Bijlage 2 bij adviesnota CHWkaart
Aanbevelingen voor gemeentelijk beleid: recreatie en toerisme Toeristisch-recreatieve benutting van erfgoed Benut de stijgende belangstelling voor lokale geschiedenis en waardering voor cultureel erfgoed
In het uitwerkingsplan nota toeristisch beleid wordt hier verder op ingegaan Aanwezigheid van cultuurhistorische waarden in dorpen en landschap zijn redenen voor een dagje uit of vakantie Aanwezigheid van cultureel erfgoed levert een bijdrage aan de ontwikkeling van de toeristische sector Stimuleer ondernemers tot zorg voor cultureel erfgoed dat deel uitmaakt van hun eigendom Zet de CHWkaart in als instrument bij de productontwikkeling in de toeristische Doelgroepen: sector 1. geïnteresseerd in lokale geschiedenis 2. vind het prettig in een historisch landschap te zijn 3. geïnteresseerd in minder bekende plekken Algemeen belang Stel de voordelen van erfgoed op het gebied van woon- en werkklimaat, educatie en economie veilig Werk mee aan beleefbaarheid van en aandacht voor cultuurhistorie Dit is bestaand beleid
Thema's en trends waarmee de gemeente zich kan identificeren Thema's op basis van CHWkaart Prehistorisch kerngebied Uitgewerkt in verhaallijn prehistorie van het Geopark de Hondsrug Hotspots verder aanvullen met lokale plekken Dorpslandschappen Dit gaat over de functionele en historische relatie tussen dorp, het cultuurlandschap en de markegronden
De Drentse Aa Verbindend historisch snoer
Uitwerken bij de 12 waardevolle integrale ensembles, de plekken die je als inwoner moet kennen en als gast beleefd moet hebben
Bosgeschiedenis Van prehistorie tot nu
20e eeuwse landschappen Buitenplaatsen, raaiverkavelingen
Kan aansluiten bij verhaallijn Bossen van het Geopark de Hondsrug met kansen voor het Gasselterveld, Zwanemeerbos en De Strubben-Kniphorstbos Eigenaren betrekken bij uitdragen chwaarden
Verwante dorpen Reeksen zanddorp, randveendorp en kanaaldorp
Breng de ontstaandgeschiedenis, ingebruikname en exploitatie van het land in beeld Opstellen dorpenatlas met aantrekkelijke presentatie van dé ontwikkelingsgeschiedenis en de kernkwaliteiten
r
Funerair erfoed
Agrarisch erfgoed Wooncultuur
Infrastructuur Routes
Van prehistorie tot nu
Bij Anloo, Eext en Rolde is dit verhaal te vertellen aan de hand van talloze objecten. De gemeente kan met de historische verenigingen hierover publicaties maken
De grote variatie in boerderijtypen en de talloze karakteristieke voorbeelden van agrarische bouwkunst lenen zich uitstekend voor thematische presentaties en routes De grote variatie in woningen en de talloze karakteristieke voorbeelden van wooncultuur lenen zich uitstekend voor thematische presentaties en routes
De boerderijbouw hangt nauw samen met de ontwikkeling en het gebruik van het land
Oude kanaalstructuren, zandwegen en spoor- en tramlijnen bepalen lokaal nog steeds het landschap Auto, fiets en wandelroutes met ondersteuning middels auditour / smartfoon
Vertel het verhaal van reizen in vroeger dagen
Dorpen als Gasselternijveen, Gieten, Rolde en Annen lenen zich hier goed voor
Het aan elkaar rijgen van cultuurhistorische aspecten, annekdotes en objecten langs een route
Vijf trends waarmee rekening te houden bij de uitwerking van genoemde thema's Intensivering Beleving via alle zintuigen
Informalisering
Democratisering van kennis
Individuallisering Van verhaal over object naar verhaal over mensen
Internationali sering
Buitenlandse referenties gebruiken voor regionale geschiedenis
Informatisering
Het breed toegankelijk maken van kennis
Etstoel Anloo Molenmuis Geert en Geesie Kennisverbreiding door burger Professional verwerft kennis Samenwerking kan tot iets moois leiden Gemeentelijke regie op publicaties, waardoor een volwaardige erfgoedserie kan ontstaan öf particuliere initiatieven blijven volgen met als gevolg een beperkt aantal onderwerpen, met overlappen en hiaten Het benutten van nieuwe onderwerpen als het veenkoloniaal landschap. Betrek de creatieve en de ondernemende sector, evenals de loale bevolking Gravers: sterke belangstelling voor een onderwerp Grazers: brede, oppervlakige belangstelling Relatie Magnuskerk Anloo met Friezenkerk in Rome Internationale conferentie in 2006 te Gieten over regionale identiteit in relatie tot toerisme Digitale media
Bijlage 3 bij adviesnota CHWkaart
Aanbevelingen voor gemeentelijk beleid: aanpak kennislacunes Aanbevelingen voor vervolgonderzoek
Prioriteit 1 = 2016, 2=2017, 3=2018 en later. Er ligt vervolgens een goede basis voor de actualisatie in 2019
Grote kennislacunes Opgaand groen De huidige groeninventarisaties blijken niet volledig ten opzichte van het grondgebied, de ouderdomsidentficatie met onderscheid ouder<1940>jonger, monumentaliteit en herdenken Landgoederen en buitenplaatsen Jonge landgoederen nader onderzoeken op leeftijd, tuinaanleg, parkbosaanleg en landschappelijke setting Jonge ontginningen en ruilverkavelingen Analyse van historisch bronmateriaal Het AHN2 als bron Op basis van van tevoren aangegeven selectie van locaties Historische begraafplaatsen Meenemen in plan van aanpak funerair erfgoed Historische boerenerven Detailonderzoek Boerderijtypologie, wederopbouwboerderijen van belang om voorraad agrarisch erfgoed nader te duiden en om in te zetten als toeristisch thema Bouwhistorisch onderzoek Zet bouwhistorisch onderzoek in om bovenstaand doel te versterken en om wetenschappelijke kennis te verwerven (inschakeling onderwijsinstituut); Onderzoek ontwikkeling randveenontginning kan kennis genereren, die uniek is voor onze gemeente
1
3
1 2 1 3 1
1
Kennislacunes van middelgroot belang De cultuurhistorische atlas als verbeelding Perceptie van het landschap door bewoners, vergelijk de Landschapsbiografie van de Drentsche Aa Grenzen van landschappelijke eenheden Historische grenzen zijn voor wat betreft nauwkeurigheid aan de schaal van deze kaart gebonden. Bij nadere detaillering dient de locatie van grenzen een aandachtspunt te zijn. Pre-stedelijk landschap Waar is het oorspronkelijke landschap in de bebouwing nog herkenbaar? Combi maken met 'opgaand groen' Brinken Grenzen en aanverwante structuren zijn wellicht nauwkeuriger te duiden Bosbouwkundig gebruik Boskarakter en bijbehorende landschapselementen zijn met gebruik AHN-2 nog beter te duiden hetgeen het juiste beheer ten goede kan komen Toponiemen Dit thema kent de nodige onvolkomenheden
Bouwtechnische analyse Deze analyse kan voorafgaan aan nadere beleidsontwikkeling op dit thema Stedenbouw Analyse kan nadere waardering ondersteunen en is goede basis voor inhoudelijk actualisatie van de welstandsnota Bijzondere plekken Hierbij wordt in eerst instantie gedacht aan Stichting Yorneo te Papenvoort, maar er zijn - op aangeven van de raad - vast nog meer te bedenken. Betrokkenheid van historische organisaties ligt voor de hand Kennislacunes van basaal belang Evenwicht in de kaart Vanwege lacunes groenelementen combi met 'opgaand groen' Landschapsbiografie Drentsche aa Inbreng kennis uit Landschapsbiografie Drentsche Aa in CHWkaart bij actualisatie
3
3
1
2 2
2 Afhankelijk van betrokkenheid historische organisaties en amateurhistorici 1 1
3
1 3
Aardkundige waarden en hydrologische toestand Verdiepingssslag in landschapstypering door koppeling bodemtypen en landschapstypen Thematische verdieping met betrekking tot de brongebieden van de beken Infrastructuur Verdiepingsslag naar bestratingsmateriaal om CHW beter te duiden Keienwegen Wegen wel gekarteerd, maar niet op kwaliteit bestrating Beken Voor het systeem van de Drentsche Aa beken dient het historisch beloop nog in kaart gebracht te worden Voorden Verdiepingsslag urgent en van belang in relatie tot beekbeheer Weiers en dobbes Verdiepingsslag urgent en van belang in relatie tot terreinbeheer Lenten Verdiepingsslag urgent en van belang in relatie tot beekbeheer Herkenbare grenzen Analyse van structuren en objecten in relatie met bestuurlijke grenzen Kavelgrenzen Verdiepingsslag naar in 1832 voorkomende kavelgrenzen en hun huidige herkenbaarheid Aarden wallen Wenselijke verdieping naat ligging van tot nu toe moeilijk herkenbare wallen in de beekdalen Verbredingsslag naar begroeing aarden wallen, onderscheid elzen en eiken Sporen van agrarisch gebruik Historische verenigingen kunnen informatie hebben naar deze fenomenen, zoals de ritsen op het Balloërveld Volksverhalen Koppeling verhalen en kaart nader uit te werken Kleine objecten Deze nader te inventariseren en alsnog op de kaart verwerken Historische nederzettingslocaties
1 2
3 3 3
1 1 1
3 1
2 2 2
3 2
Voor Aa en Hunze een belangrijk aspect in relatie tot historische verwachtingen Rooilijnen en verkaveling Restanten van voor-stedelijke structuren zoals die in Gieten en Rolde nog voorkomen in kaart brengen Gemeentegrenzen het is wenselijk de bestuurlijke grenzen van voor 1998 in kaart te brengen Markestenen Naast de in de kaart opgenomen overige markestenen nader inventariseren met veldwerk in samenwerking met historische organisaties
2
1
2 2
Bijlage 4 bij adviesnota CHWkaart
Aanbevelingen voor gemeentelijk beleid: planologie en inrichting Algemene aanbevelingen voor ontwerp en inrichting (8.3.1) Behoud of versterk contrasten in het landschap en bebouwde kom Het aanplanten van inheems groen Gebruik de ideeën in de CHWkaart voor de gewenste ontwikkelingsrichtingen voor landschappen met onderscheid in: kampontginningen met plaatselijke essen, beekdalen en broeken, veenkoloniën,oude bossen, oude heideontginningen, jonge heide- en broekontginningen, niet-ontgonnen terreinen, nederzettingen en overige elementen (hoofdstuk 8.6) Nagaan wat de provinciale kaart Doelen voor natuur en landschap 2040 kan betekenen voor de CHWkaart Benut cultuurhistorische waarden bij ontwikkelingen Gebruik maken van (het verloop van) wal- en houtsingelstructuren, bestaande wegenstructuren, etc. Breng cultuurhistorie in een vroeg stadium in bij planprocessen Cultuurhistoricus met affinitiet voor planvorming betrekken bij gebiedsontwikkeling, herinrichtingsplannen openbare ruimte, recreatie en toerisme, economische ontwikkeling Verwerk nieuwe kennis Actualiseer periodiek de CHWkaart vanwege resultaten van nieuw onderzoek en nieuwe inzichten Benut identiteiten als thema’s Landschap en cultuurhistorie lenen zich bij uitstek voor een uitgesproken keuze van en profilering met thema’s Het vooropgestelde instrument: het bestemmingsplan (8.3.2) Ontwikkeling passend in bestemmingsplan Bescherming van CH-waarden door middel van enkel- of dubbelbestemnming Regelgeving differentiëren naar waarderingsklasse Bescherming van CH-waarden door middel van dubbelbestemming voor de gebieden met zeer hoog en hoog gewaardeerde landschappen, gebieden met zeer hoog en hoog gewaardeerde stedenbouwkundige ensembles en intergrale waardevolle ensembles
Eerste actualisatie is voorzien in 2019
Onder andere aan te sluiten bij verhaallijnen Geopark de Hondsrug
Bescherming van CH-waarden door middel van dubbelbestemming voor de gebieden met een gemiddelde waarde Bouw in het proces van beoordeling van de vergunningaanvraag een afwegingsmoment in voor de vraag of de ingreep dusdanig is, dat cultuurhistorische waarden in het geding zijn. Pas de analysemethode daarop af. Afhankelijk van de complexitiet van de aanvraag kan de analyse beoordeeld worden door een ambtenaar, de extern adviseur of de commissie RK&CH Nieuwe ontwikkelingen niet passend in het bestemmingsplan Opstellen cultuurhistorisch onderzoek met handreikingen voor ontwerp in Wordt in de praktijk al veelvuldig gedaan voor gebieden met de waarderingscategorie zeer hoog en hoog in gevallen die boven wat betreft stedebouwkundige ontwikkeling het niveau van het individuele perceel uitgaan Andere gemeentelijke beleidsinstrumenten (8.3.3) Overig beleid Opstellen generiek landschapsbeleid met cultuurhistorisch afwegingskader in gebieden met gemiddelde of lage waardering Opstellen stedenbouwkundige randvoorwaarden met cultuurhistorische aspecten Wordt in de praktijk al veelvuldig gedaan voor plannen in de kernen met gemiddelde of lage waardering Verordeningen Cultuurhistorische waarden beschermen met erfgoedverordening als de Keuze maken na evaluatie van het beleid in planologische instrumenten falen. Een gemeentelijk monumentenlijst ligt dan in 2018 de rede. Inspiratie en aanmoediging Het maken van privaatrechtelijke afspraken en het opstellen inspiratieducumenten als aanvullling op de publiekrechtelijke regels Afstemming met andere gemeenten j Samenwerking in beleidsontwikkeling binnen het Geopark de Hondrug ligt voor de hand Verdere specifieke samenwerking nagaan in kader provinciaal erfgoedproces Afstemming met archeologie Archeologische en cultuurhistorische elementen benutten voor recreatie en toerisme en in ruimtelijke planvorming. Uitwerking notitie 'Een wereld te winnen' (hunebedden in relatie tot landschap)
Cultuurhistorie meenemen in uitwerkingsplan nota toeristische beleid
Aanvullende informatie over borging (8.3.4) Handreiking erfgoed en ruimte (voorbeeld planregels) betrekken bij planontwikkeling . Beleidsadviezen ten aanzien van waardevolle bebouwing (8.4) Adviezen voor instandhoudingsbeleid voor karakteristieke gebouwen (8.4.1) Rijks- en provinciale monumenten De indeling van de geïnventariseerde en gewaardeerde gebouwen in drie orden overnemen De rijksmonumenten en de provinciale monumenten als aanduiding in het bestemmingsplan op nemen. De als waardevol gewaardeerde bijgebouwen bij monumenten als karakteristiek aanduiden Karakteristieke gebouwen Het principe van het bestaande beleid karakteristieke gebouwen handhaven om bijzondere waarden in stand te houden of te herstellen
In het bestaande beleid is de selectie van gebouwen vooral gebaseerd op beeldwaarde. Nu ligt de nadruk op de cultuurhistorische waarde
De ordetoewijzing via de cultuurhistorische waardenkaart Voor de orde 1 objecten onderzoeken of bescherming via de erfgoedverordening cq. gemeentelijke monumentenlijst wenselijk is Voor de orde 1 objecten geldt, dat bij wijziging de commissie Ruimtelijke Kwaliteit en Cultuurhistorie om advies wordt gevraagd Aanvragen omgevingsvergunning voor orde 1 objecten in aanmerking laten Het Steunpunt heeft aangegeven, dat dat kan. komen voor het gratis spreekuur Cultureel Erfgoed van het Steunpunt Erfgoed Drenthe Een als karakteristiek gebouw aangeduid object middels het bestemmingsplan beschermen tegen (gedeeltelijke) sloop en wijziging conform bestaand beleid en aanvullend met onderscheid in orden De bestaande lijsten karakteristieke gebouwen per bestemmingsplan aanvullen Objecten gebouwd tussen 1920 en 1970, met de objecten uit de Cultuurhistorische waardenkaart objecten in de sfeer van recreatie en toerisme, objecten die als waardevol (agrarisch) bijgebouw-zijn aangemerkt— Bij wijziging van orde 1 objecten dient zoveel mogelijk te worden uitgegaan van instandhouding en een restauratieve aanpak van hoofdvorm/kap, gevelbeeld, detaillering en materiaalgebruik. Oorspronkelijke gevelelementen dienen te worden gehandhaafd en indien nodig hersteld
Bij wijziging van orde 2 objecten dient zoveel mogelijk te worden uitgegaan van instandhouding en herstel van hoofdvorm/kap en gevelbeeld. Oorspronkelijke gevelelementen dienen te worden gehandhaafd en indien nodig hersteld Vanwege wijziging van orde 1 en 2 objecten dienen in de welstandsnota criteria te worden opgenomen die aansluiten bij de gebieds- en bebouwingskarakteristiek van het plangebied Bij wijziging van orde 3 objecten dient zoveel mogelijk te worden uitgegaan van instandhouding van hoofdvorm, de schaal en de ruimtelijke betekenis binnen het historische ensemble Vanwege wijziging van orde 3 objecten dienen in de welstandsnota criteria te worden opgenomen die aansluiten bij de gebieds- en bebouwingskarakteristiek van het plangebied Vervanging van orde 3 objecten is in principe mogelijk, maar wel volgens duidelijke op historische gebiedskarakteristiek afgestemde regels en na verlenen van een omgevingsvergunning Indien in de Cultuurhistorische waardenkaart aan een object een bouwhistorische Het gaat om juiste datering, wijzigingen in de kwaliteit is toegekend, dan dient er in geval van voorgenomen wijziging of sloop gebruiksperiode, definiëring van waardevolle eerst bouwhistorisch onderzoek te worden gedaan gebouwdelen. Omvang van het onderzoek af te stemmen op ingeschatte waarden. De raad een voorstel te doen om een regeling vast te stellen waarmee bouwhistorisch onderzoek voor 50% wordt gefinancierd door de gemeente Eisen aan onderzoek bij ruimtelijke ontwikkelingen in omgeving van gebouwde monumenten Het opnemen van aanvullende welstandscriteria voor toetsen van bouwplannen Zie voor details rapport CHWkaart blz 226 aan of nabij monumenten en in beschermde dorpsgezichten of waardevolle ensembles Adviezen voor bouwkundige ensembles met hoge en zeer hoge cultuurhistorische waarden In de betreffende bestemmingsplannen criteria opnemen ter bescherming van ' Consequenties voor vergunningvrij bouwen ensemblewaardenzoalsaangegeven in de CHWkaart om onderscheid in hoge .' i vergelijkbaar met beschermd gezicht en zeer hoge cultuurhistorische waardering _ ,■'' ' _______ '
Bijlage 6 bij adviesnota cultuurhistorische waardenkaart Procesaspecten In vervolg op de vaststelling van de archeologische beleidsadvieskaart (ABAK) in 2012 is het proces opgestart om te komen tot een cultuurhistorische waardenkaart. De ABAK gaat over het archeologisch erfgoed (voornamelijk ondergronds). In de cultuurhistorische waardenkaart zijn de bovengrondse cultuurhistorische waarden geïnventariseerd en gewaardeerd. Het gaat om de landschappen en de daarin voorkomende (groene) landschapselementen, de historische stedenbouw en bouwkunst. Een begeleidingsgroep heeft het traject ambtelijk ondersteund. De samenstelling was als volgt Gemeente: Henk Jan Wever (vz), Charles Houx, Gert Ebels, Koen Rotteveel Libau: Marjo Montforts en Marieke van der Heide voor proces en inhoud Provincie: Saskia van Dijk
Alvorens de inhoudelijk kaders in een programma van eisen te kunnen gieten is een brainstormsessie gehouden met inhouds- en gebiedsdeskundigen: Hans Elerie, Jori Wolf (Staatsbosbeheer), Teddy Bezuijen (Het Drentse Landschap), Gerard Sterk (Waterschap Hunze en Aa’s), Michiel Gerding (cultuurhistoricus en veenspecialist), Jan Battjes (bouwhistoricus), Harrie Wolters (Geopark, ontsluiting erfgoed) en Saskia Spijkerman (stedenbouwkundig medewerker gemeente). Het resultaat hiervan is als volgt: Uitgangspunt en onderlegger voor de inventarisatie en waardering van de cultuurhistorie is het landschap tot en met de ruilverkavelingen en de herinrichting van de Veenkoloniën. Daarnaast is gevraagd een aantal thema’s nader te belichten. De volgorde is willekeurig en geeft geen prioritering aan. 1. Historische infrastructuur (diverse soorten wegen, waterlopen, spoor- en tramlijnen); 2. Bossen (typologie en gebruiksgeschiedenis) Marken en dorpsstructuren (ontstaan, ontwikkeling, karakteristieken + wat daarvan resteert); 3. Bijzondere gebieden die representatief zijn voor de ontwikkelingsgeschiedenis van Aa eh 4. Hunze (bijvoorbeeld Veenhof, Eexterzandvoort, Gasselternijveen, Schipborg, Marwijksobrd, Langoed Terborgh); Historische bouwkunst in de volle breedte, met name typologieën die representatief zijn [voor 5. 6. 7. 8.
ontwikkelingsgeschiedenis van Aa en Hunze; Funerair erfgoed (op complexniveau); Militaire relicten en structuren; Recreatie en toerisme (ontwikkeling in dorpen en buitengebied)
Uit de groep kwam verder de wens naar voren om de zichtbare archeologie (hunebedden, grafheuvels, celticfields, karrensporen) als laag in de CHW op te nemen. Het is niet als apart thema in de bovenstaande lijst opgenomen omdat de (zichtbare) archeologie al uitgebreid behandeld is bij de gemeentelijke archeologische waardenkaart.
Parallel aan de brainstormsessie zijn de historische organisaties en individuele burgers in de gemeente uitgenodigd om te participeren in het proces. Zij vormen ons externe klankbord en hebben een belangrijke inbreng gehad bij de inventarisatie van de cultuurhistorische data. Historische Vereniging Anloo: H. Hovius Historische Vereniging Annen en werkgroep Oud-Annen: W. Feenstra en M. Mulders Historische Vereniging Eext / Archief De Kluis: G. Bruining Historische Vereniging Gieten: B. Oort Rolder Historische Gezelschap: L. Hoven Amateurhistorici op persoonlijk titel: D. Koekkoek, I. Meijer, I. van der Velde
Na een zorgvuldig inkooptraject met 5 bureaus is RAAP geselecteerd om het programma van eisen vorm en inhoud te geven. Bureau RAAP liet zich hierbij ondersteunen op het gebied van de historische stedenbouw en bouwkunst door het MonumentenAdviesBureau. De bureaus werden vertegenwoordigd door respectievelijk Luuk Keunen en CeesJan Frank.