Tabel of schema; welke informatie haal ik hieruit? Hoe kan ik een tekst samenvatten? o Wat zijn de sleutelwoorden? o Wat is het onderwerp van een tekst? o Wat is de hoofdgedachte van een tekst? o Schrijf een samenvatting. Wat is het doel van de schrijver?
Wat heb ik gelezen?
Strategie 6
Informatief artikel
De schrijver wil de lezer laten weten wat hij van iets vindt. Hij wil zijn mening geven.
De schrijver wil de lezer uitleggen hoe je iets moet doen (instrueren).
De schrijver wil de lezer vermaken.
De schrijver wil de lezer iets verkopen.
Gebruiksaanwijzing, (Gebruiksaanwijzing, internet)
Verhaal (Leesboek, tijdschrift, internet)
Reclame, advertentie (Folder, internet)
De schrijver wil de lezer over een onderwerp informeren.
De schrijver wil verslag uitbrengen aan de lezer. De schrijver wil jou vertellen wat er in de wereld gebeurt.
Wat is het doel van de schrijver?
Commentaar, recensie column (Tijdschrift, krant, internet)
internet)
(Encyclopedie, tijdschrift,
Nieuwsartikel (Krant, internet)
Soort artikel:
Is de schrijver betrouwbaar? Kloppen de feiten? Beschrijft hij alleen feiten of geeft hij ook meningen? Ben jij het met hem eens? Is de informatie betrouwbaar?
Is de schrijver betrouwbaar? Kloppen de feiten? Beschrijft hij alleen feiten of geeft hij ook meningen? Ben je het met hem eens? Is de informatie betrouwbaar?
‐ ‐
‐
Wat wil de schrijver verkopen? Advertenties? Staan er goede argumenten in?
Is dit verhaal echt gebeurd of is het een verzinsel?
‐ Is de schrijver betrouwbaar? ‐ Werkt het als ik het zo doe?
‐ Geeft de schrijver goede argumenten? ‐ Ben jij het eens met de schrijver? ‐ Wil de schrijver mij soms ook iets verkopen?
‐ ‐ ‐ ‐
‐ ‐ ‐ ‐
Vragen die je jezelf stelt:
Het duurste flesje heeft het hoogste cijfer gekregen. Het goedkoopste flesje heeft het laagste cijfer gekregen.
NIET WAAR
WAAR
Bekijk de grafiek hiernaast. Zijn de zinnen hieronder WAAR of NIET WAAR? Zet een kruisje op de juiste plek in de tabel.
……………….………………………………………………………………………………………………
……………….………………………………………………………………………………………………
Naam flesje Cijfer
je een voorbeeldje van een tabel.
d Je kunt de gegevens van deze grafiek ook in een tabel zetten. Pak een oefenblaadje en zet de grafiek ‘Test drinkflesjes’ in een tabel. Hieronder zie
c
………..………………………………………………..……………………………..……………………
b Vond jij het lastig om het artikel samen te vatten? Leg uit waarom.
……………….………………………………………………………………………………………………
a Lees ‘Testteam test drinkflesjes’ op pagina 15 van Kidsweek. Doe je krant dicht en vertel in één zin wat je hebt gelezen.
1 Grafieken lezen
Cijfer 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Glazen Retap Original ‐ €12,50
Dopper Original ‐ €12,50
Naam flesje
Camelbak Bobble, fles Eddy medium, Kids ‐ blauw ‐ €16,95 €9,95
Test drinkflesjes
Drinkfles Sigg Primeval glow ‐ €18,95
2 Samenvatting schrijven
3 Wat is het doel van de schrijver? Lees pagina 3 van het lesboekje. Het doel van de schrijver is bij elke tekst anders. Verbind de vier doelen van de schrijver hieronder met de tekstsoorten. Er is er één voorgedaan.
a Lees het artikel ‘Chinees leren is een makkie’ op pagina 7 van Kidsweek. Probeer in één zin te vertellen waar het artikel over gaat.
.....................................................................................................................
b In welke rubriek staat dit artikel? De naam van een rubriek staat altijd bovenaan de pagina.
.....................................................................................................................
c Onderstreep de sleutelwoorden in het artikel.
De schrijver wil zijn mening over iets geven.
gebruiksaanwijzing
De schrijver wil de lezer uitleggen hoe je iets moet doen.
nieuwsartikel
De schrijver wil de lezer vermaken.
recensie
De schrijver wil de lezer iets verkopen.
spannend verhaal
De schrijver wil jou vertellen welk nieuws er is gebeurd.
informatieve tekst
De schrijver wil jou informeren over een onderwerp.
advertentie
d Wat is het onderwerp van de tekst? ..........................................................
.....................................................................................................................
e Wat is de hoofdgedachte van het artikel? ................................................
.....................................................................................................................
f Schrijf een korte samenvatting over dit artikel.
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.
……………….………………………………………………………………………………………………
………..………………………………………………..……………………………..……………………
De Alpen is een berggebied in Europa dat bestaat uit heel veel bergen. In de grafiek hiernaast zie je de tien hoogste bergen van de Alpen. Noem twee dingen die je uit de grafiek kunt halen.
……………….………………………………………………………………………………………………
………..………………………………………………..……………………………..……………………
Naam berg Hoogte in meters
d Je kunt de gegevens van deze grafiek ook in een tabel zetten. Pak een oefenblaadje en teken de grafiek ‘De tien hoogste bergen in de Alpen’ in een tabel. Hieronder zie je een voorbeeldje van een tabel.
c
b Vond jij het lastig om het artikel samen te vatten? Leg uit waarom.
……………….………………………………………………………………………………………………
……………….…………………………………………
a Lees ‘Koud kunstwerkje’ op pagina 10 van Kidsweek. Doe je krant dicht en vertel in één zin wat je hebt gelezen.
1 Grafieken en tabellen
Hoogte in meters
4400
4450
4500
4550
4600
4650
4700
4750
4800
4850
Naam berg
De tien hoogste bergen van de Alpen
.................................................... ..............................................
..................................................................................................
..................................................................................................
...............................................................................
..........................................................................................
...................................................................................................
...................................................................................................
f Schrijf een korte samenvatting over dit artikel.
e Wat is de hoofdgedachte van het artikel? ...............................
d Wat is het onderwerp van de tekst? ........................................
c Onderstreep de sleutelwoorden in het artikel.
b In welke rubriek staat dit artikel?
..................................................................... ............................
b c
verhaal in spannend leesboek
filmrecensie op internet
................................................................ .............................................................
In Kidsweek staan veel nieuwsartikelen. Wat is het doel van een schrijver bij een nieuwsartikel?
Lees nu de vijf teksten op pagina 10 van het lesboekje. Vertel per tekst wat het doel is van de schrijver. Schrijf het op een oefenblaadje.
De schrijver wil de lezer iets verkopen.
De schrijver wil de lezer vermaken.
a Lees pagina 3 van het lesboekje. Het doel van de schrijver is bij elke tekst anders. Verbind de vier doelen van de schrijver hieronder met de tekstsoorten. De schrijver wil zijn mening gebruiksaanwijzing wasmachine over iets geven. De schrijver wil de lezer advertentie in tijdschrift uitleggen hoe je iets moet doen.
a Blader in Kidsweek en ga op zoek naar een artikel, dat jou aanpreekt. Welk artikel heb jij gekozen? Noem de titel.
3 Wat is het doel van de schrijver?
2 Hoe kan ik een tekst samenvatten?
……………….……………………………………………………………………….………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
c
……..………………………………………………..…………………………………………………
………..………………………………………………..………………………………………………
………..………………………………………………..………………………………………………
f
Je kunt de gegevens van bovenstaande grafiek ook in een tabel zetten. Pak een oefenblaadje en teken de grafiek in een tabel.
……..………………………………………………..…………………………………………………
………..………………………………………………..………………………………………………
………..………………………………………………..……………………………………………… e Leg in je eigen woorden uit wat een tabel is.
d Bekijk de grafiek hiernaast. Noem twee dingen die jou opvallen.
………..………………………………………………..……………………………..……………………………..………………………………………………………………..……………………………..……… Leg in je eigen woorden uit wat een grafiek is.
b Vond jij het lastig om het artikel samen te vatten? Leg uit waarom. ……………………………………………………………………………………………………………………..……
a Lees ‘Kanker heb je samen’ op pagina 4 van Kidsweek. Doe je krant dicht en vertel in één zin wat je hebt gelezen.
1 Grafieken en tabellen
.................................................... ..............................................
..................................................................................................
..................................................................................................
...................................................................................................
...................................................................................................
...................................................................................................
f Schrijf een korte samenvatting van dit artikel.
e Wat is de hoofdgedachte van het artikel? ...............................
d Wat is het onderwerp van de tekst? ........................................
c Onderstreep de sleutelwoorden in het artikel.
b In welke rubriek staat dit artikel?
Doel van de schrijver:
c Kies twee teksten van pagina 10. Schrijf van deze twee teksten een samenvatting op een oefenblaadje.
b Lees nu de vijf teksten op pagina 10 van het lesboekje. Vertel per tekst welke tekstsoort het is en wat het doel is van de schrijver van deze tekst. Schrijf het op een oefenblaadje.
Spannend verhaal in leesboek Advertentie in Kidsweek Nieuwsartikel in de Volkskrant Informatief artikel in tijdschrift Filmrecensie in 7Days Gebruiksaanwijzing wasmachine
Tekstsoort:
..................................................................... ............................
a Lees pagina 3 van het lesboekje. Het doel van de schrijver is bij elke tekst anders. Wat zou het doel van de schrijver kunnen zijn bij onderstaande tekstsoorten? Vul de tabel hieronder in.
a Lees ‘Eerste grandslam Stan the Man’ op pagina 11 van Kidsweek. Doe je krant dicht en vertel in één zin wat je hebt gelezen.
3 Wat is het doel van de schrijver?
2 Hoe kan ik een tekst samenvatten?
Tekst 1
Een aardbeving is een trilling of schokkende beweging van de aardkorst. Aardbevingen vinden plaats als er in de aardkorst plotseling veel energie vrijkomt. De energie plant zich dan in een golfbeweging vanuit het centrum naar de omgeving voort. Het denkbeeldige punt waar de beving ontstaat, het zwaartepunt van de energiedichtheid, heet het hypocentrum. Het punt aan het aardoppervlak daar loodrecht boven wordt het epicentrum genoemd. Een lijn van gelijke bevingsintensiteit rond een epicentrum heet een isoseist. Seismologie is de wetenschap van aardbevingen. (…)
Tekst 3 Tekst 4
‘Wauw,’ zegt Khalid. ‘Wat is het?’ Martijn schudt zijn hoofd. ‘Ik weet het niet.’ Khalid steekt zijn vinger uit en strijkt voorzichtig over het hoofdje. Het groene haar voelt zacht aan. ‘Het is lief, he?’ Omdat de jongens niet kunnen bedenken wat ze ermee aan moeten, blijven ze maar staan staren naar het wezentje dat slap in Martijns hand ligt. ‘Hoe kan het nou dat je dat niet hebt gemerkt?’ vraagt Khalid. ‘Voelde het niet raar aan toen je het uit Tomas’ mond haalde?’ Weer schudt Martijn zijn hoofd. (…)
Eerder deze maand leek het al in kannen en kruiken. Michelle Dekker zou namens Nederland naar de Olympische Spelen gaan. Ze voldeed keurig aan alle kwalificatie-eisen. Maar deze week leek haar deelname toch ineens onzeker, omdat ze op de reservelijst bleek te staan. (…)
Wel, misschien, niet... Wél! Snowboardster Michelle Dekker mag definitief naar de Winterspelen in Sotsji. De 17-jarige kreeg vandaag groen licht.
Tekst 5
Dekker (17) zeker naar de Spelen
Nora weet precies hoeveel iedereen nodig heeft om de eeuwige knikkerkringloop gaande te houden. Martijn heeft er bijvoorbeeld elke zes weken één nodig en Khalid elke week wel vijf, want hij knikkert nogal slecht. De knikkelares is een verhaal waar je even een stapje voor moet omdenken. In de wereld van Martijn en Khalid draait alles om knikkers, het beter maken van zieke beesten, het plukken van paardenbloemblaadjes en het geheim houden van elfachtige wezentjes die onzichtbaar zijn voor volwassenen. Een leuk leesboek met veel fantasie, voor wie houdt van verhalen met een bijzondere sfeer en grappige scheldpartijen. (…) Cijfer: 7
Door Annemarie Terhell ‐ Knikkelares Nora is zo groot als een knikker. Ze heeft vleugeltjes en ze steelt van de rijken en geeft aan de armen, net als Robin Hood. Ze steelt alleen knikkers.
Boekrecensie: De Knikkelares
Tekst 2
Stap 3: muziek naar de computer kopiëren U moet deze stap uitvoeren als u nog geen muziek naar de computer hebt gekopieerd. U kunt muziek importeren van een audio-cd. (…)
Stap 2: de software installeren Plaats de iPod-cd in de computer en installeer de iTunes- en de iPodsoftware.
Stap 1: de batterij opladen Sluit de iPod met behulp van de iPod Dock Connector-naar-FireWire-kabel aan op de iPod Power Adapter. De interne batterij wordt in ongeveer twee uur opgeladen tot 80% van de capaciteit. Als u de batterij volledig wilt opladen, moet u hiervoor vier uur rekenen.
Om muziek op de iPod af te spelen, laadt u de batterij op, installeert u de software van de iPod-cd en brengt u nummers van uw cd-collectie over naar de computer. Vervolgens kopieert u de nummers naar de iPod en u kunt van uw muziek genieten. Zo eenvoudig is het.
Muziek afspelen op de iPod
is broodbeleg dat bestaat uit duivenvlees.
'Die maakt er duivenpaté van en verkoopt dat aan mensen die daar van houden.' (pag. 2)
zorgboerderij
slopestyle
spaargeld
‘Dat paard werkte jarenlang op een zorgboerderij voor gehandicapte kinderen.’ (pag. 4)
is een boerderij voor mensen die zorg nodig hebben. Deze mensen helpen op de boerderij met bijvoorbeeld dieren verzorgen en de groenten‐ of bloementuin onderhouden.
'Vooral het onderdeel slopestyle voor de skiërs en snowboarders moet voor spektakel zorgen’ (pag. 13).
is een onderdeel voor skiërs en snowboarders, waarbij ze in een afdaling over rails moeten glijden en zoveel mogelijk moeilijke sprongen en salto’s moeten laten zien.
'Wat zou jij zeggen als je ouders je spaargeld willen gebruiken?' (pag. 5)
is geld dat je niet uitgeeft en bewaart voor later.
'Dinsdag is het Wereldkankerdag.' (pag. 4)
Wereldkanker‐ is een dag waarop aandacht wordt gevraagd dag voor de ziekte ‘kanker’.
duivenpaté
Sotsji
Bali
Utrecht
is een kustplaats in Zuid‐Holland.
Oekraïne
Kefalonia
‘Al weken is het onrustig in Oekraïne.’ (pag. 7)
is een land in het oosten van Europa.
‘Op het eiland Kefalonia vluchtten inwoners hun schuddende huizen uit.' (pag. 6)
is een Grieks eiland.
‘Eerder kreeg de jongen uit Utrecht nog te horen dat hij het land uit moest.’ (pag. 5)
is een stad in de provincie Utrecht.
‘Timon (11) uit Hoek van Holland houdt van knutselen.’ (pag. 5)
‘Het wordt zweten geblazen in Sotsji.’ (pag. 13)
is een stad in Rusland.
‘Balinese stranden: dan denk je aan hangmatten, kokosnoten en wit zand.’ (pag. 6)
is een Indonesisch eiland in Azië.
Hoek van Holland
Lees ‘Kanker heb je samen’ op pagina 4 van Kidsweek.
4) Lees tekst 3 en bekijk de plaatjes op pagina 13 hiernaast. a) Noem twee voorbeelden die ervoor zorgen dat de kans op kanker kleiner wordt. b) Vind jij dat je gezond leeft? Hoe zou jij nog gezonder kunnen leven?
3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. a) Hoeveel verschillende soorten kanker zijn er? b) Welke soorten komen veel voor bij mannen?
2) Lees tekst 1 op pagina 13 hiernaast. a) Hoe komt het dat veel mensen genezen? b) Wat kan er gebeuren met een op hol geslagen cel?
b) Wat mocht Julie in het ziekenhuis doen? c) Hoe legde Julie aan haar klasgenoten uit wat kanker is?
Dinsdag is het ... Het thema van deze dag is ... Julie weet daar alles van, omdat haar ... kanker had.
1) ‘Kanker heb je samen’ a) Lees de tekst hieronder. Welke woorden ontbreken? Schrijf ze op een oefenblaadje.
A
Lees ‘Kanker heb je samen’ op pagina 4 van Kidsweek.
4) Lees tekst 3 op pagina 13 hiernaast. a) Hoe kun je ervoor zorgen dat de kans op kanker kleiner wordt? b) Vind jij dat je gezond leeft? Hoe zou jij nog gezonder kunnen leven? c) Maak de volgende zin af: Kanker krijgen is altijd dikke pech omdat…
1) ‘Kanker heb je samen’ a) Wat wordt er op Wereldkankerdag gedaan? b) Waarom weet Julie alles van het thema van Wereldkankerdag? c) Waarom is Julie nog steeds bang? d) Waarmee helpt Carine Julie? 2) Lees tekst 1 op pagina 13 hiernaast. a) Waarom is kanker een vervelende ziekte? b) Hoe ontstaat kanker? 3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. a) Welke soorten kanker komen veel voor bij mannen en vrouwen? b) Welke soort kanker komt het meest voor bij vrouwen?
B
Lees ‘Kanker heb je samen’ op pagina 4 van Kidsweek.
Lees tekst 3 op pagina 13 hiernaast. Waarom is de titel van de tekst ‘Dikke pech?’? Wat hebben onderzoekers ontdekt? Wat is belangrijk om de kans op kanker te verkleinen? Noem minimaal drie voorbeelden. d) Vind jij dat je gezond leeft? Hoe zou jij nog gezonder kunnen leven? e) Ben jij het EENS of ONEENS met de stelling hieronder. Leg uit waarom. Als je super gezond leeft, krijg je geen kanker.
3) a) b) c)
1) ‘Kanker heb je samen’ a) Waarvoor wordt aandacht gevraagd op Wereldkankerdag? b) Wat vind je ervan dat Wereldkankerdag wordt georganiseerd? Leg uit waarom. c) Wat vind je ervan dat sommige mensen ziektes gebruiken als scheldwoord? Leg uit waarom. 2) Lees tekst 1 en 2 op pagina 13 hiernaast. a) Leg uit hoe kanker ontstaat. b) Waarom maakt een lichaam nieuwe cellen aan? c) Hoe kan een cel beschadigd raken? d) Welke soorten kanker komen veel voor?
C
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje!
TEKST 1
Een lichaam bestaat uit allemaal piepkleine cellen. Elke cel heeft een eigen taak. Zo helpt een tongcel bij het proeven van eten en een hartcel helpt bij het laten kloppen van je hart. Je lichaam maakt steeds nieuwe cellen aan. Zo kan je lichaam groeien. Soms raakt een cel beschadigd. Meestal kan de cel dit zelf repareren. Maar als er te veel foutjes in een cel zitten, raakt hij in de war en slaat hij op hol. Zo’n cel kan zich soms tot een kankercel ontwikkelen. Waarom een cel beschadigd raakt, weten we helaas nog niet precies. Als we dat ontdekken, kunnen we misschien wel een manier vinden om kanker te voorkomen!
In de war
Kanker is een vervelende ziekte. Het is niet zoals een griepje, een ziekte die vanzelf weer overgaat. Kanker kan in je lichaam blijven groeien, en het kan een paar jaar duren voor je weer helemaal beter bent. Sommigen gaan er zelfs dood aan. Gelukkig worden de behandelingen steeds beter, zodat veel mensen genezen.
Wat is kanker?
TEKST 2
De meeste kinderen krijgen met kanker te maken als een familielid of iemand uit hun omgeving ziek wordt. Misschien ken je iemand in de buurt die kanker heeft of heeft gehad. Of is je opa of oma aan kanker overleden. Bij volwassenen komen meer dan honderd verschillende vormen van kanker voor. Bij vrouwen komt borstkanker het meeste voor, gevolgd door dikkedarmkanker en longkanker. Bij mannen komt prostaatkanker het vaakst voor. Op de tweede plaats staat longkanker en op de derde plaats dikkedarmkanker.
Verschillende soorten
TEKST 2
TEKST 2http://piasnites.com/nl/pias‐ni
TEKST 3
Bron: Het Klokhuis boek over kanker.
Waarom de ene persoon kanker krijgt en de andere niet, is niet bekend. We weten nog steeds niet hoe deze ziekte precies ontstaat. Onderzoekers zijn er al wel achter dat sommige dingen ervoor zorgen dat je een kleinere kans hebt op kanker. Het is belangrijk dat je regelmatig beweegt. Je kunt bijvoorbeeld sporten of buiten spelen. Het is niet slim om zonder zonnebrand in de zon te gaan liggen. Je huid is dan niet beschermd. En als je vanavond groente op je bord krijgt, kun je dat maar beter netjes opeten. Groente en fruit zijn heel belangrijk om je lichaam te beschermen tegen kanker. Toch is het helaas niet te voorspellen wie ziek wordt en wie niet. Sommige mensen leven super gezond en krijgen toch kanker. Kanker krijgen is altijd dikke pech!
Dikke pech?
‘Jagen op spookschip’ Wat is er kwijt? Hoe is het kwijtgeraakt? Ben jij wel eens iets kwijtgeraakt? Wat?
Lees het artikel ‘Jagen op spookschip’ op pagina 6 van Kidsweek.
Iedereen mag informatie op internet zetten. Op internet vind je alleen maar betrouwbare informatie.
3) Lees tekst 2 en tekst 3 op pagina 15 hiernaast. a) Is tekst 2 betrouwbaar? Leg uit waarom. b) Is tekst 3 betrouwbaar? Leg uit waarom. c) Als jij een spreekbeurt over jachtluipaarden zou houden, waar zou jij dan op zoek gaan naar informatie? Leg uit waarom.
Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. Kijk nog eens goed naar het artikel ‘Jagen op spookschip’. Beantwoord de vragen 1, 2, 6 en 7 uit tekst 1. Vind jij het artikel ‘Jagen op spookschip’ betrouwbaar? Leg uit waarom. In het artikel staat dat het schip volgens de geruchten vol zit met ratten. Denk jij dat dit klopt? Leg uit waarom. d) Zijn de zinnen hieronder WAAR of NIET WAAR?
1) a) b) c) 2) a) b) c)
A
uit waarom.
‘Jagen op spookschip’ Hoe heet het spookschip? Waar zou het schip nu naartoe drijven? Wat betekent het woord ‘geruchten’? Denk jij dat het schip vol zit met ratten? Leg
Als ik denk aan betrouwbare websites, dan denk ik aan … Als ik denk aan onbetrouwbare websites, dan denk ik aan …
3) a) b) c)
Lees tekst 2 en tekst 3 op pagina 15 hiernaast. Zijn de teksten betrouwbaar? Leg uit waarom. Als jij zelf informatie nodig hebt, waar zoek je dan? Leg uit waarom. Zoek nu zelf een betrouwbare tekst op internet en print deze uit. Leg uit waarom deze tekst betrouwbaar is.
b) Kijk nog eens naar het artikel ‘Jagen op spookschip’. Beantwoord de vragen 1, 2, 6 en 7 uit tekst 1. c) Vind jij het artikel ‘Jagen op spookschip’ betrouwbaar? Leg uit waarom.
2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. a) Maak de volgende zinnen af:
1) a) b) c) d)
op pagina 6 van Kidsweek.
B Lees het artikel ‘Jagen op spookschip’
Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. Hoe weet jij of een website betrouwbaar is? Kan iedereen informatie op internet plaatsen? c) Plaats jij wel eens teksten of foto’s op internet? Leg uit waarom. d) Ga nu zelf op internet op zoek naar een betrouwbare en onbetrouwbare website. 3) Lees tekst 2 en tekst 3 op pagina 15 hiernaast. a) Tekst 2 komt van de website www.spreekbeurten.info. Bezoek deze website en beantwoord de vragen uit tekst 1. Vind jij de website betrouwbaar? Leg uit waarom. b) Is tekst 3 betrouwbaar? Leg uit waarom. c) Als jij zelf informatie nodig hebt, waar zoek je dan? Leg uit waarom.
2) a) b)
Het spookschip zit vol met ratten.
Leg uit waarom je dat denkt.
‘Jagen op spookschip’ Wat is er met het cruiseschip gebeurd? Waar komt het cruiseschip vandaan? Is de zin hieronder WAAR of NIET WAAR?
Lees het artikel ‘Jagen op spookschip’ op pagina 6 van Kidsweek.
1) a) b) c)
C
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje!
TEKST 1
Op internet vind je een grote verzameling van informatie. Deze informatie kan door iedereen worden geschreven. Hoge professoren, maar ook jonge kinderen kunnen informatie op internet plaatsen. Let daarom goed op als je informatie van internet gebruikt! Is de informatie die jij leest eigenlijk wel betrouwbaar? Dat is erg lastig om te controleren. Ik stel mezelf altijd de volgende vragen, om de Wanneer weet je betrouwbaarheid van informatie te checken: 100% zeker dat 1. Is het duidelijk wie de informatie heeft informatie geschreven? betrouwbaar is? 2. Is het een deskundig iemand? 3. Van welke website komt de informatie? 4. Wat wil deze website jou vertellen? 5. Wil de website reclame maken? 6. Wanneer is de informatie geschreven? 7. Staan er veel spelfouten in het artikel?
Iedereen schrijft!
TEKST 2
TEKST 2
TEKST 2
TEKST 3
Bron: Wow! De avontuurlijkste encyclopedie over alles.
De jachtluipaard of cheeta is het snelste landdier: hij kan 95 km per uur lopen. Hij heeft lange poten en hij vergroot zijn paslengte nog door bij elke stap zijn rug te krommen en weer te strekken. Die topsnelheid houdt hij slechts 40 seconden vol.
Jachtluipaard
Bron: www.spreekbeurten.info
Ik hou mijn spreekbeurt over katachtigen. Ik heb dit onderwerp gekozen omdat ik katten hele leuke dieren vind. Cheeta`s of jachtluipaarden zijn de snelste dieren op land. Vooral hun startsnelheid is interessant. In 3 seconden zitten ze al op hun topsnelheid van bijna 100 kilometer per uur. Daarbij vliegt hij bijna letterlijk over de vlakte. Meer dan de helft van de sprinttijd zijn alle vier de poten los van de grond. Met zijn enorme snelheid kan de Cheeta eerder zijn prooi pakken dan de andere katachtigen. (…)
Cheeta’s
Jaargang 5, week 5, 30 januari 2014 Kidsweek in de Klas hoort bij Kidsweek en is een uitgave van Uitgeverij Young & Connected BV. Redactieadres Meeuwenlaan 98‐100, 1021 JL Amsterdam Directeur Y&C Mark Termeer Redactie Jolien Huis in ’t Veld, Simone den Braber Operations Angela Kokshoorn Contact mail naar
[email protected] of bel met de Lezersservice 020‐6304707 van maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 13.00 uur. Druk Dijkman Offset, Diemen Bezorging PostNL Copyright 2014, Kidsweek in de Klas. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van enige methode of vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de directeur. De inhoud van Kidsweek in de Klas is auteursrechtelijk beschermd. Eventuele rechthebbenden die wij niet hebben kunnen achterhalen, verzoeken wij contact op te nemen met de directeur.
Je kent het wel: met zijn allen rond de tafel met een groot bord en een paar ... (pag. 23) 2. Wat zit er in het oor van het standbeeld van Nelson Mandela? (pag. 10) 3. De tweeling van ijsbeervrouwtje Freedom heet Siku en ... (pag. 9) 4. Waar komt het cruiseschip vandaan? (pag. 6) 7. Iedere dag blokkeren ... betogers de straten. (pag. 7) 10. ‘Ik ben aan het sparen voor een nieuwe ...' (pag. 5) 13. De jonge koala weegt minder dan een pak ... (pag. 9)
1.
Verticaal
Voor elk karakter verzon ze zo een getekend ... (pag. 7) Ze staan erom bekend nooit zonder ... in hun clips of op een podium te verschijnen. (pag. 19) Hoe wil de Mexicaanse skiër eruitzien? (pag. 12+13) ’s Winters speelt hij niet zo vaak ... (pag. 5) Maar ik ben dol op de ... in de stad. (pag. 2) Op welk Griekse eiland vluchtten mensen hun huizen uit? (pag. 6) Via ... vroeg hij mensen om geld te geven om Kenzo te kopen en een goede plek te bezorgen. (pag. 4) 15 .... hoort echt bij de winter. (pag. 1)
5. 6. 8. 9. 11. 12. 14.
Horizontaal