informeert - adviseert - stimuleert
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Agentschap Ondernemen informeert - adviseert - stimuleert
december 2011
informeert - adviseert - stimuleert
informeert - adviseert - stimuleert
informeert - adviseert - stimuleert
informeert - adviseert - stimuleert
informeert - adviseert - stimuleert
Voorwoord Het Agentschap Ondernemen wil de drijvende kracht zijn achter meer en duurzamer ondernemerschap in Vlaanderen. Daartoe beschikt het Agentschap over verschillende steunmaatregelen, o.a. op het vlak van advies en investeringen. Veel van deze algemene steunmaatregelen kunnen ook ingezet worden voor acties op het vlak van duurzaam materialengebruik in ruime zin. Als kmo kunt u in dit kader een beroep doen op de volgende steunmaatregelen en dienstverlening: Met de gratis eco-efficiëntiescan kan u nagaan of er kansgebieden liggen op het vlak van materialengebruik (grondstofvervanging, materiaalbesparing, …) Via de pijler advies van de kmo-portefeuille kan een kmo gesubsidieerd advies krijgen van een erkende dienstverlener, bijvoorbeeld i.v.m. hergebruik van materialen of gebruik van andere materialen, … Via de pijler technologieverkenning kan een kmo ook een verkennende technologische studie laten uitvoeren, zoals bvb. analyseren van mogelijke technische problemen en/of uitvoeren van verkennende proeven of simulaties bij gebruik van bvb. gerecycleerde of herbruikbare materialen. Via het project ‘strategisch ondernemen’ kan een kmo, met een tussenkomst van 50% van de kosten, o.a. een adviesbureau inschakelen voor het adviestraject bij invoering van een certificeerbaar milieuzorgsysteem of beroep doen op een designbureau voor de ontwikkeling van strategisch belangrijke, nieuwe producten (ook ecodesign). Eventueel kan een beroep gedaan worden op de dienstverlening van Design Vlaanderen om u hierbij te helpen.. Voor milieugerichte investeringen kan een beroep gedaan worden op de ecologiepremie. De lijst van investeringen die in aanmerking komen, bevat verschillende technieken in verband met hergebruik van materialen, recyclage van reststromen, …
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Daarnaast steunt het Agentschap Ondernemen (via projectoproepen) ook tal van projecten in verband met cleantech, materialengebruik, …
2
In deze brochure vindt u de algemene basisinformatie over deze steunmaatregelen. Daarnaast krijgt u een overzicht van de belangrijkste ondersteuningsmogelijkheden bij andere overheidsdiensten. Deze brochure is een eenmalige uitgave naar aanleiding van de infosessies over het nieuwe afvalstoffen- en materialenbeleid van de OVAM en het Agentschap Ondernemen (december 2011-januari 2012) en geeft een overzicht van de relevante subsidiemaatregelen voor dit thema. Voor andere maatregelen wordt verwezen naar de reeks brochures “subsidieleidraad” van het Agentschap Ondernemen (www.agentschapondernemen.be/ subsidiedatabank/subsidieleidraden).
Deze uitgave is een algemene informatiebrochure die enkel de grote lijnen van de behandelde materie aangeeft. Zij maakt derhalve geen aanspraak op volledigheid. De gegevens kunnen vrij overgenomen worden mits duidelijke vermelding van de bron.
Inhoudstafel
Inleiding
4
Steunmogelijkheden en tools van het Agentschap Ondernemen
4
Oriënterende eerstelijnsscans
4
Kmo-portefeuille
5
Strategisch ondernemen: steun bij extern advies of aanwerving van een kennismanager
12
Design Vlaanderen
15
Ecologiepremie voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen
16
Gesteunde projecten via projectoproepen
20 22
Informatiebronnen en tools van de OVAM
22
PRODEM: Promotie en demonstratie van milieuvriendelijke technologieën
23
MIP: Milieu- en energietechnologie Innovatie Platform
24
IWT: Duurzame technologische ontwikkeling (DTO)
25
Bijkomende informatie
27
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Steunmogelijkheden en tools bij andere overheidsdiensten
3
Inleiding - Samen werken aan een groene economie Vlaanderen wil zich tegen 2020 positioneren als een gedegen Europese economische topregio. Om dit doel te verwezenlijken streven we naar een groene economie die gekenmerkt wordt door een duurzame economische groei. Belangrijke sleutels tot deze groei zijn innovatie, kennisvalorisatie maar ook een sterk en duurzaam ondernemerschap. Pijlers die vandaag ook terugkomen binnen Vlaanderen in Actie en het Pact 2020 en waarvoor concrete doorbraken of actieplannen werden geformuleerd. De ondernemer wordt vandaag immers geconfronteerd met een globale trend van steeds stijgende grondstof- en energieprijzen. Vlaanderen in Actie wil een duurzame omschakeling naar open ondernemerschap bewerkstelligen. Het verduurzamen van de bedrijfsvoering, producten en processen kan immers een oplossing bieden voor de problemen van de toekomst. Een groene kenniseconomie kan pas echt bloeien als ondernemers zich openstellen voor vernieuwende eco-efficiënte maatregelen die zorgen voor een daling in de milieudruk. Zo kan Vlaanderen evolueren naar een kringloopeconomie met aandacht voor mens en milieu. Het Agentschap Ondernemen wil de drijvende kracht zijn achter meer en duurzamer ondernemerschap in Vlaanderen en tracht de ondernemingen te ondersteunen in de transitie naar een groenere economie. Hiertoe neemt het Agentschap een dubbele rol op, die van stimulerende regisseur enerzijds en die van complementaire actor anderzijds, ook op het vlak van duurzaamheid. Via premies worden bedrijven in Vlaanderen gestimuleerd om te investeren in innovatieve energie- en milieutechnologieën, of om met andere bedrijven of kennisinstellingen samen te werken aan een groenere economie. Bedrijven met vragen op vlak van milieu en energie kunnen terecht bij de accountmanagers van het Agentschap Ondernemen.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
In deze brochure vindt u een overzicht terug van de concrete ‘groene’ dienstverlening en overheidsinstrumenten van het Agentschap Ondernemen die ondersteuning kunnen geven bij de evolutie naar een duurzamer materialengebruik. Daarnaast krijgt u een overzicht van de belangrijkste ondersteuningsmogelijkheden bij andere overheidsdiensten.
4
Steunmogelijkheden en tools van het Agentschap Ondernemen Oriënterende eerstelijnsscans 1. Wat houden deze tools in Het Agentschap Ondernemen biedt een aantal oriënterende eerstelijnsscans aan om bedrijven te sensibiliseren en om opportuniteiten en eventuele knelpunten in kaart te brengen. Het Agentschap Ondernemen tracht hiermee ondernemingen op weg te helpen om hun procesvoering milieu- en energievriendelijker te maken.
2. Wie komt in aanmerking Alle ondernemingen die gevestigd zijn in het Vlaamse Gewest.
3. Welke tools Het Agentschap Ondernemen biedt in deze context volgende oriënterende eerstelijnsscans aan: XX
Via de milieuchecklist kan een bedrijf nagaan of het in orde is met de wettelijk vastgelegde voorwaarden voor de activiteiten die het uitvoert. Conformiteit met de wetgeving is in principe een vereiste voor het verkrijgen van
XX
XX
steun. Een energiescan maakt als het ware een ‘foto’ van de algemene energiesituatie in een bedrijf. De belangrijkste energieverbruikers worden in kaart gebracht en mogelijke energiebesparingen voorgesteld. De besparingsvoorstellen worden samengebracht in een voorbeelden-databank op www.rationeelenergiegebruik.be Een eco-efficiëntiescan behandelt niet enkel de productieprocessen (water, afval, …) maar ook de producten (materiaalgebruik, …) en/of het bijsturen van de marktvraag en keten. De scan geeft een overzicht van de meest interessante kansgebieden alsook een aantal concrete verbetermogelijkheden om de eco-efficiëntie van een bedrijf te verhogen. Daarnaast wordt doorverwezen naar mogelijke ondersteunende subsidies, initiatieven, dienstverleners, …
Zowel de energiescan als de eco-efficiëntiescan van het Agentschap Ondernemen geven recht op een bonus bij aanvraag van de ecologiepremie.
4. Contact Voor meer informatie of voor een afspraak voor een gratis eerstelijnsscan kunt u terecht bij de accountmanagers milieu van de provinciale diensten van het Agentschap Ondernemen. De contactgegevens vindt u achteraan in de brochure.
Kmo-portefeuille 1. Wat houdt deze maatregel in
2. Wie komt in aanmerking De Kmo-portefeuille richt zich tot beoefenaars van vrije beroepen, kleine en middelgrote ondernemingen met een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest, op voorwaarde dat zij cumulatief aan volgende voorwaarden voldoen:
Criteria
ko
mo
tewerkstelling
minder dan 50
minder dan 250
-jaaromzet
maximum € 10 miljoen
maximum € 50 miljoen
-balanstotaal
maximum € 10 miljoen
maximum € 43 miljoen
ofwel
*Om de jaaromzet, het balanstotaal en tewerkstelling van de steunaanvragende onderneming te berekenen worden de cijfers van de onderneming samengeteld met de cijfers van alle partner- en verbonden ondernemingen, conform de Europese kmo-definitie.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
De Kmo-portefeuille is een laagdrempelige en interactieve webtoepassing waarlangs kmo’s jaarlijks tot € 15.000 subsidie kunnen bekomen voor ondersteuning in hun processen van ondernemen, innoveren en internationaliseren. Dit subsidie-instrument vervangt sinds januari 2009 de subsidiemaatregel BEA (Budget voor Economisch Advies). De steun kan verkregen worden bij de aankoop van ondernemerschapsbevorderende diensten die verleend worden door erkende dienstverleners. De in aanmerking komende diensten worden ondergebracht in vijf pijlers: opleiding, advies, technologieverkenning, advies voor internationaal ondernemen en strategisch advies.
5
Enkel ondernemingen die een aanvaardbare hoofdactiviteit uitoefenen kunnen steun aanvragen. Een lijst van de Nacecodes van deze sectoren kan u raadplegen op de website www.kmo-portefeuille.be. Bepaalde sectoren zijn uitgesloten van deze steun ingevolge bijzondere EU-reglementeringen. In tegenstelling tot de vorige maatregel (BEA) worden deze keer wel een aantal subsectoren uit de voedingssector aanvaard. Vzw’s komen niet in aanmerking voor de subsidies van de kmo-portefeuille.
3. Wat komt in aanmerking Er kan steun worden bekomen voor subsidiabele diensten in de volgende 5 pijlers: XX
Pijler opleiding Het onderricht, gevolgd door de werkenden in de onderneming bij een erkende dienstverlener, dat uitsluitend of hoofdzakelijk gericht is op het verbeteren van het huidige of het toekomstige bedrijfsfunctioneren van de onderneming. Ook wettelijk verplichte opleidingen zijn toegelaten. Er moet voor elke opleiding een vormingsattest worden afgeleverd. Voorbeelden: informaticacursus, taaltraining, vorming sociale- en communicatievaardigheden,…
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
XX
6
Pijler advies Schriftelijke, specifieke, waardevolle raadgevingen en aanbevelingen, verleend door een erkende dienstverlener, die bestaan uit het in kaart brengen en onderzoeken van problemen (een analyse van de probleemstelling), een eigenlijk advies (oplossingen en waardevolle raadgevingen), en een implementatieplan, en die uitsluitend of hoofdzakelijk gericht zijn op het verbeteren van het huidige of het toekomstige bedrijfsfunctioneren van de onderneming. Het implementatieplan staat voor een soort conceptueel draaiboek voor wanneer het advies zou uitgevoerd worden. Het is niet de werkelijke realisatie of uitvoering van het advies zoals het indienen en opmaken van vergunningen of het opmaken van contracten/overeenkomsten. Wettelijk verplichte adviezen (alle adviezen geregeld binnen een wettelijk kader bvb inzake milieu, energie, kwaliteit), adviezen in verband met kwaliteits-, veiligheids- en milieusystemen met het oog op het behalen van een kwaliteitscertificaat, adviezen van permanente of periodieke aard (diensten zoals routinematig belastingsadvies, regelmatige dienstverlening op juridisch gebied, routinematig advies inzake selectie-, aanwervings- of personeelsbeleid of reclame) en adviezen die tot de gewone bedrijfsuitgaven horen (bijv. site-onderzoek inzake bodemsanering en bodembescherming) zijn uitgesloten van steun. Ook diensten met betrekking tot subsidies komen niet in aanmerking. Een advies is dus steeds schriftelijk, gepersonaliseerd en op maat van de onderneming. De implementatie zelf en de begeleiding bij de implementatie komen nooit in aanmerking voor de kmo-portefeuille. Voorbeelden: marketingstudie en het bijhorende advies, communicatieplan, investeringsanalyse, marktstudie en bijhorend advies,…
XX
Pijler technologieverkenning Een studieactiviteit van een erkende dienstverlener die tot doel heeft inzichten aan ondernemingen te geven als antwoord op een specifieke technologische kennisvraag met betrekking tot een product, proces of dienst. Het erkend studiecentrum moet hiervoor studiewerk op maat van de kmo uitvoeren.
Voorbeelden: • identificeren, analyseren, bestuderen van de mogelijke technische problemen, invloedsparameters of belemmeringen die zich stellen rond de beoogde innovatie; • uitvoeren van eerste berekeningen, verkennende (laboratorium) proeven en/of simulaties; • zoeken naar geschikte technologieën. XX
Pijler advies voor internationaal ondernemen Schriftelijke, specifieke, doelmatige raadgevingen, studies, plannen en aanbevelingen, verleend door een erkende dienstverlener, die bestaan uit het identificeren, in kaart brengen en onderzoeken van opportuniteiten en oplossingen met betrekking tot internationaal ondernemen met uitzondering van de steun die reeds toegekend kan worden door Flanders Investment and Trade. Voorbeelden: adviezen met het oog op het afsluiten van joint-ventures, oprichting buitenlandse vestigingen, dochterondernemingen of filialen, directe buitenlandse investeringen. Pijler strategisch advies Een strategisch advies is een advies dat gerelateerd is aan een kantelmoment binnen de onderneming. Dit wilt zeggen dat het advies leidt tot beslissingen waarvan de gevolgen moeilijk omkeerbaar zijn wat betekent dat het advies een lange termijn oplossing biedt die invloed heeft of kan hebben op de ganse organisatie. Er zijn drie soorten strategische adviezen: • Een haalbaarheidsstudie of een studie die de economische en financiële haalbaarheid van het project (kantelmoment) bewijst: De haalbaarheidsstudie is een uitgeschreven verslag waarbij na een systematisch opgezette en afgeronde analyse, een inschatting van de financiële en economische mogelijkheden van het project wordt onderzocht. Dit wil zeggen dat de impact van het project op de onderneming berekend wordt en geprojecteerd op een toekomstige balans- of resultatenrekening ten einde gefundeerde aanbevelingen te formuleren over het al dan niet uitvoeren van het project. Het advies is op maat van de onderneming, fundamenteel onderbouwd en laat toe om een beslissing te nemen over de haalbaarheid van het project; • Een doorstartplan in het kader van het actieplan Preventief bedrijfsbeleid: Binnen de pijler strategisch advies kan een onderneming die in het kader van preventief bedrijfsbeleid een bedrijfsscan heeft laten afnemen in aanmerking komen voor subsidiëring van een doorstartplan. Een doorstartplan is een multidisciplinair advies dat een onderneming, die dreigt in moeilijkheden te komen, kan laten opstellen zodat bij opvolging van de aanbevelingen vermeden wordt dat de onderneming in moeilijkheden komt. Zoals alle adviezen is een doorstartplan een geschreven document dat minstens moet bestaan uit: • een analyse van de probleemstelling, o.m. de knelpunten zoals gedetecteerd bij de diagnose (ondernemingscan); • het eigenlijke advies; • een implementatieplan. Het doorstartplan is een uitgeschreven verslag waarbij na een systematisch opgezette en afgeronde analyse, onderzocht wordt op welke manier het bedrijf zich dient aan te passen om financieel gezond te blijven. Deze bijsturingen dienen te worden vertaald in een haalbaar ondernemingsplan. Dit wil zeggen dat de impact van de bijsturingen berekend wordt en geprojecteerd op een toekomstige balans- of resultatenrekening. Het begeleidende schriftelijke advies, dat de gedetecteerde problemen tracht te verhelpen om zo de continuïteit van de onderneming te verzekeren, maakt samen met het financieel plan deel uit van het rapport. • Een overdrachtsplan: Een overdrachtsplan is een strategisch advies waarbij na een systematisch opgezette en afgeronde analyse een onderbouwd advies over het te kiezen overdrachtsscenario wordt gegeven. Het advies wordt vertaald in een implementatieplan om de onderneming klaar te maken voor de overdracht. Voorafgaan-
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
XX
7
delijk aan de subsidieaanvraag voor strategisch advies dient de onderneming een scan of coachingtraject te doorlopen. Het overdrachtsplan bestaat uit volgende elementen: • een analyse van de onderneming (swot, waardebepaling, inschatting groeimogelijkheden, analyse van minstens 2 overdrachtsscenario’s); • een onderbouwd advies over het te kiezen overdrachtsscenario; • een implementatieplan om de onderneming klaar te maken voor de overdracht.
4. Omvang steun De subsidie wordt berekend als een percentage van de in aanmerking komende kosten van de ondernemerschapsbevorderende diensten. In volgende tabel worden de verschillende steunpercentages en steunplafonds weergegeven: Opleiding
Advies
Technologieverkenning
Advies Internationaal ondernemen
Strategisch advies
Steun %
50%
50%
75%
50%
50%
Steunplafond per pijler
€ 2.500
€ 2.500
€ 10.000
€ 5.000
€ 25.000
Max. per periode Periode
€ 15.000
€ 25.000 1 jaar
Toelichting bij de tabel: XX XX
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
XX
8
XX XX XX
voor opleiding kan 50% van de kostprijs betoelaagd worden tot een maximum van € 2.500 per kalenderjaar. Voor advies kan 50% van de kostprijs betoelaagd worden tot een maximum van € 2.500 per kalenderjaar. Voor technologieverkenning kan 75% van de kostprijs betoelaagd worden met een maximum van € 10.000 per kalenderjaar. Voor advies voor internationaal ondernemen kan 50% van de kostprijs betoelaagd worden tot een maximum van € 5.000 per kalenderjaar. Het maximum betoelaagbare bedrag bedraagt € 15.000 per kalenderjaar voor het geheel van de vier voorgaande pijlers. Voor strategisch advies kan per kalenderjaar bijkomend 50% van de kostprijs betoelaagd worden tot een maximum van € 25.000.
Het aanvaardbare projectbedrag dient minimum € 100 te bedragen en maximaal het bedrag vermeld in de overeenkomst met de dienstverlener, zonder btw. Het minimum projectbedrag in de pijlers advies en advies voor internationaal ondernemen bedraagt € 500. Bij een subsidieaanvraag voor strategisch advies bedraagt het minimum projectbedrag € 10.000. Het betreft een jaarlijkse cyclus met een extra betaaljaar om de lopende projecten af te werken. Bij de berekening worden volgende kosten aanvaard: XX
Pijler opleiding De kosten voor de opleiding, exclusief btw, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend in de pijler opleiding. De kosten behoren tot één van de volgende categorieën: • personeelskosten van de dienstverlener; • werkingskosten van de dienstverlener;
• verplaatsingskosten van de docent; • kosten voor cursusmateriaal en didactische benodigdheden die specifiek voor de gevolgde opleiding worden gebruikt en waarvan het gebruik een functionele relatie heeft met de gevolgde opleiding, voor zover de kosten op één factuur samen met de opleidingskosten worden gefactureerd; • cateringkosten beperkt tot € 25 per persoon per begonnen opleidingsdag. XX
Pijler advies De kosten voor het advies, exclusief btw en exclusief de bedragen van de voorschotfacturen, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend in de pijler advies.De subsidiabele dagprestaties zijn beperkt tot 700€ per dag exclusief btw. Enkel facturen waartegenover geleverde prestaties staan kunnen betaald worden met de kmo-portefeuille.
XX
Pijler technologieverkenning De kosten voor de kennis, exclusief btw en exclusief de bedragen van de voorschotfacturen, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend in de pijler technologieverkenning . Kosten met betrekking tot gestandaardiseerde fysische of chemische analyses komen niet in aanmerking. Enkel facturen waartegenover geleverde prestaties staan kunnen betaald worden met de kmo-portefeuille.
XX
Pijler advies voor internationaal ondernemen De kosten voor het advies voor internationaal ondernemen, exclusief btw en exclusief de bedragen van de voorschotfacturen, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend in de pijler advies voor internationaal ondernemen. De subsidiabele dagprestaties zijn beperkt tot 700€ per dag exclusief btw.
XX
Pijler strategisch advies De kosten voor het advies, exclusief btw en de bedragen van de voorschotfacturen, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend voor strategisch advies. Enkel facturen waartegenover geleverde prestaties staan kunnen betaald worden met de kmo-portefeuille.
5. Welke dienstverleners komen in aanmerking Een overzicht van de erkende dienstverleners vindt u op de website www.kmo-portefeuille.be terug. Hier kan u per pijler zoeken welke dienstverleners erkend zijn. Potentiële dienstverleners vinden diepgaandere informatie omtrent de erkenningsprocedures op de website terug. Men kan erkend worden als dienstverlener op basis van volgende voorwaarden: XX
Pijler opleiding • erkend zijn als publieke dienstverlener of sectorfonds; • erkend zijn als peterschapsorganisator; • beschikken over één van volgende certificaten: 1. ISO-certificaat, uitgereikt door een geaccrediteerde certificeringsinstelling; 2. CEDEO-certificaat; 3. Q*FOR-certificaat; 4. Recognised for Excellence; 5. K2a- ,K2b-, of K2c--label voor opleiding; 6. ESF-label voor opleiding.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Enkel facturen waartegenover geleverde prestaties staan kunnen betaald worden met de kmo-portefeuille.
9
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
10
XX
Pijler advies • erkend zijn door een andere Vlaamse overheid (bijvoorbeeld adviesbureaus erkend door Design Vlaanderen, …) • voldoen aan één van de volgende voorwaarden: 1. de dienstverlener beschikt over één van de volgende kwaliteitscertificaten: ISO-certificaat, uitgereikt door een geaccrediteerde certificeringsinstelling; EDEO-certificaat; Q*FOR-certificaat; Recognised for Excellence; ESF-label voor advies. 2. de dienstverlener is een natuurlijk persoon en verkrijgt een positieve beoordeling na een individuele screening door een privaat arbeidsbemiddelingsbureau.
XX
Pijler technologieverkenning • cumulatief voldoen aan volgende voorwaarden: 1. de dienstverlener moet een opdracht bezitten van technologiediffusie aan kleine en middelgrote ondernemingen en moet daarvoor financiële overheidsmiddelen ontvangen of op het punt staan die te verwerven; 2. de dienstverlener moet een ruim actief klantenbestand in het Vlaams Gewest hebben; 3. de dienstverlener moet beschikken over eigen onderzoeksinfrastructuur, moet toegang hebben tot onderzoeksinfrastructuur en –apparatuur, of moet ingebed zijn in een technologisch-wetenschappelijk onderzoekscentrum; 4. de dienstverlener moet beschikken over de nodige competentie om kleine en middelgrote ondernemingen te begeleiden in hun innovatietraject; 5. de dienstverlener moet werken zonder winstoogmerk.
XX
Pijler advies voor internationaal ondernemen • een gemengde kamer of een bedrijfsgroepering vormen met een representatief karakter; • voldoen aan één van de volgende voorwaarden: 1.de dienstverlener beschikt over één van de volgende kwaliteitscertificaten: ISO-certificaat, uitgereikt door een geaccrediteerde certificeringsinstelling; CEDEO-certificaat; Q*FOR-certificaat; Recognised for Excellence; ESF-label voor advies. Het Vlaams Agentschap Internationaal Ondernemen kan deze lijst aanvullen met certificaten die dekwaliteit van de dienstverlening garanderen. 2.de dienstverlener is een natuurlijk persoon en verkrijgt een positieve beoordeling na een individuele screening door een privaat arbeidsbemiddelingsbureau.
XX
Pijler strategisch advies zie pijler advies
Om doorstartplannen in het kader van preventief bedrijfsbeleid te mogen opmaken moet de dienstverlener voldoen aan de erkenningsvoorwaarden voor de pijler strategisch advies (zie supra) EN bewijzen dat hij ervaring heeft op het gebied van preventief bedrijfsbeleid. Ervaring kan aangetoond worden op twee manieren: XX XX
ofwel door lid te zijn van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten of het Instituut van de Accountants en de Belastingsconsulenten; ofwel door ervaring en competenties op het gebied van preventief bedrijfsbeleid aan te tonen. Dit doet u door
een ervaringsbewijs in te vullen en daarnaast één relevante case voor het preventief bedrijfsbeleid voor een jury van het Agentschap Ondernemen voor te stellen. Een positieve beoordeling hoeft maar eenmaal verkregen te worden. Deze erkenning geldt zolang als de resterende geldigheidsduur van het certificaat. Het spreekt voor zich dat enkel dienstverleners die in de kmo-portefeuille subsidiabele diensten kunnen verlenen in aanmerking komen voor een erkenning.
6. Aanvraagprocedure Vooraleer u een subsidie kunt aanvragen moet u zich als gemachtigde van de onderneming registreren op de website aan de hand van uw federaal token of uw e-id (elektronische identiteitskaart). Een federaal token is een kaartje (met de afmetingen van een bankkaart) met codes die het mogelijk maakt u te identificeren en kan u aanvragen via de federale overheid. Voor het gebruik van de elektronische identiteitskaart heeft u een kaartlezer nodig. Vervolgens dient u uw onderneming te registreren. Vooraleer u uw aanvraag indient moet u al een overeenkomst afgesloten hebben met een erkende dienstverlener. Best vraagt u dan zo snel mogelijk de subsidie aan. Dit moet gebeuren binnen de 14 kalenderdagen na aanvang van de prestaties. De eigenlijke aanvraagprocedure verloopt via de instructies vermeld op de website. Hieronder staat vermeld welke stappen doorlopen moeten worden.
7. Contact informatie Voor informatie kunt u terecht bij: Agentschap Ondernemen Afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid - Team kmo-portefeuille Koning Albert II - laan 35 bus 12 1030 Brussel T 1700 F 02 553 37 88
[email protected] www.kmo-portefeuille.be
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Bij een subsidieaanvraag voor strategisch advies moet naast het indienen van de subsidieaanvraag ook de overeenkomst aan het Agentschap Ondernemen (Vlaamse overheid) bezorgd worden. Het agentschap moet zich hiermee immers akkoord verklaren. Een uitspraak over het al dan niet in aanmerking komen voor de pijler strategisch advies gebeurt binnen de 30 kalenderdagen. Het bedrijf wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. Op het einde van het adviestraject (wanneer de klant al meer dan 80% van het globale factuurbedrag uit zijn kmo-portefeuille wil betalen) moet een kopie van het advies en een verslag van de dienstverlener aan het Agentschap Ondernemen bezorgd worden en moet het Agentschap Ondernemen zich hiermee opnieuw akkoord verklaren ( binnen de 30 kalenderdagen). Pas nadien kan het saldo met de elektronische portefeuille betaald worden.
11
Strategisch ondernemen: steun bij extern advies of aanwerving van een kennismanager 1. Wat houdt deze maatregel in Het project Strategisch Ondernemen biedt Vlaamse kmo’s de kans om zich tegen een betaalbare prijs strategisch te versterken en verder te professionaliseren. De kmo kan hierbij kiezen uit twee ondersteunende acties: XX XX
de strategische begeleiding van een professioneel adviesbureau of de aanwerving van een kennismanager.
2. Wie komt in aanmerking Het project is toegankelijk voor kmo’s. Volgens de Europese kmo-definitie moet een kmo beantwoorden aan de volgende voorwaarden: XX XX XX
minder dan 250 werknemers; jaaromzet van maximum € 50 miljoen of een balanstotaal van maximum € 43 miljoen.
De kmo’s worden bovendien aangemoedigd om inspanningen te leveren op het vlak van gelijke kansenbeleid en duurzame ontwikkeling. Bedrijven actief in de land- en tuinbouw alsook vzw’s komen niet in aanmerking.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
3. Wat komt in aanmerking
12
Strategisch Ondernemen wil bedrijven helpen door te groeien, zich te professionaliseren, en dit via een aanbod op maat. Kmo’s kunnen hierbij kiezen uit 2 ondersteunende acties: XX
Inschakeling van een professioneel adviesbureau voor bepaalde bedrijfsdisciplines: De projecttussenkomst bedraagt 50% van de kosten van het adviesbureau met een maximale tussenkomst van € 10.000 (d.i. 50% van € 20.000). De volgende domeinen kunnen hierbij aan bod komen: • Marketing Kmo’s die zich willen beraden over hun bedrijfsaanpak, hun product-/marktstrategieën, mogelijke alternatieven, nieuwe projecten, vernieuwingen om aldus hun marktpositie te consolideren of te versterken, kunnen hiervoor externe adviesbureaus inschakelen. • Exportmarketing • marktonderzoek en onderzoek naar de wensen van de consumenten in de doelmarkt; • activiteiten (ook implementatie) i.v.m. de noodzakelijke voorwaarden om de introductie van de producten mogelijk te maken; • strategiebepaling, implementatie i.v.m. de verkoopstructuur (via importeurs, agenten of vertegenwoordigers, onder eigen merk of onder merken van eventuele klanten).
• E-marketing De uitbouw van een e-commerce project veronderstelt de invoering van een systeem dat de potentiële klant op het internet rechtstreeks verbindt met de databases en ERP-pakket van de onderneming zodanig dat processen uitgevoerd worden zonder tussenkomst van medewerkers in de kmo. • Certificeerbare managementsystemen (kwaliteit, energie en milieu) Hier wordt de inschakeling van adviesbureaus bedoeld voor het adviestraject (geen certificatie), dus tot en met het afleveren van handboek en procedures van kwaliteits-, milieu- en energiemanagementsystemen. • MVO Prestatieladder De MVO Prestatieladder is een certificatienorm voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Deze norm voorziet in de behoefte om vanuit maatschappelijke betrokkenheid duurzame ontwikkeling concreet, objectief en aantoonbaar te kunnen maken. De gestelde eisen maken het voor elk bedrijf mogelijk structuur te geven in de afweging People, Planet en Profit.
• Designmanagement • Productontwikkeling: de inschakeling van een designbureau voor de realisatie van nieuwe producten die zich onderscheiden op kwalitatief of esthetisch vlak. • Design audit: een designbureau licht het bedrijf door op een multidisciplinaire wijze (product, merk, communicatie, digitaal), bekijkt hoe het bedrijf/product zich nu positioneert op de markt en onderzoekt op een kwalitatieve manier de visie van de klanten. Hieruit kunnen opportuniteiten worden geformuleerd. Op basis van de resultaten van de design audit en de onderzochte kernwaarden van het bedrijf, wordt er een nieuwe designstrategie bepaald. • Visualisatie designstrategie: in het kader van de designstrategie worden er door een designbureau concepten en productideeën gevisualiseerd in gebruiksscenario’s of in prototypes. Na evaluatie en selectie worden de geselecteerde productideeën en uitgewerkte prototypes kwalitatief getest bij de gebruikers, waarbij men verdere aanpassingen en verfijningen kan aanbrengen. • ICT-scan Kmo’s kunnen een ICT-scan laten uitvoeren die de interne computertoepassingen doorlicht, evenals de volledige interne processen op het vlak van productieplanning, geïntegreerde orderverwerking, voorraadbeheer. Dit kan inhouden: inventaris, behoefteanalyse tot en met het opstellen van een lastenboek met selectiecriteria. • Bedrijfsoverdracht Inschakeling van een persoonlijke coach voor de ondernemer die overweegt het bedrijf over te dragen aan familie, personeel of derden. De persoonlijke coach helpt de ondernemer in het maken van fundamentele keuzes met betrekking tot: • de toekomst, het bestuur, de leiding en de eigendom van de onderneming; • de toekomstige rol van de overdrager in de onderneming; • de betrokkenheid van familie en personeel. Bij de keuze van een adviesbureau worden steeds 3 offertes als basis gevraagd.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
De MVO Prestatieladder heeft 5 niveaus: vanaf niveau 3 komt een project in aanmerking voor subsidiëring binnen het project Strategisch Ondernemen.
13
XX
Vrije aanwerving van een kennismanager door de kmo: Het project biedt tevens de mogelijkheid om zelf een goed opgeleide of ervaren kennismanager aan te werven, en dit voor één van volgende thema’s: • Internationaal ondernemen; • Kennismanagement (borgen, ontwikkelen en implementeren van kennis); • Designmanagement. Bij de keuze van deze steunmogelijkheid wordt gevraagd aan de kmo om een profiel, een concrete taakomschrijving en actieplan op te stellen voor één jaar. De projecttussenkomst bedraagt hier 50% van de personeelskosten van de nieuw aangeworven verantwoordelijke gedurende maximum één jaar met een maximale tussenkomst van € 20.000 (d.i. 50% van € 40.000). Teneinde de kmo’s te stimuleren/begeleiden worden de aangeworven kennismanagers samengebracht in een cluster om aldus ervaringen te kunnen uitwisselen tussen de deelnemers.
4. Aanvraagprocedure De aanvragen worden getoetst op basis van specifieke criteria. Om de zes weken komt een Toetsingscommissie samen. Deze oordeelt of een project in aanmerking komt voor steun. Na goedkeuring kan de adviesopdracht of aanwerving starten.
5. Contact informatie
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Kmo’s die een beroep wensen te doen op deze steunmogelijkheid kunnen contact opnemen met de projectcoördinator van het Agentschap Ondernemen in hun provincie. Deze ervaren coördinator geeft assistentie aan de kmo’s bij het bepalen van de bedrijfsprioriteiten en is dossierbeheerder vanaf de doorlichting, indiening, opvolging tot en met de eindcontrole en uitbetaling.
14
Agentschap Ondernemen Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel T 0800 20 555
[email protected] www.agentschapondernemen.be Algemene coördinatie Alexandra Fidlers
[email protected] T 011 29 20 11 West-Vlaanderen Geert Dauwe
[email protected] T 050 32 50 18 Oost-Vlaanderen Geert Dauwe
[email protected]
T 050 32 50 18 Paul Ottenburgs
[email protected] T 011 29 20 38 Vlaams Brabant Paul Ottenburgs
[email protected] T 011 29 20 38 Antwerpen Guido Van Troostenberghe
[email protected] T 03 260 87 09 Limburg John Gielen
[email protected] T 011 29 20 39
Design Vlaanderen 1. Wat is Design Vlaanderen
Design Vlaanderen wil ontwerpers ondersteunen en ondernemingen aanzetten tot het integreren van design in hun bedrijfscultuur en productieproces. Design is immers uitgegroeid tot een economische succesfactor voor kwaliteitsverbetering, innovatie en winstgevendheid. Design Vlaanderen richt zich dan ook op het begeleiden van bedrijven die willen innoveren vanuit de invalshoek van design en productontwikkeling, het begeleiden en stimuleren van Vlaamse vormgevers en het promoten van Vlaanderen als designregio.
2. Wat kan Design Vlaanderen voor u doen XX
XX XX XX
Matchmaking voor bedrijven, besturen en organisaties Bent u op zoek naar een ontwerper om uw producten en/of diensten vorm te geven, maar weet u niet meteen hoe die juiste ontwerper te vinden? Dan bent u bij Design Vlaanderen aan het juiste adres: • In een eerste gesprek bekijken de adviseurs samen met u welk soort ontwerper u wilt, wat de opdracht zal inhouden, welke resultaten u verwacht enz. Er wordt ook aanvullend advies gegeven over de KMO-portefeuille, over contracten, subsidies, manieren van samenwerking, patenten, modellenbescherming, … • Vervolgens plaatsen de adviseurs van Design Vlaanderen, in overleg met u, een anonieme oproep in het wekelijkse e-zine Ossenbloedrood, dat enkel verspreid wordt onder erkende ontwerpers en designbedrijven. • Alle reacties van erkende ontwerpers worden gebundeld en voorgelegd tijdens een tweede gesprek, zodat u een overzicht krijgt van nuttige adressen van geïnteresseerde ontwerpers die u dan zelf kan contacteren (vrije keuze van ontwerper). Via Agentschap Ondernemen kan bijkomend informatie gegeven worden over mogelijke subsidies Mogelijkheid tot promotie van het resultaat van de samenwerking Bemiddeling bij conflicten
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Design Vlaanderen is een unit van het Agentschap Ondernemen en promoot eigentijds en kwaliteitsvol Vlaams design.
15
3. Contact Design Vlaanderen Koloniënstraat 56, 6de verd. 1000 Brussel Tel. 02 227 60 60 Fax 02 227 60 69 www.designvlaanderen.be
[email protected]
Ecologiepremie voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen 1. Wat houdt deze maatregel in Een ecologiepremie is een financiële tegemoetkoming aan ondernemingen die ecologie-investeringen zullen realiseren in het Vlaamse Gewest. Onder ecologie-investeringen worden milieu-investeringen en investeringen op energiegebied verstaan. Met de ecologiepremie wil de Vlaamse overheid ondernemingen stimuleren om hun productieproces milieuvriendelijk en energiezuinig te organiseren en zij neemt daarbij een gedeelte van de extra investeringskosten, die een dergelijke investering met zich meebrengt, voor haar rekening. De maatregel kadert in het economische beleid van de Vlaamse Regering die de ontwikkeling van een groene economie centraal stelt. De ecologiepremie speelt een zeer belangrijke rol in de toepassing van duurzame bedrijfsprocessen in onze economie. De zorg voor het milieu zal alsmaar aan belang winnen en een adequaat inspelen hierop zal op lange termijn ongetwijfeld een competitief voordeel opleveren.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
De nieuwe steunregeling die op 1 februari 2011 van start ging biedt ondernemingen meer rechtszekerheid en transparantie omdat een bedrijf dat aan de gestelde criteria voldoet, binnen de budgettaire mogelijkheden, zeker is van de steun en vooraf precies weet hoeveel deze zal bedragen.
16
De aanvraag voor de ecologiepremie verloopt volledig elektronisch via www.ecologiepremie.be.
2. Wie komt in aanmerking Alle ondernemingen die gevestigd zijn in het Vlaamse Gewest en die een hoofdactiviteit uitvoeren die tot één van de toegelaten sectoren behoort (op basis van NACE-code opgenomen in de Kruispuntbank van Ondernemingen) komen in aanmerking voor een ecologiepremie. Voor de omvang van de ecologiesteun wordt wel een onderscheid gemaakt tussen kmo’s en grote ondernemingen. Een kmo moet aan volgende drie voorwaarden voldoen: XX XX XX
de onderneming moet minder dan 250 werknemers tewerkstellen; ofwel mag de jaaromzet maximum € 50 miljoen bedragen, ofwel mag het balanstotaal maximum € 43 miljoen bedragen.
Bij de toepassing van deze criteria wordt rekening gehouden met eventuele partner- en verbonden ondernemingen van het betrokken bedrijf. Hierdoor zullen gegevens van gelieerde bedrijven opgeteld moeten worden. Een onderneming die één van deze criteria overschrijdt, wordt beschouwd als grote onderneming.
Vzw’s zijn geen aanvaardbare juridische vorm. Ondernemingen met één of meer grote energie-intensieve vestigingen kunnen enkel een ecologie-premie krijgen als de vestigingen waar de ecologie-investering zullen worden uitgevoerd zijn toegetreden tot het auditconvenant (indien het verbruik tussen 0,1PJ en 0,5PJ ligt) of tot het benchmarking-convenant (indien het verbruik minstens 0,5PJ bedraagt). Grote ondernemingen moeten het stimulerend effect van de steun voor het investeringsproject bewijzen door aan te geven welke investering sowieso zal gebeuren, en tot welk extra de onderneming mits steun bereid is. De investeringen kunnen worden uitgevoerd door een patrimoniumvennootschap die behoort tot dezelfde groep als de steunaanvragende onderneming. Dit is in de volgende gevallen: XX XX XX
de patrimoniumvennootschap participeert voor ten minste 25% in de steunaanvragende onderneming; de steunaanvragende onderneming participeert voor ten minste 25% in de patrimonium-vennootschap; een natuurlijke persoon of rechtspersoon participeert voor ten minste 25% in beide ven-nootschappen.
3. Wat komt in aanmerking Een ecologiepremie wordt toegekend aan beste beschikbare technieken die opgenomen zijn in een limitatieve technologieënlijst (afgekort LTL). Op deze lijst staan een 150-tal technologieën. Er is een versie van de LTL gerangschikt volgens sector, en één opgedeeld in de volgende drie categorieën:
XX XX
milieutechnologieën; energietechnologieën; hernieuwbare energie.
Wanneer het gaat om strikt sectorgebonden technologieën dan wordt dit uitdrukkelijk in de naamgeving van de technologie vermeld en mag er enkel door ondernemingen die tot die sector behoren in geïnvesteerd worden. Volgende technologieën komen niet voor op de LTL en zijn bijgevolg uitgesloten van een ecologiepremie: XX XX
ecologie-investeringen die in aanmerking komen voor steunverlening via warmtekracht-certificaten als vermeld in het elektriciteitsdecreet. ecologie-investeringen die in aanmerking komen voor steunverlening via groenestroom-certificaten als vermeld in het elektriciteitsdecreet (vb zonnepanelen, windturbines…)
De volledige limitatieve technologieënlijst (LTL) is te vinden op www. ecologiepremie.be (klikken op ”1. Wat is de ecologiepremie plus?” en verder op “Limitatieve lijst van technologieën”).
4. Omvang steun De ecologiepremie wordt toegekend in de vorm van een subsidie. Het bedrag van de ecologiepremie wordt bepaald door: XX XX XX
de ecoklasse waartoe een technologie behoort op basis van zijn ecologiegetal; de grootte van de onderneming; de subsidiebonus.
De technologieën worden op basis van hun ecologiegetal ingedeeld in vier ecoklassen (A, B, C en D) met daaraan gekoppeld een subsidiepercentage voor elke klasse. Een technologie behorende tot klasse A is performanter en geniet van een
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
XX
17
hoger subsidiepercentage dan een technologie van klasse B, C en D. Het inschalen van de technologieën in ecoklassen laat toe om sturend op te treden via de subsidiepercentages die gekoppeld zijn aan elke ecoklasse. De indeling van de technologieën op basis van hun ecologiegetal in ecoklassen met daaraan gekoppeld een steunpercentage geeft volgende subsidietabel. Om de effectieve steun te bepalen moet het subsidiepercentage vermenigvuldigd worden met het meerkostenpercentage van de gekozen technologie: Ecoklasse
Ecologiegetal
Subsidiepercentage kmo
Subsidiepercentage go
A
9
30%
15%
B
6
20%
10%
C
4–3
10%
5%
D
2–1
5%
-
Kleine en middelgrote ondernemingen die een inspanning leverden om een eerstelijns energie-, milieu- of eco-efficiëntiescan te ondergaan en beschikken over een geldige scan op datum van indiening van de steunaanvraag of die beschikken over een geldig milieucertificaat kunnen genieten van een subsidiebonus. Ondernemingen die op de datum van indiening van de steunaanvraag beschikken over gecertificeerd milieumanagementsysteem hebben eveneens recht op een subsidiebonus.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Subsidiebonus op het basissteunbedrag
18
kmo
go
Eerstelijns milieu- / energie- / eco-efficiëntiescan
3%
-
Milieucertificaat
5%
-
Milieumanagementsysteem: ISO 14001 / EN 16001 / EMAS
10%
5%
Het totale bedrag aan toegekende subsidies bedraagt maximaal € 1.000.000 over een periode van 3 jaar te rekenen van de indieningsdatum van de eerste positief besliste steunaanvraag.
5. Aanvraagprocedure De aanvraag gebeurt elektronisch op www.vlaanderen.be/ecologiepremie. Om de persoonlijke gegevens maximaal te beveiligen moet men zich aanmelden via een federaal token of een elektronische identiteitskaart. Wie gebruik wil maken van de elektronische identiteitskaart, heeft uiteraard een kaartlezer en de nodige software nodig. Wie liever gebruik maakt van het federale token, kan dit aanvragen via www.belgium.be. Hou hierbij uw rijksregisternummer, SIS-kaartnummer en identiteitskaartnummer bij de hand. Het federale token is persoonlijk en wordt naar het thuisadres gestuurd. Elke persoon die door de onderneming gemachtigd is, kan een aanvraag doen.
De onderneming mag nog niet gestart zijn met de investeringen vóór de indieningsdatum van de ecologiepremie! Als startdatum geldt de datum van de eerste factuur. De ecologie-investeringen moeten starten binnen de 6 maanden na de beslissing tot toekenning van steun en moeten binnen een termijn van 3 jaar na de beslissingsdatum beëindigd zijn.
6. Uitbetalingsprocedure De steun wordt in drie schijven uitbetaald (ten vroegste één maand na de beslissing tot toekenning): XX XX XX
een eerste schijf (30%) na de start van de investering (datum eerste factuur); een tweede schijf (30%) nadat 60% van de investeringen zijn gerealiseerd; een derde schijf (40%) na beëindiging van de investeringen en na controle van het dossier.
De uitbetaling van een schijf dient via de webapplicatie te worden aangevraagd.
7. Voorbeelden Voorbeeld 1
XX XX XX
XX XX
NACE-code:18120 “overige drukkerijen” is opgenomen: ok. Technologie: zie technologie nr.1216:“Centrale vochtwaterinstallatie voor offsetdrukpersen die vochtwater met een ideale en constante samenstelling produceert waardoor slechts een minimum aan isopropylalcohol nodig is.” uitleg: • “investeringen in een installatie met een nauwkeurig doseersysteem voor de centrale aanmaak van vochtwater (mengsel van geconditioneerd water, toevoegmiddel en IPA vervanger), waarbij vochtwater een zodanige samenstelling heeft dat naderhand slechts een minimum aan IPA moet toegevoegd worden.” • meerkost: 85% • ecologiegetal: 3 > ecoklasse: C • essentiële componenten: centraal doseersysteem met hoge nauwkeurigheid voor additief (regelsysteem op basis van bv. lichtabsorptie), centraal doseersysteem voor opconcentratie mineralen in gezuiverd water, centrale menginstallatie wateradditief (inclusief buffervat), centrale omgekeerde osmose eenheid met buffervat, decentraal doseersysteem isopropylalcohol (IPA) aan drukpersen. Subsidiepercentage: stel dat dit een kmo is: subsidie=10%(ecoklasse C) Omvang subsidie = bedrag essentiële componenten x meerkostpercentage x subsidiepercentage = € 50.000 x 0,85 x 0,10 = € 4.250
Voorbeeld 2 Een 50% dochter van een multinational in de automobielsector installeert een UV-belichtingseenheid voor het uitharden van lakken, verven, lijmen, ter waarde van € 100.000. XX XX XX
NACE-code:45201 “Algemeen onderhoud en reparatie van auto’s en lichte bestelwagens” is opgenomen: OK Technologie :zie technologie nummer 403 : “UV-belichtingseenheid” uitleg: • “UV-belichtingseenheid voor het uitharden van lakken, verven, lijmen (voor alle sectoren)..” • meerkost: 50%
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Een drukkerij installeert een centrale vochtwaterinstallatie voor de offsetdrukpersen ter waarde van € 50.000.
19
XX XX
• ecologiegetal: 9 > ecoklasse A • essentiële componenten: UV-lampen Subsidiepercentage: stel dat dit een 50 % dochter is van Go dan is de onderneming zelf ook Go: subsidie=15% (ecoklasse A) Omvang subsidie=bedrag essentiële componenten x meerkostpercentage x subsidiepercentage = € 100.000 x 0,50 x 0,15 = € 7.500
8. Contact informatie Voor meer informatie over de ecologiepremie kunt u terecht bij de accountmanagers milieu van het Agentschap Ondernemen in de provinciale directies (contactgegevens achteraan in de brochure) of rechtstreeks bij: Agentschap Ondernemen Afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid - Cel Ecologiepremie Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel F 02 553 37 88
[email protected] www.ecologiepremie.be Robert Kinable
[email protected] T 02 553 37 70
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Chris Todts Webapplicatie
[email protected] T 02 553 38 24
20
Filip Putseys Webapplicatie
[email protected] T 02 553 38 22
Gesteunde projecten via projectoproepen 1. Wat houdt dit in Na de milieu- en energiesituatie op bedrijfsniveau onder de loep te nemen en te optimaliseren, kunt u ook verduurzamen op een hoger niveau, bvb. via bedrijfssamenwerking of op bedrijventerreinniveau. Via gerichte projectoproepen tracht het Agentschap Ondernemen ook op dit vlak ondernemingen te ondersteunen.
2. Welke projectoproepen Het Agentschap Ondernemen steunt een resem aan projecten via verschillende projectoproepen. Hieronder worden enkele oproepen vermeld die verband houden met duurzaam materialengebruik.
CO2-neutrale bedrijventerreinen
Het Agentschap Ondernemen ondersteunt de ontwikkeling van CO2-neutrale bedrijventerreinen via een subsidie. Alle bedrijven die op dat bedrijventerrein liggen, moeten voor wat hun elektriciteitsverbruik betreft CO2-neutraal zijn.
Bedrijventerreinmanagement
Interbedrijfssamenwerking op schaal van een bedrijventerrein kan op verschillende vlakken besparingen en economische voordelen opleveren. Tegelijk vormt interbedrijfssamenwerking met het oog op bedrijventerreinmanagement een hefboom voor allerlei verduurzamingsinitiatieven op bedrijventerreinen. Het Agentschap Ondernemen wil deze initiatieven zoals bvb. gezamenlijke groene-stroomproductie, afvalophaling, duurzame mobiliteit, verwerking van reststromen … mee stimuleren.
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO)
Dit Structuurfonds staat in voor de subsidiëring van projecten die de ongelijkheden tussen regio’s verminderen, het concurrentievermogen vergroten, werkgelegenheid creëren en de cohesie tussen de regio’s versterken. Vlaanderen kent een belangrijke plaats in de Europese economie. Om deze sterke positie te behouden, heeft Vlaanderen voor de toekomst nood aan een versterkte en verbrede innovatiecapaciteit, een vernieuwd economisch weefsel en valorisatie van het fysische ondernemingsklimaat. Om dit te kunnen bereiken, moet maximaal ingezet worden op innovatie (kenniseconomie), ondernemerschap, toegankelijkheid, milieubescherming-en verbetering. Deze pijlers werden vertaald in een EFRO Doelstelling 2-programma met vier prioriteiten: Kenniseconomie en Innovatie, Ondernemerschap, RuimtelijkEconomische Omgevingsfactoren en Stedelijke Ontwikkeling. Het programma loopt vanaf 2007 tot 2013 en is goed voor 200 miljoen euro Europese middelen.
De prioriteit ‘Kenniseconomie en innovatie’ stimuleert al deze aspecten van kennisoverdracht door uiteenlopende projecten te financieren. Van de reeds 170 goedgekeurde projecten binnen deze prioriteit zijn er 36 projecten goedgekeurd die zich richten op de materie ‘cleantech’. Cleantech of Clean Technologies beperkt zich niet alleen tot technologieën rond alternatieve en hernieuwbare energie. Het kijkt naar alle technologische innovaties, producten, concepten en diensten of integratie van technologieën, die economische winst creëren zonder of met verminderde milieubelasting. De term ‘cleantech’ omvat op kennis gebaseerde producten en diensten, die het gebruik van natuurlijke bronnen optimaliseren, terwijl de ecologische impact gereduceerd wordt en economische waarde wordt toegevoegd door verlaagde kosten (interne en externe) en verbeterde winstgevendheid.
3. Welke projecten Een volledige opsomming van alle projecten die aansluiten bij het thema ‘duurzaam materiaalgebruik’ is bijna onmogelijk. Hieronder enkele projecten als voorbeeld: XX
Additieve manufacturing creëert nieuwe businessmodellen (Sirris): Het promoten van additive manufacturing, waarmee bestaande waardeketens of weinig efficiënte producten snel herontworpen kunnen worden, met een klemtoon op duurzame productie.
XX
Stortplaats wordt opslagplaats (Closing the circle, ELFM): Het duurzaam ontginnen van een bestaande stortplaats, met als uitgangspunt het sluiten van materiaalkringlopen.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
De prioriteit ‘Kenniseconomie en innovatie’ wenst de kennistransfer en -valorisatie in Vlaanderen te stimuleren. Innovatieve kennis is vaak aanwezig bij verschillende actoren in Vlaanderen, de uitdaging zit in de overdracht en valorisatie van die kennis. Dit kan gebeuren door sensibilisering, begeleiding, stimulering van samenwerking en internationalisering, of door innovatieve kennis te demonstreren.
21
XX
Haalbaarheid kenniscentrum duurzaam bouwen en wonen (CeDuBo): Het coördinatie- en infocentrum CeDubo (Centrum Duurzaam Bouwen) onderzoekt de haalbaarheid van een multidisciplinair kenniscentrum duurzaam wonen en bouwen om bouwbedrijven doorgedreven ondersteuning te bieden.
XX
OpenRaam op innovatieve materiaaltechnologie (Sirris, Universiteit Antwerpen, K.U. Leuven-MRC en VITO): Bedrijven mobiliseren en ondersteunen met innovaties in duurzamer materiaalgebruik of duurzame verwerking van materialen, o.a. via 3P-scan.
Meer info over deze projecten vindt u o.a. in de brochure “Hefbomen voor een groene economie” van het Agentschap Ondernemen of via www.von-online.be.
4. Contact Agentschap Ondernemen Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel T 02 553 37 05 F 02 553 38 69
[email protected] www.agentschapondernemen.be www.efro.be
Steunmogelijkheden en tools bij andere overheidsdiensten
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Informatiebronnen en tools van de OVAM
22
1. Welke tools en informatiebronnen De OVAM stelt op haar website heel wat nuttige informatie en hulpmiddelen ter beschikking: De online eco-efficiëntiescan is een webapplicatie die ondernemingen zelf kunnen invullen en die generieke opportuniteiten aanreikt om de eco-efficiëntie van uw bedrijf te verhogen. De tool bevat momenteel reeds heel wat informatie die voor de meeste bedrijven van toepassing kan zijn. Op eenvoudige en snelle wijze kan u alle onderwerpen overlopen die voor uw bedrijf relevant zijn en kan u aanduiden over welke thema’s en bijhorende algemene verbetermaatregelen u meer info wenst. De informatie wordt aan de hand van een kort rapport overgemaakt. Een klare kijk op wat afval werkelijk kost, zal u ongetwijfeld stimuleren om dit afval te voorkomen en op die manier kosten te besparen! Het softwarepakket Mambo helpt om uw verborgen afvalkosten in kaart te brengen. MAMBO is het instrument bij uitstek om de afvalkosten correct en volledig te berekenen en inzicht te krijgen in het ontstaan van afval. Bovendien kan u met MAMBO een kosten-batenanalyse uitvoeren van maatregelen die u wenst in te voeren. Op zoek naar een vernieuwende blik op innoverende productontwikkeling? Interesse om uw product efficiënter te produceren? Ontdek dan ecodesign als een methode naar een completer product. Om ecodesign toegankelijker te maken voor de ontwerper liet de OVAM de Ecolizer ontwikkelen. De Ecolizer maakt een eenvoudige milieu- evaluatie mogelijk tussen verschillende productvoorstellen of gebruikte materialen, productieprocessen enz.
De Ecolizer is bedoeld voor alle ontwerpers en bedrijven die producten ontwerpen en op zoek zijn naar een inschatting van de milieu impact hiervan. Op zoek naar sprekende ecodesign voorbeelden? Zowel innovatieve als laagdrempelige, maar vooral eco-efficiënte ecodesign verwezenlijkingen uit het bedrijfsleven werden verzameld in de voorbeeldendatabank op de website. Daarnaast is de OVAM ook actief betrokken bij een groot aantal transitienetwerken en projectmatige initiatieven met de participatie van bedrijven, allerhande organisaties, kennisinstellingen en ad-hoc partners. Zo is de OVAM een centrale speler binnen o.a.: XX XX XX
Plan C, het Vlaams Transitienetwerk Duurzaam Materialenbeheer Transitiearena Duurzaam Bouwen en Wonen Cradle-to-Cradle Network.
2. Contact De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) Stationsstraat 110 2800 Mechelen Tel 015 284 284 Fax 015 203 275
[email protected] www.ovam.be
1. Wat houdt deze maatregel in PRODEM is een steunmaatregel die kmo’s in staat stelt om op een goedkope (gesubsidieerde) manier een beroep te doen op het onderzoekscentrum VITO om milieu- of energietechnologieën te evalueren. PRODEM is interessant voor ontwikkelaars van nieuwe milieu- en energietechnologieën en eindgebruikers van deze technologieën. Ontwikkelaars kunnen via PRODEM hun nieuwe technologieën testen in een reële situatie. Eindgebruikers kunnen PRODEM gebruiken voor het zoeken van milieu- en energievriendelijke technologieën en het implementeren ervan in hun bedrijfsvoering. Aan de hand van haalbaarheidsstudies, laboprogramma’s, onderzoek op pilootschaal of tests in uw bedrijf gaat PRODEM op zoek naar de meest geschikte oplossing of investering voor uw specifieke situatie.
2. Wie komt in aanmerking Kmo’s (excl.vzw’s) die gevestigd zijn in het Vlaamse Gewest.
3. Omvang steun PRODEM wordt financieel ondersteund door de Vlaamse Overheid en de Europese Unie. Daardoor draagt de kmo slechts 34% van de totale projectkosten.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
PRODEM: Promotie en demonstratie van milieuvriendelijke technologieën
23
4. Contact VITO Oost- en West-Vlaanderen Karen Vanderstraeten
[email protected] M 0499 54 67 78 VITO Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant Michel Lievens
[email protected] T 014 33 69 14 M 0478 48 53 96
MIP: Milieu- en energietechnologie Innovatie Platform 1. Wat houdt deze maatregel in Beloftevolle duurzame technologieën en producten kregen sinds een aantal jaren ondersteuning via het MIP: Milieu- en energietechnologie Innovatie Platform. MIP mikt op het stimuleren van gesloten materiaal- en proceskringlopen volgens de Cradle-to-Cradle filosofie en van technologieën voor slimme energieopwekking. Met MIP3 stelt de Vlaamse overheid € 5 miljoen ter beschikking van bedrijven en onderzoeksinstellingen om duurzame technologieën en producten te ontwikkelen.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
MIP3 beschikt over twee programma’s: haalbaarheidsstudies en onderzoek op vraag.
24
De haalbaarheidsstudies zijn bedoeld voor clusters van minstens 3 bedrijven die nieuwe producten en/of diensten gebaseerd op duurzaam materiaal- en energiegebruik, in de markt willen introduceren. De term “bedrijf” is hierbij ruim en omvat bv ook: belangenverenigingen, NGO’s, technologieleveranciers. De steun bedraagt 50%, met een maximum van € 250.000 . Deze projecten hebben een looptijd van één jaar, maximaal met één jaar te verlengen. Binnen ‘onderzoek op vraag’ financiert MIP onderzoeksinstellingen voor onderzoek over duurzaam materiaal- en energiegebruik wanneer dit gebeurt op vraag van bedrijven. Er wordt gemikt op innovatieve onderzoeksprojecten rond het ontwerpen, wijzigen en creëren van duurzame producten en processen. De gebruikte materialen moeten maximaal herbruikbaar zijn of, nog beter, passen in een gesloten cyclus. Het project moet bovendien een economische en maatschappelijke meerwaarde genereren. Projecten kunnen worden ingediend door een consortium van één of meer onderzoeksinstellingen en een cluster van minstens drie bedrijven. MIP kent per project maximaal € 500.000 toe aan de onderzoeksinstelling(en). Bedrijven kunnen voor hun inbreng (van 50%) binnen dezelfde aanvraagprocedure beroep doen op een steun via het IWT die kan oplopen van 25 tot 80%. Deze projecten hebben een looptijd van twee jaar, maximaal met één jaar te verlengen. De uiterste indiendatum voor uitgewerkte projectvoorstellen is 5 april 2011, om 14.00 uur. De eerste stap bij de voorbereiding van een projectvoorstel is de aanmelding van projectideeën. Een voorbespreking is mogelijk. De eerder goedgekeurde projecten worden vermeld op de website van MIP. Rond MIP werden Themagroepen opgericht die permanent open staan voor de toetreding van nieuwe leden. De Themagroepen zijn samengesteld uit bedrijven, overheden, experts en eindgebruikers. De MIP-themagroepen bieden een
opportuniteit om projectideeën uit te wisselen en op zoek te gaan naar de missing link in een consortium om een project in te dienen.
2. Contact informatie Voor meer informatie kan u terecht op volgende websites: XX XX
goedgekeurde projecten MIP: http://www.mipvlaanderen.be/nl/webpage/90/overzicht-projecten.aspx toetreding tot een Themagroep: http://www.mipvlaanderen.be/nl-be/webpage/14/werking.aspx
MIP Roderveldlaan 5 - 1ste verdieping 2600 Berchem T 03 286 74 58 F 03 286 74 56
[email protected] www.mipvlaanderen.be
IWT: Duurzame technologische ontwikkeling (DTO) 1. Wat houdt deze maatregel in
2. Wie komt in aanmerking Deze maatregel is voor ondernemingen die een O&O bedrijfsproject, een kmo-haalbaarheidsstudie of een kmo-innovatieproject aanvragen bij het IWT.
3. Wat komt in aanmerking Projecten waarvan de innovatiedoelstelling (deels) gericht is op duurzame technologische ontwikkeling, kunnen genieten van extra-steunvoordelen in de reeds bestaande steunmaatregelen voor onderzoek en technologische innovatie beheerd door het IWT-Vlaanderen. Een project is gericht op duurzame technologische ontwikkeling als één of meerdere van volgende 7 doelstellingen wordt gerealiseerd: XX XX XX XX XX XX XX
grondstoffenbesparing; energiebesparing; reductie van de emissies; vermindering van afval of andere milieuhinder; ontwikkeling en gebruik van hernieuwbare grondstoffen- en energiebronnen; hergebruik en recycleerbaarheid van grondstoffen (sluiten van de kringloop); verhogen van de levensduur van producten of processen.
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Duurzame technologische ontwikkeling (DTO) is een aanvullende steunregeling t.o.v. andere IWT-steunmaatregelen waarin het geïntegreerd werd, om onderzoek- en ontwikkelingsprojecten gericht op duurzame technologische ontwikkeling te stimuleren. Een project dat aanspraak wenst te maken op DTO-steun, zal in de eerste plaats moeten voldoen aan de basisselectiecriteria voor IWT-steun, met name een voldoende wetenschappelijk- technologische kwaliteit en een voldoende valorisatie-potentieel dienen te worden aangetoond. Indien het project tevens aan bijkomende DTO-voorwaarden voldoet, kan het aanspraak maken op bijkomende steun voor DTO.
25
4. Voorwaarden Om extra steun te krijgen voor projecten met DTO-innovatiedoelstellingen zijn er drie mogelijke motivaties: XX
XX
XX
indien een BBT-studie (Best Beschikbare Technologie) of BREF-studie (Europese BBT-studie) beschikbaar is, is het voldoende om aan te tonen dat het project een verbetering van BBT nastreeft en dat deze doelstelling haalbaar is. Er moet hierbij tevens een voldoende (DTO-) valorisatiepotentieel aanwezig zijn; indien geen BBT-studie beschikbaar is, kan met de ecopuntenmethode worden uitgerekend hoeveel milieukosten dankzij de nieuwe technologie vermeden zouden worden op 10 jaar tijd (t.o.v. de referentie). Indien deze vermeden kosten een factor 4 hoger zijn dan de subsidie, kent IWT-Vlaanderen de extra DTO-steun ook toe; indien uitzonderlijk de voorgaande methodes ontoereikend zijn, kunnen ook andere gekwantificeerde argumentaties aanvaard worden. Wanneer bijvoorbeeld kan aangetoond worden dat het project opgesteld werd om aan toekomstige strengere milieunormen te voldoen, is dit eveneens aanvaardbaar als argumentatie. Hierbij is dan wel een significante technologische sprong vereist en de normen moeten van toepassing worden na afloop van het project. Ook in dit geval moet het valorisatiepotentieel voldoende hoog zijn, waardoor de geclaimde milieuvoordelen ook in absolute termen voldoende groot uitvallen.
Voor kmo-innovatiestudies is het, gezien de relatief beperkte budgettaire impact van de extra DTO-steun, voldoende dat de DTO-innovatiedoelstellingen naar behoren aangepakt worden. Een beperkte a-priori motivering van de mogelijke milieuvoordelen is voldoende voor dit type projecten.
5. Omvang steun Ondernemingen die projecten doen die een significante bijdrage kunnen leveren tot duurzame technologische ontwikkeling kunnen genieten van een DTO-subsidietoeslag:
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
XX
26
XX XX
O&O bedrijfsprojecten: subsidietoeslag van 10%, daarenboven genieten deze projecten van prioriteitsstelling t.a.v. het beschikbare budget, op voorwaarde dat ze kwalitatief ‘voldoende’ scoren. Deze subsidietoeslag is niet combineerbaar met LuRu, automobiel of projecten in samenwerking met een onderzoeksinstelling, maar wel met de toeslag voor kmo’s; Kmo-haalbaarheidsstudies: het steunplafond verhoogt tot maximaal € 35.000; Kmo-innovatieproject: het steunplafond verhoogt tot maximaal € 250.000.
DTO-studie-activiteiten kunnen aan een basissteun van 50% gesteund worden. DTO-studie-activiteiten worden gedefinieerd als onderbouwende studies m.b.t. de 7 weerhouden doelstellingen, waardoor de milieu-impact van een technologische innovatie a priori kan ingeschat worden (voorbeelden hiervan zijn levenscyclus analyse (LCA)-studies.) DTO-studie-activiteiten kunnen maximaal 10% van de totale begroting uitmaken voor O&O bedrijfsprojecten en kmoinnovatieprojecten. In kmo-haalbaarheidsstudies kunnen deze activiteiten tot 50% van de begroting uitmaken.
6. Aanvraagprocedure Het indienen van DTO-projecten gebeurt met de handleiding die u kan terugvinden op de site van IWT-Vlaanderen.
7. Contact IWT-Vlaanderen Koning AlbertII-laan 35 bus 16 1030 Brussel T 02 432 42 82 F 02 432 43 99
[email protected] www.iwt.be/subsidies/extrasteun/dto Kathleen Goris
Meer info ? Deze brochure is een eenmalige uitgave naar aanleiding van de infosessies over het nieuwe afvalstoffen- en materialenbeleid van de OVAM en het Agentschap Ondernemen (december 2011-januari 2012) en geeft een overzicht van de relevante subsidiemaatregelen voor dit thema. Voor andere maatregelen wordt verwezen naar de reeks brochures “subsidieleidraad” van het Agentschap Ondernemen. Met de reeks brochures “subsidieleidraad” biedt het Agentschap Ondernemen u basisinformatie over de belangrijkste subsidiemaatregelen per thema: XX U heeft startersplannen XX U investeert – kleine en middelgrote ondernemingen XX U investeert – grote ondernemingen XX U denkt innovatief XX U werft aan of zoekt steun voor opleidingen XX U heeft internationale ambities XX U werkt energie- en milieubewust Deze brochures zijn terug te vinden op de website www.agentschapondernemen.be/subsidiedatabank/subsidieleidraden en worden zeer regelmatig geactualiseerd.
Agentschap Ondernemen Antwerpen Fax 03 260 87 07 Marc Meeus Tel. 03 260 87 15
[email protected]
Agentschap Ondernemen Vlaams-Brabant Fax 016 31 10 51 Bert Stassen Tel. 016 31 10 63
[email protected]
Agentschap Ondernemen Oost-Vlaanderen Fax 09 267 40 60 Piet Coessens Lut Bossuyt Tel. 09 267 40 34 en 31
[email protected] [email protected]
Agentschap Ondernemen West-Vlaanderen Fax 050 32 50 01 Vicky Wildemeersch Tel. 050 32 50 22
[email protected]
Agentschap Ondernemen Limburg Fax 011 29 20 01 Ann Peeters Tel. 011 29 20 31
[email protected]
Steunmogelijkheden en tools voor een duurzaam materialengebruik
Voor bijkomende informatie of de bespreking van een concreet project kunt u vrijblijvend terecht bij het Agentschap Ondernemen in uw provincie.
27
Contact www.agentschapondernemen.be
[email protected]
Bel gratis 0800 20 555 Agentschap Ondernemen Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel Agentschap Ondernemen Antwerpen Lange Lozanastraat 223 bus 4 2018 Antwerpen Agentschap Ondernemen Limburg Kempische Steenweg 305 bus 201 3500 Hasselt Agentschap Ondernemen Oost-Vlaanderen Seminariestraat 2 9000 Gent Agentschap Ondernemen Vlaams-Brabant VAC Dirk Bouts - Diestsepoort 6 bus 31 3000 Leuven Agentschap Ondernemen West-Vlaanderen Jan Breydellaan 107 8200 Sint-Andries/Brugge