioen over te hevelen? Antwoord Uit de antwoorden op de vorige vragen blijkt dat deze individuele vermogens belegd blijven in de individuele beleggingsfondsen. Het fonds overweegt op een later moment of overheveling van deze individuele beleggingskapitalen in de toekomst ook kunnen worden ingebracht in de nieuwe pensioenregeling. De aparte risicopremies over deze periode blijven dus ook na 2014 van kracht. Terug
Inhoud nieuwe pensioenregeling 1.
Wat is een franchise? Antwoord Dat is het deel van het salaris waarover geen ouderdomspensioen wordt opgebouwd. Dat is namelijk niet nodig. Iedereen ontvangt op de AOW-leeftijd van de overheid een AOWuitkering. Het pensioen van Pensioenfonds Accountancy komt daar bovenop. De franchise is dus eigenlijk het deel van het loon waarvoor de AOW al in een pensioen voorziet. De standaard franchise van het pensioenfonds is in 2015 € 17.493. De werkgever kan een afwijkende franchise met de werknemer hebben afgesproken.
2.
Kan er binnen het pensioenfonds gekozen worden voor individualisering? De één kiest voor zekerheid en de ander voor meer risico. Of blijft dat beperkt tot de excedentmodule? Antwoord Er kunnen geen individuele keuzes per deelnemer meer gemaakt worden. Het onderscheid tussen de basis- en de excedentmodule komt te vervallen. Dit omdat er één middelloonregeling komt die in eigen beheer wordt uitgevoerd. Hierdoor is er sprake van het zelfde risico in de gehele pensioenregeling.
3.
Krijgen alle deelnemers straks een keuze (via de werkgever) uit toepassing van de CDCregeling of de zuivere middelloonregeling ? Antwoord Aparte keuze op deelnemersniveau kan niet worden gemaakt. De keuze hiervoor is alleen mogelijk op werkgeversniveau.
4.
Klopt het dat bij de CDC-regeling, salarisverhogingen geen invloed hebben op de hoogte van het jaarlijks op te bouwen pensioen? Antwoord Dat klopt niet. De CDC-regeling is ook een middelloonregeling er wordt jaarlijks een opbouwpercentage van de pensioengrondslag bepaald. De pensioengrondslag wordt bepaald op basis van het pensioengevend salaris in het betreffende jaar, daarin worden dus ook de salarisverhogingen in meegenomen.
5.
Wat betekent de verhoging van de AOW-leeftijd voor de pensioenuitkering in relatie tot de gestegen levensverwachting? Zoals uitgelegd loopt dat redelijk gelijk op. Er wordt dus ook langer premie ingelegd. Stijgen de tot de 67e te bereiken pensioenen daar er 2 jaar langer wordt opgebouwd? (65 - 67jaar) Antwoord Dit klopt, de opbouw in de nieuwe regeling is tot 67 jaar. Dat is 2 jaar meer dan in de oude regeling. Aan de ene kant wordt het jaarlijkse opbouw percentage lager. Aan de andere kant de duur van het aantal jaren opbouw langer. Per deelnemer zal het verschillen of het totaal bereikbare pensioen stijgt of daalt.
6.
In het webinar is aangegeven dat in de nieuwe pensioenregeling in eigen beheer een opbouwpercentage van 1,875% wordt beoogd. Toch bouwen we in 2015 maar 1,75% op. Heeft het fonds zulke hoge kosten of voorziet men nu al dat de opbrengsten tegenvallen? Waar bestaan deze kosten eigenlijk uit en wat wordt waarvoor uitgegeven? Antwoord Deze keuze is niet gemaakt omdat verwacht wordt dat de uitvoeringskosten sterk zullen gaan stijgen maar omdat de stand van de rente in november historisch laag was. Wij verwachten dat de uitvoeringskosten in 2015 in lijn zullen zijn met die van 2013. In het jaarverslag en de verkorte versie daarvan worden de uitvoeringskosten nader toegelicht. In het jaarverslag kunt u dit vinden in hoofdstuk 7.10. U kunt deze vinden op onze website: www.pfaccountancy.nl/werkgevers/jaarverslagen www.pfaccountancy.nl/deelnemer/jaarverslagen
7.
Waarom gaat men nu uit van een gemaximeerd budget? Alleen om de werkgever te pleasen? Wordt nu alle risico bij de werknemer gelegd? Antwoord Wij denken dat de hoogte van de pensioenlasten zowel het belang van de werkgever als van de werknemer is. In de meeste gevallen worden deze lasten ook gedeeld. Wij hebben goed geluisterd naar wat er in de branche leeft en hebben gemeend daar rekening mee te houden.
8.
Kan bij een gelijke premie in 2016 de opbouw bijvoorbeeld 1,82% zijn? En wie bepaalt dat? Antwoord Dit is goed mogelijk. Het bestuur zal jaarlijks vaststellen wat het opbouwpercentage voor het komende jaar zal zijn. Hierbij zal de stand van rente zeer belangrijk zijn.
9.
Wat voor een voordeel heeft een CDC regeling t.o.v. de huidige regeling? M.i. een verslechtering van de voorwaarden voor de werknemer, aangezien het risico nu volledig bij werknemer wordt neergelegd. Antwoord Het voordeel zit met name in de beheersbaarheid van de pensioenlasten nu en in de toekomst. Zowel werkgevers als werknemers zijn hierbij naar onze mening gebaat.
10.
Hoe kun je een nabestaandenpensioen uitrekenen als er niets zeker is van de opbouw? Wat gebeurt er dan bij voortijdig overlijden? Antwoord Voor het nabestaandenpensioen wordt rekening gehouden met het totaal tot de pensioendatum te bereiken nabestaandenpensioen. Voor de toekomstige opbouw wordt hierbij rekening gehouden met het dat jaar vastgestelde opbouwpercentage vermenigvuldigd met het aantal jaren tot de pensioendatum. Het toekomstige nabestaandenpensioen is hier 70% van. Voor de totale dekking van het nabestaandenpensioen wordt hierbij het tot 2015 opgebouwde nabestaandenpensioen nog opgeteld.
11.
De keuzemogelijkheden per werkgever kunnen deze ieder jaar opnieuw vastgesteld worden of wordt dit voor een x aantal jaren vastgesteld? Welke mogelijkheden en beperkingen zijn er voor een deelnemend bedrijf om bij een stijgende premie in de middelloon regeling te switchen naar de CDC-regeling. Kan je bijvoorbeeld na twee jaar in 2017 overstappen op de CDC-regeling? Antwoord De keuze voor een CDC-regeling of zuivere middelloonregeling wordt voor een groter aantal jaren gemaakt. Het is gebruikelijk om dit voor een periode van 5 jaar te doen.
12.
Mijn werkgever heeft een eigen regeling bij het pensioenfonds. Hoe wordt een vergelijking gemaakt naar een nieuwe regeling? Deze is immers niet het standaard voorgesteld huidig scenario en dus ook niet het voorgestelde toekomstige scenario. Hoe kan ik dit nu vergelijken? Antwoord De aan de werkgever verstrekte rekentool is afgestemd op de specifieke regeling van de werkgever. De uitkomsten worden dus ook gepresenteerd op basis van de eigen regeling.
13.
Ik word het komend jaar 65 en ga dan met pensioen, vanaf welke datum krijg ik pensioen? Wat betekent deze nieuwe regeling voor mij? Antwoord Het tot 2015 opgebouwde pensioen heeft 65 als ingangsdatum. De opbouw over 2015 heeft 67 als ingangsdatum. De AOW zal volgens de huidige wetgeving op uw 65e en 3 maanden ingaan. U kunt door uitstellen van uw pensioen op 65 jaar en vervroegen van uw pensioen op 67 jaar uw pensioen op één datum laten ingaan, bijvoorbeeld de AOW datum.
14.
De term voorwaardelijke/zuivere middelloonregeling suggereert een defined benefit, maar dat is het niet. Het is toch veel eerlijker om van een collectieve beschikbare premieregeling te spreken? Het renterisico is toch in beide gevallen voor de deelnemer? Antwoord De term collectief beschikbare premieregeling is een letterlijke vertaling van CDC. Collective Defined Contribution. Met de term voorwaardelijke middelloonregeling is bedoeld dat het principe van een middelloonregeling zeker aanwezig is, immers er wordt ieder jaar een % van de pensioengrondslag opgebouwd. Het voorwaardelijke zit hem in het mogelijk jaarlijks wisselend opbouwpercentage.
15.
Deze rekentool geldt enkel voor het jaar 2015? Is er ook een langjarige verwachting? Antwoord Het uitgangspunt van de hoogte van de premie bij de CDC-regeling wordt voor een aantal jaren, meestal 5, vastgelegd. Het opbouwpercentage van 1,75% voor 2015 is op basis van de situatie van eind 2014 vastgesteld en wordt jaarlijks getoetst en zo nodig aangepast.
16.
Kan er ook nog voor een zuivere middelloonregeling gekozen worden, en is die dan gelijk aan de huidige regeling t/m 31-12-2014? Antwoord De keuze voor een zuivere middelloonregeling is ook mogelijk. Deze is qua werking gelijk aan de middelloonregeling vóór 2015 er is echter geen garantie op van toepassing!
17.
Is de keuze voor een budget neutrale oplossing een onder politieke druk ingegeven keuze geweest? Dit aangezien zij hebben aangedrongen op lagere pensioenpremies? Antwoord Bij de budget neutrale oplossing is alleen gekeken naar de wensen van de accountancybranche zelf. De tarieven van het Pensioenfonds Accountancy zijn sinds 2010 gelijk gebleven. Andere pensioenfondsen hebben in deze periode vanwege de economische omstandigheden eerder moeten kiezen voor premieverhoging en/of verlagen van de opbouw. Wij combineren dit nu met de fiscale versoberingen die zijn doorgevoerd.
18.
Wat is het voor/nadeel tussen de CDC-regeling en de volwaardige/zuivere middelloonregeling in de praktijk? Antwoord Voordeel van een CDC-regeling is dat de pensioenlasten voor een langere tijd vaststaan. Nadeel kan zijn dat in die periode niet het beoogde opbouwpercentage ieder jaar kan worden opgebouwd. Nadeel van de volwaardige/zuivere middelloonregeling is dat de toekomstige pensioenlasten niet bekend zijn. Voordeel is dat het opbouwpercentage voor een aantal jaren vaststaat. Overeenkomst is dat voor beide regelingen de opbouw in eigen beheer plaats vind. Er is dus in beide regelingen geen garantie zoals deze bij een verzekeraar van toepassing is. Beide regelingen kunnen later dus ook indien nodig gekort worden.
19.
Geldt het middelloonsysteem voor het nieuwe stelsel voor het gemiddelde loon van 2015 tot en met het loon op pensioendatum of wordt het eerdere loon ook meegewogen? Antwoord Het middelloonsysteem was ook in de regeling van voor 2015 van toepassing en wordt in de nieuwe regeling voortgezet tot de nieuwe pensioendatum. Terug
Toekomstbestendigheid van het pensioenfonds 1.
Veel kleine pensioenfondsen zijn de laatste jaren gefuseerd. Kan ons pensioenfonds zelfstandig blijven of is fuseren gewenst? Antwoord De omvang van het pensioenfonds is voldoende om zelfstandig door te kunnen gaan. Eén van de doelstellingen is om de uitvoeringskosten laag te houden. Wanneer er mogelijkheden zijn om de uitvoeringskosten te verlagen, zal het fonds dit zeker overwegen. In 2015 zal het bestuur zich weer oriënteren welke mogelijkheden er zijn om de uitvoeringskosten te verlagen. Dit kan zijn door een fusie met een ander pensioenfonds, het verbreden van de werkingssfeer naar bedrijfstakken die logisch bij het fonds passen of door deel te gaan nemen aan de nieuwe wettelijke mogelijkheid van een Algemeen Pensioenfonds (APF). Tot een APF kunnen meerdere pensioenfondsen toetreden met behoud van eigen identiteit. Belangrijkste voordeel is dat bestuurlijk veel zaken kunnen worden gebundeld waardoor er een voordeel in de uitvoeringskosten behaald kan worden.
2.
Als ik het goed begrijp is het fonds een net zo’n grote speler is dan de big four afzonderlijk zijn. Dit gedeelte van de presentatie kreeg ik niet goed mee. Kunt u dit nogmaals aangeven? Is het fonds een grote of kleine speler in de markt? Antwoord Het aantal werknemers van de big four in Nederland in 2011 was:
Kantoor Deloitte PwC KPMG EY
Personeel 4.472 4.265 3.610 3.739
Bron: Wikipedia/Accountancynieuws
Het aantal actieve deelnemers eind 2013 van het pensioenfonds was 4.822. Hiermee kunnen wij ons qua volume goed vergelijken met de big four. Als gevolg hiervan kunnen wij een zelfde inkooppositie innemen als het gaat om de uitbesteding van de werkzaamheden rondom het pensioenfonds. Alle andere werkgevers dan de big four kunnen hiermee hun voordeel doen. Terug
Wetgeving 1.
Welke situatie ontstaat er als de wetgever er niet in slaagt tijdig voor 1 januari 2015 duidelijkheid te geven over het FTK. Hoe gaat het pensioenfonds hier mee om en welke gevolgen heeft dit? Antwoord De behandeling van het FTK heeft in oktober 2014 plaats gevonden. De behandeling in de Eerste Kamer is in december 2014. Wij verwachten dat de wetgeving tijdig van kracht wordt. Voor de premiestelling in 2015 heeft de wetgever al aangegeven dat uitgegaan mag worden van het “oude” FTK. Verder staat reeds nu al de pensioenregeling alsmede het premiepercentage vast, dat verandert niet meer. In de loop van 2015 zal het bestuur dan, mede gegeven de ontwikkeling in de wetgeving, de laatste elementen van de financiële opzet vaststellen.
2.
Is het niet onlogisch dat we tegen een lage rente de voorzieningen moeten passiveren, terwijl het pensioenfonds structureel een hoger rendement haalt op zijn beleggingen? Antwoord In Nederland is wettelijk bepaald dat de voorziening van een pensioenfonds berekend wordt op basis van de toekomstig verwachtte risicoloze rentevoet. Dit vanuit de prudentie gedachte. Met de huidige lage rente betekent dit dat pensioenfondsen relatief veel geld in kas moeten hebben voor de toekomstige verplichtingen. Dit ondanks de verwachting dat er in de toekomst een hoger rendement wordt gehaald.
3.
Er wordt gesproken over het opbouwen van buffers, we betalen nu voor de huidige generatie pensioenontvangers en als er buffers opgebouwd worden blijft er dan wel wat over voor als wij met pensioen gaan? Antwoord De buffers zijn bedoeld voor meer en stabiliteit bij de pensioenfondsen. Dit om toekomstige beleggingsrisico’s beter te kunnen opvangen. Deze buffers zijn er juist voor bedoeld om er voor te zorgen dat de pensioenen die worden toegezegd ook kunnen worden nagekomen. Terug
Toeslagen 1.
In de laatste jaren is volgens mij slechts twee keer een indexatie toegepast. Hoe is dit voor de komende jaren? Antwoord Gezien de huidige economische omstandigheden en de recent door de overheid doorgevoerde maatregelen dat pensioenfondsen hogere buffers moeten aanhouden is het de verwachting dat ook de komende jaren de kans op het verlenen van toeslagen (indexatie) gering is.
2.
Als de tariefsgrondslagen dalen wordt bij middelloon niet de premie verlaagd in verband met buffers aanleggen. Is dit niet al in de premie meegenomen? Bij betere tarieven zou er toch ruimte moeten zijn voor indexatie? Bij CDC zou dan toch de premie omhoog moeten kunnen of achteraf indexeren? Ik neem aan dat elk jaar dan kennelijk vooraf de premies worden bepaald c.q. het opbouwpercentage? Wat als er meer rendement wordt behaald. Hoe wordt dit dan verdeeld CDC versus middelloon? Antwoord In de premies zijn wel de wettelijk vereiste beleggingsbuffers meegenomen. De buffers die hier bedoeld worden zijn voor het in de toekomst zoveel als mogelijk stabiel blijven van de hoogte van premie. Hiervoor is bij de vaststelling van de premie geen rekening mee gehouden. Het klopt dat aan het einde van ieder jaar wordt bepaald wat de premie voor de middelloonregeling en de opbouw in de CDC-regeling het komende jaar zal zijn. Dit zal zodanig worden opgezet dat de opgebouwde rechten in zowel de middelloonregeling als de CDC-regeling gelijkwaardig aan elkaar zullen zijn. Eventuele buffers worden voor beide regelingen gelijkwaardig bepaald.
3.
U geeft aan, eerst financiële buffers dan pas indicatie. Hoe reëel is het dan te verwachten dat er toeslagen verleend worden? Antwoord Zoals ook in de presentatie van het webinar is aangegeven is mede hierdoor de kans dat de komende jaren toeslagen verleend kunnen worden klein. Terug
Juridische stukken 1.
Zal Pensioenfonds Accountancy de huidige opbouw per 65 jaar actuarieel ophogen naar 67 jaar per 1-1-2015 of wordt dit straks apart vermeld op het UPO? Antwoord De tot 2015 opgebouwde rechten behouden als pensioendatum de leeftijd van 65 jaar. Dit wordt op het UPO ook zo vermeld.
2.
Wat is het gevolg van het feit dat er nu per deelnemer meerdere pensioenpotjes ontstaan: vorige pensioenuitvoerder, pensioenregeling 1 van Pensioenfonds Accountancy en pensioenregeling 2 van Pensioenfonds Accountancy? Antwoord Dit zal betekenen dat bij pensioeningang van meerdere pensioenuitvoerders pensioen ontvangen wordt. De bij het Pensioenfonds voor de Accountancy voor en na 2015 opgebouwde pensioen worden tezamen uitgekeerd, u ontvangt deze ook in 1 Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Op www.mijn pensioenoverzicht.nl kunt u de pensioenen van de verschillende pensioenuitvoerders in één oogopslag zien.
3.
Krijgen medewerkers een nieuwe pensioenovereenkomst/startbrief waarin de nieuwe voorwaarden worden vermeld? Antwoord De deelnemers krijgen in de eerste drie maanden van 2015 een brief waarin bevestigd wordt welke pensioenregeling vanaf 2015 van toepassing is.
4.
Is er al een concept reglement beschikbaar? Antwoord Deze is nog niet beschikbaar. De verwachting is dat deze in de eerste drie maanden van 2015 beschikbaar zal zijn. Terug
Premies pensioenregeling 1.
Is het ook zeker dat de eerder aangekondigde premieverhoging per 1 januari 2015 niet aan de orde is? Antwoord De wijziging van de regeling kan budgetneutraal worden doorgevoerd. Aan de hand van de rekentool dat aan elke werkgever wordt verstrekt kan gekeken worden of dit met de “standaard parameters” kan of dat deze aangepast dienen te worden. De eerste uitkomsten geven aan dat een budget neutrale overgang voor de meeste bedrijven mogelijk is.
2.
Middels het rekenmodel komt naar voren dat de premie voor 60 plussers in de nieuwe regeling lager is dan de premie in de huidige regeling. Is dit correct? Antwoord In de nieuwe regeling zitten elementen die leiden tot kostenstijging (denk aan de rekenrente), maar ook elementen die leiden tot een kostendaling (denk aan een lagere pensioenopbouw). Voor oudere werknemers werkt dit laatste zwaarder door dan – bijvoorbeeld – het rente effect. Terug
Duur lopende overeenkomsten 1.
Is de wijziging van de pensioenregeling een reden waardoor de uitvoeringsovereenkomst tussentijds kan worden beëindigd? Antwoord De afloopdata van de uitvoeringsovereenkomsten zijn en blijven van toepassing. De wijzigingen die het fonds doorvoert zijn geen reden tot tussentijdse beëindiging van de overeenkomst. In het voor alle bedrijven van toepassing zijnde uitvoeringsreglement wordt de mogelijkheid van uitvoering in eigen beheer ook als mogelijkheid genoemd. Terug
Marktconforme regeling 1.
Op welke punten wijken de kenmerken van de nieuwe regeling voor accountants af van andere pensioenregelingen? Antwoord In Nederland worden diverse pensioensystemen gehanteerd zoals eindloon- en middelloonregelingen, middelloonregeling met een toekomstige maximering van de pensioenlasten (CDC-regeling) en de individuele beschikbare premieregelingen. Elke regeling heeft zijn eigen karakteristieken. Je kan in zijn algemeenheid niet spreken over het op enkele punten afwijken van andere pensioenregelingen.
2.
Is de pensioenregeling van het Pensioenfonds Accountancy marktconform? Antwoord Gezien de omvang van de hele branche is hier geen goed en eenduidig antwoord op te geven. Wel kan gezegd worden dat de regeling marktconform is voor soort gelijke bedrijven als die thans aan het pensioenfonds deelnemen. Dit kunnen wij afleiden aan de bedrijven die nieuw bij ons toetreden. Tevens is er een tendens waarneembaar dat in de branche vooral pensioenregelingen van toepassing worden en zijn waarvan de kosten van te voren duidelijk en beheersbaar zijn. Daar sluit de CDC-regeling van het fonds op aan. Terug
Keuze van garantie naar eigen beheer 1.
Bij eigen beheer: Van welke experts wordt gebruik gemaakt om de pensioenregeling uit te voeren. Worden experts van bijvoorbeeld Aegon ingehuurd? Antwoord Aegon blijft de uitvoerder voor het vermogensbeheer. Naast de specialisten van Aegon wordt het bestuur geadviseerd door de specialisten van Towers Watson.
2.
Later weer keuze voor garantie mogelijk? Antwoord De keuze voor het laten vervallen van de garantie is vooral ingegeven door de hoge garantiepremies die verzekeraars op dit moment vanwege de huidige marktomstandigheden in rekening brengen. Vijf jaar geleden waren de omstandigheden zodanig dat het herverzekeren van de garantie een goed besluit was. Wanneer de marktomstandigheden terugkeren naar de situatie rond 2009/2010 zal het bestuur zeker de keuze voor garantie weer in overweging nemen.
3.
Premiestijgingen zijn nooit gewenst, is het niet beter nu alvast de pijn te nemen ter garantie voor later? Antwoord De vraag die hierbij gesteld dient te worden is hoeveel prijsstijging de kantoren op dit moment kunnen hebben. De prijsstijging die nodig was om de garantie te handhaven was in ieder geval te hoog en het bestuur denkt dat met het in eigen beheer uitvoeren van de regeling op dit moment het maximale pensioenresultaat kan worden geboden.
4.
Verzekering dekt risico's af. Dekkingstekorten ontstaan wanneer rekenrente daalt ten opzichte van het huidige niveau. Vandaar huidige onderdekking bij Aegon. Bij de huidige lage rentestand ligt verdere daling niet voor de hand. Is het niet zo dat de verzekeringspremie juist lager zou moeten zijn dan bijv. 5 jaar geleden? Antwoord Verzekeraars, de DNB en de markt hebben in zijn algemeenheid geen rentevisie. Er dient rekening gehouden te worden dat de kans dat de rente stijgt net zo groot is als de kans dat de rente daalt. Verzekeraars moeten hiervoor hoge buffers aan te houden. Het risico dat zij verzekeren is gerelateerd aan de rendementsverwachtingen waarmee zijn van de toezichthouder moeten rekenen. Hierdoor is de kans op voldoende rendement kleiner en de buffers die zij hiervoor moeten aanhouden groter. Daarnaast hebben zij naast het effect van de rente ook te maken met het effect van het stijgen van de levensverwachtingen. Ook dit element zorgt voor een hoge garantiepremies.
5.
Actuarieel is er al jaren gerekend met een stijgende levensverwachting. Bij de opbouw en premie is hier, neem ik aan, al jaren rekening mee gehouden. Ingangsdatum schuift nu met twee jaar op. De rente is al enkele jaren laag. Is dit risico alleen voor Aegon geweest en verliezen we daardoor nu de garantie? Antwoord Het klopt dat dit risico bij Aegon verzekerd was en daardoor ook risico voorrekening van Aegon is. Nu het contract eind 2014 afloopt bieden zij voor de toekomst nu de meest recente tarieven aan. Dit zou een sterke stijging van de premies veroorzaken. Om deze reden heeft het bestuur besloten om de risico’s in eigen beheer te nemen. Dit geeft op dit moment naar verwachting de hoogste pensioenuitkomsten op de langere termijn.
6.
Kan er premie betaald worden om toch een garantie in te kopen op een middelloonregeling Antwoord Dit is niet mogelijk. Terug
Financiële positie fonds 1.
Wat is het dekkingspercentage op dit moment? Antwoord De dekkingsgraad van het fonds was eind 2013 102,5%. Wij houden de dekkingsgraad per kwartaal bij. De dekkingsgraad per 30 september was 101,4%. Terug
Algemeen 1.
Indruk tijdens webinar gewekt dat het allemaal niet zo florissant gaat (meerdere hebben dat gevoel overgehouden) met het fonds. Antwoord Het is niet zo dat het niet goed met het fonds gaat maar meer dat de huidige marktomstandigheden voor pensioenfondsen in zijn algemeen lastig zijn. Ook de communicatie hierover is niet makkelijk.
2.
In welk tijdsbestek na nu zal de keuze (moeten) worden aangeboden / gemaakt ? Antwoord Uiterlijk 19 december 2014 zal de keuze bij ons bekend moeten zijn.
3.
Worden deze sheets ergens gepubliceerd? Antwoord De sheets van het webinar voor de deelnemers van 18 november jl. staat op onze website www.pfaccountancy.nl/sitenavigatie/webinar-deelnemers-goed-ontvangen
4.
Spelen bij de pensioenregeling van het pensioenfonds de perikelen rond waarde overdracht? dus bijbetaling en terug ontvangst van premie bij wisseling baan? Antwoord Nee, de kosten van individuele waardeoverdracht worden binnen het fonds verrekend. De werkgevers krijgen hier geen nota voor.
5.
Waarom is er ooit gekozen voor een garantieregeling wanneer het in alle gevallen resulteert in 20% tot 30% minder hoog pensioen? Antwoord Deze uitkomst is van toepassing op de huidige marktopstandigheden, de prijs voor het verzekeren van de garantie was in het verleden lager waardoor dit in het verleden niet aan de orde was. Terug
Informatiebulletin ”Op weg naar een nieuwe pensioenregeling” 1.
Ik begrijp de berekening van het nog op te bouwen partnerpensioen in het cijfermatig voorbeeld niet. Waar komt het getal van € 15.036,- en € 15.332,50 vandaan? Antwoord Dit is inderdaad een fout in het bulletin. In het bulletin dat nu op onze website staat is dit aangepast. U vindt het bulletin op: www.pfaccountancy.nl/deelnemer/downloads Terug
Korten van rechten 1.
Direct korten in 2015? korten op de uitkering of op de opbouw? Antwoord Wanneer er van korten sprake zal zijn dan betreft dit de in 2015 opgebouwde rechten. Indien deze in 2015 ook zijn ingegaan dan betreft dit een korting van de uitkering voor het deel dan in 2015 is opgebouwd. Eind 2015 zal worden besloten over de opbouw in de CDCregeling. Dit besluit staat los van de vraag of er gekort moet worden.
2.
Hoe groot is de kans dat de in 2015 op te bouwen rechten aan het einde van het jaar gekort moeten worden? Antwoord Gegeven de huidige lage marktrente is het zeer aannemelijk dat het fonds in 2015 wat zal moeten korten. Aangezien echter een eventuele korting over tien jaar mag worden uitgesmeerd, zal dit naar verwachting resulteren in een beperkte korting. Terug
Aanvullende verzekeringen 1.
Blijven de aanvullende verzekeringen, bijvoorbeeld de Anw-verzekering voor mijn partner in stand? Deze lopen ook nu nog via het fonds Antwoord De Anw-hiaat verzekeringen zijn rechtstreeks bij Aegon verzekerd. Dit in de vorm van een mantelcontract met de werkgeversvereniging. Aegon heeft aangegeven deze verzekeringen per 1 januari 2015 te beëindigen. Het fonds heeft besloten deze dekking vanaf 1 januari ook aan te bieden. De werkgevers worden hiervan op de hoogte gesteld.
2.
Hoe zit het met dekking van het ANW gedeelte. Als de opbouw daalt dan daalt deze premie toch ook? Hoe is dit nu geregeld? Antwoord Zie hiervoor ook het antwoord op de vorige vraag. De Anw-verzekering is gerelateerd aan de uitkering van de wettelijke Algemene Nabestaanden Wet (Anw). De uitkering hiervan daalt niet. Terug
Medezeggenschap 1.
Is de deelnemersraad 100% akkoord met de nieuwe regeling? Antwoord De deelnemersraad is betrokken geweest in de klankbordgroep. De deelnemersraad is door de wijziging van de wetgeving per 1 juli opgeheven. Dit betreft de Wet versterking bestuur pensioenfondsen. Er is nu sprake van een verantwoordingsorgaan. Een wijziging van de pensioenregeling is niet adviesplichtig voor het verantwoordingsorgaan. De inhoud van de nieuwe pensioenregeling is wel onderwerp van gesprek geweest.
2.
Is het nieuwe pensioenfonds niet een instandhouding van werk voor zowel het bestuur van PFA alsmede de vermogensbeheerder? Na overgang naar een Algemeen Pensioenfonds is er dan nog inspraak door deelnemers? Nu zijn er werknemerszetels. Antwoord Het pensioenfonds levert de aangesloten werkgevers en deelnemers nog steeds voldoende voordelen ten op zichtte van het zelf moeten regelen van een pensioenregeling. Na de invoering van de Wet versterking bestuur pensioenfondsen per 1 juli 2014 zijn de deelnemers en de gepensioneerden vertegenwoordigd in het bestuur van het pensioenfonds. De stemverhouding tussen de vertegenwoordigers van de werkgevers en de vertegenwoordigers van de deelnemers en pensioengerechtigden tezamen is evenredig dus paritair geregeld. Deze pariteit zal ook na de eventuele overgang naar een Algemeen Pensioenfonds van toepassing blijven. Dit dan in de het orgaan van belanghebbenden. Terug
Deskundigheid bestuur 1.
Heeft het bestuur voldoende kennis? In de uitgave van november staat dat het bestuur eventueel aanvullende opleidingen gaat volgen. Zie bladzijde 4 van ‘Op weg naar een nieuwe pensioenregeling’. Antwoord Het kennisniveau van het bestuur is voldoende, ook voor de situatie in eigen beheer. In de eigen beheersituatie worden de uitkomsten van de beleggingsresultaten nog belangrijker. Het bestuur heeft een aparte Beleggingsadvies Commissie die ook in de situatie van de garantie door Aegon al voldoende kennis had voor de eigen beheer situatie. Terug
Heeft u nog vragen? We helpen u graag op weg. U kunt telefonisch contact met ons opnemen via: (050) 522 50 50. U kunt ons bereiken van maandag tot en met vrijdag van 09.00 tot 17.00 uur. Of stuur uw e-mail naar
[email protected]. Als u belt of mailt, houd dan uw pensioennummer bij de hand. Wij kunnen u dan beter van dienst zijn. Terug