april 2008
Naar een veiliger samenleving
10
Werkstrafbedrijven
minuten
Openbaar Ministerie Rechters
Even tijd voor de reclassering
Gevangeniswezen Gemeentebesturen Politiek Onderwijsinstellingen Maatschappelijk dienstverleners Onderzoekers Politie Ministeries
Lessen van de lector
TomTom voor toezicht
Regels zijn zaligmakend
reclassering nederland
10
April 2008 | 2
minuten Even tijd voor de reclassering
3 Relaties onder de loep 5 Wetenschapper wast doordravers de oren 7 Samen trainen om beter te gaan samenwerken 9 Handboek wil een schot midden in de roos zijn 11 Door de bomen is het bos straks weer te zien 13 Wie zaait zal oogsten 15 Denken kun je leren, net als hardlopen 17 Burgemeester in onrusttijd 19 Duidelijke regels zijn nodig en spelbepalend 21 Poort uit, deur binnen
Tijd is kostbaar. Kennis en informatie ook. Er gebeurt veel in de wereld
van de reclassering. Een deel is interessant en relevant voor strafrecht keten, openbaar bestuur, politiek, maatschappelijke dienstverlening, zorg, onderwijs en onderzoekers. Goed om te weten. Zoeken en vooral vinden kan nog wel eens tijd kosten. Daarom hierbij een aardige selectie. Misschien genoeg. En anders een prikkel om wat verder te graven.
600 seconden. 10 minuten. Om te scannen, te lezen of te scheuren.
10 actuele onderwerpen rondom reclasseringswerk. Hoofdlijnen en belangwekkende details. Van alles wat, voor iedereen wat.
Bijzonder lectoraat
|3
Onderwijsinstellingen Onderzoekers Maatschappelijk dienstverleners
Bijdragen aan professionaliteit
Relaties onder de loep ‘Een levensloop ombuigen is echt andere koek dan het aanmeten van
een bepaalde vaardigheid. Het is anders dan iemand van een fobie afhelpen of aan het werk krijgen. Bij reclasseren zijn kortetermijnsuccessen maar betrekkelijk interessant. Het gaat om de rest van een mensenleven.’ Jo Hermanns is niet alleen hoogleraar opvoedkunde aan de Universiteit van Amsterdam, maar sinds kort ook lector aan de Hogeschool Utrecht. Hij stelt zich onder meer tot taak een bijdrage te leveren aan de profes sionaliteit van het reclasseringswerk. Hij belooft positief-kritisch te zijn. ‘Maar innoveren doet doorgaans ergens pijn. Zeker als een ander komt vertellen wat beter kan en moet.’
‘De nadruk op repressie, met opsluiting in de moderne varianten van kerkers, als basale overheidsstrategie om criminaliteit te beheersen is volledig achterhaald en in strijd met de weten schappelijke kennis die de psychologie de laatste decennia heeft voortgebracht.’ Prof. dr. Corine de Ruiter, hoogleraar Forensische Psychologie aan de Universiteit Maastricht
reclassering nederland
April 2008 | 4
Een bijzonder vak. ‘We bestuderen niet hoe de keten haar werk doet.
Ons interesseren de microprocessen. We leggen de handelwijze van de individuele professional onder een vergrootglas en ontleden haar. Wat zit in de gereedschapstas en op welk moment gebeurt er iets in de relatie met de dader of verdachte? Met de justitiabele, zoals wij lekker neutraal zeggen. Want juist die relatie is bijzonder. Bijzonder moeilijk bovendien. Er zit een ingebouwde spanning tussen hulp bieden en dwang toepassen. Tussen zorg verlenen en zorg door de strot duwen. Dan heeft de gewone psychotherapeut met een in de kreukels zittende klant het een stuk makkelijker.’
Uit het leven gegrepen. ‘Het proberen tegen te houden van
probleemgedrag, zou wel eens een weinig houtsnijdende aanpak kunnen zijn. We moeten eerder scherp stellen op momenten, prikkels en mechanismen die mensen positieve keuzes laten. De jeugdcrimina liteit vertoont een piek rond het zeventiende levensjaar, in de late adolescentie, de vroege volwassenheid. Tussen 24 en 35 gaan vervol gens velen weer het rechte pad bewandelen. Spontaan. Als wij weten dat dit in het gewone leven gebeurt, kunnen we binnen de reclass ering zo’n proces misschien oproepen. Op die manier zijn de vol harders in het kwaad mogelijk de goede kant op te dirigeren.’
Sociale krachten. ‘Natuurlijk moet iemand de juiste eigenschappen
hebben om van het verkeerde pad af te stappen. Maar belangrijker is de invloed van de omgeving. We moeten minder scherp stellen op het persoonlijke en meer op het sociale kapitaal. Het investeren in perso nen en instellingen om participatie in het – tussen aanhalingstekens – gewone leven weer mogelijk te maken, is minstens even belangrijk als het investeren in persoonlijke competenties.’
Nazorg beter organiseren. ‘Na vertrek uit gevangenis of jeugd
inrichting gaat het vaak snel fout. Ze vallen niet in een sociaal net werk. Integendeel, tijdens de detentie zijn ze bijna kunstmatig uit de sociale werkelijkheid gehaald. Als er geen deskundige regie komt op het herstellen van een goed netwerk, is reïntegratie tot falen gedoemd. Nazorg is nu teveel los zand. Plaatselijk wil het nog wel eens ontbreken aan samenwerking en de kennis van daders en hun omgeving.’
Jo Hermanns ■ ■ ■ ■ ■
studeerde psychologie
promoveerde op vroegtijdige onderkenning van ontwikkelingsstoornissen vervulde verschillende functies in de jeugdhulpverlening is sinds 1991 hoogleraar opvoedkunde aan de UvA
voegt daar een bijzonder lectoraat aan de Hogeschool Utrecht aan toe
Meer over loopbaan, werk, publicaties en lezingen: www.johermanns.info
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Elektronische controle
|5
Onderzoek Politiek
Onderhuidse chip is verkeerd signaal
Wetenschapper wast doordravers de oren ‘Mensen zijn geen dieren. Misschien is het mogelijk om de gangen van daders te controleren door een elektronische chip onder de huid aan te brengen. Ik heb gezien dat de Britse regering met de gedachten speelt om die techniek bij gevangenen toe te passen. Maar het is een weerzinwekkend idee. Ik heb het artikel meteen in de hoek gesmeten.’ Criminoloog Jan Nijboer waarschuwt voor het hellend vlak. Elektronisch toezicht is in ontwikkeling. In brainstorms gaan de wildste ideeën over tafel, tot oormerken aan toe. De meeste verdwijnen weer naar de prullenbak: technisch niet haalbaar, maatschappelijk niet aanvaardbaar. Volgens Jan Nijboer, die vanuit de Rijksuniversiteit Groningen op dit terrein onderzoek doet, hoort de onderhuidse chip daar ook thuis
‘Als we bereid zijn om met GPS auto’s te volgen, waarom dan geen mensen? Je kunt deze chips inbrengen bij díe gevaarlijke zedendelinquenten die gecontroleerd willen worden.’ Ken Jones, voorzitter Brits Coördinerend Politieberaad
reclassering nederland
April 2008 | 6
Het gemak dient de mens. En ook de toezichthoudende instelling.
Vanuit die filosofie lanceert de Britse regering het plan om bij gevan genen een microchip aan te brengen. Elektronica ter grootte van twee rijstkorrels injecteren en klaar is Kees. Zo zijn ze beter in de gaten te houden. De met 80.000 delinquenten overvolle celcomplexen zouden daardoor wat meer lucht krijgen. Maar ook bij daders onder reclas seringstoezicht denken de Britten aan deze techniek. Spionagechips, heten ze inmiddels in de volksmond en bij particuliere beveiligers. Al in gebruik bij honden, katten, vee, luchtvracht en kostbaarheden. Volgens een woordvoerder van de Britse regering is de hoop gevestigd op verbeterde chips die ook met GPS-satelieten kunnen communiceren.
Scepsis overheerst. Unitmanager Jos ter Voert, lid van de denktank
die zich binnen Reclassering Nederland met de elektronische controle bezighoudt: ‘We zijn net terug uit de Verenigde Staten en bij geen enkele producent heb ik daar de noodzakelijke technologie gezien. Voor het gebruik van GPS is behoorlijk wat vermogen nodig. Dat zie ik ze nog niet uit een chip halen. Nog los van de vraag of zo’n ontwik keling praktisch en wenselijk is.’ Onderzoeker Jan Nijboer: ‘Ik denk, hoop en verwacht dat ze in Groot Brittanië hun gezonde verstand terugvinden. Ook in Nederland acht ik sommige politici in staat om serieus over invoering na te denken... en het tenslotte niet te willen.’
Een onzinnig plan. Jan Nijboer ziet praktische en ethische bezwaren.
Net als een enkelband is de chip te verwijderen. ‘Als het belang maar groot genoeg is, snijden mensen zich vol overtuiging in eigen vlees; letterlijk. Zo’n chip levert je dus nooit de zekerheid die je graag zou willen. Al helemaal niet bij de mensen met het grootste risico. Maar ook ethisch ga je een grens over. De integriteit van het lichaam is een groot goed. Zelfs bij ongedwongen deelname is de vraag hoe vrij die keuze is. Hangen of wurgen? Politici, bestuurders, wetenschappers en uitvoerders moeten zich hiervan afkeren. Want anders hebben ze straks spijt van al die kleine stapjes bergafwaarts. Dan blijken ze met z’n allen een kikker gekookt te hebben. Dat doe je door het beest in een bak koud water te zetten en geleidelijk de temperatuur op te voeren. De kikker blijft rustig zitten totdat het te laat is.’
RFID-chip ■ ■ ■ ■ ■
staat voor RadioFrequentie IDentificatie microchip geplaatst onder de huid
mogelijke informatie: identiteit, adres, strafblad
in gebruik bij dieren, transport en in het biometrische paspoort zendt elke twee seconden een signaal uit
Meer informatie over RFID en haar toepassingen is te vinden via: http://www.watisrfid.nl
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Terugdringen Recidive
|7
Gevangeniswezen Politiek Reclasseringswerkers
Themadagen met gevangeniswezen
Samen trainen om beter te gaan samenwerken Het stokje op het juiste moment doorgeven. En het in volle vaart voor al niet laten vallen. Die ogenschijnlijk eenvoudige opgave uit de wereld van de atletiek is breed toepasbaar. Ze vormt de kern van veel ketenactiviteit. Weten waar de partners zijn, wat ze doen, waar ze naartoe willen, wat ze verwachten. Dat geldt in tal van takken van organisatorische en bedrijfs matige sport. Gevangeniswezen en Reclassering Nederland trainen zich daarin. Samen proberen ze ex-gedetineerden op het goede pad te houden.
Terugdringen Recidive is de gemeenschappelijke opdracht. De doelgroep bestaat uit gedetineerden die de cel voorgoed gedag willen zeggen na een stevige periode binnen de gevangenismuren. Meteen na het vonnis buigen de twee organisaties zich over een gezamenlijke aanpak. Drie tot zes maanden voor ontslag neemt de reclassering het stokje over.
‘Sta je buiten de poort en er is niets geregeld, dan is de kans om weer de fout in te gaan groot’ Peter van der Sande, sectordirecteur Gevangeniswezen
reclassering nederland
April 2008 | 8
Compleet pakket maatregelen. Het meerjarig programma Terug
dringen Recidive kent meerdere pijlers. Om te beginnen een betere diagnose van misdaadverhogende factoren. Meer en doeltreffender gedragsbeïnvloeding. En het beter organiseren van de weg terug. Voor gevangenen die als laatste fase van hun straf al mogen wennen aan de buitenwereld, is er een speciaal programma. Met reclasserings toezicht. Ook de enkelband doet goed werk. Binnen de gevangenis muren nemen speciale trajectbegeleiders de voorbereiding ter hand. Buiten wacht het toezicht.
De praktijk is weerspannig. Jacqueline Roedema, hoofd Coördinatie Bureau Terugdringen Recidive geeft een voorbeeld: ‘We geven op dracht voor een adviesrapport-reïntegratieplan. De reclasseringsbalie wijst de gedetineerde toe aan Reclassering Nederland. Tijdens de diagnose blijkt de verslavingszorg alsnog een betere keuze. Maar daar zijn dan capaciteitsproblemen. Jammer van de afgesproken doorloop tijden.’ Jacqueline Roedema ziet het vooral als een logistiek probleem: ‘De wereld van de reclassering komt fragmentarisch over. Eén aan spreekbare organisatie zou makkelijker geweest zijn. Maar aan goede wil – over en weer – ontbreekt het niet.’
Verwachtingen managen. Dat is het fundament van een goede
samenwerking. Jacqueline Roedema:’We spreken af dat de traject begeleider het eerste, formele gesprek doet en de reclasseringswerker de risicodiagnose stelt. Maar wat gebeurt er in zo’n eerste gesprek? Dan loopt de gedetineerde ineens leeg. Ligt het hele verhaal op tafel dat bij de RISc hoort. Ongevraagd. Ongewild. Op zo’n moment moet je kunnen rekenen op begrip van de collega bij de reclassering. Daarom houden we ook gezamenlijk themabijeenkomsten. Werkers uit de praktijk pakken een situatie bij de kop. Waar ging het goed en wat kan beter? Ervaringen uitwisselen. Kwaliteit vaststellen. Vervolgafspraken maken. Waar je samen optrekt, gaat niet alleen het stokje goed over, maar kun je ook meer vaart maken. En er is niks mis met elkaar af en toe uit de wind houden. Tijdens de ontmoetingen ontdekken de werkers soms dat ze dezelfde opleiding hebben en ook dezelfde taal spreken. Grappig wordt het als gevangeniswerkers, die de naam hebben streng te zijn, links gepasseerd worden door hun collega’s van de reclassering. Oei, waren dat niet die zachte types?’
Terugdringen Recidive ■ ■ ■ ■ ■
Gebruik RISc bij diagnose gedetineerden Opstellen van een reïntegratieplan Effectieve gedragsinterventies Transparante samenwerking
Aansluiting op nazorg binnen gemeenten
Meer informatie hierover is te vinden op www.justitie.nl, zoeken naar ‘Terugdringen Recidive’
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Methodiek werkstraffen
|9
Openbaar Ministerie Rechters Politiek Werkstrafbedrijven
Engelse werkgestraften slopen tanks
Handboek wil een schot midden in de roos zijn Zeuren en sleuren is geen lolletje. Steeds meer daders krijgen een
werkstraf opgelegd en moeten die ondergaan. Zonder tegenspraak, uitvluchten of duikgedrag. En dat bij een bonte verzameling mensen: van gelegenheidsdief tot beginnende beroepscrimineel, van verkeersovertreder tot miskende minnaar. Het gaat om méér dan het bieden van werk. Structuur, zinvolle daginvulling, iets terugdoen voor de samenleving en het gevoel van straf leggen evenzeer gewicht in de schaal. De werkstraf heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een heuse methodische aanpak. ‘Werk maken van straf’ heet het bijbehorende handboek. Lous Krechtig, sociaal-psycholoog en methodiektrainer is de auteur. Ze sprak met tientallen werkers en werkmeesters. Een klankbordgroep keek mee. Het boek stoelt op de praktijk. En geeft daar meteen richting aan.
‘Een ander op de been helpen, zonder dat je hem daarbij op de tenen staat, dat is pas tact.’ Curt Goetz (1888 – 1960) Duits toneelspeler
reclassering nederland
April 2008 | 10
Zelfkritiek is het begin van wijsheid. Lous Krechtig hoeft niet
lang na te denken over verbeteringen aan de methodiek. ‘We moeten verder uitwerken hoe werkstraf kan helpen geen delicten te plegen. Straffen, maar mensen ook bagage voor de toekomst meegeven; op die combinatie moeten we kien zijn: hen iets leren wat ze later nodig hebben. In Engeland sleutelen werkgestraften ’s ochtends een oude tank uit elkaar en ’s middags volgen ze een cursus voor automonteur. Dan koppel je werkstraf aan het opdoen van een concrete beroeps vaardigheid.’
‘De start is simpel. Je benadert iedereen op dezelfde manier. Je legt de
regels uit, vertelt wat je van hen verwacht. Maar daarna is het een kwestie van bespelen, bespelen, bespelen en motiveren. Steeds weer. Het hoe is afhankelijk van de persoon, de situatie, het werk. Zelfs van het weer. Als het keihard regent, zeg je: ‘Sorry jongens, we moeten het er nou eenmaal mee doen’. Je zegt niet: ‘En nou niet zeuren, gewoon werken.’ Henk de Ruiter, 56 jaar, werkmeester in Flevoland
Handreiking, geen handleiding. Uiteindelijk gaat het maar om
één ding: succesvolle afronding van de werkstraf. De methodiek werk straffen biedt daarvoor een kader. Medewerkers van de werkstrafunit, werkmeesters en begeleiders in deelnemende bedrijven kunnen er hun voordeel mee doen. Het helpt hen om te gaan met verschillende soorten mensen, soms met ingewikkelde levens, soms zelfs een psychiatrische stoornis. Zij moeten inspiratie krijgen om op het juiste moment het noodzakelijke zetje te geven. Lous Krechtig: ‘Het gaat niet langer om het angstvallig naleven van regeltjes. Het boek maakt een einde aan de discussies tussen de preciezen en de rekkelijken. De in kaart gebrachte praktijkervaring leert dat zij allemaal en altijd hetzelfde doel nastreven: een succesvolle afronding van de werkstraf.’
‘Ik heb geen vast recept. Ik kan alleen wat kenmerken noemen van
mijn werkwijze. Rust, regelmaat en motivatie, met een klein beetje inlevingsvermogen. Streng doch rechtvaardig zijn. De daders moeten hun werkstraf op een rustige, nuttige manier kunnen doorbrengen. Dreigen is een zwaktebod. In de twaalf jaar dat ik werkmeester ben, heb ik er maar vier weggestuurd. En het zijn echt niet allemaal lieverdjes. Soms hebben ze andere levens stukgemaakt, en soms zelfs een mens.’ Henk de Ruiter, 56 jaar, werkmeester in Flevoland
Succesrijker ■ ■ ■ ■ ■ ■
vrouwen ouderen
vast werk
partner en gezin
gelegenheidsvergrijpen
geen crimineel verleden
Werk maken van straf De methodiek werkstraffen Lous Krechtig, i.s.m. Reclassering Nederland ISBN: 978 90 6665 873 8 Hardcover uitgave, 168 pagina's Prijs: € 24.90
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Routering Toezicht
| 11
Openbaar Ministerie Politiek Gevangeniswezen
Wijzer met wegwijzers
Door de bomen is het bos straks weer te zien Computerbewaking rukt op. Met één druk op de knop is straks duidelijk hoe het met elk afzonderlijk reclasseringstoezicht gesteld is. Wie? Wat? Waar? Hoe lang? Wanneer gestart? Wanneer afgelopen? Informatie mag niet verdwalen. Zeker niet in de strafrechtsketen. Een nieuwe route op de digitale snelweg moet zorgen dat dossiers niet kwijtraken, dat daders de dans niet ontspringen door vertragingen of dat mensen niet domweg langs elkaar heen werken. Routering Toezicht. Zo heet de proef in Zwolle die de beste weg moet zoeken voor de groeiende stroom informatie over toezichten. Transparant, overzichtelijk, efficiënt, doeltreffend.
‘Zorg voor een systeem van procesbewaking van toezichten, met name op de overdrachtsmomenten tussen het OM en de reclas sering zoals het versturen en ontvangen van toezichtopdrachten en het afloopbericht. Maak hierover afspraken met het OM. Normeer de starttermijn van toezichten en monitor deze.’ Aanbeveling uit ‘Ketenaansluiting reclassering en Openbaar Ministerie’, Inspectie voor Sanctietoepassing, oktober 2006
reclassering nederland
April 2008 | 12
De spin in het web. Het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) in
Leeuwarden kan méér dan verkeersboetes innen. De uit de kluiten gewassen computers en de bijbehorende deskundigheid zijn ook voor andere taken inzetbaar. Dat had niemand gedacht toen de organisatie in 1990 met vijf medewerkers startte. Inmiddels zijn dat er 900. Incasso blijft een kerntaak, maar het bureau heeft ook een coördinerende en informerende rol bij bijvoorbeeld taakstraffen en arrestatiebevelen. In dat verlengde past een spilfunctie: het kanaliseren en bewaken van toezichtgegevens.
Omweg loont. De korte lijnen tussen de reclasseringsbalies en het
Openbaar Ministerie blijven bestaan. Plaatselijk direct contact heeft bewezen waardevol te zijn. Even een dossier bespreken, wat extra toelichting vragen, van gedachten wisselen, afspraken bijstellen. Maar als de proef overgaat in een landelijke praktijk stroomt alle formele informatie via Leeuwarden. Vanuit alle arrondissementen en alle reclasseringsregio’s. Die omleiding lijkt de kortste weg naar een zekere afwikkeling. Uniform, goed bewaakt, voorzien van een automatisch alarmeringssysteem. Net als bij de verkeersboetes: één dag over tijd en alle bellen gaan af. Niemand ontsnapt.
Beter bestuurbaar. De eerste ervaringen met de praktijkproef zijn
veelbelovend. Het CJIB is in staat om uit complete vonnissen digitaal de noodzakelijke passages te filteren. Dat bespaart het Openbaar Ministerie tijdrovend knip- en plakwerk. Er is ook minder kans op fouten. De reclassering start de toezichten op tijd, omdat het CJIB anders meteen een signaal geeft. De computer ziet toe. Maar de computer is niet de baas. Marcel Meijer, projectleider bij de drie reclasseringsorganisaties: ‘We willen het proces binnen de keten beter bestuurbaar maken. We brengen daartoe de randvoorwaarden op orde. Openbaar Ministerie en de reclassering moeten zelf voor de invulling zorgen. Verdergaande automatisering vraagt bijvoorbeeld om precieze afspraken en meer discipline in het gebruik. Beide partijen hebben een andere rol in het toezicht. Ze staan er ook anders in. De mate waarin verschillen glad te strijken zijn, bepaalt of landelijke invoering er straks snel inzit. Naast wegen omleiden is het ook een kwestie van bruggen bouwen.’
Het proces ■ ■ ■ ■ ■ ■
Betere kanalisatie van toenemend aantal toezichten Alle informatie stroomt via centrale computer CIJB Signaal als voortgang proces ergens stokt
Managementinformatie: in- en uitgaande toezichten Doorlooptijden gemeten, termijnen bewaakt
Sinds maart ook algehele voortgangsbewaking, rappellering en coördinatie interventies
Het CJIB heeft als taak het innen van verkeersboetes en door de rechter opgelegde schadevergoedings- en ontnemingmaatregelen. Daarnaast coördineert ze vrijheid- en taakstraffen en arrestatie bevelen. Verder informeert ze aan publiek en pers en voorziet ketenpartners van info die ze nodig hebben bij hun taken. www.cjib.nl
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Opleiding
| 13
Onderwijsinstellingen Maatschappelijk dienstverleners Onderzoekers Beleidsmakers
Van kennis tot kunde
Wie zaait zal oogsten De eerste lichting komt eraan. Het hoger beroepsonderwijs
levert binnenkort zijn eerste afgestudeerde reclasseringswerkers af. Zo’n 120 studenten hebben in hun vierde studiejaar de minor ‘Werken in een gedwongen kader’ gevolgd. De eerste evaluatie vindt plaats. Sommige onderdelen blijken te lastig of te hoog gegrepen, maar enthousiasme overheerst. Reclassering Nederland heeft geïnvesteerd in een op de praktijk toegesneden hogere beroepsopleiding. Het voorlopige succes belooft een toestroom aan gemotiveerde en goed voorbereide sollicitanten. Dat sluit mooi aan bij de behoefte van de organisatie en de roep naar een veiliger samenleving. Wie zaait zal oogsten.
‘Steeds stelden we ons de vraag of studenten na afloop daadwerkelijk iets kunnen in tegenstelling tot alleen iets weten.’ Projectleider Frank Philippart
reclassering nederland
April 2008 | 14
De behoefte is duidelijk. Vrijwillige hulpverlening geeft onvol
doende antwoord op de vragen van deze tijd. Dat geldt zeker bij de reclassering, maar ook bij jeugdinrichtingen, kinderbescherming, sociale diensten, conflictbemiddeling en zelfs de volkshuisvesting. Het accent verschuift van individu naar maatschappij. Naar een leefbare en veilige samenleving bovendien. In veel gevallen vraagt dat om een combinatie van begeleiding en controle. De methodiek ‘Werken in gedwongen kader’ voorziet daarin.
De aanpak valt in goede aarde. Dit studiejaar voor het eerst
hebben HBO-studenten in hun laatste jaar met de nieuwe methodiek kennis kunnen maken. Een half jaar lang theorie, casussen en praktijk gerichte opdrachten. Vijf hogescholen hebben meegedaan. Komend studiejaar volgen er meer. Ook kijkt een volwaardige afstudeervariant ‘Werken in gedwongen kader’ – een major – al voorzichtig om de hoek. En het met HBO-kennis bijspijkeren van reclasseringswerkers is eveneens aan de orde. Uiteindelijk draait het om aansluiting op de beroepspraktijk.
De belangstelling is groot. Ron Foss, docent aan de Hogeschool
Leiden en opleidingscoördinator van de minor: ‘De praktijk klinkt nadrukkelijk door in het lespakket. De belangstelling bij studenten is bovendien groot. Dat is wel eens anders geweest. Misschien kwam dat door een negatief imago van het soort werk. De vrees om alleen maar met gekken en gevaarlijke mensen te moeten omgaan. De onzekerheid of ze dat wel aankonden. Geen zin om de schuld te krijgen van de zoveelste ontsnapping... We geven hen nu een betere kijk op forensisch werk, verslavingszorg, de reclassering. Dat helpt om goed onderbouwd tot een beroepskeuze te komen. De evaluatie van de minor was in elk geval positief. Studenten waren graag eerder met dit aanbod geconfronteerd. Dat spreekt zich rond. Jongerejaars kiezen ineens massaal voor aanverwante vakken. En de afstudeerders? Sommigen zijn al begonnen met het schrijven van sollicitatiebrieven.’
De praktijk kan oogsten. Marleen Nieuwland, projectleider Opleiden en Kennis, is positief gestemd: ‘Studenten leren met weerstanden om te gaan. We hebben mensen nodig die onze werkwijze aankunnen en daarnaast in staat zijn tot zelfreflectie en professioneel handelen. Ze weten hun grenzen goed te bewaken, de kern te pakken uit een stortvloed aan informatie. Ze moeten mensen kunnen motiveren en sturen. En als ze dan ook nog eens stevig in hun schoenen staan, zijn ze zeker welkom.’
Minor voor studenten ■ ■ ■
Maatschappelijk Werk en Dienstverlening Sociaal Pedagogische Hulpverlening Pedagogiek
Speciale kennis van: ■ ■ ■ ■ ■
Observeren, rapporteren, verantwoorden Conflicthantering
Agressie en deëscalatie
Psychopathologie en gedrag Recht en zijn toepassing
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Training Cognitieve Vaardigheden
| 15
Openbaar Ministerie Rechters Maatschappelijk werkers
Wetenschappelijk bewezen werkzaam
Denken kun je leren, net als hardlopen Eerst tot tien tellen: de volksmond heeft de oplossing voor een drei
gende ontploffing panklaar. Eerst denken, dan doen. Het lijkt zo vanzelf sprekend. Bij het beteugelen van agressie, maar ook bij het uit de weg ruimen van problemen. Toch heeft zeker zestig procent van de delictplegers hier moeite mee. De training Cognitieve Vaardigheden (CoVa) brengt daar verandering in. Wetenschappelijk gefundeerd. Met de zegen van de Erkenningscommissie Gedragsinterventies. Het kost nog een paar jaar voordat Nederland daarvan de rijpe vruchten plukt. Marijke Verkroost, manager Interventies bij Reclassering Nederland: ‘De meeste justitiabelen hebben meerdere problemen. Maar vooral hun manier van denken is mager ontwikkeld. De aanpak van dat cognitieve tekort geeft hen een betere basis om ook op andere gebieden iets te veranderen.’
‘De groep waarbij het grootste effect van de CoVa-training zichtbaar is bij de subschalen, betreft de deelnemers met een hoog recidiverisico. De CoVa-training lijkt dus vooral effectief voor een verbetering van de cognitieve vaardigheden bij deze groep.’ Rapport Verwey-Jonker Instituut
reclassering nederland
April 2008 | 16
Leren denken. Je kunt leren om je hersens anders te gebruiken. Het is
net als met lopen of hardlopen. Een nieuwe techniek leidt tot betere prestaties. En dan trainen, trainen, trainen. Op dit beginsel stoelt CoVa. Internationaal gooit deze gedragsbeïnvloeding al een tijdje hoge ogen. Onderzoek laat zien dat deelnemers 10 tot 15 procent minder vaak in hun fouten vervallen. In Nederland heeft deze training als eerste een officiële erkenning gekregen. Reclassering Nederland tekent voor de ontwikkeling en de invoering ervan. Naar schatting zullen de drie reclasseringsorganisaties haar jaarlijks ruim duizend keer toepassen. De praktijk zal het leren.
Leren ombouwen. De reclassering heeft een paar jaar geleden met haar
trainingen voor een nieuw pad gekozen. Minder keuze, meer doelgericht. En vooral bewezen doeltreffend: wetenschappelijk onderbouwd. Marijke Verkroost: ‘Ze hebben elkaar ontdekt, de wetenschap en de beroeps praktijk. Die wederkerige belangstelling leidt tot nieuwe inzichten. We kunnen gefundeerd afscheid nemen van oude trainingen. En dat durven we ook, omdat nieuwe, betere technieken in de maak zijn.’ De ontwikkel machine draait volop. In april stuurt Reclassering Nederland de training Arbeidsvaardigheden naar de Erkenningscommissie voor een volledige goedkeuring. Ook de andere reclasseringsorganisaties laten zich niet onbetuigd. Een leefstijltraining voor verslaafden heeft inmiddels een positief stempel. Verschillende andere zitten in de pijplijn: cognitieve vaardigheden voor verstandelijk beperkten, agressietraining en terugval preventie verslavende middelen. Deze bevinden zich allemaal in de testen meetfase. Op de tekentafel liggen tenslotte nog trainingen op het gebied van wonen, budgetteren en huiselijk geweld.
Leren waarderen. De nieuwe trainingen gaan langer duren en vragen
meer van de kandidaten. ‘Voortschrijdend inzicht’, zo betitelt Marijke Verkroost de koerscorrectie. ‘We hebben ontdekt dat iemand kortlopend bijspijkeren niet erg beklijft. Dus geen vijf korte prikkels, maar eerder twintig bijeenkomsten of meer.’ Dat stelt ook eisen aan het invoerings traject. De reclasseringswerkers moeten bijvoorbeeld allemaal goed op de hoogte zijn van wat een CoVa-advies betekent. Dat geldt ook voor de rechtbank. Marijke Verkroost: ‘Zolang er geen dekkend netwerk van gecertificeerde CoVa-trainers is, kun je moeilijk van mensen vragen dat ze in eigen tijd en voor eigen kosten twintig keer het halve land door reizen. Ook de strafmaat moet kloppen. Met een deel voorwaardelijk. En bij gevangenen lang genoeg zijn om de training ook af te maken. Kortom het blijft nog een paar jaar puzzelen.’ Uiteindelijk verwacht Marijke Verkroost dat zowel rechters als daders de training gaan waarderen. ‘Ook daders, omdat het voor hen de meest profijtelijke keuze is. Gezien hun toekomst, gezien de alternatieve straf. In elk geval kunnen we mensen geen ander gedrag aanleren als ze de hakken in het zand zetten. Het schiet niet op als iemand twintig avonden met de armen over elkaar en met een zuur gezicht op een training zit.’
Evaluatie effecten CoVa-training Reclassering Nederland – Drs. Bas Tierolf, Verwey-Jonker Instituut, 2007, ISBN 90-5830-252-6 Download het volledige rapport www.reclasseringnederland.nl/samenleving/afspraak/trainingen
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Bestuursdwang
| 17
Politiek Gemeentebesturen Onderzoekers
Vrees voor kiezen makkelijkste weg
Burgemeester in onrusttijd Sheriff met een keten. Zo kopte vorig jaar NRC kritisch. Burgemeesters
krijgen steeds vaker de rol van hoeders van de openbare veiligheid toege schoven. Bij huiselijk geweld, bij onlusten in de buurt, bij supportersgeweld. Allemaal terreinen met raakvlakken met de reclassering. De burgemeesters kunnen werken met geboden, verboden en boetes. Met de kleine gemeen tes staan echter niet te popelen. Wetenschappers evenmin. De Nijmeegse strafrechtgeleerde prof. Ybo Buruma krijgt de handen niet op elkaar voor de taakverruiming van de burgemeesters. Hij voorziet soms tunnelvisie. Bestuursdwang is al gauw kiezen voor de weg van de minste weerstand. Bij overlast in buurten bijvoorbeeld.
‘De burgemeester is bevoegd bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, de bevelen te geven die noodzakelijk te achten zijn voor de handhaving van de openbare orde.’ Gemeentewet, artikel 172, lid 3
reclassering nederland
April 2008 | 18
Niet te benauwd. ‘In het begin zullen burgemeesters heel precies kijken wanneer ze het bevel geven om achter de voordeur te duiken en een huisverbod op te leggen. Nederland kijkt immers met argusogen mee.’
Meegaand gedrag. ‘Probleemgezinnen en -groepen worden omringd door allerlei instanties en professionals. Op den duur zal een burgemeester op hun oordeel gaan leunen. Zo iemand wil tenslotte niet elke keer wijsneus uithangen.’
Goed oordelen. ‘Zelf als je – zoals ik – van boeven vangen houdt, wil je dat de juiste slechteriken gepakt worden. Ik ben helemaal geen proceduretijger, maar heb een hekel aan onschuldigen achter de tralies. En ook aan flink optreden achter de verkeerde voordeur.’
Onevenwichtig. ‘Elk huisje heeft z’n kruisje. Het is niet verwonderlijk
als professionals bij Ali of Pietje willen gaan kijken, zodra ze iets kwalijks vernemen. Maar je hebt goede checks and balances nodig om niet in de val te trappen dat kleine, gemakkelijk aan te pakken problemen te veel aandacht krijgen. Daardoor hoeven ze niet meer toe te komen aan grote, moeilijk te hanteren problemen. Iemand moet tegengaan dat bestuurders en uitvoerders leven naar het motto: ‘Big operations, big problems; small operations, small problems; no operations, no problems’.
Kritisch. ‘De burgemeester heeft voor dit soort beslissingen niet
doorgeleerd. De gemiddelde rechter overigens ook niet, maar die heeft wél geleerd te wegen. Dat is zijn vak. De gemiddelde burgemeester wil iets laten gebeuren. Dat hoort bij het ambt. Het gevaar van tunnelvisie is juist bij dit soort situaties levensgroot.’
Makkelijke weg. ‘Bij huiselijk geweld zijn mensen soms machteloos. Hoe kan justitie daar de vinger achter krijgen? Maar overlast en geweld op straat gebeurt in de openbaarheid. Dan moet de burge meester de politie gewoon – met gezag of met strafrecht – laten optreden en niet de makkelijke weg van overheidsdwang kiezen.’
Stok achter de deur. ‘Samenklonterende etters aanpakken kan met
een voorwaardelijke straf. Bij voorkeur opgelegd door de rechter of de Officier van Justitie. Misschien kan de burgemeester ook een tijdelijke gebiedsontzegging met sanctie opleggen. Vanzelfsprekend goed gefundeerd. Maar een fan ben ik daar niet van.’
Jaknikkende politici. ‘Bij rumoer in de Amsterdamse Baarsjes vroeg
een agent om een blowverbod op straat. Omdat de betreffende jongelui naar voorbijgangers spuugden en hen intimideerden. Alsof dat geen strafbare feiten zijn waarvoor je ze gewoon kunt aanpakken. En raadsleden maar braaf jaknikken.’
Het Ministerie van Justitie richtte in 2006 het Servicecentrum Handhaving op. Doel: de professionalisering en kwaliteits verbetering van de handhaving te (blijven) ondersteunen. Het centrum fungeert als kenniscentrum voor decentrale overheden op het gebied van handhaving. Zie www.servicecentrumhandhaving.nl
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Professionele ruimte
| 19
Onderwijsinstellingen Politiek Alle professionals
Verantwoordelijkheid nemen vraagt durf
Duidelijke regels zijn nodig en spelbepalend Het speelveld, de spelregels en instructies zijn helder. De spelers zijn
professionals. En toch is de race niet gelopen, de wedstrijd niet automatisch gewonnen. Dat geldt voor schaatsers, zwemmers, voetballers. Een beetje geluk wil helpen, maar uiteindelijk draait het om goed reageren op wat zich voordoet, om benutten van ruimte en mogelijkheden. Om inzicht. Samen spel, kennis, ervaring en vaardigheden maken de ware kampioenen. Zo werkt dat bij PSV of Ajax. Zo werkt dat ook bij andere professionals. Bij reclasseringswerkers bijvoorbeeld. Anneke Menger is gespecialiseerd in ‘Werken in gedwongen kader’. Ze doet onderzoek en doceert in het hoger onderwijs. Een sluitende definitie van professionele ruimte bij reclasseringswerk is ze nog niet tegengekomen. Maar praktische wijsheid is altijd een steunpilaar.
‘Geen uitgebreide bespiegeling vervangt ooit ervaring.’ Charles Sanders Peirce (1839 – 1914) Amerikaanse wetenschapper
reclassering nederland
April 2008 | 20
Het spel is duidelijk. Iemand zodanig controleren en beïnvloeden, dat de kans op recidive afneemt. Daar scoor je punten mee. Dat is wat de maatschappij van de reclassering vraagt. Anneke Menger: ’Met die opdracht begint het professioneel denken. Als organisatie en als medewerker het nodige toevoegen aan de samenleving. Vervolgens nagaan wat er bekend is over die opdracht. Ook wetenschappelijk. Wat moet je doen, hoe moet je handelen, welke theorieën zijn er?’
De spelregels zijn bekend. Werkkaders en denkramen, normen
en waarden, ze zijn de medewerkers gegeven. Maar menselijk gedrag is grillig. Reclasseringswerkers kunnen daardoor niet altijd over gebaande paden lopen. Voor bijzondere situaties moeten ze buitengewone oplossingen bedenken. Lessen uit het verleden komen dan goed van pas. Anneke Menger: ‘Die ervaring - praktische wijsheid noem ik dat - kleurt de professionele ruimte. Nergens staat beschre ven hoe iemand met meneer A in situatie B om moet gaan. Ook de wetenschap biedt geen receptenboek. De samenleving vertrouwt op de geldende regels. En op de professionaliteit van de werkers. Zij kunnen met hun kennis inschatten wat de beste vervolgactie is. En willen daar best verantwoording over afleggen.’
De spelers zijn professionals. Ze behoren te weten wat ze doen.
Bij hun training hoort sparren met collega’s, kijken naar wat onderzoek leert, luisteren naar wat de samenleving eist, durven vertrouwen op hun ervaring. Anneke Menger: ‘Het lef om binnen de bestaande richtlijnen zelf te beslissen. En de durf om daar verantwoordelijkheid voor te nemen. Dat maakt de professionals. Zij kunnen niet zomaar doen waar ze zin in hebben. De externe opdracht, wetenschap en organisatorische afspraken blijven gelden. De opdracht is aan management en beleids makers om noodzakelijke ruimte te bieden voor professionele afwe gingen. Daarbij hoort een klimaat waarin medewerkers hun dilemma’s, problemen en twijfels openlijk kunnen bespreken.’
Professionele ruimte: ■ ■ ■ ■ ■ ■
gestuurd door externe opdracht van beroep en organisatie maatschappelijke spelregels zijn leidend
wetenschappelijke inzichten geven grenzen en mogelijkheden aan noodzaak tot afwegingen in specifieke gevallen
professional en organisatie bepalen het gebruik ervan
verbonden aan verantwoordelijkheid en verantwoording
‘Met de verschuiving van de reclassering in de richting van outcome komt het oriëntatiepunt principieel op de juiste plaats te liggen: buiten de eigen organisatie, buiten de professional, bij de maatschappelijke opdracht, de cliënt en de samenleving. Dit is ook het juiste startpunt voor professioneel denken.’ Anneke Menger in haar toespraak op het congres ‘Actieve burgers, ondernemende professionals’, ter gelegenheid van de Amersfoortse Welzijns Dag 2007
10 minuten Even tijd voor de reclassering
Huisvesting ex-gedetineerden
| 21
Politiek Woningcorporaties Gemeentebesturen
Convenant over wonen en ondersteuning
Poort uit, deur binnen ‘Bij een nieuwe start horen geen kopzorgen. Als je uit de gevangenis
komt, heb je wel wat anders aan je hoofd dan piekeren over onderdak. Bij ons zijn ex-gedetineerden welkom. We behandelen hen als gewone huurders. En zij moeten zich ook zo gedragen. Als dat even lastig is, staan hulptroepen klaar. Dat hoort bij de afspraak.’ Manager woondiensten Marianne Levering licht het convenant toe waar haar handtekening onder staat. Namens woningcorporatie Vidomes Leidschendam-Voorburg. Andere ondertekenaars: corporatie WoonInvest, woonbegeleider LIMOR en Reclassering Nederland. Samen regelen ze in Leidschendam-Voorburg de huisvesting en begeleiding van ex-gedetineer den. Ze beginnen voorzichtig: tot tien woningen per jaar.
‘Er komen bijna 40.000 mensen per jaar uit een penitentiaire inrichting. Dertig procent daarvan heeft enorme problemen met huisvesting. En als je eerst een halfjaar naar de daklozenopvang moet of terecht komt op een kamertje bij een vriend, word je daar niet vrolijker van.’ Nico Epskamp, Belangenoverleg niet-justitiegebonden organisaties (BONJO)
reclassering nederland
April 2008 | 22
‘Het is gewoon. Er wonen al ex-gedetineerden wonen in onze huizen,
alleen is hun verleden niet bekend. Ze hebben eerst een tijdje bij ouders of vrienden gewoond en/of meteen zelfstandig iets gezocht. Via de woonkrant of door op goed geluk aan te kloppen. Nu ze voor ons wel een gezicht krijgen, gaan we daar echt niet mee te koop lopen. Dus geen brieven of aanplakbiljetten in het portiek of de buurt. Van de vertegenwoordigers van bewoners, onze huurderkoepels, horen we positieve geluiden over het afsluiten van het convenant met daarin het regelen van begeleiding. Corporaties zijn ook in het leven geroepen om mensen te ondersteunen die niet makkelijk of zelfstandig aan woonruimte kunnen komen.’
‘Het is een soort garantie. Het convenant regelt de inspanning van
partijen. Beloofd is beloofd. De gedetineerde kan – als hij of zij in het profiel past en de intake goed verloopt – rekenen op fatsoenlijke huisvesting. En op hulp bij aanpassingsproblemen. Als iemand even vergeet dat midden in de nacht geen luide muziek door de straten hoort te schallen of dat de vuilnis niet in het portiek maar aan de straat moet worden gezet, komen de begeleiders in actie. Reclassering Nederland houdt dat in de gaten. Zo nodig schakelt ze deskundigen van LIMOR in. Dus ook de buren kunnen gerust zijn. Bovendien verwacht ik dat problemen eerder uitzondering dan regel zijn. Dat zien we ook in andere gemeenten in de buurt, Den Haag en Gouda bijvoorbeeld.’
‘Het is goed voor de beeldvorming. Dat is een bijkomend
voordeel. Corporaties hebben soms het imago van rijke clubs die niet altijd meer doen waar zij voor zijn. Zo’n convenant is een signaal. Het onderstreept dat we elke dag bezig zijn ons bestaansrecht waar te maken. Met helpen van mensen die het even wat moeilijk hebben. Iedereen kan wel eens in de fout gaan. Iets stelen, iemand een paar rake klappen geven... wie weet wat we doen als ons het water aan de lippen staat? En wie wil geen tweede kans?’
Convenantpartners ■
Vidomes, corporatie in de regio Haaglanden, 18000 woningen. Nadruk op leefba re wijken en buurten (leefkwaliteit), dienstverlening, welzijn en zorg en milieu.
■
WoonInvest, corporatie in Leidschendam-Voorburg, 8500 woningen. Nadruk op goede en betaalbare huisvesting, ook voor kwetsbare groepen.
■
LIMOR, opvang en begeleiding mensen met psychosociale of psychiatrische
problematiek, 700 cliënten. Nadruk op persoonlijke begeleidingsplannen en verzelfstandiging. ■
Reclassering Nederland, werkt aan een veiliger samenleving. Nadruk op het
scheppen van omstandigheden en beïnvloeden van gedrag waardoor recidive vermindert.
Leidschendam-Voorburg zet in op ■ ■ ■
toewijzing van maximaal 10 woningen per jaar
inkomensondersteuning in voorkomende gevallen terugkeer naar werk en hulpverlening
www.reclassering.nl zoeken naar ‘Convenant Wonen’ Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling Media & Communicatie, Hanneke de Korte: 030-2324995
10 minuten Even tijd voor de reclassering
10 minuten nummer 3, april 2008 commentaar en suggesties:
[email protected] Concept en tekst: Het Kantoor, Utrecht Fotografie: Chris Pennarts, Peter Oey Vormgeving: Studio MM, Eck en Wiel Druk: Avant-GPC, Werkendam Begeleiding: afdeling Media & Communicatie
Naar een veiliger samenleving
Aan de slag met daders en verdachten
Postbus 8215 ■ 3503 RE Utrecht ■ www.reclassering.nl