Uitvoeringsplan Veiligheid 2014 Gemeente Buren
1
Inhoudsopgave 1. Aanleiding
p. 2
2 Integraal veiligheidsbeleid 2011 - 2014 2.1 Speerpunten
p. 4 p. 4
3 Aanpak speerpunten in 20134 3.1 Verlaging van het aantal hinderlijke jeugdgroepen 3.2 Deelname aan het Veiligheidshuis 3.3 Alcoholmatiging onder jongeren 3.4 Verbetering van de veiligheid bij tentfeesten 3.5 Verminderen van het aantal woninginbraken 3.6 Actieve gemeentelijke handhaving van artikelen uit de APV en milieuwetgeving 3.7 Buurtbemiddeling
p. 5 p. 6 p. 8 p.10 p.12 p.14 p.16 p.17
2
1 Aanleiding Op 13 december 2011 heeft de gemeenteraad de Kadernota Veiligheid 2011 – 2014 (hierna: Kadernota 2011) vastgesteld. Daarin staan de zeven speerpunten van het veiligheidsbeleid. Dit Uitvoeringsplan Veiligheid is het tweede uitvoeringsplan die de speerpunten uit de Kadernota 2011 uitwerkt. Het plan sluit qua werkwijze en systematiek aan op het eerdere uitvoeringsplan voor de jaren 2011 en 2012. Het Uitvoeringsplan 2013 sluit aan op de werkplannen voor 2013 van de diverse afdelingen en externe partners, zoals de politie. Doelstelling Uitvoeringsplan Het Uitvoeringsplan Veiligheid is gebaseerd op de in de Kadernota 2011 genoemde veiligheidskaders en beschrijven de diverse veiligheidsonderwerpen. Per speerpunt wordt aangegeven wat er in 2013 is gedaan en wordt aangegeven welke (nieuwe) activiteiten we in 2014 uitvoeren. Op deze manier geeft de gemeente sturing aan (de speerpunten van) het veiligheidsbeleid en voeren we onze regierol uit.
3
2 Integraal Veiligheidsbeleid 2011 – 2014 Het gemeentelijk veiligheidsterrein omvat een reeks aan veiligheidsonderwerpen. Van woonoverlast en jeugdcriminaliteit tot verkeersveiligheid en huiselijk geweld. De gemeente heeft de regierol op dit complexe en uitgebreide terrein. Dat betekent onder andere een sturing op de selectie en aanpak van de veiligheidsthema’s. Om dat voor elkaar te krijgen is het belangrijk om op basis van een risicoanalyse de gemeentelijke prioriteiten inzichtelijk te hebben. In de Kadernota 2011 zijn de gemeentelijke prioriteiten met betrekking tot de openbare orde en veiligheid weergegeven. Voor de veiligheidsanalyse is gebruikt gemaakt van (statistische) gegevens van de partners (met name politie en de regio). Deze zijn verwerkt en gebruikt in de 1 veiligheidsanalyse volgens de methode van de VNG. Daarnaast is aansluiting gezocht bij het coalitieprogramma 2011 – 2014 van de gemeenteraad. Dit heeft geresulteerd in een zevental speerpunten. De gemeenteraad heeft op 1 maart 2011 kennis genomen van de Kadernota 2011. Zij heeft besloten in te stemmen met de zeven speerpunten uit de Kadernota 2011. 1.1 Speerpunten In de beleidsperiode 2011 – 2014 zijn er op het gemeentelijk veiligheidsterrein de volgende speerpunten: 1. Verlaging van het aantal hinderlijke jeugdgroepen 2. Deelname aan het Veiligheidshuis 3. Matiging middelengebruik onder jongeren 4. Verbeteren van de veiligheid bij tentfeesten 5. Verminderen van het aantal woninginbraken 6. Actieve gemeentelijke handhaving van artikelen uit de APV en milieuwetgeving 7. Buurtbemiddeling
1
VNG, Kernbeleid Veiligheid, Handreiking voor gemeenten, Drukkerij Excelsior, Den Haag 2010
4
3. Aanpak speerpunten in 2014 In de Kadernota 2011 staan de speerpunten voor de beleidsperiode 2011 – 2014. In dit hoofdstuk werken we de speerpunten uit voor 2014. Per speerpunt wordt weergegeven: 1. Huidige situatie We geven de huidige situatie van het speerpunt weer aan de hand van de beschikbare gegevens. 2. Doelstellingen Per speerpunt formuleren we doelstellingen. Niet bij alle speerpunten formuleren we doelstellingen voor 2014. Sommige speerpunten lenen zich niet voor een korte termijn doelstelling. Bij die speerpunten wordt er een doelstelling voor de gehele beleidsperiode geformuleerd. 3. Huidige activiteiten Per speerpunt wordt aangegeven welke activiteiten er in het Uitvoeringsplan 2013 uitgevoerd zijn. Ook wordt per activiteit aangegeven welke (beoogde) werking de activiteit heeft. De opgenomen activiteiten voeren we in 2014 ook uit. 4. Nieuwe activiteiten Weergave van nieuwe activiteiten die we uit gaan voeren. Hiermee wordt een (extra) impuls gegeven om de doelstellingen te behalen. Per nieuwe activiteit wordt aangegeven welke (beoogde) werking deze heeft. 5. Actoren Per speerpunt wordt weergegeven wie zich er mee bezig gaan houden. De 2 portefeuillehouder, ambtelijk trekker, interne uitvoeringspartners en externe uitvoeringspartners worden afzonderlijk benoemd. Ook wordt er aangegeven of er gebruik gemaakt wordt van een samenwerkings- / overlegstructuur. 6. Begroting Per speerpunt wordt gekeken of er een budget nodig is, of er budget is en/of dat het moet worden aangevraagd om de (voorgenomen) maatregelen/acties in 2014 uit te kunnen voeren.
2
Met ‘trekker’ wordt hier bedoeld: de actor/afdeling die de regie voert over de afstemming en samenwerking tussen uitvoeringsverantwoordelijke interne en externe partners. Deze ‘trekker’ ziet toe op de tijdigheid en effectiviteit van de afstemming en samenwerking. Een ‘trekker’ is eveneens de opdrachtgever waarvan een vakafdeling de opdracht afneemt.
5
3.1 Verlaging van het aantal hinderlijke jeugdgroepen Jeugdgroepen die in het publieke domein voor problemen zorgen, worden door de 3 Politie aan de hand van de Beke shortlist methodiek getypeerd als hinderlijk, overlastgevend of crimineel. Vanuit haar regierol is de gemeente verantwoordelijk voor de gemeenschappelijke aanpak van problematische jeugdgroepen. Een hinderlijke jeugdgroep hangt rond in de buurt, is af en toe luidruchtig (geluidsoverlast) en trekt zich niet zoveel aan van de omgeving (achterlaten rommel). Soms loopt het uit de hand, maar de overlast is snel in de kiem te smoren en de overlast is vaker toeval dan gepland. Incidenteel vernielen deze jongeren iets. Een beperkt aantal jongeren maakt zich soms schuldig aan (veelal lichte) gewelds- en (in mindere mate) vermogensdelicten. Ook drank- en drugsgebruik komt onder deze jongeren (regelmatig) voor. Over het algemeen is het een groep die nog voldoende ‘autoriteitsgevoelig’ is en aangesproken kan worden op zijn gedrag. 3.1.1 Huidige situatie De politie heeft in 2009, op basis van de Beke shortlist methodiek, een rapportage over de 4 jeugdgroepen in de gemeente Buren gemaakt. Daaruit bleek dat er 9 hinderlijke jeugdgroepen in de gemeente Buren waren. Bij de start van het vorige Uitvoeringsplan waren er 3 hinderlijke jeugdgroepen. Uit de meest recente inventarisatie van de politie (november 2013) blijkt dat er in de gemeente Buren nog 1 hinderlijke jeugdgroep is. Voor deze groep wordt een plan van aanpak opgesteld. Overlastgevende en criminele jeugdgroepen komen in de gemeente Buren niet voor. Dat jongeren minder in ‘georganiseerd verband’ aan worden getroffen betekent niet dat het aantal meldingen van jeugdoverlast evenredig sterk is afgenomen. Het aantal meldingen ligt nog steeds rond de 100, maar is minder dan voorheen gebonden aan vaste of hardnekkige groepen of hotspots. 3.1.2 Doelstelling(en) Doelstellingen 2014 (kadernota) ■ Het aantal hinderlijke jeugdgroepen is terug gebracht in aantal van 5 naar 3 ■ Er zijn geen overlastgevende of criminele jeugdgroepen in de gemeente Buren
3.1.3 Huidige activiteiten De doorlopende activiteiten zijn als het ware het broodnodige onderhoud van de werkwijze. Daardoor blijven partners alert en spelen ze in op nieuwe groepen en overlastlocaties. Groepen wisselen van samenstelling, oude gaan, nieuwe komen. Zonder een doorlopende aanpak is de verwachting dat het aantal hinderlijke groepen weer stijgt. Immers, de achterliggende problematiek in opvoeding, gedrag, verweesde openbare ruimte en beperkt contact tussen generaties zijn vaste bestanddelen in de huidige samenleving. Huidige activiteiten
Werking
■ Regierol gemeente ■ Intensiveren samenwerking betrokken partners ■ Gemeente betrokken bij kwalificatie jeugdgroepen ■ Inventarisatie en kwalificatie jeugdgroepen (door politie in samenwerking met gemeente aan de hand van de Beke shortlist methode)
■ Procesverantwoordelijkheid ■ Rolduidelijkheid ■ Integraliteit ■ Inzicht over groepen en problematiek ■ Handvat voor aanpak jeugdgroepen
3
De shortlist is een op basis van wetenschappelijk onderzoek samengestelde vragenlijst waarmee politiefunctionarissen op systematische wijze periodiek de aard en de omvang van problematische jeugdgroepen in gemeente (dorpskernen) in beeld kunnen brengen. Met de shortlist wordt op een snelle en eenvoudige manier informatie verkregen over o.a. locatie, samenstelling van de groep, dagelijkse bezigheden, riskante gewoonten (drugs- en drankgebruik) en recent delictgedrag. Op basis van de scores die de wijkagent aan de diverse kenmerken toekent, valt deze binnen één van de drie onderscheiden hoofdtypen: hinderlijk, overlastgevend of crimineel. 4 Problematische jeugdgroepen in Buren, Culemborg, 2009
6
■ Politie heeft een rapportage voor prioritering van de jeugdgroepen in de lokale driehoek opgesteld ■ De wijkagenten houden toezicht op de hinderlijke jeugdgroepen ■ Prioriteren hinderlijke jeugdgroepen ■ Uitvoeren van een inventarisatie van maatregelen die al op of voor een hinderlijke jeugdgroep getroffen zijn ■ Per hinderlijke jeugdgroep een locatieanalyse (laten) uitvoeren ■ Voor de groepen die worden geprioriteerd een plan van aanpak opstellen (groeps-, persoons- en/of omgevingsgericht) met daarin concrete maatregelen en acties (maatwerk jeugdgroep) ■ Regie voeren op uitvoering plan van aanpak (voortgang bewaken en uitvoering evalueren) ■ Groepen die niet worden geprioriteerd blijven wel deel uitmaken van de reguliere aanpak ■ Inzet van jongerenwerk op de hinderlijke jeugdgroepen ■ Bij middelengebruik zetten we straathoekwerkers van IrisZorg in op de hinderlijke jeugdgroepen ■ De overlast van de jeugdgroepen en eventuele oplossingen bespreken tijdens het Netwerk Leefbaarheid Buren (gemeente, politie, Mozaïek, SWB en SVT)
■ Duidelijkheid ■ Integraliteit ■ Structuur ■ Preventie ■ Repressie ■ Goede samenwerking, korte lijnen ■ Cyclische werkwijze
■ Preventie ■ Repressie ■ Integraliteit: ad hoc gezamenlijk oplossingen bedenken voor problemen in de leefbaarheidsfeer
3.1.4 Nieuwe activiteiten Maatregelen/acties
Beoogde werking
■ Opstellen en uitvoeren maatregelen Plan van Aanpak hinderlijke jeugdgroep ■ Evaluatie uitvoering Plan van Aanpak hinderlijke jeugdgroep ■ Een (geaccepteerde) plaats in Lienden waar de jeugd kan verblijven (Actie VIP Bus) ■ Kring van betrokkenen in Lienden actief houden en uitbreiden
■ Beperken overlast jeugdgroep ■ Preventie ■ Repressie ■ Efficiënte, cyclische werkwijze ■ Preventie ■ Handelingsperspectief jeugd ■ Draagvlak samenleving
3.1.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer en Wethouder S. van Alfen Adviseur Integrale Veiligheid (A&O) IZ, RB Politie, Mozaïek, Woningbouwcorporatie SWB, IrisZorg Jeugd Preventie Netwerk, Netwerk Leefbaarheid Buren, Projectgroep Plan van Aanpak
3.1.6 Begroting begroting 2014
In het subsidie- en ondersteuningsbeleid is vanaf 2012 structureel € 27.000 beschikbaar gesteld voor de aanpak van hinderlijke jeugdgroepen
7
3.2 Deelname aan het Veiligheidshuis Op 9 december 2009 is het Veiligheidshuis Rivierenland geopend. Doel van het veiligheidshuis is om maatschappelijk probleemgedrag terug te dringen. Dit gebeurt door de aanpak vanuit straf en zorg te verbinden. In het veiligheidshuis wordt ingezet op een duurzame samenwerking gericht op resultaten en effectieve gezamenlijke werkprocessen. Het veiligheidshuis functioneert als informatieknooppunt. Er wordt informatie gedeeld over gebieden, groepen en personen. Doordat veel ketenpartners fysiek vanuit dezelfde locatie werken, verloopt de samenwerking soepeler. Hierdoor is er een optimale samenwerking en worden problemen integraal behandeld. Het bovenstaande is vertaald in meerdere doelen. Deze gelden voor het gehele Veiligheidshuis Rivierenland en daarmee ook voor de partners, waaronder de gemeente Buren. Deze doelen zijn: 1. Het verminderen van overlast en criminaliteit door het terugdringen van overlastgevend gedrag en het zo veel mogelijk voorkomen van eerste delicten. 2. Het terugdringen van recidive en van het opnieuw vervallen in crimineel gedrag bij degenen die dit gedrag hebben vertoond. 3. Het bieden van perspectief aan probleemgroepen, daders en slachtoffers door adequate zorg en andere ondersteuning. Uit deze doelen blijkt dat het Veiligheidshuis Rivierenland zich richt op zowel straf als zorg. Een complete aanpak voor cliënten. 3.2.1 Huidige situatie Per 1 januari 2014 werken we in het Veiligheidshuis met een nieuwe werkwijze. De huidige ‘kamerbenadering’ wordt (gedeeltelijk) losgelaten en we gaan werken met een TOP-X aanpak. In de TOP-X aanpak gaan we met een nieuwe persoonsgerichte aanpak structurele overlastgevers aanpakken. Bij overlast gaat het hier om overlastgevers vanuit de high impact crimes (woninginbraken, overvallen en geweld). Maar het is breder dan deze categorieën. Overlast in brede zin, waarbij er sprake is van multi problem (huisvesting, dagbesteding, inkomen, schulden en ID-bewijs), kunnen ook ingebracht worden als er een brede aanpak vanuit straf en zorg nodig is. De gemeente heeft de regie bij deze nieuwe aanpak. Daarnaast blijft het Veiligheidshuis de screening bij huiselijk geweld doen. Ook blijven zij de nazorg aan ex-gedetineerden verzorgen. Dit is in afwijking van de landelijke lijn, maar worden (terecht) gezien als de parels van de huidige kamerbenadering. Dit is een volledige nieuwe werkwijze. 2014 wordt dus opnieuw een jaar waarin het Veiligheidshuis sterk in ontwikkeling is. Daarbij zal met name de invulling van het aantal mogelijk te behandelen casussen interessant zijn en de verdeling daarbij tussen de deelnemende gemeenten. Daarnaast moet er aansluiting gevonden worden met de transitie in de jeugdzorg. De transitie heeft veel raakvlakken met het werk van het veiligheidshuis. 3.2.2 Doelstelling(en) Doelstellingen 2014 ■ Regie op TOP-X lijst Buren ■ Structurele deelname aan het Veiligheidshuis ■ Structurele informatievoorziening vanuit Veiligheidshuis aan interne partners ■ Integrale aanpak Burense casussen
3.2.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ Gemeentelijke ‘regie’ over casussen die in het Veiligheidshuis besproken worden
■ Informatieknooppunt ■ Niet structureel informatie delen
8
■ Op afroep deelnemen aan verschillende overleggen van het Veiligheidshuis ■ Interne partners (structureel) informeren over (overleggen in het) Veiligheidshuis
binnen organisatie ■ Informatievoorziening Veiligheidshuis ■ Maximaal benutten voordelen Veiligheidshuis ■ Vergroten kennis effecten en meerwaarde Veiligheidshuis
3.2.4 Nieuwe activiteiten Maatregelen/acties 2014
Beoogde werking
■ Invoeren Top-X werkwijze
■ Integraliteit aanpak structurele overlastgevers ■ Benutten schaalvoordelen ■ Gemeentelijke belangen vertegenwoordigen ■ Beperken recidive ex-gedetineerden
■ Deelnemen aan ambtelijke werkgroep om werkwijze te optimaliseren ■ Nazorg ex-gedetineerden borgen bij gemeente als minder dan 3 leefgebieden gemankeerd zijn
3.2.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer Adviseur Integrale Veiligheid IZ Partners Veiligheidshuis, CJG, JPN, Jeugdzorg Diverse overlegstructuren
3.2.6 Begroting begroting 2014
Inwonersafhankelijke bijdrage is € 0,25 per inwoner. Dit bedrag is reeds opgenomen in de begroting. Voor 2015 e.v. gaat de inwonersafhankelijke bijdrage vermoedelijk omhoog. Als daar meer duidelijkheid over is, volgt een voorstel.
9
3.3 Alcoholmatiging onder jongeren Jongeren drinken steeds vaker alcohol. Dat doen ze niet alleen vaker, maar ze drinken ook meer en ze beginnen op steeds jongere leeftijd. Alcoholgebruik op jonge leeftijd leidt tot op de korte termijn tot meer risicovol seksueel gedrag, een grotere kans op ongevallen en agressief gedrag. Op de lange termijn brengt alcoholgebruik bij jongeren schade aan de hersenen. Uit de meest recente onderzoeken blijkt dat het drinken van alcohol op jonge leeftijd meer schade aan hun onvolgroeide hersenen toebrengt dan eerder gedacht werd. Naast gevolgen voor de hersenen, leidt alcoholgebruik voor het zestiende jaar tot een vier keer zo grote kans op verslaving op latere leeftijd. Uitstellen van de leeftijd waarop men begint met drinken is een goede methode om op latere leeftijd erger te voorkomen. 3.3.1 Huidige situatie De nieuwe Drank- en Horecawet trad in werking op 1 januari 2013. In de nieuwe wet wordt de burgemeester belast met de uitvoering van de wet. Een grote wijziging in de wet is dat het toezicht voortaan door de gemeente zelf moet worden uitgevoerd. Voorheen werd dit gedaan door de Voedsel- en Warenautoriteit. Daarnaast is de minimumleeftijd voor het nuttigen van alcohol verhoogt van 16 naar 18 jaar. 3.3.2 Doelstelling(en) Doelstellingen 2014 ■ Op minimaal 5 scholen wordt aan groep 7&8 veerkrachttraining gegeven ■ Op minimaal 10 scholen geven we schooljudo aan groep 3&4 ■ Operationele toezicht en handhaving Drank- en Horecawet ■ Zicht krijgen op nalevingsgedrag nieuwe Drank- en Horecawet
3.3.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ ‘Straathoekwerkers’ van IrisZorg gericht voorlichting laten geven over (de gevolgen van) alcoholgebruik ■ Straathoekwerkers jongeren helpen meer structuur te geven aan hun leven ■ De gemeente informeert organisatoren van tentfeesten over de mogelijkheid om IrisZorg tijdens het tentfeest voorlichting te geven aan jongeren over (de gevolgen van) alcoholgebruik ■ Uitvoeren Regionaal Project Middelengebruik: ■ Weerbaarheidstrajecten starten ■ Bevorderen van sportdeelname onder jongeren ■ Geven van veerkrachttraining aan groepen 7 en 8 van de basisschool ■ Judoles geven aan groepen 3 en 4 basisschool ■ Versterken van opvoedingsondersteuning ■ Stimuleren uitschrijven Boete of Kanskaart aan jongeren in de gemeente Buren
■ Problematiek in kaart gebracht ■ Gericht voorlichting ■ Ondersteuning jongeren ■ Preventie ■ Gericht inlichtingen verschaffen ■ Preventie
■
■ Preventie ■ Weerbaarheid vergroten (beter omgaan met peer pressure) ■ Stimuleren verbeteren gezondheid ■ 5% meer sporters in Rivierenland ■ Preventie d.m.v. voorlichting (ouders) ■ Preventie ■ Handhaving ■ Scholing / gerichte voorlichting ■
3.3.4 Nieuwe activiteiten Maatregelen/acties
Beoogde werking
Project Drank- en Horecawetgeving:
■ Uitvoeren wetswijziging
10
■ Voorlichting wetswijziging en gevolgen voor tentfeest, commerciële- en para-commerciële instellingen ■ Gerichte voorlichting per brief aan ouders 16- en 17 jarigen over wetswijziging ■ Vaststellen handhavingsbeleid door burgemeester ■ Vaststellen integraal handhavings- en preventiebeleid door gemeenteraad ■ Uitvoeren toezicht door AVRI ■ Toezicht monitoren door regionale werkgroep DHW ■ Bestuurlijke opvolging toezicht (onderzoeken) ■ Module over middelengebruik toevoegen aan vastgestelde jeugdbeleid
■ Preventieve werking ■ Toezicht ■ Handhaving ■ Repressie
■ Gestructureerde aanpak middelengebruik in gemeente
3.3.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer, Wethouder S. van Alfen Adviseur Integrale Veiligheid (A&O) IZ Regio Rivierenland, AVRI, GGD, IrisZorg, Politie, Mozaïek, BasisBuren Projectgroep DHW
3.3.6 Begroting begroting 2014
Toezicht: € 30.000 Bestuurlijke opvolging € 8.000 De overdracht van het toezicht wordt grotendeels bekostigd uit de middelen die aan het gemeentefonds zijn toegevoegd. Deze middelen zijn echter niet gelabeld en daardoor niet specifiek herleidbaar. Bij benadering ligt dit bedrag tussen de 0,15% en 0,2% van de uitkering uit het gemeentefonds. Voor de gemeente Buren komt dat neer op ca. € 30.000 per jaar. Verdere inkomsten worden gegeneerd uit een verhoging van de leges voor een drank- en horecavergunning (vanwege toevoeging van het eerstelijnstoezicht). Daarnaast komen de opbrengsten van eventueel opgelegde bestuurlijke boetes volledig ten goede van de gemeente. Omdat er geen zicht is op het naleefgedrag van de Drank- en Horecawet is het moeilijk om een bedrag in te schatten.
11
3.4 Verbeteren van de veiligheid bij tentfeesten In de gemeente Buren zijn er 15 kernen. Bijna alle kernen hebben een dorps karakter. Van oudsher worden in de dorpen tentfeesten gegeven. 3.4.1 Huidige situatie Bij aanvang van het veiligheidsbeleid hadden we in ons evenementenbeleid opgenomen dat er maximaal 14 tentfeesten per jaar mogen worden georganiseerd. Gemiddeld trekken de eendaagse tentfeesten 1000 bezoekers. De grotere tentfeesten zijn meerdaags en trekken meer bezoekers (tussen 2500 en 5000). Inmiddels zijn de beleidsregels bij evenementen aangepast en is er een ‘uitsterfconstructie’ aangenomen voor de tentfeesten. Dit betekent dat bestaande tentfeesten hun rechten behouden, maar dat als er één stopt er geen nieuwe in de plaats komt. Via dit natuurlijke verloop willen we de tentfeesten terugbrengen in aantal naar tien. 3.4.2 Doelstelling(en) Doelstelling 2014 ■ Huidige organisatie proces vasthouden, betrokkenheid partners waarborgen en kwaliteit vasthouden ■ Digitale aanvraag evenementenvergunning mogelijk
3.4.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ Vergunningstelsel voor tentfeesten ■ Voor verlenen vergunning overleg over risico’s tussen gemeente, politie en brandweer. > 5000 bezoekers melden bij GHOR ■ Eenjarige of vijfjarig vergunningen ■ Vergunning bevat (veiligheids)voorschriften ■ Maximaal 14 tentfeesten per jaar ■ Tentfeesten kunnen meerdaags zijn ■ Het gehele proces (voorbereiding, toezicht, evaluatie) van een tentfeest standaardiseren in een protocol ■ Circa 6 weken voor aanvang tentfeest vooroverleg tussen gemeente, politie, brandweer en organisatie ■ Gemeente controleert structureel (kort) voor tentfeest op (constructieve) vereisten uit de vergunning ■ Brandweer controleert (kort) voor tentfeest op brandveiligheidsvereisten uit de vergunning ■ Politie controleert (kort) voor tentfeest of er vanuit de openbare orde op- of aanmerkingen zijn ■ Tijdens tentfeest is de politie standby om tegen eventuele ordeverstoringen op te treden ■ Na ieder tentfeest organiseert de gemeente een evaluatie met de politie, brandweer en de organisatie van het tentfeest ■ De evaluatie levert input voor de volgende vergunning / het volgende tentfeest (meerjarige vergunning) ■ De uitkomst van de evaluatie en de (nieuwe) voorwaarden / aandachtspunten worden schriftelijk bevestigd ■ Vergunning intrekken / niet verlengen als organisatoren stelselmatig regels overtreden / afspraken niet nakomen (conform evenementenbeleid) ■ Uitsterfconstructie wanneer vergunning wordt ingetrokken / niet wordt verlengd
■ Preventie ■ In deze fase kunnen maatwerkvoorschriften voor veiligheid opgesteld worden ■ Maximering aantal tentfeesten ■ Preventie ■ In deze fase kunnen we samen met onze partners nog sturen op de naleving van de gestelde veiligheidsvoorschriften
■ Handhaving openbare orde ■ Preventie ■ Evaluatie ■ Cyclische veiligheidsverbetering
■ Preventieve werking organisatoren ■ Tentfeesten op termijn terugbrengen in aantal van 14 naar 10
12
3.4.4 Nieuwe activiteiten Maatregelen/acties
Beoogde werking
■ Digitaal aanvraagformulier evenementen ontwikkelen en invoeren
■ Vereenvoudiging aanvraagprocedure ■ Gemak burger
3.4.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ / coördinator interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer, Wethouder G.J. van Ingen Medewerker APV/Bijzondere wetten Adviseur integrale veiligheid (A&O) Politie, GHOR, Brandweer en ODR Vooroverleg / Evaluatie tentfeest
3.4.6 Begroting begroting 2014
Geen separate begroting.
13
3.5 Verminderen van het aantal woninginbraken Een woninginbraak is voor bewoners een ingrijpende gebeurtenis. Een inbreuk in de eigen woning brengt meer teweeg dan alleen schade en financieel verlies. Het is voor de slachtoffers een enorme inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. Het feit, dat een onbekende in de woning is geweest en door persoonlijke spullen heeft gezocht (of ze heeft meegenomen), geeft een onveilig gevoel. Uit onderzoek blijkt dat de emotionele impact vaak veel groter is dan de schade en het financiële verlies. 3.5.1 Huidige situatie In de afgelopen vier jaar (2007 – 2010) is er 296 keer aangifte gedaan van een woninginbraak in de gemeente Buren. Het aantal (aangegeven) woninginbraken in 2010 (105) is verdubbeld ten opzichte van 2008 (52). De impact op de persoonlijke levenssfeer en de explosieve stijging in aantal, hebben er voor gezorgd dat het verminderen van het aantal woninginbraken één van de speerpunten van het veiligheidsbeleid van de gemeente Buren is. Een speerpunt dat terugkomt in beleid van gemeenten in de regio Rivierenland en politiedistrict De Waarden. Het is een onderwerp dat zich bij uitstek leent voor een gezamenlijke en regionale aanpak. Dat was een conclusie tijdens het districtsoverleg van het politiedistrict De Waarden. Daarom zijn de koppen (van gemeenten, politie en OM) bij elkaar gestoken en is er op 31 januari 2011 een Plan van Aanpak Woninginbraken “District De Waarden” (hierna: PvA woninginbraken) verschenen. De maatregelen en acties die in het PvA woningbraken staan beschreven kunnen per gemeente of gezamenlijk uitgevoerd worden. Een werkgroep (politie, OM en gemeenten) heeft op verschillende sporen maatregelen met een bijbehorend draaiboek ontwikkeld. Voor het preventieve spoor, bedoeld voor gemeenten, zijn verschillende maatregelen ontwikkeld. Volgende stap is dat de bestuurders bepalen welke maatregelen regionaal ‘verplicht’ uitgevoerd moeten worden en welke gemeente facultatief uit kunnen voeren. 3.5.2 Doelstelling(en) Doelstellingen 2014 ■ Aantal (aangegeven) woningbraken in de beleidsperiode 2011 – 2014 is minder dan in de beleidsperiode 2007 – 2010 (< 296) ■ Aantal (aangegeven) woninginbraken in 2014 is minder dan in 2010 (< 105) 3.5.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ Tijdens districtsoverleg is op regionaal niveau een PvA woninginbraken vastgesteld ■ Inventarisatie op regionaal niveau welke maatregelen gemeente uitgevoerd hebben en van plan zijn uit te voeren ■ Regionale samenwerking / bundeling acties en maatregelen (uitvoering PvA woninginbraken) ■ Promoten van preventieve maatregelen tegen woninginbraak via verschillende media (publiekscampagne, folder, regionale krant) ■ Stimuleren van bewoners om maatregelen te nemen tegen woninginbraak ■ Extra aandacht voor maatregelen / acties voor bestaande bouw. Nieuwbouw enigszins gereguleerd (Bouwbesluit en optioneel PKVW). ■ Bij omgevingsvergunningen worden nieuwbouw en renovatie getoetst aan het bouwbesluit
■ Integraliteit ■ Centralisatie ■ Programmatisch werken ■ Preventie ■ Coördinatie ■ Kennis en kosten delen
■ Inbraakpreventie opnemen in het programma van eisen van de gemeente bij de ontwikkeling van projecten ■ Corporaties stimuleren op toepassen eisen uit
■ Preventie ■ Gerichte voorlichting ■ Zelfredzaamheid stimuleren ■ Bewustwording
■ Toetsen technische eisen aan woning (hang- en sluitwerk) ■ Preventie ■ Preventie ■ Voorlichting ■ Door het PKVW worden handvaten
14
Politiekeurmerk Veilig Wonen (PKVW). Zowel bij nieuwbouw als bij bestaande bouw. Nieuwbouwprojecten ■ Burgers stimuleren om eisen uit PKVW toe te passen ■ Preventieavonden organiseren ■ Signaleringsgroepen in Buren, Kerk-Avezaath, Zoelen, Maurik en Lienden ■ In Ingen en Eck en Wiel zijn signaleringsgroepen in oprichting ■ Meldingennetwerk signaleringsgroepen Buren, KerkAvezaath en Zoelen hebben een eigen website met meldingensystematiek gerealiseerd
aangereikt waarvan bewezen is dat ze de kans op inbraak reduceren ■ Preventie ■ Bewustwording burgers vergroten ■ Preventie ■ Samenwerking burger en overheid ■ Groter meldingennetwerk ■ Eenduidige meldingensystematiek signaleringsgroepen ■ Gemeentebreed extra ogen en oren die bereid zijn meldingen door te geven
3.5.4 Nieuwe activiteiten (deels aangevangen in 2013) Maatregelen/acties
Beoogde werking
■ Uitvoering geven aan regionaal project (afhankelijk van regionale bestuurlijke besluitvorming): Besmettingsbrief Witte voetjes project Burgernet Keurmerk Veilig Wonen Preventieavonden Regionale woninginbrakenkrant Donkere Dagen Offensief Week van de Veiligheid ■ Meldingennetwerk signaleringsgroepen optimaliseren ■ Signaleringsgroepen ‘promoten’ in kernen waar er nog geen actief is / versterken structuur bestaande signaleringsgroepen
■ Integraliteit ■ Centralisatie ■ Programmatisch werken ■ Preventie ■ Bewustwording burgers vergroten ■ Coördinatie ■ Kennis en kosten delen
■ Eenduidige meldingensystematiek signaleringsgroepen ■ Gemeentebreed extra ogen en oren die bereid zijn meldingen door te geven
3.5.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer Adviseur Integrale Veiligheid RO Politie, Openbaar Ministerie, gemeenten Regio Rivierenland, ODR IV-overleg Regio Rivierenland
3.5.6 Begroting begroting 2014
In de begroting is € 4.000 voor voorlichting en communicatie in de begroting opgenomen.
15
3.6 Actieve gemeentelijke handhaving van artikelen uit de APV en milieuwetgeving De gemeenteraad heeft het Integraal Handhavingsbeleidsplan 2011 - 2014 opgesteld. Op basis van een risicoanalyse zijn prioriteiten vastgesteld. Deze prioriteiten zijn vertaald in handhavingsniveaus. Hoe groter het risico, hoe hoger het handhavingsniveau. Dit wordt jaarlijks uitgewerkt in een handhavinguitvoeringsprogramma. 3.6.1 Huidige situatie Per 1 april 2013 is ODR van start gegaan. De gemeente Buren heeft haar milieu- en WABOtaken (vergunningverlening, toezicht en handhaving) overgedragen aan de ODR. De ODR voert de handhaving van de milieuwetgeving en de APV voor ons uit op basis van een dienstverleningsovereenkomst. Lokaal of regionaal, waarborging van het uitvoeren van een actieve (gemeentelijke) handhaving van de APV taken is een prioriteit. 3.6.2 Doelstelling(en) Doelstellingen 2014 ■ Handhavingstaken in de fysieke leefomgeving over milieu die handhavingsniveau 1 hebben worden in 2014 uitgevoerd ■ Handhaving van APV taken die handhavingsniveau 1 hebben worden in 2014 uitgevoerd
3.6.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ Vaststellen van een integraal handhavingsbeleidsplan voor de fysieke leefomgeving 2011 - 2014 ■ Handhaven op basis van verschillende handhavingsniveaus. Hoe groter het risico, hoe hoger het handhavingsniveau. ■ Vaststellen van en werken volgens het Uitvoeringsprogramma Handhaving 2013 ■ Handhavingstaken in de fysieke leefomgeving die handhavingsniveau 1 hebben worden in 2013 uitgevoerd. Dit geldt voor de taakvelden ‘Bouwen’, ‘Milieu’, en ‘APV’.
■ Vaststellen doelen en prioriteiten (gebaseerd op risicoanalyse) voor de beleidsperiode 2011 - 2014 ■ Risicogestuurd en efficiënter handhaven ■ Programmatisch handhaven van de doelen en prioriteiten van het handhavingbeleidsplan ■ De effecten waar we risicomijdend mee om (willen) gaan (veiligheid, openbare orde en gezondheid) hebben hoogste prioriteit ■ Uniformiteit, gelijkheid ■ Risicogestuurd en efficiënter handhaven
■ Handhaven op basis van verschillende handhavingsniveaus volgens een handhavinguitvoeringsprogramma. Hoe groter het risico, hoe hoger het handhavingsniveau. ■ Dienstverleningsovereenkomst opgesteld
■ Borging afspraken
3.6.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer en Wethouder G.J. van Ingen Adviseur Integrale Veiligheid (A&O) Medewerker APV en Bijzondere wetten Politie, Brandweer, ODR
3.6.6 Begroting begroting 2014
Reguliere toezichtstaken; opgenomen in dienstverleningsovereenkomst met ODR
16
3.7 Buurtbemiddeling Buurtbemiddeling is een methode om buurtgenoten in een conflictsituatie weer met elkaar in gesprek te brengen. Getrainde vrijwilligers helpen de partijen om het onderlinge contact te herstellen. En zelf oplossingen voor het conflict te bedenken. De methode die de bemiddelaars gebruiken, werkt drempelverlagend en maakt gelijkwaardige communicatie mogelijk. Vrijwilligers kunnen veel aandacht besteden aan herstel van het contact tussen de partijen. Buurtbemiddeling is vooral toe te passen bij irritaties of conflicten tussen buren in de dagelijkse leefsfeer. Het gaat om situaties die te licht zijn voor formeel optreden door politie en justitie. Voorbeelden zijn: geluidsoverlast, schuttingen, overlast door kinderen of huisdieren, vernielingen en/of rommel. Onenigheid waar wij als gemeente vaak voor ingeschakeld worden (klachten en handhavingverzoeken). Dat kost ons veel tijd, maar het conflict verhelpen we niet. Buurtbemiddeling gaat op zoek naar de kern van het conflict. Van daaruit wordt naar een oplossing gezocht. Na meerdere onderzoeken blijkt dat buurtbemiddeling een effectief middel is om conflicten laagdrempelig op te lossen. Uit de benchmark van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) blijkt dat 67% van de bemiddelde conflicten wordt opgelost. Uit onderzoek van het ministerie van Justitie blijkt dat meer dan 90 % van de lokale betrokkenen 5 - zowel deelnemers als professionals - tevreden tot zeer tevreden is over de methode. 3.7.1 Huidige situatie In (november) 2012 hebben we een contract ondertekend met Elk Welzijn. Samen met 4 andere gemeenten uit de regio Rivierenland hebben we met Elk Welzijn een buurtbemiddelingsorganisatie opgezet, die inmiddels ruim een jaar actief is. Vanaf 2014 sluiten twee andere gemeenten aan bij het project. Culemborg heeft separate (ruimere) afspraken over af te nemen diensten van ELK en valt daarom buiten het project. Alleen Geldermalsen maakt geen gebruik van de diensten van Elk Welzijn. Er zijn op dit moment 29 vrijwillige buurtbemiddelaars actief, waarvan er 7 afkomstig zijn uit de gemeente Buren. 3.7.2 Doelstelling(en) Doelstelling 2014 ■ Een operationeel (Burens) buurtbemiddelingsproject ■ Aantal behandelde zaken in 2014 groter dan in 2013 ■ Meer gemeentelijke verwijzingen dan in 2013
3.7.3 Huidige activiteiten Huidige activiteiten
Werking
■ Deelname aan regionaal project buurtbemiddeling
■ Regionale schaalvoordelen ■ Preventie ■ Laagdrempelige vorm van communicatie omdat het door ‘gelijken’ gedaan wordt (onafhankelijke derden) en voor burgers gratis is ■ Vergroting van veiligheid en leefbaarheid ■ Vrijwilligers worden begeleid en getraind: bewaking kwaliteit
■ Projectcoördinator neemt zaken aan, toetst ze op ontvankelijkheid en zet twee vrijwilligers op een zaak ■ Vrijwilligers zijn getraind en geschoold tot (gecertificeerde) buurtbemiddelaars ■ Vrijwilligers gaan met beide partijen in gesprek. Als beide partijen mee willen werken dan komen partijen bij elkaar op een neutrale plek om het conflict te bespreken ■ Meer en andere verwijzers van buurtbemiddelingszaken informeren en inschakelen
3.7.4 Nieuwe activiteiten 5
Ministerie van Justitie, Het succes van buurtbemiddeling, Utrecht, Maart 2004.
17
Maatregelen/acties
Beoogde werking
■ Buurtbemiddeling promoten onder burgers en professionele verwijzers
■ Preventie ■ Vermindering werklast (gemeente, politie en woningbouwcorporatie) ■ Vergroting van veiligheid en leefbaarheid ■ Stimuleren van zelfredzaamheid van burgers ■ Kennisdeling ■ Vergroting betrokkenheid en gevoel van waardering
■ Regionale kennisbijeenkomsten organiseren voor vrijwilligers
3.7.5 Actoren portefeuillehouder(s) ambtelijk ‘trekker’ interne uitvoeringspartners externe uitvoeringspartners samenwerkings-/overlegstructuur
Burgemeester J.A. de Boer Adviseur Integrale Veiligheid IZ, V&H Politie, Welzijnsorganisatie, Woningbouwcorporaties Netwerk Leefbaarheid Buren
3.7.6 Begroting begroting 2013
In het subsidie- en ondersteuningsbeleid heeft de Raad € 12.000 beschikbaar gesteld voor buurtbemiddeling.
18