KINDERGENEESKUNDE
Te vroeg geboren baby’s
KINDEREN
Te vroeg geboren baby’s Uw kindje is veel te vroeg geboren (prematuur) en heeft speciale zorg nodig. U hebt een vaste kinderarts-neonatoloog toegewezen gekregen die wekelijks met u de toestand van uw kind doorspreekt. Omdat wij ons realiseren dat u in een eerste gesprek enorm veel informatie krijgt, leggen wij u in deze folder nogmaals de gang van zaken rondom de zorg voor uw te vroeg geboren kindje uit.
Op de verpleegafdeling
Onrijp
Elke dag lopen artsen (zaalarts en verantwoordelijk kinderarts) en verpleegkundigen een visiteronde langs alle kinderen. Tijdens de visite bespreekt het team de toestand van uw kind en past het de zorg aan op de situatie. De bevindingen en het beleid worden altijd aan u teruggekoppeld door de verpleegkundige.
Omdat uw kindje veel te vroeg geboren is, zijn een aantal orgaansystemen van uw kindje nog onrijp. Om deze reden nemen we altijd een aantal maatregelen.
Flaring Bij alle kinderen doen we regelmatig een echografisch onderzoek van de hersenen. Hierbij kijken wij naar het eventueel optreden van bloedinkjes in de hersenen en de aanwezigheid van “flaring”. Flaring is een toegenomen witverkleuring van de hersenen die normaal is voor te vroeg geboren kinderen. Als bij uw kindje flaring te zien is, maken we om de 1 of 2 weken opnieuw een echo totdat de witverkleuring is verdwenen. Als tijdens het wegtrekken van flaring in het hersenweefsel littekenweefsel of cystes onstaan, zou dit kunnen zorgen voor een toegenomen spierspanning in de toekomst. Als de wittigheid restloos is weggetrokken, worden de controles gestopt.
Als er grote veranderingen in de zorg zitten, of als u vragen hebt die de verpleegkundige niet kan beantwoorden, maar die ook niet kunnen wachten tot het gesprek met uw kinderarts, dan kunt u de zaalarts hier tussendoor over spreken.
1
en of uw kindje bijvoorbeeld wel of geen extra zuurstofbehoefte heeft.
Rondom de uitgerekende datum zal dan in het Antonius Ziekenhuis of in WKZ een laatste echo worden verricht.
Dipjes Oogarts
In de hersenstam worden de automatische hersenfuncties geregeld, zoals ademhaling, hartactie en bloeddruk. Bij een vroeggeborene is de hersenstam meestal niet voldoende gerijpt. Dit betekent dat er regelmatig “dipjes” (dalingen van ademhaling, hartactie of zuurstofgehalte) te zien zullen zijn. Om dit in de gaten te kunnen houden, ligt uw kind aan de monitor en de saturatiemeter (meter die de hoeveelheid zuurstof in het bloed meet). De meeste kinderen krijgen om de ademhaling te stimuleren een neusbrilletje zonder extra zuurstof. Ook geven we ze coffeïne. Vanaf ongeveer 34 weken neemt de rijping van de hersenstam toe en kunnen we proberen om de coffeïne te stoppen. Als er 48 uur geen dalingen meer zijn geweest, uw kind heeft geen neusbril of coffeïne meer en is minimaal 35 weken dan kunnen we de monitor en saturatiemeter stoppen.
Omdat de bloedvaatjes van het netvlies nog niet volgroeid zijn bij vroeggeborenen, onderzoekt de oogarts alle kinderen op de leeftijd van 5 weken. We controleren of de groei van de bloedvaatjes ongestoord verdergaat of dat er verstoringen optreden doordat er bijvoorbeeld zuurstof is toegediend of er bloedtransfusies zijn gegeven. Meestal volgt de oogarts uw kind een aantal weken. Als de groei voltooid is, stoppen we de controles.
Bloedcontroles Het bloed van uw kind moet regelmatig worden gecontroleerd. We proberen dit uiteraard zoveel mogelijk te beperken. Afhankelijk van de toestand van uw kind zal dit met name in het begin een aantal keer keer per week gecontroleerd worden. In de loop van de opname is dit minder vaak nodig (na enkele weken nog 1x per week).
Drinken IJzerdrank/bloedtransfusie
Het drinken is moeilijk voor prematuur geboren kinderen. In het begin geven we daarom alle voeding per sonde. Als uw kind er aan toe is (hangt ook weer samen met de rijping van de hersenstam) bieden we de voedingen per flesje aan. De verpleegkundige die uw kind verzorgt, schat dit in en beslist hierover. Zij zal ook een plan met u maken om uw kind borstvoeding te kunnen geven zodra dit mogelijk is.
Bij te vroeg geboren kinderen is de ijzervoorraad minder. IJzer is nodig om rode bloedcellen te kunnen aanmaken. Bij alle kinderen daalt in de loop van de opname het hemoglobinegehalte (het aantal rode bloedcellen). Wij geven kinderen om onder andere deze reden een ijzerdrank (ferrofumaraat) om de bouwstenen te leveren om de rode bloedcellen zelf aan te kunnen maken. Of uw kindje aanvullend een bloedtransfusie nodig heeft, hangt af van de leeftijd van uw kind, het aantal rode bloedcellen 2
Fysiotherapie
RS-virus
Wij weten dat te vroeg geboren kinderen vaker neiging vertonen tot het overstrekken en een voorkeurshouding van het hoofd. Wij betrekken daarom in een vroeg stadium de fysiotherapeut bij de zorg voor uw kind. Hij/zij volgt de motorische ontwikkeling van uw kindje en geeft adviezen over hoe u het beste uw kind kunt vasthouden en optillen. U blijft tot ongeveer 1,5 jaar na het ontslag van uw kindje regelmatig bij de fysiotherapeut op bezoek komen. Lukt het met alleen de adviezen van de fysiotherapeut thuis niet, dan regelen wij dat de fysiotherapie aan huis gegeven wordt.
Het RS-virus is een virus dat vooral in de wintermaanden (oktober-april) veel voorkomt. Bij oudere kinderen en volwassenen zijn de verschijnselen over het algemeen gering (snotneus, keelpijn, verhoging, eventuele voedingsproblemen bij baby’s). Prematuur geboren kinderen hebben echter een minder goede weerstand en kunnen daardoor grotere problemen krijgen (virale longontsteking, benauwdheid, stoppen van de ademhaling); daarom adviseren wij uw kind hiertegen te beschermen door middel van Synagis®. Dit is een antistof die uit het bloed van donoren wordt gewonnen en na ontslag tijdens het winterseizoen maandelijks thuis wordt toegediend. Dit geldt als uw kind op 1 oktober jonger dan 6 maanden is!
Maatschappelijk werk Onze maatschappelijk werker staat u graag bij. Naast aandacht voor uw emoties geeft hij/zij u onder andere advies op het gebied van werkhervatting en ouderschapsverlof.
Vaccinaties en consultatiebureau Omdat wij uw kind ook na ontslag intensief blijven vervolgen, hoeft u niet naar het consultatiebureau en zullen alle vaccinaties in het St. Antonius Ziekenhuis gegeven worden. Omdat blijkt dat sommige kinderen opnieuw dipjes krijgen na de vaccinaties, zullen we de eerste vaccinatie tijdens een (her)opname geven en uw kind gedurende 24 uur aan de monitor en saturatiemeter bewaken. Als dit goed gaat, kunnen de volgende vaccinaties op de polikliniek gegeven worden en kan uw kindje direct weer mee naar huis. De eerste 3 vaccinaties worden gegeven op de leeftijd van 2, 3 en 4 maanden. Hierbij wordt dus geen rekening gehouden met het feit dat uw kind te vroeg geboren is. 3
St. Antonius Ziekenhuis T 088 - 320 30 00 E
[email protected] www.antoniusziekenhuis.nl
Spoedeisende Hulp 088 - 320 33 00 Kindergeneeskunde 088 - 320 63 00
Locaties en bezoekadressen
Ziekenhuizen
Poliklinieken
St. Antonius Ziekenhuis Utrecht Soestwetering 1, Utrecht (Leidsche Rijn)
St. Antonius Polikliniek Utrecht Overvecht Neckardreef 6, Utrecht
St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein Koekoekslaan 1, Nieuwegein
St. Antonius Polikliniek Houten Hofspoor 2, Houten St. Antonius Spatadercentrum Utrecht-De Meern Van Lawick van Pabstlaan 12, De Meern
4
Meer weten? Ga naar www.antoniusziekenhuis.nl
KIND 57/08-’12
Dit is een uitgave van St. Antonius Ziekenhuis